Beantwoording zienswijzen en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Warande, behorende bij besluit 28 februari 2013
|
|
- Christina Jacobs
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Beantwoording zienswijzen en ambtshalve aanpassingen bestemmingsplan Warande, behorende bij besluit 28 februari 2013 Het ontwerpbestemmingsplan Warande heeft gedurende een periode van zes weken, van 23 augustus 2012 tot en met 3 oktober 2012, ter inzage gelegen in het gemeentehuis, de leeszaal van de bibliotheek, in het dorpshuis in Borkel en Schaft en via de gemeentelijke en landelijke websites. Daarvan is openbare kennisgeving gedaan in de Staatscourant en Kempener Koerier. Gedurende deze zienswijzeperiode zijn 2 zienswijzen binnengekomen. Het plan is in ontwerp toegezonden aan de daartoe in aanmerking komende instanties. Zowel het Waterschap de Dommel als de provincie Noord-Brabant hebben geen zienswijzen ingediend. Hieronder worden de zienswijzen en de reactie van de gemeente besproken. De zienswijze is cursief weergegeven, waarna een reactie van de gemeente is geformuleerd. Tevens is er een aantal ambtshalve wijzigingen. Ook deze wijzigingen zijn opgenomen in deze nota. Zienswijze 1, Garage Broer Verweijen, Weteringstraat 38, 5555 KN Valkenswaard, verstuurd 6 september 2012, ontvangen 11 september Bezwaar wordt gemaakt dat er een wijzigingsbevoegdheid wordt opgenomen in het bestemmingsplan waarbij de bestemming Garagebedrijf komt te vervallen bij bedrijfsbeëindiging en of verkoop van het bedrijf. De tekst 3.1 onder c lid 1 de aanduiding specifieke vorm van bedrijfsactiviteiten garagebedrijf niet te verwijderen en of te veranderen. En onder 3.5 geen wijzigingsbevoegdheid op te nemen die het mogelijk maakt de specifieke aanduiding garagebedrijf van de kaart te verwijderen. Het bestemmingsplan moet geconserveerd blijven wat betreft het garagebedrijf. Het bedrijf is sinds 1966 gevestigd op deze locatie en heeft in de buurt een goede reputatie en nimmer klachten van omwonenden gehad behalve van de Fam. Van Wijchen. In artikel 3.5 is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen. Deze wijzigingsbevoegdheid is opgenomen in het bestemmingsplan omdat een garagebedrijf een zwaardere inrichting kan zijn dan een bedrijf in de milieucategorie 1 en 2. In het artikel staat specifiek opgenomen dat het bevoegd gezag de mogelijkheid heeft om de specifieke vorm van bedrijf- garagebedrijf uit de verbeelding te verwijderen. Hiertoe zal het college echter enkel overgaan indien uit onderzoek blijkt dat op de gronden geen garagebedrijf meer is gevestigd. Dit betekent dat bij verkoop van het bedrijf aan een ander garagebedrijf deze wijzigingsbevoegdheid niet van toepassing is. Enkel wanneer er geen garagebedrijf meer is gevestigd, bestaat de mogelijkheid om de specifieke aanduiding voor garagebedrijf te verwijderen. In dat geval zal het perceel wel nog bruikbaar zijn voor andere bedrijfsbestemmingen, maar zijn enkel bedrijven in de milieucategorie 1, 2 en magazijnen en opslagplaatsen toegestaan. Voordat de wijziging van kracht is, zal eerst een wijzigingsprocedure doorlopen moeten worden. Indien wij ten onrechte hebben geconcludeerd dat er geen garagebedrijf meer aanwezig is, kunt u daarop reageren. Het garagebedrijf zoals dat er nu is, is dus positief opgenomen in het bestemmingsplan. De zienswijze geeft geen aanleiding om het bestemmingsplan aan te passen. 1
2 2. Het zal financiële consequenties hebben indien het bedrijf niet kan worden voortgezet na overname of verkoop. Indien het bedrijf wordt overgenomen of wordt verkocht, dan zal er een garagebedrijf op de locatie blijven. In dat geval is er nog steeds een garagebedrijf gevestigd. Enkel wanneer er geen garagebedrijf meer is gevestigd, bijvoorbeeld omdat er een andere bedrijf is gevestigd, kan de wijzigingsprocedure doorlopen worden. Mocht u desondanks van mening zijn dat u in een planologische nadeligere situatie komt te verkeren, komt u het recht toe om op grond van artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening een verzoek in te dienen bij het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Valkenswaard. Dit artikel is vooral geschreven voor gevallen, waarin planologische maatregelen toch onverhoopt mocht lijden tot schade voor derden. De zienswijze geeft geen aanleiding om het bestemmingsplan aan te passen. Zienswijze 2, Fam. Van Wijchen, Weteringstraat 42, 5555 KN Valkenswaard, ontvangen 1 oktober De feitelijke situatie en de één op één verbeelding van de 4 e partiële herziening De Warande is niet juist in het ontwerpbestemmingsplan De Warande verwerkt. Graag zien wij dat de onjuistheden in dit bestemmingsplan (conserveringsplan) worden aangepast. Een en ander op basis van de door uw college vastgelegde uitgangspunten. Samengevat zijn de onjuistheden/ opmerkingen: - Verklaring c.q. bebouwingspercentages zijn niet één op één overgenomen van de 4 e partiële herziening; - De feitelijke grenzen zijn niet juist aangegeven. In het inspraakverslag is opgenomen dat voor Taxandria de verbeelding zal worden overgenomen uit het nu geldende bestemmingsplan 4 e partiële herziening De Warande. Per abuis zijn de maatvoeringen en de bebouwingspercentages niet correct opgenomen in het ontwerpbestemmingsplan. De maatvoering zal conform hetgeen in het inspraakverslag is opgenomen worden aangepast aan dit bestemmingsplan. Ook de (bouw)grenzen zijn op sommige delen aangepast. Hierop is echter één uitzondering. Op 23 oktober 2012 heeft het college een omgevingsvergunning verleend voor het bouwen van een brancardlift aan de Vlasgaard 1 met toepassing van artikel 2.12 lid 1 onder a onder 2 van de Wabo en artikel 4, 1 e lid onder a van het Bor. Aangezien voor de lift een vergunning is verleend, behoort dit plan ook tot de bestaande, feitelijke situatie waarvan de gemeenteraad heeft aangegeven dat ze worden vastgelegd in het bestemmingsplan. De bouwgrens wordt hierdoor iets aangepast, zodat de lift in het bouwvlak valt. De zienswijze geeft wel aanleiding om het bestemmingsplan aan te passen. Bij Taxandria worden de volgende zaken aangepast op de verbeelding: - de omgevingsvergunning voor de brandcardlift wordt opgenomen in het bestemmingsplan; - het bebouwingspercentage wordt aangepast naar 60% voor het totale bouwvlak; - het bouwvlak wordt aan de zuidzijde en op twee delen aan de noordzijde van het perceel aangepast; - de hoogtelijnen midden in het bouwvlak worden aangepast; - de maximale hoogtes worden aangepast naar het voorheen geldende bestemmingsplan. 2
3 4. Het garagebedrijf (Weteringstraat 38) is vanuit het bestemmingsplan 4e partiële herziening De Warande een illegale situatie/ gedoogsituatie. Bij vertrek of verkoop van de eigenaar kan een pand nimmer een zelfde bestemming worden toegestaan. Dit dient duidelijker te worden omschreven. Het perceel aan de Weteringstraat 38 betreft geen illegale situatie/ gedoogsituatie. Het perceel heeft in het bestemmingsplan De Warande de bestemming garagebedrijf. Dit betekent dat de op de kaart aangewezen gronden bestemd zijn voor bebouwing ten behoeve van verkoop, de reparatie en het onderhoud van motorvoertuigen, voor de verkoop van onderdelen van motorvoertuigen en van daarmede verband houdende producten en materialen. Het bedrijf past dus in het vigerende bestemmingsplan. Daarnaast is het bedrijf bij ons opgenomen in de bedrijven die vallen onder de algemene regels van het Activiteitenbesluit. Het bedrijf is dus geen illegale situatie/ gedoogsituatie. Zoals wij in het inspraakverslag hebben aangegeven, hebben wij wel een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om de aanduiding specifieke vorm van bedrijf-garagebedrijf van de verbeelding te verwijderen, mits uit onderzoek blijkt dat op de gronden geen garagebedrijf meer is gevestigd. Gelet op de bestaande legale situatie, is het gelet op de lijn om conserverend te bestemmen geen aanleiding om hier een andere bestemming op te leggen. De zienswijze geeft geen aanleiding om het bestemmingsplan aan te passen. 3
4 Ambtshalve wijzigingen Wijzigingen voor het perceel Hazestraat 52 Aan de Hazestraat 52 is een ondergrondse schietbaan gelegen. In het ontwerpbestemmingsplan is dat ook zo bestemd. Dat gedeelte heeft namelijk de aanduiding specifieke vorm van sport schietkelder. De detailhandel en opslag van munitie en kruit is echter niet specifiek opgenomen. In de toelichting van het bestemmingsplan is niets vermeld over de circulaire opslag ontplofbare stoffen voor civiel gebruik van 19 juli Tevens is in de regels en de verbeelding niets gemeld over de detailhandel en de opslag van munitie en kruit op dat perceel. Gelet op het feit dat voor deze locatie een milieuvergunning is afgegeven, waarbij de opslag van munitie en kruit is geregeld, zal deze situatie positief worden opgenomen in het bestemmingsplan. Hiervoor worden de volgende wijzigingen doorgevoerd: Toelichting In de toelichting van het bestemmingsplan wordt in paragraaf de volgende tekst opgenomen: Hazestraat 52 Het rijk heeft op 19 juli 2006 een specifieke circulaire opgesteld ten aanzien van de externe veiligheid van ontplofbare stoffen: de opslag van ontplofbare stoffen voor civiel gebruik. Deze circulaire betreft de opslag van ontplofbare stoffen die worden gebruikt voor het slopen van gebouwen en fundaties en het uitvoeren van seismisch onderzoek en dergelijke. Ook zwart buskruit valt onder het begrip ontplofbare stof voor civiel gebruik. Op grond van het beleid dat in deze circulaire is vastgelegd, dient rond iedere opslagplaats voor ontplofbare stoffen een veiligheidsafstand te worden aangehouden tot kwetsbare objecten zoals woningen, kantoren en winkels. Deze veiligheidsafstand moet in het bestemmingsplan worden vastgelegd. De grootte van de veiligheidsafstand is afhankelijk van de hoeveelheid ontplofbare stof die wordt opgeslagen en van eventueel effectbeperkende maatregelen die zijn getroffen. De circulaire is alleen relevant als er opslag van ontplofbare stoffen plaatsvindt. In de Hazestraat 52 is een ondergrondse schietkelder aanwezig. Hier vindt ook de opslag van munitie plaats. De verkoop van munitie en kruit gebeurt bovengronds. Voor deze schietkelder is een milieuvergunning afgegeven op 9 januari In de milieuvergunning is de opslag van ontplofbare stoffen verleend met daarbij de voorwaarden die het RIVM stelt. Hiermee zijn de veiligheidszones zoals opgenomen in de circulaire van 2006 niet van toepassing. De opslag vindt plaats aan de achterzijde van de woning. Regels In artikel 12.1 wordt toegevoegd: Detailhandel in munitie en kruit en ondergrondse opslag van munitie en kruit, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding munitiedepot. Verbeelding Op het gedeelte waar de kruit en munitie is opgeslagen aan de Hazestraat 52 wordt een functieaanduiding munitiedepot toegevoegd. 4
5 Wijzigingen van archeologie In het plangebied komen de waarden 2, 4 en 6 voor, terwijl was aangegeven 2, 5 en 6. Deze wijziging wordt aangepast in de verbeelding, toelichting en regels. Daarnaast is op 2 juli 2012 het Beleidsplan Archeologische Monumentenzorg, gemeente Valkenswaard (SRE Milieudienst) vastgesteld. Hieruit volgen ook enkele redactionele verbeteringen. Toelichting In paragraaf wordt per bestemming een toelichting gegeven. Omdat de tekst met betrekking tot de waarde archeologie is aangepast, volgt ook voor de toelichting op dit onderdeel een aanpassing. De tekst in de toelichting bij deze paragraaf wordt als volgt aangepast: Artikel 13 Waarde Archeologie 2 Gebied van archeologische waarde. In deze gebieden is bij eerdere onderzoeken reeds aangetoond dat er concentraties archeologische resten voorkomen die als behoudenswaardig gekarakteriseerd kunnen worden. In deze gebieden is dus sprake van vastgestelde archeologische waarden. De archeologische resten op deze terreinen zijn echter minder geconcentreerd dan bij de vorige categorie en bovendien is vaak niet exact bekend waar de resten zich bevinden. Bodemingrepen zijn in principe niet toegestaan. Vanwege de aanwezige archeologische waarden is een archeologisch onderzoek vereist bij bodemingrepen en te bebouwen oppervlakten van projectgebieden die groter zijn dan 100 m² en dieper gaan dan 0,3 m onder maaiveld. Artikel 14 Waarde Archeologie 4 Gebied met een hoge archeologische verwachting. In deze gebieden geldt op basis van geomorfologische en bodemkundige opbouw en aangetroffen archeologische vondsten en relicten een hoge archeologische verwachting. Dat wil zeggen dat in deze gebieden sprake is van een hoge concentratie archeologische vindplaatsen met goede conserveringsomstandigheden. De kans op het aantreffen van archeologische vondsten bij bodemingrepen is dus zeer groot. Om die reden is een archeologisch onderzoek vereist bij bodemingrepen en te bebouwen oppervlakten die groter zijn dan 500 m² en dieper gaan dan 0,3 m of 0,5 m bij esdek onder maaiveld. Indien nog geen oppervlakte van een totale vergraving bekend is, bijvoorbeeld bij bestemmingsplanwijzigingen, geldt de onderzoeksverplichting voor plangebieden groter dan 1000 m2. Artikel 15 Waarde Archeologie 6 Gebied met een lage archeologische verwachting. Het gaat hierbij om gebieden waar op archeologische en landschappelijke gronden de kans op behoudenswaardige archeologische relicten klein wordt geacht. Om die reden is een archeologisch onderzoek alleen vereist bij bestemmingsplanwijzigingen en omgevingsvergunningen t.b.v. de activiteit ruimtelijke ordening van projectgebieden die groter zijn dan m² en dieper gaan dan 0,4 m onder maaiveld. Ook zal bij m.e.r. plicht nader onderzoek worden verlangd. Regels Artikelen 13, 14 en 15 waarde-archeologie 2, 4 en 6 worden aangepast conform de standaard zoals die op 2 juli 2012 door de raad is vastgesteld in het Beleidsplan Archeologische Monumentenzorg, gemeente Valkenswaard (SRE Milieudienst). De volgende tekst wordt opgenomen: 5
6 Artikel 13 Waarde - Archeologie Bestemmingsomschrijving De voor "Waarde Archeologie 2 (gebied van archeologische waarde) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige archeologische waarden Bouwregels Omgevingsvergunning voor het bouwen a. Uitsluitend mogen bouwwerken worden opgericht ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemming(en), indien en voor zover het een bouwplan betreft met een oppervlakte van maximaal 100 m² en een verstoringsdiepte van 0,3 m ten opzichte van het maaiveld; b. bouwplannen met een grotere oppervlakte dan genoemd onder a kunnen uitsluitend worden gebouwd, indien: 1. het bouwplan betrekking heeft op vervanging van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte niet wordt uitgebreid en de bestaande fundering wordt benut, met uitzondering van nieuwe kelders en voor zover bij de bouw geen grondwerkzaamheden worden uitgevoerd dieper dan 0,3 m ten opzichte van het maaiveld; 2. gebouwen tot maximaal 2,5 m uit bestaande fundering worden opgericht Nadere eisen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de afmetingen en de situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermingswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht dat de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) worden behouden Afwijken van de bouwregels Afwijken Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in voor het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemming(en), indien op basis van (archeologisch) onderzoek is aangetoond, dat er geen of nauwelijks waarden aanwezig zijn dan wel dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad Voorwaarden Teneinde dit te bereiken kunnen aan een omgevingsvergunning als bedoeld in in ieder geval de volgende regels worden verbonden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor (ondanks de uitvoering van een bouw- of aanlegplan) monumenten in de bodem worden behouden zoals alternatieven voor heiwerk, het al niet bouwen van kelders, het aanbrengen van een beschermende bodemlaag of andere voorzieningen die op dit doel zijn gericht; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties. 6
7 Bouwverbod Indien uit het rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen worden verstoord zonder dat het mogelijk is om deze door de in genoemde voorwaarden veilig te stellen, dan wordt de omgevingsvergunning geweigerd Advies Alvorens een omgevingsvergunning als bedoeld in kan worden verleend, wordt schriftelijk advies ingewonnen bij de deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg omtrent de vraag of door het verlenen van een ontheffing geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en of en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden Werken en werkzaamheden In het belang van de archeologische monumentenzorg en ter voorkoming van onevenredige aantasting van aanwezige archeologische waarden, is het verboden, behoudens het bepaalde in 13.2, zonder of in afwijking van een schriftelijke omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op en in de in artikel 13.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te (laten) voeren, over een oppervlakte van 100 m² of meer: a. het uitvoeren van graafwerkzaamheden en/of grondbewerkingen, het roeren en omwoelen van gronden, dieper dan 0,3 m onder maaiveld, waaronder begrepen het aanleggen van drainage; b. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en het rooien van diepwortelende beplantingen, waarbij de stobben worden verwijderd; c. het ophogen en egaliseren van gronden; d. het verlagen van het waterpeil; e. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op andere wijze indrijven van objecten in de bodem. f. het graven, verbreden en verdiepen van sloten, vijvers en andere wateren; g. het omzetten van gras- of akkerland in een teelt waarbij grond wordt afgevoerd, waartoe gerekend wordt boomteelt en graszodenteelt; h. het afplaggen van heide- of natuurgebieden ten behoeve van natuurontwikkeling; i. het aanbrengen van ondergrondse transportleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur, waarbij de breedte van de grondwerken meer dan 50 cm bedragen; j. het slopen van gebouwen en het verwijderen van funderingen waarbij grondroering plaatsvindt dieper dan 0,3 m onder maaiveld Uitzonderingen Het onder gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden: a. in het kader van archeologisch onderzoek en het doen van opgravingen, mits verricht door een ter zake deskundige; b. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning in dit kader is verleend. c. indien de werken en/of werkzaamheden het gewone onderhoud en beheer betreffen, met inbegrip van onderhouds- en vervangingswerkzaamheden van bestaande bestratingen en beplantingen binnen bestaande tracés van kabels en leidingen; d. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft binnen een afstand van maximaal 2,5 m uit een bestaande fundering van een bestaand bouwwerk; e. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft die direct samenhangen met een verleende omgevingsvergunning op grond van het bepaalde in
8 Vergunningverlening a. De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt verleend, indien is gebleken dat de in genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden niet zullen leiden tot een verstoring van archeologische waarden, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind, en vooraf door aanvrager van de omgevingsvergunning een rapport op basis van de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie is overgelegd waaruit blijkt dat de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld: 1. de archeologische waarden in voldoende mate zijn zeker gesteld; of 2. er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of 3. de archeologische waarden hierdoor niet of niet onevenredig worden geschaad. b. Voor zover de in genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal, kan de omgevingsvergunning worden verleend, indien aan de omgevingsvergunning één van de volgende voorschriften wordt verbonden: 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden; 2. de verplichting tot het doen van opgravingen, 3. de verplichting de oprichting van het bouwwerk te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties Advies Alvorens een vergunning als bedoeld in kan worden verleend, wordt schriftelijk advies ingewonnen bij de deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en of en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk Omgevingsvergunning Het is verboden binnen de voor Waarde Archeologie 2 aangewezen gronden, zonder of in afwijking van een schriftelijke omgevingsvergunning de aanwezige bouwwerken te slopen indien de oppervlakte groter is dan 100 m² en de diepte meer dan 0,3 m bedraagt Nadere eisen a. Aan de omgevingsvergunning kan in ieder geval de voorwaarde worden gesteld dat de sloop wordt begeleid door een erkende archeologische partij; b. indien tijdens de begeleiding van de sloopwerken vondsten van zeer hoge waarden worden aangetroffen, wordt hiervan terstond melding gemaakt bij burgemeester en wethouders die in het belang van de archeologische monumentenzorg aanvullende voorschriften kunnen verbinden aan de omgevingsvergunning Sloopverbod De omgevingsvergunning kan niet worden verleend indien blijkt dat de sloop een onevenredige aantasting van de archeologische waarden van de gronden tot gevolg heeft. 8
9 13.7 Wijzigingsbevoegdheid Wijziging Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig wijzigen dat het bestemmingsvlak: a. naar ligging wordt verschoven, dan wel b. naar omvang wordt vergroot of verkleind, dan wel c. van de plankaart wordt verwijderd, dan wel d. van bestemming wijzigt in Waarde Archeologie 3, Waarde Archeologie 4, Waarde Archeologie 5 of Waarde Archeologie 6 voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgravingen, daartoe aanleiding geeft Advies Alvorens de wijzigingen als bedoeld onder lid worden uitgevoerd, wordt archeologisch advies ingewonnen bij de deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg. Artikel 14 Waarde - Archeologie Bestemmingsomschrijving De voor "Waarde Archeologie 4 (gebied van archeologische waarde) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige archeologische waarden Bouwregels Omgevingsvergunning voor het bouwen a. Uitsluitend mogen bouwwerken worden opgericht ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemming(en), indien en voor zover het een bouwplan betreft met een oppervlakte van maximaal 500 m² en een verstoringsdiepte van 0,3 m en 0,5 m bij esdekken ten opzichte van het maaiveld; b. bouwplannen met een grotere oppervlakte dan genoemd onder a kunnen uitsluitend worden gebouwd, indien: 1. het bouwplan betrekking heeft op vervanging van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte niet wordt uitgebreid en de bestaande fundering wordt benut, met uitzondering van nieuwe kelders en voor zover bij de bouw geen grondwerkzaamheden worden uitgevoerd dieper dan 0,3 m en 0,5 m bij esdekken ten opzichte van het maaiveld; 2. gebouwen tot maximaal 2,5 m uit bestaande fundering worden opgericht Nadere eisen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de afmetingen en de situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermingswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn erop gericht dat de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) worden behouden. 9
10 14.4 Afwijken van de bouwregels Afwijken Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in voor het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemming(en), indien op basis van (archeologisch) onderzoek is aangetoond, dat er geen of nauwelijks waarden aanwezig zijn dan wel dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad Voorwaarden Teneinde dit te bereiken kunnen aan een omgevingsvergunning als bedoeld in in ieder geval de volgende regels worden verbonden: a. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor (ondanks de uitvoering van een bouw- of aanlegplan) monumenten in de bodem worden behouden zoals alternatieven voor heiwerk, het al niet bouwen van kelders, het aanbrengen van een beschermende bodemlaag of andere voorzieningen die op dit doel zijn gericht; b. de verplichting tot het doen van opgravingen; c. de verplichting de activiteit die tot bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties Bouwverbod Indien uit het rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen worden verstoord zonder dat het mogelijk is om deze door de in genoemde voorwaarden veilig te stellen, dan wordt de omgevingsvergunning geweigerd Advies Alvorens een omgevingsvergunning als bedoeld in kan worden verleend, wordt schriftelijk advies ingewonnen bij de deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg omtrent de vraag of door het verlenen van een ontheffing geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en of en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden Werken en werkzaamheden In het belang van de archeologische monumentenzorg en ter voorkoming van onevenredige aantasting van aanwezige archeologische waarden, is het verboden, behoudens het bepaalde in 14.2, zonder of in afwijking van een schriftelijke omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op en in de in artikel 14.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te (laten) voeren, over een oppervlakte van 500 m² of meer: a. het uitvoeren van graafwerkzaamheden en/of grondbewerkingen, het roeren en omwoelen van gronden, dieper dan 0,3 m en 0,5 m bij esdekken onder maaiveld, waaronder begrepen het aanleggen van drainage; b. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en het rooien van diepwortelende beplantingen, waarbij de stobben worden verwijderd; c. het ophogen en egaliseren van gronden; d. het verlagen van het waterpeil; e. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op andere wijze indrijven van objecten in de bodem. f. het graven, verbreden en verdiepen van sloten, vijvers en andere wateren; g. het omzetten van gras- of akkerland in een teelt waarbij grond wordt afgevoerd, waartoe gerekend wordt boomteelt en graszodenteelt; h. het afplaggen van heide- of natuurgebieden ten behoeve van natuurontwikkeling; 10
11 i. het aanbrengen van ondergrondse transportleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur, waarbij de breedte van de grondwerken meer dan 50 cm bedragen; j. het slopen van gebouwen en het verwijderen van funderingen waarbij grondroering plaatsvindt dieper dan 0,3 m en 0,5 m bij esdekken onder maaiveld Uitzonderingen Het onder gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden: a. in het kader van archeologisch onderzoek en het doen van opgravingen, mits verricht door een ter zake deskundige; b. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning in dit kader is verleend. c. indien de werken en/of werkzaamheden het gewone onderhoud en beheer betreffen, met inbegrip van onderhouds- en vervangingswerkzaamheden van bestaande bestratingen en beplantingen binnen bestaande tracés van kabels en leidingen; d. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft binnen een afstand van maximaal 2,5 m uit een bestaande fundering van een bestaand bouwwerk; e. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft die direct samenhangen met een verleende omgevingsvergunning op grond van het bepaalde in Vergunningverlening a. De omgevingsvergunning wordt verleend, indien is gebleken dat de in genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden niet zullen leiden tot een verstoring van archeologische waarden, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind, en vooraf door aanvrager van de omgevingsvergunning een rapport op basis van de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie is overgelegd waaruit blijkt dat de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld: 1. de archeologische waarden in voldoende mate zijn zeker gesteld; of 2. er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of 3. de archeologische waarden hierdoor niet of niet onevenredig worden geschaad. b. Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat een rapport zoals genoemd in onder a achterwege kan blijven, als door de aanvrager aantoonbaar kan worden gemaakt dat de archeologische waarden reeds verstoord zijn (bijv. door zandwinning of diepe grondbewerkingen). c. Voor zover de in genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal, kan de omgevingsvergunning worden verleend, indien aan de omgevingsvergunning één van de volgende voorschriften wordt verbonden: 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden; 2. de verplichting tot het doen van opgravingen, 3. de verplichting de oprichting van het bouwwerk te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties Advies Alvorens een vergunning als bedoeld in kan worden verleend, wordt schriftelijk advies ingewonnen bij de deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en of en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld. 11
12 14.6 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk Omgevingsvergunning Het is verboden binnen de voor Waarde Archeologie 4" aangewezen gronden, zonder of in afwijking van een schriftelijke omgevingsvergunning de aanwezige bouwwerken te slopen indien de oppervlakte groter is dan 500 m² en de diepte meer dan 0,3 m en 0,5 m bij esdekken bedraagt Nadere eisen a. Aan de omgevingsvergunning kan in ieder geval de voorwaarde worden gesteld dat de sloop wordt begeleid door een erkende archeologische partij; b. indien tijdens de begeleiding van de sloopwerken vondsten van zeer hoge waarden worden aangetroffen, wordt hiervan terstond melding gemaakt bij burgemeester en wethouders die in het belang van de archeologische monumentenzorg aanvullende voorschriften kunnen verbinden aan de omgevingsvergunning Sloopverbod De omgevingsvergunning kan niet worden verleend indien blijkt dat de sloop een onevenredige aantasting van de archeologische waarden van de gronden tot gevolg heeft Wijzigingsbevoegdheid Wijziging Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig wijzigen dat het bestemmingsvlak: a. naar ligging wordt verschoven, dan wel b. naar omvang wordt vergroot of verkleind, dan wel c. van de plankaart wordt verwijderd, dan wel d. van bestemming wijzigt in Waarde Archeologie 2, Waarde Archeologie 3, Waarde Archeologie 5 of Waarde Archeologie 6 voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgravingen, daartoe aanleiding geeft Advies Alvorens de wijzigingen als bedoeld onder lid worden uitgevoerd, wordt archeologisch advies ingewonnen bij de deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg. Artikel 15 Waarde - Archeologie Bestemmingsomschrijving De voor "Waarde Archeologie 6 (gebied van archeologische waarde) aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond aanwezige archeologische waarden. 12
13 15.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden Werken en werkzaamheden In het belang van de archeologische monumentenzorg en ter voorkoming van onevenredige aantasting van aanwezige archeologische waarden, is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op en in de in artikel 27.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te (laten) voeren, over een oppervlakte van m² of meer: a. het uitvoeren van graafwerkzaamheden en/of grondbewerkingen, het roeren en omwoelen van gronden, dieper dan 0,4 m onder maaiveld, waaronder begrepen het aanleggen van drainage; b. het ophogen en egaliseren van gronden; c. het verlagen van het waterpeil; d. het graven, verbreden en verdiepen van sloten, vijvers en andere wateren; e. het aanbrengen van ondergrondse transportleidingen en de daarmee verband houdende constructies; Uitzonderingen Het onder gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden: a. in het kader van archeologisch onderzoek en het doen van opgravingen, mits verricht door een ter zake deskundige; b. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning in dit kader is verleend. c. indien de werken en/of werkzaamheden het gewone onderhoud en beheer betreffen, met inbegrip van onderhouds- en vervangingswerkzaamheden van bestaande bestratingen en beplantingen binnen bestaande tracés van kabels en leidingen Vergunningverlening a. De omgevingsvergunning wordt verleend, indien is gebleken dat de in genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden niet zullen leiden tot een verstoring van archeologische waarden, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind, en vooraf door aanvrager van de omgevingsvergunning een rapport op basis van de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie is overgelegd waaruit blijkt dat de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld: 1. de archeologische waarden in voldoende mate zijn zeker gesteld; of 2. er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of 3. de archeologische waarden hierdoor niet of niet onevenredig worden geschaad. b. Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat een rapport zoals genoemd in onder a achterwege kan blijven, als door de aanvrager aantoonbaar kan worden gemaakt dat de archeologische waarden reeds verstoord zijn (bijv. door zandwinning of diepe grondbewerkingen). c. Voor zover de in genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal, kan de omgevingsvergunning worden verleend, indien aan de omgevingsvergunning één van de volgende voorschriften wordt verbonden: 1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden; 2. de verplichting tot het doen van opgravingen, 3. de verplichting de oprichting van het bouwwerk te laten begeleiden door een deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan door burgemeester en wethouders bij de omgevingsvergunning te stellen kwalificaties. 13
14 Advies Alvorens een vergunning als bedoeld in kan worden verleend, wordt schriftelijk advies ingewonnen bij de deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en of en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld Wijzigingsbevoegdheid Wijziging Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig wijzigen dat het bestemmingsvlak: a. naar ligging wordt verschoven, dan wel b. naar omvang wordt vergroot of verkleind, dan wel c. van de plankaart wordt verwijderd, dan wel d. van bestemming wijzigt in Waarde Archeologie 2, Waarde Archeologie 3, Waarde Archeologie 4 of Waarde Archeologie 5 voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van opgravingen, daartoe aanleiding geeft Advies Alvorens de wijzigingen als bedoeld onder lid worden uitgevoerd, wordt archeologisch advies ingewonnen bij de deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg. Verbeelding In de verbeelding wordt verwezen naar Waarde archeologie 2, 4 en 6. 14
15 Wijzigingen van de monumentencommissie. In het ontwerpbestemmingsplan zijn de Leenderweg 52, 84 en de Warande 8 en 10 aangeduid als gebouw met cultuurhistorische waarden. Naast deze panden, zijn ook de Hazestraat en Hazestraat 1-1a -1b door de monumentencommissie aangeduid als cultuurhistorisch waardevol. De onderbouwing van de monumentencommissie wordt opgenomen in de bijlage bij de toelichting. Tevens wordt dit verwerkt in de toelichting en de regels. De onderbouwing van de Leenderweg 84 is echter niet aangeleverd door de monumentencommissie. Het opnemen van cultuurhistorisch waardevol zou daarmee in strijd zijn met het zorgvuldigheidsbeginsel. Het perceel aan de Leenderweg 84 wordt daarom verwijderd als cultuurhistorisch waardevol. Toelichting In paragraaf wordt de volgende wijziging aangebracht: Leenderweg 52 c.a. wordt gewijzigd in Leenderweg 52 en Hazestraat 1, 1a en 1b. De tekst Leenderweg 84: relatief laat gebouwd als sigarenfabriek Rederijker. Ook bekend als huisvesting van zustercongregatie (St. Monica); wordt uit het bestemmingsplan verwijderd. Toegevoegd wordt de volgende tekst: Hazestraat 81-83: Een vooroorlogs blok van twee middenstandswoningen, gebouwd in Het complex is een fraai voorbeeld van een combinatie van woning en kleinschalige sigarenfabriek. In bijlage 2 bij dit bestemmingsplan is een nadere omschrijving en waardering van de panden opgenomen. Regels In artikel 12.1 wordt onder De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor aangevuld met: behoud met cultuurhistorische waarden, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding cultuurhistorische waarden ; In artikel 12.6 wordt de volgende tekst toegevoegd: 12.6 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk Voor het slopen van bouwwerken gelegen binnen de aanduiding cultuurhistorische waarden is een omgevingsvergunning vereist. Alvorens de omgevingsvergunning kan worden verleend, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de monumentencommissie. De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien en nadat het college het advies van de monumentencommissie in overweging heeft genomen en een positief besluit heeft genomen. Verbeelding De Hazestraat 1, 1a, 1b, 81, 83 krijgen de aanduiding CHW op de verbeelding. De aanduiding CHW wordt bij de Leenderweg 84 van de verbeelding verwijderd. Bijlage In bijlage 2 wordt een onderbouwing van de cultuurhistorisch waardevolle panden opgenomen. De volgende tekst wordt opgenomen: Bijlage 2: Gebouwen met cultuurhistorische waarden. 15
16 1. Leenderweg 52 en Hazestraat 1, 1a en 1b Beschrijving Een wit gepleisterd pand met 4 winkel-wooneenheden onder een a-typisch mansardedak met wolfseinden die uitmonden in een betimmerde bakgoot met zinken kraal. In het dakvlak bevinden zich dakkapellen met plat dak en een boeiboord. De uitstraling van de bouw is dominant door de zware uitvoering met uitkragende betonnen lateien als draagconstructie en betonnen tussenlateien. Boven de vensters op de verdiepingslaag bevinden zich gebosseerde lateien. De toegangsdeuren liggen in een verdiept portiek. Boven de vensters op de begane grond zijn twee uitkragende betonnen lateien aangebracht, waartussen zich enkele bovenramen bevinden, gescheiden door houten roeden. De gemetselde lekdorpels zijn ook geheel voorzien van pleisterwerk. De toegangsdeur van het hoekpand is in een lepe hoek geplaatst, zodat deze uitnodigend is naar beide straatzijden. Het gehele pand heeft een donkere plint. Waardering Het complex dateert van ongeveer 1900, maar heeft daarna diverse veranderingen ondergaan. In 1934 is de fabriek verbouwd tot vier winkel-wooneenheden. Het is oorspronkelijk gebouwd als sigarenfabriek en is daarmee de oudste nog bestaande sigarenfabriek in Valkenswaard. In het pand zijn drie sigarenfabrieken gehuisvest geweest, namelijk H.W. Mollen ( ), Tinga ( ) en P. Maas en Zonen ( ). Gezien de relatie met de Valkenswaardse tabakshistorie is het pand opgenomen in de Sigarenmakerij en Valkerijwandelroute en verdient het bescherming. 2. Warande 8 en 10 Heilige Mariakerk te Valkenswaard De Stichting Cuypersgenootschap heeft in 2011 schriftelijk aan de Gemeentelijke Monumentencommissie van Valkenswaard verzocht om de Heilige Mariakerk in Valkenswaard aan te wijzen als gemeentelijk monument. In 2012 heeft de Gemeentelijke Monumentencommissie van Valkenswaard een bezoek gebracht aan de Heilige Mariakerk. Unaniem waren de leden van mening dat deze kerk met aangelegen pastorie op korte termijn opgenomen zouden moeten worden op de gemeentelijke monumentenlijst van Valkenswaard. Op verzoek van de Gemeentelijke Monumentencommissie van Valkenswaard heeft de Stichting Cuypersgenootschap een uitgebreide redengevende omschrijving opgesteld van de kerk en pastorie. Deze omschrijving is hierbij als bijlage toegevoegd. 16
17 De Heilige Mariakerk met pastorie, gelegen aan Warande 8-10 in Valkenswaard dienen naar mening van de Gemeentelijke Monumentencommissie van Valkenswaard zo spoedig mogelijk de status van gemeentelijk monument te krijgen, vanwege de volgende redenen: -De architectonische waarde van de kerk is zeer hoog vanwege de basilicale opzet (transept is lager dan het schip van de kerk). -De kerk en de pastorie liggen op een stedenbouwkundig verantwoorde locatie in een wederopbouwwijk van Valkenswaard en vormen een ensemble. -Het complex is gebouwd door een bekende wederopbouwarchitect, Jos Bedaux uit Tilburg. -De kerk is in hoge mate authentiek te noemen. In de jaren '60 is een door Bedaux ontworpen zijbeuk toegevoegd. -Het uiterlijk van de kerk is voor de regio uniek is zijn vormgeving. Bronnen en aanvullende informatie: -Beschrijving Stichting Cuypersgenootschap -Cultuurhistorische verkenning door leden van de Gemeentelijke Monumentencommissie te Valkenswaard op 13 februari foto pagina 1: kerk gezien vanaf de straat Warande foto pagina 2: pastorie gezien vanaf de straat Warande (foto's W.L.P. Coolen, 2010) 3. Hazestraat Beschrijving Een vooroorlogs blok van twee middenstandswoningen, gebouwd in Het pand heeft een schilddak met aan één zijde een verlengd dakschild dat nog doorloopt onder de gootlijn van de voorgevel. De kap is gedekt met rode verbeterde Hollandse dakpannen. Op de nok staan twee pirons. In het voorste dakschild zijn twee dakkapellen aangebracht die voorzien zijn van een relatief ver overstekend platdak. Beide woningen zijn opgetrokken uit baksteen in kruisverband met daarin verschillende strekse rollagen als verfraaiing. Het voegwerk is platvol. Zowel de voorgevel als de zijgevel hebben een houten bakgoot met kraal. De woningen zijn echter geheel verschillend van aanzicht, niet in de laatste plaats door de verschillende oorspronkelijke gebruiksdoelen. Nr. 81 is eenvoudig uitgevoerd met kozijnen in voor- en zijgevel. Het metselwerk van de zijgevel is halfsteens verband. Nr. 83 heeft een erker aan de voorgevel en de voordeur in een diep portiek waarvan de toegang omlijst wordt door een twee-steens-verhoogde 17
18 spitsboog zowel aan de voorzijde als aan de zijgevel. Waardering Beide woningen zijn gebouwd in opdracht van sigarenfabrikant Leonardus Balmer. Nummer 81 diende als fabriek en 83 als woonhuis. Het complex is een fraai voorbeeld van een combinatie van woning en kleinschalige sigarenfabriek, zeker in de context van de Valkenswaardse tabakshistorie. Om die reden is het pand dan ook opgenomen in de Sigarenmakerij en Valkerijwandelroute en verdient het bescherming. 18
19 Wijzigingen die volgen uit verdere verfijning van de standaard en redactionele aanpassingen Toelichting Regionaal beleid In de toelichting bij paragraaf 3.3 stond nog de regionale woonvisie SRE opgenomen. Deze visie is echter vervangen door de Woonvisie regio Eindhoven, Samen werken aan drie uitdagingen die op 28 juni 2012 is vastgesteld. Paragraaf 3.3 zal vervangen worden met de volgende tekst. Woonvisie regio Eindhoven - Samen werken aan drie uitdagingen In de 'Woonvisie Regio Eindhoven - Samen werken aan drie uitdagingen voor de regionale woningmarkt' (vastgesteld op 28 juni 2012) zijn verschillende woonthema's uitgewerkt. Juist de specifieke kwaliteiten en identiteiten van de verschillende gemeenten dienen verder te worden versterkt. Dit is vooral een lokale verantwoordelijkheid. Mensen identificeren zich met hun straat, dorp of stad. Niet zozeer met een regio. Maar het is onvoldoende om uitsluitend op lokaal niveau naar oplossingen te zoeken. Zeker in de huidige woningmarkt. Het is daarom wenselijk om bepaalde vraagstukken regionaal te tackelen. De regio kiest daarom drie belangrijke regionale woonthema s: - Oog voor kenniswerkers en lage-lonen-arbeidsmigranten; - Naar een nieuw evenwicht van sterke steden en een vitaal landelijk gebied; - Duurzaam vernieuwen en transformeren van de bestaande voorraad. Regels 2. Toegevoegd in artikel 1 het begrip Nutsvoorzieningen : Voorziening ten behoeve van algemeen nut in ruime zin, zoals voorzieningen / installaties ten behoeve van gas, water, elektriciteit en (tele)communicatie. 3. Bij artikel 4.3 wordt na kamerverhuur opgenomen, met uitzondering van de verhuur van maximaal 1 kamer voor maximaal 1 persoon. 4. Bij artikel 5.3 wordt na kamerverhuur opgenomen, met uitzondering van de verhuur van maximaal 1 kamer voor maximaal 1 persoon. 5. Binnen de bestemming groen is in de regels een verwijzing opgenomen naar de corsobouwplaatsen. Deze liggen echter binnen de bestemming verkeer. En kan uit de regels worden verwijderd. Artikel 6.1 lid d wordt verwijderd Artikel wordt verwijderd 6. Bij artikel 7.3 wordt na kamerverhuur opgenomen, met uitzondering van de verhuur van maximaal 1 kamer voor maximaal 1 persoon. 7. Bij artikel 8.3 wordt na kamerverhuur opgenomen, met uitzondering van de verhuur van maximaal 1 kamer voor maximaal 1 persoon. 8. Bij artikel wordt de volgende tekst toegevoegd: Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen: 9. Toevoeging in artikel 9: Bouwwerken, geen gebouwen zijnde 19
20 Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen: a. de maximale bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt 1 meter; b. de maximale bouwhoogte van erfafscheidingen gelegen op een afstand van 1,5 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw en niet grenzend aan de openbare weg, bedraagt 2 meter; 10. In artikel wordt de volgende tekst toegevoegd: Na de tekst: voor het bouwen van wordt toegevoegd bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen: Sub a en b wordt vervangen door: a. erfafscheidingen kennen een maximale bouwhoogte: 1. van 1 meter; 2. van 2 meter voor zover gelegen op een afstand van 1,5 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw en niet grenzend aan de openbare weg; 11. In artikel lid c sub 1 wordt de verwijzing naar artikel lid g vervangen door Artikel f wordt verwijderd. 13. Bij artikel a sub 1 wordt na kamerverhuur opgenomen, met uitzondering van de verhuur van maximaal 1 kamer voor maximaal 1 persoon. 14. Artikel 17.2 wordt vervangen door de volgende tekst: Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, liftschachten, trappenhuizen, gevel- en kroonlijsten, overstekende daken, luifels, erkers, balkons, en balustrades met een transparantie van ten minste 50%, buiten beschouwing gelaten, mits: a. De overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,5 meter bedraagt met uitzondering van schoorstenen; b. Bij overschrijding van bouwgrenzen van meer dan 1 meter dient de afstand van het ondergeschikte bouwdeel tot de dakrand ten minste gelijk te zijn aan de hoogte van het ondergeschikte bouwdeel met uitzondering van schoorstenen; c. Ondergeschikte bouwdelen boven openbare ruimten niet lager gebouwd worden dan: 1. 4,20 boven peil ter hoogte van de rijbaan en een strook van 0,50 meter breedte aan weerszijden; 2. 2,20 meter boven peil ter hoogte van andere wegdelen. 15. Bij artikel 18.2 wordt na kamerverhuur opgenomen, met uitzondering van de verhuur van maximaal 1 kamer voor maximaal 1 persoon. 20
Bijlage 1: Bestemmingsplan begrippen, regels en toelichting
Bijlage 1: Bestemmingsplan begrippen, regels en toelichting In deze bijlage zijn voorbeeld planregels met betrekking tot archeologie en cultuurhistorie opgenomen voor nieuwe bestemmingsplannen in de gemeente
Nadere informatieKom Eersel, eerste herziening, wijziging 6
Kom Eersel, eerste herziening, wijziging 6 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Tuin 6 Artikel 4 Wonen
Nadere informatieArtikel 3 WOONDOELEINDEN (W)
Voorschriften Artikel 3 Woondoeleinden (W) Artikel 7 Erven (E) Artikel 8 Tuinen (T) Artikel 5 Waarde Archeologie 1B Artikel 3 WOONDOELEINDEN (W) DOELEINDENOMSCHRIJVING 1. De gronden op de kaart aangewezen
Nadere informatiePARAPLUBESTEMMINGSPLAN ARCHEOLOGIE TOEPASSINGSBEPALINGEN DUBBELBESTEMMINGEN ALGEMENE BEPALINGEN
1 PARAPLUBESTEMMINGSPLAN ARCHEOLOGIE I TOEPASSINGSBEPALINGEN Artikel 1 Toepassingsbereik 2 Artikel 2 Aanvullende begripsbepalingen 3 II DUBBELBESTEMMINGEN Artikel 3 Waarde Archeologie 1 [Terrein van archeologische
Nadere informatiePARAPLUBESTEMMINGSPLAN ARCHEOLOGIE - REGELS TOEPASSINGSBEPALINGEN DUBBELBESTEMMINGEN
1 PARAPLUBESTEMMINGSPLAN ARCHEOLOGIE I TOEPASSINGSBEPALINGEN Artikel 1 Toepassingsbereik 2 Artikel 2 Aanvullende begripsbepalingen 2 II DUBBELBESTEMMINGEN Artikel 3 Waarde Archeologie 1 [Terrein van archeologische
Nadere informatieBestemmingsplan Archeologie
Bestemmingsplan Archeologie 2 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 2 Waarde - Archeologie 1 6 Artikel 3 Waarde - Archeologie
Nadere informatieBijlage 2: Bestemmingen
Bijlage 2: Bestemmingen Artikel 1 Verkeer - Verblijfsgebied 1.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. straten en paden met hoofdzakelijk een
Nadere informatieArtikel 17 Waarde - Maastrichts Erfgoed
blad -1- Artikel 17 Waarde - Maastrichts Erfgoed 17.1 Bestemmingsomschrijving 17.1.1 Algemeen De voor 'Waarde - Maastrichts Erfgoed' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en),
Nadere informatieBijlage 7 Model-planregels
Bijlage 7 Model-planregels Doel van de planregels De planregels vormen het juridisch-planologisch kader voor de bescherming van belangrijk archeologische waarden, door de aanvrager van een omgevingsvergunning
Nadere informatieWijzigingsplan Groenedijk 1 te Ouddorp. Gemeente Goeree-Overflakkee. Planstatus: vastgesteld wijzigingsplan Datum: 27 september 2016
Wijzigingsplan Groenedijk 1 te Ouddorp Gemeente Goeree-Overflakkee Regels Planstatus: vastgesteld wijzigingsplan Datum: 27 september 2016 Planidentificatie: NL.IMRO.1924.ODPGroenedijk1-BP30 Inhoud 1 Inleidende
Nadere informatiebestemmingsplan Asten Archeologie 2012
GEMEENTE ASTEN bestemmingsplan Asten Archeologie 2012 Planregels Organisatie: gemeente Asten Status: vastgesteld Datum: 24 juni 2013 Versie: definitief 1 PLANREGELS Voorontwerp d.d. 12 april 2012 Ontwerp
Nadere informatieurn i min min uig SC Artikel 21 Waarde - Archeologie 2 de griffier, ivbťnn bij hot besluit ļ \ ;«i i de raad van O /l l ' I
Artikel 21 Waarde - Archeologie 2 SC12.10880 urn i min min uig ivbťnn bij hot besluit ļ \ ;«i i de raad van O 6-1 1 -/l l ' I de griffier, 21.1 Bestemmingsomschrijving De voor Waarde - Archeologie 2 aangewezen
Nadere informatiewijzigingsplan Dr Bouwdijkstraat
Regels wijzigingsplan Dr Bouwdijkstraat Planstatus: vastgesteld Datum: 2010-11-23 Plan identificatie: NL.IMRO.0638.BPDorpskernWY001-VAS1 Auteur: Zoeterwoude 1 Inleidende regels...4 Artikel 1 Begrippen...4
Nadere informatieBestemmingsplan Kom Schore Gemeente Kapelle
Bestemmingsplan Kom Schore Gemeente Kapelle Identificatie Planstatus Datum Status Identificatiecode NL.IMRO.-0678.schore-vast Juli 2009 Oktober 2009 December 2009 CONCEPT VOOONTWERP Projectnummer Oktober
Nadere informatieAdviesbureau RBOI 124.14734.00 Rotterdam / Middelburg
Bijlage 1 Wegverkeerslawaai 1 Adviesbureau RBOI 124.14734.00 2 Bijlage 1 124.14734.00 Adviesbureau RBOI Bijlage 2 Brieven overlegreacties 1 Adviesbureau RBOI 124.14734.00 2 Bijlage 2 124.14734.00 Adviesbureau
Nadere informatieKromstraat 42-44, vastgesteld
Kromstraat 42-44 2 Inhoudsopgave Bestemmingsplanregels 5 Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten 6 6 13 Hoofdstuk 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7
Nadere informatieRegels bestemmingsplan 1e partiele herziening Veersedijk
Regels bestemmingsplan 1e partiele herziening Veersedijk HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen 1.1 het plan Het bestemmingsplan 1e partiële herziening Veersedijk met identificatienummer NL.IMRO.0531.bp12Veersedijkph1-3001
Nadere informatieMaastrichterweg 11. Versie 4.0
Maastrichterweg 11 Versie 4.0 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten Hoofdstuk 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Bestemmingsregels Horeca Waarde
Nadere informatieRegels. Artikel 1 In artikel 1 wordt lid 14 vervangen door een nieuw lid 14, luidende:
Regels In de onderstaande tekst wordt aangegeven op welke wijze de voorschriften van het bestemmingsplan 'Landelijk gebied', vastgesteld op 13 maart 2007 worden gewijzigd. Artikel 1 In artikel 1 wordt
Nadere informatieo wonen $ max. hoogte D bouwvlak ~ max. goothoogte 1:",,:i:i::iro"1 tuin ~ waarde - archeologie
PROJECTBESLUIT Noorderhoofdstraat 149, Krommenie, 14-10-09 schaal 1 : 500 1:",,:i:i::iro"1 tuin ~ waarde - archeologie o wonen $ max. hoogte D bouwvlak ~ max. goothoogte Voorschriften behorende bij projectbesluit
Nadere informatie9.2.1 Algemene bouwregels Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:
Artikel 9 Gemengd 9.1 Bestemmingsomschrijving 9.2 Bouwregels 9.3 Specifieke gebruiksregels 9.4 Afwijken van de gebruiksregels 9.1 Bestemmingsomschrijving De voor "Gemengd" aangewezen gronden zijn bestemd
Nadere informatieEvaluatie Archeologiebeleid. Gemeente Dalfsen
Evaluatie Archeologiebeleid 2012 Gemeente Dalfsen Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Bijwerken beleidskaart... 3 3. Inventariseren uitgevoerd onderzoek... 4 4. Inventariseren vergunningplicht en ondergrenzen...
Nadere informatieArtikel 5 Bedrijventerrein
Artikel 5 Bedrijventerrein 5.1 Bestemmingsomschrijving 5.2 Bouwregels 5.3 Afwijken van de bouwregels 5.4 Specifieke gebruiksregels 5.5 Afwijken van de gebruiksregels 5.6 Wijzigingsbevoegdheid 5.1 Bestemmingsomschrijving
Nadere informatieWIJZIGINGEN ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan
WIJZIGINGEN ten opzichte van het ontwerpbestemmingsplan OTTERLO vastgesteld door de raad van de gemeente Ede op 15 december 2011 Inleiding Het ontwerp-bestemmingsplan Otterlo is op drie onderdelen aangepast:
Nadere informatieBestemmingsplan 1 e herziening Noorderpolder II Regels, 16 oktober 2009
REGELS Regels herziening Noorderpolder II (twee) in de ge- Deel uitmakende van het bestemmingsplan 1 e meente Schouwen-Duiveland De voorschriften van het bestemmingsplan Noorderpolder II (twee), vastgesteld
Nadere informatieUitwerkingsplan. Assenrade, fase 2. Gemeente Hattem. Datum: 4 juni 2013 Projectnummer:
Uitwerkingsplan Assenrade, fase 2 Gemeente Hattem Datum: 4 juni 2013 Projectnummer: 120492 INHOUD REGELS 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Schakelbepaling 3 2 Bestemmingsbepalingen
Nadere informatieBijlage 3 Voorbeeld planregels
Bijlage 3 Voorbeeld planregels 2 Artikel 3 Agrarisch met waarden 3.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. de uitoefening van agrarische bedrijven
Nadere informatie1 van 4 25 4 2012 13:15
1 van 4 25 4 2012 13:15 HOOFDSTUK INLEIDENDE REGELS 1 In deze regels wordt verstaan onder: 1 Begrippen 1 Plan: het bestemmingsplan 'Mijnbouwlocatie Rodewolt' van de gemeente Winsum. 2 Bestemmingsplan:
Nadere informatieVoorschriften behorende bij de Kerkstraat 6 Den Hoorn. Artikel 21 Wonen - Lint 21.1 Bestemmingsomschrijving
Voorschriften behorende bij de Kerkstraat 6 Den Hoorn Artikel 21 Wonen - Lint 21.1 Bestemmingsomschrijving De voor "Wonen - Lint" aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woonhuizen, eventueel in combinatie
Nadere informatie1. Artikel 12 Horeca. De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor: www.ruimtelijkeplannen.nl - print d.d.
www.ruimtelijkeplannen.nl - print d.d. 10 september 2014 1. Artikel 12 Horeca 12. 1. Bestemmingsomschrijving De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. gebouwen ten behoeve van: 1. horeca
Nadere informatieBestemmingsplan Voetgangersverbinding. Castricum Limmen REGELS
Bestemmingsplan Voetgangersverbinding Castricum Limmen REGELS Inhoudsopgave Artikel 1. BEGRIPPEN...3 Artikel 2. WIJZE VAN METEN...4 Artikel 3. VERKEER VERKEER EN VERBLIJF...5 Artikel 4. GROEN...5 Artikel
Nadere informatiePROJECTBESLUIT SCHONENBURGSEIND 40
PROJECTBESLUIT SCHONENBURGSEIND 40 2 van 13 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 7 Hoofdstuk 2 Besluitvlakregels 8 Artikel 3 Gemengd 8
Nadere informatieArtikel 25 Wonen 25.1 Bestemmingsomschrijving 25.2 Bouwregels
Artikel 25 Wonen 25.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. beroep- en bedrijf aan huis; c. bed and breakfast; d. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel',
Nadere informatieInhoudsopgave. ontwerp gemeente Groningen - bestemmingsplan Gasleiding Groningen-Winschoten 2
Regels Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 2 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 4 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Leiding - Gas 5 Hoofdstuk 3 Algemene regels 7 Artikel 4
Nadere informatieGEMEENTE VLAARDINGEN BESTEMMINGSPLAN. BABBERSPOLDER OOST, 1 e herziening (Deelplannen 7+8)
GEMEENTE VLAARDINGEN BESTEMMINGSPLAN BABBERSPOLDER OOST, 1 e herziening (Deelplannen 7+8) vastgesteld 10 juli 2014 onherroepelijk 4 september 2014 Regels Kenmerk: 0622-11-R03 Inhoudsopgave Hoofdstuk
Nadere informatieBESTEMMINGSPLAN DA COSTASTRAAT 26 VAN DE GEMEENTE VLAARDINGEN PLANREGELS
BESTEMMINGSPLAN DA COSTASTRAAT 26 VAN DE GEMEENTE VLAARDINGEN PLANREGELS INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 begrippen Artikel 2 wijze van meten HOOFDSTUK 2 Bestemmingsregels 6 Artikel
Nadere informatieToelichting 3. Regels 9
Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Aanleiding 3 Hoofdstuk 2 Planbeschrijving 4 Hoofdstuk 3 Kostenverhaal 5 Hoofdstuk 4 Wijze van bestemmen 6 Hoofdstuk 5 Procedure 8 Regels 9 Hoofdstuk 1 Inleidende
Nadere informatieArtikel 19 Wonen - Karakteristiek
Artikel 19 Wonen - Karakteristiek 19.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'wonen-karakteristiek' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. aan huis verbonden beroepen; c. water; d. behoud van de
Nadere informatieOntwerpbestemmingsplan Fietspad Riethoven - Walik Gemeente Bergeijk. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5
Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 7 Artikel 3 Groen 7 Artikel 4 Verkeer 8 Artikel 5 Waarde Archeologie 4.2 9 Hoofdstuk
Nadere informatieBuitengebied Doorn 2011. Regels. Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels. Artikel 8 Kantoor. Plan: Buitengebied Doorn 2011. NL.IMRO.1581.bpDOObuitengebied-va02
Buitengebied Doorn 2011 Regels Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels Artikel 8 Kantoor Plan: Buitengebied Doorn 2011 Status: Plantype: IMRO-idn: vastgesteld bestemmingsplan NL.IMRO.1581.bpDOObuitengebied-va02
Nadere informatieInhoud van de regels. Hoofdstuk 1 Inleidende regels blz. 3. Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5. Artikel 1 Begrippen 3
REGELS Inhoud van de regels Hoofdstuk 1 Inleidende regels blz. 3 Artikel 1 Begrippen 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 2 Woondoeleinden VI (WVII) 5 Artikel 3 Groen (G) 8 Adviesbureau RBOI 162100.16253.00
Nadere informatieHardenberg, N34 J.C.Kellerlaan - Drentse Grens
Hardenberg, N34 J.C.Kellerlaan - Drentse Grens Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen Artikel 2 Wijze van meten 4 4 8 Hoofdstuk2 Bestemmingsregels Artikel 3 Verkeer Artikel
Nadere informatieRegels. Eynderhoof Plan ROS Adviesbureau voor ruimtelijke plannen
Regels Eynderhoof 2015 Plan ROS Adviesbureau voor ruimtelijke plannen Vastgesteld, maart 2016 INHOUD REGELS Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen Artikel 2 Wijze van meten Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Nadere informatieFietspad Melderslo - Broekhuizen (Tracédeel C)
Fietspad Melderslo - Broekhuizen (Tracédeel C) Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Verkeer 6 Artikel
Nadere informatieInhoudsopgave. Regels 3
Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Wijze van meten 7 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 9 Artikel 3 Agrarisch met waarden 9 Artikel 4 Natuur 11 Artikel 5
Nadere informatieFietspad Oude Bandijk, Cortenoever
Bestemmingsplan Fietspad Oude Bandijk, Cortenoever Gemeente Brummen Datum: 1 mei 2015 Projectnummer: 130307 ID: NL.IMRO.0213.BPBG700031-va01 INHOUD REGELS 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel
Nadere informatieNota van beantwoording zienswijzen
Nota van beantwoording zienswijzen naar aanleiding van de tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan De Sluipers, Oud Reeuwijkseweg 3, Reeuwijk gemeente Bodegraven-Reeuwijk Gemeente Bodegraven-Reeuwijk
Nadere informatieArtikel X Wonen. X.2 Bouwregels
Artikel X Wonen X.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wonen; b. aan huis verbonden beroepen; c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen -
Nadere informatieOntwerp Raadsbesluit Ontwerp Verklaring van geen bedenkingen
Behorende bij: Ontwerp Raadsbesluit Ontwerp Verklaring van geen bedenkingen Onderwerp Gelet op de strijdigheden met het ter plaatse geldende bestemmingsplan Nieuw Damsigt kan slechts medewerking aan onderhavig
Nadere informatieINHOUDSOPGAVE. HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5
INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS 7 Artikel 3 Bedrijf 7 Artikel 4 Leiding 8 HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS 9 Artikel
Nadere informatieAdviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
42 189200.15106.00 Adviesbureau RBOI 43 Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: 1.1 plan het bestemmingsplan Aansluiting A20 Moordrecht,
Nadere informatieLage Heide, oost, vastgesteld
Lage Heide, oost 2 Inhoudsopgave Regels 5 Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten 6 6 11 Hoofdstuk 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel
Nadere informatieREGELS Ontwerp bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 Gemeente Utrechtse Heuvelrug
REGELS Ontwerp bestemmingsplan Boomkwekerij nabij Akkerweg 9 Gemeente Utrechtse Heuvelrug - 1 - INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 3 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 5 HOOFDSTUK
Nadere informatieHOOFDSTUK 1 Inleidende regels
Regels Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 Inleidende regels 2 Artikel 1 Begrippen 2 Artikel 2 Afstemmingsregel 3 HOOFDSTUK 2 Bestemmingsregels 4 Artikel 3 Tuin 4 Artikel 4 Verkeer 6 Artikel 5 Wonen 7 Artikel 6
Nadere informatieTer plaatse van de aanduiding 'onderdoorgang' zijn de gronden tevens bestemd voor langzaam verkeersdoeleinden.
Artikel 21 Wonen 21.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor wonen met de bijbehorende voorzieningen, zoals tuinen, erven, parkeervoorzieningen, watergangen waterretentievoorzieningen
Nadere informatieb. beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten, met dien verstande dat:
Artikel 8 Wonen - 2 8.1 Bestemmingsomschrijving 8.2 Bouwregels 8.3 Nadere eisen 8.4 Afwijking van de bouwregels 8.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.
Nadere informatieRegels. Kenmerk: R05
Regels Kenmerk: 1581-06-R05 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 4 Artikel 3 Wonen 4 Hoofdstuk 3 Algemene regels
Nadere informatieVoorontwerpbestemmingsplan Uitbreiding Woonbos, Bergeijk 2014 Gemeente Bergeijk
Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 8 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 11 Artikel 3 Bos 11 Artikel 4 Verkeer - Verblijfsgebied 13 Artikel 5 Wonen - Woonbos
Nadere informatieBestemming 2 ^1 kapwoningen W-B2 De Opslach Ryptsjerk
Bestemming 2 ^1 kapwoningen W-B2 De Opslach Ryptsjerk Artikel 6: Wonen - B2 (twee onder één kap) 6.1. Bestemmingsomschrijving De voor Wonen - B2 aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. gebouwen en overkappingen
Nadere informatieBESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE
BESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE GEMEENTE DE WOLDEN VASTGESTELD PLAN BESTEMMINGSPLAN RUINERWEG, ECHTEN BOS BIJ VAN HARTE GEMEENTE DE WOLDEN VASTGESTELD PLAN Identificatienummer NL.IMRO.1690.BP00370-0301
Nadere informatieBestemming vrijstaande woningen W-A2 De Opslach Ryptsjerk
Bestemming vrijstaande woningen W-A2 De Opslach Ryptsjerk Artikel 5: Wonen - A2 (vrijstaande woningen) 5.1. Bestemmingsomschrijving De voor Wonen - A2 aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. gebouwen
Nadere informatieBIJLAGE 2 tekst herziene voorschriften van Westenholte
BIJLAGE 2 tekst herziene voorschriften van Westenholte Artikel 1 Begripsbepalingen In deze voorschriften wordt verstaan onder: 1.23 carport: een overdekt bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat blijkens zijn
Nadere informatieBedrijventerrein Fase 5 Gemeente Urk vastgesteld Projectnr Revisie 01 Datum 29 januari 2018
Bedrijventerrein Fase 5 vastgesteld Projectnr. 431037 Revisie 01 Datum 29 januari 2018 Inhoudsopgave Regels Regels 5 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 7 Artikel 1 Begrippen 7 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
Nadere informatieWaarde Maastrichts erfgoed
Waarde Maastrichts erfgoed Indien gewenst kan in de doeleindenomschrijving van de desbetreffende bestemmingen, waarvan de gronden tevens zijn aangewezen als Waarde Maastrichts erfgoed, een verwijzing worden
Nadere informatieNr. Element Werkzaamheden Bestemmingsplan Bestemming Beoordeling
ONDERWERP Bestemmingsplan check DO 22 Venlo ONZE REFERENTIE 078791243 0.7 DATUM 07-04-2016 VAN Wouter Nijhof In uiterwaarde 22 Venlo is het volgende bestemminsplan vigerend: Bestemmingsplan In de tabel
Nadere informatieAansluiting A27 en verbindingsweg Groote Haar regels
Bestemmingsplan Aansluiting A27 en verbindingsweg Groote Haar regels Gemeente Giessenlanden Voorontwerp Datum: 2 februari 2016 Projectnummer: 140467 ID: NL.IMRO.0689.BP9101-von1 INHOUD REGELS 1 Inleidende
Nadere informatieTransformatorstation Vijfhuizen. Regels
Transformatorstation Vijfhuizen Regels 2 inpassingsplan Transformatorstation Vijfhuizen Inhoudsopgave Regels Hoofdstuk 1 Inleidende regels 5 Artikel 1 Begrippen 5 Artikel 2 Wijze van meten 6 Hoofdstuk
Nadere informatieBuitengebied herziening Boschlaan 7a Lichtenvoorde
Buitengebied herziening Boschlaan 7a Lichtenvoorde Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten 4 4 7 Hoofdstuk2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel
Nadere informatieREGELS Inhoudsopgave
REGELS Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS 2 Artikel 1 Begrippen 2 Artikel 2 Nadere regels 2 HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS 3 Artikel 3 Groen 3 Artikel 4 Verkeer - Verblijfsgebied 3 Artikel 5 Leiding
Nadere informatieVoorschriften aan projectbesluit "Hotel/appartementen Burgemeester Keijzerweg"
Voorschriften aan projectbesluit "Hotel/appartementen Burgemeester Keijzerweg" - 1 - HOOFDSTUK 1 Begrippen Artikel 1 Begrippen 1.1 het projectbesluit de geometrisch bepaalde planobjecten met bijbehorende
Nadere informatieVERORDENING OP DE ARCHEOLOGISCHE MONUMENTENZORG
VERORDENING OP DE ARCHEOLOGISCHE MONUMENTENZORG 2 Verordening op de archeologische monumentenzorg Artikel 1 Begripsbepalingen Deze verordening verstaat onder: 1. Archeologisch onderzoek: Onderzoek verricht
Nadere informatieRegels. Ontwerp Bestemmingsplan Verkochte stroken 2014 Gemeente Someren
Regels Ontwerp Bestemmingsplan Verkochte stroken 2014 Gemeente Someren Juli 2015 2/43 Inhoudsopgave Regels... 1 Hoofdstuk 1 Inleidende regels... 5 Artikel 1. Begrippen... 5 Artikel 2. Wijze van meten...
Nadere informatieDe voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen;
Artikel 15 Wonen 15.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen; alsmede voor: b. garageboxen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'garage'; c. dienstverlening,
Nadere informatieBestemmingsplan Brede school te Herwijnen Gemeente Lingewaal. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 6 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 7 Artikel 3 Maatschappelijk 7 Artikel 4 Waarde - Archeologie 3 9 Hoofdstuk
Nadere informatieInhoudsopgave 1. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1. Hoofdstuk 2 Bestemmingregels 2 Artikel 2 Herziening van de regels 2
Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Hoofdstuk 2 Bestemmingregels 2 Artikel 2 Herziening van de regels 2 Hoofdstuk 3 Algemene regels 6 Artikel 3 Anti-dubbeltelregel
Nadere informatieWijzigingsvoorstel bestemmingsplan naar aanleiding van zienswijze van de provinsje Fryslân
Bijlage 3. Wijzigingsvoorstel bestemmingsplan naar aanleiding van zienswijze van de provinsje Fryslân Ingevolge de zienswijze van de provinsje Fryslân d.d. 10 oktober 2016 (kenmerk 01350929) stellen wij
Nadere informatieSteenderen; herziening bedrijfsterrein Aviko
Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen Artikel 2 Wijze van meten 4 4 7 Hoofdstuk2 Bestemmingsregels Artikel 3 Agrarisch Artikel 4 Bedrijventerrein - Aardappelverwerkende
Nadere informatiewaarbij, ter plaatse van de aanduiding karakteristiek, de instandhouding van de bestaande karakteristieke hoofdvorm wordt nagestreefd;
05-01-03 blz 49 Artikel 12: Bedrijfsdoeleinden 12. 1. Bestemmingsomschrijving De voor bedrijfsdoeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. gebouwen ten behoeve van: 1. bedrijven die zijn genoemd
Nadere informatieGemeente Hilvarenbeek Ingekomen:
Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen: 24-3-2017 Notitie: Motivering archeologie Motivering aspect archeologie bij aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen van een nieuw horecagebouw op de locatie Goirlesedijk
Nadere informatieRegels bestemmingsplan "3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN"
Regels bestemmingsplan "3e herziening van het bestemmingsplan Oud- en Nieuw Krispijn, locatie Laan der VN" - 1 - HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen 1.1 het plan het bestemmingsplan 3e herziening
Nadere informatieBESTEMMINGSBEPALINGEN
05-01-03 blz 11 BESTEMMINGSBEPALINGEN Artikel 3: Woondoeleinden 1 3. 1. Bestemmingsomschrijving De voor woondoeleinden 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woonhuizen, al dan niet in combinatie met
Nadere informatieHOOFDSTUK 1 Inleidende regels
Regels HOOFDSTUK 1 Inleidende regels Artikel 1 Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: a. plan: het bestemmingsplan Scholenzone Hanzekwartier Dronten 2041 van de gemeente Dronten; b. bestemmingsplan:
Nadere informatieINHOUDSOPGAVE blz. 1 Artikel 2: Wijze van meten. HOOFDSTUK 2. BESTEMMINGSREGELS 4 Artikel 3: Bedrijf - Nutsbedrijf. 4 Artikel 4: Bedrijf - Opstijgpunt
INPASSINGSPLAN RANDSTAD 380 KV VERBINDING BE- VERWIJK - ZOETERMEER (BLEISWIJK) REGELS INHOUDSOPGAVE blz HOOFDSTUK 1. INLEIDENDE REGELS 1 Artikel 1: Begrippen 1 Artikel 2: Wijze van meten 3 HOOFDSTUK 2.
Nadere informatieHoofdstuk 1 Inleidende regels...3. Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels...7. Hoofdstuk 3 Algemene regels Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels...
Hoofdstuk 1 Inleidende regels...3 Artikel 1 Begrippen... 3 Artikel 2 Wijze van meten... 6 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels...7 Artikel 3 Groen... 7 Artikel 4 Maatschappelijk... 8 Artikel 5 Wonen... 10 Artikel
Nadere informatieHooge Berkt 21 & 21a te Bergeijk
Hooge Berkt 21 & 21a te Bergeijk VRIJWILLIGE VERKOOP BIJ INSCHRIJVING! Op een prachtige locatie aan de rand van het dorp gelegen vrijstaande bungalow met achtergelegen vervallen boerderij (gemeentelijk
Nadere informatieBestemmingsplan N240 - Westerterpweg
Bestemmingsplan N240 - Westerterpweg Gemeente Wieringermeer projectnr. 194453.08 revisie 05 27 mei 2010 Opdrachtgever Provincie Noord-Holland Directie B&U, Unit ACR Postbus 205 2050 AE Overveen datum vrijgave
Nadere informatiepompstation Breehei te Leunen REGELS
pompstation Breehei te Leunen REGELS Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Wijze van meten 5 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 6 Artikel 3 Bedrijf 6 Hoofdstuk 3 Algemene
Nadere informatieRegels wijzigingsplan Zijldijk 41, te Leiderdorp
Regels wijzigingsplan Zijldijk 41, te Leiderdorp Planstatus: vastgesteld Datum: 2016-03-15 Plan identificatie: NL.IMRO.0547.WPZijldijk41-VG01 Auteur: G. Bot AgROM 1 Inleidende regels... 5 Artikel 1 Begrippen...
Nadere informatiewijzigingsplan Zijldijk 32a
Regels wijzigingsplan Zijldijk 32a Planstatus: ontwerp Datum: 2016-03-01 Plan identificatie: NL.IMRO.0547.WPzijldijk32a-ON01 Auteur: G. Bot AgROM 1 Inleidende regels... 5 Artikel 1 Begrippen... 5 1.1 plan:...
Nadere informatieArcheologische waarden Hoogezand-Sappemeer
782 2 147 16 147 24 147 14 147 12 147 23 896 0 147 11 896 1 879 2 Arheologishe waarden Hoogezand-Sappemeer Bijgewerkt 27 april 2011 W N S E Bestemmingsplan Wonen Waarnemingen HS Vrijgave (verstoord/onderzoek)
Nadere informatieONTWERP. VOORSCHRIFTEN Jan de Louter - Kavel 1 In het kader van een projectbesluit
ONTWERP VOORSCHRIFTEN Jan de Louter - Kavel 1 In het kader van een projectbesluit INHOUD HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE VOORSCHRIFTEN Artikel 1 Begrippen 1 Artikel 2 Wijze van meten 3 HOOFDSTUK 2. BESTEMMINGSVOORSCHRIFTEN
Nadere informatiebestemmingsplan "Boomkwekerij nabij Akkerweg 9"
bestemmingsplan "Boomkwekerij nabij Akkerweg 9" Inhoudsopgave Regels 3 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 6 2 Bestemmingsregels 7 Artikel 3 Agrarisch - Bomenteelt 7 3
Nadere informatieBrandweerkazerne Halfweg
Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Wijze van meten 4 4 6 Hoofdstuk2 Artikel 3 Artikel 4 Bestemmingsregels Maatschappelijk Verkeer 7 7 8 Hoofdstuk3 Artikel
Nadere informatieInhoudsopgave. Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1. Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 2. Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels 6. Kenmerk: R02
Regels Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleidende regels 1 Artikel 1 Begrippen 1 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 2 Artikel 2 Woondoeleinden / historische linten 2 Artikel 3 Schakelbepaling 5 Hoofdstuk 3 Overgangs-
Nadere informatieOntwerpbestemmingsplan Plattelandswoningen Someren Gemeente Someren
Inhoud Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begrippen 3 Artikel 2 Toepassingsbereik 3 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 5 Artikel 3 Herziening bestemmingsplan Buitengebied Someren 5 Artikel 4 Herziening
Nadere informatieBestemmingsplan. Veegplan kernen vastgesteld
Bestemmingsplan Veegplan kernen 2017 vastgesteld Veegplan kernen 2017 Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Artikel 1 Artikel 2 Inleidende regels Begrippen Van toepassing verklaring 5 5 6 Hoofdstuk 2 Artikel
Nadere informatieR e g e l s rgl
R e g e l s 195.00.03.52.00.rgl I n h o u d s o p g a v e H o o f d s t u k 1 I n l e i d e n d e r e g e l s Artikel 1 Begrippen 7 Artikel 2 Wijze van meten 9 H o o f d s t u k 2 B e s t e m m i n g
Nadere informatieInhoudsopgave. Regels 3
De Haar Oost Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begrippen 4 Artikel 2 Wijze van meten 6 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 7 Artikel 3 Maatschappelijk - Militair terrein 7 Artikel
Nadere informatieTracé Olieleiding Van Rotterdam-Meetstation-1 Naar Shell Pernis - Gedeelte Rhoon
Tracé Olieleiding Van Rotterdam-Meetstation-1 Naar Shell Pernis - Gedeelte Rhoon vastgesteld bestemmingsplan Projectnr. 263880 Revisie 1.0 Datum 12 mei 2014 Auteur(s): M.E.C. Mutsaers S. Zondervan datum
Nadere informatieGemeente Hilvarenbeek Ingekomen:
Gemeente Hilvarenbeek Ingekomen: 4-1 -2016 Bestemmingsplan "Kern Hilvarenbeek" Artikel 17 Wonen 17.1 Bestemmingsomschrijving 17.1.1 Algemeen De voor "Wonen" aangewezen gronden zijn bestemd voor het wonen
Nadere informatie