Opleveringen vanuit de werkgroepen voor de Fysieke overlegtafel Ondersteuning met Noodzakelijk Verblijf (OMNV)

Transcriptie

1 Opleveringen vanuit de werkgroepen voor de Fysieke overlegtafel Ondersteuning met Noodzakelijk Verblijf (OMNV) Inleiding In Fysieke overlegtafel Ondersteuning met noodzakelijk verblijf (OMNV) van 13 december 2018 zijn drie werkgroepen geïnitieerd; 1. Werkgroep doorontwikkeling arrangementen OMNV 2. Werkgroep ontwikkeling en strategie 3. Werkgroep verkenning naar het opnemen van 24 uurs-opvang binnen de inkoop/ aanbesteding BW vanaf Deze werkgroep wordt gestart in kwartaal 2-3 van In januari 2019 zijn de werkgroepen OMNV 1 en 2 gestart met als doel om concrete adviezen te formuleren aan de fysieke tafel van 6 juni Deze adviezen kunnen door de gemeente vertaald worden naar de inkoopvoorwaarden voor de inkoop OMNV Met een aanpassing van de inkoopvoorwaarden van 2018 willen we met elkaar komen tot een passend en sluitend ondersteuningscontinuüm en een ondersteuning van de transformatieopgave voor OMNV. In de uitvoering van de opdracht door de werkgroepen zijn de volgende uitgangspunten vastgesteld; 1. De gemeente gaat over het WAT; 2. De cliënt en de gecontracteerde partijen gaan over het HOE; 3. Gemeente, cliënt en gecontracteerde partij zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het RESULTAAT. De werkgroep 1 heeft gewerkt aan de onderstaande opdrachten: Werkgroep OMNV 1: doorontwikkeling arrangementen opdr. Opdrachtomschrijving Inventariseer de knelpunten en beschrijf passende oplossingen om de huidige arrangementen flexibeler in te kunnen zetten waardoor maatwerk geleverd kan worden Inventariseer passende alternatieve voorzieningen die we met elkaar kunnen ontwikkelen om instroom in BW zoveel mogelijk te beperken. Beschrijf de maatregelen die de uitstroom vanuit BW bevorderen, onafhankelijk de noodzaak voor voldoende woonruimte. Beschrijf de toegevoegde waarde per arrangement zodat iedere cliënt, onafhankelijk van de aanbieder, weet welke ondersteuning hij/zij kan verwachten. Inventariseer een gezamenlijke scholingsbehoefte die ondersteunend is aan de transformatie van begeleiding binnen OMNV.

2 De werkgroep 2 heeft gewerkt aan de onderstaande opdrachten: Werkgroep OMNV 2: ontwikkeling en strategie opdr. opdrachtomschrijving 1 Beschrijf gezamenlijke kwaliteitscriteria die inzichtelijk maken wat de toegevoegde waarde is geweest per begeleidingstraject 2 Formuleer de uitgangpunten die ten minste in de programmabeschrijving moeten worden opgenomen om gezamenlijk een stimuleringsklimaat te scheppen voor innovatieve ideeën. 3 Inventariseer de knelpunten en beschrijf passende oplossingen om bestaande voorzieningen flexibel inzetbaar te maken voor maatwerkoplossingen (extramuraal en intramuraal), in samenwerking/ afstemming met de werkgroep Wonen en zorg. 4 Beschrijf hoe en wanneer gecontracteerde partijen OMNV betrokken worden bij de spreiding van voorzieningen Adviezen De uitgewerkte opdrachten leiden tot de volgende adviezen aan de Fysieke overlegtafel OMNV. 1. Praktische aanvullingen in de programmabeschrijving: a. De huidige arrangementen worden tekstueel niet aangepast voor de aanbesteding 2020; b. Benoem de mogelijkheid van een onderzoeksbeschikking. In het toekennen van een beschikking voor OMNV kan de CT een beschikking afgeven voor een korte periode van 3 maanden. Het arrangement wordt dan naast ondersteuning ook gebruikt voor onderzoek en observatie. Afhankelijk van de ondersteuningsvraag zal dit een arrangement 1, 2 of 3 zijn. Na 3 maanden volgt een passende beschikking OMNV voor een langere periode. c. Breid de productomschrijving Overbruggingszorg uit met overbruggingszorg bij uitstroom. Het is zeer wenselijk om overbruggingszorg mogelijk te maken bij instroom naar en uitstroom vanuit een voorziening OMNV. Hiervoor zal de productomschrijving voor overbruggingszorg aangepast moeten worden. Zie bijlage 1 voor tekstvoorstel. 2. Benoem in de programmabeschrijving bij het onderdeel Ontwikkelagenda, dat alle aanbieders zich verbinden aan de leidende principes en de voorgestelde manier van samenwerken. Leidende principes zijn; 1. Door samenwerking bevorderen we de gezondheid van de populatie OMNV, 2. waarbij de cliëntvraag leidend is. 3. Door innovatie verbeteren we de doorstroom van cliënten binnen het ondersteuningscontinuüm en creëren we een passend en sluitend aanbod; 4. Hiermee verlagen we de integrale kosten voor OMNV. De centrumgemeente heeft geen extra middelen beschikbaar voor een innovatiebudget OMNV en er wordt door de werkgroep geadviseerd om geen innovatiebudget te reserveren vanuit de bestaande budgetten. De gemeente onderzoekt of er provinciale of landelijke middelen voor samenwerking en innovatie zijn.

3 De betrokken zorgaanbieders gaan wel op een laagdrempelige manier de onderstaande initiatieven uitwerken en vragen alle gecontracteerde zorgaanbieders OMNV hierbij aan te sluiten; Samenwerking op uitstroom van cliënten in de wijk door gebruik te maken van de elkaars voorzieningen. Partijen beginnen met een inventarisatie welke voorzieningen iedereen heeft in de verschillende wijken (incl. Digicontact); Samenwerking op 24/7 bereikbaar en beschikbaarheid om dekking te creëren voor cliënten in de wijk. Cliënten kunnen gebruik maken van 24/7 voorzieningen, onafhankelijk van organisaties en financieringsvormen. Partijen beginnen met een inventarisatie van de 24/7 voorzieningen per wijk en sluiten daarin aan op de sociale kaart van Gewoon Thuis ; Samenwerking om de verschillende expertises te delen. Partijen beginnen met een Inventarisatie van elkaars expertise. 3. Initieer een permanente werkgroep om een ontwikkeltraject te organiseren, waarin we van elkaar kunnen leren en tot oplossingen komen in de vastgestelde hiaten in het ondersteuningcontinuüm per leefgebied. Uitgangspunten hierbij zijn; - De cliënt staat centraal. - Inventariseer, prioriteer en organiseer de scholingsbehoefte voor OMNV. Start met de basis van wat gecontracteerde organisaties OMNV in huis hebben per levensgebied, hoe leren we daarin van elkaar en welke kennis wordt gemist? - Versterk de samenwerking door gebruik te maken van expertise van betrokken stakeholders. Hoe versterken we de kennis en samenwerking met de basisinfrastructuur / informeel netwerk? Hoe versterken we de kennis en samenwerking met gespecialiseerde begeleiding en behandeling basisinfrastructuur? - Leer van successen in het land. Aanvullingen vanuit de gemeente Naast de adviezen vanuit de werkgroepen, signaleert de gemeente een aantal beperkingen in de huidige programmabeschrijving. Om die reden is de gemeente van plan op de volgende onderdelen de programmabeschrijving aan te passen of uit te breiden. a. Looptijd; in de programmabeschrijving wordt opgenomen dat de looptijd voor het inkoopcontract één jaar is, met vier keer de mogelijkheid om te verlengen met één jaar (maximale looptijd is vijf jaar). Wij hebben de intentie om langlopend partnerschap op te bouwen en uit te breiden. Door de voorgenomen doordecentralisatie per 2021 kan het betekenen dat een deel van de inkoop wordt overgenomen door lokale gemeenten. Om die reden wordt gekozen voor looptijd van een jaar met mogelijkheid tot verlenging. b. Afwezigheidsdagen; aangepaste voorwaarden voor het gebruik van het bestaande product 15A49 Afwezigheidsdag Beschermd Wonen worden opgenomen in de programmabeschrijving. Zie bijlage 1 voor voorlopig tekstvoorstel. c. Dagactiviteiten; in de programmabeschrijving wordt opgenomen dat in 2020 de mogelijkheid blijft bestaan om arrangementen af te geven inclusief Dagactiviteit. Gemeenten kunnen besluiten om per 2021 de dagactiviteiten volledig los te knippen van de beschikking OMNV en aparte beschikkingen DB af te geven. d. Implementatie en functioneren van de Centrale Toegang; in de fysieke tafel is eerder een beschrijving gedeeld. Deze wordt overgenomen. e. Wachtlijstbeheer; in de fysieke tafel is eerder een beschrijving wachtlijstbeheer gedeeld. Deze wordt overgenomen.

4 f. Spoedverdeeltafel; in de fysieke tafel is eerder een beschrijving spoedverdeeltafel gedeeld. Deze wordt overgenomen. g. Kruisjeslijst; We hebben het voornemen om de kruisjeslijst te laten vervallen i.v.m. administratieve belasting zonder leveringsplicht. In de programmabeschrijving wordt opgenomen dat een aanbieder bij levering OMNV alle producten voor OMNV mag leveren. De plaatsing van cliënten verloopt via wachtlijstbeheer. h. Afname aantal plekken komende jaren: in de programmabeschrijving wordt benoemd dat we de komende jaren uitgaan van een dalend aantal plekken en budget, door de openstelling van de WLZ voor mensen met psychische problematiek en de verdere ambulantisering. Ook door de decentralisatie die per 2021 verwacht wordt, kunnen de beschikbare budgetten afnemen en/of anders belegd worden. Lokale gemeenten kunnen ervoor kiezen om hun eigen voorzieningen in te kopen waardoor ingekochte plekken OMNV per aanbieder aangepast moeten worden. i. Nieuwe aanbieders; we willen het aantal nieuwe aanbieders beperken, tenzij zij een bijdrage kunnen leveren aan missend aanbod in de regio. In de programmabeschrijving wordt opgenomen, dat inschrijving niet per definitie leidt tot het kunnen en mogen plaatsen van cliënten. Dit is afhankelijk van indicatie van de Centrale Toegang in combinatie met een door de gemeente toegekend budget. Er wordt dus geen zekerheid geboden dat er cliënten geplaatst worden.

5 Bijlage 1 Tekstvoorstellen Overbruggingszorg bij uitstroom De huidige omschrijving van de overbruggingszorg: Indien een cliënt op de wachtlijst staat van de instelling om beschermd wonen te ontvangen en de instelling heeft geen geschikte plaats, dan heeft de cliënt veelal ambulante ondersteuning nodig tot het moment van plaatsing. Dit kan door de lokale ambulante ondersteuning te continueren/in te zetten. In een aantal specifieke gevallen kan het product overbruggingszorg worden ingezet. Overbruggingszorg vóór instroom kan alleen worden ingezet indien vast staat bij welke zorgaanbieder de cliënt in zorg wordt genomen. Overbruggingszorg wordt altijd geleverd door een medewerker van de toekomstige, van de voor deze cliënt beoogde beschermd wonen-voorziening In de periode dat er overbruggingszorg wordt geboden, behoudt de medewerker van de CT OMNV maandelijks contact met de cliënt (al dan niet via het lokale team). Het aantal uren overbruggingszorg wordt op basis van de ondersteuningsbehoefte bepaald, waarbij een maximum van 10 uur wordt gehanteerd. De verhouding specialistische en praktische ondersteuning kan maximaal 40% specialistisch en 60 % praktische ondersteuning zijn. Zodra er plek beschikbaar is wordt de overbruggingszorg beëindigd en vervalt de indicatie. De nieuwe beschikking BW wordt leidend. In alle andere gevallen wordt lokaal ambulante begeleiding beschikt, c.q. bestaande ambulante begeleiding gecontinueerd, tot het moment van plaatsing in een BW. Voorstel Overbruggingszorg bij uitstroom Indien een cliënt vanuit beschermd wonen weer zelfstandig gaat wonen en er risico is op terugval kan overbruggingszorg worden ingezet. Overbruggingszorg bij uitstroom kan alleen worden ingezet en geleverd door de zorgaanbieder waar cliënt verbleef. Deze overbruggingszorg wordt altijd geleverd door een medewerker van de beschermd wonen-voorziening waar cliënt eerder verbleef. Het aantal uren overbruggingszorg wordt op basis van de ondersteuningsbehoefte bepaald, waarbij een maximum van 10 uur per week wordt gehanteerd. De verhouding specialistische en praktische ondersteuning kan maximaal 40% specialistisch en 60% praktische ondersteuning zijn. In de periode dat overbruggingszorg wordt geboden houdt de medewerker van de CT OMNV maandelijks contact met de cliënt (al dan niet via het lokale team en/of de begeleider vanuit de voorziening). Tevens zorgt de CT OMNV voor warme overdracht van de cliënt naar de lokale gemeente. De lokale gemeente is verantwoordelijk voor het afgeven van een indicatie voor ambulante ondersteuning. Deze indicatie voor lokale ambulante ondersteuning moet al starten tijdens de periode van overbruggingszorg. Overbruggingszorg bij uitstroom is mogelijk voor een periode van maximaal 3 maanden. Er wordt dezelfde productcode aangehouden.

6 Tekstvoorstel Afwezigheid in beschermd wonen Voor bekostiging in een voorziening Beschermd Wonen moet een cliënt daadwerkelijk aanwezig zijn in de voorziening. Als een cliënt tijdelijk afwezig is, kan die afwezigheid in enkele gevallen toch bekostigd worden. Definitie afwezigheid De periode van tijdelijke afwezigheid begint op de eerste dag na vertrek bij de zorgaanbieder of bij het woonadres en eindigt op de dag vóór de terugkomst. Afwezigheid bekostigen we in de volgende gevallen: Als een cliënt tijdelijk is opgenomen bij een andere zorgaanbieder of op een andere locatie van de huidige zorgaanbieder voor: - Wlz-zorg met behandeling - Revalidatiezorg. Dit kan ook geriatrische revalidatiezorg volgens de Zvw of herstelgerichte behandeling met verpleging en verzorging volgens de Wlz zijn; - gespecialiseerde ggz; - medisch-specialistische zorg. Bovenstaande vormen van afwezigheid worden maximaal 45 dagen vergoed. Bij bijzondere omstandigheden, als men verwacht dat de afwezigheid langer dan 45 dagen duurt, treedt de aanbieder binnen deze 45 dagen in overleg met de CT OMNV voor een passende oplossing. De indicatie blijft in principe niet langer declarabel dan 91 dagen na de eerste afwezigheidsdag van de cliënt, tenzij de Centrale Toegang anders besluit. Bij afwezigheid vanwege vakantie of detentie kan afwezigheid worden bekostigd voor: - maximaal 14 aaneengesloten dagen per keer en; - maximaal 28 dagen per kalenderjaar. Weekenddagen tellen mee in de telling van de dagen. De cliënt moet wel al minimaal 14 dagen het woonadres hebben bij de instelling waar hij/zij verblijft. Afwezigheid op zaterdag en zondag (buiten vakantie/detentie om) geldt als weekendverlof. Voor weekendverlof geldt geen maximum aantal dagen per kalenderjaar. Voor cliënten die dagonderwijs volgen, wordt maximaal de wettelijke vakantieduur bekostigd bij afwezigheid. Afwezigheid kan niet worden gedeclareerd in combinatie met toeslagen (bijvoorbeeld dagbesteding en vervoer, als hier een aparte indicatie voor is afgegeven).