Jaarverslag Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

Transcriptie

1 Jaarverslag 2008 Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

2 Jaarverslag over het negenentwintigste boekjaar 1 januari december 2008

3 Jaarverslag Inhoud Voorwoord 4 De regeling 5 Meerjarenoverzicht kerngegevens 6 Samenstelling en ondersteuning van het bestuur 7 Bestuursverslag 10 Beleggingen 12 Omvang van het fonds 14 Vooruitblik Jaarrekening 17 Balans per 31 december Rekening van baten en lasten over Grondslagen voor balanswaardering en resultaatbepaling 21 Toelichting op de balans per 31 december Toelichting op rekening van baten en lasten 26 Kasstroomoverzicht 28 Overige gegevens 29 Gebeurtenissen na balansdatum 29 Accountantsverklaring 31 Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

4 4 Voorwoord Voor u ligt het jaarverslag 2008 van de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie. In dit verslag komt de inhoud van de regeling anno 2008 en de samenstelling van het bestuur aan de orde. Ook zijn de belangrijkste besluiten, die in het jaar 2008 zijn genomen, kort samengevat. Verder wordt u geïnformeerd over de financiële positie, de baten en lasten en het beleggingsbeleid van de stichting. Het bestuur wil hierbij dank uitspreken aan iedereen die zich, in welke functie dan ook, in 2008 heeft ingezet voor de stichting. Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie Velp, 12 juni 2009 De heer J.P.M. Janssen, voorzitter De heer P.G.J. de Bruyn, vice-voorzitter

5 Jaarverslag De regeling Algemeen Op basis van de vroegpensioenregeling kan de werknemer in de baksteenindustrie in 37 jaar een vroegpensioenuitkering opbouwen van circa 75% van het gemiddelde bruto salaris. Voor werknemers die geen volledig vroegpensioen kunnen opbouwen, is een overgangsregeling getroffen. Deze regeling heeft een voorwaardelijk karakter en zorgt voor een aanvulling van het vroegpensioen met 2,027% per dienstjaar. De deelnemer kan de vroegpensioenuitkering incl. de overgangsregeling op 62 jaar laten ingaan. Er kan echter ook gekozen worden voor een eerdere (vanaf 60 jaar) of latere (uiterlijk tot 64 jaar en 11 maanden) ingang. Eerder dan met 62 jaar met vroegpensioen gaan heeft tot gevolg dat de uitkering lager is, later dan met 62 jaar dat de uitkering hoger is. Bovendien is de mogelijkheid opgenomen om op verschillende leeftijden met deeltijd-vroegpensioen te gaan. Om voor de overgangsregeling (VUBA-regeling) in aanmerking te komen, moet de deelnemer aan de volgende voorwaarden voldoen: de deelnemer is geboren voor 1 januari 1950 en maakt gebruik van de vroegpensioenregeling; de deelnemer was zowel op 30 juni 2001 als op 1 juli 2001 in dienst en dit blijft zo tot het moment waarop hij of zij met vroegpensioen gaat; de deelnemer kan aantonen in de periode tussen de 25 e verjaardag en de vroegpensioendatum zeker 10 jaar in dienst te zijn geweest in de baksteenindustrie. Er is een spaarvutbepaling in de regeling opgenomen. Essentie van een spaarvutbepaling is dat de vutuitkering actuarieel wordt verhoogd als de ingangsdatum van de vutuitkering wordt uitgesteld. Actuariële verhoging is een recht van de werknemer. De uitkering is echter gemaximeerd; het nog resterende bedrag van de spaarvut wordt overgeheveld naar de ouderdomspensioenregeling. Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

6 6 Meerjarenoverzicht kerngegevens Aantal aangesloten werkgevers (ultimo jaar) Loonsom baksteenindustrie (x ) 39,6 41,6 40,3 41,6 42,1 Bijdragepercentage 5,6 5,6 5,6 5,0 5,0 Financiële gegevens (x u 1.000) Inkomsten uit bijdragen Inkomsten uit beleggingen Belegd vermogen Voorziening nakomende verplichtingen Leeftijd Minimum uittredingsleeftijd structureel Uitkeringen Aantal uittreders ultimo jaar Totaal aantal betaalde Maanduitkeringen Totale uitkeringslast, incl. sociale lasten (x 1.000,--) Gemiddelde uitkeringslast per maand ( )

7 Jaarverslag Samenstelling en ondersteuning van het bestuur Het bestuur wordt gevormd door de benoeming van drie leden door de werkgeversorganisatie en drie leden door de werknemersorganisaties. Samenstelling bestuur per 31 december 2008 Leden werkgevers: De heer drs. P.G.J. de Bruyn, voorzitter 1) De heer L.H.H. Engels, plv. voorzitter 1) De heer P.M. Lemmen 1) Plaatsvervangende leden werkgevers: vacant vacant vacant Leden werknemers: Plaatsvervangende leden werknemers: De heer J.P.M. Janssen, vice-voorzitter 2) De heer R.W. Vlietman 3) De heer J.A. Spruijt 4) vacant De heer M.H. Hietkamp 3) Bestuurswisselingen De heer E.J. Jansen is afgetreden als bestuurslid van Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie. Hij heeft zich namens De Unie meerdere jaren ingezet voor de VUBA. Het vicevoorzitterschap is door het vertrek van de heer E.J. Jansen in 2008 overgedragen aan de heer J.P.M. Janssen. De heer E.J. Jansen is opgevolgd door de heer J.A. Spruijt. Organisaties die het fonds in stand houden: Het bestuur van het fonds wordt gevormd door vertegenwoordigers van de volgende werkgevers en werknemersorganisaties: 1) Koninklijk Verbond van Nederlandse Baksteenfabrikanten, Florijnweg 6, 6883 JP Velp (Gld.), tel: ; 2) FNV Bondgenoten, Varrolaan 100, 3506 GE Utrecht, tel: ; 3) CNV Bedrijvenbond, Tiberdreef 4, 3561 GG Utrecht, tel: ; 4) De Unie, vakbond voor Industrie en Dienstverlening, Multatulilaan 12, 4103 NM Culemborg, tel: Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

8 8 Beleggingscommissie De beleggingscommissie adviseert het bestuur over het te voeren beleggingsbeleid en beoordeelt de performance van de vermogensbeheerders. Daarnaast houdt de beleggingscommissie toezicht op de wijze waarop de vermogensbeheerders hun bevoegdheid tot het nemen van de tactische beleggingsbeslissingen uitoefenen. Samenstelling per 31 december 2008 Leden werkgevers De heer P.G.J. de Bruyn De heer P.M. Lemmen Leden werknemers De heer R.W. Vlietman De heer J.A. Spruijt Werkgroep uitbesteding Het bestuur heeft een werkgroep ingesteld om de offertes van meerdere pensioenuitvoerders te vergelijken op basis van kwaliteit en prijs. Samenstelling per 31 december 2008 Leden werkgevers De heer P.G.J. de Bruyn De heer P.M. Lemmen Leden werknemers De heer J.P.M. Janssen

9 Jaarverslag Ondersteuning Adviseurs Het bestuur laat zich bijstaan door externe adviseurs op actuarieel, juridisch en fiscaal gebied en vermogensbeheer. Het bestuur blijft te allen tijde eindverantwoordelijk voor alle activiteiten van het fonds en houdt dan ook toezicht op zijn adviseurs. De administratie is in 2008 uitgevoerd door Syntrus Achmea Pensioenbeheer (voorheen PVF Achmea). Het bestuur heeft besloten om de administratie per 1 januari 2009 te laten uitvoeren door Cordares. Nadere toelichting treft u aan bij de bestuursbesluiten in een volgend hoofdstuk. Het vermogen wordt beheerd door F&C Investments. De jaarrekening wordt gecontroleerd door de accountant KPMG en voorzien van een actuariële verklaring door de waarmerkend actuaris van Watson Wyatt B.V. De juridische en fiscale advisering is uitbesteed aan Syntrus Achmea Pensioenbeheer. Administrateur Adviseur Beleggingsadviseur Vermogensbeheerder Accountant Syntrus Achmea Molenwerf 2-8, 1006 AG Amsterdam De heer J.H. Klinkenberg HK Consultancy Bernhardlaan 11, 6988 AS Laag Keppel De heer J. Molenaar Watson Wyatt B.V. Beemdstraat 1, 5653 MA Eindhoven F&C Investments Jachthavenweg 109k, 1081KJ Amsterdam De heer M.J. Vredenduin KPMG Accountants NV Burg. Rijnderslaan 10-20, 1185 MC Amstelveen Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

10 10 Bestuursverslag In 2008 kwam het bestuur viermaal bijeen. De vergaderdatum van 17 september is gebruikt als studiedag. Wederkerigheidovereenkomst De VUT-stichtingen van de Kalkzandsteenindustrie en Betonproduktenindustrie zijn op verzoek van het bestuur beide akkoord gegaan met de beëindiging van de wederkerigheidovereenkomst. De overeenkomst bepaalde het vaststellen van het 10-dienstjarencriterium om in aanmerking te komen voor een vut-uitkering. Indien een werknemer in één van de drie bedrijfstakken niet aan dit criterium kan voldoen, maar dit wel zou kunnen als de diensttijd in één van de andere bedrijfstakken wordt meegerekend, komt hij toch in aanmerking voor een vut-uitkering van de laatstelijk voor uittreding voor hem geldende vut-regeling. Door de jaren heen is in de praktijk gebleken dat nog nooit een beroep op de wedekerigheidsovereenkomst is gedaan. Indien een deelnemer zich alsnog meldt om in aanmerking te komen voor een vut-uitkering door de dienstjaren in de bedrijfstakken bij elkaar op te tellen, zal uit blijvende solidariteit een beroep op de hardheidsclausule kunnen worden gedaan. Financiële situatie van Stichting Vroegpensioenfonds voor de Baksteenindustrie Stichting Vroegpensioenfonds voor de Baksteenindustrie verkeert anno 2008 in onderdekking vanwege de slechte beleggingsresultaten die gepaard gingen met de kredietcrisis. Als gevolg van het dekkingstekort van het vroegpensioenfonds is na advies van de actuaris en rekening houdend met de vermogenspositie van Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie (VUBA) besloten tot vermogensoverdracht. Het bestuur van VUBA heeft voor de uitvoering van het besluit tot vermogensoverdracht toestemming nodig van cao-partijen in de baksteenindustrie. Cao-partijen zijn akkoord gegaan. Begin 2009 heeft een storting vanuit de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie van plaatsgevonden om het tekort bij het vroegpensioenfonds aan te vullen. Premie en toeslag De regeling van de VUBA is een aanvulling op de vroegpensioenregeling. De vroegpensioenregeling kent in 2009 en 2010 geen toeslag. Daarom zal de aanvulling vanuit de VUBA ook geen toeslag kennen gedurende dezelfde periode. De (werkgevers)premie voor de VUBA blijft gehandhaafd op 5,6%. Beleggingsplan 2009 Vanwege de korte resterende looptijd van de Stichting, heeft het bestuur een beleggingsportefeuille samengesteld waarin nog minder risico wordt genomen. Naarmate de looptijd korter wordt, is het nemen van risico niet verantwoord.

11 Jaarverslag Keuze voor een nieuwe uitvoerder Het bestuur beschouwt het als zijn taak om de pensioenregelingen zo efficiënt en kwalitatief mogelijk te laten uitvoeren. Elke euro die aan premie wordt betaald, dient zo veel mogelijk terecht te komen op de plaats waarvoor hij is bedoeld, namelijk de toekomstige uitkering van deelnemers. Daarom evalueert het bestuur de samenwerking met de externe adviseurs, de vermogensbeheerders en de administrateur. Syntrus Achmea Pensioenbeheer (voorheen PVF Achmea) is vele jaren de administrateur geweest. Dit jaar heeft het bestuur offertes opgevraagd bij drie pensioenuitvoerders. Het bestuur van het Bedrijfstakpensioenfonds, het Vroegpensioenfonds en de VUBA heeft op basis van prijs en vooral kwaliteit besloten om met ingang van 1 januari 2009 de administratie door Cordares te laten uitvoeren. Cordares is de uitvoeringsorganisatie van de pensioenfondsen in de sectoren bouwnijverheid en woningcorporaties. Cordares heeft een ruime ervaring met de uitvoering van pensioenregelingen. Op 1 september jl. is Cordares gefuseerd met APG, de uitvoeringsorganisatie van het ABP, het pensioenfonds voor de sectoren onderwijs en overheid. Daarmee is een pensioenuitvoeringsorganisatie ontstaan voor circa vier miljoen deelnemers. De overgang naar Cordares heeft geen gevolgen voor de deelnemers. De administratie zal worden overgedragen aan de nieuwe uitvoerder. Goedkeuring jaarverslag Het bestuur heeft het jaarverslag 2007 goedgekeurd in de vergadering van 26 juni Communicatie In 2008 zijn brochures over pensioenregelingen in de baksteenindustrie aan de deelnemers gezonden. In de brochure komen de belangrijkste aspecten en wetenswaardigheden over de pensioenregelingen aan de orde. Ook zijn via de werkgevers pensioenmappen verspreid, zodat iedereen zijn of haar pensioengegevens overzichtelijk kan bewaren. De map is een geschenk voor het 50-jarig jubileum van het fonds in Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

12 12 Beleggingen Marktontwikkelingen Terugblik op 2008 Het jaar 2008 stond in het teken van de kredietcrisis. De eerste signalen dateerden van medio 2007, maar gedurende 2008 werd de volle omvang van de financiële crisis duidelijk zichtbaar. Kern van het probleem vormde de combinatie van jarenlang veel te ruimhartig verstrekte hypotheken in de VS en de wereldwijde verspreiding van hieraan gerelateerde ondoorzichtige beleggingsproducten. De aanhoudende daling van de huizenprijzen en een toenemend aantal wanbetalers van tophypotheken ( sub prime segment), leidden ertoe dat banken steeds meer moesten afschrijven op beleggingsproducten met Amerikaanse hypotheken als onderpand. Onzekerheid over de hoogte van de schadeposten en over de mate van betrokkenheid van de verschillende banken, zorgde voor toenemend wantrouwen tussen banken onderling maar zeker ook tussen banken en spaarders. Katalysator in dit proces was het faillissement van de gerenommeerde Amerikaanse zakenbank Lehman Brothers medio september. Dit kwam als een grote schok, omdat tot dat moment de gedachte overheerste dat de monetaire autoriteiten een dergelijk grote financiële instelling in geval van nood altijd overeind zouden houden. Vanaf dat moment trad een escalatie van de kredietcrisis op en brak ook een vertrouwens- en liquiditeitscrisis uit. Geforceerde verkopen van schuldposities door institutionele beleggers en hedge funds, in combinatie met weinig tot geen liquiditeit, zorgden voor zeer scherpe koersdalingen van de meeste beleggingscategorieën. Aandelenbeurzen verloren gedurende 2008 gemiddeld meer dan 40% van hun waarde, en het hetzelfde gold voor indirect vastgoed en de grondstoffenmarkt. Ook de markt voor bedrijfsobligaties ging hard onderuit. Staatsobligaties fungeerden als vluchthaven en rendeerden in het eurogebied gemiddeld ruim 9% in In lijn hiermee toonde de kapitaalmarktrente (10-jaars staatsrente) in het eurogebied een sterke daling tot circa 3,5%. Valuta s waarin veel was geleend, zoals de dollar en de yen, zaten vanwege de schuldafwikkeling in de lift, maar dit stond feitelijk los van fundamentele factoren. Opvallend was dat Europa (en niet de VS) voorop liep met de bestrijding van de financiële crisis. Het Europese recept van staatsgaranties voor spaartegoeden en voor leningen tussen banken onderling, grote kapitaalinjecties in hulpbehoevende banken en het in het uiterste geval voorlopig nationaliseren van banken (zoals Fortis), wist het vertrouwen op de markten uiteindelijk enigszins te herstellen. Daarnaast haasten de centrale banken zich om de rente in rap tempo te verlagen. De Amerikaanse Federal Reserve ging hiermee het verst door de geldmarktrente dichtbij 0% te brengen, terwijl de Europese Centrale Bank haar officiële rentetarief van 4,25% tot 2,5% verlaagde. Het bleek niettemin onvermijdelijk, dat door toedoen van de kredietcrisis de Europese economie eind van het jaar reeds in recessie verkeerde. Het vertrouwen van zowel producenten als consumenten in het eurogebied daalde naar historisch lage niveaus. In het oog sprong tevens de ontwikkeling van de olieprijs, die in een paar maanden tijd daalde van dichtbij de $150 per vat tot een niveau van ruim onder de $ 50. Bij gevolg verdween het inflatiegevaar als sneeuw voor de zon. De inflatie in het eurogebied toonde het afgelopen jaar een duidelijk dalende trend richting 0 à 1%.

13 Jaarverslag Beleggingsbeleid Beleggingen in het verslagjaar Onderstaande tabel laat de beleggingen in procenten zien van 2008 en In de tabel is de uitkomst (Weging) te zien naast de afspraak (Norm). Categorie Weging Norm Weging Norm 31/12/ /12/ Aandelen Converteerbare Obligaties 7,8% 9,3% 8,1% 7,0% 11,7% 8,1% 9,8% 7,3% Totaal zakelijke waarden 17,1% 15,1% 19,8% 17,1% Obligaties (incl. Credits) Geldmarktfonds Korte Obligaties Liquide middelen 52,6% 6,4% 24,0% -0,1% 53,1% 10,4% 21,4% 0,0% 54,0% 5,0% 21,1% 0,1% 52,7% 10,1% 20,1% 0,0% Totaal vastrentende waarden 82,9% 84,9% 80,2% 82,9% Totale portefeuille 100% 100% 100% 100% Rendement van de beleggingsportefeuille De performance van de totale portefeuille bedroeg in ,08%. De benchmark performance (rendement van de normportefeuille) bedroeg -8,06%. In 2007 bedroeg de performance 2,23% versus een benchmark performance van 3,41%. In de tabel hieronder worden de behaalde rendementen in 2008 en 2007 per categorie weergegeven. Rendementen % portefeuille portefeuille benchmark out/under benchmarks rendement rendement rendement rendement Aandelen -45,66 8,89-40,83-8,16 FSTE developed en MSCI Emerging Markets Converteerbare Obligaties -22,47 7,02-29,82 10,47 UBS Customized Global Focus Index Obligaties (incl. Credits) -13,84-0,09-5,66-8,67 Lehman (samengesteld) en EMBI+ (JP Morgan) Geldmarktfonds -21,04 0,48 4,83-24,68 3 Maands Euribor Korte Obligaties 7,07 3,42 7,73-0,61 Lehman Euro aggregate 1-5 yr Treasury Index Totaal portefeuille -14,08 2,23-8,06-6,55 Samengesteld Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

14 14 Omvang van het fonds Gedurende het verslagjaar kwamen er 24 nieuwe uittreders bij op basis van de overgangsregeling. Het aantal beëindigde uitkeringen wegens pensionering bedroeg 28. Het aantal beëindigde uitkeringen wegens overlijden bedroeg 1. De uit keringslasten en sociale lasten bedroegen in het verslagjaar ruim 1,9 miljoen. De gemiddelde uitkeringslast per maand is gestegen van in 2007 naar in De nakomende verplichtingen worden ultimo 2008 volledig gedekt door de voorziening voor nakomende verplichtingen. Eind 2008 waren de nakomende verplichtingen eveneens voor 100% gedekt door de tegoe den van de VUBA. Hieronder volgt een overzicht van de ontwikkelingen over de laatste jaren. Het saldo boekjaar bedraagt negatief. Aan de beleggingsreserve werd onttrokken uit het saldo boekjaar. Voorts is de algemene reserve met afgenomen, waardoor het saldo per 31 december bedraagt. Ultimo Nakomende Voorziening Dekking Algemene Loonsom SV Verplichtingen 1) jaar verplichtingen voor nakomende verplichtingen reserve (x miljoen) t.o.v. loonsom verplichtingen (x miljoen) (x miljoen) (x miljoen) (x miljoen) (%) ,4 1,5 1,5 2,7 3,3 2,7 3,3 4, ,4 1,4 1,5 1,5 2,7 3,3 2,7 3,4 4,2 3,7 3,4 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 100% 2,6 3,5 3,7 3,6 3,5 4,6 0,2 0,3 1,6 1,3 40,1 43,0 43,0 42,3 42,5 42,1 41,6 40,3 41,6 39,6 0% 0% 0% 0% 0% 0% 0% 0% 0% 0% 1) De nakomende verplichtingen minus de voorziening voor nakomende verplichtingen VUT-CAO De uittredingsregeling berust op een door CAO partijen afgesloten collectieve arbeidsovereenkomst, regelende het vrijwillig vervroegd uittreden voor de baksteenindustrie, met de duur van 5 november 2006 tot en met 31 december 2010.

15 Jaarverslag Vermogen en verplichtingen Voorziening nakomende verplichtingen Algemene reserve Verplichtingen Aantal aangesloten ondernemingen Per 31 december Totaal georganiseerde werkgevers ongeorganiseerde werkgevers 1 2 vrijwillige aansluitingen 4 4 Aantal uittreders Aantal lopende uitkeringen per 31 december Bij: aantal toegekende uitkeringen 24 1) 22 Af: aantal beëindigde uitkeringen 29 2) 14 Aantal lopende uitkeringen per 31 december ) Dit betreft het aantal toekenningen op basis van de overgangsregeling. 2) Dit betreft 1 beëindiging als gevolg van overlijden en 28 beëindigingen als gevolg van pensionering. Verloop van de incasso De invordering van de heffingen verliep in het verslagjaar goed. Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

16 16 Vooruitblik 2009 Bestuur In het komende verslagjaar verwacht het bestuur geen ingrijpende veranderingen voor de vutstichting. Gedurende de beperkte resterende looptijd van het fonds, zal het vermogen conservatief belegd blijven.

17 Jaarrekening 2008

18

19 Jaarrekening Balans per 31 december 2008 (na resultaatverdeling) (in eenheden van duizend euro) ACTIVA 31 december december 2007 Beleggingen (1) Aandelen Obligaties Liquiditeiten Kortlopende vorderingen (2) Te vorderen bijdragen Overige vorderingen Liquide middelen (3) PASSIVA Beschikbaar vermogen (4) Algemene reserve Beleggingsreserve Voorziening (5) Voorziening voor nakomende verplichtingen Kortlopende schulden (6) Overige schulden Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

20 20 Rekening van baten en lasten over 2008 (in eenheden van duizend euro) BATEN Bijdragen (7) Directe beleggingsopbrengsten (8) Indirecte beleggingsopbrengsten (9) (769) 61 Vermindering voorzieningen LASTEN Uitkeringen en sociale lasten (10) Kosten (11) Andere lasten (12) Saldo boekjaar (523) Verdeling saldo boekjaar Algemene reserve (274) Beleggingsreserve (249) (35) (523) 1.326

21 Jaarrekening Grondslagen voor balanswaardering en resultaatbepaling Grondslagen voor balanswaardering Algemeen De activa en passiva zijn, voor zover niet anders vermeld, gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor eventuele oninbare vorderingen vindt waardering plaats onder aftrek van een voorziening. 1. Beleggingen Participaties in beleggingsfondsen De participaties in beleggingsfondsen worden gewaardeerd tegen berekende intrinsieke waarde. Deze intrinsieke waarde benadert de marktwaarde. 4. Beschikbaar Vermogen Beleggingsreserve De beleggingsreserve is het verschil tussen de marktwaarde van de beleggingen enerzijds en de aankoopwaarde anderzijds. Negatieve ongerealiseerde verschillen worden aan de beleggingsreserve onttrokken voor zover deze toereikend is. 5. Voorzieningen Voorziening voor nakomende verplichtingen De nakomende verplichtingen zijn per balansdatum berekend op het bedrag van de reeds ingegane nog verschuldigde uitkeringen tot aan de pensioengerechtigde leeftijd van de betrokkenen onder aftrek van pensioenuitkeringen en andere uitkeringen. Grondslagen voor resultaatbepaling Algemeen Baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. 7. Bijdragen De bijdragen zijn gebaseerd op de afgerekende loonsommen die van werkgevers zijn ontvangen. 8. Directe beleggingsopbrengsten De directe beleggingsopbrengsten hebben betrekking op intrest en opbrengsten uit beleggingsfondsen onder aftrek van de aan de beleggingen toe te rekenen kosten. 9. Indirecte beleggingsopbrengsten De indirecte beleggingsopbrengsten hebben betrekking op gerealiseerde en ongerealiseerde waardestijgingen of waardedalingen. Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

22 22 Toelichting op de balans per 31 december 2008 (in eenheden van duizend euro) ACTIVA 1. BELEGGINGEN Aandelen Obligaties Liquiditeiten Totaal Stand per 1 januari Vermeerderingen door: Aankopen en verstrekkingen Verkoopresultaat Waardemutatie (391) (322) (76) (789) Verminderingen door: Verkopen (209) (356) (7) (572) Stand per 31 december Aandelen Indirecte beleggingen Participaties in aandelenfondsen Naam Aantal Stichting Gemeenschappelijk Aandelenfonds Nederland Stichting Gemeenschappelijk Aandelenfonds Rest Europa Stichting Gemeenschappelijk Aandelenfonds Amerika Stichting Gemeenschappelijk Aandelenfonds Japan 7 36 Stichting Gemeenschappelijk Aandelenfonds Pacific 1 14 Stichting Emerging Markets PVF I Totaal 788 Obligaties Indirecte beleggingen Participaties in obligatiefondsen Naam Stichting Vastrentende Waardenfonds Euro Stichting PVF Kort Vastrentende Waardenfonds Stichting Global Credits Stichting PVF Global Emerging Markets Fixed Income Fund Stichting F&C Global High Yield Totaal 3.519

23 Jaarrekening Liquiditeiten Liquiditeiten vermogensbeheer (4) 3 Geldmarktfondsen Naam Aantal Stichting PVF Geldmarktfonds Het gemiddeld rendement van de beleggingen bedraagt: -14,08% (vorig boekjaar: 2.56 %) 2. KORTLOPENDE VORDERINGEN Vorderingen Te vorderen bijdragen Vastgestelde nog te vorderen bijdragen - 18 Voorziening tegen verlies op premievorderingen - (13) In volgend boekjaar is nader vastgesteld over: Lopend boekjaar Voorgaande jaren Overige vorderingen Hieronder zijn opgenomen inzake: Kosten Overige kosten 3 3 Totaal van de overige vorderingen LIQUIDE MIDDELEN Rekening courant Staalbankiers Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

24 24 PASSIVA BESCHIKBAAR VERMOGEN Algemene reserve Stand per 1 januari Deel van het saldo boekjaar (274) Stand per 31 december Beleggingsreserve Stand per 1 januari Deel van het saldo boekjaar (249) (35) Stand per 31 december VOORZIENINGEN Voorziening voor nakomende verplichtingen Stand per 1 januari Mutatie voorziening (308) (486) Stand per 31 december Er is een spaarvutbepaling in de regeling opgenomen. Essentie van een spaarvutbepaling is dat de vutuitkering actuarieel wordtverhoogd als de ingangsdatum van de vutuitkering wordt uitgesteld. Actuariële verhoging is een recht van de werknemer. De uitkeringis echter gemaximeerd; het nog resterende bedrag van de spaarvut wordt overgeheveld naar de ouderdomspensioenregeling.

25 Jaarrekening KORTLOPENDE SCHULDEN Overige schulden Hieronder zijn opgenomen inzake: Rekening-courant derden Rekening-courant Vroegpensioen baksteen industrie Te verrekenen bijdragen Te verrekenen bijdragen - vastgestelde nog te verrekenen bijdragen - 1 Uitkeringen en sociale lasten Uitkeringen 2 2 Pensioenpremie Kosten Beleggingskosten 3 3 Kosten controle jaarrekening 8 5 Overige Crediteuren Crediteuren 14 - Overige schulden Schuld inzake overkook Het Vutfonds kent de mogelijkheid om de ingangsdatum van de Vut uit te stellen indien wordt doorgewerkt na de in de regelingvastgestelde Vut datum. De Vut kan dan worden verhoogd tot maximaal 100% van het pensioengevend loon. Bij het bereiken van de 100%-grens van het pensioengevend loon kan het meerdere boven de 100%-grens worden omgezet in ouderdomspensioen of nabestaandenpensioen. Dit wordt ook wel de overkookregeling genoemd. De opgenomen schuld inzake overkook van het Vutfonds betreft de actuariële verplichting aan het bijbehorende pensioenfondsverzekeraar voor de deelnemers die in zijn geworden en een drietal deelnemers die in worden vooreen bedrag van ongeveer EUR Totaal van de overige schulden Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

26 26 Toelichting op de rekening van baten en lasten over het boekjaar 2008 (in eenheden van duizend euro) BATEN Bijdragen Vastgestelde en nog vast te stellen bijdragen Nadere vaststelling over voorgaande jaren (35) Directe beleggingsopbrengsten Opbrengst aandelen 13 2 Opbrengst obligaties 1 55 Opbrengst liquiditeiten - 1 Opbrengst liquide middelen Kosten toegerekend aan beleggingen (16) (12) Indirecte beleggingsopbrengsten Koersresultaat aandelen (377) 79 Koersresultaat obligaties (316) (18) Koersresultaat liquiditeiten (76) - (769) 61

27 Jaarrekening LASTEN Uitkeringen en sociale lasten Bruto uitkeringen Pensioenpremies Sociale lasten Premie zorgverzekering Kosten Aandeel administratiekosten Syntrus Achmea pensioenbeheer Boekjaar Vorig boekjaar 5 (12) Andere kosten: advies- en controlekosten - 1 beleggingskosten kosten controle jaarrekening 10 5 overige kosten Kosten toegerekend aan beleggingen (16) (12) Andere lasten last inzake overkook De opgenomen last inzake overkook betreft de in het boekjaar opkomende last uit hoofde van de overkookregeling. Deze regeling is kortuiteengezet bij de toelichting op de kortlopende schulden. Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

28 28 Kasstroomoverzicht 2008 (in eenheden van duizend euro) Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode Kasstroom uit operationele activiteiten Saldo boekjaar (523) Aanpassingen voor: Mutatie te vorderen bijdragen 169 (162) Mutatie overige vorderingen - (3) Mutatie overige schulden 335 (53) Mutatie voorziening nakomende verplichtingen (308) (486) Kasstroom uit operationele activiteiten (327) 622 Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankoop beleggingen (569) (2.021) Verkoop beleggingen Herwaardering beleggingen 769 (61) Kasstroom uit beleggingsactiviteiten 772 (657) Mutatie geldmiddelen 445 (35) Samenstelling geldmiddelen Liquide middelen per 1 januari Mutatie liquide middelen boekjaar 445 (35) Liquide middelen per 31 december

29 Jaarrekening Overige gegevens Gebeurtenissen na balansdatum Begin 2009 heeft een storting vanuit de Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie van plaatsgevonden om het tekort bij het vroegpensioenfonds aan te vullen. Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

30 Jaarrekening Accountantsverklaring Aan: Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie Accountantsverklaring Wij hebben de in het verslag opgenomen jaarrekening 2008 van Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie te Amsterdam bestaande uit de balans per 31 december 2008 en de staat van baten en lasten over 2008 met de toelichting gecontroleerd. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de Richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 voor organisaties zonder winststreven. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat relevante interne beheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van de stichting. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die het bestuur van de stichting heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie

31 32 Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Vrijwillig Vervroegde Uittreding voor de Baksteenindustrie per 31 december 2008 en van het resultaat over 2008 in overeenstemming met de Richtlijn voor de jaarverslaggeving 640 voor organisaties zonder winststreven. Utrecht, 6 juli 2009 KPMG ACCOUNTANTS N.V. M.J. Vredenduin RA

32 785