Deel 1 Algemene situering

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Deel 1 Algemene situering"

Transcriptie

1 Deel 1 Algemene situering Plan MER 1 2 Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt

2 COLOFON Titel Jaar van uitvoering Initiatiefnemers Kaulindus nv & KZW nv (Kempische Zandgroeven Winters nv) - Joachim Vanwonterghem (Kaulindus) - Anette Winters (KZW) - Peter van Der Poort (Sweco Belgium nv - Interne deskundige namens Kaulindus) - Johan Rutten (J.R. ECOnsult bvba - Interne deskundige namens KZW) MER-coördinatie INTOE bvba Engelsplein 33 Bus B-3000 Leuven T: Gert Van de Genachte MER-deskundige Landschap - Kris De Coster MER-deskundige Bodem MER-deskundigen ACC Geology bvba Hovenstraat 46 - B-3590 Diepenbeek T: Chris Cammaer Discipline Bodem en Water Mieco-effect bvba Vroentestraat 12 - B-3290 Schaffen-Diest T: Mischa Indeherberg Discipline Fauna en Flora dba-plan bvba Poststraat 1 b03 B-3590 Diepenbeek T: Guy Putzeys Discipline Geluid en trillingen Sweco Belgium nv Arenbergstraat 13, bus 1 B-1000 Brussel T: Rik Houthaeve Disciplines Landschap, Bouwkundig erfgoed en Archeologie, Rik Houthaeve Disciplines Mens en Mobiliteit [ 2 ]

3 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt INHOUD 1 Algemene situering Voorwoord Doelstelling MER Leeswijzer Beknopte voorstelling plan Beslissing Vlaamse Regering 4 april Situering plangebied Situering van dit MER en van de verdere procedures Toetsing aan de plan-m.e.r.-plicht Initiatiefnemers Interne deskundigen MER-coördinatie Team van erkende MER-deskundigen Verdere procedure Voltooiing van het planniveau via een GRUP Een project-mer en omgevingsvergunning(en) op projectniveau Samenvatting Algemene juridische en beleidscontext Kader delfstoffen- en materialenbeleid Oppervlaktedelfstoffendecreet & Vlareop Algemeen oppervlaktedelfstoffenplan Planologische context Verordende ruimtelijke plannen Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen Planningsprocessen voor afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur [ 3 ]

4 Provinciaal ruimtelijk structuurplan Limburg Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bocholt [ 4 ]

5 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt LIJST VAN KAARTEN LIJST VAN FIGUREN Kaart 1.1. : Situering zoekzones op topografische kaart Kaart 1.2. : Situering zoekzones op Luchtfoto Kaart 1.3. : Situering zoekzones tov Wegen en waterlopen Kaart 1.4. : Gewestplan Figuur 1.1. : Situering plangebied in de Beslissing van de Vlaamse Regering Figuur 1.2. : Zand- en grindvoorraad in Vlaanderen Figuur 1.3 : Gewenste ruimtelijke structuur Figuur 1.4. : Operationeel uitvoeringsprogramma LK&M (in geel is het HAG aangeduid) Figuur 1.5. : Gewenste ruimtelijke structuur deelruimte Kaulille-Lozerheide Figuur 1.6. : Fasering woon- en uitbreidingsgebieden Kaulille Figuur 1.7. : Vijfarmige ovonde met verplaatsing van de Lillerweg (Uit Startnota Herinrichting 6-armenkruispunt Kaullille Bocholt, versie 6 ( )) [ 5 ]

6 1 ALGEMENE SITUERING 1.1 VOORWOORD Doelstelling MER De milieueffectrapportage is een instrument om de doelstellingen van het milieubeleid te helpen realiseren. De milieueffectrapportage is een procedure waarbij, voordat een activiteit of ingreep plaatsvindt, de milieugevolgen ervan worden bestudeerd, besproken en geëvalueerd. Het MER is niet alleen een hulp bij de besluitvorming maar volgens art van het DABM moeten de conclusies ook doorwerken in de besluitvorming. Daarom moet het MER bij de milderende maatregelen aangeven hoe deze kunnen doorwerken (bv rechtstreekse doorwerking in stedenbouwkundige voorschriften van het RUP, ). Dit is opgenomen in deelrapport 4. De kennisgevingsnota was de eerste procedurele stap in de opmaak van dit milieueffectrapport (MER). De kennisgevingsnota werd openbaar gemaakt. Op basis van de kennisgevingsnota kreeg het publiek, alsook het maatschappelijk middenveld en alle betrokken instanties, de mogelijkheid om opmerkingen te geven over de gewenste inhoud van het MER, meer in het bijzonder over welke effecten en alternatieven dienden bestudeerd te worden. De kennisgevingsnota lag daartoe van 29 maart 2016 tot 27 mei 2016 ter inzage bij de gemeenten in het studiegebied. Het kennisgevingsdossier was tijdens deze periode ook te raadplegen in Nederland. Het plangebied ligt immers op (slechts) ca 2 km van het 3-provinciepunt (Belgisch en Nederlands Limburg en Noord-Brabant), tevens 3-gemeentenpunt (Craenendonk, Weert en Bocholt) en tevens rijksgrens. Op basis van de inspraak maakte de dienst MER bijzondere richtlijnen op. [ 6 ]

7 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Leeswijzer Dit MER is opgesteld rekening houdend met het algemeen richtlijnenboek voor het opstellen en beoordelen van milieueffectrapporten, met de discipline-specifieke richtlijnenboeken, met het richtlijnenboek voor de activiteitengroep ontginningen en met de bijzondere aanvullende richtlijnen. Dit MER bestaat uit 14 deelrapporten : Deelrapport 1 omvat een algemene situering met de m.e.r.-procedure, de m.e.r.-plicht en de betrokken partijen alsook een omschrijving van het algemeen beleidskader wat generiek relevant is voor het voorgenomen plan en voor het planmer Deelrapport 2 omvat een voorstelling van het voorgenomen plan en zijn alternatieven. Het eerder - in het kader van het ontwerp BOD Zand in Limburg - uitgevoerde plan-mer-waardige alternatievenonderzoek was opgenomen in het kennisgevingsdossier als deel 4 maar werd op advies van de dienst MER niet opnieuw opgenomen in het MER. Het deelrapport 2 omvat het basisalternatief integraal plan en 3 alternatieven (het gewestplanalternatief, het alternatief maximale ontginning, het alternatief bestemmingsmatige verankering van de bestaande toestand). Het ingeperkt alternatief werd ontwikkeld tijdens het m.e.r.-proces zelf, lag bijgevolg niet bij de aanvang voor, en is om deze reden niet beschreven in het deelrapport 2. Het is als milderend alternatief beschreven in deelrapport 13. Deelrapport 3 omvat een technische samenvatting van de effecten voor het ingeperkt alternatief Deelrapport 4 omvat een niet technische samenvatting (eindbespreking) evenals een overzicht van de maatregelen en aanbevelingen Er zijn 7 technische deelrapporten, i.c. één per discipline : o Deelrapport 5 : discipline mobiliteit o Deelrapport 6 : discipline bodem o Deelrapport 7 : discipline water, met een bijlage kalibratierapport grondwatermodel o Deelrapport 8 : discipline geluid o Deelrapport 9 : discipline biodiversiteit o Deelrapport 10 : discipline landschap o Deelrapport 11 : discipline mens, met een bijlage Landbouwimpactstudie Deelrapport 12 omvat de passende beoordeling voor het ingeperkt alternatief Deelrapport 13 omvat een omschrijving en verantwoording van het het ingeperkt alternatief. Dit alternatief werd als milderende maatregel ontwikkeld tijdens het m.e.r.-proces. Deelrapport 14 omvat een diepere ecohydrologische studie van de omgeving. Deze werd gevraagd door het Agentschap voor Natuur en Bos naar aanleiding van de ontwerptekstbespreking. Elk deel heeft een eigen paginanummering, is voorzien van figuren en kaarten en omvat een eigen inhoudstafel. [ 7 ]

8 1.2 BEKNOPTE VOORSTELLING PLAN Op 4 april 2014 besliste de Vlaamse Regering, voortbouwend op het onderzoek van het eerder opgemaakte voorontwerp van Bijzonder Oppervlaktedelfstoffenplan Zand in Limburg (verder BOD genaamd) tot opstart van een GRUP voor de aanduiding van bijkomende gebieden voor de winning van oppervlaktedelfstoffen (Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide). Deze beslissing dient aanzien te worden als een voorafname tot opstart van een planproces en niet als een definitieve keuze voor deze locaties met uitsluiting van de andere locaties van het ontwerp BOD. Exact luidde deze beslissing als volgt (letterlijke overname in italic) : De Vlaamse Regering beslist de Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, te gelasten om te starten met de procedure voor de opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) met daarin: a. de aanduiding van bijkomende gebieden voor de winning van oppervlaktedelfstoffen (Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide) en het schrappen van ontginningsgebied (Riet-Bosschelenheide); b. het (gedeeltelijk) schrappen van de industriële bestemming van het gebied rondom de voormalige PRBvestiging in Kaulille conform de bepalingen van het Provinciaal Structuurplan Limburg; c. het kaderen van herbestemming, nabestemming en ordening van deze gebieden na ontginning binnen de geldende beleidskaders voor dit gebied. Dit planmer omvat de effectbeoordeling van de voorgenomen delfstofontginningen en van de nabestemming van de 3 ontginningsgebieden (Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide). De beslissing van de Vlaamse Regering is hieronder weergegeven in [ 8 ]

9 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Beslissing Vlaamse Regering 4 april 2014 Letterlijke tekstovername in italic. PLANDOELSTELLINGEN De plandoelstellingen van het op te maken gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan zijn drieledig. In eerste instantie wordt door het bestemmen van bijkomende gebieden voor de winning van oppervlaktedelfstoffen (Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide) en het schrappen van ontginningsgebied (Riet-Bosschelenheide) uitvoering gegeven aan het delfstoffenbeleid ten aanzien van de zandbevoorrading. In tweede instantie wordt door de aanduiding van ontginningsgebied in de gebieden Groote Heide en Raekerheide voor het voormalige gebied rondom de voormalige PRB-vestiging in Kaulille de industriële bestemming (gedeeltelijk) geschrapt conform de bepalingen van het Provinciaal Structuurplan Limburg. De aanduiding als ontginningsgebied vormt hierbij de katalysator om deze schrapping van industriegebied financieel haalbaar te maken en een herbestemming te realiseren die meer aansluit bij het landelijke karakter van de gemeente en de lokale behoeften. Ten derde wordt voor elk van de gebieden in aansluiting bij de gewenste ruimtelijke structuur op Vlaams, provinciaal en gemeentelijk niveau uitvoering gegeven aan het ruimtelijk beleid voor dit gebied. De relevante beleidskaders worden hierna verder besproken. Herbestemming, nabestemming en ordening van het gehele gebied worden gekaderd binnen de bepalingen en principes van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, het Provinciaal Structuurplan Limburg en het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bocholt. De perimeter van het plangebied zoals aangegeven in deze nota is indicatief en opgesteld op basis van de huidige inzichten. Indien bij de verdere uitwerking van het gebied of uit het overlegproces zou blijken dat het wenselijk is het plangebied uit te breiden of in te perken, kan de perimeter desgevallend aangepast of verfijnd worden. RANDVOORWAARDEN EN AANDACHTSPUNTEN Uiteraard zijn er nog tal van randvoorwaarden en aandachtspunten waar rekening mee gehouden moet worden in het verdere proces. Deze aandachtspunten of verder te onderzoeken elementen worden hieronder weergegeven en onderverdeeld per thema. Planproces: Betrokkenheid van alle partners in het volledig planningsproces met een effectief lidmaatschap in werkgroepen die opgericht worden in het kader van de uitwerking van het GRUP. [ 9 ]

10 Figuur 1.1. : Situering plangebied in de beslissing van de Vlaamse Regering Zandontginning: Het betreft twee aparte sites (Achterste Hostie enerzijds en Groote Heide en Raekerheide anderzijds) die in aanmerking komen voor zandontginning maar in het kader van effecten, ontginning en nabestemming moet dit toch als één gebied beschouwd worden. Het gedeelte van Raekerheide, gelegen in HAG (5 ha), maakt deel uit van de plancontour. ADLO vraagt echter dat dit deel niet ontwikkeld wordt voor zandontginning en dus behouden blijft als agrarische bestemming. [ 10 ]

11 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Mobiliteit: Het zou wenselijk zijn om de Kettingbrugweg te behouden als mogelijkheid tot aansluiting op het kanaal Bocholt-Herentals. Nabijheid van het kanaal Bocholt-Herentals moet onderzocht en uitgespeeld worden bij de ontginningsactiviteiten en ontsluiting van het gebied, bijv. via het opleggen van een percentage voor het transport dat via het water moet gebeuren. Gezien het aanzienlijk aantal schepen dat dagelijks vereist zou zijn om de afvoer van het zand op te vangen (zo n 3 à 5 schepen), is het belangrijk dat er een adequate laad- en losinfrastructuur voorzien wordt. Selecteren van afzetgebieden die eveneens watergebonden zijn (bijv. watergebonden betoncentrales). Mogelijkheid nagaan of het terrein eveneens gebruikt kan worden voor de watergebonden aanvoer van grond afkomstig van andere locaties. De beperkingen voor aanvoer van zand naar een mogelijke ontsluiting op het kanaal Bocholt-Herentals mogen geen aanleiding geven tot uitsluiting van de mogelijkheid tot afvoer van het gewonnen zand via het kanaal. Nabestemming Essentieel hierbij is dat de nabestemming getoetst wordt aan de bestaande en desgevallend nog te ontwikkelen beleidskaders die er zijn op de verschillende beleidsniveaus. Indien de oppervlakte van het diepe gedeelte van de groeves na ontginning kan beperkt worden door baggerspecie of niet-verontreinigde uitgegraven bodem, die voldoen aan de ter zake geldende milieuhygiënische richtwaarden, moet deze optie opengehouden worden. Verder ontwikkeling en/of herstel van het relict-duinengebied als ontsloten erfgoed moet tot de mogelijkheden behoren. De nabestemming moet invulling geven aan de vooropgestelde instandhoudingsdoelen voor de gebieden en moet passen binnen de visie op de toeristische ontwikkeling van het kanaal. De nabestemming moet een maatschappelijk gedragen meerwaarde realiseren voor de gemeente Bocholt. Er moet een grondige afweging gebeuren over alle deelzones van de cluster Bocholt voor de invulling van natuur, landbouw, recreatie en KMO-bedrijvigheid. Archeologie & Erfgoed Voor zowel archeologie, landschappen als bouwkundig erfgoed moeten de aanwezige erfgoedwaarden onderzocht worden. Aandacht voor de resterende erfgoedwaarden van de relictzone beboste stuifzanden van Kaulille en de aanwezigheid van de ankerplaats Lozerheide en kasteel het Lo aan de overkant van het kanaal. Aandacht voor de resterende industriële en landbouwkundige erfgoedwaarden. [ 11 ]

12 1.2.2 Situering plangebied Het plangebied bevindt zich ten noord(oost)en van de kern van Kaulille en ten zuid(west)en van het kanaal Bocholt-Herentals en te paard op het industrieterrein Kettingbrugweg (voor wat betreft Achterste Hostie en Groote Heide) en de Fabrieksstraat (voor wat betreft Groote Heide en Raekerheide). Onderstaand zijn de zoekzones voor ontginning aangeduid (met zwarte of paarse lijn) met als achtergrond de topografische kaart (zie kaart 1.1), een recente luchtfoto (zie kaart 1.2) en een situeringskaart met de wegen en waterlopen (zie kaart 1.3). Het betreft de contouren zoals opgenomen in de Beslissing van de Vlaamse Regering (zie ) maar dan ingetekend rekening houdend met de kadastrale situatie. Op deze 3 kaarten zijn eveneens de ontginningszones aangeduid die behoren tot het basisalternatief Integraal plan dat in deel 2 beschreven wordt (zie 2.3). Dat zijn de lichtblauwe lijnen. [ 12 ]

13 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt [ 13 ]

14 [ 14 ]

15 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt [ 15 ]

16 1.3 SITUERING VAN DIT MER EN VAN DE VERDERE PROCEDURES Toetsing aan de plan-m.e.r.-plicht Het GRUP dat zal worden opgemaakt voldoet aan de definitie van een plan zoals bedoeld in de planmer.-richtlijn en het Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid (verder DABM genaamd) en het is kadervormend voor vergunning van projecten (oa ontbossingen, zandwinningen, inrichting industrieterrein en vestiging bedrijvigheid, aanleg recreatieve infrastructuur,..). Dergelijke plannen zijn ofwel van rechtswege plan-m.e.r.-plichtig ofwel screeningsplichtig. Het op te stellen GRUP is plan-m.e.r.-plichtig van rechtswege omdat het kadervormend is voor meerdere projecten van bijlage I of II van het projectmer-besluit. Onder andere (niet limitatief) : Bijlage I, rubr 23 Ontginningen van oppervlaktedelfstoffen of grind met een terreinoppervlakte van meer dan 10 ha Bijlage II, rubr 1d : Ontbossing met het oog op de omschakeling naar een ander bodemgebruik voor zover de oppervlakte 3 ha of meer bedraagt Bijlage II, rubr 2a : Ontginningen in gebieden die volgens de plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen bestemd zijn om oppervlaktedelfstoffen of grind te ontginnen en die een ontginbare oppervlakte hebben van 10 ha of meer Bijlage II, rubr 12a : Vakantiedorpen, hotelcomplexen buiten stedelijke zones, permanente kampeer- en caravanterreinen, met een terreinoppervlakte van 5 ha of meer of met een verkeersgenererende werking van pieken van 1000 of meer personenauto-equivalenten per tijdsblok van 2 uur Initiatiefnemers Initiatiefnemer voor het op te maken GRUP dat de plangebieden uit dit planmer zal omvatten is : Vlaamse overheid, Departement Omgeving Phoenixgebouw Koning Albert II-laan 19 bus Brussel tel : Contactpersoon : Luc Moors Luc.moors@vlaanderen.be [ 16 ]

17 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt De initiatiefnemers op projectniveau, ic voor de zandwinningen en hun nabestemmingen, zijn : En Kempische Zandgroeven Winters nv (initiatief nemend in en eigenaar van Achterste Hostie) Erkstraat Hamont-Achel tel : Contactpersoon : Anette Winters Winters@kzw.be Kaulindus nv (initiatief nemend in en eigenaar van Groote Heide en Raekerheide) Fabrieksstraat 106A 3950 Kaulille (Bocholt) tel : Contactpersoon : Joachim Vanwonterghem kaulindus@skynet.be Deze laatste initiatiefnemers hebben toestemming verkregen van de Vlaamse Overheid om de planmer-verplichtingen over te nemen Interne deskundigen Als interne deskundigen, namens de beide initiatiefnemers op projectniveau, werken mee : Voor Kempische Zandgroeven Winters nv : Johan Rutten, zaakvoerder J.R. ECOnsult bvba Daalstraat KINROOI tel : info@jreconsult.be Voor Kaulindus nv : Peter van der Poort, sr Projectleider Ruimtelijke Planning Sweco Herkenrodesingel 8B, bus Hasselt tel : peter.vanderpoort@sweco.be [ 17 ]

18 1.3.4 MER-coördinatie Het planmer wordt gecoördineerd door : INTOE bvba Engels plein 33 bus Leuven tel : Gert Van de Genachte erkend MER-deskundige landschap gert@intoe.be Kris De Coster erkend MER-deskundige bodem kris@intoe.be Team van erkende MER-deskundigen De erkende MER-deskundigen die het MER-rapport opmaken zijn : Functie Erkend deskundige Medewerker Discipline geluid Guy Putzeys (D) Sven Loridan (D) Discipline bodem Discipline grond- en oppervlaktewater Discipline fauna en flora Chris Cammaer (A) Chris Cammaer (A) Mischa Indeherberg (M) Annelies Anthierens (G) Sofie Heirman (G) Discipline onroerend erfgoed, deeldomeinen landschap en archeologie Paul Durinck (G) Charlotte Verlinden (G) Soetkin Verryt (G) Discipline onroerend erfgoed, deeldomeinen landschap en bouwkundig erfgoed Rik Houthaeve (G) Charlotte Verlinden (G) Soetkin Verryt (G) Discipline mens deeldomein ruimtelijke aspecten Rik Houthaeve (G) Charlotte Verlinden (G) Soetkin Verryt (G) Discipline mens, deeldomein mobiliteit Rik Houthaeve (G) Stijn Van Pee (G) (A) : ACC Geology bvba, Diepenbeek (D) : DBA-Plan, Diepenbeek (G) : Sweco Belgium NV, Hasselt en Gent (I) : Intoe bvba, Leuven (M) : Mieco-effect bvba, Diest [ 18 ]

19 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Verdere procedure Voltooiing van het planniveau via een GRUP Op planniveau dient vooreerst een RUP te worden vastgesteld. Gelet op de bevoegdheidsverdeling inzake RUPs en het feit dat de Vlaamse Regering reeds een startbeslissing nam over dit plangebied (zie ) waarin ze geen delegatie verleent aan een ander bestuursniveau, zal een eventuele herbestemming tot ontginningsgebied dienen te gebeuren via een Gewestelijk RUP. Voor dit planmer werden evenwel de planmerverplichtingen overgedragen aan de firma s Kaulindus en Winters op hun gemotiveerd verzoek. Dit plan-mer werd opgestart voor de regelgeving inzake integratie van plan-mer in werking trad, geldt de vroegere sequentiële aanpak inzake planmer en GRUP. Deze houdt in dat het planmer volledig verklaard wordt voorafgaand aan het GRUP en dat het planmer ter inzage ligt tijdens de RUP-procedure. Daarbij is rekening te houden met artikel 25 van het Besluit Vlaamse Regering van 17 februari 2017, dat bepaalt : Eenvoudig samengevat betekent dit : Dat de plenaire vergadering voor het GRUP dient plaats te vinden voor 31 december 2018, Dat de GRUP-procedure gevolgd werd zoals deze voorheen van toepassing was (ic zonder integratie van het planmer met het GRUP). Na de voorlopige vaststelling van het GRUP door de Vlaamse Regering zal het GRUP 60 dagen in openbaar onderzoek liggen waarbij het goedgekeurde plan-mer ter inzage ligt. [ 19 ]

20 Een project-mer en omgevingsvergunning(en) op projectniveau Slechts na de definitieve vaststelling van een GRUP zullen vergunningen kunnen worden aangevraagd voor de handelingen die kaderen binnen het GRUP. Aangezien de stedenbouwkundige vergunning en de milieuvergunning werden geïntegreerd zullen één of meerdere omgevingsvergunningen moeten worden aangevraagd. Voor het verlenen van omgevingsvergunningen voor ontginningen is de Deputatie bevoegd aangezien ontginningen nominatief vermeld zijn op de gesloten lijst met provinciale projecten. Aanhorigheden en vergunningsplichtige handelingen inzake nabestemming zijn onlosmakelijk verbonden en behoren bijgevolg eveneens te worden vergund door de Deputatie (in eerste aanleg). De omgevingsvergunning voor ontginningen is steeds van bepaalde duur en zal een fasering omvatten. Zowel de ontginning van delfstoffen als de daartoe vereiste ontbossing zijn handelingen die project-mer-plichtig zijn. Eén of meerdere project-mer s zullen dus moeten worden opgemaakt. Gelet op de integratie van project- MER in omgevingsvergunning zal alleszins het ontwerp van project-mer samen met de omgevingsvergunningsaanvraag gedurende 30 dagen in openbaar onderzoek worden gebracht met oog op inspraak door het betrokken publiek. Ook tijdens de opmaak zelf van het project-mer is inspraak door het betrokken publiek wenselijk en advisering door overheden zinvol. Dat is evenwel facultatief en vormvrij. De handleiding van de dienst MER bevat op dit vlak een aantal mogelijke invullingen : [ 20 ]

21 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Samenvatting Aangezien tijdstip en inhoud van de beslissing van de Vlaamse Regering niet bekend zijn en ook niet geweten is op welke wijze het projectniveau exact kan/zal worden vormgegeven, is het momenteel niet mogelijk een proceduretraject uit te tekenen. Alleszins kan wel het volgende worden gesteld : INSPRAAK Minstens volgende inspraak is nog voorzien in functie van ontginning en nabestemming : Openbaar onderzoek tijdens de GRUP-procedure. Het goedgekeurde plan-mer ligt daarbij ter inzage. Openbaar onderzoek tijdens elke omgevingsvergunning, waarbij het ontwerp van project-mer eveneens ter inspraak zal voorliggen Facultatief : inspraak tijdens de opmaak van het project-mer, voorafgaand aan indiening omgevingsvergunning BESLUITVORMING Minstens volgende besluiten zijn nog te nemen in functie van ontginning en nabestemming : Beslissing Vlaamse Regering mbt GRUP Beslissing Deputatie mbt omgevingsvergunningsaanvragen mbt ontginning [ 21 ]

22 1.4 ALGEMENE JURIDISCHE EN BELEIDSCONTEXT Per discipline is de relevante juridische context opgenomen. Dat zit vervat in de technische deelrapporten. Het betreft de onderstaande regelgeving, beleidsbepalingen of juridische principes (met verwijzing naar het paragraafnummer waar mee info is opgenomen). In de teksten zelf is aangegeven of dit beleid/regelgeving relevant is op planniveau, op projectniveau of beide en blijkt hoe er mee werd omgegaan. DISCIPLINE BODEM Oppervlaktedelfstoffendecreet en uitvoeringsbesluit (VLAREOP) Bodemdecreet en uitvoeringsbesluit (VLAREBO 2008) VLAREM I + bijlagen VLAREM II + bijlagen DISCIPLINE WATER Bodemdecreet en uitvoeringsbesluit (VLAREBO 2008) Kaderrichtlijn Water Decreet integraal waterbeleid + bijlage(n) en uitvoeringsbesluit Wet oppervlaktewateren (+ latere wijzigingen) VLAREM I + bijlagen VLAREM II + bijlagen DISCIPLINE GELUID VLAREM II + bijlagen Beleidsmatige info omtrent wegverkeersgeluid DISCIPLINE BIODIVERSITEIT De zorgplicht Het stand-still principe Vegetatiewijzigingsbesluit [ 22 ]

23 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Soortenbesluit Beleid en regelgeving mbt het VEN en het IVON Beleid en regelgeving mbt de vogel- en habitatrichtlijngebieden Vlaamse en erkende natuurreservaten De regelgeving inzake ontbossing en boscompensatie DISCIPLINE LANDSCHAP Decreet onroerend erfgoed Regionaal landschap Beheer open ruimte, ruilverkaveling, landinrichting en natuurinrichting (27 juni 1984) Conventie van Malta (16 januari 1992) DISCIPLINE MENS Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Koninklijk besluit : 28 december 1972 betreffende de gewestplannen Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (gewijzigd 25 februari 2011) Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Limburg Gemeentelijk ruimtelijke structuurplannen Milieukwaliteitsnormen Lucht NO2, PM10 en PM2, Onderstaand zijn verder het delfstoffen- en materialenbeleid opgenomen ( ) en de relevante planologische context ( 1.5.2). Deze hebben immers een generiek belang, over de disciplines heen. [ 23 ]

24 1.4.1 Kader delfstoffen- en materialenbeleid Het voorontwerp BOD Zand in Limburg en specifieke beslissingen van de Vlaamse Regering mbt de zandbevoorrading in aanloop naar voorliggend plan zijn besproken in deel 2 aangezien ze een onderdeel vormen van de projectverantwoording. We beperken ons hier tot het algemeen regelgevend kader Oppervlaktedelfstoffendecreet & Vlareop Om de grondstoffenbevoorrading te verzekeren voorzag het decreet betreffende de oppervlaktedelfstoffen van 4 april 2003, kortweg het Oppervlaktedelfstoffendecreet, onder meer in de opmaak van bijzondere oppervlaktedelfstoffenplannen per samenhangend oppervlaktedelfstoffengebied. Op 13 oktober 2010 besliste het Vlaams Parlement in een resolutie om de bijzondere oppervlaktedelfstoffenplannen (BOD s) te schrappen als planfiguur en te vervangen door delfstoffennota s. De besluitvormingsprocedures van voorontwerpen BOD s voor zanden werden bijgevolg stopgezet. Op 23 april 2014 bekrachtigde de Vlaamse Regering de aanname van het Vlaams Parlement betreffende het decreet tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 4 april 2003 betreffende de oppervlaktedelfstoffen. Het nieuwe decreet voorziet in de opmaak van oppervlaktedelfstoffennota s die uitvoering geven aan de doelstellingen van het Oppervlaktedelfstoffendecreet. De nota s zijn gebaseerd op ontwikkelingsperspectieven voor een termijn van minimaal 25 jaar. De oppervlaktedelfstoffennota s worden door de minister minstens vijfjaarlijks geëvalueerd. Op 27 februari 2015 werden de wijzigingen aan het besluit van de Vlaamse Regering houdende regels tot uitvoering van het oppervlaktedelfstoffendecreet (VLAREOP) definitief goedgekeurd Algemeen oppervlaktedelfstoffenplan Het Oppervlaktedelfstoffendecreet voorziet ook in de opmaak van een Algemeen Oppervlaktedelfstoffenplan (AOD). Dit AOD is één van de beleidsinstrumenten die door het Oppervlaktedelfstoffendecreet naar voren worden geschoven om uitvoering te geven aan de doelstellingen van het duurzaam oppervlaktedelfstoffenbeleid. Het AOD moet minstens de behoefte aan minerale grondstoffen van Vlaanderen onderbouwd bepalen en vervolgens aangeven welke pistes moeten worden gevolgd om de grondstoffenbevoorrading duurzaam te verzekeren, gebaseerd op ontwikkelingsperspectieven van minimaal 25 jaar en met acties voor de komende 5 jaar. Een AOD wordt vijfjaarlijks geëvalueerd. Het eerste algemeen oppervlaktedelfstoffenplan, AOD 1, werd door de Vlaamse Regering definitief goedgekeurd op 10 juli Het is duidelijk dat er sindsdien heel wat evoluties zijn aan te geven die een actualisatie van het AOD1 rechtvaardigen. Op 19 december 2014 werd het tweede algemeen oppervlaktedelfstoffenplan, AOD 2, definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering. [ 24 ]

25 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Planologische context Voor het op te maken GRUP, dat naast de plangebieden Achterste Hostie, Raekerheide, Groote Heide ook andere plangebieden omvat, schetsen we hier de planningscontext. Deze bestaat uit de verordenende ruimtelijke plannen, de structuurplannen op de diverse bestuursniveaus en andere ruimtelijke beleidsplannen Verordende ruimtelijke plannen Gewestplan Het gewestplan is weergegeven op kaart 1.4. Op deze kaart zijn de voorstellen ontginningsgebied in overdruk geplaatst als rode lijn. Het betreft de contouren zoals opgenomen in de Beslissing van de Vlaamse Regering (zie en ). Op deze kaart zijn eveneens de ontginningszones aangeduid die behoren tot het alternatief integraal plan dat in deel 2 ontwikkeld wordt (zie 2.3). Dat zijn de lichtblauwe lijnen. De huidige gewestplanbestemmingen zijn, per deelzone, dus als volgt : Achterste Hostie : bestaand ontginningsgebied (ca 20 ha). De uitbreidingsperimeter van ca 73 ha is volgens het gewestplan grotendeels aangeduid als natuurgebied en een kleiner deel (ca 16 ha) als landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Dit agrarisch gebied werd niet herbevestigd. Dwars over het gebied loopt in noord-zuidrichting een hoogspanningsleiding. Op 10 juli 2003 werd een BPA In den Hove goedgekeurd afwijkend van het gewestplan om een uitbreiding van de zandwinning te bekomen. Deze uitbreiding is volledig gelegen binnen de thans voorgestelde uitbreidingsperimeter van 73 ha. Gezien de beperkte uitbreidingsmogelijkheid (ca 5 ha met inbegrip van een verwerkings- en depotzone) werd tot op heden geen gebruik gemaakt van dit BPA. Groote Heide : gebied van ca 75 ha (voormalig PRB-terrein) dat op het gewestplan bestemd is als industriegebied en voor een klein deel als bosgebied (beiden met overdruk erfdienstbaarheidsgebied) Raekerheide: gebied van ca 97 ha (voormalig PRB-terrein) dat op het gewestplan bestemd is als industriegebied en voor een klein deel (ca 5 ha) als landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Dit agrarisch gebied werd door de VR op herbevestigd als agrarisch gebied (HAG). [ 25 ]

26 [ 26 ]

27 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen DE BINDENDE BEPALINGEN Het Vlaams Gewest bakent de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur als volgt af in gewestplannen of gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen: ha grote eenheden natuur of grote eenheden natuur in ontwikkeling (in overdruk) Daarvoor is een toename van ha natuur- en reservaatgebied (t.o.v. 1994) tot een totaal van ha natuuren reservaatgebied nodig ha agrarisch gebied, ruimtelijk bestemd voor de beroepslandbouw ha bijkomend bosgebied of bosuitbreidingsgebied, tot een totaal van ha bosgebied ha natuurverwevingsgebied (in overdruk) op niet groene bestemmingen. De bindende bepalingen bevatten geen taakstelling naar (zand)ontginning. HET INFORMATIEF EN RICHTINGGEVEND GEDEELTE In het informatief gedeelte worden voor Vlaanderen achttien zogenaamde ontgrondingsgebieden aangeduid 1. Deze gebieden kennen een vergelijkbare structuur en problematiek; hun ruimtelijke spreiding is bepaald door geologische factoren. De beton- en metselzanden in Noord-Limburg vormt één van deze ontgrondingsgebieden (nr.15 op onderstaande kaart). RUIMTELIJK AFGEWOGEN EN VASTGESTELDE PROGRAMMATIE VAN DELFSTOFFENWINNING In het richtinggevende gedeelte van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen wordt volgend ontwikkelingsperspectieven betreffende ontginning vermeld 2: Ontginning van een specifieke delfstof moet deel uitmaken van een door de overheid ruimtelijk afgewogen en vastgestelde programmatie van delfstoffenwinning, met vaststelling van locaties en nabestemmingen per samenhangend delfstoffengebied. Het opmaken van gebiedsgerichte visies gebeurt in overleg met alle betrokken overheidssectoren en wordt gekaderd in het ruimtelijk beleid voor het gebied. Op basis van een ruimtelijke afweging 1 Digitale versie RSV versie 2011, bestaande ruimtelijke structuur van de open-ruimte, punt Ontgronding, p Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen versie 2011, Gewenste ruimtelijke structuur richtinggevend gedeelte, punt ontginning, pp [ 27 ]

28 worden de ramingen naar ruimtebehoefte voor delfstoffen vastgesteld in gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen. ( ) Ontginningen zijn tijdelijke activiteiten. Daarom is de ontginningsfunctie op lange termijn ondergeschikt aan de structuurbepalende functies van het buitengebied. Figuur 1.2. : Zand- en grindvoorraad in Vlaanderen [ 28 ]

29 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt DE LOCATIE, NABESTEMMING EN INRICHTING VAN ONTGINNINGEN CONFORM DE DOELSTELLINGEN VAN HET BUITENGEBIED Het RSV legt een aantal principes vast met betrekking tot de locatiekeuze van ontginningen: het afstemmen van de locatiekeuze voor nieuwe ontginningen op de nabestemmingsmogelijkheden en dus op de ruimtelijke potenties van het gebied; het afstemmen van de nabestemmings- en herinrichtingsmogelijkheden op de bestaande natuurlijke en agrarische structuur en desgevallend op de stedelijke structuur (stadsrandfunctie) en op de bevolkingsconcentratie (recreatiefunctie); het onderzoeken van ontginning in de voor natuur, landbouw en bos belangrijke gebieden op voorwaarde dat ze na ontginning structuurondersteunend of structuurversterkend kunnen zijn; Tijdens de ontginningsactiviteit is het noodzakelijk dat op een zorgzame wijze de ruimtelijke kwaliteit in de omgeving van de ontginningsactiviteit wordt gerespecteerd en de herinrichting gefaseerd wordt aangepakt, onmiddellijk gevolgd door de volledige nabestemming. De nabestemming en herinrichting moeten worden ingepast in het ruimtelijk beleid voor het gebied met als doel de (natuurlijke) structuurbepalende functies te versterken en een landschap met ruimtelijke kwaliteit te realiseren. Tot slot bepaalt het RSV dat vergunningen voor ontginningen steeds voorschriften met betrekking tot de uitbating in functie van de te realiseren nabestemming en herinrichting, moeten omvatten. RUIMTELIJKE VISIE OP DE ONTWIKKELING VAN VLAANDEREN: VLAANDEREN OPEN EN STEDELIJK Met de metafoor Vlaanderen, open en stedelijk wil het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) een trendbreuk realiseren met betrekking tot de ruimtelijke ontwikkeling. Deze trendbreuk beoogt de versterking van het buitengebied en het tegengaan van de versnippering door een beter gebruik en beheer van de stedelijke structuur. Daarom wordt de ruimtelijk structurerende werking van het fysisch systeem als principe vooropgesteld. Het fysisch systeem is ruimtelijk structurerend voor de natuurlijke structuur (inclusief de bosstructuur), de agrarische structuur, de nederzettingsstructuur en het landschap. Ruimtelijk structurerend betekent dat de huidige, intrinsieke kenmerken van het bestaand fysisch systeem het richtinggevend kader zijn voor de ruimtelijke ontwikkeling van de structuurbepalende functies natuur, bos, landbouw en wonen en werken op het niveau van het buitengebied. In Vlaanderen wordt de ruimtelijke structuur van het buitengebied vandaag bepaald door het samenhangend geheel (netwerk) van rivier- en beekvalleien, grote en aaneengesloten natuur- en boscomplexen, belangrijke landbouwgebieden, de nederzettingsstructuur, het landschap en de infrastructuur, [ 29 ]

30 INBEDDEN VAN LANDBOUW, NATUUR EN BOS IN GOED GESTRUCTUREERDE GEHELEN Elk van de drie voor het buitengebied structuurbepalende functies landbouw, natuur en bos kan slechts op een duurzame wijze functioneren indien de gebieden die aan deze functie worden toegewezen, ingebed zijn in een goed gestructureerd geheel. Daarom wordt het buitengebiedbeleid gedifferentieerd naar een beleid voor de natuurlijke structuur, de agrarische structuur en de nederzettingsstructuur. De natuurlijke en de agrarische structuur kunnen elkaar in bepaalde gebieden (natuurverwevingsgebieden) overlappen. Het afbakenen van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische structuur in ruimtelijke uitvoeringsplannen moet daarom gelijktijdig en op gelijkwaardige basis gebeuren. De natuurlijke structuur kan in bepaalde gebieden ook overlappen met andere functies (recreatie, overige functies, ). OPTIMALE LOKALISATIE EN KWALITEITSVOLLE INRICHTING VAN LOKALE, GEMENGD REGIONALE EN SPECIFIEK REGIONALE BEDRIJVENTERREINEN Volgende principes gelden volgens het RSV voor de lokalisatie en inrichting van nieuwe regionale bedrijventerreinen : Lokalisatie uitsluitend in de stedelijke gebieden, de gemeenten van het netwerk Albertkanaal en de overige economische knooppunten; Lokalisatie bij voorkeur aansluitend bij de bestaande bedrijventerreinen; Verantwoording vanuit een globale ruimtelijke visie op het economisch knooppunt en de positie van het economisch knoppunt in Vlaanderen en in de provincie; in het bijzonder wordt in ieder economisch knooppunt een gewenste ruimtelijk-economische structuur uitgewerkt; Afstemming van de oppervlakte van het regionaal bedrijventerrein op de reikwijdte en het belang van het economisch knooppunt en de spreiding van bedrijventerreinen in de overige economische knooppunt in de provincie; Afstemming van het bereikbaarheidsprofiel van de locatie op het mobiliteitsprofiel van de voorziene bedrijven (= locatiebeleid); naast de uitwerking van het locatiebeleid dienen ook de in te zetten instrumenten (waaronder ook openbaar vervoer) te worden aangegeven; Geen kleinhandelsbedrijven op regionaal bedrijventerrein, tenzij op deze die gedeeltelijk als kleinhandelszone zijn afgebakend. [ 30 ]

31 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt BEDRIJVENTERREINEN (VOOR HISTORISCH GEGROEIDE BEDRIJVEN) EN VOOR BESTAANDE REGIONALE BEDRIJVEN Een bestaand regionaal bedrijf is gelegen in een gemeente die deel uitmaakt van de economische knooppunten en heeft een ruimtelijk vraagstuk dat best op bovenlokaal niveau wordt afgewogen. Daarnaast is dergelijk bedrijf vaak morfologisch en ruimtelijk verweven met de omgeving of heeft het een specifieke sociaal-economische relatie met die omgeving. De gemeente moet deze problematiek signaleren en een principieel standpunt innemen. Bij de bovenlokale afweging (provincie of gewest) wordt de gemeente betrokken bij de voorbereiding van het RUP. Individuele bedrijven gelegen in speciale beschermingszones, VEN en ontginningsgebieden worden conform de decretale bepalingen afgewogen door de Vlaamse overheid. ONTWIKKELINGSMOGELIJKHEDEN VOOR TOERISTISCH-RECREATIEVE INFRASTRUCTUUR IN HET BUITENGEBIED Indien men de structuurbepalende functies van het buitengebied wil vrijwaren, kan de toeristisch-recreatieve infrastructuur er slechts op een specifieke manier aanwezig zijn. De aard en het type van de infrastructuur zelf zijn hierbij van belang. De ontwikkelingsmogelijkheden van de toeristisch-recreatieve infrastructuur zullen immers worden bepaald door de positie ervan binnen en de impact ervan op de natuurlijke en de agrarische structuur. Teneinde de impact van bepaalde toeristisch-recreatieve infrastructuren ten opzichte van het buitengebied te kunnen inschatten, wordt er op basis van de categorieën toerisme en recreatie en de subcategorieën verblijf en dag een onderscheid gemaakt tussen hoogdynamische en laagdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur. Dit onderscheid geeft de relatie aan die er bestaat tussen de toeristisch-recreatieve infrastructuur in kwestie en de omliggende onderdelen van het buitengebied en spreekt zich in die zin uit over de belasting van deze laatste in functie van haar draagkracht 3. Onder hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur wordt die infrastructuur verstaan die omwille van haar intrinsieke aard, in haar onmiddellijke omgeving sterke veranderingen en dynamiek teweegbrengt in de wijze van functioneren van de bestaande ruimtelijke en sociaal-economisch structuur en daardoor in belangrijke mate het bestaande ruimtegebruik wijzigt (bijvoorbeeld door een sterk geconcentreerd voorzieningenpakket of één grote voorziening op één plaats, door de aanwezigheid van een grote groep mensen per oppervlakte-eenheid,...). 3 In tegenstelling tot de gangbare opdeling intensieve en extensieve recreatie, die vooral vanuit de aard van de infrastructuur zelf vertrekt. Dit betekent dat naargelang de aard en de inrichting van de toeristisch-recreatieve activiteiten zelf, een bepaalde infrastructuur op de ene plaats laag- en op een andere eerder hoog-dynamisch kan genoemd worden. Het is bijgevolg onmogelijk algemeen geldende kwantitatieve normen te definiëren die het onderscheid kunnen maken tussen hoog- en laagdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur [ 31 ]

32 Nieuwe hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur is slechts onder strikte voorwaarden mogelijk in het buitengebied. Nieuwe hoogdynamische infrastructuur in het buitengebied kan ingeplant worden, binnen de specifieke randvoorwaarden gesteld door de structuurbepalende functies natuur, bos, landbouw én wanneer de beoogde infrastructuur gelegen is in een gebied wat in provinciale en gemeentelijke structuurplannen aangeduid wordt als zone van primair toeristisch belang. De lokalisatie van bijkomende hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur kan onderzocht worden in de voor natuur, landbouw en bos belangrijke gebieden op voorwaarde dat: - de reële behoefte aan de hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur in een ruime omgeving (in het stedelijk netwerk, in het stedelijk gebied,...) aangetoond wordt; de schaal van de hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur aansluit bij de schaal van het landschap; de hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur een ruimtelijke meerwaarde betekent voor de natuurfunctie, de landbouwfunctie en/of de bosfunctie; de hoogdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur de structuur en de functie van de structuurbepalende component niet aantast op gewestelijk niveau. Het is de bedoeling de ruimtelijke kwaliteit van het buitengebied te garanderen, zonder het functioneren van de structuurbepalende functies van het buitengebied, landbouw, natuur, bos, en wonen en werken aan te tasten. Op deze wijze blijft het buitengebied gevrijwaard voor haar structuurbepalende functies en wordt de versnippering door bebouwing en toeristisch-recreatieve infrastructuren tegengegaan. Een aantal verzorgende activiteiten, zoals bijvoorbeeld een kwaliteitsvol logiesaanbod, wordt hierbij het best geconcentreerd in de kernen van het buitengebied. [ 32 ]

33 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Planningsprocessen voor afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur Van 2004 tot 2009 werkte de Vlaamse overheid in overleg met gemeenten, provincies en belangengroepen een ruimtelijke visie uit op landbouw, natuur en bos, voor dertien buitengebiedregio s. De visie geeft op hoofdlijnen aan welke gebieden behouden blijven voor landbouw en waar er ruimte kan zijn voor natuurontwikkeling of bosuitbreiding. Ze vormt de basis voor de opmaak van gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, die de bestemmingen op perceelniveau vastleggen. Voor elk van de dertien regio's heeft de Vlaamse Regering de visievormingsprocessen afgerond met een beslissing over het actieprogramma voor de op te maken ruimtelijke uitvoeringsplannen. Voor de landbouwgebieden waar de bestemming van het gewestplan zeker behouden kan blijven, besliste de regering om de bestaande agrarische bestemmingen te herbevestigen. Op die manier is midden 2009 ca hectare agrarisch gebied vastgelegd. De resultaten van deze overlegprocessen zijn consulteerbaar op Op 7 mei 2010 besliste de Vlaamse Regering over de verdere voortgang van het afbakeningsproces. Er is een coördinatieplatform opgericht met o.m. vertegenwoordigers van de verschillende beleidsvelden en de natuur- en landbouworganisaties. Dit platform volgt de uitvoering van de afbakening op. Het bekijkt voor welke gebieden gestart kan worden met de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen en bewaakt de gelijktijdige voortgang van de realisatie van de doelen voor landbouw, natuur én bos. De Vlaamse overheid stelde een administratie-overschrijdend team samen dat deze plannen voorbereidt en het vooroverleg met de betrokken lokale besturen en middenveldorganisaties organiseert. Het coördinatieplatform bepaalt jaarlijks in een gebiedsgericht programma voor welke concrete gebieden er een planningsproces opstart. Gezien de afbakeningsprocessen voor deze regio s zijn afgerond vóór de beslissing tot uitwerking van dit zandwinningsdossier, worden deze beslissingen over de afbakeningsprocessen als uitgangspunt beschouwd. Dit is in het bijzonder het geval voor de bepaling van de herbestemming van te schrappen gebieden alsook voor de nabestemming van de nieuwe ontginningsgebieden. HET AFBAKENINGSPROCES IN DE REGIO LIMBURGSE KEMPEN EN MAASLAND Voor de buitengebiedregio Limburgse Kempen en Maasland werd het afbakeningsproces voor de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur opgestart in Het eindvoorstel van gewenste ruimtelijke structuur en een uitvoeringsprogramma werd in maart 2008 voor advies voorgelegd aan de betrokken gemeenten, provincies en belangengroepen. De Vlaamse Regering nam op 12 december 2008 kennis van het eindvoorstel en de adviezen van de gemeenten, provincies en belangengroepen daarover en keurde op basis daarvan de beleidsmatige herbevestiging van de bestaande gewestplannen voor ca ha agrarisch gebied én een operationeel uitvoeringsprogramma goed. [ 33 ]

34 Het plangebied is in het afbakeningsproces voor de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Limburgse Kempen en Maasland opgenomen op de grens tussen de deelruimten Hoge Kempen (gebied B2: noordoostelijk deel) en Vlakte van Peer/ Bekken van Warmbeek en Dommel (gebied C3: oostelijk deel). Algemeen is de visie voor de deelruimte Hoge Kempen er op gericht het aaneengesloten karakter van de bos- en heidecomplexen met aansluitende waardevolle beekvalleien te behouden en te versterken door verdere versnippering tegen te gaan, intensieve functies binnen deze gebieden af te bouwen en waardevolle bos- en natuurgebieden in te bedden binnen samenhangende gehelen. Onderlinge natuurverbindingen en unieke hydrologische relaties worden behouden, hersteld en ontwikkeld. Voor het noordelijk gedeelte dat behoort tot de deelruimte Vlakte van Peer/ Bekken van Warmbeek en Dommel is de visie gericht op het uitgesproken agrarisch en open karakter van dit gebied te behouden maar voldoende ruimte te laten voor het behoud en herstel van unieke brongebieden en habitats voor weide- en struweelvogels. De krachtlijnen van de ruimtelijke visie 4 op landbouw, natuur en bos voor het plangebied Donderslagheide en Grote Heide zijn vastgelegd in volgende concepten (kaarten 7 en 11 van de gewenste ruimtelijke structuur): Vrijwaren van gebieden voor de land- en tuinbouw verweven met patronen van verspreide bosfragmenten (concept 33) De meeste landbouwgebieden van het bekken van Warmbeek en Dommel worden gekenmerkt door een afwisseling van klein- en middenschalige landbouwgebieden, beekvalleien, bossen en nederzettingen met verspreide bebouwing. Behoud van de landbouwfunctie, in afwisseling met kleine landschapselementen, bos- en natuurgebieden en woonfuncties, in deze gebieden staat voorop (concept 33.13: Land- en tuinbouwgebied tussen Bocholt, Kaulille en Grote Brogel). 4 Eindvoorstel Gewenste Ruimtelijke Structuur Limburgse Kempen en Maasland, maart [ 34 ]

35 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Samenhangende boscomplexen en patronen van verspreide bosfragmenten behouden en versterken als structuurbepalende natuur- en/of landschapselementen (concept 37) Zowel de grote boscomplexen als de vele verspreide kleine bosjes moeten in samenhang met hun cultuurhistorische en landschappelijke context behouden blijven. Waardevolle alluviale loofbossen en bosbiotopen met heide, landduinen, vennen en loofbos vormen hierbij een specifieke te behouden en versterken waarde. In de overige structuurbepalende bos- en parkgebieden is natuur een hoofd- of nevenfunctie. Gebiedsgericht kunnen op bepaalde functies (natuur, landschap, cultuurhistorie, bosbouw, recreatie, landbouw ) accenten worden gelegd. Het verbeteren van de onderlinge samenhangende eenheden is een belangrijk aandachtspunt. Een aantal patronen van waardevolle, verspreide bosjes en bosfragmenten vormen aandachtsgebieden voor versterking van de bosstructuur via behoud en versterking van stapsteenbossen, hagen en houtkanten. Ruimtelijke verweving van de bosstructuur met andere functies (zoals landbouw) blijft hier het uitgangspunt (concepten 37.23: Berghei Zonheide, 37.24: Dorperheide westelijk deel en 37.25: Dorperheide oostelijk deel). Figuur 1.3 : Gewenste ruimtelijke structuur [ 35 ]

36 Voorliggend gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan geeft mee uitvoering aan de ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos zoals die in het kader van de uitvoering van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen voor de buitengebiedregio Limburgse Kempen en Maasland werd uitgewerkt. Het ruimtelijk uitvoeringsplan geeft o.a. invulling aan (een deel) van actiegebied 33 (Tussentijds herbevestigen agrarische gebieden) van het operationeel uitvoeringsprogramma. Het operationeel uitvoeringsprogramma (OUP) formuleert voor het plangebied volgende acties: Tussentijds herbevestigen agrarische gebieden (Actie 1: concept 33.13) : Bevestigen van de bestemming op het gewestplan voor de aaneengesloten landbouwgebieden ten noorden van de Abeekvallei tussen Kaulille, Lozen, Veldhoven, Kreiel, Bocholt en Reppel. Gebieden waarvoor geen acties op korte termijn opgestart worden (actie 62: concepten 37.23, 37.24, 37.25) Opmaak van een gewestelijk RUP voor : o Behoud en versterken van samenhangende boscomplexen als structuurbepalende natuur- en/of landschapselementen voor de bossen Bergheide-Zonheide (37.23) en Dorperheide (37.24 en 37.25); o Verder onderzoek en overleg nodig ifv het gedetailleerd in kaart brengen van het landbouwgebruik en de landbouwbedrijfszetels, concrete mogelijkheden voor uitbreiden van natuur- en bosgebieden en mogelijkheden voor waterberging. Opmaken gevoeligheidsanalyse voor bestaande landbouwbedrijven in het gebied. o Opmaak RUP op korte termijn werd niet mogelijk geacht wegens opname van grote oppervlakten voor ontginning binnen het toen in opmaak zijnde BOD Zand in Limburg. [ 36 ]

37 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Vanuit de adviezen van actoren over het eindvoorstel van gewenste ruimtelijke structuur werden geen voor het plangebied relevante elementen geformuleerd ten aanzien van het verder overlegproces. De verdere afweging en actualisatie van deze standpunten maakt onderdeel uit van het verder procesverloop. Figuur 1.4. : Operationeel uitvoeringsprogramma LK&M (in geel is het HAG aangeduid) [ 37 ]

38 Provinciaal ruimtelijk structuurplan Limburg Het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Limburg (RSPL) werd op 12 februari 2003 bij ministerieel besluit goedgekeurd. Dit plan werd gedeeltelijk herzien (MB ) en betreft vooral wijzigingen op het vlak van wonen en bedrijvigheid. Deze partiële herzieningen zijn op zich niet relevant ten aanzien van voorliggend project. Het plangebied situeert zich volgens het provinciaal structuurplan in de hoofdruimte Kempen en meer bepaald in de deelruimte Vlakte van Peer. Dit gebied wordt grotendeels gekenmerkt door structuurbepalend landbouwgebied, een agrarisch cultuurlandschap met historische natuurlijke elementen en structuurbepalend bos- en natuurcomplex. Het gebied behoort globaal tot een toeristisch-recreatief verwevingsgebied met een beperkte interne bereikbaarheid. Voor het gebied als geheel wordt de ontwikkeling van de open ruimte functies, zoals natuurontwikkeling, bosbouw, waterbeheer, landbouw en toerisme en recreatie, als prioritair gezien. Delen van het gebied hebben daarnaast ook een economische functie. De Vlakte van Peer wordt gezien als een aaneengesloten open ruimte, voornamelijk bestaand uit aaneengesloten landbouwgebieden van provinciaal belang (RSPL p. 336, 337). Binnen het RSPL wordt een droge natuurverbinding (NVB5) onder de vorm van KLE in het landbouwgebied 'Berghei' voorgesteld tussen Achterste Hostie en Broekkant vanaf het kanaal (oostelijke zijde Warmbeekvallei ter hoogte van kruising met kanaal). Dit is het landbouwgebied dat ten noordwesten aansluit op het deelgebied 'Achterste Hostie' en op de natuurverbinding kanaal Bocholt-Herentals (NVB79). Ter hoogte van Bocholt wordt een structuurbepalend boscomplex aangeduid. Een structuurbepalend boscomplex bevat bossen waartussen een ruimtelijke relatie bestaat of kan worden gerealiseerd. Er worden drie grensoverschrijdende boscomplexen als gordels onderscheiden. De bossengordel vanuit het Park Lage Kempen en het Park Midden-Limburg (Wijshagen) naar Kaulille en de Achelse Bossen naar het Nederlands Nationaal Park Leenderheide, met als voornaamste bossen: Kolisbos, Lozerbos en de Achelse bossen (RSPL p.366). Kaulille wordt geselecteerd als hoofddorp. Die selectie wordt gehanteerd bij het beoordelen van de plaats van nieuwe ontwikkelingen inzake bijkomende woningen en bedrijventerreinen (RSPL p.392). Verder wordt ook aangegeven dat delen van de PRB-site dienen geschrapt te worden als bedrijventerrein. Er wordt tevens gesteld dat de potenties van de PRB-site moeten worden onderzocht in het kader van recreatiemogelijkheden. Er wordt expliciet de vraag gesteld tot opmaak van een gewestelijk RUP. [ 38 ]

39 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Met betrekking tot de PRB-site als te schrappen bedrijventerrein stelt het RSPL: Terreinen die in aanmerking komen voor desaffectatie, zijn grote vrij liggende terreinen die moeten worden gesaneerd en/of slecht gelegen zijn. Die terreinen zijn niet opgenomen in de aanbodcijfers van de provincie Limburg (inventaris gebruikt voor de bepaling van de taakstelling voor de provincie Limburg in het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen). ( ) Het ex- PRB-terrein te Kaulille (Bocholt) moet worden gesaneerd. Het is gelegen in het buitengebied en slecht ontsloten. Het is aangewezen om op Vlaams niveau een ruimtelijk uitvoeringsplan te maken waarin die delen als bedrijventerrein worden geschrapt. 5. In de bindende bepaling nr.70 wordt aan de Vlaamse overheid onder meer gevraagd om een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan op te maken voor de nabestemming van delen van de vroegere PRB-terreinen te Bocholt. In het RSPL wordt ook aandacht besteed aan het kanaal Bocholt-Herentals als belangrijk toeristisch-recreatief lijnelement. In dit kader wijst het structuurplan op De ontwikkeling van watertoerisme en aanvullende sport- en recreatiemogelijkheden dient hier te worden gestimuleerd. In dit kader kunnen de potenties van het ex-prb terrein te Kaulille (Bocholt) worden onderzocht. 6 Deze ontwikkeling moet worden getoetst aan de optie om een toeristisch-recreatieve verweving tot stand te brengen met prioriteit van laag dynamisch toerisme en recreatie (begrepen als verbrede agrarische activiteiten zoals hoevetoerisme en plattelandstoerisme). 5 RSPL, p RSPL, p.227. [ 39 ]

40 Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Het witboek Beleidsplan Ruimte Vlaanderen werd goedgekeurd door de VR op Momenteel loopt de uitwerking van beleidskaders om de doorwerking van de ontwikkelingsprincipes in de planning en het vergunningenbeleid te kunnen garanderen. Over de winning van delfstoffen vermeldt het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen (ic het witboek) het volgende : Water- en delfstoffenwinning in de open ruimte gebeuren binnen een gebiedsgericht ruimtelijk ontwikkelingskader en alleen binnen een streven naar het beperken van het gebruik van eindige grondstoffen, doelmatig (her)gebruik en gekoppeld aan de behoefte. Uitgangspunt is duurzame zelfvoorziening van grondstoffen. De keuze van nieuwe locaties gebeurt op basis van geologische omstandigheden, ruimtelijke mogelijkheden op het vlak van nabestemming, de ontsluiting via het mobiliteitssysteem (waaronder waterwegen) en landschappelijke context en in relatie tot ander Vlaams beleid. De nabestemming is kwalitatief en de realisatie ervan wordt opgevolgd. Ruimtelijke ontwikkelingen op het vlak van waterwinning en ontginning gebeuren in relatie tot de geologische en geohydrologische context. De aanleg van nieuwe waterwinningsinfrastructuren worden afgewogen ten opzichte van geohydrologische, ecologische, waterkwalitatieve, kwantitatieve én ruimtelijke aspecten. Nieuwe ontginningen worden zodanig georganiseerd dat ze de structuurbepalende functies versterken en een landschap met ruimtelijke kwaliteit realiseren. De keuze van nieuwe locaties wordt bijgevolg niet uitsluitend bepaald door de geologische omstandigheden maar ook door de ruimtelijke potenties van het gebied, in het bijzonder wat betreft de nabestemmingsmogelijkheden die moeten worden afgestemd op het beleid van andere overheidssectoren. In een evoluerende maatschappij richting duurzaam materialenbeheer, duurzaam transport en duurzame energiebevoorrading worden ook deze beleidsaspecten belangrijk voor de keuze van nieuwe ontginningslocaties (bijv. langs een waterweg) en van innovatieve oplossingen voor nabestemmingen (bijv. permanente industriële bedrijvigheid voor de productie van grondstoffen uit recyclageactiviteiten, uitgegraven bodem en baggerspecie of waterkrachtcentrales). Het hanteren van dezelfde principes creëert mogelijkheden voor urban mining. [ 40 ]

41 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bocholt Op 31 januari 2008 werd het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bocholt goedgekeurd. Er wordt in onderstaande planningsprocessen niet enkel een opsomming gemaakt van de bepalingen die relevant zijn voor het plangebied maar ook bepalingen die in de rand meespelen of waar rekening mee dient gehouden te worden in het verder planningsproces. RICHTINGGEVENDE, RELEVANTE BEPALINGEN VAN HET GRS VAN DE GEMEENTE BOCHOLT 1.a. Gewenste ruimtelijke structuur deelruimte Kaulille-Lozerheide - een versterkte (open) bosstructuur ten zuiden en ten noorden van Kaulille Zandwinningsgebied In den Hove met nabestemming natuur In het noordelijk gebied is een gedeelte opgenomen voor zandwinning. Er is een BPA In den Hove opgemaakt afwijkend van het gewestplan om een uitbreiding van de zandwinning te bekomen. Het BPA werd op 10 juli 2003 goedgekeurd door de minister. Het is aangewezen om bij de nabestemming de door ontginning ontstane waterplas opnieuw bij het natuurgebied te betrekken. Te vrijwaren duinencomplex Het duinencomplex ten westen en ten oosten van de Kettingbrugweg moet gevrijwaard blijven. Dit gebied is een belangrijk element in de natuurlijke structuur van de gemeente. Het heeft drogere, voedselarme gronden en gaat gradiëntgewijs over naar de omgevende laagte. De ligging van dit duinencomplex in een bosrijke omgeving maakt dat er een aantal specifieke vegetatietypes voorkomen (droge heide, heischraal grasland, ). De gemeentelijke Erfgoeddienst start in 2014 met een stuurgroep die onderzoek zal verrichten naar het opwaarderen van het gebied en de educatieve mogelijkheden. Doel is om het project af te ronden tegen eind [ 41 ]

42 1.b. Gewenste ruimtelijke structuur deelruimte Kaulille-Lozerheide Figuur 1.5. : Gewenste ruimtelijke structuur deelruimte Kaulille-Lozerheide [ 42 ]

43 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt 1.c. Gewenste nederzettingstructuur verdelen van de woonbehoefte Het woonuitbreidingsgebied binnen het BPA Schuttersboom wordt herbestemd ter compensatie van het aangesneden woonuitbreidingsgebied Op den Erck. Op 23 april 2009 werd door de gemeenteraad van Bocholt een beslissing genomen tot de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan. Deze schrapping kan meegenomen worden in het op te stellen gewestelijk GRUP. Figuur 1.6. : Fasering woon- en uitbreidingsgebieden Kaulille [ 43 ]

44 1.d. Gewenste verkeers- en vervoersstructuur gerichte uitwerking Uitbouwen poort op Fabrieksstraat in overleg met provincie Het voorzien van een nieuwe ontsluitingsweg van de bedrijvenzone Kettingbrugweg naar de Fabrieksstraat betekent dat er op de Fabrieksstraat een nieuw knooppunt ontstaat. Het is wenselijk dat dit knooppunt zodanig wordt uitgewerkt dat het tevens als poort kan fungeren voor de kern van Kaulille. Vanaf dit punt kan de Fabrieksstraat in de richting van Kaulille heringericht worden. De gemeente stelt een herprofilering van de Fabrieksstraat voor, vanaf de poort tot in Kaulille-centrum. Afschaffen bestaande reservaties voor omleidingswegen Kaulille en Lozen via een RUP, overleg categorisering N76 De gemeente zal een gemeentelijk RUP opmaken voor het afschaffen van de reservatiestrook voor de geplande omleidingswegen. De eigenaars wier bouwperceel door deze overdruk gehypothekeerd is, verzochten de gemeente al meermaals deze reservatiestrook op te heffen. De gemeente wenst rond een alternatief tracé voor een omleiding rond Lozen verder overleg te organiseren met de bevoegde administraties. De gemeente wenst dit gegeven te koppelen aan de uitbouw van de poort op de Fabriekstraat uit het vorig punt, en aan een nieuwe categorisering van de N76 tussen Bocholt, Lozen en Hamont. BINDENDE BEPALINGEN VAN HET GRS VAN DE GEMEENTE BOCHOLT 2.a. Toeristisch recreatieve structuur aanduiden van (actieve) natuurontwikkelingsgebieden op lokaal niveau De gemeente selecteert volgende (actieve) natuurontwikkelingsgebieden van lokaal niveau: Ontginningsput Achterste Hostie. 2.b. Specifieke en gebiedsgerichte acties acties in functie van de open ruimte Opmaak gemeentelijk RUP voor de afschaffing van de omleidingswegen Lozen (N76) en Kaulille (N747) en het omvormen van de KMO- zone Marsestraat naar agrarisch gebied De gemeente maakt een gemeentelijk RUP op voor de afschaffing van de omleidingsweg N747. De gemeente Bocholt heeft hier tot op heden enkel verkennende gesprekken gevoerd met het Agentschap Wegen en Verkeer. 2.c. Bindende bepalingen met betrekking tot samenwerking en overleg Overleg met de provincie betreffende een goede bewegwijzering voor zwaar vervoer via N73-N74-N71 De gemeente dringt bij de provincie aan op een goede bewegwijzering voor zwaar vervoer via de N73-N74-N71. Via overleg zal de gemeente haar standpunten met betrekking tot deze bovenlokale structuren duidelijk maken. [ 44 ]

45 Plan MER Zandontginning en herbestemming van Achterste Hostie, Groote Heide en Raekerheide te Bocholt Overleg betreffende het opmaken van een gewestelijk RUP voor de herbestemming van de voormalige PRB-terreinen De gemeente dringt aan bij het Vlaams Gewest om een gewestelijk RUP op te maken voor de voormalige PRBterreinen met het oog op het herbestemmen van het industrieterrein. De gemeente gaat samen met het Vlaams Gewest na wat de mogelijkheden zijn voor een herbestemming naar lokaal bedrijventerrein voor een gedeelte van het terrein dat aansluit op Kettingbrugweg. Ook de provincie is een betrokken partner bij dit overleg. MOBILITEIT 3.a. Mobiliteitsplan Bocholt De doortocht van het vrachtverkeer door Kaulille heeft een belangrijk aandeel in de leefbaarheidsproblematiek van Kaulille-centrum. Dit probleem kan enkel worden opgelost indien het doorgaand vrachtverkeer de primaire wegen N73, N74 en N71 gebruiken. Bepalingen uit de uitwerkingsnota van het mobiliteitsplan Bocholt: 3.a.1. Ruimtelijke uitvoeringsplannen en strategische projecten Ontwikkeling industrieterrein Kaulindus en Kettingbrug Ontsluiting Het GRS stelt een nieuwe ontsluiting van de industrieterreinen Kaulindus en Kettingbrug voor via de Fabriekstraat, lokale weg type I. De aansluiting is gelegen voor de aanvang van het centrum van Kaulille. Hierdoor vervalt de huidige aansluiting op de Kettingbrugweg waardoor het centrum van Kaulille gevrijwaard blijft van zwaar verkeer. Op korte termijn blijft de rechtstreekse ontsluiting van de bedrijven op de Kettingbrugweg behouden. Zodra de invulling van het gebied gekend is, dient er een mobiliteitseffectenrapportage opgemaakt te worden. 3.a.2. Regionale ontsluiting Onderzoeksopzet Verbinding over water Naast een recreatieve functie zou het kanaal Bocholt-Herentals (Kempisch Kanaal) ook gebruikt kunnen worden voor goederenvervoer. Het kanaal mag dan wel niet geschikt zijn voor containerschepen, toch biedt het een uitstekende kans om de aanvoer en de afvoer van goederen van en naar de omliggende bedrijven via het water te [ 45 ]

46 laten gebeuren. Dit zou uiteraard een vermindering betekenen naar de belasting van de ontsluitingswegen. De gemeente Bocholt is zich ook bewust van deze kans en wil dan ook graag kanaalgebonden industrie promoten. 3.b. 6-armig kruispunt Kaulille Een ander aandachtspunt is het 6-armig kruispunt van Kaulille dat fungeert als de toegang naar Kaulille-centrum vanuit Hamont-Achel, Sint-Huibrechts-Lille, Kleine Brogel en Lozen en dus een drukke verkeersader is. Het agentschap MOW is in 2013 gestart met een voorontwerp voor de heraanleg van deze poort via een ovonde. Het verder dichtslibben van de toegangsweg van en naar Kaulille-centrum zou hiermee moeten opgevangen worden en zal deels het bijkomend wegverkeer dat de zandontginning in Bocholt met zich mee zou brengen kunnen opvangen. De verdere ontwikkeling van deze poort dient tijdens het verder planproces meegenomen te worden. Momenteel wordt de startnota besproken. Daarin wordt geopteerd voor een grote 5 armige ovonde met een verplaatsing van de Lillerbaan weg van de ovonde. Figuur 1.7. : Vijfarmige ovonde met verplaatsing van de Lillerweg (Uit Startnota Herinrichting 6-armenkruispunt Kaullille Bocholt, versie 6 ( )) [ 46 ]

Het GRUP dat zal worden opgemaakt voldoet aan de definitie van een plan zoals bedoeld in de planmer.-richtlijn

Het GRUP dat zal worden opgemaakt voldoet aan de definitie van een plan zoals bedoeld in de planmer.-richtlijn 1.4 SITUERING VAN DIT MER 1.4.1 Toetsing aan de plan-m.e.r.-plicht Het GRUP dat zal worden opgemaakt voldoet aan de definitie van een plan zoals bedoeld in de planmer.-richtlijn en het Decreet Algemene

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Scheldepolders Hingene in Bornem DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 februari 2018 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Afbakening kleinstedelijk

Nadere informatie

Omzendbrief RO/2010/01

Omzendbrief RO/2010/01 Omzendbrief RO/2010/01 Aan: de colleges van burgemeester en schepenen de deputaties van de provincies Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport Koning Albert II-laan

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Kustpolders tussen Oudenburg, Jabbeke en Stalhille' DE VLAAMSE REGERING, Gelet

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1602849 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Sint-Gillis-Waas - PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Sint-Gillis-Waas fase 1' Definitieve

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 januari 2017 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP De Beunt Lier voorlopige

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Openruimtegebieden Beneden-Nete DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse Codex

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei

Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING, VLAAMSE REGERING Besluit van de Vlaamse regering houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische

Nadere informatie

V L A A M S E R E G E R I N G Vergadering van vrijdag 12 december

V L A A M S E R E G E R I N G Vergadering van vrijdag 12 december V L A A M S E R E G E R I N G Vergadering van vrijdag 12 december 2008 ------------------------------ VR PV 2008/47 - punt 0117 Betreft : Natuurlijke en agrarische structuur regio Limburgse Kempen en Maasland

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 september 2014 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Uitvoering RSPA : PRUP Oude kanaalarm Puurs

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 3e Directie Dienst 33 Ruimtelijke ordening en Stedenbouw aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt,

Nadere informatie

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST DEFINITIEVE VASTSTELLING SEPTEMBER 2011 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Inhoudstafel

Nadere informatie

Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen

Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Afdeling ruimtelijke planning Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen 1. Krijtlijnen

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING, VLAAMSE REGERING Besluit van de Vlaamse regering houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische

Nadere informatie

V L A A M S E R E G E R I N G Vergadering van vrijdag 12 december

V L A A M S E R E G E R I N G Vergadering van vrijdag 12 december V L A A M S E R E G E R I N G Vergadering van vrijdag 12 december 2008 ------------------------------ VR PV 2008/47 - punt 0027 Betreft : Regio Noorderkempen Afbakening van de gebieden van de natuurlijke

Nadere informatie

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven AFBAKENING GEBIEDEN NATUURLIJKE EN AGRARISCHE STRUCTUUR REGIO HASPENGOUW - VOEREN gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven startvergadering 31 maart 2015 1 agenda startvergadering kennismaking

Nadere informatie

3. Hoeveel van het WUG op het gewestplan valt onder de volgende categorieën:

3. Hoeveel van het WUG op het gewestplan valt onder de volgende categorieën: SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 180 van LYDIA PEETERS datum: 1 december 2016 aan JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW Woonuitbreidingsgebieden en woonreservegebieden - Ontwikkeling

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 24 september 2015 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Marnixdreef Lier voorlopige

Nadere informatie

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen Pascal Van Ghelue Geograaf - Diensthoofd Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen Inhoud 1. Doel milieueffectrapportage 2. Regelgeving 3. Rapportagevormen

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1505496 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Stekene en Sint-Gillis-Waas - PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Stekene en Sint-Gillis-Waas

Nadere informatie

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN bvba Advies Ruimtelijke Kwaliteit (bvba ARK) Augustijnenlaan

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 maart 2015 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Gewestelijk RUP - Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1505760 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Zwalm - provinciaal RUP Reconversie verblijfsrecreatie Rekegemstraat Definitieve vaststelling.

Nadere informatie

Actuele topics in aardrijkskunde: RUP in de eigen leefomgeving

Actuele topics in aardrijkskunde: RUP in de eigen leefomgeving Actuele topics in aardrijkskunde: RUP in de eigen leefomgeving Situering in Vlaanderen Tielt-Winge is een Vlaamse gemeente gelegen in hartje Hageland in de provincie Vlaams-Brabant. Het is een landelijke

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 maart 2018 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Gewestelijk RUP - Beerse, Brecht, Malle, Merksplas,

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 september 2016 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Afbakeningslijn Heist-op-den-

Nadere informatie

VR DOC.0003/2

VR DOC.0003/2 VR 2019 1101 DOC.0003/2 Besluit van de Vlaamse Regering inzake de herziening of de opheffing van stedenbouwkundige voorschriften van algemene en bijzondere plannen van aanleg en gemeentelijke ruimtelijke

Nadere informatie

PLANNING ALS MEERVOUDIGE OPDRACHT IN DE DEMERVALLEI

PLANNING ALS MEERVOUDIGE OPDRACHT IN DE DEMERVALLEI Wouter Pattyn SYMPOSIUM DEMERVALLEI PLANNING ALS MEERVOUDIGE OPDRACHT IN DE DEMERVALLEI drv afdeling Gebieden en Projecten Jana Van Hoyweghen Gerard Stalenhoef www.ruimtevlaanderen.be departement Ruimte

Nadere informatie

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen. Pascal Van Ghelue Geograaf Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen. Pascal Van Ghelue Geograaf Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen Pascal Van Ghelue Geograaf Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen Inhoud 1. Doel milieueffectrapportage 2. Regelgeving 3. Rapportagevormen (4)

Nadere informatie

Actualisatie en gedeeltelijke herziening. Informatie- en inspraakvergadering

Actualisatie en gedeeltelijke herziening. Informatie- en inspraakvergadering Actualisatie en gedeeltelijke herziening Informatie- en inspraakvergadering Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen? - is geen bestemmingsplan - bevat geen informatie over individuele percelen Ruimtelijk Structuurplan

Nadere informatie

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Voorontwerp van besluit houdende de voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk

Nadere informatie

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Voorontwerp van besluit houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING, VLAAMSE REGERING Besluit van de Vlaamse regering houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische

Nadere informatie

voorbereidend onderzoek gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

voorbereidend onderzoek gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur voorbereidend onderzoek gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Noorderkempen landbouw, natuur en bosgebieden Kempische kleiputten

Nadere informatie

Veurne - Westkust. 1. Toeristisch recreatiepark (KB 6/12/76)

Veurne - Westkust. 1. Toeristisch recreatiepark (KB 6/12/76) Veurne - Westkust 1. Toeristisch recreatiepark (KB 6/12/76) 0410 De gebieden voor toeristische recreatieparken die op de kaarten welke de bestemmingsgebieden omschrijven, in oranje gekleurd en met de letters

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 maart 2015 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Gewestelijk RUP - Bonheiden, Rotselaar, Tremelo,

Nadere informatie

ADVIES VAN 28 JANUARI 2015 OVER HET VOORONTWERP RUP INSTEEKHAVEN LUMMEN

ADVIES VAN 28 JANUARI 2015 OVER HET VOORONTWERP RUP INSTEEKHAVEN LUMMEN ADVIES VAN 28 JANUARI 2015 OVER HET VOORONTWERP RUP INSTEEKHAVEN LUMMEN SARO KONING ALBERT II-LAAN 19 BUS 24 1210 BRUSSEL INHOUD I. SITUERING... 2 II. ALGEMENE BEOORDELING... 3 III. UITGEBREID PLANNINGS-

Nadere informatie

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN HECHTEL-EKSEL KAARTENBUNDEL

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN HECHTEL-EKSEL KAARTENBUNDEL Provincie Limburg Arrondissement Maaseik Gemeente Hechtel-Eksel RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN HECHTEL-EKSEL KAARTENBUNDEL november 2006 Gemeente Hechtel-Eksel Don Boscostraat 5 3940 Hechtel-Eksel Tel: (011)

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 24 maart 2011 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Koen Helsen Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 4/7 Uitvoering RSPA : PRUP Kievermont Geel voorlopige

Nadere informatie

Kempische Kleiputten. Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. 1 van 12

Kempische Kleiputten. Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. 1 van 12 Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kempische Kleiputten Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften 1 van 12 2 van 12 3 van 12 ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kempische

Nadere informatie

Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet. Advies

Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet. Advies Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet Advies Voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening en van het decreet betreffende

Nadere informatie

Roeselare - Tielt. 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79)

Roeselare - Tielt. 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79) Roeselare - Tielt 1. Reservegebieden voor woonwijken (KB 17/12/79) 0180 De gebieden die als "reservegebied voor woonwijken" zijn aangeduid, kunnen op initiatief van de gemeente of de vereniging van gemeenten

Nadere informatie

Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kasteelpark de Merode Procesnota 1

Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kasteelpark de Merode Procesnota 1 Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kasteelpark de Merode Procesnota 1 Procesnota 1 van 9 2 van 9 Procesnota 1 Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kasteelpark de Merode De doelstelling van het plan

Nadere informatie

p r o c e s n o t a R U P B e e l d b e p a l e n d e B a k e n s i n h e t l a n d s c h a p

p r o c e s n o t a R U P B e e l d b e p a l e n d e B a k e n s i n h e t l a n d s c h a p p r o c e s n o t a R U P B e e l d b e p a l e n d e B a k e n s i n h e t l a n d s c h a p Initiatiefnemer CBS van Riemst Maastrichtersteenweg 1b 3770 Riemst Ontwerper Josiane Merken, ruimtelijke planner

Nadere informatie

Openluchtrecreatieve verblijven PRUP Molenzijdse Heide (Merksplas) en Hof van Eeden / t Heultje (Westerlo)

Openluchtrecreatieve verblijven PRUP Molenzijdse Heide (Merksplas) en Hof van Eeden / t Heultje (Westerlo) Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Project-MER

Nadere informatie

VR DOC.1552/1BIS

VR DOC.1552/1BIS VR 2016 2312 DOC.1552/1BIS De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw BISNOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1502705 Provincieraadsbesluit betreft Aalst, Berlare, Haaltert, Lede, Sint-Niklaas en Stekene - PRUP 'Reconversie zones voor verblijfsrecreatie

Nadere informatie

Limburg Maasland. 1. Gebieden voor jeugdcamping (KB 1/09/80)

Limburg Maasland. 1. Gebieden voor jeugdcamping (KB 1/09/80) Limburg Maasland 1. Gebieden voor jeugdcamping (KB 1/09/80) 0430 De gebieden die als "gebieden voor jeugdcamping" zijn aangeduid, zijn bestemd voor de aanleg van groenbeplantingen en het aanbrengen van

Nadere informatie

N16 Scheldebrug Temse-Bornem

N16 Scheldebrug Temse-Bornem gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Bijlage III: toelichtingsnota tekst colofon Vlaams Ministerie Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Departement RWO - Ruimtelijke Planning Phoenixgebouw

Nadere informatie

Goedkeuringsverslag milieueffectrapport

Goedkeuringsverslag milieueffectrapport Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Goedkeuringsverslag

Nadere informatie

p r o v i n Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat TONGEREN Geacht college

p r o v i n Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat TONGEREN Geacht college 2015-04-16 p r o v i n Directie Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat 10 3700 TONGEREN Dienst Ruimtelijke Planning en Beleid Geacht college Betreft: uw verzoek tot raadpleging

Nadere informatie

Kaartenreeks 5: Beleid open ruimte

Kaartenreeks 5: Beleid open ruimte Kaartenreeks 5: Beleid open ruimte GEWESTPLAN OPEN RUIMTE Kaart: Gewestplan open ruimte bestemming Vlaanderen 3,2 2,4 1,8 33,7 59 Andere bestemmingen Landbouw Cijfers: Gewestplan open ruimte bestemming

Nadere informatie

ADVIES VAN 25 MEI 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP MUNSTERBOS

ADVIES VAN 25 MEI 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP MUNSTERBOS ADVIES VAN 25 MEI 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP MUNSTERBOS SARO KONING ALBERT II-LAAN 19 BUS 24 1210 BRUSSEL INHOUD I. SITUERING... 1 II. ALGEMENE BEOORDELING... 1 III. MUNSTERBOS ALS GROTE EENHEID NATUUR...

Nadere informatie

Oudenaarde. 1. Vallei of brongebieden (KB 24/02/77)

Oudenaarde. 1. Vallei of brongebieden (KB 24/02/77) Oudenaarde 1. Vallei of brongebieden (KB 24/02/77) 0912 De agrarische gebieden met landschappelijke waarde, die op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven overdrukt zijn met de letters V of B,

Nadere informatie

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Opstart geïntegreerd planproces gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Vallei van de Kleine Nete

Nadere informatie

voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oostelijke Tangent - Temse Verslag plenaire vergadering

voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oostelijke Tangent - Temse Verslag plenaire vergadering voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oostelijke Tangent te Sint-Niklaas - Verslag plenaire vergadering 8 juli 2015 Ruimte Vlaanderen Afdeling Gebieden en Projecten Koning Albert II-laan

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk UitvoeringsPlan Wijziging BPA Kleine Kromstraat

Gemeentelijk Ruimtelijk UitvoeringsPlan Wijziging BPA Kleine Kromstraat Provincie Oost-Vlaanderen Gemeente Beveren Gemeentelijk Ruimtelijk UitvoeringsPlan Wijziging BPA Kleine Kromstraat Procesnota Gemeentebestuur Beveren Stationsstraat 2 9120 Beveren Gaspar Bosteels Ruimtelijk

Nadere informatie

RUP Erfgoedlandschap Abdij van Westmalle. Infomarkt 14 februari 2012

RUP Erfgoedlandschap Abdij van Westmalle. Infomarkt 14 februari 2012 RUP Erfgoedlandschap Abdij van Westmalle Infomarkt 14 februari 2012 Doel van het plan uitvoeren Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen uitvoeren Landschapsdecreet vastleggen landbouw-, natuuren bosgebieden

Nadere informatie

RUP Decof. Procesnota. Fase: Startnota. Mei Plan_id: RUP_36008_214_00409_0001

RUP Decof. Procesnota. Fase: Startnota. Mei Plan_id: RUP_36008_214_00409_0001 RUP Decof Procesnota Fase: Startnota Mei 2017 Plan_id: RUP_36008_214_00409_0001 Opgemaakt door: Pieter Himpe, ruimtelijk planner Nagekeken door: Joachim D eigens, ruimtelijk planner RUP Decof : Procesnota

Nadere informatie

Oostende - Middenkust

Oostende - Middenkust Oostende - Middenkust 1. Toeristisch recreatiepark (KB 26/01/76) 0410 De gebieden voor toeristische recreatieparken die op de kaarten welke de bestemmingsgebieden omschrijven en oranje gekleurd en met

Nadere informatie

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan vallei van de kleine nete en aa

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan vallei van de kleine nete en aa AFBAKENING GEBIEDEN NATUURLIJKE EN AGRARISCHE STRUCTUUR REGIO NETELAND gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan vallei van de kleine nete en aa gebiedsgericht overleg, 25 oktober 2013 1 gebiedsgericht overleg

Nadere informatie

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur voorbereidend onderzoek gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Schelde-Dender landbouw-, natuur- en bosgebieden Zeeschelde Gentbrugge-Melle

Nadere informatie

Tijdelijk ruimtegebruik in de Vlaamse wetgeving en reglementering ruimtelijke ordening. Studienamiddag tijdelijk ruimtegebruik 23 februari 2016

Tijdelijk ruimtegebruik in de Vlaamse wetgeving en reglementering ruimtelijke ordening. Studienamiddag tijdelijk ruimtegebruik 23 februari 2016 Tijdelijk ruimtegebruik in de Vlaamse wetgeving en reglementering ruimtelijke ordening Studienamiddag tijdelijk ruimtegebruik 23 februari 2016 1 Inhoud 1. Wetgeving en reglementering ruimtelijke ordening

Nadere informatie

Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van tot wijziging van diverse besluiten, wat betreft de oprichting van het beleidsdomein Omgeving

Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van tot wijziging van diverse besluiten, wat betreft de oprichting van het beleidsdomein Omgeving Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van tot wijziging van diverse besluiten, wat betreft de oprichting van het beleidsdomein Omgeving Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 12

Nadere informatie

PRUP Kempense Meren II. Informatiesessie: 1 februari 2016

PRUP Kempense Meren II. Informatiesessie: 1 februari 2016 PRUP Kempense Meren II Informatiesessie: 1 februari 2016 1-2/02/2016 Agenda Kaderplan Kempense Meren 1. Situering 2. Visie 3. Uitvoering Historiek PRUP Kempense Meren 1. Situering 2. Proces en visie Kempense

Nadere informatie

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN " Afbakening kleinstedelijk gebied Waregem op het grondgebied Zulte " Deel 2: Grafisch plan Stedenbouwkundige voorschriften mei 2012 Deel 2: Grafisch plan en stedenbouwkundige

Nadere informatie

NATUURBELEID EN RUIMTELIJKE ORDENING

NATUURBELEID EN RUIMTELIJKE ORDENING NATUURBELEID EN RUIMTELIJKE ORDENING Voordracht VRP 29/01/02 Prof. dr. G. Van Hoorick Docent in het vakgebied bestuursrecht en milieurecht Universiteit Gent Advocaat te Gent INHOUD 1. Overzicht van het

Nadere informatie

ADVIES VAN 12 APRIL 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP WINNING VAN OPPERVLAKTEDELFSTOFFEN ZAND- EN STEENGROEVE BALEGRO

ADVIES VAN 12 APRIL 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP WINNING VAN OPPERVLAKTEDELFSTOFFEN ZAND- EN STEENGROEVE BALEGRO ADVIES VAN 12 APRIL 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP WINNING VAN OPPERVLAKTEDELFSTOFFEN ZAND- EN STEENGROEVE BALEGRO SARO KONING ALBERT II-LAAN 19 BUS 24 1210 BRUSSEL INHOUD I. SITUERING... 1 II. ALGEMENE

Nadere informatie

ZELZATE RUP EUROHAL. Procesnota

ZELZATE RUP EUROHAL. Procesnota ZELZATE RUP EUROHAL 01.06.2018 WWW.VENECO.BE I. COLOFON Dit document is een publicatie van Gemeentebestuur Zelzate Grote Markt 1 9060 Zelzate Planid: RUP_43018_214_00006_00001 Versie Datum Omschrijving

Nadere informatie

AANVULLENDE NOTA VERZOEK TOT ONTHEFFING VAN DE PLAN-MER PLICHT

AANVULLENDE NOTA VERZOEK TOT ONTHEFFING VAN DE PLAN-MER PLICHT Aanvullende nota screeningsnota PRUP Regionaal bedrijf Waeyaert - Vermeersch - Kortemark PROVINCIE WEST-VLAANDEREN Dienst Ruimtelijke Planning AANVULLENDE NOTA VERZOEK TOT ONTHEFFING VAN DE PLAN-MER PLICHT

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing milieuvergunning van slachtkuikenbedrijf Pollo NV te Oud-Turnhout

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding en vroegtijdige hernieuwing milieuvergunning van slachtkuikenbedrijf Pollo NV te Oud-Turnhout Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Vallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12

Vallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12 Vallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12 gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan procesnota 1 Procesnota 1 van 7 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Overlegstructuur... 4 2.1 Planteam...

Nadere informatie

BETREFT: plan MER screening

BETREFT: plan MER screening Vlaamse overheid Adviezen en Vergunningen Antwerpen Lange Kievitstraat 111-113 bus 63 2018 ANTWERPEN T 03 224 63 14 aves.ant.anb@lne.vlaanderen.be Stad Antwerpen Bedrijfseenheid Stadsontwikkeling Francis

Nadere informatie

Hoogspanningslijn Aftakking Lokeren 150kV

Hoogspanningslijn Aftakking Lokeren 150kV Definitief gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Hoogspanningslijn Aftakking Lokeren 150kV Bijlage III: TOELICHTINGSNOTA TEKST + KAARTEN colofon Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Leefmilieu

Nadere informatie

Beslissing over het verzoek tot ontheffing van de project-mer-plicht. Duurzaam Beheerplan Boven-Zeeschelde

Beslissing over het verzoek tot ontheffing van de project-mer-plicht. Duurzaam Beheerplan Boven-Zeeschelde Vlaamse overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 BRUSSEL Tel: 02/553.80.79 e-mail: mer@vlaanderen.be

Nadere informatie

Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing. Project: Gemengd Regionaal Bedrijventerrein Veedijk te Turnhout.

Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing. Project: Gemengd Regionaal Bedrijventerrein Veedijk te Turnhout. Vlaamse Overheid Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 BRUSSEL tel: 02/553.80.79 fax: 02/553.80.75 Ontheffing tot het opstellen van een

Nadere informatie

Ontwerp startbeslissing signaalgebied HEIKEN VORSELAAR

Ontwerp startbeslissing signaalgebied HEIKEN VORSELAAR Ontwerp startbeslissing signaalgebied HEIKEN VORSELAAR STATUS/VERSIE: Goedgekeurd door Vlaamse Regering dd 14/1/2014 LEESWIJZER Op 24 januari 2014 nam de Vlaamse Regering een beslissing over de vervolgstappen

Nadere informatie

Aanbevelingen voor het opstellen van een kennisgevingsdossier. MER-forum 10 juni 2004

Aanbevelingen voor het opstellen van een kennisgevingsdossier. MER-forum 10 juni 2004 Aanbevelingen voor het opstellen van een kennisgevingsdossier MER-forum 10 juni 2004 Inleiding MER-forum 10 juni 2004 Aanbevelingen voor het opstellen van een kennisgeving (project-m.e.r.) Inhoud van de

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, artikel , gewijzigd bij het decreet van 18 november 2011;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, artikel , gewijzigd bij het decreet van 18 november 2011; Besluit van de Vlaamse Regering houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Historisch gegroeid bedrijf t Kriekske te Halle DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse

Nadere informatie

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur voorbereidend onderzoek gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Haspengouw-Voeren landbouw-, natuur- en bosgebieden vallei van

Nadere informatie

Ontwerp startbeslissing signaalgebied SINT-PIETERSMOLENWIJK BRUGGE

Ontwerp startbeslissing signaalgebied SINT-PIETERSMOLENWIJK BRUGGE Ontwerp startbeslissing signaalgebied SINT-PIETERSMOLENWIJK BRUGGE STATUS/VERSIE: Goedgekeurd door de Vlaamse Regering d.d. 9/05/2014 LEESWIJZER Dit document geeft voor het betrokken signaalgebied invulling

Nadere informatie

Instrumentenkoffer voor projecten, plannen en programma s

Instrumentenkoffer voor projecten, plannen en programma s Instrumentenkoffer voor projecten, plannen en programma s Decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting Besluit van de Vlaamse Regering van.. betreffende de landinrichting 4.03.2014 Situering

Nadere informatie

Gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij Bovenzanden

Gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij Bovenzanden Gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij Bovenzanden gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan procesnota 1 Procesnota 1 van 7 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Overlegstructuur... 4 2.1 Planteam...

Nadere informatie

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte Deel I: visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling informatief gedeelte richtinggevend gedeelte I II III IV V bindend gedeelte deel I. visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling

Nadere informatie

HOE REAGEREN OP DE KENNISGEVING VAN EEN PLAN- MILIEUEFFECTRAPPORT?

HOE REAGEREN OP DE KENNISGEVING VAN EEN PLAN- MILIEUEFFECTRAPPORT? HOE REAGEREN OP DE KENNISGEVING VAN EEN PLAN- MILIEUEFFECTRAPPORT? 1. Wat is een milieueffectrapport? Er wordt een bepaald project of plan opgevat in uw gemeente. De uitvoering daarvan zal mogelijk effecten

Nadere informatie

Jouw stem in het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan

Jouw stem in het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Jouw stem in het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan Toelichting van de inspraakprocedure voor de realisatie van de projectgebieden van het Sigmaplan. weg van water uitvoeringsplan.indd 1 15/06/2009

Nadere informatie

ADVIES VAN 12 APRIL 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP UITBREIDING ZANDONTGINNING MEGANCK IN LOCHRISTI

ADVIES VAN 12 APRIL 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP UITBREIDING ZANDONTGINNING MEGANCK IN LOCHRISTI ADVIES VAN 12 APRIL 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP UITBREIDING ZANDONTGINNING MEGANCK IN LOCHRISTI SARO KONING ALBERT II-LAAN 19 BUS 24 1210 BRUSSEL INHOUD I. SITUERING... 1 II. ALGEMENE BEOORDELING...

Nadere informatie

Ontwerp startbeslissing signaalgebied KOEVOET WINGENE

Ontwerp startbeslissing signaalgebied KOEVOET WINGENE Ontwerp startbeslissing signaalgebied KOEVOET WINGENE STATUS/VERSIE: Goedgekeurd door de Vlaamse Regering d.d. 9/05/2014 LEESWIJZER Dit document geeft voor het betrokken signaalgebied invulling aan de

Nadere informatie

Art6.6 bufferzone. GEWESTPLAN Woonuitbreidingsgebied. Woongebied. Groengebied PLAN B - BESTAANDE JURIDISCHE TOESTAND

Art6.6 bufferzone. GEWESTPLAN Woonuitbreidingsgebied. Woongebied. Groengebied PLAN B - BESTAANDE JURIDISCHE TOESTAND Art6.6 bufferzone GEWESTPLAN Woonuitbreidingsgebied Woongebied Groengebied PLAN B - BESTAANDE JURIDISCHE TOESTAND PLAN C - EIGENDOMSSTRUCTUUR 13 PLANNINGSCONTEXT Relatie met het structuurplan Vlaanderen

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 20; Ontwerpbesluit van de Vlaamse Regering houdende voorlopige vaststelling van de ontwerpkaart met meest kwetsbare waardevolle bossen als vermeld in artikel 90ter van het Bosdecreet van 13 juni 1990, tot

Nadere informatie

Sint-Truiden - Tongeren

Sint-Truiden - Tongeren Sint-Truiden - Tongeren 1. Reservegebieden voor industriële uitbreiding (KB 5/04/77) 1080 De gebieden die als reservegebieden voor industriële uitbreiding zijn aangeduid, kunnen op initiatief van de Staat,

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 28 april 2016 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA: PRUP Het Leeg - Rietbeemden Brasschaat

Nadere informatie

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een veeteeltbedrijf : De Lindehoeve/Carrebrouck Koen te Diksmuide

Scopingsadvies Project-MER Uitbreiding van een veeteeltbedrijf : De Lindehoeve/Carrebrouck Koen te Diksmuide Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en projecten Milieueffectrapportage Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgevingvlaanderen.be

Nadere informatie

Gemeente Schilde RUP "De Vogelenzang " Procesnota Juli 2018

Gemeente Schilde RUP De Vogelenzang  Procesnota Juli 2018 Gemeente Schilde RUP "De Vogelenzang " Procesnota Juli 2018 COLOFON Opdracht: RUP De Vogelenzang Opdrachtgever: Gemeente Schilde Ruimtelijke Ordening Brasschaatsebaan 30 2970 Schilde Opdrachthouder: Antea

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning vergadering van 23 februari 2017 aanwezig Briers Jan, gouverneur-voorzitter Vercamer Alexander Versnick Geert Hertog Peter Dauwe Jozef Bruggeman Hilde Couckuyt

Nadere informatie

RUP Zonevreemde recreatie. Toelichting Bevolking

RUP Zonevreemde recreatie. Toelichting Bevolking RUP Zonevreemde recreatie Toelichting Bevolking 11 juni 2018 RUP Is een uitvoering van het Gemeentelijke Ruimtelijke Structuurplan (GRS) Vervangt het gewestplan Bestaat uit een grafisch plan en bijhorende

Nadere informatie

ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN.

ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. De commissie, vergaderd in besloten zitting van 15 november en 29 november

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 51817 VLAAMSE OVERHEID [C 2018/12747] 25 MEI 2018. Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet

Nadere informatie