Deel 2 Opdrachtfiches hoekenwerk. in de klas. schooljaar

Transcriptie

1 Deel 2 Opdrachtfiches hoekenwerk in de klas schooljaar

2 Opdrachtfiches In dit bestand vind je de opdrachtfiches en andere documenten om je hoekenwerk vorm te geven. De fiches in dit document moeten slechts één keer geprint worden. Elk groepje kan ze hergebruiken. Inhoud: Hoek 1: Water, sta nu toch eens stil o Opdrachtfiche Hoek 2: Ja baas! o Opdrachtfiche o Helpers Hoek 3: Scheepsonderdelen in de mix o Opdrachtfiche o Puzzelstukjes o Grote foto s o Beschrijving van de onderdelen Hoek 4: Het dagboek van Imane o Opdrachtfiche o Dagboekfragment o Opzoekingstabellen Hoek 5: Goederen, dat doe je goed! o Opdrachtfiche o Stroomschema

3 Hoek 1: Opdrachtfiche Water, sta nu toch eens stil! Water staat nooit stil, maar op de ene plaats beweegt het al wat meer dan op de andere. Leer er hier alles over! Veel gaan we er niet over vertellen, de PowerPoint vertelt je alles dat je moet weten. Stap 1. Open de PowerPoint presentatie water, sta nu toch eens stil! Stap 2. Doorloop de PowerPoint en maak de oefeningen.

4 Hoek 2: Opdrachtfiche Ja baas! Jij bent de baas van een groot bedrijf. Jouw bedrijf vervoert producten over de hele wereld. Geen simpele klus hoor! Je hebt geluk, want je hebt goede helpers die je tips willen geven bij je beslissingen. Lees wat elke helper te zeggen heeft en schrijf dan op het werkblad welke beslissingen jij zou nemen en waarom. Stap 1. Lees wat er in de tekstballon van elke helper staat. Tip: Verdeel de helpers onder je groepsleden. Lees luidop voor wat jouw helper wil vertellen. Stap 2. Gebruik de tips van de helpers om de vragen op te lossen. Stap 3. Schrijf op waarom je voor elk antwoord kiest. Stap 4. Verbeter de oefening samen met je leerkracht.

5 7

6

7

8 Hoek 3: Opdrachtfiche Scheepsonderdelen in de mix Er bestaan heel veel verschillende schepen, maar toch lijken veel schepen wel op elkaar. Er zijn enkele onderdelen die je op bijna elk schip in de haven kan zien. Vandaag zitten die onderdelen even in de mix; alles staat door elkaar. Kan jij alles terug op de juiste plek zetten? Stap 1. Zoek voor elk puzzelstukje op welke plaats het hoort in de grote foto s. Stap 2. Vul het schema in met de juiste nummers en letters. Zoek voor elk onderdeel de juiste foto (nummer) en de juiste beschrijving (letter). Stap 3. Verbeter de oefening met de verbetersleutel.

9 Tip: als je de puzzelstukjes uitknipt, schrijf dan het juiste getal op de achterkant

10

11

12

13

14

15 Hoek 4: Opdrachtfiche Het dagboek van Imane In haar dagboek beschrijft Imane wat ze allemaal gedaan heeft gisteren. Lees het dagboek grondig want ze praat over een heleboel producten die ingevoerd zijn via de haven. Kom jij te weten hoe internationaal de dag van Imane was? Stap 1. Lees het dagboek van Imane. Stap 2. Kies 3 producten (onderlijnde woorden) die je wil onderzoeken. Stap 3. Maak voor elk product een productfiche. Maak een tekening van het product. Beantwoord de vragen. Gebruik hiervoor de opzoekingstabellen. Kleur het juiste werelddeel. Je maakt dus 3 productfiches in totaal! Stap 4. Verbeter de oefening samen met de leerkracht.

16 Liefste dagboek, Vandaag was weer zo n rare dag! Deze ochtend stond mijn mama frietjes te bakken als ontbijt. Mijn broer deed nog gekker en wou chocolade bij zijn frietjes. Die rare jongens toch! Geef mij maar gewoon een glaasje fruitsap. Op school leerden we over steenkool maar de meester was in een slechte bui. Elke keer je een foutje maakte, nam hij zijn banaan. Hij deed dan alsof hij met de banaan kon schieten, en riep: PIEW PIEW PIEW! Na school wou ik nog even met mama gaan fietsen. Mama zei dat fietsen ongezond was en dat we wel een toertje met de auto zouden maken. Toen ik dat niet wou, moest ik als straf TV gaan kijken. Wat gebeurde hier toch allemaal? Tijd om deze dag snel te vergeten, dacht ik en ik ging naar bed. Zo dacht Jack, onze hond, er ook over. Hij trok zijn gestreepte pyjama aan en sprong mee in bed. Slaapwel! zei hij.

17 Opzoekingstabellen Tabel 1: Waar komen deze producten vandaan? Auto Banaan Bed Chocolade Fruitsap Pyjama (textiel) Steenkool TV China, Japan, Zuid-Korea, Brazilië Spanje, Mexico Ecuador, Colombia, Costa Rica Heel Europa, China, VS, Taiwan, Japan Ivoorkust, Nigeria, Ghana, Brazilië, Ecuador Brazilië, VS, Zuid-Afrika, Marokko, Israël China, India, Bangladesh, Sri Lanka, Pakistan Australië, Indonesië, VS, Rusland, Zuid-Afrika Japan, China, Taiwan, VS, India, Maleisië, Turkije Tabel 2: Welke soorten schepen zijn er? Tankschip: Tankschepen vervoeren onverpakte, vloeibare producten. Denk maar aan aardolie en scheikundige producten. Maar ook wijn, fruitsap en andere vloeistoffen worden in tankschepen vervoerd. Massagoedschip Massagoed- of bulkschepen zijn gespecialiseerd in het transport van droge stortgoederen. Enkele voorbeelden van droog massagoed: steenkool, ertsen, graan, zand, grind. Vrachtschip Koelschip Containerschip Roll-on-rolloffschip Binnenschip Sleepboten Grote producten, zoals rollen staal of onderdelen van een kraan of fabriek zijn te groot om in een container te vervoeren. Deze producten worden in een vrachtschip vervoerd. Men laadt deze producten zo in het schip en zorgt dat ze goed vastliggen door ze in een soort houten kist te timmeren. Koelschepen zijn speciaal gebouwd en uitgerust voor het transport van bevroren of gekoelde ladingen zoals vlees, vis, boter, fruit, enz. Deze boten kan je vaak herkennen aan hun lichte kleur. Containerschepen vervoeren containers. Containers zijn als grote dozen waar je allemaal losse producten kan insteken. Denk maar aan Het ro-ro-schip is speciaal ontworpen voor het vervoer van auto s en trekkers met opleggers. Hier gebruikt men bijna geen kranen, alle auto s en andere voertuigen worden stuk voor stuk op de boot gereden via laadbruggen. Binnenschepen brengen de goederen van de haven naar plaatsen die niet aan de zee liggen. Zij varen daarom niet over zee, maar over rivieren en kanalen. Grote zeeschepen zijn in de haven moeilijk te besturen, daarom moeten sleepboten de zeeschepen helpen. Ze bezitten een zeer krachtige motor en speciale schroeven. Sleepboten kunnen heel kort draaien, plots stoppen en opzij varen.

18 Hoek 5: Opdrachtfiche Goederen, dat doe je goed! Wat hebben die schepen toch allemaal bij? Je ontdekt het in deze opdracht! Je komt ook te weten wat er met de lading van het schip gebeurt in de haven. Stap 1. Bekijk het stroomschema heel goed. Help elkaar om het te begrijpen. Stap 2. Gebruik het stroomschema om de invuloefening op te lossen. Stap 3. Vul het werkblad opslag en overslag in en ontdek wat deze woorden betekenen.

19 Stroomschema: Wat wordt er vervoerd? Dingen = goederentransport Mensen = personentransport Kan je de goederen tellen per stuk? Voorbeeld: mensen op een veerboot Ja = stukgoed Nee = massagoed Voorbeeld: auto s Is het vloeibaar? Ja = vloeibaar massagoed Nee = droog massagoed Voorbeeld: olie Voorbeeld: zout