AANVRAAG. UITBREIDING watering de Herk

Transcriptie

1 AANVRAAG UITBREIDING watering de Herk

2 Om te komen tot een beter integraal waterbeheer vraagt de watering de Herk en bij uitbreiding ook de andere Vlaamse polders en wateringen om de werkingsgebieden uit te breiden tot integrale en volledige stroomgebieden. De watering de Herk pleit al jaren voor uitbreiding van haar omschrijving zodat de noodzakelijke middelen beschikbaar komen om een correct integraal waterbeheer te verzorgen. Eén beheerder voor een deelbekken zou garantie moeten bieden op een uniform integraal waterbeheer voor dat deelbekken. Mogelijk oordeelt de minister of de administratie dat de watering de Herk niet goed geplaatst is om deze unieke oppervlaktewaterbeheerder te zijn. Maar wie dan wel? De provincie, ik dacht het niet omdat de provinciegrenzen nooit stroomgebiedsgrenzen zullen zijn. De waterschappen werden intussen opgedoekt. De wateragentschappen die de provincie toekende aan de watering van St.Truiden en watering de Dommelvallei werken ook op basis van gemeentegrenzen en er is geen enkele wetgeving rond wateragentschappen. Het bekkenbestuur? Dat zou kunnen omdat de bekkenbesturen ten minste al afgebakend zijn op basis van stroomgebiedsgrenzen. Maar het lijkt ons dat de watering, ongeacht de voorbijgestreefde wetgeving, het best geplaatst is om op te treden als unieke beheerder voor integraal waterbeheer. Met dit dossier vragen we dan ook aan minister Schauvliege om het gebied van de watering uiit te breiden. In dit uitbreidingsdossier voegen we volgende documenten : 1. Mail van watering de Herk van 19/01/2016 aan VMM om te vragen of er toch nog kans zou zijn om het werkingsgebied van watering de Herk uit te breiden. 2. Mail van watering de Herk van 01/02/2016 aan VMM met bevestiging van onze afspraak voor 15/05/ Mail van VMM van 17/03/2016 met voorstel dat de watering zelf bij de gemeenten zou toetsen naar de mogelijkheden voor uitbreiding, om te starten beperkt tot het gebied van Herk & Mombeek. 4. Onze brief van 04/05/2016 aan de gemeenten binnen de omschrijving om te vragen naar het standpunt van de gemeente in verband met een mogelijke uitbreiding van de omschrijving van de watering. 5. UITBREIDING een tekst die aan de gemeenten meer informatie zou geven om onze aanvraag voor uitbreiding te verantwoorden. 6. Persbericht van 18/08/2016 van deputé Vandenhove aan onder andere Belang van Limburg met zijn standpunt inzake onze aanvraag voor uitbreiding van de watering. 7. Onze reactie van 19/08/2016 op dit persbericht waarvan wij denken dat het persbericht eerder een vorm van MACHTSMISBRUIK is. 8. Het artikel op basis van het persbericht van 18/08/16 zoals dit op 19/08/2016 verscheen in het Belang van Limburg. 9. Brief van 10/08/2016 van deputé Vandenhove aan de gemeenten binnen de omschrijving van de watering de Herk. 10. Onze reactie op de brief van 10/08/2016 van deputé Vandenhove aan de gemeenten. 11. Onze aanvraag voor uitbreiding van de watering de Herk 12. De kaart van de watering de Herk na uitbreiding.

3

4

5

6

7

8 Hasselt, 4 mei «Aard» «Naam» College van Burgemeester en Schepenen «adres» «Pstk» «Naam» ONZE REF _BV UITBREIDING BETREFT OVERLEG OVER UITBREIDING VAN DE WATERING UW REF DD. Mevrouw, Mijnheer, Het bestuur van de watering de Herk heeft in vergadering van 29/04/16 nota genomen van de stelling van VMM-Operationeel Waterbeheer Dienst Polders en Wateringen dat de watering best zelf onderzoekt in hoeverre de gemeenten willen ingaan op een voorstel tot uitbreiding van de watering de Herk naar de deelbekkengrenzen van Herk & Mombeek. Vandaar dat wij vandaag aan het schepencollege vragen welk haar standpunt is in verband met de uitbreiding van de watering naar de deelbekkengrenzen. Waarom vragen wij andermaal naar de uitbreiding van de watering naar de deelbekkengrenzen? In elk geval lijkt het de logica zelf dat de kosten van het onderhoud van grachten en waterlopen verdeeld zouden worden onder alle percelen binnen het afstroomgebied en niet onder de percelen in de laaggelegen valleien. Het lijkt ook logischer en overzichtelijker als het oppervlaktewaterbeheer bij een instantie zit. Ook na doorbraak 63 blijven er nog minimaal 2 beheerders, namelijk de provincie en de watering. In de gemeenten waar een waterloop van 1 ste categorie is komt daar nog de Vlaamse Milieumaatschappij Operationeel Waterbeheer bij. Na doorbraak 63 zijn de gemeenten (Herk-de-Stad uitgezonderd) verlost van het beheer en onderhoud van de waterlopen van de 3 de categorie. Nochtans zullen er via de nieuwe wet betreffende onbevaarbare waterlopen opnieuw waterlopen van ligt statuut bijkomen waarvoor de gemeenten dan weer wel het beheer en onderhoud moet waarborgen. Het onderhoud van de waterlopen van 2 de categorie is normaal nog steeds een zaak van provincie en watering. De watering is bevoegd voor beheer en onderhoud van de gedeelten binnen de omschrijving van de watering, de provincie erbuiten. Om de zaak niet nodeloos ingewikkeld te maken heeft de watering een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de provincie waarbij de provincie het beheer van bron tot monding voorlopig zal waarnemen. Indien de watering de Herk haar uitbreiding naar de deelbekkengrenzen krijgt zal de watering uiteraard zelf het beheer en onderhoud van de waterlopen van 2 de categorie van bron tot monding kunnen uitvoeren. WATERING DE HERK, Kapelhofstraat 22/1, 3500 Hasselt KBO Tel. 011/ Fax 011/ info@wateringdeherk.be BELFIUS BE BIC GKCC BEBB

9 Bovendien zal de watering de Herk dan ook alle grachten van algemeen belang en ook de waterlopen met ligt statuut beheren en onderhouden. 1 ste categorie uitgesloten zal de watering de Herk dan de enige beheerder zijn van grachten en waterlopen binnen de deelbekkengrenzen. Op basis van haar belasting op alle percelen binnen de deelbekkengrenzen kan de watering dan ook de kosten voor beheer en onderhoud van de waterlopen met ligt statuut voor haar rekening nemen. Is het mogelijk om ons jullie standpunt te laten kennen? Graag voor eind augustus. Indien jullie een en ander willen bespreken of verduidelijking willen kan je ons bereiken via onderstaande adresgegevens. Desgewenst kunnen we ook afspreken om bij jullie een toelichting te geven. Met de meeste hoogachting, De ontvanger-griffier, Rudi Briers. De voorzitter, Marijke Berden. WATERING DE HERK, Kapelhofstraat 22/1, 3500 Hasselt KBO Tel. 011/ Fax 011/ info@wateringdeherk.be BELFIUS BE BIC GKCC BEBB

10 UITBREIDING Waarom wil de watering uitbreiding naar deelbekkengrenzen? Het is evident en natuurkundig bewezen dat oppervlaktewater (regen) gravitair van de hoger gelegen gronden afloopt naar de lager gelegen percelen en via slootjes, grachten en waterlopen tenslotte in de zee belandt. Elke regendruppel van een stroomgebied komt op het einde van de cyclus op het laagste punt van het stroomgebied aan. Het lijkt dan ook logisch het beheer van dat oppervlaktewater georganiseerd zou worden voor integrale stroomgebieden. Ongeacht Doorbraak 63 is er in Vlaanderen nog altijd geen sprake van integraal waterbeheer. Een groot aantal gemeenten heeft, vooral om budgettaire redenen, afstand gedaan van haar verantwoordelijkheden voor de waterlopen van 3 de categorie ten voordele van de provincie. Evenwel blijft de gemeente verantwoordelijk voor de gedeelten van de waterlopen van 3 de categorie (nu 2 de categorie) die overwelfd zijn. Weldra komt daar ook opnieuw de nieuwe categorie van waterlopen bij, de waterlopen met light statuut. Ook na doorbraak 63 blijft het beheer binnen een stroomgebied een gecompliceerde materie. V.M.M. Operationeel Waterbeheer is altijd de beheerder van de onbevaarbare waterlopen van 1 ste categorie Provincie Limburg is de beheerder van de onbevaarbare waterlopen van 2 de categorie die niet binnen de omschrijving van een watering liggen Gemeenten die de onbevaarbare waterlopen van 3 de categorie niet overgedragen hebben zijn beheerder voor die waterlopen als ze niet binnen de omschrijving van een watering liggen Gemeenten zullen de beheerder voor de onbevaarbare waterlopen met light statuut zijn als ze niet binnen de omschrijving van een watering liggen Aangelanden. Eigenaars van gronden die grenzen aan niet ingeschreven onbevaarbare waterlopen of grachten buiten de omschrijving van een watering moeten zelf instaan voor het onderhoud van die grachten langs hun gronden Watering. Binnen de omschrijving van de watering is de watering beheerder voor de ingeschreven waterlopen van 2 de en 3 de categorie, en later ook de waterlopen met light statuut, en van de niet ingeschreven waterlopen en grachten die opgenomen werden in de digitale atlas van de watering. Is doorbraak 63 dan een vereenvoudiging? Nee!! Vereenvoudiging zou er zijn (komen) wanneer de omschrijving van de watering(en) uitgebreid zou worden naar de deelbekken- of stroomgebiedgrenzen. De watering is dan de enige beheerder van waterlopen en grachten (1 ste categorie uiteraard uitgezonderd) binnen een integraal en logisch gebied. Is het opheffen van de watering(en) een oplossing? Nee!! Bij de opheffing van de watering kan het beheer van de ingeschreven waterlopen uiteraard overgedragen worden aan de provincie en gemeenten (waar nog 3 de categorie is). Voor het onderhoud van de niet ingeschreven waterlopen en grachten is er geen vangnet. De onderhoudswerken die de watering uitvoert moeten dan opnieuw gedaan worden door de aangelanden. En die zijn hoogstwaarschijnlijk geen vragende partij. Wat wil, kan, de watering aanbieden aan de gemeente(n) na uitbreiding? Voor de bijkomende gebieden zal de watering binnen 2 jaar een inventaris maken van grachten en eventueel andere oppervlaktewaterelementen. Samen met de gemeente en eventueel Infrax zullen de grachten ingedeeld worden in categorieën.

11 Gracht van bijzonder algemeen belang te ruimen met interval van maximaal 2 jaar Gracht van algemeen belang te ruimen met interval van maximaal 3 jaar Gracht van privaat belang te ruimen door de aangrenzende eigenaar(s) De nieuwe waterlopen met light statuut zullen door de watering mee opgenomen worden in de planning voor onderhoud met een interval van maximaal 2 jaar. Het onderhoud zal gebeuren op kosten van de watering. Voor grachten en waterlopen light statuut waarin ook lozing van afvalwater voorkomt zullen er afspraken gemaakt worden met Infrax over een tussenkomst in de kosten van de onderhoudswerken. De watering zal ook opnieuw een werkman aanwerven om de dringende oproepen op te volgen zodat de lange wachttijden op uitvoering door aannemers wegvallen. Vanaf een oppervlakte van ha zal de watering zelf een ingenieur in dienst nemen voor de organisatie en opvolging van de werken. De ingenieur zal ook instaan voor de opmaak van de watertoetsadviezen. Organisatorisch lijkt het ook opportuun dat de gemeenten die kiezen voor de uitbreiding naar de deelbekkengrenzen inspraak krijgen in het beleid. Vanaf het moment van goedkeuring van de uitbreiding zal de gemeente met minimaal 500 ha in de watering iemand afvaardigen in het bestuur (liefst de bevoegde schepen, maar minimaal een lid van de gemeenteraad). Nadat de gegevens van de uitbreiding compleet zijn zal het reglement van Inwendige Orde aangepast worden waardoor de vertegenwoordiging van de gemeente(n) in het bestuur definitief wordt vastgelegd (het zijn geen verkiesbare mandaten maar gereserveerde mandaten). Het wordt dan ook opnieuw mogelijk dat de watering zelf opnieuw voor de organisatie en opvolging van de onderhoudswerken van de ingeschreven waterlopen van 2 de categorie kan zorgen. Moet er gekozen worden voor uitbreiding naar de volledige oppervlakte binnen de deelbekkengrenzen? Liefst wel, maar mogelijk heeft de gemeente welomschreven redenen om een bepaald gebied liever niet extra te belasten en op te nemen in de omschrijving van de watering. Daar kan over gepraat worden. Voor de exclusie van een zone zal in de beslissing tot uitbreiding in elk geval een duidelijke en aanvaardbare uitleg gegeven worden. Binnen de deelbekkengrenzen zijn in een aantal gemeenten ook al meer dan een watering actief. Het is in elk geval niet de bedoeling dat de watering de Herk gaat ingrijpen in de autonomie van die wateringen. De gevraagde uitbreiding zal dan, behoudens vraag vanwege die wateringen, ook niet gaan over de gronden binnen andere wateringen. In deze gevallen trachten we te zoeken naar logische en herkenbare begrenzingen voor de uitbreiding. Hierachter voeg ik een kaartje met de aanduiding van de watering(en) zoals het momenteel is en een kaartje met de aanduiding van de watering op basis van deelbekkengrenzen, wat als uitbreiding onmogelijk haalbaar zal zijn.

12

13

14 Uitbreiding van haar werkingsgebied geeft Watering de Herk de mogelijkheid en middelen om een efficiënt, integraal waterlopenbeleid te voeren. vrijdag, 19 augustus 2016 Machtsmisbruik!! De Watering De Herk wil haar werkingsgebied gevoelig uitbreiden en vraagt hiervoor advies aan de betrokken gemeenten. Deze uitbreiding zou precies tegengesteld zijn aan de recente interne Vlaamse staatshervorming, waarbij het aantal waterbeheerders wordt beperkt. Door de recente overdracht van de waterlopen vertrouwden de meeste gemeenten het beheer van hun waterlopen toe aan de provincie Limburg. Dit zou opnieuw een omgekeerde beweging betekenen. FOUT!! De gemeenten hebben de waterlopen van 3 de categorie overgedragen aan de provincie. Hierbij heeft de provincie herhaaldelijk duidelijk gemaakt dat de overwelfde secties van deze waterlopen wel de verantwoordelijkheid van de gemeente blijven. Binnen de omschrijving van de watering de Herk blijft de watering uiteraard beheerder van zowel de waterlopen van 2 de als de resterende waterlopen van 3 de categorie (stad Herk-de-Stad). Binnen de omschrijving van de watering wijzigt er alleen dat er meer waterlopen van de 2 de categorie zijn waarvoor de watering het beheer heeft. Bovendien werden er bij de gesprekken voor doorbraak 63 tal van grachten met bijzonder belang niet ingeschreven ongeacht de vraag van de gemeenten. Beloofd werd om voor deze grachten op basis van een wijziging van de wet een nieuwe categorie light statuut te maken. De waterlopen van light statuut komen dan weer onder het beheer van de gemeenten zodat dezen toch weer waterloopbeheerders worden. Vereenvoudiging? Ik denk het niet. Ik vind dit geen goede stap, zegt gedeputeerde van Waterlopen Ludwig Vandenhove. Ik heb dan ook per brief gevraagd aan de leden-gemeenten (Alken, Borgloon, Diepenbeek, Hasselt, Heers, Herk-de-Stad, Heusden-Zolder, Hoeselt, Kortessem, Lummen, Nieuwerkerken, Sint-Truiden, Tongeren, Wellen en Zonhoven) niet in te gaan op deze vraag. Noteer dat we geen vereniging zijn. De gemeenten zijn geen leden van de watering. Via de bestuursakkoorden in het kader van de interne Vlaamse staatshervorming is het aantal waterloopbeheerders enkele jaren geleden precies teruggebracht. Zo beheert de provincie Limburg nu kilometer waterlopen in plaats van 950 kilometer voordien en is het aantal waterloopbeheerders in Limburg teruggebracht van 56 naar 19 (NV De Scheepvaart, de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), de provincie, 10 wateringen en 6 gemeenten). Maar dat is nog te veel. Foutief stelt de deputé dat de provincie km waterlopen beheert. Hij gaat ervan uit dat de provincie ook de beheerder is van de waterlopen van 2 de categorie binnen de omschrijving van de wateringen. Wie zijn nu de beheerders van de waterlopen? Zowel binnen als buiten polder of watering is De Scheepvaart beheerder van de bevaarbare waterlopen en de Vlaamse Milieumaatschappij beheerder van de onbevaarbare waterlopen van 1 ste categorie. Buiten de watering is de provincie beheerder van de waterlopen van 2 de categorie en de gemeente van deze van 3 de categorie (in ons geval stad Herk-de-Stad). De gemeenten zullen ook de beheerder zijn van de waterlopen van light statuut. Het onderhoud van de niet ingeschreven waterlopen en grachten is ten laste van de aangrenzende eigenaars. Binnen de watering is de watering beheerder van de waterlopen van 2 de en 3 de categorie en uiteraard ook van de nieuwe waterlopen met light statuut. De watering is ook beheerder van de niet ingeschreven waterlopen en grachten van algemeen belang. Alleen de grachten van privaat belang worden onderhouden door de aangrenzende eigenaars. Bij het afschaffen van de wateringen (en polders) blijven dan ook de volgende waterlopenbeheerders over : De Scheepvaart bevaarbare waterlopen De Vlaamse Milieumaatschappij onbevaarbare waterlopen van de 1 ste categorie De provincie onbevaarbare waterlopen van de 2 de categorie De gemeente onbevaarbare waterlopen van de 3 de categorie (voor de gemeenten die niet overgedragen hebben) De gemeente onbevaarbare waterlopen van de 3 de categorie (overwelfde secties) en light statuut De aangrenzende eigenaars niet ingeschreven waterlopen en grachten Bij het instellen van wateringen (en polders) over integrale stroomgebieden op basis van deelbekkengrenzen heeft men de volgende waterlopenbeheerders : De Scheepvaart bevaarbare waterlopen De Vlaamse Milieumaatschappij onbevaarbare waterlopen van de 1 ste categorie

15 De watering onbevaarbare waterlopen van 2 de en 3 de categorie, de onbevaarbare waterlopen van light statuut, de niet ingeschreven onbevaarbare waterlopen en grachten van algemeen belang. De aangrenzende eigenaars voor de grachten van privaat belang. Welke oplossing resulteert in beter integraal waterbeleid? Om echt tot een integraal waterbeleid te kunnen komen en water- en modderoverlast beter aan te pakken had de Vlaamse regering de moed moeten hebben om ook de overbodige structuur van de Wateringen en de Polders af te schaffen, aldus Ludwig Vandenhove. Bij de recente problemen in juni is door heel wat specialisten nog maar eens aangehaald dat één van de redenen voor de onvoldoende integrale aanpak van de waterproblematiek precies het groot aantal spelers is. Er is dus zeker geen enkele reden om de werking van de Wateringen uit te breiden. Zoals hierboven toegelicht resulteert alleen de uitbreiding van wateringen (en polders) in een verlaging van het aantal waterlopenbeheerders. Of gaat de provincie ook het beheer van de niet ingeschreven waterlopen en grachten (binnen de watering de Herk ruim 200 km) overnemen? Voor het geheel van de provincie zou dat wel een veelvoud van deze 200 km betekenen. Integraal waterbeheer gaat toch niet alleen over het beheer van de ingeschreven waterlopen, of wel? Als argumenten haalt Ludwig Vandenhove de volgende aan: een aanpassing van de verouderde wet op de Wateringen is noodzakelijk met aanscherping van hun doelstellingen en modernisering van de bestuursvorm, het kies- en belastingstelsel. De watering(en) zijn al jaren vragende partij voor een moderne wetgeving. Mogelijk dat de heer Vandenhove in al zijn jaren als politieker (burgemeester, parlementslid en deputé) zelf had kunnen werken aan de realisatie van een nieuwe wet voor polders en wateringen. De watering maakt niet zelf haar wetgeving, ze moet werken met de bestaande wetgeving. er zijn nu reeds ver doorgedreven samenwerkingsovereenkomsten tussen Wateringen en de provincie Limburg om tot een werkbaar en meer coherent beleid te komen. Ook de watering de Herk ging akkoord met een samenwerkingsovereenkomst omdat haar al lang duidelijk is dat het ruimen van waterlopen van bron tot monding door een opdrachtgever beter is in het kader van integraal waterbeheer. het innen van bijkomende belastingen (door een Watering) zal de discrepantie tussen gebieden, die wel en niet in de Watering liggen net vergroten. Als een volledig stroomgebied binnen de omschrijving van een watering valt gaat de discrepantie die nu bestaat ophouden te bestaan. De volledige oppervlakte van het stroomgebied betaald dan mee aan het integrale waterbeheer voor dat gebied. er moet geconcludeerd worden dat Watering De Herk in de huidige context er niet toe komt om haar taken als waterbeheerder (werken aan waterlopen uitvoeren, adviezen qua watertoets afleveren, ) volledig op te nemen en daarvoor haar eigen organisatie uit te bouwen. Correct. Onder de huidige omstandigheden betaalt slechts een 25% van de oppervlakte belasting aan watering de Herk waardoor er uiteraard niet voldoende middelen zijn om ingenieurs aan te werven. Hoe zou de provincie Limburg functioneren als slechts 25% van de inwoners belasting moeten betalen? In Limburg hebben wij 2 proefprojecten opgezet met de Watering van Sint-Truiden en Watering De Dommelvallei in zogeheten Wateragentschappen om precies deze versnippering verder tegen te gaan en een nog meer samenhangend waterbeheer te realiseren, zegt Ludwig Vandenhove. Zo wordt het voor de burger eenvoudiger en transparanter en kan zij/hij steeds bij de provincie Limburg terecht voor alles wat de waterproblematiek aangaat (onderhoud, herstellingswerken, machtiging voor de aanleg van brugjes of andere werken, het eenvormig behandelen van watertoetsen bij bouwaanvragen enz.). Bijkomend een wateragentschap? Waar blijven de wateringen van St. Truiden en de Dommelvallei? Bestaan deze wateringen dan niet meer? Al jaren worden de watering van St. Truiden en de Dommelvallei door de provincie bevoordeeld en financieel extra ondersteund. Oh zou dat te maken hebben met het feit dat de deputé toevallig in St. Truiden woont? In het kader van deze wateragentschappen betaalt de provincie (ook met belastinggeld van onze ingelanden) onder andere het loon van de ontvanger-griffier, die daarvoor de naam watermanager krijgt. Hebben deze watermanagers nog enige geloofwaardigheid als ontvanger-griffier van hun watering? Ze zullen toch moeten luisteren naar degene die hun loon betaalt. De provincie Limburg is bereid om ook met de andere wateringen een dergelijke nauwe samenwerking te bekijken. Een van de voorwaarden is dan wel dat de minimumbelasting in de desbetreffende Watering op nul wordt gezet, zoals in Sint-Truiden en bij De Dommelvallei. Of er ook nog andere wateringen zijn die hun eigenheid willen opgeven weet ik niet. Maar hoe een wateragentschap kan bijdragen aan integraal waterbeheer is mij een raadsel. Wat is een wateragentschap? Is er een wettelijke basis? Welke controle is er op de geldstromen en organisatie van deze waterschappen? Waar staat de watering binnen het wateragentschap? Is er voor de watering van St. Truiden en watering de Dommelvallei nog een reden van bestaan? Ludwig Vandenhove besluit zijn brief met op basis hiervan verdient het aanbeveling om niet in te stemmen met het voorstel van Watering De Herk om uit te breiden naar de deelbekkengrenzen van Herk & Mombeek. Voor mij duidelijk een stap te ver. De deputé misbruikt zijn politieke functie en macht.

16

17

18

19

20

21 Uitbreiding watering de Herk reactie op brief deputé Vandenhove aan gemeenten van 10/08/2016 EERLIJK ZIJN Maandag, 22 augustus 2016 Het lijkt wel of de provincie Limburg er niet echt vertrouwen in heeft dat de gemeenten zelf de vraag van de watering de Herk kunnen beoordelen en op zelfstandige basis een beslissing nemen. Duidelijk is in elk geval dat de provincie ook zelf doet (wil doen) wat men het Vlaamse Gewest verwijt, namelijk dat men opdrachten afneemt van de provincie. Op het vlak van de grondgebonden materie pikte de provincie al de waterlopen van 3 de categorie in van de gemeenten en wil nu ook graag de watering(en) zien verdwijnen om ook die beheerstaken over te nemen wat betreft dan wel de ingeschreven waterlopen. De provincie stelt uiteraard dat men meer kan doen op het vlak van integraal waterbeleid dan de watering(en). Logisch als men toch nagaat dat de provincie voor het hele grondgebied belastingen kan innen. Zou de provincie met slechts 25% van de belastingontvangsten ook zo n ruim personeelsbestand hebben? Zoveel werken kunnen uitvoeren? Zou een gemeente met slechts 25% van de belastingopbrengsten het ook niet met minder personeel moeten doen en ook minder werken uitvoeren? De watering de Herk beheert zelfs minder dan 25% van het stroomgebied en heeft altijd gesteld, en daar geen geheim van gemaakt, dat men alleen projecten voor integraal waterbeheer zal uitvoeren indien er ook inkomsten zijn van een integraal gebied. Dat lijkt me logisch. Over haar financiën en doelstellingen heeft de watering de Herk nooit geheimen gehad. Op haar website kan elke burger begroting en rekening inkijken. Verslagen van de algemene vergaderingen kunnen nagelezen worden. Kan de provincie dat ook zeggen? Doen de andere wateringen dat ook? Met haar inkomsten uit belastingen kan de watering de Herk buiten de ontvanger-griffier mogelijk wel nog een arbeider aan het werk houden, maar meer personeel zit er zeker niet in. Vraag is hoe bijvoorbeeld de watering van St.Truiden met een eenzelfde oppervlakte zoveel meer personeel aan het werk kan houden. Hoe doet de watering de Dommelvallei met maar ha dat? Durft de provincie alle betalingen aan de Limburgse wateringen van de afgelopen 10 jaar bekend maken? Durven de wateringen bekend maken welke ontvangsten, buiten de belastingen, men inde in de afgelopen 10 jaar? Moeten we voor de zoveelste keer foutieve of niet echt correcte stellingen weerleggen? Hoogstwaarschijnlijk wel. In de andere provincies zijn fusies van wateringen of polders met uitbreiding naar deelbekkengrenzen of gewoon uitbreiding naar deelbekkengrenzen wel gelukt, ongeacht de bestaande oude wetgeving. Trouwens is de watering al ruim 40 jaar vragende partij voor een modernere wet, maar zelf kan de watering dergelijke wet of decreet niet goedkeuren. Op welke wijze heeft de deputé als bestendig afgevaardigde of als parlementslid vroeger geijverd voor de wijziging van de wet betreffende de wateringen? De watering de Herk beperkt zich inderdaad grotendeels tot haar basistaak, het onderhoud van de ingeschreven en niet ingeschreven waterlopen. Is het vanwege de watering verantwoord om met het belastinggeld van slechts 25% van de oppervlakte een integraal waterbeheer uit te tekenen voor het totale bekken? Wij denken van niet en mogelijk zijn we daar fout in, maar het is een standpunt waar bestuur en algemene vergadering achter staan. Om redenen van integraal waterbeheer heeft het bestuur van de watering inderdaad een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met de provincie zodat de waterlopen van 2 de categorie van bron tot monding in een uitvoering

22 onderhouden kunnen worden. En het is toch ook logisch dat de provincie als opdrachtgever toezicht doet bij de uitgevoerde werken. Inderdaad heeft de watering momenteel geen individuele opzichter in dienst, maar dat is ook niet nodig wanneer er maar een beperkt pakket werken uitgevoerd wordt. En welke technische scholing hebben de opzichters van de provincie dan wel? Wat verwijt de deputé ons in deze? Verbeteringswerken en investeringswerken werden door de watering in het verleden uiteraard wel uitgevoerd. Het is nu inderdaad geleden van 1996, maar omdat de watering de aanslagvoet voor de belasting laag wil houden konden geen financiële risico s genomen worden met investeringswerken. De werken waarop de provincie wijst zijn voor een groot gedeelte ook uitgevoerd buiten de omschrijving van de watering. En de watering de Herk heeft ongeveer 200 km aan niet ingeschreven waterlopen of grachten waarvoor men het onderhoud moet organiseren, niet 60 km. Het is voor de watering wettelijk mogelijk om de onderhoudswerken van niet ingeschreven waterlopen en grachten uit te voeren. Gemeente en provincie hebben deze wettelijke bevoegdheid niet (behoudens op openbaar domein). Dus alleen de watering kan zorgen voor integraal waterbeheer voor alle waterelementen binnen een stroomgebied, gemeente en provincie kunnen dat alleen voor de ingeschreven waterlopen. Dus alleen een watering over een integraal en volledig stroomgebied kan zorg dragen voor integraal waterbeheer. En met de opbrengst van de belasting van een integraal beheer kan de watering ook de kennis en expertise verwerven voor een goed integraal waterbeheer. Waar haalt men de bevoegdheid om te stellen dat de watering de Herk hiervoor niet voldoende bekwaamheid heeft? Het bestuur van watering de Herk heeft jaren geleden beslist geen toezicht meer te doen bij de uitgevoerde onderhoudswerken van de waterlopen van 2 de categorie. Effectief liepen de opzichter van de provincie en deze van de watering vaak gewoon achter elkaar aan. Met dat spelletje wilde de watering niet meespelen. Bovendien wenst de provincie de kosten van dat toezicht niet terug te betalen aan de watering. De watering is van oordeel dat het toezicht bij uitvoering van werken bij dat werk hoort, voor de provincie moet de watering zelf alle kosten voor dat toezicht betalen binnen de 5% administratieve kosten die de provincie betaalt. Voor het toezicht van de waterlopen had de provincie 3 opzichters in dienst voor doorbraak 63. Voor 900 km waterlopen van 2 de categorie waarvan de helft of 450 km binnen wateringen en 450 km buiten wateringen wil dit zeggen dat de provincie één voltijdse opzichter in dienst had per 150 km waterlopen. Binnen de watering de Herk lagen voor doorbraak km waterlopen van 2 de categorie wat dus analoog aan de provincie een opdracht zou zijn voor een voltijdse werknemer. En dat zou de watering dan zelf moeten bekostigen met ± aan administratieve kosten. De financiële middelen voor het onderhoud van de ingeschreven waterlopen komen niet uit de belastingen van de watering. De provincie (of gemeente) moet de uitgevoerde werken aan de ingeschreven waterlopen terugbetalen aan de watering. Bij uitbreiding van de watering zijn er uiteraard bijkomende eigenaars die de belasting van de watering zullen betalen. Iedereen noemt de belasting van nu 19,37 /ha met een minimum van 9,00 marginaal, maar tot op heden kan de watering het ermee redden omdat ze geen risico s neemt met investeringsprojecten. Het vervangen van deze marginale belasting door een wettelijk vastgestelde werkingskrediet of dotatie (betaalbaar door Vlaams Gewest of provincie) zou voor de watering geen probleem zijn. Maar ook hierin zal de provincie niet volgen. Voor een integraal wateringgebied met inkomsten uit dat volledige gebied zal de watering de Herk wel degelijk projecten van integraal waterbeheer uitvoeren. Het Regionaal Landschap werkt inderdaad samen met de provincie aan projecten van integraal waterbeheer, ook vaak voor zones buiten de watering. De provincie komt hiervoor ook tussen in de loonlast van het Regionaal Landschap, en niet in deze van watering de Herk (wel bij de watering van St.Truiden en de Dommelvallei. Waarom dat onderscheid?). Watertoetsadviezen worden niet afgeleverd door watering de Herk omdat de expertise hiervoor inderdaad niet aanwezig is. Bij uitbreiding kan dergelijk expertise in huis gehaald worden. Maar de provincie wil om duidelijke redenen deze watertoetsadviezen zelf uitvoeren of in huis halen met de argumentatie dat de adviezen dan uniform opgemaakt kunnen worden. Dus de andere wateringen maken zelf ook geen adviezen meer. Men betaalt wel personeel van watering van St.Truiden en de Dommelvallei om adviezen te maken. Als de watering de Herk slechts de uitbreiding vroeg naar de deelbekkengrenzen van Herk & Mombeek gebeurde dat op advies van zowel VMM-Dienst Polders & Wateringen als provincie Limburg zelf. De watering de Herk heeft altijd een uitbreiding naar de totaliteit van de deelbekkens gevraagd, ook naar de deelbekkengrenzen van Slangbeek, Laambeek en Mangelbeek. Als er nog iets onduidelijk is kan u uiteraard met uw vragen terecht bij de ontvanger-griffier van watering de Herk op 011/ of 0475/ of info@wateringdeherk.be

23 Aanvraag uitbreiding watering de Herk Gelet op het schrijven van Vlaams minister Hilde Crevits van 29/10/2007 (KAB/JW/bp/ K02.4-U ) waarbij de minister laat weten dat de polders en wateringen in afwachting van een decreetswijziging de VMM uitvoering geeft aan de voorstellen van onderuit houdende fusies en uitbreidingen van polders en wateringen en streeft daarbij naar een afstemming van de nieuwe grenzen op de deelbekkengrenzen. Gelet op onze vraag van 05/12/2007 ( bv) aan minister Crevits om onze watering uit te breiden. Alhoewel de watering de Herk vragende partij was voor de uitbreiding naar de deelbekkengrenzen van (Herk), (Mombeek), (Slangbeek) werd de uitbreiding na overleg met VMM en provincie Limburg beperkt tot uitbreiding naar de deelbekkengrenzen van Herk & Mombeek. De aanvraag voor deze uitbreiding werd aan minister Crevits overgemaakt op 26/03/2008. Op 04/03/2009 ( bv) maken wij aan minister Crevits, de bestendige deputatie en de gemeenten een document over met toelichtingen of rechtzettingen van opmerkingen die werden geformuleerd tijdens het openbare onderzoek voor de uitbreiding van de watering. Op 02/09/2009 ( bv) vraagt het bestuur aan minister Joke Schauvliege om de administratie opdracht te geven om de 2 de uitbreiding van de watering naar de deelbekkengrenzen van (Mangelbeek) en (Slangbeek) voor te bereiden voor openbaar onderzoek. Op 23/11/2009 (KAB/PVB/2009 K37-U ) laat minister Schauvliege weten dat er slechts een beperkt draagvlak is voor de in onderzoek gestelde uitbreiding. De diensten van provincie Limburg en VMM zouden de mogelijkheden onderzoeken om met het uitbreidingsdossier verder te komen. Op 15/02/2016 was er een bespreking tussen VMM Beheer Onbevaarbare waterlopen en watering de Herk over de mogelijkheden tot uitbreiding. In een mail van 17/03/2016 laat VMM weten dat men in eerste instantie de uitbreiding beperkt wil houden tot de deelbekkengrenzen van Herk & Mombeek. De watering moet zelf nagaan of er een draagvlak is voor de uitbreiding, met name moet men het principiële akkoord vragen van de gemeenten om uit te breiden. Indien er hiervoor een voldoende draagvlak is kan men nagaan of er ook een uitbreiding van de vroegere watering de Laambeek bekeken kan worden. Gelet op de mail van 15/02/2016 van VMM beslist het bestuur in vergadering van 29/04/2016 om het standpunt van de gemeenten in verband met een uitbreiding van de watering te vragen. Op 04/05/2016 ( _bv) vragen wij daarom aan de gemeenten om hun standpunt kenbaar te maken voor eind augustus. Na een bespreking ter zake met de gemeente Heers van 04/07/2016 werd met de voorzitter afgesproken dat in de volgende bestuursvergadering (26/08/2016) een beter geformuleerd voorstel zou besproken worden. Op 18/08/2016 laat journalist Guy Thuwis van het Belang van Limburg weten dat er een persbericht ontvangen werd van deputé Vandenhove en dat alle betrokken gemeenten een brief ontvingen vanwege de deputé. In de krant van 19/08/2016 titelt het BvL Provincie op ramkoers met watering de Herk. In zijn brief van 10/08/2016 ( S2016N N009617) aan de gemeenten binnen de omschrijving van watering de Herk geeft deputé Vandenhove een reactie/advies aan de gemeenten op de brief van 04/05/16 van de watering de Herk. De deputé besluit dat op basis hiervan verdient het aanbeveling om niet in te stemmen met het voorstel van watering de Herk om uit te breiden naar de deelbekkengrenzen van Herk & Mombeek.

24 Omdat We er na het schrijven van de bevoegde deputé aan de gemeenten niet meer kunnen vanuit gaan dat deze onbevangen en vrij zullen beslissen over onze vraag naar uitbreiding. Het belangrijkste argument van de provincie tegen uitbreiding is de oude wetgeving. Voor uitbreidingen in andere provincies was dit geen probleem. Het zal dus ook in Limburg wel mogelijk zijn. Trouwens het wijzigen van de wetgeving is een bevoegdheid van minister en parlement. De deputé moet voor een wijziging van de wet eventueel zelf optreden, de watering is al lang vragende partij maar heeft geen wetgevende bevoegdheid. Het bestuur er nog altijd van overtuigd is dat de vraag voor uitbreiding naar de deelbekkengrenzen legitiem en verantwoord is Vragen we aan de bevoegde minister Joke Schauvliege om de watering de Herk uit te breiden naar de deelbekkengrenzen van de VHA-zones 610, 611, 612, 613 (Herk & Mombeek), maar ook 602 (met inliggend 101), 603, 604 en 605. Met oog voor : watering van Schakkebroek en Terbermen blijft bestaan op basis van haar huidige omschrijving watering het Schulensbroek blijft bestaan binnen de gevraagde VHA-zones waarbij voor de Diestersteenweg als duidelijk herkenbare grens gekozen wordt. watering van St.Truiden zal afstand doen van de zones die verkeerdelijk binnen haar omschrijving liggen. Watering de Herk zal afstand doen van de zones die eigenlijk thuishoren binnen de omschrijving van de watering van St.Truiden. met de gemeenten kan overlegd worden om bepaalde zones of gebieden uit te sluiten bij uitbreiding. Dergelijke uitsluitingen zullen degelijk geformuleerd moeten worden. Om redenen van integraal waterbeleid lijkt het beter om dergelijke zones of gebieden wel op te nemen bij uitbreiding maar vrij te stellen van belasting. Deze gebieden kunnen dan ook wel bekeken worden bij projecten voor integraal waterbeheer. Oppervlakte van de gevraagde uitbreiding : VHA-zone Opp. Uitbr ,4362 ha ,7525 ha ,1920 ha ,4040 ha ,2047 ha ,2250 ha ,7327 ha ,8663 ha ,0618 ha ,8115 ha Totaal ,6867 ha Ingevolge van fouten bij het uittekenen van de wateringen in voorgaande uitbreidingen zal de watering de Herk de delen van VHA 630 die nu bij watering de Herk horen overdragen aan de watering van Sint-Truiden. Een totaal van 55,2826 ha zal overgedragen worden aan de watering van St.Truiden. Anderzijds zijn er ook delen van VHA 610, 612 en 613 foutief toebedeeld aan de watering van Sint-Truiden. Uiteraard vraagt watering de Herk dat deze delen voor een totale oppervlakte van 582,9533 ha overgedragen worden aan watering de Herk.

25 Van watering van St.Truiden aan watering de Herk Watering Schakkebroek en Terbermen Bestaande watering Van watering de Herk aan watering van St.Truiden Gevraagde uitbreiding