EDITO. Het actievermogen van de gemeenten vrijwaren. Nr 2012/04 - augustus/september 2012 DE VERENIGING IN ACTIE. Nieuwe mandatarissen.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "EDITO. Het actievermogen van de gemeenten vrijwaren. Nr 2012/04 - augustus/september 2012 DE VERENIGING IN ACTIE. Nieuwe mandatarissen."

Transcriptie

1 EDITO Ver. Uitg. Marc Thoulen - Nr 7317 Nr 2012/04 - augustus/september 2012 Het actievermogen van de gemeenten vrijwaren De economische, sociale en financiële crisis die alle westerse landen treft, spaart de lokale besturen niet. Zo ook in Spanje, waar ik in juni als verslaggever van de Raad van Europa naartoe trok, om de lokale en regionale democratie onder de loep te nemen. In een stad als Madrid nochtans één van de rijkste van Spanje is de overheid verplicht te snoeien in de lonen van de ambtenaren, de investeringen terug te schroeven en bepaalde sociale uitkeringen af te schaffen. Om vergelijkbare moeilijkheden voor de lokale overheden in de toekomst te voorkomen heeft de Spaanse regering twee grote hervormingen op touw gezet. De eerste is de stabiliteitswet, die bepaalt dat een bevoegdheid niet naar een gemeente of een stad doorgeschoven kan worden zonder daar voldoende middelen aan te koppelen. De tweede reorganiseert de verschillende bestuursniveaus volgens het principe één bevoegdheid, één bestuur, om overlappingen te vermijden en doeltreffend bestuur na te streven. Het zijn twee hervormingen waarop ons land zich zou kunnen inspireren. In België en Brussel is de situatie gelukkig niet zo dramatisch en kampen we niet met zoveel neveneffecten als in Spanje. Geen enkele gemeentelijke beleidsvoerder mag hier de komende zes jaar evenwel buitensporige uitgaven doen. We moeten allemaal voorzichtig blijven in onze verkiezingsbeloften. De komende bestuursperiode moeten we de hand op de knip houden. Actie is niet uitgesloten, maar we moeten ons in de eerste plaats toespitsen op de prioriteiten. Zonder gemeentelijke instellingen kan een natie zichzelf een vrij bestuur geven, maar de geest van de vrijheid heeft ze daarom niet, schreef Alexis de Tocqueville in De la démocratie en Amérique. Onze democratie heeft die nabijheid van bestuur, waar de gemeenten borg voor staan, waar rechtstreeks contact is tussen verkozene en burger, broodnodig. Het actievermogen van de gemeenten hangt rechtstreeks samen met hun autonomie en hun financiële middelen. De keuzes die gemaakt moeten worden in het kader van de sanering van de overheidsfinanciën, moeten die vrijwaren. De kwaliteit van de dienstverlening aan de bevolking hangt daarvan af. Marc Cools Voorzitter van de VSGB DE VERENIGING IN ACTIE De periode waarvan we hier verslag uitbrengen, loopt van de Algemene Vergadering op 20 juni tot 15 augustus. Een vakantieperiode dus, wat betekent dat er weinig politieke actie ondernomen werd maar wat wel de mogelijkheid biedt om diepgaand studiewerk te verrichten. Nieuwe mandatarissen In het vooruitzicht van de gemeenteraadsverkiezingen zullen wij een vorming aanbieden voor de nieuwe verkozenen na 14 oktober en waarop we te gelegener tijde zullen terugkomen. Tegelijk wordt het Praktisch handboek voor burgemeesters en schepenen bijgewerkt, om ook de nieuwe gemeenteraadsleden nuttige informatie aan te reiken. Tijdens deze verkiezingsperiode werd er ook een analyse gemaakt van de uitgaven en inkomsten die in het kader van de campagne in aanmerking komen : de resultaten van die studie vindt u in een artikel verder in dit nummer. Zo vullen wij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest aan. Quads De Vereniging heeft zich nogmaals gebogen over het verbod op quads in de bebouwde kom. Het gebruik van quads in de stad brengt namelijk heel wat hinder teweeg, waardoor het logisch zou zijn dat deze voertuigen er principieel verboden worden. Verschillende gemeenten werken momenteel aan aanvullende politiereglementen, maar gelet op recente problemen heeft de Vereniging op 26 juli een informatievergadering georganiseerd voor de gemeenten om INHOUD Aftellen naar de gemeenteraadsverkiezingen : sperperiode De financiën van de Brusselse gemeenten Wetgeving Pensioenen, eindeloopbaan en kennisoverdracht Te voet, dat gaat vanzelf

2 DE VERENIGING IN ACTIE 2 Nieuwsbrief ze te sensibiliseren voor de motivering van die reglementen. Heel wat gemeenten waren er vertegenwoordigd en bekeken er de praktische moeilijkheden in de toepassing van een dergelijk verbod. Er werd besloten de motivering van de aanvullende reglementen samen op te stellen, waarbij de Vereniging zo snel mogelijk een model zal aanbrengen. Senioren Terug naar de verkiezingen van 14 oktober, dit keer vanuit de invalshoek van de begeleiding van rusthuisbewoners. Het stemrecht is een basisrecht in een democratie. Een rusthuisbewoner moet dat recht kunnen uitoefenen zoals elke andere burger. Daartoe zijn verschillende soorten bijstand beschikbaar. Daarom schreven de voorzitters van de Federaties van OCMW's samen een persbericht Naar de stembus, ook onze ouderen! Twee ontwerpbesluiten tot wijziging van een reeks beschikkingen betreffende de financiering van rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen zijn besproken in het Verzekeringscomité: de wijziging van het KB van 3 juli 1996, door de invoering van een nieuwe categorie D in ROB en RVT, en de wijziging van het MB van 6 november 2003, door de financiering van de nieuwe categorie D in ROB en RVT en algemene herziening van de formulering van de financieringsregels. Na goedkeuring en publicatie zouden de wijzigingen op 1 oktober 2012 in werking treden. De Afdeling OCMW heeft daar echter niet op gewacht om een informatievergadering te organiseren op 27 juli. In een brief van 23 maart 2012 aan minister van Sociale Zaken Laurette Onkelinx had de Afdeling OCMW samen met de andere federaties van rusthuizen gepleit voor een gebruik van de voor alternatieve zorg voorziene middelen, om rusthuisbedden om te zetten of plaatsen voor kortverblijf te openen. Inmiddels werd deze vraag ingelost. Op 18 juni 2012 werd een aanhangsel bij protocol nr. 3 goedgekeurd (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 24 juli). Ter herinnering, dat protocol is een samenwerkingsovereenkomst tussen de federale regering en de gemeenschappen en gewesten die in 2005 afgesloten werd en betrekking heeft op het ouderenzorgbeleid. Aanhangsel nr. 7 stipuleert dat als ze niet gebruikt worden voor alternatieve zorg, RVT-equivalenten (rust- en verzorgingstehuis) volgens de keuze van gemeenschappen of gewesten ingezet kunnen worden bij de opening van rusthuisbedden, de omzetting van ROB-bedden in RVTbedden, de opening van plaatsen in dagverzorgingscentra. De Brusselse interministeriële conferentie voor volksgezondheid heeft beslist van deze mogelijkheid gebruik te maken om 360 bedden om te zetten in RVT-bedden. De modaliteiten voor de verdeling van deze bedden zijn nog niet vastgelegd op het ogenblik dat we dit schrijven, maar de Afdeling OCMW is bijzonder verheugd dat een van haar voorstellen vooruitgang boekt. 2012/04 Internationaal Wat de internationale samenwerking betreft, was de Brusselse en de Waalse Afdeling OCMW in mei benaderd door een consultant van het nationaal programma voor sociale bescherming van de democratische republiek Congo, dat afhangt van hun minister van tewerkstelling en sociale voorzienigheid. Zij wensten met een delegatie op bezoek te komen om informatie in te winnen over het Belgische model voor sociale bijstand dat de OCMW's toepassen, om na te gaan of dat model in Congo aangepast kan worden. De delegatie kwam naar België in juni en had eerst een ontmoeting met vertegenwoordigers van het RIZIV en de FOD Sociale Zekerheid. De delegatie bestond ondermeer uit de heren Antoine Ngelesa en Hubert Masala Loka Mutombo, respectievelijk nationaal directeur a.i. en adviseur van de minister van tewerkstelling en sociale voorzienigheid, en pleegde vervolgens ook overleg met het directiecomité van de Brusselse Afdeling OCMW om de spots te richten op allerlei aspecten van de sociale bijstand en de opdrachten van het OCMW. Vervolgens bracht de Congolese delegatie met de secretaris van de Afdeling een bezoek aan het Brusselse OCMW, voor bijkomende toelichting over de regelgeving betreffende de werking en de taken van het OCMW, en tot slot ook aan een sociale antenne. Mobiliteit In samenwerking met Mobiel Brussel en het kabinet van de staatssecretaris voor Mobiliteit deed de mobiliteitscel van de Vereniging een oproep tot de 19 Brusselse gemeenten om projecten in te dienen die financiële ondersteuning zouden genieten voor de organisatie van voetgangersrijen in Brusselse lagere scholen tijdens het schooljaar voor leerlingen op hun weg van en naar school. De coördinatie van de oproep werd toevertrouwd aan de Vereniging. De oproep ligt in het verlengde van het Iris IIplan en het voetgangersplan van het Gewest, met als voornaamste doel de modal switch. Voetgangersrijen zijn immers een ideaal middel om het autogebruik in het Brussels Gewest in te dijken. Het autoverkeer is tijdens de spitsuren namelijk voor 20 % toe te schrijven aan trajecten

3 DE VERENIGING IN ACTIE naar school terwijl 45 % van de leerlingen op minder dan 1 km van hun school woont en 67 % op minder dan 2 km. Toch gaan de meeste leerlingen uit de lagere school met de auto en slechts 29 % te voet en 2 % per fiets. Vijf projecten werden geselecteerd (Anderlecht, Evere, Jette, Ukkel en Sint-Pieters-Woluwe) door een jury, die op 28 juni beraadslaagde in de lokalen van de Vereniging en bestond uit het vertegenwoordigers van het kabinet, Mobiel Brussel en scholen en het verenigingsleven. Vervolgens organiseerde de Vereniging op 2 juli een samenkomst met de geselecteerde scholen en gemeenten, om informatie uit te wisselen over de geplande projecten en ook de communicatie en de sensibilisering van de betrokkenen (ouders, kinderen, leerkrachten) te belichten. Een twintigtal personen uit de betrokken gemeenten, scholen en politiezones woonden de vergadering bij. De projecten worden door de Vereniging begeleid en moeten effectief van start gaan bij de aanvang van het nieuwe schooljaar en geëvalueerd worden aan het einde van het jaar. In dit nummer een interview met de coördinatrice van de voetgangersrijen in Evere. De Gids van de Mobiliteit en de Verkeersveiligheid nr 34 verscheen begin juli, met als dossier de uitdagingen inzake mobiliteit en het toekomstige beheerscontract van de MIVB en de mobiliteitsconvenanten in het Gewest en de kwaliteit van de ongevalstatistieken. Tot slot neemt de mobiliteitscel zoals altijd in deze tijd van het jaar actief deel aan de voorbereiding van de Week van Vervoering en de autoloze zondag. In werkgroepen en begeleidingscomités vormt ze de verbindingsschakel tussen gemeenten en politiezones, zowel voor de doorgangsbewijzen als de algemene organisatie van de veiligheid. Ze begeleidt ook de 11 gemeenten die dit jaar een gewestelijke subsidie verkregen hebben voor de organisatie van een mobiliteitsdorp op 16 september. De maand oktober staat in ons Gewest in het teken van de verkeersveiligheid. Sinds enkele jaren organiseert het Gewest in die maand namelijk een campagne rond verkeersveiligheid. Dit jaar zal de aandacht gevestigd worden op de fietspaden. We zien namelijk steeds meer fietsers in Brussel en de gemeenten en het Gewest investeren steeds meer in de beveiliging van hun infrastructuren. De inspanningen van de openbare besturen zouden evenwel nutteloos blijven als niet iedereen zijn steentje bijdraagt: stilstaan al is het maar enkele minuten op een fietspad vormt een echt gevaar voor de fietser die van zijn baan moet afwijken om langs het voertuig heen te rijden. De mobiliteitscel van de Vereniging sluit zich bij de campagne aan, werkt mee aan de begeleidingscomités en speelt informatie door aan gemeenten en politiezones om de zichtbaarheid van de campagne te verhogen. Duurzame ontwikkeling Op 22 juni organiseerde de Vereniging in het kader van de begeleiding van de Lokale Agenda's 21 een werkvergadering voor de uitwisseling van ervaringen : een vijftiental deelnemers stelden er goede praktijkvoorbeelden rond duurzame ontwikkeling voor, pleegden overleg, kaartten enkele actuele problemen aan en deden inspiratie op voor nieuwe projecten van andere lokale besturen. Europese Week van de Lokale Democratie We sluiten dit overzicht van de zomeractiviteiten van de Vereniging af met de voorbereiding van de Europese Week van de Lokale Democratie, die omwille van de gemeenteraadsverkiezingen verschoven wordt naar 10 tot 16 november. We hebben gebruik gemaakt van de kalmte van de zomer om de inschrijving van het Gewest, de Brusselse gemeenten en OCMW's te bekrachtigen in het netwerk van steden 12* van de Raad van Europa en om de visuele ondersteuning van de campagne 2012 af te werken (het thema mensenrechten op lokaal niveau blijft centraal staan). Het doel is de schijnwerpers te richten op de bevoorrechte rol van de lokale overheden in de behartiging van de mensenrechten en de sociale cohesie : meer plaats maken voor verschillen en strijden tegen discriminatie tussen burgers, mensen aansporen om actief deel te nemen en ruimte creëren voor dialoog met de lokale besturen, iedereen betrekken bij de ontwikkeling of de verbetering van diensten die aan ieders behoeften beantwoorden allemaal doelstellingen die in de campagne in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober aan bod zullen komen. Marc Thoulen Nieuwsbrief 2012/04 3

4 ACTUALITEIT AFTELLEN NAAR DE GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN De sperperiode is begonnen De periode die de verkiezingen voorafgaat en die gewijd is aan de kiescampagne, is gereglementeerd. Aan de ene kant zijn een reeks van handelingen verboden en aan de andere kant zijn andere handelingen toegelaten maar sommige worden meegerekend in het bedrag van de verkiezingsuitgaven van de kandidaten of hun partij, waarvoor een maximumbedrag vastgelegd is. In Brussel moeten de kandidaten ook nog bijkomende regels volgen die specifiek gelden voor de uitvoerende lokale mandataris. 4 Nieuwsbrief De campagne in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 2012 is deze zomer van start gegaan. De manier waarop die mag verlopen, is gereglementeerd. Zo mag niet ongelimiteerd geld uitgegeven worden aan een campagne of mag niet om het even wat worden uitgedeeld. Bovendien moeten de uittredende kandidaten van de lokale besturen in het Brussels Gewest nog een paar bijkomende regels in acht nemen met betrekking tot de mededelingen die ze doen namens hun bestuur. Tijdens de sperperiode is niet alles toegelaten Op 14 juli 2012 is de campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen gestart. Sindsdien bestaan er beperkingen op het voeren van de kiescampagne : Voor de politieke partijen, de lijsten en de kandidaten is het namelijk wettelijk verboden om tijdens de drie maanden die de verkiezingen voorafgaan, geschenken of gadgets te verkopen of verspreiden. Commerciële telefooncampagnes, reclamespots op radio, televisie of in de bioscoop of affiches op commerciële reclameborden zijn eveneens verboden. Alleen affiches kleiner of gelijk aan 4 m 2 zijn nog toegelaten tot 14 oktober. Die regels gelden niet alleen voor de kandidaten zelf, maar ook voor derden die voor de kandidaten campagne voeren. Uitgaven voor propaganda wettelijk beperkt De wetgever heeft een rem gezet op de uitgaven voor de verkiezingspropaganda. Alle financiële verbintenissen voor mondelinge, schriftelijk, auditieve en visuele boodschappen die erop gericht zijn het resultaat van een politieke partij, een lijst en hun kandidaten gunstig te beïnvloeden en die verricht worden tijdens een periode van drie maanden vóór de verkiezingen van de gemeenteraden, zijn volgens de wet uitgaven voor verkiezingspropaganda. Ook als die uitgaven gedaan worden door derden voor politieke partijen, lijsten of kandidaten, komt dat voor rekening van de kandidaat. 2012/04 De bedragen worden door de Minister-President vastgelegd, en zijn al te raadplegen op : (doorklikken naar Reglementering campagne en Verkiezingsuitgaven ). Bovendien heeft hij gedefinieerd wat geoorloofd en wat niet geoorloofd is, zelfs als de uitgaven binnen de perken van de toegelaten bedragen blijven. De periodieke uitgaven binnen de context van de normale partijwerking, die in de sperperiode vallen, zijn geen verkiezingsuitgaven als ze aan de volgende voorwaarden voldoen : - geen electoraal doel hebben ; - regelmatig en wederkerend zijn. Uitgaven voor evenementen Tijdens de sperperiode zijn niet alle uitgaven per se verboden. Men moet bij die uitgaven voor de evenementen een onderscheid maken tussen wederkerende evenementen en niet-periodieke evenementen. 1. Evenementen die reeds jaren rond hetzelfde tijdstip en om dezelfde reden plaatsvinden, zijn toegelaten, maar kunnen soms meegerekend worden bij de verkiezingsuitgaven. In andere gevallen zullen ze niet beschouwd worden als zijnde uitsluitend georganiseerd voor verkiezingsdoeleinden. Als echter zou blijken dat de uitgaven voor die evenementen plots veel hoger liggen dan de voorgaande jaren, kunnen ze toch als verkiezingsuitgave worden beschouwd. 2. De niet-periodieke evenementen georganiseerd tijdens de drie maanden die de verkiezingen voorafgaan, zijn niet verboden als ze voortvloeien uit de normale gemeentelijke werking. Zo is de feestelijke opening van een zwembad waarvan de renovatie net klaar is, tijdens deze periode toegestaan. Evenementen mogen worden georganiseerd, maar het zal wel een feitenkwestie zijn of ze passen in een gemeentelijke activiteit dan wel of ze als verkiezingspropaganda kunnen worden beschouwd. Het is niet verboden om zoiets te

5 ACTUALITEIT organiseren, maar de kosten zullen meegerekend worden bij de verkiezingsuitgaven. Daarbij zal men moeten nagaan in hoeverre het evenement gedepersonaliseerd is, wat altijd een feitenkwestie zal zijn. Dit geldt uiteraard ook voor de publiciteit die voor het evenement werd gemaakt. Wederkerende evenementen Wederkerende activiteiten die toevallig binnen de sperperiode vallen, worden niet allemaal aangerekend als verkiezingsuitgaven. Ook de reclame of de aankondigingen voor de periodiek weerkerende evenementen vallen niet onder de noemer verkiezingsuitgaven. Zolang de advertenties voor een dergelijk evenement tegen de marktprijzen werden gekocht, is er geen probleem. Een folder die tegelijk ook verkiezingspropaganda bevat, is wel een verkiezingsuitgave. Verkiezingsevenementen We hebben het reeds gehad over niet-periodieke evenementen die georganiseerd worden tijdens de periode van drie maanden maar die geen enkel verband hebben met de verkiezingscampagne. Maar anderzijds mag iedereen specifiek evenementen organiseren met het oog op de verkiezingen. Feestelijkheden of gebeurtenissen die duidelijk passen in de kiescampagne of die een partij of een lijst steunen, zijn uiteraard toegelaten, maar ze vallen in de categorie van de verkiezingsuitgaven. Lokale afdelingen mogen altijd bals organiseren. Een lijst kan bij die gelegenheid ook financiële steun inzamelen door dranken of maaltijden te verkopen. Alleen krijgen die uitgaven het karakter van verkiezingspropaganda. De volgende uitgaven worden bij voorbeeld als verkiezingsuitgaven aangerekend : - de uitgaven voor reclame ; - de uitnodigingen ; - alle andere uitgaven die de inkomsten overschrijden die tijdens de festiviteit werden gemaakt. Het gebruik van persoonlijke wagens kan niet als een uitgave voor verkiezingspropaganda worden beschouwd in de zin van de wet. Het doet ook niet terzake wat de marktwaarde van de wagens zou kunnen zijn. Een bestelwagen blijft een bestelwagen, ook al zijn er verkiezingsaffiches op de zijkant aangebracht en deze kunnen ook juridisch niet worden beschouwd als een verkiezingsbord. Het gezond verstand bepaalt wat verboden is In de drie maanden vóór de verkiezingen verbiedt de wet : het uitzenden van reclamespots op radio, televisie en in bioscopen het gebruik van commerciële reclameborden of affiches niet-commerciële reclameborden of affiches van meer dan 4 m 2 commerciële telefooncampagnes door een onderneming of een administratie Een telefooncampagne mag wel worden gevoerd door de kandidaat zelf of door vrijwilligers. De kosten van de campagne tellen evenwel door voor de verkiezingsuitgaven. Tijdens de sperperiode mag de kandidaat geen geschenken of gadgets verspreiden : het is dus verboden om ballonnen, balpennen, kaartspelen, agenda's of zelfs bloemen uit te delen. Het gebaar van het uitdelen telt: zelfs als de gadgets vóór de verkiezingsperiode werden gekocht, blijft het verboden om ze in de loop van de drie maanden vóór de verkiezingen uit te delen. Een drankje aanbieden naar aanleiding van een bijeenkomst die zich volledig in de privésfeer voordoet, is wel toegelaten. Gaat het om drank of spijs tijdens een publieke bijeenkomst, ook al is ze besloten, dan moet de kandidaat die uitgaven wel bij zijn verkiezingsuitgaven optellen. De grens tussen wat mag en wat niet mag, is niet altijd even scherp. De beste raad is de uitspraak van de minister te volgen bij de bespreking van deze wet: het gezond verstand moet prevaleren. De Raad van State volgt dat principe ook : de wet moet met een gezonde dosis verstand worden gehanteerd en mag niet tot een blinde toepassing leiden. Wat is verkiezingspropaganda? Niet alle evenementen, brieven of teksten zijn aan te merken als verkiezingspropaganda. Nieuwsbrief 2012/04 5

6 ACTUALITEIT 6 Nieuwsbrief Vaak gaat het in de geschillen voorgelegd aan de rechter om feitenkwesties. Uit de rechtspraak blijkt hoe ingewikkeld het is om een duidelijke lijn te trekken. Het gaat vaak om feiten en de criteria van de Raad van State zijn niet altijd even duidelijk. Verkiezingspropaganda in standaardbrieven en verzonden op basis van OCMW-data (naast het probleem dat we verder zullen bespreken, dat het gebruik van deze gegevens normaal niet toegelaten is), in de mate dat de brieven abstract geformuleerd zijn, maakt geen beïnvloeding uit van de kiezer en wordt dus niet als verkiezingspropaganda beschouwd. Dat geldt ook voor kiespamfletten in een gepersonaliseerde vorm, die tot leden van een bepaalde doelgroep gericht zijn. Volgens de Raad van State werden ze niet beschouwd als laakbare kiespropaganda. De Raad van State viel echter wel over een kiespamflet dat een koninklijk besluit tot schorsing van een burgemeester integraal weergaf. Propaganda die geen electoraal doel heeft, d.w.z. die er niet op gericht is het resultaat van een politieke partij, een lijst of kandidaat bij de verkiezingen gunstig te beïnvloeden, is niet verboden tijdens de sperperiode. Oproepen om zich als kiezer te laten registreren zijn niet verboden, ongeacht van wie die oproep ook uitgaat. Ze strekken ertoe dat een groter aantal inwoners van de gemeente bij het democratisch proces betrokken wordt. Terwijl vóór de sperperiode toegelaten gadgets en geschenken worden uitgedeeld, worden die verboden tijdens de sperperiode, ook al gaat het om dezelfde voorwerpen. Een burgemeester die opnieuw kandidaat is, mag tijdens de sperperiode geen zwembadabonnementen cadeau doen. De vrijheid van de kiezers om ongebonden hun stem uit te brengen kan immers in het gedrang komen als zij er met geschenken toe worden aangezet om voor een bepaalde lijst of voor bepaalde personen te stemmen. Dat verbod staat uitdrukkelijk in de wet. De Raad van State nuanceert echter en stelt dat het evenwel zou getuigen van een schromelijke onderschatting van het beoordelings-vermogen van de kiezer indien men ook de geschenken beschouwt die binnen de doelgroep waarin ze worden verspreid, meer als aandachtstrekker bedoeld zijn. Daarbij mogen originele technieken worden aangewend, als de politieke boodschap primeert op de waarde van het verspreide geschenk of gadget. Als er dus toch voordelen verleend worden, moet worden aangetoond dat het voordeel een doorslaggevende invloed heeft gehad op het stemgedrag van de kiezer. Het is niet verboden om de aandacht van de kiezers te trekken. 2012/04 De feiten moeten in hun context beoordeeld worden. Zo is een verkiezingsstartavond in besloten kring te beschouwen als een partijbijeenkomst. Het verstrekken van een eetmaal of drank op die bijeenkomst zijn geen geschenken of gadgets in de zin van de wet. Het feit dat een dergelijke bijeenkomst doorgaat onder de vorm van een barbecue waarvoor een vrijwillige bijdrage wordt gevraagd, waarop sommige dranken gratis worden geschonken en muziek wordt gespeeld, wijzigt het besloten karakter van de partijbijeenkomst niet. Dat geldt ook voor een bijeenkomst die naar aanleiding van een verkiezing wordt georganiseerd met het doel kandidaten van een dezelfde lijst te promoten binnen een groep die bestaat uit die kandidaten, partijleden en hun gezinsleden. Als blijkt dat er daarbuiten geen andere personen aanwezig waren, moet dit als partijbijeenkomst worden beschouwd. Dat verandert echter als de vergadering voor iedereen toegankelijk zou zijn. Als de verkiezingspropaganda buiten die sperperiode wordt verspreid, kan ze niet als verboden beschouwd worden. Het is eveneens verboden om de uitgaven te overstijgen die wettelijk zijn vastgelegd. Bijkomende sperperiode in het Brussels Gewest Sedert deze zomer werd er in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ook nog een bijzondere sperperiode voor uittredende uitvoerende mandatarissen ingevoerd. Het gaat om de ordonnantie van 12 juli 2012 betreffende de controle van de mededelingen en de imagobevordering van de plaatselijke overheden tijdens de verkiezingsperiode. Is verboden : elke mededeling, informatiecampagne of evenement die uitgaat van de leden van het college van burgemeester en schepenen of de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn die niet verplicht is op grond van een wettelijke of reglementaire bepaling die rechtstreeks of onrechtstreeks met publieke middelen gefinancierd wordt die opgestart wordt tussen de 95 e dag voor alle verkiezingen en de dag van de stemming en die ertoe strekt het persoonlijk imago te bevorderen van één of meer leden van het college van burgemeester en schepenen, van de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn of van hun politieke partij. Het doel van de ordonnantie bestaat erin enerzijds de kandidaten op voet van gelijkheid te plaatsen en anderzijds te voorkomen dat een mandataris overheidsmiddelen zou aanwenden voor persoonlijke doeleinden.

7 ACTUALITEIT Zo moeten de uittredende kandidaten opletten dat ze de normale communicatie van de gemeente niet verwarren met verkiezingspropaganda. Tijdens die periode is waakzaamheid geboden en moeten de kandidaten extra aandacht besteden aan de inhoud van de mededelingen. 1. De publicaties die uitgaan van de lokale overheden, worden immers betaald met overheidsgeld en daarom mogen ze enkel dienen om de burger te informeren. De grootste neutraliteit moet worden gewaarborgd. Uiteraard mogen ook buiten die wettelijke periode de publieke gelden op geen enkel moment en op geen enkele wijze door de meerderheid worden aangewend om het persoonlijk imago te bevorderen. 2. De officiële mededelingen zijn geen propagandamateriaal voor de zetelende meerderheid. Het zou de kandidaten van de uittredende meerderheid een voordeel verschaffen tegenover alle andere kandidaten en hun gelijkheid tegenover de kiezers in het gedrang brengen. Wat wordt beschouwd als imagobevordering? De tekst van de ordonnantie verwijst naar 3 communicatiewijzen ter bevordering van het imago, om ze te verbieden. 1. In eerste instantie de vermelding van zijn naam, met uitzondering van het gebruik van de titel van de functie of het gebruik van zijn afbeelding in een mededeling of een informatiecampagne, in ongeacht welke vorm, die niet nominatief gericht is aan een ruim publiek en waarbij de boodschap niet uitsluitend objectieve informatie betreft, maar de verwezenlijkingen en acties van de betrokken persoon of andere mandatarissen van dezelfde politieke partij in het bestuur van de gemeente of OCMW positief belicht. 2. Ook de al dan niet wederkerende evenementen die georganiseerd worden op initiatief van een of meerdere leden van het college van burgemeester en schepenen of de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn, waarbij de persoon van de betrokkene voor het voetlicht wordt geplaatst. 3. De publicatie in het officiële gemeenteblad van meer dan één artikel over of ondertekend door hetzelfde lid van het college of door de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn of diens foto. De boodschappen of de foto's in het gemeentelijk informatieblad worden beperkt in aantal. Elke boodschap die zich niet beperkt tot het evenement, maar een persoon, een team of een politieke partij positief belicht, is verboden. Zo moet de inhoud van de informatie in een gemeenteblad of op de gemeentelijke website in verkiezingsperiode politiek neutraal en strikt informatief blijven. In de praktijk komt dat er op neer om geval per geval na te gaan of een communicatie zou kunnen worden verward met een publiciteitscampagne van de persoon. Maar het grote probleem van het verbod op personalisering van evenementen of de communicatie errond, wordt aangestipt zonder er een oplossing voor aan te reiken in de parlementaire werkzaamheden van de ordonnantie: Het is inderdaad ingewikkeld om hetgeen als gedrag wordt beschouwd en niet op basis van objectieve criteria kan worden vastgesteld, te codificeren. De tekst van de ordonnantie bevat de woorden onder meer, wat doet besluiten dat het niet gaat om een limitatieve opsomming. De lijst zou dus nog kunnen worden uitgebreid. Toezicht op de naleving van de wet en de ordonnantie Er bestaan 2 niveaus van sancties : Als het gaat om persoonlijke imagobevordering, loopt de kandidaat die de verbodsbepalingen overtreden heeft het risico dat de gedane kosten als verkiezingsuitgaven beschouwd worden Een verkozen kandidaat kan van zijn mandaat vervallen worden verklaard als hij de limieten van de verkiezingsuitgaven niet respecteert of als hij de herkomst van de gelden voor zijn campagne niet aangeeft. Een overtreding kan er in principe echter niet toe leiden dat een verkiezing moet worden overgedaan omdat ze in haar geheel ongeldig wordt verklaard. De naleving wordt afgedwongen door de verplichting voor de politieke partijen en de kandidaten om hun verkiezingsuitgaven en de herkomst van de daarvoor aangewende middelen aan te geven. Ook moeten de kandidaten de stavingstukken van hun verkiezingsuitgaven gedurende twee jaar na de datum van de verkiezingen bewaren. Bescherming van de privacy De politieke partijen en de kandidaten moeten een privacyvriendelijke verkiezingscampagne voeren. Dat betekent dat zij de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens moeten naleven. De herkomst van de persoonsgegevens om de kiezer aan te schrijven is erg belangrijk. Zo mogen de gegevens van de kiezerslijsten en de personenlijsten uit het bevolkingsregister in principe worden gebruikt als een rechtmatige gegevensbron voor Nieuwsbrief 2012/04 7

8 ACTUALITEIT politieke prospectie. Acties voor electorale doeleinden vallen volgens de Privacycommissie onder de notie direct marketing, wat toegelaten is. Een politieke partij mag ook de gegevens van haar eigen leden en sympathisanten verwerken, zonder dat ze daarvoor de toestemming van die leden nodig heeft. Het is echter niet toegelaten om het Rijksregister te raadplegen, gegevens uit personeelsbestanden van ambtenaren te halen of de OCMW-klantenlijst te raadplegen (zoals we zagen in een voorbeeld uit de Conclusie De regels over wat mag of niet tijdens een verkiezingscampagne, moeten met een portie gezond verstand worden geïnterpreteerd. Dat blijkt uit parlementaire verklaringen en uit de rechtspraak van de Raad van State, die deze uitspraak bevestigde. rechtspraak, heeft de Raad van State een dergelijk gebruik niet altijd veroordeeld). De gegevens mogen niet aan derden worden doorgegeven. De Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer (CBPL) geeft op (doorklikken > privacythema's > Themadossiers > Verkiezingen ) hierover uitgebreid informatie. Hildegard Schmidt Het juiste bedrag dat mag worden uitgegeven en bijkomende informatie zijn te vinden op : 8 Nieuwsbrief 2012/04 Referenties Wet van 7 juli 1994 betr. de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de provincieraden en de gemeenteraden en voor de rechtstreekse verkiezing van de raden voor maatschappelijk welzijn Ministerieel besluit van 8 mei 2012 tot vaststelling van de modellen van de te gebruiken formulieren en verslagen in het kader van de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de gemeenteraden Ordonnantie van 29 april 2004 betr. de controle van de verkiezingsuitgaven en de regeringsmededelingen Omzendbrief van de Brusselse Minister-President van 19 april 2012 betr. de organisatie van de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2012 Gemeenteraadsverkiezingen en aanverwante uitgaven, Nieuwsbrief-Brussel nr 2000/7, p Ordonnantie van 12 juli 2012 betr. de controle van de mededelingen en de imagobevordering van de plaatselijke overheden tijdens de verkiezingsperiode gewijzigd door de ordonnantie Commentaar en aanbevelingen van de Controlecommissie m.b.t. de interpretatie van de wet van 4 juli 1989 betr. de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de federale Kamers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen (Doc. 51, GZ , 30 april 2007) Omzendbrief van de Brusselse Minister-Voorzitter van 26 juli 2012 betr. de toepassing van de ordonnantie (gewijzigd door de ordonnantie ) betr. de controle van de mededelingen en de imagobevordering van de plaatselijke overheden tijdens de verkiezingsperiode

9 ONDER DE LOEP DE FINANCIËN VAN DE BRUSSELSE GEMEENTEN Beter dan elders maar sombere vooruitzichten Wij belichten hier de evolutie van de Brusselse gemeentefinanciën tijdens de voorbije bestuursperiode, maken de vergelijking met de vorige en ook met de toestand in de andere grote steden van het land, tenminste als die gegevens beschikbaar zijn. We sluiten af met enkele bedenkingen over mogelijkheden en gevaren voor de komende bestuursperiode. De bestuursperiode werd voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gekenmerkt door een toename van de bevolking met nagenoeg 10 %, een bijzonder bewogen economische en financiële context met de bankencrisis van 2008, gevolgd door de crisis van de staatsschuld en de weerslag daarvan op Dexia, met uiteindelijk de vrijwillige vereffening van de Gemeentelijke Holding. Gelukkig is de Belgische economie overeind gebleven en houdt ze vrij goed stand op het vlak van economische prestaties, ondanks de maatregelen die de federale regering heeft moeten nemen in het kader van het Europees stabiliteitspact, totnogtoe zonder impact op de gemeentefinanciën. Toch kregen de gemeenten de afgelopen legislatuur te kampen met een hoge druk van de uitgaven in de vorm van overdrachten naar politiezone en OCMW, stijgende uitgaven voor personeel en werking wegens de groeiende inflatie in en tot slot een duidelijke achteruitgang van de financiële opbrengsten (Gemeentelijke Holding). Deze sterke druk op de uitgaven werd enigszins getemperd door de structurele inkrimping van de financiële lasten (historisch lage intrest), een stabilisering van de subsidies, dotaties en toelagen en ondanks de crisis stabiele inkomsten uit belastingen. Ontvangsten In de bestuursperiode die nu ten einde loopt, stegen de ontvangsten van het lopend dienstjaar van de Brusselse gemeenten van miljoen euro naar miljoen euro, zijnde een gemiddelde jaarlijkse stijging van 2 % per inwoner, iets lager dan de gemiddelde jaarlijkse inflatie van 2,4 %. In diezelfde periode bleef de samenstelling van de ontvangsten vrij stabiel, meer bepaald op basis van de begrotingen 2012 : Onroerende voorheffing 29,00 % Allerhande gewestelijke tussenkomsten 22,50 % Andere overdrachten (federaal, gemeenschappen) 13,50 % Personenbelasting 13,00 % Eigen fiscaliteit 11,00 % Vergoedingen 7,00 % Ontvangsten uit schulden 4,00 % We stippen echter aan dat tussen 2006 en 2012 de ontvangsten uit schulden daalden van 7 naar 4 %, terwijl de ontvangsten uit eigen fiscaliteit geleidelijk opklommen van 7 naar 11 %. Op basis van de begrotingen 2012 toont een vergelijking tussen de Gewesten dat de respectieve aandelen van de gewone ontvangsten in de drie Gewesten vergelijkbaar zijn : de Waalse gemeenten compenseren hun lage ontvangsten uit belastingen door hogere fondsen en subsidies. Structuur van de ontvangsten van de 3 Gewesten Begroting 2012 Gewone ontvangsten/inw. Brussel Vlaanderen Wallonië % % % Ontvangsten uit belastingen , , ,07 Fondsen & subsidies , , ,58 Eigen ontvangsten , , ,43 Bron : Belfius Deze vergelijking houdt uiteraard geen rekening met het feit dat het Brussels Gewest volledig verstedelijkt is. Daarom is het nuttig een vergelijking te maken tussen Brussel en de vier andere grote steden van België : Antwerpen, Gent, Charleroi en Luik. Nieuwsbrief 2012/04 9

10 ONDER DE LOEP Vergelijking tussen Brussel en de 4 andere grote steden Begroting 2011 ( ) Brussel ( inw.) Bedragen Verdeling (%) /inw. 4 grote steden ( inw.) Bedragen Verdeling (%) /inw. Verschil BSL/4 GS (%) Ontvangsten uit belastingen , , ,88 Fondsen & subsidies , , ,91 Eigen ontvangsten , , ,06 Totaal ,26 Bron : Belfius + eigen berekeningen 10 Nieuwsbrief Deze tabel toont duidelijk dat de inkomsten van de Brusselse gemeenten in 2011 voor meer dan 52 % uit belastingen afkomstig zijn, tegenover 31 % voor de vier andere grote steden, terwijl de fondsen en subsidies slechts 36 % van de Brusselse ontvangsten vertegenwoordigen, tegenover 55 % in de vier andere grote steden. Daarbij vestigen we de aandacht op de voor de Brusselse gemeenten catastrofale regionalisering (buiten de stad Brussel, die haar specifieke federale dotatie als hoofdstad van het land kon behouden) van het gemeentefonds, dat uiteindelijk verdeeld werd volgens het inwonersaantal. Het Brussels Gewest vindt ook 50 % van zijn financiële middelen in eigen fiscaliteit, tegenover 30 % voor het Vlaamse en het Waalse Gewest, waarbij dezelfde oorzaken dezelfde effecten teweegbrengen. Als we de gegevens bekijken in verhouding tot het aantal inwoners, worden de verschillen nog duidelijker. Zo was in 2011 de fiscale druk op de Brusselse belastingbetaler 15 % hoger dan in de vier andere grote steden, terwijl de Brusselse gemeenten per inwoner twee keer minder geholpen (of gecofinancierd) werden dan die andere steden en hun eigen inkomsten ook bijna twee keer minder hoog zijn. Het verschil van 655 euro in inkomsten per inwoner betekent dat de 19 Brusselse gemeenten hun inkomsten met 730 miljoen euro zouden moeten stijgen, om over dezelfde middelen voor het lopende dienstjaar te kunnen beschikken als de vier andere grote steden. Die 730 miljoen moet vergeleken worden met de 461 miljoen euro die eind 2011 verkregen werd voor het Brusselse Gewest in het vooruitzicht van /04 Brussel 4 grote steden Verschil Bsl/4 GS België Deze cijfers zijn significant, te meer daar het gemiddeld belastbaar inkomen in het Brussels Gewest tegelijk het laagst is en het minst vooruitgaat, wat een groeiende kloof teweegbrengt tussen het Brussels Gewest en de andere grote steden. Belastbaar inkomen per inwoner ,01 97, Index Index Bron : Ministerie van Financiën + eigen berekeningen 84,23 91, Toename (2007/1994) 47,24% 56,96% 513,41% 66,09% De gemiddeld armste inwoners van het land betalen dus de hoogste lokale belastingen, aangezien de 19 Brusselse gemeenten het minst gefinancierd worden van het land, zowel door hun Gewest als door hun sociaal-economisch hinterland. Antwerpen en Gent krijgen 500 miljoen euro van het Vlaams Gemeentefonds, terwijl de 19 Brusselse gemeenten 253 miljoen euro onder elkaar moeten verdelen, wat neerkomt op 665 euro per inwoner voor de twee Vlaamse steden en slechts 226 euro per inwoner voor de 19 Brusselse gemeenten via de algemene dotatie.

11 ONDER DE LOEP Uitgaven De hierboven beschreven toestand van de ontvangsten is niet zonder gevolgen voor de uitgaven. Op basis van begrotingen 2012 maken we de volgende vergelijkingen : Begroting 2012 Totale gewone uitgaven/inw. Personeel Werking Overdrachten Schuld Waarvan OCMW Waarvan politie Bron : Belfius + eigen berekeningen % % % Brussel 41,56 11,64 36,31 14,18 16,02 10,55 Vlaanderen Net zoals voor de ontvangsten is het interessant een vergelijking te maken tussen Brussel en de vier andere grote steden. Personeel Werking Overdrachten Schuld Structuur van de uitgaven per Gewest Begroting 2011 Totaal * Waarvan OCMW Waarvan politie Waarvan openbare ziekenhuizen Andere subsidies Bron : Belfius + eigen berekeningen Brussel % , ,33 35,91 14,01 15,68 0,73 5,40 10, ,42 21,56 28,83 9,61 9,22 12,19 Wallonië ,40 17,12 28,99 9,02 9,33 12,41 Structuur van de uitgaven : Brussel en de 4 grote steden 4 grote steden * % ,40 * Uitgaven voor afvalophaling en brandweer niet meegerekend ,64 38,58 8,16 12, ,97 11,39 Enkele vaststellingen met betrekking tot de budgettaire inspanningen : - de personeelsuitgaven zijn verhoudingsgewijs hoger in Brussel (42 % tegenover 37 %) - budgettaire inspanningen zijn verhoudingsgewijs veel hoger in het Brussels Gewest voor de OCMW's (nagenoeg het dubbele) en hoger voor politie De financiën van de lokale besturen in de Europese Unie De nota Finances publiques territoriales dans l'union européenne van Dexia Crédit Local en de Raad van Europese Gemeenten en Regio's (REGR) analyseert de situatie van de infranationale financiën in de Europese Unie. Er wordt ondermeer in gepreciseerd dat de infranationale investering in 2011 opnieuw achteruitgegaan is. De studie toont aan dat het licht herstel van de economische en sociale context gedurende het eerste semester 2011, samen met de inspanningen van de lokale openbare besturen om hun inkomsten te optimaliseren en hun uitgaven beter te beheersen, bijgedragen hebben tot de consolidering van het grote begrotingsevenwicht van de infranationale openbare sector van de EU in Individueel genomen hebben bepaalde landen hun situatie evenwel zien verslechteren. Dit jaar komt de nota terug op enkele actuele onderwerpen, zoals de territoriale en institutionele reorganisa-ties in Europa, de overdrachten van bevoegdheden, de recente en geplande hervormingen met betrekking tot de lokale financiën en de systemen van perequatie, het gebruik van de Europese fondsen in 2011, de begrotingsdiscipline en het beheer van de overheidsfinanciën op nationaal en infranationaal niveau, de versterking van het intern stabiliteitspact of tot slot de groeiende problematiek van de externe, bancaire en verplichte financiering van de lokale investeringen. Download de nota op De nota kan tevens in geprinte versie verkregen worden bij de REGR : contacteer Emilie Melvin via emilie.melvin@ccre-cemr.org - lagere subsidiëringscapaciteit (andere subsidies) in het Brussels Gewest voor sport, cultuur, 1 Zie : Financiering van de Brusselse politiezones aan herziening toe, > Documenten [Politie, 31/5/2012] Nieuwsbrief 2012/04 11

12 ONDER DE LOEP Per inwoner komt dit neer op : Uitgaven per inwoner : brussel en de 4 grote steden Begroting 2011 Brussel 4 grote steden Verschil Bsl / 4 GS Personeel ,11% Werking ,83% Overdrachten ,30% Waarvan OCMW ,24% Waarvan politie ,68% Waarvan tekort ziekenhuizen 12 0 Andere subsidies ,42% Schuld ,95% Totaal uitgaven lopend boekjaar ,23% Aantal inwoners op Deze tabel geeft een duidelijker beeld van de werkelijke begrotingsinspanning per inwoner. Enkele vaststellingen : - lagere uitgaven per inwoner op het vlak van personeel en werking, voor een verhoudingsgewijs hogere budgettaire inspanning - duidelijk hogere overdrachten naar de OCMW's per inwoner - lagere overdrachten naar de politiezones per inwoner, ondanks een relatief hogere budgettaire inspanning - een zeer laag bedrag per Brusselaar van de mogelijke subsidiëring voor andere materies dan OCMW en politie Per inwoner spenderen de Brusselse gemeenten 30 % minder dan de vier grote steden, 20 % minder voor hun personeel en 35 % minder voor hun werking. Ze besteden daarentegen 22 % meer aan hun OCMW. Voorts blijkt hun schuldenlast bijna twee keer lager per Deze cijfers weerleggen voor eens en voor altijd dat de Brusselse gemeenten spilziek zouden zijn en slecht beheerd worden. Integendeel, de cijfers tonen aan dat de Brusselse gemeenten voorzichtiger zijn dan de vier andere grote Belgische steden en de beperkte middelen waarover ze beschikken, met de nodige omzichtigheid aanwenden, omdat ze te kampen hebben met inwoners die financieel weinig kunnen bijdragen maar fel belast worden enerzijds en zeer duidelijke sociale behoeften vertonen anderzijds. inwoner, wat een zeer omzichtig beheer weerspiegelt van de Brusselse gemeenten, te meer daar het aandeel van hun investeringen dat gefinancierd wordt door leningen hoger is dan in de vier andere grote steden. Resultaten Op basis van de begroting 2012 zou het saldo van het lopende dienstjaar miljoen euro bedragen voor de Vlaamse gemeenten, - 11 miljoen euro voor de Waalse gemeenten en - 8 miljoen euro voor de Brusselse gemeenten (rekening houdend met de gewestelijke steun van 30 miljoen euro voor deze laatste). Voor het globaal dienstjaar zouden de bedragen respectievelijk 737, 362 en 118 miljoen euro bedragen. We stippen aan dat de resultaten van het globaal dienstjaar regelmatig dalen de laatste jaren in de drie Gewesten en aan dat tempo spoedig tot nul herleid zullen worden, als er geen maatregelen genomen worden op het niveau van de uitgaven of nieuwe financiële middelen gevonden worden. In het geval van de Brusselse gemeenten lijkt een stijging van de belastingen onvermijdelijk, blijken de gewestelijk financiën net als die van gemeenten steeds beperkter en is er weinig hoop op bijkomende herfinanciering van de lokale besturen. Het Brussels Gewest heeft sinds 1989 echter al het mogelijke gedaan om de gemeenten financieel te helpen, met specifieke steun aan de gemeentekas, financiële bijstand in verschillende domeinen (veiligheid, netheid, ) en doorgedreven ondersteuning van de investeringen voor algemeen nut. Zonder al die steun, waaronder voornamelijk de jaarlijkse 30 miljoen euro voor de gemeentekas, zouden de Brusselse gemeenten nagenoeg allemaal in de rode cijfers zitten. 12 Nieuwsbrief 2012/04 Robert Petit

13 Nieuwsbrief 2012/04 13

14 WETGEVING bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van t/m Nieuwsbrief Programmawet - B.S., ; erratum B.S., BURGERLIJKE STAND/BEVOLKING KB tot bepaling van de bevolking van de gerechtelijke kantons B.S., KB wijz. het KB betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en het KB betr. de werking en het personeel van de algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie in het kader van de controle van de gedwongen terugkeer - B.S., KB betr. het rijbewijs in kaartmodel B.S., KB wijz. KB betr. de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen B.S., /04 FINANCIËN/BELASTINGEN Wet wijz. art. 3 van de wet betr. de thesauriebewijzen en de depositobewijzen, om het uit te breiden met de verenigingen van provincies of gemeenten - B.S., Ordonnantie houdende omzetting van Richtlijn 2010/24/EU van de Raad van betr. de wederzijdse bijstand inzake de invordering van schuldvorderingen die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere maatregelen - B.S., GEMEENTEBEHEER Wet wijz. Burgerlijk Wetboek en het Gerechtelijk Wetboek, met het oog op een vereenvoudiging van de regels van de burgerlijke rechtspleging - B.S., HUISVESTING BBHR wijz. BBHE tot uitvoering van de ordonnantie houdende de bevordering van de toegang tot middelgrote woningen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest B.S., LEEFMILIEU KB wijz. KB betr. de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen B.S., Ordonnantie betr. afvalstoffen - B.S., BBHR tot bepaling van de voorschriften voor de tenuitvoerlegging van de sorteerplicht voor producenten of - houders van afvalstoffen andere dan huishoudelijke - B.S., BBHR betr. de registratie van ophalers en vervoerders van niet-gevaarlijke niethuishoudelijke afvalstoffen B.S., BBHR wijz. BBHR tot vaststelling van de lijst met inrichtingen van openbaar nut waarvoor de milieuattesten en - vergunningen door het Brussels Instituut voor Milieubeheer worden afgeleverd B.S., Dienstencheques OCMW KB wijz. KB betr. de dienstencheques B.S., Maatschappelijke dienstverlening KB houdende maatregelen ter bevordering van de maatschappelijke participatie en de culturele en sportieve ontplooiing van de gebruikers van de dienstverlening van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor B.S., Rust- en verzorgingstehuizen Grondwettelijk hof - Arrest nr. 10/2012 van De prejudiciële vragen over de ordonnantie van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van betr. de voorzieningen voor opvang of huisvesting van bejaarde personen, en, in het bijzonder, art. 11, par. 1, vijfde lid, 8, en de bepalingen van hoofdstuk III ( Erkenning ) van die ordonnantie - B.S., MB tot bepaling van de referentierentevoet voor de vaststelling van het maximumbedrag van de gebruikssubsidie voor de rusthuizen van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie B.S., Sociale tarieven Wet houdende diverse bepalingen inzake elektronische communicatie - B.S., Tewerkstelling KB wijz. KB houdende de werkloosheidsreglementering B.S., Vreemdelingen Omz. Minimumbedrag van de middelen van bestaan waarover een vreemdeling moet beschikken die in België wenst te studeren tijdens het school- of academiejaar B.S., Programmawet - Inkomensgarantie voor ouderen (art. 108, 109 en 110) - B.S., MB tot vaststelling van de verdeling van de toelage toegekend aan de gemeenten met een open centrum voor de opvang van asielzoekers op hun grondgebied in B.S., Omz. van Fedasil (Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers) - Instructies betr. het einde van de materiële hulp, de verlenging van de materiële hulp en de overgang van de materiële hulp naar de financiële steun [+ bijlagen] Omz. van Fedasil - Instructie betreffende terugtraject en terugkeerplaatsen voor asielzoekers opgevangen in het opvangnetwerk van Fedasil [+ Bijlagen] KB tot regeling van de terugbetaling door het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers van de kosten van de materiële hulp door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toegekend aan een begunstigde van de opvang gehuisvest in een plaatselijk opvanginitiatief - B.S., Raad van Staat Arrest nr van OCMW Gent / Belgische Staat Werking MB tot vaststelling van de praktische modaliteiten voor de elektronische verzending van de akten van de overheden van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn in het kader van het administratief toezicht B.S., BVCGG tot vaststelling van het aandeel voor het jaar 2012 van elk OCMW van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn en de modaliteiten van de betaling B.S.,

15 WETGEVING PERSONEEL Omz. nr KB houdende algemene regeling inzake reiskosten - Aanpassing van het bedrag van de kilometervergoeding - B.S., STEDENBOUW/LEEFOMGEVING Grondwettelijk Hof Arrest nr. 95/2012 van Het beroep tot vernietiging van de art. 25, 26, 30, c), 101 en 105 van de ord. van wijz. ord. van houdende ratificatie van het Brussels Wetboek van Ruimtelijke Ordening VERKEERSVEILIGHEID KB wijz. KB betr. het rijbewijs - B.S., KB wijz. KB houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg - B.S., MB wijz. MB waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald - B.S., Wet wijz. wet betr. de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op B.S., VERKIEZINGEN BBHR met betrekking tot de machtiging van de waarnemers afkomstig van internationale organisaties erkend door België of afgevaardigd door andere landen om alle kiesverrichtingen te volgen B.S., BBHR tot vaststelling van het model van het volmachtformulier voor de gemeenteraadsverkiezingen en de modellen van het attest en van de verklaring op erewoord, voorzien in art. 42bis, par. 1, 7 van het Brussels Gemeentelijk Kieswetboek [BGKWB] B.S., Ordonnantie betr. de controle van de mededelingen en de imagobevordering van de plaatselijke overheden tijdens de verkiezingsperiode - B.S., Ordonnantie houdende de organisatie van de elektronische stemming voor de gemeenteraadsverkiezingen B.S., Ordonnantie wijz. het Brussels Gemeentelijk Kieswetboek en de wet tot organisatie van de geautomatiseerde stemming - B.S., Colloquium Organisatie VSGB De inning van de onroerende voorheffing in het Brussels Gewest : stand van zaken en vooruitzichten 25 SEPTEMBER 2012 (voormiddag) In samenwerking met de Federatie van Gemeenteontvangers van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en De opcentiemen op de onroerende voorheffing zijn een zeer belangrijke bron van inkomsten voor de Brusselse gemeenten. Aangezien de regionalisering van de inning van de onroerende voorheffing een brandend actueel thema geworden is, vindt de Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Gewest het nuttig om, in samenwerking met de Federatie van Gemeenteontvangers van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de FOD Financiën, een stand van zaken op te maken van de inning van de onroerende voorheffing, de tarieven en de aanpak van geschillen. Dit colloquium zal ook een goede gelegenheid zijn om de spots te richten op de evaluatie van het kadastraal inkomen en de resultaten van de programma's Urbain I en II, met het oog op een optimale actualisering van het kadastraal inkomen door een doeltreffendere en snellere communicatie tussen alle betrokkenen. Tot slot zullen vertegenwoordigers van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest er ook toelichting geven bij de regionalisering van de inning van de onroerende voorheffing in het Brussels Gewest. Doelgroep : burgemeesters, schepenen van financiën, gemeentesecretarissen, ontvangers, financieel directeurs, landmeters, Plaat : Belfius Bank - Passage 44 - zaal Brel Inschrijving gratis : via Programma (uittreksel) 9 h : Inleiding : Marc COOLS, Voorzitter van de VSGB 9 h 15 : De onroerende voorheffing : algemeen, inning, invordering en berekening Serge CHAUVIER, Fiscaal expert, Algemene Administratie van de Inning en de Invordering (AAII) 9 h 45 : De inning van de opcentiemen op de onroerende voorheffing : cijfergegevens Martine SMET, Fiscaal expert hoofd van de Dir. III/1 van de Algemene Administratie van de Inning en de Invordering (AAII) 11 h 05 : Het kadastraal inkomen, vandaag en morgen Philippe HERMAN, Dienst Opmetingen en Waarderingen - Patrimoniumdocumentatie 11h 35 : 11h 50 : Toespraak van het kabinet van de minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Julie LUMEN, Adjunct-kabinetschef Toespraak van het Bestuur Gewestelijke Fiscaliteit (BGF) Dirk DE SMEDT, Directeur-generaal 12 h 05 : Vragensessie & debat Nieuwsbrief 2012/04 15

16 ONDER DE LOEP PENSIOENEN: ALGEMENE PRINCIPES Op 11 mei 2012 organiseerde de Federatie van Brusselse Gemeentesecretarissen een studiedag rond drie thema's : het overheidspensioen, een leeftijdsbewust personeelsbeleid en de kennisoverdracht in de organisaties. Wij gaan hier in op het eerste thema: het pensioen van het overheidspersoneel. Het overheidspensioen voor niet-ingewijden In België heeft iedereen recht op een wettelijk pensioen. De opbouw van dit pensioen gebeurt via een repartitiesysteem, wat betekent dat de actieve bevolking betaalt voor het pensioen van de huidige gepensioneerden 1. Grosso modo kan men voor loontrekkenden twee soorten onderscheiden, het pensioen uit de privésector en het ambtenarenpensioen, waarbij dan ook nog eens over verschillende pijlers wordt gesproken. De eerste pijler bevat het wettelijk pensioen van de privé- en de overheidssector. Vaak wordt dat aangevuld met een zogeheten tweedepijlerpensioen of het aanvullend pensioen via de beroepsactiviteit. In die tweede pijler gaat het om pensioenregelingen die worden opgebouwd door de werkgever en de werknemer en die fiscaal worden gestimuleerd. Het gaat vaak om een groepsverzekering of een pensioenfonds. Zeer veel bedrijven bieden dit aan, het is echter geen wettelijke verplichting. Het bedrag kan als kapitaal of als levenslange rente worden uitgekeerd. Daarnaast bestaat er de derde pijler, de individuele pensioenspaarinspanning die eveneens fiscaal wordt aangemoedigd. Soms wordt ook wel eens over de vierde pijler gesproken, het individueel sparen zonder fiscale bonus. Historische evolutie Trouw is de grondslag van het ambtenarenpensioen met wat de Belgische wetgever naderhand in de wet van 1844 heeft ingevoerd. Het pensioen werd toegekend op de De pensioenen van de ambtenaren berusten op een geheel leeftijd van 60 jaar en een volledige loopbaan telde 40 jaren andere filosofie dan de pensioenen van de werknemers of de dienst. Ook werd het pensioen gefinancierd door zelfstandigen. De filosofie veronderstelt de trouw aan de inhoudingen op de wedden van de ambtenaren. werkgever, in tegenstelling tot de pensioenen van de werknemers, die vertrekken van de idee van collectieve sociale voorzorg. De basiswetgeving voor de ambtenarenpensioenen is de Algemene Wet van 21 juli 1844 op de burgerlijke en kerkelijke overheidspensioenen. Die wet grijpt terug op beginselen uit een decreet van de Franse revolutionaire periode, waarbij werd gesteld dat de overheid gehouden is om een pensioen te betalen, en dat het gaat om een recht voor de betrokkene en een plicht voor de overheid. Met het revolutionaire decreet wou men een einde maken aan een Ambtenaren bij de gemeente kregen geen pensioen De wet van 1844 was echter niet van toepassing op de ambtenaren van de lokale besturen, omdat het pensioen van de gemeenteambtenaren als een gemeentelijke aangelegenheid werd beschouwd en om die reden enkel onder de bevoegdheid van de gemeenteraad viel. In sommige gemeenten werd een verzekering georganiseerd, terwijl er in andere gemeenten niets voorzien was. Dat had voor gevolg dat het personeel tot zeer hoge leeftijd in dienst kon zijn. Er waren slechts twee uitzonderingen : er bestond een aantal misbruiken tijdens het ancien régime 2. Voortaan voorzorgsfonds voor gemeentesecretarissen en het moest er een carrière van 30 jaren dienst zijn en een minimumleeftijd van 50 jaar. Ook in de Hollandse periode onderwijzend personeel had eveneens recht op een pensioen. 3 kwam er een gelijksoortige regeling, die zeer vergelijkbaar is 16 Nieuwsbrief 1 De financiering voor de pensioenen kan worden samengevat in 2 vormen : de kapitalisatie en de repartitie. Bij kapitalisatie worden de bedragen gestort als premie of bijdragen op een individuele rekening of op collectief vlak geregeld. Het pensioen wordt aldus gefinancierd door de belegging van de premies, zoals bij een levensverzekering. Kapitalisatie is precair bij grote crisissen, aangezien de bijdragen uit het verleden geen garantie op de toekomst kunnen bieden. Bij repartitie worden de pensioenlasten van een groep gespreid over diegenen die op hetzelfde ogenblik actief zijn. In België is men geleidelijk afgestapt van het kapitalisatiesysteem ten voordele van het repartitiesysteem, geregeld in K.B. nr. 50 van 24 oktober De gunst werd verleend zonder na te gaan of de betrokkene daadwerkelijk al in aanmerking kwam om het pensioen op te nemen. Bovendien waren openbare ambten vaak ereambten voorbehouden aan personen die geen inkomen moesten vergaren. Na het beëindigen van het ambt werd dan voor bewezen diensten een goed of geld uitgekeerd. A. Bavelier, Traité des pensions civiles et militaires, Parijs, 1886, deel 1, p. 5-6, stelt dat het decreet van 1790 zoals het in 1853 toegepast werd ongeveer voor slechts ambtenaren van toepassing kon zijn. 3 Wet 30 maart 1861 Centraal Voorzorgsfonds voor Gemeentesecretarissen en wet van 16 mei 1876 op de pensioenen der gemeenteleraars en -onderwijzers. 2012/04

17 ONDER DE LOEP tot in 1933 Dat veranderde met de wet van 25 april Die wet beperkte de gemeentelijke autonomie op het gebied van de vaststelling van het pensioenstelsel en verplichtte de gemeenten om voortaan een pensioen te garanderen dat gelijk was aan dat van een ambtenaar van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Het was helemaal niet de bedoeling van de wetgever een uniform pensioenstelsel op te leggen, Ambtenaar bouwt geen rechten op, maar overheid kent pensioen toe Het uitgangspunt van het pensioen berust op een eenzijdige beslissing van de overheid om aan haar personeel een pensioen uit te keren, niet op een opbouw van rechten voor de betrokkene 5. Het overheidspensioen wordt beschouwd als een uitgesteld loon 6. Het recht is niet splitsbaar of vervreemdbaar en het is steeds hetzelfde, ongeacht de gezinstoestand 7. Zoals reeds aangehaald, is het niet te vergelijken met de pensioenen van de privésector of de zelfstandigen, omdat de financiering ervan onder een volledig ander stelsel valt. Omdat het pensioen als een uitgesteld loon wordt beschouwd, zal de berekening ervan dan ook altijd individueel gebeuren 8. Voor die berekening wordt de loopbaan bekeken, waarbij er rekening wordt gehouden met de aanneembare jaren. Dat zijn alle dienstjaren van de betrokkene, ongeacht of hij die als contractueel dan wel als statutair heeft gepresteerd. In dat verband wordt ook gesproken van eenheid van pensioen 9. Dan wordt de pensioenbreuk vastgesteld a rato van 1/60 e van de gemiddelde weddenschaal van de laatste tien loopbaanjaren. Het tantième kan van bestuur tot bestuur verschillen omdat elke gemeente vrij is dat zelf te regelen en daarom ook in een gunstiger regime mag voorzien. De referentiewedde bestaat altijd uit de weddenschaal waarin de ambtenaar is benoemd 10. De volledige loopbaan wordt bereikt na 45 jaar loopbaan, waardoor het bedrag nooit hoger kan zijn dan 3/4 van de refertewedde 11. maar veeleer een einde te maken aan de onbillijkheid dat sommige gemeenten hun personeel geen of een ontoereikend pensioen toekenden. Vanaf dan bestaat er geen betwisting meer dat de gemeenteambtenaar recht heeft op een pensioen. De regeling kan echter op grond van de gemeentelijke autonomie verschillen van gemeente tot gemeente. Het betreft minimumvereisten en de gemeenten mogen voor hun personeelsleden een gunstiger regime uitwerken. Een kosteloos recht Het rustpensioen als verlenging van het loon werd lange tijd als een kosteloos recht beschouwd. Er werden geen persoonlijke inhoudingen gedaan op het loon van de vastbenoemde ambtenaar om zijn pensioen te financieren. Het pensioen moest ten laste zijn van de schatkist. Sinds de wet van 1933 kwam er echter een allereerste inhouding. De wet van 15 mei 1984 veralgemeende de inhoudingen 12. Niettemin bleef het principe van een gescheiden stelsel: de inhoudingen gelden enkel voor het pensioen in de overheidssector en niet voor het algemeen stelsel van sociale zekerheid. Perequatie De pensioenen van de overheid worden geïndexeerd en geperequateerd 13. Perequatie betekent dat de pensioenen van de overheidsector automatisch worden aangepast wanneer het maximum verhoogd wordt van de weddenschaal die verbonden is aan de graad die het personeelslid het laatst had. Het principe is nog wel behouden, maar de wetgever van 2007 heeft de modaliteiten strenger gemaakt 14. Voortaan is er maar perequatie wanneer een hele korf van weddenschalen verhoogt. In het vroegere systeem betrof het een individuele perequatie. Voortaan is elk rust- of overlevingspensioen verbonden aan een bepaalde korf die overeenstemt met een grote sector van de overheid. Financiering De wet van 25 april 1933 voerde ook de omslagkas voor gemeentelijke pensioenen in. Gemeenten die niet 4 Wet 25 april 1933 omtrent de pensioenregeling van het gemeentepersoneel, B.S. 5 mei Zie ook Van Langedonck, J. en Put, J., Handboek Sociale Zekerheidsrecht, Intersentia, 2002, 878 p. Voor een historisch overzicht zie Peeters, N., Sociale zekerheid in bureaucratie. De pensioenwet voor centrale overheidsambtenaren van 1844 en de liberale maatregelen van 1848 in Revue Belge de Philologie et d Histoire Belgisch Tijdschrift voor Filologie en Geschiedenis, 1997, nr. 75, p Art. 1 en art. 4 van het decreet 3 22 augustus 1790 : l'etat doit récompenser les services rendus au corps social, quand leur importance et leur durée méritent ce témoignage de reconnaissance en tout citoyen, qui a servi, éclairé, illustré sa patrie, a droit à sa reconnaissance, et peut suivant la nature et la durée de ses services prétendre aux récompenses. In de wet werd ook een uitkering voor weduwen en wezen voorzien. 7 Wetsvoorstel (W. Beke et al.) betreffende het rustpensioen in de openbare sector bij feitelijke scheiding en echtscheiding, Parl. St., Senaat, , nr /1. 8 Bij de pensioenen uit de privésector wordt er rekening gehouden met de situatie van de persoon: gezinshoofd, gescheiden of onderhoudsplichtig, alleenstaand, 9 Dit principe werd ingevoerd door de wet van 14 april 1965 tot vaststelling van een zeker verband tussen de onderscheiden pensioenregelingen van de openbare sector, B.S. 7 mei Wet 25 januari 1999 houdende sociale bepalingen, Pensioenen, Pensioenen van de openbare sector, Mandatarissen, B.S. 6 februari Art. 39 Wet 5 augustus 1978 houdende economische en budgettaire hervormingen, B.S. 17 augustus Wet 15 mei 1984 houdende maatregelen tot harmonisering in de pensioenregelingen, B.S. 22 mei 1984, Wet Mainil. 13 Wet 9 juli 1969 tot wijziging en aanvulling van de wetgeving betreffende het rust- en overlevingspensioen van het personeel van de openbare sector, B.S. 20 augustus Wet 25 april 2007 betreffende de pensioenen van de openbare sector, B.S. 11 mei Nieuwsbrief 2012/04 17

18 ONDER DE LOEP rechtstreeks of door tussenkomst van een voorzorgsinstelling de betaling van de pensioenen op zich namen, werden ambtshalve bij deze kas aangesloten. Gemeenten konden zich altijd aansluiten bij de omslagkas, maar die aansluiting was definitief en onherroepelijk. Vóór die wet moest elke gemeente zelf regelen hoe de pensioenen werden gefinancierd. Vanaf 1933 werd de betaling van de pensioenen van het personeel van de aangesloten besturen geregeld via een bijdrage op het loon van het actief personeel. De pensioenlasten werden jaarlijks omgeslagen over de loonmassa van de bijdrageplichtige ambtenaren van de aangesloten besturen. Dit systeem had echter niet al te veel succes en in 1986 werd die omslagkas afgeschaft en vervangen door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheidsdiensten (RSZPPO) en de Administratie der Pensioenen (AP). De RSZPPO int vanaf dan de bijdragen en de AP doet de berekening en de betaling van de pensioenen 15. De aangesloten leden van de omslagkas gingen over naar de RSZPPO, in de zogenaamde Pool 1. In 1993 kwam daar een tweede stelsel van de nieuwe bij de RSZPPO aangeslotenen bij om meer besturen over te halen om zich aan te sluiten bij een solidair stelsel 16. In 1995 werd er ook nog een egalisatiefonds opgericht om de bijdragepercentages van de twee pools dichter bij elkaar te doen aansluiten. Dit fonds werd gefinancierd door de opbrengst van de inhouding van 13,07 % op het vakantiegeld van het personeel van de lokale besturen. Daarnaast werd door de wet van 1993 voorzien dat de boni van de kinderbijslag en financiële opbrengsten van het reservefonds van de kinderbijslag werden aangewend ten gunste van de besturen die waren aangesloten bij de RSZPPO. Om nog meer besturen aan te zetten om zich aan te sluiten bij pool 2, werd er ook een reductie van 7,5 % toegestaan door de RSZPPO. Bij de aansluiting nam de RSZPPO immers meer pensioenlasten over dan er in het eerste jaar van aansluiting pensioenbijdragen verschuldigd waren 17. Uit de jaarverslagen van de RSZPPO bleek echter al sedert enige tijd dat er steeds minder vastbenoemden zijn. De daling hiervan heeft een direct gevolg op de financiering van het gemeenschappelijk pensioenstelsel en op het bijdragepercentage dat de plaatselijke overheidsdiensten moeten betalen voor de pensioenen van hun vastbenoemde ambtenaren. Er zullen dus steeds minder vastbenoemden zijn om een steeds zwaardere pensioenlast te dragen 18. Vergrijzing en daling van het aantal vastbenoemden Tot 2012 mocht de gemeente op grond van haar autonomie kiezen op welke manier ze haar pensioenstelsel financiert : een kapitalisatiestelsel, een gemengd stelsel of nog een systeem van opname in de begroting. Met de wet van 24 oktober 2011 komt er echter een grondige wijziging in het pensioenstelsel voor de lokale besturen 19. Alle pools worden samengevoegd in een gesolidariseerd pensioenfonds. In principe worden alle lokale besturen automatisch en onherroepelijk aangesloten bij dit fonds 20. Dit nieuwe stelsel komt er als antwoord op de uitdaging van de pensioenuitgaven in de lokale sector. Het berust op twee belangrijke principes : solidariteit en responsabilisering. Voortaan wordt er immers rekening gehouden met de verhouding tussen de pensioenlast en de loonmassa van de vastbenoemden. Het blijft echter belangrijk te weten bij welke pool een lokaal bestuur aangesloten was vóór 2012, want de bijdragepercentages verschillen naar gelang van die vroegere pool. Het verschil tussen de ex-pool 1 en de ex-pool 2 bestaat voort. De besturen die zelf instonden voor hun pensioenen en nu ambtshalve aangesloten zijn, vallen onder het basisbijdragepercentage van ex-pool 1, behalve wanneer de eigen bijdragevoet in 2012 groter is of gelijk aan 41 %. Dan vallen ze onder de basisbijdragevoet van de besturen van ex-pool 2. Bovendien gebeurt de aansluiting op een begeleide manier : Een deel van de bestaande pensioenen wordt overgenomen door het gesolidariseerd pensioenfonds. Alle aangesloten besturen betalen een effectief basispercentage, dat wordt aangevuld met de responsabiliseringsbijdrage. Die bijdrage is een geheel nieuw concept ingevoerd door deze nieuwe wet. Lokale besturen waarvan de individuele pensioenlasten hoger liggen dan de opbrengst van de betaalde basisbijdragen, zullen een responsabiliseringsbijdrage moeten betalen. Die bijdrage is gelijk aan een percentage van het verschil tussen aan de ene kant de individuele pensioenlasten van een bepaalde werkgever en anderzijds de betaalde basisbijdragen. Daarnaast wordt er een regularisatiebijdrage ingevoerd, voor de besturen die hun contractueel personeel na langer dan 5 jaar benoemen. Dit systeem werd ingevoerd om de late benoemingen tegen te gaan. Omdat de regeling start op 18 Nieuwsbrief 15 K.B. nr. 491 van 31 december 1986 tot wijziging van de wet van 25 april 1933 omtrent de pensioenregeling van het gemeentepersoneel, B.S. 22 januari Wet 6 augustus 1993 betreffende de pensioenen van het benoemd personeel van de plaatselijke besturen, B.S. 17 september Art. 4 wet 6 augustus 1993 betreffende de pensioenen van het benoemd personeel van de plaatselijke besturen. 18 Jaarverslag 2005 RSZPPO. Zie ook V & A, 21 januari 2008, , Kamer, Vraag nr. 17 (De Block). 19 Wet 24 oktober 2011 tot vrijwaring van een duurzame financiering van de pensioenen van de vastbenoemde personeelsleden van de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van de lokale politiezones, tot wijziging van de wet van 6 mei 2002 tot oprichting van het fonds voor de pensioenen van de geïntegreerde politie en houdende bijzondere bepalingen inzake sociale zekerheid en houdende diverse wijzigingsbepalingen, B.S. 3 november 2011, inwerkingtreding 1 januari Volgens art. 5 wordt elk plaatselijk bestuur ambtshalve en onherroepelijke aangesloten per 1 januari 2012 tenzij het lokale bestuur dat nog niet aangesloten was (pool 3 en 4) voor 15 december 2011 zijn weigering voor aansluiting aan de minister van Pensioenen te kennen gaf. Die lokale besturen kunnen steeds op een later ogenblik beslissen om toch aan te sluiten. 2012/04

19 ONDER DE LOEP 1 januari 2012, zal er maar ten vroegste vanaf 1 januari 2017 een regularisatiebijdrage verschuldigd zijn. Iedereen gelijk? De toename van het aantal gepensioneerden is een van de uitdagingen voor de toekomst. Vooral de ambtenarenpensioenen liggen onder vuur. Zo pleiten Caroline Ven en Niko Gobbin in De welvaartsval voor een vergelijkbaar pensioen voor iedereen, waarmee een einde moet worden gesteld aan de hoge overheidspensioenen 21. Het vaak gehoorde argument is dat de ambtenarenpensioenen uitgesteld loon zijn, wat niet meer van deze tijd is. De salarissen uit de ambtenarij zouden immers al lange tijd marktconform zijn 22. Uit de Pensioenatlas van de KULeuven zou blijken dat twee gepensioneerde ambtenaren bij de hoogste inkomenscategorie van gepensioneerden zou horen 23. Studies vertrekken echter vaak van gemiddelden, maar er zijn belangrijke verschillen tussen de gemiddelde pensioenbedragen in functie van het soort stelsel. In een gemiddelde wordt er geen onderscheid gemaakt tussen korte en lange loopbanen, pensioenen voor alleenstaanden of gezinshoofden, De verschillen in de stelsels zijn te verklaren door de historische achtergronden. Ambtenarenpensioenen vallen onder een eigen bijdrageregeling, terwijl dat voor de pensioenen uit de privésector een andere is. Als men het ambtenarenpensioen vergelijkt met het wettelijke pensioen, dan valt de vergelijking uit in het voordeel van het overheidspensioen. Deze situatie verandert echter wanneer het tweedepijlerpensioen mee in aanmerking wordt genomen. Die aanvulling wordt ook nog eens fiscaal aangemoedigd. Deze kost wordt omgeslagen op de gehele gemeenschap, zonder dat die zichtbaar wordt in de gemiddelde pensioenen. We mogen stellen dat oudere generaties ambtenaren een iets hoger gemiddeld pensioenbedrag hebben (waarbij men rekening moet houden met het feit dat de lonen van de ambtenaren tot de jaren 70 een flink stuk onder de markt lagen, wat de hogere pensioenen dan weer meteen relativeert). Die generatie heeft doorgaans een langere loopbaan in de ambtenarij. Ze stopten vaak maar met werken op 65 en kregen tijdsbonificaties aangerekend voor oorlogsdiensten en koloniale diensten. Deze generatie is echter aan het verdwijnen. Er wordt weinig rekening gehouden met de loopbanen vanaf de oliecrisis van Die zijn vanaf dan veel meer gemengd. Ook bestaan er sindsdien veel meer deeltijdse stelsels, al dan niet als gevolg van tewerkstellingsmaatregelen. Het gaat om prestaties die niet altijd volledig in aanmerking komen voor de berekening van het overheidspensioen. Het gemiddelde overheidspensioen zal dus dalen naarmate er meer gemengde loopbanen zijn. Deze bijdrage kwam tot stand met de hulp van de heer Christian Buntinckx, ere adjunct-secretaris van de stad Brussel, en de heer Philippe Nys, adjunct administrateurgeneraal RSZPPO. Bijzondere dank gaat uit naar de heer Dirk Borremans, secretaris van de gemeente Evere en voorzitter van de Federatie van Brusselse Gemeentesecretarissen, voor het nalezen. De vertraging in het systeem van de perequatie zal ook op lange termijn zorgen voor een daling. Een tweede aspect betreft de financiering van het hele stelsel. De wetgever heeft een aanzet gegeven met de hervorming van de RSZPPO en het stelsel van de pools. Structureel is er echter niet nagedacht over een verdere financiering. Tot vandaag zijn de pensioenlasten een volledige verplichting voor de lokale besturen, zonder dat er een overheid in tussenkomt voor de financiering. Er moet worden nagedacht hoe lang dit nog draagbaar blijft voor de lokale overheden 24. Hildegard Schmidt 21 Gobbin, N. en Ven, C., De Welvaartsval, Uitgeverij Pelckmans, p. 22 Caroline Ven in Geen welvaart verdelen die er niet is interview De Standaard, 17 december Berghman, J. et al., Belgische pensioenatlas 2010, > Publicaties > Pensioenatlas. Zie ook Les disparités entre les divers régimes de pensions, Jounal Télévisé, RTBF, 27 juli 2011 en Belgische pensioenen ongelijk verdeeld, Trends, 23 september Zie ook Boek 2010 over de sociale zekerheid, Rekenhof, oktober 2010, p. 93. Nieuwsbrief 2012/04 19

20 BRUXELLES FORMATION WERKT SAMEN MET DE LOKALE OPDRACHT VAN SINT-JOOST-TEN-NODE Op rolletjes naar de toekomst Geografisch zijn beide instellingen met elkaar verbonden : het zijn buren, slechts van elkaar gescheiden door de vijftig meter brede kleine ring. De Sterrenkundelaan, dat is het gemeentehuis van Sint-Joost-ten-Node, bruisend van leven, waar het elke dag een druk komen en gaan van mensen is. De overbuur aan de andere kant van de kleine ring, op de Bisschoffsheimlaan, is Bruxelles Formation Carrefour, één van de tien vestigingen van Bruxelles Formation. Het gebouw is van ver zichtbaar, met zijn enorm spandoek dat prat gaat op niet minder dan bezoekers per jaar. Een plek die borrelt van leven en niet onderdoet voor het gemeentehuis. Niet alleen liggen ze vlak bij elkaar, maar ze werken ook samen. Voor de Sint-Joostenaren is het makkelijk: gewoon de voetgangerstunnel door naar de overkant. Als ze zo vlot de kleine ring oversteken, is het omdat Bruxelles Formation hen kan helpen. Dit is immers de overheidsinstelling die beroepsopleiding verschaft aan Franstalige volwassenen in het Brussels Gewest. Het instituut richt zich zowel tot mensen die werk zoeken als tot hen die reeds werk hebben en biedt meer dan 200 vormingen aan, zelfs zonder die van de partners mee te rekenen. Het gaat om bijscholingen, taallessen en vakopleidingen die gratis zijn voor werkzoekenden en gericht zijn op het aanleren van een beroep in sectoren waar in Brussel werk te vinden is. Met deze vormingen kan je in heel wat verschillende sectoren terecht, gaande van de bouw tot de industrie en de informatica, over de logistiek, de tertiaire sector en de talen. Voor twee stagiairs op drie leiden ze tot een aanwerving, waarvan de helft met een contract voor onbepaalde duur. Bruxelles Formation werkt nauw samen met Actiris, dat ernaar streeft werklozen aan een baan te helpen, maar het houdt ook contact met de bedrijven, om de vormingen zo goed mogelijk te doen aansluiten bij de evolutie van de beroepen en tegemoet te komen aan de behoeften van de werkgevers. De instelling heeft tien opleidingscentra in het Brussels Gewest. Met de medewerking van de partners krijgen op die manier stagiairs (dit aantal is sinds 2010 met 4 % gestegen) ieder jaar de kans een vorming te volgen, zowel voor laag- als hooggeschoolde werkzoekenden. Het organisme wordt gefinancierd door de Franse Gemeenschapscommissie, waarvan het afhangt, door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en door het Europees sociaal fonds. De beheerraad bestaat paritair uit vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers. Er is op verschillende manieren contact tussen Bruxelles Formation en de gemeenten, ondermeer via de lokale opdrachten. Die houden zich onder andere bezig met beroepsopleiding en zijn gericht tot laag- of ongeschoolden, waarvan sommigen zonder diploma de school verlaten hebben. Om dat gebrek aan opleiding bij jongeren aan te pakken werkt de lokale opdracht van Sint-Joost-ten-Node (in de Groenstraat, dus ook vlak bij Bruxelles Formation Carrefour en het gemeentehuis) sinds kort samen met Bruxelles Formation. Zo werd het project Roule vers ton avenir in het leven geroepen als antwoord op de projectoproep Jeunes van Emir Kir, minister, Lid van het College van de Franse Gemeenschapscommissie, belast met Beroepsopleiding. Het project gaat uit van de vaststelling dat er weinig middelen voorhanden zijn om jongeren (opnieuw) rond hun beroepsproject te mobiliseren en biedt hun activiteiten aan die nuttige bagage kunnen verschaffen in het zoeken naar werk en bijscholing. De acht deelnemende jongeren krijgen persoonlijke begeleiding, coaching, avontuurlijke activiteiten, sport, theorie- en praktijklessen door een autorijschool en praktische oefeningen op een circuit. De echte meerwaarde tot slot ligt in de financiering van het rijbewijs. Al die maatregelen geven jongeren een duwtje in de rug in de richting van de socio-professionele inschakeling. De andere samenwerking bestaat in een vorming rond groendaken. Die is innoverend, duurzaam en gericht tot laaggeschoolde werkzoekenden met een zekere basiskennis, bij voorbeeld met ervaring of een opleiding in de groensector als tuinier of in de bouw als dakwerker. Deze vorming reikt de stagiairs alle nodige technische kennis aan voor de aanleg van groendaken. De vorming wordt afgesloten met een stage in een bedrijf. Deze twee voorbeelden tonen dat Bruxelles Formation zich niet alleen richt tot werkzoekenden, maar ook bruggen slaat naar de bedrijfswereld en de gemeenten. Iedere werkzoekende die bij ons een opleiding volgt, heeft dat ietsje meer. Honderden Brusselse bedrijven zijn daar reeds van overtuigd. U ook? Info : cel relations entreprises tel relationsentreprises@bruxellesformation.be 20 Nieuwsbrief 2012/04

21 IN ONZE GEMEENTEN TE VOET, DAT GAAT VANZELF In juni liep de Brusselse projectoproep voetgangersrijen af, die steun aanbiedt voor nieuwe gemeentelijke initiatieven die trachten het verkeer tijdens de ochtendspits vlotter te doen verlopen en onze kinderen opnieuw de geneugten van het wandelen te doen ontdekken, onder begeleiding en dus op een veilige manier. In Evere bestaan al sinds enkele jaren dergelijke rijen, meer bepaald tussen twee scholen en de muziekacademie. Wij vroegen om toelichting aan de coördinatrice, Fanchon Martens. Scholen in Evere Evere heeft zes Franstalige basisscholen: drie gemeentelijke en drie uit het vrije net. Er zijn ook twee niet-gemeentelijke secundaire scholen: een Franstalige en een Nederlandstalige. Wat houdt de Pedibus in Evere precies in? Fanchon Martens : Het gaat om twee rijen tussen twee gemeentescholen (Clair Vivre; La Source) en de muziekacademie. Nagenoeg vijftig leerlingen, voornamelijk 7- tot 9-jarigen, gaan naar de academie in groepjes, onder leiding van een volwassen vrijwilliger en een begeleider die ter beschikking gesteld wordt via het Plaatselijk Werkgelegenheidsagentschap (PWA), en dit vier keer per week. Momenteel beschikken we over drie PWA-begeleiders. Hoe en waarom kwam die rij tot stand? Fanchon Martens : In 2002 had de toenmalige minister van onderwijs van de Federatie Wallonië-Brussel Jean-Marc Nollet een oproep gedaan met betrekking tot de buitenschoolse kinderopvang. De gemeente Evere was daarop ingegaan, waardoor ik aangeworven werd. Ik begon met de inventaris op te maken van de bestaande initiatieven op het vlak van buitenschoolse opvang, wat uitmondde in een stand van zaken en een analyse van de behoeften op basis waarvan het programma CLE (Coordination Locale pour l'enfance) opgesteld werd. Rond 2003 werden de ouders geraadpleegd. Er was immers vastgesteld dat hun dagindeling vaak weinig compatibel was met die van de school. Als de school afloopt rond half vier en vlak daarna heel wat buitenschoolse activiteiten reeds van start gaan, kon een aanzienlijk deel van de ouders omwille van hun werk hun kinderen er niet naartoe brengen als die activiteiten buiten de schoolgebouwen plaatsvinden. Daarom hebben wij een fietsersrij in het leven geroepen. Er bestond immers al zoiets als begeleide fietsersrijen, een gezamenlijke organisatie van de gemeenten Evere en Schaarbeek. Die hebben wij uitgebreid tot de woensdagnamiddag, om de kinderen naar de academie te brengen en terug, want die dag vinden daar de meeste activiteiten plaats. Maar we stootten snel op organisatorische problemen : de uren van de lessen variëren sterk van het ene instrument tot het andere en in functie van het niveau van ieder kind. Daarom moest er dus ook in opvang voorzien worden, voordat de kinderen in groep teruggebracht worden. Uiteindelijk hebben we de fietsen laten vallen en gaan we gewoon te voet, omdat we vaststelden dat sommige instrumenten moeilijk per fiets te vervoeren zijn. Volledigheidshalve voeg ik ook toe dat we een tijdje een klassieker vervoermiddel gebruikt hebben, nl. de bus, door aan te sluiten bij bestaande circuits voor andere scholen. Maar ook daar hebben we onze initiatieven moeten bijsturen om praktische overwegingen : de scholen hadden de bussen zo vaak nodig dat het moeilijk werd om ze voor te behouden voor de leerlingen die naar de academie willen. Nieuwsbrief 2012/04 21

22 IN ONZE GEMEENTEN Het programma CLE (Coordination Locale pour l'enfance) biedt de gemeente de mogelijkheid een balans op te maken van de opvang voor kinderen van 2,5 tot 12 jaar in hun vrije tijd, zowel kwantitatief als kwalitatief. Het legt ook concrete doelstellingen en acties vast voor vijf jaar. Het biedt erkende instellingen ook de kans om onder bepaalde voorwaarden subsidies te krijgen van het ONE (Office de la Naissance et de l'enfance). CLE (Coördination Locale pour l'enfance) Het programma CLE past in het kader van het decreet betreffende de coördinatie en de ondersteuning van de buitenschoolse kinderopvang dat goedgekeurd werd op 1 juli 2003 en bekend-gemaakt door de regering op 3 juli Het toepassingsdecreet werd goedgekeurd door de regering op 17 december Het oorspronkelijke decreet werd gewijzigd bij een decreet van 26 maart 2009 (B.S. 27 juli 2009). De gecoördineerde versie van de teksten staat op : In Evere werd het eerste programma CLE uitgevoerd in de periode Nieuwsbrief Vervolgens hebt u de Pedibus concreet georganiseerd? Fanchon Martens : Ja, wij hebben onze voetgangersrijen ingevoerd. Op die manier kunnen kinderen uit een veertigtal gezinnen uit twee scholen begeleid worden. In het begin van het schooljaar geven we de ouders een invulformulier. Geïnteresseerden moeten twee engagementen ondertekenen: één voor de ouders en één voor de kinderen. Daarin staan enkele regels en afspraken in verband met het gezag van de begeleiders, zowel ten aanzien van de ouders als de kinderen. Zonder die documenten zou hun gezag noch uitgaan van de school noch van de gezinskring waarvan ze geen deel uitmaken. In tegenstelling tot het oorspronkelijke fietssysteem organiseren wij geen terugkeer meer: de geïndividualiseerde lessen op de academie maakten de organisatie te ingewikkeld. Wij organiseren wel toezicht in de academie zelf, met de bijstand van de PWA'ers. Twee keer per jaar hou ik een evaluatievergadering met de begeleiders. Zoals ik reeds zei, vergt het systeem een zekere betrokkenheid van de ouders. De rij staat onder toezicht van een begeleider, maar dat is niet voldoende. Hij of zij wordt dus geruggensteund door een ouder. Dat is geen zuiver vrijwilligerswerk, maar eigenlijk een kleine verplichting : iedere ouder die zijn kind(eren) voor de rij inschrijft, moet de rij vier keer per jaar begeleiden, persoonlijk of via een vriend(in), wat uiteindelijk eenvoudiger is dan zich één of meerdere keren per week te moeten vrijmaken. In dat opzicht varieert de betrokkenheid dus van persoon tot persoon en moeten we er dus over waken dat iedere ouder zijn plicht vervult, omwille van de billijkheid tegenover anderen. Dit systeem brengt overigens een verschil in schoolcultuur aan het licht tussen de verschillende scholen : de inzet is groter in de Freinet-scholen, waar ouders altijd al actiever bij het schoolgebeuren betrokken worden. 2012/04 Een essentieel element voor het welslagen van het project is de aanvaarding door de school : wij kunnen enkel doeltreffend werken als de directie het project steunt. Qua verzekering zijn de kinderen gedekt door de verzekering van de school : de rij kadert immers in de schoolactiviteiten. Maar dat geldt enkel omdat het gaat om gemeentescholen. Voor scholen uit andere netten is de link tussen de verzekering van de school en die van de academie minder duidelijk. Wij vragen de ouders die de rijen begeleiden, ook een familiale verzekering voor zichzelf af te sluiten. Over welk budget beschikt de Pedibus? Fanchon Martens : Naast mijn coördinatiewerk is er ook de vergoeding van de drie begeleiders. De rij neemt één uur in beslag (gefactureerd aan 7,5 euro per uur per begeleider) en één van hen moet blijven zolang er kinderen aanwezig zijn, in totaal drie uur (iets langer op woensdagnamiddag) en dit alles vier dagen per week. Zijn er specifieke moeilijkheden en uitdagingen? Fanchon Martens : In de eerste plaats zie ik de groei. Momenteel zijn onze middelen ontoereikend om de rijen nog uit te breiden of nieuwe te creëren. Daarvoor zou meer personeel ingezet moeten worden, dat wij niet kunnen leveren. De andere beperking houdt verband met de lokalisering en de doelgroep : de rij is gericht tot een bepaalde leeftijdsgroep, voornamelijk de 7- tot 12-jarigen. Kleuters zijn namelijk nog niet in staat om verplaatsingen over middellange afstanden af te leggen en boven de twaalf jaar willen ze het alleen kunnen en willen ze geen deel meer uitmaken van een rij. Ik stel ook vast dat we zodanig gewoon zijn om overal met de auto naartoe te rijden, vooral met jonge kinderen, dat die echt opnieuw moeten leren zich te voet te verplaatsen. Bovendien is de ligging van de school een doorslaggevende factor : als ze te ver van de academie ligt, zou het onmogelijk zijn na de schooldag op stap

23 IN ONZE GEMEENTEN te gaan en tijdig op de academie aan te komen, of zou de afstand in ieder geval te groot zijn voor de kinderen. Tot slot kan het ook dat de inrichting van de openbare weg weinig compatibel is met de rijen. Denk maar aan het oversteken van de brede Leopold III-laan. Een ander probleem ligt bij de begeleiders : wij werven die aan via het Plaatselijk Werkgelegenheidsagentschap, maar in werkelijkheid zijn die mensen vaak op zoek naar een andere job. Zij hebben ook niet allemaal de nodige vaardigheden om met jonge kinderen om te gaan. Concreter : sommigen houden gewoonweg niet van stappen of willen niet de verantwoordelijkheid over kinderen op de openbare weg op zich nemen. De motivatie hangt dus af van persoon tot persoon en wij moeten daar rekening mee houden. De begeleiders krijgen een korte opleiding van anderhalf uur door de politiezone, maar wij beseffen dat dit te weinig is. Idealiter zouden zowel verkeersveiligheid als pedagogische aspecten in de vorming aan bod moeten komen. We hadden trouwens drie maanden lang begeleiding door gemeenschapswachten getest, die opgeleid zijn als oversteekhulp, maar dat experiment was niet overtuigend: ze misten ervaring om met de kinderen te communiceren, wat weliswaar noodzakelijk is omdat we zoals ik al zei ook buitenschoolse opvang organiseren. Uiteindelijk hebben twee PWA'ers op drie een vorming gevolgd voor buitenschoolse begeleiding (door Re-Source Enfance) tijdens de paasvakantie Het doel was gepast te leren reageren op conflicten, woede en geweld binnen de groep. Dit soort vorming biedt ook de mogelijkheid om praktijkvoorbeelden uit te wisselen voor dit soort activiteiten. De uitstippeling van het traject tot slot is een uitdaging op zich : het moet zo kort mogelijk zijn, maar tegelijk zo veel mogelijk drukke straten, trams of andere obstakels in de stad vermijden. Wat verwacht u van de projectoproep? Fanchon Martens : Met de projectoproep hopen wij ons systeem te kunnen uitbreiden naar andere scholen en het cultuurcentrum, wat bijkomende begeleiding en coördinatie vergt. Maar bovenop de ondersteuning zal de gewestelijke steun ons ook een zekere erkenning bieden. Interview door Philippe Delvaux Nieuwsbrief Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw Aarlenstraat 53 bus Brussel Tel Fax welcome@avcb-vsgb.be Redactie : philippe.delvaux@avcb-vsgb.be Nr augustus/september 2012 Directie : Marc Thoulen Coördinatie : Philippe Delvaux Redactie : Marc Cools, Philippe Delvaux, Céline Lecocq, Robert Petit, Hildegard Schmidt, Marc Thoulen Vertaling : Liesbeth Vankelecom, Hugues Moiny Secretariaat : Chantal Matthys Abonnementen : Patricia De Kinne : patricia.dekinne@avcb-vsgb.be Publiciteit : Agentschap Publiest office@publiest.lu Nieuwsbrief wordt gedrukt op 100 % gerecycleerd papier Cette revue existe aussi en français. Si vous souhaitez recevoir le Trait d'union, contactez notre secrétariat : welcome@avcb-vsgb.be Sinds 2002 is Nieuwsbrief-Brussel integraal beschikbaar op Gepubliceerd met de steun van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Belfius en Ethias Nieuwsbrief 2012/04 23

24 24 Nieuwsbrief 2012/04

Aftellen naar de gemeenteraadsverkiezingen: de sperperiode is begonnen

Aftellen naar de gemeenteraadsverkiezingen: de sperperiode is begonnen Association de la Ville et des Communes de la Région de Bruxelles-Capitale asbl Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw Aftellen naar de gemeenteraadsverkiezingen:

Nadere informatie

GEMEENTEFINANCIËN: WAAR GAAN DE OCMW S NAARTOE?

GEMEENTEFINANCIËN: WAAR GAAN DE OCMW S NAARTOE? Association de la Ville et des Communes de la Région de Bruxelles-Capitale ASBL Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest VZW GEMEENTEFINANCIËN: WAAR GAAN DE OCMW S

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de regels tot bepaling van de bedragen

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE INLEIDING 9 GOED OM TE WETEN 13

INHOUDSOPGAVE INLEIDING 9 GOED OM TE WETEN 13 INLEIDING 9 GOED OM TE WETEN 13 HOOFDSTUK 1 DE VOORBEREIDING: OVER KANDIDATEN EN LIJSTEN 17 1.1 Het aantal raadsleden en schepenen 19 1. Hoeveel gemeenteraadsleden telt mijn gemeente? 19 2. Hoeveel schepenen

Nadere informatie

Vergrijzing. Impact en uitdagingen voor de lokale besturen

Vergrijzing. Impact en uitdagingen voor de lokale besturen Vergrijzing Impact en uitdagingen voor de lokale besturen Robert Petit Het departement Research van Dexia heeft een bijzonder interessante studie gepubliceerd voor de gemeentelijke beleidsvoerders die

Nadere informatie

Voor de buitengewone dienst is nog steeds een gedetailleerde voorstelling per budgettaire functie van 8 cijfers vereist.

Voor de buitengewone dienst is nog steeds een gedetailleerde voorstelling per budgettaire functie van 8 cijfers vereist. BEGROTING 2017 door het College van Burgemeester en Schepenen VERSLAG EN COMMENTAAR van dhr. C. Beoziere, Schepen van Financiën Het project van de begroting 2017 werd opgesteld in overeenstemming met het

Nadere informatie

VERSIE : 06 juli 2018

VERSIE : 06 juli 2018 VERSIE : 06 juli 2018 MODEL VAN GEMEENSCHAPPELIJK FORMULIER BETREFFENDE DE AANGIFTE VAN DE VERKIEZINGSUITGAVEN VOOR DE POLITIEKE PARTIJEN DIE OPKOMEN IN MEER DAN EEN GEWEST BIJ DE LOKALE VERKIEZINGEN OP

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Goedkeuring en machtiging tot ondertekening van het Wijzigingsprotocol tot modernisering van het Verdrag

Nadere informatie

Functie en bevoegdheden Sociale raad

Functie en bevoegdheden Sociale raad Functie en bevoegdheden Sociale raad De statuten van de Sociale Raad van Zaventem worden als volgt vastgesteld : OPDRACHT EN BEVOEGDHEID Artikel 1 : De Sociale Raad heeft als opdracht : 1. het verstrekken

Nadere informatie

PROVINCIE WEST-VLAANDEREN ARRONDISSEMENT VEURNE OCMW DE PANNE UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN HET OCMW.

PROVINCIE WEST-VLAANDEREN ARRONDISSEMENT VEURNE OCMW DE PANNE UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN HET OCMW. PROVINCIE WEST-VLAANDEREN ARRONDISSEMENT VEURNE OCMW DE PANNE UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN HET OCMW. De Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 21 juni 2017 Aanwezig: Simonne Blanckaert,

Nadere informatie

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN 2018:

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN 2018: Regelgeving GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN 2018: REGELGEVING IVM VERKIEZINGSPROPAGANDA Brussels Gemeentelijk Kieswetboek (BGKWB), Inforum 68994 Nieuwe Gemeentewet, http://brulocalis.org/nl/publications/nieuwe-gemeentewet

Nadere informatie

TOELICHTING. 1. Doel van het protocolakkoord

TOELICHTING. 1. Doel van het protocolakkoord PROTOCOLAKKOORD tussen de federale Wetgevende Kamers en de parlementen van de gewesten betreffende de toepassing van de regelingen inzake de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot aanpassing van de regelgeving

Nadere informatie

VERKIEZINGEN VAN 25 MEI 2014 VOOR HET EUROPEES PARLEMENT, DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS EN DE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTPARLEMENTEN

VERKIEZINGEN VAN 25 MEI 2014 VOOR HET EUROPEES PARLEMENT, DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS EN DE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTPARLEMENTEN BIJLAGE 2 VERKIEZINGEN VAN 25 MEI 2014 VOOR HET EUROPEES PARLEMENT, DE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS EN DE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTPARLEMENTEN GLOBAAL AANGIFTEFORMULIER VOOR DE GELIJKTIJDIGE VERKIEZINGEN

Nadere informatie

Aangifte van de verkiezingsuitgaven en van de herkomst van de geldmiddelen door lijsten voor de rechtstreekse OCMWraadsverkiezingen

Aangifte van de verkiezingsuitgaven en van de herkomst van de geldmiddelen door lijsten voor de rechtstreekse OCMWraadsverkiezingen OCMW-raadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Aangifte van de verkiezingsuitgaven en van de herkomst van de geldmiddelen door lijsten voor de rechtstreekse OCMWraadsverkiezingen gemeente:... Waarvoor dient

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp

Nadere informatie

Advies over betaalde boodschappen van politieke (kandidaat-) mandatarissen

Advies over betaalde boodschappen van politieke (kandidaat-) mandatarissen Advies Sectorraad Media 22 maart 2018 Advies over betaalde boodschappen van politieke (kandidaat-) mandatarissen Inleiding Naar aanleiding van de provinciale en gemeentelijke verkiezingen in oktober 2018

Nadere informatie

e Limburg 3 1 JAN Federale Taken

e Limburg 3 1 JAN Federale Taken 201 9-01 -30 0 e Limburg Federale Taken Aan de burgemeesters van de gemeenten van de V2019N000515 3 1 JAN. 2019 provincie Limburg Algemene Zaken Kopie: - de korpschefs van de Limburgse politiezones - openbaar

Nadere informatie

VR 2016 DOC.0943/1BIS

VR 2016 DOC.0943/1BIS VR 2016 DOC.0943/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling Vlaamse Regering over het ontwerp

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering inzake het ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp

Nadere informatie

Rise- Innovatieve start-ups

Rise- Innovatieve start-ups Rise- Innovatieve start-ups Reglement Oproep van mei 2017 A) Ondernemingen die in aanmerking komen Elke onderneming die aan volgende voorwaarden voldoet, kan zich, met oog op de toepassing van een strategisch

Nadere informatie

Deadline 1 mei Context & doel

Deadline 1 mei Context & doel Projectoproep "Te voet, dat gaat vanzelf" t.a.v de gemeenten van het Brussels Gewest voor de organisatie van voetgangersrijen in de lagere scholen in schooljaar 2014-2015 Deadline 1 mei 2014 1. Context

Nadere informatie

VR DOC.0797/1

VR DOC.0797/1 VR 2019 2405 DOC.0797/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van Samenwerkingsakkoord tussen de Federale staat, het Waals Gewest, het

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

ADVIES Nr. 12 / 2004 van 21 oktober 2004

ADVIES Nr. 12 / 2004 van 21 oktober 2004 KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hallepoortlaan 5-8, B-1060 Brussel Tel. : +32(0)2/542.72.00 E-mail : commission@privacy.fgov.be Fax.: : +32(0)2/542.72.12 http://www.privacy.fgov.be/ COMMISSIE VOOR DE

Nadere informatie

Ontwerp van decreet ( ) Nr juni 2012 ( ) stuk ingediend op

Ontwerp van decreet ( ) Nr juni 2012 ( ) stuk ingediend op stuk ingediend op 1589 (2011-2012) Nr. 7 27 juni 2012 (2011-2012) Ontwerp van decreet houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Voorontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 31 juli 2017 tussen de Vlaamse

Nadere informatie

Verkiezingen van het Europees Parlement en van de Raden op 13 juni 2004

Verkiezingen van het Europees Parlement en van de Raden op 13 juni 2004 SERVICE DES RELATIONS PUBLIQUES ET INTERNATIONALES DIENST PUBLIC RELATIONS EN INTERNATIONALE BETREKKINGEN PERSMEDEDELING VAN DE CONTROLECOMMISSIE BETREFFENDE DE VERKIEZINGSUITGAVEN Verkiezingen van het

Nadere informatie

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012

GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012 BERICHTEN UGA TM Division of Continuga TM nv 8501 KORTRIJK-HEULE tel. 056 36 32 00 fax 056 35 60 96 e-mail: sales@uga.be Februari 2012 GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012 INSCHRIJVING VAN NIET-BELGISCHE

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling over het ontwerp van koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

VR DOC.0085/1

VR DOC.0085/1 VR 2017 0302 DOC.0085/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest,

Nadere informatie

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994 Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994 24 MEI 1994. - Wet tot oprichting van een wachtregister voor vreemdelingen die zich vluchteling verklaren of die vragen om als vluchteling te worden erkend. ALBERT ll,

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van decreet houdende instemming met het samenwerkingsakkoord van 31 juli 2017 tussen de Vlaamse Gemeenschap,

Nadere informatie

VR DOC.0098/1

VR DOC.0098/1 VR 2019 0102 DOC.0098/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp van decreet houdende instemming

Nadere informatie

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING De minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: samenwerkingsakkoord van 17 juni 2016 tussen de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap

Nadere informatie

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017. Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp

Nadere informatie

LOKALE EN PROVINCIALE VERKIEZINGEN 2012

LOKALE EN PROVINCIALE VERKIEZINGEN 2012 LOKALE EN PROVINCIALE VERKIEZINGEN 2012 Actualiteit ORIËNTEREN De slimste kiezer. Los de verschillende puzzels op en maak kennis met de verschillende politieke partijen in België. In deze fotopuzzel zie

Nadere informatie

Verkiezingen - Methodologie

Verkiezingen - Methodologie Verkiezingen - Methodologie Verkiezingen - Methodologie... 1 1. Gemeenteraadsverkiezingen... 2 2. Verkiezingen voor het parlement van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest... 3 3. Verkiezingen van de Brusselse

Nadere informatie

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR

RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR RAADGEVEND COMITÉ VOOR DE PENSIOENSECTOR Het Raadgevend comité voor de pensioensector, dat werd opgericht krachtens het koninklijk besluit van 5 oktober 1994 houdende oprichting van een Raadgevend comité

Nadere informatie

GEMEENTE EDEGEM ontwikkelingssamenwerking III. r e g l e m e n t

GEMEENTE EDEGEM ontwikkelingssamenwerking III. r e g l e m e n t GEMEENTE EDEGEM ontwikkelingssamenwerking III r e g l e m e n t Besluit van de gemeenteraad van Edegem van betreffende de financiële en logistieke ondersteuning van ontwikkelingssamenwerking. De gemeenteraad

Nadere informatie

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen

Officieus gecoördineerde versie: oorspronkelijke tekst met opname van alle wijzigingen Opschrift Datum Gewijzigd bij Decreet houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid 6 juli 2012 Decreet van 19 december 2014 houdende

Nadere informatie

Statuten jeugdraad Glabbeek

Statuten jeugdraad Glabbeek Statuten jeugdraad Glabbeek 2018-2025 Algemeen Art 1. In de gemeente Glabbeek wordt een gemeentelijke jeugdraad opgericht in uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en

Nadere informatie

Voorstel van bijzonder decreet. houdende de organisatie van volksraadplegingen in het Vlaamse Gewest

Voorstel van bijzonder decreet. houdende de organisatie van volksraadplegingen in het Vlaamse Gewest ingediend op 471 (2014-2015) Nr. 1 16 september 2015 (2014-2015) Voorstel van bijzonder decreet van Wouter Vanbesien houdende de organisatie van volksraadplegingen in het Vlaamse Gewest Dit voorstel van

Nadere informatie

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 5, 1, I, 2, 3, 4 en 5 ;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 5, 1, I, 2, 3, 4 en 5 ; Samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap, de Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de financiering

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse regering over het wetsvoorstel tot wijziging

Nadere informatie

36840 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

36840 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 36840 BELGISCH STAATSBLAD 27.07.2006 Ed. 2 MONITEUR BELGE TRADUCTION MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [C 2006/202257] 7 JULI 2006. Omzendbrief betreffende de verkiezingen van de gemeenteraadsleden en de

Nadere informatie

VR DOC.0430/1

VR DOC.0430/1 VR 2018 0405 DOC.0430/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp van decreet houdende instemming met

Nadere informatie

Verslag aan de Provincieraad

Verslag aan de Provincieraad Griffie Verslag aan de Provincieraad registratienr. 0408926 betreft verslaggever NIET-CONFESSIONELE MORELE DIENSTVERLENING Advies bij het ontwerp van begroting 2005 van de Provinciale Instelling voor Morele

Nadere informatie

De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 25 mei 2014 voor de Vlaamse politieke partijen. Jef Smulders en Bart Maddens

De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 25 mei 2014 voor de Vlaamse politieke partijen. Jef Smulders en Bart Maddens De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 25 mei 2014 voor de Vlaamse politieke partijen Jef Smulders en Bart Maddens KU Leuven Instituut voor de Overheid 25 juni 2014 Geactualiseerde versie

Nadere informatie

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis; Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de federale, gewestelijke en gemeenschapsoverheden voor het coördineren van de gegevensverwerking in het gezondheidsbeleid en de bijstand aan personen Gelet op artikelen

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/08/032 ADVIES NR. 08/03 VAN 4 MAART 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN GEAGGREGEERDE ANONIEME GEGEVENS

Nadere informatie

ZOOM OP... DE GEMEENTEBEGROTINGEN VAN HET DIENSTJAAR Evolutie van de resultaten. Resultaat eigen dienstjaar

ZOOM OP... DE GEMEENTEBEGROTINGEN VAN HET DIENSTJAAR Evolutie van de resultaten. Resultaat eigen dienstjaar ZOOM OP... BRUSSEL PLAATSELIJKE BESTUREN FOCUS DE GEMEENTEBEGROTINGEN VAN HET DIENSTJAAR 2018 Sinds 2015 vertonen de resultaten van de gemeenten een herstellende tendens, maar achter het geconsolideerde

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIEN EN ENERGIE EN DE VLAAMS MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: 1 Goedkeuring en machtiging tot ondertekening van de overeenkomst tot oprichting van de internationale

Nadere informatie

Wat betreft het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap werd de gewijzigde regeling inzake politiek verlof reeds principieel goedgekeurd op 27 oktober

Wat betreft het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap werd de gewijzigde regeling inzake politiek verlof reeds principieel goedgekeurd op 27 oktober Omzendbrief Vlaamse regering Kabinet van Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden, Ambtenarenzaken en Sport Kreupelenstraat 2, 1000 BRUSSEL Tel. (02)553 23 11 - Fax (02)553 23 05 Datum: 8 december

Nadere informatie

VR DOC.0510/1BIS

VR DOC.0510/1BIS VR 2017 1905 DOC.0510/1BIS VR 2017 1905 DOC.0510/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2007 (BS 19 juni 2007) houdende het lokaal beleid kinderopvang. Titel I. Algemene bepalingen

Besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2007 (BS 19 juni 2007) houdende het lokaal beleid kinderopvang. Titel I. Algemene bepalingen 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2007 (BS 19 juni 2007) houdende het lokaal beleid kinderopvang Titel I. Algemene bepalingen Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering inzake het ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING VLAAMS MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE EN SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de samenstelling, de werking en de opdrachten van

Nadere informatie

VR DOC.1297/3BIS

VR DOC.1297/3BIS VR 2018 1611 DOC.1297/3BIS Samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap, de Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Principiële goedkeuring van het voorontwerp

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van vrijdag 30 maart

A D V I E S Nr Zitting van vrijdag 30 maart A D V I E S Nr. 1.598 ----------------------------- Zitting van vrijdag 30 maart 2007 ------------------------------------------ Koninklijk besluit tot vaststelling van de toekenningsmodaliteiten van de

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over het ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 03 / 2004 van 15 maart 2004

Brussel, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 03 / 2004 van 15 maart 2004 KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hallepoortlaan 5-8, B-1060 Brussel Tel. : +32(0)2/542.72.00 Email : commission@privacy.fgov.be Fax.: : +32(0)2/542.72.12 http://www.privacy.fgov.be/ COMMISSIE VOOR DE

Nadere informatie

FINANCIËLE UITDAGINGEN VOOR DE GEMEENTEN : EEN BESTUURSPERIODE VAN GROTE VERANDERINGEN?

FINANCIËLE UITDAGINGEN VOOR DE GEMEENTEN : EEN BESTUURSPERIODE VAN GROTE VERANDERINGEN? FINANCIËLE UITDAGINGEN VOOR DE GEMEENTEN : EEN BESTUURSPERIODE VAN GROTE VERANDERINGEN? Nu het startschot voor de nieuwe gemeentelijke bestuursperiode gegeven is, publiceert Belfius Bank een studie 1 over

Nadere informatie

Dat dit reglement op de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014 door een beslissing van het College op 26 juni 2014 aangepast is;

Dat dit reglement op de bepalingen van de ordonnantie van 3 april 2014 door een beslissing van het College op 26 juni 2014 aangepast is; Belasting op de afgifte van administratieve stukken. Wijzigingen. DE GEMEENTERAAD, Herzien zijn beraadslaging van 19 december 2013 betreffende de wijziging van het reglement betreffende de belasting op

Nadere informatie

DE KLOOF TUSSEN DE TOTALE ONTVANGSTEN EN DE RIJKSMIDDELEN: EEN ANALYSE VAN DE PERIODE

DE KLOOF TUSSEN DE TOTALE ONTVANGSTEN EN DE RIJKSMIDDELEN: EEN ANALYSE VAN DE PERIODE DE KLOOF TUSSEN DE TOTALE ONTVANGSTEN EN DE RIJKSMIDDELEN: EEN ANALYSE VAN DE PERIODE 2000-2006 EVELIEN VANALME Adviseur van Financiën 1 1. Algemeen besluit In deze studie staat de toenemende kloof tussen

Nadere informatie

ADVIES. 21 september 2017

ADVIES. 21 september 2017 ADVIES Voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de vrijstellingen van beschikbaarheid op de arbeidsmarkt wegens studies, beroepsopleidingen of stages 21 september 2017

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid SCSZG/18/193 BERAADSLAGING NR. 18/103 VAN 4 SEPTEMBER 2018 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE

Nadere informatie

BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties.

BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties. ADVIES Nr 29 / 1997 van 5 november 1997 O. Ref. : 10 / A / 1997 / 014 BETREFT : Gebruik van het fiscaal identificatienummer in de betrekkingen met de buitenlandse fiscale administraties. De Commissie voor

Nadere informatie

VR DOC.0078/1

VR DOC.0078/1 VR 2017 0302 DOC.0078/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling Vlaamse Regering over het ontwerp

Nadere informatie

Artikel 1. In de gemeente Destelbergen wordt een gemeentelijke Adviesraad voor Lokale Economie (ALE) opgericht.

Artikel 1. In de gemeente Destelbergen wordt een gemeentelijke Adviesraad voor Lokale Economie (ALE) opgericht. 23 mei 2013 DE GEMEENTERAAD, Overeenkomstig artikel 28 van het Gemeentedecreet in openbare zitting vergaderd; Overwegende dat de gemeenteraad in uitvoering van de artikelen 199 en 200 van het Gemeentedecreet

Nadere informatie

VR DOC.1379/1BIS

VR DOC.1379/1BIS VR 2017 2212 DOC.1379/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994; Collegebesluit nr. 08/429 17 december 2008 Besluit tot vaststelling van het organiek reglement op de toekenning en de controle op de aanwending van subsidies Het College, Gelet op de artikelen 127, 128,

Nadere informatie

Gewest- en gemeenschapsmemorandum

Gewest- en gemeenschapsmemorandum VERENIGING VAN DE STAD EN DE GEMEENTEN VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST v.z.w. Afdeling "Maatschappelijk Welzijn" Gewest- en gemeenschapsmemorandum 1999 2 Het OCMW: een specifieke instelling in de

Nadere informatie

De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 25 mei 2014 voor de Vlaamse politieke partijen. Jef Smulders en Bart Maddens

De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 25 mei 2014 voor de Vlaamse politieke partijen. Jef Smulders en Bart Maddens De financiële gevolgen van de verkiezingsuitslag van 25 mei 2014 voor de Vlaamse politieke partijen Jef Smulders en Bart Maddens KU Leuven Instituut voor de Overheid 26 mei 2014 Inleiding en belangrijkste

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Standpuntbepaling van de Vlaamse Regering over het ontwerp van koninklijk

Nadere informatie

STATUTEN CULTUURRAAD

STATUTEN CULTUURRAAD STATUTEN CULTUURRAAD 1. DOELSTELLING Art.1 Het Decreet op het lokaal en geïntegreerd Cultuurbeleid van 12 juli 2001 bepaalt dat de organisatie van advies en inspraak voor het cultuurbeleid een bevoegdheid

Nadere informatie

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter,

Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag. Geachte Voorzitter, Aan de Voorzitter van het OCMW van Kinrooi Breeërsesteenweg 146 Postcode en plaats Geïntegreerd inspectieverslag POD MI Inspectiedienst POD MI Kinrooi/W65B-SFGE/2016 2 Betreft: Geïntegreerd inspectieverslag

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp

Nadere informatie

Bureau 31/08/2016 Nota 56

Bureau 31/08/2016 Nota 56 Association de la Ville et des Communes de la Région de Bruxelles-Capitale asbl Vereniging van de Stad en de Gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vzw Bureau 31/08/2016 Nota 56 Voorwerp Voorontwerp

Nadere informatie

Wijk-werkorganisatie Leie en Schelde.

Wijk-werkorganisatie Leie en Schelde. STATUTEN Projectvereniging Wijk-werkorganisatie Leie en Schelde. 1. BENAMING, ZETEL, DOEL, DUUR Artikel 1 De voornoemde stads- en gemeentebesturen sluiten een intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp van decreet houdende instemming met de overeenkomst inzake

Nadere informatie

Coordinatie--Rechten--patient--Samenstelling-werking--KB doc

Coordinatie--Rechten--patient--Samenstelling-werking--KB doc 1 APRIL 2003. - Koninklijk besluit tot regeling van de samenstelling en de werking van de Federale Commissie Rechten van de Patiënt ingesteld bij artikel 16 van de wet van 22 augustus 2002 betreffende

Nadere informatie

Inhoudstafel Tekst Begin

Inhoudstafel Tekst Begin 8 APRIL 1954. - Koninklijk besluit ter regeling van de modaliteiten van controle vanwege de inspecteurs van financiën op sommige instellingen van openbaar nut. (NOTA 1 : Opgeheven voor Vlaamse Gemeenschap

Nadere informatie

Steun aan jonge innovatieve ondernemingen

Steun aan jonge innovatieve ondernemingen Steun aan jonge innovatieve ondernemingen Reglement Oproep van mei 2013 A) Ondernemingen die in aanmerking komen Elke onderneming die aan volgende voorwaarden voldoet, kan zich, met oog op de toepassing

Nadere informatie

S T A T U T E N. FEDERATIE van TOERISTISCHE GIDSENGROEPERINGEN vzw afgekort " F T G " Vossekotstraat Zichem

S T A T U T E N. FEDERATIE van TOERISTISCHE GIDSENGROEPERINGEN vzw afgekort  F T G  Vossekotstraat Zichem S T A T U T E N FEDERATIE van TOERISTISCHE GIDSENGROEPERINGEN vzw afgekort " F T G " Vossekotstraat 130 3271 Zichem Identificatienummer 10729/83 - Ondernemingsnummer 424828326 -------------------------------------------------------------------------------------------

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid;

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid; 1 SCSZ/07/009 BERAADSLAGING NR. 07/006 VAN 9 JANUARI 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN GECODEERDE PERSOONSGEGEVENS, AFKOMSTIG VAN HET RIJKSINSTITUUT VOOR DE SOCIALE VERZEKERINGEN DER ZELFSTANDIGEN

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, 1 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 19 / 94 van 6 juni 1994 ------------------------------------------- O. ref. : A / 94 / 011 BETREFT : Ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED EN DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Definitieve goedkeuring van het ontwerp

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING. - Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de rijopleiding categorie B - Definitieve goedkeuring

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING. - Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de rijopleiding categorie B - Definitieve goedkeuring DE VLAAMSE MINISTER VAN MOBILITEIT, OPENBARE WERKEN, VLAAMSE RAND, TOERISME EN DIERENWELZIJN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van decreet houdende het terugkommoment in het kader van de

Nadere informatie

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerpbesluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit Buitenschoolse

Nadere informatie

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 5, 1, II, 4 ;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 5, 1, II, 4 ; Samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, de Franse Gemeenschapscommissie en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende het uniek loket voor de mobiliteitshulpmiddelen in het tweetalige

Nadere informatie

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 betreffende de Brusselse Instellingen, inzonderheid op de artikelen 42 en 63;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 betreffende de Brusselse Instellingen, inzonderheid op de artikelen 42 en 63; Samenwerkingsakkoord tussen de staat, de gemeenschappen, de gemeenschappelijke gemeenschapscommissie en de gewesten tot oprichting van een algemene gegevensbank Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus

Nadere informatie

Themanummer De financiën van de lokale overheden: evoluties en uitdagingen

Themanummer De financiën van de lokale overheden: evoluties en uitdagingen Themanummer De financiën van de lokale overheden: evoluties en uitdagingen Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 73e jaargang, nr. 4, 4e kwartaal 2013 Inleiding op het themanummer

Nadere informatie

De Gemeenteraad, In openbare vergadering,

De Gemeenteraad, In openbare vergadering, STATUTEN MILIEURAAD De Gemeenteraad, In openbare vergadering, Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 22 maart 2004 houdende wijzigingen van de statuten van de milieuraad ingevolge richtlijnen vastgelegd

Nadere informatie