Het handboek van SSC. Peter H. Grasch

Transcriptie

1 Peter H. Grasch

2 2

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding 6 2 SSC gebruiken Gebruikers beheren Gebruiker toevoegen Met een instituut verbinden Mogelijkheden Gebruiker bewerken Gebruiker verwijderen Instituten beheren Samples verzamelen Trainingsmateriaal opzetten Het trainen Inleiding Apparaatinformatie Kalibreren van het volume Opnemen van gegevens Gegevens opslaan of verzenden Opgeslagen samples Offline-modus SSC configureren Vragen en antwoorden 18 4 Dankbetuigingen en licentie 19 A Installatie 20

4 Lijst van tabellen 2.1 Trainingsgegevensbestanden

5 Samenvatting SSC is een hulpmiddel voor het verkrijgen van samples.

6 Hoofdstuk 1 Inleiding SSC is een hulpmiddel voor het op grote schaal verkrijgen van samples. Met SSC kunnen meerdere teams gegevens voor training verzamelen van potentiële eindgebruikers of professionele sprekers en ze verzamelen op de centrale SSCd-server. Net als Simon / Simond, is SSC een client naar de SSCd server. SSC verzamelt samples via trainingprocedures en stuurt ze naar de SSCd server. Het systeem verzamelt ook nuttige metagegevens naar de samples zoals namen (of aliassen) van de opgenomen mensen, hun spraakniveau, mogelijke gebreken, etc. Informatie over de gebruikte opnameapparatuur wordt ook opgeslagen. Deze en andere informatie wordt aan de kant van de server opgeslagen in een database. Kijk in het Handboek SSCd voor meer informatie. Voor meer informatie over de architectuur van de Simon suite kijk op Handleiding Simon. 6

7 Hoofdstuk 2 SSC gebruiken SSC biedt een eenvoudig grafisch interface voor het verzamelen van trainingssamples en bekeren van sprekers. Om SSC te gebruiken verbindt met de SSCd door Verbinden in te drukken. Zodra u verbonden bent, zal het gebruikersinterface u in staat sellen om gebruikers en instituten te beheren en nieuwe samples op te nemen. Om verder te gaan zonder verbinding met de SSCd, kunt u de modus offline gebruiken. Om samples voor een gebruiker te verzamelen, voer eenvoudig de id van de gebruiker in in het invoerveld Gebruikers-ID en druk op Selecteren. De gebruikersinformatie zal opgehaald worden uit de database (SSCd) en de naam van de gebruiker worden getoond. 2.1 Gebruikers beheren Voordat u samples van een nieuwe spreker kunt opnemen moet u een nieuwe gebruiker toevoegen aan het systeem. 7

8 Om gebruikers toe te voegen, te bewerken en te verwijderen, selecteer de optie Gebruikers beheren uit de werkbalk. Hier ziet u een lijst met alle bestaande sprekers in de database. Om redenen van prestatie kan de lijst niet volledig zijn. Om gebruikers te vinden in omvangrijk gebruik kunt u filters toepassen op het resultaat door het bovenstaande masker in te vullen en te drukken op Filters toepassen. De standaard is geen filter. Lege velden worden bij filtering genegeerd. Om te filteren op een specifiek instituut voer het instituut-id in in het veld Instituut. Als u het instituut-id niet uit het hoofd weet dan kunt u het menu Zoeken gebruiken. Om gebruikers toe te voegen, te bewerken of te verwijderen druk eenvoudig respectievelijk op de knoppen Toevoegen, Bewerken en Verwijderen Gebruiker toevoegen Om een gebruiker toe te voegen druk op Toevoegen en vul het gepresenteerde formulier in. 8

9 Met een instituut verbinden Vaak geven instituten unieke id s aan elke patient om ze te refereren in hun computersysteem. SSC kan geconfigureerd worden om die id s van het instituut te gebruiken in plaats van de interne SSCd identifiers. Om een SSC-gebruiker te verbinden met het id van het instituut voeg een nieuwe verbinding met instituten toe bij de gebruiker door op Toevoegen te drukken onder Institu(u)t(en):. Voer eenvoudig de id van het instituut in waarvan de identifier komt (u kunt Zoeken gebruiken om id s van instituten te vinden) en de id die de gebruiker identificeert in dat instituut. Bijvoorbeeld: de spreker Jack Jones is nu een patient in instituut #1. Daar is hij patient #520f. U kunt dan een associatie met een instituut toevoegen die spreker Jack Jones (intern SSCd id 7 ) associeert met het instituut 1 en institutie-id 520f. Als SSC is geconfigureerd om instituutspecifieke id s van instituut 1 te gebruiken, dan kunt u naar Jack Jones refereren door het id 520f te gebruiken in plaats van Mogelijkheden Als de spreker niet in staat is om interviewvragen te beantwoorden of woorden te herhalen gesproken door de facilitator dan kunt u dat aan SSC laten weten door Interview mogelijk te de- 9

10 activeren en / of Herhalen mogelijk. De gedeactiveerde trainingsmodi (Herhalen en Interview) zullen daarna niet langer beschikbaar zijn voor deze spreker Gebruiker bewerken Om een gebruiker te bewerken selecteert u eenvoudig de gebruiker uit de lijst in dialoog beheer gebruikers en klikt u op Bewerken. Het interface voor bewerken van de gebruiker is identiek aan het interface voor toevoegen van een nieuwe gebruiker Gebruiker verwijderen Om een gebruiker te verwijderen selecteert u eenvoudig de gebruiker uit de lijst in dialoog beheer gebruikers en klikt u op Verwijderen WAARSCHUWING Bij verwijderen van een gebruiker zullen alle verbonden samples van deze spreker verloren gaan. 2.2 Instituten beheren SSC kan sprekers organiseren in instituten. Dit kunnen virtuele instituten zijn zoals groepen maar is oorspronkelijk ontworpen om ziekenhuizen en herstellende patiënten te kunnen volgen. Eén gebruiker kan in nul, één of vele instituten aanwezig zijn. Om instituten toe te voegen, te bewerken en te verwijderen, selecteer Instituten beheren uit de werkbalk. Bij verwijderen van instituten zullen de associaties naar gebruikers verloren gaan, de gebruikers echter zullen niet worden verwijderd. 10

11 2.3 Samples verzamelen Om samples van een gebruiker te verzamelen zijn er drie trainingtypen: Herhalen Bij herhalen leest de helper een woord dat de gebruiker probeert te herhalen. Trainen De gebruiker leest de tekst van het scherm. In de praktijk kan de helper het oplezen voor de gebruiker om het eveneens te herhalen. Gesprek Bij het interview stelt de helper aan de gebruiker een paar vragen en neemt de antwoorden op Trainingsmateriaal opzetten Voordat u SSC kan gebruiken wilt u waarschijnlijk de prompts voor training voor de opnamen aanpassen. Er zijn er drie, een voor elk type training, eenvoudige tekstbestanden met één regel per prompt. De codering is UTF-8. Hun locaties hangen af van uw besturingssysteem: Microsoft Windows GNU/Linux %installation folder%\texts\ kde4-config --install data /ssc/texts/ Tabel 2.1: Trainingsgegevensbestanden Het pad voor GNU/Linux gebruikt een inline commando om de installatiemap voor u te leveren. U kunt ook kde4-config --install data in een shell uitvoeren om het exacte pad te vinden. Op Microsoft Windows moet u zelf de installatiemap invullen. Gewoonlijk zal deze zoiets zijn als C:\Program files\simon 0.3\ of iets dergelijks. De map texts zal drie submappen met prompts bevatten: herhaal training interview Het trainen Om een trainingssessie te beginnen, druk eenvoudig op de toepasselijke knop voor uw type training in het SSC hoofdvenster. 11

12 Om dit te doen moet u ofwel verbonden zijn met de server of de offline modus gebruiken Inleiding Bij het begin van de training hebt u de optie de powertrainingmodus te gebruiken. In powertrainingmodus worden samples direct opgenomen zodra de bijbehorende prompt is getoond. U kunt daarna doorgaan naar de volgende pagina eenvoudig door op Volgende in de assistent te drukken. Wanneer u dat doet zal de huidige opname worden opgeslagen, geschreven en het volgende sample zal beginnen met opnemen. 12

13 Met de optie voor powertraining kan een gemiddeld bedreven speeker het trainingproces veel vlugger voltooien. Omdat u geen onderbreking hebt tussen individuele prompts kan het meer belastend zijn voor de spreker. Power training is natuurlijk geen optie wanneer de spreker herhaalt wat de helper zegt omdat de laatste ook te horen zal zijn op de gemaakte opnamen Apparaatinformatie Op deze pagina van de assitent kunt u informatie leveren over de gebruikte hardware apparaten (geluidskaart en microfoon). Voer het model en type van de geluidskaart in in de velden Model en Type. Voer de informatie over de microfoon in in de twee onderstaande invoervakken. De afrolvakken zijn gevuld met de huidige lijst met merken en modellen van reeds opgenomen samples. Ga, alvorens een nieuw apparaat in te voeren, na dat hetzelfde apparaat, misschien met een iets andere naam, niet al bestaat om duplicaten te vermijden Kalibreren van het volume Voordat het opnemen begint, zal SSC proberen na te gaan dat het/de microfoonvolume(s) juist zijn geconfigureerd. 13

14 Om te calibreren lees eenvoudig de getoonde tekst. De kalibratie zal het huidige volume monitoren en u vertellen om ofwel het volume te verhogen of te verlagen maar dat moet u handmatig doen in de geluidsmixer van uw systeem. Nadat u het volume hebt gewijzigd (terwijl de kalibratie actief is), druk op de knop Volume gewijzigd naast het betrokken apparaat. Dit zal de status van het volume resetten. Tijdens kalibratie, probeer zo normaal mogelijk te praten. Schreeuw niet maar praat ook niet te rustig. Houd er rekening mee dat u in het algemeen dezelfde instelling voor het volume zal gebruiken voor alle training en ook voor de herkenning. U zou een beetje luider (onbewust) kunnen spreken wanneer u van streek bent of op een ander moment van de dag, probeer uw stem een beetje harder te laten klinken om hierop te anticiperen. Het is veel beter om een beetje zachtere samples te hebben dan dat er afknotting plaatsvindt. In de instellingen van SSC kunnen zowel de getoonde tekst als de niveaus die als juist worden beschouwd worden gewijzigd. Als u de tekst leeg laat zal de standaard tekst worden getoond. In de opties kunt u ook de kalibratie volledig deactiveren. Zie de sectie configuratie voor meer details Opnemen van gegevens Voor elke regel in uw bestand met prompts krijgt u één pagina die vraagt om een sample op te nemen. 14

15 Gegevens opslaan of verzenden Nadat u de prompts hebt opgenomen (u mag prompts op elk moment overslaan) kunt u de verzamelde samples uploaden naar de server of ze lokaal opslaan om ze later te verzenden. Om opgeslagen samples te uploaden kijk in de volgende sectie. 15

16 2.4 Opgeslagen samples Als u geen verbinding hebt met de server of eenvoudig de samples niet direct wilt uploaden, krijgt u de optie om samples lokaal op te slaan in plaats van ze te verzenden. Dit is niet bedoeld als permanente opslag maar in plaats daarvan als een tussenlocatie voordat u samples naar de server kunt zenden. Om toegang te hebben tot opgeslagen samples (en te uploaden), selecteer Opgeslagen gegevens uploaden uit de werkbalk. De lijst bevat alle lokaal opgeslagen trainingssessies. Elke sessie wordt geïdentificeerd door de gebruikers-id (eerst) en de exacte datum en tijd dat het was opgenomen (tweede). Bij opnemen in modus offline weet het systeem niet welke gebruikers-id s bestaan. U moet dus ofwel het juiste gebruikers-id weten of raden. Voordat het sample wordt geüpload kunt u het eerder ingestelde gebruikers-id wijzigen door te klikken op Gebruiker bewerken. Als u op Uploaden klikt zal de trainingssessie worden hersteld en u krijgt de mogelijkheid om alle trainingssamples te horen / opnieuw op te nemen, alvorens ze naar de server te verzenden. Nadat de samples zijn geüpload, worden de samples verwijderd van de lokale computer. 2.5 Offline-modus SSC is een server / client oplossing. Meestal zult u bij het werken met SSC verbonden willen zijn met de server om toegang te hebben tot de op afstand opgeslagen database met gebruikers, instituten, etc. Bij het opnemen van samples zult u ze ook, in de meeste gevallen, direct naar de server willen verzenden. Soms hebt u echter geen (vertrouwde) internetverbinding tot uw beschikking en toch samples met SSC willen opnemen. Hiervoor beschikt SSC een modus offline waarmee u spraakgegevens zonder een verbinding met de SSCd-server kunt verzamelen. 16

17 In modus offline kunt u geen gebruikers of instituten toevoegen, bewerken of inkijken. U kunt alleen nieuwe samples verzamelen om ze later naar de server te verzenden via de functionaliteit opgeslagen samples. Opnemen werkt hetzelde in modus offline als bij het hebben van een verbinding met de server maar bepaalde mogelijkheden zullen niet aanwezig zijn (zoals het nagaan of een naam geldig is van de ingevoerde gebruikers-id). 2.6 SSC configureren In de configuratie van SSC kunt u de server configureren waarmee te verbinden en enige basisparameters instellen. De geluidsconfiguratie voor het opnemen kan hier ook gewijzigd worden. Wanneer u SSC wilt instellen voor een specifiek instituut, dan kunt u het direct binden aan dat instituut. De gebruiker kan dan de specifieke id s van de gebruikers van het instituut gebruiken (in plaats van de interne SSC id s) bij refereren naar de gebruikers. Om de binding met het instituut te gebruiken, selecteer keuzevak Instituutspecifieke id s gebruiken in plaats van SSC id s. Voor meer informatie zie de sectie over associaties met instituten. De geluidsconfiguratie wordt gedeeld met de gehele suite van de Simon toepassing. Lees meer hierover in het Handleiding Simon. 17

18 Hoofdstuk 3 Vragen en antwoorden In een poging om deze sectie altijd up-to-date te houden is deze beschikbaar op onze online wiki. 18

19 Hoofdstuk 4 Dankbetuigingen en licentie SSC Programma copyright Peter Grasch peter.grasch@bedahr.org Documentatie copyright (c) Peter Grasch peter.grasch@bedahr.org Op- of aanmerkingen over de vertalingen van de toepassing en haar documentatie kunt u melden op Dit document is vertaald in het Nederlands door Freek de Kruijf freekdekruijf@kde.nl. Deze documentatie valt onder de bepalingen van de GNU vrije-documentatie-licentie. Deze toepassing valt onder de bepalingen van de GNU General Public License. 19

20 Bijlage A Installatie Kijk op onze wiki voor instructies over installatie. 20