Authenticiteit. Omgeving. Structuur. marketing communicatie. Monique van Meel

Transcriptie

1 Monique van Meel Mr. H.F. de Boerlaan AH Deventer +31 (0) KvK BTW NL B01 Meelvanmonique biedt inspiratie en creativiteit aan bedrijven om hun kernwaarden te verbinden aan de vier pijlers binnen een organisatie: leiderschap, structuur, samenwerking en omgeving. Juist door deze verbinding ontstaan innovatie, duurzaamheid en dus authenticiteit. verbindt organisatie, werknemers en klanten. Een authentieke organisatie handelt vanuit de intrinsieke motivatie om werknemers en klanten datgene te bieden wat zij nodig hebben om de organisatie te laten ondernemen. Om dit te bereiken heeft Meel een actief begeleidingsprogramma. Van denken naar doen. Ieder mens wordt authentiek geboren, ieder bedrijf ook. Aan ieder bedrijf ligt een klein, maar bovenal authentiek zaadje ten grondslag. Door de jaren heen ontwikkelt ieder bedrijf patronen: verkoopstrategieën, marketingconcepten, personeelsbeleid. Deze strategieën kunnen een bedrijf ook behoorlijk in de weg gaan zitten. Als je als bedrijf dergelijke strategieën en dus je eigen organisatie onder loep durft te nemen en durft te kijken of ze nog brengen wat je bedrijf nodig heeft, ga je terug naar de kern. Wanneer je je bewust bent van de waarden die jij belangrijk vindt, is dat een goede leidraad om je koers op uit te zetten. Zodat er weer meer ruimte komt voor bijvoorbeeld vertrouwen, creativiteit of kennisdeling. Waar ben jij goed in?, structuur, samenwerking of omgeving? En de organisatie? Of je team? 2015 MvM Pagina 1.

2 Wensen van de klant Opdrachtgeverschap Bestaansrecht Krachtenveld Verbeeldingskracht Zelfbewustzijn Commitment Bezieling Communicatie Teamontwikkeling Cultuur Synergie Methoden Producten en diensten Instrumenten/tools Procedures Welk onderdeel vind jij het belangrijkste binnen de organisatie? Waar ben jij het beste in of waar krijg jij energie van? 2015 MvM Pagina 2.

3 VERDIEPEN BO RG E N Authentiek betekent echt, betrouwbaar, geloofwaardig, waarachtig. Dat betekent dat ons denken en doen gelijk zijn. Wat er binnen in je leeft, is zichtbaar voor de buitenwereld. Je weet wie je bent, wat je kunt en wilt en hoe je dit kan bereiken. Door jezelf te laten zien, weten anderen wat je wilt. Je komt hierdoor eerder in contact met gelijkgestemden. Jouw omgeving kan niet om je heen. betekent dat je krachtiger en duidelijker wordt. Je straalt helder uit wie je bent. Communicatie met anderen gaat als vanzelf, de kern is zichtbaar. De voorwaarde voor authenticiteit, dat je weet wie je bent en wat echt van waarde voor jou en je bedrijf is, houdt ook in dat je je zwakke kanten kent en deze accepteert. Daarnaast is het belangrijk dat je nieuwsgierig en onbevangen naar jezelf kunt kijken, ook naar je zwakheden. Hierdoor leer je jezelf beter kennen en kun je je ontwikkelen. Deze openheid vereist dat je volledig overtuigd bent van je eigen integriteit, want alleen dan kun je met een open blik de wereld tegemoet treden. Wat wil de organisatie verdiepen, verbeteren, borgen en/of verbinden? Je team? Jij? 2015 MvM Pagina 3.

4 Intersubjectiviteit Zelfreflectie VERDIEPEN Verbondenheid Autonomie BO RG E N Originaliteit Zelfontwikkeling Wanneer ben je authentiek? In de eerste plaats veronderstelt authenticiteit dat je zelfstandig beslissingen kunt nemen (autonomie). hangt nauw samen met je individuele (innerlijke)vrijheid. Alleen een autonoom mens is in staat om echt zichzelf te zijn en zichzelf uit te drukken in verschillende contexten. In de tweede plaats verwijst authenticiteit naar continue groei of zelfontwikkeling. is geen statische toestand die na je na het aflopen van bepaalde fases eenvoudigweg bereikt hebt. heeft daarentegen een procesmatig karakter. Je authentieke identiteit is steeds in ontwikkeling en is in die zin nooit af. Dat is ook geen doel voor authenticiteit. Het gaat om het huidige moment waarin je één bent met jezelf en je omgeving. In de derde plaats omvat authenticiteit originaliteit. Zoals hiervoor zichtbaar werd, kun je het model voor je unieke manier van mens-zijn alleen in jezelf vinden. De samenleving kan je daarbij inspireren maar legt dit model dus niet op. In de vierde plaats vereist authenticiteit continue zelfreflectie. Alleen door regelmatig te reflecteren op je eigen waarden, waarheden en overtuigingen weet je wat jouw unieke standpunt of innerlijke perspectief is. Er is introspectie nodig om keuzes te kunnen maken en te weten wat je levenspad is. Door te luisteren naar je innerlijke stem en regelmatig te reflecteren op je handelen, weet je of je nog op de juiste koers zit (komen de dingen die ik doe ook overeen met wie ik van binnen ben met mijn kernwaarden?). In de vijfde plaats betekent authenticiteit ook verbondenheid. Trouw blijven aan jezelf impliceert een goed contact met je eigen basis of essentie en een sterk bewustzijn van het moment. Alleen door een verbinding met jezelf en het geheel om je heen, weet je van binnenuit welke stappen nodig zijn om autonoom je eigen plan te kunnen trekken. Tenslotte vindt het ontwikkelen van je authentieke identiteit in relatie tot je omgeving plaats. Met andere woorden: je drukt je identiteit uit in de wereld, in contact met je anderen (intersubjectiviteit). Authentiek worden doe je dus niet alleen. Door te praten, te handelen en er te zijn (jezelf manifesteren) laat je zien wie je bent en wat voor jou belangrijk of waardevol is. Wanneer je bovenstaand schema gebruikt om de organisatie, je team of jezelf te beschouwen, waar zit dan je kwaliteit of je uitdaging? Juist wanneer je voor iedere belanghebbende het schema invult, waar de kwaliteiten en de uitdagingen zitten en deze naast elkaar legt, weet je waar je elkaar kunt versterken. Wat heeft de ander wat jij niet hebt en vice versa? Waar heb je vragen over? Welke aanbevelingen of verbeterpunten heb je voor de ander? Als jij weet waar de organisatie/je team/jij goed in is en waarin een uitdaging ligt (schema 1), wat de organisatie/je team/jij wilt verdiepen, verbeteren, borgen en verbinden (schema 2) en op welke authenticiteitspijlers je uitdaging en je kracht liggen, kan je samen een ontwikkelingsplan vormgeven waarin de organisatie/je team/jij aangesproken wordt op je kwaliteiten en talenten MvM Pagina 4.

5 Autonomie Zelfontwikkeling Zelfontwikkeling Autonomie IK Persoonlijke ontwikkeling Kennis 1. Waar loop je tegenaan binnen autonomie? Denk aan Onzekerheid, beslissingen nemen, weerstand. 2. Uit welke onderdelen bestaat het probleem? 3. Wanneer is je uitdaging ontstaan? 4. Waarom doe je het op deze manier? 5. Kan het anders? 6. Hoe kan het worden verbeterd? 7. Wat gebeurt er als je het niet doet? 1. Wat wil je leren? 2. Welke kennis, die je kunt inkopen, mis je? 3. Welke leerstijl past het beste bij jou? Doe de leerstijlentest van Kolb. 4. Wat is je doel? 5. Wat gebeurt er als je het niet doet? 6. Wat gebeurt er als je slaagt? 7. Wat wil je het liefst doen? Aanbod Workshop Dromen en beren op de weg Training Creatief denken Doel Je kunt vanuit signalen uit de markt, de organisatie, je team of jezelf nieuwe ideeën genereren. Je leert je ideeën om te zetten in concrete plannen. Je weet wie en wat je nodig hebt, waar en wanneer het plaatsvindt en waarom en hoe je dit wilt verwezenlijken MvM Pagina 5.

6 Zelfontwikkeling Orginaliteit 1. Welke rol bekleed je nu? 2. In welke rol ga je groeien? 3. Noem drie stappen die jij gaat zetten om naar die rol toe te groeien. 4. Waar heb je hulp bij nodig? 5. Wat wil je het liefst zelf doen? 6. Wat wil je samen doen? 7. Waar zie jij tegenop? - Originaliteit Zelfontwikkeling BEDRIJFSORGANISATIE Cultuur en bedrijf Producten en diensten Aanbod Training Creatief denken Begeleiding Productontwikkeling en concepten Orginaliteit Verbondenheid 1. Waar loop je tegenaan binnen Verbondenheid? Denk aan overwicht, groepsdynamiek, weerstand. 2. Wat vind je belangrijk in de verbondenheid met TEAM Communicatie Visie en missie Verbondenheid BO RG E N Originaliteit elkaar? 3. Waar maak jij je kwaad over? 4. Wat zoek jij in collega s? 5. Kan het anders? 6. Hoe kan het worden verbeterd? 7. Wat blokkeert je? Aanbod Training Kwaliteiten en talenten Training Taak/plaats/waardering Doel Je hebt de signalen uit de markt, de organisatie, je team of jezelf in nieuwe ideeën en plannen omgezet. in deze fase is creatief denken, divergeren en convergeren, noodzakelijk om innovatieve producten en concepten te ontwerpen. De samenwerking en communicatie met het team helpen je samen de markt te veroveren. Iedereen weet zijn kwaliteiten en talenten en kan dit inzetten in zijn/haar werkzaamheden. De organisatie, het team en jij werken complementair aan elkaar MvM Pagina 6.

7 Verbondenheid Intersubjectiviteit Intersubjectiviteit TEAM Communicatie Visie en missie Verbondenheid 1. Weet je welk doel je team heeft? 2. Weet je welk doel de organisatie heeft? 3. Weet je wat jij moet doen om die doelen te behalen? 4. Wie is je favoriete klant? 5. Wat wil je favoriete klant? 6. Wat bied je je favoriete klant? 7. Wat vertel je je favoriete klant? Aanbod Workshop Interne en externe communicatie Begeleiding Productimplementatie en -communicatie Doel Samen trek je op naar je klanten om hen je nieuwe product en/of dienst te introduceren. Je weet wat de klant nodig heeft, je weet hoe je hem kunt helpen. De klant ervaart de ideale merk- en identiteitbeleving. Je draagt uit wat de organisatie is, wie het team is en wat de klant aan jou heeft MvM Pagina 7.

8 Intersubjectiviteit Zelfreflectie 1. Hoeveel klanten heb je? 2. Zijn dat er meer of minder dan vorig jaar? Intersubjectiviteit Partners Relatiebeheer KLANTEN Zelfreflectie 3. Waarom denk jij dat je portefeuille is gegroeid/ gekrompen? 4. Wat zegt jouw vertrokken/aangetrokken klant? 5. Waarom moeten klanten bij jou zijn? 6. Wat wil je aankomend jaar bereiken met je klanten? 7. Wat willen jouw klanten aankomend jaar bereiken met jou? Aanbod Training Doelen stellen, doelen halen Begeleiding Relatiebeheer en samenwerkingspartners Zelfreflectie Autonomie 1. Welke richting ga je op aankomend jaar? 2. Welke collega s, klanten en Zelfreflectie VERDIEPEN samenwerkingspartners trek je daarbij aan? 3. Wat wil je hiermee bereiken? 4. Wat betekent dit voor de organisatie? 5. Welke kennis heb je hiervoor nodig die je nu niet hebt? 6. Wat houdt je tegen? Autonomie IK Persoonlijke ontwikkeling Kennis Aanbod Inspiratiesessie in bedrijf Training Missie x visie = Kernwaarden Workshop CBM en RaDaR Doel Je hebt goed contact met je klanten, zij weten wat ze aan jou en je product/dienst hebben. Nu leer je wat zij willen verbeteren en hoe je hen nog beter van dienst kunt zijn. Kritiek is fijn, dat helpt jou en de organisatie groeien. Door deze kritieken weet je dat er nog genoeg mogelijkheden zijn. Samen met de organisatie en je team ga je aan de slag om de feedback vanuit de markt te vertalen naar nieuwe business en nieuwe mogelijkheden MvM Pagina 8.

9 Concreet ervaren Doener Intersubjectiviteit Partners Relatiebeheer KLANTEN/Feeling Zelfreflectie VERDIEPEN Bezinner Actief experimenteren Verbondenheid TEAM/Doing Communicatie Visie en missie Beslisser BO RG E N Authentieke organisatie Originaliteit Zelfontwikkeling Autonomie Waarnemen en overdenken IK/Watching Persoonlijke ontwikkeling Kennis Denker BEDRIJFSORGANISATIE/Thinking Cultuur en bedrijf Producten en diensten Abstracte begripsvorming NB: De rode lijn in dit model is fictief. Na het invullen van de Kolb-test wordt helder waar jij staat. De Vier Leer- en werkstijlen Doener - Concreet ervaren (feeling) Bezinner - Abstracte begripsvorming (thinking) Denker - Waarnemen en overdenken (watching) Beslisser - Actief experimenteren (doing) Doener - Leerstijl Accomoderen Korte karakteristieken: Wat is er nieuw? Ik ben voor alles in. Directe ervaring. Dingen doen. Nieuwe ervaringen. Oplossen van problemen. In het diepe gegooid worden. Een uitdagende taak. Leren en werken Doener Als je een doener bent/voorkeur hebt voor deze stijl, leer je het meeste van activiteiten waarbij: Er nieuwe ervaringen en situaties zijn om van te leren Je je kunt verdiepen in korte activiteiten in het hier en nu (b.v. opdrachten, rollenspelen) Er drama en crisis is: zaken telkens veranderen met een scala aan ondernemende activiteit Je in het diepe wordt gegooid met een opdracht die moeilijk te realiseren is: een fikse uitdaging Je voor het voetlicht treedt (bv. vergaderingen voorzitten, voordrachten geven, gesprekken leiden) Je ideeën kunt spuien zonder rem van beleid, structuur of realiseerbaarheid Je te maken hebt met andere mensen: problemen oplossen, onderdeel van het team en ideeën 2015 MvM Pagina 9.

10 Bezinner - Leerstijl Divergeren Korte karakteristieken: Ik wil hier even over nadenken. Tijd krijgen voor activiteiten. Achteraf nadenken over acties. Eerst denken, dan pas doen. Beslissingen nemen zonder limiet en tijdsduur. Leren en werken Bezinner Als je een bezinner bent/voorkeur hebt voor deze stijl, dan leer je het meeste van activiteiten waarbij: Hetgeen aangeboden wordt onderdeel uitmaakt van een systeem/model/concept/theorie Je de tijd hebt methodisch de verbanden tussen ideeën/gebeurtenissen/situaties te onderzoeken Je de kans krijgt basismethodiek/uitgangspunten/logica achter iets te onderzoeken (vraag- en antwoordsessie, stuk nakijken op inconsequenties) Je je geestelijk moet inspannen: een ingewikkelde situatie analyseren, getest worden in een lessituatie, lesgeven aan mensen met een hoog niveau met indringende vragen Je je bevindt in gestructureerde situaties met een duidelijk doel Je kunt luisteren naar/lezen over ideeën en concepten met een accent op rationaliteit/logica en goed onderlegd en waterdicht zijn Je redenen voor succes/mislukking kunt analyseren en generaliseren je interessante ideeën aangeboden worden zonder directe relevantie je ingewikkelde situaties dient te begrijpen en er aan deel te nemen Denker - Leerstijl Assimileren Korte karakteristieken: Hoe is dat met elkaar gerelateerd? Gestructureerde situaties/duidelijke doelstellingen (congres, boek). Relatie leggen met reeds opgedane kennis. Intellectueel uitdagende situaties. Kans vragen te stellen. Basis en logica etc. te achterhalen. Theoretische concepten en modellen. Leren en werken Denker Als je een denker bent/voorkeur hebt voor deze stijl, dan leer je het meeste van activiteiten waarbij: Je in staat wordt gesteld en aangemoedigd om activiteiten te bekijken en overdenken Je afstand kunt nemen van zaken: kunt luisteren/observeren (je op de achtergrond houden in vergadering) Je de gelegenheid krijgt om te denken voordat je doet/eerst assimileren dan pas commentaar geven/tijd krijgen om je voor te bereiden Je in je eigen tempo een beslissing kunt nemen zonder druk en strakke tijdslimiet Je onderzoek kunt doen in de zin van informatie vergaren, tot op de bodem gaan Je de kans krijgt gebeurtenissen, het geleerde nog eens de revue te laten passeren Je zorgvuldig overwogen analyses en rapporten kunt schrijven Je gedachtewisseling met anderen zonder risico is: na overleg, binnen een structuur Beslisser - Leerstijl Convergeren Korte karakteristieken: Hoe kan ik dit toepassen in de praktijk? Activiteiten met een duidelijke link tussen leren en werken. Gericht kunnen zijn op praktische zaken. Technieken met duidelijke praktische voorbeelden. Dingen uitproberen/oefenen onder begeleiding van een expert. Leren en werken Beslisser Als je een beslisser bent/voorkeur hebt voor deze stijl, dan leer je het meest van activiteiten waarbij: Er een duidelijk verband is tussen de stof en een probleem/gelegenheid bij het werk/studie Er technieken getoond worden om iets te doen waarvan de voordelen in de praktijk duidelijk zijn: hoe je tijd kunt winnen, hoe je een goede eerste indruk kunt maken, hoe je met vervelende mensen om moet omgaan etc. Je de kans krijgt technieken te proberen/beoefenen onder toezicht van een geloofwaardig expert:iemand die succes heeft en zelf de technieken kan toepassen Je technieken krijgt aangereikt die van toepassing zijn op je eigen werk/studie Je te maken krijgt met een indrukwekkend voorbeeld waaraan je je kunt optrekken: een geliefde baas, veel voorbeelden/ anecdotes, instructie- of demonstratiefilms etc. Je meteen de kans krijgt om de theorie in de praktijk te brengen Er tips voor toepassing in de praktijk worden geven MvM Pagina 10.

11 De leeractiviteit sterk realistisch is: goede simulatie, echte problemen etc. Je je kunt bezighouden met praktische zaken: actie of handelingsplannen met duidelijk eindproduct Oefening: Kijk naar je eigen model. Wat is je sterkste kant? Wat is je mindere kant? Welke stappen moet/kan je nemen om je mindere kant te versterken? Kies telkens uit de drie talenten, datgene dat het meest bij jou past. Human resource 1. Inzicht in jezelf en anderen 2. Effectief communiceren 3. Ontwikkeling van werknemers 1. Leven met verandering 2. Creatief denken 3. Managen van veranderingen Open/Systeem 1. Teambuilding 2. Participerende besluitvorming 3. Conflict Managen VERDIEPEN 1. Een machtsbasis opbouwen en handhaven 2. Onderhandelen over inzet en overeenstemming 3. Ideeën presenteren Authentieke organisatie 1. Informatie beheren en kritisch denken 2. Omgaan met overvloed aan informatie 3. Processen beheren BO RG E N 1. Productief werken 2. Een productieve werkomgeving bevorderen 3. Tijd- en stressmanagement 1. Project Management 2. Taken ontwerpen 3. Crossfunctioneel management 1. Visie ontwikkelen en communiceren 2. Doelen en doelstellingen formuleren 3. Ontwerpen en organiseren Intern/Proces Rationeel/Doel NB: De rode lijn in dit model is fictief. Na het invullen van de Kolb-test wordt helder waar jij staat MvM Pagina 11.

12 Concreet ervaren Human resource 1. Teambuilding 2. Participerende besluitvorming 3. Conflict Managen 1. Inzicht in jezelf en anderen 2. Effectief communiceren 3. Ontwikkeling van werknemers Doener Intersubjectiviteit Partners Relatiebeheer KLANTEN/Feeling Zelfreflectie VERDIEPEN 1. Leven met verandering 2. Creatief denken 3. Managen van veranderingen Bezinner Open/Systeem 1. Een machtsbasis opbouwen en handhaven 2. Onderhandelen over inzet en overeenstemming 3. Ideeën presenteren Actief experimenteren Verbondenheid TEAM/Doing Communicatie Visie en missie Beslisser 1. Informatie beheren en kritisch denken 2. Omgaan met overvloed aan informatie 3. Processen beheren BO RG E N Authentieke organisatie Originaliteit Zelfontwikkeling Autonomie Waarnemen en overdenken IK/Watching Persoonlijke ontwikkeling Kennis Denker 1. Productief werken 2. Een productieve werkomgeving bevorderen 3. Tijd- en stressmanagement Intern/Proces 1. Project Management 2. Taken ontwerpen 3. Crossfunctioneel management BEDRIJFSORGANISATIE/Thinking Cultuur en bedrijf Producten en diensten Abstracte begripsvorming 1. Visie ontwikkelen en communiceren 2. Doelen en doelstellingen formuleren 3. Ontwerpen en organiseren Rationeel/Doel Opbrengst 360 test De 360 test geeft inzicht in: Binnen welke pijlers jij jouw organisatie kunt ondersteunen. Welke taken je hiervoor kunt verwezenlijken. Welke talenten jij hiervoor kunt inzetten. Waarom je tot op heden nog niet hebt bereikt wat je graag wilt bereiken. Hoe je samen met je collega s meer rendement kunt halen. Wat jij nodig hebt om jouw talent te vergroten. Maar bovenal: hoe organisatie, werknemers en klanten elkaar kunnen versterken. Van denken naar doen MvM Pagina 12.