Bijlagen: Topografische overzichtskaart Situatietekening en foto s. Toetsing Wet bodembescherming Toetsing Besluit bodemkwaliteit (indicatief)

Transcriptie

1

2 INHOUDSOPGAVE: INLEIDING... 2 VOORONDERZOEK (NEN 5725) Algemeen Geraadpleegde bronnen Situering onderzoekslocatie Archiefonderzoek Terreininspectie/locatiebezoek asbest (Historisch) gebruik Bodemopbouw en geohydrologie (Financieel-)juridische aspecten Onderzoekshypothese vooronderzoek VELDWERK EN INTERPRETATIE VAN DE VELDGEGEVENS Uitgevoerd veldwerk Het aangetroffen bodemprofiel Asbest in bodem ANALYSES Samenstelling en analyseparameters bodemmonsters Toetsingskader Toetsing van de analyseresultaten Interpretatie analyseresultaten Toetsing van de hypothese... 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Conclusies Aanbevelingen... Bijlagen: Bijlage Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Bijlage 6 Topografische overzichtskaart Situatietekening en foto s Boorstaten Analysecertificaten Toetsing Wet bodembescherming Toetsing Besluit bodemkwaliteit (indicatief)

3 Referentienummer : MA64.R INLEIDING Op 25 maart 26 is door Ingenope B.V. aan Geonius Milieu B.V. te Schinnen opdracht verleend voor het uitvoeren van een verkennend bodemonderzoek ter plaatse van diverse kavels gelegen in plan Overheek te Klimmen in de gemeente Voerendaal. Aanleiding voor dit verkennend bodemonderzoek vormt de eigendomsoverdracht. In verband hiermee is inzicht in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem vereist. De volgende bouwkavels zijn in onderhavig onderzoek onderzocht: 4, 22 t/m 27 en 29 t/m 3. Onderhavig bodemonderzoek is uitgevoerd conform de werkwijze volgens de NEN 5725 (Strategie voor het uitvoeren van vooronderzoek bij verkennend en nader onderzoek, januari 29), de NEN 577 (Bodem - Inspectie, monsterneming en analyse van asbest in bodem, april 23) en de NEN 574 (Strategie voor het uitvoeren van verkennend bodemonderzoek, januari 29). Geonius is gecertificeerd voor SIKB VKB-protocol 2, 22, 23 en 28 behorende bij Beoordelingsrichtlijn voor het procescertificaat Veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek (BRL SIKB 2). Het procescertificaat van Geonius Milieu B.V. en het bijbehorende keurmerk zijn uitsluitend van toepassing op de activiteiten inzake de monsterneming en de overdracht van de monsters, inclusief de daarbij horende veldwerkregistratie, aan een erkend laboratorium (of de opdrachtgever). Geonius Milieu B.V. is, als onderdeel van de Geonius Groep B.V., gecertificeerd volgens de algemene kwaliteitsnorm NEN-EN-ISO 9:28 en VCA*. Geonius Milieu B.V. streeft bij elk onderzoek naar een optimale representativiteit. Het onderzoek is echter steekproefsgewijs uitgevoerd door middel van het uitvoeren van een beperkt aantal boringen en het laten analyseren van enkele grond(meng)monsters op een beperkt analysepakket. Eventueel niet getraceerde (punt)bronnen van verontreinigingen kunnen derhalve niet worden uitgesloten. Geonius Milieu B.V. verklaart hierbij geen organisatorische, financiële of juridische binding te hebben met de opdrachtgever en/of onderhavige locatie en daarmee te voldoen aan de vereisten zoals gesteld in KwaliBo (Besluit uitvoeringskwaliteit bodembeheer). In onderhavig rapport worden de resultaten van het vooronderzoek, de gehanteerde onderzoeksopzet, de uitgevoerde veldwerkzaamheden en de resultaten van het chemisch onderzoek beschreven. Tot slot worden de resultaten getoetst aan de referentiewaarden en worden conclusies en, indien noodzakelijk, aanbevelingen geformuleerd. Pagina van

4 Referentienummer : MA64.R 2 VOORONDERZOEK (NEN 5725) 2. Algemeen Het doel van het vooronderzoek is het verzamelen van relevante informatie over de locatie door onder andere het opvragen van informatie bij de opdrachtgever, de eigenaar en de gemeente, het houden van interviews, het uitvoeren van terreininspectie(s) en archiefonderzoek. De te verzamelen informatie heeft betrekking op het voormalig, het huidig en het toekomstige gebruik, de bodemopbouw, de geohydrologische situatie en financieel juridische aspecten. In het kader van de Omgevings- c.q. Wm-vergunning of de Regeling bodemkwaliteit kan afhankelijk van de mate van verdachtheid volstaan worden met het uitvoeren van een beperkt vooronderzoek. Voor onderhavige locatie is gekozen voor een standaard vooronderzoek ongeacht de mate van verdachtheid. Vermeld dient te worden dat de verantwoordelijkheid voor de resultaten van onderhavig onderzoek wordt beperkt tot de aan deze resultaten ten grondslag liggende en op het moment van onderzoek ter beschikking staande gegevens, alsmede de bij de terreininspectie geconstateerde situatie. In de navolgende paragrafen wordt ingegaan op de verzamelde informatie in het kader van onderhavig vooronderzoek. Het vooronderzoek wordt afgesloten met het formuleren van de onderzoekshypothese. 2.2 Geraadpleegde bronnen Ten behoeve van het vooronderzoek zijn diverse bronnen geraadpleegd (zie tabel 2.2.). Om te voorkomen dat informatie van puntbronnen of diffuse verontreinigingen op naburige terreinen met een mogelijk of waarschijnlijk negatieve invloed op de bodemonderzoeklocatie niet wordt ingezien, is de omvang van het vooronderzoeksgebied ruimer gekozen, waarbij een grens van ca. 25 meter rondom de onderzoekslocatie is gehanteerd. tabel 2.2. : geraadpleegde bronnen Informatiebron Geraadpleegd Bron Opmerkingen Geoformatiebron (met kaartje) ja Geonius - Kadastrale kaarten en nummers ja Kadaster - Aanvullende eisen standaard stoffenpakket ja Gemeente Voerendaal Dhr. J. van den Boorn Hinderwet-, Wm- of Wabo vergunningen ja Gemeente Voerendaal Dhr. J. van den Boorn Eigen bodemrapporten ja Geonius - Info voormalig/huidig/toekomstig gebruik ja Opdrachtgever - Terreinbezoek/inspectie ja Geonius - Wbb-bodemrapportenarchief ja Gemeente Voerendaal Dhr. J. van den Boorn Bodemrapportarchief (niet-wbb) ja Gemeente Voerendaal Dhr. J. van den Boorn Gemeentelijk bodemkwaliteitskaarten ja Gemeente Voerendaal - Foto's terrein/gebouwen ja Geonius - Geohydrologische archieven ja TNO - GLOBIS/GIS-databestand ja Gemeente Voerendaal Dhr. J. van den Boorn Historisch gebruik ja Historisch kaartmateriaal Situering onderzoekslocatie Het bodemonderzoek heeft betrekking op een aantal pkavels die zijn gelegen aan Overheek, Provence en Bourgondië met een totale oppervlakte van ca m 2. Gezien het feit dat de kavels dichtbij elkaar zijn gelegen, kunnen deze geclusterd worden onderzocht. Op de topografische kaart (blad 68B, :25.) is deze locatie globaal terug te vinden ter plaatse van de rijksdriehoekcoördinaten: x = / y = (zie bijlage ). De begrenzing van de onderzoekslocatie is weergegeven op de overzichtstekening in bijlage 2. en 2.2. Pagina 2 van

5 Referentienummer : MA64.R 2.4 Archiefonderzoek 2.4. Bodemonderzoeken Op of in de nabijheid van de onderzoekslocatie zijn in het verleden enkele bodemonderzoeken uitgevoerd (zie tabel 2.4.). tabel 2.4. : bodemonderzoeken Referentie rapport MA-64-r, Geoconsult, d.d. 22 maart 26 rapport MA-64-h, Geoconsult, d.d. 9 maart 26 Rapportnummer GM-2274a, Geoconsult d.d. 2 oktober 997 Rapportnummer GM-2274, Geoconsult d.d. 2 november 995 Rapportnummer B98, Intron Bodemtech, d.d. maart 99 Omschrijving Verkennend bodemonderzoek t.b.v. bouwplan Overheek fase 4 in de gemeente Voerendaal Zowel in de boven- als ondergrond zijn geen verontreinigingen aangetoond. De locatie kan als asbest onverdacht worden beschouwd. Vooronderzoek t.b.v. de nieuwbouw fase 4 plangebied Overheek in de gemeente Voerendaal De bodem is milieuhygiënisch onverdacht voor bodemverontreiniging en voor asbest. Verkennend bodemonderzoek t.b.v. nieuwbouw fase 3 in B.P. Overheek te Klimmen in de gemeente Voerendaal. De bovengrond is plaatselijk licht verontreinigd met minerale olie (humuszuren). Verkennend bodemonderzoek t.b.v. nieuwbouw fase 2 en deels fase in B.P. Overheek te Klimmen in de gemeente Voerendaal. De boven- en ondergrond is plaatselijk licht verontreinigd met EOX, PAK en minerale olie (humuszuren). Indicatief milieutechnisch bodemonderzoek ter plaatse van het plangebied Overheek te Voerendaal Zowel de boven- als ondergrond is licht verontreinigd met EOX en PAK (tussen toenmalige A- en B-waarde) Vergunningen Voor de onderzoekslocatie zijn geen vergunningen afgegeven in het kader van de Hinderwet, Wet milieubeheer of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) dan wel niet bekend/aanwezig in de geraadpleegde bronnen Ondergrondse/bovengrondse tanks Uit de geraadpleegde bronnen (o.a. BOOT-archief) blijken geen gegevens die duiden op de aanwezigheid van één of meerdere tanks op de onderzoekslocatie. 2.5 Terreininspectie/locatiebezoek asbest Op 9 april is door mevrouw N.J.A. Coumans-Lemans een terreininspectie en een locatiebezoek asbest uitgevoerd. Uit de terreininspectie is gebleken dat de onderzoekslocatie braakliggend terrein betreft en grotendeels (>9%) begroeid is met gras. Tijdens het locatiebezoek asbest is het gehele terrein visueel beoordeeld op asbest verdachte materialen. Deze zijn op onderhavige onderzoekslocatie niet waargenomen. In bijlage 2.3 zijn enkele foto s opgenomen. 2.6 (Historisch) gebruik Op basis van de verzamelde gegevens van relevante informatie over de onderzoekslocatie kan het volgende overzicht over het voormalig, huidig en toekomstig gebruik worden afgeleid (zie tabel 2.6.). tabel 2.6. : bodemgebruik onderzoekslocatie Periode Bodemgebruik Potentieel bodembedreigende activiteit Historisch gebruik Voor zover bekend is de onderzoekslocatie van oudsher in gebruik geweest als weiland, dan wel akker. Huidig gebruik Braakliggend terrein. Omgeving: woning met tuin - Toekomstig gebruik Wonen met tuin - - Pagina 3 van

6 Referentienummer : MA64.R 2.7 Bodemopbouw en geohydrologie De maaiveldhoogte op de onderzoekslocatie bedraagt 36 m+nap. Het freatisch grondwater wordt op basis van de geohydrologische kaarten van de dienst grondwaterverkenning van TNO globaal aangetroffen op ca. 85 m+nap. Op basis van detailinformatie uit dezelfde bron kan verder worden geconcludeerd dat het eerste watervoerende pakket zich bevindt in de Formatie van Rupel. Op basis van voornoemde informatie kan derhalve worden geconcludeerd dat het grondwater ter plaatse van de onderzoekslocatie zich op ca. 5 m-maaiveld bevindt. De grondwaterstroming is globaal noordwestelijk gericht. Door het aanwezige breukensysteem kan deze stromingsrichting lokaal echter afwijken. Op basis van de Bodemkaart en Grondwaterkaart van Nederland is een schematische weergave van de regionale bodemopbouw en geohydrologie opgesteld (zie tabel 2.7.). tabel 2.7. : regionale bodemopbouw en geohydrologie Diepte in m- mv Omschrijving Opmerkingen [ 5,3] Formatie van Boxtel, Laagpakket van Schimmert, eerste kleiige eenheid Eenheid, overwegend bestaande uit klei, zandige klei en/of kleiig zand [5,3 4,64] Formatie van Beegden, e en 3 e zandige eenheid Eenheid, overwegend bestaande uit zand (fijn tot en met grof zand), grind en/of schelpen [4,64 7,42] Formatie van Breda, 2 e zandige eenheid Eenheid, overwegend bestaande uit zand (fijn tot en met grof zand), grind en/of schelpen [7,42 23,6] Rupel Formatie, 2 e zandige eenheid Eenheid, overwegend bestaande uit zand (fijn tot en met grof zand), grind en/of schelpen [23,6 3,73] Rupel Formatie, 2 e kleiige eenheid Kleiige eenheid, overwegend bestaande uit klei, zandige klei en/of kleiig zand [> 3,73] Rupel Formatie, 3 e zandige eenheid Eenheid, overwegend bestaande uit zand (fijn tot en met grof zand), grind en/of schelpen Overige geohydrologische relevante informatie is weergegeven in tabel tabel : Overige geohydrologische informatie Geohydrologisch relevante informatie Ligging van oppervlaktewater op en/of nabij de locatie Nee - Het voorkomen van brak of zout grondwater Nee - Ligging binnen een grondwaterbeschermingsgebied Nee - Aanwezigheid van grondwateronttrekkingen op de locatie of in de omgeving Nee - Omschrijving Aanwezigheid van breukstelsels op of nabij de locatie Ja De locatie bevindt zich ten zuiden van de Kunradebreuk 2.8 (Financieel-)juridische aspecten De kadastrale gegevens alsmede het overzicht van de wettelijke aansprakelijkheid en verhaalbaarheid zijn opgenomen in tabel tabel 2.8. : Financieel- juridische aspecten Kadastrale gemeente Klimmen - Kadastrale sectie A K Kadastrale nummering van (delen van) de percelen 369, 3627, 368, 369, 362, 362, 3622, 3624, 3625, 3652 Oppervlakte kadastrale percelen (m 2 ) (oppervlakte onderzoekslocatie) Informatie wetgeving en aansprakelijkheid In eigendom voor januari 975 In eigendom na januari 975 In eigendom na januari 987 Eventuele saneringskosten zijn niet meer verhaalbaar, tenzij kan worden aangetoond dat van ernstige nalatigheid sprake is. Eventuele saneringskosten van bodemverontreiniging, na deze datum ontstaan, zijn verhaalbaar op de veroorzaker(s). Inwerkingtreding Wet Bodembescherming. In het zorgplichtartikel van deze wet wordt gesteld, dat eenieder die handelingen verricht die leiden tot bodemverontreiniging, verplicht is sanerende maatregelen te treffen met als doel verdere aantasting of negatieve gevolgen op te heffen of te beperken. Pagina 4 van

7 Referentienummer : MA64.R In eigendom na 5 mei 994 Eerste fase inwerkingtreding Saneringsregeling Wet Bodembescherming. Hierin is het zorgplichtartikel geconcretiseerd en is er een meldingsplicht aan verbonden, waardoor de mogelijkheden tot aansprakelijkheidsstelling groter zijn geworden. 2.9 Onderzoekshypothese vooronderzoek Bodem Op basis van het uitgevoerde vooronderzoek blijkt dat voor de onderzoekslocatie de hypothese onverdacht van toepassing is. De strategie onverdacht (ONV) is van toepassing op locaties waarvoor geen belastende bronnen/activiteiten zijn te verwachten op basis van het vooronderzoek. Het bodemonderzoek heeft betrekking op een terrein met een totale oppervlakte van ca m 2. Gezien de ligging van de kavels kunnen deze geclusterd worden onderzocht. Uitgaande van een onverdachte locatie is in tabel 2.9. een onderzoeksvoorstel voor het verkennend bodemonderzoek geformuleerd. Opgemerkt wordt dat per kavel minimaal boring zal worden verricht. Conform de NEN 574 kan grondwateronderzoek achterwege blijven indien geen grondwater binnen 5, m-maaiveld verwacht wordt. Het grondwater op de onderzoekslocatie wordt niet binnen de 5, m-maaiveld verwacht. In tabel 2.9. is de onderzoeksstrategie voor de locatie uitgewerkt. tabel 2.9. : Onderzoeksstrategie (deel)locatie strategie en Oppervlakte Aantal boringen tot Aantal te onderzoeken (meng)monsters 3,4),5 m -mv ) 2, m-mv ) en met peilbuis 2 bovengrond ondergrond grondwater Overheek (ONV) m ) Indien visueel schoon dan boren tot opgegeven einddiepte, anders boren tot,5 meter minus verdachte bodemlaag 2) Op basis van geohydrologische gegevens is bekend dat binnen 5, m-mv geen grondwater wordt aangetroffen. Grondwateronderzoek is volgens de NEN 574 in een dergelijke situatie niet noodzakelijk 3) Naar aanleiding van een visuele beoordeling van de uitkomende grond, c.q. materiaal van de geplaatste boringen kan door het inzetten van separate analyses meer informatie worden verkregen omtrent mogelijke verontreinigingen binnen het onderzoeksterrein. Indien deze situatie zich voordoet, worden in overleg met de opdrachtgever extra werkzaamheden uitgevoerd. 4) Standaardpakket landbodem en grond: organisch stof en lutum metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, lood, molybdeen, nikkel en zink) organische parameters (som-pcb s, som-pak s () en minerale olie) 2.9. Asbest in bodem Op basis van het uitgevoerde vooronderzoek blijkt dat voor de onderzoekslocatie met betrekking tot asbest in bodem de hypothese onverdacht van toepassing is. Voor deze hypothese zijn geen belastende bronnen/activiteiten voor asbest in bodem te verwachten op basis van het vooronderzoek. Conform de NEN-577 is in dit geval een onderzoek naar asbest in bodem niet per definitie noodzakelijk. Om een verkennend onderzoek naar asbest in bodem achterwege te kunnen laten, moet, in aanvulling op het locatiebezoek tijdens het vooronderzoek, in dat geval echter ook een visuele inspectie van het maaiveld, alsmede een visuele beoordeling van uit tijdens het verkennend bodemonderzoek uitgekomen grond worden uitgevoerd, waarbij geen asbestverdacht materiaal (plaatjes, puin etc.) wordt waargenomen. In dat geval wordt voor de locatie de hypothese onverdacht gesteld. Tijdens de veldwerkzaamheden wordt het maaiveld en de uitkomende grond beoordeeld op de eventuele aanwezigheid van asbest, ter onderbouwing van de hypothese niet verdacht voor asbest. Pagina 5 van

8 Referentienummer : MA64.R 3 VELDWERK EN INTERPRETATIE VAN DE VELDGEGEVENS 3. Uitgevoerd veldwerk De veldwerkzaamheden zijn uitgevoerd op 9 april 26 conform BRL SIKB 2 en het daarbij behorend protocol 2 (Plaatsen van handboringen en peilbuizen, maken van boorbeschrijvingen, nemen van grondmonsters en waterpassen). De coördinerend veldmedewerker, mevrouw N.J.A. Coumans-Lemans, is in dit kader geregistreerd bij het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM). Voor een situatieoverzicht van de boringen wordt verwezen naar bijlage 2. Er hebben geen kritieke afwijkingen op de beoordelingsrichtlijn plaatsgevonden. De veldwerkzaamheden zijn conform de opgestelde onderzoeksstrategie uitgevoerd. 3.2 Het aangetroffen bodemprofiel Tijdens de boor- en bemonsteringswerkzaamheden is het bodemmateriaal zowel lithologisch als zintuiglijk onderzocht. Bij het lithologische onderzoek worden de grondsoorten geclassificeerd. Bij het zintuiglijk onderzoek worden bodemvreemde elementen en waarneembare afwijkingen ten aanzien van kleur en geur van het bodemmateriaal beschreven. Voor de boorprofielen wordt verwezen naar de boorstaten die als bijlage 3 zijn toegevoegd. Uit de terreininspectie blijkt dat het maaiveld geheel braakliggend is en grotendeels is begroeid met gras. Vanaf het maaiveld tot 2, m-mv wordt sterk zandige leem aangetroffen. Zeer lokaal (ter plaatse van boring ) zijn in de bovengrond bodemvreemde bijmengingen waargenomen aan baksteen (in de gradatie sporen). Verder zijn geen afwijkende geuren en/of kleuren waargenomen. 3.3 Asbest in bodem De veldwerkzaamheden zijn uitgevoerd op 9 april 26 conform BRL SIKB 2 en het daarbij behorende protocol 28 (locatie-inspectie en monsterneming van asbest in bodem). De coördinerend veldmedewerker, mevrouw N.J.A. Coumans-Lemans, is in dit kader geregistreerd bij het Ministerie van IenM. Tijdens het veldwerk waren de omstandigheden als volgt: Droog (neerslag < mm); Helder (zicht >5m); Bedekking maaiveld (gras >75%); Toplaag leem, sterk zandig. Tijdens de maaiveldinspectie zijn geen asbestverdachte materialen waargenomen. Vermeld wordt dat de maaiveldinspectie niet conform BRL SIKB 2 en het daarbij behorende protocol 28 (locatie-inspectie en monsterneming van asbest in bodem) heeft kunnen plaatsvinden. Dit vanwege het feit dat meer dan 75% van het maaiveld bedekt was met gras en hier derhalve geen deugdelijke inspectie van het maaiveld heeft kunnen plaatsvinden. De maaiveldinspectie kan derhalve ook niet dienen om de onderzoekstrategie (eventueel) bij te stellen. In aanvulling op de NEN 577 is, tijdens het uitvoeren van de veldwerkzaamheden, tevens de uitkomende grond visueel beoordeeld op asbestverdachte (plaat)materialen. Deze zijn op onderhavige locatie niet waargenomen waardoor een verkennend onderzoek naar asbest in bodem achterwege kan blijven. Pagina 6 van

9 Referentienummer : MA64.R Wel zijn zeer lokaal (in boring) in de bodem bijmengingen aan baksteenpuin waargenomen in de gradatie sporen. Deze bodemvreemde bijmengingen zijn formeel gezien asbestverdacht. Echter gezien de geringe mate van deze bijmenging en het historisch gebruik van de locatie is het niet aannemelijk dat asbest is significante gehalten in de bodem aanwezig is, waardoor ons inziens een verkennend onderzoek naar asbest in bodem achterwege kan blijven. Pagina 7 van

10 Referentienummer : MA64.R 4 ANALYSES 4. Samenstelling en analyseparameters bodemmonsters De chemische analyses van de grondmonsters zijn conform AS3 uitgevoerd door ALcontrol Laboratories B.V. te Rotterdam, gecertificeerd volgens NEN-EN-ISO/IEC 725 (certificaatnummer L28) en AS3-erkend. Naar aanleiding van het zintuiglijk onderzoek zijn conform de onderzoeksopzet 5 grond(meng)monsters uit de opgeboorde grond samengesteld. De grond(meng)monsters zijn onderzocht op het standaardpakket landbodem en grond uit de NEN-574:29. In tabel 4.3. is een overzicht gegeven hoe de grond(meng)monsters zijn samengesteld. Tevens zijn van elk grond(meng)monster het globale bodemprofiel, de zintuiglijke waarnemingen en de uitgevoerde chemische analyses vermeld. In bijlage 4 zijn de analyseresultaten en een overzicht van de toegepaste analysemethoden weergegeven. Zeer lokaal zijn in bodemlagen van gelijke textuur zintuiglijk bodemvreemde bijmengingen aangetroffen aan baksteenpuin. Bij het samenstellen van de mengmonsters is één mengmonster samengesteld van zintuiglijk schone bodemmonsters met sporadisch met baksteen geroerde bodemmonsters. Gezien het hier homogene bodemlagen betreft alsmede de mate van bijmengingen (gradatie sporen) betreft het hier geen afwijking op de NEN 574 en wordt ons inziens toch een representatief kwaliteitsbeeld van de bodem verkregen. Dit wordt gestaafd op basis van de analyseresultaten van de mengmonsters die zijn verkregen. 4.2 Toetsingskader 4.2. Wet bodembescherming (Wbb) De analyseresultaten zijn getoetst aan de interventiewaarden (I) voor grond uit de Circulaire bodemsanering 23 en de achtergrondwaarden (AW) voor grond uit de Regeling bodemkwaliteit (behorende bij het Besluit bodemkwaliteit). De achtergrondwaarden voor grond zijn vastgesteld op basis van gehalten aan stoffen, zoals die voorkomen in de bodem van natuur- en landbouwgronden in Nederland die niet zijn belast door lokale verontreinigingsbronnen. De interventiewaarden geven aan wanneer de functionele eigenschappen die de bodem heeft voor de mens, dier en plant ernstig zijn verminderd of dreigen te worden verminderd. Het rekenkundig gemiddelde van de achtergrondwaarde en de interventiewaarde van een verontreinigende stof (in NEN574 als tussenwaarde aangeduid) (T) fungeert als triggerwaarde waarboven in beginsel nader onderzoek behoort te worden uitgevoerd omdat het vermoeden van een geval van ernstige verontreiniging bestaat. In de navolgende paragrafen wordt de aangetroffen verontreinigingssituatie aangeduid met de termen licht, matig en/of sterk waaraan de volgende definities zijn gegeven: Licht verhoogd: betreft gehalten tussen de achtergrondwaarde en de tussenwaarde (gemiddelde van achtergrond-/streef- en interventiewaarde); Matig verhoogd: betreft gehalten tussen de tussen- en interventiewaarde; Sterk verhoogd: betreft gehalten welke de interventiewaarden overschrijden Besluit bodemkwaliteit (Bbk) Daarnaast zijn de analyseresultaten indicatief getoetst aan de maximale waarden behorende bij de diverse bodemfunctieklassen zoals vermeld in tabel van bijlage B uit de Regeling bodemkwaliteit behorende bij het Besluit bodemkwaliteit. De toetsing is opgenomen in bijlage 6 en opgenomen in tabel Pagina 8 van

11 Referentienummer : MA64.R 4.3 Toetsing van de analyseresultaten Voor zware metalen en organische verbindingen dient een correctie plaats te vinden op basis van het gemeten lutum- en organisch stofgehalte in de bodem. Op basis van de gemeten gehalten aan lutum en organische stof worden de gerapporteerde gehalten omgerekende naar standaard bodem ( % organisch stof en 25 % lutum). In tabel 4.3. zijn alleen de onderzochte parameters vermeld waarvan de gehalten de achtergrondwaarden overschrijden. De toetsing van alle parameters is opgenomen als bijlage 5. tabel 4.3. : Getoetste analyseresultaten grond(meng)monsters in mg/kgds nr. boring diepte bodembeschrijving analyseparameter parameters conc. toets Bbk (cm-mv) >AW BG - 5 Leem, sporen baksteen Standaardpakket Geen AW 2-5 Leem, sporen planten 3-5 Leem, sporen planten BG2 4-5 Leem, sporen planten Standaardpakket Geen AW 5-5 Leem, sporen planten 6-5 Leem, sporen planten 7-5 Leem, sporen planten 8-5 Leem, sporen planten 9-5 Leem, sporen planten - 5 Leem, sporen planten - 5 Leem, sporen planten 2-5 Leem, sporen planten 3-5 Leem, sporen planten BG3 4-5 Leem, sporen planten Standaardpakket Geen AW 5-5 Leem, sporen planten 6-5 Leem, sporen planten 7-5 Leem, sporen planten 8-5 Leem, sporen planten 9-5 Leem, sporen planten, zwak grindhoudend OG 5 - Leem Standaardpakket Geen AW - 5 Leem 5-2 Leem Leem, sporen planten 3-5 Leem Leem Leem 5-5 Leem Leem OG Leem Standaardpakket Geen AW 8-5 Leem Leem Leem 3-5 Leem Leem Leem 6-5 Leem Leem Verklaring gebruikte afkortingen: Verklaring der tekens AW : achtergrondwaarde 2 * : groter dan AW en kleiner of gelijk aan T T : tussenwaarde ** : groter dan T en kleiner of gelijk aan I I : interventiewaarde *** : groter dan I geh. : gemeten gehalte Bbk : Besluit bodemkwaliteit (indicatieve toetsing) 4.4 Interpretatie analyseresultaten In alle mengmonsters van zowel de boven- als ondergrond zijn geen gehalten verhoogd ten opzichte van de achtergrondwaarden gemeten. Getoetst aan de referentiewaarden uit tabel van bijlage B uit de Regeling bodemkwaliteit behorende bij het Besluit bodemkwaliteit betreft de onderzochte boven- en ondergrond van de onderzoekslocatie indicatief kwaliteitsklasse achtergrondwaarde. Op basis van de Wet bodembescherming is geen aanleiding tot nader onderzoek. Pagina 9 van

12 Referentienummer : MA64.R 4.5 Toetsing van de hypothese 4.5. Bodem Op basis van de resultaten van onderhavig onderzoek dient de hypothese onverdacht te worden bevestigd Asbest in bodem Gezien slechts een beperkte visuele inspectie van het maaiveld heeft kunnen plaatsvinden, kan de hypothese onverdacht formeel gezien niet worden bevestigd. Echter op basis van de visuele beoordeling van de opgeboorde grond, waarbij geen asbestverdachte materialen (plaatjes, puin etc.) zijn waargenomen (enkel zeer lokaal spoortjes baksteen) in combinatie met het historische gebruik van de locatie, is het niet aannemelijk dat asbest in de bodem aanwezig is in significante gehalten en zijn er ons inziens geen redenen om de hypothese onverdacht te verwerpen. Pagina van

13 Referentienummer : MA64.R 5 CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN In opdracht van Ingenope B.V. heeft Geonius Milieu B.V. de bodemkwaliteit vastgesteld ter plaatse vanplan Overheek te Klimmen in de gemeente Voerendaal. De volgende bouwkavels zijn in onderhavig onderzoek onderzocht: 4, 22 t/m 27 en 29 t/m 3. Aanleiding voor dit verkennend bodemonderzoek vormt de eigendomsoverdracht. In verband hiermee is inzicht in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem vereist. 5. Conclusies Na uitvoering van het verkennend bodemonderzoek wordt het volgende geconcludeerd. Vanaf het maaiveld tot 2, m-mv wordt sterk zandige leem aangetroffen. Zeer lokaal (ter plaatse van boring ) zijn in de bovengrond bodemvreemde bijmengingen waargenomen aan baksteen (in de gradatie sporen). Verder zijn geen afwijkende geuren en/of kleuren waargenomen; In zowel de boven- als ondergrond zijn geen verontreinigingen van de onderzochte componenten aangetoond. Getoetst aan de referentiewaarden uit tabel van bijlage B uit de Regeling bodemkwaliteit behorende bij het Besluit bodemkwaliteit betreft de onderzochte boven- en ondergrond van de onderzoekslocatie indicatief kwaliteitsklasse achtergrondwaarde. Er is met voldoende betrouwbaarheid vastgesteld dat op de locatie geen asbest in de bodem aanwezig is. Vervolgonderzoek en maatregelen zijn niet noodzakelijk. Gezien slechts een beperkte visuele inspectie van het maaiveld heeft kunnen plaatsvinden, kan de hypothese onverdacht formeel gezien niet worden bevestigd. Echter op basis van de visuele beoordeling van de opgeboorde grond, waarbij geen asbestverdachte materialen (plaatjes, puin etc.) zijn waargenomen (enkel zeer lokaal spoortjes baksteen) in combinatie met het historische gebruik van de locatie, is het niet aannemelijk dat asbest in de bodem aanwezig is in significante gehalten en zijn er ons inziens geen redenen om de hypothese onverdacht te verwerpen. De aangetroffen concentraties leveren geen milieuhygiënische risico's op voor de gebruikers of voor het milieu. Het terrein is daarmee vanuit milieuhygiënisch oogpunt geschikt voor het voorgenomen gebruik/functie zijnde woningbouw. 5.2 Aanbevelingen Getoetst aan de referentiewaarden uit tabel van bijlage B uit de Regeling bodemkwaliteit behorende bij het Besluit bodemkwaliteit betreft het grond die indicatief voldoet aan de achtergrondwaarden. Opgemerkt wordt dat het onderzoek niet is uitgevoerd om de hergebruikmogelijkheden van de grond te bepalen. Hiervoor is een onderzoek conform het Besluit bodemkwaliteit (Bbk) noodzakelijk. Geadviseerd wordt om af te voeren grond middels een partijkeuring conform de richtlijnen uit het Besluit bodemkwaliteit te laten onderzoeken alvorens eventuele bouwwerkzaamheden op de locatie worden uitgevoerd teneinde de hergebruikmogelijkheden van de vrijkomende grond te bepalen. Pagina van

14 Referentienummer : MA64.R Bijlage : Topografische overzichtskaart

15 Onderzoekslocatie Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen blad topografische kaart: 68B X: Y: topografische kaart MA64 T B. Habets R. Tempels A4 Geonius Milieu Breinderveldweg CM Schinnen +3 () :25 25

16 Referentienummer : MA64.R Bijlage 2: Situatietekeningen en foto s

17 KMN2A 368G KMN2A 369G KMN2A 362G KMN2A 3656G KMN2A 362G KMN2A 3622G KMN2A 3623G KMN2A 3624G F KMN2A 366G F2 Provence F4 F5 2 3 Provence 3 KMN2A 3627G F KMN2A 3657G KMN2A 3637G KMN2A 3655G 2 KMN2A 3638G KMN2A 3689G Umbrië KMN2A 3675G 9 KMN2A 369G KMN2A 364G KMN2A 3639G onderzoekslocatie KMN2A 364G 5 7 Umbrië 5 KMN2A 3643G Bourgondie bestaande bebouwing percelen boring tot,5m -mv boring tot 2,m -mv fotolocatie KMN2A 369G 3 KMN2A 3642G KMN2A 36 Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen KMN2A 3685G situatietekening MA64 T B. Habets R. Tempels A3 Geonius Milieu Breinderveldweg CM Schinnen +3 () :5 25

18 KMN2A 362G KMN2A 362G KMN2A 3622G KMN2A 3623G KMN2A 3624G KMN2A 3625G KMN2A 3652G KMN2A 3653G KMN2A 3565G Provence F4 F5 F6 Bourgondie 2 47 A 3638G Umbrië KMN2A 3675G KMN2A 3543G 9 KMN2A 3639G Umbrië 5 KMN2A 3643G Bourgondie 49 KMN2A 3542G KMN2A 3676G 3 KMN2A 3644G 5 onderzoekslocatie bestaande bebouwing KMN2A 3645G KMN2A 354G percelen boring tot,5m -mv boring tot 2,m -mv 7 9 KMN2A 3648G KMN2A 3647G KMN2A 3646G KMN2A 369G KMN2A 368G KMN2A 3538G 7 Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen situatietekening MA64 B. Habets T2.2 R. Tempels A3 fotolocatie Geonius Milieu Breinderveldweg CM Schinnen +3 () :5 25

19 foto foto 2 foto 3 foto 4 foto 5 foto 6 Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen fotobijlage MA64 T B. Habets R. Tempels A4 Geonius Milieu Breinderveldweg 5 +3 () CM Schinnen

20 Referentienummer : MA64.R Bijlage 3: Boorstaten

21 opdrachtnummer : MA64 projectomschrijving : Actualiserend bodemonderzoek overheek te klimmen Boring: Datum: Boring: 2 Datum: braak Leem, sterk zandig, sporen baksteen, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor braak Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor Leem, sterk zandig, grijsbruin, Edelmanboor Leem, sterk zandig, neutraalgrijs, Edelmanboor 2-2 Boring: 3 Datum: Boring: 4 Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor Leem, sterk zandig, grijsbruin, Edelmanboor Leem, sterk zandig, neutraalbruin, Edelmanboor 2-2 Boring: 5 Datum: Boring: 6 Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor Leem, sterk zandig, neutraalbruin, Edelmanboor Boring: 7 Datum: Boring: 8 Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor Leem, sterk zandig, neutraalbruin, Edelmanboor Boring: 9 Datum: Boring: Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor pagina / 2 verticale schaal : 5

22 opdrachtnummer : MA64 projectomschrijving : Actualiserend bodemonderzoek overheek te klimmen Boring: Datum: Boring: 2 Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor Boring: 3 Datum: Boring: 4 Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor Leem, sterk zandig, neutraalbruin, Edelmanboor Boring: 5 Datum: Boring: 6 Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor Leem, sterk zandig, neutraalbruin, Edelmanboor Boring: 7 Datum: Boring: 8 Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor Boring: 9 Datum: gras Leem, sterk zandig, sporen planten, antropogeen, zwak grindhoudend, antropogeen, neutraalbruin, Edelmanboor pagina 2 / 2 verticale schaal : 5

23 Referentienummer : MA64.R Bijlage 4: Analysecertificaten

24 Analyserapport ALcontrol B.V. Correspondentieadres Steenhouwerstraat AG Rotterdam Tel.: +3 () Fax: +3 () GEONIUS MILIEU BV (Heerlen) B Habets Breinderveld CM SCHINNEN Blad van 6 Uw projectnaam : Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen Uw projectnummer : MA64 ALcontrol rapportnummer : , versienummer: Rotterdam, Geachte heer/mevrouw, Hierbij ontvangt u de analyse resultaten van het laboratoriumonderzoek ten behoeve van uw project MA64. Het onderzoek werd uitgevoerd conform uw opdracht. De gerapporteerde resultaten hebben uitsluitend betrekking op de geteste monsters. De door u aangegeven omschrijvingen voor de monsters en het project zijn overgenomen in dit analyserapport. Het onderzoek is, met uitzondering van eventueel door derden uitgevoerd onderzoek, uitgevoerd door ALcontrol B.V., gevestigd aan de Steenhouwerstraat 5 in Rotterdam (NL). Dit analyserapport bestaat inclusief bijlagen uit 6 pagina's. In geval van een versienummer van '2' of hoger vervallen de voorgaande versies. Alle bijlagen maken onlosmakelijk onderdeel uit van het rapport. Alleen vermenigvuldiging van het hele rapport is toegestaan. Mocht u vragen en/of opmerkingen hebben naar aanleiding van dit rapport, bijvoorbeeld als u nadere informatie nodig heeft over de meetonzekerheid van de analyseresultaten in dit rapport, dan verzoeken wij u vriendelijk contact op te nemen met de afdeling Customer Support. Wij vertrouwen er op u met deze informatie van dienst te zijn. Hoogachtend, R. van Duin Laboratory Manager ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 725:25 ONDER NR. L 28 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

25 GEONIUS MILIEU BV (Heerlen) B Habets Analyserapport Blad 2 van 6 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen MA Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Nummer Monstersoort Monsterspecificatie Grond (AS3) BG (-5) 2 (-5) 3 (-5) 2 Grond (AS3) BG2 4 (-5) 5 (-5) 6 (-5) 7 (-5) 8 (-5) 9 (-5) (-5) (-5) 2 (-5) 3 (-5) 3 Grond (AS3) BG3 4 (-5) 5 (-5) 6 (-5) 7 (-5) 8 (-5) 9 (-5) 4 Grond (AS3) OG (5-) (-5) (5-2) 3 (5-) 3 (-5) 3 (5-2) 5 (5-) 5 (-5) 5 (5-2) 5 Grond (AS3) OG2 8 (5-) 8 (-5) 8 (5-2) 3 (5-) 3 (-5) 3 (5-2) 6 (5-) 6 (-5) 6 (5-2) Analyse Eenheid Q droge stof gew.-% S gewicht artefacten g S < < < < < aard van de artefacten - S geen geen geen geen geen organische stof (gloeiverlies) % vd DS S KORRELGROOTTEVERDELING lutum (bodem) % vd DS S METALEN barium mg/kgds S cadmium mg/kgds S kobalt mg/kgds S koper mg/kgds S kwik mg/kgds S <.5 <.5 <.5 <.5 <.5 lood mg/kgds S molybdeen mg/kgds S <.5 <.5 <.5 <.5 <.5 nikkel mg/kgds S zink mg/kgds S POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN naftaleen mg/kgds S <. <. <. <. <. fenantreen mg/kgds S.3 <..2.2 <. antraceen mg/kgds S.3 <. <.. <. fluoranteen mg/kgds S benzo(a)antraceen mg/kgds S ) <. chryseen mg/kgds S <. benzo(k)fluoranteen mg/kgds S ) <. benzo(a)pyreen mg/kgds S <. benzo(ghi)peryleen mg/kgds S <. indeno(,2,3-cd)pyreen mg/kgds S <. pak-totaal ( van VROM) mg/kgds S.647 ). ).44 ).247 ).73 ) (.7 factor) POLYCHLOORBIFENYLEN (PCB) PCB 28 µg/kgds S < < < < < PCB 52 µg/kgds S < < < < < PCB µg/kgds S < < < < < PCB 8 µg/kgds S < < < < < De met S gemerkte analyses zijn geaccrediteerd en vallen onder de AS3-erkenning. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 725:25 ONDER NR. L 28 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

26 GEONIUS MILIEU BV (Heerlen) B Habets Analyserapport Blad 3 van 6 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen MA Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Nummer Monstersoort Monsterspecificatie Grond (AS3) BG (-5) 2 (-5) 3 (-5) 2 Grond (AS3) BG2 4 (-5) 5 (-5) 6 (-5) 7 (-5) 8 (-5) 9 (-5) (-5) (-5) 2 (-5) 3 (-5) 3 Grond (AS3) BG3 4 (-5) 5 (-5) 6 (-5) 7 (-5) 8 (-5) 9 (-5) 4 Grond (AS3) OG (5-) (-5) (5-2) 3 (5-) 3 (-5) 3 (5-2) 5 (5-) 5 (-5) 5 (5-2) 5 Grond (AS3) OG2 8 (5-) 8 (-5) 8 (5-2) 3 (5-) 3 (-5) 3 (5-2) 6 (5-) 6 (-5) 6 (5-2) Analyse Eenheid Q PCB 38 µg/kgds S < < < < < PCB 53 µg/kgds S < < < < < PCB 8 µg/kgds S < < < < < som PCB (7) (.7 factor) µg/kgds S 4.9 ) 4.9 ) 4.9 ) 4.9 ) 4.9 ) MINERALE OLIE fractie C-C2 mg/kgds <5 <5 <5 <5 <5 fractie C2-C22 mg/kgds <5 <5 <5 <5 <5 fractie C22-C3 mg/kgds <5 <5 <5 <5 <5 fractie C3-C4 mg/kgds <5 <5 <5 <5 <5 totaal olie C - C4 mg/kgds S <2 <2 <2 <2 <2 De met S gemerkte analyses zijn geaccrediteerd en vallen onder de AS3-erkenning. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 725:25 ONDER NR. L 28 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

27 GEONIUS MILIEU BV (Heerlen) B Habets Analyserapport Blad 4 van 6 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen MA Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Monster beschrijvingen * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. 2 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. 3 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. 4 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. 5 * De monstervoorbehandeling en analyses zijn uitgevoerd conform Accreditatieschema AS3, dit geldt alleen voor de analyses die worden gerapporteerd met het "S" kenmerk. Voetnoten De sommatie na verrekening van de.7 factor voor <-waarden volgens BoToVa. 2 Het gehalte is indicatief i.v.m. de aanwezigheid van componenten die een storende invloed hebben op de meting. Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 725:25 ONDER NR. L 28 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

28 GEONIUS MILIEU BV (Heerlen) B Habets Analyserapport Blad 5 van 6 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen MA Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Analyse Monstersoort Relatie tot norm droge stof Grond (AS3) Grond: Gelijkwaardig aan ISO 465 en gelijkwaardig aan NEN-EN Grond (AS3): conform AS3-2 en gelijkwaardig aan NEN-EN 5934 gewicht artefacten Grond (AS3) Conform AS3 en conform NEN-EN 679 aard van de artefacten Grond (AS3) Idem organische stof (gloeiverlies) Grond (AS3) Grond: gelijkwaardig aan NEN Grond (AS3): conform AS3-3 lutum (bodem) Grond (AS3) Grond: eigen methode. Grond (AS3): conform AS3-4 barium Grond (AS3) Conform AS3-5, conform NEN 695 (ontsluiting conform NEN 696, meting conform NEN 6966) eigen methode (ontsluiting conform NEN 696, meting conform ISO 2236). cadmium Grond (AS3) Idem kobalt Grond (AS3) Idem koper Grond (AS3) Idem kwik Grond (AS3) Conform AS3-5 en conform NEN 695 (ontsluiting conform NEN 696, meting conform NEN-ISO 6772) lood Grond (AS3) Conform AS3-5, conform NEN 695 (ontsluiting conform NEN 696, meting conform NEN 6966) eigen methode (ontsluiting conform NEN 696, meting conform ISO 2236). molybdeen Grond (AS3) Idem nikkel Grond (AS3) Idem zink Grond (AS3) Idem naftaleen Grond (AS3) Conform AS3-6 fenantreen Grond (AS3) Idem antraceen Grond (AS3) Idem fluoranteen Grond (AS3) Idem benzo(a)antraceen Grond (AS3) Idem chryseen Grond (AS3) Idem benzo(k)fluoranteen Grond (AS3) Idem benzo(a)pyreen Grond (AS3) Idem benzo(ghi)peryleen Grond (AS3) Idem indeno(,2,3-cd)pyreen Grond (AS3) Idem pak-totaal ( van VROM) (.7 factor) Grond (AS3) PCB 28 Grond (AS3) Conform AS3-8 Idem PCB 52 Grond (AS3) Idem PCB Grond (AS3) Idem PCB 8 Grond (AS3) Idem PCB 38 Grond (AS3) Idem PCB 53 Grond (AS3) Idem PCB 8 Grond (AS3) Idem som PCB (7) (.7 factor) Grond (AS3) Idem totaal olie C - C4 Grond (AS3) Conform prestatieblad 3-7 Gelijkwaardig aan NEN-EN-ISO 673 Monster Barcode Aanlevering Monstername Verpakking Y ALC2 Y ALC2 Y ALC2 2 Y ALC2 2 Y ALC2 2 Y ALC2 2 Y ALC2 Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 725:25 ONDER NR. L 28 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

29 GEONIUS MILIEU BV (Heerlen) B Habets Analyserapport Blad 6 van 6 Projectnaam Projectnummer Rapportnummer Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen MA Orderdatum Startdatum Rapportagedatum Monster Barcode Aanlevering Monstername Verpakking 2 Y ALC2 2 Y ALC2 2 Y ALC2 2 Y ALC2 2 Y ALC2 2 Y ALC2 3 Y ALC2 3 Y ALC2 3 Y ALC2 3 Y ALC2 3 Y ALC2 3 Y ALC2 4 Y ALC2 4 Y ALC2 4 Y ALC2 4 Y ALC2 4 Y ALC2 4 Y ALC2 4 Y ALC2 4 Y ALC2 4 Y ALC2 5 Y ALC2 5 Y ALC2 5 Y ALC2 5 Y ALC2 5 Y ALC2 5 Y ALC2 5 Y ALC2 5 Y ALC2 5 Y ALC2 Paraaf : ALCONTROL B.V. IS GEACCREDITEERD VOLGENS DE DOOR DE RAAD VOOR ACCREDITATIE GESTELDE CRITERIA VOOR TESTLABORATORIA CONFORM ISO/IEC 725:25 ONDER NR. L 28 AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK ROTTERDAM

30 Referentienummer : MA64.R Bijlage 5: Toetsing Wet bodembescherming

31 Referentienummer : MA64.R Projectnaam Projectcode Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen MA64 Tabel: Analyseresultaten grond (as3) monsters (gehalten in mg/kgds, tenzij anders aangegeven) Monstercode BG BG2 2 BG3 3 Bodemtype bt) 2 3 or br or br or br droge stof (gew.-%) gewicht artefacten (g) aard van de artefacten (-) 83, , , < < < Geen -- Geen -- Geen -- organische stof (gloeiverlies) (% vd DS) 2, , , KORRELGROOTTEVERDELING lutum (bodem) (% vd DS) METALEN barium , ,6 5 7,9 cadmium,26,378,22,33,24,338 kobalt 7,,8 7,8,3 7,2 koper 8,8 2,9 9,9 4, 9, 2,5 kwik <,5,42 <,5,45 <,5,49 lood 9 24,5 7 2,5 6 9,9 molybdeen <,5,35 <,5,35 <,5,35 nikkel 6 23,3 7 23,8 6 2,5 zink 55 8, 56 79, POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN naftaleen <, <, <, fenantreen, <, -- --, antraceen, <, <, fluoranteen, -- --, , benzo(a)antraceen, , -- --, chryseen, , -- --, benzo(k)fluoranteen, , -- --, benzo(a)pyreen, -- --, -- --, benzo(ghi)peryleen, , -- --, indeno(,2,3-cd)pyreen, , -- --, pak-totaal ( van VROM) (.7 factor),647,647,,,44,44 POLYCHLOORBIFENYLEN (PCB) PCB 28(µg/kgds) < < < PCB 52(µg/kgds) < < < PCB (µg/kgds) < < < PCB 8(µg/kgds) < < < PCB 38 (µg/kgds) < < < PCB 53 (µg/kgds) < < < PCB 8(µg/kgds) < < < som PCB (7) (.7 factor) (µg/kgds) 4,9 24,5 a 4,9 22,3 a 4,9 22,3 a MINERALE OLIE fractie C-C2 < < < fractie C2-C22 < < < fractie C22-C3 < < < fractie C3-C4 < < < totaal olie C - C4 <2 7 <2 63,6 <2 63,6

32 Referentienummer : MA64.R Monstercode en monstertraject BG (-5) 2 (-5) 3 (-5) BG2 4 (-5) 5 (-5) 6 (-5) 7 (-5) 8 (-5) 9 (-5) (-5) (-5) 2 (-5) 3 (-5) BG3 4 (-5) 5 (-5) 6 (-5) 7 (-5) 8 (-5) 9 (-5) De resultaten zijn voor de interventiewaarde getoetst aan de toetsingswaarden zoals vermeld in de Circulaire bodemsanering per juli 23, Staatcourant 27 juni 23, Nr en voor de achtergrondwaarde aan het Besluit Bodemkwaliteit, Staatscourant 2 december 27, Nr Tevens zijn de volgende wijzigingen doorgevoerd: De gewijzigde grenswaarden van een aantal OCB (per ) ( en de wijziging in de Staatscourant 67 van 7 april 29 en met wijzingen zoals beschreven in de Staatscourant nr (2--22). het gehalte is groter dan de achtergrondwaarde en kleiner dan of gelijk aan het gemiddelde van de achtergrond- en interventiewaarde het gehalte is groter dan het gemiddelde van de achtergrond- en interventiewaarde en kleiner dan of gelijk aan de interventiewaarde het gehalte is groter dan de interventiewaarde -- geen toetsingswaarde voor opgesteld - niet geanalyseerd # Verhoogde rapportagegrens, voor meer informatie zie analysecertificaat a gecorrigeerd gehalte is groter dan of gelijk aan de achtergrondwaarde (of geen achtergrondwaarde voor opgesteld), maar wel kleiner dan de RBK rapportagegrens zoals beschreven in de Staatscourant nr (2--22), dus mag verondersteld worden kleiner dan de achtergrondwaarde te zijn. b gecorrigeerd gehalte is groter dan de achtergrondwaarde (of geen achtergrondwaarde voor opgesteld), en groter dan de RBK rapportagegrens zoals beschreven in de Staatscourant nr (2--22). + De interventiewaarde voor barium geldt alleen voor die situaties waarbij duidelijk sprake is van antropogene verontreiniging en geen sprake is van thermisch gereinigde grond en baggerspecie. or Origineel resultaat br Omgerekend resultaat bt) De achtergrond- en interventiewaarden zijn afhankelijk van de bodemsamenstelling. Voor de toetsing zijn de grond (as3) monsters ingedeeld in de volgende bodemtypen: (als humus/lutum niet is gemeten geldt een default waarde van lutum = 25% en organische stof = %.) : lutum 4% humus 2% 2: lutum 5% humus 2.2% 3: lutum 6% humus 2.2%

33 Referentienummer : MA64.R Projectnaam Projectcode Actualiserend bodemonderzoek Overheek te Klimmen MA64 Tabel: Analyseresultaten grond (as3) monsters (gehalten in mg/kgds, tenzij anders aangegeven) Monstercode OG OG2 2 Bodemtype bt) 4 5 or br or br droge stof (gew.-%) gewicht artefacten (g) aard van de artefacten (-) 82, , < < Geen -- Geen -- organische stof (gloeiverlies) (% vd DS), , KORRELGROOTTEVERDELING lutum (bodem) (% vd DS) METALEN barium , ,7 cadmium,29,39,28,42 kobalt,8 8,,8 koper 2,8 9,3 3,3 kwik <,5,389 <,5,45 lood 4 6,5 3 6,5 molybdeen <,5,35 <,5,35 nikkel 7 9,8 6 22,4 zink 5 63, POLYCYCLISCHE AROMATISCHE KOOLWATERSTOFFEN naftaleen <, <, fenantreen, <, antraceen, <, fluoranteen, , benzo(a)antraceen, <, chryseen, <, benzo(k)fluoranteen, <, benzo(a)pyreen, <, benzo(ghi)peryleen, <, indeno(,2,3-cd)pyreen, <, pak-totaal ( van VROM) (.7 factor),247,247,73,73 POLYCHLOORBIFENYLEN (PCB) PCB 28(µg/kgds) < < PCB 52(µg/kgds) < < PCB (µg/kgds) < < PCB 8(µg/kgds) < < PCB 38 (µg/kgds) < < PCB 53 (µg/kgds) < < PCB 8(µg/kgds) < < som PCB (7) (.7 factor) (µg/kgds) 4,9 24,5 a 4,9 24,5 a MINERALE OLIE fractie C-C2 < < fractie C2-C22 < < fractie C22-C3 < < fractie C3-C4 < < totaal olie C - C4 <2 7 <2 7