ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding Voor de installateur BEnl VC, VCW Uitgever/fabrikant Vaillant GmbH

Transcriptie

1 Installatie - en onderhoudshandleiding Voor de installateur Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro VC, VCW BEnl Uitgever/fabrikant Vaillant GmbH Berghauser Str. 0 D -859 Remscheid Telefon Telefax info@vaillant.de

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Veiligheid.... Waarschuwingen bij handelingen.... Reglementair gebruik.... Algemene veiligheidsinstructies.... Voorschriften (richtlijnen, wetten, normen)... 5 Aanwijzingen bij de documentatie Aanvullend geldende documenten in acht nemen Documenten bewaren Geldigheid van de handleiding... 6 Productbeschrijving Productopbouw Gegevens op het typeplaatje Serienummer CE -markering... 7 Montage Product uitpakken Leveringsomvang controleren Afmetingen Minimumafstanden Afstanden tot brandbare componenten Montagesjabloon gebruiken Product ophangen Voormantel demonteren Zijdeel demonteren Installatie Installatievoorwaarden Gasaansluiting installeren Koud - en warmwateraansluiting installeren Boileraansluitingen installeren CV -aanvoer en CV -retour aansluiten Condensafvoerleiding aansluiten Afvoerbuis aan de veiligheidsklep monteren Verbrandingsgasinstallatie Elektrische installatie... 6 Bediening Bedieningsconcept Overzicht installateurniveau Installateurniveau oproepen Live monitor (statuscodes) Warmwatertemperatuur instellen Ingebruikname Product in - en uitschakelen Controleprogramma's gebruiken Verwarmingswater/vul - en bijvulwater controleren en conditioneren Te lage waterdruk vermijden CV -installatie vullen CV -installatie ontluchten Warmwatersysteem vullen en ontluchten Sifonbeker vullen Gasinstelling Functie en dichtheid controleren Aanpassing aan de CV-installatie Diagnosecodes oproepen Branderwachttijd Onderhoudsinterval instellen Pompvermogen instellen Overstroomklep instellen Tapwaternaverwarming op zonne -energie instellen Product aan de gebruiker opleveren Verhelpen van storingen Servicemeldingen controleren Fouten verhelpen Foutgeheugen oproepen en wissen Parameters naar fabrieksinstellingen resetten Reparatie voorbereiden Defecte componenten vervangen Reparatie afsluiten... 0 Inspectie en onderhoud Compacte thermomodule demonteren Warmtewisselaar reinigen Brander controleren Sifonbeker reinigen Zeef in koudwateringang reinigen Compacte thermomodule inbouwen Product leegmaken Voordruk van het interne expansievat controleren Inspectie - en onderhoudswerkzaamheden afsluiten... 6 Buitenbedrijfstelling Product tijdelijk buiten bedrijf stellen Product buiten bedrijf stellen... 6 Recycling en afvoer... 6 Serviceteam... 6 Bijlage... 7 A Diagnosecodes - overzicht... 7 B Statuscodes - overzicht... 0 C Overzicht foutcodes... D Bedradingsschema's... D. Aansluitschema product alleen voor CV bedrijf... D. Aansluitschema product met geïntegreerde warmwaterbereiding... 5 E Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden overzicht... 6 F Conformiteitsverklaring K.D. 08/0/00- BE... 7 G Technische gegevens... 8 Trefwoordenlijst... Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

3 Veiligheid Veiligheid. Waarschuwingen bij handelingen Classificatie van de waarschuwingen bij handelingen De waarschuwingen bij handelingen zijn als volgt door waarschuwingstekens en signaal woorden aangaande de ernst van het potenti ële gevaar ingedeeld: Waarschuwingstekens en signaalwoorden Gevaar! Direct levensgevaar of gevaar voor ernstig lichamelijk letsel Gevaar! Levensgevaar door een elektrische schok Waarschuwing! Gevaar voor licht lichamelijk letsel Opgelet! Kans op materiële schade of milieu schade. Reglementair gebruik Er kan bij ondeskundig of oneigenlijk gebruik gevaar ontstaan voor lijf en leven van de ge bruiker of derden resp. schade aan het pro duct en andere voorwerpen. Het product is als warmtebron voor gesloten CV -installaties en de warmwaterbereiding bestemd. De in de handleiding genoemde producten mogen alleen in combinatie met het in de ook van toepassing zijnde documenten vermeld toebehoren voor de VLT/VGA worden geïn stalleerd en gebruikt. Uitzonderingen: bij installatietypes C6 en BP volgt u de aanwijzingen uit de voorhan den handleiding. Het reglementaire gebruik houdt in: het naleven van de bijgevoegde gebruiks -, installatie - en onderhoudshandleidingen van het product en van alle andere compo nenten van de installatie de installatie en montage conform de pro duct - en systeemvergunning het naleven van alle in de handleidingen vermelde inspectie - en onderhoudsvoor waarden. Een ander gebruik dan het in deze handlei ding beschreven gebruik of een gebruik dat van het hier beschreven gebruik afwijkt, geldt als niet reglementair. Als niet reglementair gebruik geldt ook ieder direct commercieel of industrieel gebruik. Attentie! Ieder misbruik is verboden.. Algemene veiligheidsinstructies.. Gevaar door ontoereikende kwalificatie Montage en demontage, installatie, ingebruik neming, onderhoud, reparatie en buitenbe drijfstelling mogen alleen worden uitgevoerd door vaklieden die daar voldoende voor zijn gekwalificeerd, de handleidingen van de pro ducten in acht nemen, volgens de actuele stand van de techniek te werk gaan en zich aan alle betreffende richtlijnen, normen, wet ten en overige voorschriften houden... Levensgevaar door lekkend gas Bij gaslucht in gebouwen: Vermijd ruimtes met gaslucht. Doe, indien mogelijk, deuren en ramen wijd open en zorg voor tocht. Vermijd open vuur (bv. aansteker, lucifer). Niet roken. Bedien geen elektrische schakelaars, geen stekkers, geen deurbellen, geen telefoons en andere communicatiesystemen in het gebouw. Sluit de gasteller -afsluitkraan of de hoofd kraan. Sluit, indien mogelijk, de gaskraan op het product. Waarschuw de huisbewoners door te roe pen of aan te kloppen. Verlaat onmiddellijk het gebouw en verhin der het betreden door derden. Alarmeer politie en brandweer zodra u buiten het gebouw bent. Neem contact op met de storingsdienst van het energiebedrijf vanaf een telefoon aansluiting buiten het gebouw _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding

4 Veiligheid.. Levensgevaar door lekken bij de installatie onder de begane grond! Vloeibaar gas verzamelt zich op de bodem. Als het product onder maaiveldhoogte geïn stalleerd wordt, kunnen bij lekkages verza melingen van vloeibaar gas ontstaan. In dit geval bestaat explosiegevaar. Zorg ervoor dat vloeibaar gas in geen ge val uit het product en de gasleiding kan ontsnappen... Levensgevaar door afgesloten of ondichte rookgastrajecten Door installatiefouten, beschadiging, mani pulatie, niet toegestane opstellingsplaats of dergelijke kan rookgas lekken en tot vergifti gingen leiden. Bij gaslucht in gebouwen: Doe alle toegankelijke deuren en ramen wijd open en zorg voor tocht. Schakel het product uit. Controleer de rookgastrajecten in het pro duct en de afvoerleidingen voor rookgas...5 Vergiftigings- en verbrandingsgevaar door lekkende hete verbrandingsgassen Gebruik het product alleen met volledig gemonteerde VLT/VGA. Gebruik het product behalve kortstondig voor testdoeleinden alleen met gemon teerde en gesloten voormantel...6 Levensgevaar door explosieve en ontvlambare stoffen Gebruik of bewaar geen explosieve of ont vlambare stoffen (bijv. benzine, papier, verf, enz.) in de opstellingsruimte van het product...7 Levensgevaar door kastachtige mantels Een kastachtige mantel kan bij een van de omgevingslucht afhankelijk werkend product tot gevaarlijke situaties leiden. Zorg ervoor dat het product voldoende van verbrandingslucht voorzien wordt...8 Vergiftigingsgevaar door onvoldoende toevoer van verbrandingslucht Voorwaarden: Van omgevingslucht afhan kelijke werking Zorg voor een permanent ongehinderde en voldoende luchttoevoer naar de opstel ruimte van het product volgens de ventila tievereisten...9 Levensgevaar door ontbrekende veiligheidsinrichtingen De in dit document opgenomen schema's ge ven niet alle voor een deskundige installatie vereiste veiligheidsinrichtingen weer. Installeer de nodige veiligheidsinrichtingen in de installatie. Neem de betreffende nationale en inter nationale wetten, normen en richtlijnen in acht...0 Levensgevaar door een elektrische schok Als u spanningsvoerende componenten aan raakt, bestaat levensgevaar door elektrische schok. Voor u aan het product werkt: Schakel het product spanningvrij door alle stroomvoorzieningen uit te schake len (elektrische scheidingsinrichting met minstens mm contactopening, bijv. zeke ring of vermogensveiligheidsschakelaar). Beveilig tegen herinschakelen. Wacht minstens min tot de condensato ren ontladen zijn. Controleer op spanningvrijheid... Verbrandingsgevaar door hete componenten Voer werkzaamheden aan deze onderde len pas uit als deze zijn afgekoeld... Levensgevaar door lekkende verbrandingsgassen Als u het product met lege condenswatersifon gebruikt, kunnen verbrandingsgassen in de kamerlucht ontsnappen. Zorg ervoor dat de condenswatersifon voor het gebruik van het product altijd gevuld is. Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

5 Veiligheid.. Kans op materiële schade door ongeschikt gereedschap Om schroefverbindingen vast te draaien of te lossen, dient u geschikt gereedschap te gebruiken... Gevaar voor materiële schade door vorst Installeer het product niet in ruimtes die aan vorst blootstaan...5 Kans op corrosieschade door ongeschikte verbrandings- en kamerlucht Sprays, oplosmiddelen, chloorhoudende rei nigingsmiddelen, verf, lijm, ammoniakverbin dingen, stof e.d. kunnen tot corrosie aan het product en in de VLT/VGA leiden. Zorg ervoor dat de verbrandingsluchttoe voer altijd vrij is van fluor, chloor, zwavel, stof enz. Zorg ervoor dat er op de opstellingsplaats geen chemische stoffen opgeslagen wor den. Zorg ervoor dat de verbrandingslucht niet via oude schoorstenen van oliegestookte ketels toegevoerd wordt. Als u uw product in kapsalons, lakkerijen of schrijnwerkerijen of reinigingsbedrijven e.d. installeert, dan kiest u een afzonder lijke opstellingsruimte waarin een verbran dingsluchttoevoer technisch vrij van chemi sche stoffen gegarandeerd is.. Voorschriften (richtlijnen, wetten, normen) Neem de nationale voorschriften, normen, richtlijnen en wetten in acht _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 5

6 Aanwijzingen bij de documentatie Aanwijzingen bij de documentatie. Aanvullend geldende documenten in acht nemen Neem absoluut alle bedienings - en installatiehandleidin gen die bij de componenten van de installatie worden meegeleverd in acht.. Documenten bewaren Aansluiting voor VLT/VGA 5 Verbrandingsgasmeet nippel 6 Expansievat 7 Luchtaanzuigbuis 8 Compacte thermomo dule 9 Ontstekingselektrode 0 Ventilator Snelontluchter Interne pomp Veiligheidsklep Elektronicabox 5 Driewegklep 6 Overstroomklep Gelieve deze handleiding alsook alle aanvullend gel dende documenten aan de gebruiker van de installatie te geven... Functie-elementen product met warmwaterbereiding. Geldigheid van de handleiding Deze handleiding geldt uitsluitend voor: Productartikelnummer VC BE 86/ VC BE 56/5-A VCW BE 6/5-A VCW BE 86/5-A Productbeschrijving. Productopbouw.. Functie-elementen product alleen voor CVbedrijf Gasblok 0 Ventilator 6 Waterdruksensor Warmtewisselaar Aansluiting voor VLT/VGA 5 Verbrandingsgasmeet nippel 6 Expansievat 7 Luchtaanzuigbuis 8 Compacte thermomo dule 9 Ontstekingselektrode Snelontluchter Interne pomp Driewegklep Veiligheidsklep 5 Elektronicabox 6 Stromingssensor (warm water) 7 Overstroomklep 8 Secundaire warmtewis selaar 5 Gasblok Waterdruksensor Warmtewisselaar 6 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

7 Montage. Gegevens op het typeplaatje Het typeplaatje is af fabriek aan de achterkant van het pro duct aangebracht. Gegevens op het typeplaatje Betekenis. Serienummer Het serienummer vindt u op een plaatje dat onderaan op de frontbekleding van het product in een kunststof fles zit alsook op het typeplaatje.. CE-markering Hoofdst. "CE -markering" VC VCW..6/5 - ecotec pro E(S), G0-0 mbar (,0 kpa) ww/jjjj Cat. Type PMS PMW T max. ED 9/ V Hz W IP P Q D Handleiding lezen! Vaillant Gaswandketel voor CV Vaillant Gaswandketel voor verwarming en warmwaterbereiding Vermogen condense ren/productgeneratie -uitrusting Productbenaming Gasgroep van uit fabriek en gasaansluit druk Productiedatum: week/jaar Toegestane gascategorieën Toegestane gastoesteltypes Toegestane totale overdruk CV -bedrijf Toegestane totale overdruk warmwater bereiding Max. aanvoertemperatuur Actuele rendementsrichtlijn met * ver vuld Netspanning en netfrequentie Max. elektrisch opgenomen vermogen Beschermingsklasse CV -bedrijf Warmwaterbereiding Nominaal warmtevermogensbereik Warmtebelastingsbereik Nominale aftaphoeveelheid warm water Deskundige afvoer van het product Barcode met serienummer, 7e tot 6e cijfer = artikelnummer van het product Met de CE -markering wordt aangegeven dat de producten volgens het typeplaatje voldoen aan de fundamentele vereis ten van de geldende richtlijnen. De conformiteitsverklaring kan bij de fabrikant geraadpleegd worden. Montage. Product uitpakken. Haal het product uit de kartonverpakking.. Verwijder de beschermfolie van alle delen van het pro duct.. Leveringsomvang controleren Controleer de leveringsomvang op volledigheid en be schadigingen... Leveringsomvang Geldigheid: Product alleen met CV -bedrijf Omschrijving Warmte -opwekker Montageset met volgende inhoud: - Producthouder - Aansluitbuis veiligheidsventiel - Dichting - Zakje met kleine delen Montagesjabloon Condensafvoerslang Zakje met documentatie Aanwijzing Overtuig u ervan dat het product met de gasgroep aan de opstellingsplaats overeenkomt... Leveringsomvang Geldigheid: Product met geïntegreerde warmwaterbereiding Hoeveelheid Hoeveelheid Omschrijving Warmte -opwekker Montageset met volgende inhoud: - Producthouder - Aansluitbuis veiligheidsventiel - Dichting _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 7

8 Montage Hoeveelheid Omschrijving - Zakje met kleine delen Montagesjabloon Condensafvoerslang Zakje met documentatie. Afmetingen * 5 6* 7 CV -aanvoer (,5) Warmwateraansluiting ( 5,5) 5 Gasaansluiting ( 5,5) 6 Koudwateraansluiting ( 5,5) 7 CV -retour (,5) 8 Aansluiting afvoertrech ter/sifonbeker R 9 Aansluiting VLT/VGA 0 Aansluiting condensaf voer 9 mm Sifonbeker Boilerretour 5 mm Boileraanvoer 5 mm Aansluiting afvoerlei ding verwarmingsveilig heidsklep 5 mm * alleen product met ge ïntegreerde warmwater bereiding ** alleen product alleen met CV -bedrijf De maat A vindt u terug in de bijgeleverde montagesjabloon. 8. Minimumafstanden ** ** A 0 C C A B Minimumafstand A 65 mm: VLT/VGA 60/00 mm 75 mm: VLT/VGA 80/5 mm B 80 mm; optimaal ca. 50 mm * 5 6* 7 C 5 mm; optimaal ca. 50 mm.5 Afstanden tot brandbare componenten Een afstand van het product tot componenten uit brandbare onderdelen is niet vereist..6 Montagesjabloon gebruiken Gebruik de montagesjabloon om de plaatsen vast te leg gen waar u gaten moet boren en doorbraken moet ma ken. 8 9 Wanddoorvoer voor VLT/VGA Producthouder 8 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

9 Installatie 5.7 Product ophangen.9 Zijdeel demonteren x. Controleer of de muur voor het bedrijfsgewicht van het product voldoende draagvermogen heeft.. Controleer of het bijgeleverde bevestigingsmateriaal voor de muur gebruikt mag worden. Voorwaarden: Draagvermogen van de wand volstaat, Bevestigingsmateri - aal is voor de muur toegestaan Hang het product op, zoals beschreven. Monteer de producthouder () aan de muur. Hang het product van boven met de ophangbeugel op de producthouder. Voorwaarden: Bevestigingsmateriaal is voor de muur niet toegestaan Hang, zoals beschreven het product met door de klant ter beschikking gesteld, toegestaan bevestigingsmateri aal op..8 Voormantel demonteren Opgelet! Risico op materiële schade door mechanische vervorming! Als u beide zijdelen demonteert, kan het product mechanisch kromtrekken, wat tot schade aan bijv. de leidingen kan leiden, waardoor lekken kunnen ontstaan. Demonteer altijd slechts één zijdeel, nooit beide zijdelen tegelijk. Demonteer het zijdeel zoals weergegeven in de afbeel ding. 5 Installatie Gevaar! Verbrandingsgevaar en/of kans op materiële schade door ondeskundige installatie en daardoor lekkend water! Spanningen in de aansluitingsleidingen kun nen tot ondichtheden leiden. Monteer de aansluitleidingen spannings vrij. Demonteer de voormantel zoals weergegeven in de af beelding _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 9

10 5 Installatie Opgelet! Risico op materiële schade door gasdichtheidscontrole! Gasdichtheidscontroles kunnen bij een test druk > kpa (0 mbar) tot schade aan het gasblok leiden. Als u bij gasdichtheidscontroles ook de gasleidingen en het gasblok in het product onder druk zet, gebruik dan een max. testdruk van kpa (0 mbar). Als u de testdruk niet tot kpa (0 mbar) kunt begrenzen, sluit dan voor de gasdichtheidscontrole een voor het pro duct geïnstalleerde gasafsluitkraan. Als u bij gasdichtheidscontroles een voor het product geïnstalleerde gasafsluitkraan gesloten hebt, ontspan dan de gasleiding druk voor u deze gasafsluitkraan opent.. Monteer een afvoertrechter met sifon voor de condens afvoer en de afblaasbuis van de veiligheidsklep. Plaats de afvoerleiding zo kort mogelijk en met verval van de afvoertrechter weg. 5. Isoleer vrijliggende, aan omgevingsinvloeden blootge stelde buizen ter bescherming tegen vorst met geschikt isolatiemateriaal. Voorwaarden: Geldt voor: product met geïntegreerde warmwaterbereiding Als u een extern expansievat inbouwt, bouw dan in de productuitloop (aanvoer verwarming) een terugslagklep in of stel het interne expansievat buiten bedrijf. Anders kan door terugstroming een toegenomen activering van de warmstartfunctie ontstaan, wat onnodige energiever liezen betekent. 5. Gasaansluiting installeren Opgelet! Risico op materiële schade door corrosie! Niet diffusiedichte kunststof buizen in de CV installatie veroorzaken lucht in het verwar mingswater en corrosie in het warmtebroncir cuit en de warmteopwekker. Voer bij het gebruik van niet diffusiedichte kunststof buizen in de CV -installatie een systeemscheiding uit door een externe warmtewisselaar tussen warmteopwekker en CV -installatie in te bouwen. Opgelet! Kans op materiële schade door warmteoverdracht bij het solderen! Als de aansluitstukken aan de onder houdskranen geschroefd zijn, soldeer dan niet aan de aansluitstukken. 5. Installatievoorwaarden 5.. Nodige voorbereidende werkzaamheden. Monteer de gasleiding volgens de erkende regels van de techniek.. Sluit het product volgens de erkende regels van de techniek aan de gasleiding aan. Gebruik hiervoor de meegeleverde dubbele klemkoppeling () alsook een goedgekeurde gaskraan.. Verwijder resten uit de gasleiding door de gasleiding vooraf uit te blazen.. Ontlucht de gasleiding voor de ingebruikname. 5. Controleer de gasleiding op dichtheid. 5. Koud- en warmwateraansluiting installeren Geldigheid: Product met geïntegreerde warmwaterbereiding. Installeer een afsluitkraan in de gasleiding.. Zorg ervoor dat de aanwezige gasmeter geschikt is voor het vereiste gasdebiet.. Controleer of de inhoud van het expansievat voldoende is voor het installatievolume. Voorwaarden: Het volume van het gemonteerde expansievat is niet vol - doende Installeer een aanvullend expansievat in de CV -retourlei ding zo dicht mogelijk bij het product. Sluit de wateraansluitingen () volgens de normen aan. Voorwaarden: Extern expansievat gemonteerd Monteer in de productuitloop (aanvoer verwarming) een terugslagklep of stel het interne expansievat buiten be drijf om een extra activering van de warmstartfunctie door terugstroming te verhinderen. 0 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

11 Installatie 5 5. Boileraansluitingen installeren Geldigheid: Product alleen met CV -bedrijf min. 80 Verbind de boileraansluitingen () met de warmwaterboi ler. Hiervoor kunt u een optionele boileraansluitset ge bruiken. 5.5 CV-aanvoer en CV-retour aansluiten Gebruik alleen buizen van zuurbestendig materiaal (bijv. kunststof) voor de condensafvoerleiding. Laat onder de sifonbeker een montageruimte van min stens 80 mm vrij. Hang de condensafvoerleiding () over de voorgeïnstal leerde afvoertrechter (). 5.7 Afvoerbuis aan de veiligheidsklep monteren. Installeer de afvoerbuis voor de veiligheidsklep zodanig dat hij bij het afnemen en aanbrengen van het onderste sifondeel niet stoort. Sluit de verwarmingsaansluitingen () volgens de normen aan. 5.6 Condensafvoerleiding aansluiten Gevaar! Levensgevaar door lekken van verbrandingsgassen! De condensafvoerleiding van de sifon mag niet dicht met een afvalwaterleiding verbon den zijn, omdat anders de interne sifonbeker leeggezogen kan worden en er verbrandings gas kan ontsnappen. Verbind de condensafvoerleiding niet dicht met de afvalwaterleiding.. Monteer de afvoerbuis zoals weergegeven (niet inkor ten!).. Zorg ervoor dat het buiseinde zichtbaar is.. Zorg ervoor dat bij het lekken van water of damp geen personen verwond en geen elektrische onderdelen be schadigd kunnen worden. 5.8 Verbrandingsgasinstallatie 5.8. VLT/VGA monteren en aansluiten. De bruikbare VLT/VGA's vindt u in de bijgevoegde mon tagehandleiding VLT/VGA. Voorwaarden: Installatie vochtige ruimte Sluit het product absoluut op een van de omgevingslucht onafhankelijke VLT/VGA aan. De verbrandingslucht mag niet uit de opstelplaats genomen worden _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding

12 5 Installatie Opgelet! Vergiftigingsgevaar door lekkende verbrandingsgassen! Vetten op basis van minerale olie kunnen de afdichtingen beschadigen. Om u te helpen bij het monteren kunt u water of in de handel verkrijgbare zeep gebruiken in de plaats van vetten.. Monteer de VLT/VGA met behulp van de montagehand leiding Aansluitstuk voor VLT/VGA indien nodig vervangen. Vervang indien nodig het aansluitstuk voor de VLT/VGA. De productspecifieke standaarduitrusting vindt u in de Technische gegevens.. Demonteer het in de fabriek gemonteerde aansluitstuk voor de VLT/VGA. ( Pagina ). Alternatief / Monteer indien nodig het aansluitstuk voor de VLT/VGA 80/5 mm. ( Pagina ). Alternatief / Monteer indien nodig het aansluitstuk met verplaat sing voor de VLT/VGA 60/00 mm. ( Pagina ). Alternatief Monteer indien nodig het aansluitstuk voor geschei den VLT/VGA 80/80 mm. ( Pagina ) Aansluitstuk voor VLT/VGA demonteren Aansluitstuk voor VLT/VGA 80/5 mm monteren. Demonteer het in de fabriek gemonteerde aansluitstuk voor de VLT/VGA. ( Pagina ). Plaats het alternatieve aansluitstuk. Let hierbij op de grendelnokken.. Draai het aansluitstuk met de klok mee tot het vastklikt Aansluitstuk met verplaatsing voor VLT/VGA 60/00 mm monteren. Demonteer het in de fabriek gemonteerde aansluitstuk voor de VLT/VGA. ( Pagina ) 65 mm. Zet het alternatieve aansluitstuk met verplaatsing naar voren in.. Bevestig het aansluitstuk met twee schroeven () op het product Aansluitstuk gescheiden VLT/VGA 80/80 mm monteren. Demonteer het in de fabriek gemonteerde aansluitstuk voor de VLT/VGA. ( Pagina ) 0 mm 0 mm... Steek een schroevendraaier in de gleuf tussen de meetaansluitingen.. Druk de schroevendraaier voorzichtig naar onderen (.).. Draai het aansluitstuk tot aan de aanslag tegen de klok in (.) en trek het naar boven toe af (.).. Plaats het alternatieve aansluitstuk. De aansluiting voor de luchttoevoer kan naar de linker of naar de rechter kant wijzen. Let hierbij op de grendelnokken.. Draai het aansluitstuk met de klok mee tot het vastklikt. Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

13 Installatie Elektrische installatie De elektrische installatie mag alleen door een gekwalifi ceerde elektromonteur worden uitgevoerd. Gevaar! Levensgevaar door elektrische schok! Omdat aan de netaansluitklemmen L en N ook bij ingeschakelde aan -/uitknop perma nent spanning voorhanden is: Schakel de stroomtoevoer uit. Beveilig de stroomtoevoer tegen opnieuw inschakelen Elektronicabox openen 0 mm max.. Om kortsluitingen bij het per ongeluk loskomen van een draad te vermijden, ontmantelt u de buitenste omhulling van flexibele leidingen slechts maximaal 0 cm. 5. Zorg ervoor dat de isolatie van de binnenste draden tijdens het ontmantelen van de buitenste omhulling niet beschadigd wordt. 6. Isoleer de binnenste draden slechts zodanig dat goede, stabiele verbindingen tot stand gebracht kunnen wor den. 7. Om kortsluitingen door losse draden te vermijden, dient u de geïsoleerde einden van de draden van draadeind hulzen te voorzien. 8. Schroef de betreffende stekker aan de aansluitleiding. 9. Controleer of alle draden mechanische vast in de stek kerklemmen van de stekker zitten. Corrigeer evt. 0. Steek de stekker in de bijbehorende stekkerplaats van de printplaat, zie aansluitschema in de bijlage Stroomvoorziening tot stand brengen Opgelet! Risico op materiële schade door te hoge aansluitspanning! Bij netspanningen boven 5 V kunnen elek tronische componenten vernietigd worden. Zorg ervoor dat de nominale spanning van het stroomnet 0 V bedraagt. Open de elektronicabox zoals weergegeven in de afbeel ding Bedrading uitvoeren Opgelet! Risico op materiële schade door ondeskundige installatie! Netspanning aan verkeerde klemmen en stekkerklemmen kan de elektronica kapot maken. Sluit aan de klemmen ebus (+/ ) geen netspanning aan. Klem de netaansluitkabel uitsluitend op de daarvoor gemarkeerde klemmen aan!. Breng de aansluitleidingen van de aan te sluiten com ponenten door de kabeldoorvoer links aan de onderkant van het product naar binnen.. Gebruik de snoerontlastingen.. Verkort de aansluitleidingen indien nodig.. Steek de stekker in een geschikt stopcontact.. Zorg ervoor dat de toegang tot de netaansluiting altijd gegarandeerd is en niet afgedekt is Product in een vochtige ruimte installeren Gevaar! Levensgevaar door elektrische schok! Als u het product in ruimtes installeert waarin vocht optreedt, bijv. badkamer, neem dan de nationale erkende regels van de tech niek voor elektrische installatie in acht. Als u de evt. af fabriek gemonteerde aansluitka bel met aardcontactstekker gebruikt, dan is er gevaar voor een levensgevaarlijke elektri sche schok. Gebruik bij de installatie in vochtige ruim tes nooit de evt. af fabriek gemonteerde aansluitkabel met aardcontactstekker. Sluit het product via een vaste aansluiting en een scheidingsinrichting met minstens mm contactopening (bijv. zekeringen of vermogensschakelaar) aan. Gebruik voor de netaansluitleiding, die door de kabeldoorvoer in het product ge leid wordt, een flexibele leiding _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding

14 6 Bediening. Open de elektronicabox. ( Pagina ). Trek de stekker op de stekkerplaats van de printplaat voor de netaansluiting eruit ().. Schroef de stekker van de evt. af fabriek gemonteerde netaansluitkabel af.. Gebruik in de plaats van de evt. af fabriek gemon teerde, een geschikte, genormeerde drie -aderige netaansluitkabel. 5. Voer de bedrading uit. ( Pagina ) 6. Sluit de elektronicabox. 7. Zorg voor de nodige aansluiting aan verbrandingsgas zijde op een van de omgevingslucht onafhankelijke VLT/VGA. ( Pagina ) Thermostaat aan de elektronica aansluiten. Monteer indien nodig de thermostaat.. Open de elektronicabox. ( Pagina ). Voer de bedrading uit. ( Pagina ). Neem het aansluitschema in de bijlage in acht. 6 Bediening 6. Bedieningsconcept Het bedieningsconcept alsook de aflees - en instelmoge lijkheden van het gebruikersniveau zijn eveneens in de ge bruiksaanwijzing beschreven. Een overzicht van de aflees - en instelmogelijkheden van het installateurniveau vindt u in de paragraaf Overzicht installa teurniveau. ( Pagina ) 6. Overzicht installateurniveau S. Code Voorwaarden: Aansluiting van een weersafhankelijke thermostaat of ka - merthermostaat via ebus Sluit de thermostaat op de ebus -aansluiting aan. Overbrug de aansluiting V = RT (00 of 06), als er geen brug aanwezig is. Voorwaarden: Aansluiting van een laagspanningsregelaar ( V) Verwijder de brug en sluit de thermostaat op de aanslui ting V = RT" (00 of 06) aan. D.--- P.-- PF Voorwaarden: Aansluiting van een maximaalthermostaat voor een vloer - verwarming Verwijder de brug en sluit de maximaalthermostaat op de aansluiting Burner off aan. 5. Sluit de elektronicabox. 6. Schakel voor multicircuitregelaar D.08 van Eco (inter mitterende pomp) op Comfort (verder lopende pomp) om. ( Pagina 9) Aanvullende componenten via VR 0 (multifunctionele module uit 7) aansluiten. Monteer de componenten conform de desbetreffende handleiding. Voorwaarden: Component aan relais aangesloten Activeer D.07. ( Pagina 9) Voorwaarden: Component aan relais aangesloten Activeer D.08. ( Pagina 9) Circulatiepomp volgens de behoefte aansturen. Voer de bedrading uit.. Verbind de aansluitleiding van de externe toets met de klemmen (0) en 6 (FB) van de randstekker, die bij de thermostaat geleverd is.. Steek de randstekker op de steekplaats van de printplaat. --/-- D F DP 6. Installateurniveau oproepen. Roep het installateurniveau alleen op als u een erkende installateur bent.. Druk tegelijk op en ("i"). Op het display verschijnt S.xx (actuele toestelsta tus).. Om naar het installateurniveau te gaan, drukt u op. Op het display verschijnt Code en --.. Stel de waarde 7 (Code) in en bevestig met. 5. Om bij de controleprogramma's (P), de foutcodes (F) en terug bij de diagnosecodes (D) te komen, drukt u op. 6. Stel met of de gewenste waarde in en bevestig met. 7. Bevestig met ( ). 8. Om een instelling af te breken of het installateurniveau te verlaten, drukt u op. Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

15 Ingebruikname 7 6. Live monitor (statuscodes) + Statuscodes op het display informeren over de actuele be drijfstoestand van het product. Statuscodes - overzicht ( Pagina 0) 6.5 Warmwatertemperatuur instellen Geldigheid: Product met geïntegreerde warmwaterbereiding Voorwaarden: Waterhardheid: >,57 mol/m³ Gevaar! Levensgevaar door legionellabacteriën! Legionellabacteriën ontwikkelen zich bij tem peraturen onder 60 C. Zorg ervoor dat de gebruiker alle maatre gelen voor de legionellabeveiliging kent om de geldende voorschriften voor het voorkomen van legionellabacteriën te vervullen. Weergave Weergave Betekenis P.0 Testprogramma maximale last: Het product loopt na succesvolle ontsteking met maximale warmtebelasting. P.0 Testprogramma minimale last: Het product loopt na succesvolle ontsteking met minimale warmtebelasting. P.06 Testprogramma vulmodus: De driewegklep wordt in middelste stand gebracht. Brander en pomp worden uitgeschakeld (voor vullen en legen van het product). 7. Verwarmingswater/vul- en bijvulwater controleren en conditioneren Opgelet! Kans op materiële schade door minderwaardige verwarmingswater Zorg voor verwarmingswater van vol doende kwaliteit. Stel de warmwatertemperatuur op max. 50 C in. 7 Ingebruikname 7. Product in- en uitschakelen Druk op de aan -/uittoets van het product. Op het display verschijnt het startscherm. 7. Controleprogramma's gebruiken Installateurniveau oproepen + x Betekenis P.00 Testprogramma ontluchting: De interne pomp wordt cyclusgewijs aangestuurd. Het CV -circuit en het warmwatercircuit worden via de snelontluchter ontlucht (de kap van de snelontluchter moet losgemaakt zijn). x : start ontluchting CV -circuit x ( ): start ontluchting warmwatercircuit x ( ): nieuwe start ontluchting CV -circuit x (annuleren): ontluchtingsprogramma beëindi gen Aanwijzing Ontluchtingsprogramma loopt per circuit 7,5 min. en eindigt daarna. CV -circuit ontluchten: Driewegklep in stand CV -bedrijf, aansturing van de interne pomp voor 9 cycli: 0 s aan, 0 s uit. Indicatie aktief verwarmings circuit. Warmwatercircuit ontluchten: Na het verstrijken van de hierboven genoemde cycli of na het nogmaals indrukken van de rechter keu zetoets: driewegklep in de stand warm water, aan sturing van de interne pomp zoals boven. Indicatie aktief warmwater circuit. Voor u de installatie vult of bijvult, dient u de kwaliteit van het verwarmingswater te controleren. Kwaliteit van het verwarmingswater controleren Neem een beetje water uit het CV -circuit. Controleer het uitzicht van het verwarmingswater. Als u sedimenterende stoffen vaststelt, dan moet u de installatie spuien. Controleer met een magneetstaaf of er magnetiet (ijzer oxide) voorhanden is. Als u magnetiet vaststelt, reinig de installatie dan en neem de nodige maatregelen voor de corrosiebescher ming. Of bouw een magneetfilter in. Controleer de ph -waarde van het afgetapte water bij 5 C. Bij waarden onder 8, of boven 0,0 reinigt u de installa tie en conditioneert u het verwarmingswater. Zorg ervoor dat er geen zuurstof in het verwarmingswater kan dringen. ( Pagina 8) Vul- en bijvulwater controleren Meet de hardheid van het vul - en bijvulwater voor u de installatie vult. Vul- en bijvulwater conditioneren Neem voor de conditionering van het vul - en bijvulwater de geldende nationale voorschriften en technische regels in acht. Voor zover nationale voorschriften en technische regelingen geen hogere eisen stellen, geldt het volgende: U moet het CV -water conditioneren, als de volledige vul - en bijvulwaterhoeveelheid tijdens de gebruiksduur van de installatie het drievoudige van het nominale volume van de CV -installatie overschrijdt of wanneer de in de volgende tabel genoemde richtwaarden niet worden aangehouden of als de ph -waarde van het verwarmingswater onder 8, of boven 0,0 ligt _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 5

16 7 Ingebruikname Totaal verwarmingsvermogen Waterhardheid bij specifiek installatievolume ) 0 l/kw > 0 l/kw 50 l/kw > 50 l/kw kw dh mol/m³ dh mol/m³ dh mol/m³ < 50 < 6,8 <, 0, 0,0 > 50 tot 00 > 00 tot 600, 8,,5 0, 0,0 8,,5 0, 0,0 0, 0,0 > 600 0, 0,0 0, 0,0 0, 0,0 ) Liter nominale inhoud/verwarmingsvermogen; bij meerketelin stallaties moet het kleinste individuele vermogen ingezet worden. Opgelet! Kans op materiële schade door verrijking van het verwarmingswater met ongeschikte additieven! Ongeschikte additieven kunnen veranderin gen aan componenten, geluiden in de CV functie en evt. verdere gevolgschade veroor zaken. Gebruik geen ongeschikte antivries - en corrosiewerende middelen, biociden en afdichtmiddelen. 7. Te lage waterdruk vermijden Voor een foutloze werking van de CV -installatie moet de wijzer in het middelste gedeelte van de balkindicatie op het display (gemarkeerd door de gestippelde grenswaarden) staan. Dit komt overeen met een vuldruk tussen 0, MPa en 0, MPa (,0 bar en,0 bar). Als de CV -installatie zich over meerdere verdiepingen uit strekt, dan kunnen hogere waarden voor de vuldruk vereist zijn om lucht in de CV -installatie te vermijden. Het product signaleert bij het onderschrijden van 0,08 kpa (0,8 bar) vuldruk het druktekort met een knipperende drukwaarde op het display. Als de vuldruk een waarde van 0,05 MPa (0,5 bar) onderschrijdt, dan schakelt het product uit. Het display toont F.. Vul CV -water bij om het product opnieuw in gebruik te nemen. Het display geeft de drukwaarde knipperend weer tot een druk van 0, MPa (, bar) of hoger bereikt is. 7.5 CV-installatie vullen Bij ondeskundig gebruik van de volgende additieven werden met onze producten tot nu toe geen onverdraagzaamheden vastgesteld. Neem bij het gebruik absoluut de aanwijzingen van de fabrikant van het additief in acht. Voor de verdraagzaamheid van additieven in het overige CV -systeem en voor de werkzaamheid ervan aanvaarden we geen aansprakelijkheid. Additieven voor reinigingsmaatregelen (aansluitend uitspoelen vereist) Fernox F Sentinel 00 Sentinel 00 Additieven die permanent in de installatie blijven Fernox F Fernox F Sentinel 00 Sentinel 00 Antivriesmiddelen die permanent in de installatie blijven Fernox Antifreeze Alphi Sentinel 500 Als u de hierboven genoemde additieven gebruikt hebt, informeer dan de gebruiker over de nodige maatregelen. Informeer de gebruiker over de noodzakelijke werkwijze voor de vorstbeveiliging.. Spoel de CV -installatie.. Draai de dop van de snelontluchter () met een tot twee draaien los en laat deze geopend, omdat ook tijdens het continubedrijf het product automatisch via de snel ontluchter ontlucht wordt.. Kies het controleprogramma P.06. De driewegklep beweegt zich in de middelste stand, de pompen lopen niet en het product treedt niet in werking.. Neem de aanwijzingen bij het onderwerp CV -water voorbereiden in acht. ( Pagina 5) 5. Verbind vul - en aftapkraan van de CV -installatie vol gens de normen met een CV -watertoevoer, indien mo gelijk met de koudwaterkraan. 6. Open de CV -wateraanvoer. 7. Open alle radiatorkranen (thermostaatkranen) van de CV -installatie. 8. Controleer evt. of beide onderhoudskranen aan het product geopend zijn. 9. Open langzaam de vul - en aftapkraan zodat het water in het verwarmingssysteem stroomt. 0. Ontlucht de laagst gelegen radiator tot het water aan het ontluchtingsventiel er zonder bellen uitkomt.. Ontlucht alle andere radiatoren tot het CV -systeem compleet met water gevuld is.. Sluit alle ontluchtingsventielen.. Houd de stijgende vuldruk in de CV -installatie in het oog. 6 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

17 Ingebruikname 7. Vul water bij tot de vereiste vuldruk bereikt is. 5. Sluit de vul - en aftapkraan en de koudwaterkraan. 6. Controleer alle aansluitingen en het volledige systeem op ondichtheden. 7.6 CV-installatie ontluchten. Kies het controleprogramma P.00. Het product treedt niet in werking, de interne pomp loopt intermitterend en ontlucht naar keuze het CV circuit of het warmwatercircuit. Het display toont de vuldruk van de CV -installatie.. Controleer of de vuldruk van de CV -installatie niet on der de min. vuldruk daalt. 0,08 MPa ( 0,80 bar) Na het beëindigen van de vulprocedure moet de vuldruk van de CV -installatie minstens 0,0 MPa (0, bar) boven de tegendruk van het expansievat (ADG) liggen (P installatie P ADG + 0,0 MPa (0, bar)).. Als zich na het beëindigen van het controleprogramma P.00 nog teveel lucht in de CV -installatie bevindt, start het controleprogramma dan opnieuw. 7.7 Warmwatersysteem vullen en ontluchten Geldigheid: Product met geïntegreerde warmwaterbereiding. Open de koudwaterstopkraan aan het product.. Vul het warmwatercircuit door alle warmwatertappunten te openen tot er water uit komt. 7.8 Sifonbeker vullen 7.9 Gasinstelling 7.9. Gasinstelling af fabriek controleren Opgelet! Risico op materiële schade door niet toegestane instelling! Verander in geen geval de fabrieksinstel ling van de gasdrukregelaar in het gas blok. Voor u het product in gebruik neemt, dient u de informa tie over de gasgroep op het typeplaatje met de gasgroep te vergelijken die op de opstellingsplaats te beschikking staat. Aanwijzing Als u het product met aardgas G5 gebruikt, dan hebt u ca. 8% onderbelasting en een verhoogd luchtgetal! Voorwaarden: De uitvoering van het product komt niet met de plaatselijke gasgroep overeen Neem het product niet in gebruik. Voorwaarden: De uitvoering van het product komt overeen met de plaat - selijke gasgroep Ga te werk zoals hierna beschreven Gasstroomdruk controleren. Sluit de gasafsluitkraan.. Haal het onderste sifondeel () eraf.. Vul het onderste deel van de sifon tot 0 mm onder de bovenkant met water.. Bevestig het onderste sifondeel aan de sifonbeker _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 7

18 7 Ingebruikname Als u de fout niet kunt verhelpen, breng dan de gas maatschappij op de hoogte. Sluit de gasafsluitkraan CO₂-gehalte controleren. Draai de meetnippelschroef () (onderste schroef) op het gasblok met behulp van een schroevendraaier los.. Sluit een manometer () aan de meetnippel () aan.. Open de gaskraan. 5. Neem het product met het controleprogramma P.0 in gebruik. 6. Meet de gasstroomdruk ten opzichte van de atmosfeer druk. Toegestane gasstroomdruk bij gebruik met aardgas G0:,7,5 kpa (7,0 5,0 mbar) Toegestane gasstroomdruk bij gebruik met aardgas G5:,7,0 kpa (7,0 0,0 mbar) 7. Stel het product buiten bedrijf. 8. Sluit de gasafsluitkraan. 9. Verwijder de manometer. 0. Draai de schroef van de meetnippel () vast.. Open de gaskraan.. Controleer de meetnippel op gasdichtheid. Voorwaarden: Gasstroomdruk niet in het toegestane bereik Opgelet! Kans op materiële schade en bedrijfsstoringen door verkeerde gasaansluitdruk! Als de gasaansluitdruk buiten het toege stane bereik ligt, dan kan dit tot storingen in de werking en tot schade aan het product leiden. Voer geen instellingen aan het product uit. Neem het product niet in gebruik.. Neem het product met het controleprogramma P.0 in gebruik.. Wacht minstens 5 minuten tot het product de werktem peratuur bereikt heeft.. Meet het CO₂ -gehalte aan de verbrandingsgasmeet aansluiting.. Vergelijk de meetwaarde met de betreffende waarde in de tabel. Instelwaarden CO₂ na 5 min ge bruik met vollast met gesloten voormantel CO₂ na 5 min ge bruik met vollast met afgenomen voor mantel Ingesteld voor Wobbe -index W₀ O₂ na 5 min gebruik met vollast met gesloten voormantel Eenheid Aardgas G0 Aardgas G5 Vol. % 9, ±,0 8, ±,0 Vol. % 9,0 ±,0 8,0 ±,0 kwh/m³ 5,0 5,0 Vol. %,55 ±,8 6,0 ±,8 5. Als de meetwaarden niet binnen het opgegeven bereik liggen, dan mag u het product niet in gebruik nemen. 6. Breng het serviceteam in dit geval op de hoogte. 7. Monteer de frontmantel. 7.0 Functie en dichtheid controleren Voor u het product aan de gebruiker overhandigt: Controleer de gasleiding, het verbrandingsgasafvoer systeem, de CV -installatie en de warmwaterleidingen op lekkages. Controleer of de VLT/VGA en de condensafvoerleidingen foutloos geïnstalleerd zijn. Controleer de voormantel op correcte montage CV-bedrijf controleren. Controleer of er een warmtevraag is.. Roep de Live monitor op. Als het product correct functioneert, dan verschijnt op het display S Warmwaterbereiding controleren Geldigheid: Product met geïntegreerde warmwaterbereiding. Draai een warmwaterkraan volledig open.. Roep de Live monitor op. Als de warmwaterbereiding correct functioneert, dan verschijnt op het display S.. 8 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

19 Aanpassing aan de CV-installatie Warmwaterbereiding controleren Geldigheid: Product alleen met CV -bedrijf. Zorg ervoor dat de boilermodus warmte vraagt.. Roep de Live monitor op. Als de boiler correct geladen wordt, verschijnt op het display S... Als u een thermostaat aangesloten hebt, waarop u de warmwatertemperatuur kunt instellen, dan zet u de warmwatertemperatuur aan de CV -ketel op de maxi maal mogelijke temperatuur.. Stel de gewenste temperatuur voor de aangesloten boiler aan de thermostaat in. Het product neemt de op de thermostaat ingestelde gewenste temperatuur over. 8 Aanpassing aan de CV-installatie 8. Diagnosecodes oproepen Instelmogelijkheden zijn te vinden in de diagnosecodes in het installateurniveau. Diagnosecodes - overzicht ( Pagina 7) Roep het installateurniveau op. ( Pagina ) 8. Branderwachttijd Om het frequent in - en uitschakelen van de brander en hier door energieverlies te vermijden, wordt steeds na het uit schakelen van de brander voor een bepaalde tijd een elek tronische herinschakelblokkering geactiveerd. De brander wachttijd is alleen voor CV -bedrijf actief. De warmwaterfunc tie wordt tijdens een lopende branderwachttijd niet beïnvloed door de tijdsinstelling (fabrieksinstelling: 0 min). 8.. Branderwachttijd instellen. Navigeer in het installateurniveau naar het diagnose punt D.00 en bevestig met.. Stel de branderwachttijd in en bevestig met. T aanvoer (gewenst) [ C] Ingestelde maximale branderwachttijd [min] ,0,0 8,5,5 6,5 0,5 5,0 5,0,0 7,5,0 5,0 8,5,0 0,0,5 6,5 0,0,0 6,5 9,5 5,0,0 6,0 8,5,5,0 7,0 50,0,0 5,0 7,5 9,5,0,0 55,0,5,5 6,0 8,0 0,0,5 60,0,0,5 5,0 6,0 7,5 9,0 65,0,5,5,5,5 5,5 6,5 70,0,5,0,5,5,0,5 75,0,0,0,0,0,0,0 T aanvoer (gewenst) [ C] Ingestelde maximale branderwachttijd [min] ,0,0 7,0,0 5,0 9,5 5 5,5 9,5,0 6,5 0,5,0 0,5 6,0 9,0,0 5,5 8,5 5 9,5,5 5,0 7,5 0,5,0 50 6,5 8,5,0,5 5,5 8,0 55,5 5,0 7,0 9,0 0,5,5 60 0,5,5,0,5 5,5 7,0 65 7,0 8,0 9,0 0,0,0,5 70,0,5 5,0 5,5 6,0 6,5 75,0,0,0,0,0,0 8.. Resterende branderwachttijd terugzetten Druk op. 8. Onderhoudsinterval instellen. Navigeer in het installateurniveau naar het diagnose punt D.08 en bevestig met.. Stel het onderhoudsinterval (bedrijfsuren) tot aan het volgende onderhoud in en bevestig met. Warmtevraag 5,0 kw 0,0 kw 5,0 kw 0,0 kw 5,0 kw Aantal personen.050 h.50 h.500 h.600 h.800 h.900 h.600 h h.800 h h > 7,0 kw h.000 h 8. Pompvermogen instellen Richtwaarden van de branderbedrijfsuren tot aan de volgende inspectie en het volgende onderhoud in een gemiddelde bedrijfstijd van een jaar (afhankelijk van het type installatie). Navigeer in het installateurniveau naar het diagnose punt D.0 en bevestig met.. Zet het pompvermogen op de gewenste waarde. Voorwaarden: Open verdeler geïnstalleerd Schakel de toerentalregeling uit en stel het pompvermo gen op een vaste waarde in _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 9

20 9 Verhelpen van storingen 8.. Restopvoerhoogte van de pomp 8... Pompkarakteristiek VC 86, VC 56, VCW 6, VCW 86 Resttransporthoogte [hpa] Debiet [l/h] 8.5 Overstroomklep instellen 00 00% PWM 80% 70% 60% 5% Opgelet! Kans op materiële schade door verkeerde instelling van de hoogefficiënte pomp Als de druk aan het overstroomventiel ver hoogd wordt (naar rechts draaien), dan kan het bij een ingesteld pompvermogen van min der dan 00% tot een foute werking komen. Stel in dit geval het pompvermogen via het diagnosepunt D.0 op 5 = 00%. Demonteer de voormantel. ( Pagina 9) Monteer de frontmantel. 8.6 Tapwaternaverwarming op zonne-energie instellen. Navigeer in het installateurniveau naar het diagnose punt D.058 en zet de waarde op.. Zorg ervoor dat de temperatuur aan de koudwateraan sluiting van het product niet meer dan 70 C bedraagt. 8.7 Product aan de gebruiker opleveren Plak na de installatie de meegeleverde sticker met het verzoek de handleiding te lezen in de taal van de gebrui ker op de voorkant van het product. Geef aan de gebruiker uitleg over positie en werking van de veiligheidsinrichtingen. Instrueer de gebruiker over de bediening van het product. Wijs de gebruiker vooral op de veiligheidsvoorschriften die hij in acht moet nemen. Informeer de gebruiker over de noodzaak om het product volgens de opgegeven intervallen te laten onderhouden. Overhandig de gebruiker alle handleidingen en product papieren, zodat hij/zij deze kan bewaren. Instrueer de gebruiker over getroffen maatregelen voor de VLT/VGA en wijs hem erop dat hij aan de VLT/VGA niets mag veranderen. Wijs de gebruiker erop dat hij geen explosieve of licht ontvlambare stoffen (bijv. benzine, papier, verf) in de op stellingsruimte van het product mag bewaren en gebrui ken. 9 Verhelpen van storingen 9. Servicemeldingen controleren verschijnt bijv. als u een onderhoudsinterval ingesteld hebt en dit verstreken is of als er servicemelding is. Het pro duct bevindt zich niet in de foutmodus. Roep de Live monitor op. ( Pagina 5) Voorwaarden: S.6 wordt weergegeven Regel de druk met de instelschroef (). Stand van de instelschroef Rechtse aan slag (helemaal naar onderen ge draaid) Middelste stand (5 draaien naar links) Vanuit de middel ste stand nog 5 draaien naar links Druk in MPa (mbar) 0,05 (50) 0,05 (50) 0,07 (70) Opmerking/toepassing Als de radiatoren bij fa brieksinstelling niet vol doende warm worden. In dit geval moet u de pomp op max. stand zetten. Fabrieksinstelling Als er geluiden aan radi atoren of radiatorkranen optreden Het product bevindt zich in de comfortveiligheidsmodus. Het product loopt met beperkt comfort verder nadat het een sto ring herkend heeft. Om vast te stellen of een component defect is, leest u het foutgeheugen uit. ( Pagina ) Aanwijzing Als er geen foutmelding voorhanden is, zal het product na een bepaalde tijd automatisch opnieuw naar het normale bedrijf wisselen. 0 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

21 Verhelpen van storingen 9 9. Fouten verhelpen Als er foutmeldingen (F.xx) optreden, verhelpt u de fout na controle van de tabel in de bijlage of m.b.v. de contro leprogramma's. ( Pagina 5) Overzicht foutcodes ( Pagina ) Als er meerdere fouten tegelijk optreden, dan geeft het display de bijbehorende foutmeldingen afwisselend gedurende telkens twee seconden weer. Druk op (max. keer) om het product opnieuw in gebruik te nemen. Als u de fout niet kunt verhelpen en deze ook na reset pogingen opnieuw optreedt, neem dan contact op met de klantenservice. 9. Foutgeheugen oproepen en wissen In het foutgeheugen zijn de 0 laatste foutmeldingen be schikbaar. Roep het installateurniveau op. ( Pagina ) Navigeer naar de foutcodes. Op het display wordt het aantal opgetreden fouten en de actueel opgeroepen fouten met foutnummer F.xx weergegeven. Druk op of om de verschillende foutmeldingen op te roepen. Navigeer in het installateurniveau naar het diagnosepunt D.09 om de volledige foutenlijst te wissen. Zet het diagnosepunt op de waarde en bevestig met. 9. Parameters naar fabrieksinstellingen resetten. Navigeer in het installateurniveau naar het diagnose punt D Zet het diagnosepunt op de waarde en bevestig met. 9.5 Reparatie voorbereiden. Stel het product buiten bedrijf.. Verbreek de verbinding van het product met het elektri citeitsnet.. Demonteer de voormantel. ( Pagina 9). Sluit de gasafsluitkraan. 5. Sluit de onderhoudskranen in de CV -aanvoerleiding en CV -retourleiding. 6. Sluit de onderhoudskraan in de koudwaterleiding. 7. Als u watervoerende componenten van het product wilt vervangen, dan dient u het product leeg te maken. 8. Zorg ervoor dat er geen water op stroomvoerende on derdelen (bijv. de elektronicabox) druppelt. 9. Gebruik alleen nieuwe afdichtingen Reserveonderdelen aankopen De originele componenten van het product zijn in het kader van de conformiteitskeuring meegecertificeerd. Als u bij het onderhoud of de reparatie geen meegecertificeerde originele Vaillant reserveonderdelen gebruikt, vervalt de conformiteit van het product. Daarom adviseren we u dringend originele Vaillant reserveonderdelen te monteren. Informatie over de beschikbare originele Vaillant reserveonderdelen vindt u op het aan de achterkant vermelde contactadres. Als u bij het onderhoud of de reparatie reserveonderde len nodig hebt, gebruik dan uitsluitend originele Vaillant reserveonderdelen. 9.6 Defecte componenten vervangen 9.6. Brander vervangen. Demonteer de compacte thermomodule. ( Pagina ). Maak de vier schroeven () aan de brander los.. Haal de brander eraf.. Monteer de nieuwe brander met een nieuwe afdichting (). 5. Bouw de compacte thermomodule in. ( Pagina 5) 9.6. Ventilator vervangen. Haal de luchtaanzuigbuis eraf.. Trek de stekker van het gasblok (7).. Trek de stekker van de ventilatormotor (6) door de grendelnok in te drukken.. Schroef ofwel de wartelmoer () op het gasblok of de wartelmoer (8) tussen de gasbuizen eraf. Beveilig de gasbuizen tegen verdraaien _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding

22 9 Verhelpen van storingen 5. Schroef drie schroeven () - () tussen mengbuis () en ventilatorflens eruit. 6. Haal de volledige eenheid ventilator/gasblok uit het product. 7. Draai de beide bevestigingsschroeven () aan het gas blok eruit en haal de ventilator van het gasblok. 8. Vervang de defecte ventilator of het defecte gasblok. 9. Monteer het gasblok en de ventilator in dezelfde positie t.o.v. elkaar, zoals ze voordien in elkaar gezet waren. Gebruik nieuwe pakkingen. 0. Schroef de ventilator aan het gasblok vast.. Als u de gasbuis gedemonteerd had, schroef dan nu de wartelmoer van de gasbuis () eerst alleen los aan het gasblok. Draai de wartelmoer pas na de inbouwwerk zaamheden aan het gasblok vast.. Bouw de volledige eenheid ventilator/gasblok in omge keerde volgorde opnieuw in. Gebruik hierbij absoluut een nieuwe afdichting (5).. Neem de aanschroefvolgorde van de drie schroeven tussen ventilator en mengbuis volgens de nummering () () en ()in acht.. Schroef de wartelmoer () aan het gasblok en de war telmoer (8) tussen de gasbuizen vast. Beveilig hierbij de gasbuis tegen het verdraaien. Gebruik nieuwe pak kingen. 5. Voer na beëindiging van de werkzaamheden een dicht heidscontrole (functiecontrole) uit. ( Pagina 8) 9.6. Gasblok vervangen Als u het gasblok moet vervangen, neem dan contact op met de Vaillant -fabrieksklantenservice Warmtewisselaar vervangen. Maak het product leeg. ( Pagina 5). Demonteer de compacte thermomodule. ( Pagina ). Trek de condensafvoerslang van de warmtewisselaar af.. Trek de klemmen () en () aan de aanvoeraansluiting en aan de retouraansluiting eraf. 5. Maak de aanvoeraansluiting los. 6. Maak de retouraansluiting los. 7. Verwijder telkens twee schroeven () aan de beide hou ders. 8. Verwijder de onderste drie schroeven () aan het ach terste deel van de houder. 9. Zwenk de houder rond de bovenste schroef () opzij. 0. Trek de warmtewisselaar naar onderen en naar rechts en haal hem uit het product.. Monteer de nieuwe warmtewisselaar in omgekeerde volgorde.. Vervang de pakkingen. Aanwijzing Om u te helpen bij het monteren kunt u wa ter of in de handel verkrijgbare zeep gebrui ken in de plaats van vetten.. Steek de aanvoer - en retouraansluiting tot aan de aan slag in de warmtewisselaar.. Zorg voor correcte aanbrenging van de klemmen aan aanvoer - en retouraansluiting. 5. Bouw de compacte thermomodule in. ( Pagina 5) 6. Vul en ontlucht het product en, indien nodig, de CV installatie. ( Pagina 6) Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

23 Inspectie en onderhoud Expansievat vervangen. Maak het product leeg. ( Pagina 5) 6. Voer de installatiespecifieke instellingen uit. 9.7 Reparatie afsluiten. Breng de stroomvoorziening tot stand.. Schakel het product opnieuw in als dat nog niet ge beurd is. ( Pagina 5). Monteer de frontmantel.. Open alle onderhoudskranen en de gasafsluitkraan. 5. Controleer functie en dichtheid. ( Pagina 8). Maak de schroefverbinding () los.. Verwijder de beide schroeven () van de klemplaat ().. Haal de klemplaat () eraf. 5. Trek het expansievat () er naar voren toe uit. 6. Plaats het nieuwe expansievat in het product. 7. Schroef het nieuwe expansievat aan de wateraanslui ting vast. Gebruik daarbij een nieuwe afdichting. 8. Bevestig de klemplaat met de beide schroeven (). 9. Vul en ontlucht het product en, indien nodig, de CV installatie ( Pagina 6) Printplaat of display vervangen Aanwijzing Als u slechts een component vervangt, dan neemt het nieuwe component bij het inschakelen van het product de vooraf ingestelde parameters over van het component dat niet is vervangen.. Open de elektronicabox. ( Pagina ). Vervang de printplaat of het display conform de bijgele verde montage - en installatiehandleidingen.. Sluit de elektronicabox Printplaat en display vervangen. Open de elektronicabox. ( Pagina ). Vervang de printplaat en het display conform de bijgele verde montage - en installatiehandleidingen.. Sluit de elektronicabox.. Druk op de aan -/uittoets van het product. ( Pagina 5) U gaat automatisch naar de instelling van de toeste lidentificatie D Stel volgens de volgende tabel de juiste waarde voor het betreffende producttype in en bevestig met. Nummer van het producttype VC BE 86/5 5 VC BE 56/5 A 5 0 Inspectie en onderhoud Neem de minimale inspectie - en onderhoudsintervallen in acht. Afhankelijk van de resultaten van de inspectie kan een vroeger onderhoud nodig zijn. Inspectie - en onderhoudswerkzaamheden overzicht ( Pagina 6) 0. Compacte thermomodule demonteren Aanwijzing De bouwgroep compacte thermomodule bestaat uit vier hoofdcomponenten: toerentalgeregelde ventilator, gas/luchtmodule, gastoevoer (mengbuis) met branderflens, voorgemengde brander. Gevaar! Levensgevaar en kans op materiële schade door hete verbrandingsgassen! Afdichting, isolatiemat en zelfborgende moe ren aan de branderflens mogen niet bescha digd zijn. Anders kunnen hete verbrandings gassen lekken en tot verwondingen en mate riële schade leiden. Vervang telkens na het openen van de branderdeur de afdichting. Vervang telkens na het openen van de branderflens de zelfborgende moeren op de branderflens. Als de isolatiemat aan de branderflens of aan de achterkant van de warmtewisse laar tekenen van beschadiging vertoont, vervang dan de isolatiemat.. Schakel het product met de aan -/uittoets uit.. Sluit de gasafsluitkraan.. Demonteer de voormantel. ( Pagina 9). Klap de elektronicabox naar voren. VCW BE 6/5 A 5 VCW BE 86/5 A 5 De elektronica is nu ingesteld op het producttype en de parameters van alle diagnosecodes komen overeen met de fabrieksinstellingen _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding

24 0 Inspectie en onderhoud 0. Warmtewisselaar reinigen. Bescherm de naar beneden geklapte elektronicabox tegen spatwater. 5. Draai de klemschroef () eruit en haal de luchtaanzuig buis () van de aanzuigaansluiting. 6. Schroef ofwel de wartelmoer aan het gasblok () of de wartelmoer () tussen de gasbuizen af. 7. Draai in geen geval de vier moeren los aan de borst bouten () en draai ze in geen geval na.. Reinig de verwarmingsspiraal () van de warmtewisse laar () met water of indien nodig met azijn (tot max. 5% zuur). Laat de azijn 0 minuten lang op de warmtewis selaar inwerken.. Spoel het losgekomen vuil met een scherpe waterstraal af of gebruik een kunststofborstel. Richt de waterstraal niet direct op de isolatiemat () aan de achterkant van de warmtewisselaar. Het water loopt uit de warmtewisselaar door de si fonbeker weg. 0. Brander controleren Trek de stekker van de ontstekingsleiding (5) en aar dingsleiding (6) van de ontstekingselektrode. 8. Trek de stekker () aan de ventilatormotor eraf. 9. Trek de stekker () aan het gasblok eraf. 0. Schroef de vier moeren (7) eraf.. Trek de complete compacte thermomodule () van de warmtewisselaar ().. Controleer de brander en de warmtewisselaar op schade en verontreinigingen.. Indien nodig, reinig of vervang dan de componenten volgens de volgende paragrafen.. Bouw een nieuwe branderflensafdichting in. 5. Controleer de isolatiemat aan de branderflens en aan de achterwand van de warmtewisselaar. Als u tekenen van schade vaststelt, vervang dan telkens de relevante isolatiemat.. Controleer het oppervlak van de brander () op bescha digingen. Als u schade vaststelt, vervang dan de bran der.. Bouw een branderflensafdichting () in.. Controleer de isolatiemat () aan de branderflens. Als u tekenen van schade vaststelt, vervang dan de isolatie mat. Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

25 Inspectie en onderhoud 0 0. Sifonbeker reinigen. Haal het onderste sifondeel () eraf.. Spoel het onderste deel van de sifon met water uit.. Vul het onderste deel van de sifon tot ca. 0 mm onder de bovenkant met water.. Bevestig het onderste sifondeel aan de sifonbeker. 0.5 Zeef in koudwateringang reinigen Geldigheid: Product met geïntegreerde warmwaterbereiding 0.6 Compacte thermomodule inbouwen Sluit de koudwaterstopkraan.. Maak het toestel aan warmwaterzijde leeg.. Schroef de wartelmoer () en de contramoer () aan de behuizing van het product af.. Steek de compacte thermomodule () op de warmte wisselaar ().. Draai de vier nieuwe moeren (7) kruiselings vast tot de branderflens gelijkmatig tegen de aanslagvlakken zit. Aanhaalmoment: 6 Nm. Steek de stekkers () tot (6) er opnieuw op.. Sluit de gasleiding met een nieuwe afdichting aan. Be veilig hierbij de gasbuis tegen het verdraaien. 5. Open de gaskraan. 6. Zorg ervoor dat er geen ondichtheden zijn. 7. Controleer of de afdichtingsring in de luchtaanzuigbuis goed in de uitsparing zit. 8. Steek de luchtaanzuigbuis opnieuw op de aanzuigaan sluiting. 9. Bevestig de luchtaanzuigbuis met de klemschroef. 0. Controleer de gasstroomdruk. 0.7 Product leegmaken. Klap de elektronicabox naar voren. 5. Trek de klem () eruit. 6. Haal de buis () uit het product. 7. Spoel de zeef onder een waterstraal tegen de stro mingsrichting uit. 8. Als de zeef beschadigd is, of niet meer voldoende ge reinigd kan worden, vervang de zeef dan. 9. Plaats de buis er opnieuw in. 0. Steek de klem er weer in.. Gebruik altijd nieuwe afdichtingen en schroef de wartel moeren en de contramoer opnieuw vast.. Open de koudwaterstopkraan.. Sluit de onderhoudskranen van het product.. Start het controleprogramma P.06 (middelste stand driewegklep).. Open de aftapventielen.. Zorg ervoor dat de kap van de snelontluchter aan de interne pomp geopend is opdat het product volledig geleegd wordt. 0.8 Voordruk van het interne expansievat controleren. Sluit de onderhoudskranen en maak het product leeg.. Meet de voordruk van het expansievat aan de klep van het vat. Voorwaarden: Voordruk < 0,075 MPa (0,75 bar) Vul het expansievat, idealiter met stikstof, anders met lucht, bij. Zorg ervoor dat de ontluchtingsklep tijdens het bijvullen geopend is.. Als er bij de klep van het expansievat water naar buiten komt, moet u het expansievat vervangen. ( Pagina ). Vul de CV -installatie. ( Pagina 6) 5. Ontlucht de verwarmingsinstallatie. ( Pagina 7) _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 5

26 Buitenbedrijfstelling 0.9 Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden afsluiten Nadat u alle onderhoudswerkzaamheden hebt afgesloten: Controleer de gasstroomdruk. ( Pagina 7) Controleer het CO₂ -gehalte. ( Pagina 8) Stel evt. het onderhoudsinterval opnieuw in. ( Pagina 9) Buitenbedrijfstelling. Product tijdelijk buiten bedrijf stellen Druk op de aan -/uittoets. Het display gaat uit. Sluit de gasafsluitkraan. Sluit bij combiproducten en producten met aangesloten warmwaterboiler bijkomend de koudwaterstopkraan aan.. Product buiten bedrijf stellen Druk op de aan -/uittoets. Het display gaat uit. Verbreek de verbinding van het product met het elektrici teitsnet. Sluit de gasafsluitkraan. Sluit de koudwaterstopkraan. Maak het product leeg. ( Pagina 5) Recycling en afvoer Verpakking afvoeren Voer de verpakking reglementair af. Neem alle relevante voorschriften in acht. Serviceteam N.V. Vaillant S.A. Golden Hopestraat 5 B -60 Drogenbos Belgien, Belgique, België Klantendienst: Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

27 Bijlage Bijlage A Diagnosecodes - overzicht Code Parameter Waarden of verklaringen D.000 CV -deellast Instelbare CV -deellast in kw D.00 Nalooptijd interne pomp voor CV bedrijf D.00 Max. branderwachttijd verwarming bij 0 C aanvoertemperatuur auto: product past max. deellast automatisch aan de actuele behoefte van de installatie aan Fabrieksinstelling auto 60 min 5 min 60 min 0 min Eigen instelling D.00 Warmwater temp. gemeten in C niet verstel baar D.00 Meetwaarde van de warmwatersen sor D.005 Gewenste aanvoertemperatuur (of gewenste retourtemperatuur) D.006 Gewenste waarde warmwatertem peratuur (alleen product met geïnte greerde warmwaterbereiding) D.007 Gewenste waarde warmstarttempe ratuur (alleen product met geïnte greerde warmwaterbereiding) Boilertemperatuur gewenste waarde (alleen product alleen met CV -be drijf) in C, max. van de in d.07 ingestelde waarde, begrensd door een ebus -thermostaat, indien aangesloten niet verstel baar niet verstel baar 5 65 niet verstel baar C is vorstbeveiliging, dan 0 tot 70 C (max. tempe ratuur onder D.00 instelbaar) D.008 Kamerthermostaat aan klemmen RT Kamerthermostaat geopend (geen warmtevraag) D.009 Gewenste waarde van externe ebus thermostaat Kamerthermostaat gesloten (warmtevraag) in C niet verstel baar niet verstel baar niet verstel baar D.00 Status interne pomp = aan, 0 = uit niet verstel baar D.0 Status externe CV -pomp - 00 =aan, 0 = uit niet verstel baar D.0 Status boilerlaadpomp = aan, 0 = uit niet verstel baar D.0 Status warmwater - circulatiepomp = aan, 0 = uit niet verstel baar D.0 Pomp snelheid ingesteld (hoogeffici ënte pomp) D.05 Pomptoerental werkelijke waarde (hoogefficiënte pomp) D.06 Kamerthermostaat V DC geo pend/gesloten D.07 Omschakeling aanvoer -/retourtempe ratuurregeling verwarming Gewenste waarde hoogefficiënte pomp in %. Mogelijke instellingen: 0 = auto = 5 = 60 = 70 = 85 5 = 00 Werkelijke waarde hoogefficiënte pomp in % 0 = kamerthermostaat geopend/cv -bedrijf uit = kamerthermostaat gesloten/cv -bedrijf aan Regelingswijze: 0 = aanvoer, = retour Retour: functie van de automatische berekening van het verwarmingsvermogen niet actief. Max. mogelijke CV deellast, indien D.000 op Auto. 0 = auto 0 = aanvoer niet verstel baar niet verstel baar _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 7

28 Bijlage Code Parameter Waarden of verklaringen D.08 Instelling van de pompmodus = Comfort (verder lopende pomp) Interne pomp wordt ingeschakeld, indien CV -aanvoer temperatuur niet op Verwarming uit en warmtevraag via externe thermostaat vrijgeschakeld = Eco (intermitterende pomp) Interne pomp wordt na afloop van de nalooptijd iedere 5 minuten voor 5 minuten ingeschakeld Fabrieksinstelling = Eco Eigen instelling D.09 Modus van de -traps pomp niet relevant niet verstel baar D.00 Max. instelwaarde voor gewenste boilerwaarde D.0 Vraag warm water (via C/C, vleu gelwiel of APC) D.0 Zomer -/winterstand (verwarming aan/uit) D.05 Warmwaterbereiding vrijgegeven door ebus -thermostaat D.06 Aansturing hulprelais niet relevant D.07 Omschakeling relais naar de uit 7 multifunctionele module VR 0 D.08 Omschakeling relais naar de uit 7 multifunctionele module VR 0 Instelbereik C (actostor 65 C) 65 C 0= aan, = uit niet verstel baar = verwarming aan, 0 = verwarming uit (zomermodus) niet verstel baar = aan, 0 = uit niet verstel baar = circulatiepomp = externe pomp = boilerlaadpomp = afzuigkap 5 = externe magneetklep 6 = externe storingsmelding 7 = zonnepomp (niet actief) 8 = afstandsbediening ebus (niet actief) 9 = legionellabeveiligingspomp (niet actief) 0 = zonneklep (niet actief) = circulatiepomp = externe pomp = boilerlaadpomp = afzuigkap 5 = externe magneetklep 6 = externe storingsmelding 7 = zonnepomp (niet actief) 8 = afstandsbediening ebus (niet actief) 9 = legionellabeveiligingspomp (niet actief) 0 = zonneklep (niet actief) = externe pomp = externe pomp D.0 Gewenste waarde ventilatortoerental In rpm niet verstel baar D.0 Actuele waarde ventilatortoerental In rpm niet verstel baar D.05 Stand van de driewegklep 0 = CV -bedrijf 0 = parallel bedrijf (middelste stand) 00 = warmwaterbedrijf niet verstel baar D.06 Warmwaterdebiet (stromingssensor) in l/min niet verstel baar D.09 Zonne -inlooptemperatuur Werkelijke waarde in C niet verstel baar D.00 Aanvoertemperatuur Werkelijke waarde in C niet verstel baar D.0 Retourtemperatuur Werkelijke waarde in C niet verstel baar D.0 Gedigitaliseerde ionisatiewaarde Weergavebereik 0 tot 00 > 800 geen vlam < 00 goed vlambeeld niet verstel baar 8 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

29 Bijlage Code Parameter Waarden of verklaringen D.06 Soort pomp 0 = uitschakelen via relais D.07 Buitentemperatuur (met weersafhan kelijke Vaillant thermostaat) = uitschakelen via PWM Werkelijke waarde in C Fabrieksinstelling 0 = uitscha kelen via relais D.050 Offset voor minimaal toerental in rpm, instelbereik: 0 tot 000 Nominale waarde af fabriek ingesteld D.05 Offset voor maximaal toerental in rpm, instelbereik: -990 tot 0 Nominale waarde af fabriek ingesteld D.058 Activering naverwarming zonne energie (alleen product met geïnte greerde warmwaterbereiding) D.060 Aantal uitschakelingen door tempera tuurbegrenzer 0 = naverwarming via zonne -energie gedeactiveerd = WW -activering gewenste waarde minimum 60 C; thermostatische mengklep tussen product en tappunt nodig Aantal uitschakelingen 0 = naver warming via zonne energie ge deactiveerd Eigen instelling niet verstel baar niet verstel baar D.06 Aantal storingen branderautomaat Aantal mislukte ontstekingen bij laatste poging niet verstel baar D.06 Gemiddelde ontstekingstijd In seconden niet verstel baar D.065 Maximale ontstekingstijd In seconden niet verstel baar D.067 Resterende branderwachttijd In minuten niet verstel baar D.068 Mislukte ontstekingen bij e poging Aantal mislukte ontstekingen niet verstel baar D.069 Mislukte ontstekingen bij e poging Aantal mislukte ontstekingen niet verstel baar D.070 Instellen stand driewegklep 0 = normaal bedrijf D.07 Gewenste waarde max. aanvoertem peratuur verwarming D.07 Nalooptijd interne pomp na boilerla ding = parallel bedrijf (middelste stand) = permanente stand CV -bedrijf Instelbaar van 0-0 minuten in stappen van minuut D.07 Gewenste warme start offset Instelbaar van -5 K tot 5 K 0 D.07 Legionellabeveiligingsfunctie actostor D.075 Max. laadtijd voor warmwaterboiler zonder eigen regeling D.076 Toestelidentificatie Device specific number = DSN) D.077 Begrenzing van het boilerlaadvermo gen in kw D.078 Begrenzing van de boilerlaadtempe ratuur in C 0 = uit = aan 0 = normaal bedrijf min = aan 0-90 min 5 min 5 = VC BE 86/5 -; VCW BE 6/5 -A 5 = VC BE 56/5 -A; VCW BE 86/5 -A Instelbaar boilerlaadvermogen in kw 50 C - 80 C Aanwijzing De gekozen waarde moet min. 5 K resp. 5 C boven de ingestelde gewenste boilerwaarde liggen. niet verstel baar D.080 Bedrijfsuren verwarming in h niet verstel baar D.08 Bedrijfsuren warmwaterbereiding in h niet verstel baar D.08 Aantal branderstarts in CV -bedrijf Aantal branderstarts niet verstel baar 75 C _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 9

30 Bijlage Code Parameter Waarden of verklaringen D.08 Aantal branderstarts in warmwater bedrijf D.08 Onderhoudsindicatie: aantal uren tot de volgende onderhoudsbeurt D.088 Inschakelvertraging voor warmwater tapherkenning via vleugelwiel (alleen product met geïntegreerde warmwa terbereiding) Aantal branderstarts Instelbereik: 0 tot 000 h en " - - -" voor gedeactiveerd 0 =,5 l/min en geen vertraging, =,7 l/min en s vertraging Fabrieksinstelling - - -,5 l/min en geen vertraging Eigen instelling niet verstel baar D.090 Status digitale thermostaat = herkend, 0 = niet herkend niet verstel baar D.09 Status DCF bij aangesloten buiten temperatuurvoeler 0= geen ontvangst = ontvangst = gesynchroniseerd = geldig niet verstel baar D.09 actostor moduleherkenning niet relevant niet verstel baar D.09 Instelling toestelidentificatie (DSN = Device specific number) Instelbereik: 0 tot 99 D.09 Foutcode historie verwijderen Wissen van de foutlijst 0 = nee = ja D.095 Softwareversie PeBUS -componenten Printplaat (BMU) Display (AI) HBI/VR D.096 Fabrieksinstelling Reset van alle instelbare parameters naar fabrieksinstel ling 0 = nee = ja niet verstel baar B Statuscodes - overzicht Statuscode Betekenis CV -bedrijf S.00 Verwarming geen warmtevraag S.0 CV -bedrijf ventilatorstart S.0 CV -bedrijf pompvoorloop S.0 CV -bedrijf ontsteking S.0 CV -bedrijf brander aan S.05 CV -bedrijf pomp -/ventilatornaloop S.06 CV -bedrijf ventilatornaloop S.07 CV -bedrijf pompnaloop S.08 CV -bedrijf restwachttijd Warmwaterbedrijf (product met geïntegreerde warmwaterberei ding) S.0 Warmwatervraag door stromingssensor S. Warmwaterbedrijf ventilatorstart S. Warmwaterbedrijf ontsteking S. Warmwaterbedrijf brander aan S.5 Warmwaterbedrijf pomp -/ventilatornaloop S.6 Warmwaterbedrijf ventilatornaloop S.7 Warmwaterbedrijf pompnaloop Comfortmodus warme start of warmwaterbedrijf met boiler S.0 Warmwateraanvraag S. Warmwaterbedrijf ventilatorstart 0 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

31 Bijlage Statuscode Betekenis S. Warmwaterbedrijf pompvoorloop S. Warmwaterbedrijf ontsteking S. Warmwaterbedrijf brander aan S.5 Warmwaterbedrijf pomp -/ventilatornaloop S.6 Warmwaterbedrijf ventilatornaloop S.7 Warmwaterbedrijf pompnaloop S.8 Warm water branderwachttijd Andere S.0 Kamerthermostaat (RT) blokkeert CV vraag S. Zomermodus actief of geen warmtevraag door ebus -thermostaat S. Wachttijd wegens afwijking ventilatortoerental S. Vorstbeveiligingsfunctie actief S.7 Wachttijd ventilatoruitval tijdens het bedrijf S.9 burner off contact is geactiveerd (bijv. aanleg thermostaat of condenspomp) S. Waterdruk >,8 bar S. Terugmelding van de verbrandingsgasklep blok keert branderfunctie (alleen in combinatie met toebehoren VR 0) of condenspomp defect, warmtevraag wordt geblokkeerd S.6 Comfortbeveiligingsmodus vlamverlies minimum last S.5 Product bevindt zich in de wachttijd van de mo dulatieblokkering/blokkeringsfunctie op grond van watergebrek (spreiding aanvoer -retour te groot) S.5 Product bevindt zich in de wachttijd van de blok keringsfunctie op grond van watergebrek (tempe ratuurgradiënt) S.57 Wachttijd comfortbeveiligingsmodus S.58 Modulatiebegrenzing wegens geluidsvor ming/wind S.76 Installatiedruk te gering. Water bijvullen. S.96 Retourvoelertest loopt, verwarmingsvragen zijn geblokkeerd. S.97 Waterdruksensortest loopt, verwarmingsvragen zijn geblokkeerd. S.98 Aanvoer -/retourvoelertest loopt, verwarmingsvra gen zijn geblokkeerd. C Overzicht foutcodes Code Betekenis Oorzaak F.00 Onderbreking aanvoertemperatuurvoeler NTC -stekker niet aangesloten of los, multistekker op de printplaat niet correct aangesloten, onderbreking in de kabelboom, NTC defect F.0 Onderbreking retourtemperatuurvoeler NTC -stekker niet aangesloten of los, multistekker op de printplaat niet correct aangesloten, onderbreking in de kabelboom, NTC defect F.0 Kortsluiting aanvoertemperatuurvoeler NTC defect, kortsluiting in de kabelboom, kabel/behuizing F. Kortsluiting retourtemperatuurvoeler NTC defect, kortsluiting in de kabelboom, kabel/behuizing F.0 Veiligheidsuitschakeling: temperatuurbegrenzer Massaverbinding kabelboom naar het product niet correct, aanvoer - of retour -NTC defect (loszittend contact), zwarte ontlading via ontstekings kabel, ontstekingsstekker of ontstekingselektrode F. Veiligheidsuitschakeling: watergebrek Geen of te weinig water in het product, waterdruksensor defect, kabel naar de pomp of waterdruksensor los/niet aangesloten/defect _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding

32 Bijlage Code Betekenis Oorzaak F. Veiligheidsuitschakeling: temperatuurspreiding te groot F. Veiligheidsuitschakeling: temperatuurstijging te snel F.5 Veiligheidsuitschakeling: verbrandingsgastemperatuur te hoog Pomp geblokkeerd, minder vermogen van de pomp, lucht in het product, aanvoer - en retour -NTC verwisseld Pomp geblokkeerd, minder vermogen van de pomp, lucht in het product, systeemdruk te laag, zwaartekrachtrem geblokkeerd/verkeerd ingebouwd Steekverbinding optionele verbrandingsgas -veiligheidstemperatuurbe grenzer onderbroken, onderbreking in de kabelboom F.6 Fout: gasblok zonder functie Gasblokstappenmotor niet aangesloten, multistekker op de printplaat niet correct aangesloten, onderbreking in de kabelboom, gasblokstappenmo tor defect, elektronica defect F.7 Veiligheidsuitschakeling: vlamsimulatie Vocht op de elektronica, elektronica (vlambewaking) defect, elektromag netische gasklep lek F.8 Uitval bij aanloop: ontsteking mislukt Gasteller defect of gasdrukmeter is uitgevallen, lucht in het gas, gas stroomdruk te gering, thermische afsluitvoorziening geactiveerd, conden straject verstopt, verkeerd gasmondstuk, verkeerd ET -gasblok, storing bij het gasblok, multistekker op de printplaat niet correct aangesloten, onderbreking in de kabelboom, ontstekingssysteem (ontstekingstrafo, ontstekingskabel, ontstekingsstekker, ontstekingselektrode) defect, on derbreking van de ionisatiestroom (kabel, elektrode), verkeerde aarding van het product, elektronica defect F.9 Uitval tijdens werking: opnieuw ontsteken zonder succes Gastoevoer tijdelijk onderbroken, verbrandingsgasrecirculatie, conden straject verstopt, foute aarding van het product, ontstekingstransformator heeft ontstekingsweigeringen F. Fout ventilator Stekker op ventilator niet correct aangesloten, multistekker op de print plaat niet correct aangesloten, onderbreking in de kabelboom, ventilator geblokkeerd, Hallsensor defect, elektronica defect F.9 Fout ebus Kortsluiting bij de ebus, ebus -overbelasting of twee spanningsvoorzie ningen met verschillende polariteiten op de ebus F.6 Aansturingsfout gasblok Gasblok kan niet aangestuurd worden Kabelboomtoevoerleiding naar het gasblok defect (massasluiting, kortsluiting) Gasblok defect Printplaat defect F.6 Uitschakelvertraging gasblok Vertraagde uitschakeling van het gasblok gedetecteerd Vreemd licht (ontstekings - en bewakingselektrode vertoont een vertraagd uitgaan van het vlamsignaal) Gasblok defect Printplaat defect F.6 Fout EEPROM Elektronica defect F.6 Fout elektronica/ntc Kortsluiting aanvoer - of retour -NTC, elektronica defect F.65 Storing elektronicatemperatuur Elektronica door externe inwerking te heet, elektronica defect F.67 Storing elektronica/vlam Ongeldig vlamsignaal, elektronica defect F.68 Fout instabiel vlamsignaal Lucht in het gas, gasstroomdruk te gering, verkeerd luchtgetal, conden straject verstopt, verkeerd gasmondstuk, onderbreking van de ionisatie stroom (kabel, elektrode), verbrandingsgasrecirculatie, condenstraject F.70 Ongeldige toestel-id (DSN) Werden er reserveonderdelen ingebouwd: display en printplaat tegelijk vervangen en toestel -ID niet opnieuw ingesteld, verkeerde of ontbre kende codeerweerstand van de vermogensgrootheid F.7 Fout aanvoertemperatuurvoeler Aanvoertemperatuurvoeler meldt constante waarde: Aanvoertemperatuurvoeler ligt niet juist tegen de aanvoerbuis Aanvoertemperatuurvoeler defect F.7 Fout aanvoer- en/of retourtemperatuurvoeler Temperatuurverschil aanvoer -/retour -NTC te groot aanvoer - en/ of retourtemperatuurvoeler defect F.7 Signaal waterdruksensor in verkeerd bereik (te laag) F.7 Signaal waterdruksensor in verkeerd bereik (te hoog) Onderbreking/kortsluiting waterdruksensor, onderbreking/kortsluiting naar GND in toevoerleiding waterdruksensor of waterdruksensor defect Leiding naar de waterdruksensor heeft een kortsluiting met 5V/V of interne fout in de waterdruksensor Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

33 Bijlage Code Betekenis Oorzaak F.75 Fout geen druksprongherkenning bij het starten van de pomp Waterdruksensor en/of pomp defect, lucht in de CV -installatie, te weinig water in het product; instelbare bypass controleren, extern expansievat aan de retour aansluiten F.77 Fout verbrandingsgasklep/condenspomp Geen bevestiging verbrandingsgasklep of condenspomp defect F.78 Onderbreking warmwateruitloopvoeler aan de externe regelaar F.8 Fout temperatuurwijziging aanvoer- en/of retourtemperatuurvoeler F.8 Fout temperatuurverschil aanvoer-/retourtemperatuursensor niet plausibel F.85 Fout aanvoer- of retourtemperatuurvoeler verkeerd gemonteerd Communicatiefout Geen communicatie met de printplaat UK link box is aangesloten, maar de warmwater -NTC is niet overbrugd Bij branderstart wordt geen of een te kleine temperatuurwijziging aan de aanvoer - of retourtemperatuurvoeler geregistreerd. Te weinig water in het product Aanvoer - of retourtemperatuurvoeler ligt niet juist tegen de buis Aanvoer - en retourtemperatuurvoeler melden niet plausibele waarden. Aanvoer - en retourtemperatuurvoeler zijn verwisseld Aanvoer - en retourtemperatuurvoeler zijn niet correct gemonteerd Aanvoer - en/of retourtemperatuurvoeler zijn op dezelfde/foute buis ge monteerd Communicatiefout tussen display en printplaat in de elektronicabox _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding

34 Bijlage D Bedradingsschema's D. Aansluitschema product alleen voor CV-bedrijf B.off RT BUS V Burner Off RT V BUS V Hallsignal PWM 5 Masse 6 M C C V 0V~ 8 L N 0V~ T Fuse 8 CH Pump L N 6 7 Hoofdprintplaat Printplaat bedieningsveld Buitentemperatuurvoeler, aanvoertemperatuurvoeler (optioneel, extern), DCF -ontvanger Afstandsbediening circulatiepomp 5 Gasblok 6 Retourtemperatuurvoeler 7 Aanvoertemperatuurvoeler 8 Ventilator 9 Aanlegthermostaat/Burner off 0 V DC kamerthermostaat Busaansluiting (thermostaat/kamerthermostaat digitaal) Driewegklep Waterdruksensor Boilertemperatuurvoeler 5 Boilercontact "C/C" 6 Interne pomp 7 Ontstekingselektrode Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

35 Bijlage D. Aansluitschema product met geïntegreerde warmwaterbereiding V Hallsignal PWM 5 Masse Burner Off RT V BUS B.off RT BUS M 5 V V 0V~ 8 L N 0V~ T 8 Fuse CH Pump RT * L N 6 7 Hoofdprintplaat Printplaat bedieningsveld Buitentemperatuurvoeler, aanvoertemperatuurvoeler (optioneel, extern), DCF -ontvanger Afstandsbediening circulatiepomp 5 Gasblok 6 Retourtemperatuurvoeler 7 Aanvoertemperatuurvoeler 8 Ventilator 09 Aanlegthermostaat/Burner off 0 V DC kamerthermostaat Busaansluiting (thermostaat/kamerthermostaat digitaal) Driewegklep Waterdruksensor Stromingssensor 5 Warmestartsensor 6 Interne pomp 7 Ontstekingselektrode * producttypeafhankelijk _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 5

36 Bijlage E Inspectie- en onderhoudswerkzaamheden overzicht De volgende tabel geeft de vereisten van de fabrikant i.v.m. minimale inspectie - en onderhoudsintervallen weer. Als natio nale voorschriften en richtlijnen kortere inspectie - en onderhoudsintervallen vereisen, neem dan in de plaats daarvan deze intervallen in acht. Nr. 5 6 Werkzaamheden Controleer de VLT/VGA op dichtheid en reglementaire bevestiging. Zorg ervoor dat deze niet verstopt of beschadigd is en in overeenstemming met de relevante montagehandleiding correct gemonteerd werd. Controleer het product op algemene toestand. Verwijder verontreinigingen aan het product en in de onderdrukkamer. Voer een visuele controle van de algemene toestand van het thermoblok uit. Let hierbij vooral op tekenen van corrosie, roest en andere schade. Als er u schade opvalt, voer dan het nodige onderhoud uit. Controleer de gasaansluitdruk bij maximale warmtebelasting. Als de gasaansluitdruk niet in het correcte bereik ligt, voer dan het nodige onderhoud uit. Controleer het CO₂ -gehalte (het luchtgetal) van het product en stel deze evt. opnieuw in. Noteer dit. Verbreek de verbinding van het product met het elektriciteitsnet. Controleer de elektrische steek verbindingen en aansluitingen op goede zitting en corrigeer deze eventueel. Inspectie (jaarlijks) Onderhoud (min. om de jaar) 7 Sluit de gasafsluitkraan en de onderhoudskranen. 8 Maak het product aan de waterzijde leeg. Controleer de voordruk van het expansievat, vul het evt. bij (ca. 0,0 MPa/0, bar onder vuldruk van de installatie). 9 Demonteer de compacte thermomodule. 0 Controleer de isolatiematten in het verbrandingsbereik. Als u schade vaststelt, dan dient u de isolatiematten te vervangen. Vervang de branderflensafdichting bij elke opening en bij elk onder houd. Reinig de warmtewisselaar. Controleer de brander op schade en vervang deze evt. Controleer de sifonbeker in het product, reinig en vul de deze eventueel. Bouw de compacte thermomodule in. Attentie: vervang de afdichtingen! Alleen product met geïntegreerde warmwaterbereiding: vervang de secundaire warmtewisselaar als de waterhoeveelheid onvoldoende is of als de uitlooptemperatuur niet bereikt wordt. Alleen product met geïntegreerde warmwaterbereiding: reinig de zeef in de koudwateringang. Als de verontreinigingen niet meer verwijderd kunnen worden of als de zeef beschadigd is, vervang de zeef dan. Controleer in dit geval ook de stromingssensor op vervuiling en beschadigingen, reinig de sensor (geen perslucht gebruiken!) en vervang deze bij beschadigingen. Open de gasafsluitkraan, verbind het product opnieuw met het stroomnet en schakel het product in. Open de onderhoudskranen, vul product/cv -installatie tot 0, - 0, MPa/,0 -,0 bar (afhankelijk van de statische hoogte van de CV -installatie), start het ontluchtingsprogramma P.00. Voer een test van product en CV -installatie incl. warmwaterbereiding uit en ontlucht de installatie indien nodig nog een keer. 0 Controleer visueel het ontstekings - en brandergedrag. Controleer opnieuw het CO₂ -gehalte (het luchtgetal) van het product. Controleer het product op gas -, verbrandingsgas -, warmwater -, en condenszijdige lekken, ver help deze indien nodig. Inspectie/onderhoud noteren. 6 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

37 Bijlage F Conformiteitsverklaring K.D. 08/0/00-BE _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 7

38 Bijlage G Technische gegevens Technische gegevens algemeen Land van bestemming (benaming conform ISO 66) Toegestane toestelcategorieën Gasaansluiting toestelzijde CV-aansluitingen aanvoer/retour toestelzijde Koud- en warmwateraansluiting toestelzijde Aansluitbuis veiligheidsventiel (min.) Condensafvoerleiding (min.) Gasstroomdruk aardgas G0 Gasstroomdruk aardgas G5 Aansluitwaarde bij 5 C en 0 mbar (evt. m.b.t. warmwaterbereiding), G0 Verbrandingsgasmassastroom min. Verbrandingsgasmassastroom max. Verbrandingsgastemperatuur min. Verbrandingsgastemperatuur max. Toegestane gastoesteltypes VC BE 86/5 VC BE 56/5 A VCW BE 6/5 A VCW BE 86/5 A BE (België) BE (België) BE (België) BE (België) I E(S) I E(S) I E(S) I E(S) 5 mm 5 mm 5 mm 5 mm mm mm mm mm G / G / G / G / 5 mm 5 mm 5 mm 5 mm 9 mm 9 mm 9 mm 9 mm,0 kpa,0 kpa,0 kpa,0 kpa,5 kpa,5 kpa,5 kpa,5 kpa,5 m³/h,0 m³/h,5 m³/h,0 m³/h,0 g/s,6 g/s,0 g/s,6 g/s 0,6 g/s,0 g/s 0,6 g/s,0 g/s C, C, C, C5, C8, BP, B5P C, C, C, C5, C8, BP, B5P C, C, C, C5, C8, BP, B5P C, C, C, C5, C8, BP, B5P 0% rendement 08 % 08 % 08 % 08 % NOx-klasse Toestelafmeting, breedte 0 mm 0 mm 0 mm 0 mm Toestelafmeting, hoogte 70 mm 70 mm 70 mm 70 mm Toestelafmeting, diepte 8 mm 8 mm 8 mm 8 mm Nettogewicht ca. 5 kg 6 kg 5 kg 6 kg Technische gegevens vermogen/belasting G0 Nominaal warmtevermogensbereik P bij 50/0 C Nominaal warmtevermogensbereik P bij 80/60 C Grootste warmtevermogen bij warmwaterbereiding Grootste warmtebelasting bij warmwaterbereiding VC BE 86/5 6,9 9,7 kw 6, 8,5 kw VC BE 56/5 A 8, 5,5 kw 7,5,0 kw VCW BE 6/5 A 6,9 9,7 kw 6, 8,5 kw VCW BE 86/5 A 8, 5,5 kw 7,5,0 kw,0 kw 8,0 kw,0 kw 8,0 kw,5 kw 8,6 kw,5 kw 8,6 kw 8 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

39 Bijlage Grootste warmtebelasting aan verwarmingszijde VC BE 86/5 8,9 kw (5,5 hp) VC BE 56/5 A VCW BE 6/5 A,5 kw 8,9 kw (5,5 hp) VCW BE 86/5 A,5 kw Kleinste warmtebelasting 6,6 kw 8,0 kw 6,6 kw 8,0 kw Instelbereik verwarming 6 9 kw 8 kw 6 9 kw 8 kw Technische gegevens vermogen/belasting G5 Nominaal warmtevermogensbereik P bij 50/0 C Nominaal warmtevermogensbereik P bij 80/60 C Grootste warmtevermogen bij warmwaterbereiding Grootste warmtebelasting bij warmwaterbereiding Grootste warmtebelasting aan verwarmingszijde VC BE 86/5 5,7 6, kw 5, 5, kw VC BE 56/5 A 6,8 0,9 kw 6, 9,7 kw VCW BE 6/5 A 5,7 6, kw 5, 5, kw VCW BE 86/5 A 6,8 0,9 kw 6, 9,7 kw 8,9 kw,0 kw 8,9 kw,0 kw 9, kw,5 kw 9, kw,5 kw 5,5 kw (0,79 hp) 0, kw 5,5 kw (0,79 hp) Kleinste warmtebelasting 5, kw 6,6 kw 5, kw Technische gegevens verwarming 0, kw Maximale aanvoertemperatuur Instelbereik max. aanvoertemperatuur (fabrieksinstelling: 75 C) Toegestane max. overdruk Circulatiewatervolume (m.b.t. ΔT = 0 K) Hoeveelheid condens ca. (ph-waarde,5...,0) bij CV-bedrijf 50/0 C Restopvoerhoogte pomp (bij nominale circulerende waterhoeveelheid) VC BE 86/5 VC BE 56/5 A VCW BE 6/5 A VCW BE 86/5 A (86,0 76,0 ) 0, MPa (,0 bar) 0 80 (86,0 76,0 ) 0, MPa (,0 bar) 0 80 (86,0 76,0 ) 0, MPa (,0 bar) 0 80 (86,0 76,0 ) 0, MPa (,0 bar) 796 l/h.0 l/h 796 l/h.0 l/h,9 l/h,5 l/h,9 l/h,5 l/h 0,05 MPa (0,50 bar) 0,05 MPa (0,50 bar) 0,05 MPa (0,50 bar) 0,05 MPa (0,50 bar) Technische gegevens warmwaterfunctie VCW BE 6/5 A VCW BE 86/5 A Waterhoeveelheid (bij ΔT = 0 K) Toegestane overdruk Vereiste aansluitdruk Kleinste waterhoeveelheid Warmwateruitlooptemperatuurbereik,5 l/min,5 l/min,0 l/min, l/min,0 MPa,0 MPa (0,0 bar) (0,0 bar) 0,05 MPa 0,05 MPa (0,50 bar) (0,50 bar) _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding 9

40 Bijlage Technische gegevens elektrisch systeem VC BE 86/5 VC BE 56/5 A VCW BE 6/5 A VCW BE 86/5 A Elektrische aansluiting 0 V / 50 Hz 0 V / 50 Hz 0 V / 50 Hz 0 V / 50 Hz Toegestane aansluitspanning Ingebouwde zekering (traag) Min. elektrisch opgenomen vermogen Elektrisch opgenomen vermogen max. Elektrisch opgenomen vermogen stand-by 90 5 V 90 5 V 90 5 V 90 5 V A A A A 0 W 0 W 0 W 0 W 75 W 90 W 75 W 90 W < W < W < W < W Beschermingsklasse IP D IP D IP D IP D Keurmerk/registratienr. CE 0085CM0 CE 0085CM0 CE 0085CM0 CE 0085CM0 0 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

41 Trefwoordenlijst Trefwoordenlijst A Aansluiten, thermostaat... Aansluitmaten... 8 Aflees - en instelmogelijkheden... Afsluiten, inspectiewerkzaamheden... 6 Afsluiten, onderhoudswerkzaamheden... 6 Afsluiten, reparatie... Afsluitinrichtingen... 6 Afvoer, verpakking... 6 Afvoerbuis, veiligheidsklep... Artikelnummer... 7 B Bedieningsconcept... Brander vervangen... Brander, controleren... Branderwachttijd... 9 Branderwachttijd, instellen... 9 Branderwachttijd, resetten... 9 Buitenbedrijfstelling... 6 Buitenbedrijfstelling, tijdelijk... 6 C CE -markering... 7 Circulatiepomp:... CO₂ -gehalte, controleren... 8 Comfortveiligheidsmodus... 0 Compacte thermomodule, demonteren... Compacte thermomodule, monteren... 5 Condensafvoerleiding... Controleprogramma's... 5 Controleren, brander... Controleren, CO₂ -gehalte... 8 Controleren, voordruk intern expansievat... 5 Corrosie... 5 CV -aanvoer... CV -installatie, ontluchten... 7 CV -retour... CV -water conditioneren... 5 D Demonteren, compacte thermomodule... Diagnosecodes, oproepen... 9 Documenten... 6 Drinkwaternaverwarming, zonne -energie... 0 E Elektriciteit... Elektronicabox, openen... Elektronicabox, sluiten... Expansievat, vervangen... F Foutcodes..., Foutgeheugen, oproepen... Foutgeheugen, wissen... Foutmeldingen... G Gasblok vervangen... Gasinstelling... 7 Gaslucht... Gasomstelling... 7 Gereedschap... 5 Gewicht... 9 I Inschakelen, product... 5 Inspectiewerkzaamheden, afsluiten... 6 Inspectiewerkzaamheden, uitvoeren... Installateurniveau... Installateurniveau, oproepen... Instellen, onderhoudsinterval... 9 Instellen, overstroomklep... 0 Instellen, pompvermogen... 9 K Koudwateraansluiting... 0 L Leegmaken, product... 5 Leveringsomvang... 7 Luchtverhoudingsinstelling... 8 M Manometer... 6 Minimumafstand... 8 Monteren, compacte thermomodule... 5 N Netaansluiting... O Onderhoudsinterval, instellen... 9 Onderhoudswerkzaamheden, afsluiten... 6 Onderhoudswerkzaamheden, uitvoeren... Ontluchten, CV -installatie... 7 Oproepen, diagnosecodes... 9 Oproepen, foutgeheugen... Opstellingsplaats... 5 Overdracht gebruiker... 0 Overstroomklep, instellen... 0 P Pomp, restopvoerhoogte... 0 Pompvermogen, instellen... 9 Printplaat en display, vervangen... Printplaat of display, vervangen... Product, inschakelen... 5 Product, leegmaken... 5 Product, uitschakelen... 5, 6 Productafmetingen... 8 R Reglementair gebruik... Reinigen, warmtewisselaar... Reinigen, zeef koudwateringang... 5 Reparatie, afsluiten... Reparatie, voorbereiden... Reserveonderdelen... Restopvoerhoogte, pomp... 0 Rookgastraject... S Schakelkast, openen... Schakelkast, sluiten... Schema... Serienummer... 7 Servicemelding... 0 Sifonbeker... 7, 5 Snelontluchter... 6 Spanning... Statuscodes... 5, 0 Stroomvoorziening... T Thermostaat, aansluiten _00 ecotec pro Installatie - en onderhoudshandleiding

42 Trefwoordenlijst Toestelaansluitstuk 60/00 mm met verplaatsing, monteren... Toestelaansluitstuk 80/5 mm, monteren... Toestelaansluitstuk gescheiden VLT/VGA 80/80 mm... Toestelaansluitstuk VLT/VGA... Toestelaansluitstuk VLT/VGA 60/00 mm met verplaat sing... Toestelaansluitstuk VLT/VGA 80/5 mm... Toestelaansluitstuk, demonteren... Toestelaansluitstuk, vervangen... Typeplaatje... 7 U Uitschakelen... 6 Uitschakelen, product... 5 Uitvoeren, inspectiewerkzaamheden... Uitvoeren, onderhoudswerkzaamheden... V Veiligheidsinrichting... Ventilator, vervangen... Verbrandingslucht... 5 Verbrandingsluchttoevoer... Verpakking afvoeren... 6 Vervangen Gasblok... Vervangen, expansievat... Vervangen, printplaat en display... Vervangen, printplaat of display... Vervangen, ventilator... Vervangen, warmtewisselaar... Vloeibaar gas... VLT/VGA Toestelaansluitstuk gescheiden VLT/VGA 80/80 mm monteren... VLT/VGA, aansluiten... VLT/VGA, gemonteerd... VLT/VGA, monteren... Voorbereiden, reparatie... Voordruk intern expansievat, controleren... 5 Voormantel, gesloten... Voorschriften... 5 Vorst... 5 Vullen... 6 W Warmtewisselaar, reinigen... Warmtewisselaar, vervangen... Warmwateraansluiting... 0 Wissen, foutgeheugen... Z Zeef koudwateringang, reinigen... 5 Zijdeel, demonteren... 9 Zijdeel, monteren... 9 Installatie - en onderhoudshandleiding ecotec pro _00

43

44 _ N.V. Vaillant S.A. Golden Hopestraat 5 B -60 Drogenbos Tel Fax 9 9 Kundendienst 9 5 Service après -vente 9 5 Klantendienst 9 5 info@vaillant.be Deze handleidingen, of delen ervan, zijn auteursrechtelijk beschermd en mogen alleen met schriftelijke toe stemming van de fabrikant vermenigvuldigd of verspreid worden.