PowerPoint LL. Heemscan

Transcriptie

1 Beste leerling, Je hebt nu een handleiding voor je liggen om de Powerpointpresentatie te maken. Vóór je gaat beginnen, lees je eerst deze handleiding en de tips goed door. Veel succes en veel plezier! Tips: Ж Ж Ж Ж Ж Ж Een Powerpointpresentatie is een samenvatting van je werkstuk. Gebruik één en dezelfde (rustige) achtergrond Gebruik er foto s bij Gebruik filmmateriaal van bijvoorbeeld Youtube of Beeldbank. Gebruik weinig tot geen effect Maak een duidelijke presentatie met een groot lettertype. Inhoudsopgave PowerPoint opstarten 2 Kleur als achtergrond invoegen 4 Een patroon als achtergrond invoegen 6 Tekst invoegen 8 Plaatjes invoegen 9 Effecten gebruiken 10 Een nieuwe dia invoegen 12 Een diavoorstelling bekijken 13 De presentatie opslaan 14 PowerPoint afsluiten 15 Pagina 1 van 18

2 PowerPoint opstarten PowerPoint opstarten gaat als volgt: Klik op `Start' en `Programma's' en `PowerPoint' (zie afbeelding 1): Afbeelding 1 Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 2): Afbeelding 2 Pagina 2 van 18

3 Klik op `Lege presentatie openen' en klik op `OK'. Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 3): Afbeelding 3 Klik op de lege dia en klik op `OK'. Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 4): Afbeelding 4 Rechts is je werkveld. Hierin ga je de presentatie maken. Pagina 3 van 18

4 Links staan het aantal dia's die je straks gaat maken. Als je direct naar bijvoorbeeld dia 7 wilt gaan dan klik je links op dia 7. In het werkveld rechts staat dan de inhoud van die dia. Pagina 4 van 18

5 Kleur als achtergrond invoegen Kleur als achtergrond invoegen doe je als volgt: Klik op `Opmaak' en `Achtergrond...' (zie afbeelding 5): Afbeelding 5 Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 6): Afbeelding 6 Klik op het afrolmenu en klik op `Meer kleuren'. Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 7): Pagina 5 van 18

6 Afbeelding 7 Wil je nog meer kleuren, klik dan op `Aangepast'. Kies de gewenste kleur en klik op `OK'. Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 8): Afbeelding 8 Pagina 6 van 18

7 Wil je deze achtergrondkleur op al je dia's, klik dan op `Overal toepassen'. Wil je deze achtergrondkleur alleen op deze dia, klik dan op `Toepassen'. De achtergrond verschijnt in het werkveld. Een patroon als achtergrond invoegen Een patroon als achtergrond invoegen doe je als volgt: Klik op `Opmaak' en `Achtergrond...' (zie afbeelding 9): Afbeelding 9 Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 10): Afbeelding 10 Klik op het afrol menu en klik op `Opvuleffecten'. Pagina 7 van 18

8 Klik op `Bitmappatroon'. Het volgende verschijnt in beeld. (zie afbeelding 11): Pagina 8 van 18

9 Afbeelding 11 Wil je nog meer patronen of figuren, klik dan op `Patroon' of `Figuur'. Kies het gewenste patroon en klik op `OK'. Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 12): Afbeelding 12 Wil je dit achtergrondpatroon op al je dia's, klik dan op `Overal toepassen'. Wil je dit achtergrondpatroon alleen op deze dia, klik dan op `Toepassen'. Het achtergrondpatroon staat in je werkveld. Pagina 9 van 18

10 Tekst invoegen Tekst invoegen doe je als volgt: Klik op `Invoegen' en `Tekstvak' (zie afbeelding 13): Afbeelding 13 Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 14): Afbeelding 14 Ga met de muis naar het rechter werkveld en klik 1 maal met de linker muisknop. Je kunt nu tekst intypen. Je kunt de tekst nog verslepen naar een andere plaats in het werkveld. Dit doe je door op de tekst te gaan staan, de linker muisknop Pagina 10 van 18

11 ingedrukt te houden en de tekst te slepen naar de gewenste plaats in het werkveld. Plaatjes invoegen Plaatjes invoegen doe je als volgt: Klik op `Invoegen' en `Figuur' en `Uit bestand...' (zie afbeelding 15): Afbeelding 15 Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 16): Afbeelding 16 Weet wel in welke map je je plaatjes hebt staan. Ik heb gekozen voor een plaatje uit de map `Mijn afbeeldingen'. Klik op het gewenste plaatje en klik op `Invoegen'. Het plaatje staat in je werkveld. Je kunt het plaatje nog verslepen naar een andere plaats in het werkveld. Dit doe je door op het plaatje te gaan staan en de linker muisknop Pagina 11 van 18

12 ingedrukt te houden en het plaatje te slepen naar de gewenste plaats in het werkveld. Effecten gebruiken Effecten gebruiken doet u als volgt: Effecten maken de presentatie leuker. Je kunt zowel op tekst als op plaatjes effecten toepassen. Selecteer eerst de tekst of het plaatje waarop je een effect wilt toepassen. Dit doe je door 1 maal met de linker muisknop op de tekst of het plaatje te klikken. Heb je dit gedaan, klik dan met de rechtermuisknop op de tekst of het plaatje. Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 17): Afbeelding 17 Klik op `Aangepaste animatie...'. Pagina 12 van 18

13 Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 18): Afbeelding 18 Klik op de verschillende afrolmenu's bij `Animatie- en geluidseffecten' om de gewenste effecten te kiezen. Klaar, klik dan op `OK'. Pagina 13 van 18

14 Een nieuwe dia invoegen Een nieuwe dia invoegen doe je als volgt: Klik op `Invoegen' en `Nieuwe dia...' (zie afbeelding 19): Afbeelding 19 Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 20): Afbeelding 20. Je kiest weer een lege dia en klikt op `OK'. Als je bij achtergrond invoegen bij je eerste dia ervoor gekozen hebt om die bepaalde achtergrond (kleur of patroon) overal toe te passen, dan verschijnt deze ook bij de nieuwe dia. Heb je hier niet voor gekozen, dan kun je een nieuwe achtergrond (kleur of patroon) invoegen. Pagina 14 van 18

15 De diavoorstelling bekijken De diavoorstelling bekijken doe je als volgt: Klik op `Diavoorstelling' en `Diavoorstelling weergeven' (zie afbeelding 21): Afbeelding 21 De diavoorstelling zal dan weergegeven worden. Je kunt dan al je effecten zien. Staan er fouten in de presentatie of zijn de effecten niet naar wens dan kun je deze weer aanpassen nadat de diavoorstelling is weergegeven. Pagina 15 van 18

16 De presentatie opslaan De presentatie opslaan doe je als volgt: Klik op `Bestand' en `Opslaan' (zie afbeelding 22): Afbeelding 22 Het volgende verschijnt in beeld (zie afbeelding 23): Afbeelding 23 Geef een naam aan de presentatie (bij `Bestandsnaam') en klik op `Opslaan'. Zorg ervoor dat je je presentatie later ook kunt terugvinden. Kies dus een voor de hand liggende map, bijvoorbeeld `Powerpoint presentaties'. Pagina 16 van 18

17 Sla de presentatie tussentijds op om teleurstelling te voorkomen als de computer vastloopt. PowerPoint afsluiten PowerPoint afsluiten doe je als volgt: Klik op `Bestand' en `Afsluiten' (zie afbeelding 24) Afbeelding 24 Pagina 17 van 18

18 Bron: Pagina 18 van 18