De rol van de Dark Triad bij de samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag. K.P.L.E. Jansen ANR:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De rol van de Dark Triad bij de samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag. K.P.L.E. Jansen ANR:"

Transcriptie

1 Running Head: ROL DARK TRIAD BIJ SAMENHANG SOCIALE AFWIJZING EN AGRESSIEF GEDRAG De rol van de Dark Triad bij de samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag K.P.L.E. Jansen ANR: Masterthesis Psychologie en Geestelijke gezondheid Universiteit van Tilburg Faculteit der Sociale Wetenschappen Departement Ontwikkelingspsychologie Begeleider: dr. T. A. Klimstra Tweede beoordelaar: dr. J. G. M. Scheirs Aantal woorden: 7985 Augustus 2013

2 Abstract Het tot stand brengen van goede relaties met leeftijdsgenoten is een belangrijke ontwikkelingstaak in de adolescentie. Deze studie onderzoekt de modererende rol van drie disfunctionele persoonlijkheidstrekken (de Dark Triad persoonlijkheidstrekken machiavellisme, psychopathie en narcisme) bij de samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag in de adolescentie. Driehonderdzeven leerlingen vulden vragenlijsten in met betrekking tot sociale afwijzing, de Dark Triad en een zelfrapportage vragenlijst over indirecte en directe agressie. Daarnaast vulden ook de mentoren van deze leerlingen een vragenlijst in over agressief gedrag dat bij de leerlingen werd geobserveerd. Machiavellisme en psychopathie bleken een modererend effect te hebben op de mate van agressie die door de leraar werd gerapporteerd. Jongeren met een specifieke persoonlijkheid (hoog op machiavellisme en laag op psychopathie) en die sociaal worden afgewezen laten een hogere mate van agressie zien dan anderen. Dit zou mogelijk kunnen wijzen op dat leerlingen met een specifieke persoonlijkheid slechter reageren op sociale afwijzing. Bij deze adolescenten zal agressief gedrag sneller verminderen, wanneer ook afname van sociale afwijzing plaatsvindt door het aanleren van sociale vaardigheden. Implicaties en suggesties voor toekomstig onderzoek zullen ten slotte worden besproken. Keywords: sociale afwijzing, Dark Triad, agressie. 2

3 De adolescentie is een periode die zich kenmerkt door vele ontwikkelingen. Zo worden onder andere sociale contacten steeds belangijker en wil de adolescent graag ergens bij horen (Buhrmester, 1990; La Greca, Prinstein, & Fetter, 2001). Het is echter niet voor iedereen even gemakkelijk om ergens bij te horen. Sociale afwijzing komt in de adolescentie namelijk regelmatig voor. Hoewel het niet helemaal duidelijk is waarom de één wel buiten de boot valt en de ander niet, lijkt persoonlijkheid hierbij een rol te kunnen spelen (Newcomb, Bukowski, Pattee, 1993). Meer kennis over de rol van persoonlijkheid is van groot belang omdat de gevolgen van sociale afwijzing vaak negatief zijn (La Greca & Harrison 2005; Hatzenbuehler et al., 2012). Deze studie onderzoekt daarom de rol van drie disfunctionele persoonlijkheidstrekken (de Dark Triad persoonlijkheidstrekken) bij de verwachte samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag in de adolescentie. Adolescentie In de adolescentie vinden vele ontwikkelingen plaats waarbij relaties met leeftijdsgenoten een belangrijke rol spelen (Buhrmester, 1990). De adolescent maakt verschillende veranderingen door in de omgeving zoals de overgang van de basisschool naar de middelbare school, maar ook intern vinden er bij de adolescent veranderingen plaats. Zo ontwikkelen en versterken de persoonlijkheid en de identiteit zich in deze periode (Klimstra, Hale, Raaijmakers, Branje, & Meeus, 2009; 2010). Een goed sociaal netwerk is tijdens al deze ontwikkelingen van groot belang. Relaties met leeftijdsgenoten worden in deze periode ook vaak belangrijker dan de relatie met de ouders, waardoor het belang van sociale acceptatie door leeftijdsgenoten toeneemt (Buhrmester, 1990; Eccles, 1991). Populair zijn en er wel of niet bijhoren zijn daardoor belangrijke kwesties waar jongeren zich mee bezig houden in de adolescentie (LaFontana & Cilessen, 2009). Het belang van een sociaal netwerk tijdens deze periode is al in meerdere onderzoeken aangetoond. Sociale afwijzing speelt hierbij ook een belangrijke rol. Zo verklaart sociale afwijzing gedeeltelijk de verhoogde niveaus van depressieve symptomen bij mannen die tot een maatschappelijke minderheid (seksueel anders georiënteerde) behoren (Hatzenbuehler, McLaughlin en Xuan (2012). La Greca en Harrison (2005) toonden aan dat negatieve ervaringen en afwijzing in vriendschappen tijdens de adolescentie kunnen bijdragen tot sociale angst en depressieve symptomen bij zowel jongens als meisjes. Sociale afwijzing heeft dus grote gevolgen en is net zo belangrijk als sociale acceptatie in de adolescentie (Hatzenbuehler et al., 2012). 3

4 Sociale afwijzing en agressief gedrag Sociale afwijzing kan ook van invloed zijn op de ontwikkeling van antisociaal gedrag. Een studie van Dodge et al. (2003) toonde namelijk aan dat sociale afwijzing bij leerlingen leidt tot een toename in agressief gedrag ten opzichte van leerlingen die niet sociaal worden afgewezen. Onderzoek van Twenge, Baumeister en Tice (2001) liet zien dat buitengesloten worden ook leidt tot gedragingen van indirecte agressie. Een verklaring hiervoor is dat kinderen die sociaal worden afgewezen ook niet de mogelijkheid hebben om vaardigheden te ontwikkelen die agressief gedrag inhiberen naarmate het kind ouder wordt. Om deze vaardigheden te leren kunnen, hebben zij immers anderen nodig. Voor een optimale ontwikkeling van sociale vaardigheden is dus ook een groep nodig waarin het kind deze kan ontwikkelen (Dodge et al., 2003). Uit onderzoek van Newcomb, Bukowski en Pattee (1993) blijkt dat populaire kinderen mede door positieve kwaliteiten (fysieke aantrekkelijkheid, prosociaal gedrag en een sterk empathisch vermogen) en positieve sociale gedragingen prettig zijn in omgang. Hun populariteit is dus deels te danken aan hun persoonlijkheid en door de daarbij horende kwaliteiten en gedragingen zijn zij ook in staat om deze contacten goed te onderhouden (Dijkstra, Cillessen, Lindenberg, & Veenstra, 2010). Kinderen die worden afgewezen zijn vaker agressiever, meer teruggetrokken, minder sociaal en cognitief minder ontwikkeld dan gemiddeld. Kinderen die aanvankelijk geen positieve kwaliteiten bezitten om hun agressieve gedrag te compenseren, worden dus gemakkelijk afgewezen door de groep (Newcomb et al., 1993). Sociale acceptatie en sociale afwijzing hangen dus samen met het vermogen tot het uiten van positieve gedragingen en dit vermogen wordt voor een aanzienlijk deel bepaald door iemands persoonlijkheid (Newcomb et al., 1993). Dark Triad en sociaal functioneren Het meest gebruikte model om persoonlijkheid te beschrijven is de Big Five. Dit model gaat ervan uit dat er vijf persoonlijkheidsdimensies te onderscheiden zijn namelijk: extraversie, vriendelijkheid, zorgvuldigheid, emotionele stabiliteit en openheid (McCrae & Costa, 1987). De meer disfunctionele persoonlijkheidstrekken worden de laatste jaren vooral in kaart gebracht met de Dark Triad, die net als de Big Five een verzamelnaam is voor een aantal persoonlijkheidstrekken. In deze studie zal gekeken worden naar deze disfunctionele kant van persoonlijkheid, omdat de Dark Triad bij sociale relaties een belangrijke rol speelt (Ali & Chamorro-Premuzic, 2010). De Dark Triad bestaat uit drie aversieve persoonlijkheidstrekken namelijk: machiavellisme (manipulatief gedrag), psychopathie (impulsiviteit, weinig angst en weinig empathisch vermogen) en narcisme (dominantie en 4

5 grandiositeit). Deze drie persoonlijkheidstrekken zijn gemiddeld in hogere mate aanwezig bij mannen dan bij vrouwen (Paulhus & Williams, 2002). Machiavellisme, psychopathie en narcisme hebben binnen de Dark Triad allemaal een subklinische betekenis. Dit betekent dat het hier niet om de klinische stoornissen gaat zoals die in de DSM-IV beschreven staan, maar dat het slechts om facetten gaat die zijn afgeleid van de klinische symptomen van stoornissen. Verschillende onderzoeken laten zien dat het drie op zichzelf staande verschillende constructen zijn (Jones & Paulhus, 2009; Paulhus & Williams, 2002), maar ze hebben ook een overlap. Ze worden namelijk alle drie gekenmerkt door overeenkomstige gedragingen die vaak als antisociaal worden beschouwd, zoals egocentrisch gedrag, weinig empathisch vermogen, agressiviteit en zelfingenomenheid (Paulhus & Williams, 2002). Wanneer er wordt gekeken naar de samenhang tussen de Dark Triad en de Big Five blijkt dat alle drie de persoonlijkheidstrekken laag correleren met Vriendelijkheid, wat overeenkomt met de eerder genoemde overeenkomstige gedragingen (Paulhus & Williams, 2002). Mensen met hoge scores op de Dark Triad karaktereigenschappen machiavellisme, psychopathie en narcisme hebben mogelijk moeite met sociaal functioneren door deze antisociale gedragingen. Dit wordt ook onderbouwd door onderzoek van Ali en Chamorro- Premuzic (2010) die de invloed van de Dark Triad op intieme relaties onderzochten. Vooral machiavellisme had een negatief effect op intieme relaties door de samenhang met een gebrek aan affectie. Mensen die hoog scoren op de Dark Triad hebben door hun antisociale gedragingen en gebrek aan sociale kwaliteiten dus moeite met hecht contact. Hierdoor is het ook aannemelijk dat zij vaak als niet populair worden beschouwd, omdat populariteit juist wordt bereikt door hecht contact met populaire leeftijdsgenoten (Dijkstra et al., 2010). Door de negatieve gevolgen van sociale afwijzing en de mogelijke rol van persoonlijkheid bij sociale acceptatie en sociale afwijzing, is het belangrijk om meer zicht te krijgen op de rol van de Dark Triad persoonlijkheidstrekken bij het sociaal functioneren tijdens de adolescentie. De reden hiervoor is dat deze overwegend disfunctionele persoonlijkheidstrekken het vermogen tot positieve gedragingen dat van groot belang is bij sociale acceptatie, mogelijk in de weg staan. Een manier waarop de Dark Triad het persoonlijk functioneren kan beïnvloeden hangt samen met de reactie op sociale processen. Zo zouden de Dark Triad persoonlijkheidstrekken door hun kenmerkende gedragingen een modererende rol kunnen hebben in de samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag. Onderzoek van Jonason en Webster (2010) laat zien dat er een verband is tussen hoge 5

6 scores op de Dark Triad en de neiging om agressie te gebruiken. Deze correlatie was het minst sterk voor narcisme. Mensen die hoog scoorden op narcisme hadden meer de neiging om vijandig te reageren dan agressief. Met vijandig worden hier gedragingen bedoeld zoals het praten achter iemands rug om of het verspreiden van roddels. Deze gedragingen komen overeen met indirecte agressie (Björkqvist, Lagerspetz, & Kaukiainen, 1992). Relationele of indirecte agressie is niet direct gericht op de persoon die er het slachtoffer van is, zoals bijvoorbeeld roddelen of buitensluiten. Openlijke agressie is direct gericht op de persoon (bijvoorbeeld slaan of schoppen). Het feit dat mensen die hoog scoorden op narcisme indirect agressief gedrag lieten zien in de studie van Jonason en Webster (2010), zou te maken kunnen hebben met het wel hoge maar fragiele zelfbeeld wat narcisten hebben en wat ze zouden willen herstellen na afwijzing door toenadering of verzoening te zoeken (Den Dekker, 2008). Agressie had in het onderzoek van Jonason en Webster (2010) echter voornamelijk betrekking op openlijke agressie en minder op relationele of indirecte agressie. Onderzoek van Elliott (1984) stelt ook dat mensen die scoren op kwetsbaarheid voor kritiek vijandig zullen reageren op afwijzing. Narcisten zijn eveneens gevoelig voor de evaluatie en kritiek van anderen en daardoor is het aannemelijk dat ze ook vijandig zullen reageren op sociale afwijzing. Deze vijandige reactie maakt agressief gedrag aannemelijk, maar dit agressieve gedrag zal vooral bestaan uit relationele of indirecte agressie, omdat ze met deze vorm van agressie onbekend kunnen blijven en tegenagressie willen vermijden (Björkqvist et al., 1992). De huidige studie In de huidige literatuur is dus een onderbouwing te vinden voor een samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag. Daarnaast lijkt er ook bewijs te zijn voor een samenhang tussen de Dark Triad persoonlijkheidstrekken en agressieve gedragingen. Deze bevindingen zijn echter nog niet in het verlengde van elkaar onderzocht. Deze studie heeft tot doel om de rol van de Dark Triad persoonlijkheidstrekken machiavellisme, psychopathie en narcisme bij de verwachte samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag te onderzoeken. Hierbij wordt een positieve samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag verwacht, dus hoe hoger de score op sociale afwijzing, hoe hoger de mate van agressief gedrag is dat zal worden vertoond. Daarbij wordt er verwacht dat de Dark Triad persoonlijkheidstrekken ervoor zorgen dat iemand minder capaciteiten heeft tot positieve gedragingen wat bij zal dragen aan een grotere kans op sociale afwijzing. Sociale afwijzing zal er dan voor zorgen dat de groep de persoon links laat liggen, waardoor het sociaal functioneren lager zal zijn. Dit zal zich uiten in een hogere mate van agressief gedrag. De 6

7 hypothese is dat de Dark Triad trekken machiavellisme, psychopathie en narcisme de samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag zullen modereren. Er wordt hierbij een zwakker verband tussen sociale afwijzing en agressief gedrag verwacht bij hogere scores op machiavellisme en psychopathie ten opzichte van narcisme. Deze verwachting is gebaseerd op de typerende karaktertrekken van machiavellisme en psychopathie zoals een bekoelde houding en het feit dat ze zich weinig aantrekken van anderen (Paulhus & Williams, 2002; Ali, Amorim, & Chamorro-Premuzic, 2009). Tevens wordt een sterker verband tussen sociale afwijzing en agressief gedrag verwacht bij een hoge score op narcisme, waarbij narcisten met een relatief hoge mate van indirecte agressie zullen reageren op afwijzing. Er wordt dus specifiek een modererende rol van narcisme bij indirecte agressie verwacht, omdat narcisten sterker zullen reageren op sociale afwijzing en door hun fragiele zelfbeeld zullen ze hier voornamelijk met indirecte agressie op reageren (Björkqvist et al., 1992; Den Dekker, 2008). Methode Participanten Voor deze studie zijn 325 proefpersonen benaderd. Uiteindelijk hebben 310 proefpersonen meegewerkt aan het onderzoek, waarvan er drie uit de data zijn gefilterd omdat de vragenlijst zodanig incompleet was ingevuld dat ze niet zijn meegenomen in de dataanalyse. De totale betrokken onderzoeksgroep bestond dus uit 307 leerlingen uit de onderbouw (eerste en tweede klas), afkomstig van twee middelbare scholen in Nederland (52.1% man, M leeftijd = 12,70 jaar, SD = 1,29). De participanten deden allemaal vrijwillig mee aan het onderzoek en in de instructies stond duidelijk aangegeven dat ze op ieder moment konden stoppen met het onderzoek. Ouders kregen daarnaast de gelegenheid om schriftelijk bezwaar te maken tegen het onderzoek en konden zo hun kind(eren) uitsluiten van deelname. In totaal zag niemand af van deelname tijdens het onderzoek en weigerden slechts twee (0,62%) van de benaderde leerlingen medewerking aan het onderzoek, omdat hun ouders geen toestemming hadden gegeven. Procedure De leerlingen en hun ouders ontvingen een brief met daarin informatie en het doel van het onderzoek. In deze brief werd ouders ook de gelegenheid gegeven om deelname van hun kind(eren) aan het onderzoek te weigeren. De vragenlijsten werden onder schooltijd afgenomen tijdens een mentoruur van de leerlingen onder toezicht van een masterstudent 7

8 Psychologie, aan wie ook vragen gesteld konden worden. De proefpersonen kregen individueel een vragenlijst voorgelegd en hadden de gelegenheid om de vragenlijst in alle rust en anonimiteit in te vullen. De leraar/mentor vulde tijdens dit uur een vragenlijst in over elke leerling. Meetinstrumenten Sociale afwijzing: peer nominaties Sociale afwijzing van de deelnemers werd gemeten aan de hand van hun peer status in de klas. Door middel van peer nominaties van en door klasgenoten werd gekeken naar hoe de leerling in de klas ligt en in welke mate deze wel of niet wordt afgestoten door zijn of haar klasgenoten (Dijkstra, Lindenberg, Verhulst, Ormel & Veenstra, 2009). In de onderzoeksvragenlijst was een lijst met de namen van alle klasgenoten bijgevoegd. Leerlingen konden via deze lijst hun klasgenoten nomineren aan de hand van elf vragen. Dit waren vragen als: Wie vecht vaak of zoekt vaak ruzie?, Bij wie willen anderen graag horen? en Welke klasgenoten zijn je beste vrienden?. Leerlingen mochten per vraag zoveel mogelijk klasgenoten noemen en mochten een klasgenoot ook zo vaak mogelijk noemen. Op deze manier werd in kaart gebracht hoe de leerlingen hun klasgenoten zien en hoe de leerling in omgang werd ervaren door leeftijdsgenoten. De score op sociale afwijzing werd vervolgens verkregen door het item niet aardig te selecteren uit de peer nominaties. Dit omdat niet aardig gevonden worden door andere klasgenoten het dichtst komt bij sociaal worden afgewezen door anderen. De uiteindelijke score ontstond door het aantal negatieve benoemingen (niet aardig ontvangen van medeleerlingen) min het aantal positieve benoemingen (niet aardig gegeven aan leerlingen) te nemen, waarbij gecontroleerd is voor een verschil in grootte van de klassen door middel van een proportionele score. Er kon geen Cronbach s alfa worden berekend over de peer nominaties omdat voor deze studie maar één item is gebruikt, maar het instrument heeft vaak een test-hertest correlatie van , wat duidt op een goede betrouwbaarheid (Dijkstra et al., 2009). Over de validiteit is minder bekend, maar meerdere onderzoeken laten zien dat de peer nominaties die hier gebruikt worden valide zijn. Zo blijkt uit het onderzoek van Parkhurst en Asher (1992) dat peer nominaties valide zijn omdat ze samenhangen met gedragsmaten. Afwijzing (negatieve nominaties in deze studie) hangt positief samen met agressieve gedragingen en hangt negatief samen met vriendelijkheid, samenwerken en betrouwbaarheid. 8

9 Agressief gedrag Voor het meten van agressief gedrag werd een meetinstrument gebruikt dat zowel de mate van indirecte agressie als wel de mate van directe agressie meet, namelijk de Direct and Indirect Aggression scales, DIAS; Björkqvist, Lagerspetz & Österman, 1992). Dit meetinstrument is speciaal ontwikkeld om agressie te meten bij kinderen van 8-15 jaar. Proefpersonen werd gevraagd naar hun gedragingen wanneer ze boos of kwaad zijn aan de hand van zeventien items. Op een schaal van 0 (nooit) tot 4 (heel vaak) werd de frequentie van deze gedragingen door de proefpersonen aangegeven. Items gaan met uitspraken als Ik ga slaan of schoppen, en Ik probeer de ander jaloers te maken in op respectievelijk directe en indirecte agressie. Uiteindelijk wordt een totaalscore berekend over alle zeventien items heen. De betrouwbaarheid van dit instrument is over het algemeen sterk (Carroll & Schute, 2005). In deze studie is de Cronbach s alfa voor de subschalen directe en indirecte agressie achtereenvolgens.87 en.83. Hoewel de DIAS berust op zelfrapportage heeft onderzoek van Lagerspetz et al. (1998) aangetoond dat de score op deze vragenlijst significant correleert met vragenlijsten over agressie die zijn ingevuld door peers. Naast de DIAS die alleen gebaseerd is op zelfrapportage, is tevens gebruik gemaakt van de lerarenvragenlijst Children s Social Behavior Scale (CSBS-T; Crick, 1996). Deze vragenlijst gaat in op agressief gedrag van de leerling ten opzichte van zijn of haar leeftijdsgenoten en werd voor iedere leerling door de mentor ingevuld. De vragenlijst bestaat uit elf items waarvoor de mentor aangeeft op een vijfpunts-likertschaal die loopt van zeer mee oneens tot zeer mee eens in hoeverre deze uitspraak opgaat voor de betreffende leerling. De items bestonden uit uitspraken als: Deze leerling vecht met leeftijdsgenoten of begint vechtpartijen en Als deze leerling boos is op een leeftijdsgenoot, uit hij/zij dat door de ander buiten te sluiten. Er werd uiteindelijk een totaalscore berekend over alle elf items heen. Onderzoek van Crick (1996) geeft aan dat het instrument een goede constructvaliditeit heeft. Cronbach s alfa was.94 en de test-hertest correlaties gaven ook een goede betrouwbaarheid aan. Dark Triad Om de persoonlijkheidstrekken van de Dark Triad te meten werd gebruik gemaakt van een Nederlandstalige versie van de Dirty Dozen (Jonason & Webster, 2010). De Dirty Dozen meet machiavellisme, psychopathie en narcisme aan de hand van twaalf items. Iedere persoonlijkheidstrek wordt gemeten op basis van vier items. Deze items bestaan uit uitspraken waarvoor de participant aangeeft in hoeverre hij of zij akkoord gaat met de uitspraak op een 9

10 Likertschaal van 1 (sterk mee oneens) tot 9 (sterk mee eens). Zo is een item dat betrekking heeft op machiavellisme bijvoorbeeld: Ik ben geneigd anderen te manipuleren om mijn zin te krijgen. Psychopathie wordt onder andere gemeten aan de hand van het item: Ik ben geneigd om harteloos en ongevoelig te zijn. Het item Ik wil dat anderen aandacht aan mij besteden is tot slot een voorbeeld van een item dat narcisme meet. De participant geeft dus aan in hoeverre deze gedragingen bij hem of haar passen. De Dirty Dozen is een adequaat instrument om de drie Dark Triad trekken te meten, omdat de convergente en discriminante validiteit acceptabel zijn. Het instrument heeft een goede test-hertestcorrelatie van.89 met een bereik van voor de subschalen (Jonason & Webster, 2010). In deze studie is de Cronbach s alfa voor de subschalen machiavellisme, psychopathie en narcisme achtereenvolgens.74,.74 en.84. Statistische analyses De statistische analyses zijn uitgevoerd met het statistisch programma SPSS 20. De hypothesen van dit onderzoek zijn getoetst aan de hand van drie meervoudige regressieanalyses. Voor het uitvoeren van deze analyses zijn eerst de variabelen die zijn opgenomen in de analyses gecentreerd. Centreren is een transformatie in SPSS, waarbij het gemiddelde van iedereen zijn score wordt afgetrokken zodat het gemiddelde van een variabele 0 wordt en de score van elk individu direct aangeeft of hij of zij boven of onder het gemiddelde zit. Op deze manier zijn dus nieuwe gecentreerde variabelen aangemaakt voor de Dark Triad trekken en sociale afwijzing. Tot slot zijn ook interactievariabelen aangemaakt. Deze kwamen tot stand door steeds sociale afwijzing te vermenigvuldigen met één van de Dark Triad trekken. Zo ontstonden de drie interactievariabelen van sociale afwijzing met machiavellisme, psychopathie en narcisme. Met behulp van een MANOVA-analyse zal vervolgens worden bekeken of er gecontroleerd moet worden voor effecten van geslacht. De meervoudige regressieanalyses zullen worden uitgevoerd op indirecte agressie, directe agressie en tot slot op de agressie gerapporteerd door de leraar, waarbij geslacht, sociale afwijzing, de Dark Triad persoonlijkheidstrekken en de interactievariabelen stapsgewijs zullen worden opgenomen als onafhankelijke variabelen. Een effect zal als significant worden beschouwd als de kans dat het door toeval is ontstaan, kleiner is dan 5%. Resultaten Het doel van deze studie was het onderzoeken of de Dark Triad persoonlijkheidstrekken een modererende rol spelen bij de mogelijk positieve samenhang 10

11 tussen sociale afwijzing en agressief gedrag. Voordat de hypothesen bij deze onderzoeksvraag werden getoetst, is er eerst gekeken naar de samenhang tussen de verschillende constructen; sociale afwijzing, machiavellisme, psychopathie, narcisme en agressie. Door het opvragen van scatterplots tussen sociale afwijzing en de drie afhankelijke agressievariabelen is eerst gekeken of er sprake was van een lineaire samenhang. De samenhang die werd gevonden bleek overal lineair. In de daarna opgevraagde correlatiematrix was af te lezen dat de verwachte samenhang tussen sociale afwijzing en agressie niet zo positief leek als werd verwacht. Er werd namelijk alleen een significante positieve samenhang gevonden tussen de score van leerlingen op sociale afwijzing en de score op agressie gerapporteerd door de leraar: hoe vaker men als niet aardig werd beschouwd, hoe agressiever het gedrag was dat de leraar rapporteerde, r = -.34, p <.001. Er werd ook geen significante samenhang gevonden tussen de drie Dark Triad trekken machiavellisme, psychopathie en narcisme met sociale afwijzing. Na het uitvoeren van een correlatieanalyse werd een MANOVA-analyse uitgevoerd om te kijken of de scores op machiavellisme, psychopathie en narcisme verschilden voor geslacht. Er werd een significant verschil gevonden in scores op de Dark Triad persoonlijkheidstrekken op basis van geslacht, F(3, 301) = 2,923, p =.034; Wilk's Λ =.97, partial η2 =.03. De univariate toetsingen leverden ook voor alle drie de Dark Triad trekken een significant resultaat op. In Tabel 1 staan de resultaten weergegeven. Jongens scoorden gemiddeld significant hoger op machiavellisme, psychopathie en narcisme dan meisjes (p =.013, p =.025 en p =.011). Om de hypothese te testen of de Dark Triad trekken machiavellisme, psychopathie en narcisme een modererende rol spelen bij de samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag zijn drie meervoudige regressieanalyses uitgevoerd. Er is hierbij steeds gekeken naar de hoofd- en de interactie-effecten. De eerste meervoudige regressieanalyse werd uitgevoerd op indirecte agressie. De resultaten staan beschreven in Tabel 2. Geslacht bleek eerder een belangrijke rol te spelen bij de gemiddelde scores op de Dark Triad persoonlijkheidstrekken, daarom is ook de variabele geslacht in de eerste stap van de meervoudige regressieanalyses opgenomen als onafhankelijke variabele om zo een meer zuivere schatting te kunnen maken van de effecten van persoonlijkheid door te controleren voor geslacht. Geslacht verklaarde 4,9% van de variantie in indirecte agressie (R² =.049) en oefende een significante invloed uit (p <.001). Geslacht is dus een positieve voorspeller van indirecte agressie; jongens scoorden significant hoger op indirecte agressie (M = 1,58, SD = 0,45) dan meisjes (M = 1,40, SD = 0,34). In de tweede stap werd sociale afwijzing toegevoegd in de analyse. Dit leverde slechts 11

12 een toename van 0,2% in de verklaarde variantie van indirecte agressie op, deze toename was ook niet significant (p =.407). In de derde stap werden de variabelen machiavellisme, psychopathie en narcisme toegevoegd. Geslacht, sociale afwijzing en de Dark Triad trekken samen verklaarden 30,3% van de variantie in indirecte agressie (R² Change =.263, p = <.001). Machiavellisme, psychopathie en narcisme bepaalden dus voor een aanzienlijk deel de spreiding in scores in indirecte agressie. Daarbij werden er hoofdeffecten van machiavellisme en van narcisme op indirecte agressie gevonden (p <.001, p =.004). Machiavellisme en narcisme bleken positieve voorspellers van indirecte agressie. Een hoge mate van machiavellisme en narcisme voorspelden dus een hoge mate van indirecte agressie. Het effect van geslacht bleef hierbij significant (p =.005). Als laatste werden de interactievariabelen meegenomen in de analyse. Deze opname leverde een toename van 1,3% in verklaarde variantie op en bleek ook niet significant (R² Change =.013, p =.131). Hoewel de interactievariabelen niet significant meer variantie in indirecte agressie verklaarden, werd er wel een interactie-effect van sociale afwijzing en narcisme op indirecte agressie gevonden (p =.033). Dit lijkt dus de eerder gestelde hypothese, waarbij vooral een modererende rol van narcisme werd verwacht op indirecte agressie, te ondersteunen. Wanneer echter alleen sociale afwijzing, narcisme en de interactievariabele van sociale afwijzing en narcisme in een meervoudige regressieanalyse werden opgenomen, bleek het effect niet meer significant. Voorzichtige interpretatie van dit interactie-effect is dus vereist omdat het mogelijk een effect is van het aantal variabelen dat is opgenomen in de analyse, een suppressie-effect. Vervolgens werd een meervoudige regressieanalyse uitgevoerd op directe agressie, waarbij eveneens achtereenvolgens geslacht, sociale afwijzing, de Dark Triad trekken en de interactievariabelen werden opgenomen. Geslacht verklaarde slechts 0,1% van de variantie in directe agressie. Het toevoegen van sociale afwijzing zorgde niet voor een toename in de verklaarde variantie (R² =.000; p =.911). Wanneer de Dark Triad trekken werden meegenomen in de analyse leverde dit wel een significante toename op in verklaarde variantie (R² =.052; p =.001). Opvallend was dat er geen enkel hoofdeffect werd gevonden van één van de Dark Triad trekken op directe agressie. Toevoeging van de interactievariabelen leverde ook hier geen significante toename in verklaarde variantie op (R² =.070; p =.131) en opnieuw geen hoofd- en/of interactie-effecten. Tot slot werd er een meervoudige regressieanalyse uitgevoerd op de derde 12

13 afhankelijke variabele, agressie gerapporteerd door de leraar 1. De resultaten zijn weergegeven in Tabel 3. Geslacht alleen verklaarde slechts 0,2% van de verklaarde variantie in agressie gerapporteerd door de leraar (p =.501). Wanneer sociale afwijzing in de tweede stap toegevoegd werd, zorgde dit voor een significante toename in verklaarde variantie (R² =.121; p <.001). Sociale afwijzing oefende ook een hoofdeffect uit op agressie die door de leraar werd gerapporteerd (p <.001). Hoe hoger de sociale afwijzing, hoe meer agressie er werd gerapporteerd door de leraar. Opmerkelijk was ook dat het toevoegen van de Dark Triad trekken hier niet zorgde voor een significante toename in verklaarde variantie (R² Change =.019; p =.132). Er werd wel een hoofdeffect van psychopathie gevonden op agressie gerapporteerd door de leraar (p =.043). Hogere scores op psychopathie voorspelden ook een hogere mate van agressie gerapporteerd door de leraar. Toevoeging van de interactievariabelen zorgde hier, in tegenstelling tot bij de meervoudige regressieanalyses op de andere agressiematen, wel voor een significante toename in verklaarde variantie met 3,0% (p =.027). Ook werden er significante interactie-effecten gevonden van sociale afwijzing en machiavellisme en van sociale afwijzing en psychopathie op de door de leraar gerapporteerde agressie (p =.020, p =.035). Leerlingen die sociaal werden afgewezen in de klas en laag scoorden op psychopathie laten een hogere mate van de door leraar gerapporteerde agressie zien dan leerlingen die hoog scoorden op psychopathie en die ook sociaal werden afgewezen (Figuur 1). Leerlingen die hoog scoorden op machiavellisme en sociaal werden afgewezen laten meer agressief gedrag zien dan leerlingen die laag scoorden op machiavellisme en ook sociaal werden afgewezen (Figuur 2). Discussie Deze studie werd uitgevoerd om de veronderstelde modererende rol van de Dark Triad persoonlijkheidstrekken bij de verwachte positieve samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag in de adolescentie te onderzoeken.verwacht werd dat leerlingen met hoge scores op de Dark Triad trekken en die sociaal worden afgewezen een hogere mate van agressie zouden laten zien, dan leerlingen die lager scoren op de Dark Triad trekken en ook sociaal worden afgewezen. Er werd tevens een specifieke invloed van narcisme verwacht, namelijk dat naarmate adolescenten hoger zouden scoren op narcisme, ze een hogere mate van indirecte agressie zouden laten zien wanneer ze sociaal worden afgewezen. Deze 1 In deze meervoudige regressieanalyse zijn slechts 267 proefpersonen meegenomen omdat bij één klas de leraarvragenlijst niet was ingevuld. 13

14 hypothese kwam tot stand doordat narcisten vaak een kwetsbaar zelfbeeld hebben en gevoelig zijn voor kritiek van anderen. Na sociale afwijzing zouden zij hun zelfbeeld zo snel mogelijk willen herstellen door toenadering of verzoening te zoeken, waarbij zij gebruik zullen maken van indirect agressief gedrag (Björkqvist et al., 1992; Den Dekker, 2008). Geslachtsverschillen De resultaten lieten zien dat geslacht een significante invloed had op de uitkomsten van deze studie. Jongens scoorden op alle drie de Dark Triad trekken significant gemiddeld hoger dan meisjes. Dit was in overeenstemming met studies van Paulhus en Williams (2002) en van Jonason en Webster (2010). Opmerkelijk was wel dat jongens significant hoger scoorden op indirecte agressie dan meisjes. Dit was opvallend omdat in de literatuur doorgaans beschreven wordt dat jongens meer directe agressie vertonen en meisjes juist meer indirect agressief gedrag (Lagerspetz et al., 1988; Björkqvist et al., 1992). Bij de verdere analyses werd gecontroleerd voor geslacht om er zo zeker van te zijn dat enkel de effecten van persoonlijkheid werden gemeten. Sociale afwijzing en agressie In deze studie werd uitgegaan van een positieve samenhang tussen sociale afwijzing en agressie. Deze samenhang werd gemeten aan de hand van drie agressiematen: indirecte agressie, directe agressie en door de leraar gerapporteerde agressie. Een samenhang tussen sociale afwijzing en indirecte agressie kon in deze studie niet worden aangetoond. Wel verklaarden de Dark Triad trekken een aanzienlijk deel van de spreiding in indirecte agressie. Dit komt overeen met eerder onderzoek omdat de Dark Triad doorgaans worden gekenmerkt door gedragingen van indirecte agressie, zoals het tegen elkaar opzetten van personen, het met opzet verspreiden van roddels of het bewust buitensluiten van mensen (Paulhus & Williams, 2002). De samenhang tussen sociale afwijzing en directe agressie bleek ook niet significant. Onderzoek van Den Dekker (2008) liet echter wel een positieve samenhang zien. Daarnaast toonden Jonason en Webster (2010) een positieve samenhang tussen de Dark Triad persoonlijkheidstrekken en directe agressie aan. Deze samenhang kon ook niet in deze studie worden aangetoond. Dit verschil in resultaten zou mogelijk kunnen komen doordat sociale afwijzing in de studie van Den Dekker (2008) werd gemanipuleerd door middel van een computerspel en daarbij dus werd gekeken naar de gevoelens van sociale afwijzing van de persoon zelf. In deze studie berustte sociale afwijzing echter op het gebruik van peer nominaties, waarbij werd bekeken in hoeverre anderen vinden dat iemand wordt afgewezen. In tegenstelling tot bij de andere agressiematen bleek de samenhang tussen sociale 14

15 afwijzing en agressie gerapporteerd door de leraar wel significant. Hoe hoger de sociale afwijzing, hoe meer agressie er werd gerapporteerd door de leraar. Deze resulten waren in overeenstemming met het onderzoek van Dodge et al. (2003). Positieve voorspellers van agressief gedrag Machiavellisme en narcisme bleken in overeenstemming met eerdere studies (Paulhus & Williams, 2002; Den Dekker, 2008; Ali et al., 2009) positieve voorspellers van indirecte agressie. Leerlingen die hoog scoorden op machiavellisme en narcisme lieten met name een hogere mate van indirecte agressie zien. De Dark Triad trekken bleken echter geen voorspeller van directe agressie in de huidige studie. Deze resultaten zijn mogelijk te wijten aan moeite met het begrijpen van een aantal items uit de Dark Triad en sociaal wenselijke antwoorden bij agressief gedrag. Tot slot voorspelden hogere scores op psychopathie een hogere mate van agressie gerapporteerd door de leraar. Dit ondersteunt de resultaten van Jonason en Webster (2010) waarin de Dark Triad trekken een samenhang met agressief gedrag lieten zien. Modererende rol van Dark Triad De specifiek modererende rol van narcisme bij indirecte agressie werd in eerste instantie gevonden in de resultaten en leek de hiermee eerder opgestelde hypothese met betrekking tot hogere scores op narcisme en een hogere mate van indirecte agressie te bevestigen. De interpretatie van dit effect vereist echter enige voorzichtigheid, omdat narcisme geen modererende rol meer had wanneer de andere Dark Triad trekken niet werden meegenomen in de analyse. Het gevonden effect van narcisme lijkt daardoor eerder een supressie-effect dan een modererend effect te zijn als gevolg van het aantal variabelen dat werd opgenomen in de analyse (Conger, 1974). Een verklaring voor het niet kunnen aantonen van deze verwachtingen zou kunnen zijn dat sociale afwijzing en indirecte agressie niet voldoende de constructen maten die werden beoogd. Tevens waren er ook een aantal items van de Dirty Dozen die sommige leerlingen moeilijk begrepen. Zo hadden meerdere leerlingen moeite met woorden als vleierij, prestige en aanzien. Hierdoor zou de invloed van narcisme minder duidelijk naar voren kunnen zijn gekomen. De Dark Triad trekken speelden geen modererende rol bij de samenhang tussen sociale afwijzing en directe agressie. Dit spreekt de al eerder aangehaalde resultaten van Jonason en Webster (2010), waarin een positieve samenhang tussen de Dark Triad trekken en directe agressie werd gevonden, tegen. Een verklaring hiervoor moet waarschijnlijk gezocht worden in problemen met begrip van sommige items uit de Dirty Dozen en in problemen met de zelfrapportage vragenlijst over agressie. Jongeren hebben mogelijk onvoldoende zelfinzicht in 15

16 het eigen gedrag of zijn geneigd om sociaal wenselijke antwoorden te geven. Tot slot werden er interactie-effecten gevonden van sociale afwijzing en machiavellisme en van sociale afwijzing en psychopathie op de door de leraar gerapporteerde agressie. Deze effecten waren in de verwachte richting met de kenmerkende gedragingen van deze Dark Triad trekken. Leerlingen die sociaal werden afgewezen en laag scoorden op psychopathie lieten een hogere mate van de door leraar gerapporteerde agressie zien dan leerlingen die sociaal werden afgewezen en hoog scoorden op psychopathie. Dit effect lijkt in overeenstemming met de literatuur omdat mensen die hoog scoren op psychopathie vaak een gebrek aan inlevingsvermogen hebben, sterk op zichzelf gericht zijn en minder geneigd zijn om te denken aan anderen (Ali et al., 2009). Wellicht merken ze sociale afwijzing dus niet eens op of hechten ze er weinig waarde aan. Ze zullen zich daarom ook niet specifiek agressiever gaan gedragen dan mensen die lager scoren op psychopathie (Paulhus & Williams, 2002; Ali et al., 2009). Jongeren die hoog scoorden op machiavellisme en sociaal werden afgewezen lieten meer agressief gedrag gezien dan sociaal afgewezen jongeren die ondergemiddeld scoorden op machiavellisme. Ook dit effect is in overeenstemming met de verwachting die berustte op het onderzoek van Paulhus en Williams (2002) en de resultaten van Ali et al. (2009). Machiavellisten zijn zich namelijk wel bewust van sociale afwijzing omdat zij vaak heel erg gefocust zijn om op een strategische manier hun doelen te bereiken. Zij zullen zich dan ook manipulatief gaan gedragen als gevolg van de sociale afwijzing door bijvoorbeeld de ander te misleiden (Ali et al, 2009). Sterktes en limitaties Deze studie kent ten opzichte van eerder verricht onderzoek een aantal sterke punten. Positief aan dit onderzoek was bijvoorbeeld dat er gebruik is gemaakt van peer nominaties, wat een goed instrument is om de sociale positie van een leerling in de klas weer te geven en om daarmee dus ook sociale afwijzing te meten (Dijkstra et al., 2009). Daarnaast richt deze studie zich niet specifiek op één vorm van agressie, zoals eerder onderzoek van Twenge et al. (2001), Dodge et al. (2003) en Jonason en Webster (2010) deed. Agressief gedrag is in deze studie namelijk gemeten aan de hand van drie verschillende agressiematen, waarbij gebruik is gemaakt van zowel zelfrapportage alswel van de perceptie van de leraar. Er werd hiermee beoogd om te controleren voor effecten als gevolg van gebrek aan zelfinzicht bij de jongeren of sociaal wenselijke antwoorden. Tevens werd door het gebruik van drie verschillende agressiematen meer inzicht verkregen in de aard van het agressieve gedrag waarvoor de Dark Triad trekken modereren bij sociale afwijzing. Hoewel deze studie sterke punten heeft, kent dit onderzoek ook een aantal 16

17 beperkingen. Zo zijn ten eerste de onderzoeksdata afkomstig van slechts twee middelbare scholen, waardoor de generaliseerbaarheid van dit onderzoek niet hoog is. Ten tweede is het onderzoek niet longitudinaal, waardoor geen uitspraken gedaan kunnen worden over resultaten op lange termijn. In toekomstig onderzoek zou bijvoorbeeld gedurende de onderbouw elk jaar een meting plaats kunnen vinden, waardoor mogelijk meer inzicht verkregen wordt in de rol van de Dark Triad bij sociale afwijzing en agressief gedrag op langere termijn. In de studie van Dodge et al. (2003) leek sociale afwijzing namelijk een cumulatief effect te hebben op agressief gedrag over de jaren heen. Naarmate de sociale afwijzing langer aanhield, werd er een hogere mate van agressief gedrag geobserveerd. De Dark Triad persoonlijkheidstrekken zouden mogelijk een deel van dit versterkende effect kunnen verklaren, omdat de Dark Triad trekken worden gekenmerkt door agressief gedrag en het aannemelijk is dat dit gedrag zal toenemen bij sociale afwijzing (Paulhus & Williams, 2002). Een derde beperking van dit onderzoek is de kans op fluctaties met betrekking tot de metingen. Zo is de kans groot dat er een bias bij de door de leraar gerapporteerde agressie is ingeslopen, omdat agressief gedrag ook buiten schooltijd en buiten het schoolgebouw plaatsvindt, waar de leraar geen zicht op heeft (Crick, 1996). Deze mogelijke invloeden zouden de gevonden resultaten op een positieve manier voor de huidige studie vertekend kunnen hebben. Daarnaast kwam tijdens het uitvoeren van het onderzoek naar voren dat een aantal items uit de Dirty Dozen lastig te begrijpen waren voor de gebruikte leeftijdscategorie in dit onderzoek. Naar alle waarschijnlijkheid hadden de jongeren moeite met het begrijpen van een aantal moeilijke woorden. Dit was op te maken uit het feit dat sommige items dikwijls werden opengelaten of dat er een willekeurig antwoord was ingevuld. Tot slot berust het construct sociale afwijzing in deze studie maar op één item uit de peer nominaties. Het is hierdoor aannemelijk dat niet aardig gevonden door klasgenoten niet volledig of in onvoldoende mate sociale afwijzing impliceert, wat de testresultaten negatief beïnvloed kan hebben. Sociale afwijzing zou echter ook op meerdere alternatieve wijzen geoperationaliseerd kunnen worden. Zo zou de mate waarin iemand wordt gepest of sociale uitsluiting als operationalisering voor sociale afwijzing in toekomstig onderzoek kunnen worden gebruikt. Onderzoek van Twenge et al. (2001) toonde namelijk al eerder een samenhang tussen sociaal buitengesloten worden en indirecte agressie aan. Daarnaast is het ook interessant om onderzoek te doen naar de rol van de Dark Triad trekken bij agressie als gevolg van andere soorten bedreigingen, zoals bijvoorbeeld slechte schoolprestaties. Hierbij zou opnieuw gekeken kunnen worden naar de specifieke rol van narcisme in vergelijking met 17

18 de andere Dark Triad trekken, omdat narcisten gewoonlijk slecht overweg kunnen met kritiek (Den Dekker, 2008). Implicaties Hoewel de bevindingen van deze studie niet helemaal overeenkomen met eerder onderzoek levert dit onderzoek wel een bijdrage aan de klinische praktijk, omdat deze studie stelt dat er een modererend effect van de Dark Triad trekken lijkt te zijn bij agressie. Dit impliceert dat persoonlijkheid een rol kan spelen bij het doen verminderen van agressief gedrag als gevolg van sociale afwijzing. Deze studie wijst namelijk uit dat sommige leerlingen door hun specifieke persoonlijkheid (laag op psychopathie en hoog op machiavellisme) een sterkere samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag laten zien. Deze jongeren zijn mogelijk door hun specifieke persoonlijkheid gevoeliger voor sociale afwijzing dan anderen. Deze bevindingen zouden bijvoorbeeld toegepast kunnen worden bij sociale vaardigheidstrainingen. Dergelijke trainingen hebben vaak ook als impliciet oogpunt het verminderen van sociale afwijzing door het leren van vaardigheden waarmee gemakkelijker contacten met leeftijdsgenoten gelegd kunnen worden (Bierman, Miller & Stabb, 1987). Wanneer er meer aandacht zal zijn voor de persoonlijkheid bij deze trainingen, zal bij leerlingen die laag scoren op psychopathie en hoog op machiavellisme het agressieve gedrag mogelijk sneller afnemen als de afwijzing afneemt door het toepassen van sociale vaardigheiden dan bij anderen. Door deze vaardigheden zullen zij beter reageren op mogelijke sociale afwijzing waardoor er ook minder agressief gedrag optreedt. Deze leerlingen zullen waarschijnlijk net wat meer aandacht nodig hebben tijdens een training omdat zij door hun persoonlijkheid slechter reageren op sociale afwijzing. Door het bieden van deze extra aandacht zal het klasklimaat sneller bevorderd kunnen worden en zou het pesten bijvoorbeeld eerder kunnen afnemen. Bij jongeren die hoog scoren op psychopathie zou juist gesteld kunnen worden op basis van dit onderzoek dat dergelijke trainigen weinig effect zullen hebben, omdat zij zich niet bewust zullen zijn van de sociale afwijzing en ook moeilijker in staat zijn om prosociaal gedrag te leren (Bierman et al., 1987; Ali et al., 2009). Wanneer sociale afwijzing en agressief gedrag als gevolg van een specifieke persoonlijkheid beter en eerder kunnen worden aangepakt, zal de adolescent tevens wel de mogelijkheid kunnen krijgen om in een vriendengroep sociale vaardigheden te ontwikkelen die normaliter op latere leeftijd agressief gedrag inhiberen (Dodge et al., 2003). Daarnaast zouden ook de negatieve gevolen van sociale afwijzing zoals sociale angst en depressieve symptomen beperkt kunnen blijven (La Greca en Harrison, 2005). 18

19 Conclusie Concluderend kan gesteld worden dat deze studie een bijdrage levert aan het antwoord op de vraag welke invloed sociale afwijzing heeft op het gedrag van een adolescent. De studie vergroot daarnaast de kennis met betrekking tot de rol van de Dark Triad trekken bij deze samenhang en benadrukt de rol van een specifieke persoonlijkheid (laag op psychopathie en hoog op machiavellisme) bij de samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag. Deze studie wijst namelijk uit dat leerlingen met deze specifieke persoonlijkheid een sterkere samenhang tussen sociale afwijzing en agressief gedrag laten zien. Sociale afwijzing heeft dus wel degelijk een effect op agressie, maar specifieke persoonlijkheidskenmerken zijn bepalend voor de mate waarin dit het geval is. 19

20 Literatuur Ali, F., Amorim, I. S., & Chamorro-Premuzic, T. (2009). Empathy deficits and trait emotional intelligence in psychopathy and machiavellianism. Personality and Individual Differences, 47, Ali, F., & Chamorro-Premuzic, T. (2010). The dark side of live and life satisfaction: Associations with intimate relationships, psychopathy and machiavellianism. Personality and Individual Differences, 48, Bierman, K, L., Miller, C. L., & Stabb, S. D. (1987). Improving the social behavior and peer acceptance of rejected boys: Effects of social skill training with instructions and prohibitions. Journal of Consulting and Clinical Psychology, 55, Björkqvist, K., Lagerspetz, K. M. J., & Kaukiainen, A. (1992). Do girls manipulate and boys fight? Developmental trends in regard to direct and indirect aggression. Aggressive Behavior, 18, Björkqvist, K., Lagerspetz, K. M. J., & Österman, K. (1992). The Direct and Indirect Aggression scales. Vasa, Finland: Abo Akademi University, Department of Social Sciences. Buhrmester, D. (1990). Intimacy of friendships, interpersonal competence, and adjustment during preadolescence and adolescence. Child Development, 61, Carroll, P., & Schute, R. (2005). School peer victimization of young people with craniofacial conditions: A comparative study. Psychology, Health and Medicine, 10, Conger, A. J. (1974). A revised definition for suppressor variables: A guide to their identification and interpretation. Educational and Psychological Measurement, 34, Crick, N.R. (1996). The role of overt aggression, relational aggression and prosocial behavior in the prediction of children s future social adjustment. Child Development, 67, Den Dekker, C. (2008). Sociale afwijzing en agressie bij kinderen. De rol van narcisme en symptomen van sociale angst. (Masterthesis, Universiteit van Utrecht, Nederland). Verkregen van /Masterthesis%20Dekker%2c%20C%20den pdf Dijkstra, J. K., Cillessen, A. H. N., Lindenberg S., & Veenstra, R. (2010). Basking in reflected glory and its limits: Why adolescents hang out with popular peers. Journal of Research on Adolescence, 20,

21 Dijkstra, J. K., Lindenberg, S., Verhulst, F. C., Ormel, J., & Veenstra, R. (2009). The relation between popularity and aggressive, destructive, and norm-breaking behaviors: Moderating effects of athletic abilities, physical attractiveness, and prosocialty. Journal of Research on Adolescence, 19, Dodge, K. A., Lansford, J. E., Burks, V., Bates, J. E., Pettit, G. S., Fontaine, R., & Price, J. M. (2003). Peer rejection and social information-processing factors in the development of aggressive behavior problems in children. Child Development, 74, Eccles, J. S. (1991). The development of children ages 6 to 14. The Future of Children, 9, Elliott, G. C. (1984). Dimensions of the self-concept: A source of further distinctions in the nature of self-consciousness. Journal of Youth and Adolescence, 13, Hatzenbuehler, M. L. (2009). How does sexual minority stigma get under the skin A psychological framework. Psychological Bulletin, 135, Hatzenbuehler, M. L., McLaughin, K. A., & Xuan, Z. (2012). Social networks and risk for depressive symptoms in a national sample of sexual minority youth. Social Science & Medicine, 75, Jonason, P. K., & Webster, G. D. (2010). The Dirty Dozen: A concise measure of the dark triad. Psychological Assessment, 22, Jones, D. N., & Paulhus, D. L. (2010). Different provocations trigger aggression in narcissists and psychopaths. Social Psychological and Personality Science, 1, Klimstra, T. A., Hale III, W. W., Raaijmakers, Q. A. W., Branje, S. T., & Meeus, W. H. J. (2009). Maturation of personality in adolescence. Journal of Personality and Social Psychology, 96, Klimstra, T. A., Hale III, W. W., Raaijmakers, Q. A. W., Branje, S. T., & Meeus, W. H. J. (2010). Identity formation in adolescence: Change of stability? Journal of Youth and Adolescence, 39, LaFontana, K. M., & Cillessen, A. H. N. (2009). Developmental changes in the priority of perceived status in childhood and adolescence. Social Development, 19, Lagerspetz, K. M. J., Björkqvist, K., & Peltonen, T. (1988). Is indirect aggression typical of females? Gender differences in aggressiveness in year old children. Aggressive Behavior, 14, La Greca, A. M., & Harrison, H. M. (2005). Adolescent peer relations, friendships, and romantic relationships: Do they predict social anxiety and depression? Journal of Clinical Child and Adolescent Psychology, 34,

De Relatie tussen Narcisme en Pestgedrag in de Vroege Adolescentie. Anissa El Farkouchi: 307819. Universiteit van Tilburg

De Relatie tussen Narcisme en Pestgedrag in de Vroege Adolescentie. Anissa El Farkouchi: 307819. Universiteit van Tilburg De Relatie tussen Narcisme en Pestgedrag in de Vroege Adolescentie Anissa El Farkouchi: 307819 Universiteit van Tilburg Bachelorthesis Psychologie en Gezondheid Departement Ontwikkelings- en Forensische

Nadere informatie

jonge adolescenten Frank R. E. van de Kerkhof ANR: Thesisbegeleider: J. J. Sijtsema

jonge adolescenten Frank R. E. van de Kerkhof ANR: Thesisbegeleider: J. J. Sijtsema De rol van klassenklimaat op de relatie tussen de dark triad en directe en indirecte agressie bij jonge adolescenten Frank R. E. van de Kerkhof ANR: 436007 Thesisbegeleider: J. J. Sijtsema Bachelorthesis

Nadere informatie

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon

Karen J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety

Nadere informatie

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?

Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten? De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De adolescentie is lang beschouwd als een periode met veelvuldige en extreme stemmingswisselingen, waarin jongeren moeten leren om grip te krijgen op hun emoties. Ondanks het feit

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch) Het Belang van Leeftijdsgenoten: Sociale Problemen in de Kleuterklas en de Ontwikkeling van Psychische Problemen

Samenvatting (Summary in Dutch) Het Belang van Leeftijdsgenoten: Sociale Problemen in de Kleuterklas en de Ontwikkeling van Psychische Problemen (Summary in Dutch) Het Belang van Leeftijdsgenoten: Sociale Problemen in de Kleuterklas en de Ontwikkeling van Psychische Problemen 141 Als kinderen psychische problemen ontwikkelen zoals gedragsproblemen

Nadere informatie

Bullying in Schools for Special Education: Who Are the Defenders?

Bullying in Schools for Special Education: Who Are the Defenders? Pesten in het Buitengewoon Secundair Onderwijs: Wie Zijn de verdedigers? Bullying in Schools for Special Education: Who Are the Defenders? Remy Gregoor Eerste begeleider: Tweede begeleider: mw. dr. Nicole

Nadere informatie

De invloed van pesten op het prosociale gedrag bij. scholieren met de Dark Triad. persoonlijkheidstrekken

De invloed van pesten op het prosociale gedrag bij. scholieren met de Dark Triad. persoonlijkheidstrekken De invloed van pesten op het prosociale gedrag bij scholieren met de Dark Triad persoonlijkheidstrekken Naam: Julia Huveneers Anr: 725696 Naam onderzoeksbegeleider: Dr. T.A. Klimstra Tweede beoordelaar:

Nadere informatie

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind.

Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Pesten onder Leerlingen met Autisme Spectrum Stoornissen op de Middelbare School: de Participantrollen en het Verband met de Theory of Mind. Bullying among Students with Autism Spectrum Disorders in Secondary

Nadere informatie

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren

INVLOED VAN CHRONISCHE PIJN OP ERVAREN SOCIALE STEUN. De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren De Invloed van Chronische Pijn en de Modererende Invloed van Geslacht op de Ervaren Sociale Steun The Effect of Chronic Pain and the Moderating Effect of Gender on Perceived Social Support Studentnummer:

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting. (summary in Dutch)

Nederlandse samenvatting. (summary in Dutch) Nederlandse samenvatting (summary in Dutch) 149 Samenvatting In dit proefschrift is agressief en regelovertredend gedrag van (pre)adolescenten onderzocht. Vanuit een doelbenadering (Sociale Productie Functie

Nadere informatie

RELATIE DARK TRIAD & POPULARITEIT. De Relatie tussen de Dark Triad persoonlijkheidskenmerken en Populariteit in de Vroege.

RELATIE DARK TRIAD & POPULARITEIT. De Relatie tussen de Dark Triad persoonlijkheidskenmerken en Populariteit in de Vroege. RELATIE DARK TRIAD & POPULARITEIT De Relatie tussen de Dark Triad persoonlijkheidskenmerken en Populariteit in de Vroege Adolescentie Dylan de Vries ANR: 343718 Universiteit van Tilburg Bachelorthesis

Nadere informatie

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken)

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken) 101 102 Hoofdstuk 1. Algemene introductie Het belangrijkste doel van dit proefschrift was het ontwikkelen van de Interactieve Tekentest (IDT), een nieuwe test

Nadere informatie

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen

Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic

Nadere informatie

N ederlandse samenvatting

N ederlandse samenvatting N ederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Alle kinderen doen wel eens dingen die niet mogen of waarmee ze anderen benadelen. Maar, sommige kinderen doen dat vaker dan andere. Het is bekend dat

Nadere informatie

Samenhang tussen psychopathie en het gebruik van cognitieve. distorsies bij adolescenten

Samenhang tussen psychopathie en het gebruik van cognitieve. distorsies bij adolescenten Samenhang tussen psychopathie en het gebruik van cognitieve distorsies bij adolescenten Bachelorthesis Forensische Psychologie Departement Psychologie en Gezondheid Forensische Psychologie - Universiteit

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Het effect van Cyberball buitensluiting op stemming en behoeftevervulling in. kinderen: De rol van gepest worden in de klas

Het effect van Cyberball buitensluiting op stemming en behoeftevervulling in. kinderen: De rol van gepest worden in de klas Het effect van Cyberball buitensluiting op stemming en behoeftevervulling in kinderen: De rol van gepest worden in de klas Tessa A. M. Lansu¹, Marike H. F. Deutz¹ ², Tirza H. J. van Noorden¹ ¹Radboud Universiteit

Nadere informatie

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Pouw, Lucinda Title: Emotion regulation in children with Autism Spectrum Disorder

Nadere informatie

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering

Nadere informatie

(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem

(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiviteit van Angstcommunicaties 1 (In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiveness

Nadere informatie

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten

De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk. en Lichamelijke Gezondheidsklachten De Modererende Invloed van Sociale Steun op de Relatie tussen Pesten op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten The Moderating Influence of Social Support on the Relationship between Mobbing at Work

Nadere informatie

De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout. bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs

De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout. bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs De Relatie tussen Existential Fulfilment, Emotionele Stabiliteit en Burnout bij Medewerkers in het Hoger Beroepsonderwijs The Relationship between Existential Fulfilment, Emotional Stability and Burnout

Nadere informatie

Proefschrift. Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems. Merel Griffith - Lendering. Samenvatting

Proefschrift. Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems. Merel Griffith - Lendering. Samenvatting Proefschrift Cannabis use, cognitive functioning and behaviour problems Merel Griffith - Lendering Samenvatting Het gebruik van cannabis is gerelateerd aan een breed scala van psychische problemen, waaronder

Nadere informatie

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen.

De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. The Relationship between Intimacy, Aspects of Sexuality and Attachment

Nadere informatie

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering

De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent

Nadere informatie

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar

Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen. bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Sekseverschillen in Huilfrequentie en Psychosociale Problemen bij Schoolgaande Kinderen van 6 tot 10 jaar Gender Differences in Crying Frequency and Psychosocial Problems in Schoolgoing Children aged 6

Nadere informatie

samenvatting Opzet van het onderzoek

samenvatting Opzet van het onderzoek 167 Angst en depressie komen vaak voor bij kinderen. Angst en depressie beïnvloeden niet alleen het huidige welbevinden van kinderen, maar kunnen ook een negatieve invloed hebben op hun verdere leven.

Nadere informatie

DE INVLOED VAN DE DARK TRIAD OP SOCIALE RELATIES BIJ ADOLESCENTEN

DE INVLOED VAN DE DARK TRIAD OP SOCIALE RELATIES BIJ ADOLESCENTEN De Invloed van de Dark Triad op Sociale Relaties bij Adolescenten Tomas Geling Departement Psychologie en Gezondheid, Forensische Psychologie, Tilburg University Bachelorthesis Psychologie en Gezondheid

Nadere informatie

Bachelor thesis Psychologie & Gezondheid. De Invloed van de Persoonlijkheidstrekken van de Dark Triad op

Bachelor thesis Psychologie & Gezondheid. De Invloed van de Persoonlijkheidstrekken van de Dark Triad op Bachelor thesis Psychologie & Gezondheid Ontwikkelingspsychologie De Invloed van de Persoonlijkheidstrekken van de Dark Triad op Directe of Indirecte Agressie bij Adolescenten. Auteur: T. E. de Vries ANR:

Nadere informatie

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw

van Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw De Invloed van Werk- en Persoonskenmerken op het Welbevinden van Werknemers The Influence of Job and Personality Characteristics on Employee Well-being Drs. P.E. Gouw Eerste begeleider: Dr. S. van Hooren

Nadere informatie

De Associatie tussen Agressie en Dark Triad Persoonlijkheidstrekken bij Jonge Adolescenten. Michelle Bastiaanse ANR

De Associatie tussen Agressie en Dark Triad Persoonlijkheidstrekken bij Jonge Adolescenten. Michelle Bastiaanse ANR Running head: De Associatie tussen Agressie en Dark Triad Persoonlijkheidstrekken bij Jonge Adolescenten Michelle Bastiaanse ANR 762303 Bachelorthesis (550997) Psychologie en Gezondheid Collegejaar 2013-2014

Nadere informatie

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting

Inleiding. Familiale kwetsbaarheid en geslacht. Samenvatting Inleiding Depressie en angst zijn veel voorkomende psychische stoornissen. Het ontstaan van deze stoornissen is gerelateerd aan een breed scala van risicofactoren, zoals genetische kwetsbaarheid, neurofysiologisch

Nadere informatie

7-10-2013. Emotieherkenning bij CI kinderen en kinderen met ESM

7-10-2013. Emotieherkenning bij CI kinderen en kinderen met ESM 7--3 Sociaal-emotioneel functioneren van kinderen met een auditieve/ communicatieve beperking Emotieherkenning bij kinderen en kinderen met Rosanne van der Zee Meinou de Vries Lizet Ketelaar Rosanne van

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het

Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve

Nadere informatie

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender, Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive 1 Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender Effect on the Relationship between Personality Traits and Sex Drive

Nadere informatie

Agressie bij jongeren en het verband met neuroticisme en populariteit

Agressie bij jongeren en het verband met neuroticisme en populariteit Agressie bij jongeren en het verband met neuroticisme en populariteit 1 Katalin Clarijs J. Borghuis MSc (begeleider) ANR: 230727 Bachelorthesis Psychologie en Gezondheid Departement Ontwikkelingspsychologie,

Nadere informatie

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit

Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit 1 Ouderlijke Controle en Angst bij Kinderen, de Invloed van Psychologische Flexibiliteit Nicola G. de Vries Open Universiteit Nicola G. de Vries Studentnummer 838995001 S71332 Onderzoekspracticum scriptieplan

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Interactionistische perspectieven benadrukken dat de persoon en zijn of haar omgeving voortdurend in interactie zijn en samen een systeem vormen. Dit idee van integratie

Nadere informatie

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.

De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility. RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede

Nadere informatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal

Nadere informatie

Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding. Relation between Cyberbullying and Parenting. D.J.A. Steggink. Eerste begeleider: Dr. F.

Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding. Relation between Cyberbullying and Parenting. D.J.A. Steggink. Eerste begeleider: Dr. F. Relatie tussen Cyberpesten en Opvoeding Relation between Cyberbullying and Parenting D.J.A. Steggink Eerste begeleider: Dr. F. Dehue Tweede begeleider: Drs. I. Stevelmans April, 2011 Faculteit Psychologie

Nadere informatie

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten

Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Verschil in Perceptie over Opvoeding tussen Ouders en Adolescenten en Alcoholgebruik van Adolescenten Difference in Perception about Parenting between Parents and Adolescents and Alcohol Use of Adolescents

Nadere informatie

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5)

Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometrische Eigenschappen van de Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Psychometric Properties of the Youth Anxiety Measure for DSM-5 (YAM-5) Hester A. Lijphart Eerste begeleider: Dr. E. Simon Tweede

Nadere informatie

(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1

(SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 (SOCIALE) ANGST, GEPEST WORDEN EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 Psychologische Inflexibiliteit bij Kinderen: Invloed op de Relatie tussen en de Samenhang met Gepest worden en (Sociale) Angst Psychological

Nadere informatie

Narcisme en machiavellisme, een weg naar populariteit?

Narcisme en machiavellisme, een weg naar populariteit? Narcisme en machiavellisme, een weg naar populariteit? Nancy Hoevenaar ANR 982540 Begeleid door Jeroen Borghuis Bachelorthesis Klinische Gezondheidspsychologie Tilburg University, Departement Ontwikkelingspsychologie

Nadere informatie

de Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality

de Rol van Persoonlijkheid Eating: the Role of Personality De Relatie tussen Dagelijkse Stress en Emotioneel Eten: de Rol van Persoonlijkheid The Relationship between Daily Stress and Emotional Eating: the Role of Personality Arlette Nierich Open Universiteit

Nadere informatie

Samenvatting. Summary in Dutch

Samenvatting. Summary in Dutch 6 Samenvatting Summary in Dutch 112 Samenvatting Emotionele en sociale processen bij pesten, gepest worden en verdedigen Pesten op school is een wereldwijd probleem met negatieve korte- en langetermijngevolgen

Nadere informatie

De Relatie tussen Intimiteit en Seksualiteit en de Modererende Rol van Sekse en. Anita Jansen-Breukelman

De Relatie tussen Intimiteit en Seksualiteit en de Modererende Rol van Sekse en. Anita Jansen-Breukelman De Relatie tussen Intimiteit en Seksualiteit en de Modererende Rol van Sekse en Relatietevredenheid The Relationship between Intimacy and Sexuality and the Moderating Role of Gender and Relationship Satisfaction

Nadere informatie

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en

Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen. Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Moderatie van de Big Five Persoonlijkheidsfactoren op de Relatie tussen Gepest worden op het Werk en Lichamelijke Gezondheidsklachten en Ziekteverzuim Moderation of the Big Five Personality Factors on

Nadere informatie

Het verband tussen de persoonlijkheidskenmerken van de Dark Triad en eenzaamheid. Annabel van der Linden ANR: 971808

Het verband tussen de persoonlijkheidskenmerken van de Dark Triad en eenzaamheid. Annabel van der Linden ANR: 971808 Het verband tussen de persoonlijkheidskenmerken van de Dark Triad en eenzaamheid Annabel van der Linden ANR: 971808 Eerste begeleider: Hana Hadiwijaya Tweede begeleider: Andreas Wismeijer Bachelorthesis

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Een goede hand functie is van belang voor interactie met onze omgeving. Vanaf het moment dat we opstaan, tot we s avonds weer naar bed gaan,

Nadere informatie

Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology NEDERLANDSE SAMENVATTING

Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology NEDERLANDSE SAMENVATTING Risk factors for the development and outcome of childhood psychopathology EDERLADSE SAMEVATTIG 157 Het komt regelmatig voor dat psychiatrische klachten clusteren in families. Met andere woorden, familieleden

Nadere informatie

Oorzaken en effecten van pesten bij kinderen

Oorzaken en effecten van pesten bij kinderen Oorzaken en effecten van pesten bij kinderen Naam: Marleen Panhuijsen Collegekaartnummer: 0101737 Begeleider: P. M. J. Prins Programmagroep: Klinische Psychologie Datum:24-10-2005 Inhoudsopgave Samenvatting

Nadere informatie

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,

Nadere informatie

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.

waardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening. amenvatting Elk jaar krijgen in Nederland zo n 45.000 mensen een beroerte, ook wel CVA (Cerebro Vasculair Accident) genoemd. Ongeveer 60% van hen keert na opname in het ziekenhuis of revalidatiecentrum

Nadere informatie

Neurocognitive Processes and the Prediction of Addictive Behaviors in Late Adolescence O. Korucuoğlu

Neurocognitive Processes and the Prediction of Addictive Behaviors in Late Adolescence O. Korucuoğlu Neurocognitive Processes and the Prediction of Addictive Behaviors in Late Adolescence O. Korucuoğlu Nederlandse Samenvatting De adolescentie is levensfase waarin de neiging om nieuwe ervaringen op te

Nadere informatie

agressie in de vroege adolescentie.

agressie in de vroege adolescentie. Koptekst: INVLOED VAN DARK TRIAD OP AGRESSIE 1 De invloed van narcisme, psychopathie en Machiavellisme op agressie in de vroege adolescentie. Robin Lemmens ANR: 663739 Begeleider: Dr. F.C.L. Donkers Tweede

Nadere informatie

Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende

Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1. Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Running head: WERKZAAMHEID CLIËNTGERICHTE SPELTHERAPIE 1 Werkzaamheid van Cliëntgerichte Speltherapie bij Kinderen met Internaliserende Problematiek: De Mediërende Invloed van de Ouder-Therapeut Alliantie

Nadere informatie

Spitzer quality of life index

Spitzer quality of life index Spitzer Quality of life index Spitzer, W. O., Dobson, A. J., Hall, J., Chesterman, E., Levi, J., Shepherd, R. et al. (1981). Measuring the quality of life of cancer patients: a concise QL index for use

Nadere informatie

Samenvatting. Beloop van dagelijkse activiteiten bij adolescenten met cerebrale parese. Een 3-jarige follow-up studie

Samenvatting. Beloop van dagelijkse activiteiten bij adolescenten met cerebrale parese. Een 3-jarige follow-up studie * Samenvatting Beloop van dagelijkse activiteiten bij adolescenten met cerebrale parese Een 3-jarige follow-up studie Samenvatting Tijdens de periode van groei en ontwikkeling tussen kindertijd en volwassenheid

Nadere informatie

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior

De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:

Nadere informatie

Samenvatting. (Summary in Dutch)

Samenvatting. (Summary in Dutch) (Summary in Dutch) 142 In dit proefschrift is de rol van de gezinscontext bij probleemgedrag in de adolescentie onderzocht. We hebben hierbij expliciet gefocust op het samenspel met andere factoren uit

Nadere informatie

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1 Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1 Relatie tussen Attitude, Sociale Invloed en Self-efficacy en Intentie tot Contact tussen Ouders en Leerkrachten bij Signalen van Pesten

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

rapporteerden. Er werden geen verschillen gevonden in schoolprestaties, spijbelgedrag en middelengebruik tussen de verschillende groepen.

rapporteerden. Er werden geen verschillen gevonden in schoolprestaties, spijbelgedrag en middelengebruik tussen de verschillende groepen. Samenvatting Samenvatting Depressie en angst zijn de meest voorkomende psychische stoornissen in de adolescentie met een enorme impact op het individu. Veel adolescenten rapporteren depressieve en angst

Nadere informatie

MINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1. Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden

MINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1. Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden MINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1 Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden Mindful (well)being? The mediating role of the self

Nadere informatie

Pesten (op school) bij kinderen met een autismespectrum stoornis 6/12/2017

Pesten (op school) bij kinderen met een autismespectrum stoornis 6/12/2017 Pesten (op school) bij kinderen met een autismespectrum stoornis KATRIEN HERMANS 6/12/2017 Overzicht Wie ben ik? Voorstelling artikel Autismespectrumstoornis en pesten Methode Resultaten Aanbevelingen

Nadere informatie

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping

Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping The Relation Between Personality, Stress and Coping J.R.M. de Vos Oktober 2009 1e begeleider: Mw. Dr. T. Houtmans 2e begeleider: Mw. Dr. K. Proost Faculteit

Nadere informatie

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme

Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:

Nadere informatie

De Invloed van Persoonlijkheidskenmerken op Schoolprestaties van Jongeren

De Invloed van Persoonlijkheidskenmerken op Schoolprestaties van Jongeren De Invloed van Persoonlijkheidskenmerken op Schoolprestaties van Jongeren Laurens t Lam ANR: 394622 Begeleider: J. Henrichs Tweede beoordelaar: E. S. A. de Cock Universiteit van Tilburg Faculteit Sociale

Nadere informatie

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het

SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE. Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het SLACHTOFFER CYBERPESTEN, COPING, GEZONDHEIDSKLACHTEN, DEPRESSIE Cyberpesten: de implicaties voor gezondheid en welbevinden van slachtoffers en het modererend effect van coping Cyberbullying: the implications

Nadere informatie

Juggling with Media. The Consequences of Media Multitasking for Adolescent Development. W.A. van der Schuur

Juggling with Media. The Consequences of Media Multitasking for Adolescent Development. W.A. van der Schuur Juggling with Media. The Consequences of Media Multitasking for Adolescent Development. W.A. van der Schuur Nederlandse Samenvatting [DUTCH SUMMARY] Nederlandse Samenvatting JONGLEREN MET MEDIA: DE GEVOLGEN

Nadere informatie

GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1. Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out

GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1. Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out GOAL-STRIVING REASONS, PERSOONLIJKHEID EN BURN-OUT 1 Het effect van Goal-striving Reasons en Persoonlijkheid op facetten van Burn-out The effect of Goal-striving Reasons and Personality on facets of Burn-out

Nadere informatie

SPEELT EFFORTFUL CONTROL EEN ROL TER VERKLARING VAN HET VERBAND TUSSEN STRAF- EN BELONINGSGEVOELIGHEID EN EETSTIJLEN BIJ ADOLESCENTEN?

SPEELT EFFORTFUL CONTROL EEN ROL TER VERKLARING VAN HET VERBAND TUSSEN STRAF- EN BELONINGSGEVOELIGHEID EN EETSTIJLEN BIJ ADOLESCENTEN? VAKGROEP ONTWIKKELINGS-, PERSOONLIJKHEID- EN SOCIALE PSYCHOLOGIE (PP07) ONDERZOEKSGROEP KLINISCHE ONTWIKKELINGSPSYCHOLOGIE SPEELT EFFORTFUL CONTROL EEN ROL TER VERKLARING VAN HET VERBAND TUSSEN STRAF-

Nadere informatie

De Relatie tussen Populariteit en Ervaren Verbale Agressie binnen het Voortgezet Onderwijs

De Relatie tussen Populariteit en Ervaren Verbale Agressie binnen het Voortgezet Onderwijs 1 De Relatie tussen Populariteit en Ervaren Verbale Agressie binnen het Voortgezet Onderwijs Andjena Prins Radboud Universiteit Nijmegen Naam: Andjena Prins Studentnr.: 0832243 Cursus: Bachelorwerkstuk-Persoon

Nadere informatie

De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving

De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving Relationships between Attachment and Well-being among the Elderly: The mediational Roles of Mindfulness

Nadere informatie

De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis.

De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis. De invloed van veerkracht op de relatie tussen pijn en psychische klachten bij revalidatiecliënten in een verpleeghuis. The influence of resilience on the relationship between pain and psychological symptoms

Nadere informatie

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal

Modererende Rol van Seksuele Gedachten. Moderating Role of Sexual Thoughts. C. Iftekaralikhan-Raghubardayal Running head: momentaan affect en seksueel verlangen bij vrouwen 1 De Samenhang Tussen Momentaan Affect en Seksueel Verlangen van Vrouwen en de Modererende Rol van Seksuele Gedachten The Association Between

Nadere informatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie

Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest

Nadere informatie

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim.

Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Pesten op het werk en de invloed van Sociale Steun op Gezondheid en Verzuim. Bullying at work and the impact of Social Support on Health and Absenteeism. Rieneke Dingemans April 2008 Scriptiebegeleider:

Nadere informatie

De relatie tussen Traumaklachten en Agressie bij Veteranen en de. Modererende rol van Persoonlijkheidskenmerken en Duur van de.

De relatie tussen Traumaklachten en Agressie bij Veteranen en de. Modererende rol van Persoonlijkheidskenmerken en Duur van de. De relatie tussen Traumaklachten en Agressie bij Veteranen en de Modererende rol van Persoonlijkheidskenmerken en Duur van de Uitzending The relationship between Trauma symptoms and Aggression in Veterans

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/43602 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Fenema, E.M. van Title: Treatment quality in times of ROM Issue Date: 2016-09-15

Nadere informatie

Pesten als groepsproces: Over pestkoppen, verdedigers en slachtoffers

Pesten als groepsproces: Over pestkoppen, verdedigers en slachtoffers Pesten als groepsproces: Over pestkoppen, verdedigers en slachtoffers René Veenstra Vakgroep Sociologie Rijksuniversiteit Groningen 1 Rocky: De enige reden waarom George aardig tegen ons doet is omdat

Nadere informatie

Executief Functioneren en Agressie. bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag. Executive Functioning and Aggression

Executief Functioneren en Agressie. bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag. Executive Functioning and Aggression Executief Functioneren en Agressie bij Forensisch Psychiatrische Patiënten in PPC Den Haag Executive Functioning and Aggression in a Forensic Psychiatric Population in PPC The Hague Sara Helmink 1 e begeleider:

Nadere informatie

General Personality Disorder. A study into the Core Components of Personality Pathology J.G. Berghuis

General Personality Disorder. A study into the Core Components of Personality Pathology J.G. Berghuis General Personality Disorder. A study into the Core Components of Personality Pathology J.G. Berghuis SAMENVATTING General Personality Disorder H. Berghuis Hoofdstuk 1 is de inleiding van dit proefschrift.

Nadere informatie

De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en. proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten

De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en. proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten De relatie tussen depressie- en angstsymptomen, diabetesdistress, diabetesregulatie en proactieve copingvaardigheden bij type 2 diabetespatiënten The relationship between depression symptoms, anxiety symptoms,

Nadere informatie

Achtergronden bij het instrument

Achtergronden bij het instrument Achtergronden bij het instrument P E O P L E I M P R O V E P E R F O R M A N C E Computerweg 1, 3542 DP Utrecht Postbus 1087, 3600 BB Maarssen tel. 0346-55 90 10 fax 0346-55 90 15 www.picompany.nl servicedesk@picompany.nl

Nadere informatie

De Relatie tussen Psychologische Controle door de Moeder en Dark Triad persoonlijkheidskenmerken bij Adolescenten. Bachelor Thesis. Tilburg University

De Relatie tussen Psychologische Controle door de Moeder en Dark Triad persoonlijkheidskenmerken bij Adolescenten. Bachelor Thesis. Tilburg University De Relatie tussen Psychologische Controle door de Moeder en Dark Triad persoonlijkheidskenmerken bij Adolescenten Bachelor Thesis Tilburg University Caro Strücks 880624 Begeleider: J. Borghuis Bachelor

Nadere informatie

6 Psychische problemen

6 Psychische problemen psychische problemen 6 Psychische problemen Gonneke Stevens In onderzoek naar de gezondheid en het welzijn van jongeren is het relevant aandacht te besteden aan psychische problematiek, waarbij vaak een

Nadere informatie

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7

Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Beelddenken: Een onderzoek naar visuele en verbale denkvoorkeuren en vaardigheden bij leerlingen van groep 6 en 7 Een samenvatting van het wetenschappelijk onderzoek naar beelddenken Inhoudsopgave Inleiding

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5 SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de

Nadere informatie

Vormen Premorbide Persoonlijkheidskenmerken die Samenhangen met Neuroticisme een Kwetsbaarheid voor Depressie en Apathie bij Verpleeghuisbewoners?

Vormen Premorbide Persoonlijkheidskenmerken die Samenhangen met Neuroticisme een Kwetsbaarheid voor Depressie en Apathie bij Verpleeghuisbewoners? Vormen Premorbide Persoonlijkheidskenmerken die Samenhangen met Neuroticisme een Kwetsbaarheid voor Depressie en Apathie bij Verpleeghuisbewoners? Are Premorbid Neuroticism-related Personality Traits a

Nadere informatie

De Relatie tussen de Dark Triad Persoonlijkheid en Hechting met Leeftijdsgenoten bij Adolescenten Lieke van Leeuwen Universiteit van Tilburg

De Relatie tussen de Dark Triad Persoonlijkheid en Hechting met Leeftijdsgenoten bij Adolescenten Lieke van Leeuwen Universiteit van Tilburg De Relatie tussen de Dark Triad Persoonlijkheid en Hechting met Leeftijdsgenoten bij Adolescenten Lieke van Leeuwen Universiteit van Tilburg Bachelorthesis Klinische gezondheidspsychologie 2013 2014 Departement

Nadere informatie

nederlandse samenvatting Dutch summary

nederlandse samenvatting Dutch summary Dutch summary 211 dutch summary De onderzoeken beschreven in dit proefschrift zijn onderdeel van een grootschalig onderzoek naar individuele verschillen in algemene cognitieve vaardigheden. Algemene cognitieve

Nadere informatie