Samenvattende bevindingen en overwegingen De NVAO steunt haar inhoudelijke besluitvorming op de onderstaande elementen uit het visitatierapport.

Transcriptie

1 ,mao f nederlcmds-vlaamse accreditatieorganisatie Accreditatiebesluit met een positief eindoordeel voor de opleiding Bachelor of Science in de sociologie (academisch gerichte bachelor) van de Universiteit Gent datum 7 juni 2016 onderwerp Accreditatiebesluit (004587) bijlagen 4 Samenvattende bevindingen en overwegingen De NVAO steunt haar inhoudelijke besluitvorming op de onderstaande elementen uit het visitatierapport. Op 3 en 4 maart 2015 werd de Bachelor Sociologie van de UGent in het kader van een onderwijsvisitatie op haar kwaliteit geëvalueerd door een commissie van onafhankelijke experten. In deze samenvatting, die een momentopname weergeeft, worden de belangrijkste bevindingen van de commissie opgelijst. Generieke kwaliteitswaarborg 1 - Beoogd eindniveau De visitatiecommissie (commissie) beoordeelt het beoogd eindniveau als goed. De faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen telt vier opleidingscommissies: één facultaire (FOC) en drie opleidingsspecifieke (waaronder de OC Sociologie), die worden aangestuurd door de Directie Onderwijsaangelegenheden (DOWA) op centraal niveau. De OC's dragen de verantwoordelijkheid voor het onderwijs. De FOC concentreert zich op de gemeenschappelijke facultaire stam in de 1ste bachelorfase. De OC Sociologie bestrijkt de ganse opleiding en is het centrale orgaan inzake de organisatie van de opleiding. De commissie staat positief tegenover het profiel en het universiteitsbrede onderwijsconcept 'Doing Sociology, dat in de doelstellingen mooi uitgewerkt is. De studenten geven ook aan dat de verwachtingen duidelijk zijn. De klemtoon ligt van oudsher op kwantitatief onderzoek, maar er is ook een steeds ruimere plaats voor het aanleren van vaardigheden in kwalitatief onderzoek. De beoogde opleidingsspecifieke leerresultaten passen binnen het Vlaamse kwalificatieraamwerk. Ook de link met het domeinspecifieke referentiekader is aan de maat. De opleidingsspecifieke leerresultaten zijn wel meer gedetailleerd uitgewerkt, vooral voor het competentiegebied Onderzoeksvaardigheden en het competentiegebied Zelfstandig professioneel handelen. De beoogde opleidingsspecifieke leerresultaten sluiten aan bij de actuele eisen die in internationaal perspectief vanuit het beroepenveld en vanuit het vakgebied worden gesteld. Parkstraat JK Postbus CD Den Haag P.O. Box 85498/2508 CD The Hague / The Netherlands T + 31 (0) info@nvao.net

2 Pagina 2 van 8 Generieke kwaliteitswaarborg 2 - Onderwijsproces De commissie beoordeelt het onderwijsproces als goed. De commissie vindt dat het concept Doing Sociology nog beter neergezet kan worden in het programma. De lijnen naar de specifieke opleidingsonderdelen kunnen duidelijker geëxpliciteerd worden. Het bachelor-mastertraject wordt geschraagd door zes leerlijnen, gebaseerd op de verschillende competentiegebieden. De studenten verwerven de opleidingscompetenties in opeenvolgende niveaus. Het inleidende eerste niveau is weerspiegeld in de algemene stam van de bacheloropleiding waarmee een brede multidisciplinaire en sociaalwetenschappelijke basis gelegd wordt. Het verdiepende niveau voor de sociologische theorie en de Onderzoeksvaardigheden zit ook in de algemene stam. In de 2e en 3e bachelorfase wordt het verdiepende niveau voor de vele hulpwetenschappen gerealiseerd door het organiseren van minores per hulpwetenschap. De commissie waardeert de mooi en consequent uitgeschreven leerlijnen van het bachelorprogramma. Het opleidingsonderdeel 'Langlopend onderzoek verdient hier een duidelijke positieve vermelding. De commissie ziet wel een nood aan een extra module met praktische scholing rond beleidsmatige aspecten. Ook kan de rol van de socioloog buiten het werkveld van de wetenschap meer expliciet gemaakt worden. De commissie ziet een brede opleiding met een interessant aanbod van hulpwetenschappen, maar meent dat de relatie met de basisopleiding vrij los geconcipieerd wordt. Omwille van de grootte van de groepen zijn activerende werkvormen realistisch vanaf het 2de bachelorjaar. Het hoorcollege komt heel frequent voor in de 1ste bachelorfase, maar daalt systematisch doorheen het traject. Het veelvuldige gebruik van papers kan beter gespreid worden over het traject. De commissie is onder de indruk van het enthousiaste, deskundige en studentvriendelijke docentenkorps. De studenten zijn ook vol lof over de benaderbaarheid van de docenten. Dit resulteert ook in een open houding ten aanzien van onderwijsprofessionalisering. De commissie heeft ook de publicaties van de docenten bestudeerd en daarin stelt zij ook op onderzoeksmatig vlak de nodige expertises vast. Het sterke team biedt (momenteel) een goede compensatie voor de relatief beperkte personeelsaantallen. Inzake de kwantiteit van het personeel bestaat er namelijk een kwetsbaarheid. Er wordt veelvuldig gerekend op tijdelijke medewerkers. De verbeteracties uit de kwaliteitszorg worden goed opgevolgd en er heerst een duidelijke kwaliteitszorgcultuur. De ondersteunende voorzieningen zijn aan de maat. Het monitoraat verzorgt algemene studiebegeleiding en vakinhoudeiijke begeleiding, voornamelijk voor het 1ste bachelorjaar. De studenten zijn zeer lovend over dit monitoraat. Vooral in de eerste bachelorfase zijn er ook ondersteuners van het monitoraat aanwezig en benaderbaar tijdens de hoorcolleges. Over de wijze waarop de studietrajectbegeleiding opgevolgd wordt, is de commissie onder de indruk. Een interessant gegeven is ook het feit dat de ombudsman/vrouw door de studenten zelf uitgekozen wordt.

3 Pagina 3 van 8 Generieke kwaliteitswaarborg 3 - Gerealiseerd eindniveau De commissie beoordeelt het gerealiseerde eindniveau als goed. De bacheioropleiding beschikt over een duidelijke visie op en adequaat systeem van beoordeling, toetsing en examinering. De studenten zijn tevreden over de transparantie en variatie van de toetsing. Wel ontvangen zij graag meer feedback op hun prestaties tijdens het proces van de bachelorproef. De organisatie van de toetsing verloopt degelijk. Ook de betrouwbaarheid en validiteit van de toetsing is aan de maat. Een cruciaal aspect bij het opstellen van examens is intervisie. Daarnaast is de opleiding gestart met een meterpeterprincipe bij nieuwe docenten. Het diplomarendement beschouwt de commissie als in orde. Van de trajectstarters in 2008 in de bacheioropleiding studeert 34% af binnen de drie jaar en 43% binnen de 5 jaar. 63% van de afgestudeerde bachelorstudenten in deed dit in 3 jaar, 27% in 4 of 5 jaar en 10% in 6 of 7 jaar. Deze cijfers liggen boven het Vlaamse gemiddelde. De commissie waardeert het feit dat er nauwelijks studenten zijn die drie jaar of langer staan ingeschreven en niet afstuderen. De opleidingsverantwoordelijken geven twee belangrijke oorzaken van deze studieduurverlenging: de lage slaagcijfers in de 1ste bachelorfase en de lage indiencijfers voor de Onderzoekspaper. De commissie raadt aan om dit continu te blijven opvolgen. Aangezien de meeste studenten na de bacheioropleiding de masteropleiding aanvatten, stelt de commissie slechts een beperkte mate van arbeidsmarktgerichtheid vast. Eindoordeel commissie De commissie heeft vastgesteld dat de opleiding Bachelor of Science in de sociologie (academisch gerichte bachelor) voldoet aan alle generieke kwaliteitswaarborgen. Ze beoordeelt de kwaliteit van de opleiding als goed. Aanbevelingen commissie De NVAO onderschrijft de aanbevelingen van de commissie. Bevindingen NVAO - Het visitatierapport is opgesteld en onderbouwd overeenkomstig het toepasselijke Kader voor de opleidingsaccreditatie 2de ronde (8 februari 2013); - De commissie heeft voor de externe beoordeling het visitatieprotocol gevolgd zoals vastgesteld door de Vlaamse Universiteiten en Hogescholen Raad (augustus 2013); - Het visitatierapport geeft inzicht in de samenstelling van de commissie; - Het visitatierapport bevat een onderzoek ten gronde naar de aanwezigheid van voldoende generieke kwaliteitswaarborgen.

4 Pagina 4 van 8 Besluit betreffende de accreditatie van de Bachelor of Science in de sociologie (academisch gerichte bachelor) van de Universiteit Gent. De NVAO, Na beraadslaging, Besluit: Met toepassing van de Codex Hoger Onderwijs, in het bijzonder de artikelen , besluit de NVAO accreditatie te verlenen aan de opleiding Bachelor of Science in de sociologie (academisch gerichte bachelor) georganiseerd door de Universiteit Gent. De opleiding wordt aangeboden te Gent zonder afstudeerrichtingen. De kwaliteit van de opleiding is goed. De accreditatie geldt vanaf 1 oktober 2016 tot en met 30 september Den Haag, 7 juni 2016 De NVAO Voor deze: Ann Verreth (vicevoorzitter) 1 Het ontwerp van accreditatiebesluit werd aan de instelling bezorgd voor eventuele opmerkingen en bezwaren. Van deze gelegenheid heeft de instelling geen gebruik gemaakt.

5 Pagina 5 van 8 Bijlage 1: Globale oordelen NVAO De onderstaande tabel geeft per generieke kwaliteitswaarborg het globaal oordeel van de NVAO weer, alsook het eindoordeel. Generieke kwaliteitswaarborg Oordeel 1. Beoogd eindniveau Goed 2. Onderwijsproces Goed 3. Gerealiseerd eindniveau Goed Eindoordeel opleiding Goed

6 Pagina 6 van 8 Bijlage 2: Basisgegevens Naam instelling Adres instelling Aard instelling Universiteit Gent Sint-Pietersnieuwstraat GENT België ambtshalve geregistreerd Naam associatie Naam opleiding (Graad, kwalificatie, specificatie) Niveau en oriëntatie Associatie Universiteit Gent Bachelor of Science in de sociologie academisch gerichte bachelor Bijkomende titel Opleidingsvarianten: - Afstudeerrichtingen - Studietraject voor werkstudenten Onderwijstaal geen - geen - geen Nederlands Vestiging(en) opleiding Gent Studieomvang (in studiepunten) 180 Vervaldatum accreditatie, tijdelijke erkenning of erkenning nieuwe opleiding Academieja(a)r(en^ waarin opleiding wordt aangeboden (Delen van) studiegebied(en) isced benaming van het studiegebied 30 september 2016 Huidig academiejaar is Politieke en sociale wetenschappen 03 Social Sciences, journalism and information; 031 Social and behavioural Sciences; 0314 Sociology and cultural studies. 2 Betreft het lopende academiejaar, op het ogenblik van de accreditatieaanvraag

7 Pagina 7 van 8 Bijlage 3: Domeinspecifieke leerresultaten 1. Kennis hebben van en inzicht hebben in de basisbegrippen en theorieën van de politieke wetenschappen, en/of de sociologie en hoe deze zich ontwikkeld hebben. 2. Kennis hebben van en inzicht hebben in de onderzoeksdesigns en methoden van sociaal-wetenschappelijk onderzoek. 3. Maatschappelijke vraagstukken kunnen kaderen vanuit een sociaal wetenschappelijk denkkader. 4. Kennis van en inzicht hebben in maatschappelijke structuren, institutionele raamwerken en processen van besluit- en beleidsvorming binnen politieke en/of sociale structuren. 5. Een basiskennis bezitten van denkkaders en kerninzichten van relevante hulpwetenschappen. 6. Onder begeleiding een maatschappelijk en/of sociaal-wetenschappelijk probleem vatten in een wetenschappelijke probleemstelling met onderzoeksvraag en deze laatste beantwoorden conform wetenschappelijke criteria. 7. De bekomen resultaten weergeven in een tekst van beperkte omvang en deze opwetenschappelijk verantwoorde wijze presenteren aan vakgenoten. 8. Onder begeleiding relevante bronnen en onderzoeksliteratuur over een specifiek onderzoeksthema vinden en correct verwerken. 9. Vaardigheden hebben in mondelinge en schriftelijke argumentatie en rapportering. 10. Onder begeleiding genuanceerd en kritisch reflecteren over beleids-of maatschappelijke ontwikkelingen en daarover een beredeneerd standpunt ontwikkelen. 11. Over de vereiste communicatieve en sociale vaardigheden beschikken om een bijdrage aan teamwerk te leveren. Datum validatie: 13 oktober 2014

8 Pagina 8 van 8 Bijlage 4: Samenstelling commissie Voorzitter: - Prof. em. dr. Jules L. Peschar, emeritus hoogleraar onderwijssociologie, basiseenheid Sociologie, Rijksuniversiteit Groningen; Leden: - Prof. dr. Jeroen Winkels, Directeur ITS, Radboud Universiteit Nijmegen, Vice-voorzitter van het College van Bestuur, Radboud Universiteit Nijmegen; - Prof. dr. Mare Vermeulen, hoogleraar sociologie, Tilburg University en aan Open Universiteit Nederland; - Prof. em. dr. Mart-Jan de Jong, emeritus hoogleraar sociologie, Roosevelt Academy University College; - Liesbeth Maene, studente Bachelor in de Politieke Wetenschappen en Sociologie, Katholieke Universiteit Leuven (student-lid). De commissie werd ondersteund door Jasper Stockmans, secretaris.