(Nieuw) Nederlands Polair Programma Jaarverslag 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "(Nieuw) Nederlands Polair Programma Jaarverslag 2013"

Transcriptie

1 Aard- en Levenswetenschappen (Nieuw) Nederlands Polair Programma Jaarverslag 2013 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

2 (Nieuw) Nederlands Polair Programma Jaarverslag 2013 Den Haag, juli 2014 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

3 Contact Secretariaat NPP NWO Aard- en Levenswetenschappen Postbus AM Den Haag T: E: W: Den Haag, juli 2014 Foto omslag: L. Noor, NWO

4 Inhoud Het NNPP in 2013 in het kort 5 Wat is het NNPP? 7 Organisatie van het NNPP 7 De Nederlandse Poolcommissie 8 Financieringsinstrumenten 8 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering 11 Resultaten van financieringsrondes 11 Logistieke kosten en science support 11 Infrastructuur 11 Memorandum of Understanding British Antarctic Survey 12 Memorandum of Understanding Alfred Wegener Institut 12 Overzicht lopende projecten in Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering 31 Resultaten van financieringsrondes 31 Logistieke kosten en science support 31 Topsectorenbeleid 32 Overzicht lopende projecten in Cluster III Beleidondersteunende activiteiten 43 Internationale samenwerking 43 Educatie, Outreach & Communicatie 45 Advieswerkzaamheden door de Universiteit Tilburg 46 Werkplan Activiteiten uitgevoerd door het Arctisch Centrum 50 Hoe vult het Arctisch Centrum de taken in? 50 Overzicht van de activiteiten in Werkplan 2014 met realisatie tot nu toe 57 Werkplan Overzicht lopende projecten in Aanvullende investeringen vanuit NWO-ALW in poolonderzoek 59 NNPP Een blik op Bijlage 1 Samenstelling commissies en afgevaardigden in Samenstelling Nederlandse Poolcommissie 65 Samenstelling Scientific Steering Comittee Dirck Gerritsz Laboratorium 66 Samenstelling Project Board voor de realisatie van het Dirck Gerritsz Laboratorium 68 Nederlandse afgevaardigden in SCAR en IASC werkgroepen 69 Lijst met gebruikte acroniemen 71

5 Monsters verzamelen bij de Sheldon gletsjer, Rothera. Foto: D. den Os, RUG / NWO

6 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Het NNPP in 2013 in het kort Het NNPP in 2013 in het kort Het (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) is een financieringsprogramma dat investeert in onderzoek naar de poolgebieden. Het wordt financieel gesteund door de ministeries van Buitenlandse Zaken, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Infrastructuur en Milieu, Economische Zaken en door NWO. Het vloeit mede voort uit het Beleidskader Nederland en de Poolgebieden dat in 2012 is uitgebracht door het ministerie van Buitenlandse Zaken, hoewel de voorbereidingen voor dit NNPP al sinds 2009 plaatsvonden. In januari 2013 is het Dirck Gerritsz Laboratorium in Antarctica ter plaatse officieel geopend door de heer L. le Duc namens het ministerie van OCW. Daarmee is een belangrijke mijlpaal bereikt voor het programma. In 2013 is de 1 e tranche van de beleidgestuurde financieringsronde van het NPP, gericht op beide poolgebieden, succesvol afgesloten. Het resultaat is de financiering van 12 van de 32 ingediende voorstellen in deze ronde. Eind 2013 is een ronde opengesteld voor onderzoeksvoorstellen die in het Dirck Gerritsz Laboratorium in Antarctica kunnen worden uitgevoerd. Hiervoor zijn 9 aanvragen ingediend waarvan er vier zullen worden gehonoreerd. De eerste stappen voor het moderniseren van het Arctische Nederlandse poolstation zijn gezet. 5

7 NIOZ-onderzoekers op weg naar Rothera Research Station.

8 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Wat is het NNPP? Wat is het NNPP? Het (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NNPP) coördineert en investeert in Nederlands wetenschappelijk poolonderzoek. Het wordt gefinancierd door de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Infrastructuur en Milieu, Buitenlandse Zaken en Economische Zaken en door NWO-ALW (het Gebied Aard- en Levenswetenschappen van NWO). NWO is naast medefinancier ook uitvoerder en coördinator van het NNPP. Organisatie van het NNPP NWO-ALW is de uitvoerder van het Nieuw Nederlands Polair Programma. Zij verzorgt aanvraagrondes waarin onderzoeksprojecten geselecteerd worden voor de uitvoering van poolonderzoek. NWO-ALW is verplicht zorg te dragen voor een adequaat functionerende organisatie, zodat de uitvoering van het Nieuw Nederlands Polair Programma doelmatig en rechtmatig geschiedt. Er dient een duidelijke en overzichtelijke administratie te worden gevoerd waaruit te allen tijde inzicht in de financiële positie van het programma kan worden verkregen. Het merendeel van het NNPP-budget wordt ingezet in investeringsrondes gericht op het financieren van wetenschappelijk poolonderzoek. Een klein deel van het budget is bestemd voor de noodzakelijke logistieke en infrastructurele ondersteuning van Nederlandse poolonderzoekers. De beslissingsbevoegdheid voor de investeringen ligt bij het Gebiedsbestuur van NWO-ALW. Indien er over beleidgestuurde onderzoeksvoorstellen beslist dient te worden doen de financiers van het NNPP, verenigd in het Interdepartementaal Polair Overleg (IPO), een voorstel voor een besluit, alvorens het Gebiedsbestuur van NWO-ALW formeel besluit. Het NNPP budget wordt verdeeld over drie clusters: I het wetenschapgestuurde cluster II het beleidgestuurde cluster III het beleidondersteunende cluster Voor het leveren van coördinatie en ondersteuning door NWO-ALW worden alle drie de clusters doorbelast, op basis van de geldende NWO-tarieven, voor de volgende beschikbare formatie: Tabel 1 Opsomming ingezette formatie op het NNPP Functie fte Schaalniveau Programmamanager, i.h.b. internationale activiteiten 0, Coördinator NNPP, secretaris Nederlandse Poolcommissie en manager Dirck Gerritsz lab 1, PR-coördinator 0,07 10 Secretaresse 0,2 9 Controller 0,05 12 Financieel medewerker 0, Totaal ondersteuning NNPP 1,86 Vanuit Cluster I wordt 63% bijgedragen aan coördinatie en ondersteuning vanuit NWO. Vanuit Cluster II wordt hieraan 29% bijgedragen en vanuit Cluster III 8%. 7

9 De directeur van NWO-ALW, dr. F.M. Martens, heeft als budgethouder de eindverantwoordelijkheid voor een adequate uitvoering en ondersteuning van het NNPP binnen de overeengekomen ondersteunende formatie. Drs. D.A. van der Kroef, plaatsvervangend directeur van NWO-ALW, heeft in 2013 in het bijzonder de functie van programmamanager van het NPP uitgevoerd. Drs. L.H.W. Noor, beleidsmedewerker bij NWO-ALW, was gedurende 2013 de toegewezen coördinator van het NNPP en manager van het Dirck Gerritsz Laboratorium. Overige ondersteuning is vanuit meerdere personeelsleden uit de NWO-ALW personeelspool geleverd. De Nederlandse Poolcommissie In 2010 is de Nederlandse Poolcommissie (NPC) opgericht met als voorzitter mevrouw drs. J.M. de Vries. De voornaamste taken van de NPC zijn: het schrijven van de voor het poolonderzoek benodigde call for proposals; het vertegenwoordigen en het behartigen van de belangen van het Nederlandse poolonderzoek in (inter)nationale commissies en organisaties; het monitoren van de voortgang van het onderzoek; het adviseren over (inter)nationale ontwikkelingen in het poolonderzoek; het stimuleren, initiëren en coördineren van (inter)nationale wetenschappelijke activiteiten in de poolgebieden; het organiseren van een jaarlijks poolsymposium en te functioneren als het nationale aanspreekpunt voor zaken die betrekking hebben op het (N)NPP. De NPC heeft in 2013 tweemaal vergaderd. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Wat is het NNPP? Monsters verzamelen tijdens de Antarctische winter in Foto: Amber Annette, BAS / NWO Financieringsinstrumenten Een aanvraagronde binnen het NNPP kan wetenschapgestuurd of beleidgestuurd zijn. Dit houdt in dat de aanvragen puur wetenschappelijk gericht kunnen zijn, voor de wetenschapgestuurde ronde, of beleidsrelevantie moeten hebben, voor de beleidgestuurde ronde. Er kan per onderzoeksvoorstel 1 positie worden aangevraagd, voor een promovendus (voor een project van vier jaar) of voor een post doc (voor een project van drie jaar). Daarnaast is er ruimte om budget aan te vragen voor 8

10 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Wat is het NNPP? met het onderzoeksproject samenhangende kosten (apparatuur, veldwerkkosten en kosten van verbruiksgoederen voor experimenten). Onderzoeksvoorstellen dienen te vallen binnen de in een call for proposals omschreven thema s. De huidige thema s zijn afkomstig uit het Masterplan Poolpositie-NL ( ): 1. IJs, klimaat en zeespiegel 2. Polaire oceanen 3. Polaire ecosystemen 4. Menswetenschappen en veranderingen in polaire gebieden Thema 1 IJs, klimaat en zeespiegel (meteorologie/ glaciologie) Klimaatveranderingen induceren veranderingen in de cryosfeer, met direct effect op de zeespiegel. Gegeven het grote maatschappelijke belang van zeespiegelveranderingen voor Nederland is dit thema een speerpunt van het NNPP. Thema 2 Polaire oceanen De Zuidelijke Oceaan is belangrijk voor de warmtehuishouding en de koolstofkringloop van onze planeet. Het mariene ecosysteem dat daarbij een significante rol speelt, is beperkt door gebrek aan ijzer en licht en wordt beïnvloed door schadelijke UV straling gerelateerd aan het ozongat evenals door toenemende verzuring van de oceanen. De Noordelijke IJszee wordt naar verwachting ijsvrij, en ondergaat ook verzuring, met mogelijk grote economische en ecologische consequenties. Thema 3 Polaire ecosystemen Polaire ecosystemen zijn complex en kwetsbaar voor klimaatverandering. Het onderzoek binnen dit thema heeft als doel de relaties en dynamica tussen het abiotische en biotische systeem en binnen voedselwebben beter te begrijpen en de kwetsbaarheid voor veranderingen in kaart te brengen. Thema 4 Menswetenschappen en veranderingen in polaire gebieden De gevolgen van veranderingen in de poolgebieden voor inheemse samenlevingen, voor de exploitatie van natuurlijke hulpbronnen en voor de bestaande bestuurssystemen vormen een belangrijk overkoepelend thema in de menswetenschappen die zich richten op de poolgebieden. Naast deze thema s is het beleidskader Nederland en de Poolgebieden van groot belang voor beleidgestuurde aanvraagrondes. Dit beleidsdocument, uitgebracht door het ministerie van Buitenlandse Zaken en aangeboden aan de Tweede Kamer, dient als belangrijke leidraad voor de te selecteren aanvragen op basis van beleidsrelevantie. Onderzoeksvoorstellen die in een wetenschapgestuurde ronde worden ingediend worden alleen beoordeeld op hun wetenschappelijke kwaliteit. Internationale wetenschappers verzorgen een peerreview op de criteria originaliteit/ innovativiteit van het ingediende onderzoek, wetenschappelijke kwaliteit van het voorstel en wetenschappelijke kwaliteit van de onderzoeksgroep waartoe de indiener behoort. Onderzoeksvoorstellen die in een beleidgestuurde aanvraagronde worden ingediend worden middels peer-review op hun wetenschappelijke kwaliteit beoordeeld. Om de beleidsrelevantie van onderzoeksvoorstellen te kunnen beoordelen worden de voorstellen ook door vier door het IPO geselecteerde beleidsexperts beoordeeld op drie beleidscriteria: aansluiting op het Beleidskader Nederland en de poolgebieden , implementatie van onderzoeksresultaten, en geplande of ondernomen acties om deze implementatie te realiseren. De uiteindelijke score van een voorstel in een beleidgestuurde ronde is een gemiddelde van de score op wetenschappelijke kwaliteit en de score op beleidsrelevantie. 9

11 Foto: L. Noor, NWO

12 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering Resultaten van financieringsrondes Voor dit cluster is 19 november 2013 een investeringsronde opengesteld waarvoor onderzoekers werden uitgenodigd voorstellen in te dienen voor onderzoek in het Dirck Gerritsz Laboratorium in Antarctica. De deadline voor deze ronde was 14 januari Logistieke kosten en science support Poolonderzoek is onmogelijk uit te voeren zonder (toegang tot) infrastructuur waarmee de poolgebieden kunnen worden bereikt, en die verblijf in de poolgebieden mogelijk maakt. Nederlandse onderzoekers gaan met hulp van internationale partners naar de poolgebieden om daar hun onderzoek te doen. Om efficiënt en effectief in te kunnen spelen op het mogelijke gebruik van de logistieke faciliteiten van andere landen zijn er samenwerkingsovereenkomsten met het Duitse AWI en de BAS gemaakt in de vorm van een meerjarig Memorandum of Understanding. Infrastructuur Binnen het NNPP wordt een deel van de beschikbare financiering uit twee van de drie clusters gebruikt om logistieke ondersteuning in te kopen bij internationale partners. Vanuit Cluster I wordt 68% bijgedragen aan logistieke kosten en science support. Vanuit Cluster II is dit 32%. Vanuit Cluster III wordt hieraan niet bijgedragen. De samenwerking met de British Antarctic Survey (BAS) is geïntensiveerd met de bouw van een Nederlands laboratorium bij het Britse Rothera Research Station. Het Dirck Gerritsz Laboratorium is op 28 januari 2013 officieel geopend door de heer L. le Duc, plv. directeur Onderzoek en wetenschapsbeleid van het Ministerie van OCW. Hij werd vergezeld door een delegatie van Nederlandse VIPs: Professor R. Lefeber, juridisch adviseur van het Ministerie van BuZa en hoofd van de jaarlijkse Nederlandse delegatie naar de ATCM, professor M. Oitzl lid van het Gebiedsbestuur van NWO-ALW, en Dick van der Kroef van NWO, manager van het NNPP. Deze mijlpaal in het NPP vereist een verhoogde inzet en ondersteuning vanuit NWO. Extra aandacht is nodig voor het afstemmen, monitoren en evalueren van onze activiteiten. Er is een Scientific Steering Committee (SSC) ingesteld voor het Dirck Gerritsz Laboratorium, voorgezeten door professor J.T.M. Elzenga van de RUG. Deze heeft in 2013 tweemaal vergaderd, een post-season meeting in april en een pre-season meeting in oktober. Dit is een gebruikersoverleg waarin zowel Nederlandse gebruikers als medewerkers van de British Antarctic Survey zitting hebben en waarin problemen die zich tijdens het veldwerk voordoen en de planning van het volgende seizoen worden besproken. Daarnaast bespreekt de programmamanager periodiek de planning en voortgang met de partners bij de British Antarctic Survey. Op dit moment zijn er besprekingen met het Duitse Alfred Wegener Institut für Polar und Meeresforschung (AWI) en het Institut polair français Paul Emil Victor (IPEV) om gezamenlijk een nieuw gebouw neer te zetten in Ny-Ålesund op Spitsbergen. Het AWI heeft daartoe een wedstrijd uitgeschreven voor studenten bouwkunde. Hieruit is een ontwerp voortgekomen dat NWO aanspreekt. Het omvat ruimte voor zowel accommodatie van personen als een opslagruimte. 11

13 Mogelijk model voor nieuw te bouwen Duits-Frans-Nederlands station in Ny-Ålesund, Spitsbergen. Foto: L. Noor, NWO Memorandum of Understanding British Antarctic Survey (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering De samenwerking met de British Antarctic Survey omvat, voor wat het NNPP betreft, glaciologisch en meteorologisch onderzoek op de Larsen C ice shelf, het onderzoek, het onderhoud en gebruik van het Dirck Gerritsz laboratorium. De lopende MoU met BAS is in 2012 verlengd en uitgebreid. De uitbreiding betreft het onderhoud en gebruik van het Dirck Gerritsz laboratorium. In 2013 is er op verzoek van de SSC voor het Dirck Gerritsz Laboratorium een paragraaf aan dit deel toegevoegd om de uitvoering van het onderhoud van het lab vast te leggen. De paragraaf is als volgt: 6.9 Recognising that the Dutch Science Facility (the enclosure and the laboratory units therein) is a sophisticated and innovative solution to laboratory provision in Antarctica, BAS Estates will work to maintain the facility on a best endeavour basis at Rothera and can only provide spares/ replacements from the existing, general purpose, BAS materials on the station. The NPP should look to consider carefully what additional spares, at their expense, may be needed to maintain the facility. Any requirement to return elements of the DSF to Europe for repair or maintenance is at the expense of the NPP, as specified in para 5.2 of this MoU. Deze tekst is met instemming van beide partijen (BAS en NWO-ALW) toegevoegd aan de MoU. Memorandum of Understanding Alfred Wegener Institut De samenwerking met het AWI betreft vooral marien onderzoek op hun ijsbreker de Polarstern en het mogelijke gebruik van het Duitse Dallmann Laboratory, dat gevestigd is bij het Argentijnse Carlini Station op King George Island. Het betreft op die locatie een Duits-Nederlands-Argentijnse samenwerking. Ook biedt het mogelijkheden voor het gebruik van de Duitse infrastructuur in Ny-Ålesund op Spitsbergen. De lopende MoU met AWI is in 2013 verlengd. In 2013 heeft een eerste gesprek plaatsgevonden tussen NWO en AWI over het aansluiten van NWO bij geplande nieuwbouw van AWI en het Franse IPEV in Ny-Ålesund. Nederland is op zoek naar meer accommodatie daar, aangezien de huidige mogelijkheden vaak tekortschieten. Hiervoor zal een deel van de jaarlijkse contributie die NWO-ALW nu aan het AWI betaalt worden ingezet. Dit gesprek is positief verlopen en er is besloten om verder te onderzoeken hoe we dit nieuwbouwplan gezamenlijk kunnen realiseren. 12

14 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering Overzicht lopende projecten in 2013 In tabel 2 staan de in 2013 binnen Cluster 1 lopende projecten vermeld. Deze zijn toegekend in investeringsrondes in 2010, 2011 en Alle Arctisch-gerichte projecten zijn onderdeel van een kernprogrammasubsidie. Details van de hieronder vermelde projecten zijn terug te vinden na de tabel. Tabel 2 Overzicht toekenningen en tevens lopende projecten in 2013 binnen Cluster I Titel Hoofdaanvrager Gebied Thema Temporal dynamics of the climate gas dimethyl sulphide (DMS) and related compounds in a changing Antarctic sea-ice environment Antarctic phytoplankton in a changing world and its consequences for the lower pelagic food web (Antphirco) Seasonality of iron and other trace metals in relation to the rapidly changing ice/water cycle and plankton dynamics of the West Antarctic Peninsula Freshwater fluxes and climate change in the Antarctic Peninsula: a combined observational and modelling approach Structuring of marine pelagic microbial communities by glacial meltwater in Ryder Bay, Antarctica Reconstructing the evolution and dynamics of the Antarctic cryosphere from Ocean Drilling; a dinoflagellate perspective Separating GIA and ice mass change signals in Antarctica using satellite data Modelling the Antarctic firn layer for improved estimates of remotely-sensed ice mass changes iws: a new generation of automatic weather stations for use on glaciers and ice sheets Evolution of the Greenland ice sheet from the LGM into the next centuries Continuation of climate monitoring along the K-transect, west Greenland Impact of refreezing on the mass balance of the Greenland ice sheet in a changing climate Importance of microbial viral lysis over grazing in a changing Arctic Ocean (VIRARCT) Ecological consequences of four hundred years resource exploitation on Svalbard Effects of heavy metal contamination on stress response modulation and stress coping abilities in barnacle geese (Branta leucopsis) Towards monitoring of taxon specific productivity in Arctic coastal phytoplankton From historical data to a prediction of the future for geese on arctic tundra?* *toegekend, maar nog niet gestart Prof. dr. J.T.M. Elzenga Antarctica 1, 2 Prof. C.P.D. Brussaard Antarctica 2, 3 Prof. dr. ir. H.J.W. de Baar Antarctica 2 Dr. C.H. Tijm-Reijmer Antarctica 1 Prof. dr. A.G.J. Buma Antarctica 2, 3 Prof. dr. H. Brinkhuis Antarctica 1, 2 Dr. B.C. Gunter Antarctica 1 Prof. M.R. van den Broeke Antarctica 1 Prof. M.R. van den Broeke Bipolair 1 Dr. R.S.W. van de Wal Arctica 1 Prof. M.R. van den Broeke Arctica 1 Dr. C.H. Tijm-Reijmer Arctica 1 Prof. C.P.D. Brussaard Arctica 2, 3 Prof. dr. L. Hacquebord Arctica 3, 4 Prof. dr. ir. J. Komdeur Arctica 3, 4 Prof. dr. A.G.J. Buma Arctica 2, 3 Dr. M.J.J.E. Loonen Arctica 3 13

15 Hieronder volgt per lopend project binnen Cluster I een samenvatting van het onderzoek. Deze teksten zijn afkomstig uit de projectvoorstellen. Voor de financieringsronde van 2010 staat ook de relevantie, die het onderzoek voor Nederland heeft, vermeld. Ook deze teksten zijn afkomstig uit de projectvoorstellen. Na 1,5 looptijd vraagt NWO een midterm rapportage op bij de lopende projecten. Indien deze is ontvangen staat er ook een kopje voortgang in onderstaande informatie. Het is afhankelijk van de startdatum van een project of er al een midterm rapportage is ontvangen. Deze tekst is afkomstig uit de midterm rapportage en, in overleg met de betreffende onderzoeker, enigszins aangepast en in dit jaarverslag geplaatst. NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Temporal dynamics of the climate gas dimethyl sulphide (DMS) and related compounds in a changing Antarctic sea-ice environment. Prof. dr. J.T.M. Elzenga Rijksuniversiteit Groningen (1) IJs, klimaat en zeespiegelstijging + (2) Polaire oceanen Antarctica Samenvatting onderzoek (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering In de atmosfeer boven Antarctica vinden heftige chemische reacties plaats tussen klimaatgassen, waarvan het resultaat in belangrijke mate het klimaat bepaalt. Veel klimaatgassen komen vrij tijdens algenbloei in het voorjaar. Sinds enkele decennia vindt snelle opwarming langs de westkust van de Antarctische Peninsula plaats, die zorgt voor grote veranderingen in zeeijsbedekking en daarmee gepaard gaande algenbloei. Men verwacht dat dit zich over geheel Antarctica zal uitstrekken. Hoe dit de klimaatgasproduktie gaat beïnvloeden is nog volkomen onbekend. Wij meten deze gassen met een nieuwe, door ons ontwikkelde, techniek en zullen voor klimaatmodellen belangrijke tijdseries genereren. Relevantie The need to improve our quantitative understanding in climate-gas production and associated feedback processes with global ecosystems is clearly described by the Intergovernmental Panel on Climate Change that stresses the necessity of such knowledge given the rapid changes and the predicted detrimental effects on many organisms... Via the Convention on Biodiversity the Netherlands is also committed to enhancing scientific tools, methodologies, knowledge and approaches to respond to the impacts of climate change and to adopt modelling programmes for ecosystems.. affected by climate change. Via the Antarctic Treaty the Netherlands has committed herself to the protection of the Antarctic environment. Not only in the international debate, but also at a national level is climate change high on the agenda of the Dutch Ministry of Housing, Spatial Planning and the Environment. 14

16 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Antarctic phytoplankton in a changing world and its consequences for the lower pelagic food web (Antphirco) Prof. C.P.D. Brussaard NIOZ (2) Polaire oceanen + (3) Polaire ecosystemen Antarctica Samenvatting onderzoek Algen vormen de basis van de meeste voedselketens in zee en er zijn aanwijzingen dat productie en soortensamenstelling aan het veranderen is in Antarctisch wateren tgv klimaatsverandering. Het is echter niet duidelijk hoe dit het functioneren van het voedselweb zal beïnvloeden en wat de gevolgen zullen zijn voor hogere organismen. Dit project is de eerste studie die relevante sleutelprocessen in detail zal onderzoeken. De verwachte resultaten m.b.t. algengroei zullen waardevolle inzichten verschaffen hoe de ecologisch belangrijke Antarctische wateren reageren op klimaatsveranderingen. Relevantie The Antarctic Peninsula is exceptionally sensitive to global change and its effects are magnified in certain areas, including the productive marine ecosystem of the Antarctic Peninsula. Thus a critical and urgent requirement to establish current, and predict future, impacts of global change at this location is warranted. Ecosystems rely on the activity of phytoplankton and the quality of zooplankton. Viruses are mortality agents that directly affect the productivity, diversity of the phytoplankton, as well as the pathways of organic matter transfer. Despite their ecological and biogeochemical importance, the significance of viral activity is virtually unknown. Altered viral activity is expected, thus influencing the system s feedback on climate change, by affecting the efficiency of transfer to higher trophic levels and even the biological pump, the regenerative state of the ecosystem and thus CO 2 -carrying capacity of the ocean. Moreover, the impact of a changing phytoplankton community is expected to influence the life cycle of calanoid copepods that are major grazers in the Antarctic and highly important as food source for higher trophic level community including seabirds, seals and whales. Voortgang Samples for phytoplankton abundances were counted fresh on site (Rothera), however, due to major technical problems with the new flow cytometer, (re-)analysis of the fixed back-up samples is necessary when back in the home laboratory. Pico-sized eukaryotic phytoplankton were numerically dominant also in these Antarctic waters. However, their abundances were lower than typically found in non-polar waters. Seven groups of phytoplankton were detected, ranging from about 1 to 20 micrometer in diameter. Overall, initial results show that viral lysis was found for all phytoplankton groups (occasionally not for the larger sized algae due to low abundances). Moreover, average viral lysis rates were comparable to grazing rates. To our knowledge, this is the first data set of viral lysis rates of different phytoplankton groups over a seasonal cycle in the Antarctic. These initial results indicate to the importance of polar viruses as drivers of biodiversity and organic matter recycling. Lipid samples have been taken from phytoplankton and copepods (although hard to obtain as the number of copepods that was captured with the current set up and frequency of sampling deep waters was low). This first season the incubation experiments studying the impact of irradiance level on phytoplankton composition and lipid concentrations were limited by proper incubation facilities. 15

17 NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Seasonality of iron and other trace metals in relation to the rapidly changing ice/water cycle and plankton dynamics of the West Antarctic Peninsula Prof. dr. ir. H.J.W. de Baar NIOZ (2) Polaire oceanen Antarctica Samenvatting onderzoek Het West Antarctisch schiereiland is één van de snelst opwarmende plaatsen ter wereld. Gletsjers smelten sneller, grote ooit permanente ijsvelden op zee verdwijnen, en jaarlijks zee-ijs is kortere tijd aanwezig in de winter. Als gevolg zullen de gehaltes in zeewater en zee-ijs van ijzer en andere spoorelementen mangaan, kobalt, nikkel, koper en zink veranderen. Deze spoormetalen zijn essentieel voor elk levend organisme, en dus voor hele ecosystemen. Tot dusver is niets bekend over gehaltes van deze metalen rondom het schiereiland. Wij meten voor het eerst de gehaltes van deze metalen in zeewater en zee-ijs in Marguerite baai, Antarctica. Relevantie (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering There is a justified great interest and concern among the public and policymakers about the rapidly changing glaciers, collapse of sea-ice fields, and decreasing seasonal sea-ice cover, with consequences for the marine ecosystems around Antarctica. Photosynthesis by phytoplankton in the sea is the basis of the complete food-chain in and around Antarctica, as the largely ice-covered continent of Antarctica has virtually no occurrence and growth of land plants. Major changes in freshwater run-off around the West Antarctic Peninsula undoubtedly change the supply of bioessential trace metal elements, notably iron, to the sea. Inevitably this will change the growth and abundance of phytoplankton, and therefore all biota. Thus far there exists no data at all on the concentrations of these bio-essential trace elements in seawater around the West Antarctic Peninsula. Our study will provide the first baseline observations, from which future changes of these trace metals in seawater and sea-ice can be observed in the coming century. 16

18 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Freshwater fluxes and climate change in the Antarctic Peninsula: a combined observational and modelling approach Dr. C.H. Tijm-Reijmer Universiteit Utrecht (1) IJs, klimaat en zeespiegel Antarctica Samenvatting onderzoek Het Antarctisch Schiereiland is het enige deel van Antarctica waar significante hoeveelheden smeltwater het hydrologische systeem van de gletsjers verlaat. Deze stroom van zoet water bedreigt de omringende ijsplaten en vormt een belangrijke schakel in het Antarctische ecosysteem. De temperatuur is in het Antarctisch Schiereiland de afgelopen decennia significant gestegen, hetgeen een onbekend effect heeft gehad op de stroom van zoet water naar de omringende oceaan. In dit project zullen we voor de periode 1989 tot heden met behulp van metingen van (automatische) weerstations en een regionaal atmosferisch klimaatmodel voor het eerst de stroom van zoet water op het Antarctisch Schiereiland gaan bepalen, in nauwe samenwerking met collega s van de British Antarctic Survey (BAS). Relevantie Polar glaciers and ice sheets influence societies all over the world. In a direct manner, they influence global climate through their high reflectivity and serve as reservoirs for fresh water and sources for hydro-electrical power. In an indirect manner (through changes in climate, notably temperature and precipitation), they influence sea level, ocean circulation and marine ecosystems. The disintegration of ice shelves in the Antarctic Peninsula is commonly seen as an analogue for the potential future disintegration of the large Ross and Filchner-Ronne ice shelves further south. This could trigger the disintegration of the entire West Antarctic ice sheet, increasing global sea level by about 3 m (Bamber et al., 2009). This potential for ice sheet instability, accelerated sea level rise and the associated endangered safety of coastal communities has become a top agenda item in the international climate change debate. The outcome of this debate is especially important for low-lying coastal communities such as the Netherlands, and will rely heavily on results from projects as the one described here. Voortgang The main tool used is the Regional Atmospheric Climate Model RACMO2.3 in addition to observational data. RACMO2.3 is a recently upgraded version of the well tested RACMO2.1 model. In the previous 1.5 years, we ran RACMO2.3 on a 27 km resolution for the whole of Antarctica and evaluated the results against a similar run with RACMO2.1 and available (automatic weather station) observations. Results show that RACMO2.3 is warmer at the surface than RACMO2.1, experiences more clouds over the continent and as a result has more precipitation in the interior. The increased cloud amount in the interior is likely an improvement but due to lack of observational data is difficult to evaluate. The average increase in temperature is a positive point since RACMO2.1 underestimated the surface temperature. However, comparison with observations shows that in both model versions, low temperatures are overestimated and high temperatures are underestimated. A manuscript describing this work has been submitted to The Cryosphere, an open access journal of the European Geophysical Society. Regarding the observations, the automatic weather stations on the Larsen C and B ice shelves were visited by personnel of the British Antarctic Survey. These data are used to calculate melt at the AWS sites using an energy balance model forced by the AWS data. The resulting melt is evaluated with sonic altimeter data and discussed in terms of spatial variability. Results of this study are published in The Cryosphere. 17

19 NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Structuring of marine pelagic microbial communities by glacial meltwater in Ryder Bay, Antarctica Prof. dr. A.G.J. Buma Rijksuniversiteit Groningen (2) Polaire oceanen + (3) Polaire ecosystemen Antarctica Samenvatting onderzoek Sinds enkele decennia trekken gletsjers op het West-Antarctische Schiereiland (WAP) zich duidelijk aantoonbaar terug. De bijbehorende toename in smeltwater zal mariene gemeenschappen, waarvan microbiële organismen (fytoplankton, bacteriën) de basis vormen, sterk beïnvloeden, maar hoe dit gebeurt is niet bekend. Tijdens twee veldcampagnes in Ryder Bay (WAP) onderzoeken we de invloed van smeltwater op microbiële activiteit, diversiteit en samenstelling. Ook zullen we deelnemen aan het RaTS monitoringprogramma, en 3 jaarcycli analyseren met betrekking tot microbiële samenstelling als functie van omgevingsfactoren. Hierbij maken wij gebruik van geavanceerde moleculaire technieken. Dit onderzoek is een multidisciplinaire samenwerking tussen Nederlandse en Britse onderzoeksgroepen. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering Relevantie Long term monitoring in the maritime Antarctic Peninsula region has revealed changes in air and sea water temperatures, sea ice coverage, surface salinity and water turbidity, the latter related to enhanced input of terrigenous matter. The Western Antarctic Peninsula area is furthermore subject to altered atmospheric conditions, such as intensified low pressure systems and increased average wind speeds. It is highly uncertain how climate change affects the coastal primary producers (the phytoplankton) and decomposers (the bacteria) in the Southern WAP region. This is partly due to the fact that extremely little is known about the composition, diversity and spatial and temporal variability of these tiny organisms. The proposed research will address key issues related with microbial growth, species composition and species diversity in the rapidly changing WAP region. The outcome of our project is envisioned to advance our understanding of the effects of climate change on the main drivers of the biogeochemical cycles in Antarctic coastal environments. As a result, insight will also be generated into possible climate change related impacts on higher trophic levels, including krill, fish, birds (including penguins) and whales. Voortgang As of spring 2012 the candidate has prepared the first field campaign at Rothera station. These preparations included testing and packing of equipment, shipping of goods and preparatory meetings with fellow researchers from the Netherlands and the UK. Data processing was finalized in the summer of 2013, and has given material for a first joint paper (with British partners) on 10 years of phytoplankton dynamics in Ryder Bay. Furthermore, the PhD-student has set up collaboration with American groups working at Palmer Station (Antarctic Peninsula region) to streamline sampling and analysis of marine phytoplankton for molecular fingerprinting, such that data from various locations along the Antarctic Peninsula can be directly compared. Sampling in Antarctica was successful and only few planned activities had to be cancelled due to bad weather. Most samples were processed in the lab at station up until the analytical stage and stored for shipment to The Netherlands. 18

20 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Reconstructing the evolution and dynamics of the Antarctic cryosphere from Ocean Drilling; a dinoflagellate perspective Prof. dr. H. Brinkhuis Universiteit Utrecht (1) IJs, klimaat en zeespiegel + (2) Polaire oceanen Antarctica Samenvatting onderzoek Inzicht in de evolutie en dynamiek van het Antarctische land en zeeijs (eco)systeem is van groot belang voor onze kennis van klimaatvariabiliteit en biogeochemische cycli. Onlangs verworven sedimentaire boorkernen geven inzicht in de geschiedenis van Antarctische glaciatie van de afgelopen 34 miljoen jaar. Resten van mariene algen (dinoflagellaten) komen veel voor in dit sediment, soms als enige fossielgroep. Zij vormen een sleutelorganisme voor de reconstructie van het Antarctisch verleden. Dit project behelst de studie van deze algengroep om de evolutie van de Antarctische ecosystemen in kaart te brengen. Relevantie Understanding the evolution and dynamics of the Antarctic cryosphere, from its inception during the Eocene-Oligocene transition (~34 Ma) through the significant subsequent periods of likely coupled climate and atmospheric CO 2 changes, is not only of major scientific interest but also of great importance for society. The Southern Ocean dynamics and phytoplankton productivity is important for global biogeochemical cycling, including the sequestration of carbon dioxide (CO 2 ) and the global carbon balance. Ongoing climate warming will have a marked effect on the Southern Ocean and the most likely scenario is a general increase in sea surface temperature, decrease in the extent of sea-ice, and increase in stratification, all factors that directly impact phytoplankton productivity and food web functioning. Given the importance of Antarctica in effecting the global climate system, this project will investigate cryosphere and productivity dynamics during past episodes of key climate change (incl. intervals of global warming) to shed light on possible future scenarios. Voortgang We focused our attention to specific time intervals within the last ~50 million years, which can be considered fundamental to understand the environmental and climatic evolution of Antarctica until the present-day and its possible behavior in the future. Changes in tectonics, or in oceanography or in atmospheric CO 2 concentration or a combination of these factors during the early Eocene cooling, the Eocene/Oligocene transition and early Oligocene, the middle Miocene climatic Optimum and the warm intervals in the Pliocene have been target of our studies. We were able to show that the onset of cooling following hothouse climates of the early Eocene coincided with the first signs of through flow of surface waters from the Southwest Pacific Ocean into the Australo-Antarctic Gulf, allowing for the first time a circumpolar surface-water connection (Bijl et al., PNAS 2013). This allowed us to stratigraphically correlate different sedimentary sequences around Antarctica, allowing an east-antarctic wide perspective on paleoenvironmental change during the course of the installation of the Antarctic ice sheet. Our analyses revealed that relative sea level rose around Antarctica following the Eocene-Oligocene expansion of the Antarctic ice sheet, in contrast to the traditional concepts of eustatic sea level change. Furthermore, our dinocyst assemblage analyses revealed that the installation of the Antarctic continental ice sheet in the earliest Oligocene had a profound effect on the Southern Ocean surface water environments, with the installation of (seasonal) sea-ice and increased (seasonal) nutrient availability. This enforced a rapid restructuring of the Southern Ocean plankton community, which immediately adapted to the specialized environment. 19

21 NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Separating GIA and ice mass change signals in Antarctica using satellite data Dr. B.C. Gunter Technische Universiteit Delft (1) IJs, klimaat en zeespiegel Antarctica Samenvatting onderzoek Deze studie heeft als doel de schatting van veranderingen in de Antarctische ijsmassa te verbeteren, door het combineren van de sterke punten van drie onafhankelijke typen satelliettechnieken (altimetrie, gravitationele versnellingen en bewegingen van GPS stations). Om dit te bereiken, worden nieuwe methodes ontwikkeld die een simultane schatting van Postglaciale bodembeweging (GIA) en ijsmassaveranderingen mogelijk maken, waardoor de onzekerheid in beide processen kleiner zal worden. Er wordt gebruik gemaakt van verscheidene datasets (Cryosat-2, GRACE, ICESat, GPS). De verwachtte eindproducten zullen de kennis van twee sleutelcomponenten (GIA + veranderingen in de Antarctische ijsmassa) in het globale klimaatsysteem verbeteren. Relevantie (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering With the completion of the project the Earth science community should have a more accurate estimate of the mass change in Antarctica, as well as a more accurate constraint for the continent s underlying geologic structure (at least those related to GIA). These improvements should contribute to a number of ongoing research developments in oceanography, solid earth modeling, cryospheric studies, and more. In addition, because Antarctica is linked to a number of processes surrounding the Earth s global water cycle, this study could have relevance for those working on global climate change. Voortgang Significant progress has been made since the project began in March 2012, and for the most part is evolving as outlined in the original proposal. The primary results of the first 1.5 years of the project have been submitted to the journal The Cryosphere an interactive open-access journal. The paper describes the development of new data-driven Antarctic glacial isostatic adjustment (GIA) and ice mass change estimates, with corresponding uncertainty estimates. Uncertainty in the knowledge of GIA is the single largest error source when determining the mass balance of Antarctica from satellite gravimetry, so we feel the results of this paper represent a significant step forward by providing a more reliable estimate of present-day GIA uplift rates. 20

22 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Modelling the Antarctic firn layer for improved estimates of remotely-sensed ice mass changes Prof. M.R. van den Broeke Universiteit Utrecht (1) IJs, klimaat en zeespiegel Antarctica Samenvatting onderzoek De Antarctische ijskap bevat voldoende water om wereldwijd de zeespiegel met 55 m te laten stijgen. Voor een correcte interpretatie van satellieten die hoogte-, massa-, en snelheidveranderingen van de Antarctische ijskap meten, moeten we een correctie maken voor veranderingen in de dikte en massa van de firnlaag die de ijskap bedekt. In dit project wordt de firnlaag gemodelleerd door middel van een sneeuwcompactiemodel dat wordt aangedreven door een regionaal klimaatmodel. De resultaten stellen ons in staat om schattingen van de huidige en toekomstige bijdrage van de Antarctische ijskap aan zeespiegelstijging te verbeteren en verfijnen. Relevantie The currently ongoing disintegration of ice shelves in the Antarctic Peninsula is commonly seen as a precursor of the potential future disintegration of the large Ross and Filchner-Ronne ice shelves further south. This could trigger the disintegration of the entire West Antarctic ice sheet, increasing global sea level by 3 4 m. This potential for ice sheet instability, accelerated sea level rise and the associated endangered safety of coastal communities has become a top agenda item in the international climate change debate. The outcome of this debate is especially important for lowlying coastal communities such as the Netherlands, and will rely heavily on a correct interpretation of remotely-sensed changes in ice shelves and grounded ice in Antarctica. Voortgang The work plan has slightly changed due to difficulties in finding a PhD student. Therefore a post doc was hired instead. More emphasis was placed on the role of melt in the firn depth changes, in comparison to the original work plan. To that end, locations with a melt AND a firn layer have been selected for pilot studies. The model run has been finished, model data analyzed and satellite data corrected for the ice shelves outside the Antarctic Peninsula. Note that project will run longer than anticipated, because the project staff member has accepted a part-time position elsewhere since April This was decided in consultation with NWO. 21

23 NNPP Ronde: 2010 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I iws: a new generation of automatic weather stations for use on glaciers and ice sheets Prof. M.R. van den Broeke Universiteit Utrecht (1) IJs, klimaat en zeespiegel Bipolair Samenvatting onderzoek Op de Universiteit Utrecht ontwerpen technici en wetenschappers van het Institute for Marine and Atmospheric research (IMAU) momenteel een nieuwe generatie weerstations voor onbemande meteorologische en glaciologische waarnemingen op (smeltende) gletsjers, inclusief de ijskappen van Groenland en Antarctica. In vergelijking met het bestaande ontwerp kenmerkt het nieuwe ontwerp zich door een sterk verbeterd gebruiksgemak (o.a. minder bekabeling, draadloze interne en externe datacommunicatie via Bluetooth) en een ultra laag energieverbruik. Hierdoor kunnen de stations met slechts enkele Lithium-batterijen jarenlang zonder menselijke tussenkomst het klimaat van deze moeilijk bereikbare plaatsen meten. Relevantie (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering The melting of land ice currently represents the largest contribution to sea level rise. The potential of future sea level rise from land ice is so large (~65 m) yet the underlying causes and physical mechanisms still so uncertain, that responding only in terms of adaptation and mitigation studies is neither politically nor scientifically justifiable: instead, much more fundamental research is needed so as to improve numerical models and our predictive capacity of the melting land ice and associated processes. In this respect, the use of AWS on glaciers serves two essential goals: i) insight in the fundamental processes driving the spatial/temporal variability of surface melt rate and its impact on glacier dynamics, and ii) evaluation and improvement of models that are used to assess current and future glacial melt rates. Improved AWS technology will result in more accurate predictions of future sea level rise. Installeren van de 1 e iws in Groenland. Foto: C. Miège, University of Utah 22

24 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering Voortgang Progress has been according to plan; all investments have been done in 2012 and 2013, as planned within the timeframe of the proposal. Until May 2014, 10 iws and 2 WiSe units have been built to specification. Power consumption reduction exceeds expectations; it appears that the use of a small solar panel in combination with a large capacitor is so efficient that the station can run without additional battery requirement in the presence of sunlight, extending the battery lifetime even further. Software v 1.0 has been developed and the stations have been tested in the lab freezer and on the BBG roof. Field tests in Cabauw will be performed in June and July The first unplanned deployment of iws with prototype software took place in SE Greenland in April 2014 at app m asl (see image). During the first months of operation, the first iws has functioned flawlessly in hurricane force winds and large accumulation. Because of the apparent robustness of the station we have decided to accelerate the replacement of classical IMAU AWS by iws; as a result, all Greenland sites (S5, S6, S9 and S10) will be equipped with an iws in August The existing AWS will be removed in August 2015, allowing for a year of overlap when iws have proven to function properly. Similarly, we expect to start replacing all our AWS in Antarctica in the season 2014/15 and 2016/17. 23

25 De hierna volgende projecten maken onderdeel uit van een kernprogramma. In deze financieringsronde in 2012 moesten onderzoekers gezamenlijk een kernprogramma opstellen met daarin individuele projecten die aan elkaar gerelateerd zijn, maar ook los van elkaar uitgevoerd kunnen worden. Midterm rapportages zijn voor deze projecten nog niet beschikbaar. NNPP Ronde: 2012 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Evolution of the Greenland ice sheet from the LGM into the next centuries Dr. R.S.W. van de Wal Universiteit Utrecht (1) IJs, klimaat, en zeespiegel Arctica Samenvatting onderzoek (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering Berekeningen van de evolutie van de Groenlandse ijskap worden bemoeilijkt door het feit dat de afsmelting plaatsvindt in een smalle rand rondom de ijskap. Grootschalige atmosfeermodellen zijn daarom niet gedetailleerd genoeg. Daar komt nog bij dat de reflecterende eigenschappen van het ijsoppervlak en de verticale structuur van de atmosfeer vaak niet goed worden meegenomen. Daarom moeten er gedetailleerde modellen gekoppeld worden aan de grootschalige modellen om volumeveranderingen van het ijs te voorspellen die tevens rekening houden met de stroming van het ijs. In dit project wordt dit gedaan over de periode van het Laatste Glaciale Maximum tot honderden jaren in de toekomst met behulp van een koppeling tussen het model EC-Earth en een nieuw ijskap-zeespiegel model, waarin ook rekening gehouden wordt met regionale veranderingen van het zeeniveau. This proposal is part of the Core Program Mass loss of the Greenland ice sheet: a combined observational and modelling approach. It consists of three project proposals and it is the result of an interdisciplinary collaboration in the NNPP theme Ice, Climate and Sea Level. The common goal is to observe, understand, model, hindcast and predict processes leading to mass loss from the Greenland ice sheet (GrIS), currently the largest single contributor to global sea level rise. 24

26 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2012 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Continuation of climate monitoring along the K-transect, west Greenland Prof. M.R. van den Broeke Universiteit Utrecht (1) IJs, klimaat, en zeespiegel Arctica Samenvatting onderzoek De Groenlandse ijskap smelt snel: momenteel is de ijskap goed voor ongeveer een kwart van de wereldwijde zeespiegelstijging, en het massaverlies neemt toe. In West Groenland verricht het Instituut voor Marien en Atmosferisch onderzoek Utrecht van de Universiteit Utrecht (UU/IMAU) al bijna 25 jaar metingen van afsmelting en beweging van de ijskap. Vanwege de unieke lengte van deze ononderbroken meetreeks, de langste van zijn soort in Groenland, worden deze gegevens wereldwijd gebruikt voor het testen en verbeteren van smeltmodellen. Om de continuïteit van deze tijdreeks veilig te stellen vragen we financiering voor het voortzetten van deze metingen tot en met This proposal is part of the Core Program Mass loss of the Greenland ice sheet: a combined observational and modelling approach. It consists of three project proposals. It is the result of an interdisciplinary collaboration in the NNPP theme Ice, Climate and Sea Level. The common goal is to observe, understand, model, hindcast and predict processes leading to mass loss from the Greenland ice sheet (GrIS), currently the largest single contributor to global sea level rise. NNPP Ronde: 2012 Cluster I Projecttitel Impact of refreezing on the mass balance of the Greenland ice sheet in a changing climate Projectleider Dr. C.H. Tijm-Reijmer Kennisinstelling Universiteit Utrecht Thema (1) IJs, klimaat, en zeespiegel Gebied Arctica Samenvatting onderzoek Ongeveer 60% van de recente zeespiegelstijging wordt toegeschreven aan het smelten van gletsjers en ijskappen als gevolg van de mondiale temperatuurstijging. Niet al het smeltwater stroomt van de gletsjer af, een deel herbevriest in de koude sneeuw. Op Groenland herbevriest ongeveer 30 50% van het smeltwater. Dit vertraagt massaverlies via de afstroom van smeltwater en warmt de sneeuw op. Herbevriezen is moeilijk te meten of te modelleren waardoor schattingen hiervan voor bijvoorbeeld Groenland sterk uiteenlopen. Gezien het belang van herbevriezing richten we ons in dit voorstel op het verbeteren van de schattingen voor de Groenlandse ijskap met behulp van metingen met sneeuwthermometers en een regionaal atmosferisch klimaatmodel. This proposal is part of the Core Program Mass loss of the Greenland ice sheet: a combined observational and modelling approach. It consists of three project proposals. It is the result of an interdisciplinary collaboration in the NNPP theme Ice, Climate and Sea Level. The common goal is to observe, understand, model, hindcast and predict processes leading to mass loss from the Greenland ice sheet (GrIS), currently the largest single contributor to global sea level rise. 25

27 NNPP Ronde: 2012 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Importance of microbial viral lysis over grazing in a changing Arctic Ocean (VIRARCT) Prof. C.P.D. Brussaard NIOZ (2) Polaire oceanen + (3) Polaire ecosystemen Arctica Samenvatting onderzoek De Artische Oceaan ondergaat grote veranderingen tgv wereldwijde klimaatsverandering. Microorganismen vormen zo n 98% van de biomassa in de oceanen en zijn grotendeels verantwoordelijk voor de voedingstofstromen. Recente data laten zien dat de soortensamenstelling en de grootte van micro-organismen zal veranderen, daarmee de efficiëntie van de voedselketen verlagend. Dit wordt verder versterkt doordat sterfte door virusinfecties verwacht is een grotere rol te spelen onder deze veranderende omstandigheden. Dit project zal het ecologische belang van virus-geïnduceerde lysis van algen en bacteriën bepalen in relatie tot toenemende watertemperatuur, verlaagd zoutgehalte, veranderende lichtintensiteit en het bij afsmeltende gletsjer vrijkomende potentieel sterk-reactieve fijnsediment. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering This proposal is part of the Core Program Anthropogenic impact on Svalbard ecosystems. It consists of five project proposals and will investigate local, regional and global anthropogenic impacts on terrestrial, fresh water and marine arctic ecosystems and consider the management of these resources over time. The main focus is on changes of arctic ecosystems of Svalbard due to human activity, such as industrial exploitation of natural resources, environmental pollution, eutrophication, and global climate change. As the present situation is already affected by anthropogenic interference, we consider that it is highly relevant to recognize and understand historical, political and legal drivers of change and their present-day consequences more thoroughly to allow making predictions into the near future and to design appropriate management systems. 26

28 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2012 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Ecological consequences of four hundred years resource exploitation on Svalbard Prof. dr. L. Hacquebord Rijksuniversiteit Groningen (3) Polaire ecosystemen + (4) Menswetenschappen en veranderingen in polaire gebieden Arctica Samenvatting onderzoek Vierhonderd jaar walvisvangst, jacht en mijnbouw op Spitsbergen hebben grote invloed gehad op de Arctische natuurlijke omgeving. Niet alleen de jachtdiersoorten maar ook andere soorten werden door de mens sterk beïnvloed. Zo zeer zelfs dat vrijwel ieder ecosysteem in het westen van Spitsbergen door deze exploitatie is aangetast. Het hier voorgestelde onderzoek wil in nauw overleg met andere bij het kernprogramma betrokken onderzoekers de omvang van deze aantasting bepalen door historische bronnen in de archieven, materiële en bio-archeologische bronnen uit de opgravingen en pollendiagrammen van de grondmonsters bestuderen. This proposal is part of the Core Program Anthropogenic impact on Svalbard ecosystems. It consists of five project proposals and will investigate local, regional and global anthropogenic impacts on terrestrial, fresh water and marine arctic ecosystems and consider the management of these resources over time. The main focus is on changes of arctic ecosystems of Svalbard due to human activity, such as industrial exploitation of natural resources, environmental pollution, eutrophication, and global climate change. As the present situation is already affected by anthropogenic interference, we consider that it is highly relevant to recognize and understand historical, political and legal drivers of change and their present-day consequences more thoroughly to allow making predictions into the near future and to design appropriate management systems. 27

29 NNPP Ronde: 2012 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Effects of heavy metal contamination on stress response modulation and stress coping abilities in barnacle geese (Branta leucopsis) Prof. dr. ir. J. Komdeur Rijksuniversiteit Groningen (3) Polaire ecosystemen + (4) Menswetenschappen en veranderingen in polaire gebieden Arctica Samenvatting onderzoek Blootstelling aan milieuvervuiling leidt in vertebraten tot verminderde werking van de hypothalamus-hypofysebijnierschors(hpa)-as, die verantwoordelijk is voor de productie van verschillende stresshormonen. Langdurige activatie van de HPA-as leidt tot chronisch verhoogde corticosteron niveaus ( chronische stress ). Een effectieve manier om deze stress te verminderen is door sociale ondersteuning de aanwezigheid van sociale bondgenoten. Dit zullen we bestuderen in brandganzen (Branta leucopsis) bij Ny-Ålesund in een gebied dat verontreinigd is door steenkolendelving. Door stressniveaus te meten bij ganzen uit verschillende gebieden (verontreinigd vs niet-verontreinigd) en van verschillende familiegroottes zullen wij het belang aantonen van sociale ondersteuning in de omgang met stress. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering This proposal is part of the Core Program Anthropogenic impact on Svalbard ecosystems. It consists of five project proposals and will investigate local, regional and global anthropogenic impacts on terrestrial, fresh water and marine arctic ecosystems and consider the management of these resources over time. The main focus is on changes of arctic ecosystems of Svalbard due to human activity, such as industrial exploitation of natural resources, environmental pollution, eutrophication, and global climate change. As the present situation is already affected by anthropogenic interference, we consider that it is highly relevant to recognize and understand historical, political and legal drivers of change and their present-day consequences more thoroughly to allow making predictions into the near future and to design appropriate management systems. 28

30 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster I Wetenschapgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2012 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster I Towards monitoring of taxon specific productivity in Arctic coastal phytoplankton Prof. dr. A.G.J. Buma Rijksuniversiteit Groningen (2) Polaire oceanen + (3) Polaire ecosystemen Arctica Samenvatting onderzoek De Kongsfjorden (79 N, Spitsbergen) is recent aangewezen als European Flagship Site of Biodiversity. Echter, in de Kongsfjorden ontbrak tot nog toe substantiële informatie over dynamiek en productiviteit van het fytoplankton, dat de basis vormt van mariene voedselwebs. In het voorgestelde onderzoek zullen we een 3-jarige fytoplankton dataset generen en deze koppelen aan continu gegenereerde data van een nieuw monitoringsstation. Vervolgens zullen wij een diagnostisch model construeren dat het mogelijk maakt de productie van belangrijke fytoplanktongroepen apart te berekenen. Dit model zal waardevolle informatie leveren over productiedynamiek per algengroep, terwijl het tegelijkertijd breed inzetbaar zal zijn voor andere (polaire) monitoringsprogramma s. This proposal is part of the Core Program Anthropogenic impact on Svalbard ecosystems. It consists of five project proposals and will investigate local, regional and global anthropogenic impacts on terrestrial, fresh water and marine arctic ecosystems and consider the management of these resources over time. The main focus is on changes of arctic ecosystems of Svalbard due to human activity, such as industrial exploitation of natural resources, environmental pollution, eutrophication, and global climate change. As the present situation is already affected by anthropogenic interference, we consider that it is highly relevant to recognize and understand historical, political and legal drivers of change and their present-day consequences more thoroughly to allow making predictions into the near future and to design appropriate management systems. 29

31 Foto: D. van der Kroef, NWO

32 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering Resultaten van financieringsrondes Op 20 november 2012 was de deadline voor de tweede financieringsronde van het NNPP in 2012, gefinancierd vanuit Cluster II. Dit was een beleidgestuurde ronde waarbij individuele projecten konden worden ingediend, gericht op (één van) beide poolgebieden. Er zijn 32 aanvragen in deze ronde ingediend. Deze aanvragen werden op hun wetenschappelijke kwaliteit beoordeeld door de gebruikelijke peer review, en op hun relevantie voor het beleidskader Nederland en de Poolgebieden door een beoordelingscommissie bestaande uit vier door het IPO benoemde beleidsexperts. De uiteindelijke score van een aanvraag is het resultaat van het gemiddelde van de scores op wetenschappelijke kwaliteit en beleidsrelevantie. De volgende voorstellen zijn in juni 2013 toegekend: Tabel 3 Overzicht toekenningen en tevens lopende projecten in 2013 binnen Cluster II Titel Hoofdaanvrager Gebied Thema Extreme sea level changes along the Dutch Coast: small chance, large impact, high risk High-end estimates of the Antarctic contribution to sea level rise in 2300 Climate monitoring instruments for collaborative research in the Polar Regions Validating recently-developed twenty-first century regional sea level projections using satellite observations Migratory connectivity between Arctic breeding grounds and oceanic wintering areas of seabirds Uptake of anthropogenic carbon dioxide, chemical changes and effects on the marine ecosystem in Marguerite Bay, Rothera Research Station, Antarctica: implications for policy of the government of The Netherlands Chemicals in arctic food chains: accumulation and potential population effects The imperiled role of sea ice in supporting the living resources of the polar oceans (Iceflux-NL) Dr. R.W.S. van der Wal bipolair 1 Dr. W.J. van de Berg Antarctica 1 Prof. M.R. van den Broeke Bipolair 1 Dr. C.A. Katsman Bipolair 1 Dr. I. Tulp Bipolair 3 Prof. dr. ir. H.J.W. de Baar Antarctica 2, 3 Prof. dr. ir. A.J. Hendriks Arctica 2, 3 Dr. J.A. van Franeker Bipolair 2, 3 How can Arctic-nesting geese cope with Arctic amplification? Dr. B.A. Nolet Arctica 3 Near-future Arctic climate change and its impact on the Netherlands and on Dutch policy Participation, Allocation and the Ecosystem Approach in Polar Fisheries Increasing Diversity of Human Activities in Antarctica: Relevance of the concept of Wilderness Protection Logistieke kosten en science support Dr. R. Bintanja Arctica 1 Dr. A.G. Oude Elferink Bipolair 3, 4 Prof. dr. mr. C.J. Bastmeijer Antarctica 2 Vanuit Cluster II wordt 32% bijgedragen aan logistieke kosten en science support. Zie voor verdere beschrijving hiervan de paragraaf Logistieke kosten en science support in het hoofdstuk over Cluster I. 31

33 Topsectorenbeleid Het kabinet heeft topsectoren benoemd. Binnen de topsectoren werken bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid inhoudelijk en financieel samen aan kennis en innovatie. Tot op heden valt het NNPP niet binnen één van de topsectoren, hoewel de onderwerpen binnen dit financieringsprogramma vele aanknopingspunten kennen met een aantal topsectoren. Er valt dan met name te denken aan de topsectoren Water, Energie en Logistiek. Een verbinding tussen het polaire wetenschapsveld in Nederland en het bedrijfsleven is in 2013 opgestart in de Dutch Arctic Circle (DAC). Deze gelegenheidsorganisatie, gestart door Wing en Wageningen UR, beoogt de duurzame ontwikkeling van het Noordpoolgebied. D. van der Kroef en de voorzitter van de NPC, M. de Vries, hebben in 2013 twee bijeenkomsten van de DAC bijgewoond. Overzicht lopende projecten in 2013 Tabel 3 (zie vorige pagina) geeft tevens de lopende projecten in 2013 binnen Cluster II weer. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering Monsters verzamelen tijdens de Antarctische winter in Foto: Amber Annette, BAS / NWO 32

34 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering Hieronder volgt per lopend project binnen Cluster II een samenvatting van het onderzoek. Deze teksten zijn afkomstig uit de projectvoorstellen. Ook staat de beleidsrelevantie die het onderzoek voor het Nederlandse poolbeleid heeft vermeld. Ook deze teksten zijn afkomstig uit de projectvoorstellen. Voor deze projecten zijn nog geen midterm rapportages beschikbaar. NNPP Ronde: 2013 Cluster II Projecttitel High-end estimates of the Antarctic contribution to sea level rise in 2300 Projectleider Dr. W.J. van de Berg Kennisinstelling Universiteit Utrecht Thema (1) IJs, klimaat, en zeespiegel Gebied Antarctica Samenvatting onderzoek De reactie van de Antarctische ijskap op klimaatverandering is de grootste onzekerheid in de verwachtingen van toekomstige zeespiegelstijging. Opwarmend oceaanwater kan de ijskap mogelijk in de nabije toekomst destabiliseren wat tientallen centimeters extra zeespiegelstijging kan veroorzaken. Deze destabilisatie komt door het transport van warm oceaanwater naar de ijskap. In dit project simuleren we, voor een extreem opwarmingsscenario, op hoge resolutie de atmosfeer boven en de oceaan rond Antarctica, zodat dit warmtetransport en daarmee de ijssmelt beter geschat kan worden. Met dit onderzoek beogen we een betere maximumschatting van de bijdrage van Antarctica aan toekomstige zeespiegelstijging te geven. Beleidsrelevantie In het voorstelde onderzoek wordt met gekoppelde hoge resolutie atmosfeer- en oceaanmodellen het huidige en toekomstig warmtetransport naar de ijskap berekend en de daarop geïnduceerde smelt van Antarctica voor een pessimistisch klimaatscenario uitgerekend, zodat een nauwkeuriger schatting kan worden gegeven van de maximaal te verwachten toekomstige zeespiegelbijdrage van Antarctica voor de komende eeuwen. Dit voorgestelde onderzoek geeft daarmee vorm aan de beleidsmatige prioriteit om de gevolgen van de verwachtte klimaatverandering in beeld te brengen en inzicht in klimaatveranderingsprocessen te verkrijgen, zoals verwoord in paragrafen 4.5 en 6.2 van het beleidskader. In dit onderzoek ligt de primaire focus op de maximale toename van het smelten van de Antarctische ijsplaten. Wanneer in de nabije toekomst deze ijsplaten sterk gaan smelten, geeft dit regionaal sterke veranderingen. De aanvoer van landijs naar de ijsplaten zal sterk toenemen, zodat in de aangrenzende gebieden met landijs de hoogte daalt. Ook worden de ijsplaten door deze extra smelt dunner, zodat ze mogelijk gedeeltelijk opbreken in ijsbergen. In dat geval neemt het oppervlak van Antarctica af. Extra smelt van de ijsplaat heeft dus topografische veranderingen tot gevolg, en deze veranderingen zullen op hun beurt de locale flora en fauna beïnvloeden. Naast deze veranderingen, leidt extra smelt van ijsplaten tot een stijging van de mondiale zeespiegel wat gevolgen heeft voor alle kustgebieden op aarde. Het voorstelde onderzoek draagt bij aan nationale en internationale samenwerking en kennis- en informatieontwikkeling en geeft vorm aan de Nederlandse ambitie om een belangrijke rol te spelen in het bestuur en beheer van Antarctica zonder dat hiervoor een eigen basis op Antarctica nodig is. 33

35 NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II Climate monitoring instruments for collaborative research in the Polar Regions Prof. M.R. van den Broeke Universiteit Utrecht (1) IJs, klimaat, en zeespiegel Bipolair Samenvatting onderzoek Door het barre klimaat en logistieke problemen heeft het gebruik van automatische meetinstrumenten in de Poolgebieden een vlucht genomen. Het IMAU van de Universiteit Utrecht is voorloper op het gebied van de ontwikkeling van automatische meteorologische en glaciologische meetsystemen voor gebruik op (smeltende) ijskappen en gletsjers. Hier vragen we financiële ondersteuning voor het aanleggen van een instrumentenbuffer, om deelname aan kortdurende internationale meetcampagnes veilig te stellen, en flexibel in te kunnen spelen op snelle ontwikkelingen, bijvoorbeeld bij snel veranderende gletsjers. Deze wijze van samenwerken is wetenschappelijk gezien extra aantrekkelijk, omdat Nederland geen eigen logistieke infrastructuur heeft in de Poolgebieden. Beleidsrelevantie (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering Dit onderzoeksvoorstel maakt onderdeel uit van het thema IJs, Klimaat en Zeespiegel, één van de hoekstenen van het Nederlands Polaire Programma (NPP, Beleidskader blz. 77). Het hier voorgestelde onderzoek breidt de Nederlandse activiteiten op het gebied van polaire klimaatmonitoring uit naar kortdurende veldexperimenten, met nadruk op internationale samenwerking. Voor wat betreft het Noordpoolgebied sluit het voorgestelde onderzoek concreet aan bij de beleidsuitgangspunten (BUP) en doelstellingen 2, 3, 6, 8-10 zoals geformuleerd in het Beleidskader Nederland en de Poolgebieden (zie blz. 4/5 van het Beleidskader). Het hier voorgestelde onderzoek naar het klimaat en de glaciologie van Groenland en Svalbard combineert tevens de ontwikkeling van onze wetenschappelijke kennis van het Noordpoolgebied met beleidsrelevante kennis over het Arctische milieu en de toekomstige zeespiegelstijging ten gevolge van klimaatverandering. Het is daarmee één van de belangrijkste rechtvaardigingen van het bestaan van het Nederlandse Polair beleid (zie blz. 3/4 en blz. 13/14 van het Beleidskader). Het voorgestelde onderzoek sluit direct aan bij de paragraaf Klimaat en milieu (blz. 25 Beleidskader), beleidspunten 3, 6, 11, 13 en 14 (blz. 28/29). De uitkomsten van dit voorstel zijn met name van belang voor beleidspunt 3, dat het Hoofddoel van de Nederlandse inzet beschrijft, namelijk de inzet om klimaatverandering in het Arctisch gebied tegen te gaan en aanpassing aan onvermijdelijke veranderingen te ondersteunen (blz. 28). Voor wat betreft Antarctica is het Nederlands beleid gericht op het minimaliseren van de milieueffecten van activiteiten, mede door het niet nastreven van een eigen station op Antarctica. Het uitvoeren van kortdurende experimenten met buitenlandse partners, gebruik makend van bestaande faciliteiten, past zeer goed bij deze doelstelling. Geofysische metingen op Antarctica (en daartoe rekenen we ook korter durende experimenten) dienen ter ondersteuning van een goede analyse van de huidige stand van zaken op het gebied van het klimaat van het Antarctische gebied, met name in het kader van de recente waargenomen temperatuurstijging in het Antarctisch Schiereiland, het in snel tempo opbreken van ijsplaten en de versnelling van gletsjers waardoor meer ijs naar de oceaan getransporteerd wordt, hetgeen resulteert in versnelde zeespiegelstijging. 34

36 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II Validating recently-developed twenty-first century regional sea level projections using satellite observations Dr. C.A. Katsman KNMI (1) IJs, klimaat, en zeespiegel Bipolair Samenvatting onderzoek In 2100 is het zeeniveau langs de Nederlandse kust naar verwachting met 35 tot 85 cm gestegen. Vooral onzekerheden in de bijdrage van de Groenlandse ijskap en Antarctica zijn debet aan deze grote bandbreedte. Voor het formuleren van een adequaat kustbeleid is het van belang te achterhalen welk klimaatscenario waarschijnlijk gaande is. Aan de hand van satellietmetingen van de hoogte van het zeeniveau bepalen we de langzame, door opwarming geïnduceerde, regionale trends in zeeniveau die resteren na het wegfilteren van toevallige klimaatschommelingen. Door die trends te vergelijken met de recent ontwikkelde regionale zeespiegelscenario s wordt hun kwaliteit en bruikbaarheid gevalideerd. Beleidsrelevantie Het voorgestelde onderzoek draagt zeer direct bij aan een van de hoofdthema s van het Nederlands Polair Programma voor Arctisch en Antarctisch onderzoek, klimaat en zeespiegel, genoemd in het Beleidskader Nederland en de Poolgebieden (p. 5). In het Beleidskader wordt gesteld (p.4) dat met een gedetailleerd inzicht in de massabalans van de polaire ijskappen en dus: zeespiegelstijging. een nationaal Nederlands belang [is] gediend. Dit onderzoeksvoorstel behelst een alternatieve, indirecte aanpak van dit onderwerp, door waargenomen patronen van zeespiegelstijging te vergelijken met theoretisch bekende patronen van onder meer de ijskapbijdragen, en zo te achterhalen hoe groot de bijdragen van de ijskappen aan de waargenomen zeespiegelstijging de afgelopen twintig jaar zijn geweest. Daarnaast zijn de uitkomsten van het voorgestelde onderzoek van belang voor het Nederlandse waterveiligheidsbeleid, en sluiten daarmee ook aan bij de door het ministerie van Infrastructuur en Milieu geformuleerde Strategische Kennis en Innovatie Agenda , en in het bijzonder bij het daarin genoemde hoofddoel dat onze delta slim [is] voorbereid op het wassende water en op perioden van droogte. In het nationale Deltaprogramma wordt dit verder uitgewerkt, daarbij strevend naar een flexibele aanpak gebaseerd op metingen en op mogelijke toekomstscenario s van het KNMI en de gezamenlijke planbureaus ( Het hoofddoel van het hier voorgestelde onderzoek, het valideren van de bestaande klimaatscenario s voor zeespiegelstijging langs de Nederlandse kust aan de hand van observaties, biedt een belangrijke onderbouwing voor beleidsbeslissingen op dit vlak binnen het Deltaprogramma en Rijkswaterstaat / Directoraat Generaal Ruimte en Water (RWS/DGRW). De onderzoekers verwachten op basis van dit onderzoek een beter beeld krijgen of de huidige ontwikkelingen in het zeeniveau meer neigen naar bijvoorbeeld de ondergrens van de huidige KNMI klimaatscenario s (35 cm stijging in het jaar 2100) of naar het extreme klimaatscenario gepresenteerd in het rapport van de Deltacommissie (tot 120 cm stijging in 2100). 35

37 NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II Migratory connectivity between Arctic breeding grounds and oceanic wintering areas of seabirds Dr. I. Tulp IMARES (3) Polaire ecosystemen Bipolair Samenvatting onderzoek Veel zeevogels zwerven hun hele leven over de wereldzeeën. Alleen om te broeden komen ze aan land en een groot aantal doet dat in de Arctis. Waar ze de rest van het jaar blijven en wat ze eten is vaak volstrekt onbekend. Wij willen van vier soorten, twee jagers, een stern en een franjepoot, met behulp van kleine zenders de trekroutes, pleisterplaatsen en overwinteringsplekken in kaart brengen. In combinatie met geavanceerde dieetstudies onderzoeken we waarom ze gaan waar ze gaan. Deze kennis is nodig om belangrijke gebieden op zee te beschermen. Beleidsrelevantie (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering Nederland wil zich inzetten voor de grensoverschrijdende bescherming en het duurzaam gebruik van de Arctische biodiversiteit, en met name daar waar de relatie tussen Nederlandse, Europese en Arctische natuurwaarden evident is. Die relatie is door geen ander fenomeen zo duidelijk vertegenwoordigd als door de trekroutes van vogels. In de afgelopen decennia heeft de Nederlandse onderzoeksinspanning in de Arctis zich vooral gericht op ganzen, zwanen en steltlopers. Zeevogels zijn tot nu toe onderbelicht gebleven. Er is evenmin weinig bekend over franjepoten. Daarmee ontbreekt cruciale informatie over een belangrijke groep die onderdeel uitmaakt van de Arctische en marine biodiversiteit en het marine ecosysteem wereldwijd. Dankzij nieuwe technische mogelijkheden op het gebied van telemetrie is het sinds kort mogelijk om de trekroutes van relatief kleine soorten in kaart te brengen. Omdat veel van de Arctische vogelsoorten een circumpolaire verspreiding hebben, hebben we in dit onderzoeksvoorstel de samenwerking gezocht van internationale partners. Zowel kleinste jager als Noordse stern vallen onder de African Eurasian Waterbird Agreement (AEWA). De Noordse stern wordt daarnaast ook in appendix II van de Convention on Migratory Species (CMS) genoemd. Daarmee heeft Nederland zich gecommitteerd aan maatregelen ter bescherming van deze soorten. Nederland wil bijdragen aan het beheer van het mariene milieu en het creëren van een netwerk van beschermde gebieden ook in gebieden die buiten de nationale jurisdictie vallen. Dit onderzoek zal bijdragen aan het identificeren van belangrijke gebieden voor deze groep van zeevogels, zowel in de Arctis als daarbuiten. Twee van de voorgestelde soorten (Noordse stern en kleinste jager) komen zelfs op beide polen voor en hun verspreiding reikt tot in het gebied dat onder beheer van de Commission for the Conservation of Antarctic Marine Living Resources (CCAMLR) valt. De voorgestelde aanpak biedt de unieke mogelijkheid om in beide poolzeeën gebieden met een hoge productiviteit te identificeren. Nederland wil bijdragen aan en ondersteunt maatregelen voor ecosysteemgericht beheer van het mariene Arctische milieu. Hiervoor is kennis over gebiedsgebruik van zeegaande vogels, die vaak de top in de voedselketen vormen, van groot belang. Zeevogels hebben in het verleden aangetoond goede indicatoren voor de lokale visstand te zijn (Furness and Tasker, 2000, Rindorf et al., 2000, Furness and Camphuysen, 1997). Als het Arctische gebied toegankelijker gaat worden voor visserij, wat in lijn der verwachting ligt vanwege het terugtrekkende zeeijs, zal ook de druk op het systeem toenemen. Inzicht in ruimtelijk gebruik van marine voedselbronnen door zeevogels, zal bijdragen aan het ecosysteemgericht beheer van de visserij in de toekomst, waarbij ook rekening gehouden wordt met zeevogels. 36

38 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II Uptake of anthropogenic carbon dioxide, chemical changes and effects on the marine ecosystem in Marguerite Bay, Rothera Research Station, Antarctica: implications for policy of the government of The Netherlands Prof. dr. ir. H.J.W. de Baar NIOZ (2) Polaire oceanen + (3) Polaire ecosystemen Antarctica Samenvatting onderzoek De mensheid veroorzaakt emissie van kooldioxide (CO2) in de lucht. Ongeveer 40% wordt opgenomen door de oceanen en veroorzaakt grote veranderingen in de chemie van zeewater met effecten op het plankton ecosysteem. Vooral de Antarctische Oceaan is hierdoor getroffen. We bestuderen de opname van CO2 en effecten op plankton bestuderen in Marguerite Baai (Rothera, Antarctica) en ontwikkelen beleid voor duurzaamheid in Antarctica en het streven in het Regeerakkoord 2012 voor een volledig duurzame internationale energievoorziening in jaar Beleidsrelevantie De verreweg grootste bedreigingen en reeds waar te nemen veranderingen van Antarctica als ongerepte wildernis zijn ontstaan als gevolg van (i) wereldwijd CO 2 -broeikaseffect en (ii) oceaanverzuring. Ons onderzoek in Antarctica zal beter inzicht geven in het ontstaan van de veranderingen en zo sterk bijdragen aan het Beleidskader Nederland en de Poolgebieden De ecosystemen van Antarctica hebben phytoplankton (algen) als basis van de voedselketen. Dit is direct of indirect (via microzooplankton) voedsel voor krill dat eveneens een sleutelrol speelt in de Antarctische voedselketen. Het effect van toenemende CO 2 op algen, zooplankton en vervolgens ook krill en hogere trofische niveau s is aldus essentieel als basis voor inzicht in veranderingen van populaties van krill en vis, en aldus voor inzicht en beleid voor effecten van visserij en het ontwikkelen van beleid in CCAMLR. 37

39 NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II Chemicals in arctic food chains: accumulation and potential population effects Prof. dr. ir. A.J. Hendriks Radboud Universiteit Nijmegen (2) Polaire oceanen + (3) Polaire ecosystemen Arctica Samenvatting onderzoek Informatie over persistente chemische stoffen in Arctische gebieden is verspreid over verschillende meetprogrammas. Elk richt zich op enkele locaties, periodes, stoffen en soorten. In soorten zoals ijsberen die zich aan de top van de voedselketen zijn hoge concentraties aangetroffen. Wij stellen voor om een eenvoudig rekenmodel te bouwen dat de accumulatie van stoffen in de voedselketen simuleert. Het model wordt geijkt en getest met data verzameld uit de literatuur en met eigen metingen ter plekke. Met deze modellen kunnen we verklaren waarom de gehaltes zo hoog zijn en wat de gevolgen zijn voor populaties van deze top-predatoren. Beleidsrelevantie (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering Het onderhavige voorstel adresseert bioaccumulatie in de volle breedte van de verschillende stofgroepen. Onze studie brengt in kaart welke stoffen via welke voedselketens leiden tot hoge niveau s in toppredatoren. Centraal in onze benadering staat een model dat in staat is om accumulatie niet alleen te verklaren maar ook te voorspellen op basis van gehaltes in water, sediment en bodem. Door ons model te koppelen aan een fate model (bijv. SIMPLEBOX/EUSES) kan voor verschillende emissie scenario s per stof berekend worden welke concentraties in de toekomst in top-predatoren verwacht mogen worden. Huidige projecten richten zich vaak op lagere trofische niveau s (bijv. ganzen), terwijl wij eerder hoge niveau s in top-predatoren verwachten. Vanuit andere PhD projecten worden in ons accumulatie model momenteel processen ingebouwd die de accumulatie van nieuwe stofgroepen beter beschrijven. Daaronder behoren emerging POPs als pharmaceuticals (actieve opname, O Connor) en nanomaterialen (endocytosis, Kettler). In het onderhavige project zelf is voorzien in het toevoegen van additionale processen voor bijv. PFAs. Wij willen in onze benadering eerst de accumulatie van traditionele POPs modelleren, omdat daar veel data voor zijn die gebruikt kunnen worden bij de calibratie/validatie van het model. Nadat de geloofwaardigheid ( credibility ) van het model is aangetoond, komen nieuwere stofgroepen aan bod. Zodra goed in beeld is gebracht hoe de traditionele POPs in de voedselketen accumuleren kunnen ook daadwerkelijke effecten aannemelijk worden gemaakt. Tot nu toe zijn de meeste metingen beperkt tot effecten op moleculair en/of cellulair niveau (in vivo, biomarkers). Consequenties op populatie-niveau zijn nauwelijks bekend, terwijl dat wel het uitgangspunt is van het Nederlands en Europese beleid, i.h.b. de normstelling. Daarom willen we de geschatte en gemeten concentraties in top-predatoren ook vertalen naar effecten op populatie-niveau. Net als bij stoffen richten we ons bij soorten ook eerst op een soort waar veel gegevens van bekend zijn (ijsbeer) en kijken we daarna naar toepassingen op een andere soort. In de toekomst kan het model dan ook relatief eenvoudig geschikt gemaakt worden voor andere soorten. 38

40 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II The imperiled role of sea ice in supporting the living resources of the polar oceans (Iceflux-NL) Dr. J.A. van Franeker IMARES (2) Polaire oceanen + (3) Polaire ecosystemen Bipolair Samenvatting onderzoek De poolzeeën bruisen van het leven, met rond het zuidpoolgebied het bekende garnaalachtige krill en in het noorden Arctische kabeljauw. Deze dieren zijn sterk afhankelijk van voedselketens die beginnen met algen die groeien in het zee-ijs en eindigen met grote aantallen vogels en zeezoogdieren. Een opwarmend klimaat doet zee-ijs verdwijnen met mogelijk grote gevolgen. In dit project brengen we, in samenwerking met internationale partners, de zee-ijs voedselketen goed in kaart. Daartoe vissen we onder andere met een speciaal onderzoeksnet direct onder het zee-ijs. Met dit onderzoek kan het beleid voor natuurbescherming en visserijbeheer beter inspelen op toekomstige veranderingen. Beleidsrelevantie Dit AIO voorstel is onderdeel van het door IMARES voor EL&I uitgevoerde lange termijn Antarctisch onderzoek, dat een internationaal erkend element vormt in de invulling van de Nederlandse verplichting tot substantieel wetenschappelijk onderzoek zoals vereist onder het Antarctisch Verdrag (Uitgangspunt 1 van het Beleidskader). De concrete inbreng van deze onderzoeksinspanning in CCAMLR door de senior onderzoeker van het IMARES onderzoek betekent een directe bijdrage aan het Nederlands medebesturen van het Antarctisch gebied, en ondersteunt de door de Commissie Terlouw geadviseerde verkenning van haalbaarheid van een volwaardig Nederlands lidmaatschap van CCAMLR. Resultaten uit het voorgestelde AIO onderzoek staan direct ten dienste van het CCAMLR beheer van levende hulpbronnen in de zuidelijke oceaan, met een accent op de mogelijke impact van door klimaatsverandering veranderende zee-ijs gebieden en de consequenties daarvan voor het beheer van beviste bestanden. Dit aspect is volledig geintegreerd in het IMARES onderzoek naar de van dezelfde bestanden afhankelijke predatoren, d.w.z. zeevogels, zeehonden en walvissen. Door in dit onderzoek de link te leggen naar de Arctische oceaan, wordt zowel de wetenschappelijke fundering versterkt, als de beleidsrelevantie uitgebreid naar alle polaire wateren die de gevolgen van klimaatsveranderingen ondervinden, en waar nieuwe visserij en andere activiteiten zich ontwikkelen. Het onderzoek draagt op die manier wezenlijk bij aan de door Nederland gewenste ecosysteem- en voorzorgs-benadering in het visserij- en natuurbeheer. De ontwikkelde kennis en actieve inbreng bij CCAMLR speelt een wezenlijke rol bij de beleidsvorming rond beschermde zeegebieden (Marine Protected Areas) als onderdeel van de door Nederland gewenste internationale natuurbescherming. De via CCAMLR opgedane ervaring in Antarctica is een testcase voor beleidsvorming in andere delen van de vrije wereldzeeën. Het voorgestelde onderzoek vormt een sterke bijdrage aan de door Nederland gewenste uitbreiding van samenwerking met het Alfred Wegener Institut. De AWI onderzoeksleider in Iceflux, Dr. Hauke Flores, werkte tot voor kort bij IMARES voor het Antarctisch onderzoek. Dat maakt de huidige samenwerking uiterst sterk, waarbij samenhangende AIO projecten van beide organisaties een aanzienlijke meerwaarde hebben boven de som der delen. 39

41 NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II How can Arctic-nesting geese cope with Arctic amplification? Dr. B.A. Nolet NIOO-KNAW (3) Polaire ecosystemen Arctica Samenvatting onderzoek Veel vogels die in het Noordpoolgebied broeden, doen buiten hun broedtijd Nederland aan en Nederland draagt daarmee een internationale verantwoordelijkheid voor de duurzame instandhouding van deze populatie(s). Van brandganzen die op de Russiche toendra broeden, overwintert maar liefst 85% in Nederland. Dit onderzoek genereert de benodigde kennis om in te kunnen schatten hoe deze vogels gaan reageren op de snelle klimaatverandering in het Noordpoolgebied. Enerzijds zullen de vogels wellicht te laat in hun broedgebied aankomen om optimaal te kunnen profiteren van de piek in voedselaanbod, maar anderzijds zal het zomerseizoen langer worden en daarmee de overlevingskansen van hun jongen stijgen. Beleidsrelevantie (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering Volgens het Beleidskader ligt de prioriteit van het Nederlandse polaire beleid bij een goede bescherming van natuur en milieu en bij wetenschappelijk onderzoek ter ondersteuning van natuur- en milieubeleid. Door de relatief sterke opwarming in het Noordpoolgebied staan de natuur en biodiversiteit onder druk. Daarbij liggen er met Nederland direct verbanden, onder meer door migratie van soorten. Veel van de vogels die Nederland als overwinteringsplaats of als doortrekgebied gebruiken, broeden in het Noordpoolgebied. Een belangrijke trekroute loopt van Russische toendra naar of via Nederland en directe omgeving. Het is daarom niet verwonderlijk dat er een traditie van onderzoek door Nederlanders in Rusland en in samenwerking met Russische onderzoekers bestaat, die ook in het Beleidskader wordt herkend: Vanuit Nederland is er vele jaren onderzoek gedaan aan... ganzen. Het Beleidskader geeft aan dat blijvende inzet op dit terrein wenselijk is: Meer specifiek blijft Nederland zich inzetten bij onderzoek en beleidsontwikkeling op terreinen waar de relatie tussen Nederlandse, Europese en Arctische natuurwaarden evident is. Hierbij kan worden gedacht aan vogeltrekroutes... en dit onderwerp wordt dan ook specifiek genoemd als een van de speerpunten binnen het Arctische onderzoek/polaire systemen: Invloed van klimaatverandering op trekvogels. Het voorgestelde onderzoek richt zich op de effecten van klimaatverandering op een typische Arctische trekvogel. Nederland is een heel belangrijk doortreken overwinteringsgebied voor Arctische trekvogels. Dit geldt met name voor herbivore trekvogels (smienten, ganzen en zwanen); veel van deze soorten zijn overgeschakeld van natuurlijk voedsel op landbouwgewassen, maar slapen s nachts nog op water. De grote aantallen zijn te verklaren doordat Nederland ten westen van de vorstgrens ligt (meestal toegang tot open water), waterrijk is en veel landbouwareaal heeft. Van de brandgans overwintert maar liefst 85% van de zogenaamde flyway population in Nederland en Nederland heeft zich in internationale verdragen verplicht tot instandhouding van deze populatie. 40

42 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II Near-future Arctic climate change and its impact on the Netherlands and on Dutch policy Dr. R. Bintanja KNMI (1) IJs, klimaat, en zeespiegel Arctica Samenvatting onderzoek De verwachte toekomstige opwarming en zeeijsafsmelting in het Arctisch gebied zijn verstrekkend en mogelijk zelfs onomkeerbaar, en zullen derhalve verreikende gevolgen hebben voor zowel Arctische socio-economische activiteiten (olie/gaswinning, transport/scheepvaart, visserij) en ecologie, als voor het klimaat in West-Europa. Dit project beoogt toekomstige Arctische klimaatveranderingen en de daaruit voortvloeiende (Nederlandse) activiteiten en invloeden te kwantificeren aan de hand van nauwkeurige klimaatinformatie, nieuwe klimaatmodellen en technieken, met als oogmerk het Nederlandse beleid ten aanzien van de Arctische gebieden van een solide klimatologisch kader te voorzien. De klimatologische randvoorwaarden aangaande de uitbreiding van activiteiten/invloeden vormen een onmisbare aanvulling op het Nederlands Arctisch beleid. Beleidsrelevantie De Arctische gebieden zullen de komende decennia onder invloed van klimaatveranderingen (met name opwarming en zeeijsafsmelting) enorme veranderingen ondergaan. Dit heeft onvermijdelijk grote gevolgen voor Nederland en het relevante Nederlandse beleid. Deze gevolgen zijn in twee deelcomponenten op te splitsen: 1) De veranderingen in het Arctische klimaat leiden tot zeespiegelstijging (door afsmelting ijskappen) en klimaatveranderingen in Nederland, wat het relevante klimaat- en deltabeleid zal raken. 2) Arctische klimaatverandering en zeeijsafsmelting leiden waarschijnlijk tot een toename van (Nederlandse) socioeconomische activiteiten in het Arctisch gebied, een gegeven dat rechtstreeks aansluit bij het beleidskader Nederland en de Poolgebieden Dit onderzoeksvoorstel behelst beide bovenstaande aspecten, en heeft dus ook een tweeledige aansluiting bij het Nederlands beleid aangaande de poolgebieden. 1. Het kwantificeren van de invloed van toekomstige Arctische klimaatveranderingen op het West- Europese (WE) en Nederlandse (NL) klimaat. Recente studies laten zien dat er een mogelijk verband bestaat tussen Arctische opwarming en de toename in extreem weer in WE/NL. Aangezien de opwarming in de Arctische gebieden lijkt te versnellen en wellicht zelfs onomkeerbaar wordt, is het van groot belang de Arctische effecten op zeespiegelstijging en het WE/NL klimaat vast te stellen om zodoende bovenstaande beleidsmatige scenario s te verbeteren. Issues als waterveiligheid (wateropzet in extreme windcondities) en de gevoeligheid van de transportsector voor extreem weer zijn tevens kernpunten uit de Strategische Kennis- en Innovatieagenda (SKIA) van het ministerie van I&M. Dit voorstel sluit derhalve nauw aan bij zowel het NL klimaat- en deltabeleid als bij de relevante componenten uit de SKIA van I&M. 2. Het kwantificeren van de invloed van toekomstige Arctische klimaatveranderingen op mogelijke (uitbreiding van) toekomstige Nederlandse socio-economische activiteiten (delfstoffenwinning, transport/scheepvaart, visserij, toerisme) in het Arctische gebied, en op daarmee samenhangende ecologische veranderingen. Bovengenoemde SKIA van I&M noemt als kernpunten de groeiende vraag naar grondstoffen (o.a. olie/gas), de ontwikkeling van de transportsector, duurzaamheid en het behoud van ecosystemen en biodiversiteit, aspecten waar dit voorstel nauw bij aansluit. Dit voorstel zal leiden tot een nauwkeuriger inkadering van toekomstige activiteiten met betrekking tot de verwachte Arctische klimaatveranderingen. Een nauwkeurige schatting van de mate van zeeijsterugtrekking, de (jaar-tot-jaar) variabiliteit en de voorspelbaarheid is essentieel in het bepalen van de economische rendabiliteit van deze Noordoost-passage. Omdat ook wenselijkheid, duurzaamheid, ecologische aspecten en biodiversiteit in het NL beleid voorop staan, zal een nauwkeurige (klimaatbepaalde) inkadering van de mogelijk toename van voor Nederland relevante socio-economische activiteiten leiden tot een in alle opzichten gerichter beleid. 41

43 NNPP Ronde: 2013 Projecttitel Projectleider Kennisinstelling Thema Gebied Cluster II Participation, Allocation and the Ecosystem Approach in Polar Fisheries Dr. A.G. Oude Elferink Universiteit Utrecht (3) Polaire ecosystemen + (4) Menswetenschappen en veranderingen in polaire gebieden Bipolair Samenvatting onderzoek Het is aannemelijk dat de verwachte wereldwijd toenemende interesse voor nieuwe of onderbenutte vangstmogelijkheden zich ook zal toespitsen op de polaire regio s. Het voorgestelde onderzoek richt zich op de formele regels en praktijk van polaire visserijbeheerslichamen in het licht van het toepasselijke internationale recht, met speciale aandacht voor (i) deelname in polaire visserijbeheerslichamen, (ii) verdeling van vangstmogelijkheden in polaire regio s, en (iii) ecosysteemgericht visserijbeheer in polaire regio s. Er zal onder meer onderzocht worden of bestaande polaire regels en praktijken in overeenstemming zijn met overkoepelend international recht, op welke manier internationaal recht versterkt kan worden, en welke aanspraken Nederland kan maken. Beleidsrelevantie (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster II Beleidgestuurde onderzoeksfinanciering 42 Het onderzoeksvoorstel sluit zeer nauw aan op zowel het bovengenoemde Beleidskader als op een aantal hoofdpunten van de oriëntatie van de Nederlandse Regering op mondiale vraagstukken, waar het Beleidskader onderdeel van uit maakt (p. 3). De versterking van de internationale rechtsorde komt onder meer aan de orde bij het onderzoek naar de mogelijke oprichting van een visserijbeheerslichaam voor de Arctische oceaan (Noordelijke IJszee). Dit onderzoek onderschrijft het in het Beleidskader vervatte hoofdstandpunt en doelstelling dat in het Noordpoolgebied geen visserijactiviteiten zouden mogen worden opgestart in gebieden waarvoor nog geen instandhoudings- en beheersregeling bestaat (p. 5). In het Beleidskader wordt ook specifiek ingegaan op de wenselijkheid van de oprichting van een visserijbeheerslichaam voor de Arctische oceaan (p. 57, onder 5). Tevens relevant voor de versterking van de internationale rechtsorde is het voorgestelde onderzoek naar de mogelijkheid van een Nederlands lidmaatschap van CCAMLR. Dergelijk onderzoek kan een belangrijke bijdrage leveren aan het in het Beleidskader aangekondigde onderzoek door de Nederlandse overheid naar de haalbaarheid en meerwaarde van een Nederlands lidmaatschap van CCAMLR (p. 5, onder 9, en p. 81, onder 2). Het in het onderhavige voorstel voorziene onderzoek zal zich vooral richten op de interpretatie van relevante bepalingen in het CAMLR Verdrag en de toepassing van die bepalingen door de leden van de Commissie tot dusver. De uitkomsten van dit onderzoek kunnen als input dienen voor het door de Nederlandse overheid aangekondigde onderzoek, dat, getuige de woorden haalbaarheid en meerwaarde, uiteindelijk tot beleidsaanbevelingen moet leiden. Het behartigen van economische belangen zal onder meer aandacht krijgen bij het onderzoek naar de aanspraken van Nederland op vangstmogelijkheden binnen polaire visserijbeheerslichamen (inclusief als gevolg van het feit dat Nederland partij is bij het Spitsbergenverdrag). In het Beleidskader worden de economische belangen van Nederland bij polaire visserij expliciet erkend, zowel in het Noordpoolgebied in het algemeen (p. 4, onder 5), de maritieme zones rond Spitsbergen in het bijzonder (p. 28), als in Antarctica (p. 81, onder 2). De relevantie van een Nederlandse beleidsinzet op Global Public Goods komt duidelijk naar voren in het voorgestelde onderzoek naar de verankering en verdere uitwerking van ecosysteemgericht visserijbeheer in polaire regio s. Het Beleidskader onderschrijft de noodzaak van ecosysteemgericht visserijbeheer in polaire regio s veelvuldig en stelt dit daarmee ook impliciet als voorwaarde voor een Nederlandse deelname in polaire visserij. Het operationaliseren van ecosysteemgericht visserijbeheer middels MPAs komt in het Beleidskader zowel aan de orde in het Noordpoolgebied (p. 42, onder 6) als in Antarctica (p. 81, onder 3). De in het onderhavige onderzoeksvoorstel voorziene aandacht voor de bevoegdheidsafbakening tussen CCAMLR en ATCM ten aanzien van MPAs sluit ook aan op de in het Beleidskader aangegeven behoefte aan verduidelijking van deze bevoegdheidsafbakening (p. 81, onder 4).

44 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Cluster III Beleidondersteunende activiteiten De volgende zaken worden vanuit Cluster III gefinancierd: Internationale samenwerking Antarctic Treaty Nederland is lid van het Antarctisch Verdrag. Hiervoor reist ieder jaar een Nederlandse delegatie naar de Antarctic Treaty Consultative Meeting (ATCM). NWO was in 2013 onderdeel van de delegatie, met D. van der Kroef en L. Noor, die naar Brussel reisde om de ATCM bij te wonen. Zij hebben beiden tevens een presentatie verzorgd in de residentie van de Nederlandse ambassadeur in Brussel. Deze receptie werd gefinancierd vanuit het NNPP. De lezingen hadden als onderwerpen het Dirck Gerritsz Laboratorium en de inspectie van verschillende Antarctische infrastructuur waaraan D. van der Kroef eind 2012 heeft meegewerkt. De lezingen werden goed bezocht door andere leden van het Verdrag. Vergadering van de ATCM in Brussel, mei Foto: D. van der Kroef, NWO Scientific Committee on Antarctic Research NWO is lid van de Scientific Committee on Antarctic Research (SCAR). Hiervoor heeft zij professor C.P.D. Brussaard van het NIOZ (tevens NPC-lid) afgevaardigd om naar de bijeenkomsten te gaan. Eind 2013 heeft zij echter aangegeven deze functie niet verder te kunnen vervullen. Dr. J. Stefels van de Rijksuniversiteit Groningen is bereid gevonden deze functie op zich te nemen. Zij was al Nederlandse afgevaardigde voor de Standing Scientific Group Life Sciences. Er is in 2013 niet deelgenomen aan bijeenkomsten van de Werkgroepen van SCAR. 43

45 COMNAP en DROMLAN Voor de internationale afstemming van logistiek en onderzoek is NWO-ALW lid van de Council of Managers of National Antarctic Programs (COMNAP). Ook neemt NWO-ALW deel in het Dronning Maud Land Air Network (DROMLAN). Via dit door onderzoeksorganisaties gefinancierde netwerk kunnen onderzoekers vanuit Zuid-Afrika ingevlogen worden naar diverse bestemmingen in Antarctica. In 2013 is door NWO-ALW deelgenomen aan de COMNAP Annual General Assembly en de DROMNAP vergadering, welke plaatsvonden in juli in Seoul. Arctische Raad NWO heeft het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteit Groningen gecontracteerd om aan de aan de Arctische Raad gerelateerde werkgroepen deel te nemen. Er zijn drie werkgroepen waaraan Nederland deelneemt: Arctic Monitoring and Assessment Programme (AMAP) Conservation of Arctic Flora and Fauna (CAFF) Sustainable Development Working Group (SDWG) Een verslag van deze activiteiten is hierboven te vinden in het jaarverslag van het Arctisch Centrum. International Arctic Science Committee (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten NWO is lid van de International Arctic Science Committee (IASC). Hiervoor heeft zij prof. dr. L. Hacquebord van het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteit Groningen afgevaardigd om naar de bijeenkomsten te gaan. Door dr. C. Tijm (UU) is een vergadering bijgewoond van het Network on Arctic Glaciology, dat onder de paraplu van IASC valt. Prof. dr. J. Rozema (NPC-lid) heeft een workshop over Arctic data rescue bijgewoond die onder auspiciën van IASC werd georganiseerd. Verslag van beide bijeenkomsten is op verzoek verkrijgbaar Arctic Science Summit Week De Arctic Science Summit Week (ASSW) is een jaarlijks terugkerende week waarin verschillende belangrijke Arctische gremia hun zakelijke bijeenkomsten met elkaar organiseren. Dit geheel bevordert de onderlinge uitwisseling van informatie en reduceert op effectieve wijze het aantal noodzakelijke reizen voor het bijwonen van de verschillende business meetings. In 2013 vond dit in april plaats in Krakow. De ASSW werd in 2013 bijgewoond door D. van der Kroef en prof. dr. L. Hacquebord (NPC-lid) van de Rijksuniversiteit Groningen, die namens NWO Nederlandse afgevaardigde is in IASC. European Polar Board De European Polar Board (EPB) is een adviesorgaan van de European Science Foundation en is onderdeel van het European Polar Consortium. D. van der Kroef is lid van de EPB. In 2013 heeft de EPB driemaal vergaderd. D. van der Kroef heeft deze vergaderingen bijgewoond: in april in Krakow, in oktober in Oslo en in december in Lissabon. De EPB heeft nu nog haar secretariaat bij de European Science Foundation ondergebracht. Dit wordt veranderd en in 2013 is gezocht naar een andere standplaats voor dit secretariaat. NWO ambieerde dit secretariaat bij haar bureau in Den Haag onder te brengen. Inmiddels is bekend geworden dat dit per 1 januari 2015 zal gebeuren. 44

46 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Educatie, Outreach & Communicatie NWO-ALW heeft zich in 2013 actief ingezet om het Dirck Gerritsz laboratorium onder de aandacht van de Nederlandse media te brengen. Zo werd de officiële opening van het lab in januari 2013 op verschillende televisiezenders uitgezonden. Er werd aandacht gegeven aan het Dirck Gerritsz Laboratorium in de volgende media: Wetenschapskatern NRC 19 januari NRC Next, 1 februari, dagboek van Lucas Brouwers SBS, Hart van Nederland, maandag 22 januari met Dick van der Kroef VARA, Pauw en Witteman, woensdag 23 januari met onderzoekster Corina Brussaard (NIOZ), vanaf ± 16 min. Nederlands Dagblad van donderdag 24 januari Radio 1, Met Het Oog Op Morgen, vrijdagavond 25 januari met Hein de Baar (NIOZ) School TV Week journaal van vrijdag 25 januari NOS-journaal van uur, maandag 28 januari vanaf ± 4 min Telegraaf, zaterdag 26 januari Voorpagina NRC 28 januari Nieuwsuur, met aankondiging 20 uur Journaal, Jeugdjournaal, 28 januari 2013 Nog steeds wakker, interview met Liesbeth Noor Radio 1 woensdag 30 januari Blog van Margot Custers op de website nederlands+polair+programma/het+dirck+gerritsz+laboratorium/weblogs/weblog+opening Twee medewerkers van Nieuwsuur en een redacteur van NRC reisden mee naar Rothera om verslag te doen van de opening. In samenwerking met buitensportwinkel Bever is een overeenkomst gesloten om een teamjas te ontwikkelen voor de onderzoekers die veldwerk uitvoeren voor een NPP-project. Bijeenkomsten Vanuit het NNPP wordt gestreefd naar een jaarlijks poolsymposium. In 2013 vond op vrijdag 1 november het symposium plaats met de naam Polar science and policy: a happy marriage? waarbij de relevantie van Nederlands poolonderzoek voor beleidsmakers en bedrijfsleven onder de loep werd genomen. Het symposium vond plaats in de Max van der Stoel-zaal bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken met het maximaal aantal bezoekers dat in deze zaal terecht kon. Paneldiscussie tijdens NPP-symposium in Den Haag, november 2013 v.l.n.r. ziet u M. de Vries, prof. L. Hacquebord, prof. H. Eijsackers, prof. De Baar en R. Hernaus. Foto: L. Noor, NWO 45

47 Advieswerkzaamheden door de Universiteit Tilburg (tekst: prof. dr. C.J. Bastmeijer) Deze paragraaf beschrijft de advieswerkzaamheden van prof. dr. C.J. Bastmeijer van de Universiteit van Tilburg in 2013 ter ondersteuning van de positie van Nederland binnen het Antarctisch Verdrag Systeem. Inleiding Conform de toekenning ten behoeve van advieswerkzaamheden betreffende het NPP wordt hieronder kort verslag gedaan van de door de Universiteit van Tilburg (Prof. dr. C.J. Bastmeijer) verrichte werkzaamheden in het jaar De werkzaamheden zijn gericht op een ondersteuning van een actieve en constructieve betrokkenheid van Nederland bij het internationale beheer van Antarctica. Op hoofdlijnen zijn de werkzaamheden conform de eerder uitgebrachte offerte (algemeen adviescontract) verricht. Verrichte werkzaamheden (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten I) Advisering over internationaal beheer Antarctica en Nederlandse positie II) Het leveren van een bijdrage aan een goede voorbereiding van de Antarctic Treaty Consultative Meeting in Brussel en de deelname aan deze vergadering vormen hoofd-bestanddelen van de advisering. De verrichte werkzaamheden hadden betrekking op: Het lezen van ingezonden Information Papers en Working Papers en het adviseren van het meest betrokken ministerie/ipo ten behoeve van een Nederlands standpunt ten aanzien van deze papers; Het leveren van een bijdrage aan de opstelling van de instructie voor de Nederlandse delegatie (m.n onderdeel toerisme); Deelname aan de CEP en ATCM (gehele vergadering), onder meer als woordvoerder voor Nederland in de Working Group of Tourism and other non-governmental activities (gebaseerd op de Nederlandse instructie); Meer in het bijzonder, het tijdens de ATCM en de CEP introduceren van het Working Paper en Information Paper inzake de diversifisering van toerisme in Antarctica (zie hieronder); Bijdrage aan de verslaglegging van het ministerie van Buitenlandse Zaken over de uitkomsten van de ATCM (onderdeel toerisme). Trekken van een informele contactgroep (ICG) over de diversifisering van Antarctisch toerisme en daarmee verband houdende juridisch-beleidsmatige vragen (resulterend in een ATCM- Working Paper voor Nederland) Tijdens de ATCM in 2012 werd veel aandacht besteed aan het door Nederland ingediende rapport van de intersessionele contactgroep (ICG) inzake outstanding questions on Antarctic tourism. (Dit document werd door Kees Bastmeijer, als convener van een intersessionele werkgroep, opgesteld en afgestemd met Buitenlandse Zaken (Rene Lefeber); zie doc. ATCM XXXV/WP 027 Rev.1); zie verslag 2012). Als vervolg op dit rapport en het Nederlandse Information Paper dat daarbij hoorde (information paper met meer uitvoerige bespreking van de outstanding questions, zie doc. ATCM XXXV/IP 67), heeft Nederland tijdens de 35 ste ATCM in Hobart (juni 2012) toegezegd een informele contactgroep te zullen organiseren om één van de outstanding questions nader uit te werken. Het betreft de vraag hoe moet worden omgegaan met de toename van de diversiteit (verscheidenheid) van toeristische activiteiten in Antarctica (in kaart brengen diversiteit (fact-finding), inventarisatie nationale implementatiepraktijk t.a.v. de bedoelde activiteiten, discussie wenselijkheid nadere normstelling, e.d.). Verwezen wordt naar het eindrapport van ATCM XXXV. In 2012 is ter invulling van dit actiepunt een intersessionele contactgroep (ICG) opgestart. In de eerste 46

48 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten maanden van 2013 (t.b.v. de ATCM in Brussel), is deze ICG voortgezet en zijn de uitkomsten van de ICG verwerkt in een Working Paper voor de ATCM: Report of the Informal Contact Group on the Increasing Diversity of Tourism and other Non-Governmental Activities in Antarctica, Working Paper (WP47) for the XXXVI th Antarctic Treaty Consultative Meeting (ATCM), Brussels, May 2013, submitted by the Netherlands. Dit document werd tijdens de 36ste ATCM in Brussel door Kees Bastmeijer gepresenteerd (zie hierboven onder I)). III) Start onderzoek mariene beschermde gebieden in Antarctica In het najaar van 2013 is in samenwerking met Dr. R. Roura een onderzoek opgestart naar de rol van de ATCM bij het beschermen van waardevolle gebieden in het mariene milieu in Antarctica. Dit onderzoek heeft geresulteerd in een uitvoerig Information Paper dat tijdens de ATCM in 2014 is gepresenteerd. In het jaarverslag van 2014 zal hiervan uitgebreider verslag gedaan worden. IV) Ondersteuning van de uitvoering van de Wet bescherming Antarctica Juridisch-beleidsmatige advisering van de ministeries en de Dienst Regelingen in het kader van de uitvoering van de Wet bescherming Antarctica. Bij de uitvoering van de nationale Antarcticawetgeving doen zich regelmatig vragen voor inzake de uitleg van de nationale wetgeving, de uitleg van het Protocol, de relatie tot de wetgeving van andere landen, relatie wettelijk systeem en het zelfreguleringssysteem van de toerisme sector (IAATO), e.d. In 2013 ging het daarbij onder meer om vragen inzake het toelaatbaar zijn van gemotoriseerde niet-gouvernementele activiteiten in Antarctica. V) Reguliere advisering Interdepartementaal Polair Overleg (IPO) Werkplan 2015 Inleiding Deelname aan de vergaderingen van het Interdepartementaal Polair Overleg (IPO). Conform de toekenning ten behoeve van advieswerkzaamheden betreffende het NPP , wordt hieronder een indruk gegeven van de advieswerkzaamheden die door de Universiteit van Tilburg (Prof. dr. C.J. Bastmeijer) in 2015 zullen worden verricht. De werkzaamheden zullen gericht zijn op een ondersteuning van een actieve en constructieve betrokkenheid van Nederland bij het internationale beheer van Antarctica. Op hoofdlijnen volgen de werkzaamheden van de meer algemeen geformuleerde offerte voor de jaren , maar de nadruk zal liggen op een goede voorbereiding van de Antarctic Treaty Consultative Meeting in Bulgarije (ATCM XXXVIII, 2015) en het opstellen van working/information papers voor de ATCM (zie hierna). Het werkplan is gebaseerd op de toekenning en wijkt daar niet van af wat betreft het aantal adviesdagen. Het adviescontract kent een flexibel karakter. Dit betekent dat dit werkplan een inschatting betreft. Er kan derhalve ingespeeld worden op nieuwe advieswensen die mogelijk in de loop van 2015 bij de ministeries ontstaan, bijvoorbeeld naar aanleiding van de eerder genoemde ATCM. 47

49 Voorgestelde werkzaamheden I) Voorbereiding en deelname ATCM Hoofdbestanddeel van de advisering in 2015 zal bestaan uit het leveren van een bijdrage aan een goede voorbereiding van de Antarctic Treaty Consultative Meeting in Bulgarije 2015, en de deelname aan deze vergadering als lid van de Nederlandse delegatie. De te verrichten werkzaamheden kunnen worden onderverdeeld in de volgende categorieën: a) Algemeen: Voorbereiding en deelname ATCM Het lezen van ingezonden Information Papers en Working Papers en het adviseren van het meest betrokken ministerie/ipo ten behoeve van een Nederlandse standpunt ten aanzien van deze papers; Advies aan het ministerie van I&M ten behoeve van een goede voorbereiding van de CEP; Het leveren van een bijdrage aan de opstelling van de instructie voor de Nederlandse delegatie (zowel inbreng t.b.v. CEP-instructie als een bijdrage aan de ATCM-instructie voor het algemeen deel en het onderdeel toerisme); Deelname aan de ATCM XXXVIII (Bulgarije), onder meer als woordvoerder voor Nederland in de Working Group of Tourism and other non-governmental activities (gebaseerd op de Nederlandse instructie); Bijdrage aan de verslaglegging van Buitenlandse Zaken over de uitkomsten van de ATCM (onderdeel toerisme). (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten II) b) Deelname aan informele en formele intersessionele contactgroepen (ICGs) voor de ATCM, met name de ICG voor bevoegde gezagsinstellingen Ten behoeve van een goede internationale voorbereiding van ATCM-discussies worden er regelmatig intersessionele contactgroepen (ICGs) ingesteld. Ieder jaar veelal na afloop van de ATCM wordt door Buitenlandse Zaken, in overleg met de andere ministeries, besloten aan welke contactgroepen Nederland wel en niet zal meedoen. Voor 2015 zal Kees Bastmeijer bij voorkeur gezamenlijk met de expert die direct betrokken is bij de beoordeling van vergunningaanvragen in Nederland en in goede afstemming met de betrokken ministeries een bijdrage leveren aan de ICG voor bevoegde gezagsinstellingen. Deze ICG wordt getrokken door Noorwegen en heeft als doel problemen in de praktijk ten aanzien van het reguleren van toerisme in kaart te brengen en te bespreken. Uitkomsten zullen worden besproken tijdens een speciale werkgroep tijdens de ATCM in Bulgarije. Opstellen Nederlandse ATCM-paper(s) Kees Bastmeijer zal in overleg met de betrokken ministeries het initiatief nemen om te komen tot 1 of meer Working Papers voor de komende ATCM in Bulgarije. Afhankelijk van de wensen van de ministeries en de haalbaarheid kan het daarbij gaan om paper(s) ten aanzien van de volgende onderwerpen: Beschermde zeegebieden (MPAs) in Antarctica (vervolg op Information Paper dat t.b.v. de 2014-ATCM samen met Ricardo Roura werd ontwikkeld); Gebiedenbeleid (strategische milieueffectbeoordeling); De toelaatbaarheid/regulering van permanente infrastructuur toerisme (in samenwerking met IAATO); het document zou de mogelijkheid kunnen verkennen om de bylaw van IAATO inzake het niet toelaten van toerismevormen die meer dan een gering of tijdelijk effect in Antarctica veroorzaken, als ATCM Measure of Resolution te codificeren. 48

50 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten III) Ondersteuning van de uitvoering van de Wet bescherming Antarctica Juridisch-beleidsmatige advisering van de ministeries en de Dienst Regelingen in het kader van de uitvoering van de Wet bescherming Antarctica. Bij de uitvoering van de nationale Antarcticawetgeving doen zich regelmatig vragen voor inzake de uitleg van de nationale wetgeving, de uitleg van het Protocol, de relatie tot de wetgeving van andere landen, relatie wettelijk systeem en het zelfreguleringssysteem van de toerisme sector (IAATO), e.d. IV) Reguliere advisering Interdepartementaal Polair Overleg (IPO) Deelname aan de vergaderingen van het Interdepartementaal Polair Overleg (IPO); Advisering over juridisch-beleidsmatige zaken. 49

51 Activiteiten uitgevoerd door het Arctisch Centrum (tekst Maarten Loonen, Annette Scheepstra en Frits Steenhuisen, AC, RUG) Inleiding Nederland is sinds de oprichting actief als waarnemer binnen de Arctisch Raad. Het Arctisch Centrum verzorgt een inhoudelijke bijdrage aan drie werkgroepen van de Arctische Raad: AMAP (vervuiling), CAFF (biodiversiteit) en SDWG (duurzaamheid). Een toenemend aantal landen en ook de EU toont steeds meer interesse in het Noordpoolgebied. De economische potentie van het gebied speelt hierbij een belangrijke rol evenals het belang van klimaatonderzoek en bescherming. Het aantal waarnemers en beoogde waarnemers bij de Arctische Raad groeit dan ook snel. Ook voor Nederland spelen deze belangen een belangrijke rol. Het economische belang ten tijde van Willem Barentsz was een nieuwe route naar de Oost te vinden. Dit kreeg een vervolg in de Nederlandse 17 de eeuwse walvisvaart en de exploitatie van steenkool op Spitsbergen. Tegenwoordig liggen de belangen op het vlak van olie- en gas, toerisme en kortere scheepvaartroutes. Verschillende Nederlandse bedrijven willen deel nemen aan deze ontwikkelingen. Ook het aantal Nederlandse onderzoekers dat in het Arctisch gebied onderzoek doet heeft sinds het Internationale Pooljaar een flinke sprong voorwaarts gemaakt. Qua natuurbehoud heeft Nederland niet alleen een algemeen belang bij het behoud van waardevolle natuur, maar ook is er een sterke band via bijvoorbeeld de Waddenzee een plek die voor vele Arctische vogels in de winter van levensbelang is. Tenslotte wil Nederland als bakermat van internationaal recht graag bijdragen aan onopgeloste geopolitieke claims, die steeds prominenter worden door de spectaculaire vermindering van het zeeijs in de Arctische oceaan. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Hoe vult het Arctisch Centrum de taken in? Het Arctisch Centrum is een multidisciplinair onderzoeks- en onderwijscentrum dat al jarenlang een internationale faam heeft, vanwege haar onderzoek aan de historische exploitatie, vervuiling en ecologie van het poolgebied, haar bijdrage aan de werkgroepen van de Arctische Raad, maar ook vanwege haar rol in de oprichting en organisatie van IASC, en meer recenter in SIOS (samenwerkende infrastructuur op Spitsbergen) en het Europees Arctisch Informatie Centrum. Het Arctisch Centrum geeft inhoudelijk steun aan beleidsmakers en de coördinator van het Nederlands Polair Programma bij NWO. Middels het WBPI deelt het Arctisch Centrum kennis en ervaring met andere Nederlandse poolonderzoekers en bedrijven. Het onderzoek van het Arctisch Centrum, dat plaatsvindt in samenwerking met internationale partners, is inhoudelijk nauw verweven met projecten die plaatsvinden binnen de werkgroepen van de Arctische Raad. Hierdoor profiteren beide partijen van de huidige vertegenwoordiging. Er is sprake van een elkaar versterkend proces dat mede gestoeld is op een langjarige relatie en herkenbaarheid. 50

52 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Het Arctisch Centrum probeert de werkgroepen steeds zoveel mogelijk door dezelfde personen te laten bemannen, zodat er sprake is van kennisopbouw, een historisch besef en korte internationale contacten. In 2013 heeft Tekke Terpstra het Arctisch Centrum verlaten en zijn plaats in de SDWG is overgenomen door Annette Scheepstra. Louwrens Hacquebord ging met emeritaat, maar is nog steeds betrokken bij het Arctisch Centrum op het gebied van exploitatie en geopolitiek en vertegenwoordiger in IASC. Peter Jordan is de nieuwe directeur van het Arctisch Centrum sinds januari Hij is specialist op het gebied van historische mens-omgeving interactie en Siberische en Aziatische volkeren. In Ny-Ålesund doet Maarten Loonen sinds 1990 onderzoek aan brandganzen en heeft daarmee een lange tijdsreeks op het gebied van terrestrische ecologie. Bij de aansluiting van Nederland als waarnemer bij de Arctische Raad is dit goed herkenbare onderzoek op de meest internationale, snel ontwikkelende onderzoekslocatie in het noordpoolgebied de basis geworden van het Nederlands Poolstation op Spitsbergen. Inmiddels wordt 50% van de capaciteit van het station gebruikt door andere Nederlandse projecten. Het NPP draagt ongeveer 50% van de totale omzet bij aan het station. Dr. M.J.J.E. Loonen checkt een experiment, Ny-Ålesund, Spitsbergen. Foto: L. Noor, NWO 51

53 Overzicht van de activiteiten in 2013 In het kader van het werkplan 2013 voor wat betreft deelname aan negen bijeenkomsten van de werkgroepen van de Arctische Raad en het beheer van het Nederlands Poolstation op Spitsbergen zijn de volgende vergaderingen bezocht: Bijeenkomst Plaats Persoon Maand SDWG general Tromsø T.K. Terpstra Januari 2013 CAFF Biennial Yakutsk M.J.J.E. Loonen Februari 2013 AMAP Radioact.Exp.Gr. Roskilde F. Steenhuisen Februari 2013 SDWG formal Stockholm T.K. Terpstra Maart 2013 NySmac Krakow M.J.J.E. Loonen April 2013 AMAP ICMGP Edinburgh Edinburgh F. Steenhuisen September 2013 AMAP WG27 Thorshavn F. Steenhuisen September 2013 NySmac Rome M.J.J.E. Loonen Oktober 2013 AMAP AACA-C Tromsø A.J.M. Scheepstra Oktober 2013 Er komen steeds meer internationale vergaderingen om de activiteiten van de werkgroepen van de Arctische Raad te ondersteunen. Niet iedere vergadering wordt bijgewoond door een Nederlandse waarnemer. Er wordt een keuze gemaakt op basis van het werkplan, herkenbaarheid van de rol als Nederlandse waarnemer en de mogelijkheid tot het geven van inhoudelijke bijdragen. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Arctic monitoring and Assessment Programme (AMAP) De 27 e AMAP werkgroep bijeenkomst is gehouden in Torshavn, Faroer van 16 t/m 18 september De agenda was wederom zeer ambitieus, maar wel iets realistischer in vergelijking met de agenda van WG26. Naast vertegenwoordigers van de acht Arctische landen waren er delegaties van het IPS, ICC, Arctic Council secr., APECS, EEA, WWF, India, Italië, Japan, Korea en Nederland. Opvallend was de afwezigheid van China. Verder had Italië een vertegenwoordiger van de Italiaanse oliemaatschappij ENI in de delegatie. Italië is daarmee voor zover ik me kan herinneren het enige land dat vertegenwoordigers uit de industrie meeneemt naar Arctic Council werkgroep bijeenkomsten. Vanuit het Arctisch Centrum is er directe betrokkenheid bij de AMAP radioactivity expert group en de AMAP mercury expert group. Frits Steenhuisen is lid van beide groepen. Daarnaast wordt er vooral op het gebied van ruimtelijke analyse en dataverwerking veel samengewerkt met het AMAP secretariaat. De AMAP Radioactivity Expert werkgroep De AMAP Radioactivity Expert werkgroep is in februari bijeen geweest (Roskilde) om de eerste opzet te maken voor deze assessment. De inhoud wordt vraaggestuurd. De landen zijn gevraagd om gegevens aan te leveren via het AMAP Radioactivity data center. Evenals tijdens het schrijven van de vorige assessment in 2009 lijkt ook nu de gegevensstroom na de assessment te zijn opgedroogd. Hier is een inhaalslag noodzakelijk en er moeten een aantal landen (met name de VS) worden overtuigd om weer aan de exp. werkgroep deel te nemen. Inmiddels zijn alle voorbereidingen goed op gang. Alle gegevens voor het updaten van de 2009 assessment zijn goeddeels beschikbaar. Voor de nieuwe vragen die beantwoord moeten worden zijn er nog grote lacunes. De tekst van de assessment moet in de zomer van 2014 worden voorgelegd aan de landen. Publicatie is in begin 2015 gepland. 52

54 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten ICMGP Edinburgh Tijdens de International Conference on Mercury as a Global Pollutant (ICMGP) eind juli 2013 heeft Frits Steenhuisen de resultaten van het ruimtelijk modelleren van kwikemissie gepresenteerd. De presentatie Global mercury emissions 2010, geospatially distributed emissions based on point and diffuse sources ging over de resultaten voor 2010 en over aanpassingen van het model ten opzichte van eerdere versies. AMAP/UNEP Global Mercury Assessment 2010 In het kader van de GMA zijn de resultaten van het geospatial mercury emissions model aangeleverd aan UNEP en aan een aantal onderzoeksgroepen voor transportmodellering. De resultaten en een korte samenvatting van de achtergronden van het model zijn gepubliceerd in het Technical Background Report for the Global Mercury Assessment Het model is in een aangepaste versie gebruikt voor het berekenen van emissie naar water. De data hiervan wordt gebruikt door het Jožef Stefan Institute, Slovenia (Kocman) en het Harvard Institute of Public Health (Sunderland) voor het modelleren van emissie naar rivieren en ocean drainage basins. Publicatie Chapter: Technical Background Report for the Global Mercury Assessment 2013 Simon Wilson, Karin Kindbom, Katarina Yaramenka, Frits Steenhuisen, Kevin Telmer, John Munthe 01/2013: pages 4-68;, ISBN: Conversation of the Arctic Flora and Fauna (CAFF) Van de CAFF bijeenkomsten worden vooral de tweejaarlijkse biennial vergadering en de CBIRD vergadering bezocht. De tweejaarlijkse biennial is de afsluiting van een periode waarin een bepaald land voorzitter is geweest. Meestal passeren dan alle projecten en publicaties de revue. In 2013 was de biennial de afsluiting van het voorzitterschap van Rusland en de vergadering vond plaats van 10 tot 15 februari 2013 in Yakutsk. Tijdens de bijeenkomst in Yakutsk werd de laatste hand gelegd aan de Arctic Biodiversity Assessment, die in mei 2013 is gepubliceerd. The Arctic Biodiversity Assesment bevat de status en trends van biodiversiteit Daarnaast is er een specifieke uitgave met bijbehorende beleidsaanbevelingen (Arctic Biodiversity Assessment Report for Policy Makers). Daarnaast werd hier de eerste stap ondernomen voor AMBI Arctic Bird Migration Initiative. De CBIRD groep werkt aan status, trends en bescherming van Arctische zeevogels en eidereenden. Deze groep bestaat uit specialisten, die gegevens samenbrengen uit het gehele Noordpoolgebied. In 2013 werd de jaarlijkse vergadering gehouden in Charleston (VS) bijna gelijktijdig met de biennial. Daarom is deze vergadering niet bezocht. Van 10 tot 12 september is door Leni Buisman (BuZa) deelgenomen aan de CAFF Board Meeting in Yellowknife, Canda. Tenslotte is er in 2013 een mooie CAFF-publicatie verschenen: Life linked to sea ice: a guide to sea-ice-associated biodiversity in this time of rapid change. Sustainable Development Working Group (SWDG) Tot nu toe is Nederland vaak als een van de weinige waarnemers aanwezig geweest bij de vergaderingen van de SDWG. Bij de laatste vergadering in Yellowknife was er echter een grote groep waarnemers aanwezig, variërend van China en Spanje, Frankrijk, de EU tot het WNF. Het feit dat aansluitend een algemene meeting was voor senior officials van de Arctische Raad zal hierbij een rol hebben gespeeld, maar ook de toenemende interesse in het werk van de Arctische Raad speelt hier mee. Ondanks het feit dat de EU in de praktijk wordt behandeld als alle andere waarnemers, merk je in de wandelgangen dat de zgn seal-ban nog steeds een belangrijk thema is, 53

55 zeker binnen de SDWG waar de mens meer centraal staat. Tegelijkertijd is men zeer geïnteresseerd in het nieuwe Arctische beleid van de EU. Een belangrijk rapport waar de SDWG nu aan werkt is het tweede Arctic Human Development Report (ADHR). Helaas veroorzaakt het hoofdstuk over juridische zaken nogal wat vertraging vanwege de juristen van de diverse Arctische landen die hier niet makkelijk hun goedkeuring aan geven. Het eerste ADHR rapport is ook in de onderzoekswereld veel gebruikt en geciteerd en er wordt door veel mensen uitgekeken naar deel II. Het is nu de vraag of de auteurs gaan wachten op goedkeuring van de SDWG. Een van de belangrijkste projecten van de Arctische Raad op dit moment is het Adaptation Actions for a Changing Arctic project (AACA). In 2011 heeft de Arctische Raad de opdracht gegeven aan de Senior Arctic Officials to review the need for an integrated assessment of multiple drivers of Arctic change as a tool for Indigenous Peoples, Arctic residents, governments and industry to prepare for the future... Het eerste deel van dit project (AACA part A) is uitgevoerd door de SDWG en bevat een overzicht van rapporten en projecten van de Arctische Raad van de afgelopen 10 jaar met resultaten en aanbevelingen met betrekking tot opties en acties voor aanpassingen aan veranderingen. Deel B is geleid door Canada en Rusland en richtte zich op aanpassingsactiviteiten die door de landen van de Arctische Raad op een nationaal, regionaal of lokaal niveau zijn ingevoerd. Deel A en B zijn beiden in 2013 afgerond. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten In mei 2013 besloot de Arctische Raad om het werk van het AACA project voort te zetten en vroeg daarbij aan AMAP: produce information to assist local decision-makers and stakeholders in three pilot regions in developing adaptation tools and strategies to better deal with climate change and other pertinent environmental stressors. Dit AACA-C wordt dus geleid door AMAP, maar is een werkgroep overstijgend project. Annette Scheepstra participeert in dit project en richt zich hierbij met name op de betrokkenheid van de zogenaamde stakeholders. Deelname aan andere internationale consortia Medewerkers van het Arctisch Centrum zijn daarnaast actief in verschillende internationale consortia op het gebied van poolonderzoek en coördinatie van onderzoek. De meeste consortia hebben meestal één of twee vergaderingen per jaar. De kosten van deelname, die het Arctisch Centrum hiervoor maakt komen niet allemaal ten laste van het NPP-budget, maar deze activiteiten spelen een belangrijke rol bij het toegankelijk maken van logistieke faciliteiten voor Nederlandse poolonderzoekers en het uitdragen van een Nederlands poolbeleid. IASC: International Arctic Science Committee International Arctic Science Committee (IASC) is het consortium van nationale vertegenwoordigers voor poolonderzoek. Voor Nederland is Louwrens Hacquebord de vertegenwoordiger. Hij is in het verleden ook vice-voorzitter van IASC geweest. Terwijl de Arctische Raad meer de politieke samenwerking in het noordpoolgebied behandelt, doet IASC dat op het vlak van wetenschap. IASC kent inhoudelijke werkgroepen en een jaarlijks grote vergadering: de ASSW (Arctic Science Summit Week). SIOS: Svalbard Integrated Earth Observing System Het Svalbard Integrated Arctic Earth Observing System (SIOS) is een van de voorstellen die Noorwegen heeft ingediend voor de 2008 Roadmap van de European Strategy Forum on Research Infrastructures (ESFRI). Tot september 2013 is het formele en financiële kader van SIOS uitgewerkt in het EU-gefinancierde SIOS Preparatory Phase project, gecoördineerd door de Research Council Norway. SIOS is bedoeld om te komen tot een nauwere samenwerking en wetenschapscoördinatie 54

56 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten bij waarnemingen aan klimaatverandering die vanaf Spitsbergen worden gedaan. Onder Noors voorzitterschap is het de bedoeling dat landen bijdragen aan een gemeenschappelijk kenniscentrum op Spitsbergen. Maarten Loonen heeft een inhoudelijke bijdrage geleverd aan het onderdeel wetenschappelijke coördinatie van het plan. Dick van der Kroef van NWO is lid van de beleidscommissie. Voorlopig is gekozen voor een afwachtende strategie ten aanzien van investeringen in het kenniscentrum. FARO: Forum of Arctic research Operators Het Forum of Arctic research Operators (FARO) is een forum voor informatie-uitwisseling op het vlak van logistieke operaties in het Arctisch gebied. Jaarlijks tijdens de ASSW vergadert ook FARO. Maarten Loonen staat vanuit het Nederlands Poolstation op de lijst als nationale vertegenwoordiger en heeft dit overgenomen van Louwrens Hacquebord. De operationele kosten van FARO worden gedragen door de VS en Denemarken en deelname is tot nu toe kosteloos. Dit gaat veranderen in 2015 en daarover is meer te vinden op pagina 57. INTERACT INTERACT is een samenwerkingsverband van Arctische onderzoeksstations die terrestrisch biologisch veldonderzoek doen. Tot 2014 heeft dit samenwerkingsverband Europees geld gekregen voor standardisatie van methodes en uitwisseling van wetenschappers. Het Nederlands Poolstation is waarnemer bij dit verband en neemt deel aan de standardisatie. EAIC: Europees Arctisch Informatie Centrum Het Europees Arctisch Informatie Centrum (EAIC) is een consortium van poolinstituten die opereren als verzamelaars van kennis over Noordpoolzaken voor de Europese Gemeenschap. SSF: Svalbard Science Forum Ter coördinatie van al het onderzoek op Spitsbergen hebben de Noren Svalbard Science Forum (SSF) in het leven geroepen voor het organiseren van inhoudelijke workshops, symposia en veldwerkbeurzen. Educatie, Outreach & Communicatie Op 28 mei 2013 werd in Groningen een afscheidssymposium georganiseerd vanwege het emeritaat van Louwrens Hacquebord onder de titel Climate change, polar exploitation and geopolitical consequences. Helaas waren er weinig beleidsambtenaren van de verschillende ministeries vanwege de jaarlijkse ATCM die in Brussel plaatsvond. De tekst van de afscheidsrede van Louwrens Hacquebord getiteld Het Noordpoolgebied: Wildernis en Wingewest is rondgestuurd en op verzoek verkrijgbaar. De Europese Gemeenschap organiseerde op 18 oktober 2013 een Arctic Indiginous Peoples Dialogue op het hoofdkwartier in Brussel. Tijdens deze vergadering was Maarten Loonen uitgenodigd als gastspreker over de geschiedenis van Europa in het Arctisch gebied. Het verhaal is voorbereid samen met Louwrens Hacquebord. 55

57 Nederlands Poolstation Met het kernprogramma Antropogenic impact on Svalbard ecosystems zijn vijf onderzoeksprojecten gehonoreerd binnen het NNPP waarvan in 2013 de eerste van start is gegaan (project Komdeur) in Ny-Ålesund. In de transitie naar een nauwere logistieke samenwerking met Duitse (AWI) en Franse (IPEV) partners was 2013 het eerste jaar waarin gebruik kon worden gemaakt van logistieke ondersteuning van AWIPEV. Voor wat betreft het aantal mensdagen dat het station bezet werd in de korte zomer van 2013 was het een record: 529 mensdagen. Het lange-termijn onderzoek van het Arctisch Centrum aan de ecologie van brandganzen is inmiddels uitgebreid met onderzoek aan plantengroei, roofdieren (poolvos en ijsbeer), insecten en de noordse stern (199 mensdagen). Het eerste project van het kernprogramma (Komdeur) was goed voor 69 mensdagen. Daarnaast waren er twee projecten vanuit IMARES (Wageningen UR) goed voor 91 mensdagen. Vanuit het Nederlands Polair Programma wordt het verblijf van de stationsmanager Loonen vergoed en de helft van de logeergelegenheid. Hoogtepunten in 2013 waren een kort verblijf van Ramsey Nasr, dat resulteerde in twee artikelen in het Cultureel Supplement van de NRC (5 en 12 september 2013 ), de opnames voor een TV-uitzending van het NTR/VPRO-programma Labyrint op 15 september Het Arctisch Centrum heeft de Labyrint Publieksprijs gewonnen tijdens de Academische Jaarprijs Deze prijs bestond uit een TV-uitzending van het programma Labyrinth. Ook vonden opnames plaats van een korte documentaire door IMARES Wageningen Kennis voor een duurzame Noordpool. De première was op 10 december 2013 in Den Helder. De uitzendingen voor Labyrint zijn bewerkt voor SchoolTV tot: De trek van de brandgans en Het ijs smelt. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten In 2014 zijn de NNPP-projecten aan mariene fytoplankton en virussen (van prof. Buma (RUG) en prof. Brussaard (NIOZ/UvA)) ondergebracht bij het Duits-Franse AWIPEV, omdat ze in het vroege voorjaar plaatsvonden. Het huidige Nederlandse poolstation is dan ongeschikt voor bewoning en niet bemand. Er zijn besprekingen gestart over de bouw van een gezamenlijk station (zie hoofdstuk Cluster I). NySMAC De Ny-Ålesund Science Managers Commitee (NySMAC) vergadert twee keer per jaar om de activiteiten in Ny-Ålesund te coördineren tussen alle partijen die daar investeringen in infastructuur hebben gedaan. Nederland is vanwege het Nederlands Poolstation één van die organisaties. De eerste vergadering vond plaats tijdens de Arctic Science Summit Week 2013 in Krakow, Polen. De tweede vergadering in Rome, ging samen met het Ny-Ålesund symposium met wetenschappelijke bijdragen uit Nederland door Loonen, Sandström en Buma, alle drie van de Universiteit van Groningen. In de NySMAC-vergaderingen speelt het verbeteren van de internationale samenwerking, het voorkomen van duplicatie in onderzoek en het voorkomen van negatieve effecten van elkaars onderzoek een belangrijke rol. In Ny-Ålesund hebben 10 landen een permanente faciliteit, werden in onderzoekersdagen doorgebracht en kwamen in de korte drie maanden zomer meer dan toeristen op bezoek. Momenteel worden grote investeringen gedaan voor een nieuwe radiotelescoop (inclusief aanleg van een nieuwe weg) en een directe glasvezelverbinding met het vasteland van Noorwegen. Daarnaast worden er projecten opgestart om de negatieve gevolgen van het intensieve onderzoek voor de omgeving te kwantificeren en te mitigeren. 56

58 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Werkplan 2014 met realisatie tot nu toe Tot het moment van rapporteren zijn de volgende internationale bijeenkomsten, als onderdeel van het contract, bezocht: Bijeenkomst Plaats Persoon Maand CAFF-AMBI Montreal M.J.J.E. Loonen Februari 2014 AMAP Radioact. Exp.Gr. Oslo F. Steenhuisen Februari 2014 SDWG general Yellowknife A.J.M. Scheepstra Maart 2014 NySmac Helsinki A.J.M. Scheepstra April 2014 CAFF CBIRD Longyearbyen M.J.J.E. Loonen April 2014 AMAP Frits Steenhuisen zal van september de AMAP 28 th Working Group Meeting bezoeken in Whitehorse, Yukon, Canada en verslag doen van de voortgang van de AMAP radioactivity assessment. CAFF Binnen CAFF is er een nieuw initiatief gestart door de Russische voorzitter en overgenomen door het Canadees voorzitterschap: AMBI Arctic Migratory Bird Initiative. Maarten Loonen is naar Montreal geweest om deel te nemen aan de eerste selectie van vogelsoorten. Daar bleek nogal grote verschillen in interpretatie van de benodigde CAFF-activiteit. Enerzijds werd sterk ingezet op actie tot het beschermen van zeldzame soorten, die momenteel zwaar bedreigd zijn door stroperij en jacht in de Aziatische flyway. Anderzijds werd overwogen om een meer gevarieerd rapport op te stellen dat een overview is van de benodigde bescherming. Het ligt in de bedoeling om binnen een jaar dit project af te ronden. Tijdens de vergadering werd de Waddenzee genoemd als een uniek voorbeeld waarbij alle partijen met belangen rond de tafel zitten en overleg plaatsvindt over beheer, benutting en bescherming tussen overheid, bedrijven en beschermers. Van 2 4 december is er in Trondheim door CAFF een groot congres georganiseerd naar aanleiding van de Arctic Biodiversity Assesment. Maarten Loonen zal hier deelnemen. SDWG Annette Scheepstra zal bijdrage gaan leveren aan het Adaptation Actions for a Changing Arctic AACA-part C rapport in het deel over stakeholder involvement. Nederlands Poolstation De integratie met het Frans-Duitse consortium AWIPEV krijgt steeds meer vorm. Deze zomer is er een bezoek van instituutsdirecteuren en ambassadeurs georganiseerd om deze samenwerking te bekrachtigen. Deze zomer zijn alle projecten van het NNPP-kernprogramma dat zich afspeelt op Spitsbergen (gehonoreerd in 2012) veldgegevens aan het verzamelen. Door Loonen is er meegewerkt aan een Kongsfjorden ecosystem workshop (wetenschappelijk) en drie projecten die focussen op lokale environmental impact vanwege de bouw van een nieuwe radiotelescoop, de effecten van verstoring op de vegetatie en de effecten van verstoring op de vogels. De eerste twee projecten worden uitgevoerd in 2014 in samenwerking met Noorse partners, het derde project later. 57

59 Voor het najaar van 2014 willen we een bezoek brengen aan Den Haag voor overleg en afstemming van onze activiteiten met beleidsambtenaren. Werkplan 2015 Het ligt in onze bedoeling om in het najaar van 2014 voor een overleg naar Den Haag te komen om onze inzet en prioriteiten af te stemmen met de behoefte van onze opdrachtgevers. Ons voorstel is om voor wat betreft de drie werkgroepen van de Arctische Raad (AMAP, CAFF en SDWG) en het Nederlands Poolstation en NySMAC door te gaan op de zelfde manier. Daarnaast zouden we graag voor 2015 een aantal extra activiteiten opnemen die Nederland op de kaart zetten door een aantal belangrijke bijeenkomsten van de werkgroepen van de Arctische Raad in Nederland te gaan organiseren. Een zeer geschikte mogelijkheid zou een vergadering van CAFF-AMBI of CAFF-CBIRD zijn. Tijdens een vergadering op Texel kunnen er intensieve contacten zijn met de Nederlandse onderzoekersgemeenschap op dit vlak. Daarnaast hebben we inmiddels steun van de Nederlandse Poolcommissie om de Open Science Conference SCAR-IASC in 2018 naar Nederland te halen. Een groot deel van de kosten van deze bijeenkomsten worden betaald uit de bijdrages van de deelnemers. Met een relatief kleine bijdrage uit het NPP-beleid kan deze bijeenkomst worden gerealiseerd. Het is wel van belang om op korte termijn dit aanbod te communiceren met de betrokken organisaties. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten In het Nederlands Beleidskader wordt deelname aan de werkgroep Protection of the Arctic Marine Environment (PAME) van de Arctische Raad als een relevant doel omschreven: De aandacht van de AR voor economische activiteiten in de regio bevindt zich met name binnen het werkveld van de Werkgroep PAME (Protection of the Arctic Marine Environment), omdat vrijwel alle economische activiteit -zowel op land als op zeeuiteindelijk een weerslag zal hebben op mariene of littorale ecosystemen. Producten van PAME in dit verband zijn het Arctic Marine Shipping Assessment (AMSA) en de Arctic Council Offshore Oil and Gas Guidelines. Nederland zal toenemend actief worden binnen de Werkgroep PAME van de AR door afvaardiging van juridische, technische en andere experts. Zo mogelijk zal Nederland daarbij actief een bijdrage leveren aan de te ontwikkelen regelgeving ten behoeve van economische activiteiten. Het Arctisch Centrum heeft eerder aangegeven dat ze graag hun activiteiten uitbreiden met het bijwonen van een jaarlijkse vergadering van deze werkgroep. Tot nu toe zijn hier geen extra middelen voor vrijgemaakt. Vanaf 2015 wordt er per land een bijdrage van 1500 per jaar gevraagd voor deelname aan FARO Forum of Arctic Research Operators. Gevraagd wordt om zo spoedig mogelijk te beslissen of dit past in de Nederlandse beleidsdoelstelling en of daar geld voor kan worden vrijgemaakt. De integratie van het Nederlands Poolstation in een Duits-Frans-Nederlandse samenwerking (AWIPEV-plus) vraagt om extra overleg tussen de partijen. Hiervoor zijn op dit moment nog geen extra middelen noodzakelijk. 58

60 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Overzicht lopende projecten in 2013 In tabel 6 staan de in 2013 binnen Cluster III lopende projecten vermeld. Tabel 6 Overzicht lopende projecten in 2013 binnen Cluster III. Titel Hoofdaanvrager Gebied Nederlandse inbreng in ISO Arctic operations Ir. ing. J.M.B. Pauwels Arctica Samenwerking IMARES en INACH Mw. E.L. Bravo Rebolledo Antarctica Contract inzake advieswerkzaamheden Nederlands Polair Programma Prof. dr. mr. C.J. Bastmeijer Bipolair Samenwerking Arctisch Centrum (RUG) Prof.dr. Hacquebord Arctica Informatie over de bovenste twee vermelde projecten is te vinden in de volgende factsheets. Informatie over de andere twee projecten is eerder in dit hoofdstuk terug te vinden. Aanvullende investeringen vanuit NWO-ALW in poolonderzoek NWO financiert ook buiten het NNPP poolonderzoek. In 2013 zijn de volgende projecten toegekend: Tabel 4 Overzicht poolonderzoekprojecten toegekend in 2013 buiten het NNPP. Titel Hoofdaanvrager Financieringsprogramma The Greenland ice sheet: from elevation change to mass change Perturbations of System Earth: Reading the Past to Project the Future A proposal to create the Netherlands Earth System Science Centre (ESSC) Prof. M.R. van den Broeke Prof. dr. J.S. Sinninghe Damsté Gebruikersondersteuning Ruimteonderzoek Zwaartekrachtonderzoek 59

61 NNPP Ronde: geen Cluster 3 Projecttitel Nederlandse inbreng in ISO Arctic operations Projectleider Ir. ing. J.M.B. Pauwels Uitvoerende instelling Nederlands Normalisatie-instituut Thema Nvt Gebied Arctica Samenvatting onderzoek Gezien de kwetsbaarheid van het Arctisch gebied is er mondiale behoefte aan aantoonbaar duurzame winning van olie en gas. ISO afspraken over duurzaamheid kunnen bijdragen aan het versterken van de bescherming van het kwetsbare milieu van het Arctisch gebied en de positie van de lokale bevolking. Doel van het project is tweeledig: 1. Support van de projectgroep Arctic operations Operational requirements for artificial islands and Land extension In 2012 is een projectgroep opgestart op initiatief van Nederland voor het ontwikkelen van een norm voor operaties in relatie tot kunstmatige eilanden en landaanwinning voor olie- en gaswinningsoperaties in Arctisch gebied. NEN adviseert en ondersteunt de internationale werkgroep onder leiding van Van Oord. (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten 2. Internationale meeting NEN zal samen met de reeds betrokken bedrijven in 2013 een internationale meeting/workshop organiseren in Nederland waarbij zal worden ingegaan op de olie- en gaswinning in het arctische gebied. Deze workshop biedt de gelegenheid voor het versterken van de internationale betrekkingen en het versterken van de internationale handel door het betrekken van meer Nederlandse bedrijven, kennisinstituten en NGOs bij de ontwikkelingen in deze ISO/TC 67/SC 8 Oil, gas and petrochemical industries - Arctic Operations. Maatschappelijke relevantie Onderliggend doel is om op deze wijze bij te dragen aan veiliger en meer duurzame methoden voor Arctische energiewinning; dit doel is in het Beleidskader Poolgebieden beschreven. Dit project moet aansluiten op de relevante internationale en Europese kaders. In dit geval wordt vanuit een bilateraal kader aan deze beleidsprioriteit bijgedragen. Eindrapportage Support van de projectgroep Arctic operations Operational requirements for artificial islands and Land extension. Met ondersteuning van NEN is de internationale werkgroep ISO/TC 67/SC8/WG7 Artificial Island and land extension eind 2012 gevormd en begin 2013 van start gegaan onder leiding van Nederland (dhr. De Jong Van Oord). Gedurende 2013 zijn twee internationale vergaderingen en een aantal teleconferenties gehouden. De werkgroep vergaderingen vonden plaats in Rotterdam en St Johns (Canada). Het conceptvoorstel van Nederland is verder uitgewerkt en besproken met de internationale werkgroepleden. NEN heeft hierbij de Werkgroep qua proces- en projectmanagement ondersteund. Op basis van het conceptdocument is in Canada (oktober 2013) door dhr. De Jong (voorzitter) het tussenresultaat en een voorstel ingebracht. Per Resolutie is toen besloten dat het conceptdocument 60

62 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Operational requirements for artificial islands and Land extension in samenwerking met ISO/ TC67/SC7/WG 8 zal worden uitgewerkt. Deze projectgroep heeft een Arctic operations document ontwikkeld waarin design aspecten zijn opgenomen. Met hulp van de ISO/TC 67/SC8 werkgroep onder leiding van Nederland zal het ISO document van ISO/TC 67/SC 7 (ISO 19906) worden uitgebreid met de specifieke aspecten als bedoeld in het Nederlandse voorstel. De Nederlandse partijen zullen actief bijdragen en deelnemen aan de SC 7 werkgroep. In 2014 en 2015 wordt dit document verder ontwikkeld waarna de nieuwe ISO specifieker zal ingaan op de operationele en design aspecten voor artificial islands en land extensions in arctische omstandigheden. NEN Internationale vergadering ISO/TC 67/SC 8 Rotterdam NEN heeft via goede lobby de hosting van de 2de plenaire vergadering van ISO/TC67/SC8 toegewezen gekregen. NEN heeft vervolgens ism de partnerbedrijven de vergadering inclusief workshop / posterpresentatie en netwerkevent georganiseerd. In de eerste week van april 2013 heeft deze vergadering plaatsgevonden op het nieuwe hoofdkantoor van Van Oord in Rotterdam. Tijdens de plenaire driedaagse heeft een internationale workshop / posterpresentatie plaatsgevonden en is de Nederlandse topsector via posterpresentaties geetaleerd. Verschillende bedrijfsbezoeken hebben plaatsgevonden. NEN heeft in samenwerking met de Nederlandse stakeholders, kennisinstituten, onderzoeksinstituten en overheid een thema booklet Arctic operations Technology samengesteld die op de internationale vergadering in Rotterdam is gepresenteerd en vervolgens op verzoek van de internationale betrokken experts wereldwijd is verspreid. De booklet is vervolgens in Canada tijdens de derde plenaire vergadering in St. Johns nogmaals aangeboden. 61

63 NNPP Ronde: geen Cluster 3 Projecttitel Samenwerking IMARES en INACH Projectleider Mw. E.L. Bravo Rebolledo Uitvoerende instelling Imares Thema Nvt Gebied Antarctica Naar aanleiding van de NPP financieringsronde in 2013 en verzoek vanuit NWO om samenwerking met Chili te ontwikkelen, is er een AIO-onderzoeksvoorstel ingediend voor een Chileens- Nederlandse samenwerking (IMARES (Nederland) en het Chileens Antarctisch Instituut (INACH)) op het gebied van plasticvervuiling in Antarctica. Er is in oktober 2013 een bezoek gebracht door mw. Bravo Rebolledo aan INACH, het Chileens Antarctisch instituut. Zij heeft hier mogelijkheden besproken voor samenwerking tussen INACH en IMARES. Hiervoor is vanuit het NNPP budget toegekend voor reis en verblijfskosten. Eind 2013 is opnieuw een bedrag toegekend voor ondersteuning van een samenwerking op het gebied van plasticonderzoek. Dit is het vervolg van de gesprekken in oktober (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten Plastic vervuiling op zee heeft een negatieve invloed op zeedieren doordat deze erin verstrikt kunnen raken of plastics via hun voedsel binnen kunnen krijgen. In deze Nederlands-Chileense studie wordt op Cape Shirreff in uitwerpselen van Antarctische pelsrobben gekeken naar de aanwezigheid van plastics in combinatie met het dieet van deze dieren. Tevens wordt samenwerking met andere instituten aangegaan voor vergelijkend onderzoek aan de relatie tussen plasticsopname en het leefgebied of het lokale dieet van de pelsrobben. Het onderzoek op Cape Shirreff is onderdeel van breder geïntegreerd onderzoek naar aanwezigheid en effecten van plastics in Antarctica. De eventuele aanwezigheid van plastic in prooisoorten van pelsrobben wordt gecombineerd met een onderzoek naar microplastics in kustsediment bij Cape Shirreff. Volgens standaarden gebruikt in CCAMLR monitoring programma s zal worden gekeken naar hoeveelheid grof zwerfvuil op de kust, en naar de gevallen van verstrikking van pelsrobben in zulk materiaal. Op 5 januari begon het veldwerk op de Chileense basis Escudero, King George Island, Antarctica. Daar aangekomen zijn we aan boord gegaan van het Chileense marine schip ATF Lautaro, die ons op 9 januari afgezet heeft op Cape Shirreff, Livingstone Island, South Shetlands. Van 9 januari tot 2 februari hebben we daar verbleven op de Chileense basis Guillermo Mann, begeleid door een aan ons project toegewezen medewerker van INACH. Tijdens ons verblijf hebben we 200 uitwerpselen van Antarctische pelsrobben verzameld, monsters genomen van strandsediment voor micro plastic onderzoek en gekeken naar dieren die verstrikt zaten in plastic afval. Op 2 februari zijn we opgehaald met een helikopter van de Chileense marine en terug gevlogen naar Escudero, waarna we op 4 februari terug zijn gevlogen naar Punta Arenas. Om de samples verder te verwerken heeft INACH in Punta Arenas een ruimte beschikbaar gesteld voor het wassen van de verzamelde uitwerpselen, dit heeft 2 weken in beslag genomen. De samples zijn voor verdere verwerking naar Nederland vervoerd. Naast de op Cape Shirreff verzamelde samples heeft de British Antarctic Survey ook samples voor dit project verzameld op Bird Island, South Georgia. Er zijn 100 uitwerpselen van Antarctische pelsrobben verzameld in de Antarctische zomer van 2014 en er zullen daarnaast 100 uitwerpselen worden verzameld in de Antarctische winter De eerste 100 uitwerpselen zijn op Bird Island al gewassen op dezelfde manier als de uitwerpselen in Punta Arenas. Hiervoor hebben we 200 speciale waszakjes naar BAS gestuurd. De 100 samples zijn verscheept naar Cambridge en zullen verder worden geanalyseerd bij IMARES Texel. Samenvattend is deze onderzoeksreis geheel volgens plan verlopen. 62

64 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Cluster III Beleidondersteunende activiteiten NNPP Een blik op 2015 Naar verwachting zal de samenwerking met het Duitse AWI en het Franse IPEV op Spitsbergen worden geïntensiveerd. In maart 2014 is er weer een gesprek geweest tussen NWO, AWI en IPEV. AWI heeft vervolgens een gesprek gehad met de plaatselijke operator in Ny-Ålesund, Kings Bay. Zij hebben een zeer grote invloed op de uiteindelijke plannen en reageerden positief op dit idee. De bouw zou misschien in 2015 kunnen beginnen, maar dit is nog onzeker en hangt af van de planning van Kings Bay. Er liggen geen financieringsrondes in het verschiet voor De gehele onderzoeksfinanciering voor de periode is toegewezen met het afsluiten van de in 2014 gestarte beleidgestuurde ronde. Op 1 januari 2015 zal de nieuwe uitvoerend secretaris van de European Polar Board bij NWO starten. Financiën die resteren van het International Polar Year in Nederland worden in 2015 gebruikt voor medefinanciering van de Netherlands Scientific Expedition Edgeøya Spitsbergen. Deze wordt georganiseerd door het Arctisch Centrum van de Universiteit Groningen. Dit is een wetenschappelijke expeditie richting Noordpoolgebied waarmee de gevolgen van menselijk handelen in één van de meest afgelegen wildernissen zal worden onderzocht. In de periode van 19 tot 28 augustus 2015 zal met een ingehuurd schip naar het eiland Edgeøya worden gevaren. Dit ligt aan de oostkant van Spitsbergen. De boot zal Nederlandse wetenschappers, studenten, fotografen, kunstmakers, pers en geïnteresseerden meenemen. Zie voor meer informatie Er zal weer een nationaal poolsymposium worden georganiseerd. 63

65 Op weg vanaf Ny-Ålesund, Spitsbergen. Foto: L. Noor, NWO

66 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Bijlage 1 Samenstelling commissies en afgevaardigden in 2013 Bijlage 1 Samenstelling commissies en afgevaardigden in 2013 Samenstelling Nederlandse Poolcommissie Voorzitter Drs. Monique de Vries Secretaris Drs. L.H.W. Noor NWO Aard- en Levenswetenschappen Leden Prof. dr. M.A.P.A. Aerts Systeemecologie Vrije Universiteit Amsterdam Prof. dr. Michiel van den Broeke Polaire meteorologie Instituut voor Marien en Atmosferisch onderzoek, Universiteit Utrecht Prof. dr. Corina Brussaard Marine virale ecologie Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ)/ Universiteit van Amsterdam Nederlandse afgevaardigde in SCAR Prof. dr. Anita Buma Ecofysiologie van mariene micro-algen Rijksuniversiteit Groningen Dr. Loes Gerringa Bio availability of metals for biota Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) Prof. dr. Louwrens Hacquebord Archeologie en geografie van de poolgebieden Arctisch Centrum, Rijksuniversiteit Groningen Prof. dr. Harro Meijer Atmosferische chemie Centrum voor Isotopen Onderzoek (CIO), Rijksuniversiteit Groningen Dr. Alex Oude Elferink Internationaal recht, recht van de zee, maritieme afbakening Netherlands Institute for the Law of the Sea (NILOS), Universiteit Utrecht Prof. dr. Jelte Rozema Terrestrische ecologie Vrije Universiteit Amsterdam Waarnemer vanuit het Interdepartementaal Polair Overleg: drs. Patrick Brandt (secretaris IPO) 65

67 Samenstelling Scientific Steering Comittee Dirck Gerritsz Laboratorium Prof. dr. ir. Hein de Baar Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) T. Biggs, MSc Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee Dr. J. Bown Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee Prof. dr. A.G.J. Buma Universiteit van Groningen Prof. dr. C.P.D. Brussaard Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Bijlage 1 Samenstelling commissies en afgevaardigden in 2013 Dr. S. Duggan British Antarctic Survey Prof. dr. J.T.M. Elzenga (vz) Universiteit van Groningen Dr. J. King British Antarctic Survey P. Laan Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee Dr. M. van Leeuwe Universiteit van Groningen Prof. dr. M. Meredith British Antarctic Survey Dr. T. Moffat British Antarctic Survey Drs. L.H.W. Noor (secretaris) NWO-ALW Dr. D. den Os Universiteit van Groningen M. Pinnock British Antarctic Survey P.D. Rozema, MSc Universiteit van Groningen Dr. J. Stefels Universiteit van Groningen 66

68 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Bijlage 1 Samenstelling commissies en afgevaardigden in 2013 Dr. C.H. Tijm-Reijmer Universiteit Utrecht Dr. H. Venables British Antarctic Survey Ing. R.J.W. Visser Universiteit van Groningen D. Wattam British Antarctic Survey Het Nederlandse onderzoekersteam voor het Dirck Gerritsz Laboratorium. Foto: D. den Os, RUG / NWO 67

69 Samenstelling Project Board voor de realisatie van het Dirck Gerritsz Laboratorium Dr. J. Shears British Antarctic Survey J. Thompson British Antarctic Survey D. Wattam British Antarctic Survey D. Ingham British Antarctic Survey M. Smit Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Bijlage 1 Samenstelling commissies en afgevaardigden in 2013 D.A. van der Kroef NWO-ALW L.H.W. Noor NWO-ALW Foto: L. Noor, NWO 68

70 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Bijlage 1 Samenstelling commissies en afgevaardigden in 2013 Nederlandse afgevaardigden in SCAR en IASC werkgroepen Scientific Committee on Antarctic Research Nationale afgevaardigde Prof.dr. C.P.D. Brussaard Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee (NIOZ) Plv Nationale afgevaardigde Drs. T. de Bruin, M.Sc. Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee Standing Scientific Group on Life Sciences Dr. J. Stefels Universiteit van Groningen Standing Scientific Group on Physical Sciences Dr. J.W. van den Berg Instituut voor Marien en Atmosferisch onderzoek (IMAU) Universiteit Utrecht SCAR-SCOR Oceanography Expert Group & Scientific Committtee on Antarctic Data Management (SCADM) Drs. T. de Bruin Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee International Arctic Science Committee Nationale afgevaardigde Prof.dr. L. Hacquebord Arctisch Centrum, Rijksuniversiteit Groningen Terrestrial Working Group Prof.dr. J. Rozema Vrije Universiteit Amsterdam Marine/AOSB Working Group Prof.dr.ir. H.J.W. de Baar Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee/ Universiteit van Groningen Social & Human Working Group Prof.dr. L. Hacquebord Arctisch Centrum, Universiteit van Groningen Atmospheric Working Group Dr. P.F.J. van Velthoven Koninkijk Nederlands Meteorologisch Instituut Cryosphere Working Group Dr. C.H. Tijm-Reijmer Instituut voor Marien en Atmosferisch onderzoek (IMAU) Universiteit Utrecht 69

71 (Nieuw) Nederlands Polair Programma (NPP) 2013 Bijlage 1 Samenstelling commissies en afgevaardigden in 2013 Een poolvos nabij Ny-Ålesund. Foto: D. van der Kroef, NWO 70

Climate impact on fish productivity: key mechanisms in North Sea plaice

Climate impact on fish productivity: key mechanisms in North Sea plaice Climate impact on fish productivity: key mechanisms in North Sea plaice A.D. Rijnsdorp, R. van Hal, M. Hufnagl, R.D.M. Nash, A. Schroeder, L.R. Teal, I. Tulp, R. Witbaard, D. Beare, H.W. van der Veer Wageningen

Nadere informatie

Nieuw Nederlands Polair Programma

Nieuw Nederlands Polair Programma Aard- en Levenswetenschappen Nieuw Nederlands Polair Programma (Themaperiode 2011 2015) Inhoudelijke rapportage 2012 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Nieuw Nederlands Polair Programma

Nadere informatie

Nieuw Nederlands Polair Programma (Themaperiode ) Inhoudelijke rapportage Aard- en Levenswetenschappen

Nieuw Nederlands Polair Programma (Themaperiode ) Inhoudelijke rapportage Aard- en Levenswetenschappen Uitgave: Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) Aard- en Levenswetenschappen Bezoekadres: Laan van Nieuw Oost-Indië 300 2593 CE Den Haag Postadres: Postbus 93510 2509 AM Den Haag

Nadere informatie

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven

Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Impact en disseminatie Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven Wie is wie? Voorstel rondje Wat hoop je te leren? Heb je iets te delen? Wat zegt de Programma Gids? WHAT DO IMPACT AND SUSTAINABILITY MEAN? Impact

Nadere informatie

Opportunities for Collaborative Interdisciplinary Programs. James W. Jones Director, FCI

Opportunities for Collaborative Interdisciplinary Programs. James W. Jones Director, FCI Opportunities for Collaborative Interdisciplinary Programs James W. Jones Director, FCI Outline Introduction: Motivation for the FCI Ongoing Projects Mechanisms Emerging Needs, Opportunities Closing Remarks

Nadere informatie

Activant Prophet 21. Prophet 21 Version 12.0 Upgrade Information

Activant Prophet 21. Prophet 21 Version 12.0 Upgrade Information Activant Prophet 21 Prophet 21 Version 12.0 Upgrade Information This class is designed for Customers interested in upgrading to version 12.0 IT staff responsible for the managing of the Prophet 21 system

Nadere informatie

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE. Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE. Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010 FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010 Voeg aan het antwoord van een opgave altijd het bewijs, de berekening of de argumentatie toe. Als je een onderdeel

Nadere informatie

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 15 June 2018

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 15 June 2018 www.iuscommune.eu Dear Ius Commune PhD researchers, You are kindly invited to participate in the Ius Commune Amsterdam Masterclass for PhD researchers, which will take place on Friday, 15 June 2018. This

Nadere informatie

Travel Survey Questionnaires

Travel Survey Questionnaires Travel Survey Questionnaires Prot of Rotterdam and TU Delft, 16 June, 2009 Introduction To improve the accessibility to the Rotterdam Port and the efficiency of the public transport systems at the Rotterdam

Nadere informatie

Global TV Canada s Pulse 2011

Global TV Canada s Pulse 2011 Global TV Canada s Pulse 2011 Winnipeg Nobody s Unpredictable Methodology These are the findings of an Ipsos Reid poll conducted between August 26 to September 1, 2011 on behalf of Global Television. For

Nadere informatie

The Dutch mortgage market at a cross road? The problematic relationship between supply of and demand for residential mortgages

The Dutch mortgage market at a cross road? The problematic relationship between supply of and demand for residential mortgages The Dutch mortgage market at a cross road? The problematic relationship between supply of and demand for residential mortgages 22/03/2013 Housing market in crisis House prices down Number of transactions

Nadere informatie

University of Groningen

University of Groningen University of Groningen De ontwikkeling van prikkelverwerking bij mensen met een Autisme Spectrum Stoornis en de invloed van hulp en begeleiding gedurende het leven. Fortuin, Marret; Landsman-Dijkstra,

Nadere informatie

Uitwegen voor de moeilijke situatie van NL (industriële) WKK

Uitwegen voor de moeilijke situatie van NL (industriële) WKK Uitwegen voor de moeilijke situatie van NL (industriële) WKK Kees den Blanken Cogen Nederland Driebergen, Dinsdag 3 juni 2014 Kees.denblanken@cogen.nl Renewables genereren alle stroom (in Nederland in

Nadere informatie

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren (1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren (3) Ons gezelschap helpt gemeenschappen te vormen en te binden (4) De producties

Nadere informatie

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education Inger Anneberg, anthropologist, post doc, Aarhus University, Department of Animal Science Jesper Lassen, sociologist, professor, University

Nadere informatie

INFORMATIEBIJEENKOMST ESFRI ROADMAP 2016 HANS CHANG (KNAW) EN LEO LE DUC (OCW)

INFORMATIEBIJEENKOMST ESFRI ROADMAP 2016 HANS CHANG (KNAW) EN LEO LE DUC (OCW) INFORMATIEBIJEENKOMST ESFRI ROADMAP 2016 HANS CHANG (KNAW) EN LEO LE DUC (OCW) 14 november 2014 2 PROGRAMMA ESFRI Roadmap, wat is het en waar doen we het voor? Roadmap 2016 Verschillen met vorige Schets

Nadere informatie

Advanced Instrumentation. Hans van Gageldonk, Henk Hoevers, Gerard Cornet. 10 Oktober 2012

Advanced Instrumentation. Hans van Gageldonk, Henk Hoevers, Gerard Cornet. 10 Oktober 2012 Advanced Instrumentation Hans van Gageldonk, Henk Hoevers, Gerard Cornet 10 Oktober 2012 Agenda Wat is Advanced Instrumentation? Hoe past Advanced Instrumentation in de keten van fundamenteel onderzoek

Nadere informatie

SURFnet User Survey 2006

SURFnet User Survey 2006 SURFnet User Survey 2006 Walter van Dijk Madrid, 21 September 2006 Agenda A few facts General picture resulting from the survey Consequences for the service portfolio Consequences for the yearly innovation

Nadere informatie

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 22 June 2017

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 22 June 2017 www.iuscommune.eu INVITATION Ius Commune Masterclass 22 June 2017 Amsterdam Dear Ius Commune PhD researchers, You are kindly invited to participate in the Ius Commune Amsterdam Masterclass for PhD researchers,

Nadere informatie

Issues in PET Drug Manufacturing Steve Zigler PETNET Solutions April 14, 2010

Issues in PET Drug Manufacturing Steve Zigler PETNET Solutions April 14, 2010 Issues in PET Drug Manufacturing Steve Zigler PETNET Solutions April 14, 2010 Topics ANDA process for FDG User fees Contract manufacturing PETNET's perspective Colleagues Michael Nazerias Ken Breslow Ed

Nadere informatie

Adventures in GIS to Support LEED Certification. Karen Jordan

Adventures in GIS to Support LEED Certification. Karen Jordan Adventures in GIS to Support LEED Certification Karen Jordan Agenda University of California Office of the President commitment to Campus Sustainability through the Green Building Policy & Clean Energy

Nadere informatie

Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt The role of mobility in higher education for future employability

Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt The role of mobility in higher education for future employability The role of mobility in higher education for future employability Jim Allen Overview Results of REFLEX/HEGESCO surveys, supplemented by Dutch HBO-Monitor Study migration Mobility during and after HE Effects

Nadere informatie

Safe production of Marine plants and use of Ocean Space. 2de Nederlands-Belgische Zeewierconferentie: DE MULTIFUNCTIONELE NOORDZEE

Safe production of Marine plants and use of Ocean Space. 2de Nederlands-Belgische Zeewierconferentie: DE MULTIFUNCTIONELE NOORDZEE Safe production of Marine plants and use of Ocean Space 2de Nederlands-Belgische Zeewierconferentie: DE MULTIFUNCTIONELE NOORDZEE Waarom dit project? De 2050 Challenge 2050: 10 billion people Voedsel Water

Nadere informatie

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn Chapter 4 Understanding Families In this chapter, you will learn Topic 4-1 What Is a Family? In this topic, you will learn about the factors that make the family such an important unit, as well as Roles

Nadere informatie

NETWORK CHARTER. #ResourceEfficiency

NETWORK CHARTER. #ResourceEfficiency NETWORK CHARTER 1 WHAT IS THE EREK NETWORK? EREK stands for the European Resource Efficiency Knowledge Centre, a vibrant platform to enable and reinforce businesses and especially small and medium sized

Nadere informatie

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM Read Online and Download Ebook ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM DOWNLOAD EBOOK : ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK STAFLEU

Nadere informatie

Ius Commune Training Programme 2015-2016 Amsterdam Masterclass 16 June 2016

Ius Commune Training Programme 2015-2016 Amsterdam Masterclass 16 June 2016 www.iuscommune.eu Dear Ius Commune PhD researchers, You are kindly invited to attend the Ius Commune Amsterdam Masterclass for PhD researchers, which will take place on Thursday 16 June 2016. During this

Nadere informatie

De Relatie tussen de Fysieke Omgeving en het Beweeggedrag van Kinderen gebruik. makend van GPS- en Versnellingsmeterdata

De Relatie tussen de Fysieke Omgeving en het Beweeggedrag van Kinderen gebruik. makend van GPS- en Versnellingsmeterdata De Relatie tussen de Fysieke Omgeving en het Beweeggedrag van Kinderen gebruik makend van GPS- en Versnellingsmeterdata The relationship Between the Physical Environment and Physical Activity in Children

Nadere informatie

Designing climate proof urban districts

Designing climate proof urban districts Designing climate proof urban districts Presentation for Deltas in Times of Climate Change 2010 Jaap Kortman Laura van der Noort IVAM Maarten van Dongen Witteveen + Bos The Netherlands Presentation What

Nadere informatie

Introductie in flowcharts

Introductie in flowcharts Introductie in flowcharts Flow Charts Een flow chart kan gebruikt worden om: Processen definieren en analyseren. Een beeld vormen van een proces voor analyse, discussie of communicatie. Het definieren,

Nadere informatie

ENERGY FOR DEPARTMENT OF DEFENSE INSTALLATIONS. JOSEPH CORRIGAN, PE Kelley Drye & Warren

ENERGY FOR DEPARTMENT OF DEFENSE INSTALLATIONS. JOSEPH CORRIGAN, PE Kelley Drye & Warren ENERGY FOR DEPARTMENT OF DEFENSE INSTALLATIONS JOSEPH CORRIGAN, PE Kelley Drye & Warren jcorrigan@kelleydrye.com Agenda Market drivers Changing installation energy policies Appropriated funds expenditures

Nadere informatie

Summary 124

Summary 124 Summary Summary 124 Summary Summary Corporate social responsibility and current legislation encourage the employment of people with disabilities in inclusive organizations. However, people with disabilities

Nadere informatie

Europa: Uitdagingen? Prof. Hylke Vandenbussche Departement Economie- International Trade 26 April 2018 Leuven

Europa: Uitdagingen? Prof. Hylke Vandenbussche Departement Economie- International Trade 26 April 2018 Leuven Europa: Uitdagingen? Prof. Hylke Vandenbussche Departement Economie- International Trade 26 April 2018 Leuven America First! Wat is het potentiële banenverlies voor België en Europa? VIVES discussion paper

Nadere informatie

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering The Relationship between Daily Hassles and Depressive Symptoms and the Mediating Influence

Nadere informatie

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering

Nadere informatie

Eye Feature Detection Towards Automatic Strabismus Screening

Eye Feature Detection Towards Automatic Strabismus Screening Eye Feature Detection Towards Automatic Strabismus Screening Ken Allen, Khanh Nguyen Gettysburg College What is strabismus? Eye defect that causes eyes to look in two different directions If left untreated,

Nadere informatie

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur M. Zander MSc. Eerste begeleider: Tweede begeleider: dr. W. Waterink drs. J. Eshuis Oktober 2014 Faculteit Psychologie en Onderwijswetenschappen

Nadere informatie

JPI Oceans Gezonde en productieve zeeën en oceanen

JPI Oceans Gezonde en productieve zeeën en oceanen JPI Oceans Gezonde en productieve zeeën en oceanen www.jpi oceans.eu OVERZICHT Terrein Governance Operationeel maken Strategic Research and Innovation Agenda Belgische deelname en interesse Outlook SRIA

Nadere informatie

RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM Read Online and Download Ebook RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM DOWNLOAD EBOOK : RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN STAFLEU

Nadere informatie

THE WORK HET WERK HARALD BERKHOUT

THE WORK HET WERK HARALD BERKHOUT THE WORK During the twenty years of its existence Studio Berkhout has evolved into the number one studio specialized in still life fashion photography. All skills needed for photography and styling, including

Nadere informatie

Ir. Herman Dijk Ministry of Transport, Public Works and Water Management

Ir. Herman Dijk Ministry of Transport, Public Works and Water Management Policy Aspects of Storm Surge Warning Systems Ir. Herman Dijk Ministry of Transport, Public Works and Water Contents Water in the Netherlands What kind of information and models do we need? Flood System

Nadere informatie

CORPORATE BRANDING AND SOCIAL MEDIA: KEY FINDINGS FOR DUTCH CONSUMERS Theo Araujo

CORPORATE BRANDING AND SOCIAL MEDIA: KEY FINDINGS FOR DUTCH CONSUMERS Theo Araujo CORPORATE BRANDING AND SOCIAL MEDIA: KEY FINDINGS FOR DUTCH CONSUMERS Theo Araujo BEOORDEEL DEZE LEZING VIA DE MIE2018 APP! Geef direct na deze lezing jouw beoordeling. Zoek de lezing op via Programma

Nadere informatie

OVERGANGSREGELS / TRANSITION RULES 2007/2008

OVERGANGSREGELS / TRANSITION RULES 2007/2008 OVERGANGSREGELS / TRANSITION RULES 2007/2008 Instructie Met als doel het studiecurriculum te verbeteren of verduidelijken heeft de faculteit FEB besloten tot aanpassingen in enkele programma s die nu van

Nadere informatie

Risk & Requirements Based Testing

Risk & Requirements Based Testing Risk & Requirements Based Testing Tycho Schmidt PreSales Consultant, HP 2006 Hewlett-Packard Development Company, L.P. The information contained herein is subject to change without notice Agenda Introductie

Nadere informatie

Het Klimaatdebat. 09/01/2013 Bart Strengers

Het Klimaatdebat. 09/01/2013 Bart Strengers Het Klimaatdebat 1 De Klimaatwetenschap Brede overeenstemming over grote lijn en dat is in toenemende mate al decennia lang het geval De aarde warmt op en dat komt grotendeels door de mens. Wetenschap

Nadere informatie

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten. The Effect of Difference in Peer and Parent Social Influences on Adolescent Alcohol Use. Nadine

Nadere informatie

Innovatief monitoren van sportvelden. 31 mei 2018

Innovatief monitoren van sportvelden. 31 mei 2018 Innovatief monitoren van sportvelden 31 mei 2018 31 mei 2018 Met Intelligent Play een gegarandeerde levensduur en exploitatie van sportsportvelden Wim Glaap, Newae Alex Talton, Intelligent Play Sportvelden

Nadere informatie

Agenda: Rotary Industry Group

Agenda: Rotary Industry Group KiC MPI 21juni 2018 Rotary Industry Group Agenda: a) Korte introductie: wie zijn wij wat doen wij? b) Nieuwe ontwikkelingen binnen Rotary Industry Group c) Contactloze magnetische koppeling d) Business

Nadere informatie

Academisch schrijven Inleiding

Academisch schrijven Inleiding - In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze Algemene inleiding van het werkstuk In this essay/paper/thesis I shall examine/investigate/evaluate/analyze To answer this question,

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers

Nadere informatie

Outline A PERMANENT PASTURE LAYER BASED ON OPEN DATA 11/24/2014. The creation and monitoring of a permanent pasture layer

Outline A PERMANENT PASTURE LAYER BASED ON OPEN DATA 11/24/2014. The creation and monitoring of a permanent pasture layer A PERMANENT PASTURE LAYER BASED ON OPEN DATA The creation and monitoring of a permanent pasture layer 20 th of November 2014, Marcel Meijer Outline Open Data in the Netherland Greening elements Calculating

Nadere informatie

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen

De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van. Kinderen Voorschoolse vorming en de ontwikkeling van kinderen 1 De Relatie tussen Voorschoolse Vorming en de Ontwikkeling van Kinderen The Relationship between Early Child Care, Preschool Education and Child Development

Nadere informatie

De Ingewikkelde Invloed van IJsafsmelt op de Zeespiegel. Bert Vermeersen

De Ingewikkelde Invloed van IJsafsmelt op de Zeespiegel. Bert Vermeersen De Ingewikkelde Invloed van IJsafsmelt op de Zeespiegel Bert Vermeersen NIOZ op Texel wil veilig achter de zeedijk Door Nico Volkerts - 17-11-2015, 8:00 (Update 17-11-2015, 8:42) TEXEL - Het Koninklijk

Nadere informatie

Functioneren van een Kind met Autisme. M.I. Willems. Open Universiteit

Functioneren van een Kind met Autisme. M.I. Willems. Open Universiteit Onderzoek naar het Effect van de Aanwezigheid van een Hond op het Alledaags Functioneren van een Kind met Autisme M.I. Willems Open Universiteit Naam student: Marijke Willems Postcode en Woonplaats: 6691

Nadere informatie

Innovatie instrument en financierings mogelijkheden

Innovatie instrument en financierings mogelijkheden HealthGrain Holland, Den Haag 5 juli 2011 Innovatie instrument en financierings mogelijkheden Frans van den Berg, Innovatiemakelaar Food & Nutrition Delta Food & Nutrition Delta? FND is deel van het Innovatieprogramma

Nadere informatie

Mentaal Weerbaar Blauw

Mentaal Weerbaar Blauw Mentaal Weerbaar Blauw de invloed van stereotypen over etnische minderheden cynisme en negatieve emoties op de mentale weerbaarheid van politieagenten begeleiders: dr. Anita Eerland & dr. Arjan Bos dr.

Nadere informatie

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50 De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and

Nadere informatie

Het klimaat verandert, wat nu?

Het klimaat verandert, wat nu? Het klimaat verandert, wat nu? Lesley De Cruz, Rozemien De Troch Koninklijk Meteorologisch Instituut De Limburgse Klimaattop, 18 september 2017 De Cruz et al. (KMI) Klimaatverandering 20170918 1 / 23 1

Nadere informatie

Process Mining and audit support within financial services. KPMG IT Advisory 18 June 2014

Process Mining and audit support within financial services. KPMG IT Advisory 18 June 2014 Process Mining and audit support within financial services KPMG IT Advisory 18 June 2014 Agenda INTRODUCTION APPROACH 3 CASE STUDIES LEASONS LEARNED 1 APPROACH Process Mining Approach Five step program

Nadere informatie

ARTIST. Petten 24 September 2012. www.ecn.nl More info: schoots@ecn.nl

ARTIST. Petten 24 September 2012. www.ecn.nl More info: schoots@ecn.nl ARTIST Assessment and Review Tool for Innovation Systems of Technologies Koen Schoots, Michiel Hekkenberg, Bert Daniëls, Ton van Dril Agentschap NL: Joost Koch, Dick Both Petten 24 September 2012 www.ecn.nl

Nadere informatie

CHROMA STANDAARDREEKS

CHROMA STANDAARDREEKS CHROMA STANDAARDREEKS Chroma-onderzoeken Een chroma geeft een beeld over de kwaliteit van bijvoorbeeld een bodem of compost. Een chroma bestaat uit 4 zones. Uit elke zone is een bepaald kwaliteitsaspect

Nadere informatie

Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting. aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen

Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting. aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen Determinants and Barriers of Providing Sexual Health Care to Cancer Patients by Oncology

Nadere informatie

Ontwerpen van een variabele belasting om te meten aan zonnepanelen

Ontwerpen van een variabele belasting om te meten aan zonnepanelen Assignment IWP Energy Transition September 2018 Project Title Ontwerpen van een variabele belasting om te meten aan zonnepanelen Brief description of the problem Zonnepanelen produceren stroom als er (zon)licht

Nadere informatie

Esther Lee-Varisco Matt Zhang

Esther Lee-Varisco Matt Zhang Esther Lee-Varisco Matt Zhang Want to build a wine cellar Surface temperature varies daily, seasonally, and geologically Need reasonable depth to build the cellar for lessened temperature variations Building

Nadere informatie

Developments in SWAT modelling

Developments in SWAT modelling Developments in SWAT modelling Erik Querner Environmental Modelling SWAT model SWAT use in the Limpopo basin > SWAT CUP New developments: Link SIMGRO SWAT Rainfall runoff module for shallow groundwater

Nadere informatie

Gevolgen IJsafsmelting Poolgebieden voor Zeespiegelrijzing. Bert Vermeersen

Gevolgen IJsafsmelting Poolgebieden voor Zeespiegelrijzing. Bert Vermeersen Gevolgen IJsafsmelting Poolgebieden voor Zeespiegelrijzing Bert Vermeersen Regionale Zeespiegelverandering voor de komende 40 jaar? Relatieve zeespiegelverandering t.g.v. continentale ijsmassaverandering

Nadere informatie

E-learning maturity model. Hilde Van Laer

E-learning maturity model. Hilde Van Laer E-learning maturity model Hilde Van Laer E-learning maturity model (emm) Self-assessment van online en blended leren met e-learning maturity model (emm) A driver for change? http://www.utdc.vuw.ac.nz/research/e

Nadere informatie

Adherence aan HWO en meer bewegen

Adherence aan HWO en meer bewegen Adherence aan HWO en meer bewegen Een experimenteel onderzoek naar de effecten van het motivationele stadium van patiënten en de adherence aan huiswerkoefeningen (HWO) bij fysiotherapie en het meer bewegen.

Nadere informatie

Experiences with ATES applications in Belgium Operational results and energy savings

Experiences with ATES applications in Belgium Operational results and energy savings Experiences with ATES applications in Belgium Operational results and energy savings H.Hoes 1 Klik om ATES het opmaakprofiel system results van de Monitoring within Energy Demonstration Program to 30%

Nadere informatie

Het Klimaatdebat. 09/01/2013 Bart Strengers

Het Klimaatdebat. 09/01/2013 Bart Strengers Het Klimaatdebat 1 De Klimaatwetenschap Brede overeenstemming over grote lijn en dat is in toenemende mate al decennia lang het geval De aarde warmt op en dat komt grotendeels door de mens. Wetenschap

Nadere informatie

What issues should the Province of Limburg address when developing its climate-proof policy?

What issues should the Province of Limburg address when developing its climate-proof policy? Figuur 1.1: Waar moet de Provincie Limburg klimaatadaptatiebeleid voor ontwikkelen? inhoudelijk Huidig beleid Gevolgen klimaatverandering Witte vlekken procesmatig Aansluiting ander beleid Rol provincie

Nadere informatie

Ervaringen met begeleiding FTA cursus Deployment of Free Software Systems

Ervaringen met begeleiding FTA cursus Deployment of Free Software Systems Ervaringen met begeleiding FTA cursus Deployment of Free Software Systems Frans Mofers Nederland cursusmateriaal & CAA's alle cursusmateriaal vrij downloadbaar als PDF betalen voor volgen cursus cursussite

Nadere informatie

2010 Integrated reporting

2010 Integrated reporting 2010 Integrated reporting Source: Discussion Paper, IIRC, September 2011 1 20/80 2 Source: The International framework, IIRC, December 2013 3 Integrated reporting in eight questions Organizational

Nadere informatie

Het Effect van de Kanker Nazorg Wijzer* op Werkgerelateerde Problematiek en Kwaliteit. van Leven bij Werkende Ex-Kankerpatiënten

Het Effect van de Kanker Nazorg Wijzer* op Werkgerelateerde Problematiek en Kwaliteit. van Leven bij Werkende Ex-Kankerpatiënten Het Effect van de Kanker Nazorg Wijzer* op Werkgerelateerde Problematiek en Kwaliteit van Leven bij Werkende Ex-Kankerpatiënten The Effect of the Kanker Nazorg Wijzer* on Work-related Problems and Quality

Nadere informatie

Aim of this presentation. Give inside information about our commercial comparison website and our role in the Dutch and Spanish energy market

Aim of this presentation. Give inside information about our commercial comparison website and our role in the Dutch and Spanish energy market Aim of this presentation Give inside information about our commercial comparison website and our role in the Dutch and Spanish energy market Energieleveranciers.nl (Energysuppliers.nl) Founded in 2004

Nadere informatie

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie.

Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. 0 Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve

Nadere informatie

Extreem veilig Het product Our product Voordeel Advantage Bajolock Bajolock Bajolock Bajolock Bajolock Bajolock Bajolock

Extreem veilig Het product Our product Voordeel Advantage Bajolock Bajolock Bajolock Bajolock Bajolock Bajolock Bajolock Extreem veilig Het product Alle koppeling zijn speciaal ontworpen en vervaardigd uit hoogwaardig RVS 316L en uitgevoerd met hoogwaardige pakkingen. Op alle koppelingen zorgt het gepatenteerde veiligheid

Nadere informatie

Welke factoren beïnvloeden het gezamenlijk leren door leraren? Een systematische literatuurreview Thurlings, M.C.G.; den Brok, P.J.

Welke factoren beïnvloeden het gezamenlijk leren door leraren? Een systematische literatuurreview Thurlings, M.C.G.; den Brok, P.J. Welke factoren beïnvloeden het gezamenlijk leren door leraren? Een systematische literatuurreview Thurlings, M.C.G.; den Brok, P.J. Published in: Onderwijs Research Dagen(ORD), 11-12 Juni 2014, Groningen,

Nadere informatie

VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING UNIQURE NV. Voorgesteld wordt om de artikelen 7.7.1, 8.6.1, en te wijzigen als volgt: Toelichting:

VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING UNIQURE NV. Voorgesteld wordt om de artikelen 7.7.1, 8.6.1, en te wijzigen als volgt: Toelichting: VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING UNIQURE NV Voorgesteld wordt om de artikelen 7.7.1, 8.6.1, 9.1.2 en 9.1.3 te wijzigen als volgt: Huidige tekst: 7.7.1. Het Bestuur, zomede twee (2) gezamenlijk handelende

Nadere informatie

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden Laatst bijgewerkt op 25 november 2008 Nederlandse samenvatting door TIER op 5 juli 2011 Onderwijsondersteunende

Nadere informatie

Understanding the role of health literacy in self-management and health behaviors among older adults Geboers, Bas

Understanding the role of health literacy in self-management and health behaviors among older adults Geboers, Bas University of Groningen Understanding the role of health literacy in self-management and health behaviors among older adults Geboers, Bas IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version

Nadere informatie

2019 SUNEXCHANGE USER GUIDE LAST UPDATED

2019 SUNEXCHANGE USER GUIDE LAST UPDATED 2019 SUNEXCHANGE USER GUIDE LAST UPDATED 0 - -19 1 WELCOME TO SUNEX DISTRIBUTOR PORTAL This user manual will cover all the screens and functions of our site. MAIN SCREEN: Welcome message. 2 LOGIN SCREEN:

Nadere informatie

OUTDOOR HD BULLET IP CAMERA PRODUCT MANUAL

OUTDOOR HD BULLET IP CAMERA PRODUCT MANUAL OUTDOOR HD BULLET IP CAMERA PRODUCT MANUAL GB - NL GB PARTS & FUNCTIONS 1. 7. ---- 3. ---- 4. ---------- 6. 5. 2. ---- 1. Outdoor IP camera unit 2. Antenna 3. Mounting bracket 4. Network connection 5.

Nadere informatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie

De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal

Nadere informatie

CREATING VALUE THROUGH AN INNOVATIVE HRM DESIGN CONFERENCE 20 NOVEMBER 2012 DE ORGANISATIE VAN DE HRM AFDELING IN WOELIGE TIJDEN

CREATING VALUE THROUGH AN INNOVATIVE HRM DESIGN CONFERENCE 20 NOVEMBER 2012 DE ORGANISATIE VAN DE HRM AFDELING IN WOELIGE TIJDEN CREATING VALUE THROUGH AN INNOVATIVE HRM DESIGN CONFERENCE 20 NOVEMBER 2012 DE ORGANISATIE VAN DE HRM AFDELING IN WOELIGE TIJDEN Mieke Audenaert 2010-2011 1 HISTORY The HRM department or manager was born

Nadere informatie

Wij beloven je te motiveren en verbinden met andere studenten op de fiets, om zo leuk en veilig te fietsen. Benoit Dubois

Wij beloven je te motiveren en verbinden met andere studenten op de fiets, om zo leuk en veilig te fietsen. Benoit Dubois Wij beloven je te motiveren en verbinden met andere studenten op de fiets, om zo leuk en veilig te fietsen. Benoit Dubois Wat mij gelijk opviel is dat iedereen hier fietst. Ik vind het jammer dat iedereen

Nadere informatie

open standaard hypertext markup language internetprotocol transmission control protocol internet relay chat office open xml

open standaard hypertext markup language internetprotocol transmission control protocol internet relay chat office open xml DOWNLOAD OR READ : OPEN STANDAARD HYPERTEXT MARKUP LANGUAGE INTERNETPROTOCOL TRANSMISSION CONTROL PROTOCOL INTERNET RELAY CHAT OFFICE OPEN XML PDF EBOOK EPUB MOBI Page 1 Page 2 relay chat office open xml

Nadere informatie

University of Groningen. Stormy clouds in seventh heaven Meijer, Judith Linda

University of Groningen. Stormy clouds in seventh heaven Meijer, Judith Linda University of Groningen Stormy clouds in seventh heaven Meijer, Judith Linda IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check

Nadere informatie

Institute for Aerospace Maintenance Maastricht (IAMM) Kennis als wapen in mondiale concurrentie

Institute for Aerospace Maintenance Maastricht (IAMM) Kennis als wapen in mondiale concurrentie Institute for Aerospace Maintenance Maastricht (IAMM) Kennis als wapen in mondiale concurrentie 11 december 2014 Het project EUregio Life Cycle Costing (EULC2) is mede mogelijk gemaakt door bijdragen van

Nadere informatie

AdVISHE: Assessment of the Validation Status of Health- Economic Decision Models

AdVISHE: Assessment of the Validation Status of Health- Economic Decision Models AdVISHE: Assessment of the Validation Status of Health- Economic Decision Models Pepijn Vemer, George van Voorn, Isaac Corro Ramos, Maiwenn Al, Talitha Feenstra Rationale In theorie: Doe alles! Een model

Nadere informatie

SAMPLE 11 = + 11 = + + Exploring Combinations of Ten + + = = + + = + = = + = = 11. Step Up. Step Ahead

SAMPLE 11 = + 11 = + + Exploring Combinations of Ten + + = = + + = + = = + = = 11. Step Up. Step Ahead 7.1 Exploring Combinations of Ten Look at these cubes. 2. Color some of the cubes to make three parts. Then write a matching sentence. 10 What addition sentence matches the picture? How else could you

Nadere informatie

Reading comprehension: The Tropical Rainforest

Reading comprehension: The Tropical Rainforest Auteur Laatst gewijzigd Licentie Webadres Patricia Termeer 05 februari 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/71971 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet.

Nadere informatie

STRAATVERLICHTING IN ASSEN. Levenscyclusanalyse van de Kegel 2000 en de Stela Square 10 LED Kerstholt, René

STRAATVERLICHTING IN ASSEN. Levenscyclusanalyse van de Kegel 2000 en de Stela Square 10 LED Kerstholt, René STRAATVERLICHTING IN ASSEN. Levenscyclusanalyse van de Kegel 2000 en de Stela Square 10 LED Kerstholt, René IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish

Nadere informatie

General info on using shopping carts with Ingenico epayments

General info on using shopping carts with Ingenico epayments Inhoudsopgave 1. Disclaimer 2. What is a PSPID? 3. What is an API user? How is it different from other users? 4. What is an operation code? And should I choose "Authorisation" or "Sale"? 5. What is an

Nadere informatie

HANDLEIDING - ACTIEVE MOTORKRAAN

HANDLEIDING - ACTIEVE MOTORKRAAN M A N U A L HANDLEIDING - ACTIEVE MOTORKRAAN MANUAL - ACTIVE MOTOR VALVE Model E710877 E710878 E710856 E710972 E710973 www.tasseron.nl Inhoud / Content NEDERLANDS Hoofdstuk Pagina NL 1 ALGEMEEN 2 NL 1.1

Nadere informatie

Nationale GI-minor

Nationale GI-minor Nationale GI-minor 2017-2018 I De GI Research Assignment kan gevolgd worden in twee varianten: één van 6 EC in combinatie met twee specialisatievakken; of van 12 EC in combinatie met één specialisatievak.

Nadere informatie

Online Resource 1. Title: Implementing the flipped classroom: An exploration of study behaviour and student performance

Online Resource 1. Title: Implementing the flipped classroom: An exploration of study behaviour and student performance Online Resource 1 Title: Implementing the flipped classroom: An exploration of study behaviour and student performance Journal: Higher Education Authors: Anja J. Boevé, Rob R. Meijer, Roel J. Bosker, Jorien

Nadere informatie

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen

De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen De Relatie tussen Dagelijkse Stress, Negatief Affect en de Invloed van Bewegen The Association between Daily Hassles, Negative Affect and the Influence of Physical Activity Petra van Straaten Eerste begeleider

Nadere informatie