Plastische Chirurgie en Centrum voor Revalidatie De behandeling van een hokkende vinger

Transcriptie

1 Plastische Chirurgie en Centrum voor Revalidatie De behandeling van een hokkende vinger Triggerfinger

2

3 Plastische Chirurgie en Centrum voor Revalidatie Inleiding Wanneer u last heeft van een hokkende vinger, ook wel triggerfinger genoemd, heeft u moeite met het buigen en/of strekken van uw vinger(s). De vinger blijft soms in een gebogen stand staan. De oorzaak van een hokkende vinger is waarschijnlijk overbelasting van de buigpees. Hierdoor zwelt de buigpees of het slijmvlies wat de pees omgeeft, op. De pees glijdt dan niet meer gemakkelijk door het begin van de buigpeesschede. Op een gegeven moment kan de pees zelfs vastlopen, waarbij u de vinger moet helpen met strekken. Het is niet altijd duidelijk waardoor de zwelling wordt veroorzaakt. De aandoening komt veel voor bij patiënten met suikerziekte, Carpaal tunnel syndroom, ziekte van Dupuytren, Reuma en een te traag werkende schildklier. Het is een onschuldige maar lastige aandoening. U heeft op de polikliniek Revalidatiegeneeskunde of Plastische Chirurgie met een arts de behandelmogelijkheden besproken. In deze brochure kunt u de gegeven informatie nalezen. 1

4 De behandeling van een hokkende vinger De behandelmogelijkheden Spalktherapie Als u nog niet zolang last heeft van een hokkende vinger, kan spalktherapie vaak een goed resultaat bieden. De handtherapeut meet dan een kleine spalk aan. Door het dragen van de spalk kunt u de vinger(s) niet goed buigen, waardoor de pees tot rust kan komen. De spalk gebruikt u, afhankelijk van het resultaat, enkele weken tot enige maanden. In deze periode komt u één tot enkele keren voor controle naar de polkliniek. De handtherapeut bespreekt met u hoe u na de spalktherapie uw hand weer kunt gaan gebruiken. Injectie Meestal kan bij een beginnende hokkende vinger, de verdikking tot rust komen door een injectie in de peesschede. De vloeistof die wordt ingespoten is een combinatie van een verdovingsmiddel met een ontstekingsremmer, een zogenaamd corticosteroïdpreparaat. Het resultaat van deze behandeling is niet altijd blijvend, waardoor de klachten kunnen terugkeren. Als de klachten terugkeren stelt de arts meestal een operatie voor. Operatie Als u geen baat heeft bij een spalk of injectie, kunt u met de arts bespreken of een operatie uw klachten kan verhelpen. De operatie gebeurt meestal in een behandelkamer van het Operatief Dagbehandelingcentrum (ODBC). Bij de operatie maakt de plastisch chirurg een kleine (1,5 cm) snee in uw handpalm, om de buigpeeskoker gedeeltelijk open te maken. Hierdoor krijgt de verdikte pees weer ruimte. De wond wordt daarna gehecht. De operatie gebeurt meestal onder plaatselijke verdoving. Tijdens de operatie krijgt u een band om uw bovenarm, die wordt opgepompt. Dit is te vergelijken met een bloeddrukmeting. Door het aanbrengen van de band kan het bloed niet meer door uw arm stromen en kan de chirurg beter zien wat hij doet. Direct na de 2

5 Plastische Chirurgie en Centrum voor Revalidatie operatie verwijdert de arts deze band weer. U krijgt een klein verband en de arts adviseert u de eerste dag uw hand hoog te houden. De operatie duurt ongeveer vijftien minuten. Na de operatie Over het algemeen zult u na de operatie weinig pijn hebben. Wanneer u zich goed voelt mag u naar huis. Als u op de operatiekamer van het ODBC bent geholpen, komt u na de operatie op de uitslaapkamer (recovery) en daarna op de nazorgafdeling. Uw hand is verbonden en ligt op een kussen dat wat hoger ligt dan de rest van uw lichaam, om te voorkomen dat uw hand door stuwing dik wordt. De arts besluit, afhankelijk van hoe u zich voelt, op welk moment u naar huis mag. Twee dagen na de operatie mag u het verband verwijderen, een kleine waterafstotende pleister is dan voldoende. Tot u het verband verwijdert, doucht u met een plastic zak om uw hand. Het verband mag niet nat worden. Met de pleister mag u weer gewoon douchen. Zwemmen is niet verstandig, zwemwater is doorgaans niet schoon genoeg. Complicaties Vlak na de operatie kan uw hand of pols opzwellen, na verloop van tijd neemt dit langzaam weer af. Het kan ook zijn dat er een nabloeding of infectie optreedt, maar dat is zelden het geval. Tijdens de operatie kan de arts één van de kleine huidzenuwen beschadigen, waardoor een klein stukje van de huid gevoelloos wordt. Dit gaat meestal na verloop van tijd weer over. 3

6 De behandeling van een hokkende vinger Oefenen Het is erg belangrijk dat u meteen na de operatie start met oefenen. De oefeningen bestaan uit het zo ver mogelijk buigen en strekken van uw vingers. U doet dit ongeveer vijf keer per uur. U moet er rekening mee houden dat het zeker zes weken duurt voordat stevig vastgrijpen geen last meer geeft. Het littekentje heeft zelfs drie maanden nodig om soepel te worden. Poliklinische controle Een week na de operatie wordt u voor controle verwacht op de polikliniek Plastische Chirurgie. Deze afspraak krijgt u direct na de operatie mee. Tijdens dit bezoek controleert de plastisch chirurg de wond en de functie van de hand. De verpleegkundige verwijdert de hechtingen. Meer informatie en vragen Als u na het lezen van deze informatie vragen heeft, kunt u contact opnemen met een verpleegkundige van de polikliniek Plastische Chirurgie. Zij zijn bereikbaar van maandag tot en met donderdag van 8.30 tot 16 uur en vrijdags van 8.30 tot uur. Het telefoonnummer is (050) , vraagt u om doorverbinding met zoemer Voor vragen over afspraken en planning is de secretaresse van de polikliniek Plastische Chirurgie op werk dagen tussen 9.00 en uur bereikbaar op telefoonnummer (050) Universitair Medisch Centrum Groningen UMCG Centrum voor Revalidatie locatie Groningen Hanzeplein 1, 9713 GZ Groningen Postbus , 9700 RB Groningen Telefoon (050)

7

8 Patiënteninformatie vlc 327/1601