RAP-214. Emissie inventaris 2014

Transcriptie

1 RAP-214 Emissie inventaris

2 RAP Calculatie CO2 Emissies SCOPE 1 EMISSIES OF DIRECTE EMISSIES Scope 1 emissies of directe emissies zijn de emissies door AEG Belgium. Hieronder vallen: - Emissies door het eigen wagenpark - Emissies door gas gebruik Personenvervoer conventionele personenauto (wagenpark AEG) Vestiging Brandstof Aantal liter Conversiefactor (g CO 2 per liter CO 2 -emissie (ton) brandstof) AEG Belgium Diesel ,84 Progress Plus Diesel ,70 Verbruik Gas Verbruik Conversiefactor CO 2 -emissie (ton) Aardgas ,04 CO2 Emissies Scope 1: 539,58 ton 2

3 1.2. SCOPE 2 EMISSIES OF INDIRECTE EMISSIES RAP-214 Scope 2 emissies of indirecte emissies zijn de emissies die ontstaan door de opwekking van elektriciteit die AEG Belgium gebruikt. Ook zakelijke reizen met het openbaar vervoer en per vliegtuig worden tot scope 2 gerekend. Verbruik elektriciteit AEG Belgium heeft een contract met electrabel voor de levering van groene stroom uit alpiene waterkrachtcentrales. Progress Plus is gevestigd in een gemeenschappelijk pand met gezamelijke energierekening. Daarboven loopt de huidige jaarafrekening door verandering van leverancier slechts over 8 maanden. Wij gaan daarom uit van een schatting van het energieverbruik gebaseerd op het voorgaande jaar. Vestiging Energiebron Verbruik Conversiefactor (g CO 2 per kwh) CO 2 -emissie (ton) AEG Belgium Groene Stroom ,62 Progress Plus Grijze Stroom (schatting) 455 6,24 Totaal 10,86 Warmte Vestiging Energiebron Verbruik (GJ) Conversiefactor Progress Plus Warmtelevering STEG (g CO 2 per GJ) CO 2 -emissie (ton) 68, ,78 Zakelijke reizen per vliegtuig Totaal CO2 Emissies: 15,12 ton Zakelijke reizen met het openbaar vervoer Totaal CO2 Emissies: 1,04 CO2 EMISSIES SCOPE 2: 27,80 ton 3

4 RAP Vergelijking van de CO2 uitstoot tijdens 2014 t.o.v. het referentiejaar 2012 voor scope 1 en scope 2 emissies 2.1. CO2 uitstoot op basis van het werkelijk energieverbruik (Ton) 2013 (Ton) 2014 (Ton) Evolutie 2014 tov 2013 Evolutie 2014 tov 2012 Wagenpark 538,70 508,42 499,54-1,75% -7,27% Gas 43,44 60,76 40,04-34,10% -7,83% Elektriciteit 174,98 120,57 10,86-90,99% -93,79% Vliegtuigreizen 21,88 12,25 15,12 +23,43% -30,90% Openbaar vervoer 1,62 2,02 1,04 +48,51% -35,80% Warmte (STEG) 0,41 0,68 0,78 +14,71% +90,24% Totaal 781,03 704,70 567,38-19,48% -27,35% 4

5 RAP CO2 uitstoot op basis van het energieverbruik (voor Elektriciteit, Gas en Wagenpark) Het energieverbruik is steeds onderhevig aan invloeden zoals het klimaat, het zakencijfer en het aantal FTE s. Het is daarom mogelijk dat er energiebesparend wordt gewerkt terwijl er toch een stijging van het energieverbruik merkbaar is. Om het energieverbruik objectiever te kunnen vergelijken met het referentiejaar 2012 en na te gaan of er sprake is van een zuinige omgang met energie, maken we gebruik van een gecorrigeerd verbruik. Dit doen we voor het verbruik van Elektriciteit, Gas en het Wagenpark van AEG Belgium. De berekeningswijze van het gecorrigeerd energieverbruik vindt u terug in bijlage 1. De tabel hieronder geeft het gecorrigeerd energieverbruik weer van AEG Belgium en Progress Plus (Ton) 2013 (Ton) 2014 (Ton) Evolutie 2014 tov 2013 Evolutie 2014 tov 2012 Wagenpark 538,70 515,94 499,54-3,18% -7,27% Gas 44,11 56,60 51,76-8,55% +17,34% Elektriciteit 175,83 121,85 11,56-90,51% -93,43% Vliegtuigreizen 21,88 12,25 15,12 +23,43% -30,90% Openbaar vervoer 1,62 2,02 1,04-48,51% -35,80% Warmte (STEG) 0,41 0,68 0,78 +14,71% +90,24% Totaal 782,55 709,34 579,80-18,26% -25,90% 2.3. Vaststellingen Wanneer we de invloeden van klimaat, zakencijfer en FTE s uitschakelen, dan stellen we vast dat AEG een vermindering in de CO2 uitstoot heeft gerealiseerd van 25,90% ten opzichte van het referentiejaar Het wagenpark is de belangrijkste emissiebronnen met een aandeel van 86% van de totale CO2 uitstoot. Er werd een daling van de CO2 uitstoot gerealiseerd van 7,27% t.o.v. 2012, en 3,18% t.o.v

6 RAP-214 Door de omschakeling naar groene stroom in oktober 2013, heeft de daling van de CO2 uitstoot voor het elektriciteitsverbruik zich sterk doorgezet in We stellen een daling vast 93% t.o.v. de CO2 uitstoot van De CO2 uitstoot gelinkt aan de vliegtuigreizen is lager dan tijdens het referentiejaar 2012, maar is gestegen t.o.v Dit is echter sterk gebonden aan projecten en het plaatsvinden van (vaak tweejaarlijkse) beurzen. Verwacht wordt dat dit cijfer in de toekomst nog sterk zal fluctueren. De CO2 uitstoot voor gebruik van het openbaar vervoer is gedaald. Het aantal metroritten binnen Brussel is echter sterk gestegen, en we hopen dat deze trend zich voor de komende jaren zal doorzetten. Conclusie: De CO2 reductiedoelstelling die AEG zich stelde voor het jaar 2014 werd ruimschoots gehaald. Voornamelijk door de overstap naar groene energie werd tevens de lange termijn doelstelling die AEG zich had gesteld voor 2020, namelijk het behalen van een CO2 reductie van 20% t.o.v reeds gehaald. AEG zal daarom deze doelstelling herbekijken binnen het CO2 beleidsplan en ambitieuzer herformuleren. 3. Stand van zaken reductiemaatregelen 3.1. Overzicht reductiemaatregelen 2014 Scope 1 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Stimuleren energiezuinig rijden Planning cursus ecologisch rijden Uitgevoerd 21 november CO2 team Aankoop energiezuinige wagens Inventaris opstellen van de type wagens met hun gemiddelde CO2 uitstoot/km Najaar 2014 uitgevoerd Josette Lalement Aankopen van wagens met lagere CO2 uitstoot Doorlopend Directie Scope 2 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Aandacht voor energieverbruik bij uitvoering projecten Opstellen rapport bij aanvang en afsluiten projecten Doorlopend Projectleiders 6

7 RAP-214 Scope 3 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Papierverbruik beperken Standaard PC instellingen aanpassen: 2-zijdig printen en in zwart-wit Doorlopend (bij configuratie nieuwe computers) IT departement Recyclage papier en PMD Stimuleren milieuvriendelijk pendelverkeer Aankoop extra vuilbakken en deponeren in containers organiseren Februari 2014 Uitgevoerd Aanleg fietsenstalling Februari 2014 Uitgevoerd Aanbieden van gratis Doorlopend metro en treinabonnement CO2 team Directie Directie 3.2. Toelichting Reductiemaatregelen 2013 Resultaten Stimuleren energiezuinig rijden AEG heeft een cursus energiezuinig van de VAB georganiseerd voor 6 personen van AEG. Tijdens het voorjaar van 2015 zal worden nagegaan of deze cursus een invloed heeft op het verbruik van deze chauffeurs. Indien een daling van het verbruik merkbaar is, zal worden overwogen om deze cursus opnieuw te organiseren voor andere chauffeurs. Aankoop energiezuinige wagens Het CO2 team houdt een inventaris bij van alle bedrijfswagens met hun CO2 (g/km) uitstoot. Hiermee willen we nagaan of AEG effectief een milieubewust aankoopbeleid voert. We gaan na of de gemiddelde CO2 uitstoot van de nieuwe wagens, effectief lager ligt dan de gemiddelde CO2 uitstoot van de wagens die het wagenpark verlaten: Uitgaande wagens Gemiddelde CO2 (g/km) Binnenkomende wagens Gemiddelde CO2 (g/km) Uit bovenstaande gegevens kunnen we afleiden dat in 2014 de gemiddelde CO2 uitstoot van de aangekochte wagens lager ligt dan van de wagens die het wagenpark verlaten. Bovendien ligt de gemiddelde CO2 uitstoot van de nieuwe wagens in 2014 iets lager dan deze van de wagens die in 2012 en 2013 in gebruik werden genomen. Sensibilisering van het personeel voor een zuinige omgang met energie Op verscheidene plaatsen in het bedrijf werden affiches omhoog gehangen die als doel hebben het personeel te sensibiliseren voor een zuinige omgang met energie. Op deze affiches staan tips om onnodig energieverbruik te vermijden, zoals het uitschakelen van de lichten, het uitschakelen van de PC, 7

8 Recyclage papier en PMD Er werd een contract gesloten voor gescheiden ophaling van PMD. RAP-214 Het papier gebruikt in de werkplaats en het atelier werd reeds gedeponeerd voor recyclage. Er wordt gestart met de gescheiden ophaling van papier in de burelen vanaf 1/2/2014. Stimuleren milieuvriendelijk pendelverkeer AEG heeft in december 2013 een fietsenstalling geïnstalleerd op parking van haar bedrijfsterrein, om het pendelen met de fiets aantrekkelijker te maken. In 2014 stelden we een stijgend aantal fietsers en bromfietsers vast Planning Reductiemaatregelen 2014 Scope 1 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Stimuleren energiezuinig rijden Cursus Voorjaar 2015 Directie Energiezuinig rijden: evaluatie Aankoop energiezuinige wagens Inventaris opstellen van de type wagens met hun gemiddelde CO2 uitstoot/km voor het jaar 2015 Eind 2015 Josette Lalement Stimuleren gebruik openbaar vervoer Aankopen van wagens met lagere CO2 uitstoot Doorlopend Directie Interne nota per mail Voorjaar 2015 CO2 team Scope 2 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Aandacht voor energieverbruik bij uitvoering projecten Opstellen CO2 rapport aan begin en einde van Doorlopend Projectleiders Beperken vliegtuigreizen voor korte reisafstanden project Interne nota per mail Voorjaar 2015 CO2 team Scope 3 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Printen van papier beperken Interne nota per mail Voorjaar 2015 Directie Standaard PC instellingen aanpassen: 2-zijdig printen en in zwart-wit Doorlopend (bij configuratie nieuwe computers) IT departement 8

9 4. Communicatie m.b.t. het CO2 beleid RAP Interne communicatie - Via een interne nota per mail op 10 juni 2014 werd het jaarrapport 2013 met de resultaten van een jaar CO2 beleid kenbaar gemaakt. - Via een interne nota per mail op 26 september 2014 werd het personeel op de hoogte gesteld van het initiatief voor het organiseren van een cursus eco-rijden. - Alle beleidsdocumenten en rapporten werden beschikbaar gesteld op de interne communicatiemodule START Externe Communicatie Het CO2 beleidsplan van AEG Belgium alsook het CO2- jaarrapport 2014 werd kenbaar gemaakt via de website. 5. Participatie Actieve betrokkenheid bij de werkgroep «Ticket to Kyoto» AEG Belgium was de voorbije vier jaar actief bij de werkgroep «Ticket to Kyoto» opgericht door de openbaar vervoer maatschappijen van Brussel, Rotterdam, Bielefeld, Manchester en Parijs (zie Deze werkgroep was werkzaam van 2010 tot 2014 en ontwikkelde ideeën om CO2 reducties tot stand te brengen in het openbaar vervoer In het kader van dit project heeft AEG nauw samengewerkt met MIVB voor het ontwikkelen van een installatie voor remenergierecuperatie voor de rijtuigen in de metro. Op basis van een lastenboek uitgegeven door MIVB heeft AEG de opdracht gekregen voor het leveren en installeren van een prototype installatie. Deze installatie is nu geïnstalleerd en in dienst in het metrostation Laubespin van de MIVB. AEG heeft meer dan 40 k EUR geïnvesteerd in R&D in het kader van dit project (buiten de prijs van de installatie zelf). Deelname aan seminaries AEG Belgium neemt regelmatig deel aan seminaries waar CO2 reducties aan bod komen. Bij voorbeeld de Rail Power Europe conference die in juni 2012 (2 dagen) in Berlijn plaats vond met als hoofdthema Reducing the Carbon Footprint in Public Transport. Wij hebben eveneens deelgenomen aan het Energy Efficiency Event georganiseerd door WDP op 23 april 2014, waarbij verscheidene mogelijkheden werden belicht om het energieverbruik voortkomend uit de bedrijfsactiviteiten te verminderen. 9

10 Deelname in sectorgebonden verenigingen AEG is lid van verschillende werkgeversverenigingen: - AGORIA (federatie van de technologische industrie) - BECI (Brussels Enterprises Commerce and Industry) - VOKA (Vlaams Netwerk van Ondernemingen) - UWE (Union Wallone des Entreprises) RAP-214 Binnen deze organisaties worden er regelmatig symposia en werkgroepen georganiseerd die milieuproblematieken als thema hebben. AEG Belgium neemt regelmatig deel aan dergelijke samenkomsten en speelt er een actieve rol (op directieniveau bij Agoria en BECI). Als voorbeeld, zie symposium Brussels Metropolitan From Bottleneck to Gateway of Europe dat op 19 september 2013 plaatsvond (zie Samenwerking met andere bedrijven in THV s AEG Belgium hecht veel belang aan CO2 beperkende maatregelen in het kader van de uitvoering van projecten. In veel projecten werkt AEG samen met andere bedrijven in THV s (tijdelijke handelsverenigingen). In deze THV s wordt voortaan bij aanvang en afsluiting van deze projecten een balans gemaakt van maatregelen die gepland/genomen werden om de carbon footprint tijdens de uitvoering van deze projecten te beperken. Dit is bv het geval voor de lopende projecten ivm tractiestations bij De Lijn Antwerpen (samenwerking met Fabricom-Cofely-GDFSuez). Zie projecten Mobiele Tractiecontainers en Tractiestations Antwerpen. AEG neemt er de leiding om deze projecten op een milieubewuste manier af te handelen conform haar verbintenis ivm de CO2 prestatieladder. 10

11 BIJLAGE 1 RAP-214 BEREKENING VAN HET GECORRIGEERD ENERGIEVERBRUIK VAN AEG BELGIUM Het energieverbruik is steeds onderhevig aan invloeden zoals het klimaat, het zakencijfer en het aantal FTE s. Het is daarom mogelijk dat er energiebesparend wordt gewerkt terwijl er toch een stijging van het energieverbruik merkbaar is. Om het energieverbruik objectiever te kunnen vergelijken met het referentiejaar 2012 en na te gaan of er sprake is van een zuinige omgang met energie, maken we gebruik van een gecorrigeerd verbruik. Dit doen we voor het verbruik van Elektriciteit, Gas en het Wagenpark. Aangezien het verbruik van Progress Plus een geschat verbruik is en bovendien minimaal ten opzichte van het verbruik van AEg Belgium, corrigeren we enkel het verbruik van AEG Belgium. Elektriciteit De verbruiksposten voor elektriciteit zijn die het meest onderhevig zijn aan variaties, zijn de verwarming en koeling van het gebouw (afhankelijk van de buitentemperatuur), en de productie-eenheid (afhankelijk van het productiecijfer). Andere posten zijn o.m. de verlichting, computers, keukenapparaten, etc. We gaan ervanuit dat het elektriciteitsverbruik hiervan relatief stabiel blijft van jaar tot jaar. Wij wensen dus de invloed van klimaatschommelingen en productieomzet uit te schakelen. Omdat er echter geen gescheiden opname is van het elektriciteitsverbruik moeten we uitgaan van een schatting van het relatieve aandeel van iedere post. We gaan uit van een elektriciteitsverbruik voor verwarming op 40%, en het verbruik in de productie-eenheid op 10% van het totale elektriciteitsverbruik. Verwarming Het elektriciteitsverbruik voor verwarming is onderhevig aan klimaatschommelingen. Om de invloed van de buitentemperatuur te neutraliseren, wordt gebruik gemaakt van graaddagen. Het verbruik wordt zo herleid tot wat het zou geweest zijn bij gemiddelde buitentemperaturen. We schatten het verbruik voor verwarming op 40% van het totale energieverbruik. De berekening van de correctie bij graaddagen van het elektriciteitsverbruik voor verwarming kan u terugvinden in bijlage 2. Onderstaande tabel geeft de resultaten weer: 2012 Grijze stroom 2014 Groene stroom Totaal verbruik elektriciteit Geschat verbruik verwarming verbruik Graaddagen Conversiefactor gecorrigeerd (ton) , ,39 11

12 Productie werkplaats RAP-214 Voor de correctie van het elektriciteitsverbruik in de werkplaats gebruiken we het jaar 2012 als referentiejaar. We gaan na wat het verbruik in 2013 zou zijn geweest bij een omzet gelijk aan dat van We schatten het verbruik in de werkplaats op 10% van het totale energieverbruik. Voor 2012 is dit 10% van het totale energieverbruik zonder het verbruik van de burn-in machine, vermeerderd met het verbruik van de burn-in machine. De burn-in machine werd in 2014 niet gebruikt Grijze stroom 2014 Groene stroom Evolutie 2014 tov 2012 Omzet werkplaats (kostprijs x gewerkte uren) ( ) Verbruik verbruik gecorrigeerd (ton) , ,62-38,87% -70,69% -60,72% -98,71% elektriciteitsverbruik AEG 2012 Werkelijk verbruik verbruik Grijze stroom verwarming ,18 Grijze stroom werkplaats ,17 Grijze stroom andere ,93 Totaal , Werkelijk verbruik verbruik Conversiefactor Conversiefactor Conversiefactor Groene stroom verwarming ,39 Groene stroom werkplaats ,62 Groene stroom andere ,31 Totaal ,32 12

13 RAP-214 Gasverbruik Gas wordt verbruikt voor verwarming van de werkplaats. We corrigeren het gasverbruik met de graaddagen. Werkelijk verbruik Verbruik Graaddagen Conversiefactor e (ton) , ,76 Wagenpark De globale CO2 uitstoot van het wagenpark is afhankelijk van het totaal aantal wagens. We kijken daarom niet alleen naar de totale CO2 uitstoot, maar ook naar de gemiddelde CO2- uitstoot per bestuurder in vergelijking met het referentiejaar We gaan zo na wat de CO2- uitstoot zou zijn geweest in 2014 wanneer het aantal wagens hetzelfde zou zijn geweest als in Aantal Wagens CO2 uitstoot e ,00 (ton) ,72 511, ,84 494,84 13

14 BIJLAGE 2: RAP-214 BEREKENING VAN HET GRAADDAGEN GECORRIGEERD ELEKTRICITEITSVERBRUIK VOOR VERWARMING Het elektriciteitsverbruik voor verwarming wordt geschat op 40% van het totale elektriciteitsverbruik: Periode Elektriciteitsverbruik 40% grijze stroom groene stroom groene stroom De correctie bij graaddagen wordt als volgt berekend: verbruik = (referentie graaddagen / actuele graaddagen) x werkelijk verbruik. Voor de berekening van de graaddagen wordt uitgegaan van het verschil tussen 16,5 C en de gemiddelde dagtemperatuur gemeten door het KMI te Ukkel. Elke verschil van 1 graad wordt gelijkgesteld met 1 graaddag. De gegevens over graaddagen voor België vinden we op deze site terug : Periode Aantal graaddagen Referentie De berekening van het gecorrigeerd energieverbruik voor verwarming levert aldus volgende resultaten op: verbruik 2012 (grijze stroom) = (2.363 / 2.327) x kWh = kwh verbruik 2014 (groene stroom) = (2.363 / 1.828) x = kwh verbruik 2012 (gas) = (2.363 / 2.327) x kwh = kwh verbruik 2014 (gas) = (2.363 / 1.828) x kwh = kwh Verbruik verbruik Conversiefactor 2012 Grijze stroom verwarming , Groene stroom verwarming , Gas , Gas ,76 14