RAP-222 JAARRAPPORT 2016

Transcriptie

1 JAARRAPPORT

2 1. Calculatie CO2 Emissies SCOPE 1 EMISSIES OF DIRECTE EMISSIES Scope 1 emissies of directe emissies zijn de emissies door AEG TranzCom. Hieronder vallen: - Emissies door het eigen wagenpark - Emissies door gas gebruik Wagenpark AEG Brandstof via tankkaart AEG Brandstof Aantal liter Conversiefactor (g CO 2 per liter brandstof) CO 2-emissie Diesel , ,34 Brandstof via onkostennota Brandstof Aantal liter Conversiefactor (g CO 2 per liter brandstof) CO 2-emissie Diesel 1466, ,69 Verbruik Gas Verbruik Conversiefactor CO 2-emissie Aardgas ,13 CO2 Emissies Scope 1: 517,16 ton 2

3 1.2. SCOPE 2 EMISSIES OF INDIRECTE EMISSIES RAP-222 Scope 2 emissies of indirecte emissies zijn de emissies die ontstaan door de opwekking van elektriciteit die AEG TranzCom gebruikt. Ook zakelijke reizen met het openbaar vervoer en per vliegtuig worden tot scope 2 gerekend. Verbruik elektriciteit AEG TranzCom heeft een contract voor de levering van elektriciteit uit Franse waterkrachtcentrales. Het SKAO handboek 3.0 kent echter aan uit het buitenland geïmporteerde GVO s van groene stroom de factor van grijze stroom toe, omdat deze import van GVO s geen bijdrage levert aan de vergroening van de elektriciteitsproductie in Europa. Energiebron Verbruik Conversiefactor Buitenlandse groene Stroom (g CO 2 per kwh) CO 2-emissie ,72 Zakelijke kms met privé wagens Brandstof Aantal kms Conversiefactor (g CO 2 per liter brandstof) CO 2-emissie Onbekend , ,6 Zakelijke reizen per vliegtuig Totaal CO2 Emissies: 16,13 ton Zakelijke reizen met het openbaar vervoer Totaal CO2 Emissies: 0,50 ton CO2 EMISSIES SCOPE 2: 178,95 ton 3

4 2. Vergelijking van de CO2 uitstoot tijdens 2016 t.o.v. het referentiejaar 2012 voor scope 1 en scope 2 emissies 2.1. CO2 uitstoot op basis van het werkelijk energieverbruik 900 CO2 emissies Wagenpark Gas Elektriciteit Vliegtuigreizen Openbaar vervoer Totaal (Ton) 2015 (Ton) 2016 (Ton) Evolutie 2016 tov 2015 Evolutie 2016 tov 2012 Wagenpark 544,62 476,37 466,03-2,17% -14,43% Gas 43,44 45,58 51,13 12,18% 17,70% Zakelijke kms privéwagens 11,40 3,92 4,6 17,35% -59,65% Elektriciteit 197,03 164,38 157,72-4,05% -19,95% Vliegtuigreizen 22,51 29,94 16,13-46,13% -28,34% Openbaar vervoer 0,85 0,57 0,50-12,28% -41,18% Totaal 819,85 720,76 696,11-3,42% -15,09% 4

5 2.2. CO2 uitstoot op basis van het Gecorrigeerd energieverbruik (voor Elektriciteit, Gas en Wagenpark) Het energieverbruik is steeds onderhevig aan invloeden zoals het klimaat, het zakencijfer en het aantal FTE s. Het is daarom mogelijk dat er energiebesparend wordt gewerkt terwijl er toch een stijging van het energieverbruik merkbaar is. Om het energieverbruik objectiever te kunnen vergelijken met het referentiejaar 2012 en na te gaan of er sprake is van een zuinige omgang met energie, maken we gebruik van een gecorrigeerd verbruik. Dit doen we voor het verbruik van Elektriciteit, Gas en het Wagenpark van AEG TranzCom. De berekeningswijze van het gecorrigeerd energieverbruik vindt u terug in bijlage 1. De tabel hieronder geeft het gecorrigeerd energieverbruik weer van AEG TranzCom. Evolutie Evolutie tov tov Gecorrigeerd Gecorrigeerd Gecorrigeerd 2012 (Ton) (Ton) (Ton) Wagenpark 544,62 483,48 434,11-10,21% -20,29% Gas 44,11 51,00 51,85 +1,67% +17,55% Zakelijke kms privéwagens 11,40 3,92 4,6 +17,35% -59,65% Elektriciteit 198,00 176,96 163,66-7,52% -17,34% Vliegtuigreizen 22,51 29,94 16,13-46,13% -28,34% Openbaar vervoer 0,85 0,57 0,50-12,28% -41,18% Totaal 821,49 745,87 670,85-10,06% -18,34% 2.3. Vaststellingen Wanneer we de invloeden van klimaat, zakencijfer en FTE s uitschakelen, dan stellen we vast dat AEG een vermindering in de CO2 uitstoot heeft gerealiseerd van 18,34% ten opzichte van het referentiejaar

6 Het wagenpark blijft de belangrijkste emissiebronnen met een aandeel van 65% van de totale CO2 uitstoot. Er werd een daling van de CO2 uitstoot gerealiseerd van 20,29% t.o.v. 2012, en 10,21% t.o.v Voor het elektriciteitsverbruik stellen we een daling vast van 17,34% t.o.v. 2012, en 7,52% t.o.v in de CO2-uitstoot als gevolg van een verlaagde elektriciteitsconsumptie. Het aantal vliegtuigreizen is sterk gebonden aan projecten en het plaatsvinden van (vaak tweejaarlijkse) beurzen. Sinds 2012 is er een sterke fluctuatie in het aantal vliegtuigreizen, en verwacht wordt dat dit zo zal blijven in de toekomst. Het aandeel CO2 uitstoot voor gebruik van het openbaar vervoer is lichtjes gedaald. Het gebruik van het metrovervoer in Brussel is gestegen: 169 ritten in 2016 tov 99 ritten in Conclusie: AEG behaalt een CO2 reductie van 10,06% tov 2015, en 18,34% tov het referentiejaar Hiermee werd de reductiedoelstelling van 2,5% per jaar behaald. De grootste winst situeert zich in de gedaalde co2 uitstoot van het wagenpark door de aankoop van zuinigere wagens. 3. Stand van zaken reductiemaatregelen 3.1. Overzicht reductiemaatregelen 2016 Scope 1 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Stimuleren energiezuinig rijden Evaluatie cursus Najaar 2015 CO2 team ecorijden Aankoop energiezuinige wagens Inventaris opstellen van de type wagens met hun gemiddelde CO2 uitstoot/km. Najaar 2015 Lucy Dewandeleer Aankopen van wagens met lagere CO2 uitstoot Jaarlijks Directie Scope 2 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Sensibilisering energieverbruik Posters Doorlopend Co2 team Aankoop energiezuinige PC en laptops Doorlopend IT verantwoordelijke Scope 3 emissies 6

7 Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Papierverbruik beperken Standaard PC Doorlopend (bij IT departement instellingen aanpassen: configuratie 2-zijdig printen en in nieuwe zwart-wit computers) Recyclage papier en PMD Ophaling door Doorlopend CO2 team Stimuleren milieuvriendelijk pendelverkeer onderhoudspersoneel Aanbieden van gratis metro en treinabonnement Doorlopend Directie 3.2. Toelichting Reductiemaatregelen 2016 Resultaten Stimuleren energiezuinig rijden AEG heeft in november 2014 een cursus energiezuinig rijden van de VAB georganiseerd voor 6 personen van AEG. Doordat er kort na de cursus is overgeschakeld op winterbanden, is er geen vermindering in het verbruik merkbaar in de maanden na de cursus. Er werd beslist om in het voorjaar van 2017 opnieuw een dergelijke cursus te organiseren. Aankoop energiezuinige wagens Het CO2 team houdt een inventaris bij van alle bedrijfswagens met hun CO2 (g/km) uitstoot. Hiermee willen we nagaan of AEG effectief een milieubewust aankoopbeleid voert. We gaan na of de gemiddelde CO2 uitstoot van de nieuwe wagens, effectief lager ligt dan de gemiddelde CO2 uitstoot van de wagens die het wagenpark verlaten: Uitgaande wagens Gemiddelde CO2 (g/km) Binnenkomende wagens Gemiddelde CO2 (g/km) Uit bovenstaande gegevens kunnen we afleiden dat in 2016 de gemiddelde CO2 uitstoot van de aangekochte wagens in theorie lager ligt dan van de wagens die het wagenpark verlaten. Bovendien ligt de gemiddelde CO2 uitstoot van de nieuwe wagens in 2016 iets lager dan deze van de wagens die de voorgaande jaren in gebruik werden genomen. Sensibilisering van het personeel voor een zuinige omgang met energie Op verscheidene plaatsen in het bedrijf werden affiches omhoog gehangen die als doel hebben het personeel te sensibiliseren voor een zuinige omgang met energie. Op deze affiches staan tips om onnodig energieverbruik te vermijden, zoals het uitschakelen van de lichten, het uitschakelen van de PC, Recyclage papier en PMD Er werd een contract gesloten voor gescheiden ophaling van PMD. 7

8 Het papier gebruikt in de werkplaats en het atelier werd reeds gedeponeerd voor recyclage. Er werd gestart met de gescheiden ophaling van papier in de burelen vanaf 1/2/2014. Stimuleren milieuvriendelijk pendelverkeer AEG heeft in december 2013 een fietsenstalling geïnstalleerd op parking van haar bedrijfsterrein, om het pendelen met de fiets aantrekkelijker te maken. Ook in 2016 stelden we een stijgend aantal fietsers en bromfietsers vast Planning Reductiemaatregelen 2017 Scope 1 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Stimuleren energiezuinig rijden Cursus Voorjaar 2017 Directie Energiezuinig rijden Aankoop energiezuinige wagens Inventaris opstellen van de type wagens met hun gemiddelde CO2 uitstoot/km voor het jaar 2016 Eind 2017 Lucy Dewandeleer Aankopen van wagens met lagere CO2 uitstoot Doorlopend Directie Stimuleren gebruik openbaar vervoer Stimuleren van vervoersmiddelen met lage CO2 footprint Aankoop gezamenlijke MIVB metrokaart Aankoop elektrische fietsen Voorjaar 2017 Voorjaar 2017 CO2 team Scope 2 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Overstap naar binnenlandse groene stroom vanaf Marktonderzoek Zomer 2017 CO2 team Scope 3 emissies Maatregel Actie Planning Verantwoordelijke Printen van papier beperken Standaard PC instellingen aanpassen: 2-zijdig printen en in zwart-wit Doorlopend (bij configuratie nieuwe computers) IT departement 8

9 3.4. Positionering van AEG op de maatregelenlijst van SKAO voor Mobiliteit Wij gaan na hoe AEG Belgium zich positioneert op de Maatregelenlijst van SKAO voor wat betreft mobiliteit (=85% van de Co2 uitstoot van AEG). Hieronder kan u zien dat het mobliteitsbeleid van AEG grotendeels standaard is. Het aankoopbeleid t.a.v. nieuwe wagens is vooruitstrevend, met een gemiddelde CO2 uitstoot van 100g/km voor de nieuwe wagens. Maatregel Standaard Vooruitstrevend Ambitieus Beleid t.a.v. aanschaf/lease nieuwe personenauto's Gemiddelde CO2 uitstoot van het wagenpark personenauto's (opgave fabrikant) tussen gr/km. Gemiddelde CO2 uitstoot van het wagenpark personenauto's (opgave fabrikant) tussen gr/km. Gemiddelde CO2 uitstoot van het wagenpark personenauto (opgave fabrikant) is minder dan 95 gr/km. Stimuleren zuinig rijden: Monitoring Stimuleren zuinig rijden: Het Nieuwe Rijden Terugdringen autogebruik Controle juiste bandenspanning leaseauto's Stimuleren elektrisch rijden Monitoring brandstofgebruik en jaarlijkse terugkoppeling naar bestuurders. Toolbox zuinig rijden ter beschikking stellen aan alle bestuurders. Jaarlijkse controle bandenspanning bij 25% tot 50% van de leaseauto's. Monitoring brandstofgebruik en 3 maandelijkse terugkoppeling naar bestuurders. Elke chauffeur van een busje heeft (online of praktijk) cursus Het Nieuwe Rijden gevolgd. Invoering van een persoonlijk mobiliteitsbudget voor al het personeel met een leaseauto gericht op het terugdringen van het aantal leaseauto's en/of het beperken van het aantal autokilometers. Jaarlijkse controle bandenspanning bij meer dan 50% van de leaseauto's. Bedrijf beschikt over tenminste één laadpunt bij Minstens 90% van de chauffeurs (auto & busje) heeft (online of praktijk) cursus het Nieuwe Rijden gevolgd en krijgt elke 5 jaar opfriscursus. Invoering van een persoonlijk mobiliteitsbudget voor al het personeel gericht op het terugdringen van het aantal autokilometers Jaarlijkse controle bandenspanning bij meer dan 75% van de lease auto's en de eigen auto's van het personeel. Indien het bedrijf meerdere kantoren heeft 9

10 één kantoor. RAP-222 beschikt het bedrijf over tenminste één laadpunt bij elk (vast) kantoor. 4. Communicatie m.b.t. het CO2 beleid 4.1. Interne communicatie - Het jaarrapport met de resultaten van het CO2 beleid in 2015 werd kenbaar gemaakt via interne nota per mail op 17/10/ Op 17/10/2016 werd ook via interne nota per mail het halfjaarlijks evaluatierapport met de resultaten van het eerste semester 2016 beleid kenbaar gemaakt. - Alle beleidsdocumenten en rapporten werden beschikbaar gesteld op de interne communicatiemodule START Externe Communicatie Het CO2 beleidsplan van AEG Belgium alsook het CO2- jaarrapport 2015 werd kenbaar gemaakt via de website. 5. Participatie Actieve betrokkenheid bij de werkgroep «Ticket to Kyoto» AEG Belgium was de voorbije vier jaar actief bij de werkgroep «Ticket to Kyoto» opgericht door de openbaar vervoer maatschappijen van Brussel, Rotterdam, Bielefeld, Manchester en Parijs (zie Deze werkgroep was werkzaam van 2010 tot 2014 en ontwikkelde ideeën om CO2 reducties tot stand te brengen in het openbaar vervoer In het kader van dit project heeft AEG nauw samengewerkt met MIVB voor het ontwikkelen van een installatie voor remenergierecuperatie voor de rijtuigen in de metro. Op basis van een lastenboek uitgegeven door MIVB heeft AEG de opdracht gekregen voor het leveren en installeren van een prototype installatie. Deze installatie is nu geïnstalleerd en in dienst in het metrostation Laubespin van de MIVB. AEG heeft meer dan 40 k EUR geïnvesteerd in R&D in het kader van dit project (buiten de prijs van de installatie zelf). 10

11 Deelname in sectorgebonden verenigingen AEG is lid van verschillende werkgeversverenigingen: - AGORIA (federatie van de technologische industrie) - BECI (Brussels Enterprises Commerce and Industry) - VOKA (Vlaams Netwerk van Ondernemingen) - UWE (Union Wallone des Entreprises) Binnen deze organisaties worden er regelmatig symposia en werkgroepen georganiseerd die milieuproblematieken als thema hebben. AEG Belgium neemt regelmatig deel aan dergelijke samenkomsten en speelt er een actieve rol (op directieniveau bij Agoria en BECI). Samenwerking met andere bedrijven in THV s AEG Belgium hecht veel belang aan CO2 beperkende maatregelen in het kader van de uitvoering van projecten. In veel projecten werkt AEG samen met andere bedrijven in THV s (tijdelijke handelsverenigingen). In deze THV s wordt voortaan bij aanvang en afsluiting van deze projecten een balans gemaakt van maatregelen die gepland/genomen werden om de carbon footprint tijdens de uitvoering van deze projecten te beperken. Dit is bv het geval voor de lopende projecten ivm tractiestations bij De Lijn Antwerpen (samenwerking met Fabricom-Cofely-GDFSuez). Zie projecten Mobiele Tractiecontainers en Tractiestations Antwerpen. AEG neemt er de leiding om deze projecten op een milieubewuste manier af te handelen conform haar verbintenis ivm de CO2 prestatieladder. 11

12 BIJLAGE 1 RAP-222 BEREKENING VAN HET GECORRIGEERD ENERGIEVERBRUIK VAN AEG TranzCom Het energieverbruik is steeds onderhevig aan invloeden zoals het klimaat, het zakencijfer en het aantal FTE s. Het is daarom mogelijk dat er energiebesparend wordt gewerkt terwijl er toch een stijging van het energieverbruik merkbaar is. Om het energieverbruik objectiever te kunnen vergelijken met het referentiejaar 2012 en na te gaan of er sprake is van een zuinige omgang met energie, maken we gebruik van een gecorrigeerd verbruik. Dit doen we voor het verbruik van Elektriciteit, Gas en het Wagenpark. Elektriciteit De verbruiksposten voor elektriciteit zijn die het meest onderhevig zijn aan variaties, zijn de verwarming en koeling van het gebouw (afhankelijk van de buitentemperatuur), en de productie-eenheid (afhankelijk van het productiecijfer). Andere posten zijn o.m. de verlichting, computers, keukenapparaten, etc. We gaan ervanuit dat het elektriciteitsverbruik hiervan relatief stabiel blijft van jaar tot jaar. Wij wensen dus de invloed van klimaatschommelingen en productieomzet uit te schakelen. Omdat er echter geen gescheiden opname is van het elektriciteitsverbruik moeten we uitgaan van een schatting van het relatieve aandeel van iedere post. We gaan uit van een elektriciteitsverbruik voor verwarming op 40%, en het verbruik in de productie-eenheid op 10% van het totale elektriciteitsverbruik. Verwarming Het elektriciteitsverbruik voor verwarming is onderhevig aan klimaatschommelingen. Om de invloed van de buitentemperatuur te neutraliseren, wordt gebruik gemaakt van graaddagen. Het verbruik wordt zo herleid tot wat het zou geweest zijn bij gemiddelde buitentemperaturen. We schatten het verbruik voor verwarming op 40% van het totale energieverbruik. De berekening van de correctie bij graaddagen van het elektriciteitsverbruik voor verwarming kan u terugvinden in bijlage 2. Onderstaande tabel geeft de resultaten weer: 2012 Grijze stroom 2015 Buitenlandse Groene stroom 2016 Buitenlandse Groene stroom Totaal verbruik elektriciteit Geschat verbruik verwarming Gecorrigeerd verbruik Graaddagen Conversiefactor gecorrigeerd , , ,98 12

13 Productie werkplaats RAP-222 Voor de correctie van het elektriciteitsverbruik in de werkplaats gebruiken we het jaar 2012 als referentiejaar. We gaan na wat het verbruik in 2016 zou zijn geweest bij een omzet gelijk aan dat van We schatten het verbruik in de werkplaats op 10% van het totale energieverbruik. Voor 2012 is dit 10% van het totale energieverbruik zonder het verbruik van de burn-in machine, vermeerderd met het verbruik van de burn-in machine. De burn-in machine werd sinds 2014 niet meer in gebruik genomen Grijze stroom 2015 Buitenlandse Groene stroom 2016 Buitenlandse Groene stroom Evolutie 2016 tov 2012 Omzet werkplaats (kostprijs x gewerkte uren) ( ) Verbruik Gecorrigeerd verbruik gecorrigeerd , , ,82-24 % -72 % -63 % -57 % Gecorrigeerd elektriciteitsverbruik AEG 2012 Werkelijk verbruik Gecorrigeerd verbruik Grijze stroom verwarming ,79 Grijze stroom werkplaats ,68 Grijze stroom andere ,53 Totaal , Werkelijk verbruik Buitenlandse Groene stroom verwarming Buitenlandse Groene stroom werkplaats Gecorrigeerd verbruik Conversiefactor Conversiefactor Conversiefactor , ,48 Groene stroom andere ,92 Totaal ,96 13

14 2016 Werkelijk verbruik Buitenlandse Groene stroom verwarming Buitenlandse Groene stroom werkplaats Gecorrigeerd verbruik , ,82 Groene stroom andere ,86 Totaal ,66 Gasverbruik Gas wordt verbruikt voor verwarming van de werkplaats. We corrigeren het gasverbruik met de graaddagen. Werkelijk verbruik Gecorrigeerd Verbruik RAP-222 Conversiefactor Graaddagen Conversiefactor Gecorrigeerde , , , ,85 Wagenpark De globale CO2 uitstoot van het wagenpark is afhankelijk van het totaal aantal wagens. We kijken daarom niet alleen naar de totale CO2 uitstoot, maar ook naar de gemiddelde CO2- uitstoot per bestuurder in vergelijking met het referentiejaar We gaan zo na wat de CO2- uitstoot zou zijn geweest in 2014 wanneer het aantal wagens hetzelfde zou zijn geweest als in Aantal Wagens CO2 uitstoot Gecorrigeerde ,62 (inclusief liters via onkostennota ,76 (exclusief liters via onkostennota ,10 (exclusief liters via onkostennota ,37 (inclusief liters via onkostennota) ,03 (inclusief liters via onkostennota) 505,19 505,10 483,48 434,11 14

15 BIJLAGE 2: RAP-222 BEREKENING VAN HET GRAADDAGEN GECORRIGEERD ELEKTRICITEITSVERBRUIK VOOR VERWARMING Het elektriciteitsverbruik voor verwarming wordt geschat op 40% van het totale elektriciteitsverbruik: Periode Elektriciteitsverbruik 40% grijze stroom Buitenlandse groene stroom Buitenlandse groene stroom Buitenlandse groene stroom Buitenlandse groene stroom De correctie bij graaddagen wordt als volgt berekend: Gecorrigeerd verbruik = (referentie graaddagen / actuele graaddagen) x werkelijk verbruik. Voor de berekening van de graaddagen wordt uitgegaan van het verschil tussen 16,5 C en de gemiddelde dagtemperatuur gemeten door het KMI te Ukkel. Elke verschil van 1 graad wordt gelijkgesteld met 1 graaddag. De gegevens over graaddagen voor België vinden we op deze site terug : Periode Aantal graaddagen Referentie De berekening van het gecorrigeerd energieverbruik voor verwarming levert aldus volgende resultaten op: Gecorrigeerd verbruik 2012 (grijze stroom) = (2.363 / 2.327) x kWh = kwh Gecorrigeerd verbruik 2015 (groene stroom) = (2.363 / 2112) x = kwh Gecorrigeerd verbruik 2016 (groene stroom) = (2.363 / 2330) x = kwh Gecorrigeerd verbruik 2012 (gas) = (2.363 / 2.327) x kwh = kwh Gecorrigeerd verbruik 2015 (gas) = (2.363 / 2.112) x kwh = kwh Gecorrigeerd verbruik 2016 (gas) = (2.363 / 2.330) x kwh = kwh 15