Vierde openbare verslag ex artikel 73a Faillissementswet in het faillissement van ZONWERING ROTTERDAM B.V.

Transcriptie

1 Het papieren verslag is identiek aan het digitale verslag. Vierde openbare verslag ex artikel 73a Faillissementswet in het faillissement van ZONWERING ROTTERDAM B.V. inzake : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Zonwering Rotterdam B.V., statutair gevestigd te Rotterdam en kantoorhoudende te (3031 ED) Rotterdam aan de Goudsesingel nr. 43 faillissementsnummer : F 10/14/1078 datum faillissement : 30 december 2014 rechter-commissaris : Mr. A.M. van Kalmthout curator : Mr. S.A. Hattink Borsboom & Hamm Advocaten Postbus AG ROTTERDAM tel.: ; fax: eigen aangifte/op verzoek : eigen aangifte datum verslag : 5 november 2015 verslagperiode : 30 juli 2015 t/m 4 november 2015 Bijlagen bij het papieren verslag : - Opmerking : ingevolge de richtlijnen van Rechtbank Rotterdam zijn de wijzigingen ten opzichte van het vorige openbare verslag cursief weergegeven

2 FORMELE GEGEVENS VAN DE VENNOOTSCHAP 1.1 De failliete vennootschap, Zonwering Rotterdam B.V. ("Zonwering Rotterdam"), tevens handelend onder de naam "Ambiance Zonwering Rotterdam", is op 31 december 2013 opgericht en voor het eerst ingeschreven in het Handelsregister op 9 januari De onderneming bestaat echter al langer, namelijk sedert 1 juni De onderneming werd in de periode 31 december 2012 t/m 31 december 2013 onder de naam "Ambiance Zonwering Rotterdam B.V. i.o." gedreven door één van de oprichters tevens bestuurder van de vennootschap, de heer R.L. Oostheim, en is - ter volstorting van de door hem genomen aandelen - in de vennootschap ingebracht. Ambiance Zonwering Rotterdam B.V. i.o. is op haar beurt de opvolger van de door de heer Oostheim onder de naam "Ambiance Zonwering Rotterdam" gedreven eenmanszaak, geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer Zonwering Rotterdam is statutair gevestigd te Rotterdam, en houdt aldaar kantoor aan de Goudsesingel nr Het geplaatste en gestorte kapitaal bedraagt EUR 100, Zonwering Rotterdam houdt zich voornamelijk bezig met de verkoop en installatie van buiten- en binnenzonweringen. Zij bedient zowel de zakelijke als de particuliere markt. In het Handelsregister zijn de volgende bedrijfsactiviteiten geregistreerd: "SBI-code: Winkels gespecialiseerd in overige huishoudelijke artikelen (rest) SBI-code: Groothandel in woningtextiel en vloerbedekking SBI-code: Winkels in artikelen voor woninginrichting algemeen assortiment SBI-code: Groothandel in overige consumentenartikelen (rest, non-food) SBI-code: Winkels in vloerbedekking en gordijnen" 1.5 De bestuurder van Zonwering Rotterdam is de heer R.L. Oostheim voornoemd, wonende te Sneek. Zonwering Rotterdam heeft twee aandeelhouders. 96 aandelen worden gehouden door de heer Oostheim; de heer A. van Zetten, wonende te Rotterdam, houdt 4 aandelen in het aandelenkapitaal van Zonwering Rotterdam. 1.6 Op de faillissementsdatum had Zonwering Rotterdam 5 personen in dienst, waaronder de bestuurder van de vennootschap.

3 - 3 - De curator heeft de werknemers bij brief d.d. 30 december met machtiging van de rechter-commissaris - ontslag aangezegd. Het UWV heeft het ontslag en de loonaanspraken van de werknemers in behandeling. Het salaris was tot en met de maand november 2014 betaald. 1.7 Zonwering Rotterdam beschikt over bankrekeningen bij ABN AMRO Bank N.V. en ING Bank N.V. De rekening bij ABN AMRO Bank N.V. vertoonde op de datum van het faillissement een debetsaldo van ruim EUR ,00. Daarnaast is bij ABN AMRO Bank N.V. sprake van twee garantierekeningen voor een bedrag van circa EUR ,00. Aan ABN AMRO Bank N.V. zijn geen zakelijke zekerheden verstrekt. De bestuurder is hoofdelijk aansprakelijk voor de vorderingen uit de garantierekeningen. De rekening bij ING Bank N.V. vertoonde kort na de faillissementsdatum een creditsaldo van EUR 5.463,40. Aan ING Bank N.V. zijn evenmin zekerheden verstrekt. 2. ACHTERGRONDEN / OORZAKEN FAILLISSEMENT 2.1 Zonwering Rotterdam is op eigen aangifte in staat van faillissement verklaard. Daartoe zijn op 19 december 2014 de daarvoor bestemde stukken bij Rechtbank Rotterdam ingediend. De faillissementssituatie is als volgt toegelicht: "Mede door tegenvallende omzetten en gezondheidsproblemen van personeel, waaronder die van de directie, zijn er tekorten ontstaan. De directie heeft geconstateerd dat het niet langer verantwoord is door te gaan en ziet geen andere mogelijkheid dan de bedrijfsactiviteiten te staken en het faillissement aan te vragen van de vennootschap." 2.2 Deze toelichting stemt niet overeen met de naderhand door de bestuurder vermelde redenen om het faillissement van Zonwering Rotterdam aan te vragen. Hij heeft aangegeven dat de onderneming al maanden, zo niet jaren slecht liep, het ene gat werd met het andere opgevuld. Omdat de achterstand bij de belastingdienst alleen maar groter werd en betalingsafspraken met de belastingdienst niet werden nagekomen, heeft de belastingdienst herhaaldelijk op een faillissementsaangifte aangedrongen. Onder die druk is het faillissement uiteindelijk daadwerkelijk aangevraagd. 2.3 Bij de aangifte is opgave gedaan van een bedrag van circa EUR ,00 aan schulden. Zie de bijlage bij het eerste verslag. De vordering van de Belastingdienst bedraagt volgens die opgave ruim EUR ,00.

4 ACTIVA Faillissementsdatum 3.1 Aangetroffen activa op de faillissementsdatum: a. roerende zaken; b. vorderingen; c. liquide middelen; d. onderhanden werk; e. goodwill. Ad a De roerende zaken, bestaande uit: voorraden, inventaris en twee voertuigen, zijn in opdracht van de curator getaxeerd door een taxateur, verbonden aan FDR & Associés B.V. Hij kwam tot de volgende taxatiewaarden: Liquidatiewaarde Onderhandse verkoopwaarde bij gelijkblijvende locatie en gebruik Inventaris EUR 3.250,00 EUR 5.075,00 Voorraad EUR 4.250,00 EUR 7.425,00 Voertuigen (incl. BTW) EUR 3.750,00 EUR 7.000,00 Totaal EUR ,00 EUR ,00 De liquidatiewaarde dient volgens de taxateur met een bedrag van EUR 2.750,00 te worden verminderd vanwege op- en ontruimingskosten. Ad b Op de faillissementsdatum bedroegen de openstaande vorderingen circa EUR ,00. De debiteurenportefeuille is (sterk) verouderd. Een totaalbedrag van EUR 3.256,45 werd op de faillissementsdatum op de rekening bij ABN AMRO Bank N.V. betaald. Het voornoemde bedrag is op de faillissementsrekening overgemaakt.

5 - 5 - De curator heeft het debiteurenincasso ter hand genomen. Tot op heden is voor een totaalbedrag van EUR ,68 aan vorderingen ontvangen. Met één van de debiteuren is - met goedkeuring van de rechter-commissaris - een minnelijke regeling en betalingsregeling getroffen. De desbetreffende debiteur heeft het schikkingsbedrag (EUR 5.000,00) inmiddels volledig betaald. De resterende vorderingen worden betwist of zijn om andere redenen oninbaar. Het incasso is gestaakt. Ad c Het kassaldo bedroeg op de faillissementsdatum EUR 606,25. Voornoemd bedrag is op de faillissementsrekening overgemaakt. Het creditsaldo op de bij ING Bank N.V. aangehouden rekening ad EUR 5.463,40 (vgl. onder sub 1.7) is eveneens op de faillissementsrekening overgemaakt. Het is de curator gebleken dat het creditsaldo op de faillissementsdatum op de bij ING Bank N.V. aangehouden bankrekening aanzienlijk hoger was. Op die dag zijn echter voor een bedrag van EUR ,40 ten laste van het creditsaldo betalingen uitgevoerd. De curator heeft ING Bank N.V. - met een beroep op artikel 23 Fw en de jurisprudentie (HR 28 april 2006, JOR 2006/223 (Huijzer q.q./rabobank), herhaald in HR 23 maart 2012 JOR 2012/236) - op ongedaanmaking c.q. afdracht van het voornoemde bedrag aangesproken. ING Bank N.V. heeft aan dat verzoek voldaan. Het voornoemde bedrag is vervolgens op de faillissementsrekening overgemaakt. Ad d Het onderhandenwerk beliep op de faillissementsdatum een (bruto) bedrag van circa EUR ,00 excl. BTW. Met machtiging van de rechter-commissaris is een deel van het onderhandenwerk na faillissementsdatum voltooid. De daartegenover staande facturen belopen een totaalbedrag van circa EUR 6.800,00 incl. BTW. De curator heeft een totaalbedrag van EUR 6.883,86 incl. BTW geïncasseerd. Er staan geen vorderingen meer open. Ad d t/m e Zie verder onder activatransactie.

6 - 6 - Na de faillissementsdatum/boedelperiode 3.2 Uit het onderzoek van de financiële administratie is een rekeningcourantvordering op de bestuurder van EUR ,43 naar voren gekomen. De curator heeft de bestuurder tot betaling aangesproken. Zie hierna onder sub Van een leverancier is in de tweede verslagperiode een bonus van EUR 402,93 ontvangen voor in 2014 gerealiseerde omzet. 3.4 Op de rekening bij ABN AMRO Bank N.V. zijn bedragen tot een totaalbedrag van EUR 930,05 overgemaakt, waarvan de herkomst (vooralsnog) onduidelijk was. Voornoemd bedrag is op de faillissementsrekening overgemaakt. Het grootste deel van dat bedrag, EUR 855,05, bleek voor de - hierna te duiden - vennootschap De Gier Outdoor B.V. bestemd te zijn, en is aan die vennootschap afgedragen. 3.5 Als vergoeding voor de bemoeiingen van de curator in verband met het corrigeren van onverschuldigde betalingen zijn boedelbijdragen tot een totaalbedrag van EUR 221,00 incl. BTW betaald. 4. ACTIVATRANSACTIE / DOORSTART 4.1 Kort na de faillissementsdatum is de curator door een aantal geïnteresseerde partijen in een doorstart van Zonwering Rotterdam benaderd. Met een van hen heeft de curator overeenstemming bereikt over de aankoop van de activa en de activiteiten van Zonwering Rotterdam c.q. over de daarop uitgebrachte bieding, te weten met de vennootschap De Gier Outdoor B.V. te Rotterdam. 4.2 Het voorstel is vervolgens voorgelegd aan de rechter-commissaris, die daarop haar akkoord heeft gegeven. 4.3 De belangrijkste elementen uit de met De Gier Outdoor B.V. gesloten activaovereenkomst zijn de volgende: a. voor de goodwill, het (resterende) OHW en de roerende zaken betaalt De Gier Outdoor B.V. een koopsom van EUR ,00; b. aan twee van de werknemers wordt een arbeidsovereenkomst aangeboden;

7 - 7 - c. de activiteiten zullen worden voortgezet op de huidige bedrijfslocatie, en wel m.i.v. 19 januari De koopsom is betaald, en op de faillissementsrekening bijgeschreven. 5. PASSIVA 5.1 De passiva zijn per heden als volgt verdeeld zie ook de bij het tweede verslag gevoegde crediteurenoverzichten: - boedelschulden UWV EUR ,02 - preferente schulden fiscus EUR ,00 - preferente schuld fiscus ex art. 29 lid 2 OB EUR 7.758,00 - preferente schulden UWV EUR ,90 - overige preferente schulden PM - concurrente schulden EUR , Er worden (vooralsnog) geen schulden betwist. 5.3 Een deel van de schuldvorderingen zal dateren uit de periode dat de onderneming als B.V. i.o. of nog als eenmanszaak werd gedreven. Zonwering Rotterdam heeft weliswaar bij haar oprichting alle verplichtingen uit de onderneming overgenomen, maar dat heeft niet tot gevolg dat de B.V. i.o. c.q. de eenmanszaak (althans de heer Oostheim) jegens de desbetreffende schuldeisers is gekweten. 5.4 In de onderhavige, vierde verslagperiode is de boedelschuld van ClaimsAgent B.V. ad EUR 175,45 incl. BTW betaald. 6. BOEKHOUDING / JAARSTUKKEN 6.1 De boekhouding van Zonwering Rotterdam werd gevoerd door een van de werknemers, tevens minderheidsaandeelhouder. Ten tijde van de verslaglegging was het jaar 2014 nog niet afgerond, en de boekhouding is daarom wat later aan de curator ter beschikking gesteld. Wel is kort na de faillissementsdatum in opdracht van de curator een kopie van de data, alsook van de server, gemaakt.

8 - 8 - In de tweede verslagperiode is de - bijgewerkte - financiële administratie ontvangen, en aansluitend onderzocht. Uit dit onderzoek is naar voren gekomen dat niet is voldaan aan de boekhoudplicht van artikel 2:10 BW. Omdat geen voorraadadministratie is bijgehouden, een projectadminstratie ontbreekt en de debiteurenadministratie een vertekend beeld geeft van de werkelijke situatie, geeft de financiële administratie geen inzicht in de vermogenspositie van Zonwering Rotterdam. Er zijn meer opmerkelijke zaken aan het licht gekomen. Zie hierna sub 10.3 en Over het jaar 2013 zijn op 1 december 2014 jaarstukken gedeponeerd. Dat is opmerkelijk; het eerste boekjaar van Zonwering Rotterdam eindigt eerst op 31 december De jaarstukken vermelden de volgende cijfers: jaar eigen vermogen netto-omzet resultaat balanstotaal / / Over 2014 is een verlies van circa EUR ,00 geleden. 7. DUUROVEREENKOMSTEN Het bestaan van duurovereenkomsten wordt geïnventariseerd. Deze zullen niet gestand worden gedaan. 8. LOPENDE PROCEDURES Tegen Zonwering Rotterdam liep een aantal incassoprocedures. Vanwege het faillissement zijn deze geschorst. 9. PAULIANEUZE TRANSACTIES 9.1 Het is de curator gebleken dat Zonwering Rotterdam na de aangifte van het faillissement en vóór de faillissementsdatum betalingen van EUR 4.032,25 en EUR 2.235,00 heeft verricht, die als paulianeus in de zin van artikel 47 Fw kunnen worden aangemerkt. De curator heeft de desbetreffende schuldeisers tot afdracht aan de boedel aangesproken.

9 - 9 - De schuldeiser betreffende de betaling van EUR 2.235,00 heeft dit bedrag, na herhaalde aanmaningen, aan de boedel terugbetaald. Met de schuldeiser betreffende de betaling van EUR 4.032,25 is een betalingsregeling van EUR 500,00 per maand afgesproken. Een eerste betaling is ontvangen. Omdat de betalingsregeling niet (meer) werd nagekomen, is - met machtiging van de rechter-commissaris - een procedure opgestart. De dagvaarding is uitgebracht tegen 28 mei De procedure loopt bij de Sector Kanton van de rechtbank te Rotterdam, en is bekend onder zaaknummer Op de rolzitting van 23 september 2015 is de conclusie van antwoord in het geding gebracht. De procedure staat op de rol van 18 november 2015 voor conclusie van repliek. Na dagvaarding zijn nog twee termijnen van EUR 500,00 aan de boedel betaald. 9.2 Naar het bestaan van (overige) paulianeuze transacties is nader onderzoek verricht. Het is (vooralsnog) niet gebleken dat zich paulianeuze transacties hebben voorgedaan. 10. BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID 10.1 Zonwering Rotterdam is binnen een jaar na oprichting in staat van faillissement verklaard. Ingevolge artikel 2:203 BW is de oprichter van een rechtspersoon hoofdelijk aansprakelijk jegens individuele schuldeisers voor schulden ontstaan gedurende de periode van oprichting, indien hij wist of redelijkerwijs kon weten dat de vennootschap haar verplichtingen niet zou nakomen. Wanneer de vennootschap binnen een jaar na oprichting failleert, dan wordt vermoed dat de oprichter wist dat de vennootschap haar verplichtingen niet zou nakomen en zal de oprichter moeten aantonen dat dit niet het geval is geweest Zie het gestelde onder sub 6.1. De curator meent dat niet is voldaan aan de boekhoudplicht van artikel 2:10 BW. Om die reden heeft de bestuurder zijn taak kennelijk onbehoorlijk vervuld, en wordt de onbehoorlijke taakvervulling vermoed een belangrijke oorzaak van het faillissement te zijn (artikel 2:248 lid 2 BW). De curator heeft de bestuurder bij brief van 26 februari 2015 aansprakelijk gesteld voor het volledige tekort in het faillissement uit hoofde van artikel 2:248 BW.

10 Uit het onderzoek van de financiële administratie is ook naar voren gekomen dat aan de inbreng van de eenmanszaak in Zonwering Rotterdam gebreken kleven. Zo is een zeer aanzienlijk vordering op de bestuurder ten tijde van de inbreng de facto in de financiële administratie 'weggeboekt.' 10.4 Uit het onderzoek van de financiële administratie is verder nog gebleken dat aan de bestuurder in het zicht van het faillissement van Zonwering Rotterdam betalingen zijn verricht die als selectief kunnen worden aangemerkt. Dit betreft een bedrag van EUR , De curator heeft de bestuurder op de sub 3.2 en de hierboven genoemde feiten en omstandigheden aangesproken. Daar is een schikkingsvoorstel van EUR ,00 uit voortgekomen, dat de curator - met goedkeuring van de rechter-commissaris - heeft geaccepteerd. Omdat de bestuurder geen enkel verhaal biedt, en meer schuldeisers heeft, werd het voorgestelde bedrag van EUR ,00 toereikend geacht. De bestuurder heeft aangegeven het geld bij een familielid te moeten lenen. Betaling heeft inmiddels plaatsgevonden. 11. GARANTSTELLINGSREGELING Niet van toepassing. 12. VOORUITZICHTEN VOOR CREDITEUREN De concurrente crediteuren zullen geen uitkering ontvangen. 12. BOEDELACTIEF 12.1 Het boedelactief bedraagt EUR , Het saldo van de faillissementsrekening bedraagt EUR ,33. Er zijn al faillissementskosten betaald, waaronder het salaris van de curator (uren t/m 29 april 2015.)

11 NOG TE VERRICHTEN WERKZAAMHEDEN/PLAN AANPAK / VERRICHTE WERKZAAMHEDEN 13.1 Nog te verrichten werkzaamheden/plan van aanpak: - afronden procedure. Vgl. sub 9.1; - daarna: afwikkeling. Het is niet bekend hoe lang de procedure genoemd onder sub 9.1 nog zal duren In deze verslagperiode zijn 4 uren en 55 minuten door de curator en (een) medewerk(st)er(s) van de curator aan dit faillissement besteed. In totaal zijn 172 uren en 5 minuten besteed Aan dit faillissement zullen nog circa 6-10 uren moeten worden besteed. Aan dit globale verslag kunnen geen rechten worden ontleend. Rotterdam, 5 november 2015 Mr. S.A. Hattink, curator