Zesde openbare verslag ex artikel 73a van de Faillissementswet in het faillissement van MAASDAM TRANSPORT B.V.

Transcriptie

1 Het papieren verslag is identiek aan het digitale verslag. Zesde openbare verslag ex artikel 73a van de Faillissementswet in het faillissement van MAASDAM TRANSPORT B.V. inzake : de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Maasdam Transport B.V., statutair gevestigd te Capelle aan den IJssel en kantoorhoudende te (2904 VM) Capelle aan den IJssel aan de Lofoten nr. 9 insolventienummer : C/10/13/931 F datum faillissement : 10 september 2013 rechter-commissaris : Mr. A.M. van Kalmthout curator : Mr. A.R.J. Borsboom Borsboom & Hamm Advocaten Postbus AG ROTTERDAM tel.: fax: eigen aangifte/op verzoek : eigen aangifte datum verslag : 31 maart 2015 verslagperiode : 30 september 2014 tot en met 30 maart 2015 Mededeling : ingevolge de richtlijnen van de Rechtbank Rotterdam zijn de ontwikkelingen ten opzichte van het vorige openbare verslag d.d. 30 september 2014 cursief weergegeven.

2 FORMELE GEGEVENS VAN DE VENNOOTSCHAP 1.1 De failliete vennootschap, Maasdam Transport B.V., is opgericht op 3 september 1998 en voor het eerst ingeschreven in het handelsregister op 7 september Maasdam Transport B.V. is statutair gevestigd te Capelle aan den IJssel en is feitelijk gevestigd aan de Lofoten 9 te (2904 VM) Capelle aan den IJssel. 1.2 Maasdam Transport B.V. hield zich bezig met de uitoefening van een transportbedrijf. De bedrijfsactiviteiten zoals geregistreerd in het handelsregister luiden: "Goederenvervoer over de weg (geen verhuizingen). Uitoefening van een transportbedrijf." De bedrijfsactiviteiten waren op faillissementsdatum reeds gestaakt. 1.3 De enig aandeelhouder van Maasdam Transport B.V. is sinds 8 juli 2010 de heer H. Maasdam. Voor 8 juli 2010 was de heer J. Maasdam tevens aandeelhouder van Maasdam Transport B.V. 1.4 De heer H. Maasdam en de heer J. Maasdam staan ingeschreven als bestuurders van Maasdam Transport B.V. Volgens mededeling van de heer H. Maasdam was de heer J. Maasdam sedert juli 2010 niet langer betrokken bij Maasdam Transport B.V. 1.5 Het geplaatst en gestort kapitaal bedraagt EUR ,00. Het is de curator niet bekend of de aandelen daadwerkelijk zijn volgestort. Aangezien sedert de oprichtingsdatum meer dan vijf jaren zijn verstreken, is volstorting - indien dit niet is geschied - niet meer afdwingbaar. 1.6 Toen het faillissement werd uitgesproken, stond de heer H. Maasdam - naar eigen zeggen - op de loonlijst van Maasdam Transport B.V. De heer J. Maasdam stond eveneens nog als bestuurder ingeschreven. De curator heeft de heren Maasdam - voor zover er sprake was van een arbeidsovereenkomst - kort na faillissementsdatum met machtiging van de rechtercommissaris ontslag aangezegd. Het UWV is over het ontslag en de loonaanspraken geïnformeerd. 1.7 Maasdam Transport B.V. hield een bankrekening aan bij ING Bank N.V. Er was een kredietfaciliteit van EUR ,00. Volgens opgave van de bestuurders werd het gehele krediet gebruikt.

3 ACHTERGRONDEN / OORZAKEN FAILLISSEMENT 2.1 Maasdam Transport B.V. heeft het eigen vermogen, de (netto)omzet, het resultaat (na belastingen) en het balanstotaal als volgt zien ontwikkelen (bron: jaarstukken 2011 en 2012): jaar eigen vermogen netto-omzet resultaat balanstotaal / / / Op 26 augustus 2013 is het aandeelhoudersbesluit tot het doen van faillissementsaangifte genomen, waarna op 4 september 2013 het faillissement is aangevraagd. Bij de aangifte is opgave gedaan van een bedrag van circa EUR ,00 aan schulden. 2.3 Het bestuur heeft het faillissement bij de eigen aangifte tot faillietverklaring als volgt toegelicht: "Al enkele jaren gaat het niet goed met de hoeveelheid werk die wordt binnengehaald door/voor de onderneming. Structureel te weinig werk in combinatie met en zieke werknemer waarvoor geen ziekengeldverzekering was afgesloten, waren de basis voor de liquiditeitsproblemen. Maasdam Transport huurde/leasede vijf vrachtwagen waar de maandelijkse betalingen wel van door liepen. Inmiddels is er van de vijf werknemers in 2009 nog maar één over, de DGA. Ook zijn alle vrachtwagens weg, tot voor kort op één na. Hierop reed normaal gesproken de directeur (DGA). Helaas is de DGA sinds november 2012 ernstig ziek, waardoor er helemaal geen inkomsten meer zijn. Immers, er kon door hem niet worden gereden op de vrachtwagen. Deze laatste vrachtwagen is nu ook verkocht, waardoor er geen uitzicht meer is op inkomsten. Al deze factoren hebben bijgedragen tot de betalingsproblemen zoals die er nu zijn." Dit correspondeert met de naderhand door het bestuur gegeven toelichting. De curator heeft de achtergronden van het faillissement onderzocht. Uit de administratie blijkt dat de omzet de laatste jaren aanzienlijk is teruggelopen, dat het personeelsbestand is teruggelopen en dat de vrachtauto's door de jaren heen zijn verkocht. De curator komt

4 - 4 - wel tot de conclusie dat het bestuur (te) lang heeft gewacht met het doen van eigen aangifte tot faillietverklaring. 3. ACTIVATRANSACTIES Niet van toepassing. 4. ACTIVA 4.1 De bestuurder heeft bij de eigen aangifte opgave gedaan van een personenauto die op naam van Maasdam Transport B.V. staat geregistreerd. Deze personenauto zou echter zijn geleased. De curator onderzoekt dit. Onderzoek heeft uitgewezen dat de auto in eigendom toebehoort aan de failliete vennootschap. Het betreft een Mazda 2 uit 2007 met het kenteken 70-XG-VJ. ING Bank N.V. heeft een pandrecht op deze personenauto. De pandhouder heeft de curator verzocht de verkoop van de auto ter hand te nemen. Er is een boedelbijdrage overeengekomen van 50% met een minimumbedrag van EUR 1.000,00. De personenauto is - met toestemming van de rechter-commissaris - verkocht voor een bedrag van EUR 3.512,00 (exclusief BTW). Hierdoor is er een bedrag van EUR 1.756,00 op de derdengeldenrekening van de curator ontvangen. Hierop zijn de kosten voor het aanvragen van een vervangend kentekenbewijs ad EUR 31,50 in mindering gebracht. 4.2 De inventaris van Maasdam Transport B.V. bestond een zeven jaar oude computer (inclusief beeldscherm en toetsenbord) en een printer. Deze inventaris is - met toestemming van de rechter-commissaris - verkocht voor een bedrag van EUR 100,00 (exclusief BTW). Dit bedrag is door de curator ontvangen. De inventaris is (stil) verpand aan ING Bank N.V. Voor de kantoorinventaris geldt echter dat het bodemvoorrecht van de fiscus ex artikel 21 Invorderingswet 1990 boven

5 - 5 - het pandrecht prevaleert. De voorrangspositie van de belastingdienst wordt op de voet van artikel 57 lid 3 Fw ten behoeve van de failliete boedel uitgeoefend. 4.3 De rekening-courantschuld op één van de bestuurders bedraagt ruim EUR ,00. Deze vordering valt onder het pandrecht van ING Bank N.V. De curator is in onderhandeling met ING Bank N.V. over de incasso van deze vordering. Het is de vraag in hoeverre de bestuurder verhaal biedt voor deze vordering. De curator heeft de heer Maasdam verzocht de rekening-courantschuld te voldoen. De heer Maasdam heeft kenbaar gemaakt geen liquiditeit te hebben om deze vordering te voldoen. In verband met het pandrecht van ING Bank N.V. zal de curator (vooralsnog) geen incassomaatregelen treffen. ING Bank N.V. heeft de heer Maasdam inmiddels ook aangesproken tot betaling. De heer Maasdam heeft ook jegens ING Bank N.V. verklaard niet in staat te zijn enig bedrag te betalen. 4.4 De curator is verder niet bekend met enige activa. 5. PASSIVA 5.1 Bij de faillissementsaangifte is opgave gedaan van een bedrag van circa EUR ,00 aan schulden. Ongeveer EUR ,-- heeft betrekking op concurrente crediteuren, een bedrag van circa EUR ,00 op fiscale schulden en een bedrag van EUR ,-- bestaat uit de schuld aan de bank. 5.2 De tot op de verslagdatum ingediende schuldvorderingen zijn als volgt te verdeeld: - boedelvorderingen: PM - preferente vordering fiscus: EUR ,00 - preferente schuldvordering UWV: PM - overige preferente schuldvorderingen: PM - concurrente schuldvorderingen (exclusief bankschuld): EUR ,45 - schuld aan ING Bank N.V.: EUR ,20 ING Bank N.V. beschikt over een pandrecht op de bedrijfsuitrusting, de voorraden, de tegoeden en de vorderingen die tot de onderneming behoren.

6 BOEKHOUDING / JAARSTUKKEN 6.1 De curator heeft de financiële administratie in ontvangst genomen. Een onderzoek van de financiële administratie moet nog plaatsvinden. Het onderzoek naar de administratie heeft plaatsgevonden. Gebleken is dat de administratie niet geheel was bijgewerkt en de crediteurenadministratie ontbreekt. Ook zou een aanzienlijk deel van de betalingen aan derden zijn verricht vanaf de privébankrekening van de heer H. Maasdam. Dit blijkt echter niet duidelijk uit de administratie van Maasdam Transport B.V. Dit betekent dat de administratie geen direct inzicht geeft in de debiteuren-, crediteuren- en vermogenspositie van de vennootschappen. De curator is van mening dat niet is voldaan aan de boekhoudplicht ex artikel 2:10 BW. 6.2 De jaarstukken 2011 en 2012 zijn aan de curator overhandigd. De jaarstukken 2010 zijn op 20 februari 2012 openbaar gemaakt en de jaarstukken 2011 zijn op 7 mei De jaarstukken 2010 en 2011 zijn derhalve buiten de termijn van artikel 2:394 BW openbaar gemaakt. De jaarstukken 2012 zijn (nog) niet bij de Kamer van Koophandel gedeponeerd. 7. DUUROVEREENKOMSTEN Het is de curator niet gebleken dat sprake is van lopende duurovereenkomsten. Indien die er nog zijn, zullen ze niet gestand worden gedaan. 8. LOPENDE PROCEDURES Niet van toepassing. 9. PAULIANEUZE TRANSACTIES 9.1 Het onderzoek naar de paulianeuze transacties is nog niet afgerond. Wel is reeds gebleken dat in de periode voor faillissementsdatum veel betalingen zijn verricht aan de heer H. Maasdam. Mede hierdoor is de omvangrijke rekening-courantschuld ontstaan op de heer H. Maasdam (vgl. sub 4.3 van dit verslag).

7 Uit de administratie van Maasdam Transport is gebleken dat de situatie eind 2012 al erg slecht was. De schuldenlast was (te) hoog, terwijl de inkomsten al sterk waren teruggelopen. De heer H. Maasdam had op dat moment ook te kampen met ziekte, waardoor de inkomsten nog verder zijn gedaald. Het bestuur wist - of behoorde te weten - dat MT in ernstige betalingsproblemen had en dat een faillissement te verwachten was. 9.3 In 2013 een bedrag van EUR ,08 betaald aan de heer H. Maasdam. De curator heeft zich op het standpunt gesteld dat deze betalingen paulianeus zijn in de zin van artikel 42 van de Faillissementswet. De heer H. Maasdam heeft dit betwist. Nadere informatie van de heer H. Maasdam heeft uitgewezen dat een aanzienlijk deel van de gewraakte betalingen niet paulianeus is. Omtrent een bedrag van circa EUR ,00 bestaat nog discussie. Wel is vast komen te staan dat de heer H. Maasdam geen of nauwelijks verhaal biedt. 9.4 De curator is in gesprek met de heer H. Maasdam om te komen tot een oplossing. Vgl. sub 10.4 van dit verslag. 10. BESTUURDERSAANSPRAKELIJKHEID 10.1 Het onderzoek naar de bestuurdersaansprakelijkheid is nog niet afgerond. Wel is vastgesteld dat de rekening-courantvordering op de bestuurder in de maanden voor faillissementsdatum aanzienlijk is opgelopen, terwijl deze vordering nu onverhaalbaar blijkt. Vgl. sub 4.3 en sub 9 van dit verslag. De curator zal dit verder uitzoeken en een toelichting vragen. De curator doet tevens onderzoek naar de verhaalsmogelijkheden van het bestuur. De curator heeft een opgave van de Belastingdienst ontvangen. Uit deze informatie is gebleken dat beide bestuurders (nagenoeg) geen verhaal bieden Zie het gestelde onder sub 6.1 en 6.2. Er is niet voldaan aan boekhoudplicht en de verplichting tot het tijdig openbaar maken van de jaarstukken over 2010 en Om die reden heeft de bestuur zijn taak kennelijk onbehoorlijk vervuld, en wordt de onbehoorlijke taakvervulling vermoed een belangrijke oorzaak van het faillissement te zijn (artikel 2:248 lid 2 BW).

8 De curator heeft het bestuur aansprakelijk gesteld voor het faillissementstekort van circa EUR ,00 op grond van kennelijk onbehoorlijk bestuur ex artikel 2:248 BW. Naast het niet voldoen aan de verplichtingen uit artikel 2:10 en artikel 2:394 maakt de curator het bestuur ook materiële verwijten De mogelijkheden om te komen tot een minnelijke regeling, ook voor de kwestie omschreven in sub 9.3 van dit verslag, zullen worden onderzocht. De curator is in gesprek met beide bestuurders om te komen tot een schikking. De curator heeft een voorstel gedaan, en is thans in afwachting van de reactie van de bestuurders. De heer H. Maasdam was degene die feitelijk de bestuurder was van MT. Hij was dagelijks betrokken bij de exploitatie van de onderneming. De heer H. Maasdam heeft de aansprakelijkstelling niet betwist. Met toestemming van de rechter-commissaris heeft de curator met de heer H. Maasdam een schikking getroffen voor een bedrag van EUR ,00. Dit bedrag is afkomstig van uit de familiekring van de heer H. Maasdam, want hij beschikt zelf niet over financiële middelen. Dit bedrag is voldaan op de boedelrekening. De heer J. Maasdam heeft de aansprakelijkheid wel gemotiveerd betwist. De heer J. Maasdam was niet betrokken bij de activiteiten van MT; hij stond slechts ingeschreven omdat hij beschikte over de benodigde papieren om een transportonderneming te exploiteren. Ook de heer J. Maasdam beschikt niet over financiële middelen om een bedrag aan de boedel te voldoen. De curator heeft met toestemming van de rechtercommissaris een schikking getroffen voor een bedrag van EUR 5.000,00. Dit bedrag wordt voldaan in vier maandelijkse termijnen van EUR 1.250,00, te beginnen in april GARANTSTELLINGREGELING Vooralsnog niet van toepassing. 12. VOORUITZICHTEN VOOR CREDITEUREN De vooruitzichten voor de crediteuren zijn slecht. Op basis van de thans beschikbare gegevens zullen zij geen uitkering ontvangen.

9 BOEDELACTIEF / FAILLISSEMENTSREKENING 13.1 Het boedelactief beloopt een bedrag van EUR , Het saldo van de faillissementsrekening bedraagt EUR , NOG TE VERRICHTEN WERKZAAMHEDEN / GEWERKTE UREN 14.1 Nog te verrichten werkzaamheden: - incasso schikkingsbedrag; - daarna: afwikkeling In de verslagperiode zijn 10 uren en 55 minuten door de curator en (een) medewerk(st)er(s) van de curator besteed. Aan dit globale verslag kunnen geen rechten worden ontleend. Rotterdam, 31 maart 2015 A.R.J. Borsboom curator