Locale Belangen Orgaan van de Vereeniging voor Locale Belangen Verschijnt den Isten en 16den van elke maand.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Locale Belangen Orgaan van de Vereeniging voor Locale Belangen Verschijnt den Isten en 16den van elke maand."

Transcriptie

1 !É«/aargang ï September 192. Afl. ïl Locale Belangen Orgaan van de Vereeniging voor Locale Belangen Verschijnt den Isten en 16den van elke maand. De Vereeniging is opgericht in 1913 en als reciitspersoon erkend bij Goaverneraents Besluit d. d. 31 Juli 1922, No 75 Zij stelt zich ten doel, de ontwikkeling van het gewestelijk en plaatselijk zelfbestuur en de algemeene belangen van locale raadsressorten te bevorderen. Commissie van Redactie: F W M. KFHCHMAN, G. de RAAD. R. SLAMET. Wd. Redactie-Secretaris: F. W M. K'~RCHMAN. Redacteur voor locaal technische aangelegenheden: J. J G. E. RUCKFRT. Vaste medewerkers: Gerard JANSEN, J. MOL. Opneming van een stnk beteekent niet dat de Redactie zich met den inhoud vereenigt. Stukken den Penningmeester betreffende en tijdelijk ook die voor de Redactie bestemd, te zenden aan den Heer F. W. M Kerchman, Fendrian 23, Semarang Overige stukken der vereeniging betreffende te zenden aan den Secretaris, den Heer G de Raad, Karrenweg 204, Semarang. Eenige opmerkingen bij het Verslag der Commissie voor de technische herziening van de Stadsgemeente- en van de Provincie- en Regentschaps-ordonnantie. Het omvangrijke werk, dat de Technische Herzienings-Cc mmissie onder bovenstaanden naam het licht deed zien wacht reeds lang op een bespreking. Intusschen is het niet mogelijk om alle voorstellen die in dit rapport worden gedaan te behandelen, doch het wil ons voorkomen, dat enkele geproponeerde wijzigingen der Stadsgemeente-ordonnantie wel eens even nader bekeken dienen te worden, ook in dit orgaan. Inzooverre de commissie zuiver technische verbeteringen voorstelt zullen we haar werk niet onder de loupe nemen, doch zij gaat in haar rapport ook verder en dwingt daarom den lezer van haar arbeid tot bepalen van zijn meening. Reeds in de Inleiding begeeft zij zich buiten het vrij enge technische terrein om zich uit te spreken over enkele vragen van algemeen beleid. Doch verder beperkt zij zich zeker niet, doch wenscht op onderscheidene plaatsen den inhoud der Stadsgemeente-ordonnantie zeer bepaald te wijzigen naar haar eigen algemeen inzicht. In Art. 8, om met een bespreking van enkele punten artikelsgewijze te beginnen, in art. 8 dan, stelt de Commissie voor, om van het raadslidmaatschap uit te sluiten voor vijf jaren, degenen, die op niet-eervolle wijze zijn

2 806 ontslagen uit overheidsdienst. Dezelfde vijfjarige periode zou gefden voor fien die krachtens onherroepelijke rechterlijke uitspraak zijn veroordeeld tot eene gevangenisstraf van meer dan één jaar. De Commissie zelf oppert tee[en beide voorstellen het bezwaar van de vrees voor politieke veroordeelingen en ontslag om politieke redenen. Doch zij meent, dat men in de practijk aan dit gevaar geen beteekenis behoeft toe te kennen. Nu is dit een eenigszins gevaarlijk standpunt. Doch, wanneer de rechter en de rechtspraak zoover heen zijn, dat beide als machtsmiddelen eener bepaalde politieke partij kunnen worden gebruikt, dan zijn er wel andere dingen aan de orde, dan het lidmaatschap van een raad. Geheel anders staat echter de zaak, waar de commissie bij punt ^^ art. 8, het niet-eervol ontslag uit overheidsdienst wil doen volgen door een uitsluiting van het lidmaatschap van den raad voor 5 jaar. Hierbij toch heeft men niet een bindende objectieve rechterlijke uitspraak, doch een administratief vonnis, dat veel minder het objectieve element bevat. Men behoeft nog niet eens voor politieke misbruiken te vreezen, doch het gevaar is lang niet denkbeeldig, dat bij het ontslag uit den overheidsdienst verkeerde invloeden aan het werk zijn geweest. Een niet-eervol ontslag uit den overheidsdienst beteekent nog lang niet altijd dat de ontslagene ook werkelijk niet ais man van eer heeft gehandeld. In elk geval kan zulk een ontsla?, waar voldoende waarborgen van objectiviteit en absolute rechtvaardigheid ontbreken, geen maatstaf zijn voo r den Staat tot verdere strafmaatregelen, als hoedanig dan toch een uitsluiting van het raadslidmaatschap is te beschouwen. De wetgever heeft, volkomen terecht o. i., de bevoegdheid tot andere straf dan die van ontslag neergelegd in handen der justitie. Men legge geen bevoegdheden, die zeer eigenaardig bij een bepaald orgaan behooren, in de hand van andere organen, waar zij met minder zekerheid en tact zouden kunnen worden gebruikt. Bovendien zijn er gevallen denkbaar, waarin men tot niet-eervol ontslag zou moeten overgaan, zonder dat daaruit op eenigerlei wijze zou blijken, dat iemand ongeschikt, moreel ongeschikt zou zijn voor het lidmaatschap van den Raad. Ons dunkt men kan in zulke gevallen de beoordeeling van een en ander wel overlaten aan de kiezers en aan de Collega-Raadsleden. De waarde der publieke opinie wordt wel eens onderschat. We zouden dus willen adviseeren punt g van art. 8 2e lid niet op te nemen in de nieuwe S. G. O. In art. 10 Ie lid stelt de Commissie voor onder punt e dat de leden van den raad na hun toelating geen houder meer mogen zijn van een door de stadsgemeente verleende concessie of daarin hetzij rechtstreeks, hetzij zijdelings deel hebben.

3 80t De eömmissie wil deze en dergelijke bepalingen tot een minimum beperken, doch heeft o. i. volkomen gelijk dat zij dit voorstel doet. Ieder, die met de practijk van het Indische gemeentewezen bekend is, weet hoe in menigen gemeenteraad invloeden werken, die niet bepaald het «Igemeenj belang ten doel hebben. En zoo spoedig men zaken met de gemeente rn^e doen, zetten vooral groote maatschappijen gaarne een voorpost in den raad, die daar in hun oog nuttig werk kan verrichten. Het is dan voor het betrokken raadslid schier onmogelijk om in gevallen, waarin zijn maatschappij betrokken is, niet in de eerste plaats te denken aan haar belang en pas ir. de tweede plaats aan dat van het algemeen. Is hij werkelijk een betrouwbaar en volkomen eerlijk man, dan meent men toch, dat hij in dubieuze gevallen den verkeerden kant "kiest. Doch is hij dat niet en wil hij zijn raadslidmaatschap gebruiken om zichzelf en zijn maatscliappij onrechtmatig voordeel te doen verkrijgen, zoo is hier gewoonlijk niet veel aan te doen. In elk geval is de verhouding scheef en bestaat er velerlei kans op dingen, die zeer naderen de grens der corruptie, zoo ze die al niet overschreden hebben. Voo*al waar de gemeente een concessie verleent kan een dergelijke verhouding zoodanig misbruikt worden, dat van een behoorlijk werken in het algemeen belang van den concessionaris niet meer kan gesproken werden. Het is natuurlijk moeilijk of liever onmogelijk om voor het raadslidmaatschap menschen te vinden wier persoonlijk belang nooit eens in botsing komt met dat der gemeente, doch voor die enkele gevallen is dat niet erg. Ieder raadslid wil het liefst zoo weinig mogelijk belasting betalen, desniettegenstaande nemen onze vroede vaderen herhaaldelijk besluiten tot belastingverhooging. Doch geheel anders wordt het, wanneer het geheele bestaan verbonden is aan een zaak, die tot de gemeente zich verhoudt als koopman tot afnemer, of als koopman tot koopman. Dan grenst het werkelijk aan het dwaze, dat raen vertegenwoordigers van de eene partij tot in het Dagelijksch Bestuur laat zitten van de andere organisatie. Toch ziet men dat tot zelfs in de groote gemeenten toe. Het valt te prijzen, dat de technische Commissie aan deze aanleiding tot allerlei wantrouwen, verkeerde handelingen en corruptie een gebiedend halt wil toeroepen. Een aannemer, die voor de gemeente zand levert, mag tot heden geen lid van den raad zijn, doch een ambtenaar van een waterleidingmaatschappij, die door gratificatie of aandeel in de winst er voortdurend belang ï;ij heeft de gemeentenaren zooveel mogelijk te laten betalen, mag rustig in den raad blijven zitten. Zelfs al wordt dan in bepaalde gevallen blanco gestemd, (hetwelk tegen zin en bedoeling der ordonnantie is); dit is een iapmirldel, onwettig en alleen geschikt als illustratie voor het verkeerde van den tcgenwoordigen toestand.

4 -80ë- We hopen dan ook van harte, dat het der Commissie moge gelukken, dit voorstel in de te wijzigen ordonnantie opgenomen te zien. Bij de bespreking van art. 30 verdedigt de Commissie o. i. een stelling, die tot zeer wonderlijke consequenties kan leiden. Art. 30 (Art. 21 der S. Q. O.) stelt vast de bevoegdheid van den Raad om een wethouder of plaatsvervangend wethouder van zijn ambt te ontheffen wegens gebleken ongeschiktheid, wangedrag of voortdurende achteloosheid in de waarneming van zijn ambt. Ze wil vnor die wethouders dan de mogelijkheid openhouden van beroep op het college van Gedeputeerden. Uitdrukkelijk wordt hierbij gevoegd, dat dit artikel niets te maken heeft met de politieke verantwoordelijkheid van de wethouders. De wethouder is, moet in elk geval zijn de vertrouwensman van den Raad, niet alleen in politiek opzicht, maar in alle opzichten. Nu heeft een wethouder terecht of ten onrechte het vertrouwen van den Raad verloren. Is nu alleen het politiek vertrouwen verloren gegaan, dan kan de Raad hem niet ontheffen. Hij (de raad) kan de voorstellen van den wethouder verwerpen, hij kan een motie indienen om hem te verzoeken af te treden, men kan hem het leven op alle manier zuur maken, doch wanneer hij è la Gallio zich geen van deze dingen aantrekt en rustig blijft zitten, dan kan men hem niet dwingen weg te gaan. Doch nu heeft de Raad hem ongeschikt verklaard en ontheft hem. Gedeputeerden achten zijn beroep gegrond en handhaven den wethouder. Wat nu? Vertrouwen laat zich niet afdwingen. Een acute kwaal, die verholpen had kunnen worden door operatief ingrijpen, maakt men terwille van de gelijkvormigheid der wetgeving tot een slepende ziekte. Men is nu eenmaal vertrouwensman of men is het niet en men kan door geen duizend wettelijke maatregelen vertrouwen afdwingen. Elk fatsoenlijk man, die wethouder is zal, zoodra hij, zij het ten onrechte, het vertrouwen van den Raad niet meer bezit, zijn plaats ruimen. Doch nu geeft de wetgever de onfatsoenlijke heeren nog een kans en dat is o. i. verkeerd. Meent men ten onrechte te worden veroordeeld, zoo kan men steeds van zijn bevoegdheid als raadslid gebruik maken om zich te verdedigen. Doch handhaving van een wethouder, die door den Raad eenmaal is ontheven, lijkt ons absurd en alleen geschikt voor menschen, die de mazen der wet liefhebben. Men is op deze zonderiinge gedachte gekomen, door overschatting der beteekenis van de politieke verantwoordelijkheid der wethouders. Wanneer men echter een wethouder kiest, dan vertrouwt men hem veel meer toe. Ieder kan toch begrijpen, dat een vertrouwensman, die in beroep gaat bij een hooger college, opdat dit verklare, dat hij het verioren vertrouwen weer in bezit krijgt, zich toch volkomen onmogelijk maakt.

5 809. t Naar onze meening hebben we hier een wetsbepaling, die zorgvuldig in de studeerkamer uitgebroed, geen kans heeft op een krachtig leven. De wethouders hebben nu eenmaal een ambt met kwade kansen en niemand is verplicht dit ambt te aanvaarden. Laat men daarom de Regeering adviseeren om dit beroep uit de ordonnantie te laten. Dat is beter dan te streven naar een theoretische congruentie, die buiten het werkelijke leven staat. Bij Art. 33 stelt de Commissie voor de wettelijke vastlegging van de bevoegdheid van den Raad om bij benoeming van een burgemeester een aanbeveling te doen. Deze aanbeveling zou dan moeten geschieden binnen' vier weken, gerekend van den dag, dat het ambt is opengevallen. Inderdaad is hier veel voor te zeggen. Een verplichting wordt niet opgelegd noch aan den Raad om een aanbeveling in te dienen, noch aan de Regeering om deze aanbeveling bij haar benoeming te volgen. Principieel zou echter de vaststelling van "dit artikel op deze wijze de erkenning inhouden van het recht der gemeenteraden om de Regeering hun meening terzake te doen kennen. Ook nu kan dit, doch dan, zooals de raad alle mogelijke zaken ter kennis van de Regeering kan brengen, zonder daartoe speciaal uitgenoodigd te worden. Tevens wordt hiermede in beginsel uitgesproken, dat het burgemeesterscorps geen corps mag wezen als alle andere corpsen van ambtenaren. Bij hun benoeming moet de wensch der ingezetenen tot uiting komen. Of hij moet worden opgevolgd, dat is een andere quaestie. De raad krijgt voorts vier weken den tijd zich te beraden. Ook dit is een rem voor de adviseurs der Regeering, die in sommige gevallen de benoemingen al klaar hebben liggen voor de vacature een feit is. Het is echter de vraag of de Regeering dit voorstel zal aanvaarden. Maar in elk geval is het aangenaam te constateeren, dat de commissie hier haar technisch terrein heeft verlaten en gesteund door de meening der Commissie Oppenheim met een voorstel in deze richting komt. Sommige democraten zouden hier vermoedelijk verder willen gaan en de Regeering binden aan de voordracht der gemeente, doch dit is o. i. verkeerd. De Regeering, met al hare gebreken, blijve de regeering, die op de voorzitterszetels der raden zet, de mannen, die zij geschikt ncht en die niet uitsluitend buigen voor de stem des volks. Maar komt een gemeente werkelijk met een man, die algemeen in die gemeente de man wordt gerekend voor het ambt van burgemeester, zoo houde de Regeering, indien geen dwingende bezwaren er zich tegen verzetten, rekening met den wensch der ingezetenen. Een volgende maal hopen we nog andere voorstellen der Commissie te bespreken. Semarang 23 Aug. 1929, G. PE RMD. u^^r

6 «10- Buitenzorgsche PoHtesse. Bij het bezoek van den koning van Siam aan Bandoeng werden Burgemeester en Gemeenteraad van de plaats volkomen genegeerd. Ziedaar een courantenbericht, dat in allen eenvoud weder eens treffend illustreert, de sympatieke houding door de hooge regeering aangenomen tegenover de gemeenteraden. ^ In de Locomotief van 22 Augustus wordt het geval beproken en wordt er tevens op gewezen, dat het naar het inzien van den Raad van Bandoeng gebrek aan inzicht is bij de autoriteit, die in hoogste instantie verantwoordelijk is voor de getroffen regeling. Een gebrek aan inzicht, dat zich overigens o. i. hoffelijker had kunnen uiten. Want op de dringende vragen van Bandoengs burgemeester kwam slechts botte weigering als bescheid. Het is niet de eerste maal. dat we in deze kolommen er op wezen, hoe deze regeering, die in menig opzicht de herinnering oproept aan de slapste perioden uit onze geschiedenis, tegenover de locale raden met een barsche hoogheid optreedt, die niet nalaat, de aldus begenadigden wrevelig te stemmen. Zoolang wij niet weten, waarom de negeering der gemeente Bandoeng dus opzettelijk plaats greep, is het natuurlijk moeilijk een oordeel te vellen. Het kan een quaestie van hofetiquette zijn, het kan in verband staan met het incognito reizen van den hoogen gast, het kan en zal ongetwijfeld volgens de regelen van elegante beleefdheid tegenover den hoogere in rang wel in orde zijn. Maar als de regeering eerbied eischt en met recht voor haar gezag dan kan zij wel wat respect hebben voor het zelfgevoel der burgerij. Laten we hopen, dat zeer gewichtige redenen van staatkundigen aard der regeering noopten tot deze voor den raad van Bandoeng lichtelijk beleedigende handelwijze. Deze geheele gebeurtenis zou echter niet mogelijk geweest zijn, wanneer den gemeenten of in elk geval den burgemeester reeds politibneele bevoegdheden waren overgedragen. De burgemeester van Bandoeng wees hier reeds terloops op in de raadsvergadering. Men kan hieruit onmiddellijk opmaken, wat de zaak der politie alleen reeds voor het prestige der raden beteekent. Zoo- 4> lang de overdracht der plaatselijke politie aan de gemeenteraden niet principieel is geschied, zoolang zijn burgemeesters noch raden hoffahig, zoolang kan men het merkwaardige schouwspel beleven, dat wel de vertegenwoordiger der regeering een hoogen gast welkom heet en wel de vertegenwoordiger van een deel der bevolking, in casu de inheemsche, doch dat de vertegenwoordiger van heel de bevolking op een afstand wordt gehouden. De regeering deelt van tijd tot tijd wijze raadgevingen uit aan de raden over hun verhouding tot de inheemsche bevolking. Doch zij vergeet bij deze f 0

7 f ^ -811 zaak blijkbaar dat, een juiste verhouding alléén kan rusten op den basis van erkenning, blijvende en principieele en innerlijke erkenning van het gezag der raden. En negeering van deze raden bij gebeurtenissen als thans werkt in de inheemsche maatschappij soms verrassend snel door. In haar politiek van vooruitstrevendheid werd en wordt de regeering in vele opzichten gesteund door de gemeenteraden. Doch hare waardeering voor dezen steun is in den iaatsten tijd wel zeer negatief. Als uitwendig symbool van innerlijke denkwijze is hetgeen voorviel teekenend genoeg om de regeering in den Volksraad over deze zaak te interpelleeren. Als burgers van Indië, die hun taak ook ideëel opvatten, hebben alle gemeenteraadsleden in het algemeen en die van Bandoeng in het bijzonder toch wel het recht, te weten waarom de hooge Stuurman, die blikt naar den verren horizon van een nevelachtig verschiet, geen oog heeft voor het drijfhout, dat het schip van staat ernstige deuken kan toebrengen. Een politiek van in hoog zelfgevoel gehandhaafd: Chez vous, sur vous et sans vous" kan nimmer goede vrucht dragen. Semarang, 23 Augustus G. DE RAAD. \ Organieke Wetgeving. Ordonnantie van 7 Augustus 1929, houdende wijziging van artikel 9 der Regentschaps-ordonnantie (Besluit van den Gouverneur-Generaal van 7 Augustus 1929, No. 16) Staatsblad No Besluif van den Gouverneur-Generaal van 11 Juli 1929 No. 25, houdende vaststelling van een nieuw wit ambtscostuum voor de burgemeesters (Bijblad No ) t Uit den Volksraad. Stemmingsbeeid; het antwoord uit den driehoek; twee kampioenen; de propaganda voor de Goede Tempelieren. Het stemmingsbeeld is tijdens deze zitting van den Volksraad vrij wisselend geweest. Men heeft trillend en verlangend bijeen gezeten, toen Deli ter sprake kwam, zonder dat iedereen wist, hoe prachtig Parnabolan" werd beheerd. Men heeft zich verbaasd en braaf gelachen, toen in den Volksraad werd verteld, dat er geen principieele verschillen meer tusschen de partijen en rassen bestonden en allen het eens waren over de regeeringspolitiek. Men heeft op het punt gestaan om een poging te ondernemen tot het afstemmen der begrootingen van oorlog en marine, doch kwam er weer van

8 812 terug. Zoo wisselde de stemming voortdurend, doch niettemin bewoog zfl zich in dalende lijn. Het intensieve vergaderen, de krachtige hamerklopvan den voorzitter, de naderende Pasar Gambir in de Hoofdstad, al deze factoren misten hun invloed op de debatten niet, zoodat men er zich over verbaasde om te zien, hoe de heer Van Helsdingen altijd weer met jeugdig vuur de rechten van den Volksraad bleef verdedigen en de heer Rückert nog heden een amendement voor een waterloopkundig laboratorium wist te doen aannemen, dat op het randje van afstemming heeft gestaan. Wat het bedoelde waterloopkundig instituut aangaat, werd men even, bij de behandeling van dit amendement, pijnlijk herinnerd aan de ontstentenis van die miniatuur waterloopkundige" inrichtingen, die in Europeesche steden op hoeken van straten plegen te worden geplaatst en in Indische gemeenten totaal ontbreken. Doch dit terloops. De stemming in den Volksraad daalde, doch werd geregeld weer wat opgewekt door het opkomen van nieuwe leden. Zoo kwam de heer Soekawati van Bali terug, met decentralisatie- en andere plannen, de heer Führi keek even vroolijk rond in de zaal om daarop weer te verdwijnen, af en toe ging eens een lid de koelte in om met een kouden neus en nuchteren blik terug te keeren. Er was dus wel voortdurend versche aanvoer van sprekers, maar dit nam niet weg, dat over hen, die op hun post bleven, een matte, somtijds zelfs geprikkelde stemming kwam. Het dient nergens toe, alle personen op te noemen, die daarvan de sporen droegen. Sedert de verschijning onzer beide overzichten over den eersten termijn der B. B. debatten is het antwoord van den eeuwigen driehoek verschenen en zelfs ook de geheele B. B. begrooting vrijwel afgehandeld. Waar wij spreken van een eeuwigen driehoek, bedoelen wij, al moge het ondeugend zijn, wederom den directeur B. B., den regeeringscommissaris voor de bestuurshervorming en den adviseur voor de decentralisatie, wier optreden tegemoetkomend, minzaam en succesvol is geweest. De heer Mühlenfeld zocht het in lengte en diepte, de heer Staargaard heeft het ditmaal met beknoptheid weten te winnen en de heer Cohen Stuart slaagde er in om den middenweg te houden. Het is nuttig en noodig om thans even na te gaan, wat uit de debatten het sterkst heeft gesproken en hoe de standvan zaken in ruwe trekken kan worden geschetst. De decentralisatie en bestuurshervorming staan mede schuldig aan de verminderde animo tot toetreding bij het Inlandsch bestuurscorps. Er zijn voor die verminderde animo vele oorzaken, die allemaal zijn toe te schrijven aan dit overgangstijdperk en stellig behoort daartoe de kwestie van het verminderd absoluut gezag der Inlandsche hoofden. Toch constateerde de regent van Bandoeng in een zijner sympathieke redevoeringen, dat voor een modern regent zeer veel goeds schuilt in de taak van den voorzitter

9 813 1' + V^ van de regentschapsraden. Mits hij geld heeft, belastingen kan heffen, mits men hem goed-bezoldigde regentschaps-secretarissen geeft en met de overdracht van bevoegdheden geregeld blijft voortgaan, instede van allerlei zaken, zooals de bemoeienis met desa-aangelegenheden aan den regentschapsraad te onttrekken. Over de gelijke bezoldiging van secretarissen dezer raden zal een correspondentie worden aangevangen met den gouverneur van Oost-Java en zijn collega's. Gelijke bezoldiging toch vindt ook de regeering juist, wat de regentschapssecretarissen betreft Zij vindt deze niet noodzakelijk voor de corpsen van Inlandsche B. B. ambtenaren op Java en de Buitengewesten, al ware het slechts, omdat deze beide corpsen met elkander onmogelijk te vergelijken zijn. Toch is een millioen of meer reeds aan de verbetering van de bezoldiging der Inlandsche bestuursambtenaren der Buitengewesten ten koste gelegd. Over de verminderde animo tot dienstneming bij het Inlandsch bestuur raakte men niet uitgepraat, doch wij stelden reeds vast, dat hier een overgangsperiode is aan te wijzen, die de groote schuld draagt. De drie adviseurs en gemachtigden der regeering hebben ook voor andere kwesties zich achter die overgangsperiode volkomen kunnen dekken. Zoo kwam de sympathieke en overigens vrij zwijgzame pangeran Hadiwidjojo eens vragen hoe het toch stond met de regeling der financieele verhouding tusschen het gouvernement en de zelfbesturen, waarop het antwoord luidde, dat deze verhouding vooralsnog zoek is en verborgen gaat in de plooien der extraterritorialiteitscommissie. Dit ging den pangeran zeer aan het hart, omdat er toch een belofte was gedaan. In tweeden terwijn is hij gerustgesteld met de mededeeling, dat uitstel geen afstel beteekent. Met de overdracht der stadspolitie aan de burgemeesters is het ook tot uitstel gekomen, doch het debat hierover bracht geen hoopvolle punten aan het licht. Er werd zelfs medegedeeld, dat de heer Zuyderhoff daaromtrent geen nieuwe gezichtspunten waren geopend, dat men denken moest aan de opium-recherche, aan den politieken dienst en aan nog veel andere goede dingen, met andere woorden, dat die overdracht nog gauw een jaartje zou kunnen duren, zoo zij al ooit kon plaatsvinden. De heer Mühlenfeld gaf weinig hoop, waar men pleitte voor overdracht van de zelfbestuursregelen aan den Volksraad, omdat de regeering zulks aan den landvoogd zal blijven voorbehouden. Hiertegenover staat, dat de ontwikkeling van het Inlandsch bestuurscorps in de richting van gelijkwaardigheid ten opzichte van het Europeesche corps, voortdurend in het oog zal worden gehouden. Vooreen vakvereeniging van Inheemsche bestuursambtenaren wordt door de regeering veel gevoeld, doch indien de bedoelde ambtenaren klachten hebben, doen zij beter, zich niet met de leiders dezer vereeniging te verstaan, doch liever d«n ambtelijken weg te volgen. Met het oog op hun speciale positie.

10 -814- Wanneer wij memoreeren, dat geen ontijdige afschaffing der ambtsvelden op het programma staat en het autonomie-rapport, dat sedert een jaar of drie door resident Laceulle wordt bearbeid, misschien in het begin van het volgend jaar verschijnen zal, heeft men het voornaamste uit de rede van den nieuwen directeur van Binnenlandsch Bestuur gehoord. Laten wij aan het eind van deze eerste opsomming vaststellen, dat het optreden van den heer Mühlenfeld een groot succes gebleken is. Er waren geen brandende vraagstukken, doch dan te meer moest men de groote aandacht waardeeren, die aan alle onderdeden is geschonken. Uiteraard hebben wij ons bij de opsomming beperkt tot dat deel der honderd aangeroerde onderwerpen, dat min of meer verband houdt met de zaken, die speciaal de lezers van dit tijdschrift belang inboezemen. Men herinnert zich, dat de verdere overdracht der iandsgebouwen is bepleit door den heer Zuyderhoff, zoowel bij de behandeling der B. O. W.- begrooting als bij de bespreking van het B. B. De heer Staargaard heeft verklaard, dat deze zaak tot de vele behoort, die in studie zijn tegelijk met de algemeene regeling voor het toezicht op de publieke werken. In studie. Voor het benoemen van een afzonderlijken voorzitter van de provinciale raden acht de regeering nog geen termen aanwezig. Deze verklaring heeft een voorgeschiedenis. De regeering heeft namelijk opgemerkt, dat de provinciale faak de gouverneurs practisch geen tijd laat om zich met de landstaak bezig te houden. Zij laten die over aan hun resident ter beschikking. Toen dit eenmaal verklaard was, kwam dadelijk een der slimme leden met het voorstel van een afzonderlijken voorzitter voor de provinciale raden. Doch hieruit is weer de regeeringsverklaring voortgekomen, dat, nu ja, dat de gouverneurs het wel druk hadden, maar de algemeene leiding ook van de landstaak toch wel goed in de hand hadden. Hier zit derhalve een klein gaatje in de borstwering van de regeering, dat men in volgende jaren nog eens rustig kan bewerken. Er zal een onderzoek worden gehouden naar de mogelijkheid van toekenning van vergoedingen aan kiesmannen. Aangaande de taak van den regeeringscommissaris voor de bestuurshervorming is dit jaar met frisschen moed herhaald, dat zij niet precies is af te bakenen, doch bestemd is, op den duur overbodig te worden. Minister De Graaff heeft nog niet van zich laten hooren, waar het de verdere doorvoering der bestuurshervorming in de buitengewesten betreft, zoodat geen plan aan den Volksraad kon worden overgelegd. Wij vertelden reeds, dat de heer Staargaard weinig heeft gezegd, hetgeen onder deze omstandigheden wel te begrijpen viel. Aan den heer Cohen Stuart zou het ditmaal worden voorbehouden, om zich over talrijke actueele punten wat nader te verklaren. Zijn mededeelingen

11 815 zijn geëindigd met een soort propaganda voor de beginselen der Goede Tempelieren, welke gelegen is in het advies om de nieuwe decentralisatieprobiemen met een maximum van nuchterheid" onder de oogen te zien. Vooral burgemeester Meyroos uit Batavia zal dit advies met genoegen lezen, meenen wij. De adviseur der decentralisatie constateerde, dat de inzichten der rcgeering en van den Volksraad op het stuk van opheffing der stadsdesa's vrijwel gelijk zijn. De regeering is het namelijk met den heer Rückert eens, dat de opheffing dezer stads-desa's niet moet worden gekoppeld aan de herziening van den bestuursvorm. Het is het best, dat voorloopig het verdwijnend desabestuur in zulke gevallen van opheffing wordt vervangen door eenige beambten en de heer Zuyderhoff, die anders wil, onderschat dan ook de practische bezwaren, die aan gelijkmaking zonder meer verbonden zijn. De heer Bussemaker noemde dit immers alreeds een kinderlijk spel, zonder reëele waarde. De medebestuurscommissie zal wel van zich laten hooren. Veelbelovend heeft de heer Cohen Stuart uitgeroepen, dat men op haar daden slechts heeft te wachten. Voor de buitengewesten hoorde men pleiten voor het invoeren van verkozen leden voor de gemeente Bandjermasin. Men vernam, dat de aanstelling van een burgemeester voor Menado nog altijd in onderzoek is. Het decentralisatieverslag zal dit jaar overzichtelijker worden ingericht; de overdracht van het wijkbestuur aan de gemeenten is in studie. Er waren bij de afdeeling decentralisatie een paar onderwerpen, die wel een uurtje van den Volksraadstijd hebben genomen. Men herinnert zich de circulaire over de leenings-politiek, die onlangs naar de gemeenten uitging. Het was een soort van schriftelijke cursus in het leenen. De heer Thamrin noemde haar een paskwil, nadat hij gehoord had, hoe de regeering alles eigenlijk heeft bedoeld, wat in de circulaire staat. De heer Rückert vond de circulaire, na de toelichting in den Volksraad, duidelijk genoeg, mits men er de toelichting aan zou hangen. Er zijn wel eens betere circulaires geschreven! Men heeft er bezwaar tegen gemaakt, dat de regeering de salaria der gemeente-secretarissen wenscht vast te stellen. De regeering houdt echter de noodzakelijkheid eener centrale regeling dezer materie vol. Daarentegen wil zij zich niet bezig houden met het zoeken van een beslissing over de actueele vraag, die in Batavia al heel wat tongen losmaakte, of plaatsvervangende wethouders als het ware deel moeten uitmaken van het college van B. en W. of niet. Er kwam geen andere uitspraak uit de regeeringsbank dan de toezegging, dat men er aandacht aan geven zon,

12 oib Tot zoover onze eeningszins beknopte opsomming van feiten uit de debatten. Bij deze debatten hebben twee kampioenen uitgeblonken: de heeren Rückert en Zuyderhoff, laatstgenoemde meer in liet negatieve, dan in het positieve. Over het algemeen echter kon men tijdens deze zitting waarnemen, dat ook het B. B. te lijden had onder de merkwaardige gewoonte, die bij den Volksraad welhaast traditie is geworden, dat men in eersten termijn zeer flink en heftig opkomt, om dan in den tweeden ineens terug te vallen op het toestemmend gebaar. Daardoor staat men bij het begin der debatten voor de gedachte, dat er nu eens iets flinks te voorschijn zal komen om een goede week later te constateeren, dat alle kruit in eens verschoten werd. Het verschijnsel herhaalde zich bij de behandeling der oorlogs- en marinebegrooting. Daar werd gedreigd met afstemming. Doch velen, die alreeds moreel verplicht waren om aan die afstemming mede te doen, gingen met een zucht van verlichting mee met de intrekking der booze plannen, nadat de regeering had toegezegd, dat de grondslagen onzer defensie spoedigst zullen worden opgevraagd. De volksraad gaat rustig voort met vergaderen. Intusschen zijn hier de races aan den gang en de Pasar Gambir-feesten lakken menig lid uit de koffiekamer. Misschien is er straks nog aanleiding te vertellen, wat verder in het Hertogspark voorviel. Weltevreden, 24 Augustus. G- A. v. B. Decentraliana. Herziening der Stadsgemeente-ordonnantie. Mr. Dr. H. Westra schrijft hierover in het orgaan van den N. I. P. E. B. het volgende : Hoe er over de bestuurshervorming in het algemeen gedacht moge worden, de gemeenten hebben im groszen ganzen aan de verwachtingen ruimschoots voldaan. De angstig voorzichtige wijze, waarmede zij in het toenmalige regeeringsreglement in 1903 werden opgenomen, het enge uitgangspunt van het ter beschikking stellen van gelden voor bepaalde stedelijke doeleinden en de opsmukking met plaatselijke autoriteitjes", werd al belangrijk verbreed door de locale-raden-ordonnantie, terwijl de praktijk expansiemogelijkheden te zien heeft gegeven, die ver zijn uitgekomen boven het punt van uitgang. Ook bij de uitwerking heeft de praktijk verder gezien dan de theorie. Stond in het regeeringsreglement het te decentraliseeren gewest voorop, bij de instelling werden eerst de gemeenten in het leven geroepen, waarvan de grootere levensvatbaarheid onderkend werd. Bij de heroriënteering jn 1915 werd de verkeerde weg bewandeld, doordat de provincie voorop

13 ~6ï7- gesteld werd, waarvoor twee excuses zijn aan te voeren: de staatsregeling plaatst deze gemeenschappen voorop en daarnaast zijn ze als overkapping bedoeld en daarom het eerst in behandeling genomen. Een typische herhaling van de fout in het staatskundig bouwen hier te lande, dat men van bovenaf meent te moeten beginnen en dan in alle haast de peilers moet bijwerken. De staatsregeling is aan meer schuld. Zij heeft zich niet bepaald tot het aangeven van de hoofdtrekken, zij is in détails gaan treden, waarbij het ergste nog is, dat deze ontleend werden aan de moederlandsche wetgeving met allerhande onderscheidingen, die daar voor een deel reeds actualiteit hadden verloren, maar voor deze landen ten eenemale misplaatst zijn. Zoo werd bij de uitwerking allereerst de provincie-ordonnantie ter hand genomen en toen deze eenmaal ordonnantie was geworden, de regentschaps- en ten slotte de stadsgemeente-ordonnantie. Daarbij was niet aan het nadeel te ontkomen, dat onvoldoende met het verschillend aanzicht dier rechtsgemeenschappen rekening kon worden gehouden. In luttele praktijkjaren bleek dan ook, dat een herziening dringend noodig was, een eisch, die ook in den volksraad weerklank heeft gevonden. Daaraan is thans gevolg gegevendoor het gepubliceerde verslag van de commissie tot herziening der stadsgemeenteordonnantie waarvan de eerste helft van den arbeid, de technische herziening thans beëindigd is, terwijl den voorbereiding eener principieele herziening, waarover een uitgebreider en veelzijdiger samengestelde commissie advies zal hebben te geven, zal volgen. Al dadelijk moge vooropgesteld worden, dat de commissie haar taak, die zich had te beperken tot een technische herziening, breed heeft opgevat, waartoe zij in staat was om twee redenen: de voortreffelijke samenstelling en de mogelijkheid ook de provincie- en regentschapsordonnantie erin te betrekken, zij het ook dat de arbeid te dien aanzien zich beperkte tot aanpassingswerk. De voorgestelde herziening mag men speurt overal de bekwame hand van haar voorzitter uitstekend geslaagd heeten. Ik wil tot staving daarvan wijzen op enkele punten, waarbij in de eerste plaats genoemd mag worden de verbetering in de systematiek, een werk van meer dan enkel formeele beteekenis. Daarnaast de afbakening van de bevoegdheid van de gemeentelijke organen, bij welke beschrijving de raad op het stuk van regeling en bestuur van het gemeentelijk huishouden alle bevoegdheid heeft, die niet uitdrukkelijk bij de stadsgemeenteordonnantie zelve of binnen de grenzen dier ordonnantie aan anderen is opgedragen. De soepelheid van dit laatste om den raad bevoegd te maken de gemeentelijke werkzaamheid tusschen zich en de overige organen te verdeden valt niet genoeg te prijzen. Het épineuze punt, wat bij stadsgemeenteverordening mag geregeld worden zonder daarbij het terrein van hooger verordeningen te betreden, vindt in de toelichting op het betrekkelijk artikel 76

14 ^m een voortreffelijke beschrijving, waarbij ik slechts dit zou vi^illen opmerken, dat de stelling, dat het onderwerp eener verordening bepaald wordt door het belang, dat zij wenscht te beschermen, in het allereerste ontwerp der ordonnantie in den tekst zelve was opgenomen. Eveneens gelukkig mag genoemd worden de oplossing van de taakverdeeling bij de uitvoering van besluiten van den raad en (terecht) den gemeentelijken dienst in het algemeen, tusschen het college van burgemeester en wethouders en den burgemeester en de gemeenteambtenaren, waar de drie treden gelukkig geformuleerd werden door van de hoogste trap het college van B en W te spreken, te spreken van de leiding" van de uitvoering door dat College. Op een ander principieel punt, al zal dat pas later aan de orde komen, l<an ik met de commissie niet meegaan; zij wraakt het oorspronkelijk artikel 3, dat steden als stadsgemeenten kunnen worden aangewezen. Dadelijk moge worden toegegeven, dat het begrip stad in het recht noch elders bepaald is, maar de bedoeling, die ik niet anders zou kunnen weergeven, is toch deze geweest, dat alleen gemeenten van eenige beteekenis als stadsgemeente zouden kunnen worden aangewezen. Het lag zoozeer in de bedoeling om de ruimere bevoegdheden, die de stadsgemeenteordonnantie geeft, alleen toe te kennen aan gemeenten van beteekenis, dat voor West-Java het plan bestond om verschillende kleinere gemeenten als Cheribon en Soekaboemi op te heffen. Het beroep, dat het rapport doet op de mogelijkheid, dat er in de toekomst kleine gemeenten zullen ontstaan, met welke mogelijkheid inderdaad rekening zal zijn te houden, behoeft toch de onwenschelijke consequentie niet in te houden, dat die dan perse onder stadsgemeenten moeten worden ondergebracht. De outilleering van de stadsgemeenteordonnantie zal voor kleinere gemeenten, ondanks de soepelheden als een niet verplicht college van B en W en de combinatie van het burgemeesterambt met dat van secretaris, veel te zwaar zijn. Voor die gemeenschappen zullen dan nieuwe vormen gevonden moeten worden van veel eenvoudiger bouw, wat trouwens ook binnen het kader der staatsregeling heel wel mogelijk is. Er is nog een punt zij het ook van theoretische waarde en wel de voorgestelde mogelijkheid om eventueele kosten gemaakt bij de uitoefening van politiedwang te verhalen op den overtreder alleen voor geval die dwang wordt toegepast ter handhaving van strafverordeningen. Dat politiedwang kan worden toegepast ook buiten een strafverordening om, is buiten kwestie en wordt ook in de toelichting met name vermeld. Temeer is daarvoor minder reden, waar bij het verhaal der kosten geen parate executie is voorgesteld en uitdrukkelijk ook dit verdient aanbeveling de burgerlijke rechter bevoegd wordt verklaard bij de invordering. De beperking tot strafverordeningen lijkt mij theoretisch niet te verdedigen.

15 ^éié-^ Met het woord van lof in den aanvang en een enkel algemeen punt van debat moge voorloopig deze aankondiging sluiten. De bestuurshervorming in de Buitengewesten. De vraag der invoering van de bestuurshervorming is Maandag door den Raad van Indië te Batavia behandeld. Algemeen wordt de idee aanvaard, zoo meldt het Soer. Hbl., op Sumatra eenheden te scheppen die ongeveer samenvallen met de daar wonende volksgroepen, en derhalve ongeveer met de indeeling der huidige gewesten. Deze nieuwe ressorten zullen de overkapping leveren voor de reeds bestaande adatgemeenschap, en een eigen vertegenwoordigenden raad hebben. Onder deze ressorten komen dan de bestaande adatgemeenschappen als marga's enz., die zich beneden de bedoelde overkapping rustig kunnen ontwikkelen. Nu rijst de vraag: wat men zich denkt boven de hiervoren aangeduide ressorten met hun raad. Er zijn hierover twee verschillende antwoorden mogelijk op deze vraag; wij zullen ze in het kort even aanduiden. Ie. Zich voorloopig bepalen tot de adatgemeenschappen en de daarboven te scheppen ressorten met hun raden, en dus geen hooger bestuursorgaan op Sumatra te vestigen. Men denkt zich hierbij eenige hoofdambtenaren als commissarissen die, al of niet met standplaats te Batavia en veel rondreizend op Sumatra, het contact tusschen de verschillende te scheppen ressorten op dat eiland onderling, en met Batavia, zuilen onderhouden. 2e. Het dadelijk vormen van één gouvernement Sumatra met later volgende provinciale indeeling. Zooals men ziet zijn er dus geene invloedrijke voorstanders meer voor het vroegere plan tot stichting van verschillende gouvernementen op Sumatra. Die gouvernementen zouden de bestaande, zoo sterk uiteenloopende bevolkingsgroepen men denke aan het groote onderscheid tusschen Atjeher, Batak, Maleier, Minangkabauer enz. toch bijeenbrengen in een door hen niet gewenscht verband, en vooral in een raad welke uit zoo heterogene bestanddeelen is opgebouwd. Beter acht men het dus, de ressorten zooals reeds hierboven is gezegd op te bouwen in de bestaande volksgroepen, zoodat ook de daarbij behoorende raad uit gelijkgestemde elementen is samengesteld. Er is dan een wel zeer groote afstand tusschen die volksressorten en het Gouvernement Sumatra, doch dit is goed, omdat dan niet direct boven die zoo scherp tegenover elkaar staande ressorten een lichaam komt dat, als

16 82Ö eene samenvoeging van veelal weinig met elkaar sympathiseerende volksgroepen en derzelver vertegenwoordigers, de kiem van allerlei conflicten in zich bevat. Zoo hebben dan, beneden de hoogste kap: het gouvernement Sumatra, de ressorten alle ruimte tot uitgroei. De meerderheid neigt zich, naar het Soer. Hbld. vernam, naar het denkbeeld: adatgemeenschap, volksgroep-ressort, gouvernement Sumatra. Intusschen is men nog lang niet zoover dat men mag spreken van een gevestigde meening ten aanzien dezer kwestie. De Raad van Indië moet nog advies uitbrengen, dit gaat naar regeering en minister, zoodat het aan ernstigen twijfel onderhevig is of deze plannen in de voorjaarszitting van den Volksraad in behandeling zullen kunnen komen. Het grondgebrek te Palembang. Bij een interview dat Aneta had met Palembangs Burgemeester, kwam o. a. ter sprake het reeds jaren bestaand gebrek aan hotelruimte en aan woningen. De door den burgemeester gegeven inlichtingen, welke wij hieronder laten volgen, wijzen wel op een gebrek aan medewerking van de Regeering bij het oplossen van de moeilijkheden waarmede de Gemeente Palembang te kampen heeft bij het in eigendom verkrijgen van de voor haar onontbeerlijke gronden. De beheerder van hotel Juliana te Tandjong Karang wil een groot hotel in Palembang bouwen en schijnt het daarvoor benoodigde kapitaal reeds bij elkaar te hebben. Hij zoekt nog een geschikt terrein tegen matigen prijs. De Gemeente zou hem graag willen helpen, maar de gemeente Palembang bezit geen vierkanten Meter grond. In strijd met de decentralisatiegedachte heeft het Gouvernement bij de instelling van de gemeente Palembang geen terrein overgedragen, niettegenstaande het Gouvernement over vele terreinen beschikte. De Europeesche woningwijk Talang Semoet zal aan de Gemeente worden overgedragen, doch om allerlei onverklaarbare redenen wordt die overdracht door de betrokken departementen (B.O.W. en de Afd. Agrarische Zaken van B. B.) steeds getraineerd, zoodat men thans den zonderlingen toestand heeft, dat het plaatselijk B. B. niets wil doen buiten de Gemeente om, hetgeen verklaarbaar is en te apprecieeren, doch dat de Gemeente niets kan doen omdat ze nog niet heeft en niet weet onder welke voorwaarden zij de terreinen kan krijgen, ledere normale gemeente heeft een grondbedrijf, doch Palembang niet. Waarom heeft het Gouvernement, om een voorbeeld te noemen, aan de gemeente Buitenzorg belangrijke terreinen afgestaan en is in Palembang zelfs de grond waar het Gemeentehuis op staat het eigendom van het Gouvernement? Dit grondgebrek van de gemeente is de oorzaak van het woning- en hotelgebrek.

17 821 Taakverdeeiinfl voor B, en W, van Batavia. Aan den gemeenteraad werd aangeboden onderstaande taakverdeeling, vastgesteld door en voor het College van B. en W. Daarin is officieel geregeld datgene wat sedert het eerste optreden van het College de feitelijke praktijk genoemd kan worden. Bepalingen, regelende de afzonderlijke voorbereiding door elk der Wethouders van de door Burgemeester en Wethouders te be!iandelen zaken". I. Bij de uitoefening van ^ijn taak schenkt elk lid van het college van Burgemeester en Wethouders, ieder voor zich, bij voortduring zijn aandacht aan de navolgende onderwerpen: a. de Burgemeester Openbare Werken, omvattende: bran(jweer, gemeentewerken, plantsoenen, reiniging, schouwburg, straatverlichting; b. de Wethouder van Financiën : begrooting, belastingen, inspectie der financiën, Inl. pensioenfonds, kas, leeningen, begrootingsrekening, subsidies; c. de Wethouder voor het Grondbedrijf: grond- en huizenbedrijf, hypotheekbank, waterleiding; d. de Wethouder voor Inlandsche Zaken : begraafplaatsen, jubileumfonds, kampongverbetering, pasarbedrijf, rooiv/ezen en bouwpolitie, slachtbedrijf, vischveiling; e. de Wethouder van Sociale Zaken : arbeidsbemiddeling, armenzorg, gezondheidsdienst, keuringsdienst, volkshuisvesting. U. Elk lid van het College voor zich is belast met de voorbereiding van alle door Burgemeester en Wethouders uit te brengen adviezen, in te dienen voorstellen of te nemen beslissingen, die door hun aard tot zijn feitelijke werkkring behooren. IIL Tot de voorbereiding, in sub I! bedoeld, behoort eveneens het medevoorbereiden van zaken niet feitelijk behoorende tot de werkkring van het lid, doch daarmede wel verband houdende; dergelijke zaken worden dan in onderling overleg door de betrokken leden gezamenlijk voorbereid. IV. Aan elk der leden, ieder voor zich, is voorts opgedragen: O- het presideeren van de vergaderingen van die Commissies uit den Gemeenteraad, welke moeten oordeelen over onderwerpen, behoorende tot zijn speciale werkkring;

18 822 - b. het geven van de vereischte toelichtingen op, c. q. het verdedigen in de vergaderingen van den Raad van de zaken, tot zijn werkl^ring behoorende. V. Elk lid blijft bevoegd om ten allen tijde de vergaderingen van alle Raadscommissies bij te wonen. Verzoekschrift V. L. A. inzake Secratarisbezoldigingen. Door het Hoofdbestuur der Vereeniging van Ambtenaren in dienst van Locale Ressorten is onder dagteekening van 30 juli het volgend schrijven aan den Directeur van Binnenlandsch Bestuur gezonden: Bij schrijven dd. 6 Maart j.l. werden aan de Gemeenteraden ter advies gezonden een 5-tal schalen van bezoldiging voor de Gemeente-Secretarissen in Indië. Hoewel het onze Vereeniging oorspronkelijk eenigszins bevreemdde dat zij als Vakvereeniging niet werd gehoord, werd naderhand geoordeeld, dat het wellicht de bedoeling was onze Vereeniging eerst te hooren als na overleg met ieder der Raden tot een definitief ontwerp zou zijn geraakt, zoodat onze Vereeniging dan over het geheel haar meening zou kunnen geven. JVlochi zulks niet in UHEdG's voornemen hebben gelegen dan wel aan Uwe aandacht zijn ontgaan, dan moge er op worden gewezen, dat de Commissie- Damme de Vakvereenigingen indertiid bij de voorbereiding van de B. B. L. wel heef geraadpleegd en moge onzerzijds in elk geval het verzoek worden gedaan over het g heel te worden gehoord, hebbende ons Bestuur van de Algemeene Vergadering gehouden in de maand Mei j 1. machtiging bekomen ter zake te handelen zooals wenschelijk zal voorkomen. Intusschen zijn in ons vakblad DE LOCALE AMBTENAAR" over het onderwerp in kwestie enkele artikelen verschenen, welke wij UHEdG. hierbij beleefdelijk aanbieden met verzoek daaraan wel de noodige aandacht te doen besteden. Maleisch Gedeelte, Chakekatnja Regentschaps-Raad. Penoelis ini boekan theoricus, djoega jang akan kami oerdikan dibawah ini boekan barang baroe, tetapi semoea perkara lama ditambah dengan pendapetan saja dalam praktijk hanja delapan boelan sadja. Toean-toean pembatja soedah ma'loem, bahwa lid-lid Rc^entschapsraad pada masa ini terdjadi dari: a. lid dipilih oleh kiesmannen, b. lid angkatan oleh Gouverneur atas voorstelnja Boepati tiap-tiip tempat doea orang, maoepoen bangsa Inheemsche (Boemipoetra), bangsa Olanda dan bangsa Asing. Lid golongan a. pada masa ini dipraktijk terdjadi dari Poenggawa Negeri, kebanjakan bangsa B. B., sebabnja; I. tida ada jang dipilih lagi, lantaran

19 823 orang particulier takoet maoe djadi lid sebab beloem mengerti maksoednja, ditambah kena pengaroehnja politieke partijen (P. S. I. d in P. N, I.), II. B.B. jang mengatoer itoe pilihan koerang paham dan koerang djelas menerangkan Regentschapsraad itoe, lantaran koerang kepandaiannja, mareka itoe sendiri dalam hal theorie. Djadi boeat lid golongan a bisa diperbaiki apabila penerangan dari B.B. tjoekoep, djadi peilnja, kepandaiannja B. B. itoe haroes ditinggikan. Lid-lid golongan b biasanja boeat bangsa Belanda kemasoekan A. R. Itoepoen tida mengapa asal sadja voordrachtnja Boepati boeat mengangkat itoe A. R. memang dengan kejakinan, kalau persoonlijkheidnja A. R. itoe dianggep penting. Jang kami koerang setoedjoei jaitoe apabila A. R. divoorstelkan hanja lantaran soengkan", apalagi kalau A. R. itoe diberi koeasa oleh Resident djadi kepalanja "politie. Djoega Boepati itoe poenja kajakinan bagaimana djoega dekat antaranja Boepati dan Resident, tiadalah bisa, atau djaranglah bisa melebihi dekatnja A. R. dan Resident. Ja. pembatja, makloem, hal ini kita haroes mengakoei bahwa hal demikian itoe tida sadja kita haroes menjalahkan Resident, tapi haroes djoega menjalahken Boepati sendiri. Terangnja begini seorang mantri Politie djadi orang boleh tangkep segala orang salah (djoega Belanda) jang kadang-kadang tida begitoe dihormati oleh Boepati kalau ditimbang dengan penghormatan jang diberikanoleh beliau kepada Belanda kebon. Kalau oempama Boepati tida menghormatinja, apakah toean akan heran, apabila Belanda kebon itoe djoega tida begitoe menghormati kepada itoe mantri Politie-politie. Djadi pendek kata kami meringkaskan angkatan itoe A. R. hanja dari zwakheid (kelemahannja) Boepati. Djadi 'boeat memperbaiki hal itoe ja'ni menoeroet kejakinan kami, Boepati haroes sentosa boedinja. Setengah dari akal menjentosakan boedi Boepati ja'ni berilah Boepati kekoeasaan jang lebih lebar, oempama perkara politie serahkenlah kepadanja. Soedah tentoe kepandaiannja Boepati haroes lebih-lebih tinggi dari pada kepandaian Boepati jang misih banjak seperti sekarang. Biasanja orang jang pandai oempama sama pandaiannja dengan A. R. tida lemah, sebab mareka berasa tida kaiah kepandaian. Adanja sekarang Regentschapsraad misih terialoe banjak jang tergantoeng dari Secretaris Regentschapsraad, jang kepandaiannja sendiri, apalagi bahasa belandanja boleh dibilang terialoer koerang. Djoega kami haroes mengakoei bahwa masa ini, ini atoeran kami kira di Djawa Timoer, misih lebih baik ditimbang di Djawa Barat, waktoe gouverneur jang doeloe, lantaran dari baik dan hati-hatinja haloeannja Gouverneur sekarang ini, akan tetapi kita tida boleh dan tida seharoesnja hanja tergantoeng kepada seorang sadja. Tentang lid angkatan Boemipoetra dan bangsa Asing koerang baiknja seperti jang saja oeraikan digolongan lid a, ditambah

20 -824- lagi misih ada Boepati jang senang B. B. Boemipoetra jang diangkat djadj lid, lantaran sebab matjem-matjem, oempamanja beliau kepingin mengembaliken kepertjaan ra'jat tida sadja kepadanja, tapi djoega kepada penggawainja, meskipoen sebenarnja bisa djoega sebaliknja. Haloean demikian ini djoega ada baiknja, ra'jat laloe bisa lekas mengetaoei apa itoe penggawai B. B. memang bapa ra'jat setjara soempahnja. Djoega ada Boepati jang berhaloean begitoe, lantaran maloe bertoekar fikiran dengan orang jang boekan golongan beslit". Moedah-moedahan hilanglah haloean itoe, sebab kita haroes ingat, bahwa lain orang lain kepandaiannja dan lagi tidalah seoranglah di dalem mertjo-podo jang tida poenja salah atau kekoerangan (niemand is volmaakt). Djoega kami tida menghina kepada Boepati atau siapapoen jang berhaloean demikian. Kami djoega soeka menghargai fikirannja orang lain. Ini semoea tentang samenstelling" dari R^entschapsraad. Sekarang kami akan mengoeraikan hal kekoeasan Regentschapsraad, speciaal hal hooger toezicht. Menoeroet boeninja fatsal 124 dari Regentschaps-ordonnantie, resident afdelingshoofd jang mengawat-awati (toezicht) Regentschapsraad itoe. Apa~ bila kami mengataken bahwa arti perkataan toezicht itoe tida bisa dibatesi tentoe toean-toean tida akan menjalahkan kami. Djoega disini tergantoeng dari persoonlijkheid" Resident dan Regent. Djoega disini padoeka toean Hardeman telah menolong kita, dengan mengadoekan soerat ideran bahwa Resident-Resident boleh mengoendjoengi R. R. vergadering, akan tetapi tidak boleh doedoek di bestuurstafel. Een goed verstaander heeft maar een halfwoord noodig, kata pepatah bahasa Belanda. Maksoednja soerat ideran itoe menoeroet fikiran kami dengen tjekak dan teroes terang: Resident, djangan terlaloe kau toeroet tjampoer kepada Residentschapsraad, meskipoen kau tida toeroet bitjara sekali, tentoe Boepati dan lid^ koerang vrij. Djika persoonlijkheidnja resident keras" tetapi Boepati zwak", ja, soedah tentoe akan lebih koerang lagi actiefja R. R. Selainnja fatsal 124 R. O., ada lagi fatsal 26 R. O. jang menjeboetkan, bahwa semoea soerat^ jang dialamatkan kepada pembesar diatasnja Resident, haroes didjalanken liwat resident. Djika residentnja persoonlljkheidnja koeat dan Boepati tida koeat, tentoe sadja dengen prentah haloes soerat^ jang menoeroet fikirannja resident itoe koerang baik, maskipoen oemoem memperbenarken, disoeroeh tjaboet oleh resident itoe. Regentschapsraad akan tida akan bisa berdaja koeat, sebab biasanja djika Boepati zwak keatas, ja bisa menindas kebawah. Sekarang sebaliknja, seoempamanja Boepati jang keras, resident djoega keras, soedah tentoe senantiasa bertjektjokkan, toch boekan demikian maksoed Pemerentah, siapalah jang soesah bila kedjadian begitoe, tentoe sadja ra'jat.

21 ~82S- Apakah ini artikel tjda bisa dfberorbah oempamanja resident hanja dapet saünan soerat^ jang beralamat lebih tinggi dari pada beliau^ Lain dari pada jang terseboat diatas, baroe^ ini ada besluitnja college van gedeputeerden fang, memberi koeasa atas nama College itoe periksa semoea pegangan wang administratie, adanja barang^ d.1.1. dari semoea rekenplis':htigen Reg. Raad. Miksoednia baik, akan menoentoen kepada R. R. akan tetapl menoeroet fikiran kam! merendahken deradjat College van Gecommitteerden atau Boepati, sebab mereka itoelah jang ada hak priksa hal itoe semoea. College van Gecommitteerden diadaken oleh College van gedeputeerden dipilih R. R. (autonoom lichaam) aken diperiksa dan diselidiki pakerdjaanja oleh seorang adjunct-inspecteur jang pangkatnja ada lebih djaoeh rendah dari saloe lid sadja dari college van Gecommitteerden. Ini hal laioc bisa kedjadian seperti tjerita dizaman koeno, jang menjeritakan Wedono taknet kepada opasnja resident, sebab itoe opas disoeroeh periksa pakerdjaannja Wedono. Apabila Boepatinja kepandaiannja tjoekoep, setidafnja sama dengen kepadaian itoe Inspecteur, tentoe demikian itoe djoega akan tidak akan kedjadian; djadi hal ini selainnja tergantoeng dari atoeran jang baik, djoega tergantoeng dari personlijkheidnja Boepati. Tocan-, kekoerangan' terseboet diatis bisa diperbaiki asal sadja lid-lid Reg^ntscliapsraad soeka. Soerat kabar Soerabaiasch Handelsblad tanggal satoe Augustus baroe ini menjiarkan karangannja correspondentnja sendiri, bahwa leden Indonesia dan Regentschapsraad Bondowoso bcrani mc^mpertahankan kejakinan mareka sendiri, meskipoen iid^ bangsa lain tiada sctocdjoe kepada marika, lid h'ingsa Indonesia itoe ditocdoeh djadi satoe toeboeh, apabila hendak meroegikan ambtenaar Raad jant;- hanja kebetoilan bangsa Bclanda. Kami pocnj-i perasaan tida demikian. Apa bila lid^ terseboet diatas me~ mam:; tida soeka kepada Directeur bangsa belanda, tentoe itoe Directeur doeloc tida akan diangkat oleh Raad, jang terdjadi kabanjakan dari bangsa Indonesia. Manakah boekti^ djika mareka itoe anti Iain bangsa? Kami jakin, apabila lid^ Regentschap berani mempertahankan kejakinannja dengan alasan jang tjoekoep, tentoe Regentschapsraad akan djadi sebagaimana jang dimaksoedkan oleh Pemerentah. Tida sepeti jang dikatakan oleh Correspondent itoe beloem ada apa^ socdah menjoeroeh keloear lid^ bangsa Belanda dari Regentschapsraad dan beloem ada apa onderneming soedah disogok soepaja anti Regentschapsraad, dus anti Regeering. Toean' jang berhoeboengan dengan Regentschapsraad., kami mohon dengan sanget kepada toean bekerdjalah dengan scsoetiggoehnja menoeroet kejakinan toean masingl Pergoenakanlah tenaga toean sepenoeh^ nja goena keperloean rajat. Meskipoen pihak apa sadja, maoepocn fihak politiek kiri dan kanan

22 826 tida moefakat kepada haloean toean, meskipoen kepadaian toean^ beloem dianggep tjoekoep, meskipoen pada masa ini misih banjak atoeran dalam R. R. jang seharoesnja haroes diperbaiki, tida menapa, insjallah R.R. akan mendjadi soeboer dan berdjasa besar kepada pendoedoek, asal sadja toean^ mendjalankan pakerdjaan toean dengan kejakinan dari hati jang soetji. S. H. Raad kaboepaten Tjirebon. I. Mutatie: Lid toean Riedé teiah kloear lantaran brangkat verlof ke Europa. Akan gantinja lid toean Pradjadisastra, lantaran berpindah menniggalkan ini kaboepaten, telah dapat terpilih toean Setjadiwirja. II. ^ Motie Regentschapsraad Tasikmalaja. Atas motie ini, jang bermaksoet meminta kepada Raad Provincie Pasoendan salekas-lekasnja mengadakan verordening autoverkeer. Raad Kaboepaten Tjirebon telah menjataken kesetoedjoeannja dengan beslit raad tanggal 4 Mei III. Hal tambahan djadjahan Gemeente Tjirebon. Atas pertanjaan lid toean Wiradipoera pada persidangan raad tg. 4 Mei jl., maka diterangkan oleh voorzitter, bahwa setelah meliat dalam Provinciaal Blad jang College van Gedeputeerden mempertimbangkan kepada Raad Provincie boeat meloeloeskan permoehoenannja Gemeente Tjirebon, biliau (voorzitter) lantas mengatoerkan keberatan kepada College terseboet. Mendjadi seolah-olah beslit Raad Kaboepaten dahoeloe telah didjalankan. Akan tetapi voorstel Gedeputeerden itoe telah ditrima baik oleh Raad Provincie dengan 21 soeara voor dan 9 tegen, Jang tidak setoedjoe itoe beralasan seperti biliau djoega. Toean Mohamad Djaid menanja poela apa tidak ada djalannja boeat mengoeatkan timbangan Raad. Sebab alesan-alesan boeat menambah djadjahan itoe, kalau spreker tidak salah, banja dari lantaran perloe dioeroes dari hal penerangan, kesehatan, djalan-djalan soepaja djadi ramai, mendjadi terang mengandoeng arti, jang Raad Kaboepaten beloem dianggap tjakap mengoeroeskan hal keperloean itoe. Ini pertanjaan didjawabnja oleh voorzitter bahwra tidak ada halangannja menghadep ka Pemerintah boeat mengoeatkan kehendak Regentschapsraad. Aken tetapi hal ini ditoenggoekan sampai natulen pembitjaraan persidangan Raad Provincie dari hal ini. Ini perkara aken dikemoekakan lagi, djika gegevens-gegevensnja itoe soedah lengkap semoea. IV. Raad-raad desa. Dalam persidangan Raad tanggal 4 Mei tadi, oleh Mohamad Djaid telah dikemoekakan djoega dari hal kepentingannja meng adakan raad-raad desa. Diantara lain ia telah membilang, bahwa raad desa itoe djanganlah diadakan dimana-mana desa, seperti doeloe telah ditjoba di des^ Koebangkarang jang tidak ada boeahnja, akan tetapi hendaklah di-

23 y 827 H. f^ [annja sraad. angan a gepilih misahnja di desa-desa jang besar dan koeat, dan soedah madfoe seperti di Ploembon dan desa di iboe-iboe kota ristrikt, di Kanggraksan, dimana, tjoekoep pendoedoek bangsa Tiong Hoanja, mendjadi segala bangsa bisa doedoek sebagi wakil bangsanja dan bisa bitjarakan masing^ kaperloeannja dalara desa itoe. ^ Ini hal di djawabnja oleh voorzitter, bahwa hal itoe lagi dipriksa dan dipeladjan oleh commissie jang dipimpin oleh resident Lacuille. Papriksaan hal desaraden beloem rampoeng. Semalah djadi tjita-tjita djoega boeat mer 'tj^" '"'^"ds'^he gemeenten, seperti di iboe kota regentschap jang ketju-ketjil Oempamanja sadja doeloe di Poerworedjo rame dibitjarakan akan diadakan Inlandsche Gemeente itoe. Akan tetapi hal ini bloem diada- Kan pertjobaan. Raad Kaboepaten Tasikmalaja. I. Vergadering tentan^ mengadakan dan memoengoet padjeg petasan. Pada 9 April 1929 telah dikemoekakan pada raad soeatoe rentjana verordening terseboet, jang isinja hampir sama lengan verordening Gew. Raad J^reangan dahoeloe. Satoe hal jang perloe dimoeat dalam verordening baroe Jtoe lalah pasal 3 ajat ke 2. Lagi poela fatsal 5 diboeboehi ajat jang bampnitnpfi ^K ^^ ^-. ^^J^soednja ialah soepaja orang-orang jang akan mendjoeal petasan di lebih dari satoe tempat bisa dikenakan soepaja mempoenjai idman dan membajar padjegnja jang telah ditentoekan. Djoega öoeat mendjoeal petasan berkelilingan masing-masing haroes membajar paqegnja Menoeroet verordening jang doeloe tidak begitoe, sebab djikalau sasoeatoe orang mempoenjai idinan bisa mendjoeal petasan di lebih dari 1 tempat, maka padjegnja tetap ƒ 50,- satoe tahoen sadja. f^jenoeroet pasal 3 dari rentjana verordening baroe banjaknja padjeg itoe Lei'. ^'ap-tiap taoen, sedang boeat mendjoeal petasan dimistinja masmg tempatnja atau dilain tempatnja dimoestikan masing-masing memoa ar padjegnja menoeroet atoeran jang soedah dioeraikan itoe. rii.l- ^''^"'"^ ^' ''^«^ memboeat reclame. Kepada raad telah djoega aiadjoekan soeatoe rentjana-verordening diatas memboeat reclame didaerah Kaboepaten Rentjana-verordening ini boleh dikata tiada ada bedanja dengan verordening Gewest Preangan jang telah di hapoeskan. Ö.TTI "^T^ ^ ''"^ ^ " '" Instellingsordonnantie, locale verordeningen berlz, "". ''* ^' ''"^^" j""g ''^^'^koe oentoek kaboepaten, hanja bil. M ^ " '^""^"^^ terhitoeng dari moelai berdirinja regentschap apaitoe IZTTuV^''^ ^'^^^ '^'S'"" ^'"g^" verordening kaboepaten. Maka dari nin^=«d.r u"'' ^j"' ^" '^'"S"" sekoeat^nja oentoek mengganti verordening dan marhoem Gewest Preangan. reclame'orlt'j,?'" «"^werp-verordening, maka oentoe< memboeat reclame, orang hendaklah membajar menoeroet tarip seperti berikoet:

24 boeat satoe hari pada tiap-tiap M^ ƒ 0,50 boeat satoe minggoe pada tiap-tiap M^. t, boeat satoe boelan pada ti^p-tiap M^ 2,50 boeat satoe tahoen pada tiaptiap M". 20, Sebagian dari pada tiap^ M' dihitoeng boeat 1 M^. III. Voorstel Provincie soepaja kapoepaten Tnsikmalaja diwadjibkan memhajar hoetang sebagai soemban^an dahm meloenasi pindj'aman Gewest Priangan Jang telah diserahkan kepada Provincie Pasoendan. Menoeroet soerat Qoepernoer tanggai 22 Dec kaboepaten Taslkmalaja misti membajar kembaii wang pindjaman f College van Gecommitteerden berkeberatan akan memvoorstel kepada Raad soepaja me.ierima oetang itoe sama sekali, maka College ftoe tclab menoelis koenng lebih demikian pada Raad : Pasal 18 dari ordonnantie pendirian Provincie Pasoenda» menetapkan, bahwa kapoenjaan- kaocntoengan^ pemberatan" d.i.l. dari ressort^ jang telah dilinjapkan, misti diserahkan pada Provincie Pasoendan, asal sadja haf tadi tida diserahken pada kaboepaten' dalam daerah Provincie. Sasoenggoehnja tidak semoeanja itoe diserahkan kepada kaboepaten^ dalam daerah Preangan, satoe bagian dari itoe dipindahkan kepada Provincie. Dalam hal ini Provincie adalah didalam keadaan jang beroentoeng sekali, lantaran menoeroet pasal 19 dari Stb 1925 No. 78 ia dibri kocasaan oentoek memberatkan kaboepaten^ dengan sagenap pindjaman^ dari ressort^ jang telah dihapoeskan. Apabila semoeanja kepoenjaan^ dan kaoentoengan" diserahkan kepada kaboepaten", maka^ nistjajalah kaboepaten^ itoe akan raenerima semoeanja pemberatan^. Oleh karena kedjadiannja tidak begitoe, maka baiklah kaboepaten^ menolak pemberatan itoe, sebab pembaginja tidak benar. Oleh Gedeputeerden dipertimbangkan, soepaja bagiannja kaboepaten Tasikmalaja ditetapkan ƒ ,74. Menoeroet peritoengan College van Gecommitteerden bagian itoe hendaklah ditetapkan koerang lebih ƒ , sedang bedanja ialah wang djoemblah ƒ ,72 haroeslah dipikoel oleh Provincie sendiri, lantaran tidak semoeanja kapoenjaan-kapoenjaan dari Gewest Preanger dahoeloe diserahkan kepada kaboepaten^. Maka dari itoe oleh Gecommitteerden di pertimbangkan kepada Raad, soepaja raad memadjoekan kabratan^ seperti terseboet diatas ini terhadap kepada Provincie Raad Kaboepaten Leiiak. 1. Merobah verordening-verordening raad. Dalam persidangan Raad tertanggal 27 Juni jll. atas aanmerking Pemerintah atau pertoedoehan College van Gedelegeerden, telah dapat dirobah beberapa verordening-verordening. Verordening-verordening jang telah dapat rofaahan ialah: a. Verordening memoengoet padjeg minoeman kras dalam regentschap Lebak.

25 829 b. Verordening padjeg petasan. c. Verordening padjeg tontonan. d. Verordening pesewaan-pesewaan. II. Permintaan subsidie daii Commissie voor de Adatrechtstichting" di Leiden dan dari Nederlandsch Indische Wegenverecniging" di Bandoeng. Lantaran perkoempoelaii-perkoempoelan ini bermaksocd baik sekali boeat kaperloean oemoem, dan lantaran dalam begrooting boeat tahoen 1929 telah diadakan postnja boeat menibri subsidie pada perkoempoelan-perkoempoelan terseboef, maka Raad mernoetoes dalam persidangan pada tanggal 27 juni jtl. akan membri subsidie pada kadoea perkoempoelan tadi saben tahoen masing-masing ƒ 25,-. III. Mengadakan pesang^ralian regentschap di kola Rangkasbetoeng. Semedjak Njonja M. de Ridder bcrenti dari mengadakan hotelnja, maka sampe kini belon ada jang menggantinja, sehingga sering ada tetamoe-tetamoe dari djaoeh jang datang di Rangkasbitoeng kasoesahan boeat menginap. Betoel masa ini ada 2 hotel Tiong Hoa, tetapi itoe tidak menjoekoepi. Lantaran demikian dipertimbangkan oleh College van Gecommitteerden mengadakan pcsanggrahan regentschap; Oentoek kaperloean ini Raad hendaklah menjewa roemah paling sedikit 2 tahoen. Maksoeduja kalau dalam 2 tahoen itoe ada jang boeka bcrdirikan hotel jang pantes dan pesanggrahan dibrentikan, Raad ada hak m.enjewakan itoe roemah sampc abis contrakt. Raad moefakat mengadakan pasanggrahan seperti terseboet diatas ini poetoesan Raad tg. 27 juni jl. ÏV. Waterleiding Rangkasbitoeng. Regentschap telah mendapat subsidie dari Pemerintah banjaknja / , boeat membikin waterleiding di Rangkosbitoeng, tapi.menoeroet katrangan boepati dalam persidangan raad tg. 27 juni jll. pakerdjaan itoe belon sadja dikerdjaban. Telah ditanjakan pada Hoofd Provinciale Waterstaat West-java bagimana keadaannja hal itoe, dan balesannja jang pakerdjaan itoe soedah di pasrahkan kepada Hoofd der Ie Disdrikt. Nederland. Procedeeren door de gemeente. Art.!43 der Gemeentewet Iaat niet toe, daf de raad een besluit neemt tot het voeren in voorkomende gevallen van alle rechtsgedingen van een zeker type. (Arrest van den hoogen raad dd. 20 December 1928.) De hooge raad enz.; Overvliegende, dat, voor zooveel thans van belang, uit het bestreden vonnis blijkt;

26 830 dat verweerder in cassatie verder te noemen de gemeente bij inleidende dagvaarding de veroordeeling heeft gevorderd van eischer in cassatie verder te noemen W. tot ontruiming van een nader aangeduid pand, op grond dat de huurovereenkomst, ten aanzien van dit pand door de gemeente als verhuurster en W. als huurder gesloten, was geëindigd; dat W. deze vordering heeft bestreden, aanvoerende, dat de gemeente in haar eisch niet-ontvankelijk was, omdat de gemeenteraad niet zou hebben genomen een besluit tot het instellen der onderhavige vordering, daar toch het ten deze genomen besluit zijnde het algemeen besluit van den raad van 9 October 1919, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten, bij besluit van 28 October 1919 waarop de gemeente zich beriep, de vordering niet zou kunnen dekken; dat de kantonrechter te R. bij vonnis van 27 Augustus 1927 het beroep op de niet-ontvankelijkheid van den eisch heeft verworpen en aan de gemeente haar vordering heeft toegewezen; dat op het door W. ingesteld hooger beroep de rechtbank, na te hebben overwogen, dat art. 143 der Gemeentewet voor zooveel ten deze van belang, luidt: De raad beoordeelt en beslist of vanwege de gemeente een rechtsgeding zal worden gevoerd", verder overweegt: dat de rechtbank in deze bewoordingen de stelling van appellant niet kan lezen; dat met name deze bewoordingen naar het oordeel der rechtbank niet verbieden, dat voor een herhaaldelijk voorkomend, scherp omschreven geval, waarbij het naar 's raads oordeel vaststaat, dat steeds het voeren van een procedure noodig is, zulks door den raad eens voor altijd wordt beslist, zoodat door zoodanig raadsbesluit, mits door Gedeputeerde Staten goedgekeurd, voor zoodanig geval eens voor al aan het voorschrift van art. 143 is voldaan; dat het betrokken raadsbesluit van 9 October 1919 voor zoover hier van belang luidt: De raad der gemeente R.; Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders, strekkende tot het nemen van een besluit tot het voeren in voorkomende gevallen van de rechtsgedingen, die tot het verkrijgen van de ontruiming van aan de gemeente toebehoorende perceelen, die zonder recht worden gebruikt, noodig zullen blijken; dat de vraag of van gemeentewege tot ontruiming van aan haar toebehoorende perceelen, welke zonder recht worden gebruikt, in rechte moet worden opgetreden, gereedelijk voor een beoordeeling en beslissing in algemeenen zin vatbaar kan worden geacht; Besluit tot het voeren in eersten aanleg en zoo noodig in hooger beroep van de rechtsgedingen, die noodig zullen blijken tot het verkrijgen van de

27 831 ontruiming van aan de gemeente toebehoorende woningen, die zonder recht worden bewoond of anderszins gebruikt"; dat alzoo in het onderwerpelijk geval een raadsbesluit als bovenbedoeld door den gemeenteraad van R. is genomen; dat geintimeerde heeft betoogd, dat dit raadsbesluit zou inhouden een verboden delegatie van hetgeen door de gemeentewet aan den raad is opgedragen, daar in strijd met de wet thans niet meer de raad zou uitmaken of in een bepaald geval een procedure zal worden gevoerd; dat dit onjuist is; dat toch het raadsbesluit de bovenaangehaalde considerans stelt het buiten twijfel uitdrukkelijk vaststelt, dat, wanneer een aan de gemeente toebehoorende woning zonder recht of titel wordt gebruikt, altijd uiteraard wanneer zulks noodig is en de gebruikers de woning niet vrijwillig ontruimen-een rechtsgeding tot ontruiming daarvan zal worden gevoerd; dat alzoo de raad eens voor altijd tot het voeren van een rechtsgeding in al deze gevallen heeft besloten en het dagelijksch bestuur der gemeente in ieder voorkomend geval niet anders doet dan dit besluit uitvoeren; dat alzoo, waar vaststaat dat de onderwerpelijke procedure valt onder die in het raadsbesluit bedoeld, ten aanzien daarvan aan het voorschrift van art. 143 der gemeentewet is voldaan; dat appellant nog heeft gesteld dat het voeren van deze procedure niet in het belang der gemeente zou zijn, doch de beoordeeling van de vraag of een rechtsgeding zal worden gevoerd niet staat aan den rechter, doch aan het administratief gezag, zoodat dit punt in deze buiten iedere beschouwing moet blijven" ; op welke gronden de rechtbank, oordeelende dat het beroep op de nietontvankelijkheid der vordering terecht was verworpen, het vonnis van den kantonrechter heeft bekrachtigd; dat tegen deze uitspraak als middel van cassatie is voorgesteld: zie conclusie adv.-gen.; Overwegende, omtrent het onder a vermelde en het slot van het middel: dat krachtens art. 143 der gemeentewet de raad heeft te beoordeelen en te beslissen, of vanwege de gemeente een rechtsgeding zal worden gevoerd; dat dus de raad, tot beslissing geroepen, tot taak heeft zich een oordeel te vormen omtrent de feitelijke omstandigheden en rechtsvragen, die zich ten aanzien van het te voeren proces voordoen en zich rekenschap heeft te geven van de belangen en kansen, aan het voeren van het geding verbonden; dat mitsdien de aard van de den raad opgedragen taak medebrengt, dat hij ieder geval, waarin de vraag omtrent het voeren van een rechtsgeding zich voordoet, afzonderlijk waardeere en beslisse en hij zijnen wettelijken plicht niet nakomt, wanneer hij, gelijk hier is geschied, een besluit neemt tot het

28 832 voeren, in voorkomende gevallen, van a!!e rechtsgedingen van zeker type, methode, waarbij de vragen, die in de toekomst omtrent het voeren van een proces van dat type rijzen, geheel buiten de beoordeeling van den raad gelaten worden. dat de juistheid van een en ander wordt bevestigd door art. 199, in verband met art. Ï94h der Gemeentewet, krachtens welke de door Gedeputeerde Staten te verleenen goedkeuring van het raadsbesluit tot het voeren van een rechtsgeding niet mag worden gegeven dan nadat hun het rechtskundig onderzoek, te dien aanzien door het gemeentebestuur in te stellen, is medegedeeld; dat immers de wet, gewagende van een door het gemeentebestuur in te stellen rechtskundig onderzoek, het oog heeft op een bepaald, omtrent een gerezen geschil te voeren geding, daar is uitgesloten een rechtskundig onderzoek omtrent geschillen, die zich eerst m de toekomst zullen voordoen en ten opzichte waarvan enkel het algemeen karakter is aangegeven maar de nadere omstandigheden en de lechtsvragen, die zich daarbij mogelijkerwijze zullen voordoen, geheel onbekend zijn; Overwegende, dat derhalve het onderdeel a in verband met het slot van het middel gegrond is, en dus een onderzoek naar de andere onderdeden van het middel overbodig is geworden; Vernietigt het vonnis van de arrond. rechtbank te R., den 18en October 1927 in deze zaak gewezen; En recht doende ten principale: Vernietigt het vonnis van den kantonrechter te R., den 27en Augustus 1927 in deze zaak gewezen; Verklaart den verweerder in cassatie in zijn voormelde hoedanigheid nietontvankelijk in de door hem ingestelde vordering, en veroordeelt hem in de kosten, zoo in eersten aanleg als in hooger beroep en op het beroep in cassatie gevallen. (De Gemeenfegids). Boekbesprekingen. Decentralisatieverslag In dank ontvingen wij dit dezer dagen verschenen verslag. Het is in zijn opstelling ongeveer gelijk aan zijn voorgangers. De inleiding is wat uitgegroeid, doordat de bestuurshervorming geleidelijk wordt doorgevoerd en enkele gegevens dienaangaande in die jnleiding zijn verwerkt. Verder is aan de bijlagen toegevoegd een overzicht van de bevolkingscijfers en een lijst van belastingverordeningen. Door laatstgenoemde lijst in staatvorm op te zetten, is een besparing van ongeveer 50 bladzijden tekst verkregen, terwijl de overzichtelijkheid er door is toegenomen.

29 833 ' Toen nadat eenige jaren de uitgifte van het Decentralisatieverslag om redenen van bezuiniging tijdelijk gestaakt was geweest, voor het eerst weer een verslag verscheen ( ) en daarin verschillende hoofdstukken van de vroegere verslagen (Werkkring en bevoegdheid, Personeel en verrichtingen der Raden) niet opnieuw waren opgenomen, spraken wij de hoop uit dat dit in volgende verslagen zoo zou blijven, omdat het weglaten van die hoofdstukken het verslag n. o. m meer leesbaar had gemaakt. Het verslag heeft kort daarop toch zijn ouden vorm herkregen. In hoofdstuk Vil, Verrichtingen der raden, dat een kleine 200 bladzijden beslaat, kan men als voorheen weer lezen dat in de gasolinestraatverlichting der gemeente Menado geen verandering is gekomen, dat de inrichting en samenstelling der brandweer in de onderafdeeling Leraatang ilir ongewijzigd bleef, dat er in verschillende ressorten (gelukkig) geen branden van beteekenis plaats hadden, dat in Sawah Loentohet slachthuis werd geverfd en de steen- en houtwerken hersteld, dat in de rioleerings- en afwateringswerken van Salatiga plaatselijke verbeteringen weïden aangebracht, en meer dergelijke belangrijke, raededeelingen. De jaren achtereen opgenomen mededeeling, dat de Gemeente Semarang het eerst tot de heffing van een eigen inkomstenbelasting is overgegaan en dat de betrekkelijke veiordening in werking trad op 1 Januari 1927, is thans voor het eerst achterwege gelaten; vermoedelijk is aangenomen dat dit feit thans voldoende bekend is. Talrijke bladzijden van de hoofdstukken 1 t/m V bevatten ook thans weer een vrijwel woordelijke herhaling van wal reeds jaren achtereen is medegedeeld. Ofschoon dus de samensteller van het verslag het nog steeds zoekt in de kwantiteit in plaats van in de kwaliteit, zou er voor ons geen aanleiding zijn bij het verschijnen van het verslag opnieuw hierover eenige beschouwingen te geven, indien niet in den Volksraad en in de Locomotief van 17 Augustus jl. vorm en inhoud van het verslag aan een scherpe kritiek waren onderworpen De uitspraak van de Locomotief, dat het verslag als poging om een inzicht te geven in de wijze waarop de verschillende locale ressorten de hun toebedeelde taak vervullen volkomen mislukt lijkt, is weinig vleiend maar n. d.m. geheel juist. Het publiek vindt er zelden in wat het verwacht en de decentraiisatiemenschen, die als regel wel weten welke gegevens er in te vinden, zijn raadplegen het verslag zoo goed als nooit. Wil het veislag leesbaar zijn, dan moet het aanzienlijk worden ingekrompen. De hoofdstukken 1 t/m V kunnen vooreen groot deel woiden geschrapt Alles wat te vinden is in den bundel Decentralisatiewetgeving en in de Regeeringsalmanak, is n. o. m. in het verslag overtollig. Alleen van de gedurende het verslagjaar in de Organieke Wetgeving en in de verder in die hoofdstukken verhandelde stof gekomen wijziging zal mededeeling moeten worden gedaan. Het opnemen van de uitgezonden circulaires lijkt ons wel van belang. De gegevens op financieel gebied zijn in het verslag te sober. Het overzicht van de ontvangsten en uitgaven op blz. 96 en 97, waarin de cijfers

30 834 van den gewonen en den buitengewonen dienst zijn samengevoegd, heeft zonder toelichting weinig waarde. De cijfers van Semarangs ontvangsten en uitgaven, die in 1925 plotseling verdubbeld zijn en een saldo lieten van een kleine 4 millioen, maken een vergelijking al zeer moeilijk, voor wie niet weet dat daarin een 6 millioen-conversieleening is verwerkt en dat aan het einde van het iaar ongeveer de helft van het geconverteerde leeningsbedrag nog niet was afgelost. Er is behoefte aan vergelijkende cijfers van de hoofdgroepen van ontvangsten (belastingen Gouv:. uitkeeringen en-bijdragen) en uitgaven, zoowel ten opzichte van het geheel als ten opzichte van de ressorten onderling, aan gegevens omtrent de uitkomsten der verschillende locale bedrijven, aan een specificatie van de in het verslagjaar ten laste van den buitengewonen dienst verwerkte bedragen e. m. d. Wij vestigen de aandacht van den samensteller van het verslag op de in Nederland gedurende de laatste jaren regelmatig gepubliceerde cijfers op het terrein van de locale financiën (Jaarlijksche statistiek Gemeentebegrootingen met bijgevoegd beknopt overzicht van den belastingdruk, uitgegeven voor het Centraalbureau voor de Statistiek. Waarschuwende cijfers uit de Gemeente-financiën, samengesteld op verzoek van de Centrale Commissie voor bezuiniging, ingesteld door de Nederl. Maatschappij voor Nijverheid en Handel te Haarlem). Bij het overzicht betreffende de samenstelling en sterkte van het personeel in vasten localen dienst is de vraag te stellen of het ter verkrijging van gelijkbare gegevens geen aanbeveling verdient de laagste rangen daarin niet op te nemen. Volgens genoemde bijlagen hadden de gemeenten Batavia, Soerabaia en Semarang op 1 Januari 1928 ten behoeve van den algemeenen technischen dient resp. 48, 5 en 157 Inlanders in vasten dienst. Zelfs voor een globale vergelijking van de personeelsbezetting hebben deze gegevens geen waarde. Semarang gaat (of ging) er blijkbaar eerder toe over ook de lagere rangen als mandoers en koelies in vast dienstverband te brengen. Hoofdstuk VII verrichtingen der raden behoeft wel de meest grondige reorganisatie. Indien omtrent die verrichtingen niet zoodanige gegevens verzameld en overzichtelijk gerangschikt kunnen worden, dat zij voor deskundigen en verdere belangstellenden waarde hebben, dan kan dit hoofdstuk beter vervallen. Liever minder gegevens maar goed, dan een verslag dat niemand inkijkt. Nu het Decentralisatiekantoor beschikt over een technischen hoofdambtenaar moet het toch wel mogelijk zijn dat dit zwakste punt van het verslag voortaan behoorlijk verzorgd wordt. Daarvoor zal noodig zijn dat een schema wordt opgemaakt van de te publiceeren gegevens en dat de ressorten door duidelijk gestelde vragen dit geldt ook voor de overige gegevens weten welke gegevens worden veriangd. Van de duidelijkheid van die vragen zal voor een groot deel afhangen of de verzamelde gegevens waarde hebben als vergelijkingsmateriaal. Het spreekt van zelf, dat een beter verslag niet verkregen kan worden,

31 I wanneer niet de locale ressorten ten volle medewerken. Die medewerking zal gegeven worden, daaraan twijfelen wij niet, zoodra de ressorten de overtuiging hebben dat daarmede iets nuttigs wordt bereikt. Er heerscht nog zooveel onwetendheid omtrent de financiën der locale ressorten en omtrent hetgeen door deze laatste wordt tot stand gebracht, dat wanneer door het uitgeven en op ruime schaal verspreiden van een goed jaarverslag een juist inzicht in de resultaten der Decentralisatie kan worden gekweekt en een beoordeeling van het gevoerde beleid door ieder ressort afzondelijk mogelijk wordt gemaakt dit laatste is, zooals de Adviseur in een rondschrijven heeft opgemerkt, van belang bij het doen van een beroep op de geldmarkt de daaraan bestede arbeid zeker vruchtdragend zal zijn. Personalia. B e n o e m d: tot lid van den Gemeenteraad van Bindjai J. H. Bitters, inspec- I teur van de Langkah ondernemingen van de Deli Maatschappij te Bindjai. tot lid van den plaatselijken raad van het Cultuurgebied der Oostkust van Sumatra Mr. H. Bekkering, officier van Justitie bij den Raad van Justitie te Medan. tijdelijk tot commissaris voor het toezicht op het beheer van het Pensioenfonds voor Europeesche locale ambtenaren F. A. Velt, referendaris Ie Klasse voor de comptabiliteit bij de gemeente-secretarie te Batavia. Offïcieele Mededeelingen. Het bestuur is samengesteld als volgt: J. J. G. E. Rückert, Voorzitter te Batavia; G. de Raad, Secretaris, F. W. M. Kerchman, Penningmeester, beiden te Semarang; W. J. A. C Bins te Batavia; Ir.J. E.A. von Wolzogen Kühr te Bandoeng; D. Baron Mackay te Medan; H. I. Bussemaker te Soerabaja en R. Slamet te Semarang. De contributie der leden bedraagt ƒ 15, per jaar. Over de contributie 1wordt halfjaarlijks beschikt, tenzij aan den Penningmeester het verzoek wordt gedaan de contributie over kortere termijnen te verdeelen. De leden ontvangen het orgaan kosteloos. De abonnementsprijs voor het orgaan bedraagt / 15, per jaar, halfjaarlijks te voldoen. Copy voor elk nummer van dit tijdschrift, dat op den Isten der maand verschijnt, wordt ingewacht uiterlijk op den 20en der voorafgaande maand, copy voor het nummer van den 16en uiterlijk op den 5en der maand. Het honorarium voor artikelen in het orgaan bedraagt voor hoofdartikelen f 5, per bladzijde druks (gedeelten eener bladzijde naar evenredigheid) en voor correspondenties, waarbij van raadspublicaties gebruikt wordt gemaakt, ƒ 3,50 per bladzijde, niet raedegerekend de overgenomen teksten.

32 16e J L Stuk te zer der v( Karren Nac de w; geleid aan d Op geope De gr doch Ie. I V t( 2e. I c k V Opner

==================================================================== HOOFDSTUK I. Paragraaf 1. Inrichting. Artikel 1

==================================================================== HOOFDSTUK I. Paragraaf 1. Inrichting. Artikel 1 Intitulé : Landsverordening Raad van Advies Citeertitel: Landsverordening Raad van Advies Vindplaats : AB 1992 no. GT 3 Wijzigingen: AB 1992 no. 108 HOOFDSTUK I Paragraaf 1 Inrichting Artikel 1 De Raad

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2010 GT no. 17 Landsverordening Raad van Advies 1 Hoofdstuk 1. Inrichting en samenstelling Artikel 1 1. De Raad van Advies, verder te noemen de Raad, bestaat

Nadere informatie

De Provinciewet en de Rekenkamer

De Provinciewet en de Rekenkamer De Provinciewet en de Rekenkamer HOOFDSTUK XIa. DE BEVOEGDHEID VAN DE REKENKAMER Artikel 183 1. De rekenkamer onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het provinciebestuur

Nadere informatie

17e Jaargang. 1 Juni 1930. Afl. 11.

17e Jaargang. 1 Juni 1930. Afl. 11. 17e Jaargang. 1 Juni 1930. Afl. 11. Locale Belangen Orgaan van de Vereeniging voor Locale Belangen. Verschijnt den Isten en 16den van elke maand. De Vereeniging is opgericht in 1913 en als rechtspersoon

Nadere informatie

Rederlandschlndisde laatschappij

Rederlandschlndisde laatschappij J VAN-PE Rederlandschlndisde laatschappij VAN NIJVERHEID en LANDBOUW. i:, o-i, Handel enz. JK ^f ",. 'T 4 STATUTEN VAN DE Rederlandsch-Indische Maatschappij VAN NIJVERHEID en LANDBOUW. OGILVIE & Co. 1885.

Nadere informatie

STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN.

STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN. STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN. (ET. 44.) WET van den 2$sten Juli) i85o, ter uitvoering van art, j der Grondwet. WIJ WILLEJI III, BIJ DE GRATIE GODS, KONING DER NEDERLANDEN, PRINS VAN ORANJE

Nadere informatie

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond,

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Roermond Nr. 232396 29 december 2017 Verordening behandeling bezwaarschriften Roermond 2018 De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond,

Nadere informatie

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten (Tekst geldend op: 26-08-2014) Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden

Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot

Nadere informatie

Gemeentewet, overzicht van de artikelen betreffende de Rekenkamer

Gemeentewet, overzicht van de artikelen betreffende de Rekenkamer Gemeentewet, overzicht van de artikelen betreffende de Rekenkamer Hoofdstuk IVa. De Rekenkamer Paragraaf 1. De gemeentelijke rekenkamer Artikel 81a 1. De raad kan een rekenkamer instellen. 2. Indien de

Nadere informatie

Reglement Geschillencommissie stichting Deurwaarders Collectief Nederland.

Reglement Geschillencommissie stichting Deurwaarders Collectief Nederland. Reglement Geschillencommissie stichting Deurwaarders Collectief Nederlan Definities Artikel 1 In dit Reglement wordt verstaan onder: Commissie: de Geschillencommissie; Stichting Deurwaarders Collectief

Nadere informatie

VOORWAARDELIJKE VEROORDEELING

VOORWAARDELIJKE VEROORDEELING VOORWAARDELIJKE VEROORDEELING DOOR MR. O. E. G. GRAAF VAN LIMBURG STIRUM Nu bij de behandeling van de begrooting voor 1925 (o. m. in het Voorloopig Verslag van de Commissie van Rapporteurs) wederom de

Nadere informatie

een ernstige belemmering voor de ontwikkeling van dit onderwijs dreigt te worden.

een ernstige belemmering voor de ontwikkeling van dit onderwijs dreigt te worden. ONDERWIJSRAAD. nkis 2 N". 'S-GRAVENHAGE, WÊÊËÈÈiM ) 9 2 Bericht op schrijven van ^ ^ Ä e n gelieve bij het antwoord n ä$&p dagteekening en 'nummer van Betreffende: MÀ?..?.Ï.Y...Y an 2,KXC, dit schrijven

Nadere informatie

STAATSBLAD VAN HBT KONINKRIJK DER NEDERLANDEN.

STAATSBLAD VAN HBT KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. STAATSBLAD VAN HBT KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. (F. 521.) BESLUIT van den 16den Augustus 1918, houdende nadere voorschriften betreffende het tooezicht op hier te lande vertoevende vreemdelingen. WIJ WILHELMINA,

Nadere informatie

I LOCALE BELANGEN j. j ORGAAN VAN DE VEREENIGING VOOR LOCALE BELANGEN. j 19de Jaargang 1 April 1932 Aflevering 7 j

I LOCALE BELANGEN j. j ORGAAN VAN DE VEREENIGING VOOR LOCALE BELANGEN. j 19de Jaargang 1 April 1932 Aflevering 7 j j 19de Jaargang 1 April 1932 Aflevering 7 j I LOCALE BELANGEN j j ORGAAN VAN DE VEREENIGING VOOR LOCALE BELANGEN. S Verschijnt den Isten en 16den van elke maand. Opneming van een stuk beteekent niet, dat

Nadere informatie

Staatsblad April WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen.

Staatsblad April WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Staatsblad 302. 23 April 1936. WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Wij WILHELMINA, enz.... doen te weten: Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenschelijk is bepalingen

Nadere informatie

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet van 3 december 1987, Stb. 635, houdende regels betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten Zoals deze is gewijzigd bij de wetten van 02-12-1993(Stb.759)

Nadere informatie

: LANDSVERORDENING houdende goedkeuring van het Reglement van Orde voor de ministerraad

: LANDSVERORDENING houdende goedkeuring van het Reglement van Orde voor de ministerraad Intitulé : LANDSVERORDENING houdende goedkeuring van het Reglement van Orde voor de ministerraad Citeertitel: Geen Vindplaats : AB 1999 no. 26 Wijzigingen: Geen Enig artikel Goedgekeurd wordt het Reglement

Nadere informatie

DE RAAD VAN BEROEP VOOR DE DIRECTE BELASTINGEN TE s-gravenhage,

DE RAAD VAN BEROEP VOOR DE DIRECTE BELASTINGEN TE s-gravenhage, RAAD VAN BEROEP voor de DIRECTE BELASTINGEN te s-gravenhage. Aangeteekend per post aan partijen toegezonden 26 Mei 1937 De Secretaris van den Raad van Beroep voor de directe belastingen te s-gravenhage

Nadere informatie

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten pagina 1 van 5 Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten (Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren

Nadere informatie

Rapport. Datum: 18 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/325

Rapport. Datum: 18 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/325 Rapport Datum: 18 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/325 2 Klacht Verzoeker klaagt er over dat de Belastingdienst/Particulieren/Ondernemingen Venlo tot het moment van indienen van de klacht bij de Nationale

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING REGIONAAL BUDGETBEHEER INGEVOLGE BESLUIT WONINGGEBONDEN SUBSIDIES VOOR DE REGIO ZEEUWSCH-VLAANDEREN 2006

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING REGIONAAL BUDGETBEHEER INGEVOLGE BESLUIT WONINGGEBONDEN SUBSIDIES VOOR DE REGIO ZEEUWSCH-VLAANDEREN 2006 GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING REGIONAAL BUDGETBEHEER INGEVOLGE BESLUIT WONINGGEBONDEN SUBSIDIES VOOR DE REGIO ZEEUWSCH-VLAANDEREN 2006 Artikel 1 (instelling rechtspersoon) 1. Er is een openbaar lichaam,

Nadere informatie

Verdrag betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht, San Francisco,

Verdrag betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht, San Francisco, Verdrag betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht, San Francisco, 09-07-1948 (vertaling: nl) Verdrag No. 87 betreffende de vrijheid tot

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2010 GT no. 19 Landsverordening Sociaal-Economische Raad 1 Hoofdstuk 1. Instelling en taak Artikel 1 Er is een Sociaal-Economische Raad, hierna genoemd de Raad.

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen. Provinciale Staten van Groningen; Besluiten: Artikel 1 Begripsomschrijvingen. Dit reglement verstaat onder:

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen. Provinciale Staten van Groningen; Besluiten: Artikel 1 Begripsomschrijvingen. Dit reglement verstaat onder: Besluit van Provinciale Staten van de provincie Groningen houdende regels voor het waterschap Hunze en Aa's: Reglement voor het waterschap Hunze en Aa s 2008 Provinciale Staten van Groningen; Besluiten:

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD 2003 nr.126

GEMEENTEBLAD 2003 nr.126 GEMEENTEBLAD 2003 nr.126 De raad, het college, de burgemeester en de gemeenteambtenaar, belast met de heffing van gemeentelijke belastingen, van de gemeente Maassluis; ieder voor zoveel het hun bevoegdheden

Nadere informatie

27 BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN DOOR DE COMMISSIE VAN ADVIES VOOR BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN

27 BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN DOOR DE COMMISSIE VAN ADVIES VOOR BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN 27 BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN DOOR DE COMMISSIE VAN ADVIES VOOR BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN Inhoudsopgave Onderwerp Artikel * Inleidende bepaling 27:1:1 * Begripsomschrijvingen 27:1:2

Nadere informatie

Regeling van werkzaamheden van het Verantwoordingsorgaan van de. lnstelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen;

Regeling van werkzaamheden van het Verantwoordingsorgaan van de. lnstelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen; Regeling van werkzaamheden van het Verantwoordingsorgaan van de lnstelling Pensioenfonds van de Nederlandse Bisdommen Het bestuur, gelet op artikel 33 van de Pensioenwet; gelet op de Code Pensioenfondsen,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 274 Wet van 18 juni 2012 tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de aanpassing van het recht van enquête 0 Wij Beatrix,

Nadere informatie

Wettelijk kader integriteit

Wettelijk kader integriteit Wettelijk kader integriteit Afleggen eed of belofte Provinciewet Artikel 14 lid 1: Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van Provinciale Staten in de vergadering, in handen van de

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Reglement Geschillenprocedure

Hoofdstuk 6 Reglement Geschillenprocedure Pagina 31 Hoofdstuk 6 Reglement Geschillenprocedure Artikel 1. Begripsbepalingen De in de statuten en het pensioenreglement gebruikte begripsbepalingen worden geacht deel uit te maken van dit reglement.

Nadere informatie

20 december 2016 Motie Commissie bezwaarschriften Pagina 1 van 5. gelezen het advies van de commissie Werken en Besturen van 30 november 2016,

20 december 2016 Motie Commissie bezwaarschriften Pagina 1 van 5. gelezen het advies van de commissie Werken en Besturen van 30 november 2016, Gemeenteblad 2016, nummer Onderwerp Datum 20 december 2016 Motie Commissie bezwaarschriften Pagina 1 van 5 De raad van Venray, gelezen het advies van B en W van 14 november 2016, gelezen het advies van

Nadere informatie

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 juli 2009, nr. 2009-013327,

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 juli 2009, nr. 2009-013327, Provinciale Staten Vergadering d.d. 23 september 2009 Besluit nr. PS2009-658 PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 21 juli 2009, nr. 2009-013327, Gelet op

Nadere informatie

==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder.

==================================================================== De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder. Intitulé : Bioscoopverordening Citeertitel: Bioscoopverordening Vindplaats : AB 1990 no. GT 12 Wijzigingen: AB 1997 nos. 33, 34 De vergunning en de verplichtingen van de vergunninghouder Artikel 1 1. Het

Nadere informatie

Verordening commissie bezwaarschriften Veiligheidsregio Midden- en West- Brabant 2010

Verordening commissie bezwaarschriften Veiligheidsregio Midden- en West- Brabant 2010 Verordening commissie bezwaarschriften Veiligheidsregio Midden- en West- Brabant 2010 Het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur en de Voorzitter van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant, ieder

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 691 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele

Nadere informatie

Besluit van 2 maart 1994, houdende vaststelling van een reglement van orde voor de ministerraad*

Besluit van 2 maart 1994, houdende vaststelling van een reglement van orde voor de ministerraad* Besluit van 2 maart 1994, houdende vaststelling van een reglement van orde voor de ministerraad* Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op

Nadere informatie

WET van 3 maart 2004, houdende instelling van de Sociaal Economische Raad (Wet Sociaal Economische Raad) (S.B no. 41).

WET van 3 maart 2004, houdende instelling van de Sociaal Economische Raad (Wet Sociaal Economische Raad) (S.B no. 41). WET van 3 maart 2004, houdende instelling van de Sociaal Economische Raad (Wet Sociaal Economische Raad) (S.B. 2004 no. 41). BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt

Nadere informatie

Verboden handelingen en gedragscode raadsleden Artikel 15 Opleggen geheimhoudingsplicht Artikel 25

Verboden handelingen en gedragscode raadsleden Artikel 15 Opleggen geheimhoudingsplicht Artikel 25 Bijlage bij het voorstel inzake de gedragscode leden van de gemeenteraad en gedragscode burgemeester en wethouders bepalingen uit de Gemeentewet over de integriteit. RAADSLEDEN Nevenfuncties Artikel 12

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29

GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29 GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2002 Nr. 29 VERORDENING over het recht van onderzoek. (raadsbesluit van 28 november 2002) De raad der gemeente Utrecht gelet op het voorstel van b. en w. d.d. 14 november 2002

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENREGELING

REGLEMENT GESCHILLENREGELING 952 REGLEMENT GESCHILLENREGELING STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE BANDEN- EN WIELENBRANCHE 922.024_952_Rb_090618_geschillenregeling G ESCHILLENPROCEDURE Artikel 1 Begripsbepalingen 1. Een geschil

Nadere informatie

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft,

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft, Tekst van de verordening: De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Drimmelen, ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Drimmelen, ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft; De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Drimmelen, ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 25 november 2009; gelet op de

Nadere informatie

artikel 40, eerste en tweede lid van de Archiefwet 1995 en artikel 36 van de gemeenschappelijke regeling RUD Utrecht

artikel 40, eerste en tweede lid van de Archiefwet 1995 en artikel 36 van de gemeenschappelijke regeling RUD Utrecht Archiefverordening RUD Utrecht 2014 Het algemeen bestuur van de RUD Utrecht gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van RUD Utrecht Gelet op: artikel 40, eerste en tweede lid van de Archiefwet 1995

Nadere informatie

Geconsolideerde tekst van de regeling

Geconsolideerde tekst van de regeling Geconsolideerde tekst van de regeling 1952. N. 30. GEMEENTEBLAD VAN ROTTERDAM De Raad der gemeente Rotterdam, Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders; BESLUIT: A. Uit de gewone middelen der

Nadere informatie

Portefeuillehouder : Volgnummer : Onderwerp Verordening behandeling bezwaarschriften gemeente Westerwolde.

Portefeuillehouder : Volgnummer : Onderwerp Verordening behandeling bezwaarschriften gemeente Westerwolde. *ZEACDE7AFA2* RAADSVOORSTEL Datum collegevergadering : Stuurgroep Datum raadsvergadering : 2 januari 2018 Portefeuillehouder : Volgnummer : 13.01. Onderwerp Verordening behandeling bezwaarschriften gemeente

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Publicatie Archiefverordening Havenschap Moerdijk 2014 Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Nummer 96/14 Bijlage(n) 1 Besluiten om over te

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 SAMENSTELLING. Artikel 1 1

HOOFDSTUK 1 SAMENSTELLING. Artikel 1 1 WET van 20 december 1988, houdende regels betreffende de samenstelling en de bevoegdheden van de Staatsraad (Wet Staatsraad) (S.B. 1988 no. 95), gelijk zij luidt na de daarin aangebrachte wijzigingen bij

Nadere informatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz.

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. TWEEDE KAMER DER STATEN- 2 GENERAAL Vergaderjaar 2012-2013 33 691 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele

Nadere informatie

VERORDENING BESTUURSCOMMISSIE OPENBAAR BASISONDERWIJS WEERT

VERORDENING BESTUURSCOMMISSIE OPENBAAR BASISONDERWIJS WEERT VERORDENING BESTUURSCOMMISSIE OPENBAAR BASISONDERWIJS WEERT De raad der gemeente Weert; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van Weert van 10 februari 2004; overwegende,

Nadere informatie

2019 no. 15 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2019 no. 15 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2019 no. 15 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 11 maart 2019 ter uitvoering van artikel 5, eerste lid, van de Landsverordening op de geneesmiddelenvoorziening (AB

Nadere informatie

21 MEI Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen.

21 MEI Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen. 21 MEI 1965. - Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen. HOOFDSTUK II. - Toezicht Afdeling 1. - Algemene bepaling

Nadere informatie

Gezien het overlegde vertoogschrift en de uitgebrachte berichten,

Gezien het overlegde vertoogschrift en de uitgebrachte berichten, 2714 De Raad van Beroep voor de Directe Belastingen te Assen, Gezien het beroepschrift, ingediend door X te Z, d.d. 6 November 1925 tegen de uitspraak van den Inspecteur der directe belastingen te Y op

Nadere informatie

De raad, de werkgeverscommissie, het college van burgemeester en wethouders, en de burgemeester van de gemeente Apeldoorn;

De raad, de werkgeverscommissie, het college van burgemeester en wethouders, en de burgemeester van de gemeente Apeldoorn; VERORDENING BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN De raad, de werkgeverscommissie, het college van burgemeester en wethouders, en de burgemeester van de gemeente Apeldoorn; ieder voor zoveel het hun bevoegdheden

Nadere informatie

In deze verordening en de daarop berustende voorschriften wordt verstaan onder:

In deze verordening en de daarop berustende voorschriften wordt verstaan onder: Het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord; AGP 15 Gezien het voorstel van het Dagelijks Bestuur van 19 oktober 2011; Gelet op artikel 30, eerste lid en 32 van de Archiefwet, alsmede artikel

Nadere informatie

Klachtenreglement voor naastbetrokkenen

Klachtenreglement voor naastbetrokkenen Klachtenreglement voor naastbetrokkenen 1 Doelstelling - Tegemoet komen aan de klager en zo mogelijk oplossen van diens onvrede. - Bijdragen aan de kwaliteitsverbetering van de zorg. 2 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Openbaar lichaam PlusTeam. Reglement van Orde van het Algemeen Bestuur

Openbaar lichaam PlusTeam. Reglement van Orde van het Algemeen Bestuur Openbaar lichaam Reglement van Orde van het Algemeen Bestuur Het Algemeen bestuur van het openbaar lichaam ; Gelet op artikel 6 derde lid van de Gemeenschappelijke regeling openbaar lichaam ; Gelet op

Nadere informatie

Reglement van orde voor de vergaderingen van de vaste adviescommissies van Wetterskip Fryslân (op basis van artikel 5 lid 4 RvO AB)

Reglement van orde voor de vergaderingen van de vaste adviescommissies van Wetterskip Fryslân (op basis van artikel 5 lid 4 RvO AB) Reglement van orde voor de vergaderingen van de vaste adviescommissies van Wetterskip Fryslân (op basis van artikel 5 lid 4 RvO AB) Algemeen Artikel 1 In dit reglement wordt verstaan onder: a. algemeen

Nadere informatie

Naklanken van het congres.

Naklanken van het congres. 15e Jaargang. 16 Mei 1928. Afl. 10. Locale Belangen Orgaan van de Vereeniging voor Locale Belangen Verschijnt den Isten en 16den van elke maand. De Vereeniging is opgericht in 1913 en als rechtspersoon

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, KONINKRIJK BELGIE 1000 Brussel, Postadres : Ministerie van Justitie Waterloolaan 115 Kantoren : Regentschapsstraat 61 Tel. : 02 / 542.72.00 Fax : 02 / 542.72.12 COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE

Nadere informatie

Wet van 24 december 1927, houdende nadere regeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst

Wet van 24 december 1927, houdende nadere regeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst (Tekst geldend op: 18-03-2009) Wet van 24 december 1927, houdende nadere regeling van de Collectieve Arbeidsovereenkomst Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds. voor. Verloskundigen

Stichting Pensioenfonds. voor. Verloskundigen REGLEMENT COMMISSIE VAN GESCHILLEN Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen Datum: december 2018 REGLEMENT COMMISSIE VAN GESCHILLEN BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Waar in dit reglement aanduidingen worden

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. (Tekst geldend op: 29-05-2015) Wet van 12 april 2001, houdende toetsing van levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding en wijziging van het Wetboek van Strafrecht en van de Wet op de lijkbezorging

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 21 april 2011

No.W /III 's-gravenhage, 21 april 2011 ... No.W06.11.0108/III 's-gravenhage, 21 april 2011 Bij Kabinetsmissive van 8 april 2011, no.11.000859, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Financiën, bij de Afdeling advisering van

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2005.2662 (068.05) ingediend door: hierna te noemen 'klagers', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds. voor. Fysiotherapeuten

Stichting Pensioenfonds. voor. Fysiotherapeuten REGLEMENT COMMISSIE VAN GESCHILLEN Stichting Pensioenfonds voor Fysiotherapeuten Datum: 19 juni 2019 1 Reglement Commissie van Geschillen als bedoeld in artikel 30 van het pensioenreglement van Stichting

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 209 Regeling van de tijdelijke vervanging van wethouders en gedeputeerden wegens zwangerschap en bevalling of ziekte Nr. 5 NOTA NAAR AANLEIDING

Nadere informatie

Archiefverordening. Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk

Archiefverordening. Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk Archiefverordening Bedrijfsvoeringsorganisatie Havenschap Moerdijk 2017 Vastgesteld door de Raad van Bestuur van Havenschap Moerdijk In de vergadering van 21 december 2016 Mij bekend, De secretaris F.J.

Nadere informatie

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Emco; gelet op artikel <..> van de gemeenschappelijke regeling <naam regeling>;

Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Emco; gelet op artikel <..> van de gemeenschappelijke regeling <naam regeling>; Het algemeen bestuur van de regeling Emco; gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van ; gelet op artikel van de regeling ; besluit: vast te stellen de volgende wijziging

Nadere informatie

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet; De raad van de gemeente Waalwijk; gezien het voorstel van het college van Waalwijk van 29 mei 2007, nummer ; gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet; overwegende dat

Nadere informatie

2. Indien de raad een rekenkamer instelt, zijn de navolgende artikelen van dit hoofdstuk alsmede hoofdstuk XIa van toepassing.

2. Indien de raad een rekenkamer instelt, zijn de navolgende artikelen van dit hoofdstuk alsmede hoofdstuk XIa van toepassing. Hoofdstuk IVa. De Rekenkamer Paragraaf 1. De gemeentelijke rekenkamer Artikel 81a 1. De raad kan een rekenkamer instellen. 2. Indien de raad een rekenkamer instelt, zijn de navolgende artikelen van dit

Nadere informatie

REGLEMENT COMMISSIE VAN GESCHILLEN

REGLEMENT COMMISSIE VAN GESCHILLEN REGLEMENT COMMISSIE VAN GESCHILLEN als bedoeld in artikel 27.3 van het Pensioenreglement van de Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (hierna SPV ), betreffende het in beroep komen bij de Commissie

Nadere informatie

Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B. 2010 no. 87)

Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B. 2010 no. 87) Bijlage behorende bij Eilandsverordering vaststelling diverse ontwerp-landsverordeningen land Curaçao (A.B. 2010 no. 87) ---------------------------------------------------------------- LANDSVERORDENING

Nadere informatie

Onderwerp : Verordening commissie bezwaarschriften 2012

Onderwerp : Verordening commissie bezwaarschriften 2012 Vergadering d.d. : 21 november 2012 Agendapunt : 7.3 Registratienummer : R 399654 Onderwerp : Verordening commissie bezwaarschriften 2012 De raad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester

Nadere informatie

Artikel 4 Eed/gelofte Ten aanzien van de leden is artikel 81 g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4 Eed/gelofte Ten aanzien van de leden is artikel 81 g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. CONCEPT VERORDENING OP DE REKENKAMERCOMMISSIE TIEL De raad van de gemeente Tiel; gelezen het voorstel van het presidium van.. 2016; gelet op het bepaalde in artikel 81oa van de Gemeentewet; besluit: 1.

Nadere informatie

gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;

gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet; De raad van de gemeente Bergen; gelezen het voorstel van het college van 16 september 2008; gelezen het advies van de algemene raadscommissie van ; gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

Reglement voor conflictbeslechting AVVN

Reglement voor conflictbeslechting AVVN Reglement voor conflictbeslechting AVVN Artikel 1 Definities In dit reglement hebben de volgende woorden de volgende betekenis: a. AVVN Algemeen Verbond van Volkstuindersverenigingen in Nederland b. AVVN-bestuur

Nadere informatie

KLACHTEN- EN GESCHILLEN PROCEDURE

KLACHTEN- EN GESCHILLEN PROCEDURE KLACHTEN- EN GESCHILLEN PROCEDURE Inhoudsopgave KLACHTENPROCEDURE... 3 Artikel 1. Klachtenregeling... 3 Artikel 2. Behandeling van de klacht... 3 Artikel 3. Beroep op het bestuur... 3 Artikel 4. Beroep

Nadere informatie

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING pagina - 1-12653 - MT GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Raad van toezicht voor Stichting Openbaar Basisonderwijs West-Brabant. De raden, colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Roosendaal, Halderberge,

Nadere informatie

*ZE9DBFBE563* Raadsvergadering d.d. 19 februari 2015

*ZE9DBFBE563* Raadsvergadering d.d. 19 februari 2015 *ZE9DBFBE563* Raadsvergadering d.d. 19 februari 2015 Agendanr.. Aan de Raad No.ZA.14-27443/DV.14-436, afdeling Middelen en Advies. Sellingen, 12 februari 2015 Onderwerp: Verordening behandeling bezwaarschriften

Nadere informatie

Reglement Geschillencommissie Arbodiensten

Reglement Geschillencommissie Arbodiensten Reglement Geschillencommissie Arbodiensten Definities Artikel 1 In dit Reglement wordt verstaan onder: a. Commissie: de Geschillencommissie Arbodiensten; b. Boaborea: de branchevereniging van dienstverleners

Nadere informatie

PROVINCIALE STATEN VAN OVERIJSSEL, DRENTHE EN GELDERLAND

PROVINCIALE STATEN VAN OVERIJSSEL, DRENTHE EN GELDERLAND 2 Ontwerpbesluit Vergadering d.d. Besluit nr. PROVINCIALE STATEN VAN OVERIJSSEL, DRENTHE EN GELDERLAND Gelezen het voorstel van de colleges van gedeputeerde staten van Overijssel, Drenthe en Gelderland

Nadere informatie

Gemeente Albrandswaard

Gemeente Albrandswaard Gemeente Verordening Onderwerp: Verordening bezwaarschriften 2018 Commissie BBVnummer: 1288490 Datum vergadering/ agendanummer Kenmerk 1293411 Openbaar Verordening bezwaarschriften 2018 De raad, het college

Nadere informatie

Gezien de statenbrief van Gedeputeerde Staten d.d.., nr.., betreffende de vaststelling van de Verordening rechtsbescherming Gelderland 2016;

Gezien de statenbrief van Gedeputeerde Staten d.d.., nr.., betreffende de vaststelling van de Verordening rechtsbescherming Gelderland 2016; Provinciale Staten Vergadering d.d. Besluit nr. PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND Gezien de statenbrief van Gedeputeerde Staten d.d.., nr.., betreffende de vaststelling van de Verordening rechtsbescherming

Nadere informatie

AMBTSINSTRUCTIE COMMISSARIS VAN DE KONING

AMBTSINSTRUCTIE COMMISSARIS VAN DE KONING AMBTSINSTRUCTIE COMMISSARIS VAN DE KONING Tekst zoals deze geldt op 24 januari 2011 BESLUIT van 10 juni 1994, houdende regels inzake de taken die de commissaris van de Koning op grond van artikel 126 Grondwet

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 277 Wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de herziening van het preventief toezicht bij oprichting en wijzigingen van

Nadere informatie

een gedraging van de Douane van Curaçao, welke gedraging toe te schrijven is aan de Minister van Financiën, (hierna de Minister).

een gedraging van de Douane van Curaçao, welke gedraging toe te schrijven is aan de Minister van Financiën, (hierna de Minister). KlRz 041/2013 RAPPORT inzake de klacht van [Verzoeker ] tegen een gedraging van de Douane van Curaçao, welke gedraging toe te schrijven is aan de Minister van Financiën, (hierna de Minister). - 2-1. Inleiding

Nadere informatie

Behoort bij V.R. 2010/110 Gewijzigd exemplaar * is aangevuld

Behoort bij V.R. 2010/110 Gewijzigd exemplaar * is aangevuld Behoort bij V.R. 2010/110 Gewijzigd exemplaar * is aangevuld Verordening op de raadscommissies, vergelijking gewijzigde/nieuwe artikelen met de oude artikelen. De nieuwe artikelen (met woorden tegen een

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement gemeentelijke cultuurraad

Huishoudelijk reglement gemeentelijke cultuurraad Huishoudelijk reglement gemeentelijke cultuurraad ART. 1 : Het huishoudelijk reglement regelt de inwendige aangelegenheden van de gemeentelijke cultuurraad door het organiseren van de algemene vergadering,

Nadere informatie

Reglement klachten- en geschillenprocedure Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen

Reglement klachten- en geschillenprocedure Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen Reglement klachten- en geschillenprocedure Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen november 2007 Inleidende bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen De begripsomschrijvingen zoals

Nadere informatie

: het college van burgemeester en wethouders. : de leden van de gemeenteraad

: het college van burgemeester en wethouders. : de leden van de gemeenteraad Van Aan : het college van burgemeester en wethouders : de leden van de gemeenteraad Onderwerp : memorie van antwoord bij Wijziging juridische grondslagen Gemeenschappelijke Regeling WAVA en!go BV Raadsvoorstel

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 157 Voorstel van wet van de leden Ploumen, Özütok, Jasper van Dijk en Van Brenk tot wijziging van de Wet gelijke behandeling mannen en vrouwen

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen. Geschillenregeling

Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen. Geschillenregeling Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen Geschillenregeling Procedure als bedoeld in artikel 28 van het pensioenreglement van Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen(hierna SPD ). Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Verordening op de raadscommissies gemeente Heemstede 2017 De raad van de gemeente Heemstede; gelet op artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet; gezien het advies van de commissie Middelen van 15 februari

Nadere informatie

Verschillen tussen kerkgenootschappen en modaliteiten of hun onderlinge verhoudingen doen binnen het terrein van de Bond niet ter zake.

Verschillen tussen kerkgenootschappen en modaliteiten of hun onderlinge verhoudingen doen binnen het terrein van de Bond niet ter zake. Statuten ARTIKEL 1 1. De vereniging draagt de naam: Bond van Nederlandse Predikanten. 2. De vereniging heeft haar zetel te s-gravenhage. 3. De vereniging stelt zich ten doel de behartiging van al die belangen,

Nadere informatie

Verordening behandeling bezwaarschriften 2006

Verordening behandeling bezwaarschriften 2006 Verordening behandeling bezwaarschriften 2006 Het Algemeen Bestuur van de IGSD Veluwerand; gezien het voorstel van het dagelijks bestuur van 14-6-2006; gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

VERORDENING bezwaarschriften 2011

VERORDENING bezwaarschriften 2011 VERORDENING bezwaarschriften 2011 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie gemeente Lelystad Officiële naam regeling VERORDENING bezwaarschriften 2011 Citeertitel Verordening

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 4 september 2007 gelet op artikelen 30 eerste lid en 32, tweede lid van de Archiefwet 1995

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 4 september 2007 gelet op artikelen 30 eerste lid en 32, tweede lid van de Archiefwet 1995 DE RAAD DER GEMEENTE SIMPELVELD; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 4 september 2007 gelet op artikelen 30 eerste lid en 32, tweede lid van de Archiefwet 1995 B e s l u i t : vast

Nadere informatie

VERORDENING OP DE AMBTELIJKE BIJSTAND

VERORDENING OP DE AMBTELIJKE BIJSTAND Raadsbesluitno. 2010/043/2 VERORDENING OP DE AMBTELIJKE BIJSTAND DE RAAD DER GEMEENTE ROERMOND, gezien het voorstel van de griffier en de voorzitter van 13 april 2010, raadsvoorstel no. 2010/043/1; gelet

Nadere informatie

Statuten jeugdraad Glabbeek

Statuten jeugdraad Glabbeek Statuten jeugdraad Glabbeek 2018-2025 Algemeen Art 1. In de gemeente Glabbeek wordt een gemeentelijke jeugdraad opgericht in uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en

Nadere informatie