Cel voor Financiële Informatieverwerking. 15 e Activiteitenverslag 2008 C.F.I.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Cel voor Financiële Informatieverwerking. 15 e Activiteitenverslag 2008 C.F.I."

Transcriptie

1 Cel voor Financiële Informatieverwerking 15 e Activiteitenverslag 2008 C.F.I.

2

3 Cel voor Financiële Informatieverwerking 15 e Activiteitenverslag 2008 C.F.I.

4

5 INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE VOORWOORD... 5 I. SAMENSTELLING VAN DE CEL... 7 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL ONTWIKKELINGEN MET WEERSLAG OP DE MELDENDE INSTELLINGEN EN PERSONEN NATIONALE SAMENWERKING INTERNATIONALE SAMENWERKING III. STATISTIEKEN KERNCIJFERS Cijfers voor het jaar Evolutie over de 5 laatste jaren Evolutie van het totaal aantal openstaande dossiers Evolutie van het totaal aantal geseponeerde dossiers Evolutie van het gemiddeld aantal meldingen per maand Evolutie van het aantal nieuwe dossiers per referentieperiode Evolutie van het aantal aan de parketten doorgemelde dossiers Verzet tegen de uitvoering van een verrichting Gerechtelijke opvolging ONTVANGEN MELDINGEN Onderverdeling per jaar van het aantal meldende ondernemingen en personen Spreiding van het aantal meldingen per sector Spreiding van het aantal meldingen per jaar en per sector evolutie per jaar Overzicht van de verzoeken om inlichtingen ontvangen van buitenlandse meldpunten evolutie per jaar Overzicht van de verzoeken om inlichtingen gestuurd naar buitenlandse meldpunten in Meldingen van de casino s Verdeling van het aantal meldingen per gerechtelijk arrondissement

6 INHOUDSOPGAVE 3. DOSSIERS Indeling van de dossiers volgens de aard van de belangrijkste verrichtingen Geseponeerde dossiers Openstaande dossiers DOSSIERS DOORGEMELD AAN DE PARKETTEN Aantal doorgemelde dossiers per meldende instelling en per jaar Bedragen aangegeven in de doorgemelde dossiers Spreiding per gerechtelijk arrondissement van de dossiers die tussen 01/12/93 en 31/12/08 werden doorgemeld en het door de gerechtelijke overheden gegeven gevolg Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de aard van de verrichting Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens witwasstadium Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de belangrijkste onderliggende criminaliteit Bedragen aangegeven in de doorgemelde dossiers volgens de belangrijkste criminaliteit Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de nationaliteit van de belangrijkste operator Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens verblijfplaats van de belangrijkste operator IV. TYPOLOGIEËN OVERZICHT VAN DE HUIDIGE TRENDS Evolutie van de witwasstadia Evolutie van de ernstige onderliggende misdrijven Evolutie op vlak van de werkwijzen VOORSTELLING VAN UITGEZUIVERDE GEVALLEN Profiel van de betrokkenen Onderliggend misdrijf Modus operandi Verscheidenheid aan meldingsbronnen TYPOLOGISCHE ONTLEDING VAN VONNISSEN EN ARRESTEN Gebruik van schermvennootschappen en valse facturen Witwasverrichtingen vergemakkelijkt door de tussenkomst van een advocaat Witwassen van geld uit oplichting in verband met een cyberaanval Logistieke hulp voor de financiering van terrorisme Verrichtingen in contanten voor de financiering van terrorisme

7 INHOUDSOPGAVE V. ANDERE ACTIVITEITEN BIJLAGE Wet- en verordeningsteksten in verband met witwassen en terrorismebestrijding die na 1 januari 2008 werden aangenomen BIJLAGE Wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme BIJLAGE Koninklijk besluit van 11 juni 1993 inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van de cel voor financiële informatieverwerking

8

9 VOORWOORD VOORWOORD De aanzienlijke stijging van het aantal meldingen die in 2007 werd ingezet, zette zich in 2008 verder en bereikte zo een totaal van Het aantal dossiers dat naar aanleiding van deze nieuwe meldingen werd geopend bleef echter vrijwel gelijk aan dat van 2007, hetzij dossiers in 2008 en het jaar daarvoor. Met 937 dossiers die werden doorgemeld aan de gerechtelijke overheden voor een totaalbedrag van 711,3 miljoen euro blijft de CFI tevens binnen de gemiddelden van de afgelopen twee jaar. De stijging van het aantal meldingen in 2008 is in vergelijking met 2007 grotendeels toe te schrijven aan de toename van het aantal meldingen van de Post (+81 %), de wisselkantoren (+42,8 %) en de douane (+215,8 %). Voor de twee eerste sectoren, in het bijzonder voor de Post, duiden deze percentages op een merkbare verbetering van de interne organisatie gericht op meer waakzaamheid en meer doeltreffende opsporing van verdachte verrichtingen, vooral bij internationale geldverzendingen. Wat de douane betreft zijn de cijfers een gevolg van de toepassing van Verordening (EG) nr. 1889/2005 van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten (*), alsook met de inwerkingtreding op 15 juni 2007 van het Koninklijk besluit van 5 oktober 2006 houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen (**). Krachtens deze bepalingen ontvangt de CFI een afschrift van alle aangiften van grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen en van de processen-verbaal die de douane in dit verband opstelt ten behoeve van de gerechtelijke overheden. Zo ontving de Cel in meldingen en processen-verbaal voor een totaalbedrag van ,51. Van dit bedrag vloeit ,33 voort uit de spontane aangiften door reizigers overeenkomstig de geldende wetgeving. De CFI ontving een kopie van de drieëntwintig terzake opgestelde processen-verbaal voor een totaalbedrag van ,20. Na onderzoek, desgevallend een aanvullende bevraging, en analyse meldde de CFI in aangiften en processen-verbaal van de douane door in dossiers met ernstige aanwijzingen van witwassen voor een totaalbedrag van ,67. (*) (PB L309/9 van 25 november 2005) (**) (BS van 27 oktober 2007) 5

10 VOORWOORD Het bovenstaande toont aan dat verrichtingen in contanten, of het nu gaat om fysiek vervoer, elektronische geldoverdrachten of wisselverrichtingen, voortdurende en zelfs verhoogde waakzaamheid vergen vanwege alle sectoren en alle overheden die betrokken zijn in de strijd tegen het witwassen en de financiering van terrorisme. Dit wijst er eens te meer op dat ernstige en/of georganiseerde misdaad in al haar vormen enorme hoeveelheden contanten voortbrengt. Deze vaststelling wordt alleszins niet ontkracht door de meldingen vanwege kredietinstellingen. Verrichtingen met stortingen of opnames in contanten, indien vergezeld door bepaalde omstandigheden, leveren immers meermaals aanwijzingen aan van verdachte verrichtingen die de financiële instellingen melden aan de Cel. Het belang van contanten in het witwasproces wordt ook bevestigd door de objectieve meldingen die de casino s verrichten in toepassing van criterium 3 van het KB van 6 mei 1999 betreffende de aankoop van speelpenningen voor een bedrag van of méér, hetzij meldingen voor een totaalbedrag van Volledigheidshalve moet in verband met de bevindingen aangaande het gebruik van contanten ten slotte worden aangestipt dat bijna alle 320 objectieve meldingen van notarissen voortvloeien uit de toepassing van artikel 10bis van de wet van 11 januari 1993, die bij vastgoedverrichtingen een bovengrens voorziet voor betalingen in contanten van of van 10 % van de verkoopprijs. In totaal vertegenwoordigen de verrichtingen allerhande in contanten (elektronische geldoverdrachten, opnames, casinoverrichtingen, manuele wissel) 51.9 % van de verrichtingen die naar de parketten werden doorgemeld. Deze bedragen aan misdaadgeld die in het financiële stelsel worden gebracht volgens de vaststellingen van de CFI, hetzij ,10, geven ongetwijfeld een idee van de omvang van de in 2008 witgewassen contanten. Geld van illegale oorsprong wordt inderdaad tijdens het inbrengstadium voor het eerst in het wettelijke financiële stelsel gebracht. De band met de criminele activiteiten is hierbij per definitie qua tijd, en soms zelfs qua plaats, het duidelijkst. Hoe dan ook worden in België voornamelijk witwasverrichtingen in het tweede stadium (circulatie) preventief opgespoord, waarbij het geld via het nationale financiële stelsel enkel transiteert. In 2008 liep dit op tot een bedrag van ,9. In dit stadium worden ook veel verrichtingen in contanten vastgesteld, hoewel ze veeleer worden uitgevoerd om de opspoorbaarheid van de criminele financiële constructie te bemoeilijken dan om het geld, in de eigenlijke zin van het woord, in de economie in te brengen. De band met het onderliggende misdrijf wordt zo veel vager en de afstand vergroot, zowel in tijd als in ruimte. Het preventieve stelsel heeft vervolgens in 2008 in totaal ,35 opgespoord in het derde theoretisch witwasstadium, de investering. Deze statistieken tonen aan dat de samenwerking met de financiële privésector haar doeltreffendheid blijft bewijzen en in de loop der jaren gepaard ging met een toenemende bewustwording, wat de medewerkers van de CFI overigens dagelijks ondervinden bij het uitvoeren van hun opdracht. Hoewel deze wisselwerking goed werd begrepen en omkaderd door de wetgever, blijft dit echter een domein dat men moet blijven verkennen, verdiepen en verbeteren in de strijd tegen de financiële criminaliteit. Dit blijft een belangrijk middel om de hinderpalen terug te dringen waarmee officiële instanties nog lang te maken zullen hebben in hun strijd tegen een wereldomvattende criminaliteit die geen grenzen kent en een ernstige bedreiging vormt voor het financiële, economische en sociale weefsel. Jean-Claude DELEPIÈRE 6

11 I. SAMENSTELLING VAN DE CEL I. SAMENSTELLING VAN DE CEL 1 Voorzitter: Dhr. Jean-Claude DELEPIÈRE Vicevoorzitter: Dhr. Philippe de MÛELENAERE Plaatsvervangende voorzitters: HH. Boudewijn VERHELST Philippe de KOSTER Leden: HH. Michel J. DE SAMBLANX Luc BATSELIER Jean-Claude LEYS 2 Johan DENOLF 3 Hoofd van de dienst analyse: Dhr. Kris MESKENS Hoofd van de administratie: Dhr. Philippe BOSMAN 1 Toestand op 31/12/ Sinds 18/05/ Sinds 22/06/2008 7

12

13 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL 2.1. ONTWIKKELINGEN MET WEERSLAG OP DE MELDENDE INSTELLINGEN EN PERSONEN Interpretatie gegeven door het Grondwettelijk Hof in haar Arrest nr. 10/2008 van 23 januari 2008 over de omvang van de op advocaten rustende informatie- en samenwerkingsplicht in toepassing van de wet van 11 januari 1993 In antwoord op een prejudiciële vraag die haar door het Belgisch Grondwettelijk Hof (bij tussenarrest nr. 126/2005 van 13 juni 2005) werd gesteld, had het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen in haar Arrest van 26 juni 2007 (zaak C-305/05) voor recht gezegd dat het recht op een eerlijk proces niet geschonden is door de verplichting voor de advocaten om de verantwoordelijke autoriteiten voor de bestrijding van het witwassen van geld te informeren en met hen samen te werken indien rekening wordt gehouden met de opgelegde of toegestane beperkingen door richtlijn 91/308/EEG, zoals gewijzigd door richtlijn 2001/97/EG. In haar Arrest nr. 10/2008 van 23 januari 2008 heeft het Grondwettelijk Hof de omvang geïnterpreteerd van de op de advocaten rustende informatie- en samenwerkingsplicht in toepassing van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, zodat deze plicht niet op onevenredige wijze afbreuk doet aan het beroepsgeheim van de advocaat. In dit kader stelt het Grondwettelijk Hof dat de gegevens die de advocaat verneemt tijdens de uitoefening van de kernactiviteiten van zijn beroep, ook in de materies die zijn opgesomd in het artikel 2ter van de wet van 11 januari 1993, namelijk het bijstaan en het verdedigen in rechte van de cliënt, evenals het juridisch advies, zelfs buiten elk rechtsgeding, door het beroepsgeheim gedekt blijven. Ze kunnen dus niet ter kennis worden gebracht van de Cel voor financiële informatieverwerking. In de materies die zijn opgesomd in artikel 2ter, wanneer de advocaat een activiteit uitoefent, buiten zijn specifieke opdracht van verdediging, vertegenwoordiging in rechte en van het verlenen van juridisch advies, is hij echter onderworpen aan de verplichting om de relevante gegevens in de zin van de wet van 11 januari 1993 waarvan hij kennis heeft mee te delen aan de overheden. Het Grondwettelijk Hof omschrijft het verstrekken van juridisch advies, als het informeren van de cliënt over de staat van de wetgeving die van toepassing is op zijn persoonlijke situatie of op de verrichting die hij overweegt, of hem te adviseren over de wijze waarop die verrichting binnen het wettelijk kader kan worden uitgevoerd. 9

14 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Het beroepsgeheim van de advocaat is echter niet absoluut. In dit verband verduidelijkt het Grondwettelijk Hof in haar arrest van 23 januari 2008 dat de advocaat die getracht heeft een cliënt ervan te doen afzien een witwasoperatie of een operatie van financiering van terrorisme uit te voeren of daaraan deel te nemen, activiteiten waarvan hij het onwettige karakter kent, en vaststelt dat hij daarin niet is geslaagd, ertoe gehouden is, wanneer hij zich bevindt in een situatie waarin de meldingsplicht van toepassing is, de gegevens waarvan hij kennis heeft mee te delen aan de stafhouder, die ze op zijn beurt zal doorgeven aan de overheden. In dat geval kan de betrokken advocaat niet langer optreden voor de cliënt in kwestie en moet hij de relatie met de laatstgenoemde dus beëindigen. In dat geval is er dus geen sprake meer van een vertrouwensrelatie tussen de advocaat en zijn cliënt. Deze interpretatie is in lijn met overweging 20 van richtlijn 2005/60/EG waarin wordt gesteld: ( ) Juridisch advies dient bijgevolg aan de beroepsgeheimhoudingsplicht onderworpen blijven, tenzij de juridische adviseur deelneemt aan witwasactiviteiten of activiteiten voor financiering van terrorisme, het juridisch advies voor witwasdoeleinden of voor financiering van terrorisme wordt verstrekt, of de advocaat weet dat zijn cliënt juridisch advies wenst voor witwasdoeleinden of voor financiering van terrorisme. In dergelijke gevallen blijft de meldplicht verantwoord. Artikel 15 van de wet van 11 januari 1993 laat de Cel toe om van de advocaten, die reeds een melding hebben verricht via hun stafhouder, te eisen dat alle bijkomende informatie wordt meegedeeld die zij nuttig acht voor de vervulling van haar opdracht, zonder bemiddeling van de stafhouder. Het Grondwettelijk Hof acht de tussenkomst van de stafhouder in dit geval noodzakelijk. In haar Arrest legt het Grondwettelijk Hof uit dat het optreden van de stafhouder bij het meedelen van gegevens door de advocaten aan de Cel een wezenlijke waarborg is, zowel voor de advocaten als voor hun cliënten, die de zekerheid biedt dat alleen in de gevallen waarin de wet strikt voorziet, van het beroepsgeheim wordt afgeweken. De rol van de stafhouder bestaat erin na te gaan of wel degelijk is voldaan aan de wettelijke toepassingsvoorwaarden van de meldingsplicht en indien hij vaststelt dat zulks niet het geval is, moet hij ervan afzien de aan hem meegedeelde informatie door te geven. Het Grondwettelijk Hof beoogt duidelijk het geval waar de advocaat reeds een melding heeft verricht via zijn stafhouder. Het Hof stelt bovendien dat deze filter ook moet worden toepast wanneer, nadat er een eerste contact werd gelegd, meer informatie wordt gevraagd aan de meldende advocaat. Bijgevolg doet dit geenszins afbreuk aan het recht van de Cel om rechtstreeks aan een advocaat bijkomende informatie te vragen wanneer deze de aanvankelijke melding niet heeft verricht, maar daarentegen wel betrokken is bij een melding vanwege een andere meldingsplichtige. In dit geval is het de bevraagde advocaat uiteraard niet verboden de Cel te antwoorden via zijn stafhouder, wat zowel in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen als met de interpretatie van het Grondwettelijk Hof. De Cel zal toezien op deze interpretatie bij de toepassing van artikel 15 van de wet van 11 januari Bovendien vernietigt het Grondwettelijk Hof artikel 18, tweede lid, van de wet van 11 januari 1993 in zoverre het betrekking heeft op advocaten. Deze bepaling biedt aan elke werknemer of vertegenwoordiger van de advocaten de mogelijkheid gegevens persoonlijk mee te delen aan de Cel, zonder tussenkomst van de stafhouder, telkens de normale procedure niet kan gevolgd worden, dus telkens de informatie niet door de advocaat zelf kan worden meegedeeld. 10

15 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Een werknemer mag het beroep van advocaat, waarvan de toegangs- en uitoefeningsvoorwaarden wettelijk zijn omschreven en beschermd, echter als dusdanig niet uitoefenen. Aangezien de melding via de stafhouder enkel door de advocaat mag gebeuren, kan een melding door een werknemer van de advocaat ook de uitoefening van de rechten van verdediging schaden. Om die redenen oordeelt het Grondwettelijk Hof dat deze mogelijkheid op onverantwoorde wijze afbreuk doet aan het beroepsgeheim van de advocaat. De verwijzing naar de advocaten in het tweede lid van artikel 18 van de wet van 11 januari 1993 is derhalve zonder voorwerp. In het wetsontwerp tot omzetting van de derde richtlijn 2005/60/EG voorziet de regering voortaan dat voor alle beroepen die onderworpen zijn aan het beroepsgeheim in de zin van artikel 458 van het Strafwetboek, de mogelijkheid dat in toepassing van artikel 18 tweede lid een melding aan de Cel door een werknemer wordt verricht, niet van toepassing is. In dit geval mag de melding enkel door de aangestelde witwasverantwoordelijke of door de titularis van het beroep worden verricht Gemeenschappelijk Standpunt ( Common Understanding ) van 16 oktober 2008 van de Europese toezichthouders over de toepassing van de verplichtingen vervat in Hoofdstuk III van de Europese Verordening (EG) nr. 1781/2006 van 15 november 2006 betreffende de te voegen informatie over de betaler 4 - Interpretatie van de toepassing van de meldplicht vervat in artikel 9, 2, van de Verordening (EG) nr. 1781/ De Europese Verordening (EG) nr. 1781/2006 van 15 november 2006 betreffende de bij geldovermakingen te voegen informatie over de betaler, van kracht sinds 1 januari 2007, past de verplichtingen van de Bijzondere Aanbeveling VII van de Financiële Actiegroep toe binnen de Europese Unie. Voormelde verordening vereist dat betalingsdienstaanbieders, zoals banken en kantoren voor geldoverdracht, bij elektronische geldoverdrachten over de hele betalingsketen volledige informatie over de betaler toevoegen. Zij dienen ook de bijhorende informatie van binnenkomende betalingen te controleren, de verdachte aard van geldoverdrachten te beoordelen en de CFI op de hoogte te stellen van alle verdachte geldoverdrachten, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 11 januari Het Gemeenschappelijk Standpunt legt geen nieuwe verplichtingen op voor de financiële instellingen, maar verduidelijkt de verplichtingen van de betalingsdienstaanbieders wanneer ze geldoverdachten ontvangen waarbij de vereiste informatie, zoals bepaald in de Europese Verordening (EG) nr. 1781/2006, ontbreekt. Dankzij het Gemeenschappelijk Standpunt weten de betalingsdienstaanbieders beter wat de verwachtingen zijn van de toezichthoudende overheid voor de naleving van deze verordening. Het Gemeenschappelijk Standpunt werd ontwikkeld door de Anti Money Laundering Task Force, zijnde de werkgroep ter bestrijding van het witwassen van geld die in de tweede helft van 2006 werd opgericht binnen de drie Europese comités van financiële toezichthouders zijnde CEBS 6, CESR 7 en CEIOPS 8 (de Three Level Three Committees, 3L3) om een bijdrage van de toezichthoudende organen te leveren in de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, met bijzondere aandacht voor de derde antiwitwasrichtlijn. 4 Publicatieblad van de Europese Unie, 8 december 2006, L345/1 5 De tekst van de Common Understanding is beschikbaar in het Engels op: CH0361/CMS /common_understanding_on_ec_regulation_1781_2006.pdf 6 Comité van Europese bank en toezichthouders CEBS 7 Comité van Europese effectenregelgevers CESR 8 Comité van Europese toezichthouders op verzekeringen en bedr fspensioenen CEIOPS 11

16 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL De werkgroep bestaat uit vertegenwoordigers van bevoegde overheden uit alle Europese landen die toezicht houden op betalingsdienstaanbieders en werd ondersteund door informeel overleg met de financiële sector, waaronder een werkwinkel voor de sector in januari Het Gemeenschappelijk Standpunt werd ook onderworpen aan een openbare consultatieprocedure van drie maanden, waaronder een openbare hoorzitting op 6 mei Het Gemeenschappelijk Standpunt geeft verduidelijking over de effectieve procedures waarover de betalingsdienstaanbieder van de begunstigde van de geldoverdracht moet beschikken om de ontbrekende informatie over de betaler, bij inkomende geldovermakingen, te achterhalen (artikel 8). Verder verduidelijkt het Gemeenschappelijk Standpunt de verplichtingen die de betalingsdienstaanbieder van de begunstigde moet toepassen wanneer hij te maken krijgt met geldovermakingen waarbij de vereiste informatie over de betaler ontbreekt of onvolledig is: de verrichting weigeren of om volledige informatie over de betaler verzoeken, het geld blokkeren of niet, beoordeling van de verdachte aard van de geldovermaking in functie van de ontbrekende informatie, met melding aan de FIU als gevolg (artikel 9, 1, en artikel 10). De betalingsdienstaanbieders moeten de verdachte aard van de geldovermakingen met ontbrekende informatie over de betaler beoordelen in overeenstemming met de interne procedures en beleidslijnen in verband met het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Afhankelijk van de risicocriteria vastgelegd door de betalingsdienstaanbieder kan deze met betrekking tot onvolledige of onduidelijke informatie leiden tot de mededeling van de verrichting aan de compliance officer zodat deze de verdachte aard ervan kan beoordelen, en mogelijks beslissen of een melding aan de Cel zich opdringt. Waar artikel 9, 1, en artikel 10 van de verordening het heeft over verdachte geldovermakingen, heeft artikel 9, 2, van de verordening het over betalingsdienstaanbieders die regelmatig nalaten de vereiste informatie over de betaler te verstrekken. Artikel 9, 2, van de verordening bepaalt in dit kader dat: Wanneer een betalingsdienstaanbieder regelmatig nalaat de vereiste informatie over de betaler te verstrekken, onderneemt de betalingsdienstaanbieder van de begunstigde stappen, die aanvankelijk kunnen bestaan uit het sturen van waarschuwingen of het opleggen van uiterste termijnen, alvorens te besluiten alle toekomstige geldovermakingen van deze betalingsdienstaanbieder te weigeren of te besluiten zijn zakelijke relatie met deze betalingsdienstaanbieder al dan niet te beperken of te beëindigen. De betalingsdienstaanbieder van de begunstigde meldt dit feit aan de voor de bestrijding van het witwassen van geld of terrorismefinanciering verantwoordelijke autoriteiten. Het Gemeenschappelijk Standpunt verduidelijkt in alinea 45 dat de verantwoordelijke autoriteiten die deze informatie moeten ontvangen op nationaal vlak aangeduid moeten worden. Deze autoriteiten worden aangespoord gegevens uit te wisselen met de nationale toezichthouders. Het Gemeenschappelijk Standpunt verduidelijkt dat de overdracht van deze informatie duidelijk moet onderscheiden worden van een melding van verdachte verrichtingen. Inderdaad, het doel van de overdracht van deze informatie is namelijk aan te tonen dat een welbepaalde betalingsdienstaanbieder mogelijks technische moeilijkheden heeft om Europese Verordening (EG) nr. 1781/2006 na te leven. Deze overdracht betekent niet dat de betalingsdienstaanbieder verdacht wordt van het witwassen van geld of de financiering van terrorisme, maar impliceert dat hij mogelijkerwijs faalt in het nakomen van de verplichtingen van Bijzondere Aanbeveling VII en van de Europese Verordening (EG) nr. 1781/

17 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Gezien de verscheidenheid qua bevoegdheidstoewijzing was het niet mogelijk om eenduidig en eenvormig voor de hele EER een overheid aan te duiden aan wie deze bekendmaking diende te gebeuren. In sommige landen, zoals België, is de voornaamste bevoegdheid van het meldpunt de behandeling van meldingen van verdachte verrichtingen, zonder zelf te zorgen voor de controle van de naleving door de financiële instellingen van de verplichtingen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. In andere landen is deze tweeledige opdracht wel toevertrouwd aan dezelfde overheid. Bijgevolg besliste de werkgroep in haar document geen overheid bij name aan te duiden die de informatie over de betalingsdienstaanbieders die regelmatig in gebreke blijven moet ontvangen, maar deze beslissing over te laten aan elk land. Gezien de doelstellingen van artikel 9, 2, van de verordening is het logisch dat voor België de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen dergelijke informatie ontvangt, zodat zij de meest gepaste maatregelen kan nemen om de situatie te verbeteren, indien nodig in samenwerking met alle andere Belgische of buitenlandse overheden die hiertoe kunnen bijdragen Nieuwe waakzaamheidplicht, nieuwe meldplicht voor financiële instellingen ingevolge Verordening (EG) nr. 1110/2008 van de Raad van 10 november 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran 9 Bij Verordening (EG) nr. 423/2007 zijn beperkende maatregelen ten aanzien van Iran ingesteld om te voorkomen dat zou worden bijgedragen aan proliferatiegevoelige nucleaire activiteiten of aan de ontwikkeling van systemen voor de overbrenging van kernwapens. Zo is het krachtens artikel 5 onder meer verboden om financiering of financiële bijstand te verlenen in verband met goederen en technologie vermeld in de Gemeenschappelijke EU-lijst van militaire goederen of in de bijlagen van de verordening. Deze omvatten onder meer subsidies, leningen en exportkredietverzekering, voor de verkoop, levering, overdracht of uitvoer van deze goederen, of voor de verlening van daarmee verband houdende technische bijstand, ten behoeve van alle natuurlijke personen of rechtspersonen, entiteiten of lichamen in Iran of bestemd voor gebruik in Iran. Krachtens artikel 7 van de verordening, worden alle tegoeden en economische middelen bevroren die toebehoren aan, eigendom zijn van, in het bezit zijn of onder zeggenschap staan van de personen, entiteiten en lichamen die in haar bijlage zijn vermeld die de VN-Veiligheidsraad of het Sanctiecomité hebben aangewezen overeenkomstig punt 12 van Resolutie 1737 (2006) en punt 7 van Resolutie 1803 (2008) van de VN-Veiligheidsraad. Verordening (EG) nr. 1110/2008 van de Raad van 10 november 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 423/2007 voert nieuwe, rechtstreeks toepasselijke, met ingang van 12 november 2008, waakzaamheids- en meldingsverplichtingen in voor krediet- en financiële instellingen. Deze instellingen zijn onder meer verplicht om elk vermoeden, of elke redelijke grond voor het vermoeden dat geld voor de financiering van proliferatie wordt gebruikt, te melden aan de Cel voor financiële informatieverwerking. 9 Verordening (EG) nr. 423/2007 van de Raad van 19 april 2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (Publicatieblad EU, 20 april 2007, L103/1), respectievelijk gewijzigd door Verordening (EG) Nr. 618/2007 van de Raad van 5 juni 2007 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (Publicatieblad EU, 06/06/2007, L143/1) en door Verordening (EG) Nr. 1110/2008 van de Raad van 10 november 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (Publicatieblad EU, 11/11/2008, L300/1) 13

18 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Zo wordt in artikel 11bis van de Verordening bepaald dat: 1. De onder artikel 18 vallende kredietinstellingen en financiële instellingen dienen bij verrichtingen met de in lid 2 bedoelde kredietinstellingen en financiële instellingen, teneinde te voorkomen dat deze verrichtingen bijdragen tot proliferatiegevoelige nucleaire activiteiten of de ontwikkeling van overbrengingssystemen voor kernwapens, het volgende in acht te nemen: a) zij betrachten voortdurende waakzaamheid op boekhoudkundig gebied, onder meer door middel van hun programma s voor klantenonderzoek en in het kader van hun verplichtingen op het gebied van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme; b) zij eisen dat bij betaalopdrachten alle informatievelden zijn ingevuld die betrekking hebben op de opdrachtgever en de begunstigde van de betrokken transactie; indien deze informatie niet is verstrekt, moet de transactie worden geweigerd; c) zij bewaren alle transactiedocumenten gedurende vijf jaar en leggen deze op verzoek aan de nationale autoriteiten over; d) zij melden elk vermoeden, of elke redelijke grond voor het vermoeden dat geld voor de financiering van proliferatie wordt gebruikt, terstond bij de financiële-inlichtingeneenheid (FIE of meldpunt) of een andere door de betrokken lidstaat aangewezen bevoegde instantie, zoals aangeduid op de in bijlage III genoemde internetsites, onverminderd de artikelen 5 en 7. De FIE of de andere bevoegde autoriteit dient als nationaal centrum voor de ontvangst en analyse van gemelde verdachte transacties met betrekking tot de mogelijke financiering van proliferatie. De FIE of de andere bevoegde autoriteit moet snel, direct of indirect toegang kunnen krijgen, tot de financiële, administratieve en rechtshandhavingsinformatie die zij nodig heeft om deze taak, met inbegrip van de analyse van gemelde verdachte transacties, naar behoren te vervullen. 2. De in lid 1 bedoelde maatregelen zijn van toepassing op financiële instellingen die verrichtingen uitvoeren met: a) de in Iran gevestigde kredietinstellingen en financiële instellingen, in het bijzonder Bank Saderat; b) de onder artikel 18 vallende bijkantoren en dochtermaatschappijen van de in bijlage VI genoemde, in Iran gevestigde kredietinstellingen en financiële instellingen; c) de niet onder artikel 18 vallende bijkantoren en dochtermaatschappijen van de in bijlage VI genoemde, in Iran gevestigde kredietinstellingen en financiële instellingen; d) de niet onder artikel 18 vallende, niet in Iran gevestigde kredietinstellingen en financiële instellingen die onder zeggenschap staan van de in Iran gevestigde personen en entiteiten, genoemd in bijlage VI. In België is, in toepassing van deze verordening, de Cel voor financiële informatieverwerking de bevoegde autoriteit voor de ontvangst en analyse van gemelde verdachte transacties met betrekking tot de mogelijke financiering van proliferatie. 14

19 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Verder bepaalt artikel 11ter, 1., dat de bijkantoren en dochtermaatschappijen van Bank Saderat die onder artikel vallen, de bevoegde autoriteit van de lidstaat waar zij zijn gevestigd, zoals bepaald op de in bijlage III vermelde internetsites, binnen vijf werkdagen in kennis stellen van elke verrichte of ontvangen geldoverdracht, alsook van de naam van de partijen en het bedrag en de datum van de transactie. Indien de informatie voorhanden is, wordt in de aangifte vermeld om welke soort transactie het gaat en, in voorkomend geval, op welke soort van goederen de transactie betrekking heeft en, in het bijzonder, of op de goederen Verordening (EG) nr. 1334/2000 dan wel Verordening (EG) nr. 1110/2008 van toepassing is en, ten aanzien van goederen waarvan de uitvoer aan vergunning is onderworpen, het nummer van de vergunning. Krachtens artikel 12 van de verordening zal dit financieringsverbod echter niet de aansprakelijkheid van de betrokken financiële instellingen in het gedrang brengen, indien deze niet wisten of geen gegronde reden hadden om te vermoeden dat hun optreden een inbreuk zou uitmaken op het verbod. Bovendien zal het te goeder trouw verstrekken van informatie aan de Cel voor financiële informatieverwerking door een instelling of persoon die onder deze verordening valt, dan wel door een werknemer of een lid van de leiding daarvan, niet de aansprakelijkheid van de instelling of de persoon, dan wel van de werknemers of de leiding in het gedrang brengen Het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude Georganiseerde fraude evolueert snel en voortdurend. Door de centrale ligging van België krijgt ons land hier vaak mee te maken. Een gecoördineerde aanpak van de fraudebestrijding bleek noodzakelijk en hiertoe werd door de regering het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude opgericht. Zoals vermeld in het actieplan van het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude vormt fraude een bedreiging voor het sociale en economische weefsel. Fraude verstoort de normale werking van de arbeidsmarkt en de economie en brengt tevens de geloofwaardigheid en de financiering van de overheid en van het socialezekerheidsstelsel in gevaar. In een aantal gevallen gaat dit zelfs gepaard met een ernstige aantasting van de menselijke waardigheid. Via haar Voorzitter neemt de Cel voor financiële informatieverwerking deel aan dit College dat de verschillende actoren samenbrengt die op dit gebied een rol kunnen spelen. Het komt erop aan de deskundigheid van elke dienst optimaal te benutten na een inventaris te hebben opgemaakt van de reeds aanwezige gegevens en van de behoeftes bij het uitwisselen van aanvullende informatie. Naast de voorstelling van een globaal actieplan met een hele reeks te nemen maatregelen, leidt het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude verschillende projecten om fraudebestrijding in ruime zin te optimaliseren. 10 Artikel 18: Deze verordening is van toepassing: a) op het grondgebied van de Gemeenschap; b) aan boord van vliegtuigen of vaartuigen die onder de rechtsbevoegdheid van een lidstaat vallen; c) op alle zich op het grondgebied of buiten het grondgebied van de Gemeenschap bevindende personen die onderdaan van een lidstaat zijn; d) op alle volgens het recht van een lidstaat erkende of opgerichte rechtspersonen, entiteiten of lichamen; e) op alle rechtspersonen, entiteiten of lichamen ten aanzien van alle geheel of gedeeltelijk binnen de Gemeenschap verrichte zakelijke transacties. 15

20 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL In dit kader leidt de Cel twee typologieprojecten, namelijk Witwasanalyses die toelaten specifieke trends inzake fiscale en sociale fraude te identificeren en het onderzoek van dossiers met ernstige aanwijzingen van het witwassen van geld afkomstig uit misdrijven die een weerslag kunnen hebben op sociale fraude. De Cel stelt, rekening houdende met het beroepsgeheim eigen aan de uitoefening van haar opdracht 11, haar operationele ervaring ter beschikking van het College door een strategische ontleding van dossiers die werden doorgemeld aan de bevoegde parketten. Zo kunnen kenmerken die eigen zijn aan misdrijven als fiscale en/of zogenaamde sociale fraude worden vastgesteld (via onderliggende misdrijven die onder de bevoegdheid van de CFI vallen en relevant kunnen zijn inzake sociale fraude). De Cel pakte meer bepaald actuele kwesties aan waar ze kon bijdragen tot de opsporing van fraudeschema s die gebruik maken van slapende vennootschappen, belastingparadijzen en offshorecentra alsook de opsporing van frauduleuze vennootschapsstructuren die verband houden met verdachte kapitaalverhogingen. Door de typologieën in verband met ernstige en georganiseerde fiscale fraude actueel te houden en op te volgen is het mogelijk deze misdrijven gestaag aan te pakken. Het is de bedoeling niet enkel de trends van deze misdrijven aan te duiden aan de hand van uitgezuiverde gevallen en bepaalde elementen uit dossiers van de Cel, maar ook om de aandacht te vestigen op typische waarschuwingssignalen. Hierdoor kan sneller worden gehandeld en kan latere vervolging door de gerechtelijke overheden beter worden gestuurd dankzij een meer strategische operationele analyse. Naast deze typologische projecten leidt de Cel ook een project rond de terugkoppeling van informatie die de CFI ontvangt van de diensten van de Minister van Financiën en van de gerechtelijke overheden. Hierbij moet nogmaals op worden gewezen dat de CFI de Minister van Financiën op de hoogte brengt van de doormelding van een dossier aan de gerechtelijke overheden wanneer deze informatie bevat betreffende het witwassen van geld dat afkomstig is van een misdrijf dat verband houdt met ernstige en georganiseerde fiscale fraude, waarbij ingewikkelde mechanismen of procedés van internationale omvang worden aangewend, of van een misdrijf dat onder de bevoegdheid van de Administratie der douane en accijnzen valt, zoals illegale handel in goederen en koopwaren. Hierbij hoort een specifiek actiepunt, namelijk de meting van de weerslag van de inlichtingen die de CFI overmaakt aan de Minister van Financiën inzake ernstige en georganiseerde fiscale fraude overeenkomstig artikel 17, 2 van de preventieve wet van 11 januari Het openbaar ministerie deelt in de regel eveneens de definitieve beslissingen mee die genomen werden in de dossiers die de Cel doormeldde aan de gerechtelijke overheden. Deze feedback kan echter nog worden verbeterd teneinde ook andere interessante kwesties te belichten waardoor de werking van de hele keten preventie bestraffing kan worden verbeterd, in het bijzonder bij doorgemelde dossiers in verband met ernstige en georganiseerde fiscale fraude of die aanwijzingen kunnen inhouden inzake sociale fraude. Dit project is momenteel lopende. 11 Hier dient te worden vermeld dat, krachtens artikel 17 van de wet van 11 januari 1993, en buiten het geval dat zij geroepen worden om in rechte te getuigen, de CFI geen ruchtbaarheid mag geven aan de informatie waarvan zij bij de uitoefening van haar opdrachten kennis heeft gekregen. De Cel is gehouden aan een beroepsgeheim waardoor alle gegevens die door de CFI worden verwerkt vertrouwelijk zijn. Door dit beroepsgeheim van de CFI verloopt de informatie in principe ook slechts in één richting, dus van de instellingen en personen die verdachte verrichtingen melden aan de CFI of van de gesprekspartners van de CFI naar de Cel in het kader van haar onderzoek. Daarnaast zijn ook de gegevens die worden doorgemeld aan de Cel vertrouwelijk en worden ze enkel verwerkt met een gerechtelijk doel, namelijk de doormelding van verdachte witwasverrichtingen aan het bevoegde parket afkomstig van een ernstig misdrijf beoogd door de wet of van financiering van terrorisme. 16

21 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Ten slotte moet de nadruk worden gelegd op een van de hoofdlijnen van het actieplan van het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude, namelijk een overkoepelende en open benadering van deze materie door de bevoegde diensten. In plaats van nieuwe structuren op te zetten pleit het College voor een integrale en gecoördineerde aanpak met aandacht voor preventie, controle en opvolging. In dit kader houden de CFI en andere betrokken overheden praktische en conceptuele denkoefeningen over mogelijke interacties, binnen de grenzen die voor elke dienst van toepassing zijn (waaronder de CFI) inzake het beroepsgeheim en de vertrouwelijkheid van de gegevens, waardoor de samenwerking en de doeltreffendheid van fraudebestrijding kan worden verbeterd, in het bijzonder inzake sociale fraude. In dit verband kan worden vermeld dat de regering in het wetsontwerp tot wijziging van de preventieve wet ter omzetting van de derde Europese antiwitwasrichtlijn zich voorneemt een nieuwe uitzondering op het beroepsgeheim van de Cel toe te voegen, waarbij zij de Sociale Inlichtingen - en Opsporingsdienst (SIOD) (artikel 312 van de programmawet van 27 december 2006) op de hoogte brengt van de doormelding aan de gerechtelijke overheden van een dossier over het witwassen van geld voortvloeiende uit misdrijven die een aanwijzing inhouden van sociale fraude Bescherming van de melders De Cel voor financiële informatieverwerking (CFI) is zich al vanaf het begin van haar activiteiten bewust van de risico s die personeelsleden van financiële instellingen lopen ingevolge de wettelijke verplichting feiten of vermoedens van witwassen van geld aan de Cel te melden. Deze risico s zijn thans uitgebreid tot andere categorieën van natuurlijke personen, nu de wettelijke meldingsplicht ook geldt voor andere financiële en niet-financiële beroepen. Het meldingsstelsel werd bovendien uitgebreid tot de opsporing van activa die verband houden met de financiering van terrorisme. Op internationaal vlak houdt richtlijn 2005/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme rekening met dit risico en bepaalt zij in artikel 27 dat de lidstaten alle passende maatregelen nemen om de werknemers van de onder deze richtlijn vallende instellingen of personen die hetzij intern, hetzij aan de FIE (financiële inlichtingeneenheid) vermoedens van witwassen of financiering van terrorisme melden, te beschermen tegen bedreigingen of daden van agressie. Deze richtlijn houdt op die manier rekening met de wereldwijde bekommernis voor veiligheid, die reeds meermaals door melders en onder andere financiële instellingen werd geuit. De richtlijn voegt hieraan toe dat deze aangelegenheid van cruciaal belang is voor de doeltreffendheid van de regeling ter bestrijding van witwassen en van financiering van terrorisme. De Belgische financiële sector bevestigde via FEBELFIN meermaals aan de CFI en de gerechtelijke overheden dat de veiligheidsproblemen, die in Richtlijn 2005/60/EG worden aangehaald, zich werkelijk voordoen. 17

22 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Uit de gevallen waarover FEBELFIN berichtte bleek dat bij gerechtelijke onderzoeken identificatiegegevens of gegevens kenbaar worden gemaakt, waaruit niet enkel de identiteit van de instellingen, maar ook deze van de personen die overgegaan zijn tot de melding aan de CFI kan worden achterhaald. Er moet de grootste discretie aan de dag worden gelegd wat betreft de identiteit van de melders. Dit is een voorwaarde sine qua non om binnen dit preventieve stelsel een actieve en doeltreffende samenwerking te kunnen verzekeren tussen alle sectoren die in het kader van de wet van 11 januari 1993 verplicht zijn te melden. Op strafrechtelijk vlak moet ook nog worden opgemerkt dat, sinds de inwerkingtreding van de wet Franchimont verdachten zeer snel toegang hebben tot hun gerechtelijk dossier, wat potentieel hogere veiligheidsrisico s met zich meebrengt voor de meldingsplichtigen. Daarom werden, zowel op vlak van de preventieve wetgeving als op vlak van de operationele werking van de CFI, reeds maatregelen genomen. Zo bevat de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme bepalingen om een zekere afstand te scheppen tussen de natuurlijke persoon die de verdachte verrichtingen ontdekt en de CFI die de melding vervolgens ontvangt. Er dient met name te worden verwezen naar de interne onderzoeksprocedure van verdachte verrichtingen die voor een groot aantal melders de aanstelling van een witwasverantwoordelijke voorziet die de informatie doormeldt aan de CFI. Andere bepalingen van de wet van 11 januari 1993 dragen eveneens bij tot de bescherming van de informatiebronnen om zo de doeltreffendheid ervan te verhogen. Het beroepsgeheim waaraan de CFI onderworpen is en de vertrouwelijkheid van de gegevens die ze verzamelt zijn inderdaad van wezenlijk belang voor het stelsel en verhogen ongetwijfeld de bescherming van alle melders evenals het verbod de cliënten of derden op de hoogte te stellen dat informatie werd meegedeeld aan de CFI. Binnen haar operationele werking nam de CFI reeds een reeks maatregelen om natuurlijke personen, evenals de instellingen die hen tewerkstellen, te beschermen. De verslagen die de CFI doormeldt aan de gerechtelijke overheden bevatten de resultaten van de ontleding van de informatie in de meldingen aangevuld met het verzamelen van informatie zoals voorzien in de wet. Al deze elementen zijn zo gestructureerd zodat de oorsprong van de dossiers of de melders als dusdanig niet kunnen worden geïdentificeerd. Bovendien wordt de melding zelf nooit bij een doormeldingsverslag gevoegd. Het bevat enkel het adres van de betrokken financiële instellingen zodat de gerechtelijke overheden het onderzoek eventueel kunnen vervolledigen met aanvullende inlichtingen. 18

23 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Op strafrechtelijk vlak heeft de CFI ertoe bijgedragen dat de wet over de anonimiteit van getuigen wordt toegepast op melders die hun woonplaats kunnen kiezen op het adres waar ze hun beroep uitoefenen. De wet van 8 april 2002 betreffende de anonimiteit van de getuigen (BS van 31 mei 2002) voldoet reeds aan de vereiste wat betreft het verhoor van getuigen door de onderzoeksrechter of feitenrechter. Er moet echter ook rekening worden gehouden met dezelfde veiligheidsvereisten wanneer meldingsplichtigen of hun personeelsleden in het kader van een strafonderzoek als getuige door de politiediensten worden verhoord na een doormelding van de CFI. De omzetting van de derde Europese antiwitwasrichtlijn biedt aldus de gelegenheid om de vertrouwelijkheid als regel te voorzien in situaties waarbij de doorgemelde informatie niet onder het beroepsgeheim van de Cel valt, in het bijzonder wanneer meldingsplichtigen of hun personeelsleden in het kader van een strafonderzoek als getuige door de politiediensten worden verhoord na een doormelding van de CFI. Van de diensten die deze gegevens hierna verwerken wordt verwacht dat ze in de mate van het mogelijke maatregelen nemen om de anonimiteit van de melders niet in het gedrang te brengen. In ieder geval moet er een evenwicht worden gevonden tussen de verschillende belangen, namelijk de uitoefening van de strafvordering en de bescherming van melders. Terzelfder tijd sensibiliseerde de CFI de gerechtelijke overheden via het College van procureurs-generaal en het gerechtelijk expertisenetwerk op financieel gebied. Dit initiatief leidde onlangs tot de rondzendbrief van 6 januari 2009 die de Procureur des Konings van Brussel naar de verschillende politiekorpsen van zijn arrondissement stuurde. Het gaat om een concrete maatregel ter bescherming van de melders waarbij wordt benadrukt dat politieambtenaren in geen enkel geval informatie mogen meedelen aan de personen die bij een gerechtelijk dossier betrokken zijn waardoor de instelling, de onderneming en de persoon of personen die aan de basis liggen van een melding aan de CFI en/of hiertoe hebben bijgedragen, impliciet of expliciet kunnen worden geïdentificeerd. Bovendien moet worden afgewogen of het noodzakelijk is de personeelsleden van de meldende instellingen als getuige te verhoren, rekening houdende dat het preventieve stelsel een gerechtelijk doel nastreeft. In dit geval moet de absolute noodzaak worden nagegaan de personeelsleden te verhoren die aan de basis liggen van de oorspronkelijke vaststellingen en moet voorrang gegeven worden aan de witwasverantwoordelijken van de meldende instellingen. In ieder geval moeten de maatregelen voor de anonimiteit van getuigen overeenkomstig naar deze verhoren worden uitgebreid. 19

24 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Sensibilisering van de melders die niet onderworpen zijn aan prudentiële controle Om bepaalde categorieën van melders, die niet onderworpen zijn aan prudentiële controle, nog beter bewust te maken van hun verplichtingen inzake de bestrijding van witwassen en financiering van terrorisme nam de Cel in 2008 de volgende initiatieven: Organisatie van ontmoetingen met anti-witwasverantwoordelijken; Organisatie van een werkvergadering met een beroepsvereniging, die de sector van de vastgoedmakelaren vertegenwoordigt, om informatie te verspreiden over het antiwitwas- en terrorismefinancieringstelsel; Deelname en bijdrage aan vormingsprogramma s die door bepaalde beroepsverenigingen werden georganiseerd. De Cel voerde ook steekproefsgewijze controles uit van de naleving van de bepalingen ter bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering bij de financiële diensten van de Post Informaticasysteem en onlinemeldsysteem Het jaar 2008 stond voor de Cel in belangrijke mate in het teken van de vernieuwing en verbetering van het informaticasysteem. De bedoeling ervan was tweeërlei: enerzijds de zoek- en analysemogelijkheden van de beschikbare informatie uitbreiden, anderzijds het beter afstemmen van de informaticastructuur op het onlinemeldsysteem. Eind 2008 maakten in totaal 20 melders gebruik van het onlinemeldsysteem en ontving de Cel in 2008 langs deze weg meldingen NATIONALE SAMENWERKING De samenwerking tussen de Cel en de andere nationale overheden die betrokken zijn bij de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering is er op gericht de operationele analyse van meldingen en dossiers te optimaliseren en ook te zorgen voor een gecoördineerde aanpak van deze verschijnselen. De meldende instellingen en personen zoals bepaald in de wet van 11 januari 1993 zijn de voornaamste informatiebron voor de Cel. In 2008 onderhield de Cel contacten met deze melders door het inwinnen van bijkomende inlichtingen in het kader van de behandeling van de dossiers, het jaarverslag en de webstek. Bovendien pleegde de Cel overleg met de beroepsorganisaties en verleende ze haar medewerking aan vormingsinitiatieven genomen door deze organisaties en met de controle- en toezichthoudende overheden van de melders indien de wet niet werd nageleefd. Met het oog op de ontleding van de meldingen en dossiers worden op vraag van de dienst analyse van de CFI ook inlichtingen ingewonnen bij de federale politie en de administratieve diensten van de Staat. De contacten met de federale politie worden verzorgd door de verbindingsofficieren die door de Directie financiële en economische criminaliteit van de federale politie bij de Cel zijn afgedeeld. Om deze vorm van samenwerking te beoordelen en, waar nodig, initiatieven voor verbetering van deze samenwerking te formuleren, vonden op driemaandelijkse basis vergaderingen plaats tussen de Cel en de Directie financiële en economische criminaliteit van de federale politie. 20

25 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL In het kader van de verzameling van de politionele inlichtingen worden vaak verzoeken om informatie gericht aan de de afdeling terrorisme en sekten van de Directie van de bestrijding van de criminaliteit tegen personen. Ook met deze dienst worden op driemaandelijkse basis overlegvergaderingen belegd. De Cel bevraagt eveneens ad hoc het Orgaan voor Coördinatie en Analyse van de Dreiging (OCAD). De Cel doet voor het bekomen van informatie in het kader van de behandeling van haar dossiers ook een beroep op een verbindingsofficier van de douane en een verbindingsofficier van de Staatsveiligheid. In juni 2007 werd de aangifteplicht van grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen van kracht. Sindsdien ontvangt de Cel steeds een kopie van alle aangiften van grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen of van de opgestelde processen-verbaal indien niet werd voldaan aan de aangifteplicht of bij aanwijzingen van het witwassen van geld of de financiering van terrorisme. De Cel organiseerde overlegvergaderingen tussen de verschillende betrokken partijen (douane, federale politie en parket) over de controle van grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen. Momenteel wordt er overlegd met de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid (KSZ) om te bepalen volgens welke modaliteiten inspecteurs van deze diensten zouden kunnen worden afgedeeld ter ondersteuning van de dossiers van de Cel en te beantwoorden aan de operationele behoeften van haar analisten INTERNATIONALE SAMENWERKING Operationele samenwerking Dat witwassen en financiering van terrorisme internationale fenomenen zijn, hoeft geen betoog meer. Het plaatsen van een grens tussen de criminele feiten en de aanwending of manipulatie van de opbrengsten is de manier bij uitstek om latere opzoekingen naar de oorsprong te bemoeilijken. Van bij haar oprichting heeft de Cel het internationaal karakter van de witwasbestrijding erkend en initiatieven genomen om samenwerking met meldpunten van andere landen uit te bouwen. Deze zienswijze uit zich in het raadplegen van buitenlandse meldpunten wanneer uit de melding aan de Cel, via de betrokken personen of via de verrichtingen, banden met een ander land blijken. Ook dit jaar bevroeg de Cel stelselmatig het buitenland en ontving ze heel wat verzoeken van buitenlandse meldpunten. De operationele samenwerking met het buitenland wordt geregeld door overeenkomsten tussen de verschillende meldpunten (MOU of Memorandum Of Understanding). Soms worden meldpunten, waarmee geen MOU bestaat, toch bevraagd, wanneer dit operationeel nuttig is en voor zover de uitgewisselde inlichtingen beschermd zijn door een strikte vertrouwelijkheid. De voorwaarden voor deze uitwisseling worden vastgelegd door de uitwisseling van brieven. Het is belangrijk te benadrukken dat de uitwisseling van gegevens steeds beveiligd gebeurt. De meegedeelde informatie mag nooit zonder voorafgaande toestemming van het betrokken meldpunt verder worden gebruikt en de toestemming wordt enkel verleend op grond van wederkerigheid. In 2008 sloot de Cel samenwerkingsakkoorden af met de volgende meldpunten: China Anti-Money Laundering Monitoring And Analysis Center (CAMLMAC) Macedonië Money Laundering Prevention Directorate (MLPD) Moldavië Serviciul Prevenire si Combaterea Spalarii Banilor (SPCSB) 21

26 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Multilaterale samenwerking Financiële Actiegroep FAG 12 In haar twintigste werkjaar ( ), voorgezeten door Brazilië, nam de FAG opnieuw belangrijke maatregelen om het internationale financiële stelsel tegen misbruik te beschermen. Internationale samenwerking: openbare verklaring Op 16 oktober 2008 publiceerde de FAG een verklaring waarin ze haar leden en alle rechtsgebieden met aandrang verzocht hun preventieve maatregelen te versterken om hun financiële sectoren te beschermen tegen de risico s voor de integriteit van het gehele internationale financiële stelsel die uitgaan van Iran en Oezbekistan. In haar openbare verklaring drukte de FAG haar bezorgdheid uit over Turkmenistan dat niet beschikt over een stelsel ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en over de risico s op het witwassen van geld en de financiering van terrorisme die uitgaan van Pakistan en Sao Tomé en Principe. Op 20 november 2008 vroeg de Cel aan Febelfin en Assuralia deze openbare verklaring aan haar leden te bezorgen zodat die de gepaste maatregelen kunnen nemen. De verklaring is beschikbaar op de webstek van de FAG. Leidraden van de FAG over de risicobenadering ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme De FAG nam nieuwe leidraden aan ( guidance ) voor de toepassing van de risicobenadering ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme bestemd voor advocaten en notarissen, casino s, cijferberoepen (accountants), vastgoedmakelaars en diamanthandelaars. Deze leidraden met beste praktijken voor de toepassing van de risicobenadering zijn beschikbaar op de webstek van de FAG ( Ze zijn het resultaat van een gezamenlijk initiatief van vertegenwoordigers uit de sector van elke betrokken beroep en de FAG. Ze concentreren zich op drie elementen: (1) beschrijving van de standaarden van de FAG en de risicobenadering, voordelen en moeilijkheden van de toepassing van een risicobenadering, (2) richtlijnen voor de openbare sector, (3) richtlijnen voor elk niet-financieel beroep om de risicobenadering toe te passen. 12 De Financiële Actiegroep is intergouvernementeel orgaan met als doel zowel nationale als internationale beleidslijnen te ontwikkelen en aan te moedigen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Het secretariaat van de FAG is gevestigd bij de hoofdzetel van de OESO. De 34 leden van de FAG zijn: Argentinië, Australië, België, Brazilië, Canada, Denemarken, Duitsland, de Europese Commissie, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongkong (China), Ierland, IJsland, Italië, Japan, Luxemburg, Mexico, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, de Russische Federatie, de Samenwerkingsraad van de Golfstaten, Singapore, Spanje, Turkije, de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, de Volksrepubliek China, Zuid-Afrika, Zweden en Zwitserland. De verslagen van de FAG kunnen (in het Engels en het Frans) op het internet worden geraadpleegd (www. fatf-gafi.org). De Belgische afvaardiging bij deze instelling wordt geleid door de Voorzitter van de Cel. 22

27 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Deze richtlijnen zijn zowel bestemd voor de openbare sector als voor de private sector en verduidelijken wat er verwacht wordt van de instellingen uit de openbare sector (controle-, toezichthoudende- en tuchtoverheden) en de private sector wanneer ze deze benadering ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme toepassen. Ze vormen een nuttig kader van principes en procedures waarmee rekening moet worden gehouden bij de definitie en de toepassing van zo een stelsel door de controle-, toezichthoudende- en tuchtoverheden van elk niet-financieel beroep vermeld in de wet van 11 januari Ze worden verduidelijkt met gevalstudies en andere informatiebronnen voor personen die belast zijn met het uitwerken en toepassen van een risicobenadering binnen de vennootschap. De Cel bracht de controle-, toezichthoudende- en tuchtoverheden van elk niet-financieel beroep vermeld in de wet van 11 januari 1993 op de hoogte van deze leidraden met beste praktijken. Richtlijnen voor de toepassing van de financiële bepalingen van resolutie 1803 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties De FAG publiceerde nieuwe richtlijnen ( guidance ) om landen te helpen en bij te staan om de financiële maatregelen toe te passen zoals bepaald in resolutie 1803 (2008) van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties die de landen vraagt de nodige waakzaamheid aan de dag te leggen bij activiteiten door hun financiële instellingen met banken die in Iran gevestigd zijn en hun vestigingen en dochterondernemingen in het buitenland. Deze waakzaamheid heeft tot doel te vermijden dat deze samenwerking bijdraagt tot activiteiten die een risico vormen voor proliferatie of tot de ontwikkeling voor de overbrenging van kernwapens. Deze richtlijnen volgen op de richtlijnen die eerder door de FAG werden gepubliceerd in juni en oktober 2007 betreffende de toepassing van de financiële maatregelen bepaald bij resoluties 1737 en 1747 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. Deze eerste richtlijnen werden gunstig onthaald door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. De richtlijnen voor de toepassing van de financiële bepalingen van resolutie 1803 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties zijn beschikbaar op de webstek van de FAG: Herziening van de interpretatieve nota bij bijzondere aanbeveling VII De FAG herzag haar interpretatieve nota bij bijzondere aanbeveling VII over de te nemen maatregelen bij elektronische overschrijvingen. Bijzondere aanbeveling VII werd aanvankelijk opgesteld om te verhinderen dat terroristen en andere misdadigers ongehinderd toegang hebben tot elektronische overschrijvingen als ze hun geld verplaatsen en deze misbruiken opsporen wanneer ze zich voordoen. Het doel van deze herziening was rekening te houden met het bijzondere kenmerk van het grondgebied van de Europese Unie dat als één volwaardig rechtsgebied geldt voor de toepassing van deze bijzondere aanbeveling, wat inhoudt dat de intracommunautaire elektronische overschrijvingen als nationale transferten moeten worden beschouwd. 23

28 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Beste praktijken ter bestrijding van het witwassen van geld via handelstransacties Misbruik van het handelsstelsel is een van de belangrijkste methodes die criminele organisaties en financiers van terrorisme gebruiken om geld te verplaatsen om zo de oorsprong ervan te verhullen en in te brengen in de officiële economie. De FAG publiceerde nieuwe beste praktijken om de bewustmaking te verbeteren en de overheden toe te laten, zowel op nationaal als op internationaal vlak, handelsgegevens te verzamelen en doeltreffend te gebruiken om het witwassen van geld en de financiering van terrorisme via internationale handel op te sporen en te onderzoeken. De beste praktijken ter bestrijding van het witwassen van geld via handelstransacties zijn beschikbaar op de webstek van de FAG: De FAG zal de zwakheden in de handelswereld blijven onderzoeken, in het bijzonder handelsfinanciering, om bijkomende maatregelen vast te leggen die kunnen worden aangewend ter bestrijding van het onwettig gebruik van internationale handelsstelsels. Twee nieuwe typologieverslagen De FAG rondde twee nieuwe uitgebreide typologieverslagen af: Het verslag over Proliferation Financing 13 (financiering van proliferatie) beschrijft en onderzoekt de bestaande dreiging van de financiering van proliferatie en de methodologie die gebruikt wordt door verspreiders en tussenpersonen. Het bestudeert bestaande maatregelen om deze dreiging tegen te gaan en hun mogelijke kwetsbaarheden. Het verslag schetst een reeks oplossingen die de FAG of landen kunnen helpen in de bescherming tegen de financiering van proliferatie in het kader van de bestaande resolutie 1540 uit 2004 van de VN-veiligheidsraad. Het overleg met de private sector was zeer nuttig bij het opstellen van het verslag over de financiering van proliferatie. Dit verslag is beschikbaar in het Engels op de webstek van de FAG: De FAG zal haar opbouwende dialoog met de private sector inzake de financiering van proliferatie verderzetten en rekening houden met de opvattingen van de private sector bij de toekomstige werkzaamheden van de FAG in dit verband. Het verslag over Money Laundering and Terrorist Financing Vulnerabilities of Commercial Websites and Internet Payment Systems (Kwetsbaarheden van commerciële webstekken voor internetverkoop en betaalsystemen op het internet voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme) legt de nadruk op elektronische handel die het meest gevoelig is voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, namelijk mediated customer-to-customer 14 (bemiddelde handel van klant tot klant). Het verslag bevat ook talrijke gevalstudies die duidelijk maken hoe deze systemen kunnen worden gebruikt voor het witwassen van geld of de financiering van terrorisme. Dit verslag is ook beschikbaar in het Engels op de webstek van de FAG: 13 De volgende brede werkdefinitie van financiering van proliferatie wordt gebruikt voor dit verslag: het verstrekken van financiële diensten voor het verplaatsen en uitvoeren van nucleaire, chemische of biologische wapens, de leveringswijzen en verwante materialen. 14 Via webstekken voor bemiddelde handel van klant tot klant kunnen privépersonen goederen online aan elkaar verkopen. 24

29 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL De FAG ging ook akkoord om studies aan te vatten over de risico s van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme bij beursactiviteiten, witwassen van geld via sportclubs en vrijhandelszones (Free Trade Zones). De Cel nam deel en neemt nog deel aan deze verschillende werkgroepen. Ze leidde een van deze projecten en leidt momenteel samen met vertegenwoordigers van andere FAG-landen twee andere projecten. Strategieën voor risicoanalyse van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme De FAG publiceerde een verslag om landen te helpen bij het opstellen van hun eigen risicoanalyses van het witwassen van geld. Op basis van bestaande voorbeelden van nationale risicoanalyses vermeldt het verslag wezenlijke factoren waarmee rekening moet worden gehouden, waaronder de gegevensbron en het soort van analyse (risico, dreiging of kwetsbaarheid), meting van de doeltreffendheid van gerechtelijke en regelgevende overheden en voorbeelden van nationale risicoanalyses betreffende het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Het verslag streeft ernaar het aantal landen dat nationale analyses verricht op te drijven om de beschikbare kennis op nationaal en internationaal vlak te verbeteren. Dit zal bijdragen tot een betere synergie tussen de nationale benaderingen en de ontwikkeling van een wereldwijde analyse van nieuwe dreigingen vergemakkelijken. De FAG heeft er zich toe verbonden een wereldwijde dreigingsanalyse uit te voeren MONEYVAL Op 12 december 2008 riep MONEYVAL 15 haar lidstaten en andere landen op om hun financiële instellingen aan te bevelen bijzondere aandacht te besteden aan en uitgebreide klantenonderzoeksmaatregelen toe te passen bij verrichtingen met natuurlijke personen en financiële instellingen uit of in Azerbeidzjan. De openbare verklaring van MONEYVAL is beschikbaar op de webstek Op 14 januari 2009 vroeg de Cel aan Febelfin en Assuralia deze openbare verklaring aan haar leden te bezorgen zodat die de gepaste maatregelen kunnen nemen De Egmont Groep De zestiende algemene vergadering van de Egmont Groep 16 vond plaats in Seoel, Zuid-Korea. Deze vergadering werd bijgewoond door 245 deelnemers van meldpunten, alsook regionale en internationale organisaties. De vergadering van de hoofden van de meldpunten werd bijgewoond door 94 verantwoordelijken. Het programma legde de nadruk op trends en typologieën in de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en behandelde onderwerpen als corruptie, politiek prominente personen en de financiering van terrorisme. Het was een uitstekende gelegenheid om de kennis van de hoofden van de meldpunten en vertegenwoordigers van internationale organisaties ten volle te benutten. De aanwezigheid van de nieuwe voorzitter van de FAG, Dhr. Antonio Gustavo Rodrigues, benadrukte eveneens het belang van 15 Council of Europe Committee of Experts on the evaluation of Anti-Money Laundering Measures MONEYVAL telt 28 vaste leden en twee tijdelijke leden: Albanië, Andorra, Armenië, Azerbeidzjan, Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Cyprus, Estland, Georgië, Hongarije, Kroatië, Letland, Liechtenstein, Litouwen, Malta, Moldavië, Monaco, Montenegro, Oekraïne, Polen, Roemenië, Russische Federatie (ook lid van de FAG), San Marino, Servië, Slovakije, Slovenië, Tsjechië, Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië. Er worden ook voor een periode van twee jaar twee leden aangeduid door het Voorzitterschap van de FAG. Momenteel zijn dit Frankrijk en Nederland. Israël is een actieve waarnemer sinds januari (

30 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL de vergadering. Een nauwe samenwerking tussen de FAG en regionale FSRB s 17 is belangrijk. De regionale groepen werken nauw samen met de Egmont Groep en concentreren zich momenteel op het oprichten van meldpunten in Afrika. De meldpunten van Turks- en Caicoseilanden en Moldavië werden als nieuwe leden aanvaard. Er werden ook procedures besproken en goedgekeurd die van toepassing zijn wanneer zich essentiële wijzigingen betreffende de aard en organisatie van een meldpunt voordoen. Er werd ook een vorming georganiseerd rond terrorismefinanciering. Daarnaast werden er witwasmethodologieën en tegenmaatregelen bij internationale overschrijvingen bestudeerd alsook het gebruik van informatietechnologie om de operationele doeltreffendheid van een meldpunt te verbeteren. Internationale partners van de Egmont Groep gaven presentaties over projecten en studies in de strijd tegen corruptie. De Egmont Groep startte eveneens een studie over de strategische analyse van het financiële aspect van corruptie en politiek prominente personen Het Comité voor de voorkoming van het witwassen van geld en financiering van terrorisme Het Comité voor de voorkoming van het witwassen van geld en financiering van terrorisme (hierna het Comité ) 18 kwam in 2008 vijf keer samen. Samen met vertegenwoordigers van de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen neemt de Cel actief deel aan de werkzaamheden van het Comité. Naast het uitwerken van gecoördineerde standpunten aangaande de werkzaamheden van de FAG in het kader van de Europese tenuitvoerlegging van de bijzondere aanbeveling VII (duidelijkheid van de gegevens over de opdrachtgever bij geldovermakingen) en van de bijzondere aanbeveling IX (controle op grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen) waren de werkzaamheden van het Comité hoofdzakelijk gewijd aan het uitwerken van een gemeenschappelijke lijst van derde landen, zijnde niet EU/EER-landen, die gelijkwaardige verplichtingen opleggen, zoals deze voorzien in richtlijn 2005/60/EG. Tijdens de ad-hocvergadering van 19 april 2007 bereikten de Europese lidstaten een akkoord over de criteria waarmee rekening moet worden gehouden om een derde land te erkennen als land dat gelijkwaardige verplichtingen oplegt als deze voorzien in richtlijn 2005/60/EG 19. Om dit akkoord toe te passen hebben de lidstaten lijsten met derde landen voorgesteld die volgens hen voldeden aan de criteria en dus dienden te worden beschouwd als landen die gelijkwaardig zijn aan de landen van de Europese Unie (met inbegrip van de landen van de Europese Economische Ruimte: IJsland, Liechtenstein en Noorwegen). Op 18 april 2008 bereikten de Europese lidstaten een akkoord over deze 17 De FATF Style Regional Bodies (FSRB s) zijn: de Asia/Pacific Group on Money Laundering (APG), de Council of Europe Committee of Experts on the evaluation of Anti-Money Laundering Measures (MONEYVAL), de Grupo de Acción Financiera de Sudamérica (GAFISUD), de Middle East and North Africa Financial Action Task Force (MENAFATF), de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF), de Eurasian Group (EAG), de Groupe intergouvernemental d action contre le blanchiment en Afrique de l Ouest (GIABA) en de Eastern and Southern Africa Anti Money Laundering Group (ESAAMLG). 18 Het Comité voor de voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme bestaat uit de EU-lidstaten en wordt voorgezeten door de Europese Commissie. Het moet de Commissie bijstaan bij de geharmoniseerde uitvoering van de richtlijn 2005/60/EG en bij haar reglementaire functie in het kader van de comitologieprocedure krachtens artikelen 40 en 41 van voormelde richtlijn. 19 Voor meer details over de criteria van de Common understanding on the criteria for third party equivalence, en het gebruik van de gemeenschappelijke lijst van derde landen, zie het 14 de Activiteitenverslag van de CFI 2007, bladzijde

31 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL gemeenschappelijke lijst. Ze werd gepubliceerd op de webstek van de Commissie, als bijlage bij de samenvatting van de vergadering van het Comité van 18 april Worden voortaan als gelijkwaardige derde landen beschouwd: Argentinië, Australië, Brazilië, Canada, de Franse overzeese gebieden Frans-Polynesië, Mayotte, Nieuw-Caledonië, Saint-Pierre en Miquelon, Wallis en Futuna, Hongkong, Japan, Mexico, de Nederlandse overzeese gebieden: de Nederlandse Antillen en Aruba, Nieuw-Zeeland, de Russische Federatie, Singapore, de Verenigde Staten, Zuid-Afrika en Zwitserland. De Britse kroongebieden Eiland Man, Guernsey en Jersey kunnen ook als gelijkwaardige derde landen worden beschouwd. Nu dient elk land de gepaste maatregelen op nationaal vlak te nemen om deze gemeenschappelijke lijst om te zetten. Cyprus, Denemarken, Duitsland, Griekenland, Finland, Hongarije, Italië, Letland, Litouwen, Nederland, Roemenië, Spanje, Tsjechië en het Verenigd Koninkrijk hebben reeds een nationale gemeenschappelijke lijst gepubliceerd. Op 18 april 2008 organiseerde de Commissie eveneens een seminarie over het gebruik van contanten in de Europese Unie in het kader van de bijzondere aanbeveling IX van de FAG over het invoeren van controles bij het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen. Een van de conclusies van dit seminarie is dat in de meeste lidstaten voor dagelijkse verrichtingen duidelijk vaker contanten worden gebruikt dan elektronische betalingen en dat dit gebruik in de toekomst waarschijnlijk niet zal afnemen. Er werd ook een toename vastgesteld van het gebruik van grote biljetten, d.w.z. de biljetten van 100 EUR en 500 EUR. Volgens de Europese Centrale Bank bestaat % van de waarde van de biljetten die door commerciële banken worden uitgegeven uit biljetten van 500 EUR. Deze grote biljetten (500, 200 en 100 EUR) vormen de helft van de waarde van de biljetten die in omloop zijn. Nog volgens de Europese Centrale Bank worden deze grote biljetten niet enkel door misdadigers gebruikt. Het gebruik van contanten is moeilijk op te sporen maar het lijkt erop dat deze grote biljetten opgepot worden en gebruikt worden om goederen van grote waarde binnen de eurozone te betalen. Volgens commerciële banken worden ze ook gebruikt door landen om militaire missies te financieren of door liefdadigheidsinstellingen. Een vertegenwoordiger van DG TAXSUD benadrukte eveneens dat het voor de correcte toepassing van Verordening nr. 1889/2005 betreffende de controle van liquide middelen die de Gemeenschap binnenkomen of verlaten raadzaam is de doeltreffendheid van de gegevensuitwisseling tussen douanediensten te verhogen door een gemeenschappelijke gegevensbank op te starten. De gegevensbanken AFIS (Anti-Fraud-Information- System) en CIS (Customs-Information-System) zijn veelbelovende hulpmiddelen. Het CIS zal ook moeten worden gebruikt door meldpunten. De gegevensbank AWF SUSTRANS van Europol, met gegevens over vooronderzoeken, meldingen van verdachte verrichtingen, verrichtingen in contanten boven een bepaald bedrag afkomstig van de gerechtelijke overheden en/of de douane en meldpunten van 20 verschillende landen, wijst ook op een stijging van het aantal illegale verrichtingen in contanten. De online toepassing FIU. NET, waartoe alle meldpunten van de Europese Unie toegang hebben, is ook een belangrijk hulpmiddel voor de versteviging van snelle en doeltreffende gegevensuitwisseling tussen de verschillende meldpunten van de Europese Unie

32 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Eind 2008 begon de Commissie een studie aan de hand van een vragenlijst om zo de problemen te achterhalen waarmee financiële instellingen te maken krijgen wanneer ze willen voldoen aan de antiwitwasverplichtingen binnen een internationale financiële groep en dus binnen een transnationale context. De Commissie wil deze studie tegen het eerste trimester van 2009 afronden. Deze studie wil voordelen bieden aan de toezichthouders van de financiële sector en de werkzaamheden vervolledigen van de Anti Money Laundering Task Force binnen de CEBS, CEIOPS en CESR inzake de internationale toepassing van de nieuwe vereisten ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Indien nodig zal de studie de verschillende benaderingen op gebied van wetgeving en toezicht in de lidstaten omschrijven. De vergelijking van de gegevens zal een mogelijke aanpassing van de gangbare praktijken vergemakkelijken om zo de naleving van de maatregelen ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme op internationaal vlak binnen financiële groepen te verbeteren of te vergemakkelijken Het EU FIU platform Ter herinnering, het FIU-platform is een informeel forum waarin de Europese meldpunten elkaar kunnen ontmoeten om specifieke problemen van gemeenschappelijk belang te bespreken. In april 2008 werden twee verslagen goedgekeurd op basis van de projecten die in de werkgroepen werden uitgewerkt, een verslag over feedback over het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en over typologieën 21 (22 april 2008) en een ander verslag over de gegevensbescherming en vertrouwelijkheid bij de activiteiten van meldpunten 22 (28 april 2008). Als gevolg van deze verslagen wenste het platform op een meer operationele wijze te werken en zette het concrete voorstellen op touw om de bevindingen van de hierboven vermelde verslagen in praktijk te brengen. Er werd vervolgens een werkgroep internationale samenwerking opgericht om de praktische problemen bij de gegevensuitwisseling tussen en het gebruik ervan door meldpunten op te lossen. Dit gebeurt gelijklopend met een project over hetzelfde onderwerp van de Egmont Groep waarbij een groot aantal meldpunten die aan gemeenschappelijke normen voldoen deel van uitmaken. Naast deze besprekingen werd het FIU-platform ook geraadpleegd over de beslissing van de Raad van 17 oktober 2000 over de samenwerking tussen meldpunten. De Commissie onderzoekt de problemen die zich voordoen bij de toepassing van deze beslissing. Er wordt momenteel een herziening voorzien van deze beslissing en/of de beste praktijken/ richtlijnen. Bovendien wordt het FIUNET, het beveiligde computernetwerk om informatie uit te wisselen tussen meldpunten, bij elke vergadering van het FIU-platform beoordeeld en is het de bedoeling om alle lidstaten zo snel mogelijk op het FIUNET aan te sluiten. Er werd nog een andere werkgroep informatie over het stadium van de melding opgericht dat de verschillen bestudeert die zich voordoen bij meldingen aan het nationale meldpunt

33 II. ACTIVITEITEN VAN DE CEL Daarenboven wordt er nieuwe studie over feedback opgesteld die werd voorgelegd aan het platform om hun bemerkingen te kennen. De interpretatie van Europese verordeningen en mogelijke vragen die (bijzondere) aanbevelingen van de FAG met zich meebrengen worden regelmatig ter sprake gebracht. De CFI is actief in al deze discussies en neemt deel aan het algemeen overleg binnen het FIU-platform Wederzijdse evaluaties Het toetsen van de ingestelde maatregelen aan de FAG aanbevelingen draagt in grote mate bij tot het versterken van de mechanismen ter bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering. De FAG, FSRB s, het Internationaal Muntfonds (IMF) en Wereldbank voeren wederzijdse evaluaties uit volgens dezelfde methodologie en procedure. Een lid van de Cel nam in 2008 deel aan de evaluatie van het Eiland Man, onder leiding van het Internationaal Muntfonds en de evaluatie van Niger, onder leiding van de Wereldbank. 29

34

35 III. STATISTIEKEN III. STATISTIEKEN 1. KERNCIJFERS 1.1. Cijfers voor het jaar 2008 Aantal meldingen Aantal doormeldingen aan het parket Verhouding doormeldingen/aantal meldingen 32,5 % Aantal dossiers Aantal aan het parket doorgemelde dossiers 937 Verhouding doorgemelde dossiers/aantal dossiers 19,2 % Bedragen aangegeven in de doorgemelde dossiers* 711,3 Aantal verzetten 21 * Bedragen in miljoen EUR Evolutie over de 5 laatste jaren Aantal meldingen Aantal nieuwe dossiers Aantal aan het parket doorgemelde dossiers Bedragen aangegeven in de doorgemelde dossiers* 600,2 636,2 799,5 623,7 711,3 Aantal verzetten * Bedragen in miljoen EUR 1.3. Evolutie van het totaal aantal openstaande dossiers op 31/12/04 op 31/12/05 op 31/12/06 op 31/12/07 op 31/12/08 Aantal openstaande dossiers Een groot aantal meldingen slaat op afzonderlijke verrichtingen die verband houden met één zaak. Verschillende meldingen die uitgaan van één meldende instelling kunnen betrekking hebben op één en dezelfde zaak. Overigens bevat eenzelfde zaak veelal meldingen vanwege verschillende instellingen. Dergelijke meldingen worden door de Cel samengebracht in één dossier. 24 De dossiers die op 31 december 2008 in behandeling waren, slaan op meldingen. 31

36 III. STATISTIEKEN 1.4. Evolutie van het totaal aantal geseponeerde dossiers Totaal aantal door de Cel geseponeerde dossiers Sinds het begin van haar activiteiten seponeerde de Cel dossiers op een totaal van , geopend sinds In het kader van de terugkoppeling van informatie lichtte zij de betrokken instellingen hiervan in met de verduidelijking dat deze seponeringen voorlopig zijn en hen niet vrijstellen van bijkomende meldingen zo zich nieuwe verdachte verrichtingen voordoen. Deze geseponeerde dossiers vertegenwoordigen meldingen, hetzij 42,8 % van het totaal Evolutie van het gemiddeld aantal meldingen per maand Tussen 1 januari 2008 en 31 december 2008 ontving de Cel meldingen. Het gemiddeld aantal meldingen per maand is zodoende gestegen van in 2007 naar in 2008 of een stijging van 21,3 % Evolutie van het aantal nieuwe dossiers per referentieperiode Na een eerste ontleding van de meldingen werden in nieuwe dossiers geopend Het is van belang te benadrukken dat de Cel niet seponeert omwille van redenen van opportuniteit. Alle meldingen worden samengebracht en behandeld in afzonderlijke dossiers. De beslissingen tot seponering worden door de Cel genomen, na een volledige ontleding van elk dossier, enkel wanneer geen ernstige aanwijzingen van witwassen voorhanden zijn in de zin van de wet. 32

37 III. STATISTIEKEN 1.7. Evolutie van het aantal aan de parketten doorgemelde dossiers In 2008 werden 937 dossiers doorgemeld aan de parketten, nadat het onderzoek door de Cel ernstige aanwijzingen van witwassen in de zin van de wet van 11 januari 1993 aan het licht had gebracht Verzet tegen de uitvoering van een verrichting In 2008 maakte de Cel in 21 gevallen gebruik van haar bevoegdheid om zich te verzetten tegen de uitvoering van een verrichting. De Cel bevroor tijdelijk activa voor een waarde van 8,9 miljoen EUR. Dit bedrag mag niet verward worden met de inbeslagnemingen en verbeurdverklaringen waartoe de gerechtelijke overheden overgaan ingevolge inlichtingen verstrekt door de Cel, waar het om beduidend hogere bedragen gaat Gerechtelijke opvolging Sedert haar oprichting heeft de Cel kennis van veroordelingen uitgesproken door de hoven en de rechtbanken in de door haar doorgemelde dossiers. Er dient te worden opgemerkt dat tegen bepaalde vonnissen hoger beroep werd aangetekend. De in verband hiermee uitgesproken verbeurdverklaringen lopen op tot 747,5 miljoen EUR, terwijl het totaal aan opgelegde boetes thans 80,3 miljoen EUR bedraagt. In deze dossiers werden personen veroordeeld. 33

38 III. STATISTIEKEN 2. ONTVANGEN MELDINGEN 2.1. Onderverdeling per jaar van het aantal meldende ondernemingen en personen Onderverdeling van de financiële ondernemingen en beroepen Kredietinstellingen Beursvennootschappen Levensverzekeringsondernemingen Beleggingsondernemingen Wisselkantoren Hypothecaire ondernemingen Ondernemingen voor consumentenkrediet Uitgevers of beheerders van kredietkaarten Verzekeringsmakelaars Andere Totaal Onderverdeling van de niet-financiële ondernemingen en beroepen Vastgoedmakelaars Bewakingsondernemingen Handelaren in diamant Notarissen Gerechtsdeurwaarders Bedrijfsrevisoren Boekhoudkundige en fiscale beroepen Casino s Advocaten Totaal Andere instellingen Douane Totaal

39 III. STATISTIEKEN 2.2. Spreiding van het aantal meldingen per sector Cijfers voor 2008 Onderstaande tabel geeft de spreiding weer van de meldingen naargelang de herkomst. van 01/01/08 tot 31/12/08 % Wisselkantoren ,1 Kredietinstellingen ,9 Casino s ,7 Douane 619 4,0 De Post 382 2,5 Buitenlandse meldpunten 358 2,3 Notarissen 320 2,1 Andere 218 1,4 Totaal Vergelijking Onderstaande tabel geeft de spreiding weer van de meldingen naargelang de herkomst Evolutie in % Wisselkantoren ,8 Kredietinstellingen ,2 Casino s ,7 Douane* ,8 De Post Buitenlandse meldpunten ,9 Notarissen ,9 Andere ,9 Totaal ,2 * Het Koninklijk besluit houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen werd van kracht op 15/06/

40 III. STATISTIEKEN 2.3. Spreiding van het aantal meldingen per jaar en per sector evolutie per jaar Nationale Bank van België Kredietinstellingen Beursvennootschappen Levensverzekeringsondernemingen De Post Vennootschappen voor makelarij in financiële instrumenten Deposito- en Consignatiekas Vermogensbeheerders Vennootschappen voor beleggingsadvies Wisselkantoren Hypothecaire ondernemingen Consumentenkrediet Uitgevers van kredietkaarten Leasingondernemingen Bijkantoren van EG-beleggingsondernemingen Bijkantoren van niet-eg-beleggingsondernemingen Vastgoedmakelaars Bewakingsondernemingen Plaatsing van orders in financiële instrumenten Marktondernemingen Handelaren in diamant Verzekeringsbemiddelaars Derivatenspecialisten Notarissen Gerechtsdeurwaarders Bedrijfsrevisoren Externe accountants, externe belastingsconsulenten, erkende boekhouders, erkende boekhouders-fiscalisten Casino-uitbaters Advocaten Beheersvennootschappen van instellingen voor collectieve belegging Makelaars in bank- en beleggingsdiensten Douane Buitenlandse meldpunten* Controleoverheden Totaal nog niet onderworpen aan de wet * Overeenkomstig artikel 11 2 van de wet van 11 januari

41 III. STATISTIEKEN 2.4. Overzicht van de verzoeken om inlichtingen ontvangen van buitenlandse meldpunten evolutie per jaar MOU* Albanië Algerije Andorra 09/07/ Anguilla Antigua en Barbuda Argentinië 24/06/ Armenië Australië 23/06/ Bahama s 30/11/ Belize Bermuda 30/06/ Bolivia Bosnië-Herzegovina Brazilië 23/07/ Bulgarije 02/03/ Canada 02/01/ Chili 12/07/ Colombia 06/06/ Cyprus 09/10/ Denemarken 30/03/ Dominicaanse Republiek Duitsland 19/12/ Egypte Eiland Man Estland 20/11/ Filippijnen Finland 29/10/ Frankrijk 01/02/ Georgië 08/08/ Gibraltar 17/10/ Grenada Griekenland 08/10/ Groothertogdom Luxemburg 22/04/ Guatemala 03/02/ Guernsey 27/09/ Hongarije 18/01/ Ierland 17/10/ IJsland India Indonesië 01/02/ Israël 28/06/ Italië 15/05/ Japan 27/06/ Jersey 14/07/ Kaaimaneilanden Kroatië 25/01/

42 III. STATISTIEKEN MOU* Letland 27/07/ Libanon 10/09/ Liechtenstein 15/03/ Litouwen 18/10/ Macedonië 21/10/ Maleisië Malta 23/01/ Mexico 27/01/ Moldavië 07/12/ Monaco 20/10/ Montenegro Nederland 29/06/ Nederlandse Antillen 07/06/ Nieuw-Zeeland Nigeria Noorwegen 07/06/ Oekraïne 19/09/ Oostenrijk 17/10/ Panama 03/05/ Paraguay Peru 07/10/ Polen 20/03/ Portugal 05/03/ Qatar Roemenië 27/11/ Rusland 12/12/ Saint Kitts en Nevis Saint Vincent en de Grenadines Senegal 21/11/ Servië 20/02/ Singapore 07/09/ Slovakije 06/06/ Slovenië 23/06/ Spanje 16/12/ Taiwan Thailand 24/04/ Tsjechië 17/11/ Turkije 16/05/ Vanuatu Venezuela 29/07/ Verenigd Koninkrijk 24/05/ Verenigde Arabische Emiraten Verenigde Staten 08/07/ Zuid-Afrika 29/07/ Zweden 22/03/ Zwitserland 16/07/ Totaal * De Cel werkt in de regel op grond van een MOU samen met buitenlandse meldpunten, maar kan, wanneer nuttig, eveneens ad hoc gegevens uitwisselen. Zie deel 2.3. Internationale samenwerking. 38

43 III. STATISTIEKEN 2.5. Overzicht van de verzoeken om inlichtingen gestuurd naar buitenlandse meldpunten in 2008 Land Aantal verzoeken Albanië 2 Andorra 3 Anguilla 1 Argentinië 2 Aruba 2 Australië 5 Bahama s 4 Bahrein 1 Belize 3 Brazilië 13 Britse Maagdeneilanden 18 Bulgarije 22 Canada 14 Colombia 2 Cyprus 17 Denemarken 6 Duitsland 150 Egypte 3 Eiland Man 5 Estland 3 Filippijnen 1 Finland 6 Frankrijk 557 Gibraltar 5 Griekenland 11 Guatemala 1 Guernsey 5 Honduras 1 Hongarije 2 Hongkong 10 Ierland 18 Indonesië 1 Israël 15 Italië 116 Jersey 6 Kaaimaneilanden 2 Kroatië 2 Letland 7 Libanon 5 39

44 III. STATISTIEKEN Land Aantal verzoeken Liechtenstein 5 Litouwen 5 Luxemburg 188 Macedonië 1 Mauritius 6 Mexico 2 Moldavië 6 Monaco 12 Nederland 930 Nederlandse Antillen 6 Nieuw-Zeeland 1 Noorwegen 3 Oekraïne 11 Oostenrijk 8 Panama 10 Polen 10 Portugal 19 Roemenië 28 Rusland 47 Saint Vincent en de Grenadines 1 Senegal 1 Singapore 5 Slovakije 5 Slovenië 3 Spanje 86 Taiwan 6 Thailand 5 Tsjechië 11 Turkije 24 Venezuela 2 Verenigd Koninkrijk 127 Verenigde Arabische Emiraten 7 Verenigde Staten 34 Zuid-Afrika 8 Zuid-Korea 1 Zweden 7 Zwitserland 42 Totaal

45 III. STATISTIEKEN 2.6. Meldingen van de casino s In 2008 ontving de Cel meldingen van de casino s die slaan op verrichtingen. In onderstaande tabel is hiervan een overzicht opgenomen Overzicht van de casinoverrichtingen in 2008 Criterium* Verrichtingen Bedragen in EUR 1 Aan- of verkoop van speelpenningen door een cliënt gepaard gaande met of voorafgegaan door het gebruik van valse identiteitsstukken, van een alias of van eender welk middel waardoor zijn identificatie bemoeilijkt wordt 2 Verkoop of omruiling van speelpenningen afkomstig van andere casino s Aankoop van speelpenningen door een cliënt voor een bedrag van EUR of méér tegen betaling in speciën of door middel van bank- of kredietkaart 4 Aankoop van speelpenningen door een cliënt voor een bedrag van EUR of méér tegen buitenlandse deviezen Verkoop van speelpenningen door een cliënt voor een bedrag van EUR of méér tegen één of méér cheques of overschrijvingen Aankoop van speelpenningen door een cliënt voor een bedrag dat buiten verhouding staat met zijn gekende financiële toestand Verkoop van speelpenningen door een cliënt, wanneer het spelgedrag van deze cliënt niet in overeenstemming te brengen is met een normaal spelpatroon en het winstoogmerk afwezig of ondergeschikt is 8 Deposito cliënt Uitbetaling speelpenningen aan een derde Uitbetaling van speelpenningen waarbij de cliënt om een betalingsbewijs verzoekt Regelmatige aan- en verkoop van speelpenningen onder de bedragen om melding te voorkomen 0 0 Subtotaal objectieve criteria Aan de Cel gemelde verrichtingen op basis van subjectieve criteria Algemeen totaal * Zie koninklijk besluit van 6 mei

46 III. STATISTIEKEN Evolutie van het aantal meldingen per criterium over de 5 laatste jaren Totaal Evolutie van de bedragen per criterium over de 5 laatste jaren (bedragen in EUR) Totaal

47 III. STATISTIEKEN 2.7. Verdeling van het aantal meldingen per gerechtelijk arrondissement Cijfers voor het jaar 2008 Onderstaande tabel* geeft de verdeling weer van het aantal meldingen per gerechtelijk arrondissement in functie van de plaats waar de hoofdverrichting zich voordeed. Gerechtelijk arrondissement van 01/01/08 tot 31/12/08 % Aarlen 23 0,2 Antwerpen ,4 Bergen 305 2,0 Brugge 801 5,3 Brussel ,7 Charleroi 267 1,8 Dendermonde 154 1,0 Dinant 19 0,1 Doornik 84 0,6 Eupen 30 0,2 Gent 900 5,9 Hasselt 140 0,9 Hoei 19 0,1 Ieper 21 0,1 Kortrijk 248 1,6 Leuven 214 1,4 Luik 531 3,5 Marche 10 0,1 Mechelen 98 0,6 Namen 300 2,0 Neufchâteau 18 0,1 Nijvel 107 0,7 Oudenaarde 27 0,2 Tongeren 399 2,6 Turnhout 106 0,7 Verviers 151 1,0 Veurne 29 0,2 Totaal * In deze tabel zijn de verzoeken van de buitenlandse meldpunten niet vervat. 43

48 III. STATISTIEKEN Evolutie over de 5 laatste jaren Onderstaande tabel* geeft de verdeling weer van het aantal meldingen per gerechtelijk arrondissement in functie van de plaats waar de hoofdverrichting zich voordeed. Gerechtelijk arrondissement Aarlen Antwerpen Bergen Brugge Brussel Charleroi Dendermonde Dinant Doornik Eupen Gent Hasselt Hoei Ieper Kortrijk Leuven Luik Marche Mechelen Namen Neufchâteau Nijvel Oudenaarde Tongeren Turnhout Verviers Veurne Totaal * In deze tabel zijn de verzoeken vanwege de buitenlandse meldpunten niet vervat. 44

49 III. STATISTIEKEN 3. DOSSIERS 3.1. Indeling van de dossiers volgens de aard van de belangrijkste verrichtingen Cijfers voor het jaar 2008* Verrichtingen van 01/01/08 tot 31/12/08 % Geldverzending** ,6 Stortingen op rekeningen ,8 Internationale betalingen ,5 Opname van rekening 463 9,9 Grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen*** 426 9,1 Binnenlandse betalingen 336 7,2 Onroerende goederen 255 5,5 Casinoverrichtingen 213 4,6 Kredieten 90 1,9 Aanbieding van cheques 74 1,6 Andere ,3 Totaal * In deze tabel zijn de verzoeken vanwege de buitenlandse meldpunten niet vervat. ** Hieronder wordt verstaan de dienstverlening waarbij een bemiddelaar in opdracht van zijn cliënt een geldsom overmaakt aan een door deze cliënt aangewezen begunstigde. *** Zie verordening (EG) nr. 1889/2005 van 26 oktober Evolutie over de 5 laatste jaren* Geldverzending** Stortingen op rekening Internationale betalingen Opname van rekening Grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen*** Binnenlandse betalingen Onroerende goederen Casinoverrichtingen Kredieten Aanbieding van cheques Andere Totaal * In deze tabel zijn de verzoeken vanwege de buitenlandse meldpunten niet vervat. ** Hieronder wordt verstaan de dienstverlening waarbij een bemiddelaar in opdracht van zijn cliënt een geldsom overmaakt aan een door deze cliënt aangewezen begunstigde. *** Zie verordening (EG) nr. 1889/2005 van 26 oktober

50 III. STATISTIEKEN 3.2. Geseponeerde dossiers Tussen 1 januari 2008 en 31 december 2008 seponeerde de Cel dossiers. Deze dossiers werden geseponeerd wegens het ontbreken van ernstige aanwijzingen van witwassen van geld of de financiering van terrorisme in de zin van de wet van 11 januari Deze seponeringen hebben uiteraard een voorlopig karakter. Aantal geseponeerde dossiers Aantal nieuwe dossiers % , , , , ,0 Het is van belang te benadrukken dat de Cel niet seponeert omwille van redenen van opportuniteit. Alle meldingen worden samengebracht en behandeld in afzonderlijke dossiers. De beslissingen tot seponering worden door de Cel genomen, na een volledige ontleding van elk dossier, enkel wanneer geen ernstige aanwijzingen van witwassen voorhanden zijn in de zin van de wet. Evolutie van het percentage geseponeerde dossiers Openstaande dossiers Op 31 december 2008, waren nog dossiers in behandeling. Aantal openstaande dossiers Aantal nieuwe dossiers % op 31/12/ ,9 op 31/12/ ,9 op 31/12/ ,1 op 31/12/ ,2 op 31/12/ ,0 Evolutie van het percentage openstaande dossiers

51 III. STATISTIEKEN 4. DOSSIERS DOORGEMELD AAN DE PARKETTEN 4.1. Aantal doorgemelde dossiers per meldende instelling en per jaar Evolutie van het aantal aan de parketten doorgemelde dossiers per categorie van meldende instellingen over de 3 laatste jaren % 2008 Kredietinstellingen ,7 Wisselkantoren ,8 De Post ,4 Buitenlandse meldpunten ,6 Casino s ,4 Andere ,1 Totaal Bedragen aangegeven in de doorgemelde dossiers Evolutie over de 3 laatste jaren Bedragen in miljoen EUR % 2008 Kredietinstellingen 634,3 506,2 564,2 79,3 Buitenlandse meldpunten 12,7 36,0 85,8 12,1 Wisselkantoren 24,2 36,0 20,9 2,9 Notarissen 5,7 5,8 13,9 2,0 Casino s 6,9 11,7 9,3 1,3 Andere 115,7 28,0 17,2 2,4 Totaal 799,5 623,7 711,

52 III. STATISTIEKEN 4.3. Spreiding per gerechtelijk arrondissement van de dossiers die tussen 01/12/93 en 31/12/08 werden doorgemeld en het door de gerechtelijke overheden gegeven gevolg Gerechtelijk arrondissement totaal % VO GO VCR ZG BV BO Ver* Vr Federaal parket** 198 2, Brussel , Antwerpen , Luik 472 4, Turnhout 444 4, Gent 356 3, Brugge 297 2, Tongeren 295 2, Charleroi 277 2, Hasselt 246 2, Dendermonde 243 2, Bergen 164 1, Kortrijk 161 1, Leuven 140 1, Doornik 136 1, Mechelen 110 1, Namen 107 1, Nijvel 103 1, Veurne 77 0, Oudenaarde 58 0, Verviers 57 0, Eupen 47 0, Ieper 43 0, Dinant 30 0, Aarlen 26 0, Hoei 23 0, Marche 22 0, Neufchâteau 22 0, Totaal % ,3 5,5 3,4 61,2 2,3 1,6 11,9 0,8 * Tegen bepaalde vonnissen werd hoger beroep aangetekend. ** Het federaal parket is operationeel sinds 21 mei Legende: VO : Vooronderzoek GO : Gerechtelijk onderzoek VCR : Verwijzing naar correctionele rechtbank ZG : Zonder gevolg na vooronderzoek door het parket BV : Buitenvervolgingstelling BO Ver Vr : Dossiers door de Belgische gerechtelijke overheden overgemaakt aan een buitenlandse gerechtelijke overheid : Veroordeling : Vrijspraak 48

53 III. STATISTIEKEN 4.4. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de aard van de verrichting Evolutie over de 3 laatste jaren* Aard verrichting % 2008 Geldverzending** ,4 Opname van rekening ,4 Stortingen op rekening ,5 Internationale betalingen ,4 Binnenlandse betalingen ,5 Aanbieding van cheques ,0 Kredieten ,8 Effecten ,6 Casinoverrichtingen ,4 Manuele wissel ,2 Andere ,8 Totaal * In deze tabel zijn de verzoeken vanwege de buitenlandse meldpunten niet vervat. ** Hieronder wordt verstaan de dienstverlening waarbij een bemiddelaar in opdracht van zijn cliënt een geldsom overmaakt aan een door deze cliënt aangewezen begunstigde. 49

54 III. STATISTIEKEN 4.5. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens witwasstadium % 2008 Circulatie ,5 Inbreng ,4 Investering ,1 Totaal % 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Circulatie Inbreng Investering Verdeling van de in 2008 doorgemelde dossiers volgens witwasstadium Investering (8,1 %) Inbreng (16,4 %) Circulatie (75,5 %) 50

55 III. STATISTIEKEN 4.6. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de belangrijkste onderliggende criminaliteit Evolutie over de 3 laatste jaren Onderliggende criminaliteit % 2008 Oplichting ,6 Illegale handel in goederen en koopwaren ,4 Illegale drughandel ,9 Misdrijf i.v.m. staat faillissement ,5 Mensenhandel ,1 Ernstige en georganiseerde fiscale fraude ,6 Misbruik van vennootschapsgoederen ,1 Georganiseerde misdaad ,7 Exploitatie van de prostitutie ,2 Handel in clandestiene werkkrachten ,2 Misbruik van vertrouwen ,8 Terrorisme en financiering van terrorisme ,2 Andere ,7 Totaal Verdeling van de in 2008 doorgemelde dossiers volgens de soort illegale handel in goederen en koopwaren Soort handel van 01/01/08 tot 31/12/08 % Auto s en auto-onderdelen 45 33,3 Mineralen, goud, edelstenen en juwelen 14 10,4 Gestolen goederen 6 4,4 Wapens 4 3,0 Kleding en textiel 4 3,0 Dieren 2 1,5 Kunstvoorwerpen 2 1,5 Tabak, sigaretten en alcohol 2 1,5 Telefonie, informatica, hifi en video 2 1,5 Voedingsmiddelen en drank 1 0,7 Andere* 53 39,2 Totaal * Deze rubriek beslaat alle gevallen waarvan de aard van de illegale handel niet met zekerheid kon worden bepaald. 51

56 III. STATISTIEKEN Verdeling van de dossiers doorgemeld in 2008 in verband met ernstige en georganiseerde fiscale fraude volgens het type Evolutie in de loop van de 3 laatste jaren % BTW-carrouselfraude ,2 Andere fiscale fraude ,8 Totaal * De andere gevallen van ernstige en georganiseerde fiscale fraude betreffen dossiers met internationale dimensie waarin ingewikkelde constructies met gebruik van schermvennootschappen voorkomen en waar aanzienlijke bedragen mee gemoeid zijn. Ze betreffen zowel Belgen als buitenlanders. Verdeling van de in 2008 inzake BTW-carrousels doorgemelde dossiers volgens de aard van de goederen Aantal % Auto s en auto-onderdelen 14 42,4 Telefonie, informatica, hifi en video 11 33,3 Tabak, sigaretten en alcohol 2 6,1 Kleding en textiel 2 6,1 Petroleumproducten 1 3,0 Gestolen goederen 1 3,0 Andere 2 6,1 Totaal Bedragen aangegeven in de doorgemelde dossiers volgens de belangrijkste criminaliteit Evolutie over de 3 laatste jaren Bedragen in miljoen EUR Misdrijf % 2008 Ernstige en georganiseerde fiscale fraude 245,5 228,9 168,5 23,7 Illegale handel in goederen en koopwaren 183,4 91,2 142,0 20,0 Misbruik van vennootschapsgoederen 63,9 44,4 107,6 15,1 Misdrijf i.v.m. staat faillissement 22,3 37,2 105,7 14,8 Illegale drughandel 27,3 32,1 37,3 5,2 Georganiseerde misdaad 41,6 28,6 36,2 5,1 Oplichting 82,1 39,7 32,7 4,6 Dienstverlening zonder vergunning 5,9 1,2 20,3 2,9 Exploitatie van clandestiene werkkrachten 14,4 35,0 17,5 2,5 Mensenhandel 16,6 19,8 10,3 1,4 Misbruik van vertrouwen 10,9 10,0 9,8 1,4 Terrorisme en financiering van terrorisme 52,7 13,3 6,6 0,9 Andere 32,9 42,3 16,8 2,4 Totaal 799,5 623,7 711,

57 III. STATISTIEKEN 4.8. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens de nationaliteit van de belangrijkste operator Evolutie over de 3 laatste jaren Nationaliteit % 2008 Belgische ,3 Franse ,3 Nederlandse ,7 Marokkaanse ,6 Italiaanse ,7 Turkse ,2 Chinese ,8 Congolese (DRC) ,8 Nigeriaanse ,8 Roemeense ,2 Bulgaarse ,1 Albanese ,0 Griekse ,0 Libanese ,0 Pakistaanse ,0 Portugese ,0 Britse ,9 Duitse ,7 Russische ,6 Algerijnse ,5 Braziliaanse ,5 Kameroense ,5 Guinese ,4 Israëlische ,4 Tsjechische ,4 Spaanse ,3 Iraanse ,3 Ivoriaanse ,3 Moldavische ,3 Rwandese ,3 Andere ,1 Totaal

58 III. STATISTIEKEN 4.9. Verdeling van de doorgemelde dossiers volgens verblijfplaats van de belangrijkste operator Onderstaande tabellen geven de onderverdeling weer, volgens de verblijfplaats van de belangrijkste operator, van de 937 dossiers doorgemeld in Verblijfplaats in België Onderstaande tabel geeft de onderverdeling weer van de 765 doorgemelde dossiers waarvan de belangrijkste betrokkene zijn verblijfplaats had in België. Aantal dossiers % Brussel ,9 Antwerpen ,8 Henegouwen 88 11,5 Oost-Vlaanderen 82 10,7 Luik 64 8,4 Limburg 52 6,8 West-Vlaanderen 49 6,4 Vlaams-Brabant 23 3,0 Waals-Brabant 19 2,5 Namen 11 1,4 Luxemburg 5 0,6 Totaal

59 III. STATISTIEKEN Verblijfplaats in het buitenland Onderstaande tabel geeft de onderverdeling weer van de 172 doorgemelde dossiers waarvan de belangrijkste betrokkene zijn verblijfplaats had in het buitenland. Land van verblijf Aantal dossiers % Frankrijk 48 28,0 Nederland 22 12,8 Bulgarije 9 5,2 Verenigd Koninkrijk 9 5,2 Groothertogdom Luxemburg 6 3,5 Roemenië 6 3,5 Duitsland 5 2,9 Italië 4 2,3 Democratische Republiek Congo 4 2,3 Nigeria 4 2,3 Zwitserland 4 2,3 Zuid-Afrika 3 1,7 Spanje 3 1,7 Libanon 3 1,7 Tsjechië 3 1,7 Albanië 2 1,2 Bolivia 2 1,2 Israël 2 1,2 Rusland 2 1,2 Venezuela 2 1,2 Andere 29 16,9 Totaal

60

61 IV. TYPOLOGIEËN IV. TYPOLOGIEËN 26 De globaliserende evolutie van informatie, handel en financiën versnelt voortdurend, waardoor ook de groei van de criminele economie wordt bevorderd. Hoewel de meeste criminele activiteiten niet nieuw zijn, vormen de toenemende internationalisering, toename, verstrengeling en de complexiteit ervan samen met het aanpassingsvermogen van misdadigers bij het witwassen van geld of de financiering van terrorisme wel een voortdurende dreiging. Gezien deze evolutie is het onontbeerlijk een zo actueel mogelijke kijk te hebben op de aard van de verrichtingen die meer waakzaamheid vereisen en de risicosectoren te bepalen aan de hand van de technieken die misdadigers gebruiken voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Dankzij haar deskundigheid kan de Cel haar partners informatie verstrekken over de trends en werkwijzen voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Door gebruik te maken van de informatie uit de operationele analyse van de dossiers kan de Cel met een typologische duiding bijdragen tot een beter begrip van de huidige en nieuwe trends in het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. Deze inlichtingen ondersteunen niet alleen de operationele analyses van de Cel, maar ook haar partners bij het uitwerken van de gepaste tegenmaatregelen om gerichter de huidige dreigingen te beantwoorden. 1. OVERZICHT VAN DE HUIDIGE TRENDS 1.1. Evolutie van de witwasstadia De ontleding van de dossiers in functie van de theoretische witwasstadia duidt erop dat de dossiers die het afgelopen jaar aan de gerechtelijke overheden werden doorgemeld betrekking hebben op steeds meer uitgewerkte misdadige activiteiten. Deze toestand verschilt van die in de beginjaren van de Cel toen de doorgemelde dossiers voornamelijk betrekking hadden op minder ingewikkelde verrichtingen, die kenmerkend zijn voor de eerste witwasstadia. 26 Alle namen die in dit hoofdstuk worden gebruikt ter aanduiding van natuurlijke en rechtspersonen, zijn louter verzonnen. De casussen die worden beschreven zijn volledig naamloos gemaakt ten aanzien van alle daarin betrokkenen personen. 57

62 IV. TYPOLOGIEËN Inbreng 27 In 16,4 % van de dossiers die in 2008 werden doorgemeld komen vooral verdachte verrichtingen voor in het eerste witwasstadium. Deze verrichtingen bestaan voornamelijk uit stortingen in contanten op bankrekeningen en manuele wisselverrichtingen. De afgelopen jaren stelde de Cel een daling vast van het aantal dossiers waarin hoofdzakelijk inbrengverrichtingen voorkomen. Uit deze trend blijkt dat in ons land witwassers hun verrichtingen steeds vaker toespitsen op verdergevorderde witwasstadia. Deze trend toont gedeeltelijk aan dat het witwassen van geld zowel door de meldende instellingen als door de Cel grondiger wordt aangepakt Circulatie 28 In 2008 had 75,5 % van doorgemelde dossiers betrekking op verdachte verrichtingen in het tweede witwasstadium. De stijging van het aandeel van deze dossiers neemt elk jaar toe. De verrichtingen bestaan enerzijds uit bankverrichtingen (voornamelijk nationale en internationale transfers en stortingen gevolgd door opnames), en anderzijds uit niet-bancaire verrichtingen zoals money remittance 29 (een stijging in vergelijking met voorgaande jaren). Deze evolutie toont aan dat er strategieën worden gebruikt om de banden tussen het ingebrachte geld en de criminele oorsprong te verhullen. Hierbij wordt vooral gebruik gemaakt van witwasconstructies met internationale vertakkingen, worden verrichtingen verhuld via vennootschapsstructuren en worden er afwisselende witwaskanalen gebruikt Investering 30 Ook de dossiers waarin hoofdzakelijk investeringsverrichtingen voorkomen nemen nog steeds geleidelijk aan toe. Ze vertegenwoordigen 8,1 % van de doorgemelde dossiers in De werkwijzen worden voornamelijk toegepast in de sectoren van vastgoed, verzekeringen, roerende waarden en casino s. Deze dossiers tonen aan dat witwassers blijven gebruikmaken van de deskundigheid van niet-financiële beroepen en vaak meerdere investeringsmogelijkheden combineren Evolutie van de ernstige onderliggende misdrijven Dossiers in verband met illegale handel Drughandel is een van de belangrijkste onderliggende misdrijven in doorgemelde dossiers 31. Historisch gezien werden de internationale mechanismen ter bestrijding van het witwassen van geld in de eerste plaats ontwikkeld als antwoord op de handel in verdovende middelen. Hoewel de strijd tegen de drughandel voortgang heeft geboekt, waardoor de weerslag van dit misdrijf op het witwassen afneemt, wijst het 27 Inbreng slaat op alle middelen waarmee de fondsen die rechtstreeks voortkomen uit een misdadige activiteit voor het eerst in de financiële kringloop worden gesluisd, meestal in de vorm van grote hoeveelheden baar geld. 28 Circulatie of opstapeling is te omschrijven als een vaak ingewikkelde opeenvolging van financiële verrichtingen met de bedoeling elk verband tussen het ingebrachte geld en de criminele oorsprong ervan zo vlug mogelijk uit te wissen. 29 Money remittance of geldoverdrachten bestaan uit stortingen in contanten gevolgd door transfers via internationale systemen van geldverzending. Deze diensten worden voornamelijk verleend door wisselkantoren. 30 Investering omvat alle werkwijzen die toelaten activa van criminele herkomst, meestal vooraf ingebracht en in circulatie gebracht, te beleggen in de wettige economische en financiële kringloop. 31 Zie ook het Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, dat stelt dat handel in verdovende middelen de criminele activiteit is die hoofdzakelijk door criminele organisaties wordt ontwikkeld. Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, blz

63 IV. TYPOLOGIEËN wereldrapport 2008 over drugs van de Verenigde Naties op een sterke toename van het drugaanbod, nieuwe routes die worden verkend en de rol die drughandel speelt als financieringsbron voor terrorisme 32. Ons land wordt hierin vermeld als een van de grootste producenten van synthetische drugs ter wereld, hoewel haar rol hierin afneemt. Er werden geleidelijk aan meer dossiers in verband met illegale handel in goederen en koopwaren doorgemeld. Zo nam in 2008 de illegale handel in goederen en koopwaren de tweede plaats in bij de onderverdeling van de doorgemelde dossiers volgens criminaliteit. Het merendeel betreft dossiers in verband met illegale handel in auto s. Ook mensenhandel en handel in clandestiene werkkrachten winnen aan belang bij de doorgemelde dossiers. Samen met dossiers in verband met de exploitatie van prostitutie vertegenwoordigen deze dossiers 15,6 % van de doormeldingen in Zoals in het verleden werden netwerken die in deze criminaliteit actief zijn opgespoord. Het Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België stelt: Mensenhandel in België behoort minder tot een - in minder aantal bestaande - piramidaal georganiseerde criminaliteit dan tot een criminaliteit van netwerken met verwante gemeenschappen binnen dewelke de uitbuiters zich over de grenzen heen op eerder vlotte wijze associëren. 33 Deze netwerken worden steeds groter omdat er hele regio s bij betrokken zijn, voornamelijk in Centraal- en Oost-Europa, in Azië en in Zuid-Amerika. De netwerken worden duidelijk ook professioneler en het is dus belangrijk een financiële analyse op deze netten uit te voeren om die praktijken te bestrijden 34. Er werden ook nauwe banden met sociale fraude vastgesteld, in het bijzonder bij onwettige immigratie, zoals ook beschreven in het Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België. Misbruik van visa, het huwelijksstatuut of het studentenprofiel houden minder risico s in, zowel voor de kandidaat als voor de mensenhandelaar. Deze kanalen bieden bovendien meer kans op succes voor het verkrijgen van een legaal statuut en kunnen dus de verwachtingen inlossen met een gunstig resultaat tot gevolg 35. Bovendien tonen verschillende dossiers aan dat gebruik wordt gemaakt van bedrijven die gespecialiseerd zijn in de fictieve aanwerving van werknemers en de verkoop van valse sociale documenten (werkgeversattesten, loonbriefjes, C4, enz.) Dossiers in verband met financiële misdrijven Een groot deel van de dossiers die werden doorgemeld aan de gerechtelijke overheden wijst op het belang van ernstige vormen van financiële misdaad. Deze trend wordt sinds 2005 vastgesteld en tekent zich steeds duidelijker af. De dossiers die verband houden met oplichting, ernstige en georganiseerde fiscale fraude, misbruik van vennootschapsgoederen, misdrijven met betrekking tot de staat van het faillissement, fraude ten nadele van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, beursmisdrijf en het onwettig openbaar aantrekken van spaargelden vertegenwoordigen in totaal meer dan 42 % van de dossiers die in 2008 door de Cel aan de gerechtelijke overheden werden doorgemeld. Oplichting staat nog steeds op de eerste plaats qua aantal dossiers. 32 Bureau van de Verenigde Naties voor drugs- en misdaadbestrijding (UNODC), Wereldrapport over drugs, Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, blz Het belang van een financiële analyse wordt ook benadrukt door het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding, Mensenhandel en smokkel, 2007, blz Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, blz

64 IV. TYPOLOGIEËN Als we de daarin betrokken bedragen bekijken liggen hoofdzakelijk financiële misdrijven aan de basis van de doorgemelde witwasverrichtingen. Wat de bedragen betreft komt ernstige en georganiseerde fraude op de eerste plaats met een totaalbedrag van 168,5 miljoen EUR in De doorgemelde dossiers in verband met ernstige en georganiseerde fiscale fraude, andere dan BTW-carrousels, nemen een steeds belangrijkere plaats in (46,8% van de doorgemelde dossiers houden verband met dit onderliggend misdrijf). In deze dossiers komen vaak internationale constructies voor waarin stelselmatig vennootschappen worden gebruikt. Het doel is steeds de werkelijke economische begunstigden te verhullen. Hierbij wordt traditioneel gebruik gemaakt van belastingparadijzen met verrichtingen van of naar offshorecentra. Hoewel niet alle financiële verrichtingen die via belastingparadijzen of offshorecentra verlopen noodzakelijkerwijze illegaal zijn, lijkt het er wel op dat ze een sleutelrol spelen in het wereldwijde financiële stelsel en dat de instrumenten die ze ter beschikking stellen met hun uitzonderingsregime een onbegrensd voordeel biedt om frauduleuze financiële constructies op te zetten, en voor het witwassen van geld in het bijzonder. Het gebrek aan doorzichtigheid is hier het grootste probleem. Dit doel kan ook worden bereikt door gebruik te maken van slapende vennootschappen, zoals hieronder besproken. Ten slotte werden bijzondere structuren bestudeerd die blijk geven van frauduleuze vennootschapsconstructies met verdachte kapitaalverhogingen Dossiers in verband met terrorisme en de financiering ervan In 2008 werden 21 dossiers doorgemeld met betrekking tot terrorisme (witwassen of financiering). Deze dossiers werden geopend na meldingen van verdachte verrichtingen, soms naar aanleiding van een gerechtelijk onderzoek waarbij financiële instellingen bankvorderingen ontvangen. Het is inderdaad vrij moeilijk verdachte verrichtingen op te sporen die verband houden met terrorisme of de financiering ervan, vermits de bedragen van de verrichtingen nogal beperkt zijn en er soms slechts onrechtstreekse verbanden met terrorisme of de financiering van terrorisme kunnen worden gelegd, of omdat ze verschillende vormen kunnen aannemen die moeilijk op te sporen zijn. Naast de voorbeelden in voorgaande activiteitenverslagen van de Cel is het van belang in bepaalde gevallen de financiering van bepaalde webstekken of internetverbindingen nader te bekijken. Ook de financiering van reizen naar gevoelige landen kan als gegeven doorslaggevend zijn. Het begrip geld en financiering moet in ruime zin worden bekeken. De vraag stelt zich wel hoe men in de praktijk waakzaam kan blijven ten aanzien van deze criteria. Concreet worden meldingen het vaakst verricht omdat er verbanden kunnen worden gelegd tussen de cliënt en terrorisme. Bij de Cel kunnen dossiers ook voortvloeien uit bijkomende inlichtingen van gespecialiseerde bronnen, hetzij gerechtelijke, politionele of inlichtingendiensten. Artikel 15, 1 van de wet van 11 januari 1993 geeft de Cel de belangrijke bevoegdheid dat haar alle bijkomende informatie wordt meegedeeld die zij nuttig acht voor de vervulling van haar opdracht. Van zodra de Cel relevante informatie ontvangt die de aanvankelijke financiële vermoedens bevestigt meldt ze de dossiers door aan de gerechtelijke overheden. Meestal gaat het veeleer om informatie die de vermoedens van terrorisme in hoofde van de betrokken personen bevestigt dan om elementen over de verrichtingen als dusdanig. Hierbij moet ook worden gewezen op het belang van de officiële lijsten met instellingen of personen die ervan verdacht worden in verband te staan met terroristische activiteiten, en die een voortdurende controle en waakzaamheid vereisen. Op basis van deze lijsten kan de Cel haar gegevensbank raadplegen en mogelijke relevante verdachte verrichtingen opsporen die door deze instellingen of personen worden uitgevoerd. Wanneer een dossier wordt geopend naar aanleiding van een melding, gaat de Cel steeds na of er een verband bestaat tussen de betrokkenen en deze lijsten in haar evaluatie van ernstige aanwijzingen van terrorisme of terrorismefinanciering. In dit verband werden er van 2001 tot dossiers doorgemeld aan de gerechtelijke overheden. 60

65 IV. TYPOLOGIEËN Door de ontleding van deze dossiers kon de Cel de aandacht vestigen op meerdere elementen die de FAG eveneens vaststelde op internationaal vlak 36. Het uitvoeren van verrichtingen in contanten en internationale transfers, het feit dat rekeningen speciaal worden geopend om verdachte verrichtingen uit te voeren of het gebruik van verschillende doorsluisrekeningen zijn vaak gebruikte technieken om sporen uit te wissen en constructies ondoorzichtig te maken. Over het algemeen worden de traditionele witwastechnieken evengoed gebruikt voor terrorisme en de financiering ervan. Hierbij werden ook banden vastgesteld met grootbanditisme en georganiseerde misdaad waar geld van illegale oorsprong wordt gebruikt, zoals bij het witwassen Andere misdaadvormen In verschillende doorgemelde dossiers komen welbepaalde misdaadvormen voor die aantonen dat bepaalde economische sectoren bijzonder gevoelig blijven voor het witwassen van geld of de financiering van terrorisme. Uit de ontleding van deze dossiers blijkt een nauw verband te bestaan tussen deze sectoren en misdaadvormen die te maken hebben met sociale fraude Koppelbazen 37 Verschillende vennootschappen die actief zijn in de bouwsector in België houden rekeningen aan die gecrediteerd worden door meerdere overschrijvingen in opdracht van vennootschappen in de vastgoedsector. De mededelingen verwijzen naar de betaling van facturen, wat aangeeft dat deze verrichtingen in verband staan met de geleverde diensten van onderaannemers. Het gecrediteerde geld op hun rekeningen wordt kort daarna opgenomen in contanten waardoor de uiteindelijke bestemming van het geld niet kan worden achterhaald. Deze vennootschappen, hun bestuurders of zaakvoerders zijn vaak reeds gekend bij de politie of sociale inspectie voor inbreuken op de arbeidswetgeving in het kader van georganiseerde sociale fraude. Hierbij lijkt het erop dat het geld dat in contanten wordt afgehaald onder meer wordt gebruikt om arbeiders te betalen. Het feit dat de arbeiders in contanten worden betaald (en niet via overschrijving zoals gebruikelijk bij lonen) is ook een verdacht element en toont aan dat de betrokkenen hun activiteiten en de identiteit van de begunstigden van deze betalingen zo veel mogelijk wensen te verbergen. Uit politionele informatie die in het kader van de operationele analyse werd verzameld blijkt dat sommige netwerken van clandestiene werkkrachten erg goed georganiseerd zijn, zoals de zogenaamde Braziliaanse netwerken. Brazilianen worden met valse identiteitspapieren naar Portugal gestuurd, reizen naar België en komen in contact met koppelbazen. Zoals bij alle georganiseerde stelsels voor fraude en witwassen worden de gebruikelijke dekmantels ingezet, namelijk: schermvennootschappen met verscheidene statutaire wijzigingen zoals de opeenvolging van benoemingen van nieuwe bestuurders/zaakvoerders, de wijziging van de maatschappelijke benaming, de uitbreiding van het maatschappelijke doel of de verplaatsing van de maatschappelijke zetel. Deze vennootschappen worden uiteindelijk leeggehaald en gaan failliet. Er wordt ook vaak gebruik gemaakt van stromannen en vervalste documenten, alsook van technieken van bewerking van onvermogen. 36 FAG, Verslag over de financiering van terrorisme, 29 februari 2008 (enkel beschikbaar in het Engels). 37 Zie ook de uitgezuiverde gevallen die worden toegelicht in en

66 IV. TYPOLOGIEËN Maffiapraktijken bij onderaanneming in industriële schoonmaakbedrijven 38 In verschillende doorgemelde dossiers komen industriële schoonmaakbedrijven voor. Zoals ook vastgesteld door het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude besteden deze vennootschappen het werk uit aan verschillende bedrijven, die op hun beurt gebruikmaken van onderaannemers. Hierbij worden fictieve facturen uitgeschreven om de financiële stroom te verantwoorden, nodig voor betalingen in het zwart. Dit cascadesysteem blijft bestaan door het feit dat de ondernemingen bij de eerste controleactie in faling gaan en onmiddellijk worden vervangen door een andere onderneming die reeds met dit doel voor ogen werd opgericht 39. Deze onderaannemers stellen niet-aangegeven werkkrachten tewerk, al dan niet afkomstig van netwerken in mensenhandel, en worden overigens vaak door de RSZ gedagvaard. De rekeningen van deze vennootschappen worden gecrediteerd door verschillende overschrijvingen van verscheidene bedrijven die ook in industriële schoonmaak actief zijn. De mededelingen verwijzen naar de betaling van vage facturen die hoogstwaarschijnlijk betrekking hebben op de dienstverlening in onderaanneming. In enkele maanden tijd loopt het totaalbedrag van deze overschrijvingen op tot verschillende duizenden EUR. Volgens het inmiddels klassieke schema wordt het gecrediteerde geld op de rekeningen opgenomen in contanten. Als verantwoording voor deze opnames bij de financiële instelling wordt gesteld dat het geld dient om lonen uit te betalen. Onderzoek van de Cel toont aan dat het totaalbedrag van de uitgevoerde opnames in voorkomend geval overigens niet overeenstemt met het beperkte aantal personen dat officieel wordt aangegeven. In meerdere dossiers is de maatschappelijke zetel van bepaalde vennootschappen fictief en gaat het dus om schermvennootschappen, die optreden tussen schoonmaakbedrijven met een contract en verdachte onderaannemers. Sommige gevallen tonen aan dat de rekeningen van de betrokken vennootschappen geopend worden bij verschillende banken en dat deze rekeningen dezelfde soort van verrichtingen vertonen. Dit is ook een manier om de verdachte aard van de verrichtingen zo lang mogelijk te verbergen. Al deze vaststellingen duiden op het bestaan van een organisatie die gebouwd is op een criminele structuur. Ten slotte wordt ook een opeenvolging van vennootschappen vastgesteld, alsook gebruik van stromannen, persoonlijke rekeningen, verrichtingen die niet overeenstemmen met het maatschappelijke doel van de vennootschap of niet overeenkomen met de financiële gezondheid van de vennootschap. Deze elementen wijzen op gekende typologische kenmerken van misbruik van vennootschapsgoederen of een misdrijf in verband met de staat van faillissement. Door de snelle doormelding van deze dossiers is het mogelijk dit soort fraude voor te zijn dankzij een snelle opsporing van deze werkwijzen Zie ook het uitgezuiverde geval dat wordt toegelicht in Actieplan van het College voor de strijd tegen de fiscale en sociale fraude, blz Zie het 13de Activiteitenverslag 2006, blz

67 IV. TYPOLOGIEËN Restaurants betrokken bij netwerken van mensenhandel 41 Handelsactiviteiten voor criminele doeleinden gebruiken biedt een dubbel voordeel: illegale activiteiten zijn makkelijker uit te voeren en het geld dat hieruit voortvloeit kan worden witgewassen. Deze stijgende trend wordt op internationaal vlak 42 vastgesteld en komt duidelijk naar voor in de doorgemelde dossiers waarbij restaurants betrokken zijn. In de doorgemelde dossiers komen vooral Aziatische misdaadorganisaties voor die actief zijn in mensenhandel, voornamelijk Chinese netwerken. Hierbij worden veelvuldig wettelijke procedures misbruikt zoals kortetermijnvisa voor Schengenlanden, zakenvisa, het studentenstatuut en schijnhuwelijken voor gezinshereniging. Er worden ook valse documenten gebruikt. De verrichtingen bestaan uit stortingen in contanten gevolgd door overschrijvingen naar Azië ten gunste van verschillende begunstigden. Deze verrichtingen worden uitgevoerd via financiële instellingen of instellingen voor money remittance of geldverzending. De omvang en de frequentie van de verrichtingen duiden erop dat de betrokkenen niet voor eigen rekening handelen maar voor die van mensenhandelaars. Het Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België wijst erop dat deze misdaadorganisaties doorgaans flexibele netwerken zijn met contactpersonen op verschillende plaatsen van het traject waar de illegalen ontvangen en ondergebracht worden en vervolgens verder vervoerd worden. Hierbij zijn restaurants vaak veilige huizen waar illegalen worden ondergebracht en aan het werk gezet om hun reiskosten te betalen vooraleer ze elders heen worden gebracht 43. Dit verslag stelt bovendien: Het horecafenomeen is niet afgenomen en sinds 2004 is er een logisch gevolg: de arbeidsuitbuiting in de sector van de bouw en renovatie van de Chinese restaurants Evolutie op vlak van de werkwijzen Verrichtingen in contanten: sleutelrol in de criminele economie Criminele activiteiten brengen veel geld voort dat enkel in het wettelijke stelsel kan worden gebruikt nadat het is witgewassen. Dit verloop is een sine qua non voor de winst van misdaadorganisaties. In de criminele economie komt geld van illegale oorsprong hoofdzakelijk voor onder de vorm van contanten. Zoals vermeld in het Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België worden de activiteiten in contanten vereffend 45. Hierdoor moeten misdadigers hun toevlucht nemen tot verrichtingen waarmee ze 41 Zie ook het uitgezuiverde geval dat wordt toegelicht in Europol, EU organised crime threat assessment 2008, blz Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, blz Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, blz. 58. Chinese misdadigers investeren in restaurants en voeren grote verbouwingen uit via renovatie- of bouwbedrijven die illegale Chinezen tewerkstellen. Soms zijn Japanse restaurants betrokken die door Chinezen worden uitgebaat. Door een uithangbord Japans restaurant te gebruiken kunnen ze meer winst maken en minder argwaan wekken bij de autoriteiten. 45 Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, blz

68 IV. TYPOLOGIEËN de contanten vervolgens in het wettelijke financiële stelsel kunnen brengen. De statistieken tonen aan dat verrichtingen in contanten voorkomen als voornaamste verrichtingen in meer dan 50 % van de doorgemelde dossiers in 2008 en er verschillende werkwijzen worden gebruikt. Er worden vaak vennootschappen gebruikt die veel contanten voortbrengen. Dikwijls gaat het om restaurants, maar witwassers blijken vindingrijk te zijn en kiezen sectoren uit die weinig of geen vakkennis vergen en weinig investeringen vereisen zoals nacht- en belwinkels of autowasstraten. Bepaalde elementen duiden overigens, in voorkomend geval, op de financiering van terrorisme. De Cel stelde vast dat, zoals voorheen, de wisselverrichtingen over het algemeen worden uitgevoerd door gelegenheidscliënten. Er is geen enkele economische verantwoording voor de aard en de omvang van de uitgevoerde verrichtingen ten opzichte van het profiel van de betrokkenen, in het bijzonder rekening houdende met hun officiële inkomsten. Het wisselen van GBP en SCP is nog steeds een belangrijke typologische aanwijzing in dossiers die verband houden met de handel in verdovende middelen en tabak met betrekking tot het Verenigd Koninkrijk 46. Daarnaast komen er in verschillende dossiers wisselverrichtingen voor met NOK, DKK en SEK die in verband kunnen worden gebracht met de handel in verdovende middelen. Deze valuta s kunnen een aanwijzing geven over de nationaliteit van de betrokken gebruikers. De Cel stelde eveneens meermaals vast dat kleine coupures worden omgewisseld in grotere. Grote coupures vergemakkelijken het witwassen en maken het makkelijker om baar geld te vervoeren en te verbergen. Het gaat ook om nieuwere biljetten die bijvoorbeeld geen sporen van drugs vertonen. Het grensoverschrijdend vervoer van contanten is nog steeds een werkwijze om geld wit te wassen, zoals de Cel vaststelt door de bijzondere rol die haar is toevertrouwd in het kader van het koninklijk besluit met controlemaatregelen van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen 47. Na ontleding door de Cel werden 32 dienaangaande dossiers doorgemeld aan de gerechtelijke overheden voor een totaalbedrag van ,67 EUR. Naast het gebruik van geldkoeriers die de contanten fysiek vervoeren, doen misdadigers eveneens een beroep op vervoerbedrijven die het geld verbergen in verzonden goederen. Sommige misdaadorganisaties hebben zich zelfs toegelegd op het vervoer van contanten in containers. In 2008 steeg het aantal dossiers waarin hoofdzakelijk money-remittance verrichtingen voorkomen. In deze dossiers zijn de gestorte contanten meestal rechtstreeks afkomstig van criminele activiteiten die voor het eerst in de financiële kringloop worden gebracht. Het gaat dus zelden om geld dat reeds voorheen in het financiële stelsel circuleerde 48. Deze werkwijze om geld wit te wassen wordt vooral gebruikt in dossiers die verband houden met mensenhandel en exploitatie van prostitutie. Afgelopen jaar meldde de Cel een aanzienlijk aantal dossiers door in verband met verrichtingen voor geldverzending die verband hielden met de handel in verdovende middelen. Het profiel van de betrokkenen in deze dossiers stemt overeen met gelegenheidcliënten die in Nederland wonen en geen enkele band met België hebben, behalve dat ze er verrichtingen zonder economische verantwoording uitvoeren. Ze zijn bovendien afkomstig uit een streek in Noord-Afrika die gekend staat voor de kweek van cannabis. 46 De handel in tabak houdt bovendien een fraude in ten nadele van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, aangezien de accijnsrechten die in het Verenigd Koninkrijk gelden beduidend hoger liggen dan in België. 47 Koninklijk besluit van 5 oktober 2006 houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen, BS 27 oktober 2006, Ed. 2, blz Zie hiervoor ook het activiteitenverslag 2006 van de Cel, blz Wel moet worden opgemerkt dat bij sommige verrichtingen voor geldverzending het geld niet wordt gestort in contanten, maar afkomstig is van kredietkaartverrichtingen. In dat geval werd het overgeschreven geld reeds in het financiële stelsel ingebracht. 64

69 IV. TYPOLOGIEËN Ten slotte stijgt ook het aantal dossiers waarin hoofdzakelijk verrichtingen in contanten op bankrekeningen voorkomen, zowel bij stortingen als bij opnames. Dit kan deels in verband worden gebracht met de huidige wereldwijde economische en financiële crisis. Het valt niet uit te sluiten dat deze periode werd aangegrepen om geld van illegale oorsprong via verrichtingen in contanten wit te wassen Anonimiteit en belemmering van de opspoorbaarheid van verrichtingen: gebruik van rekeningen op naam van derden Money mules Het wereldwijde gebruik van het internet, het feit dat bancaire instrumenten steeds ingewikkelder worden en andere technologische ontwikkelingen hebben geleid tot méér cybercriminaliteit, onder meer via kwaadaardige computerprogramma s die gebruikt worden om geld te verdienen. Uit de doorgemelde dossiers blijkt dat het internet wordt gebruikt voor oplichting zoals phishing bij internetbankieren. Dit is een kraaktechniek bedoeld om op frauduleuze wijze en voor onwettige doeleinden vertrouwelijke informatie te verkrijgen door valse s naar internetgebruikers te sturen die van een betrouwbaar bedrijf schijnen te komen, zoals een financiële instelling. Dit verschijnsel werd ook vastgesteld door de politiediensten, zowel in België als in het buitenland. Naast de oplichting zelf moeten de cybercriminelen ook een methode uitwerken om het geld in handen te krijgen en wit te wassen. Het geld naar hun eigen rekening overschrijven is te riskant waardoor ze een beroep doen op koeriers of money mules, die over het algemeen via ongebruikelijke maar verleidelijke personeelsadvertenties worden aangeworven. Dergelijke koeriers treden op als plaatselijke tussenpersoon die het geld op hun persoonlijke bankrekeningen ontvangen, dit geld opnemen in contanten, een commissie ontvangen en het saldo via money remittance versturen naar een begunstigde wiens gegevens per werden meegedeeld. Het geld van deze oplichting wordt nadien door de begunstigde witgewassen. Aangezien het meestal om een opname in contanten gaat is het niet meer mogelijk de oorspronkelijke bankrekening te achterhalen of te weten te komen wat de bestemming van het geld is. De opsporing van zulke verrichtingen steunt in hoofdzaak op de kennis die de bank heeft van haar cliënt, voornamelijk over zijn bron van inkomsten. De gevallen tonen aan dat werklozen en jongeren geliefkoosde doelwitten zijn om als koerier op te treden. De koerier loopt vooral een risico opgespoord te worden wanneer hij het geld gebruikt, hetzij wanneer hij de bank vraagt het geld over te schrijven of het geld in contanten op te nemen. De ongebruikelijke aard van de verrichting kan dan argwaan wekken. Advocaten 49 De typologieën in de doorgemelde dossiers bevestigen de belangrijke rol die advocaten kunnen spelen in de witwasbestrijding. Daaruit blijkt dat het voornamelijk financiële instellingen zijn die dergelijke verrichtingen melden aan de Cel, waarbij deze dan moet vaststellen dat advocaten werden gebruikt om wit te wassen. Hierbij moet nogmaals op worden gewezen dat advocaten niet ontheven worden van hun meldingsplicht met voorbehoud van de interpretatie van het Grondwettelijk Hof met als enige reden dat het geld via een financiële instelling of een andere meldingsplichtige verloopt of zal verlopen, gezien het feit dat deze melding informatie bevat die niet noodzakelijkerwijs door andere melders worden aangebracht. 49 Zie ook het uitgezuiverde geval dat wordt toegelicht in

70 IV. TYPOLOGIEËN Het Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België vermeldt: De behoefte aan interne of externe deskundigheid wordt grotendeels bepaald door de mate van complexiteit ( ) Een terrein waarop behoefte aan deskundigheid zich duidelijk manifesteert, is het witwassen van de criminele opbrengsten. Hierdoor worden financiële en fiscale expertise bijzonder interessant voor criminele organisaties. 50 Om de preventieve maatregelen ter bestrijding van het witwassen van geld te omzeilen zijn misdadigers genoodzaakt steeds ingewikkeldere werkwijzen te gebruiken. Doordat deze complexiteit alsmaar toeneemt doen misdadigers die geld willen witwassen steeds vaker een beroep op de specifieke beroepskennis van juridische, financiële of fiscale deskundigen om bij financiële instellingen te worden geïntroduceerd, om als tussenpersoon op te treden bij financiële verrichtingen, om financiële verrichtingen uit te voeren, om vennootschappen op te richten, juridische en financiële constructies op te zetten of om vennootschappen te beheren. Het doel is een zekere geloofwaardigheid aan de uitgevoerde handelingen te geven, de verrichtingen ondoorzichtig te maken en de werkelijke economische begunstigden van de verrichtingen af te schermen. Deze typologieën tonen ook aan dat witwasverrichtingen plaatsvinden via derdenrekeningen van advocaten. Door hun activiteiten ontvangen advocaten geld van derden, weze het van cliënten of van tegenpartijen, waardoor hun derdenrekeningen gecrediteerd worden. Uit de doorgemelde dossiers blijkt dat deze rekeningen ook als doorsluisrekeningen kunnen worden gebruikt om geld van illegale oorsprong te verplaatsen (al dan niet met medeweten van de advocaat) waardoor witwassers anoniem kunnen blijven en derhalve de bindingen tussen de illegale oorsprong en de bestemming van het geld kunnen verdoezelen Verhullingstrategie: gebruik van slapende vennootschappen 51 Verscheidene doorgemelde dossiers wijzen op het gebruik van vennootschapsstructuren om de witwasverrichtingen die via Belgische financiële instellingen verlopen zo ondoorzichtig mogelijk te maken en op die manier te vermijden dat de oorsprong of de eindbestemming van het geld wordt achterhaald. Een schermvennootschap oprichten, die volledig fictief is of een werkelijke activiteit heeft met vermenging van legale en illegale activiteiten, is een kenmerkende werkwijze om de witwasverrichtingen ondoorzichtig te maken. Dit wordt nog versterkt door verscheidene vennootschappen op te richten, waarbij de bestuurders zelf vennootschappen zijn. Het Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België bevestigt dat: Met het gebruik van commerciële structuren wordt gestreefd naar het vergemakkelijken en verhullen van criminele activiteiten of het oprichten van (inter)nationale witwasnetwerken. Deze overlapping van legale en illegale activiteiten verhult de meest zichtbare gedeelten van de financiële stromen en biedt op deze wijze aan de criminele organisaties afdoende bescherming. 52 De oprichting van een vennootschap brengt echter bepaalde praktische ongemakken voor de witwasser met zich mee. Zo is bij de oprichting van een vennootschap op zijn minst tijdelijk een deel van het kapitaal op een bankrekening nodig. Hierbij nemen witwassers slapende vennootschappen over die slechts een symbolische euro kosten. Zo kan de opnieuw geactiveerde vennootschap een bestaande bankrekening 50 Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België. 51 Zie ook het uitgezuiverde geval dat wordt toegelicht in Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, blz

71 IV. TYPOLOGIEËN behouden om zo mogelijke vervelende vragen te vermijden bij het tot stand brengen van een nieuwe bankrelatie. Het probleem wordt duidelijk wanneer zulke slapende vennootschappen opnieuw geactiveerd worden. Bepaalde vennootschappen zoals fiduciaires of boekhoudkantoren zijn gespecialiseerd in het oprichten en aanbieden van sleutel op de deur vennootschappen. De initiatiefnemers moeten weten dat deze lege vennootschappen meer dan zeker voor twijfelachtige of zelfs misdadige doeleinden zullen gebruikt worden. Slapende vennootschappen zijn vaak lege schelpen waarbij het kapitaal niet volstort is, activa niet echt bestaan of verborgen zijn, of de boekhouding ontbreekt. Ze hebben gewoonlijk een zeer breed en vaag maatschappelijk doel, benoemen opeenvolgend nieuwe bestuurders, veranderen vaak van benaming, en maken ook veelvuldig gebruik van stromannen. Ze gebruiken ook vaak fictieve adressen of postbusadressen, adressen waar geen maatschappelijke zetel gevestigd is, noch (leidinggevend) personeel aanwezig is. Al deze kenmerken versterken de ondoorzichtigheid van de verrichtingen en bemoeilijken latere opsporingen Investeringen in vastgoed: stijgend aantal gevallen 53 In het investeringsstadium 54 wordt vaak geld van illegale oorsprong in de vastgoedsector belegd. De typologische analyse van de doorgemelde dossiers toont aan dat verschillende technieken worden gebruikt, die variëren van heel eenvoudig tot bijzonder ingewikkeld en waarbij vaak hoge bedragen gemoeid zijn. Hoewel het merendeel van verdachte vastgoedverrichtingen door kredietinstellingen en notarissen wordt opgespoord, tonen de statistieken aan dat slechts een verwaarloosbaar aantal door vastgoedmakelaars werd gemeld. De ontleding van dossiers volgens de modus operandi toont ook aan dat vaak schermvennootschappen worden gebruikt, wat de oorsprong en de bestemming van het gerecycleerde geld verbergt en bijdraagt tot de anonimiteit van de begunstigden. Daarnaast worden veelvuldig doorsluisrekeningen gebruikt, en treden bij de aankoop van vastgoed in vele gevallen derden op zonder duidelijke band met de koper. Door een stroman voor hun rekening te laten optreden, willen witwassers hun banden met de witwasverrichting verhullen. In sommige dossiers werden stortingen in contanten uitgevoerd vóór de ondertekening van de verkoopakte of om de maandelijkse afbetalingen van een hypothecaire lening te vereffenen. In meerdere gevallen was het geld dat werd gebruikt voor de stortingen in contanten of voor het uitschrijven van cheques ter betaling van de onroerende goederen afkomstig van rekeningen die eerder werden gecrediteerd door internationale overschrijvingen. Hierbij valt op dat het geld vaak via belastingparadijzen verloopt. In meerdere van deze dossiers maakt men gebruik van ingewikkelde criminele schema s met gebruik van doorsluisrekeningen, stromannen en offshorevennootschappen. De ontleding van de dossiers volgens het profiel van de betrokkenen toont aan dat in de meeste doorgemelde dossiers natuurlijke personen voorkomen met Belgische nationaliteit en/of met verblijf in België. In mindere mate komen in deze dossiers ook buitenlandse natuurlijke personen voor die in het buitenland 53 Zie ook het uitgezuiverde geval dat wordt toegelicht in FAG, Report on money laundering and terrorist financing through the real estate sector,

72 IV. TYPOLOGIEËN verblijven zonder enige band met België. Ze verblijven doorgaans in buurlanden. Deze betrokkenen kopen rechtstreeks of met tussenkomst van derden, die in België verblijven, vastgoed aan in België. De ontleding van de dossiers volgens de kenmerken van de investeringen toont aan dat de waarde ervan erg schommelt en dat in de dossiers met de hoogste bedragen dikwijls beleggingen in het buitenland voorkomen, die vaak in verband te brengen zijn met geld uit georganiseerde misdaad of ernstige en georganiseerde fiscale fraude. In de meeste dossiers beperkt het aantal investeringen in vastgoed zich tot één aankoop. Bij meerdere aankopen liggen de panden in dezelfde buurt. Meestal zijn de panden in België gelegen, voornamelijk in Brussel en Antwerpen. Soms bevinden ze zich ook in het buitenland, in het bijzonder in buurlanden, Centraal- of Oost-Europa, of de Golfstaten. Doorgaans gaat het om huizen, soms ook om appartementen, gronden of handelsruimtes (zoals hotels en restaurants). In bepaalde dossiers zijn de gekochte panden in slechte staat. Waarschijnlijk worden de gekochte panden gerenoveerd door clandestiene werkkrachten om ze vervolgens met winst te verkopen. In andere dossiers worden de panden door huisjesmelkers verhuurd. Ze verhuren kamers of ruimtes aan buitenlanders voor een veel te hoge prijs of in slechte staat vermits deze mensen, vaak illegalen, hun rechten niet kunnen laten gelden Vermijdingsstrategie: gebruik van informele bancaire systemen 55 Aangezien de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme wordt opgedreven en de controles door de douane en de politie worden opgevoerd, nemen witwassers hun toevlucht tot andere kanalen om geld naar het buitenland te verplaatsen. Het Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België bevestigt dat transfers naar het buitenland vaak via parallelle circuits verlopen 56. Informele bancaire systemen worden georganiseerd door gemeenschappen van gastarbeiders waardoor geldoverdracht via informele netwerken kan plaatsvinden, naast het klassieke bancaire stelsel. Er wordt geld gestuurd naar een ondergrondse tussenpersoon die een partner in het land van bestemming opdraagt een overeenkomstige som vrij te maken voor de persoon die door de opdrachtgever werd aangeduid. Deze verrichtingen zijn gebaseerd op vertrouwen, de overdrachten gebeuren discreet en snel via schuldvergelijking binnen een bevolkingsgroep of clan. Ze komen vaak voor in Azië en het Midden-Oosten en zijn aantrekkelijk voor zowel legaal als illegaal gebruik, gezien het gebruik van zo een netwerk geen enkel vormelijk spoor achterlaat. Hoewel het gebruik van deze ondergrondse systemen per definitie bijzonder moeilijk op te sporen is, heeft het systeem beperkingen. Omwille van het evenwicht is er vroeg of laat kascompensatie nodig en wordt er gebruik gemaakt van het formele bankstelsel of het feitelijk verplaatsen van contanten. Hierbij spelen de meldende instellingen en personen een heel belangrijke rol. 55 Zie ook het uitgezuiverde geval dat wordt toegelicht in Federale Overheidsdienst Justitie, Dienst voor het strafrechtelijk beleid, Jaarrapport 2007 Georganiseerde Criminaliteit in België, blz

73 IV. TYPOLOGIEËN 2. VOORSTELLING VAN UITGEZUIVERDE GEVALLEN Voor de voorstelling van uitgezuiverde gevallen werd een keuze gemaakt uit de dossiers die in de loop van het voorbije jaar werden doorgemeld en die welbepaalde aspecten van witwassen of financiering van terrorisme toelichten. Het is de bedoeling de aandacht te vestigen op enkele bijzondere kenmerken van het profiel van de betrokkenen, het onderliggende misdrijf of de werkwijzen waarmee de betrokken beroepsgroepen kunnen worden geconfronteerd. Een deel van de besproken gevallen benadrukt eveneens de verscheidenheid aan meldingsbronnen en toont het belang aan van een goede samenwerking tussen alle partijen, privé en openbaar, in de bestrijding van witwassen en terrorismefinanciering Profiel van de betrokkenen Verdachte verrichtingen in verband met mensenhandel uitgevoerd door Chinese studenten Betrokkenen Verscheidene in België verblijvende Chinese studenten hadden rekeningen bij een bank in België. Deze rekeningen werden geopend na een bijzondere procedure waarbij de betrokkenen een studentenvisum ontvingen. Verdachte verrichtingen Er werden aanzienlijke creditverrichtingen in contanten uitgevoerd op rekeningen van Chinese studenten. De debetverrichtingen bestonden uit internationale overschrijvingen, voornamelijk naar China. De bank vond de omvang, de frequentie en de aard van de verrichtingen verdacht rekening houdende met het socio-economische profiel van de betrokkenen en omdat de oorsprong van het geld niet kon worden achterhaald. Aanwijzingen van witwassen Met hun studentenstatuut mogen de betrokkenen slechts gedurende de wettelijk vastgelegde periode werken. De omvang, frequentie en aard van de verrichtingen stemde evenwel helemaal niet overeen met hun socio-economisch profiel en elke wettige economische verantwoording ontbrak. Uit politionele bron bleek dat de betrokkenen het voorwerp uitmaken van een dossier mensenhandel. Eén van hen werd ervan verdacht meerdere Chinese studenten naar België te hebben vervoerd, hen onderdak te hebben verschaft en hen aan het werk te hebben gezet om hun reiskosten te betalen. Een deel van de gestorte contanten wordt overgeschreven naar vennootschappen die in Europa een reisbureau uitbaatten. Deze vennootschappen traden op als tussenpersoon bij de reis en verstrekten studentenvisa aan Chinezen tegen fikse bedragen. Bovendien waren al deze betrokkenen afkomstig uit dezelfde streek in China. Bij mensenhandel uit China worden veelvuldig studentenvisa en wettelijke procedures misbruikt zoals kortetermijnvisa voor Schengenlanden, zakenvisa, het studentenstatuut en schijnhuwelijken voor gezinshereniging. Er worden ook vaak valse documenten gebruikt. 69

74 IV. TYPOLOGIEËN Er is ook een verband met Aziatische restaurants vermits bepaalde betrokkenen de uitbetaling van loon in dit soort bedrijven gebruiken als verantwoording voor de oorsprong van het gestorte geld. Een rechtstreekse of onrechtstreekse band met Aziatische restaurants kan verdacht zijn aangezien deze vaak als safe houses dienen waar illegalen worden ondergebracht en tewerkgesteld om hun reiskosten te betalen. De analyse toont aan dat de betrokkenen vermoedelijk niet voor eigen rekening handelden maar voor mensenhandelaars die actief zijn in netwerken van mensenhandel uit China. Ook bindingen met handel in clandestiene werkkrachten liggen voor de hand. Waarschuwingssignalen Verscheidene stortingen in contanten gevolgd door internationale overschrijvingen voor aanzienlijke bedragen Financiële stromen zonder duidelijke economische verantwoording Verrichtingen komen niet overeen met het profiel Gevoelige sector Land van bestemming van het geld Verbanden met restaurants en reisbureaus 2.2. Onderliggend misdrijf Internationale overschrijvingen en investeringen in vastgoed die verband houden met diamanthandel Betrokkene Dhr. RING, een Belg die in Afrika woont, is directeur van de vennootschap WHITE, gevestigd in Afrika en actief in de diamanthandel. Hij houdt verschillende rekeningen aan bij een bank in België. Verdachte verrichtingen In enkele maanden tijd werd de rekening van Dhr. RING regelmatig gecrediteerd door internationale overschrijvingen in opdracht van vennootschappen uit de diamanthandel, voornamelijk in offshorecentra. Volgens de verklaringen van Dhr. RING waren deze overschrijvingen een deel van zijn loon. Deze rekening werd ook nog gecrediteerd door een internationale overschrijving in opdracht van een vastgoedbedrijf in Afrika. Dhr. RING verklaarde dat hij de opdracht kreeg gronden te verkopen in Afrika. Het geld werd vervolgens gebruikt om verschillende kredieten vervroegd terug te betalen voor een aanzienlijk totaalbedrag. Aanwijzingen van witwassen Hoewel de verrichtingen duidelijk samenhingen met diamanthandel bleek dat Dhr. RING geen enkele functie uitoefende binnen de vennootschap WHITE. Dhr. RING was politioneel gekend voor banden met de Italiaanse maffia actief in de diamanthandel en het witwassen van geld in Afrika. Hij onderhield ook jarenlang contacten met de UNITA. In dit verband werd zijn 70

75 IV. TYPOLOGIEËN naam genoemd in het Fowler-Mollanderrapport van de VN als lid van de netwerken die wapens leverden aan de UNITA. Er zijn ernstige aanwijzingen dat de financiële verrichtingen in verband staan met illegale handel (wapens in ruil voor diamanten). De vastgoedverrichtingen komen in die context zodoende voor als misdaadgeld dat in omloop is gebracht. Waarschuwingssignalen: Verscheidene internationale overschrijvingen voor aanzienlijke bedragen Gebruik van offshorecentra Vervroegde terugbetalingen van leningen Gevoelige sector Geen economische verantwoording 2.3. Modus operandi Tussenkomst van door een boekhoudkantoor opgerichte slapende vennootschappen voor witwassen in verband met handel in clandestiene werkkrachten Betrokkenen Dhr. RED, die in België woont, leidt een boekhoudkantoor en is bestuurder van een tiental vennootschappen. Al deze vennootschappen, die actief zijn in de bouwsector, werden in dezelfde periode door Dhr. RED opgericht. Verdachte verrichtingen De bank stelde verdachte verrichtingen vast op de rekeningen van twee van deze vennootschappen. De creditverrichtingen bestonden uit overschrijvingen in opdracht van vennootschappen in dezelfde sector. Na ontvangst werd het geld stelselmatig in contanten opgenomen door Dhr. RED, die volmacht had op de rekeningen. Aanwijzingen van witwassen De maatschappelijke zetel van een groot deel van de vennootschappen was gevestigd op hetzelfde adres, dat slechts een postadres was. Uit de verklaringen van Dhr. RED bleek dat de vennootschappen, die onlangs werden opgericht, bedoeld waren om aan derden te worden verkocht. In een ander doorgemeld dossier van de Cel kwam het boekhoudkantoor tussen bij een frauduleus opzet. Het kantoor richtte toen eveneens een reeks vennootschappen op met de bedoeling ze aan derden te verkopen. Het maatschappelijk kapitaal van elke tussenkomende vennootschap werd in contanten gestort en vervolgens enkele dagen later eveneens stelselmatig in contanten opgenomen. Hierna vonden enkel verrichtingen plaats op de rekeningen van twee vennootschappen. 71

76 IV. TYPOLOGIEËN Bij de vennootschappen uit dezelfde sector en de opdrachtgevers van de overschrijvingen waren er verschillende politioneel gekend voor handel in clandestiene werkkrachten. Waarschuwingssignalen Meerdere recente en gelijktijdig opgerichte vennootschappen Oprichting van vennootschappen bedoeld om aan derden te verkopen Tussenkomst van een boekhoudkantoor Tussenkomst van slapende vennootschappen Gevoelige sector Storting in contanten van het maatschappelijke kapitaal stelselmatig gevolgd door opname in contanten Opnames in contanten onmiddellijk na ontvangst van het geld Geldstromen zonder duidelijke economische verantwoording Onbekende bestemming van het geld Gebruik van een rekening geopend op naam van een advocaat als doorsluisrekening Betrokkenen De vennootschap TRIB gevestigd in België houdt een rekening aan waarop Dhr. VIR volmacht heeft. Laatstgenoemde woont in België en is bestuurder van de vennootschap TRIB. Hij houdt eveneens een persoonlijke rekening aan bij dezelfde bank. Verdachte verrichtingen De vennootschap CO, gevestigd in België, schreef een cheque uit voor een aanzienlijk bedrag geïnd op de rekening van een advocaat. Deze laatste vroeg dan verschillende cheques uit te schrijven. Een deel van de cheques werd uitgeschreven ten gunste van de vennootschap TRIB. Op de rekening van deze vennootschap vonden dan opnames in contanten en overschrijvingen plaats om vervroegd een investeringskrediet terug te betalen. Mr. VIR inde de overige cheques bij een bank in een belastingparadijs. Aanwijzingen van witwassen De cheque uitgeschreven door de vennootschap CO was bedoeld om geld vrij te maken om aandelen van de vennootschap TRIB te kopen. Na gebruik van de rekening van de advocaat werd een aanzienlijk deel van het geld dat de vennootschap CO vrijmaakte overgeschreven naar een persoonlijke rekening van Dhr. VIR in een belastingparadijs. Deze overschrijving bevestigde dat Dhr. VIR de voornaamste economische begunstigde was van de financiële verrichting voor de aankoop van de vennootschap TRIB. Uit politionele bron bleek dat Dhr. VIR het voorwerp uitmaakte van een dossier voor witwassen en mensenhandel. Hij werd ervan verdacht een huisjesmelker te zijn die misbruik maakte van de kwetsbare toestand van buitenlanders in een hachelijke of illegale administratieve toestand om winst te maken door hen leefruimte aan buitensporige huurprijzen te verhuren. 72

77 IV. TYPOLOGIEËN Aldus was de winst gemaakt door TRIB vermoedelijk, helemaal of gedeeltelijk, afkomstig van de criminele activiteiten van Dhr. VIR in verband met mensenhandel. Door de aandelen van de vennootschap TRIB aan de vennootschap CO te verkopen kon Dhr. VIR een deel van de winst van zijn criminele activiteiten recupereren. Waarschuwingssignalen Gebruik van de rekening van een advocaat Gebruik van een doorsluisrekening Overschrijving naar een belastingparadijs Vervroegde terugbetaling van leningen Gebruik van een alternatief systeem voor geldoverdracht in verband met financiering van terrorisme Betrokkenen Dhr. DEL, die in België woont, houdt verschillende rekeningen aan bij hetzelfde bankkantoor. Hij heeft ook volmacht op de rekeningen van een tiental personen waarvan er slechts een paar officieel in België ingeschreven zijn. De andere personen hebben een adres in het buitenland. Verdachte verrichtingen De verdachte verrichtingen vonden plaats op de rekeningen die Dhr. DEL aanhield of waarop hij volmacht heeft. De creditverrichtingen bestonden hoofdzakelijk uit werkloosheidsuitkeringen of betaling van pensioenen. Het geld wordt vervolgens in verschillende keren in contanten afgehaald of internationaal overgeschreven naar dezelfde begunstigden. Aanwijzingen van financiering van terrorisme Er bestond geen enkele economische verantwoording voor de omvang, frequentie of de aard van de verrichtingen. Dhr. DEL was geen bestuurder of zaakvoerder van vennootschappen en was ook niet onderworpen aan BTW in België. De meeste betrokkenen hebben geen enkele band met België. Er was geen verklaring waarom het geld via België verliep. Er bestond een onderling verband tussen de begunstigden van de internationale overschrijvingen vermits het adres op de vervoerdocumenten hetzelfde was. Het ging enerzijds om een adviesbureau voor internationale handel en anderzijds om de bestuurder, Dhr. TAR. Dhr. DEL was politioneel gekend voor inbreuken op de bankwet inzake het gebruik van een alternatief systeem voor internationale geldoverdracht dat door Dhr. TAR werd opgezet. Dhr. DEL werd ervan verdacht fondsen te werven bij personen die geld wensen over te schrijven naar het buitenland. Uit politionele bron bleek eveneens dat Dhr. DEL gekend is in een dossier inzake de financiering van terrorisme. Het alternatieve systeem voor geldoverdracht zou aldus minstens gedeeltelijk kunnen zijn gebruikt om terroristische activiteiten te financieren. 73

78 IV. TYPOLOGIEËN Waarschuwingssignalen Geen economische verantwoording voor de financiële stromen Gebruik van een doorsluisrekening Verrichtingen stemmen niet overeen met het profiel 2.4. Verscheidenheid aan meldingsbronnen Verscheidene opnames in contanten op de rekening van een vennootschap actief in de bouwsector en industriële schoonmaak Betrokkenen De vennootschap BRIGHT, actief in de bouwsector en industriële schoonmaak in België, wordt bestuurd door Dhr. MANUEL, een Portugees die in Portugal woont. Hij heeft volmacht op de rekening van de vennootschap. Verdachte verrichtingen De bank stelde verdachte verrichtingen vast op de rekeningen die de vennootschap BRIGHT aanhield. Deze rekeningen, bij verschillende bankkantoren, werden regelmatig gecrediteerd door overschrijvingen in opdracht van verschillende Belgische vennootschappen actief in de bouwsector en industriële schoonmaak. Deze overschrijvingen verwezen naar de betaling van facturen. De rekeningen werden vervolgens in enkele maanden tijd gedebiteerd door opnames in contanten voor een hoog bedrag. Deze opnames zijn de enige debetverrichtingen. Tegelijkertijd meldde ook het boekhoudkantoor van de vennootschap BRIGHT verdachte verrichtingen aan de Cel gezien het kantoor vermoedde dat hun cliënt valse facturen opstelde. Aanwijzingen van witwassen Sinds haar oprichting in 2004 was de vennootschap BRIGHT nog steeds niet ingeschreven als werkgever in het register van de RSZ. Sinds de oprichting wijzigde de vennootschap BRIGHT overigens meermaals van bestuurder. Deze opeenvolging van bestuurders wees niet op een gezond beheer van het bedrijf. Bijkomende inlichtingen toonden aan dat de huidige bestuurder zich onder een andere identiteit aanbood bij de bank. Uit politionele bron bleek dat de huidige bestuurder het voorwerp uitmaakte van een dossier inzake valsheid, gebruik van valse stukken en oplichting. Uit dit dossier bleek dat meerdere Brazilianen valse Portugese identiteiten gebruiken. Deze personen waren gekend als bestuurders van verschillende vennootschappen actief in de bouwsector en industriële schoonmaak. Waarschuwingssignalen Opeenvolging van bestuurders in een korte periode Gevoelige sector Gebruik van valse identiteiten en valse facturen Debetverrichtingen van de vennootschap bestaan voornamelijk uit opnames in contanten Geen economische verantwoording voor zulke bewegingen (facturen ontbreken ) 74

79 IV. TYPOLOGIEËN Grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen in verband met de exploitatie van prostitutie Betrokkenen Dhr. CLIF, die in België verblijft, is vennoot van de vennootschap MAX, opgericht in België en actief in de horecasector. Dhr. NERO, die ook in België verblijft, is de zaakvoerder van de vennootschap MAX. Verdachte verrichting Dhr. CLIF deed een vrijwillige aangifte bij de douane op de luchthaven van Zaventem overeenkomstig het koninklijk besluit van 5 oktober 2006 houdende maatregelen ter controle van het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen. De betrokkene, die op weg was naar Afrika, gaf een som aan van meer dan EUR in contanten. Volgens de verklaring van de betrokkene aan de douane was dit bedrag afkomstig van de uitbating van een café en bestemd voor een investering in Afrika. Zoals voorzien in het koninklijk besluit bezorgde de Administratie der douane en accijnzen een afschrift van deze vrijwillige aangifte aan de Cel. Aanwijzingen van witwassen Door gebruik te maken van de wettelijke bevoegdheden en de centrale rol die de Cel speelt bij de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme kan de Cel snel allerlei informatie bijeenbrengen en verzamelen en zo de gerechtelijke overheden een globaal zicht geven op de beschikbare financiële en politionele informatie. De Cel ontdekte verschillende rekeningen die werden geopend of afgesloten op naam van Dhr. CLIF en Dhr. NERO. Een van deze rekeningen vertoonde bijzonder veel verrichtingen en werd gecrediteerd door het incasso van cheques en gedebiteerd door verschillende opnames in contanten. Het totaalbedrag van de verrichtingen op deze rekening bedroeg verschillende duizenden EUR. Dhr. CLIF voerde overigens geldverzendingen uit voor aanzienlijke bedragen. Dhr. CLIF en Dhr. NERO waren politioneel gekend voor de exploitatie van prostitutie. Daarenboven staat de vennootschap MAX gekend bij de politie als een plaats waar exploitatie van prostitutie plaatsvindt. Waarschuwingssignalen Grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen voor een aanzienlijk totaalbedrag Geen economische verantwoording Ongekende oorsprong en bestemming van het geld Gevoelige sector Overwicht aan verrichtingen in contanten 75

80 IV. TYPOLOGIEËN 3. TYPOLOGISCHE ONTLEDING VAN VONNISSEN EN ARRESTEN Door de ontwikkeling van de rechtspraak kon in de loop der jaren de strafrechtelijke vervolging van het witwasmisdrijf beter worden afgebakend. Uit een lezing van de arresten en vonnissen die de Cel ontving blijkt dat rechters vaak rekening houden met typologische aanwijzingen die door de Cel in haar dossiers waren weerhouden. Bovendien verwijzen de uitspraken van hoven en rechtbanken meermaals uitdrukkelijk naar de onderzoeksverslagen van de Cel en haar typologieën Gebruik van schermvennootschappen en valse facturen De typologieën tonen aan dat er vaak vennootschapsstructuren worden gebruikt om de witwasverrichtingen ondoorzichtiger te maken die via Belgische financiële instellingen verlopen en zo de identificatie van de oorsprong of de eindbestemming van het geld te bemoeilijken. Schermvennootschappen en valse facturen worden gebruikt om de witwasverrichtingen ondoorzichtiger te maken. Deze werkwijze komt vooral voor in dossiers die verband houden met ernstige en georganiseerde fiscale fraude met BTW-carrousels. Arresten en vonnissen die in deze dossiers werden uitgesproken, bevestigen eveneens de typologische aanwijzingen van de Cel. Zo hield de rechtbank in één van deze vonnissen uitdrukkelijk rekening met een aantal elementen die de Cel als kenmerkende typologische aanwijzingen voor BTW-carrouselfraude beschouwt. In dit geval weerhield de rechter de tussenkomst van schermvennootschappen op de maatschappelijke zetel waar geen enkele werkelijke activiteit plaatsvond, het gebruik van valse documenten, het uitvoeren van verrichtingen die ten onrechte als intracommunautair werden bestempeld, het feit dat er geen enkele factuur werd teruggevonden in de boekhouding, het gebruik van rekeningen die geopend werden om als doorsluisrekening te dienen, het uitvoeren van aanzienlijke stortingen in contanten om zo de oorsprong van het geld te verhullen, alsook de tussenkomst van stromannen Witwasverrichtingen vergemakkelijkt door de tussenkomst van een advocaat Typologische analyse bevestigt de belangrijke rol die advocaten kunnen spelen in de witwasbestrijding. Het gaat om verrichtingen waarbij misdadigers zich bedienen van het advies of de bijstand van advocaten, waardoor de witwasverrichtingen worden vergemakkelijkt. Meerdere dossiers tonen aan dat witwassers door een advocaat worden ingeleid bij financiële instellingen of om witwasverrichtingen uit te voeren via hun rekeningen om de identiteit van de werkelijke economische begunstigden van de verrichtingen te verhullen. Meerdere dossiers tonen ook aan dat het ondoorzichtigheid van de verrichtingen wordt versterkt wanneer de toevlucht tot advocaten wordt gecombineerd met het gebruik van offshores of weinig doorzichtige vennootschapsstructuren. Een vonnis stelde dat een advocaat op bedrieglijke wijze tussenkwam bij talrijke financiële verrichtingen voor een vennootschap die hij vertegenwoordigde en gevestigd was in een offshorecentrum. Hij had een rekening geopend op naam van deze vennootschap waarop verschillende internationale overschrijvingen 57 Corr. Charleroi, 3 oktober 2007, op tegenspraak, onuitgegeven. 76

81 IV. TYPOLOGIEËN plaatsvonden. Via deze verrichtingen, voor een totaalbedrag van meerdere miljoenen EUR, werd geld witgewassen van een beursmisdrijf dat door de cliënten van een advocaat gepleegd werd Witwassen van geld uit oplichting in verband met een cyberaanval Technologische ontwikkelingen hebben geleid tot meer computercriminaliteit, onder meer via kwaadaardige computerprogramma s die gebruikt worden om winst te maken. Bepaalde doorgemelde dossiers tonen aan dat het internet wordt gebruikt voor oplichting met cyberaanvallen. Naast oplichting is de modus operandi gericht op de recuperatie van het geld door de opspoorbaarheid ervan te bemoeilijken en een rekening te gebruiken op naam van een derde of met een valse identiteit. Het geld wordt vervolgens witgewassen via opnames in contanten of internationale transfers. Uit een vonnis bleek dat de bankrekening van een koppel werd aangevallen waarover de dader (de beklaagde) controle kreeg door de toegangscode te wijzigen, dat de beklaagde zich onrechtmatig de identiteit van een andere cliënt van de bank toe-eigende, dat de verrichtingen bestonden uit de verkoop van waardepapieren en de herverkoop met een aanzienlijke meerwaarde en dat de bewegingen van zowel de getroffen rekening als die van de beklaagde plaatsvonden via hetzelfde IP-adres en gedebiteerd werden naar rekeningen geopend op naam van vennootschappen naar buitenlands recht. Wat dit laatste element betreft stelt het vonnis dat alle daaropvolgende verrichtingen die de beklaagde uitvoerde om zijn illegaal verkregen beurswinst naar andere landen over te brengen eveneens witwasverrichtingen zijn Logistieke hulp voor de financiering van terrorisme De financiering van terrorisme omvat twee aspecten: de financiering van terroristische daden en van netwerken. Hoewel de kosten voor terroristische aanslagen vrij beperkt kunnen uitvallen, blijken de middelen die nodig zijn om de netwerken op te richten en in stand te houden veel omvangrijker. De doorgemelde dossiers tonen aan dat de materiële financieringsmiddelen verschillende vormen kunnen aannemen en kunnen bestaan uit het verstrekken van bestaansmiddelen aan een terrorist of aan personen die tot een terroristische groepering behoren, zoals sociale uitkeringen of werkloosheidsuitkeringen. Hierbij kan een systeem van valse documenten worden gebruikt. Deze werkwijze was ook een rechter opgevallen die in zijn motivering vermeldde dat de verdachte onder verschillende vormen aanhoudende steun bood aan strijders. Hij zette een handel op in valse documenten voor sociale fraude ter financiering en om het illegale verblijf van buitenlanders in Europa mogelijk te maken via schijnhuwelijken. Er konden valse documenten worden verkregen met geld dat naar het buitenland werd overgeschreven. Door sociale fraude met valse documenten te plegen konden de beklaagden geld inzamelen voor de financiering van strijders. Het vonnis vermeldt dat het feit dat de rekeningen van de beklaagde, geopend bij verschillende banken, uitkeringen ontvingen voor zijn broeders erop wees dat hij de fraude wenste te verbergen die sinds de opening van de rekening aan de gang was Corr. Antwerpen, 13 maart 2008, op tegenspraak, onuitgegeven. 59 Corr. Brussel, 14 februari 2008, op tegenspraak, onuitgegeven. 60 Corr. Brussel, 10 januari 2008, op tegenspraak, onuitgegeven. 77

82 IV. TYPOLOGIEËN 3.5. Verrichtingen in contanten voor de financiering van terrorisme De ontleding van dossiers toont aan dat contanten vaak gebruikt worden voor de financiering van terrorisme. Dit kan onder de vorm van verschillende verrichtingen, voornamelijk wisselverrichtingen, geldverzendingen en stortingen en/of verrichtingen in contanten op bankrekeningen. Stortingen in contanten kunnen de oorsprong van illegaal geld verdoezelen. Bij opnames in contanten kunnen de sporen worden uitgewist. Plotse opnames in contanten, waardoor spaarrekeningen een quasi nulsaldo vertonen, gebeuren vaak om bijvoorbeeld reiskosten te dekken, om opleidingen in trainingskampen te financieren of om een schenking te doen aan de families van zelfmoordterroristen. Een vonnis van de correctionele rechtbank bracht deze werkwijze eveneens in verband met de financiering van terrorisme. Het vermeldt dat de beklaagde in de overtuiging dat hij kort daarna zou overlijden opdracht gaf het geld van zijn rekening te halen, die eerder door schenkers was gecrediteerd. In dit verband stelde de rechter dat de rekening van de beklaagde letterlijk werd leeggehaald Corr. Brussel, 10 januari 2008, op tegenspraak, onuitgegeven 78

83 V. ANDERE ACTIVITEITEN V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 11/01/2008 Brussel CFIAIC (Australian Institute of Criminology) 15/01/2008 Brussel Accountants, bedrijfsrevisoren, bankiers, notarissen, advocaten, vermogensbeheerders,... Stichting VermogensPlanning 21/01/2008 Brussel Expertengroep van het Sanctiecomité Ivoorkust van de Verenigde Naties 21/01/ /01/2008 Sanya, China Wetgevers en magistraten 24/01/2008 Brussel Beroepsmagistraten, gerechtelijke stagiairs, advocaten,... 29/01/ /01/2008 Brussel Multidisciplinaire expertengroep van de Republiek Servië IMF (Internationaal Monetair Fonds) - People s Bank of China EVBFR (Europese Vereniging voor Bank- en Financieel Recht) Paco Serbia (Project ter bestrijding van economische misdaad in de Republiek Servië) en Belgische overheid Meeting with a Transnational Crime Adviser to the Australian Institute of Criminology (AIC) regarding: AML and CT Financing Research Interactieve en praktijkgerichte workshop omtrent het preventieve luik van de witwaswetgeving Ontmoeting van de Expertengroep van het Sanctiecomité Ivoorkust met FOD Buitenlandse Zaken en de Cel voor Financiële Informatieverwerking Workshop on Money Laundering and Terrorist Financing criminal law and asset recovery Presentatie over Het witwassen van geld en de rol van de Cel voor Financiële Informatieverwerking in het kader van de seminariecyclus: De financiële wereld en de witteboordcriminaliteit - 1e sessie Witwassen Presentaties over De rol en de werking van de Cel voor Financiële Informatieverwerking wettelijke en operationele aspecten 79

84 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 30/01/2008 Brussel CFI SEPBLAC (FIU Spanje) Bezoek van een medewerker van het Spaanse meldpunt SEPBLAC 05/02/2008 Tel Aviv, Israël FIU Israël: IMPA (Israel Money Laundering Prohibition Authority) TAIEX (Technical Assistance Information Exchange Instrument), Europese Commissie Europol 11/02/2008 Brussel Vastgoedsector VIVO (Vlaams Instituut Vastgoedopleiding) 12/02/ /02/2008 Boedapest, Hongarije 14/02/2008 Londen, Verenigd Koninkrijk HFIU (Hungarian Financial Intelligence Unit) Vertegenwoordigers van de Britse belastingdienst en douane, SOCA en de Foreign & Commonwealth Office Egmont Foreign & Commonwealth Office Lecture on the synergy between the FIU s and Law Enforcement Agencies in combating Money Laundering Studienamiddag De vastgoedmakelaar en de witwaswetgeving Voorstelling van de nieuwe Hongaarse FIU aan een vertegenwoordiger van de Egmont groep Conference on Tackling financial crime 20/02/2008 Brussel Bezoek van Mevrouw Ewa Kordys, 1e secretaris, Poolse ambassade in België: De Poolse inspanningen in het kader van het FAG-lidmaatschap 22/02/2008 Brussel Medewerkers en vennoten van TCLM 25/02/ /02/2008 Antwerpen Security Managers & Law Enforcement Homeland Security and Defense Officials Security Systems Engineers Homeland Security Solution Providers TCLM (associatie van deskundigen op het vlak van audit, accountancy en bedrijfsadvies) ECSA (European Corporate Security Association) Opleiding over de voorkoming van processen voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme (wet van 11 januari 1993) Seminar on Predictive Profiling and terrorist threat mitigation 29/02/2008 Antwerpen Studiedienst ACV-CSC Studiedag: Stop de fiscale fraude Uiteenzetting over de rol van de CFI in de opsporing van misdaadgeld 80

85 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 25/03/2008 Brussel 26/03/ /04/ /04/ /04/ /04/2008 Delegatie uit Madagaskar verantwoordelijk voor de oprichting van het meldpunt SAMIFIN CSI (Comité pour la Sauvegarde de l Intégrité), Madagaskar Brussel Europese Commissie Directoraat-generaal Belastingen en Douaneunie Brussel EU (Europese Unie) GCC (Samenwerkingsraad van de Golf) 17/04/2008 Brussel Europese Commissie, Directoraat-generaal, interne markt en diensten 21/04/ /04/ /04/ /04/2008 Brussel Skopje, Macedonië Delegatie van het meldpunt van Monaco (SICCFIN) 22/04/2008 Luik Magistraten, onderzoekers, assistenten en andere acteurs op het gebied van strafrecht 25/04/2008 Brussel Deskundigen uit de overheids- en non-proftsector 06/05/ /05/ /05/2008 Federaal Parket SICCFIN - CFI FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking - Directie-generaal voor Europese Zaken en Coördinatie UBLDP (Union Belgo- Luxembourgeoise de Droit Pénal) Europese Commissie, Directoraat-Generaal Justitie, Vrijheid en Veiligheid Bezoek van een delegatie uit Madagaskar die belast is met de oprichting van een financiële inlichtingendienst SAMIFIN Special Working Group EU-US on cash control EU-GCC countries Workshop on Terrorist Financing Presentation: the FIU cooperation regarding cash at the Seminar on the use of cash in the EU Omzetting van de Derde Europese Richtlijn, uitwisseling van operationele informatie en evaluatie van de MOU Uiteenzetting over de strijd tegen het witwassen van geld tijdens het EU Seminarie inzake Europees beleid Vormingsnamiddag over het strafrecht en meer bepaald over de nieuwigheden inzake witwassen Meeting on non-profit sector transparency: Presentation of the Study assessing the extent of abuse of non-profit organisations for financial criminal purposes at EU level, discussions and outcome and possible follow-up Monaco SICCFIN en CFI Algemene uiteenzetting over de wetgeving en de controle op de kansspelen Roemeense magistraten Federaal Parket in Roemenië Uiteenzetting over de witwaswetgeving 81

86 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 13/05/ /05/2008 Lyon, Frankrijk Vertegenwoordigers van de douane en politieautoriteiten 21/05/2008 Antwerpen Studenten Master class Forensic Auditing WCO (Werelddouaneorganisatie) en Interpol UAMS (Universiteit Antwerpen Management School) International Conference on Illicit Cash Couriers Gastcollege Forensic Auditing 22/05/2008 Brussel World Check World Check Compliance Seminar 11/06/ /06/ /06/ /06/ /06/ /06/2008 Jalta, Oekraïne Niamey, Niger Rabat, Marokko 1 Belgische deskundige (CFI) MOLI UA2 (Project tegen witwassen en financiering van terrorisme in Oekraïne), Raad van Europa Wereldbank en GIABA (Groupe intergouvernemental d action contre le blanchiment et le financement du terrorisme en Afrique de l Ouest) FOD Justitie Ministerie van Justitie van het Koninkrijk Marokko 17/06/2008 Brussel Institute of Forensic Auditors 24/06/2008 Brussel INHES (Institut National des hautes études de sécurité), Frankrijk 26/06/2008 Brussel Delegatie van Marokkaanse experten FOD Justitie Ministerie van Justitie van het Koninkrijk Marokko AML Typologies Conference Anti-Money Laundering and Combating the Financing of Terrorism Assessment Opleiding over de strijd tegen het witwassen van geld kennis nemen van de Marokkaanse ervaring Jaarlijkse vergadering Gesprek met de verantwoordelijken van INHES die vanwege de MILTD (Mission interministérielle de la lutte contre la drogue et la toxicomanie) in Frankrijk een studie over het witwassen van geld en de handel in cannabis werd toevertrouwd Uiteenzetting over de aspecten van de preventieve strijd tegen het witwassen en de financiering van terrorisme in het kader van het actieplan ter versterking van de administratieve samenwerking tussen België en Marokko 82

87 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 27/06/2008 Brussel FEBELFIN Voorstelling van de verschillende aspecten van het 14 e activiteitenverslag (2007) van de CFI: statistieken, typologieën, de internationale activiteiten van de CFI en de bescherming van de melders 30/06/2008 Leuven KUL (Katholieke Universiteit Leuven) en de Federale Overheidsdienst Justitie - Kansspelcommissie 07/07/ /07/2008 Brussel Delegatie van CENTIF Côte d Ivoire (Cellule Nationale de renseignement Financier), het meldpunt Ivoorkust en van de CENTIF Bénin (Cellule Nationale de renseignement Financier), het meldpunt van Benin 10/07/2008 Brussel Belgische federale en gefedereerde administraties 15/07/ /07/2008 Parijs, Frankrijk Nationale experts van EU-lidstaten en Europese instellingen GIABA Directie-generaal voor Europese Zaken en Coördinatie van de FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking in samenwerking met de Europese Commissie Frans Ministerie van Europese en buitenlandse zaken Vier seminaries over kansspelen: Seminarie 1: Waarheen met de kansspelen in België? Juridische analyse van de toekomst van het Belgisch kansspelbeleid Verschillende uiteenzettingen over: de wet van 11 januari 1993, de structuur en de interne organisatie van de CFI, de rol van de verbindingsofficieren van de Federale Politie bij de CFI, de behandeling van een dossier en de internationale samenwerking Informatievergadering over Twinning en TAIEX EU Seminar on nonproliferation: The European Union and the fight against the proliferation of weapons of mass destruction and their delivery systems Are there new ways of strengthening European action? 83

88 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 29/07/ /08/ /08/ /08/2008 Issyk-Kul, Kirgizische Republiek Kigali, Rwanda FIS (Financial Intelligence Service) van de Republiek Kirgizië en de FIUs van voormalige republieken van de Sovjet-Unie 02/09/2008 Brussel FIU van Kosovo (FIC), de Kosovaarse politiediensten, de douane en openbare aanklagers 04/09/ /09/ /09/2008 Cambridge, Verenigd Koninkrijk OVSE (Organisatie voor veiligheid en samenwerking in Europa) en het IMF UNODC (Bureau van de Verenigde Naties voor drugs- en misdaadbestrijding) en Nationale Bank van Rwanda Project gefinancierd door de Europese Unie Brussel Grenspolitie CDGEFID (Centrale dienst voor de bestrijding van de georganiseerde economische en financiële delinquentie) van de Federale Gerechtelijke Politie ministers, hooggeplaatste wetgevers, ambtenaren, rechters, diplomaten, toezichthouders, ordehandhavers, staatsveiligheid, academici en bankiers Jesus College, University of Cambridge in samenwerking met verschillende internationale organisaties en universiteiten Internationale samenwerking en informatie-uitwisseling tussen FIU s Seminar on the Development of a Financial Intelligence Unit (FIU) and the Elaboration of a National Anti-Money Laundering/Countering the Financing of Terrorism (AML/ CFT) Strategy Studiebezoek in het kader van het Europees project: Strengthening Kosovan capacity to combat Money Laundering and Corruption Sensibiliseringsdagen in verband met het grensoverschrijdend verkeer van liquide middelen Uiteenzetting over Typologies Missing link in the Risk-Based Approach tijdens het 26 th Cambridge International Symposium on Economic Crime 10/09/2008 Brussel CFI Overleg met de Heer Alexandre Husting, ULB in verband met het witwassen van geld en sportclubs 19/09/2008 Brussel FIU-LUX (Luxemburgs meldpunt) FIU LUXCFI Voorstelling van de functionaliteiten van het informaticasysteem van de CFI 84

89 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 23/09/2008 Brussel Casino van Brussel Casino van Brussel CFI Voorstelling van het online meldsysteem 24/09/2008 Brussel Ambtenaren van het Ministerie van Financiën en Economie van Armenië 01/10/ /10/2008 Davos, Zwitserland Experts van financiële instellingen, politiediensten, FIU s en inlichtingendiensten 03/10/2008 Brussel Delegatie uit Burundi samengesteld uit 4 magistraten en een juridisch adviseur van de ambassade 17/10/2008 Brussel Bedrijfsrevisoren en de stagiairs IBR 20/10/ /10/2008 Trier, Duitsland Advocaten en juristen uit de banksector, de financiële dienstverlening en investeringsfondsen, rechters en procureurs, ambtenaren, economisten en universitairen TAIEX (Technical Assistance Information Exchange Instrument), Europese Commissie Basel Institute on Governance International Centre for Asset Recovery FOD Justitie IBR (Instituut van de Bedrijfsrevisoren) ERA (Europäische Rechtsakademie - Academy of European Law) Uiteenzetting over de Belgische wetgeving ter bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme in de sector van de kansspelen in het kader van een studiebezoek van een Armeense delegatie Workshop on the Use of Financial Intelligence Seminar: Combatting the financing of terrorism (Giessbach II) Studiebezoek betreffende het anticorruptiebeleid in België Uiteenzetting over: De typologieën van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme: de ervaring van de CFI in het kader van de Studiedag IBR: Publieke en nonprofit sector, interne controle en deugdelijk bestuur: een efficiënt bestuur en klare financiële stromen Seminarie: De strijd tegen de fraude en de financiële criminaliteit Voorzitterschap tweede sessie: betrokkenheid van de privé- en banksector 85

90 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 23/10/2008 Parijs, Notarissen Frankrijk 31/10/2008 Peking, China Practici in strafrecht 03/11/2008 Leuven Studenten Master in het Notariaat 7/11/2008 8/11/2008 Macolin/ Magglingen, Zwitserland Trainers, atleten, journalisten, ambtenaren, juristen en advocaten gespecialiseerd in sportrecht 18/11/2008 Brussel Politici, beleidsverantwoordelijke, ambtenaren, diplomaten, academici, criminologen, magistraten, advocaten, bewakings- en beveiligingssector, preventie- en politiediensten 18/11/2008 Parijs, Frankrijk ANME (Association des Notaires des Métropoles Européennes) Chambre des Notaires de Paris UNODC (Bureau van de Verenigde Naties voor drugs- en misdaadbestrijding) GPML (Global Programme against Money Laundering, Proceeds of Crime and the Financing of Terrorism) KUL (Katholieke Universiteit Leuven) ASDS (Association Suisse de Droit du Sport) EIZ (Europa Institut de l Université de Zurich) VUB (Vrije Universiteit Brussel) Département de Recherche sur les Menaces criminelles contemporaines (Institut de Criminologie de Paris, Université Panthéon- Assas te Parijs) Uiteenzetting tijdens het ANME-Colloquium over de strijd tegen het witwassen van geld Workshop on Enhancing International Legal Cooperation related to Terrorism, Countering Financing of Terrorism and Money Laundering: Presentation on the implementation of FATF recommendation 3 on confiscation and presentation on international cooperation Gastcollege over: De verplichtingen van de notarissen in de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme Uiteenzetting over: De sport onder druk van de criminaliteit tijdens de conferentie over Sportrecht Studiedag: Geheime diensten 4 th Congress on Intelligence & secret services Mardis du MCC, conférencesdébats Crise financière indéniable mais occultée, la dimension criminelle 86

91 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 18/11/2008 Brussel Compliance Officers en antiwitwasverantwoordelijken van banken en verzekeraars, auditors, revisoren en accounants, bedrijfsleiders, verantwoordelijken juridische - en auditafdelingen, verantwoordelijken commerciële afdelingen, directeurs van bankfilialen, verantwoordelijken voor internationale verrichtingen, bankiers, verzekeraars, advocaten en vermogensbeheerders 24/11/ /11/2008 Skopje, Macedonië FIU Macedonië 05/12/2008 Brussel Leden van het Instituut van de Accountants en de belastingconsulenten, financiële directeurs, interne auditors, tax managers, en andere verantwoordelijke van een financiële of boekhoudafdeling IFE (International Faculty for Executives) Spaans-Macedonisch Twinning project (Europese Commissie) IAB (Instituut van de Accountants en de Belastingconsulenten) Uiteenzetting over: De meest recente typologieën van de CFI en Quels risques de blanchiment dans les opérations immobilières dans le cadre du séminaire: Les dernières actualités réglementaires et les risques liés au blanchiment Workshop over de ervaring van Belgische FIU die werd georganiseerd in het kader van het Twinning Project Development of capacity to Combat Money Laundering Phase II Studienamiddag: De accountant en de belastingconsulent in de onderneming 87

92 V. ANDERE ACTIVITEITEN Datum Locatie Doelgroep Initiatiefnemer/partners Onderwerp 12/12/2008 Brussel Federale Politie - Ecofin, CFI, Bureau voor Ambtelijke Ethiek en Deontologie, kabinetten justitie en coördinatie van de fraudebestrijding, parket, CBFA, Transparency International, privébedrijven 14/12/ /12/2008 Wenen, Oostenrijk FIU s in wording ICC (International Chamber of Commerce) J.V.I. (Joint Vienna Institute) IMF Reflectienamiddag over de wijze waarop in België de strijd tegen corruptie, waarbij het bedrijfsleven betrokken is, wordt gevoerd Workshop on FIU International Cooperation 88

93 BIJLAGE 1 BIJLAGE 1 Wet- en verordeningsteksten in verband met witwassen en terrorismebestrijding die na 1 januari 2008 werden aangenomen 30 maart 2004 Wet houdende instemming met het Internationaal Verdrag ter bestrijding van de financiering van terrorisme, en met de Bijlage, aangenomen te New York op 9 december 1999 Addendum (B.S, 27/02/2008, blz ) 26 april 2005 Wet houdende instemming met het Internationaal Verdrag inzake de bestrijding van terroristische bomaanslagen, gedaan te New York op 15 december 1997 Addendum, (B.S, 27/02/2008, blz ) 29 april 2008 Koninklijk besluit houdende oprichting van het College voor de strijd tegen fiscale en sociale fraude (B.S, 08/05/2008, blz ) 29 april 2008 Koninklijk besluit houdende oprichting van een Ministerieel Comité voor de strijd tegen fiscale en sociale fraude (B.S, 08/05/2008, blz ) 8 mei Wet houdende instemming met het Verdrag van de Verenigde Naties tegen de corruptie, gedaan te New York op 31 oktober 2003 (B.S, 18/11/2008, blz ) 18 mei 2008 Koninklijk besluit tot benoeming van een lid van de Cel voor financiële informatieverwerking (B.S, 26/05/2008, blz ) 30 juni 2008 Koninklijk besluit tot hernieuwing van de mandaten van leden van de Cel voor financiële informatieverwerking (B.S, 08/07/2008, blz ) 24 oktober 2008 Besluit 2008/852/JBZ van de Raad van 24 oktober 2008 inzake een netwerk van contactpunten ter bestrijding van corruptie (Publicatieblad EU, 12/11/2008, L301/38) 10 november 2008 Verordening (EG) nr van de Raad van 10 november 2008 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran, Publicatieblad EU, 11/11/2008, L300/1) 89

94

95 BIJLAGE 2 BIJLAGE 2 Wet van 11 januari 1993* tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme HOOFDSTUK I - Algemene bepalingen Artikel 1. Deze wet past de richtlijn toe van de Raad van 91/308/EEG van 10 juni 1991, tot voorkoming van het gebruik van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld. Art. 2. De bepalingen van deze wet zijn van toepassing op de hierna vermelde ondernemingen en personen: 1 de Nationale Bank van België; 2 de kredietinstellingen die zijn ingeschreven op de lijst bedoeld in artikel 13 van de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen, en de in België gevestigde en overeenkomstig artikel 65 van voornoemde wet geregistreerde bijkantoren van kredietinstellingen die onder een andere Lidstaat van de Europese Gemeenschap ressorteren; 3 de beleggingsondernemingen naar Belgisch recht die een vergunning hebben als beursvennootschap overeenkomstig artikel 47, 1, van de wet van 6 april 1995 inzake de secundaire markten, het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs; 4 de in België gevestigde verzekerings-ondernemingen die, met toepassing van de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen, gemachtigd worden voor de uitoefening van het levensverzekeringsbedrijf; 5 de Post; 6 de beleggingsondernemingen naar Belgisch recht die een vergunning hebben als vennootschap voor makelarij in financiële instrumenten overeenkomstig artikel 47, 1, van de wet van 6 april 1995 inzake de secundaire markten, het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs; 7 de Deposito- en Consignatiekas; 8 de beleggingsondernemingen naar Belgisch recht die een vergunning hebben als vennootschap voor vermogensbeheer, overeenkomstig artikel 47, 1, van de wet van 6 april 1995 inzake de secundaire markten, het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs; 9 de in België gevestigde vennootschappen voor beleggingsadvies als bedoeld in artikel 123 van de wet van 6 april 1995 inzake de secundaire markten, het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs; 10 de in België gevestigde personen als bedoeld in artikel 139, eerste lid, 1, van voornoemde wet van 6 april 1995, die beroepshalve verrichtingen uitvoeren als bedoeld in de artikelen 137, tweede lid, en 139bis, tweede lid, van dezelfde wet; 11 de hypothecaire ondernemingen, ingeschreven met toepassing van artikel 43 van de wet van 4 augustus 1992 op het hypothecair krediet; 12 de natuurlijke personen of rechtspersonen, erkend met toepassing van artikel 74 van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet; 13 de natuurlijke personen of de rechtspersonen die kredietkaarten uitgeven of beheren; 14 de leasingondernemingen, erkend met toepassing van artikel 2 van het koninklijk besluit nr. 55 van 10 november 1967 tot regeling van het juridisch statuut der ondernemingen gespecialiseerd in financieringshuur; * Aldus gewijzigd door de koninklijke besluiten van 22 april 1994, van 24 maart 1995, van 28 december 1999, van 20 juli 2000, van 21 september 2004, van 15 december 2005, van 1 mei 2006, en van 25 februari 2007 en door de wetten van 11 juli 1994, 7 april 1995, beide wetten van 10 augustus 1998, de wetten van 22 april 1999, van 4 en 7 mei 1999, van 3 mei 2002, van 12 januari 2004 en van 20 maart 2007 en door de programmawet van 27 april

96 BIJLAGE 2 15 de bijkantoren in België van beleggingsondernemingen die onder het recht van een andere Lidstaat van de Europese Gemeenschap ressorteren, als bedoeld in artikel 110 van voornoemde wet van 6 april 1995; 16 de bijkantoren in België van beleggingsondernemingen die ressorteren onder het recht van Staten die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap, als bedoeld in artikel 111 van voornoemde wet van 6 april 1995; 17 de vastgoedmakelaars als bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 6 september 1993 tot bescherming van de beroepstitel en van de uitoefening van het beroep van vastgoedmakelaar, die activitetien uitoefenen als bedoeld in artikel 3 van hetzelfde besluit, en de landmeters-experten ingeschreven op het tableau als bedoeld in artikel 3 van de wet van 11 mei 2003 tot oprichting van de federale raden van landmetersexperten, wanneer zij gereglementeerde activiteiten van vastgoedmakelaar uitoefeneen in toepassing van artikel 4, 1, van bovenvermeld koninklijk besluit van 6 september 1993; 18 de bewakingsondernemingen die met toepassing van de artikelen 1, 1, 3, en 2 van de wet van 10 april 1990 op de bewakingsondernemingen, de beveiligingsondernemingen en de interne bewakingsdiensten, een vergunning hebben verkregen om diensten te verlenen van toezicht op en bescherming bij het vervoer van waarden; 19 de beleggingsondernemingen naar Belgisch recht die een vergunning hebben als vennootschap voor plaatsing van orders in financiële instrumenten overeenkomstig artikel 47, 1, van de wet van 6 april 1995 inzake de secundaire markten, het statuut van het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en de beleggingsadviseurs; 20 de marktondernemingen van de Belgische gereglementeerde markten, behoudens wat hun openbare opdrachten betreft; 21 handelaren in diamant die geregistreerd zijn bij toepassing van artikel 169, 3, van de programmawet van 2 augustus 2002; 22 verzekeringsbemiddelaars zoals bedoeld in de wet van 27 maart 1995 betreffende de verzekeringsbemiddeling en de distributie van verzekeringen, die hun beroepsactiviteiten buiten elke exclusieve agentuurovereenkomst uitoefenen in de groep van activiteiten leven waarvan sprake in de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle der verzekeringsondernemingen; 23 de in België gevestigde derivatenspecialisten bedoeld in artikel 45bis van voornoemde wet van 6 april 1995; 24 de beheersvennootschappen van instellingen voor collectieve belegging naar Belgisch recht, die een vergunning hebben overeenkomstig artikel 140 van de wet van 20 juli 2004 betreffende bepaalde vormen van collectief beheer van beleggingsportefeuilles; 25 de bijkantoren in België van beheersvennootschappen van instellingen voor collectieve belegging die ressorteren onder het recht van een andere lidstaat van de Europese Economische ruimte, als bedoeld in artikel 203 van voornoemde wet van 20 juli 2004; 26 de bijkantoren in België van beheersvennootschappen van instellingen voor collectieve belegging die ressorteren onder het recht van Staten die geen lid zijn van de Europese Economische ruimte, als bedoeld in artikel 204 van voornoemde wet van 20 juli 2004; 27 de makelaars in bank- en beleggingsdiensten, bedoeld in artikel 4, 4 van de wet van 22 maart 2006 betreffende de bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten en de distributie van financiële instrumenten. De Koning kan andere ondernemingen of personen op de in het eerste lid voorziene lijst plaatsen. Hij kan bovendien de lijst aanpassen in het kader van de uitvoering van andere wetsbepalingen. Art. 2bis. Voor zover zij daarin uitdrukkelijk voorzien, zijn de bepalingen van deze wet eveneens van toepassing op de hierna vermelde personen: 1 de notarissen; 2 de gerechtsdeurwaarders; 3 de natuurlijke personen of rechtspersonen die lid zijn van het Instituut der Bedrijfsrevisoren, overeenkomstig artikel 4 tot 4ter van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting van een Instituut der Bedrijfsrevisoren, die in België activiteiten uitoefenen; 4 de natuurlijke personen of rechtspersonen ingeschreven op de lijst van de externe accountants en op de lijst van de externe belastingconsulenten als bedoeld in artikel 5, 1, van de wet van 22 april 1999 betreffende boekhoudkundige en fiscale beroepen, alsook de natuurlijke personen en rechtspersonen ingeschreven op het tableau van de erkende boekhouders en op het tableau van de erkende boekhouders-fiscalisten als bedoeld in artikel 46 van voornoemde wet; 5 de natuurlijke personen of rechtspersonen die één of meer kansspelen van klasse I exploiteren, bedoeld in de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers. Art. 2ter. Voor zover zij daarin uitdrukkelijk voorzien, zijn de bepalingen van deze wet eveneens van toepassing op de advocaten : 1 wanneer zij hun cliënt bijstaan bij het voorbereiden of uitvoeren van verrichtingen in verband met : a) de aan- of verkoop van onroerend goed of bedrijven; b) het beheren van diens geld, waardepapieren of andere activa; c) de opening of het beheer van bank-, spaar- of effec- tenrekeningen; d) het organiseren van inbreng die nodig is voor de oprich- ting, de uitbating of het beheer van vennootschappen; e) de oprichting, uitbating of het beheer van trusts, ven- nootschappen of soortgelijke structuren. 92

97 BIJLAGE 2 2 of wanneer zij optreden in naam en voor rekening van hun cliënt in enigerlei financiële verrichtingen of verrichtingen in onroerend goed. Art Voor de toepassing van deze wet wordt verstaan onder witwassen van geld : - de omzetting of overdracht van geld of activa met de bedoeling de illegale herkomst ervan te verbergen of te verdoezelen of een persoon die betrokken is bij een misdrijf waaruit dit geld of deze activa voorkomen, te helpen ontkomen aan de rechtsgevolgen van zijn daden; - het verhelen of verhullen van de aard, oorsprong, vindplaats, vervreemding, verplaatsing of eigendom van geld of activa waarvan men de illegale herkomst kent; - de verwerving, het bezit of het gebruik van geld of activa waarvan men de illegale herkomst kent; - de deelneming aan, de medeplichtigheid tot, de poging tot, de hulp aan, het aanzetten tot, het vergemakkelijken van of het geven van raad betreffende een van de in de drie voorgaande punten bedoelde daden. 1bis. Voor de toepassing van deze wet wordt financiering van terrorisme verstaan in de zin van artikel 2, 2, b), van het kaderbesluit van de Raad van de Europese Unie van 13 juni 2002 inzake terrorismebestrijding en van artikel 2 van het Internationaal verdrag ter bestrijding van de financiering van terrorisme, goedgekeurd te New York op 9 december Voor de toepassing van deze wet is de herkomst van geld of activa illegaal wanneer deze voortkomen uit: 1 een misdrijf dat in verband staat met: - terrorisme of de financiering van terrorisme; - georganiseerde misdaad; - illegale drughandel; - illegale handel in wapens, goederen en koopwaren met inbegrip van antipersoonsmijnen en/of submunitie; - handel in clandestiene werkkrachten; - mensenhandel; - exploitatie van de prostitutie; - illegaal gebruik bij dieren van stoffen met hormonale werking of illegale handel in dergelijke stoffen; - illegale handel in menselijke organen of weefsels; - fraude ten nadele van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen; - ernstige en georganiseerde fiscale fraude waarbij bijzonder ingewikkelde mechanismen of procédés van internationale omvang worden aangewend; - verduistering door personen die een openbare functie uitoefenen en omkoping; - ernstige milieucriminaliteit; - namaak van muntstukken of bankbiljetten; - namaak van goederen; - zeeroverij. 2 een beursmisdrijf, het onwettig openbaar aantrekken van spaargelden of het verlenen van beleggingsdiensten, diensten van valutahandel of van geldoverdracht zonder vergunning; 3 een oplichting, misbruik van vertrouwen, misbruik van vennootschapsgoederen, een gijzeling, een diefstal of afpersing met geweld of bedreiging, of een misdrijf dat verband houdt met de staat van faillissement. 3. De in de artikelen 2, 2bis en 2ter beoogde ondernemingen en personen verlenen hun volledige medewerking aan de toepassing van deze wet, om alle daden van witwassen van geld en van financiering van terrorisme te identificeren. HOOFDSTUK II - Identificatie van de cliënten en interne organisatie op het niveau van de in de artikelen 2, 2bis en 2ter beoogde ondernemingen en personen Art De in de artikelen 2, 2bis, 1 tot 4, en 2ter bedoelde ondernemingen en personen dienen hun cliënten en de lasthebbers van hun cliënten te identificeren en hun identiteit te controleren, aan de hand van een bewijsstuk, waarvan een afschrift wordt genomen, op papier of op elektronische drager wanneer : 1 ze een zakenrelatie aanknopen waardoor de betrokkenen gewone cliënten worden; 2 de cliënt wenst over te gaan tot het uitvoeren van: a) een verrichting, voor een bedrag van EUR of meer, ongeacht of zij wordt uitgevoerd in één of in verscheidene verrichtingen waartussen een verband blijkt te bestaan; of b) een verrichting, zelfs wanneer het bedrag lager is dan EUR, zodra wordt vermoed dat het gaat om witwassen van geld of om financiering van terrorisme; of c) een geldoverdracht waarvan sprake in artikel 139bis van de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs; 3 ze twijfelen aan de waarachtigheid of aan de juistheid van de identificatiegegevens over een bestaande cliënt. De identificatie en de controle betreffen de naam, de voornaam en het adres voor natuurlijke personen. Niettegenstaande artikel 5, 1, betreffen ze voor rechtspersonen en trusts de naam en de zetel van de rechtspersoon, de bestuurders en de kennis van de bepalingen omtrent de bevoegdheid verbintenissen aan te gaan voor de rechtspersoon of de trust. De vereenzelviging slaat ook op het voorwerp en de verwachte aard van de zakenrelatie. 2. De ondernemingen en personen bedoeld in de artikelen 2, 2bis, 1 tot 4, en 2ter, moeten een bestendige waakzaamheid aan de dag leggen ten opzichte van de zakenrelatie en een aandachtig onderzoek verzekeren van de uitgevoerde verrichtingen om zich ervan te vergewissen dat deze stroken met de kennis die ze hebben van hun cliënt, van zijn commerciële activiteiten, van zijn risicoprofiel en, indien nodig, van de herkomst van de fondsen. 3. Wanneer de ondernemingen en personen bedoeld in de artikelen 2, 2bis, 1 tot 4, en 2ter, hun waakzaamheidsplicht bedoeld in de 1 en 2 niet kunnen nakomen, mogen ze geen zakenrelatie aanknopen of in stand houden. Ze beslissen of een 93

98 BIJLAGE 2 melding aan de Cel voor financiële informatieverwerking overeenkomstig de artikelen 12 tot 14ter van de wet zich opdringt. 4. De ondernemingen en personen bedoeld in artikel 2, met uitzondering van de 17, 18 en 21, mogen de waakzaamheidsplicht bedoeld in de 1 en 2 laten uitvoeren door een derde zaakaanbrenger, voor zover deze eveneens een krediet- of financiële instelling is in de zin van artikel 1 van richtlijn 91/308/EEG of een krediet- of financiële instelling uit een land waarvan de wetgeving waakzaamheidsverplichingen oplegt die evenwaardig zijn met deze bepaald in de artikelen 4 en 5. De lidstaten van de Financiële Actiegroep worden vermoed aan deze vereiste te voldoen. Op advies van de Cel voor financiële informatieverwerking kan de Koning dit vermoeden uitbreiden tot andere Staten. 5. De ondernemingen als bedoeld in artikel 2, waarvan de activiteiten geldoverdrachten behelzen in de zin van artikel 139bis van de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en beleggingsadviseurs, vermelden bij het overschrijven of overdragen van geld en bij de mededelingen daaromtrent, correcte en dienstige inlichtingen over hun cliënten-opdrachtgevers van de betrokken verrichtingen. Deze ondernemingen bewaren al die inlichtingen en geven ze door ingeval zij als tussenpersoon optreden in een betaalketen. 6. De toepassingsmodaliteiten van de hierboven opgesomde verplichtingen worden verduidelijkt door de overheden bedoeld in artikel 21 en, desgevallend, via reglement overeenkomstig artikel 21bis, in functie van het risico dat de cliënt, de zakenrelatie of de verrichting vertegenwoordigt. Met betrekking tot 5 wordt daarbij inzonderheid bepaald onder welke omstandigheden gegevens moeten worden bewaard of ter beschikking gesteld van overheden of van andere financiële instellingen, met dien verstande dat in het reglement in specifieke bepalingen kan worden voorzien voor de grensoverschrijdende overschrijvingen die in batch worden doorgestuurd. Art De ondernemingen en personen bedoeld in de artikelen 2, 2bis, 1 tot 4 en 2ter, moeten de persoon of personen, voor wier rekening de verrichting wordt uitgevoerd, identificeren en alle redelijke maatregelen nemen om hun identiteit te controleren: 1 in geval van twijfel over de vraag of de cliënten bedoeld in artikel 4 handelen voor eigen rekening of in geval van zekerheid dat ze niet voor eigen rekening handelen; 2 wanneer de cliënt een rechtspersoon of een trust is. Wanneer de cliënt een rechtspersoon of een trust is, moeten de maatregelen de identificatie inhouden van de natuurlijke persoon of personen die de cliënt in laatste instantie bezitten of controleren. Wanneer de cliënt of de houder van een controleparticipatie een beursgenoteerde vennootschap is, moeten haar aandeelhouders niet worden geïdentificeerd en moet hun identiteit niet worden nagegaan. 2. De toepassingsmodaliteiten van de hierboven opgesomde verplichtingen worden verduidelijkt door de overheden bedoeld in artikel 21 en, desgevallend, via reglement overeenkomstig artikel 21bis van deze wet, in functie van het risico dat de cliënt, de zakenrelatie of de verrichting vertegenwoordigt. Art. 5bis. De in artikel 2bis, 5, bedoelde personen dienen zich aan de hand van een bewijsstuk, waarvan een afschrift wordt gemaakt, hetzij op papier, hetzij op een elektronische informatiedrager, te vergewissen van de identiteit van alle cliënten die een financiële verrichting in verband met het spel wensen uit te voeren. In dat geval is artikel 5 van toepassing. Art. 6. De in de artikelen 4 en 5 bedoelde identificatieverplichtingen zijn niet van toepassing op de in de artikelen 2, 2bis, 1 tot 4, en 2ter bedoelde ondernemingen en personen in geval de cliënt eveneens een in artikel 2, punt 17, 18 en 21 uitgezonderd, bedoelde onderneming of persoon is of een kredietinstelling of een financiële instelling is bedoeld in artikel 1 van de richtlijn 91/308/EEG, dan wel een kredietinstelling of een financiële instelling is die gevestigd is in een staat waarvan de wetgeving gelijkwaardige verplichtingen oplegt als voorgeschreven door richtlijn 91/308/EEG. De Staten die lid zijn van de Financiële Actiegroep tegen het witwassen van geld, worden beschouwd als Staten die aan deze voorwaarde voldoen. De Koning kan dit vermoeden uitbreiden tot andere Staten op advies van de Cel voor financiële informatieverwerking. In afwijking van artikel 4, rust de identificatie-plicht niet op de verzekeringsondernemingen bedoeld in artikel 2, 4, en de verzekeringsmakelaars bedoeld in artikel 2, 22, die een levensverzekeringsbedrijf uitoefenen, wanneer het bedrag van de te betalen periodieke premie(s) gedurende een periode van één jaar niet hoger is dan EUR of, bij storting van een eenmalige premie, wanneer het bedrag niet hoger is dan EUR. Wanneer de periodieke premie(s) zodanig wordt (worden) verhoogd dat de drempel van EUR wordt overschreden, wordt de identificatie verplicht. Art. 6bis. De ondernemingen en personen als bedoeld in de artikelen 2, 2bis en 2ter, nemen specifieke en passende identificatiemaatregelen om tegemoet te komen aan het grotere risico voor witwassen van geld en voor financiering van terrorisme dat ontstaat wanneer zakelijke betrekkingen of verrichtingen worden aangegaan met een cliënt die met het oog op de identificatie niet fysiek aanwezig is. De toepassingsmodaliteiten van deze verplichting zullen worden verduidelijkt door de overheden bedoeld in artikel 21 en, desgevallend, via reglement overeenkomstig artikel 21bis. Art. 7. De in de artikelen 2, 2bis en 2ter bedoelde ondernemingen en personen bewaren op welke informatiedrager ook gedurende ten minste vijf jaar na het beëindigen van de relaties met hun cliënten of alle andere personen beoogd in artikel 4, eerste en tweede lid, een afschrift van het bewijsstuk dat voor de identificatie heeft gediend. Hetzelfde geldt voor stukken die in de artikelen 5 en 5bis beoogde identificatie mogelijk hebben gemaakt. 94

99 BIJLAGE 2 Onverminderd het vereiste gesteld in artikel 6, vierde lid, van de wet van 17 juli 1975 op de boekhouding en de jaarrekening van de ondernemingen, bewaren de in de artikelen 2, 2bis, 1 en 5, en 2ter, bedoelde ondernemingen en personen gedurende een periode van ten minste vijf jaar vanaf de uitvoering van de verrichtingen op welke informatiedrager ook een kopie van de registraties, de borderellen en stukken van de uitgevoerde verrichtingen om ze nauwkeurig te kunnen reconstrueren. Zij registreren de uitgevoerde verrichtingen op zodanige wijze dat zij kunnen voldoen aan de verzoeken om inlichtingen bedoeld in artikel 15, binnen de in dat artikel voorgeschreven termijn. Art. 8. De ondernemingen en personen bedoeld in de artikelen 2, 2bis en 2ter onderzoeken met een bijzondere aandacht elke verrichting die ze, uit hun aard of door hun ongebruikelijk karakter gelet op de activiteiten van de cliënt, de begeleidende omstandigheden of de hoedanigheid van de betrokken personen, bijzonder vatbaar achten voor het witwassen van geld of voor de financiering van terrorisme. De in de artikelen 2 en 2bis, 5, bedoelde ondernemingen en personen stellen een schriftelijk verslag op over dit onderzoek; dit verslag wordt toegestuurd aan de in artikel 10 bedoelde personen voor bewaring gedurende de door artikel 7 voorgeschreven termijn. Na advies van de Commissie voor het Bank- en Financiewezen en de Cel voor financiële informatieverwerking, kan de Koning een lijst opstellen van verrichtingen inzake deviezen die specifiek geacht worden verband te houden met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme en waarover in de artikel 2 bedoelde ondernemingen en personen een schriftelijk verslag moeten opstellen, dat aan de in artikel 10 bedoelde personen wordt toegestuurd. Art. 9. De in de artikelen 2, 2bis en 2ter bedoelde ondernemingen en personen nemen passende maatregelen om hun werknemers en hun vertegenwoordigers met de bepalingen van deze wet vertrouwd te maken. Deze maatregelen houden in dat hun betrokken werknemers en vertegenwoordigers deelnemen aan speciale opleidingsprogramma s om de verrichtingen en de feiten te leren onderkennen die met het witwassen van geld en de financiering van terrorisme verband kunnen houden en om hen te onderrichten hoe in die gevallen moet worden gehandeld. Art. 10. De in de artikelen 2 en 2bis, 5 bedoelde ondernemingen en personen wijzen één of meer personen aan die verantwoordelijk zijn voor de toepassing van deze wet in hun onderneming. Deze personen zijn vooral belast met de vaststelling van de procedures voor interne controle, informatieverstrekking en -centralisatie om verrichtingen die met het witwassen van geld en de financiering van terrorisme verband houden, te voorkomen, op te sporen en te verhinderen. Bij de interne controleprocedures zal bijzonder rekening worden gehouden met het verhoogde risico voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme bij verrichtingen op afstand als bedoeld in artikel 6bis. De toepassingsmodaliteiten van deze verplichting zullen worden verduidelijkt door de overheden bedoeld in artikel 21 van deze wet en, desgevallend, via reglement overeenkomstig artikel 21bis. HOOFDSTUK IIbis - Beperking van de betalingen in contanten Art. 10bis. De prijs van de verkoop van een onroerend goed, mag enkel vereffend worden door middel van overschrijving of cheque, uitgezonderd voor een bedrag tot 10% van de prijs van de verkoop, en voor zover dit bedrag niet hoger is dan EUR. De verkoopovereenkomst en -akte moeten het nummer van de financiële rekening vermelden waarlangs het bedrag werd of zal worden overgedragen Wanneer de in artikelen 2, 17, en artikel 2bis, 1, bedoelde personen vaststellen dat voornoemde bepaling niet werd nageleefd, brengen zij dit onmiddellijk ter kennis van de Cel voor financiële informatieverwerking. Art. 10ter. De prijs van de verkoop door een handelaar van een goed ter waarde van EUR of meer mag niet in contanten worden vereffend. HOOFDSTUK III - Informatieverstrekking tussen de in de artikelen 2, 2bis en 2ter beoogde ondernemingen of personen en de met de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme belaste overheden Art Er wordt, onder de benaming Cel voor financiele informatieverwerking, een administratieve autoriteit met rechtspersoon-lijkheid ingesteld belast met het verwerken en verstrekken van informatie met het oog op de bestrijding van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme. 2. Onverminderd de bevoegdheden van de gerechtelijke autoriteiten, wordt deze autoriteit belast met de ontvangst en de ontleding van de informatie die is meegedeeld door de in de artikelen 2, 2bis en 2ter bedoelde ondernemingen en personen krachtens de artikelen 12 tot 15, door de controle- en toezichthoudende overheden krachtens artikel 21 en door buitenlandse instellingen met gelijkaardige opdrachten als de hare in het kader van wederzijdse samenwerking. Ze neemt alle noodzakelijke maatregelen overeenkomstig de artikelen 12 tot 16. De regels aangaande de kennisgeving van inlichtingen waarvan sprake in artikel 12 tot 15, door de personen bedoeld in de artikelen 2, 2bis en 2ter, kunnen door de Koning worden vastgesteld op advies van de Cel voor financiële informatieverwerking. 3. Deze autoriteit, bestaande uit financiële deskundigen en een hoger officier, gedetacheerd van de federale politie, staat onder het toezicht van de Ministers van Justitie en Financiën en onder de leiding van een magistraat of van zijn plaats- vervanger die van het parket worden gedetacheerd. Haar leden worden aangewezen door de Koning. Zij mogen noch tegelijkertijd, noch tijdens het jaar dat hun aanwijzing voorafgaat, een functie van bestuurder, van directeur, van zaakvoerder of van aangestelde uitoefenen of hebben uitgeoefend bij de in de artikelen 2 en 2bis, 5, bedoelde ondernemingen en personen. 95

100 BIJLAGE 2 4. Ten minste één keer per jaar stelt deze autoriteit voor de voornoemde Ministers een verslag van haar werkzaamheden op. 5. Op het ogenblik van hun benoeming moeten de financiële deskundigen de volgende voorwaarden vervullen: 1 Belg zijn; 2 het genot hebben van de burgerlijke en politieke rechten; 3 de volle leeftijd van 35 jaar hebben bereikt; 4 hun woonplaats in België hebben; 5 een ervaring hebben van ten minste tien jaar in gerechtelijke, administratieve of wetenschappelijke functies die verband houden met de werking van de in artikel 2 beoogde personen en ondernemingen. De financiële deskundigen leggen in handen van de Minister van Justitie de bij het decreet van 20 juli 1831 voorgeschreven eed af. Zij mogen geen bij verkiezing verleend openbaar mandaat uitoefenen en geen openbare of particuliere betrekking of activiteit uitoefenen die de onafhankelijkheid of de waardigheid van het ambt in gevaar zou kunnen brengen. 6. De Koning bepaalt bij een in Ministerraad overlegd besluit de regels inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van deze autoriteit. 7. De Koning bepaalt bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit de bijdragen in de werkingskosten van de Cel, die verschuldigd zijn door de in de artikelen 2 en 2bis bedoelde ondernemingen en personen, en de wijze waarop deze worden geïnd. 8. Deze autoriteit wordt met de Staat gelijkgesteld voor de toepassing van de wetten en reglementen betreffende de belastingen, heffingen, rechten en vergoedingen van de Staat, de provincies, de gemeenten en de agglomeraties van gemeenten. Art Wanneer de in artikel 2 beoogde ondernemingen of personen weten of vermoeden dat een uit te voeren verrichting verband houdt met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme, brengen zij dit, vooraleer de verrichting uit te voeren, ter kennis van de Cel voor financiële informatieverwerking en delen zij in voorkomend geval de termijn mee binnen welke die verrichting moet worden uitgevoerd. Deze kennisgeving mag telefonisch geschieden, maar moet onmiddellijk bevestigd worden per telefax of, bij gebrek daaraan, op enig andere schriftelijke wijze. Zodra de Cel de kennisgeving ontvangt, bevestigt zij de ontvangst ervan. 2. Zo de Cel het wegens het ernstig of dringend karakter van de zaak nodig acht, kan zij zich vóór het verstrijken van de uitvoeringstermijn die door de in artikel 2 beoogde ondernemingen of personen is meegedeeld, verzetten tegen de uitvoering van de verrichting. Van dit verzet wordt aan deze laatsten onmiddellijk per telefax kennis gegeven of, bij gebrek daaraan, op enig andere schriftelijke wijze. Dit verzet verhindert de uitvoering van de verrichting tijdens maximaal twee werkdagen te rekenen van de kennisgeving. 3. Indien de Cel van oordeel is dat de in 2 bedoelde maatregel moet worden verlengd, meldt zij dit onverwijld aan de procureur des Konings of aan de federale procureur die de nodige beslissingen neemt. Indien binnen de in 2 gestelde termijn geen beslissing ter kennis is gebracht van de ondernemingen of de personen, mogen de ondernemingen of de personen de verrichting uitvoeren. Art. 13. Wanneer de in artikel 2 beoogde ondernemingen of personen die weten of vermoeden dat een uit te voeren verrichting verband houdt met het witwassen van geld of met de financiering van terrorisme, dit niet ter kennis kunnen brengen van de Cel voor financiële informatieverwerking vooraleer de verrichting uit te voeren, hetzij omdat het niet mogelijk is de uitvoering van de verrichting, gezien haar aard, uit te stellen, hetzij omdat uitstel van aard zou kunnen zijn de vervolging van de begunstigden van het vermeende witwassen van geld en de vermeende financiering van terrorisme te beletten, stellen de ondernemingen of de personen onmiddellijk na de uitvoering van de verrichting de Cel hiervan in kennis. In dit geval wordt de reden vermeld waarom een kennisgeving, vooraleer de verrichting uit te voeren, niet mogelijk was. Art. 14. Buiten de gevallen bedoeld in de artikelen 12 en 13, brengen de in artikel 2 beoogde ondernemingen of personen, wanneer hen een feit bekend wordt dat op witwassen van geld of op financiering van terrorisme zou kunnen wijzen, dit onmiddellijk ter kennis van de Cel voor financiële informatieverwerking. Deze kennisgeving mag telefonisch geschieden, maar moet worden bevestigd per telefax of, bij gebrek daaraan, op enig andere schriftelijke wijze. Zodra de Cel de kennisgeving ontvangt, bevestigt zij de ontvangst ervan. Art. 14bis. 1. De in artikel 2bis, 1 tot 4 bedoelde personen die, bij de uitoefening van hun beroep, feiten vaststellen waarvan zij weten of vermoeden dat ze verband houden met het witwassen van geld of met de financiering van terrorisme, moeten de Cel voor financiële informatieverwerking daarvan onmiddellijk op de hoogte brengen. 2. Wanneer de in artikel 2bis, 5, bedoelde personen weten of vermoeden dat een verrichting verband houdt met het witwassen van geld of de financiering van terrorisme, brengen zij dit onmiddellijk ter kennis van de Cel voor financiële informatieverwerking. Daarenboven moeten deze personen in elk geval en onmiddellijk de Cel voor financiële informatieverwerking op de hoogte brengen van de verrichtingen, waarvan de lijst door de Koning wordt opgesteld op advies van de Cel voor financiële informatieverwerking. 3. De in artikel 2ter bedoelde personen die, bij de uitoefening van de in dat artikel opgesomde activiteiten, feiten vaststellen waarvan zij weten of vermoeden dat ze verband houden met het witwassen van geld of met de financiering van terrorisme, 96

101 BIJLAGE 2 moeten de stafhouder van de Orde waartoe zij behoren, daarvan onmiddellijk op de hoogte brengen. De in artikel 2ter bedoelde personen delen die informatie echter niet mee wanneer zij deze van één van hun cliënten ontvangen of over één van hun cliënten verkrijgen wanneer zij de rechtspositie van hun cliënt bepalen, dan wel die cliënt in of in verband met een rechtsgeding verdedigen of vertegenwoordigen, met inbegrip van advies over het instellen of vermijden van een rechtsgeding, ongeacht of dergelijke informatie vóór, gedurende of na een dergelijk geding wordt ontvangen of verkregen. De stafhouder controleert of de voorwaarden waarvan sprake in artikel 2ter en in het vorige lid zijn nageleefd. Indien deze voorwaarden zijn nageleefd, bezorgt hij de informatie onmiddellijk aan de Cel voor financiële informatieverwerking. Art. 14ter. Na advies van de Cel voor financiële informatieverwerking, kan de Koning de in de artikelen 12 tot 14bis beoogde plicht tot kennisgeving uitbreiden tot verrichtingen en feiten waarin natuurlijke of rechtspersonen zijn betrokken die gedomicilieerd, geregistreerd of gevestigd zijn in een Staat of een gebied waarvan de wetgeving als ontoereikend wordt erkend door een bevoegde internationale instantie voor het overleg en de coördinatie of waarvan door deze instantie wordt aangenomen dat hun gebruiken een hinderpaal vormen in de strijd tegen het witwassen van geld. De Koning kan het type van de beoogde verrichtingen en de feiten, alsook hun minimumbedrag, bepalen. Art. 14quater. De personen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2, 3, 4, 6, 8, 9, 10, 19 en 20 mogen geen bijkantoor of vertegenwoordigingskantoor openen dat gedomicilieerd, geregistreerd of gevestigd is in een Staat of een gebied, door de Koning aangewezen met toepassing van artikel 14ter. Zij mogen, noch rechtstreeks, noch via de tussenkomst van een financiële holding of van een gemengde financiële holding, een dochtervennootschap die werkzaam is als kredietinstelling, verzekeringsonderneming of beleggingsonderneming verwerven of oprichten die gedomicilieerd, geregistreerd of gevestigd is of wordt in een Staat of een gebied als hierboven bedoeld. Art. 14quinquies. Wanneer de in de artikelen 2, 2bis en 2ter beoogde instellingen en personen vermoeden dat een feit of een verrichting verband kan houden met witwassen van geld afkomstig uit ernstige en georganiseerde fiscale fraude waarbij bijzonder ingewikkelde mechanismen of procédés van internationale omvang worden aangewend, brengen zij dit ter kennis van de Cel voor financiële informatieverwerking, inclusief van zodra zij minstens een van de indicatoren opsporen die de Koning vastlegt bij in Ministerraad overlegd besluit. Ten aanzien van de in artikel 2ter beoogde instellingen en personen, wordt de informatie overeenkomstig artikel 14bis, 3, overgemaakt. Art Wanneer de Cel voor financiële informatieverwerking informatie ontvangt als bedoeld in artikel 11, 2, mag de Cel of één van haar leden of één van haar personeelsleden, die daartoe is aangewezen door de magistraat die de Cel leidt of door zijn plaatsvervanger, eisen dat binnen de door hen bepaalde termijn alle bijkomende informatie wordt meegedeeld die zij nuttig achten voor de vervulling van de opdracht van de Cel: 1 door alle instellingen en personen als bedoeld in de artikelen 2, 2bis en 2ter alsook door de stafhouder als bedoeld in artikel 14bis, 3; 2 door de politiediensten, in afwijking van artikel 44/1 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt, als gewijzigd bij de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten; 3 door de administratieve diensten van de Staat 4 door de curatoren in een faillissement; 5 door de voorlopige bewindvoerders als bedoeld in artikel 8 van de faillissementswet van 8 augustus 1997; 6 door de gerechtelijke overheden. Evenwel kunnen inlichtingen door een onderzoeksrechter niet worden medegedeeld aan de Cel zonder uitdrukkelijke toestemming van de procureur-generaal of de federale procureur en kunnen de inlichtingen verkregen van een gerechtelijke overheid door de Cel niet worden medegedeeld aan een buitenlandse instelling bij toepassing van artikel 17, 2, zonder uitdrukkelijke toestemming van de procureur-generaal of de federale procureur. De in artikel 2ter bedoelde personen en de in artikel 14bis, 3 bedoelde stafhouder delen die informatie niet mee als de in artikel 2ter bedoelde personen deze van één van hun cliënten ontvangen of over één van hun cliënten verkrijgen wanneer zij de rechtspositie van hun cliënt bepalen, dan wel die cliënt in of in verband met een rechtsgeding verdedigen of vertegenwoordigen, met inbegrip van advies over het instellen of vermijden van een rechtsgeding, ongeacht of dergelijke informatie vóór, gedurende of na een dergelijk geding wordt ontvangen of verkregen. De gerechtelijke overheden, de politiediensten, de administratieve diensten van de Staat, de curatoren in een faillissement en de voorlopige bewindvoerders mogen de Cel voor financiële informatieverwerking op eigen initiatief alle informatie bezorgen die zij nuttig achten voor de vervulling van haar opdracht. Het openbaar ministerie deelt aan de Cel voor financiële informatieverwerking alle definitieve beslissingen mee die zijn genomen in dossiers in verband waarmee de Cel informatie heeft meegedeeld met toepassing van de artikelen 12, 3, en 16 van deze wet. 2. Bovendien mag de Cel, los van de in de 1 bedoelde gevallen op elk ogenblik eisen dat de in de artikelen 2 en 2bis, 5, bedoelde ondernemingen en personen, die aan geen prudentieel toezicht onderworpen zijn, haar alle door haar nuttig geachte inlichtingen meedelen over de manier waarop dezelfde ondernemingen en personen de artikelen 4 tot 10, 12 tot 14bis en 1 toepassen. Art. 16. Onverminderd het geval bedoeld in artikel 12, 3, gaat de Cel voor financiële informatieverwerking over tot het 97

102 BIJLAGE 2 onderzoek van de informatie bedoeld in artikel 11, 2. Zodra uit dit onderzoek blijkt dat er een ernstige aanwijzing van witwassen van geld of financiering van terrorisme bestaat, wordt deze informatie aan de procureur des Konings of aan de federale procureur meegedeeld. Wanneer de informatie wordt meegedeeld aan de procureur des Konings, stuurt de Cel daarvan een afschrift naar de federale procureur. Art Onverminderd de toepassing van de voorafgaande artikelen en buiten het geval dat zij geroepen worden om in rechte te getuigen, mogen de leden van de Cel voor financiële informatieverwerking en de leden van haar personeel, de leden van de politiediensten en de andere ambtenaren die bij haar gedetacheerd zijn alsook de externe deskundigen waarop zij beroep doet, zelfs in het geval bedoeld in artikel 29 van het Wetboek van strafvordering, geen ruchtbaarheid geven aan de informatie waarvan zij bij de uitoefening van hun opdrachten kennis hebben gekregen. Het lid van de Cel of van haar personeel dat of de externe deskundige die een in het eerste lid bedoelde informatie ruchtbaar maakt, wordt gestraft met de straffen bepaald in artikel 458 van het Strafwetboek. 2. Paragraaf 1 is niet van toepassing op mededelingen in het kader van een wederzijdse samenwerking, op grond van internationale verdragen die België heeft ondertekend of op grond van wederkerigheid, aan buitenlandse instellingen met opdrachten en verplichtingen van dezelfde aard als die van de Cel met het oog op het vervullen van hun opdracht. Paragraaf 1 is evenmin van toepassing op de verzoeken om inlichtingen die de Cel richt aan het Europees bureau voor fraudebestrijding in het kader van de toepassing van de artikelen 209A van het Verdrag van 25 maart 1957 tot oprichting van de Europese Gemeenschap en 183A van het Verdrag van 25 maart 1957 tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor atoomenergie, gewijzigd door het Verdrag van 7 februari Voor de toepassing van artikel 22 mag de Cel niettemin aan de door dit artikel bedoelde overheden de nodige informaties meedelen. Wanneer zij bij toepassing van de artikelen 12, 3, en 16, aan de procureur des Konings of aan de federale procureur informatie meedeelt betreffende het witwassen van geld of activa voortkomend uit een misdrijf waarvoor een controle- of toezichthoudende overheid een opsporingsbevoegdheid heeft, licht de Cel eveneens die overheid in van deze mededeling. Wanneer deze mededeling aan de procureur des Konings inlichtingen bevat betreffende het witwassen van geld dat afkomstig is van een strafbaar feit dat verband houdt met fraude ten nadele van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen, mag de Cel het Europees bureau voor fraudebestrijding daarvan op de hoogte brengen. Wanneer deze mededeling inlichtingen bevat betreffende het witwassen van geld dat afkomstig is van een strafbaar feit dat verband houdt met ernstige en georganiseerde fiscale fraude, waarbij ingewikkelde mechanismen of procédés van internationale omvang worden aangewend, of van een strafbaar feit dat onder de bevoegdheid van de Administratie der douane en accijnzen valt, brengt de Cel de Minister van Financiën op de hoogte van die mededeling. Wanneer deze mededeling informatie bevat waarvoor de Staatsveiligheid of de Algemene Dienst inlichting en veiligheid van de Krijgsmacht inlichtingen aan de Cel hebben verstrekt, deelt ze hen dit mee. Art. 18. De mededeling van de in de artikelen 12 tot 14ter bedoelde informatie wordt normaliter gedaan door de persoon die binnen de in de artikelen 2 en 2bis, 5 bedoelde ondernemingen overeenkomstig artikel 10 van deze wet is aangesteld, of door de personen bedoeld in de artikelen 2bis, 1 tot 4 en 2ter. Elke werknemer en elke vertegenwoordiger van de in de artikelen 2, 2bis [en 2ter]* bedoelde ondernemingen of personen deelt evenwel persoonlijk aan de Cel informaties mee telkens wanneer de in het eerste lid bedoelde procedure niet kan worden gevolgd. Art. 19. De in de artikelen 2, 2bis en 2ter bedoelde ondernemingen of personen en de in artikel 14bis, 3 bedoelde stafhouder mogen in geen geval ter kennis brengen van de betrokken cliënt of van derden dat informatie werd meegedeeld aan de Cel voor financiële informatieverwerking met toepassing van de artikelen 12 tot 15, of dat een opsporingsonderzoek wegens witwassen van geld aan de gang is. Art. 20. Geen enkele burgerlijke rechtsvordering, straf- of tuchtvordering kan worden ingesteld en geen enkele professionele sanctie kan worden uitgesproken tegen de in de artikelen 2, 2bis en 2ter bedoelde ondernemingen of personen, hun werknemers of hun vertegenwoordigers en de in artikel 14bis, 3 bedoelde stafhouder wegens een te goeder trouw verstrekte inlichting overeenkomstig de artikelen 12 tot 15. HOOFDSTUK IV - Controle- of toezichthoudende overheden Art. 21. De controle- of toezichthoudende overheden, of de tuchtoverheden van de in de artikelen 2, 2bis en 2ter bedoelde ondernemingen en personen die feiten vaststellen die bewijsmateriaal voor het witwassen van geld of de financiering van terrorisme kunnen vormen, moeten de Cel voor financiële informatieverwerking daarvan op de hoogte brengen. In afwijking van de wettelijke en reglementaire bepalingen die hun beroepsgeheim regelen, brengen de overheden belast met het toezicht op de financiële markten wanneer zij feiten vaststellen die bewijsmateriaal voor het witwassen van geld of de * Vernietigd door het arrest van het Grondwettelijk Hof van 23 januari

103 BIJLAGE 2 financiering van terrorisme kunnen vormen, de Cel voor financiële informatieverwerking daarvan op de hoogte. Art. 21bis. De autoriteiten die toezicht houden op de ondernemingen en personen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2, 3, 4, 6, 8, 9, 10, 11, 15, 16, 19 en 20 bepalen, bij reglement goedgekeurd door de Koning, hoe de verplichtingen als bedoeld in hoofdstuk II van de wet ten uitvoer worden gelegd. Als de toezichthoudende overheden nalaten het in het eerste lid bedoelde reglement vast te stellen of het in de toekomst te wijzigen, is de Koning gemachtigd om dat reglement zelf vast te stellen dan wel te wijzigen. Art. 22. Onverminderd de bij andere wetten of reglementen bepaalde maatregelen, kan de bevoegde controle- of toezichthoudende overheid, of de bevoegde tuchtoverheid bij nietnaleving van de bepalingen van de artikelen 4 tot 19 of de ter uitvoering ervan genomen besluiten door een in de artikelen 2, 2bis en 2ter beoogde onderneming of persoon die onder haar ressorteert: 1 volgens de regels die zij bepaalt, de beslissingen en maatregelen die zij neemt, openbaar maken; 2 een administratieve geldboete opleggen, die niet minder dan 250 EUR en niet meer dan EUR mag bedragen, na de betrokken ondernemingen of personen in hun verweer te hebben gehoord of minstens behoorlijk te hebben opgeroepen; de geldboete wordt geïnd in het voordeel van de Schatkist, door de Administratie van de B.T.W., registratie en domeinen. De Cel wordt door de bevoegde autoriteit in kennis gesteld van de definitieve sancties die met toepassing van het eerste lid zijn getroffen. Deze sancties kunnen door de Minister van Financiën worden uitgesproken ten opzichte van de in de artikelen 2 en 2bis beoogde ondernemingen of personen die onder geen enkele controle- of toezichthoudende overheid, noch onder een tuchtoverheid ressorteren. HOOFDSTUK V - Sancties bij niet-naleving van artikel 10ter Art. 23. De overtredingen van de bepalingen van artikel 10ter worden gestraft met een geldboete van 250 tot euro. Evenwel mag deze geldboete niet meer bedragen dan 10 % van de ten onrechte in contanten betaalde sommen. Met dezelfde geldboete worden gestraft zij die het vervullen van de opdracht van de in artikel 23bis genoemde personen met het oog op de opsporing en vaststelling van de overtredingen op artikel 10ter, met opzet verhinderen of belemmeren. De bepalingen van Boek I van het Strafwetboek met inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85 zijn van toepassing op de bij dit artikel bedoelde inbreuken. de minister die de Economische Zaken onder zijn bevoegdheid heeft, bevoegd om de inbreuken bepaald bij artikel 23 op te sporen en vast te stellen. De processen-verbaal welke door die ambtenaren worden opgesteld, hebben bewijskracht tot het tegendeel is bewezen. Een afschrift ervan wordt bij een per post aangetekende brief met ontvangstmelding binnen dertig dagen na de datum van vaststellingen aan de overtreder toegezonden. De bepalingen met betrekking tot de opsporing en de vaststelling van de inbreuken bepaald bij artikel 113 van de wet van 14 juli 1991 op de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument zijn eveneens van toepassing op de opsporing en vaststelling van inbreuken bepaald bij artikel 23. Art. 23ter. De ambtenaren die in het kader van de voornoemde wet op de handelspraktijken daartoe zijn aangesteld kunnen, op inzage van de processen-verbaal die een inbreuk op de bepalingen bedoeld in artikel 23 vaststellen en opgemaakt zijn door de ambtenaren bedoeld in artikel 23bis, eerste lid, aan de overtreders een som voorstellen waarvan de betaling de strafvordering doet vervallen. De tarieven hiervan zijn dezelfde als de geldboetes bepaald bij artikel 23, verhoogd met de opdeciemen. De regels voor de betaling en de inning zijn die welke door de Koning zijn vastgesteld in het kader van de voornoemde wet van 14 juli 1991 op de handelspraktijken. HOOFDSTUK VI - Overgangsbepaling Art. 24. De identificatie of de controle van de identiteit van de natuurlijke en rechtspersonen die op het ogenblik van de inwerkingtreding van de wet van 12 januari 2004 houdende wijziging van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen en de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en de beleggingsadviseurs gewone cliënt zijn bij een in artikel 2, 2bis, 1 en 4, en artikel 2ter bedoelde instelling of persoon overeenkomstig artikel 4, zal moeten gebeuren binnen een jaar na de inwerkingtreding van de wet van 12 januari 2004 houdende wijziging van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld, de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen en de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, de bemiddelaars en de beleggingsadviseurs. HOOFDSTUK VII - Slotbepaling Art. 25. De Koning bepaalt de datum waarop deze wet in werking treedt. Art. 23bis. Onverminderd de plichten van de officieren van gerechtelijke politie zijn de ambtenaren die zijn aangesteld door 99

104

105 BIJLAGE 3 BIJLAGE 3 Koninklijk besluit van 11 juni 1993 inzake de samenstelling, de organisatie, de werking en de onafhankelijkheid van de cel voor financiële informatieverwerking* HOOFDSTUK I. - Cel voor financiële informatieverwerking Artikel 1. Er wordt bij Onze Ministers van Justitie en van Financiën, een cel voor financiële informatieverwerking, hierna «de cel» genoemd, ingesteld. HOOFDSTUK II. - Samenstelling van de Cel Art. 2. De cel is samengesteld uit ten minste drie gewone leden en ten hoogste acht gewone leden, onder wie de voorzitter, de plaatsvervangende voorzitter of voorzitters en de vice-voorzitter. Ze worden door Ons benoemd op de voordracht van Onze Ministers van Financiën en van Justitie en Onze Ministers tot wiens bevoegdheden de Economische Zaken en de Middenstand behoren, en voor wat betreft het lid van de cel, hoger officier, gedetacheerd van de federale politie, door Onze Minister tot wiens bevoegdheden Binnenlandse Zaken behoren. Met toepassing van artikel 11, 3, tweede lid, van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, mogen zij noch tegelijkertijd noch tijdens het jaar dat hun benoeming voorafgaat, een functie van bestuurder, directeur, zaakvoerder of aangestelde uitoefenen of hebben uitgeoefend bij de in artikel 2 en 2bis, 5 van voornoemde wet beoogde ondernemingen of personen. Art. 3. Het mandaat van de leden van de cel duurt zes jaar. Het mag deeltijds worden uitgeoefend. De helft van de leden wordt om de drie jaar hernieuwd. Een lid dat is benoemd ter vervanging van een ontslagnemend of overleden lid, voltooit diens mandaat. Het mandaat van alle leden is hernieuwbaar. De Koning kan de leden van de cel bij het einde van hun mandaat toestaan de eretitel van hun functie te voeren. HOOFDSTUK III. - Organisatie Art. 4. Het bureau van de cel is samengesteld uit de voorzitter en de vice-voorzitter. Het bureau organiseert de werkzaamheden van de cel. Wanneer hij verhinderd is, wordt de voorzitter vervangen door één plaatsvervangende voorzitter en de vice-voorzitter door een ander lid. HOOFDSTUK IV. - Besluitvorming Art. 5. Voor de toepassing van de artikelen 12, 3 en 16 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme vormt de cel een college. Ze mag slechts beraadslagen wanneer ten minste twee derden van haar leden, onder wie de voorzitter of een plaatsvervangende voorzitter, aanwezig zijn. Ze neemt haar besluiten bij eenvoudige meerderheid van stemmen van de op de vergadering aanwezige leden. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter of, bij zijn afwezigheid, van een plaatsvervangende voorzitter doorslaggevend. In dringende gevallen worden de beslissingen genomen door ten minste twee leden, onder wie de voorzitter of een plaatsvervangende voorzitter. Art. 6. De cel mag aan één van haar leden de bevoegdheid delegeren om zich op grond van artikel 12, 2 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme te verzetten tegen de uitvoering van een verrichting vóór het verstrijken van de uitvoeringstermijn die is meegedeeld door de ondernemingen of personen bedoeld in artikel 2 van voormelde wet. * Aldus vervolledigd door de koninklijke besluiten van 30 mei 1994, van 23 februari 1995, van 10 augustus 1998, van 4 februari 1999, van 28 december 1999, van 20 juli 2000, van 21 september 2004, van 15 december 2005, van 1 mei 2006, van 28 december 2006 en van 25 februari

106 BIJLAGE 3 HOOFDSTUK V. - Secretariaat Art. 7. De cel wordt bijgestaan door een secretariaat, samengesteld uit het administratief personeel en het personeel belast met het bijstaan van de financiële deskundigen. De personeelsleden mogen geen functie of betrekking uitoefenen bij de in artikel 2, 2bis en 2ter van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme bedoelde ondernemingen en personen. HOOFDSTUK VI. - Zetel van de cel Art. 8. De zetel van de cel is gevestigd op het grondgebied van het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad. HOOFDSTUK VII. - Informatie-inwinning en raadpleging Art. 9. Voor de vervulling van haar wettelijke opdracht mag de cel zich, onder de vorm van het originele stuk of van een copie, alle bijkomende inlichtingen doen meedelen die zij nuttig acht. Zij kan eveneens ter plaatse kennis nemen van de voor de vervulling van haar wettelijke opdracht nuttige stukken die toebehoren aan de ondernemingen en personen bedoeld in artikel 2 en 2bis, 5 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme of die in hun bezit zijn. De cel is gemachtigd een beroep te doen op externe deskundigen van haar keuze. Behalve wanneer zij hiertoe door hun statuut zijn verplicht, moeten zij zich vooraleer hun opdracht aan te vatten, schriftelijk tot geheimhouding verbinden. HOOFDSTUK VIII. - Vergoedingen Art. 10. Onze Ministers van Justitie en van Financiën bepalen de vergoedingen van de leden van de cel. HOOFDSTUK IX. - Huishoudelijk reglement Art. 11. De cel stelt haar huishoudelijk reglement vast. Dit reglement wordt goedgekeurd door Onze Ministers van Justitie en van Financiën en in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt. Het huishoudelijk reglement bepaalt inzonderheid de bevoegdheidsdelegaties die de cel aan de voorzitter en aan het bureau kan toestaan alsook de voorwaarden waarop dit geschiedt. HOOFDSTUK X. - Werkingskosten Art Elk jaar stelt de cel in de loop van de maand december haar begroting voor het volgende jaar op. Het maximum bedrag van deze begroting wordt vastgesteld door Onze Ministers van Justitie en van Financiën. 2. De ondernemingen en personen bedoeld in artikel 2 en 2bis van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, betalen elk jaar vóór 1 maart aan de cel een bijdrage van 570 EUR. Deze bijdrage bedraagt : EUR voor de Nationale Bank van Belgïe; EUR voor DE POST; EUR voor de ondernemingen en personen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 11, 12 en 14, van dezelfde wet; 4 12 EUR voor de personen bedoeld in de artikelen 2, eerste lid, 17,21, 22, 27 en 2bis, 1 tot 4, van dezelfde wet; 4bis EUR voor de ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 20 van dezelfde wet; 5 voor de personen bedoeld in artikel 2bis, 5 van dezelfde wet, EUR als de jaarlijkse bruto-opbrengst van de casinospelen bedoeld in artikel 45 van het koninklijk besluit van 23 november 1965 houdende codificatie van de wettelijke bepalingen betreffende de met inkomsten-belastingen gelijkgestelde belastingen minder dan EUR bedraagt, EUR voor een bruto-opbrengst van tot EUR, EUR als de bruto-opbrengst meer dan EUR bedraagt en niet hoger is dan EUR, EUR als de bruto-opbrengst meer dan EUR bedraagt en niet hoger is dan EUR, EUR als de brutoopbrengst meer dan EUR bedraagt. Deze personen zullen ieder jaar aan de cel voor financiële informatieverwerking, volgens de modaliteiten die zij vastlegt, de noodzakelijke inlichtingen verstrekken voor het bepalen van hun bijdrage. De bijdragen verschuldigd door de vastgoedmakelaars, de landmeters-experten, de gerechtsdeurwaarders, de notarissen, de bedrijfrevisoren, de externe accountants en de externe belastingconsulenten, de boekhouders en de boekhoudersfiscalisten, de handelaren in diamant, de verzekeringsbemiddelaars en de makelaars in bank- en beleggingsdiensten worden aan de cel gestort respectievelijk door bemiddeling van het Beroepsinstituut van vastgoedmakelaars, de federale raad van Accountants en Belastingconsulenten, het Beroepsinstituut van erkende boekhouders en fiscalisten, de Federale Overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie en de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen. Onze Ministers van Justitie en van Financiën kunnen bij ministerieel besluit het bedrag van deze bijdrage aanpassen aan de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen van het Rijk. 3. De werkingskosten van de cel die niet worden gedekt door de bijdragen bedoeld in 2, worden omgeslagen over : 1 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2 van voornoemde wet; 2 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 3 van voornoemde wet; 3 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 4 van voornoemde wet; 4 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 6 van voornoemde wet; 5 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 8 van voornoemde wet; 102

107 BIJLAGE 3 6 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 9 van voornoemde wet; 7 de financiële ondernemingen en personen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 10, van voornoemde wet; 8 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2 eerste lid, 11, van voornoemde wet; 9 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 15, van voornoemde wet; 10 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 16, van voornoemde wet; 11 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 19, van de voornoemde wet; 13 de financiële ondernemingen bedoeld in landmeters-experten, de Nationale Kamer van gerechtsdeurwaarders, de kamers van notarissen als bedoeld in het besluit van 2 nivôse, jaar XII, betreffende de instelling en de inrichting van de kamers van notarissen, het Instituut der Bedrijfrevisoren, het Instituut der artikel 2, eerste lid, 23, van voornoemde wet; 14 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 24 van voornoemde wet; 15 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 25 van voornoemde wet; 16 de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 26 van voornoemde wet. Deze werkingskosten worden gedragen door voornoemde zestien categorieën volgens een opsplitsing naar verhouding van het aandeel van elk van deze categorieën in de totale bijdrage in de werkingskosten die zij in het voorgaande jaar betaalden aan hun respectieve controle-autoriteiten. Om voor de toepassing van het tweede en derde lid te bepalen hoeveel de bijdragen aan de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen belopen van de in België gevestigde bijkantoren van kredietinstellingen die onder een andere Lid-Staat van de Europese Gemeenschap ressorteren en van de financiële ondernemingen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 15, van voornoemde wet, wordt dezelfde berekeningsgrondslag gehanteerd als voor de bijdragen van de kredietinstellingen, met uitzondering van de gemeentespaarkassen, die zijn ingeschreven op de lijst bedoeld in artikel 13 van de wet van 22 maart 1993 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen. Deze werkingskosten worden vervolgens verdeeld binnen elke categorie krachtens de verdeelsleutel om de bijdrage te bepalen van de betrokken ondernemingen aan hun controleautoriteit. De controle-autoriteiten delen daartoe aan de cel het totale bedrag van de aan hen betaalde bijdragen mee, alsook de verdeelsleutel op grond waarvan de aan hun toezicht onderworpen ondernemingen hun bijdragen aan hen hebben betaald. De cel past deze verdeelsleutels voor elke categorie toe voor de berekening van de bijdragen die haar verschuldigd zijn. De financiële ondernemingen en personen betalen hun bijdragen na kennisgeving door de cel vóór 30 juni en vóór 31 december. 4. De bijdragen bepaald in dit artikel worden gestort op de rekening van de cel. 5. De cel kan het Bestuur van de B.T.W., Registratie en Domeinen gelasten de vergoedingen te innen die onbetaald blijven. Art. 13. De cel bezorgt elk jaar aan Onze Ministers van Justitie en van Financiën een verslag over haar werkingskosten van het vorige kalenderjaar. HOOFDSTUK XI. Overgangsbepalingen Art. 14. De voorzitter uitgezonderd, wordt de hernieuwing van de leden van de cel bedoeld in artikel 3, tweede lid voor de eerste maal bij loting geregeld. Art. 15. In afwijking van artikel 12, 1, stelt de cel haar begroting voor het jaar 1993 uiterlijk op 1 juni 1993 op. Art. 16. De cel mag de uiterste datum van betaling van de in artikel 12, 2 en 3, bedoelde bijdragen wijzigen, wat betreft de bijdrage in de werkingskosten voor het jaar Art. 17. Voor wat betreft de berekening van de in artikel 12, 3 bedoelde bijdrage van de openbare kredietinstellingen in de werkingskosten van de cel voor het jaar 1993, worden alle openbare kredietinstellingen verondersteld het gehele jaar 1992 in de werkingskosten van de Commissie voor het Banken Financiewezen te hebben bijgedragen. Art. 17bis. Voor wat betreft de berekening van de in artikel 12, 3 bedoelde bijdragen van de in artikel 12, 3, eerste lid, 7 bedoelde financiële ondernemingen en personen in de werkingskosten van de cel voor het jaar 1996, dienen de bijdragen in de werkingskosten die zij in 1996 aan hun controle-autoriteit betalen, als berekenings-grondslag. HOOFDSTUK XII. - Inwerkingtreding Art. 18. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. HOOFDSTUK XIII. - Uitvoeringsbepaling Art. 19. Onze Ministers van Justitie en van Financiën en Onze Ministers tot wiens bevoegdheden de Economische Zaken en de Middenstand behoren, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. 103

Rol van de CFI, samenwerking en doelstellingen

Rol van de CFI, samenwerking en doelstellingen Rol van de CFI, samenwerking en doelstellingen Kris Meskens, Secretaris-generaal CFI Conferentie 8 december 2016 «Strijd tegen het witwassen van geld» Structuur, doelstellingen en huidige werkwijze CFI

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 203/2 VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2018/1108 VAN DE COMMISSIE van 7 mei 2018 tot aanvulling van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. ONTSTAAN VAN DE CEL VOOR FINANCIËLE INFORMATIEVERWERKING

HOOFDSTUK I. ONTSTAAN VAN DE CEL VOOR FINANCIËLE INFORMATIEVERWERKING 1 INHOUDSTAFEL VOORWOORD INLEIDING HOOFDSTUK I. ONTSTAAN VAN DE CEL VOOR FINANCIËLE INFORMATIEVERWERKING A. INTERNATIONAAL KADER EN VERGELIJKEND RECHT 1. De eerste internationale teksten 2. Centrale meldpunten:

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 20 JUNI 2006 P.06.0527.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.06.0527.N 1. M. L. J. M., verdachte, met als raadsman mr. Johan Speecke, advocaat bij de balie te Kortrijk, 2. V. N. C. C., verdachte,

Nadere informatie

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122.

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122. de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel tel. +32 2 221 35 88 fax + 32 2 221 31 04 ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel www.nbb.be Mededeling Brussel, 2 juni 2017 Kenmerk: NBB_2017_18 uw correspondent:

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 27.10.2017 C(2017) 7136 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 27.10.2017 houdende wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 wat betreft de

Nadere informatie

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN 17.6.2017 L 155/1 II (Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2017/1018 VAN DE COMMISSIE van 29 juni 2016 tot aanvulling van Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Privacy en bescherming van de persoonsgegevens.

Privacy en bescherming van de persoonsgegevens. Privacy en bescherming van de persoonsgegevens. A & D Boekhoudkantoor staat in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens en in dit kader

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 197/111

Publicatieblad van de Europese Unie L 197/111 29.7.2009 Publicatieblad van de Europese Unie L 197/111 GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT 2009/573/GBVB VAN DE RAAD van 27 juli 2009 tot wijziging van Gemeenschappelijk Standpunt 2006/795/GBVB betreffende beperkende

Nadere informatie

DE TYPOLOGIEËN VAN HET WITWASSEN VAN GELD EN VAN DE FINANCIERING VAN TERRORISME. Nathalie Laukens Criminologe CFI-CTIF IBR -17 oktober2008

DE TYPOLOGIEËN VAN HET WITWASSEN VAN GELD EN VAN DE FINANCIERING VAN TERRORISME. Nathalie Laukens Criminologe CFI-CTIF IBR -17 oktober2008 DE TYPOLOGIEËN VAN HET WITWASSEN VAN GELD EN VAN DE FINANCIERING VAN TERRORISME Nathalie Laukens Criminologe CFI-CTIF IBR -17 oktober2008 CFI? eenheid van financiële informatieverwerking; opgericht bij

Nadere informatie

A. Inleiding. beroepen. 2 Hervorming verschenen in het Publicatieblad van de Europese Unie L158 van 27 mei 2014.

A. Inleiding. beroepen. 2 Hervorming verschenen in het Publicatieblad van de Europese Unie L158 van 27 mei 2014. Advies van 7 september 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

Strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme

Strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme Strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme 12 oktober 2017 Recente ontwikkelingen omtrent de meldingsplicht van financiële instellingen De begrippen «vermoeden» en «goede trouw»

Nadere informatie

Privacybeleid JDSF Accountancy & Tax bvba

Privacybeleid JDSF Accountancy & Tax bvba 1 Privacybeleid JDSF Accountancy & Tax bvba Inleiding Als accountantskantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens en in

Nadere informatie

Citeertitel: Sanctiebesluit bestrijding terrorisme en terrorismefinanciering ====================================================================

Citeertitel: Sanctiebesluit bestrijding terrorisme en terrorismefinanciering ==================================================================== Intitulé : LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 23 juni 2010 ter uitvoering van artikel 2, eerste lid, van de Sanctieverordening 2006 (AB 2007 no. 24) Citeertitel: Sanctiebesluit bestrijding

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 125/4 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/758 VAN DE COMMISSIE van 31 januari 2019 tot aanvulling van Richtlijn (EU) 2015/849 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot technische reguleringsnormen

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 26.4.2019 L 112/11 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2019/661 VAN DE COMMISSIE van 25 april 2019 betreffende het waarborgen van de vlotte werking van het elektronisch quotaregister voor het op de markt brengen

Nadere informatie

De zetel van de verantwoordelijke is gelegen te Wingene, Oude Bruggestraat 99 a, met als het ondernemingsnummer

De zetel van de verantwoordelijke is gelegen te Wingene, Oude Bruggestraat 99 a, met als het ondernemingsnummer 1 Privacy en bescherming van de persoonsgegevens. Inleiding : Als boekhoudkantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens

Nadere informatie

PRIVACY EN BESCHERMING VAN DE PERSOONSGEGEVENS

PRIVACY EN BESCHERMING VAN DE PERSOONSGEGEVENS PRIVACY EN BESCHERMING VAN DE PERSOONSGEGEVENS Inleiding Als bedrijfsrevisorenkantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens

Nadere informatie

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017.

A. Inleiding. De Hoge Raad had zijn advies uitgebracht op 7 september 2017. Advies van 20 december 2017 over het ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 november 2012 met betrekking tot de beheervennootschappen van instellingen voor collectieve

Nadere informatie

Instelling. Onderwerp. Datum

Instelling. Onderwerp. Datum Instelling Cel voor Financiële Informatieverwerking Onderwerp Toelichtingsnota bestemd voor advocaten Datum 24 maart 2004 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document

Nadere informatie

Privacy beleid Mon3aan

Privacy beleid Mon3aan Privacy beleid Mon3aan Als accountantskantoor verzamelen wij heel wat gegevens teneinde onze dienstverlening te kunnen uitoefenen. Deze gegevens worden op rechtmatige wijze verzameld en verwerkt met het

Nadere informatie

FIDUCIA ACCOUNTANTS-BELASTINGCONSULENTEN BVBA - PRIVACYBELEID

FIDUCIA ACCOUNTANTS-BELASTINGCONSULENTEN BVBA - PRIVACYBELEID 1 FIDUCIA ACCOUNTANTS-BELASTINGCONSULENTEN BVBA - PRIVACYBELEID Inleiding Als accountantskantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens

Nadere informatie

Privacybeleid. De verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens is de Abd bv CVBA

Privacybeleid. De verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens is de Abd bv CVBA Privacybeleid Inleiding Als accountantskantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens en in dit kader delen wij u het volgende

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 25.4.2019 C(2019) 2962 final UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 25.4.2019 betreffende het waarborgen van de vlotte werking van het elektronisch quotaregister

Nadere informatie

De zetel van de verantwoordelijke is gelegen te Torhout, Ieperleestraat 1 met als ondernemingsnummer

De zetel van de verantwoordelijke is gelegen te Torhout, Ieperleestraat 1 met als ondernemingsnummer Privacyverklaring Privacy en bescherming van de persoonsgegevens Als boekhoudkantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens

Nadere informatie

1. Verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens.

1. Verantwoordelijke voor de verwerking van de persoonsgegevens. Privacybeleid DB-accountancy bvba / Bouckaert Dominique Inleiding Als accountantskantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens

Nadere informatie

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING Publicatieblad van de Europese Unie L 112 I Uitgave in de Nederlandse taal Wetgeving 62e jaargang 26 april 2019 Inhoud II Niet-wetgevingshandelingen REGLEMENTEN VAN ORDE EN REGLEMENTEN VOOR DE PROCESVOERING

Nadere informatie

Helsen & partners bvba / Fiduciaire Helsen bvba 1 Privacy en bescherming van de persoonsgegevens.

Helsen & partners bvba / Fiduciaire Helsen bvba 1 Privacy en bescherming van de persoonsgegevens. Helsen & partners bvba / Fiduciaire Helsen bvba 1 Als boekhoudkantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens hebben betrekking op persoonsgegevens. In dit kader

Nadere informatie

Beperkende maatregelen : enkele bijzondere aandachtspunten

Beperkende maatregelen : enkele bijzondere aandachtspunten Beperkende maatregelen : enkele bijzondere aandachtspunten 1 1. Algemeen kader 2. Belgische wetgeving 3. De wet van 18 september 2017 AML 4. de toekomst 2 A. Internationaal 1. Algemeen kader Verenigde

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE 10.11.2015 L 293/15 GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/1973 VAN DE COMMISSIE van 8 juli 2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 514/2014 van het Europees Parlement en de Raad met specifieke bepalingen

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 oktober 2000 (11.10) (OR. en) 12089/00 Interinstitutioneel dossier: 1999/0152 (COD) LIMITE

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 oktober 2000 (11.10) (OR. en) 12089/00 Interinstitutioneel dossier: 1999/0152 (COD) LIMITE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 6 oktober 2000 (11.10) (OR. en) 12089/00 Interinstitutioneel dossier: 1999/0152 (COD) LIMITE EF 76 ECOFIN 269 CRIMORG 137 CODEC 744 NOTA van: nr. Comv.: Betreft: het

Nadere informatie

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst)

VERORDENINGEN. (Voor de EER relevante tekst) L 340/6 20.12.2017 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/2382 VAN DE COMMISSIE van 14 december 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot standaardformulieren, templates

Nadere informatie

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten

Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 14 januari 2019 ADVIES 2019-13 met betrekking tot het verkrijgen van toegang tot documenten met

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/043 1 BERAADSLAGING NR. 07/015 VAN 27 MAART 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS BETREFFENDE GEDETACHEERDE WERKNEMERS, ZELFSTANDIGEN EN STAGIAIRS AAN DE RIJKSDIENST VOOR SOCIALE

Nadere informatie

AFDELING III DE AANLEIDING VOOR EEN SOCIALE CONTROLE 13 DE VOORBEREIDING VAN EEN AANGEKONDIGDE SOCIALE CONTROLE 15

AFDELING III DE AANLEIDING VOOR EEN SOCIALE CONTROLE 13 DE VOORBEREIDING VAN EEN AANGEKONDIGDE SOCIALE CONTROLE 15 AFDELING I DE VASTSTELLING VAN HET BELEID TER BESTRIJDING VAN SOCIALE FRAUDE 1 1. Inleiding 1 2. De Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst 2 3. Arrondissementscellen 6 3.1. Samenstelling van de arrondissementscellen

Nadere informatie

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen

Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen 2006R1412 NL 01.07.2013 003.001 1 Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen B VERORDENING (EG) Nr. 1412/2006 VAN DE RAAD van 25

Nadere informatie

UITVOERINGSRICHTLIJN 2012/25/EU VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSRICHTLIJN 2012/25/EU VAN DE COMMISSIE 10.10.2012 Publicatieblad van de Europese Unie L 275/27 RICHTLIJNEN UITVOERINGSRICHTLIJN 2012/25/EU VAN DE COMMISSIE van 9 oktober 2012 tot vaststelling van informatieprocedures voor de uitwisseling tussen

Nadere informatie

B8-0551/2018 } B8-0552/2018 } RC1/Am. 47

B8-0551/2018 } B8-0552/2018 } RC1/Am. 47 B8-0552/2018 } RC1/Am. 47 47 Paragraaf 1 bis (nieuw) 1 bis. wijst erop dat volgens de antiwitwasrichtlijn van de EU 2 "fiscale misdrijven" met betrekking tot directe en indirecte belastingen onder de brede

Nadere informatie

CIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn

CIRCULAIRE PPB CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn Prudentieel beleid Brussel, 20 juni 2007 CIRCULAIRE PPB-2007-8-CPB van de CBFA over de voorbereiding op de inwerkingtreding van de MiFID- richtlijn (circulaire aan de kredietinstellingen, de beleggingsondernemingen,

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 276/12 26.10.2017 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1944 VAN DE COMMISSIE van 13 juni 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot standaardformulieren, templates en procedures

Nadere informatie

2016 STAATSBLAD No. 33 VAN DE REPUBLIEK SURINAME

2016 STAATSBLAD No. 33 VAN DE REPUBLIEK SURINAME 2016 STAATSBLAD No. 33 VAN DE REPUBLIEK SURINAME WET van 29 februari 2016, houdende nadere wijziging van de Wet Melding Ongebruikelijke Transacties (S.B. 2002 no. 65, zoals laatstelijk gewijzigd bij S.B.

Nadere informatie

SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen.

SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen. SAMENWERKINGSAKKOORD tussen de Federale Overheid en het Vlaamse Gewest met betrekking tot de regularisatie van niet uitsplitsbare bedragen. Gelet op de grondwet, de artikelen 1, 33, 35, 39 en 134; Gelet

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van de Voorzitter van de CFI, ontvangen op 07/02/2018; Gelet op de bijkomende inlichtingen ontvangen op 09/03/2018;

Gelet op de aanvraag van de Voorzitter van de CFI, ontvangen op 07/02/2018; Gelet op de bijkomende inlichtingen ontvangen op 09/03/2018; 1/6 Sectoraal comité voor de Federale Overheid Beraadslaging FO nr. 18/2018 van 3 mei 2018 Betreft: aanvraag van de Cel voor financiële informatieverwerking (CFI) om toegang te krijgen tot de gegevens

Nadere informatie

Ontwerp van decreet houdende een tijdelijke Vlaamse fiscale regularisatie

Ontwerp van decreet houdende een tijdelijke Vlaamse fiscale regularisatie VR 2016 1612 DOC.1420/2BIS Ontwerp van decreet houdende een tijdelijke Vlaamse fiscale regularisatie DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie; Na beraadslaging,

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 8.7.2015 C(2015) 4538 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 8.7.2015 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 223/2014 van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of

COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of EUROPEAN COMMISSION Brussels, 4.6.2014 C(2014) 3656 final COMMISSION DELEGATED REGULATION (EU) No /.. of 4.6.2014 tot aanvulling van Richtlijn 2013/36/EU van het Europees Parlement en de Raad met technische

Nadere informatie

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis;

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 31bis; 1/8 Sectoraal comité van het Rijksregister Beraadslaging RR nr 98/2014 van 19 november 2014 Betreft: Aanvraag van de Nationale Bank van België (NBB) om toegang te krijgen tot het Rijksregister en het Rijksregisternummer

Nadere informatie

Privacyverklaring / DIELENS EN VAN BOSSTRAETEN

Privacyverklaring / DIELENS EN VAN BOSSTRAETEN Privacyverklaring / DIELENS EN VAN BOSSTRAETEN Conform de Europese Verordening voor Gegevensbescherming van Persoonsgegevens (GDPR) Dijk 70 2861 O.L.V.-Waver t. +32 (0) 15 23 73 70 info@dvbacc.be https://dvb.accountants

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de functionarissen

Nadere informatie

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van XXX. betreffende toegang tot een elementaire betaalrekening. (Voor de EER relevante tekst)

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van XXX. betreffende toegang tot een elementaire betaalrekening. (Voor de EER relevante tekst) EUROPESE COMMISSIE Brussel, XXX C(2011) 4977 AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van XXX betreffende toegang tot een elementaire betaalrekening (Voor de EER relevante tekst) {SEC(2011) 906} {SEC(2011) 907} NL

Nadere informatie

6068/16 YEN/hw 1 DGG 1B

6068/16 YEN/hw 1 DGG 1B Raad van de Europese Unie Brussel, 12 februari 2016 (OR. en) 6068/16 RESULTAAT BESPREKINGEN van: aan: het secretariaat-generaal van de Raad de delegaties nr. vorig doc.: 5783/1/16 REV 1 Betreft: EF 24

Nadere informatie

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van EUROPESE COMMISSIE Brussel, 24.3.2017 C(2017) 1951 final GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE van 24.3.2017 houdende wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) 2016/1675 tot aanvulling

Nadere informatie

Compliance Charter ERGO Insurance nv

Compliance Charter ERGO Insurance nv Compliance Charter ERGO Insurance nv Inleiding Op basis van de circulaire PPB/D. 255 van 10 maart 2005 over compliance aan de verzekeringsondernemingen werd een wettelijke verplichting opgelegd aan de

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802 NOTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap het Comité van permanente vertegenwoordigers Initiatief

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) 28.1.2016 L 21/45 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/100 VAN DE COMMISSIE van 16 oktober 2015 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen tot bepaling van het gezamenlijke besluitvormingsproces met

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ; 1/6 Advies n 30/2017 van 14 juni 2017 Betreft: Advies betreffende een ontwerp van koninklijk besluit dat de lijst van de andere aan rapportering onderworpen rechtsgebieden en de lijst van de deelnemende

Nadere informatie

De implementatie van het UBO-register

De implementatie van het UBO-register De implementatie van het UBO-register Stefan De Plus, manager en Stef Van Eysendeyk, consultant, Private Wealth PwC België / Bart Vanstaen, advocaat-vennoot en Laura Schuurmans, advocaat, PwC Legal Naar

Nadere informatie

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29; Advies nr 34/2016 van 29 juni 2016

van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29; Advies nr 34/2016 van 29 juni 2016 1/6 Advies nr 34/2016 van 29 juni 2016 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van Koninklijk besluit tot wijziging van het Koninklijk besluit van 11 maart 2015 ter uitvoering van artikel 3, 5, 3 van de

Nadere informatie

FATF evaluatieverslag: gevolgen voor België. Cel voor Financiële Informatieverwerking (CTIF-CFI)

FATF evaluatieverslag: gevolgen voor België. Cel voor Financiële Informatieverwerking (CTIF-CFI) FATF evaluatieverslag: gevolgen voor België Cel voor Financiële Informatieverwerking (CTIF-CFI) FATF evaluatieverslag: gevolgen voor België 1. Inleiding 2. Wat zijn de algemene conclusies? 3. Wat zijn

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 november 2003 (OR. en) 13915/03 ENFOPOL 92 COMIX 642 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Resolutie van de Raad betreffende de beveiliging van de bijeenkomsten

Nadere informatie

L 198/28 Publicatieblad van de Europese Unie 23.7.2013

L 198/28 Publicatieblad van de Europese Unie 23.7.2013 L 198/28 Publicatieblad van de Europese Unie 23.7.2013 VERORDENING (EU) Nr. 697/2013 VAN DE RAAD van 22 juli 2013 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 36/2012 betreffende beperkende maatregelen in het

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 13691 24 mei 2013 Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 16 mei 2013, nr. 382509, houdende instelling

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 162/14 23.6.2017 UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/1111 VAN DE COMMISSIE van 22 juni 2017 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot procedures en formulieren voor de verstrekking

Nadere informatie

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave

AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave Europees Parlement 204-209 AANGENOMEN TEKSTEN Voorlopige uitgave P8_TA-PROV(208)049 Bescherming van de financiële belangen van de EU - Terugvordering van geld en activa van derde landen in fraudegevallen

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/035 BERAADSLAGING NR 11/026 VAN 5 APRIL 2011 MET BETREKKING TOT DE RAADPLEGING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 17.9.2007 COM(2007) 522 definitief 2007/0192 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1338/2001 van de Raad

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer 1/6 Advies 30/2016 van 8 juni 2016 Betreft: Advies uit eigen beweging over de mededeling door de Kruispuntbank van Ondernemingen van gegevens betreffende de functies die een persoon uitoefent binnen een

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

2016 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA

2016 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA 2016 no. 2 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 12 januari 2016 ter uitvoering van artikelen 2 en 2a van de Sanctieverordening 2006 (AB 2007 no. 24) (Sanctiebesluit

Nadere informatie

Identiteit van de uiteindelijk begunstigden van een vennootschap

Identiteit van de uiteindelijk begunstigden van een vennootschap Identiteit van de uiteindelijk begunstigden van een vennootschap Argenta Spaarbank nv Dienst Personenbeheer Belgiëlei 49-53, 2018 ANTWERPEN FSMA 27316 RPR Antwerpen btw BE 0404.453.574 Kenmerk: PBUBOA

Nadere informatie

Recente ontwikkelingen op het vlak van witwaspreventie

Recente ontwikkelingen op het vlak van witwaspreventie Circulaire FSMA_2013_20 d.d. 18/12/2013 Recente ontwikkelingen op het vlak van witwaspreventie Toepassingsveld: Alle ondernemingen die onder toezicht staan van de Nationale Bank van België en de Autoriteit

Nadere informatie

GEMEENTELIJK REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES

GEMEENTELIJK REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES GEMEENTELIJK REGLEMENT GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIEVE SANCTIES Zoals goedgekeurd in de gemeenteraad van Hamme van 18 juni 2014. HOOFDSTUK 1: TOEPASSINGSGEBIED... 2 HOOFDSTUK 2: SANCTIES... 2 AFDELING 1:

Nadere informatie

POLITIEK PROMINENTE PERSONEN Trends en aanwijzingen

POLITIEK PROMINENTE PERSONEN Trends en aanwijzingen Cel voor Financiële Informatieverwerking Gulden Vlieslaan 55 bus 1 1060 Brussel Tel. : +32 2 533 72 11 Fax : +32 2 533 72 00 E-mail : info@ctif-cfi.be POLITIEK PROMINENTE PERSONEN s en aanwijzingen NLtypoPEP

Nadere informatie

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2378 VAN DE COMMISSIE

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2378 VAN DE COMMISSIE 18.12.2015 L 332/19 VERORDENINGEN UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2015/2378 VAN DE COMMISSIE van 15 december 2015 tot vaststelling van nadere uitvoeringsvoorschriften voor enkele bepalingen van Richtlijn 2011/16/EU

Nadere informatie

REGELING TUSSEN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN RWANDA EN BELGIE INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT

REGELING TUSSEN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN RWANDA EN BELGIE INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT REGELING TUSSEN DE BEVOEGDE AUTORITEITEN VAN RWANDA EN BELGIE INZAKE DE UITWISSELING VAN INLICHTINGEN MET BETREKKING TOT BELASTINGEN NAAR HET INKOMEN EN NAAR HET VERMOGEN Artikel 1 Wettelijke grondslag

Nadere informatie

Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de inschrijving van auditors

Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de inschrijving van auditors North Gate III 6 e verdieping Koning Albert II laan 16 1000 Brussel Tel. 02/277.64.11 Fax 02/201.66.19 E-mail : CSPEHREB@skynet.be Internet : www.cspe-hreb.be Advies van 4 maart 2010 omtrent een ontwerp

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer (hierna "de Commissie");

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer (hierna de Commissie); 1/5 De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer Aanbeveling STAT nr 01/2010 van 19 mei 2010 Betreft: mededeling van niet-gecodeerde persoonsgegevens door het Rijksregister aan de Kruispuntbank

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN

EUROPEES PARLEMENT. Commissie verzoekschriften MEDEDELING AAN DE LEDEN EUROPEES PARLEMENT 004 Commissie verzoekschriften 009 9.0.007 MEDEDELING AAN DE LEDEN Betreft: Verzoekschrift 077/007, ingediend door Dominique Voillemot (Franse nationaliteit), hoofd van de Franse delegatie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 179 Wijziging van de Handelsregisterwet 2007, de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme en enkele andere wetten in verband

Nadere informatie

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden

De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden EUROPESE UNIE ~OVERZICHT~ De EU-lijst van personen, groepen en entiteiten waarvoor specifieke maatregelen ter bestrijding van het terrorisme gelden PERS 6 februari 2008 In december 2001 heeft de EU voor

Nadere informatie

Betreft: Koninklijk besluit van 30 juli 2018 betreffende de werkingsmodaliteiten van het UBO-register

Betreft: Koninklijk besluit van 30 juli 2018 betreffende de werkingsmodaliteiten van het UBO-register MEDEDELING 1 2018/20 VAN DE RAAD VAN HET INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN Correspondent Onze referte Datum sg@ibr-ire.be TD/MB/DS/jv 30.10.2018 Geachte Confrater, Betreft: Koninklijk besluit van 30 juli

Nadere informatie

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND TOT VOORKOMING VAN DUBBELE BELASTING

PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND TOT VOORKOMING VAN DUBBELE BELASTING PROTOCOL TOT WIJZIGING VAN DE OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE BONDSREPUBLIEK DUITSLAND TOT VOORKOMING VAN DUBBELE BELASTING EN TOT REGELING VAN SOMMIGE ANDERE AANGELEGENHEDEN INZAKE BELASTINGEN

Nadere informatie

12 AUGUSTUS Koninklijk besluit houdende de organisatie van de informatieveiligheid bij de instellingen van sociale zekerheid.

12 AUGUSTUS Koninklijk besluit houdende de organisatie van de informatieveiligheid bij de instellingen van sociale zekerheid. 12 AUGUSTUS 1993. - Koninklijk besluit houdende de organisatie van de informatieveiligheid bij de instellingen van sociale zekerheid. - Bron : SOCIALE VOORZORG Publicatie : 21-08-1993 Inwerkingtreding

Nadere informatie

Convenant Inzake samenwerking tussen: de Belastingdienst/Douane en de Financial Intelligence Unit-NI

Convenant Inzake samenwerking tussen: de Belastingdienst/Douane en de Financial Intelligence Unit-NI Douane Belastingdienst Financial ImcllIgence Unit - Nederland Convenant Inzake samenwerking tussen: de Belastingdienst/Douane en de Financial Intelligence Unit-NI 1 Partijen: De Belastingdienst/Douane

Nadere informatie

Gelet op de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016

Gelet op de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 1/5 Advies nr. 111/2018 van 7 november 2018 Betreft: Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juli 1992 tot vaststelling van de informatie die opgenomen wordt in de

Nadere informatie

Officieuze coördinatie

Officieuze coördinatie BETALINGSBALANS Officieuze coördinatie [Wet van 28 februari 2002 ter regeling van het opstellen van de betalingsbalans en van de externe vermogenspositie van België en houdende wijziging van de besluitwet

Nadere informatie

Voorontwerp van decreet houdende een tijdelijke Vlaamse fiscale regularisatie

Voorontwerp van decreet houdende een tijdelijke Vlaamse fiscale regularisatie Voorontwerp van decreet houdende een tijdelijke Vlaamse fiscale regularisatie DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie; Na beraadslaging, BESLUIT: De

Nadere informatie

I. METHODOLOGIE. 1. Algemene presentatie van de vragenlijst. De verkorte vragenlijst is onderverdeeld in twee hoofdstukken.

I. METHODOLOGIE. 1. Algemene presentatie van de vragenlijst. De verkorte vragenlijst is onderverdeeld in twee hoofdstukken. 1. Centrale contactpunten van agenten- en distributeursnetwerken in België van betalingsinstellingen en instellingen voor elektronisch geld waaraan een vergunning is verleend in andere lidstaten van de

Nadere informatie

FSMA_2016_12 dd. 4/08/2016

FSMA_2016_12 dd. 4/08/2016 FSMA_2016_12 dd. 4/08/2016 De richtsnoeren die in dit document aan bod komen, zijn van toepassing op de volgende ondernemingen (hierna "de gereglementeerde ondernemingen" genoemd): - de kredietinstellingen

Nadere informatie

L 198/22 Publicatieblad van de Europese Unie

L 198/22 Publicatieblad van de Europese Unie L 198/22 Publicatieblad van de Europese Unie 23.7.2013 VERORDENING (EU) Nr. 696/2013 VAN DE RAAD van 22 juli 2013 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 329/2007 betreffende beperkende maatregelen ten

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZG/17/121 BERAADSLAGING NR. 17/053 VAN 4 JULI 2017 OVER DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT DE PERSOONSGEGEVENSBANK

Nadere informatie

BNG Regeling melding (vermeende) misstand

BNG Regeling melding (vermeende) misstand Koninginnegracht 2 2514 AA Den Haag T 0703750750 www.bngbank.nl BNG Regeling melding (vermeende) misstand BNG Bank is een handelsnaam van N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, statutair gevestigd te Den Haag,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 16 JUNI 2015 P.15.0599.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.15.0599.N 1. M M P V D V, beklaagde, 2. D H N H, beklaagde, aangehouden om andere redenen, eisers, beiden met als raadsman mr. Thierry

Nadere informatie

BERAADSLAGING RR Nr 32 / 2005 VAN 15 JUNI 2005

BERAADSLAGING RR Nr 32 / 2005 VAN 15 JUNI 2005 KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hoogstraat, 139, B-1000 Brussel Tel. : +32(0)2/213.85.40 E-mail : commission@privacy.f gov.be Fax. : +32(0)2/213.85.65 http://www.privacy.fgov.be/ COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING

Nadere informatie

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Publicatieblad Nr. L 225 van 12/08/1998 blz. 0016-0021 DE RAAD VAN

Nadere informatie

PRIVACY BELEID BOEKHOUDKANTOOR VAN ROY BVBA

PRIVACY BELEID BOEKHOUDKANTOOR VAN ROY BVBA 1 PRIVACY BELEID BOEKHOUDKANTOOR VAN ROY BVBA Privacy en bescherming van de persoonsgegevens. I. Inleiding Als boekhoudkantoor staan wij in voor de verwerking van heel wat gegevens. Een deel van deze gegevens

Nadere informatie

Brussel, 6 november Geachte heer, Geachte mevrouw, Inleiding

Brussel, 6 november Geachte heer, Geachte mevrouw, Inleiding Prudentieel beleid bank- en verzekeringswezen Brussel, 6 november 2007 Mededeling van de CBFA over haar beleid inzake de uitbesteding van diensten van vermogensbeheer van vermogen van niet-professionele

Nadere informatie

De Voorzitter Correspondent Onze referte Uw referte Datum 18/12/2017

De Voorzitter Correspondent Onze referte Uw referte Datum 18/12/2017 MEDEDELING 1 2017/15 VAN HET INSTITUUT VAN DE BEDRIJFSREVISOREN De Voorzitter Correspondent Onze referte Uw referte Datum sg@ibr-ire.be TD/EV/DS/fb 18/12/2017 Geachte Confrater, Betreft: Wet van 18 september

Nadere informatie

Privacyverklaring en Kennisgeving

Privacyverklaring en Kennisgeving Privacyverklaring en Kennisgeving Invest Consult B.V. INLEIDING Voor de toepassing van de wetgeving inzake gegevensbescherming treden wij op als verwerkingsverantwoordelijke voor bepaalde Persoonsgegevens

Nadere informatie

Brussel, 6 december Geachte heer Geachte Mevrouw

Brussel, 6 december Geachte heer Geachte Mevrouw Brussel, 6 december 2016 Geachte heer Geachte Mevrouw Gelet op de recente nationale en internationale ontwikkelingen, verwacht de Bank van de financiële instellingen dat zij, binnen de grenzen van hun

Nadere informatie