Senioren in het verkeer

Transcriptie

1 Senioren in het verkeer PZ Assenede-Evergem Inspecteur DE PAUW Pascal TEAM VERKEER Senioren Deze presentatie betreft een summiere kijk op de geldende verkeerswetgeving, waarbij enkele topics uitgelicht en toegelicht worden. Deze betreft geenszins een sluitend naslagwerk voor leden van de federale en lokale politie - ppt. versie 3 okt 2016

2 Programma 1. Verkeersveiligheid en senioren 2. BIVV - senioren in het verkeer 3. Wegcode 4. Alcohol in verkeer 5. Verzekering 6. Inschrijving 7. Vragen

3 Actoren in verkeersveiligheid? Weggebruikers (voetgangers, fietsers, bestuurders, ) Gemeenten, provincies (infrastructuur) Wetgever - OM - Rechtbank Groeperingen rond verkeersveiligheid (BIVV ) Politie (preventief - repressief)

4 Verkeersongevallen Evolutie verkeersdoden in België:

5 Oorzaken verkeersongevallen Verkeersdrukte; Infrastructuur; Alcohol; Drugs; Snelheid (1/3); GSM gebruik; Andere

6 Zonaal veiligheidsplan Samenwerken aan een veilige en leefbare politiezone Snelheid, Alcohol en drugs in verkeer Foutparkeren (fietspaden, voetpaden, bushaltes en oversteekplaats voetgangers) Zwakke weggebruikers Toezicht zwaar vervoer Campagnes BIVV Nazorg bij verkeersongevallen

7 Wettelijk kader Wegverkeerswet (W. 16/03/1968) Wegcode (KB. 01/12/1975) Rijbewijs (KB. 23/03/1998) Inschrijving (KB. 20/07/2001) Technische eisen (W. 21/06/1985) Auto s (KB. 15/03/1968) Bromfietsen, motorfietsen (KB. 10/10/1974) Verzekering (W. 21/11/1989) GAS (KB. 09/03/2014)

8 Definitie senior 1 (meervoud: geen meervoud) de oudere: A.S. Bakker sr. de oudere 2 (meervoud: senioren) (sport) volwassen speler 3 (meervoud: senioren) (in het meervoud) ouderen, bejaarden (vandale.nl)

9 Senioren in het verkeer

10 Senioren: ouderdomsverschijnselen Gezichtsvermogen Gehoor Mobiliteit Reflexen Ziektes en geneesmiddelen

11 Senioren: complexe verkeerssituaties Rotondes Links afslaan Autosnelweg

12 Senioren: als weggebruiker Automobilist Fietser Voetganger Rolstoel Brommobiel

13 CARA U hebt een medische aandoening waardoor uw veilige deelname aan het verkeer in het gedrang komt? Dan evalueert het Centrum voor Rijgeschiktheid en voertuigaanpassing (CARA) met een multidisciplinair team van artsen, psychologen en rij-experten de voorwaarden en beperkingen van uw rijbewijs, en de eventuele aanpassingen aan uw voertuig.

14 Ouderen als risicogroep? Aantal 65 plussers neemt steeds toe -> stijging oudere bestuurders. Ongevalsstatistiek met 65 plussers: 1992: 17%; 2014: > 23%. Hoofdvervoermiddel: auto (weliswaar met minder afgelegde kms). Problematisch: per fiets en te voet. Hoger risico op verwondingen, vaak ook met dodelijke afloop.

15 Oorzaken verhoogd risico? Problemen bij complexe verkeerssituaties. Vertraagde reacties. Moeilijk overzicht door: gezichtsveld; aandacht; flexibiliteit (zoals hoofdbewegingen); Meer ongevallen bij oversteken als voetganger, en bij links afslaan.

16 Wegcode KB (

17 Weggebruikers: algemeen Onverminderd de naleving van de bepalingen in dit reglement mag de bestuurder kwetsbaardere verkeersdeelnemers niet in gevaar brengen, met name wanneer het gaat om fietsers en voetgangers, inzonderheid wanneer het kinderen, bejaarden of personen met een handicap betreft. Hieruit volgt dat,, elke bestuurder dubbel voorzichtig moet zijn bij aanwezigheid van dergelijke kwetsbaardere weggebruikers, of wanneer hun aanwezigheid op de openbare weg kan voorzien worden, in een straat.

18 Bestuurders: Elke bestuurder moet in staat zijn te sturen, en de vereiste lichaamsgeschiktheid en de nodige kennis en rijvaardigheid bezitten. Hij moet steeds in staat zijn alle nodige rijbewegingen uit te voeren en voortdurend zijn voertuig of zijn dieren goed in de hand hebben. Verminderde functionele vaardigheden, die je rijgeschiktheid kunnen beïnvloeden, kunnen het gevolg zijn van: een aantasting van de botten, gewrichten, pezen en spieren (bijv. artrose, spierziekte, amputatie); een aandoening van de hersenen, ruggenmerg, zenuwen (bijv. ziekte van Alzheimer, beroerte, ziekte van Parkinson); elke andere aandoening, waardoor een beperking ontstaat van de controle van bewegingen, de waarnemingen, het gedrag en het beoordelingsvermogen (bijv. kans op hypoglycemie door diabetes, niet kunnen concentreren, geen afstanden kunnen inschatten ); een vermindering van het gezichtsveld of de gezichtsscherpte.

19 Voetgangers Trottoirs Plaatsen voorbehouden door verkeersborden: Begaanbare verhoogde bermen Begaanbare gelijkgrondse bermen

20 Voetgangers in groep Indien vergezeld van een leider: mogen rijbaan volgen; verplicht rechts. Indien groep minstens 5 personen: rijbaan volgen aan linkerkant mag, verplicht achter elkaar te lopen.

21 Groepsleider verkeer stilleggen (niet verkeersregeling) gebruik maken van verkeersbord:

22 Gedrag tegenover groepen voetgangers weggebruikers verboden groep te doorbreken; aanwijzingen volgen van groepsleider(s);

23 Plaats op openbare weg voor bestuurders Indien er een rijbaan is, verplicht gebruik van de rijbaan;

24 Fietspaden Aangeduid door witte overlangs aangebrachte evenwijdige onderbroken strepen, niet breed genoeg voor autoverkeer Aangeduid door verkeersbord D7 of D9

25 Gebruik fietspaden aangeduid door markeringen Berijdbaar fietspad; aangeduid door wegmarkeringen; verplicht voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen klasse A; rechts in hun rijrichting liggen. Verboden te volgen wanneer dit links in hun rijrichting ligt.

26 Gebruik fietspaden aangeduid door verkeersborden Berijdbaar fietspad fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen klasse A in de door hen gevolgde rijrichting. wanneer links in hun rijrichting ligt, moeten zij dit niet volgen, indien bijzondere omstandigheden dit rechtvaardigen en op voorwaarde rechts in hun rijrichting te rijden.

27 Fiets wijs! Fietsen in groep

28 Groepen fietsers 15 tot tot wegkapiteins mag Verplicht 2 wegkapiteins Fietspad niet verplicht, bestendig naast elkaar, gegroepeerd Begeleidende auto mag, vooraan of achteraan (30m afstand) Bij 1 auto: volgen Verplicht vooraan en achteraan begeleidende auto, 30m afstand Begeleidend voertuig: verkeersbord A51 met eronder symbool in wit van fiets

29 Wegkapitein bij groepen van fietsers Minstens 21 jaar oud. Om linker arm een band met nationale kleur met melding Wegkapitein. Enkel verkeer stilleggen dmv. verkeersbord C1, buiten verkeerslichten.

30 Voortbewegingstoestellen

31 Voortbewegingstoestel niet-gemotoriseerd: elk voertuig dat niet beantwoordt aan de definitie van rijwiel, dat door de gebruiker of de gebruikers door middel van spierkracht wordt voortbewogen en niet met een motor is uitgerust. gemotoriseerd: dit wil zeggen elk motorvoertuig met één of meer wielen met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van 18 km/u.

32 Voortbewegingstoestel Gemotoriseerde voortbewegingstoestellen worden niet gelijkgesteld met motorvoertuigen. Het niet bereden voortbewegingstoestel wordt niet als voertuig beschouwd. De gebruiker van een voortbewegingstoestel, die niet sneller dan stapvoets rijdt, wordt niet gelijkgesteld met een bestuurder.

33 Voortbewegingstoestel De gebruikers van voortbewegingstoestellen volgen de regels van toepassing voor de voetgangers wanneer zij niet sneller dan stapvoets rijden en de regels van toepassing voor de fietsers wanneer zij sneller dan stapvoets rijden Stapvoets = geen bestuurder!

34 Elektrische fietsen met hulpmotor, gemotoriseerde rijwielen en speed pedelec bron:

35 Elektrische fietsen Een fiets met elektrische hulpmotor ( 250 W en 25 km/u) beschikt enkel over trapondersteuning en heeft geen COC (certificaat van overeenstemming). Een gemotoriseerde fiets ( 1000 W en 25 km/u) beschikt altijd over trapondersteuning maar kan ook zijn uitgerust met een motor die autonoom zonder gebruik van de pedalen kan werken. Een speed pedelec ( 4000 W en 45 km/u) is een snelle elektrische fiets waarbij de trapondersteuning niet stopt bij 25 kilometer per uur. Je kunt door zelf mee te trappen snelheden tot 45 kilometer per uur behalen. Speed pedelecs vallen daardoor niet in de categorie fietsen, maar in die van de bromfietsen.

36

37 Nieuwe verkeersborden

38 Nieuwe verkeersborden

39 Spitsstrook de spitsstrook is gelegen aan de rechterkant van de rijbaan, op de plaats van de pech- of vluchtstrook een streeplijn met lange witte strepen van 10m en een tussenafstand van 2,5m scheidt de spitsstrook van de gewone rijstroken dynamische rijstrooksignalisatie boven de spitsstrook duidt aan of de spitsstrook open of gesloten is

40 Bevoegde personen Bevelen

41 Bevelen bevoegde personen Hand omhoog gestoken De arm of armen horizontaal uitgestrekt (G4) Overdwars zwaaien met een rood licht (G4) Onmiddellijk gevolg geven (G3) Kentekens van functie dienen gedragen te worden Geparkeerd voertuig: onmiddellijk verplaatsen bij aanmaning (G3)

42 Bevelen bevoegde personen

43 Prioritaire voertuigen Uitgerust met: blauwe knipperlichten speciaal geluidstoestel Opmerking: striping niet van belang

44 Prioritaire voertuigen Bij gebruik speciaal geluidstoestel en blauwe lichten: elke weggebruiker; onmiddellijk; doorgang vrijmaken en voorrang verlenen; indien nodig stoppen.

45 Gebruik draagbare telefoon Behalve wanneer zijn voertuig stilstaat of geparkeerd is, mag de bestuurder geen gebruik maken van een draagbare telefoon die hij in de hand houdt.

46 Snelheid Snelheid regelen zoals vereist, voldoende veiligheidsafstand houden en kunnen stoppen voor een voorzienbare hindernis

47 Bebouwde kom Buiten bebouwde kom Autsnelweg 4x2, geen wegmarkering 4x2, wegmarkering Andere wegen Algemeen Vtgn en slepen mtm > 3,5t 120km/u 90km/u 90km/u Autobus, autocar 50km/u 90km/u 75km/u (11.3) Vtgn en slepen met luchtbanden, mtm > 7,5t 60km/u (11.3) Bromfiets Klasse A 25km/u (11.3) Klasse B 45km/u (11.3) Vanaf 1 januari 2017: 70 km/u op gewestwegen!

48 Stopafstand?

49 Stopafstand?

50 Ritsen Rits vooraan en het gaat vooruit!

51 Ritsen sterk vertraagd verkeer; rijstrook die ophoudt; invoegen vlak voor belemmering; bestuurders op de vrije rijstrook moeten voorrang verlenen.

52 Overtredingen betreffende stilstaan en parkeren GAS wetgeving! (vanaf 1/9/2016) Zie politiereglement.

53

54 Verlichting Zien en gezien worden

55 Verlichting voertuigen en weggebruikers die de openbare weg volgen: Algemeen: Enkel lichten gebruiken conform techn. reglement. Tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en in alle omstandigheden wanneer het niet meer mogelijk is duidelijk te zien tot op een afstand van ongeveer 200 meter, worden de hierna vermelde lichten gebruikt :

56 Verlichting motorvoertuigen Vooraan: dimlichten of grootlichten die gelijktijdig mogen branden, grootlichten worden gedoofd in volgende gevallen: Tegemoetkomend verkeer; Naderen spoorvoertuig of boot; Op minder dan 50m een ander voertuig volgt (uitz. inhalen); Rijbaan onafgebroken en voldoende verlicht om op 100m ongeveer duidelijk te zien; Achteraan: rood licht.

57 Verlichting motorvoertuigen Mistlichten vooraan (niet verplicht): Mist, sneeuwval of felle regen, mogen de dimlichten/grootlichten vervangen of ermee gelijktijdig branden. Mistlichten achteraan (verplicht indien voorzien): Bij mist of sneeuwval waarbij de zichtbaarheid minder dan 100m is, alsook bij felle regen.

58 Verlichting andere Bereden rijwiel: Vooraan wit/geel licht; Achteraan: rood licht. Aanhangwagens (indien zij ermee uitgerust moeten zijn): Vooraan wit/geel licht; Achteraan: rood licht; Indien voorzien van mistlichten, verplicht gebruik ervan bij mist, sneeuwval die de zichtbaarheid beperken tot 100m, alsook bij felle regen. Voortbewegingstoestel: op andere delen van de openbare weg dan die voorbehouden voor voetgangers: Vooraan wit/geel licht; Achteraan: rood licht; Lichten mogen verenigd zijn in één toestel.

59 Verlichting bromfietsen bestendig branden!

60 Veiligheidsgordel Safety first! Klik klik

61 Veiligheidsgordel De bestuurder en de passagiers van auto s die aan het verkeer deelnemen, moeten de veiligheidsgordel dragen, op de plaatsen die ermee zijn uitgerust. Kinderen van minder dan 18 jaar en kleiner dan 135 cm moeten worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem. Kinderen van minder dan 18 jaar worden niet in een naar achteren gericht kinderbeveiligingssysteem op een passagierszitplaats met een voorairbag vervoerd, tenzij deze airbag is uitgeschakeld of automatisch op toereikende wijze wordt uitgeschakeld.

62 Veiligheidsgordel Op een tweewielige bromfiets of een motorfiets met een maximale cilinderinhoud van 125 cm3, moeten kinderen van drie jaar of meer en minder dan acht jaar worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem. Kinderen onder de drie jaar mogen niet worden vervoerd op een tweewielige bromfiets of op een motorfiets; kinderen van drie jaar of meer en minder dan acht jaar mogen niet worden vervoerd op een motorfiets met een cilinderinhoud van meer dan 125 cm3. Kinderen van minder dan acht jaar mogen worden vervoerd in een voor hen geschikt kinderbeveiligingssysteem dat geplaatst is in de zijspanwagen van een motorfiets.

63 Veiligheidsgordel incidenteel vervoer vervoer over korte afstand; in voertuigen bestemd voor het vervoer van personen met ten hoogste acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en in voertuigen bestemd voor het vervoer van goederen met een maximale toegelaten massa van ten hoogste 3,5 ton; geen of een onvoldoend aantal kinderbeveiligingssystemen beschikbaar; Geen kinderbeveiligingssysteem vereist: kinderen van 3 jaar of ouder en kleiner dan 135 cm, indien zij de veiligheidsgordel dragen, niet de zitplaatsen voorin. Dit geldt niet met betrekking tot kinderen waarvan een ouder het voertuig bestuurt.

64 Veiligheidsgordel - vrijstelling Achteruit rijden; Taxichauffeurs bij vervoeren van klanten; Prioritaire voertuigen bij potentiële bedreiging op plaats interventie of verzorgen van personen die worden vervoerd; Medische vrijstelling (via FOD Mobiliteit en vervoer); Beambten van de Post (postbedeling, postophaling, korte afstand).

65 Valhelm en beschermde kledij De bestuurders en passagiers van drie- en vierwielers met motor en van bromfietsen, zonder passagiersruimte, moeten een valhelm dragen; Homologatie vereist voor valhelm; Bestuurders en passagiers van motorfietsen dragen handschoenen, een jas met lange mouwen en een lange broek of een overall, alsook laarzen of bottines die de enkels beschermen.

66 Bromfiets- en fietshelm De bestuurders en passagiers van speed pedelecs hebben de keuze tussen een bromfietshelm of een fietshelm. De fietshelm, gedragen door bestuurders en passagiers van speed pedelecs, moet bescherming bieden aan de slapen en het achterhoofd.

67 Rijwielen Fiets 3 wieler 4 wieler

68 Rijwielen - Verlichting, reflectoren Tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag, en in alle omstandigheden wanneer het niet meer mogelijk is duidelijk te zien tot op een afstand van ongeveer 200 meter, vooraan en achteraan een niet verblindend vast licht of knipperlicht voeren. Vooraan wit of geel, achteraan rood (zichtbaar minstens vanaf 100m); Altijd reflectoren (vooraan wit, achteraan rood); Altijd gele of oranje reflectoren op de pedalen;

69 Rijwielen - Verlichting, reflectoren Altijd zijdelingse signalisatie: ofwel een witte retro-reflecterende strook in de vorm van een doorlopende cirkel langs elke kant van de band van het voor- en achterwiel; ofwel, op elk wiel ten minste twee gele of oranje reflectoren met dubbel front, vast bevestigd aan de spaken en symmetrisch aangebracht; ofwel de combinatie van de twee voornoemde types.

70 Rijwielen - Verlichting, reflectoren Behalve wanneer ermee gereden wordt tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en in alle omstandigheden wanneer het niet meer mogelijk is duidelijk te zien tot op een afstand van ongeveer 200 meter, zijn de reflectoren vooraan en achteraan, de reflectoren op de pedalen en de zijdelingse signalisatie niet verplicht voor:

71 de fietsen die uitgerust zijn met wielen met een diameter van ten hoogste 500 mm banden niet inbegrepen. Kinderfiets

72 Koersfiets de fietsen die uitgerust zijn met een koersstuur alsook met banden met een doorsnede van ten hoogste 25 mm, en die, daarenboven, geen bagagedrager achteraan hebben. moeten vooraan een witte reflector en achteraan een rode reflector voeren wanneer ze met ten minste één spatbord uitgerust zijn.

73 Mountainbike de alle-terreinen-fietsen, uitgerust met banden met een minimumsectie van 38 mm voor de wielen met een diameter van 650 mm en van 32 mm voor de wielen met een diameter van 700 mm, met minimum 2 versnellingsraderen bediend vanaf het stuur en die daarenboven geen spatborden en geen bagagedrager achteraan hebben moeten vooraan een witte reflector en achteraan een rode reflector voeren wanneer ze met ten minste één spatbord uitgerust zijn.

74 Rijwiel aanhangwagen Altijd achteraan twee rode reflectoren; Rood licht voeren zodra hun omvang het voor het rijwiel gevoerd rood licht onzichtbaar maakt.

75 Rijwielen Fietsbel: duidelijk hoorbaar op 20 meter; Fiets: twee voldoende doelmatige remmen, één op voorwiel, één op achterwiel (uitz. kinderfiets: 1 doelmatige rem); Drie- of vierwielers: doelmatige reminrichting.

76 Regels voor fietsers en bromfietsers

77 Fietsers / bromfietsers Verboden: Rijden zonder stuur vast te houden; Rijden zonder voeten op pedalen of de voetsteunen; Rijden door zich te laten voorttrekken; Rijden terwijl zijn een dier aan het leizeel houden. De fietsers die de rijbaan volgen, mogen met twee naast elkaar rijden, behalve wanneer het kruisen niet mogelijk is. Buiten de bebouwde kom moeten zij bovendien achter elkaar rijden bij het naderen van een achteropkomend voertuig

78 Verkeerslichten

79 Verkeerslichten Rood = verboden stopstreep of, indien geen stopstreep, verkeerslicht voorbij te rijden Oranje = idem, tenzij bij het aangaan van het licht zo dicht genaderd is dat het niet meer mogelijk is op voldoende veilige wijze kan stoppen

80 Ongeval Blijf kalm en hoffelijk!

81 Ongeval Nodige maatregelen nemen om veiligheid en vlotheid van het verkeer te verzekeren; Bij lichamelijk letsel moet voertuig niet verplaatst worden; Bij stoffelijke schade: naam en adres kenbaar maken aan betrokken personen, indien afwezig ter plaatse identiteit meegeven of via tussenkomst politie; ter plaatse blijven om vaststellingen te doen, of vaststellingen door politie te laten doen. Indien niet binnen redelijke termijn ter plaatse, zelf aangifte doen (dichtstbijzijnde of woon/verblijfplaats).

82 Ongeval Bij lichamelijke schade: hulp verlenen waar nodig; identiteit kenbaar maken aan betrokken personen, indien afwezig ter plaatse identiteit meegeven of via tussenkomst politie; ter plaatse blijven om vaststellingen te laten doen door politie. Indien men zich tijdelijk onttrekt om hulp te verlenen of om beroep te doen op bevoegde personen, naam en adres opgeven, ook van eventueel aanwezige personen. Indien politie niet binnen redelijke termijn ter plaatse kan komen, binnen 24 uur zelf aangifte doen bij dichtsbijgelegen politiebureau, of bureau woon/ verblijfplaats.

83 Dodehoek Zorg dat je zichtbaar bent! Oogcontact!

84 Dodehoek Gebied rond de vrachtauto waar bestuurder geen of moeilijk zicht heeft. Factoren: Hoogte cabine; Beperkt zicht via de spiegels; Grootte van de vrachtwagen; Vanaf 1/1/91 verplicht 2 bijkomende spiegels: trottoirspiegel en breedtespiegel Vanaf 1/1/2003 verplicht dodehoek spiegel (dobli spiegel) Vanaf januari 2007 is voor alle nieuwe vrachtauto s binnen de Europese Unie een bollere breedtespiegel verplicht met een iets bollere trottoirspiegel én een vooruitkijkspiegel. (dodehoekspiegel is niet meer verplicht)

85

86 Alcohol in verkeer Het is altijd feest als BOB rijdt

87 Alcoholopname / dronkenschap Ademtest kan opgelegd worden aan: Vermoedelijke dader verkeersongeval; Bestuurder op openbare plaats van een voertuig of rijdier of begeleider in kader van scholing; Aanstalten tot sturen of begeleider in kader van scholing.

88 Alcoholprocedure Recht op 15 min. uitstel alvorens eerste blaasprestatie; Ademtest; Ademanalyse; Desgevallend bloedproef.

89 Alcohol = strafbaar Resultaat analyse Ten minste 0,22 en minder dan 0,35 Ten minste 0,35 en minder dan 0,44 Ten minste 0,44 en minder dan 0,50 Ten minste 0,50 en minder dan 0,65 Meer dan 0,65 Inhouding Rb Onmiddellijke inning 3 uur uur uur uur PV 15 dagen intrekking PV Buitenlander 1200 Buitenlander consignatie 1200 Professionele bestuurder: vanaf 1/1/2015 strafbaar bij alcoholopname van ten minste 0,09 en minder dan 0,22, straf = 100 onmiddellijke inning + 2 uur rijverbod.

90 Verplichte aansprakelijkheids -verzekering motorrijtuigen W. 21/11/1989

91 Verzekering motorrijtuigen Openbare weg, openbare plaats, plaats waar meerdere personen het recht hebben om er te komen; Verzekering moet voldoen aan de voorwaarden gesteld door de wet; Aan boord verzekeringsbewijs (groene kaart).

92 Verzekering motorrijtuigen Worden gelijkgesteld met motorrijtuigen, alle aanhangwagens, behalve : de aanhangwagens waarvan de maximale toegelaten massa niet meer dan 500 kg bedraagt; de landbouwaanhangwagens en de werfaanhangwagens; de aanhangwagens die uitsluitend rijden tussen de laad- en loskaaien, de opslagplaatsen, de loodsen en de magazijnen gelegen binnen de zee- of rivierhavens, zoals deze zijn omschreven in een aanvullend gemeentelijk reglement; de aanhangwagens die kortstondig in België rijden zonder dat zij werden ingevoerd door personen die er verblijven; de aanhangwagens uitsluitend bestemd voor folkloristische manifestaties; de aanhangwagens van een toeristische trein.

93 Verzekering motorrijtuigen Niet verzekerd voertuig: Eigenaar/houder van het motorrijtuig worden gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en/of met geldboete van honderd euro tot duizend euro; Inbeslagname motorrijtuig / verbeurdverklaring door rechtbank.

94 Inschrijving voertuigen KB 20/7/2001

95 Inschrijving voertuigen Een voertuig mag slechts in het verkeer worden gebracht als het ingeschreven is en de nummerplaat draagt die bij de inschrijving werd toegekend;

96 Inschrijving niet verplicht: Voertuigen die gebruikt worden door het ministerie van landsverdediging; Voertuigen die op geldige wijze voorzien zijn van commerciële platen; Voertuigen die uitsluitend voor hun in- of uitvoer gebruik maken van de openbare wegen die binnen de omschrijving van de zee- of rivierhavens gelegen zijn tussen de laad- en losplaats, of tussen één dezer plaatsen en de opslag- of standplaats; Aanhangwagens waarvan de toelaatbare maximummassa niet meer bedraagt dan 750 kg; Landbouw- en bosbouwaanhangwagens, behalve indien die worden aangewend om vervoer voor rekening van derden te verrichten; Aanhangwagens die uitsluitend gebruik maken van wegen die binnen omschrijving van de lucht-, zee- of de rivierhavens; Voertuigen en hun aanhangwagens die uitsluitend gebruikt worden voor folkloristische manifestaties, mits gemeentelijke toelating, of op de weg er naar toe ofwel voor proefritten met het oog op die manifestaties; Aanhangwagens van een toeristische trein; Werfaanhangwagens; gemotoriseerde rijwielen

97 Inschrijving Tweedelig kentekenbewijs vanaf 01/09/2013. Eén deel in het voertuig, één deel thuis te bewaren. Bij keuring voor verkoop moeten de 2 delen voorgelegd worden.

98 Inschrijving Bromfietsen (met 2 of 3 wielen) + lichte vierwielers nieuw vanaf 31/03/2014 en de reeds ingeschreven. Klasse A: S-ABC 001. Klasse B: S-BAB 001. Lichte vierwieler: S-UAB 001. Speed pedelec: S-PAB 001. Vanaf 11/12/2015 verplicht (overgangsperiode 1 jaar) Kleiner formaat voor speed pedelecs

99 Vragen? tav. DE PAUW Pascal