HUG-Ö DE &E.OOT, W A M 33 V 1 S J E 5 M E T Z E L A A R, STE1N, U I T H E T HUIS V A N ABRAHAM DAATSELAAR G E G A A N E N V E R V O L G E N S

Transcriptie

1 I) 20

2

3 V A N HUG-Ö DE &E.OOT, I N H E T G E W A A D V A N E E N ' M E T Z E L A A R, Z O O A L S H I J, N A Z I J N E O N T K O M I N G V A N LOEVE- STE1N, U I T H E T HUIS V A N ABRAHAM DAATSELAAR G E G A A N E N V E R V O L G E N S U I T GORINCHEM G E V L U G T as. B E N E V E N S E E N E BIJZONDERE AFBEELDING E N BESCHRIJVING V A N H E T W A M 33 V 1 S J E 5 B I J D I E G E L E G E N H E I D G E D R A A G E N. TE L E T D E N, bij P. Ü. T F. A P, j\t D C C X C I I I.

4 Geen Exemplaaren worden voor echt erkend, dan ditf door den Uitgeever deezes onderteekend zijn.

5 B E S C H R I J V I N G V A N D E > V L U G T V A N H U G O D E G R O O T, UIT GORINCHEM IN METZELAARS GEWAAD» H et kan voor eiken Nederlander niet dan ten hooffften aangenaam zijn, den beroemden HUGO DE GROOT in dat gewaad afgebeeld te zien, waarin Hij uit Gorinchem naar Antwerpen gevlugt is. Men weet, uit de gefchiedenis van dien grooten Man, dat Hij gelukkig van Loeveftein te Gorinchem, ten huize van den Heer ABRAHAM DAATSELAAR, is aangekomen of in een lust daar bezorgd is geworden. Om Hem vervolgeus van daar verder in veiligheid te ftcllen, was men daadlijk op middelen bedacht. DAATSELAAR, van de komst van HUGO DE GROOT kennis gekreegen hebbende, begreep dat het noodzaaklijk was dat hij DE GROOT noch zag noch met Hem fprak, ten einde zich geheel buiten verantwoording te ftellen. Zijne Huis-

6 Huisvrouwc dus met de zorg voor de veiligheid van DE GKOOT belast, begaf zich, met allen fpped, naarhaaren zwager CORSELIS JACOBSZ. VAN DER V E E N, ten einde hem kennis, te geevcn dat DE- GROOT zijn gevangenis ontkomen en ten haaren huize was; deeze fpoedde zich op dit bericht, in aller ijl, naar het huis van zijne zuster DAATSE LAAR, waar hij den lieer DE GROOT vond. VAN DER V E E N begreep dat Hij niet lang ten huize van zijne zuster vertoeven, maar' zoo fpoedig mogelijk in verdere veiligheid gefield moest worden. Terftönd was hij ten dien einde op een middel bedacht, naamelijk: VAN DER VEEN had kennis aan zekeren JAN LAM- BERTSZ, een metzelaar, wiens beproefde trouw hij in geenen twijfel ftelde, en waarvan hij te meer verzekerd was, door dien hij voorheen, in zaaken van aanbelang, waarin hij zijne eerlijkheid had doen blijken, zijn dienst genooten had; VAN 'DER VEEN zogt d.cèzen terftoncl op, en hem aan zijn werk gevonden hebbende, gaf hij hem te kennen zijne hulp noodig te hebben, hem vraagende: of hij, buiten zijn gewoon werk. pak jen, er. niet nog één hadde, benevens een hoed» kousfen, fchoeïien en eenc rij of maatftok? JAN LAMB.ERTSZ nam aan dit alles aan het huis van VAN DER VEEN te zullen bezorgen. Dit gewaad werd door den Metzelaar, in een zak, bij VAN DER VEEN gebragt, die hem toen te kennen gaf, dat DE GROOT zijn gevangenis ontkomen was; dat hij, óm. verder in veiligheid.te gcraaken, dit metzelaars gewaad zoude aantrekken, en hij dan met Hem de Mewe moest overvaaren. Hierna ging VAN DER VEEN met het pakjen naar het huis van zijne zuster DAATSELAAR, waar hij ook, den Metze- Jaar befchejden liad. Met behulp van zijne zuster toog hij den Heer op GROOT die kleederen aan: hierna beftrcek

7 WEIT&O MM GROOT'inMetzei'a'aisgevaati

8

9 ftreek men zijne handen met wat kalk, om die den fchijn van werkmans handen te geevcn, en, na een hartelijk affcheid van den Heer VAN DER VEEN en Jufv. DAATSELAAR genomen tc hebben, ging hij, verzeld van den Metzejaar, op den 22^» Maart 1621, des morgens om elf uur, uit het huis van DAATSELAAR naar het veer om over tc vaaren.. Op deeze wijze is HUGO DE GROOT aan het metzelaars gewaad gekomen en met het zelve uit Gorinchem naar Antwerpen gevlugt. Men heeft voor dat Buisje C waarvan hier achter ecne naauwkeurige befchrijving gevoegd is ) dat van een bijzondcren aart is, beter zorg gedraagen dan voor de kist waarmede Hij is ontkomen ; het zelve is nog in zeker aanzienlijk huis aanwezig: en daar ons gunstig toegeftaan is cene naauwkeurige Teekening van het zelve tc doen vervaerdiger,, hebben wij niet Hechts dit Wisje in plaat doen brengen, maar ook den Heer DE GROOT in het zelve gekleed. Wij vertrouwen dat wij onze Landgenooten met de uitgave van deeze twee Plaatcn een bijzonder genoegen zullen toebrengen.; te meer daar wij deeze Plaaten zoo ingericht hebben, dat dezelven gevoeglijk in de Vaderlandfche Hifiorie, het deel, kunnen gevoegd worden; in welk deel de hiftorie deezer vlugt, op bladz tot 417, omftandiger. befchreven wordt; terwijl dezelven ook dour de liefhebbers der Prentkonst in hunne verzameling kunnen geplaatst worden.

10 BESCHR TVING s*r AFBEELDING VAN HET METZEJLAAHS WAMBUISJE, In ha welkt HUGO DE GROOT, uit het Huis van ABRAHAM DAATPELAAR, te Görinchem naar Waalwijk, en voorts naar Antwerpen is gevlugt. 33 it Wambuisje is gemaakt van ongeverwd Harten» of Bokken leder- en met' nmw Linnen gevoerd. Het bellaat uit twee voorpanden, een achterpand, (vermits de rug zonder naad is,) de mouwen,, tien fchootjes, onder aan het lijf, en een (laand kraagje, op den hals, Men vindt, tusfchcn de lederen, bovcnftof, en de linnen voering, nog een vulfel van wollen watten; bijzonder in de voorpanden, op en omtrent de borst, en op de fchouderen: op de borst wel ter dikte van drie vierde duim. In het linker voorpand zijn 29 groene knoopgaatjes, en aan de rechter zijde 21 tinnen gewerkte knoopjes, zijnde de overigen er afgefleeten.., Het-

11

12

13 Hetzelve is voor en achter op de naaden belegd met een fmal plat groen koordje, op veele plaatfen is dit koord gedeeltelijk afgefleeten, gelijk ook het buitenftof en de linnen voering van dit buisje, hier en daar verfteld en ook gefleeten is. Niet onwaarfchijnlijk kan dit Buisje voorheen, wel een militaire montering zijn geweest, en misfchien door een Cuirasfier gedraagen, waar toe, om zulks te denken, de uitmonstering, en het befchreven vulfel, aanleiding geeven; en dat het vervolgens in handen en eigendom van een metzelaars knegt gekomen is.

14

15

16