Vandaag begint de inhoudelijke behandeling van het Passage-onderzoek.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Vandaag begint de inhoudelijke behandeling van het Passage-onderzoek."

Transcriptie

1 Edelachtbaar College, Vandaag begint de inhoudelijke behandeling van het Passage-onderzoek. Voordat wij de tenlasteleggingen voordragen vinden wij het van belang u op hoofdlijnen een toelichting te geven op het opsporingsonderzoek, wat daaraan voorafgegaan is, hoe dat onderzoek verlopen is en waarom wij de zaak aan u voorleggen in de gekozen omvang. Ik wil daarbij nadrukkelijk aangeven dat het niet mijn bedoeling is een voorschot te nemen op een reactie op verweren, noch wil ik hier inhoudelijk ingaan op de bewijspositie van het OM. Die punten die ik aan de orde zal stellen zijn: 1. De uitgangssituatie en de overwegingen van het Openbaar Ministerie die ten grondslag hebben gelegen aan de wens een overeenkomst te sluiten met Giuseppe La S.. 2. de keuzes waarvoor wij ons gesteld zagen na de totstandkoming van die overeenkomst: de strategische keuzes de prioritering van politieonderzoeken 3. de reden waarom de zaak in de gekozen omvang aan uw rechtbank wordt voorgelegd; de samenhang tussen de verschillende zaken. 4. de gevolgen voor de omvang en duur van het onderzoek 5. de vervolgingsbeslissingen 1 De uitgangssituatie en de overwegingen van het Openbaar Ministerie die ten grondslag hebben gelegen aan de wens een overeenkomst te sluiten met Giuseppe La S. Het OM realiseert zich dat het sluiten van een overeenkomst met iemand die bekend heeft zelf een moord gepleegd te hebben bijzonder is. Dat het Openbaar Ministerie niettemin heeft besloten die overeenkomst te willen sluiten vindt zijn redenen in het volgende, waarbij ik om te beginnen even terug moet naar het verleden. Nederland, en in het bijzonder Amsterdam, is de afgelopen 20 jaar geconfronteerd met een lange reeks afrekeningen in het criminele milieu, met een trieste piek in het najaar van In vrijwel geen van die moordzaken heeft de politie tot voor kort voldoende materiaal kunnen verzamelen om verdachten veroordeeld te kunnen krijgen. Dit is niet alleen onbevredigend voor de politie en Openbaar Ministerie, maar tevens maatschappelijk bijzonder ongewenst. Dit gegeven zal met name ook door nabestaanden en slachtoffers als een grote teleurstelling worden ervaren. De oorzaken van dit geconstateerde gebrek aan resultaten zijn divers. Ten eerste kan van een groot deel van de slachtoffers gesteld worden dat zij actief waren in het criminele milieu. Dat brengt met zich mee dat zij met verschillende criminele tegenspelers van doen hebben en met evenzovele in conflict kunnen raken over grote (financiële) belangen. Er zijn daardoor in deze gevallen zoveel onderzoeksrichtingen dat daardoor de opsporing stagneert. Ten tweede is het bijna vanzelfsprekend dat de zeldzame getuigen die werkelijk iets zouden kunnen verklaren over de toedracht en verdachten dat veelal niet willen, hetzij uit loyaliteit 1

2 met de dader, hetzij uit angst voor represailles, hetzij omdat zij zich daarmee zelf aan strafvervolging zouden blootstellen of vanwege een combinatie van deze factoren. Ten derde zijn de geliquideerde personen en degenen met wie zij problemen hadden vaak uitstekend op de hoogte van de mogelijkheden en beperkingen van de Nederlandse opsporingsbevoegdheden. Daarom leveren reguliere opsporingsmiddelen als telefoontaps, observaties, historische onderzoeken naar telecomverkeer of financiële bevragingen, vrijwel onvoldoende voor de (volledige) oplossing op. Verdergaande bevoegdheden zoals stelselmatige informatie-inwinning of infiltratie lijken uitgesloten in het hoog professionele milieu waar het in casu om gaat. De vraag kan gesteld worden of het zo erg is dat die zaken niet opgelost werden en of het wel wenselijk is zoveel politie- en justitiecapaciteit te steken in zaken als de onderhavige. Dat betekent met de gegeven beperkte beschikbare capaciteit immers ook dat een aantal andere zaken niet aangepakt kan worden. Aanvankelijk leken liquidaties, die in Amsterdam zo ongeveer vanaf het einde van de jaren 80 plaatsvonden, maatschappelijk niet zoveel onrust te veroorzaken. Een veel gehoord geluid was dat het toch criminelen onder elkaar waren. Burgers hadden er niet zoveel last van. Wel werd er, onder meer in de media, gespeculeerd over wie waar achter zat en waarom. Over de uitvoering heeft heel lang de idee geleefd dat men werkte met huurmoordenaars die uit voormalig Joegoslavië werden ingevlogen om direct na het plegen van de liquidaties het land weer te verlaten. Dat beeld is overigens in het Passage-onderzoek in elk geval niet bevestigd. Gaandeweg vond een kentering plaats in het denken over de noodzaak deze zaken aan te pakken. Er was een beeld ontstaan van een politie- en justitieapparaat dat machteloos was in dergelijke zaken en dat werd vanzelfsprekend maatschappelijk ongewenst geacht. Daarbij heeft ook meegespeeld dat het een wonder was dat er (nog) geen burgerslachtoffers dodelijk waren getroffen. Liquidaties vonden immers plaats op publieke plaatsen als winkelcentra en woonwijken, waarbij de kogels rond vlogen. De piek in het najaar van 2005 heeft de Minister van Justitie er zelfs toe gebracht aan de Amsterdamse parketleiding vragen te stellen. Medio jaren 90 was er eveneens politieke aandacht gekomen voor het fenomeen dat (de top van) de onderwereld verweven leek te gaan raken of geraakt was met de bovenwereld, met name in de vastgoedsector. De roep tot optreden werd dan ook luider. De discussie over de inzet van kostbare politiecapaciteit is uiteraard bij het Openbaar Ministerie ook intern gevoerd. De uitkomst van die discussie is voor het Openbaar Ministerie heel duidelijk. In een rechtstaat kan en mag het niet zo zijn dat er personen zijn die ongestraft hun onderlinge conflicten met geweld oplossen en zich op die manier gaandeweg een status van onaantastbaarheid verwerven. Het behoort tot de wettelijke taak van het Openbaar Ministerie ook in dit soort zaken de rechtsorde te handhaven. Daarbij hoort het niet uit te maken wie het slachtoffer is. De ernst van dergelijke delicten en de koelbloedigheid waarmee ze worden uitgevoerd moet doorslaggevend zijn. Er zijn voorbeelden van slachtoffers die onder de ogen van hun minderjarige kinderen werden geliquideerd en voorbeelden waarbij naast het kennelijk beoogde slachtoffer ook een toevallig tweede slachtoffer viel. Uitsluitend omdat zo iemand de pech had op het verkeerde moment op de verkeerde plaats, in de nabijheid van het slachtoffer te zijn. 2

3 De tijd was dus rijp om wel langdurig en diepgaand opsporingsonderzoek te doen, maar dat betekende nog niet dat er in die zaken ook voldoende bewijs was om ze als opgelost te beschouwen. Eerdergenoemde oorzaken voor een gebrek aan resultaten leidden er toe dat deze onderzoeken uiteindelijk veelal vastliepen. In de zomer van 2006 meldde La S. zich bij de CIE en deelde - kort gezegd - mede dat hij kon verklaren over een aantal onopgeloste levensdelicten, alsmede een aantal pogingen of voorbereidingen daartoe die deels bij politie en justitie nog niet bekend waren. Bij één voltooid levensdelict en ten minste twee voorbereidingen of pogingen was hij zelf als mededader betrokken, zo verklaarde hij. Hoewel dit uiteraard een bijzondere en welkome wending was en de belofte van een trendbreuk in zich hield, stelde dit het Openbaar Ministerie ook voor een probleem. De vraag was of de overheid met een persoon die zich schuldig heeft gemaakt aan een voltooid levensdelict (en ten minste twee pogingen of voorbereidingen) überhaupt wel zaken zou moeten willen doen. Vooropgesteld moet worden dat de wetgever het expliciet mogelijk heeft gemaakt een overeenkomst te sluiten met een getuige die tevens verdachte is. Voorwaarde daarbij is dat het moet gaan om verklaringen over delicten waarop een maximumstraf van ten minste acht jaar is gesteld. Daarnaast moet worden voldaan aan eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Dat maakt dat de vraag of de overheid een overeenkomst moet willen sluiten met een moordenaar in het algemeen al niet snel met 'ja' wordt beantwoord. Maar in dit geval lag het nog moeilijker, nu de te sluiten overeenkomst juist ook betrekking zou moeten hebben op de vervolging ter zake van die levensdelicten. La S. verklaarde echter over een groot aantal onopgeloste liquidaties (en voornemens en pogingen daartoe). Hij verklaarde tevens over nog uit te voeren liquidaties waartoe al opdrachten waren uitgezet in het milieu. Er moest dus rekening worden gehouden met de mogelijkheid dat de uitvoering daarvan aanstaande was. Het sluiten van een overeenkomst bood dus niet alleen de mogelijkheid ernstige zaken uit het recente en verdere verleden op te lossen, maar gaf tevens aanknopingspunten om nieuwe levensdelicten te voorkomen. Indien een overeenkomst echter niet tot stand zou komen zouden de verklaringen van La S. niet gebruikt mogen worden. De politie zou in dat geval geen tactisch aanknopingspunt hebben om deze liquidaties te voorkomen. Daar kwam nog wat bij: als La S. niet zelf naar de politie was gelopen en ook over zijn eigen misdrijven had verklaard, zou ook hij naar alle waarschijnlijkheid daarvoor nooit vervolgd hebben kunnen worden. Hij was tot het moment van zijn eigen verklaringen in de tactische onderzoeken niet als verdachte in beeld gekomen. Hoewel zijn eigen criminele handel en wandel beslist niet gebagatelliseerd mag worden, viel de afweging hierdoor toch uit in het voordeel van het wel willen sluiten van een overeenkomst. Deze feiten en overwegingen hebben het OM er na zeer uitvoerige interne beraadslagingen toe gebracht de overeenkomst met La S. aan te gaan, daarin gesteund door het College van PG s en de Minister van Justitie. De overeenkomst strekt er toe dat La S. over een aantal specifiek aangeduide liquidatiezaken, waarvan er nu diverse aan uw rechtbank worden voorgelegd, verklaringen aflegt over zijn eigen rol en die van anderen en dat hij daarbij naar waarheid verklaart. 3

4 Anderzijds zal het Openbaar Ministerie in de zaken waarvoor La S. vervolgd wordt een straf eisen die de helft bedraagt van de straf die het Openbaar Ministerie zou hebben geëist zonder zijn verklaringsbereidheid. 2 Keuzes waarvoor het Openbaar Ministerie en de politie zich gesteld zagen, strategische keuzes en prioritering van onderzoeken. La S. heeft verklaringen afgelegd over veertien liquidatiezaken. Het gaat om acht voltooide liquidaties, waarbij elf dodelijke slachtoffers zijn gevallen en om zes gevallen waarin pogingen of voorbereidingen hebben plaatsgevonden. Het goed en volledig onderzoeken van al die zaken vergde een zodanig grote capaciteitsinzet van de politie dat die zaken niet allemaal tegelijk opgepakt konden worden. Er moest dus beslist worden welke onderzoeken eerst en welke later opgestart zouden worden. De vastgestelde prioritering is uiteraard niet ingegeven door de gedachte dat de ene zaak ernstiger was dan de andere. Bepalend is geweest in de eerste plaats de noodzaak om mogelijk op handen zijnde liquidaties te voorkomen. La S. had verklaard over een lijst van beoogde slachtoffers die afgewerkt moest worden. Op deze lijst stond volgens hem ondermeer Nedim Imaç. Uiteraard is hij door de CIE gewaarschuwd dat er een dreiging op zijn leven bestond, maar dat heeft niet kunnen voorkomen dat hij ongeveer een maand voordat de overeenkomst na de toetsing door de Rechter-commissaris tot stand kwam, en dus voordat de verklaringen van La S. tactisch bruikbaar werden, inderdaad geliquideerd werd. Er moest dus ernstig rekening gehouden worden met de mogelijkheid dat er nog meer slachtoffers zouden vallen. Besloten werd daarom dat verdachten die mogelijk nog uitvoering aan genoemde voornemens zouden kunnen geven, zo snel mogelijk moesten worden aangehouden. Dat betekende dat als eerste zaken geselecteerd werden, waarin zoveel mogelijk van die personen als verdachte waren aan te merken. Tevens werd besloten dat de onderzoeken waarin op dat moment nog uitgebreid onderzoek plaatsvond door moesten lopen. Dat betrof de zaken Houtman, Van der Bijl en Imaç. Het parkeren van die zaken zou immers kunnen betekenen dat mogelijke onderzoeksmogelijkheden zouden verdwijnen en dat het aldus moeilijker zou worden die zaken op te lossen. De zaken Van der Bijl en Houtman bleven bij de Dienst Regionale Recherche in Amsterdam en er werd samenwerking gevonden met de Nationale Recherche, team Noord-Oost Nederland en de recherche van het Korps Utrecht. Het Utrechtse team nam met een flink rechercheteam het onderzoek naar de dubbele liquidatie in Antwerpen, de moord op Pels en de moord op Bethlehem voor zijn rekening. Daarbij kreeg de Antwerpse zaak prioriteit, vanwege de daarin voorkomende verdachten. De zaak Imac werd overgenomen door de Nationale Recherche. Het Review en Cold case team in Amsterdam nam intussen de oude dossiers van de liquidaties van twee jonge Joegoslavische mannen bij de Ouderkerkerplas en van Van Maurik onder de loep. In een volgende fase heeft het Amsterdamse rechercheteam tactisch onderzoek verricht in de zaken Ouderkerkerplas, Bosnie, Adjoeba, Önder, Van Dijk, Vaz en in de zaak Viool, de dubbele moord op Cor van Hout en Robert ter Haak. Het Utrechtse team nam, naast de drie eerder genoemde, tevens de zaak Van Maurik in onderzoek. Dit werd gedaan vanwege de samenhang met het daar al lopende onderzoek naar de dubbele liquidatie in Antwerpen. 4

5 3. De reden waarom de zaak in de gekozen omvang aan uw rechtbank wordt voorgelegd; de samenhang tussen de verschillende zaken. Vanaf het begin had het de voorkeur van het OM de verschillende zaken niet separaat, maar als geheel aan uw rechtbank voor te leggen. Daarvoor zijn twee redenen. A De samenhang en verwevenheid van het geheel. B De omstandigheid dat met La S., die over al deze zaken verklaarde een deal was gesloten. Ad A Waarin zit nu die verwevenheid en samenhang? Verdachten komen veelal in verschillende zaken als verdachte naar voren. Eén verdachte zelfs in 13 van de 14 zaken, een aantal anderen in 3 of 4. Het telkens per zaak, verschillende malen na elkaar berechten van een verdachte is niet alleen voor de verdachten, maar ook vanwege zakelijke belangen onwenselijk. De verklaringen van La S. zijn niet in veertien onderdelen op te splitsen. Het één hangt zodanig met het ander samen dat het als geheel moet worden bekeken. Zo is in diverse zaken een gelijke modus operandi zichtbaar en ook is de rolverdeling tussen de verschillende verdachten in sommige zaken gelijk. Ook verklaringen van andere getuigen zijn vaak in verschillende zaken van belang en kunnen pas goed op waarde worden geschat als ze in het geheel worden beschouwd. Ten slotte kunnen ook andere onderzoeksresultaten relevant zijn in verschillende zaken tegelijk. Als voorbeeld noem ik het onderzoek naar telecomverkeer in 1993, dat in alle drie de zaken uit 1993 een rol kan spelen. Ad B. De tweede reden die maakt dat de zaken niet separaat aan uw rechtbank konden worden voorgelegd is gelegen in de overeenkomst met La S.. Uw rechtbank kan de rechtmatigheid van de overeenkomst en de betrouwbaarheid van de verklaringen en bruikbaarheid als bewijs slechts ten volle toetsen als u het totale onderzoek zo breed mogelijk beschouwt. 4. De gevolgen voor de omvang en duur van het onderzoek Van meet af aan was duidelijk dat het onderzoek niet in een paar maanden zou worden afgerond. Uiteindelijk heeft het nog langer geduurd dan aanvankelijk werd gehoopt voordat de zaak inhoudelijk aan uw rechtbank kon worden voorgelegd. Niet alleen moest zo zorgvuldig en volledig mogelijk geverifieerd worden of het klopte wat La S. beweerde wat dat betreft is zeer kritisch onderzoek verricht en is niets voor zoete koek geslikt. Het niet of slechts summier onderzoeken van een aantal van de zaken was dus geen optie. Daarnaast moest aanvullend bewijs verzameld worden en dat kwam ons zoals dat heet niet aanwaaien. Eerdergenoemde obstakels zoals weinig bereidwillige getuigen speelden de teams ook nu parten. Maar er moest uiteraard ook aandacht en ruimte zijn voor andere onderzoeksrichtingen dan de door La S. genoemde. Daarnaast was het nu en dan noodzakelijk zijstappen uit te rechercheren en werd het zinvol geacht tevens financieel onderzoek te verrichten. Opmerking verdient ook nog dat in het onderzoek naast de 11 personen die thans zijn gedagvaard ook naar een groot aantal andere verdachten onderzoek moest worden verricht. Om enig inzicht te verschaffen in de omvang van het Passageonderzoek en de enorme hoeveelheid werk die is verzet hebben wij een aantal cijfers op een rijtje gezet. 5

6 50 Gerechtelijk Vooronderzoeken ca 257 getuigen & 30 verdachten gehoord ca 500 getapte telefoonlijnen ca tapgesprekken ca 70 getuigenverhoren bij de RC ca processen-verbaal ca 260 overuren gemiddeld per rechercheur in 2008 ca 250 ordners procesdossier ca 25 zittingsdagen pro forma tot op heden Omdat niet alle zaken waarover La S. verklaart meteen konden worden onderzocht, leidde de verwevenheid soms tot langdurige onthoudingen van een aantal van zijn verklaringen of van passages daaruit. Ook resultaten van bijzondere opsporingsmethoden konden om de lopende onderzoeken niet te schaden - veelal niet meteen worden prijsgegeven. De laatste resultaten konden pas heel kort geleden aan het procesdossier worden toegevoegd. Al onze inspanningen zijn in de afgelopen tijd gericht geweest en zullen in de komende tijd gericht zijn op waarheidsvinding binnen de wettelijke mogelijkheden én het zo goed mogelijk informeren van de rechter. Overeenkomstig onze wettelijke taak hebben wij daarbij getracht en zullen wij blijven trachten rekening te houden met de belangen van álle procespartijen. Op deze plaats is het daarom ook vast goed om op te merken dat wij begrip hebben voor een kritisch toetsende opstelling ten opzichte van ons werk van de zijde van de Rechtbank en de advocatuur. Zakelijke verschillen van inzicht horen daar bij en dienen op zakelijke en professionele wijze te worden benaderd. Onze opstelling zal gericht zijn op respect voor ieders positie in dit proces. Wij vertrouwen er op dat de overige procesdeelnemers dit uitgangspunt met ons delen. 5. De vervolgingsbeslissingen Een consequentie van de gemaakte keuzes en de daarmee samenhangende lange duur van het totale onderzoek is dat een aantal verdachten al lange tijd in voorlopige hechtenis zit. Wij hebben ons dat terdege gerealiseerd maar zijn van oordeel dat gelet op de aard en omvang van de onderzoeken en de zwaarte van de verwijten dit gerechtvaardigd was. Niettemin hebben wij begrip voor de wens van verdachten eindelijk te willen weten waar ze aan toe zijn. De lange duur van de voorlopige hechtenis maakte dat de start van de inhoudelijke behandeling niet langer uitstel kon verdragen. Dat heeft tot gevolg dat niet alle 14 zaken nu aan uw rechtbank worden voorgelegd. De achterliggende onderzoeksperiode is niet lang genoeg geweest om álle opsporingsonderzoeken af te ronden. De onderzoeken met betrekking tot Imac, Pels, Bethlehem en Van Hout en Ter Haak verkeren helaas nog niet in een stadium dat zij thans gereed zijn voor een inhoudelijke behandeling. In die zaken zijn dan ook geen verdachten gedagvaard. Tien van de veertien zaken worden nu wel ter inhoudelijke behandeling aan uw rechtbank voorgelegd. Zo dadelijk bij de voordracht zal worden opgesomd voor welke van die 10 zaken de verschillende verdachten zijn gedagvaard en welk aandeel hen daarbij tenlaste is gelegd. Daarnaast is er een witwaszaak en hebben wij in de totale onderzoeksresultaten 6

7 aanleiding gezien enkele verdachten te vervolgen voor deelname aan een criminele organisatie. Voor Nederlandse begrippen is het vandaag inhoudelijk begonnen proces uniek te noemen. Voor zover ons bekend is het nog niet eerder voorgekomen dat een rechtbank een zo lange reeks van levensdelicten als geheel behandelt. Er staan 11 verdachten terecht en het dossier is zeer omvangrijk. Naar het zich laat aanzien zal de inhoudelijke behandeling van deze zaken geruime tijd, ongeveer een jaar, in beslag nemen. Vanwege de te verwachten lang duur van dit proces zal ieders geduld, met name dat van de verdachten. op de proef worden gesteld. Ondanks dit bijzondere gegeven is ons uitgangspunt dat het voor het overige om een betrekkelijk normaal proces gaat, waarbij de rechtbank per verdachte en per zaak zal dienen te beoordelen of er voldoende bewijs wordt gepresenteerd. 7

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie eenheid Amsterdam en het Openbaar Ministerie te Amsterdam Datum: 30 december 2013 Rapportnummer: 2013/213 2 Feiten Verzoeker is

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus Rapportnummer: 2011/226

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus Rapportnummer: 2011/226 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het arrondissementsparket te Rotterdam. Datum: 3 augustus 2011 Rapportnummer: 2011/226 2 Feiten Verzoekers hebben bij de politie aangifte gedaan jegens

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: Rapportnummer: 2013/044

Rapport. Rapport over een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: Rapportnummer: 2013/044 Rapport Rapport over een klacht over het Openbaar Ministerie te Den Haag. Datum: Rapportnummer: 2013/044 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de officier van justitie van het arrondissementsparket te Den

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Besluitvorming over bijzondere opsporingsbevoegdheden in de aanpak van georganiseerde criminaliteit

Besluitvorming over bijzondere opsporingsbevoegdheden in de aanpak van georganiseerde criminaliteit SAMENVATTING De Wet BOB: Titels IVa en V in de praktijk Besluitvorming over bijzondere opsporingsbevoegdheden in de aanpak van georganiseerde criminaliteit Mirjam Krommendijk Jan Terpstra Piet Hein van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 25 907 Voorkoming en bestrijding van geweld op straat Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 Rapport Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 2 Klacht Verzoeker, slachtoffer van poging doodslag gepleegd door zijn ex-vriendin op 10 december 1999, klaagt erover dat het arrondissementsparket te

Nadere informatie

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar zijn

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar zijn Samenvatting aangemelde strafzaken Toegangscommissie Dossiernummer: CEAS 2006/0001 wetenschapper Indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar een strafzaak, die heeft geleid tot onherroepelijke

Nadere informatie

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 34300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016 Nr. 75 Brief van de minister van Veiligheid en Justitie Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Samenvatting strafzaken die in 2008 zijn aangemeld bij/afgedaan door de Toegangscommissie

Samenvatting strafzaken die in 2008 zijn aangemeld bij/afgedaan door de Toegangscommissie Samenvatting strafzaken die in 2008 zijn aangemeld bij/afgedaan door de Toegangscommissie Van onderstaande zaken zijn nummer 0038 t/m 0052 in 2008 onder de aandacht gebracht. Zaak 0031 is zowel in 2006,

Nadere informatie

Parketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak

Parketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak vonnis GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO Parketnummer: 500.00480/17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak Vonnis van dit Gerecht in de strafzaak tegen de verdachte: R.M.C., geboren op Curaçao, wonende

Nadere informatie

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar

De indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar Samenvatting aangemelde strafzaken Toegangscommissie CEAS 2006/0001 wetenschapper Indiener vraagt de Commissie een onderzoek in te stellen naar een strafzaak, die heeft geleid tot onherroepelijke veroordelingen

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511

ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511 ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 10-02-2010 Datum publicatie 10-02-2010 Zaaknummer 06/800866-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken

GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken parketnummer : 20.001938.96 uitspraakdatum : 29 april 1997 verstek dip GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken A R R E S T gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis

Nadere informatie

Datum 10 januari 2014 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht "Politie en justitie tappen te veel af

Datum 10 januari 2014 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Politie en justitie tappen te veel af 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

thans uit anderen hoofde gedetineerd in het Huis van Bewaring [locatie] te [plaats 2],

thans uit anderen hoofde gedetineerd in het Huis van Bewaring [locatie] te [plaats 2], ECLI:NL:RBAMS:2013:3850 Uitspraak RECHTBANK AMSTERDAM INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER Parketnummer: 13/737331-13 RK nummer: 13/2646 Datum uitspraak: 28 juni 2013 UITSPRAAK op de vordering ex artikel 23

Nadere informatie

Rapport. Datum: 9 november 2006 Rapportnummer: 2006/361

Rapport. Datum: 9 november 2006 Rapportnummer: 2006/361 Rapport Datum: 9 november 2006 Rapportnummer: 2006/361 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de officier van justitie te Dordrecht zijn verzoek om een voorwaardelijk sepot om te zetten in een onvoorwaardelijk

Nadere informatie

Datum 20 december 2012 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de inzet van paragnosten door de politie

Datum 20 december 2012 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de inzet van paragnosten door de politie 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek ARRESTANTENVERZORGING Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek januari 2013 Doel van het strafproces / strafvordering = het nemen van strafvorderlijke beslissingen Bestaat uit =

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving α Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 20301, 2500 EH Den Haag An de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Aanvulling discussienota VPS-wetgevingsprogramma onderdeel RC en Raadkamer

Aanvulling discussienota VPS-wetgevingsprogramma onderdeel RC en Raadkamer Aanvulling discussienota VPS-wetgevingsprogramma onderdeel RC en Raadkamer In 2012 is het programma Versterking prestaties in de strafrechtketen (VPS) van start gegaan. Onderdeel daarvan is de modernisering

Nadere informatie

Datum 26 september 2011 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de bescherming van juweliers en andere middenstanders

Datum 26 september 2011 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de bescherming van juweliers en andere middenstanders 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Parketnummers : 13/ , 13/ , 13/ Vragen aan Officieren van Justitie mbt afdoeningsbeslissingen getuige Sonja Holleeder

Parketnummers : 13/ , 13/ , 13/ Vragen aan Officieren van Justitie mbt afdoeningsbeslissingen getuige Sonja Holleeder Rechtbank Amsterdam Zitting : maandag 12 maart 2018 Parketnummers : 13/730084-14, 13/731070-15, 13/731088-15 Vragen aan Officieren van Justitie mbt afdoeningsbeslissingen getuige Sonja Holleeder Inzake:

Nadere informatie

Datum 2 oktober 2015 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht dat het nieuwe tapbeleid van Justitie een aanval is op onze grondrechten

Datum 2 oktober 2015 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht dat het nieuwe tapbeleid van Justitie een aanval is op onze grondrechten 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Rapport. Datum: 12 oktober 1998 Rapportnummer: 1998/445

Rapport. Datum: 12 oktober 1998 Rapportnummer: 1998/445 Rapport Datum: 12 oktober 1998 Rapportnummer: 1998/445 2 Klacht Op 5 december 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer H. te Arnhem, ingediend door de heer F. te Doorwerth, met

Nadere informatie

Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta. Voorgeschiedenis. Aangifte 2001

Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta. Voorgeschiedenis. Aangifte 2001 Enkele achtergronden bij de beslissing om geen onderzoek in te stellen tegen Jorge Zorreguieta Voorgeschiedenis Aangifte 2001 Eerder werd aangifte gedaan tegen Jorge Zorreguieta in 2001 ter zake van foltering

Nadere informatie

Rapport. Datum: 29 november 2001 Rapportnummer: 2001/374

Rapport. Datum: 29 november 2001 Rapportnummer: 2001/374 Rapport Datum: 29 november 2001 Rapportnummer: 2001/374 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het regionale politiekorps Limburg-Noord onvoldoende onderzoek heeft verricht naar aanleiding van zijn aangifte

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

Gehoord de gerechten heeft de Raad de eer u als volgt te berichten.

Gehoord de gerechten heeft de Raad de eer u als volgt te berichten. Aan de Minister van Justitie t.a.v. mw. mr. M.F.M. de Groot Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG datum 16 januari 2006 contactpersoon mr. A. Kuijer doorkiesnummer 070-361 9706 a.kuijer@rvdr.drp.minjus.nl e-mail

Nadere informatie

ECLI:NL:RBGEL:2014:6552

ECLI:NL:RBGEL:2014:6552 ECLI:NL:RBGEL:2014:6552 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 16-10-2014 Datum publicatie 16-10-2014 Zaaknummer 05/840573-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Datum 11 juni 2019 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Boek over politieonderzoek Nicole van den Hurk moet worden aangepast

Datum 11 juni 2019 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Boek over politieonderzoek Nicole van den Hurk moet worden aangepast 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond.

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond. Rapport Een onderzoek naar klachten over het niet eerder seponeren van een strafzaak en over het doorsturen van een verzoek om schadevergoeding naar de rechtbank. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt

Nadere informatie

Samenvatting Dutch summary

Samenvatting Dutch summary Samenvatting Dutch summary SAMENVATTING INTRODUCTIE De afgelopen jaren zijn er in Nederland verschillende moordzaken geweest die vanaf de aanvang van het opsporingsonderzoek verkeerd werden geïnterpreteerd

Nadere informatie

> Retouradres Postbus EH Den Haag. Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

> Retouradres Postbus EH Den Haag. Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG ; > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG JBOZ Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

Rapport. Datum: 6 juni Rapportnummer: 2013/064

Rapport. Datum: 6 juni Rapportnummer: 2013/064 Rapport Rapport over een klacht over de korpsbeheerder van het regionale politiekorps Amsterdam-Amstelland (thans de politiechef van de regionale eenheid Amsterdam te Amsterdam). Datum: 6 juni 2013 Rapportnummer:

Nadere informatie

betreft: [klager] datum: 3 augustus 2012 gericht tegen een op 10 april 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

betreft: [klager] datum: 3 augustus 2012 gericht tegen een op 10 april 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris, nummer: betreft: [klager] datum: 3 augustus 2012 De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273

ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 31-03-2004 Datum publicatie 08-04-2004 Zaaknummer 06/060115-03 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Rapport. Verslag van Rapport over een klacht over de SVB te Amstelveen. Datum: 22 januari 2013. Rapportnummer: 2013/007

Rapport. Verslag van Rapport over een klacht over de SVB te Amstelveen. Datum: 22 januari 2013. Rapportnummer: 2013/007 Rapport Verslag van Rapport over een klacht over de SVB te Amstelveen Datum: 22 januari 2013 Rapportnummer: 2013/007 2 De klacht en de achtergronden De Nationale ombudsman ontving in het voorjaar van 2012

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LIMBURG AFDELING HASSELT VAN 19 OKTOBER 2017

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LIMBURG AFDELING HASSELT VAN 19 OKTOBER 2017 HA56.L2.3542-14 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE LIMBURG AFDELING HASSELT VAN 19 OKTOBER 2017 INZAKE HET OPENBAAR MINISTERIE TEGEN BEKLAAGDE A. A., geboren te Beringen op ( ), wonende te ( ), Belg. In persoon.

Nadere informatie

Onderzoek door het Openbaar Ministerie Informatiefolder voor de medewerker

Onderzoek door het Openbaar Ministerie Informatiefolder voor de medewerker Informatie folder Onderzoek door het Openbaar Ministerie Informatiefolder voor de medewerker Pagina 2 van 16 Onderzoek door het Openbaar Ministerie Informatiefolder voor de medewerker Landelijke versie,

Nadere informatie

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R.

Datum 23 februari 2012 Onderwerp Beantwoording Kamervragen over de voorlopige hechtenis van dhr. R. 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december Rapportnummer: 2013/221

Rapport. Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december Rapportnummer: 2013/221 Rapport Rapport over een klacht over de Dienst Justitiële Inrichtingen. Datum: 31 december 2013 Rapportnummer: 2013/221 2 Feiten Verzoeker komt oorspronkelijk uit Afghanistan en heeft in Nederland een

Nadere informatie

UITLEVEREN OF VERVOLGEN IN NEDERLAND?

UITLEVEREN OF VERVOLGEN IN NEDERLAND? UITLEVEREN OF VERVOLGEN IN NEDERLAND? W.R. Jonk, mr R. Malewicz en mr G.P. Hamer 1 Op 1 januari 2004 had het kaderbesluit betreffende het Europees aanhoudingsbevel 2 in de Nederlandse wetgeving geïmplementeerd

Nadere informatie

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT VAN 15 DECEMBER 2015

RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT VAN 15 DECEMBER 2015 RECHTBANK VAN EERSTE AANLEG TE HASSELT VAN 15 DECEMBER 2015 INZAKE HET OPENBAAR MINISTERIE BURGERLIJKE PARTIJEN Vlaamse Vervoersmaatschappij ( ) openbare instelling onder de vorm van een NV, met ondernemingsnummer

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499

ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499 ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 25-09-2007 Datum publicatie 28-09-2007 Zaaknummer 06/580261-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Gehoord de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1

Gehoord de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 1 Aan de minister van Justitie dr. E.M.H. Hirsch Ballin Postbus 20301 2500 EH DEN HAAG datum 2 december 2009 doorkiesnummer 070-361 9721 e-mail Voorlichting@rechtspraak.nl onderwerp Wetsvoorstel verruiming

Nadere informatie

Inhoud. Lijst van enige afkortingen. Lijst van verkort aangehaalde werken. Lijst van websites. Deel I Inleidende beschouwingen

Inhoud. Lijst van enige afkortingen. Lijst van verkort aangehaalde werken. Lijst van websites. Deel I Inleidende beschouwingen Inhoud Lijst van enige afkortingen Lijst van verkort aangehaalde werken Lijst van websites Deel I Inleidende beschouwingen Hoofdstuk I Plaatsbepaling en doel strafproces(recht) 1 Strafrecht als sanctierecht

Nadere informatie

De Amsterdamse zedenzaak Vragen en Antwoorden

De Amsterdamse zedenzaak Vragen en Antwoorden De Amsterdamse zedenzaak Vragen en Antwoorden MAART 2012 Waarvan worden Roberts M. en Richard van O. beschuldigd? Het Openbaar Ministerie (OM) verdenkt Roberts M. van vele gevallen van seksueel binnendringen

Nadere informatie

Gespreksleider: Paulien Defoer, Paulien Defoer Mediation

Gespreksleider: Paulien Defoer, Paulien Defoer Mediation 1.7 Mediation in strafrecht, ervaringen in de pilots: aan tafel! Jent Bijlsma Trickster Toaufik Elfalah Politie Utrecht Klaartje Freeke Freeke & Monster Judith Uitermark Rechtbank Noord-Holland Gespreksleider:

Nadere informatie

XX advocaten. Geachte mevrouw J,

XX advocaten. Geachte mevrouw J, XX advocaten Geachte mevrouw J, Dank u voor uw brief van 27 juni 2012. Daarin schrijft u dat u namens een viertal cliënten, de heer A, de heer Y, de heer Z en de heer V, een klacht heeft over het publiceren

Nadere informatie

Rapport. Datum: 13 oktober 1998 Rapportnummer: 1998/446

Rapport. Datum: 13 oktober 1998 Rapportnummer: 1998/446 Rapport Datum: 13 oktober 1998 Rapportnummer: 1998/446 2 Klacht Op 11 februari 1998 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer X te Y, ingediend door de heer mr. G. Meijers, advocaat

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-generaal Veiligheid Programma Bestuurlijke Aanpak Schedeldoekshaven

Nadere informatie

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Functioneel Parket te Den Haag. Datum: 4 juni Rapportnummer: 2012/092

Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over het Functioneel Parket te Den Haag. Datum: 4 juni Rapportnummer: 2012/092 Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over het Functioneel Parket te Den Haag. Datum: 4 juni 2012 Rapportnummer: 2012/092 2 Feiten Verzoeker was directeur van een stichting. Op 21 mei 2010 heeft

Nadere informatie

crisis in de verzorgingsstaat , 294 economische crisis 82-85

crisis in de verzorgingsstaat , 294 economische crisis 82-85 Trefwoordenregister A Accusatoir versus inquisitoir 71-76, 137, 149-153 Afgeschermde getuige 524-527 Afluisteren van telefoongesprekken 233-235, 235-236, 336-342, 366, 380-381, 383, 387-388, 415, 432-433

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het regionale politiekorps Noord-Holland Noord. Datum: 21 maart Rapportnummer: 2011/099

Rapport. Rapport betreffende een klacht over het regionale politiekorps Noord-Holland Noord. Datum: 21 maart Rapportnummer: 2011/099 Rapport Rapport betreffende een klacht over het regionale politiekorps Noord-Holland Noord. Datum: 21 maart 2011 Rapportnummer: 2011/099 2 Klacht Op 24 juni 2009 verhoorden twee politieambtenaren van het

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2017:1473

ECLI:NL:RBNNE:2017:1473 ECLI:NL:RBNNE:2017:1473 Instantie Datum uitspraak 20-04-2017 Datum publicatie 21-04-2017 Rechtbank Noord-Nederland Zaaknummer 18/830019-17 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

HET HOF VAN BEROEP TE ANTWERPEN VAN 4 DECEMBER e kamer

HET HOF VAN BEROEP TE ANTWERPEN VAN 4 DECEMBER e kamer Nr. 811 P 2007 HET HOF VAN BEROEP TE ANTWERPEN VAN 4 DECEMBER 2008 13e kamer Inzake van het O. M. en: L. Kouri wonende te 3600 Genk, ( ) burgerlijke partij vertegenwoordigd door Meester Jean-Paul Lavigne,

Nadere informatie

Vraag: Welke risico's brengt deze verstrekking met zich mee?

Vraag: Welke risico's brengt deze verstrekking met zich mee? Waarom moet de informatie al in dit stadium worden uitgewisseld? Waarom wordt niet gewacht met de informatie-uitwisseling tot nadat een persoon is veroordeeld? De uitwisseling van dit soort informatie

Nadere informatie

Slachtoffer van geweld?

Slachtoffer van geweld? Slachtoffer van geweld? Wij komen u financieel tegemoet Erkenning geeft kracht Wat doet het Schadefonds Geweldsmisdrijven? Het Schadefonds Geweldsmisdrijven geeft een financiële tegemoetkoming aan mensen

Nadere informatie

SAMENVATTING Achtergrond Onderzoeksopzet

SAMENVATTING Achtergrond Onderzoeksopzet SAMENVATTING Achtergrond De laatste jaren is er een toenemende aandacht van de overheid voor de aanpak van kindermishandeling en partnergeweld. Het kabinet heeft in 2007 het actieplan Kinderen Veilig Thuis

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377

ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 15-04-2011 Datum publicatie 15-04-2011 Zaaknummer 19.605555-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Ontwrichtende untouchables van de Cariben. Speciaal team strijdt tegen drugs in postpakketten

Ontwrichtende untouchables van de Cariben. Speciaal team strijdt tegen drugs in postpakketten IN ICHT NR. NR... 08 JUNI 2017 3 Ontwrichtende untouchables van de Cariben 12 8 Officier van justitie Koos Plooij en advocaat Sander Janssen in discussie over de kroongetuige Speciaal team strijdt tegen

Nadere informatie

Beslissingen rechtbank op verzoeken raadslieden in strafzaken Hofstadgroep donderdag, 8 december 2005

Beslissingen rechtbank op verzoeken raadslieden in strafzaken Hofstadgroep donderdag, 8 december 2005 Beslissingen rechtbank op verzoeken raadslieden in strafzaken Hofstadgroep donderdag, 8 december 2005 Rb 's-gravenhage - De rechtbank Rotterdam (nevenvestigingsplaats 's-gravenhage) heeft vandaag in Amsterdam

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 417 Kabinetsformatie 2010 Nr. 2 BRIEF VAN DE INFORMATEUR Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Hierbij zend ik u, daartoe

Nadere informatie

De enkelvoudige kamer: de politierechter

De enkelvoudige kamer: de politierechter 3 De enkelvoudige kamer: de politierechter 3.1 Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de procedure bij de politierechter. Deze is niet totaal verschillend van die bij de meervoudige strafkamer. Integendeel.

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420

ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 05-04-2011 Datum publicatie 07-04-2011 Zaaknummer 21-002244-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger

Nadere informatie

Samenvatting. Evaluatie regeling DNAverwantschapsonderzoek. prof. dr. Heinrich Winter mr. dr. Rolf Hoving mr. Christian Boxum mr.

Samenvatting. Evaluatie regeling DNAverwantschapsonderzoek. prof. dr. Heinrich Winter mr. dr. Rolf Hoving mr. Christian Boxum mr. Samenvatting Evaluatie regeling DNAverwantschapsonderzoek prof. dr. Heinrich Winter mr. dr. Rolf Hoving mr. Christian Boxum mr. Christine Veen Groningen, maart 2019 Samenvatting Inleiding In dit onderzoek

Nadere informatie

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel

Datum 13 augustus 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over Aangiftebereidheid van minderjarige slachtoffers mensenhandel 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG DB3 Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag

Nadere informatie

U BENT GETUIGE IN EEN STRAFPROCES

U BENT GETUIGE IN EEN STRAFPROCES U BENT GETUIGE IN EEN STRAFPROCES Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen met een visuele beperking, zoals slechtzienden en blinden. Als u getuige

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 080.00 ingediend door: tegen: hierna te noemen klager`, hierna te noemen 'verzekeraar. De Raad van Toezicht Verzekeringen heeft

Nadere informatie

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Kortrijk, strafzaken

Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Kortrijk, strafzaken Vonnisnummer/ Griffienummer / \.\bi. /2015 Repertoriumnummer/ Europees 2015 / 461. Datum van uitspraak 18 maart 2015 Rolnummer niet in strafzaken Notitienummer parket 66.RW.500300/2013 Rechtbank van eerste

Nadere informatie

Regiopolitie. Prins Clauslaan 20 Uw brief Postbus Bijlagen 1

Regiopolitie. Prins Clauslaan 20 Uw brief Postbus Bijlagen 1 R e g i s t r a t i e k a m e r Regiopolitie 1..'s-Gravenhage, 2 augustus 2001.. Onderwerp Bij brief is het conceptreglement RISKIDS ter toetsing aan de Registratiekamer voorgelegd. Het concept geeft aanleiding

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994

ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994 ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 22-12-2006 Datum publicatie 11-01-2007 Zaaknummer 15/645076-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

Datum 4 juni 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over dat particulieren steeds vaker een privédetective inhuren

Datum 4 juni 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over dat particulieren steeds vaker een privédetective inhuren 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Midden in de nacht haasten om binnen een uur ter plaatse te zijn. Voor een eerlijke overheid. De Rijksrecherche.

Midden in de nacht haasten om binnen een uur ter plaatse te zijn. Voor een eerlijke overheid. De Rijksrecherche. Midden in de nacht haasten om binnen een uur ter plaatse te zijn Voor een eerlijke overheid. De Rijksrecherche. Rijksrecherche voor objectieve waarheidsvinding Dagelijkse realiteit De Rijksrecherche stelt

Nadere informatie

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1

STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 TITEL I TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1 Deze wet regelt een

Nadere informatie

Rapport. Op het verkeerde been

Rapport. Op het verkeerde been Rapport Op het verkeerde been Een onderzoek naar aanleiding van een klacht over de voorlichting door de gemeente Bloemendaal en de Immigratie-en Naturalisatiedienst bij een naturalisatieverzoek. Oordeel

Nadere informatie

Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord

Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord De Leerplichtwet Ieder kind heeft recht op onderwijs. Het biedt hen de kans om hun eigen mogelijkheden te ontdekken, te ontwikkelen en te gebruiken. Een goede

Nadere informatie

ECLI:NL:OGEAA:2016:411

ECLI:NL:OGEAA:2016:411 ECLI:NL:OGEAA:2016:411 Instantie Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba Datum uitspraak 05-02-2016 Datum publicatie 22-06-2016 Zaaknummer 426 van 2015, P-2015/06927 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

Datum 24 oktober 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de uitlevering van verdachten aan Rwanda

Datum 24 oktober 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over de uitlevering van verdachten aan Rwanda 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

ECLI:NL:RBAMS:2017:2714

ECLI:NL:RBAMS:2017:2714 ECLI:NL:RBAMS:2017:2714 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 25-04-2017 Datum publicatie 01-05-2017 Zaaknummer RK 16/7321 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Rekestprocedure

Nadere informatie

Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van t/m heden

Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van t/m heden Wet op de bijzondere opsporingsdiensten Geldend van 01-01-2013 t/m heden Wet van 29 mei 2006 tot vaststelling van regels met betrekking tot de bijzondere opsporingsdiensten en de instelling van het functioneel

Nadere informatie

Verstoord contact. Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie-eenheid Oost-Nederland.

Verstoord contact. Rapport. Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie-eenheid Oost-Nederland. Verstoord contact Rapport Rapport naar aanleiding van een klacht over de regionale politie-eenheid Oost-Nederland. Datum: 18 februari 2015 Rapportnummer: 2015/035 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat politieambtenaren

Nadere informatie

DE TUCHTCOMMISSIE VAN DE STICHTING TUCHTRECHTSPRAAK MEDIATORS

DE TUCHTCOMMISSIE VAN DE STICHTING TUCHTRECHTSPRAAK MEDIATORS Stichting Tuchtrechtspraak Mediators Postbus 23265 3001 KG Rotterdam DE TUCHTCOMMISSIE VAN DE STICHTING TUCHTRECHTSPRAAK MEDIATORS HEEFT DE NAVOLGENDE BESLISSING GEGEVEN IN ZAAK M-2017-11 van: DE HEER

Nadere informatie

AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN

AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN Categorie : opsporing Rechtskarakter : aanwijzing in de zin van art. 130 lid 4 Wet RO Afzender : College van procureurs-generaal Adressaat : Hoofden van

Nadere informatie

Datum 18 december 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Criminele Albanezen zijn de opkomende groep in de drugshandel

Datum 18 december 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht Criminele Albanezen zijn de opkomende groep in de drugshandel 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/jenv

Nadere informatie

Rapport. Datum: 30 september 2005 Rapportnummer: 2005/302

Rapport. Datum: 30 september 2005 Rapportnummer: 2005/302 Rapport Datum: 30 september 2005 Rapportnummer: 2005/302 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de korpschef van het regionale politiekorps Haaglanden in zijn brief van 31 januari 2005 niet inhoudelijk is

Nadere informatie

Beheer. Schriftelijke vastlegging van de opdracht. Bevoegdheid tot indienen van bezwaarschriften tegen WOZ-beschikkingen.

Beheer. Schriftelijke vastlegging van de opdracht. Bevoegdheid tot indienen van bezwaarschriften tegen WOZ-beschikkingen. Beheer. Schriftelijke vastlegging van de opdracht. Bevoegdheid tot indienen van bezwaarschriften tegen WOZ-beschikkingen. Beklaagde heeft eerst voor klagers vader en later voor klager zelf het beheer over

Nadere informatie

2018D24533 LIJST VAN VRAGEN

2018D24533 LIJST VAN VRAGEN 2018D24533 LIJST VAN VRAGEN De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen voorgelegd aan de ministers van Buitenlandse Zaken en van Justitie en Veiligheid over de brief van 9 maart

Nadere informatie

Rapport. Datum: 15 december 2008 Rapportnummer: 2008/297

Rapport. Datum: 15 december 2008 Rapportnummer: 2008/297 Rapport Datum: 15 december 2008 Rapportnummer: 2008/297 2 Klacht Verzoeker is op 8 november 2006 door de politie aangehouden wegens stalking van zijn ex-echtgenote. In dit verband klaagt verzoeker erover

Nadere informatie

Advies ontwerpbesluit aanscherping glijdende schaal

Advies ontwerpbesluit aanscherping glijdende schaal De minister voor Immigratie en Asiel drs. G.B.M. Leers Postbus 20011 2500 EA Den Haag datum 15 augustus 2011 doorkiesnummer 070-361 9721 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl uw kenmerk 2011-2000250817 cc

Nadere informatie

Rijksrecherche. Rijksrecherche. Voor objectieve waarheidsvinding

Rijksrecherche. Rijksrecherche. Voor objectieve waarheidsvinding Rijksrecherche Rijksrecherche Voor objectieve waarheidsvinding Dagelijkse realiteit De Rijksrecherche stelt een onderzoek in. Het is misschien wel de meest gebruikte zin in openbare nieuwsberichten over

Nadere informatie

Congres Modernisering Wetboek van Strafvordering

Congres Modernisering Wetboek van Strafvordering Congres Modernisering Wetboek van Strafvordering Tien minuten voor een inhoudelijk verhaal over de voorgenomen modernisering strafvordering is niet veel, maar in een tijd waarin commentaren op beleid en

Nadere informatie

Bij brief heeft het CBP u laten weten de beslissing op het bezwaarschrift te verdagen.

Bij brief heeft het CBP u laten weten de beslissing op het bezwaarschrift te verdagen. POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Beveiligingsbedrijf DATUM 2 april 2002 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

Speech SG Riedstra op congres Modernisering Wetboek van strafvordering, Den Haag, Fokker Terminal, 14 september 2017

Speech SG Riedstra op congres Modernisering Wetboek van strafvordering, Den Haag, Fokker Terminal, 14 september 2017 Speech SG Riedstra op congres Modernisering Wetboek van strafvordering, Den Haag, Fokker Terminal, 14 september 2017 Welkom bij dit derde congres over de modernisering van het Wetboek van Strafvordering.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355

ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355 ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 20-11-2007 Datum publicatie 21-11-2007 Zaaknummer 19.830186-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993

ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 Instantie Datum uitspraak 11-11-2009 Datum publicatie 11-11-2009 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-002029-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie