De enkelvoudige kamer: de politierechter
|
|
- Pepijn Meyer
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 3 De enkelvoudige kamer: de politierechter 3.1 Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de procedure bij de politierechter. Deze is niet totaal verschillend van die bij de meervoudige strafkamer. Integendeel. Voor het grootste deel is de procedure hetzelfde. Hiervoor geldt dus in principe alles wat over de procedure is beschreven in hoofdstuk 2. Wel gelden er voor de politierechter enkele speciale bepalingen, die hierna worden besproken. Dat neemt niet weg dat er wel degelijk verschillen bestaan tussen deze twee type zittingen. Welke verschillen dat zijn en wat die betekenen voor de sfeer op de zitting, komt hierna (par. 3.3) aan de orde. 121 In dit hoofdstuk wordt verder achtereenvolgens ingegaan op de competentie van de politierechter en de maximumstraf die hij mag opleggen (par. 3.2), het karakter van de politierechterzitting (par. 3.3), de vraag wanneer gekozen wordt voor de politierechter (par. 3.4), de mogelijkheid om de zaak te verwijzen naar de meervoudige kamer (par. 3.5) en de afwijkende bepalingen voor de procedure ter zitting (par. 3.6). 3.2 Competentie politierechter Volgens artikel 45 Wet op de rechterlijke organisatie (Wet RO) nemen de rechtbanken in eerste aanleg kennis van alle strafzaken, behoudens bij de wet bepaalde uitzonderingen. Tot die uitzonderingen behoren bepaalde specialistische strafzaken, zoals de militaire strafzaken, die alleen door de Rechtbank Arnhem worden behandeld. Verder gaat het om enkele zaken die niet voor de rechtbank komen, maar onmiddellijk door het gerechtshof worden behandeld (art. 61 en 62 Wet RO). Zo beslist het gerechtshof als bijvoorbeeld twee
2 rechtbanken van mening verschillen over wie er bevoegd is een bepaalde zaak te behandelen. Binnen de rechtbank bestaat ook een politierechter. Deze politierechter is ingesteld op grond van artikel 51 Wet RO. In dat artikel staat dat het bestuur van de rechtbank enkelvoudige kamers moet instellen voor het behandelen en beslissen van strafzaken. Het is de bedoeling om bepaalde strafzaken vereenvoudigd en versneld af te doen door een zogenoemde enkelvoudige kamer. Dat betekent dat slechts één rechter over deze zaken oordeelt, de politierechter. De procedure voor de politierechter is grotendeels gelijk aan die voor de meervoudige kamer. Artikel 367 Sv bepaalt welke gedeelten van het Wetboek van Strafvordering, die betrekking hebben op de meervoudige strafkamer, (in principe) ook gelden voor de politierechter. De politierechter heeft daarbij dezelfde bevoegdheden die in de wet aan de voorzitter van de meervoudige kamer zijn gegeven. 122 De bepalingen die ook gelden voor de politierechter staan in de titels V en VI van Boek II (art a Sv). Deze artikelen hebben betrekking op de procedure vanaf het aanhangig maken van de zaak door de dagvaarding, de hele zitting met getuigen en deskundigen, de beraadslagingen, alsmede het vonnis. Kortom, het hele proces. Daarnaast zijn ook de regels over de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel (titel IIIb van Boek IV, art. 511b-511i Sv) van toepassing op de politierechter. Al deze bepalingen zijn dus van toepassing op de politierechter, tenzij de wet anders bepaalt. Die afwijkende bepalingen zijn te vinden in artikel Sv. Het voorgaande betekent dat voor de procedure voor de politierechter niet alles opnieuw uitputtend in de wet (en in dit boek) wordt beschreven. Volstaan wordt om de in artikel 368 tot en met 381 Sv beschreven afwijkende bepalingen te noemen die alleen gelden voor de politierechter. Wordt er niets afwijkends voorgeschreven voor de politierechter, dan gelden dus de algemene bepalingen van de meervoudige strafkamer. Alvorens hier nader op in te gaan, eerst iets over het karakter/de sfeer op de politierechterzitting en over wanneer een zaak wordt
3 aangebracht bij de politierechter in plaats van bij de meervoudige kamer. 3.3 Karakter/sfeer politierechterzitting De zitting bij de politierechter is in de praktijk veel informeler dan de zitting van de meervoudige kamer. Dat is niet omdat er een heel ander wetboek op van toepassing is. Immers, zoals hiervoor al is opgemerkt, gelden er in principe dezelfde bepalingen als bij de meervoudige strafkamer. Wel zijn er belangrijke verschillen aan te wijzen waardoor de zitting veelal een andere sfeer heeft dan bij de meervoudige kamer. Allereerst behandelt de politierechter de eenvoudiger zaken. Voor dergelijke zaken is veelal minder technisch onderzoek nodig, terwijl ook niet vaak getuigen of deskundigen worden gehoord. Deze zaken kunnen dus op zich redelijk snel ter zitting komen. Aan de andere kant is het zo dat vanwege de beperkte zittingscapaciteit voorrang wordt gegeven aan verdachten die in voorlopige hechtenis zitten. Dat kan dus betekenen dat juist verdachten die op vrije voeten zijn, zoals dat heet, langer op de behandeling van hun zaak moeten wachten. 123 De verdachte bij de politierechter is meestal niet gedetineerd. Hierdoor zijn er tijdens de zitting ook geen parketwachten nodig in de zaal. Veelal ook vindt de behandeling van de zaak plaats in een kleinere zittingszaal dan bij de meervoudige strafkamer. Dit draagt ook bij aan een minder groot gevoel van afstand. In vergelijking tot de meervoudige kamer zijn bovendien de straffen die de politierechter aan de verdachte kan opleggen beduidend lager. Zo kan hij maximaal een gevangenisstraf opleggen van één jaar (art. 369 Sv). Dit maakt dat wanneer de officier van justitie de zaak bij de politierechter aanbrengt, de verdachte in principe weet wat hem aan gevangenisstraf maximaal kan worden opgelegd. De verdachte weet alleen in principe waar hij aan toe is, omdat de politierechter altijd nog de mogelijkheid heeft om de zaak naar de meervoudige kamer te verwijzen (art. 369 lid 2 Sv). Dan vervalt dit strafmaximum
4 van één jaar. Hier kan nog worden opgemerkt dat het strafmaximum van de politierechter in juli 2002 flink is verhoogd van zes maanden naar één jaar. Een ander belangrijk verschil met de meervoudige kamer is dat de zaak bij de politierechterzitting niet door drie rechters wordt behandeld maar slechts door één. Bovendien heeft de verdachte vaak geen advocaat maar doet hij zijn eigen verdediging. 3.4 Wanneer keuze voor de politierechter? 124 Hoe wordt nu de selectie gemaakt tussen zaken die bij de meervoudige strafkamer worden aangebracht en zaken die de politierechter behandelt? In de wet is hierover in artikel 368 Sv iets bepaald. De zaak wordt namelijk voorgelegd aan de politierechter als de officier van justitie de zaak op het eerste gezicht eenvoudig vindt. En wat maakt een zaak dan eenvoudig? Daarover zegt de wet dat met name het bewijs eenvoudig moet zijn, maar ook de toepassing van de wet. Denk bij het eenvoudig zijn van het bewijs bijvoorbeeld aan de situatie waarin de verdachte bekent het ten laste gelegde delict te hebben gepleegd. Van een niet-eenvoudige toepassing van de wet kan sprake zijn wanneer het een delict betreft dat niet veel voorkomt en vrij specialistisch is. Het zou bijvoorbeeld een ingewikkelde fraudezaak kunnen zijn of een delict waarbij in de omschrijving veel vaagheden voorkomen die de rechter in de praktijk moet interpreteren. In deze gevallen, en daar waar het bewijs niet makkelijk is, zal de officier van justitie de zaken niet voor de politierechter brengen maar bij de meervoudige strafkamer. Zoals gezegd maakt de officier van justitie bij zijn keuze tussen de meervoudige kamer en de politierechter een soort voorlopige inschatting van de ingewikkeldheid van de zaak. In de praktijk wordt deze keuze echter veel meer bepaald door de ernst van het feit en de hoogte van de straf die de officier van justitie wil gaan vragen. Voor de politierechter geldt immers dat deze niet meer dan één jaar gevangenisstraf mag opleggen. Dus als de officier van justitie het feit zo ernstig vindt dat hij een hogere straf wil vragen, zal hij de
5 zaak alleen al daarom bij de meervoudige kamer aanbrengen, zelfs als bijvoorbeeld het bewijs op zich heel eenvoudig is. Het is dus de officier van justitie die bepaalt waar de zaak wordt behandeld. Hij moet deze keuze maken voor hij de dagvaarding aan de verdachte betekent. Immers, in de dagvaarding staat waar de verdachte zich moet melden. Daarbij gaat het niet alleen om informatie over het adres van de rechtbank, maar ook over voor welk type rechter hij moet verschijnen. In de dagvaarding staat vermeld of de verdachte terecht moet staan voor de meervoudige kamer of voor de politierechter. Deze keuze is niet onherroepelijk. Zo heeft de meervoudige kamer de mogelijkheid om de zaak naar de politierechter te verwijzen. Een dergelijke verwijzing komt in de praktijk niet veel voor. Het kan zich voordoen in een zaak die de rechtbank (de meervoudige kamer) vrij eenvoudig vindt. Als dan om een of andere reden de rechtbank de zaak moet aanhouden, bijvoorbeeld omdat de verdachte ziek is en niet op de zitting kan komen, kan de rechtbank zeggen dat de zaak de volgende keer door de politierechter kan worden behandeld (art. 282a Sv). Het omgekeerde komt iets vaker voor. De wet geeft namelijk in artikel 369 lid 2 Sv de politierechter de mogelijkheid om de zaak naar de meervoudige kamer te verwijzen Verwijzing naar de meervoudige kamer De politierechter kan de zaak verwijzen als hij vindt dat de zaak zo gecompliceerd is dat het passender is als drie rechters over de zaak oordelen. Hij moet dat zelfs doen wanneer hij vindt dat een langere gevangenisstraf op zijn plaats is dan het maximum van één jaar dat hij zelf mag opleggen. Ook moet de politierechter naar de meervoudige kamer verwijzen als hij van oordeel is dat terbeschikkingstelling (tbs) of plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (isd) overwogen moet worden (art. 369 lid 2 Sv). Op grond van artikel 499 lid 2 Sv geldt dit ook voor de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (PIJ). Er is nog een andere vergelijkbare maatregel, namelijk de maatregel van plaatsing in een psychiatrisch ziekenhuis (art. 37 Sr). Deze
6 maatregel mag de politierechter wel opleggen. Hoewel deze maatregel wel wat lijkt op de andere drie hiervoor genoemde maatregelen, hoeft de politierechter nu niet te verwijzen naar de meervoudige kamer. Dit is omdat de strafrechter alleen kan bepalen dat een verdachte wordt opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis voor de periode van maximaal één jaar. Daarmee blijft de termijn binnen de bevoegdheid van één jaar die voor de politierechter geldt voor het opleggen van een gevangenisstraf. Of de politierechter in de praktijk ook gebruik maakt van deze bevoegdheid is weer wat anders. De verwachting is dat hij in een dergelijk geval toch zal verwijzen naar de meervoudige kamer. 3.6 Afwijkende procedures 126 De procedure bij de politierechter wijkt op een aantal punten af van die bij de meervoudige kamer zoals beschreven in hoofdstuk 2. Het gaat hierbij om de volgende verschillen: kortere dagvaardingstermijn; mogelijkheid snelrecht; mondeling oproepen van getuigen en deskundigen; geen voorlezing schriftelijke stukken; mondelinge uitspraak; stempelvonnis; aantekening mondeling vonnis; schriftelijk vonnis; afstand rechtsmiddel. Hierna worden deze verschillen met de procedure bij de meervoudige kamer kort besproken Kortere dagvaardingstermijn Voor de politierechter bestaat een termijn van dagvaarding van slechts drie dagen (art. 370 Sv). Bij de meervoudige strafkamer is dat tien dagen. Door deze korte termijn is het mogelijk om zaken zeer snel af te handelen. Als een termijn van minder dan drie dagen is gebruikt, kan de zaak alleen behandeld worden als de verdachte daarvoor toestemming geeft. In de praktijk betekent dit dat de ver-
7 dachte bij de betekening van de dagvaarding niet alleen tekent voor ontvangst, maar ook nog een keer voor afstand van de termijn van drie dagen. Ook als de verdachte, ondanks de korte termijn van oproepen, ter zitting aanwezig is en geen verzoek doet tot schorsing, kan de zaak meteen worden behandeld Mogelijkheid snelrecht De wet biedt verschillende mogelijkheden om de zaken versneld voor de politierechter te brengen. Allereerst bestaat de mogelijkheid dat de politie aan de verdachte al bij zijn aanhouding een verkorte dagvaarding uitreikt (art. 370a Sv). Het gaat daarbij om eenvoudige zaken, zoals winkeldiefstal. De verdachte weet dan dat hij een paar weken later al voor de rechter moet komen. Deze verkorte dagvaarding kan later, maar uiterlijk drie dagen voor de zitting, (zo nodig) worden aangevuld tot een volledige tenlastelegging. Daarbij mag de officier van justitie de tekst niet zo veranderen dat er sprake is van een ander feit in de zin van artikel 68 Sr. 127 In de tweede plaats is er het snelrecht (art. 375 Sv). Als de verdachte op heterdaad is betrapt, vervolgens is aangehouden en voorgeleid aan de (hulp)officier van justitie, kan hij worden gedagvaard om al dezelfde dag voor de politierechter te verschijnen. Hier geldt dus niet de normale minimumtermijn voor dagvaarding van drie dagen. Deze hele snelle procedure wordt wel eens toegepast om snel te kunnen optreden, bijvoorbeeld bij rellen. Men wil dan een snelle berechting om de verdachten, zo mogelijk, snel te straffen en het publiek te laten zien dat er onmiddellijk wordt ingegrepen. Het risico voor de verdachte is dat de advocaat weinig tijd heeft voor de voorbereiding van de strafzaak. Ook is er bijna geen tijd om rapportage over de persoonlijke omstandigheden van de verdachte te laten opmaken. Dit zou kunnen leiden tot schending van artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, dat de verdachte recht geeft op een eerlijk proces. Echter, wanneer voor de verdachte de tijd echt te kort is om zich goed te kunnen verdedigen, dan kan hij op grond van artikel 372 Sv aan de politierechter uitstel van de behandeling vragen. Alleen als de politierechter
8 dit verzoek redelijk vindt, schorst hij het onderzoek voor bepaalde tijd, zodat de zaak later wordt behandeld. Zo niet, dan gaat hij verder met de behandeling van de zaak Mondeling oproepen van getuigen en deskundigen Op grond van artikel 373 Sv kan de officier van justitie bij de politierechterzitting getuigen en deskundigen mondeling oproepen of laten oproepen. Dit is een vereenvoudiging van de schriftelijke oproeping, die nodig is bij de meervoudige kamer. Nu er soms maar weinig tijd zit tussen het moment van dagvaarden en de zitting is dit een praktische oplossing om tijd te besparen Geen voorlezing schriftelijke stukken 128 De politierechter hoeft ter zitting geen processtukken voor te lezen of de korte inhoud daarvan mee te delen. Dit moet hij alleen doen wanneer de verdachte of diens raadsman daarom vraagt. Het verschil met de meervoudige kamer is dat de politierechter ook de niet-voorgelezen of samengevatte stukken mag gebruiken ten nadele van de verdachte (art. 374 Sv). Bij de meervoudige kamer mag dit niet. Daar bepaalt artikel 301 lid 4 Sv dat ten bezware (ten nadele) van de verdachte geen acht wordt geslagen op stukken die tijdens de zitting niet zijn voorgelezen of zijn samengevat. Deze bepaling is opgenomen om ervoor te zorgen dat de verdachte op de zitting te horen krijgt wat er allemaal voor belastende verklaringen of gegevens in het dossier zitten. Hij weet dan waar hij zich tegen moet verdedigen. Ook voorkomt deze bespreking van de belastende stukken uit het dossier dat de verdachte later wordt overvallen door een veroordeling, omdat hij dacht dat er niet veel bewijs tegen hem was. Bij de politierechter hoeft dat dus niet. Dit maakt de procedure simpeler en efficiënter. En hier kan dat ook. Het gaat immers in het algemeen om relatief eenvoudige zaken en overzichtelijke dossiers Mondelinge uitspraak De politierechter doet normaal gesproken na de behandeling van de zaak op de terechtzitting onmiddellijk mondeling uitspraak (art.
9 378 Sv). Hij doet dit nadat hij het onderzoek ter terechtzitting heeft gesloten. Het is ook mogelijk dat hij op een later tijdstip op diezelfde dag nog mondeling uitspraak doet. Lukt dat niet meer dezelfde dag, dan moet de politierechter schriftelijk vonnis wijzen. Het mondelinge vonnis van de politierechter wordt weergegeven in een zogenoemd stempelvonnis. Er wordt dan geen proces-verbaal opgemaakt. Artikel 378a Sv bepaalt aan welke voorwaarden dit zogenoemde stempelvonnis moet voldoen. Dit moet in ieder geval de volgende informatie bevatten: de naam van de politierechter; de dag van de uitspraak; de vermelding of de verdachte wel of niet aanwezig was (tegenspraak of verstek); het strafbare feit; de straf of maatregel die is opgelegd; de wettelijke bepalingen waarop die straf is gebaseerd. 129
10 130 Summiere aantekening mondeling vonnis
11 3.6.6 Aantekening mondeling vonnis Soms is een stempelvonnis niet genoeg en moet er door de griffier toch een proces-verbaal van de zitting worden opgemaakt (art. 378 Sv). Dit is allereerst het geval als de politierechter dit zelf nodig vindt, maar ook op vordering van de officier van justitie of op verzoek van de verdachte. De officier van justitie en de verdachte en zijn advocaat moeten dat wel vragen binnen drie maanden na de uitspraak. Verder moet ook als er een rechtsmiddel is ingesteld een procesverbaal worden opgemaakt. Dit is alleen dan niet nodig als dit rechtsmiddel niet binnen drie maanden na de uitspraak is ingesteld of wanneer er sprake is van een vonnis als bedoeld in art. 410a Sv. Dit zijn relatief eenvoudige zaken waarbij alleen een geldboete tot een maximum van 500 is opgelegd. In die gevallen beslist de voorzitter van het gerechtshof of de verdachte wel of niet verlof (toestemming) krijgt om in hoger beroep te gaan. 131 Tot slot wordt ook proces-verbaal opgemaakt als de zaak bij verstek is behandeld, de verdachte niet wist dat er een zitting was en er op de zitting getuigen of deskundigen zijn gehoord of er zich een benadeelde partij heeft gevoegd Schriftelijk vonnis Hoewel ook in de twee hiervoor genoemde varianten het stempelvonnis en de aantekening mondeling vonnis er iets op schrift wordt gezet, gaat het hier om een uitgewerkt schriftelijk vonnis. Zo n schriftelijk vonnis moet aan dezelfde eisen voldoen als het vonnis van de meervoudige kamer (zie art. 357 e.v. Sv). Uiterlijk op de veertiende dag na sluiting van het onderzoek ter zitting wordt het vonnis uitgesproken. De politierechter is bevoegd om een schriftelijk vonnis te wijzen. Als er staat is bevoegd, dan betekent dat dat de politierechter daartoe niet verplicht is. Hij kan het doen, maar het hoeft niet. Als de officier van justitie een schriftelijk vonnis vordert of de verdachte, zijn raadsman of de benadeelde partij hierom verzoekt, is de politie-
12 rechter in principe verplicht een schriftelijk vonnis te maken (art. 379 Sv). Hij hoeft dat niet te doen als hij vindt dat met zo n schriftelijk vonnis geen redelijk belang is gediend. In het stempelvonnis en de aantekening mondeling vonnis staat immers ook alle relevante informatie. De partij die desondanks een uitgewerkt schriftelijk vonnis wil, zal aan de politierechter dus duidelijk moeten maken welk belang hij heeft bij een uitgewerkt schriftelijk vonnis. Zo n belang kan zich voordoen bij een heel principiële zaak, waarbij niet zozeer de uitkomst van de zaak van belang is, maar met name de redenering, de argumenten die daarbij een rol hebben gespeeld. Zoals gezegd, kan de politierechter een dergelijk verzoek afwijzen Afstand doen van rechtsmiddel 132 Bij zijn uitspraak moet de politierechter aan de verdachte melden welk rechtsmiddel hij tegen de beslissing kan instellen en wat de termijn is waarbinnen hij dat moet doen (art. 364 in verbinding met art. 367 Sv). Zowel de officier van justitie als de verdachte kan onmiddellijk na de uitspraak ter terechtzitting afstand doen van dat recht. De politierechter moet de verdachte ook altijd op deze mogelijkheid wijzen. Een dergelijke afstand moet de verdachte zelf doen. Zijn advocaat kan dit niet voor hem doen. De verdachte kan bijvoorbeeld afstand doen van hoger beroep als hij tevreden is met de uitspraak of zich daar in ieder geval bij neerlegt. De officier van justitie zal meestal afstand doen als de politierechter de eis heeft gevolgd of daar niet al te veel van is afgeweken. Als er afstand wordt gedaan, noteert de griffier dat in het procesverbaal van de terechtzitting. Als er geen proces-verbaal wordt opgemaakt, staat de afstand vermeld in het stempelvonnis. Doen beide partijen afstand van het rechtsmiddel, dan is de uitspraak op dat moment onherroepelijk. Mocht de verdachte zich later bedenken en toch in hoger beroep gaan, dan wordt hij niet-ontvankelijk verklaard. Het gerechtshof zal zijn zaak dan ook niet in behandeling nemen. Dit is alleen dan anders wanneer er bijzondere omstandigheden zijn waardoor niet mocht worden aangenomen dat de verdachte inderdaad afstand heeft willen doen, bijvoorbeeld als er discussie ontstaat over wat de verdachte nou precies heeft gezegd. Het gaat dan om de uitleg van de bewoordingen die de verdachte heeft gebruikt waaruit de politierechter meende te mogen afleiden dat hij
13 afstand had gedaan. Een uitspraak van de verdachte als het heeft al zo lang geduurd, ik wil ervan af zijn, mag worden opgevat als een afstandsverklaring. Maar wat als de verdachte zegt in hoger beroep zal ik wel geen lagere straf krijgen. Het gaat misschien te ver om dat al als een afstandsverklaring op te vatten. Bij twijfel moet de politierechter bij de verdachte navragen of dit inderdaad betekent dat hij afstand doet. Om al te impulsieve afstandsverklaringen tegen te gaan, adviseert de politierechter de verdachte meestal ook om dit nog even met zijn raadsman te overleggen. Vaak overleggen vervolgens de verdachte en zijn advocaat nog even op de gang, terwijl de politierechter aan de volgende zaak begint. Als de verdachte dan toch afstand wil doen, steekt de advocaat zijn hoofd om de hoek van de deur van de zittingszaal en zegt tegen de politierechter dat zijn cliënt afstand doet Hoger beroep en cassatie Voor hoger beroep en cassatie gelden dezelfde regels als bij de uitspraak van de meervoudige strafkamer. Zie daarvoor paragraaf
14
15 Vragen en opdrachten bij hoofdstuk 3 1. Hoeveel rechters zijn betrokken bij een zitting van de politierechter? 2. Wat is de maximumgevangenisstraf die de politierechter mag opleggen? 3. Wat kunnen voor de politierechter redenen zijn om de zaak te verwijzen naar de meervoudige strafkamer? 4. Op grond van welk wetsartikel kan de meervoudige kamer de zaak verwijzen naar de politierechter? Doet de politierechter meestal schriftelijk of meestal mondeling uitspraak?
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 834 Wijziging van enige bepalingen in het Wetboek van Strafvordering inzake het rechtsgeding voor de politierechter en de mededeling van vonnissen
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 487 Wet van 26 september 1996 tot wijziging van de bepalingen uit het Wetboek van Strafvordering betreffende het proces-verbaal van de terechtzitting
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2005 2006 30 320 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering met betrekking tot het hoger beroep in strafzaken, het aanwenden van gewone rechtsmiddelen
Nadere informatieUitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5593 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-001668-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieDeze brochure 3. Dagvaarding 3. Bezwaarschrift 3. Rechtsbijstand 4. Slachtoffer 4. Inzage in uw dossier 4. Getuigen en deskundigen 5.
U MOET TERECHTSTAAN INHOUD Deze brochure 3 Dagvaarding 3 Bezwaarschrift 3 Rechtsbijstand 4 Slachtoffer 4 Inzage in uw dossier 4 Getuigen en deskundigen 5 Uitstel 5 Aanwezigheid op de terechtzitting 6 Verstek
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2005 2006 30 320 Wijziging van het Wetboek van strafvordering met betrekking tot het hoger beroep in strafzaken, het aanwenden van gewone rechtsmiddelen
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 10-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-000872-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatiearrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman)
arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM Parketnummer: X Datum uitspraak: 20 oktober 2016 TEGENSPRAAK (gemachtigde raadsman) Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis
Nadere informatieARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek
ARRESTANTENVERZORGING Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek januari 2013 Doel van het strafproces / strafvordering = het nemen van strafvorderlijke beslissingen Bestaat uit =
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675
ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 07-09-2011 Datum publicatie 15-09-2011 Zaaknummer 16-600572-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieU moet terechtstaan. Inhoud
U moet terechtstaan Inhoud Deze brochure 3 Dagvaarding 3 Bezwaarschrift 3 Rechtsbijstand 4 Slachtoffer 4 Inzage in uw dossier 4 Getuigen en deskundigen 5 Uitstel 5 Aanwezigheid op de terechtzitting 6 Verstek
Nadere informatieECLI:NL:HR:2010:BO2558
ECLI:NL:HR:2010:BO2558 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 02-11-2010 Datum publicatie 03-11-2010 Zaaknummer 09/00354 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BO2558
Nadere informatieUitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5286 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 13-12-2016 Zaaknummer 23-000227-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieUitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)
ECLI:NL:GHAMS:2016:5673 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-11-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-003159-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061
ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 Instantie Datum uitspraak 03-02-2009 Datum publicatie 05-02-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-002670-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420
ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 05-04-2011 Datum publicatie 07-04-2011 Zaaknummer 21-002244-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieUitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5390 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-11-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer 23-003117-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatie613093 omslag terechtstaan 16-08-2006 10:07 Pagina 2. U moet terechtstaan
613093 omslag terechtstaan 16-08-2006 10:07 Pagina 2 U moet terechtstaan 613093 binnenwerk terechtstaan 16-08-2006 10:08 Pagina 2 613093 binnenwerk terechtstaan 16-08-2006 10:08 Pagina 1 Inhoud Deze brochure
Nadere informatieDit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016.
ECLI:NL:GHAMS:2016:5663 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 07-09-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-000259-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieDe verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
arrest GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN locatie Arnhem Afdeling strafrecht Parketnummer: X Uitspraak d.d.: 15 juni 2016 TEGENSPRAAK Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken gewezen op het hoger
Nadere informatieEen onderzoek naar een onduidelijke intrekkingsbrief van het Openbaar Ministerie.
Rapport Ingetrokken of niet? Een onderzoek naar een onduidelijke intrekkingsbrief van het Openbaar Ministerie. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt de klacht over het Openbaar Ministerie te Rotterdam,
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011
ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 16-11-2011 Datum publicatie 18-11-2011 Zaaknummer 13/656781-11 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 16-12-2015 Datum publicatie 16-12-2015 Zaaknummer 23-000433-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012
ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage
Nadere informatieECLI:NL:RBNNE:2017:1473
ECLI:NL:RBNNE:2017:1473 Instantie Datum uitspraak 20-04-2017 Datum publicatie 21-04-2017 Rechtbank Noord-Nederland Zaaknummer 18/830019-17 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 17-12-2010 Datum publicatie 22-12-2010 Zaaknummer 24-002079-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieHet hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.
arrest GERECHTSHOF AMSTERDAM parketnummer: X uitspraak: 21 juli 2016 TEGENSPRAAK Verkort arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388
ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 Instantie Datum uitspraak 10-02-2011 Datum publicatie 14-02-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-001943-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2015:2029
ECLI:NL:GHSHE:2015:2029 Instantie Datum uitspraak 03-06-2015 Datum publicatie 03-06-2015 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 20-000203-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieONDERZOEK OP DE TERECHTZITTING Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 15 oktober 2015.
ECLI:NL:RBROT:2015:7773 Instantie: Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak: 29-10-2015 Datum publicatie: 02-11-2015 Zaaknummer: 11/870399-12.ov Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2017:2188
ECLI:NL:GHARL:2017:2188 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer 21-006632-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht
Nadere informatieDeze brochure 3. Aanhouding en verhoor 3. Inverzekeringstelling 4. De reclassering 5. Verlenging van de inverzekeringstelling of niet 5
U WORDT VERDACHT INHOUD Deze brochure 3 Aanhouding en verhoor 3 Inverzekeringstelling 4 De reclassering 5 Verlenging van de inverzekeringstelling of niet 5 Beperkingen en rechten 6 Voorgeleiding bij de
Nadere informatieDit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de.
vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf Locatie Schiphol Meervoudige strafkamer Parketnummer: Uitspraakdatum: 8 april 2013 Tegenspraak Strafvonnis Dit vonnis is gewezen naar
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2016:10161
ECLI:NL:RBROT:2016:10161 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 04-11-2016 Datum publicatie 13-01-2017 Zaaknummer 10/710336-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieParketnummer: /17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak
vonnis GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO Parketnummer: 500.00480/17 Uitspraak: 2 november 2018 Tegenspraak Vonnis van dit Gerecht in de strafzaak tegen de verdachte: R.M.C., geboren op Curaçao, wonende
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2017:3023 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2017:3023 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 25-07-2017 Datum publicatie 31-07-2017 Zaaknummer 23-001315-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2016:2091 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2016:2091 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-06-2016 Datum publicatie 16-08-2016 Zaaknummer 23-003649-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2014:3775
ECLI:NL:GHAMS:2014:3775 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-07-2014 Datum publicatie 05-12-2014 Zaaknummer 23-004323-13 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieTitel II. Straffen. 1. Algemeen. Artikel 1:11
Titel II Straffen 1. Algemeen Artikel 1:11 1. De straffen zijn: a. de hoofdstraffen: 1. gevangenisstraf; 2. hechtenis; 3. taakstraf; 4. geldboete. b. de bijkomende straffen: 1. ontzetting van bepaalde
Nadere informatieECLI:NL:RBMNE:2016:7744
ECLI:NL:RBMNE:2016:7744 Instantie Datum uitspraak 22-11-2016 Datum publicatie 07-08-2017 Rechtbank Midden-Nederland Zaaknummer 16.705352.15 en 16.702009.13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 05-03-2009 Datum publicatie 05-03-2009 Zaaknummer 24-002073-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieSTRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS. Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1
STRAFRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID VAN MINISTERS Wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van ministers 1 TITEL I TOEPASSINGSGEBIED Artikel 1 Deze wet regelt een
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499
ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 25-09-2007 Datum publicatie 28-09-2007 Zaaknummer 06/580261-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieVervolging. Getuigenverhoor rechter-commissaris
Als u in de strafzaak door een advocaat wordt bijgestaan, is het van belang dat u de advocaat op de hoogte houdt van de voortgang in het onderzoek. Na aangifte zal het politieonderzoek waarschijnlijk nog
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993
ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 Instantie Datum uitspraak 11-11-2009 Datum publicatie 11-11-2009 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-002029-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:HR:2014:381. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 13/ Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556, Gevolgd
ECLI:NL:HR:2014:381 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 18-02-2014 Datum publicatie 19-02-2014 Zaaknummer 13/02084 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2013:2556,
Nadere informatieGERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken
parketnummer : 20.001938.96 uitspraakdatum : 29 april 1997 verstek dip GERECHTSHOF TE 's-hertogenbosch meervoudige kamer voor strafzaken A R R E S T gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158
ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 22-07-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16-711123-09 [P] Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2014:1006
ECLI:NL:RBDHA:2014:1006 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 29-01-2014 Datum publicatie 29-01-2014 Zaaknummer 09/818467-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2015:10245
ECLI:NL:RBAMS:2015:10245 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 25-11-2015 Datum publicatie 23-06-2017 Zaaknummer 13/845106-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2015:738
ECLI:NL:GHSHE:2015:738 Instantie Datum uitspraak 09-03-2015 Datum publicatie 09-03-2015 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 20-003525-14 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518
ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 Instantie Datum uitspraak 17-10-2011 Datum publicatie 25-10-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-003332-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieUitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 2 februari 2016 TEGENSPRAAK Promis
ECLI:NL:GHARL:2016:10657 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 02-02-2016 Datum publicatie 15-05-2017 Zaaknummer 21-002071-15 Formele relaties Cassatie: ECLI:NL:HR:2017:789, Niet ontvankelijk
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2017:978
ECLI:NL:GHSHE:2017:978 Instantie Datum uitspraak 17-02-2017 Datum publicatie 10-03-2017 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 20-003836-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377
ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 15-04-2011 Datum publicatie 15-04-2011 Zaaknummer 19.605555-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2017:1213
ECLI:NL:GHAMS:2017:1213 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 28-03-2017 Datum publicatie 10-04-2017 Zaaknummer 23-000918-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907
ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907 Instantie Datum uitspraak 30-11-2010 Gerechtshof Leeuwarden Datum publicatie 20-12-2010 Zaaknummer 24-001016-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieU wordt verdacht. * Waar in deze brochure hij staat, kan ook zij worden gelezen.
U wordt verdacht Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen met een visuele beperking, zoals slechtzienden en blinden. * Waar in deze brochure hij staat,
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2016:935
ECLI:NL:GHDHA:2016:935 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 31-03-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer 22-004068-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHARN:2010:BO7685
ECLI:NL:GHARN:2010:BO7685 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 17-12-2010 Datum publicatie 17-12-2010 Zaaknummer 21.000154/07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2017:4588
ECLI:NL:RBROT:2017:4588 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 23-05-2017 Datum publicatie 16-06-2017 Zaaknummer 10/740469-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBNHO:2015:1805
ECLI:NL:RBNHO:2015:1805 Uitspraak Vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND, LOCATIE HAARLEM Strafrecht Datum uitspraak : 10 maart 2015 Parketnummer: 15/840083-08 (ontneming) Vonnis ex artikel 36e van het Wetboek
Nadere informatieECLI:NL:RBMNE:2016:5688
ECLI:NL:RBMNE:2016:5688 Instantie Datum uitspraak 26-10-2016 Datum publicatie 22-12-2016 Zaaknummer 16/703291-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2016:3674
ECLI:NL:GHAMS:2016:3674 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 12-09-2016 Datum publicatie 12-09-2016 Zaaknummer 23-004422-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieU wordt verdacht. Inhoud
Inhoud Deze brochure 3 Aanhouding en verhoor 3 Inverzekeringstelling 3 Uw advocaat 4 De reclassering 5 Verlenging van de inverzekeringstelling of niet 5 Beperkingen en rechten 5 Voorgeleiding bij de officier
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2016:5666 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2016:5666 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 27-09-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-003352-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieINHOUD. Voorwoord... v Verkorte inhoudsopgave... vii Lijst van verkort geciteerde werken... xv DE CORRECTIONELE TERECHTZITTING
INHOUD Voorwoord............................................................ v Verkorte inhoudsopgave............................................... vii Lijst van verkort geciteerde werken......................................
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2017:551
ECLI:NL:RBDHA:2017:551 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 12-01-2017 Datum publicatie 26-01-2017 Zaaknummer 09/842579-16 en 10/178688-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieStrafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid: 2014-05-11
ECLI:NL:GHSHE:2015:3566 Instantie: Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak: 16-09-2015 Datum publicatie: 17-09-2015 Zaaknummer: 20-002514-14 Rechtsgebieden: Materieel strafrecht Strafprocesrecht Bijzondere
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992
ECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2011 Datum publicatie 26-07-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16/600081-11; 16/600434-10 (tul)
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2014:264
ECLI:NL:GHAMS:2014:264 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 14-01-2014 Datum publicatie 22-04-2014 Zaaknummer 23-003557-13 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieInhoudsopgave. 3 Materieel strafrecht: opzet en schuld Inleiding 45
Inhoudsopgave 1 Algemene inleiding: wat is strafrecht? 15 1.1 Inleiding 15 1.2 Strafrecht: begripsvorming 16 1.2.1 Materieel en formeel strafrecht 16 1.2.2 Commuun en bijzonder strafrecht 17 1.2.3 Wat
Nadere informatieUitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 1 december 2015 TEGENSPRAAK. Promis
ECLI:NL:GHARL:2015:10200 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 01-12-2015 Datum publicatie 22-05-2017 Zaaknummer 21-001318-15 Formele relaties Cassatie: ECLI:NL:HR:2016:3394, Niet ontvankelijk
Nadere informatieLeidraad voor het nakijken van de toets
Leidraad voor het nakijken van de toets STRAFPROCESRECHT 14 OKTOBER 2011 (Uit het antwoord moet blijken dat de cursist de stof heeft begrepen en juist heeft toegepast; een enkel ja of nee is niet voldoende)
Nadere informatieECLI:NL:RBZWB:2013:BZ8372
ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ8372 Instantie Datum uitspraak 23-04-2013 Datum publicatie 24-04-2013 Zaaknummer 02-666988-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Zeeland-West-Brabant Strafrecht
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 743 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering in verband met het treffen van een regeling inzake het verhoor van afgeschermde getuigen en
Nadere informatieAlgemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN.
DDD Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN Algemene bepalingen Artikel 79a Ten aanzien van degene die ten tijde van het begaan van een strafbaar
Nadere informatieUitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 16 februari 2017 TEGENSPRAAK
ECLI:NL:GHAMS:2017:1898 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 16-02-2017 Datum publicatie 24-05-2017 Zaaknummer 23-002215-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieJURISPRUDENTIE STRAFRECHT. Uitspraken 10 februari 2015 Paul Verloop
JURISPRUDENTIE STRAFRECHT Uitspraken 10 februari 2015 Paul Verloop HR uitspraken 10 februari 2015 Beslissingen voorlopige hechtenis (Cassatie in het belang der wet) HR:2015:247 HR:2015:255 HR:2015:256
Nadere informatieECLI:NL:RBMNE:2016:4569
ECLI:NL:RBMNE:2016:4569 Instantie Datum uitspraak 16-08-2016 Datum publicatie 17-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland 16/652521-15 (P) Strafrecht
Nadere informatieZoekresultaat - inzien document. ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: Uitspraak. Rechtbank Oost-Brabant
Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ec Instantie Datum uitspraak 07-10-2015 Datum publicatie 07-10-2015 Rechtbank Oost-Brabant
Nadere informatieDe Nederlandse Strafvordering
De Nederlandse Strafvordering MrA. Minkenhof Zesde druk, herzien door Prof. mrj.m. Reijntjes met medewerking van mrm.p. Bart en mrja. W. Lensing Gouda Quint bv (S. Gouda Quint - D. Brouwer en Zoon) Arnhem
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2017:6331
ECLI:NL:RBROT:2017:6331 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10/049808-15 en 10/231146-15
Nadere informatieECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002
ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 16-02-2011 Datum publicatie 17-02-2011 Zaaknummer 03-702714-08 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 67767 12 december 2018 Aanwijzing OM-strafbeschikking Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van artikel 130 lid 6 Wet RO
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 116 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Overleveringswet ter implementatie van richtlijn nr. 2016/800/EU van het Europees Parlement
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2013:CA1193
ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193 Instantie Datum uitspraak 12-02-2013 Datum publicatie 28-05-2013 Zaaknummer 21-004366-12 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBNHO:2015:7578
ECLI:NL:RBNHO:2015:7578 Instantie Datum uitspraak 03-09-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer 15/871690-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatierechtbank eerste aanleg Leuven correctionele zaken Kamer 20 Vonnis Vonnisnummer / Griffienummer 1278/2019 Repertoriumnummer / Europees
Vonnisnummer / Griffienummer 1278/2019 Repertoriumnummer / Europees 2019/1659 Datum van uitspraak 20 juni 2019 Naam van de beklaagde Systeemnummer parket Dossiernummer 19L000656 Notitienummer parket rechtbank
Nadere informatieECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994
ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 22-12-2006 Datum publicatie 11-01-2007 Zaaknummer 15/645076-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 35062 17 december 2013 Aanwijzing bijstand van tolken en vertalers bij de opsporing en vervolging van strafbare feiten
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2014:2785 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2014:2785 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 22-04-2014 Datum publicatie 31-10-2014 Zaaknummer 23-003653-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.
ECLI:NL:RBOVE:2016:1480 Instantie: Rechtbank Overijssel Datum uitspraak: 26-04-2016 Datum publicatie: 26-04-2016 Zaaknummer: 08.910038-15 (P) Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273
ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 31-03-2004 Datum publicatie 08-04-2004 Zaaknummer 06/060115-03 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieRapport. Rapport over een klacht over de (hoofd)officier van justitie te Den Haag en de griffie van de rechtbank Den Haag. Datum: 12 december 2012
Rapport Rapport over een klacht over de (hoofd)officier van justitie te Den Haag en de griffie van de rechtbank Den Haag. Datum: 12 december 2012 Rapportnummer: 2012/197 2 Klacht Verzoeker is in 2005 het
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2007:BB8355
ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 20-11-2007 Datum publicatie 21-11-2007 Zaaknummer 19.830186-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBARN:2001:AD4391
ECLI:NL:RBARN:2001:AD4391 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 10-10-2001 Datum publicatie 10-10-2001 Zaaknummer 05.096060-01 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieSamenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk Criminaliteit en Rechtsstaat
Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk 6 + 7 Criminaliteit en Rechtsstaat Samenvatting door een scholier 1300 woorden 3 november 2010 2,3 2 keer beoordeeld Vak Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2012:BZ3733
ECLI:NL:RBAMS:2012:BZ3733 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 07-06-2012 Datum publicatie 11-03-2013 Zaaknummer 13/666528-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2017:2714
ECLI:NL:RBAMS:2017:2714 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 25-04-2017 Datum publicatie 01-05-2017 Zaaknummer RK 16/7321 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Rekestprocedure
Nadere informatie