Informatie over opname en verblijf op de Brain Care Unit (BCU)

Transcriptie

1 Patiënteninformatie Zorgpad beroerte Informatie over opname en verblijf op de Brain Care Unit (BCU) terTER_

2

3 Zorgpad beroerte Informatie over opname en verblijf op de Brain Care Unit (BCU) We hebben u zojuist opgenomen op de Brain Care Unit van de neurologische afdeling van Tergooi op locatie Blaricum, omdat we denken dat u een beroerte heeft doorgemaakt. Op de Brain Care Unit nemen we iedereen op die tijdelijk méér dan de gewone zorg nodig heeft. Algemene informatie De Brain Care Unit is een kamer op de afdeling Neurologie waar we meerdere patiënten via een monitor volgen. Het monitortoezicht is in de eerste fase van uw opname van groot belang om de vitale lichaamsfuncties, zoals de hartslag, bloeddruk en ademhaling goed te bewaken om daarmee de zorg optimaal aan uw situatie te kunnen aanpassen. Naast dit monitortoezicht en de camerabewaking is er natuurlijk ook zorgtoezicht door de verpleegkundige. Op de Brain Care Unit verplegen we u gemengd. Dat wil zeggen dat er zowel mannelijke als vrouwelijke patiënten op één kamer liggen. Uw verblijf op de BCU is minimaal 6 uur en maximaal 48 uur. De Neuroloog en/of arts-assistent Neurologie bepalen aan de hand van uw gesteldheid óf en wanneer u van de Brain Care Unit naar een andere kamer binnen de afdeling Neurologie mag. Zorgpad In Tergooi is de behandeling van patiënten met een verdenking van een beroerte vastgelegd in een zogenoemd zorgpad. Dit betekent dat we de aan u te verlenen zorg geheel afstemmen met andere behandelaars, volgens vaste afspraken. Deze vaste afspraken zijn voor u en uw naasten inzichtelijk gemaakt in deze informatiebrochure (en in deel twee) en dienen om u duidelijkheid te geven over de gang van zaken op de afdeling en de verschillende zorgverleners die u zult ontmoeten. 3

4 Het verblijf U kunt voor uw dagelijkse verzorging de onderstaande zaken van huis (laten) meenemen. Uw (nacht)kleding, badjas, pantoffels/schoenen en toiletartikelen,zoals zeep, tandenborstel, tandpasta, scheerapparaat. Het is niet toegestaan om bloemen of planten mee te nemen op de BCU. Telefoons zijn niet toegestaan op de BCU. We adviseren uw naasten om eerst te overleggen met de verpleegkundige of het meebrengen van etenswaren, dranken of fruit is toegestaan. Ook adviseren we u om waardevolle papieren, sieraden, geld en pasjes mee te geven aan uw partner/familie. Het ziekenhuis kan geen enkele verantwoordelijkheid aanvaarden voor beschadiging en/of het verlies van waardevolle zaken. Informatie aan u en uw naasten Informatie verstrekken we, om uw privacy te waarborgen, alleen aan uw contactpersoon. De contactpersoon kan uw partner zijn of één van uw naaste familieleden. Als uw partner/familie wil weten hoe het met u gaat, kunnen zij bij dringende situaties altijd bellen; ook s nachts. Om 07:00 uur is het lastiger om uw naasten te woord te staan vanwege de wisseling van de diensten van de verpleegkundigen. De afdeling heeft om 11:00 uur beluur, dan kan de verpleegkundige uw contactpersoon te woord staan. Als uw contactpersoon meer informatie wenst over uw ziekte en de vooruitzichten, dan is het altijd mogelijk om via de verpleegkundige of afdelingssecretaresse een afspraak te maken voor een gesprek met de arts-assistent Neurologie. Opnamedag Bewaking Direct na aankomst op de afdeling sluit de verpleegkundige u aan de monitor aan. U krijgt een bloeddrukband om uw arm en (tijdelijk) een knijper aan uw vinger. Deze knijper meet het zuurstofgehalte in uw bloed. Ook krijgt u drie plakkers op het bovenlichaam waaraan kabeltjes 4

5 komen, die met de monitor in verbinding staan. De monitor is een kastje naast het bed dat nauwlettend uw hartslag, bloeddruk en ademhaling in de gaten houdt. De verpleegkundige komt deze waarden regelmatig bij u controleren. De controlefrequentie is afhankelijk van de voorschriften die door de neuroloog zijn opgegeven. Verder observeert de verpleegkundige eventuele functiestoornissen en uitvalsverschijnselen. Hierbij kunt u denken aan de volgende stoornissen: Cognitieve functiestoornissen. Ten gevolge van een beroerte kunnen er stoornissen zijn in bijvoorbeeld uw denken, geheugen of redeneren. Deze kunnen van verscheiden aard en ernst zijn, variërend van bijvoorbeeld lichte aandachtsproblemen tot grote spraakproblemen. Dit kan verstrekkende gevolgen hebben voor u en uw naasten, maar ook voor de manier van behandelen. Neurologische uitvalsverschijnselen. Bijvoorbeeld krachtsverlies in één of meerdere ledematen of een afhangende mondhoek. Bedrust Strikte bedrust is niet noodzakelijk. Er kunnen redenen zijn waardoor u van de dokter niet uit bed mag maar meestal mag u direct na opname rechtop zitten of op de rand van het bed. Het alarm van de monitor is zo afgesteld dat het niet bij elke beweging zal afgaan. U revalidatie begint zo snel mogelijk na opname, afhankelijk van uw conditie. Infuus Op de afdeling Spoedeisende Hulp heeft u één of twee naaldjes gekregen, zodat de verpleegkundige u op de afdeling een infuus kan geven om vocht en/of medicatie toe te dienen. Slikproef Veel mensen hebben na een beroerte moeite met slikken. Verslikken kan grote gevolgen hebben voor uw gezondheid en herstel. De verpleegkundige of logopedist neemt om die reden een slikproef bij u af. Dit is een eenvoudige test om te zien of uw slikfunctie is aangedaan. Als uw slikfunctie is aangedaan, krijgt u, gedurende 24 uur, geen voeding/drinken via de mond toegediend om complicaties te voorkomen. Daarna herhalen we de slikproef. Wanneer de slikfunctie niet veilig is of u kunt onvoldoende eten/drinken, kunnen we besluiten u een sonde te geven. Een sonde is een slangetje van uw neus naar uw maag. Een 5

6 verpleegkundige brengt de sonde in. Door de sonde kunt u aangepaste (sonde)voeding krijgen en eventuele medicatie. Voedingstoestand Als u problemen heeft met het slikken, schakelen wij de diëtiste in om te zorgen dat u voldoende vocht en voeding krijgt. De diëtist bepaalt ook de eventuele hoeveelheid sondevoeding. Gesprek met de arts Als u op de afdeling Spoedeisende Hulp nog geen gesprek heeft gehad met de arts, dan vindt dit na opname plaats op de afdeling. Anamnese De verpleegkundige neemt samen met u of uw familie een verpleegkundige anamnese af: een aantal vragen om onder andere uw zorgbehoefte zo goed mogelijk in te schatten en af te stemmen. Bezoektijden Op de Brain Care Unit zijn de bezoektijden van 11:30 12:00 uur, van 16:00 17:00 uur en van 19:00 20:00 uur. Dit is anders dan op de rest van de afdeling. Kinderen jonger dan twaalf jaar mogen alleen op bezoek komen na overleg met de verpleging. Voor uw rust en die van uw medepatiënten mogen er niet meer dan twee bezoekers gelijktijdig aanwezig zijn. In uw eigen belang adviseren we u het bezoek kort te houden. Omdat we veel diagnostiek verrichten bij een patiënt met een beroerte, kan het zijn dat er tijdens het bezoekuur een onderzoek plaatsvindt. We proberen hier natuurlijk zoveel mogelijk rekening mee te houden en vragen begrip hiervoor. Het afdelingsteam De verpleegkundigen Het verpleegkundig team werkt zoveel mogelijk met patiëntentoewijzing. Dat houdt in dat per dienst één verpleegkundige uw aanspreekpunt is voor al uw vragen en verantwoordelijk is voor de totale zorg. De verpleegkundige helpt u, als dat nodig is, met de lichamelijke verzorging 6

7 zoals het wassen, aankleden en eten en het uit bed komen. Hij/zij kan daarin worden bijgestaan door een leerlingverpleegkundige. Het medisch team Een neuroloog of arts-assistent bezoekt u dagelijks. Als dat nodig is, komen er ook andere specialisten bij u langs. De neuroloog en/of arts-assistent heeft dagelijks overleg met de verpleegkundige over uw welzijn en behandeling. De verpleegkundige helpt u zoals gezegd nodig bij de dagelijkse zorg,. Daarnaast voert hij/zij de medische afspraken uit. De verpleegkundige is aanwezig als de arts-assistent en mde neuroloog bij u komen en werkt de gemaakte afspraken uit. Als u vragen heeft naar aanleiding van het artsenbezoek, of als u vragen heeft voor de arts, dan kunt u bij deze verpleegkundige terecht. Eerste dag na opname Onderzoek Vandaag nemen we bij u bloed af voor onderzoek. Het laboratorium komt s morgens vroeg bij u langs voor bloedafname. Het is van belang dat u hiervoor nuchter bent. Wanneer uw neuroloog meer informatie wil hebben over uw aandoening, kan hij een tweetal onderzoeken bij u laten verrichten. Te weten een MRI-scan en/of een echo van uw halsvaten. Hiervoor kunt u een oproep krijgen. De onderzoeken vinden niet altijd plaats op de eerste dag na opname. Meer informatie over deze onderzoeken kunt u lezen in de betreffende folders. Deze zijn op de afdeling verkrijgbaar. Bedrust Indien u gisteren in bed moest blijven van de arts, beslist deze vandaag of u de bedrust moet voortzetten. Het familiegesprek Nadat de nodige onderzoeken zijn verricht kan er aan afspraak gemaakt worden voor een familiegesprek met de arts-assistent. Soms is hierbij ook de verpleegkundige aanwezig. De verpleegkundige plant dit gesprek met u en uw contactpersoon. Dit gesprek vindt meestal plaats aan het einde van de middag. In dit gesprek legt de arts u de diagnose nogmaals 7

8 uit en bespreekt de arts de uitslagen van de onderzoeken met u. Als het vervolgtraject nog niet met u is besproken, komt dit ook aan bod in dit gesprek. U en uw contactpersoon krijgen ook de gelegenheid om vragen die jullie nog hebben aan de arts te stellen. Wanneer u na het familiegesprek nog vragen heeft, dan kunt u deze aan de verpleegkundige stellen. Multidisciplinair team Direct bij opname melden we u aan bij de diverse disciplines uit het multidisciplinaire team. Dit team bestaat uit een nazorgmedewerker, fysiotherapeut, ergotherapeut, logopedist. De diëtist en geestelijk verzorger consulteren we als dat nodig is. We streven ernaar u zo snel mogelijk duidelijkheid te geven over wat er met u aan de hand is en wat voor u de gevolgen van uw ziektebeeld zijn. In principe komen zo snel mogelijk verschillende zorgverleners uit het multidisciplinaire team kennis met u maken. In het weekend kan alleen de fysiotherapeut opgeroepen worden, indien dit noodzakelijk is. Nazorgmedewerker Wanneer u het ziekenhuis mag verlaten, maar u nog niet voldoende bent hersteld, dan kan korte opname in een verzorgingshuis, herstellingsoord, zorghotel of professionele thuiszorg nodig zijn. De nazorgmedewerker kan u hierbij helpen! Zij geven u informatie en advies over bovenstaande nazorgmogelijkheden Ook hebben zij nauw contact met de verpleeghuisarts en revalidatiearts van Gooizicht en Naarderheem. De verpleeghuisarts en revalidatiearts komen drie keer per week op de afdeling. Zij bespreken met de arts en de nazorgmedewerker welke patiënten er op korte termijn met ontslag kunnen naar Naarderheem of Gooizicht. Na dit overleg bezoekt de verpleeghuisarts en/of de revalidatiearts de patiënt en brengt deze op de hoogte. Wanneer dit door omstandigheden niet mogelijk is, brengt de nazorgmedewerker de patiënt op de hoogte. De nazorgmedewerker of de verpleegkundige neemt contact op met de eerste contactpersoon van de patiënt over het ontslag. De fysiotherapeut De fysiotherapeut is deskundig op het gebied van het bewegend 8

9 functioneren van de mens. Een beroerte heeft hier vaak gevolgen op. Vandaag komt de fysiotherapeut bij u langs en beoordeelt bij u diverse aspecten van het bewegend functioneren zoals zitten, verplaatsingen: bijvoorbeeld van bed naar stoel, staan en lopen (ook wel transfers genoemd). De fysiotherapeut informeert en adviseert de verpleging over het maken van transfers en in welke mate u in staat bent zichzelf te bewegen. Daarbij kan de fysiotherapeut ook een hulpmiddel adviseren. De fysiotherapeut geeft voorlichting en advies aan u en uw familie. De fysiotherapeut neemt deel aan het multidisciplinair overleg waarin we de juiste behandeling en het juiste revalidatietraject voor u bespreken. Als er na het ontslag nog fysiotherapie nodig is, zorgt de behandelend fysiotherapeut voor een overdracht naar de fysiotherapeut in de instelling of particuliere praktijk. De ergotherapeut De ergotherapeut is deskundig op het gebied van het dagelijks functioneren. Een beroerte kan gevolgen hebben voor dit dagelijks functioneren. Vandaag maakt de ergotherapeut kennis met u en beoordeelt of er problemen zijn bij de uitvoer van dagelijkse activiteiten zoals het wassen en aankleden. Problemen kunnen er zijn in het bewegen en het voelen bij deze dagelijkse activiteiten, maar ook in het voorbereiden en organiseren hiervan. De ergotherapeut maakt een begin met therapie om toe te werken naar een zo zelfstandig en veilig mogelijk functioneren binnen de dagelijkse activiteiten. De ergotherapeut brengt, als dat nodig is, advies uit aan de verpleging en geeft voorlichting aan uw naasten. Als voortzetting van de behandeling na ontslag uit het ziekenhuis nodig is, regelt de ergotherapeut een overdracht naar een vervolginstelling of een particuliere praktijk. De logopedist De logopedist is deskundig op het gebied van communicatieproblemen (stem, spraak, taal en gehoor) en kauw- en slikproblemen. Mogelijk heeft u de logopedist al vlak na uw opname ontmoet, anders maakt de logopedist vandaag kennis met u en beoordeelt (opnieuw) of het kauwen en slikken veilig verloopt. Is dit (nog) niet veilig genoeg, dan passen we het eten en drinken aan of krijgt u sondevoeding. Ook neemt de logopedist een communicatieonderzoek af. Als u moeite heeft met 9

10 spreken, begrijpen, lezen of schrijven, kunnen we hulpmiddelen inzetten die het communiceren vergemakkelijken. De logopedist stelt, als dat nodig is, een communicatieadvies op voor de verpleging en geeft voorlichting aan u en uw familie. Afhankelijk van de duur van het verblijf, maakt de logopedist ook een begin met therapie. Als voortzetten van de behandeling na ontslag nodig is, regelt de logopedist de overdracht naar een collega van een instelling of van een particuliere praktijk. Andere disciplines waarmee u te maken kunt krijgen: De diëtist De diëtist is deskundig op het gebied van voeding en diëten. De diëtist roepen we in consult als: uw voedingstoestand verminderd/slecht is (dit meten we middels een vragenlijst); u sondevoeding nodig heeft; u onvoldoende inname van het dikvloeibare dieet heeft. De diëtist kan u een persoonlijk advies geven om de voedingstoestand te verbeteren en ongewenst gewichtsverlies te voorkomen. Als er na ontslag nog begeleiding nodig is, zorgt de behandelend diëtist voor een overdracht naar de diëtist in de instelling of particuliere praktijk. De geestelijk verzorger Aan de afdeling is een geestelijk verzorger verbonden. Het is aan u te besluiten of en wanneer u gebruik wilt maken van zijn/haar diensten. U kunt ook zelf om bezoek van een geestelijk verzorger vragen. Hij/zij kan vooral een vertrouwenspersoon voor u zijn, die u ondersteuning en begeleiding kan bieden rond de vaak vele vragen en gevoelens die u bij een beroerte enorm uit uw evenwicht kunnen brengen. Het hervinden van dat evenwicht kan één van de doelstellingen van uw contact met de geestelijk verzorger zijn. Ook uw naaste kunnen we desgewenst in dat contact betrekken. Daarbij is de geestelijk verzorger vooral deskundig op het vlak van levensbeschouwelijke-, zingevings- en morele vragen. Hij is in principe beschikbaar voor alle patiënten, ongeacht de aard van hun levensbeschouwing (kerkelijk, gelovig of geen van beide). De psycholoog Ten gevolge van een beroerte kunnen er bij u cognitieve 10

11 functiestoornissen zijn; dit zijn stoornissen in bijvoorbeeld uw denken, geheugen of redeneren. Deze kunnen van verscheiden aard en ernst zijn, variërend van bijvoorbeeld lichte aandachtsproblemen tot grote spraakproblemen. Dit kan verstrekkende gevolgen hebben voor u en uw naasten, maar ook voor de manier van behandelen. Als aan de hand van observaties vanuit het multidisciplinaire team blijkt dat u mogelijk last heeft van cognitieve problemen als gevolg van uw beroerte, kan het zijn dat de neuropsycholoog u oproept voor een neuropsychologische screening. Uw denken, geheugen, aandacht, concentratie, redeneren en dergelijke brengt de neuropsycholoog op dat moment dan in kaart. Deze screening heeft als doel u, uw naasten en uw behandelaars te helpen bij de revalidatie. Wanneer er reden toe bestaat, kan het zijn dat u enige tijd na uw beroerte een uitgebreider neuropsychologisch onderzoek krijgt. Voor meer informatie hierover, kunt u onze folder Neuropsychologisch onderzoek lezen. Derde dag na opname tot aan het ontslag Tot aan het ontslag blijft u de zorg ontvangen die bij u past en gericht is op verdere revalidatie. We streven ernaar u zo spoedig mogelijk naar huis of naar een vervolginstelling te laten gaan. Wanneer uw verblijf, om welke reden dan ook, langer duurt, dan overleggen de artsen, verpleegkundigen en alle disciplines die bij uw welzijn betrokken zijn regelmatig over wat de vervolgstappen voor u kunnen zijn. Er is op de afdeling één keer per week een multidisciplinair overleg. Daarbij zijn naast de neuroloog, de arts-assistent en de verpleegkundige alle disciplines aanwezig die bij uw zorg betrokken zijn. (zie Multidisciplinair team, pagina 8). Daarnaast is er twee keer per week een zogenoemde triage. Daarbij zijn naast de neuroloog en arts-assistent aanwezig; verpleegkundige, nazorgverpleegkundige, revalidatie-arts en verpleeghuisarts. Ook hebben artsen en andere disciplines eerder contact met elkaar als daar aanleiding toe is. Dag van ontslag U gaat vandaag naar huis of naar een vervolginstelling (over het algemeen zijn dit de instellingen Gooizicht in Hilversum of Naarderheem/Vivium in Naarden of de Trappenberg in Huizen). De arts 11

12 informeert uw huisarts door het schrijven van een ontslagbrief. Wanneer u naar huis gaat, krijgt u afspraken mee voor controle op de polikliniek Neurologie. Daar spreekt u de neuroloog en, alleen als u naar huis bent ontslagen, een gespecialiseerde neurologieverpleegkundige. De neuroloog gaat na of u klachten heeft overgehouden na de beroerte. De gespecialiseerde neurologieverpleegkundige kijkt met u naar eventuele risicofactoren die de kans op herhaling groter maken en geeft u tips hoe deze risico s zijn te verkleinen. De CVA-nazorgcoördinator neemt over ongeveer twee weken contact met u op om een afspraak bij u thuis te maken. Bij deze afspraak kijkt de coördinator vooral naar eventuele problemen in de thuissituatie. Bij uw ontslag krijgt u informatie en/of folders mee die op u situatie van toepassing zijn, zoals; - medische brief; - medicijnlijst (huidige medicijnen); - verpleegkundige overdracht voor verpleging van de thuiszorg of vervolginstelling; - recepten ( voor nieuw voorgeschreven recepten); - folder Autorijden na een beroerte; - folder Slikproblemen bij beroerte. Adres en telefoonnummer Tergooi Locatie Blaricum Rijksstraatweg AN Blaricum Voor vragen of opmerkingen kan uw contactpersoon contact met ons opnemen. Locatie Blaricum, afdeling B26, T

13 Tot slot Meer informatie kunt u lezen in de algemene folder van de afdeling en de folder Opname informatie van het ziekenhuis; vraagt u er eventueel naar bij de verpleegkundige!. Wanneer er vragen of onduidelijkheden bestaan bij uw familie, kunnen zij altijd bij één van de verpleegkundigen terecht. Heeft u zelf tijdens uw verblijf op de Brain Care Unit vragen of wensen, maakt u ze dan kenbaar! Ook als u klachten heeft, horen we dit graag. Op deze manier kunnen we uw verblijf in ons ziekenhuis zo aangenaam mogelijk maken. Namens het gehele team Neurologie/Neurochirurgie wensen we u een voorspoedig herstel toe. 13

14 Tergooi TER-7889-nl

15 15

16 T Locatie Blaricum Rijksstraatweg AN Blaricum Locatie Hilversum Van Riebeeckweg XZ Hilversum Locatie Weesp C.J. van Houtenlaan 1b 1381 CN Weesp