* * NV REWIN West Brabant De heer drs. P.P.H. Nijskens Postbus DD BREDA

Transcriptie

1 NV REWIN West Brabant De heer drs. P.P.H. Nijskens Postbus DD BREDA Brabantlaan 1 Postbus MC s-hertogenbosch Telefoon (073) Fax (073) info@brabant.nl Bank ING * * Onderwerp Co-financiering project Bio Based Innovations II / Bio Base NWE Geachte heer Nijskens, Bij brief van 25 oktober 2012, heeft u een aanvraag ingediend voor het verlenen van een co-financiering voor het project Biobased Innovations II en het Interreg programma Bio Base NWE. Wij hebben uw aanvraag getoetst aan de Algemene subsidieverordening Provincie Noord-Brabant (hierna: ASV) en de 1e tranche Investeringsbesluit met betrekking tot het speerpunt Biobased Economy van de Energie agenda, vastgesteld door Provinciale Staten op 15 oktober Op basis van deze toets hebben wij besloten u voor bovengenoemd project en programma een subsidie te verlenen. De Biobased Economy is een belangrijke pijler voor de economische ontwikkeling van West-Brabant Onderdeel van het business plan Biobased West-Brabant is het opzetten van toekomstbestendige structuur ten behoeve van biobased businessontwikkeling en valorisatie (werknaam: Biobased Innovations II). Hiervoor is in het businessplan West Brabant, als onderdeel van de Energieagenda, een bedrag gereserveerd van Het business plan omvat de aanzet tot een structurele opzet van de lange termijn Research & Development valorisatieprogramma s en de korte termijn business support en de financiºle invulling hiervan. Biobased Innovations II is het logische vervolg van het succesvolle Biobased Innovations I dat middels subsidie van Pieken in de Delta is opgezet en dat als feitelijke grondlegger van de biobased ontwikkeling heeft gezorgd voor intensieve Triple Helix (Overheid, Ondernemers, Onderwijs), businessontwikkeling en een uitgebreid projectenportfolio. Uw kenmerk 25 oktober 2012 Contactpersoon K. Oueddan Directie Economie & Mobiliteit Telefoon (073) Fax (073) Bijlage(n) - GOueddan@brabant.nl Het provinciehuis is vanaf het centraal station bereikbaar met stadsbus, lijn 61 en 64, halte Provinciehuis of met de treintaxi.

2 Het Biobased Innovations II project betreft het opzetten van een structuur met daarin een R&D Valorisatiemanager, een persoon voor Business Support & Programmering en beperkt budget voor out of pocket kosten. Biobased Innovations II vertrekt vanuit hetzelfde uitgangspunt als Biobased Innovations I, namelijk: Business driven. Ontwikkelingen worden ingegaan omdat er een latente vraag vanuit de markt is naar produkten en grondstoffen. Er is dus geen sprake van een technology push, maar van een market pull. De R&D valorisatieprogramma s en de business support blijven uitgaan van de marktvraag. Daarmee brengt de Biobased Economy unieke kansen en draagt de Biobased Economy direct bij aan een betere ecologische footprint of wel het verhogen van de duurzaamheid van de samenleving. Het project Biobased Innovations II zal worden bekostigd van de gereserveerde middelen uit de 1 e tranche Investeringsbesluit speerpunt Biobased Economy. BBI II als cofinanciering voor het Interreg programma Bio Based NWE. Bio Based NWE is een samenwerkingsproject tussen Vlaanderen en Nederland onder de vlag van Interreg met als doel interregionale kennisuitwisseling en kennisvaloriatie. Vanuit Biobased Delta participeert REWIN als penvoerder van Biobased Innovations II mee in dit Interreg programma. Projectdoelstelling van BBI II en Bio Based NWE zijn gelijk aan elkaar. Door een deel van de middelen van Biobased Innovations II ( )) in te zetten als cofinanciering voor het Interregproject wordt een multiplier van aan Interreg middelen binnen gehaald. Hiermee wordt het projectbudget voor BBI II in totaal euro. Voorwaarde is dat de provincie instemd met een pojectverantwoording van het cofinancieringsbedrag van euro dat deels plaats vindt via Interreg verantwoording. Besluit Gelet op het vorengenoemde en het advies van de Stuurgroep Biobased Delta van 7 mei en 27 juni 2012, verlenen wij u voor het project Biobased Innovations II en Bio Base NWE een subsidie van maximaal (inclusief eventuele niet verrekenbare BTW) voor de jaren 2012 tot en met 2014, zijnde de gehele looptijd van het project voor de duur van 36 maanden, gebaseerd op de door u geleverde kostenbegroting en het door u aangeleverde activiteitenplan Businessplan Biobased Innovations II van 28 maart Het subsidiebedrag wordt als volgt beschikbaar gesteld: 2012: maximaal : maximaal : maximaal Wij hebben uw aanvraag getoetst aan de staatssteunregels (artikel 107 e.v. VWEU). Wij zijn van mening dat er sprake is van geoorloofde staatssteun, 2/6

3 omdat deze steun voldoet aan de voorwaarden gesteld in de Omnibus Decentraal Regeling, goedgekeurd door de Europese Commissie op 20 februari 2012 onder nr. SA (2011/N). De te verlenen subsidie voldoet aan de modules 1. Onderzoek en Ontwikkeling projecten, en module 8. Innovatie clusters. Deze beschikking wordt gepubliceerd op de website van Kenniscentrum Europa Decentraal. Jaarlijks wordt door ons aan de Europese Commissie gerapporteerd over het gebruik van de ODR. De cofinanciering ten behoeve van het Interreg programma Bio Base NWE, zijnde ,-, zal door het betreffende Interreg secretartiaat aan de staatssteunregels worden getoetst. Bevoorschotting U heeft in uw brief van 25 oktober 2012 verzocht om een voorschot. Het voorschot kennen wij toe en bedraagt , zijnde 100% van het maximale verleende subsidiebedrag van voor het jaar 2012 Dit voorschot maken wij over naar uw rekeningnummer: ten name van NV REWIN West Brabant. Op deze subsidieverlening zijn de verplichtingen van de ASV van toepassing. Daarnaast wijzen wij u op de onderstaande algemene subsidieverplichtingen. Algemene subsidieverplichtingen Wij wijzen u op de verplichtingen zoals opgenomen in onder andere artikel 10 van de Algemene subsidieverordening. De ASV is onverkort van toepassing. Aan deze subsidieverlening verbinden wij voorts de volgende verplichtingen: 1. De subsidie wordt u verleend voor een looptijd van 3 jaren en loopt van 1 januari 2012 tot en met 31 december NV REWIN zal als penvoerder optreden voor Biobased Innovations II en de projectorganisatie. 3. Wij gaan ervan uit dat de prestaties waarvoor u deze subsidie ontvangt in 2014 gerealiseerd worden. Indien vertraging optreedt in de uitvoering dient u dit onverwijld aan ons mede te delen. U dient daarbij een gemotiveerd verzoek in te dienen om de prestaties door te mogen schuiven naar een volgend boekjaar. Wij zullen u vervolgens zo spoedig mogelijk laten weten of wij daar mee in kunnen stemmen. Voor verdere informatie over deze procedure verwijzen wij u naar artikel 14 van de ASV. 4. De bij het vorige punt genoemde wijzigingen in het project (doelstelling, omvang, projectpartners, looptijd, begroting) dienen voorafgaand onze schriftelijke instemming. Dit wil zeggen, dat wij uw verzoek zoals vermeld in het vorige punt, vooraf moeten beoordelen. Het niet naleven van deze voorwaarde leidt in beginsel tot vaststelling van de subsidie op nihil en terugvordering van reeds verstrekte voorschotten. 3/6

4 5. In deze beschikking is aan u voor het eerste jaar van de verleende subsidie een voorschot toegekend. Na ontvangst van een voortgangsrapportage van de activiteiten in het jaar 2012, kunnen wij op uw verzoek een tweede voorschot overmaken van 80% van het maximale subsidiebedrag voor het jaar De resterende 20% volgt na de definitieve vaststelling van de subsidie (eindafrekening). Hetzelfde geldt voor het jaar De definitieve vaststelling van de hoogte van de subsidie zal plaatsvinden op basis van artikel 10 van de Algemene Subsidieverordening. Daarin is onder meer aangegeven dat er een verzoek om vaststelling van de subsidie moet worden ingediend. Dit verzoek dient onder meer vergezeld te gaan van een activiteitenverslag als bedoeld in artikel 4:80 Awb, een jaarrekening als bedoeld in artikel 2:361 BW of een financieel verslag als bedoeld in artikel 4:76 Awb en een controleverklaring van de onafhankelijke accountant conform het door ons vastgestelde controleprotocol bij een subsidie hoger dan euro. Het indienen van de eindverantwoording geschiedt voor uw eigen verantwoordelijkheid. Indien de eindverantwoording onjuist of onvolledig is, kan de subsidie lager worden vastgesteld. Reeds betaalde voorschotten kunnen in dat geval worden teruggevorderd. 7. De subsidieaanvrager dient het verzoek tot eindafrekening in binnen 5 maanden na het einde van de looptijd van het project. Indien de subsidieaanvrager niet (tijdig) aan de voorwaarde voldoet, vindt definitieve vaststelling plaats op basis van de op dat moment beschikbare gegevens. 8. Het in de beschikking genoemde bedrag is het maximum subsidiebedrag. Indien bij eindafrekening de werkelijke kosten lager blijken dan de geraamde kosten in de subsidieaanvraag, wordt de subsidie naar evenredigheid verlaagd en vastgesteld. 9. Co-financieringsmiddelen verkregen uit andere bronnen, die vooraf onvermeld zijn gebleven, zullen in mindering worden gebracht op het thans toegekende bedrag. Eventueel kan dit leiden tot intrekking van de toegekende subsidie respectievelijk tot terugvordering van de reeds verstrekte voorschotten. 10. Indien de instelling/projecthouder failliet is verklaard voordat de bijdrage definitief is vastgesteld, kan de bijdrage terstond op nihil worden vastgesteld. Reeds toegekende bedragen en voorschotten worden niet meer uitgekeerd en reeds uitgekeerde bedragen zijn meteen en zonder enige ingebrekestelling opeisbaar. 11. De aanvrager dient meteen, nadat een verzoek tot verlening van surcøance van betaling aan of faillietverklaring van de betreffende organisatie bij de Rechtbank is ingediend, daarvan mededeling te doen aan de subsidieverlenende instantie conform beschikking. 4/6

5 12. Bij externe communicatie betreffende het project dient vermeld te worden dat het project mede met steun van de provincie Noord- Brabant tot stand is gekomen. De aanvrager dient bereid te zijn de resultaten van het project te presenteren. 13. Bij de verlening van de subsidie is de provincie er op grond van uw verklaring van uitgegaan dat de BTW in verband met de gesubsidieerde uitgaven door u niet met de Belastingdienst kan worden verrekend dan wel niet door u kan worden gecompenseerd op grond van het BTW-compensatiefonds. Indien bij de controle uw verklaring onjuist blijkt te zijn, zal de provincie de ten onrechte gesubsidieerde BTW inclusief invorderings- en rentekosten terugvorderen. Deze bedragen zijn direct opeisbaar. Daarnaast wijzen wij u op het volgende. In uw businessplan Biobased Innovations II 28 maart 2012 wordt een groeipad voor de verdere uitbouw geschetst om na afloop van de subsidieperiode financieel zelfstandig te zijn te weten Biobased Innovations III. Hiervoor zal tijdens de looptijd van dit project gezocht worden naar financiering voor continuering. Biobased Innovations II moet ervoor zorgen dat Biobased Innovations III op een goede manier verankerd wordt met het topsectorenbeleid en er zal aansluiting gezocht worden met de Europese programma s in Horizon De lange termijn financiering vanaf 2015 zal grotendeels komen uit een bijdrage van bedrijven en programma- en projectfinancieringen Wij wensen u succes met de realisatie van het project. Bezwaar Als u het met dit besluit niet eens bent, kunt u schriftelijk bezwaar maken binnen zes weken na de bekendmaking van dit besluit. Het bezwaarschrift moet voorzien zijn van een handtekening, naam en adres, datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en waarom u het met dat besluit niet eens bent. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan: Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Het secretariaat van de Hoor- en Adviescommissie Postbus MC s-hertogenbosch Wij verzoeken u om in de linkerbovenhoek van de envelop het woord bezwaarschrift te vermelden. Het secretariaat van de Hoor- en Adviescommissie is bereikbaar op telefoonnummer (073) , faxnummer (073) en adres bezwaar@brabant.nl. Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, namens deze, 5/6

6 drs. J.M. Orbon, bureauhoofd Energie & Innovatie. 6/6