Pfeiffer. BR 31a. Bedienings-, Montage- en Onderhoudshandleiding voor AT - draaiaandrijving Type SRP en DAP. 1. Veiligheidsstelling

Transcriptie

1 Bedienings-, Montage- en Onderhoudshandleiding voor AT - draaiaandrijving Type SRP en DAP BR 31a Bij drukverlies op aansluiting 2 draait de as in uurwijzerzin in de standaardstand DICHT (enkel SRP). De uitlevering gebeurd in de standaardstand. Belangrijk: Bij opbouw in de dwarsrichting van de afsluiter, moet er gelet worden op de korrekte instelling van de draaiaanduiding! (Draaiing 90, zie montagehandleiding) Veiligheidsstelling openend: Veeropenend (enkel SRP), (Iinksdraaiend) Beeld 1 - AT-draaiaandrijving 1. Veiligheidsstelling Veiligheidsstelling sluitend: Veersluitend (enkel SRP), (rechtsdraaiend) Beeld 3 - Veeropenend Beeld 2 - Veersluitend Moet de as van de AT-aandrijving bij het openen van de afsluiter in uurwijzerzin draaien, dan moeten, ten opzichte van de standaarduitvoering, de zuigers volgens beeld 3 ingebouwd worden. De as draait zich van de standaardstand OPEN naar de eindstand DICHT in uurwijzerzin (enkel SRC). De uitlevering gebeurd in de standaardstand. De standaard versie van de AT-aandrijving wordt in de langsrichting van de afsluiter gemonteerd. De as draait zich bij aansturing op aansluiting 2 van de standaardstand DICHT naar de eindstand OPEN en dit tegen uurwijzerzin. Verandering van de werkrichting / veiligheidsstand: Aanwijzingen om de werkrichting te veranderen vind u in de onderhoudshandleiding. blad 1 van 12

2 AT-draaiaandrijving BR 31a Beeld 4 Detail tekening Pos. Aantal Omschrijving Materiaal 1 1 Nok (eindstandinstelling) GS Stelbout A Kontramoer A Ring A2 5 2 Zuigergeleiding Nylon Aslagering (boven) PA Aslagering (onder) PA Taatslager Nylon Luchtkanalstop NBR 10 1 Ring Afdichting (eindstandinstelling) NBR 12 2 Lager Nylon % GF 13 8 / 12 / 16 Dekselbout A Dekselafdichting NBR 15 2 Zuigergeleidingsband POM 16 2 Zuigerafdichting NBR Veercartridge SiCr Federstahl 18 1 Sluitring C Positieindicator PP + 30% GF 20 1 Asafdichting (onder) NBR 21 1 Asafdichting (boven) NBR 22 1 Deksel (rechts) GD-AlSi8.5Cu3.5Fe 23 1 Deksel (links) GD-AlSi8.5Cu3.5Fe 24 1 Schroef (eindstandinstelling) A Zuigers GD-AlSi8.5Cu3.5Fe 26 1 Naambord Polyester Aluminium 27 2 Naambord (Deksel) Polyester Aluminium 28 1 Centreerring EN AW Huis EN AW As C22 Tabel 1 - Wisselstukkenlijst * = aanbevolen wisselstukken 2. Handleiding Inleiding: Deze handleiding bevat belangrijke tips die de installatie, funktie, onderhoud en bewaring van de AT-aandrijvingen betreffen. Geleive deze dan ook goed te lezen en te bewaren om later eventuele vragen op te lossen. Dit apparaat mag enkel door vakspecialisten,die met de montage, de inbedrijfname en de werking vertrouwd zijn, gemonteerd en in bedrijf genomen worden. Vakspecialisten in de zin van deze handleiding zijn personen, die op grond van hun opleiding, hun kennis en ervaring alsook de kennis van de betreffende normen, de hun toevertrouwde arbeid beoordelen kunnen en mogelijke gevaren erkennen kunnen. Gevaren, die aan een ventiel door het produkt, de voedingsdruk en van bewegende delen kunnen voorkomen, zijn door passende maatregelen te voorkomen. Daarenboven moet men er op toezien dat een ventiel enkel ingezet wordt op plaatsen waar de bedrijfsdruk en temperatuur niet hoger zijn dan die waarvoor het ventiel is bepaald ten tijde van de bestelling. Transport en bewaring moeten vakkundig gebeuren. blad 2 van 12

3 Belangrijke tips: Er zich van gewissen dat de aandrijving enkel binnen zijn technische specifi caties ingezet wordt. Het gebruik van de aandrijving buiten zijn temperatuurgrenzen kan dichtingen en lagers overbelasten. Het gebruik van de aandrijving buiten zijn max. toelaatbare drukgrenzen kan schade veroorzaken aan interne componenten en behuizing. Het gebruik van de aandrijving in extreem korrosieve omgevingen, zonder speciale bescherming, kan schade berokkenen aan interne en externe componenten. Nooit de veerpakketten demonteren, dit kan ernstige verwondingen veroorzaken. Die veerpatronen mogen enkel kompleet gewisseld worden. Schakel alle voedingsleidingen uit en vergewis u dat de aandrijving drukloos is vooraleer u de installatie of het onderhoud ervan doet. Nooit de deksels of toebehoren lossen als de aandrijving onder druk staat. Draairichting en positie van de aandrijving met een test proberen vooraleer de aandrijving op een ventiel te monteren. Indien de aandrijving als deel van een systeem, als veiligheidselement of als deel van een schakelkring gebruikt wordt dan moeten de voorgeschreven veiligheidsmaatregelen in acht genomen worden. Bedrijfsomstandigheden: Droge, geoliede of niet-geoliede, of niet korrosieve gassen, die de interne komponenten en smeermiddelen niet aantasten, mogen gebruikt worden. Het aandrijfmedium moet een dauwpunt hebben bij -20 C ( -4 F ) of minstens 10 C onder de omgevingstemperatuur. De verontreinigingen mogen niet groter zijn dan 30 mm. Bedrijfsdruk: De maximale bedrijfsdruk is 8 bar (116 PSI). De dubbelwerkende en de enkelwerkende aandrijvingen kunnen normaal gezien werken in een bereik van 2,5 bar (36 PSI) 8 Bar (116 PSI) (Uitzonderingen met speciaal kenmerk zijn met de leverancier te bespreken). Bedrijfstemperatuur: Standardaandrijving: van -20 C (-4 F) +80 C (+176 F). Lage temperatuur aandrijving LT met Silicone O-Ringen van -40 C (-40 F) +80 C (+176 F). Hoge temperatuur aandrijvingen HT met FPM O-Ringen van -15 C (+5 F) +150 C (+300 F). Tip: Voor lage en hoge temperaturen worden intern speciale vetten gebruikt. In dit geval Pfeiffer kontakteren. Een hoge of lage temperatuur kan het draaimoment licht beïnvloeden. Schakeltijd: De schakeltijden kunt u vinden op de betreffende type bladen. Tip: De schakeltijd is van vele faktoren afhankelijk, bijv.: bedrijfsdruk, voedingslucht kapaciteit(leidingsdiameter, doorstroomkapaciteit van de pneumatische toebehoren), ventieltype,draaimoment, draaimomentverloop van een ventiel, meegerekende veiligheidsfaktor, schakelfrequentie, temperatuur, enz... Slag: De slag van een AT-aandrijving: zie technisch type blad: Standaardaandrijving: 90 hoekverdraaiing met eindstandinstelling bij 0 en 90, + of 4 instelbaar. 120 aandrijving: 120 hoekverdraaiing met eindstandinstelling bij 0 en 120, + of 4 instelbaar. 180 aandrijving: 180 hoekverdraaiing met eindstandinstelling bij 0 en 180, + of 4 instelbaar. Vet: De aandrijvingen zijn af fabriek, voor normaal gebruik, voor de gehele levensduur van vet voorzien. Het standaardvet is geschikt voor temperaturen van 20 C (-4 F) +80 C (+176 F). Voor lage (LT) en hoge (HT) temperaturen zijn speciale vetten nodig. Pfeiffer kontakteren. De voor de AT-aandrijvingen aanbevolen standaardvettenzijn: - Klüber Unigear LA02 - Esso (Exxon) Beacon EP2 - Fina marson EP L2 - Shell Alvania EP2 - Mobilux EP2 Bouwwijze: Tandlat en tandwiel principe: in gesloten ruimten en buiten, zonder bijkomende maatregelen, te gebruiken. Behandeling en korrosiebescherming: Alle aandrijvingen zijn voor normale weersinvloeden tegen korrosie beschermd. De korrosiebescherming van de verschillende behandelingen staat in het technisch type blad beschreven. Voor de installatie van de aandrijvingen in aggressieve omgevingen moet u er zeker van zijn dat u de juiste aandrijving gekozen hebt. blad 3 van 12

4 AT-draaiaandrijving BR 31a Aandrijvingskenmerk en type plaatje: Het aandrijvingstype, grootte,bedrijfsdruk,draai moment, draairichting, veerwerking, bedrijfstemperatuur en aansluittype staan op de aandrijving aangegeven. AT-aandrijvingen hebben een type plaatje die de volgend informatie bevat: Type, uitvoering (oppervlaktebehandeling en eventueel LT of HT, voor de bedrijfstemperatuur), slag, maximaal toelaatbare bedrijfsdruk, draairichting, draaimoment, toebehorenaansluiting, drukaansluiting, ventielaansluiting en serienummer. Funktie en draairichting: De aandrijving is een pneumatisch bouwdeel om ventielen op afstand te bedienen. Voor de aansturing ( 90, 120 of 180 hoekverdraaiing ) zijn er verschillende mogelijkheden: Direkte montage van een magneetventiel (5/2 of 5/3 voor dubbelwerkend, 3/2 voor enkelwerkend ) aan de drukaansluitingen 2 en 4. Afzonderlijke leidingen (aan de drukaansluitingen 2 en 4 ) met een aparte stuuréénheid. De standaarddraaibeweging is in uurwijzerzin sluitend, een draairichting tegen uurwijzerzin wordt bij een dubbelwerkende aandrijving bereikt door druk te zetten op aansluiting 2. Bij aandrijvingen, die met LF gemerkt zijn, is de draairichting in tegenuurwijzerzin sluitend, een draairichting in uurwijzerzin kan bereikt worden door druk te zetten op aansluiting Montage- en opbouwhandleiding. De AT-aandrijving is een pneumatische stelinrichting om industrie ventielen op afstand te kunnen bedienen. De AT-aandrijving bediend met een hoekverdraaiing van 90 ( of ook 120 of 180 ) door openen of sluiten verschillende types van ventielen. Alle noodzakelijke informatie, om de aandrijvingen korrekt en zeker op een ventiel te monteren, bijv. afmetingen, draaimoment, luchthoeveelheden, eindstanden, schakeltijd, arbeidstemperatuur, draairichting zijn duidelijk op het type plaatje, in de kataloog en/of de technische type bladen te vinden. Gelieve voor de installatie al deze technische informatie door te lezen. Funktieprincipe van de dubbelwerkende aandrijving (standaarddraairichting) bovenaanzicht: Beeld 5 Beeld 6 Voedingslucht op aansluiting 2 ( beeld 5 ) beweegt de zuiger in de richting van de eindstanden, ontluchten over aansluiting 4, hierdoor ontstaat een draairichting in uurwijzerzin. Toevoerlucht op aansluiting 4 ( beeld 6 ) beweegt de zuiger in de middenstand, ontluchten over aansluiting 2, hierdoor ontstaat een draairichting in uurwijzerzin. Funktieprincipe van de enkelwerkende aandrijving (standaarddraairichting) bovenzicht: Beeld 7 Beeld 8 Toevoerlucht op aansluiting 2 ( beeld 7 ) beweegt de zuiger inde richting eindstanden, de veren worden opgespannen, ontluchten over aansluiting 4, hierdoor ontstaat een draairichting in uurwijzerzin. Drukverlies ( lucht uitval ) aan aansluiting 2 ( beeld 8 ) maakt dat de zuiger zijn uitgangspositie weer inneemt, ontluchten over aansluiting 2, hierdoor ontstaat een draairichting in uurwijzerzin. Belangrijke veiligheidstips: Gedurende de installatie moet de aandrijving om veiligheidsredenen drukloos zijn. Bij de luchtaansluiting van de aandrijving moet men erop letten van de draadaansluitingen, de nippels en de dichtingen zuiver te houden. Indien er toebehoren op de aandrijving moeten gemonteerd worden, moet men erop letten dat het bovenste as-uiteinde vrij blijft zodat er later eventueel een handbediening op kan geplaatst worden. Vooraleer u een aandrijving op een ventiel monteert, moet u erop toezien dat de draairichting de juiste is om het ventiel in zijn juiste uitgangspositie te houden. blad 4 van 12

5 Sturingen en aansluitingen: Montage op ventielen: Beeld 9 - Aansluitingen Montage van toebehoren: Beeld 11 - Ventielmontage Vooraleer met de montage van de aandrijving op een ventiel te beginnen, moet u de draairichting nazien en nakijken of de aandrijving en het ventiel bij elkaar passen. Aandacht: Wanneer u een enkelwerkende aandrijving ( met veren ) met een bepaalde veiligheidsstelling moet opbouwen gelieve dan na te zien dat, bij lucht- en/of spanningsuitval, de draairichting overeenstemt met de toepassing (rechtsdraaiend sluitend). Bevestig nu de AT-aandrijving ( 3 ) op het ventiel ( 5 ). De aandrijving moet in de uitgangspositie ( DICHT - stand ) staan. Beeld 10 toebehoren-montage Magneetventielbevestiging: Vooraleer een magneetventiel te bevestigen, nazien of de aandrijving in de uitgangspositie staat (gesloten stand, zuigers in binnenste positie). Voor standaard montage en draairichting in uurwijzerzin sluiten: De spleet in de aanduiding ( 2 ) moet in de gesloten stand dwars op de aandrijvingsas staan. Bevestig het magneetventiel ( 4 ) op de aandrijving ( 3 ) en gebruik daarvoor de bijgeleverde schroeven. Het max.aandraaimoment: zie tabel 2. Montage van eindschakelaars: Bevestig de eindschakelaarsbox op de aandrijving ( 3 ), en gebruik daarvoor de bijgeleverde schroeven. Het max. aandraaimoment: zie tabel 2. Er zijn twee montage varianten: Direkte montage: Steek het vierkant van de ventielas direkt in de aandrijfas van de aandrijving en schroef die beide delen samen door de ISO-fl ens. Het max.aandraaimoment: zie tabel 2. Montage door middel van een tussenstuk: Monteer het tussenstuk ( 6 ) op het ventiel ( 5 ) en steek aansluitend de koppeling ( 7 ) op de ventielas. Oppassen dat de standaanduiding van de koppeling overeenstemt met de schakelstand van het ventiel. Het max.aandraaimoment: zie tabel 2. Schroef M5 M6 M8 M10 M12 M14 M16 M20 M24 Aandraaimomenten [Nm] 5 6 Tabel 2 - Aandraaimomenten blad 5 van 12

6 AT-draaiaandrijving BR 31a Montage alternatieven: Ventielmontage met een standaard aandrijving, in uurwijzerzin sluitend. Beeld 14 - Afmetingen Beeld 12 in uurwijzerzin sluitend Venitelmontage met een aandrijving, in uurwijzerzin openend. Aandrijving Ex 1 [mm] Ex 2 [mm] d [mm] DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP Beeld 13 in uurwijzerzin openend 4. Onderhoudstip: Met de volgende handleidingen wil Pfeiffer zijn klanten met alle informatie voorzien om een onderhoud van een aandrijving te doen. Bij normaal gebruik is enkel een periodieke kontrole van de funktionele werking nodig. DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP DAP / SRP 5000 Tabel 3 - Afmetingen Wisselstukkensets om onderhoud te doen (vervangen van dichtingen en geleidingen) zijn beschikbaar. Een onderhoud kan, naargelang de bedrijfs- en omgevingsomstandigheden, tussen de en schakelingen nodig zijn. blad 6 van 12

7 Demontage: Zou een demontage van de aandrijving, om onderhoud te doen, noodzakelijk zijn, demonteer dan de aandrijving van het ventiel. Aandacht: Voor demontage van welk stuk dan ook moet de aandrijving drukloos zijn. Voorzichtig werken en kijken als aansluitngen 2 en 4 geopend zijn. Eventuele toebehoren demonteren. Bij demontage van een enkelwerkende aandrijving zeker zijn dat de aandrijving in de veiligheidsstand ( veren ontspannen ) staat. Standaanduiding ( 19 ) verwijderen: ( zie beeld 15 ) Schroef ( 24 ) uitdraaien Standaanduiding ( 19 ) verwijderen, in nood een schroevendraaier gebruiken. Beeld 15 Instelschroeven ( 2 ) uitdraaien: ( zie beeld 16 ) Beide instelschroeven ( 2 ) met rondsel ( 4 ) en tegenmoer ( 3 ) uitdraaien. Dichtingen ( 11 ) verwijderen en nieuwe nemen. Demontage van het deksel ( 22 en 23 ): ( zie beeld 17 ) Bij de grote DAP/SRP 900 DAP/SRP 3000 zijn de deksels ( 22 ) symmetrisch. Dekselschroeven ( 13 ) in de volgorde a-b-c-d ( zie beeld 17 ) demonteren. Beeld 16 Aandacht: bij demontage van een enkelwerkende aandrijving zijn de dekselschroeven van de deksels ( 22 en 23 ) afwisselend te lossen. Als er na 4 5 schroefomdraaiingen aan alle schroeven nog geen voelbare ontspanning is, kan dit een teken zijn dat een veerpakket beschadigd is. In dit geval moet de demontage gestopt worden. Verdere dekseldemontage kan zware verwondingen leiden. De aandrijving naar de leverancier terugsturen. Bij enkelwerkende aandrijvingen, veerpakketten ( 17 ) verwijderen. Dekseldichting (14) verwijderen en nieuwe nemen. Demontage van de zuigers ( 25 ): ( zie beeld 18 ) Huis ( 29 ) in bankschroef of iets dergelijks vast klemmen, as ( 30 ) draaien de zuigers ( 25 ) vrij komen. Beeld 17 Aandacht: perslucht mag niet gebruikt worden om de zuigers te verwijderen (schietwerking). Zuigerdichtingen ( 16 ) voorzichtig met de hulp van een schroevendraaier verwijderen. Zuigergeleidingen ( 5 ) en zuigergeleidingsbanden ( 15 ) verwijderen. Bij uitwisseling dekseldichting ( 14 ) vervangen. Beeld 18 blad 7 van 12

8 AT-draaiaandrijving BR 31a Demontage van de as ( 30 ): ( zie beeld 19 ) Veiligheidsring ( 18 ) voorzichtig met circlipstang verwijderen, aanloopschijf ( 8 ) en steunschijf ( 10 ) verwijderen. Met lichte druk op de bovenkant van de as ( 30 ) naar beneden eruit drukken, het mogelijk is de nokken ( 1 ) en de interne aanloopschijf ( 8 ) te verwijderen. Daarna de as ( 30 ) kompleet uit de behuizing nemen. Indien de as niet met de hand kan verwijderd worden, kan deze door, met een kunstofhamer, lichte slagen op het bovenste aseinde, eruit geslagen worden. Beeld 19 Verwijder de bovenste en onderste as-lagerbussen ( 6 und 7 ), evenals de bovenste en onderste asdichtingen ( 20 und 21 ). Uitwisselen van de lagerbussen ( 6 und 7 ), interne en externe aanloopschijven ( 8 ), alsook de dichtingen ( 20 und 21 ). Alle gedemonteerde en niet vervangen delen moeten voor montage grondig gereinigd en op slijtage gekontroleerd worden. Montage: Beeld 20 Voor de montage moeten alle delen zuiver en in perfekte staat zijn. Gebruik de door Pfeiffer, op blz. 3, aanbevoeln vetten. Montage van de as ( 30 ): ( zie beeld 20, beeld 21a en 21b ) Bovenste en onderste as-lagerbussen ( 6 en 7 ) monteren, daarna de bovenste en onderste asdichtingen ( 20 und 21 ) op de as monteren. De as boven en onder, zoals in beeld 20, met vet inwrijven. As ( 30 ) gedeeltelijk in het huis ( 29 ) schuiven Beeld 21a Daarna de nokken ( 1 ) in de gewenste positie, met betrekking de stand en de draairichting van de aandrijving, monteren ( zie beeld 21 ). Aansluitend de interne aanloopschijf ( 8 ) monteren. As ( 30 ) kompleet inschuiven. Externe aanloopschijf ( 8 ) monteren, steunschijf ( 10 ) en veiligheidsring ( 18 ) met circlipstang monteren. Beeld 21b blad 8 van 12

9 Montage van de zuigers ( 25 ): ( zie beeld 22, beeld 23, beeld 24a, beeld 24b en beeld 25 ) Zuigersichting ( 16 ) monteren, zuigergeleidingen ( 5 ) en zuigergeleidingsbanden ( 15 ) monteren. Loopvlak van de zuigers ( 25 ) in de behuizing ( 29 ) en de tanden van de zuigers invetten. Beeld 22 Behuizing ( 29 ) door het klemmen van het bovenste as-uiteinde in een bankschroef, in een horizontale positie houden ( zie beeld 22 ). Zich ervan vergewissen dat de nokken ( 1 ) in de juiste stand staan ( zie beeld 23 ). Bij standaarddraairichting ( in uurwijzerzin sluitend ) het huis ( 29 ) om in tegenuurwijzerzin, van de onderkant gezien, draaien. Of van bovenaan gezien in uurwijzerzin draaien, al naar gelang de as gehouden wordt (zie beeld 24a en beeld 24b ). Beeld 23 Beide zuigers ( 25 ) gelijktijdig in het huis ( 29 ) duwen de zuigers aangrijpen en dan het huis, in uurwijzerzin of tegenuurwijzerzin ( zie boven ), draaien aan het einde. Nakijken of de zuigers, in de eindstand, de as 4 over de middellijn (0 ) draaien ( zie beeld 25 ). Beeld 24a Beeld 24b Beeld 25 blad 9 van 12

10 AT-draaiaandrijving BR 31a Bild 26 Montage van de deksels ( 22 rechts en 23 links) ( zie beeld 26, beeld 27 en beeld 28 ) Bij de grote DAP / SRP 900 DAP / SRP 3000 zijn de deksels ( 22 ) en veerpakketen ( 17 ) symmetrisch. ( beeld 26, 27 en 28 ). Loopvlak behuizing. Bij enkelwerkende aandrijvingen is het juiste aantal veerpakketten, volgens tabel, in de deksels te plaatsen ( zie beeld 26 en 27 ). Bild 27 Montage van de dekseldichtingen ( 14 ) in de uitsparing van de beide deksels. Montage van de deksels aan de behuizing ( 29 ). Nazien dat de o-ringen in de uitsparingen liggen. Dekselschroeven ( 13 ) met de hand indraaien. Aandraaivolgorde ( zie beeld 28 ) in het oog houden. Bild 28 blad 10 van 12

11 Montage en instelling van de instelschroeven ( 2 ) ( zie beeld 29 ) Beide instelschroeven ( 2 ), tegenmoeren ( 4 ), rondsels ( 3 ) en dichtingen ( 11 ) samensellen Instelschroeven ( 2 ) in het huis draaien Eindeslaginstelling voor een standaardaandrijving in uurwijzerzin sluitend: 0 (sluiten) eindeslaginstelling in gesloten stand, de rechtse schroef ( 2 ) in- of uitdraaien (bovenzicht) de gewenste instelling bereikt is. Daarna de tegenmoer ( 4 ), om de positie te vergrendelen, aandraaien Beeld (open) eindeslaginstelling in geopende stand, de linkse schroef ( 2 ) (bovenzicht) in- of uitdraaien de gewenste instelling bereikt is. Daarna de tegenmoer ( 4 ), om de positie te vergrendelen, aandraaien Montage van de standaanduiding ( 19 en 24 ) ( zie beeld 30 ) Standaanduiding ( 19 ) op de as steken, let op de juiste positie Schroef ( 24 ) aandraaien Beeld Verandering van de werkrichting/veiligheidsstelling Het korrekte demonteren en monteren: zie vorig hoofdstuk ( onderhoudstips)! De aandrijving in de veiligheidstelling plaatsen zodat de veren ontspannen zijn Schroef ( 24 ) verwijderen ( zie beeld 15 ) Standaanduiding ( 19 ) verwijderen, in nood schroevendraaier als hendel gebruiken Beide instelschroeven ( 2 ) met rondsel ( 4 ) en tegenmoer ( 3 ) verwijderen ( zie beeld 16 ) Dichtingen ( 11 ) wegnemen Dekselschroeven ( 13 ) ( zie beeld 17 ) demonteren. Deksels ( 22 en 23 ) van het huis wegnemen Bij enkelwerkende aandrijvingen, veerpakketten ( 17 ) wegnemen Dekseldichting (14) verwijderen Behuizing ( 29 ) in de bankschroef vastklemmen, as ( 30 ) draaien de zuigers ( 25 ) vrij komen ( zie beeld 18 ) Beide zuigers ( 25 ) in axiale richting om 180 draaien en terug monteren Beide zuigers ( 25 ) gelijktijdig in de behuizing ( 29 ) de zuigers aangrijpen en daarna de behuizing aan de aanslag draaien Nazien dat de zuigers, in de eindstand, de as 4 over de middellijn (0 ) draaien ( zie beeld 25 ) Bij enkelwerkende aandrijvingen zijn de veerpakketten in de deksels te plaatsen ( zie beeld 27 ) Montage van de dekseldichtingen ( 14 ) in de uitsparing van beide deksels Montage van de deksels aan het huis ( 29 ) Dekselschroeven ( 13 ) met de hand indraaien. Aandraaivolgorde ( zie beeld 28 ) in acht nemen Beide instelschroeven ( 2 ), tegenmoeren ( 4 ), rondsels ( 3 ) en dichtingen ( 11 ) samenstellen Instelschroeven ( 2 ) in de behuizing draaien Eindeslaginstelling in acht nemen Standaanduiding ( 19 ) op de as steken, let op de juiste positie ( zie beeld 30 ) Schroef ( 24 ) aandraaien blad 11 van 12

12 6. Beschrijving van het type plaatje Onverwisselbare kenmerking: variabel - 1 Bestelnummer - 2 Positie nummer ven de bestelling - 3 Serie nummer (automatische toekenning) Toebehoren aansluiting: vast, afhankelijk van de aandrijfgrootte - 4 AA1 AA4 (komen overeen met de VDE/VDI grootte 1 4) Lucht aansluiting: vast, afhankelijk van de aandrijfgrootte - 5 PC1 = G 1/8 PC2 = G 1/4 PC3 = G 3/8, PC4 = G 1/2 Max. toel. druk: vast - 6 bij BR31a altijd 8 bar Werkwijze: variabel - 7 Aandrijffunktie: enkel- / dubbelwerkend - 8 Werkrichting: CW = Clockwise (veer sluit) CCW = Counter Clockwise (veer opend) - 9 schematische voorstelling van de draairichting met veren en luchtaansluiting, schematische voorstelling van de NAMUR aansluiting met kenmerking van de aansluitingen 2 en 4 Korrekte type beschrijving: variabel - 10 Bouwvorm: BR 31a - 11 Type: SRP / DAP - 12 Aandrijfgrootte: Veerbereik: 2,5 6 (bar) Draaihoek.: vast, afhankelijk van da aandrijfgrootte /-4 ; /-4 ; /-4 ; Artikel-Nr.: variabel - 15 Pfeiffer - Artikelnummer Uitvoering volgens EN: vast, afhankelijk van de aandrijfgrootte Voorbeeld: F07-Y-D Flens F07-17 Centreeréénheid ( Y ) - 18 Vierkant diagonaal ( D ) - 19 Vierkant SW 17 Draaimomenten: variabel - 20 Opgave van het moment van de aandrijving bij de resp. toevoerlucht. 7. Tips om te stockeren Beeld 31 Type plaatje varianten Als de aandrijvingen moeten gestockeerd worden, dan moet er op de volgende punten gelet worden: Droog en bij normale omgevingstemperatuur stockeren. De stockage in de originele verpakking wordt aanbevolen. Kunststof doppen van de luchtaansluitingen 2 en 4 niet verwijderen. Voor uw speciale wensen staat ons team u met raad en daad ter zijde. Pfeiffer Hooghe Weg 41 D Kempen Telefon: Telefax: vertrieb@pfeiffer-armaturen.com Internet: Wijzigingen in aanvragen en uitvoeringen zijn onder voorbehoud PDF=589 Uitgave december 2001 blad 12 van 12 Bediening en Montage EB 31a_NL