Inspectierapport Buitenschoolse opvang Michaëlschool (BSO) Hercules Seghersstraat DG LEEUWARDEN Registratienummer

Transcriptie

1 Inspectierapport Buitenschoolse opvang Michaëlschool (BSO) Hercules Seghersstraat DG LEEUWARDEN Registratienummer Toezichthouder: GGD Fryslân In opdracht van gemeente: LEEUWARDEN Datum inspectie: Type onderzoek : Regulier onderzoek Status: Definitief

2 Inhoudsopgave Het onderzoek...3 Observaties en bevindingen...4 Pedagogisch klimaat...4 Personeel en groepen...5 Inspectie-items...6 Gegevens voorziening...8 Gegevens toezicht...8 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum van 9

3 Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek op basis van risicogestuurd onderzoek. Beschouwing Op 09 september 2014 heeft er op verzoek van de Gemeente Leeuwarden een reguliere inspectie plaatsgevonden op basis van risicogestuurd onderzoek bij BSO de Michaëlschool te Leeuwarden. De BSO is een onderdeel van Stichting kinderopvang Friesland. BSO de Michaëlschool is een BSO op antroposofische grondslag. De BSO is gevestigd in een accommodatie naast de vrije school de Michaëlschool in Leeuwarden. De antroposofische visie van de vrije school loopt door in de kinderopvang. Er worden maximaal 20 kinderen in de leeftijd van 4 tot en met 13 jaar gelijktijdig opgevangen. Afhankelijk van hoeveel kinderen er worden opgevangen worden er beroepskrachten ingezet. De buitenschoolse opvang heeft een eigen aangrenzende en omheinde buitenspeelruimte, een heemtuin met veel bomen en struiken, een groentetuin en spelmateriaal dat passend is om de antroposofische stroming vorm te geven. De voor de inspectie benodigde documenten zijn niet compleet. Eén van de beroeps krachten was niet in bezit van een geldige verklaring omtrent gedrag. De beroepskrachten hebben op een vriendelijke en open wijze hun medewerking verleend aan de inspectie. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. 3 van 9

4 Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Buitenschoolse opvang Michaëlschool is onderdeel van Stichting Kinderopvang Friesland (SKF). SKF werkt op alle locaties met een algemeen pedagogisch beleidsplan hetgeen van toepassing is op alle opvangvormen: kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang, tussenschoolse opvang, peuteropvang en gastouderopvang. Buitenschoolse opvang Michaëlschool werkt met een pedagogisch werkplan wat gebaseerd is op het SKF beleid en is aangevuld met de locatie specifieke werkwijze. Pedagogische praktijk Het pedagogisch beleid is onderdeel van de overleg agenda tussen beroepskrachten en de locatie manager, dit overleg vindt eens per 6 weken plaats. Uit de observatie blijkt dat aan de pedagogische voorwaarden wordt voldaan. Voorwaarde 2 tot en met 5 kwamen aan de orde tijdens de inspectie. De toezichthouder concludeert hieruit dat er voldoende aandacht wordt geschonken aan het pedagogisch klimaat en voorwaarde. Buitenschoolse opvang Michaëlschool hanteert de antroposofische visie van de naast gelegen vrije school, deze visie loopt door in de buitenschoolse opvang. Deze visie vind zijn weerslag in de inrichting van de binnen en buiten ruimte en het aanwezige speelmateriaal. Er is voldoende passend speelgoed aanwezig en de kinderen kunnen dit zelf pakken en na het spelen ook zelf weer opruimen. De buitenruimte is ingericht als een ontdektuin waar naast het spelmateriaal ook een groente tuin aanwezig is. De kinderen nemen zelf het initiatief voor een spel en daar waar nodig vragen zij om ondersteuning van de beroepskrachten. De kinderen hebben een wensen lijstje gemaakt waarin activiteiten staan vermeld die zij graag willen ondernemen. Één van de activiteiten is het wandelen met een hond. deze wens werd tijdens de inspectie door de beroepskrachten vervuld. Er wordt gewerkt met vaste leidsters en er is een vaste dagindeling die bekend is bij de kinderen. De kinderen leren om rekening met elkaar te houden en om samen dingen te doen. De groepsregels zijn duidelijk, er wordt geleerd om naar elkaar te luisteren, Gebruikte bronnen: Interview anderen (Er is gesproken met de beroepskrachten.) Observaties (Er is geobserveerd tijdens het eten en drinken,binnen- en buitenspelen.) Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch werkplan RI&E augustus 2014 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 4 van 9

5 Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Van één beroepskracht is de verklaring omtrent gedrag uitgegeven in september Deze verklaring voldoet derhalve niet aan de wettelijke eis. Op basis hiervan is geconstateerd dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan: De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle medewerkers van de buitenschoolse opvang Michaëlschool beschikken over een passende beroepskwalificatie. Deze kwalificaties zijn op de locatie aanwezig, gecontroleerd en in orde bevonden. Opvang in groepen Buitenschoolse opvang Michaëlschool werkt met één groep van 20 kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot het moment dat zij de basis school verlaten. Beroepskracht-kindratio Tijdens de inspectie waren er 10 kinderen aanwezig en zij werden begeleid door twee beroepskrachten. De achterwacht- en calamiteiten regeling staat helder omschreven in het pedagogisch werkplan. Gebruikte bronnen: Interview anderen (Er is gesproken met de beroepskrachten.) Observaties (Er is geobserveerd tijdens het eten en drinken,binnen- en buitenspelen.) Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten RI&E augustus 2014 Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling 5 van 9

6 Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) De verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 6 van 9

7 De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) 7 van 9

8 Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : BSO Michaëlschool Aantal kindplaatsen : 20 Gegevens houder Naam houder : Stichting Kinderopvang Friesland Adres houder : Vijverstraat 17 Postcode en plaats : 8801 TT FRANEKER Website : KvK nummer : Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Fryslân Adres : Postbus 612 Postcode en plaats : 8901 BK LEEUWARDEN Telefoonnummer : Onderzoek uitgevoerd door : Dhr. F. Schoutsen Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : LEEUWARDEN Adres : Postbus Postcode en plaats : 8900 JA LEEUWARDEN Planning Datum inspectie : Opstellen concept inspectierapport : Vaststelling inspectierapport : Verzenden inspectierapport naar houder : Verzenden inspectierapport naar : gemeente Openbaar maken inspectierapport : van 9

9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Zienswijze BSO Michaëlschool Leeuwarden Verklaring omtrent het gedrag De betreffende beroepskracht heeft opdracht gekregen een nieuw VOG aan te vragen. Inmiddels is het bewijs van aanvraag van de VOG aanwezig. De verwachting is dat zij binnen zes weken na aanvraag een nieuw VOG ontvangt. De locatiemanager zal hierop toezien. 9 van 9