Noch Nik Software, Inc. noch Nikon kan aansprakelijk worden gesteld voor enige schade voortkomend uit het gebruik van dit product.

Transcriptie

1

2 Kennisgevingen 2006 Nik Software, Inc. Alle rechten voorbehouden. Geen van de delen van deze gebruikshandleiding mag worden gereproduceerd, overgedragen, getranscribeerd, opgeslagen in een terugzoeksysteem of vertaald in welke taal dan ook, in welke vorm dan ook, met welk middel dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nik Software, Inc. Nikon behoudt zich het recht voor de specificaties van de hardware en software, die in deze gebruikshandleiding beschreven is, op ieder willekeurig tijdstip en zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen. Noch Nik Software, Inc. noch Nikon kan aansprakelijk worden gesteld voor enige schade voortkomend uit het gebruik van dit product. Alhoewel de grootste zorgvuldigheid werd betracht de informatie in deze gebruikshandleiding nauwkeurig en volledig weer te geven, zouden we het op prijs stellen als u eventuele fouten of omissies onder de aandacht van de Nikon vertegenwoordiger bij u in de buurt zou willen brengen (adressen worden apart verstrekt) NIKON CORPORATION 2006 Nik Software, Inc. All rights reserved. Informatie over handelsmerken U Point is een handelsmerk van Nik Software, Inc., Macintosh en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Computer, Inc., Microsoft en Windows zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Pentium en Celeron zijn handelsmerken van Intel Corporation. Adobe en Photoshop zijn geregistreerde handelsmerken van Adobe Systems Inc. Alle andere handelsnamen in deze gebruikshandleiding of in andere documentatie die bij uw Nikon-product werd geleverd, zijn de handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaren.

3 i Inhoudsopgave Introductie...1 RAW-aanpassingen...52 Voordelen van RAW-bestandsindeling...2 Lensaanpassingen...59 Camerarelatie...3 Licht & kleuraanpassingen...60 Detailaanpassingen...63 Systeemeisen & installatie...5 Verbeteringsstappen...66 Systeemeisen...5 Driehoek Tonen / Verbergen...66 Installatie...5 Toepassen-selectievakje voor stap...66 U Point -technologie...9 Toepassen-selectievakje verbetering...66 Koppelingspictogram...66 De Capture NX-interface...13 Vervolgkeuzemenu Aanpassing selecteren...67 Dekkingsmenger...67 Starten...17 Selectienotificatiegebied...70 Capture NX openen...17 Doezelaar...70 Welkomstscherm...18 Menu Herstelpunten...71 Naar beelden bladeren en beelden openen..19 Automatisch gegenereerde herstelpunten...71 Vensterfunctionaliteit in Capture NX...20 Handmatig gegenereerde herstelpunten...71 Capture NX afsluiten...20 Menu Serieverwerking...72 Verschillen in bestandsindeling...21 Knop Nieuwe stap...72 Werkwijze afdrukken...23 Werken met verbeteringen...73 Serieverwerking...23 Stappen en verbeteringen bewerken...73 De Verkenner...29 Stappen en verbeteringen verwijderen...73 Menu Map...31 Stappen en verbeteringen kopiëren en plakken Menu Label Menu sorteren...33 Verbeteringen koppelen...74 Menu Serieverwerking...34 Verbeteringen omwisselen...75 Inhoudsopgave Bestandsoverzicht...37 Camera-instellingen...39 IPTC...41 De bewerkingslijst...43 Stap Basisaanpassingen...44 Camera-aanpassingen...45 Hulpmiddelenbalk F2 Weergavehulpmiddelen...77 Hulpmiddel Directe selectie...77 Hulpmiddel Hand...77 Hulpmiddel In/uitzoomen...78 Hulpmiddelenbalk F3 Bewerken...81 Draaien...81 Rechtzetten...81

4 ii Inhoudsopgave Uitsnijden...83 Hulpmiddelenbalk F4 Zwarte, witte en neutrale sturingspunten...87 Zwart sturingspunt...87 Wit sturingspunt...88 Neutraal sturingspunt...88 Hulpmiddelenbalk F5 Op U Pointtechnologie gebaseerde hulpmiddelen...91 Kleur sturingspunt...91 Rode-ogen sturingspunt...92 Hulpmiddelenbalk F6 Selectiehulpmiddelen...95 Penseelselectie...95 Lasso & selectiekader...98 Selectieverloop...99 HulpmiddelenVullen / Verwijderen Het overzicht Foto-informatie Histogram Controlepunten Het beeldvenster De kleurkiezer Menu Bestand Beeld openen Openen met Map openen in Verkenner Recente bestanden openen Opslaan Opslaan als Vorige versie Sluiten Pagina instellingen Afdrukken Afsluiten Menu Bewerken Ongedaan maken Opnieuw uitvoeren Knippen Kopiëren Plakken Dupliceren Verwijderen Alles selecteren Spiegelen Draaien Grootte / Resolutie Uitvoergrootte (dpi) wijzigen Bestandsgrootte (beeldgrootte) wijzigen Foto passend maken Voorkeuren Algemeen Kleurbeheer Niveaus & raster Cache-intellingen Menu Aanpassen Licht Niveaus & curves Contrast / Helderheid Automatische niveaus D-Lighting Kleur LCH Kleurbalans Kleurversterking Verzadiging / Warmte SCHERPTE Gaussiaans vervagen Hoogdoorlaat Onscherp masker Corrigeren Kleuraberratiecorrectie Regeling tonvormige vertekening Dekkingsmenger Ruisonderdrukking Kleurprofiel Profiel toepassen...163

5 Omzetten naar profiel Menu Sturingspunt Kleur sturingspunt Zwart sturingspunt Wit sturingspunt Neutraal sturingspunt Rode-ogen sturingspunt Menu Filter Foto-effecten Korrel / Ruis toevoegen Contrast: kleurbereik Inkleuren Zwart & witomzetting Menu Serieverwerking Serieverwerkingsproces uitvoeren Instellingen kopiëren Instellingen plakken Instellingen opslaan Instellingen laden Waarschuwingskader serieverwerkingsproces Wachtrij verwerking Dialoogvenster Bestanden benoemen Opties serieverwerking Beheer instellingenbestanden Serieverwerkingsproces Gecontroleerde map Menu Weergave Alle sturingspunten tonen Selectie tonen Raster tonen Controlepunten tonen Verdwenen hoge lichten tonen Verdwenen schaduwen tonen Scherpstelveld tonen Weergave op 100% Passend voor scherm Inzoomen Uitzoomen Volledig scherm Paletten verbergen Vergelijken In Verkenner vergelijken In Editor vergelijken Met origineel vergelijken Menu Venster Trapsgewijs Naast elkaar Paletlocatie resetten Overzicht Verkenner Camera-instellingen Kleurkiezer Bewerkingslijst Bestandsoverzicht IPTC-informatie Foto-informatie Hulpmiddelenbalk Helpmenu Inhoud Technische ondersteuning Welkomstscherm tonen Update Capture NX Over Capture NX Bijlage: Sneltoetsen Bijlage: Geleverde kleurprofielen Bijlage: adviezen & aanvullende kennisgevingen Index iii Inhoudsopgave

6 iv

7 1 Introductie Capture NX is een krachtige toepassing voor bewerking en fotografieverwerking speciaal voor digitale fotografen ontwikkeld. De eenvoudige, overzichtelijke gebruikersinterface maakt beeldverbetering gemakkelijk, en exclusieve functies gebaseerd op U Point fotobewerkingstechnologie, bieden een volledig non-destructieve workflow die giswerk bij het bewerken elimineert. De gepatenteerde U Point-technologie van Capture NX biedt de gebruiker een aantal unieke hulpmiddelen. De meest opmerkelijke is het sturingspunt, dat wordt gebruikt voor het aanpassen van toon en kleur in een beeld. Met sturingspunten kunt u rechtstreeks aan het beeld werken zonder selecties of lagen te hoeven maken, en uw verbeteringen op het geheel of op een selectie toepassen. U kunt daardoor uw verbeteringen steeds meer verfijnen om een natuurlijk uitziend effect te creëren. Met sturingspunten kunt u eenvoudig en snel verbeteringen toepassen en ongedaan maken zonder het geheel van het beeld in gevaar te brengen. Als u er aan toe bent uw beelden op te slaan en te archiveren, kunt u met Capture NX uw beeld opslaan in de NEF-bestandsindeling, die uw bestand opslaat zonder het beeld aan te tasten. samen met het volgende. Naarmate er meer sturingspunten worden aangebracht, wordt het beeld steeds meer bewerkt. Selecteer een sturingspunt om kleur aan te passen of de witte, zwarte en neutrale punten te regelen. Omdat de verbeteringen die u aanbrengt apart van de oorspronkelijke beeldgegevens gehouden worden, zonder acht te slaan op de oorspronkelijke bestandsindeling, kunt u met Capture NX meerdere malen beeldverbeteringen aanbrengen en wijzigen zonder de kwaliteit van het beeld aan te tasten. Capture NX beschermt zowel de originele gegevens als uw verbeteringen wanneer u uw beeld als NEF-bestand opslaat. U kunt met de NEFbestandsindeling het beeld en de verbeteringen op ieder moment openen en sluiten zonder ooit de oorspronkelijke beeldgegevens aan te tasten. Hoofdstuk 1 Introductie Sturingspunten zijn een uniek bewerkingsconcept, dat de gebruiker een heel ander soort controle over kleur- en toonverbetering in een beeld geeft. Een sturingspunt wordt rechtstreeks op het beeld geplaatst, en de waarde ervan wordt door de gebruiker bepaald. Ieder sturingspunt werkt

8 2 Voordelen van RAWbestandsindeling Hoofdstuk 1 Introductie Vergeleken met verwerkte en opgeslagen bestanden hebben RAW-opnamen een aantal duidelijke voordelen. De RAW-indeling legt belangrijke archiefinformatie vast over de omstandigheden waaronder een beeld werd opgenomen. Deze informatie kan door Capture NX gebruikt worden om unieke aanpassingen te maken voor het verbeteren van het beeld. Capture NX heeft volledige ondersteuning voor Nikon RAW NEF-beelden en kan met ieder JPEG- en TIFF-bestand (gebaseerd op RGB of LAB) gebruikt worden. U kunt met JPEG- en TIFF-bestanden onmiddellijk beginnen de bestanden te verbeteren door het selecteren van een van de verbeteringen uit de menu s.

9 Camerarelatie Capture NX is ontworpen met het doel alle functies van uw Nikon-camera te ondersteunen. U kunt daardoor veel instellingen wijzigen die u in uw camera op het beeld hebt toegepast. Nadat u een RAW NEFbestand in Capture NX geopend hebt, kunt u de opname-, camera- en belichtingsinformatie van het bestand in het palet Camera-instellingen weergeven. Klik in het palet Camera-instellingen op de knop om de inhoud ervan weer te geven. Instellingen die u kunt bewerken hebben een vervolgkeuzemenu. Raadpleeg voor meer informatie over de verschillende bedieningen van het palet Camera-instellingen pagina Hoofdstuk 1 Introductie

10 4

11 5 Systeemeisen & installatie Systeemeisen Besturingssysteem Vooraf geïnstalleerde versies van Windows Vista (32-bit Home Basic/Home Premium/ Business/Enterprise/Ultimate), Windows XP (Home Edition/Professional), Windows 2000 Professional Mac OS X (versie of hoger) Processor WINDOWS Pentium III 1GHz of hoger (Pentium 4 2GHz of hoger aanbevolen) MACINTOSH PowerPC G4, PowerPC G5, Intel Core Solo, Intel Core Duo, Intel Core 2 Duo, Intel Xeon RAM WINDOWS Windows Vista: 512 MB (1 GB of meer wordt aanbevolen) Windows XP/2000 : 256 MB (1 GB of meer wordt aanbevolen) MACINTOSH Minimaal 256 MB (1 GB of meer wordt aanbevolen) Harde schijf-ruimte 200 MB vereist voor installatie Beeldschermresolutie pixels ( of hoger aanbevolen) met 16-bit kleur (hoog kleurgehalte/duizenden kleuren), met 24-bit kleur (natuurgetrouwe kleuren/miljoenen kleuren) aanbevolen. Installatie Om Capture NX te installeren plaatst u de installatie-cd in het cd- of dvd-station van uw computer. Open de cd via het pictogram Deze computer op uw bureaublad (Windows) of dubbelklik op het pictogram van de cd dat op uw bureaublad verschijnt (Mac OS). Dubbelklik op het pictogram Installeren in het venster dat wordt weergegeven om de installatiewizard op te starten. Let op: op Windows-machines wordt automatisch Microsoft.NET Framework versie 1.1 geïnstalleerd wanneer deze nog niet aanwezig is op de computer. De computer moet herstart worden wanneer de installatie voltooid is. Zodra de installatiewizard de bestanden op uw computer geïnstalleerd heeft, zullen u opties worden geboden voor het instellen van uw kleurbeheervoorkeuren. Met de kleurbeheerinstellingen waarin de installatiewizard voorziet, kunt u de standaardwerking van Capture NX instellen. Deze kunnen later in de voorkeuren worden veranderd. Hoofdstuk 2 Systeemeisen & installatie

12 6 Hoofdstuk 2 Systeemeisen & installatie U krijgt twee opties aangeboden om de actieve kleurruimte in te stellen: De kleurruimte van het te openen bestand gebruiken als actieve kleurruimte Met deze optie gebruikt Capture NX altijd het ingesloten profiel van het geopende beeld als actieve kleurruimte. Let op: als Capture NX het ingesloten profiel van het beeld niet kan bepalen, zal het profiel dat gedefi-nieerd is als standaard RGB-kleurruimte worden gebruikt als de actieve kleurruimte voor dat beeld. Altijd de standaard RGB-kleurruimte gebruiken als actieve kleurruimte Met deze optie wordt de optie Gebruiken in plaats van ingesloten profiel ingeschakeld. Deze bevindt zich het gedeelte Kleurbeheer in de tab Voorkeuren van Capture NX. Met deze optie converteert Capture NX beelden automatisch van het ingesloten profiel naar het profiel dat gedefinieerd is in de standaard RGB-kleurruimte. U krijgt ook de mogelijkheid het profiel te selecteren dat u wilt gebruiken als standaard RGB-kleurruimte. Standaard RGB-kleurruimte Gebruik deze optie om de RGB-kleurruimte in te stellen die u voor uw beelden wilt gebruiken. Dit profiel wordt gebruikt als de optie Altijd de standaard RGBkleurruimte gebruiken als actieve kleurruimte is geselecteerd of als de optie De kleurruimte van het te openen bestand gebruiken als actieve kleurruimte geselecteerd is en de kleurruimte van het beeld niet bepaald kan worden. Nadat u de kleurbeheeropties hebt geselecteerd die u wilt gebruiken voor uw kopie van Capture NX, kunt u het installatieproces voltooien. De eerste keer dat u Capture NX start, zult u worden gevraagd uw naam en productcode-informatie in te voeren. U vindt de productcode op het cd-romdoosje. Verlies deze code niet. U hebt deze code nodig als u de software installeert of als u een upgrade van de software uitvoert. Als u de code kwijtraakt, kunt u niet kosteloos een vervangende code aanvragen.

13 Andere Nikon-software De werking wordt niet gegarandeerd als Capture NX op hetzelfde moment wordt gebruikt als Nikon Capture Editor, de bewerkingshulpmiddelen in PictureProject of andere Nikon-bewerkingssoftware. 7 Hoofdstuk 2 Systeemeisen & installatie

14 8

15 9 U Point -technologie U Point-technologie is een hoofdfunctie in Capture NX van Nikon. Met de op U Pointtechnologie gebaseerde bediening kunt u gedeelten van een foto rechtstreeks wijzigen zonder de tijdrovende maskers te maken die in andere software-toepassingen vereist zijn. U Point-technologie voedt de serie sturingspunten van Capture NX: het kleur sturingspunt, het zwart/wit/neutrale sturingspunt en het rode-ogen sturingspunt. Met deze sturingspunten kunt u rechtstreeks kleur- en toonverbeteringen op het beeld aanbrengen zonder eerst selecties te hoeven maken. U kunt ook direct de effecten van een sturingspunt zien. Met de op U Point-technologie gebaseerde sturingspunten kunt u met uw beelden werken zonder reeksen ingewikkelde bewerkingen in een bepaalde volgorde te hoeven uitvoeren. Ieder sturingspunt werkt samen met andere sturingspunten van hetzelfde type. Met ieder sturingspunt dat u toepast op het beeld, ontstaat grotere controle over specifieke objecten in het beeld. Hoe meer kleur sturingspunten u bijvoorbeeld toepast, des te meer controle u hebt over de kleur in het beeld. De extra sturings-punten zorgen dat de aanpassingen die u maakt alleen op het actieve object worden toegepast. Het plaatsen van een sturingspunt met standaardinstellingen op een object voorkomt dat andere sturingspunten dat object bewerken. De zwarte, witte en neutrale sturingspunten zijn ontworpen om het beeld in zijn geheel te regelen. De rode-ogen en kleur sturingspunten zijn beide ontworpen voor het regelen van plaatselijke elementen. De kleur sturingspunten werken door het identificeren van een object op basis van een aantal criteria. Wanneer u uw eerste kleur sturingspunt plaatst, identificeert de U Point-technologie de unieke elementen van het object waarop u een sturingspunt plaatst. Positie, kleur, verzadiging en structuur zijn daarbij inbegrepen. Het identificeren van deze elementen stelt de technologie in staat de grenzen van het object in kwestie te bepalen zodat alleen dat object en soortgelijke objecten de invloed van het kleur sturingspunt zullen ondergaan. Door middel van een unieke mengfunctie worden de effecten van het kleur sturingspunt op het hele beeld toegepast met het doel een natuurlijk uitziend, naadloos resultaat te creëren. Op de volgende pagina vindt u een serie stappen waarin het originele beeld, de effecten van het sturingspunt en de selectie van het sturingspunt weergegeven zijn. Hoofdstuk 3 U Poin-technologie

16 10 Hoofdstuk 3 U Poin-technologie Stap 1. Er wordt een kleur sturingspunt op de lucht geplaatst om deze donkerder en meer verzadigd te maken. Alhoewel dit sturingspunt hoofdzakelijk effect heeft op de lucht, worden ook sommige wolken erdoor beïnvloedt. Stap 2. Vervolgens wordt er een kleur sturingspunt geplaatst om de wolken in het beeld te kunnen identificeren. Dit nieuwe sturingspunt werkt alleen op de tinten in de wolken, niet in de lucht, en voorkomt zo dat het eerste kleur sturingspunt effect heeft op de wolken. Stap 1. Selectie Stap 2. Selectie Stap 3. Als laatste worden er sturingspunten toegevoegd voor de huidtonen en het gebladerte. Een sturingspunt op het gezicht van het model maakt haar huid helderder en levendiger. Nog een sturingspunt op de planten maakt het gebladerte donkerder en vestigt de aandacht meer op het model. Stap 3. Selectie

17 11 Voor Hoofdstuk 3 U Poin-technologie Na

18 12 De Capture NX-interface Editor (pagina 13) Menubalk (pagina ) Hulpmiddelenbalk (pagina ) Overzicht (pagina 103) Bewerkingslijst (pagina 43) Foto-informatie (pagina 105) Bestandsoverzicht (pagina 37) Camera-instellingen (pagina 39) IPTC (pagina 41) Verkenner (pagina 29) Beeldvenster (pagina 111) Kleurkiezer (pagina 115)

19 13 De Capture NX-interface De interface van Capture NX is ontworpen met het doel alle belangrijke hulpmiddelen voor het verbeteren van een digitale foto binnen handbereik te hebben. Dit deel bevat een kort overzicht van alle hoofdelementen van de Capture NX-interface. Editor Het hoofdvenster van Capture NX, de Editor, is het venster dat u ziet wanneer u beelden buiten de Verkenner aan het bewerken bent. In de Editor kunt u zowel beelden openen en sluiten als ieder van de verschillende bedienings-paletten activeren. Menubalk Via de menubalk kunt u bijna alle functies en verbeteringen in Capture NX activeren. Raadpleeg hoofdstuk 20 tot en met 28 voor meer informatie over de functies die in ieder menu geplaatst zijn. Hulpmiddelenbalk De hulpmiddelenbalk bestaat uit vijf kleinere hulpmiddelenbalken die ieder vergelijkbare hulpmiddelen bieden. U kunt met deze hulpmiddelen verscheidene bewerkingen uitvoeren, van in/uit-zoomen en het beeld draaien tot het selectief toepassen van verbeteringen Raadpleeg pagina voor meer informatie over iedere hulpmiddelenbalk afzonderlijk. Overzicht Het palet Overzicht toont of een deel van het beeld dat zichtbaar is in het actieve beeldvenster of de positie van het weergegeven gebied in de modus Lichttafel van de Verkenner. In het palet Overzicht wordt het deel van het beeld dat of de Verkenner die zichtbaar is in het actieve beeldvenster aangegeven met een rode omtrek. Raadpleeg voor meer informatie over het palet Overzicht pagina 103. Bewerkingslijst De bewerkingslijst is de hoofdbedieningslijst voor de functies en verbete-ringen van Capture NX. Alles wat in uw beeld bewerkt is, wordt vermeld in de bewerkingslijst. Ieder ingevoerd item kan in deze lijst worden verwijderd, aangepast of gedupliceerd. De bewerkingslijst rangschikt automatisch ieder ingevoerd item in stappen. Daardoor kunt u op elk moment één of meer stappen in- of uitschakelen om de effecten van die stap op uw beeld te controleren. U kunt selectief stappen toepassen met de selectiehulpmiddelen die te vinden zijn in de hulpmiddelenbalk, u kunt door verbeteringen te koppelen in één stap meerdere verbeteringen plaatsen, en u kunt seriever- Hoofdstuk 4 De Capture NX-interface

20 14 Hoofdstuk 4 De Capture NX-interface werkingsprocessen maken die gebaseerd zijn op de inhoud van de stappen. U kunt ook handmatig nieuwe stappen maken door de knop Nieuwe stap te gebruiken. De bewerkingslijst bevat ook een speciale stap, stap Basisaanpassingen genaamd. De stap Basisaanpassingen bevat alle verbeteringen die uniek zijn voor RAW-beelden, evenals verbeteringen die kunnen worden gebruikt ter voorbereiding van uw beelden. Raadpleeg voor meer informatie over de bewerkingslijst en alle gebruikswijzen en functies ervan pagina 43. Foto-informatie Het palet Foto-informatie toont de gewenste informatie naast uw beeld. Deze informatie helpt u bij het bepalen van de optimale instellingen die u voor iedere verbetering wilt gebruiken. Het palet Foto-informatie bevat een live histogram, een grafische, interactieve weergave die de statistische samenstelling van uw beeld reflecteert. Door gebruik te maken van controlepunten kunt u bovendien de effecten controleren van wijzigingen die u aanbrengt in de kleurwaarden van het beeld. Ga naar pagina 105 voor meer informatie over het palet Foto-informatie. Bestandsoverzicht Het bestandsoverzicht biedt u een gebruiksvriendelijk palet dat de inhoud van een gehele map in de Verkenner weergeeft. Raadpleeg pagina 37 voor een volledige beschrijving van het palet Bestandsoverzicht. Camera-instellingen Bij het openen van het palet Camerainstellingen kunt u alle door de camera gegenereerde gegevens voor het actieve beeld zien, van informatie over de camera waarmee het beeld gemaakt is tot belichtingsinformatie. Raadpleeg voor een volledige beschrijving van het palet Camera-instellingen pagina 39. IPTC Het palet IPTC biedt u een plaats waarin u informatie, zoals bijschriften, trefwoorden, categorieën en copyrightinformatie van uw beelden kunt bekijken, toevoegen of veranderen. Raadpleeg pagina 41 voor meer informatie over het palet IPTC. Verkenner Met de Verkenner van Capture NX kunt u zowel in uw beelden bladeren en deze sorteren en ordenen, als meerdere beelden tegelijkertijd draaien of daar serieverwerkingsprocessen op toepassen. Beelden kunnen vanuit de Verkenner worden geopend in de Editor voor extra mogelijkheden. Raadpleeg pagina 29 voor meer informatie over de Verkenner. Beeldvenster Een beeldvenster toont een beeld samen met belangrijke informatie en bedieningen voor dat beeld in Capture NX. Raadpleeg pagina 111 voor informatie over de functies en functionaliteit van een beeldvenster.

21 kleurkiezer De kleurkiezer is beschikbaar in een aantal verbeteringen, en u kunt er iedere kleur in de RGB-, KVH- of LAB-kleurruimten mee selecteren. U krijgt bovendien de beschikking over stalen en geheugenkleuren, die u voorzien van een voorselectie aan kleuren. Raadpleeg pagina 115 voor informatie over de functies en functionaliteit van een kleurkiezer. 15 Hoofdstuk 4 De Capture NX-interface

22 16

23 17 Starten Capture NX openen U kunt Capture NX openen vanuit het Startmenu in Windows of door op het pictogram in de toepassingsmap te dubbelklikken in Mac OS. Hoofdstuk 5 Starten Welkomstscherm Recent beeld openen Recente Verkenner Nieuw Een beeld hier naar toe slepen (Alleen voor Mac) Niet opnieuw tonen

24 18 Hoofdstuk 5 Starten Windows-besturingssysteem Klik op de Startknop onderaan uw scherm en selecteer Alle programma s (Windows XP) of Programma s (alle andere Windowsversies). Navigeer naar de Capture NX map en selecteer Capture NX om de toepassing op te starten. Mac OS Dubbelklik op uw bureaublad op het pictogram Macintosh HD en navigeer naar de toepassingsmap. Dubbelklik op de Capture NX map en dubbelklik vervolgens op het pictogram van de Capture NX-toepassing om de toepassing op te starten. Als u ervoor gekozen hebt Capture NX aan uw dock toe te voegen, kunt u ook gewoon op het pictogram van Capture NX in het dock klikken om de toepassing op te starten. Welkomstscherm Bij het opstarten geeft Capture NX het Welkomstscherm weer. Het vermeldt de laatste bestanden en mappen die u hebt geopend, en het geeft u de mogelijkheid een beeld of een map in de Verkenner te openen. Recent beeld openen Dit gedeelte bevat een lijst met de meest recente beelden die in Capture NX werden geopend. Het beeld dat het laatst bewerkt werd, staat bovenaan de lijst met in chronologische volgorde de overige beelden die u hebt bewerkt. Dubbelklik op willekeurige beelden om ze direct in de Editor te openen. Recente Verkenner openen Dit gedeelte bevat een lijst met de meest recente mappen die in de Verkenner werden ingezien, met de meest recente map bovenaan weergegeven. Andere recente mappen waarin werd gebladerd staan in chronologische volgorde onder die map. Dubbelklik op een van de weergegeven mappen om die map direct in de Verkenner te openen. Nieuw In dit gedeelte kunt u naar een beeld of map bladeren die u in Capture NX wilt openen. Klik op de knop Beeld openen om een venster Beeld openen te activeren. Klik in de Verkenner op de knop Map openen om een map in het venster Verkenner weer te geven, u kunt dan naar een map bladeren om deze weer te geven in de Verkenner van Capture NX. Een beeld hier naartoe slepen gedeelte De Mac OS-versie van Capture NX heeft in het Welkomstvenster een leeg gebied met de naam Een beeld hier naar toe slepen om dit te openen. Wanneer u vanuit Mac OS Zoeken een beeld naar deze ruimte sleept, wordt dat beeld direct in Capture NX geopend. In het Windows- besturingssysteem kunt u een beeld naar ieder deel van het Capture NX-venster slepen om het te openen. Niet opnieuw tonen Selecteer dit selectievakje om te voorkomen dat het Welkomstscherm verschijnt bij het opstarten van Capture NX. U kunt altijd naar het Help menu navigeren, het welkomstscherm openen en de selectie van Niet opnieuw tonen ongedaan maken om het welkomst-scherm weer te geven bij het opstarten van Capture NX.

25 Naar beelden bladeren en beelden openen Capture NX biedt u een aantal manieren om beelden die u wilt verbeteren te zoeken en openen: u kunt de Verkenner van Capture NX gebruiken; u kunt naar uw harde schijf navigeren om een bestand te zoeken met Beeld openen; of u kunt PictureProject gebruiken om één of meerdere beelden direct naar Capture NX te sturen om ze te verbeteren. De Verkenner gebruiken Capture NX bevat een geavanceerde Verkenner die u uitgebreide functies voor het toevoegen van labels, sorterings- en bewerkingsfuncties biedt. U kunt de Verkenner gebruiken om één of meer miniaturen te draaien of daar direct serieverwerkingsprocessen op toe te passen, of u kunt meerdere beelden weergeven en het beste beeld uit de miniaturen selecteren en deze meteen in de editor van Capture NX openen. Klik op de knop bovenaan in het kader van de Verkenner om de Verkenner weer te geven. De Verkenner toont standaard de inhoud van de map Mijn afbeeldingen (Windows) of de map Beelden (Mac OS). U kunt vervolgens in deze map bladeren door op ieder van de mappen te dubbelklikken die in de Verkenner wordt weergegeven. Als u het beeld hebt gevonden dat u wilt bewerken, dubbelklikt u op dat beeld. Als u naar een ander venster dan de map Mijn afbeeldingen (Windows) of de map Beelden (Mac OS) wilt navigeren, klikt u op de knop in het kader Bestandsoverzicht. Hierdoor wordt het palet Bestandsoverzicht zichtbaar. Het palet Bestandsoverzicht biedt u een volledige bestandslijst, waardoor u naar ieder bestand op uw harde schijf kunt navigeren. Beeld openen gebruiken Door het selecteren van Beeld openen uit het menu Bestand kunt u naar iedere map op uw harde schijf navigeren en één enkel beeld openen. Capture NX toont standaard de map Mijn afbeeldingen (Windows) of de map Beelden (Mac OS). PictureProject gebruiken Beelden die zijn geselecteerd in PictureProject, kunnen worden geopend in Capture NX. Selecteer eerst in het menu Bestand van PictureProject de optie Openen met > Programma toevoegen/ verwijderen en voeg Capture NX toe aan de programmalijst. Geselecteerde beelden kunnen vervolgens worden geopend door Capture NX te selecteren in het menu Openen met. 19 Hoofdstuk 5 Starten

26 20 Hoofdstuk 5 Starten Vensterfunctionaliteit in Capture NX Ieder venster in Capture NX biedt u een aantal verschillende bedieningen voor dat venster. Knop Minimaliseren / Maximaliseren Knop Minimaliseren / Maximaliseren Koppelknop Grijprand Vensterhoek voor grootte-aanpassing Deze knop breidt het venster uit of klapt het in. In een aantal gevallen kan het venster pas worden ingeklapt als de bewerking in het venster is voltooid. Koppelknop Deze knop is alleen zichtbaar als het venster gemaximaliseerd is. Met deze knop kunt u het venster ontkoppelen, zodat het venster vrij op uw bureaublad drijft. Dit kan van pas komen als u twee beeldschermen gebruikt en u het venster op het tweede beeldscherm wilt plaatsen, of als u een van de hulpmiddelenbalken dichter bij uw beeld wilt brengen. Door opnieuw op deze knop te klikken, kunt u het venster naar zijn standaardplaats terugbrengen. Grijprand Sleep deze rand om het venster te verplaatsen. Klik op de -knop om het venster terug te zetten naar de oorspronkelijke locatie. Vensterhoek voor grootteaanpassing Met dit deel van het venster kunt u de grootte van het venster naar wens aanpassen. U wijzigt de grootte van het venster door hier te klikken en het te verslepen. Sommige vensters hebben een maximum en minimum grootte. Capture NX afsluiten Om het Capture NX-venster te sluiten en Capture NX af te sluiten selecteert u Afsluiten in het menu Bestand (Windows) of Afsluiten in het menu van Capture NX (Mac OS). Als er actieve beelden zijn die niet zijn opgeslagen, verschijnt een waarschuwingsbericht op uw scherm dat u er aan herinnert deze beelden op te slaan. Als er op dat moment beelden zijn die wachten op serieverwerking, verschijnt een bericht dat u onverwerkte beelden in de verwerkingswachtrij hebt staan.

27 Verschillen in bestandsindeling Capture NX ondersteunt drie verschillende bestandsindelingen. Deze kunnen worden gebruikt om elk willekeurig, bewerkt beeldbestand op te slaan: de NEF-indeling, de TIFF-indeling en de JPEG-indeling. NEF De NEF, of het Nikon Electronic image Format, is ontworpen als archiefbestand voor uw beelden. De NEF-bestandsindeling slaat de volledige inhoud van de bewerkingslijst op. Ook de volledige informatie van het originele beeld met alle wijzigingen die er op zijn aangebracht en afzonderlijk zijn opgeslagen in het bestand, vallen hieronder. De NEF-indeling behoudt het hoogste kwaliteitsniveau van het originele bestand zonder enig kwaliteitsverlies van het beeld. Het behoudt daarbij een relatief kleine bestandsgrootte. Beelden in NEF-indeling behouden nagenoeg dezelfde grootte als het originele beeldbestand, ongeacht het aantal verbeteringen dat op het beeld is toegepast. Voor NEF-bestanden maakt Capture NX gebruik van een nieuw cachesysteem. NEFbeelden die eerder met Capture NX zijn bewerkt, kunnen hierdoor sneller worden geopend. Elke keer dat een NEF-bestand wordt opgeslagen maakt dit cachesysteem een cachebestand, dat Capture NX de volgende keer dat dit beeld wordt geopend, kan gebruiken. Door gebruik te maken van het cachesysteem kan Capture NX de gegevens van dit bestand gebruiken om het aantal gegevens dat verwerkt moet worden aanmerkelijk te verminderen. Hierdoor worden NEF-bestanden veel sneller geopend. Raadpleeg pagina 139 voor meer informatie over het cache-systeem. Let op: Vorige versies van Nikon Capture en PictureProject kunnen geen verbeteringen die uniek zijn voor Capture NX in NEFbestanden weergeven. Als u uw NEF-bestanden wilt delen met iemand die geen kopie van Capture NX heeft, wordt het aanbevolen om een kopie van uw beeld in TIFF- of JPEGindeling op te slaan, zodat alle verbeteringen die u hebt aangebracht beschikbaar zijn. NEF-beeldbestanden worden zowel door alle Nikon Digital SLR (éénogige spiegelreflex-) camera s als een aantal COOLPIX-camera s gegenereerd. Een aantal Digital SLR-camera s biedt de mogelijkheid ongecomprimeerde NEF-beeldbestanden te maken. Desgewenst kunt u deze ongecomprimeerde NEF-beeldbestanden later in Capture NX comprimeren om extra harde schijf-ruimte te besparen. Let op: U kunt gecomprimeerde NEFbestanden in Capture NX niet als ongecomprimeerd NEF-beeldbestand opslaan. RAW-BESTANDSONDERSTEUNING Capture NX biedt ondersteuning voor RAW voor de gehele lijn digitale camera s van Nikon die NEF RAW-bestanden maken. Ondersteunde camera s zijn o.a. COOLPIX 5000 D1 D40 COOLPIX 5400 D1X D40X COOLPIX 5700 D1H D50 COOLPIX 8400 D2X D70 COOLPIX 8700 D2XS D70S COOLPIX 8800 D2H D80 D2HS D100 D3 D200 D Hoofdstuk 5 Starten

28 22 Hoofdstuk 5 Starten TIFF De TIFF-bestandsindeling wordt gewoonlijk gebruikt als standaard voor het reproduceren van beelden met een hoge kwaliteit. Opslaan van uw beeld in deze indeling resulteert in een RGB-bestand dat de uiteindelijke staat van uw beeld bevat zoals u het op uw beeldscherm kunt zien, met de volledige beeldkwaliteit. Als een beeld eenmaal is opgeslagen en afgesloten in TIFF-indeling dan is de inhoud van de bewerkingslijst niet meer toegankelijk, en kunt u geen aanpassingen meer in de verbeteringen aanbrengen die op het beeld werden toegepast. De TIFF-bestandsindeling biedt u de keuze het beeld te comprimeren zonder compressieverlies, de keuze uw bestand op te slaan als een 16-bit- of 8-bitbeeld (alleen RGB) en de mogelijkheid het beeld op te slaan met RGBof CMYK-gegevens. De optie het bestand in 16-bit op te slaan, wordt alleen aangeboden als het originele beeld een RAW of 16-bit bestand was. Het veranderen van een beeld van 16- naar 8-bit maakt het beeldbestand kleiner, maar het op deze manier opslaan kan ook het kwaliteitsniveau van het beeld verminderen. Het is raadzaam een 8-bit kopie van uw beeld te maken in die gevallen waarin alleen 8-bit bestanden compatibel zijn. Let op: TIFF-bestanden met CMYKgegevens kunnen alleen opgeslagen worden met 8-bits per kleurinformatiekanaal. JPEG Met de JPEG-bestandsindeling, een van de meest algemeen gebruikte bestandsindelingen, kunt u een groter aantal beelden opslaan in dezelfde hoeveelheid harde schijf-ruimte als andere bestandsindelingen. Om zo n klein bestand te maken wordt een soort compressie gebruikt die onomkeerbaar de kwaliteit van het beeld aantast. Vanwege deze compressie wordt het aanbevolen dat u de JPEG-indeling alleen gebruikt voor beelden die elektronisch zullen worden gedistri-bueerd of als een klein beeldbestand vereist is.

29 Werkwijze afdrukken Afdrukken in Capture NX is heel eenvoudig. U kunt op ieder moment Afdrukken selecteren in het menu Bestand om het actieve beeld af te drukken, of u kunt meerdere beelden in de Verkenner selecteren om een printpakket te maken. In wezen zijn printpakketten een verzameling beelden die tegelijkertijd worden afgedrukt, vaak staat er meer dan één beeld op dezelfde pagina. Printpakketten halen het meeste uit uw printer en papier. U kunt hierdoor proefvellen maken, en beelden evalueren en selecteren op basis van de afdruk in plaats van op het beeldscherm van de computer. Serieverwerking Het serieverwerkingsproces is de automatische toepassing van één of meer verbeteringen op een serie beelden. Een fotograaf zal een serieverwerkingsproces vooral gebruiken om een vooraf gedefinieerde reeks aanpassingen op verscheidene beelden tegelijk toe te passen. Capture NX ondersteunt een aantal methodes voor serieverwerking. U kunt een normaal serieverwerkingsproces uitvoeren, waarbij u een map beelden en een instellingenbestand selecteert dat op deze beelden toegepast moet worden, u kunt uw verbeteringen van het ene beeld kopiëren en op het andere beeld plakken of u kunt meerdere beelden in de Verkenner selecteren en daar een instellingenbestand op toepassen of een aantal verbeteringen rechtstreeks in deze beelden plakken. Één methode voor het toepassen van een serieverwerkingsproces is het maken van een instellingenbestand. Zo n bestand bevat een reeks verbeteringen die op uw beeld toegepast kunnen worden. Een instellingenbestand maken 23 Hoofdstuk 5 Starten Zodra u Afdrukken in het menu Bestand geselecteerd hebt, kunt u het kleurbeheer voor uw prints bepalen en beslissen of u al dan niet een printpakket wilt maken. Raadpleeg voor een volledige beschrijving van de verschillende instellingen in het dialoogvenster Afdrukken van Capture NX pagina 123. Instellingenbestanden bestaan uit een reeks instructies die Capture NX in de toekomst kan gebruiken voor het verbeteren van één of meer beelden. Instellingenbestanden worden gemaakt door te bepalen welke verbeteringen van het huidige bestand u wilt opslaan. Als u later het nieuwe instel-

30 24 Hoofdstuk 5 Starten lingenbestand op een beeld of een groep beelden toepast, zal Capture NX dezelfde verbeteringen met dezelfde instellingen toepassen op die beelden, alsof u ze op ieder beeld afzonderlijk zou hebben toegepast. Instellingenbestanden worden vaak gebruikt voor de toepassing van een unieke serie verbeteringen, die werken voor beelden van veel uiteenlopende soorten. Voorbeelden zijn het toepassen van zwart-witomzetting als basis voor extra verbeteringen, of het toevoegen van een warme sepiatoon aan een beeld. U kunt een instellingenbestand maken door een beeld te openen met de opdracht Beeld openen of op een beeld in de Verkenner te dubbelklikken. Pas de gewenste verbeteringen en wijzigingen toe op het beeld. Wanneer u klaar bent met het aanpassen van het beeld, kunt u beginnen met het aanmaken van het instellingenbestand. Navigeer naar het menu Serieverwerking en selecteer Instellingen opslaan. Dit roept het dialoogvenster Instellingen opslaan op. Het dialoogvenster bevat een voorstelling van de bewerkingslijst voor het actieve beeld, compleet met de beeldinstellingen. Selecteer van dit beeld de verschillende stappen die u wilt opslaan in het instellingenbestand. Als u alle verbeteringen en stappen hebt geselecteerd die u wilt toepassen op andere beelden, kunt u een naam voor het instellingenbestand invoeren. Al wordt het aanbevolen om het instellingenbestand in de standaard maplocatie te laten (het is daar namelijk makkelijk te vinden als u een serieverwerkingsproces toe wilt gaan passen), krijgt u toch de optie een andere locatie voor het instellingenbestand te selecteren. Raadpleeg voor meer informatie over de opdracht Instellingen opslaan pagina 188. Werkwijze toepassen van een serieverwerkingsproces met een instellingenbestand Als u een instellingenbestand gemaakt hebt, kunt u op elk beeld de verbeteringen in dat instellingenbestand beginnen toe te passen. Dat kan in de Editor of in de Verkenner en zelfs op een map op uw computer. Om een serieverwerkingsproces toe te passen in de Editor of Verkenner navigeert u naar het gedeelte Instellingen laden in het menu Serieverwerking, en zoekt u vervolgens het instellingenbestand op dat u wilt toepassen. Door in deze locatie het instellingenbestand te selecteren, worden deze instellingen toegepast op het actieve beeld in de Editor of op de geselecteerde bestanden in de Verkenner. Als u een instellingenbestand toepast op meerdere bestanden in de Verkenner, worden de miniaturen automatisch bijgewerkt en er verschijnt een klein pictogram naast ieder geselecteerd beeld dat aangeeft dat het verwerkt moet worden. Er verschijnt ook een verwerkingswachtrijven-

31 ster waarmee u het serieverwerkingsproces kunt starten. Klik op de knop Start om met de standaardinstellingen de verwerking van de beelden te beginnen. Het serieverwerkingsproces slaat standaard de beelden in NEF-indeling op met dezelfde naam en in dezelfde map als het originele beeld. In de verwerkingswachtrij krijgt u de optie een andere bestandsindeling, bestemmingsmap en bestandsnaam te selecteren. Raadpleeg voor meer informatie over de verwerkingswachtrij pagina 190. Werkwijze toepassen van een serieverwerkingsproces door verbeteringen te kopiëren en plakken Al zijn instellingenbestanden erg handig als u een serie verbeteringen hebt die kunnen worden toegepast op een groot aantal beelden, kan het voorkomen dat u een serie verbeteringen wilt toepassen op een kleine serie beelden. Door eerst een van de beelden uit de serie te verbeteren, kunt u de verbeteringen kopiëren en plakken naar een willekeurig aantal beelden zonder een instellingenbestand te maken. Open een beeld dat representatief is voor de reeks beelden in de serie om met de methode Kopiëren en plakken te beginnen. Voer iedere toepasselijke verbetering uit op het beeld, navigeer naar het menu Serieverwerking en selecteer Instellingen kopiëren. Capture NX zal standaard alle verbeteringen kopiëren die werden toegepast op het representatieve beeld. Als u alleen afzonderlijke verbeteringen wilt kopiëren, klikt u op de verbeteringen en markeert u ze in de bewerkingslijst voordat u Instellingen kopiëren selecteert. Als u meer dan één verbetering wilt markeren en selecteren, houdt u de Ctrl- (Windows) of Command-toets (Mac OS) ingedrukt bij het selecteren van verbeteringen uit de bewerkingslijst. Hiermee selecteert u meerdere verbeteringen die worden gekopieerd als u de optie Instellingen kopiëren selecteert. Nadat u de gewenste instellingen hebt gekopieerd, zoekt u de beelden op waarop u de verbeteringen wilt toepassen. U kunt een ander beeld dat u in Editor geopend hebt selecteren of één of meer beelden in de Verkenner. Navigeer opnieuw naar het menu Serieverwerking en selecteer Verbeteringen plakken. Hiermee worden alle geselecteerde verbeteringen toegepast op de beoogde beelden. Het is belangrijk te weten dat alle nieuwe verbeteringen in dezelfde volgorde zullen worden toegepast waarin ze werden toegepast op het representatieve beeld. Ze zullen echter worden toegepast na verbeteringen die al op het beeld bestonden. 25 Hoofdstuk 5 Starten

32 26 Hoofdstuk 5 Starten Werkwijze toepassen serieverwerking in de Verkenner Naast de mogelijkheid om een serieverwerkingsproces toe te passen in Editor of de functie Serieverwerkingsproces te gebruiken, kunt u met Capture NX een serieverwerkingsproces direct in de Verkenner toepassen. Begin met het selecteren en markeren van een willekeurig aantal beelden in de Verkenner. Selecteer vervolgens het instellingenbestand dat u op deze beelden wilt toepassen, door naar het menu Laden in het menu Serieverwerking te navigeren. Nadat u in het menu Serieverwerking het instellingenbestand hebt geselecteerd dat u wilt toepassen, verschijnt het venster Verwerkingswachtrij waarmee u op elk tijdstip het serieverwerkingsproces kunt starten. Nadat u de startknop in de verwerkingswachtrij hebt geselecteerd, zal Capture NX ieder beeld, dat u hebt geselecteerd om te verbeteren, verwerken met de standaardinstellingen voor opslaan. Dit slaat de beelden op in de NEF-bestandsindeling op dezelfde maplocatie en met dezelfde bestandsnaam. Als u deze instellingen wilt wijzigen, klikt u in de verwerkingswachtrij op de knop. De volledige set functies die de verwerkingswachtrij bevat worden vervolgens weergegeven. In de verwerkingswachtrij krijgt u de optie een andere bestandsindeling, bestemmingsmap en bestandsnaam te selecteren. Raadpleeg voor meer informatie over de verwerkingswachtrij pagina 190.

33 27

34 28

35 29 De Verkenner Capture NX heeft een zeer krachtige verkenner waarmee u niet alleen in uw beelden kunt bladeren en deze sorteren en organiseren, maar ook meerdere beelden tegelijkertijd kunt draaien of daar serieverwerkingsprocessen op toepassen. Hoofdstuk 6 De Verkenner De Verkenner Knop Sortering omkeren (pagina 30) Menu Map (pagina 31) Menu Label (pagina 32) Menu Sorteren (pagina 34) Menu Serieverwerking (pagina 34) U kunt de Verkenner op twee verschillende manieren openen: 1. Door te klikken op de knop in de gekoppelde verkennersbalk. 2. Door het selecteren van Map openen in Verkenner in het menu Bestand. U kunt in de geopende Verkenner op een aantal manieren navigeren naar verschillende mappen: u kunt in het venster Verkenner dubbelklikken op een pictogram van een map, u kunt het palet Bestandsoverzicht gebruiken, of u kunt de opdracht Openen in het Verkenner-menu

36 30 Hoofdstuk 6 De Verkenner Map gebruiken. Raadpleeg pagina 37 voor meer informatie over de functie Bestandsoverzicht. Gebruik het hulpmiddel Directe selectie voor het verplaatsen van beelden in de Verkenner. Gebruik het hulpmiddel Hand om in de Verkenner te scrollen. Met het hulpmiddel In/uitzoomen kunt u op de Verkenner in- en uitzoomen waardoor de miniaturen respectievelijk groter en kleiner worden. Wanneer het hulpmiddel In/uitzoomen is geselecteerd, kunt u bovendien over een beeld rollen om een groter beeld weer te geven. In de Verkenner kunt u de plaats regelen van het actieve venster dat u aan het bekijken bent. U kunt ook de plaats regelen van de vier menu s met functies die speciaal ontworpen werden om in de Verkenner te werken. Onder de vier mapknoppen zitten opdrachten die de plaats van de actieve map regelen. Vorige map Met deze knop navigeert u in de Verkenner naar de laatst geopende map. Deze knop is niet beschikbaar als u de eerste map in uw bewerkingssessie aan het bekijken bent. Map openen Deze knop opent een lijst met mappen die eerder ingezien zijn. Selecteer vervolgens een van de mappen die u eerder ingezien hebt om snel naar die map te navigeren. Volgende map Met deze knop gaat u terug naar de laatst bekeken map voordat u de knop Vorige map gebruikte. Deze knop is pas beschikbaar nadat u één keer de knop Vorige map gebruikt hebt. Knop Sortering omkeren Met deze knop kunt de volgorde omkeren van de beelden die in de Verkenner weergegeven zijn. U kunt op elk willekeurig moment de volgorde omkeren, ook na het gebruiken van de rangschikkingsopties Alfabetisch, Op datum of Op label. Met een rechter muisklik (Windows) of control-klik (Mac OS) komen in een contextmenu extra bedieningen beschikbaar voor uw beelden. Door het openen van dit menu in de Verkenner kunt u: Een beeld of een groep beelden openen. Beelden met elkaar vergelijken in de Verkenner of in de Editor. Raadpleeg pagina 205 voor meer informatie over de

37 functie Vergelijken. Een label aan uw beelden toevoegen Raadpleeg pagina 32 voor meer informatie over het labelen van beelden. Hernoem uw beelden met behulp van de functie Hernoemen in het serieverwerkingsproces. Raadpleeg pagina 191 voor meer informatie over de functie Hernoemen. Toepassen van de functies Kopiëren, Plakken en Instellingen laden in een serieverwerkingsproces. Raadpleeg pagina 187 voor meer informatie over het serieverwerkingsproces. Menu Map Het menu Map in de Verkenner heeft verschillende bedieningen voor de weergave van de actieve map. Openen Selecteer deze optie om een dialoogvenster Map selecteren te openen, waarmee u een map kunt zoeken om in de verkenner weer te geven. Openen in gesplitst venster Selecteer deze optie voor het openen van een dialoogvenster in Verkenner waarmee u mappen in een extra Verkennervenster kunt zoeken. Het nieuwe venster verschijnt naast de actieve map. Met twee verschillende, geopende mappen kunt u snel beelden sorteren van de ene naar de andere locatie. Nieuwe map Met deze optie wordt er een nieuwe naamloze map aangemaakt binnen de actieve map die in Verkenner wordt getoond. 31 Hoofdstuk 6 De Verkenner

38 32 Hoofdstuk 6 De Verkenner Weergave Met het submenu Weergave kunt u verschillende weergavemethoden kiezen om de inhoud van de actieve map te bekijken. RIJEN De weergave Rijen is de standaardweergave voor de Verkenner. Deze weergave toont beelden op een rij. Het veranderen van de grootte van de Verkenner sorteert de beelden opnieuw. Sneltoets: Alt + 1 (Windows) Option + 1 (Mac OS) LICHTTAFEL De weergave Lichttafel simuleert een lichttafel; het veranderen van de grootte van de Verkenner sorteert de beelden niet opnieuw. U kunt zowel horizontaal als verticaal in de Lichttafel navigeren. Het palet Overzicht is beschikbaar in deze weergave, zodat u uw huidige locatie in relatie tot de beelden in de lichttafel kunt zien. Sneltoets: Alt + 2 (Windows) Option + 2 (Mac OS) DETAILS Deze weergave plaatst informatie over ieder beeld in een kolom. U kunt een sortering o.b.v. iedere kolom aanbrengen. Sneltoets: Alt + 3 (Windows) Option + 3 (Mac OS) Menu Label Het menu Label in de Verkenner heeft hulpmiddelen die u helpen bij het labelen van uw beelden. Labelen is belangrijk als het tijd wordt voor het sorteren en archiveren van uw beelden.

39 Beschikbare labels Er zijn standaard vier labels beschikbaar in het menu Label van Capture NX: Geen label, Goed, Slecht en Misschien. U kunt het label Geen label gebruiken en maximaal negen labels personaliseren en gebruiken. Elk label heeft een vooringesteld nummer dat de kleur, de sneltoets en een pictogram aangeeft voor gebruik met dat bepaalde label. In wezen is de sneltoets het label nummer. U kunt bijvoorbeeld een beeld het label Geen label geven met sneltoets 0. Om een label van een beeld te verwijderen, kunt u het markeren en op de toets 0 van uw toetsenbord drukken. Personaliseer labelnamen De opdracht Personaliseer labelnamen opent het dialoogvenster Personaliseer labelnamen. In dit dialoogvenster kunt u namen voor maximaal negen afzonderlijke labels bepalen. Als u een label niet wilt gebruiken kunt u gewoon de tekst in het bijbehorende vak verwijderen, waarop dat label uit het menu Label verwijderd wordt. Menu sorteren Gebruik het menu Sorteren om de volgorde van beelden in de verkenner aan te passen. Alfabetisch Kies deze sorteermethode om de beelden alfabetisch op bestandsnaam te sorteren. Op datum Kies deze sorteermethode om de beelden chronologisch te sorteren op de datum waarop de beelden werden gemaakt Op label Dit submenu bevat de labels die op dat moment beschikbaar zijn. U kunt hiermee opgeven dat u alleen beelden die een van deze beschikbare labels hebben wilt weergeven. Met het selecteren van een van de opties in dit menu schakelt u over naar de weergave Op labels sorteren. Daarin ziet u een lijst met alle mogelijke labels en een driehoek Tonen / Verbergen naast de labelnaam. Als u op de knop klikt, zal het label uitvouwen en kunt u alle beelden met dat label bekijken. Om terug te schakelen naar de normale weergave, kunt u een van de andere sorteermethodes kiezen, zoals Alfabetisch of Datum. 33 Hoofdstuk 6 De Verkenner