Regeldrukeffecten Wetsvoorstel

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Regeldrukeffecten Wetsvoorstel"

Transcriptie

1 effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming Onderzoek naar de regeldrukeffecten van het Wetsvoorstel natuurbescherming Sira Consulting B.V. btw-nummer NL B01 BIC INGBNL2A IBAN NL05 INGB KVK

2 2 Sira Consulting B.V.

3 effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming Onderzoek naar de regeldrukeffecten van het Wetsvoorstel natuurbescherming 15 april 2015 Auteurs drs. ing. P.M.H.H. Bex drs. J.J. van der Heijden drs. P.A.M. van der Poll drs. L. Torbijn Sira Consulting B.V. is inhoudelijk verantwoordelijk voor deze rapportage. De in deze rapportage opgenomen teksten en onderzoeksresultaten mogen uitsluitend worden gebruikt als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldiging en/of openbaarmaking in welke vorm ook, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van Sira Consulting B.V.. Sira Consulting B.V. aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden. effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 3

4 Inhoudsopgave 1 Inleiding 6 2 Algemene uitgangspunten 7 3 De huidige natuurregelgeving Inleiding Natuurbeschermingswet Flora- en faunawet Boswet Nulmeting: regeldruk in de huidige situatie Overige opmerkingen 34 4 Wetsvoorstel natuurbescherming Provinciale taken Faunabeheerplan en fauna- en wildbeheereenheden Overige wijzigingen Eenmalige lasten in de voorgenomen situatie Overige opmerkingen 54 5 Conclusies 55 Bijlagen I Projectbegeleiding 60 II Onderzoeksopzet 61 III Betrokken respondenten 63 4 Sira Consulting B.V.

5 effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 5

6 1 Inleiding Wetsvoorstel natuurbescherming Het kabinet wil de Natuurbeschermingswet 1998, de Flora- en faunawet, en de Boswet samenvoegen tot één wet: de Wet natuurbescherming. Het doel van dit wetsvoorstel is om een betere verbinding tussen natuur en economie te bereiken, waarbij een goede bescherming van de biodiversiteit wordt geboden en tegelijkertijd ondernemers de ruimte krijgen om te ondernemen. Doel van het onderzoek Voor alle nieuwe en gewijzigde wet- en regelgeving is het verplicht 1 om de éénmalige en structurele effecten op de regeldruk voor burgers, bedrijven en professionals te bepalen en te vermelden in de toelichting. Het ministerie van Economische Zaken (EZ) is hiertoe een onderzoek gestart om de lasten van de huidige en de voorgenomen regelgeving in kaart te brengen. In het onderliggende rapport is het resultaat van het onderzoek naar deze effecten weergegeven. Dit betreft specifiek de inventarisatie en kwantificering van de administratieve lasten 2 en nalevingskosten voor bedrijven en burgers voor de huidige situatie en, voor zover mogelijk, de voorgenomen situatie op grond van het huidige wetsvoorstel voor de Wet natuurbescherming inclusief de nota van toelichting. De meting van de huidige situatie is een actualisatie van een eerdere nulmeting 3 met als nieuwe peildatum 31 december Werkwijze Het onderzoek is uitgevoerd in drie fasen. In fase 1 is de projectaanpak uitgewerkt en afgestemd met de begeleidingscommissie. De samenstelling van deze begeleidingscommissie is opgenomen in bijlage I. Daarnaast is in fase 1 een integrale scan van de huidige en voorgenomen regelgeving uitgevoerd om te bepalen welke verplichtingen bedrijven en burgers nu hebben en hoe deze mogelijk gaan veranderen. Vervolgens zijn in fase 2 interviews uitgevoerd met provincies, diverse bedrijven en andere organisaties die de gevolgen van de veranderde wetgeving ondervinden. Deze gegevens zijn gebruikt om de regeldruk in de huidige en voorgenomen situatie te kwantificeren. Ten slotte is in fase 3 dit eindrapport opgesteld en afgestemd met de begeleidingscommissie. Een uitgebreide toelichting op de werkwijze is te vinden in bijlage II. Leeswijzer Dit rapport is als volgt opgebouwd. De algemene uitgangspunten van het onderzoek zijn beschreven in hoofdstuk 2. Hoofdstuk 3 verschaft een toelichting op de huidige regelgeving. Hierbij zijn ook de verplichtingen beschreven en is de kwantificering van de regeldruk weergegeven. Vervolgens behandelt hoofdstuk 4 de voorgenomen situatie. Ook hier is een kwantificering van de regeldruk voor bedrijven en burgers opgenomen. Het rapport eindigt in hoofdstuk 5 met de belangrijkste conclusies van het onderzoek en aanbevelingen. 1 Het is volgens de Aanwijzingen voor de regelgeving en het Integraal Afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK) verplicht om de verwachte gevolgen van ontwerpregelgeving in beeld te brengen in de toelichting bij ontwerpregelgeving. De verwachte gevolgen voor bedrijven ( bedrijfseffecten ) moeten zo specifiek mogelijk (kwantitatief) worden aangegeven. Op die manier kunnen deze goed in de besluitvorming worden meegewogen en kan worden bepaald of de effecten acceptabel / proportioneel zijn, gelet op het doel van de regelgeving. 2 Inclusief de toezichtlasten. 3 Wet Natuur, SIRA Consulting, Sira Consulting B.V.

7 2 Algemene uitgangspunten Bij de uitvoering van het onderzoek zijn enkele uitgangspunten gehanteerd. Deze zijn in dit hoofdstuk beschreven. Het betreft de volgende punten: 1. De meting is gedaan aan de hand van de landelijk vastgestelde methodiek. 2. De meting betreft uitsluitend de verplichtingen op wetsniveau. 3. De Programmatische Aanpak Stikstof is niet onderzocht. Ad 1. De meting is gedaan via de landelijk vastgestelde methodiek Het onderzoek is uitgevoerd aan de hand van de uitgangspunten van het Handboek meting regeldruk van het ministerie van Economische Zaken. Voor het berekenen van regeldruk wordt gebruik gemaakt van het standaard kostenmodel (SKM). Dit standaard kostenmodel maakt het mogelijk om onder andere administratieve lasten, nalevingskosten en toezichtlasten te berekenen voor alle doelgroepen. In onderstaand kader zijn deze begrippen kort toegelicht. Kader 1. Definities administratieve lasten, toezichtlasten en nalevingskosten. Administratieve lasten bedrijven (AL) De kosten die de burger, bedrijf of professional maakt om te voldoen aan informatieverplichtingen voortvloeiend uit de regelgeving van de overheid. Het gaat hierbij zowel om het nakomen van verplichtingen als het uitoefenen van rechten. Deze kosten worden uitgedrukt in euro s. Uit de definitie komt naar voren dat het specifiek gaat om kosten voor het verstrekken van informatie, zoals opgelegd door regelgeving van de overheid. Dit betekent concreet dat de regelgeving het uitgangspunt is voor een onderzoek naar de omvang van de AL. In de artikelen van de regelgeving is aangegeven welke informatie moet worden overlegd: dit zijn de informatieverplichtingen. Om hieraan te voldoen, moet men handelingen uitvoeren zoals het invullen van formulieren of het verzamelen van aanvullende informatie. (Inhoudelijke) nalevingskosten (NK) Dit betreft kosten die (georganiseerde) burgers, bedrijven of professionals maken om te voldoen aan de inhoudelijke verplichtingen die wet- en regelgeving stelt. Een voorbeeld voor nalevingskosten is herplantplicht uit de Boswet. Dit zijn dus de te kwantificeren kosten, waarbij het gaat om de kosten van in wet- en regelgeving vastgelegde specifieke eisen (normen, voorschriften, procedures en dergelijke) met betrekking tot het gedrag van personen en toestanden van gebouwen, productiemiddelen c.q. het proces van productie of dienstverlening, inrichting van de administratie anders dan om direct te voldoen aan informatieverplichtingen aan de overheid, producten en/of diensten. Toezichtlasten (TL) Toezichtlasten zijn de lasten die (georganiseerde) burgers en bedrijven ondervinden om te voldoen aan de (informatie)verplichtingen voortvloeiend uit het toezicht. Onder toezicht wordt hier verstaan de activiteiten die samenhangen met controle en handhaving door de overheid. Het meelopen met inspecties, of het tonen van documenten aan een toezichthouder maakt onderdeel uit van de toezichtlasten. effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 7

8 Het SKM berekent de regeldruk door de kosten van het één keer uitvoeren van een handeling (P) te vermenigvuldigen met het aantal handelingen (Q). Het SKM maakt hierbij onderscheid tussen de typen lasten in het bovenstaande kader. De onderstaande figuur geeft de werking van het SKM schematisch weer. Natuurwetgeving Handelingen voor burgers en bedrijven Tijdsbested ing x Uurtarief + Out of pocket kosten Aantal of Q1: incidentele handelingen Q2: periodieke handelingen P: Kosten per handeling Q: Aantal handelingen per jaar Lastendruk = P x Q Figuur 1. Het berekenen van regeldruk met het iskm. Het gebruik van de landelijk vastgestelde methodiek heeft onder andere de volgende gevolgen voor het onderzoek: Leges maken geen onderdeel uit van de regeldruk. Het bevoegd gezag kan leges vragen voor de behandeling van een vergunningaanvraag. De kosten hiervan vallen echter onder de financiële kosten voor bedrijven en burgers en behoren conform de methodiek niet tot de regeldruk. Voor de uurtarieven wordt gebruik gemaakt van bijlage 5 van het handboek. In deze bijlage zijn voor specifieke functies standaarduurtarieven beschreven. In de tekst van het rapport en het model is aangegeven welke uurtarieven zijn gebruikt. Voor burgers geldt op basis van deze bijlage een standaardtarief van 15 per uur. Metingen van de regeldruk zijn geen statische onderzoeken. Zij dienen een beeld te geven van de orde van grootte van de kosten die door regelgeving worden veroorzaakt, maar met name duidelijk te maken welke handelingen en verplichtingen de voornaamste oorzaak zijn van deze regeldruk. Alle berekende kosten zijn dan ook afgerond op honderdtallen om schijnnauwkeurigheid te voorkomen. Een nadere toelichting op de uitgangspunten van de methodiek is te vinden in het Handboek meting regeldruk 4. 4 De laatste versie van het handboek is te verkrijgen bij de directie regeldruk en ICT-beleid van het ministerie van EZ en via 8 Sira Consulting B.V.

9 Ad 2. De meting betreft uitsluitend de verplichtingen op wetsniveau In het onderzoek zijn de effecten van het Wetsvoorstel natuurbescherming op de regeldruk bepaald. Om een goed beeld te krijgen van de gevolgen is ook de huidige situatie onderzocht. Dit betreft de Natuurbeschermingswet 1998, de Flora- en faunawet en de Boswet. De onderliggende besluiten en regelingen zijn in de huidige en voorgenomen situatie niet in dit onderzoek meegenomen. De verplichtingen die specifiek zijn opgenomen in de besluiten en regelingen dienen te worden onderzocht bij het aanpassen van deze besluiten en regelingen. De uitvoering van de specifieke verplichtingen die in de wetten zijn opgenomen, zijn uiteraard wel meegenomen. Ad 3. De Programmatische Aanpak Stikstof wordt niet onderzocht Voor de invoering van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) is een aparte Wijzigingswet opgesteld. De regeldrukgevolgen van de PAS zijn specifiek voor die Wijzigingswet onderzocht en toegelicht in de daarbij behorende memorie van toelichting. De PAS heeft invloed op de gevolgen voor de regeldruk van de huidige Natuurbeschermingswet Naar verwachting zal de PAS eerder worden ingevoerd dan de voorgenomen Wet natuurbescherming in werking zal treden. Om deze reden wordt de PAS wel gezien als onderdeel van de huidige situatie. In dit rapport is dit op relevante punten nader toegelicht. effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 9

10 3 De huidige natuurregelgeving 3.1 Inleiding In de huidige situatie zijn drie wetten van belang, namelijk de Natuurbeschermingswet 1998, de Flora- en faunawet, en de Boswet. In de onderstaande paragrafen is een korte beschrijving opgenomen van deze drie wetten. Hierin is ook toegelicht welke verplichtingen door deze wet- en regelgeving worden opgelegd aan bedrijven en burgers en welke administratieve lasten, nalevingskosten en toezichtlasten dit met zich mee brengt. Omdat de PAS niet specifiek is onderzocht in dit project, is hier geen aparte paragraaf aan gewijd. Wel is bij de Natuurbeschermingswet 1998 beschreven welke gevolgen de PAS heeft op de huidige situatie. 3.2 Natuurbeschermingswet Achtergrond De Natuurbeschermingswet 1998 bevat regels voor de bescherming van belangrijke natuurgebieden en landschapsgezichten. De wet geeft onder andere invulling aan verplichtingen die voortvloeien uit internationale verdragen en uit de Vogel- en Habitatrichtlijn. Bij de gebiedsbescherming op grond van de Europese richtlijnen gaat het om de zogenoemde Natura 2000-gebieden, die deel uitmaken van een samenhangend Europees ecologisch netwerk. Daarnaast bevat de wet regels met betrekking tot de (nationale) beschermde natuurmonumenten, die kunnen worden aangewezen om nationale redenen, waaronder natuurschoon en beschermingswaardige (niet-europees benoemde) natuurwaarden. Als een gebied is aangewezen als beschermd natuurmonument of Natura-2000-gebied is het verboden om zonder vergunning, of in strijd met de daaraan verbonden voorschriften of beperkingen, activiteiten te ondernemen, voor zover deze niet in een beheerplan genoemd zijn, die de natuurlijke kwaliteit van het gebied en de daar voorkomende leefgebieden van soorten kunnen verslechteren of verstoren. Ook voor schadelijke activiteiten die buiten het gebied plaatsvinden en van invloed zijn op een beschermd gebied, is een vergunning nodig. Voor dergelijke activiteiten dient een vergunning te worden aangevraagd bij de provincie of, in uitzonderingsgevallen (enkel bij aanvragen van nationaal belang), bij het ministerie van EZ. Elk gebied is vanwege verschillende redenen beschermd, wat tot uiting komt in de instandhoudingsdoelstellingen. Dit maakt dat de typen activiteiten die mogelijk schadelijk zijn voor een gebied en de verschillende voorschriften en maatregelen die een eventuele vergunning voorschrijft nogal uiteen lopen. In het algemeen is te stellen dat in provincies met rijke Natura 2000-gebieden (die minder gevoelig zijn voor stikstofdepositie) voor slechts een kleiner aantal activiteiten een vergunning nodig is. Dit in tegenstelling tot provincies waarin de Natura 2000-gebieden bijvoorbeeld voornamelijk uit zand bestaan. Deze schrale biotoop is gevoeliger voor bijvoorbeeld stikstof en dus behoeft een groter aantal activiteiten een vergunning. Bijvoorbeeld veehouderijen hebben te maken met de vergunningen voor beschermde natuurmonumenten en Natura 2000-gebieden. Overigens heeft de introductie van de Programmatische Aanpak Stikstof menig agrarische ondernemer weer op de hoogte gebracht van de noodzaak om slechts met vergunning activiteiten te verrichten die mogelijk een hogere stikstof-depositie kennen. Met name als de (ver)bouw van stallen 10 Sira Consulting B.V.

11 het bedrijf in staat stelt om meer dieren te houden, kan dit voor een verhoogde stikstofuitstoot zorgen. In afwachting van de PAS gedogen provincies in de huidige situatie in een aantal gevallen agrarische activiteiten die eigenlijk een vergunning behoeven maar die in de huidige situatie niet kúnnen worden vergund, maar met de PAS wel mogelijk worden Verplichtingen De regeldruk van de Natuurbeschermingswet 1998 voor bedrijven en burgers vloeit voort uit de volgende verplichtingen: 1. Vergunningplicht beschermde natuurmonumenten (artikel 16); 2. Beheerplan beschermd natuurmonument (artikel 17); 3. Beheerplan Natura 2000-gebied (artikel 19a); 4. Vergunningplicht Natura 2000-gebieden (artikel 19d); 5. Treffen van noodzakelijke maatregelen (artikel 19c en 21); 6. Beschermde landschapsgezichten (artikel 23); 7. Toezicht. Ad 1. Vergunningplicht beschermde natuurmonumenten (artikel 16) Volgens artikel 16 van de Natuurbeschermingswet 1998 is het verboden zonder vergunning van Gedeputeerde Staten in een beschermd natuurmonument handelingen te verrichten, te doen verrichten of te gedogen die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, voor de natuurwetenschappelijke betekenis van het natuurmonument of voor dieren of planten in het beschermd natuurmonument of die het beschermd natuurmonument ontsieren, dan wel in strijd met de bij een vergunning gestelde voorschriften of beperkingen handelingen te verrichten, te doen verrichten of te gedogen. Bij het aanvragen van een dergelijke vergunning moeten vaak berekeningen worden gemaakt van de verwachte stikstofdepositie en een ecologisch onderzoek worden uitgevoerd. Aan de hand van de verleende vergunning kunnen bedrijven ook te maken krijgen met aanvullende verplichtingen zoals monitoren van emissies en maatregelen om emissies te beperken zoals gebruik van luchtwassers. De regeldruk van de vergunningplicht voor bedrijven bedraagt ongeveer per jaar aan administratieve lasten en aan nalevingskosten. De kwantificering is als volgt uitgevoerd: De administratieve lasten komen voort uit de aanvraag van de vergunning. Jaarlijks worden circa 160 vergunningen 5 aangevraagd door bedrijven. Een aanvraag kost volgens de respondenten 40 uur 6. Deze tijd betreft het hele proces van de aanvraag inclusief de voorbereiding met kennisname van de specifieke verplichtingen. Voor de noodzakelijke onderzoeken en berekeningen bedragen de gemiddelde kosten circa per aanvraag. ((40 uur x 54) ) x 160 aanvragen = ) De nalevingkosten bestaan uit de aanvullende eisen van de verleende vergunning. In overleg met de respondenten is voor de berekening aangesloten bij de uitgangspunten van de Natura 2000-vergunningen. Dit betekent dat in 5% van de gevallen een bedrijf circa kwijt is aan maatregelen. ( x (160 x 5%) = ) 5 Dit aantal is gebaseerd op de informatie van de geïnterviewde provincies. 6 Tegen een uurtarief van 54 (hoger opgeleid personeel; bijlage 5 Handboek meting regeldruk ) effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 11

12 Volgens de respondenten komen aanvragen van burgers slechts sporadisch voor. Verdere afstemming met de stakeholders maakt duidelijk dat burgers, waaronder ook stichtingen en (sport)verenigingen vallen, mogelijk ook niet altijd gebruik maken van de mogelijkheid om een vergunning aan te vragen vanwege de hieraan verbonden kosten. De kosten van de kennisname van deze partijen is echter op basis van het huidige onderzoek niet te bepalen. Ad 2. Beheerplan beschermd natuurmonument (artikel 17) Volgens artikel 17 van de Natuurbeschermingswet 1998 kunnen Gedeputeerde Staten in overeenstemming met de eigenaar en de gebruiker voor een beschermd natuurmonument of een gedeelte daarvan een beheerplan vaststellen, dat het behoud, het herstel of de ontwikkeling van het natuurschoon of van de natuurwetenschappelijke betekenis van het beschermd natuurmonument ten doel heeft. Aan de hand van dit beheerplan wordt aangegeven wat wel en niet mag en onder welke voorwaarden. In de praktijk betekent dit dat het beheerplan aangeeft wanneer een vergunning is vereist. Eventuele regeldrukgevolgen zijn daarmee onderdeel van de vergunning (artikel 16). Voor de beschermde natuurmonumenten gelden dikwijls verouderde c.q. verlopen beheerplannen of überhaupt geen beheerplannen. Aangezien beheerplannen voor beschermde natuurmonumenten niet langer nodig zijn in de voorgenomen situatie (omdat het wetsvoorstel regelt dat de bescherming van deze natuurmonumenten in het geheel vervalt), geven de geïnterviewde provincies aan dat het maken of onderhouden van beheerplannen in de huidige situatie al geruime tijd weinig tot geen prioriteit heeft. De wet schrijft voor dat voor zover de kosten en lasten, voortvloeiende uit een beheerplan, voor de eigenaar/gebruiker niet of niet geheel tot hun last behoren te komen, de provincie in het beheerplan een door te betalen subsidie kan vaststellen. De provincies verstrekken subsidies echter dikwijls niet op grond van deze bepaling uit de Natuurbeschermingswet 1998, maar op grond van andere, reguliere subsidieregelingen. Bij de provincies die wel subsidies verstrekken op basis van een beheerplan, is het aantal subsidieaanvragen de laatste jaren sterk gedaald. Afgelopen jaar is nog slechts incidenteel een aanvraag gedaan waardoor de administratieve lasten verwaarloosbaar zijn. Ad 3. Beheerplan Natura 2000-gebied (artikel 19a) Net als bij beschermde natuurmonumenten, scheppen beheerplannen de kaders voor het goed beheren van Natura 2000-gebieden. Deze beheerplannen bevatten een uitwerking van de instandhoudingsdoelstellingen van een Natura 2000-gebied en van de maatregelen die nodig zijn om deze doelen te realiseren. Dit kan onder andere bestaan uit het aangeven van de activiteiten waarvoor Gedeputeerde Staten een vergunning op grond van de wet noodzakelijk acht. In de beheerplannen kan ook worden aangegeven voor welke activiteiten er géén vergunning behoeft te worden aangevraagd. De regeldruk die hier uit voortkomt, is onderdeel van de berekeningen aangaande de vergunningplicht (zie ad 4) en is niet apart benoemd. De beheerplannen bevatten een uitwerking van de instandhoudingsdoelstellingen van het betreffende Natura 2000-gebied in omvang, ruimte en tijd en de maatregelen die nodig zijn om de instandhoudingsdoelen op termijn te realiseren. Zij geven daarom duidelijkheid over mogelijkheden en beperkingen voor gebruikers van het Natura gebied en de burgers en ondernemers daar omheen. De vaststelling ervan is, in gebie- 12 Sira Consulting B.V.

13 den die te kampen hebben met overbelasting van stikstofdepositie, afhankelijk van de invoering van de PAS. De totale administratieve lasten van deze verplichting worden geraamd op circa per jaar voor bedrijven en per jaar voor burgers. In de onderstaande alinea s is dit nader toegelicht. De regeldruk komt voort uit het verplicht opstellen van de beheerplannen. Deze worden opgesteld door de provincies en vallen daarmee buiten de administratieve lasten en nalevingskosten van burgers en bedrijven. Bij het opstellen zijn de provincies echter verplicht om de stakeholders te raadplegen. Dit betreft naast andere overheden ook particulieren en bedrijven die eigenaar en/of gebruiker van de betreffende gebieden zijn. Het initieel opstellen van de beheerplannen is een eenmalige gebeurtenis die voortkomt uit de wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 om de Europese verplichtingen ten aanzien van de Natura 2000-gebieden te implementeren. Dit geeft dan ook eenmalige structurele regeldruk die niet behoort tot de huidige structurele regeldruk die in dit onderzoek is onderzocht. De beheerplannen worden voor maximaal 6 jaar vastgesteld. Dit betekent dat er jaarlijks gemiddeld 28 beheerplannen 7 moeten worden herzien, waarbij de consultatie van de stakeholders weer noodzakelijk is. Daarnaast kunnen zij ook nog zienswijzen op het ontwerpbeheerplan indienen nadat dit ter inzage is gelegd. Dit geeft voor de betrokken burgers en bedrijven administratieve lasten 8. De regeldruk die volgt uit de verplichte consultatie is afhankelijk van de wijze waarop de provincie deze organiseert. Hoeveel partijen worden uitgenodigd, hoe vaak deze worden benaderd, enzovoorts. Op basis van de beschikbare (ontwerp)beheerplannen is een beeld verkregen van de wijze waarop de consultatie heeft plaatsgevonden voor het eerste beheerplannen. Aangenomen is dat dit proces ook voor de herziening wordt gehanteerd, maar dat de intensiteit van de betrokkenheid lager zal liggen. Het beheerplan hoeft namelijk niet meer geheel opnieuw te worden opgesteld en veel discussies zijn al eerder gevoerd waardoor deze nu sneller kunnen worden beslecht. Voor de berekening zijn op basis hiervan de volgende aannames gebruikt: Per beheerplan zijn in de diverse projectgroepen gemiddeld acht vertegenwoordigers van bedrijven en acht vertegenwoordigers van burgers betrokken. Per beheerplan komt een projectgroep in totaal zes maal bijeen en elke bijeenkomst kost een dag, 8 uur, aan bijwonen en voorbereiden. Naast de projectgroepen zijn nog circa 20 (vertegenwoordigers van) bedrijven en 20 burgers betrokken via schriftelijke consultatierondes of via losse afstemming met de leden van de projectgroep. Het kost elke persoon circa 8 uur om de relevante stukken te lezen en een reactie te formuleren. Op basis van deze aannames komende administratieve lasten voor bedrijven op per jaar 9 en voor burgers op per jaar Nederland heeft 166 Natura 2000-gebieden aangewezen. ( 8 In de praktijk is de geïnvesteerde tijd naar verwachting nog hoger omdat deze partijen op meer momenten worden betrokken bij het opstellen van het plan. Dit volgt echter niet uit de regelgeving en wordt daardoor niet tot de regeldruk gerekend. 9 ((8 bedrijven x 6 bijeenkomsten x 8 uur) + (20 bedrijven x 8 uur)) x 54 x 28 plannen) = ((8 burgers x 6 bijeenkomsten x 8 uur) + (20 bedrijven x 8 uur)) x 15 x 28 plannen) = effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 13

14 Voor de zienswijzen is aangenomen dat er per ontwerpbeheerplan gemiddeld 10 zienswijzen namens (georganiseerde) burgers en 5 namens bedrijven worden ingediend 11. Het opstellen en indienen van een zienswijze kost naar schatting 40 uur 12. Deze tijd is nodig om het ontwerpbeheerplan te verkrijgen en goed door te nemen, te bespreken met de achterban, de zienswijzen te beschrijven en in te dienen. Dit geeft per jaar administratieve lasten voor: Bedrijven van (40 uur x 57 x 28 plannen x 5 zienswijzen). Burgers van (40 uur x 15 x 28 plannen x 10 zienswijzen). Ad 4. Vergunningplicht Natura 2000-gebieden (artikel 19d) In artikel 19d van de Natuurbeschermingswet 1998 is een vergunningplicht opgenomen voor projecten of andere handelingen die, gelet op de instandhoudingsdoelstelling van een Natura 2000-gebied, de kwaliteit van de natuurlijke habitat en de habitat van soorten in een Natura 2000-gebied kunnen verslechteren of een significant verstorend effect kunnen hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen. Het proces voor het aanvragen van een vergunning voor een Natura 2000-gebied is vergelijkbaar met de aanvraag voor een beschermd natuurmonument. Wel is er een verschil in de toetsingscriteria. Bij een beschermd natuurgebied wordt op alle natuurwaarden getoetst terwijl bij een Natura 2000-gebied alleen op de daarvoor aangewezen criteria (instandhoudingsdoelstelling in aanwijzingsbesluit) wordt getoetst. Voor de huidige situatie is geschat dat in totaal jaarlijks circa Natura vergunningen worden aangevraagd door bedrijven. Hierbij is aangenomen dat de PAS reeds in werking is getreden. Omdat de PAS in dit onderzoek niet nader is onderzocht is hierbij aangesloten bij de aannames zoals deze nu worden gebruikt in de memorie van toelichting bij de Wijzigingswet PAS 13. Daarnaast vraagt slechts een beperkt aantal burgers een dergelijke vergunning aan. Bijvoorbeeld voor de organisatie van evenementen door (sport)verenigingen of stichtingen in een Natura 2000-gebied. Op basis van de gegevens van de onderzochte provincies is aangenomen dat dit ongeveer 20 aanvragen 14 per jaar zijn. Net als bij de beschermde natuurmonumenten geldt ook hier dat het lage aantal mede wordt veroorzaakt doordat vergunning regelmatig niet worden aangevraagd door de onzekerheid, complexiteit en de verwachte hoge kosten. Overigens is op basis van het onderzoek duidelijk geworden dat met name in de tweede helft van 2014 het aantal vergunningaanvragen sterk is gestegen. Bedrijven vragen veelal nog voor de invoering van de PAS hun vergunning aan. Onduidelijkheid over de precieze uitwerking van de PAS ligt hieraan ten grondslag. Voor de inwerkingtreding van de PAS werden Natura 2000-vergunningen met name aangevraagd door agrarische bedrijven. Dit betreft naar schatting 75% van de aanvragen van bedrijven 15. Door de PAS zullen met name agrarische bedrijven minder snel vergunningplichtig zijn. 11 De getallen zijn gebaseerd op een analyse van een 10-tal nota s van beantwoording van ontwerp beheerplannen van natura 2000-gebieden die reeds ter inzage waren gelegd. 12 Dit is een schatting op basis van eerder onderzoek naar het indienen van zienswijzen en bestudering van de ingediende zienswijzen. 13 Brief van 9 januari 2015 met kenmerk: DGNR-PDN2000 / Aanvragen gedaan door evenementenbureaus en andere evenementen die door professionele organisaties worden gedaan, zijn meegeteld bij de aanvragen van bedrijven. 15 De getallen in deze alinea zijn gebaseerd op de gegevens verkregen uit de interviews met de provincies en van het ministerie van EZ. 14 Sira Consulting B.V.

15 De totale administratieve lasten voor de doelgroep bedrijven bedragen circa per jaar 16. Voor de doelgroep burgers komen de administratieve lasten op ongeveer per jaar. Voor de totale nalevingskosten van deze verplichting zijn de lasten berekend op per jaar voor bedrijven. Burgers hebben naar verwachting geen nalevingskosten door deze verplichting. De administratieve lasten van deze aanvragen zijn afhankelijk van de invloed van de activiteiten op de gebieden. Naarmate deze invloed groter is, worden de eisen aan de vergunning zwaarder. Dit komt met name naar voren in de kosten van het noodzakelijke ecologische onderzoek. Voor de berekening van de regeldruk zijn daarom drie categorieën gehanteerd: 1. Eenvoudige aanvragen: dit betreft de aanvragen van burgers, van bedrijven en activiteiten met een zeer beperkte invloed op het Natura 2000-gebied. De aanvraag, inclusief de voorbereiding duurt gemiddeld 20 uur voor de aanvrager en geeft aan externe kosten. Dit betreft 30% van alle aanvragen van bedrijven en alle aanvragen voor burgers: bedrijven: (20 uur x ) x (2.500 x 30%) = ; burgers: (20 uur x ) x 30 = ). 2. Gemiddeld complexe aanvragen: Dit betreft eenvoudige bedrijfsmatige activiteiten. De aanvrager besteedt hier zelf gemiddeld 40 uur aan en heeft daarnaast nog circa aan externe kosten. Dit betreft circa 65% van het totaal aantal aanvragen van bedrijven (40 uur x ) x (2.500 x 65%) = Zeer complexe aanvragen: In deze categorie omvat meer ingrijpende activiteiten zoals grondstofwinning en gebiedsontwikkeling. De aanvrager besteedt hier zelf circa 120 uur aan en heeft daarnaast nog ongeveer aan externe kosten voor de noodzakelijke onderzoeken. Dit betreft 5% van de aanvragen van bedrijven (120 uur x ) x (2.500 x 5%) = Bedrijven ondervinden ook nalevingskosten door de aanvullende voorschriften in de vergunning. Op basis van de interviews met bedrijven en het bevoegd gezag heeft naar schatting 5% van de bedrijfsmatige aanvragen per jaar, nog de verplichting om compenserende of mitigerende maatregelen te treffen. Het betreft het treffen van fysieke maatregelen om de schade die de vergunde activiteit doet aan de natuur elders te compenseren. Dit kost gemiddeld ongeveer per vergunning. Nog eens 5% van de bedrijven dient bij de werkzaamheden de effecten van de werkzaamheden op de natuur te monitoren en moet tussentijds maatregelen nemen indien de natuur dreigt te worden verstoord. Dit kost volgens deze bedrijven jaarlijks gemiddeld voor een periode van 3 tot 8 jaar ( ( x 5,5 jaar)) x (5% x 2.500) = Kosten die voortkomen uit verplichtingen uit andere regelgeving, waar bedrijven en burgers mogelijk mee te maken krijgen in de trajecten zijn in de bovenstaande berekeningen niet meegenomen omdat deze niet tot de regeldruk uit de Natuurbeschermingswet 1998 behoren. Voorbeelden hiervan zijn de aanvraag van een mer en een wijziging 16 Hoofdstuk 1 Inleiding refereert aan een eerdere nulmeting (Wet natuur, Sira Consulting 2011). Uit dat onderzoek volgden lagere totale lasten. Dit komt hoofdzakelijk door een hoger aantal aanvragen in de uitgangssituatie nu versus de uitgangssituatie toen, duurdere aanvraagprocedures en vermeerdering of intensivering van het aantal handelingen dat nodig is om een vergunning te behouden. effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 15

16 van een bestemmingsplan. Agrarische bedrijven hebben daarnaast tot de inwerkingtreding van de PAS mogelijk ook kosten voor het kopen van ammoniakrechten. Omdat voor deze meting is uitgegaan van de situatie waarbij de PAS al in werking is getreden, zijn deze kosten echter niet meer van toepassing. Ad 5. Treffen van noodzakelijke maatregelen (artikel 19c en 21) Indien ten gevolge van het achterwege blijven van maatregelen het natuurschoon of de natuurwetenschappelijke betekenis van het beschermd natuurmonument in ernstige mate vermindert of dreigt te verminderen, kunnen de Gedeputeerde Staten in een beschermd natuurmonument maatregelen treffen die noodzakelijk zijn om het natuurschoon of de natuurwetenschappelijke betekenis te herstellen of te behouden. Voor Natura 2000-gebieden kunnen zij deze maatregelen eveneens treffen wanneer de realisatie van de instandhoudingsdoelstellingen in gevaar komt (artikel 21 van de Natuurbeschermingswet 1998). De eigenaar en de gebruiker zijn verplicht de maatregelen te gedogen. In praktijk komt het zeer zelden voor dat provincies overgaan tot het nemen van noodzakelijke maatregelen op basis van deze artikelen. Dit geldt in zijn algemeenheid voor alle provincies. In de uitzonderlijke gevallen dat er maatregelen worden getroffen, levert dit geen regeldruk op. Noodzakelijke maatregelen zijn maatregelen zoals het werken met bebording of een toegangsbeperking. Ook kan een noodzakelijke maatregel de aanleg van een faunatunnel zijn. De eigenaar of gebruiker van de grond waarop deze maatregel wordt getroffen is verplicht deze aanleg van een faunatunnel te gedogen maar hoeft zelf verder geen actie te ondernemen. Deze maatregelen brengen hierdoor geen regeldruk met zich mee. Verder voorziet artikel 19c van de Natuurbeschermingswet 1998 in een bevoegdheid om bedrijven of burgers maatregelen op te leggen om te voorkomen dat er verslechteringen of significante verstoringen in Natura 2000-gebieden plaatsvinden (aanschrijvingsbevoegdheid). De Minister van EZ is bevoegd tot het treffen van deze maatregelen totdat het eerste beheerplan voor het gebied is vastgesteld; daarna zijn Gedeputeerde Staten bevoegd. Deze bevoegdheid is tot dusverre niet toegepast en heeft hierdoor nog geen regeldruk veroorzaakt. Ad 6. Beschermde landschapsgezichten (artikel 23) De Natuurbeschermingswet 1998 biedt provincies de mogelijkheid tot het aanwijzen van beschermde landschapsgezichten. Het beschermd zijn van een landschapsgezicht kan verplichtingen voor burgers en bedrijven met zich meebrengen. 16 Sira Consulting B.V.

17 Tot op heden zijn nog geen gebieden aangewezen als beschermd landschapsgezicht. Hieruit volgen voor bedrijven en burgers dus ook geen verplichtingen en ontstaat geen regeldruk 17. Ad 7. Toezicht Het toezicht op de Natuurbeschermingswet 1998 wordt met name uitgevoerd door of in opdracht van provincies. Het verschilt per provincie of er wel of geen nadruk wordt gelegd op dit onderwerp en daarmee ook in welke mate bedrijven en burgers worden bezocht door toezichthouders. Indien een provincie toezicht houdt dan wordt dit bijna altijd gecombineerd met het toezicht op de verplichtingen ten aanzien van milieu en de omgevingsvergunning. Hierdoor is slechts een deel van de tijdsbesteding van dit toezicht aan de Natuurbeschermingswet 1998 toe te rekenen. Ook de NVWA houdt toezicht op de naleving van de regelgeving. Dit betreft het toezicht op de vergunningen die het Rijk heeft verleend en de verdere Rijkstaken die uit de wet voortvloeien. Naast deze toezichthouders van de overheid zijn er ook bijzondere opsporingsambtenaren (boa s) actief bij, zoals, natuur- en terreineigenaren. In de praktijk hebben burgers en bedrijven alleen direct contact met deze boa s in het kader van toezicht op de wettelijke verplichtingen wanneer zij een overtreding begaan. De methodiek voor het bepalen van de regeldruk gaat uit van 100% naleving waardoor alleen het structurele toezicht is meegenomen. De acties van de boa s van natuur- en boseigenaren vallen hierdoor buiten de berekening van de regeldruk. De toezichtlasten voor bedrijven komen op circa per jaar. Dit is berekend aan de hand van de volgende uitgangspunten: Op basis van de gegevens uit de interviews is geschat dat jaarlijks circa bedrijven worden bezocht in het kader van toezicht op de Natuurbeschermingswet 1998 door provincies en de NVWA. Een dergelijke controle duurt meestal 3 tot 4 uur, maar in deze tijd wordt ook de naleving van de voorschriften ten aanzien van de milieuregelgeving gecontroleerd. Aangenomen wordt dat van deze controle 1 uur wordt besteed aan de Natuurbeschermingswet Daarnaast heeft het bedrijf nog tijd nodig om de verslaglegging van het bezoek te lezen en hierop te reageren. Alleen voor de onderdelen van de Natuurbeschermings-wet 1998 kost dit 1 uur. De toezichtlast bedraagt: 54 x 2 uur x bezoeken = Er zijn enkele voorbeelden bekend van Gemeentelijke landschapsmonumenten. De aanwijzing hiervan volgt echter niet uit de Natuurbeschermingswet 1998 maar uit de Gemeentewet en de Monumentenwet. effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 17

18 3.2.3 Natuurbeschermingswet 1998 De regeldruk als gevolg van de Natuurbeschermingswet 1998 is weergegeven in de onderstaande tabel. Tabel 1. Samenvatting regeldruk Natuurbeschermingswet 1998 Bedrijven Burgers Administratieve lasten Nalevingskosten Toezichtlasten Flora- en faunawet Achtergrond De Flora- en faunawet is op 1 april 2002 in werking getreden. De wet strekt tot bescherming van in het wild levende inheemse en uitheemse planten- en diersoorten, mede ter uitvoering van de Vogel- en Habitatrichtlijn op het punt van de bescherming van soorten, de Europese verordeningen ter uitvoering van het internationale CITESverdrag voor de handel in bedreigde diersoorten en andere internationale verplichtingen. Hiertoe bevat de Flora- en faunawet verbodsbepalingen ten aanzien van het doden, verontrusten of verstoren van dieren Verplichtingen De regeldruk van de Flora- en faunawet voor bedrijven en burgers vloeien voort uit de volgende verplichtingen: 1. CITES-vergunning (artikel 13); 2. Beschermde leefomgeving (artikel 19); 3. Faunabeheereenheden en faunabeheerplannen (artikelen 29 en 30); 4. Wildbeheereenheden en jagers (artikelen 65 t/m 69); 5. Jacht (artikelen 31 t/m 59); 6. Zoeken en rapen van kievitseieren (artikel 60); 7. Ontheffing naast faunabeheereenheid (artikel 68 lid 6); 8. Bezitsontheffing (artikel 75); 9. Ontheffing werkzaamheden ruimtelijke inrichting (artikel 75); 10. Faunafonds (artikel 83 en 84); 11. Toezicht (artikel 104). Ad 1. CITES-vergunning (artikel 13) CITES (Convention on International Trade in Endangered Species of wild flora and fauna) is een internationale overeenkomst om de handel in beschermde planten en dieren te reguleren. De Europese Unie heeft dit verdrag uitgevoerd via de CITES-verordening. In de Flora- en faunawet is die verordening geïmplementeerd en de uitvoering geborgd. 18 Sira Consulting B.V.

19 De structurele administratieve lasten voor bedrijven zijn circa per jaar. Het aanvragen van de juiste documenten, vergunning of EU-certificaat kan via RVO.nl direct online worden geregeld. Het aanvragen, inclusief de voorbereiding, van een certificaat kost gemiddeld 30 minuten, een CITES-vergunning gemiddeld 60 minuten. De aanvragen worden bijna altijd gedaan door bedrijven. Voor de berekening is uitgegaan van een uurtarief van Jaarlijks worden ongeveer certificaten en vergunningen aangevraagd 19. De jaarlijkse regeldruk bedraagt: Certificaat: 0,5 uur x 37 x = ; Vergunning: 1 uur x 37 x = Ad 2. Beschermde leefomgeving (artikel 19) Gedeputeerde Staten kunnen een plaats, die van wezenlijke betekenis is als leefomgeving voor een beschermde inheemse plantensoort of een beschermde inheemse diersoort, aanwijzen als beschermde leefomgeving. Een besluit tot aanwijzing van een locatie als beschermde leefomgeving vermeldt handelingen die een aantasting van de leefomgeving ten gevolge kunnen hebben en verbiedt deze handelingen. Degene die het voornemen heeft deze handelingen te verrichten of te doen verrichten, is verplicht dat voornemen te melden aan Gedeputeerde Staten. Zij kunnen vervolgens voorschriften verbinden aan het verrichten of doen verrichten van de handelingen. Het verbod om de vermelde handelingen te (doen) verrichten geldt niet indien Gedeputeerde Staten in kennis is gesteld (en verder geen bezwaren heeft of heeft geuit) of als wordt gehandeld in overeenstemming met de door Gedeputeerde Staten gestelde voorschriften. Er zijn op basis van artikel 19 van de Flora- en faunawet geen gebieden aangewezen. Hierdoor geeft dit artikel ook geen regeldruk voor burgers en bedrijven. Ad 3. Faunabeheereenheden en faunabeheerplannen (artikelen 29 en 30) Ontheffing en vrijstelling van de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet zijn bij uitzondering toegestaan. De minister van EZ en Gedeputeerde Staten hebben de bevoegdheid om op basis van artikel 65 vrijstelling te verlenen aan grondgebruikers voor schadebestrijding van dieren van soorten die respectievelijk in het gehele land en in delen van het land schade veroorzaken. Op basis van artikel 67 kunnen gedeputeerde staten personen of categorieën van personen aanwijzen om in te grijpen in de omvang van een populatie en als gevolg van artikel 68 kunnen zij een ontheffing voor populatiebeheer verlenen. In principe wordt een ontheffing slechts verleend aan een faunabeheereenheid op basis van een door Gedeputeerde Staten goedgekeurd faunabeheerplan. Gedeputeerde Staten kunnen samenwerkingsverbanden van jachthouders erkennen als faunabeheereenheden (FBE) ten behoeve van het beheer van diersoorten of bestrijding 18 Vergelijkbaar met middelbaar opgeleid personeel in bijlage 5 van het Handboek meting regeldruk. 19 RVO.nl 2014 en 'Naleving CITES-wetgeving in beeld, factsheet juni 2008'. effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 19

20 van schade die is aangericht door dieren. Hierbij gaat het onder andere om het voorkomen van landbouwschade, schade aan flora en fauna, gevaar voor de openbare veiligheid, dierenwelzijn en diergezondheid. Voor zover hiertoe zogeheten faunabeheerplannen verplicht zijn, moeten Gedeputeerde Staten deze eerst goedkeuren. Op basis van een goedgekeurd faunabeheerplan verkrijgt de faunabeheereenheid ontheffingen, die zij vervolgens middels machtigingen op eigen initiatief, wettelijk niet verplicht, doorschrijft naar wildbeheereenheden of individuele jachthouders en jagers, die de uitvoering van het faunabeheerplan verzorgen. De ontheffing(en) die de faunabeheereenheid verkrijgt, fungeren als een parapluontheffing, die zij in specifieke gevallen doorschrijft naar individuele wildbeheereenheden en jagers of jachthouders en daaraan zodoende ook eigen voorschriften verbindt. Faunabeheerplannen vermelden de omvang en begrenzing van het gebied waarop het faunabeheerplan betrekking heeft, hoe het duurzaam beheer van diersoorten in dat gebied geschiedt, de aard, omvang en noodzaak van de te verrichten handelingen ten aanzien van die diersoorten en de wijzen waarop en de perioden waarin die handelingen worden verricht. Zonder goede onderbouwing door de aanvrager van een ontheffing zal het bevoegd gezag geen ontheffing kunnen verlenen. De faunabeheereenheden zijn voor de onderbouwing van hun aanvraag veelal aangewezen op informatie van de jagers en de jachthouders. De faunabeheereenheid kent een jaarlijkse rapportageverplichting aan de provincie. De faunabeheereenheid wordt gevraagd om informatie aan te leveren over wanneer, waar, hoe en hoeveel dieren er geschoten zijn op basis van de lokale en nationale ontheffing(en). Het rapporteren geschiedt middels het faunaregistratiesysteem. Per diersoort zet de faunabeheereenheid de ontheffing in het systeem. Vervolgens kunnen gebruikers van het systeem, zoals jagers en boeren, de ontheffing gebruiken c.q. doorgeschreven krijgen vanuit de faunabeheereenheid. Zo gebeurt dus (vrijwel) niets meer op papier. Jagers rapporteren wat ze hebben geschoten. Het faunabeheer vereist hierbij de volgende handelingen om te voldoen aan de voorschriften uit de ontheffing: registreren van persoonsgegevens, machtiging activeren, het uitdraaien van de voorschriften, tijdig rapporteren over het gebruik (hoeveel jagers, dag, tijdstip, waar, hoeveel geschoten, welke preventieve maatregelen getroffen). Jagers ervaren deze niet-wettelijke opdracht van de faunabeheereenheid als een grote administratieve last. Bij ad 4 is de regeldruk van de jagers nader toegelicht. De administratieve verplichtingen voor de faunabeheereenheden als gevolg van het handelen conform de wet c.q. de voorschriften uit de ontheffing zijn in hoofdzaak de volgende: Ontheffing in het registratiesysteem invoeren. Ontheffing door middel van machtiging beschikbaar stellen aan gebruiker. Schrijven van machtigingstekst per machtiging. Machtiging in het registratiesysteem invoeren. Het berichten van alle gebruikers van die machtiging. Door de gebruiker inloggen in het systeem om een machtigingsaanvraag te doen. Door de faunabeheereenheid controleren en beoordelen van de aanvraag en op basis daarvan toe- of afwijzen. Rapportage van de Wildbeheereenheden en uitvoerders verwerken in een jaarlijks verslag. Afschot bijhouden en aan uitvoerders vragen om te tellen. 20 Sira Consulting B.V.

21 Tellingen organiseren (hetgeen overleg met wildbeheereenheden, jachthouders en grondgebruikers vergt). De faunabeheereenheid is geen bestuursorgaan zoals bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, aanhef onder b, van de Awb. Dit betekent in principe dat de verplichtingen die aan haar zijn opgelegd, behoren tot de administratieve lasten en nalevingskosten voor bedrijven of burgers. In de praktijk echter worden alle activiteiten van de faunabeheereenheid door de meeste provincies betaald door het verstrekken van een boekjaarsubsidie. Uiteindelijk betaalt de overheid de activiteiten. Volgens het Handboek meten regeldruk dienen de administratieve lasten echter alsnog als regeldruk mee te worden genomen. In het onderstaande kader is een inschatting van deze administratieve lasten weergegeven. De totale administratieve lasten van de faunabeheereenheden bedragen naar schatting per jaar. Dit kader geeft een overzicht van de verplichtingen waaruit deze administratieve lasten zijn opgebouwd: Jaarlijks aanvragen van de boekjaarsubsidie Om de boekjaarsubsidie te krijgen moeten de Faunabeheereenheden jaarlijks rapporteren over de geplande activiteiten voor dat jaar met een inschatting van de kosten en achteraf hier (financieel) verslag over uitbrengen. Dit kost een faunabeheereenheid jaarlijks naar schatting 400 uur. De totale administratieve lasten komen voor de 14 faunabeheereenheden op circa Eens in de 5 jaar opstellen van een faunabeheerplan. In de praktijk wordt dit plan soms opgedeeld in meerdere plannen. Dit voorkomt bijvoorbeeld dat het hele plan stil ligt bij bezwaar op één onderdeel. De totale kosten voor het opstellen van het plan of de plannen worden geschat op uur per faunabeheereenheid, inclusief alle afstemming. De jaarlijkse kosten voor de 14 faunabeheereenheden komen hiermee op ongeveer Informatie aanleveren voor het toezicht van de provincie. Dit betreft voornamelijk informatie die reeds door de faunabeheereenheden is verzameld onder andere van de wildbeheereenheden. Deze informatie moet gestructureerd om aan de vraag van de provincie te voldoen. Dit kost naar schatting 60 uur per jaar. Dit leidt tot een kostenpost van per jaar. Aanvraag ontheffingen en doorzetten naar de wildbeheereenheden. Het aantal ontheffingen varieert tussen faunabeheereenheden van 6 tot 16. Deze ontheffingen worden gebruikt door de wildbeheereenheden. Zij kunnen een machtiging krijgen om invulling te geven aan de ontheffing. Een faunabeheereenheid is jaarlijks ongeveer 600 uur kwijt aan het organiseren van de ontheffingen. Dit geeft voor alle faunabeheereenheden jaarlijkse kosten van ongeveer De werkzaamheden rond het verlenen van de machtigingen aan de wildbeheereenheden kost een faunabeheereenheid nog eens 600 uur. De jaarlijkse kosten hiervan bedragen circa Elke faunabeheereenheid is naar schatting 150 uur per jaar kwijt aan de organisatie rond de tellingen. De jaarlijkse kosten komen hierdoor op 20 Uitgaande van een uurtarief van 45 (hoogopgeleide kenniswerker; bijlage 5 van Handboek meting regeldruk ). effecten Wetsvoorstel Natuurbescherming 21

22 Tegen de ontheffingen die de provincie via een faunabeheerplan verleent aan de faunabeheereenheid, wordt bijna altijd bezwaar en beroep aangetekend. Dit geeft met name werk voor de provincies en de faunabeheereenheden. De kosten van de faunabeheereenheden vallen onder de noemer van de administratieve lasten voor bedrijven. Op basis van de interviews is bepaald dat een faunabeheereenheid gemiddeld 10 mandagen kwijt is aan een bezwaar en beroepsprocedure. Jaarlijks betreft dit naar schatting 67 procedures 21. Dit geeft jaarlijkse administratieve lasten voor bedrijven van Indirect kunnen bedrijven en burgers kosten ondervinden omdat tijdens de procedure de ontheffing niet kan worden gebruikt en dus ook de schade niet wordt bestreden. Dit betreft echter economische kosten die buiten de definitie van de regeldruk vallen. Ad 4. Wildbeheereenheden en jagers (artikelen 65 t/m 69) Een zogeheten wildbeheereenheid (WBE) is een rechtspersoonlijkheid bezittend samenwerkingsverband van jacht(akte)houders en anderen dat tot doel heeft te bevorderen dat jacht, beheer en schadebestrijding, al dan niet ter uitvoering van het door de faunabeheereenheid opgestelde faunabeheerplan, wordt uitgevoerd mede in samenwerking met en mede ten dienste van grondgebruikers, -eigenaren of terreinbeheerders. Hoewel wildbeheereenheden op grond van de Flora- en faunawet geen formele wettelijke taak hebben, hebben zij in de praktijk een rol in de uitvoering van taken. Zij zijn (vrijwel uitsluitend als enige) in staat om in het veld te beoordelen hoe jachthouders en jagers uitvoering geven aan het faunabeheerplan. Zij hebben in de praktijk een verantwoordelijkheid voor de normen en waarden, zodat op een professionele manier uitvoering wordt gegeven aan bepalingen in de wet c.q. de ontheffing. De wildbeheereenheid organiseert tellingen en verzamelt de tel- en afschotgegevens, die zij op haar beurt weer verstrekt aan de faunabeheereenheid. De wildbeheereenheid houdt zich (zoals de naam doet vermoeden) bezig met het beheer van de wildsoorten, maar ook met het voorkomen en bestrijden van schade (aangericht door dieren) en het houden van toezicht tegen stroperij. Tellingen van wildsoorten, grofwild, ganzen, exoten en overige relevante soorten worden uitgevoerd door jagers. Toezicht op de jacht is minimaal en passief; slechts bij een melding komt de toezichthouder in actie. De partijen die bij de wildbeheereenheid zijn betrokken, zijn agrariërs, de provincie, gemeenten, de faunabeheereenheid en de terreinbeherende organisaties. Een ontheffing die op basis van een faunabeheerplan is verleend, wordt door de faunabeheereenheid administratief doorgeschreven aan wildbeheereenheden en jachthouders. Wildbeheereenheden verlenen op hun beurt machtigingen aan individuele jachthouders om gebruik te maken van een ontheffing. Jachthouders kunnen zich in de uitvoering laten bijstaan door derden (jagers) waarmee zij samenwerken aan de hand van contracten. Deze zogenaamde combinanten krijgen de machtigingen weer doorgeschreven van jachthouders of gemachtigde jachthouders. De hoofdtaak van jachthouders en medejagers is het zelfstandig uitvoeren van het faunabeheerplan en het scheppen van gunstige biotoopcondities. Voor de (vrijgestelde) wildsoorten geldt dat de jachthouder, los van de wildbeheereenheid, een redelijke wildstand handhaaft van de vijf wildsoorten in zijn jachtveld. Duurzaam beheer van de wildpopulatie en de gunstige staat van instandhouding van de wildsoorten is in het belang van de jachthouders en jagers zelf. 21 Het aantal ontheffingen varieert per provincie tussen de 10 en 45 afhankelijk van hoe algemeen de ontheffingen zijn geformuleerd. Gemiddeld per provincie: 28 ontheffingen die elke vijf jaar, met het (deel)faunabeheerplan, worden vernieuwd. Dit geeft paar jaar ((12 x 28)/5=) 67 nieuwe ontheffingen waar bezwaar tegen kan worden gemaakt. 22 Sira Consulting B.V.

Wet natuurbescherming

Wet natuurbescherming Wet natuurbescherming Aanleiding Evaluatie natuurwetgeving 2006-2008: vereenvoudiging wenselijk Kabinet Rutte I: Europese verplichtingen uitgangspunt Kabinet Rutte II: bijdrage aan biodiversiteit, geharmoniseerde

Nadere informatie

De nieuwe Wet natuurbescherming in vogelvlucht

De nieuwe Wet natuurbescherming in vogelvlucht De nieuwe Wet natuurbescherming in vogelvlucht Harm Dotinga (harm.dotinga@vogelbescherming.nl), 8 december 2016 Indeling Inleiding Gebiedsbescherming Soortenbescherming Houtopstanden Toekomstige integratie

Nadere informatie

Wet natuurbescherming Stap vooruit voor natuur en economie?

Wet natuurbescherming Stap vooruit voor natuur en economie? Wet natuurbescherming Stap vooruit voor natuur en economie? Willem Lambooij Afdeling Water & Groen Inhoud van de presentatie 1. De Wet natuurbescherming in vogelvlucht 2. Nieuwe taken en bevoegdheden provincie

Nadere informatie

Uitgangspunten inzake gebiedsbescherming (Natura 2000), soortenbescherming, faunabeheer en bescherming houtopstanden

Uitgangspunten inzake gebiedsbescherming (Natura 2000), soortenbescherming, faunabeheer en bescherming houtopstanden Bijlage 1 bij Statenmededeling Implementatie Wet natuurbescherming: Uitgangspunten voor de Verordening natuurbescherming Uitgangspunten inzake gebiedsbescherming (Natura 2000), soortenbescherming, faunabeheer

Nadere informatie

Documentnummer: Page 1 of 11

Documentnummer: Page 1 of 11 Globaal overzicht juridische en beleidsmatige instrumenten provinciale staten/gedeputeerde staten huidige natuurwetgeving vergeleken met nieuwe Wet natuurbescherming Page 1 of 11 Inleiding. De bescherming

Nadere informatie

JACHT, BEHEER EN SCHADEBESTRIJDING IN DE WET NATUURBESCHERMING. Presentatie t.b.v. Faunabeheerbijeenkomst d.d

JACHT, BEHEER EN SCHADEBESTRIJDING IN DE WET NATUURBESCHERMING. Presentatie t.b.v. Faunabeheerbijeenkomst d.d JACHT, BEHEER EN SCHADEBESTRIJDING IN DE WET NATUURBESCHERMING Presentatie t.b.v. Faunabeheerbijeenkomst d.d. 08-02-2016 WETSVOORSTEL Augustus 2012 wetsvoorstel door Stas Bleker ingediend bij 2e kamer;

Nadere informatie

Fauna en wet Natuurbescherming

Fauna en wet Natuurbescherming Fauna en wet Natuurbescherming Technische briefing Statenleden 16 maart 2016 Doel presentatie Fauna in de nieuwe Wet Natuurbescherming bevoegdheden provincie Verdieping op basis vragen Provincie Gelderland

Nadere informatie

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen De das in de nieuwe wet natuurbescherming Beleven, benutten en beschermen Integratie van bestaande natuurwetten Natuurbeschermingswet 1998 gebieden hoofdstuk 2 Flora- en faunawet soorten hoofdstuk 3 Boswet

Nadere informatie

Was-wordt overzicht aan de hand van de tekst van Verordening en Beleidsregel

Was-wordt overzicht aan de hand van de tekst van Verordening en Beleidsregel -wordt overzicht aan de hand van de tekst van Verordening en Beleidsregel Hieronder wordt eerst het overzicht gegeven voor de PS-bevoegdheden, zoals deze zijn uitgewerkt in het Statenvoorstel voor de Verordening

Nadere informatie

Deelrapportage ontheffing artikel 68 Flora- en faunawet

Deelrapportage ontheffing artikel 68 Flora- en faunawet Deelrapportage ontheffing artikel 68 Flora- en faunawet Ontheffing: Wilde eend (Anas platyrhynchos) Specificatie: (gelegerde) granen Periode: 1-7-2015 tot 15-8-2015 Zaaknummers: 2010-011997 en 2010-012002

Nadere informatie

De blik vooruit: De nieuwe Wet natuurbescherming. Anne Reichgelt, Annelies Blankena en Evelien Verbij

De blik vooruit: De nieuwe Wet natuurbescherming. Anne Reichgelt, Annelies Blankena en Evelien Verbij De blik vooruit: De nieuwe Wet natuurbescherming Anne Reichgelt, Annelies Blankena en Evelien Verbij 1. Intro Wet Natuurbescherming Doel: natuurwetgeving vereenvoudigen en nauwer aan laten sluiten bij

Nadere informatie

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Inhoud 1. Doel van de notitie 2. Vigerend beleid ree in Fryslân 3. Wettelijke status ree 4. Schade, overlast en risico s 5. Wettelijk kader bescherming

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg

Nadere informatie

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN & mj GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN Groningen, 11 juli 2017 Dossiernr. : KI 084 Documentnr. : 2017-063519/28/A.23 Verzonden ; 'f 1 JULI 2 017 Gelet op artikel 3.12, zevende lid, van de

Nadere informatie

De nieuwe Wet natuurbescherming in de praktijk. Anne Reichgelt en Evelien Verbij

De nieuwe Wet natuurbescherming in de praktijk. Anne Reichgelt en Evelien Verbij De nieuwe Wet natuurbescherming in de praktijk Anne Reichgelt en Evelien Verbij 1. Intro Wet Natuurbescherming Doel: natuurwetgeving vereenvoudigen en nauwer aan laten sluiten bij Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn

Nadere informatie

Besluit van GS van 15 september 2014, kenmerk 2014/ gehoord het Faunafonds van 18 juli 2004, kenmerk BIJ F F OVERWEGENDE;

Besluit van GS van 15 september 2014, kenmerk 2014/ gehoord het Faunafonds van 18 juli 2004, kenmerk BIJ F F OVERWEGENDE; Goedkeuringsbesluit Faunabeheerplan 2014-2019 Flora- en faunawet Flora- en faunawet: goedkeuring faunabeheerplan Besluit van GS van 15 september 2014, kenmerk 2014/025032 Gedeputeerde Staten van Overijssel;

Nadere informatie

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017

Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Nb-wet POV-dag 'het delen-durven-doen'festival donderdag 5 januari 2017 Directie Natuur en Biodiversiteit 1 Directoraat-Generaal Agro en Natuur Directie Natuur en Biodiversiteit Team Vergunningen Natuurbeschermingswet 1998 Het delen, durven, doen festival Directie Natuur en

Nadere informatie

1 Inhoud voorstel (beoogd resultaat/doel)

1 Inhoud voorstel (beoogd resultaat/doel) STATENBRIEF Onderwerp: Implementatie Wet natuurbescherming Doel van deze brief: Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale Staten om: Te besluiten conform het ontwerpbesluit

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning 2.3 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende

Nadere informatie

Gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten van «pm», nummer «pm»;

Gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten van «pm», nummer «pm»; VERORDENING FLORA- EN FAUNAWET ZUID-HOLLAND Provinciale Staten van Zuid-Holland; Gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten van «pm», nummer «pm»; Gelet op artikel 65, vierde lid, van de Flora- en faunawet

Nadere informatie

Voorwoord. 1 Overzicht van het internationale natuurbeschermingsrecht 1

Voorwoord. 1 Overzicht van het internationale natuurbeschermingsrecht 1 Inhoud Voorwoord V 1 Overzicht van het internationale natuurbeschermingsrecht 1 1.1 Inleiding... 1 1.2 Internationale verdragen... 1 1.2.1 Verdrag van Bonn... 1 1.2.2 Verdrag van Bern... 2 1.2.3 Verdrag

Nadere informatie

HOOFDSTUK 2 VOOROVERLEG OF GLOBAAL HAALBAARHEIDSONDERZOEK

HOOFDSTUK 2 VOOROVERLEG OF GLOBAAL HAALBAARHEIDSONDERZOEK HOOFDSTUK 2 VOOROVERLEG OF GLOBAAL HAALBAARHEIDSONDERZOEK 2.2.1 Vooroverleg 2.2.1.1 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vooroverleg wanneer het een plan betreft dat valt

Nadere informatie

Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet

Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet Wijziging Natuurbeschermingswet 1998 door de Crisis- en herstelwet De Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet) voorziet met het oog op het behoud van de biodiversiteit, in regels ter bescherming van

Nadere informatie

Overzicht van internationale context van de materiële voorschriften van het wetsvoorstel natuurbescherming. Behorende bij het antwoord op vraag nr.

Overzicht van internationale context van de materiële voorschriften van het wetsvoorstel natuurbescherming. Behorende bij het antwoord op vraag nr. BIJLAGE 1 Overzicht van internationale context van de materiële voorschriften van het wetsvoorstel natuurbescherming Behorende bij het antwoord op vraag nr. 8 1 Wetsvoorstel 2 Inhoud 3 Concrete Europese

Nadere informatie

Actualiteiten Natuur. Marieke Kaajan

Actualiteiten Natuur. Marieke Kaajan Actualiteiten Natuur Marieke Kaajan Inhoud 1. Recente en toekomstige wetswijzigingen Nbw 2. Ontwikkelingen inzake bestaand gebruik 3. Stand van zaken PAS 4. Actualiteiten Ffw 5. Wet natuurbescherming Actualiteiten

Nadere informatie

Beheerplannen in de praktijk

Beheerplannen in de praktijk faculteit rechtsgeleerdheid vakgroep staatsrecht, bestuursrecht en bestuurskunde 17-02-2016 1 17-02-2016 1 Beheerplannen in de praktijk Mr.dr. Peter Mendelts Gebiedsbescherming - Nu: Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

Introductie Faunabeheer. FBE Limburg - Alfred Melissen

Introductie Faunabeheer. FBE Limburg - Alfred Melissen Introductie Faunabeheer FBE Limburg - Alfred Melissen 1 Introductie Faunabeheer FBE Limburg - Alfred Melissen Keerpunt v.w.b. Jacht : 1 april 2002 introductie Flora en faunawet (Samenvoeging van de Vogelwet,

Nadere informatie

De nieuwe Wet natuurbescherming in vogelvlucht. Juni 2016,

De nieuwe Wet natuurbescherming in vogelvlucht. Juni 2016, De nieuwe Wet natuurbescherming in vogelvlucht Juni 2016, info@vogelbescherming.nl I. Algemeen overzicht 1 Voorgeschiedenis Wet natuurbescherming 2007-2008: evaluatie huidige natuurwetgeving 2008: besluit

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 16 december 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-008636 - gemeenten Harderwijk, Nunspeet en

Nadere informatie

Bomen over de Wet natuurbescherming

Bomen over de Wet natuurbescherming Bomen over de Wet natuurbescherming Boominfodag 2016 9 juni 2016, Mirjam Broekmeyer, Alterra WUR Wet natuurbescherming wat en waarom? 2 Wetgeving niet eenvoudig... 3 Proces Wetsvoorstel Natuurbescherming

Nadere informatie

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 2 december 2014 Onderwerp Activiteit/betreft Verlenen/afwijzen : Flora- en faunawet - zaaknummer 2014-014975 - Groesbeek :weren

Nadere informatie

Presentatie vernieuwing natuurwetgeving. Sander Hunink

Presentatie vernieuwing natuurwetgeving. Sander Hunink Presentatie vernieuwing natuurwetgeving Sander Hunink 1 Inleiding Aanleiding Wet Natuurbescherming Gebiedenbescherming Soortenbescherming Bossen 2 Wet Natuurbescherming Aanleiding nieuwe wet: Huidige 3

Nadere informatie

288,- bouwactiviteit wordt niet in uitvoering gebracht door weigering:

288,- bouwactiviteit wordt niet in uitvoering gebracht door weigering: dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. 2.1.4 Gecertificeerde Bouwbesluitgegevens: Met gecertificeerde Bouwbesluitgegevens wordt een volledige Bouwbesluittoets bedoeld die is ingediend

Nadere informatie

Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe

Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe Inspraakwijzer beheerplannen Natura 2000 Drenthe Waarom deze inspraakwijzer? Deze inspraakwijzer is geschreven als toelichting op de terinzagelegging van het ontwerp-beheerplan voor Natura 2000-gebied

Nadere informatie

De Wet natuurbescherming

De Wet natuurbescherming Consequenties voor gemeenten De Wet natuurbescherming Omgevingsdienst West-Holland, Leiden, 28-1-2016 Wim Heijligers m.m.v. Vincent Wisgerhof Opbouw presentatie 1. Natuurbeschermingswetgeving; bescherming

Nadere informatie

Statenmededeling. Implementatie Wet natuurbescherming: uitgangspunten voor Verordening natuurbescherming. Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant,

Statenmededeling. Implementatie Wet natuurbescherming: uitgangspunten voor Verordening natuurbescherming. Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Statenmededeling Onderwerp Implementatie Wet natuurbescherming: uitgangspunten voor Verordening natuurbescherming PS: 4045048 Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van De uitgangspunten

Nadere informatie

Faunabeheereenheid Fryslân. Wat gaan we doen?

Faunabeheereenheid Fryslân. Wat gaan we doen? Wat gaan we doen? De WBE, taken en eisen intermezzo: iets over wettelijke regelingen De WBE en het faunabeheerplan intermezzo: jacht versus schadebestrijding Rollen, volgens de wet en in FRS Jacht en jachtveldadministratie

Nadere informatie

Houtduiven Bijgedragen door Faunabeheereenheid

Houtduiven Bijgedragen door Faunabeheereenheid Houtduiven Bijgedragen door Faunabeheereenheid FAUNABEHEERPLAN WILDSOORTEN NOORDHOLLAND HOUTDUIVEN Faunabeheereenheid NoordHolland September 2004 Auteur, Secretariaat van de Faunabeheereenheid Houtduiven

Nadere informatie

Vergadering: 22 december 2016 Agendapunt: tarieven Tarieventabel Tarieventabel, behorende bij de legesverordening 2017

Vergadering: 22 december 2016 Agendapunt: tarieven Tarieventabel Tarieventabel, behorende bij de legesverordening 2017 Tarieventabel 01-01--1 Tarieventabel, behorende bij de legesverordening Indeling tabel Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Administratievelastenmeting. Provincie Gelderland 2010-2014. Michel Bloemheuvel, Rob Blank en Stefan Prij 20 mei 2015

Administratievelastenmeting. Provincie Gelderland 2010-2014. Michel Bloemheuvel, Rob Blank en Stefan Prij 20 mei 2015 Administratievelastenmeting Provincie Gelderland 2010-2014 Michel Bloemheuvel, Rob Blank en Stefan Prij 20 mei 2015 Inhoudsopgave Achtergrond Werkwijze en productselectie Administratievelastenontwikkeling

Nadere informatie

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen Beslissing Aanvraag Toelichting

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Onze referentie Bijlagen Beslissing Aanvraag Toelichting > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Stichting Faunabeheereenheid Zeeland J. Ramondt Postbus 46 4460 BA GOES Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

van Gedeputeerde Staten op vragen van

van Gedeputeerde Staten op vragen van van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PvdD) d.d. 20 maart 2017 nummer 3279 Onderwerp Bescherming faunabescherming Aan de leden van Provinciale Staten 1. De provincie Zuid-Holland gaat

Nadere informatie

van Gedeputeerde Staten op vragen van

van Gedeputeerde Staten op vragen van van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PvdD) d.d. 20 maart 2017 nummer 3279 Onderwerp Bescherming faunabescherming Aan de leden van Provinciale Staten 1. De provincie Zuid-Holland gaat

Nadere informatie

Procedureel De aanvraag voor de onderhavige vergunning werd gedaan bij het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (hierna: EL&I).

Procedureel De aanvraag voor de onderhavige vergunning werd gedaan bij het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (hierna: EL&I). > Retouradres Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG Rijkswaterstaat De heer D-J. Zwemmer, Projectmanager Boskalis Postbus 164 6700 AD WAGENINGEN Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG www.rijksoverheid.nl/eleni T 070

Nadere informatie

Nieuwe bedrijfslocaties

Nieuwe bedrijfslocaties E c o l o g i s c h e i n v e n t a r i s a t i e Om de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan Midwolda-Nieuwlandseweg Arts/Rulo te toetsen, is een ecologische inventarisatie uitgevoerd. Tevens is gekeken

Nadere informatie

Paragraaf 2: Indicatie aanvraag omgevingsvergunning

Paragraaf 2: Indicatie aanvraag omgevingsvergunning Tarieventabel behorende bij de verordening Leges omgevingsvergunning 2017 1 Bebouwde omgeving: Omgevingsvergunning Paragraaf 1: Begripsomschrijvingen 1.1. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt verstaan

Nadere informatie

Regels ter bescherming van de natuur (Wet natuurbescherming) Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

Regels ter bescherming van de natuur (Wet natuurbescherming) Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: 1 33 348 Regels ter bescherming van de natuur (Wet natuurbescherming) DERDE NOTA VAN WIJZIGING Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 2.9, vierde lid, komt te luiden: 4. Op grond van

Nadere informatie

Actualiteiten natuurregelgeving 6 oktober 2016

Actualiteiten natuurregelgeving 6 oktober 2016 Actualiteiten natuurregelgeving 6 oktober 2016 Inhoudsopgave 1. Nbw 2. Ffw 3. Wnb, overgangsrecht Nbw, maatregelen onder Habitatrichtlijn Arrest Orleans, overzicht mogelijke maatregelen o.g.v. art. 6 Hbr:

Nadere informatie

Wet natuurbescherming: hoofdlijnen soortenbescherming

Wet natuurbescherming: hoofdlijnen soortenbescherming Wet natuurbescherming: hoofdlijnen soortenbescherming Natuurvisies (art. 1.5-1.7): nationaal én provinciaal, hoofdlijnen beleid, brede strekking (ook soortenbescherming), nationale rode lijsten Intrinsieke

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2002 337 Besluit van 25 juni 2002, houdende voorzieningen met betrekking tot het Faunafonds (Besluit Faunafonds) Wij Beatrix, bij de gratie Gods,

Nadere informatie

4 november 2003 Nr , LG Nummer 37/2003

4 november 2003 Nr , LG Nummer 37/2003 4 november 2003 Nr. 2003-18.260, LG Nummer 37/2003 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen betreffende een wijziging van de Verordening schadebestrijding dieren provincie

Nadere informatie

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA

QUICKSCAN FLORA EN FAUNA QUICKSCAN FLORA EN FAUNA Behorende bij project: Oostkanaalweg 44, te Ter Aar Gemeente Nieuwkoop Opdrachtgever : Keijzer Dakbedekking b.v. Projectnummer : PS.2017.714 Datum : 21 augustus 2017 Niets uit

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Wet natuurbescherming hoofdstuk 3, ontheffing soorten Datum besluit : 4 augustus 2017 Onderwerp : Wet natuurbescherming 2017-005748

Nadere informatie

Leges omgevingsvergunningen 2018

Leges omgevingsvergunningen 2018 Leges omgevingsvergunningen 2018 Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag 2.2 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: 2.2.1 om beoordeling van een schetsplan in verband

Nadere informatie

Sector Concernbeleid, Ondersteuning en Advies. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 september 2010, kenmerk ;

Sector Concernbeleid, Ondersteuning en Advies. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 september 2010, kenmerk ; Gemeenteraad V.R. nummer: 2010/89 Sector Concernbeleid, Ondersteuning en Advies Ede, De raad van de gemeente Ede: gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 september 2010, kenmerk 636692;

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Hoofdstuk 3, ontheffing soorten Artikel 3.3 lid 1 (Vogelrichtlijnsoorten), artikel 3.8 lid 1 (Habitatrichtlijnsoorten en Verdragen

Nadere informatie

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons)

Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk (KuiperCompagnons) Bijlage 3: Natuurtoets Westhavendijk 14-16 (KuiperCompagnons) NATUUR Kader De Flora- en faunawet (hierna: Ffw) beschermt alle in het wild levende zoogdieren, vogels, reptielen en amfibieën. Van deze soortgroepen

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 16 juni 2016) Nummer Onderwerp Roeken

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 16 juni 2016) Nummer Onderwerp Roeken van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PvdD) (d.d. 16 juni 2016) Nummer 3197 Onderwerp Roeken Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting vragensteller De provincie heeft een ontheffing

Nadere informatie

Natuurwetgeving. Reinier van Elderen voorzitter HPG 25 september

Natuurwetgeving. Reinier van Elderen voorzitter HPG 25 september Natuurwetgeving Reinier van Elderen voorzitter HPG 25 september Natuurwetgeving & Faunabeheer Reinier van Elderen. Voorzitter HPG Ervaring: 50 jaar praktische beheerder van particuliere landbouw- en natuurgronden

Nadere informatie

Wet Natuurbescherming veranderingen bij gemeenten

Wet Natuurbescherming veranderingen bij gemeenten Wet Natuurbescherming veranderingen bij gemeenten Lezing Aardhuissymposium (KNBV en Kroondomein het Loo) 3 maart 2016, Mirjam Broekmeyer, Alterra WUR Wet natuurbescherming Wat verandert er voor gemeenten?

Nadere informatie

Uw aanvraag van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 11 van de Flora- en faunawet wijs ik af

Uw aanvraag van de verbodsbepalingen genoemd in artikel 11 van de Flora- en faunawet wijs ik af > Retouradres Postbus 19530, 2500 CM Den Haag Loo Plan B.V. C.A. Sinke Diepesteeg 4 6994 CD DE STEEG Postbus 19530, 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft Beslissing

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 33 348 Regels ter bescherming van de natuur (Wet natuurbescherming) AB VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 20 januari 2017 De leden

Nadere informatie

Ministerie van Economische Zaken Programmadirectie Juridische instrumentarium Natuur en Gebiedsinrichting

Ministerie van Economische Zaken Programmadirectie Juridische instrumentarium Natuur en Gebiedsinrichting Ministerie van Economische Zaken Programmadirectie Juridische instrumentarium Natuur en Gebiedsinrichting Consultatie Wetsvoorstel natuurbescherming Presentatie best practices regeldruk 27 maart 2013 (1)

Nadere informatie

Ons kenmerk 2007-10152. Besluit

Ons kenmerk 2007-10152. Besluit Pagina 1 Ons kenmerk 2007-10152 PROVINCIE I Noord-.!:"ond Besluit Nummer 5 (2007) Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; gelezen Het verzoek van de Faunabeheereenheid Noord-Holland om op grond van artikel68

Nadere informatie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie

1 NATUUR. 1.1 Natuurwetgeving & Planologie 1 NATUUR 1.1 Natuurwetgeving & Planologie De bescherming van de natuur is in Nederland vastgelegd in respectievelijk de Natuurbeschermingswet en de Flora- en faunawet. Deze wetten vormen een uitwerking

Nadere informatie

TARIEVENTABEL 2015 Behorende bij en deel uitmakende van de Legesverordening provincie Groningen 1993.

TARIEVENTABEL 2015 Behorende bij en deel uitmakende van de Legesverordening provincie Groningen 1993. TARIEVENTABEL 2015 Behorende bij en deel uitmakende van de Legesverordening provincie Groningen 1993. HOOFDSTUK 1 - Verkeer en Vervoer Verkeer en vervoer 1. Wegenverkeerswet 1994 a. voor een ontheffing

Nadere informatie

verseonnr 152489 tarief 2016

verseonnr 152489 tarief 2016 verseonnr 152489 Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen 2.1.1 Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: 2.1.1.1

Nadere informatie

Stichting Faunabeheereenheid Groningen

Stichting Faunabeheereenheid Groningen Stichting Faunabeheereenheid Groningen Jaarverslag 2016 Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 2 2 WET NATUURBESCHERMING (WNB)... 2 3 VERORDENING NATUURBESCHERMING (VNB)... 2 4 GEVOLGEN VOORGENOMEN INVOERING WNB

Nadere informatie

Stichting RAVON R. van Westrienen Postbus 1413 6501 BK NIJMEGEN. Datum 17 november 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Stichting RAVON R. van Westrienen Postbus 1413 6501 BK NIJMEGEN. Datum 17 november 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Stichting RAVON R. van Westrienen Postbus 1413 6501 BK NIJMEGEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl Betreft

Nadere informatie

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer:

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer: Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Vergunning Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet 1998 Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer: 2016-600903 Kenmerk: 2016/86141 d.d. 3

Nadere informatie

Bijeenkomst provincie Noord-Holland 15 december 2014 Samen aan de slag met de natuur

Bijeenkomst provincie Noord-Holland 15 december 2014 Samen aan de slag met de natuur Bijeenkomst provincie Noord-Holland 15 december 2014 Samen aan de slag met de natuur Op 15 december 2014 organiseerde de provincie Noord-Holland de bijeenkomst Samen aan de slag met de natuur. Overheidsorganisaties

Nadere informatie

netwerkdag Handhavingssamenwerking 23 september 2015 Gerard Leeman / Bert Lowijs

netwerkdag Handhavingssamenwerking 23 september 2015 Gerard Leeman / Bert Lowijs netwerkdag Handhavingssamenwerking 23 september 2015 Gerard Leeman / Bert Lowijs 1 Quiz Het verjaardagspel 2 3 4 Programma Aanpak Stikstof 1 juli 2015 in werking getreden Oplossing voor stikstofproblematiek

Nadere informatie

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 13 oktober 2016 Onderwerp : Flora- en faunawet - zaaknummer 2014-006997. Activiteit: : Schadebestrijding en standregulatie

Nadere informatie

Aanvraag Wet Natuurbescherming - Basismodule

Aanvraag Wet Natuurbescherming - Basismodule Dit formulier wordt regelmatig als gevolg van gewijzigde inzichten aangepast; raadpleeg voor de meest recente versie daarom www.zeeland.nl FORMULIER Postadres Postbus 6001 4330 LA Middelburg E provincie@zeeland.nl

Nadere informatie

Betreft : RAADSVOORSTEL - wijzigingsverordening APV (WA- BO)

Betreft : RAADSVOORSTEL - wijzigingsverordening APV (WA- BO) Betreft : RAADSVOORSTEL - wijzigingsverordening APV (WA- BO) Datum voorstel : 30 augustus 2010 Raadsvergadering d.d. : 5 oktober 2010 Volgnummer : 2010R0044, agendanummer 8 Taakveld : VROM Portefeuillehouder

Nadere informatie

Onderzoek flora en fauna

Onderzoek flora en fauna Onderzoek flora en fauna 1. Conclusie Geconcludeerd wordt dat voor de beoogde functieveranderingen geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet vereist is. Hierbij dient wel gewerkt te worden

Nadere informatie

Ontwerp-Aanvullingsbesluit natuur Omgevingswet, voorhangversie

Ontwerp-Aanvullingsbesluit natuur Omgevingswet, voorhangversie Besluit van tot wijziging van het Besluit activiteiten leefomgeving, het Besluit kwaliteit leefomgeving en het Omgevingsbesluit in verband met de overgang van de Wet natuurbescherming naar de Omgevingswet

Nadere informatie

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg

Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Verantwoording Titel : Verkennend natuuronderzoek N237 Soesterberg Subtitel : Projectnummer : Referentienummer : Revisie : C1 Datum : 30-10-2012 Auteur(s) :

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 002 Wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 en de Flora- en faunawet in verband met uitbreiding van de werkingssfeer van beide wetten naar

Nadere informatie

NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming

NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming NWEA Winddagen Natuurwetgeving & Windenergie op land Aandachtspunten soortenbescherming Harm Dotinga (harm.dotinga@vogelbescherming.nl / 15 juni 2016 Flora- en faunawet (Ffw): toetsingskader voor windparken

Nadere informatie

Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora CJ LEEUWARDEN. Datum 15 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet

Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora CJ LEEUWARDEN. Datum 15 januari 2014 Betreft Beslissing aanvraag Art. 75 Flora- en faunawet > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Hogeschool Van Hall Larenstein T.R. Huisman Agora 1 8934 CJ LEEUWARDEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39 ffwet@rvo.nl

Nadere informatie

website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1

website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1 website - 47-RO-2009015319-ab.doc Pagina 1 Ons kenmerk RO/2009015319 Behandeld door de heer B. Klijs (0592) 36 56 64 Onderwerp: Vergunning artikel 19d van de Natuurbeschermingswet (Nb-wet) 1998 BESLUIT

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Zaaknummer Ons Kenmerk Datum Beschikking 00492778 ODH-2017-00120269 0 9 FEB. 2018 omgevingsdienst Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T (070) 21 899

Nadere informatie

Wet natuurbescherming

Wet natuurbescherming Wet natuurbescherming Regiobijeenkomst 25 oktober Patrick van de Heisteeg OFGV Provincie Flevoland Inhoud Wet Natuurbescherming - Veranderingen - Doel en bevoegdheid - Rol gemeenten - Implementatie - Casus

Nadere informatie

Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2

Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2 Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2 Directie en Biodiversiteit Behandeld door T 070 379 7976 F 088 223 3334 Datum 20

Nadere informatie

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 oktober 2014 tot en met 28 oktober 2019.

Ik verleen u deze ontheffing voor de periode van 29 oktober 2014 tot en met 28 oktober 2019. > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Stichting Pieter Vermeulen Museum W.B. Bosch Driehuizerkerkweg 34D 1985 EL DRIEHUIS Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61

Nadere informatie

MONUMENTENVERORDENING GEMEENTE HAARLEMMERMEER 2004

MONUMENTENVERORDENING GEMEENTE HAARLEMMERMEER 2004 RB 2004/11-A MONUMENTENVERORDENING GEMEENTE HAARLEMMERMEER 2004 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen Deze verordening verstaat onder: 1 monument: a zaak die van algemeen belang is

Nadere informatie

Leges dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

Leges dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning Leges dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen 2.1.1 Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: 2.1.1.1 aanlegkosten: 2.1.1.2

Nadere informatie

Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat 23 5721 WC ASTEN

Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat 23 5721 WC ASTEN > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag Stichting Nationaal Klok & Peel museum Asten H. A. van der Loo Ostadestraat 23 5721 WC ASTEN Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070

Nadere informatie

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied)

Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet. Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) Steenuil en ontheffingsaanvragen van de Flora- en faunawet Martijn van Opijnen (Dienst Regelingen) Wouter van Heusden (Dienst Landelijk Gebied) 5 november 2011 Wat doen DR en DLG Dienst Regelingen is namens

Nadere informatie

Samenvatting quickscan natuurtoets

Samenvatting quickscan natuurtoets Samenvatting quickscan natuurtoets Onderwerp Opdrachtgever Insingerstraat Soest RV&O Project Status Datum Sloop en nieuwbouw Insingerstraat concept 8 januari 2016 Auteur Veldonderzoek Projectcode Gelder,

Nadere informatie

Op 6 maart 2014 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Gagel knippen ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing.

Op 6 maart 2014 heb ik uw aanvraag voor een ontheffing voor Gagel knippen ontvangen. In deze brief stel ik u op de hoogte van mijn beslissing. > Retouradres Postbus 19530 2500 CM Den Haag van Houwelingen sierteelt B.V. F. van Houwelingen Gerestraat 13a 4063 CN HEESSELT Postbus 19530 2500 CM Den Haag mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F 070 378 61 39

Nadere informatie

Cursus ontheffingverlening soortenbescherming onder de Wet natuurbescherming - introductie

Cursus ontheffingverlening soortenbescherming onder de Wet natuurbescherming - introductie Cursus ontheffingverlening soortenbescherming onder de Wet natuurbescherming - introductie Doelgroep: medewerkers provincie en omgevingsdiensten Opdrachtgever: Ministerie van Economische Zaken Najaar 2016,

Nadere informatie

Via deze nieuwsbrief informeren de provincie Fryslân en de Faunabeheereenheid u over de stand van zaken rondom het Friese ganzenbeleid.

Via deze nieuwsbrief informeren de provincie Fryslân en de Faunabeheereenheid u over de stand van zaken rondom het Friese ganzenbeleid. Bekijk deze nieuwsbrief online #1-28 februari 2018 Via deze nieuwsbrief informeren de provincie Fryslân en de Faunabeheereenheid u over de stand van zaken rondom het Friese ganzenbeleid. In deze nieuwsbrief:

Nadere informatie

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland

Deze wet beschermt van ongeveer 500 van de dier- en plantensoorten die in Nederland Bijlage 3. Ecologie B3.1. Beleidskader Aanleiding en doel De beoogde ontwikkeling betreft de bouw van 31 woningen op een deels braakliggende kavel en delen van zeer diepe achtertuinen (zie ook paragraaf

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 20 augustus 2012) Nummer 2698

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 20 augustus 2012) Nummer 2698 van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 20 augustus 2012) Nummer 2698 Onderwerp Evaluatie convenant nalevingsstrategie natuurwetgeving Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting

Nadere informatie

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Wet natuurbescherming hoofdstuk 3, ontheffing soorten Datum besluit : 2 oktober 2017 Onderwerp : Wet natuurbescherming - 2017-004839

Nadere informatie

Mededeling. Datum. Onderwerp Convenant provincie Flevoland en Staatsbosbeheer. Registratienummer

Mededeling. Datum. Onderwerp Convenant provincie Flevoland en Staatsbosbeheer. Registratienummer PROVINCIE FLEVOLAND Mededeling Onderwerp Convenant provincie Flevoland en Staatsbosbeheer Kern mededeling: Gedeputeerde Staten hebben met Staatsbosbeheer (werk)afspraken gemaakt over de uitvoering van

Nadere informatie

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 mei 2010; eerste wijziging van de tarieventabel behorende bij de legesverordening 2010.

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 mei 2010; eerste wijziging van de tarieventabel behorende bij de legesverordening 2010. De raad van de gemeente Drimmelen; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 mei 2010; gelet op 229, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentewet ; B e s l u i t : vast te stellen de: eerste

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND Nummer 6 van 2003 PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND Verordening Flora- en faunawet Zeeland Provinciale Staten van Zeeland overwegende dat een aantal beschermde inheemse diersoorten in de provincie Zeeland veelvuldig

Nadere informatie