Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld"

Transcriptie

1 2015 Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld D.KLUIN

2 Verkenning Natura 2000 gebied Bergvennen en Brecklenkampse Veld Auteur: Mevr. D. Kluin Opdrachtgever: Samen Werkt Beter Informatie: Gemeente Dinkelland Afdeling: Maatschappelijke Effecten Programma: Economische Kracht en Werk Nicolaasplein AA Denekamp d.kluin@noaberkracht.nl Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 1

3 INHOUDSOPGAVE Voorwoord... 4 Samenvatting en verantwoording... 5 Doelen en Opgave... 5 Kansen, knelpunten en oplossingsrichtingen... 5 Vervolgproces... 6 Voorstel organisatie vervolg gebiedsproces... 7 Rollen en verantwoordelijkheden... 7 Financieel... 7 Conclusie en voorstel vervolg Inleiding Aanleiding Samen Werkt Beter Doel van de Verkenning Leeswijzer Het gebied Gebiedsbeschrijving (op basis van de PAS) Begrenzing van het Natura 2000 gebied Betrokken partijen Inhoudelijke randvoorwaarden voor het gebiedsproces Natuuropgave PAS maatregelen en overige Natura 2000 opgave Overige opgaven Conclusie Kansen, knelpunten, mogelijke oplossingsrichtingen Kansen en knelpunten n.a.v. individuele gesprekken Opdracht B-ware Conclusie Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 2

4 5. Planuitwerking Programma van Eisen Hoe zien wij de planuitwerking Planning Organisatorische randvoorwaarden Projectorganisatie Procesmatige randvoorwaarden Wijze van realisatie Financiële kaders Communicatie Doelgroepen en communicatiemiddelen Communicatie tot op heden Bijlage 1 Habitatkaart en maatregelenkaart Bijlage 2 Gespreksverslagen Bijlage 3 Rapportage B-ware Bijlage 4 Vragen en beantwoording B-ware Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 3

5 VOORWOORD Als gemeente Dinkelland hebben we in juli 2014 besloten om voor drie Natura 2000-gebieden binnen de gemeente Dinkelland de verkenningen te gaan trekken. Een van deze gebieden is de Bergvennen en Brecklenkampse Veld. De verkenning is de tweede fase van het gebiedsproces om tot uitvoering te komen van de Natura 2000 doelen. Als gemeente hebben wij geprobeerd om met alle gebiedspartners te komen tot een Programma van Eisen voor de volgende fase van het gebiedsproces: de planuitwerking. Wij willen dan ook alle gebiedspartners bedanken voor de constructieve samenwerking van het afgelopen halfjaar. Het biedt ons vertrouwen voor het vervolgproces dat moet leiden tot het behalen van de Natura 2000 doelen met draagvlak en commitment in het gebied. Eric Kleissen Wethouder Gemeente Dinkelland. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 4

6 SAMENVATTING EN VERANTWOORDING De gemeente Dinkelland heeft voor het Natura 2000-gebied Bergvennen en Brecklenkampse Veld de verkenning op zich genomen. Deze rapportage is het resultaat van een viertal werkgroepoverleggen en een vijftal individuele gesprekken die zijn gevoerd met de betrokken organisaties. Ook heeft er een veldbezoek plaatsgevonden met alle gebiedspartners. Daarnaast zijn de resultaten van onderzoekscentrum B-ware meegenomen. De rapportage is een advies zoals wij, als verkenner, dat aanbieden aan het samenwerkingsverband Samen Werkt Beter. Deze eindrapportage is voorgelegd aan alle gebiedspartners en zij hebben aangegeven dat zij instemmen met de rapportage Hieronder is een samenvatting weergegeven van deze verkenning, waarbij wordt ingegaan op alle relevante conclusies. DOELEN EN OPGAVE Het gebied is op basis van de Habitatrichtlijn aangewezen als Natura 2000-gebied. Voor het gebied Bergvennen en Brecklenkampse Veld zijn zowel droge habitattypen en natte habitattypen aangewezen. Om de instandhoudingsdoelstellingen voor de verschillende habitattypen te halen moeten er zowel interne maatregelen ( binnen de begrenzing van het gebied) en externe maatregelen (buiten de begrenzing van het gebied worden genomen. Vanuit de gebiedsanalyses worden met name hydrologische maatregelen voorgeschreven. Gebleken is dat er naast de Natura 2000 doelen voor het gebied geen andere doelen op basis van beleidsdocumenten zijn geformuleerd. KANSEN, KNELPUNTEN EN OPLOSSINGSRICHTINGEN Vanuit de verkenning is met name gekeken naar de kansen en knelpunten die aanwezig zijn in en rond het gebied. Hierbij is geconcludeerd dat de planuitwerking hoofdzakelijk gericht kan worden op het behalen van Natura 2000 doelstellingen binnen het gebied, maar dat het noodzakelijk kan zijn om ook buiten de begrenzing ( inclusief uitwerkingsgebied) te kijken. Dit biedt mogelijkheden om ruimte te krijgen in het gebied, door bijvoorbeeld uitruil van gronden. Op deze manier kan eventueel ook landbouwstructuurversterking meegenomen worden en een hoger rendement worden behaald uit de natuuropgaven. Uit de individuele gesprekken met betrokken partijen en de resultaten van B-ware komt naar voren dat een nadere uitwerking en analyse van het hydrologisch systeem noodzakelijk is. Ook is gebleken dat aanvullend onderzoek nodig is naar de bodemchemische kwaliteit en nitraatuitspoeling en dat de voorgestelde maatregelen nader moeten worden uitgewerkt. Een landschapsecologische systeemanalyse is een mogelijke methode om deze ontbrekende kennis aan te vullen. De al beschikbare informatie, meetprogramma s en de aandachtspunten van B-ware kunnen hierin worden betrokken. Mogelijk kunnen dus de Natura 2000 doelstellingen behaald worden met minder externe werking. Op dit moment kan hierover nog geen uitsluitsel worden gegeven. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 5

7 Belangrijke (ecologische) bevindingen zijn hierbij: De aanwezige zeer zwak gebufferde vennen hebben zeer waarschijnlijk een schijngrondwaterspiegel. De vennen zijn voornamelijk regenwater gevoed met een beetje aanrijking van opbollend grondwater uit de dekzandruggen. Er is dus een kleine invloed van het grondwatercomponent. Aandachtspunt hierbij is dat indien een ven in het vroege voorjaar droog valt, er hoogstwaarschijnlijk sprake is van een lek. Nader onderzoek is hier van belang; Afwatering van het gebied is net zo belangrijk als de toevoer van water. Daarbij moet aandacht moet zijn voor de kwaliteit en kwantiteit van de aanvoer van water. Stagnatie met oppervlaktewater kan leiden tot verslechtering van de aanwezige natuurwaarden; Omstandigheden( aanwezigheid dennenbos en sloten) in Duitsland kunnen van invloed zijn op het habitattype in Nederland; Het verondiepen/dempen van de watergang dwars door het Brecklenkampse veld is noodzakelijk, maar er moet wel een ondiepe afvoerweg blijven voor afvoer van overtollig regenwater uit het Brecklenkampse veld. Het alleen ophogen van het grondwaterpeil is onvoldoende om te waarborgen dat de instandhoudingsdoelstellingen en uitbreidingsdoelstellingen worden gehaald. Nadere uitwerking van de hydrologische maatregelen (systeemanalyse), onderzoeken naar de bodemchemische kwaliteit van landbouwgronden en onderzoek naar het effect van uitspoeling van nitraat zijn hiervoor noodzakelijk. De mate waarin en de timing van de uitvoering van maatregelen is van cruciaal belang om de doelstellingen te halen. In de uitwerkingsfase moet hier veel aandacht voor zijn. Er moet goed in beeld worden gebracht welke gevolgen de maatregelen precies hebben voor particuliere en agrarische gronden hebben. En welke mogelijke schade hieruit voortkomt. Dit moet door een extern deskundige bureau worden beoordeeld. Op dit moment is de focus met name gelegd op het habitattype van de zeer zwak gebufferde vennen. In het gebied zijn onder andere ook habitattypen aanwezig als droge en natte heide, pioniervegetaties met snavelbiezen en blauwgraslanden. In de planuitwerking vraagt dit nadere aandacht voor zijn, zodat de maatregelen ook effectief zijn om de doelstellingen voor deze habitattypen te bereiken. Ten aanzien van het aspect recreatie ligt er meer een kans om als NOT het gebied beter op de kaart te krijgen. Mogelijk kan dit onderdeel worden meegenomen bij een project in het kader van de gebiedsontwikkeling NOT VERVOLGPROCES Gedurende de verkenningen zijn belangrijke uitgangspunten geformuleerd waar alle betrokken partijen zich in kunnen vinden. Deze vormen dan ook de basis voor het Programma van Eisen voor de planuitwerking. Hieronder is een overzicht opgenomen van de belangrijkste conclusies. 1. Er liggen een aantal inhoudelijke vragen die nog beantwoord moeten worden voordat er uiteindelijk bepaald kan worden welke maatregelen en in welke mate maatregelen uitgevoerd moeten gaan worden. Een landschaps ecologische systeem analyse (LESA) kan hierop de antwoorden geven. Dit principe is ook in veel andere Natura 2000 gebieden toegepast. Een dergelijk onderzoek kan duidelijke antwoorden geven op de (gezamenlijke) vragen die er nog zijn. Dit komt het draagvlak onder de gebiedspartners ten goede. 2. Vanuit de provincie is met name het financiële instrumentarium dat kan worden ingezet van groot belang om het proces voorspoedig te laten verlopen. Bij de keukentafelgesprekken die gevoerd Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 6

8 moeten worden, moet helder in beeld zijn wat alle opties zijn voor de eigenaren. Dit instrumentarium moet zo spoedig mogelijk gereed zijn. 3. Er dient een goede vertaling te komen van de effecten van de hydrologische maatregelen op agrarische bedrijfsvoeringen en particuliere gronden; 4. Goede communicatie is van cruciaal belang bij de realisatie van de N2000 doelen. Het draagt bij aan vertrouwen en draagvlak, alleen dan kan een goed gebiedsproces slagen. Een nieuwsbrief in combinatie met veldexcursies en informatiebijeenkomsten lijkt de beste manier om met de (in) direct betrokkenen doelgroepen te communiceren. Daarnaast is het van groot belang om het vervolgproces ook open en transparant te houden. Grondeigenaren binnen de begrenzing en in de uitwerkingsgebieden hebben een persoonlijke communicatie nodig in de vorm van keukentafelgesprekken. Een gedegen communicatieplan zien wij als een cruciaal onderdeel van het proces van de planuitwerking. 5. Gebiedspartners hebben constructief samengewerkt tijdens de verkenning. Bij de planuitwerking is samenwerken met het gebied belangrijk. De planuitwerking zal dan ook zoveel mogelijk met een bottom- up constructie worden opgezet. Dit draagt ook bij aan draagvlak in het gebied. Bovenstaande voorwaarden vormen de basis van het Programma van Eisen dat in de eerste fase van de planuitwerking nader wordt uitgewerkt. VOORSTEL ORGANISATIE EN VERVOLG GEBIEDSPROCES Bij de individuele gesprekken met alle betrokken partijen is gevraagd wie zij als trekker zien bij de planuitwerking. Hierbij is door alle partijen aangegeven dat zij de voorkeur uitspreken dat een overheidsorganisatie als trekker van de planuitwerking optreedt. Met name de lokale partijen als LTO Dinkelland en de particuliere grondeigenaren hebben hun vertrouwen uitgesproken in de gemeente. De gemeente Dinkelland is bereid trekker te zijn bij de planuitwerking, mits de gemeente hierin voldoende wordt gefaciliteerd op het gebied van de aspecten tijd, geld en mankracht. Daarnaast is van groot belang dat ook de betrokken partijen van de verkenningen deelnemen aan de planuitwerking. ROLLEN EN VERANTWOORDELIJKHEDEN Voor de planuitwerking wordt geadviseerd een projectgroep samen te stellen waarbij de volgende partijen betrokken zijn: - Landschap Overijssel - LTO Dinkelland - Particuliere grondeigenaren - Provincie Overijssel (adviseur) - Waterschap Vechtstromen - Gebiedspersoon (vertrouwenspersoon die keukentafelgesprekken kan voeren) - Gemeente Dinkelland Daarnaast ligt er een opgave om het gebied zelf goed te betrekken bij het proces. De verwachting is dat we de planuitwerking bottom-up tot stand kunnen brengen. FINANCIEEL De verwachting is dat het geraamde budget van euro voor de planuitwerking voldoende is. Of het geraamde budget voor de uitvoering toereikend is, kan pas worden bepaald bij het definitief maken van het maatregelenpakket. De definitieve maatregelen worden opgenomen in de gebiedsofferte die als eindresultaat Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 7

9 van de planuitwerking worden aangeboden. Op voorhand lijkt het indicatieve budget van 9,2 miljoen voldoende. CONCLUSIE EN VOORSTEL VERVOLG Geconcludeerd wordt dat de gebiedspartners constructief samen willen werken. Er moeten nog wel belangrijke stappen worden gezet om het uiteindelijke maatregelenpakket samen te stellen. Dit zal ook in de eerste fase van de planuitwerking opgepakt moeten worden. De verwachting is dat de planuitwerking een periode van circa 1,5 jaar in beslag zal nemen. Indien uit de nadere onderzoeken blijkt dat de externe effecten van de maatregelen kunnen worden verminderd, wordt de kans groter dat de realisatie plaats vindt binnen de komende 6 jaar. Communicatie en draagvlak vormen belangrijke aandachtspunten die bijdragen een de snelheid van realisatie en uitvoering. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 8

10 1. INLEIDING In dit hoofdstuk gaan we in op de aanleiding van deze verkenning en wat het doel is. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een leeswijzer AANLEIDING Op basis van de Europese habitatrichtlijn heeft Nederland 162 gebieden aangemeld. Zoals bij elke Europese wetgeving moet elk land deze doorvertalen in eigen wetgeving. De habitatrichtlijn is doorvertaald in de Natuurbeschermingswet. Deze gebieden in Nederland worden ook wel de Natura 2000 gebieden genoemd. Voor elk gebied moet een aanwijzingsbesluit worden genomen waarin de doelen voor de aanwezige habitattype staan vermeld. Voor het gebied van de Bergvennen en Brecklenkampse Veld geldt dat de aanwijzing als Natura 2000 gebied op basis van de Natuurbeschermingswet op 4 juni 2013 bekend is gemaakt in de Staatscourant. Er zijn diverse beroepen ingediend tegen dit aanwijzingsbesluit. De Raad van State heeft op 1 april 2015 uitspraak in deze zaak gedaan, waardoor het aanwijzingsbesluit nu vast staat. In de beheerplannen en de gebiedsanalyses zijn maatregelen opgenomen die moeten waarborgen dat de doelen die zijn geformuleerd voor de aangewezen habitattypen worden behaald. Een deel van de maatregelen die zijn opgenomen in de gebiedsanalyse zijn onderdeel van Programma Aanpak Stikstof. Voor het gebied van de Bergvennen en Brecklenkampse Veld geldt dat er met name hydrologische maatregelen worden voorgeschreven. Deze maatregelen zijn noodzakelijk om de aanwezige habitattypen weerbaarder te maken tegen de te hoge stikstofbelasting. Op deze manier kan er weer ontwikkelruimte worden uitgegeven voor economische ontwikkeling SAMEN WERKT BETER Op 29 mei 2013 ondertekenden vijftien Overijsselse organisaties het akkoord Samen Werkt Beter. De partijen zetten zich gezamenlijk in om de economie en ecologie de komende periode te versterken en nieuwe kansen te creëren door samenwerking en vernieuwing. De uitvoering van de Natura 2000 opgave maakt onderdeel van de gezamenlijke opgave van de betrokken partijen. Op grond van de quick scan naar de stand van zaken in de Natura 2000 gebieden, uitgevoerd in het najaar van 2013, is in het bestuurlijk overleg van Samen Werkt Beter op 15 januari 2014 afgesproken voor een aantal gebieden een verkenning uit te voeren. Betrokken partijen hebben voor de Natura 2000 opgave de volgende fasering afgesproken Figuur 1 fasering gebiedsproces (bron:handreiking gebiedsprocessen swb) Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 9

11 De gemeente Dinkelland heeft in juli 2014 besloten de verkenning voor een drietal gebieden binnen de gemeente Dinkelland op zich te nemen. Het gebied de Bergvennen en Brecklenkampse Veld is er één van DOEL VAN DE VERKENNING Doel van de verkenningen is te bepalen op welke wijze de opgaven voor de Natura 2000 en de PAS al dan niet in samenhang met andere opgaven in en nabij het Natura 2000-gebied het best opgepakt kunnen worden. Te verkennen vragen zijn onder meer: 1. welke kansen en knelpunten doen zich voor bij de uitvoering van de natuuropgaven in het gebied? 2. Zijn er alternatieve maatregelen zodat de beoogde effecten van de PAS maatregelen slimmer, goedkoper en met meer draagvlak in het gebied kunnen worden gehaald? 3. Indien er grote knelpunten zijn, welke oplossingsrichtingen zijn er denkbaar? Indien er kansen zijn, hoe deze te benutten? 4. Zijn er andere gebiedsopgaven voor landbouw, recreatie, water die gekoppeld kunnen worden aan de uitvoering van de natuuropgaven, waardoor het rendement van de natuurinvesteringen vergroot kan worden? 5. Of andersom, zijn er in het gebied projecten en processen waaraan de uitvoering van de natuuropgaven gekoppeld kan worden? De verkenning is in samenspraak met de gebiedspartners uitgevoerd. De volgende partners hebben meegewerkt aan deze verkenning: - LTO Dinkelland - Waterschap Vechtstromen - Landschap Overijssel - Afvaardiging van particuliere grondeigenaren - Provincie Overijssel - Gemeente Dinkelland Het antwoord op bovenstaande vragen hebben wij gebaseerd op de individuele gesprekken met gebiedspartners die hebben deelgenomen in de werkgroep, de resultaten van het onderzoekscentrum B-Ware en een veldbezoek dat heeft plaatsgevonden. Het resultaat van de verkenning is het uitgangspunt voor de volgende fase van het gebiedsproces: de uitwerking van een gebiedsplan voor de realisatie van de ontwikkelopgaven. Belangrijke deelresultaten van de verkenning zijn: - een voorstel voor het programma van eisen voor het gebiedsplan. Oftewel: wat zijn de opgaven en de randvoorwaarden voor het gebiedsplan? - een voorstel voor de aanpak van het vervolgproces en met name voor de volgende stap, het opstellen van het gebiedsplan. - draagvlak voor een bottom-up gebiedsproces? Bestaat de mogelijkheid om samen met de betrokken gebiedspartners het proces verder te doorlopen. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 10

12 1.4. LEESWIJZER In hoofdstuk 2 gaan wij eerst in op het gebied. In hoofdstuk 3 de opgaven: wat zijn de natuurdoelstellingen en zijn er nog andere opgaven geformuleerd voor het gebied. Ook wordt aangegeven wie de betrokken gebiedspartners zijn. In hoofdstuk 4 gaan we in op de resultaten van alle individuele gesprekken die met de gebiedspartners hebben plaatsgevonden. Hier leest u waar mogelijk kansen liggen om de natuuropgaven te combineren met andere kansen/opgaven. In hoofdstuk 4 worden de resultaten van onderzoekscentrum B-ware besproken en de resultaten van het veldbezoek in april In hoofdstuk 5 geven wij ons advies hoe de planuitwerking opgepakt kan worden, in hoofdstuk 6 gaan we in op de organisatorische randvoorwaarden, in hoofdstuk 7 op de financiële kaders, en in hoofdstuk 8 op de communicatie. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 11

13 2. HET GEBIED In dit hoofdstuk wordt een korte gebiedsbeschrijving gegeven, de aanwezige habitattypen en de knelpunten zoals die in PAS gebiedsanalyse zijn opgenomen. 2.1 GEBIEDSBESCHRIJVING (OP BASIS VAN DE PAS) Het Natura 2000-gebied van de Bergvennen en Brecklenkampse Veld heeft een oppervlakte van 137 ha en is gelegen ten noordoosten van de kern Lattrop. Het gebied maakt deel uit van een dekzandlandschap gevormd in een diep gletsjerbekken dat geheel is opgevuld met afzettingen van smeltend landijs en dekzand met op 20 meter diepte een kleiige laag. De grondwaterstroming is overwegend ZO-NW. Door aflopen van het maaiveld in noordelijke richting, in combinatie met de aanwezigheid van een tertiaire basis ter hoogte van het Brecklenkampse veld, wordt het Brecklenkampse veld gevoed met inzijgwater uit de zuidelijk gelegen Bergvennen dat deels een dieper watervoerend pakket heeft doorstroomd. Ook vindt voeding plaats vanuit Duitsland. De bodem in het gebied is waarschijnlijk kalkarm tot een diepte van minimaal 4 meter. Het grondwater dat opkwelt in het Brecklenkampse veld is kalkrijk doordat het in contact is geweest met de diepere ondergrond die wel kalkrijk is. Aan het begin van de 20e eeuw bestond het gebied Bergvennen en Brecklenkampse veld grotendeels uit heide. De vennen in het gebied de Bergvennen zijn in deze periode ontstaan door afgraving van veen aanwezig in de natte laagten. Het Brecklenkampse veld, dat in het verleden een soort van afvoerloze moerassige laagte was, werd in deze periode al richting het noorden toe kunstmatig ontwaterd. In de jaren 30 werd het gebied rondom de Bergvennen ontgonnen voor de landbouw waarbij de afvoer van het ontginningswater deels via de vennen plaatsvond die om dit te vergemakkelijken met elkaar verbonden werden via sloten. In 1958 werd een omleidingssloot aangelegd. In de Bergvennen kwamen rond 1950 nog steeds koolstof gelimiteerde soorten voor behorend tot het Isoeto-Lobelietum en het iets voedselrijkere Hydrocotylo-Baldellion. Begin jaren 70 werden deze vegetaties sterk bedreigd door verzuring en vermesting. In is uit een deel van de vennen (Ronde ven, Rietven, Pluzenven, Eilandven) de voedselrijke sliblaag (gevormd door inlaat van landbouwwater in het verleden) verwijderd. Om verzuring tegen te gaan, en zo koolstoflimitatie te garanderen, werd in de eerste jaren na opschonen tijdelijk basenrijk grondwater opgepompt en ingelaten in het Rietven. Sinds de depositie van zwavel sterk is afgenomen is de ph van de vennen toegenomen en is (kunstmatige) inlaat van grondwater al zeker tien jaar niet meer nodig. Door bovengenoemde maatregelen zijn soorten kenmerkend voor (zeer) zwak gebufferde vennen sterk toegenomen en thans dominant aanwezig. In het Zuid- Oosten van de Bergvennen komen twee vennen voor waar waarschijnlijk door plagwerkzaamheden in 1997 een tijdelijke opleving van soorten kenmerkend voor (zeer) zwak gebufferd water heeft plaatsgevonden. Thans is geen sprake meer van dit bijzondere vegetatietype. Tijdens het ijkpunt voor de behoudsdoelstelling in 2004 was sprake van een aanzienlijke kwaliteit. Omdat er sprake is geweest van een tijdelijke opleving wordt gekeken naar het langjarig gemiddelde. Het Brecklenkampse veld is door geleidelijke verandering in maaiveldhoogte zeer gradiëntrijk met op de laagste delen ven- en moerasvegetaties met aangrenzend blauwgrasland dat via vochtige heischrale graslanden overgaat in droge heide. Tussen 1950 en 1990 is het gebied gedeeltelijk begroeid geraakt met bomen en zijn een aantal basenminnende soorten verdwenen. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 12

14 2.2. BEGRENZING VAN HET NATURA 2000 GEBIED Hiernaast is een kaartweergave opgenomen van de begrenzing zoals die opgenomen in het aanwijzingsbesluit. In de bijlage is een grotere kaart met de exacte begrenzing. In bijlage 1 is de habitatkaart en de maatregelenkaart opgenomen zoals deze in de gebiedsanalyse zijn opgenomen. Figuur 2 Begrenzing natura 2000 gebied ( brond; BETROKKEN PARTIJEN Zoals hierboven is aangegeven is het gebied 137 ha groot. Er zijn binnen het gebied 8 grondeigenaren. De meeste grond is in bezit van Landschap Overijssel. De overige gronden zijn in bezit bij 3 agrarische bedrijven en 4 particuliere grondeigenaren. Een deel van de overige gronden worden verhuurd of verpacht aan agrarische bedrijven. Daarnaast is een perceel in eigendom van de provincie. In de gebiedsanalyse zijn maatregelen opgenomen die buiten de begrenzing van het gebied genomen moeten worden of een dermate externe werking hebben dat zij van invloed zijn op het gebruik van gronden buiten de begrenzing. De oppervlakte van de gronden die buiten de begrenzing ligt bedraagt 107,8 ha. Deze gronden zijn verdeeld over 17 verschillende eigenaren. In totaal hebben 14 agrarische bedrijven grond liggen binnen de maatregelenkaart zoals deze is opgenomen in de gebiedsanalyse. Waarvan drie bedrijven met hun huisperceel binnen de maatregelenkaart liggen. Er zijn geen bouwvlakken van bedrijven en of woningen opgenomen binnen de maatregelenkaart. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 13

15 In de tabel hieronder zijn alle betrokken partijen opgenomen en aangegeven wat het belang is. Partij Belang Overheid Gemeente Dinkelland Vitaal buitengebied, juiste balans tussen natuur en economie Provincie Overijssel Verantwoordelijk voor het behalen van Natura 2000 doelstellingen en behalen doelstellingen zoals deze zijn verwoord in de provinciale omgevingsvisie en verordening. Waterschap Vechtstromen Verantwoordelijk voor waterkwaliteit en kwantiteit en veiligheid. Daarnaast functiebediening van natuur en landbouw. Niet Overheid Landschap Overijssel LTO Dinkelland Agrarische grondeigenaren - Huiskavel in uitwerkingsgebied - Veldkavel binnen de begrenzing N Veldkavel in uitwerkingsgebied Niet agrarische grondeigenaren - Gronden binnen de begrenzing N Gronden binnen uitwerkingsgebied Eigenaar van de Bergvennen en Brecklenkampse Veld, ontwikkeling natuur conform doelstellingen N2000 Belangenbehartiger landbouw in het gebied, ontwikkelruimte voor agrarische bedrijvigheid Vitaal en toekomstig bestendig agrarisch bedrijf en landbouwstructuurversterking. Waarde van de gronden en gebruiksmogelijkheden gronden. Indirect betrokken Naast de direct betrokken grondeigenaren zijn er ook andere partijen die op een of andere manier betrokken willen of moeten worden bij het gebiedsproces. Hierbij wordt voornamelijk gedacht aan de grondeigenaren in de omgeving van het Natura 2000 gebied. Mogelijk spelen zij ook een rol als er een kavelruil op wordt gezet. Ook moet er aandacht zijn voor andere partijen in de omgeving die bij het vervolgproces een bepaalde rol en/of verantwoordelijkheden hebben. Denk hierbij aan de Kernraad Lattrop en het gebiedscollectief Twente. Zij kunnen in het vervolgproces ook een bijdrage leveren aan een bottom up benadering. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 14

16 3. INHOUDELIJKE RANDVOORWAARDEN VOOR HET GEBIEDSPROCES In dit hoofdstuk worden de doelen en opgaven voor het gebiedsproces Bergvennen en Brecklenkampse Veld weergegeven, zoals deze uit de verkenning naar voren zijn gekomen NATUUROPGAVE Het behalen van de natuurdoelen die gesteld zijn in het kader van Natura 2000 staan centraal bij deze verkenning. Hiermee hebben ook alle partijen ingestemd. Bij uitspraak van 1 april 2015 is het aanwijzingsbesluit van de Bergvennen en Brecklenkampse veld onherroepelijk geworden. Inmiddels heeft er ook een wijzigingsbesluit ter inzage gelegen. In het aanwijzingsbesluit zijn de volgende doelen geformuleerd voor het gebied. B&B instandhoudingsdoelstelling Staat van instandhouding landelijk Doelstelling oppervlak Doel kwaliteit Habitattypen H2310 Stuifzandheiden met = = struikhei H2320 Binnenlandse = = kraaiheibegroeiingen H3110 Zeer zwakgebufferde > = vennen H3130 Zwakgebufferde > > vennen H4010 Vochtige heiden, > = subtype A H4030 Droge heiden > = H5130 Jeneverbesstruwelen = = H6230 * Heischrale > > graslanden H6410 Blauwgraslanden > > H7150 Pioniervegetaties met = = snavelbiezen H7230 Kalkmoerassen = = Legenda: -- Zeer ongunstig - ongunstig > toename of uitbreiding opp, verbetering kwaliteit leefgebied of toename populatie = behoud * Prioritair habitattype Doel populatie Tabel 1 instandhoudingsdoelstellingen (bron: gebiedsanalyse Bergvennen en Brecklenkampse veld) In het ontwerp wijzigingsbesluit worden de volgende wijzigingen voorgesteld: Het habitattype H2310 stuifzandheiden met struikhei is komen te vervallen. De aanwezige struikheivegetaties blijken alle gerekend te moeten worden tot het habitattyppe droge heide ( H4030). Stuifzandheiden met struikhei zijn beperkt tot bodems die zijn gekarakteriseerd als vlakvaag- of duinvaaggronden. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 15

17 H2310 Stuifzandheiden met struikhei* H3110 Zeer zwak zwakgebufferde vennen H3130 Zwak gebufferde vennen H4010 Vochtige heiden, subtype A H4030 Droge heiden H5130 Jeneverbesttruwelen H6230 Heischrale graslanden Vochtig H6230 Heischrale graslanden droog H6410 Blaiwgraslanden H2320 Binnenlandse kraaiheibegroeiingen H7150 Prioniervegetaties met snavelbiezen H7230 Kalkmoerassen H3160 Dystrofe natuurlijke poelen en meren ( zure vennen) is toegevoegd met het doel behoud oppervlakte en kwaliteit. Dit habitattype zou in geringe mate aanwezig zijn langs het Rietven dat grotendeel behoort tot het habitattype zeer zwak gebufferde vennen. De oppervlakte bedraagt 110m², het betreft een rompgemeenschap met knolrus en veenmos. H91D0 Veen bossen ( hoogveenbossen) is toegevoegd met als doel behoud oppervlakte en kwaliteit. Dit bosje (0,4 ha) aan de noordzijde van de Bergvennen wordt tot dit habitattype gerekend. In de gebiedsanalyse wordt naast een te hoge stikstofdepositie ook hydrologische knelpunten aangegeven voor het gebied. In de tabel hieronder is een overzicht opgenomen van de knelpunten in hydrologie, beheer en inrichting. Aangegeven wordt op welke habitattypen deze knelpunten effect hebben. Knelpunt Opmerkingen K1. Ontwatering door waterlopen in en nabij natura 2000 gebied K2. Buisdrainage buiten Natura 200o gebied K3. Verdieping en kanalisatie Rammelbeek G G G G G G G G Leidt tot de lage waterstanden in Bergvennen en afname kwel in Brecklenkampse Veld???????? Mogelijk vooral knelpunt voor Vetpot ( buiten de begrenzing) K K K K K K K K Effect volgens modellen zeer beperkt K4. Aanleg Dinkelkanaal???????? Effect volgens modellen zeer beperkt of ontbrekend K5. Verminderder grondwateraanvulling door bosvorming K6. Verbossing en verruiging door achterstallig beheer Legenda G Effect aangetoond of waarschijnlijk: Groot knelpunt K Effect aangetoond of waarschijnlijk: klein Knelpunt? Effect mogelijk???????? Effecten niet onderzocht K K K K K K K K K K K Door herstelmaatregelen voor groot deel opgelost Tabel 2 overzicht knelpunten ( bron: gebiedsanalyse Bergvennen en Brecklenkampse Veld) Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 16

18 PAS MAATREGELEN EN OVERIGE NATURA 2000 OPGAVE Om de hierboven beschreven knelpunten op te lossen en de instandhoudingsdoelstellingen te behalen zullen maatregelen in en om het gebied moeten worden uitgevoerd. Er is onderscheid te maken tussen maatregelen op gebiedsniveau en maatregelen op habitatniveau. In de gebiedsanalyse zijn met name hydrologische maatregelen voorgeschreven die in de eerste 6 jaar moeten worden uitgevoerd. Met deze planning moet bij de planvorming en uitvoering rekening worden gehouden. Ten tijde van de verkenningen was er voor het gebied de Bergvennen en Brecklenkampse veld nog geen ontwerp beheerplan ter inzage gelegd. Overige Natura 2000 maatregelen, niet-pas, zijn opgenomen in de rapportage Maatregelen voor Natura 2000 soorten in Overijssel en in de Wieden en Weerribben in het bijzonder (2012). De inhoud van deze rapportage wordt opgenomen in het ontwerp beheerplan. Met alle betrokkenen is afgesproken dat de doelen, zoals deze geformuleerd zijn in het aanwijzingsbesluit, leidend zijn. De route om de doelen te bereiken wordt nader onderzocht en uitgewerkt. Als blijkt dat alternatieve maatregelen op draagvlak kunnen rekenen in het gebied, dan kunnen maatregelen in de gebiedsanalyses en de beheerplannen worden vervangen middels een omwisselbesluit. In het ontwerpbeheerplan is hierover het volgende opgenomen: Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 17

19 Voor alle maatregelen staan in totaal 18 jaar. In de gebiedsanalyse zijn maatregelen opgenomen die in de eerste 6 jaar uitgevoerd moeten worden, maar ook maatregelen die op een langere termijn uitgevoerd kunnen worden. ( in de tweede dan wel derde periode) Alle externe maatregelen die zijn opgenomen in de gebiedsanalyse zijn weergegeven op onderstaand kaartbeeld. Figuur 3 overzichtskaart maatregelen (bron: gebiedsanalyse bergvennen en Brecklenkampse Veld) 3.2. OVERIGE OPGAVEN Daarnaast is geïnventariseerd of er op dit moment op basis van andere beleidsdocumenten nog andere doelen voor het gebied zijn geformuleerd Wateropgave Het Waterschap Vechtstromen heeft geen eigen doelen ten aanzien van het gebied Bergvennen en Brecklenkampse Veld. De doelen zoals deze zijn omschreven in Omgevingsvisie zijn leidend en kaderstellend. Voor het gebied de Bergvennen en Brecklenkampse Veld zijn in de Omgevingsvisie geen specifieke doelen naast Natura 2000 opgenomen. Wel van belang voor het Waterschap is dat de opgave hydrologisch gezien ook uitvoerbaar moet zijn. Bijvoorbeeld zo veel mogelijk voorkomen dat er versnippering komt. Dat is algemene lijn van waterschap, deze staat in die zin los van Natura 2000 opgave Landbouw Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 18

20 In de omgeving van de Bergvennen en Brecklenkampse veld is recentelijk een vrijwillige kavelruil afgerond. Vanuit de landbouw liggen er naast het doel voor behoud van landbouwgronden voor de agrarische sector geen specifieke doelen in het gebied Recreatie Nabij het gebied is een camping gelegen. Deze is recentelijk overgenomen door Scarlet Holding B.V. uit Amsterdam. De eigenaar richt zich op dit moment op het voorzetten de camping op de huidige locatie. Vanuit deze partij zijn geen specifieke eisen bekend. Daarnaast is in het gemeentelijk recreatiebeleid opgenomen dat er meer recreatieve overnachtingen wenselijk zijn binnen de gemeente. Behoud van de camping draagt hier aan bij en een kwaliteitsslag zou een positieve bijdrage kunnen hebben. Indien de camping niet kan worden behouden, ziet de gemeente graag dat elders binnen de gemeente ruimte wordt gecreëerd voor een nieuwe recreatieve ontwikkeling. Ten aanzien van recreatie zijn geen nadere doelen geformuleerd CONCLUSIE De gronden gelegen binnen de Natura 2000 gebieden en de uitwerkingszone zijn in de omgevingsvisie opgenomen als EHS. De realisatie van de EHS is voor dit gebied het enige doel op basis van beleidsdocumenten. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 19

21 4. KANSEN, KNELPUNTEN, MOGELIJKE OPLOSSINGSRICHTINGEN In dit hoofdstuk gaan we in op de gesignaleerde kansen en knelpunten in en rond het gebied en nog belangrijker welke oplossingsrichtingen er zijn. Een belangrijk onderdeel hierbij is dat redenerend vanuit de Natura 2000 doelen een beoordeling plaatsvindt welke maatregelen uit de gebiedsanalyse zonder discussie kunnen worden vertaald naar het programma van eisen en welke maatregelen tot nadere discussie en/of alternatieven zouden kunnen of moeten leiden. Om dit in beeld te brengen zijn er individuele gesprekken gevoerd met de gebiedspartners en is onderzoekscentrum B-ware gevraagd om een ecologisch en wetenschappelijke visie te geven over de voorgestelde maatregelen uit de gebiedsanalyses KANSEN EN KNELPUNTEN N.A.V. INDIVIDUELE GESPREKKEN. In de verkenning zijn de verschillende actoren in het gebied in beeld gebracht. Met alle betrokkenen is gesproken om te inventariseren of er naast de N2000 doelen in het gebied nog andere kansen en/of knelpunten zijn die we mee zouden kunnen nemen in het gebiedsproces. Hierbij moet worden opgemerkt dat de individuele gesprekken hebben plaatsgevonden op een moment dat de uitkomsten van onderzoekscentrum B-ware nog niet bekend waren. Hieronder zijn de belangrijkste conclusies opgenomen die voortkomen uit alle individuele gesprekken. In de bijlage behorende bij deze rapportage zijn alle gespreksverslagen opgenomen en een totaal overzicht van de kansen en knelpunten voor dit gebied Natura 2000 doelen Alle gebiedspartners staan er voor open om in beeld te brengen of met alternatieve maatregelen mogelijk de doelen behaald kunnen worden met minder externe werking op nabijgelegen (landbouw)gronden. Bij deze alternatieve maatregelen moeten kosten en beheer en onderhoud ook worden meegewogen. Hierbij plaatst Landschap Overijssel een belangrijke kanttekening dat zij als natuurorganisatie een duurzaam systeem herstel nastreeft om een robuust ecologisch herstel te waarborgen. Ten aanzien van de gestelde Natura 2000 doelen zijn alle betrokkenen van mening dat het een kans is om te onderzoeken hoe maatregelen op het grondgebied van Duitsland mogelijk kunnen bijdragen aan de realisatie van de doelen. Het gaat hierbij o.a. om onderzoek naar de effecten van het bos Furst van Bentheim het Brecklenkampse Veld. Daarnaast is het van belang om bij de planuitwerking zekerheid te hebben over de (agrarische) bruikbaarheid van gronden na het uitvoeren van de maatregelen. Daarbij wordt opgemerkt dat alle partijen van mening zijn dat alle benodigde maatregelen, uit zowel de korte als lange termijn periodes in de PAS-gebiedsanalyses, in de eerste periodeworden uitgevoerd. Voorkomen moet worden dat het gebied na enkele jaren nogmaals geconfronteerd wordt met extra maatregelen. Het gaat hier om de maatregelen M1a, M1c, M1g en m1k. Dit zijn met uitzondering van M1a, maatregelen waarbij gronden opgehoogd zouden moeten worden. Een punt waarover de betrokkenen geen overeenstemming konden bereiken is de discussie of de binnen de begrenzing gelegen landbouwenclave noodzakelijk is voor het behalen van de Natura 2000 doelen. Dit houdt in dat er geen overeenstemming is over de uitvoering van maatregel M2a (het inrichten van het gebied als natuurgebied). Inmiddels heeft de Raad van State uitspraak gedaan inzake de begrenzing en deze heeft geoordeeld dat de gronden binnen de begrenzing van het Natura 2000 gebied blijven liggen op basis van het aanwijzingsbesluit. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 20

22 Daarbij wordt opgemerkt dat, indien blijkt dat grondeigenaren zelf mee willen werken aan agrarisch natuurbeheer of omzetting naar natuur, dit wordt betrokken bij de verdere planuitwerking Recreatie Alle partijen zijn van mening dat de Bergvennen en het Brecklenkampse Veld een bijzonder gebied is. De in verhouding geringe omvang en versnipperde ligging van het natuurgebied zorgen ervoor dat de kansen voor dagrecreatie minimaal zijn. Belangrijk aandachtspunt is dat de recreatieve belasting van het gebied afgestemd moet worden op de kwetsbare habitattypen die aanwezig zijn. Mogelijk liggen er wel kansen om Noord Oost Twente ( NOT) beter op de kaart te zetten vanwege de aanwezigheid van de waardevolle natuurgebieden. Het gaat dan met name om de verknoping van de aanwezige natuurgebieden en de landsbekendheid hiervan. Dit punt werd met name onderschreven door de Landschap Overijssel, Waterschap Vechtstromen, Gemeente en provincie Landbouw De verwachting is dat er vooralsnog geen behoefte of bereidheid is bij agrarische bedrijven om uit te worden geplaatst. Een belangrijke reden hiervoor is dat recentelijk en vrijwillige kavelruil is afgerond. De uitplaatsing van de agrarisch bedrijf kan een kans betekenen voor andere bedrijven en de mogelijkheid bieden voor het vrijmaken van gronden waar de landbouwfunctie eventueel niet meer mogelijk is. Belangrijke voorwaarde voor uitplaatsing is dat dit gebeurt op basis van vrijwilligheid. Mogelijk kunnen ook de gronden van de provincie in de nabijheid van het gebied beperkt kansen bieden voor uitruil van functies. Het is belangrijk dat hierbij ook wordt gekeken buiten de begrenzing van het gebied inclusief de uitwerkingszone. weinig ruimte om te kunnen puzzelen Communicatie Alle gebiedspartners zijn van mening dat een goede communicatie van cruciaal belang is voor het gebiedsproces. Zowel naar de betrokken grondeigenaren, maar ook naar het gebied zelf. Een open en transparant proces draagt bij aan het creëren van draagvlak. Daarnaast kunnen ook veldexcursies in het gebied zelf bijdragen aan de bekendheid van N2000 en het creëren van draagvlak Financiële kaders Als er gesproken wordt met grondeigenaren moeten de financiële kaders duidelijk zijn. Een voorwaarde is dan ook dat het instrumentarium dat de provincie heeft ten aanzien van schadeloos stelling, afwaardering, vergoedingen etc. helder moet zijn bij de planuitwerking. Gebiedspartners hebben geconstateerd dat er ruimte moet zijn om ook buiten de begrenzing van het Natura 2000 gebied ( inclusief uitwerkingsgebied) aankopen te kunnen doen. Dit kan mogelijk een belangrijk puzzelstukje opleveren voor grondruil e.d. Dit is al mogelijk op basis van de huidige regelingen. Op dit moment werkt de provincie nog aan een natschaderegelingen verplaatsingsregeling. In de herziene provinciale nota grondbeleid is het al mogelijk gemaakt dat de provincie eigen gronden langere tijd kan verpachten aan agrariërs. Dit is belangrijk in het geval een pachter zich verplaatst zonder dat de verpachter meegaat Procedureel Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 21

23 Alle gebiedspartners geven aan dat het noodzaak is dat er duidelijkheid komt over het aanwijzingsbesluit. Ten tijde van de individuele gesprekken was er nog geen uitspraak gedaan. Inmiddels is bekend dat het aanwijzingsbesluit onherroepelijk is. Inmiddels heeft het Rijk een ontwerp-wijzigingsbesluit ter inzage gelegd voor het gebied waarbij twee habitattypen worden toegevoegd en één wordt geschrapt. Bij de start van de planuitwerking moet hier duidelijkheid over zijn Samenvatting De planuitwerking kan hoofdzakelijk worden gericht op het behalen van N2000 doelstellingen binnen de begrenzing van het gebied en de uitwerkingsgebied. Daarbij verdient het aanbeveling ook buiten de begrenzing ( inclusief uitwerkingsgebied) te kijken. Om te kunnen puzzelen met kavels/grond is zeer waarschijnlijk een groter gebied nodig. Op deze manier kan eventueel ook landbouwstructuurversterking meegenomen worden en een hoger rendement worden behaald uit de natuuropgaven. Om de planuitwerking tot een goed einde te brengen zijn ook de financiën en het beschikbare instrumentarium essentieel. Met de uitspraak van de Raad van State zijn in elk geval de doelen helder. Daarnaast is het aspect communicatie zeer belangrijk. Betrokkenheid van het gebied is cruciaal om tot een plan te komen met draagvlak. Ten aanzien van het aspect recreatie ligt er een kans om Noord Oost Twente (NOT) als gebied beter op de kaart te krijgen. Mogelijk kan dit onderdeel worden meegenomen bij een project in het kader van de gebiedsontwikkeling NOT 4.2. OPDRACHT B-WARE Onderzoekscentrum B-ware heeft in opdracht van de gemeente Dinkelland een visie opgesteld naar aanleiding van een veldbezoek en gekeken naar de maatregelen zoals die zijn opgenomen in de PAS gebiedsanalyses. Alle betrokkenen hebben ingestemd met de opdracht aan B-ware. Hierbij heeft B-ware gekeken of het maatregelenpakket compleet is en of eventueel met alternatieve maatregelen de doelen ook behaald kunnen worden. B-ware heeft haar visie gebaseerd op een veldbezoek en gekeken naar de maatregelen zoals die zijn opgenomen in de PAS-gebiedsanalyse. Dit veldbezoek heeft in januari van 2015 plaatsgevonden. De volledige rapportage van B-ware is opgenomen in bijlage 3. Hierbij wordt opgemerkt dat gebiedspartners als Landschap Overijssel, de Provincie Overijssel en het Waterschap Vechtstromen het beter hadden gevonden als alle beschikbare informatie die voorhanden is over het gebied bij het onderzoek betrokken was geweest. Een toelichting op die informatie had een aantal onduidelijkheden kunnen wegnemen en had vermoedelijk kunnen leiden tot het formuleren van een visie door B-ware met meer inzicht in eventuele kennislacunes en aandachtspunten voor het vervolg Resultaten De resultaten van B-ware zijn met alle betrokkenen gedeeld en op een bijeenkomst op 17 maart 2015 toegelicht en er bestond de gelegenheid voor het stellen van vragen. Daarnaast hebben we een extra veldbezoek aan het gebied georganiseerd op 23 april Tijdens dit veldbezoek zijn de aanbevelingen van B- ware besproken. Belangrijke conclusies die door alle partijen worden gedeeld zijn: De aanwezige zeer zwak gebufferde vennen hebben een zeer waarschijnlijk een schijngrondwaterspiegel. De vennen worden voornamelijk met regenwater gevoed met een beetje aanrijking van opbollend grondwater uit de dekzandruggen. Er is dus een kleine Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 22

24 invloed van het grondwatercomponent. Aandachtspunt hierbij is dat indien een ven in het vroege voorjaar droog valt, er hoogstwaarschijnlijk sprake is van een lek. Nader onderzoek is hier van belang. Afwatering van het gebied is net zo belangrijk als de toevoer van water. Daarbij moet zowel de de kwaliteit als de kwantiteit van de aanvoer van waterin ogenschouw worden genomen. Stagnatie met oppervlaktewater kan leiden tot verslechtering van de aanwezige natuurwaarden. Omstandigheden( aanwezigheid dennenbos en sloten) in Duitsland kunnen van invloed zijn op de habitattype in Nederland. Het verondiepen/dempen van de watergang dwars door het Brecklenkampse veld is noodzakelijk, maar er moet wel een ondiepe afvoerleiding blijven voor afvoer van overtollig regenwater uit het Brecklenkampse Veld. Het alleen ophogen van het grondwaterpeil is onvoldoende om te waarborgen dat de instandhoudingsdoelstellingen en uitbreidingsdoelstellingen worden gehaald. Nadere uitwerking van de hydrologische maatregelen (systeemanalyse), onderzoeken naar de bodemchemische kwaliteit van landbouwgronden en onderzoek naar het effect van uitspoeling van nitraat zijn hiervoor noodzakelijk. De mate waarin en de timing van de uitvoering van maatregelen is van cruciaal belang om de doelstellingen te halen. In de uitwerkingsfase moet hier veel aandacht voor zijn. Er moet goed in beeld worden gebracht welke gevolgen de maatregelen precies hebben voor particuliere en agrarische gronden. En welke mogelijke schade komt hier uit voort. Dit moet door een extern deskundige bureau worden beoordeeld. Op dit moment is de focus met name gericht op het habitattype van de zeer zwak gebufferde vennen. In het gebied zijn ook andere habitattypen aanwezig als droge en natte heide, pioniervegetaties met snavelbiezen en blauwgraslanden. Inj de planuitwerking behoeven ook de doelstellingen voor deze habitattypen de nodige aandacht. We hebben deze conclusies afgezet tegen het maatregelenpakket zoals dat op dit moment is opgenomen in de gebiedsanalyse en komen tot het volgende voorstel voor de planuitwerking. Maatregel Toelichting Actie planuitwerking Algemene opmerking t.a.v. hydrologie Vernatten en herinrichten van landbouw als natuurgebied o.a. herstel Lattropse Vennen t.g.v. Er liggen een aantal inhoudelijke vragen die nog beantwoord moeten worden voordat er uiteindelijk bepaald kan worden in welke mate maatregelen uitgevoerd moeten gaan worden De vragen en kennisleemten behelzen onder andere de rol en invloed van het grondwater, de kwaliteit van het grondwater, de bodemchemie, vegetatiegegevens, de invloed van de Duitse zijde en bestaande (historische) gegevens. Dit onderzoek gaat naast de natuurgebieden dus ook over de Duitse zijde (vooral hydrologisch), de zuidoostelijke punt (buiten het N2000 gebied) en de landbouwenclave. Beoordeeld moet worden of het inrichten van deze gronden noodzakelijk is voor het behalen van Nadere uitwerking van de hydrologische maatregelen. Hiervoor moet worden beoordeeld welke informatie reeds voorhanden is en beoordeeld worden op relevatie en draagvlak voor deze informatie. Vervolgens kunnen onderzoeksvragen benoemd worden op basis van ontbrekende informatie. De onderzoeksvragen worden gezamenlijk in de projectgroep benoemd en daarbij worden ook de bevindingen van het B-ware rapport meegenomen. Hiervoor wordt een landschapecologische systeemanalyse opgesteld. Hydrologisch onderzoek of kan worden volstaan met het verondiepen van de sloot na het gemaal en bepalen Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 23

25 vernatting (M3a) + Dempen of verduikeren waterloop (M3b) + Vermindering ontwatering en tegengaan compensatie natschade landbouwperceel ten zuiden van camping (M3e) Hydrologische maatregelen camping(m3c) Dempen van waterloop aan de rand van de Bergvennen (M1h) + ophogen gebied t.g.v. M1h (M1k) + Graven nieuwe waterloop m.b.t. M1h (M1m) Beoordelen waar de waterscheiding met Duitsland ligt en mogelijkheden kap bos in Duitsland de instandhoudingsdoelstellingen. Is dit de enige locatie waar de zeer zwak gebufferde vennen uitgebreid kunnen worden? Mogelijk kan worden volstaan met verondiepen van de sloot na het gemaal en hoeven de landbouwpercelen niet ingericht te worden. Kans bestaat dat het verondiepen na het gemaal al zorgt voor voldoende opbolling in de dekzandrug. Daarnaast wordt geconcludeerd dat het bekalken van de vennen en het kappen van naaldbos als een effectieve maatregel kan worden beschouwd. De situatie op de camping is niet onderzocht. Beoordeeld moet worden of het kansrijk is om de uitbreidingsdoelstelling van de (zeer) zwak gebufferde vennen op deze locatie te realiseren. Waarschijnlijk kan hier worden volstaan met het verondiepen van de watergang. Dit moet bij de nadere uitwerking van de hydrologische maatregelen beoordeeld worden. Hierbij kan ook worden beoordeeld of de landbouwgronden met een alternatieve detailafwatering mogelijk zonder ophogen nog in gebruik kunnen blijven voor de landbouw. Uitgangspunt hierbij is dat door de detailafwatering zo min mogelijk percelen doorsneden worden. De landbouwgronden moeten bodemchemisch worden onderzocht en er moet beoordeeld worden of er sprak is van uitspoeling van schadelijke nutriënten naar het natuurgebied. Nader onderzocht moet worden waar de exacte waterscheiding ligt in het grensgebied van Duitsland en Nederland. Het is mogelijk dat de aanwezigheid van het grove dennenbos in Duitsland een negatief effect heeft op het Brecklenkampse veld, indien dit of er maatregelen nodig zijn op de gronden die momenteel in eigendom van de provincie zijn. Deze gronden dienen bodemchemisch te worden onderzocht om mogelijke uitspoeling naar het natuurgebied in beeld te brengen. En om na te gaan, in het geval deze gronden toch zodanig zouden vernatten dat landbouwkundig gebruik niet meer mogelijk is, welke maatregelen nodig zijn om tot ontwikkeling van natuur te komen (zoals fosfaatrijke bovengrond verwijderen). Nader onderzoek naar de situatie op de camping. Zowel hydrologisch als bodemchemisch onderzoek. Hydrologisch uitwerken of kan worden volstaan met verondiepen van de watergang. Er moet voldoende opbolling van freatisch grondwater in de Bergvennen worden gerealiseerd voor alle grondwaterafhankelijke habitattypen. Landbouwgronden bodemchemisch onderzoeken in het kader van mogelijke uitspoeling naar de Bergvennen. Beoordelen of dit een negatief effect heeft op de habitattypen, zo ja beoordelen hoe het verrijkte grondwater anders kan worden afgevoerd. Onderzoek naar de ligging van de waterscheiding. Afhankelijk van de resultaten in overleg gaan met de Duitse partner over mogelijke maatregelen die op Duits grondgebied noodzakelijk zijn voor het Brecklenkampse Veld. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 24

26 Landbouwenclave (M2a) Vergoeden vernattingsschade of ophogen gebied ten westen van het Breckelkampse Veld t.g.v. M1a ( M1c) + M1g) gebied hiermee een hydrologische relatie heeft. De situatie zou kunnen verbeteren door het omzetten van het bos naar heide ( meest ideaal) of het omvormen naar loofbos. Beoordeeld moet worden welke hydrologische maatregelen noodzakelijk zijn voor het behalen van de N2000 doelstellingen. In de gebiedsanalyse is opgenomen dat op deze gronden o.a. blauwgraslanden, vochtige heide en zwak gebufferde vennen gerealiseerd worden. Opties in beeld brengen of deze habitattype ook elders in het gebied gerealiseerd kunnen worden. Hiervoor dient ook bodemchemisch onderzoek en een onderzoek naar de bodemopbouw van de landbouwenclave uitgevoerd te worden. Gaat met name om toestroom van grondwater vanuit de Bergvennen en het landbouwgebied naar Brecklenkampse veld (zowel kwalitatief als kwantitatief). Als de opties in beeld zijn kan een definitieve beslissing worden genomen welke maatregelen noodzakelijk zijn in de landbouwenclave om de N2000 doelen te behalen. Deze moet echter wel juridisch houdbaar zijn. Duidelijkheid moet er komen op de vraag als er uitbreidingsdoelstellingen hier kunnen worden gerealiseerd moeten zij dan ook op deze locatie worden gerealiseerd. Beoordelen of er met een alternatieve detailafwatering mogelijkheden zijn om de landbouwgronden zonder ophogen nog in gebruik te houden voor de landbouw. Uitgangspunt hierbij is dat er zo min mogelijk percelen door detailafwatering doorsneden worden. Onderzoek uitvoeren naar de mogelijkheden om de uitbreidingsdoelstelling elders in het gebied te realiseren. Om te bepalen of de uitbreidingsdoelstelling haalbaar is op de landbouwenclave dient er onderzoek uitgevoerd te worden naar de bodemopbouw, hydrologie en bodemchemie. Als uitbereidingsdoelen niet realiseerbaar zijn moet bepaald worden of middels een alternatieve afwatering van de landbouwgronden naar het westen landbouwkundig gebruik en/of aangepast grondgebruik mogelijk blijft en tegelijkertijd de instandhoudingsdoelen gehaald worden. Hierbij moet ook de mogelijke hydrologische relatie tussen Bergvennen en het Brecklenkampse Veld worden meegewogen. Juridisch vraagstuk uitzetten inzake landbouwenclave en (gewenste omvang) uitbreidingsdoelstelling. Mogelijkheden voor alternatieve afwatering in beeld brengen. Gronden onderzoeken op bodemchemie. De landbouwgronden moeten bodemchemisch worden onderzocht en er moet beoordeeld worden of er sprake is van uitspoeling van schadelijke nutriënten naar het natuurgebied. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 25

27 Mate van fasering van de maatregelen Voor het gebied zijn de hydrologische maatregelen van essentieel belang. Voordat wordt begonnen met de verdere inrichting van het gebied moet de hydrologische situatie op orde zijn. Opstellen uitvoeringsplan, waarbij aandacht is voor de juiste volgorde en timing van de te nemen maatregelen. Daarnaast worden op dit moment in de PAS-gebiedsanalyses maatregelen op korte en lange termijn voorgesteld. Uit de verkenning is gebleken dat alle partijen het wenselijk vinden om het totaal pakket in de eerste periode van 6 jaar proberen uit te voeren. Het is niet wenselijk om na 6 jaar weer naar het gebied terug te moeten met nog een pakket aan maatregelen CONCLUSIE Naar aanleiding van de individuele gesprekken, de resultaten van B-ware en het veldbezoek van april 2015 kan worden gesteld dat het aan te bevelen is om een goede nadere uitwerking en analyse op te stellen van het hydrologisch systeem. Dit zou kunnen met een landschapsecologische systeem analyse. Hierbij wordt geadviseerd om de beschikbare informatie, meetprogramma s en de aandachtspunten van B-ware erbij te betrekken. Op basis van de systeemanalyse worden de maatregelen bepaald die nodig zijn om de natuurdoelen te halen. Mogelijk kunnen zijn dat de Natura 2000 doelstellingen behaald worden met minder externe werking. Op dit moment kan hierover nog geen uitsluitsel worden gegeven. Om dit te bepalen moeten maatregelen nader worden uitgewerkt en een aantal extra onderzoeken naar bodemchemische kwaliteit en nitraatuitspoeling worden uitgevoerd. Een ander belangrijk punt is dat betrokken partijen naar aanleiding van veldbezoek het eens zijn geworden over welke stappen nog moeten worden gezet om duidelijkheid te krijgen over de exacte maatregelen in de landbouwenclave( Zie tabel hierboven). Daarnaast is het van belang om goed in beeld te brengen welke effecten de maatregelen hebben op particuliere en agrarische gronden. Dit wordt in het kader van de planuitwerking opgepakt. De resultaten van de verschillende onderzoeken zullen leiden tot het vaststellen van een uitgewerkt definitief maatregelenpakket. Mocht uit de planuitwerking blijken dat een opgenomen (PAS-) maatregel niet uitvoerbaar is dan wel dat er een betere maatregel voorhanden is, dan kan deze maatregel worden vervangen middels een omwisselbesluit. Aan een omwisselbesluit is een aantal randvoorwaarden verbonden waaraan moet worden voldaan; zie paragraaf Daarnaast liggen er kansen om middelsde realisatie van de Natura 2000 doelen ook een bijdrage te leveren aan de landbouwstructuur van het gebied. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 26

28 5. PLANUITWERKING In dit hoofdstuk geven wij aan als verkenner advies hoe het gebiedsproces verder het beste vorm kan worden gegeven. Op deze manier kan de provincie na de verkenning opdracht geven voor de volgende stap in het proces: de planuitwerking. Waar mogelijk zijn kosten voor het vervolgproces gespecificeerd PROGRAMMA VAN EISEN Gedurende verkenningen zijn belangrijke uitgangspunten geformuleerd waar alle betrokken partijen zich in kunnen vinden. Deze vormen dan ook de basis voor het Programma van Eisen voor de planuitwerking. Hieronder is een overzicht opgenomen van de belangrijkste conclusies. 1. Doorstroming van water in het gebied is net zo belangrijk als de toevoer van water. Daarbij zijn zowel de kwaliteit als de kwantiteit van de aanvoer van water van belang. Stagnatie met oppervlaktewater kan leiden tot verslechtering van de aanwezige natuurwaarden; 2. Om hier zekerheid over te kunnen geven moeten bij de planuitwerking maatregelen nader worden uitgewerkt en moet op verschillende onderdelen nader onderzoek worden uitgevoerd conform de tabel op pagina 21 tot en met 23; 3. Er liggen een aantal inhoudelijke vragen die nog beantwoord moeten worden voordat er uiteindelijk bepaald kan worden welke maatregelen en in welke mate de maatregelen uitgevoerd moeten gaan worden. Een landschapsecologische systeem analyse (LESA) kan hierop de antwoorden geven. Dit principe is ook in veel andere Natura 2000 gebieden toegepast. Een dergelijk onderzoek kan duidelijke antwoorden geven op de (gezamenlijke) vragen die er nog zijn. Dit komt het draagvlak onder de gebiedspartners ten goede. 4. Vanuit de provincie is met name het financiële instrumentarium dat kan worden ingezet van groot belang om het proces voorspoedig te laten verlopen. Bij de keukentafelgesprekken die gevoerd moeten worden, moet helder in beeld zijn wat alle opties zijn voor de eigenaren. Dit instrumentarium moet zo spoedig mogelijk beschikbaar zijn, bij voorkeur voor de keukentafelgesprekken. 5. Er dient een goede vertaling te komen van de effecten van de hydrologische maatregelen op agrarische bedrijfsvoeringen en particuliere gronden; 6. Goede communicatie is van cruciaal belang bij de realisatie van de N2000 doelen. Het draagt bij aan vertrouwen en draagvlak, alleen dan kan het gebiedsproces slagen. Een nieuwsbrief in combinatie met veldexcursies en informatiebijeenkomsten lijkt de beste manier om met de (in)direct betrokkenen doelgroepen te communiceren. Daarnaast is het van groot belang om het vervolgproces ook open en transparant te houden. Grondeigenaren binnen de begrenzing en in de uitwerkingsgebieden hebben een persoonlijke communicatie nodig in de vorm van keukentafelgesprekken. Bij de planuitwerking dient dus ook een communicatieplan te worden opgesteld om dit cruciale onderdeel goed in beeld te houden. 7. Gebiedspartners hebben constructief samengewerkt tijdens de verkenning. Bij de planuitwerking is samenwerken met het gebied belangrijk. De planuitwerking zal dan ook zoveel mogelijk met een bottom- up constructie worden opgezet. Dit draagt ook bij aan draagvlak in het gebied. Daarnaast adviseren wij u om in het kader van het vermarkten van NOT Twente, die als kans naar voren komt bij de drie verkenningen die wij hebben uitgevoerd, te beoordelen of de gebiedsontwikkeling NOT hier een instrument voor kan zijn. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 27

29 5.2. HOE ZIEN WIJ DE PLANUITWERKING Wij adviseren om de planuitwerking op te knippen in verschillende fases. Alle fases worden afgesloten met een beslisdocument. Wij stellen de volgende fases voor: Fase I : Uitwerken Programma van Eisen in een Plan van Aanpak II : Onderzoekfase: III : Veldfase en inrichting/monitoring IV : Opstellen begroting en risicoanalyse VI : Opstellen stappenplan Omschrijving De voorgestelde nadere uitwerking van hydrologische maatregelen en de nadere onderzoeken uitwerken tot concrete onderzoeks- en uitwerkingsvragen. Nadere uitwerking opstellen voor de projectorganisatie. Welke capaciteiten zijn noodzakelijk voor deelnemers in de werkgroep en projectgroep. Ook wordt in deze fase een communicatieplan opgesteld. Deelproducten: Plan van aanpak Communicatieplan In deze fase kunnen individuele keukentafelgesprekken met grondeigenaren worden gevoerd om ze te informeren en te inventariseren wat de insteek is van de grondeigenaren Daarnaast worden alle onderzoeken en de nadere uitwerkingen van de hydrologische maatregelen uitgevoerd. Ook het onderzoek naar wat de effecten van de maatregelen zijn voor de grondeigenaren. Dit leidt tot een overzicht waarin de noodzakelijke maatregelen zijn opgenomen. Gedurende deze fase wordt ook in kaart gebracht wat er procedureel/ juridisch gezien moet gebeuren en het financieel instrumentarium moet gereed zijn; Deelproducten: Overzicht maatregelenpakket waarin de inventarisatie van de keukentafelgesprekken is meegenomen. Overzicht van effecten voor betrokken grondeigenaren. Overzicht van juridische en/of procedurele stappen die genomen moeten worden voor de uitvoering van de maatregelen. Met alle betrokken eigenaren en partijen individuele gesprekken voeren over de noodzakelijke maatregelen en op welke wijze hier uitvoering aan kan worden gegeven. In deze fase ook beoordelen hoe andere doelen vanuit het gebied synergetisch kunnen werken met de natuuropgave. Daarnaast moet worden beoordeeld n.a.v. de individuele gesprekken welke vorm van uitvoering ( vrijwillig/ wettelijk traject) het beste kan worden ingezet. Deelproduct Inrichtingsplan en monitoringsplan Er wordt een begroting opgesteld naar aanleiding van het uitgewerkte definitieve maatregelenpakket en de resultaten van de veldfase. Daarnaast zal een risicoanalyse worden opgesteld. Deelproduct: Begroting Risicoanalyse Stappenplan waarbij het inrichtingsplan wordt aangevuld met het tijdplan en realisatie. Hierbij wordt ook een voorstel gedaan welke partij de uitvoering op zich kan nemen. Deelproducten: Uitvoeringsplan Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 28

30 5.3. PLANNING Hieronder is een globale planning opgenomen van genoemde activiteiten Kwartaal Fase I Plan van aanpak Fase I Opstellen communicatieplan Uitvoeren communicatieplan Fase II Onderzoeken en nadere uitwerking Fase II keukentafelgesprekken Opleveren deelproducten Fase II Fase III Veldfase en inrichtingsplan/ monitoring Fase IV Opstellen begroting en risicoanalyse Fase V Tijdplan en realisatie Fase VI Opleveren uitvoeringsplan Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 29

31 6. ORGANISATORISCHE RANDVOORWAARDEN In dit hoofdstuk gaan we in op de organisatorische randvoorwaarden voor het vervolgproces. Hierbij wordt gekeken naar de projectorganisatie PROJECTORGANISATIE Het is van belang dat bij de planuitwerking een goede projectorganisatie wordt opgezet. De gemeente Dinkelland is bereid om trekker te zijn van de planuitwerking voor het gebied de Bergvennen en Brecklenkampse Veld. Gemeente Dinkelland zal ook trekker zijn van de gebieden Achter de voort, Agelerbroek en Voltherbroek(AVAV) en Lemselermaten. Om deze reden bevat de projectstructuur ook de gebieden van AVAV en Lemselermaten. Alle gebiedspartners hebben hier mee ingestemd. Het totale project van de planuitwerking zal projectmatig worden opgepakt en de volgende organisatiestructuur wordt voorgesteld: In het plan van aanpak bij de planuitwerking wordt de organisatiestructuur nader uitgewerkt met rollen en verantwoordelijkheden. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 30

32 6.2. PROCESMATIGE RANDVOORWAARDEN Het advies is om bij de planuitwerking ook een integrale aanpak te hanteren. Dit houdt in dat in de werkgroep alle gebiedspartners aan tafel moeten zitten, aangevuld met een gebiedspersoon, die functioneert als een vertrouwenspersoon die functioneert en als contactpersoon met de grondeigenaren ook de keukentafelgesprekken zal voeren. Over de nadere uitwerking vindt overleg plaats met de provincie. Op deze wijze kunnen in de werkgroep voorstellen geformuleerd worden die worden voorgelegd aan het projectteam planuitwerkingen Dinkelland. Het projectteam planuitwerkingen zal ondersteund worden door een jurist en eco/hydroloog. Mochten er juridische en/of ecologische vraagstukken op tafel komen, dan zullen zij hierover advies uitbrengen. Zij zullen ook ondersteuning kunnen leveren aan het projectteam Bergvennen en Brecklenkampse Veld Het projectteam planuitwerkingen zal de stukken voorbereiden ter besluitvorming aan het college van Burgemeester en Wethouders en het college van Gedeputeerde Staten. Daarnaast wordt voorgesteld om met een stuurgroep bestuurlijke gebiedspartners te werken. Hier worden de beslisdocumenten ter kennis name voorgelegd en indien noodzakelijk kunnen hier zaken worden voorgelegd waarover het projectteam geen overeenstemming heeft bereikt WIJZE VAN REALISATIE In het kader van de verkenningen is met alle gebiedspartners gesproken op welke wijze het beste tot realisatie overgegaan kan worden. Alle partijen geven er de voorkeur aan dat realisatie op vrijwillige basis plaatsvindt. Het is echter op dit moment nog te vroeg in het proces om hierover een advies te formuleren. Wij verwachten dat op basis van het uitgewerkte definitieve maatregelenpakket en de keukentafelgesprekken hier een keuze in gemaakt kan worden. Veel hangt ook af van de aard en omvang van de maatregelen die genomen moeten worden of het op basis van vrijwilligheid kan of niet. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 31

33 7. FINANCIËLE KADERS In dit hoofdstuk zou een raming opgenomen moeten worden of de uitvoering van het project. Op dit moment is het echter zo dat we nog geen exact beeld hebben van het uitgewerkte definitieve maatregelenpakket. Om deze reden is het niet mogelijk om een raming te maken van de kosten van de uitvoering. Wel is er een raming opgesteld voor de nadere onderzoeken die uitgevoerd moeten worden en de proceskosten voor de planuitwerking. Hieronder is een overzicht opgenomen. Algemene proceskosten Proces coördinatie (32 uur/maand) Algemene ondersteuning en toeslag projectteam ( 20 uur per maand) Overleggen werkgroepen ( 10x per jaar) Totaal Externe personeelskosten Extra ambtelijke inzet gemeente Dinkelland (15uur/maand) Ecoloog/hydroloog Jurist Communicatieadviseur ( 10 overleggen per jaar plus gemiddeld 10 uur ondersteuning per maand Gebiedscoordinator (17 grondeigenaren x 3= 51 gesprekken plus uitwerking ) Vergoeding werkgroepleden Bodemchemisch onderzoek Onderzoek naar nitraatuitspoeling Nadere uitwerking hydrologische maatregelen Onderzoek naar gevolgen op bedrijfs en perceelsniveau communicatie Buro X Buro X Buro X in samenwerking met waterschap Buro x Opstellen communicatieplan Uitvoeren communicatieplan Totaal De provincie heeft op dit moment voor het gebied de Bergvennen en Brecklenkampse veld een budget van geraamd voor de plankosten. De verwachting is dat dit budget toereikend zal zijn. In de eerste fase van de planuitwerking zal meer duidelijkheid komen over de exacte kosten van de planuitwerking. Indien blijkt dat het geraamde budget van de provincie ontoereikend zal zijn, wordt dit voorgelegd aan de provincie. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 32

34 8. COMMUNICATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de communicatie tijdens het gebiedsproces DOELGROEPEN EN COMMUNICATIEMIDDELEN In deze verkenning wordt geadviseerd om voor de planuitwerking een communicatieplan op te stellen. Dit communicatieplan moet gericht zijn op het delen van informatie aan het gebied en het actief betrekken van de bewoners van het gebied. In hoofdstuk 2 zijn reeds de belanghebbenden in het gebiedsproces Bergvennen en Brecklenkampse Veld benoemd. In het communicatieplan moet duidelijk worden beschreven welke de te gebruiken communicatiemiddelen zijn voor welke doelgroep. Hierbij kan gedacht worden aan nieuwsbrieven, social media, een website etc. Daarnaast is het ook van belang om het gebied zelf interactief bij het proces te betrekken, dit kan door middel van informatieavonden, veldbezoeken en excursies COMMUNICATIE TOT OP HEDEN In het kader van de verkenning zijn er voor dit gebied twee informatieavonden gehouden voor het gebied. Een avond in november 2014 bij aanvang van het proces en een avond in mei 2015, waar terugkoppeling heeft plaatsgevonden. Tijdens deze avonden is gebleken dat N2000 voor veel mensen nog veel vraagtekens oproept en dat er niet veel begrip voor is. Dit gegeven moet ook aandacht krijgen bij het communicatieplan. Communicatie is naar onze mening van cruciaal belang voor het verkrijgen van meer draagvlak in het gebied, hetgeen weer bijdraagt aan de snelheid van uitvoering van de maatregelen. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 33

35 BIJLAGE 1 HABITATKAART EN MAATREGELENKAART Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 34

36 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 35

37 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 36

38 BIJLAGE 2 GESPREKSVERSLAGEN Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 37

39 BERGVENNEN EN BRECKLENKAMPSE VELD Organisatie Landschap Overijssel Contactpersoon R. Blijleven; ook aanwezig J.v.d. Weele (LO) Datum Algemeen Welke visie heeft uw organisaties voor het gebied op langere termijn. Rekening houdend met het feit dat het is aangewezen als een N2000 gebied. Inventarisatie kansen in/om het gebied We willen graag een eerste inventarisatie hebben van mogelijke kansen in het gebied. Hierbij kan men denken aan economisch potentieel van het gebied of bijvoorbeeld het gebruik van bepaalde percelen. Hierbij mag buiten de begrenzing van het aanwijzingsbesluit worden gekeken, maar er moet wel een relatie zijn met het gebied. Voorbeelden zijn: Onder bepaalde voorwaarden (schadevergoeding/ beheersvergoeding) kan agrarisch natuurbeheer een bijdrage leveren aan het economisch potentieel van de aanwezige agrarische bedrijven in en rond het gebied. Uitbreiding of nieuwvestiging recreatieve sector zijn kansrijk in de vorm van.. Kansrijks zijn projecten waar meerdere doelen worden gecombineerd zoals recreatie en natuurontwikkeling. In het gebied liggen kansen voor nieuwe economische dragers of activiteiten zoals Wij willen u vragen om zo breed mogelijk over deze vraag na te denken. Antwoorden hoeven niet heel concreet te zijn. Bij planuitwerking kan nader onderzoek worden uitgevoerd naar het mogelijke economisch potentieel van het gebied. Als u hierboven heeft aangegeven dat voor het gebied kansen zijn, zou u een indicatie kunnen geven waar in het gebied de kansen het grootst zijn? Onze visie voor de lange termijn is behoud en ontwikkeling van een duurzaam en veerkrachtig natuurgebied dat tegen een stootje kan. Vertrouwen in voorgestelde maatregelen. Mogelijk Duitse invloeden nog onderbelicht. We hebben nu de kans om een robuust systeem te creëren dat goed is voor de natuurdoel-stellingen, duidelijkheid geeft voor de omgeving en bestand is tegen ontwikkelingen in omgeving. Hiervoor is een optimale invulling van de maatregelen nodig, dat verkleint de kwetsbaarheid van het gebied. Kansen op ecologisch vlak - Onderzoek uitvoeren naar mogelijke hydrologische maatregelen in aangrenzende landbouwpercelen Duitsland. - Mogelijkheden verkennen om (naast de geplande kap-maatregelen ikv PAS) het bos aan Duiste zijde (Furst van Bentheim) te herinrichten. Kansen op economisch vlak - Stimuleren van extensieve recreatie afgestemd op de ecologische draag-kracht van het gebied. - Nadere uitwerking van een recreatiezonering. Gebieden met hoogste natuurwaarden minder toegankelijk maken, recreatie stimuleren in minder kwetsbare zones. - Verkennen van mogelijkheden om bruine percelen (zie eigenarenkaart DLG) natuurvriendelijke te beheren - Verplaatsen camping. - Verknopen diverse natuurgebieden in omgeving, tot recreatieve route (zie voorbeeld Duitsland) - Gebied zekerheid bieden voor beoefenen landbouw op lange termijn Zie boven. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 38

40 Hoe kunnen deze kansen het beste kunnen benut? Welke stappen moeten worden genomen om uitvoering te kunnen geven aan de kansen? 1 Onderzoek uitvoeren 2 Bespreken kansen met betreffende eigenaren en beheerders Inventarisatie knelpunten in/om het gebied Waar liggen volgens uw organisatie de grootste knelpunten in het gebied? Hierbij kunt u bijvoorbeeld denken aan strijdigheid tussen de aanwezige functies zoals agrarische gronden versus natuur, aanwezigheid van burgerwoningen in het gebied etc. Inhoud - De huidige hydrologische situatie is het grootste knelpunt voor de natuurdoelen. - Vermesting van omliggende landbouwpercelen heeft een negatief effect op de natuurdoelen. - Onduidelijkheid over de toekomst van de camping. - Ligging van het natuurgebied op de grens met Duitsland zorgt voor onbegrip in de streek. - Onduidelijkheid over omvang instandhoudingsdoelstellingen (waaronder uitbreiding oppervlakte) - Geen zicht op toekomstig gebruik landbouwenclave - Beschikbaarheid alternatieve gronden landbouw Proces - Polarisatie in onderlinge verhoudingen door tegengestelde belangen. - Onduidelijkheid over de omvang van de instandhoudingsdoelstellingen. Wie bepaalt deze uiteindelijk? Waar in het gebied zijn deze knelpunten het grootst? Wat zijn de meest kansrijke oplossings-richtingen voor genoemde knelpunten? En waar zou de primaire focus moeten liggen om hiervoor oplossingen te vinden? - Zie PAS analyse. - Uitvoeren van de PAS maatregelen - Het creëren van duidelijkheid voor iedere partij. Bijvoorbeeld over de omvang van de instandhoudingsdoelstellingen en over de mogelijkheden tot schadeloosstelling Vervolgproces Na de verkenning begint de planuitwerking. Welke organisaties vindt u het meest geschikt om hierin het voortouw te nemen? Er vanuit gaande dat na de verkenning de aard en omvang van de maatregelen duidelijk is, moet een deskundig bureau de hydrologische en ecologische maatregelen uitwerken. Voor de overige zaken (zoals bijv kavelruil zien wij een rol voor de provincie (voormalig DLG?). Welke rol kan/wil uw eigen organisatie spelen in het Landschap Overijssel wil intensief betrokken worden Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 39

41 vervolgproces? Aan welke randvoorwaarden moet volgens uw organisatie worden voldaan zodat een vervolgproces kansrijk is? Hoe ziet u de rol van de overige deelnemende organisaties in het proces? bij de uitwerking van de maatregelen. Duidelijke afspraken tussen alle partijen zodat N2000 doelstellingen gehaald worden. Zodat iedereen weet waar hij/zij aan toe is. Afspraken vastleggen in een (gebieds)contract geeft duidelijkheid naar alle partijen. Constructief en met respect voor wederzijdse belangen. Na de uitwerking zal ook begonnen worden met de uitvoering. Welk soort proces is naar uw mening het meest geschikt.? 1 Vrijwillige kavelruil 2 Wettelijke kavelruil 3 Landinrichting? Denk hierbij aan: Vrijwillige kavelruil Wettelijke kavelruil Etc. Waar ziet uw organisatie kansen of knelpunten voor het proces. Denk hierbij aan de volgende aspecten: Financieel Organisatorisch Planning Beleidsmatig Dit is hiervoor al aan bod gekomen. De onderlinge verhoudingen zijn gepolariseerd door tegengestelde belangen. Daarnaast is er veel onduidelijkheid over de omvang van de instandhoudingsdoelstellingen. Voor het proces is het van groot belang dat er voor iedere partij duidelijkheid komt. Bijvoorbeeld over de omvang van de instandhoudings-doelstellingen en over de mogelijkheden tot schadeloosstelling. Nu weet niemand waar hij/zij aan toe is. In de planning voldoende ruimte geven om uitkomsten te laten landen; een zorgvuldig gevoerd proces is van groot belang. Duidelijk hebben wat op welk moment wordt verwacht van de streek. Hoe ziet naar uw mening het communicatie traject in het vervolgproces eruit. Denk hierbij aan communicatie tussen de betrokken instanties maar ook aan de communicatie naar het gebied. Het lijkt ons goed om gezamenlijk de resultaten van de verkenning te communiceren in de streek. Vormgeving van de communicatie in het vervolgproces ligt bij de trekker van het vervolgproces. Hier willen we graag aan bijdragen. Voor de communicatie tussen organisaties pleiten wij voor een open communicatie met een duidelijk aanspreekpunt per organisatie. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 40

42 Bergvennen en Brecklenkampseveld Organisatie Provincie Overijssel Contactpersoon De heer Van Weerd (Eenheid Programma) en mevrouw Verheijen (Eenheid Beleidsuitvoering Natuur) Datum 20 januari 2015 Algemeen Welke visie heeft uw organisatie voor het gebied op langere termijn. Rekening houdend met het feit dat het is aangewezen als een N2000 gebied. Inventarisatie kansen in/om het gebied We willen graag een eerste inventarisatie hebben van mogelijke kansen in het gebied. Hierbij kan men denken aan economisch potentieel van het gebied of bijvoorbeeld het gebruik van bepaalde percelen. Hierbij mag buiten de begrenzing van het aanwijzingsbesluit worden gekeken, maar er moet wel een relatie zijn met het gebied. Voorbeelden zijn: Onder bepaalde voorwaarden (schadevergoeding/ beheersvergoeding) kan agrarisch natuurbeheer een bijdrage leveren aan het economisch potentieel van de aanwezige agrarische bedrijven in en rond het gebied. Uitbreiding of nieuwvestiging recreatieve sector zijn kansrijk in de vorm van.. Kansrijks zijn projecten waar meerdere doelen worden gecombineerd zoals recreatie en natuurontwikkeling. In het gebied liggen kansen voor nieuwe economische dragers of activiteiten zoals Wij willen u vragen om zo breed mogelijk over deze vraag na te denken. Antwoorden hoeven niet heel concreet te zijn. Bij planuitwerking kan nader onderzoek worden uitgevoerd naar het mogelijke economisch potentieel van het gebied. Dit is verwoord in de Omgevingsvisie en de gebiedsvisie NOT. Natuurdoelstellingen, landbouwstructuurversterking, recreatie, etc. Provincie heeft niet alleen natuurdoelstellingen, maar heeft meerdere doelen. Wil bij voorkeur gaan voor gezamenlijk draagvlak. N2000-doelen moeten gehaald worden (verplichting), daar ligt de opgave. Waar mogelijk synergievoordelen benutten. Procesmatig is sprake van korte- en lange termijn doelstellingen. Nu de kans om beide te realiseren, dus is samenhang bekijken. Prov. Staten heeft in vastgestelde stukken geen belemmering opgeworpen om maatregelen eerder te realiseren. Provincie onderkent de nabije ligging van het Duits grondgebied, waar een ander regime geldt. Een mogelijke wijziging van de afwatering kan daardoor niet realiseerbaar blijken. Natuur, landschap, recreatief medegebruik, natuurtoerisme, en agrarisch natuurbeheer worden als kansen genoemd. Afgewacht wordt de uitspraak van de Raad van State inzake de Vetpot. Dit gebied is nog niet van de kaarten van het Rijk verwijderd. De aanwezigheid van de camping en de nabij gelegen BBL-gronden bieden mogelijk ook kansen voor uitruil van functies. Het in samenhang beschouwen van korte en lange termijn doelstellingen kan mogelijk kansen bieden voor de situatie rond Wiefferink. Uitplaatsing bedrijf kan ruimte verschaffen voor anderen. Dat biedt mogelijkheden. Hangt onder meer van de bereidheid van de eigenaar af. De termijn voor een beslissing moet kort worden gehouden (bijv. 2 jr). Wel goede basis bieden voor keuze door helder voorstel: wat als ik verplaats versus wat als ik blijf met financiële compensatie. De nota Grondbeleid van de provincie wordt momenteel herzien en biedt meer mogelijkheden voor verplaatsing, verpachten, etc. Flexibeler handelen is daardoor mogelijk. De provincie wil in eerste instantie de oplossing aan het gebied laten; hoe zien zij het. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 41

43 Als u hierboven heeft aangegeven dat voor het gebied kansen zijn, zou u een indicatie kunnen geven waar in het gebied de kansen het grootst zijn? Hoe kunnen deze kansen het beste kunnen benut? Welke stappen moeten worden genomen om uitvoering te kunnen geven aan de kansen? Geen concrete suggesties De beheerders kunnen het gebied beleefbaar maken. Financiële middelen wellicht beschikbaar middels cofinanciering, wellicht geld beschikbaar bij NOT, provincie, Europa. Het gaat dan om extra middelen, t.b.v. bijvoorbeeld het beleefbaar maken van het gebied. Het gaat om een deelproject van N2000. Dit biedt wellicht mogelijkheden voor beschikbaarheid (extra) gelden. Nadeel: starten werkzaamheden pas mogelijk na toekenning. Ook mogelijkheden nagaan om werk met werk te maken. Inventarisatie knelpunten in/om het gebied Waar liggen volgens uw organisatie de grootste knelpunten in het gebied? Hierbij kunt u bijvoorbeeld denken aan strijdigheid tussen de aanwezige functies zoals agrarische gronden versus natuur, aanwezigheid van burgerwoningen in het gebied etc. Ophogen grondwaterpeil leidt tot nog meer wateroverlast. Waar in het gebied zijn deze knelpunten het grootst? Wat zijn de meest kansrijke oplossingsrichtingen voor genoemde knelpunten? En waar zou de primaire focus moeten liggen om hiervoor oplossingen te vinden? Dit knelpunt betreft met name de landbouw (vooral in de bufferzones) en de bebouwde percelen (woningen en bedrijven). Vervolgproces Na de verkenning begint de planuitwerking. Welke organisaties vindt u het meest geschikt om hierin het voortouw te nemen? Welke rol kan/wil uw eigen organisatie spelen in het vervolgproces? Aan welke randvoorwaarden moet volgens uw organisatie worden voldaan zodat een vervolgproces kansrijk is? Hoe ziet u de rol van de overige deelnemende organisaties in het proces? Een partij in het gebied zelf, bijv de gemeente. Indien geen animo voor trekken van de planuitwerking, dan moet de provincie dat doen. Proces is gelijk, ongeacht trekker. Gaat om vertrouwen in de betrokken personen. Faciliteren, indien de provincie niet de trekker is. Geld beschikbaar stellen. Of eventueel: zelf trekker zijn. Hoe meer uitgewerkt de verkenning is, hoe sneller we verder kunnen. Vertrouwen in de organisatie die de uitwerking gaat doen en in elkaar. Voldoende budget beschikbaar. Natuurdoelen moeten worden gehaald Afstemming met medebestuursorganen Integraal oppakken. Alle stakeholders er actief bij betrekken. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 42

44 Na de uitwerking zal ook begonnen worden met de uitvoering. Welk soort proces is naar uw mening het meest geschikt.? Denk hierbij aan: Vrijwillige kavelruil Wettelijke kavelruil Etc. Waar ziet uw organisatie kansen of knelpunten voor het proces. Denk hierbij aan de volgende aspecten: Financieel Organisatorisch Planning Beleidsmatig Inzetten op vrijwillige kavelruil, maar met wettelijk vangnet middels WILG. Kavelruilprojecten eventueel laten uitvoeren door CKO (Coord.punt Kavelruil Overijssel) Voorkeur voor korte doorlooptijd. Z.s.m. duidelijkheid verschaffen aan het gebied. Met beherende organisatie in overleg; gebruik SKNL (subsidieregeling kwaliteitsimpuls natuur en landschap) voor 100% vergoeding voor uitvoeren beheersmaatregelen. Bevorderen dat deze maatregelen als voorbeeld nu al worden opgepakt. Natuurmonumenten is mogelijk al bezig in de Bergvennen. Belangrijk is om duidelijkheid te geven, maatwerk te leveren en flexibel te kunnen schakelen.natuurdoelen moeten worden gehaald. Termijn van zes jaar is ambitieus. Rekening houden met eventuele procedure omwisselbesluitomwisselbesluit is Awbprocedure. Moet zeer goed onderbouwd en gemotiveerd worden. Besluit is appellabel. Interne maatregelen z.s.m. uitvoeren. Middelen niet labellen, flexibele inzet van middelen. Beleidsmatig: maatregelen kunnen in strijd zijn met provinciaal beleid (bv Omgevingsvisie); momenteel wordt nagegaan of beleid moet worden aangepast. Vergunningverlening NB-wet: nog niet helemaal geregeld, zie ontwerp PAS. In ontwerp PAS staan aandachtspunten genoemd. Het register moet nog worden ingericht. Dit kan leiden tot vertraging bij event. verplaatsingen omdat niet snel zekerheid kan worden gegeven over (on)mogelijkheden van een bepaalde locatie. Communicatie: Vertrouwen is nodig en ontstaat door samen te werken en goed te communiceren met eigenaren in het gebied. Hoe ziet naar uw mening het communicatie traject in het vervolgproces eruit. Denk hierbij aan communicatie tussen de betrokken instanties maar ook aan de communicatie naar het gebied. In overleg met eigenaren bespreken wat men zelf wil. Individuele gesprekken met eigenaren. Keukentafelgesprekken. Per situatie in beeld brengen wat de gevolgen van de maatregelen zijn. In beeld brengen welke schadevergoeding van toepassing is, maar ook welk bedrag is gemoeid met eventuele (ver)koop men moet wat te kiezen hebben. Duidelijkheid verschaffen tot hoe lang men de keuze heeft. In Verkenningen ook aangeven of het mogelijk is om in het vervolgtraject ook per perceel de hydrologische maatregelen door te rekenen, zodat de gevolgen beter inzichtelijk worden gemaakt. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 43

45 Bergvennen en Brecklenkampseveld Organisatie Waterschap Vechtstromen Contactpersoon Els Boerrigter, Rob van Dongen en Maarten Zonderwijk Datum 26 januari 2015 Algemeen Welke visie heeft uw organisatie voor het gebied op langere termijn. Rekening houdend met het feit dat het is aangewezen als een N2000 gebied. Het Waterschap heef geen eigen doelen; dat geldt voor alle Dinkellandse gebieden. De functies van de provincie moeten worden bediend door het waterschap. De Omgevingsvisie is leidend, kaderstellend voor het waterschap, en daarmee ook N2000. Rol is om te adviseren of en hoe met de maatregelen die getroffen worden de doelen bereikt kunnen worden. Als doelen veranderen, verandert het waterschap mee. Waterschap is in die zin volgend. Wel van belang voor het waterschap is dat de opgave hydrologisch gezien ook uitvoerbaar moet zijn. Bijvoorbeeld zo veel mogelijk voorkomen dat er versnippering komt. Dat is algemene lijn van waterschap, staat in die zin los van N2000. Waken voor tegenstrijdige doelen. Waterschap is adviserend. Neutrale rol. Wil geen nieuwe discussie over grootte van de gebieden, maar volgen de opgestelde visie. Inventarisatie kansen in/om het gebied We willen graag een eerste inventarisatie hebben van mogelijke kansen in het gebied. Hierbij kan men denken aan economisch potentieel van het gebied of bijvoorbeeld het gebruik van bepaalde percelen. Hierbij mag buiten de begrenzing van het aanwijzingsbesluit worden gekeken, maar er moet wel een relatie zijn met het gebied. Voorbeelden zijn: Onder bepaalde voorwaarden (schadevergoeding/ beheersvergoeding) kan agrarisch natuurbeheer een bijdrage leveren aan het economisch potentieel van de aanwezige agrarische bedrijven in en rond het gebied. Uitbreiding of nieuwvestiging recreatieve sector zijn kansrijk in de vorm van.. Kansrijks zijn projecten waar meerdere doelen worden gecombineerd zoals recreatie en natuurontwikkeling. In het gebied liggen kansen voor nieuwe Doorrekenen wat de effecten zijn van de verschillende maatregelen die door bijvoorbeeld provincie of Rijk worden opgelegd. Er is sprake van particuliere natuureigendommen. Betrek ook deze eigenaren bij het proces. Grondgebruikmogelijkheden na maatregelen zijn al eens in kaart gebracht. Wellicht mogelijkheden tav extensieve vorm van beweiding mogelijk. Is erg afhankelijk van de mate van vernatting e.d. Kansen zoeken door breder te kijken dan het gebied op de kaart. Proberen de landbouwstructuur beter te maken en blijvers een goed perspectief te bieden. Mogelijk een extra boer uitkopen, zodat meer ruimte is om verkaveling binnen, maar ook buiten het gebied beter af te stemmen op de blijvers. Mogelijk om grond in Duitsland te kopen? Draagvlak is belangrijke randvoorwaarde De camping in de Bergvennen ligt heel ongelukkig in relatie tot de hydrologie (vernatting); mogelijk te verplaatsen? Waterschap kan rol spelen in gebiedsproces Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 44

46 economische dragers of activiteiten zoals Wij willen u vragen om zo breed mogelijk over deze vraag na te denken. Antwoorden hoeven niet heel concreet te zijn. Bij planuitwerking kan nader onderzoek worden uitgevoerd naar het mogelijke economisch potentieel van het gebied. Als u hierboven heeft aangegeven dat voor het gebied kansen zijn, zou u een indicatie kunnen geven waar in het gebied de kansen het grootst zijn? doordat reststroken bij kavelruil mogelijk zijn in te vullen door het waterschap. Zie eerder onderzoek naar de gebruiksmogelijkheden (beschikbaar bij het waterschap) Hoe kunnen deze kansen het beste kunnen benut? Welke stappen moeten worden genomen om uitvoering te kunnen geven aan de kansen? Inventarisatie knelpunten in/om het gebied Waar liggen volgens uw organisatie de grootste knelpunten in het gebied? Hierbij kunt u bijvoorbeeld denken aan strijdigheid tussen de aanwezige functies zoals agrarische gronden versus natuur, aanwezigheid van burgerwoningen in het gebied etc. De huidige diepe ontwateringssloot vanuit de landbouwenclave door het Brecklenkampseveld zou mogelijk vervangen kunnen worden door een verduikering; het waterschap is hier geen voorstander van. Dergelijke lange verduikeringen zijn namelijk haast niet te onderhouden. (Verdere) vernatting van de erven/woningen. Breder kijken dan N2000. Beperk je dus niet tot de begrenzing! Lokale maatregelen treffen zodat probleem opgelost kan worden. Boodschap aan m.n. de provincie: Niet alleen gronden verwerven t.b.v. N2000. Probeer de landbouwstructuur te verbeteren. Je moet mensen wat te bieden hebben. Verkaveling kan wellicht nog beter. Geef de eigenaren de kans om te puzzelen. Indien nodig/wenselijk moet je ook gronden/eigendommen kunnen aankopen die (direct) buiten het gebied liggen. Niet krampachtig vasthouden aan regels t.a.v. percentage gronden die in het gebied ligt. Meer flexibiliteit. Daardoor valt er meer te kiezen voor de betrokkenen. Bijvoorbeeld: eigenaar besluit naar elders te gaan door fatsoenlijke compensatie, waardoor er ook ontwikkelruimte ontstaat voor de blijvers. Hou dus niet krampachtig vast aan de begrenzing. Daardoor ontstaat meer draagvlak binnen het gebied. Waar in het gebied zijn deze knelpunten het grootst? Wat zijn de meest kansrijke oplossingsrichtingen voor genoemde knelpunten? En waar zou de primaire focus moeten liggen om hiervoor oplossingen te vinden? Zie hiervoor Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 45

47 Vervolgproces Na de verkenning begint de planuitwerking. Welke organisaties vindt u het meest geschikt om hierin het voortouw te nemen? Welke rol kan/wil uw eigen organisatie spelen in het vervolgproces? Waterschap niet. Bij andere gebieden liggen overlappen met KRW-gebieden. Dat is binnen de gemeente Dinkelland niet aan de orde. Geen voorkeur voor trekkerschap van de planuitwerking. Doorrekenen wat de effecten zijn van de verschillende maatregelen die door bijvoorbeeld provincie of Rijk worden opgelegd. Rol van het waterschap tav uitvoering is pas aan de orde als het gebied obstakelvrij is (grondverwerving, vergunningen). Financieel is provincie verantwoordelijk. Daarover zijn al afspraken gemaakt met provincie. Waterschap neemt graag deel aan verdere gebiedsproces. (zie hierboven). Er zijn wellicht gronden beschikbaar die voor waterschap minder of juist meer interessant zijn en die dat voor een ander juist niet zijn. Aan welke randvoorwaarden moet volgens uw organisatie worden voldaan zodat een vervolgproces kansrijk is? Hoe ziet u de rol van de overige deelnemende organisaties in het proces? Na de uitwerking zal ook begonnen worden met de uitvoering. Welk soort proces is naar uw mening het meest geschikt.? Denk hierbij aan: Vrijwillige kavelruil Wettelijke kavelruil Etc. Waar ziet uw organisatie kansen of knelpunten voor het proces. Denk hierbij aan de volgende aspecten: Financieel Organisatorisch Waterschap heeft ook rol bij uitvoering, dus daarom graag in voorstadium aan tafel. Er moeten grondruilopties zijn. Beperk je niet tot de gebiedsbegrenzing; er moet wat te kiezen zijn. Flexibel handelen moet mogelijk zijn. Mogelijkheden als extensieve gebruiksvormen voor agrariërs en maatregelenhandicap als opties meenemen. Kijk nog eens goed naar de doelen voor elk perceel. Laat mensen kiezen: vergoeding of verkoop, etc. Veel overleg met de eigenaren. Alle relevante partijen aan tafel. Aandachtpunt is onderscheid tussen belangen en objectiviteit van onderzoek en keuzes. Van belang is dat vertegenwoordigers de inhoud en belangvertegenwoordiging kunnen scheiden. Vertrouwen in elkaar. Transparantie. Balans in vertegenwoordiging in werkgroep. Vrijwilligheid is voorkeur, maar inschatting kan pas na afloop verkenningen worden gemaakt. Verkaveling voor groei als aanpak ipv het traditionele gebiedsproces; dwz alle eigenaren aan tafel en onderling tot vergelijk komen. Keukentafelgesprekken zijn essentieel. Betrek de eigenaren op tijd en intensief bij het vervolg. Communicatie is erg belangrijk. Duidelijkheid verschaffen en er moet wat te kiezen zijn voor de eigenaren: verkoop of vergoeding, etc. De keuze is sterk afhankelijk van de eigenaren. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 46

48 Planning Beleidsmatig Financieel: voldoende middelen beschikbaar om te kunnen aankopen, inrichten, vergoeden, etc. Planning van zes jaar is vrij ambitieus. Tijd is belangrijkste factor. Beleid: kaarten van provincie mbt EHS en Omgevingsvisie kloppen niet met elkaar. Kaarten van provincie met aanduiding als te verwerven of niet te verwerven of inrichten niet als heilig zien. Hoe ziet naar uw mening het communicatie traject in het vervolgproces eruit. Denk hierbij aan communicatie tussen de betrokken instanties maar ook aan de communicatie naar het gebied. Keukentafelgesprekken. BERGVENNEN EN BRECKLENKAMPSE VELD Organisatie LTO en particuliere grondeigenaren Contactpersoon Dhr. B. Wiefferink en dhr. R. Niehof Datum Algemeen Welke visie heeft uw organisaties voor het gebied op langere termijn. Rekening houdend met het feit dat het is aangewezen als een N2000 gebied. Inventarisatie kansen in/om het gebied We willen graag een eerste inventarisatie hebben van mogelijke kansen in het gebied. Hierbij kan men denken aan economisch potentieel van het gebied of bijvoorbeeld het gebruik van bepaalde percelen. Hierbij mag buiten de begrenzing van het aanwijzingsbesluit worden gekeken, maar er moet wel een relatie zijn met het gebied. Voorbeelden zijn: Onder bepaalde voorwaarden (schadevergoeding/ beheersvergoeding) kan agrarisch natuurbeheer een bijdrage leveren aan het economisch potentieel van de aanwezige agrarische bedrijven in en rond het gebied. Uitbreiding of nieuwvestiging recreatieve sector zijn kansrijk in de vorm van.. Natuur en omliggende landbouw gaan al tientallen jaren goed samen. Op een enkele plek na is de kwaliteit van de natuur goed. Met specifieke technische maatregelen kan dit zo ook verder in de toekomst doorgaan, zodat er zo min mogelijk grond aan de landbouw onttrokken wordt Kijkend naar economisch perspectief moet vol worden ingezet op behoud van landbouwpercelen. De landbouw is de belangrijkste economische pijler rond het gebied. Voor de leefbaarheid en economie is het belangrijk dat de gronden behouden blijven; denk daarbij ook spin-off, bijv. loonwerkers. Er is recent een kavelruil afgerond, waardoor agrariërs beter hun bedrijf kunnen uitoefenen. Merendeel heeft laatste jaren ook geïnvesteerd. Dus de landbouw heeft al een goede slag gemaakt. Behoefte of bereidheid tot uitplaatsen van een bedrijf ligt daardoor niet in de lijn van de verwachtingen. Verwacht wordt dat agrarisch natuurbeheer niet voldoende aansluit bij Natura Mocht dit wel zo zijn, zou dit voor sommige ondernemers een kans kunnen zijn. Normaliter is dit geen optie omdat dit voor agrariërs onrendabels is Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 47

49 Kansrijks zijn projecten waar meerdere doelen worden gecombineerd zoals recreatie en natuurontwikkeling. In het gebied liggen kansen voor nieuwe economische dragers of activiteiten zoals Wij willen u vragen om zo breed mogelijk over deze vraag na te denken. Antwoorden hoeven niet heel concreet te zijn. Bij planuitwerking kan nader onderzoek worden uitgevoerd naar het mogelijke economisch potentieel van het gebied. ivm lagere opbrengst gewassen. Er bestaat twijfel of er wel een ven is geweest in landbouwenclave; op kaarten van begin vorige eeuw is die niet te zien. Evenmin worden de kansen voor recreatie hoog ingeschat omdat deze sector al ruimschoots aanwezig is met als gevolg lege campings etc. De bestaande camping is al jr. niet florerend. Mogelijk is een natuurcamping een optie. Is echter maar kleine markt. Dan moet gebied opengesteld worden; vraag of dit bijdraagt aan doelstellingen. Een kans was de aankoop van de camping om hier natuurdoelen te realiseren en zo landbouwgrond te kunnen behouden. Dit zou een win win situatie zijn omdat de camping deel uitmaakt van het gebied. Mogelijk nu inzetten op ombouw tot natuurcamping en deel van terrein vernatten (deel was eerder ook een ven). Als u hierboven heeft aangegeven dat voor het gebied kansen zijn, zou u een indicatie kunnen geven waar in het gebied de kansen het grootst zijn? Hoe kunnen deze kansen het beste kunnen benut? Welke stappen moeten worden genomen om uitvoering te kunnen geven aan de kansen? Kijken naar gronden in het gebied die al verworven zijn, bijv. door Landschap Overijssel ten Noorden van landbouwenclave het gebied in de Zuidoosthoek en de camping, en die inzetten voor behoud- en uitbreidingsdoelstellingen. Zie hiervoor. Geen aanleiding voor aanname dat er nu een agrarier is die uitgeplaatst wil worden. Kopen grond in Duitsland is geen reële optie omdat aan Duitse zijde een biogasvergister staat. Daarvoor is veel grond (mais) nodig en is er vanuit Duitsland al geïnformeerd naar grond aan Nederlandse zijde. Meeste kans wordt gezien in het treffen van technische maatregelen binnen het gebied. Verduikering sloot is ook eenvoudige optie. Inventarisatie knelpunten in/om het gebied Waar liggen volgens uw organisatie de grootste knelpunten in het gebied? Hierbij kunt u bijvoorbeeld denken aan strijdigheid tussen de aanwezige functies zoals agrarische gronden versus natuur, aanwezigheid van burgerwoningen in het gebied etc. Nu worden geen knelpunten ervaren. Te lezen in verschillende rapporten is dat de kwaliteit van de habitats goed is. Alleen in de Zuidoost hoek is er sprake van verdroging. Wel een knelpunt is in onze ogen de maatregelen hoe ze nu zijn geformuleerd. Dit zou hydrologisch zijn onderzocht. Echter zitten er aan dit onderzoek heel wat losse eindjes Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 48

50 Waar in het gebied zijn deze knelpunten het grootst? Wat zijn de meest kansrijke oplossings-richtingen voor genoemde knelpunten? En waar zou de primaire focus moeten liggen om hiervoor oplossingen te vinden? waardoor het resultaat wel eens onder- /overschat zou kunnen worden. Het eventueel dempen van de sloot die vanuit de landbouwenclave noordwaart loopt is knelpunt. Momenteel nl. sprake van goede landbouwgrond; door demping wordt deze te nat. De sloot was er al begin vorige eeuw. Vroeger liep er ook sloot door de Bergvennen; later is die omgelegd. Daarnaast is een knelpunt de zaak bij RvS. Dit zou invloed kunnen hebben op de doelstellingen. Is al wel gekeken naar variant zonder Vetpot? Agrarisch natuur beheer is naar verwachting onvoldoende bijdrage om doelstellingen te bereiken. Realiteit is dat er weinig van verwacht moet worden vanwege lagere opbrengst. Alleen met voldoende subsidie enigszins aantrekkelijk. De voorgenomen aanleg van sloten door het gebied wordt ook gezien als knelpunt. De sloten lopen soms dwars door kavels, waardoor deze minder aantrekkelijk worden voor de agrarier. Knelpunt vormt ook de onzekerheid over de lange termijn; volgt er over aantal jaren weer een nieuwe ronde? De landbouw moet een goed perspectief houden. Oplossingen zijn specifieke maatregelen te treffen, zoals verduikering ipv dempen sloot. Dit zijn oplossingen welke en win win situaties opleveren. Vervolgproces Na de verkenning begint de planuitwerking. Welke organisaties vindt u het meest geschikt om hierin het voortouw te nemen? Welke rol kan/wil uw eigen organisatie spelen in het vervolgproces? Aan welke randvoorwaarden moet volgens uw organisatie worden voldaan zodat een vervolgproces kansrijk is? Hoe ziet u de rol van de overige deelnemende organisaties in het proces? Gemeente of provincie. adviserende rol, zoeken naar oplossingen. Geen als tussenpersoon mbt te nemen maatregelen. Draagvlak van eigenaren rondom gebied. Dit kan worden behaalt door nu goede alternatieve maatregelen uit te werken. Anders zal het vervolgproces stroef gaan verlopen. In ieder geval geen natuurontwikkeling buiten de huidige natura 2000 grens. Dat er na het vervolgproces niet weer nieuwe plannen/maatregelen worden uitgewerkt. Wanneer iedereen bereidwillend is dan kan er wat worden bereikt. Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 49

51 Na de uitwerking zal ook begonnen worden met de uitvoering. Welk soort proces is naar uw mening het meest geschikt.? Landschap Overijssel mist nu vertrouwen in het gebied Aan hydrologisch model Waterschap wordt sterk getwijfeld Vrijwillige kavelruil. Wanneer minder landbouwgrond hoeft te worden onttrokken kan proces bevorderen. Denk hierbij aan: Vrijwillige kavelruil Wettelijke kavelruil Etc. Waar ziet uw organisatie kansen of knelpunten voor het proces. Denk hierbij aan de volgende aspecten: Financieel Organisatorisch Planning Beleidsmatig Hoe ziet naar uw mening het communicatie traject in het vervolgproces eruit. Denk hierbij aan communicatie tussen de betrokken instanties maar ook aan de communicatie naar het gebied. Verwacht wordt dat het financiële plaatje van de te nemen maatregelen zoals ze er nu liggen aardig onderschat wordt. Bedrag van ,- per ha. grondaankoop is bijv. veel te laag. Geplande nieuwe sloten doorsnijden landbouwgronden drastisch en leiden tot productieverlies. Door kritisch te kijken naar nut en noodzaak ligging sloten kan draagvlak worden vergroot. Organisatorisch: lopende het proces aanpak aan te passen; voldoende ruimte voor overleg met grondeigenaren (er rekening mee houden dat enkele grondeigenaren niets willen). Planning: onzekerheid uitspraak Raad van State. Voldoende tijd nemen voor aanpassing plannen aan de uitspraak. Beleidsmatig: hoe wordt omwisselbesluit geregeld. Passen de maatregelen in waterbeheerplan van Waterschap. Helder en transparant naar alle betrokkenen bij het gebied. Goed nieuws via infoavonden; slecht nieuws aan de keukentafel. Overzicht kansen en knelpunten Bergvennen & Brecklenkampse Veld Meerderheid ziet een kans Wellicht een kans; niet door meerderheid genoemd/onderschreven Meerderheid ziet een knelpunt Achter de staan de organisaties die het betreffende aspect onderschrijven Wellicht een knelpunt; niet door meerderheid genoemd/onderschreven Overzicht kansen in en om het gebied Onderzoeken mogelijkheden hydrologische maatregelen in de aangrenzende landbouwpercelen in Duitsland en kansen voor de herinrichting van het bos Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 50

52 in Duitsland (Furst von Bentheim) LO, gemeente, waterschap, PG, LTO, Provincie Kansen Stimuleren van extensieve recreatie afgestemd op ecologisch draagvlak van het gebied. Daarnaast ligt er een kans voor het verknopen van diverse natuurgebieden in de omgeving. Hierbij staat de ontsluiting en beleefbaar maken van het gebied centraal. LO, gemeente, waterschap, provincie Hierbij kan de verplaatsing van de camping leiden of het omzetten van de camping in een natuurcamping leiden tot kansen om agrarische gronden elders te ontzien van hydrologische maatregelen provincie, gemeente waterschap, LTO, PG Afhankelijk van de type maatregelen die noodzakelijk zijn voor de instandhoudingsdoelstelling in goed overleg met de grondeigenaren treden over de toekomstig gebruik van de gronden. LO. Provincie, waterschap, PG, LTO en gemeente Uitplaatsen van één bedrijf kan mogelijk leiden tot ruimte voor andere bedrijven provincie, waterschap, gemeente, LO NB. LTO en PG geven hierbij aan dat zij verwachten dat er geen behoefte of bereidheid is voor het uitplaatsen van een bedrijf. Inzicht in (financiële) compensatiemogelijkheden: er moet wat te kiezen zijn voor de betrokkenen. Consequenties van bepaalde keuzes moeten helder zijn. - Wat als ik kies voor een beheersvergoeding? - Wat als ik kies voor verkoop/ruiling/etc.? - Welke gebruiksmogelijkheden heb ik nog voor mijn grond? (bijvoorbeeld gronden die beperkt agrarisch gebruikt kunnen worden, zouden nog kunnen bijdragen aan het economisch potentieel van het bedrijf, bijv. in het kader van de mestboekhouding provincie, PG, LO, waterschap, gemeente, LTO Aanwezigheid van BBL gronden in de nabijheid van het Bergvennen en Brecklenkampse Veld bieden beperkt kansen voor uitruil van functies mits de instandhoudingsdoelstellingen niet in het geding komen. Kijk buiten de begrenzing van de aanwijzing ( inclusief bufferzones) provincie, gemeente, LTO, LO, Waterschap, PG Toepassen van alternatieve technische maatregelen om de externe werking van hydrologische maatregelen op agrarische gronden zoveel mogelijk te beperken. LTO, PG, waterschap NB. Strijdigheid met standpunt LO die voor duurzame oplossingen nastreeft voor een goed ecologisch systeem. Het waterschap is geen voorstander van verduikering, vanwege het beheer en onderhoud dat hiermee gemoeid gaat. Overzicht knelpunten in en om het gebied Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 51

53 Knelpunten Partijen verschillen van mening over de noodzakelijkheid van de landbouwenclave. In deze landbouwenclave ligt een groot potentieel voor natuurontwikkeling. In de planuitwerking moet blijken of deze gronden noodzakelijk zijn voor de instandhoudingsdoelstelling. Gemeente, LTO, PG twijfelenaan de noodzakelijkheid.. Consequenties voor landbouw treden ook op buiten begrenzing. Krampachtig vasthouden aan de gebiedsbegrenzing biedt onvoldoende mogelijkheden om te kunnen puzzelen. Er is nog onvoldoende instrumentarium om het voor de landbouw op te lossen waterschap, gemeente, PG, provincie, LO Mogelijke gevolgen van de uitspraak van raad van state. Heeft dit eventueel invloed op de te nemen maatregelen LTO, PG gemeente, waterschap, provincie en LO Er moet duidelijkheid komen over de(agrarische) bruikbaarheid van de gronden na het uitvoeren van de maatregelen. Dit is afhankelijk van de omvang van de instandhoudingsdoellingen (met name uitbreiding oppervlakte). De maatregelen die nu worden uitgevoerd moeten ook het eindplaatje zijn. Zijn de gronden nog agrarisch te gebruiken, is agrarisch natuurbeheer een optie etc. provincie, gemeente, PG, waterschap, LTO, LO Er moet duidelijkheid komen over de omvang van de instandhoudingsdoelstellingen. Met name de omvang van uitbreiding oppervlakte is bepalend voor de agrarische bruikbaarheid van de gronden na het uitvoeren van de maatregelen. Provincie, waterschap, PG. LTO, gemeente, LO Twijfel er een ven is geweest in de landbouwenclave, nader onderzoek of die hier wel aanwezig is geweest PG, LTO Op dit moment worden nog maatregelen op de lange en korte termijn voorgesteld. Het is niet wenselijk om de maatregelen in twee fases uit te voeren LO, waterschap, gemeente, PG, LTO, provincie Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 52

54 BIJLAGE 3 RAPPORTAGE B-WARE Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 53

55 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 54

56 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 55

57 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 56

58 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 57

59 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 58

60 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 59

61 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 60

62 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 61

63 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 62

64 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 63

65 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 64

66 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 65

67 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 66

68 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 67

69 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 68

70 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 69

71 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 70

72 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 71

73 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 72

74 Eindrapportage Verkenning Bergvennen en Brecklenkampse Veld mei 2015 Pagina 73

Bergvennen & Brecklenkampse Veld

Bergvennen & Brecklenkampse Veld Bergvennen & Brecklenkampse Veld Terugkoppeling resultaten onderzoek 15 november 2016 Programma 20:00 uur 20:10 uur 20:15 uur 20:45 uur 21.15 uur 21:20 uur 22:00 uur Opening door Aart van Cooten Proces

Nadere informatie

Verkenning Achter de Voort, Agelerbroek en Voltherbroek

Verkenning Achter de Voort, Agelerbroek en Voltherbroek 2015 Verkenning Achter de Voort, Agelerbroek en Voltherbroek 19-5-2015 Verkenning Natura 2000 gebied Achter de Voort, Agelerbroek en Voltherbroek Auteur: Mevr. D. Kluin Opdrachtgever: Samen Werkt Beter

Nadere informatie

Aan het woord: Benno Brand, wethouder gemeente Dinkelland

Aan het woord: Benno Brand, wethouder gemeente Dinkelland Bergvennen & Brecklenkampse Veld (B&B) is aangewezen als Natura 2000-gebied vanwege de bijzondere natuurwaarden. Om deze kwetsbare natuur te beschermen, worden maatregelen genomen. Het uitgangspunt is

Nadere informatie

Hartelijk welkom. Informatieavond Beheerplan Natura 2000 Holtingerveld

Hartelijk welkom. Informatieavond Beheerplan Natura 2000 Holtingerveld Hartelijk welkom Informatieavond Beheerplan Natura 2000 Holtingerveld Programma Opening Opzet en doel van deze avond Even terug kijken Hoe staat het met de Programmatische Aanpak Stikstof Korte samenvatting

Nadere informatie

Grond in of nabij Bergvennen & Brecklenkampse Veld. Wat betekent dit voor mij?

Grond in of nabij Bergvennen & Brecklenkampse Veld. Wat betekent dit voor mij? Grond in of nabij Bergvennen & Brecklenkampse Veld Wat betekent dit voor mij? 1 Overijssel is een prachtige omgeving om te wonen, werken en recreëren. Een groot deel van de gebieden met veel natuurwaarden

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 10 februari 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-014947 - gemeente Arnhem Activiteit : Herinrichting

Nadere informatie

Stivas December 2016 Projectnummer 16ADV04 Plan van aanpak vervolgproces Integrale ontwikkeling Oostrand Dronten Plan van aanpak vervolgproces Oostrand Dronten 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Beschrijving

Nadere informatie

Rob van der Burg 6 april Vochtige bossen. Tussen verdrogen en nat gaan. bosgroepen.nl

Rob van der Burg 6 april Vochtige bossen. Tussen verdrogen en nat gaan. bosgroepen.nl Rob van der Burg 6 april 2017 Vochtige bossen Tussen verdrogen en nat gaan Hydrologische maatregelen Doel van hydrologisch herstel Uitgangspunt: systeemherstel Praktische aandachtspunten Risico s en gefaseerde

Nadere informatie

Toepassing van instrumenten uit handboek op NATURA2000-gebied Boetelerveld

Toepassing van instrumenten uit handboek op NATURA2000-gebied Boetelerveld Toepassing van instrumenten uit handboek op NATURA2000-gebied Boetelerveld Perry de Louw (Deltares) Jan van Bakel (De Bakelse Stroom) Judith Snepvangers (Landschap Overijssel) Natura2000-gebied Boetelerveld

Nadere informatie

Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden

Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden 1. Inleiding Ingevolge artikel 19d van de Natuurbeschermingswet is het verboden zonder vergunning projecten of andere handelingen te realiseren onderscheidenlijk

Nadere informatie

Gebiedsavond Bergvennen & Brecklenkampse Veld 13 juni 2017

Gebiedsavond Bergvennen & Brecklenkampse Veld 13 juni 2017 Gebiedsavond Bergvennen & Brecklenkampse Veld 13 juni 2017 Presentatie Fons Eysink Landschapsecologische systeemanalyse (LESA) en maatregelenkaart Werkwijze hydrologische modellering (namens Margrietha

Nadere informatie

Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden

Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden Drainage en beregening rondom Natura 2000 gebieden 1. Inleiding Ingevolge artikel 19d van de Natuurbeschermingswet is het verboden zonder vergunning projecten of andere handelingen te realiseren onderscheidenlijk

Nadere informatie

Hartelijk welkom. Informatieavond Beheerplan Natura 2000 Fochteloërveen

Hartelijk welkom. Informatieavond Beheerplan Natura 2000 Fochteloërveen Hartelijk welkom Informatieavond Beheerplan Natura 2000 Fochteloërveen Programma Opening Opzet en doel van deze avond Even terug kijken Hoe staat het met de Programmatische Aanpak Stikstof Korte samenvatting

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum : 8 oktober 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2010-005930- gemeente Harderwijk Activiteit : Uitbreiding

Nadere informatie

2 e ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Artikelen 19d en 19e

2 e ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Artikelen 19d en 19e 2 e ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikelen 19d en 19e Datum : 1 augustus 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2013-018427 - gemeente Dronten Activiteit

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 16 januari 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-015534 - gemeente Ede Activiteit : Verbreding

Nadere informatie

Hatertse en Overasseltse Vennen

Hatertse en Overasseltse Vennen Hatertse en Overasseltse Vennen Maatregelplan aanpak verdroging en natuur Harro Kraal Waterschap Rivierenland Beleid Rijksbeleid TOP-gebieden EHS Provinciaal Waterhuishoudingsplan Actiegebieden Waterberging

Nadere informatie

Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Programma

Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Programma Het Natura 2000 beheerplan Drentsche Aa-gebied: wat houdt het in, wat gaat er gebeuren? Informatieavond, 9 december 2014 De Aanleg, Deurze 1 Programma 1. Welkom (Hendrik Oosterveld) 2. Doel van de avond

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 18 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-005202 - gemeente Ede Activiteit

Nadere informatie

Gebiedswijzer De Bruuk

Gebiedswijzer De Bruuk Programmatische Aanpak Stikstof Gebiedswijzer De Bruuk Nederland heeft ruim 160 natuurgebieden aangewezen als Natura 2000-gebied. Samen met de andere landen van de Europese Unie werkt Nederland zo aan

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 8 september 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-002524 - gemeente Ede Activiteit : het

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF. Nieuwe aanpak Noordrand Krimpenerwaard: Ruimte voor ondernemen. Oktober Partijen in de Krimpenerwaard en de provincie

NIEUWSBRIEF. Nieuwe aanpak Noordrand Krimpenerwaard: Ruimte voor ondernemen. Oktober Partijen in de Krimpenerwaard en de provincie NIEUWSBRIEF Nieuwe aanpak Noordrand Krimpenerwaard: Ruimte voor ondernemen Oktober 2014 Partijen in de Krimpenerwaard en de provincie Zuid-Holland gaan op een andere manier samenwerken aan de ontwikkeling

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b Datum : 17 maart 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-013911 - gemeente Ede

Nadere informatie

Natura 2000 Gebiedsanalyse voor de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) Bergvennen en Brecklenkampse Veld

Natura 2000 Gebiedsanalyse voor de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) Bergvennen en Brecklenkampse Veld Natura 00 Gebiedsanalyse voor de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) Bergvennen en Brecklenkampse Veld Vastgesteld Gedeputeerde Staten van Overijssel: juni 17 Colofon Datum -06-17 Adresgegevens Auteurs

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 21 januari 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2013-014115 - gemeente Putten Activiteit : het

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 21 augustus 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-004219 - gemeente Ede Activiteit

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Onderwerp : uitvoeringsprogramma Groen Blauwe Diensten

Raadsvoorstel. Onderwerp : uitvoeringsprogramma Groen Blauwe Diensten Raadsvoorstel Vergadering: : 28 april 2008 Agendanummer : 7 Opiniërende vergadering : 14 april 2008 Portefeuillehouder : L.C.J. Lijmbach Onderwerp : uitvoeringsprogramma Groen Blauwe Diensten Aan de raad,

Nadere informatie

Natte en Vochtige bossen. Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er?

Natte en Vochtige bossen. Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er? Natte en Vochtige bossen Hydrologisch herstel van natte en vochtige bossen: welke kansen liggen er? Indeling Landschappelijke positie natte en vochtige bossen Verdroging Waar liggen de kansen? Hoe te herkennen

Nadere informatie

Natura 2000 in De Wieden en Weerribben. Wat betekent dit voor u?

Natura 2000 in De Wieden en Weerribben. Wat betekent dit voor u? Natura 2000 in De Wieden en Weerribben Wat betekent dit voor u? Deze brochure is bestemd voor bewoners, ondernemers, grondeigenaren, pachters en andere belanghebben in de gebieden De Wieden en De Weerribben.

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 27 oktober 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-003821 - gemeente Putten Activiteit : het

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 21 januari 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-010894 - gemeente Ermelo Activiteit

Nadere informatie

Programmatische Aanpak Stikstof: PAS

Programmatische Aanpak Stikstof: PAS Programmatische Aanpak Stikstof: PAS Toelichting voorlopig programma Presentatie technische briefing Vaste commissie voor LNV van de Tweede Kamer 30 september 2010 Waarom een Programmatische Aanpak Stikstof

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 8 september 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-004757 gemeente Ede Activiteit : het wijzigen

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 18 maart 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-012117 - gemeente Ermelo Activiteit : verbreden van het

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 27 januari 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2016-001222 - gemeente Woudenberg

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 23 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-017309 - gemeente Ermelo Activiteit

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, e, f en g Natuurbeschermingswet 1998, Verordening Stikstof en Natura 2000 Gelderland en Beleidsregels Stikstof en

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 30 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-006217 - gemeente Ede Activiteit

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b Datum : 19 september 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-00078 - gemeente Nunspeet

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 2 juni 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-017295 - gemeente Arnhem Activiteit : Aanpassingen van

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 27 november 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-009212 - gemeente Amersfoort Activiteit

Nadere informatie

Gebiedswijzer Wierdense Veld

Gebiedswijzer Wierdense Veld Programmatische Aanpak Stikstof Gebiedswijzer Wierdense Veld Nederland heeft ruim 160 natuurgebieden aangewezen als Natura 2000-gebied. Samen met de andere landen van de Europese Unie werkt Nederland zo

Nadere informatie

Programma. Beheerplan Elperstroomgebied

Programma. Beheerplan Elperstroomgebied Beheerplan Elperstroomgebied Alie Alserda Pietop t Hof Christina Schipper Rienko van der Schuur 1 Elperstroomgebied Natura 2000 14 mei 2013 Programma Inleiding Doelen Knelpunten Activiteiten Aanvullend

Nadere informatie

Inrichting Straelensbroek/ Straelens Schuitwater

Inrichting Straelensbroek/ Straelens Schuitwater Uitgangssituatie Algemeen Inrichting Straelensbroek/ Straelens Schuitwater Projectnummer: 2008_009 Projectnaam: Inrichting Straelensbroek/Straelens Schuitwater PMJP: B1 Inrichting verworven EHS Natuurdoel:

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 25 maart 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-017295 - gemeente Arnhem Activiteit : Aanpassingen

Nadere informatie

De Bunte Vastgoed Oost BV T.a.v. dhr. W. van den Top Postbus AA Ede. Geldermalsen, 28 oktober Geachte heer Van den Top,

De Bunte Vastgoed Oost BV T.a.v. dhr. W. van den Top Postbus AA Ede. Geldermalsen, 28 oktober Geachte heer Van den Top, De Bunte Vastgoed Oost BV T.a.v. dhr. W. van den Top Postbus 8029 6710 AA Ede Geldermalsen, 28 oktober 2015 betreft: project: referentie: behandeld door: bijlage(n): Toetsing herinrichting aan NNN en Natura-2000

Nadere informatie

BESCHIKKING D.D. 13 AUGUSTUS ZAAKNUMMER VAN GEDEPUTEERDE STATEN

BESCHIKKING D.D. 13 AUGUSTUS ZAAKNUMMER VAN GEDEPUTEERDE STATEN BESCHIKKING D.D. 13 AUGUSTUS 2012 - ZAAKNUMMER 2011-019213 - VAN GEDEPUTEERDE STATEN Natuurbeschermingswet 1998 Artikel 19 D/E Rundvee-, pluimvee-, en varkenshouderij aan de Veenstraat 7 te Lunteren Beslissing

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 22 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-005160 - gemeente Putten Activiteit

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 5 april 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2016-002289 - gemeente Leusden Activiteit

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 8 oktober 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-005393 - gemeente Barneveld Activiteit :

Nadere informatie

Beschrijving deelgebied Buitengebied Breda Haagse Beemdenbos

Beschrijving deelgebied Buitengebied Breda Haagse Beemdenbos Beschrijving deelgebied Buitengebied Breda Haagse Beemdenbos Zevenbergen Terheijden Overzichtskaart met uitsnede van het deelgebied (dijkvak B100b) en vogelvlucht foto (Google Earth) Sectie Dijkvakken

Nadere informatie

Programma van Eisen - Beheerplannen

Programma van Eisen - Beheerplannen Programma van Eisen - Beheerplannen Eisen voor de inhoud Inventarisatie 1. Het beheerplan geeft allereerst een beschrijving van de natuurwaarden in het Natura 2000-gebied (de actuele situatie en trends,

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 30 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-007675 - gemeente Almere Activiteit

Nadere informatie

PAS herstelmaatregelen en monitoring Wat kan en moet de kleine beheerder daarmee?

PAS herstelmaatregelen en monitoring Wat kan en moet de kleine beheerder daarmee? PAS herstelmaatregelen en monitoring Wat kan en moet de kleine beheerder daarmee? Beheerdersdag 2015 Jan Willem van der Vegte, BIJ12 - PAS-bureau Leon van den Berg, Bosgroepen Programmatische Aanpak Stikstof

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 14 juli 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-016050 - gemeente Apeldoorn Activiteit : mestverwerkingsinstallatie

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Vaststelling notitie Drainage en beregening Natura 2000-gebieden

PROVINCIAAL BLAD. Vaststelling notitie Drainage en beregening Natura 2000-gebieden PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Drenthe. Nr. 543 1 februari 2016 Vaststelling notitie Drainage en beregening Natura 2000-gebieden Besluit van Gedeputeerde Staten van Drenthe van 15 december

Nadere informatie

Stikstofdepositie en Natura 2000: een PASsend antwoord. Dick Bal (ministerie EZ / Natura 2000)

Stikstofdepositie en Natura 2000: een PASsend antwoord. Dick Bal (ministerie EZ / Natura 2000) Stikstofdepositie en Natura 2000: een PASsend antwoord Dick Bal (ministerie EZ / Natura 2000) Introductie Natura 2000 als kader voor de PAS (Programmatische Aanpak Stikstof) Europese wetgeving om soorten

Nadere informatie

Gebiedsavond Bodegraven-Noord

Gebiedsavond Bodegraven-Noord Gebiedsavond Bodegraven-Noord Programma 20.00 u Welkom door Jan Leendert van den Heuvel 20.10u Presentatie over schetsontwerp voor Bodegraven-Noord 20.30u Korte pauze, vragen inventariseren 20.45u Tafelgesprekken

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19f/g Datum besluit : 31 maart 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2016-002238 - gemeente Bunschoten-

Nadere informatie

Bestemmingsplan buitengebied Wageningen

Bestemmingsplan buitengebied Wageningen Bestemmingsplan buitengebied Wageningen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport 12 augustus 2013 / rapportnummer 2755 40 1. Oordeel over het MER De gemeente Wageningen wil haar bestemmingsplan voor

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum : 21 mei 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2013-018796 - gemeente Beekbergen Activiteit : Sloop en nieuwbouw vakantiewoningen

Nadere informatie

Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas

Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas provincie :: Utrecht Plan van aanpak Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas In samenwerking tussen Veenendaal: 23 oktober 2017 Versie: 0.1 Opgesteld door: Maurice Kassing Gemeente

Nadere informatie

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Brabantse Wal

Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Brabantse Wal Wijzigingsbesluit Natura 2000-gebied Brabantse Wal De Staatssecretaris van Economische Zaken Gelet op de artikelen 10a en 15 van de Natuurbeschermingswet 1998; BESLUIT: Artikel 1 Het besluit van 25 april

Nadere informatie

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Erratum Bijlage 9 Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Onderstaande tekst vervangt bijlage 9 bij het

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 3 december 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-014232 - gemeente Apeldoorn Activiteit : faunabeheer

Nadere informatie

Natura 2000 De Wieden en Weerribben. Wat betekent dit voor u?

Natura 2000 De Wieden en Weerribben. Wat betekent dit voor u? Natura 2000 De Wieden en Weerribben Wat betekent dit voor u? De Wieden en Weerribben zijn aangewezen als Natura 2000-gebied vanwege de bijzondere planten en dieren, zoals moerasvogels, de grote vuurvlinder

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum besluit : 31 maart 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-013646 - gemeente Barneveld Activiteit

Nadere informatie

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 2513 AA DEN HAAG Directie en Biodiversiteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den

Nadere informatie

Landgoed Heijbroeck. Waterparagraaf. Datum : 11 juni Bureau van Nierop, Landgoed Heijbroeck, Waterparagraaf 1

Landgoed Heijbroeck. Waterparagraaf. Datum : 11 juni Bureau van Nierop, Landgoed Heijbroeck, Waterparagraaf 1 Landgoed Heijbroeck Waterparagraaf Datum : 11 juni 2013 Auteur Opdrachtgever : W.J. Aarts : Fam. van Loon 1 VOORWOORD In opdracht van Fam. van Loon is er door Bureau van Nierop een waterparagraaf conform

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Documentnummer(s). inzagestukken: 02181703 ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND 1 Datum besluit : 24 augustus 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-006478

Nadere informatie

Bijlage 1. Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek

Bijlage 1. Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek Bijlage 1 Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek Bijlagel Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek Bodemopbouw en Geohydrologie Inleiding In deze bijlage wordt

Nadere informatie

Memo *12UT015727* Aanleiding. Zaaknr. : 12IT Kenmerk : 12UT Barcode : : Waterschap Brabantse Delta

Memo *12UT015727* Aanleiding. Zaaknr. : 12IT Kenmerk : 12UT Barcode : : Waterschap Brabantse Delta Zaaknr. : 12IT003639 Kenmerk : 12UT015727 Barcode : *12UT015727* Memo Van : Waterschap Brabantse Delta Via : Aan : Projectplanning en Realisatie Onderwerp: Belang omzetting bestemming bedrijf fam. van

Nadere informatie

Programmatische Aanpak Stikstof TERSCHELLING

Programmatische Aanpak Stikstof TERSCHELLING Programmatische Aanpak Stikstof TERSCHELLING Programma informatieavond Programma Aanpak Stikstof (PAS) 19.30-20.00 uur Inloop 20.00-20.05 uur Opening door voorzitter Piet Dijkstra - Programma en doel van

Nadere informatie

Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator.

Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator. Dit document bevat resultaten van een stikstofberekening met AERIUS Calculator. U dient dit document te gebruiken ter onderbouwing van een in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998. De resultaten

Nadere informatie

Motivatie wijzigingsplan

Motivatie wijzigingsplan Motivatie wijzigingsplan Ten behoeve van natuurontwikkeling in het gebied Hanenplas, wordt de gemeente verzocht om de bestemming van een aantal percelen (gelegen binnen het bestemmingsplan buitengebied

Nadere informatie

SAMEN WERKT BETER VERKENNING VOOR DE ONTWIKKELOPGAVE EHS, NATURA 2000 EN PAS VOOR HET GE- BIED HET WITTE VEEN

SAMEN WERKT BETER VERKENNING VOOR DE ONTWIKKELOPGAVE EHS, NATURA 2000 EN PAS VOOR HET GE- BIED HET WITTE VEEN SAMEN WERKT BETER VERKENNING VOOR DE ONTWIKKELOPGAVE EHS, NATURA 2000 EN PAS VOOR HET GE- BIED HET WITTE VEEN i VERKENNING VOOR DE ONTWIKKELOPGAVE EHS, NATURA 2000 EN PAS VOOR HET GEBIED HET WITTE VEEN

Nadere informatie

Verzoek wijziging bestemmingsplan

Verzoek wijziging bestemmingsplan Verzoek wijziging bestemmingsplan Percelen Rucphen O 225 en O 433 Ruimtelijke onderbouwing kwaliteitsverbetering omgeving Rozenven Inleiding Sinds 2011 is Vereniging Natuurmonumenten eigenaar van natuurgebied

Nadere informatie

Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator. Berekening Situatie 1 Kenmerken Emissie Depositie

Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator. Berekening Situatie 1 Kenmerken Emissie Depositie Dit document bevat resultaten van een stikstofdepositieberekening met AERIUS Calculator. U kunt dit document onder meer gebruiken voor een onderbouwing van een vergunningaanvraag in het kader van de Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 30 april 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-006073 gemeente Brummen Activiteit : het in bedrijf

Nadere informatie

BESLISDOCUMENT VERKENNINGSFASE NATURA2000-GEBIED DINKELLAND - DEELGEBIED PUNTHUIZEN-STROOTHUIZEN

BESLISDOCUMENT VERKENNINGSFASE NATURA2000-GEBIED DINKELLAND - DEELGEBIED PUNTHUIZEN-STROOTHUIZEN BESLISDOCUMENT VERKENNINGSFASE NATURA2000-GEBIED DINKELLAND - DEELGEBIED PUNTHUIZEN-STROOTHUIZEN Opgesteld door: Ondersteuning: Staatsbosbeheer De heer H. van de Beek Postbus 6 7400 AA Deventer Stimuland

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b Datum : 26 juni 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2015-002937 gemeente

Nadere informatie

ONTWIKKELINGSPLAN LANDSCHAPPELIJKE ELEMENTEN. Gemeente Someren. Project 3: Beekdal van de Aa ten oosten van de Zuid Willemsvaart

ONTWIKKELINGSPLAN LANDSCHAPPELIJKE ELEMENTEN. Gemeente Someren. Project 3: Beekdal van de Aa ten oosten van de Zuid Willemsvaart ONTWIKKELINGSPLAN LANDSCHAPPELIJKE ELEMENTEN Gemeente Someren Datum: 9 november 2001 Project: 119-4 Status: Definitief Opdrachtgever: Gemeente Someren VOORWOORD Door het college van Burgemeester & Wethouders

Nadere informatie

Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 19km, eerste lid, van de Nb-wet 1998.

Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 19km, eerste lid, van de Nb-wet 1998. Dit document is een bijlage bij het toestemmingsbesluit als bedoeld in artikel 19km, eerste lid, van de Nb-wet 1998., Kenmerken Emissie Depositie natuurgebieden Depositie habitattypen Verdere toelichting

Nadere informatie

Topsoil. Korte introductie

Topsoil. Korte introductie Topsoil Korte introductie TOPSOIL is een Europees INTERREG subsidieproject. Het is een samenwerking tussen waterschappen, wetenschappers, overheden en stakeholders uit Nederland, België, Duitsland, Denemarken

Nadere informatie

BESCHIKKING D.D. 15 APRIL 2013 - ZAAKNUMMER 2013-001167 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESCHIKKING D.D. 15 APRIL 2013 - ZAAKNUMMER 2013-001167 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESCHIKKING D.D. 15 APRIL 2013 - ZAAKNUMMER 2013-001167 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Natuurbeschermingswet 1998 Drempelwaarden op grond van beleidsregels stikstof Gelderland 2013-001167 - gemeente

Nadere informatie

Raamovereenkomst Plattelandsontwikkeling Drenthe

Raamovereenkomst Plattelandsontwikkeling Drenthe Raamovereenkomst Plattelandsontwikkeling Drenthe Ondertekenden, Natuur en Milieu Federatie Drenthe, bij deze vertegenwoordigd door R. Hoekstra, hierna te noemen als NMFD Staatsbosbeheer, bij deze vertegenwoordigd

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b Datum : 30 maart 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-011635 - gemeente Ermelo

Nadere informatie

Natura essentietabellen Leeswijzer

Natura essentietabellen Leeswijzer Natura 2000- essentietabellen Leeswijzer Ministerie van LNV, juni 2009 Inleiding In diverse Natura 2000-documenten staat informatie over Natura 2000-doelen die sturend is voor het opstellen van beheerplannen.

Nadere informatie

Watergebiedsplan Verenigde Groote en Kleine Polders. Projectnummer: (Ontwerp)projectplan op basis van artikel 5.

Watergebiedsplan Verenigde Groote en Kleine Polders. Projectnummer: (Ontwerp)projectplan op basis van artikel 5. Watergebiedsplan Verenigde Groote en Kleine Polders Projectnummer: 92855 (Ontwerp)projectplan op basis van artikel 5.4 van de Waterwet Archimedesweg 1 postadres: postbus 156 2300 AD Leiden telefoon (071)

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d, 19e en 19kd, lid 1, onder b Datum : 23 januari 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-010311 - gemeente

Nadere informatie

BESLISDOCUMENT VERKENNINGSFASE NATURA2000-GEBIED LANDGOEDEREN OLDENZAAL

BESLISDOCUMENT VERKENNINGSFASE NATURA2000-GEBIED LANDGOEDEREN OLDENZAAL BESLISDOCUMENT VERKENNINGSFASE NATURA2000-GEBIED LANDGOEDEREN OLDENZAAL Uitvoering: Ondersteuning Stimuland: Natuurmonumenten De heer J. Braad Bentheimerstraat 15a 7587 ND DE LUTTE Wilco Pasman Datum:

Nadere informatie

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen

Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 gebieden zonder vogeldoelen Bijlage 9 - Toetsing typische soorten in Natura 2000 en zonder vogeldoelen Er zijn acht Natura 2000 en waarvoor geen vogeldoelen zijn geformuleerd, maar die wel binnen één van de helikopterlaagvliegen

Nadere informatie

Hierbij treft u aan de antwoorden op de vragen van het lid Dijkgraaf (SGP) over de monitoring in het kader van Natura 2000 (ingezonden 7 juni 2013).

Hierbij treft u aan de antwoorden op de vragen van het lid Dijkgraaf (SGP) over de monitoring in het kader van Natura 2000 (ingezonden 7 juni 2013). > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal Natuur & Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC

Nadere informatie

Verkenning Natura2000 gebied LONNEKERMEER

Verkenning Natura2000 gebied LONNEKERMEER Verkenning Natura2000 gebied LONNEKERMEER Inhoud 0. Samenvatting en verantwoording 1. Aanleiding en doel van de verkenning 2. Gebiedsbeschrijving 3. Inhoudelijke randvoorwaarden voor het gebiedsproces

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Artikel 19d en 19e Datum : 6 november 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2014-010581 - gemeente Barneveld Activiteit

Nadere informatie

Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator.

Wilt u verder rekenen of gegevens wijzigen? Importeer de pdf dan in de Calculator. Dit document bevat resultaten van een stikstofdepositieberekening met AERIUS Calculator. U dient dit document te gebruiken ter onderbouwing van een in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998. De resultaten

Nadere informatie

Partiële herziening Peilbesluit Duivenvoordse- en Veenzijdsepolder. Peilvak Noortheylaan

Partiële herziening Peilbesluit Duivenvoordse- en Veenzijdsepolder. Peilvak Noortheylaan Partiële herziening Peilbesluit Duivenvoordse- en Veenzijdsepolder Peilvak 2.15.1.11 Noortheylaan Archimedesweg 1 postadres: postbus 15 2300 AD Leiden telefoon (071) 3 03 03 telefax (071) 5 123 91 CORSA

Nadere informatie

Herinrichting Aaltense Goor - Zwarte Veen

Herinrichting Aaltense Goor - Zwarte Veen Herinrichting Aaltense Goor - Zwarte Veen PRESENTATIES Werksessie Landbouw 13 Maart 2012 Beste lezer, In dit document vindt u op navolgende pagina s de sheets van de volgende presentaties: 1. Presentatie

Nadere informatie

30 sept OU

30 sept OU VERKLARING VAN GEEN BEDENKINGEN NATUURBESCHERMINGSWET 1998 Behoort bij besluit van burgemeester en wethouders van Berkelland datum: zaaknr: nr: 30 sept 2014 65848 OU2010006 Aanvrager : Het college van

Nadere informatie

Financiering van het gezamenlijke voorstel voor de herijking EHS in het Reggegebied

Financiering van het gezamenlijke voorstel voor de herijking EHS in het Reggegebied Financiering van het gezamenlijke voorstel voor de herijking EHS in het Reggegebied Inleiding Op 11 mei 2012 hebben Landschap Overijssel, LTO-Noord, waterschap Regge en Dinkel en de gemeenten Ommen en

Nadere informatie