Openbaar ministerie Aanwijzing verbaliseringsbeleid en procesbeschrijving minderjarigen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Openbaar ministerie Aanwijzing verbaliseringsbeleid en procesbeschrijving minderjarigen"

Transcriptie

1 Openbaar ministerie Aanwijzing verbaliseringsbeleid en procesbeschrijving minderjarigen Categorie: opsporing, vervolging, executie Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO (nieuw) Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat: Hoofden van de parketten Registratienummer: 1999A001 Datum vaststelling: Datum inwerkingtreding: Geldigheidsduur: Publikatie in Stcrt: 82 d.d. 29 april 1999 Vervallen: Richtlijn verbaliseringsbeleid minderjarigen (politiesepot) d.d ; Procesbeschrijving strafzaken minderjarigen 12 tot 18 jaar d.d Relevante richtlijnen voor strafvordering: kinderzaken (misdrijven), reg. nr. 1999R001 Wetsbepalingen: Jurisprudentie: Bijlage(n): 4 Achtergrond 1. Jeugdcriminaliteit Jeugdcriminaliteit is een verzamelbegrip waaronder een grote diversiteit aan strafbare gedragingen wordt samengevat. Aldus de definitie, zoals opgenomen in het rapport Met de neus op de feiten van de Commissie-Van Montfrans 1. Deze variëren van incidenteel, normoverschrijdend opgroeigedrag dat kan worden gezien als een doorgeschoten uiting van het normale of gezonde experimenteergedrag van kinderen, pubers en adolescenten, tot racistisch geweld en het stelselmatig plegen van delicten om bijvoorbeeld een verslaving te bekostigen, er een dure leefstijl op na te kunnen houden of deel te kunnen uitmaken van een subcultuur waarbinnen delinquent gedrag groepsnorm is. Het doel van de bestrijding van jeugdcriminaliteit is zoveel mogelijk terugdringing van dit verschijnsel en beperking van de overlast tot een maatschappelijk aanvaardbaar niveau. In de wijze waarop dit doel wordt nagestreefd, treden gaandeweg verschuivingen op. Een pedagogisch gerichte aanpak zal van groot belang blijven voor de categorie jeugdigen bij wie die aanpak naar verwachting effect zal sorteren; naarmate leeftijd en criminaliteitspatroon vorderen en het delictgedrag instrumenteler van karakter wordt, zullen elementen als leedtoevoeging, vergelding en maatschappijbescherming echter een steeds grotere rol gaan spelen. Daarbij zal ook in het kinderstrafrecht de minderjarige steeds meer worden aangesproken op zijn eigen verantwoordelijkheid, steeds meer serieus worden genomen. Het (zogenoemde welzijns-) model, zoals dat lange tijd in Nederland werd aangehangen, waarbij op de eerste stappen van een jongere op het criminele pad met aanhoudende lankmoedigheid werd gereageerd (mondelinge en schriftelijke waarschuwingen, sepots van uiteenlopend karakter, voorwaardelijke straffen), is thans verlaten 2. Dat wil niet zeggen dat er voortaan steeds zware straffen moeten worden opgelegd. Wél van groot belang is dat er op consistente wijze wordt gestraft, dat er in elk geval consequent een reactie op ieder strafbaar feit volgt, en wel binnen korte termijn na het plegen van het feit. Juist aan het begin van een criminele loopbaan moet adequaat worden gereageerd om zoveel mogelijk te bereiken dat het criminele gedrag wordt gestaakt; dat kan (nog steeds) lankmoedigheid vereisen, soms ook een korte, stevige tik op de vingers, alles, mits de jongere de reactie serieus neemt en het gevoel heeft, met die reactie zelf serieus genomen te worden. Als deze aanpak op dat moment mislukt, en de jongere volhardt in zijn of haar strafbaar gedrag, meestal van toenemende zwaarte en met soms ruw geweld, dan moet het als zinloos worden beschouwd, om ook dan nog aan te komen met straffen waarvoor het belang van het kind als primaire inspiratiebron geldt; immers, op 16- en 17- jarigen, die zich schuldig maken aan gewapende overvallen, of reeksen woninginbraken plegen of lid zijn van een criminele organisatie, maken dergelijke straffen geen enkele indruk. Anderzijds is het ook bepaald een bedrijfs belang, dat grote aantallen geringe strafbare feiten niet het justitiële apparaat verstoppen; officieren en rechters kunnen zich dan bezighouden met relatief zwaardere zaken. 2. Doelstelling van de aanwijzing De beleidsnorm is een afdoening van 75% van de kinderzaken binnen 6 maanden na het eerste verhoor. Deze doorlooptijd van 6 maanden betreft de deeltrajecten opsporing, OM-afdoening en afdoening door tussenkomst rechter. Indien als uitgangspunt wordt gekozen dat het eerste verhoor van verdachte onverwijld plaatsvindt na bekend worden van de identiteit van de verdachte, dan is in het merendeel van de zaken 1 maand voldoende om het proces-verbaal op te maken en in te zenden. Gestreefd wordt om de afdoeningsbeslissing door het OM, in het geval van overleg met de Raad voor de Kinderbescherming, binnen 1 maand te laten plaatsvinden. Van het OM wordt een stringent toezicht verlangd op het spoedig inzenden van de processen-verbaal door de politie, alsmede een voortvarend optreden bij het nemen van de beslissing en het (eventueel) aanbrengen ter terechtzitting. 3. Standaardprocedure In het bijzonder met het oog op het zo kort mogelijk houden van de zogenoemde doorlooptijden is een standaardprocedure voor strafzaken tegen minderjarigen opgesteld. De standaardprocedure wordt aan de parketten aangeboden als toetsingsinstrument voor de behandeling van jeugdzaken; de procedure krijgt pas een verplichtend karakter, indien een parket, dat deze procedure niet (geheel of op onderdelen) volgt, niet aan het gestelde beleidsvoornemen mocht voldoen. De voorstellen in de standaardprocedure beperken zich tot: de zaken waarin de verdachte zich niet in voorlopige hechtenis bevindt; een snelle doorlooptijd van die categorie zaken wordt immers verzekerd door de wettelijke termijnen rond de voorlopige hechtenis; de behandeling van zaken in eerste aanleg: behandeling in meerdere instan- Uit: Staatscourant 1999, nr. 82 / pag. 12 1

2 ties vergt uiteraard meer tijd dan in één instantie. Dat neemt niet weg dat het kwali-teitsaspect van een korte doorlooptijd onverkort geldt voor een eventuele behandeling in hoger beroep. De standaardprocedure is in de aanwijzing telkens opgenomen in de paragrafen 2 onder opsporing, vervolging en executie. Zie voor de procesbeschrijving bijlagen 1 en Meetpunten De doorlooptijd van strafzaken tegen minderjarigen kan worden vastgesteld aan de hand van meetpunten, zowel voor het totale traject als voor de deeltrajecten. Om de parketten onderling te kunnen vergelijken is uiteraard nodig dat eenduidig wordt geregistreerd (Compas) en dat dezelfde meetpunten worden gehanteerd. De deeltrajecten opsporing, OMafdoening en dagvaarding, executie betreffen alle de verantwoordelijkheid van het OM; in elk traject is het OM in staat om invloed uit te oefenen. Voor die punten, waar het OM afhankelijk is van beslissingen van anderen (bijv. aanhoudingsbeleid rechter, capaciteit inrichtingen) is het zaak, die beslissingen in kaart te brengen als motivering voor het onder omstandigheden niet halen van gestelde termijnen. De meetpunten zijn in de aanwezig telkens opgenomen in de paragrafen 3 onder opsporing, vervolging en executie. Alle meetpunten kunnen door Compas worden geleverd. Zie voor een schematische weergave bijlage 4. Samenvatting Deze aanwijzing bevat een regeling voor het verbaliseringsbeleid en de procesbeschrijving voor minderjarigen. 1. Het politiesepot: de waarschuwing en Halt Minderjarigen, die strafbare feiten van betrekkelijk geringe ernst hebben gepleegd, kunnen via het politiesepot buiten het justitiële circuit worden gehouden. Mits adequaat toegepast, is het politiesepot doorgaans in het belang van de minderjarige. Het politiesepot omvat twee soorten afdoening: 1. het politiesepot als waarschuwing, waarbij behalve registratie en de mondelinge waarschuwing door de politie, geen inhoudelijke sanctie wordt toegepast, en 2. de Halt-afdoening, waarbij, ter voorkoming van strafvervolging hetzij een aantal uren moet worden gewerkt zonder vergoeding, hetzij schade moet worden vergoed, hetzij een combinatie van beide. De verhouding tussen beide soorten politiesepot kan als volgt worden samengevat: Halt, tenzij kan worden volstaan met een waarschuwing. Halt is dus bedoeld voor ernstige, de waarschuwing voor relatief minder ernstige zaken. Dat laatste de waarschuwing dus kan zich voordoen indien sprake is van een feit van een bagatel -karakter in ingeval van: bijzondere persoonlijke omstandigheden van de minderjarige (als: zeer jeugdige leeftijd, geestelijke gesteldheid, gezin, school, werk), of het reeds vergoed zijn van de toegebrachte schade. De politie vervult bij de toepassing van Halt een sleutelrol (zie art. 77e WvSr, Besluit aanwijzing Halt-feiten en de aanwijzing Halt-afdoening (reg. 1999A002)). Betrof de Halt-afdoening aanvankelijk een categoriaal beperkte groep feiten ( vandalisme ), het Besluit aanwijzing Halt-feiten van 25 januari 1995, Stb. 1995, 62, geeft daaraan een zodanige uitbreiding 3, dat een (verdere) verschuiving van de waarschuwing naar de Aandachtspunten: afwijking van de in het Besluit aanwijzing Halt-feiten en de Aanwijzing Halt-afdoening gestelde verwijzingscriteria is alleen mogelijk na overleg met (toestemming van) de officier van justitie in een concreet geval; de hulpofficier van justitie stelt het aantal uren vast (zie voor een voorbeeld bijlage 2.); bij een mislukte Halt-zaak moet ten spoedigste proces-verbaal worden ingezonden (er is al een verkort proces-verbaal opgemaakt; zie paragraaf 8 van de Aanwijzing Halt-afdoening) Recidive na waarschuwing of Halt Bij recidive moet in ieder geval een zwaardere afdoening volgen (in beginsel steeds: extreem lang tijdsverloop sedert een eerder gepleegd strafbaar feit kan tot een andere beoordeling leiden). Dus: na een waarschuwing volgt nimmer een tweede waarschuwing; de (hulp)officier van justitie heeft dan de keuze tussen een Halt-afdoening en een proces-verbaal. Bij recidive na een eerdere Halt-afdoening kan ook nog een tweede keer aan een Halt-project worden deelgenomen, mits het nieuwe strafbare feit niet plaatsvindt binnen een jaar na het eerdere feit. Die tijdsvoorwaarde wordt niet gesteld in geval van recidive na een waarschuwing. In schema: Opsporing Halt-afdoening alleszins te verwachten is. De afbakening tussen beide soorten politiesepot wordt er daarmee niet gemakkelijker op Wanneer waarschuwing of Halt? Bij niet voldoen aan de Halt-voorwaarden zal in het algemeen strafvervolging plaatsvinden; er moet in die gevallen dan ook sprake zijn van een vervolgbaar feit (bewijsbaar en van voldoende ernst) Proces-verbaal In de hierboven niet begrepen gevallen wordt steeds proces-verbaal opgemaakt. Andere omstandigheden die in ieder geval ertoe leiden dat proces-verbaal moet worden opgemaakt, zijn: verontrustende persoonlijke omstandigheden (niet naar school gaan, geen werk, een slechte relatie met ouder(s), geen woonplaats of zwerfgedrag, omgang met criminele vrienden, gebruik van veel alcohol en/of drugs, gokken); Uit: Staatscourant 1999, nr. 82 / pag. 12 2

3 bij een professionele of geraffneerde werkwijze; aard of aantal van de gepleegde strafbare feiten; ingeval van ernstige (maatschappelijke) verontrusting of overlast tengevolge van het feit, of van aanmerkelijke schade of letsel bij benadeelden; na inverzekeringstelling; indien de verdachte (of, ingeval van minderjarigen tot 16 jaar: de ouders) geen afstand doet van in beslag genomen voorwerpen); ingeval van strafbare feiten, gepleegd tegen de achtergrond van omstandigheden die aanleiding kunnen geven tot kinderbeschermingsmaatregelen Minderjarige en meerderjarige verdachten samen Als er naast minderjarige verdachten meerderjarige verdachten bij eenzelfde zaak betrokken zijn, moet zoveel mogelijk ten aanzien van allen hetzelfde beleid worden gevoerd; dit betekent in beginsel proces-verbaal, tenzij in overleg met de officier van justitie (of parketsecretaris) anders wordt beslist Registratie Om de recidiveregeling goed te kunnen toepassen, is nodig dat centraal wordt beschikt over de antecedenten van de jeugdige verdachte; dit betreft de registratie van de waarschuwingen, de Haltverwijzingen en de ingezonden processen-verbaal. Misdrijven kunnen worden opgenomen in het Herkenningsdienst Systeem (HKS) van de politie; voor de overtredingen is dit eerst mogelijk na wijziging van het reglement van het HKS Overleg en toetsing Alle politiesepot-beslissingen worden geregistreerd (BPS) en eenmaal per kwartaal gebundeld ter toetsing achteraf aan het OM voorgelegd. De officier van justitie zal in periodiek overleg met de politie toetsen of (opmaken en) inzenden van processen-verbaal aan het OM is achterwege gebleven conform de aanwijzing. Melding aan de Raad voor de Kinderbescherming vindt slechts plaats in bijzondere gevallen, en dan door de officier van justitie Inzenden processen-verbaal Gezien het belang van de vraag of wél of niet een proces-verbaal moet worden opgemaakt en ingezonden, dient deze vraag bij voorkeur door, of onder directe verantwoordelijkheid van, een hulpofficier van justitie worden beantwoord. Processen-verbaal tegen minderjarigen (zowel ingeval van voorgeleidingen als bij door de politie heengezonden verdachten) moeten binnen één maand na het eerste verhoor van verdachte aan de officier van justitie worden ingezonden. Er wordt daarbij van uitgegaan, dat dit verhoor zo spoedig mogelijk plaatsvindt na het bekend worden van de identiteit van de verdachte. In alle gevallen, waarin proces-verbaal wordt opgemaakt, moet de politie daarvan melding maken aan de Raad voor de Kinderbescherming. Bewaking van dit voorschrift vindt plaats door: inbouw van het formulier in BPS; periodieke uitdraai van mutatielijsten minderjarigenzaken en vergelijking daarvan met de bij de Raad voor de Kinderbescherming binnengekomen meldingen. Inzending proces-verbaal binnen één maand nà het eerste verhoor van verdachte; datum eerste verhoor; datum inschrijving proces-verbaal op het parket. Vervolging 1. Uitgangspunten 1.1. Snelle afdoening Een belangrijk kwaliteitsaspect bij de afdoening van strafzaken tegen minderjarigen van 12 tot 18 jaar is de termijn, die verstrijkt tussen het plegen van het strafbare feit en het moment waarop de reactie daarop straf, maatregel zichtbaar is voor de verdachte. Hoe sneller de jeugdige verdachte wordt geconfronteerd met de gevol-gen van zijn of haar handelen, hoe beter, d.w.z. hoe meer verwacht mag worden dat die reactie leidt tot gedragsbeïnvloeding van de minderjarige die hem of haar afhoudt van het plegen van strafbare feiten. In sommige gevallen zal een snelle interventie vanuit de hulpverlening, zo nodig in een strafrechtelijk kader, meer aangewezen zijn dan een strafrechtelijke sanctie. In die gevallen behoeft niet steeds bezwaar te bestaan tegen uitstel of aanhouding van de beslissing in de strafzaak. Om een grotere doorloopsnelheid te bereiken is nodig, dat termijnen worden gesteld waarbinnen de strafzaken tegen minderjarigen, onderscheiden naar afdoeningsmodaliteit, moeten zijn afgedaan. Dat geldt voor het totale traject, maar ook voor de deeltrajecten. In de hoofdstukken 2 en 3 worden die termijnen gedefinieerd aan de hand van de standaardprocedure, en daarin vastgelegde meetpunten. Ten behoeve van evaluatie en beleidsontwikkeling op landelijk niveau moet worden gestreefd naar een eenduidige registratie van afdoeningsmodaliteiten en meetpunten. In elke individuele zaak moet de doorloopsnelheid worden bewaakt, in die zin dat wordt gesignaleerd wanneer in een bepaald deeltraject de termijn is of dreigt te worden overschreden Afdoeningsmodaliteit De afdoening vindt plaats in een (processueel) zo vroeg mogelijk stadium; in beginsel wordt gekozen voor de minst vergaande afdoeningsmodaliteit, die redelij-kerwijs effect heeft. Zaken van geringe ernst kunnen en moeten onder bepaalde voorwaarden buiten het justitiële circuit worden gehouden. Daaronder vallen afdoeningen via het politiesepot (waarschuwingen en Halt). In de schematische weergave van de procesbeschrijving (zie bijlage 1) leidt dit tot afbuiging van de lijn politie/om/rechter. Dergelijke afbuigingen, maar ook die in de vorm van OMafdoeningen, voorkomen dat de stroom zaken leidt tot verstopping van heet justitiële apparaat; die afbuiging tijdens opsporings- of vervolgingstraject (politiesepot, Halt, OM-afdoening) vindt dan ook imperatief plaats, voorzover de ernst van het gepleegde feit en/of de persoon van de dader dat redelijkerwijs mogelijk en wenselijk maakt. De systematiek van het nieuwe jeugdrecht houdt in dat voor iedere afdoeningsmodaliteit een bovengrens aan de zwaarte van de sanctie is bepaald. Zo wordt bereikt dat naar de mate waarin de sanctie zwaarder is de toepassing daarvan met meer rechtswaarborgen is omgeven. Naarmate een zaaksbehandeling in het schema verder naar rechts (richting OM, kinderrechter) plaatsvindt, moet de daadwerkelijke aanpak zwaarder Uit: Staatscourant 1999, nr. 82 / pag. 12 3

4 zijn. Afhankelijk van factoren als ernst delict, recidive, persoonlijkheid dader, wordt de zaak tegen een strafrechtelijk minderjarige in beginsel op het laagst mogelijke niveau afgedaan; is dat om een of andere reden niet mogelijk of wenselijk, dan moet verderop zwaarder, en voelbaar, worden gestraft. Als bijvoorbeeld een Halt-klant de Halt-afdoening niet voltooit, moet dat niet worden beloond met een sepot gering feit en een schriftelijke waarschuwing; daarmee zou de geloofwaardigheid van eerder in het proces gelegen afdoeningen immers gevaar lopen Sancties en eerdere (strafrechtelijke) interventies De verwachte effectiviteit van een sanctie wordt niet alleen bepaald door de inhoud ervan, maar ook door een consequente toepassing in een zo vroeg mogelijk stadium. Dit betekent dat uitdrukkelijk rekening wordt gehouden met eerdere (strafrechtelijke) interventies. Dit uitgangspunt veronderstelt bekendheid met eerdere interventies. Voor een systematische registratie ervan is de ontwikkeling van een cliënt-volgsysteem noodzakelijk voor alle stadia van de strafrechtsketen in ruime zin. 2.1 Filtering van niet-voorgeleidingszaken De niet-voorgeleidingszaken worden gefilterd ; direct na binnenkomst op het parket vindt registratie plaats en worden afdoeningsbeslissingen genomen (door parketsecretaris/officier van justitie). Na registratie en dossiervorming worden iedere week zoveel zaken gefilterd, dat de voorraad te filteren zaken ten hoogste die voor een week is. De taak van de parketsecretaris is: het dossier controleren op volledigheid (melding aan de Raad voor de Kinderbescherming, Terwee-bijlagen); zo nodig bewaken van de bijvoeging van documentatie en uittreksel voogdijregister; verzorgen van de correspondentie met de politie over aanvullend bewijs; laten bijvoegen van evt. openstaande zaken; beoordelen van de zaak (al dan niet in overleg met de officier van justitie); zo nodig inlichtingen inwinnen bij de Raad voor de Kinderbescherming OM-afdoening zonder overleg met de Raad In de zaken waarin geen overleg met de Raad voor de Kinderbescherming plaatsvindt, wordt gestreefd naar een afdoeningsbeslissing binnen 2 weken na binnen-komst van het proces-verbaal. Deze categorie betreft globaal in ieder geval zaken waarin wordt besloten tot een taakstraf van niet meer dan 20 uur; een transactie van niet meer dan f 250, ; een technisch of een (onvoorwaardelijk) beleidssepot. Aan de Raad wordt zo spoedig mogelijk bericht, in welke zaken tot een OM-afdoening zonder overleg is beslist. Berispingen ten parkette dienen wegens gebrek aan baten zoveel mogelijk te worden vermeden OM-afdoening na overleg met de Raad Te overwegen valt, met de Raad voor de Kinderbescherming periodiek (bijv. eens per 2 weken) overleg te plegen over zaken: waarin verdachte onder toezicht is gesteld; met verdachten in de leeftijd tot 15 jaar; waarin een taakstraf van meer dan 20 uur wordt voorgesteld; waarin een transactie van meer dan f 250, wordt aangeboden; waarin sprake is van hoge schadeclaims; waarin sprake is van structureel schoolverzuim (Leerplichtwet); die leiden tot een dagvaarding. In deze categorie wordt gestreefd naar een afdoeningsbeslissing binnen 1 maand nà ontvangst van het procesverbaal op het parket. N.B.: Bij een taakstraf van meer dan 20 uur en bij een transactie van meer dan f 250, moet conform art. 489 WvSv een advocaat worden toegevoegd. Zie bijlage 3. In dagvaardingszaken is het raadzaam tijdens het overleg met de Raad een zittingsdatum vast te stellen. In zaken waarin de voorlopige hechtenis wordt geschorst verdient het aanbeveling meteen bij de schorsing een zittingsdatum te bepalen (en aan verdachte/ouders aan te zeggen) Voorgeleidingszaken In de voorgeleidingszaken wordt op de dag van de voorgeleiding het traject bepaald: hetzij heenzenden met dagvaarding, hetzij voorlopige hechtenis Afdoening door tussenkomst rechter De tijd, die verloopt tussen de eerste zitting en het moment van het vonnis, is in termen van doorlooptijd idealiter nihil. Er zijn diverse redenen waarom een rechter tot aanhouding beslist: soms is aanhouding wettelijk voorgeschreven (zoals in art. 495a WvSv), veelal echter vindt aanhouding zijn grond in: voeging met andere strafzaken tegen dezelfde verdachte, het (alsnog) uitbrengen van persoonsrapportage; de daaraan tem grondslag liggende (begrijpelijke) wens tot zorgvuldigheid, spant vaak het paard achter de wagen, omdat door die voeging onevenredig veel tijdverlies optreedt. In die gevallen zou dan ook de kwaliteit van de afdoening gebaat zijn met een belangenafweging OM-afdoening. Bij de afdoening door het OM moet onderscheid worden gemaakt tussen de posities, waarin met de Raad voor de Kinderbescherming wél of níet overleg wordt gepleegd. Zonder overleg met de Raad wordt de verwerkingstermijn tussen inschrijving en OM-beslissing gesteld op 2 weken; mét overleg met de Raad wordt de verwerkingstermijn gesteld op 1 maand. datum inschrijving proces-verbaal op het parket; datum OM-beslissing dagvaarding De gestelde termijn wordt gemeten vanaf het moment van de OM-beoordeling (in dit geval luidend: dagvaarden) tot aan de eerste zitting: ten hoogste drie maanden. beoordeling-om (dagvaarden) datum eerste zitting. Executie 1. OM-afdoening en afdoening door tussenkomst rechter Het deeltraject executie maakt onderscheid naar OM-afdoening en afdoe- Uit: Staatscourant 1999, nr. 82 / pag. 12 4

5 ning door tussenkomst rechter. De uitvoering van de beslissingen van het OM vindt direct nà het nemen van die beslissingen plaats: voor transacties worden acceptgiro s aangemaakt; voor het ovj-model taakstraf gaan voorstellen uit; is besloten tot dagvaarden, dan worden eveneens direct tenlasteleggingen aange-maakt en wordt zittingsruimte gereserveerd. Aan elk van deze modaliteiten zijn termijnen verbonden: de betalingstermijnen voor transacties en schadevergoedingen; de responstermijn bij een voorstel tot ovj-model en de termijn van executie daarvan, en ingeval van dagvaarding, de termijn tot aan de eerste zitting van de (kinder- )rechter. De trajectbewaking richt zich op de termijnen die ver-strijken vanaf het plegen van het strafbare feit tot aan het moment van de eerste zitting, alle andere (OM-)afdoeningen worden geacht tot en met de daadwerkelijke betaling binnen kortere termijnen te kunnen worden verwezenlijkt OM-afdoening De tijdens de filter en/of het overleg met de Raad genomen afdoeningsbeslissingen worden direct daaraan volgend ingevoerd in de apparatuur en verwerkt. de taakstraf meteen na de zitting beginnen. Alleen van OM-afdoeningen is de executie meetbaar (betaling van transactie of schadevergoeding, voltooiing taakstraf volgens ovj-model). Meetpunten (executie OM-afdoening): datum beslissing-om; datum betaling of (taakstraf ovjmodel); datum afboeking. Bij de afdoening door de rechter is de beslissingsdatum bekend, maar niet die van (het begin van) de executie. De executie van rechterlijke beslissingen de meting van het eindpunt zou in Compas of in een ander systeem moeten worden geregistreerd, wil de gehele keten kunnen worden beoordeeld. De OM-werkgroep denkt aan een maximale termijn van drie maanden voor: aanvang executie detentie; aanvang executie taakstraf. Een aandachtspunt is in dit opzicht positief dat jeugddetentie veelal wordt toegepast in zaken waarin verdachten ook in voorlopige hechtenis worden gehouden, zodat een uiteindelijk opgelegde vrijheidsstraf vroeg wordt tenuitvoergelegd. Overgangsrecht De beleidsregels in deze aanwijzing hebben onmiddellijke gelding vanaf de datum van inwerkingtreding Taakstraffen Ingeval van het ovj-model wordt de verdachte (bij voorkeur schriftelijk) bericht dat hij/zij zich voor de uitvoering van de taakstraf binnen 2 weken moet melden bij de Raad voor de Kinderbescherming. De Raad verplicht zich tot de uitvoering van de taakstraf binnen een termijn van drie maanden (zie art. 77f WvSr) nà de meldingsdatum. Als die termijn niet wordt gehaald, dient overleg plaats te vinden met de officier van justitie. Bij taakstraf, opgelegd bij vonnis: Ter zitting wordt gestreefd naar het doen van afstand van rechtsmiddelen (zowel door verdachte als de officier van justitie). De Raad kan dan op grond van de door het OM verstrekte informatie met de (organisatie van de) uitvoering van 1 Rapport Met de neus op de feiten, Advies aanpak jeugdcriminaliteit, maart 1994, Commissie Jeugdcriminaliteit (Van Montfrans) 2 Rapport Kwetsbare jongeren en hun toekomst, beleidsadvies prof. C.J.M. Schuyt, mei 1995, blz In sommige arrondissementen waar in de huidige situatie reeds extensief de Halt-afdoening wordt gebruikt voor andere dan vandalismefeiten kan de aanwijzing van Haltfeiten eerder een beperking betekenen. In die arrondissementen treedt vermoedelijk daardoor een matigende factor op. De bijlagen 1 tot en met 4 worden hier niet gepubliceerd. Uit: Staatscourant 1999, nr. 82 / pag. 12 5

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 JU Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998 Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureurs-generaal Adressaat:

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9421 31 mei 2011 Richtlijn bedreiging 5.02 Categorie: strafvordering Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel 130,

Nadere informatie

Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties ( )

Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties ( ) Aanwijzing hoge transacties en bijzondere transacties (2016.01) Rechtskarakter Aanwijzing i.d.z.v. artikel 5 lid 4 Rijkswet Openbare Ministeries Afzender Procureur-generaal van Curaçao, van Sint-Maarten,

Nadere informatie

Aanwijzing relationeel geweld ( )

Aanwijzing relationeel geweld ( ) Aanwijzing relationeel geweld (2017.01) Rechtskarakter Aanwijzing i.d.z.v. artikel 5 lid 4 Rijkswet Openbaar Ministerie Afzender Procureur-generaal van Curaçao, van Sint-Maarten, en van Bonaire, Sint Eustatius

Nadere informatie

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068

Rapport. Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 Rapport Datum: 2 maart 2004 Rapportnummer: 2004/068 2 Klacht Verzoeker, slachtoffer van poging doodslag gepleegd door zijn ex-vriendin op 10 december 1999, klaagt erover dat het arrondissementsparket te

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing effectieve afdoening strafzaken jeugdigen

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing effectieve afdoening strafzaken jeugdigen STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 80 28 april 2009 Aanwijzing effectieve afdoening strafzaken jeugdigen Categorie: Opsporing, vervolging en executie Rechtskarakter:

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8279 25 maart 2014 Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van art.

Nadere informatie

Aanwijzing. Slachtofferzorg. Parket Curaçao

Aanwijzing. Slachtofferzorg. Parket Curaçao Aanwijzing Slachtofferzorg Parket Curaçao Samenvatting Deze aanwijzing stelt regels betreffende de bejegening van slachtoffers van misdrijven, zoals zeden, geweld- en verkeersmisdrijven. Daarbij worden

Nadere informatie

Aanwijzing taakstraffen

Aanwijzing taakstraffen Regelingen en voorzieningen CODE 6.5.3.52 Aanwijzing taakstraffen tekst bronnen Staatscourant 2011, nr. 19453, d.d. 31.10.2011 datum inwerkingtreding 1.11.2011 Deze aanwijzing en de Aanwijzing kader voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 116 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering en de Overleveringswet ter implementatie van richtlijn nr. 2016/800/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord

Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord De Leerplichtwet Ieder kind heeft recht op onderwijs. Het biedt hen de kans om hun eigen mogelijkheden te ontdekken, te ontwikkelen en te gebruiken. Een goede

Nadere informatie

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen

5 Vervolging. M. Brouwers en A.Th.J. Eggen 5 Vervolging M. Brouwers en A.Th.J. Eggen In 2012 werden 218.000 misdrijfzaken bij het Openbaar Ministerie (OM) ingeschreven. Dit is een daling van 18% ten opzichte van 2005. In 2010 was het aantal ingeschreven

Nadere informatie

INHOUD. Afkortingen / XIII

INHOUD. Afkortingen / XIII INHOUD Afkortingen / XIII HOOFDSTUK 1 Inleiding / 1 1.1 De zin van het jeugdstrafrecht / 1 1.1.1 Strafrechtelijke minderjarigheid / 1 1.1.2 Beperkte en geleidelijk toenemende strafrechtelijke verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19141 31 oktober 2011 Aanwijzing paspoortsignalering Categorie: opsporing Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van artikel

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 21893 30 oktober 2012 Richtlijn verzet bij aanhouding 5.31 Categorie strafvordering Rechtskarakter aanwijzing i.d.z.v.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 67767 12 december 2018 Aanwijzing OM-strafbeschikking Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van artikel 130 lid 6 Wet RO

Nadere informatie

Richtlijn voor strafvordering Wet vervoer gevaarlijke stoffen ten aanzien van vervoer over de weg

Richtlijn voor strafvordering Wet vervoer gevaarlijke stoffen ten aanzien van vervoer over de weg JU Richtlijn voor strafvordering Wet vervoer gevaarlijke stoffen ten aanzien van vervoer over de weg Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing in de zin van art. 130 lid 4 Wet RO Afzender: College

Nadere informatie

Rapport. Datum: 9 november 2006 Rapportnummer: 2006/361

Rapport. Datum: 9 november 2006 Rapportnummer: 2006/361 Rapport Datum: 9 november 2006 Rapportnummer: 2006/361 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de officier van justitie te Dordrecht zijn verzoek om een voorwaardelijk sepot om te zetten in een onvoorwaardelijk

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 2739 31 december 2008 Aanwijzing taakstraffen Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. art. 130,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 11749 30 juni 2011 Richtlijn Opiumwet, harddrugs 5.18 Categorie: strafvordering Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel

Nadere informatie

Als uw kind in aanraking komt met de politie

Als uw kind in aanraking komt met de politie Als uw kind in aanraking komt met de politie Inhoud 3 > Als uw kind in aanraking komt met de politie 4 > De Raad voor de Kinderbescherming 6 > Het traject in jeugdstrafzaken 7 > Officier van justitie en

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2003 341 Besluit van 25 augustus 2003, houdende wijziging van het Besluit aanwijzing Halt-feiten Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Dit memo heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

feitomschrijvingen zijn vastgesteld Deze richtlijn omvat: 1. De bijlage van de Wet administratiefrechtelijke

feitomschrijvingen zijn vastgesteld Deze richtlijn omvat: 1. De bijlage van de Wet administratiefrechtelijke JU Richtlijn voor strafvordering tarieven en feitomschrijvingen voor misdrijven, overtredingen en gedragingen als bedoeld in de wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften Categorie: Strafvordering

Nadere informatie

Samenvatting. De onderzoeksgroep

Samenvatting. De onderzoeksgroep Samenvatting In 2002 is door het WODC een onderzoek uitgevoerd naar de praktijk van de jeugdreclassering (Kruissink & Verwers, 2002). Dat onderzoek richtte zich op een steekproef uit de groep jongeren

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22923 23 december 2011 Richtlijn voor strafvordering grondstromen Categorie: strafvordering Rechtskarakter: Richtlijn

Nadere informatie

De uitvoering van het jeugdstrafrecht

De uitvoering van het jeugdstrafrecht Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet De uitvoering van het jeugdstrafrecht 1 De uitvoering van het jeugdstrafrecht 2 Inleiding Deze

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 21892 30 oktober 2012 Richtlijn belediging 5.03 Categorie: strafvordering Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v. artikel

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. De uitvoering van het jeugdstrafrecht. Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Stelselwijziging Jeugd Factsheet De uitvoering van het jeugdstrafrecht Na inwerkingtreding van de Jeugdwet Inleiding Deze factsheet heeft betrekking op de uitvoering van het jeugdstrafrecht na de invoering

Nadere informatie

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833

ECLI:NL:PHR:2014:1700 Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie Datum publicatie Zaaknummer 12/04833 ECLI:NL:PHR:2014:1700 Instantie Parket bij de Hoge Raad Datum conclusie 01-07-2014 Datum publicatie 26-09-2014 Zaaknummer 12/04833 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken - Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 23694 23 december 2011 Richtlijn rijden onder invloed, artt. 8 leden 2 t/m 4, 162 en 163 WVW 1994 (polarisnummer 5.22)

Nadere informatie

Vervolging. N.E. de Heer-de Lange

Vervolging. N.E. de Heer-de Lange 6 Vervolging N.E. de Heer-de Lange Dit hoofdstuk beschrijft de fase van vervolging. Hierbij gaat het om de verdachten die worden vervolgd, de strafbare feiten die de basis vormen voor hun strafzaken, en

Nadere informatie

Aanwijzing effectieve afdoening strafzaken jeugdigen

Aanwijzing effectieve afdoening strafzaken jeugdigen JU Aanwijzing effectieve afdoening strafzaken jeugdigen Categorie: Opsporing, vervolging en executie Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130, lid 4, Wet RO (nieuw) Afzender: College van procureursgeneraal

Nadere informatie

Voorstel van wet. Artikel 1

Voorstel van wet. Artikel 1 Regels strekkende tot het opleggen van een tijdelijk huisverbod aan personen van wie een ernstige dreiging van huiselijk geweld uitgaat (Wet tijdelijk huisverbod) Voorstel van wet Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 42315 25 juli 2017 Aanwijzing feitgecodeerde misdrijven, overtredingen en muldergedragingen Rechtskarakter: Aanwijzing

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2008 421 Wet van 9 oktober 2008, houdende regels strekkende tot het opleggen van een tijdelijk huisverbod aan personen van wie een ernstige dreiging

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 19253 27 oktober 2011 Richtlijn voor strafvordering jeugd Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: aanwijzing i.d.z.v.

Nadere informatie

De enkelvoudige kamer: de politierechter

De enkelvoudige kamer: de politierechter 3 De enkelvoudige kamer: de politierechter 3.1 Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de procedure bij de politierechter. Deze is niet totaal verschillend van die bij de meervoudige strafkamer. Integendeel.

Nadere informatie

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ?

Samenvatting. Vraagstelling. Welke ontwikkelingen zijn er in de omvang, aard en afdoening van jeugdcriminaliteit in de periode ? Samenvatting Het terugdringen van de jeugdcriminaliteit is een belangrijk thema van het beleid van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Met het beleidsprogramma Aanpak Jeugdcriminaliteit is de aanpak

Nadere informatie

HET VOORTGEZET ONDERWIJS

HET VOORTGEZET ONDERWIJS Partijen overwegen het volgende: CONVENANT DE VEILIGE SCHOOL HET VOORTGEZET ONDERWIJS Gemeente Krimpen aan den IJssel De gemeente Krimpen aan den IJssel is verantwoordelijk voor de coördinatie en uitvoering

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 487 Wet van 26 september 1996 tot wijziging van de bepalingen uit het Wetboek van Strafvordering betreffende het proces-verbaal van de terechtzitting

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Bont en Blauw Samenvatting

Bont en Blauw Samenvatting Bont en Blauw Samenvatting Ilse van Leiden Henk Ferwerda Samenvatting Politieagenten lopen het risico om tijdens de uitvoering van de taak zelf beledigd, bedreigd en soms ook mishandeld te worden. De

Nadere informatie

Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord

Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord Strafrechtelijke reactie Vraag en antwoord Is schoolverzuim strafbaar? Ieder kind heeft recht op onderwijs. Het biedt hen de kans om hun eigen mogelijkheden te ontdekken, te ontplooien en te gebruiken.

Nadere informatie

Aanhouding en inverzekeringstelling

Aanhouding en inverzekeringstelling Aanhouding en inverzekeringstelling 1 U bent aangehouden en meegenomen naar het politiebureau. Wat zijn uw rechten? U wordt verdacht van een strafbaar feit. De Rechercheur Opsporing van de Inspectie SZW

Nadere informatie

Gemeentelijke handhaving en strafrecht

Gemeentelijke handhaving en strafrecht Gemeentelijke handhaving en strafrecht Prof. mr.dr. A.R. Hartmann Erasmus Universiteit Rotterdam d.d. 14 april 2011 Museum Boijmans Van Beuningen Rotterdam Overzicht: 1 Inleiding 2 Strafrechtelijke afdoening

Nadere informatie

Feiten en Achtergronden. De jeugdige in het jeugdstraf(proces)recht. 1 februari 2008

Feiten en Achtergronden. De jeugdige in het jeugdstraf(proces)recht. 1 februari 2008 De jeugdige in het jeugdstraf(proces)recht 1 februari 2008 Ministerie van Justitie Directie Justitieel Jeugdbeleid Schedeldoekshaven 100 Postbus 20301 2500 EH Den Haag T 070 370 68 50 F 070 370 75 94 E

Nadere informatie

Convenant ten behoeve van de werkafspraken Huiselijk Geweld Midden en West Brabant

Convenant ten behoeve van de werkafspraken Huiselijk Geweld Midden en West Brabant Convenant ten behoeve van de werkafspraken Huiselijk Geweld Midden en West Brabant Partijen: Politie Midden en West Brabant vertegenwoordigd door mevrouw W. Nijssen Instituut Maatschappelijk Werk Tilburg

Nadere informatie

Aanwijzing huiselijk geweld

Aanwijzing huiselijk geweld JU Aanwijzing huiselijk geweld Categorie: Opsporing, vervolging, strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130, lid 4 Wet RO (nieuw) Afzender: College van procureursgeneraal Adressaat:

Nadere informatie

AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN

AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN AANWIJZING TOEZEGGINGEN AAN GETUIGEN IN STRAFZAKEN Categorie : opsporing Rechtskarakter : aanwijzing in de zin van art. 130 lid 4 Wet RO Afzender : College van procureurs-generaal Adressaat : Hoofden van

Nadere informatie

Aanwijzing gebruik sepotgronden

Aanwijzing gebruik sepotgronden JU Aanwijzing gebruik sepotgronden Categorie: Vervolging Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureursgeneraal Adressaat: Hoofden van de parketten Registratienummer:

Nadere informatie

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag

Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag RAPPORT Vergoeding kosten van de bank bij conservatoir beslag Een onderzoek naar een afwijzing van het Openbaar Ministerie in Den Haag om kosten na vrijspraak te vergoeden. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

Criminaliteit en rechtshandhaving 2013. Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting

Criminaliteit en rechtshandhaving 2013. Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting Criminaliteit en rechtshandhaving Ontwikkelingen en samenhangen Samenvatting In de jaarlijkse publicatie Criminaliteit en rechtshandhaving bundelen het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Wetenschappelijk

Nadere informatie

Het OM en Van Montfrans

Het OM en Van Montfrans } Het OM en Van Montfrans Een inventarisatie door de Werkgroep De Vries van taken en activiteiten van het OM inzake jeugdcriminaliteit. A.A.M. Essers P.H. van der Laan Ov 6582 I februari 1995 justitie

Nadere informatie

Als uw kind in aanraking komt met de politie

Als uw kind in aanraking komt met de politie Als uw kind in aanraking komt met de politie Inhoud 3 > Als uw kind in aanraking komt met de politie 4 > De Raad voor de Kinderbescherming 6 > Het traject in jeugdstrafzaken 7 > Officier van justitie en

Nadere informatie

Aandeel van de meest frequent vervolgde daders in de strafzaken van

Aandeel van de meest frequent vervolgde daders in de strafzaken van Samenvatting De problematiek van de veelplegers staat momenteel hoog op de politieke en maatschappelijke agenda. Er is een wetsvoorstel ingediend om deze categorie delinquenten beter aan te kunnen pakken.

Nadere informatie

SAMENVATTING Achtergrond Onderzoeksopzet

SAMENVATTING Achtergrond Onderzoeksopzet SAMENVATTING Achtergrond De laatste jaren is er een toenemende aandacht van de overheid voor de aanpak van kindermishandeling en partnergeweld. Het kabinet heeft in 2007 het actieplan Kinderen Veilig Thuis

Nadere informatie

Mr Henk van Asselt. Werkzaam op het advocatenkantoor te Roosendaal. Strafrechtadvocaat. Lid van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten

Mr Henk van Asselt. Werkzaam op het advocatenkantoor te Roosendaal. Strafrechtadvocaat. Lid van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten Mr Henk van Asselt Werkzaam op het advocatenkantoor te Roosendaal Strafrechtadvocaat Lid van de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten Jeugdstrafrecht Leeftijdscategorieën Jeugdstrafrecht: - 12

Nadere informatie

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving ϕ Ministerie van Justitie Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving Directie Juridische en Operationele Aangelegenheden Postadres: Postbus 2030, 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

STAATSCOURANT. Aanwijzing gebruik sepotgronden. Samenvatting. Achtergrond. Afdoening door het Openbaar Ministerie (OM) 26 augustus 2009

STAATSCOURANT. Aanwijzing gebruik sepotgronden. Samenvatting. Achtergrond. Afdoening door het Openbaar Ministerie (OM) 26 augustus 2009 STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 12653 26 augustus 2009 Aanwijzing gebruik sepotgronden Categorie: Vervolging Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907 ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907 Instantie Datum uitspraak 30-11-2010 Gerechtshof Leeuwarden Datum publicatie 20-12-2010 Zaaknummer 24-001016-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 31 753 Rechtsbijstand Nr. 119 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

Algemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN.

Algemene bepalingen. Transactie DDD. Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN. DDD Na titel VIII wordt een titel ingevoegd, luidende: TITEL VIIIA BIJZONDERE BEPALINGEN VOOR JEUGDIGEN Algemene bepalingen Artikel 79a Ten aanzien van degene die ten tijde van het begaan van een strafbaar

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing bestrijding voetbalvandalisme en voetbalgerelateerd geweld

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Aanwijzing bestrijding voetbalvandalisme en voetbalgerelateerd geweld STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 41059 20 november 2015 Aanwijzing bestrijding voetbalvandalisme en voetbalgerelateerd geweld Rechtskarakter: Aanwijzing

Nadere informatie

&RQYHQDQW:HUNJURHS6WUDIUHFKW

&RQYHQDQW:HUNJURHS6WUDIUHFKW &RQYHQDQW:HUNJURHS6WUDIUHFKW Inleiding Huiselijk geweld is de meest voorkomende vorm van geweld in onze samenleving. Bij geen enkele andere vorm van geweld vallen zoveel slachtoffers. Een substantiële

Nadere informatie

Wijziging Polaris-richtlijnen per 1 oktober 2006

Wijziging Polaris-richtlijnen per 1 oktober 2006 JU Wijziging Polarisrichtlijnen per 1 oktober 2006 Op 1 oktober 2006 zal een wetswijziging van artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994 in werking treden. Op diezelfde datum zal ook de strafmaatrichtlijn

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Richtlijn voor strafvordering dierenmishandeling en dierenverwaarlozing 5.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Richtlijn voor strafvordering dierenmishandeling en dierenverwaarlozing 5. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17369 29 september 2011 Richtlijn voor strafvordering dierenmishandeling en dierenverwaarlozing 5.38 Categorie: strafvordering

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388

ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 Instantie Datum uitspraak 10-02-2011 Datum publicatie 14-02-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-001943-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2010 680 Besluit van 3 september 2010, houdende wijziging van het Besluit aanwijzing Halt-feiten 0 Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden,

Nadere informatie

Titel II. Straffen. 1. Algemeen. Artikel 1:11

Titel II. Straffen. 1. Algemeen. Artikel 1:11 Titel II Straffen 1. Algemeen Artikel 1:11 1. De straffen zijn: a. de hoofdstraffen: 1. gevangenisstraf; 2. hechtenis; 3. taakstraf; 4. geldboete. b. de bijkomende straffen: 1. ontzetting van bepaalde

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 6288 30 maart 2012 Beleidsregels OM Enkele aanpassingen in BOS/Polaris in verband met de Wet beperking taakstraf en met

Nadere informatie

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer

ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer ECLI:NL:GHLEE:2010:BO8408 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 17-12-2010 Datum publicatie 22-12-2010 Zaaknummer 24-002079-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht

Nadere informatie

Jeugdreclassering. Proces van signalering tot en met maatregel 1

Jeugdreclassering. Proces van signalering tot en met maatregel 1 Jeugdreclassering Proces van signalering tot en met maatregel 1 Politie. Als de politie een jongere verdenkt van een strafbaar feit, dan wordt hij verhoord door de politie. De politie vraagt aan de jongere

Nadere informatie

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012

ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 35062 17 december 2013 Aanwijzing bijstand van tolken en vertalers bij de opsporing en vervolging van strafbare feiten

Nadere informatie

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek

ARRESTANTENVERZORGING. Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek ARRESTANTENVERZORGING Juridische aspecten De politie Het strafproces Verzorging Ethiek januari 2013 Doel van het strafproces / strafvordering = het nemen van strafvorderlijke beslissingen Bestaat uit =

Nadere informatie

Do-orlooptijden _ in de jeugdstrafrechtsketen

Do-orlooptijden _ in de jeugdstrafrechtsketen Do-orlooptijden _ in de jeugdstrafrechtsketen Amsterdam, 15 mei 20001 Pepijn van Amersfoort Anneke van Hoek In samenwerking met Legal Accountability: Henriëtte Gelinck Nancy Schoof.:-, Inhoudsopgave 1

Nadere informatie

Rapport. Datum: 16 maart 1998 Rapportnummer: 1998/060

Rapport. Datum: 16 maart 1998 Rapportnummer: 1998/060 Rapport Datum: 16 maart 1998 Rapportnummer: 1998/060 2 Klacht Op 3 maart 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer W. te Zeewolde met een klacht over een gedraging van het arrondissementsparket

Nadere informatie

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond.

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond. Rapport Een onderzoek naar klachten over het niet eerder seponeren van een strafzaak en over het doorsturen van een verzoek om schadevergoeding naar de rechtbank. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt

Nadere informatie

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400 Rapport Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/400 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat een met naam genoemde inspecteur van de Inspectie Verkeer en Waterstaat, Divisie Vervoer, van het Ministerie

Nadere informatie

Stop huiselijk geweld in Amsterdam

Stop huiselijk geweld in Amsterdam Strafrechtelijk convenant Stop huiselijk geweld in Amsterdam april 2004 Hoofdstuk Strafrechtelijk convenant Stop huiselijk geweld in Amsterdam april 2004 Gemeente Amsterdam Regiopolitie Amsterdam-Amstelland

Nadere informatie

B 11 Buitenlandse werknemers 8

B 11 Buitenlandse werknemers 8 B 11 Buitenlandse werknemers 8 Wettelijke maatregelen te~en ille~ale tewerkstellin~ Teneinde illegale tewerkstelling tegen te gaan en de tewerkstelling van buitenlandse werknemers te kunnen reguleren voorziet

Nadere informatie

Categorie (a): bij het op heterdaad betrappen op het plegen van een strafbaar feit

Categorie (a): bij het op heterdaad betrappen op het plegen van een strafbaar feit Stappenplan strafbare feiten Een stappenplan strafbare feiten geeft richtlijnen over de acties die er kunnen of moeten worden ondernomen als de school wordt geconfronteerd met een strafbaar feit. De noodzakelijkheid

Nadere informatie

Bijlage 3. Toelichting en procedures sanctiemiddelen

Bijlage 3. Toelichting en procedures sanctiemiddelen Bijlage 3 Toelichting en procedures sanctiemiddelen 1. Aanwijzing Grond : het niet voldoen aan de voorschriften van hoofdstuk 3, paragrafen 2 en 3 van de Wet Kinderopvang. Wettelijke basis : artikel 65,

Nadere informatie

Aanwijzing inzake de invordering van rijbewijzen

Aanwijzing inzake de invordering van rijbewijzen JU Aanwijzing inzake de invordering van rijbewijzen Categorie: Opsporing, vervolging Afzender: College van procureursgeneraal Adressaat: Hoofden van de parketten Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20093 16 december 2010 Richtlijn voor strafvordering jeugd Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Richtlijn i.d.z.v.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 10909 22 juni 2011 Regeling van de Minister van Veiligheid en Justitie van 15 juni 2011, nr. 5700090/11, houdende wijziging

Nadere informatie

In artikel 1 worden in de omschrijving van seksbedrijf de woorden of het verrichten van vervangen door: of tot het verrichten van.

In artikel 1 worden in de omschrijving van seksbedrijf de woorden of het verrichten van vervangen door: of tot het verrichten van. 32 211 Regels betreffende de regulering van prostitutie en betreffende het bestrijden van misstanden in de seksbranche (Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche) NOTA VAN WIJZIGING

Nadere informatie

Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen

Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen Rendementsanalyse Inzicht in de opbrengsten en effecten van Veiligheidshuizen Basismonitor waarmee VH zelf hun effectiviteit kunnen (laten) meten - Stappenmeter om meer zicht te krijgen op de samenwerking

Nadere informatie

Omvang van verschillende sanctiegroepen; volwassen en jeugdige daders met minstens één strafzaak afgedaan in 1997

Omvang van verschillende sanctiegroepen; volwassen en jeugdige daders met minstens één strafzaak afgedaan in 1997 Welke recidive volgt er op de sancties die in Nederland worden opgelegd? Het Nederlandse strafrecht kent een uitgebreid pakket aan straffen en maatregelen, maar we weten niet goed welke uitstroomresultaten

Nadere informatie

Deze brochure 3. Aanhouding en verhoor 3. Inverzekeringstelling 4. De reclassering 5. Verlenging van de inverzekeringstelling of niet 5

Deze brochure 3. Aanhouding en verhoor 3. Inverzekeringstelling 4. De reclassering 5. Verlenging van de inverzekeringstelling of niet 5 U WORDT VERDACHT INHOUD Deze brochure 3 Aanhouding en verhoor 3 Inverzekeringstelling 4 De reclassering 5 Verlenging van de inverzekeringstelling of niet 5 Beperkingen en rechten 6 Voorgeleiding bij de

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 24 587 Justitiële Inrichtingen Nr. 444 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 475 Wet van 17 november 2016, houdende implementatie van richtlijn nr. 2013/48/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2013 betreffende

Nadere informatie

Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk Criminaliteit en Rechtsstaat

Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk Criminaliteit en Rechtsstaat Samenvatting Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk 6 + 7 Criminaliteit en Rechtsstaat Samenvatting door een scholier 1300 woorden 3 november 2010 2,3 2 keer beoordeeld Vak Maatschappijwetenschappen Hoofdstuk

Nadere informatie

Richtlijn voor strafvordering jeugd

Richtlijn voor strafvordering jeugd JU Richtlijn voor strafvordering jeugd Categorie: Strafvordering Rechtskarakter: Aanwijzing i.d.z.v. artikel 130 lid 4 Wet RO Afzender: College van procureursgeneraal Adressaat: Hoofden van de parketten

Nadere informatie

U wordt verdacht. * Waar in deze brochure hij staat, kan ook zij worden gelezen.

U wordt verdacht. * Waar in deze brochure hij staat, kan ook zij worden gelezen. U wordt verdacht Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen met een visuele beperking, zoals slechtzienden en blinden. * Waar in deze brochure hij staat,

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 14542 22 mei 2014 Regeling van de Minister van Infrastructuur en Milieu, van 19 mei 2014, nr. IENM/BSK-2013/259431 houdende

Nadere informatie