Opgesteld door: Im Auftrag. VRL_Wuppermann

Transcriptie

1 Opgesteld door: 1

2 Inhoud Alg. richtlijnen 03 Eisen aan de vrachtwagen algemeen 04 PBU chauffeurs 05 Protocol voertuigweigering / gewicht 07 Eisen aan de borgmiddelen 10 Verlading met kraan 15 Principes borgmethoden 19 Lange goederen / profielen 49 Eisen aan de vrachtwagen - lange goederen 50 Principes borgmethoden lange goederen 51 Profielbuizen sjormiddelen en afstempeling 54 Profielbuizen diverse lengtes 57 Staande ladingen 23 Eisen aan de vrachtwagen - staande lading 24 Ronglengte / maatregelen 27 Coils staand 30 Gesneden breedband staand 33 Coils op slede 41 Palletgoederen 62 Eisen aan de vrachtwagen - palletgoederen 63 Principe europallets 64 Verpakking 65 Verlading Liggende ladingen 42 Eisen aan de vrachtwagen - liggende lading 43 Gesneden breedband staand 44 2

3 Algemene richtlijnen Eisen aan de vrachtwagen Protocol voertuigweigering / gewicht Eisen aan sjormiddelen / randbescherming Verlading met kraan Principe neersjorren / vormsluiting koplashing 3

4 Algemene eisen aan de vrachtwagen Voor de belading van vrachtwagens is de navolgende MINIMUMUITRUSTING verplicht. Deze kan per ladingtype verschillen en wordt door de planner exact aangegeven. Wanneer de vervoerder zich hier niet aan houdt, wordt de vrachtwagen weggestuurd van de laadlocatie en dient hij zich opnieuw te melden, nadat de gebreken in de uitrusting verholpen zijn. De kosten die hierdoor ontstaan, worden verrekend. 1. Sjormiddelen DE MINIMALE EISEN PER TYPE LADING VINDT U IN DE BIJBEHORENDE HOOFDSTUKKEN! 1. Sjorbanden vlg. EN evt. sjorkettingen vgl. EN en met speciale beschermende materialen 2. Anti-slipmatten / anti-slipmatten µ min = 0,6 - DROOG 1. Rubber (bij puntsgewijze belasting - bijv. matten voor zware lasten) 2. Andere materialen met producentenverklaring voor - Staal zeefdruk - Hout zeefdruk 3. Beschermend materiaal voor sjormiddelen en goederen 4. Rongen - zie hoofdstuk Verlading coils / gesneden breedband 5. Voertuig/laadvlak/goot 1. Moet door de chauffeur voorafgaand aan de belading BEZEMSCHOON uitgeveegd worden. 2. Coilgoten moeten volledig gereinigd zijn - geen resten van andere ladingen 3. Alle inrichtingen en borgmiddelen (ongebruikte rongen, houten balken, pallets enz.) moeten na de belading zodanig door de chauffeur worden vastgezet dat deze tijdens de rit niet over de laadvloer kunnen rondschuiven. NEERGESJORD of met geschikte middelen vastgezet. 6. Chauffeur 1. De chauffeur moet de principes van de ladingborging volgens EN vv of VDI 2700 kennen en kunnen toepassen. 2. De CHAUFFEUR MOET na verlaten van het bedrijfsterrein de ladingborging regelmatig, echter in ieder geval altijd na een buitensporig sterke afremming en/of stuuractie, CONTROLEREN en zo nodig NASPANNEN. 4

5 Poster Productie Beschermingsuitrusting vrachtwagenchauffeur 5

6 Juridische informatie De voorschriften voor de ladingborging voldoen aan de wettelijke bepalingen voor het WEGVERKEER en zijn gebaseerd op de volgende normen en richtlijnen: EN vv; ÖNORM V5750; VDI 2700 vv; EN 12640; EN 12642; toepasselijke literatuur in de op het moment van samenstelling geldige versie. Afwijkende bepalingen in de richtlijnen voor de verlading berusten op proeven die binnen het bedrijf zelf verricht zijn. Belangrijke AANWIJZING: Bij gecombineerd vervoer (weg-rail) wordt de chauffeur geïnstrueerd om voor verlading van de vrachtwagen op de trein de ladingborging adequaat aan te passen! Extra borging: 100% naar voren en achteren 6

7 Protocol voertuigweigering (Dit protocol dient alleen te worden gebruikt, wanneer de vrachtwagen wordt geweigerd) Vreemde lading Laadbonnr.:. Vreemde lading zichtbaar ontoereikende borging NIET te herkennen / toestand OK Voertuig NEE Laadvloer Bezemschoon / toestand OK Opbouw Kopwand Sjorpunten Aanwezig / Toestand OK Rongen Hoogte:. Meter Verbogen/ingescheurd Aanwezig / toestand OK JA Laadvermogen vlgs. toelatingsbewijs (bijg. gewichtsprotocol) Toereikend / Toestand OK Borgmiddelen Anti-slipmatten (ASM) Toereikend / Toestand OK Sjormiddelen: spanbanden (EN ) sjorkettingen (EN ) Toereikend / Toestand OK Beschermend materiaal VRACHTWAGEN NIET BELADEN!! FOTO-DOCUMENTATIE! Toereikend / Groot oppervlak U kunt gaan laden! Vlgs. laadrichtlijn voor de te laden goederen! BELADING WORDT GEWEIGERD i.o.m. QM-VEREISTEN! O O O Vrachtwagen wordt geweigerd vanwege de hierboven vermelde gebreken Er is een klaarblijkelijk technisch gebrek aan de vrachtwagen vastgesteld:.. Foto's gemaakt Chauffeur wordt geweigerd vanwege zijn negatieve persoonlijke optreden:.. Getuige:.. Verlader Vervoerder / kenteken Datum Chauffeur / getuige 7

8 Lastverdeling algemeen De positionering van de last moet door de chauffeur i.o.m. de handleiding worden bepaald! Zwaartepunt van de totale lading maakt de VERLADER bekend! CHAUFFEUR geeft bereik aan, waar het zwaartepunt van de totale lading moet liggen! Bij wijze van voorbeeld voor STANDAARD oplegger De chauffeur zou dit schema van zijn voertuig moeten kennen! Kopwand 1 m 2 m 3 m 4 m Bijv. 25,5 t: 6,4 7,1 m Bijv. 24,0 t: 6,3 7,3 m Bijv. 20 t: 5,6 8,6 m 5 m 6 m 7 m 8 m 9 m 10 m 11 m 12 m 13 m Kg Lading (t) 25,5 24,0 20,0 Afstand tot kopwand (m) 6,4 7,1 6,3 7,3 5,6 8,6 Let op: Verschuivingen resulteren uit bijv. reservewiel, meeneemheftruck, kraan, tank. 8

9 Protocol gewicht (Dit protocol dient alleen te worden gebruikt, wanneer de vrachtwagen vanwege gewicht wordt geweigerd) Laadbonnr.:. Werkwijze: 1. Toelatingscertificaat LEEGGEWICHT/EIGEN GEWICHT aflezen / trekker en aanhanger/oplegger 2. Reserve bijtellen (500 kg) 3. Vreemde lading Opgave door chauffeur / papieren controleren / controle / klaarblijkelijke afwijkingen vermelden (bijv. opgave 300 kg realistisch 3000 kg) 4. Eindcontrole Eigen gewicht + vreemde lading + reserve + gepl. Lading max.: Wegvervoer 40 t Gecomb. vervoer/intermodaal 44 t (vlgs. toelating toegelaten max. gewicht) Aanwijzing:intermodaal is in de planlijst in kolom B met I gemarkeerd! Leeg/ TARA Calculatiereserve Lading VREEMD Lading Totaalgewicht. kg 500 kg. kg. kg. kg Vrachtwagen/truck O Weg (40 t) / O Intermodaal (44 t) Kenteken Oplegger /trailer Verlader Datum 9 Chauffeur

10 Sjorpunten in orde?! NIET MEER GEBRUIKEN! TOEGESTAAN GEBRUIK! Kracht 1 + Kracht 2 Max. toelaatbare trekkracht sjorpunt Haken correct ophangen! 10

11 Spanbanden BELANGRIJK!!! BESCHADIGDE SJORMIDDELEN MOGEN NIET WORDEN GEBRUIKT!! ONVEILIGHEID BOETES ONGEVALSRISICO - niet meer gebruiken, want: - Markering ontbreekt of is niet te lezen -Insnijdingen > 10% van banddoorsnede Ook meerdere bij elkaar opgeteld -Beschadiging van de naden -Thermische vervormingen -Uiterlijk zichtbare schades -Gaten in de spanband -Uitrafeling van de spanband -Ratel verbogen, gebroken of verroest -Sterke corrosie aan ratel of eindbeslag - MOGEN NIET: - worden geknoopt -over scherpe randen worden gelegd - over ruwe oppervlakken worden gelegd - met verlenghendels worden gespannen -INFO: - Er is geen VERLOOPDATUM - MOET 1x per jaar door een EXPERT worden geïnspecteerd - Ontbrekende markering is geen probleem, spanband OK + meerdere GELIJKE op voertuig 11

12 Sjorkettingen BELANGRIJK!!! BESCHADIGDE SJORMIDDELEN MOGEN NIET WORDEN GEBRUIKT!! ONVEILIGHEID BOETES ONGEVALSRISICO - niet meer gebruiken, want: - Markering ontbreekt of is niet te lezen - SLIJTAGE > 10% van de nominale diameter - Uitrekking (verlenging) van meer dan 3% - In een knoop liggende of geschroefde kettingschakels - Oppervlaktescheuren - Zichtbare vervormingen - Tekenen van corrosie (bij verbindingselementen en spanelement) - MOGEN NIET: - worden geknoopt - sterk worden verdraaid - met verlengingen worden bediend -over scherpe randen worden gelegd - Kettingdelen met verschillende LC -INFO: - Er is geen VERLOOPDATUM - MOET: 1x per jaar door een EXPERT worden geïnspecteerd - Bij aankoop "Kettingboek" vragen - Sinds 2001 = haakborging VERPLICHT - Tot 2000 = haakborging NIET VERPLICHT - Moet uit korte schakels bestaan (3D) 12

13 Principe bescherming van randen en sjormiddelen NIET TOEGESTAAN!! TOEGESTAAN!! Randbeschermers moeten de voorspanning zoveel mogelijk zonder wrijvingsverliezen omleiden! Brandweerslang is vanwege interne rubberlaag bijvoorbeeld niet geschikt! Gevormde randbeschermers van kunststof zijn slechts beperkt geschikt! NIET voor COILOOG en KETTINGEN Beschadiging voorgeprogrammeerd!?? 13

14 Laadeenheid vormen - bundelen TOPUITVOERIN G! Eendelige sjorbanden om te bundelen! Speciale haken NO GO! Eendelige sjorbanden om te bundelen, triangelhaken, speciale haken, gebruiken! Alternatieven in noodgevallen! verbindingsring of hijsstrop Sjorbanden voorbereiden Lading niet direct op de spanband zetten Verbindingsring WLL/LC > 2000 kg/dan Triangelhaken Hijsstroppen 14

15 Verlading met kraan ALGEMEEN: 1. Kraanbedieners moeten dagelijks bij de eerste ingebruikname de functies van de kraan controleren. 2. Bedienend personeel en chauffeurs moeten de persoonlijke beschermingsuitrusting dragen (PBU): lange kleding, helm, handschoenen, veiligheidsschoenen 1. NOOIT onder zwevende last begeven 2. Indien het noodzakelijk is de zwevende last te benaderen: a. last slechts zover als absoluut noodzakelijk omhoog hijsen b. ZICHTCONTACT met de kraanbediener 3. VLUCHTWEG = d.w.z. NOOIT tussen zwevende last en een vaste inrichting lopen of staan 4. De chauffeur moet de aanwijzingen van het laadpersoneel absoluut opvolgen 5. De chauffeur moet de borging van de lading verrichten VERLADER: 1. Moet aan de chauffeur een wachtpositie toewijzen - DEZE moet zich daaraan houden! a. Bij het inhijsen tot kort voor de definitieve positie - Naast voertuig met adequate veilige afstand b. Voor definitieve positionering van de lading - exacte aanwijzing & gevaarsaanwijzing (bijv. beknellingen) 2. Kraanhaak/aanslagmiddelen mogen pas van de lading worden verwijderd, wanneer een veilige stand van de lading veiliggesteld is. Kantelgevaarlijke lading (bijv. gesneden breedband) mag pas worden losgelaten, wanneer deze aan beide zijden aan de rong gezekerd is, resp. wanneer door een geschikte maatregel kantelen verhinderd wordt. 15

16 Aanwijzing voor mensen met pacemakers Bezoeker met een pacemaker Wuppermann Moerdijk en Judenburg werken in de productie en de verlading met magneetkranen. Dit kan bij mensen met een geïmplanteerde defibrillator (ICD) of pacemaker tot problemen leiden. Hoe dichter men bij de magneet komt, des te sterker is het magnetische veld. Met het oog op de eigen veiligheid wordt daarom geadviseerd om op het Wuppermann-terrein niet in de directe omgeving van een magneet te komen. Voor vrachtwagenchauffeurs geldt: De coils hebben meteen na de belading nog een magnetisch veld van Gauss, wat eventueel nog ongemakken tot gevolg kan hebben die echter na een korte wachttijd van 5 minuten duidelijk minder zouden moeten worden. Voor personen met een ICD of pacemaker wordt veiligheidshalve een korte wachttijd aanbevolen, voordat zij de lading op het voertuig borgen/vastzetten. Tot 5 minuten nadat de magneetkraan bij de wagen weggereden is! 16

17 Verlading met kraan 17

18 Verlading met kraan 18

19 Neersjor-principe Sjormiddelen stevig spannen!! Lading op anti-slipmatten (ASM) zetten Vormsluiting of koplashing in rijrichting is een voordeel en is maatgevend voor het aantal sjormiddelen RANDBESCHERMERS/-GLIJDERS gebruiken Spanbanden liefst gecentreerd over pallets aanleggen Bij vrijstaande lading min. 2 sjormiddelen Spanband zo steil mogelijk aanleggen Ratels afwisselend LINKS en RECHTS positioneren 19

20 Vormsluitingsprincipe DIRECT OP DE KOPSE WAND Elk pakket DIRECT tegen de kopwand aanzetten Handelinggerelateerde afstanden, bij verlading met kraan, max. 1-2 cm zijn toegelaten Grotere afstanden dienen opgevuld te worden Bij ertussen geplaatste pallets bovendien een koplashing aanbrengen Open laadruimte tussen de pakketten vermijden! Eventueel met hout opvullen! TUSSEN DE PAKKETTEN 20

21 Koplashing-principe PALLETWAND Alleen pallets van ZEER GOEDE KWALITEIT gebruiken! Pallets in elkaar vervlechten - patroon in acht nemen Ter stabilisatie kan een houten balk ervoor of erin gelegd worden! SJORBAND NAUW TEGEN LAADGOEDEREN AAN DOOR DE PALLETS BRENGEN! HIJSSTROP Bij coils moet de lengte van de hijsstrop zo worden gekozen dat het horizontale deel van de strop zo gecentreerd mogelijk langs de coil wordt geleid. 21

22 Overzicht laadrichtlijn Wuppermann _V1.3a pagina's _V1.4_0910_DEU pagina's _V11.11_DEU pagina's 1. _V1.4_0910_DEU werd als bijlage toegevoegd 2. Dia overzicht werd als bijlage toegevoegd V 08/ pagina's 1. Volgorde aangepast - thema's samengevat 2. Diverse dia's vlgs. evaluatie v gewist (bestaande nrs.: 16, 17, 19, 36, 39) 3. Diverse dia's vlgs. evaluatie v gewijzigd (15, 28, 29, 30, 31, 32, 37, 38, 39, 40, 41, 42, 43, 44, 45) 4. Inhoudslijst toegevoegd (3) 5. Informatie pallets toegevoegd (21) V 02/ pagina's Pagina 33 ingevoegd Gesn. breedbanden staand Variant 4 V 04/ pagina's Pag. 34,35,36 ingevoegd Gesn. breedband staand Variant 5,6,7 V 05/ pagina's Pag. 07,08, 51, 52, 53 ingevoegd pag. 03, 10, 44, 54 gewijzigd V 05/ pagina's Pag. 07, 08, 09, 55, 56 ingevoegd pag. 02, 10, 59 gewijzigd V 08/ pagina's Pag. 8, 13, 49 t/m 55 ingevoegd pag. 47, 48, 66 gewijzigd V 01/ pagina's Complete herziening, opbergen archief V 05/ pagina's Verwerking van de in de scholingen gevonden punten, indeling in hoofdstukken 22

23 Coils / ringen Staande ladingen 23

24 Eisen aan de vrachtwagen - coil / gesneden breedband staand Voor de belading van vrachtwagens is de navolgende MINIMUMUITRUSTING verplicht. Deze kan per ladingtype verschillen en wordt door de planner exact aangegeven. Wanneer de vervoerder zich hier niet aan houdt, wordt de vrachtwagen weggestuurd van de laadlocatie en dient hij zich opnieuw te melden, nadat de gebreken in de uitrusting verholpen zijn. De kosten die hierdoor ontstaan, worden verrekend. 1. Sjormiddel (LC 2000daN / STF 500daN) 1. Sjorbanden vgl. EN st. 2. evt. sjorkettingen vgl. EN en met speciale beschermende materialen 12 st. 2. Anti-slipmatten / anti-slipmatten µ min = 0,6 - DROOG 1. Rubber (bij puntsgewijze belasting - bijv. matten voor zware lasten) 3. Beschermend materiaal voor sjormiddelen en goederen BESCHERMSLANGEN SNIJVAST!! 4. Rongen rongenhoogte minimaal 1,85 m vanaf laadvlak - zie hoofdstuk Verlading coils / gesneden breedband 1. Iedere rong aan het bovenste einde met sterk aanslagpunt voor ketting of riemhaak voor het vastzetten naar voren en achteren 2. Effectiviteit van alternatieve maatregelen voor het vastzetten van de rongen / gesneden breedbanden moet worden aangetoond! 5. Voertuig/laadvlak/goot 1. min. 17 sjorpunten per zijde 2. Moet door de chauffeur voorafgaand aan de belading BEZEMSCHOON uitgeveegd worden. 3. Coilgoten moeten volledig gereinigd zijn - geen resten van andere ladingen 4. Alle inrichtingen en borgmiddelen (ongebruikte rongen, houten balken, pallets enz.) moeten na de belading zodanig door de chauffeur worden vastgezet dat deze tijdens de rit niet over de laadvloer kunnen rondschuiven. NEERGESJORD of met geschikte middelen vastgezet. 6. Chauffeur 1. De chauffeur moet de principes van de ladingborging volgens EN vv of VDI 2700 kennen en kunnen toepassen. 2. De CHAUFFEUR MOET na verlaten van het bedrijfsterrein de ladingborging regelmatig, echter in ieder geval altijd na een buitensporig sterke afremming en/of stuuractie, CONTROLEREN en zo nodig NASPANNEN. 24

25 Lastverdeling coil De positionering van de last moet door de chauffeur i.o.m. de handleiding worden bepaald! De coil moet in rijrichting ALTIJD tegen de in dit bereik aanwezige insteekrong worden gezet! Voorbeelden uit opleggerhandleidingen (niet bindend): 25

26 Coilgoot moet geschikt zijn voor de coilgrootte (diameter)! (zie bedrijfshandleiding van de vrachtwagen) SCHOON = vrij van vuil, stof en kleine deeltjes Zijwanden niet vervormd Coil mag niet op de bodem rusten - min. 20 mm vrije ruimte ASM ingelegd - strokenafstand max. 300 mm 26

27 Ronglengte (min. 1,8 m vanaf laadvlak) 1. In principe moeten rongen boven de gesneden breedbanden uitsteken! 2. In uitzonderingsgeval - ronglengte: tussen bovenste C ringoog-ø tot buiten-ø ring! 1. Rong boven coiloog 3. Bij kortere rongen mag staand gesneden breedband niet worden geladen! 3. EXTRA MAATREGELEN bijvoorbeeld koplashing voorgeschreven! 2. Onder coiloog 27

28 Ronglengte maatregelen in uitzonderingsgeval! - In principe moeten rongen boven de gesneden breedbanden uitsteken! - UITZONDERINGSGEVAL! Rongen moeten MINIMAAL tot boven het boven het coiloog reiken!! Bijzondere maatregelen in uitzonderingsgevallen is ABSOLUUT NOODZAKELIJK!! - Gesneden breedband 4x aan de rongen bundelen - Koplashing naar voren en achteren aanleggen - Bundelbanden moeten zo worden aangelegd dat tegelijkertijd het afglijden van de koplashingbanden worden verhinderd - Bij de contactpunten moeten beschermende materialen worden ingelegd - Sjormiddelen moeten op slijtage worden gecontroleerd! 28

29 Coil Coil-breedte (B) < 0,7 x coil-ø (D) NIET STABIEL (geldig voor vrachtwagen en vlakke spoorwagon) B D Coil Ø (D) (mm) 800 Voorbeelden Ø > breedte Breedte groter Stabiel Coil-breedte (B) (mm) > 560 > 1000 > 700 > 1200 > 840 > 1600 > 1120 > 1800 > 1260 > 1900 > 1330 > Ø < breedte Niet stabiel Breedte kleiner Zie verladerrichtlijn voor COIL Zie verladerrichtlijn voor BANDSTAAL 29

30 Individuele coil overzicht RG Noodzakelijke maatregelen A B Bezemschone laadruimte VS ASM A AntiSlipMatten inleggen Chauffeur definieert Afstand tot kopwand B BD VS BD VormgeSloten tegen RonG zetten Aan rong BunDelen KL KopLashing vlgs. tabel aan ommez. ASM KL Rongenstevigheid moet voor het geladen gewicht bemeten zijn! Producent-info Bedrijfshandleiding Noodzakelijke borgmiddelen Antislipmatten μ min = 0,6 Spanbanden (SB) LC min = 2000 dan STF min = 300 dan 30

31 Individuele coil overzicht - Firma Schavemaker RG Noodzakelijke maatregelen A VS B ASM A Bezemschone laadruimte AntiSlipMatten inleggen Chauffeur definieert Afstand tot kopwand B BD VS BD VormgeSloten tegen RonG zetten Aan rong BunDelen KL KopLashing vlgs. tabel aan ommez. ASM KL Om de 30 cm Rongenstevigheid moet voor het geladen gewicht bemeten zijn! Producent-info Bedrijfshandleiding Noodzakelijke borgmiddelen Antislipmatten μ min = 0,6 Spanbanden (SB) LC min = 2000 dan STF min = 300 dan 31

32 A RG Meerdere coils overzicht Noodzakelijke maatregelen VS B ASM Bezemschone laadruimte AntiSlipMatten inleggen B BD A VS Chauffeur definieert Afstand tot kopwand VormgeSloten tegen RonG zetten KL VS BD VormgeSloten tegen GootDeksel zetten 1. Coil aan rong BunDelen GD VS KL KopLashing vlgs. tabel aan ommez. ASM KL Noodzakelijke borgmiddelen Antislipmatten μ min = 0,6 Rongenstevigheid / gootdeksel moet voor het geladen gewicht bemeten zijn! Producent-info Bedrijfshandleiding Spanbanden (SB) LC min = 2000 dan STF min = 300 dan 32

33 Meerdere coils overzicht Firma Schavemaker A RG B Noodzakelijke maatregelen Bezemschone laadruimte B VS RG ASM A AntiSlipMatten inleggen Chauffeur definieert Afstand tot kopwand KL BD VS VS BD KL VormgeSloten tegen RonG zetten Coil aan RonG BunDelen KopLashing vlgs. tabel aan ommez. KL BD Noodzakelijke borgmiddelen ASM Om de 30 cm Stevigheid van de rong moet voor het geladen gewicht bemeten zijn! Producent-info Bedrijfshandleiding Antislipmatten μ min = 0,6 Spanbanden (SB) LC min = 2000 dan STF min = 300 dan 33

34 Coil waarden Borging naar VOREN (0,8) Borging naar de ZIJKANT (0,5) Vormsluiting RG OF Koplashing GD KL Max. 24 t Max. 12 t Aant. sjormiddelen 4 LC t Goot : Alleen geldig voor coil Ø 900 mm 2100 mm Borging naar ACHTEREN (0,5) Bundeling + koplashing (+ neersjorren) Aant. sjormiddelen 4 BD KL KL BD NJ LC t 34

35 Gesneden breedband staand rongen met aangebouwd sjorpunt RB = randbeschermer Stevigheid sjorpunt: min dan RB RB RB RB RB RB RB RB RB RB ASM RB RB RB RB Met spanbanden LC min dan aan de rongen bundelen! 1 Spanband per 8 t lading Rongen diagonaal vastzetten! LC min dan Bochtlashing door middenopening LC min dan 35

36 Gesneden breedband staand rongen met aangebouwd sjorpunt RB = randbeschermer Stevigheid sjorpunt: min dan RB RB RB RB RB RB RB RB ASM RB RB RB RB RB RB Met spanbanden LC min dan aan de rongen bundelen! 1 Spanband per 8 t lading Rongen diagonaal vastzetten! LC min dan Coil min. 2x neersjorren! Spanbanden STF min. 500 dan 36

37 Gesneden breedband - staand - met rongenafstempeling fa. Mayer RB = randbeschermer Met spanbanden RB LC min dan RB RB RB RB RB aan de rongen bundelen! 1 sjorband per 8 to lading Coil min. 2x neersjorren! RB Spanbanden met STF min. 500 dan of bochtlashing door middenopening Vaste verbinding! ASM 37

38 Poster Productie Gebruik: Bij voorkeur Bundelbanden! Gesneden breedband - staand Var. 1 Voorbeelden Randbeschermers Minimum LC = 2000 dan STF = 500 dan Rubber > 3 mm Var. 2 Aan rongen bundelen: Minimum: 1 spanband per 8t Vaste verbinding! Var. 3 38

39 Gesneden breedband - staand Variant 4 Gebruik: Bij voorkeur Bundelbanden! Voorbeelden Randbeschermers Rubber > 3 mm Minimum LC = 2000 dan STF = 500 dan Aan rongen bundelen: Minimum: 1 spanband per 8t 39

40 Gesneden breedband - staand Variant 5 Gebruik: Bij voorkeur Bundelbanden! Voorbeelden Randbeschermers Rubber > 3 mm Minimum LC = 2000 dan STF = 500 dan Aan rongen bundelen: Minimum: 1 spanband per 8t 40

41 Gesneden breedband - staand Variant 6 Gebruik: Bij voorkeur Bundelbanden! Voorbeelden Randbeschermers Rubber > 3 mm Minimum LC = 2000 dan STF = 500 dan Aan rongen bundelen: Minimum: 1 spanband per 8t 41

42 Gesneden breedband - staand Variant 7 Gebruik: Bij voorkeur Bundelbanden! Voorbeelden Randbeschermers Rubber > 3 mm Minimum LC = 2000 dan STF = 500 dan Aan rongen bundelen: Minimum: 1 spanband per 8t 42

43 COILS op slede Gebruik: Haak met borging of als alternatief tegen ongewild losraken borgen! Max. 8 t Voorbeelden Randbeschermers Rubber > 3 mm Minimum LC = 2000 dan STF = 500 dan Max. 8 t OP SJORMIDDELRICHTING LETTEN!! 43

44 Coils / ringen Liggende ladingen 44

45 Eisen aan de vrachtwagen - gesneden breedband liggend Voor de belading van vrachtwagens is de navolgende MINIMUMUITRUSTING verplicht. Deze kan per ladingtype verschillen en wordt door de planner exact aangegeven. Wanneer de vervoerder zich hier niet aan houdt, wordt de vrachtwagen weggestuurd van de laadlocatie en dient hij zich opnieuw te melden, nadat de gebreken in de uitrusting verholpen zijn. De kosten die hierdoor ontstaan, worden verrekend. 1. Sjormiddelen (LC 2000daN / STF 500daN / lengte min. 8 m) 1. Sjorbanden vgl. EN st. 2. Anti-slipmatten / anti-slipmatten µ min = 0,6 - DROOG 1. Rubber (bij puntsgewijze belasting - bijv. matten voor zware lasten) 2. Andere materialen met producentenverklaring voor - Staal zeefdruk - Hout zeefdruk 3. Beschermend materiaal voor sjormiddelen en goederen 4. Voertuig/laadvlak 1. min. 17 sjorpunten per zijde 2. Moet door de chauffeur voorafgaand aan de belading BEZEMSCHOON uitgeveegd worden. 3. Alle inrichtingen en borgmiddelen (ongebruikte rongen, houten balken, pallets enz.) moeten na de belading zodanig door de chauffeur worden vastgezet dat deze tijdens de rit niet over de laadvloer kunnen rondschuiven. NEERGESJORD of met geschikte middelen vastgezet. 5. Chauffeur 1. De chauffeur moet de principes van de ladingborging volgens EN vv of VDI 2700 kennen en kunnen toepassen. 2. De CHAUFFEUR MOET na verlaten van het bedrijfsterrein de ladingborging regelmatig, echter in ieder geval altijd na een buitensporig sterke afremming en/of stuuractie, CONTROLEREN en zo nodig NASPANNEN. 45

46 Gesn. breedband liggend (zonder vormsluiting) X X Op JUISTE BANDGELEIDING letten! Pallet en balk dienen alleen voor de bandgeleiding! Spanbanden alleen om de middelste plank leiden! 46

47 Gesneden breedband - liggend KOPSE WAND SJORBAND PALLETS BIJ PALLETS opletten! KOPLASHING met BALKEN Sjorband altijd zo dicht mogelijk langs de goederen door de pallet leiden! 47

48 Gesn. breedband - liggend (vormsluiting) ASM ASM ASM in ELKE laag GEFORCEERDE SLUITING OK? 1 sjorband per rij BALK of PALLETS voor DRUKVERDELING GEEN GEFORCEERDE VERBINDING Zie zonder geforceerde verbinding 48

49 Gesneden breedband - liggend KOPSE WAND KOPSE WAND Stapel pallets Rechte pallen Diverse mogelijkheden van DRUKVERDELING 49

50 Poster Productie Gesneden breedband - liggend (ruwe oppervlakken) Gebruik: Rubber > 3 mm Var. 1 Randbeschermers Var. 2 LC = STF = Minimum 2000 dan 500 dan Minimum 1 NEERSJORRING per rij banden 1 KOPLASHING per 15 t Var. 4: RONGEN = KOPLASHING! Var. 3 = HIER BETREDEN VERBODEN! / holle ruimte! 50

51 Buizen / profielen Lange goederen 51

52 Eisen aan de vrachtwagen - lange goederen / profielen Voor de belading van vrachtwagens is de navolgende MINIMUMUITRUSTING verplicht. Deze kan per ladingtype verschillen en wordt door de planner exact aangegeven. Wanneer de vervoerder zich hier niet aan houdt, wordt de vrachtwagen weggestuurd van de laadlocatie en dient hij zich opnieuw te melden, nadat de gebreken in de uitrusting verholpen zijn. De kosten die hierdoor ontstaan, worden verrekend. 1. Sjormiddelen (LC 2000daN / STF 500daN / lengte min. 8 m ) 1. Sjorbanden vgl. EN st. 2. Voor geoliede goederen: 2 eendelige sjorbanden om te bundelen per stapel! 2. Anti-slipmatten / anti-slipmatten µ min = 0,6 - DROOG 1. Rubber (bij puntsgewijze belasting - bijv. matten voor zware lasten) 2. Andere materialen met producentenverklaring voor - Staal zeefdruk - Hout zeefdruk 3. Beschermend materiaal voor sjormiddelen en goederen 4. Voertuig/laadvlak 1. min. 17 sjorpunten per zijde 2. Moet door de chauffeur voorafgaand aan de belading BEZEMSCHOON uitgeveegd worden. 3. Alle inrichtingen en borgmiddelen (ongebruikte rongen, houten balken, pallets enz.) moeten na de belading zodanig door de chauffeur worden vastgezet dat deze tijdens de rit niet over de laadvloer kunnen rondschuiven. NEERGESJORD of met geschikte middelen vastgezet. 5. Chauffeur 1. De chauffeur moet de principes van de ladingborging volgens EN vv of VDI 2700 kennen en kunnen toepassen. 2. De CHAUFFEUR MOET na verlaten van het bedrijfsterrein de ladingborging regelmatig, echter in ieder geval altijd na een buitensporig sterke afremming en/of stuuractie, CONTROLEREN en zo nodig NASPANNEN. 52

53 Koplashing-principe α Alternatief bij ontbrekende vormsluiting als borging naar VOREN / ACHTEREN Hoek in acht nemen α max. 45 β max. 30 Haken tegen loskomen beveiligen (haakborging) Spanband bij randen beschermen (beschermslang) Op stevigheid sjorpunt letten! Palletwandmogelijkheden Met 5 in elkaar grijpende pallets Met balken verstevigen Op spanbandpositionering letten β Aantal sjormiddelen 1 KOPLASHING max. telkens 15 t (LC = 2000daN / ASM ingelegd) Sjormiddelen handvast spannen!! 53

54 Bochtlashing-principe = 1 x bochtlashing Borgen naar de ZIJKANT toe Hoek in acht nemen α α β = 1 x bochtlashing Aantal bochtlashings (24 t) 3 bochtlashings (zonder ASM) 2 bochtlashings (met ASM) en per BUNDEL (LC = 2000daN / ASM ingelegd) Sjormiddelen handvast spannen!! Min. 2 spanbanden in elke richting Spanband bij randen beschermen (bijv. beschermslang) Lading mag niet direct op het sjormiddel liggen! Haken tegen loskomen beveiligen (haakborging) Sjormiddelen aan 2 sjorpunten bevestigen dubbele kracht Op stevigheid sjorpunt letten! 54

55 Bochtlashing-principe Verloop van de sjormiddelen Lagen v. verschillende lagen Lagen m. gelijke breedte Lagen van verschillende breedten elke laag bochtlashing 55

56 Poster Productie Gebruik: Profielbuizen - sjormiddelen Bandgeleidin g Randbeschermers Rubber > 3 mm Minimum LC = 2000 dan STF = 500 dan Minimum: 1 NEERSJORRING per 5 t bij stapeling in 2e tussenlaag neersjorren 1 KOPLASHING per 15 t 56

57 Poster Productie Profielbuizen - ondersteuning met pallets Variant 1 profielbuizen > 9,5 m Variant 2 profielbuizen < 9,5 m Pallets borgen tegen wegglijden en uitknikken! Met spanbanden NEERSJORREN 57

58 Poster Productie Profielbuizen ondersteuning met hout/balken Dwarsbalk aan kopwand kan vervallen, indien voldoende stevige sokkelplaat aanwezig is Info opbouwfabrikant! min. 3 steunbalken Steunbalken borgen tegen verschuiven en uitknikken! Vastspijkeren bij de verbindingspunten OF met spanbanden NEERSJORREN 58

59 Poster Productie Profielbuizen - afstempeling 1500 mm Let op! Zie pagina Profielbuizen sjormiddelen en afstempeling 59

60 Profielbuizen - afstempeling 1500 mm Let op! Zie pagina Profielbuizen sjormiddelen en afstempeling 60

61 Profielbuizen - afstempeling 2400 mm Let op! Zie pagina Profielbuizen sjormiddelen en afstempeling 61

62 Profielbuizen - afstempeling 2400 mm Let op! Zie pagina Profielbuizen sjormiddelen en afstempeling 62

63 Profielbuizen - afstempeling 1100/1200 mm Let op! Zie pagina Profielbuizen sjormiddelen en afstempeling 63

64 Ladingen Palletgoederen, gitterboxen, opstaande rand 64

65 Eisen aan de vrachtwagen palletladingen Voor de belading van vrachtwagens is de navolgende MINIMUMUITRUSTING verplicht. Deze kan per ladingtype verschillen en wordt door de planner exact aangegeven. Wanneer de vervoerder zich hier niet aan houdt, wordt de vrachtwagen weggestuurd van de laadlocatie en dient hij zich opnieuw te melden, nadat de gebreken in de uitrusting verholpen zijn. De kosten die hierdoor ontstaan, worden verrekend. 1. Sjormiddelen (LC 2000daN / STF 500daN / lengte min. 8 m ) 1. Sjorbanden vgl. EN st. 2. Anti-slipmatten / anti-slipmatten µ min = 0,6 - DROOG 1. Rubber (bij puntsgewijze belasting - bijv. matten voor zware lasten) 2. Andere materialen met producentenverklaring voor - Staal zeefdruk - Hout zeefdruk 3. Beschermend materiaal voor sjormiddelen en goederen 4. Voertuig/laadvlak 1. min. 17 sjorpunten per zijde 2. Moet door de chauffeur voorafgaand aan de belading BEZEMSCHOON uitgeveegd worden. 3. Alle inrichtingen en borgmiddelen (ongebruikte rongen, houten balken, pallets enz.) moeten na de belading zodanig door de chauffeur worden vastgezet dat deze tijdens de rit niet over de laadvloer kunnen rondschuiven. NEERGESJORD of met geschikte middelen vastgezet. 5. Chauffeur 1. De chauffeur moet de principes van de ladingborging volgens EN vv of VDI 2700 kennen en kunnen toepassen. 2. De CHAUFFEUR MOET na verlaten van het bedrijfsterrein de ladingborging regelmatig, echter in ieder geval altijd na een buitensporig sterke afremming en/of stuuractie, CONTROLEREN en zo nodig NASPANNEN. 65

66 Europallets Kunnen niet meer worden geruild en moeten vlgs. UIC-datasheet worden gerepareerd, wanneer: een bodem- of dekrandplank zo versplinterd is dat meer dan 1 spijker of schroefschacht zichtbaar is. De markering EUR rechts en de aanduiding van een spoormaatschappij links ontbreken Een plank ontbreekt Een blok ontbreekt of zo is gespleten dat meer dan 1 spijker zichtbaar is. Een plank schuin of dwars is gebroken. Meer dan twee bodem- of dekrandplanken zo zijn versplinterd dat meer dan 1 spijker of schroefschacht zichtbaar is. Verdere kenmerken (slechte algemene toestand) Het draagvermogen is niet meer gegarandeerd (mors en verrot, ernstige versplinteringen). De vervuiling is zo ernstig dat de lading wordt vervuild. Sterke afsplinteringen bij meerdere blokken aanwezig. Klaarblijkelijk zijn niet toegelaten componenten gebruikt (bijv. te dunne planken, te smalle blokken). BELASTINGLIMIETEN In stelling of op heftruckvork 1000 kg Nominale last willekeurig verdeeld 1500 kg Last verdeeld 2000 kg Last in compacte vorm over volle oppervlak In stapel maximaal 4000 kg op effen, horizontaal en star oppervlak Belasting horizontaal en over volle oppervlak 66

67 Palletgoederen verpakking 1 Goederen vervoersveilig met pallet verbinden 2 2 Deksel liefst zelfde formaat als pallet, zodat vormsluiting bereikt kan worden

68 Verlading palletgoederen ASM INLEGGEN, indien ongebundeld gestapeld, in elke laag Lege ruimtes opvullen of goederen tegen elkaar zetten. Streef naar vormsluiting in rijrichting! LAADEENHEDEN vormen - gestapelde pallets met frame bundelen 68

69 Verlading palletgoederen Bij GELIJK FORMAAT en DEKSEL niet mogelijk, moet tussenruimte met geschikt opvulmateriaal opgevuld worden. 4 Mogelijke materialen afhankelijk van gewichten: Piepschuim, schuim, karton, stuwzakken en vergelijkbaar lak ontziend materiaal

70 Verlading palletgoederen Voertuigen ZONDER zijschotten: ASM inleggen Vormsluiting naar kopwand/in rijrichting elke rij min. 1x neersjorren/-houden Voertuigen MET zijschotten en/of CODE XL: Vormsluiting naar kopwand en zijwand laatste rij min. 1x neersjorren of klembalk met voldoende stevigheid 8 Geen vormsluiting in rijrichting mogelijk? Koplashing met pallets Bij stapeling ASM tussen de lagen inleggen elke rij min. 1x neersjorren/-houden 70

71 Verlading palletgoederen 4 Tussenruimtes opvullen! Pallets NOOIT op vreemde goederen stapelen! ELKE individuele pallet MOET GEBORGD worden: door VORMSLUITING ASM of met SJORMIDDELEN 71

72 Verlading palletgoederen 5 Zijwandvoertuigen / CODE XL 7 Alle andere voertuigen / geen vormsluiting 6 8 ASM ASM ASM Lading zekeren tegen externe lading 72

73 Verlading palletgoederen 6 Beweging mogelijk Zijbordhoogte tot twee pallets o.k. ASM Zijwandvoertuigen / CODE XL 7 Alle andere voertuigen / geen vormsluiting