rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

Transcriptie

1 Vonnisnummer I Griffienummer Repertoriumnummer I Europees Datum van uitspraak 1 i" 1 oktober 2018 Naam van de eerste beklaagde Systeemnummer parket Rolnummer 18A rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen KamerAC1 Vonnis -verzet- Aangeboden op Niet te registreren

2 Vonnisnr 1.2 J Inzake van: geboren te 1 1 op ?0. 3 wonende te van Belgische nationaliteit verzetdoende partij, vertegenwoordigd door Meester Denissen Mieke, advocaat te Herentals loco Meester Wilmots Kirsten, advocaat te Herentals. Tegen: het Openbaar Ministerie Verzet werd aangetekend bij exploot dd. 6 juli 2018 van, gerechtsdeurwaarder te. 1, tegen het vonnis uitge proken door de rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen op 23 april 2018, vonnisnummer ' en beklaagde nummer vonnis hetwelke betekend werd op 15 mei 2018 aan woonst wat betreft en waarbij hij veroordeeld werd: hoofdens de tenlastelegging tot een geldboete van 500,00 EUR en waarbij hij werd verplicht tot het betalen van een bijdrage van 25 EUR; de geldboete en de bijdrage werden, bij toepassing van artikel 1 der wet van 5 maart 1952, vermeerderd met 70 decimes, zodat die geldboete 4000,00 EUR en die bijdrage 200,00 EUR bedragen; de vervangende gevangenisstraf voor de geldboete werd bepaa Id op 3 maanden ; de beklaagde werd verwezen in de kosten van het geding begroot op 281 EUR; er werd hem tevens een vergoeding opgelegd van 51,20 EUR ingevolge het K.B. van 28 december 1950; tot het betalen van een bijdrage van 20,00 EUR aan het Begrotingsfonds voor juridische tweedelijnsbijstand.

3 J'."'".13J\ Vonnisnr. '1Jx p. 3 Beval het herstel van het terrein gelegen te kadastraal gekend als, ook gekend als in zijn oorspronkelijk staat. Zei voor recht dat dit herstel impliceert: - Het volledï'g en definitief verwijderen van alle op het terrein aanwezige verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt, met name de aanwezige caravans en tentconstructies; - Het definitief beëindigen van het gewoonlijk gebruiken van de grond voor het plaatsen of stallen van aanhangwagens en/of verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten; - Het volledig en definitief verwijderen van alle op het terrein geparkeerde wagens en aanhangwagens; - Het definitief beëindigen van het gewoonlijk gebruiken van de grond voor het parkeren van voertuigen en aanhangwagens; - Het volledig en definitief verwijderen van alle op het terrein aanwezige opgeslagen afgedankte voertuigen, materiaal en afval. - Het definitief beëindigen van het gewoonlijk gebruiken van het opslaan van afgedankte voertuigen, materialen en afval. - Het volledig slopen en definitief verwijderen van alle op het terrein aanwezige vaste gebouwen en of constructies of restanten ervan; - Het volledig opbreken en definitief verwijderen van alle op het terrein aanwezige verhardingen. Bepaalde dat voornoemde herstelwerken moeten worden uitgevoerd binnen een termijn van 9 maanden vanaf het in kracht gaan van huidig vonnis onder verbeurte van een dwangsom van 75 EURO per dag vertraging, Zei dat de Stedenbouwkundig Inspecteur en/of het college van burgemeester en schepenen te : in geval het vonnis niet ten uitvoer wordt gelegd, ambtshalve in de uitvoering ervan kan voorzien. Machtigde de Stedenbouwkundig Inspecteur en/of het college van burgemeester en schepenen te de van de herstelling van de plaats afkomende materialen en voorwerpen te verkopen, te vervoeren, op te slaan en te vernietigen op een door hem gekozen plaats. Zei voor recht dat de veroordeelde gehouden is alle uitvoeringskosten, verminderd met de opbrengst van de verkoop van de materialen en voorwerpen, te vergoeden op vertoon van een staat, begroot en invorderbaar verklaard door de beslagrechter HIJ WAS BETICHT VAN: Als dader of mededader in de zin van artikel 66 van het Strafwetboek;

4 ' Vonnisnr 1 bij inbreuk op artikel van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening hetzij zonder voorafgaande stedenbouwkundige vergunning, hetzij in strijd met de vergunning, hetzij na verval, vernietiging verstrijken van de termijn van de vergunning, hetzij in geval van schorsing van de vergunning, hierna vermelde handelingen, zoals bepaald bij artikel a (het gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten van een grond voor het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, van allerhande materialen, materieel of afval) op het onroerend goed gelegen te ook gekend als 1 gelegen in gebied voor dag- en verblijfsrecreatie, gekadastreerd als met een oppervlakte van : eigendom van 1 (geboren op - -- ) en (geboren op ), ingevolge akte verleden op -- ' te tussen 1 januari 2012 en 26 januari 2017, meermaals op niet nader te bepalen data, onder meer op 29 september 2016 en laatst op 25 januari 2017, de feiten de voortdurende en achtereenvolgende uiting zijnde van eenzelfde opzet, de verjaring der strafvordering ter zake de tenlastelegging rechtsgeldig gestuit zijnde door daden van onderzoek of vervolging, namelijl< het proces-verbaal 1an 29 september 2016, namelijk zonder voorafgaande stedenbouwkundige vergunning het perceel gewoonlijk te hebben gebruikt voor het opslaan van verschillende gebruikte en afgedankte voertuigen, caravans en mobilhomes, allerhande materiaal, materieel en afval. Gezien het bewijs van overschrijving van de dagvaarding van beklaagde door de bewaarder der Hypotheken op het hypotheekkantoor van,dd boek -- deel nr. 1 **** Gehoord de beklaagde, eisende partij in verzet, in zijn middelen van verzet, vertegenwoordigd door Meester Denissen Mieke, advocaat te Herentals loco Meester. Wilmots Kirsten, advocaat te Herentals. Gehoord het openbaar ministerie in zijn advies; Aangezien het verstek te wijten is aan de eisende partij in verzet; Aangezien het verzet regelmatig is;

5 .. Dossiemr 18A zittingszaal 06 Vonnisnr l,i 1 b.""f.i \ \. p.5 OM DEZE REDENEN, Gelet op de artikelen 185 en 187 van het Wetboek van Strafvordering en rtikelen 11, 12, 14, 31, 34, 35, 37 en 41 der wet van 15 juni 1935, gewijzigd door de wet van 3 mei 2003; DE RECHTBANK: Verklaart het verzet ontvankelijk; De Rechtbank rechtdoende door een nieuw vonnis; PROCEDURE De bepalingen van de Wet van 15 juni 1935 op het taalgebruik in gerechtszaken werden nageleefd. De rechtbank nam kennis van de stukken van de rechtspleging en hoorde het Openbaar Ministerie en de aanwezige partijen. BEOORDELING OP STRAFGEBIED Beklaagde is eigenaar van het terrein gelegen te als aan de ;, ook gekend Op gaan de verbalisanten ter plaatse en stellen zij vast dat er op het terrein diverse caravans en voertuigen staan gestald en er over het ganse terrein materialen werden achtergelaten. Aan hun proces-verbaal voegen de verbalisanten het nodige fotomateriaal. Bij politioneel nazicht blijkt het terrein reeds sinds 2012 bezaaid te zijn met achtergelaten afval. Bij verhoor op betwist beklaagde de vaststellingen van de verbalisanten niet. Hij stelde de toestand te willen regulariseren. Bij nazicht op blijkt er geen regularisatie-aanvraag door beklaagde te zijn ingediend. Bij nazicht ter plaatse blijken de voertuigen en de materialen nog steeds niet te zijn verwijderd. Thans ter zitting worden de inbreuken ook niet betwist. Hij verwijst naar zijn precaire situatie als invalide.

6 I p.6 Vonnisnr J6 r;' J \ De rechtbank verwijst naar de vaststellingen van de verbalisanten, het aan het strafdossier gevoegde fotomateriaal en de eigen verklaringen van beklaagde en oordeelt de hem ten laste gelegde feiten bewezen. 1. Strafmaat De feiten zijn ernstig. De handelingen van beklaagde wijzen op een verminderd normbesef en een gebrek aan respect voor de geldende regelgeving. De handelingen van beklaagde vormen bovendien een gevaar voor het leefmilieu. De rechtbank houdt rekening met de elementen en omstandigheden die beklaagde aanhaalt zodat onder de navolgende voorwaarden een uitstel wordt verleend waarmede beklaagde akkoord ging en dit om hem te motiveren alles op te ruimen. De herstelvordering Bij besluit van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente ' d.d werd een herstelvordering opgesteld die aan het Openbaar Ministerie werd overgemaakt. Bij beslissing van werd voor deze herstelvordering door de Hoge Raad voor het Handhavingsbeleid een positief advies verleend. De herstelvordering strekt ertoe de vastgestelde inbreuken te herstellen en het terrein terug in zijn oorspronkelijke staat te brengei:i. Deze vordering komt de rechtbank geenszins onredelijk voor en dient te worden toegekend. Een termijn van 9 maanden oordeelt de rechtbank redelijk en billijk om beklaagde toe te laten tot herstel over te gaan. Het opleggen van de hierna bepaalde dwangsom is noodzakelijk om beklaagde ertoe aan te zetten ook daadwerkelijk tot het herstel over te gaan. TOEGEPASTE WETTEN De rechtbank houdt rekening met de volgende artikelen die de bestanddelen van de misdrijven en de strafmaat bepalen, en het taalgebruik in gerechtszaken regelen: artikelen 162, 185, 187, 194, 195 van het Wetboek van Strafvordering, artikelen 1, 3, 6, 7 van het Strafwetboek,

7 p. 7 Vonnisnr'J2 I '\B 1\. artikelen 11, 12, 14, 31, 32, 34, 35, 36, 37 en 41 der wet van 15 juni 1935, gewijzigd door de wet van 3 mei 2003; de verordeningen van de Raad van de ministers nr. 974/98 dd. 3/5/1998 en nr. 1103/97 dd. 17 /6/1997 en de wetten van 26/06/2000 en 30/06/2000 betreffende de invoering van de euro, artikelen 28, 29 der wet van 1 augustus 1985, artikel 1 van de wet van 5 maart 1952, Wet van 19 maart 2017 tot oprichting van een Begrotingsfonds voor de juridische tweedelijnsbijstand, artikel 91 van het Koninklijk Besluit van 28 december 1950, artikelen 3 en 4 der wet van 17 april 1878, artikelen 21, 22, 23, 25 van de wet van 17/4/1878, en bij toepassing van de artikelen en wetsbepalingen, zoals aangehaald in de voormelde tenlastelegging, artikel 1, 8 en 9 der wet van 29 juni 1964, en bij toepassing van de artikelen 38, 40, 66, 99bis van het Strafwetboek. UITSPRAAK De rechtbank vonnissende op tegenspraak. Op strafgebied: Veroordeelt voor de tenlastelegging : tot een geldboete van 500,00 EUR, verhoogd met 70 opdeciemen en gebracht op 4000,00 EUR; Boete vervangbaar bij gebreke van betaling binnen de wettelijke termijn door een gevangenisstraf van 3 maanden. Zegt dat de tenuitvoerlegging van het vonnis zal worden uitgesteld gedurende 3 jaren vanaf heden wat betreft deze geldboete, mits naleving van de volgende probatievoorwaarden: 1/ geen strafbare feiten plegen 2/ alle oproepingen en richtlijnen van de justitieassistent(e) en de probatiecommissie stipt naleven; 3/ een vast adres hebben en, bij wijziging ervan, de nieuwe verblijfplaats onmiddellijk meedelen aan de justitieassistent(e) die met de begeleiding is belast; 4/ overgaan tot uitvoeren van de herstelmaatregel in samenwerking met de jusitieassistent(e) en de bewijzen hiervan voorleggen;

8 p. 8 J Vonnisnr '/(/. I 3fü} Veroordeelt tot het betalen van een bijdrage van 20,00 EUR aan het Begrotingsfonds voor juridische tweedelijnsbijstand. tot een vaste vergoeding voor beheerskosten in strafzaken. Deze vergoeding bedraagt 51,20 EUR. tot het betalen van een bijdrage van 1 maal de som van 25,00 EUR verhoogd met 70 opdeciemen en gebracht op 1 maal 200,00 EUR ter financiering van het Fonds tot hulp aan de slachtoffers van opzettelijke gewelddaden. tot betaling van de kosten van het eerste vonnis zijnde 281 EUR, tot betaling van de kosten van huidig vonnis op verzet, zijnde 101,76 EUR, daarin begrepen de kosten van de betekening van het vonnis bij verstek, het verstek te wijten zijnde aan beklaagde. Herstel Beveelt het herstel van het terrein gelegen te, ook gekend als 1 1, kadastraal gekend als in zijn oorspronkelijk staat. Zegt voor recht dat dit herstel impliceert: - Het volledig en definitief verwijderen van alle op het terrein aanwezige verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt, met name de aanwezige caravans en tentconstructies; - Het definitief beëindigen van het gewoonlijk gebruiken van de grond voor het plaatsen of stallen van aanhangwagens en/of verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten; - Het volledig en definitief verwijderen van alle op het terrein geparkeerde wagens en aanhangwagens; - Het definitief beëindigen van het gewoonlijk gebruiken van de grond voor het parkeren van voertuigen en aanhangwagens; - Het volledig en definitief verwijderen van alle op het terrein aanwezige opgeslagen afgedankte voertuigen, materiaal en afval. - Het definitief beëindigen van het gewoonlijk gebruiken van het opslaan van afgedankte voertuigen, materialen en afval. - Het volledig slopen en definitief verwijderen van alle op het terrein aanwezige vaste gebouwen en of constructies of restanten ervan; - Het volledig opbreken en definitief verwijderen van alle op het terrein aanwezige verhardingen.

9 Dossiernr 18A zittingszaal D6 Vonnisnr i Bepaalt dat voornoemde herstelwerken moeten worden uitgevoerd binnen een termijn van 9 maanden vanaf het in kracht gaan van huidig vonnis onder verbeurte van een dwangsom van 75 EURO per dag vertraging. Zegt dat de Stedenbouwkundig Inspecteur en/of het college van burgemeester en schepenen te 1 in geval het vonnis niet ten uitvoer wordt gelegd, ambtshalve in de uitvoering ervan kan voonien. Machtigt de Stedenbouwkundig Inspecteur en/of het college van burgemeester en schepenen te de van de herstelling van de plaats afkomende materialen en voorwerpen te verkopen, te vervoeren, op te slaan en te vernietigen op een door hem gekozen plaats. Zegt voor recht dat de veroordeelde gehouden is alle uitvoeringskosten, verminderd met de opbrengst van de verkoop van de materialen en voorwerpen, te vergoeden op vertoon van een staat, begroot en invorderbaar verklaard door de beslagrechter **** Dit vonnis is in openbare zitting uitgesproken op 1 oktober 2018 door de rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen (Kamer ACl) samengesteld uit : - A. Mertens, rechter In aanwezigheid van een magistraat van het Openbaar Ministerie zoals vermeld in het proces-verbaal van de terechtzitting. Met bijstand van D. Mariën, griffier D. Mariën A. Mertens