!!!!!!!!!!! Lesexpres!Tsjechisch!! basisgrammatica!en!oefeningen!!! Dr.!Bart2Jan!Hommes!!
|
|
- Damian Jacobs
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 LesexpresTsjechisch basisgrammaticaenoefeningen Dr.Bart2JanHommes
2 Bart2JanHommes LesexpresTsjechisch Basisgrammaticaenoefeningen 1edruk Fotoopdeomslag Ditboekisuitgegevendoor EssmodPublishing,Delft. ISBN NUR ,EssmodPublishing Allerechtenvoorbehouden.Nietsuitdezeuitgavemagwordenverveelvoudigd, opgeslagenineengeautomatiseerdgegevensbestanden/ofopenbaargemaaktinenige vormofopenigewijze,hetzijelektronisch,mechanisch,doorfotokopieën,opnamenofop enigeanderemanierzondervoorafgaandeschriftelijketoestemmingvandeuitgever.
3 Voorwoord& JehebtjedusvoorgenomenomTsjechischtelerenenjekeuzeisdaarbijgevallenopdit leerboek.dankjewelvoordiekeuze.vanmijnkanthebikmijnuiterstebestgedaanom hettsjechischzotoegankelijkmogelijkuitteleggen.want,laatikmeteeneerlijkzijn: Tsjechischisgeeneenvoudigetaal.Gelukkighelpthetboekjestapvoorstapdoormiddel vanuitleg,woordenschat,oefeningenenantwoorden.bovendienvindjeuitgebreide ondersteuningopdewebsite MijnbelangstellingvoorhetTsjechischisontstaanindezomervan1995,toenikinPraag studeerde.erwasopdatmomentnaarmijnwetengeennederlandstaliglesmateriaal, waardoorikwasaangewezenopengelstaligeleerboeken.vanafdatmomenthebikme voorgenomeneenleerboekteschrijven.in2014washeteindelijkzover,hetleerboeken deonlinecursustsjechischzagenhetlevenslicht. InhetbijzonderbedankikLucieDobešová.Zijheeftheeftalleconceptteksten,oefeningen enantwoordenuitgebreidgereviewedenverbeterd.dankookaanallestudentenvande onlinecursusdiehebbenbijgedragenindevormvanreviewencorrecties. Jekunthetboekzelfstandiggebruiken,ofincombinatiemetdeonlinecursusop antwoorden,maardanindigitalevorm.opdewebsitekunjedewoordenschaten grammaticaonlineoefenenendeuitspraakbeluisteren.jekuntbovendienmetforumof chatcontactleggenmetdeanderestudentendiezijningeschreven. Ikwensjeveelpleziereninspiratiebijhetbestuderenvanditboek. Dr.Bart2JanHommes Delft,3januari2014 i
4 Inhoudsopgave& Voorwoord...i Les1...1 Inleiding...1 Alfabetenuitspraak...1 Uitspraakenklemtoon...2 Les2...3 Woordenschat...3 Persoonlijkevoornaamwoorden...3 Hetwerkwoord'zijn':být...4 Zelfstandignaamwoord...4 Vraagwoordenkdo?enco?...5 Hetwoordjeto...5 Oefeningen...5 Les3...7 Woordenschat...7 Bijvoeglijknaamwoord...7 Werkwoordentegenwoordigetijd:Groep1en2...8 Hetwerkwoordmít('hebben')...9 Perfectvs.Imperfect...9 Oefeningen...9 Les Woordenschat...12 Korteinleidingnaamvallen...12 Delocatief...13 Voorzetselsnaenvenlocatief...15 Allevoorzetselsvandelocatief...15 Hetwerkwoordstát('staan','kosten')...16 Oefeningen...16 Les Woordenschat...18 Werkwoordentegenwoordigetijd:groep Werkwoordentegenwoordigetijd:groep Ietsoverwoordvolgorde...20 Oefeningen...20 Les Woordenschat...22 Deaccusatief...22 werkwoordenjítenjet...25 Hetwerkwoordjíst(eten)...26 Oefeningen...26 Les Woordenschat...29 Hetwederkerendvoornaamwoordse,si...29 iii
5 Meervoud...30 Tellenvanééntotvier...32 Getalenwerkwoord...33 Oefeningen...33 Les8:Herhaling...35 Woordenschat...35 Oefeningen...36 Les Woordenschat...39 Perfectvs.imperfectwerkwoord...40 Toekomendetijd...42 Oefeningen...44 Les Woordenschat...47 Meeroverdeaccusatief...47 Zelfstandiggebruiktebijvoeglijknaamwoorden...50 Oefeningen...51 Les Woordenschat...52 Verledentijd...52 jsi,jsem,jsmeofjsteopdetweedepositieindezin...54 jítenjetverledentijd...55 Samentrekkingmetseensi...55 Oefeningen...55 Les Woordenschat...59 Degenitief...59 Oefeningen...62 Les Woordenschat...65 Meervoudaccusatief...65 vergrotendeenovertreffendetrap...66 Oefeningen...69 Les Woordenschat...72 Hetbezittelijkvoornaamwoord...72 Genitiefmeervoud...74 Aanwijzendevoornaamwoorden...75 Oefeningen...76 Les Woordenschat...79 Getallen...79 Oefeningen...82 Les16:Herhaling...85 iv
6 Woordenschat...85 Oefeningen...85 Les Woordenschat...88 Dedatief...88 Oefeningen...90 Les Woordenschat...93 Rangtelwoorden...93 Klokkijken...94 Oefeningen...96 Les Woordenschat...98 Modalehulpwerkwoorden...98 Oefeningen Les Woordenschat Meerdatief Oefeningen Les Woordenschat Vervolggenitief Bijvoeglijknaamwoordlocatief Oefeningen Les Woordenschat Dedatum Bezittelijkvoornaamwoordmeervoud Oefeningen Les Woordenschat Deinstrumentalis Oefeningen Les24:Herhaling Woordenschat Oefeningen Les Woordenschat Bijwoorden Oefeningen Les Woordenschat Meerinstrumentalis v
7 kam,kde,odkud+antwoordenmetvoorzetsels Oefeningen Les Woordenschat Devocatief Gebiedendewijs Oefeningen Les Woordenschat Bijzinnenmetže Bijzinnenmetaby Hetwoordjekterýenbijvoeglijkebijzinnen Oefeningen Les Woordenschat Devoorwaardelijkewijs Ireëleenhypothetischecondities:kdyby+verledentijd Reëleconditiesmetjestli Vragenindeindirecteredemetjestli Oefeningen Les Woordenschat voegwoordenentijdsafhankelijkheid Oefeningen Antwoordenopdeoefeningen vi
8 Les&1& Inleiding& Tsjechischiseenmooie,maarmoeilijketaalomteleren.DetaalbehoorttotdeSlavische talenendateertuitdeelfdeeeuw.belangrijkkenmerkis,datwoordenwordenveranderd metvoorvoegselsenachtervoegselsalnaargelangderolindezin.inhetnederlands lossenweditveelvakeropmetlossewoorden,voorzetselsendeplaatsvaneenwoordin dezin.eenvoorbeeldvaneenachtervoegsel:eenhoteliseen'hotel'.gaje'ikbenineen hotel',danzegjejsemvhotelu.voorbeeldvaneenvoorvoegsel:jdubetekent'ikga'.alsje půervoorplakt,krijgjehetwoordpůjdu,wat'ikzalgaan'betekent. Belangrijksteeigenschappenvandetaal: Elkzelfstandignaamwoordismannelijk,vrouwelijkofonzijdig Erzijnzevennaamvallendieelkeigenuitgangengevenaanwoorden Erzijnwerkwoordgroependieverschillendvervoegdworden HetalfabetisLatijns(zoalshetNederlands)maarkentveelaccenten Deuitspraakkomtredelijkovereenmetdatwatisgeschreven Alfabet&en&uitspraak& Zoalsgezegd,hetTsjechischgebruikthetonsbekendealfabet,aangevuldmetlettersdie eenbijzonderaccentkrijgen.latenwemaareenvoudigbeginnenmetdelettersdiewe kennen.deuitspraakkomtmeestalgrofwegovereenmethetnederlands.alsdatnietzois, danhebikindekolom'nl'denederlandseuitspraaktoegevoegd. voorbeeld nl voorbeeld nl a vlak (trein) n nový (nieuw) b banka (bank) o rodina (familie) 'oh' c ovoce (fruit) 'ts' p pravda (waarheid) d dobrý (goed) q quasi (quasi) e pes (hond) r rohlík (broodje) f fakulta (faculteit) s slovo (woord) g garáž (garage) 'k' t tam (daar) h hotel (hotel) u ulice (straat) 'oe' i list (blad) 'ie' v pivo (bier) 'w' j jídlo (eten) w idem als v k kapr (karper) x taxík (taxi) l léto (zomer) y myslím (ik denk) 'i' m matka (moeder) z zelený (groen) 1
9 DaarnaastheefthetTsjechischeenaantalextramedeklinkersmeteen'omgekeerddakje' erop.ditomgekeerddakjeopdemedeklinkernoemjeeenháček.bijde'd'ende't'wordt inplaatsvanditdakjeeenaccentachterdelettergeplaatst.deřisletterlijkdetongbreker vanhetgezelschap.eenoverzicht: voorbeeld nl voorbeeld nl č čokoláda (chocolade) 'tsj' š šest (zes) 'sj' d' lod' (boot) 'dj' t' chut' (smaak) 'tj' ň oheň (vuur) 'nj' ž žena (vrouw) 'zj' ř kouřit (roken) 'rzj' Danovernaardeklinkers.HetTsjechischheeftkorteenlangeklinkers.Delangeklinkers krijgeneenaccentdataangeeftdatdeklanklangeraangehoudenmoetworden.andere accentenopklinkersveranderenookdeklankvandemedeklinkerervoor.inde voorbeeldenhieronder:pětspreekjedusuitals'pjet'ennáměstíals'naahmjestjie'.de TsjechischeouisdeNederlandse'oo'van'rook'.Hieronderhetoverzicht. voorbeeld nl voorbeeld nl á malá (klein) 'aah' ů dům (huis) 'oeoeh' é velké (groot) 'eeh' ý sýr (kaas) 'ieieh' ě pět (vijf) 'je' ou kouřit (roken) 'oo' í náměstí (plein) 'jieh' au auto (auto) 'au' ó móda (mode) 'oh' ú únor (februari) oe Uitspraak&en&klemtoon& Deuitspraakisgelukkigvrijrechttoerechtaan.Alsjebovenstaandeletterskunt uitspreken,kunjeelkwoorduitspreken.elkwoordspreekjeprecieszouitalsdatjehet schrijft.hetisdusnietzoalsinhetnederlands,datde'o'in'rok'anderswordt uitgesprokendanin'roken'.ommaarwattenoemen.deuitspraakis1:1methoejehet schrijft. Verderishetookhandigtewetendatdeklemtoonopeenwoordinhetalgemeenopde eerstelettergreepvalt.watuitzonderingendaargelaten.dieeerstelettergreepgeefjedus nadruk.datisookandersdaninhetnederlands,waarbijbijvoorbeelddeklemtoonin 'beloven'opdetweedelettergreepvaltenbij'padvinder'opdeeerste.inhettsjechischis deregel:klemtoonopdeeerstelettergreep. 2
10 Les&2& Woordenschat& dobrý večer goedenavond matka f de moeder stůl mi de tafel na shledanou tot ziens studentka f de studente zahrádka f de tuin žena f pivo n dobré ráno auto n dítě n káva f ahoj de vrouw het bier goedemorgen de auto het kind de koffie hallo Jak se máš? Hoe gaat het? město n kniha f čaj mi dobrý den Mám se dobře. de stad het boek de thee goedendag Het gaat goed. hasič ma být škola f Čech ma pekař ma dívka f profesor ma tady bw řezník ma židle f otec ma student ma tam bw de brandweerman zijn (ww) de school de Tsjech de bakker het meisje de professor hier de slager de stoel de vader de student daar den mi počítač mi co? kočka f květina f večer mi to bw kdo? most mi dveře f, pl lekce f ten myš f de dag de computer wat? de kat de bloem de avond het wie? de brug de deur de les deze, dit, het (mannelijk) de muis muž ma de man doma bw thuis okno n het raam mléko n de melk křeslo n de fauteuil cvičení n de oefening tamten die, dat (mannelijk) ma = mannelijk levend zelfst.nw., mi = mannelijk niet levend, f = vrouwelijk, n = onzijdig, pl = altijd meervoud, bw = bijwoord Persoonlijke&voornaamwoorden& Mooizo,jehebtdewegnaarles2gevondenNadezeleszuljealmeteeninstaatzijnheel simpelezinnentemakeninhettsjechisch.zinnenmeteenpersoonlijkvoornaamwoord, eenwerkwoordeneenzelfstandignaamwoorderin. Latenwebeginnenmetwatpersoonlijkevoornaamwoorden.Persoonlijke voornaamwoordenzijnwoordenals'ik','jij','hij','zij','het','jullie',etcetera.onderstaand ziejedetsjechischevertalingvandezewoorden: Persoonlijk voornaamwoord persoon enkelvoud meervoud 1e persoon já ik my wij 2e persoon ty jij vy jullie 3e persoon, mannelijk on hij oni zij 3e persoon, vrouwelijk ona zij ony zij 3e persoon, onzijdig ono het ona zij 3
11 De2epersoonenkelvoudtygebruikjealleenbijpersonendiejegoedkent,zoalsfamilieen vrienden,kinderenenhuisdieren.gebruikde2epersoonmeervoudvy,alsjeiemand aanspreektdiejenietkent(hetnederlandse'u')ofbijmeerderepersonen(het Nederlandse'jullie'). Het&werkwoord&'zijn':&být& Ineenziniseenwerkwoordnodig.Latenwebeginnenmeteenvertalingvanhet werkwoord'zijn',inhettsjechisch:být.zoalsinveeltalenisditeenonregelmatig werkwoord.devervoegingvanbýtbijdeverschillendepersoonlijkevoornaamwoordenis alsvolgt: het werkwoord 'zijn': být persoon enkelvoud meervoud 1e persoon já jsem ik ben my jsme wij zijn 2e persoon ty jsi jij bent vy jste jullie zijn 3e persoon on, ona, ono je hij, zij, het is oni, ony, ona jsou zij zijn Enhieronderdeontkennendevormvanhetwerkwoord'zijn':nebýt.Hetwordtgevormd dooroveralnevoortezetten.deenigeuitzonderingisde3epersoonenkelvoud:není: de ontkenning van 'zijn': nebýt persoon enkelvoud meervoud 1e persoon já nejsem ik ben niet my nejsme wij zijn niet 2e persoon ty nejsi jij bent niet vy nejste jullie zijn niet 3e persoon on, ona, ono není hij, zij, het is niet oni, ony, ona nejsou zij zijn niet Zelfstandig&naamwoord& Zelfstandigenaamwoordenzijnwoordenomdingenmeeaanteduiden.Hetzijnwoorden als'huis','stad','fiets','student',etcetera.vaakkunjeereenbepaaldlidwoord'de'of'het' voorzetten,zoalsin:'deauto','hethuis',etcetera. HetTsjechischkentookzelfstandignaamwoorden.Zezijningedeeldinmannelijke, vrouwelijkeenonzijdigewoorden.jekuntereventueelhetaanwijzendvoornaamwoord: ten(mannelijk),ta(vrouwelijk)ofto(onzijdig)voorzetten.ditwoordjekomtongeveer overeenmethetnederlandse'het'of'dit',maarhetismeestalnietnodigdittegebruiken: Tsjechisch Nederlands geslacht ten muž de man mannelijk ten kamarád de vriend mannelijk ta žena de vrouw vrouwelijk ta kamarádka de vriendin vrouwelijk to auto de auto onzijdig to město de stad onzijdig 4
12 HetisoverigenszekernietgebruikelijkominhetTsjechischlidwoordentegebruiken.Dus Studentjedoma.betekent:'Destudentisthuis.'enJájsemstudent.betekent'Ikbeneen student.' Jekunthetgeslachtvaneenzelfstandignaamwoordinhetalgemeenafleidenvande laatstelettervanhetwoord.hiervoorgeldendevolgenderegels: Zelfstandignaamwoordeneindigendop2oen2ízijnonzijdig:město(stad),auto (auto) Woordeneindigdop2azijnmeestalvrouwelijk:řeka(rivier),žena(vrouw),en heelsomsmannelijk:turista(toerist) Woordeneindigendopeenmedeklinkerzijninhetalgemeenmannelijk:pán (heer),hrad(burcht)enheelsomsvrouwelijk:tramvaj(tram) Woordeneindigendop2ekunnenmannelijk,vrouwelijkofonzijdigzijn:soudce (rechter,mannelijk),růže(roos,vrouwelijk),dítě(kind,onzijdig) Vraagwoorden&kdo?&en&co?& HetvraagwoordKdo?betekent"Wie?"enhetvraagwoordCo?betekent"Wat?".Jeplaatst ditwoordnetalsinhetnederlandsaanhetbeginvaneenvraagzin.bijvoorbeeld:kdo mluvíčesky?="wiespreektertsjechisch?"encoděláš?="watdoeje?". Het&woordje&to& Hetwoordjetowordtookgebruiktom'het'of'dit'aanteduiden,alsonbekendisover welkgeslachthetgaat,enzelfsalshetnietduidelijkisofhetoverdingenofpersonengaat. JekomthettegeninvragenalsKdojeto?"Wieishet?"ofCojeto?"Watishet?",waarbij hetantwoordis:toje..."hetis..."ofontkennend:tonení..."hetisniet...". & Oefeningen& 2.1.&persoonlijk&voornaamwoord& Vertaalhetpersoonlijkvoornaamwoord: 1. hij 2. jullie 3. zij (enkelvoud) 4. zij (meervoud, mannelijk) 5. ik 6. het 7. zij (meervoud, vrouwelijk) 8. jij 9. wij 10. zij (meervoud, onzijdig) & 5
13 2.2.&het&werkwoord&zijn& Vertaalmetpers.vnw.+eenvormvan'zijn': 1. ik ben 2. het is 3. zij (vrouwelijk) zijn 4. jij bent 5. wij zijn 6. zij (onzijdig) zijn 7. hij is 8. jullie zijn 9. zij is 10. zij (mannelijk) zijn 2.3.&maak&ontkennend& Maakontkennend: 1. on je 2. vy jste 3. ona je 4. oni jsou 5. já jsem 6. ono je 7. ony jsou 8. ty jsi 9. my jsme 10. ona jsou 2.4.&vertaal&naar&het&Nederlands& Vertaal: 1. Já jsem student. 2. Jsou tam? 3. Kdo je ten muž? 4. On je Čech. 5. Já nejsem dívka. 6. Co je to? 7. Ona je matka. 8. Tady nejsou. 9. Je žena doma? 10. My jsme doma. 11. Kdo je to? 2.5.&vertaal&naar&het&Tsjechisch& Vertaal: 1. Jij bent niet hier. 2. U bent bakker. 3. Het is een school. 4. Hij is geen brandweerman. 5. Het is geen auto. 6. Zij is geen studente. 7. Is de vrouw hier? 8. Ben jij professor? 9. Jullie zijn niet daar. 10. Moeder is daar. 6
14 Les&11 Woordenschat& jaký bv cukrárna f cigareta f knihkupectví n hrát im jméno n trafika f obchodní dům mi chtít im kouřit im časopis mi zlatnictví n prosím trochu bw pohlednice f oděv mi wat voor een, kadeřník ma welke drogerie f de galerie f banketwinkel, kabelka f taartjeswinkel de sigaret ponožka f de boekhandel banka f pekařství n spelen džíny f, pl de naam de sigaren obuv mi winkel koruna f het warenhuis potravina f willen roken het tijdschrift de juwelier alsjeblieft een beetje de ansicht kaart de kleding pokladna f kadeřnictví mi, zb dárek mi drobná n, pl brýle f, pl de kapper de drogist de galerie de handtas, de damestas de sok de bank de bakkerij de spijkerbroek de schoen de kroon het levensmiddel de kassa, het verkooppunt de kapsalon het geschenk, cadeau het kleingeld, wisselgeld de bril blůza f kravata f rukavice f vyměnit p prádlo n klobouk mi kostým mi sako n bavlněný bv košile f nosit im sukně f kožený bv čepice f plavky f, pl šortky de blouse de (strop)das de handschoen ruilen, wisselen de was (kleding) de hoed het kostuum, mantelpak het jasje, colbert katoenen het overhemd dragen (van kleding) de rok leren de muts, pet het badpak, zwembroek de korte broek & Verleden&tijd De stam die je nodig hebt om het werkwoord te vervoegen in de verleden tijd is het héle werkwoord, waarbij de laatste t een l wordt. De stam van dělat (doen) om verleden tijd te vormen is dus: dělal. Vervolgens werkt de verleden tijd als volgt: Vorming van de verleden tijd (enkelvoud) vorming resultaat betekenis já dělal jsem = dělal jsem Ik deed (mannelijk) já dělal -a jsem = dělala jsem Ik deed (vrouwelijk) ty dělal jsi = dělal jsi Jij deed (mannelijk) ty dělal -a jsi = dělala jsi Jij deed (vrouwelijk) on dělal = dělal Hij deed ona dělal -a = dělala Zij deed ono, to dělal -o = dělalo Het deed 52
15 Vorming van de verleden tijd (meervoud) my dělal -i jsme = dělali jsme Wij deden (mannelijk) my dělal -y jsme = dělaly jsme Wij deden (vrouwelijk) vy dělal jste = dělal jste U deed (mannelijk) vy dělal -a jste = dělala jste U deed (vrouwelijk) vy dělal -i jste = dělali jste Jullie deden (mannelijk) vy dělal -y jste = dělaly jste Jullie deden (vrouwelijk) oni dělal -i = dělali Zij deden (mannelijk) ony dělal -y = dělaly Zij deden (vrouwelijk) ona dělal -a = dělala Zij deden (onzijdig) Hierboven heb je gezien hoe je van het werkwoord dělat de stam dělal maakt. Dit werkt zo voor werkwoorden van groep 1 t/m 3. Met andere woorden, bij werkwoorden eindigend op -at, -it, -et en -ovat. In alle gevallen haal je de t er af en zet je er een -l achter. Let op, werkwoorden eindigend op -át, -ít, -ýt krijgen resp. -al, -il en -yl en verliezen dus het accent op de a en i. Dus: psát (schrijven) wordt psal, pít wordt pil en de verleden tijd van být (zijn) is byl. Dus, byl jsem = "Ik was", byla = "Zij was."in het algemeen verliest het werkwoord hier dus het accent, behalve bij een aantal uitzonderingen op de regel (zie hieronder). Uitzondering: accent blijft -át wordt -ál bát se wordt bál se (bang zijn voor) hrát wordt hrál (spelen) přát si wordt přál si (wensen) smát se wordt smál se (lachen) stát wordt stál (staan) -ít wordt -el chtít wordt chtěl (willen) mít wordt měl (hebben) otevřít wordt otevřel (openen) umřít wordt umřel (overlijden) Bij werkwoorden eindigend op -nout wordt in het algemeen -nout vervangen door -nul, als de laatste lettergreep eindigt op een klinker. Dus: minout (missen, in de context: "het doel missen") wordt minul omdat mi op een klinker eindigt plynout (stromen) wordt plynul omdat ply op een klinker eindigt Echter, als de laatste lettergreep niet met een klinker eindigt, dan wordt -nout in het algemeen vervangen door een enkele -l. Dus: řeknout (zeggen) wordt řekl vládnout (besturen) wordt vládl 53
16 Les&19& Woordenschat& moct im kunnen, overwegen te dirigent ma de dirigent spropitné de fooi motocyklový de motorcross závod mi muset im moeten večeře f het diner průvodčí ma, de conducteur zb letadlo n het vliegtuig smět im mogen večeřet im dineren vrátná portier (vrouw) lod' f het schip, de boot umět im kunnen, in staat zijn vrátný de portier (man) pokojská het kamermeisje kolo n de fiets klasický bv klassiek řada f de rij opera f de opera jednolůžkový de pokoj mi eenpersoons kamer oblíbený bv geliefd, populair řídit im besturen, leiden, dirigeren motorka f de motorfiets orloj mi de astrono mische klok hlavní role f de hoofdrol poschodí n de verdieping, etage sál mi de zaal adresa f het adres hra f het spel přízemí n de begane grond muzeum n het museum dvoulůžkový pokoj mi de tweepersoons kamer centrum n het centrum umění n de kunst komponovat componeren im vinárna f het wijnhuis cestovní het reisbureau kancelář f divadelní hra het toneelspel f metropole f de metropool vinný sklípek de wijnkelder mi vstupenka f het toegangs bewijs, het entreebiljet výstava f de expositie, tentoonstelling opereta f de operette komedie f de comedy bazén mi het zwembad katedrála f de kathedraal památník mi het monument, gedenkteken & Modale&hulpwerkwoorden& Modalehulpwerkwoordenzijwerkwoordenals"kunnen","mogen","willen","moeten".Je gebruiktzevaakincombinatiemeteenanderwerkwoord:"ikkanpraten.","ikmag drinken.","ikmoetmijnkameropruimen.".inhettsjechischisditnietveelanders.de modalehulpwerkwoordendiewehierbehandelenzijn: chtít"willen" muset"moeten" smět"mogen" umět"kunnen" moct"kunnen" Dewerkwoordenumětenmoctbetekenenbeide"kunnen".Hetwerkwoordumět betekentdatjeietsbeheerst,datjeweethoejeietsmoetdoen,datjehetooithebtgeleerd. Dus:"IkkanTsjechischspreken"jeweethoehetmoet,of"Ikkannietzwemmen",ikweet niethoedatmoet. 98
17 Hetwerkwoordmoctbetekentdatjehetsowiesobeheerst,jeweethoejehetmoetdoen, maarhetgaaternuomdemogelijkheidhettedoenofniet.bijvoorbeeld:"ikkanmorgen werken."jeweetuiteraardhoejemoetwerken.hetgaateromofjehetmorgenwelofniet doet."ikkanmorgennietzwemmen."betekentnietdatjehetmorgenineensverleerd bent,hetbetekentdatjeietsandersgaatdoen. Hetwerkwoordmítbetekentinbeginsel"hebben"enkanwordengebruiktom"zou moeten"uittedrukken. Het&werkwoord&chtít& Hetwerkwoordchtítbetekent"willen".Jegebruikthetookvaakomiemandtevrageniets tedoen:chceš...?"wilje...?".mogmooierenbeleefderiszo'nverzoekindeverledentijd: Chtělbyste...?"Zouuwillen...?" Modaal werkwoord chtít: willen pers. enkelvoud meervoud 1e já chci mluvit ik wil praten my chceme mluvit wij willen praten 2e ty chceš mluvit jij wil praten vy chcete mluvit jullie willen praten 3e on chce mluvit hij wil praten oni chtějí mluvit zij willen praten Nahethulpwerkwoordkanmeteeneeninfinitiefvolgen: Chcihráttenis.=Ikwiltennisspelen. Cochcešdělat?=Watwiljedoen? Chcibýtsám.=Ikwilalleenzijn. Jestlichceš,můžešhrátfotbal.=Alsjewiltkunjegaanvoetballen. ChtělbychmluvitsBartem.=IkzougraagmetBartspreken. Ofeenbepaaldobjectindeaccusatief: Chcinovéauto.=Ikwileennieuweauto. Chceškávu?=Wiljekoffie? Játuknihunechci.=Ikwilhetboekniet. Het&werkwoord&muset& Hetwerkwoordmusetdrukteenabsoluutmoetenuit.Jebentechtgenoodzaaktietste doen:musímstudovat."ikmoetstuderen." Modaal werkwoord muset: moeten pers. enkelvoud meervoud 1e já musím mluvit ik moet praten my musíme mluvit wij moeten praten 2e ty musíš mluvit jij moet praten vy musíte mluvit jullie moeten praten 3e on musí mluvit hij moet praten oni musejí mluvit zij moeten praten 99
18 Les&21& Woordenschat& porce f litr mi sáček mi máslo n balíček mi čtvrtina f kilo kostka f šálek kousek mi láhev f půl mi sklenice f část f hrnek mi taška f polévka f de portie de liter het zakje de boter het pakketje de kwart de kilo het klontje het kopje het stukje de fles de helft het glas het deel de beker de tas de soep sýr mi nůž mi pizza f kuřecí maso n vodní meloun mi voda f čokoláda f hrníček mi česnek mi lžíce f limonáda f palačinka f brokolice f vidlička f pomerančový džus mi de kaas het mes de pizza kippenvlees de water meloen het water de chocolade het kopje de knoflook de lepel de limonade de pannen koek de broccoli de vork de sinaas appelsap špenát mi rýže f omeleta f objednat p cukr mi džem mi toust mi míchat im pepř mi hořčice f sladkost f kousnout im tácek mi vejce n sůl f polknout p de spinazie de rijst de omelet bestellen de suiker de jam de toast roeren, mengen de peper de mosterd het snoep bijten het dienblad het ei het zout slikken Vervolg&genitief& getallen&+&grootheid&+&object:&genitief&enkelvoud& Deuitdrukkingenals"eenbekerkoffie","eenglasmelk","eenstukjetaart","eenkilometer weg"zijnindevormgrootheid(beker,glas,etcetera)+object(koffie,melk,etcetera).het objectstaathieraltijdindegenitiefenkelvoud.groothedenkunneno.a.devolgendezijn: grootheden met genitief balíček... een pakketje... kus... een stuk... porce... een portie... list... een blaadje... čtvrtka... een kwart... láhev... een fles... hrnek... een beker... litr... een liter... kilo... een kilo... půl... een halve... kilometr... een kilometer... sáček... een tas... kostka... een klontje... sklenice... een glas... Jekunthierbijallerleivoorbeeldenbedenken: kussýra=eenstukkaas kuspapíru=eenstukpapier 109
19 Les&28& Woordenschat& králík ma het konijn ovce f het schaap plaz ma de reptiel zlatá rybka f de goudvis tele n het kalf mňoukat im miauwen stádo n de kudde všežravec ma de omnivoor mazlíček ma het huisdier žába f de kikker divoký bv wild kůň ma het paard krysa f de rat beran ma de ram mečet im blaten hlemýžd' ma de slak čumák f de snuit zamňoukat p miauwen štěně n de puppy býložravec ma de herbivoor žirafa f de giraffe motýl ma morče n křídlo n had ma masožravec ma křeček ma kachna f želva f poník ma kráva f savec ma samec ma de vlinder de cavia de vleugel de slang de carnivoor de hamster de eend de schildpad de pony de koe het zoogdier het mannetje (bij dieren) hříbě n jehně n tygr ma samice f hřebec ma štěkat im bučet im zebra f kobyla f zaštěkat p domestikovaný bv vůl ma het veulen het lam de tijger het vrouwtje (bij dieren) de hengst blaffen loeien de zebra de merrie blaffen huis- de stier doporučovat im aanbevelen dovolovat im toestaan zakazovat im verbieden krokodýl ma doporučit p dovolit p zakázat p velbloud ma prosit im de krokodil aanbevelen toestaan verbieden de kameel smeken navrhovat im voorstellen slon ma proprosit p navrhnout p de olifant smeken voorstellen Bijzinnen&met&že& Totnutoehebbenwehetindezecursusoverzgn.enkelvoudigezinnengehad.Ditzijn zinnendieéénonderwerphebbenenéénwerkwoorddatwordtvervoegdin overeenstemmingmethetonderwerp.detweezinnenhieronderzijnenkelvoudigezinnen: Onaněcoříká.2"Zijzegtiets." Tenstařecpracujevjídelně.2"Deoudemanwerktindekantine." Naastenkelvoudige1zinnenzijnerooksamengestelde1zinnen.Dithoudtindatjetwee enkelvoudigezinnensamenvoegttotéénsamengesteldezin.daarinisaltijdéénwoordin dehoofdzintevervangendooreenbijzin.hetresultaatiseensamengesteldezinmet daarindusooktweewerkwoorden.indezelesbeginnenwemeteeneenvoudigevormvan eensamengesteldezin,namelijkhoofdzin+že+bijzin.endatwerktalsvolgt: A:Onaněcoříká.2"Zijzegtiets." B:Tenstařecpracujevjídelně.2"Deoudemanwerktindekantine." A+B:Onaříká,žetenstařecpracujevjídelně.2"Zijzegt,datdeoudemaninde kantinewerkt." 142
20 Eenbijzindiebegintmetžekomtmeestalvoorbijeenhoofdzinmethetwerkwoordříkat (zeggen)omdaarmeede'indirecte'redeaantegeven:"hijzeidat...".andere werkwoordenenconstructiesdievaakvoorkomenzijn: werkwoorden met že imperfect perfect betekenis imperfect perfect betekenis myslet promyslet denken slyšet uslyšet horen psát napsat schrijven vidět uvidět zien říkat říct zeggen znát poznát weten být rád blij zijn dat... být si jist zeker zijn dat... Voorbeelden: Řeklmi,žetoautonenídrahé.="Hijzeimij,datdieautonietduuris." Myslím,žetamalbanenístará.="Ikdenkdatdatschilderijnietoudis." Víme,žejePetrvPraze.="WijwetendatPeterinPraagis." Jsemráda,žetendopischápete.="Ikbenblijdatjulliedebriefbegrijpen." Waarbijnogopgemerktkanwordendatříkat"zeggen"veelvuldiggevolgdwordtdooreen persoonlijkvoornaamwoordindedatief,zoalsinheteerstevoorbeled:řeklmi,že...="hij zeitegenmij,dat..." Bijzinnen&met&aby& Eerderhebbenwebijzinnenbehandelddiejemaaktmethetwoordježe.Alsvoorbeeld noemdenwedaarbijonaříká,žetenstařecpracujevjídelně.2"zijzegt,datdeoude manindekantinewerkt."hetwoordježegebruikjealsvertalingvanhetnederlandse 'dat',enmetnamealshetgaatomhetweergevenvaneenfeit.alshetechteromeen verzoek,advies,wens,etceteragaat,dangebruikenwenietžemaareenvormvanaby: Onaříká,žetenstařecpracujevjídelně.2"Zijzegt,datdeoudemaninde kantinewerkt." Onachce,abystařecpracovalvjídelně.2"Zijwil,datdeoudemanindekantine werkt." Hetwoordjeabyiseenwoordjedat,afhankelijkvandepersoonwaarhetindebijzinover gaat,vervoegdwordt.inbovenstaandvoorbeeldgaathetomdestarýmuž,oftewelde3e persoonenkelvoudenblijftabyonvervoegd.inanderegevallenmoetjeabyalsvolgt vervoegen: Vervoeging van aby enkelvoud 143 meervoud 1e persoon abych čekal... dat ik wacht abychom čekali... dat wij wachten 2e persoon abys čekal... dat jij wacht abyste čekali... dat jullie wachten 3e persoon aby čekal... dat hij wacht aby čekali... dat zij wachten
21 Antwoorden&op&de&oefeningen& 2.1.&persoonlijk&voornaamwoord& 1. on 2. vy 3. ona 4. oni 5. já 6. ono 7. ony 8. ty 9. my 10. ona 2.2.&het&werkwoord&zijn& 1. já jsem 2. ono je 3. ony jsou 4. ty jsi 5. my jsme 6. ona jsou 7. on je 8. vy jste 9. ona je 10. oni jsou 2.3.&maak&ontkennend& 1. on není 2. vy nejste 3. ona není 4. oni nejsou 5. já nejsem 6. ono není 7. ony nejsou 8. ty nejsi 9. my nejsme 10. ona nejsou 2.4.&vertaal&naar&het&Nederlands& 1. Ik ben student. 2. Zijn zij daar? 3. Wie is die man? 4. Hij is Tsjech. 5. Ik ben geen meisje. 6. Wat is dit? 7. Zij is moeder. 8. Zij zijn niet hier. 9. Is de vrouw thuis? 10. Wij zijn thuis. 11. Wie is dit? 2.5.&vertaal&naar&het&Tsjechisch& 1. Ty tady nejsi. 2. Vy jste pekař. 3. To je škola. 4. On není hasič. 5. To není auto. 6. Ona není studentka. 7. Je žena tady? 8. Ty jsi profesor? 9. Vy tam nejste. 10. Matka je tam. 3.1.&geef&het&tegenovergestelde& 1. mladý 2. rychlý 3. ošklivý 4. malý 5. zahraniční 6. velký 7. čistý 8. starý 9. černý 10. pomalý 156
22 3.2.&bijv.&nw.&en&zelfst.&nw& 1. místní pekař 2. rychlá myš 3. normální dítě 4. malý hasič 5. malá kniha 6. inteligentní student 7. velký koberec 8. velké pivo 9. mladý otec 10. černá káva 11. ošklivé auto 3.3.&werkwoord&hebben& 1. máte 2. nemá 3. máš 4. mají 5. nemáme 6. má 7. nemám 8. nemáte 9. máme 10. nemáš 11. nemají 3.4.&werkwoorden&I& 1. zpívám 2. slyšíte 3. nebydlíte 4. zpíváš 5. slyší 6. nebydlí 7. má 8. neuklízím 9. chytím 10. máme 11. neuklízíš 12. chytíš 3.5.&werkwoorden&II& 1. nehledá 2. poslouchám 3. mluvíte 4. nevaří 5. nehledáme 6. posloucháš 7. mluví 8. nevaříme 9. neděláte 10. zná 11. nevidím 12. nedělají 13. známe 14. nevidíš 3.6.&vertaal&naar&het&Tsjechisch& 1. Hledáme moderní obchod. 2. Ty tam neuklízíš? 3. Tady je obchod. 4. Slyšíte to černé auto? 5. Ty jsi inteligentní. Já ne. 6. Kdo má telefon? 7. Malba není stará. 8. Mladá žena uklízí špinavý jídelní stůl. 9. Bílá myš je pomalá. 10. Ona vidí bílé auto. 11. Černá kočka chytá myš. 12. Nový počítač je malý. 157
Programma Nederlands Praten
Nederlands Praten 1 / Basisvaardigheden, hoofdstuk 3 Oefeningen werkwoorden hebben en zijn Oefening 1: Wat is het juiste werkwoord? (zijn) Jij ben/bent een leerling (zijn) Hij is/bent een man (zijn) Zij
Nadere informatie- je kan me wat - module 4. docere delectare movere
- je kan me wat - module 4 docere delectare movere je kan me wat ROCvA - educatie nt2taalmenu.nl - ROCvAmodule 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1 1 2 3
Nadere informatieMEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1
MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden
Nadere informatieLes 4: Les conversatie + grammatica Nederlands Conversatie Les 2 A-klas
Les 4: Les conversatie + grammatica Nederlands Conversatie Les 2 A-klas Leraar: Dag Jef. Jef: Dag mevrouw. Hoe gaat het met u? Leraar: Goed, dank je. En met jou? Jef: Ook goed. ----------- Mark: Hallo
Nadere informatieNaam:...
Naam:... Zijn dit huisdieren of wilde dieren? Zet ze in de goede rij. Kies uit: Hond olifant kat konijn leeuw krokodil hamster aap cavia kanarie pinguin tijger parkiet - giraffe..........................................
Nadere informatie- je kan me wat - module 3. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 3. tekeningen -
- je kan me wat - module 3 docere delectare movere tekeningen - 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat ROCvA nt2taalmenu.nl - educatie - ROCvA module 3 1 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5
Nadere informatieMoshi gaat met het vliegtuig naar Malawi
Malawi Auditieve analyse: 1.2 Eén en twee lettergrepen 1.3 Drie of meer lettergrepen Auditieve synthese 4.1 Lettergrepen samenvoegen tot een woord 4.2 Letters samenvoegen tot een woord Zon varken Malawi
Nadere informatie- je kan me wat - module 4. docere delectare movere
- je kan me wat - module 4 docere delectare movere je kan me wat ROCvA - educatie nt2taalmenu.nl - ROCvAmodule 4 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan me wat nt2taalmenu.nl module 4 1 1 2 3
Nadere informatieCursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten
Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten 1 Woorden 1 het bord 2 het brood 3 het glas 4 de koffie 5 de lepel 6 het mes 7 de patat 8 de rijst 9 de suiker 1 10 de taart 11 de thee 12 de vis 13 het vlees
Nadere informatieThema dieren. Deze werkbundel is van:
Deze werkbunl is van: DIEREN TELLEN Tel hoeveel je er ziet van elk dier. Noteer het aantal achter juiste benaming. hond: kat: het paard: hamster: slak: DIEREN TELLEN Oplossing Tel hoeveel je er ziet van
Nadere informatieOpstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen
www.edusom.nl Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen Het is belangrijk om veel woorden te leren. In deze extra les vindt u extra woorden bij de Opstartlessen 1 t/m 5. Kijk ook eens naar
Nadere informatieHoek 1. Wat weet jij al over de lente? Zet woorden die jullie aan de lente doen denken rond het kadertje. De lente
Hoek 1 Wat weet jij al over de lente? Zet woorden die jullie aan de lente doen denken rond het kadertje. De lente Speel het spelletje Jenga. Jenga is een spelletje met een toren van verschillende blokjes.
Nadere informatieLES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1
12/11/14 1 LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 1. (lezen) Ik.... een lange tekst. 2 Hij.... een moeilijk boek. 3. Zij.... een gemakkelijk tekstje. 4..... jullie veel? Ja, wij.... graag kinderboeken.
Nadere informatieWat eten we vanavond?
35 35 HOOFDSTUK 3 Wat eten we vanavond? WOORDEN 1 Kies uit: jam school slager boodschappen vegetariër 1 Dorien eet geen vlees. Ze is. 2 Moniek houdt van zoet. Ze eet graag op brood. 3 Johan, ik ga naar
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieinstapkaarten taal verkennen
instapkaarten inhoud instapkaarten Taal verkennen thema 1 les 2 1 thema 1 les 4 2 thema 1 les 7 3 thema 1 les 9 4 thema 2 les 2 5 thema 2 les 4 6 thema 2 les 7 7 thema 2 les 9 8 thema 3 les 2 9 thema 3
Nadere informatieVragenkaartjes voor onderweg!
Vragenkaartjes voor onderweg! 1 Print de kaartjes uit 2 Knip de kaartjes uit langs het kniprandje 3 Bind een elastieke om het pakketje kaartjes 4 Klaar om op vakantie te gaan met leuke vragenkaartjes!
Nadere informatieCursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 11 In de winkel
Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 11 In de winkel 1 Woorden 1 de appel 2 de banaan 3 het blikje 4 de boodschappen 5 de chocolade 6 de drop 7 het plakje kaas 8 de kassa 9 het nummer 1 10 het pak 11 de
Nadere informatieThema 2 Boodschappen. Inhoudsopgave
Thema 2 Boodschappen Inhoudsopgave 2.1 Eten en drinken 131 2.2 Ontbijt, lunch en avondeten 133 2.3 Ik drink melk. 135 2.4 Aard-ap-pel 136 2.5 Maanden en seizoenen 138 2.6 Op de markt 140 2.7 In de supermarkt
Nadere informatieDat is een koopje! HOOFDSTUK 8 WOORDEN. Kies het goede woord. Ik ga even naar de... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager
119 119 HOOFDSTUK 8 Dat is een koopje! WOORDEN 1 2 3 1 Ik ga even naar de.... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager 2 Wil je wat drinken? Ja graag, een... koffie alsjeblieft. a fles b beker
Nadere informatieWat is een zelfstandig naamwoord?
Wat is een zelfstandig naamwoord? 1. Inleiding Zelfstandig naamwoorden zijn woorden die 'een zelfstandigheid' aanduiden: een persoon of dier: vrouw, oom, hond een eigennaam: Sara, Apple een ding: fiets,
Nadere informatieISK Leerlijn. Alfabetisering. zitten. een twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien
1. Ik ga naar school agenda begrijpen (ik begrijp het niet) boek bord computer dicht (doe dicht) dit docent doe (doen) duidelijk en even fout ga (gaan) geven goed (dat is goed) groep gum klaar klas kom
Nadere informatieLeesboekje eten en drinken
Leesboekje eten en drinken Leesboekje Eten en Drinken Pagina 1 Dit is de groente Dit is het fruit. Dit is de sinaasappel. Dit is de banaan. Dit is de tomaat. Dit is de appel. Dit zijn de druiven. Dit is
Nadere informatieAuditieve oefeningen. Boek van de week: 1; De boerderij 2; De koe die in het water viel 3; 4;
Auditieve oefeningen Boek van de week: 1; De boerderij 2; De koe die in het water viel 3; 4; Auditieve synthese (Henk Hak en Piet Plak) Lettergrepen samenvoegen tot een woord Letters samenvoegen tot een
Nadere informatie- je kan me wat - module 5. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 5. tekeningen -
- je kan me wat - module 5 docere delectare movere tekeningen - 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 je kan O p e me n wat S c h o o l nt2taalmenu.nl A m s t e r d module a m Z u 5i d - O o s t 1
Nadere informatieAuteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design
Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door
Nadere informatieWerkwoorden. Hebben en zijn. De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets.
Werkwoorden Hebben en zijn De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets. persoon onderwerp hebben zijn 1 enk. ik heb ben 2 enk. jij/u hebt bent
Nadere informatiede andijvie A is een soort groente met grote groene bladeren.
Woordenlijst bij hoofdstuk 6 de aardappel Wat eten we vanavond, rijst of a? alcoholvrij zonder alcohol Graag een a bier. Ik moet nog auto rijden. de andijvie A is een soort groente met grote groene bladeren.
Nadere informatie= een witte groente in de vorm van een bol. = een rode, gele of groene vrucht die je kunt eten. Aan de binnenkant zie je rijen met witte zaadjes.
Woordenschat blok 7 Les 1 i = een witte steel die je kunt eten. Het smaakt een beetje als ui. De banaan = een lange, beetje kromme gele vrucht. Om een banaan zit een schil. De bloemkool De paprika De prei
Nadere informatieBIJLAGEN LESPAKKET 1.2
BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGE 1 A4 BLADEN THEMA S BIJLAGE 2 DOMINO EMOTIES BIJLAGE 3 MATCHING OEFENING GEVOELENS BIJLAGE 4 VRAGENLIJST FILM BIJLAGE 5 VRAGENSTROOKJES HOEKENWERK BIJLAGE 6 ANTWOORDENBLAD
Nadere informatieSTEENSOEP OMA VERTELT EEN VERHAAL
Hotel Hallo - Thema 6 Hallo opdrachten STEENSOEP 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en leg
Nadere informatieBEGINNERSCURSUS DAG 2
1 BEGINNERSCURSUS DAG 2 A. FORCING Tekst: Hans en Hilde B. GRAMMATICA Vorming O.T.T. Substantief: de/ het Vraagwoorden Vraagzin (inversie) C. CONVERSATIE Elkaar vragen stellen (cfr. Voorstelling) Een gewone
Nadere informatieGoedendag! Ik, ik ben. Ben jij? En jij? Jij bent! nee. één. twee. drie. vier. vijf. zes. zeven. acht. negen. tien. Gaat het? Het gaat goed.
Vocabulaire En Action 5 : Nederlans naar Frans Unité 1 Goedendag! Ik ben Ik, ik ben ja Ben jij? En jij? Jij bent! nee één twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien Unité 2 Gaat het? Het gaat goed.
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager
Nadere informatieHandleiding basiswoordenschat.
basiswoordenschat. Inleiding. In de basismodule wordt een basis van ongeveer 80 woorden gelegd. Deze woorden worden aangeboden om de woordenschat, maar ook om de communicatieve vaardigheden van de cursist
Nadere informatiePLURALIS. Algemeen. Substantief + en o Het tapijt de tapijten Substantief + s o De jongen de jongens. Vorm. A. Substantief + en
Algemeen Substantief + en o Het tapijt de tapijten Substantief + s o De jongen de jongens Vorm A. Substantief + en woorden afgeleid van een adjectief o de arme de armen o de goede de goeden o de slechte
Nadere informatieLes 4. Eten en drinken, boodschappen doen
www.edusom.nl Opstartlessen Les 4. Eten en drinken, boodschappen doen Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u iets lekker vindt of ergens van houdt. Praten over eten en drinken. Praten over boodschappen
Nadere informatieIMMI Montjoie Montjoielaan, Ukkel
IMMI Montjoie Montjoielaan, 93-95 1180 Ukkel Opgelet: Voor de grammatica: Herhaal de theorie in je leerboek en doeboek Denk goed na bij iedere oefening Voor het schrijven Denk aan je grammatica! Varieer
Nadere informatieAANWIJZEND VOORNAAMWOORD. A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? 7. Ga je naar één van onze feestjes?
A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? Ja, heb ik gedaan. 2. Komt Willem dit weekend? Nee, moet helaas werken. 3. Ga je met het vliegtuig naar Hamburg? Nee,
Nadere informatieKijk op YouTube spreekvaardigheid A1
Kijk op YouTube spreekvaardigheid A1 Oefenexamen Ad Appel Spreekvaardigheid A1 10 vragen serie A 1. Hoe vaak doet u boodschappen? 2. Wanneer bent u geboren? 3. Wat drinkt u het liefst? 4. Wat vindt u van
Nadere informatie7.4 Script en plaatjes les
7.4 Script en plaatjes les Ik wil een leuk spelletje met jullie doen. En het spelletje heeft te maken met woordjes. Het Nederlands bestaat uit twee verschillende groepen woorden. Je hebt woorden die samengaan
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje
Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager
Nadere informatieReizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt
- Belangrijkste benodigdheden Můžete mi pomoci, prosím? Om hulp vragen Mluvíte anglicky? Vragen of iemand Engels spreekt Mluvíte _[language]_? Vragen of iemand een bepaalde taal spreekt Nemluvím_[language]_.
Nadere informatieReizen Algemeen. Algemeen - Belangrijkste benodigdheden. Algemeen - Conversatie. Om hulp vragen. Vragen of iemand Engels spreekt
- Belangrijkste benodigdheden Kunt u me alstublieft helpen? Om hulp vragen Spreekt u Engels? Vragen of iemand Engels spreekt Spreekt u _[taal]_? Vragen of iemand een bepaalde taal spreekt Ik spreek geen
Nadere informatieWoordenschat blok 7 gr 4 Les:1 De aardappelpuree: gestampte aardappels met een beetje boter of melk. De banaan: een lange, beetje kromme gele vrucht.
Woordenschat blok 7 gr 4 Les:1 De aardappelpuree: gestampte aardappels met een beetje boter of melk. De banaan: een lange, beetje kromme gele vrucht. Om een banaan zit een schil. De bloemkool: een witte
Nadere informatieKRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN
KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN KRUISWOORDRAADSEL 1: WILDE DIEREN Vul de benamingen van onderstaande dieren in rooster 1 in. 10 3 6 18 16 12 8 23 21 22 19 5 9 17 4 15 14 20 27 1 7 2 13 26 24 25 11 KRUISWOORDRAADSEL
Nadere informatieDe Edukese Taal Edukeser Språkerne. Door Lars
De Edukese Taal Edukeser Språkerne Door Lars Fonologie Letter IPA Letter IPA A ɐ P B b Q C ʃ / k * R D S ʂ / s ** E F G H I J K L M N O T U V W X Y Z Å Æ Þ Ð Ø *= De c wordt in het Edukees soms als ʃ en
Nadere informatieVeertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel
Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl
Nadere informatieISK Leerlijn. Alfabetisering. Bijlage: Startwoordenschat alfabetisering NT2 ISK woorden
Bijlage: Startwoordenschat alfabetisering NT2 ISK - 100 woorden 1. Ik ga naar school begrijp (ik begrijp het niet) boek computer dit docent doe ga kom laptop naar open pak papier pen potlood tablet wat
Nadere informatieLekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 8
Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn Ria van Adrichem Leonie van de Wetering jaargang 00/00 serie 8 Vormgeving Hein Kreulen jaargang, 00/00, serie 8 00 Niets uit deze uitgave mag gekopieerd worden
Nadere informatieBasisexamen inburgering in het buitenland. Auteurs: Karine Bloks-Jekel, Willemijn de Graaf, Marieta Plattèl, Rian Senden, Rosanne Vermaat
TAALCOMPLEET Basisexamen inburgering in het buitenland Inburgeringsexamen buitenland 1e druk 2014 ISBN Inburgeringsexamen buitenland: 978-94-90807-21-4 Copyright: KleurRijker B.V., info@kleurrijker.nl
Nadere informatielespakket voor het eerste en het tweede leerjaar Gijzelstraat 14, 9031 Drongen 09 227 60 24 schoolhoeve @gent.be
lespakket voor het eerste en het tweede leerjaar Gijzelstraat 14, 9031 Drongen 09 227 60 24 schoolhoeve @gent.be 1 inhoud Beste leerkracht In deze bundel kan u een aantal werkblaadjes vinden voor het eerste
Nadere informatieKookt. Borrel Hapjes. Pizza Boss 3000. Bruisende kookworkshops. Lekker eten? Nieuwste keukengerei voor bij u in huis. Culinair koken in.
Kookt Pizza Boss 3000 Nieuwste keukengerei voor bij u in huis Bruisende kookworkshops Culinair koken in Tilburg Lekker eten? De beste restaurants in Tilburg Borrel Hapjes Interview met een chefkok Tips
Nadere informatieLekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang 1 2006/2007. serie 5
Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn Ria van Adrichem Leonie van de Wetering jaargang 1 2006/200 serie 5 Vormgeving Hein Kreulen jaargang 1, 2006/200, serie 5 200 Niets uit deze uitgave mag gekopieerd
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieNAAM: Instructies in de klas Voer de opdrachten uit. 1. Zet een kruisje op de olifant. 2. Kleur het haar van de juf bruin.
Werkbundel Instructies in de klas 1. Zet een kruisje op de olifant. 2. Kleur het haar van de juf bruin. 3. Kleur de boeken op de onderste plank rood. 4. Zet een kring rond het meisje. 5. Doorstreep het
Nadere informatie1b nr. 1 Wie of wat?
OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen
Nadere informatieDe letter j hebben we deze week aangeboden en de p en de oo zullen voor komende periode worden aangeboden.
Beste ouder(s) / verzorger(s), We gaan na het paasweekend starten met het thema Eten. Met de kinderen werken, lezen, praten, zingen en spelen we over allerlei dingen die met het onderwerp eten te maken
Nadere informatieLes 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1
15/10/14 1 Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1 1. (komen) Waar.... jij vandaan? 2. Uit welk land.... u? 3. Brenda.... vandaag uit Engeland. 4. Wij.... uit België. 5. Wanneer.... zij thee drinken?
Nadere informatie2c nr. 1 zinnen met want en omdat
OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen
Nadere informatieWat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.
103 103 HOOFDSTUK 7 Wat gaan we doen? WOORDEN 1 Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 2 Op 22 november zijn we 25 jaar
Nadere informatieWat is een zelfstandig naamwoord?
Wat is een zelfstandig naamwoord? 1. Inleiding Een zelfstandig naamwoord geeft aan: een persoon of dier: vrouw, oom, hond een eigennaam: Sara, Apple een ding: fiets, berg een gebeurtenis: feest, botsing
Nadere informatieTHEMA LENTE Auditieve oefeningen
THEMA LENTE Auditieve oefeningen Auditieve synthese Lettergrepen samenvoegen tot een woord Tulp Gras Wei Letters samenvoegen tot een woord Kalfje Krokus Lente Narcis Zaaien Veulen Groeien Paashaas je Poesje
Nadere informatieAuditieve oefeningen: thema eten
Auditieve oefeningen: thema eten Boek van de week: 1; Koekjes van Ted van Lieshout en Sieb Posthuma 2; Het pannenkoekenboek van Eric Carle 3; Olifantensoep Ingrid en Dieter Schubert 4; Finn kookt zelf
Nadere informatieWat zie je er leuk uit!
89 89 HOOFDSTUK 6 Wat zie je er leuk uit! WOORDEN 1 Kies uit: kort paars steil krullen kapper 1 Het haar van de vrouw is niet zwart. Het is! 2 Gisteren ben ik bij de geweest. 3 Mijn zoon heeft in zijn
Nadere informatieEet smakelijk. ( 5 januari t/m 31 januari)
Eet smakelijk ( 5 januari t/m 31 januari) In dit thema staat eten centraal. De kinderen gaan fruit/groente proeven en ontdekken al spelenderwijs wat vies is en wat lekker is. Ook gaan we koekjes die ze
Nadere informatieSpel 0 Adam woont in het paradijs. God praat elke dag met Adam. Hij mag alle dieren een naam geven. Wij gaan Adam helpen.
Genesis 2:18-20 0 Leeftijd: 4-8 jaar Wat heb je nodig? 0 Lied: Adam geeft de dieren namen 0 Estafette: touw en attributen, bijvoorbeeld: pionnen, emmers, tafel 0 Speel het spel in 2 groepen Spel 0 Adam
Nadere informatieReizen 6 7 32 33 58 59 84 85. Wonen 8 9 34 35 60 61 86 87. Koken & genieten 10 11 36 37 62 63 88 89. Cultuur & vermaak 12 13 38 39 64 65 90 91
inhoud lente zomer herfst winter Reizen 6 7 32 33 58 59 84 85 Wonen 8 9 34 35 60 61 86 87 Koken & genieten 10 11 36 37 62 63 88 89 Cultuur & vermaak 12 13 38 39 64 65 90 91 Mode & schoonheid 14 15 40 41
Nadere informatieANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN
ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 2 BOODSCHAPPEN Opdracht 1 de groente pinnen de suiker de supermarkt Opdracht 7 Hoi Ramon! Ik eet graag rijst met kip. En ik drink altijd water bij het eten. Maar ik vind
Nadere informatieBasiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling
Basiswerkboek Gebaren 0-3 jaar, aanvulling Inhoudsopgave Inleiding 2 Toetsing 3 Aanbieden 4 Gebaren Algemeen 5 Familie 16 Eten en drinken 20 Binnen en buiten spelen 33 Verzorging en kleding 44 Het weer
Nadere informatieREGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.
61 61 REGELS 1 Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 1 Ik woon met mijn gezin in een rijtjeshuis met vier slaapkamers. 2 De vijf appartementen in deze flat zijn heel klein. 3 Hij heeft een groot huis
Nadere informatiecluster 1 de reis, de aankomst vertrekken vanuit Spanje het kasteel, het paleis op reis gaan naar Nederland
-2 de (land)kaart cluster 1 de reis, de aankomst vertrekken vanuit Spanje het kasteel, het paleis op reis gaan naar Nederland de kalender, december de (stoom)boot vaart op zee de golf, de golven de schoorsteen,
Nadere informatieDinie Ea van Oort Verhaalland Taalleerlijn www.verhaalland.nl
E1. De werkwoorden 1. horen: ik hoor 2. zien: ik zie jij hoort jij ziet u hoort u ziet hij hoort hij ziet zij hoort zij ziet het hoort het ziet wij horen jullie horen zij (meer) horen wij zien jullie zien
Nadere informatie1c nr. 1: zinnen maken
OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen
Nadere informatieZelfstandig werken. Ajodakt. Dit antwoordenboekje hoort bij het gelijknamige werkboek van de serie
Zelfstandig werken Ajodakt Dit antwoordenboekje hoort bij het gelijknamige werkboek van de serie 9 789026 241383 Informatieverwerking Groep 5 Antwoorden Auteur P. Nagtegaal ajodakt Illustraties P. Nagtegaal
Nadere informatieHallo wereld! Schrijf een reisverhaal
Doel: Deze les is een oefening in creatief schrijven. De kinderen schrijven een reisverhaal. Doelgroep: Basisonderwijs groep 4 en hoger. Als voorbereiding op deze les kunt u het digitale boek Mus op het
Nadere informatieOEFENSCHRIFT DEEL 3 A2-B1
OEFENSCHRIFT DEEL 3 A2-B1 Basisleergang Nederlands voor anderstaligen Universiteit van Amsterdam, Instituut voor Nederlands Taalonderwijs en Taaladvies (INTT) Nicky Heijne Marten Hidma Karolien Kamma Vrije
Nadere informatiede appel het fruit de peer de sinaasappel de banaan
Werkbladen bij thema eten en drinken: dag 1 Naam:................. 1. Lezen en overschrijven: de appel het fruit de peer de sinaasappel. de banaan LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 4 Pagina 1 2.
Nadere informatie1. Heb je huisdieren? Ik heb: (meerdere antwoorden mogelijk)
Huisdieren Een huisdier geeft gezelschap, maar brengt ook verantwoordelijkheden en kosten met zich mee. 60% 50% 40% 57% 1. Heb je huisdieren? Ik heb: (meerdere antwoorden mogelijk) 8.1. Geen huisdieren
Nadere informatieInhoudsopgave. Luisterteksten en instructies bij de oefen-cd 201. Grammaticaoverzicht 233. Correctiesymbolen schrijfvaardigheid 269.
Inhoudsopgave Thema 1 Wie is dat? 7 Thema 2 Hoe spel je dat? 33 Thema 3 Hoeveel? 47 Thema 4 Hoe laat is het? 55 Thema 5 Wanneer ben jij jarig? 67 Thema 6 Wanneer zijn de winkels open? 75 Thema 7 Kun je
Nadere informatieSpreekoefeningen. Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen. (voor het inburgeringsexamen - spreken)
Spreekoefeningen (voor het inburgeringsexamen - spreken) Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen Eet u vaak brood? Wat voor groente eet u vaak? Wat vindt
Nadere informatieGrammatica. Inhoud. 1. De en het. 2. Meervoud. 3. Werkwoord. 4. Vraagwoorden. 5. Zinnen maken Zinnen maken 2. 7.
Grammatica Inhoud 1. De en het 2. Meervoud 3. Werkwoord 4. Vraagwoorden 5. Zinnen maken 1 6. Zinnen maken 2 7. Zinnen maken 3 8. Zinnen maken 4 9. Niet en geen 10. Lange woorden 11. Het verkleinwoord 12.
Nadere informatieVakantietaak Nederlands
IMMI Montjoie Montjoielaan, 93-95 1180 Ukkel Vakantietaak Nederlands Opgelet: Voor de grammatica / Pour la grammaire Herhaal de theorie in je leerboek en doeboek Révise la théorie dans ta farde / ton doeboek
Nadere informatieLes 3 Ik leer Nederlands
00:00 12:32 12/11/14 1 Ik leer Nederlands heeft 16 bladzijden. de bladzijde = de pagina Dag Mohammed. Goedemorgen, Anita. Anita is een voornaam van een vrouw. 00:43 13:13 Wat is goed of goede en wat is
Nadere informatieHoeveel stukjes hoor je? Chinees praten. Een doos vol spulletjes.
Hoeveel stukjes hoor je? De leerkracht zegt een woord, de kinderen zeggen het in stukjes na. Bijvoorbeeld : chi na draak leeu wen mas - ker rijst dra ken boot lam pi - on vlie ger pan da beer vuur - werk
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieJonge dieren. Dieren hebben jongen. Hoe noem je ze? Kies uit: big, lam, kuiken, kalf, puppy, veulen, kuiken
Groep 4 Naam:. Jonge dieren Dieren hebben jongen. Hoe noem je ze? Kies uit: big, lam, kuiken, kalf, puppy, veulen, kuiken Het jong van een paard is een Het jong van een koe is een Het jong van een hond
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 2 Boodschappen
Spreekopdrachten thema 2 Boodschappen Opdracht 1 bij 2.1 ** Cursist A: vertel wat je eet of drinkt. Vraag wat cursist B eet of drinkt. Cursist B: geef antwoord. Voorbeeld Cursist A: Ik eet een tomaat.
Nadere informatieZoek de 10 woorden die beginnen met de letter: b
Zoek de 10 woorden die beginnen met de letter: b ballon, boek, baby, brood, bloem, bus, berg, bril, boom, bal, hobbelpaard, druppel, tafel, krant, korst Zoek de 10 woorden die beginnen met de letter: d
Nadere informatieALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN
STER IN LEZEN ALFA A LES 1: NAAR SCHOOL 1 Ziek 1 b 2 3 b 4 a a B maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag C Dit is een vraag Hoe gaat het? Het gaat wel. En met jou? Waarom kom je niet?
Nadere informatieAuditieve oefeningen bij het thema: Mama kwijt
Auditieve oefeningen bij het thema: Mama kwijt Boek van de week: 1; Mama kwijt 2; Uilen 3; 4; Verhaalbegrip: Bij elk boek stel ik de volgende vragen: Wat staat er op de voorkant Hoe zou het boek heten
Nadere informatieToets Geletterdheid en Begrijpend Lezen
1. Print deze tekst 2. Download het geluidsbestand en luister Je gaat een toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen maken. Dit is een leestoets. De toets heeft vijf delen. Deel A, B, C, D en E. Deze toets
Nadere informatieafgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten
Woordenlijst bij hoofdstuk 7 Deel 1 aanhebben (kleren) dragen Hij h een warme trui a, want het is koud. afgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten
Nadere informatiede aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.
Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.
Nadere informatieONTDEKKINGSTOCHT. Veel plezier! Deze speurtocht is voor de hele familie! De sterretjes geven aan hoe moeilijk de vragen zijn. makkelijk moeilijk
ONTDEKKINGSTOCHT Deze speurtocht is voor de hele familie! De sterretjes geven aan hoe moeilijk de vragen zijn h f makkelijk moeilijk h Volg de wandelroute, dan komen jullie alle dieren tegen! Veel plezier!
Nadere informatiezelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord Het zelfstandig naamwoord is een woord voor een mens, dier of ding. de man de kat de fiets lidwoord Het lidwoord hoort bij het zelfstandig naamwoord. de het een samenstelling Een
Nadere informatieMelkweg. Wat eet u? Lezen Alfa A. Gezond eten
Melkweg Lezen Alfa A Wat eet u? Gezond eten Colofon Melkweg Lezen Alfa A, Wat eet u?, 2015 Auteurs: Merel Borgesius Kaatje Dalderop Willemijn Stockmann Dit katern is een uitgave van Stichting Melkweg +.
Nadere informatie15 min. 1-4. NL Spelregels. 17998_ikleer_naar groep1_guide.indd 1 25-09-15 08:39
15 min. 1-4 NL Spelregels 17998_ikleer_naar groep1_guide.indd 1 25-09-15 08:39 Voor de ouders Ik leer Op weg naar groep 1 is een compleet spel met duidelijke doelen: 1 Kleuren en vormen leren 2 Letters
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Les 24. Boodschappen doen in de supermarkt Wat leert u in deze les? Welke zinnen en woorden u kunt gebruiken tijdens het boodschappen doen. Welke producten
Nadere informatie