11/ Versie 1

Transcriptie

1 11/ Versie 1

2 Over deze handleiding Hartelijk dank voor de aanschaf van uw tiptel IP 286 of. In deze gebruiksaanwijzing vindt u alles wat u nodig heeft om uw nieuwe telefoon in gebruik te nemen. Controleer bij uw systeembeheerder of het netwerk gereed is voor het configureren van uw toestel. Let op dat u de leveringsomvang in deze handleiding raadpleegt, alvorens u uw telefoon gaat programmeren en gebruiken

3 Veiligheidsinstructies Let bij het plaatsen, het aansluiten en de bediening van de tiptel IP 286 of op de volgende aanwijzingen: De aansluitkabel dient u alleen aan te sluiten op de hiervoor bestemde aansluitingen. Let erop dat de aansluitkabels zorgvuldig weggewerkt worden, zodat niemand erover kan struikelen. Aangesloten kabels mogen niet overmatig geknikt, strak getrokken of mechanisch belast worden. Plaats en gebruik het toestel niet in de directe nabijheid van elektrische storingsbronnen. Sluit alleen accessoires aan die geschikt zijn voor dit toestel. U mag het toestel zelf niet open maken. Raak de aansluitingen nooit met scherpe of metalen voorwerpen aan. Reinig de tiptel IP 286 of met een zachte, vochtige doek. U mag geenschuurmiddel of chemicaliën gebruiken. De tiptel IP 286 of mag niet gebruikt of geplaatst worden in vochtige, stoffigeruimten of in aanraking komen met vloeistoffen of dampen. Gebruik de tiptel IP 286 of niet op plaatsen met direct zonlicht. Gebruik de tiptel IP 286 of niet in explosiegevaarlijke ruimten U dient alleen de originele aansluitkabel te gebruiken

4 Inhoudsopgave Aan de slag Leveringsomvang Aansluiten van het telefoontoestel Configuratie en registratie Configureren via een webpagina Configuratie via het telefoontoestel Overzicht Toetsenoverzicht LED status overzicht Verklaring van de symbolen Gebruikersinterface Telefoon instellen Algemene instellingen Telefoonstatus Taal Tijd en datum Toetsenblokkering Audio-instellingen Volume Beltonen Codec selecteren Contactbeheer Een contactpersoon bewerken/ toevoegen/ verwijderen Lijst met contactpersonen importeren/exporteren Overige instellingen Kiesschema Nu kiezen Blokkeren

5 Basisfuncties Een oproep tot stand brengen Oproepapparatuur Oproepmethodes Een oproep beantwoorden Een binnenkomende oproep beantwoorden Een binnenkomende oproep weigeren DND (Do Not Disturb - niet storen) Oproep omleiden Tijdens een actief gesprek Mute In de wacht zetten Aankloppen Gesprek doorverbinden Conferentie gesprek Bericht Voic Tekst berichten Geavanceerde telefoonfuncties Accountinstelling TLS Netwerkinstelling LAN-instelling HTTPS Onderhoudstaken Administrator modus Admin-/Gebruikerswachtwoord Opnieuw starten Herstellen naar fabrieksinstellingen Firmware-update Decodering Systeemlogboek exporteren

6 Configuratie programmeerbare toetsen BLF Lijn Snelkiezen Intercom URL BLA Conferentie Omleiden Doorverbinden In de wacht DND (niet storen) Nummerherhaling Oproep terugbellen Oproep aannemen Oproep parkeren Groepvermelding SMS Voic Aangepast Public Hold Private Hold Tooninstellingen Probleem oplossen Bijlage Service Garantie Schoonmaken Toestel correct verwijderen Conformiteitsverklaring tiptel IP Conformiteitsverklaring

7 Aan de slag Aan de slag Leveringsomvang De volgende onderdelen zijn in uw levering opgenomen: Telefoontoestel Telefoonstandaard Voedingsadapter - 7 -

8 Aan de slag Hoorn & krulsnoer Ethernetkabel Verkorte installatiehandleiding & verkorte handleiding Als er iets ontbreekt, dan kunt u de telefoon met de complete verpakking en de aankoopbon terugbrengen naar het verkooppunt

9 Aan de slag Aansluiten van het telefoontoestel Bevestig de standaard; Sluit de hoorn en/of de headset aan; Sluit het netwerk en de voeding aan. 1) Bevestig de standaard zoals hieronder is weergegeven: 2) Sluit hoorn en headset (optioneel) aan zoals hieronder is weergegeven: Opmerking: De headset is niet bijgesloten in de verpakking. Deze kunt u optioneel aanschaffen

10 Aan de slag 3) Sluit het netwerk en de voeding aan Er zijn twee manieren om het telefoontoestel van spanning te voorzien. U kunt de voedingsadapter van het telefoontoestel gebruiken of op een PoE-compatibele (802.3af) switch of router. Uw systeembeheerder zal u adviseren welke manier u dient te gebruiken. Opmerking: 1. Als u het telefoontoestel heeft aangesloten op een PoE-compatibele (802.3af) switch dan mag u de voedingsadapter niet gebruiken. 2. De internetpoort kan worden aangesloten op een switch, router of IP PBX Het telefoontoestel kan door de 1-ports switch ander netwerkapparatuur, zoals een PC, delen. Sluit de pc-poort van het telefoontoestel aan op de netwerkpoort van de computer met gebruik van de bijgeleverde ethernet kabel, zoals hieronder is weergegeven:

11 Aan de slag Configuratie en registratie Als u een systeembeheerder bent, dan dient u een aantal eenvoudige instellingen te configureren om het telefoontoestel te kunnen gebruiken. Als dit niet het geval is, dient u contact op te nemen met uw systeembeheerder of internet serviceprovider voor meer informatie. Configureren via een webpagina Druk op de toets OK op het toetsenbord van het telefoontoestel om het statusscherm te openen en het IP-adres te achterhalen. Voer dit adres (bijvoorbeeld in de adresbalk van de webbrowser in. De standaard login naam en wachtwoord zijn admin/admin. Opmerking: Zorg dat uw pc in hetzelfde netwerksegment zit als dat van het telefoontoestel ( X) om de webinterface te kunnen openen. Neem contact op met uw systeembeheerder voor assistentie. Netwerkinstellingen Kies Network->Internet port (WAN). DHCP: Standaard probeert het telefoontoestel verbinding op te nemen met een DHCP-server om de geldige netwerkinstellingen te krijgen, zoals bijv. IP-adres, subnetmasker, gateway, DNS-server, enz. Statisch IP-adres: Als uw telefoon vanwege een bepaalde reden geen verbinding kan maken met een DHCP-server, dan dient u de netwerkinstellingen handmatig in te voeren via een statisch IP-adres. Neem contact met uw systeembeheerder voor meer gegevens. PPPoE: Als u de xdsl-modem gebruikt, kunt u uw telefoon aansluiten op internet via de PPPoE-modus. Neem contact op met uw ISP (internet-provider) voor de gebruikersnaam en het wachtwoord voor internettoegang. Let op: Door de verkeerde netwerkparameters te gebruiken, kan uw telefoon ontoegankelijk zijn en kan dit ook de netwerkprestaties beïnvloeden. Neem contact op met uw systeembeheerder. Accountinstellingen Het telefoontoestel probeert zich te registreren bij de IPPBX met de account-/registratiegegevens die zijn opgegeven door de automatische of handmatige initialisatie

12 Aan de slag Kies Account. Er verschijnen de volgende parameters: Veld Register Status Line Active Label Display Name Register Name User Name Password SIP Proxy Beschrijving Dit geeft de registratiestatus van het telefoontoestel weer. U kunt aan/uit kiezen om de account respectievelijk in/uit te schakelen. Dit wordt weergegeven in het display van het telefoontoestel zodat u de account kan identificeren. Dit wordt weergegeven als Nummerherkenning Dit is de registratienaam die wordt gebruikt om te registeren bij uw Sip provider, verstrekt door de ISP. Dit is de gebruikersnaam die wordt gebruikt als authenticatie bij gesprekken, verstrekt door de ISP. Dit wordt verstrekt door de ISP voor registratiedoeleinden. SIP Server voor registratie, verstrekt door ISP. Als u de configuratie voor netwerk- en accountinstellingen heeft afgerond, kunt u de status aflezen aan de hand van de symbolen in het display van het telefoontoestel tiptel IP 286 Registratie gelukt Registratie mislukt Registreren Registratie gelukt Registratie mislukt Registreren Configuratie via het telefoontoestel Netwerkinstellingen: Druk op Menu ->Instellingen ->Geavanceerde instelling -> Netwerk. Hier kunt u de benodigde netwerkinstellingen maken. Accountinstellingen: Druk op Menu ->Instellingen ->Geavanceerde instelling->accounts. Hier kunt uw account gegevens, die uw van uw provider heeft ontvangen, ingeven. U kunt de bovenstaande paragraaf "Configureren via een webpagina" raadplegen voor de verklaring van de verschillende instellingen

13 Overzicht Overzicht Toetsenoverzicht tiptel IP

14 Overzicht In de onderstaande lijst kunt u de beschrijving van de toetsen van het telefoontoestel raadplegen: Power LED Dit geeft de voedingsstatus weer. Het zal oplichtten als het toestel is ingeschakeld. Menu toetsen De functies die door deze toetsen worden ondersteund zal in het display worden weergegeven. Functietoetsen display Onder deze toetsen kunnen verschillende functies geplaatst worden zoals Accounts/Snelkiezen/Intercom enz. Standaard zal het mogelijk zijn 6/3 accounts onder deze toetsen te programmeren. Functietoetsen: Deze toetsen worden gebruikt voor verschillende functionaliteiten zoals BLF, Account, Snelkiezen, Intercom, Wachtstand, Omleiden, enz. Deze toetsen kunnen ook als accounttoetsen worden ingeschakeld. Cijfertoetsen Gebruik de cijfertoetsen om cijfers, letters en speciale tekens in te voeren. Afhankelijk van de geselecteerde invoermodus, kunt u cijfers, hoofdletters/kleine letters of speciale tekens invoeren. Navigatietoetsen Gebruik de navigatietoetsen om door de menu's te bladeren en acties te bevestigen of te annuleren

15 Overzicht Volume toetsen Gebruik de onderstaande toetsen om de verschillende instellingen aan te passen of te activeren: Het volume van de hoorn, headset, luidspreker en oproepmelodie instellen; Mogelijkheid tot handenvrij telefoneren; Maken en ontvangen van oproepen via een optionele aangesloten headset. Het LED symbool is zichtbaar als het toestel zich in headsetmodus bevindt; Microfoon uitschakelen tijdens gesprek Hiermee krijgen gebruikers rechtstreeks toegang tot voic ; Hiermee kan een 3-wegconferentie tot stand worden gebracht; Een oproep in de wacht plaatsen of terug uit de wacht halen; Huidige oproep doorverbinden naar een derde; Kiest het laatst gekozen nummer; LED status overzicht Tabel 1 Weergave LED's voor BLF (Busy Lamp Field) LED-status Beschrijving Constant groen In ruststand Langzaam knipperend rood Gesprek/ Inkomende oproep Constant rood Gesprek actief Snel knipperend rood Error Uit Geen account

16 Overzicht Tabel 2 Weergave LED's voor BLA (Bridge Line Appearances) LED-status Beschrijving Constant groen Constant rood Knipperend groen 300ms Knipperend rood 300ms Constant oranje Knipperend oranje 500ms Knipperend groen 500ms Knipperend rood 500ms Uit Alle deelnemers bevinden zich in rust. Enig(e) deelnemer(s) bezet(ten) de lijn Enig(e) deelnemer(s) belt/bellen terug Enig(e) deelnemer(s) gaat/gaan over Enig(e) deelnemer(s) is/zijn aan het telefoontoestel Enig(e) deelnemer(s) bevindt zich in de publieke wachtrijstatus en alle leden kunnen de oproep aannemen Enig(e) deelnemer(s) bevind(t)(en) zich in de particuliere wachtrijstatus en uitsluitend de initiator kan de oproep aannemen 3-wegconferentie, alle deelnemers drukken op hold (in de wacht) Het is niet actief als BLA Tabel 3 Functietoets display LED s LED-status Beschrijving Constant groen De account is actief Knipperend groen Er is een inkomende oproep voor het account Uit Het telefoontoestel bevindt zich in de ruststand Tabel 4 LED-indicator voeding LED-status Constant groen Uit Ingeschakeld Uitgeschakeld Beschrijving Verklaring van de symbolen Het telefoontoestel geeft verschillende soorten symbolen weer op het display. U kunt de volgende tabel raadplegen voor hun betekenis: Symbool Beschrijving Knippert als de netwerk verbinding is verbroken Registratie is mislukt tiptel IP 286 Registratie is mislukt Bezig met registratie tiptel IP 286 Bezig met registratie Account geregistreerd tiptel IP 286 Account geregistreerd Gemiste oproepen tiptel IP 286 Gemist oproepen Inkomende oproep Uitgaande oproep Invoermodus: alle cijfers en letters

17 Overzicht Invoermodus: cijfers Invoermodus: kleine letters Invoermodus: hoofdletters Mute Oproep in de wacht Voic SMS Omleiden DND (Do not Disturb, niet storen) Automatisch aannemen In hoorn-modus In headset-modus In handsfree-modus Gebruikersinterface Er zijn twee manieren om specifieke opties op uw telefoontoestel aan te passen: 1. Met behulp van de cijfertoetsen en het display op het telefoontoestel; 2. Met gebruik van de webinterface in een internetbrowser van uw PC. Raadpleeg "Configuratie en registratie" voor informatie om de webinterface te openen. In een groot aantal gevallen, is het mogelijk om beide gebruikersinterfaces te gebruiken teneinde het telefoontoestel te bedienen en de instellingen te wijzigen; sommige zijn echter uitsluitend mogelijk via het telefoontoestel of via de webinterface. Raadpleeg de volgende tabel voor de verschillen: Telefoonopties Telefoon Web Status --IP Adres --MAC Adres --Firmware --Netwerk --Toestel --Accounts Opties --Omleiden --Aankloppen --Automatisch kiezen --Functietoetsen -- * of # = kiezen --Hotline

18 Overzicht Basis instellingen --Taal --Tijd --Oproepmelodie --Volume Geavanceerde instellingen --Accounts --Netwerk --Spraak --Codecs --Echo annuleren enz. --Toestel instellingen --Achtergrondverlichting --Contrast --Toetsenblokkade --Fabrieksinstellingen --Admin wachtwoord Overige functies --Tekst bericht --Logboek --Lijst --Telefoonboek --Blokkadelijst inkomende oproepen Opmerking: De bovenstaande tabel geeft de meeste telefoonfuncties, maar niet alle. Raadpleeg de verwante onderdelen voor meer details. Gebruikers- en administrator modus Uw telefoon kan worden gebruikt in de gebruikers- of administrator modus. Administrator modus is de standaardinstelling met volledige configuratierechten. Het standaard administrator wachtwoord is admin

19 Telefoon instellen Telefoon instellen Algemene instellingen Telefoonstatus U kunt de status van uw toestel bekijken via het menu van het telefoontoestel of via de webinterface. Met deze optie kunt u het volgende bekijken: Netwerkstatus: IP Adres, Mac Adres, WAN/LAN, Gateway en DNS; Telefoonstatus: Productnaam, Hardware,Firmware, Product-ID en Mac; Accounts: de status van de 16 SIP-accounts; Firmwareversie; Controleren van de status via de toestelinterface: 1) Druk direct op de OK-toets of Menu-functietoets en kies de optie Status. 2) Gebruik de navigatietoetsen om door de lijst te bladeren en de specifieke optie te bekijken. Controleren van het telefoontoestel status via de webinterface: Open de webbrowsers en voer het IP-adres in. Voer de gebruikersnaam en het wachtwoord in (standaard gebruikersnaam en wachtwoord zijn beide admin ). De webbrowser zal worden geopend met het tabblad status zodat u direct de status kunt bekijken

20 Telefoon instellen Taal De standaard taal van de webinterface is Engels. De taal van de webinterface is afhankelijk van het besturingssysteem van uw computer en zal zich automatisch aanpassen naar dezelfde taal als van het besturingssysteem. Het ondersteunt bovendien ook Frans en Duits. U kunt de taal voor in het telefoontoestel en de webinterface onafhankelijk van elkaar wijzigen. Opmerking: U heeft mogelijk niet de keuze tussen alle talen. De beschikbare talen zijn afhankelijk van de taalpakketten die op dat moment op het telefoontoestel zijn gedownload. Neem contact op met uw systeembeheerder voor meer informatie over het downloaden van taalpakketten. De taal van uw telefoontoestel wijzigen: 1) Druk op Menu->Instellingen->Basis instellingen->taal. 2) Blader door de lijst met beschikbare talen. 3) Druk op de menutoets Opsl. als de gewenste taal wordt weergegeven. De gekozen taal zal direct verschijnen in het display 4) Druk op de menutoets Terug om terug te keren naar het vorige scherm. Tijd en datum De tijd en datum verschijnen in het display van het telefoontoestel als deze in rust is. Als het toestel geen datum of tijd kan krijgen van de NTP-server, dient u contact op te nemen met de systeembeheerder. U kunt de tijd handmatig of via de NTP-server instellen. De tijd en datum via het telefoontoestel wijzigen: 1) Druk op Menu->Instellingen->Basis instellingen->tijd. 2) Als NTP-instellingen wordt gekozen, haalt het telefoontoestel de tijd automatisch op van de specifieke NTP-server. Gebruik de navigatietoetsen om de specifieke optie en de bijbehorende wijzigingen te markeren. U kunt respectievelijk de tijdzone, de NTP Server1/Server2 en de zomertijd instellen

21 Telefoon instellen 3) Als handmatige instelling wordt gekozen, kan de tijd handmatig worden ingesteld. Gebruik de navigatietoetsen om de optie te markeren en de specifieke datum en tijd in te voeren. 4) Druk op de functietoets Opslaan. De tijd verschijnt nu in het inactieve scherm en wordt gewijzigd. Druk op de menutoets Annuleren om terug te keren naar het vorige scherm. Tijd formaat wijzigen via het telefoontoestel. 1) Druk op Menu->Instellingen->Basis instellingen->tijd. 2) Als Tijd formaat word gekozen dan kunt u kiezen of de tijd in het telefoontoestel een 24 uur notatie aanhoud of een 12 uur notatie. Selecteer met de menu Volgende uw keuzen en bevestig met de menutoets Opl. De tijd en datum via de webinterface wijzigen: Kies Telefoon->Voorkeur om de bijbehorende wijzigingen aan te brengen. U kunt ook het Update-interval wijzigen waarin de tijdfrequentie wordt opgegeven waarmee het telefoontoestel de tijd automatisch vernieuwt. Raadpleeg de bovenstaande instructies voor de gegevens van de parameters. Opmerking: Standaard is de tijdzone +1 Europe, Spain, Germany, waarbij zomertijd is uitgeschakeld. Toetsenblokkering U kunt de cijfertoetsen van uw telefoon blokkeren als u deze tijdelijk niet gebruikt. Deze functie beschermt uw telefoon ook tegen onbevoegd gebruik. UI kunt de volgende specifieke toetsen blokkeren:

22 Telefoon instellen Menutoetsen: De menutoetsen kunnen niet worden gebruikt tot ze worden ontgrendeld. U kunt geen toegang tot het menu van het telefoontoestel verkrijgen. Functietoetsen: De vaste functietoetsen kunnen niet worden gebruikt tot ze worden ontgrendeld. Alleen spraakoproepen: Geen van de toetsen kan worden gebruikt tot ze worden ontgrendeld. U kunt het telefoontoestel alleen gebruiken om de inkomende oproepen te beantwoorden. Speaker: Het toestel zal direct in handenvrij modus komen en de verbinding kan niet worden verbroken door de gebruiker. De toetsenblokkering inschakelen via het telefoontoestel: 1) Druk op Menu->Instellingen->Geavanceerde instelling, voer het wachtwoord in en druk vervolgens op de menutoets OK. 2) Selecteer met de navigatietoets de optie Toetsenblokkade en druk op de toets Enter. 3) Gebruik de navigatietoets om de toetsen die u wilt vergrendelen, te markeren. 4) Druk op de menutoets Opslaan om de wijziging te activeren, druk op de menutoets Terug om terug te keren naar het vorige scherm. 5) Het symbool verschijnt rechtsboven in het inactieve scherm. Het telefoontoestel via het telefoontoestel ontgrendelen 1) Druk op de menutoets Menu, waarna u wordt verzocht het wachtwoord in te voeren. 2) Voer het wachtwoord in en druk vervolgens op de menutoets Bevestigen. Het telefoontoestel wordt ontgrendeld. 3) Het symbool verdwijnt uit het inactieve scherm. De toetsenblokkering inschakelen via de webinterface: Kies Telefoon->Voorkeur om de bijbehorende wijzigingen aan te brengen. Raadpleeg de bovenstaande instructies voor de gegevens van de parameters. Opmerking: 1. Het standaardwachtwoord voor het ontgrendelen is admin. 2. Gebruikers kunnen noodoproepen maken als het telefoontoestel is vergrendeld

23 Telefoon instellen Audio-instellingen Volume U kunt het volume van de hoorn/luidspreker/headset instellen. Het volume instellen als u niet in gesprek bent: 1) Druk op Menu->Instellingen->Basisinstellingen. 2) Blader naar Telefoonvolume en druk op de menutoets OK, markeer de gewenste instelling om het volume aan te passen, gebruik de balk voor de volumeregeling of de navigatietoetsen om het volume te regelen. 3) Druk op de menutoets OK om het volume te wijzigen of druk op Terug om te annuleren. Het volume instellen als u in gesprek bent: Indien hoorn/headset/handenvrij modus is geactiveerd, drukt u de balk voor de volumeregeling naar een comfortabel niveau. Opmerking: Het volume kan alleen worden geregeld via het telefoontoestel. Beltonen U kunt het type en volume van de oproepmelodie instellen. Het type oproepmelodie aanpassen via het telefoontoestel: 1) Druk op Menu->Instellingen->Basis instellingen 2) Blader naar Oproepmelodie en druk op de menutoets OK. 3) Gebruik de navigatietoetsen om de specifieke keuze te markeren

24 Telefoon instellen 4) Druk op de menutoets OK om de geselecteerd oproepmelodie te slaan of druk op Terug om te annuleren. Het volume regelen via het telefoontoestel: 1) Druk op Menu->Instellingen->Basis instellingen->ok. 2) Blader naar Volume->Volume oproepmelodie->ok. Gebruik de balk voor de volumeregeling of de navigatietoetsen om het volume in te stellen. 3) Druk op de menutoets OK om de instelling op te slaan of druk op Terug om te annuleren. U kunt het volume van de oproepmelodie ook op de volgende wijze instellen: Als het telefoontoestel in de ruststand staat, drukt u de balk voor de volumeregeling om een comfortabel niveau in te stellen. Het type oproepmelodie wijzigen via de webinterface: Kies Phone->Preference->Ring Type, selecteer via het pull down menu de gewenste keuze en klik op de knop Confirm om de wijziging aan te brengen. U kunt ook de gewenste keuze wissen door op de knop Del te klikken. Let op: Vaste oproepmelodieën kunt niet verwijderd worden

25 Telefoon instellen De nieuwe oproepmelodie bijwerken via de webinterface: 1) Klik op de knop Bladeren om het gewenste bestand van de oproepmelodie te selecteren. 2) Klik op de knop Upload om het bestand te laden en klik vervolgens op de knop Confirm om de wijziging op te slaan. Opmerking: Het bestand formaat van de oproepmelodie moet een 8-bits WAV-bestandsindeling hebben (via Ulaw-compressie), 8K bemonsteringsfrequentie (monofonie). Spaties of overige andere tekens mogen niet in de bestandsnaam worden opgenomen. Codec selecteren Het telefoontoestel ondersteunt de volgende spraakcodecs: G723_63, G722, G726-16, G726-24, G726-32, G726-40, PCMA, G729, PCMU en G723_53. U kunt via de webinterface de gebruikte codecs in- of uitschakelen en tevens de gewenste prioriteit bepalen. Neem contact op met uw systeembeheerder voor meer gegevens over de codecs. De codecs inschakelen/uitschakelen: 1) Kies Account-> Codecs

26 Telefoon instellen 2) U kunt de gewenste prioriteit van de codecs bepalen door deze via de knoppen / te verplaatsen naar boven of onder. 3) U kunt codecs in of uitschakelen door deze te verplaatsen naar de kolom Disable/Enable codecs. Selecteer een codec druk vervolgens op / om deze naar de andere lijst te verplaatsen. 4) Klik op Confirm om de wijziging op te slaan. Let op: Codec selecteren kan alleen worden ingesteld via de webinterface. Contactbeheer Een contactpersoon bewerken/ toevoegen/ verwijderen U kunt 300 contactpersonen in het telefoonboek van het IP toestel opslaan, daarnaast kunt u contactpersonen verwijderen, direct kiezen of opzoeken. Een contactpersoon via het telefoontoestel toevoegen: 1) Druk op de toets Lijst en vervolgens op OK om het telefoonboek te openen 2) Druk op de menutoets Nieuw en voer de naam en het kantoor-/mobiele nummer van de contactpersoon in via de cijfertoetsen. Gebruik de menutoets Ab3 om de invoer modus tussen de numerieke en alfanumerieke hoofdletters/kleine letters te wijzigen. 3) Gebruik de navigatietoetsen om het gewenste account te selecteren als u de contactpersoon aan een specifieke account wilt toewijzen. 4) Druk op de menutoets Opl. om de contactpersoon toe te voegen of op Annuleren om de wijziging te annuleren

27 Telefoon instellen Een contactpersoon bewerken/verwijderen via het telefoontoestel: 1) Druk op de toets Lijst en vervolgens op OK om het telefoonboek te openen 2) Gebruik de navigatietoets om de contactpersoon die u wilt bewerken/verwijderen te selecteren. Druk op de menutoets Optie, kies vervolgens via navigatietoets voor Details als deze contact persoon wilt bewerken, of voor Wissen als u deze wilt verwijderen en druk vervolgens op de menutoets OK. 3) Voer de gewenste wijzigingen uit, druk op de menutoets OK of druk op de menutoets Annuleren om terug te keren naar het telefoonboek. Een contactpersoon uit het telefoonboek naar de lijst met ongewenste contactpersonen verplaatsen via het telefoontoestel: 1) Druk op de toets Lijst en vervolgens op OK om het telefoonboek te openen. 2) Gebruik de navigatietoetsen om de gewenste contactpersoon te selecteren, te verplaatsen contactpersoon te markeren. Druk op de menutoets Optie, blader naar de lijst met ongewenste contactpersonen, druk twee keer op de menutoets OK om de wijziging te bevestigen of druk op de Annuleren om terug te keren naar het telefoonboek. 3 U kunt de lijst met ongewenste contactpersonen controleren door op Telefoonlijst->Lijst met contactpersonen->ok->lijst met ongewenste contactpersonen te drukken en vervolgens de gewenste wijzigingen aanbrengen. Opmerking: Als de contactpersoon naar de lijst met ongewenste contactpersonen is verplaatst, kan de oproep van deze contactpersoon niet worden aangenomen

28 Telefoon instellen De lijst met contactpersonen & de lijst met ongewenste contactpersonen toevoegen/verwijderen/bewerken via de webinterface: Kies Contactpersonen en breng vervolgens de bijbehorende wijzigingen aan. Raadpleeg de bovenstaande instructie voor de gegevens van de parameters. Lijst met contactpersonen importeren/exporteren Lijst met contactpersonen importeren/exporteren via de webinterface: 1) Kies de contactpersonen. 2) Blader door de specifieke lijst met contactpersonen in XML-indeling en klik vervolgens op de toets Importeren. De lijsten met geïmporteerde contactpersonen worden nu in het telefoonboek weergegeven. 3) Klik op de toets Exporteren om de lijst met contactpersonen te exporteren

29 Telefoon instellen Opmerking: Lijst met contactpersonen importeren/exporteren kan alleen worden ingesteld via de webinterface. Overige instellingen Kiesschema Een kiesschema stelt het verwachte nummer en cijferpatroon voor een telefoonnummer vast. Dit omvat de landcodes, toegangscodes, netcodes en alle gekozen cijfercombinaties. Als u bijvoorbeeld de prefix als 0 instelt en Vervangen als 0086 (landcode van China), en u het nummer kiest, wordt het nummer automatisch vervangen door Een kiesschema instellen via de webinterface: 1) Kies Telefoon->Kiesschema->Vervangingsregel. 2) Voer de gewenste prefix in en vervang 3) Druk op de toets Toevoegen om de wijzigingen op te slaan. Opmerking: Neem contact op met uw systeembeheerder voor de landcode/het netnummer als u het kiesschema wilt instellen

30 Telefoon instellen Nu kiezen Met Nu kiezen kunt u de specifieke lengte van elk nummer/elke letter vooraf (bijvoorbeeld xxx) definiëren. De eerstvolgende keer dat gebruikers 123 kiezen, waarvan de lengte overeenkomt met de regel Nu kiezen, zal het telefoontoestel 123 binnen één seconde kiezen zonder dat op de toets Verzenden moet worden gedrukt. Een kiesschema instellen via de webinterface: 1) Kies Telefoon->Nu kiezen. 2) Voer de gewenste x/. in 3) Druk op de toets Toevoegen om de wijzigingen op te slaan 4) U kunt ook een specifiek nummer uit de lijst met kiesschema's wissen door op de toets Verwijderen te drukken. Opmerking: x staat voor elk nummer;. staat voor elke letter

31 Telefoon instellen Blokkeren Er kan een verbod worden ingesteld om specifieke telefoonnummers te bellen vanaf uw Telefoontoestel. 1) Kies Telefoon->Kiesschema->Blokkeren. 2) Voer het telefoonnummer in en klik op de toets Toevoegen om de wijzigingen op te slaan, of Kies een specifiek nummer in de lijst en klik vervolgens op de toets Verwijderen om de record te wissen 3) U kunt het nummer niet vanaf uw Telefoontoestel bellen, tenzij deze eerst uit de lijst met geblokkeerde nummers wordt verwijderd

32 Basisfuncties Basisfuncties Een oproep tot stand brengen Oproepapparatuur U kunt een telefoonoproep via de volgende apparatuur tot stand brengen: 1) Neem de hoorn, het symbool wordt in het inactieve scherm weergegeven. 2) Druk op de toets Luidspreker, het symbool wordt in het inactieve scherm weergegeven. 3) Druk op de toets Headset als de headset al vooraf op de headset-poort is aangesloten. Het symbool wordt in het inactieve scherm weergegeven. U kunt het nummer ook eerst kiezen en vervolgens de methode kiezen die u wilt gebruiken om met de andere deelnemer te spreken. Oproepmethodes U kunt op een toets voor een beschikbare lijn drukken als er meer dan één account is en daarna 1) Het nummer kiezen dat u wilt bellen, of 2) Op de menutoets Telefoonboek drukken, de navigatietoets gebruiken om uw keuze te markeren, of 3) Op de menutoets Historie drukken, de navigatieknop gebruiken om uw keuze te markeren (druk op de toets Links/Rechts om Alle oproepen, Gemiste oproepen, Gekozen oproepen, Ontvangen oproepen en Doorgeschakelde Oproepen te kiezen) of 4) Op de RD-toets drukken om het laatst gekozen nummer op te roepen. 5) Druk op de programmeerbare toetsen die als snelkiestoets zijn ingesteld. Druk vervolgens op de toets Verzenden of de menutoets Verzenden om de uitgaande oproep tot stand te brengen, indien nodig

33 Basisfuncties Een oproep beantwoorden Een binnenkomende oproep beantwoorden 1) Als u niet in gesprek bent, tilt u de hoorn op om de oproep te beantwoorden. Druk op de toets Luidspreker om de oproep via de luidspreker te beantwoorden of druk op de toets Headset om de oproep via uw headset te beantwoorden. 2) Als u al in gesprek bent en er komt nog een oproep binnen op het telefoontoestel dan selecteert de binnenkomende oproep via de navigatietoetsen en drukt op de menutoets Aannemen/Beantw. 3) Tijdens het gesprek kunt u schakelen tussen de headset, hoorn en de luidspreker door op de overeenkomstige toetsen te drukken of door de hoorn op te nemen. Een binnenkomende oproep weigeren Druk op de functietoets Afwijzen/Weiger om de inkomende oproep direct te weigeren. DND (Do Not Disturb - niet storen) Druk op de menutoets DND om de DND-modus (niet storen) te activeren. Andere inkomende oproepen zullen worden geweigerd en het display toont het symbool. Druk een tweede keer op de menutoets DND om de DND-modus (niet storen) uit te schakelen. U kunt de gegevens van de binnenkomende oproep in het logboek bekijken

34 Basisfuncties Oproep omleiden Met deze functie kunt u een inkomende oproep omleiden naar een ander telefoonnummer, bijv. een mobiel nummer of voic . Het display toont het symbool. De volgende oproep omleiden-opties kunnen worden geconfigureerd: Uit: Oproep omleiden is standaard uitgeschakeld. Direct: Binnenkomende oproepen worden direct omgeleid. Bij Bezet: Binnenkomende oproepen worden direct omgeleid als de telefoon in gesprek is. Vertraagd: Binnenkomende oproepen worden omgeleid als het telefoontoestel niet wordt beantwoord na een specifieke periode. Bij Bezet/vertraagd: Binnenkomende oproepen worden omgeleid ongeacht of het telefoontoestel in gesprek is of niet. Oproep omleiden configureren via het telefoontoestel: 1) Druk op de volgende menutoetsen: Menu->Opties->OK->Omleiden->OK. 2) Er zijn 5 opties beschikbaar: Direct, Bij bezet, Vertraagd, bij bezet/vertraagd en Uit. 3) Als u een keuze maakt (behalve Omleiden Uit) voert u het bestemmingsnummer in waarnaar u de oproepen wilt omleiden. Druk op Opslaan om de wijzigingen op te slaan. Oproep omleiden configureren via de webinterface: Kies Phone->Features->Forward om de bijbehorende wijzigingen aan te brengen. Raadpleeg de bovenstaande configuratie-informatie

35 Basisfuncties Tijdens een actief gesprek Mute Met deze functie kunt u de microfoon tijdens een gesprek uitschakelen, u kunt nu niet meer worden gehoord door de andere deelnemer. U kunt nog wel alle andere deelnemers horen terwijl de microfoon is uitgeschakeld. De microfoon in- of uitschakelen tijdens een gesprek: Druk op de toets mute tijdens het gesprek, het symbool wordt nu in het scherm weergegeven. Druk nogmaals op mute om de microfoon weer in te schakelen en het gesprek verder te vervolgen. In de wacht zetten Met deze functie kunt u een gesprek in de wacht zetten om bijvoorbeeld kort ruggespraak te houden met een ander. Andere oproepen kunnen worden ontvangen en tot stand worden gebracht terwijl een oproep in de wacht is gezet. Een oproep in de wacht zetten en terughalen: 1) Druk op de toets Hold of op de menutoets Wacht om het gesprek in de wacht te zetten. 2) Als er slechts één oproep in de wacht wordt gezet, drukt u op de menutoets Uit wacht of op de toets Hold om het gesprek te vervolgen 3) Als er meer dan één oproep in de wacht is gezet, drukt u op de Accounttoets waaronder het gesprek in de wacht is gezet, om het eerste gesprek van op account te vervolgen. Indien er meerde gesprekken in de wacht staan selecteer dan met de toets Omhoog/Omlaag het gesprek dat u wilt vervolgen en druk vervolgens op de menutoets uit Wacht of de toets Hold zetten om het gesprek voort te zetten. Opmerking: Als door u een gesprek in de wacht is gezet en u legt de hoorn neer, dan wordt de gesprek op de luidspreker voortgezet en wordt er niet opgehangen

36 Basisfuncties Aankloppen Met deze functie kan uw telefoontoestel meerdere binnenkomende oproepen aannemen. Aankloppen inschakelen/uitschakelen via het telefoontoestel: 1) Druk op Menu->Opties->OK->Aankloppen->OK 2) Gebruik de navigatietoetsen of de menutoets Aan/Uit om aankloppen in of uit te schakelen. 3) Druk op de menutoets Opsl. om de wijzigingen op te slaan, druk op de toets Terug om terug te keren naar het vorige menu. Aankloppen inschakelen/uitschakelen via de webinterface: Kies Phone->Features->Call Waiting om de bijbehorende wijzigingen aan te brengen. Gesprek doorverbinden U kunt met uw telefoontoestel gesprekken naar een derde deelnemer doorverbinden. Er zijn twee manieren om een gesprek door te verbinden: aangekondigd doorverbinden en onaangekondigd doorverbinden. Een oproep onaangekondigd doorverbinden via het telefoontoestel: 1) Tijdens een gesprek druk op de toets R of de menutoets Doorverb. De oproep wordt in de wacht gezet en u hoort een kiestoon. Kies het bestemmings nummer waarna moet worden doorverbonden en druk op de toets Kiezen. 2) Verbreek de verbinding op om het doorverbinden te voltooien

37 Basisfuncties Een oproep aangekondigd doorverbinden via het telefoontoestel: 1) Tijdens een gesprek druk op de toets R of de menutoets Doorverb. De oproep wordt in de wacht gezet en u hoort een kiestoon. Kies het bestemmings nummer waarna moet worden doorverbonden en druk op de toets Kiezen. 2) Als het telefoontoestel wordt beantwoord, kunt u een ruggespraak houden zonder dat de eerste deelnemer dit hoort, vervolgens verbreekt u de verbinding om het doorverbinden te voltooien 3) De verbinding met het actieve gesprek wordt verbroken. Conferentie gesprek U kunt een conferentie gesprek tot stand brengen met twee andere deelnemers. Tijdens dit gesprek kunnen dus drie deelnemers met elkaar communiceren. Een conferentie tot stand brengen: 1) Druk tijdens een actief gesprek op de menutoets Confer. 2) Het eerste gesprek wordt in de wacht gezet. U hoort een kiestoon. 3) Kies het bestemmingnummer van de derde deelnemer die voor de conferentie wordt uitgenodigd en druk op de menutoets Kiezen. 4) Als de oproep wordt beantwoord door de derde deelnemer, zal het conferentie gesprek direct actief zijn 5) Hang op om de verbinding met alle deelnemers te verbreken. Bericht Het telefoontoestel ondersteunt het versturen van tekst berichten en Voic . Als u van deze mogelijkheid gebruik wilt maken, dan dient u te controleren of uw IP-PBX deze functionaliteiten ondersteunt

38 Basisfuncties Voic Voic berichten die op een server of IPPBX worden opgeslagen, zijn vanaf uw telefoontoestel toegankelijk. Nieuwe berichten worden zowel akoestisch als optisch weergegeven: Op het display zal de melding Nieuwe voic worden weergegeven: De toets zal gaan branden. De voic configureren via het telefoontoestel: 1) Druk op de toets, en vervolgens op menutoets OK om voic selecteren 2) Gebruik de navigatietoetsen om de account die u wilt instellen te selecteren, voer de voic code in die het telefoontoestel gebruikt om een verbinding met uw IPPBX te maken. Druk op de functietoets 123 om de juiste invoermodus te kiezen. 3) Druk op Opsl. om de wijzigingen op te slaan, druk op Terug om terug te keren naar het vorige menu. Opmerking: Neem contact op met uw systeembeheerder voor de voic code. Verschillende systemen hebben verschillende codes. Nieuwe voic ophalen via het telefoontoestel: 1) Druk direct op de menutoets Voic 2) U kunt worden gevraagd het wachtwoord in te voeren dat nodig is om een verbinding te maken met uw IP-PBX. Dit is afhankelijk van uw systeem 3) Uw voic wordt opgeroepen en u kunt uw nieuwe en oude berichten beluisteren. Opmerking: Voor het ophalen van de nieuwe voic dient u ervoor te zorgen dat de verbindingscode op het telefoontoestel is ingesteld

39 Basisfuncties Tekst berichten U kunt een tekst bericht op dezelfde wijze ophalen als een voic . Een nieuw tekst ophalen via het telefoontoestel: 1) Druk op de toets, selecteer via de navigatie toets SMS en druk op de menutoets OK 2) Gebruik de navigatietoets om de gewenste opties te selecteren en druk op OK. U kunt kiezen uit, Nieuw bericht, Postvak IN, Verzonden, Postvak Uit en Concept. 3) Druk op de menutoets Lezen om het desbetreffende bericht te openen en te lezen. Een SMS beantwoorden via het telefoontoestel: 1) Na het ophalen van het desbetreffende bericht, drukt u op de functietoets Beantwoorden. Gebruik de Ab3-menutoets om de invoermodus te wijzigen. 2) (Optioneel) Als meerdere lijnen op uw telefoon zijn geconfigureerd, selecteert u van welke lijn berichten moeten worden opgehaald uit de lijst met de navigatietoetsen en welke berichten eerst moeten verschijnen in verzendvolgorde. 3) Druk op de menutoets Verzenden. U bent verplicht een account te kiezen die kan worden gebruikt om het bericht te verzenden en het nummer waarnaar u het bericht wilt verzenden. 4) Druk op de menutoets Verzenden om het bericht te verzenden of druk op de functietoets Terug om terug te keren naar het vorige menu

40 Basisfuncties Een nieuw bericht bewerken via het telefoontoestel: 1) Druk op de toets BERICHT, blader naar Tekstbericht en druk op de menutoets OK. 2) Blader naar Nieuw bericht en druk op de functietoets OK. 3) Bewerk het nieuwe bericht met gebruik van de functietoets 123 om de invoermodus te wijzigen. 4) (Optioneel) Als meerdere lijnen op uw telefoon zijn geconfigureerd, selecteert u van welke lijn berichten moeten worden opgehaald uit de lijst met de navigatietoetsen en welke berichten eerst moeten verschijnen in verzendvolgorde. 5) Druk op de menutoets Verzenden om het bericht te verzenden of druk op de functietoets Terug om terug te keren naar het vorige menu. Het bericht wissen via het telefoontoestel: 1) Na het ophalen van het specifieke bericht drukt u op de menutoets Verwijderen. 2) U wordt verzocht om het verwijderen te bevestigen. Druk op de menutoets Ja om het bericht te verwijderen of druk op Nee om terug te keren naar het vorige menu. Het bericht bewerken via de webinterface: 1) Kies Telefoon->SMS. 2) Voer de accountinformatie, het doelnummer en de berichtinhoud in. 3) Druk op de toets Verzenden om het bericht te verzenden of druk op de toets Annuleren om de bewerking te annuleren. Opmerking: U kunt de berichtgeving niet uitvoeren via de webinterface, behalve de optie Bericht bewerken

41 Geavanceerde telefoonfuncties Geavanceerde telefoonfuncties Accountinstelling Raadpleeg het vorige onderdeel "Configuratie en Registratie" voor informatie betreffende de basis-accountinstelling. De volgende tabel vermeldt de instructie van het veld over de Geavanceerde accountinstelling. Veldnaam Beschrijving UDP Definieert of het UDP Keep-alive-mechanisme van het Keep-alive-bericht telefoontoestel moet worden geactiveerd. Standaard is deze ingeschakeld. UDP Deze parameter bepaalt hoe vaak het telefoontoestel een Keep-alive-interval pakket naar de SIP-server zal verzenden. Standaard is dit 30 seconden. Login Expire Deze parameter bepaalt de tijdfrequentie waarmee het (Aanmelding telefoontoestel de registratie vernieuwt. De standaardinstelling vervallen) is 3600 seconden. Lokale SIP-poort Lokale SIP-poort. De standaardwaarde is Lokale RTP-poort Definieert de lokale RTP-poort die het telefoontoestel zal beluisteren en verzenden. De standaardwaarde is RPoort SIP-sessietimer Abonneren Periode DTMF-type Met deze parameter kunt u de proxy configureren om antwoorden terug te zenden naar een bepaald adres en een bepaalde poort. Standaard is deze uitgeschakeld. Dit document definieert een uitbreiding naar het SIP-protocol (Session Initiation Protocol). Met deze uitbreiding kan een periodieke vernieuwing van de SIP-sessies plaatsvinden via een re-invite of UPDATE-verzoek. Het vernieuwen geeft zowel gebruikeragenten als -proxy's de mogelijkheid om te bepalen of de SIP-sessie nog steeds actief is. Met deze parameter kan de abonnementsperiode worden ingesteld. De standaardwaarde is Selecteer het DTMF-type

42 Geavanceerde telefoonfuncties U kunt alleen deze instellingen configureren via de webinterface. 1) Kies Account. 2) Selecteer de gewenste account. 3) Kies Geavanceerd om de bijbehorende instellingen uit te voeren. U kunt uw systeembeheerder raadplegen voor meer informatie. TLS TLS(Transport Layer Security), een IETF standaardtraceerprotocol (RFC 5246), dat is gebaseerd op de vroegere SSL-specificaties die zijn ontwikkeld door Netscape Corporation. Ga naar Account->Basis, kies Transportoptie. In het vervolgkeuzemenu kiest u de TLS-optie en klikt u vervolgens op de toets Bevestigen om de wijziging op te slaan. Netwerkinstelling LAN-instelling Raadpleeg het vorige onderdeel "Configuratie en Registratie" voor informatie betreffende de basisinformatie over de netwerk-wan-instelling. De volgende tabel vermeldt de instructie van het veld over de netwerk-lan-instelling

43 Geavanceerde telefoonfuncties Veldnaam Als Bridge Als Router IP-adres DHCP-server Start-IP Eind-IP Beschrijving Als u de Bridge-modus selecteert, worden de twee Fast Ethernet-poorten transparant. Als u de Router-modus selecteert, zal de STelefoontoestel als router werken De gebruiker kan het IP-adres van de LAN-poort configureren. Als u de DHCP-server inschakelt, zal het apparaat dat op de LAN-poort is aangesloten automatisch het IP-adres verkrijgen tussen het start-ip-adres en het eind-ip-adres. Geef het bereik van het IP-adres weer Geef het bereik van het IP-adres weer LAN-instellingen configureren via het telefoontoestel: 1) Druk op Menu->Instellingen->Geavanceerde instelling. 2) Voer het vereiste wachtwoord in, blader naar de Netwerkoptie, druk op de menutoets OK, selecteer de optie LAN-poort en druk op de menutoets OK. 3) Als u Bridge kiest, keert u terug naar het vorige menu. 4) Als u Router selecteert, wordt u verzocht IP-adres, Subnetmasker, DHCP-server inschakelen/uitschakelen op te geven. 5) Als u DHCP-server selecteert en op de menutoets OK drukt, kunt u de instelling van de DHCP-server configureren. 6) Hier kunt u de DHCP-server inschakelen/uitschakelen en het start- en eind-ip-adres invoeren. 7) Druk op de menutoets Opslaan om de wijzigingen op te slaan of druk op Terug om terug te keren naar het vorige menu. LAN-instellingen configureren via de webinterface: Kies Netwerk->LAN-instelling om de bijbehorende configuratie uit te voeren. U kunt uw systeembeheerder raadplegen voor meer informatie

44 Geavanceerde telefoonfuncties HTTPS Deze Telefoontoestel kan HTTPS (Hypertext Transfer Protocol over Secure Socket Layer) ondersteunen. Een SSL-laag onder HTTP toevoegen, kort gezegd, een beveiligingsversie van HTTP. De gebruikers kunnen deze transmissiemodus via de webpagina instellen. HTTPS-instellingen configureren via de webinterface: Ga naar Netwerk->Geavanceerd, kies Webserveroptie. Kies het veld Type in het vervolgkeuzemenu en selecteer de zendmodus. Klik daarna op de toets Bevestigen om de wijziging op te slaan. Opmerking: Voor meer gegevens over HTTPS kunt u contact opnemen met uw systeembeheerder

45 Geavanceerde telefoonfuncties Onderhoudstaken Administrator modus Het telefoontoestel beschikt over twee modi om het telefoontoestel te configureren: Gebruikersmodus Administrator modus Met de Administrator modus heeft u onbeperkt toegang tot het telefoontoestelconfiguratie in de web- en het telefoontoestel. De gebruikersmodus heeft geen toegang tot de instellingen in het telefoontoestel, zoals: Accounts, Netwerk, Herstellen naar fabrieksinstellingen, overige telefooninstellingen. Admin-/Gebruikerswachtwoord Met de administrator modus heeft u onbeperkt toegang tot het telefoontoestelconfiguratie, zowel op de web- als op het telefoontoestel. Het administrator/ gebruikerswachtwoord wordt gebruikt voor toegang tot: webinterface samen met de gebruikersnaam. de geavanceerde instellingen van het telefoontoestel, zoals Netwerk, Account, Herstellen naar fabrieksinstellingen instellingen via het telefoontoestel. Het standaard administrator wachtwoord is admin. De gebruikersnaam om toegang te krijgen tot de webinterface is admin. Het administrator wachtwoord wijzigen via het telefoontoestel: 1) Druk op de functietoetsen Menu, blader naar Instellingen, druk op de functietoets OK en gebruik de navigatietoetsen om Geavanceerde instellingen te markeren. 2) U wordt verzocht om het vereiste wachtwoord in te voeren. Het standaardwachtwoord is admin. 3) Blader naar administrator wachtwoord instellen en druk op de menutoets OK. 4) U wordt verzocht het oude en nieuwe wachtwoord in te voeren. Druk op de menutoets Ab3 om de invoermodus te wijzigen. 5) Druk op de menutoets OK om de wijziging te bevestigen of op Annuleren om terug te keren naar het vorige menu

46 Geavanceerde telefoonfuncties Het administator wachtwoord wijzigen via de webinterface: Kies Beveiliging-> Wachtwoord->admin, voer het oude en nieuwe wachtwoord in, klik op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan of druk op de toets Annuleren om de wijzigingen te annuleren. Opnieuw starten U moet het telefoontoestel opnieuw opstarten als dit wordt verzocht, bijv. na het aanbrengen van wijzigingen aan het telefoontoestelconfiguratie. Opnieuw opstarten via de webinterface: 1) Kies Upgrade->Basis. 2) Klik op de toets Opnieuw opstarten. Let op: U kunt alleen opnieuw opstarten vanaf de webinterface. Schakel het telefoontoestel niet uit tijdens het opnieuw opstarten. Hierdoor kan een flash-geheugenfout optreden. Herstellen naar fabrieksinstellingen U moet het telefoontoestel uitsluitend herstellen in het volgende geval: het telefoontoestelconfiguratie is gewijzigd en het telefoontoestel functioneert niet meer. Om de configuratie van het telefoontoestel te behouden, dient u contact op te nemen met uw systeembeheerder of serviceprovider voor eventueel advies. Herstellen naar fabrieksinstellingen via het telefoontoestel: 1) Druk op de functietoetsen Menu, blader naar Instellingen, druk op de functietoets OK en gebruik de navigatietoetsen om Geavanceerde instellingen te markeren. 2) U wordt verzocht om het vereiste wachtwoord in te voeren. Het standaardwachtwoord is admin. 3) Blader naar Herstellen naar fabrieksinstellingen en druk op de menutoets OK. 4) U wordt verzocht om de wijziging te bevestigen. Druk op de menutoets OK om de instellingen naar fabriekinstellingen te herstellen of druk op Annuleren om terug te keren naar het vorige menu. 5) Het zal enige minuten duren om het opnieuw instellen uit te voeren. Schakel het telefoontoestel niet uit tijdens het herstellen, anders zal er een flash-geheugenfout optreden

47 Geavanceerde telefoonfuncties Herstellen naar fabrieksinstellingen via de webinterface: 1) Kies Upgrade->Basis. 2) Klik op de toets Herstellen naar fabrieksinstellingen. Let op: 1. Als u bevestigt, zullen alle wijzigingen in de huidige instellingen, inclusief de lijst met contactpersonen, oproephistorie, accountinstellingen enz. verloren gaan. Om dit te voorkomen dient u eerst de configuratie te exporteren als u oude configuraties na het herstellen wilt importeren. Anders moet uw telefoon handmatig opnieuw worden geconfigureerd, tenzij mass-provisioning wordt gebruikt! 2. Als het telefoontoestel zich in inactieve status bevindt, drukt u gedurende twee seconden op de toets OK. Vervolgens zal het telefoontoestel u verzoeken om de instellingen naar fabriekinstellingen te herstellen. Druk op OK om te configureren. Het oude configuratiebestand exporteren/importeren via de webinterface: 1) Kies Upgrade->Geavanceerd, selecteer Configuratie importeren/exporteren, klik op de toets Exporteren om het bestand naar uw lokale computer te exporteren. 2) Kies Upgrade->Geavanceerd, selecteer Configuratie importeren/exporteren, klik op de toets Bladeren en selecteer het specifieke configuratiebestand op uw lokale computer. Klik vervolgens op de toets Importeren. 3) Het zal enige minuten duren om het opnieuw instellen uit te voeren. Schakel het telefoontoestel niet uit tijdens het herstellen, anders zal er een flash-geheugenfout optreden. Firmware-update Het telefoontoestel wordt geleverd met vooraf geïnstalleerde firmware waarmee uw telefoon zonder problemen functioneert. Als u de firmware van uw telefoon wilt bijwerken, dient u contact op te nemen met uw systeembeheerder. U kunt de firmware alleen bijwerken via de webinterface. De firmware handmatig bijwerken via de webinterface: 1) Kies Upgrade->Basis->Bladeren, selecteer het firmwarebestand op uw lokale computer. 2) Klik op de toets Upgrade om de nieuwe firmware bij te werken. 3) Schakel het telefoontoestel niet uit tijdens het bijwerken

48 Geavanceerde telefoonfuncties De firmware automatisch bijwerken via de webinterface: 1) Kies Upgrade->Geavanceerd, configureer de bijbehorende instellingen: Aangepast optietype, URL, Controleren op nieuwe firmware, Account/wachtwoord, periode, ASE-code. 2) Klik op de toets Bevestigen. Het telefoontoestel zal nu op een bepaald tijdstip de server controleren op nieuwe firmware en zal deze automatisch bijwerken als er nieuwe firmware beschikbaar is. 3) U kunt de firmware ook direct bijwerken door op de toets Auto-provision te klikken. De parameters van de Auto-provision: Parameter Aangepast optietype URL Controleren op nieuwe config Planning Beschrijving Selecteer een tekenreeks of IP-adres voor auto-provisioning. Het telefoontoestel kan worden bijgewerkt via TFTP, FTP of HTTP IP-adres of URL of auto provisioning-server. Bijvoorbeeld; IP-adres: of tekenreeks: U kunt een periode definiëren waarin uw telefoon controleert op nieuwe firmware op de server: Inschakelen, Herhaaldelijk, Wekelijks, Inschakelen + Herhaaldelijk, Inschakelen + Wekelijks en Uitgeschakeld. U kunt de periode voor het controleren van het telefoontoestel op en het eventueel bijwerken met de nieuwe firmware opgeven in dagen. Het bereik is 1 tot 30 dagen. Opmerking: 1. Elke stroomonderbreking tijdens de volgende procedure zal zeer waarschijnlijk een flash-geheugenfout veroorzaken. Als gevolg hiervan kan het systeem niet meer opnieuw opstarten. De procedure kan uitsluitend in administrator modus worden uitgevoerd. 2. Als het bijwerken is mislukt, kunt u de voedingsadapter opnieuw aansluiten en gedurende drie seconden op de luidsprekertoets drukken. Het telefoontoestel zal de interface van de accountconfiguratie openen. Gebruikers kunnen de accountinformatie van het telefoontoestel hier opnieuw configureren. Druk vervolgens op de toets OK om de wijzigingen op te slaan. Decodering Deze Telefoontoestel kan y cfg en mac.cfg bestandscodering en -decodering ondersteunen voor gebruikersverificatie teneinde beveiligingsgebruik te realiseren. Als er gecodeerde y cfg- of mac.cfg-bestanden op de server staan, kan de gebruiker de webpagina van uw Telefoontoestel openen. Ga naar Upgrade->Geavanceerd, kies de opgegeven AES-code (voor y cfg) en de optie Per-telefoon AES-code (voor mac.cfg) en vul deze in. Klik vervolgens op de toets Bevestigen om de bestanden te decoderen en bij te werken naar de nieuwe versie. Dit wordt hieronder weergegeven:

49 Geavanceerde telefoonfuncties Opmerking: U kunt uw systeembeheerder vragen naar het wachtwoord voor het decoderen. Systeemlogboek exporteren Als er enige fouten optreden bij uw telefoon, kunt u het systeemlogboek exporteren en naar uw systeembeheerder verzenden voor diagnose. Het systeemlogboek exporteren: Kies Upgrade->Geavanceerd, selecteer Systeemlogboek exporteren, klik vervolgens op de toets Exporteren om het bestand naar uw lokale computer te exporteren

50 Geavanceerde telefoonfuncties Configuratie programmeerbare toetsen Het telefoontoestel heeft tien programmeerbare toetsen waarmee u max. 21 functies per toets kunt instellen. De volgende lijst toont de functies die u onder de programmeerbare toetsen kunt instellen en geeft een omschrijving van elke functie. De standaardconfiguratie voor elke toets is Niet van toepassing. Dit betekent dat de toets voor geen enkele functie is ingesteld. Nvt. BLF Lijn Snelkiezen Intercom URL BLA Conferentie Omleiden Doorverbinden Vergrendelen DND (niet storen) Nummerherhaling Oproep terugbellen Oproep aannemen Oproep parkeren Groepvermelding SMS Voic Aangepast Publiek in de wacht Privé in de wacht Opmerking: 1. Snelle toegangsfuncties zoals Intercom en Voic moeten eerst op uw telefooncentrale worden geconfigureerd om vervolgens te kunnen functioneren op uw telefoon. Raadpleeg uw systeembeheerder voor meer informatie. 2. Gebruikers kunnen ook verbinding maken met EXP38 om de programmeerbare toetsen uit te breiden tot 38 of meer

51 BLF Geavanceerde telefoonfuncties U kunt de toets voor Busy Lamp Field (BLF) configureren. Hiermee kunt u de status (inactief, gaat over of bezet) controleren van overige SIP-accounts. Gebruiker kan een gesprek tot stand brengen op een BLF-geconfigureerde toets. De toets als BLF toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Geheugentoets. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens BLF in de lijst kunt selecteren. 2) In het veld "Lijn" selecteert u een lijn waaraan deze toets moet worden toegewezen en vervolgens voert u het toestelnummer in dat u wilt controleren. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan. Raadpleeg de LED-Instructie voor meer details over de LED-status in verschillende situaties. Opmerking: In de webinterface kunt u het pickup-nummer instellen om de pickup-functie te activeren. Als u bijvoorbeeld het BLF-nummer als 212 instelt en het pickup-nummer *83 is, drukt u bij een binnenkomende oproep op 212 op de BLF-toets. Deze zal automatisch de *83 oproepen om de inkomende oproep op 212 aan te nemen. Lijn U kunt deze toetsen als Accunt-toetsen instellen om max. 16-gebruikersaccounts te activeren. De toets als Lijn toewijzen: Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens Lijn in de lijst kunt selecteren. Druk vervolgens op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan. Snelkiezen U kunt de toets configureren als een vereenvoudigde snelkiestoets. Met deze toetsfunctie heeft u gemakkelijk toegang tot uw meest gekozen nummers. De toets als Snelkiestoets toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens Snelkiezen uit de lijst kunt selecteren. 2) In het veld "Lijn" selecteert u een lijn waaraan deze toets moet worden toegewezen, in het veld "Nummer" voert u vervolgens het toestelnummer in dat u als snelkiesnummer wilt opslaan. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan

52 Geavanceerde telefoonfuncties Intercom U kunt de toets voor de Intercom-modus configureren. Dit is praktisch in een kantooromgeving als snelle toegang om verbinding te maken met de receptie of het secretariaat. De toets als Intercom toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens Intercom in de lijst kunt selecteren. 2) In het veld "Lijn" selecteert u een lijn waaraan u deze toets wilt toewijzen. De standaardoptie is Auto. Dit betekent dat de toets automatisch zal overeenkomen met de account. Voer het gewenste toestelnummer in dat u als intercom wilt gebruiken. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan. Let op: Uw IPPBX moet deze functie ondersteunen. Zorg dat het intercomtoestel de functie Automatisch beantwoorden mogelijk maakt. URL Als de code als URL is geconfigureerd en u op deze toets drukt, kunt u de HTTP-verzoeken naar een webserver verzenden. De toets als URL toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Geheugentoets. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens URL in de lijst kunt selecteren. 2) Voer het gewenste toestelnummer in dat u als URL in het veld Toestel wilt instellen. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan BLA Met de functie Bridged Line Appearance (BLA) kunnen abonnees de SIP-lijnen delen en ook de status van de gedeelde lijn controleren. Als een gebruiker een uitgaande oproep maakt met een dergelijke weergave, zullen alle leden die tot de desbetreffende BLA-groep horen op de hoogte van dit gebruik worden gesteld en worden geblokkeerd tegen het gebruik van deze lijn totdat deze terugkeert naar de inactieve status of als de oproep in de wacht wordt geplaatst. Op dezelfde manier zullen alle leden van de BLA-groep op de hoogte worden gesteld van een inkomende oproep en kan de oproep worden geaccepteerd als een lijnweergave, gekoppeld aan het BLA-toestel

53 Geavanceerde telefoonfuncties De toets als BLA toewijzen: 1) Kies Phone> DSS-toets -> Memory key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens BLA in de lijst kunt selecteren. 2) In het veld "Lijn" selecteert u een lijn waaraan u deze toets wilt toewijzen. De standaardoptie is Auto. Dit betekent dat de toets automatisch zal overeenkomen met de account. Voer het gewenste toestelnummer in dat u als intercom wilt gebruiken. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Conferentie U kunt de programmeerbare toets configureren als conferentie-toets. Met deze toets kan een gebruiker tijdens een gesprek een conferentie opzetten met een andere deelnemer op een vooraf ingesteld nummer. De toets als Conferentie toewijzen: 4) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Conferentie 5) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Omleiden Als de toets wordt geconfigureerd als Omleiden, drukt u op deze toets in inactieve status. Het telefoontoestel zal terugkeren naar de pagina Altijd omleiden. Nu kunt u het nummer waarnaar moet worden doorgeschakeld instellen. Als er een oproep op dit toestelnummer inkomt, wordt het automatisch naar het ingestelde nummer doorgeschakeld. De toets als Omleiden toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Keyof Lijntoets. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Omleiden uit de lijst. 2) Voer het gewenste toestelnummer in dat u als Omleiden in het veld Toestel wilt instellen. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan

54 Geavanceerde telefoonfuncties Doorverbinden U kunt de toets configureren als Doorverbinden om blind / begeleid door te verbinden. De toets als Doorverbinden toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line toets. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Doorverbinden in de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan In de wacht De toets kan worden geconfigureerd als In de wacht. U kunt deze toets gebruiken om een oproep tijdens een gesprek in de wacht te zetten of op te halen. De toets als In de wacht toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory key of Line toets. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u In de wacht in de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan DND (niet storen) Als de toets wordt geconfigureerd als DND-toets, kunt u de DND-functie direct activeren zodra u op deze toets drukt. Druk nogmaals om de DND-modus uit te schakelen. De toets als DND toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u DND in de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan

55 Geavanceerde telefoonfuncties Nummerherhaling Als de toets wordt geconfigureerd als Nummerherhaling, drukt u op de toets in inactieve status. Het laatst gekozen nummer wordt nu weergegeven. U kunt vervolgens een speciale lijn kiezen door de account toetsen in te drukken. De toets als Nummerherhaling toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Nummerherhaling in de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Oproep terugbellen Als de toets wordt geconfigureerd als Oproep terugbellen, kunt u de laatst ontvangen oproep terugbellen. De toets als Oproep terugbellen toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Oproep terugbellen in de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Oproep aannemen Als u een toets als Direct aannemen insteld, dient u het toestel dat u wilt controleren, op te geven. Als vervolgens het gecontroleerde toestel een oproep ontvangt, drukt u op de toets om de oproep aan te nemen. Als het gecontroleerde toestel meerdere inkomende oproepen gelijktijdig ontvangt, geeft de GI van het telefoontoestel een lijst met binnenkomende oproepen weer. U selecteert een oproep in deze lijst om de gesprek te beginnen. De toets als Direct aannemen toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Direct aannemen in de lijst. 2) In het veld "Lijn" selecteert u een lijn waaraan deze toets moet worden toegewezen en vervolgens voert u het toestelnummer in dat u wilt aannemen. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan

56 Geavanceerde telefoonfuncties Oproep parkeren Oproep parkeren is een functie waarmee iemand een oproep in de wacht kan zetten op een telefoontoestel en de gesprek kan voortzetten op een ander telefoontoestel. De functie Oproep parkeren" wordt geactiveerd door een vooraf geprogrammeerde toets of een speciale combinatie van toetsen in te drukken. Dit draagt de huidige gesprek over naar een ongebruikt toestelnummer en plaatst de gesprek direct in de wacht. Het telefoonsysteem zal vervolgens het toestelnummer van de geparkeerde oproep weergeven zodat de oproep later kan worden opgehaald. De toets als Direct aannemen toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Oproep parkeren in de lijst. 2) In het veld "Lijn" selecteert u een lijn waaraan deze toets moet worden toegewezen en vervolgens voert u het toestelnummer in dat u wilt parkeren. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Groepvermelding Als de toets wordt geconfigureerd als groepvermelding, kunt u de luidspreker en hoorn/headset-modus gelijktijdig gebruiken. Dit is praktisch voor de groepgesprek waarbij zich meer dan één persoon aan een zijde bevindt. U kunt spreken en luisteren via de hoorn/headset, en ondertussen kunnen de overige personen de luidspreker gebruiken om te spreken en te luisteren. Door nogmaals op de toets te drukken, keert u terug naar de vorige modus. De toets als Groepvermelding toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Groepvermelding in de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan

57 Geavanceerde telefoonfuncties SMS Als de toets wordt geconfigureerd als SMS krijgt u snel toegang tot SMS door op deze toets te drukken. De toets als SMS toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent uit de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u SMS uit de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Voic Als de toets wordt geconfigureerd als Voic krijgt u snel toegang tot voic door op deze toets te drukken. De toets als Voic toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Voic in de lijst. 2) In het veld "Lijn" selecteert u een lijn waaraan deze toets moet worden toegewezen en vervolgens voert u het toestelnummer in dat u wilt instellen als voic . 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Aangepast U kunt het gewenste DTMF-nummer tijdens de gesprek verzenden. Het nummer moet vooraf zijn ingesteld. De toets als Aangepast toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory Key of Line key Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Aangepast in de lijst. 2) In het veld Toestel voert u het specifieke nummer in. 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan

58 Geavanceerde telefoonfuncties Public Hold De toets kan worden geconfigureerd als Publiek in de wacht. Tijdens een gesprek kunnen alle leden die tot deze bepaalde BLA-groep horen deze toets gebruiken om een oproep in de wacht te zetten of op te halen. De toets als Publiek in de wacht toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Publiek in de wacht in de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Private Hold De toets kan worden geconfigureerd als Privé in de wacht. Tijdens een gesprek kunnen alle leden die tot deze bepaalde BLA-groep horen deze toets gebruiken om een oproep in de wacht te zetten, maar alleen de initiatiefnemer kan de oproep weer ophalen. De toets als Privé in de wacht toewijzen: 1) Kies Phone-> DSS-toets -> Memory key. Kies één van de toetsen die u wilt toewijzen. Er is een vervolgkeuzemenu in het veld Type waarin u vervolgens KeyEvent in de lijst kunt selecteren. In het veld Modus, opent u het vervolgkeuzemenu en kiest u Privé in de wacht in de lijst. 2) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan Tooninstellingen U kunt de frequentie en tijd van alle volgende tonen instellen: Kiezen Terugbellen Bezet Verstopping Aankloppen Nummerherhaling kiezen Opnemen Info Bericht Automatisch aannemen

59 Geavanceerde telefoonfuncties Het veld Tonen bewerken via de webinterface: 1) Kies Telefoon->Tonen. 2) Voer de frequentie en tijd (in ms) in de volgende opmaak in: Frequentie /tijdperiode (bijvoorbeeld 400/200). 3) Druk op de toets Bevestigen om de wijzigingen op te slaan. Druk op Annuleren om de wijziging te annuleren. Opmerking: 1. Neem contact op met uw systeembeheerder voor meer informatie over de frequentie- en tijdparameters. U kunt max. 8 groepen voor elke toon instellen. 2. Als de frequentie is ingesteld op 0, betekent dit stil

60 Probleem oplossen Probleem oplossen Ik kan mij niet registreren bij de server. 1) Controleer het IP-adres van het telefoontoestel. Als u uw WAN-poort in DHCP-modus instelt, dient u te controleren of uw DHCP-server is ingeschakeld. 2) Controleer uw gateway instelling. 3) Controleer uw DNS-server instelling. 4) Controleer of de accountinformatie dezelfde is als de informatie die in uw IPPBX bepaald is. 5) Controleer of de SIP-server is ingeschakeld. 6) Controleer de SIP-registratiepoort. Standaardwaarde is Ik kan geen IP-adres verkrijgen. 1) Controleer of u de Ethernet-kabel op de WAN-poort heeft aangesloten. 2) Controleer of de DHCP-server is ingeschakeld en of er beschikbare IP-adressen in de server aanwezig zijn. 3) Probeer uw WAN-poort in te stellen op als statische IP-client. Tijdens een oproep kan ik niets horen. 1) Controleer of uw hoorn goed is aangesloten op het telefoontoestel. 2) Raadpleeg de uitgaande server instellingen bij uw ISP. Heeft u een DTMF-probleem? 1) Controleer welk type DTMF u gebruikt en of deze met de server compatibel is. 2) Raadpleeg de payload waarde bij uw ISP. Hoe kan ik de tijd wijzigen? Selecteer de correcte tijdzone of voer de tijd handmatig in via de webinterface of het telefoontoestel. Hoe kan ik binnenkomende oproepen beantwoorden tijdens een gesprek? Als u een tweede oproep ontvangt tijdens een gesprek, selecteerd u het inkomende gesprek en drukt u op de toets Aannemen/Beantw om de binnenkomende oproep te beantwoorden. Hoe kan ik binnenkomende oproepen weigeren tijdens een gesprek? U kunt de functie Aankloppen uitschakelen. Daarna zal het telefoontoestel alle binnenkomende oproepen weigeren wanneer u in gesprek bent

61 Probleem oplossen Hoe kan ik een SMS verzenden? U kunt een SMS bewerken of aanmaken in het menu-> Berichten -> SMS. Let op: Controleer of de SIP-server waarop u zich heeft geregistreerd, tekst berichten versturen ondersteunt. Hoe kan ik de firmware bijwerken? 1) De tiptel IP 286 en de IP 284 maken gebruik van een update server. Deze zorgt ervoor dat het telefoontoestel bij aansluiten altijd op de laatste firmware stand ophaald. De update server bevind zich op 2) Voer de IP adres in het telefoontoestel in de webbrowser van uw PC. Ga naar Upgrade en zoek de optie "Firmware selecteren en bijwerken" onderaan de pagina. 3) Selecteer het bij te werken bestand en klik op de toets Upgrade. Let op: Controleer of de geselecteerde firmware door uw serviceprovider wordt verstrekt, anders zal het apparaat waarschijnlijk crashen na de update. Hoe kan ik auto provision uitvoeren? Raadpleeg het uw wederverkoper

62 Bijlage Bijlage Service Mochten er toch problemen voordoen of heeft u vragen over de bediening van het toestel, wendt u zich dan a.u.b. tot uw dealer. Deze is in de garantieperiode uw contactpersoon. Tiptel heeft voor technische ondersteuning van de dealers een telefoonnummer ingesteld, zodat deze u vakkundig kan adviseren. Wanneer uw dealer u niet verder kan helpen, kunt u zich ook direct tot Tiptel wenden. Een eerste informatie krijgt u op onze hierna genoemde internetpagina s in de rubriek Support onder FAQ vaak gestelde vragen. Bovendien kunt u onze ervaren medewerkers van de technische ondersteuning ook per , fax of telefonisch tijdens de aangegeven tijden bereiken. In Nederland technischedienst@tiptel.nl In België tech@tiptel.be tot uur (ma-vr) en (ma-vr) Telefoon 0900 BELTIPTEL of ( 0,50 p/m, max. 25,00) Telefax Telefoon 0903 / (1,12 Euro/min) Telefax Garantie Dit toestel wordt geleverd met een uitgebreide garantie van 12 maanden met uitsluiting van schadevergoeding, wijzigingen of andere eisen. Met betrekking tot deze garantie geven wij gratis vervanging of reparatie van de onderdelen die door productie of materiaalfouten zijn ontstaan. Voor beschadigingen en storingen die door onjuist gebruik of transport zijn ontstaan, kunnen wij niet verantwoordelijk worden gesteld. De storingen of beschadigingen betreffende dit toestel, kunt u melden bij uw dealer. Reparaties kunnen en mogen alleen door de fabrikant worden uitgevoerd. Bij een garantiereparatie is noch voor de vervangen onderdelen noch voor het toestel zelf, sprake van een verlenging met betrekking tot de garantie. Deze garantie is niet overdraagbaar en vervalt als het toestel wordt doorverkocht. Zij vervalt ook indien reparaties worden uitgevoerd door derden. Aanvullend zijn hier de algemeen geldende bedrijfsvoorwaarden van Tiptel van toepassing. Bij schade of storingen dient u het toestel, via uw dealer, naar ons op te sturen, inclusief een beschrijving van de schade of storing en het aankoopbewijs

63 Bijlage De garantie vervalt wanneer: de typesticker of de garantiesticker (de garantiezegel op de behuizingsschroef) verwijderd of beschadigd is; het geen fabrieksfout is; de gebruiksaanwijzing niet is geraadpleegd (bedieningsfout); de aankoopbon niet overlegd kan worden en/of gewijzigd is; reparaties die door anderen dan Tiptel zijn verricht; gegevens op de herkomststicker van Tiptel zijn gewijzigd of verwijderd; de tiptel IP 286 of gebruikt wordt in combinatie met apparatuur die niet voldoet aan de overige wettelijke geldende eisen; een defect een gevolg is van externe (buiten het toestel gelegen) oorzaken, bijvoorbeeld blikseminslag, overspanning, wateroverlast of brand. Schoonmaken Maak de buitenkant van de behuizing alleen met een zachte, licht bevochtigde doek of een antistatische doek schoon. Gebruik geen droge of natte doeken. Gebruik geen oplos-, poets-, of schuurmiddelen. Toestel correct verwijderen Dit merkteken, dat ook op het toestel staat, duidt erop dat het toestel aan het einde van zijn gebruiksduur niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mag worden. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u dit toestel van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen. Daarmee wordt duurzaam hergebruik van materiaalbronnen bevorderd. Als u het toestel wilt verwijderen, neem dan contact op met het verkooppunt waar u het toestel heeft gekocht of met de gemeente waar u woont om te vernemen waar en hoe u dit product milieuvriendelijk kunt laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomsten nalezen. Vermeng dit product voor verwijdering niet met ander bedrijfsafval

64 EG-verklaring van conformiteit volgens richtlijn 1999/5/EC Declaration of conformity according to regulation 1999/5/EC Hiermee wordt verklaard dat het volgende product Declares hereby for the following product tiptel IP 286 Voldoet aan de essentiële en andere relevante eisen volgens artikel 3 van de Europese Richtlijnen voor Radio en Telecommunicatie eindapparatuur (R&TTE Directive 1999/5/EC). Complies with the basic requirements of the regulation R&TTE Directive 1999/5/EC, article 3 and the other relevant rules and instructions related to it. De bescherming van de gezondheid en veiligheid volgens de richtlijn LV-Directive 2006/95/EC is geëvalueerd op basis van de volgende specificaties: The safety of the product according to regulation LV-Directive 2006/95/EC was evaluated on the basis of the following regulations: EN :2006 De Electromagnetische Compatibiliteit (EMC) volgens de richtlijn EMC Directive 2004/108/EC is geëvalueerd op basis van de volgende specificaties: The electro-magnetic compatibility of the product according to regulation EMC Directive 2004/108/EC was evaluated on the basis of the following regulations: EN 55022: 2006 Class B EN 55024: 1998+A1: 2001+A2: 2003 Deze conformiteit verklaring is opgemaakt: This declaration of conformity is made by: Almere, C.Heide Directeur CEO

65 EG-verklaring van conformiteit volgens richtlijn 1999/5/EC Declaration of conformity according to regulation 1999/5/EC Hiermee wordt verklaard dat het volgende product Declares hereby for the following product Voldoet aan de essentiële en andere relevante eisen volgens artikel 3 van de Europese Richtlijnen voor Radio en Telecommunicatie eindapparatuur (R&TTE Directive 1999/5/EC). Complies with the basic requirements of the regulation R&TTE Directive 1999/5/EC, article 3 and the other relevant rules and instructions related to it. De bescherming van de gezondheid en veiligheid volgens de richtlijn LV-Directive 2006/95/EC is geëvalueerd op basis van de volgende specificaties: The safety of the product according to regulation LV-Directive 2006/95/EC was evaluated on the basis of the following regulations: EN :2006 De Electromagnetische Compatibiliteit (EMC) volgens de richtlijn EMC Directive 2004/108/EC is geëvalueerd op basis van de volgende specificaties: The electro-magnetic compatibility of the product according to regulation EMC Directive 2004/108/EC was evaluated on the basis of the following regulations: EN 55022: 2006 Class B EN 55024: 1998+A1: 2001+A2: 2003 Deze conformiteit verklaring is opgemaakt: This declaration of conformity is made by: Almere, C.Heide Directeur CEO