HUISHOUDELIJK REGLEMENT behorende bij de Statuten van de Vereniging

Transcriptie

1 HUISHOUDELIJK REGLEMENT behorende bij de Statuten van de Vereniging Schola Cantorum Karolus Magnus Doel Artikel 1 De vereniging Schola Cantorum Karolus Magnus (verder te noemen: de schola ) stelt zich ten doel: 1. het bewaren, zorgvuldig bestuderen, op hoog niveau uitvoeren en uitdragen van de authentieke gregoriaanse zang als kostbaar cultureel, spiritueel en liturgisch erfgoed; 2. de onderlinge band tussen de leden, die zijn oorsprong vindt in de liefde voor het gregoriaans, te bevorderen en te verdiepen. Taak Artikel 2 Om deze doelstelling te verwezenlijken rekent de schola zich tot taak: 1. vanuit de bestudering van de gregoriaanse gezangen moderne, semiologische inzichten naar vermogen te implementeren; 2. uitvoeringen te verzorgen, via concerten en liturgische bijeenkomsten, die muzikaal en zangtechnisch behoren tot de beste die in Nederland bekend zijn; 3. projecten en liturgische vieringen te ontwikkelen waarin het aloude gregoriaans in een moderne context gepresenteerd wordt; 4. de verworvenheden van de semiologie te verspreiden door middel van cursussen, studiedagen, workshops, publicaties, website e.d. 5. vrienden te recruteren die door middel van een jaarlijkse donatie de projecten van de schola ondersteunen Middelen en contributie Artikel 3 1. Voor het realiseren van haar doelstelling maakt de schola gebruik van - de middelen die Vrienden van de Schola Cantorum Karolus Magnus ter beschikking stellen; - de middelen die worden verkregen door de verzorging van zang bij begrafenissen en uitvoering van concerten; - de contributiegelden van de leden. Onder contributie wordt verstaan de jaarlijkse geldelijke bijdrage, volgens de statuten aan de vereniging verschuldigd door de gewone leden-zangers. Leden Artikel 4 1. De schola kent een dirigent, gewone leden-zangers (verder te noemen: leden ), aspirantleden, buitengewone leden en ereleden. 2. De dirigent (artikel 12) is adviseur van het bestuur van de schola. 3. Leden worden na een aspirant lidmaatschap (artikel 4.5) mede op basis van een zangtechnisch oordeel van de dirigent door het bestuur toegelaten [art.5.1]. 1

2 4. Aspirant-lid is degene die na schriftelijke aanmelding door het bestuur is toegelaten. Artikel 8 van de statuten heeft een en ander geregeld. 5. Erelid is degene die zich vele jaren op bijzondere wijze heeft ingespannen voor de realisering van de doelstelling van de schola, en vervolgens op voordracht van het bestuur door de meerderheid van de ledenvergadering als erelid wordt benoemd. 6. Lid van verdienste is degene die heeft bijgedragen aan de realisering van de doelstelling van de schola, en vervolgens op voordracht van het bestuur door de meerderheid van de ledenvergadering als lid van verdienste wordt benoemd. 7. Buitengewone leden kunnen zijn degenen die als oud-leden ontheven zijn van hun verplichtingen om als zangers te participeren en zijn toegelaten conform het bepaalde in artikel 7, vijfde lid [statuten]. 8. De leden zijn contributieplichtig. Dirigent Artikel 5 1. De muzikale leiding van de schola is in handen van de dirigent. 2. De dirigent wordt benoemd, geschorst en ontslagen door het bestuur, steeds in uitdrukkelijke overeenstemming met de ledenvergadering. 3. Van de dirigent wordt verwacht dat hij op de hoogte is van de laatste ontwikkelingen inzake het gregoriaans en vervolgens in staat is die te implementeren in de muziek en in de directie tot uitdrukking te brengen. De dirigent heeft ook tot taak de schola zangtechnisch op peil te houden. 4. Voor de bevordering van de zangkwaliteit wordt iemand benoemd als vocal coach van de dirigent; hij dient het niveau van de zanger vast te stellen en tevens diens ontwikkelingskansen. 5. De dirigent wordt in de gelegenheid gesteld desgewenst cursussen te volgen. De dirigent ontvangt een vergoeding van de Vereniging. Hij dient onkostendeclaraties in te dienen bij de penningmeester van de vereniging. 6. Het jaarprogramma van de schola wordt door het bestuur in overleg met de dirigent vastgesteld. De dirigent legt het hiermee samenhangende repetitieschema van de schola aan het bestuur voor ter vaststelling. Daarnaast wordt bij elke repetitie indien mogelijk het programma van de volgende repetitie kenbaar gemaakt. 7. De dirigent neemt deel aan de bestuursvergadering en algemene vergaderingen van de schola (zonder stemrecht). 8. In overleg met het bestuur kan de dirigent zangers / instrumentalisten die geen lid van de schola zijn, uitnodigen hun medewerking aan de muzikale activiteiten van de schola te verlenen. Leden Artikel 6 1. De leden dienen aanwezig te zijn bij repetities en uitvoeringen. Verhindering wordt tijdig gemeld aan de dirigent. 2. Artikel 7 lid 3 van de statuten bepaalt de opzeggingsprocedure door het bestuur van een lid. Dit dient te geschieden met opgave van redenen. 3. De verplichtingen en vereisten waaraan een lid moet voldoen zijn: a. Van de leden wordt naar vermogen bereidheid verwacht taken die het bestuur stelt op zich te nemen en te vervullen. De leden beschikken over door de schola beschikbaar gestelde middelen; deze betreffen bladmuziek, een muziekstandaard (met verlichting) en kleding zoals vereist bij bepaalde gelegenheden alsmede een zilveren SCKM speld. Behalve de bladmuziek blijven alle 2

3 genoemde middelen eigendom van de vereniging. Zij dienen met zorg beheerd te worden en bij beëindiging van het lidmaatschap geretourneerd.. In geval een lid de hem bij installatie uitgereikte speld verliest, kunnen de kosten voor het vervaardigen van een nieuwe speld eenmalig voor rekening van de vereniging worden gebracht. Bij een hernieuwd geval van verlies komen de kosten voor de drager. b. De leden verdiepen zich in de semiologie van het gregoriaans, met name vanwege de daarmee samenhangende wijze van zingen. Ook dienen zij op de hoogte te zijn van de betekenis van de Latijnse teksten. c. De leden beschikken over de vereiste zangtechniek en moeten bereid zijn op advies van de dirigent zangles te nemen. d. Elk jaar wordt de voortgang van een lid bepaald. Daartoe heeft de vocal coach een gesprek met elk lid afzonderlijk. Centraal staat dat ieder binnen zijn mogelijkheden een ontwikkeling doormaakt en de eerder gegeven adviezen opvolgt. Een verkort voortgangsverslag wordt aan het bestuur beschikbaar gesteld, de uitvoerige versie heeft een vertrouwelijk karakter en is alleen beschikbaar voor het lid, de dirigent en het toegevoegde bestuurslid. e. Beoordeeld worden in de voortgang ook: de kennis van de gregoriaanse semiologie, de uitspraak van het Latijn, voordracht en presentatie, klankvorming, het lezen van noten en het zingen van intervallen, toonvastheid, het zelfstandig kunnen instuderen en zingen van het repertoire en (idealiter) het à vue kunnen zingen van nieuwe of onbekende gezangen. 4. Aan voorzangers worden hogere eisen gesteld op alle hierboven genoemde onderdelen. Zij dienen apart en vaker te repeteren. 5.De leden krijgen een dusdanig advies dat verbetering ook werkelijk haalbaar wordt; eventueel wordt hun daartoe een middel aangereikt. 6. De dirigent en/of de vocal coach stellen over de bovengenoemde aspecten een advies op dat zij aan het bestuur voorleggen ter vaststelling. Einde van het lidmaatschap Artikel 7 Het lidmaatschap eindigt: 1. door overlijden; 2. door schriftelijke opzegging door het lid; 3. door schriftelijke opzegging namens de schola. Dit kan te allen tijde en zonder inachtneming van een opzeggingstermijn geschieden, op basis van een bestuursbeslissing. Bestuur en financiën Artikel 8 1. De schola kent een bestuur. Het bestuur bestaat uit tenminste drie en ten hoogste vijf leden: een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. 2. Een van de bestuursleden heeft tot taak projecten te benoemen en te beschrijven die onderdeel van het [jaar]programma kunnen worden. 3. De bestuursleden zijn allen leden van de schola; zij worden gekozen, geschorst en ontslagen bij besluit van de algemene ledenvergadering (artikel 10). 4. Het bestuur stelt een rooster van aftreden vast. 5. Het bestuur is financieel verantwoording verschuldigd aan de algemene vergadering. 6. Het bestuur regelt de ordelijke gang van zaken binnen de schola, stelt het jaarprogramma vast en zorgt jaarlijks voor een jaarverslag. 3

4 7. Het bestuur is verantwoordelijk voor het public relations beleid. 8. Minstens één keer per jaar organiseert het bestuur een ledenvergadering. 9. Het bestuur streeft ernaar met eenstemmigheid te besluiten. 10. De voorzitter heeft de algehele leiding en leidt de vergaderingen. 11. De secretaris is belast met het opmaken van de notulen van de vergaderingen en het jaarverslag, de briefwisseling en de verzorging van het archief. 12. Hij draagt zorg voor het verzenden van de uitnodiging voor en de agenda van de vergaderingen en het bijhouden van de presentielijst. 13. De penningmeester is belast met het beheer van de ter beschikking staande geldmiddelen. Hij draagt zorg voor de inning van de vorderingen van de vereniging en verricht namens de vereniging betalingen of vergoedt betalingen aan anderen na zich te hebben vergewist van de rechtmatigheid daarvan 14. De penningmeester stelt een conceptbegroting op die door de Algemene Vergadering wordt goedgekeurd en vastgesteld. 15. Hij legt van het door hem gevoerde beheer verantwoording af in de jaarvergadering. 16. Het bestuur vertegenwoordigt de schola naar buiten toe. De voorzitter en de secretaris gezamenlijk zijn daartoe ook bevoegd. 17. Andere personen en commissies. Het bestuur kan voor speciale werkzaamheden personen benoemen of een commissie instellentwee leden worden door de Algemene Vergadering benoemd tot leden van de Kascommissie, op voordracht van de commissieleden zelf. Zij worden geacht ter zake voldoende kundig te zijn om hun werkzaamheden naar behoren te verrichten. De kas commissie heeft tot taak om jaarlijks, voorafgaand aan de jaarvergadering, te oordelen over het door het bestuur gevoerde financiële beheer. De bevindingen van de commissie worden opgenomen in de toelichting op de jaarrekening. Bestuursmacht Artikel 9 1. Behoudens beperkingen volgens dit reglement is het bestuur belast met het besturen van de schola. 2. Het bestuur dient te handelen in overeenstemming met de door de ledenvergadering genomen besluiten. De ledenvergadering kan het bestuur ter verantwoording roepen betreffende genomen besluiten. Algemene Ledenvergadering Artikel Tenminste één maal per jaar wordt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar een algemene vergadering, de jaarvergadering, gehouden. 2. Het boekjaar van de schola valt samen met het kalenderjaar. 3. De agenda van de jaarvergadering bevat de punten zoals aangegeven in de statuten art. 14 lid Volgens de in art.13 en art.14 van de statuten vastgestelde procedure legt het bestuur verantwoording af aan de ledenvergadering over het gevoerde financiële beleid. 5. De agenda van een buitengewone algemene vergadering wordt door het bestuur vastgesteld. 6. Ieder lid heeft één stem. Een lid kan zijn stem door een schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid laten uitbrengen. 4

5 Oproeping ter algemene vergadering Artikel 11 Art. 14 lid 3, 4, 5, 6 en 7 van de statuten regelt de oproeping tot de algemene vergadering. Besluitvorming in de algemene vergadering Artikel 12 Art. 15 van de statuten bepaalt hoe de besluitvorming en stemmingen dienen te verlopen. Reglementswijziging Artikel 13 In vergaderingen waarin reglementswijziging(en) aan de orde komen, moet tenminste de meerderheid van de leden (de helft plus één) aanwezig zijn. De vaststelling en wijziging van dit reglement vereist een meerderheid van tenminste tweederde van de stemmen van de aanwezige leden plus die leden die hun stem schriftelijk hebben uitgebracht. Vereniging Schola Cantorum Karolus Magnus Nijmegen, 19 februari