Introduction to Personality Psychology

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Introduction to Personality Psychology"

Transcriptie

1 Hoofdstuk 1 Introduction to Personality Psychology Mensen beschrijven elkaars karakteristieken door Trait-descriptive adjectives te gebruiken. In iedere taal zijn er tal van deze bijvoeglijke naamwoorden aanwezig. Persoonlijkheid wordt beschreven als een set van psychologische handelingen en mechanismen in een individu die de interacties en aanpassingen aan de omgeving bepalen. Om persoonlijkheid te beschrijven gebruikt men dan ook: Psychological traits: karakteristieken die beschrijven in hoeverre personen verschillend zijn en ze beschrijven hoe een persoon over de tijd genomen gemiddeld zich gedraagt. (dit noemen ze in de persoonlijkheidsleer average tendencies) De processen van onze persoonlijkheid die volgen uit bepaalde trekken noemt men Psychological mechanisms. De meeste processen bestaan uit drie componenten: 1. De input: de informatie (of de gevoeligheid daarvoor) vanuit de omgeving 2. Decision rules: de denkregels die toegepast worden. 3. De output: het gedrag dat hieruit resulteert De persoonlijkheidstrekken hebben een grote invloed op hoe wij denken, voelen en doen. De persoonlijkheid volgt als het ware de omgeving of andersom, dit noemt men Personenvironment interaction. Dit gebeurt om 4 manieren: 1. Perception: Persoonlijkheid bepaalt hoe wij onze omgeving interpreteren 2. Selection: Iedere persoonlijkheid selecteert a.h.w. een andere omgeving 3. Evocation: Persoonlijkheid bepaalt hoe anderen op ons reageren 4. Manipulation: Het bepaalt hoe wij anderen beïnvloeden Er bestaan 3 levels waarop men persoonlijkheid analyseert: 1. Human Nature Universeel ( Net als wat iedereen heeft/doet) 2. Individuele en Groepsverschillen; men bekijkt de individuele verschillen als gekeken wordt tot welke groep iemand hoort (bijvoorbeeld de extraverten of introverten) en men kijkt naar de groepsverschillen als men deze groepen gaat vergelijken. 3. Unieke Individu (hoe alleen jij bent) Er zijn twee soorten onderzoek om persoonlijkheid te onderzoeken: Nomothetisch onderzoek: Statistische vergelijking tussen twee groepen Idiografisch onderzoek: men onderzoekt 1 persoon (case-study) In de persoonlijkheidsleer worden er 6 domeinen onderscheiden die ieder op hun eigen manier de persoonlijkheid proberen te verklaren, ze sluiten elkaar echter niet uit. Deze 6 domeinen worden in deze volgorde behandeld in het boek. 1) Dispositioneel Domein Dit domein houdt zich bezig hoe mensen van elkaar verschillen en doorsnijdt daarmee de andere domeinen. Het doel is te bepalen waarin mensen het meest verschillen en hoeveel ze verschillen.

2 2) Biologisch Domein Dit domein zegt dat mensen collecties zijn van biologische systemen en dit zijn bouwstenen voor gedrag, gedachten en emoties. De vraag in dit domein is ook: Is persoonlijkheid genetisch of evolutionair? 3) Intrapsychisch Domein Dit domein houdt zich voornamelijk bezig met de onbewuste motivaties (zoals Freud..) 4) Cognitieve en ervaringsdomein Bewuste gedachten en overtuigingen en subjectieve gevoelens zijn belangrijk om personen te begrijpen. ( bijv. Hoe mensen situaties interpreteren) 5) Sociale en Culturele Domein Persoonlijkheid heeft invloed op en wordt beïnvloed door de sociale en culturele context. 6) Aanpassingsdomein Persoonlijkheid is cruciaal in hoe we omgaan met en ons aanpassen aan stressvolle gebeurtenissen Er zijn 5 wetenschappelijke standaards om persoonlijkheidstheorieën te evalueren: 1. Heuristic value: Leidt de theorie tot nieuwe ontdekkingen? 2. Parsimony: bevat de theorie weinig voorstellen en assumpties? 3. Testability: kan de theorie empirisch getest worden? 4. Comprehensiveness: Verklaard de theorie al de feiten en observaties in zijn domein? 5. Compatibility and Integration across domains and levels: De theorie mag geen principes tegengaan uit andere domeinen.

3 Hoofdstuk 2 Personality Assessment. Measurement, and Research Design Door verschillende bronnen kun je aan Persoonlijkheidsdata komen, er worden 4 verschillende bronnen onderscheiden: S-Data, O-Data, T-Data en L-Data. Self report Data(S-Data) Dit zijn data van de persoon die je onderzoekt, door middel van een gesprek/interview: ongestructureerd: open vragen of waar/niet waar vragen (gestructureerd) Observer Report Data (O-Data) Evaluaties van anderen in zijn/haar directe omgeving (zoals vrienden, familie, leraren etc). Hierbij bekijk je de Inter-rater reliability: In hoeverre komen de verschillende observaties overeen? - Je kunt bij deze data gebruik maken van Naturalistic observation (in de natuurlijke omgeving) of Artificial observation (zoals in een lab) Test Data (T-Data) Dit zijn gestandaardiseerde testen om persoonlijkheid te meten. Een voorbeeld hiervan zijn de projectieve technieken waarbij de proefpersoon stimuli aangeboden krijgt en moet zeggen wat hij/zijn daarin ziet. Life-outcome Data (L-Data) Gebeurtenissen, activiteiten en uitkomsten in het leven van een persoon die openbaar zijn (zoals opleiding, trouwen etc..) Criteria bij het meten van persoonlijkheid 1. Reliability: Herhaalbaarheid: Kan het onderzoek herhaald worden zodat dezelfde uitkomsten aanwezig zijn? 2. Validity: Meet het wat het moet meten? Face validity: Blijkt het te meten waarvoor het bedoelt was? Convergent validity: correleert de test met andere testen waarmee het zou moeten correleren? Discriminant validity: waarmee moet een meting niet correleren? Predictive validity: Verwacht de test criteria buiten de test om? (ook wel citerion validity) Construct validity: het opsommen van alle andere, bovenstaande soorten van validiteit. 3. Generalizability In hoeverre blijft de meting betrouwbaar als het toegepast wordt op andere groepen, andere tijden en andere situaties? Er zijn verschillende onderzoeksdesigns die gebruikt kunnen worden: Experimenteel onderzoek Bij dit soort onderzoek maakt de onderzoeker gebruik van manipulatie, random assignment en counterbalancing. De resultaten kunnen beschreven worden als X zorgt voor Y. Correlationeel onderzoek Hierbij onderzoek je of X samenhangt met Y door middel van het berekenen van correlatie coëfficiënten. Causale relaties kunnen niet ontdekt worden d.m.v. dit soort onderzoek, je weet namelijk niet welke richting de samenhang op gaat (is X de oorzaak

4 van Y of andersom?) dit noemt men het Directionality problem. Ook zou er nog sprake kunnen zijn van een derde variabele die invloed heeft op de twee onderzochte variabelen. Case Study Het onderzoeken van 1 persoon die vaak een uitzondering vormt..

5 Dispositioneel Domein (Hoofdstukken 3,4 en 5) Hoofdstuk 3 Trait and Trait taxonomies The act frequency approach to traits Deze kijkt op trekken heeft 3 elementen: - Act nomination => het identificeren van welk gedrag bij welke trekcategorie hoort. - Recording of Act Performance => Het bekijken van het gedrag in het dagelijkse leven. - Prototypicality Judgement => Welk gedrag centraal/prototypisch is voor elke trekcategorie. Gedurende de geschiedenis zijn er 3 technieken ontwikkeld om trekken(traits) te identificeren. - Lexicale benadering - Theoretische benadering - Statistische benadering 1.Lexicale benadering Bij deze benadering staat centraal dat alle belangrijke individuele verschillen gecodeerd zijn in de taal van de samenleving. Dit zie je aan belangrijke dingen als: - Synonym frequency: als een attribuut meerdere woorden heeft binnen een taal is het een belangrijke dimensie binnen de individuele verschillen. - Cross-cultural universality: hoe belangrijker het individuele verschil in menselijke transactie, hoe meer talen er een term voor hebben. 2.Theoretische benadering Bij deze benadering begin je met een theorie die vaststelt welke trekken belangrijk zijn en interessant om te onderzoeken. Een voorbeeld van zo n theorie is de sociosexual orientation, die stelt dat de partnerkeuze strategie een belangrijk individueel verschil is. In deze theorie heb je twee strategieën, waarvan de eerste zegt dat een persoon gaat voor een monogame relatie, waarbij men investeert in de kinderen. De tweede strategie volgens deze theorie is dat een persoon veel wisselt van partner en weinig tot niet investeert in kinderen. 3.Statistische benadering Men identificeert door middel van factor analyse welke eigenschappen met elkaar correleren en welke niet. Hierna worden er groepen/clusters gevormd van specifieke trekken(traits). Een factor lading laat zien in hoeverre een trek zorgt voor variatie in een andere trek. Eysenks theorie van persoonlijkheid Volgens Eysenck waren er drie belangrijke persoonlijkheidstrekken: 1. Extraversie - Introversie 2. Neuroticisme emotionele stabiliteit 3. Psychoticisme (agressief, egocentrisch, creatief, impulsief, geen empathie en antisociaal) Het model heeft een hiërarchisch systeem, dat loopt van Super-traits (de drie hoofdtrekken) naar narrower traits(specifieke trekken die vallen onder de supertrekken) naar Habitual acts (gedragspatronen) met als laatste Specific Acts (specifiek gedrag, bij voldoende herhaling worden het Habitual acts)

6 De theorie kent een sterke biologische basis op twee punten: 1. Heritabiliteit 2. Identifiable physiological substrate => men heeft delen in de hersenen kunnen onderscheiden die overeenkomen met bepaalde trekken. Cattell s taxonomie 16 persoonlijkheidsfactoren systeem Cattell onderscheidde 16 persoonlijkheidsfactoren die hij letters gaf in de volgorde waarin hij ze ontdekte. De kritiek op de theorie is dat veel onderzoekers moeite hebben met het repliceren van de resultaten. Wiggins circumplex taxonomies of personality Hij legde de nadruk op Interpersonal traits(wat mensen doen met en tegen elkaar), daarbij onderscheidde hij Love & Status. Er worden drie relaties gespecificeerd door het model: 1. Adjacency, hoe dicht staan de trekken bij elkaar in de circumplex 2. Bipolarity, Trekken staan tegenover elkaar en correleren negatief 3. Othogonality, Trekken waartussen 90 graden zit in de cirkel zijn ongerelateerd. Het meest recente model is het Five-Factor Model: - Extraversie Social Attention is een belangrijk kenmerk. - Agreeableness Voorkeur voor het vermijden van sociale conflicten, de persoon is harmonieus. Het tegenovergestelde van deze trek is Agressiviteit. - Conscientiousness Dit zijn harde werkers, stipt en vertrouwelijk. - Emotional stability Hoe mensen omgaan met stress in het leven. - Openness Openheid voor nieuwe ervaringen en ideeën.

7 Hoofdstuk 4 Theoretical and Measurement Issues in Trait Psychology Er zijn drie belangrijke aannames in persoonlijkheidstrekken: 1. Verschillen tussen mensen => onderzoekers bekijken de individuele verschillen, dit wordt dan ook wel Differential Psychology genoemd 2. Consistentie over tijd => bepaalde trekken veranderen toch met (leef)tijd, maar iedereen heeft dat, dus ten opzichte van elkaar is je gedrag toch consistent, Rank Order, bijvoorbeeld als kind was je al agressiever dan de rest en als je ouder wordt ben je dat nog, alleen uit dit zich anders. 3. Consistentie over situaties => Men neemt aan dat trekken consistent zijn over situaties (situationisme), omdat individuele verschillen de oorzaak zouden kunnen zijn van de situaties. Person-situation interaction Er zijn twee mogelijke verklaringen van gedrag: - Gedrag komt door persoonlijkheidstrekken - Gedrag komt door situationele krachten Hierop kwam de reactie dat het ook een interactie zou kunnen zijn, de situatie én de trekken bepalen samen het gedrag. Situational specificity: persoon gedraagt zich altijd op een specifieke manier in bepaalde situaties. Strong situation: In bepaalde situaties reageren alle mensen hetzelfde (bv. Begrafenis) Situational selection: neiging om bepaalde situaties te kiezen die passen bij je persoonlijkheid. Evocation: Bepaalde persoonlijkheidstrekken lokken specifieke reacties uit van de omgeving. Manipulation: manieren waarop mensen gedrag van anderen beïnvloeden. Aggregation betekend dat er meerdere metingen van een persoon op een hoop gegooid worden, om zo een gemiddelde uit te rekenen.(average tendencies) Er zijn drie verstoringen die op kunnen treden in de uiteindelijke scores van het onderzoek: - Mensen kunnen niet gemotiveerd zijn of de instructies verkeerd hebben begrepen, om dit tegen te gaan is het zinvol om een Infrequency scale op te nemen, dit zijn items waarbij de meeste mensen hetzelfde antwoorden, als teveel van deze antwoorden anders worden beantwoord kan dat tot twijfel leiden. - Faking: Mensen kunnen met opzet de test slechter of beter maken dan wat werkelijk geldt. Dit kan gecontroleerd worden, er kan daarmee echter wel fouten gemaakt worden, zodat je een persoon die de waarheid sprak ziet als iemand die niet echt beantwoordde(false Negative) en ook kan het zijn dat iemand die valse antwoorden gaf toch gezien wordt als iemand die de waarheid sprak(false Positive) - Response sets: neiging van mensen om te reageren op antwoorden op basis van wat ongerelateerd is aan de inhoud. Een voorbeeld hiervan is Acquiescence, wat betekent dat je overal mee instemt. Ook heb je Extreme responding,hierbij kies je overal de extremen en Social desirability, vragen beantwoorden zoals men verwacht dat sociaal acceptabel is.

8 Hoofdstuk 5 Personality Dispositions over Time: Stability, Change and Coherence Personality development: Consistenties is mensen over tijd en de manieren waarop mensen veranderen. Rank order stability: Behoud van een individu binnen een groep (de verschillen tussen het individu en de groep blijven gelijk). Mean-level stability: De gemiddelde stabiliteit van de mensen (iedereen doorgaat een Midlife crisis) Personality Coherence: Het behouden van de Rank-order tegenover anderen, maar naarmate men ouder wordt uit zich dat op een andere manier.(dus het gedrag verandert, maar de trek blijft stabiel) Het onderzoeken van persoonlijkheid over tijd gaat door middel van drie levels van analyse: 1. Population level: veranderingen zijn over de gehele populatie aanwezig 2. Group differences level: dit beschrijft verschillen in veranderingen binnen groepen (bv sekse-verschillen) 3. Individual differences level: de veranderingen van één individu. Studies in stabiliteit over tijd bij kinderen richten zich meestal op het temperament van het kind. Rothbart onderscheidde zes factoren om dit te bepalen: - Activiteit level - Lachgedrag - Angst - Omgaan met beperkingen - Mogelijkheid tot kalmeren van het kind - Tijd die een kind nodig heeft om te oriënteren. De activiteit wordt gemeten door middel van een actometer. Hierbij wordt gekeken naar: Stability coefficients: correlaties tussen verschillende metingen op verschillende tijden Validity coefficients: correlaties tussen verschillende metingen van dezelfde trek op dezelfde tijd. Veranderingen in Self-esteem van adolescentie tot volwassene: Over het geheel genomen is er geen verschil in self-esteem, maar bij mannen wordt het hoger en bij vrouwen lager, vrouwen hebben ook een grotere discrepantie tussen de echte-ik en de ideale-ik. Interessant om te kijken is of de veranderingen komen door persoonlijke factoren of door cohort effecten (sociale tijden waarin men opgroeit)

9 Biologisch Domein (hoofdstukken 6,7 en 8) Hoofdstuk 6 Genetics of Personality Het genoom is de complete set genen van een organisme. De mens heeft er tot en ze zijn allemaal geplaatst op 23 paren chromosomen. Het human genome project probeert het gehele genoom in kaart te brengen. +/- 98 procent van het DNA wordt niet gebruikt en heeft geen functie, dit noemt men Genetic Junk. Toch is er laatst aangetoond dat het geen afval( junk )is. Eugenics: reproductie van personen met bepaalde goede eigenschappen en juist geen reproductie van personen met andere slechte eigenschappen. Selective breeding betreft het selecteren van de organismen die beschikken over de gewenste eigenschappen, en hen te laten voortplanten met organismen die die eigenschap ook hebben. Genetici richten zich op de vraag hoe groot de invloed van de genen en de omgeving is op een individueel verschil(percentage of variance). Heritability is het deel van de variantie die je kunt toeschrijven aan de genen.(de formule hiervan is: 2(Rmz-Rdz) ) En Environmentality is het deel van de variantie die je kunt toeschrijven aan de omgeving. Om de invloed van genen en omgeving op de variantie te bekijken maakt men gebruik van verschillende studies: Family Studies bekijken in hoeverre er een overlapping is van het individu met de leden van de familie. De meest gebruikte studies zijn de Twin Studies, deze bepalen erfelijkheid door twee typen tweelingen te vergelijken: - Monozygoot => identieke tweelingen, genetisch materiaal is identiek. - Dizygoot=> niet identiek, delen evenveel genetisch materiaal als gewone broers en zussen. De Equal environments assumption gaat er van uit dat de omgeving van beide soorten tweelingen worden allebei evenveel gelijk verklaard. De Adoption Studies zijn de meest sterke methode, omdat de ouders en de kinderen geen genen delen(en de biologische ouders en kinderen delen geen omgeving) dus de omgevingsinvloeden en geneninvloeden zijn goede gescheiden. Het probleem bij deze studies is echter dat er sprake is van selective placement, wat betekent dat bij adoptie kinderen vaak geplaatst worden bij mensen die grote gelijkheid vertonen met de biologische ouders. Drinken, roken en zelfs seksuele oriëntatie lijken ook erfelijk te zijn. In onderzoek wordt er ook onderscheid gemaakt tussen shared&non-shared environment, er wordt gekeken naar welke omgeving door alle leden van het gezin ervaren wordt en welke niet. Vooral de unieke omgeving lijkt invloed te hebben op persoonlijkheidstrekken. Zo heb je genotype-environment interaction, wat ervoor zorgt dat mensen met verschillende persoonlijkheidstrekken zorgen voor verschillende reacties op dezelfde omgeving. Ook is er sprake van Genotype-environment correlation, dit zijn verschillende omgevingen die mensen met verschillende genotypen aantrekt. Er zijn drie verschillende soorten correlatie: passief, reactief en actief. - Passief: Als ouders/verzorgers de genen én de omgeving selecteren (het kind is dus passief)

10 - Reactief: ouders reageren anders op kinderen met andere genotypen. - Actief: persoon creëert of zoekt een omgeving uit afhankelijk van zijn/haar genen (niche-picking) Molecular genetics: het identificeren van de specifieke genen die geassocieerd worden met persoonlijkheidstrekken. Het meest onderzochte gen is D4DR, die in verband wordt gebracht met novelty seeking. De environmentalist view zegt dat persoonlijkheid bepaald wordt door socialisatie (bv door opvoedingsstijl)

11 Hoofdstuk 7 Psychological Approaches to Personality The bodily-fluid theory zegt dat vier vloeistoffen in het lichaam bepalend zijn voor persoonlijkheid Sheldon dacht dat 3 verschillende lichaamstypen (dun/ectomorph, gespierd/mesomorph en dik/endomorph) gerelateerd waren aan 3 verschillende persoonlijkheden. Electrodermal activity/skin conductance meet activiteit van het sympathische zenuwstelsel d.m.v. zweet in handen en onder de voeten. Cardiac reactivity meet hartactiviteit tijdens bepaalde testen => dit wordt geassocieerd met Type-A persoonlijkheid(ongeduldig,competitief en gewelddadig) Ook brein activiteit kan gemeten worden door: - EEG, dit gaat door middel van elektrodes op de hersenpan. - fmri, welke delen van het brein worden actief tijden bepaalde taken? Extraversie vs Introversie Eysenk s theorie zegt dat Introverts hogere activiteitslevels hebben dan extraverts in een deel van het brein(ascending reticular activating system, ARAS) daardoor hebben extraverts meer stimulatie nodig dan introverts. Nu laat onderzoek zien dat het verschil tussen beide persoonlijkheden vooral zit in de mate van arousability. Jeffrey Gray kwam met de Reinforcement sensitivity theory die zegt dat persoonlijkheid gebaseerd is op twee biologische systemen in het brein: 1. Behavioral activation system (BAS) wat zorgt voor het juiste gedrag bij bepaalde aanwijzingen. BAS wordt gerelateerd aan impulsiviteit. 2. Behavioral inhibition system (BIS) =>responsief op aanwijzingen voor straf, frustratie en onzekerheid. BIS wordt gerelateerd aan angst(anxiety) Sensation seeking: de neiging om sensatie op te zoeken en verveling te vermijden. Dit is onderzocht dor middel van sensory deprivation (het weglaten van alle stimuli). Hebb kwam met de optimal theory of arousal wat zegt dat mensen gemotiveerd zijn om het optimale level van opwinding(arousal) te bereiken. Zuckerman zegt dat neurotransmitters een rol spelen bij verschillen in sensation seeking. - Monoamine oxidase (MAO) is een enzym die belangrijk is om het juiste aantal neurotransmitters door te laten. - Mensen met een hoog level van sensation seeking blijken lagere levels van MAO s te hebben ( dus meer vrijlating van neurotransmitters!) - Dopamine wordt geassocieerd met plezier. - Serotonine heeft een rol in depressie en angst. - Noradrenaline zorgt voor het activeren van het sympathische zenuwstelsel voor fight/flight reacties. Cloninger kwam met een model die deze drie neurotransmitters linkte aan 3 persoonlijkheidstrekken, Tridimensional Personality Model: 1. Harm avoidance wordt gerelateerd aan abnormaliteiten in de serotonine levels. 2. Novelty Seeking is geassocieerd met een laag dopamine level 3. Reward dependance is gerelateerd aan een laag level van noradrenaline.

12 Type 4 dopamine receptoren (D4DR) worden geassocieerd met verhoogde levels van novelty seeking. Morningness-eveningness Of je een ochtend- of avondmens bent ligt aan je circadian rhytms, degene met kortere biologische ritmes zijn ochtendpersonen en met langere biologische ritmes zijn avondpersonen.

13 Hoofdstuk 8 Evolutionary Perspectives on Personality Evolutie Darwin=> geloofde in natuurlijke selectie, dit is een proces van creëren van aanpassingen(adaptaties) en veranderingen in de loop van de tijd. Hostile forces of nature duiden op de gebeurtenissen tijdens het overleven, zoals voedingstekort, ziektes, vijanden etc. - sexual selection: ontwikkeling die zorgt voor voordelen in paren. - Intrasexual competition: karakteristieken die in voordeel voor het kind zijn. - Intersexual competition: het kiezen voor een partner om bepaalde kwaliteiten. Hamilton formuleerde de inclusive fitness theory die stelt dat wij niet alleen onze eigen kansen op overleving willen vergroten, maar ook die van genetisch gerelateerde (familie etc) daar zij een deel van jouw genen dragen. Differential gene reproduction, genen van organismen die meer produceren worden vaker doorgegeven. Een adaptive problem is iets dat overleving of reproductie tegengaat. Effecten die ontstaan samen met adaptaties, maar niet bedoeld waren worden Evolutionary by-products genoemd. Evolutionary Psychology - Domain specificity: adaptaties die specifiek voor een bepaald probleem bedoeld zijn. - Numerousness: verschillende adaptieve mechanismen. - Functionality: psychologische mechanismen zijn gemaakt om bepaalde adaptieve doelen te bereiken. De evolutionaire psychologie kan door middel van twee methoden onderzocht worden: - Deductive reasoning approach: Het testen van een theorie door middel van een hypothese. - Inductive reasoning approach: Er wordt een fenomeen geobserveerd en vanuit de resultaten wordt een theorie gevormd. Human Nature Volgens Hogan zijn de basismotivaties van mensen: status en acceptatie. Hieruit komt Social Anxiety, de angst voor de sociale omgeving. Verder is ontdekt dat er evolutionaire en universele emoties aanwezig zijn in mensen. Sekse verschillen:evolutionairy-predicted sex differences, de seksen veranderen op de domeinen waar ze verschillen in aanpassing in de evolutie. Er is meer agressie bij mannen dan bij vrouwen, een reden hiervoor is dat er bij mensen sprake is van effective polygyny, wat zegt dat sommige mannen veel nageslacht hebben en andere weinig of niets. Dit leidt ook tot sexually dimorphic, hoge variatie in reproductie in één sekse. Er zijn ook veel sekse verschillen in seksuele variëteit, zo is er een onderzoek geweest dat zegt dat mannen gemiddeld 13 seks-partners is hun leven hebben en vrouwen slechts 2,5 partners. Ook zijn de sekse verschillen in keuze voor lange termijn partners onderzocht. De vrouw zoekt naar een man met kwaliteiten, naar financiële zekerheid. De mannen letten meer uiterlijk, als teken van vruchtbaarheid. Dit is gevonden in 37 verschillende culturen. Reactively heritable is een secundaire consequentie van een erfelijke lichaamsbouw.

14 Frequency-dependent selection betekent dat soms twee of meer erfelijke varianten kunnen evolueren in een populatie, dit zorgt voor een gelijke verdeling van mannen en vrouwen. Gangest ad & Simpson stelde twee vrouwelijke mating strategieën op: - Restricted sexual strategy: vrouwen die zoeken naar een hoog-investerende partner. - Unrestricted mating strategy: het selecteren op de kwaliteit van genen.

15 Intrapsychisch Domein(hoofdstukken 9,10 en 11) Hoofdstuk 9 Psychoanalytic Approaches to Personality Sigmund Freud s Psychoanalyse Freud dacht dat mensen psychic energy bezaten, wat krachten waren die mensen motiveren iets wel of niet te doen. Volgens hem waren er 2 basisinstincten: 1. Seks, Libido, ook wel het life instinct genoemd. 2. Agressie, Thanatos, ook wel het death instinct genoemd. Freud zag de geest(mind) als een soort ijsberg met drie delen, waarvan het tweede en derde deel onder water liggen. 1. Conscious mind:, alle gedachten, gevoelens en waarnemingen waar je je bewust van bent. 2. Preconscious mind: elke informatie die je niet geheel bewust waargenomen hebt, maar toch zo terug kunt halen. 3. Unconscious mind: Informatie die je je niet bewust bent, maar toch je gedrag beïnvloedt. Carl Gustav Jung vond dat Freud teveel nadruk legde op seks en agressie en hij was het ook niet eens met de altijd negatieve rol van het onbewuste. - Personal unconscious: de unieke ervaringen van mensen. - Collective unconscious: evolutionair, doorgegeven vanaf de voorouders, onbewuste gedachten die iedereen heeft, zoals archetypes(uitdrukkingen of beelden van menselijke behoeftes en instincten, hier worden we mee geboren). Freud Motivated unconscious: deze onbewuste gedachten gaan een eigen leven leiden. Hij onderscheidde drie delen van de menselijke geest: 1. Id: de bron van verlangens en driften, deze handelt volgens het pleasure principle, het verlangen naar directe gratificatie. 2. Ego: deze handelt volgens het realiteitsprincipe, het begrijpen dat de verlangens van het Id in conflict zijn met de sociale en fysieke realiteit. Ook ontwikkelt het Ego strategieën om deze problemen/conflicten op te lossen(secondary process thinking) 3. Superego:Het internaliseren van waarden, normen en idealen van de samenleving. Door het superego voelen wij ons trots, beschaamd etc.. Defense machanisms Defense mechanisms zijn strategieën om jou vrij te houden van anxiety, er zijn drie soorten anxiety: Objective anxiety, angst door een echte angst- maker (bv een tijger of spin etc)neurotic anxiety, resultaat van een conflict tussen het Id en het Ego en Moral Anxiety, is een resultaat van een conflict tussen het ego en het superego.

16 Defense mechanisms hebben twee functies: het beschermen van het ego en het minimaliseren van anxiety en stress. Er zijn verschillende defense mechanisms: 1. Repression: het wegstoppen van onacceptabele gedachten etc, zodat ze niet in het bewustzijn komen. 2. Denial: persoon ontkent dat dingen zijn zoals ze zijn. Een voorbeeld hiervan is de fundamental attribution error, dat is de neiging om mislukkingen als buiten eigen controle te zien en succes aan jezelf toe te schrijven. 3. Displacement: reactie van de originele threat reageren op een ander object. (bv als je kwaad bent op iemand, dat op een ander reageren) 4. Rationalization: acceptabele redenen bedenken voor uitkomsten die anders onacceptabel gevonden zouden worden. 5. Reaction formation: tegenovergestelde reactie tonen dan die men verwacht. 6. Projection: soms zien we in anderen de trekken en verlangens die we in onszelf vreselijk vinden, dan kun je diegene haten i.p.v. jezelf. False consensus effect:neiging om aan te nemen dat anderen gelijk zijn aan jou. 7. Sublimation: het veranderen van onacceptabele seksuele of agressieve driften in sociale activiteiten. Freud zegt dat vormen van persoonlijkheid gaat door middel van stages/fases, het gaat erom hoe men conflicten binnen deze stages oplost. Stages van de Psychosexual stage theory 1. Oral Stage(0-18 mnd.): seksuele energie richt zich op de mond. Kinderen ervaren plezier door dingen in hun mond te stoppen. Het conflict bestaat uit het vinden van een balans tussen bevrediging en afhankelijkheid. 2. Anal Stage(18 mnd.-3 jr.): Kinderen krijgen plezier van het ontlasten en als ze toilettraining krijgen van het ophouden van hun ontlasting. Het conflict richt zich op de behoefte van het Id overal te ontlasten en de wens van de ouders dat niet te doen. 3. Phallic Stage(3-5 jr.):kinderen ontdekken de genitaliën. Ze ontdekken het plezier van het aanraken. Daarbij raakt het jongetje in het Oedipal conflict, die de onbewuste wens van het jongetje voorstelt om zijn moeder te hebben en zijn vader te vernietigen omdat hij in de weg staat. Ook is hij bang dat zijn vader hem zal castreren(castration anxiety). Het meisje krijgt in deze fase last van het Electra Complex, het meisje ontdekt namelijk dat het geen penis heeft en wordt jaloers(penis envy), het geeft de schuld aan de moeder hiervoor en is jaloers op haar vader. 4. Latency Stage(6 jr.-puberteit): Volgens Freud was dit een fase van psychische rust. 5. Genital Stage (vanaf de tijd van seksuele behoeftes): dit is de laatste fase en hierin wordt men volwassen. Deze fase bereik je alleen maar als je 1 e 4 fases succesvol hebt afgerond en dan vooral stage 3. Bij Psychoanalyse gaat het om: - Vrije associatie van de therapeut. - Droom Analyse: Manifest content: wat de droom letterlijk inhoudt Latent content: waar de elementen van de droom voor staan. - Projective hypothesis: wat een persoon ziet in een ambigue figuur zegt iets over zijn/haar persoonlijkheid. - Interpretaties - Insight - Displacement (Resistance-Transference)

17 Hoofdstuk 10 Psychoanalytic Approaches: Contemporary Issues Loftus heeft ontdekt dat niet alle herinneringen die plotseling terugkwamen niet waar zijn. Maar het kan ook zijn dat mensen denken dat ze iets mee hebben gemaakt wat ze niet mee gemaakt hebben, dit is het Imagination Inflation Effect, door mensen bepaalde situaties in te laten beelden worden ze er meer bekend mee en dit kan leiden tot denken dat iets echt is gebeurd. Dit komt omdat de therapeut vaak leidt aan een confirmation bias, wat betekent dat hij alleen maar zoekt naar bevestiging op zijn hypothese en niet let op bronnen die het tegendeel bewijzen. Er zijn twee verschillende kijken op het onbewuste: - Cognitive unconscious view: Informatie kan in je herinneringen komen zonder je er van bewust te zijn (priming=> subliminal perception) - Motivated unconscious view: Informatie in het onbewuste beïnvloedt je gedrag. Id Psychology: Freud s psychoanalyse, de gedachte dan er twee driften zijn, seks en agressie, en de conflicten daartussen die het gedrag beïnvloeden. Ego Psychology: Anna Freud, Erikson legde de nadruk op het ego, dit vonden zij bepalend voor identiteit. Identity crisis: wanhoop en verwarring die een persoon voelt als hij/zij geen goede identiteit heeft gevormd. Erikson: hij zei dat er juist veel ontwikkeling plaatsvond in de periode die Freud als rustperiode zag. Erikson onderscheidde 8 fasen van ontwikkeling, Stage Model of development, en hij legde de nadruk op sociale conflicten i.p.v. nadruk op seksuele ontwikkeling bij Freud. In elke fase is er een conflict(developmental crisis) die opgelost moet worden. Als een persoon een conflict niet oplost, blijft hij/zij hangen in de ontwikkelingstaak en dit noemt men fixation. Fases 1. Trust vs Mistrust: Als de basisbehoeften van een kind vervuld worden ontwikkeld het vertrouwen naar de opvoeders. 2. Autonomy vs Shame & Doubt: goede controle krijgen over de dingen die ze nu gaan leren(zoals lopen etc..) 3. Initiative vs Guilt: als men hier goed uitkomt heeft een individu veel initiatief, ambitie en is doelstrevend. 4. Industry vs Inferiority: competentie en het bereiken van iets, het vergelijken met anderen begint ook hier. 5. Identity vs Role confusion: In veel landen hebben ze rituelen(rite of passage) waarmee je van kind naar volwassene overgaat. In deze fase ontwikkel je je identiteit, dit kan leiden tot: negative identity,een identiteit gebaseerd op sociale rollen etc. Identity foreclosure, het aannemen van een identiteit zonder alternatieven te hebben gezien(bijvoorbeeld het aannemen van standaards van de ouders)of moratorium,de tijd willen nemen om je identiteit te vinden. 6. Intimacy vs Isolation: Als je hier niet goed uitkomt heb je geen intimiteit gevonden. 7. Genarativity vs Stagnation: Of een persoon iets heeft gevonden waar hij of zij erg veel om geeft(partner, werk, familie etc) 8. Integrity vs despair: het terugtrekken uit het leven en je gereedmaken voor de dood. Als je een gevoel van tevredenheid hebt over je leven is dat integrity en als je het gevoel hebt dat het onvoltooid is dan noem je dat despair.

18 Een andere ego-psycholoog is Karen Horney, zij zag de penis-envy als een symbool van sociale power, de meisjes wilden dus dat orgaan niet graag hebben maar wel de macht die er bij komt. Narcissism: zelfbewondering, pogingen om aandacht te krijgen etc. Narcisstistic paradox: terwijl de zelfwaardering hoog lijkt heeft men twijfel over de waarde van de eigen persoon. Object relations Theory Deze theorie benadrukt de sociale relaties en hun impact in de vroeg jeugd. Het gaat hier vooral om attachment(hechting), hierbij kun je securely attached, avoidantly attached of ambivalent attached zijn. Deze drie stijlen zijn bepalend voor je latere verwachtingen van relaties.

19 Hoofdstuk 11 Motives and Personality Motives Motieven zijn vaak gebaseerd op behoeftes (needs), Murray vond fundamentele menselijke behoeftes en hij zei dat iedere persoon een unieke Hierarchy of Needs heeft. Waarbij Dynamic aangeeft dat er interacties tussen verschillende motieven zijn in 1 persoon en Press geeft de behoefte-relevante aspecten van de omgeving aan. Daarbij heb je twee soorten omgevingen: - De echte omgeving: Alpha Press - En de omgeving zoals die gezien en geïnterpreteerd wordt door een individu: Beta Press. Hierdoor kan wat de één ziet anders zijn dan wat een ander ziet in dezelfde situatie. Apperception: het interpreteren van een omgeving en het waarnemen wat er aan de hand is. Hiervoor bestaat de Thematic Apperception Test(TAT), dit is een set van zwart/wit tekeningen die ambigue zijn en de persoon moet dan vertellen wat er te zien is. Ook is er een test die de TAT combineert met self-report vragenlijsten en deze noem je de Multi-Motive Grid. Er zijn drie grote motieven aanwezig in mensen: 1. Need for Achievement(nAch): Onderzocht door McClelland, personen die hoog scoren op nach hebben liever activiteit met uitdaging(maar ook niet teveel), ze houden van taken waarvoor ze persoonlijk verantwoordelijk voor de uitkomst zijn en ze houden van taken met mogelijke feedback. Voor kinderen is er Independence training om te promoten van onafhankelijkheid. 2. Need for Power(nPow): dit is de behoefte om impact te hebben op andere personen. Mannen die hoog scoren op npow hebben meer variëteit in impulsiviteit en agressiviteit. Mensen hoog in npow ervaren meer stress als hun behoefte aan macht geblokkeerd wordt. Men noemt dit power stress. 3. Need for Intimacy(nInt): dit is de behoefte om warme interacties met anderen te hebben. Mensen hoog in nint zijn meer expressief en communicatief naar anderen. Unconscious(implicit)motives zijn motieven waarvan men niet bewust is en die toch van invloed zijn op het gedrag. Humanistic tradition: dit legt de nadruk op de rol van keuze in het menselijk leven, invloed van verantwoordelijkheid voor het creëren van een betekenisvol en bevredigend leven. Maslow Hij had een Hierarchy of Needs wat liep als een piramide: Onderaan begon het met Fysieke behoeftes, daarna kwamen de veiligheidsbehoeftes (huis, veilige plek), vervolgens de behoefte om ergens bij te horen(sociale omgeving), hierna de behoefte voor een self-esteem en esteem van anderen en als laatste de behoefte om een eigen identiteit te krijgen, een individu te worden. Roger Fully functioning person: een persoon die op weg is naar het worden van een individu, het verkrijgen van een identiteit. Positive Regard: de ingeboren behoefte om geliefd te zijn en geaccepteerd te worden, je verdient dit door conditions of worth.

20 Conditional positive regard: wanneer je constant denkt over wat anderen er van zullen vinden en niet ontdekt wat je zelf echt leuk vindt. Unconditional positive regard: accepteren van een persoon zonder voorwaarden, gewoon om wie en hoe hij/zij is. Emotional intelligence: het kennen van je eigen emoties en het reguleren daarvan. Rogers had een Client-centered theory, de condities daarvan waren: - Genuine Acceptance: de therapeut moet de cliënt volledig accepteren. - Unconditional positive regard: therapeut moet altijd positief zijn. - Empathic understanding: De therapeut moet de cliënt volledig begrijpen.

21 Cognitieve en ervaringsdomein (hoofdstuk 12, 13 en 14) Hoofdstuk 12 Cognitive topics in personality Cognition is het denken en alle mentale processen. Personalizing cognition is dat mensen wat ze zien persoonlijk benaderen en relateren aan persoonlijke aspecten. Een scène uit het dagelijkse leven wekt een zelfde soort gebeurtenis op uit het eigen leven. Objectifying cognition betekent dat een scène in het dagelijkse leven objectieve informatie opwekt. Dit hoofdstuk behandelt drie niveaus van cognitie: 1. Perceptie: mensen zien dezelfde dingen anders dan anderen. 2. Interpretatie 3. Bewuste doelen: de standaards die mensen ontwikkelen voor het evalueren van zichzelf en anderen. 1. Perceptie Rod en Frame Test (RFT), door middel hiervan kun je bekijken of iemand fielddependant of field-independent is. Field dependent: deze mensen vertrouwen op sociale informatie en vragen anderen vaak om hun mening, deze mensen hebben ook een grote interesse in anderen. Field independent: meer autonome mensen, hebben een onpersoonlijke oriëntatie naar anderen toe en hebben een voorkeur voor niet sociale situaties. Ook de perceptie van pijn, pain tolerance, verschilt. Petrie onderzocht dit verschil en kwam met de Reducer Augmenter Theory, Deze theorie stelt dat sommige mensen een CNS hebben dat externe stimulatie verzwakt (reducer) terwijl anderen een CNS hebben dat stimulatie juist versterkt (augmenter). Om deze theorie te meten maakte hij gebruik van de Kinesthetic figural aftereffect. 2. Interpretatie George Kelly dacht dat we gebruik maakten van personal constructs, dat zijn een paar sleutelconstructen waarmee mensen hun sociale omgeving interpreteren. Om dit te onderzoeken gebruikte hij de Rep Test. Locus of control bepaald in hoeverre een persoon verantwoordelijkheid voelt tegenover gebeurtenissen in het leven en of deze intern of extern zijn. De generalized expectancies bepalen de verwachtingen tegenover reinforcement (beloning) in verschillende situaties. Ook bestaan er nog specific expectancies, die de verwachtingen voorstellen die horen bij specifieke situaties. Learned helplessness: het opgeven na vele pogingen om iets beter te laten worden en als het dan niet lukt het maar laten zoals het is.

22 3. Doelen Om een doel te bereiken heb je personal projects nodig, dit is een set van relevantie acties om een persoonlijk doel te bereiken. Door middel van strategieën probeert men de persoonlijke versies van de cultureel gerelateerde doelen, Life tasks te bereiken. Er zijn drie soorten strategieën om Life tasks te bereiken: - Defensive pessimism: individuen doen het goed op belangrijke taken maar hebben geen zelfvertrouwen voor nieuwe uitdagingen. - Social constraint: mensen kijken naar wat anderen doen en richten aandacht die op hen gericht is naar anderen. Ze nemen veel initiatief in sociale contacten, maar doen dat vooral om de druk die ze voelen minder te maken. - Outcome-focused: Men is erg gericht op de resultaten. Sommige mensen zijn intelligenter dan anderen en er zijn verschillende visies op intelligentie: - Achievement view: het richten op de verkregen kennis. - Aptitude view: mogelijkheid om te leren.

23 Hoofdstuk 13 Emotion and personality Emotional states komen en gaan weer weg, het komt door externe factoren. Een emotional trait heeft te maken met interen factoren en is het patroon van emotionele reacties die een persoon ervaart in verschillende situaties. Er zijn twee manieren van kijken naar emoties: - Categorical approach: De primaire emoties zijn het belangrijkst - Dimensional approach: het gaat meer om hoe mensen emoties ervaren dan hoe ze denken erover. Content: specifieke emoties die een persoon ervaart. Style: hoe een emotie wordt ervaren Ondervonden is dat well-being gecorreleerd is met extraversie en dat mensen die hoog scoren op neuroticisme zich ook meer irriteren aan dingen. Volgens Eysenck is neuroticisme te wijten aan het limbische systeem dat gemakkelijker actief wordt. Ook is ondervonden dat tijdens sociale uitsluiting (onderzoek met het overgooien van een bal, waarbij uiteindelijk de derde persoon, de echte proefpersoon, de bal niet meer krijgt) de antererior cingulate actief wordt. Bewezen is dat de prefrontale cortex belangrijk is voor de emotiebeheersing.

24 Depressie Diathesis-stress model: vooraf bestaande disposities voor mensen die later depressief worden. Dit wordt echter pas opgewekt na een stress-volle gebeurtenis. The neurotransmitter theory of depression: depressie is het resultaat van geen goede balans tussen neurotransmitters. Cognitive triad, dit bevat informatie over jezelf en de wereld om je heen en de toekomst daarvan. Affect intensity bepaalt hoe intens mensen hun emoties ervaren.

25 Hoofdstuk 14 Approaches to the Self 1. Self-concept: Hoe zie jij jezelf? 2. Self-esteem: Hoe voel jij je over jezelf? 3. Social Identity: Hoe laat jij jezelf zien aan anderen? 1. Self-concept Social comparison: vergelijken van jezelf met anderen om je heen. Private self-concept: het deel van jou die anderen niet kunnen zien en niet weten. Perspective taking: de mogelijkheid om perspectief van anderen te nemen. Objective self-awareness: jezelf zien als object van aandacht van anderen. Narrative self: je eigen verhaal, over je verleden, heden en toekomst (autobiografie) Self schema Het schema van het zelf is de cognitieve representatie van het zelf concept. Zo hebben mensen possible selves, dit zijn vele ideeën die mensen hebben over hoe ze zullen worden, wat ze hopen te worden en waarvoor ze bang zijn om te worden. Dit bestaat uit het Ideal Self, hoe de persoon zelf wil zijn en het Ought Self, wat de persoon denkt over hoe anderen hem/haar willen zien. Men gebruikt hierbij Self-guides, dit zijn standaards die men gebruikt om informatie te organiseren en het motiveren van het juiste gedrag. 2. Self- Esteem Het zelf esteem is de som van je positieve en negatieve reacties op al de aspecten van je zelf-concept. Mensen met een hoog zelf esteem gaan beter om met tegenslagen, omdat ze zich dan focussen op anderen delen van het leven die wel goed gaan. Self-complexity: ons zelf concept heeft meerdere rollen en aspecten. Self-handicapping: een proces waarin een persoon juist dingen doet die de kans verhogen dat je zult falen, zodat je, als je faalt, al een excuus klaar hebt. 3. Social Identity Er zijn twee belangrijke aspecten van de sociale identiteit: 1. Continuity; vandaag ben je dezelfde persoon als morgen. 2. Contrast; jouw sociale identiteit differentieert je van anderen. Identity crisis Identity deficit: persoon heeft geen goede identiteit gevormd en heeft daardoor problemen met het maken van belangrijke beslissingen. Identity conflict: geen gelijkheid tussen twee of meer aspecten van je identiteit.

26 Sociaal en culturele domein (hoofdstukken 15, 16 en 17) Hoofdstuk 15 Personality and Social Interaction Persoonlijkheid interacteert met situaties op 3 verschillende manieren: 1. Situatie selectie 2. Evocatie 3. Manipulatie 1. Situatie selectie Er zijn twee fundamentele wetenschappelijke theorieën die gaan over het selecteren van een partner ( mate selection ) - Complementary needs theory: deze theorie zegt dat mensen vallen op andere persoonlijkheden dan zijzelf ( tegenpolen trekken elkaar aan ) - Attraction similarity theory: zegt dat mensen vallen op mensen met gelijke persoonlijkheden als zijzelf. Hierbij is er gebruik van assortative mating, het daten van mensen die dezelfde persoonlijkheden hebben. Hoewel mensen vaak beweren dat tegenpolen elkaar aantrekken is er meer bewijs voor de tweede theorie. Er zijn twee manieren waarop een persoonlijkheid een rol speelt in selectie van partner: - De universele selectie-voorkeuren - Gelijkheid aan jou zelf

27 Violation of desire theory: het eindigen van relaties gebeurd meer als wensen van beide partners niet worden vervuld. 2. Evocatie Evocatie zijn de manieren waarop kenmerken van persoonlijkheid reacties van anderen uitlokken. Hostile attributional bias: de neiging om te denken dat een ander iets expres doet of vijandelijk bedoelt. Expectancy confirmation: verwachtingen van mensen over bepaalde persoonlijkheden hebben invloed op hun reacties zodat de verwachtingen weer bevestigd worden. 3. Manipulatie Manipulatie zijn alle dingen waarmee je het gedrag van anderen probeert te veranderen. Hierbij gebruiken mannen en vrouwen dezelfde tactieken voor sociale manipulatie. Een Taxonomie is een classificatie schema voor het identificeren en benoemen van objecten binnen een groep. Narcissism: eigen wensen en behoeften boven die van anderen plaatsen en geen empathie voor gevoel van anderen hebben. Deze mensen zijn vaak exhibitionistisch, grandioos, egocentrisch en ze gebruiken vaak anderen voor hun eigen doelen. Hoofdstuk 16 Sex, Gender and Personality In 1974 was er voor het eerst aandacht voor de verschillen binnen de seksen. Maccoby en Jacklyn leidden dit onderzoek. Een precieze en objectieve procedure om sekseverschillen te meten is de meta-analyse. Met behulp van de meta-analyse worden conclusies uit vele onderzoeken samen genomen en zo wordt er gekeken of verschillen tussen seksen consistent zijn. Indien er naar de consistentie gekeken wordt gebruiken onderzoekers de effect size om te kijken hoe sterk dit verschil is. Effect size(effect grootte) houdt het aantal standaarddeviaties in dat een eigenschap verschilt tussen mannen en vrouwen (d) De normen voor deze effect size zijn: 0.20 of 0.20 klein verschil 0.50 of 0.50 gemiddeld verschil 0.80 of 0.80 groot verschil Hierbij geldt tevens dat indien mannen met vrouwen worden vergeleken er een positieve score is en indien vrouwen met mannen vergeleken worden er een negatieve score uitkomt. Er zijn twee posities aangenomen tegenover sekseverschillen: - Minimalist position: de minimalisten zeggen dat de sekseverschillen erg klein zijn en als er verschillen zijn, zijn ze volgens hen niet van praktisch belang in het dagelijkse leven.

28 - Maximalist position: de maximalisten zeggen dat de verschillen tussen de seksen niet onderschat moeten worden en dat zelfs een klein verschil van praktisch belang kan zijn. Binnen het Big Five model van persoonlijkheid zijn de sekseverschillen ook onderzocht. Extraversie Er zijn drie componenten van extraversie die onderzocht zijn voor sekse verschillen. Deze drie zijn gregariousness, wat betekent dat je graag in gezelschap bent, assertiviteit en activiteit. Van deze drie componenten is bekend dat op de eerste component vrouwen iets hoger scoren en op de laatste mannen iets hoger scoren. Deze verschillen zijn echter zo klein dat het te verwaarlozen is. Assertiviteit heeft wel grote verschillen in scores. De effectgrootte is namelijk.50 en dat betekent dus dat mannen een stuk hoger scoren op deze schaal dan vrouwen. Volgens tal van onderzoeken is dit in het dagelijks leven te zien in het feit dat mannen andere mensen sneller onderbreken in een gesprek dan dat vrouwen dat doen en dit komt dus door het verschil in assertiviteit. Agreeableness. Er zijn twee componenten die onderzocht zijn van agreeableness. Trust en Tendermindedness, wat inhoudt dat je empathie voor anderen hebt en sympathie voelt voor mensen die het minder hebben. Voor beide schalen scoren vrouwen hoger, maar wat erg opvalt is dat de effect grootte van tender-mindedness -.97 is! Dit is dus wel een erg groot verschil. Dit heeft ook erg veel te maken met het lach-gedrag van mensen. Want dit is ook onderzocht en daar kwam een effect grootte van -.60 uit. Het zou dus zo kunnen zijn dat mensen die hoger scoren op agreeableness ook hoger scoren op lach-gedrag en dat vrouwen dus aangenamer zijn dan mannen. Het tegenovergestelde van Agreeableness is agressiviteit. Mannen zijn meer fysiek agressief zijn dan vrouwen, hierbij zijn de effect-groottes verschillend voor de werkelijke agressiviteit(d=.63), hoeveel men denkt agressief te zijn(d=.40) en hoe vaak men denkt aan agressief zijn(d=.84). Conscientiousness Voor conscientiousness is er één ding onderzocht en dat is order. Hier is een effectgrootte van -.13 gevonden, vrouwen scoren hier dus iets hoger op. Het verschil is echter zo klein dat je kan zeggen dat mannen en vrouwen hierop gelijk zijn Emotional Stability Voor emotionele stabiliteit zijn er twee dingen gemeten. Dat zijn impulsiviteit en anxiety (angst). Op impulsiviteit blijken mannen en vrouwen nauwelijks te verschillen, maar op angst verschillen mannen en vrouwen wel degelijk. De effect- grootte is hier -.28, dit is dus een vrij klein verschil en in de praktijk zie je dit in het gedrag van vrouwen ten opzichte van bijvoorbeeld angst voor spinnen. Openness to experience Op deze dimensie van persoonlijkheid zijn vrouwen en mannen vrijwel identiek, want de effect-grootte is slechts.03.

29 Naast de Big Five zijn ook emoties onderzocht op sekseverschillen, hier kwam voornamelijk naar buiten dat vrouwen meer emoties ervaren en ze ervaren ze ook intenser. Self-esteem Zelf esteem wordt vaak gezien als belangrijk voor het dagelijks functioneren en is gerelateerd aan mentale gezondheid. Mensen met een hoge zelfwaardering blijken beter om te gaan met de stress van het dagelijkse leven. En mensen met een hoge zelfwaardering zijn trots op hun successen en ontkennen hun mislukkingen. Uit onderzoek over sekse verschillen blijkt dat over het algemeen mannen iets hoger scoren op self-esteem, maar dat dit veranderd met leeftijd en naarmate men ouder wordt komen mannen en vrouwen dichter bij elkaar. People-Things dimension: deze dimensie bekijkt waarover men onderling praat. Als je aan de ene kant hoog scoort heb je het vooral over materiele zaken en als je aan de andere kant scoort over persoonlijke en sociale zaken. Vrouwen scoren hierbij hoog op de persoonlijke kant en mannen op de materiele kant. Maculinity-feminity dimension: deze dimensie scoort in hoeverre je mannelijk of vrouwelijk bent, als je van allebei wat hebt ben je androgyn. Gender stereotypes: de verwachtingen die er bestaan over seksen. Dit bestaat uit 3 componenten: 1. Cognitief: sociale categorieën 2. Affectief: gevoelens t.o.v. een persoon. 3. Gedrag: tegenover een persoon uit een bepaalde sociale categorie.

Psychologie van de persoonlijkheid Examennummer: 61407 Datum: 30 juni 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Psychologie van de persoonlijkheid Examennummer: 61407 Datum: 30 juni 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur Psychologie van de persoonlijkheid Examennummer: 61407 Datum: 30 juni 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur Dit examen bestaat uit 9 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 40 meerkeuzevragen (maximaal

Nadere informatie

A c. Dutch Summary 257

A c. Dutch Summary 257 Samenvatting 256 Samenvatting Dit proefschrift beschrijft de resultaten van twee longitudinale en een cross-sectioneel onderzoek. Het eerste longitudinale onderzoek betrof de ontwikkeling van probleemgedrag

Nadere informatie

Waarom doen sommige personen wel aan sport en anderen niet? In hoeverre speelt

Waarom doen sommige personen wel aan sport en anderen niet? In hoeverre speelt Nederlandse samenvatting (Dutch summary) Waarom doen sommige personen wel aan sport en anderen niet? In hoeverre speelt genetische aanleg voor sportgedrag een rol? Hoe hangt sportgedrag samen met geestelijke

Nadere informatie

Individuele verschillen in. persoonlijkheidskenmerken. Een genetisch perspectief

Individuele verschillen in. persoonlijkheidskenmerken. Een genetisch perspectief N Individuele verschillen in borderline persoonlijkheidskenmerken Een genetisch perspectief 185 ps marijn distel.indd 185 05/08/09 11:14:26 186 In de gedragsgenetica is relatief weinig onderzoek gedaan

Nadere informatie

WORK EXPERIENCE PROFILE

WORK EXPERIENCE PROFILE WORK EXPERIENCE PROFILE VANDERHEK METHODOLOGISCH ADVIESBUREAU Werkstress is een verschijnsel dat al jaren sterk de aandacht trekt. Statistieken van ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid geven aan dat

Nadere informatie

Doorbreek je belemmerende overtuigingen!

Doorbreek je belemmerende overtuigingen! Doorbreek je belemmerende overtuigingen! Herken je het dat je soms dingen toch op dezelfde manier blijft doen, terwijl je het eigenlijk anders wilde? Dat het je niet lukt om de verandering te maken? Als

Nadere informatie

TSCYC Ouderversie. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. Jeroen de Groot. ID 256-18 Datum 24.12.2014. Informant:

TSCYC Ouderversie. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. Jeroen de Groot. ID 256-18 Datum 24.12.2014. Informant: TSCYC Ouderversie Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen ID 256-18 Datum 24.12.2014 Informant: Mieke de Groot-Aerts moeder TSCYC Inleiding 2 / 10 INLEIDING De TSCYC is een vragenlijst die

Nadere informatie

DUTCH SUMMARY NEDERLANDSE SAMENVATTING

DUTCH SUMMARY NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING 205 Het is niet zonder reden dat autoriteiten wereldwijd aandacht besteden aan programma s en interventies om mensen meer te laten bewegen. Sportactiviteiten van gemiddelde tot

Nadere informatie

Motieven en persoonlijkheid. Waarom doen mensen de dingen die ze doen?

Motieven en persoonlijkheid. Waarom doen mensen de dingen die ze doen? Motieven en persoonlijkheid Waarom doen mensen de dingen die ze doen? Motivatie psychologen vragen: Waarom doen mensen de dingen die ze doen? Motivatiepsychologen zoeken naar de motieven, de drijfveren

Nadere informatie

Psychologische aspecten van leiderschap. > Karianne Kalshoven ACIL. > Okke Postmus Development Booster

Psychologische aspecten van leiderschap. > Karianne Kalshoven ACIL. > Okke Postmus Development Booster Psychologische aspecten van leiderschap > Karianne Kalshoven ACIL > Okke Postmus Development Booster Theorethische benaderingen van leiderschap Trait Approaches Behavioral Approaches Contingency Theories

Nadere informatie

Personality Psychology, Larsen & Buss

Personality Psychology, Larsen & Buss Personality Psychology, Larsen & Buss H1: Introduction to Personality Psychology. Persoonlijkheid: de set van psychologische eigenschappen en mechanismen binnen een individu die georganiseerd en relatief

Nadere informatie

Wetenschappelijke kijk op hoogsensitiviteit. Xandra van Hooff GaveMensen

Wetenschappelijke kijk op hoogsensitiviteit. Xandra van Hooff GaveMensen Wetenschappelijke kijk op hoogsensitiviteit Xandra van Hooff GaveMensen Sensory Processing Sensitivity Sigmund Freud Introversie/extraversie Jung Innate sensitiveness Eysenck Linkt introversie/extraversie

Nadere informatie

Welke vragenlijst voor mijn onderzoek?

Welke vragenlijst voor mijn onderzoek? Welke vragenlijst voor mijn onderzoek? NHG wetenschapsdag 2010 Caroline Terwee Kenniscentrum Meetinstrumenten VUmc Afdeling Epidemiologie en Biostatistiek VU medisch centrum Inhoud 1. Presentatie 2. Kritisch

Nadere informatie

DIFFERENTIELE PSYCHOLOGIE: INHOUDSTAFEL

DIFFERENTIELE PSYCHOLOGIE: INHOUDSTAFEL DIFFERENTIELE PSYCHOLOGIE: INHOUDSTAFEL INLEIDING DEEL I: DIFFERENTIELE PSYCHOLOGIE: WAT EN HOE? 1. Doelstelling en Geschiedenis a. Doelstelling i. Wat? 1. Beschrijven van verschillen 2. Beschrijven van

Nadere informatie

1. Ik merk vaak dat ik probeer iets te bereiken wat op de een of andere manier op een mislukking uitloopt. -----

1. Ik merk vaak dat ik probeer iets te bereiken wat op de een of andere manier op een mislukking uitloopt. ----- Test: Je persoonlijke afweerprofiel Met de volgende test kun je bepalen welk afweermechanisme je het meest gebruikt. Iedereen gebruikt alle afweervormen, maar er bestaan verschillen in de frequentie waarmee

Nadere informatie

Samenvatting. (Summary in Dutch)

Samenvatting. (Summary in Dutch) (Summary in Dutch) 142 In dit proefschrift is de rol van de gezinscontext bij probleemgedrag in de adolescentie onderzocht. We hebben hierbij expliciet gefocust op het samenspel met andere factoren uit

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Titel: Cognitieve Kwetsbaarheid voor Depressie: Genetische en Omgevingsinvloeden Het onderwerp van dit proefschrift is cognitieve kwetsbaarheid voor depressie en de wisselwerking

Nadere informatie

Vanjezelfhouden.nl 1

Vanjezelfhouden.nl 1 1 Kan jij van jezelf houden? Dit ontwerp komt eigenlijk altijd weer ter sprake. Ik verbaas mij erover hoeveel mensen er zijn die dit lastig vinden om te implementeren in hun leven. Veel mensen willen graag

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22989 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Pouw, Lucinda Title: Emotion regulation in children with Autism Spectrum Disorder

Nadere informatie

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie

Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Seksuele inhibitie en excitatie: een verkennende studie van factoren die samenhangen met variatie in excitatie en inhibitie Wouter Pinxten (contact: Wouter.Pinxten@UGent.be) Prof. Dr. John Lievens Achtergrond

Nadere informatie

College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS

College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS College Week 3 Kwaliteit meetinstrumenten; Inleiding SPSS Inleiding in de Methoden & Technieken 2013 2014 Hemmo Smit Overzicht van dit college Kwaliteit van een meetinstrument Inleiding SPSS Hiervoor lezen:

Nadere informatie

nederlandse samenvatting Dutch summary

nederlandse samenvatting Dutch summary Dutch summary 211 dutch summary De onderzoeken beschreven in dit proefschrift zijn onderdeel van een grootschalig onderzoek naar individuele verschillen in algemene cognitieve vaardigheden. Algemene cognitieve

Nadere informatie

TSCYC. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum Ouderversie

TSCYC. Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen. HTS Report. Julia de Vries ID Datum Ouderversie TSCYC Vragenlijst over traumasymptomen bij jonge kinderen HTS Report ID 15890-3156 Datum 18.07.2017 Ouderversie Informant: Jeroen de Vries Vader INLEIDING TSCYC 2/8 Inleiding De TSCYC is een vragenlijst

Nadere informatie

5. Overtuigingen. Gelijk of geluk? Carola van Bemmelen Food & Lifestylecoaching. Jouw leven op dit moment weerspiegelt exact jouw overtuigingen

5. Overtuigingen. Gelijk of geluk? Carola van Bemmelen Food & Lifestylecoaching. Jouw leven op dit moment weerspiegelt exact jouw overtuigingen 5. Overtuigingen Jouw leven op dit moment weerspiegelt exact jouw overtuigingen Een overtuiging is een gedachte die je hebt aangenomen als waarheid doordat ie herhaaldelijk is bevestigd. Het is niet meer

Nadere informatie

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting

Perseverative cognition: The impact of worry on health. Nederlandse samenvatting Perseverative cognition: The impact of worry on health Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Perseveratieve cognitie: de invloed van piekeren op gezondheid Iedereen maakt zich wel eens zorgen.

Nadere informatie

Menselijke kenmerken: genen of omgeving? Hilde Van Esch Centrum voor Menselijke Erfelijkheid

Menselijke kenmerken: genen of omgeving? Hilde Van Esch Centrum voor Menselijke Erfelijkheid Menselijke kenmerken: genen of omgeving? Hilde Van Esch Centrum voor Menselijke Erfelijkheid Synaps IS ALLES GENETISCH? nature genen nurture omgeving erfelijk aanleg / talent aangeboren verworven aangeleerd

Nadere informatie

Neurocognitive Processes and the Prediction of Addictive Behaviors in Late Adolescence O. Korucuoğlu

Neurocognitive Processes and the Prediction of Addictive Behaviors in Late Adolescence O. Korucuoğlu Neurocognitive Processes and the Prediction of Addictive Behaviors in Late Adolescence O. Korucuoğlu Nederlandse Samenvatting De adolescentie is levensfase waarin de neiging om nieuwe ervaringen op te

Nadere informatie

In de eeuwigheid van het leven waarin ik ben is alles volmaakt, heel en compleet en toch verandert het leven voortdurend. Er is geen begin en geen

In de eeuwigheid van het leven waarin ik ben is alles volmaakt, heel en compleet en toch verandert het leven voortdurend. Er is geen begin en geen 14 In de eeuwigheid van het leven waarin ik ben is alles volmaakt, heel en compleet en toch verandert het leven voortdurend. Er is geen begin en geen einde, alleen een voortdurende kringloop van materie

Nadere informatie

Nomothetisch onderzoek: Studie van groepen om algemene conclusies te kunnen trekken. Idiografisch onderzoek: Beschrijving van één (case-study).

Nomothetisch onderzoek: Studie van groepen om algemene conclusies te kunnen trekken. Idiografisch onderzoek: Beschrijving van één (case-study). H1 Persoonlijkheid: Verzameling van psychologische kenmerken/trekken en psychologische mechanismen die een individu typeren, die op een relatief duurzame manier georganiseerd zijn en die de interactie

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

Block 1: Basic emotions, Brain structures and Stress.

Block 1: Basic emotions, Brain structures and Stress. Block 1: Basic emotions, Brain structures and Stress. Vraag 1 (10 punten) A. Wat is het Circuit van Papez en welke hersenstructuren maken hier deel van uit? (5 punten) B. Welke extra hersenstructuren zijn

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Deel 12/12. Ontdek die ene aanpak waarmee je al je problemen oplost

Deel 12/12. Ontdek die ene aanpak waarmee je al je problemen oplost Beantwoord eerst de volgende vragen: 1. Welke inzichten heb je gekregen n.a.v. het vorige deel en de oefeningen die je hebt gedaan? 2. Wat heb je er in de praktijk mee gedaan? 3. Wat was het effect op

Nadere informatie

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld

Samenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,

Nadere informatie

Ontdek je kracht voor de leerkracht

Ontdek je kracht voor de leerkracht Handleiding les 1 Ontdek je kracht voor de leerkracht Voor je ligt de handleiding voor de cursus Ontdek je kracht voor kinderen van groep 7/8. Waarom deze cursus? Om kinderen te leren beter in balans te

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Interactionistische perspectieven benadrukken dat de persoon en zijn of haar omgeving voortdurend in interactie zijn en samen een systeem vormen. Dit idee van integratie

Nadere informatie

HTS Report. Positiviteitstest. Jeroen de Vries ID Datum Zelfrapportage. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

HTS Report. Positiviteitstest. Jeroen de Vries ID Datum Zelfrapportage. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam PT Positiviteitstest HTS Report ID 15890-3155 Datum 18.07.2017 Zelfrapportage PT Inleiding 2 / 8 INLEIDING De Positiviteitstest is een vragenlijst die op basis van zelfrapportage in kaart brengt in hoeverre

Nadere informatie

Delfin EMDR en hypnotherapie cognitieve therapie Page 1 of 5

Delfin EMDR en hypnotherapie cognitieve therapie Page 1 of 5 Delfin EMDR en hypnotherapie cognitieve therapie Page 1 of 5 DE THEORIE DE PRAKTIJK OVEREENKOMSTEN Cognitieve therapie Naast een paar grote verschillen heeft de moderne hypnotherapie veel overeenkomsten

Nadere informatie

Zelfbeeld. Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld.

Zelfbeeld. Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld. Zelfbeeld Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld. Een kind dat over het algemeen positief over zichzelf denkt, heeft meer zelfvertrouwen.

Nadere informatie

Zelfbeschadiging; wat kun jij doen om te helpen?

Zelfbeschadiging; wat kun jij doen om te helpen? Zelfbeschadiging; wat kun jij doen om te helpen? Familie of naaste zijn van iemand die zichzelf beschadigt kan erg moeilijk zijn. Iemand van wie je houdt doet zichzelf pijn en het lijkt alsof je niks kunt

Nadere informatie

Stress & Burn Out. ubeon Academy

Stress & Burn Out. ubeon Academy Stress & Burn Out ubeon Academy Programma Stress & Burn Out, twee thema s die tot voor kort taboe waren in vele werkomgevingen, vragen vandaag de dag extra aandacht. Naast opleidingen gericht op individuele

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Dit proefschrift bestaat uit een aantal studies waarin onderzocht is waar individuele verschillen vandaan komen in welbevinden (WB) en gerelateerde menselijke eigenschappen, zoals

Nadere informatie

DENKVAARDIGHEDEN bron: The Parallel Curriculum

DENKVAARDIGHEDEN bron: The Parallel Curriculum DENKVAARDIGHEDEN bron: The Parallel Curriculum In 'The Parallel Curriculum' van Tomlinson et al. (2009) worden de 'Habits of Mind' van mensen die intelligent handelen beschreven, op basis van onderzoek

Nadere informatie

7-10-2013. Emotieherkenning bij CI kinderen en kinderen met ESM

7-10-2013. Emotieherkenning bij CI kinderen en kinderen met ESM 7--3 Sociaal-emotioneel functioneren van kinderen met een auditieve/ communicatieve beperking Emotieherkenning bij kinderen en kinderen met Rosanne van der Zee Meinou de Vries Lizet Ketelaar Rosanne van

Nadere informatie

Omdat uit eerdere studies is gebleken dat de prevalentie, ontwikkeling en manifestatie van gedragsproblemen samenhangt met persoonskenmerken zoals

Omdat uit eerdere studies is gebleken dat de prevalentie, ontwikkeling en manifestatie van gedragsproblemen samenhangt met persoonskenmerken zoals Gedragsproblemen komen veel voor onder kinderen en adolescenten. Als deze problemen ernstig zijn en zich herhaaldelijk voordoen, kunnen ze een negatieve invloed hebben op het dagelijks functioneren van

Nadere informatie

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS) Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS) Stel dat dat (te grote wonder) gebeurt, ik betwijfel of dat zal gebeuren, maar stel je voor dat, wat zou je dan doen dat je nu niet doet? (p36)

Nadere informatie

Kwaliteit van leven Een hulpmiddel bij de voorbereiding van een zorgplan

Kwaliteit van leven Een hulpmiddel bij de voorbereiding van een zorgplan Kwaliteit van leven Een hulpmiddel bij de voorbereiding van een zorgplan De zorg en begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking moet erop gericht zijn dat de persoon een optimale kwaliteit

Nadere informatie

Vivian Broughton. Stilstaan bij trauma. Een heldere uiteenzetting over het ontstaan van trauma en de traumaverwerkingsmethode van Franz Ruppert

Vivian Broughton. Stilstaan bij trauma. Een heldere uiteenzetting over het ontstaan van trauma en de traumaverwerkingsmethode van Franz Ruppert Vivian Broughton Stilstaan bij trauma Een heldere uiteenzetting over het ontstaan van trauma en de traumaverwerkingsmethode van Franz Ruppert Inhoud Voorwoord bij de herziene editie 7 Welkom! 9 Waarom

Nadere informatie

Hoe Zeker Ben Ik Van Mijn Relatie

Hoe Zeker Ben Ik Van Mijn Relatie Hoe Zeker Ben Ik Van Mijn Relatie Weet jij in welke opzichten jij en je partner een prima relatie hebben en in welke opzichten je nog wat kunt verbeteren? Na het doen van de test en het lezen van de resultaten,

Nadere informatie

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden.

- Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. Abstract: - 3 experimenten - Mensen gaan meer variëteit kiezen bij hun consumptiekeuzes wanneer ze weten dat hun gedrag nauwkeurig publiekelijk zal onderzocht worden. - Studie 1&2: consumenten verwachten

Nadere informatie

FEEL-E. Vragenlijst over emotieregulatie bij volwassenen. HTS Report. Simon Janzen ID 4589-2 Datum 11.11.2015. Zelfrapportage

FEEL-E. Vragenlijst over emotieregulatie bij volwassenen. HTS Report. Simon Janzen ID 4589-2 Datum 11.11.2015. Zelfrapportage FEEL-E Vragenlijst over emotieregulatie bij volwassenen HTS Report ID 4589-2 Datum 11.11.2015 Zelfrapportage FEEL-E Inleiding 2 / 14 INLEIDING De FEEL-E brengt de strategieën in kaart die volwassenen gebruiken

Nadere informatie

Docent Accreditatie. Welkom! Dag 3: Belevingspsychologie

Docent Accreditatie. Welkom! Dag 3: Belevingspsychologie Docent Accreditatie Welkom! Dag 3: Belevingspsychologie De integratie van drie filosofieën in ACT Alfred Adler 1870-1937 Carl G. Jung 1875-1961 Carl Rogers 1902-1987 Gedrag Beleving Adler Jung Rogers Machtsstreven

Nadere informatie

The Glue of (ab)normal Mental Life: Networks of Interacting Thoughts, Feelings and Behaviors A.O.J. Cramer

The Glue of (ab)normal Mental Life: Networks of Interacting Thoughts, Feelings and Behaviors A.O.J. Cramer The Glue of (ab)normal Mental Life: Networks of Interacting Thoughts, Feelings and Behaviors A.O.J. Cramer Wat is een psychische stoornis? Als we de populaire media en sommige stromingen in de gedragswetenschappen

Nadere informatie

SIVT. Sociale informatieverwerkingstest. HTS Report. Jeroen de Vries ID Datum SIVT voor adolescenten (13-17) 1.

SIVT. Sociale informatieverwerkingstest. HTS Report. Jeroen de Vries ID Datum SIVT voor adolescenten (13-17) 1. SIVT Sociale informatieverwerkingstest HTS Report ID 3348-850 Datum 28.03.2019 SIVT voor adolescenten (13-17) 1. Editie INLEIDING SIVT 2/21 Inleiding De SIVT is een test om de sociale informatieverwerking

Nadere informatie

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1 B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1 JE ONBEWUSTE PROGRAMMEREN VOOR EEN GEWELDIGE TOEKOMST De meeste mensen weten heel goed wat ze niet willen in hun leven, maar hebben vrijwel geen

Nadere informatie

Voel jij wat ik bedoel? www.psysense.be 17/5/2008

Voel jij wat ik bedoel? www.psysense.be 17/5/2008 Voel jij wat ik bedoel? www.psysense.be 17/5/2008 Gevoel en emoties / definitie Emoties: in biologische zin: affectieve reacties. Prikkeling van dit systeem geeft aanleiding tot allerlei lichamelijke reacties.

Nadere informatie

TOEPASSING VAN HET HEXACO 6-FACTOR PERSOONLIJKHEIDSMODEL. Reinout E. de Vries

TOEPASSING VAN HET HEXACO 6-FACTOR PERSOONLIJKHEIDSMODEL. Reinout E. de Vries TOEPASSING VAN HET HEXACO 6-FACTOR PERSOONLIJKHEIDSMODEL Reinout E. de Vries INTEGRITEIT & PERSOONLIJKHEID 1. Structuur van persoonlijkheid 2. Integriteit 3. Toepassing 2 Toepassing HEXACO Persoonlijkheidsmodel

Nadere informatie

SOC-29 vragenlijst. 1) Hoe vaak heeft u het gevoel dat mensen u niet begrijpen wanneer u met hen spreekt?

SOC-29 vragenlijst. 1) Hoe vaak heeft u het gevoel dat mensen u niet begrijpen wanneer u met hen spreekt? SOC-29 vragenlijst Hieronder enkele vragen die handelen over diverse aspecten van uw leven. Voor elke vraag zijn er 7 antwoordmogelijkheden. Aan u het nummer te omcirkelen dat het best overeenkomt met

Nadere informatie

Aangaan. Feedback kan maken maar ook breken

Aangaan. Feedback kan maken maar ook breken Op basis van wetenschappelijk onderzoek is psychologe Carol Dweck tot het inzicht gekomen dat niet iemands IQ, vaardigheden en talenten bepalend zijn voor succesvol leven, maar vooral de waarmee mensen

Nadere informatie

Ondanks dat het in Nederland niet is toegestaan om alcohol te verkopen aan jongeren onder de 16 jaar, drinkt een groot deel van deze jongeren

Ondanks dat het in Nederland niet is toegestaan om alcohol te verkopen aan jongeren onder de 16 jaar, drinkt een groot deel van deze jongeren Ondanks dat het in Nederland niet is toegestaan om alcohol te verkopen aan jongeren onder de 16 jaar, drinkt een groot deel van deze jongeren alcohol. Dit proefschrift laat zien dat de meerderheid van

Nadere informatie

Wat er ook aan de hand is, de gevolgen zijn hetzelfde. Je bent een aantal lichamelijke functies, die je voorheen als vanzelfsprekend aannam, kwijt.

Wat er ook aan de hand is, de gevolgen zijn hetzelfde. Je bent een aantal lichamelijke functies, die je voorheen als vanzelfsprekend aannam, kwijt. Hoofdstuk 7 Emoties Nu is het tijd om door te gaan. Je hebt je dwarslaesie, je bent hopelijk klaar met al de medische dingen, nu is het tijd om ook je gevoelens aandacht te geven. Dus: ga lekker zitten,

Nadere informatie

Inhoud. Aristoteles. Quotes over emotionele intelligentie. Rianne van de Ven Coaching & Consulting 1

Inhoud. Aristoteles. Quotes over emotionele intelligentie. Rianne van de Ven Coaching & Consulting 1 Hoogbegaafdheid en Emotionele Intelligentie WUR 23-04-2018 Inhoud Wat is emotionele intelligentie? Relatie met IQ Waarom speciaal voor HB? Het EQi-2.0 model De vaardigheden www.riannevdven.nl Quotes over

Nadere informatie

Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić

Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić Red cheeks, sweaty palms, and coy-smiles: The role of emotional and sociocognitive disturbances in child social anxiety M. Nikolić Rode wangen, zweethanden en coy-smiles: De rol van emotionele en socio-cognitieve

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De onderzoeken beschreven in dit proefschrift zijn onderdeel van een grootschalig onderzoek naar individuele verschillen in algemene cognitieve vaardigheden. Algemene cognitieve

Nadere informatie

Bevolking Nederland en Vlaanderen, Mannen en Vrouwen

Bevolking Nederland en Vlaanderen, Mannen en Vrouwen Pagina 2 van 17 Naam: Maarten de Boer Afnamedatum: 16.12.2011 09:28 Normgroep: Bevolking Nederland en Vlaanderen, Mannen en Vrouwen Pagina 3 van 17 NEO-PI-R Uitgebreide interpretatie van de resultaten

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nicotine en alcohol kunnen de placenta passeren en zo het risico op nadelige uitkomsten voor het ongeboren kind verhogen. Stoppen met roken en alcoholgebruik tijdens de zwangerschap lijkt vanzelfsprekend,

Nadere informatie

DESSA. Vragenlijst over sociaal-emotionele competenties. HTS Report. Otto Peterszoon ID Datum Leerkrachtversie

DESSA. Vragenlijst over sociaal-emotionele competenties. HTS Report. Otto Peterszoon ID Datum Leerkrachtversie DESSA Vragenlijst over sociaal-emotionele competenties HTS Report ID 256-4 Datum 07.10.2014 Leerkrachtversie Informant: Neeltje Smit Leerkracht DESSA Interpretatie 3 / 20 INTERPRETATIE De DESSA biedt informatie

Nadere informatie

BECCI: Behaviour Change Counselling Inventory

BECCI: Behaviour Change Counselling Inventory Pagina 1 van 7 BECCI: Behaviour Change Counselling Inventory Voorafgaand aan het gebruik van de BECCI checklist: Maak a.u.b. gebruik van de toegevoegde handleiding met een gedetailleerde uitleg over hoe

Nadere informatie

A. De wetenschap van psychologie

A. De wetenschap van psychologie A. De wetenschap van psychologie Psychologische wetenschap Psychologie is de studie naar mentale activiteiten en gedrag. Psychologen proberen het mentale leven te begrijpen en gedrag te voorspellen. Alle

Nadere informatie

Nationaal geluksonderzoek. Deel 3: opvoeding en onderwijs

Nationaal geluksonderzoek. Deel 3: opvoeding en onderwijs Nationaal geluksonderzoek. Deel 3: opvoeding en onderwijs TECHNISCH RAPPORT 30 augustus 2018 Dit document is een technisch rapport van het onderzoek naar het verband tussen kenmerken van de jeugdjaren

Nadere informatie

A. Business en Management Onderzoek

A. Business en Management Onderzoek A. Business en Management Onderzoek Concepten definiëren Een concept (concept) is een algemeen geaccepteerde verzameling van betekenissen of kenmerken die geassocieerd worden met gebeurtenissen, situaties

Nadere informatie

STABLE LOVE, STABLE LIFE?

STABLE LOVE, STABLE LIFE? STABLE LOVE, STABLE LIFE? De rol van sociale steun en acceptatie in de relatie van paren die leven met de ziekte van Ménière Oktober 2011 Auteur: Drs. Marise Kaper Master Sociale Psychologie, Rijksuniversiteit

Nadere informatie

Cambriana online hulpprogramma

Cambriana online hulpprogramma Dit is deel 1 van het online hulpprogramma van Cambriana. Verwerking van een scheiding 'Breaking up is hard to do' Neil Sedaka Een scheiding is een van de pijnlijkste ervaringen die je kunt meemaken in

Nadere informatie

WANNEER VERTEL JE HET AAN JE KINDEREN? Als de beslissing om te gaan scheiden eenmaal genomen is, dan kun je dit het beste zo snel mogelijk aan de

WANNEER VERTEL JE HET AAN JE KINDEREN? Als de beslissing om te gaan scheiden eenmaal genomen is, dan kun je dit het beste zo snel mogelijk aan de OVER EN UIT OVER EN UIT Welkom bij de e-training Over en uit. In deze training leer je beter om te gaan met je scheiding. Je leert hoe je het beste het nieuws van de scheiding aan je kind kan vertellen,

Nadere informatie

Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle

Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle ECO 2011-2012 Hemmo Smit Wilhelm Wundt en William James 3 criteria voor Causaliteit (herhaling) 1. Covariantie: samenhang tussen variabelen aantonen 2.

Nadere informatie

TH-PI Performance Indicator. Best Peter Assistant

TH-PI Performance Indicator. Best Peter Assistant Best Peter Assistant TH-PI Performance Indicator Dit rapport werd gegenereerd op 11-11-2015 door White Alan van Brainwave Ltd.. De onderliggende data dateren van 10-03-2015. OVER DE PERFORMANCE INDICATOR

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Uit crosscultureel onderzoek is bekend dat de cultuur waarin men opgroeit van jongs af aan invloed heeft op emotie-ervaringen en emotie-uitingen. Veel minder bekend is in welke

Nadere informatie

Emotionele Stabiliteit.

Emotionele Stabiliteit. Emotionele Stabiliteit. Nieuwsflits 67 - Mei 2017 Gert Anbeek, Esmiralda Borgt, Ron van Eijk, Patrick Lybaert, Bert Muetstege, Gerard Schoemaker, Harry de Weerd. Kopiëren en vrij gebruik vinden wij prima.

Nadere informatie

Stress, depressie en cognitie gedurende de levensloop

Stress, depressie en cognitie gedurende de levensloop SAMENVATTING Stress, depressie en cognitie gedurende de levensloop Inleiding Cognitief functioneren omvat verschillende processen zoals informatieverwerkingssnelheid, geheugen en executief functioneren,

Nadere informatie

Geluk en welbevinden

Geluk en welbevinden Marleen H.M. de Moor en Meike Bartels Inleiding Geld maakt niet gelukkig, zo luidt het bekende Nederlandse gezegde. Maar is dit echt zo? Zou je niet een stuk gelukkiger worden als je de loterij zou winnen?

Nadere informatie

Motivatie: presteren? Of toch maar leren?

Motivatie: presteren? Of toch maar leren? Arjan van Dam Motivatie: presteren? Of toch maar leren? Een van de lastigste opgaven van managers is werken met medewerkers die niet gemotiveerd zijn. Op zoek naar de oorzaken van het gebrek aan motivatie,

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting 10 Samenvatting Samenvatting Hoe snel word je boos als iemand je provoceert? Het traditionele antwoord op deze vraag is dat het afhangt van je individuele neiging om boos te worden. Als je

Nadere informatie

Persoonlijk meesterschap

Persoonlijk meesterschap Persoonlijk meesterschap Het creëren van je eigen toekomst "A learner learns when a learner wants to learn" (Peter Senge) Jan Jutten www.natuurlijkleren.org 1. Inleiding De drijvende kracht in de school

Nadere informatie

The role of interpersonal conflict between top and middle managers in top-down and bottom-up initiatives. Rein Denekamp

The role of interpersonal conflict between top and middle managers in top-down and bottom-up initiatives. Rein Denekamp Samenvatting Inleiding In de huidige dynamische en complexe omgeving waarin veel organisaties opereren, wordt corporate entrepreneurship vaak gezien als een noodzaak. Het goed doorgronden van het ondernemend

Nadere informatie

Bijlage 1: Opdrachten bij het boek Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Per groepje van 2/3 uitwerken.

Bijlage 1: Opdrachten bij het boek Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Per groepje van 2/3 uitwerken. Bijlage 1: Opdrachten bij het boek Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Per groepje van 2/3 uitwerken. Hoofdstuk 1: Opdracht 1: Groepsprofiel en de puberteit Bespreek en noteer kort: Hoe je

Nadere informatie

Een verwarde geest lijdt. Ontsnap uit de verwarring! Wil jij stoppen met lijden?

Een verwarde geest lijdt. Ontsnap uit de verwarring! Wil jij stoppen met lijden? Een verwarde geest lijdt. Ontsnap uit de verwarring! Wil jij stoppen met lijden? Een verwarde geesttoestand Op het moment dat je piekert, jezelf zorgen maakt, last hebt van stress, je ongelukkig voelt,

Nadere informatie

Luisteren naar de Heilige Geest

Luisteren naar de Heilige Geest Luisteren naar de Heilige Geest Johannes 14:16-17 En Ik zal de Vader bidden en Hij zal u een andere Trooster geven om tot in eeuwigheid bij u te zijn, de Geest der waarheid, die de wereld niet kan ontvangen,

Nadere informatie

narratieve zorg Elder empowering the elderly

narratieve zorg Elder empowering the elderly narratieve zorg Elder empowering the elderly huisbezoek 1: KENNISMAKING - 2 - KENNISMAKING - huisbezoek 1- a kennismaking huisbezoek 1: KENNISMAKING a vertrouwelijkheid individueel in teamverband naar

Nadere informatie

Psychologische behandeling van bipolaire patiënten. Dinsdag 17 januari 2017 Dr. Manja Koenders PsyQ Rotterdam/Universiteit Leiden

Psychologische behandeling van bipolaire patiënten. Dinsdag 17 januari 2017 Dr. Manja Koenders PsyQ Rotterdam/Universiteit Leiden Psychologische behandeling van bipolaire patiënten Dinsdag 17 januari 2017 Dr. Manja Koenders PsyQ Rotterdam/Universiteit Leiden Omgaan met stessoren (1) Stressgevoeligheid Stress Generation theory The

Nadere informatie

HTS Report NEO-FFI-3. Persoonlijkheidsvragenlijst. Jeroen de Vries ID Datum Zelfrapportage. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

HTS Report NEO-FFI-3. Persoonlijkheidsvragenlijst. Jeroen de Vries ID Datum Zelfrapportage. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam NEO-FFI-3 Persoonlijkheidsvragenlijst HTS Report ID 15890-3155 Datum 18.07.2017 Zelfrapportage INLEIDING NEO-FFI-3 2/8 Inleiding Dit rapport beschrijft de scores van de kandidaat op de NEO-FFI-3 persoonlijkheidsvragenlijst.

Nadere informatie

Rapportage. Vertrouwelijk. De volgende tests zijn afgenomen: Persoonsgegevens Aanvullende persoonsgegevens. D. Emo. Naam.

Rapportage. Vertrouwelijk. De volgende tests zijn afgenomen: Persoonsgegevens Aanvullende persoonsgegevens. D. Emo. Naam. Rapportage De volgende tests zijn afgenomen: Test Persoonsgegevens Aanvullende persoonsgegevens Persoonlijkheidstest (MPT-BS) Status Voltooid Voltooid Voltooid Vertrouwelijk Naam Datum onderzoek Emailadres

Nadere informatie

HTS Report NEO-PI-3. Persoonlijkheidsvragenlijst. Jeroen de Vries ID Datum Basisrapport. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam

HTS Report NEO-PI-3. Persoonlijkheidsvragenlijst. Jeroen de Vries ID Datum Basisrapport. Hogrefe Uitgevers BV, Amsterdam NEO-PI-3 Persoonlijkheidsvragenlijst HTS Report ID 15890-3155 Datum 18.07.2017 Basisrapport NEO-PI-3 Inleiding 2 / 22 INLEIDING Dit rapport bevat de scores op de NEO-PI-3 persoonlijkheidsvragenlijst. De

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting De adolescentie is lang beschouwd als een periode met veelvuldige en extreme stemmingswisselingen, waarin jongeren moeten leren om grip te krijgen op hun emoties. Ondanks het feit

Nadere informatie

Thema. Kernelementen. Emoties Puber- en kinderemotie Eenduidige communicatie

Thema. Kernelementen. Emoties Puber- en kinderemotie Eenduidige communicatie Thema Kernelementen Emoties Puber- en kinderemotie Eenduidige communicatie Tips voor de trainer: Werken met mensen is werken met emotie. Leer emoties als signaal te herkennen, maar niet als leidraad te

Nadere informatie

ACT en Authenticiteit

ACT en Authenticiteit ACT en Authenticiteit Weg met het keurslijf, ruimte voor jezelf. Datum: 25-09-2015 Door: Tim Batink Locatie: Bussum even voorstellen Tim Batink, MSc GZ-Psycholoog i.o., Cognitief Gedragstherapeut VGCt,

Nadere informatie

Wat is assertiviteit en hoe kan het je helpen met je persoonlijke wellness?

Wat is assertiviteit en hoe kan het je helpen met je persoonlijke wellness? Wellness Ontwikkelings Activiteit Assertief zijn Hoe deze techniek je leven kan verbeteren Voordelen Meer zelfvertrouwen Meer geloof in je eigen kunnen Eerder nee durven te zeggen Vermindering van Weinig

Nadere informatie

In 7 stappen terug in je kracht na een Relatie breuk!

In 7 stappen terug in je kracht na een Relatie breuk! E-Book wordt aangeboden door CatharinaSmeding.com! In 7 stappen terug in je kracht na een Relatie breuk! Catharina Smeding Tip: print dit e-book uit voor optimaal resultaat! Let op! Je mag niets aan dit

Nadere informatie

Beeldvorming sociaal emotionele ontwikkeling niveau A Klasgroep: Namen van de kinderen

Beeldvorming sociaal emotionele ontwikkeling niveau A Klasgroep: Namen van de kinderen Beeldvorming sociaal emotionele ontwikkeling niveau A Klasgroep: Namen van de kinderen De leerling heeft zicht op wat hij/zij kan. (1) De leerling gaat op een gepaste manier om met dingen die hij/zij niet

Nadere informatie

College 4 Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle

College 4 Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle College 4 Experimenteel Onderzoek en Experimentele Controle - Leary: Hoofdstuk 9 en 10 - MM&C: Hoofdstuk 2.4 (p.129-130), 2.6 en 3.1 - Aanvullende tekst 4 Jolien Pas ECO 2012-2013 Doel experimenteel onderzoek:

Nadere informatie