Onderzoek naar complementaire afvalstromen voor e-waste in Nederland. Witteveen+Bos. Willemstraat 28. postbus DL Breda

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoek naar complementaire afvalstromen voor e-waste in Nederland. Witteveen+Bos. Willemstraat 28. postbus 3465. 4800 DL Breda"

Transcriptie

1 Stichting Witgoed Stichting Bruingoed Stichting ICT~Milieu Stichting Metalektro Recycling Stichting LightRec Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen Onderzoek naar complementaire afvalstromen voor e-waste in Nederland Willemstraat 28 postbus DL Breda telefoon telefax

2

3 INHOUDSOPGAVE blz. MANAGEMENT MANAGEMENTSAMENVATTING 1 1. INLEIDING Achtergrond Opdracht Onderzoekskader Leeswijzer 2 2. BESCHRIJVING INZAMELSTRUCTUUR VOOR E-WASTE Inleiding Het inzameltraject Transport- en sorteerketen Keten milieustraat RSC recycling Keten detailhandel recycling Recycling 4 3. ONDERZOEKSVERANTWOORDING Probleemstelling Gevolgde onderzoeksmethodiek Aanpak bepaling totale omvang e-waste Onderzoek complementaire e-waste stromen van milieustraten Onderzoek complementaire e-waste stromen van de detailhandel Overige informatievergaring RESULTATEN Algemene bevindingen Milieustraten Kringloopbedrijven Detailhandel Omvang huishoudelijk e-waste in Nederland Bepaling van de complementaire stromen Verdelingsstap Verdelingsstap Verdelingsstap 3 17 laatste bladzijde 18

4 MANAGEMENTSAMENVATTING Op grond van EU-richtlijn 2002/96/EG (WEEE-Directive) zijn producenten en importeurs verplicht om afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (hierna e-waste) in te zamelen en te verwerken. De WEEE-Directive is in Nederland uitgewerkt in het Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur (Besluit BEA) en de Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur (Regeling BEA). De hierbij betrokken producenten en importeurs zijn verantwoordelijk voor een milieuverantwoorde inzameling en verwerking van de producten die zij op de Nederlandse markt hebben afgezet. De stichtingen Witgoed, Bruingoed, SMR, LightRec, SVCV en SVEG hebben de operationele activiteiten ten aanzien van inzameling en recycling ondergebracht bij de Stichting Nederlandse Verwijdering Metalektro Producten (hierna NVMP). Via de detailhandel en de gemeenten zamelen de producenten en importeurs de afgedankte apparaten in. Vervolgens gaan de ingezamelde apparaten naar verwerkers, waarmee de NVMP en de Stichting ICT~Milieu contracten hebben afgesloten. Door de Stichting ICT~Milieu is een vergelijkbaar systeem opgezet voor ICT-apparaten. Door is door middel van veldonderzoek bij milieustraten, kringloopbedrijven, RSC en, een gestructureerde telefonische enquête bij winkelbedrijven, aanvullende gegevensverzameling bij distributiecentra en eindverwerkers, een zo accuraat mogelijke schatting gemaakt van de hoeveelheid e-waste die in Nederland vrijkomt en de complementaire stromen die daarbij ontstaan. E-waste betreft alle afgedankte huishoudelijke elektrische en elektronische apparaten. Met complementair e-waste wordt bedoeld het e-waste dat niet door de NVMP en ICT~Milieu wordt ingezameld maar via andere kanalen wordt afgevoerd. In de onderstaande tabel worden de resultaten samengevat. Massabalans huishoudelijk e-waste in Nederland (kg/ inw/ jaar) productcategorieën 1. grote huishoudelijke apparaten inzameling stichtingen milieustraat complement. kringloop/ mini- instal.bdrf container detailhandel & onzekerheid e-waste (totaal) 0,82 1,25 3,3-2,64 8,0 1 B. huishoudelijk KV 1, ,28 1,8 3 A. IT- en telecom in 3b B persoonlijk computergebruik 1,25 0,95-0,30 0,19 2,7 5. verlichting (spaarlampen) 0, ,07-0,1 2. kleine huishoudelijke apparaten in consumentenapparatuur 1,73 0,30 0,3 1,11 1,58 5,1 6. elektrisch gereedschap 0, ,37-0,7 7. speelgoed, sport, ontspanning 0, ,18-0,2 totaal 5,7 2,5 3,6 2,0 4,7 18,5 De belangrijkste data voor de bepaling van de omvang van het jaarlijks vrijkomende e-waste is afkomstig uit de bezitmeting van GfK Panel Services Benelux te Dongen. Op basis van het gemiddelde bezit per huishouden, een gemiddeld gewicht per apparaat en een geschatte totale gebruiksduur (dus inclusief tweede gebruik ) per apparaat is ingeschat hoeveel e-waste jaarlijks vrijkomt in Nederland. In totaal ontstaat in Nederland naar schatting 18,5 kg e-waste per inwoner per jaar zoals is weergegeven in de laatste kolom van de tabel. Deze schatting lijkt sterk op de schatting uit een recente studie van de United Nations University (UNU) 1. In deze UNU-studie werd ingeschat dat 16 tot 18 kg e-waste per inwoner per jaar in de EU27 lidstaten maximaal vrij zou kunnen komen Review of Directive 2002/96 on Waste Electrical and Electronic Equipment, 5 August 2007

5 Hiervan wordt 5,7 kg ingezameld en verwerkt in opdracht van de NVMP en ICT~Milieu zoals is weergegeven in de tweede kolom van de tabel. Van deze 5,7 kg is 85% afkomstig van milieustraten, 14% afkomstig uit de winkelbedrijven op grond van de oud voor nieuw regeling en 1% is afkomstig uit verschillende, kleinere kanalen. Ten aanzien van de complementaire e-waste stromen wordt ingeschat dat via de milieustraten aanvullend 2,5 kg wordt afgevoerd naar de schroothandel. Verder wordt naar de schroothandel 3,6 kg in hoofdzaak CV-ketels en boilers afgevoerd. In totaal wordt aldus in ieder geval 11,8 kg gerecycled, waarvan 6,1 kg als complementair beschouwd moet worden. Dit is aanzienlijk meer dan eerder werd aangenomen en wordt veroorzaakt doordat veel e-waste in administraties niet apart als e-waste wordt benoemd. Per saldo wordt op deze wijze 2 / 3 deel van het e-waste in Nederland gerecycled. Via de minicontainer van huishoudens wordt 2 kg afgevoerd. Tot slot is er dan de resterende 4,7 kg in de voorlaatste kolom. In hoofdzaak is dit e-waste dat afkomstig is vanuit de winkelbedrijven en door deze bedrijven op grond van de oud voor nieuw regeling van consumenten is ontvangen. Hiervan bestaat circa 3 kg uit ijzerhoudend GWG en OWEB, dat waarschijnlijk in Nederland gerecycled wordt op een zelfde wijze als ander metaalhoudend materiaal. Het restant, te weten 1,7 kg, kan bestaan uit televisies, monitoren, koelkasten (beperkt) en overige kleine apparaten.

6 1. INLEIDING 1.1. Achtergrond Op grond van EU-richtlijn 2002/96/EG (WEEE-Directive) zijn producenten en importeurs verplicht om afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (hierna e-waste) in te zamelen en te verwerken. De WEEE-Directive is in Nederland uitgewerkt in het Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur (Besluit BEA) en de Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur (Regeling BEA). De hierbij betrokken producenten en importeurs zijn verantwoordelijk voor een milieuverantwoorde inzameling en verwerking van de producten die zij op de Nederlandse markt hebben afgezet. Bij het hiertoe ontwikkelde systeem kan elke producent en/of importeur zich aansluiten. Dit geschiedt via deelnemerschap aan de een van de volgende stichtingen: - Stichting Witgoed; - Stichting Bruingoed; - Stichting Metalektro Recycling (SMR); - Stichting LightRec Nederland; - Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren (SVCV); - Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen (SVEG); - Stichting ICT~Milieu. De stichtingen Witgoed, Bruingoed, SMR, LightRec, SVCV en SVEG hebben de operationele activiteiten ten aanzien van inzameling en recycling ondergebracht bij de Stichting Nederlandse Verwijdering Metalektro Producten (hierna NVMP). Via de detailhandel en de gemeenten zamelen de producenten en importeurs de afgedankte apparaten in. Vervolgens gaan de ingezamelde apparaten naar verwerkers, waarmee de NVMP en de Stichting ICT~Milieu contracten hebben afgesloten. Door de Stichting ICT~Milieu is een vergelijkbaar systeem opgezet voor ICT-apparaten. De NVMP-stichtingen dekken de met de operationale uitvoering gemoeide kosten uit ontvangen verwijderingsbijdragen die zichtbaar aan de consument zijn doorberekend; ICT~Milieu dekt deze kosten door middel van een kostenomslag op basis van marktaandeel van de producenten/importeurs. Aan de WEEE-Directive zijn inzamel- en recyclingdoelstellingen gekoppeld. Lidstaten zijn verplicht om 4 kg e-waste per inwoner per jaar in te zamelen en milieutechnisch verantwoord te verwerken, oftewel voor Nederland ton op jaarbasis (bij 16,4 miljoen inwoners; bron CBS-Statline 2007). Onder de verantwoordelijkheid van de Stichtingen wordt jaarlijks 5,7 kg e-waste ingezameld en verwerkt, waarmee ruimschoots aan de EU-target wordt voldaan. Er zijn echter aanwijzingen dat meer e-waste per inwoner per jaar vrijkomt. Ter vergelijking: in Noorwegen, Zweden en Zwitserland wordt respectievelijk 13,4 kg, 12,2 kg en 11,4 kg per inwoner per jaar ingezameld Opdracht In het licht van het voorgaande hebben de Stichtingen Witgoed, Bruingoed, Metalektro Recycling, LightRec, Verwijdering Elektrische Gereedschappen, Centrale Verwerking Ventilatoren en - tot slot - de Stichting ICT~Milieu (hierna de Stichtingen) aan opdracht gegeven om de Nederlandse situatie inzake huishoudelijk e-waste in beeld te brengen 2. De volgende vragen zijn daartoe onderzocht: a) hoeveel huishoudelijk e-waste komt in totaliteit jaarlijks vrij in Nederland? b) waar bevinden zich eventuele afgedankte apparaten die buiten de inzamelstructuur van de Stichtingen worden aangeboden en verwerkt (zogenaamde complementaire stromen e-waste, die ontbreken in de gezamenlijke afvalregistratie van de Stichtingen), welke productcategorieën betreft het en wat is de jaarlijkse omvang hiervan onderverdeeld naar productcategorie? c) welke mechanismen en actoren kunnen het ontstaan van complementaire stromen veroorzaken? 2 Bijlage 1A en 1B van de WEEE-Directive geven de reikwijdte van de regeling weer. Het betreft 10 productcategorieën met daarbij circa 110 afzonderlijke producten. Voor dit onderzoek voor de Stichtingen zijn de meeste productcategorieën uit de WEEE- Directive van toepassing. Uitgezonderd zijn de productcategorieën Medische hulpmiddelen, Meet- en controle-instrumenten en Automaten (voor geld, drank, flesjes, voedsel). 1

7 1.3. Onderzoekskader In de volgende afbeelding is het onderzoekskader grafisch verduidelijkt. Het onderzoek richt zich niet op het nader in beeld brengen van de illegale stromen. Afbeelding 1.1. Onderzoekskader afdanking E-Waste product hergebruik? nee ja gebruik in een ander huishouden tot definitief afdanken E-Waste naar Stichtingen? nee ja niet-complentair (verwerkt onder verantwoordelijkheid van de gezamenlijke Stichtingen) naar erkende verwerkers nee ja complementaire, legale stroom E-Waste verwerking in Nederland nee ja illegale, complementaire stroom E-Waste in Nederland illegale, geëxporteerde omplementaire stroom E-Waste 1.4. Leeswijzer De rapportage is als volgt opgebouwd: - in hoofdstuk 2 wordt de huidige door de Stichtingen ingerichte inzamelstructuur beschreven; - in hoofdstuk 3 wordt de onderzoeksopgezet beschreven; - in hoofdstuk 4 worden de resultaten toegelicht. Tevens is een managementsamenvatting aan de rapportage toegevoegd. 2

8 2. BESCHRIJVING INZAMELSTRUCTUUR VOOR E-WASTE 2.1. Inleiding De gescheiden inzameling en verwerking van e-waste volgt uit Europese wetgeving inzake producentenverantwoordelijkheid, c.q. de EU-richtlijn 2002/96/EG (WEEE-Directive). In de onderstaande tabel is de categorie-indeling uit bijlage 1A van de WEEE-Directive weergegeven; deze indeling wordt in bijlage 1B van de Directive verbijzonderd naar circa 110 afzonderlijke apparaten (zie hiervoor bijlage I uit de separate bijlagenrapportage). WEEE-Directive categorie-indeling elektrische en elektronische apparatuur 1. grote huishoudelijke apparaten; 2. kleine huishoudelijke apparaten; 3. IT- en telecommunicatieapparatuur; 4. consumentenapparatuur; 5. verlichtingsapparatuur; 6. elektrisch en elektronisch gereedschap (uitgezonderd grote, niet-verplaatsbare industriële installaties); 7. speelgoed, apparatuur voor sport en ontspanning; 8. medische hulpmiddelen (met uitzondering van alle geïmplanteerde en geïnfecteerde producten); 9. meet- en controle-instrumenten; 10. automaten. De door de producenten ingerichte inzamelstructuur is gericht op de apparaten behorende bij de categorieën 1 tot en met 7, de consumentencategorieën. Via verschillende kanalen kan e-waste ingezameld en aangeboden worden, waarna het via enkele stappen in de transport- en sorteerketen naar verschillende (gecontracteerde) eindverwerkers wordt verzonden. In de volgende paragrafen wordt dit toegelicht Het inzameltraject Het inzameltraject start met een consument die zich op reguliere wijze wil ontdoen van een apparaat met de bedoeling dit als afval af te danken. De volgende mogelijkheden staan open om als consument afgedankte apparatuur in te leveren 3 : - bij de winkel van aankoop, volgens de 'oud voor nieuw' regeling. Indien een nieuw apparaat wordt gekocht, dan kan het oude, gelijksoortige apparaat zonder bijbetaling worden ingeleverd bij de winkel van aankoop. Deze 'oud voor nieuw' regeling geldt ook voor elektrische huishoudelijke apparaten waarvoor bij aankoop geen verwijderingsbijdrage moet worden betaald; - bij de reinigingsdienst van de gemeente. Vaak is binnen de gemeente een locatie (milieustraat) beschikbaar waar e-waste gratis ingeleverd kan worden. Ook zijn er gemeenten die over een aparte inzamelroute voor e-waste beschikken, waarbij het overigens wel mogelijk is dat een voorrijdtarief in rekening wordt gebracht Transport- en sorteerketen Nadat de consument zich van het apparaat heeft ontdaan conform de hiervoor beschreven twee wegen, zijn er in hoofdlijn de volgende aansluitende transport- en sorteerketens beschikbaar: - milieustraat > Regionaal Sorteer Centrum (RSC) > recycling; - detailhandel > recycling. Via de eerste keten wordt op basis van de administratieve gegevens van de NVMP en ICT~Milieu circa 85 % van het e-waste aangeleverd aan de Stichtingen, hetgeen in hoofdstuk 3 wordt toegelicht. De tweede keten draagt zorg voor 14 % van het binnen het systeem ingezamelde en verwerkte e-waste. 3 Naast genoemde mogelijkheden, worden apparaten ook vaak afgegeven aan kringloopbedrijven. In dat geval betreft het in principe nog bruikbare apparaten, die (nog) niet in de kanalen waar dit onderzoek betrekking op heeft, zijn terecht gekomen. De kringloopbedrijven verkopen deze zelf of via andere tweedehands winkelbedrijven tenzij deze daar niet meer voor in aanmerking komen. 3

9 Het restant (1 %) bereikt via meerdere kanalen, zoals bijvoorbeeld speciale inzamelacties van scholen, de inzamelstructuur van de NVMP en ICT~Milieu en wordt niet verder toegelicht Keten milieustraat RSC recycling Er zijn in Nederland 443 gemeenten (bron VNG) die beschikken over milieustraten. Deze milieustraten worden door gemeenten in eigen beheer geëxploiteerd of in opdracht van de desbetreffende gemeente door derden geëxploiteerd. De bevolking kan hier grof vuil aanbieden waaronder nagenoeg altijd ook het e-waste. Op de milieustraten wordt het e-waste in dichte inloopcontainers verzameld. Meestal zijn 2 containers per locatie nodig om het e-waste ordentelijk te sorteren. Grote apparaten zoals wasmachines worden op elkaar gestapeld in een van de containers. Kleine apparaten worden voorgesorteerd in palletboxen, waarna de volle palletboxen met een steekkarretje in de tweede container geplaatst worden. Volle containers worden door diverse transporteurs afgevoerd naar één van de 17 RSC en in Nederland. In de onderstaande tabel zijn de RSC-locaties aangegeven: Tabel 2.1. Locaties Regionale Sorteer Centra Nederland Oudehaske Vijfhuizen Amsterdam s-gravenland Schiedam (2 stuks) Rotterdam Dordrecht Den Bosch Tilburg Breda Bergen op Zoom Goes Nijmegen Venlo Weert Kerkrade In grote lijnen wordt op een RSC de volgende werkwijze gehanteerd: - volle containers afkomstig van gemeenten worden gewogen, hetzij op de RSC-locatie, hetzij op een andere locatie als het RSC niet beschikt over een weegbrug; - deze volle containers worden op het RSC deels handmatig en deels met behulp van een heftruck leeggehaald, uitgesorteerd en in andere containers geplaatst; - de uitgesorteerde containers worden naar de gecontracteerde eindverwerkers getransporteerd Keten detailhandel recycling Een winkel heeft de volgende mogelijkheden om afgedankte elektrische huishoudelijke apparaten (verkregen via de oud voor nieuw regeling) in te leveren: - bij de milieustraat van de gemeente; in hoeveelheden van maximaal 7 stuks per keer; - bij een RSC; hier kunnen grotere partijen e-waste direct worden uitgesorteerd, zoals ook gebeurt voor het e-waste afkomstig van milieustraten; - winkels die deel uitmaken van een detailhandelsketen met een distributiecentrum (DC) kunnen de afgedankte apparaten via retourlogistiek transporteren naar het distributiecentrum. Vanaf het DC kan het e-waste worden afgevoerd naar de eindverwerking; - via de ophaalservice van de Stichting NVMP of de ophaalservice van de Stichting ICT~Milieu, waarbij de apparaten via een fijnmazige inzamelstructuur in de winkel worden opgehaald Recycling Voor het inzamel- en verwerkingssysteem van de NVMP en ICT~Milieu zijn ten behoeve van de recycling contracten afgesloten met geselecteerde verwerkers. Deze contractpartners worden hieronder toegelicht. Coolrec Coolrec is een 100 % dochter van de Van Gansewinkel organisatie. Coolrec beschikt in Nederland over twee locaties. Zowel in Eindhoven als Dordrecht worden koel- en vriesapparatuur, professionele koelingen en beeldbuizen (TV s, monitoren) verwerkt. Sims Mirec Sims Mirec is onderdeel van Sims Recycling Solutions. In Nederland zijn twee locaties beschikbaar te weten Sims Recycling Solutions te Eindhoven en Mirec BV te Echt (beeldbuisverwerking). 4

10 Recydur Recydur is een Nederlands recycling bedrijf gespecialiseerd in de verwerking van afgedankte elektrische en elektronische apparaten. Recydur is een zelfstandig bedrijf en beschikt over een verwerkingslocatie in Apeldoorn. HKS Metals HKS Metals heeft vestigingen in Amersfoort, Amsterdam, Eindhoven, Hengelo, en Zwartsluis. HKS Metals verwerkt jaarlijks meer dan 1 miljoen ton ferro en 100 duizend ton non-ferro schroot. De Ruiter Schroot Naast HKS is de Ruiter Schroot gecontracteerd om groot witgoed te verwerken. De Ruiter Schroot is onderdeel van Van Dalen Metals, Recycling & Trading. Gezamenlijk beschikken zij over verschillende vestigingen. 5

11 3. ONDERZOEKSVERANTWOORDING 3.1. Probleemstelling Ten aanzien van de hoeveelheid e-waste die in Nederland wordt ingezameld, is alleen bekend hoeveel via de door de NVMP en ICT~Milieu geregisseerde inzamelstructuur wordt verwerkt. Om de omvang van eventuele complementaire stromen te kunnen schatten, is voor dit onderzoek onderstaand schema als uitgangspunt gekozen. De gestippelde lijnen geven de potentiële complementaire routes aan. Afbeelding 3.1: Schema onderzoeksopzet complementaire stromen e-waste consument, overtollig apparaat definitief afdanken detailhandel oud voor nieuw (mini)container ophalen NVMP/ ICT~Milieu milieupark/ grofvuil route RSC verbranding in een AVI recyclingstraject via NVMP en ICT-Milieu schroothandel/ overig Hieronder volgt een toelichting van dit schema. Daarna wordt verkend op welke wijze de ontbrekende gegevens verzameld kunnen worden om te komen tot een totaaloverzicht van de hoeveelheden e-waste inclusief de complementaire stromen. consument en complementaire stromen De consument bepaalt door zijn aankoop- en afdankgedrag primair de omvang en de samenstelling van het e-waste. Voor het onderhavige onderzoek naar complementaire e-waste stromen is het van groot belang om een indicatie te hebben van de totale hoeveelheid vrijkomend e-waste bij de huishoudens. Daarnaast bepaalt de consument zelf een aantal complementaire stromen zodra hij e-waste afvoert via de minicontainer of verkoopt aan de schroothandel. Ook de onderverdeling binnen productcategorieën is van belang, omdat sommige productcategorieën geld opbrengen als e-waste. Het betreft met name het metaalhoudend e-waste, waarbij de veronderstelling is dat waardevol e-waste eerder als complementaire stroom zal ontstaan dan e-waste zonder handelswaarde. 6

12 recyclingstraject NVMP en ICT~Milieu Uit de administraties van de NVMP en ICT~Milieu zijn gesommeerde hoeveelheidgegevens beschikbaar voor de productgroepen groot witgoed (GWG), koelvries (KV), televisies (TV), overig wit- en bruingoed (OWEB) en ICT. Hieruit volgt verder dat 85 % van de totale ingezamelde en verwerkte hoeveelheid e-waste via de milieustraten wordt aangeleverd. Daarnaast wordt vanuit de detailhandel 10 % ingezameld via de fijnmazige inzamelroute en afgerond 4 % bij de distributiecentra (retourlogistiek vanuit de winkelketens). Het restant is beperkt in omvang en over meerdere kanalen verdeeld. milieustraten en complementaire stromen Omdat op milieustraten veel e-waste wordt ontvangen, is het van belang om na te gaan of hier bepaalde stromen via andere kanalen worden afgevoerd dan via het inzamelsysteem van de NVMP en ICT~Milieu. Zoals aangegeven in afbeelding 3.1. is de belangrijkste optie de eventuele afvoer van metaalhoudend e-waste aan de schroothandel, bijvoorbeeld via de ijzercontainer. In afbeelding 3.1 zou in principe ook een potentiële e-waste stroom van de RSC en, kringloopbedrijven en tweedehands winkels, waar e-waste afkomstig van huishoudens kan vrijkomen als het niet geschikt is voor verkoop, aangegeven moeten worden. Omdat uit het onderzoek is gebleken dat deze stromen zeer gering zijn, zijn deze stromen niet in het schema opgenomen aangezien anders het schema onnodig complex zou worden. winkelbedrijven en complementaire stromen Afgerond 14 % van de totale hoeveelheid geregistreerd e-waste wordt aangeleverd via de winkelbedrijven via de oud voor nieuw regeling. Ook hier is het van belang te onderzoeken of bepaalde e-waste stromen via andere kanalen worden afgevoerd dan via de hiervoor ingerichte structuur. Van de omvang en samenstelling van deze potentiële complementaire stroom is nog weinig informatie beschikbaar Gevolgde onderzoeksmethodiek Op basis van afbeelding 3.1. en de toelichting, richt de vraagstelling zich op de volgende onderdelen: a) hoeveel e-waste wordt jaarlijks afgedankt en wat is hiervan de samenstelling? b) ontstaan er bij de consument complementaire e-waste stromen en zo ja, wat is hiervan de omvang? c) ontstaan er complementaire e-waste stromen bij milieustraten en zo ja, wat is hiervan de omvang? d) ontstaan er complementaire e-waste stromen bij de winkelbedrijven en zo ja, wat is hiervan de omvang? Voor de beantwoording van deze vragen is allereerst nagegaan welke informatie beschikbaar en bruikbaar is. Het feitelijke onderzoek is gericht op het onbekende restant. Daarnaast is door aanvullende interviews het beeld verder verscherpt. Onderstaand vindt een nadere toelichting plaats Aanpak bepaling totale omvang e-waste Om een inschatting te kunnen maken van het e-waste dat van alle huishoudens gezamenlijk vrijkomt in Nederland en om potentiële complementaire stromen aan de bron (de consument) te achterhalen, is het noodzakelijk om inzicht te hebben in: a) het bezit per huishouden onderverdeeld naar afzonderlijke producten voor de productcategorieën 1 tot en met 7 van de WEEE-Directive, ook wel bekend als witgoed, bruingoed en grijsgoed (ICT); b) inzicht in de manieren waarop producten worden afgedankt; c) het gewicht per apparaat; d) de gemiddelde gebruiksduur per apparaat. 7

13 Onderstaand wordt beschreven welke gegevens hiervoor beschikbaar zijn: bezitmeting en de wijze van afdanking Voor de beantwoording van de eerste twee vragen is gebruik gemaakt van de bezitmeting 4 die door GfK Panel Services Benelux is uitgevoerd in In dit onderzoek is uitgegaan van een omvangrijke steekproef. De steekproef bedroeg n=6136 voor witgoedapparaten, n=5780 voor bruingoedapparaten en n=5780 voor grijsgoedapparaten. Als extra kwaliteitscontrole heeft GfK na de afronding van het reguliere (online en schriftelijke) onderzoek steekproefsgewijs enkele honderden huishoudens persoonlijk bezocht om te controleren of alles op de juiste manier is geregistreerd en of er geen producten zijn vergeten. De informatie uit deze face-to-face check zijn gebruikt om de resultaten van de online en offline meting daar waar nodig te corrigeren. Voor alle zware apparaten zoals wasmachines, televisies en dergelijke plus de meeste van de kleinere apparaten is het bezit per huishouden bepaald. Tevens is, deels op apparaatniveau en deels op apparatengroepsniveau, nagegaan op welke wijze apparaten worden afgedankt. gewicht en gebruiksduur In de rapportage van GfK Panel Services Benelux is tevens nagegaan wat de levensduur van de afgedankte apparaten is. In dit GfK-onderzoek is onderscheid gemaakt tussen: - afdanken met de bedoeling van definitieve verwijdering; - afdanken met de bedoeling van hergebruik (bij een tweede consument, bijvoorbeeld via afgifte aan een ander huishouden of afgifte aan een kringloopbedrijf). Ten aanzien van het hergebruikdeel geldt dat er sprake is van levensduurverlenging. Door de tweede eigenaar zal het apparaat nog enige tijd gebruikt worden, waarna het alsnog wordt afgedankt om definitief te verwijderen. Door is een correctie uitgevoerd op de GfK-data om te komen tot een gemiddelde gebruiksduur per apparaat. Deze gemiddelde gebruiksduur is geverifieerd binnen de begeleidingsgroep. Ten aanzien van het gemiddeld gewicht per apparaat is gebruik gemaakt van verschillende bronnen: - de administratie van de NVMP en ICT~Milieu, waarin gemiddelde gewichten over productcategorieën zijn bepaald; - de rapportage van de United Nations University (UNU) 5 waarin voor een aantal producten gemiddelde gewichten zijn bepaald; - de bijlage met gewichten behorende bij de GfK-enquête; - een gewichtenanalyse uitgevoerd door UK CEED and the European Recycling Platform 6. Met behulp van deze bronnen is het mogelijk om voor circa 70 % van de apparaten gewichten toe te kennen. Voor het restant, te weten circa 30 met name kleinere, lichte apparaten zoals accuboormachines en dergelijke, is met behulp van Google gezocht naar de gewichten behorende bij het betreffende apparaat zoals door de fabrikant is aangegeven Onderzoek complementaire e-waste stromen van milieustraten De beschikbare data uit de administratie van de NVMP en ICT~Milieu geeft geen inzicht in de feitelijke aanvoer per productcategorie per milieustraat, aangezien op een RSC alleen een inweging op containerniveau plaatsvindt zonder een nadere verbijzondering naar de bijbehorende afzonderlijke productcategorieën per milieustraat. Vervolgens vindt er - nadat het sorteerproces op het RSC heeft plaatsge Bezit, afdanking en verkrijging van witgoed, bruingoed en grijsgoed, Dongen, oktober Review of Directive 2002/96 on Waste Electrical and Electronic Equipment, 5 August 2007 Arisings, Collection and Handling of Waste Electrical and Electronic Equipment in Peterborough,

14 vonden - een uitweging plaats voor de categorieën GWG, KV, TV, OWEB en ICT, waarbij de totalen per categorie afkomstig zijn van alle gemeenten die aanleveren op het betreffende RSC. Hierdoor is in de administratie op RSC-niveau niet inzichtelijk of er milieustraten zijn waar complementaire stromen ontstaan indien bepaalde categorieën niet worden aangeboden. Om te kunnen achterhalen welke werkwijze feitelijk wordt uitgevoerd, is een veldonderzoek uitgevoerd bij 36 milieustraten en kringloopbedrijven. Hierbij is de WEEE-productenlijst als uitgangspunt gehanteerd. Door middel van interviews en waarneming ter plekke is nagegaan hoe wordt omgegaan met apparaten als wasmachines, ICT-apparatuur, koelkasten, televisietoestellen en dergelijk. Tenslotte zijn ook de bijbehorende RSC en bezocht om na te gaan of delen van het e-waste worden verhandeld vanuit de RSC en. Gebleken is dat dit niet optreedt. Ten aanzien van de onderzochte locaties moet aangetekend worden dat hiertoe ook samenwerkingsverbanden behoren met meerdere aangesloten milieustraten. Vaak zijn dit dan regionaal opererende overheids-nv s waaraan ook kringloopbedrijven verbonden kunnen zijn. De onderzochte gebieden betreffen zuidoost Nederland, centraal Nederland en noordoost Nederland. Het totale verzorgingsgebied dat door de onderzochte organisaties wordt bediend, bedraagt 4 miljoen inwoners, ofwel afgerond 25 % van de totale Nederlandse bevolking. De inzamelresultaten in deze onderzochte gebieden komen overeen met de gemiddelde inzamelresultaten zoals deze zijn geregistreerd bij SenterNovem (in 2005): Tabel 3.1. E-waste via inzameling gemeenten in 2005 (kg/ inw/ jaar) Provincie kg per inwoner provincie kg per inwoner Drenthe 4,4 Noord-Brabant 4,6 Flevoland 4,9 Noord-Holland 4,2 Friesland 4,7 Overijssel 3,8 Gelderland 4,6 Utrecht 4,3 Groningen 4,7 Zeeland 6,2 Limburg 4,6 Zuid-Holland 4,0 Gemiddeld per inwoner 4,4 Uit het overzicht per provincie komt naar voren dat de hoeveelheid e-waste per inwoner per provincie sterk vergelijkbaar is. Alleen Zeeland springt hier bovenuit met gemiddeld 6,2 kg per inwoner per jaar (in 2005). Geconcludeerd kan worden dat uit de onderzochte steekproef een voldoende accuraat beeld voor Nederland behaald kan worden Onderzoek complementaire e-waste stromen van de detailhandel Uit een eerste verkenning naar de problematiek rondom potentiële complementaire e-waste stromen afkomstig uit de detailhandel, waartoe onder meer overleg is gevoerd met de VROM-Inspectie in verband met een door hen ingesteld onderzoek naar afgedankte elektrische en elektronische apparaten 7, kwam naar voren dat rechtstreekse gegevens moeilijk te vinden zijn. Om deze reden is dit deel van het onderzoek op basis van een breed uitgezette telefonische enquête uitgevoerd. Naast vragen naar productcategorieën die verkocht worden en daaraan gekoppeld vragen of apparaten retour komen en waar ze blijven, zijn er ook vragen gesteld welke gericht zijn op de verbetering van de dienstverlening. Uit de administratie van de NVMP is elk 10 e bedrijf in een apart bestand geplaatst en aan overgedragen. Een deel van de adressen bleek niet bruikbaar te zijn doordat bijvoorbeeld het bedrijf was opgeheven. Vervolgens is voorafgaand aan het telefonisch onderzoek een aankondigingbrief verstuurd naar afgerond bedrijven. Indien zij niet aan het onderzoek wensten mee te 7 VROM- Inspectie, Het beeld verhelderd, Handhavingsactie 2006 op de export van afgedankte elektrische en elektronische apparaten, Eindhoven 8 maart

15 doen, was het mogelijk om dit te melden waarna ze van de bellijst verwijderd werden. Tevens zijn bedrijven verwijderd die niet meer bezorgbaar bleken te zijn. Uiteindelijk zijn bedrijven telefonisch benaderd en hebben 164 bedrijven daadwerkelijk aan de enquête meegewerkt Overige informatievergaring Naast afstemming binnen de begeleidingsgroep waarin alle Stichtingen waren vertegenwoordigd, die over veel kennis van de onderhavige problematiek beschikken, is aanvullende informatie ingewonnen bij: - de VROM-Inspectie; - de Nederlandse Vereniging voor afval- en reinigingsmanagement (NVRD); - de Dienst Nationale Recherche Informatie; - VROM Inlichtingen- en Opsporingsdienst; - de gecontracteerde eindverwerkers; - enkele niet gecontracteerde schrootverwerkers; - handelaren in kapotte apparaten (via Markplaats.nl); - distributiecentra behorende bij grote winkelketens en keukenleveranciers. 10

16 4. RESULTATEN In dit hoofdstuk worden allereerst de algemene indrukken besproken. Vervolgens wordt ingegaan op de schatting van de totale hoeveelheid huishoudelijk e-waste in Nederland. Tot slot wordt per productcategorie een inschatting gemaakt van de omvang van de complementaire stromen en de locaties waar deze ontstaan. Voor de leesbaarheid zijn de meeste hoeveelheidgegevens omgerekend naar kg per inwoner per jaar. Als omrekeningsfactor geldt dat 1 kg per inwoner overeenkomt met ton e-waste totaal (op basis van 16,4 miljoen inwoners; bron CBS-Statline 2007) Algemene bevindingen Milieustraten Het grootste deel van de bezoeken heeft plaatsgevonden na telefonische afspraak (circa 2 / 3 deel); het restant door onaangekondigd een milieustraat te bezoeken. Via de milieustraten wordt 85 % van al het e-waste verzameld dat in opdracht van de NVMP en ICT~Milieu wordt verwerkt. In de onderstaande tabel wordt allereerst het op de milieustraten bij de NVMP en ICT~Milieu geregistreerde inzamelresultaat uitgespitst naar de afzonderlijke categorieën: Tabel 4.1. Behaalde inzamelresultaat op de milieustraten Milieustraten via RSC en (resultaten 2007) ICT-app. GWG KV OWEB TV totaal totale inzameling (kg) kg/ inw/ jr 1,3 0,6 1,2 1,1 0,8 4,9 Opvallend is dat de hoeveelheid ingezameld groot witgoed (GWG) achter blijft bij het inzamelresultaat van koelkasten (KV) terwijl verwacht mag worden dat qua gewicht er meer GWG vrijkomt dan KV. Dit laatste wordt verduidelijkt in paragraaf 4.2., waar de totale hoeveelheid vrijkomend e-waste wordt onderverdeeld naar productcategorieën. In het separate bijlagenrapport is in bijlage II het resultaat van het veldonderzoek weergegeven, waarbij tevens een omrekening heeft plaatsgevonden naar rato van de omvang van het verzorgingsgebied. Uit de resultaten volgt samengevat het volgende: - gemakkelijk te verhandelen GWG (wasmachines en wasdrogers) wordt bij 58 % van de milieustraten via de (locale) schroothandel afgevoerd en bij de overige 42 % via het RSC; - gerelateerd aan het inwoneraantal blijkt dat 65 % van het GWG via de schroothandel wordt afgevoerd en 35 % via het RSC; - ten aanzien van OWEB worden op 17 % van de milieustraten delen van het OWEB via de schroothandel afgevoerd. Gerelateerd aan het inwoneraantal betreft het 23 % van het OWEB; - geheel onverwacht bleek dat ICT-apparatuur in 24% van de gevallen niet via de RSC en wordt afgevoerd, maar dat externe kanalen worden gebruikt. Zo worden de kasten gedemonteerd en gesorteerd naar onderdelen verkocht als waardevol metaal; - gerelateerd aan het verzorgingsgebied blijkt dat 57 % van de ingeleverde ICT en telecomapparaten naar het RSC worden afgevoerd en 43 % via alternatieve kanalen. Met andere woorden, als voor een alternatieve route wordt gekozen, gebeurt dit op de grote milieustraten en/of binnen regionale samenwerkingsverbanden van milieustraten; - op veel milieustraten worden uit veiligheidsoverwegingen op verzoek van het RSC kabels afgeknipt. Deze kabels worden vervolgens in hoofdzaak door de milieustraten separaat verkocht (waardevol koper) en niet aangeboden aan de NVMP en ICT~Milieu; - milieutechnisch schadelijk e-waste (koelkasten, televisies, monitoren, spaarlampen, TL-lampen) wordt nagenoeg altijd via de NVMP en ICT~Milieu route afgevoerd. De belangrijkste overweging hiervoor is dat gemeenten een voorbeeldfunctie vervullen. 11

17 De belangrijkste overwegingen om waardevol e-waste niet aan te bieden aan de NVMP en ICT~Milieu zijn van financiële aard. De gemeenten geven aan dat handelingskosten worden gemaakt ten behoeve van e-waste terwijl daar geen vergoeding tegenover staat. Met name voor GWG zijn zij van mening dat dit evengoed milieutechnisch verantwoord verwerkt kan worden via de schroothandel. Door op deze wijze GWG af te voeren ontstaat een inkomstenbron waardoor de afvalstoffenheffing (beperkt) lager kan uitvallen. Voor ICT geldt een soortgelijke overweging. Wel is het bij ICT noodzakelijk om voldoende volume te krijgen, waardoor op kleine milieustraten deze werkwijze nauwelijks voorkomt. Tot slot speelt op de achtergrond ook de discussie inzake vergoedingen tussen enerzijds de NVRD (namens de gemeenten) en anderzijds de Stichtingen een rol. Op sommige locaties wordt daarom geen waardevol e-waste aangeboden aan de Stichtingen, maar wordt een alternatieve inkomstenbron aangeboord Kringloopbedrijven De totale complementaire e-waste stroom is relatief gering in vergelijking met de complementaire stroom vanaf milieustraten zoals in paragraaf 4.3 zal worden toegelicht. Een belangrijk reden hiervoor is dat relatief weinig e-waste de kringloopbedrijven bereikt, aangezien zij dit op voorhand proberen tegen te gaan, waardoor er ook weinig e-waste als complementaire stroom afgevoerd kan worden. Kringloopbedrijven, maar ook tweedehands winkels, zorgen ervoor dat bruikbare apparaten nog een nieuwe bestemming kunnen krijgen waardoor er sprake is van levensduurverlenging. Dit zal niet voor alle apparaten mogelijk zijn. Een belangrijke vraag is dus welk deel van de apparaten, die bestemd zijn voor hergebruik, bij nader inzien toch meteen na binnenkomst definitief verwijderd moeten worden en als e-waste vrijkomen. Binnen het onderzoek zijn hier geen harde gegevens voor aangetroffen. Wel is uit het veldonderzoek en de bijbehorende interviews bij kringloopbedrijven gebleken dat het voor hen ongewenst is als niet bruikbare apparaten toch aangeboden worden. Deze onbruikbare apparaten leggen namelijk beslag op de beschikbare ruimte, het personeel moet extra handelingen uitvoeren (ophalen, uitladen in de winkel, controleren, afvoeren) waardoor aanzienlijke kosten worden gemaakt. Deze kosten worden niet of in onvoldoende mate gedekt indien het apparaat onverkoopbaar blijkt te zijn en als e-waste afgevoerd moet worden. Veel kringloopbedrijven hanteren daarom een telefonische voorselectie waarbij wordt gevraagd welk apparaat wordt aangeboden en of het nog werkt. Niet bruikbare apparaten worden zo min mogelijk geaccepteerd, waarbij wordt verwezen naar bijvoorbeeld een milieustraat om het apparaat af te voeren. Daarnaast is het mogelijk dat apparaten direct worden aangeboden op het kringloopbedrijf. Ook dan zal een selectie uitgevoerd worden maar desalniettemin is niet 100 % te garanderen dat alle apparaten daadwerkelijk bruikbaar zijn voor verkoop. Op grond van deze overwegingen wordt als uitgangspunt aangenomen dat 80 % van de apparaten met oogmerk hergebruik daadwerkelijk ook hergebruikt kunnen worden, en pas na levensduurverlenging bij de tweede consument definitief worden verwijderd. Het daadwerkelijke e-waste (de niet bruikbare apparaten) wordt in hoofdzaak afgevoerd via de (locale) schroothandel indien deze metaalhoudend is. ICT wordt gedemonteerd indien er voldoende aanbod is en personeel voorhanden is om het te demonteren. Met name financiële argumenten leiden ertoe dat metaalhoudend e-waste niet wordt aangeboden aan de NVMP en ICT~Milieu. Schadelijk e-waste (monitoren, koelkasten) wordt over het algemeen via de locale milieustraat afgevoerd naar de RSC en maar sporadisch vindt ook een directe afvoer plaats naar de NVMP en ICT~Milieu. Een belangrijke reden hiervoor is dat kringloopbedrijven uit ideële overwegingen willen voorkomen dat door e-waste schade wordt veroorzaakt aan het milieu Detailhandel In de volgende tabel wordt het bij de NVMP en ICT~Milieu geregistreerde inzamelresultaat inzake e-waste afkomstig van de detailhandel uitgespitst naar de afzonderlijke categorieën: 12

18 Tabel 4.2. Behaalde inzamelresultaat bij de detailhandel Detailhandel (resultaten 2007) ICT-app. GWG KV OWEG TV totaal totale inzameling (kg) kg/inw/jr 0,02 0,2 0,3 0,1 0,1 0,8 Afgerond 14 % van het geregistreerde e-waste is afkomstig van de detailhandel, waarbij apparaten zijn ingeleverd op grond van de oud voor nieuw regeling en zijn opgehaald via de fijnmazige inzamelstructuur of via de distributiecentra behorende bij de detailhandel (retourlogistiek). Aangezien e-waste ontvangen wordt, kunnen ook complementaire e-waste stromen ontstaan. Een eerste indicatie dat daadwerkelijk complementaire stromen ontstaan, blijkt uit het inzamelresultaat van GWG en KV. De hoeveelheid ingezameld GWG blijft achter bij het inzamelresultaat van KV. In de enquête van is gevraagd naar productcategorieën die verkocht worden, met direct hieraan gekoppeld de vraag of apparaten retour komen, en zo ja, waar ze blijven. Hierbij is tevens gevraagd om een inschatting te maken van het percentage apparaten dat retour komt zodra een nieuw apparaat verkocht wordt. De kernresultaten zijn in de onderstaande tabel weergegeven: Tabel 4.3. Enquêteresultaat productcategorieën detailhandel productcategorieën GWG KV TV ICT OWEB retourpercentage ontvangen apparaten oud en nieuw regeling afvoer ontvangen E-Waste via afvoerkanaal (%) GWG KV TV ICT OWEB 1 milieustraat/ophalen gemeente ophalen NVMP/ICT Milieu reparatie & verkoop verkoop handelaren retourstroom DC container restafval container oud ijzer totaal percentage Uit deze resultaten volgt dat de enquête niet representatief is geweest voor de detailhandel in zijn geheel. De resultaten geven aan dat via de inzamelstructuur van de NVMP en ICT~Milieu ruim 50 % verwerkt wordt van het via de oud voor nieuw regeling ontvangen e-waste en circa 30 % wordt afgevoerd naar de milieustraat of opgehaald door de gemeente. Bovendien wordt ongeveer de helft van het vrijkomende e-waste ontvangen bij de afgifte van nieuwe apparatuur. Echter op grond van deze uitgangspunten zou dan het totale volume aan ingezameld e-waste bij de detailhandel door de NVMP en ICT~Milieu een factor twee hoger moeten zijn dan het geregistreerde inzamelresultaat. Deze afwijking is te groot en het volume te omvangrijk om op deze wijze conclusies aan het enquêteresultaat te verbinden. Er zijn twee oorzaken aan te wijzen waarom geconcludeerd moet worden dat de enquête niet representatief is voor de detailhandel in zijn geheel: a) omdat de enquête is opgezet als een dienstverleningsonderzoek (met als achterliggende gedachte dat zo een kwalitatief beter enquêteresultaat behaald wordt) hebben alleen bedrijven meegewerkt die veelvuldig apparaten retour krijgen en gelijktijdig veelvuldig gebruik maken van de hiervoor ingerichte structuur. Bedrijven dus die baat hebben bij het inzamelsysteem; b) zelfstandige, kleinere bedrijven zijn relatief oververtegenwoordigd in de steekproef. Hierdoor wordt het resultaat beïnvloed, uitgaande van de gedachte dat grote ketens makkelijker in staat zijn grotere volumes (metaalhoudend) e-waste via andere kanalen af te voeren. 13

19 Via aanvullend, gericht telefonisch onderzoek bij de grotere ketens is nagegaan of een beter beeld verkregen kan worden van het volume aan e-waste dat daar vrijkomt en eventuele complementaire stromen. Helaas bleek het niet mogelijk te zijn voldoende accurate gegevens te achterhalen. Via een alternatieve systematiek is het echter toch mogelijk gebleken om een inschatting te kunnen maken van de complementaire stromen bij de detailhandel. Ook dit wordt nader uitgewerkt in paragraaf 4.3. Allereerst zal echter ingegaan worden op de bepaling van het vrijkomende huishoudelijke e-waste in Nederland Omvang huishoudelijk e-waste in Nederland Een recente en uitgebreide studie van de United Nations University (UNU) 8 geeft aan dat jaarlijks 21 kg EEA (elektrische en elektronische apparatuur) per inwoner per jaar binnen EU27 lidstaten gekocht wordt. Omdat de nieuwe lidstaten versneld een achterstand inhalen, mag verwacht worden dat de hoeveelheid afgedankt e-waste wat lager zal uitvallen dan de genoemde 21 kg. In deze UNU-studie werd ingeschat dat 16 tot 18 kg e-waste per inwoner per jaar maximaal vrij zou kunnen komen. In deze studie zijn ook verschillende eindverwerkings-scenario s onderzocht op milieurelevantie. Het is mogelijk dat in Nederland een afwijkende hoeveelheid e-waste vrijkomt. Zoals in paragraaf reeds is aangegeven, is de belangrijkste data ten behoeve van de bepaling van de omvang van het jaarlijks vrijkomende e-waste afkomstig uit de bezitmeting van GfK Panel Services Benelux te Dongen. Op basis van het gemiddelde bezit per huishouden, een gemiddeld gewicht per apparaat en een geschatte totale gebruiksduur (dus inclusief tweede gebruik ) per apparaat is ingeschat hoeveel e-waste jaarlijks vrijkomt in Nederland. In de separate bijlagenrapportage is in bijlage 3 de berekening op apparaatniveau weergegeven. De resultaten worden hieronder per productcategorie samengevat. Tabel 4.4. Vrijkomende hoeveelheid e-waste onderverdeeld naar productcategorieën geschat tonnage per jaar per inwoner (kg/jaar) 1 A grote (ijzerhoudende) huishoudelijke apparaten ,0 1 B grote huishoudelijke koel/vries apparaten ,8 2 kleine huishoudelijke apparaten ,2 3 A IT- en telecommunicatieapparatuur ,7 3 B persoonlijk computergebruik ,0 4 consumentenapparatuur ,9 5 verlichtingsapparatuur ,1 6 elektrische en elektronische gereedschap ,7 7 speelgoed ontspannings- en sportapparatuur ,2 totaal ,5 Uit de tabel komt direct naar voren dat de hoeveelheid KV kleiner is dan de hoeveelheid GWG terwijl uit de geregistreerde inzamelresultaten het omgekeerde blijkt. Dit is een belangrijke indicatie voor de aanwezigheid van complementaire stromen en in overeenstemming met de beleving dat GWG via aparte kanalen wordt afgevoerd aangezien hier een opbrengst tegenover staat. De nauwkeurigheid van de bovenstaande schatting hangt samen met de spreiding van gemiddelde gewichten per apparaat, de ingeschatte gebruiksduur (inclusief tweede leven) en het aantal apparaten dat per huishouden aanwezig is. Voor het onderdeel gemiddeld gewicht is in de eerder genoemde Engelse studie 9 een analyse gemaakt van de gewichtsafwijking (spreiding) per apparaat. Hieruit volgt dat de gemiddelde afwijking per apparaat 30 % bedraagt. Over alle producten gesommeerd zal de totale gewichtsafwijking aanzienlijk lager zijn, maar het mag duidelijk zijn dat er een onnauwkeurigheid blijft bestaan. Samen met de onnauwkeurigheid van de bezitmeting en de onnauwkeurigheid van de in Review of Directive 2002/96 on Waste Electrical and Electronic Equipment, 5 August 2007 Arisings, Collection and Handling of Waste Electrical and Electronic Equipment in Peterborough,

20 geschatte gebruiksduur moet rekening gehouden worden met een onzekerheidsmarge in de ordegrootte van 15 %. De werkelijke hoeveelheid jaarlijks vrijkomend e-waste uit huishoudens in Nederland zal zich met inachtneming van de onzekerheden bevinden tussen de 16 en 21 kg per inwoner per jaar. Voor het vervolg van deze rapportage zal gerekend worden met 18,5 kg per inwoner per jaar, zijnde de gemiddelde en best te geven schatting op basis van de huidige beschikbare data Bepaling van de complementaire stromen Er is veel gefragmenteerde data beschikbaar. Een geschikte manier om uit de gefragmenteerde data een zo volledig mogelijk beeld te construeren is door uit te gaan van een massabalans. Door uit te gaan van een massabalans, is het tevens mogelijk om onbekende stromen af te schatten aangezien deze vaak een relatie hebben met bekende stromen. Stapsgewijs wordt deze aanpak en verdeling toegelicht. De basis vormen de navolgende tabellen waarin enerzijds het inzamelresultaat van de Stichtingen staat weergegeven (links) en anderzijds de geschatte vrijkomende hoeveelheid e-waste bij de huishoudens (rechts); de tussenliggende kolommen zijn de te bepalen complementaire stromen zoals in hoofdstuk 3 via het schema van afbeelding 3.1. is toegelicht Verdelingsstap 1 Gestart wordt met de onderstaande tabel, waarbij de productcategorieën 2 en 4 voor de duidelijkheid direct onder elkaar zijn geplaatst. Deze categorieën tezamen, inclusief de categorieën 6 en 7, vormen namelijk de categorie OWEB plus TV binnen de administratie van de NVMP. Alle getallen zijn in kilogrammen per inwoner per jaar. Indien getallen op 2 cijfers achter de komma worden gepresenteerd, dan is dat niet gedaan om een hoge nauwkeurigheid te suggereren, maar omdat sommige productcategorieën zo beperkt in omvang zijn dat zij anders in de afronding onzichtbaar worden. Van de tabel is het middenkader nog niet bekend (kolommen 3 6) en de tweede kolom nog niet toegelicht. De buitenrand (kolom 7) is in de vorige paragraaf toegelicht. Gestart wordt met de informatie die bekend is: Tabel 4.5. Eerste verdelingsstap e-waste (in kg/inw./jaar) Productcategorieën inzameling milieustraat stichtingen complement. kringloop/ instal.bedr. minicontainer detailhandel & onzekerheid E-waste (totaal) 1 A grote huishoudelijke apparaten 0,82 8,0 1 B huishoudelijk KV 1,55 1,8 3 A. IT- en telecom in 3b 3 B. persoonlijk computergebruik 1,25 2,7 5. verlichting (spaarlampen) 0,02 0,1 2. kleine huishoudelijke apparaten in 4 4. consumentenapparatuur 1,73 5,1 6. elektrisch gereedschap 0,35 0,7 7. speelgoed, sport, ontspanning 0,02 0,2 totaal 5,7 2,0 18,5 Onderstaand vindt allereerst met gebruikmaking van aanvullende informatie een nadere uitleg plaats ten aanzien van kolom 2 (inzameling Stichtingen) en kolom 5 (minicontainer). kolom 2, inzameling stichtingen Het behaalde inzamelresultaat in 2007 van de stichtingen is in kolom 2 weergegeven. Op de data van de stichtingen is een bewerking uitgevoerd omdat de administratieve indeling afwijkt van de indeling conform de productcategorieën van de WEEE-Directive. De productcategorieën 3 A en 3 B zijn uit administratieve overwegingen samengevoegd. Deze worden in de administratie van ICT~Milieu namelijk als één categorie benoemd. Daarnaast zijn de productcategorieën 2 en 4 samengevoegd, hetgeen een optelling is van OWEB en TV uit de administratie van de NVMP. Door de NVMP is een sorteeranalyse uitgevoerd op het OWEB die gebruikt is om voor de productcategorieën gereedschappen en 15

21 speelgoed een nadere uitsplitsing te maken. In totaal wordt 2,1 kg ingezameld (OWEB en TV) hetgeen zo goed mogelijk verdeeld is over de onderste 4 rijen behorende bij kolom 2. kolom 5, minicontainer Een consument heeft de mogelijkheid om met name kleinere apparaten via de minicontainer af te voeren. Tijdens het veldonderzoek is gevraagd of recente sorteeranalyse beschikbaar waren, naast gegevens die via internet verkregen zijn. Op deze wijze zijn gegevens verkregen van verschillende gemeenten, die zijn opgesteld door diverse onderzoeksbureaus 10. Hieruit komt naar voren dat de hoeveelheid e-waste in het huishouden beperkt is, en gemiddeld 0,8 % bedraagt. Dit komt in Nederland overeen met afgerond 2 kilogram per inwoner per jaar. Het mag duidelijk zijn dat het vooral kleinere apparaten betreft, die op deze wijze afgevoerd kunnen worden Verdelingsstap 2 In de vorige stap zijn enkele gegevens reeds ingevuld, waardoor een verdere invulling kan gaan plaatsvinden. Dit betreft de kolommen 3 en 4, die voor de duidelijkheid reeds in tabel 4.6 zijn ingevuld. Tabel 4.6. Tweede verdelingsstap e-waste Productcategorieën inzameling Stichtingen milieustraat complement. kringloop/ instal.bdrf minicontainer detailhandel & onzekerheid e-waste (totaal) 1a. grote huishoudelijke apparaten 0,82 1,25 3,30 8,0 1b. huishoudelijk KV 1, ,8 3a. IT- en telecom in 3b - - 3b. persoonlijk computergebruik 1,25 0,95-2,7 5. verlichting (spaarlampen) 0, ,1 2. kleine huishoudelijke apparaten in consumentenapparatuur 1,73 0,30 0,30 5,1 6. elektrisch gereedschap 0, ,7 7. speelgoed, sport, ontspanning 0, ,2 Totaal 5,7 2,5 3,6 2,0 18,5 Onderstaand vindt een nadere uitleg plaats ten aanzien van de ingevulde kolommen 3 en 4. kolom 3, complementaire stromen afkomstig vanaf de milieustraat Complementaire stromen worden aangetroffen bij GWG, ICT en OWEB zoals in paragraaf op hoofdlijn is besproken. Dit is gebaseerd op de gedetailleerde gegevens uit bijlage II van het separate bijlagenrapport. Door het uitgevoerde veldonderzoek is bekend welk complementaire stromen ontstaan en welk percentages het betreft. Daarmee is ook bekend welk gedeelte wordt aangeboden aan de NVMP en ICT~Milieu. De percentages complementaire stromen bedragen voor ICT, GWG en OWEB respectievelijk 43 %, 65 % en 23 %. Het verhoudingsgetal tussen beide stromen, vermenigvuldigd met de feitelijke geregistreerde afvoer geeft de grootte van deze complementaire stroom weer 11. Voor OWEB is een correctie toegepast aangezien de relatief zware televisies correct worden aangeboden aan de NVMP. Door deze in de berekening te betrekken, zou een overschatting van de complementaire stroom plaatsvinden. Derhalve zijn de televisies buiten beschouwing gelaten bij de berekening van de complementaire stroom OWEB. De berekende complementaire stroom OWEB is relatief gering (0,3 kg), de berekende complementaire stroom GWG is zoals verwacht mag worden aanzienlijk groter en bedraagt 1,25 kg Bureau Milieu & Werk BV te Tilburg, Syncera, Eureco BV, CREM BV Amsterdam, SenterNovem Een rekenvoorbeeld ter verduidelijking: 57% van de ICT-apparatuur wordt aangeboden aan ICT~Milieu en 43% wordt via andere kanalen afgevoerd. Het verhoudingsgetal bedraagt 43/57 = 0,75. De complementaire ICT-stroom bedraagt 0,75 x 1,25 kg (de feitelijke inzameling) = 0,95 kg. 16

Vereniging NVMP en Stichting ICT~Milieu. Complementaire e-waste stromen in Nederland versie 2.0. Witteveen+Bos. Willemstraat 28.

Vereniging NVMP en Stichting ICT~Milieu. Complementaire e-waste stromen in Nederland versie 2.0. Witteveen+Bos. Willemstraat 28. Vereniging NVMP en Stichting ICT~Milieu Complementaire e-waste stromen in Nederland versie 2.0 Willemstraat 28 postbus 3465 4800 DL Breda telefoon 076 523 33 33 telefax 076 514 44 42 INHOUDSOPGAVE blz.

Nadere informatie

Bijlagenrapport behorende bij: Onderzoek naar complementaire afvalstromen voor e-waste in Nederland. Witteveen+Bos. Willemstraat 28.

Bijlagenrapport behorende bij: Onderzoek naar complementaire afvalstromen voor e-waste in Nederland. Witteveen+Bos. Willemstraat 28. Stichting Witgoed Stichting Bruingoed Stichting ICT~Milieu Stichting Metalektro Recycling Stichting LightRec Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen

Nadere informatie

Rapportage over 2017

Rapportage over 2017 Rapportage over 2017 Conform artikel 18, lid 3 van de Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 3 februari 2014, nr. IENM/BSK 2014/14758, houdende vaststelling regels met betrekking

Nadere informatie

Rapportage over 2016

Rapportage over 2016 Rapportage over 2016 Conform artikel 18, lid 3 van de Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 3 februari 2014, nr. IENM/BSK-2014/14758, houdende vaststelling regels met betrekking

Nadere informatie

Rapportage over 2015 (1 e herziening)

Rapportage over 2015 (1 e herziening) Rapportage over 2015 (1 e herziening) Conform artikel 18, lid 3 van de Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 3 februari 2014, nr. IENM/BSK-2014/14758, houdende vaststelling

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2014

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2014 Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed Publieksversie jaarverslag 2014 Inleiding Stichting Verwerking Huishoudelijke Elektrische Apparaten (Stichting Witgoed) verenigt

Nadere informatie

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, van 2007, nr. SAS/2007, tot wijziging van de Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur (formulier verslaglegging)

Nadere informatie

Vereniging NVMP en Stichting ICT~Milieu. Bijlagenrapport behorende bij de versie 2.0 rapportage inzake complementaire. Witteveen+Bos.

Vereniging NVMP en Stichting ICT~Milieu. Bijlagenrapport behorende bij de versie 2.0 rapportage inzake complementaire. Witteveen+Bos. Vereniging NVMP en Stichting ICT~Milieu Bijlagenrapport behorende bij de versie 2.0 rapportage inzake complementaire e-wastestromen Willemstraat 28 postbus 3465 4800 DL Breda telefoon 076 523 33 33 telefax

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2008

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2008 Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed Publieksversie jaarverslag 2008 Inleiding De Stichting Verwerking Huishoudelijke Elektrische Apparaten (Stichting Witgoed)

Nadere informatie

Rapportage over 2018

Rapportage over 2018 Rapportage over 218 Conform artikel 18, lid 3 van de Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 3 februari 214, nr. IENM/BSK- 214/14758, houdende vaststelling regels met betrekking

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2008

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2008 Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed Publieksversie jaarverslag 2008 Inleiding De Stichting Verwerking Elektronische Apparaten (Stichting Bruingoed) verenigt ruim 270 producenten

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2009

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2009 Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed Publieksversie jaarverslag 2009 Inleiding De Stichting Verwerking Elektronische Apparaten (Stichting Bruingoed) verenigt ruim 260 producenten

Nadere informatie

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2013

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2013 Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen Publieksversie jaarverslag 2013 Inleiding De Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen (SVEG) verenigt ruim 160 producenten en importeurs van de

Nadere informatie

Individueel afvalpreventie- en beheerplan voor afgedankte elektrische en elektronische apparaten

Individueel afvalpreventie- en beheerplan voor afgedankte elektrische en elektronische apparaten Individueel afvalpreventie- en beheerplan voor afgedankte elektrische en elektronische apparaten Het plan dient ingediend te worden in het Frans of in het Nederlands. De gegevens worden opgenomen in het

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2013

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2013 Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed Publieksversie jaarverslag 2013 Inleiding De Stichting Verwerking Huishoudelijke Elektrische Apparaten (Stichting Witgoed)

Nadere informatie

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2009

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2009 Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen Publieksversie jaarverslag 2009 Inleiding De Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen (SVEG) verenigt ruim 160 producenten en importeurs van de

Nadere informatie

Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren. Publieksversie jaarverslag 2009

Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren. Publieksversie jaarverslag 2009 Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren Publieksversie jaarverslag 2009 Inleiding De Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren (SVCV) verenigt ruim 70 producenten en importeurs van de volgende productgroepen:

Nadere informatie

Stichting Metalektro Recycling. Publieksversie jaarverslag 2012

Stichting Metalektro Recycling. Publieksversie jaarverslag 2012 Stichting Metalektro Recycling Publieksversie jaarverslag 2012 Inleiding De Stichting Metalektro Recycling (SMR) verenigt ruim 660 producenten en importeurs van de volgende productgroepen: naai-, brei-,

Nadere informatie

Feiten & Cijfers Wecycle 2012

Feiten & Cijfers Wecycle 2012 Feiten & Cijfers Wecycle 2012 Index Introductie 3 Het systeem 4 Opdrachtgevers 6 Resultaten 7 Financiën 15 Resultaten partners 18 Campagnes en samenwerking 22 Benchmark gemeenten 24 Inzamelmeubels 26 Inzamelbox

Nadere informatie

Stichting Metalektro Recycling. Publieksversie jaarverslag 2008

Stichting Metalektro Recycling. Publieksversie jaarverslag 2008 Stichting Metalektro Recycling Publieksversie jaarverslag 2008 Inleiding De Stichting Metalektro Recycling (SMR) verenigt ruim 800 producenten en importeurs van de volgende productgroepen: naai-, brei-,

Nadere informatie

Stichting Metalektro Recycling. Publieksversie jaarverslag 2014

Stichting Metalektro Recycling. Publieksversie jaarverslag 2014 Stichting Metalektro Recycling Publieksversie jaarverslag 2014 Inleiding Stichting Metalektro Recycling (SMR) verenigt ruim 660 producenten en importeurs van consumentenapparatuur: naai-, brei-, borduur-

Nadere informatie

Vermeden CO 2 emissies door recycling van e-waste

Vermeden CO 2 emissies door recycling van e-waste Vermeden CO 2 emissies door recycling van e-waste Monitoring 2013 Datum: 6-5-2014 Versie: Eindrapport Project nummer: CL1039 In opdracht van: Hendrik Bijker, Wecycle. Uitgevoerd door: Jorrit Leijting,

Nadere informatie

Stichting LightRec Nederland. Publieksversie jaarverslag 2009

Stichting LightRec Nederland. Publieksversie jaarverslag 2009 Stichting LightRec Nederland Publieksversie jaarverslag 2009 Inleiding De Stichting LightRec Nederland verenigt ruim 350 producenten en importeurs van de volgende productgroepen: TL-buizen Gasontladingslampen

Nadere informatie

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2008

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2008 Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen Publieksversie jaarverslag 2008 Inleiding De Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen (SVEG) verenigt ruim 160 producenten en importeurs van de

Nadere informatie

Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren. Publieksversie jaarverslag 2012

Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren. Publieksversie jaarverslag 2012 Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren Publieksversie jaarverslag 2012 Inleiding De Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren (SVCV) verenigt ruim 70 producenten en importeurs van de volgende productgroepen:

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2014

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2014 Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed Publieksversie jaarverslag 2014 Inleiding Stichting Verwerking Elektronische Apparaten (Stichting Bruingoed) verenigt ruim 220 producenten

Nadere informatie

Stichting Metalektro Recycling. Publieksversie jaarverslag 2010

Stichting Metalektro Recycling. Publieksversie jaarverslag 2010 Stichting Metalektro Recycling Publieksversie jaarverslag 2010 Inleiding De Stichting Metalektro Recycling (SMR) verenigt ruim 500 producenten en importeurs van de volgende productgroepen: naai-, brei-,

Nadere informatie

Monitoringsverslag 2008. Openbare versie

Monitoringsverslag 2008. Openbare versie Monitoringsverslag Openbare versie De NVMP zorgt namens de producenten en importeurs van elektr(on)ische apparatuur in Nederland voor de inzameling en verwerking van afgedankte elektr(on)ische apparatuur.

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2011

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2011 Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed Publieksversie jaarverslag 2011 Inleiding De Stichting Verwerking Elektronische Apparaten (Stichting Bruingoed) verenigt ruim 220 producenten

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2012

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2012 Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed Publieksversie jaarverslag 2012 Inleiding De Stichting Verwerking Huishoudelijke Elektrische Apparaten (Stichting Witgoed)

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2010

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2010 Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed Publieksversie jaarverslag 2010 Inleiding De Stichting Verwerking Huishoudelijke Elektrische Apparaten (Stichting Witgoed)

Nadere informatie

Wecycle Monitoringsverslag 2012

Wecycle Monitoringsverslag 2012 Wecycle Monitoringsverslag 2012 Inhoudsopgave Inleiding 3 1 Verplichte rapportage 4 1.1 Op de markt gezette elektrische apparatuur 4 1.2 Ingezamelde elektrische apparatuur 4 1.3 Materiaalhergebruik en

Nadere informatie

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2011

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2011 Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen Publieksversie jaarverslag 2011 Inleiding De Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen (SVEG) verenigt ruim 160 producenten en importeurs van de

Nadere informatie

fåçáîáçìééä=~ñî~äéêéîéåíáéj=éå ÄÉÜÉÉêéä~å=îççê=~ÑÖÉÇ~åâíÉ ÉäÉâíêáëÅÜÉ=Éå=ÉäÉâíêçåáëÅÜÉ ~éé~ê~íéå

fåçáîáçìééä=~ñî~äéêéîéåíáéj=éå ÄÉÜÉÉêéä~å=îççê=~ÑÖÉÇ~åâíÉ ÉäÉâíêáëÅÜÉ=Éå=ÉäÉâíêçåáëÅÜÉ ~éé~ê~íéå fåçáîáçìééä=~ñî~äéêéîéåíáéj=éå ÄÉÜÉÉêéä~å=îççê=~ÑÖÉÇ~åâíÉ ÉäÉâíêáëÅÜÉ=Éå=ÉäÉâíêçåáëÅÜÉ ~éé~ê~íéå Documentbeschrijving 1. Titel publicatie Afvalpreventie, afvalbeheerplan, AEEA, afgedankte elektrische en

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2011

Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed. Publieksversie jaarverslag 2011 Stichting Verwerking Elektrische Huishoudelijke Apparaten h/o Stichting Witgoed Publieksversie jaarverslag 2011 Inleiding De Stichting Verwerking Huishoudelijke Elektrische Apparaten (Stichting Witgoed)

Nadere informatie

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2010

Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen. Publieksversie jaarverslag 2010 Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen Publieksversie jaarverslag 2010 Inleiding De Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen (SVEG) verenigt ruim 160 producenten en importeurs van de

Nadere informatie

Recupel - Het Belgisch systeem voor terugname en recyclage van afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA)

Recupel - Het Belgisch systeem voor terugname en recyclage van afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA) Recupel - Het Belgisch systeem voor terugname en recyclage van afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA) 10 jaar Recupel Peter Sabbe Brugge 6 april 2011 10 jaar Recupel Historiek Recupel

Nadere informatie

Stichting LightRec Nederland. Publieksversie jaarverslag 2008

Stichting LightRec Nederland. Publieksversie jaarverslag 2008 Stichting LightRec Nederland Publieksversie jaarverslag 2008 Inleiding De Stichting LightRec Nederland verenigt ruim 340 producenten en importeurs van de volgende productgroepen: TL-buizen Gasontladingslampen

Nadere informatie

CO2 impact kringloopbedrijven

CO2 impact kringloopbedrijven CO2 impact kringloopbedrijven CO2 besparing gerealiseerd in 2014 door Stichting Aktief Dhr. G. Berndsen Gildenstraat 43 7005 bl Doetinchem Tel. 0314330980 g.berndsen@aktief-groep.nl Samenvatting Met 1

Nadere informatie

Afgifte elektronica-afval door elektronicawinkels en postorderbedrijven. Datum 24 oktober 2011

Afgifte elektronica-afval door elektronicawinkels en postorderbedrijven. Datum 24 oktober 2011 Afgifte elektronica-afval door elektronicawinkels en postorderbedrijven Datum 24 oktober 2011 Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Bodem en Afval nationaal Nieuwe Uitleg 1 Postbus 16191

Nadere informatie

Stichting LightRec Nederland. Publieksversie jaarverslag 2014

Stichting LightRec Nederland. Publieksversie jaarverslag 2014 Stichting LightRec Nederland Publieksversie jaarverslag 2014 Inleiding Stichting LightRec Nederland verenigt ruim 450 producenten en importeurs van de volgende productgroepen: TL-buizen Spaarlampen Led-lampen,

Nadere informatie

Sorteeranalyse grof huishoudelijk restafval 2014. In opdracht van gemeente Brielle

Sorteeranalyse grof huishoudelijk restafval 2014. In opdracht van gemeente Brielle In opdracht van gemeente Brielle verslag Doss. no. 13A585 Tilburg, 13 januari 2015 In opdracht van gemeente Brielle Bureau Milieu & Werk BV Kraaivenstraat 21-15 Postbus 10311 5000 JH Tilburg Tel: 013-5434400

Nadere informatie

Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren. Publieksversie jaarverslag 2010

Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren. Publieksversie jaarverslag 2010 Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren Publieksversie jaarverslag 2010 Inleiding De Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren (SVCV) verenigt ruim 70 producenten en importeurs van de volgende productgroepen:

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2013

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2013 Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed Publieksversie jaarverslag 2013 Inleiding De Stichting Verwerking Elektronische Apparaten (Stichting Bruingoed) verenigt ruim 210 producenten

Nadere informatie

Wecycle Monitoringsverslag 2013

Wecycle Monitoringsverslag 2013 Wecycle Monitoringsverslag 2013 Inhoudsopgave Inleiding 3 1 Verplichte rapportage 4 1.1 Op de markt gezette elektrische apparatuur 4 1.2 Ingezamelde elektrische apparatuur 4 1.3 Materiaalhergebruik en

Nadere informatie

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2010

Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed. Publieksversie jaarverslag 2010 Stichting Verwerking Elektronische Apparaten h/o Stichting Bruingoed Publieksversie jaarverslag 2010 Inleiding De Stichting Verwerking Elektronische Apparaten (Stichting Bruingoed) verenigt ruim 260 producenten

Nadere informatie

Stichting LightRec Nederland. Publieksversie jaarverslag 2010

Stichting LightRec Nederland. Publieksversie jaarverslag 2010 Stichting LightRec Nederland Publieksversie jaarverslag 2010 Inleiding De Stichting LightRec Nederland verenigt ruim 350 producenten en importeurs van de volgende productgroepen: TL-buizen Gasontladingslampen

Nadere informatie

Betreft : Producentenverantwoordelijkheid / herschikking Richtlijn afgedankte elekt(on)ische apparatuur (WEEE)

Betreft : Producentenverantwoordelijkheid / herschikking Richtlijn afgedankte elekt(on)ische apparatuur (WEEE) Per e-mail: cie.vrom@tweedekamer.nl Aan de Vaste Commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Betreft : Producentenverantwoordelijkheid

Nadere informatie

Het Zalmhuis, Rotterdam, 26 juni 2008

Het Zalmhuis, Rotterdam, 26 juni 2008 Het Zalmhuis, Rotterdam, 26 juni 2008 14.00 uur Opening symposium door Jeroen de Roos 14.10 uur Presentatie en bespreking resultaten onderzoeken: Hoeveel apparaten met een stekker heeft u in huis? door

Nadere informatie

Vermeden broeikaseffect door recycling van e-waste

Vermeden broeikaseffect door recycling van e-waste Vermeden broeikaseffect door recycling van e-waste 29-214 Datum: 27 juli 215 Versie: 1.1 In opdracht van: Opgesteld door: Hendrik Bijker Wecycle Laura Golsteijn Marisa Vieira Dit rapport is geschreven

Nadere informatie

Bepaling van gewichten van huishoudelijke elektrische apparaten in de afvalfase. Witteveen+Bos. Willemstraat 28. postbus 3465.

Bepaling van gewichten van huishoudelijke elektrische apparaten in de afvalfase. Witteveen+Bos. Willemstraat 28. postbus 3465. Stichting Bruingoed Stichting Witgoed Stichting ICT~Milieu Stichting Metalektro Recycling Stichting LightRec Stichting Verwerking Centrale Ventilatoren Stichting Verwijdering Elektrische Gereedschappen

Nadere informatie

FLO/U Lbr. 13/098

FLO/U Lbr. 13/098 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 betreft WEEE-richtlijn uw kenmerk ons kenmerk FLO/U201301495 Lbr. 13/098 bijlage(n) datum 14 november 2013 Samenvatting

Nadere informatie

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond

Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Aanvulling BBL-oud-grond Aanvullend advies aan het Interprovinciaal Overleg over de verdelingsvraagstukken samenhangend met de BBL-oud-grond Juni 2013 Inhoud 1 Inleiding 2

Nadere informatie

sectorplan 15 Wit- en bruingoed

sectorplan 15 Wit- en bruingoed sectorplan Wit- en bruingoed 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalstoffen Elektrische en elektronische apparaten 2. Belangrijkste bronnen Huishoudens en bedrijven 3. Aanbod in 2000 (in Nederland)

Nadere informatie

Resultaat gescheiden afvalinzameling 2018 In vergelijking tot gemeente Drimmelen

Resultaat gescheiden afvalinzameling 2018 In vergelijking tot gemeente Drimmelen Resultaat gescheiden afvalinzameling 2018 In vergelijking tot 2017 gemeente Doss. no. 18AA507 Tilburg, 19 februari 2018 De AfvalSpiegel Kraaivenstraat 21-15 Postbus 1011 5000 JH Tilburg Tel: 085-771995

Nadere informatie

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee). Ontwikkeling melkveebedrijven in Utrecht, Gelderland en Brabant Analyse van mogelijke groei van melkveebedrijven op basis van gegevens van CBS en provincies Het CBS inventariseert jaarlijks de feitelijk

Nadere informatie

Gemeente Maastricht - Onderzoek & Statistiek

Gemeente Maastricht - Onderzoek & Statistiek Rapportage Pieter Honig & Simon van den Bighelaar Van den Bighelaar & Honig Onderzoeksbureau E-mail : info@vdbho.nl Opdrachtgever Drs. Paul Hinssen Gemeente Maastricht - Onderzoek & Statistiek Mosae Forum

Nadere informatie

sectorplan 8 Afval van verlichting

sectorplan 8 Afval van verlichting sectorplan Afval van verlichting 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalstoffen Hoge- en lagedruk kwiklampen, hoge- en lagedruk natriumlampen en fluorescentiepoeder 2. Belangrijkste bronnen Dienstverlening,

Nadere informatie

IGOV Kenniscafé Openbare Verlichting Inzameling en verwerking van afgedankte openbare verlichting

IGOV Kenniscafé Openbare Verlichting Inzameling en verwerking van afgedankte openbare verlichting IGOV Kenniscafé Openbare Verlichting Inzameling en verwerking van afgedankte openbare verlichting 14 maart 2019 Bart van Kalkeren 1 van 14 Wie is Wecycle rol Wecycle is een non-profitorganisatie, werkt

Nadere informatie

CONCLUSIES EN AANBEVELNGEN n.a.v. rapport The Dutch WEEE Flows

CONCLUSIES EN AANBEVELNGEN n.a.v. rapport The Dutch WEEE Flows CONCLUSIES EN AANBEVELNGEN n.a.v. rapport The Dutch WEEE Flows INLEIDING: de Recast In 1999 startte in Nederland het eerste landelijke systeem voor inzameling en recycling van afgedankte elektrische apparaten

Nadere informatie

NAAR EEN GESLOTEN KRINGLOOP VOOR ELEKTRISCHE APPARATEN

NAAR EEN GESLOTEN KRINGLOOP VOOR ELEKTRISCHE APPARATEN KRINGLOOP VOOR ELEKTRISCHE APPARATEN Geachte deelnemer, Europa schroeft de ambities op voor de verantwoorde verwijdering van elektr(on) ische apparaten en energie- zuinige verlichting (e-waste). Een aangescherpte

Nadere informatie

Verkoop, gebruik en afgedankte elektronische en elektrische apparatuur,

Verkoop, gebruik en afgedankte elektronische en elektrische apparatuur, Verkoop, gebruik en afgedankte elektronische en elektrische apparatuur, 1995-2016 Indicator 13 maart 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Circulair met E-Waste

Circulair met E-Waste Circulair met E-Waste Gemakkelijk Elektronica Recyclen Ernest de Weert Sims Metal Management Werelds grootste metaal recycler Beursgenoteerd in Australië 8,7 miljoen ton jaarlijks Wereldwijd beschikbaar

Nadere informatie

Resumerende rapportage juni 2017

Resumerende rapportage juni 2017 Resumerende rapportage 2016 30 juni 2017 INHOUD 1. RAPPORTAGES 2. PUT ON MARKET (EEE) Hier detitel 3. VERWERKING (WEEE) 4. RESULTAAT RAPPORTAGES Rapportages* 2014 2015 2016 individuele producenten 57 87

Nadere informatie

Verkoop, gebruik en afgedankte elektronische en elektrische apparatuur,

Verkoop, gebruik en afgedankte elektronische en elektrische apparatuur, Verkoop, gebruik en afgedankte elektronische en elektrische apparatuur, 1995-2017 Indicator 6 mei 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Producten- en tarievenlijst 2019

Producten- en tarievenlijst 2019 Producten- en tarievenlijst 2019 Wecycle is een non-profitorganisatie die in Nederland de inzameling en recycling van e-waste organiseert. De kosten voor de inzameling en recycling van e-waste komen ten

Nadere informatie

Hester Klein Lankhorst Grondstoffencongres: Grip op AEEA Donderdag 28 maart 2019

Hester Klein Lankhorst Grondstoffencongres: Grip op AEEA Donderdag 28 maart 2019 Hester Klein Lankhorst Grondstoffencongres: Grip op AEEA Donderdag 28 maart 2019 Ontwikkelingen in Europa Producentenverantwoordelijkheid wordt steeds verder uitgebreid binnen Europa, aan de hand van uitgebreide

Nadere informatie

Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica. goedkoop speelgoed en grote huishoudelijke apparaten. Datum 1 september 2011 Status Definitief

Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica. goedkoop speelgoed en grote huishoudelijke apparaten. Datum 1 september 2011 Status Definitief Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica goedkoop speelgoed en grote huishoudelijke apparaten Datum 1 september 2011 Status Definitief Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Bodem en Afval

Nadere informatie

Een analyse van de stromen elektronica-afval in Nederland

Een analyse van de stromen elektronica-afval in Nederland Een analyse van de stromen elektronica-afval in Nederland Foto: FAQ directive WEEE en RoHS Amsterdam, 11 februari 2008 Spuistraat 104d 1012 VA Amsterdam tel. 020-6274969 fax 020-6266539 e-mail: office@crem.nl

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie Zaaknummer OLOGWB10. Onderwerp Tarieven rest- en GFT-afval 2012

Raadsvoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie Zaaknummer OLOGWB10. Onderwerp Tarieven rest- en GFT-afval 2012 Raadsvoorstel Inleiding Het Afvalbeheerplan 2011 2015 is op 8 februari 2011 vastgesteld door uw gemeenteraad. Eén van de maatregelen uit het plan is het vergroten van het verschil tussen het tarief voor

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. Nr. 183 95 22 22september 2008 Regeling van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van

Nadere informatie

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Zaaknummer: OLOGWB10. Onderwerp Tarieven rest- en GFT-afval 2012

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Zaaknummer: OLOGWB10. Onderwerp Tarieven rest- en GFT-afval 2012 Zaaknummer: OLOGWB10 Collegevoorstel Inleiding Het Afvalbeheerplan 2011 2015 is op 8 februari 2011 vastgesteld door de gemeenteraad. Eén van de maatregelen uit het plan is het vergroten van het verschil

Nadere informatie

vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval

vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval nadere toelichting vergoedingsgrondslag 11/12/2014 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Grondslag voor

Nadere informatie

21/11/2012. Wecycle. Opdracht Wecycle. Opdracht Wecycle. Agenda. Uitgangspositie. Structuur. Missie. Milieu Platform Zorgsector Symposium 20.11.

21/11/2012. Wecycle. Opdracht Wecycle. Opdracht Wecycle. Agenda. Uitgangspositie. Structuur. Missie. Milieu Platform Zorgsector Symposium 20.11. Agenda Milieu Platform Zorgsector Symposium 20.11.2012 - Organisatiestructuur - Inzamelsysteem - Resultaten - Hoe hebben we dit resultaat bereikt? De nieuwe doelstellingen -De WEEE Flows -Registratie en

Nadere informatie

Monitoringsverslag 2006. Openbare versie

Monitoringsverslag 2006. Openbare versie Monitoringsverslag 2006 Openbare versie **~u NVMP/ Inhoudsopgave INLEIDING 3 1.1 INLEIDING 3 1.2 PRODUCTEN 3 2 SAMENVATTING EN CONCLUSIES 2006 7 3 ANALYSE EN RESULTATEN 8 3.1 ALGEMEEN 8 3.2 HOEVEELHEDEN

Nadere informatie

Recycling elektrische en elektronische apparaten. Datum 6 januari 2010 Status Definitief

Recycling elektrische en elektronische apparaten. Datum 6 januari 2010 Status Definitief Recycling elektrische en elektronische apparaten Datum 6 januari 2010 Status Definitief Colofon Contactpersoon I. van der Velden/M.A.P. Verweij VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Bodem en Afval

Nadere informatie

4 Onderzoeksverantwoording

4 Onderzoeksverantwoording 4 Onderzoeksverantwoording Het onderzoek Het veldwerk van de Monitor Criminaliteit Bedrijfsleven 2005 liep 11 weken en vond plaats van 19 september tot en met 6 december 2005. In totaal zijn 38.030 bedrijven

Nadere informatie

Sectorplan 29 Batterijen

Sectorplan 29 Batterijen Sectorplan 29 Batterijen 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalstoffen Alkaline batterijen, zinkbruinsteen batterijen, oplaadbare nikkel cadmium batterijen, kwikoxide batterijen, zilveroxide batterijen,

Nadere informatie

Aanvulling aanvraag omgevingsvergunning ITR, Weverstraat 6a te Uden

Aanvulling aanvraag omgevingsvergunning ITR, Weverstraat 6a te Uden datum: Pagina - 1 - Aanvulling aanvraag omgevingsvergunning ITR, Weverstraat 6a te Uden OLO formulier Aanvraaggegevens De reden voor het indienen van de aanvraag is dat voor het uitoefenen van de aangevraagde

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 18 mei Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 18 mei Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Ketenmaatregelen in de ICT branche Case 2: ICT Milieu

Ketenmaatregelen in de ICT branche Case 2: ICT Milieu Ketenmaatregelen in de ICT branche Case 2: ICT Milieu Betrokkenen: Frerik van de Pas Michiel Cuijpers Lieke van Rossum Joost van Capellen Lonneke de Graaff-van der Kamp NL Energie en Klimaat (Agentschap

Nadere informatie

Sectorplan 8 Afval van verlichting

Sectorplan 8 Afval van verlichting Sectorplan 8 Afval van verlichting 1 Achtergrondgegevens 1. Belangrijkste afvalstoffen Hoge- en lagedruk kwiklampen, hoge- en lagedruk natriumlampen en fluorescentiepoeder 2. Belangrijkste bronnen Dienstverlening,

Nadere informatie

Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Onder embargo. 2

Aanvulling BBL-oud-grond Provincies, natuurlijk doen! Onder embargo. 2 1. Inleiding Voor de verdeling van de middelen uit de hoofdlijnennotitie van het ministerie van EZ ( 200 miljoen) is advies gevraagd aan onze commissie (Commissie Jansen-2). Dit advies is uitgebracht in

Nadere informatie

Nieuwe Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

Nieuwe Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur Nieuwe Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur Met ingang van 14 februari 2014 is de nieuwe Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur van kracht. Deze vervangt de oude

Nadere informatie

Onderwerp : Verordening Reinigingsheffingen : Besluit tot vaststelling van de verordening Reinigingsheffingen 2012

Onderwerp : Verordening Reinigingsheffingen : Besluit tot vaststelling van de verordening Reinigingsheffingen 2012 Raadsvoorstel Onderwerp : Verordening Reinigingsheffingen. Indiener agendapunt Gevraagd besluit Bijlage(n) : Het college van burgemeester en wethouders, portefeuillehouder: H. Nijskens : Besluit tot vaststelling

Nadere informatie

Impact assessment herschikkingsvoorstel richtlijn afgedankte elektrische en elektronische apparatuur

Impact assessment herschikkingsvoorstel richtlijn afgedankte elektrische en elektronische apparatuur Impact assessment herschikkingsvoorstel richtlijn afgedankte elektrische en elektronische apparatuur Inzameldoelstelling, verplichte afgifte, interoperabel register, milieu en sociale aspecten Van der

Nadere informatie

Geef afval waarde. Samen naar een duurzaam Westvoorne

Geef afval waarde. Samen naar een duurzaam Westvoorne Afvalspecial 2019 1 Wat doen we met ons afval? Het scheiden van afval bespaart ook geld. Elke kilo afval voor de verbrandingsinstallatie, kost de gemeente dit jaar 22 cent. Dat wordt via de afvalstoffenheffing

Nadere informatie

in opdracht van Nedvang rapport

in opdracht van Nedvang rapport in opdracht van Nedvang rapport Doss. no. : 14A557 Tilburg, 1 augustus 2014 in opdracht van Nedvang Bureau Milieu & Werk BV Kraaivenstraat 21-15 Postbus 10311 5000 JH Tilburg Tel: 013-5434400 Fax: 013-5443102

Nadere informatie

Verlaging van afvalstoffenheffing door uitvoering van de Raamovereenkomst verpakkingen

Verlaging van afvalstoffenheffing door uitvoering van de Raamovereenkomst verpakkingen Bijlage Verlaging van afvalstoffenheffing door uitvoering van de Raamovereenkomst verpakkingen mei 2009 Pagina 1 van 7 Samenvatting In deze bijlage wordt inzicht gegeven in de mate waarin als gevolg van

Nadere informatie

Quick scan inzamelsysteem EPSverpakkingen. Stromenanalyse, inzamelkosten en krachtenveldanalyse

Quick scan inzamelsysteem EPSverpakkingen. Stromenanalyse, inzamelkosten en krachtenveldanalyse Quick scan inzamelsysteem EPSverpakkingen via milieustraten Stromenanalyse, inzamelkosten en krachtenveldanalyse Huidige EPS stofstromen Export 1.748 ton Productie EPS verpakkingen in NL 8.265 ton EPS

Nadere informatie

Nazorgactie elektronica afval 2008. Datum 9 juni 2009 Status Definitief

Nazorgactie elektronica afval 2008. Datum 9 juni 2009 Status Definitief Nazorgactie elektronica afval 2008 Datum 9 juni 2009 Status Definitief Colofon Contactpersoon C.J.A. Huijbregts VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Bodem en Afval Nationaal Rijnstraat 8 Postbus

Nadere informatie

vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval

vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval vergoeding voor inzameling en sortering en vergoeding voor vermarkting van huishoudelijk kunststofverpakkingsafval protocol administratieve controle ketenpartners 2 V1.0 19/5/15 Inhoud 1. Inleiding 4 1.1

Nadere informatie

Grondstof voor een beter milieu

Grondstof voor een beter milieu Afval is Grondstof voor een beter milieu ISO-14001 Haal meer uit afval Gescheiden inzameling De Gewestelijke Afvalstoffen Dienst (GAD) zorgt voor het inzamelen van het huishoudelijk afval in Gooi en Vechtstreek.

Nadere informatie

WECYCLE HET VERVANGLIJSTJE

WECYCLE HET VERVANGLIJSTJE WECYCLE HET VERVANGLIJSTJE - een kwantitatief, online onderzoek Drs. Robert Goos Amstelveen, 17 december 2008 Projectnummer: 2008-25 1 INHOUD I CONCLUSIES... 3 II INLEIDING... 5 2.1 Achtergrond... 5 2.2

Nadere informatie

105,⁵ INLEVEREN. 42,⁵ mln. kilo. Zakelijk. Totale inzameling inzamelpunten. Niet-zakelijk inzamelpunten. 40% zakelijk (42,5 mln.

105,⁵ INLEVEREN. 42,⁵ mln. kilo. Zakelijk. Totale inzameling inzamelpunten. Niet-zakelijk inzamelpunten. 40% zakelijk (42,5 mln. Feiten & Cijfers 2018 INLEVEREN Zakelijk We werken onder meer samen met de detailhandel, groothandel, installateurs, reparatie- en sloopbedrijven. 23% overig Totale inzameling 60% niet-zakelijk (63 mln.

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.4.2017 COM(2017) 171 final VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de herziening van het toepassingsgebied van Richtlijn 2012/19/EU betreffende

Nadere informatie

Monitoringsrapportage ICT-Milieu 2009 nader bekeken

Monitoringsrapportage ICT-Milieu 2009 nader bekeken Monitoringsrapportage ICT-Milieu 2009 nader bekeken Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Programma Bodem en Afval Nationaal Nieuwe Uitleg 1 Postbus 16191 2500 BD Den Haag Publicatienummer: VI-2011-117

Nadere informatie

Afvalinzameling in Ten Boer

Afvalinzameling in Ten Boer Afvalinzameling in Age Stinissen Mei 2016 Kübra Ozisik www.os-groningen.nl Inhoud Samenvatting 2 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding van het onderzoek 3 1.2 Doel van het onderzoek 3 1.3 Opzet van het onderzoek

Nadere informatie

Memo. de leden van de gemeenteraad. het college. Datum: 5 mei 2015. scenario s het nieuwe inzamelen. Geachte leden van de raad,

Memo. de leden van de gemeenteraad. het college. Datum: 5 mei 2015. scenario s het nieuwe inzamelen. Geachte leden van de raad, Memo Aan: Van: de leden van de gemeenteraad het college Datum: 5 mei 2015 Betreft: scenario s het nieuwe inzamelen Geachte leden van de raad, Afval is grondstof. Ons afval is rijk aan grondstoffen die

Nadere informatie

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad EUROPESE COMMISSIE Brussel, 2.7.2014 COM(2014) 397 final ANNEX 1 BIJLAGE bij het Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van de Richtlijnen 2008/98/EG betreffende

Nadere informatie