van nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "van nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater"

Transcriptie

1 2010 Nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater Een samenvattende rapportage van de onderzoeksresultaten over het functioneren van nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater In opdracht van Broos Water BV Reaal 9J 8305 BP EMMELOORD T +31 (0) I E info@brooswater.nl

2 Titel document Nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater Een samenvattende rapportage van de onderzoeksresultaten over het functioneren van nageschakelde voorziening voor erfafspoelwater In opdracht van Postbus DA Boxtel T (0411) I E info@dommel.nl Contactpersoon mevrouw M. Lagerwerf E mlagerwerf@dommel.nl Uitgevoerd door Reaal 9J 8305 BP EMMELOORD T +31 (0) I E info@brooswater.nl De heer ir. J. Broos E j.broos@brooswater.nl M +31 (0) Datum 8 november 2010 Versie definitief Aansprakelijkheid Broos Water aanvaardt geen aansprakelijkheid voor eventuele schade voortvloeiende uit het gebruik van de resultaten van dit onderzoek of de toepassing van de adviezen, conclusies en aanbevelingen. 2 Nageschakelde voorzieningen

3 Inhoudsopgave Managementsamenvatting Inleiding Doelstelling Beschrijving nageschakelde voorzieningen Agowadi Helofytenfilter Bezinksloot Cascadegreppel Beschrijving pilotprojecten Agrowadi s en helofytenfilter bij WS Zuiderzeeland Bezinksloten en helofytenfilter bij WS Vallei en Eem Agrowadi s bij WS Aa en Maas Agrowadi bij WS Scheldestromen Bezinksloten bij WS Groot Salland Cascadesloot bij WS Fryslân Cascadesloot bij WS Rivierenland Cascadesloot bij WS Velt en Vecht Resultaten nageschakelde voorzieningen Resultaten agrowadi s Resultaten helofytenfilters Resultaten bezinksloten Resultaten cascadegreppels Conclusies en aanbevelingen Nageschakelde voorzieningen

4 Managementsamenvatting De landbouw draagt als een van de bronnen bij aan het verontreinigen van het oppervlaktewater als gevolg van emissies van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen naar dit water. Uit onderzoek van de waterschappen en de landelijke Werkgroep Erfafspoeling blijkt dat erfafspoelwater op veehouderijbedrijven relatief een grote bron van verontreiniging voor het ontvangende oppervlaktewater vormt. De verontreiniging ontstaat wanneer perssappen, percolaat en hemelwater, dat op het verharde erf in contact komt met onder andere voer, voerresten en mest, rechtstreeks afstromen naar het oppervlaktewater. Tussen 2003 en 2009 hebben diverse waterschappen op veehouderijbedrijven pilotprojecten uitgevoerd met nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater. Het betreft hier agrowadi s, helofytenfilters, bezinksloten en cascadegreppels. Het doel van de pilotprojecten is onderzoek naar de praktische haalbaarheid, het functioneren en de effectiviteit van deze end-of-pipe oplossingen. Het idee hierachter is om met minimale aanpassingen op het erf en als laatste stap erfafspoelwater te zuiveren en of te behandelen waardoor een acceptabele lozing naar het oppervlaktewater ontstaat. De pilotprojecten zijn opgezet om kennis en ervaring op te doen en antwoord te geven op de vraag of nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater voldoende robuust en betrouwbaar toegepast kunnen worden om tot een acceptabele lozing naar het oppervlaktewater te komen. Het betreft hier separate projecten. De inhoud en de monitoring zijn door ieder waterschap naar eigen inzicht opgezet en gerapporteerd. Er heeft geen afstemming plaatsgevonden. Hierdoor en door verschillende bedrijfsomstandigheden is een vergaande analyse van de resultaten niet of nauwelijks mogelijk. Wel kan uit de gegevens een duidelijke trend worden gehaald over het functioneren van de nageschakelde voorzieningen. In opdracht van Waterschap De Dommel heeft Broos Water BV uit Emmeloord de resultaten en bevindingen uit de diverse pilotprojecten samenvattend in beeld gebracht. De resultaten leiden tot de volgende conclusies: 1) Nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater werken niet betrouwbaar en stabiel genoeg De samenvattende resultaten laten zien dat nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater onder bepaalde omstandigheden in staat zijn om goed te werken. Toch is het resultaat niet betrouwbaar en stabiel genoeg. Er zijn (te) veel factoren en omstandigheden op het erf die invloed hebben op het functioneren van de voorzieningen die bovendien moeilijk beheersbaar zijn. Een belangrijke oorzaak is het ontbreken van een 100% hydraulische scheiding tussen afvalwater uit een voeropslag in gebruik en het overige erfafspoelwater van een bezemschoon erf. Door het ontbreken hiervan varieert de samenstelling en het volume van het erfafspoelwater sterk met als gevolg dat de nageschakelde voorzieningen discontinu worden belast. In het ontwerp is hier zo veel mogelijk rekening mee gehouden. Toch kan niet voorkomen worden dat het rendement van de voorzieningen voortdurend onder druk staat. Ook worden de voorzieningen niet altijd aangepast aan veranderingen op het erf en worden gemaakte afspraken met agrariërs niet altijd nagekomen. Kortom, door het discontinue lozingspatroon en de wisselende omstandigheden op het erf is het niet of nauwelijks mogelijk om tot een stabiel en betrouwbaar werkende voorzieningen te komen. Hierdoor is niet in alle gevallen een acceptabele lozing in het oppervlaktewater mogelijk. 2) Goede landbouwpraktijk en (bron)maatregelen zijn onmisbaar voor een goede werking Wanneer een 100% hydraulische scheiding ontbreekt (zie punt 1), dan is met goede landbouwpraktijk en preventieve (bron)maatregelen de samenstelling en het volume van het erfafspoelwater nog enigszins te sturen. Echter, dit staat en valt met de aandacht en de zorg die agrariërs hieraan besteden. Uit de resultaten blijkt dat goede landbouwpraktijk niet consequent wordt nagestreefd en 4 Nageschakelde voorzieningen

5 de bronmaatregelen niet altijd effectief worden toegepast. Hierdoor ontstaat weer een discontinu proces met als gevolg een nadelig effect op de werking en het rendement van de nageschakelde voorzieningen. Daarnaast zijn aanpassingen in de bestaande erfsituatie zijn niet altijd eenvoudig uit te voeren met als gevolg dat het erfafspoelwater zonder of met beperkte (bron)maatregelen naar de voorzieningen stroomt. Dit alles heeft tot gevolg dat de stabiliteit en de betrouwbaarheid van de voorzieningen afneemt. 3) Perssappen hebben een nadelige invloed op de werking van nageschakelde voorzieningen De werking van nageschakelde voorzieningen is gebaseerd op een zuiverende werking door bacteriën (agrowadi s en helofytenfilters) of fysische scheiding op basis van zwaartekracht (bezink- en cascadesloten). Ook hierbij vindt enige zuiveringplaats. De lage ph (circa 5 tot 5,5) van perssappen heeft echter een negatief effect op de bacteriewerking. Ook bevat pure perssap zeer veel voedingsstoffen (Broos Water heeft waarden gemeten van gemiddeld mg/l BVZ) waardoor de bacteriën (te) veel zuurstof aan de voorzieningen onttrekken. Het gevolg is zuurstofloosheid waardoor er geen bacteriewerking en dus zuivering meer plaats. 4) Piekbelastingen verstoren de bacteriële werking Eerder is al gezegd dat bij een variërende samenstelling en volume van het erfafspoelwater de nageschakelde voorzieningen discontinu worden belast. Door de wisselende omstandigheden op de bedrijven komen piekbelastingen voor. Hierdoor worden dusdanig hoge concentraties aan verontreinigingen aangevoerd. Het gevolg hiervan is weer zuurstofloosheid (zie punt 3) en het zuiveringsproces zal op termijn stoppen. Bovendien kunnen piekbelastingen, ondanks een goed lopend zuiveringsproces, nog steeds leiden tot (te) hoge effluentwaarden ( garbage in garbage out ). Enkele resultaten in de pilotprojecten laten dit beeld zien. 5) Niet ieder bedrijf is geschikt voor een nageschakelde voorziening De praktijk leert dat niet iedere veehouder voldoende tijd en kennis heeft om voldoende zorg (beheer en onderhoud) aan de voorzieningen te besteden. Ook geven nageschakelde voorziening onvoldoende prikkel om goede landbouwpraktijk (lees: het erf bezemschoon houden) na te streven. De nageschakelde voorziening lost immers het probleem wel op. Eerder is al aangegeven dat dit niet altijd het geval is en dat het ontbreken van goede landbouwpraktijk een nadelig effect heeft op de werking en het rendement van de aangelegde voorzieningen. De algehele conclusie is dat nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater onvoldoende robuust, stabiel en betrouwbaar zijn. Er is geen systeem dat onder alle omstandigheden goed werkt. De garantie dat nageschakelde voorzieningen een acceptabel lozing in het oppervlaktewater tot gevolg hebben, kan met onvoldoende zekerheid worden gegeven. Voor de waterschappen is dit aanleiding om nageschakelde voorzieningen niet als de oplossing voor erfafspoelwater te zien. Om die reden bevelen zij aan om nageschakelde voorziening niet als een mogelijk voorschrift in het Activiteitenbesluit op te nemen. Alleen bij voldoende garanties voor een acceptabele lozing zou dit aan de orde zijn. Het incidenteel toepassen van nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater is zuiveringstechnische waarschijnlijk alleen mogelijk wanneer door een hydraulische scheiding het afvalwater uit een voeropslag in gebruik naar een opvangvoorziening gaat en het overige erfafspoelwater van een bezemschoon erf naar de voorziening wordt afgevoerd. Uit aanvullend onderzoek zal dit moeten blijken. Volledigheidshalve dient hierbij wel opgemerkt te worden dat op basis van regelgeving het lozen van effluentwater niet is toegestaan. Aanbevolen wordt om via communicatie de agrarische sector bewust te maken van de problematiek van erfafspoelwater en hen te informeren over het einddoel (lees: voorschrift) zoals dit naar alle waarschijnlijkheid in het Activiteitenbesluit wordt opgenomen. 5 Nageschakelde voorzieningen

6 1. Inleiding De Kaderrichtlijn Water (KRW) is een Europese richtlijn die sinds februari 2000 van kracht is. Een van de doelen van de KRW is het op orde brengen en houden van de kwaliteit van het oppervlaktewater in De richtlijn heeft grote gevolgen voor de overheden, het bedrijfsleven en de agrarische sector. Zij zullen forse inspanningen moeten leveren om de chemische en de ecologische waterkwaliteit in Europa op goed niveau te krijgen en te houden. De tussentijdse rapportages laten echter zien dat de waterkwaliteit in Nederland ondanks de geleverde inspanningen nog niet op het gewenste niveau is. Bestaande maatregelen blijken onvoldoende of niet altijd effectief te zijn. Innovaties zijn nodig voor de oplossing van de knelpunten en het kunnen halen van de doelstellingen van de KRW. De landbouw draagt als een van de bronnen bij aan het verontreinigen van het oppervlaktewater als gevolg van emissies van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen naar dit water. Uit onderzoek van de waterschappen en de landelijke Werkgroep Erfafspoeling 1 blijkt dat erfafspoelwater op veehouderijbedrijven relatief een grote bron van verontreiniging voor het ontvangende oppervlaktewater vormt. De verontreiniging ontstaat wanneer perssappen, percolaat en hemelwater, dat op het verharde erf in contact komt met onder andere voer, voerresten en mest, rechtstreeks afstromen naar het oppervlaktewater. Er bestaan grote verschillen tussen bedrijven wat betreft de geloosde jaarvrachten aan stikstof, fosfor, onopgeloste bestanddelen en zuurstofbindende stoffen 2. Uit de onderzoeken blijkt dat de verontreiniging primair wordt veroorzaakt door lozing van perssappen en percolaat uit de voeropslag in combinatie met onvoldoende goede landbouwpraktijk 3. Tussen 2003 en 2009 hebben diverse waterschappen pilotprojecten uitgevoerd om te onderzoeken welke maatregelen effectief bijdragen tot het verminderen en of voorkomen van erfafspoelwater. In het kader van deze projecten zijn op veehouderijbedrijven, al of niet in combinatie met preventieve (bron)maatregelen, nageschakelde voorzieningen aangelegd met als doel de praktische haalbaarheid, het functioneren en de effectiviteit van deze end-of-pipe oplossingen in kaart te brengen. Het betreft hier agrowadi s, helofytenfilters, bezinksloten en cascadegreppels. Het idee hierachter is om erfafspoelwater met minimale aanpassingen op het erf als laatste stap dusdanig te zuiveren en of te behandelen waardoor een acceptabele lozing naar het oppervlaktewater ontstaat. De pilotprojecten zijn afzonderlijk van elkaar uitgevoerd en gerapporteerd. Dit rapport geeft een samenvattend beeld van alle resultaten en bevindingen uit de afzonderlijke projecten. Het geeft een antwoord op de vraag of nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater voldoende robuust en betrouwbaar toegepast kunnen worden om tot een acceptabele lozing naar het oppervlaktewater te komen. Het rapport geeft per systeem en overall een beeld van de prestaties van de nageschakelde voorzieningen en is niet bedoeld om systemen met elkaar te vergelijken. Hiervoor zijn de omstandigheden per locatie te divers. Bovendien is de monitoring niet op een identieke wijze uitgevoerd. 1 De werkgroep erfafspoeling is een samenwerking van 18 waterschappen, de Unie van waterschappen, Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer, Rijkswaterstaat Waterdienst en adviesbureau Broos Water BV. 2 Afspoelen van erven van veehouderijbedrijven, fase 1: inventarisatie emissies, werkgroep erfafspoeling, Afspoelen van erven van veehouderijbedrijven, fase 3; onderzoek naar de kwaliteit van erfafspoelwater op schone veehouderijbedrijven, Nageschakelde voorzieningen

7 2. Doel Tussen 2003 en 2009 zijn door diverse waterschappen pilotprojecten uitgevoerd met nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater met als doel onderzoek te doen naar de effectiviteit en de praktische toepasbaarheid van nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater. Deze projecten zijn afzonderlijk van elkaar opgezet en uitgevoerd en de rapporten hiervan zijn separaat verschenen. Het doel van het onderhavige rapport is het samenvattend in beeld brengen van alle resultaten en bevindingen uit de pilotprojecten en hiervan de samenhang hiervan weer te geven. Het rapport geeft een samenvattend beeld van de mate waarin nageschakelde voorzieningen voldoende robuust, stabiel en betrouwbaar voor erfafspoelwater kunnen worden toegepast om tot een acceptabele lozing naar het oppervlaktewater te komen. Op basis van de uitkomsten van het rapport zullen de waterschappen hun standpunt bepalen over het al of niet toepassen van nageschakelde voorzieningen als de oplossing voor erfafspoelwater en of daarmee opname als voorschift in het toekomstige Activiteitenbesluit gerechtvaardigd is. 7 Nageschakelde voorzieningen

8 3. Beschrijving nageschakelde voorzieningen Tussen 2003 en 2009 zijn door diverse waterschappen pilotprojecten uitgevoerd met agrowadi's, helofytenfilters, bezinksloten en cascadegreppels als nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater. In dit hoofdstuk is een beschrijving van de voorzieningen weergegeven. 3.1 Agrowadi Het principe van de agrowadi is ontleend aan wadi s die in het stedelijk gebied worden gebruikt voor het opvangen en infiltreren van hemelwater in de bodem. Een daling van de grondwaterstand wordt zo tegengegaan en de hydraulische belastingen van de RWZI s verminderd. Een wadi is een soort droge rivierbedding die in het stedelijke gebied wordt toegepast bij het afkoppelen van regenwater uit woonwijken. Het zuiveringsprincipe berust op een gecombineerde werking van filtratie door een zandpakket en de biologische werking van bacteriën. De bacteriën hechten zich aan de zandkorrels waardoor ze niet uitspoelen. De (begroeide) bovenlaag bestaat normaliter uit een laag zwarte grond met een hoog organisch gehalte (bijvoorbeeld bomenzand of teelaarde). In deze laag vindt een groot deel van de biologische activiteit plaats. De oplosbare en de zwevende stoffen worden hier geadsorbeerd en onder aërobe omstandigheden door bacteriën afgebroken of opgenomen in de graszode. Het aërobe milieu ontstaat wanneer de wadi na een regenbui snel droogvalt. Dit zorgt ervoor dat afbraakprocessen zoals de mineralisatie met relatief grote snelheid plaatsvinden. Een wadi is hierdoor een goede oplossing om water met relatief lage concentraties aan organische stoffen te zuiveren. Bovendien zullen zware metalen in de toplaag adsorberen. Het water bezinkt in de bodem of kan, bij extreme neerslag via een overloop naar het oppervlaktewater afstromen. Er is geen bodemafdichting (bv folie) aanwezig. Het principe van de wadi is als eerste in Nederland door Waterschap Regge en Dinkel op een agrarisch bedrijf toegepast met als doel het erfafspoelwater op te vangen en te zuiveren. Deze zogenaamde agrowadi is als pilot op een veehouderijbedrijf in Diepenheim aangelegd. Het erfwater stroomt op dit bedrijf onder vrij verval naar een centraal gelegen bezinkput en via een overstort in de agrowadi. Het zuiveringsprincipe komt overeen met dat van een wadi en is hierboven beschreven. Omdat een bodemafdichting ontbreekt en de zuiverende werking betrekkelijk laag is, heeft Broos Water de agrowadi verder doorontwikkeld tot een low budget zuiveringssysteem waarbij het zuiveringsprincipe min of meer vergelijkbaar is met dat van een helofytenfilter. Het ontwerp van de agrowadi is echter eenvoudiger van opzet en het zuiverend vermogen is vergroot door meer oppervlak in het systeem te creëren. Het erfafspoelwater komt nu onder vrij verval in een centraal belegen gecombineerde bezink- en bufferbassin. Hier bezinken de grove delen en komt het water tot rust. Hierna wordt het resterende afvalwater naar een zuiveringsveld gepompt. Het aanwezige filterpakket kan wisselend bestaan uit zandkorrels, lavakorrels en of grind. 8 Nageschakelde voorzieningen

9 De zuiverende bacteriën hechten zich op het aanwezige materiaal in de agrowadi. De verblijftijd van het afvalwater in de agrowadi moet voldoende lang zijn om de bacteriën de tijd te geven om het afvalwater voldoende te zuiveren. 3.2 Helofytenfilter Helofytenfilters bestaan ongeveer 50 jaar. De eerste onderzoeken toonden meteen aan dat met rietplanten een efficiënte waterzuivering te bouwen is. Het afvalwater wordt in het filterbed tussen de rietwortels gezuiverd en ter plekke afgevoerd naar een sloot. Ook is infiltratie in de bodem mogelijk. Een helofytenfilter heeft een natuurlijke uitstraling en is goed in het landschap in te passen. De filters zijn zo te dimensioneren dat ze geschikt zijn om zowel kleine als grote hoeveelheden afvalwater te zuiveren. Daarnaast vergt het systeem nagenoeg geen onderhoud en is het energieverbruik minimaal. Een helofytenfilter is een zandfilter beplant met helofyten. Dit zijn planten die in ondiep water kunnen groeien, waarbij ze in de bodem wortelen en met de stengel boven het water uitgroeien. Voorbeelden zijn riet, biezen, lisdodde en zeggen. Riet wordt vaak gebruikt omdat het relatief goed bestand is tegen een chemische belasting. Daarnaast wortelen rietplanten erg diep. Het systeem wordt aangelegd door het uitgegraven deel af te dichten met folie. Vervolgens worden drainageleidingen aangelegd met daar bovenop grind en worteldoek. Het filtratiebed bestaat veelal uit een mix van zand, kalksteen en ijzergruis. Bovenin het filtratiebed liggen infiltratiebuizen om het afvalwater gelijkmatig over het helofytenfilter te verdelen. Het systeem wordt met grind of schelpen afgewerkt waarna de helofyten worden geplant. Het principe van een helofytenfilter is gebaseerd op de zuiverende werking van bacteriën in het filtratiebed. Rond de rietwortels ontwikkelen zich grote concentraties bacteriën die de afvalstoffen afbreken. Doordat de planten uit de lucht zuurstof opnemen en deels via de holle stengel naar de wortels transporteren, wordt de bacteriegroei bevorderd. Verder van de wortels vandaan is de bodem zuurstofarm. Hier bevinden zich bacteriën die geen zuurstof nodig hebben. Helofyten zijn daarom in staat om fosfaten en stikstof uit het afvalwater te verwijderen. Stikstofverbindingen (eiwitten, ammonium, nitraten) worden voor een deel omgezet in luchtstikstof en voor een deel opgenomen voor de groei van de plant. Fosfaten worden vastgelegd in het systeem. Een nadeel hiervan is dat over tientallen jaren het systeem met fosfaten is verzadigd, ook al zijn de meningen over deze tijdspanne verdeeld. De met fosfaat verzadigde grond is goed te gebruiken als meststof. 3.3 Bezinksloot De bezinksloot is een afgedamd deel van een sloot of een specifiek voor dit doel gegraven sloot. Het zuiveringsprincipe berust op filtratie door een zandpakket in combinatie met enige biologische werking van bacteriën. De basisgedachte is dat afstromend hemelwater van de erfverharding in de voorziening bezinkt voordat het via een overloop in het op- 9 Nageschakelde voorzieningen

10 pervlaktewater wordt geloosd. De vegetatie in de sloot kan de overmaat aan nutriënten omzetten in biomassa. Bij een regenbui worden de afvalstoffen in de bezinksloot als het ware gespoeld, wat in theorie voordelen geeft voor verdere zuivering van het afvalwater. Het bezonken deel, veelal organisch materiaal, heeft doorgaans een lagere milieubelasting dan mest en kan over het land worden uitgereden. De organische componenten zijn door oxidatie en overige omzettingen veelal gereduceerd. 3.4 Cascadegreppel De cascadegreppel is te vergelijken met een bezinksloot, maar is nu in compartimenten verdeeld met niveauverschillen. Het zuiveringsprincipe is min of meer gelijk aan dat van een bezinksloot, maar door de hoogteverschillen valt het te zuiveren water nu als het ware naar beneden, waardoor de organische componenten meer in contact komen met zuurstof. Dit leidt tot een hogere oxidatie waardoor de bacteriën beter in staat zijn hun biologische werking uit te voeren. De meerdere compartimenten zorgen er eveneens voor dat de afvalstoffen beter door de aanwezige vegetatie worden opgenomen. Het aantal compartimenten is afhankelijk van de hoeveelheid te zuiveren erfafspoelwater en de vuillast. Het eerste compartiment zou gezien kunnen worden als voorzuivering. In dit deel zal de meeste bezinking plaatsvinden. In de overige compartimenten ligt de nadruk op zuivering. Ten opzichte van een bezinksloot zou bij gelijke omstandigheden het zuiveringsrendement in een cascadegreppel hoger zijn. 10 Nageschakelde voorzieningen

11 4. Beschrijving pilotprojecten In dit hoofdstuk zijn de pilotprojecten beschreven die tussen 2003 en 2009 door diverse waterschappen zijn uitgevoerd. Alleen die pilotproject zijn opgenomen, waarvan onderzoeksgegevens bekend zijn en aan adviesbureau Broos Water BV ter beschikking zijn gesteld. Aanvullend heeft Broos Water informatie toegevoegd uit de projecten waar zij bij betrokken zijn geweest. Deze zijn hieronder met een * gemarkeerd. Dit beschreven pilotprojecten zijn: WS Zuiderzeeland (2 agrowadi s en 1 helofytenfilter)* WS Vallei en Eem (3x bezinksloot, 1x helofytenfilter) WS Aa en Maas (5 agrowadi s)* WS Zeeuwse Eilanden (agrowadi)* WS Groot Salland (4 bezinksloten) WS Fryslân (cascadegreppel) WS Rivierenland (cascadegreppel) WS Velt en Vecht (cascadegreppel)* Voor een goede werking van nageschakelde voorzieningen is het belangrijk dat de dimensionering en het ontwerp is afgestemd op de hoeveelheid aangeboden erfafspoelwater, de samenstelling en het lozingspatroon hiervan. De vuillast in erfafspoelwater is mede afhankelijk van de eventueel toegepaste inrichtings- en (bron)maatregelen op het erf waardoor bepaalde afvalwaterstromen niet of minder naar de voorziening afstromen. Daarnaast hebben de omgevingsfactoren invloed op het zuiverend vermogen van de voorzieningen. Voor een juiste interpretatie van de gevonden onderzoeksresultaten is het daarom van belang kennis te hebben van de uitgangspunten van de pilotprojecten, de erfsituatie en de aangelegde nageschakelde voorzieningen. 4.1 Agrowadi s en helofytenfilter bij WS Zuiderzeeland Uit verkennende onderzoeken, die in de periode 1995 t/m 1998 door het toenmalige Heemraadschap Fleverwaard zijn uitgevoerd, is gebleken dat verontreinigingen die met het hemelwater van het verharde erf afstromen een hoge belasting met zich meebrengen voor het ontvangende oppervlaktewater. Als vervolg hierop heeft Waterschap Zuiderzeeland in 1999/ gedurende 1 jaar onderzoek gedaan naar de mate van afspoeling van verontreinigingen naar het oppervlaktewater op twee melkveehouderijbedrijven. De resultaten op deze bedrijven laten zien dat jaarlijks tussen 12 en 98 VE s wordt geloosd. Voor Waterschap Zuiderzeeland is dit aanleiding om in 2004 in samenwerking met adviesbureau Broos Water BV uit Dronten een pilotproject te starten op drie veehouderijbedrijven in Flevoland met als doel onderzoek te doen naar de praktische haalbaarheid en effectiviteit van maatregelen voor erfafspoelwater. Het project gaat uit van het na herinrichting van het erf afkoppelen van perssappen en first flush en het afvoeren daarvan naar een opvangvoorziening en of mestkelder. Het percolaat en het (verontreinigde) hemelwater wordt vervolgens naar de nageschakelde voorziening afgevoerd, gezuiverd en daarna geloosd in het oppervlaktewater. Op de bedrijven zijn verschillende technische oplossingen toegepast om de twee afvalwaterstromen van elkaar te scheiden zonder dat de veehouder op dit proces veel invloed kon uitoefenen. Het principe van de scheiding is gebaseerd op het wateraanbod. Bij een laag aanbod 4 De mate van afspoelen van verontreinigingen van het verharde erf naar de sloot, door regenwater, Waterschap Zuiderzeeland, Nageschakelde voorzieningen

12 (perssappen en first flush) wordt het water via nieuw aangelegde gootjes, molsgoten, opvangvoorziening met schakelpomp en of straatkolken met een handbediende tweewegklep naar de mestkelder afgevoerd. Bij een hoger aanbod (percolaat en hemelwater) gaat het water via een overstort naar de nageschakelde voorziening. In het kader van dit project zijn op de veehouderijbedrijven respectievelijk twee agrowadi s (waarvan een met lavastenen) en een helofytenfilter aangelegd. Voor de juiste dimensionering is vooraf slechts eenmaal een steekmonster genomen van de te zuiveren vuillast. De agrowadi s zijn uit kostenoverweging voorzien van een relatief kleine voorbehandeling (bezinking/buffer). Het helofytenfilter is voorzien van bezink- /buffertanks met een totale inhoud van 48 m 3. Op alle bedrijven gaat het erfafspoelwater van het werkgedeelte van het erf (= het erfdeel waar overwegend de bedrijfsactiviteiten plaatsvinden) naar de zuivering. Met de veehouders is afgesproken dat zij in hun bedrijfsvoering zoveel mogelijk werken op basis van goede boeren praktijk. Dit betekent dat zij bij alle werkzaamheden op het erf netjes en schoon te werk gaan en het erf bezemschoon houden. Het dakwater is bij alle bedrijven afgekoppeld en gaat rechtstreeks naar het oppervlaktewater. Bij een bedrijf komt een deel in een voeropslag terecht. Van de resultaten van dit pilotproject heeft adviesbureau Broos water in 2007 een eindrapport gemaakt 5. In tabel 1 staan een aantal belangrijke kenmerken van de melkveehouderijbedrijven gerelateerd aan erfafspoelwater weergegeven. Tabel 1 Kenmerken melkveehouderijbedrijven pilotproject WS Zuiderzeeland Kenmerk Bedrijf 1 Bedrijf 2 Bedrijf 3 Aantal melkkoeien Koeverkeer op het erf Nee Nee nee Verhard erf op voorziening m m m 2 Erfverharding beton beton/betonplaten beton/betonplaten Staat erfverharding Goed goed goed Opslag 4 sleufsilo s (gras, maïs) 2 sleufsilo s (gras, maïs) 6 sleufsilo s (gras, maïs) 2 sleufsilo s (bijproducten) 1 kuilplaat (gras) Verharding in voeropslag gestort beton gestort beton/betonplaten gestort beton Staat verharding voeropslag goed goed goed Voermethode voermengwagen, zelfrijdend voermengwagen, zelfsnijdend voermengwagen Vullen transportmiddel voer in de voeropslag in de voeropslag op het erf (kuilhapper) Snijvlak ruwvoer Recht recht grillig Afstand voeropslag stal circa 50 meter circa 60 meter circa 50 meter Bijproducten afdekken Nee ja (bovenop snijmaïs) nee Vaste mestopslag Ja ja ja Afvoer mestvocht mestkelder mestkelder mestkelder Voerresten op het erf Ja nee ja Erf schoonmaken met schuifbord schuifbord schuifbord Dakgoten met afvoer Deels ja ja 5 Erfafspoelwater Flevoland, Adviesbureau Broos Water BV, december Nageschakelde voorzieningen

13 4.2 Bezinksloten en helofytenfilter bij WS Vallei en Eem De totale vuillast in het oppervlaktewater als gevolg van erfafspoelwater en de kwetsbaarheid van bepaalde delen van het beheergebied, heeft WS Vallei en Eem in 2003 doen besluiten om een pilotproject uit te voeren met nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater. Op vier veehouderijbedrijven zijn respectievelijk drie bezinksloten en een helofytenfilter (verticaal doorstromend met fosfaatverwijdering) aangelegd. Voor een continue belasting van het filter is een bufferbassin aangelegd. De nageschakelde voorzieningen zijn zo aangelegd dat al het erfafspoelwater inclusief perssappen en percolaat naar de voorziening afstroomt. Er zijn minimale aanpassingen op het erf gedaan. Met betrekking tot de hoeveelheid neerslag is uitgegaan van gemiddelde gegevens van het KNMI waarbij maximaal tweemaal per jaar een overstort naar het oppervlaktewater plaatsvindt. Bij de dimensionering (volume) is verder rekening gehouden met het oppervlak verhard terrein en de vuillast in het erfafspoelwater. In tabel 2 staan een aantal belangrijke kenmerken van de melkveehouderijbedrijven gerelateerd aan erfafspoelwater weergegeven. Van het bedrijf waar het helofytenfilter is aangelegd zijn geen verdere gegevens aangeleverd. Tabel 2 Kenmerken melkveehouderijbedrijven pilotproject WS Vallei en Eem Kenmerk Bedrijf 1 Bedrijf 2 Bedrijf 3 Aantal dieren 80 mk. 30 mk., 480 rosekalveren nertsen Koeverkeer op het erf ja Ja Nee Verhard erf op voorziening m m 2 1 ha (groot deel overkapt) Erfverharding klinkers klinkers Gestort beton Staat erfverharding redelijk tot goed goed goed Opslag ruwvoer 3 sleufsilo s 4 sleufsilo s nvt Verharding in voeropslag gestort beton klinkers/betonplaten nvt Staat verharding voeropslag redelijk tot goed goed nvt Voermethode voermengwagen met shovel met voerdoseerbak/kuilhapper slachtafval met frees voerwagen Vullen transportmiddel voer in de voeropslag in de voeropslag gesloten silo Snijvlak ruwvoer recht recht / grillig nvt Afstand voeropslag stal circa 50 meter circa 60 meter nvt Opslag bijproducten ja (in opslag maïs) ja (in opslag maïs /erf) nvt Bijproducten afdekken nee nee nvt Perssappen bijproducten op afschot naar HWA op afschot over erf nvt Vaste mestopslag onbekend onbekend nvt Afvoer mestvocht onbekend onbekend nvt Voerresten op het erf Nee nee nee Erf schoonmaken met veegmachine veegmachine nvt Dakgoten met afvoer Deels ja Ja Afvoer erfafspoelwater afschot over erf afschot over erf afschot over erf Lengte voorziening 50 meter 20 meter 60 meter 13 Nageschakelde voorzieningen

14 4.3 Agrowadi s bij WS Aa en Maas De problematiek rondom erfafspoelwater is voor waterschap Aa en Maas in 2006 aanleiding geweest om in het kader van het EU INTERREG IIIa-programma Duurzame Watersystemen Benelux Middengebied een pilotproject te starten naar de mogelijkheden om met een agrowadi als nageschakelde voorziening het erfafspoelwater afkomstig van verharde erven van veehouderijbedrijven zodanig te zuiveren dat het geschikt is om te lozen in het oppervlaktewater. In het kader van het pilotproject zijn op vijf veehouderijbedrijven agrowadi s aangelegd om het erfafspoelwater te zuiveren met minimale aanpassingen in de bestaande erfsituatie. De aanpassingen op het erf zijn nodig om de hoeveelheid regenwater op de agrowadi s te beperken en de te zuiveren vuillast te verminderen en beheersbaar te maken. Het doel van het pilotproject is inzicht te krijgen in het functioneren en de werking van agrowadi s onder praktijkomstandigheden. In 2006 heeft het waterschap met ondersteuning van adviesbureau Broos Water BV uit Dronten de aanleg van vijf agrowadi s voltooid. Vanwege een korte voorbereidingsperiode is de omvang van de vuillast afkomstig van het erf ingeschat. De schatting is gebaseerd op een visuele beoordeling van het erf, het gemaakte bedrijfswaterplan en een gesprek met de veehouder over de bedrijfsvoering. Hierdoor is de kans aanwezig dat de agrowadi niet voldoende gedimensioneerd is. Het uitgangspunt van het project is om perssappen zo veel mogelijk af te koppelen. Alleen daar waar dit (kosten)technisch niet mogelijk is, gaan deze ook naar de zuivering. In vergelijking met eerdere projecten met agrowadi s is op basis van voortschrijdend inzicht gekozen om grotere bezink- / bufferbassins aan te leggen. Met de veehouders is afgesproken dat zij in hun bedrijfsvoering zoveel mogelijk werken op basis van goede boeren praktijk. Dit betekende dat zij bij alle werkzaamheden op het erf netjes en schoon te werk gingen en het erf bezemschoon houden. Het dakwater is bij alle bedrijven afgekoppeld en gaat rechtstreeks naar het oppervlaktewater. Na de aanleg van de agrowadi s zijn deze gedurende een korte periode door het waterschap bemonsterd. Daarnaast heeft Broos Water op 30 momenten verdeeld over drie jaar een visuele inspectie op de locaties uitgevoerd. Van de resultaten van dit pilotproject heeft adviesbureau Broos Water BV in 2009 een eindrapport gemaakt. 6 In tabel 3 staan een aantal belangrijke kenmerken van de melkveehouderijbedrijven gerelateerd aan erfafspoelwater weergegeven. 6 Het zuiveren van erfafspoelwater op veehouderijbedrijven met een agrowadi, Adviesbureau Broos water BV, november Nageschakelde voorzieningen

15 Tabel 3 Kenmerken melkveehouderijbedrijven pilotproject WS Aa en Maas Kenmerk Bedrijf 1 Bedrijf 2 Bedrijf 3 Bedrijf 4 Bedrijf 5 Aantal dieren 85 mk vleesstieren 70 mk. 100 mk. 300 Koeverkeer op het erf nee nee ja ja nee Verhard erf op voorziening m m m m m 2 Erfverharding beton / klinkers asfalt beton Beton(platen) beton Staat erfverharding goed goed goed goed goed Opslag ruwvoer 3 sleufsilo s 2 sleufsilo s 3 sleufsilo s 4 sleufsilo s 5 sleufsilo s 1 kuilplaat 1 kuilplaat Opvang perssappen Bij 2 sleufsilo s ja (beperkt) nee ja (beperkt) Ja (klep) Verharding in voeropslag gestort beton asfalt beton Beton(platen) beton Staat verharding voeropslag goed goed goed goed goed Voermethode voermengwagen zelfladende voermengwagen voermengwagen voermengwagen voermengwagen Vullen transportmiddel voer kuilhapper In de voeropslag kuilhapper kuilhapper frees Snijvlak ruwvoer grillig recht grillig grillig recht Afstand voeropslag stal circa 50 meter m m m m Opslag bijproducten ja ja ja ja ja Bijproducten afdekken nee ja (in schuur) nee nee nee perssappen bijproducten mestkelder agrowadi agrowadi agrowadi mestkelder Vaste mestopslag ja nee ja ja ja Afvoer mestvocht mestkelder nvt mestkelder agrowadi mestkelder Voerresten op het erf ja nee ja ja nee Erf schoonmaken met schuifbord schuifbord schuifbord onbekend schuifbord Dakgoten met afvoer ja ja ja ja ja Inhoud bezink-/bufferput 30 m 3 12 m 3 30 m 3 22 m 3 40 m 3 Inhoud agrowadi 129 m 3 67 m m 3 m m 3 Spoelplaats nee ja nee nee nee 4.4 Agrowadi bij WS Scheldestromen In 2006 start WS Zeeuwse Eilanden (Nu: WS Scheldestromen) een demonstratieproject met een agrowadi als nageschakelde voorziening met als doel veehouders een voorbeeld te laten zien hoe op bedrijfsniveau omgegaan kan worden met erfafspoelwater. Het demoproject is in samenwerking met adviesbureau Broos Water BV uit Dronten op een veehouderijbedrijf uitgevoerd. In eerste instantie is voor dit bedrijf een waterbeheerplan opgesteld om alle (afval)waterstromen op het bedrijf met de omvang in kaart te brengen. Op basis van de uitkomsten van dit plan is een ontwerp van de nageschakelde voorziening gemaakt. Het uitgangspunt hierbij is om in de huidige erfsituatie zo weinig mogelijk aanpassingen te doen. Alle voeropslagen zijn voorzien van een straatkolk met een tweewegklep waardoor perssappen in de mestkelder kunnen worden geloosd. Al het overige erfafspoelwater uit de voeropslag en van het verharde erf stroomt via een aanwezige buffervijver naar een voormalige tank van een vrachtwagen. Deze is in vijf compartimenten ingedeeld. 15 Nageschakelde voorzieningen

16 De eerste vier delen functioneren als variabele buffer. Het laatste deel is ingericht als pompput. Vanuit hier wordt het erfafspoelwater naar de agrowadi afgevoerd. De dimensionering is uitgevoerd aan de hand van een klein vooronderzoek, berekeningen en ervaring. Verwacht wordt dat het rendement van de voorzuivering 30 % zal bedragen, waardoor de agrowadi 77 m 3 kleiner kan worden uitgevoerd. De resultaten van dit pilotproject zijn door adviesbureau Broos Water BV in 2007 in een waterplan verwerkt. 7 In figuur 1 is schematisch de voorbehandeling weergegeven. In deze tekening is de vetvanger / septictank vervangen voor de eerder aangegeven tank. Figuur 1 Schematische weergave van de voorbehandeling In tabel 4 staan een aantal belangrijke kenmerken van het melkveehouderijbedrijf gerelateerd aan erfafspoelwater weergegeven. Tabel 4 Kenmerken melkveehouderijbedrijf pilotproject WS Scheldestromen Kenmerk Bedrijf Aantal dieren 135 mk. Koeverkeer op het erf Nee Verhard erf op voorziening m 2 Erfverharding asfalt Staat erfverharding goed Opslag ruwvoer 6 sleufsilo s Opvang perssappen mestkelder (via tweewegklep) Verharding in voeropslag gestort beton / asfalt Staat verharding voeropslag Goed Voermethode voermengwagen Vullen transportmiddel voer shovel met kuilhapper Snijvlak ruwvoer Grillig Afstand voeropslag stal meter Opslag bijproducten ja Bijproducten afdekken nee perssappen bijproducten mestkelder Vaste mestopslag ja 7 Realisatie agrowadi melkveehouderijbedrijf, Adviesbureau Broos Water BV, juni Nageschakelde voorzieningen

17 Afvoer mestvocht mestkelder Voerresten op het erf ja Erf schoonmaken met schuifbord Dakgoten met afvoer ja Inhoud bezink-/bufferput 39 m 3 Inhoud agrowadi 103 m Bezinksloten bij WS Groot Salland Het pilotproject Een sloot vol met mogelijkheden is in 2007 uitgevoerd door LTO Noord afdeling Raalte in samenwerking met vier veehouders, de gemeente Raalte en waterschap Groot Salland. Het doel van dit project is om met een simpele, goedkope voorziening te trachten het afstromende hemelwater bij melkveehouderijbedrijven op een milieuverantwoorde manier te lozen. De nadruk in het project ligt, naast het effect op het milieu (oppervlaktewater en bodem), op prijstechnische verantwoord en draagvlak in de sector. Op de deelnemende bedrijven zijn de erven aangepast om het afstromende hemelwater (erfafspoelwater) naar een bezinsloot te leiden. De bezinksloten zijn voorzien van een overstortvoorziening die bij meer dan 15 mm neerslag een overstort geeft. De basisgedachte achter de voorziening is dat afstromend hemelwater van de erfverharding wordt bezonken voordat het via een overloop in het oppervlaktewater wordt geloosd. De inhoud van de bezinksloot is circa 1,5 m 3 per 100 m 2 erfverharding. Bij geen van de bedrijven is sprake van een separate afvoer van perssappen naar een opvangvoorziening en of mestkelder. Perssappen, voor zover aanwezig, worden met het afstromende hemelwater naar de bezinksloot afgevoerd. Het idee hierachter is dat de veehouders een gootje aan de voorzijde van de voeropslag te veel aanleiding vinden geven tot morsen. Ook de manuele bediening van een klep waarmee dit gootje is uitgevoerd wordt niet als praktisch gezien. Op twee bedrijven gaat het erfafspoelwater vanaf het verharde erf via een (gras)berm van 1,5 meter breed naar de bezinksloot. Op een bedrijf gaat dit water via straatkolken en een rioleringssysteem. Op het vierde bedrijf stroomt het erfafspoelwater via het koepad af naar de bezinksloot. De veehouders hebben in de bedrijfsvoering niet of nauwelijks aanpassingen aangebracht. Het dakwater is bij alle bedrijven afgekoppeld of kan voor een klein deel over het erf mee afstromen naar de voorziening. Het verharde terrein is gemiddeld m 2 per bedrijf. Van de resultaten van dit pilotproject heeft LTO Noord in 2007 een eindrapport gemaakt. 8 In tabel 5 staan een aantal belangrijke kenmerken van de melkveehouderijbedrijven weergegeven die een relatie hebben met erfafspoelwater. Tabel 5 Kenmerken melkveehouderijbedrijven pilotproject WS Groot Salland Kenmerk Bedrijf 1 Bedrijf 2 Bedrijf 3 Bedrijf 4 Aantal melkkoeien Dakgoten aanwezig ja ja deels Verhard erf op voorziening m m m m 2 Voermethode kuilvoersnijder Voermengwagen voermengwagen voermengwagen zelfladend Vullen transportmiddel voer in de voeropslag in de voeropslag voorlader met kuilhapper shovel met kuilhapper Koeverkeer op het erf onbekend onbekend onbekend ja 8 Rapportage erfafspoeling, Een sloot vol mogelijkheden, LTO Noord, maart Nageschakelde voorzieningen

18 4.6 Cascadegreppel bij WS Fryslân Op proefbedrijf Nije Bosma Zathe in Leeuwarden is in 2008 door Wetterskip Fryslân een cascadegreppel aangelegd. De voorziening ligt naast een groot verhard oppervlak waar ruwvoer en bijproducten worden opgeslagen. In de verharding liggen straatkolken die het erfafspoelwater rechtstreeks naar de cascadegreppel afvoeren. Er zijn verder geen aanpassingen op het erf uitgevoerd. Al het erfafspoelwater (inclusief perssappen) worden op het systeem met vier compartimenten geloosd. Op het bedrijf wordt over het algemeen netjes en schoon gewerkt. Het erf ziet er bezemschoon uit. Van het bedrijf en de erfsituatie is verder geen informatie aangeleverd. 4.7 Cascadegreppel bij WS Rivierenland In 2009 heeft WS Rivierenland op een veehouderijbedrijf in Hei en Boeicop (veenweide gebied) een cascadegreppel aangelegd. Het uitgangspunt bij dit project is dat perssappen en percolaat van de maïskuil en de bijproducten via een gescheiden systeem naar de mestkelder worden gepompt. De pompput heeft een inhoud van 60 liter met een overloop naar het erf. Het is onbekend of en hoe vaak deze put overloopt. De overige (gras-)kuilen in vier sleufsilo s wateren af op het middenterrein (zie foto waar tractor met voorlader staat opgesteld) en op een doodlopend slootje dat (deels?) is aangesloten is op de cascadegreppel. Het erfafspoelwater gaat vervolgens naar een voorbezinkput met een inhoud van 0.5 m 3. Vanuit hier wordt het erfafspoelwater op het eerste compartiment van de cascadegreppel geloosd. De greppel bestaat uit 5 vakken die trapsgewijs zijn opgebouwd. Elk vak is 1,5 bij 7,5 meter met een gemiddelde diepte van 0,50 meter. Om bodemverontreiniging te voorkomen is de greppel voorzien van vijverfolie. Na aanleg is in het 2 e en 3 e vak 20 liter geconcentreerd actief slib uit een rioolzuiveringsinstallatie geplaatst. In de eerste 3 vakken zijn in elk vak 10 bakken met riet geplaatst. Na bezinking en overloop door het tweede, derde, vierde en vijfde vak wordt het afvalwater geloosd op een doodlopende watergang met een gemiddelde breedte van 0,50 meter. De watergang komt na 100 meter uit in een 5 meter brede watergang. Met de veehouder is de afspraak gemaakt dat de bezinkput regelmatig wordt schoongemaakt en het erf veegschoon te houden. Van de resultaten van dit pilotproject heeft WS Rivierenland in 2009 een korte rapportage gemaakt. 9 In tabel 6 op de volgende pagina staan een aantal belangrijke kenmerken van de melkveehouderijbedrijven weergegeven die een relatie hebben met erfafspoelwater. 9 Korte rapportage cascadegreppel, WS Rivierenland, Nageschakelde voorzieningen

19 Tabel 6 Kenmerken melkveehouderijbedrijven pilotproject WS Rivierenland Kenmerk Bedrijf Aantal melkkoeien 135 Verhard erf op voorziening m 2 Erfverharding betonplaten Staat erfverharding redelijk tot goed Opslag graskuil 4 sleufsilo s Opvang perssappen nee (via erf naar cascadegreppel) Opslag maïskuil sleufsilo Opvang perssappen ja Verharding in voeropslag betonplaten Staat verharding voeropslag redelijk tot goed Voermethode Voermengwagen Vullen transportmiddel voer shovel met kuilhapper Snijvlak ruwvoer Grillig Afstand voeropslag stal meter Opslag bijproducten Ja Bijproducten afdekken Nee perssappen bijproducten Mestkelder Vaste mestopslag Ja (met afvoer naar mestkelder Voerresten op het erf Ja (met schuifbord schoonmaken) 4.8 Cascadegreppel bij WS Velt en Vecht Het betreft hier een pilotproject met vier deelnemende melkveehouderijbedrijven. Een bedrijf is door stadsuitbreiding verplaatst naar een nieuwe locatie waar volledige nieuwbouw heeft plaatsgevonden. Op dit bedrijf is in 2009 een cascadegreppel aangelegd. In eerste instantie heeft adviesbureau Broos Water BV samen met de veehouder en het waterschap nagedacht over de inrichting van het erf waarbij het voorkomen van erfafspoelwater centraal stond. Daarna heeft adviesbureau Broos Water een plan van aanpak opgesteld en een ontwerp gemaakt hoe het bedrijf voor erfafspoelwater is in te richten. Het uitgangspunt hierbij is geweest een zo klein en flexibel mogelijk werkgedeelte van het erf te creëren dat eenvoudig schoon te houden is met afvoer van perssappen naar een opvangvoorzienig of mestkelder. Op het bedrijf wordt gebruik gemaakt van een flexibele inrichting van de voeropslagen en voorraadvoedering met het zogenaamde Weelink voersysteem. Bij deze voermethode wordt eenmaal per week de stal volgereden met kuilvoerblokken. Na het uithalen van het voer wordt het erf bezemschoon gemaakt en het voer afgedekt. Het koepad is gerioleerd. Bij de ruwvoeropslagen liggen straatkolken met tweewegkleppen en een dubbelleidingsysteem. Via het buizenstelsel wordt het mestvocht en perssappen naar de mestkelder afgevoerd. Op het moment dat er geen perssappen zijn wordt de klep omgezet. Het overige erfafspoelwater wordt nu naar de cascadegreppel afgevoerd. De cascadegreppel is aangelegd in een bestaande sloot met een lengte van circa 100 meter. De sloot is opgedeeld in vier compartimenten. Drie compartimenten hebben een lengte van 30 meter. Het eerste compartiment wordt gebruikt als bezinkvoorziening. Omdat dit compartiment met regelmaat gerei- 19 Nageschakelde voorzieningen

20 nigd moet worden is er voor gekozen om in dit deel geen beplanting aan te brengen. Deel twee en drie worden ook gebruikt als bezinkvoorziening, maar zijn nu voorzien van riet voor extra zuivering. Het reinigen van dit compartiment zal plaats moeten vinden met een maaikorf waarbij het riet zo veel mogelijk gespaard moet worden. Het vierde en laatste compartiment is 10 meter lang en dient als nazuivering. In dit deel is een zandbed van 30 cm dikte aangebracht waarop bacteriën zich goed kunnen vestigen. Op het zandbed is riet geplant. Om het zandpakket optimaal te benutten wordt het water evenredig verdeeld over het zandbed door over de gehele lengte stijgbuizen aan te brengen die het afvalwater verdelen (zie figuur 2). Tussen de compartimenten zijn schotten geplaatst waarbij met een T-stuk een verbinding gemaakt met het volgende compartiment. Om een natuurlijk verloop in het water te rijgen wordt per compartiment het niveau vijf centimeter verlaagd. Onderin het zandbed is een drain aangebracht die het gezuiverde water afvoert naar het oppervlaktewater. Bij de dimensionering van de cascadegreppel is rekening gehouden met een afstromingscoëfficiënt van 70%, een verblijftijd van tenminste 4 uur om voldoende bezinking te krijgen en vier overstorten per jaar. Figuur 2 Stijgbuizen in het zandpakket voor evenredige verdeling van het water De resultaten van dit pilotproject zijn door adviesbureau Broos Water BV in 2007 in een interne rapportage verwerkt. In tabel 7 op de volgende pagina staan een aantal belangrijke kenmerken van de melkveehouderijbedrijven weergegeven die een relatie hebben met erfafspoelwater. 20 Nageschakelde voorzieningen

21 Tabel 7 Kenmerken melkveehouderijbedrijf pilotproject WS Velt en Vecht Kenmerk Bedrijf Aantal melkkoeien 175 Koeverkeer op het erf Ja Verhard erf op voorziening Ja Erfverharding Klinkers Staat erfverharding Goed Opslag graskuil Sleufsilo s Opvang perssappen In perssappenput Opslag maïskuil Sleufsilo s Opvang perssappen In perssappenput Verharding in voeropslag Klinkers Staat verharding voeropslag Goed Voermethode Kuilvoersnijder (1 keer per week) Vullen transportmiddel voer Nvt Snijvlak ruwvoer Recht Afstand voeropslag stal Circa 100 meter Opslag bijproducten N.v.t. Bijproducten afdekken N.v.t. perssappen bijproducten N.v.t. Vaste mestopslag Ja (afvoer mestvocht naar kelder) Voerresten op het erf Ja (met veegmachine) 21 Nageschakelde voorzieningen

22 5. Resultaten nageschakelde voorzieningen In dit hoofdstuk zijn de resultaten van de hierboven beschreven nageschakelde voorzieningen samenvattend weergegeven. De pilotprojecten zijn allen opgezet om kennis en ervaring op te doen met nageschakelde voorzieningen voor erfafspoelwater en te onderzoeken of deze geschikt zijn om in praktijk toe te passen. Het uitgangspunt bij min of meer alle pilotprojecten was om perssappen (en first flush) op te vangen en af te voeren naar een opvangvoorziening en het overige erfafspoelwater te zuiveren middels een end-of-pipe voorziening. Dit alles met zo weinig mogelijk aanpassingen op het erf. Eerder is al vermeld dat het hier om op zichzelf staande pilotprojecten gaat. Ieder waterschap heeft de projecten en daarbij ook de monitoring naar eigen inzicht opgezet en uitgevoerd. Er heeft geen afstemming tussen de projecten plaatsgevonden. Het gevolg is dat de monitoring in de pilotprojecten op diverse manieren is uitgevoerd: Er zijn waterschappen die relatief veel onderzoek hebben gedaan. Andere waterschappen hebben dit onderdeel minimaal uitgevoerd; De bemonstering heeft zowel via steekmonsters als volumeproportioneel plaatsgevonden. Ook het aantal meetmomenten verschilt van elkaar; Niet van alle systemen is het volume bekend dat naar de voorzieningen wordt afgevoerd; De monsters zijn niet allen op dezelfde parameters geanalyseerd (verschillende pakketsamenstelling); De bedrijfsomstandigheden en de samenstelling van het erfafspoelwater, dat naar de nageschakelde voorzieningen gaat, verschillen van elkaar; Door voortschrijdend inzicht is de opbouw en de samenstelling van de verschillende nageschakelde voorzieningen door de jaren heen aangepast. Om de bovenstaande reden is het statistisch berekenen van het effect niet mogelijk. Wel kan uit de gegevens een duidelijke trend worden gehaald over het functioneren van de nageschakelde voorzieningen. Wanneer uit de resultaten zou blijken dat het ene systeem beter functioneert dan het andere, dan wil dit nog niet zeggen dat de eerste ook algemeen toepasbaar is. Hiervoor zijn de omstandigheden tussen en binnen de pilotprojecten en de bedrijven te divers. Bovendien zijn andere factoren die de keuze voor een systeem bepalen ((bv investeringen en exploitatiekosten) niet meegnomen. Om een uitspraak te kunnen doen over het functioneren van de verschillende nageschakelde voorzieningen is van iedere gemeten parameter in het influent en het effluent het rendement uitgerekend. Er is gebruik gemaakt van de door de waterschappen aangeleverde gegevens. Het rapport geeft per systeem en per project de resultaten weer in tabellen. Er is onderscheid gemaakt tussen de hoogste en de laagste rendement. De tabellen geven de tendens weer over het functioneren van de nageschakelde voorzieningen op die betreffende locatie. Het rendement is berekend volgens de formule =100 * ((influent-effluent)/(influent). Alleen de resultaten, waarvan zowel het influent als het effluent bekend zijn, zijn in de tabellen verwerkt. Daarnaast worden de kritische succes- en faalfactoren voor de goede werking in kaart gebracht. Uiteindelijk zal een uitspraak worden gedaan in hoeverre de toegepaste nageschakelde voorzieningen in de praktijk voldoende robuust, stabiel en betrouwbaar zijn voor erfafspoelwater. 22 Nageschakelde voorzieningen

23 5.1 Resultaten agrowadi s In de onderstaande tabellen zijn de rendementscijfers van de agrowadi s samenvattend weergegeven. Uit de tabellen blijkt dat het aantal monsters per systeem variëren. Ook de wijze waarop het monster genomen is, verschilt van elkaar (steekbemonstering vs volumeproportioneel). In de onderstaande tabellen zijn met groen de hoogste rendementcijfers weergegeven. De met rood aangegeven rendementcijfers geven een negatief resultaat weer. Tabel 8 Rendementcijfers agrowadi s WS Zuiderzeeland Tabel 9 Rendementcijfers agrowadi WS Scheldestromen Tabel 10 Rendementcijfers agrowadi s WS Aa en Maas In tabel 11 is het rendement per parameter van alle aangelegde agrowadi s weergegeven. Tabel 11 Gemiddelde rendementcijfers van de agrowadi s De onderzoeksresultaten laten met name bij de pilotprojecten van WS Zuiderzeeland en WS Aa en Maas een sterk wisselend patroon van het zuiveringsrendement zien. In een aantal gevallen is het rendement laag of zelfs negatief. Uit de beschikbare informatie valt hiervoor geen exacte verklaring te geven. Broos Water is echter bij beide projecten in de onderzoeksfase betrokken geweest. Uit de rapportages en de waarnemingen kunnen wel enkele trends worden gehaald die mogelijk het wisselende resultaat kunnen verklaren: 23 Nageschakelde voorzieningen

24 Vooraf zijn de erfsituaties op de deelnemende bedrijven ingericht op het afvoeren van perssappen (en first flush) naar de mestkelder. Het overige erfwater wordt naar de agrowadi afgevoerd (zie eerder). Bekend is dat het afkoppelen van perssappen en first flush niet consequent goed heeft gewerkt waardoor deze deels mee werden afgevoerd naar de agrowadi. De oorzaak hiervan lag bij de agrariër zelf en de toegepaste techniek. Afvoergootjes, molsgoten en putten bleken niet altijd goed schoon te zijn en kleppen werden niet altijd consequent op het juiste moment omgezet of zelfs helemaal niet. Ook zijn met de agrariërs afspraken gemaakt over onderhoudswerkzaamheden van het erf en de voorzieningen maar ook deze afspraken werden niet altijd nageleefd. Tenslotte bleek met de toegepaste first flush systemen geen effectieve scheiding te maken zijn tussen schoon en vuil water. Bij Aa en Maas was het afkoppelen van perssappen niet op alle locaties mogelijk (paragraaf 4.3). Uit onderzoek is bekend dat perssappen een negatief effect hebben op het zuiveringsrendement. De ph waarde van perssappen ligt gemiddeld rond de 5 met als gevolg dat bacteriewerking niet of nauwelijks mogelijk is. Ook de wisselende omstandigheden en het variërende lozingspatroon hebben een negatieve invloed op het zuiveringsrendement. Uit visuele waarnemingen op de bedrijven valt op te maken dat naast perssappen ook percolaat (en in sommige gevallen ook mestvocht) tot problemen kan leiden. Bij bezoeken werden dikwijls voeropslagen aangetroffen die niet veegschoon waren. Voer of voerresten komen dan in contact met hemelwater en ook dit kan leiden tot een aanzienlijke verontreiniging. Via de gootjes en kleppen, die niet naar de mestkelder staan, komen dit water in de agrowadi terecht. Uit metingen blijkt ook dat bij het waarnemen van dergelijke verontreinigingen het zuiveringsresultaat verslechterd. Het nadeel van een nageschakelde voorziening is dat de veehouder geen prikkel heeft om het erf schoon en netjes te houden. Hij verwacht dat de zuivering zijn probleem wel oplost. Uit waarnemingen in het veld bleek dat niet alle erven even schoon werden gehouden, ondanks de gemaakte afspraken hierover. De foto s hieronder geven hiervan een impressie. Op de bedrijven, waar de perssappen (deels) waren afgekoppeld en het erf bezemschoon werd gehouden, leek het zuiveringsrendement beter te zijn. Het niet voldoende schoon houden van het erf levert extra verontreiniging op die mee naar de agrowadi s gaan. Bij WS Zuiderzeeland en WS Aa en Maas is vooraf om redenen niet of nauwelijks onderzoek gedaan naar de kwaliteit (vuilvracht en volume) van het erfafspoelwater dat naar de agrowadi s werd afgevoerd. Hierdoor is niet uit te sluiten dat de systemen onvoldoende gedimensioneerd zijn. Bovendien heeft een lozing van perssappen een piekbelasting tot gevolg. Als vooraf niet of nauwelijks onderzoek is gedaan, dan is uiterst twijfelachtig of de systemen ingericht zijn voor het opvangen en zuiveren van een piekbelasting. In het project van WS Zuiderzeeland en op enkele locaties in het project van WS Aa en Maas zijn om redenen relatief kleinschalige bezink-/bufferbassins aangelegd. Door de weersomstandigheden en activiteiten op het erf kan het lozingspatroon en de vuillast sterk variëren. Uit onderzoek bij WS Aa en Maas bleek dat er dan relatief veel organische materiaal mee werd afge- 24 Nageschakelde voorzieningen

25 voerd naar de nageschakelde voorziening. Ook bleek het lozingspatroon door de tijd heen behoorlijk te variëren, waardoor het zuiveringsrendement onder druk kwam te staan. Tenslotte bleek het erfafspoelwater in de bezink-/bufferbassin onvoldoende in rust te komen waardoor onvoldoende bezinking plaatsvond. Het gevolg is dat organisch materiaal mee naar de zuivering gaat. Door voortschrijdend inzicht werden de later aangelegde agrowadi s (bv bij WS Scheldestromen) voorzien van een grotere bezink-/bufferbassin. Uit de metingen blijkt dat sommige influentwaarden dusdanig hoog waren, dat dit ook bij een optimale zuivering nog steeds hoge effluentwaarden tot gevolg heeft ( garbage in garbage out ). Dit probleem kan waarschijnlijk alleen opgelost worden door meer bronmaatregelen toe te passen om verontreiniging tegen te gaan en grotere zuiveringen. Wanneer de prestaties van een zuiveringen onder druk staan, dan wordt dit effect bij slechte weersomstandigheden alleen maar versterkt. Koud weer (bv in de winter) zorgt er voor dat bacteriën minder goed zuiveren. Uit visuele waarnemingen op de bedrijven bleek dat het zuiveringsrendement in de winterperiode slechter was. Er zijn door de waterschappen in die perioden niet of nauwelijks metingen verricht. De resultaten laten echter ook zien dat de agrowadi s onder bepaalde omstandigheden (technisch) wel in staat zijn om het erfafspoelwater tot een acceptabel (en soms een zeer acceptabel) niveau te zuiveren. In bepaalde perioden van het jaar laten de systemen bij WS Zuiderzeeland en WS Aa en Maas goede prestaties zien. Het systeem bij WS Scheldestromen laat over het algemeen een goed zuiveringsrendement zien. Hier ligt in verhouding met de andere twee pilotprojecten meer bezink- en buffercapaciteit. Het erf is hier niet schoner in vergelijking met de andere bedrijven en ook de houding van de veehouder is niet anders. Ook hier gaan zaken fout, maar door de vijver en de extra aangelegde buffertank krijgt het erfafspoelwater voldoende tijd om te bezinken Samenvattend kan worden gesteld dat op basis van de resultaten en de informatie uit deze pilotprojecten de agrowadi s wel in staat zijn om erfafspoelwater te zuiveren, maar dat de kans op een robuust zuiveringsproces met een betrouwbaar hoog zuiveringsrendement te veel afhangt van factoren die niet of voldoende in de hand kunnen worden gehouden. Alleen met een 100% scheiding tussen perssappen (en first flush en percolaat) enerzijds en het overige erfafspoelwater anderzijds is een goede basis gelegd voor een goede zuivering. Vervolgens moet het technisch ontwerp voldoende afgestemd zijn om het overige erfafspoelwater tot het gewenste niveau te zuiveren. Tenslotte zal de veehouder inspanningen moeten doen om op zijn erf te werken volgens goede landbouwpraktijk en aandacht moeten geven aan het functioneel houden van de voorzieningen. De situatie op de veehouderijbedrijven is in het algemeen nu zo dat het bovenstaande niet of nauwelijks gerealiseerd kan worden. 25 Nageschakelde voorzieningen

26 5.2 Resultaten helofytenfilters In de onderstaande tabellen zijn de rendementscijfers van de helofytenfilters samenvattend weergegeven. Het aantal monsters is redelijk vergelijkbaar. In de tabellen zijn met groen de hoogste rendementcijfers weergegeven. De met rood aangegeven rendementcijfers geven een negatief resultaat weer. Tabel 12 Rendementcijfers helofytenfilter WS Zuiderzeeland Tabel 13 Rendementcijfers helofytenfilters WS Vallei en Eem Tabel 14 Gemiddelde rendementcijfers van de helofytenfilters Uit de resultaten blijkt dat de helofytenfilters op zich stabieler beeld laten zien dan de agrowadi's. Op zich mag dit ook verwacht worden van een bewezen techniek. Het zuiveringsrendement lijkt minder te variëren en laat in het geheel een beter resultaat zien. Met name onopgeloste bestanddelen, bzv en czv worden redelijk goed verwijderd. De stikstofafbraak en de binding van fosfaat verloopt moeizaam. Een groot verschil met de agrowadi s is dat helofytenfilters over het algemeen met grote buffers worden aangelegd. Hierdoor is hier voldoende verblijftijd om het erfafspoelwater tot rust te brengen waardoor bezinking kan plaatsvinden. Toch mag niet gesteld worden dat de helofytenfilters beter werken dan de agrowadi s. Hiervoor zijn de omstandigheden tussen en binnen de pilotprojecten te divers. Ook bij de helofytenfilters komen lage en negatieve zuiveringsrendementen voor. Ook hier geldt dat op basis van de resultaten en de informatie uit deze pilotprojecten 26 Nageschakelde voorzieningen

27 wel gesteld kan worden dat de helofytenfilters in staat zijn om erfafspoelwater te zuiveren, maar dat de kans op een robuust zuiveringsproces met een betrouwbaar hoog zuiveringsrendement te veel afhangt van factoren die niet of voldoende in de hand kunnen worden gehouden. De eerder genoemde factoren en omstandigheden spelen ook hier een belangrijk rol. 5.3 Resultaten bezinksloten In de onderstaande tabellen zijn de rendementscijfers van de helofytenfilters samenvattend weergegeven. Het aantal monsters is redelijk vergelijkbaar. In de tabellen zijn met groen de hoogste rendementcijfers weergegeven. De met rood aangegeven rendementcijfers geven een negatief resultaat weer. Tabel 15 Rendementcijfers bezinksloot Groot Salland Tabel 16 Rendementcijfers bezinksloten Vallei en Eem Tabel 17 Gemiddelde rendementcijfers van de bezinksloten De rendementcijfers laten een grillig patroon zien. Uit het grote aantal metingen blijkt dat er af en toe een laag tot negatief zuiveringsrendement is. Bekend is dat op de bedrijven al het erfafspoelwater, inclusief perssappen en percolaat, naar de bezinksloten gaat. Met dit gegeven lijken de re- 27 Nageschakelde voorzieningen

28 sultaten op zich niet slecht, al is er niet een stabiel proces waarneembaar. De eerder genoemde factoren en omstandigheden spelen ook hier een belangrijk rol. Bij bezinksloten zonder bodemafdichting zal ook een deel van de verontreiniging in de bodem wegzakken. Op dit moment ziet het ministerie van VROM dit als een niet toegestane puntlozing. 5.4 Resultaten cascadegreppel Bij de resultaten van de cascadegreppel zijn alleen de gegevens van WS Rivierenland en WS Velt en Vecht verwerkt. Van WS Fryslân zijn geen gegevens aangeleverd. De cascadegreppel van waterschap Rivierenland geven de volgende resultaten weer. Hoewel in de watergang van de bemonstering van 14 september het totaal aan VE op 0,6 ligt en de vuillast ogenschijnlijk laag en is het gemeten effluent in het 5 e vak niet verbeterd ten opzichte van het eerste vak. Het is deze bemonstering niet aan te geven of werkelijk een goede zuivering heeft plaats gevonden. Tabel 18 Rendementcijfers cascadesloot Rivierenland In tabel 19 zijn nog een aantal meetresultaten weergegeven. Deze meetresultaten geven een meer positief beeld van de zuivering, aangezien de totale VE met ongeveer 50% is gereduceerd. Tabel 19 Rendementcijfers cascadesloot Rivierenland 28 Nageschakelde voorzieningen

!!!!!2009! Integrale Handreiking erfafspoelwater. Werkgroep Erfafspoeling Ministerie van VROM

!!!!!2009! Integrale Handreiking erfafspoelwater. Werkgroep Erfafspoeling Ministerie van VROM !!!!!!2009! Integrale Handreiking erfafspoelwater Een praktisch handvat voor de landelijke aanpak van erfafspoelwater op veehouderijbedrijven De handreiking is ontwikkeld in opdracht van: Werkgroep Erfafspoeling

Nadere informatie

Maatregelen matrix. Impressie gebied / bedrijven

Maatregelen matrix. Impressie gebied / bedrijven Maatregelen matrix Een groot deel van de veehouders in Midden Delfland is door Broos Water bezocht voor een erfscan. Op basis van deze erfscan heeft iedere veehouder een informatierapport ontvangen. Een

Nadere informatie

Afspoeling van erven van veehouderijbedrijven, fase 3

Afspoeling van erven van veehouderijbedrijven, fase 3 2009 Afspoeling van erven van veehouderijbedrijven, fase 3 Onderzoek naar de kwaliteit van erfafspoelwater op schone veehouderijbedrijven Een project in opdracht van: Werkgroep Erfafspoeling Broos Water

Nadere informatie

Afspoeling van erven van veehouderijbedrijven, fase 3

Afspoeling van erven van veehouderijbedrijven, fase 3 2008 Afspoeling van erven van veehouderijbedrijven, fase 3 O d k d k lit it f f l t h h d ijb d ij lk Een project in opdracht van: Werkgroep Erfafspoeling Titel rapport Afspoelen van erven van veehouderijbedrijven,

Nadere informatie

Erfafspoeling en groene zuivering

Erfafspoeling en groene zuivering Erfafspoeling en groene zuivering Meten, onderzoeken en praktische oplossingen René Gerritsen Medewerker Toezicht & Handhaving Inhoud presentatie Korte inleiding groene zuivering Wat is een groene zuivering?

Nadere informatie

ERFAFSPOELING VAN VEEHOUDERIJBEDRIJVEN RAPPORT

ERFAFSPOELING VAN VEEHOUDERIJBEDRIJVEN RAPPORT ERFAFSPOELING VAN VEEHOUDERIJBEDRIJVEN RAPPORT 2009 10 erfafspoeling van veehouderijbedrijven onderzoek naar de kwaliteit van afspoelwater van erven op schone bedrijven RAPPORT 2009 10 ISBN 978.90.5773.427.4

Nadere informatie

ErfafspoEling

ErfafspoEling EEN INVENTARISATIE VAN DE PROBLEMATIEK EN MOGELIJKE OPLOSSINGEN Erfafspoeling 2011 18 erfafspoeling 1 EEN INVENTARISATIE VAN DE PROBLEMATIEK EN MOGELIJKE OPLOSSINGEN Erfafspoeling 2 erfafspoeling erfafspoeling

Nadere informatie

Vermindering erfemissie Vragen en Antwoorden Erfbijeenkomsten Maart 2016

Vermindering erfemissie Vragen en Antwoorden Erfbijeenkomsten Maart 2016 Vermindering erfemissie Vragen en Antwoorden Erfbijeenkomsten Maart 2016 1. Krijg ik de presentaties van het waterschap toegezonden? Ja, en tevens nog andere informatie. Alle informatie is bijgevoegd,

Nadere informatie

Checklist Erfafspoeling <versie 10, 090916>

Checklist Erfafspoeling <versie 10, 090916> Checklist Erfafspoeling Op veehouderijbedrijven kan hemelwater op het verharde erf verontreinigd raken door contact met onder andere voer, voerresten, perssappen, percolaat en mest.

Nadere informatie

Subsidieregeling milieuinvesteringen. Minke Lagerwerf

Subsidieregeling milieuinvesteringen. Minke Lagerwerf Subsidieregeling milieuinvesteringen Minke Lagerwerf Even voorstellen Minke Lagerwerf Beleidsmedewerker waterkwaliteit Accountmanager Landbouw Opbouw presentatie Landelijke subsidieregeling (kort) Brabantse

Nadere informatie

Netwerkdag IKN Jan Broos, Adviesbureau Broos Water BV 20 april 2017

Netwerkdag IKN Jan Broos, Adviesbureau Broos Water BV 20 april 2017 Het verbeteren van de waterkwaliteit; de rol van de landbouw Netwerkdag IKN Jan Broos, Adviesbureau Broos Water BV 20 april 2017 Broos Water BV Als praktijkgericht kennis- en adviesbureau werken wij aan

Nadere informatie

Broos Water B.V. Sterk in wateroplossingen Afspoeling van erven van veehouderijbedrijven

Broos Water B.V. Sterk in wateroplossingen Afspoeling van erven van veehouderijbedrijven Broos Water B.V. Sterk in wateroplossingen Afspoeling van erven van Fase 2: Inventariseren van maatregelen Werkgroep erfafspoeling Fase 2: Inventariseren van maatregelen 1 november 2007 Pagina 2 van 41

Nadere informatie

Emissieschattingen Diffuse bronnen EmissieRegistratie Erfafspoeling

Emissieschattingen Diffuse bronnen EmissieRegistratie Erfafspoeling Emissieschattingen Diffuse bronnen EmissieRegistratie Versie mei 2016 In opdracht van RIJKSWATERSTAAT WVL Uitgevoerd door DELTARES Lozing nutriënten door erfafspoeling 1 Omschrijving Bij erfafspoeling

Nadere informatie

Figuur 1 Zuiveringsinstallatie

Figuur 1 Zuiveringsinstallatie Richtlijn 91/271/EEG: Situatierapport ex artikel 16 Nederland, situatie op 31 december 1998 Inzameling, transport en behandeling van afvalwater in Nederland Bij allerlei activiteiten in huis en bedrijf

Nadere informatie

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009.

Het waterbeleid van de provincie Limburg is beschreven in het Provinciaal Waterplan Limburg, dd. 20 november 2009. Memo Ter attentie van Project management Den Dekker B.V. Datum 03 januari 2013 Distributie Projectnummer 111850-01 Onderwerp Parkeerterrein Jumbo Heythuysen Geachte heer Bosman, 1 WATERBELEID Het streven

Nadere informatie

Betreft Uitbreiding bedrijfsterrein Van Ooijen, Parallelweg-west Woerden Afwatering terreinverharding

Betreft Uitbreiding bedrijfsterrein Van Ooijen, Parallelweg-west Woerden Afwatering terreinverharding Bijlage Afwatering terreinverharding D1 Notitie Referentienummer Datum Kenmerk 11 augustus 2014 153681 Betreft Uitbreiding bedrijfsterrein Van Ooijen, Parallelweg-west Woerden Afwatering terreinverharding

Nadere informatie

Welkom bij LTO afdeling Oldambt. Marja Nauta Wim Verhaar

Welkom bij LTO afdeling Oldambt. Marja Nauta Wim Verhaar Welkom bij LTO afdeling Oldambt Presentatie door: Marja Nauta Wim Verhaar 1 Totaal gebied Deel gebied 2 Gegevens waterkwaliteit meetnet Oldambt. Overschrijdingen GBM hele gebied 3 Overschrijding GBM per

Nadere informatie

Besluit lozing afvalwater huishoudens

Besluit lozing afvalwater huishoudens Besluit lozing afvalwater huishoudens Ontheffing voor de lozingssituatie van: G.J., G. en R. Luimes Lozingsadres: Bomenweg 20 Emmeloord Waterschap Zuiderzeeland Team Waterprocedures Postbus 229 8200 AE

Nadere informatie

DSI regenwater infiltratie.

DSI regenwater infiltratie. DSI regenwater infiltratie. De adequate oplossing van een actueel probleem. Klimaatverandering. Het klimaat verandert. Met als gevolg een toename van de duur en frequentie van wateroverlast, verkeersonveiligheid

Nadere informatie

Besluit lozing afvalwater huishoudens

Besluit lozing afvalwater huishoudens Besluit lozing afvalwater huishoudens Ontheffing voor de lozingssituatie van: C. Straver Lozingsadres: Ketelweg 34 Dronten Waterschap Zuiderzeeland Team Waterprocedures Postbus 229 8200 AE LELYSTAD telefoon:

Nadere informatie

waterwijzer_melkveehouderij:waterwijzer_veehouderij :14 Pagina 1 Melkveehouderij

waterwijzer_melkveehouderij:waterwijzer_veehouderij :14 Pagina 1 Melkveehouderij waterwijzer_melkveehouderij:waterwijzer_veehouderij 15-09-2006 11:14 Pagina 1 Winst uit water Melkveehouderij Het belang van water Kosten besparen Perssappen van ruwvoer of vaste mest opvangen Werken met

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering,

Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering, Belasting van het oppervlaktewater vanuit riolering en rioolwaterzuivering, 1990-2016 Indicator 1 oktober 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met

Nadere informatie

Bayer PhytoBac Eenvoudig en verantwoord afvalwater verwerken

Bayer PhytoBac Eenvoudig en verantwoord afvalwater verwerken Bayer PhytoBac Eenvoudig en verantwoord afvalwater verwerken Inleiding Bayer CropScience heeft als onderdeel van het nieuwe initiatief van BayYou Services vanuit Product Stewardship verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Afdeling Onderzoek & Advies pagina 1

Afdeling Onderzoek & Advies pagina 1 Afdeling Onderzoek & Advies pagina 1 Studie naar sanering erfafspoelwater op Biologische melkveehouderij t Oerset De Leijen NOLIMP- Implementatie Europese Kaderrichtlijn Water NOLIMP EUROPA Interreg north

Nadere informatie

Vermindering erfemissie Vragen en Antwoorden Erfbijeenkomsten maart & mei 2016

Vermindering erfemissie Vragen en Antwoorden Erfbijeenkomsten maart & mei 2016 Vermindering erfemissie Vragen en Antwoorden Erfbijeenkomsten maart & mei 2016 Onderstaand algemene vragen zoals gesteld, met daarbij praktische antwoorden. Voor specifieke situaties is het van belang

Nadere informatie

Inleiding. Afvalwater. Afvalwaterzuivering

Inleiding. Afvalwater. Afvalwaterzuivering Inleiding Je poetst je tanden en spoelt je mond. Hup, doorspoelen! Vieze handen? Flink wat zeep en de kraan open: hup, ook maar doorspoelen! Elke dag spoel jij vele liters schoon drinkwater door de wastafel,

Nadere informatie

CONVENANT ERFAFSPOELING. Janke Kloosterman Magriet van der Ploeg

CONVENANT ERFAFSPOELING. Janke Kloosterman Magriet van der Ploeg CONVENANT ERFAFSPOELING Janke Kloosterman Magriet van der Ploeg 1 WAAR GAAN WE HET OVER HEBBEN Wat de is aanleiding geweest om een convenant op te stellen Wie de partners zijn in het convenant Wat het

Nadere informatie

Ik verzoek u deze reactie bij de verdere uitwerking van beide plannen mee te nemen.

Ik verzoek u deze reactie bij de verdere uitwerking van beide plannen mee te nemen. LTO Nederland Postbus 29773 2502 LT DEN HAAG datum ons kenmerk contactpersoon 1 december 2011 61823 EL mw. M.I. Mul betreft uw kenmerk e-mail reactie UvW op DAW en plan - mmul@uvw.nl van LTO voor erfafspoeling

Nadere informatie

Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen,

Zuivering van stedelijk afvalwater: zware metalen, Indicator 22 juni 2011 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. De afgelopen dertig jaar is voor

Nadere informatie

Beleidslijn toezicht en handhaving. Wassen van machines op agrarische bedrijven

Beleidslijn toezicht en handhaving. Wassen van machines op agrarische bedrijven Beleidslijn toezicht en handhaving Wassen van machines op agrarische bedrijven Samenwerking Noordoostelijke waterschappen Eenheid Techniek en Diensten Team agrarisch VTH Roel Koekoek Henk Langeler Renske

Nadere informatie

Report 1695.N.17. Mestbewerking en Waterkwaliteit. een case studie voor het beheergebied van waterschap Aa en Maas.

Report 1695.N.17. Mestbewerking en Waterkwaliteit. een case studie voor het beheergebied van waterschap Aa en Maas. Report 1695.N.17 Mestbewerking en Waterkwaliteit een case studie voor het beheergebied van waterschap Aa en Maas de samenvatting Rapport 1695.N.17 Mestbewerking en Waterkwaliteit Een case studie voor waterschap

Nadere informatie

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Resultaten WAHYD Hoe zit het in elkaar: afkijken bij Noord-Brabant In het onderzoeksproject WAHYD (Waterkwaliteit op basis van Afkomst en HYDrologische systeemanalyse)

Nadere informatie

In de directe omgeving van de Ir. Molsweg is geen oppervlaktewater aanwezig.

In de directe omgeving van de Ir. Molsweg is geen oppervlaktewater aanwezig. Waterparagraaf Algemeen Huidige situatie De Ir. Molsweg tussen de Pleijweg en de Nieland bestaat uit een enkele rijbaan met twee rijstroken. Via een rotonde sluit de Ir. Molsweg aan op de Nieland. De rijbaan

Nadere informatie

Besluit lozing afvalwater huishoudens

Besluit lozing afvalwater huishoudens Besluit lozing afvalwater huishoudens Ontheffing voor de lozingssituatie van: «Naam_SD» Lozingsadres: «Straat» «HuisNrLt» «Woonplaats1» Waterschap Zuiderzeeland Team Waterprocedures Postbus 229 8200 AE

Nadere informatie

Besluit lozing afvalwater huishoudens

Besluit lozing afvalwater huishoudens Besluit lozing afvalwater huishoudens Ontheffing voor de lozingssituatie van: W.R. Bouma Lozingsadres: Luttelgeesterweg 21 Luttelgeest Waterschap Zuiderzeeland Team Waterprocedures Postbus 229 8200 AE

Nadere informatie

Een slimme oplossing voor ecologisch watermanagement.

Een slimme oplossing voor ecologisch watermanagement. Een slimme oplossing voor ecologisch watermanagement. OVERHEID & PUBLIEKE DIENSTEN www.hydrorock.com Overheden en watermanagement Watermanagement in stedelijke gebieden is zeer actueel. Klimaatverandering

Nadere informatie

KRW-pilot Praktische bedrijfsinnovaties in de landbouw Deelproject Erf. Broos Water B.V.

KRW-pilot Praktische bedrijfsinnovaties in de landbouw Deelproject Erf. Broos Water B.V. KRW-pilot Praktische bedrijfsinnovaties in de landbouw Deelproject Erf CLM E.A.P. van Well L.R. Terryn Broos Water B.V. J. Broos D.J. Feenstra KRW-pilot Praktische bedrijfsinnovaties in de landbouw Deelproject

Nadere informatie

Doelmatige werking van zuiveringstechnische werken en grote lozers

Doelmatige werking van zuiveringstechnische werken en grote lozers Doelmatige werking van zuiveringstechnische werken en grote lozers Pag. 1 van 11 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Bestaand beleid 3 3 Juridisch kader 3 3.1 Vergunningplicht 4 3.2 Doelmatige werking 4 4 Technische

Nadere informatie

De volgende stukken uit het Activiteitenbesluit heeft u nodig om de juiste lozingenroutes te kunenn bepalen:

De volgende stukken uit het Activiteitenbesluit heeft u nodig om de juiste lozingenroutes te kunenn bepalen: Bijlage bij oefeningen agrarische lozingen. De volgende stukken uit het Activiteitenbesluit heeft u nodig om de juiste lozingenroutes te kunenn bepalen: Riolering: Lozen in vuilwaterriool: toegestaan,

Nadere informatie

Waterparagraaf Melkveebedrijf M.C.M. Sieben, Witte Plakdijk 6 Ospel

Waterparagraaf Melkveebedrijf M.C.M. Sieben, Witte Plakdijk 6 Ospel Waterparagraaf Melkveebedrijf M.C.M. Sieben, Witte Plakdijk 6 Ospel De heer M.C.M. Sieben is voornemens een nieuwe rundveestal op te richten op het perceel, kadastraal bekend als gemeente Nederweert, sectie

Nadere informatie

Activiteitenbesluit milieubeheer

Activiteitenbesluit milieubeheer Activiteitenbesluit milieubeheer Beschikking met maatwerkvoorschriften van toepassing op de grondwaterlozing ten behoeve van Mts. Bavar lozingsadres: Hopweg 46 Rutten Waterschap Zuiderzeeland Team Waterprocedures

Nadere informatie

1. INLEIDING 1.1 ALGEMEEN. 1.2 DE WATERTOETS. NOTITIE

1. INLEIDING 1.1 ALGEMEEN. 1.2 DE WATERTOETS. NOTITIE NOTITIE Onderwerp : Waterparagraaf Opdrachtgever : A.E.C. Vestjens Projectnummer : BIM-079-01 Projectomschrijving : Gezondheidscentrum te Neer Opgesteld door : ing. R. Peeters Paraaf: Datum : 18 oktober

Nadere informatie

Illlllllllllllllllllll

Illlllllllllllllllllll Illlllllllllllllllllll 2IN00872 C VAN WATHRSCHAPPÜN Bezoekadres O. De leden-waterschappen t.a.v. het dagelijks bestuur fk. UI - ~ CK > > (MT A(N@EIM 0 MEI 202 Koningskade 40 29 AA Den Haag Postadres Postbus

Nadere informatie

Bergingsberekeningen en controle afvoercapaciteit Plangebied Haatland

Bergingsberekeningen en controle afvoercapaciteit Plangebied Haatland Bergingsberekeningen en controle afvoercapaciteit Plangebied Haatland Definitief Gemeente Kampen Grontmij Nederland bv Zwolle, 29 november 2005 @ Grontmij 11/99014943, rev. d1 Verantwoording Titel : Bergingsberekeningen

Nadere informatie

NOT a 12 september 2013 Water Bij elke ruimtelijke ontwikkeling is het opstellen van een waterparagraaf verplicht gesteld, mede in relatie

NOT a 12 september 2013 Water Bij elke ruimtelijke ontwikkeling is het opstellen van een waterparagraaf verplicht gesteld, mede in relatie NOT01-0252596-01a 12 september 2013 Water Bij elke ruimtelijke ontwikkeling is het opstellen van een waterparagraaf verplicht gesteld, mede in relatie tot de watertoets. In deze notitie wordt verwoord

Nadere informatie

Activiteitenbesluit milieubeheer

Activiteitenbesluit milieubeheer Activiteitenbesluit milieubeheer Beschikking met maatwerkvoorschriften van toepassing op de grondwaterlozing ten behoeve van Tennet TSO BV lozingsadres: Ramsweg 8A Ens Waterschap Zuiderzeeland Team Waterprocedures

Nadere informatie

BedrijfsWaterWijzer, de tool voor de toekomst?

BedrijfsWaterWijzer, de tool voor de toekomst? BedrijfsWaterWijzer, de tool voor de toekomst? Koeien & Kansen is een samenwerkingsverband van 16 melkveehouders, proefbedrijf De Marke, Wageningen UR en adviesdiensten. De resultaten vindt u op: www.koeienenkansen.nl

Nadere informatie

Zuivering van stedelijk afvalwater: stikstof en fosfor,

Zuivering van stedelijk afvalwater: stikstof en fosfor, Zuivering van stedelijk afvalwater: stikstof en fosfor, 1981-2017 Indicator 28 maart 2019 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens

Nadere informatie

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens

Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens Omgang met hemelwater binnen de perceelgrens Ir. Emil Hartman Senior adviseur duurzaam stedelijk waterbeheer Ede, 10 april 2014 Inhoud presentatie Wat en hoe van afkoppelen Wat zegt de wet over hemelwater

Nadere informatie

Activiteitenbesluit milieubeheer

Activiteitenbesluit milieubeheer Activiteitenbesluit milieubeheer Algemene regels en maatwerkbeschikking voor de lozingssituatie van: VOF Hoekstra Lozingsadres: Lisdoddeweg 61 Lelystad Waterschap Zuiderzeeland Team Waterprocedures Postbus

Nadere informatie

Zoals aangegeven zijn de gemeente Lelystad en het havenbedrijf Amsterdam de ontwikkelaars van het bedrijventerrein.

Zoals aangegeven zijn de gemeente Lelystad en het havenbedrijf Amsterdam de ontwikkelaars van het bedrijventerrein. Notitie Contactpersoon Jeroen Lasonder Datum 24 mei 2013 Kenmerk N008-1213242JLO-gdj-V022 Flevokust: Watertoets 1 Inleiding De gemeente Lelystad en Havenbedrijf Amsterdam ontwikkelen samen bedrijventerrein

Nadere informatie

LMM e-nieuws 9. Inhoud. Modelleren van grondwateraanvulling. Neerslag vult vanaf de herfst het grondwater aan

LMM e-nieuws 9. Inhoud. Modelleren van grondwateraanvulling. Neerslag vult vanaf de herfst het grondwater aan LMM e-nieuws 9 Juli 2009 Heruitgave november 2017 Inhoud Modelleren van grondwateraanvulling - Astrid Vrijhoef, RIVM Greppelwaterbemonstering in de veenregio - Arno Hooijboer, RIVM Ook de Engelsen meten

Nadere informatie

OM MEER TE WETEN OVER DE INRICHTINGEN

OM MEER TE WETEN OVER DE INRICHTINGEN OM MEER TE WETEN OVER DE INRICHTINGEN De meest voorkomende inrichtingen worden hieronder vermeld. Voor meer details, raadpleeg www.nwrm.eu (NWRM: Natural Water Retention Measures), Europese nomenclatuur

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. gelet op artikel 1.3, vierde lid, van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013,

PROVINCIAAL BLAD. gelet op artikel 1.3, vierde lid, van de Algemene subsidieverordening provincie Fryslân 2013, PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Fryslân. Nr. 430 2 februari 2017 Besluit van Gedeputeerde Staten van provincie Fryslân houdende regels subsidie erfafspoelingsprojecten (Subsidieregeling

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Samenvatting. 1. Inleiding. 2. Fase 1, IBA- subsidieprojecten (2002-2007) 3. Fase 2, handhaving (2008 2011) 4. Resultaat. 5.

Inhoudsopgave. Samenvatting. 1. Inleiding. 2. Fase 1, IBA- subsidieprojecten (2002-2007) 3. Fase 2, handhaving (2008 2011) 4. Resultaat. 5. PROJECT BEHANDELING HUISHOUDELIJK AFVALWATER Inhoudsopgave Samenvatting 1. Inleiding 2. Fase 1, IBA- subsidieprojecten (2002-2007) 3. Fase 2, handhaving (2008 2011) 4. Resultaat 5. Conclusie 6. Bijlagen

Nadere informatie

Berekening hwa-riool Oranjebuurt te Riel

Berekening hwa-riool Oranjebuurt te Riel Berekening hwa-riool Oranjebuurt te Riel Gemeente Goirle projectnr. 219713 revisie 3.0 12 juli 2010 Opdrachtgever Gemeente Goirle Afdeling Realisatie en beheer Postbus 17 5050 AA Goirle datum vrijgave

Nadere informatie

Beter omgaan met hemelwater

Beter omgaan met hemelwater Beter omgaan met hemelwater Informatie over het afkoppelen van het dakoppervlak Wat kunt u doen? Van alles eigenlijk. Een van de gemakkelijkste dingen die u gewoon thuis kunt doen, is de regenpijp doorzagen.

Nadere informatie

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt

Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt Vragen en antwoorden Aanpak Agniesebuurt Waarom aan de slag in de Agniesebuurt? Oude stadswijken zoals de Agniesebuurt, die dichtbebouwd zijn met veel verharding en weinig open water en groen, zijn kwetsbaar

Nadere informatie

Rioolnotitie Bouw en woonrijpmaken Woningbouwlocatie Brinkersweide te Rhenen

Rioolnotitie Bouw en woonrijpmaken Woningbouwlocatie Brinkersweide te Rhenen Rioolnotitie Rioolnotitie Kenmerk : RL14IV673 Datum : 10 augustus 2015 Versie : Definitief Auteur : A. van der Stelt Controle : F. Hazen 2 Rioolnotitie Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 3 1. Uitgangspunten...

Nadere informatie

Hans Valk; Oeds Veenstra; Abe Nauta; Onderwerp: wateradvies Krite te Boornbergum

Hans Valk; Oeds Veenstra; Abe Nauta; Onderwerp: wateradvies Krite te Boornbergum Dijkstra, Age Sjoerd Van: Jelly van der Kloet Verzonden: dinsdag 30 augustus 2016 14:26 Aan: Dijkstra, Age Sjoerd CC: Hans Valk; Oeds Veenstra; Abe Nauta; 'w.dijkstra@smallingerland.nl'

Nadere informatie

BedrijfsWaterWijzer, de tool voor de toekomst?

BedrijfsWaterWijzer, de tool voor de toekomst? BedrijfsWaterWijzer, de tool voor de toekomst? Koos Verloop (WUR) UDV Dronten 9 november 2017 Koeien & Kansen is een samenwerkingsverband van 16 melkveehouders, proefbedrijf De Marke, Wageningen UR en

Nadere informatie

IBA en andere toepassingen

IBA en andere toepassingen Studiedag helofytenfilters Frans Debets IBA en andere toepassingen www.debetsbv.nl www.oogstbaarlandschap.nl www.benutregenwater.nl www.ibahelpdesk.nl 1- 20 jaar IBA systemen Individuele Behandeling van

Nadere informatie

In deze notitie wordt de bepaling van de waterbergingsopgave toegelicht en wordt aangegeven hoe deze ingevuld kan worden.

In deze notitie wordt de bepaling van de waterbergingsopgave toegelicht en wordt aangegeven hoe deze ingevuld kan worden. Notitie Referentienummer Kenmerk 190509/Ack 277242 Betreft Waterbergingsopgave Hogewegzone Concept d.d. 19 mei 2009 1 Inleiding De Hogewegzone in de gemeente Amersfoort wordt de komende jaren vernieuwd.

Nadere informatie

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure.

U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale procedure. datum 31-3-2014 dossiercode 20140331-63-8729 Geachte heer/mevrouw Jeroen Overbeek, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//. Op basis van deze toets volgt u de normale

Nadere informatie

Activiteitenbesluit milieubeheer

Activiteitenbesluit milieubeheer Activiteitenbesluit milieubeheer Beschikking met maatwerkvoorschriften van toepassing op de grondwaterlozing ten behoeve van Van Gelder Elburg BV lozingsadres: Voorsterweg 31 Marknesse Waterschap Zuiderzeeland

Nadere informatie

Watervergunning. Datum 27 juli Zaaknummer 14885

Watervergunning. Datum 27 juli Zaaknummer 14885 Watervergunning Voor het graven van een watergang ter compensatie van het versneld afvoeren en lozen van hemelwater vanaf nieuw verhard oppervlak op de locatie Van Musschenbroekbaan 13 in Nieuwegein Datum

Nadere informatie

Sterk met Melk. Afvalwater en -zuivering

Sterk met Melk. Afvalwater en -zuivering Sterk met Melk Brugse Ommeland en Meetjesland Deze informatie is geschreven in het kader v an het project Sterk met Melk en als achtergrondinformatie gegev en aan de deelnemers. De informatie is gebaseerd

Nadere informatie

Bijlage 5 Wateradvies Wetterskip

Bijlage 5 Wateradvies Wetterskip vastgesteld bestemmingsplan West-Terschelling West Aletalaan fase 4 Gemeente Terschelling Projectnummer 250651 Bijlage 5 Wateradvies Wetterskip blad 259 van 381 Ruimtelijke Ordening - Oranjewoud WFN1215886

Nadere informatie

Taken: Voldoende water, Veilig gebied, Gezond en natuurlijk water.

Taken: Voldoende water, Veilig gebied, Gezond en natuurlijk water. Watersysteembeheer: (presentatie Anita 15 januari) Taken: Voldoende water, Veilig gebied, Gezond en natuurlijk water. Voldoende water: Stuwen, gemalen en waterinlaat, toegankelijkheid gebied d.m.v. waterlopen.

Nadere informatie

Luimes VOF De heer R. Luimes Bomenweg PH MARKNESSE. Geachte heer Luimes,

Luimes VOF De heer R. Luimes Bomenweg PH MARKNESSE. Geachte heer Luimes, DAT UM BEHANDE LD DOO R 7 december 2016 mw. I. Gorlee DIRE CT NUM MER 06-46 91 99 07 Luimes VOF De heer R. Luimes Bomenweg 25 8316 PH MARKNESSE Geachte heer Luimes, ONDERWERP melding Activiteitenbesluit

Nadere informatie

Verordening subsidie beperken gevolgen erfafspoeling

Verordening subsidie beperken gevolgen erfafspoeling CVDR Officiële uitgave van Midden-Delfland. Nr. CVDR483239_1 6 maart 2018 Verordening subsidie beperken gevolgen erfafspoeling 2018-2019 Gemeente Midden-Delfland - Verordening subsidie beperken gevolgen

Nadere informatie

Smart Drain systeem. beheersbaar afkoppelen met de scheidingsput

Smart Drain systeem. beheersbaar afkoppelen met de scheidingsput Smart Drain systeem beheersbaar afkoppelen met de scheidingsput Beheersbaar afkoppelen met de scheidingsput Afkoppelen is vaak wenselijk Voordelen van het Smart Drain systeem Er is sprake van een zekere

Nadere informatie

Memo. Figuur 1 Overzicht plangebied en omgeving (bron: googlemaps) blad 1 van 7

Memo. Figuur 1 Overzicht plangebied en omgeving (bron: googlemaps) blad 1 van 7 Memo nummer water 1 datum 15 juli 2013 aan Arno Derks Croonen van Arjan van Beek Oranjewoud kopie Ruud van Hoek Oranjewoud project Haalbaarheidsstudie Prodrive Ekkersrijt gemeente Son projectnummer 252510

Nadere informatie

Stro in de sloot. Onderdeel van IP-KRW project Landbouw Centraal. A.J. de Buck 1, J.R. van der Schoot 1 en J. Harmsen 2

Stro in de sloot. Onderdeel van IP-KRW project Landbouw Centraal. A.J. de Buck 1, J.R. van der Schoot 1 en J. Harmsen 2 Stro in de sloot Onderdeel van IP-KRW project Landbouw Centraal A.J. de Buck 1, J.R. van der Schoot 1 en J. Harmsen 2 1 Praktijkonderzoek Plant en Omgeving (Wageningen UR) 2 Alterra (Wageningen UR) Praktijkonderzoek

Nadere informatie

Afwegingen bij Afvalwaterzuivering

Afwegingen bij Afvalwaterzuivering Afwegingen bij Afvalwaterzuivering Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu De uitgangspunten voor de bescherming van het milieu tegen verontreiniging door de lozing van afvalwater zijn

Nadere informatie

datum dossiercode Samenvatting van de watertoets (normale procedure)

datum dossiercode Samenvatting van de watertoets (normale procedure) datum 14-4-2014 dossiercode 20140414-63-8811 Samenvatting van de watertoets (normale procedure) In dit document vindt u een samenvatting van de door u ingevulde gegevens op de website www.dewatertoets.nl.

Nadere informatie

De (her)inrichting van erf, perceel en sloot als tweede stut onder een schone landbouw

De (her)inrichting van erf, perceel en sloot als tweede stut onder een schone landbouw De (her)inrichting van erf, perceel en sloot als tweede stut onder een schone landbouw Verslag deskundigendag afspoeling 1 maart 2011 te Vredepeel A Frans Aarts 1, John Verhoeven 2, Harry Massop 3,Gert-Jan

Nadere informatie

Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3)

Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3) Milieuneutrale wijziging van de (werking van de) inrichting (Wabo art 2.1 lid 1 onder e en art 3.10 lid 3) 1 Veranderingen Beschrijf de voorgenomen veranderingen van de inrichting. 1. De volgende afvalwaterstromen

Nadere informatie

Rapport. Voorstel hemelwaterbehandeling nieuwbouw kantoren Achmea Apeldoorn. Rapportnummer: G Datum: 21 januari SvdA/CD/KS/G RA

Rapport. Voorstel hemelwaterbehandeling nieuwbouw kantoren Achmea Apeldoorn. Rapportnummer: G Datum: 21 januari SvdA/CD/KS/G RA Rapport Lid ONRI ISO-9001: 2000 gecertificeerd Voorstel hemelwaterbehandeling nieuwbouw kantoren Achmea Apeldoorn Rapportnummer G 15798-6 d.d. 21 januari 2008 Opdrachtgever: ABC Management groep Peutz

Nadere informatie

Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater

Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater april 2005 One Cue Systems Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt zonder schriftelijke toestemming

Nadere informatie

Regelgeving effluent en restmateriaal uit biobedden. H.A.E. de Werd

Regelgeving effluent en restmateriaal uit biobedden. H.A.E. de Werd Regelgeving effluent en restmateriaal uit biobedden H.A.E. de Werd Praktijkonderzoek Plant & Omgeving B.V. Bloembollen, Boomkwekerij & Fruit PPO nr. 3261074007_3 december 2007 2007 Wageningen, Praktijkonderzoek

Nadere informatie

voor de deur Mobiele opvangmiddelen voor afvalwater Opslag van afvalwater Clean Water Mobiele waterzuiver

voor de deur Mobiele opvangmiddelen voor afvalwater Opslag van afvalwater Clean Water Mobiele waterzuiver Mobiele waterzuivering voor de deur Mobiele opvangmiddelen voor afvalwater Opslag van afvalwater Clean Water Mobiele waterzuiver ing Afvalwater zuiveren voor de deur Afvalwater zuiveren voor de deur? Niet

Nadere informatie

RWS-2017/328 M. Inhoudsopgave. 1. Aanhef 2. Besluit 3. Voorschrift 4. Overwegingen 5. Ondertekening 6. Mededelingen. 1. Aanhef

RWS-2017/328 M. Inhoudsopgave. 1. Aanhef 2. Besluit 3. Voorschrift 4. Overwegingen 5. Ondertekening 6. Mededelingen. 1. Aanhef Onderwerp Maatwerkvoorschrift op grond van artikel 3.5e van het Activiteitenbesluit milieubeheer voor RWZI Piershil, voor het lozen van fosfor op het Spui. Zaaknummer RWSZ2016-00018059 Inhoudsopgave 1.

Nadere informatie

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014

Bijlage IV Watertoets. Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014 Bijlage IV Watertoets Uitgevoerd door R. Zuidema, 14 juni 2014 datum 14-6-2014 dossiercode 20140614-4-9150 Geachte heer / mevrouw R. Zuidema, U heeft een watertoets uitgevoerd op de website http://www.dewatertoets.nl//.

Nadere informatie

Ontwerpbesluit op grond van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren

Ontwerpbesluit op grond van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren Ontwerpbesluit op grond van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren Beschikking nummer: 2008-04 Aanvraag Het dagelijks bestuur van het waterschap Velt en Vecht te Coevorden, hierna te noemen "het dagelijks

Nadere informatie

Winst met water! > In Actie. Waarom nu? Hoe doen we dit? Eigen project! Doelstellingen. (Klik of scroll naar de volgende pagina)

Winst met water! > In Actie. Waarom nu? Hoe doen we dit? Eigen project! Doelstellingen. (Klik of scroll naar de volgende pagina) Winst met water! > In Actie > Waarom nu? > Hoe doen we dit? > Idee voor eigen project! > Doelstellingen (Klik of scroll naar de volgende pagina) Deltaplan Agrarisch Waterbeheer: winst met water! Het agrarisch

Nadere informatie

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen,

Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, Belasting van het oppervlaktewater met vermestende stoffen, 1990-2016 Indicator 27 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere

Nadere informatie

Ontwerp Watervergunning

Ontwerp Watervergunning Ontwerp Watervergunning Datum : 28 augustus 2014 Documentnummer : 2014025455 Case nr. : WV114.0470 AANHEF Het dagelijks bestuur van het waterschap Scheldestromen heeft op 25 juni 2014 een aanvraag ontvangen

Nadere informatie

ONTWERP VERGUNNING. Zaaknummer: Z

ONTWERP VERGUNNING. Zaaknummer: Z Wijziging van vergunning MVI Willems America BV te H orst a/d M aas 2 december 2016 Ja Wijziging van vergunning MVI Willems America BV te ARCHIEF *2016-004-220937* i.a.a. PaVH/PACA/2016-004-220937 Zaaknummer:

Nadere informatie

De volgende aspecten kunnen bij functioneel erfgroen onderscheiden worden: Ruimtelijk visueel Biodiversiteit Milieu Waterhuishouding Cultuurhistorie

De volgende aspecten kunnen bij functioneel erfgroen onderscheiden worden: Ruimtelijk visueel Biodiversiteit Milieu Waterhuishouding Cultuurhistorie Functioneel erfgroen Aanleiding Functioneel groen heeft alles te maken met het versterken van ruimtelijke kwaliteit en de ZLTO wens om agrarische bedrijven goed landschappelijk in te passen en zo mede

Nadere informatie

Aanvraag rioolvergunning

Aanvraag rioolvergunning Aanvraag rioolvergunning Persoonlijke gegevens Vul hier uw persoonlijke gegevens in. De aanvrager moet de eigenaar zijn Voorletters Tussenvoegsels Naam Straatnaam en huisnummer Postcode Woonplaats Telefoonnummer

Nadere informatie

Toets 5.1 Waterzuivering (ppt + aanvullend lesmateriaal)

Toets 5.1 Waterzuivering (ppt + aanvullend lesmateriaal) LTO42 Toets 5.1 Waterzuivering (ppt + aanvullend lesmateriaal) Biologie voor het MLO. (zesde druk) H17, pag 347 t/m 350 H17, pag 354 t/m 357 H17, pag 362 t/m 373 (dit is hoofdstuk 16 van de vijfde druk,

Nadere informatie

Waterhuishouding in de Contreie

Waterhuishouding in de Contreie Waterhuishouding in de Contreie Water speelt een belangrijke rol in de Contreie. Er is bij de ontwikkeling van deze woonwijk gekozen om het regenwater of te infiltreren in de bodem of hiermee de omliggende

Nadere informatie

TECHNISCHE GEGEVENS ASTERIA 750 WATERZUIVERINGSSTATION

TECHNISCHE GEGEVENS ASTERIA 750 WATERZUIVERINGSSTATION TECHNISCHE GEGEVENS ASTERIA 750 WATERZUIVERINGSSTATION ASTERIA 750 De Asteria waterzuiveringen zijn ontworpen voor het zuiveren van huishoudelijk type afvalwater berekend op een debiet van 150 liter /

Nadere informatie

WAT BIED BORALIT AAN?

WAT BIED BORALIT AAN? WAT BIED BORALIT AAN? Boralit bied 2 systemen aan. Een intensief en een extensief systeem. Wat is het verschil? Bij een intensief systeem wordt er zuurstof in de zuivering geblazen door middel van een

Nadere informatie

1. INLEIDING 1.1 ALGEMEEN. 1.2 DE WATERTOETS. NOTITIE

1. INLEIDING 1.1 ALGEMEEN. 1.2 DE WATERTOETS. NOTITIE NOTITIE Onderwerp : Waterparagraaf Opdrachtgever : Gemeente Nederweert Projectnummer : NDW-041-01 Projectomschrijving : Carpoolplaats Nederweert Opgesteld door : ing. R. Peeters Paraaf: Datum : 13 juli

Nadere informatie

Verwerking water met resten van gewasbeschermingsmiddelen

Verwerking water met resten van gewasbeschermingsmiddelen Verwerking water met resten van gewasbeschermingsmiddelen Rik de Werd Samenwerken aan een schone Maas 1 december 2010 Foto s: PPO, TOPPS, PC Fruit Inhoud presentatie Vullen en reinigen: perceel of erf?

Nadere informatie

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V.

OOST NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V. NUTRIENTEN EN KRW FRISIA ZOUT B.V. 29 september 2010 Inhoud 1 Tekstdelen uit van 5 varianten naar 2 alternatieven 3 1.1 Referentiesituatie 3 1.2 Effecten waterkwaliteit KRW 5 2 Nieuw tekstdeel 7 ARCADIS

Nadere informatie