ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 5 mei 1994 *

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 5 mei 1994 *"

Transcriptie

1 ARREST VAN ZAAK C-421/92 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 5 mei 1994 * In zaak C-421/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Arbeitsgericht Regensburg, Kammer Landshut (Bondsrepubliek Duitsland), in het aldaar aanhangig geding tussen G. Habermann-Beltermann en Arbeiterwohlfahrt, Bezirksverband Ndb./Opf. e. V., om een prejudiciële beslissing over de uitlegging van de artikelen 2, lid 1, 3, lid 1, en 5, lid 1, van richtlijn 76/207/EEG van de Raad van 9 februari 1976 betreffende de tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de toegang tot het arbeidsproces, de beroepsopleiding, en de promotiekansen en ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden (PB 1976 L 39, biz. 40), wijst * Procestaal: Duits. I

2 HABERMANN-BELTERMANN HET HOF VAN JUSTITIE (Zesde kamer), samengesteld als volgt: G. F. Mancini, kamerpresident, C. N. Kakouris, F. A. Schockweiler, P. J. G. Kapteyn (rapporteur) en J. L. Murray, rechters, advocaat-generaal: G. Tesauro griffier: H. A. Rühi, hoofdadministrateur gelet op de schriftelijke opmerkingen ingediend door: de Arbeiterwohlfahrt, Bezirksverband Ndb./Opf. e. V., vertegenwoordigd door B. Branekow, advocaat te Regensburg, de regering van het Verenigd Koninkrijk, vertegenwoordigd door J. E. Collins, Treasury Solicitor, als gemachtigde, de Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door K. Banks, lid van haar juridische dienst, bijgestaan door C.-M. Happe, Duits ambtenaar bij de Commissie gedetacheerd in het kader van de uitwisseling met nationale ambtenaren, als gemachtigden, gezien het rapport ter terechtzitting, gehoord de mondelinge opmerkingen van de Duitse regering, vertegenwoordigd door E. Röder, Ministerialrat bij het Bondsministerie van Economische zaken, als gemachtigde, de Italiaanse regering, vertegenwoordigd door D. del Gaizo, avvocato dello Stato, de regering van het Verenigd Koninkrijk, vertegenwoordigd door E. Sharpston, Barrister, en de Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door K. Banks, lid van haar juridische dienst, bijgestaan door H. Kreppel, Duits ambtenaar bij de Commissie gedetacheerd in het kader van de uitwisseling met nationale ambtenaren, als gemachtigden, ter terechtzitting van 9 december 1993, I

3 ARREST VAN ZAAK C-421/92 gehoord de conclusie van de advocaat- generaal ter terechtzitting van 27 januari 1994, het navolgende Arrest 1 Bij beschikking van 24 november 1992, ingekomen ter griffie van het Hof op 18 december daaraanvolgend, heeft het Arbeitsgericht Regensburg, Kammer Landshut, krachtens artikel 177 EEG- Verdrag twee prejudiciële vragen gesteld over de uitlegging van richtlijn 76/207/EEG van de Raad van 9 februari 1976 betreffende de tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de toegang tot het arbeidsproces, de beroepsopleiding en de promotiekansen en ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden (PB 1976, L 39, blz. 40; hierna: de richtlijn"). 2 Deze vragen zijn gerezen in een geding tussen G. Habermann-Beltermann (verzoekster in het hoofdgeding, hierna: verzoekster") en de Arbeiterwohlfahrt, Bezirksverband Ndb./Obf. e. V. (verweerster in het hoofdgeding, hierna: verweerster"). 3 Verzoekster, die gediplomeerd bejaardenverzorgster is, solliciteerde naar een betrekking als nachtzuster in een bejaardentehuis. Wegens gezinsomstandigheden kon zij uitsluitend 's nachts werken. Op 23 maart 1992 ondertekenden verzoekster en verweerster een arbeidsovereenkomst die op 1 april daaraanvolgend in werking trad. In deze overeenkomst was bedongen, dat verzoekster uitsluitend nachtdienst zou verrichten. Tussen 29 april en 12 juni 1992 heeft zij wegens ziekte niet gewerkt. Uit een doktersverklaring van 29 mei bleek, dat zij zwanger was. De zwangerschap zou op 11 maart 1992 zijn begonnen. I

4 HABERMANN-BELTERMANN 4 Bij brief van 4 juni 1992 deed verweerster een beroep op 8, lid 1, van het Mutterschutzgesetz (wet ter bescherming van moeders) ten einde de arbeidsovereenkomst te beëindigen. Deze paragraaf luidt als volgt: 8 Overwerk, nachtarbeid en zondagsarbeid 1) Zwangere en voedende vrouwen mogen geen overwerk verrichten en niet 's nachts tussen 20 uur en 6 uur, of op zon-en feestdagen werken. Het verbod om op zon-en feestdagen te werken is niet van toepassing op zwangere en voedende vrouwen die huishoudelijk werk in een gezin verrichten ( ) 5 In zijn verwijzingsbeschikking zet de nationale rechter uiteen, dat schending van een arbeidsverbod volgens de heersende mening in de rechtspraak en de literatuur krachtens 134 van het Bürgerliche Gesetzbuch (hierna: BGB") in Duitsland in beginsel de nietigheid van de overeenkomst meebrengt. Deze bepaling luidt: Een rechtshandeling die in strijd is met een wettelijk verbod is nietig, tenzij de wet anders bepaalt." 6 Volgens dezelfde heersende mening kan de werkgever ook de onder de hier genoemde omstandigheden gesloten overeenkomst opzeggen op grond van dwa- I -1671

5 ARREST VAN ZAAK C-421/92 ling omtrent de wezenlijke eigenschappen van zijn medecontractant. Deze opzegging steunt op 119, lid 2, van het BGB, dat luidt als volgt: 1) Degene die bij het afleggen van een wilsverklaring dwaalde omtrent de inhoud ervan (...) kan de nietigheid van die verklaring inroepen, wanneer moet worden aangenomen, dat hij haar niet zou hebben afgelegd wanneer hij de feitelijke situatie had gekend en welberaden had beoordeeld. 2) Als dwaling omtrent de inhoud van de verklaring geldt ook dwaling omtrent de eigenschappen van de persoon (...) die in het verkeer wezenlijk worden geacht." 7 De verwijzende rechter vraagt zich evenwel af of het beginsel van gelijke behandeling, zoals neergelegd in de artikelen 2, lid 1, 3, lid 1, en 5, lid 1, van de richtlijn, zich niet tegen een dergelijke toepassing van de nationale regels verzet. Daarom heeft hij besloten de behandeling van de zaak te schorsen en het Hof de volgende vragen voor te leggen: 1) Moeten de beginselen in het arrest van het Hof van 8 november 1990 in zaak C-177/8 8, betreffende de uitlegging van richtlijn 76/207/EEG van de Raad van 9 februari 1976 (PB 1976, L 39, blz. 40) en het beginsel van gelijke behandeling van artikel 2, lid 1, van richtlijn 76/207 betreffende de tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de toegang tot het arbeidsproces, de beroepsopleiding en de promotiekansen en ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden, aldus worden uitgelegd, dat een arbeidsovereenkomst die is gesloten tussen een werkgever en een zwangere werkneemster, die geen van beide op de hoogte waren van deze zwangerschap, niet ongeldig is wegens een op grond van deze zwangerschap bestaand arbeidsverbod (nachtarbeid)? 2) Is het in het bijzonder in strijd met het beginsel van gelijke behandeling van de artikelen 3, lid 1, en 5, lid 1, van richtlijn 76/207, I -1672

6 HABERMANN-BELTERMANN a) indien de met een zwangere werkneemster gesloten arbeidsovereenkomst nietig moet worden geacht wegens strijd met het ter bescherming van de zwangere werkneemster gedurende de zwangerschap geldende arbeidsverbod (nachtarbeid); b) indien de werkgever deze arbeidsovereenkomst kan opzeggen (anfechten) en dus kan laten beëindigen op grond dat hij bij de sluiting van de overeenkomst heeft gedwaald omtrent het bestaan van een zwangerschap?" 8 Om te beginnen heeft verweerster aangevoerd, dat de richtlijn geen rechtstreekse werking kan hebben, omdat het gaat om een geschil tussen particulieren en het Hof de horizontale rechtstreekse werking van richtlijnen nog niet heeft erkend. 9 Dit betoog kan niet slagen. Uit het dossier blijkt, dat de verwijzende rechter het Hof verzoekt om uitlegging van een reeds in nationaal recht omgezette richtlijn, die voor hem van nut kan zijn voor de uitlegging en de toepassing van twee bepalingen van het Duitse BGB. Deze bepalingen betreffen in de eerste plaats het recht van een partij bij een overeenkomst om de nietigheid van de overeenkomst in te roepen, indien deze in strijd is met een wettelijk verbod, en in de tweede plaats het recht om die overeenkomst op te zeggen (anfechten) wegens dwaling omtrent de wezenlijk geachte eigenschappen van degene met wie hij de overeenkomst heeft gesloten. 10 Bij de toepassing van het nationale recht, ongeacht of het daarbij gaat om bepalingen die dateren van eerdere of van latere datum dan de richtlijn, moet de nationale rechter dit namelijk zoveel mogelijk uitleggen in het licht van de bewoordingen en het doel van de richtlijn, ten einde het door deze richtlijn beoogde resultaat te bereiken en aldus aan artikel 189, derde alinea, van het Verdrag te voldoen (arrest van 13 november 1990, zaak C-106/89, Marleasing, Jurispr. 1990, biz , r. o. 8). 11 De prejudiciële vragen hebben betrekking op een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur betreffende een arbeidsprestatie die 's nachts moet worden verricht, I -1673

7 ARREST VAN ZAAK C-421/92 die is gesloten tussen een werkgever en een zwangere werkneemster, die geen van beide van de zwangerschap op de hoogte waren. Met zijn vragen wenst de verwijzende rechter in wezen te vernemen of artikel 2, lid 1, gelezen in samenhang met de artikelen 3, lid 1, en 5, lid 1, van de richtlijn aldus moet worden uitgelegd, dat het zich ertegen verzet, dat een dergelijke overeenkomst nietig wordt verklaard wegens het krachtens nationaal recht geldende verbod van nachtarbeid tijdens de zwangerschap en de lactatie en dat deze overeenkomst door de werkgever wordt opgezegd wegens dwaling omtrent de wezenlijke eigenschappen van zijn medecontractant bij de sluiting van de overeenkomst. 12 Volgens artikel 1, lid 1, beoogt de richtlijn de temiitvoerlegging in de Lid-Staten van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de toegang tot het arbeidsproces, de beroepsopleiding en de promotiekansen, alsmede ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden. 13 Dit beginsel wordt nader uitgewerkt in de artikelen 2, 3 en 5 van de richtlijn. Artikel 2, lid 1, bepaalt: Het beginsel van gelijke behandeling (...) houdt in dat iedere vorm van discriminatie is uitgesloten op grond van geslacht, hetzij direct hetzij indirect door verwijzing naar met name de echtelijke staat of de gezinssituatie." Krachtens artikel 3, lid 1, houdt de toepassing van het beginsel van gelijke behandeling (...) in dat iedere vorm van discriminatie is uitgesloten op grond van geslacht voor wat betreft de toegangsvoorwaarden, met inbegrip van de selectiecriteria, tot beroepen of functies (...)". Verder bepaalt artikel 5, lid 1: De toepassing van het beginsel van gelijke behandeling met betrekking tot de arbeidsvoorwaarden, met inbegrip van de ontslagvoorwaarden, houdt in dat voor mannen en vrouwen dezelfde voorwaarden gelden, zonder discriminatie op grond van geslacht." 14 Allereerst moet worden nagegaan of de nietigverklaring dan wel de opzegging (Anfechtung) van een arbeidsovereenkomst in een geval als in het hoofdgeding een rechtstreekse discriminatie op grond van geslacht in de zin van de richtlijn vormt. Daartoe moet worden vastgesteld of de voornaamste grond voor de nietigheid of de opzegging van de overeenkomst een grond is die zonder onderscheid voor werknemers van beide geslachten geldt, dan wel uitsluitend voor een van beide geslachten. I -1674

8 HABERMANN-BELTERMANN 15 Het is duidelijk, dat de beëindiging van een arbeidsovereenkomst wegens zwangerschap van de werkneemster, hetzij door nietigverklaring dan wel door opzegging, slechts vrouwen betreft en dus een rechtstreekse discriminatie op grond van geslacht oplevert, zoals het Hof oordeelde met betrekking tot de weigering om een zwangere vrouw aan te stellen en met betrekking tot het ontslag van een zwangere vrouw (zie arresten van 8 november 1990, zaak C-177/88, Dekker, Jurispr. 1990, blz. I-3941, en zaak C-179/88, Handels- og Kontorfunktionærernes Forbund, Jurispr. 1990, blz. I-3979). 16 Opgemerkt zij evenwel, dat anders dan in de door de verwijzende rechter genoemde zaak Dekker de ongelijke behandeling in een geval als het onderhavige niet rechtstreeks op de zwangerschap van de werkneemster is gebaseerd, maar het gevolg is van een met de zwangerschap samenhangend wettelijk verbod op nachtarbeid. 17 Dit in 8, lid 1, van het Mutterschutzgesetz opgelegde verbod berust op artikel 2, lid 3, van de richtlijn, volgens hetwelk de richtlijn geen afbreuk doet aan de bepalingen betreffende de bescherming van de vrouw, met name voor wat zwangerschap en moederschap betreft. 18 Onderzocht moet dus worden, of de richtlijn zich ertegen verzet dat de naleving van het verbod van nachtarbeid voor zwangere vrouwen, dat zonder enige twijfel verenigbaar is met artikel 2, lid 3, de nietigheid van een arbeidsovereenkomst kan meebrengen of de opzegging van een dergelijke overeenkomst toestaat, op grond dat dit verbod de werkneemster belet de nachtarbeid te verrichten, waarvoor zij is aangesteld. 19 Volgens verweerster beschikken de Lid-Staten over een ruime en zelfstandige bevoegdheid bij de beoordeling van de belangen van zowel mannelijke en vrouwelijke werknemers als werkgevers en de samenleving. Een overdreven bescherming van de moeder zou aanleiding kunnen geven tot misbruik van de kant van vrouwen alsook tot discriminatie ten nadele van mannen die niet over dezelfde mogelijkheid beschikken om loon te krijgen zonder als tegenprestatie arbeid te moeten verrichten. I -1675

9 ARREST VAN ZAAK C-421/92 20 Deze redenering moet worden verworpen. 21 Met betrekking tot het doel van artikel 2, lid 3, van de richtlijn moet allereerst worden opgemerkt, dat deze bepaling, door de Lid-Staten het recht voor te behouden om bepalingen betreffende de bescherming van de vrouw met name wat zwangerschap en moederschap" betreft, in stand te houden of in te voeren, ten aanzien van het gelijkheidsbeginsel de wettigheid erkent van de bescherming van de biologische gesteldheid van de vrouw tijdens en na de zwangerschap, alsmede van de bescherming van de bijzondere relatie tussen moeder en kind tijdens de periode na de zwangerschap en de bevalling (zie arrest van 12 juli 1984, zaak 184/83, Hofmann, Jurispr. 1984, blz. 3047, r. o. 25). 22 Zoals het Hof in het arrest Hofmann (reeds aangehaald, r. o. 27) reeds oordeelde, ruimt de richtlijn voor de Lid-Staten een discretionaire bevoegdheid in ten aanzien van de sociale maatregelen welke moeten worden genomen om, in het door de richtlijn getrokken kader, in verband met zwangerschap en moederschap voor bescherming van de vrouw te zorgen en compensatie te bieden voor de feitelijke nadelen waarvoor de vrouw zich, vergeleken met mannen, gesteld ziet ten aanzien van het behoud van haar betrekking. 23 In casu is het van belang erop te wijzen, dat de prejudiciële vragen betrekking hebben op een overeenkomst van onbepaalde duur en dat het verbod van nachtarbeid voor zwangere vrouwen, vergeleken met de totale duur van de overeenkomst, dus slechts voor een beperkte periode geldt. 24 Onder die omstandigheden zou het in strijd zijn met de in artikel 2, lid 3, van de richtlijn beoogde bescherming en zou deze bepaling haar nuttige werking verlie- I -1676

10 HABERMANN-BELTERMANN zen, wanneer zou worden aanvaard dat de overeenkomst nietig kan worden verklaard of kan worden opgezegd, op grond dat de zwangere werkneemster de nachtarbeid waarvoor zij is aangesteld, tijdelijk niet kan verrichten. 25 De beëindiging van een overeenkomst van onbepaalde duur wegens zwangerschap van de werkneemster, ongeacht of deze beëindiging het gevolg is van nietigheid of opzegging, kan dus niet worden gerechtvaardigd door het feit dat een wettig verbod, dat is opgelegd wegens de zwangerschap, de werkneemster tijdelijk belet nachtarbeid te verrichten. 26 Op de vragen van de verwijzende rechter moet dus worden geantwoord, dat artikel 2, lid 1, gelezen in samenhang met de artikelen 3, lid 1, en 5, lid 1, van richtlijn 76/207 zich ertegen verzet, dat een arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur betreffende 's nacht te verrichten arbeid, die is gesloten tussen een werkgever en een zwangere werkneemster, die geen van beide op de hoogte waren van de zwangerschap, wordt nietig verklaard wegens het krachtens nationaal recht geldende wettelijke verbod van nachtarbeid tijdens de zwangerschap en de lactatie, en dat deze overeenkomst door de werkgever wordt opgezegd wegens dwaling omtrent de wezenlijke eigenschappen van de werkneemster bij de sluiting van de overeenkomst. Kosten 27 De kosten door de Duitse regering, de Italiaanse regering, de regering van het Verenigd Koninkrijk en door de Commissie van de Europese Gemeenschappen wegens indiening van hun opmerkingen bij het Hof gemaakt, kunnen niet voor vergoeding in aanmerking komen. Ten aanzien van de partijen in het hoofdgeding is de procedure als een aldaar gerezen incident te beschouwen, zodat de nationale I -1677

11 ARREST VAN ZAAK C-421/92 rechterlijke instantie over de kosten heeft te beslissen. HET HOF VAN JUSTITIE (Zesde kamer), uitspraak doende op de door het Arbeitsgericht Regensburg, Kammer Landshut, bij beschikking van 24 november 1992 gestelde vragen, verklaart voor recht: Artikel 2, lid 1, gelezen in samenhang met de artikelen 3, lid 1, en 5, lid 1, van richtlijn 76/207/EEG van de Raad van 9 februari 1976 betreffende de tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de toegang tot het arbeidsproces, de beroepsopleiding en de promotiekansen en ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden, verzet zich ertegen, dat een arbeidsovereenkomst van onbeperkte duur betreffende 's nachts te verrichten arbeid, die is gesloten tussen een werkgever en een zwangere werkneemster, die geen van beide op de hoogte waren van de zwangerschap, nietig wordt verklaard wegens het krachtens nationaal recht geldende wettelijke verbod van nachtarbeid tijdens de zwangerschap en de lactatie, en dat deze overeenkomst door de werkgever wordt opgezegd wegens dwaling omtrent de wezenlijke eigenschappen van de werkneemster bij de sluiting van de overeenkomst. Mancini Kakouris Schockweiler Kapteyn Murray Uitgesproken ter openbare terechtzitting te Luxemburg op 5 mei De griffier R. Grass De president van de Zesde kamer G. E Mancini I

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 juli 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 juli 1994 * ARREST VAN 14. 7. 1994 ZAAK C-32/93 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 juli 1994 * In zaak C-32/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het House of Lords, in het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * ARREST VAN 25. 5.1993 ZAAK C-193/91 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * In zaak C-193/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundesfinanzhof, in het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 4 februari 1988 *

ARREST VAN HET HOF 4 februari 1988 * ARREST VAN 4. 2. 1988 ZAAK 157/86 ARREST VAN HET HOF 4 februari 1988 * In zaak 157/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Ierse High Court, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF. 30 juni 1998 *

ARREST VAN HET HOF. 30 juni 1998 * ARREST VAN 30. 6.1998 ZAAK C-394/96 ARREST VAN HET HOF 30 juni 1998 * In zaak C-394/96, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het House of Lords (Verenigd Koninkrijk),

Nadere informatie

Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 *

Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 * ARREST VAN 13. 11. 1990 ZAAK C-106/89 Arrest van het Hof (Zesde Kamer) 13 november 1990 * In zaak C-106/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Juzgado de Primera

Nadere informatie

ARKEST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 *

ARKEST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * SCHMIDT ARKEST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * In zaak C-392/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Landesarbeitsgericht Schleswig-Holstein (Duitsland),

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 oktober 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 oktober 1993 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 13 oktober 1993 * In zaak C-93/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Landgericht Augsburg, in het aldaar aanhangig geding tussen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 mei 1993 * In zaak C-263/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Østre Landsret (Denemarken), in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 * ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 18 december 1997 * In zaak C-5/97, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel Í77 EG-Verdrag van de Belgische Raad van State, in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987*

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987* ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 juni 1987* In zaak 375/85, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundessozialgericht, in het aldaar aanhangig geding tussen A.

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990*

ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990* ARREST VAN 8. 2. 1990 ZAAK C-320/88 ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 8 februari 1990* In zaak C-320/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 30 juni 1998 (1)

ARREST VAN HET HOF 30 juni 1998 (1) BELANGRIJKE JURIDISCHE KENNISGEVING Op de informatie op deze site is verklaring van afwijzing van aansprakelijkheid en een verklaring inzake het auteursrecht van toepassing. ARREST VAN HET HOF 30 juni

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 5 oktober 1988 *

ARREST VAN HET HOF 5 oktober 1988 * ARREST VAN 5. 10. 1988 ZAAK 238/87 ARREST VAN HET HOF 5 oktober 1988 * In zaak 238/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de High Court of Justice, Chancery Division,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 27 juni 1989* betreffende verzoeken aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag,

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 27 juni 1989* betreffende verzoeken aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag, ARREST VAN 27. 6. 1989 GEVOEGDE ZAKEN 48, 106 EN 107/88 ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 27 juni 1989* In de gevoegde zaken 48, 106 en 107/88, betreffende verzoeken aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 22 september 1988*

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 22 september 1988* ARREST VAN 22. 9. 1988 ZAAK 236/87 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 22 september 1988* In zaak 236/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Landessozialgericht

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 * In zaak 165/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangig geding tussen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 maart 1988 * In zaak 102/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het House of Lords, in het aldaar aanhangig geding tussen Apple

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 5 mei 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 5 mei 1994 * ARREST VAN 5. 5. 1994 ZAAK C-38/93 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 5 mei 1994 * In zaak C-38/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Finanzgericht Hamburg (Bondsrepubliek

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 19 september 1995 *'

ARREST VAN HET HOF 19 september 1995 *' ARREST VAN HET HOF 19 september 1995 *' In zaak C-48/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Sø- og Handelsret i København, in het aldaar aanhangig geding tussen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 2 mei 1996 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 2 mei 1996 * ARREST VAN 2.5.1996 ZAAK C-231/94 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 2 mei 1996 * In zaak C-231/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Bundesfinanzhof, in het aldaar

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989*

ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989* STICHTING UITVOERING FINANCIËLE ACTIES / STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN ARREST VAN HET HOF (Vierde kamer) 15 juni 1989* In zaak 348/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 28 september 1994 *

ARREST VAN HET HOF 28 september 1994 * ARREST VAN 28.9. 1994 ZAAK C-28/93 ARREST VAN HET HOF 28 september 1994 * In zaak C-28/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Kantongerecht te 's-gravenhage,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * ARREST VAN 14. 4. 1994 ZAAK C-389/92 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 april 1994 * In zaak C-389/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Belgische Raad van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 11 juni 1987*

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 11 juni 1987* ARREST VAN 11. 6. 1987 ZAAK 30/85 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 11 juni 1987* In zaak 30/85, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Raad van Beroep te Amsterdam,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 8 november 1990 *

ARREST VAN HET HOF 8 november 1990 * ARREST VAN 8. 11. 1990 ZAAK C-177/S8 ARREST VAN HET HOF 8 november 1990 * In zaak C-177/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden, in het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 * ARREST VAN 12.5, 1989 ZAAK 388/87 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 12 mei 1989 * In zaak 388/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Centrale Raad van Beroep, te

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 oktober 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 oktober 2001 * ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 4 oktober 2001 * In zaak C-109/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Højesteret (Denemarken), in het aldaar aanhangige geding tussen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 3 maart 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 3 maart 1994 * TOLSMA ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 3 maart 1994 * In zaak C-16/93, betreifende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Gerechtshof te Leeuwarden (Nederland), in het aldaar

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 mei 1998 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 mei 1998 * ARREST VAN 28. 5.1998 ZAAK C-3/97 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 28 mei 1998 * In zaak C-3/97, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Court of Appeal Criminal Division,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 * ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 1989 * In zaak C-322/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arbeidsrechtbank te Brussel, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 7 juli 1992 *

ARREST VAN HET HOF 7 juli 1992 * ARREST VAN 7.7.1992 ZAAK C-369/90 ARREST VAN HET HOF 7 juli 1992 * In zaak C-369/90, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Tribunal Superior de Justicia de Cantabria

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 7 juli 2005 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 7 juli 2005 * NESTLÉ ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 7 juli 2005 * In zaak C-353/03, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door de Court of Appeal (England and

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 24 januari 1991 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 24 januari 1991 * ARREST VAN 24. 1. 1991 ZAAK C-339/89 ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 24 januari 1991 * In zaak C-339/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het tribunal de commerce

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 oktober 1987*

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 oktober 1987* ARREST VAN 8. 10. 1987 ZAAK 80/86 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 8 oktober 1987* In zaak 80/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arrondissementsrechtbank te

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 9 november 1995 *

ARREST VAN HET HOF 9 november 1995 * ARREST VAN 9. 11. 1995 ZAAK C-475/93 ARREST VAN HET HOF 9 november 1995 * In zaak C-475/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Sozialgericht Speyer (Duitsland),

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 *

BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * WELTHGROVE BESCHIKKING VAN HET HOF (Eerste kamer) 12 juli 2001 * In zaak C-102/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangige

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 juli 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 juli 1994 * ARREST VAN 7. 7. 1994 ZAAK C-130/93 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 juli 1994 * In zaak C-130/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Hof van Beroep te Brussel,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988*

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988* ARREST VAN 29. 6. 1988 ZAAK 240/87 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1988* In zaak 240/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het tribunal de grande instance

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 17 juni 1992*

ARREST VAN HET HOF 17 juni 1992* ARREST VAN HET HOF 17 juni 1992* In zaak C-26/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens het Protocol van 3 juni 1971 betreffende de uitlegging door het Hof van Justitie van het Verdrag van 27 september

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 7 maart 1991 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 7 maart 1991 * ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 7 maart 1991 * In zaak C-116/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Finanzgericht München, in het aldaar aanhangig geding tussen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 * ARREST VAN 9. 2. 2006 - ZAAK C-473/04 ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 9 februari 2006 * In zaak C-473/04, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens de artikelen 68 EG en 234 EG,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 23 februari 1994 *

ARREST VAN HET HOF 23 februari 1994 * COMITATO DI COORDINAMENTO PER LA DIFESA DELLA CAVA E. A. ARREST VAN HET HOF 23 februari 1994 * In zaak C-236/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de president van

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 oktober 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 oktober 1993 * ARKEST VAN 27.10.1993 ZAAK C-281/91 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 oktober 1993 * In zaak C-281/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 16 juni 1987*

ARREST VAN HET HOF 16 juni 1987* COMMISSIE / ITALIË ARREST VAN HET HOF 16 juni 1987* In zaak 118/85, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door S. Fabro, lid van haar juridische dienst, als gemachtigde, domicilie

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1994 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1994 * ALDEWERELD ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 juni 1994 * In zaak C-60/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EE G-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 februari 1991 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 februari 1991 * ARREST VAN 7. 2. 1991 ZAAK C-227/89 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 februari 1991 * In zaak C-227/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Sozialgericht Stuttgart,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 24 november 1993 *

ARREST VAN HET HOF 24 november 1993 * ARREST VAN 24.11.1993 GEVOEGDE ZAKEN C-267/91 EN C-268/91 ARREST VAN HET HOF 24 november 1993 * In de gevoegde zaken C-267/91 en C-268/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 13 december 1989 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 13 december 1989 * ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 13 december 1989 * In zaak C-342/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 9 november 2000 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 9 november 2000 * INGMAR ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 9 november 2000 * In zaak C-381/98, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van de Court of Appeal (England

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 16 september 1997 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 16 september 1997 * ARREST VAN 16. 9.1997 ZAAK C-145/96 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 16 september 1997 * In zaak C-145/96, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Finanzgericht Rheinland-Pfalz,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 9 januari 1997 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 9 januari 1997 * ARREST VAN 9.1.1997 ZAAK C-383/95 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 9 januari 1997 * In zaak C-383/95, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens het Protocol van 3 juni 1971 betreffende de uitlegging

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 11 maart 1997 *

ARREST VAN HET HOF 11 maart 1997 * ARREST VAN 11.3.1997 ZAAK C-13/95 ARREST VAN HET HOF 11 maart 1997 * In zaak C-13/95, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Arbeitsgericht Bonn in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN ZAAK C-215/94. ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 februari 1996 *

ARREST VAN ZAAK C-215/94. ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 februari 1996 * ARREST VAN 29.2. 1996 ZAAK C-215/94 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 29 februari 1996 * In zaak C-215/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Bundesfinanzhof,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 14 mei 2002 *

ARREST VAN HET HOF 14 mei 2002 * ARREST VAN HET HOF 14 mei 2002 * In zaak C-2/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Oberlandesgericht Düsseldorf (Duitsland), in het aldaar aanhangig geding tussen Michael

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 * ARREST VAN 8. 7. 1999 ZAAK C-186/98 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 8 juli 1999 * In zaak C- 186/98, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 12 juli 1990 *

ARREST VAN HET HOF 12 juli 1990 * FOSTER E. A. ARREST VAN HET HOF 12 juli 1990 * In zaak C-l88/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de House of Lords, in het aldaar aanhangig geding tussen A. Foster,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 2001 * ARREST VAN HET HOF (Tweede kamer) 13 december 2001 * In zaak C-206/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Tribunal administratif de Châlons-en-Champagne (Frankrijk), in

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 * ACCIARDI ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 2 augustus 1993 * In zaak C-66/92, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Nederlandse Raad van State, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 26 februari 1991 *

ARREST VAN HET HOF 26 februari 1991 * ANTONISSEN ARREST VAN HET HOF 26 februari 1991 * In zaak C-292/89, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de High Court of Justice, Queen's Bench Division, te Londen,

Nadere informatie

1 van 5 20/11/2008 15:04 Beheerd door Avis het juridique Publicatiebureau important 61992J0313 ARREST VAN HET HOF (ZESDE KAMER) VAN 2 JUNI 1994. - STRAFZAAK TEGEN VAN SWIETEN BV. - VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 september 1988*

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 september 1988* KALFEUS / SCHRÖDER ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 27 september 1988* In zaak 189/87, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens het Protocol van 3 juni 1971 betreffende de uitlegging door het Hof

Nadere informatie

JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611

JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611 JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1987 BLADZIJDEN 3611 ARREST VAN HET HOF (DERDE KAMER) VAN 24 SEPTEMBER 1987. BESTUUR VAN DE SOCIALE VERZEKERINGSBANK TEGEN J. A. DE RIJKE. VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 23 mei 1996 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 23 mei 1996 * O'FLYNN ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 23 mei 1996 * In zaak C-237/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Social Security Commissioner (Verenigd Koninkrijk),

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 20 juni 1991 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 20 juni 1991 * ARREST VAN 20. 6. 1991 ZAAK C-60/90 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 20 juni 1991 * In zaak C-60/90, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Gerechtshof te Arnhem,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 10 februari 1988 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 10 februari 1988 * TELLERUP / DADDY'S DANCE HALL ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 10 februari 1988 * In zaak 324/86, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Deense Højesteret, in het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 30 april 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 30 april 2002 * CLUB-TOUR ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 30 april 2002 * In zaak C-400/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Tribunal Judicial da Comarca do Porto (Portugal), in het

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 26 februari 1986 *

ARREST VAN HET HOF 26 februari 1986 * ARREST VAN HET HOF 26 februari 1986 * In zaak 151/84, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Court of Appeal of England and "Wales, in het aldaar aanhangig geding

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 mei 1985 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 mei 1985 * ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 14 mei 1985 * In zaak 139/84, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden, in het aldaar aanhangig geding tussen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 maart 1996"

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 maart 1996 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 7 maart 1996" In zaak C-192/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Juzgado de Primera Instancia nr. 10 de Sevilla (Spanje), in

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 21 februari 2002 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 21 februari 2002 * RYDERGÅRD ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 21 februari 2002 * In zaak C-215/00, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van Regeringsrätten (Zweden), in het aldaar aanhangige geding

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * ARREST VAN 10. 5. 2001 ZAAK C-144/99 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 10 mei 2001 * In zaak C-144/99, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door P. van Nuffel als gemachtigde, bijgestaan

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN HET HOF 5 maart 1986 *

BESCHIKKING VAN HET HOF 5 maart 1986 * BESCHIKKING VAN HET HOF 5 maart 1986 * In zaak 69/85, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Verwaltungsgericht Frankfurt/Main, in het aldaar aanhangig geding tussen

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 19 mei 1993 *

ARREST VAN HET HOF 19 mei 1993 * ARREST VAN HET HOF 19 mei 1993 * In zaak C-320/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Correctionele Rechtbank te Luik (België), in de aldaar dienende strafzaak

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 27 september 1988 *

ARREST VAN HET HOF 27 september 1988 * ARREST VAN 27. 9. 1988 ZAAK 18/87 ARREST VAN HET HOF 27 september 1988 * In zaak 18/87, Commissie vao de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door J. Sack, lid van haar juridische dienst, als gemachtigde,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 14 november 1995 *

ARREST VAN HET HOF 14 november 1995 * ARREST VAN HET HOF 14 november 1995 * In zaak C-484/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Luxemburgse Conseil d'état, in het aldaar aanhangig geding tussen P.

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 februari 1996 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 februari 1996 * ARREST VAN 1.2.1996 ZAAK C-164/94 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 februari 1996 * In zaak C-164/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Oberverwaltungsgericht

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 15 maart 1994 *

ARREST VAN HET HOF 15 maart 1994 * ARREST VAN 15.3.1994 ZAAK C-45/93 ARREST VAN HET HOF 15 maart 1994 * In zaak C-45/93, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door B. Rodríguez Galindo, lid van haar juridische dienst,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 18 juni 1987*

ARREST VAN HET HOF 18 juni 1987* ARREST VAN HET HOF 18 juni 1987* In zaak 316/85, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Arbeidshof te Bergen, in het aldaar aanhangig geding tussen Openbaar centrum

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 7 september 1999 *

ARREST VAN HET HOF 7 september 1999 * GREGG ARREST VAN HET HOF 7 september 1999 * In zaak C-216/97, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van het VAT and Duties Tribunal, Belfast (Verenigd

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF. 29 juni 1999 (1)

ARREST VAN HET HOF. 29 juni 1999 (1) pagina 1 van 5 BELANGRIJKE JURIDISCHE KENNISGEVING Op de informatie op deze site is verklaring van afwijzing van aansprakelijkheid en een verklaring inzake het auteursrecht van toepassing. ARREST VAN HET

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 17 juli 1997 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 17 juli 1997 * ARO LEASE ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 17 juli 1997 * In zaak C-190/95, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Gerechtshof te Amsterdam, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 13 juli 1989*

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 13 juli 1989* SKATTEMINISTERIET / HENRIKSEN ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 13 juli 1989* In zaak 173/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Højesteret, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 december 2000 (1)

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 december 2000 (1) BELANGRIJKE JURIDISCHE KENNISGEVING Op de informatie op deze site is verklaring van afwijzing van aansprakelijkheid en een verklaring inzake het auteursrecht van toepassing. ARREST VAN HET HOF (Derde kamer)

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 11 JULI 1991»

ARREST VAN HET HOF 11 JULI 1991» ARREST VAN HET HOF 11 JULI 1991» In de gevoegde zaken C-87/90, C-88/90 en C-89/90, betreffende verzoeken aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Raad van Beroep te VHertogenbosch, in de aldaar

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 11 januari 1990*

ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 11 januari 1990* ARREST VAN 11. 1. 1990 ZAAK C-220/88 ARREST VAN HET HOF (Zesde Kamer) 11 januari 1990* In zaak C-220/88, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens het procotol van 3 juni 1971 betreffende de uitlegging

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 29 juni 1999 *

ARREST VAN HET HOF 29 juni 1999 * ARREST VAN 29. 6. 1999 ZAAK C-158/98 ARREST VAN HET HOF 29 juni 1999 * In zaak C-158/98, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van de Hoge Raad der

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 25 oktober 1988 *

ARREST VAN HET HOF 25 oktober 1988 * ARREST VAN 25. 10. 1988 ZAAK 312/86 ARREST VAN HET HOF 25 oktober 1988 * In zaak 312/86, Commissie van de Europese Gemeenschappen, vertegenwoordigd door J. Griesmar, lid van haar juridische dienst, als

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 13 mei 1986 *

ARREST VAN HET HOF 13 mei 1986 * ARREST VAN 13. 5. 1986 ZAAK 170/84 ARREST VAN HET HOF 13 mei 1986 * In zaak 170/84, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundesarbeitsgericht, in het aldaar aanhangig

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 juli 1991 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 juli 1991 * SÄGER ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 25 juli 1991 * In zaak C-76/90, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Oberlandesgericht München (Bondsrepubliek Duitsland),

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 13 juli 1995 *

ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 13 juli 1995 * ARREST VAN 13. 7.1995 ZAAK C-391/93 ARREST VAN HET HOF (Eerste kamer) 13 juli 1995 * In zaak C-391/93, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Bundessozialgericht

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 6 februari 1997*

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 6 februari 1997* ARREST VAN 6. 2. 1997 ZAAK C-80/95 ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 6 februari 1997* In zaak C-80/95, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Hoge Raad der Nederlanden,

Nadere informatie

betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arbeidsrechtbank te Brussel, in het aldaar aanhangig geding tussen

betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de Arbeidsrechtbank te Brussel, in het aldaar aanhangig geding tussen JURISPRUDENTIE VAN HET HVJEG 1991 BLADZIJDEN I-1401 ARREST VAN HET HOF (DERDE KAMER) VAN 20 MAART 1991. ERMINIA CASSAMALI TEGEN OFFICE NATIONAL DES PENSIONS. VERZOEK OM EEN PREJUDICIELE BESLISSING: TRIBUNAL

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF 11 augustus 1995 *

ARREST VAN HET HOF 11 augustus 1995 * ARREST VAN 11. S. 1995 ZAAK C-80/94 ARREST VAN HET HOF 11 augustus 1995 * In zaak C-80/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van het Gerechtshof te 's-hertogenbosch,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 september 2006 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 september 2006 * HEGER ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 7 september 2006 * In zaak C-166/05, betreffende een verzoek om een prejudiciële beslissing krachtens artikel 234 EG, ingediend door het Verwaltungsgerichtshof (Oostenrijk)

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 12 november 1992 *

ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 12 november 1992 * ARREST VAN 12. 11. 1992 ZAAK C-163/91 ARREST VAN HET HOF (Derde kamer) 12 november 1992 * In zaak C-163/91, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van het Gerechtshof te

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 26 september 2000 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 26 september 2000 * ARREST VAN 16. 9. 2000 ZAAK C-42/99 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 26 september 2000 * In zaak C-42/99, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag (thans artikel 234 EG) van

Nadere informatie

Date de réception : 01/03/2012

Date de réception : 01/03/2012 Date de réception : 01/03/2012 Vertaling C-44/12-1 Zaak C-44/12 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 januari 2012 Verwijzende rechter: Court of Session, Scotland (Verenigd Koninkrijk)

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 6 april 1995 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 6 april 1995 * BLP GROUP ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 6 april 1995 * In zaak C-4/94, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EEG-Verdrag van de High Court of Justice, Queen's Bench Division, in

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 13 maart 1997 *

ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 13 maart 1997 * ARREST VAN 13.3.1997 ZAAK C-131/95 ARREST VAN HET HOF (Vijfde kamer) 13 maart 1997 * In zaak C-131/95, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 177 EG-Verdrag van de Nederlandse Raad van State,

Nadere informatie

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 april 2004 *

ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 april 2004 * ARREST VAN HET HOF (Zesde kamer) 1 april 2004 * In zaak C-112/02, betreffende een verzoek aan het Hof krachtens artikel 234 EG van het Oberverwaltungsgericht für das Land Nordrhein-Westfalen (Duitsland),

Nadere informatie