VTS 3 BuSO Breedstraat Sint-Niklaas

Transcriptie

1 VTS 3 BuSO Breedstraat 104 Algemeen werkplaatsreglement studiegebied Land en Tuinbouw Inleiding VTS 3 wil kwaliteitsvol en vooral veilig onderwijs bieden. Daarom is het nodig dat elke leerling een goede werkhouding ontwikkelt. Eerlijkheid, beleefdheid, stiptheid, inzet en respect voor medeleerlingen, leerkrachten en schoolmateriaal zijn zeer belangrijk. Leerlingen moeten daarom de veiligheidsregels en gezondheidsvoorschriften correct naleven. Alle leerkrachten zullen er op toezien dat alles ordelijk en veilig verloopt. Zij zullen indien nodig uw gedrag verbeteren. Het werkplaatsreglement is een aanvulling bij het schoolreglement. Alle leerlingen van het studiegebied Land- en Tuinbouw ontvangen een specifiek algemeen werkplaatsreglement. 1. Verloop van de praktijklessen 1.1. Begin van de lessen a) Na het belteken en fluitsignaal vertrekt de klasgroep, onder toezicht van de leerkracht, in één rij en stilte naar de serre b) Het omkleden gebeurt voor de jongens in de gang te Geocart of in de kleedruimtes in de serre. De meisjes kleden zich om in de serre in een aparte ruimte. Elkeen heeft zijn persoonlijk kastje. c) Jassen, schoenen, petten, mutsen en waardevolle voorwerpen worden altijd in de persoonlijke kast opgeborgen. Gedurende de winterperiode van 12 november tot 12 maart is het toegelaten een muts te dragen, ook in de serre. d) Je boekentas zet je op de afgesproken plaats. e) Je draagt zelf zorg voor het sleuteltje 1.2. Tijdens de lessen a) Start zo snel mogelijk met je werkopdracht. b) Maak geen nodeloos lawaai en stoor je klasgenoten niet. c) Blijf altijd op de aangewezen werkplek. d) Verlaat de werkplaats nooit zonder toelating van de leerkracht. e) GSM/Walkmans/MP3- spelers zijn verboden op de arbeidsplaats. f) Ga nooit zonder toelating op de zolder, de stookplaats en in het bureel van de technisch adviseur. g) De opslagruimte (zolder) is enkel toegankelijk voor de leerkrachten Werkzaamheden buiten de serres a) Ga zo snel mogelijk via de afgesproken weg naar de werkplek. b) Gedraag je steeds correct en stoor vooral geen andere lessen. c) Blijf altijd op de aangewezen werkplek. d) Alle regels van binnen de serres gelden ook daarbuiten. e) Verzorging van de dieren gebeurt enkel onder begeleiding f) Gemotoriseerde rijdende machines ( tractor) rijden via de afgesproken weg. Denk eraan dat op deze weg nog ander verkeer kan zijn. Beperk daarom de snelheid tot 10 km/u. Misbruiken worden steeds gesanctioneerd. g) Op de speelplaats is rijdend verkeer verboden tijdens de speeltijden. 1

2 1.4. Lesbijwoning op de andere school (LAS): Biobroeders nascholingen buiten de school - bedrijfsbezoeken a) Buiten de school of tijdens LAS gelden op de eerste plaats de veiligheidsregels van het opleidingscentrum of het bedrijf of de LAS-school, aangevuld met deze van op school. b) Soms verplaatsen de leerlingen zich zelfstandig van en naar de LAS. De kortste weg naar school en naar huis wordt hiervoor genomen. (verzekering!) c) Nascholingen en bedrijfsbezoeken horen bij het opleidingspakket. Iedere afwezigheid moet ook hier met een doktersbriefje gewettigd worden. Bij onwettige afwezigheid zal de leerling de onkosten die hieruit voortvloeien, zelf moeten betalen. d) De school vraagt voor de verplaatsingen naar bedrijven en opleidingscentra een kleine onkostenvergoeding. Deze wordt door de leerling betaald via de schoolrekening. e) De leerlingen moeten zich aanpassen tijdens de LAS aan de omstandigheden en de afspraken van het bedrijf of opleidingscentrum f) Bij kwetsuur of ongeval verwittig je je leerkracht. De leerkracht verwittigt op zijn beurt de hulpdiensten en de school Tijdens de pauze a) Tijdens pauzes vertrekken we steeds in groep en in stilte naar de speelplaats. b) Tijdens middagpauze vertrekken we onder leiding van de leerkracht in groep, in één rij en in stilte naar de verzamelplaats voor de refter Einde van de lessen a) Alleen de leerkracht bepaalt wanneer het opruimen begint. b) Aan het einde van de les wordt het gereedschap steeds gereinigd! Het reinigen gebeurt boven een kruiwagen of boven de rooster buiten aan de ingang van de serre. Het reinigingsmateriaal hangt vooraan in de serre. De leerkracht bepaalt wanneer en wie wat doet. Zet het daarna terug op de juiste plaats. c) Indien het noodzakelijk is door weersomstandigheden, is er mogelijkheid tot douchen. d) Het omkleden gebeurt onder begeleiding van de leerkracht. f) Wacht samen met je klasgenoten en leerkracht in de serre op het belteken.. De leerkracht begeleid je dan naar buiten 1.7. Werken buiten de gewone lestijden a) De leerlingen van het studiegebied land- en tuinbhouw kunnen in de loop van het jaar een paar keer extra opgeroepen worden om bepaalde taken uit te voeren, o.a. bijvoorbeeld tijdens de lenteverkoop, de opendeurdag en in de vakantieperiodes. Dit hoort bij hun gewone lespakket. 2. Veiligheidsregels 2.1. Algemene regels zijn: a) Neem nooit risico s. b) Denk aan je eigen veiligheid en deze van je klasgenoten. c) Wees altijd zorgzaam met gereedschap en machines. d) Draag tijdens de praktijklessen geen ringen, oorringen, kettingen of andere sieraden. e) Wie onder invloed is van alcohol of andere verboden producten, wordt niet toegelaten tot de werkplaats. f) Er mag enkel gewerkt worden op een stelling wanneer die stelling een geldige stellingkaart draagt. Als je op een hoogte werkt moet je de gepaste opleiding gekregen hebben. g) Ladders worden steeds verankerd en/of stabiel rechtgeplaatst. h) Persoonlijke aanstekers,messen of andere gevaarlijke voorwerpen worden niet meegebracht naar de werkplaats i) Messen, snoeischaren of ander gereedschap van de school wordt niet meegenomen naar de speelplaats tijdens de pauze 2.2. Bij het werken met machines gelden de volgende afspraken: a) Werk altijd ernstig en met aandacht. b) Gebruik een machine enkel na de toelichting en toelating van je leerkracht 2

3 c) De tractor mag enkel bestuurd worden onder toezicht van je begeleider. Wie volledig zelfstandig met de tractor wil rijden moet in het bezit van rijbewijs G c) De leerkracht controleert altijd de machine-instellingen voor het starten. d) Gebruik ALTIJD de beschikbare beveiligingen. e) Volg stipt de richtlijnen op de instructiekaart. f) Bij slechte werking van de machine of bij ongewone geluiden, schakel je de machine onmiddellijk uit. g) Defecten meld je onmiddellijk aan de leerkracht. h) Laat voldoende werkruimte rond de machines en auto s. i) Bij lang loshangend haar is het verplicht een haarlint te gebruiken. j) Werk alleen met gereedschap en machines die je werden toegewezen en steeds onder toezicht van je leerkracht en met de nodige persoonlijke beschermingsmiddelen Machines Leerj1 Leerj2 Leerj3 Leerj4 Leerj5 Leerj6 Grasmaaier X X X X X X Batterijboormachine X X X X X X Bladblazer X X X X X X Motorhaagschaar X X X X compressor X X X X X kliefmachine X X X X Hakfrees X X X X Inpotmachine X X X X X transpallet X X X X X X Betonmolen /grondmenger X X X X X Boormachine X X X X X Houthakselaar X X X X verticuteermachine X X X X X motorrugbladblazer X X X Hogedrukreiniger X X X Haagschaar op steel X X X Slijpschijf of slijpmolen X X X Bosmaaier X X X Kettingzaag X X X Tractor X X X Zitmaaier X X X X Onkruidverbrandingskar X X X afkortzaag X X X Individueel werken met tractor Spuittoestellen Gereedschap Bijl en kliefhamer X X X Kapmes X X X X Trapladders X X X X X 3. Persoonlijke materialen: a) Deze zullen zeer beperkt blijven aangezien leerlingen een gebruiksvergoeding of huurprijs betalen voor het gebruik van het gereedschap dat aangekocht wordt door de school b) Persoonlijke gereedschappen moeten opgeborgen worden in je kastje. c) Persoonlijke gereedschappen worden niet uitgeleend aan andere leerlingen; gebruik uitsluitend je eigen gereedschappen. d) Iedere leerling draagt zorg voor zijn gereedschap. De school is hiervoor niet aansprakelijk! Sluit dus je kast zorgvuldig af om diefstal te vermijden. 3

4 e) Bij verlies van persoonlijk materiaal verwittig je altijd de leerkracht. f) De persoonlijke kastjes worden proper gehouden. 4. Persoonlijke kast Iedere leerling binnen de opleiding kan gedurende het schooljaar beschikken over een persoonlijk kastje. Dit kastje wordt uitsluitend gebruikt voor het opbergen van werkpak, persoonlijke beschermingsmiddelen en werkstukken.. Jassen, schoenen, petten, mutsen en waardevolle voorwerpen worden altijd in de persoonlijke kast opgeborgen. Alle andere zaken horen niet thuis in deze kast. Het persoonlijk kastje wordt op regelmatige basis opgeruimd. De kast is voorzien van een slot. Dit slot is en blijft steeds eigendom van de school en mag dus niet voor andere doeleinden worden gebruikt. Via de schoolrekening betaal je een waarborg van 20 voor de kast en 5 voor de sleutel. Als de sleutel einde schooljaar terug bezorgd wordt en er geen schade aangericht is, wordt dit bedrag in mindering gebracht van de schoolrekening van juni. Schade toegebracht aan de kast bedraagt 20. De sleutel van het slot wordt gedurende het gehele schooljaar in bruikleen gegeven aan de leerling, die hiervoor de volledige verantwoordelijkheid draagt. De leerling heeft de sleutel op dagen van praktijklessen altijd bij zich. Wanneer een leerling zijn persoonlijke sleutel vergeten heeft kan hij of zij in het magazijn een reservesleutel vragen om de kast te openen. Deze sleutel wordt op het einde van de praktijklessen terug afgegeven. Enkele afspraken omtrent misbruik of verlies: Sleutel vergeten ( huur reserve sleutel ) 0,2 Sleutel verloren ( sleutel bijmaken) 5 Slot verloren ( aankoop nieuw slot) 10 Opmerking: Wanneer sleutel en reservesleutel worden verloren zal er automatisch een nieuw slot worden aangerekend. Privé sloten zijn verboden! 5. Schoolmaterialen: a) Deel van het materiaal wordt verhuurd en verrekend via de schoolrekening, maar blijft eigendom van de school. b) Iedere leerling draagt zorg voor het gereedschap van de school en is hiervoor aansprakelijk! 6. Grondstoffen, producten en arbeidsmiddelen: a) Wees ZUINIG en VOORZICHTIG met grondstoffen en producten. b) Grondstoffen worden alleen opgehaald na toestemming van je leerkracht. c) Bij het afhalen van grondstoffen gebruik je de nodige orde en netheid. d) De bruikbare resten worden altijd op de juiste plaats teruggebracht. Leerkracht volgt dit mee op e) Behandel gereedschappen en machines altijd met grote zorg. f) Elke vrijwillige beschadiging moet vergoed worden. g) Iedere afhaling gebeurt onder begeleiding van uw eigen leerkracht of de teeltleiders 7. Veilig en milieuvriendelijk werken 7.1 Collectieve beschermingsmiddelen a) Maak altijd gebruik van de beschikbare collectieve beschermingsmiddelen. 7.2 Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) 4

5 a) Draag ALTIJD de gevraagde beschermingsmiddelen: 1. Verplicht gebruik van een veiligheidsbril bij het werken in alle werkplaatsen metaal; ook bij kap- en slijp- en snijwerk. 2. Verplicht gebruik van gehoorbescherming bij het gebruik van lawaaierige machines. 3. Verplicht gebruik van een veiligheidshelm bij het werk op een bouwwerf of bij stellingwerk. 4. Verplicht gebruik van een stofmasker bij overdreven stofproductie. 5. Verplicht gebruik van veiligheidsschoenen met stalen tip en stalen zool tijdens de lessen praktijk. 6. Verplicht gebruik van een goed sluitende werkvest (of T-shirt) en broek tijdens de praktijk. 7. Verplicht gebruik van werkhandschoenen bij gevaarlijk werk. 8. Verplicht gebruik van een gelaatsmasker bij het gebruik van toxische producten. Enkel en alleen toegelaten door leerkrachten, teeltleiders of TA 9. Verplicht gebruik van zaagbroek bij het werken met de kettingzaag. 10. Verplicht gebruik van kniebescherming bij langdurig werken op de knieën 7.3 Werkkledij a) Eerste en tweede graad: geschikte werkkledij wordt via de school in bruikleen gesteld. Deze werkbroek wordt door de school een aantal keer gewassen. Hiervoor wordt een vergoeding van 27/schooljaar gevraagd via de schoolrekening. Bij verkeerd gebruik of beschadiging zal de schade verrekend worden. Kniebeschermers twv 7.20 en werkfleece twv 26 dienen persoonlijk via de school aangekocht te worden. Voor bepaalde vakken worden de lessen bijgewoond op de LAS-school. Het gebruiken/kopen van de werkpakken daar wordt via de LAS-school geregeld. Derde graad: werkbroek + kniebescherming ( 38) + fleece ( 26) + regenvest ( 18.90) zelf aan te kopen via de school. Er wordt zelf voor het onderhoud gezorgd. b) Bij een afzakkende broek gebruik je steeds een broeksriem ( zelf mee te brengen ). Dit voorkomt slijtage van de broekspijpen c) Veiligheidsschoenen zijn zelf aan te kopen via de school : 32. Voor de lessen praktijk op de boerderij dienen de leerlingen persoonlijk laarzen aan te kopen. d) Bij warm weer kan de fleece vervangen worden door een T-shirt met korte mouwen (geen topjes!). e) Regenkledij wordt door de school ter beschikking gesteld. Alleen de leerkracht bepaalt wanneer regenkledij gedragen wordt. f) Binnen in de klassen, serre en loods zetten wij geen hoofddeksel op. Enkel een veiligheidshelm indien nodig. Opmerking : Om veiligheidsreden is het verplicht om werkkledij + werkschoenen te dragen in de werkplaatsen. Wie deze niet bij heeft, dient via de school het volgende te ontlenen : - een werkpak twv 1 voor de huur en waskosten. - werkschoenen twv 0,5 - veiligheidsbril twv Hygiëne a) Was je handen na het werk en vooraleer je gaat eten. b) Eten is verboden in de werkplaats; het drinken van water toegestaan. d) Plassen gebeurt enkel in de toiletten. e) Spuwen is een inbreuk op hygiëne en netheid. 7.5 Werkhouding a) Verzorg je werkhouding. b) Gebruik de juiste hef- en tiltechnieken om je rug niet nodeloos te belasten. c) Maak zoveel mogelijk gebruik van de gepaste hulpmiddelen. 7.6 Gevaarlijke producten a) Gevaarlijke producten worden alleen gebruikt onder toezicht van de leraar. 5

6 b) RESPECTEER bij het gebruik van gevaarlijke producten zorgvuldig alle VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN. c) De bergruimte voor gevaarlijke producten is niet toegankelijk voor leerlingen die hiervoor geen instructies gekregen hebben. Ook verboden toegang voor zwangere leerlingen. d) Verwittig de directie onmiddellijk bij vermoeden van zwangerschap. 7.7 Afvalverwerking a) Werk altijd zuinig. Hoe minder afval er is, hoe beter! b) SORTEER afval op de juiste wijze: steenpuincontainer: enkel voor steenpuin. metaalcontainer: enkel voor ijzerwaren. gele grondcontainer: droog papier en vlak karton. Kartonnen dozen steeds eerst uit elkaar halen! blauwe grondcontainer: enkel voor PMD (blauwe zakken). rode grondcontainer: niet recycleerbaar restafval (rode zakken). afvalpark: wit en gekleurd glas (flessen). vlak glas. plastiekfolies. hard plastiek. gipskartonplaten. isolatiemateriaal (in zakken doen en vervolgens in blauwe container). klein gevaarlijk afval. plastieken bloempotten (in zakken doen en vervolgens in zwarte container). vodden, doeken en stoffen. klein elektronisch afval. composthoop: GFT- afval DE AFVALSTROOM GEBEURT STEEDS HET LAATSTE LESUUR ONDER TOEZICHT VAN DE VERANTWOORDELIJKE LEERKRACHT. 7.8 Evacuatie a) Meld rook of vuur onmiddellijk aan de leerkracht of op het secretariaat. b) Schakel machines uit en volg zeer stipt de regels van het evacuatieplan. c) Alle uitgangen, nooduitgangen en doorgangen moeten steeds vrijgehouden worden. d) De ruimte voor en rond elektriciteitskasten moet vrij blijven. 8. Magazijnregeling Het schoolmagazijn is gedurende de schooltijd open. Soms kan het gebeuren dat er gesloten wordt om lesgeven mogelijk te maken. Respecteer dit en wacht tot max. een half uur tot het terug geopend wordt. Gelezen en goedgekeurd door de leerling datum: handtekening: Gelezen en goedgekeurd door de ouders of begeleider datum: handtekening: 6