Nadere Toegang op inv. nr 386

Transcriptie

1 NT00066_386 Nadere Toegang op inv. nr 386 uit het archief van het Stadsgerecht Rhenen, (66) H.J. Postema Juni 2015

2 Inleiding Dit document bevat regesten op een katern met akten van transport, hypotheek, procuratie, borgtocht en lijftocht te Rhenen over de periode tot en met

3 Regesten Jan van der Waije Henricxsz verklaart dat hij overeengekomen is met heer Frans van Nijenroede, raad van de keizerlijke majesteit voor het Hof van Utrecht, en Floris Feijt, dat Frans en Floris toegeloot is uit het Sterkenburgseveen vrij te hebben 8 roeden veen aan het bergeind en 10 roeden op het Goisteeind, beginnende van de Wijcxwal die tussen de abt van St. Paulus te Utrecht en het Sterkenburgse loot ligt, naar de Greb te meten. Hij zal Frans en Floris helpen een scheiding te maken tussen hun veen Floris Feijt en Jan van der Waije hebben een stuk veen gemeten volgens akte van 16! hierboven. Jan heeft voor de schepenen van Rhenen verklaard dat hij dit veen moest leveren door burchtael waerop Floris Foeijt seijde salige man waerom werdy burge. Hier nae seyde Floris Foeyt voir ons schepenen vurschreven quaemt vuyt burchtael soe had ick die principael ierst moeten verwinnen, dan tcoemt overmits dat ghy myn veen gegreven hebt Jan van Harn Gerritsz x Janna en Jan van Harn als momber van Elisabth zijn dochter, transporteren aan Aelbert Willemsz x Jannegje een huisje met een hofstede daar oostwaarts het steegsken, zuidwaarts de erfgenamen van Hendrick Lijster, westwaarts Jan van Harn met zijn kinderen en noordwaarts Steven Dircksz Jan van Harn Gerritsz constitueert zijn vrouw Janna, zijn broers Jacob en Willem van Harn om over te geven schuur en brouwerij als Aert Thonisz van hem gekocht heeft Dirck van Cronenburch constitueert Roelof Amelsz, Dorp, Knijf en mr. Lambert Loot Gijsbert van de Voird Valentijnsz x Marij transporteren aan IJsbrant en Gijsbert van de Voirt, zijn twee zoons verwekt bij Catharina Cornelis Splintersdr, voor hun moedersdeel, een deel veen in der Cappellenlot, geheten Hans van Bailyoens en daarna Cornelis Splintersveentje, breed negendehalve molder slaags, daar oostwaarts Gijsbert voorschreven met nog veertiendehalve molder slaags, zuidwaarts de Cuneraweg, westwaarts Jan van Leeuwen Aertsz met Jacob de Eedel en noordwaarts strekkende aan de Veluwe Jacob van Baerenvelt bekent schuldig te zijn aan Barbara Cocx Thonis Hendricksz van Utrecht bekent schuldig te zijn aan Herbert van Setten 29 gulden. Hij verbindt hieraan zijn schip met toebehoren en zijn 3

4 bed, gelegen te Remmerten en vier schouwen gelegen in Willem Aertsz wijk en verder al zijn goederen. 9? Juffr. Heilwich Spijndess, nagelaten weduwe van Jan Mulert, met als momber Goesen van Lienden, bekent schuldig te zijn aan Dirck de Bruijn x Christina Hermsdr 18 gulden per jaar. Zij stelt als onderpand een kamp land van 4 morgen een luttel min of meer in de Neder Nude, daar oostwaarts de Wageningense wal, zuidwaarts de Weijdijck, westwaarts Gerrit de Wit en Willem Beijer Hendricksz en noordwaarts de Eem Mr. Balthazar van Blijenborg constitueert Lotus, Amelsen, Knijf, Dorp Arent vande Velde bekent schuldig te zijn aan Hendrick Hendricksz, won. Bunschoten, Frans Jansz bekent te betalen aan Maurits Gijsbertsz 34 gulden volgens condemnatie Jan Lubbertsz, smid, bekent schuldig te zijn aan Jan Aelbertsz de molenaar Hendrick Vonck constitueert Dirck Hubertsz Lijster Cornelis Gerritsz van Utrecht stelt in handen van de keizer de turf die hij heeft staan op het veen van Jan van der Heijde Gerrit Lijster constitueert Aeff vuyten Ham, zijn huisvrouws moeder, om te innen de goederen die zijn huisvrouw zijn aanbestorven van Valentijn, haar grootvader, en dat voor het gerecht van Utrecht of elders te ratificeren Peter van Manen bekent schuldig te zijn aan heer Wouter Pot vijfftenhalve carolus guldens en 2 stuivers Willem Tulman bekent schuldig te zijn aan Bart van Hattem Willemsz 13 gulden Mr. Joris Reijersz transporteert aan Reijer Hendricksz x Anna een huis binnen Rhenen aan de raderput, daar oostwaarts juffr. Mulert, zuidwaarts de Herenstraat, westwaarts Jan van der Waijde en noordwaarts juffr. Mulert. Reijer en Anna zullen Joris onderhouden Jan van Harn Petersz als momber van de kinderen van zijn broer Jacob van Harn Petersz en diens weduwe Janna Jansdr, met haar gekoren momber Meerten Jansz Tulman, transporteren an Anna van Harn etersdr een stukje land genaamd Den Cuijsberch, daar oostwaarts Jan Adriaensz, zuidwaarts de gemene straat, westwaarts juffr. van Camphuijsen en noordwaarts de Weeg Marten Tulman en Ernst van Ewijck hebben aangegeven dat zij als schepenen geweest hebben voor zaliger Jacob van Harn Petersz bed 4

5 geleden omtrent Alreheijligen anno 1550, en dat hij aan Anna van Harn Petersz opdroeg en overgaf het recht dat hij had op het land en duifhuis bij Rhenen waar zij om rechten tegen hun oom Gerrit van Harn Damiaen Vonck voor zichzelf zoals hij zich heeft laten leiden in de helft van de boedel van zijn vader soe groet ende quaet die geweest is Jacob van Renen als gemachtigde van zijn moeder heeft uitleiding gedaan op hetgeen door Damiaen is gedaan. Hij ontkent dat er een boedel is Frans Jansz bekent schuldig te zijn aan Aernt van Eck 5 gulden min een stuiver Gerrit de Wit als borg voor Goessen Petersz x Hanichgen bekent schuldig te zijn aan Jan van Ewick achtiendehalve gulden Willem Reijersz, Reijer Reijersz en Adriaen Jelisz als erfgenamen van mr. Joris, hun broer, constitueren mr. Jan van Dorp in de zaak tegen Reijer Hendricksz Angnese, weduwe Jan van Gelre, met haar momber en zoon Jan van Gelre, Jan van Gelre voor zichzelf en zijn vrouw Margriet en Jan van Gelre als momber van Cornelis van Gelres zoontje Gerrit van Gelre x Neel van Lokhorst, Hensken van Wijnterswijck x Anna en Jasper Roelofsz x Barbara transporteren aan Ulrick Hermansz x Agnese een huis met hofstede binnen Rhenen tegenover het stadhuis, oostwaarts Jan van Maerschen, westwaarts heer Wouter Pot, zuidwaarts het gasthuis Walraven van Cronenburg constitueert Dirck van Cronenburg Alzo Beernt Quint Aelbertsz handdadig is geweest aan Roelof Amelsz, wiens ziel God ontfermen wil, laat de schout vanwege zijne keizerlijke majesteit in vrede liggen alle onschuldige vromen. Beernt wordt verbannen naar het buitenland Aelbertgen Beernt Quintenhuisvrouw met haar momber Jacob van Renen, verwillekoort haar deel in de goederen die zij met haar man op de bouwing regeert. Zij zal niet vertrekken Ulrich Hermansz bekent schuldig te zijn aan Jan van Gelre, Gerrit van Gelre, Hensken van Wijnterswijck x Barbara van Gelre Frans Jansz bekent schuldig te zijn aan Aernt van Schaijck 22 gulden min een oort Adriaen Aertsz constitueert mr. Lambert, Lotus en Dorp Engbert van Harn constitueert Ernst van Ewick om te ontvangen en mr. Lambert Dorp. 5

6 Cornelis Anthonisz alias Scoymer bekent dat hij verkocht heeft en de turf die Willem Jansz en Jochem Petersz van Lexmond op deze tijd in hebben en van hem ontvangen hebben en daar eerlijk voor betaald te zijn Heer Anthonis Evertsz, met Goessen van Lienden, zijn momber, transporteert aan Gijsbert Gerritsz x Aertgen zes percelen bergland en england te Achterberg, daar oostwaarts het convent van Rhenen, westwaarts Dirck de Bruijn, noordwaarts de Hoogstraat, zuidwaarts heer Anthonis Evertsz. En nog een stuk land dwars strekkende onder de Harspe toebehorende Catharijn van Brakel daar oostwaarts Anthonis Evertsz, westwaarts het convent van Rhenen, noordwaarts Dirck de Bruijn met heer Anthonis Evertsz, zuidwaarts de Harspe. En nog een stuk ten einde dit voorschreven land daar oostwaarts Schonevelttraai, westwaarts Jeger van Nijmegen, noordwaarts het convent, zuidwaarts de Harspe. En nog een halve morgen daar oostwaarts het convent, westwaarts idem, noordwaarts de bastaarden van Hemerten, zuidwaarts Evert Jansz. En nog een akker in Bergdal daar oostwaarts St. Jansvicarie, westwaarts Morren en zuidwaarts de bastaarden van Hemerten. En nog een klein akkertje daar oostwaarts de bastaarden van Hemerten, westwaarts de commandeur, noordwaarts de bastaarden van Hemerten en zuidwaarts het convent van Rhenen Gijsbert van de Voirt constitueert Lotus, Dorp en alle andere procureurs die in zijn naam ageren Juffrr. Margriet van Leeffdael constitueert haar man Dirck van Cronenburg om te transporteren aan Floris Hermansz haar deel te Maarssen aan een huis en hofstede Wilem Hendricksz constitueert Sander Jansz Mom, Lambert Jan Hendricksz, Buijser en Dorp Rutger Velkenaar en Marten Tulman stellen zich borg voor de penningen die Thomas van Loe zal lichten uit handen van Jacob Deedel toekomende Peter Petersz en bij Thomas gearresteerd Laurens Coenraetsz heeft op heden oorbede gedaan voor schout en schepenen zo hem de schout gevangen heeft op door zekere woorden dat hij niemand van het gerecht en burgers of onderdanen van Rhenen zal misdoen De weesmeesters geven het gerecht aan alzo Jan van Harn Gerritsz zaliger verkocht heeft gehad zeker land in de Marsch, het gasthuis van Rhenen, waarvan het gasthuis nog geen transport heeft gehad. Zij verzoeken toestemming van het gerecht. Deze keurt het goed Gerrit van Harn als momber van zaliger Jan van Harn Gerritsz nagelaten kinderen transporteert aan de weesmeesters zoals 6

7 gedecreteerd door Janna, wed. Jan van Harn, met haar man Cornelis Evertsz, Jan van Harn Willemsz als momber van Jacob van Harn Jansz voor zichzelf en voor Lijs, zijn zuster met Jan van Harn Willemsz, haar oom en momber, twee morgen land en anderhalve hont een luttel min of meer in de Marsch, zoals Willem Adriaensz en Adriaen van Brevelt die nu in pacht hebben Bart Quint stelt zich borg voor Beernt Quint, zijn broer, aan handen van Jan de Roij, schout, voor 3 paarden, 4 koeien en drie vierdeel schapen Cornelis Alertsz van Rhenen, won. Utrecht, gezworen meter van de leijen, verklaart dat hij gementen heeft het leidak van Dirck van Ermelen dat mr. Aert dat eerlijk geleverd en voldaan heeft en dat het beloopt 31 roeden en 10 voet Ces Maes heeft gerechtelijk beslagen de penningen hierna beschreven. De rente van Jerefaes Beerntsz, de rente van Gerrit Lijster, verder van Herbert van Setten waar hij borg voor is voor de onmondige kinderen van Peter Vonck. Dat dese schuldenaars of bogen de penningen niet waardig waren of Herman Voncken erfgenamen niet en verhandreiken dan bij consent van Ces Maes en de weesmeesters Peter van Catz heeft beslagen met Jan de Roeij, schout, Willem Beijer en Jacob van Harn, schepenen, alzulke hoofdsom mitsgaders de toekomende rente als Hendrick Block heeft binnen Rhenen aan de erfgenamen van Hendrick Lijsters voor een daalder en 10 stuivers Peter de Cruijff bekent schuldig te zijn aan Cornelis Evertsz Dirck Lijster bekent schuldig te zijn aan Jacob van Renen 6 gulden per jaar Prior en gemeen convent van de regulieren binnen Utrecht belijden dat zij constitueren broeder Jan Schaij onze geprofeste medebroeder en procurator om alle pachten, huishuren, schulden, renten etc. te innen Jan Schaeij, procurator, substitueert Johan van Dorp, Lotus en Dirck Everwijn Hendrick Aelbertsz bekent te betalen aan Herbert van Zetten Evert Claessen x Lut Jan Roelofszdr. bekennen schuldig te zijn aan Rutger Velckenaer x Catharina van Middachten 100 rijderguldens, herkomende uit zekere belofte die Rutger en zijn vrouw gedaan hebben aan Frans vander Stege. 1-2!-1552 Henrick Vocnk als substituut-schout gunt aan Aernt vander Brugge en Adriaen Jansz, schepenen te Wageningen, om de bekenning te ontvangen van Rutger Velkenaer ten profijte van Frans van der Stege. 7

8 Hendrickje Dircksdr en Belijgje Dircksdr met Rijck Herbertsz, hun oom en gekoren voogd, transporteren aan Jan van Harn Willemsz x Elisabeth vijf voet breed erf, die Jan beheiningen zal Evert Claesz bekent schuldig te zijn aan Jelis Woutersz 28 gulden Frans Jansz en Alijt Claes Lijstersdr. transporteren aan Evert Claesz x Luijt een huis en hofstede in de Cruijsstraat daar oostwaarts de gemene straat, zuidwaarts Jan van Someren, westwaarts de gemene steeg en noordwaarts Thonis Aertsz en de erven van Hendrick Lijster Jan Boug constitueert zijn zwager Buijser, zijn huisvrouw, Lotus, Dorp en alle anderen om kwitantie te heffen Frederick Hol transporteert aan Hendrick van Rantwijck x Sophia de helft van een huis en hofstede in de Visscherstraat daar oostwaarts de gemene steeg, zuidwaarts de Visscherstraat, westwaarts en noordwaarts Jacob Murel Aert Joestensz bekent schuldig te zijn aan Willem van Harn 13 gulden Adriaen van Mel, Bart van Melszoon, bekent dat hij getrouwd heeft Nelgen Gerritsdr ten huize van Jan van Harn Petersz, in presentie van Jan van Harn Petersz en diens vrouw en Frederick Cornelisz. Hij belooft haar voor zijn echte huisvrouw te houden en maakt haar machtig in al zijn goederen Marten Jansz Tulman x Cunera transporteren aan Aert Jansz x Anna een huis en hofstede binnen Rhenen daar oostwaarts Jan van Harn Willemsz, zuidwaarts Jan Schalck, westwaarts de gemene straat en noordwaarts Drick Geerlofsz erven Gerrit van Harn constitueert Willem van Harn, Jacob van Harn, Alert Jansz en Aelbert Geurtsz om voor het Hof van Utrecht te substitueren alle procureurs en taalslieden Roelof Breunisz bekent schuldig te zijn aan mr. Jacob 25 stuivers Hendrick Jordensz bekent schuldig te zijn aan mr. Jacob barbier 28 stuivers van een half mud boekweit Jan Joostensz Thin bekent schuldig te zijn aan Jerefaes van Meerten vijftiendehalve gulen Thonis Amelsz bekent schuldig te zijn aan Jerefaes van Meerten Willem Tulman bekent te betalen aan Peter Dircksz 4 gulden Thonis Jansz, won. Veenendaal, transporteert aan Aelbert Jansz een huis met het getimmer op de Grift op Thonis Brantszveen naast het Gasthuisveen Geurt Bartsz bekent schuldig te zijn aan Herbert van Setten 17 stuivers. 8

9 Mr. Jan van Dorp als gemachtigde van het convent van de Regulieren binnen Utrecht, in presentie van heer Johan Schaeij, procurator van dat convent, toont een akte van belangende de borgtocht tussen het convent contra Dirck de Bruijn en Marten Jansz c.s. Rijcout van der Horst en Jan Block, burgers te Utrecht, hebben zich borg gesteld voor het convent om het gewijsde te voldoen in het proces over zekere venen door hen gekocht van Willem Lijster Jan Adriaensz constitueert Lotus, Dorp en alle anderen Jacob van Renen x juffr. Gerrit Dirckszdr bekennen schuldig te zijn aan Anthonis Brantsz x Marigje Willemsdr 18 gulden per jaar Anthonis Brantsz x Marie Willemsdr hebben verkocht aan Gerrit Willemsz Bosch, won. Utrecht, het veen dat Anthonis gekocht had van Jan van der Waeij Hendricksz, burger te Rhenen, in het Sterkenburgse lot, in het midden 15 roeden en achter op de Grift 18 roeden breed, daar oostwaarts het gasthuis binnen Rhenen, westwaarts Jan van der Waeij, zuidwaarts de berg en noordwaarts de Veluwe. Hiervoor zal Gerrit Willemsz betalen 1975 gulden. [los briefje met akte van ] Willem Cornelisz van Overlangbroek bekent schuldig te zijn aan Bernt Jerefaesz 51 gulden wegens koop van een samoreusschip Johan van Cuijck, Anthonis Boll en Johan Boll, Bruijn van Cuijck hebben verkocht aan Anthonis Brantsz x Marigje 70 gulden per jaar met als onderpand bovengenoemde venen Wouter van Suijlen en Thonis Gijsbertsz hebben gekocht van Margriet, Willem de Wits weduwe, en Geertruijt Willem de Witsdr, voor zichzelf en namens de andere zusters, 1/3 van het land en zand, hetzij kleiland, hooiland alsook bergland in Rhenen en Wageningen, hen aangestorven door Jan de Wit te Houten, die tot vrouw had Geertruijt van Zuijlen. 9