BIJLAGE BIJLAGE X. bij het VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT VAN DE RAAD

Transcriptie

1 EUROPESE COMMISSIE Brussel, COM(2013) 290 final Annex X BIJLAGE Bijlagen XXVI tot en met XLIV bij titel V van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds BIJLAGE X bij het VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds NL NL

2 BIJLAGE Bijlagen XXVI tot en met XLIV bij titel V van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds BIJLAGE X bij het VOORSTEL VOOR EEN BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van de associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en Oekraïne, anderzijds ASSOCIATIEOVEREENKOMST TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN HAAR LIDSTATEN, ENERZIJDS, EN OEKRAÏNE, ANDERZIJDS NL 1 NL

3 BIJLAGEN NL 2 NL

4 BIJLAGEN BIJ TITEL IV: HANDEL EN HANDELSGERELATEERDE VRAAGSTUKKEN [PLACEHOLDER] NL 3 NL

5 BIJLAGEN TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING NL 4 NL

6 BIJLAGE XXVI bij HOOFDSTUK 1: SAMENWERKING INZAKE ENERGIE, MET INBEGRIP VAN KERNENERGIE van TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING 1. De EU en Oekraïne zetten hierbij een mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing op met praktische maatregelen tot voorkoming van en tot snelle reactie op een noodsituatie of een dreigende noodsituatie. Dit mechanisme voorziet in een vroegtijdige evaluatie van mogelijke risico s en problemen in verband met de levering van en de vraag naar aardgas, aardolie of elektriciteit, en in de preventie van en vroegtijdige reactie op een noodsituatie of een dreigende noodsituatie. 2. In deze bijlage wordt onder een noodsituatie verstaan een situatie waardoor een belangrijke storing of fysieke onderbreking van de levering van aardgas, aardolie of elektriciteit tussen Oekraïne en de Europese Unie wordt veroorzaakt. 3. In deze bijlage worden onder de coördinatoren verstaan de minister van Energie van Oekraïne en het lid van de Europese Commissie dat bevoegd is voor energie. 4. Een vroegtijdige evaluatie van mogelijke risico's en problemen in verband met de levering van en de vraag naar energiematerialen en -producten moet door de twee partijen gezamenlijk worden ondernomen, meer bepaald in het kader van het memorandum van overeenstemming inzake samenwerking op het gebied van energie tussen de Europese Unie en Oekraïne van 1 december 2005, en daarover moet regelmatig verslag worden uitgebracht bij de coördinatoren. 5. Indien een van de partijen bij deze overeenkomst weet heeft van een noodsituatie of van een situatie die naar haar mening tot een noodsituatie zou kunnen leiden, stelt zij de andere partij daarvan onmiddellijk in kennis. 6. Indien zich de omstandigheden als bedoeld in punt 5 van deze bijlage voordoen, stellen de coördinatoren elkaar zo spoedig mogelijk in kennis van de noodzaak om het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing in werking te stellen. In deze kennisgeving worden onder meer de aangewezen personen vermeld die door de coördinatoren worden geautoriseerd om voortdurend contact met elkaar te onderhouden. 7. Na de kennisgeving als bedoeld in punt 6 van deze bijlage verstrekt elke partij aan de andere haar eigen evaluatie. Deze evaluatie omvat een raming van de tijd die nodig is om de dreiging van een noodsituatie of een noodsituatie het hoofd te bieden. De partijen reageren onverwijld op de evaluatie van de andere partij en verstrekken voor zover beschikbaar aanvullende informatie. 8. Indien een van de partijen niet in staat is een degelijke evaluatie te doen, of de evaluatie van de andere partij niet kan aanvaarden, of het niet eens kan zijn met het tijdschema waarbinnen de dreiging van een noodsituatie of de noodsituatie kan worden bestreden, kan de overeenstemmende coördinator om overleg verzoeken, dat moet beginnen binnen een termijn van uiterlijk drie dagen na het overhandigen van de kennisgeving als bedoeld in punt 6 van deze bijlage. Dit overleg vindt plaats via NL 5 NL

7 een deskundigengroep die bestaat uit vertegenwoordigers die door de coördinatoren zijn aangewezen. Het overleg heeft tot doel: een gezamenlijke evaluatie van de situatie en van het mogelijke verdere verloop van de gebeurtenissen op te stellen; aanbevelingen op te stellen om de dreiging van een noodsituatie te elimineren of een noodsituatie meester te worden; aanbevelingen op te stellen voor een gezamenlijk actieplan van de partijen om de gevolgen van een noodsituatie tot een minimum te beperken, en, indien mogelijk, de noodsituatie meester te worden, met inbegrip van de mogelijkheid om een speciale monitoringgroep op te zetten. 9. Het overleg, de gezamenlijke evaluaties en de voorgestelde aanbevelingen worden gebaseerd op de beginselen van transparantie, non-discriminatie en proportionaliteit. 10. De coördinatoren streven er binnen hun bevoegdheid naar de dreiging van een noodsituatie te elimineren of de noodsituatie meester te worden, rekening houdend met de aanbevelingen die na het overleg zijn opgesteld. 11. De deskundigengroep als bedoeld in punt 8 brengt onmiddellijk na de uitvoering van een eventueel overeengekomen actieplan bij de coördinatoren over haar activiteiten verslag uit. 12. In een noodsituatie kunnen de coördinatoren een speciale monitoringgroep oprichten om de actuele omstandigheden en de ontwikkeling van de gebeurtenissen op de voet te volgen en er objectief verslag over uit te brengen. De groep bestaat uit: vertegenwoordigers van beide partijen; vertegenwoordigers van de energiebedrijven van de partijen; vertegenwoordigers van internationale energie-organisaties, voorgesteld en wederzijds overeengekomen door de partijen; onafhankelijke deskundigen, voorgesteld en wederzijds overeengekomen door de partijen. 13. De speciale monitoringgroep gaat onverwijld met haar werkzaamheden van start en blijft indien nodig doorwerken tot de noodsituatie is opgelost. Het besluit tot staken van de werkzaamheden van de speciale monitoringgroep wordt door de coördinatoren gezamenlijk genomen. 14. Zodra de omstandigheden als bedoeld in punt 5 bekend zijn geworden, en totdat de procedure tot toepassing van het mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing is voltooid, en totdat de dreiging van een noodsituatie is verdwenen of de noodsituatie zelf is opgelost, doen de partijen hun uiterste best om de negatieve gevolgen voor de andere partij tot een minimum te beperken. Beide partijen werken samen met het oog op een onmiddellijke oplossing in een geest van transparantie. De partijen onthouden zich van activiteiten die geen verband houden met de bestaande noodsituatie en die negatieve gevolgen voor de levering van aardgas, aardolie of elektriciteit tussen NL 6 NL

8 Oekraïne en de Europese Unie zouden kunnen opleveren of deze gevolgen verergeren. 15. Elke partij draagt onafhankelijk de kosten voor activiteiten in het kader van deze bijlage. 16. De partijen behandelen alle informatie vertrouwelijk die onderling wordt uitgewisseld en die als vertrouwelijk wordt gekenmerkt. De partijen treffen de nodige maatregelen om vertrouwelijke informatie te beschermen op basis van de relevante wet- en regelgeving van Oekraïne, de Europese Unie en/of de lidstaten van de Unie, als van toepassing, alsook overeenkomstig de toepasselijke internationale overeenkomsten en verdragen. 17. De partijen kunnen na onderlinge overeenstemming vertegenwoordigers van derde partijen uitnodigen om deel te nemen aan het overleg of de monitoring als bedoeld in de punten 8 en De partijen kunnen overeenkomen de bepalingen van deze bijlage aan te passen met het oog op de oprichting van een mechanisme voor vroegtijdige waarschuwing tussen hen en andere partijen. 19. Een schending van dit mechanisme kan niet als basis dienen voor procedures voor geschillenbeslechting in het kader van deze overeenkomst. Een partij beroept zich in dergelijke procedures voor geschillenbeslechting niet op of gebruikt daarin niet als bewijs: door de andere partij in de loop van de procedure ingenomen standpunten of gedane voorstellen; of het feit dat de andere partij zich bereid heeft verklaard een oplossing voor de noodsituatie waarvoor het mechanisme in werking is gesteld, te aanvaarden. NL 7 NL

9 BIJLAGE XXVII bij HOOFDSTUK 1: SAMENWERKING INZAKE ENERGIE, MET INBEGRIP VAN KERNENERGIE van TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING Oekraïne verbindt zich ertoe zijn wetgeving geleidelijk af te stemmen op de volgende EUwetgeving binnen het aangegeven tijdschema: Elektriciteit Richtlijn 2003/54/EG betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor elektriciteit Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap. Verordening (EG) nr. 1228/2003 betreffende de voorwaarden voor toegang tot het net voor grensoverschrijdende handel in elektriciteit, als gewijzigd bij Besluit 2006/770/EG van de Commissie Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap. Richtlijn 2005/89/EG inzake maatregelen om de zekerheid van de elektriciteitsvoorziening en de infrastructuurinvesteringen te waarborgen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn wordt uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap. Gas Richtlijn 2003/55/EG betreffende gemeenschappelijke regels voor de interne markt voor aardgas Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn wordt uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap. Verordening (EG) nr. 1775/2005 betreffende de voorwaarden voor de toegang tot aardgastransmissienetten Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap. Richtlijn 2004/67/EG betreffende maatregelen tot veiligstelling van de aardgasvoorziening NL 8 NL

10 Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn wordt uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap. Aardolie Richtlijn 2006/67/EG houdende verplichting voor de lidstaten om minimumvoorraden ruwe aardolie en/of aardolieproducten in opslag te houden Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn moeten binnen een termijn van 3 jaar in de wetgeving van Oekraïne zijn weerspiegeld en binnen een termijn van 11 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst zijn uitgevoerd. Prospectie en exploratie van koolwaterstoffen Richtlijn 94/22/EG betreffende de voorwaarden voor het verlenen en het gebruik maken van vergunningen voor de prospectie, de exploratie en de productie van koolwaterstoffen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn moeten binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst zijn uitgevoerd, rekening houdend met de artikelen 12 en 13 van de handelsgerelateerde energiebepalingen van Hoofdstuk 11: Handelsgerelateerde energie van Titel IV: Handel en aanverwante zaken. Energie-efficiëntie Richtlijn 2004/8/EG inzake de bevordering van warmtekrachtkoppeling Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2002/91/EG betreffende de energieprestatie van gebouwen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn moeten binnen een termijn van 3 jaar in de wetgeving van Oekraïne zijn weerspiegeld en binnen een termijn van 5 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst zijn uitgevoerd. Richtlijn 2006/32/EG betreffende energie-efficiëntie bij het eindgebruik en energiediensten Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn moeten binnen een termijn van 5 jaar in de wetgeving van Oekraïne zijn weerspiegeld en binnen een termijn van 8 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst zijn uitgevoerd. Richtlijn 2005/32/EG betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor energieverbruikende producten Uitvoeringsrichtlijnen/-verordeningen: Verordening (EG) nr. 278/2009 van de Commissie wat betreft voorschriften inzake ecologisch ontwerp voor het elektrisch opgenomen vermogen van externe stroomvoorzieningen in niet-belaste toestand en de gemiddelde actieve efficiëntie van externe stroomvoorzieningen; NL 9 NL

11 Verordening (EG) nr. 245/2009 van de Commissie betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor fluorescentielampen zonder ingebouwd voorschakelapparaat, voor hogedrukgasontladingslampen en voor voorschakelapparaten en armaturen die deze lampen kunnen laten branden; Verordening (EG) nr. 244/2009 van de Commissie voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor niet-gerichte lampen voor huishoudelijk gebruik; Verordening (EG) nr. 107/2009 van de Commissie betreffende eisen inzake ecologisch ontwerp voor eenvoudige set-top boxes; Verordening (EG) nr. 1275/2008 van de Commissie wat betreft voorschriften inzake ecologisch ontwerp voor het elektriciteitsverbruik van elektrische en elektronische huishoud- en kantoorapparatuur in de stand by-stand en de uit-stand; Richtlijn 92/42/EEG van de Raad betreffende de rendementseisen voor nieuwe olieen gasgestookte centrale-verwarmingsketels; Richtlijn 96/57/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende normen voor de energie-efficiëntie van huishoudelijke elektrische koelkasten, diepvriezers en combinaties daarvan; Richtlijn 2000/55/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake de energierendementseisen voor voorschakelapparaten voor fluorescentielampen. Tijdschema: De bepalingen van de kaderrichtlijn en van de bestaande relevante uitvoeringsmaatregelen ( dochterrichtlijnen of verordeningen ) worden uitgevoerd binnen 3 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst. Nieuwe dochterrichtlijnen of verordeningen worden ten uitvoer gelegd overeenkomstig de in deze richtlijnen of verordeningen vastgestelde tijdschema s, na wijzigingen aan deze bijlage overeenkomstig de institutionele bepalingen uit Titel VII van deze overeenkomst en zoals medegedeeld aan de Oekraïense partij. Richtlijn 92/75/EEG betreffende de vermelding van het energieverbruik en het verbruik van andere hulpbronnen op de etikettering en in de standaard-productinformatie van huishoudelijke apparaten Uitvoeringsrichtlijnen/-verordeningen: Richtlijn 2003/66/EG van de Commissie wat de etikettering van het energieverbruik van huishoudelijke elektrische koelkasten, diepvriezers en combinaties daarvan betreft; Richtlijn 2002/40/EG van de Commissie met betrekking tot de energie-etikettering van elektrische ovens voor huishoudelijk gebruik; Richtlijn 2002/31/EG van de Commissie met betrekking tot de energie-etikettering van airconditioners voor huishoudelijk gebruik; Richtlijn 98/11/EG van de Commissie wat de etikettering van het energieverbruik van lampen voor huishoudelijk gebruik betreft; NL 10 NL

12 Richtlijn 97/17/EG van de Commissie betreffende de etikettering van het energieverbruik van huishoudelijke afwasmachines, als gewijzigd bij Richtlijn 1999/9/EG van de Commissie; Richtlijn 96/60/EG van de Commissie wat de etikettering van het energieverbruik van huishoudelijke was-droogcombinaties betreft; Richtlijn 95/13/EG van de Commissie wat de etikettering van het energieverbruik van huishoudelijke elektrische droogtrommels betreft; Richtlijn 95/12/EG van de Commissie wat de etikettering van het energieverbruik van huishoudelijke wasmachines betreft. Tijdschema: De bepalingen van de kaderrichtlijn en van de bestaande relevante uitvoeringsmaatregelen ( dochterrichtlijnen of verordeningen ) worden uitgevoerd binnen 2 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst. Nieuwe dochterrichtlijnen of verordeningen worden ten uitvoer gelegd overeenkomstig de in deze richtlijnen of verordeningen vastgestelde tijdschema s, na wijzigingen aan deze bijlage overeenkomstig de institutionele bepalingen uit Titel VII van deze overeenkomst en zoals medegedeeld aan de Oekraïense partij. Kernenergie Richtlijn 96/29/Euratom tot vaststelling van de basisnormen voor de bescherming van de gezondheid der bevolking en der werkers tegen de aan ioniserende straling verbonden gevaren Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2006/117/Euratom betreffende toezicht en controle op overbrenging van radioactieve afvalstoffen en bestraalde splijtstof Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2003/122/Euratom inzake de controle op hoogactieve ingekapselde radioactieve bronnen en weesbronnen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst uitgevoerd. NL 11 NL

13 BIJLAGE XXVIII bij HOOFDSTUK 4: BELASTINGEN van TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING Oekraïne verbindt zich ertoe zijn wetgeving geleidelijk af te stemmen op de volgende EUwetgeving binnen het aangegeven tijdskader: Indirecte belastingen Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn, met uitzondering van de artikelen 5 tot en met 8, 20, 33, 40 tot en met 42, 79, 100 en 101, 123 tot en met 130, 140 tot en met 142, 145, 146, lid 1, onder b), 147, 155, 164 tot en met 166, 170 en 171, 175, 203, 205, 209, 210, 212, 219, 238 tot en met 240, 245, 254, 258, 274 tot en met 280, 293 en 294, 370 tot en met 395, 396 tot en met 400, 402 tot en met 410, 411 tot en met 413 (bepalingen toepasselijk op EU-lidstaten); de artikelen 281 tot en met 294, 295 tot en met 305, 306 tot en met 325, 326 tot en met 332, 333 tot en met 343, 348 en 349, 358 tot en met 369 (over bijzondere belastingregelingen), worden binnen een termijn van 5 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2007/74/EG van de Raad van 20 december 2007 betreffende de vrijstelling van belasting over de toegevoegde waarde en accijnzen op goederen die worden ingevoerd door reizigers komende uit derde landen - afdeling 3 over kwantitatieve beperkingen Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 92/83/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de harmonisatie van de structuur van de accijns op alcohol en alcoholhoudende dranken Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2003/96/EG van de Raad van 27 oktober 2003 tot herstructurering van de communautaire regeling voor de belasting van energieproducten en elektriciteit Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden geleidelijk aan toegepast, rekening houdend met de toekomstige behoeften van Oekraïne op het gebied van milieubescherming en energie-efficiëntie, zoals met name te verwachten na de internationale onderhandelingen over klimaatverandering na Richtlijn 2008/118/EG van de Raad van 16 december 2008 houdende een algemene regeling inzake accijns en houdende intrekking van Richtlijn 92/12/EEG - Artikel 1 NL 12 NL

14 Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni 2011 betreffende de structuur en de tarieven van de accijns op tabaksfabrikaten (codificatie) Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd, met uitzondering van artikel 7, lid 2, de artikelen 8, 9, 10, 11, 12, artikel 14, lid 1, lid 2, en lid 4, de artikelen 18 en 19, waarvoor het tijdschema voor tenuitvoerlegging door de associatieraad zal worden vastgesteld. Na de inwerkingtreding van de Overeenkomst stelt de associatieraad het tijdschema vast voor uitvoering door Oekraïne van de volgende richtlijnen: Dertiende Richtlijn 86/560/EEG van de Raad van 17 november 1986 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen der lidstaten inzake omzetbelasting - Regeling voor de teruggaaf van de belasting over de toegevoegde waarde aan niet op het grondgebied van de Gemeenschap gevestigde belastingplichtigen Richtlijn 92/83/EEG van de Raad van 19 oktober 1992 betreffende de harmonisatie van de structuur van de accijns op alcohol en alcoholhoudende dranken Artikel 7, lid 2, de artikelen 8, 9, 10, 11, 12, artikel 14, lid 1, lid 2, en lid 4, de artikelen 18 en 19, van Richtlijn 2011/64/EU van de Raad van 21 juni 2011 betreffende de structuur en de tarieven van de accijns op tabaksfabrikaten (codificatie) NL 13 NL

15 BIJLAGE XXIX bij HOOFDSTUK 5: STATISTIEK van TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING Het acquis op het gebied van statistiek als bedoeld in artikel 355 van hoofdstuk 5 (Statistiek) van titel V (Economische en sectorale samenwerking) wordt beschreven in het compendium statistische vereisten, dat jaarlijks wordt bijgewerkt en dat door de partijen als bijlage bij deze overeenkomst wordt beschouwd. De meest recente versie van het compendium is in elektronische vorm beschikbaar op de website van het Bureau voor de Statistiek van de EU ( NL 14 NL

16 BIJLAGE XXX bij HOOFDSTUK 6: MILIEU van TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING Oekraïne verbindt zich ertoe zijn wetgeving geleidelijk af te stemmen op de volgende EUwetgeving binnen het aangegeven tijdskader: Goed bestuur op milieugebied en integratie van milieuzaken in andere beleidsterreinen Richtlijn 2011/92/EEG van de Raad van 27 juni 1985 betreffende de milieueffectbeoordeling van bepaalde openbare en particuliere projecten (codificatie) Voor projecten die onder het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap vallen, worden alle bepalingen van de richtlijn uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag. Voor andere projecten gelden de volgende bepalingen: goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. vaststelling van criteria voor projecten van bijlage I die worden onderworpen aan een milieueffectbeoordeling en vaststelling van een procedure om te beslissen welke projecten van bijlage II een milieueffectbeoordeling behoeven (artikel 4) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. vaststelling van de reikwijdte van de informatie die door de opdrachtgever moet worden verstrekt (artikel 5) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. instelling van een procedure voor raadpleging van milieuautoriteiten en van een openbare raadplegingsprocedure (artikel 6) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. opzetten van regelingen met buurlanden voor de uitwisseling van informatie en overleg (artikel 7) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. vaststelling van maatregelen voor het op de hoogte brengen van het publiek van de beslissingen over aanvragen van de vergunningsprocedure (artikel 9) NL 15 NL

17 Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2001/42/EG betreffende de beoordeling van de gevolgen voor het milieu van bepaalde plannen en programma's goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) vaststelling van een procedure om te beslissen welke plannen of programma s behoefte hebben aan een strategische milieueffectbeoordeling en van criteria voor plannen of programma s die zijn onderworpen aan een strategische milieueffectbeoordeling (artikel 3) instelling van een procedure voor raadpleging van milieuautoriteiten en van een openbare raadplegingsprocedure (artikel 6) opzetten van regelingen met buurlanden voor de uitwisseling van informatie en overleg (artikel 7) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2003/4/EG inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie en tot intrekking van Richtlijn 90/313/EEG van de Raad goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) opzetten van praktische regelingen voor het ter beschikking stellen van milieuinformatie aan het publiek en de toepasselijke uitzonderingen daarop (artikelen 3 en 4) verzekeren dat de overheid milieu-informatie beschikbaar stelt aan het publiek (artikel 3, lid 1) vaststelling van procedures voor de herziening van beslissingen om geen milieuinformatie te verstrekken of slechts gedeeltelijke informatie te verstrekken (artikel 6) opzetten van een systeem voor de verspreiding van milieu-informatie onder het publiek (artikel 7) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Richtlijn 2003/35/EG tot voorziening in inspraak van het publiek in de opstelling van bepaalde plannen en programma's betreffende het milieu en, met betrekking tot inspraak van het publiek en toegang tot de rechter, tot wijziging van de Richtlijnen 85/337/EEG en 96/61/EG van de Raad goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) opzetten van een mechanisme om het publiek te voorzien van informatie (artikel 2, lid 2, onder a), en onder d)) NL 16 NL

18 opzetten van een mechanisme voor informatie aan het publiek (artikel 2, lid 2, onder b), en lid 3) opzetten van een mechanisme voor inspraak van het publiek en om rekening te houden met opmerkingen in het besluitvormingsproces (artikel 2, lid 2, onder c)) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Luchtkwaliteit Richtlijn 2008/50/EG betreffende de luchtkwaliteit en schonere lucht voor Europa goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. vaststelling van bovenste en onderste beoordelingsdrempels (artikel 5), streef- en grenswaarden (de artikelen 13, 14, 16, lid 2, 17, lid 1), en de streefwaarde inzake vermindering van de blootstelling aan PM2,5 (artikel 15, lid 1) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn wordt uitgevoerd voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, lood, benzeen, koolmonoxide, ozon, PM10 en PM2,5 binnen een termijn van drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op basis van een bestaande situatie in Oekraïne. Na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst stelt de associatieraad het tijdschema vast voor uitvoering door Oekraïne van deze bepalingen om ten volle aan de vereisten van de richtlijn te voldoen. aanwijzing en indeling van zones en agglomeraties (artikelen 4 en 5) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de opzetten van een systeem voor beoordelingen van de luchtkwaliteit met betrekking tot verontreinigende stoffen (artikelen 5, 6 en 9) opzetten van luchtkwaliteitsplannen voor zones en agglomeraties waar de niveaus van verontreinigende stoffen een grenswaarde of streefwaarde overschrijden (artikel 23) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden uitgevoerd voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, lood, benzeen, koolmonoxide, ozon, PM10 en PM2,5 binnen een termijn van vijf jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op basis van een bestaande situatie in Oekraïne. Na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst stelt de associatieraad het tijdschema vast voor uitvoering door Oekraïne van deze bepalingen om ten volle aan de vereisten van de richtlijn te voldoen. opstellen van kortetermijnactieplannen voor zones en agglomeraties waar het risico bestaat dat de niveaus van verontreinigende stoffen de alarmdrempels zullen overschrijden (artikel 24) NL 17 NL

19 Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de opzetten van een systeem voor de mededeling van gegevens aan de bevolking (artikel 26) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de Richtlijn 2004/107/EG betreffende arseen, cadmium, kwik, nikkel en polycyclische aromatische koolwaterstoffen in de lucht goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de vaststelling van bovenste en onderste beoordelingsdrempels (artikel 4, lid 6) en van streefwaarden (artikel 3) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden uitgevoerd voor arseen, nikkel, cadmium en benzo(a)pyreen binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op basis van een bestaande situatie in Oekraïne. Na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst stelt de associatieraad het tijdschema vast voor uitvoering door Oekraïne van deze bepalingen om ten volle aan de vereisten van de richtlijn te voldoen. aanwijzing en classificatie van zones en agglomeraties (artikelen 3 en 4, lid 6) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de opzetten van een systeem voor beoordelingen van de luchtkwaliteit met betrekking tot verontreinigende stoffen (artikel 4) het treffen van maatregelen om de luchtkwaliteit te handhaven of te verbeteren met betrekking tot de relevante verontreinigende stoffen (artikel 3) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden uitgevoerd binnen een termijn van 5 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op basis van een bestaande situatie in Oekraïne. Na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst stelt de associatieraad het tijdschema vast voor uitvoering door Oekraïne van deze bepalingen om ten volle aan de vereisten van de richtlijn te voldoen. Richtlijn 98/70/EG betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof en tot wijziging van Richtlijn 93/12/EEG van de Raad, als gewijzigd bij de Richtlijnen 2000/71/EG, 2003/17/EG en 2009/30/EG, en Verordening (EG) nr. 1882/2003 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) evaluatie van het nationale brandstofverbruik NL 18 NL

20 opzetting van een systeem voor toezicht op de brandstofkwaliteit (artikel 8) verbod op het in de handel brengen van gelode benzine (artikel 3, lid 1) toestemming voor het in de handel brengen van ongelode benzine, dieselbrandstof en gasolie bedoeld voor motoren van niet voor de weg bestemde mobiele machines en bosbouwtrekkers, alleen indien deze voldoen aan de relevante vereisten (artikelen 3 en 4) opzetten van een regeling om het hoofd te bieden aan buitengewone omstandigheden en om nationale gegevens over de brandstofkwaliteit te vergaren (artikelen 7 en 8) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de Richtlijn 1999/32/EG betreffende een vermindering van het zwavelgehalte van bepaalde vloeibare brandstoffen en tot wijziging van Richtlijn 93/12/EEG, als gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 en Richtlijn 2005/33/EG Voor brandstoffen die worden gebruikt voor doeleinden die onder het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap vallen, worden alle bepalingen van de richtlijn uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag. Voor brandstoffen die worden gebruikt voor andere doeleinden, worden de volgende regelingen uitgevoerd: goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de opzetten van een doeltreffend systeem voor monsterneming en van geschikte analysemethoden voor analysen (artikel 6) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de verbod op het gebruik van zware stookolie en gasolie wordt gebruikt met een zwavelgehalte van meer dan de vastgestelde grenswaarden (artikel 3, lid 1, en artikel 4, lid 1) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de toepassing van grenswaarden voor het zwavelgehalte in brandstoffen voor de scheepvaart (artikel 4, lid 1 en lid 2) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de Richtlijn 94/63/EG betreffende de beheersing van de uitstoot van vluchtige organische stoffen (VOS) als gevolg van de opslag van benzine en de distributie van benzine vanaf terminals naar benzinestations, als gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 NL 19 NL

21 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de vaststelling van alle terminals voor de opslag en het laden van benzine (artikel 2) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de vaststelling van technische maatregelen ter vermindering van het verlies aan benzine uit opslaginstallaties van een terminal of benzinestations en tijdens het vullen of ledigen van mobiele tanks bij terminals (artikelen 3, 4 en 6 en bijlage III) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 9 jaar na de eisen dat alle laadportalen voor tankwagens en mobiele tanks aan de vereisten voldoen (artikelen 4 en 5) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 9 jaar na de Richtlijn 2004/42/EG inzake de beperking van emissies van vluchtige organische stoffen ten gevolge van het gebruik van organische oplosmiddelen in bepaalde verven en vernissen en producten voor het overspuiten van voertuigen, en tot wijziging van Richtlijn 1999/13/EG goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) vaststelling van maximale grenswaarden voor het VOS-gehalte van verven en vernissen (artikel 3 en bijlage II) Vaststelling van de vereisten voor etikettering van producten die op de markt worden gebracht en voor het op de markt brengen van producten die voldoen aan de relevante vereisten (artikelen 3 en 4) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Afvalbeheer en beheer van bestanden Richtlijn 2008/98/EEG betreffende afvalstoffen goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de opstellen van afvalbeheerplannen overeenkomstig de afvalhiërarchie in vijf stappen en van afvalpreventieprogramma s (hoofdstuk V van Richtlijn 2008/98/EG) NL 20 NL

22 Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de vaststelling van een mechanisme voor het terugwinnen van de kosten volgens het beginsel "de vervuiler betaalt" en het beginsel van uitgebreide verantwoordelijkheid van de producent (artikel 14) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de opzetten van een vergunningensysteem voor inrichtingen of ondernemingen die verwerkings- of terugwinningsoperaties uitvoeren, met specifieke verplichtingen voor het beheer van gevaarlijk afval (hoofdstuk IV van Richtlijn 2008/98/EG) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de opzetten van een register van inrichtingen of ondernemingen voor het ophalen en vervoeren van afval (hoofdstuk IV van Richtlijn 2008/98/EG) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Richtlijn 1999/31/EG betreffende het storten van afvalstoffen, als gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) klasseren van stortplaatsen (artikel 4) voorbereiding van een nationale strategie voor de vermindering van de naar stortplaatsen over te brengen biologisch afbreekbare afvalstoffen (artikel 5) opzetten van een aanvraag- en vergunningensysteem en van procedures voor het aanvaarden van afvalstoffen (artikelen 5 tot en met 7, 11, 12 en 14) opzetten van controle- en toezichtprocedures in de exploitatiefase van stortplaatsen en van sluitings- en nazorgprocedures voor af te schrijven stortplaatsen (artikelen 12 en 13) opstellen van aanpassingsplannen voor bestaande stortplaatsen (artikel 14) opzetten van een kostenmechanisme (artikel 10) garanderen dat het relevante afval wordt behandeld voor het naar de stortplaats komt (artikel 6) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden voor bestaande installaties binnen een termijn van 6 jaar na de Voor installaties die operationeel worden na de ondertekening van de Overeenkomst, worden de bepalingen van de richtlijn uitgevoerd vanaf de datum van inwerkingtreding van de NL 21 NL

23 richtlijn. Richtlijn 2006/21/EG betreffende het beheer van afval van winningsindustrieën en houdende wijziging van Richtlijn 2004/35/EG goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) opzetten van een systeem om te garanderen dat de exploitanten plannen voor afvalbeheer opstellen (identificatie en classificatie van afvalvoorzieningen; karakterisering van het afval) (artikelen 4 en 9) opzetten van een vergunningensysteem, van financiële waarborgen en van een inspectiesysteem (artikelen 7, 14 en 17) opzetten van procedures voor het beheer van en het toezicht op uitgegraven ruimten (artikel 10) vaststelling van procedures voor de sluiting en de fase na de sluiting van mijnbouwafvalvoorzieningen (artikel 12) opstellen van een inventaris van gesloten mijnbouwafvalvoorzieningen (artikel 20) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Beheer van de waterkwaliteit en watervoorraden, met inbegrip van marien milieu Richtlijn 2000/60/EG tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid, als gewijzigd bij Beschikking nr. 2455/2001/EG en Richtlijn 2009/31/EG goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de vaststelling van een wettelijke definitie van het territoriale orgaan voor hydrografische zones in het land Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de ontwikkeling van passende nationale wetgeving (regeling inzake stroomgebiedsbeheer) zodat het stroomgebiedsbeheer de verantwoordelijkheid krijgt voor functies waarin Richtlijn 2000/608/EG voorziet (artikel 3) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de identificatie van stroomgebiedsdistricten en opstelling van administratieve regelingen voor internationale rivieren, meren en kustwateren (artikel 3) NL 22 NL

24 Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de analyse van de karakteristieken van stroomgebiedsdistricten (artikel 5) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de opzetting van programma s voor toezicht op de waterkwaliteit (artikel 8) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de voorbereiding van beheersplannen voor stroomgebieden, overleg met het publiek en publicatie van deze plannen (artikelen 13 en 14) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 10 jaar na de Richtlijn 2007/60/EG over beoordeling en beheer van overstromingsrisico s goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de opstellen van een voorlopige overstromingsrisicobeoordeling (artikelen 4 en 5) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de opstellen van overstromingsgevaarkaarten en overstromingsrisicokaarten (artikel 6) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de opstellen van overstromingsrisicobeheerplannen (artikel 7) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de Richtlijn 2008/56/EG tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het beleid ten aanzien van het mariene milieu goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de opstellen van een mariene strategie in samenwerking met de EU-lidstaten (artikelen 5 en 6) NL 23 NL

25 initiële beoordeling van mariene wateren, vaststelling van de goede milieutoestand en van milieudoelen en indicatoren (artikelen 5, en 8 tot en met 10) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de opzetting van een programma voor toezicht voor de voortgaande beoordeling en regelmatige actualisering van de doelstellingen (artikelen 5 en 11) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de voorbereiding van een programma met maatregelen voor het bereiken van een goede milieutoestand (artikelen 5 en 13) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 7 jaar na de Richtlijn 91/271/EEG inzake de behandeling van stedelijk afvalwater, als gewijzigd bij Richtlijn 98/15/EG, Verordening (EG) nr. 1882/2003 en Verordening (EG) nr. 1137/2008 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de evaluatie van de status van de vergaring en behandeling van stedelijk afvalwater Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de vaststelling van kwetsbare gebieden en agglomeraties (artikel 5 en bijlage II) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de voorbereiding van een technisch en investeringsprogramma voor de uitvoering van de vereisten inzake de behandeling van stedelijk afvalwater (artikel 17) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de Richtlijn 98/83/EG betreffende de kwaliteit van voor menselijke consumptie bestemd water, als gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 en Verordening (EG) nr. 596/2009 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) vaststelling van normen voor drinkwater (artikelen 4 en 5) vaststelling van een controlesysteem (artikelen 6 en 7) opzetten van een mechanisme voor informatie aan de verbruikers (artikel 13) NL 24 NL

26 Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Richtlijn 91/676/EEG inzake de bescherming van water tegen verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen, als gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1882/2003 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de identificatie van voor nitraat kwetsbare zones (artikel 3) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de opstellen van actieprogramma's voor de voor nitraat kwetsbare zones (artikel 5) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de opzetten van programma s voor toezicht (artikel 6) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de Natuurbescherming Richtlijn 2009/147/EG inzake het behoud van de vogelstand goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de evaluatie van vogelsoorten waarvoor speciale beschermingsmaatregelen nodig zijn en van geregeld voorkomende trekvogels Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de identificatie en aanwijzing van de speciale beschermingszones voor vogelsoorten (artikel 4, lid 1) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de vaststelling van speciale beschermingsmaatregelen ten aanzien van geregeld voorkomende trekvogels (artikel 4, lid 2) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn wordt uitgevoerd tegen zoals aangegeven in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot NL 25 NL

27 oprichting van de Energiegemeenschap. opzetten van een algemeen berschermingssysteem voor alle wilde vogelsoorten waarvan de soorten waarop gejaagd wordt, tot een speciale ondersoort behoren, en verbod op bepaalde vormen van vangst/doden (artikelen 5, 6, 7, 8, 9, lid 1 en lid 2) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de Richtlijn 92/43/EEG inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna, als gewijzigd bij de Richtlijnen 97/62/EG en 2006/105/EG, en Verordening (EG) nr. 1882/2003 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de voorbereiding van een inventaris van gebieden, aanwijzing ervan en vaststelling van prioriteiten voor het beheer ervan (met inbegrip van de inventaris van mogelijke Emerald-gebieden en de vaststelling van beschermings- en beheersmaatregelen voor deze gebieden) (artikel 4) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de treffen van de nodige instandhoudingsmaatregelen voor deze gebieden (artikel 6) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de opzetten van een systeem voor toezicht op de staat van instandhouding van habitats en soorten (artikel 11) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de opzetten van een systeem van strikte bescherming van de in bijlage IV vermelde diersoorten, voor zover relevant voor Oekraïne (artikel 12) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de opzetten van een mechanisme voor bevolkingseducatie en algemene voorlichting (artikel 22) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de Industriële verontreiniging en industriële risico s NL 26 NL

28 Richtlijn 2010/75/EU inzake industriële emissies (geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging) (herschikking) goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de vaststelling van installaties waarvoor een vergunning nodig is (bijlage I) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de uitvoering van BBT rekening houdend met de conclusies van de BREF s (artikel 14, leden 3 tot en met 6, artikel 15, leden 2 tot en met 4) Tijdschema: Na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst stelt de associatieraad het tijdschema vast voor uitvoering door Oekraïne van deze bepalingen voor bestaande installaties. vaststelling van een geïntegreerd systeem voor vergunningen (artikelen 6 tot en met 9, artikel 13) vaststelling van een mechanisme voor toezicht op de naleving (artikel 8, artikel 14, lid 1, onder d), en artikel 23, lid 1) vaststelling van emissiegrenswaarden voor stookinstallaties (artikel 30 en bijlage V) voorbereiding van programma s ter vermindering van de totale jaarlijkse emissies van de bestaande installaties (de vaststelling van emissiegrenswaarden voor bestaande installaties is optioneel) (artikel 32) Tijdschema: Als een onmiddellijke prioriteit stelt de associatieraad het tijdschema vast voor tenuitvoerlegging door Oekraïne van deze bepalingen voor nieuwe installaties. De associatieraad stelt tevens het tijdschema vast voor tenuitvoerlegging door Oekraïne van deze bepalingen voor bestaande installaties. Het tijdschema laat de uiterste data onverlet als vastgesteld in het protocol betreffende de toetreding van Oekraïne tot het Verdrag tot oprichting van de Energiegemeenschap voor stookinstallaties die binnen de werkingssfeer van de energiegemeenschap vallen. Bestaande installaties zijn installaties die een vergunning krijgen binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst, mits dergelijke installaties niet later dan zes jaar na de inwerkingtreding van deze overeenkomst in gebruik worden genomen. Richtlijn 96/82/EG betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken, als gewijzigd bij Richtlijn 2003/105/EG en Verordening (EG) nr. 1882/2003 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) vaststelling van doeltreffende coördinatiemechanismen tussen de relevante autoriteiten NL 27 NL

29 opzetten van systemen voor het opslaan van informatie over relevante installaties en voor verslaggeving over belangrijke ongevallen (artikelen 13 en 14) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Klimaatverandering en bescherming van de ozonlaag Richtlijn 2003/87/EG tot vaststelling van een regeling voor de handel in broeikasgasemissierechten binnen de Gemeenschap en tot wijziging van Richtlijn 96/61/EG, als gewijzigd bij Richtlijn 2004/101/EG goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) opzetten van een systeem voor identificatie van relevante installaties en voor identificatie van broeikasgassen (bijlagen I en II) ontwikkeling van een nationaal plan voor toewijzing van rechten aan installaties (artikel 9) vaststelling van een systeem voor verlening van vergunningen voor broeikasgasemissies en voor verlening van vergunningen die binnen Oekraïne door de installaties onderling worden verhandeld (artikel 4 en artikelen 11 tot en met 13) vaststelling van bewakings-, rapportage-, verificatie- en handhavingssystemen en openbare raadplegingsprocedures (artikel 9, artikelen 14 tot en met 17, 19 en 21) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de Verordening (EG) nr. 842/2006 inzake bepaalde gefluoreerde broeikasgassen goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) opstelling/aanpassing van nationale opleidings- en certificeringsvoorschriften voor relevant personeel en bedrijven (artikel 5) vaststelling van rapportagesystemen voor het verkrijgen van emissiegegevens van de relevante sectoren (artikel 6) opzetten van een systeem voor handhaving (artikel 13) Tijdschema: Deze bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 2 jaar na de Verordening (EG) nr. 2037/2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen, als gewijzigd bij de Verordeningen (EG) nr. 2038/2000, (EG) nr. 2039/2000, (EG) nr. 1804/2003, (EG) nr. 2077/2004, (EG) nr. 29/2006, (EG) nr. 1366/2006, (EG) nr. 1784/2006, (EG) nr. 1791/2006 en (EG) nr. 2007/899, alsook bij de Beschikkingen 2003/160/EG, 2004/232/EG en 2007/54/EG NL 28 NL

30 goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) vaststelling van verboden op gereguleerde stoffen met inbegrip van het beëindigen van het gebruik van nieuw geproduceerde chloorfluorkoolwaterstoffen tegen 2010 en van alle chloorfluorkoolwaterstoffen tegen 2020 (artikelen 4 en 5) vaststelling van kwantitatieve beperkingen op het gebruik van methylbromide voor quarantainedoeleinden of toepassingen voorafgaand aan het vervoer, op het niveau van het gemiddelde gebruik in de jaren 1996, 1997 en 1998 (artikel 4) beëindiging van het op de markt brengen van nieuwe chloorfluorkoolwaterstoffen tegen 2015 (artikel 4) vaststelling van de verplichting tot terugwinning, recycling, regeneratie alsmede vernietiging van gebruikte gereguleerde stoffen (artikel 16) opzetten van procedures voor het toezicht op en de inspectie van lekkage van gereguleerde stoffen (artikel 17) Tijdschema: Deze bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 2 jaar na de Genetisch gemodificeerde organismen Relevante EU-wetgeving inzake genetisch gemodificeerde organismen wordt ook bestreken in Hoofdstuk 4: Sanitaire en fytosanitaire maatregelen, in Titel IV: Handel en handelsgerelateerde zaken. Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 maart 2001 inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu en tot intrekking van Richtlijn 90/220/EEG van de Raad, als gewijzigd bij de Beschikkingen 2002/623/EG en 2002/811/EG, bij de Verordeningen (EG) nr. 1829/2003 en (EG) nr. 1830/2003 en de Richtlijn 2008/27/EG goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) eliminering van antibiotica-resistentie-merkers in GGO s die overeenkomstig deel C in de handel zijn gebracht en in GGO s die zijn toegelaten overeenkomstig deel B (artikel 4, lid 2) vaststelling van een doeltreffend inspectie- en controlesysteem om naleving van de bepalingen van de richtlijn te garanderen, meer bepaald betreffende producten waarvoor geen toelating is verleend (artikel 4, lid 5) vaststelling van procedures voor voorafgaande kennisgeving voor introducties van GGO's van deel B (artikel 6) en voor introducties van GGO's van deel C (artikel 13) vaststelling van risico-evaluatieprocedures voor introducties van GGO's van deel B (artikelen 6 tot en met 11) en voor introducties van GGO's van deel C (artikelen 13 tot en met 24) NL 29 NL

31 aanleggen van openbare registers om de locatie van overeenkomstig deel B geïntroduceerde GGO's op te tekenen (artikel 31, lid 3, onder a)) aanleggen van registers om de locatie van overeenkomstig deel C gecultiveerde GGO's op te tekenen (artikel 31, lid 3, onder b)) opzetten van procedures voor raadpleging van het publiek, en zo nodig van bepaalde groeperingen (artikel 9) opzetten van en procedure voor rapportage door de kennisgevers over introducties aan de bevoegde autoriteit(en) (artikel 10) verzekeren dat de producten die in de handel worden gebracht, voldoen aan de specifieke etiketterings- en verpakkingsvoorschriften (artikel 21) garanderen van de vertrouwelijkheid van de informatie en van de intellectueleeigendomsrechten (artikel 25) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 2 jaar na de Verordening (EG) nr. 1946/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2003 betreffende de grensoverschrijdende verplaatsing van genetisch gemodificeerde organismen goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) vaststelling van procedures voor de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu (artikelen 4 tot en met 8) vaststelling van procedures voor GGO's bestemd voor rechtstreeks gebruik als levensmiddel of diervoeder, of voor be- of verwerking (artikelen 9 en 10) en voor GGO's bestemd voor ingeperkt gebruik (artikel 11) vaststelling van procedures voor identificatie en begeleidende documentatie (artikel 12) en voor kennisgeving van de doorvoer van GGO's (artikel 13) vaststelling van een systeem ter garantie van de vertrouwelijkheid (artikel 16) Tijdschema: Deze bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 2 jaar na de Richtlijn 2009/41/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 inzake het ingeperkte gebruik van genetisch gemodificeerde micro-organismen goedkeuring van nationale wetgeving en aanwijzing van bevoegde autoriteit(en) classificatie van GGO s en garantie van risico-analysen door de gebruikers (artikel 4) toepassing van de algemene beginselen en de passende inperkingsmaatregelen en andere beschermingsmaatregelen als bedoeld in bijlage IV (artikel 5) vaststelling van kennisgevingsprocedures (artikelen 6 tot en met 9) NL 30 NL

32 vaststelling van criteria voor rampenplannen (artikelen 13 tot en met 15) vaststelling van een systeem ter garantie van de vertrouwelijkheid (artikel 18) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de NL 31 NL

33 BIJLAGE XXXI bij HOOFDSTUK 6: MILIEU van TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING Tenuitvoerlegging door Oekraïne van het Kyoto-protocol, met inbegrip van alle criteria om in aanmerking te komen voor het volledig gebruiken van de Kyoto-mechanismen Opzetten van een actieplan voor de mitigatie op de lange termijn (na 2012) en voor aanpassing aan de klimaatverandering Ontwikkeling en tenuitvoerlegging van langetermijnmaatregelen ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen NL 32 NL

34 BIJLAGE XXXII bij HOOFDSTUK 7: VERVOER van TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING Oekraïne verbindt zich ertoe zijn wetgeving geleidelijk af te stemmen op de volgende EUwetgeving binnen het aangegeven tijdskader: 1. Vervoer over de weg Technische voorwaarden Richtlijn 92/6/EEG van de Raad van 10 februari 1992 betreffende de installatie en het gebruik, in de Gemeenschap, van snelheidsbegrenzers in bepaalde categorieën motorvoertuigen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen één jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst toegepast op alle voertuigen die betrokken zijn bij internationaal goederentransport, binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op alle voertuigen die betrokken zijn bij internationaal personenvervoer, en binnen vier jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op alle voertuigen die voor het eerst zijn geregistreerd na 1 januari 2008 en betrokken zijn bij nationaal vervoer. Richtlijn 96/53/EG van de Raad van 25 juli 1996 houdende vaststelling, voor bepaalde aan het verkeer binnen de Gemeenschap deelnemende wegvoertuigen, van de in het nationale en het internationale verkeer maximaal toegestane afmetingen, en van de in het internationale verkeer maximaal toegestane gewichten Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden toegepast binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op voertuigen die in de EU zijn geregistreerd, uitsluitend gedurende de verplaatsing op een internationale E-weg, overeenkomstig bijlage I van de Europese Overeenkomst inzake internationale hoofdverkeerswegen (AGR) van 15 november De associatieraad zal een besluit nemen over de uitbreiding van de toepassing van de bepalingen van de richtlijn op het hele netwerk en op alle voertuigen binnen 3 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst. Richtlijn 2009/40/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 betreffende de technische controle van motorvoertuigen en aanhangwagens Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen één jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst toegepast op alle voertuigen die betrokken zijn bij internationaal goederentransport, binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op alle voertuigen die betrokken zijn bij internationaal personenvervoer, en binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op alle andere voertuigen. Veiligheidsvoorwaarden Richtlijn 91/439/EEG van de Raad van 29 juli 1991 betreffende het rijbewijs invoering van de categorieën voor het rijbewijs (artikel 3) NL 33 NL

35 Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de voorwaarden voor het afgeven van een rijbewijs (artikelen 4, 5, 6 en 7) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de eisen voor rijexamens (bijlagen II en III) Tijdschema: Deze bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden toegepast op alle vervoer van gevaarlijke goederen over internationale wegen binnen één jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst, op alle vervoer van gevaarlijke goederen over nationale wegen binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst. Sociale voorwaarden Verordening (EG) nr. 561/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 tot harmonisatie van bepaalde voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer, tot wijziging van Verordeningen (EEG) nr. 3821/85 en (EG) nr. 2135/98 van de Raad en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 3820/85 van de Raad Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 5 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Verordening (EEG) nr. 3821/85 van de Raad van 20 december 1985 betreffende het controleapparaat in het wegvervoer Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 5 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst voor het nationale vervoer uitgevoerd. Richtlijn 2006/22/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 maart 2006 inzake minimumvoorwaarden voor de uitvoering van de Verordeningen (EEG) nr. 3820/85 en (EEG) nr. 3821/85 van de Raad betreffende voorschriften van sociale aard voor het wegvervoer en tot intrekking van Richtlijn 88/599/EEG Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst voor het nationale vervoer uitgevoerd. Verordening (EG) nr. 1071/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels betreffende de voorwaarden waaraan moet zijn voldaan om het beroep van wegvervoerondernemer uit te oefenen en tot intrekking van Richtlijn 96/26/EG van de Raad NL 34 NL

36 De artikelen 3, 4, 5, 6, 7 (zonder monetaire waarde van de financiële status), 8, 10, 11, 12, 13, 14, 15 en bijlage I Tijdschema: Deze bepalingen van de verordening worden binnen drie jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst toegepast op alle vervoerondernemers die betrokken zijn bij internationaal vervoer, en binnen zeven jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst op alle andere vervoerondernemers. Richtlijn 2002/15/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2002 betreffende de organisatie van de arbeidstijd van personen die mobiele werkzaamheden in het wegvervoer uitoefenen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst toegepast op internationaal vervoer, en binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op nationaal vervoer. Richtlijn 2003/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2003 betreffende de vakbekwaamheid en de opleiding en nascholing van bestuurders van bepaalde voor goederenen personenvervoer over de weg bestemde voertuigen, tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 3820/85 van de Raad en Richtlijn 91/439/EEG van de Raad en tot intrekking van Richtlijn 76/914/EEG van de Raad Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst toegepast op bestuurders die betrokken zijn bij internationaal vervoer, en binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst op bestuurders die betrokken zijn bij nationaal vervoer. Fiscale voorwaarden Richtlijn 99/62/EG betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden toegepast zodra Oekraïne besluit tolheffingen of andere heffingen in te voeren voor het gebruik van zijn infrastructuur. 2. Vervoer per spoor Toegang tot de markt en infrastructuur Richtlijn 91/440/EEG van de Raad van 29 juli 1991 betreffende de ontwikkeling van de spoorwegen in de Gemeenschap invoering van onafhankelijk beheer en verbetering van de financiële situatie (artikelen 2, 3, 4, 5 en 9) Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de scheiding tussen beheer van infrastructuur en transportoperaties (artikelen 6, 7 en 8) NL 35 NL

37 Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de Richtlijn 95/18/EG van de Raad van 19 juni 1995 betreffende de verlening van vergunningen aan spoorwegondernemingen invoering van vergunningen onder de voorwaarden als bepaald in de artikelen 1, 2, 3, 4 (behalve voor artikel 4, lid 5), 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13 en 15 Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de Richtlijn 2001/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2001 inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede inzake veiligheidscertificering Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Verordening (EU) nr. 913/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010 inzake het Europese spoorwegnet voor concurrerend goederenvervoer Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 8 jaar na de inwerkingtreding van de Overeenkomst uitgevoerd. Technische en veiligheidsvoorwaarden Richtlijn 2004/49/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake de veiligheid op de communautaire spoorwegen en tot wijziging van Richtlijn 95/18/EG van de Raad betreffende de verlening van vergunningen aan spoorwegondernemingen, en van Richtlijn 2001/14/EG van de Raad inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede inzake veiligheidscertificering (Spoorwegveiligheidsrichtlijn) Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de Richtlijn 2007/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 inzake de certificering van machinisten die locomotieven en treinen op het spoorwegsysteem van de Gemeenschap besturen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst uitgevoerd, met bijzondere aandacht voor artikel 9, lid 2, van deze richtlijn waarbij Oekraïne wordt toegestaan strengere eisen toe te passen dan die momenteel in de Oekraïense wetgeving van kracht zijn. Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden toegepast op alle vervoer van gevaarlijke goederen over internationale spoorwegen meteen na de inwerkingtreding van deze NL 36 NL

38 Overeenkomst, op alle vervoer van gevaarlijke goederen over nationale wegen binnen acht jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst. Normalisatie van rekeningen en statistieken Verordening (EEG) nr. 1192/69 van de Raad van 26 juni 1969 betreffende de gemeenschappelijke regels voor de normalisatie van de rekeningstelsels van de spoorwegondernemingen Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 8 jaar na de Interoperabiliteit Richtlijn 2008/57/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 2008 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Gemeenschap (herschikking) Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de Gecombineerd vervoer Richtlijn 92/106/EEG van de Raad van 7 december 1992 houdende vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor bepaalde vormen van gecombineerd vervoer van goederen tussen lidstaten Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 8 jaar na de Andere aspecten Verordening (EG) nr. 1370/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 betreffende het openbaar personenvervoer per spoor en over de weg en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1191/69 van de Raad en Verordening (EEG) nr. 1170/70 van de Raad Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 8 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst uitgevoerd, met uitzondering van artikel 7, lid 2. Verordening (EG) nr. 1371/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 betreffende de rechten en verplichtingen van reizigers in het treinverkeer Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 8 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst uitgevoerd en voor de artikelen 13, 16 en 17 zal de associatieraad een besluit treffen over de termijn voor uitvoering. 3. Luchtvervoer Sluiting en uitvoering van een omvattende Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte. Onverminderd de sluiting van de Overeenkomst betreffende de totstandbrenging van een Europese gemeenschappelijke luchtvaartruimte, de uitvoering en gecoördineerde NL 37 NL

39 4. Zeevervoer ontwikkeling verzekeren van bilaterale overeenkomsten inzake luchtvaartdiensten tussen Oekraïne en EU-lidstaten, als gewijzigd door de horizontale overeenkomst. Maritieme veiligheid vlaggestaat / classificering van bedrijven Richtlijn 2009/15/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en voor de desbetreffende werkzaamheden van maritieme instanties Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Verordening (EG) nr. 391/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 5 jaar na de Richtlijn 2009/21/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de naleving van vlaggenstaatverplichtingen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Havenstaat Richtlijn 2009/16/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende havenstaatcontrole Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Aansprakelijkheid van vervoerders van passagiers Verordening (EG) nr. 336/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 15 februari 2006 inzake de implementatie van de Internationale Veiligheidsmanagementcode in de Gemeenschap en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 3051/95 van de Raad Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 3 jaar na de Verordening (EG) nr. 392/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 23 april 2009 betreffende de aansprakelijkheid van vervoerders van passagiers over zee bij ongevallen. Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 3 jaar na de Monitoring van verkeer NL 38 NL

40 Richtlijn 2002/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2002 betreffende de invoering van een communautair monitoring- en informatiesysteem voor de zeescheepvaart en tot intrekking van Richtlijn 93/75/EEG van de Raad Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de Technische en operationele voorschriften Passagiersschepen Richtlijn 2009/45/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 inzake veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 4 jaar na de Richtlijn 1999/35/EG van de Raad van 29 april 1999 betreffende een stelsel van verplichte onderzoeken voor de veilige exploitatie van geregelde diensten met ro-ro-veerboten en hogesnelheidspassagiersvaartuigen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de Richtlijn 2003/25/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de Olietankers Verordening (EG) nr. 417/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 18 februari 2002 betreffende het versneld invoeren van de vereisten inzake een dubbelwandige uitvoering of een gelijkwaardig ontwerp voor enkelwandige olietankschepen en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 2978/94 van de Raad Het tijdschema voor het uit het verkeer nemen van enkelwandige olietankschepen als bepaald in de MARPOL-conventie van Bulkcarriers Richtlijn 2001/96/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 december 2001 tot vaststelling van geharmoniseerde voorschriften en procedures voor veilig laden en lossen van bulkschepen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Bemanning Richtlijn 2008/106/EG inzake het minimum opleidingsniveau van zeevarenden NL 39 NL

41 Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de Milieu Richtlijn 2000/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2000 betreffende havenontvangstvoorzieningen voor scheepsafval en ladingresiduen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 6 jaar na de Verordening (EG) nr. 782/2003 van het Europees Parlement en de Raad van 14 april 2003 houdende een verbod op organische tinverbindingen op schepen Tijdschema: De bepalingen van de verordening worden binnen een termijn van 3 jaar na de Technische voorwaarden Richtlijn 2010/65/EU betreffende meldingsformaliteiten voor schepen die aankomen in en/of vertrekken uit havens van de lidstaten en tot intrekking van Richtlijn 2002/6/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 februari 2002, geldig tot 18 mei 2012 Tijdschema: de bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Sociale voorwaarden Richtlijn 1999/63/EG van de Raad van 21 juni 1999 inzake de overeenkomst betreffende de organisatie van de arbeidstijd van zeevarenden, gesloten door de Associatie van Reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Federatie van de bonden voor het vervoerpersoneel in de Europese Unie (FST) - bijlage: Europese overeenkomst betreffende de organisatie van de arbeidstijd van zeevarenden, met uitzondering van clausule 16 Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst uitgevoerd, met uitzondering van clausule 16 die wordt uitgevoerd binnen een termijn van 7 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst. Richtlijn 1999/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 1999 betreffende de handhaving van de bepalingen inzake de arbeidstijd van zeevarenden aan boord van schepen die havens in de Gemeenschap aandoen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Maritieme veiligheid Richtlijn 2005/65/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 oktober 2005 betreffende het verhogen van de veiligheid van havens NL 40 NL

42 Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn (met uitzondering van de bepalingen betreffende inspecties van de Commissie) worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst uitgevoerd. Verordening (EG) nr. 725/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de verbetering van de beveiliging van schepen en havenfaciliteiten Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn (met uitzondering van de bepalingen betreffende inspecties van de Commissie) worden binnen een termijn van 3 jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst uitgevoerd. 5. Binnenvaart Werking van de markt Richtlijn 96/75/EG van de Raad houdende voorschriften inzake bevrachting en prijsvorming in de sector nationaal en internationaal goederenvervoer over de binnenwateren in de Gemeenschap Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Toegang tot het beroep Richtlijn 87/540/EEG) van de Raad betreffende de toegang tot het beroep van ondernemer van nationaal en internationaal goederenvervoer over de binnenwateren en inzake de onderlinge erkenning van dit beroep betreffende diploma's, certificaten en andere titels Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 3 jaar na de Richtlijn 96/50/EG van de Raad betreffende de harmonisatie van de voorwaarden voor de afgifte van nationale vaarbewijzen voor binnenvaartuigen welke bij het goederen- en personenvervoer in de Gemeenschap gebruikt worden Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de Veiligheid Richtlijn 2006/87/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn zullen worden omgezet in het kader van de Donaucommissie. Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden toegepast op alle vervoer van gevaarlijke goederen via binnenwateren over internationale wegen binnen één jaar na de inwerkingtreding NL 41 NL

43 van deze Overeenkomst, op alle vervoer van gevaarlijke goederen over nationale wegen binnen drie jaar na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst. Informatiediensten voor de binnenvaart Richtlijn 2005/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende geharmoniseerde River Information Services (RIS) op de binnenwateren in de Gemeenschap Tijdschema: De bepalingen van de richtlijn worden binnen een termijn van 5 jaar na de NL 42 NL

44 BIJLAGE XXXIII bij HOOFDSTUK 7: VERVOER van TITEL V: ECONOMISCHE EN SECTORALE SAMENWERKING 1. De partijen erkennen het belang van betere transportverbindingen, waarbij gezorgd wordt voor vlottere, veiligere en meer betrouwbare verbindingen. Dit is in het wederzijds voordeel van de EU en Oekraïne. De partijen zullen samenwerken om de transportverbindingen verder te ontwikkelen, met name door: (a) (b) (c) beleidssamenwerking, verbeterde administratieve procedures bij grensposten en het wegwerken van knelpunten inzake infrastructuur; samenwerking binnen het Vervoerspanel voor het Oostelijk Partnerschap, een resultaatgericht permanent kader voor samenwerking op het vlak van vervoer tussen de EU en de landen van het Oostelijk Partnerschap; samenwerking met internationale financiële instellingen die kan bijdragen tot betere transportvoorzieningen; (d) verdere ontwikkeling van een Oekraïens coördinatiemechanisme en informatiesysteem om de doeltreffendheid en transparantie van infrastructuurplanning te kunnen garanderen, inclusief verkeersbeheersystemen, heffingen en financiering; (e) (f) (g) (h) goedkeuring van acties ter vergemakkelijking van de grensoverschrijding overeenkomstig de bepalingen in het onderdeel douane van deze overeenkomst waarbij gestreefd wordt naar een betere werking van het vervoersnetwerk om zo de vervoersstromen tussen Oekraïne, zijn partners in de regio en de EU soepeler te laten verlopen; uitwisseling van beproefde werkmethoden inzake financieringsmogelijkheden van projecten (zowel infrastructuur als horizontale maatregelen), inclusief publiek-private partnerschappen, desbetreffende wetgeving en tolheffing; in voorkomend geval rekening te houden met de milieubepalingen die zijn opgenomen in het onderdeel milieu van deze overeenkomst, in het bijzonder de strategische effectbeoordeling, milieueffectbeoordeling, richtlijnen inzake milieu en luchtkwaliteit; ontwikkeling van een efficiënt verkeersbeheerssysteem zoals het Europees beheersysteem voor het spoorverkeer (ERTMS) op regionaal niveau, waarbij gestreefd wordt naar kosteneffectiviteit, interoperabiliteit en hoge kwaliteit. 2. De partijen nemen kennis van de door Oekraïne ingediende indicatieve kaarten. De partijen werken samen met het oog op de totstandkoming van een strategisch vervoersnetwerk van Oekraïne dat verbonden is met zowel het TEN-T netwerk als de regionale netwerken. 3. De partijen streven ernaar projecten van wederzijds belang in kaart te brengen die gelegen zijn op het strategisch vervoersnetwerk van Oekraïne. NL 43 NL

45 4. Kaarten NL 44 NL

46 NL 45 NL

47 NL 46 NL