Regeling Stimulans Innovatieve Leeromgevingen BVE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Regeling Stimulans Innovatieve Leeromgevingen BVE"

Transcriptie

1 OCenW-Regelingen Regeling Stimulans BVE Bestemd voor: Instellingen uit de BVE-sector (zowel bekostigd als nietbekostigd); landelijke organen. Algemeen verbindend voorschrift Datum: 24 januari 2001 Kenmerk: BVE/B/2000/48049 Datum inwerkingtreding: 1 januari 2001 Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t. Juridische grondslag: artikel 2.2.3, derde lid, artikel , tweede lid en artikel , tweede lid Wet educatie en beroepsonderwijs, artikel 4 Wet overige OCenW-subsidies. Relatie tot eerdere mededelingen: n.v.t. Informatie verkrijgbaar bij: CFI/ICO/BVH, De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, Gelet op artikel 2.2.3, derde lid, artikel , tweede lid, en artikel , tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs en artikel 4 van de Wet overige OCenWsubsidies; Besluit 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. minister: de minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen; b. wet: de Wet educatie en beroepsonderwijs; c. instelling: een instelling als bedoeld in artikel 1.3.1, artikel 1.4.1, of artikel 1.4.1a van de wet, of een instituut als bedoeld in artikel van de wet, of een hogeschool als bedoeld in artikel van de wet; d. landelijk orgaan: een landelijk orgaan als bedoeld in artikel van de wet; e. onderwijsondersteunende instelling: het Centrum voor Innovatie van Opleidingen, genoemd in artikel 12, vierde lid, van de Wet subsidiëring landelijke onderwijsondersteunende activiteiten, dan wel een instelling als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de Wet subsidiëring landelijke onderwijsondersteunende activiteiten; f. ondernemer: een natuurlijke persoon voor wiens rekening of mede voor wiens rekening een onderneming in de zin van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 wordt gedreven, dan wel een rechtspersoon in de zin van artikel 3, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek; g. een project: een samenhangend geheel van werkzaamheden gericht op de doelstelling, bedoeld in artikel 2; h. consortium: een geen rechtspersoonlijkheid bezittend samenwerkingsverband van een instelling, een landelijk orgaan, een onderwijsondersteunende instelling of een ondernemer, waarvan tenminste een instelling én een landelijk orgaan deel uit maken als het gaat om een project ten behoeve van het beroepsonderwijs en waarvan tenminste een instelling deel uitmaakt als het gaat om een educatieproject; i. aanvrager: het bevoegde orgaan van een instelling of landelijk orgaan dat namens het consortium de bijdrageaanvraag indient en na goedkeuring van het project als bijdrageontvanger optreedt; j. samenwerkingsovereenkomst: een door de bevoegde organen van de organisaties en de natuurlijke personen van het consortium ondertekend document afkomstig van de daarin genoemde aanvrager, waaruit het voornemen van het consortium blijkt van geza- NUMMER februari 2001

2 Regeling Stimulans menlijke uitvoering voor gezamenlijke rekening, van een op de doelstelling van deze regeling gericht project; k. Senter: het agentschap van het Ministerie van Economische Zaken waar de uitvoering van de regeling is ondergebracht; l. cofinanciering: dat gedeelte van de kosten van het project dat gefinancierd wordt door het consortium of door derden die niet bij de uitvoering van het project betrokken zijn; m. apparaatskosten: kosten ten behoeve van de uitvoering van de regeling; n. bijdrage: het bedrag, bedoeld in artikel 2.2.3, derde lid, van de wet, dat als aanvullende vergoeding aan de rijksbijdrage wordt toegevoegd ingeval het een instelling als bedoeld in artikel , in artikel of in artikel van de wet betreft, of, het bedrag, dat op grond van artikel 4 van de Wet overige OCenW-subsidies als subsidie wordt toegekend ingeval het een instelling als bedoeld in artikel of in artikel 1.4.1a van de wet, of een landelijk orgaan betreft. Artikel 2 Doelstelling van de regeling en de projecten Het doel van de regeling is het verstrekken van een bijdrage ter stimulering van projecten die een opleiding of delen van een opleiding van het reguliere BVE-onderwijs innoveren door een aantrekkelijke en rijk gedifferentieerde leeromgeving te ontwikkelen, waarin bestaande of nieuwe informatie- en communicatietechnologietoepassingen geïntegreerd worden, en deze leeromgeving te implementeren. De informatie- en communicatietechnologietoepassingen dienen via Kennisnet gebruikt te kunnen worden. Artikel 3 Vaststelling bijdrageplafond 1. Voor bijdrageverlening op grond van deze regeling is in 2001 een maximaal verplichtingenbedrag van ƒ ,- beschikbaar inclusief apparaatskosten. 2. De minister maakt jaarlijks voor 1 december in het officiële publicatieblad van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen bekend welk bedrag in het eerstvolgende kalenderjaar beschikbaar is voor bijdrageverlening op grond van deze regeling. 1. De minister verleent op aanvraag aan een aanvrager een bijdrage voor een door het consortium uit te voeren project als bedoeld in artikel Een aanvraag om bijdrage voor 2001 wordt in de periode van 2 januari tot en met 30 maart, of in de periode van 2 april tot en met 14 september van 2001 schriftelijk ingediend bij Senter. 3. De minister maakt in de publicatie, bedoeld in artikel 3, tweede lid, tevens de periodes van indiening van de aanvraag op grond van deze regeling voor het eerstvolgende kalenderjaar bekend. 4. De bijdrage voor het project bedraagt voor aanvragen gedaan in 2001 ten hoogste ƒ Voor aanvragen ingediend vanaf 1 januari 2002 bedraagt de bijdrage ten hoogste Euro. 5. Indien voor het project vanwege een gemeente, een provincie, of de rijksoverheid, een subsidie is of wordt verstrekt, wordt slechts een zodanig bedrag als bijdrage ter beschikking gesteld, dat per project het totale bedrag aan bijdrage en subsidie niet meer bedraagt dan vijftig procent van de kosten van het project. 6. De aanvraag bevat in ieder geval een projectvoorstel dat bestaat uit een volledig ingevuld en door de aanvrager ondertekend aanvraagformulier dat vergezeld gaat van: a. een projectplan; b. een samenwerkingsovereenkomst; c. een machtiging van de organisaties of natuurlijke personen van het consortium ten behoeve van de aanvrager, d. een begroting. 7. Voor de berekening van de hoogte van de bijdrage komen voor de kosten van het project uitsluitend in aanmerking: a. loonkosten van personeel van een of meer organisaties of natuurlijke personen van het consortium; b. aan derden verschuldigde kosten terzake van door hen verrichtte arbeid in het kader van het project; c. een opslag voor algemene kosten, niet hoger dan veertig procent van de onder a bedoelde loonkosten van het project; d. materiaalkosten van het project. 8. Het aandeel in de kosten van het project dat aan derden wordt besteed, bedraagt maximaal vijfentwintig procent van de kosten van het project. 2 Aanvraag en beslissing op aanvraag Artikel 4 Aanvraag van bijdrage Artikel 5 Voorwaarden gesteld aan het project Een aanvraag voldoet in ieder geval aan de volgende voorwaarden: a. het project is gericht op de doelstelling, bedoeld in artikel 2; b. het project wordt uitgevoerd door een consortium dat over de vereiste deskundigheid beschikt om het pro- NUMMER februari 2001

3 ject succesvol te kunnen uitvoeren, waarbij in voldoende mate de betrokkenheid van docenten, het management 7. Het secretariaat van de jury wordt gevoerd door Senter. en de dagelijkse leiding van de instellingen ver- zekerd is; 8. De bescheiden betreffende de werkzaamheden van de jury worden na beëindiging van de werkzaamheden c. het projectvoorstel bevat de afspraken die de organisaties of natuurlijke personen van het consortium hebben van de jury opgeborgen in het archief van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. vastgelegd omtrent coproductie, exploitatie en dis- tributie; 9. De jury verstrekt desgewenst aan de minister de voor de uitoefening van zijn taak benodigde inlichtingen. d. door de aanvrager is cofinanciering gegarandeerd tot een bedrag dat tenminste gelijk is aan het bedrag van de aangevraagde bijdrages; De minister kan inzage vorderen van zakelijke gegevens en bescheiden, voor zover dat voor zijn taak redelijkerwijs nodig is. e. de voorgestelde opbrengst van het project is duidelijk en concreet beschreven en controleerbaar; 10. De jury stelt na elke aanvraagperiode een verslag op van haar werkzaamheden en het gevoerde beleid in de f. het projectvoorstel bevat een beschrijving van de wijze waarop de publieke beschikbaarheid en verspreiding van de opbrengst van het project tot stand komt; voorliggende periode. Het verslag wordt aan de minister toegezonden en met inachtneming van de Wet openbaarheid van bestuur algemeen verkrijgbaar g. de aanvrager draagt zorg voor de publieke beschikbaarheid gesteld. en verspreiding van de opbrengst van het project, waaronder in ieder geval de verspreiding van de projectopbrengsten via BVE-net en Kennisnet; 11. De voorzitter en leden van de jury gaan uit van de vertrouwelijkheid van de verkregen informatie, zowel gedurende de looptijd van deze beschikking alsmede h. de projectuitvoering is duidelijk en concreet beschreven en voldoet aan eisen van kwaliteit en soliditeit; na beëindiging daarvan, jegens derden waarvan redelijkerwijs te verwachten is dat bekendmaking de aanvragers i. de hierboven genoemde voorwaarden zijn evenwichtig en op een duidelijke en heldere wijze in het projectplan uitgewerkt en onderling afgestemd; van projectvoorstellen en overige betrokkenen kan schaden. j. de projectuitvoering start binnen zes maanden na verlening van de bijdrage; Artikel 7 k. de projectuitvoering is uiterlijk per 31 december 2005 Advisering voltooid; 1. De minister wint omtrent een aanvraag het advies in l. de aanvrager stemt in met de voorwaarden die de van de jury Stimulans innovatieve leeromgevingen. minister stelt met betrekking tot informatieverschaffing, verantwoording, verslaglegging en intrekking of wijziging van de bijdrage. Artikel 6 Jury 2. De jury geeft aan de minister in ieder geval een negatief advies: a. indien de aanvraag niet voldoet aan deze regeling en de daarop berustende bepalingen; b. indien de jury van mening is dat in onvoldoende mate sprake is van het vermogen om een verbetering aan te brengen in het primaire onderwijsproces 1. Er is een jury Stimulans innovatieve leeromgevingen die tot taak heeft de minister op zijn verzoek te adviseren omtrent de aanvragen om bijdrage op grond van deze regeling. bij de instellingen met gebruikmaking van informatie- en communicatietechnologie; c. indien de samenstelling van het consortium, de samenwerkingsbereidheid en de aanwezige deskundigheid 2. De jury bestaat uit een voorzitter en drie andere leden. De leden zijn deskundig op het terrein waarop de jury een taak heeft. binnen het consortium naar het oordeel van de jury geen vertrouwen biedt in het tot een goed einde brengen van het project. 3. De voorzitter en de leden worden door de minister voor een termijn van ten hoogste twee jaar benoemd. Ze zijn te allen tijde opnieuw benoembaar. 3. De jury rangschikt de aanvragen waaromtrent zij positief adviseert zodanig, dat een aanvraag in een periode hoger gerangschikt wordt naar de mate waarin het 4. De jury stelt zijn eigen werkwijze vast. project meer geschikt is om bij te dragen aan de doelstelling 5. Een lid van de jury neemt niet deel aan de voorbereiding en vaststelling van een advies indien hij een persoonlijk belang heeft bij de beschikking op de aanvraag. van de regeling, en voor zover de helft van het totale bedrag genoemd in artikel 3, eerste lid, in de eerste periode en het totale bedrag, genoemd in artikel 3, eerste lid, in de tweede periode, door verlening van 6. De minister kan waarnemers aanwijzen, die het recht hebben de vergaderingen van de jury bij te wonen. de gevraagde bijdrage niet wordt overschreden. De jury vergelijkt de aanvragen en let daarbij in het bijzonder op: Regeling Stimulans NUMMER februari 2001

4 Regeling Stimulans a. samenwerking; b. inhoud; c. verstrekkendheid van het project, en d. de kwaliteit van de projectorganisatie. Artikel 8 Besluit minister 1. De minister beslist uiterlijk dertien weken na afloop van de periode, bedoeld in artikel 4, tweede lid, waarin de aanvraag is ingediend, op de aanvraag. Indien de minister niet binnen dertien weken kan beslissen, deelt hij de aanvrager mede binnen welke termijn de beslissing wel tegemoet kan worden gezien. 2. De minister wijkt niet dan gemotiveerd af van het advies van de jury. 3. De minister beslist in ieder geval afwijzend op een aanvraag indien: a. de jury een negatief advies heeft uitgebracht; b. niet of niet volledig is voldaan aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 5, met dien verstande dat indien de aanvraag onvolledig is de minister de aanvrager hiervan in kennis stelt en de aanvrager de gelegenheid geeft de aanvraag binnen twee weken na kennisgeving aan te vullen. 4. Onverminderd het bepaalde in deze regeling kan de minister aanvragen waarin niet geheel voldaan is aan de samenstellingsvoorschriften van het consortium, maar die wel een positief advies van de jury hebben gekregen, honoreren mits aan de overige voorwaarden is voldaan. 5. De minister verdeelt het beschikbare bedrag, bedoeld in artikel 3, eerste lid, in de volgorde van de door de jury bepaalde rangschikking, bedoeld in artikel 7, derde lid. 6. De minister kan afwijken van het door de jury uitgebrachte advies, indien het advies in strijd is met deze regeling dan wel niet op zorgvuldige wijze tot stand is gekomen. 7. Bijdrageverlening geschiedt onder de voorwaarde dat bij de vaststelling of goedkeuring van de begroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen voldoende gelden ter beschikking worden gesteld. 8. Bij het niet vervullen van de voorwaarde, bedoeld in het zesde lid, worden de op grond van artikel 4 verleende bijdragen verlaagd tot het bedrag van de bijdrage dat na de vaststelling of goedkeuring van de begroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen ter beschikking staat, een en ander naar rato van het aantal aanvragers aan wie een bijdrage is verleend en van de hoogte van de verleende bijdragen. Artikel 9 Voorschotten 1. De bijdrage wordt als volgt verstrekt: a. het eerste voorschot wordt verstrekt binnen vier weken op grond van een positieve beslissing op de aanvraag, bedoeld in artikel 8, eerste lid, en bedraagt zestig procent, en b. het tweede voorschot wordt verstrekt halverwege de looptijd van het project, mits de tussenrapportages, bedoeld in artikel 10, eerste lid, of bedoeld in artikel 12, eerste lid, positief zijn beoordeeld, en bedraagt twintig procent. c. het derde voorschot wordt verstrekt na goedkeuring van het verslag van de projectactiviteiten en ontvangst van het financieel verslag, bedoeld in artikel 10, vierde lid, met goedkeurende verklaring van de accountant, bedoeld in artikel 10, vijfde lid ingeval de bijdrage als subsidie wordt verleend, dan wel na goedkeuring van de eindafrekening en het verslag van de projectactiviteiten, bedoeld in artikel 12, zevende lid, ingeval de bijdrage als aanvullende vergoeding wordt toegekend, en bedraagt twintig procent 2. Vanaf 1 januari 2002 wordt de uitbetaling van de bijdrage gedaan in Euro s. 3 De bijdrage verleend als subsidie Artikel 10 Verantwoording subsidie 1. De aanvrager dient elke zes maanden gedurende de looptijd van het project een rapportage in, waarin de voortgang van het project inhoudelijk en financieel beschreven is. 2. De aanvrager dient binnen zes weken na afloop van het project zijn aanvraag tot subsidievaststelling als bedoeld in artikel 4:44 van de Algemene Wet Bestuursrecht in. 3. De aanvraag tot subsidievaststelling bestaat uit een financieel verslag en een verslag van de projectactiviteiten, waarin de aanvrager rekening en verantwoording aflegt omtrent de verrichte projectactiviteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten, voor zover deze voor de vaststelling van de subsidie van belang zijn. 4. In het financieel verslag en het verslag van de projectactiviteiten wordt tot uitdrukking gebracht in hoeverre sprake is van een behoorlijke uitvoering van de projectactiviteiten waarvoor subsidie is verstrekt en van de daarmee behaalde resultaten alsmede van een doelmatige aanwending van de subsidie. NUMMER februari 2001

5 5. Het financieel verslag gaat vergezeld van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. De verklaring 6. In de jaarrekening van het jaar of de jaren, waarin het project nog niet is voltooid, wordt aangegeven wat de stand is van de uitgaven in relatie tot de aanvullende vergoeding. heeft tevens betrekking op het onderzoek van de naleving van de aan de subsidie verbonden voorwaarden. 7. In de eindafrekening en het verslag van de projectactiviteiten wordt tot uitdrukking gebracht in hoeverre 6. Het verslag van de projectactiviteiten bevat een overzicht van de werkzaamheden waarvoor subsidie is verstrekt en van de daarmee bereikte resultaten. sprake is van een behoorlijke uitvoering van de projectactiviteiten waarvoor aanvullende vergoeding is verstrekt en van de daarmee behaalde resultaten alsmede 7. Het verslag van de projectactiviteiten bevat, voorzover van toepassing, een analyse van de verschillen tussen van een doelmatige aanwending van de aanvul- lende vergoeding. de voorgenomen projectactiviteiten en beoogde resultaten, vermeld in het projectplan, en de feitelijke realisatie. 8. Het verslag van de projectactiviteiten bevat een overzicht van de werkzaamheden waarvoor aanvullende vergoeding is verstrekt en van de daarmee bereikte resultaten. Artikel Het verslag van de projectactiviteiten bevat, voorzover van toepassing, een analyse van de verschillen tussen Vaststelling subsidie De minister geeft een beschikking tot vaststelling van de subsidie binnen drie maanden na ontvangst van de aanvraag de voorgenomen projectactiviteiten en beoogde resultaten, vermeld in het projectplan, en de feitelijke realisatie. tot subsidievaststelling. Indien de beschikking niet binnen drie maanden na ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling kan worden gegeven, stelt de minister de betrokkene daarvan in kennis en noemt hij daarbij een redelijke termijn waarbinnen de beschikking tegemoet kan worden gezien. Artikel 13 Terugvordering aanvullende vergoeding De aanvullende vergoeding, bedoeld in artikel 3, kan worden geweigerd of geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd van een aanvrager, indien: a. de aanvrager onjuiste, niet tijdige of voor de beoordeling 4 De bijdrage toegekend als aanvullende vergoeding van de uitvoering van de regeling onvolledige gegevens heeft verstrekt; b. het project niet is gestart, aanzienlijk is vertraagd of voortijdig wordt beëindigd; Artikel 12 Verantwoording aanvullende vergoeding c. de ontvanger van de aanvullende vergoeding of subsidie heeft gehandeld in strijd met de aan de aanvullende 1. De aanvrager dient elke zes maanden gedurende de vergoeding of subsidies verbonden verplichtingen; looptijd van het project een rapportage in, waarin de voortgang van het project inhoudelijk en financieel beschreven is. d. de ontvanger van de aanvullende vergoeding of subsidie kennelijk in strijd met het doel van de aanvullende vergoeding of subsidie heeft gehandeld, of 2. De aanvrager verantwoordt de aanvullende vergoeding door een inhoudelijke verantwoording van de in artikel 4 bedoelde verplichtingen en een financiële verantwoording in de jaarrekening. e. de verlening van de aanvullende vergoeding of subsidie onjuist was en de ontvanger dit wist of behoorde te weten. 3. De aanvrager zendt de inhoudelijke verantwoording, bedoeld in het tweede lid, uiterlijk zes weken na voltooiing van het project aan de minister. 5 Slotbepalingen 4. De aanvrager verantwoordt de aanvullende vergoeding afzonderlijk bij de jaarrekening over het kalenderjaar waarin het project is voltooid volgens de voorschriften zoals opgenomen in de OcenW-Richtlijnen Financieel Jaarverslag. Deze verantwoording wordt gezien als de eindafrekening. Artikel 14 Bewaarplicht De aanvrager bewaart de boeken en bescheiden en informatie op andere informatiedragers die verband houden met de toepassing van deze regeling, gedurende tenminste 5. De eindafrekening bevat een overzicht van de verstrekte aanvullende vergoeding, de uitgaven die ten laste van deze vergoeding zijn gebracht en het eindsaldo. zeven jaar na datum waarop de toewijzing heeft plaatsgevonden. Regeling Stimulans NUMMER februari 2001

6 Regeling Stimulans Artikel 15 Publicatie Deze regeling wordt met de toelichting in Uitleg OCenW- Regelingen geplaatst. Van deze plaatsing wordt mededeling gedaan in de Staatscourant. Artikel 16 Inwerkingtreding 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van Uitleg OCenW-Regelingen waarin deze regeling is bekendgemaakt, werkt terug tot en met 1 januari 2001 en vervalt per 31 december Verplichtingen die naar hun aard bestemd zijn om ook na beëindiging van de regeling voort te duren, blijven na beëindiging van de regeling bestaan. Regeling SILO De onderhavige Regeling SILO bouwt voort op de Regelingen BVE-2000 van de voorafgaande jaren. Net als in de BVE-2000 regeling is het doel het gebruik van ICT in het onderwijsproces te stimuleren, maar met SILO komt er meer nadruk te liggen op het ontwikkelen van content (applicatie-inhoud) voor Kennisnet. Bovendien kunnen nu naast de bekostigde instellingen ook de niet-bekostigde, particuliere instellingen als consortiumaanvoerders aanvragen indienen. De kern van de regeling is het versterken van initiatieven gericht op innovatie van leeromgevingen door gebruikmaking van informatieen communicatietechnologie. Deze activiteiten moeten resulteren in vernieuwingen in het primaire onderwijsproces en tevens via Kennisnet gebruikt kunnen worden. Artikel 17 Citeertitel Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling Stimulans innovatieve leeromgevingen De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, drs. L.M.L.H.A. Hermans Toelichting Inleiding De BVE-sector maakt een ingrijpend transformatieproces door en staat voor een aantal nieuwe uitdagingen. Een van die uitdagingen vloeit voort uit de toenemende betekenis van informatie- en communicatietechnologie (ICT) in de arbeidssector en in de samenleving als geheel. Gelet op de sterke verwevenheid van de BVE-sector met de samenleving en met de wereld van arbeid en beroep is het van belang dat ICT ook een prominente rol inneemt in de onderwijsprogramma s en de eindtermen. Tegelijkertijd biedt ICT mogelijkheden tot belangrijke en noodzakelijke vernieuwingen in het primaire proces van het onderwijs. Digitale leermiddelen, netwerktechnologie, multimedia enz. kunnen een belangrijke rol vervullen bij de versterking van de kwaliteit, de effectiviteit en de aantrekkelijkheid van het onderwijs in de educatie en het beroepsonderwijs. De integratie van ICT in het onderwijs wordt mede nagestreefd door het aansluiten van instellingen op Kennisnet en het via Kennisnet gebruik maken van een standaard dienstenpakket, dit ter ondersteuning van het onderwijsproces. Innovatie De innovatie van een opleiding of delen van een opleiding moet zijn gebaseerd op een (nieuw) onderwijsconcept. Het kan dan bijvoorbeeld gaan om onderwijsconcepten zoals: probleemgestuurd leren (PGO), projectonderwijs, competentieleren, zelfstandig leren, leren leren e.d. Daarbij kunnen de aanvragers ervoor kiezen om het onderwijsconcept tevens te richten op een betere afstemming van het leerproces op de behoeften en vaardigheden van individuele leerlingen. Het gaat dan bijvoorbeeld om de ontwikkeling van didactisch goed opgezette individuele leertrajecten waarmee leerlingen in eigen tempo (en eventueel plaatsonafhankelijk) de opleiding kunnen volgen en afsluiten. De onderwijskundige visie die ten grondslag ligt aan het gekozen onderwijsconcept is bij voorkeur tevens terug te vinden in het beleid van de instelling. Voor de innovatie van een opleiding of delen van een opleiding zal een heroriëntatie op de bestaande lesmaterialen (inclusief ICT-toepassingen) en de behoefte aan nieuwe, nog te ontwikkelen ICTtoepassingen noodzakelijk zijn. Leeromgeving Tevens dient de leeromgeving opnieuw bekeken en waar nodig geïnnoveerd te worden, zodat aantrekkelijke en rijk gedifferentieerde leeromgevingen ontstaan. Het gaat bij een leeromgeving om de samenhang tussen de inhoud van de opleiding en de omstandigheden waaronder de leerling de lesstof tot zich neemt. Een leeromgeving omvat onder andere: de lesstof (de kennis, de vaardigheden, de eindtermen e.d.); de didactiek; de begeleiding van de leerlingen; NUMMER februari 2001

7 de toetsen en de examens; de leermiddelen (boeken, cd-roms, simulaties e.d.); de hulpmiddelen ( het open leercentrum OLC, internet, de elektronische leeromgeving ELO e.d.); de wijze waarop ICT in de opleiding is geïntegreerd; de beroepspraktijkvorming; de sociale context (de wijze waarop de leerling samen danwel individueel leren en communiceren, de rol van de docent, de relatie praktijkopleider-leerling-docent, de aandacht voor doelgroepen e.d.); de plaats waar geleerd wordt en de eventuele mogelijkheden om de opleiding (deels) op afstand te volgen. ICT-toepassingen ICT kan in de opleiding bijvoorbeeld worden ingezet: als leermiddel, bijvoorbeeld cd-roms, simulaties, opdrachten die in het open leercentrum uitgevoerd worden, zoeken op internet e.d.; als lesstof, waarbij de leerling leert omgaan met de ICT-toepassingen waarmee in de praktijk wordt gewerkt; als communicatiemiddel tussen leerlingen onderling en tussen docent/ praktijkopleider en leerlingen; als toets- en exameninstrument; als middel, voor zowel de docent als de leerling, om het leerproces te volgen; als middel om de opleiding te structureren, bijvoorbeeld door het gebruik van een elektronische leeromgeving. De ICT-toepassingen, die voor de opleiding of delen van een opleiding van belang zijn, moeten in de leeromgeving worden geïntegreerd zodat zij een meerwaarde hebben voor het primaire onderwijsproces. Uitvoering van de regeling De regeling SILO wordt uitgevoerd door Senter. Dat wil zeggen dat Senter zorg draagt voor de behandeling van de aanvragen en van de rapportages en verantwoordingen die door de aanvrager moeten worden ingediend. Bovendien houdt Senter het toezicht op de uitvoering van de projecten die zijn toegekend. De aanvragen worden beoordeeld door een onafhankelijke jury. Bij de beoordeling door de jury staat de door de aanvrager verstrekte informatie centraal. Senter verzorgt het secretariaat van de jury. De jury brengt een advies uit aan de minister over de ingediende aanvragen. Senter is ook een belangrijke informatiebron voor potentiële aanvragers. Zij kunnen bij Senter terecht voor informatie over de procedure, de beoordelingswijze, de wijze van financiering en het uitwerken van het voorstel. Het verdient dan ook drin- gend aanbeveling om reeds in een voorstadium contact met Senter op te nemen. Senter zal zo spoedig mogelijk na het verschijnen van deze regeling een handleiding publiceren met daarin nadere aanwijzingen voor de opstelling van projectaanvragen. Deze handleiding bevat ook de formulieren die voor de projectaanvragen moeten worden gebruikt. Senter is bereiken via onderstaand adres: Grote Marktstraat 43 Postbus GS Den Haag tel fax: internet: Artikelsgewijze toelichting Artikel 1, onder c Met de omschrijving van instellingen worden in deze regeling wel de regionale opleidingencentra (roc s), de vakinstellingen, de niet-bekostigde, particuliere onderwijsinstellingen en de beroepsopleidingen aan de instituten voor doven en van de hogescholen Haarlem en Tilburg bedoeld, maar de regeling is niet van toepassing op agrarische opleidingscentra. Wel is het voor agrarische opleidingscentra mogelijk om deel uit te maken van een consortium. Artikel 1, onder h Uitgangspunt is dat het consortium een gelegenheidsbundeling van krachten is. Een samenwerkingsverband dat zodanig geïnstitutionaliseerd is dat het rechtspersoonlijkheid bezit, kan geen bijdrage op grond van deze regeling aanvragen. Artikel 1, onder l Aan de cofinanciering worden met betrekking tot deze regeling duidelijke eisen gesteld. Cofinanciering (die bepalend is voor de hoogte van de aanvullende vergoeding) wordt alleen dan meegenomen in de berekening indien deze afkomstig is van de organisaties of natuurlijke personen van het consortium, of anderen, niet zijnde uitvoerenden (de zogeheten sponsors). Bijdragen van derden die worden ingeschakeld bij de uitvoering van het project worden dus niet meegenomen bij de berekening van de cofinanciering. Een organisatie of natuurlijk persoon die deel uitmaakt van het consortium kan niet gelijktijdig als derde bij het project betrokken zijn. Bijdragen van andere overheden wordt evenmin gezien als cofinanciering. Ook komen niet alle kosten in aanmerking. De cofinanciering Regeling Stimulans NUMMER februari 2001

8 Regeling Stimulans dient betrekking te hebben op de kosten van het project (zie hiervoor de toelichting op artikel 4). Indien de cofinanciering mede betrekking heeft op andere kosten dan die genoemd in de regeling SILO wordt slechts het gedeelte van de cofinanciering in aanmerking genomen dat betrekking heeft op de kosten genoemd in deze regeling. Artikel 1, onder n In deze regeling wordt de term bijdrage gebruikt voor zowel de aanvullende vergoeding als de subsidie. Voor niet-bekostigde instellingen is het niet mogelijk een aanvullende vergoeding te krijgen, een subsidie op basis van artikel 4 Wet Overige OCenW-subsidies daarentegen is wel mogelijk. Voor de bekostigde instellingen geldt het omgekeerde, zij krijgen hun bijdrage als aanvullende vergoeding gebaseerd op de genoemde bepalingen uit de WEB. Op de subsidie is ingevolge de bepalingen uit de Wet Overige OCenW-subsidies Titel 4.2 van de Algemene Wet Bestuursrecht, met uitzondering van afdeling 4.2.8, van de Awb, van toepassing. In artikel 10 van de regeling is de verantwoording geregeld voor de instellingen die de bijdrage als subsidie hebben verkregen, terwijl de verantwoording van de instellingen die de aanvullende vergoeding hebben gekregen gebeurt op grond van artikel 12 van de regeling. waaronder het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, het totaal aan bijdrages niet meer mag bedragen dan 50% van de totale projectkosten. De andere 50% dient dus altijd, behalve als het om een Europese subsidie gaat, door cofinanciering aangevuld te worden. Artikel 4, zesde lid Een aanvraag om subsidie wordt alleen in behandeling genomen indien deze compleet is. Dat is het geval indien hij de volgende zaken bevat: 1. een projectplan met een gedetailleerde beschrijving van het project volgens de opzet in de handleiding die bij Senter verkrijgbaar is; 2. originele samenwerkingsovereenkomsten die de aanvrager heeft gesloten met elk van de consortiumleden; 3. machtigingen van de consortiumleden waarmee de aanvrager de subsidie namens hen kan aanvragen; 4. een begroting van alle projectkosten voor de gehele looptijd van het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd, inclusief een onderbouwing door middel van een uitgewerkt activiteitenplan; 5. een beschrijving van de activiteiten voor verspreiding van de projectresultaten. Voor de indiening dient de aanvrager gebruik te maken van een formulier dat bij Senter verkrijgbaar is. Artikel 4, tweede lid Artikel 4, zevende lid Voor 2001 zijn twee tenders gepland. De eerste heeft als sluitingsdatum 30 maart 2001, de tweede 14 september Projecten die na de respectievelijke data bij Senter worden ingediend, zullen pas bij de volgende tender (indien voorzien) worden beoordeeld. De datum van indiening van een project is bepalend voor de beantwoording van de vraag welke kosten voor subsidie in aanmerking komen. Deze wordt ingeval van toekenning slechts verleend voor kosten die gemaakt zijn na de datum waarop het plan is ingediend. Artikel 4, vijfde lid Essentie bij de uitvoering van SILO is dat financiële middelen (in de vorm van een aanvullende vergoeding of een subsidie) worden toegekend aan projecten, waaraan de deelnemers ook zelf een substantiële bijdrage leveren. Een subsidie die vanwege de Commissie van de Europese Unie is of wordt verstrekt wordt niet in mindering gebracht op de subsidie die op basis van deze regeling is of wordt verstrekt. Wel geldt als beperking dat als er al een bijdrage is of wordt verstrekt voor het betreffende project door een gemeente, een provincie of de overheid, Dit artikel onderscheidt vier kostencategorieën die bij de vaststelling van de aanvullende vergoeding relevant zijn: a. Loonkosten: het gaat hier om loonkosten verbonden aan de inzet van eigen personeel van een deelnemer binnen het consortium. Er wordt daarbij onderscheid gemaakt tussen enerzijds personeel van instellingen en landelijke organen en anderzijds personeel van bedrijven van de deelnemende ondernemers. Voor de bepaling van de kosten op grond van dit artikel worden de onderwijsondersteunende instellingen gelijkgesteld met ondernemers. Voor de daadwerkelijke implementatie van de projectresultaten in de instelling kan het nodig zijn om de professionaliteit van docenten te versterken, door hen opleidingen te laten volgen die een duidelijke relatie hebben met de inhoud van het project. De cursuskosten van deze opleidingen zijn in het kader van deze regeling subsidiabel. Dat geldt echter niet voor de vervangingskosten ofwel de loonkosten van de docent die de cursus volgt. b. Kosten aan derden: onder aan derden verschuldigde kosten worden gerekend kosten ter zake van door hen verrichte arbeid, exclusief winstopslagen bij transacties binnen een groep. NUMMER februari 2001

9 c. Opslag voor algemene kosten: onder een opslag voor algemene kosten, vallen uitgaven voor faciliteiten of ondersteunende activiteiten. De beperking tot maximaal 40% van de loonkosten van het project is aangebracht om voldoende innovatieve activiteiten te garanderen. d. Materiaalkosten: onder materiaalkosten kunnen de kosten voor aanschaf van specifiek voor het project te gebruiken apparatuur worden gerekend. Het moet dan gaan om apparatuur waarvan het gebruik een functionele relatie heeft met het project. De betreffende kosten mogen echter geen substantieel deel van de kosten van het project uitmaken. De kosten worden in aanmerking genomen met inbegrip van omzetbelasting, indien de organisatie in het consortium die de kosten heeft gemaakt, omzetbelasting niet kan verrekenen met door hem af te dragen omzetbelasting. Voorzover het gaat om de kosten van apparatuur of software die wordt aangeschaft ten behoeve van het project, worden de kosten meegenomen op afschrijvingsbasis met een afschrijvings-periode van drie jaar. Voor de levering van apparatuur en software wordt uitgegaan van de op basis van de prijslijst geldende bedragen onder overlegging van een prijslijst zoals die gold niet later dan drie maanden voor de aanvraag. Bij gebreke van een prijslijst wordt door Senter zelf een redelijk vergoeding vastgesteld. Als prijs geldt steeds de laagste prijs die een klant onder vergelijkbare omstandigheden moet betalen. Artikel 4, achtste lid Instellingen dienen zelf een belangrijk deel van de uitvoerende werkzaamheden ter hand te nemen om de implementatie van ICT te laten aanslaan en te verankeren. Er is daarom een grens gesteld aan de inbreng van derden. Het aandeel van 25% van de kosten voor het project voor derden geldt als maximum. Artikel 5 Om het beoogde effect van deze regeling te bereiken worden projectvoorstellen door de jury Stimulans Innovatieve Leeromgevingen geselecteerd aan de hand van criteria die betrekking hebben op de inhoud en wijze van uitvoering. Deze criteria zijn nader uitgewerkt in de handleiding die bij Senter verkrijgbaar is. Globaal gaat het om het volgende: Samenwerkingsverband Het project moet uitgevoerd worden door een consortium waarin tenminste een of meer onderwijsinstellingen en een of meer relevante partners deelnemen. Het samenwerkingsverband dient te beschikken over de expertise die nodig is voor het realiseren van beoogde producten. Het gaat daarbij om inhoudelijke kennis, expertise op het gebied van onderwijsconcepten, innovatieve leermiddelen of leermethoden of daarmee vergelijkbare instrumenten, expertise voor de toepassing van ICT voor educatieve doeleinden en ervaring met het effectief implementeren en verspreiden van nieuwe producten in het BVE-veld. Het is daarom van belang om in het projectvoorstel de expertise van de afzonderlijke partners te beschrijven en aan te geven welke bijdrage zij leveren aan het project. Het is van belang dat het project stevig in de organisatie van de verschillende partners is ingebed. In het projectvoorstel moet beschreven worden op welke manier docenten, management e.d. bij de uitvoering van het project zijn betrokken. Daarnaast is het van belang dat de partners in het consortium ook in financieel opzicht gecommitteerd zijn aan het project. Het projectvoorstel moet daartoe een overzicht geven van de financiële en personele bijdragen van de verschillende partners aan het project. Zoals is aangegeven onder artikel 4, zevende en achtste lid, is het voor het consortium mogelijk om aanvullende en noodzakelijke expertise bij derden in te kopen. Het projectvoorstel moet ook een beschrijving geven van de expertise van deze derden en hun bijdrage aan het project. In dat geval wordt bij de beoordeling van het voorstel ook gekeken naar de offertes of overeenkomsten met deze derden. Inhoud en innoverend vermogen In het projectplan dient voldoende informatie te staan over het beoogde product of concept. Het plan moet inzicht bieden in het probleem, het vraagstuk of de behoefte die ten grondslag ligt aan het projectvoorstel, in de beoogde oplossing met behulp van ICT, en de wijze en de mate waarin het beoogde product bijdraagt aan de oplossing van het probleem of de behoefte. Van groot belang daarbij is het innovatieve karakter van het beoogde product: het gaat immers om de ontwikkeling van producten en concepten die voor de BVE-sector nieuw zijn. De mate van innovativiteit wordt ook afgemeten aan de huidige stand van zaken op het terrein van leermiddelen en concepten. Mede gelet op de korte levenscyclus van ICTproducten en de toenemende beschikbaarheid van dergelijke producten voor educatieve doeleinden dient duidelijk te Regeling Stimulans NUMMER februari 2001

10 Regeling Stimulans zijn wat de positionering van het beoogde product is in relatie tot de stand van zaken op de leermiddelenmarkt. Verstrekkendheid van het project Het project moet producten opleveren die breed toepasbaar zijn binnen het BVE-veld. Daarvoor is in de eerste plaats van belang een beeld te geven van de toepassingsmogelijkheden van het beoogde product. Het gaat daarbij om de doelgroepen en de branches of sectoren en vakken waarvoor het product geschikt is. Om een brede toepassing mogelijk te maken is bekendheid van het product een eerste voorwaarde. Het consortium moet daaraan een bijdrage leveren. In het projectvoorstel moet daartoe beschreven worden op welke manier de exploitatie en distributie van de producten geregeld is en hoe informatie over de projectresultaten en producten worden verspreid. Kwaliteit projectorganisatie Hiermee wordt bedoeld dat de organisatie van de project een adequate uitvoering van het projectplan waarborgt. Het is daarom belangrijk dat in het projectplan voldoende informatie wordt opgenomen over de fasering en tijdsplanning van de activiteiten, de aard van de activiteiten, de inbreng van de diverse betrokkenen in de projectorganisatie, de verantwoordelijkheden van de betrokkenen en dergelijke. De soliditeit moet ook blijken uit de projectbegroting: deze dient inzicht te bieden in de onderscheiden kostenposten bestaande uit mandagen of -uren, de gehanteerde tarieven of gespecificeerde uitgaven voor materiële voorzieningen. Tenslotte dient de relatie tussen de uit te voeren activiteiten en de in de projectbegroting opgenomen kosten(posten) helder te zijn. Artikel 5, onder g Om het gebruik van Kennisnet in het onderwijs te stimuleren en om ervoor te zorgen dat Kennisnet de plek wordt waar management, docenten, leerlingen en ouders de inhoudelijke ontwikkelingen en innovaties van het BVEonderwijs kunnen volgen, is het belangrijk en binnen de regeling een vereiste dat de informatie over de projectresultaten via Kennisnet verspreid wordt. Hieronder valt de informatie over producten, over ervaringen en over de ondersteuning die u kunt bieden aan andere instellingen die uw projectresultaten gaan gebruiken. Voor de verspreiding van de ontwikkelde ICT-toepassingen zelf biedt de regeling twee mogelijkheden: ofwel de aanvrager stelt de ontwikkelde ICT-toepassingen direct via Kennisnet beschikbaar. De mogelijkheid om daarbij kosten in rekening te brengen bij de gebruiker, is afhankelijk van de toekomstige ontwikkeling van Kennisnet op het gebied van e-commerce; ofwel de aanvrager plaatst de relevante gegevens over de ICT-toepassingen op Kennisnet, indien mogelijk vergezeld van een demo, en u verstrekt daarbij alle voor de gebruiker benodigde informatie over de verkrijgbaarheid van het product. Artikel 5, onder k De maximale looptijd per project is in de regeling niet aangegeven. Wel moeten de projecten waarbij op grond van deze regeling een bijdrage is verstrekt uiterlijk per 31 december 2005 afgerond zijn. Binnen de looptijd moeten de implementatie- en verspreidingsactiviteiten worden uitgevoerd. Het gaat daarbij om de daadwerkelijke implementatie van de leeromgeving in de betreffende opleiding zoals die door de instellingen die deelnemen in het consortium wordt aangeboden en om het stimuleren van de implementatie bij de instellingen buiten het consortium, die de betreffende opleiding eveneens aanbieden. Hiervoor moet de aanvrager een implementatieplan opstellen, dat zo is vormgegeven, dat ook de instellingen buiten het consortium dit plan kunnen toepassen. De tijdsperiode die de aanvrager hiervoor nodig heeft dient hij aan te geven in zijn projectplan en valt binnen het beoordelingskader van de jury. Artikel 5, onder l Dit onderdeel geeft aan dat de aanvrager moet instemmen met de voorwaarden voor informatieverschaffing, verantwoording en verslaglegging. Onder informatieverschaffing wordt ook verstaan dat de kerngegevens in principe openbaar zijn. Dat houdt in dat de gegevens van het consortium en een samenvatting van de inhoud van het project door of in opdracht van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Onderwijs gepubliceerd mogen worden. De voorschriften van de Wet openbaarheid van bestuur worden hierbij vanzelfsprekend in acht genomen. Zie voor de overige voorwaarden voor informatieverschaffing, verantwoording en verslaglegging ook artikelen 10 tot en met 13. Artikel 6, tiende lid De jury stelt na afloop van elke tender binnen twee maanden een verslag op van de werkzaamheden die met de uitvoering van de regeling te maken hebben. Een verslag op dat moment maakt het mogelijk dat de informatie over door de commissie aangegeven kansrijke projecten meegenomen wordt bij de selectie van de aanvragen. NUMMER februari 2001

11 Artikel 7 De projectaanvragen worden inhoudelijk beoordeeld door een onafhankelijke jury. Deze jury wordt door Senter van de informatie voorzien die relevant is voor een weloverwogen oordeel over de ingediende aanvragen. Bij de beoordeling baseert de jury zich op de voorwaarden van artikel 5, zoals in de toelichting bij dat artikel is uitgewerkt. Regeling Stimulans Artikel 8, derde lid onder b In artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht is de verplichting voor de minister opgenomen voor het bieden van de mogelijkheid tot het aanvullen van de aanvraag. Daar wordt in artikel 8 inhoud aangegeven. Artikel 8, vierde lid In de praktijk blijkt de verplichte consortiumdeelname van een landelijk orgaan bij een project ten behoeve van het beroepsonderwijs (artikel 1, onder h) soms niet te realiseren. Met deze bepaling wordt aan de minister de mogelijkheid geboden om aan deze verplichting voorbij te gaan en de aanvraag alsnog te honoreren. Het projectvoorstel dient echter wel een positief juryadvies te hebben gekregen. Artikel 9, tweede lid Vanaf 1 januari 2002 wordt de Nederlandse Gulden vervangen door de Euro als (wettig) betaalmiddel. Indien de bijdrage in 2001 wordt verleend in Guldens en de uitbetalingen hiervan na 1 januari 2002 plaatsvindt wordt de bijdrage volgens de tijdvakbenadering van de rijksoverheid omgerekend met de officiële koers en uitgekeerd in Euro s. Artikel 10, eerste lid en artikel 12, eerste lid De hier gevraagde tussenrapportage behoeft niet te zijn voorzien van een accountantsverklaring. Artikel 10, derde lid en artikel 12, derde en vierde lid De financiële verantwoording van de bijdrage als subsidie of de bijdrage als aanvullende vergoeding is verschillend. De kosten verbonden aan deze aparte verantwoording kunnen als projectkosten worden opgenomen. NUMMER februari 2001

Regeling stimulans verbetering en vernieuwing van de examenpraktijk in het beroepsonderwijs

Regeling stimulans verbetering en vernieuwing van de examenpraktijk in het beroepsonderwijs OCenW-Regelingen Regeling stimulans verbetering en vernieuwing van de Bestemd voor: Regionale opleidingen centra (roc s) en Landelijke organen Algemeen verbindend voorschrift Datum: 23 augustus 2001 Kenmerk:

Nadere informatie

Regeling Cultuur en School voor de bve-sector 2003-2004

Regeling Cultuur en School voor de bve-sector 2003-2004 OCenW-Regelingen Regeling Cultuur en School voor de bve-sector 2003-2004 Bestemd voor: bekostigde bve-insellingen voor beroepsonderwijs. Algemeen verbindend voorschrift Datum: 11 augustus 2003 Kenmerk:

Nadere informatie

Regeling impuls beroepsonderwijs voor landelijke organen 2000

Regeling impuls beroepsonderwijs voor landelijke organen 2000 OCenW-Regelingen Regeling impuls beroepsonderwijs voor landelijke organen Bestemd voor: landelijke organen en de Vereniging Colo Algemeen verbindend voorschrift Datum: 14 augustus Kenmerk: BVE/B/-29879

Nadere informatie

Regeling stimulans verbetering en vernieuwing van de examenpraktijk in het beroepsonderwijs 2002

Regeling stimulans verbetering en vernieuwing van de examenpraktijk in het beroepsonderwijs 2002 OCenW-Regelingen Regeling stimulans verbetering en vernieuwing van de Bestemd voor: regionale opleidingscentra (roc s); agrarische opleidingscentra (aoc s); overige bekostigde BVE-instellingen; niet bekostigde

Nadere informatie

Regeling BVE-2000 voor 1998

Regeling BVE-2000 voor 1998 Tijdelijke regeling toelating voortgezet algemeen volwassenen onderwijs (vavo) overeenkomst dit niet uitsluit, geeft de instelling het verzoek van de aspirant-deelnemer, zo mogelijk vergezeld van een brief

Nadere informatie

Subsidieregeling kennisuitwisseling beroepsonderwijs bedrijfsleven

Subsidieregeling kennisuitwisseling beroepsonderwijs bedrijfsleven OCenW-Regelingen Subsidieregeling kennisuitwisseling Bestemd voor: c regionale opleidingen centra (roc s); c vakinstellingen; c instituten voor doven; c hogescholen Haarlem en Tilburg; c vertegenwoordigers

Nadere informatie

Regeling cultuur en school voor de bve-sector

Regeling cultuur en school voor de bve-sector OCenW-Regelingen voor de bve-sector 2004 - Bestemd voor: bekostigde bve-instellingen voor beroepsonderwijs. Algemeen verbindend voorschrift Datum: 20 juli 2004 Kenmerk: BVE/BDenI-2004/34209 Datum inwerkingtreding:

Nadere informatie

Regeling cultuur en school voor de bve-sector

Regeling cultuur en school voor de bve-sector Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie CFI/ICO Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie bvh 079-3232.666 Regeling cultuur en school voor de bvesector 2005-2006 Bestemd

Nadere informatie

Regeling Investeren in voorsprong voor de sector beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (bve-sector)

Regeling Investeren in voorsprong voor de sector beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (bve-sector) Regeling Investeren in (bve-sector) OCenW-Regelingen Bestemd voor: c scholen en instellingen voor. Algemeen verbindend voorschrift Datum: 20 mei 1998 Kenmerk: WJZ-1998/20673 Datum inwerkingtreding: zie

Nadere informatie

Regeling begeleiding studenten universitaire lerarenopleidingen

Regeling begeleiding studenten universitaire lerarenopleidingen OCenW-Regelingen Bestemd voor: c universiteiten met een universitaire lerarenopleiding. Algemeen verbindend voorschrift Datum: 19 oktober 1999 Kenmerk: WO/B-1999/16107 Datum inwerkingtreding: zie artikel

Nadere informatie

op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard van 27 mei 2008;

op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard van 27 mei 2008; De verenigde vergadering van Schieland en de Krimpenerwaard; op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van Schieland en de Krimpenerwaard van 27 mei 2008; Gelet op artikel 4:23 Algemene wet bestuursrecht

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart,

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart, Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 29-04-2008, nr. VO/S&O/6112, houdende regels voor de stimulering van de pilot projecten in het schooljaar 2008-2009 ten behoeve

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Algemeen Subsidiereglement stichting Fonds voor Cultuurparticipatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Algemeen Subsidiereglement stichting Fonds voor Cultuurparticipatie STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 3714 25 januari 2017 Algemeen Subsidiereglement stichting Fonds voor Cultuurparticipatie Het bestuur van stichting Fonds

Nadere informatie

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag. Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Nr. Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. 15638 20 oktober 2009 Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 5 oktober 2009, nr. JOZ/150247,

Nadere informatie

STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING

STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING STADSREGIO AMSTERDAM ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING Vastgesteld bij besluit van de Regioraad van 26 juni 2007, nr. ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING STADSREGIO AMSTERDAM 1 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Nadere informatie

Regeling Georganiseerd Overleg (GO)- en vakbondsfaciliteiten 1998

Regeling Georganiseerd Overleg (GO)- en vakbondsfaciliteiten 1998 OCenW-Regelingen Regeling Georganiseerd Overleg (GO)- en vakbondsfaciliteiten Regeling voor het verlenen van faciliteiten aan organisaties van onderwijspersoneel in verband met buitengewoon verlof van

Nadere informatie

Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018

Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Haren Nr. 107361 23 mei 2018 Subsidieregeling Kinderopvang gemeente Haren 2018 Subsidieregeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende na overleg met de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende na overleg met de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 24939 4 mei 2017 Regeling van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek van 4 mei 2017 tot wijziging van de Regeling

Nadere informatie

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015

ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015 ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MAASTRICHT 2015 Algemene subsidieverordening gemeente Maastricht 2015 1 INHOUD Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen... 3 Artikel 1 Definities... 3 Artikel 2 Wettelijke

Nadere informatie

Regeling vaststelling model financiële verantwoording en controleprotocol inburgering nieuwkomers 2001

Regeling vaststelling model financiële verantwoording en controleprotocol inburgering nieuwkomers 2001 OCenW-Regelingen financiële verantwoording Bestemd voor: gemeenten, die inburgeringscursussen verzorgen. 2. Het model voor de verklaring omtrent de getrouwheid wordt vastgesteld volgens bijlage 3 bij deze

Nadere informatie

Subsidieregeling abortusklinieken

Subsidieregeling abortusklinieken Subsidieregeling abortusklinieken (Tekst geldend op: 19 02 2015) Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 29 juli 2014, kenmerk 641412 123384 PG, houdende regels voor de subsidiëring

Nadere informatie

Bijdrageregeling versterking economisch vestigingsklimaat Metropoolregio Rotterdam Den Haag 2015

Bijdrageregeling versterking economisch vestigingsklimaat Metropoolregio Rotterdam Den Haag 2015 Bijdrageregeling versterking economisch vestigingsklimaat Metropoolregio Rotterdam Den Haag 2015 Het algemeen bestuur van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag; gelet op artikel 3:1 van de gemeenschappelijke

Nadere informatie

Gelet op het artikel 90, tweede en derde lid van de Wet raadgevend referendum;

Gelet op het artikel 90, tweede en derde lid van de Wet raadgevend referendum; Subsidieregeling raadgevend referendum Regeling van de Referendumcommissie van 12 november 2015, houdende nadere regels over de verstrekking van subsidies voor activiteiten die tot doel hebben het publieke

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Verordening van 23 maart, 13 en 20 april 2016 van Provinciale Staten van Drenthe, Fryslân en Groningen, houdende bepalingen met betrekking tot de verstrekking van subsidies van het Samenwerkingsverband

Nadere informatie

VERORDENING (re)integratie arbeidsgehandicapten

VERORDENING (re)integratie arbeidsgehandicapten VERORDENING (re)integratie arbeidsgehandicapten Op subsidieverlening op grond van deze verordening zijn tevens de bepalingen van de Algemene Subsidieverordening 1998 van toepassing indien en voorzover

Nadere informatie

Regeling subsidie lokale media gemeente Oisterwijk 2019.

Regeling subsidie lokale media gemeente Oisterwijk 2019. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Oisterwijk Nr. 207247 1 oktober 2018 Regeling subsidie lokale media gemeente Oisterwijk 2019 Wij willen dat inwoners van de gemeente Oisterwijk geïnformeerd

Nadere informatie

Regeling subsidie armoedebeleid gemeente Oisterwijk 2019.

Regeling subsidie armoedebeleid gemeente Oisterwijk 2019. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Oisterwijk Nr. 205711 27 september 2018 Regeling subsidie armoedebeleid gemeente Oisterwijk 2019 Wij willen dat geen van de inwoners van de gemeente Oisterwijk

Nadere informatie

besluiten: vast te stellen de Subsidieregeling MKB innovatiestimulering regio en topsectoren R&D samenwerking Noord-Nederland 2019 als volgt:

besluiten: vast te stellen de Subsidieregeling MKB innovatiestimulering regio en topsectoren R&D samenwerking Noord-Nederland 2019 als volgt: Regeling van 2 april 2019 houdende regels betreffende de subsidiëring van activiteiten op het terrein van innovaties in het midden- en kleinbedrijf in de provincies Drenthe, Fryslân, Groningen. Gedeputeerde

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 februari 2018;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 februari 2018; De raad van de gemeente Medemblik; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 20 februari 2018; gelet op artikel 149 van de Gemeentewet; besluit vast te stellen de volgende

Nadere informatie

Subsidieverordening Waterbewustzijn

Subsidieverordening Waterbewustzijn Subsidieverordening Waterbewustzijn Het algemeen bestuur van Waterschap Vallei en Veluwe; op het voorstel van het college van dijkgraaf en heemraden d.d. 21 augustus 2017; gelet op het bepaalde in de Algemene

Nadere informatie

64-1 GEMEENSCHAPPELIJK REGELING REGIONAAL ONDERWIJSBELEID WALCHEREN

64-1 GEMEENSCHAPPELIJK REGELING REGIONAAL ONDERWIJSBELEID WALCHEREN GEMEENSCHAPPELIJK REGELING REGIONAAL ONDERWIJSBELEID WALCHEREN De raden, de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Vlissingen, Veere en Middelburg, ieder voor zover zij voor de eigen

Nadere informatie

gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Provinciewet en de Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsverband Noord-Nederland;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Provinciewet en de Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsverband Noord-Nederland; Provinciale Staten van Fryslân, Groningen en Drenthe: gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Provinciewet en de Gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsverband

Nadere informatie

Algemeen verbindend voorschrift

Algemeen verbindend voorschrift OCenW-Regelingen Beroepsonderwijs (JOB) en Regeling houdende een subsidieregeling voor leerlingen deelnemersorganisaties binnen het voortgezet onderwijs (vo) en het beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 27372 1 september 2015 Besluit van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 18 augustus 2015, nr. MBO/803345,

Nadere informatie

Subsidieverordening reserve cofinanciering Europese projecten Noord-Holland 2007

Subsidieverordening reserve cofinanciering Europese projecten Noord-Holland 2007 CVDR Officiële uitgave van Noord-Holland. Nr. CVDR46626_1 22 november 2016 Subsidieverordening reserve cofinanciering Europese projecten Noord-Holland 2007 Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; maken

Nadere informatie

Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs

Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs CVDR Officiële uitgave van Hoorn. Nr. CVDR20777_1 23 mei 2017 Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs VERORDENING MATERIëLE FINANCIëLE GELIJKSTELLING ONDERWIJS. HOOFDSTUK 1 Algemene bepalingen

Nadere informatie

(Tijdelijke stimuleringsregeling regulier maken ID-banen [Versie geldig vanaf: ])

(Tijdelijke stimuleringsregeling regulier maken ID-banen [Versie geldig vanaf: ]) Staatscourant 14-02-2003, 37. Regeling houdende regels met betrekking tot verstrekking van een eenmalige subsidie aan werkgevers die een dienstbetrekking als bedoeld in het Besluit in- en doorstroombanen

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 15 november 2016, kenmerk SBH/ ;

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 15 november 2016, kenmerk SBH/ ; Nr. 1748803 - II De RAAD van de gemeente Dordrecht; Raadsgriffie Spuiboulevard 300 3311 GR DORDRECHT gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 15 november 2016, kenmerk SBH/1739468;

Nadere informatie

Regeling Nationaal Agentschap Leonardo da Vinci 2000-2006

Regeling Nationaal Agentschap Leonardo da Vinci 2000-2006 OCenW-Regelingen Regeling Nationaal Vinci 2000-2006 Bestemd voor: CINOP; NUFFIC; instellingen voor beroepsonderwijs; instellingen voor hoger onderwijs. verbindend voorschrift Datum: 10 november 2000 Kenmerk:

Nadere informatie

Algemene Subsidieregeling 2008

Algemene Subsidieregeling 2008 Algemene Subsidieregeling 2008 Paragraaf 1 Inleidende bepalingen Artikel 1.1 In deze regeling wordt verstaan onder: a. gemeentebestuur: het bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van besluiten betreffende

Nadere informatie

Subsidieregeling projecten informatie- en communicatietechnologie (ict-projecten) in het

Subsidieregeling projecten informatie- en communicatietechnologie (ict-projecten) in het OCenW-Regelingen Subsidieregeling projecten informatie- en communicatietechnologie in het onderwijs Regeling houdende regels voor het verstrekken van subsidies voor de uitvoering van projecten in het kader

Nadere informatie

Onderwerp: Vaststelling Algemene subsidieverordening Purmerend 2014

Onderwerp: Vaststelling Algemene subsidieverordening Purmerend 2014 De raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 maart 1014, nr. 1104516; gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht; overwegende dat: - de sinds

Nadere informatie

A. ALGEMENE BEPALINGEN

A. ALGEMENE BEPALINGEN No. 070505 St. Annaparochie, 31 mei 2007. De raad der gemeente het Bildt; overwegende; dat de raad bij besluit dd. 11 november 2002 de Algemene Subsidie Verordening heeft vastgesteld; dat het in aanvulling

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

PROVINCIAAL BLAD. Dit besluit treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad en werkt terug tot en met 1 januari 2019. PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van de provincie Drenthe Nr. 2529 4 april 2019 Algemene subsidieregeling SNN 2019 Besluit van Gedeputeerde Staten van Drenthe van 2 april 2019, kenmerk 5.1/2019000925,

Nadere informatie

Bijzondere Subsidieverordening Duurzaamheid- én Innovatiefonds Haven Amsterdam (DIHA)

Bijzondere Subsidieverordening Duurzaamheid- én Innovatiefonds Haven Amsterdam (DIHA) Bijzondere Subsidieverordening Duurzaamheid- én Innovatiefonds Haven Amsterdam (DIHA) 1. Algemene bepalingen Artikel 1 1. Voor de toepassing van de Bijzondere Subsidieverordening Duurzaamheid- én Innovatiefonds

Nadere informatie

eurne DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 augustus 2018, nr. 56;

eurne DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 augustus 2018, nr. 56; Nr. S6a DE RAAD VAN DE GEMEENTE DEURNE Gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 augustus 2018, nr. 56; gehoord de commissie Economie en Wonen d.d. 4 september 2018; gelet op het bepaalde

Nadere informatie

Provinciaal blad. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Provinciaal blad. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland; Provinciaal blad 2008 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord- Holland van 17 januari 2008, nr. 2008-4492 tot bekendmaking van de subsidieverordening reserve cofinanciering Europese projecten Noord-Holland

Nadere informatie

Verordening Wet Kinderopvang Gemeente Echt-Susteren 2006

Verordening Wet Kinderopvang Gemeente Echt-Susteren 2006 CVDR Officiële uitgave van Echt-Susteren. Nr. CVDR73749_1 25 november 2015 Verordening Wet Kinderopvang Gemeente Echt-Susteren 2006 De raad van de gemeente Echt-Susteren, gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Model Subsidieregeling kinderopvang

Model Subsidieregeling kinderopvang Model Subsidieregeling kinderopvang Leeswijzer modelbepalingen - [ ] of (bijvoorbeeld) [iets] = door gemeente in te vullen, zie bijvoorbeeld artikel 3. - [iets OF iets] = door gemeente te kiezen, zie bijvoorbeeld

Nadere informatie

Gelet op het bepaalde in de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op het bepaalde in de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht; ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING ALMERE 2011 De raad van de gemeente Almere; Gezien het voorstel van het college; Gelet op het bepaalde in de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene

Nadere informatie

Subsidieverordening beschermde gemeentelijke monumenten Hof van Twente 2012

Subsidieverordening beschermde gemeentelijke monumenten Hof van Twente 2012 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hof van Twente. Nr. 95342 14 juli 2016 Subsidieverordening beschermde gemeentelijke monumenten Hof van Twente 2012 De raad van de gemeente Hof van Twente, gezien

Nadere informatie

Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Medemblik 2014

Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Medemblik 2014 1 Nadere regels subsidieverstrekking gemeente Medemblik 2014 GRONDSLAG 1. Op grond van artikel 2, lid 2 van de Algemene Subsidieverordening Gemeente Medemblik (ASV) kan het college nadere regels stellen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 64005 29 november 2016 Tijdelijke subsidieregels Innovatiegelden 2017 2018 Het Algemeen Bestuurscollege van de Koninklijke

Nadere informatie

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort; Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort, gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort; besluit vast te stellen de volgende regeling:

Nadere informatie

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,

Handelende in overeenstemming met de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, REGELING VAN HET STIMULERINGSFONDS VOOR DE JOURNALISTIEK VAN 1 SEPTEMBER 2018, NR.., TOT VASTSTELLING VAN EEN TIJDELIJKE SUBSIDIEREGELING ONDERZOEKSJOURNALISTIEK 2018 Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek,

Nadere informatie

Subsidieverordening duurzaam bouwen op bedrijventerreinen gemeente Borsele 2014

Subsidieverordening duurzaam bouwen op bedrijventerreinen gemeente Borsele 2014 CVDR Officiële uitgave van Borsele. Nr. CVDR333677_1 17 april 2018 Subsidieverordening duurzaam bouwen op bedrijventerreinen gemeente Borsele 2014 Besluit tot het vaststellen van de Subsidieverordening

Nadere informatie

Gemeenteraad 2 maart 2010 Gemeenteblad

Gemeenteraad 2 maart 2010 Gemeenteblad Jaar: 2010 Nummer: 14 Besluit: Gemeenteraad 2 maart 2010 Gemeenteblad VERORDENING KINDEROPVANG HELMOND 2010 De raad van de gemeente Helmond; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 januari

Nadere informatie

Regeling subsidie cultuureducatie gemeente Oisterwijk 2019.

Regeling subsidie cultuureducatie gemeente Oisterwijk 2019. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Oisterwijk Nr. 212686 8 oktober 2018 Regeling subsidie cultuureducatie gemeente Oisterwijk 2019 Wij willen dat de kwaliteit van het cultuureducatie op de

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening Haaksbergen (9.16b)

Algemene subsidieverordening Haaksbergen (9.16b) Algemene subsidieverordening Haaksbergen (9.16b) Samenvatting Deze verordening geeft aan welke begrippen bij subsidies worden gebruikt, welke soorten subsidies er zijn, welke regels er gelden voor aanvragen,

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING TOEKOMSTFONDS ONDERWIJS ARBEIDSMARKT AMERSFOORT

SUBSIDIEREGELING TOEKOMSTFONDS ONDERWIJS ARBEIDSMARKT AMERSFOORT SUBSIDIEREGELING TOEKOMSTFONDS ONDERWIJS ARBEIDSMARKT AMERSFOORT Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling en de daarop rustende bepalingen wordt (mede) verstaan onder: aanvraag: ingediend verzoek

Nadere informatie

Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Gooise Meren.

Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Gooise Meren. Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Gooise Meren. PARAGRAAF 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 Begripsbepaling In deze verordening wordt verstaan onder: a. het college: het

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING THE HAGUE SECURITY DELTA (HSD) STIMULERINGSFONDS DEN HAAG 2014

SUBSIDIEREGELING THE HAGUE SECURITY DELTA (HSD) STIMULERINGSFONDS DEN HAAG 2014 Gemeente Den Haag Ons kenmerk DSO/2014.542 RIS 274416 SUBSIDIEREGELING THE HAGUE SECURITY DELTA (HSD) STIMULERINGSFONDS DEN HAAG 2014 HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, Besluit: I. Vast te stellen

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN

HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN Algemene subsidieverordening gemeente Oldebroek Nr. 65148 De raad van de gemeente Oldebroek; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 6 juli 2010; gelet op artikel 149 van

Nadere informatie

Subsidie vrijwillige inzet en informele zorg gemeente Ermelo 2016.

Subsidie vrijwillige inzet en informele zorg gemeente Ermelo 2016. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Ermelo. Nr. 30596 16 maart 2016 Subsidie vrijwillige inzet en informele zorg gemeente Ermelo 2016 Burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo; overwegende

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening Texel

Algemene subsidieverordening Texel Algemene subsidieverordening Texel Gemeenteblad Texel 2016 nr 36 datum 24-03-2016 INTREKKING Algemene subsidieverordening Texel 2011 De raad van de gemeente Texel gelezen het voorstel van het college van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 29620 21 oktober 2013 Deelregeling Jij maakt het mee Fonds voor Cultuurparticipatie 2013 2016 10 oktober 2013 Het bestuur

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. vast te stellen de Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân:

PROVINCIAAL BLAD. vast te stellen de Subsidieregeling gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid Fryslân: PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Fryslân. Nr. 152 12 januari 2016 Uitvoeringsregeling van 1 januari 2016, houdende regels betreffende de subsidiëring vanactiviteiten waarmee de verkeersveiligheid

Nadere informatie

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011;

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011; Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 6 maart 2018, nr. 773758-1042276, tot vaststelling van de Uitvoeringsregeling subsidie MKB innovatiestimulering topsectoren Noord-Holland 2018. Gedeputeerde

Nadere informatie

B.. Budget restauratie rijksmonumenten provincie Groningen 2013-2016

B.. Budget restauratie rijksmonumenten provincie Groningen 2013-2016 B.. Budget restauratie rijksmonumenten provincie Groningen 2013-2016 2016 Artikel 1 Algemeen De provincie Groningen heeft een budget beschikbaar voor restauratie en herbestemming van rijksmonumenten in

Nadere informatie

Regeling verdiepingsslag academische opleidingsschool

Regeling verdiepingsslag academische opleidingsschool Algemeen Verbindend Voorschrift Betreft de onderwijssector(en) Informatie SenterNovem Primair Onderwijs 070-373.59.41 Voorgezet onderwijs Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie en Hoger onderwijs Regeling

Nadere informatie

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK

Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK Concept ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING GEMEENTE MOERDIJK De raad van de gemeente Moerdijk; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van >, , inzake de Algemene

Nadere informatie

Provinciaal blad. Haarlem, 23 juni 2008. Provinciale Staten van Noord-Holland. Provinciale Staten van Noord-Holland; H.C.J.L. Borghouts, voorzitter.

Provinciaal blad. Haarlem, 23 juni 2008. Provinciale Staten van Noord-Holland. Provinciale Staten van Noord-Holland; H.C.J.L. Borghouts, voorzitter. Provinciaal blad 2008 Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord- Holland van 24 juni 2008, nr. 2008-37944 tot bekendmaking van de deelverordening klimaat Noord-Holland 2008. Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 17117 29 maart 2019 Regeling van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 28 maart 2019, nr. WJZ/5893539,

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 maart 2015 ; Subsidieverordening Maatschappelijk Innovatiefonds gemeente Ommen

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 24 maart 2015 ; Subsidieverordening Maatschappelijk Innovatiefonds gemeente Ommen GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Ommen. Nr. 52126 16 juni 2015 Subsidieverordening Maatschappelijk Innovatiefonds gemeente Ommen De raad van de gemeente Ommen; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012

Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012 Algemene subsidieverordening Gemeente Werkendam 2012 De raad van de gemeente Werkendam, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 13 november 2012, gelet op - artikel 149

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING STUDENTENORGANISATIES van Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht

SUBSIDIEREGELING STUDENTENORGANISATIES van Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht SUBSIDIEREGELING STUDENTENORGANISATIES van Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht De colleges van bestuur van Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht hebben de subsidieregeling vastgesteld,

Nadere informatie

Wmo-innovatiefonds gemeente Drimmelen

Wmo-innovatiefonds gemeente Drimmelen Wmo-innovatiefonds gemeente Drimmelen BELEIDSREGELS BIJDRAGE VOOR INNOVATIE GEMEENTE DRIMMELEN 2016 Het college van Burgemeester en Wethouders, Gelet op de Algemene subsidieverordening Drimmelen 2007;

Nadere informatie

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen

Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de Algemene subsidieverordening Tubbergen Gemeenteblad Elektronisch uitgegeven van de gemeente Tubbergen Jaargang: 2011 Nummer: 35 Uitgifte: 23 december 2011 Besluit van de gemeenteraad d.d. 12 december 2011, nr. 14B/B, tot vaststelling van de

Nadere informatie

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998. Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998. Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze verordening wordt verstaan onder provinciebestuur: het bevoegde orgaan van

Nadere informatie

Regeling subsidie Duurzaam wonen in Kennemerland

Regeling subsidie Duurzaam wonen in Kennemerland Regeling subsidie Duurzaam wonen in Kennemerland Het college van burgemeester en wethouders van Velsen, Overwegende dat het gewenst is activiteiten te stimuleren op het gebied van energiebesparing; gelet

Nadere informatie

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE

KUNSTENPLAN REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE KUNSTENPLAN 2017-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2019-2020 REGELING PROJECTSUBSIDIES INNOVATIE 2019-2020 Het bestuur van het AFK Gelet op de missie van het Amsterdams Fonds voor de Kunst om te

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 53557 28 september 2017 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Staatssecretaris van Onderwijs,

Nadere informatie

gelezen de nota subsidieregeling Projecten#InDeBuurt d.d. 15 november 2016 nr ;

gelezen de nota subsidieregeling Projecten#InDeBuurt d.d. 15 november 2016 nr ; Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort, gelezen de nota subsidieregeling Projecten#InDeBuurt d.d. 15 november 2016 nr. 5365999; gelet op de Algemene wet bestuursrecht en artikel 3, artikel

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr

GEMEENTEBLAD. Nr GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Heemskerk Nr. 151399 13 juli 2018 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Heemskerk houdende regels omtrent kinderopvang Verordening kinderopvang

Nadere informatie

GEDEPUTEERDE STATEN VAN FRYSLÂN EN DE COMMISSARIS VAN DE KONINGIN IN DE PROVINCIE FRYSLÂN,

GEDEPUTEERDE STATEN VAN FRYSLÂN EN DE COMMISSARIS VAN DE KONINGIN IN DE PROVINCIE FRYSLÂN, Uitgegeven: 2 april 2010 2010, no. 32 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLAN Besluit van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 23 maart 2010 (nr 883832), houdende verlening van mandaat en machtiging aan het Dagelijks

Nadere informatie

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016

Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Landsmeer. Nr. 115833 22 augustus 2016 Algemene subsidieverordening gemeente Landsmeer 2016 gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 3 en 5 van de Kaderwet SZW-subsidies en 32d, eerste lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

Gelet op de artikelen 3 en 5 van de Kaderwet SZW-subsidies en 32d, eerste lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen; Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 29 april 2016, nr. 2016-0000105285, tot vaststelling van een regeling voor subsidiëring van scholing richting een kansberoep (Tijdelijke

Nadere informatie

BESTEMMINGSREGLEMENT 2018 Stichting Leefbaarheid Luchthaven Eindhoven

BESTEMMINGSREGLEMENT 2018 Stichting Leefbaarheid Luchthaven Eindhoven BESTEMMINGSREGLEMENT 2018 Stichting Leefbaarheid Luchthaven Eindhoven Het bestuur van de stichting: Stichting Leefbaarheid Luchthaven Eindhoven, gevestigd te Eindhoven ( de Stichting ), in aanmerking nemende,

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Hoofdstuk 2. Aanvragen Hoofdstuk 3. Beoordelingscriteria Hoofdstuk 4. Besluitvorming...

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Hoofdstuk 2. Aanvragen Hoofdstuk 3. Beoordelingscriteria Hoofdstuk 4. Besluitvorming... CUOS-REGELING INCIDENTELE SUBSIDIE Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen... 2 Begripsbepalingen...2 Doelstelling...3 Uitgangspunten en subsidieplafond...3 Hoofdstuk 2. Aanvragen... 4 Aan te leveren informatie...4

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 9829 28 februari 2017 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 12 februari 2017, nr. MBO/1147339,

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel PS2008WMC16-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 15 april 2008 Nummer PS : PS2008WMC16 Afdeling : MOW Commissie : WMC Registratienummer : 2008INT216622 Portefeuillehouder : De Wilde

Nadere informatie

Aanvraagprocedure voor scholen voor voortgezet speciaal onderwijs: verstrekking van een aanwijzing als exameninstelling voortgezet onderwijs

Aanvraagprocedure voor scholen voor voortgezet speciaal onderwijs: verstrekking van een aanwijzing als exameninstelling voortgezet onderwijs Voorlichtingspublicatie Betreft de onderwijssector(en) Informatie DUO/ICO Primair onderwijs po 079-3232333 Aanvraagprocedure voor scholen voor voortgezet speciaal onderwijs: verstrekking van een aanwijzing

Nadere informatie

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEVE ENERGIEPROJECTEN BESTAANDE BOUW WONINGCORPORATIES 2012

SUBSIDIEREGELING INNOVATIEVE ENERGIEPROJECTEN BESTAANDE BOUW WONINGCORPORATIES 2012 SUBSIDIEREGELING INNOVATIEVE ENERGIEPROJECTEN BESTAANDE BOUW WONINGCORPORATIES 2012 SUBSIDIEVERSTREKKING Artikel 1, Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. voorwaarden: de voorwaarden

Nadere informatie

Subsidieregels Cultuurfonds

Subsidieregels Cultuurfonds Subsidieregels Cultuurfonds Op deze subsidieregels is de algemene subsidieverordening Borger-Odoorn van toepassing. Deze subsidieregels horen als bijlage bij de Beleidsregels Cultuur en Welzijn 2004-2008

Nadere informatie

Regeling subsidie creativiteitsonderwijs gemeente Oisterwijk 2016

Regeling subsidie creativiteitsonderwijs gemeente Oisterwijk 2016 Regeling subsidie creativiteitsonderwijs gemeente Oisterwijk 2016 Datum vaststelling 15 september 2015 Datum publicatie Datum inwerkingtreding 1 oktober 2015 Geldigheidsduur Kalenderjaar 2016 Juridische

Nadere informatie

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998

Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 CVDR Officiële uitgave van Groningen. Nr. CVDR244162_9 14 juli 2017 Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 Provinciale Staten van Groningen; Besluiten: Hoofdstuk 1: Begripsbepalingen en algemene

Nadere informatie

Regeling extra ict-vergoeding basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs

Regeling extra ict-vergoeding basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs Regeling extra ict-vergoeding basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs Soort document Algemeen verbindend voorschrift Datum 30 oktober 2000 Kenmerk PO/PJ-2000-37542 Datum inwerkingtreding zie

Nadere informatie

Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Valkenburg aan de Geul

Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Valkenburg aan de Geul Verordening materiële en financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Valkenburg aan de Geul Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsbepaling In deze verordening wordt verstaan onder: a. het college: het

Nadere informatie

Verordening persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening Landsmeer 2019

Verordening persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening Landsmeer 2019 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Landsmeer Nr. 19200 28 januari 2019 Verordening persoonsgebonden budget begeleid werken Wet sociale werkvoorziening Landsmeer 2019 de raad van de gemeente

Nadere informatie