Bestnr reloop Professionele CD-MP3-speler RMP-1

Transcriptie

1 Bestnr reloop Professionele CD-MP3-speler RMP-1 Alle rechten, ook vertalingen, voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een automatische gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van CONRAD ELECTRONIC BENELUX B.V. Nadruk, ook als uittreksel is niet toegestaan. Druk- en vertaalfouten voorbehouden. Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische eisen bij het in druk gaan. Wijzigingen in de techniek en uitvoering voorbehouden. Copyright 2008 by CONRAD ELECTRONIC BENELUX B.V. Internet: of

2 Belangrijk! Beslist lezen! Deze gebruiksaanwijzing is een integraal onderdeel van dit product. Er staan belangrijke aanwijzingen in betreffende de ingebruikneming en het gebruik. Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door! Bij schades, die ontstaan door het niet opvolgen van de handleiding, vervalt het recht op garantie. Voor volgschades, die hieruit ontstaan zijn wij niet aansprakelijk. Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig! Introductie Wij danken u hartelijk voor uw keuze voor de Reloop RMP-1 MP3- CD-speler en het vertrouwen dat u in de DJ-technologie stelt. Lees voor de ingebruikneming de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door, u dient beslist alle aanwijzingen in acht te nemen. Haal de Reloop RMP-1 uit de verpakking. Controleer voor de ingebruikneming op een eventuele transportschade. Indien de stroomkabel of de behuizing een beschadiging vertoont, mag u het apparaat niet in gebruik nemen. A.u.b. neem dan contact op met uw leverancier. Voor meer informatie kunt u kijken op of Waarschuwing! Om vuur of een elektrische schok te vermijden mag het apparaat niet blootgesteld worden aan water of andere vloeistoffen! De behuizing mag nooit geopend worden! Let op! Lees eerst voor uw eigen veiligheid de gebruiksaanwijzing volledig door. Alle personen die te maken hebben met de opstelling, ingebruikneming, bediening, onderhoud en reparatie van het apparaat, dienen deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door te lezen. Dit product voldoet aan de eisen van de geldende Europese en nationale richtlijnen. De conformiteit werd aangetoond, de desbetreffende verklaringen en documenten zijn gedeponeerd bij de fabrikant. 2

3 Veiligheidsaanwijzingen LET OP! Wees bijzonder voorzichtig bij het omgaan met netspanning van 230V. Reeds bij deze spanning kunt u een levensgevaarlijke elektrische schok krijgen! Bij schades die ontstaan door het niet opvolgen van deze gebruiksaanwijzing, vervalt het recht op garantie! Bij materiële schade of persoonlijk letsel, die/ dat veroorzaakt wordt door onvakkundige handhaving of het niet in acht nemen van de veiligheidsbepalingen, zijn wij niet aansprakelijk. Dit apparaat heeft de fabriek in veiligheidstechnisch perfecte staat verlaten. Om dit zo te houden en zeker te zijn van gebruik zonder gevaar, dient u zich als gebruiker te houden aan de veiligheidsbepalingen en waarschuwingen, die in deze gebruiksaanwijzing staan. Om redenen van veiligheids- en toelatingseisen (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of veranderen van het apparaat niet toegestaan. A.u.b. neem in acht, dat door handmatige wijzigingen aan het apparaat het recht op garantie vervalt. In het apparaat bevinden zich geen onderdelen waarvoor onderhoud nodig is, behalve de van buiten te vervangen slijtagedelen. Een onderhoud mag enkel door een gespecificeerde vakman uitgevoerd worden, anders vervalt het recht op garantie! Verbind pas na de opstelling van het apparaat deze met de stroomvoorziening. Plaats de netstekker steeds als laatste in het stopcontact. Controleer voor de netaansluiting of de netschakelaar op "OFF" staat. Gebruik alleen de voorgeschreven kabels. Controleer of de stekkers en bussen goed vastzitten en juist zijn aangesloten. Neem, als u twijfelt contact op met uw leverancier. Let er bij het opstellen van het apparaat op dat de stroomkabel niet geplet of door scherpe kanten beschadigd wordt. Zorg dat de netkabel niet met andere kabels in contact komt! Wees voorzichtig bij het omgaan met netkabels en -aansluitingen. Raak deze nooit met natte handen aan. Plaats de stroomkabel alleen in een geschikt veiligheidsstopcontact. Als spanningsbron mag hierbij alleen een reglementair stopcontact van het openbare lichtnet gebruikt worden. Trek, als u het apparaat langere tijd niet gebruikt of deze schoonmaakt, de stekker uit het stopcontact. Gebruik daarvoor steeds alleen de daarvoor aangebrachte gripvlakken van de stekker, trek de stroomkabel nooit aan het snoer uit het stopcontact. Plaats het apparaat op een horizontale, stabiele en moeilijk ontvlambare ondergrond. Vermijdt schokken en elk soort geweld bij de installatie of ingebruikneming van het apparaat. Let bij de keuze van de installatieplaats er op, dat het apparaat niet blootgesteld wordt aan te hoge temperaturen, vochtigheid of stof. Controleer, of de kabels veilig verlegd zijn, losliggende kabels kunnen gevaarlijk voor u of andere personen zijn! 3

4 Plaats nooit voorwerpen met vloeistoffen op het apparaat of in de buurt, die makkelijk kunnen omvallen. Als er per ongeluk toch een keer iets omvalt, haal dan onmiddellijk de stekker uit het stopcontact en wendt u tot een vakman. Beschadigingen door vloeistoffen in het apparaat vallen buiten de garantie. Gebruik het apparaat niet bij extreme temperaturen (boven 35 C of onder 5 C). Stel het apparaat niet bloot aan directe zonnestraling of een verwarmingselement zoals een radiator, haard enz. (ook bij het transporteren in de auto). Zorg steeds voor voldoende ventilatie. Schakel het apparaat nooit gelijk in, als het van een koude naar een warme ruimte gebracht wordt. Het condenswater dat hierbij ontstaat kan onder omstandigheden het apparaat vernielen. Laat het apparaat oningeschakeld op kamertemperatuur komen.. Regelaars en schakelaars mogen nooit met sprays of smeermiddelen behandeld worden. Maak het apparaat alleen met een vochtig doek schoon, gebruik hierbij geen oplosmiddelen of wasbenzine. Als u gaat verhuizen, gebruik dan de originele verpakking om het apparaat te transporteren. Zet aan het begin de cross-fader en de volumeregelaar van uw versterker op minimum en de luidsprekerschakelaar in de "OFF"-positie. Wacht 8 tot 10 seconden voordat u het volume harder zet, anders kunnen de luidsprekers of de scheidingsfilter beschadigd raken. Gebruik steeds onbeschadigde (zonder krassen) en schone CD's, let ook op schone handen. Sluit steeds de CD-lade om de laserkop schoon te houden. Elektrische apparaten horen niet in kinderhanden. Wees, als er kinderen in de buurt zijn, bijzonder voorzichtig In industriële omgevingen dienen de ARBO-voorschriften ter voorkoming van ongevallen voor elektrische installaties en bedrijfsmiddelen aangehouden worden. In scholen, opleidingsinstituten, hobby- en doe-het-zelf-werkplaatsen dient het gebruik van het apparaat onder toezicht van geschoold personeel te gebeuren. Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig voor een latere raadpleging. 4

5 Correcte toepassing Dit apparaat is een professionele MP3-CD-speler, waarmee gebruikelijke CD's en MP3- CD's afgespeeld kunnen worden. Het apparaat wordt hiervoor aan een mengpaneel aangesloten. Dit product is alleen toegelaten voor aansluiting op 230 Volt / 50 Hz wisselspanning en alleen toegelaten voor gebruik in binnenruimtes, dus niet in de openlucht. Een andere toepassing dan hierboven beschreven leidt tot beschadiging van het product en tot verlies van het recht op garantie. Bovendien zijn hieraan gevaren verbonden, zoals b.v. brand, kortsluiting, elektrische schok, enz. Het door de fabrikant vastgelegde serienummer mag nooit verwijderd worden, anders vervalt het recht op garantie. Onderhoud Controleer regelmatig de technische veiligheid van het apparaat, zoals beschadigingen van de netkabel of de behuizing en op eventuele slijtage van de draai- en schuifregelaars. Als er aangenomen kan worden dat gebruik zonder gevaar niet meer mogelijk is, dient u het apparaat buiten werking te stellen en te beschermen tegen het per ongeluk in werking stellen door derden. Trek de netstekker uit het stopcontact! U kunt aannemen dat gebruik zonder gevaar niet meer mogelijk is, als: - het apparaat zichtbaar beschadigd is - het apparaat niet meer werkt - na langdurige opslag onder ongunstige omstandigheden - na transport onder moeilijke omstandigheden. LET OP LASERSTRALING! Dit apparaat bezit twee laserdiodes klasse 1. Om een veilige werking te kunnen garanderen mag de behuizing nooit verwijderd worden, maak het apparaat nooit open. In het apparaat bevinden zich geen onderdelen die onderhoud nodig hebben. Onderhoudswerkzaamheden mogen uitsluitend door gekwalificeerde vakmensen uitgevoerd worden. 5

6 Bedieningspaneel Benaming 1 CD-lade 2 Open/close 3 Jog Wheel 4 Play/Pauze toets 5 Clue toets 6 Re-loop toets 7 Loop-Out toets 8 Loop-In toets 9 Search- wiel 10 Map (Folder)-toetsen 11 Track- wiel 12 Display 13 Pitchbereik toets 14 Key Lock toets 15 Pitch ON/OFF toets 16 Pitch fader 17 Pitch Bend toetsen 18 Single/continue toets 19 Time toets 20 Cue/Sample-toetsen 21 Memory toets 22 Sampler toets 6

7 23 TAP-toets 24 BANK P. toets 25 Aansluitbus voor relay play /Fader start 26 AAN/UIT schakelaar 27 Aansluitbus voor netkabel 28 Aansluitbus voor hoofdtelefoon 29 Volumeregeling voor hoofdtelefoon 30 Spanningskeuzeschakelaar 31 Uitgangsbus (cinch) 32 Uitgangsbus (digitaal) Achterzijde Aansluitingen 1. Verbind de uitgangsbussen (31) met de Line-In bussen van uw mengpaneel of versterker. Verbind de uitgangsbus (32) met een digitale opnametoestel (MiniDisc, CompactDisc, DVD), als u een opname wilt maken. 2. Sluit het netsnoer aan op de aansluitbus (27) en plaats de netstekker in een stopcontact. 3. Verbind naar wens de aansluitbus voor Relay Play (25) met de overeenkomstige bus van een andere Reloop RMP-1. 7

8 Bediening 1. Apparaat inschakelen Na het uitvoeren van alle aansluitingen schakelt u het apparaat in via de AAN/UITschakelaar (26). De LED gaat branden. 2. Plaats een CD Druk op Open/Close (2) om de CD-lade (1) te openen. Plaats een CD in de lade. Druk opnieuw op Open/Close om de CD-lade te sluiten. LET OP! Probeer beslist nooit om de CD-lade handmatig te sluiten, dit kan het mechanisme beschadigen. 3. Display Het display toont alle belangrijke functies van de speler. I. Track/Folder Toont het nummer van de momenteel gespeelde track of map II. CD/MP3 mode Geeft aan of een CD ("CD") of een MP3-CD ("MP3") afgespeeld wordt III. Pitch-aanduiding Toont de pitchwaarde van een track in procent. IV. Pitchfader status Geeft aan of de pitchfader geactiveerd is ("Key Pitch" verschijnt) V. Afspeelmode Geeft aan of zich de speler in de single-mode ("Single" verschijnt) of in de continuemode (geen aanduiding) bevind. VI. Auto-Cue Geeft aan of de auto-cue geactiveerd is ("A.CUE" verschijnt"). VII. Tempo Lock Geeft aan of tempo-lock geactiveerd is (het slot- symbool verschijnt) VIII. Reloop Geeft aan of de speler een loop heeft opgeslagen, deze kan via de Reloop-functie opgeroepen worden ("Reloop verschijnt"). IX. Pauze Toont of zich de speler in de pauzemode bevindt ("II" verschijnt) X. Looprichting Toont de looprichting, voorwaarts, achterwaarts of niet lopen XI. Cue Geeft aan of zich de speler op een cuepunt bevind ("CUE" verschijnt). 8

9 XII. XIII. XIV. XV. XVI. Anti-Shock -geheugenaanduiding Duidt aan, hoeveel muziek in het anti-shock geheugen geladen is en of de instant - start-functie ter beschikking staat. Elk van de vier balken betekent 5-seconden antishock-geheugen. Maximaal kunnen 10 seconden anti-shock-geheugen gebruikt worden. Playing adress Visualiseert de tijdweergave en loopt, afhankelijk van de time-mode, omhoog of omlaag. Kort voor het einde van een track knippert de complete balk. Time-display Toont de in de time-mode geselecteerde tijd in minuten, seconden en frames. MP3-informaties Toont bij het afspelen van een MP3-CD de actuele track- naam, de mapnaam en de sampling -frequentie. Time-mode Geeft aan of de speler de verstreken tijd van een track (geen weergave), de resterende tijd van een track ("Remain" verschijnt) of de resterende tijd van de gehele CD ("Total Remain" verschijnt) aanduidt. Met de time-toets (19) kunt u tussen de drie modi wisselen. XVII. BPM-weergave Toont de BPM-waarde van de actuele track XVIII. BPM-status Geeft aan of de auto BPM counter geactiveerd werd ("Auto BPM" verschijnt. 4. Afspelen Druk op de Play/Pauze-toets (4) om het afspelen te starten. Druk opnieuw op deze toets als u het afspelen tijdelijk wilt stoppen. Met de Single/continue-toets (18) kunt u kiezen uit 2 verschillende afspeelmodi. a) Single De actuele track wordt afgespeeld, daarna gaat de speler in de pauzemode. b) Continue De gehele CD wordt afgespeeld; daarna wordt de CD herhaald. Houdt de SGL/CTN toets ingedrukt om de auto-cue-functie te activeren. 5. Trackselectie vooruit / achteruit spoelen OPMERKING1 Indien uw MP3-CD in mappen onderverdeeld is kunt u deze met de Folder-toets (10) selecteren. Door het draaien van het Search-wiel (9) wordt de track vooruit (met de wijzers van de klok mee) of achteruit (tegen de wijzer van de klok in) gespoeld. Het wiel bezit 4 verschillende zoeksnelheden; hoe krachtiger u het wiel in de desbetreffende richting draait des te vlugger loopt u door de track. In de pauzemode kunnen trackpassages nauwkeurig in een frame geselecteerd worden; het actuele frame (=1/75 seconde) wordt dan permanent herhaald. 6. Cueing Het cuepunt kan op twee verschillende manieren gezet worden: I) Druk op de Play/Pauze toets (4) om naar de pauzemode te gaan; zoek nu met het Jog Wheel (3) of met het Search-wiel (9) het gewenste cue punt. Druk op de Play/Pauze-toets om dit punt op te slaan; de speler gaat terug naar de afspeelmode. II) Druk in de afspeelmode op de gewenste positie de Loop-toets (8), om het punt op te slaan; de speler blijft in de afspeelmode. 9

10 Als u nu op de cue-toets (5) indrukt gaat de speler terug naar het cue- punt en in de pauzemode. Wanneer de Cue-toets ingedrukt en vastgehouden wordt, gaat de speler naar de afspeelmode, tot u de toets weer loslaat; daarna gaat hij terug naar het cuepunt en in de pauzemode. Door de Play/Pauze- toets in te drukken keert u terug in de permanente afspeelmode. OPMERKING! Wanner in de afspeelmode de Cue-toets ingedrukt wordt en er is geen cue- punt opgeslagen, gaat de speler terug naar het begin van de track en in de pauzemode. Het cue- punt wordt alleen voor één track opgeslagen. Als u naar een andere track wisselt, is er geen cue- punt. 7. Looping Een loop is een permanente herhaling van een passage tussen een geselecteerde loop-beginpunt en een loop-eindpunt. Kies een loop-beginpunt met de Loop-IN-toets (8) en kies een loop-eindpunt met de Loop-Out-toets (7). De speler gaat automatisch over in de loopmode en de Reloop-toets (6) licht op. De geselecteerde passage wordt nu permanent afgespeeld, tot u opnieuw op de Loop-Out-toets drukt. De speler gaat vloeiend over naar de afspeelmode. Om de opgeslagen loop opnieuw op te roepen drukt u op de Reloop-toets; de speler gaat automatisch in de loopmode. De passage wordt zo lang afgespeeld tot u weer de Loop-Out-toets indrukt enz. Als u de Reloop-toets ingedrukt houdt kunt u de loop oproepen. De OUT-toets knippert, met het JOG-wheel kunt u de loop nu verlengen of inkorten. OPMERKING! Een Loop wordt slechts voor één track opgeslagen, als u naar een andere track wisselt is er geen loop opgeslagen. Het actuele loop-beginpunt is tevens het actuele cue-punt. Wanneer u na een opgeslagen loop de loopmode verlaat en u slaat een nieuwe cue-punt op, dan zal deze het actuele loop-beginpunt overschrijven; de Reloop-toets gaat uit en de loop is niet meer in het geheugen. 8. Sampler / Cue-punt-geheugen Beschikbaar zijn vier sample-geheugenbanken met elk 5 seconden. De sampler neemt deze 5 seconden steeds op vanaf het actueel opgeslagen cue-punt resp. loopbeginpunt. Om een sample op te nemen, zet u, zoals onder punt 7 beschreven, eerst een loop. Druk nu op de memory-toets (21); waarna deze rood oplicht. Druk nu op een van de vier geheugentoetsen (20). De sampler zal nu vanaf het actueel opgeslagen cuepunt resp. loopbeginpunt 5 seconden muziek (= één sample) naar de geselecteerde bank opnemen, de memory-toets gaat uit. Voor het afspelen van een sample, drukt u eerst op de sample-toets (22); deze licht blauw op. Druk dan op de een van de vier sample/ cue- toetsen; de sampler speelt de opgeslagen sample van de geselecteerde bank continue af. Als u nog een keer op de sample-toets drukt, gaat deze blauw knipperen en de sample wordt alleen een keer afgespeeld. Om het afspelen van de sampler te beëindigen drukt u opnieuw op de sample-toets waarna deze uitgaat. De speler bewaart de samples permanent in het geheugen. Ook na het wisselen van een track of een CD, blijven de opgeslagen samples behouden. De toets van een bezette samplebank licht blauw op, wanneer de bijhorende CD (sample afhankelijke CD) geplaatst wordt. Als een andere CD geplaatst wordt, gaat de desbetreffende toets rood branden. De toets voor de als laatste opgeslagen sample-bank zal bovendien in de respectieve kleur knipperen. Een sample-bank zal overschreven worden als u een nieuwe sample opneemt. De vier sample-banken zijn tevens een cue-punt-geheugen. Als u op de Sample-toets drukt, zonder vooraf de memory- of 10

11 sample-toets te activeren, gaat de speler in de afspeelmode en in de pauzemode, terug naar het begin van de betreffende sample. Deze functie kan alleen toegepast worden bij samples met de bijhorende CD resp. bij blauw brandende sample-banken. Druk op de bank-programm- toets (24) om een geselecteerde loop op een van de 12 banken op te slaan. Houdt hiertoe de bank-programm- toets ingedrukt tot "Bank P01" op het display verschijnt. Nu kunt u de volgorde van de samples met de memory-toets vastleggen. Na elke druk op de toets verschijnt op het display het overeenkomstige nummer. Door opnieuw op de bank-programm- toets te drukken wordt de volgorde opgeslagen. Om de samples continue af te spelen drukt u op de Sample-toets. Deze gaat blauw oplichten. Als u de volgorde een keer wilt afspelen, drukt u opnieuw op deze toets, waarna deze gaat knipperen. Druk op de bank-programm-toets om het geselecteerde programma af te spelen. Om het programma te beëindigen drukt u opnieuw op de Sample-toets, waarna deze uitgaat. OPMERKING! De cue-punten blijven in het geheugen bewaard ook na het uitschakelen van de RMP-1. Als u de cue-punten van een sample afhankelijke CD wilt oproepen, drukt u voor het inleggen van de CD op de Memory-toets (21). Op het display verschijnt "Recall". Plaats nu de sample afhankelijke CD, waarna de opgeslagen cue-punten beschikbaar zijn. Om de totale inhoud van de sample-banken te wissen, schakelt u het apparaat eerst via de aan/uit-schakelaar (26) uit. Draai nu het Search-wiel (9) tot aan de linker aanslag en houdt het wiel op deze positie vast. Schakel nu het apparaat met de aan/uit-schakelaar weer in; laat het Search-wiel weer los, zodra "clear all" en "read" op het display verschijnt. OPMERKING! Een sample wordt onafhankelijk van de trackweergave afgespeeld; in de afspeelmode is de actuele track en ook de sample te horen. In de pauzemode wordt alleen de sample afgespeeld. 9. Pitch tuning (fijnregeling snelheid) De pitch fine-tuning wordt met de pitch-toets (15) geactiveerd, de LED gaat branden. Met de pitchbereik-toets (13) kan een pitchbereik vanaf +/-4%, +/-8%, +/-16% of +/- 100% geselecteerd worden. Met de pitch-fader (16) kan nu de snelheid van de track traploos in dit bereik geregeld worden. De van de originele snelheid afwijkende snelheid wordt op het display aangeduid in procent. Door de pitch-bend-toets (17) ingedrukt te houden, kan de snelheid van de betreffende track kortstondig gewijzigd worden. Na het loslaten van de toets gaat de speler terug naar de ingestelde pitchfader snelheid. Met het Jog Wheel (3) kan de snelheid in de afspeelmode eveneens kortstondig verhoogd of verlaagd worden; hoe vlugger u het Jog Wheel draait des te sneller wordt de snelheidsverandering doorgevoerd. Als u de key-lock-functie met toets 14 activeert, wordt de originele toonhoogte van de track aangehouden, onafhankelijk van de ingestelde snelheid. Voor het deactiveren van de key-lockfunctie drukt u nogmaals op de toets. 10. Beatcounter Dit apparaat beschikt over een handmatige en een automatische beatcounter. Druk in het ritme van de muziek meermaals op de Tap- toets (23) om de snelheid van de track handmatig te bepalen, op het display verschijnt de waarde in BPM (= Beats per minuut). Houd de Tap- toets (23) 2 seconden ingedrukt om de automatische beatcounter te activeren. Door telkens kort op de Tap- toets te drukken wisselt de 11

12 aanduiding tussen snelheid in BPM en afwijking van de originele snelheid in percentages. 11. Relay Play Indien uw RMP-1 via de aansluiting (25) verbonden wordt met een andere RMP-1, kan de Relay-Play functie toegepast worden. Kies hiertoe bij beide spelers via de Single/Continue-toetsen (18) de single-afspeelmode, "Single" verschijnt op beide displays. Activeer nu bij een van de spelers de afspeelmode met de Play/Pauze-toets (4). Na het afspelen van de eerste track gaat de speler in de pauzemode. Daarna wordt de eerste track van de andere speler afgespeeld, waarna deze in de pauzemode gaat. Nu wordt de tweede track van de eerste speler afgespeeld, waarna deze weer in de pauzemode gaat en de tweede track van de andere speler wordt afgespeeld enzovoorts. OPMERKING! Eventueel functioneert de Relay-Play niet, indien de speler aan verschillende mengpanelen resp. versterkers aangesloten zijn. 12. Einde gebruik Voordat u het apparaat via de aan/uit-schakelaar (26) uitzet, controleert u of er nog een CD geplaatst is. Zorg er tevens voor, dat ook de CD-lade (1) gesloten is. Als deze na het uitschakelen van de speler nog open staat, schakelt u de speler weer in en sluit u de CD-lade met de open/close toets (2). 13. Verhelpen van problemen Indien er problemen met de RMP-1 optreden, zoekt u in de onderstaande tabel naar de symptomen van het probleem en voert u de voorgeslagen correctiemaatregelen uit. Symptomen Mogelijke oorzaak Correctiemaatregelen Het apparaat heeft geen Slechte netstekker-aansluiting Controleer de netstekker-aanstroom na het inschakelen via sluiting de aan-/uitschakelaar De CD speelt niet af De CD is verkeerd om geplaatst Plaats de CD met de label of de CD is vuil. naar boven, maak de CD schoon Geen geluid Uitgangskabel verkeerd of niet aan- Controleer de aansluiting van gesloten, verkeerde versterker- de uitgangskabel en de inresp. mengpaneelbediening stellingen op de versterker resp. mengpaneel De CD springt De CD-speler wordt langer dan Plaats de cd-speler op een 20 seconden blootgesteld aan andere plek sterke trillingen of schokken Er is een brom te horen De kabelverbinding zit niet vast Controleer de soundstekker 12

13 14. Menubesturing Houdt de Time-toets ingedrukt en druk op het TRACK-wiel om het menu op te roepen. Gebruik het Track-wiel om een functie te selecteren en te bevestigen, druk op de Time-toets om het menu te verlaten. 1. Versie CON: VerXXX (control versie) SER: VerXXX (Servo versie) BUF: VerXXX (buffer versie) DSP: VerXXX (DSP versie) 2. Sleep: min (sleep- instelling, 0 min: sleep niet actief) 3. Stop Time: 0,5-2,0 sec (Line name: start run time instelling) 4. Run Time: msec (Line name: loopsnelheid display) 5. Sensitivity: ADJ.= (Touch Wheel: gevoeligheid instelling) 6. Defaults: Yes (terugzetten op fabrieksinstelling) Exit (afsluiten zonder terugzetten op fabrieksinstelling) 7. Save: Yes (de instellingen opslaan) Exit (afsluiten zonder de instellingen op te slaan) 15. Track-wiel Druk op het track-wiel om te schakelen tussen de FOLDER/TRACK- mode. Druk op het track-wiel en houd deze 2 seconden ingedrukt om van "Artist" naar "Title" te wisselen. Technische gegevens De onderstaande gegevens worden door de Global Distribution GmbH niet gecontroleerd op plausibiliteit en juistheid: Frequentie response Kanaalscheiding S/N ratio D/A converter MP3-formaten: Max. MP3-mappen: 255 Max. MP3-bestanden: Hz - 20 khz 90 db 97 db 8-voud / 1 bit MPEG 1 Layer 2 standaard MPEG 2 Layer 3 standaard MPEG 2.5 Layer 3 standaard Afmetingen Gewicht 320 x 110,5 x 340 mm 4 kg Reloop Distribution Global Distributiopn GmbH, Schuckertstr. 28, D Münster/Germany/ 13

14 Hoofdtelefoon RH-3500 PRO De Reloop RH-3500 PRO overtuigd door flexibiliteit en uitstekende geluidskwaliteit. De professionele hoofdtelefoon beschikt over een gladde kabel en een spiraalkabel, die naar behoefte eenvoudig omgewisseld kunnen worden. De vervangbare oorkussens zijn van leer en velours en bieden een hoog draagcomfort. Accessoires en hoofdtelefoon kunnen in de meegeleverde opbergtas opgeborgen worden. Technische gegevens Frequentiebereik: 3 Hz 25 khz Geluidsniveau: 107 db Insteekverbinding: 3,5 mm, vergulde 6,3 mm jackplug Kabel: 3 m gladde kabel / 4 m spiraalkabel Gewicht 410 g Features Professionele DJ-hoofdtelefoon in gesloten draai- en klap- constructie Enkelzijdige kabeldoorvoer, afneembaar Perfect en individueel instelbaar draagcomfort door variabele oorkussens Uitstekende geluidskwaliteit 14