RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE HULDENBERG Provincie Vlaams-Brabant

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE HULDENBERG Provincie Vlaams-Brabant"

Transcriptie

1 RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Gemeenteplein 1 Tel.: Fax: GEMEENTE HULDENBERG Provincie Vlaams-Brabant GOEDGEKEURD DOOR DEPUTATIE OP 16/05/2013 Dossiernr.: Projectnr.: 07/3564 Versie: J_BD mei 2013 ARCADIS Belgium nv Kortrijksesteenweg Gent Tel.: Fax: _qt=_b=qosksuoktmv= omo=_êìëëéä= fkd=pomkmsutmrpkto=

2

3 Revisiestatus: Versie Datum Opmerking A nov 2004 Eerste uitgave B mei 2005 Aanpassingen na GECORO en overleg met gemeente. C nov 2005 Aanpassingen na structureel overleg, GECORO en overleg met gemeente D juli 2007 Aanpassingen n.a.v. bestuurswisseling E mrt 2008 Aanpassingen na plenaire vergadering F jan Aanpassingen na opmerkingen college en GECORO G maa Aanpassingen na opmerkingen college H nov Aanpassingen na opmerkingen college I maa Aanpassingen na plenaire vergadering dd. 23/01/2012 J feb 2013 Aanpassingen n.a.v. openbaar onderzoek dd. 29/05/2012 t.e.m. 27/08/2012 J_BD mei 2013 Aanpassingen n.a.v. goedkeuring deputatie dd. 16/05/2013 Opgesteld: IRV Projectleider ruimtelijke planning Bart Antheunis Geverifieerd: Afd. / Discipline Functie Naam Handtekening Datum IRV Projectleider ruimtelijke planning Bart Antheunis Werkten mee aan dit document: Peter Peeters, Sylvie Danckaert, Sofie Deberdt, Carolinne Vandamme, Christel Vannoppen en Sofie Wauters Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 3 van 268

4

5 Versie zoals goedgekeurd bij besluit van de Deputatie van Vlaams-Brabant op 16 mei 2013 met aanduiding van de uitgesloten tekstdelen. Het goedkeuringsbesluit is in bijlage aan het structuurplan toegevoegd Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 5 van 268

6

7 fkelraplmd^sb= VOORWOORD AANPAK VAN HET PLANNINGSPROCES Inleiding Vlaamse Codex ruimtelijke ordening Samenwerkingsmodel Ambtelijke werkgroep Stuurgroep Bevolking Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO) Aanpak Intentienota Startnota Opmaak van verschillende deelstudies Voorontwerp ruimtelijk structuurplan Huldenberg Overlegmomenten en inbreng INFORMATIEF DEEL DEEL 1: SITUERING Ruimtelijke Situering Gemeente op macroniveau Gemeente op mesoniveau Kwantitatief profiel van de gemeente enkele kengetallen Socio economisch profiel van de gemeente Bodemgebruik en gebouwen DEEL 2: PLANNINGSCONTEXT Hogere structuurplannen Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos Ruimtelijk Structuurplan Provincie Vlaams-Brabant Visie op de clusters van weekendverblijven, campings en woonwagenterreinen Andere beleidsplannen met ruimtelijke relevantie Ruimtelijk Structuurplan Huldenberg (1980) Structuurplanning in de randgemeenten Plannen met betrekking tot de open ruimte Plannen met betrekking tot de mobiliteit Juridisch Planologische context Gewestplan Uitvoeringsplannen Vogelrichtlijn- en Habitatrichtlijngebieden Vlaams Ecologisch Netwerk Natuurreservaten Integraal Waterbeleid Beschermingszones waterwingebied BOD Vlaamse Leemstreek Beleidsondersteunende maatregelen Woningbehoeftestudie Afbakening van de woonvernieuwings- en woningbouwgebieden Maatregelen ter bestrijding van leegstand en woningbouwgebieden Beschermde erfgoed Inventaris van het bouwkundig erfgoed Traditionele landschappen en landschapsatlas Archeologie Recht van voorkoop Dossier Veilig Verkeer Huldenberg Jeugdbeleidsplan DEEL 3: RUIMTELIJKE CONTEXT Cultuurhistorische situering Bestaande ruimtelijke structuur op macroniveau (bovengemeentelijk) Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 7 van 268

8 3. Bestaande ruimtelijke structuur op mesoniveau (gemeentelijk) Fysisch systeem Natuurlijke structuur Ruimtelijk - agrarische structuur Landschappelijke structuur Nederzettingsstructuur Toeristisch-recreatieve structuur Verkeers- en vervoersstructuur Synthese van de bestaande ruimtelijke structuur op mesoniveau Bestaande ruimtelijke structuur op microniveau Huldenberg kern Bebouwde valleiflank IJse Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en het plateau van Waver Het plateau van Duisburg Het plateau van Overijse DEEL 4: PROGNOSES Wonen Behoefteberekening wonen Kwalitatieve behoefte Aanbod aan bouwmogelijkheden Toetsing behoefte aanbod Bedrijvigheid Ruimtevraag van bedrijven Aanbod Vraag versus aanbod DEEL 5: KNELPUNTEN, BEDREIGINGEN, KWALITEITEN EN POTENTIES Bebouwde ruimte Open ruimte Verkeer en vervoer RICHTINGGEVEND DEEL DEEL 6: VISIE OP DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING Uitgangspunten Huldenberg: aangename woongemeente Basisdoelstellingen DEEL 7: RUIMTELIJKE PRINCIPES OF RUIMTELIJKE CONCEPTEN nieuwe woonontwikkelingen in het hoofddorp beekvalleien als basis voor samenhang open ruimte econonomische ontwikkelingen gesteund op 3 peilers Aandacht voor de diversiteit van de open ruimtegebieden Huldenberg, Neerijse en Sint-Agatha-Rode als lokale toeristisch-recreatieve knooppunten binnen de gemeente een hiërarchisch wegennetwerk met elk een eigen functie DEEL 8: GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR Gewenste ruimtelijk natuurlijke structuur Doelstellingen Concepten Gewenste ruimtelijk - natuurlijke structuur Gewenste ruimtelijk agrarische structuur Doelstellingen Concepten Gewenste ruimtelijk agrarische structuur Gewenste landschappelijke structuur Doelstellingen Concepten Gewenste landschappelijke structuur Gewenste nederzettingsstructuur (wonen) Doelstellingen Concepten Gewenste nederzettingsstructuur Gewenste economische structuur Doelstellingen Concepten Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 8 van 268

9 5.3. Gewenste economische structuur Gewenste toeristisch-recreatieve structuur Doelstellingen Concepten Gewenste toeristisch-recreatieve structuur Verkeers- en vervoersstructuur Doelstellingen Concepten Gewenste verkeers- en vervoersstructuur DEEL 9: GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR: ONTWIKKELINGSSTRATEGIE VOOR DE DEELRUIMTEN Deelruimte Huldenberg kern Doelstellingen Concepten Gewenste ruimtelijke structuur Huldenberg kern Deelruimte bebouwde valleiflank IJse Doelstellingen Concepten Gewenste ruimtelijke structuur bebouwde valleiflank Ijse Deelruimte Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en plateau van Waver Doelstellingen Concepten Gewenste ruimtelijke structuur Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en plateau van Waver Deelruimte Plateau van Duisburg Doelstellingen Concepten Gewenste ruimtelijke structuur plateau van Duisburg Deelruimte Plateau van overijse Doelstellingen Concepten Gewenste ruimtelijke structuur plateau van Overijse DEEL 10: AFWEGINGSKADER ZONEVREEMDE CONSTRUCTIES Zonevreemde woningen, bedrijven en recreatieterreinen Leegstaande landbouwbedrijven in de open ruimte DEEL 11: MAATREGELEN EN ACTIES Ruimtelijke maatregelen Flankerende maatregelen Suggesties Woningbouwprogrammatie BINDEND DEEL Bindende selecties en afbakeningen Woonstructuur Open ruimte Verkeer en vervoer Taakstellingen: woningbouwprogrammatie Bindende acties Ruimtelijke uitvoeringsplannen Verordeningen Andere BIJLAGE Referentiefoto s Verklarende woordenlijst Goedkeuringsbesluit deputatie Vlaams Brabant Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 9 van 268

10 ifgpq=jbq=h^^oqbk= Kaart 1: situering van de gemeente Huldenberg in de regio Kaart 2: basiskaart Huldenberg Kaart 3: situering van Huldenberg binnen het RSV en het RSVB Kaart 4: natuur- en landinrichtingsprojecten en natuurreservaten Kaart 5: gemeentelijk mobiliteitsplan: beleidsplan categorisering wegen en fietsverkeer Kaart 6: fietsroutenetwerk Kaart 7: gewestplan Kaart 8: vogelrichtlijn- en habitatrichtlijngebieden Kaart 9: Vlaams Ecologisch Netwerk Kaart 10: overstromingsgebieden Kaart 11: beschermingszones waterwingebied Kaart 12: Beschermd erfgoed Kaart 13: landschapsatlas Kaart 14: historische evolutie Kaart 15: bestaande ruimtelijke macrostructuur Kaart 16: fysisch systeem - bodemkaart Kaart 17: fysisch systeem - reliëf en waterlopen Kaart 18: biologische waarderingskaart Kaart 19: ruimtelijk - natuurlijke structuur Kaart 20: agrarische structuur Kaart 21: landschappelijke structuur Kaart 22: nederzettingsstructuur Kaart 23: toeristisch-recreatieve structuur Kaart 24: verkeers- en vervoersstructuur Kaart 25: synthese bestaande ruimtelijke structuur Kaart 26: deelruimten in Huldenberg Kaart 27: deelruimte Huldenberg kern Kaart 28: deelruimte bebouwde valleiflank IJse Kaart 29: deelruimte Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en het plateau van Waver Kaart 30: deelruimte plateau van Duisburg Kaart 31: deelruimte plateau van Overijse Kaart 32: gewenste ruimtelijke structuur voor Huldenberg Kaart 33: gewenste ruimtelijk - natuurlijke structuur Kaart 34: gewenste ruimtelijk - agrarische structuur Kaart 35: gewenste ruimtelijk - landschappelijke structuur Kaart 36: gewenste open ruimte structuur Kaart 37: gewenste nederzettingsstructuur (wonen en werken) Kaart 38: woningbouwprogrammatie Kaart 39: Gewenste economische structuur Kaart 39: gewenste toeristisch-recreatieve structuur Kaart 40: gewenste verkeers- en vervoersstructuur Kaart 41: gewenste ruimtelijke structuur Huldenberg kern Kaart 42: gewenste ruimtelijke structuur bebouwde valleiflank IJse Kaart 43: gewenste ruimtelijke structuur Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en plateau van Waver Kaart 44: gewenste ruimtelijke structuur plateau van Duisburg Kaart 45: gewenste ruimtelijke structuur plateau van Overijse Kaart 46: afwegingskader zonevreemde constructies Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 10 van 268

11 ifgpq=jbq=q^_biibk= Tabel 1: socio economische kengetallen Tabel 2: bodemgebruik en gebouwen in ha Tabel 3: gewestplanbestemmingen en feitelijk landbouwgebruik Tabel 4: indeling gewestplan Tabel 5: beschermde landschappen, monumenten en dorpsgezichten Tabel 6: overzicht niet-beschermd bouwkundig erfgoed - situatie november Tabel 7: activiteiten in de gemeente op basis van NACEBEL-2003-code Tabel 8: behoeften in beide planperioden Tabel 9: bindend sociaal objectief Tabel 10: behoeftenberekening sociale huisvesting Tabel 11: behoefteberekening serviceflats en rusthuisbedden Tabel 12: onbebouwde percelen langs uitgeruste weg Tabel 13: woon(inbreidings)gebieden Tabel 14: woonuitbreidingsgebieden Tabel 15: marktaanbod Tabel 16: confrontatie vraag en aanbod Tabel 17: ruimtevraag bestaande bedrijven Tabel 18: Overzicht bouwvergunningen voor bedrijven Tabel 19: overzicht opgerichte en verdwenen bedrijven volgens NIS Tabel 20: woonlint: mogelijke functiewijzigingen Tabel 21: randvoorwaarden woonlint: inpassing in de omgeving Tabel 22: ontwikkelingsmogelijkheden hoeve- en plattelandstoerisme Tabel 23: zonevreemd woningen als onderdeel van een woonlint: mogelijke functiewijzigingen Tabel 24: ontwikkelingsperspectieven leegstaande hoeves ifgpq=jbq=cfdrobk= Figuur 1: driesporenplanning Figuur 2: samenwerkingsmodel Figuur 3: administratieve situering Figuur 4: gewestplanbestemmingen en feitelijk landbouwgebruik Figuur 5: ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos Figuur 6: Herbevestigde agrarische gebieden Figuur 7: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Overijse Figuur 8: Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Tervuren Figuur 9: Gewenste ruimtelijke structuur omgeving Duisburg Figuur 10: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Bertem Figuur 11: Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Oud-Heverlee Figuur 12: ontwerp voor de ruimtelijke structuur van Wallonië (SDER) Figuur 13: vondsten in Huldenberg Figuur 14: overzicht holle wegen Figuur 15: ligging van de woon(inbreidings)gebieden en de woonuitbreidingsgebieden Figuur 16: Voorstel afbakening strategisch projectgebied omgeving gemeentehuis Figuur 17: toekomstvisie historisch dorpscentrum Figuur 18: projectgebied strategisch plan Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 11 van 268

12 ifgpq=^chloqfkdbk= ANB APA AWV BB-net BPA BWK GECORO GEN GEN GENO GNOP IBW IN IVON KLE KW LNE MINA NIS RSV RSVB RUP RWO SDER VCRO VEN VIOE VLM VMM VMW WUG Agentschap voor Natuur en Bos Algemeen Plan van Aanleg Administratie Wegen en Verkeer Regionet Brabant-Brussel Bijzonder Plan van Aanleg Biologische Waarderingskaart Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening Gewestelijk Expres Net Grote Eenheid Natuur Grote Eenheid Natuur in Ontwikkeling Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan Instituut voor Bosbouw en Wildbeheer Instituut voor Natuurbehoud Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk Kleine Landschapselementen Koningshooikt-Waver (bunkerlinie) Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Milieu en natuur Nationaal Instituut voor de Statistiek Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant Ruimtelijk Uitvoeringsplan Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Schéma de Développement de l Espace Régional Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Vlaams Ecologisch Netwerk Vlaams Instituut voor Onroerend Erfgoed Vlaamse Landmaatschappij Vlaamse Milieumaatschappij Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening Woonuitbreidingsgebied Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 12 van 268

13 sllotlloa= Ook in Huldenberg leggen meer en meer functies beslag op de ruimte. De gemeente is van oordeel een planmatige aanpak te moeten hanteren in zijn ruimtelijk beleid. Afspraken zijn nodig rond het ruimtegebruik en rond de verweving van de verschillende functies. Daarom besliste de gemeente Huldenberg voor de opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Via het planningsdecreet van 24 juli 1996, later vervangen door het decreet van 18 mei 1999 en sinds september 2009 vervangen door de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, werd een belangrijke modernisering van het planningsinstrumentarium verwezenlijkt. Met de goedkeuring van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen werden vervolgens de krijtlijnen voor een duurzame ruimtelijke ontwikkeling op Vlaams niveau vastgelegd. Deze duurzame ontwikkeling werd er verwoord in de metafoor Vlaanderen open en stedelijk. Voor de gemeente Huldenberg betekent dit een concrete uitwerking van een buitengebiedbeleid. In het ruimtelijk structuurplan van de provincie Vlaams-Brabant worden eveneens belangrijke uitspraken gemaakt over de rol van de gemeente. Het structuurplan is een instrument voor het voeren van het gemeentelijk ruimtelijk beleid met een lange termijn visie, zowel voor de huidige als voor de toekomstige generaties. Het is een nota, die vastgesteld wordt door de gemeenteraad en een plan waarmee de gemeente in overleg zal treden met alle betrokkenen, in eerste instantie met de bevolking van Huldenberg. Danny Vangoidtsenhoven, burgemeester Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 13 van 268

14

15 ^^km^h=s^k=ebq=mi^kkfkdpmol`bp fkdpmol`bp= Leeswijzer In dit deel wordt enerzijds de finaliteit, zowel inhoudelijk als procesmatig, van de studie bepaald als de vereisten weergegeven, die zowel de opdrachtgever als de opdrachthouder binden om te komen tot een kwalitatief Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan. Na een korte inleiding wordt de aanleiding tot opmaak van een ruimtelijk structuurplan uit de doeken gedaan. In een derde hoofdstuk wordt het samenwerkingsmodel uiteengezet en in het vierde hoofdstuk komt de aanpak aan bod. De verschillende documenten die aanleiding gegeven hebben tot voorliggend structuurplan worden kort besproken. Tevens wordt een opsomming gegeven van de verschillende overlegmomenten. SK fkibfafkd= De voorbije decennia werd het duidelijk dat het huidige instrumentarium van de ruimtelijke ordening is voorbijgestreefd. Het bestaande ruimtelijk beleid, enkel steunende op de bestaande aanlegplannen (gewestplannen, BPA s...), kan niet dynamisch inspelen op nieuwe ruimtelijke noden en kansen. Door het eenzijdig gericht zijn op de zonering en bestemmingen ondersteunen de aanlegplannen het passief karakter van het beleid. Met het ontbreken van een lange termijn visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling, dreigen de verschillende maatschappelijke sectoren zich ruimtelijk al te veel onafhankelijk van elkaar te ontwikkelen. De structuurplanning moet een antwoord bieden op de ruimtelijke probleemstellingen en de tekorten van het huidige planningsinstrumentarium. Met de structuurplanning moet het mogelijk zijn om een actiegericht en samenhangend ruimtelijk beleid uit te werken. Structuurplanning is een dynamisch en continu proces van visie- en beleidsvorming met betrekking tot de kwaliteit van de ruimte en de realisatie ervan. De gemeente Huldenberg wil participeren in deze nieuwe denkrichting waardoor met betrekking tot de ruimtelijke evolutie een lange termijn visie wordt ontwikkeld. Het ruimtelijk structuurplan geeft van een bepaalde ruimte de ruimtelijke visie, een concept over de gewenste structuur, beleidsdoelstellingen en de maatregelen om ze te verwezenlijken. Dit product waarborgt de inhoudelijkheid, doelgerichtheid, doorzichtigheid en controleerbaarheid van het ruimtelijk beleid. Op basis van zo een structuurplan, dat zich tenminste uitstrekt tot de middellange termijn, kunnen projecten worden benoemd en afhankelijk van de prioriteiten en (financiële) haalbaarheid, tot uitvoering worden gebracht. Structuurplanning vereist een samenwerking tussen politici, administratie, planners en de bevolking. Hierdoor krijgt het resultaat een breed draagvlak en is de kans op werkelijke realisatie van actiepunten beter gefundeerd. Deze complexe planningsvorm heeft gestalte gekregen binnen de driesporenplanning 1. Deze planningsmethode heeft verschillende voordelen. Op het eerste spoor wordt een beleidsplan voor de toekomst ontwikkeld waarbij de duurzame ruimtelijke ontwikkeling voor Huldenberg wordt uitgetekend. Het tweede spoor biedt de kans om in het heden kwalitatief in te grijpen op het terrein. Het derde spoor omvat de democratische besluitvorming waarbij de bevolking eveneens haar rol speelt. 1 Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Structuurplanning: een handleiding voor de gemeenten, Brussel, AROHM Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 15 van 268

16 Figuur 1: driesporenplanning driesporenplanning eerste spoor waarden normen problemen visievorming lange termijn tweede spoor knelpuntenbehandeling op korte termijn dagelijks beleid derde spoor betrekken bevolking bij planen besluitvormingsproces emancipatorisch werken naar kwaliteit TK si^^jpb=`labu=orfjqbifghb=loabkfkd ifghb=loabkfkd= Artikel van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening vermeldt: Onder Ruimtelijk Structuurplan wordt verstaan een beleidsdocument dat het kader aangeeft voor de gewenste ruimtelijke structuur. Het geeft een lange termijn visie op de ruimtelijke ontwikkeling van het betrokken gebied. Het is erop gericht samenhang te brengen in de voorbereiding, de vaststelling en de uitvoering van beslissingen die de ruimtelijke ordening aanbelangen. De ruimtelijke ordening is gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling waarbij de ruimte beheerd wordt ten behoeve van de huidige generatie zonder dat de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang gebracht worden (art ). Het ruimtelijke structuurplan wordt vastgesteld voor een termijn van vijf jaar en blijft in ieder geval van kracht totdat het door een nieuw ruimtelijk structuurplan is vervangen (art ). In het structuurplan worden drie delen onderscheiden, namelijk het informatief deel, het richtinggevend deel en het bindend deel (art ). Het informatief deel omvat de beschrijving van de bestaande ruimtelijke structuur en van het gevoerde beleid naast het onderzoek naar mogelijke behoeften van een aantal maatschappelijke sectoren en activiteiten. Er wordt tevens een relatie aangetoond met de structuurplannen van andere niveaus. Het richtinggevend deel geeft de doelstellingen van het ruimtelijk beleid weer dat leidt tot de gewenste ruimtelijke structuur. De overheid kan bij het nemen van beslissingen niet afwijken van de elementen die in dit deel beschreven staan, tenzij wegens onvoorziene ontwikkelingen van de ruimtelijke behoeften of wegens dringende sociale of budgettaire redenen. Het bindend deel bevat de elementen die bindend zijn voor de gemeente en haar instellingen. De beslissingen die nodig zijn om de gewenste ruimtelijke structuur te realiseren staan in dit deel beschreven. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 16 van 268

17 UK p^jbktbohfkdpjlabi= Bij de start van het structuurplanningsproces voor Huldenberg werd een samenwerkingsverband opgezet dat tot doel heeft dit proces verder te begeleiden. De bedoeling is een duurzame samenwerkingsstructuur tot stand te brengen die ook nadien bruikbaar is. Het is duidelijk dat de uiteindelijke beslissingsbevoegdheid betreffende het structuurplan bij de gemeenteraad ligt. Figuur 2: samenwerkingsmodel UKNK ^ãäíéäáàâé=ïéêâöêçéé== De ambtelijke werkgroep bereidt het structuurplan inhoudelijk voor. Zij coördineert het plannings- en inspraakproces. Zij adviseert het College over de aanpak van de planning, het uit te voeren onderzoek en de inspraak. Hier vinden tevens een afstemming en een overleg plaats tussen de gemeentelijke diensten over de werkzaamheden en de belangrijke projecten. In deze groep zijn het Schepencollege, de betrokken diensten en het projectteam vertegenwoordigd. Belangrijk hierbij is dat de ambtelijke werkgroep: - de verschillende documenten van de structuurplanning bespreekt; - de inspraakprocedure mee uitwerkt; - de procedure van structuurplanning mee opvolgt; - en de benodigde gegevens ter beschikking stelt aan het projectteam. UKOK píììêöêçéé= De stuurgroep is de voornaamste inspraakgroep in de structuurplanning. Zij geeft op basis van voorstellen van het projectteam en van de ambtelijke werkgroep of uit eigen beweging adviezen aan het college en de gemeenteraad. De stuurgroep organiseert haar eigen werkzaamheden en geeft advies aan de ambtelijke werkgroep over initiatieven om gericht informatie te verstrekken, ruimere inspraak te organiseren en de resultaten van het inspraakverloop in de besluitvorming te verwerken. De stuurgroep bestaat uit een vertegenwoordiging van de verschillende politieke fracties. Ze werden steeds samen met de GECORO geïnformeerd. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 17 van 268

18 UKPK _ÉîçäâáåÖ= Ook de bevolking werd van in het begin betrokken bij het structuurplanningsproces. De bevoorrechte getuigen die werden bevraagd bij het opstellen van de startnota en werkwinkels geven als klankbord van de bevolking snel inzicht in de ruimtelijke problemen die in de gemeente worden ervaren. Verder werd in het gemeentelijk informatieblad een artikel gepubliceerd in verband met de stand van zaken in het structuurplanningsproces. Tevens werd bij de start van het proces, op 24 juni 2003, een infovergadering georganiseerd voor de bevolking. Hiernaast is het college van Burgemeester en Schepenen verplicht om minimaal één informatie- en inspraakvergadering tijdens het openbaar onderzoek te organiseren. UKQK déãééåíéäáàâé=`çããáëëáé=îççê=oìáãíéäáàâé=lêçéåáåö=edb`lolf= De GECORO werd bij het structuurplanningsproces betrokken vanaf het opstellen van de aanstelling door de gemeenteraad. De GECORO werd toegelicht door het studiebureau Arcadis over alle grote stappen binnen het structuurplanningsproces. Concreet kregen ze een toelichting over de woonbehoeftestudie, de bedrijvenbehoeftestudie en het voorontwerp. De GECORO geeft formeel advies op het voorontwerp van het structuurplan alvorens de voorlopige aanvaarding van het structuurplan. De GECORO van Huldenberg gaf officieus advies op de verschillende voorontwerpen. VK ^^km^h= De voorgestelde aanpak heeft geleid tot volgende documenten. VKNK fåíéåíáéåçí~= In de intentienota verwoordt het gemeentebestuur een aantal bedenkingen die aanleiding hebben gegeven tot het opstarten van het structuurplanningsproces. De nood aan een globale visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Huldenberg wordt aangetoond zoals eveneens de nood aan een integratiekader voor een aantal sectorale studies (bijvoorbeeld het gemeentelijk natuurontwikkelingsplan). De gemeente wenst een actief beleid op het gebied van ruimtelijke ordening te voeren. De noodzaak om het gemeentelijk ruimtelijk beleid te integreren binnen de krijtlijnen die het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB) hebben getrokken, wordt beklemtoond. Een aantal belangrijke vragen en problemen komen tevens aan bod in de intentienota. Enkele vraagstukken die met voorrang moeten worden bekeken, zijn: - voetbalterrein Sint-Agatha-Rode; - zonevreemde bedrijven en recreatie (waaronder camping); - containerpark; - beperkte mogelijkheden van gemeente om gemeentelijke voorzieningen te realiseren; - inwijking. VKOK pí~êíåçí~= In de startnota werd enerzijds inzicht gegeven in de huidige planningscontext en bestaande ruimtelijke toestand en anderzijds in de ruimtelijke problemen, kwaliteiten en potenties. Daarna geeft de startnota een aanzet tot de mogelijke gewenste ruimtelijke ontwikkeling. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 18 van 268

19 De startnota werd samengesteld na een intensieve periode van terreinverkenning en een gespreksronde met bevoorrechte getuigen en in werkwinkels. Hierbij ging de aandacht onder meer uit naar de planningscontext, de analyse van de ruimtelijke structuur en een eerste diagnose van de waarden, potenties, knelpunten en bedreigingen. Gelijklopend aan deze terreinverkenning en gesprekken werd gestart met het samenbrengen van de specifieke basisinformatie over de demografie, de tewerkstelling, de historisch-morfologische ontwikkeling welke essentieel zijn voor de studie. Elementen uit andere afgewerkte of in opmaak zijnde studies, zoals het mobiliteitsplan en het Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan (GNOP), worden hieraan toegevoegd. VKPK léã~~â=î~å=îéêëåüáääéåçé=çééäëíìçáéë= De hypothetische visie die werd neergeschreven in de startnota werd verder verfijnd aan de hand van een viertal deelstudies, meerbepaald de woningbehoeftenstudie, de bedrijvenbehoeftestudie, de deelstudies bebouwde ruimte en open ruimte. VKQK sççêçåíïéêé=êìáãíéäáàâ=ëíêìåíììêéä~å=eìäçéåäéêö= Het voorontwerp wordt opgebouwd uit drie grote delen, het informatief deel, het richtinggevend deel en een bindend deel. Het informatief deel wordt grotendeels overgenomen uit de startnota en aangevuld met gegevens uit de verschillende deelrapporten. In het richtinggevend deel wordt de visie voor de gemeente neergeschreven. Deze visie is een verdere verfijning van de hypothese uit de startnota. Ze wordt samengesteld uit de confrontatie van de visies die werden neergeschreven in de deelrapporten. In het bindend deel wordt een eerste aanzet gegeven tot maatregelen die moeten genomen worden om de neergeschreven visie te kunnen verwezenlijken. VKRK lîéêäéöãçãéåíéå=éå=áåäêéåö= - startvergadering: 13 juni 2002; - werkgroepvergaderingen: 21 augustus 2002 (intentienota), 3 oktober 2002, 27 januari 2003 (startnota), 17 februari 2003 (woningbehoeftestudie), 22 mei 2003 (open ruimte bebouwde ruimte), 21 augustus 2003 (woningbehoeftestudie bedrijvenbehoeftestudie), 23 april 2004 (voorontwerp), 19 mei 2004 (voorontwerp), 24 mei 2004 (voorontwerp), 24 februari 2005 (voorontwerp); - stuurgroepvergadering: 17 februari 2003 (startnota); - bevoorrechte getuigen: 5 en 6 september 2002; - werkwinkels: 13 november en 4 december 2002; - structureel overleg startnota: 3 juli 2003; - GECORO: 24 september 2003 (woningbehoeftestudie en bedrijvenbehoeftestudie), 20 december 2004 (voorontwerp); - overlegmoment Loonbeek: 24 juni 2003 (met de bevolking na oproep in plaatselijke krant); - GECORO: 13 juni 2005 (bespreking voorontwerp B) - structureel overleg: 4 oktober 2005 (voorontwerp B); - plenaire vergadering: 31 januari 2008 (voorontwerp versie D) - GECORO: 29 september 2008 (voorontwerp versie E) - plenaire vergadering 23 februari 2012 (voorontwerp versie H) - GECORO: 27 februari 2012 (voorontwerp versie H) Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 19 van 268

20 fkcloj^qfbc=abbi= Leeswijzer Dit boekdeel omvat de tekst van het informatief deel van het ruimtelijk structuurplan van Huldenberg. Het moet samen gelezen worden met de kaartenbundel. Het is de bedoeling dat dit informatief gedeelte de bestaande ruimtelijke structuur van de gemeente schetst, met inbegrip van de bestaande bepalingen en de ruimtelijk relevante studies, op basis van bestaande documenten en eigen onderzoek (terreinverkenning, gesprekken met bevoorrechte getuigen ) In deel 1 wordt de gemeente ruimtelijk gesitueerd. De ligging van de gemeente op macro-, meso- en microniveau wordt besproken. Dit wordt aangevuld met enkele kengetallen die de gemeente typeren. In deel 2 komt de planningscontext aan bod. De verschillende beleidsplannen die de planning op gemeentelijk niveau kunnen sturen, worden besproken. Dit zijn zowel de hogere beleidsplannen, zoals het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen en het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant als de sectorale beleidsplannen zoals het GNOP en het mobiliteitsplan. Daarnaast worden de structuurplannen van de aangrenzende gemeenten besproken. Ook enkele juridische en beleidsondersteunende maatregelen worden niet uit het oog verloren. In deel 3 wordt de bestaande ruimtelijke structuur van de gemeente geanalyseerd. Eerst wordt een overzicht van de historische ontwikkelingen in de gemeente geschetst. Vervolgens worden de verschillende deelstructuren (natuur, landbouw, landschap, nederzetting en economie, toerisme en recreatie en lijninfrastructuren) geanalyseerd. De bestaande ruimte wordt eveneens benaderd via een gebiedsgerichte analyse, meer bepaald door een onderverdeling in deelruimten. Tenslotte wordt de volledige ruimtelijke structuur van de gemeente in beeld gebracht. In deel 4 worden de prognoses op het gebied van wonen en bedrijvigheid behandeld. Het informatief deel wordt afgesloten met een onderzoek naar de lokale knelpunten, bedreigingen, potenties en kwaliteiten (deel 5). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 20 van 268

21 DEEL 1: SITUERING Dit hoofdstuk is bedoeld om kennis te maken met de gemeente Huldenberg. Achtereenvolgens komen aan bod: de ruimtelijke situering op macro- en mesoniveau en een aantal kengetallen van de gemeente (socio-economische, bodemgebruik ). NK orfjqbifghb=pfqrbofkd= NKNK déãééåíé=çé=ã~åêçåáîé~ì= Kaart 1: situering van de gemeente Huldenberg in de regio Huldenberg behoort tot de provincie Vlaams-Brabant en het arrondissement Leuven. De gemeente is gelegen tegen Waals-Brabant, binnen de driehoek Brussel Leuven Waver en heeft als buren Overijse (ten westen), Tervuren (ten noordwesten), Bertem (ten noorden), Oud-Heverlee (ten noordoosten) en twee Waalse gemeenten, namelijk Grez-Doiceau (ten oosten en zuidoosten) en Waver (ten zuidwesten). Figuur 3: administratieve situering Huldenberg maakt deel uit van het Dijleland en de druivenstreek. De streek wordt gekenmerkt door een golvend landschap met talrijke valleien die de plateaus met smalle dalen doorsnijden. Akkerbouw en loofbossen vormen de voornaamste landgebruikers, met daarnaast nog een belangrijk gedeelte tuinbouw. In het Dijleland zijn er enkele zeer grote, overwegend loofboscomplexen aanwezig. Ten oosten van de Dijle bevindt zich Heverleebos en Meerdaalwoud, aan de westzijde is het Zoniënwoud gelegen. Wat de wegenstructuur betreft, is er ten noorden van Huldenberg de E40 (Brussel Leuven Luik) en zuidelijk van de gemeente de E411 (Brussel Namen Luxemburg). De belangrijkste weg voor de gemeente is de N253 (Overijse Leuven), die de gemeente van zuidwest naar noordoost doorsnijdt. Deze weg verbindt Leuven met Overijse en heeft doortochten in Huldenberg, Loonbeek en Neerijse. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 21 van 268

22 NKOK déãééåíé=çé=ãéëçåáîé~ì= Kaart 2: basiskaart Huldenberg De fusiegemeente Huldenberg bestaat uit de deelgemeenten Huldenberg, Loonbeek, Neerijse, Sint- Agatha-Rode en Ottenburg. De gemeente heeft een oppervlakte van ha en telde op 1 januari inwoners. Dit is een bevolkingsdichtheid van 237 inwoners/km². Huldenberg, Loonbeek en Neerijse liggen aan de rand van de vallei van de IJse, langs de N253 (Overijse Leuven). Huldenberg is de hoofdkern en ligt in het zuidwestelijk gedeelte van de fusiegemeente. Loonbeek en Neerijse situeren zich meer noordwaarts langs de IJsevallei. De drie kernen zijn aan elkaar vergroeid door hun lintvormige uitlopers langs de N253. Sint-Agatha-Rode is hoofdzakelijk gesitueerd in de Dijlevallei. Ottenburg tenslotte is gelegen in het uiterste zuiden van de gemeente, tussen Dijle en Laan. Landschappelijk kan Huldenberg omschreven worden als de drie-rivieren-gemeente: Dijle, Laan en IJse bepalen er het landschappelijk uitzicht. De brede vallei van de Dijle vormt de oostelijke grens van de gemeente. Ten westen van de Dijle bevindt zich het Brabants plateau dat door IJse en Laan in drie subplateaus wordt versneden. Hierdoor ontstaat een gevarieerd landschap met vrij open plateauhoogten, steile valleihellingen en smalle rivierdalen. In de gemeente komen geen belangrijke verkeersassen voor. De N253 (Leuven Overijse) is de belangrijkste weg in de gemeente. Ook de verbinding Leuven Waver, die de dorpskernen Sint- Agatha-Rode en Ottenburg doorsnijdt, is een belangrijke verbindingsweg doorheen de gemeente. Op het grondgebied van Huldenberg is er een bedrijventerrein aanwezig, namelijk in de gemeente Ottenburg langs de Florivalstraat, aan de grens met Wallonië. OK ht^kqfq^qfbc=molcfbi=s^k=ab=dbjbbkqb= s^k=ab=dbjbbkqb=ó=bkhbib=hbkdbq^iibk bkhbib=hbkdbq^iibk= In onderstaande tabel worden enkele kengetallen weergegeven met hun evolutie in de laatste decennia. OKNK pçåáç=ó=éåçåçãáëåü=éêçñáéä=î~å=çé=öéãééåíé ÉÅçåçãáëÅÜ=éêçÑáÉä=î~å=ÇÉ=ÖÉãÉÉåíÉ= Deze gegevens zijn gebaseerd op de volkstelling van 1991, het NIS, de socio-economische telling uit 2001 en de meest recente statistische gegevens die terug te vinden zijn op en het NIS. De meest recente gegevens die voldoende met elkaar vergeleken kunnen worden zijn te herleiden tot 1/1/2010. De gegevens met een - zijn niet beschikbaar. Tabel 1: socio economische kengetallen 1/1/ Aantal inwoners Bevolkingsdichtheid (inwoners/km²) 201,01 217,89 228,46 233,69 237,37 - buurgemeente Bertem ,76-321,68 - buurgemeente Overijse ,71-549,82 - buurgemeente Oud Heverlee ,17-354,64 - buurgemeente Tervuren ,55-642,88 - arrondissement Leuven ,96-415,63 Aantal gezinnen Gem. gezinsgrootte 2,8 2,7 2,6 2,6 - Percentage alleenstaanden 19 % - 23 % 24 % - Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 22 van 268

23 Percentage huishoudens bestaande uit twee personen Percentage huishoudens bestaande uit 3 of 4 personen Percentage huishoudens bestaande uit 5 of meer personen 1/1/ % - 32 % 32 % - 39 % - 37 % 36 % - 9 % - 8 % 8 % - Percentage 60 - plus 22 % - 21 % 21 % - Percentage vreemdelingen 4,4 % 5,7 % 6,4 % 7,1% - Percentage werkzoekenden 2 % 2,5 % 1,1 % 3,7% - Totaal aantal zelfstandigen (+ helpers) 808 (1993) (889) 909 (997) - - in primaire sector (landbouw) in secundaire sector (nijverheid) in tertiaire sector (handel) in quartaire sector (vrije beroepen, diensten, diversen) Totaal aantal werknemers in private sector in openbare sector Bron: NIS, Volks- en woningtelling 1991, Socio-Economische telling 2001, gemeentelijk woondossier, gemeente Huldenberg OKOK _ççéãöéäêìáâ=éå=öéäçìïéå= Onderstaande cijfers betreffende bodemgebruik zijn afkomstig van de Federale overheidsdienst Economie, KMO, Middenstand en Energie en van de Algemene Directie Statistiek, kadaster. Er wordt gebruik gemaakt van de gegevens uit de ECODATA-databank en van Deze bronnen laten toe gegevens van de verschillende gemeenten, provincies en gewesten op het gebied van bevolking, bouw, mobiliteit, werkloosheid, samenleving en toerisme op te vragen voor verschillende jaren. De meest recente gegevens die terug te vinden zijn dateren van 1/1/2008 en werden geraadpleegd op (algemene directie Statistiek, kadaster). De oudere datareeksen uit 1984 werd geraadpleegd via ECODATA. Tabel 2: bodemgebruik en gebouwen in ha Evolutie Onbebouwd Akkerland Grasland Tuinen en parken Boomgaarden Bossen Woeste gronden Recreatieterreinen Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 23 van 268

24 Evolutie Wateren Wegen Andere Bebouwd Appartementen Buildings Huizen en hoeven Bijgebouwen met inbegrip van serres Ambacht en industriegebouwen Opslag Gebouwen met handelsbestemming Openbare gebouwen 0,1 0,2 0,3 Gebouwen voor nutsvoorzieningen 0,5 4 4 Gebouwen voor sociale zorg en ziekenzorg = Gebouwen voor onderwijs, onderzoek en cultuur Gebouwen voor eredienst Gebouwen voor recreatie en sport Andere Bron: 1984: Ecodata; 2004 en 2008: (algemene directie Statistiek, kadaster) Op het gebied van bodemgebruik wees een studie van de Boerenbond (2004) uit dat de landbouwgrond in Huldenberg verdeeld is over volgende bestemmingen: Tabel 3: gewestplanbestemmingen en feitelijk landbouwgebruik Gewestplanbestemming Oppervlakte (ha) Agrarisch gebied 149 Landschappelijk waardevol agrarisch gebied Groengebied 335 Overige bestemmingen 109 totaal Bron: boerenbond 2004 Uit de tabel blijkt dat 335 ha groengebied in gebruik is door de landbouw. De gronden die effectief in landbouwgebruik zijn worden weergegeven op onderstaande figuur. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 24 van 268

25 Figuur 4: gewestplanbestemmingen en feitelijk landbouwgebruik Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 25 van 268

26 DEEL 2: PLANNINGSCONTEXT Leeswijzer In de planningscontext wordt een onderscheid gemaakt tussen: - de hogere structuurplannen die de inhoud van het gemeentelijk structuurplan richtinggevend of bindend bepalen. Het betreft het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB). - andere beleidsdocumenten op Vlaams, provinciaal, subregionaal of gemeentelijk niveau. De visies uit deze plannen kunnen afhankelijk van hun status hetzij een inspiratiebron zijn, hetzij te integreren zijn bij de uitwerking van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Het betreft zowel ruimtelijke als sectorale beleidsvisies, waarbij vooral de ruimtelijke of planologische effecten van belang zijn voor het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. - de plannen van aanleg zijn momenteel het planologisch juridisch kader voor het ruimtelijk ordeningsbeleid. Bij de uitwerking van de visie zullen de doelstellingen getoetst worden aan dit bestaande juridische kader naar realiseerbaarheid en noodzakelijke aanpassingen in deze aanlegplannen. - andere uitvoeringsbesluiten en -maatregelen die al getroffen zijn en als beleidsondersteunende maatregelen inzake ruimtelijke ordening kunnen gelden of in bepaalde gevallen de uitwerking van een gemeentelijke visie mede kunnen bepalen omwille van de realiseerbaarheid van wenselijkheden. NK eldbob=pqor`qrromi^kkbk kbk= Voor de besproken plannen worden enkel die elementen weergegeven die betrekking (kunnen) hebben op het gemeentelijk structuurplanningsproces van Huldenberg. Kaart 3: situering van Huldenberg binnen het RSV en het RSVB NKNK oìáãíéäáàâ=píêìåíììêéä~å=sä~~åçéêéå O = Voor wat betreft Huldenberg zijn volgende zaken beschreven in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) van belang: Ruimtelijk beleid in stedelijke gebieden - Huldenberg behoort niet tot de Vlaamse Ruit. In het RSV wordt Huldenberg net buiten de Vlaamse Ruit gesitueerd. De Vlaamse Ruit is een stedelijk netwerk op internationaal niveau; het gebied is van internationaal economisch belang voor Vlaanderen. De randgemeenten Overijse, Tervuren en Bertem behoren wel tot de Vlaamse Ruit. - Huldenberg behoort niet tot een stedelijk gebied. Huldenberg valt buiten het af te bakenen Vlaams stedelijk gebied rond Brussel. In gemeenten gelegen binnen dit gebied is het wenselijk het aanwezige stedelijk karakter in het ruimtelijk beleid te continueren. Delen van de randgemeente Tervuren behoren tot het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel. 2 Vlaamse regering, Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), integrale versie, 1997 en latere herzieningen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 26 van 268

27 Ruimtelijk beleid in het buitengebied De gemeente Huldenberg maakt deel uit van het buitengebied. In het buitengebied voert het Vlaams gewest drie types van planningsprocessen: - landbouw, natuur en bos; - toerisme en recreatie; - gemeenschaps- en nutsvoorzieningen. De doelstellingen ten aanzien van dit buitengebied werden in het RSV als volgt omschreven: - de ontwikkelingsmogelijkheden van de structuurbepalende activiteiten en functies (landbouw, bos, natuur, wonen en werken) van het buitengebied moeten worden gegarandeerd. Op deze wijze wordt het buitengebied gevrijwaard voor haar essentiële functies. - bij de ontwikkeling van de structuurbepalende activiteiten en functies van het buitengebied wordt het bestaand fysisch systeem als uitgangspunt gehanteerd. Het ruimtelijk beleid en het milieubeleid worden hierop afgestemd. - de ontwikkeling van wonen, werken en verzorgende functies wordt in de kernen gebundeld teneinde een verdere versnippering van het buitengebied te vermijden (= gedeconcentreerde bundeling); - het bereiken van een gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied. Natuurlijke structuur De grote eenheden natuur (GEN; tot ha), grote eenheden natuur in ontwikkeling (GENO; tot ha) worden afgebakend door het Vlaamse Gewest. Daarnaast bakent het Vlaams Gewest ook ha bijkomend bosgebied of bosuitbreidingsgebied af waarbinnen ecologisch verantwoorde bosuitbreiding plaatsvindt, en natuurverwevingsgebied. De eerste fase van de afbakening van het VEN is al achter de rug. In Huldenberg zijn 4 VEN-gebieden gelegen (zie verder: juridisch-planologische context). De natuurverbindingsgebieden zullen worden afgebakend door de provincie. Er zijn nog geen natuurverbindingsgebieden afgebakend. De groene bestemmingen van de gewestplannen gelden momenteel als de natuurlijke structuur op Vlaams en provinciaal niveau. In het RSV is de vallei van de Dijle aangeduid als structurerende riviervallei op Vlaams niveau. De Dijlevallei is zeer belangrijk door de aanwezigheid van een goed gedifferentieerd stelsel van komgronden en oeverwallen, door de grote variatie aan vegetatie, de aanwezigheid van kwelgemeenschappen, grote vijvers en graslanden. De Dijlevallei speelt een belangrijke rol in de vogeltrek. De valleien van de IJse en de Laan zijn structurerende beekvalleien op Vlaams niveau en bevatten een aaneenschakeling van natuurwaarden. Het ruimtelijk beleid van rivieren en beken moet worden ontwikkeld in relatie tot de omgevende valleien. Dit betekent dat er ruimtelijke voorwaarden worden gecreëerd die het integraal waterbeheer ondersteunen en die de relaties tussen de waterloop en de omgevende vallei versterken. Agrarische structuur ha agrarisch gebied, ruimtelijk bestemd voor beroepslandbouw, wordt afgebakend door het Vlaams Gewest, met aanduiding van bouwvrije zones. Huldenberg wordt in het RSV aanzien als een klasse 2 gemeente. Dit betekent dat 40-70% van de oppervlakte bestaat uit agrarisch gebied. Huldenberg is een gemeente met een matig dynamische landbouw. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 27 van 268

28 Nederzettingsstructuur De nederzettingsstructuur in het buitengebied wordt gedifferentieerd door het gebruik van de volgende beleidscategorieën: kern, bebouwd perifeer landschap, linten en verspreide bebouwing. De selectie hiervan gebeurt op provinciaal niveau. In het buitengebied worden de kernen onderverdeeld in hoofddorpen en woonkernen. Een hoofddorp onderscheidt zich van een woonkern door de uitstralingsgraad waarover het in zijn regio beschikt. De afbakening van de kernen moet gebeuren in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. De locaties voor de nieuw te bouwen woningen (met fasering, minimale en maximale dichtheden) worden eveneens vastgelegd in het gemeentelijk structuurplan en verder uitgewerkt in de ruimtelijke uitvoeringsplannen. Een multifunctionele ontwikkeling (wonen, werken...) en verweving in de kernen van het buitengebied staat centraal bij de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling. In de provincie Vlaams-Brabant mocht tot 2007 maximum 50% van de bijkomende woongelegenheden in de kernen van het buitengebied gerealiseerd worden. In het buitengebied moeten lokale bedrijventerreinen de nieuwe en de te herlokaliseren lokaal verzorgende bedrijven opvangen. Lokale bedrijventerreinen worden afgebakend door de gemeente, aansluitend bij hoofddorpen of bij een bestaand bedrijventerrein. De totale maximale grootte van nieuwe lokale bedrijventerreinen is 5 ha (richtcijfer) per hoofddorp. De ontsluiting ervan moet verlopen via gemeentelijke verzamelwegen welke rechtstreeks toegang verlenen tot primaire en secundaire wegen. Landschappelijke structuur Op elk planningsniveau kunnen karakteristieke elementen en componenten worden geselecteerd en kunnen hiervoor specifieke ontwikkelingsperspectieven worden aangegeven. Mogelijke karakteristieke elementen en componenten zijn bakens (visuele blikvangers zoals torens), reliëfcomponenten, markante terreinovergangen. Bovendien kunnen op elk niveau structurerende open ruimteverbindingen (niet bebouwde ruimten) aangeduid worden, welke voorkomen dat bebouwde gebieden aan elkaar groeien en welke een verbindingsfunctie verzorgen voor de structuurbepalende functies van het buitengebied. Een structuurbepalende open ruimteverbinding op Vlaams niveau is onder meer deze tussen Brussel en Leuven over Leefdaal/Meerbeek. Recreatie en toerisme Alle terreinen voor openluchtrecreatieve verblijven (ongeacht de bestemming op het gewestplan) moeten worden geëvalueerd in functie van de ruimtelijke draagkracht van het betrokken gebied. Dit is ook het geval voor individuele weekendverblijven. Waterwinning en ontginning De bestaande infrastructuur voor waterwinning (waterspaarbekkens, pompstations ) moet worden geoptimaliseerd, rekening houdend met aanwezige natuur- en landschapswaarden en landbouwpotentialiteiten. In de locatiekeuze voor de aanleg van nieuwe infrastructuur voor waterwinning moet er rekening gehouden worden met aanwezige natuur- en landschapswaarden en landbouwpotentialiteiten. De keuze van een locatie voor een nieuwe grondwater- of oppervlaktewaterwinning of de aanleg van nieuwe waterwinningsinfrastructuur zal voorafgegaan worden door een multidisciplinair haalbaarheidsonderzoek en/of MER. Tijdens de ontginningsactiviteit is het noodzakelijk dat op een zorgzame wijze de ruimtelijke kwaliteit in de omgeving van de ontginningsactiviteit wordt gerespecteerd en de herinrichting gefaseerd wordt aangepakt onmiddellijk gevolgd door de volledige nabestemming. De nabestemming en herinrichting Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 28 van 268

29 moeten worden ingepast in het ruimtelijk beleid voor het gebied, zodat de structuurbepalende functies in het gebied versterkt worden Ruimtelijk beleid voor economische activiteiten Huldenberg is geen economisch knooppunt. Er wordt geopteerd om nieuwe economische activiteiten van regionaal belang en de herlokalisatie van bestaande regionale bedrijven te concentreren in economische knooppunten Lijninfrastructuur De wegen worden in het RSV ingedeeld in de volgende categorieën: hoofdwegen, primaire wegen, secundaire wegen en lokale wegen. Voor iedere beleidscategorie worden keuzes gemaakt naar inrichting en gebruikskarakteristieken. Het Vlaams Gewest selecteert de hoofdwegen en primaire wegen in het RSV. Secundaire wegen worden geselecteerd door de provincie, de lokale wegen (alle wegen die niet geselecteerd worden in het RSV of het RSVB) worden behandeld in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Secundaire wegen hebben een verbindingsfunctie op lokaal of bovenlokaal niveau. Deze wegen worden gekenmerkt door een gemengde verkeersafwikkeling met doortochtenconcept in de bebouwde kom. Toegang geven is de belangrijkste functie van de lokale wegen. Verkeersveiligheid en leefbaarheid gaan voor op de afwikkeling van het verkeer. Er zijn in het RSV geen hoofdwegen en primaire wegen geselecteerd op het grondgebied van Huldenberg. NKOK oìáãíéäáàâé=îáëáé=îççê=ä~åçäçìïi=å~íììê=éå=äçë P = De Vlaamse overheid ontwikkelt, in overleg met de provincies, gemeenten en betrokken sectoren, een ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos. Vlaanderen werd hiervoor opgedeeld in dertien regio's. Huldenberg valt binnen de regio Zenne-Dijle-Pajottenland. Het resultaat van het overlegproces is een ruimtelijke visie en een operationeel uitvoeringsprogramma. In het operationeel uitvoeringsprogramma wordt aangegeven welke gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen de Vlaamse overheid de komende jaren zal opmaken voor de afbakening van de resterende landbouw-, natuur- en bosgebieden. De Vlaamse overheid werkte in 2008 een ruimtelijke visie uit. Op 24 april 2009 nam de Vlaamse Regering kennis van deze visie en keurde ze de beleidsmatige herbevestiging van de bestaande gewestplannen voor agrarisch gebied én een operationeel uitvoeringsprogramma goed. De gewenste ruimtelijke structuur wordt weergegeven in figuur 5. De nummers van de geselecteerde gebieden in de tekst hieronder worden ook op figuur 5 weergegeven. De legendeblokjes geven aan op welke gebieden de beleidslijnen betrekking hebben. Deze gebieden worden aangeduid op figuur 5. 3 Vlaamse Overheid; Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Zenne-Dijle-Pajottenland; Gewenste ruimtelijke structuur - september 2008; Operationeel uitvoeringsprogramma - 24 april Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 29 van 268

30 Figuur 5: ruimtelijke visie op landbouw, natuur en bos Uit de ruimtelijke visie kunnen volgende beleidslijnen voor de gemeente Huldenberg gehaald worden. Ruimtelijk functioneel samenhangende gebieden vrijwaren voor de land- en tuinbouw met grondgebonden landbouw als drager van de open ruimte De akkerbouwplateaus tussen Leuven en Brussel vormen grote aaneengesloten samenhangende landbouwgebieden, waarin grondgebonden landbouw de ruimtelijke drager is van het open cultuurlandschap. Deze goed gestructureerde agrarische gebieden worden maximaal gevrijwaard voor de beroepslandbouw. Om het bestaande open en onbebouwd karakter van deze gebieden te vrijwaren voor de grondgebonden landbouw kunnen delen van deze gebieden gedifferentieerd worden als bouwvrij agrarisch gebied. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 30 van 268

31 Om de erosie- en slibproblematiek in een aantal landbouwgebieden aan te pakken zijn erosiebestrijdende inrichtings-, herstel- en agrarische beheersmaatregelen nodig. Binnen deze aaneengesloten landbouwgebieden wordt een ruimtelijk-ecologische basiskwaliteit voor de ecologische infrastructuur tot stand gebracht. Vanuit het ruimtelijk beleid wordt ruimte gelaten voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van een raamwerk van kleine landschapselementen, typische akkerflora en -fauna, kleine bosjes, microreliëfelementen, spoorwegtaluds en soortenrijke graslanden... Een aantal open akkerbouwgebieden zijn belangrijk voor de instandhouding van typische akkersoorten (o.a. hamster, vroedmeesterpad, grauwe gors, veldleeuwerik). In het kader van het duurzaam behoud van deze soorten kunnen, bovenop de landschapsecologische basiskwaliteit, bijkomende specifieke instandhoudingsmaatregelen genomen worden. Behoud van het bouwvrij karakter is ook om die reden noodzakelijk. In de overstromingsgevoelige gebieden worden de landbouwfunctie en de waterbeheerfunctie zoveel mogelijk op elkaar afgestemd. Vanuit het ruimtelijk beleid worden deze gebieden gevrijwaard van verdere bebouwing, zodanig dat de waterbergingsfunctie bewaard blijft en waar nodig hersteld kan worden. De karakteristieke, historische nederzettingen, de architecturale eigenheid van het aanwezige bouwkundig erfgoed in het omgevende landbouwlandschap moeten hun identiteit kunnen bewaren. Het karakter van de dorpen als kleinschalige toeristische elementen kan versterkt worden. Het deelconcept is van toepassing op volgende gebieden: o 24.2: Plateau Duisburg-Korbeekveld o 24.3: Terlanenveld-Reutenbeek-Terholst Samenhangende bos- en parkcomplexen behouden en versterken als structuurbepalende natuur- en/of landschapselementen Bos- en parkcomplexen met hoofdfunctie natuur Bos- of parkcomplexen met een verweving van functies Zowel de relatief grote, bijzonder waardevolle bossen - al dan niet gekoppeld aan kasteelparken - als de vele kleine bosjes zijn bepalend voor de natuurlijke structuur en moeten in samenhang met hun cultuurhistorische en landschappelijke context en de omgevende waardevolle landschappen behouden blijven. De ecologisch meest waardevolle bos- en parkgebieden zijn reeds opgenomen in het Vlaams Ecologisch Netwerk of komen daarvoor in aanmerking. Voor deze complexen wordt gestreefd naar het herstel van de natuurlijke hydrologie, de ontwikkeling van waardevolle gradiënten, een meer natuurlijke bosstructuur met graduele overgangen tussen verschillende typen vegetatie (bos, heide, soortenrijke graslanden, moeras, ) en een buffering van de kwetsbare vegetaties. De overige bos- en parkgebieden worden in principe opgenomen onder de natuurverwevingsgebieden. Binnen deze bos- en parkgebieden kunnen meerdere functies nevengeschikt (natuur, bos, landbouw, recreatie ) zijn. Gebiedsgericht kan verder bepaald worden hoe deze functies zich tot elkaar verhouden. De ecologisch waardevolle zones in deze gebieden worden gebufferd tegen negatieve invloeden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 31 van 268

32 Het recreatief medegebruik wordt gedifferentieerd of gezoneerd i.f.v. de ecologische kwetsbaarheid van deze zones. Bosuitbreidingsdoelstellingen worden gerealiseerd door de bestaande of historische complexen en patronen te versterken of te herstellen en/of het realiseren van bosverbindingen via kleine landschapselementen of kleinere bosjes. Daarbij wordt rekening gehouden met landschappelijke en cultuurhistorische context en de ruimtelijk-functionele samenhang van de aangrenzende landbouwgebieden. Voor deze deelruimte wordt een (planologische) bosuitbreiding van ca. 95 ha vooropgesteld. Het deelconcept is van toepassing op volgende gebieden: o 26.7: Tersaertbos-Weeberg-Langenbos o 26.8: Korenheide (Loonbeek) o 26.9: Margijsbos o 26.10: Breembos-Smeisberg o 26.11: Vossekouter o 26.13: Sint-Agatha-Rodebos o 26.14: Rondebos-Wolfsbos Behoud en versterking van uitgesproken natuurwaarden in valleien met ruimte voor natuurlijke waterberging Rivier- en beekvalleien met hoofdfunctie natuur Open waters met hoofdfunctie natuur De valleien van de Dijle, Laan en delen van de Ijse vormen relatief gave aaneengesloten valleilandschappen met belangrijke ecologische waarden. Ze zijn structuurbepalend voor de natuurlijke structuur op bovenlokaal niveau. In grote delen van deze rivier- en beekvalleien staat het behoud en de ontwikkeling van de natuur- en waterbergingsfunctie voorop. De ecologisch meest waardevolle onderdelen worden als samenhangende natuurcomplexen opgenomen in het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN). Binnen deze natuurcomplexen wordt gestreefd naar het behoud en herstel van natte tot vochtige ecotopen (o.a. halfnatuurlijke graslanden, broekbossen, moeras ) met overgangen naar drogere valleiflanken. Behoud en versterking van het graslandgebruik in de vallei is daarbij een belangrijke doelstelling. De omzetting van akker naar grasland wordt gestimuleerd. In de overstromingsgevoelige gebieden worden de natuurfunctie en de waterbeheerfunctie zoveel mogelijk op elkaar afgestemd. Er wordt ruimte voorzien voor het verbeteren van de structuurkenmerken van de waterlopen (bv. hermeandering, herwaarderen winterbed, structuurvariatie in oevers en bedding ), de waterkwaliteit (bv. bufferen tegen vervuiling ) en de verbindingsfunctie (bv. opheffen barrières ). De grondgebonden landbouw, gericht op een permanent graslandgebruik kan lokaal een natuurondersteunende en landschapsverzorgende taak opnemen binnen deze natuurgebieden. Het deelconcept is van toepassing op volgende gebieden: o 27.1: IJse (stroomafwaarts Huldenberg) o 27.2: Dijlevallei stroomopwaarts Leuven o 27.3: Laanvallei Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 32 van 268

33 o 27.4: Ruwaal (net ten noorden van de gemeente) Behoud en versterking van (complexen van) ecologische en landschappelijke waarden verweven met landbouw In een aantal gebieden is er binnen het grondgebonden landbouwlandschap een sterke aaneenschakeling van landschapsecologische en cultuurhistorisch waardevolle elementen en structuren. Het gaat om complexen van kleine landschapselementen zoals waardevolle graslanden, dreven, bomenrijen, hagen, holle wegen en kleinere natuur- en bosgebieden die o.m. een belangrijke ecologische en landschappelijke verbindingsfunctie tussen bos- en natuurgebieden vervullen. Het ruimtelijk beleid is gericht op het behoud van de grondgebonden landbouwfunctie, maar vrijwaart voldoende ruimte voor het behoud, de ecologische opwaardering en het landschappelijke herstel van de aanwezige bos-, natuur-, en landschapselementen. Via stimulerende maatregelen wordt het beheer van deze kleine elementen bevorderd en wordt de landbouw zoveel mogelijk afgestemd op de aanwezige waarden. Delen van deze agrarische gebieden kunnen gedifferentieerd worden als natuurverwevingsgebied. Lokaal is een beperkte uitbreiding van natuur of bos mogelijk, bv. in functie van het bufferen van natuurwaarden, het inrichten of realiseren van overgangs- of verbindingszones. Het deelconcept is van toepassing op volgende gebieden: o 28.1: Buffer rond Tersaertbos en Weeberg Ganzemansstraat Groeve o 28.2: Hof ten Bos-Korenheide (Loonbeek) o 28.3: Interfluvium tussen Laan en Dijle Vrijwaren van waardevolle openruimteverbindingen Het bestaande onbebouwd karakter van een aantal visueel-landschappelijk bepalende openruimteverbindingen doorheen voor het overige eerder bebouwde zones langs steenwegen of andere infrastructuurbundels, moet maximaal behouden blijven. De aanwezige grondgebonden landbouwgebruik garandeert in principe het behoud van deze openruimteverbindingen. Deze gebieden kunnen gedifferentieerd worden als bouwvrij agrarisch gebied. Het deelconcept is van toepassing op volgende gebieden: o 29.1: Openruimteverbinding tussen Meerdaalwoud en Doode Bemde over de Dijlevallei Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 33 van 268

34 Ontwikkeling van landschappelijk en ecologisch waardevolle lineaire elementen Droge ecologische verbinding Om de natuurlijke structuur goed te laten functioneren moeten ecologische verbindingen tussen de grote eenheden natuur of natuurverwevingsgebieden gerealiseerd worden. Binnen de natuurverbindingsgebieden komen doorgaans andere functies als hoofdgebruiker voor en wordt de natuurfunctie bepaald door de aanwezige kleine landschapselementen en kleinere natuurgebieden. Het ruimtelijk beleid is gericht op het behoud van de hoofdfunctie (landbouw, bos, wonen ), het behoud van de kleinere natuurgebieden en op het behoud, het herstel en de ontwikkeling van kleine landschapselementen. De niet-bebouwde onderdelen van de natuurverbindingsgebieden worden bouwvrij gehouden. De verbindende functie wordt gerealiseerd door enkele droge lineaire elementen (30.5, 30.6, 30.7 en 30.8) en door een netwerk van holle wegen, kleine bosjes, houtkanten, wegbermen en hagen. Vaak zijn deze verbindende elementen tevens belangrijke en beeldbepalende landschappelijke dragers. Het uitwerken van deze natuurverbindingsgebieden is een provinciale planningstaak. De selecties uit de provinciale ruimtelijke structuurplannen worden in deze ruimtelijke visie in principe overgenomen. Het deelconcept is van toepassing op volgende gebieden: o 30.5: Natuurverbinding van Weeberg Tersaertbos naar Zoet Water o 30.6: Natuurverbinding Vogelzang Bos de Laurensart Dijle o 30.7: Ecologische verbinding tussen bossen van de IJse en bossen van de Laan via Kaalheide Stokkembos Breembos en Mommaertshof o 30.8: Ecologische verbinding Dijlevallei Voervallei via oude Buurtspoorweg Tervuren - Neerijse Vrijwaren en versterken van waardevolle landschappen en erfgoedwaarden in overdruk Een aantal kastelen en hun bijhorende parken (o.m. Kasteel van Huldenberg, Kasteel van Neerijse) en relicten van historische boscomplexen (o.m. Margijsbos ) zijn belangrijke te vrijwaren elementen van het onroerend erfgoed op het Brabants plateau en in de valleien van Laan en Dijle. Het behoud van de ruimtelijke samenhang en de landschappelijke en cultuurhistorische waarde van deze gebieden is een uitgangspunt voor het ruimtelijk beleid in deze gebieden. In voorkomend geval moeten de bestaande landbouwactiviteiten mogelijk blijven binnen de historische structuren. Daarnaast is er ruimte voor verbreding, heroriëntatie of herbestemming bv. in functie van cultuurtoerisme en -recreatie op maat van en met respect voor de erfgoedwaarde van het gebied. De karakteristieke, historische nederzettingen, de architecturale eigenheid van het aanwezige bouwkundig erfgoed in het omgevende landbouwlandschap moeten hun identiteit kunnen bewaren. Het karakter van de dorpen als kleinschalige toeristische elementen kan versterkt worden. Het deelconcept is van toepassing op volgende gebieden: Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 34 van 268

35 o 31.3: Plateau van Duisburg o 31.5: Margijsbos en Kasteel Van Der Vorst o 31.6: Valleien van Dijle en Laan ten zuiden van Leuven Vrijwaren van waardevolle reliëfelementen De steilrand tussen Laag- en Midden-België is een structuurbepalende reliëfcomponent die landschappelijk gevrijwaard moet blijven. Dit geldt zowel voor de geomorfologische verschijning, als voor de aanwezige hellingbossen, brongebieden en kalkrijke graslanden. Het ruimtelijk beleid is gericht op het behoud van het onbebouwd karakter, het vrijwaren van zichtassen en de ontwikkeling van de potenties voor natuurontwikkeling op deze ecologische zeer waardevolle overgangen van natte valleigronden naar hoge plateaugronden. Via stimulerende maatregelen wordt het behoud, het herstel en de ontwikkeling van kleine landschapselementen gerealiseerd en kan de erosieproblematiek in een aantal landbouwgebieden aangepakt worden. Gebieden met een waardevolle ecologische infrastructuur kunnen worden gedifferentieerd als natuurverwevingsgebied of natuurgebied. Het deelconcept is van toepassing op volgende gebieden: o 33.3: Reliëfelement Vogelzang Het operationeel uitvoeringsprogramma voorziet volgende acties op het grondgebied van de gemeente: Beleidsmatig herbevestigen bestaande gewestplannen voor landbouw, natuur en bos Bevestigen van de bestemmingen op de gewestplannen voor landbouw, natuur en bos. Binnen het herbevestigd agrarisch gebied wordt de beleidsmarge gelaten voor specifieke initiatieven i.f.v. de instandhouding van akkerfauna (o.a. hamster, vroedmeesterpad, grauwe gors, veldleeuwerik). Dit heeft betrekking op volgende acties: o Actie 47: Landbouwgebied Neerijse (24.2, 30.5, 31.3) o Actie 48: Landbouwgebied Duisburg-Loonbeek (24.2, 30.8, 31.3) o Actie 49: Landbouwgebied Wolfshagen (24.3) o Actie 50: Landbouwgebied Overijse-Terlanen (24.3) Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 35 van 268

36 Figuur 6: Herbevestigde agrarische gebieden Op te starten specifiek onderzoek voorafgaand aan uitvoeringsactie Verder onderzoek en overleg nodig i.f.v. het gedetailleerd in kaart brengen van het landbouwgebruik en de landbouwbedrijfszetels, concrete mogelijkheden voor uitbreiden van natuur- of bosgebieden en mogelijkheden voor waterberging. Opmaken gevoeligheidsanalyse voor bestaande landbouwbedrijven in het gebied. Opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor: o Actie 57: Weeberg-Tersaertbos (24.2, 26.7, 28.1, 31.1) het behoud van de bestaande bosstructuur Weeberg-Tersaert-Langenbos; het hernemen van de agrarische bestemmingen en het differentiëren van (delen van) het agrarisch gebied als natuurverwevingsgebied i.f.v. het behoud, het herstel en de ontwikkeling van complexen van kleine landschapselementen voor de omgeving Tersaertbos-Weeberg-Vloedgroebe- Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 36 van 268

37 Ganzemanstraat (bv. in functie van het bufferen van natuurwaarden of het realiseren van overgangs- of verbindingszones). o Actie 58: Dijlevallei Sint-Joris-Weert-Leuven (24.2, 27.2, 27.4, 29.2, 30.5, 31.6) het versterken van de natuurwaarden in de vallei van de Dijle en het systeem van de Ruwaal; het hernemen van de agrarische bestemming voor de aangrenzende landbouwgebieden. o Actie 59: Ijsevallei-Margijsbos-Korenheide (26.8, 26.9, 27.1, 28.2, 31.6) het nader uitwerken van de verweving landbouw, natuur en bos omgeving Korenheide; het versterken van de natuur- en bosstructuur in de vallei van de Ijse en rond de gebieden Korenheide, Margijsbos en Wolfshagen (richtcijfer bosuitbreiding ca. 30 ha). o Actie 60: Breembos-Vossekoten (24.3, 26.10, 26.11, 30.7) het versterken van de natuur- en bosstructuur gebieden Vossekoten en Breembos i.f.v. de ecologische verbinding tussen Ijse- en Laanvallei over het plateau van Terlanen; het hernemen van de agrarische bestemming voor de aangrenzende landbouwgebieden. o Actie 61: Lanevallei Sint-Agatha-Rode - Rodebos (26.12, 26.13, 26.15, 27.3, 28.3, 30.6, 31.6, 33.3) het nader uitwerken van de verweving landbouw, natuur en bos omgeving Neerpoorten-Vogelzang Ottenburg; het versterken van de natuur- en bosstructuur in de vallei van de Laan en het Sint-Agatha-Rodebos (richtcijfer bosuitbreiding ca. 15 ha). o Actie 62: Ottenburg-Rondebos-Wolfsbos Gansdelle (26.14, 28.3, 30.6, 31.6) het nader uitwerken van de verweving landbouw, natuur en bos gebied Ottenburg-Rondebos-Wolfsbos Gansdelle het versterken van de natuur- en bosstructuur Rondebos-Wolfsbos. NKPK oìáãíéäáàâ=píêìåíììêéä~å=mêçîáååáé=sä~~ãëj_ê~ä~åí _ê~ä~åí= Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB) werd definitief goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 7 oktober Huldenberg valt binnen de deelruimte Verdicht Netwerk - open schicht Open ruimte Gewenste natuurlijke structuur De provincie staat in voor de selectie van natuurverbindingsgebieden en voor de selectie van de ecologische structuur. Huldenberg behoort tot het Brabants plateau en de Dijlevallei. De infrastructuur van bovenlokaal belang is integraal verbonden met de bovenlopen van de Dijle (zie Dijlevallei ) maar wordt voor een deel ook opgehangen aan de uitgestrekte boscomplexen langsheen de Dijle en haar belangrijkste zijrivieren IJse en Laan. Hun invloed strekt zich tot ver buiten de provinciegrenzen uit, vermits de boscomplexen langsheen de Dijle en de Laan tot diep in Waals- Brabant uitwaaieren en zich voortzetten tot over de provinciegrenzen met Namen en Henegouwen. Hetzelfde kan worden gezegd van de IJse die tot in het Zoniënwoud doorloopt. De natuurverbindingsgebieden van het Brabants Plateau dienen de verwevenheid van de verschillende kleine(re) boskernen in de Dijlevallei, alsook de verbinding met de grote aaneengesloten boscomplexen Meerdaalwoud Heverleebos, Zoniënwoud en Hallerbos tot stand te brengen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 37 van 268

38 Voorts is er ook voorzien in een noord-zuidelijke verbindingsas tussen de meest noordelijk gelegen bossen in het landbouwgebied tussen Dijle en Voer en de bossen in het gebied tussen Zenne en Demer. De verbindingen komen d.m.v. een uitgebreid netwerk van vooral hellingbossen van wisselende grootte tot stand en sluiten nauw aan op de bestaande natuurkernen. Selectie natuurverbindingsgebieden: - verbinding van natuurkernen langs de Dijle (nummer 5a in RSVB); - onderlinge verbinding tussen complex van Kapucijnenbos en bossen IJse en Laan (Marnixbos, Kaalheide, Koningsberg, Stokkembos, Breembos, Mommaartshof) (nummer 5d in RSVB); - onderlinge natuurverbinding met en naar Dijle van versnipperde bossen (Weeberg en Tersaertbos naar Zoet Water (Dijle); Ganspoel naar Margijsbos (Dijle); Vogelzang-Bos van Laurensart naar Dijle; Rodebos (Laan) naar Vetsaart en Lange Heide) (nummer 5e in RSVB). Gewenste agrarische structuur Op het landbouwgebied en de valleigebieden worden structurele beperkingen gelegd, omwille van het landschap en de natuurlijke waarden: - in de valleigebieden wordt grondgebonden landbouw gestimuleerd ter versterking van het open valleigebied en het natuurlijk karakter ervan. Grondloze landbouw wordt geweerd. Bij uitoefening van de agrarische activiteiten zal rekening moeten gehouden worden met de beperkingen vanuit natuurontwikkeling en zal de agrarische activiteit moeten afgestemd zijn op de natuurlijke en landschappelijke waarden. Hiertoe kunnen beheersovereenkomsten gesloten worden met betrekking tot bijvoorbeeld meer extensieve begrazing, beperkte mestaanvoer, vermijden van verdroging in het valleigebied. Nieuwe bebouwing of uitbreiding van bebouwing is niet mogelijk, tenzij voor grondgebonden landbouw of voor verplichte reglementaire uitbreidingen. - de landbouw krijgt een belangrijke rol in het vrijwaren van de open ruimtegehelen tussen Brussel en Leuven. De landbouw zal hier haar functie kunnen uitoefenen, maar dient de landschappelijke kwaliteiten en de natuurwaarden van het gebied te ondersteunen. Grondgebonden land- en tuinbouw wordt als belangrijkste agrarische ruimtegebruiker onderkend en versterkt. Het ruimtelijk beleid is gericht op het maximaal behoud van grote aaneengesloten gebieden en van de typische landschappelijke structuur. De agrarische sector dient, ondanks de gangbare schaalvergroting, aandacht te hebben voor de eigenheid van het landschap. Structurele verbreding is mogelijk, binnen de bestaande gebouwen. Tuinbouw onder glas of plastic is uitgesloten. Gewenste landschappelijke structuur Binnen de landschappelijke structuur worden drie beleidscategorieën onderscheiden: - gave landschappen: in Vlaams-Brabant werden 8 gave landschapscomplexen of landschapsentiteiten afgebakend. Voor Huldenberg, dat behoort tot het Brabants plateau en het Dijleland, zijn de boslandschappen en de holle wegenlandschappen van belang. Volgende gave landschappen werden geselecteerd: boslandschap valleien Dijleland: valleien van Laan, IJse en Dijle stroomopwaarts Leuven, interfluvium van Laan en IJse, omgeving Ottenburg; boslandschap plateau van Duisburg; hol wegencomplex driehoek Brussel-Leuven-Wavre: Plateau van Duisburg, Dijleland en Plateau tussen Brussel en Leuven; - structurerende reliëfcomponenten: deze zijn structuurbepalend voor het Vlaams-Brabantse landschap. Ze zijn visueel duidelijk aanwezig en beklemtonen gebiedsovergangen. Op het grondgebied van Huldenberg worden de Diestiaanheuvels van de Dijle geselecteerd. - landschappelijke bakens: er zijn geen landschappelijke bakens geselecteerd op het grondgebied van Huldenberg. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 38 van 268

39 Bebouwde ruimte Gewenste nederzettingsstructuur Huldenberg ligt in een gebied met een beperkt aantal woonkernen en hoofddorpen. In het RSVB worden volgende kernen geselecteerd: - Huldenberg als hoofddorp, - Neerijse, Loonbeek, Sint-Agatha-Rode en Ottenburg als kernen-in-het-buitengebied De overige bebouwing wordt beschouwd als verspreide bebouwing en woonlinten. Aan deze beleidscategorieën worden door de provincie volgende ontwikkelingsperspectieven gekoppeld: Hoofddorp (Huldenberg): - dient hoofdzakelijk de dynamiek (wonen, lokale bedrijvigheid, voorzieningen, administratieve dienstverlening) op te nemen. - ecologische infrastructuur dient versterkt ter verbetering van de leefbaarheid van de kern (wonen). Waar mogelijk gekoppeld aan de andere ontwikkelingen (aanleg openbaar domein, parken...) en zoveel mogelijk aansluitend bij groene en open ruimte buiten het hoofddorp. - wonen prioritair te stimuleren, met aandacht voor de differentiatie van het woningaanbod. De woonkwaliteit dient maximaal te worden ondersteund. Leegstaande woningen en gebouwen en onbebouwde percelen aan een uitgeruste weg dienen prioritair benut. Niet-uitgeruste woongebieden eventueel aan te snijden ten behoeve van het doelgroepenbeleid, woonuitbreidingsen reservegebieden en dergelijke indien er geen andere mogelijkheden zijn. Bijkomende nieuwe zoneringen zijn niet wenselijk. - lokale voorzieningen worden uitgebouwd ter optimalisering van het functioneren van het hoofddorp. Bovenlokale voorzieningen kunnen beperkt uitgebouwd worden, voor zover het niet aangewezen is deze in stedelijke gebieden onder te brengen. De administratieve functies worden maximaal gebundeld. - aandacht voor het cultureel erfgoed. - streven naar vermenging, behoudens hinderlijke bedrijvigheid (hinderlijkheid die de woon- en leefkwaliteit aantast). Een bijkomend lokaal bedrijventerrein kan aansluitend bij het hoofddorp of via inbreiding voorzien worden. Enkel bestaande bovenlokale bedrijvigheid komt voor beperkte ontwikkeling in aanmerking met maximale optimalisatie. - uitbouw of versterking van een (boven)lokaal openbaar en collectief vervoersnet is prioritair - laagdynamische recreatie met aandacht voor de ecologische aspecten te versterken en/of uit te bouwen. Een bundeling van verschillende lokale recreatieve functies wordt nagestreefd. Kern-in-het-buitengebied (Neerijse, Loonbeek, Sint-Agatha-Rode, Ottenburg): - prioritair aandacht naar de natuurlijke en landschappelijke waarden en de relatie met de agrarische structuur. - aangewezen dat een gemeentelijk initiatief wordt genomen tot beperking van het woonaanbod. Er dient gestreefd naar een lagere groei dan deze die op gemeentelijk niveau aanwezig is. Leegstaande woningen dienen prioritair benut. Andere leegstaande gebouwen kunnen benut indien dit bijdraagt tot de kwaliteitsverbetering van de kern, onbebouwde percelen aan een uitgeruste weg kunnen benut indien geen verdere verlinting optreedt. Het aansnijden van niet-uitgeruste woongebieden is niet wenselijk tenzij dit gebeurt ten behoeve van de realisatie van sociale koopen huurwoningen en indien het gaat om kleinschalige projecten die bijdragen tot de kwaliteitsverbetering van de kern. Aansnijden van woonuitbreidings- en reservegebieden enzovoort is niet wenselijk tenzij er geen andere mogelijkheden zijn en indien deze oppervlakte aangewend wordt voor sociale koop- en huurwoningen en indien het gaat om kleinschalige projecten die bijdragen tot de kwaliteitsverbetering van de kern. Bijkomende nieuwe zoneringen zijn niet mogelijk. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 39 van 268

40 - basisvoorzieningen dienen te worden beperkt tot het primaire niveau - cultureel erfgoed is prioritair - afweging voor de bestaande bedrijvigheid. Nieuwe activiteiten slechts op voorwaarde dat deze kleinschalig zijn en zeer lokaal, en maximaal verweven met de woonomgeving. - optimale integratie van het bestaande openbaar vervoersnetwerk, minstens wordt basismobiliteit nagestreefd. - enkel laagdynamische recreatieve functies op voorwaarde dat ze beperkt en kleinschalig zijn. Gewenste economische structuur De gemeente Huldenberg heeft volgens het RSVB de mogelijkheid om een 5 ha groot lokaal bedrijventerrein te ontwikkelen aansluitend bij het hoofddorp Huldenberg. Voor lokale bedrijven wordt gestreefd naar vermenging, behoudens hinderlijke bedrijvigheid. Deze worden op een lokaal bedrijventerrein ondergebracht. De gemeente kan een bijkomend lokaal bedrijventerrein voorzien. Dit dient ook aangewend te worden voor mogelijke herlokalisatie van zonevreemde bedrijven. Het lokaal karakter dient te worden gewaarborgd, dus dient er te worden gestreefd naar een relatief kleine percelering Mobiliteit De N253 van grens Waals-Brabant (Waterloo) naar N3 (Leuven) is door de provincie geselecteerd als secundaire weg type III. Secundaire weg type III garandeert een vlotte doorstroming van het openbaar vervoer en de fiets. De verbindingsfunctie voor het autoverkeer is ondergeschikt aan het openbaar vervoer en de fiets. Doorgaans wordt dit type wegen ontdubbeld door een hoofdweg, waardoor de verkeersfunctie voor het autoverkeer verminderd is. Een groot deel van deze wegen (m.n. de oude steenwegen) hebben een ruimtelijk structurerend karakter omwille van de bebouwing en de aanwezige activiteiten. Deze wegen hebben momenteel, naast een verbindende functie vaak ook een erftoegangsfunctie voor diverse activiteiten. Om het verkeerskundige conflict tussen verbinden en ontsluiten op te lossen dient de wegbeheerder de verkeersfunctie van de weg af te stemmen op de ruimtelijke structuur, waarbij speciale aandacht gaat naar de verkeersleefbaarheid langs de weg Toerisme en recreatie Huldenberg behoort tot het Dijlenetwerk. Het Dijlenetwerk ten zuiden en zuidwesten van Leuven is een klein, landelijk toeristisch-recreatief netwerk. Toeristisch-recreatieve ontwikkelingen dienen in dit netwerk uit te gaan van de natuurwaarden. De uitbouw van een fijnmazig netwerk voor wandelaars, fietsers en andere dienen gestimuleerd te worden, maar terdege rekening te houden met het natuurlijk belang van het gebied. Het toeristisch-recreatieve en het natuurlijke aspect moeten op elkaar worden afgestemd. Volgens het RSVB is, aangezien de vraag naar gastenkamers reëel is en bepaalde open ruimtegebieden zich hiertoe lenen, de ontwikkeling van gastenkamers toegelaten op voorwaarde dat: - zij gelegen zijn in een toeristisch-recreatief netwerk (o.a. Huldenberg); - ze een herbestemming vormen van een gedesaffecteerd landbouwbedrijf; - ze de eigenheid van de streek accentueren; - het aantal overnachtingsplaatsen beperkt wordt tot het aantal dat als voorwaarde gesteld wordt voor hoevetoerisme. Prioritair dient echter steeds gezocht te worden naar een locatie in of aansluitend bij de kern. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 40 van 268

41 Op het gebied van de permanente bewoning van weekendverblijven worden in het structuurplan 2 oplossingsrichtingen voorgesteld: - herstel van de oorspronkelijke of een andere wenselijke functie (permanent wonen wordt niet geduld). Dit betekent in elk geval dat dit gepaard moet gaan met een strikt handhavings- en vervolgingsbeleid én voor zover de permanente bewoning een huisvestingsproblematiek van kansarmen betreft met het voorzien in een voldoende aanbod aan sociale woningen, een gelijkaardige woonomgeving (landelijk, kleinschalig, gelijkaardige samenlevingsomstandigheden ) en een begeleiding inzake herhuisvesting. - zonering voor permanente bewoning (aanvaarding van het permanent wonen in tweede verblijven betekent dat ook de juiste bestemming (wonen) aan het betreffende gebied of de betreffende percelen gegeven moet worden). Veelal zal dit ook gepaard moeten gaan met de nodige voorschriften én maatregelen om tot een betere ordening, landschappelijke inpassing, kwalitatievere uitrusting van het terrein, enz. te komen. NKQK sáëáé=çé=çé=åäìëíéêë=î~å=ïééâéåçîéêääáàîéåi=å~ãéáåöë=éå= ïççåï~öéåíéêêéáåéå= De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening bepaalt dat de bevoegde planologische overheden moeten onderzoeken of planologische oplossingen kunnen worden geboden voor bestaande knelpunten op het vlak van de ruimtelijke inplanting en de permanente bewoning van weekendverblijven. Deze onderzoeken moeten ten laatste op 30 april 2012 zijn afgerond, en de hierop gebaseerde ruimtelijke uitvoeringsplannen moeten ten laatste op 30 april 2015 definitief zijn vastgesteld. Conform de huidige bepalingen is de provincie bevoegd voor het ontwikkelen van een visie op de clusters van weekendverblijven. Omdat de problematiek van het permanent wonen eveneens aanwezig is voor de campings en woonwagenterreinen werd de scope van de studie uitgebreid naar de campings en woonwagenterreinen. Het richtinggevend deel van het provinciaal ruimtelijk structuurplan vermeldt het betreffende ontwikkelingsperspectief uitdrukkelijk dat om tot een effectieve oplossing te komen met betrekking tot de problematiek van het permanent wonen er tegelijkertijd en gecoördineerd op verschillende beleidsdomeinen acties en maatregelen ondernomen moeten worden. De uitwerking van deze acties en maatregelen vergt de inzet van diverse beleidsniveaus, besturen en partners. In 2010 is de provincie gestart met de opmaak van een inventaris en het uitwerken van een visie voor de verschillende weekendverblijven, campings en woonwagenterreinen. Deze analyse en visie werd afgewerkt in De deputatie heeft hierover een principiële beslissing genomen. De visie zal vervolgens vertaald worden in de opmaak van een aantal PRUP s (zie verder onder 3.2.2) De gemeente Huldenberg behoort tot het deelgebied Dijle. Er werden 7 clusters van weekendverblijven en 7 clusters van campings geïnventariseerd. Na een eerste analyse werden volgende clusters uitgesloten van verdere behandeling: HUL_C3 Vinkstraat: 5 van de 7 percelen liggen in woongebied of woonuitbreidingsgebied, waardoor de cluster wordt uitgesloten van verdere afweging HUL_C7 Leuvensebaan: de cluster vertoont geen enkele ruimtelijke samenhang, waardoor de cluster niet voldoet aan definitie Op basis van de methodologie die in de studie van de provincie werd uitgewerkt kregen de verschillende weerhouden clusters een ontwikkelingsperspectief toegekend waarbij een omzetting naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden, te overwegen is of niet mogelijk is. In Huldenberg komt 1 cluster in aanmerking om omgevormd te worden naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden, HUL_CAM2 Holiday Parks bvba. Voor een andere cluster, HUL_C1 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 41 van 268

42 Korenheide, kan een herbestemming naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden eventueel in aanmerking komen. Voor alle andere clusters is dit niet aan de orde. De conclusie van de afweging van de verschillende clusters wordt hieronder weergegeven: HUL_C1 Korenheide Korenheide betreft een kleine cluster, aansluitend bij een kern-in-het-buitengebied en gelegen in een niet kwetsbare omgeving. Een omvorming naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden, aansluitend bij de bestaande kern is mogelijk. Gebaseerd op het vermoedelijke percentage permanente bewoning komt de cluster prioritair in aanmerking voor een omzetting naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Vanuit ruimtelijke overwegingen komt een herbestemming van het driehoekig noordoostelijke deel het best in aanmerking. Het westelijk gedeelte vormt samen met het aangrenzende open fragment ten zuiden een waardevol landschap met een typisch reliëf en waardevolle zichten. Daarom is voor het westelijk deel ten hoogste de bestendiging van de bestaande bebouwing wenselijk. HUL_C2 Hasselheidestraat De cluster komt niet in aanmerking voor een herbestemming naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Evenmin is een herbestemming tot zone voor verblijfsrecreatie wenselijk. De huidige bestemming wordt behouden: Het meest oostelijk gelegen perceel blijft bestemd als woongebied met landelijk karakter. De (vermoedelijk) permanente bewoning op dit perceel vormt geen probleem. De 5 overige percelen zijn gelegen in natuurgebied. De ontwikkeling van de open ruimte structuur krijgt gezien de hoge natuurwaarde en de ligging in het boscomplex Vogelenzang op deze locatie voorrang op de bevestiging van de weekendverblijven. Hier wordt een uitdoofbeleid vooropgesteld. De bestemming natuurgebied blijft behouden. HUL_C4 Bergstraat Er wordt een gemeenschappelijke conclusie geformuleerd voor de cluster HUL_C4, en de camping HUL_CAM5 (camping Gali). Op basis van de afweging kan besloten worden dat noch de cluster, noch de camping in aanmerking komen voor omzetting naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden vanwege hun ligging in een waardevol open landschap en nabij een natuurverbindingsgebied. Zowel de weekendverblijven als het zuidelijke deel van de camping liggen in recreatiegebied. Een groot deel van het recreatiegebied is nog niet ingevuld. Enkel indien er een bijkomende behoefte kan worden aangetoond, is het behoud van een dergelijk groot recreatiegebied in de open ruimte wenselijk. Dit is op dit moment niet het geval. Daarom wordt geopteerd voor het behoud van een gedeelte van het recreatiegebied in functie van de bestaande voorzieningen en het omzetten van een deel van het recreatiegebied dat nog niet aangesneden is, naar open ruimte. Ter versterking van de ruimtelijke structuur en ontsnippering van de natuurlijke structuur, is een reorganisatie van de recreatieve voorzieningen wenselijk. Het zonevreemde gedeelte van de camping Gali, ten noorden van de Wijmingenstraat, kan niet behouden worden vanwege de ligging in natuurverbindingsgebied (verbinding tussen het Sint-Agatha-Rodebos en het Laurensartbos (grondgebied Waver) via Vetsaart en Lange Heide). Ten oosten van de Bergstraat wordt verdere bebouwing vermeden om de waardevolle open landschappen te kunnen behouden. De visie op de gewenste ontwikkeling bestaat dus uit 3 onderdelen: 1. Bestendiging van het zone-eigen gedeelte van de camping en de zuidelijk aangrenzende percelen i.f.v. een mogelijke reorganisatie van de camping. 2. Uitdoofbeleid voor het zonevreemde deel van de camping 3. Herbestemmen van de resterende delen van het recreatiegebied ten oosten van de Bergstraat. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 42 van 268

43 HUL_C5 Loswegstraat Uit de afweging blijkt dat de cluster niet in aanmerking komt voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden, omdat het gelegen is in een natuurverbindingsgebied. De zone ligt bovendien binnen een structurerende riviervallei op Vlaams Niveau (Dijlevallei). Daarnaast wordt het gebied deels geselecteerd als habitatrichtlijngebied en deels als vogelrichtlijngebied. De gewestplanbestemming blijft behouden: deels landelijk woongebied (3 percelen) en deels natuurgebied (4 percelen). Voor wat betreft het deel van de cluster dat gelegen is in natuurgebied, krijgt de ontwikkeling van de open ruimte structuur op deze locatie voorrang op de bevestiging van de weekendverblijven. De ligging in habitat- en vogelrichtlijngebied en de bovenlokale structuur Dijlevallei benadrukt immers de natuurwaarde. Bovendien is afgaande op de verlaten/verloederde staat van de constructies - de recreatieve functie hier achterhaald. Er wordt voor de weekendverblijven een uitdoofscenario vooropgesteld. HUL_C6 Kleine Keistraat De cluster Kleine Keistraat komt niet in aanmerking voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. De cluster Kleine Keistraat wordt als recreatiegebied behouden voor het gedeelte met de vigerende bestemming recreatiegebied. Het gedeelte met de vigerende bestemming natuurgebied betreft een kleine zone. Deze zone kan eventueel mee worden opgenomen in het aansluitend recreatiegebied. HUL_CAM1 Bergendal bvba De camping heeft een duidelijk recreatief karakter en komt niet in aanmerking voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. De huidige bestemming van camping als recreatiegebied wordt behouden voor het gedeelte dat effectief geëxploiteerd wordt als camping. Omwille van de ligging in een bosrijke omgeving, tevens natuurverbindingsgebied, is een uitbreiding van de verblijfsrecreatieve functie niet wenselijk. Wegens natuurlijke en ecologische overweging wordt het gedeelte van het recreatiegebied dat geen recreatief gebruik kent, omgezet naar open ruimte. Er wordt geoordeeld dat er geen concrete behoefte is aan de geldende bestemming voor zover deze uitbreidingmogelijkheden geeft aan de bestaande camping. Bovendien is er een transformatieproces naar permanente bewoning. Het verder aansnijden van het recreatiegebied, verhoogt het gevaar op een toename van de permanente bewoning. HUL_CAM2 Holiday Parks bvba Gezien camping Holiday Parks noch in een kwetsbaar, noch in een natuurlijk waardevol gebied is gelegen, niet zonevreemde is en aansluiting vindt bij de dorpskern van het hoofddorp Huldenberg, komt ze in prioritair aanmerking voor een omzetting tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Het aandeel permanente bewoning ligt reeds hoog. In het oostelijk deel worden de weekendverblijven grotendeels permanent bewoond. Proportioneel gezien overstijgt het percentage permanente bewoning in dit gedeelte de 50%. HUL_CAM3 Camping Les Chalets Camping Les Chalets is gelegen in het natuurverbindingsgebied 5a, Verbinding van natuurkernen langs de Dijle en de Demer. Gezien daarnaast: camping Les Chalets niet meer bestaat de ligging ervan in het waardevol landschap van de vallei van de Ijse de onmiddellijke nabijheid van VEN-gebied en habitatgebied de ligging in overstromingsgevoelig gebied komt de camping niet in aanmerking voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 43 van 268

44 De huidige recreatieve bestemming is achterhaald (camping gesloten). Gezien de ligging van het gebied in de vallei van de IJse en in natuurverbindingsgebied 5a is de omzetting naar een openruimte bestemming wenselijk. De camping komt niet in aanmerking voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Evenmin is het behoud van de recreatieve functie wenselijk. Het volledige recreatiegebied wordt opgenomen in het provinciaal RUP om deze om te zetten naar een open ruimtebestemming (natuurgebied). HUL_CAM4 Camping Spitsberg De site van de voormalige camping Spitsberg komt niet in aanmerking voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. De huidige recreatieve bestemming is achterhaald (de camping is gesloten). Gezien de geïsoleerde ligging van het gebied in de open ruimte en de nabijheid van een provinciale natuurverbinding, is een omzetting naar een open ruimte bestemming wenselijk. HUL_CAM5 Gali Zie onder HUL_C4 Bergstraat HUL_CAM6 Koninklijke Camping/Club van België Gezien het huidig louter recreatief gebruik van de camping, de ligging ervan in een bebost gebied met sterk reliëf en waardevolle natuurelementen en de visie zoals vooropgesteld in het gemeentelijk structuurplan wordt het behoud van de recreatieve functie vooropgesteld. De camping komt niet in aanmerking voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. De Kon. Camping/Club van België (R3CB) wordt als recreatiegebied behouden. HUL_CAM7 Four Seasons Residentie Four Seasons ligt tussen de cluster C6 - Kleine Keistraat en de camping CAM6 - R3CB. Afgezien van een strook bosgebied tussen de camping en Four Seasons, vormt dit een aaneengesloten recreatiezone op het gewestplan. Rekening houdend met de afweging volgens de standaard methodiek en het feit dat er recent een vergunning voor de bouw van een weekendverblijfpark is afgeleverd, is een herbestemming naar open ruimte geen optie. Eveneens op basis van de afweging is het geen site die in aanmerking komt voor een herbestemming naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Het lijkt dan ook logisch om het behoud van de huidige bestemming (verblijfsrecreatie) als ontwikkelingsperspectief voorop te stellen. Dit sluit aan bij de conclusies voor de aangrenzende cluster en camping. Koppeling met de herhuisvestingsbehoefte en herafweging Verschillende clusters en campings komen niet in aanmerking voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Dit betekent dat het permanent wonen in deze verblijven een uitdovend karakter krijgt. Hierdoor ontstaat een herhuisvestingsbehoefte voor de huidige permanente bewoners. Voor de herhuisvesting van de gezinnen zal een specifiek doelgroepenbeleid moeten gevoerd worden. Er wordt gestreefd naar een gecombineerde aanpak waarbij zowel gezocht wordt naar oplossingen binnen bestaande clusters of campings als naar mogelijke initiatieven op nieuwe locaties. Een oplossing binnen de bestaande sites betekent het wijzigen van de bestemming naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Nieuwe locaties dienen om specifieke huisvestingsprojecten voor de beoogde doelgroep te ontwikkelen. De cluster Korenheide komt mogelijk in aanmerking voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden, de andere clusters niet. Daarentegen blijkt uit de ruimtelijke afweging dat de camping Holiday Parks prioritair in aanmerking komt voor een herbestemming tot een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Vanwege de beperkte Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 44 van 268

45 omvang van de clusters weekendverblijven op het grondgebied van Huldenberg, kan de herhuisvesting (7 wooneenheden) worden opgevangen in de gebieden die worden omgezet naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. De problematiek van permanent wonen op campings is groter, doch kan volledig worden opgevangen door een bestemmingswijziging van de site Holiday Parks. De cluster HUL_C1 (Korenheide) is gelegen aan de rand van de kern. Strikt genomen is ze gelegen in een natuurverbinding maar omdat het oostelijke deel van de cluster sterk aansluit bij de bebouwde ruimte zal de impact op de natuurverbindingsfunctie miniem zijn. Naast deze ruimtelijke aspecten, zijn er belangrijke juridische en maatschappelijke criteria die een gedeeltelijke herbestemming naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden verantwoorden. De cluster is volledig zone-eigen, in recreatiegebied. Bijna alle constructies zijn vergund of geacht vergund, de meeste constructies dateren van voor In de hoofdzakelijk vergunde constructies heeft zich een sterk transformatieproces naar permanent wonen voorgedaan. In 9 van de 11 constructies wordt permanent gewoond. Er wordt voorgesteld om het oostelijk deel van de cluster, dat ruimtelijk het best aansluit bij de woonstructuur, te herbestemmen naar een zone waar permanent wonen kan bestendigd worden. Het westelijke deel krijgt een open ruimte bestemming, ter versterking van de natuurverbindingsfunctie. Selectie van te herbestemmen gebieden Voorgaande afweging leidt tot een selectie van te herbestemmen gebieden. Er worden twee types van herbestemmingen onderscheiden: een bestemmingswijziging naar een zone voor waar het permanent wonen kan bestendigd worden en een bestemmingswijziging naar open ruimte. Sites die worden herbestemd naar een zone waar het permanent wonen kan bestendigd worden: HUL_C1 Korenheide oostelijk deel HUL_CAM2 Holiday Parks Sites die worden herbestemd naar open ruimte: HUL_C1 Korenheide westelijk deel HUL_C4 Bergstraat gedeeltelijk HUL_CAM1 Bergendal gedeeltelijk HUL_CAM3 Les Chalets HUL_CAM 4 Spitsberg De andere (delen van) clusters en campings behouden hun huidige bestemming. Het gaat om recreatiegebied of om een open ruimte bestemming. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 45 van 268

46 OK ^kabob=_bibfapmi^kkbk=jbq=orfjqbifghb=ob k=jbq=orfjqbifghb=obibs^kqfb ibs^kqfb= OKNK oìáãíéäáàâ=píêìåíììêéä~å=eìäçéåäéêö=envumf NVUMF= Huldenberg realiseerde al in 1980 een ruimtelijk structuurplan van de eerste generatie. Het plan werd opgemaakt door de Intercommunale Interleuven. Er zijn in het kader van dit structuurplan een drietal rapporten verschenen: - startrapport: een verkenning van de gemeente en een aanzet tot doelstellingen formulering; - richtplan: dit plan bepaalt aan de hand van de richtdoelstellingen de gewenste ruimtelijke en deels maatschappelijke ontwikkeling van de gemeente op lange termijn; - eigenlijk structuurplan: dit plan geeft aan wat er volgens welke prioriteiten op halflange termijn kan worden gerealiseerd. Concreter dan bij de richtdoelstellingen wordt hier rekening gehouden met realiteit, haalbaarheid, tijdstip en volgorde van realisatie. Het structuurplan omvat objectdoelstellingen en structuurschetsen. Hierna volgen een aantal relevante zaken uit het eigenlijke structuurplan: Voornaamste knelpunten - Zeer sterk verspreide bebouwing, soms storend voor het landschap; de vijf oude dorpen kennen een zeer zwakke kernvorming en de infrastructuur laat te wensen over. - Vreemde inwijking terwijl de eigen jonge autochtonen wegtrekken; de integratie van de inwijkelingen is daarenboven zeer moeilijk. - Achteruitgang van de druiventeelt. - Campings en weekendverblijfparken tasten het landschap sterk aan. Algemene basisopties - Het landschappelijk karakter van de gemeente moet behouden blijven. - De bevolking moet geoptimaliseerd worden, d.w.z. dat het inwonersaantal op peil moet worden gebracht en dat alle sociale lagen hierbij evenwichtig vertegenwoordigd zijn. - De kernen moeten hiërarchisch ontwikkeld worden. Objectdoelstellingen Bevolking en huisvesting Er wordt een drie-polen systeem uitgewerkt: Huldenberg wordt als centrumgemeente verder uitgebouwd, in de pool Neerijse-Loonbeek zal Neerijse als kern uitgewerkt worden terwijl Loonbeek zich zowel naar Huldenberg als Neerijse kan richten, in de pool Sint-Agatha-Rode Ottenburg kan Ottenburg als kern fungeren voor zover het om lokale functies gaat. De verdeling van de bevolkingsgroei, nieuwe voorzieningen en de uitbouw van de woongebieden wordt gekoppeld aan dit systeem. Voor wat betreft de woongebieden wordt er een onderscheid gemaakt tussen kerngebieden, gebieden met restricties en gebieden met strenge restricties. Maatregelen hiertoe zijn o.a. opmaken van BPA s, faseringsplannen, verkavelingsovereenkomsten opstellen gebaseerd op bepaalde principes, opstellen van bouwreglementen, enz. - Kerngebieden worden als zodanig uitgebouwd en verdicht dat de gronden zo economisch mogelijk worden benut. Er wordt rekening gehouden met waardevolle landschapselementen en groenzones. - De gebieden met restricties slaan op de aanwezige lintbebouwing. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 46 van 268

47 - De gebieden met strenge restricties bevatten versnipperde, verspreide lintbebouwing en geïsoleerde bebouwing in open terreinen, evenals omgevingen met panoramische of open uitzichten. Landschap en milieu - Opmaak van een beheersplan voor vier verschillende beheerszones: merkwaardige natuurgebieden, bosgebieden (Margijsbos en Rodebos), open landbouwgebieden en bebouwde valleigebieden. - Toeristisch-recreatieve uitbouw van de landelijke gebieden, met respect voor de verschillende componenten van het landschap; uitbouw verblijfstoerisme en dagtoerisme. Deze opties hebben voor de gemeente nog steeds een actualiteitswaarde. Voorzieningen - Bij de inplanting van nieuwe voorzieningen wordt uitgegaan van de decentralisatie per pool, dwz. dat men de voorzieningen opsplitst en verdeelt over de drie polen (o.m. decentralisatie gemeentezalen met één polyvalent ontmoetingscentrum in de centrumgemeente, decentralisatie diensten, scholen, voorzieningen voor sport en spel). Deze opties hebben voor de gemeente nog steeds een actualiteitswaarde. Tewerkstelling - Landbouw: er worden maatregelen voorgesteld om de land- en tuinbouw uit de teruggedrongen positie te halen. Deze moeten een efficiënte en moderne land- en tuinbouwbedrijfsvoering mogelijk maken (o.m. voorstel grootschaliger bedrijfsvoering, ruilverkaveling, informatie en advies). - Ambachtelijke bedrijven: de gemeente moet de wenselijkheid onderzoeken om een afzonderlijke ambachtelijke zone op te richten. Er werd een voorstel gedaan naar locatie (oude steenbakkerij) en voorwaarden. Deze opties zijn voor de gemeente niet meer zo relevant. Verkeer - Wegeninfrastructuur: het tracé van de bochtige N253 mag niet gewijzigd worden omwille van landschappelijke redenen en verkeersveiligheid. Dit geldt ook voor de andere verbindingswegen. Er dient echter wel meer aandacht te worden besteed aan voet- en fietspaden. Verharding van holle wegen, landbouwwegen en wegen in bossen, natuurgebieden en tussen velden is niet wenselijk. De opties betreffende verkeer hebben voor de gemeente nog steeds een actualiteitswaarde. Enkele landbouwwegen werden in tussentijd wel verhard. Verschillende zaken uit het structuurplan zijn opgenomen op hoger niveau, zoals de fietspaden en de natuur- en landinrichtingsprojecten. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 47 van 268

48 OKOK píêìåíììêéä~ååáåö=áå=çé=ê~åçöéãééåíéå= Huldenberg wordt in Vlaanderen begrensd door vier buurgemeenten. Al deze gemeente beschikken over een goedgekeurd structuurplan, namelijk Overijse, Tervuren, Bertem en Oud-Heverlee. Twee buurgemeenten, Wavre en Grez-Doiceau, bevinden zich op Waals grondgebied. Deze gemeenten hebben een andere organisatie op het gebied van ruimtelijke ordening Overijse 4 Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Overijse werd op 13 maart 2008 goedgekeurd door de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant. Het GRS (november 2007) geeft volgende elementen aan als belangrijkste doelstellingen met mogelijke relevantie voor het GRS van Huldenberg (nietlimitatieve lijst): - blijven ingaan tegen verdere verstedelijking door de bescherming van de open ruimte en met maatregelen om kwalitatief wonen betaalbaar te houden; - versterken van de eigenheid van de gemeente en de kwaliteit van de omgeving zowel binnen de bebouwde kernen als in de open ruimte; - positionering van Overijse-centrum in de Druivenstreek als voorzieningencentrum; - inspelen op maatschappelijke veranderingen met een frisse en vernieuwende aanpak voor het openbaar domein en voor activiteiten die aan belang winnen in onze tijdsbesteding zoals cultuur, sport, recreatie, natuurbeleving, winkelen; - verweven van functies in het bebouwd gebied in plaats van telkens nieuwe open ruimten aan te snijden, door onder meer de afstemming tussen bepaalde functies en een landschappelijke aanpak. Figuur 7: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Overijse 4 Gemeente Overijse, gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, november 2007, opgemaakt door Omgeving. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 48 van 268

49 Tervuren 5 De deputatie keurde op 12 februari 2009 het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Tervuren goed. Vanuit een aantal doelstellingen en visies over de ruimtelijke ontwikkeling van Tervuren, werden er een aantal ruimtelijke concepten uitgewerkt. Alle ruimtelijke concepten samen resulteren in de gewenste ruimtelijke structuur voor de gemeente. Volgende ruimtelijke concepten zijn van belang voor Huldenberg: - voervallei als drager van de natuurlijke en recreatieve structuur: in dit groen lint wordt een herstel en versterking van de natuurwaarden nagestreefd en wordt de as gepromoot voor passieve recreatie van bovenlokale betekenis. In de vallei van de Lange Gracht (op de grens met Huldenberg) moet de aandacht vooral toegespitst worden op de verbetering van de natuurwaarden. - vrijwaren van de open ruimte en realiseren van open ruimtecorridors: in functie van de landbouw moeten de open ruimtestructuren in het oostelijk gedeelte van de gemeente naar de toekomst toe gevrijwaard worden. Aansluitend wordt gestreefd naar het realiseren van verbindingen tussen de open ruimten. - kernversterking in de drie landelijke kernen (Duisburg, Vossem en Moorsel): het behoud van de eigen identiteit en het tegengaan van verdere uitzwermende bebouwing staat er centraal. Dit betekent inbreiding, renovatie en restauratie en opwaardering van het openbaar domein. Beperkte uitbreiding van het wonen kan mogelijk toegestaan worden in Duisburg. - verkeersleefbare en veilige kernen: er dienen maatregelen getroffen te worden om het vele doorgaande (sluip)verkeer uit de landelijke kernen Vossem, Duisburg en Moorsel te weren, zoals harde doortochtherinrichtingen en/of circulatiemaatregelen. Figuur 8: Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Tervuren Huldenberg sluit aan bij de deelruimte oostelijk open ruimtegebied Duisburg-Vossem. Dit is een aanzienlijk deel van het buitengebied van Tervuren. De open ruimte en het meer landelijke karakter 5 D+A Planning, Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Tervuren, december Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 49 van 268

50 van de bestaande kernen moeten er worden behouden. Een verdere versnippering van de open ruimte wordt tegengegaan. Er wordt dan ook gestreefd naar een duidelijke breuk ten opzichte van het verstedelijkte karakter van Tervuren-centrum. Voor de gewenste ruimtelijke structuur van Duisburg wordt uitgegaan van de bestaande ruimtelijke structuur. De gemeente wil er de bestaande bebouwing langs de uitvalswegen afwerken, met aandacht voor het reliëf, de open ruimtes, doorzichten Figuur 9: Gewenste ruimtelijke structuur omgeving Duisburg Bertem 6 Het GRS Bertem werd op 11 januari 2007 door de deputatie goedgekeurd. Volgende beleidsopties die zijn opgenomen in het GRS kunnen relevant zijn voor de gemeente Huldenberg: - optimaal gebruik maken van de ruimte in de kern, de bebouwde omgeving, door concentratie, verweving, hergebruik en vernieuwing; - openhouden van de open ruimte tussen Brussel en Leuven met belang van het evenwicht tussen natuur en landbouw; - historische eigenheid en diversiteit beschermen en herstellen; - duurzaamheid en draagkracht hanteren als norm waarbij een lange termijn perspectief en de ruimere context steeds voorop staan; - belang hechten aan de kwaliteit van de ruimte. 6 Interleuven, Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bertem, oktober 2006 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 50 van 268

51 Figuur 10: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Bertem Oud-Heverlee 7 Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Oud-Heverlee werd op 2 februari 2011 door de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant goedgekeurd. Volgende elementen die in het GRS zijn opgenomen kunnen relevant zijn voor de gemeente Huldenberg: - De gemeenten worden gebonden door de deelruimte Dijlevallei, onderdeel van een grotere deelruimte Dijlevallei, Meerdaalwoud, Heverleebos - De Dijlevallei is gezien haar omvang en haar structurerende werking een bovengemeentelijk element. - Er dient een duidelijke afbakening gemaakt te worden van dit gebied zodat er zowel op ruimtelijk en landschappelijk vlak als op het vlak van verantwoordelijke instanties meer duidelijkheid komt. Ook de overgangszones moeten duidelijk afgebakend worden. - Er moet rechtszekerheid gecreëerd worden voor de eigenaars van zonevreemde activiteiten die gelegen zijn binnen deze zones. - Natuurreservaat Doode Bemde : Sinds 1980 hebben Natuurpunt en de Vrienden van Heverleebos en Meerdaalwoud hier een natuurgebied uitgebouwd. De rijke landschappelijke en natuurlijke waarden van dit gebied moeten bewaard en versterkt worden. Het beheer van de Doode Bemde is in handen van de Vrienden van Heverleebos en Meerdaalwoud. Het gebied moet in de toekomst toegankelijk blijven voor zachte recreatie, meer bepaald onder de vorm van wandel- en/of fietspaden. 7 Gemeente Oud-Heverlee, gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, december Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 51 van 268

52 Figuur 11: Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Oud-Heverlee Waals-Brabant: Wavre en Grez-Doiceau 8 Schéma de Développement de l Espace Régional Op het niveau van heel Wallonië hebben we het Gewestelijk Ruimtelijk Ontwikkelingsplan, het Schéma de Développement de l Espace Régional (SDER). De Waalse regering keurde het plan definitief goed op 27 mei 1999, het besluit tot goedkeuring van het SDER verscheen in het Belgisch Staatsblad van 21 september Het structuurplan bestaat uit drie grote hoofdstukken. In een eerste hoofdstuk wordt ingegaan op de huidige toestand van het grondgebied en op de hoofdlijnen voor zijn verdere evolutie. Die hoofdlijnen dienen dan, in het tweede en in het derde hoofdstuk, voor de uitstippeling van een strategische visie. Die visie bestaat uit twee delen: enerzijds uit het ontwerp voor de ruimtelijke structuur van het gewest, anderzijds uit acht hoofddoelstellingen die op hun beurt uiteenvallen in 32 opties en maatregelen. Deze zijn dan weer samengesteld uit studies en voorstellen voor de uitwerking van een gedetailleerde programmatie. Ontwerp voor de ruimtelijke structuur Bouwstenen van het ontwerp zijn: - de Eurocorridors die de grote steden en stadsgebieden van Europa met elkaar verbinden; op die Eurocorridors worden talrijke activiteiten vastgeankerd; - de gewestgrensoverschrijdende samenwerkingsverbanden die vooropgesteld worden met Brussel, Rijsel en Luxemburg, evenals rond Luik, Hasselt, Maastricht en Aken; - de bovengemeentelijke samenwerkingsgebieden, die tot stand komen op initiatief van de gemeenten en als benaming hebben: agglomeratie of pays ; - de Waalse steden, die elk hun specifieke rol spelen; - een samenwerkingsverband stad-platteland. 8 mrw.wallonie.be/dgatlp Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 52 van 268

53 Figuur 12: ontwerp voor de ruimtelijke structuur van Wallonië (SDER) Drie basisprincipes - het Waals grondgebied is het gemeenschappelijk patrimonium van diens inwoners; - de duurzame ontwikkeling; - de economische en sociale samenhang of cohesie. Acht doelstellingen - structuur geven aan het grondgebied; - opnemen van de bovengewestelijke dimensie in de ontwikkeling van Wallonië; - voorzien in bevoegdheidsoverkoepelende samenwerkingsverbanden; - voorzien in de prioritaire behoeften; - bijdragen tot jobcreatie en toegevoegde waarde; - bijdragen tot een betere bereikbaarheid en tot mobiliteitsbeheer; - valoriseren van het patrimonium en bescherming van de bodemrijkdommen; - sensibilisering en responsabilisering van alle actoren. Schémas de structure communaux Op het niveau van de gemeentes hebben we in Wallonië de schémas de structure communaux. Het doel van deze plannen is de ruimtelijke inrichting van de gemeente te definiëren in een Gemeentelijk Ruimtelijk Ontwikkelingsplan, waarbij de verordeningen van het gewestplan worden gerespecteerd en er rekening wordt gehouden met de gemeentelijke middelen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 53 van 268

54 De opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan is niet dwingend, maar het is een middel als gemeente om meer autonomie te verkrijgen op het vlak van ruimtelijke ordening: onder vier voorwaarden kunnen de gemeentes namelijk onder het regime van decentralisatie vallen, en meer autonomie verkrijgen voor het leveren van bouw- en verkavelingsvergunningen. Een van deze voorwaarden is de opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, samen met de opmaak van een gewestplan, een gemeentelijk stedenbouwkundig reglement en de oprichting van een gemeentelijke adviserende commissie voor de inrichting van het territorium. De opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan is dus facultatief. Waver is bezig met de opmaak van een gemeentelijk stedenbouwkundig reglement. Grez-Doiceau en Waver hebben nog geen goedgekeurd ruimtelijk structuurplan. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 54 van 268

55 OKPK mä~ååéå=ãéí=äéíêéââáåö=íçí=çé=çééå=êìáãíé= Kaart 4: natuur- en landinrichtingsprojecten en natuurreservaten Natuurinrichtingsproject Dijlevallei 9 De wettelijke grondslag voor de natuurinrichting is te vinden in het artikel 47 van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (gewijzigd bij decreet van 19 juli 2002). Door de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) werd het natuurinrichtingsproject Dijlevallei uitgewerkt. Op 1 maart 2000 werd het project ingesteld. Vervolgens werd een projectrapport en maatregelen en modaliteiten opgesteld. Het project beslaat een oppervlakte van 883 ha en is gelegen op het grondgebied van de gemeenten Leuven, Bertem, Huldenberg en Oud-Heverlee. Dit natuurinrichtingsproject werd intussen afgerond. Prioritair in de Dijlevallei is het herstel, ontwikkeling en vrijwaring van het natuurlijk valleiecosysteem. Vernatting van verschillende komgronden is noodzakelijk om natuurherstel optimaal te laten verlopen. Hiervoor wordt de grondwatertafel verhoogd en wordt grondwater, bronwater en oppervlaktewater in de komgronden en aan de valleiranden opgehouden. Verder wordt de relatie en de verbindingen tussen de vallei en het plateau versterkt. Landschappelijk wordt gemikt op een verweving van open, halfopen en gesloten gebieden. Dit zorgt ook voor de grootste afwisseling van leefgebieden voor dier en plant en de hoogste biodiversiteit. Er gaat ook aandacht naar natuureducatieve voorzieningen Natuurinrichtingsproject Laanvallei In 2000 werd er een onderzoek uitgevoerd naar de haalbaarheid voor het opstarten van een natuurinrichtingsproject Laanvallei. Het project zou een oppervlakte van ca. 900 ha bevatten en zou gelegen zijn op het grondgebied van de gemeente Huldenberg, Overijse en Oud-Heverlee. Het project werd stopgezet na het haalbaarheidsonderzoek Landinrichtingsproject Plateau van Moorsel 10 Door de VLM werd een landinrichtingsproject opgestart rond het Brabants plateau. In juni 2000 werd de voorstudie afgerond. In het kader van het landinrichtingsproject werden enkele deelstudies opgemaakt. Op 5 juni 2003 gaf de minister bevoegd voor landinrichting de opdracht aan de Vlaamse Landmaatschappij een ontwerpplanprogramma op te maken voor het Brabants Plateau. Uit de verschillende voorstellen van dat ontwerpplanprogramma werd in een latere fase op vraag van de minister één inrichtingsproject gekozen om dat voort uit te werken. Dat inrichtingsproject is Het plateau van Moorsel. Op 28 mei 2004 paste de Vlaamse regering de wetgeving op landinrichting aan, waardoor de opmaak van een planprogramma een wettelijke basis kreeg. Op 14 juli 2005 gaf de minister bevoegd voor landinrichting aan de Vlaamse Landmaatschappij de opdracht een planprogramma voor Het plateau van Moorsel op te maken. Op 1 juni 2007 werd het planprogramma Plateau van Moorsel goedgekeurd door een besluit van de Vlaamse Regering en verscheen in het staatsblad op 31 juli Volgende gemeentes zijn geheel of gedeeltelijk betrokken: Bertem, Huldenberg, Kortenberg, Kraainem, Tervuren, Wezembeek-Oppem, Zaventem. Vier strategische inrichtingsprojecten worden voorgesteld, waarvan twee relevant voor de gemeente Huldenberg: Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 55 van 268

56 - Gewestweg N253: ondersteuning van activiteiten rond de herinrichting van de N253 met als leidraad de landschappelijk-ecologische inpassing van de N253 en het betrekken van de inrichtingsactiviteiten op de omliggende dorpskernen. - Dijleland: door inrichting en overleg wordt getracht een impuls te geven aan de realisatie van een aantrekkelijk landschap met de typische kleine landschapselementen waar ook een recreatief netwerk voor verschillende vormen van recreatie aan gekoppeld is. Ter uitvoering van het inrichtingsproject Dijleland wordt er op het grondgebied van Huldenberg een project gepland rond de inrichting van de archeologische site en het beschermd landschap Den Tomme Regionaal landschap Dijleland Een Regionaal Landschap is een samenwerkingsverband zoals bedoeld in het decreet op het natuurbehoud en het natuurlijk milieu. 11 Het werkingsgebied van een regionaal landschap is een streek met een aaneengesloten oppervlakte van min ha, die zich uitstrekt over meer dan één gemeente. Het betreft een duidelijk geografisch onderscheiden streek met een typisch en gaaf landschap en/of met een hoge cultuurhistorische en actuele natuurlijke waarde, en met grote mogelijkheden voor natuurontwikkeling en natuurgerichte recreatie en toerisme. Het Regionaal Landschap Dijleland (opgericht op 1 juni 1997) is een samenwerkingsverband tussen verschillende lokale natuurverenigingen, gemeentebesturen, de provincie Vlaams-Brabant, landbouworganisaties, toeristische verenigingen en wildbeheerseenheden. Het werkingsgebied omvat 10 gemeenten, samen goed voor ha, en strekt zich uit over het stroomgebied van de Dijle en haar bijrivieren vanaf de taalgrens tot voorbij Leuven, in de driehoek Leuven-Brussel-Waver. Bertem, Bierbeek, Herent, Huldenberg, Kampenhout, Kortenberg, Leuven, Oud-Heverlee, Overijse en Tervuren behoren tot het Regionaal Landschap Dijleland. Natuurrecreatie, natuureducatie en het beheer, het herstel en de ontwikkeling van natuur en landschap zijn belangrijke aandachtspunten. Het Regionaal Landschap Dijleland heeft projecten uitgewerkt rond holle wegen, amfibieën en groene daken en werkt samen met lokale inwoners om poelen, hagen, erfen gevelbeplanting aan te leggen. Op het programma staan verder: - uitbouwen van fietsroutenetwerken en wandelpaden met bijhorende informatiebrochures; - plaatsen van kijkhutten; - uitwerken van actiepunten uit de GNOP s; - aanleggen van natuurleerpaden; - aanleggen van amfibieëntunnels; - herstel van hoogstamboomgaarden; - beheer van holle wegen Decreet van 21 oktober 1997 op het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, artikel 54 1 en besluit van de Vlaamse Regering van 8 december 1998 tot vaststelling van de regelen voor de voorlopige en definitieve erkenning van regionale landschappen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 56 van 268

57 Nota onderdeel Natuur/Landschap/Groen/Bos 13 De opmaak van de nota onderdeel Natuur/Landschap/Groen/Bos, is enerzijds een concretisering van het hoofdstuk natuur uit het milieubeleidsplan en anderzijds een evaluatie en actualisatie van het GNOP. Dit document vervangt aldus het GNOP definitief. De nota onderdeel Natuur/Landschap/Groen/Bos werd opgesteld in 2004, gefinaliseerd in 2005 en zal, na goedkeuring, uitgevoerd worden in de periode 2005 tot Hieronder worden per landschapstype eerst de gemeenschappelijke doelstellingen vermeld. Daarna worden per landschapseenheid nog concrete beleidskeuzen gemaakt. Deze doelstellingen kunnen relevant zijn voor het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. 1 Valleien - integraal ecologisch beheren van de gemeentelijke waterlopen, d.w.z. zowel aandacht hebben voor waterkwantiteit, waterkwaliteit, structuurkenmerken als voor oeverbeheer. - Voor waterlopen van tweede of eerste categorie moet bij de bevoegde instanties aangedrongen worden op een gelijkaardig ecologisch beheer. Best kunnen de beheerswerken van de gemeente en de provincie hierbij op elkaar afgestemd worden. - behoud en bescherming van specifieke natuurlijke biotopen gebonden aan de natte valleigronden: alluviale bosjes, rietvegetaties, soortenrijke graslanden... - aandacht voor de waterkwaliteit door sensibilisatie van de bevolking en door kleine ingrepen die lokale knelpunten kunnen oplossen. - vermijden van bebouwing en versnippering. - maximaal behoud van de "open" corridors tussen valleien en plateaus, om te vermijden dat de natuurlijke overgangen doorbroken worden. - vrijkomende percelen voorbehouden voor natuurontwikkeling. - aangepaste natuurtechnische inrichting van de kunstwerken (bruggen, duikers, stuwen, molens...). - bij aanplanting van bossen op de gemeentelijke gronden kiezen voor standplaatsgeschikte soorten zoals wilg, els, es i.p.v. populier. Particulieren aanzetten tot eenzelfde aanpak. Vooraleer bosgoed aan te planten in valleien is het wel noodzakelijk na te gaan of bebossing als beheersmaatregel aan te raden is op de bewuste percelen. Dijlevallei - ondersteunen (financieel/logistiek) van natuurbeschermingsinitiatieven in de Doode Bemde, aan het Grootbroek en aan de vijvers van Florival. Ook bij educatieve of informatieve acties rond deze gebieden kan de gemeente haar steentje bijdragen. - vermijden van eigen infrastructuurwerken in dit gebied zoals wegverbredingen of -verhardingen, rechttrekkingen of "normaliseringen" van waterlopen, plaatsing van bijkomende lichtpunten, grachten inbuizen of uitdiepen. - voorwaarden stellen i.v.m. het behoud van natuurwaarden bij infrastructuurwerken door andere instanties. Aan dergelijke projecten kunnen bijkomend natuurontwikkelingsacties gekoppeld worden ter compensatie van de aangebrachte schade en hinder in deze waardevolle vallei. - afspraken maken met de jagersverenigingen om de jacht in dit vogelrichtlijngebied vrijwillig te beperken of in bepaalde gebieden zelfs volledig te stoppen. 13 Gemeente Huldenberg, onderdeel natuur/landschap/groen/bos, opgesteld door Christiaan Serrus, Milieuambtenaar, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 57 van 268

58 - vermijden van alle gemeentelijke en particuliere werkzaamheden (zoals bermbeheer, ruimingen...) tijdens het broedseizoen (april, mei, juni) in dit Vogelrichtlijngebied As Weeberg-vallei Vloedgroebe - optimaal behoud, bescherming en beheer van de kleine landschapselementen in dit gebied: bosjes, bomenrijen, holle weg, taluds, veedrinkpoel, beek. - ecologische herinrichting van de Lange Gracht-Vloedgroebbe (2.158). - strikte controle van de ontginnings- en ev. stortactiviteiten in de bestaande zandgroeves. Bij stopzetting van de ontginningsactiviteiten kan erop aangedrongen worden de bestaande zandgroeven te behouden en er aan natuurontwikkeling te doen (zeer specifieke vegetatie, nestgelegenheid voor oeverzwaluwen, ontwikkeling van een natuurlijke plas met specifieke fauna en flora, denk maar aan de mogelijkheden voor de vroedmeesterpad in deze regio). Hiertoe kan de gemeente acties ondernemen om het beheer van de zandgroeve mee te ondersteunen, adviezen te verschaffen of positief mee te werken aan natuurontwikkelingsprojecten. Ijsevallei - voorwaarden stellen i.v.m. het behoud en ontzien van natuurwaarden bij infrastructuurwerken. Aan dergelijke projecten kunnen bijkomend natuurontwikkelingsacties gekoppeld worden ter compensatie van de aangebrachte schade en hinder in de vallei. - gezien het belangrijk vogelbestand in deze vallei en de aangrenzende bossen vermijden van verstoring tijdens het broedseizoen (april, mei, juni). Hiermee wordt o.a. de aanleg van de collector, het bermbeheer, de ruimingen van waterlopen, het bosbeheer en de gemotoriseerde recreatie bedoeld. - structureel verbeterende maatregelen voor de IJse nemen zodat de structuur niet de beperkende factor wordt voor het herstel van de natuurlijke rivierbiotoop. Dit herstel is te verwachten door de verbetering van de waterkwaliteit na de opstart van het afvalwatercollecteringssysteem en de reeds aanwezige watergebonden fauna in sommige kleinere beken en vijvers in de omgeving. - de recreatieve infrastructuur, vooral nabij de dorpskern van Neerijse (camping, visvijvers), zo harmonisch mogelijk inpassen in de natuurlijke omgeving Laanvallei - sanering van illegale bouwwerken zoals weekendverblijven, chalets, ophogingen... Ten oosten van Wolfshaegen behoort het overgrote deel van de vallei immers tot natuurgebied volgens het gewestplan zodat hier geen bebouwing thuishoort. - stimulansen geven om bebossingen uit te voeren met standplaats geschikte soorten i.p.v. met populier. - het natte karakter en de bijhorende biotopen maximaal beschermen. Rechttrekkingen van waterlopen, diepe ruimingen, bijkomende draineringen moeten dan ook vermeden worden. 2 Bossen - natuurgetrouw bosbeheer voeren of stimuleren. - bescherming en vrijwaring van de bosranden. - controle op de naleving van het Bosdecreet en zijn besluiten. - het opstellen van beheersplannen zowel voor openbare als voor privébossen stimuleren. - zachte recreatie in goede banen leiden, harde recreatievormen weren. - gemotoriseerd verkeer weren uit de bossen. - mountainbiking en paardrijden enkel toelaten op de daartoe voorziene paden. - informatieve en educatieve acties voeren en/of ondersteunen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 58 van 268

59 Margijsbos - de eigenaar ertoe aanzetten een ecologische beheer te voeren. Dit houdt o.a. in dat de heiderelicten behouden worden of ev. terug vrijgemaakt worden. - voorwaarden stellen i.v.m. het behoud van natuurwaarden bij infrastructuurwerken. In concreto bij de bouw van de rioolcollector erop toezien dat de richtlijnen van het MER-rapport strikt gevolgd worden. - bijkomende bebouwing aan de oostzijde van het bos weren evenals uitbreiding van de bestaande bebouwing. De wegen aan deze zijde (bv. Kleine Hollestraat) dienen onverhard te blijven en infrastructuurvoorzieningen (lichtpunten, rioleringen, e.d.) moeten vermeden worden. Sint-Agatha-Rodebos - controlebeleid voeren tegen sluikstorten en sluikstoken, vooral aan de zuidkant van het bos (Oliestraat). - bijkomende bebouwing of uitbreiding van bestaande bebouwing langs de Onderbosstraat verbieden aangezien dit gebied op het Gewestplan staat aangeduid als natuurgebied. 3 Plateaus - verweven van de landbouwfunctie met de natuurfunctie om zo een gevarieerder, visueel aantrekkelijker en natuurrijker landschap te krijgen. Concreet betekent dit vooral het behoud, het herstel en de ontwikkeling van kleine landschapselementen. - maximaal behouden van de open ruimte via een doordacht ruimtelijk beleid. Hiervoor is het ook noodzakelijk dat veldwegen of andere onverharde wegen onverhard blijven om sluipverkeer en "sluipbebouwing" te verhinderen. - ecologisch verantwoord beheren en onderhouden van holle wegen. Het gebruik van holle wegen moet voorbehouden blijven voor landbouwverkeer en voor zachte recreatievormen (wandelen, fietsen). Andere gebruiksvormen (sluipverkeer, sluikstorten, sluikstoken, betuining) moeten verboden en bij overtreding gesanctioneerd worden. - initiatieven tot erosiebestrijding nemen, in samenwerking met de landbouwers. - het voeren van een controlebeleid t.o.v. niet-agrarische bestemmingen van de open ruimte. Optreden tegen overtredingen en illegale toestanden. - het afsluiten of stimuleren van vrijwillige beheersovereenkomsten met landbouwers om natuurbeheerstaken uit te voeren in ruil voor een vergoeding. Ruwaalvallei en Struikenbos Geen specifieke beleidskeuzen Plateau van Duisburg (Noord) - Stimulerende maatregelen voor het behoud en ontwikkeling van kleine landschapselementen - Stimulerende acties voor het behoud / uitbreiding van de hamsterpopulatie Plateau van Duisburg (Zuid) - Stimulerende maatregelen voor het behoud en ontwikkeling van kleine landschapselementen - Stimulerende acties voor het behoud / uitbreiding van de hamsterpopulatie - de campings in het gebied aanzetten tot een natuurvriendelijke beleidsvoering: streekeigen groenvoorziening, voldoen aan de milieuvoorwaarden inzake afval en afvalwaters, natuurgerichte informatie verstrekken aan bezoekers... Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 59 van 268

60 Plateau van Overijse - strikte controle van de ontginnings- en ev. stortactiviteiten in de bestaande zandgroeves. De eigenaar stimuleren tot het nemen van alle mogelijke acties ter minimalisering van de hinder, o.a. via een breed en uit streekeigen soorten bestaand groenscherm. Voor de nabestemming van de storten kan best voor bebossing of spontane natuurontwikkeling gekozen worden, aangezien deze terreinen minder geschikt zijn voor landbouw of bewoning. - omzetting van het op het Gewestplan voorziene ontginningsgebied op de Vossekouter in landbouw- en natuurgebied. Plateau van Wavre - sanering van illegale bouwwerken zoals weekendverblijven, chalets, ophogingen,..., vooral in de door het Gewestplan aangeduide natuurgebieden van Vogelzang, Vetsaart, de vallei van de Leikstraalbeek en het Bois de Laurensart. - de campings in het gebied aanzetten tot een natuurvriendelijke beleidsvoering : streekeigen groenvoorziening, voldoen aan de milieuvoorwaarden inzake afval en afvalwaters, natuurgerichte informatie verstrekken aan bezoekers... 4 Urbane zones - behouden en ontwikkelen van streekeigen groenelementen in de bebouwde zones. - de bevolking stimuleren tot het aanplanten en natuurvriendelijk onderhouden van streekeigen groenelementen op privégronden. - beschermen van de hoge (soms holle) wegbermen langs wegen, ook langs bebouwde percelen. - bij verharding van grote oppervlakken (bedrijven, nieuwe verkavelingen, parkings...) de bouw van infiltratiebekkens verplichten om geen extra belasting van rioleringen of waterlopen door regenwater te veroorzaken. - lozing van ongezuiverde afvalwaters naar de valleien verhinderen, optreden tegen sluikstorten en sluikstoken, ruimtelijk ordening aanpassen aan de natuurlijke omgeving. Dorpskom van Neerijse Geen specifieke beleidskeuzes Woonkernen Loonbeek-Huldenberg Noord - de verschillende campings in het gebied aanzetten tot een natuurvriendelijke beleidsvoering: streekeigen groenvoorziening, voldoen aan de milieuvoorwaarden inzake afval en afvalwaters, natuurgerichte informatie verstrekken aan bezoekers... - de door het Gewestplan aangeduide natuur- en parkgebieden optimaal beschermen volgens de stedenbouwkundige voorschriften voor deze gebieden Woonkern Huldenberg Zuid Geen specifieke beleidskeuzes Woonkern Sint-Agatha-Rode - de verstoring vanuit deze woonkern op de aangrenzende Dijle- en Laanvallei minimaliseren. - de resterende natuurlijke elementen zoals holle wegen, taluds en bosjes behouden. Door aangepaste en streekeigen beplantingen dit woongebied meer "vergroenen". Een groot gedeelte van het gebied (rondom de Oude Waversebaan) is immers reeds ingekleurd als woonpark. De smalle strook natuurgebied op het Gewestplan ten oosten van de Boesberg dient ook ten volle een natuurfunctie te krijgen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 60 van 268

61 Dorpskom van Ottenburg - vrijwaring, behoud en onderhoud van de pastorietuin - de site van de oude school en oud-gemeentehuis herwaarderen Gemeentelijk milieubeleid visietekst SWO De samenwerkingsovereenkomst milieu schept de mogelijkheid de gemeentelijke milieubeleidsplanning te herbronnen onder de vorm van een visietekst gemeentelijke milieubeleid. Bij intekening van de basis van deze SWO (SamenWerkingsOvereenkomst) is de opmaak van een dergelijke visietekst verplicht. Volgende projecten die zijn opgenomen in de visietekst kunnen een belangrijke ruimtelijke weerslag of impact hebben: - project 5: inventaris + beheer trage wegen: het belang van trage wegen voor een landelijke gemeente als Huldenberg is groot. Eén van de troeven van Huldenberg is dan ook zachte recreatie en landschapsbeleving. Het opmaken van een inventaris van de trage wegen en het opstellen van een onderhouds- en herstelplan is hiervoor aangewezen. - project 6: erosiebestrijding: de opmaak van een Erosiebestrijdingsplan is momenteel in uitvoering. N.a.v. de opmaak van het erosiebestrijdingsplan zullen een aantal maatregelen naar voor geschoven worden. Het uitvoeren van deze maatregelen kan opgenomen worden als een project. - project 14: inrichting restgronden: verschillende gronden van de gemeente kunnen m.b.t de natuurfunctie nog beter beheerd en ingericht worden. Er kunnen voor elk van deze restgronden duidelijke beheersvisies opgesteld worden die daarna ook uitgevoerd worden. De uitvoering kan onder de vleugels van het project INL. Ook het Sociaal Huis beschikt over gronden/percelen gelegen in natuurgebied. Ook voor deze gronden kan de natuurfunctie mogelijks versterkt worden. Opname in beheersvisie is bijgevolg mogelijk. - project 16: duurzaam bouwen: duurzaam bouwen heeft raakvlakken met alle aspecten van het milieubeleid: materiaalgebruik, natuur in de tuin, herbruikbare materialen, gezondheid, energiebesparing, alternatieve energiebronnen, recyclage Er wordt een dienstverlening opgezet voor bijstand van potentiële bouwers. Dit kan onder de vorm van bouwteams, gespecialiseerde infovergaderingen, kijkwoningen, advies op maat, gratis duurzaamheidscans van bouwaanvraag gevolgd door aanbevelingsnota, berekening van terugverdientijden, beurs speciaal voor de bouwer Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 61 van 268

62 OKQK mä~ååéå=ãéí=äéíêéââáåö=íçí=çé=ãçäáäáíéáí NQ = Gemeentelijk mobiliteitsplan Kaart 5: gemeentelijk mobiliteitsplan: beleidsplan categorisering wegen en fietsverkeer Een gemeentelijk mobiliteitsplan is het resultaat van een convenant tussen de gemeente, de Vlaamse overheid (ingevuld door de Administratie Wegen en Verkeer) en de openbare vervoersmaatschappij (ingevuld door De Lijn). Het mobiliteitsplan beoogt een gemeentelijke visie met betrekking tot mobiliteit en verkeersstructuren op haar grondgebied; ook relaties met andere gemeenten of hogere overheden worden nader bekeken. Door de ondertekening van het convenant verbinden de drie partners er zich toe samen te werken om de verkeersveiligheid te verhogen, de verkeersleefbaarheid te verbeteren en de vervoersvraag te beheersen door middel van ruimtelijke herstructurering en selectieve bereikbaarheid van de auto, gekoppeld aan een verhoogde bereikbaarheid door een versterking van de alternatieve vervoermiddelen. Het mobiliteitsplan van Huldenberg werd goedgekeurd in december Het mobiliteitsplan wordt als enig referentiekader voor alle verdere acties van de partners beschouwd. In het voorjaar van 2010 is er een sneltoets van het mobiliteitsplan opgestart, die zal leiden tot een aangepast mobiliteitsplan. In het beleidsplan van 2002 werden volgende beleidsmaatregelen, relevant voor het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, vooropgezet: - inrichting van de kernen van Huldenberg, Neerijse, Ottenburg, Sint-Agatha-Rode, Loonbeek en De Tomme als verblijfsgebied; de herinrichting van de kern Ottenburg is al uitgevoerd; - herinrichting N253 als lokale weg I (deze weg werd in 2004 in het RSVB geselecteerd als een secundaire weg type III) tussen Leuven en Overijse, met doortochtenherinrichting te Loonbeek en Neerijse; - doortocht- en kernherinrichting omgeving kerk Sint-Agatha-Rode; kernherinrichting Ottenburg; - herstellen van verblijfsfunctie van Gemeenteplein Huldenberg; - herinrichting schoolomgevingen te Ottenburg (Florivalstraat en Bloemenstraat), Neerijse en Loonbeek; - tonnagebeperkingen op bepaalde wegen. Volgende wegen werden in het mobiliteitsplan geselecteerd: Als lokale wegen type IIA: - Elzasstraat Koxberg Stroobantsstraat (Huldenberg) - Beekstraat Wolfshaegen tot Stroobantsstraat (Neerijse) - Schaveystraat (Neerijse) - G. Steenbeekstraat Potterstraat (Sint-Agatha-Rode) - Leuvensebaan (Ottenburg Sint-Agatha-Rode) - Vijverstraat Veeweidestraat Florivalstraat - Langestraat (Neerijse) - Terlaenenstraat Neerpoortenstraat (Ottenburg) - Holstheide - Neerpoortenstraat Hasselheidestraat - De Limburg Stirumlaan A. Goossensstraat (Huldenberg) - Neerijsebaan (richting Sint-Joris-Weert) Als lokale wegen type IIB: - Wolfshaegen tussen Stroobantsstraat en Schaveystraat 14 Libost-Groep, Gemeentelijk Mobiliteitsplan Huldenberg, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 62 van 268

63 - Smeysberg - Florivalstraat vanaf Ottenburg tot Veeweidestraat (Ottenburg) - Kaalheide - Tommestraat (tot Kleine Tommestraat) - Leuvensebaan vanaf Sint-Agatha-Rode tot grens Sint-Joris-Weert Momenteel is het mobiliteitsplan in herziening. De sneltoets 15 is op 5 april 2011 besproken op de GBC (gemeentelijke begeleidingscommissie) en conform verklaard op 16 mei 2011 door de PAC (provinciale auditcommissie). Er is gekozen voor een leefbaarheidsscenario waar sterk wordt ingezet op het verbeteren van de leefbaarheid en de verkeersveiligheid. Uiteraard impliceert dit scenario stevigere beperkingen voor een onbegrensde automobiliteit. Het beleid staat nog steeds achter de huidige doelstellingen. Deze doelstellingen zijn globaal geformuleerd 16 : Het verbeteren van de verkeersstructuur met het oog op meer veilige en leefbare woon- en leefomgevingen. Stimuleren van alternatieven voor het autogebruik. Beperken van het gemotoriseerd verkeer en vermindering schadelijke uitstoot. Verbeteren verkeersveiligheid en garanderen van de bereikbaarheid. Herinrichten N253. Optimalisering van het wegennet door een wegencategorisering. Multimodaliteit bevorderen Fietsnetwerk Kaart 6: fietsroutenetwerk De provincie Vlaams-Brabant onderscheidt in het Provinciaal Fietsnetwerk vier soorten routes: functionele routes, alternatieve routes voor de functionele routes, fietscorridors en recreatieve routes. 17 De bovenlokale functionele routes zijn voor Huldenberg geprojecteerd op de bestaande verbindende wegeninfrastructuur tussen Huldenberg-centrum, haar verschillende kernen en de buurgemeenten. De bestaande verbindingswegen vormen de ruggengraat van het functioneel netwerk omdat zij meestal de kortste verbinding vormen, er verschillende woningen en voorzieningen langs liggen, er verlichting is en de sociale veiligheid er groter is. Er werden een achttal bovenlokale fietsroutes geselecteerd. Ze volgen de belangrijkste verbindende wegen in de gemeente (lokale en secundaire wegen). Er werden te Huldenberg twee alternatieve routes geselecteerd, die een alternatieve route vormen t.o.v. de bestaande verbindingsweg. Kaderend in een recreatief netwerk werden op het grondgebied Huldenberg meerdere fietsroutes (zowel recreatieve, functionele ) geselecteerd. De provincie wenst geen strikt onderscheid te maken tussen het functionele en recreatieve fietsnetwerk, maar integendeel een integratie na te streven van beide netwerken waarbij schakels van het toeristische netwerk zeker ingeschakeld kunnen worden in het fietspatroon van dagelijkse fietsers. Huldenberg en Neerijse zijn knooppunten van verschillende routes Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW), Sneltoets ter evaluatie van het gemeentelijk mobiliteitsplan, april 2011 Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW), Nota bij de sneltoets ter evaluatie van het gemeentelijk mobiliteitsplan, april 2011 Libost-Groep, Gemeentelijk Mobiliteitsplan Huldenberg, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 63 van 268

64 Op het grondgebied van de gemeente Huldenberg loopt eveneens een BLOSO-mountainbikeroute. Twee lussen van de mountainbikeroute (de groene en rode lus) lopen doorheen de deelgemeenten Huldenberg, Ottenburg, Sint-Agatha-Rode en het gehucht De Tomme. Daarnaast is er op provinciaal niveau ook een fietsroutenetwerk Dijleland uitgewerkt. Deze fietsroute loopt voor een groot deel samen met wegen die eveneens in het provinciaal fietsroutenetwerk zijn aangeduid. Een laatste fietsroute doorheen de gemeente is de Aardappelroute Gewestelijk Expresnet en Regionet Brabant-Brussel De werkgroep rond het Gewestelijk Expres Net werkte een algemeen vervoersconcept uit voor de zone van 30 km rond Brussel. Huldenberg is gelegen op de GEN-as Overijse. Het GEN-concept werd verder verfijnd door de provincie Vlaams-Brabant met het Regionet Brabant- Brussel. Een strategisch plan voor de realisatie van het Regionet Brabant- Brussel werd opgemaakt. Het regionet Brabant-Brussel ontwikkelt een netwerk voor openbaar vervoer op regionaal niveau. In het strategisch plan werden een aantal lijnen voor een concrete netwerkstructuur uitgezet. De lijnen uit het eerdere BB-net maken integraal deel uit van het netwerk van lijnen van regionaal openbaar vervoer. Hiertoe behoren een aantal geselecteerde treinlijnen. Voor verbindingen waar een regionale spoorexploitatie onmogelijk is, zal een snelbus de behoefte aan regionaal openbaar vervoer op die as moeten vervullen. Huldenberg maakt deel uit van de snelbuslijn S17 Halle-Leuven, via het station Groenendaal en via Overijse. Deze bus zal in Huldenberg rijden over de N253 en een halte hebben in Neerijse en Huldenberg. Voor de wegvakken waarop in het Regionet Brabant-Brussel buslijnen zijn voorzien, zal de doorstroming van openbaar vervoer een aandachtspunt zijn van AWV Herinrichting N253 Op het driejarenprogramma van AWV stond het project N253 genoteerd met structureel onderhoud, aanleg van fietspaden te Loonbeek en Neerijse en herinrichting van de doortochten. De plannen beginnen aan de grens met Bertem en gaan tot aan het kruispunt met de Renierstraat (ten zuiden van Loonbeek). De startnota werd op 18 april 2006 goedgekeurd en de projectnota op 11 september Het goedgekeurde voorontwerp werd toegelicht tijdens een infovergadering op 14 september Het studiebureau TV-N253 is begonnen met de opmaak van het definitief ontwerp voor de heraanleg van de N253. In een volgende fase zullen deze plannen aan een openbaar onderzoek onderworpen worden. In functie van het ontwerp werd ook een innameplan (onteigeningsplan) opgemaakt. Hieruit blijkt dat meer dan 500 innemingen moeten verworven worden. De onderhandelingen en het ondertekenen van alle aktes zou minstens 2 jaar in beslag nemen. Hierbij word geen rekening gehouden met eventuele gerechtelijke onteigeningen. In juni 2008 blijkt dat de onteigeningen voor de heraanleg op de lange baan geschoven worden. Begin juli 2009 wordt bekend dat de Inspectie van Financiën negatief advies heeft geformuleerd wegens de hoge onteigeningskost, waardoor het dossier momenteel geblokkeerd is. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 64 van 268

65 PK grofafp`e=ó=mi^klildfp`eb=`lkqbu mi^klildfp`eb=`lkqbuq= PKNK déïéëíéä~å= Kaart 7: gewestplan Oorspronkelijk gewestplan 1977 De gemeente Huldenberg valt onder het gewestplan 23, Leuven bij KB vastgesteld op 7 april Gewestplan van 7 december 1994 Na goedkeuring van het gewestplan van 1977 volgde een uitspraak van de Raad van State, waardoor het gewestplan voor de gemeente Neerijse ongeldig werd verklaard. Tijdelijk werd het APA van kracht voor de gemeente Neerijse (zie figuur). In 1994 werd een nieuw gewestplan opgemaakt voor de deelgemeente, dat grotendeels overeenkwam met het gewestplan van 1977, maar aangevuld werd met een aantal niet-vervallen verkavelingen die opgenomen werden als woongebied. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 65 van 268

66 Gewestplanwijziging van 28 juni 1998 In deze gewestplanwijziging werd het ontginningsgebied met nabestemming agrarisch gebied en nabestemming woonuitbreidingsgebied te Neerijse omgezet naar een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen en voor een klein deel naar landschappelijk waardevol agrarisch gebied (1). Dit als alternatieve locatie voor de aanleg van een nieuwe waterwinningsinfrastructuur in een gebied dat al gedeeltelijk gebruikt werd als ontginning. (5) (7) (1) (4) (3) (6) (5) (6) Deze gewestplanwijziging werd bij de Raad van State aangevochten door de huidige eigenaars, die er een zavelontginningsactiviteit uitvoeren. (5) De gewestplanwijziging werd gedeeltelijk vernietigd door de Raad Van State op 20 juli 2005 (arrest nr ). Hierdoor blijven de oorspronkelijke bestemmingen van het gewestplan, zijnde ontginningsgebied met nabestemming agrarisch gebied en nabestemming woonuitbreidingsgebied van kracht op de percelen: 88E, 88F, 136C, 136E, 143A, 144A, 146C, 146H, 150A, 274E, 281C, 281D, 282, 284, 286, 288A, 88B, 289, 290, 291, 292A, 292B, 292D, 292E, 293A, 293C, 293E, 296S, 296T, 296V, 296X, 297B, 297D, 297G, 297H, 297P, 297V, 297W, 298A, 298C, 299A, 305C, 319, 325B, 326D, 326W, 326Z, 329F, 329N, 330C, 335D2, 339, 342, 343H, 344, 345, 346, 347H, 347K, 347L, 347M, 347N, 349A, 351, 353A en 368. Andere wijzigingen waren: - de wijziging van natuurgebied naar gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen (0,4 ha) om in het betrokken gebiedje langs de Dijle infrastructuur te voorzien om het Dijlewater naar het spaarbekken in Neerijse te transporteren (2 niet op kaart). - de wijziging van de zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen in de Dijlevallei naar natuurgebied (3); - de wijziging van agrarisch gebied naar landschappelijk waardevol agrarisch gebied ten oosten van de kern van Neerijse (omgeving Lindenhof) (4); - de afbakening van kleinere waterwingebieden ter hoogte van Kaalheide, het pompstation op de Dijle (toponiem De Hoek) en de Veeweidestraat (5); - de wijziging van landschappelijk waardevol agrarisch gebied naar natuurgebied ten noorden van de kern van Sint-Agatha-Rode in de Dijlevallei (6); - de wijziging van parkgebied naar natuurgebied en landelijk woongebied ter hoogte van de kern van Huldenberg (Kafmeyerberg Smeysberg) (7). Ook tegen deze bestemmingswijziging werd een beroepsprocedure opgestart bij de Raad van State. De gewestplanwijziging werd vernietigd op 20 juli 2005 (arrest nr ) Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 66 van 268

67 Gewestplanwijziging van 23 juni 2000 Er werd een gewestplanwijziging doorgevoerd voor de school te Huldenberg. Een deel van het landelijk woongebied en het natuurgebied werd herbestemd als zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut. In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de verschillende bestemmingen aangeduid op het gewestplan, met hun totale oppervlaktes voor de gemeente. Tabel 4: indeling gewestplan aantal ha Huldenberg % Huldenberg % Vlaams-Brabant woongebieden 535 ha 18,5 % 20 % bedrijvigheid 8 ha 0,2 % 2 % landbouwgebieden ha 47 % 59 % recreatiegebieden 44 ha 1,1 % 1 % groen natuurgebieden ha 35,4 % 16 % andere 111 ha 2,8 % 2 % Woongebieden Er zijn geen zuivere woongebieden aanwezig in de gemeente. De verschillende kernen zijn allen aangeduid als woongebied met landelijk karakter. Het betreft: - de kernen Huldenberg Loonbeek Neerijse en hun lintvormige uitlopers. De woongebieden van deze drie kernen vormen een geheel doordat hun lintvormige uitlopers aan elkaar verweven zijn langs de N de stervormige kern Ottenburg, met lintvormige uitlopers tot diep in het agrarisch gebied. - de kern Sint-Agatha-Rode, met lintvormige uitlopers tot diep in het agrarisch gebied. - een lintvormige ontwikkeling langs Wolfshaegen. - verschillende linten verspreid in het agrarisch gebied en in natuurgebied. Naast de vrijliggende percelen in goedgekeurde verkaveling en langs uitgeruste weg ligt nog ca. 4 ha woongebied vrij. Op het gewestplan zijn drie woonparken aangeduid: - te Neerijse: woonpark aan Struikenbos - te Huldenberg: woonpark aan Vossekouter - te Sint-Agatha-Rode: groter woonpark aan Oude Waversebaan De woonparken zijn nagenoeg volgebouwd. In de gemeente zijn vijf woonuitbreidingsgebieden aangeduid: - te Neerijse: woonuitbreidingsgebied als nabestemming van ontginningsgebied (niet ingevuld) - te Loonbeek: woonuitbreidingsgebied tussen de Biezenstraat en Hollestraat (niet ingevuld) Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 67 van 268

68 - te Huldenberg: woonuitbreidingsgebied Priesters Delle ten noorden van de A. Goossensstraat (deels ingevuld en voor de aansnijding van het tweede deel is een principieel akkoord afgeleverd) - te Sint-Agatha-Rode: woonuitbreidingsgebied tussen Oude Waversebaan en t Veldeke (niet ingevuld) - te Ottenburg: woonuitbreidingsgebied langs Processieweg (deels ingevuld) In totaal is er van de 535 ha ingekleurd woongebied ongeveer 26 ha vrijliggend (5%) Gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut Er zijn verschillende gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen aangeduid op het gewestplan: - te Huldenberg: vier gebieden: pompstation in waterwinningsgebied, omgeving Gemeentehuis, Instituut Ganspoel en Keyhof; - te Sint-Agatha-Rode: twee gebieden: twee pompstations binnen waterwinningsgebieden; - te Ottenburg: één gebied: voetbalterrein en school; - te Neerijse: zes gebieden: kasteel van Overschie, pompstation voor waterwinningsinfrastructuur (in Prins de Bethunelaan), een bijkomende zone tussen Prins de Bethunelaan en Stationplaats, waterzuiveringsinfrastructuur (op einde Stationplaats), Neerijse kliniek en de delen van de zone voor waterwinning in het gebied Kerkeveld Ontginningsgebieden Te Huldenberg zijn er op het gewestplan vier ontginningsgebieden aangeduid: - Kerkeveld, te noordwesten van Neerijse : met nabestemming agrarisch gebied (noordelijk deel), en woonuitbreidingsgebied (zuidelijk deel aansluitend bij dorpskern Neerijse). Het gebied is slechts voor een klein deel ontgonnen. Het betreft een zavelontginning die nog in uitbating is door het bedrijf De Kock (ex Poels). In november 2010 werd in beroep het bezwaar tegen de verdere ontginning weerlegd en werd een milieuvergunning afgeleverd tot november 2029 om het niet ontgonnen gedeelte over een oppervlakte van 18 ha te ontginnen. Een stedenbouwkundige vergunning werd door de deputatie in beroep afgeleverd op 4 oktober Nijvelsebaan, ten zuidwesten van Huldenberg: met nabestemming landbouwgebied. Het gebied werd aangeduid in functie van twee voormalige steenbakkerijen, maar werd nog niet ontgonnen. - Zavelstraat, ten zuidoosten van Huldenberg: met nabestemming agrarisch gebied. Het betreft een voormalige steenbakkerij waar momenteel het bedrijf Vanbever BVBA gevestigd is. De terreinen zelf zijn in eigendom van het bedrijf Bouwmaterialen Vlasselaer NV. Voor de site werd een planologisch attest aangevraagd (zie verder). - Wolfshaegen-Stroobantstraat: met nabestemming bosgebied. Het betreft een voormalige zandgroeve die nadien als stort dienst deed. De stortactiviteiten zijn beëindigd en de put werd afgedekt met folie en aarde. Door de voormalige stortactiviteiten kon de nabestemming bos (nog) niet gerealiseerd worden. Door OVAM werd in het afdekplan een gebruik als grasland vooropgesteld Recreatiegebieden Op het gewestplan zijn volgende (verblijfs)recreatiegebieden aangeduid. Deze worden ingenomen door campings en deels ook woningen. - te Neerijse: drie verblijfsrecreatiegebieden: allen campings (Les Chalets, De Brabantse Ardennen/Four Saisons en R3CB); - te Loonbeek: twee recreatiegebieden: een camping (Berg en Dal), woningen en tweede verblijven (Korenheide); Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 68 van 268

69 - te Huldenberg: twee recreatiegebieden: een camping (Spitsberg) en een weekendverblijfpark (verkaveling Holiday Parks); - te Ottenburg: één recreatiegebied: camping en deels woningen (Gali en Bergstraat) Industriezones In de gemeente is één industriezone gelegen, namelijk te Ottenburg aan de Florivalstraat. Deze industriezone is volledig ingenomen door een bedrijf dat de gebouwen als opslagplaats gebruikt Groen-, natuur-, natuurreservaat-, bos- en parkgebieden Op het gewestplan zijn talrijke natuurgebieden aangeduid. De belangrijkste natuurgebieden worden gevormd door de valleigebieden van de Dijle, Laan en IJse. Verder zijn er drie natuurreservaten, ter hoogte van de Langerodevijver, het vijvercomplex aan het kasteel van Neerijse en het Grootbroek. Een deel van het natuurgebied ten noordwesten van Neerijse (onderdeel van het Tersaartbos) is ingenomen door een voormalig ontginningsterrein (ex-vranckx). Voor deze voormalige ontginningsput werd een project ingediend om de natuurfunctie te realiseren. Er zijn zes parkgebieden aanwezig in de gemeente: 4 in de deelgemeente Huldenberg (één kasteelpark), één in Sint-Agatha-Rode (kasteelpark) en één in Ottenburg (Grote Greube). Er zijn tenslotte ook enkele bosgebieden aangeduid op het gewestplan, namelijk in omgeving van de campings langs Wolfshaegen (Neerijse) en langs Langestraat (Neerijse) Agrarisch gebied In de gemeente onderscheiden we agrarisch gebied en landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Slechts enkele kleinere gebieden zijn aangeduid als agrarisch gebied (vnl. in de directe omgeving van kernen), het overgrote deel van de gebieden zijn landschappelijk waardevolle agrarische gebieden. Een deel van het landschappelijk waardevol agrarisch gebied wordt ingenomen door het ontginningsgebied Wolfshaegen, ten zuidwesten van Neerijse gelegen. In deze groeven vinden nog beperkte zandontginningsactiviteiten plaats. De zandgroeve wordt verder gebruikt als stortplaats van 3 de categorie (inerte materialen). PKOK ráíîçéêáåöëéä~ååéå= Gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen (GRUP) In de gemeente Huldenberg is er één gewestelijk uitvoeringsplan opgemaakt voor het historisch gegroeid bedrijf K. Wille-Wille en Zoon. De Vlaamse regering heeft op 16 januari 2009 het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan definitief vastgesteld. De krachtlijnen van het uitvoeringsplan zijn: Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 69 van 268

70 - het plangebied bevat twee bestemmingen en één overdrukbestemming. Het betreft de bestemming historisch gegroeid bedrijf (HGB) en de bestemming natuurgebied (N). De bestemming natuurgebied krijgt een overdruk grote eenheid natuur (GEN). - het RUP voorziet dat de bestaande verhardingen en ophogingen binnen de zone voor natuurgebied in hun oorspronkelijke staat dienen hersteld te worden Provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen (PRUP) Er werden tot op heden nog geen provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen gemaakt op het grondgebied van de gemeente Huldenberg. De provincie is recent gestart met de opmaak van een voorstudie en PRUP voor de weekendverblijven, campings en residentiële woonwagenterreinen. Dit PRUP zal ook betrekking hebben op het grondgebied van Huldenberg. In de lopende studie werden volgende gebieden aangeven waar een herbestemming zal doorgevoerd worden: Sites die worden herbestemd naar een zone waar het permanent wonen kan bestendigd worden: HUL_C1 Korenheide oostelijk deel HUL_CAM2 Holiday Parks Sites die worden herbestemd naar open ruimte: HUL_C1 Korenheide westelijk deel HUL_C4 Bergstraat gedeeltelijk HUL_CAM1 Bergendal gedeeltelijk HUL_CAM3 Les Chalets HUL_CAM 4 Spitsberg De plenaire vergadering van deze RUP s vond plaats op 28/03/2012. Het openbaar onderzoek vond plaats in de periode19/10/2012 t.e.m. 18/12/ Gemeentelijke plannen van aanleg (APA en BPA) Huldenberg beschikt over een APA Loonbeek (1955) en Neerijse (1957). Beiden dateren van voor het gewestplan en zijn vervallen. Uit het APA van Neerijse blijkt dat het woongebied ruimer is aangeduid dan in het latere gewestplan. In het gewestplan zijn de landelijke woongebieden meer ingesneden door natuurgebied en zijn de lintvormige uitlopers landelijk woongebied versterkt. Uit het APA van Loonbeek blijkt dat de verschillende concentraties van serres in het APA aangeduid als landbouwgebieden later in het gewestplan opgenomen zijn als woongebieden met landelijk karakter. Er zijn geen goedgekeurde BPA s voorhanden voor de gemeente Huldenberg. In het verleden werd een BPA opgestart voor Huldenberg-centrum, maar dit is weer stilgelegd gezien de bepalingen van het plan werden opgenomen in een gewestplanwijziging. De gemeente was gestart met een sectoraal BPA voor zonevreemde sport en recreatie. Maar gezien de overgangsregel voor afwijkende BPA s verlopen is zal deze procedure, na goedkeuring van het GRS, via een RUP-procedure moeten afgewerkt worden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 70 van 268

71 Planologische attesten Para-agrarisch bedrijf Stas Michel Door het bedrijf Stas Michel te Wolfshaegen werd op 4 november 2008 een planologisch attest aangevraagd om het bestaande (niet vergunde) bedrijf voor een para-agrarisch bedrijf (herstellen grasmachines, landbouwwerktuigen ) te bestendigen en uit te breiden. Er werd door het college een negatief planologisch attest afgeleverd om volgende redenen: het een niet vergund bedrijf betreft; het een verdrievoudiging van de bestaande loods betreft, een verviervoudiging van de overdekte oppervlakte en een verdubbeling van de verharde oppervlakte; deze uitbreiding onvoldoende gemotiveerd wordt; de uitbreidingen uitsluitend in de richting van natuurgebied gepland worden; de uitbreiding gepland wordt in mogelijks overstromingsgebied; een grootschalige uitbreiding in deze omgeving is niet aanvaardbaar omwille van de aantasting van het valleigebied (impact op natuur en landschap); er in relatie tot de uitbreiding van de parking een toename van de verkeersdruk wordt verwacht die niet gewenst is op deze lokale weg; het bedrijf onvoldoende gebufferd wordt naar zijn omgeving; het bedrijf onvoldoende ingepast wordt in zijn omgeving. Voormalige steenbakkerij Zavelstraat Door de bedrijven Bouwmaterialen Vlasselaer NV, eigenaar van het terrein, en Vanbever BVBA, uitbater-huurder van het terrein werd op 27 februari 2009 een planologisch attest aangevraagd met betrekking tot de voormalige steenbakkerijterreinen in de Zavelstraat. Op korte termijn wenst het bedrijf, in functie van een volwaardige exploitatie van het bedrijf, de bestaande bedrijfslocatie structureel aan te passen en het voorzien van openlucht stapelruimte. De uitbreidingen die op korte termijn gepland worden zullen ook voldoen voor de behoeften op lange termijn. Het bedrijf wenst niet te herlokaliseren omwille van de verbondenheid met de huidige locatie sinds 1950, het aanwezige cliënteel en de beschikbare ruimte. Door de deputatie en de gewestelijk planologisch ambtenaar werd een ongunstig advies afgeleverd. De gemeente heeft op 9 februari 2012 een negatief planologisch attest afgeleverd omwille van de grotendeels onvergunde situatie en omdat de korte termijnuitbreidingen meer als een verdubbeling van het bestaande bedrijf met zich meebrengt en dit niet op schaal is van zijn omgeving. Tijdens het openbaar onderzoek werden door het bedrijf nieuwe stukken aangereikt om aan te tonen dat het bedrijf hoofdzakelijk vergund is. Tevens geeft het bedrijf aan dat het op korte termijn geen verdubbeling ziet van het bedrijf, maar dat het eerder een grenscorrectie betreft. De interpretatie van de verdubbeling van het bedrijf kwam voort vanuit de veronderstelde onvergunde situatie van het bedrijf. De beoordeling van deze stukken zal in een latere fase gebeuren bij het indienen van een stedenbouwkundige vergunningsaanvraag of een planologische attest Principieel akkoord Priesters Delle Het principieel akkoord voor de realisatie van Priesters Delle werd op 26 juli 2007 door de deputatie afgeleverd onder volgende voorwaarden: een ontwikkeling van 53 woningen, waarvan minimum 20 sociale huurwoningen en 9 sociale koopwoningen. De overige percelen worden ingevuld met sociale kavels. het project dient gefaseerd uitgevoerd te worden volgens volgende strikte voorwaarden: Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 71 van 268

72 o alle sociale huurwoningen kunnen in een eerste fase gerealiseerd worden o voor de sociale koopwoningen en de sociale kavels geldt een fasering waarbij in de eerste fase maximaal 5 sociale koopwoningen en 12 sociale kavels kunnen gerealiseerd worden. o de tweede fase bevat het resterende deel van de sociale koopwoningen en sociale kavels en kan pas aangesneden worden onder de dubbele voorwaarde van realisatie ruwbouw voor huur- en koopwoningen en bebouwing bij sociale kavels van minstens de helft van het aantal woonentiteiten van de eerste fase en van minstens de helft van het aantal huurwoningen van de eerste fase. er dient aandacht te zijn voor: o de afstemming van deze ontwikkeling met de toekomstvisie voor de ruimere omgeving. De bebouwde rand dient hierbij landschappelijk afgewerkt te worden. o een afstemming op de aangrenzende publieke ruimte; o differentiatie in de bebouwingstypologie, rekening houden met het reliëf; o de bebouwbaarheid van ingesloten percelen garanderen door een degelijke ordening en ontsluiting; o de aantakking op het aanliggende voet- en fietsnetwerk; o het archeologisch vooronderzoek; o de watertoets. Interleuven is momenteel bezig met de uitwerking ervan. Het betreft een woonproject voor de realisatie van 23 sociale kavels en 10 sociale koopwoningen. Daarnaast zal de sociale huisvestingsmaatschappij Elk zijn Huis binnen dit project ook nog 20 huurwoningen voorzien. = Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 72 van 268

73 PKPK sçöéäêáåüíäáàåj=éå=e~äáí~íêáåüíäáàåöéäáéçéå Éå=e~Äáí~íêáÅÜíäáàåÖÉÄáÉÇÉå= Kaart 8: vogelrichtlijn- en habitatrichtlijngebieden Vogelrichtlijnen en water(vogel)gebieden (conventie van Ramsar) In uitvoering van de Europese Richtlijn van 02/04/1979 inzake het behoud van de vogelstand duidde de Vlaamse overheid 23 speciale beschermingszones voor vogels aan (Besluit van Vlaamse Executieve 17/10/1988). Als één van de 23 Vogelrichtlijngebieden duidde de Vlaamse Executieve de Dijlevallei aan Habitatrichtlijngebieden Op 21 mei 1992 werd de Europese Richtlijn 92/43/EEG, inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna (zogenoemde Habitatrichtlijn ), uitgevaardigd. Deze richtlijn heeft tot doel de biodiversiteit in de lidstaten te behouden en streeft naar de instandhouding én het herstel van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna die hiervan deel uitmaken. In Huldenberg zijn de valleien van Dijle, Laan en IJse met aangrenzende bos- en moerasgebieden (BE ) aangeduid als Europees Habitatgebied. PKQK sä~~ãë=båçäçöáëåü=kéíïéêâ= Kaart 9: Vlaams Ecologisch Netwerk Het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) kadert in het Natuurdecreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (gewijzigd bij decreet van 19 juli 2002). Een van de belangrijkste gebiedsgerichte maatregelen van dit decreet is de ontwikkeling van een netwerk van uiterst waardevolle en gevoelige natuurgebieden, met name het VEN, en het Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk (IVON). De Vlaamse regering besliste de afbakening van deze gebieden uit te voeren in 2 fasen. In de eerste fase wordt gewerkt met de zogenaamde consensusgebieden. Dit zijn gebieden van de gewenste natuurlijke structuur die niet binnen de gewenste agrarische structuur vallen. In de eerste fase wordt gewerkt op 2 sporen: - de consensusgebieden die binnen een groene of vergelijkbare bestemming vallen op het gewestplan, worden afgebakend als grote eenheden natuur (GEN) of grote eenheden natuur in ontwikkeling (GENO) op basis van een procedure in het decreet Natuurbehoud. Op 18 juli 2003 werd bij besluit van de Vlaamse Regering dit spoor definitief afgerond met de definitieve goedkeuring van het Margijsbos, het hellingsbos Kafmeyersberg Smeysberg, de Dijle- en Laanvallei inclusief het Rodebos en de hellingsbossen ten oosten en ten noordwesten van Ottenburg als GEN. Het beleid is minimaal gericht op de ruimtelijke ondersteuning van het behoud en de verdere ontwikkeling van de huidige biologische waarde. De ruimtelijke ondersteuning houdt minimaal randvoorwaarden in voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de aanwezige ecotopen. - de gebieden van de gewenste natuurlijke structuur die geen groene bestemming hebben, maar wel tot de consensusgebieden behoren, krijgen een bestemmingswijziging naar natuurgebied met overdruk grote eenheid natuur in een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. = Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 73 van 268

74 PKRK k~íììêêéëéêî~íéå= Kaart 4: natuur- en landinrichtingsprojecten en natuurreservaten De gemeente Huldenberg heeft 2 Vlaamse reservaten op haar grondgebied: - Rodebos en Laanvallei (90 ha, opgericht in 1989 en beheerd door ANB) - Vijvers van Florival (37 ha; opgericht in 2000 en beheerd door ANB) Vlaamse natuurreservaten zijn beschermde gebieden die bij Besluit van de Vlaamse Executieve worden opgericht op terreinen die de staat, de Vlaamse Gemeenschap of het Vlaams Gewest in eigendom of in huur heeft. Voor elk natuurreservaat wordt een beheersplan opgesteld. Op die terreinen gelden een aantal verbodsbepalingen (verbod dieren te doden, te bejagen of te vangen, planten uit te trekken...). Verder heeft de gemeente op haar grondgebied een erkend reservaat, meerbepaald de Doode Bemde. Dit reservaat wordt beheerd door de Vrienden van Heverleebos en Meerdaalwoud i.s.m. Natuurpunt. Erkende natuurreservaten worden beheerd door een natuurlijk of rechtspersoon en door de gemeenschapsminister erkend. De terreinen zijn in beheer met het oog op natuurstudie, natuurbehoud of landschapszorg. Ook hier dient een beheersplan opgesteld te worden en gelden een aantal verbodsbepalingen. PKSK fåíéöê~~ä=t~íéêäéäéáç= Watertoets Kaart 10: overstromingsgebieden Het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid (B.S. 14 november 2003) legt bepaalde verrichtingen op die de watertoets worden genoemd. Dit betekent dat de overheid indien ze moet beslissen over een vergunningsaanvraag, plan of programma moet nagaan of de werken een schadelijk effect 18 veroorzaken. Indien dat het geval is, kan de overheid de vergunning weigeren, het plan niet goedkeuren ofwel gepaste voorwaarden of aanpassingen aan het plan opleggen. Deze voorwaarden of aanpassingen aan het plan moeten schadelijke effecten voorkomen. Bij het nemen van een beslissing over de vergunning, het plan of het programma houdt de overheid rekening met de vastgestelde waterbeheerplannen (bekkenbeheerplannen stroombekkenplannen). Zolang de plannen nog niet vastgesteld zijn, worden de bestaande kaarten enkel als informatief beschouwd. In de gemeente Huldenberg zijn de beekvalleien natuurlijke overstromingsgebieden. De NOG-kaart geeft een aanduiding van de gebieden die zouden overstromen onder een volledig natuurlijk watersysteem. Ze is van groot belang om een beeld te geven van de mogelijke gevolgen van extreme weersomstandigheden of het falen van de waterkeringen en mag door het ruimtelijk beleid dus niet worden genegeerd. In de gemeente Huldenberg worden volgende risicozones voor overstromingen aangeduid: - in IJsevallei: omgeving kasteelpark Huldenberg, omgeving Elzasstraat Kausdelle, omgeving Beekstraat en Kamstraat. 18 Een schadelijk effect wordt gedefinieerd als ieder betekenisvol nadelig effect op het milieu dat voortvloeit uit een verandering van de toestand van een watersysteem of bestanddelen ervan die worden teweeggebracht door een menselijke activiteit; die effecten omvatten mede effecten op de gezondheid van de mens en de veiligheid van de vergunde of vergund geachte woningen en bedrijfsgebouwen, gelegen buiten overstromingsgebieden, op het duurzaam gebruik van water door de mens, op de fauna, de flora, de bodem, de lucht, het water, het klimaat, het landschap en het onroerend erfgoed, alsmede de samenhang tussen een of meerdere van deze elementen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 74 van 268

75 - in Dijlevallei: grote gebieden in de omgeving van de Langerodevijver, de vijvers aan kasteel van Neerijse en Doode Bemde, Grootbroek en de vijvers van Florival; omgeving van Veeweidestraat. - kleinere verspreide gebiedjes (zie kaart) Bekkenbeheerplan van het Dijle-Zennebekken 19 Huldenberg ligt in het Dijle-Zennebekken en meer specifiek in de deelbekkens van de Voer en van de Laan/IJse. Het bekkenbeheerplan voor het Dijle-Zennebekken ( ) werd op 30 januari 2009 vastgesteld door de Vlaamse Regering. In het bekkenbeheersplan werden volgende maatregelen opgenomen met betrekking tot de gemeente Huldenberg: - Fietstraject langs de IJse: afstemmen van recreatieve activiteiten op de draagkracht en de andere functies van het watersysteem: Binnen het bekken liggen een aantal, al dan niet erkende bewegwijzerde, fietstrajecten vlak langs de waterlopen. De aanwezigheid van een fietsroute mag niet de aanleiding zijn tot het vastleggen van de oever van de waterloop. Nieuwe fietstrajecten mogen de natuurlijke meandering van de waterloop niet verhinderen. Voor de uitrustingsgraad zijn waterdoorlatende materialen zoals halfverharding aangewezen. Wat het fietstraject langs de Ijse betreft te Huldenberg zal binnen het integrale project voor de IJse een duurzame oplossing voor het bestaande fietspad gezocht worden. - De aanleg van een gecontroleerd overstromingsgebied stroomopwaarts van de splitsing IJse A- IJse zou de wateroverlast in de onmiddellijke omgeving van het Kasteel van Huldenberg moeten doen afnemen. - De herinrichting van de A-IJse als hoofdstroom, waarbij 2 vismigratieknelpunten worden ondervangen, kan voor bijkomende berging zorgen. Deze dient dan verder ingericht worden als ecologisch waardevolle loop. - De oevers van het Margijsbos zijn momenteel zwaar verstevigd met een houten beplanking en palen. De bedoeling is om deze versteviging te verwijderen en terug een vrije, natuurlijke dynamiek van de waterloop toe te laten. - Prioritair aanpakken van de verdunningsproblematiek in het zuiveringsgebied van Huldenberg De deelbekkenbeheerplannen van Laan en IJse en Voer werden goedgekeurd in september In deze deelbekkenbeheerplannen zijn volgende specifieke acties opgenomen met betrekking tot Huldenberg: - Aanleg van riolering - Aanleg KWZI Kaneelveld - Monitoring van de oppervlaktewaterkwaliteit van de waterlopen in de gemeente Huldenberg met bekendmaking van de resultaten naar de bevolking toe om de twee jaar - reductie pesticidegebruik - erosiebestrijding PKTK _ÉëÅÜÉêãáåÖëòçåÉë=ï~íÉêïáåÖÉÄáÉÇ= Kaart 11: beschermingszones waterwingebied Grondwaterwinning Het grondwaterdecreet van 24 januari 1984 regelt de vergunningsplicht voor grondwaterwinningen, alsook de afbakening van de waterwinningsgebieden en de beschermingszones I, II en III Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 75 van 268

76 In de omgeving van en in Huldenberg worden een aantal waterwinningen geëxploiteerd door de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW). Een groot gedeelte van de gemeente is gelegen in grondwaterbeschermingszone III (buitengrens met een maximale straal van 2000 m), behorende tot de verschillende waterwinningen: - winning Veeweide (Sint-Agatha-Rode): gebied langs Dijle ten noorden van Florival. - winning Geuzenhoek (Sint-Agatha-Rode): gebied ten noorden van dorpskom Sint-Agatha-Rode. - winningen Korbeek-Dijle: Korbeek-Dijle en gedeelte van Oud-Heverlee. - winningen Overijse: klein gebied ten westen van Huldenberg-centrum. Ruimtelijke relevantie In de beschermingszones gelden restricties wat betreft het inrichten van stortplaatsen, lozen van stoffen (bemesting, olie) en het opslaan van deze stoffen. 20 De Vlaamse Regering geeft voor de beschermingszone type III verscherpte bemestingsnormeringen en uitrijperiodes. Ook zijn bepaalde inrichtingen zoals varkenshouderijen, pluimveestallen en mestopslagplaatsen, etc. die een zekere milieuhinder met zich meebrengen verboden of ten minste vergunningsplichtig. Voor woningen (bestaand of op te richten) stelt er zich geen enkel probleem. PKUK _la=sä~~ãëé=iééãëíêééâ= Op 23 juli 2010 werd het bijzonder oppervlaktedelfstoffenplan (BOD) Vlaamse leemstreek definitief vastgesteld. Binnen de gemeente Huldenberg zijn er twee ontginningsgebieden gelegen die onder dit BOD vallen. Het betreft: - Breembos Oost (VLB020B) (Zavelstraat): Het gebied is ontgonnen. In het BOD wordt voorgesteld de bestemming ontginningsgebied te schrappen en de nabestemming landbouw om te zetten naar een effectieve bestemming landbouw. - Breembos West (VLB020A) (Nijvelsebaan): Ten aanzien van het behoud van deze zone werden overwegend negatieve adviezen geformuleerd. Hierdoor bestaat er geen concensus over het het gebied. Natuurlijke Rijkdommen verdedigt het behoud van het bestaande ontginningsgebied voor in het geval het resultaat van de afwegingen van de nieuwe locatievoorstellen ontoereikend zou zijn voor de invulling van de leembehoefte. Er wordt dan ook voorgesteld om de bestaande nabestemming landbouw te behouden. 20 Besluit van de Vlaamse regering van 27 maart 1985, houdende reglementeringen van handelingen binnen de waterwingebieden en de beschermingszones. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 76 van 268

77 QK _bibfaplkabopqbrkbkab=j^^qobdbibk b=j^^qobdbibk= QKNK tçåáåöäéüçéñíéëíìçáé= Er werd voor de gemeente Huldenberg een beperkte woningbehoeftestudie uitgewerkt. De studie werd opgesteld door de Intercommunale Interleuven in 1999 en is gefocust op de deelkern Huldenberg. Het betreft in feite een studie ter beoordeling van de al dan niet wenselijkheid om het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle te Huldenberg aan te snijden. Volgende conclusies werden gemaakt: - de gemeente kan, op basis van de gesloten bevolkingsprognose, met minstens een 25 tal woonsten een extra initiatief nemen binnen de deelkern Huldenberg, binnen het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle. Uitgangspunt is betaalbare bouwgrond aan te bieden voor de eigen bevolking via een sociaal project (via sociale kavels). - het is wenselijk dat de gemeente een beleid voert waarbij ze zich engageert om enerzijds verdere verdichting af te remmen in de bouwlinten op cruciale plaatsen met risico van zichtsluiting en anderzijds om al te grote verdichting op de valleiwand van de Kafmeyersberg (zuidflank IJsevallei) te vermijden. Vanuit deze optiek is het best denkbaar dat het cijfer van de 29 extra toegevoegde woonsten vanuit het beleid hoger gesteld mag worden. Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan moet hier verder uitspraken over doen. Advies Afdeling Ruimtelijke Planning (25/05/2000) De beperkte woningbehoeftestudie wordt onder bepaalde voorwaarden aanvaard als motivering voor de gedeeltelijke ontwikkeling van het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle. Een eerste fase van de sociale verkaveling Priesters Delle is al gerealiseerd (29 bouwloten). Het betreft hier slechts een beperkte woningbehoeftestudie. De prognose wordt in het kader van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan herrekend (zie deel prognoses). Voor het aansnijden van het tweede deel van het WUG werd in juli 2007 een principieel akkoord afgeleverd. QKOK ^ÑÄ~âÉåáåÖ=î~å=ÇÉ=ïççåîÉêåáÉìïáåÖëJ=Éå=ïçåáåÖÄçìïÖÉÄáÉÇÉå Éå=ïçåáåÖÄçìïÖÉÄáÉÇÉå= In het Besluit van de Vlaamse Regering van 7 april 1998 worden woonvernieuwings- en woningbouwgebieden geselecteerd in uitvoering van art. 23 van de Vlaamse Wooncode. In dit besluit worden de statistische sectoren aangegeven die weerhouden worden. In het besluit wordt duidelijk gesteld dat de renovatie, verbetering of aanpassing van bestaande woningen, en de bouw van nieuwe woningen binnen deze gebieden onderworpen blijft aan de geldende bepalingen inzake ruimtelijke ordening en stedenbouw. Woonvernieuwingsgebieden Dit zijn gebieden waarbinnen grote inspanningen noodzakelijk zijn om de woonkwaliteit te verbeteren. In deze gebieden geldt ook een voorkooprecht. In Huldenberg zijn volgende statistische sectoren weerhouden: C000 Neerijse kern E00 Ottenburg kern Hieromtrent is niets gerealiseerd. Woningbouwgebieden Dit zijn gebieden waarin het Vlaams Gewest de bouw van nieuwe woningen stimuleert, d.m.v. subsidies en tegemoetkomingen. In Huldenberg betreft het volgende statistische sectoren: Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 77 van 268

78 A00 Huldenberg kern A012 Breembos B012 Vranksberg C000 Neerijse kern C012 Ganzemansstraat D00 Sint-Agatha-Rode kern Hieromtrent is niets gerealiseerd. QKPK j~~íêéöéäéå=íéê=äéëíêáàçáåö=î~å=äééöëí~åç=éå=ïçåáåöäçìïöéäáéçéå= In het decreet van 22 december 1995, houdende de bepalingen tot begeleiding van de begroting van 1996, het besluit van de Vlaamse Regering van 2 april 1996, betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen, en het decreet van 19 april 1995, houdende de maatregelen ter bestrijding en ter voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, worden maatregelen genomen naar een algemeen renovatiebeleid. Belangrijk hierin is een ontradingsbeleid t.o.v. leegstand en verkrotting door het invoeren van een belasting op leegstand en/of verkrotting. Bovendien geldt voor de opgenomen gebouwen een voorkooprecht. Anderzijds kan ook aanspraak gemaakt worden op een ondersteuning van saneringswerkzaamheden voor bedrijfsgebouwen die in de inventaris vermeld zijn. Op de inventaris van leegstaande bedrijfsgebouwen zijn enkele leegstaande serres opgenomen. Op de inventaris van leegstaande woningen staan 15 woningen (situatie op 01/01/2010), waarvan de meeste gelegen zijn op de doorgaande NZ-wegen in de gemeente. Mogelijke oorzaken zijn de ouderdom van de woningen en het drukke verkeer. QKQK _ÉëÅÜÉêãÇÉ=ÉêÑÖçÉÇ ÉêÑÖçÉÇ= Kaart 12: Beschermd erfgoed Onder beschermd erfgoed verstaan we de beschermde monumenten, stads- en dorpszichten, landschappen, ankerplaatsen en archeologische sites. Het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en van stads- en dorpszichten vormt de basis voor het behoud en de bescherming van de stads- en dorpszichten en de individuele monumenten. De beschermde monumenten, stads- en dorpsgezichten worden in onderstaande tabel weergegeven. Het decreet van 16 april 1996 houdende de bescherming van de landschappen beoogt de bescherming van de landschappen waarvan het behoud in historisch, esthetisch of natuurwetenschappelijk oogpunt van belang is. De beschermde landschappen worden in onderstaande tabel weergegeven. Het decreet houdende maatregelen tot behoud van erfgoedlandschappen van 13 februari 2004 voorziet dat er naast de klassieke bescherming als landschap erfgoedlandschappen kunnen aangeduid worden in ruimtelijke uitvoeringsplannen. Erfgoedlandschappen zijn gebaseerd op de ankerplaatsen, de meest waardevolle landschappen van Vlaanderen, waarin een geheel van verschillende erfgoedelementen (naast landschappelijke ook monumentale of archeologische) voorkomt. De ankerplaatsen werden geïnventariseerd in de landschapsatlas (zie verder onder 4.6). De aanduiding van ankerplaatsen gebeurt in 2 stappen: een voorlopige en een definitieve aanduiding. Binnen Huldenberg is het Plateau van Duisburg aangeduid als ankerplaats (MB van 1 december 2011). Voor het gebied Valleien van Dijle en Laan ten zuiden van Leuven werd reeds een aanduidingsdossier opgemaakt. Dit dossier werd ter goedkeuring voorgelegd aan de minister. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 78 van 268

79 Het decreet van 30 juni 1993 houdende de bescherming van het archeologisch patrimonium voorziet in de mogelijkheid om archeologische sites te beschermen. In Huldenberg is er een archeologisch beschermde site. Het betreft de middenneolitischise site van Ottenburg. Tabel 5: beschermde landschappen, monumenten en dorpsgezichten NAAM EN PLAATS AARD KLASSERINGSDATUM 1 De Vossekouter (Huldenberg) landschap 09/05/ Onze-Lieve-Vrouwkerk (Sint-Rochusstraat, Huldenberg) monument 19/04/ Molenhof met onmiddellijke omgeving (de Peuthysstraat, Huldenberg) dorpsgezicht 26/06/ Molenhof (de Peuthysstraat 7, Huldenberg) monument 26/06/ Sint-Antoniuskerk (Jan Van der Vorstlaan, Loonbeek) monument 25/03/ Watermolen en schuur (Sint-Jansbergsteenweg 26, Loonbeek) monument 10/03/ Kasteel van Loonbeek (Sint-Jansbergsteenweg, Loonbeek) monument 18/03/ Kasteel van Loonbeek: de omgeving (Sint-Jansbergsteenweg, Loonbeek) 9 Omgeving watermolen Loonbeek (Sint-Jansbergsteenweg 26, Loonbeek) 10 Dorpskern van Neerijse (Beekstraat, Dorpsstraat, Lindenhoflaan) dorpsgezicht 18/03/1999 dorpsgezicht 10/03/1994 dorpsgezicht 21/08/ Sint-Pieters en Pauluskerk: torens (Beekstraat, Neerijse) monument 25/03/ Orgel in de Sint-Pieters en Pauluskerk (Beekstraat, Neerijse) monument 12/10/ Voormalige dorpsherberg (Dorpsstraat 36, Neerijse) monument 21/08/ Voormalige pastorie, met inbegrip van de bijgebouwen en ommuurde tuin (Dorpsstraat 46, Neerijse) 15 Sint-Pieters- en Pauluskerk met inbegrip van het ommuurde kerkhof (Neerijse) monument 21/08/2003 monument 21/08/ Puihof (Dorpsstraat 1, Neerijse) monument 27/11/ Tuinierswoning (Dorpsstraat 3, Neerijse) monument 27/11/ Huis (Dorpsstraat 5, Neerijse) monument 27/11/ Kapel Onze-Lieve-Vrouw-Ten-Pui (Dorpsstraat, Neerijse) monument 27/11/ Dorpswoning, vml herberg met bakoven (Dorpsstraat 58, Neerijse) 21 Hinnemeure en Celongaet, de omgeving (broekgebied) (Hoekstraat, Neerijse, Sint-Agatha-Rode) monument 12/06/2001 dorpsgezicht 13/09/ Hoeve Hinnemeure (Wolfshaegen 130, Neerijse) monument 13/09/ Hoeve Celongaet (Wolfshaegen 128, Neerijse) monument 13/09/ Huis (Kapelbergstraat 20, Neerijse) monument 27/11/ Kasteelhoeve d Overschie (Lindenhoflaan 4, Neerijse) monument 27/11/ /12/ Watermolen (Lindenhoflaan 5, Neerijse) monument 27/11/ /12/1979 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 79 van 268

80 NAAM EN PLAATS AARD KLASSERINGSDATUM 27 het kasteelpark d Overschie (Neerijse) dorpsgezicht 27/11/ Kasteel d Overschie (Lindenhoflaan, Neerijse) monument 18/12/ Wagenhuis (Lindenhoflaan, Neerijse) monument 18/12/ brouwerij De Kroon (Beekstraat 20, Neerijse) monument 09/05/ De Tomme (Ottenburg) landschap 15/10/ Orgel in de Sint-Niklaaskerk (Kerkstraat, Ottenburg) monument 12/10/ Het Grootbroek (Sint-Agatha-Rode) landschap 23/01/ oude muur van de Sint-Agathakerk (Leuvensebaan, Sint- Agatha-Rode) monument 03/07/ Dorpskern (Sint-Agathastraat, Sint-Agatha-Rode) dorpsgezicht 03/07/ Sint-Agathakerk (Sint-Agatha-Rode) monument 03/07/ Vrijheidsboom (Sint-Agathastraat, Sint-Agatha-Rode) monument 03/07/ pastorij Sint-Agatha-Rode (Leuvensebaan 8) monument 08/03/1993 QKRK fåîéåí~êáë=î~å=üéí=äçìïâìåçáö=éêñöçéç= De vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed van 14 september 2009 zorgt ervoor dat er voor het eerst een éénduidige en overzichtelijke lijst van het gebouwd patrimonium in Vlaanderen bepaald is. Opname in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed betekent voor elk van de erfgoedobjecten dat zij een vorm van vrijwaring voor de toekomst genieten. Deze vrijwaring verschilt echter sterk van een bescherming als monument. Voor beschermde monumenten gelden immers alle juridische bepalingen uit het monumentendecreet. Door de vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed van 14 september 2009 treden een aantal andere wettelijke bepalingen in de Vlaamse decreet- en regelgeving in werking. Er gelden binnen het onroerend erfgoedbeleid, stedenbouwkundig, woon- en energieprestatiebeleid een aantal uitzonderingsmaatregelen ten gunste van gebouwen uit de vastgestelde inventaris, met als doel die zoveel mogelijk te vrijwaren. Volgende elementen zijn van belang voor deze woningen: - onroerend erfgoedtoets bij afbraak van deze gebouwen; - stedenbouwkundige vergunning noodzakelijk voor zonnepanelen ; - stedenbouwkundige vergunning noodzakelijk voor afbraak van constructies; - soepeler op het vlak van zonevreemde functiewijzigingen; - vrijstellingen of afwijkingen op de EPB-eisen; - 80% regel in kader van realisatie sociale huurwoningen geldt niet. Tabel 6: overzicht niet-beschermd bouwkundig erfgoed - situatie november 2009 RELICT_ID NAAM DEELGEM. STRAAT HUISNR Gesloten hoeve Huldenberg de Peuthystraat Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw Huldenberg St.-Rochusstraat Zonder Sint-Rochuskapel Huldenberg de Limburg Stirumlaan Zonder Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 80 van 268

81 RELICT_ID NAAM DEELGEM. STRAAT HUISNR Kasteel Huldenberg Kasteelpark Pastorie ANNO 1664 Huldenberg St.-Rochusstraat Hof ten Bosch, gesloten hoeve Huldenberg de Limburg Stirumlaan Klooster annonciaden Huldenberg Stroobantsstraat Kasteel van de familie Van der Vorst Loonbeek St.-Jansbergsteenweg Parochiekerk Sint-Antonius Loonbeek J.Van der Vorstlaan Zonder Hoeve langgeveltype Neerijse Kapelbergstraat Withof, semi-gesloten hoeve uit XVII- XVIII Neerijse Wolfshaegen Hoevegebouwen, schuur 1856 Neerijse Wolfshaegen Lindehof, kasteelhoeve Neerijse Lindenhoflaan Huis Neerijse Dorpsstraat Dubbelhuis Neerijse Dorpsstraat Langshuis Neerijse Dorpsstraat Hovenierswoning, classicistisch dubbelhuis Neerijse Dorpsstraat Hoeve, begin XIX Neerijse Dorpsstraat Kasteel d'overschie, heden ziekenhuis Neerijse Lindenhoflaan Kasteel d'overschie, heden ziekenhuis Neerijse Lindenhoflaan Pastorie, dubbelhuis ca Neerijse Dorpsstraat Kapel van Onze-Lieve-Vrouw-ten-Pui Neerijse Kapelweg Zonder Parochiekerk Sint-Pieter-en-Paulus Neerijse Dorpsstraat Zonder Hoeve langgeveltype, XVIII-XIX Neerijse Beekstraat Zandstenen deuromlijsting uit XVIII Neerijse Dorpsstraat Eénverdiepingshuisje, midden XVIII Neerijse Kapelbergstraat Gesloten hoeve, XVII-XVIII A Neerijse Langerodestraat Brouwerij De Kroon Neerijse Beekstraat Parochiekerk Sint-Niklaas Ottenburg Kerkstraat Zonder Pastorie, 1782 Ottenburg Pastorijstraat Hoeve, 1780 Ottenburg Florivalstraat Pastorie, dubbelhuis Sint-Agatha-Rode Leuvensebaan Parochiekerk Sint-Agatha Sint-Agatha-Rode Leuvensebaan Zonder Dorpswoning Sint-Agatha-Rode Leuvensebaan Voorgevel Sint-Agatha-Rode Leuvensebaan Groot domein Sint-Agatha-Rode Leuvensebaan 319 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 81 van 268

82 QKSK qê~çáíáçåéäé=ä~åçëåü~éééå=éå=ä~åçëåü~éë~ ~åçëåü~éë~íä~ë íä~ë= Kaart 13: landschapsatlas De traditionele landschappen vormen de basis voor de aanduiding van de relicten van de traditionele landschappen. Deze relicten werden in opdracht van het AROHM Monumenten & Landschappen gebundeld in een uitgebreide atlas. Deze atlas is een beleidsdocument dat een inventaris geeft van het landschappelijk waardevolle natuurlijk en cultuurhistorisch erfgoed van het buitengoed. In de landschapsatlas werden relictobjecten geselecteerd op basis van de criteria herkenbaarheid, gaafheid en samenhang. Ze worden ingedeeld in relictzones, ankerplaatsen, lijnrelicten, puntrelicten en zichtpunten. Voor Huldenberg geldt volgende indeling: - ankerplaatsen: plateau van Duisburg (A20059), Margijsbos en Kasteel Van der Vorst (A20043), valleien van de Dijle en Laan ten zuiden van Leuven (A20042). - relictzones: Vallei van Laan, IJse en de Dijle stroomopwaarts Leuven (R20084), Hagaard- Koningsberg-Kaalheide-Vranken-en Rattenberg (R20085), omgeving Ottenburg (R20089), interfluvium van de Laan en de IJse (R20090), plateau van Duisburg (R20091). - puntrelicten: Keyhof (P20106), Celongaethoeve (P20107), Hinnemeurehoeve (P20108), Dorpswoning (P20109), vrijheidsboom op kerkplein (P20110), Sint-Agathakerk (P20111), pastorij (P20112), terp (P20113), oud kasteel (P20114), klabeekhoeve (P20115), Sint-Niklaaskerk (P20116), pastorij (P20117), maison communal (P20118), herenhuis (P20119), de hoeve (P20120), Withof (P20121), gemeentehuis (P20122), Molenhof (P20123), kasteel van Huldenberg (P20124), O.L.V kerk (P20125), voormalige pastorij (P20126), Sint-Rochuskapel (P20127), Hof ter Schoonbergen (P20128), Hof ten Bos (P20132), Sint-Anthoniskerk (P20135), watermolen (P20136), kasteel Van der Vorst (P20137), wagenhuis kasteel d Overschie (P20138), kasteel d Overschie (P20139), watermolens (P20140), voormalige kasteelhoeve d Overschie (P20141), Sint Pieter en Pauluskerk (P20142), Puihof (P20143), tuinierswoning (P20144), woning (P20145), woning (P20146), pastorij, O.L.V. ten Puikapel (P20147), Langerode (P21074), molen van Huldenberg (P21114). - Lijnrelicten: Dijle en afgesneden meanders (L12006), de Laan (L20015), de IJse (L20016), tracé buurtspoorwegen Tervuren-Sint-Joris-Weert (L20017), deel van de Gallo-Romeinse Heirbaan tussen Elewijt en Gembloers (L20018), Breeweg (L20019), Nijvelweg (L20020), KW bunkerlinie langs de Dijle (L20073). QKTK ^êåüéçäçöáé= De eenheid prehistorische archeologie van de K.U. Leuven maakte in opdracht van de Vlaamse gemeenschap een studie op met de titel Mens en landschap in het Dijlebekken. Een archeologische prospectie (november 2004). Het studiegebied omvat delen van het grondgebied van de gemeentes Bertem, Bierbeek, Leuven, Oud- Heverlee, Overijse, Huldenberg en Tervuren. Een van de markantste overblijfselen van de prehistorische mens die in het studiegebied werd teruggevonden bij de Tomme in Ottenburg. Ze is het best gekend voor De Tomme zelf, een door de mens gemaakte heuvel van 125 m lang en tot 4 m hoog. Het is mogelijk dat ze zo n jaar geleden als grafmonument is geconstrueerd en een deel was van de oudste boerennederzetting uit het studiegebied. Andere overblijfselen van deze nederzetting zijn aan het oppervlak te zien in het nabijgelegen Bois de Laurensart. Hier ligt ook een langwerpige heuvel, maar dit keer met een gracht ervoor. Ooit maakte ze deel uit van een veel langere gracht en wal die misschien wel het hele plateau omheinde. Dergelijke aardewerken uit het Neoliticum komen wel vaker voor, maar het is erg uitzonderlijk dat de restanten ervan nu nog aan het oppervlak te zien zijn. Dat dankt ze trouwens aan het feit dat er op die plaats zo goed als altijd bos is geweest. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 82 van 268

83 Op de akkers tussen de Tomme en deze wal werden stenen werktuigen gevonden die er sinds de prehistorie aan de oppervlakte waren blijven liggen. De oudste dateren uit het laat-paleolithicum maar de meeste zijn achtergelaten door de eerste boeren van het gebied. Naast overblijfselen uit het Neolithicum zijn er ook vondsten gedaan uit de Romeinse periode en de middeleeuwen. In opdracht van het Vlaams gewest werd eveneens onderzoek gedaan naar de invloed van bodemerosie op de neolithische site van Ottenburg / Grez-Doiceau. Dit gebeurde mede op basis van het digitaal hoogtemodel (DHM) voor de site. De toepassing in Ottenburg / Grez-Doiceau wijst erop dat het DHM een belangrijk hulpmiddel is bij de evaluatie van historische erosie en bij de identificatie van de zones die actueel zwaar onder erosie te lijden hebben. Dankzij het project is er een beter inzicht in de mogelijkheden om historische en actuele erosie te bepalen. Het predictieve erosiemodel geeft een idee van de historische erosie. Door middel van handboringen kan men eerder algemene patronen van historische erosie bepalen. De zones die te Ottenburg werden aangegeven dienen te worden vertaald in beheersnoden. Zo dient de door erosie geteisterde zuidwestelijke sector waar een dense concentratie artefacten wijst op het grote archeologisch belang uitgebreid onderzocht te worden om de nu reeds gehavende en acuut bedreigde sporen en resten uit ons verleden te documenteren vooraleer ze voorgoed tot het verleden behoren. Figuur 13: vondsten in Huldenberg Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 83 van 268

84 QKUK oéåüí=î~å=îççêâççé= In Huldenberg bestaat er een recht van voorkoop ingevolge het decreet natuurbehoud in volgende gebieden: - natuurinrichtingsprojecten: Dijlevallei ten zuiden van Leuven; - erkende en Vlaamse natuurreservaten: de Doode Bemde, Rodebos en Laanvallei, Vijvers van Florival; - VEN. In Huldenberg geldt geen recht van voorkoop inzake de ruilverkavelingen. QKVK açëëáéê=séáäáö=séêâééê=eìäçéåäéêö= Dit dossier werd opgemaakt door de werkgroep Veilig Verkeer Huldenberg in De werkgroep Veilig Verkeer Huldenberg (VVH) is een initiatief van het vormingswerk van de B.G.J.G. Huldenberg. Het dossier handelt over de verkeersveiligheid in de gemeente Huldenberg. Via onder meer een enquêtering bij de bevolking werd nagegaan wat de verschillende knelpunten zijn op vlak van verkeersveiligheid. Volgende zaken kwamen naar voren: - te Huldenberg: Koxberg moet dringend veilig gemaakt worden. Daarnaast moet er dringend iets gebeuren aan de onveilige situatie in de schoolomgevingen en is er nog altijd grote nood aan fietsen voetpaden. - te Loonbeek: knelpunten hier situeren zich voornamelijk langs de Sint-Jansbergsteenweg en de Jan Van der Vorstlaan, o.m. bochtig profiel, gebrek aan voet- en fietspaden, gebrek aan veilige schoolomgevingen, te hoge snelheden. - te Neerijse: de deelgemeente is een belangrijk doorgangspunt voor het verkeer van en naar de E411 en E40. Dit bezorgt op piekuren een belangrijke (over)last. De N253 heeft een bochtig profiel, er zijn veelal geen voet- en fietspaden. Tegelijkertijd is de verbinding Leuven-Overijse belangrijk voor de zachte recreatie (wandelaars en fietsers). - te Sint-Agatha-Rode: Leuvensebaan is onveilig, vooral door het ontbreken van voetpaden en de hoge snelheid van de auto s. De kruispunten en schoolomgeving langs deze weg zijn gevaarlijk. QKNMK géìöçäéäéáçëéä~å= In het jeugdbeleidsplan ( ) worden volgende ruimtebehoeften voor de jeugd naar voor geschoven: In verband met jeugdinfrastructuur: - Jeugdhuis de Schup wenst te verhuizen naar het centrum van Huldenberg. Zij kunnen, samen met jeugdkring Huldenberg, onderdak vinden in het nieuwe Sociaal Huis. - Bij de herwaardering van de dorpskern van Ottenburg zal onderzocht worden of er een nieuwe locatie gevonden kan worden waar Chiro Ottenburg Sint-Agatha-Rode een nieuw onderkomen kan krijgen. - De scholen uit Groot-Huldenberg zullen verder uitgebouwd worden zodat elke deelgemeente een volwaardige school heeft. - De voormalige gebouwen van de gemeentelijke Basisschool Huldenberg zullen gerestaureerd worden en voorzien worden van nieuwe klaslokalen met het oog op het inrichten van een volwaardige kleuterschool in deze gebouwen. - De gemeentelijke basisschool Loonbeek zal verder uitgebouwd worden zodat er plaats is voor alle graden uit het lager onderwijs. - De komende drie jaar wordt er uitgekeken naar meer ruimte voor Scouts Loonbeek en Gidsen Loonbeek. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 84 van 268

85 - Vanuit het verenigingsleven rijst de vraag naar een centrale opslagruimte voor materiaal dat slechts één maal per jaar wordt gebruikt (vb. kampmateriaal). De komende drie jaar wordt gezocht naar een geschikte locatie waar dit materiaal gestockeerd kan worden. In verband met ruimte voor de jeugd: - In elke deelgemeente moet er een speelterreintje zijn waar kinderen kunnen ravotten. Speelterreinen worden bereikbaar door een toegankelijke ligging en een uitdagend aanbod. - De aanleg van een skateterrein en multifunctioneel sportveld in de gemeente Huldenberg wordt beoogd in Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 85 van 268

86 DEEL 3: RUIMTELIJKE CONTEXT NK `riqrroefpqlofp`eb=pfqrbofkd fqrbofkd ON Kaart 14: historische evolutie Heel lang geleden Al heel vroeg hebben volkeren de streek rond Huldenberg uitgekozen om er nederzettingen uit te bouwen. Er werden zeer oude gebruiksvoorwerpen gevonden die aantonen dat het gebied bewoond was. De ophoping in de wijk De Tomme (Ottenburg) dateert van voor jaar voor Christus (Neo- Lithicum); zij is een stille getuige van de aanwezigheid van een interessante cultuur. In de Romeinse periode was het gebied volledig bebost. Een aantal wegen doorkruisten de gemeente. Zo was er de Noord-Zuid-heerweg (de zogenaamde Waalse baan, die Baucelet en Rumst verbond), de Gallo-Romeinse Heirbaan (tussen Elewijt en Gembloers), de Nijvelweg (die Keulen met Bavay verbond) en de Breeweg. Aan het kruispunt met Oost-West-verbindingen vormden zich woonkernen. De belangrijkste was wellicht degene die gelegen was aan de 'grote brug', de enige plaats in de streek waar men met een kar over de IJse kon rijden. Op deze plaats ontstond het huidige gemeenteplein dat wellicht in de Frankische periode zijn huidig uitzicht kreeg. ON = Het ontstaan van een gestructureerde samenleving Aan de basis van het ontstaan van woonkernen liggen ook verschillende hoeves. Zij vormden het centrum van de economische activiteit en zij konden zich ontwikkelen toen de ontbossing een feit was. Het noordoostelijk deel van het plateau van Duisburg was voor de 11 de -12 de eeuw bijna volledig ontgonnen en in ontwikkeling gebracht. De bloeiperiode Huldenberg scheurde zich van Neerijse af in de 13 de eeuw: de Heren van Huldenberg hadden het moerassig gebied langs de IJse uitgekozen om er een burcht te bouwen. Bovendien dateren de eerste vermeldingen van een feodale nederzetting in Loonbeek van de 13 de eeuw. In de Middeleeuwen vonden er duidelijk onderlinge contacten plaats volgens de morfologische structuur van het landschap: de dorpen die aan dezelfde rivieren lagen voelden zich door elkaar aangetrokken. Dit wordt bewezen door het feit dat Ottenburg en Sint-Agatha-Rode een zelfde ontstaansgeschiedenis hebben. De dorpen van de Dijlevallei waren verenigd onder de naam Sint-Achtenrode. Blijkbaar kon deze toestand in volle harmonie in alle dorpen evolueren, wellicht omdat de Hertogen van Brabant een sterk beleid voerden. Deze situatie kon zich praktisch tot het midden van de 15 de eeuw handhaven. In de middeleeuwen werd hoofdzakelijk aan landbouw gedaan met enige lederindustrie en, op beperkte schaal, wat wijnbouw op de gunstig geëxposeerde valleihellingen. De veldindeling vertoont kenmerken van een hoogmiddeleeuwse ontginning (grote blokken). De kleirijke bodem van de streek werd afgegraven en voor baksteenproductie aangewend. Moeilijke tijden De 16 de eeuw was, met Keizer Karel, de eeuw van de eenmaking van Europa. Het was ook de eeuw van het opkomen van het protestantisme. De dorpen werden door de Geuzen geplunderd, de oogsten 21 Bron: Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 86 van 268

87 vernietigd en de waardevolle gebouwen (zoals het kasteel van Loonbeek, de molen, enkele pachthoven) verwoest. Het kasteel werd later heropgebouwd. De bevolking leefde in armoede. Later brachten de oorlogen van Lodewijk XIV geen beterschap. Families hebben het bewind Op politiek vlak kenden de dorpen wankele situaties. Alleen Loonbeek kon rekenen op het bestuur van een invloedrijke familie: de Vandervorsten, zeer katholiek, dus ook geviseerd door de calvinistische bewegingen. In Neerijse kwam de macht vanuit de eigenaars van de hoeves. De familie Bouwens van der Boyen (Hoeve Langerode) drong zich op en opende de deur voor de familie d'overschie met welke het dorp in de tweede helft van de 18 de eeuw een bloeiperiode kende. Het kasteel werd drastisch verbouwd en een park à-la-versailles werd aangelegd. Ottenburg en Sint-Agatha-Rode waren minder gelukkig met de families de Ulloa en de la Puente die in Limal woonden en zich weinig aantrokken van de materiële noden van de plaatselijke bevolking. Ferraris ( ) Op het einde van de 18 de eeuw heeft Huldenberg het uitzicht van een nevelvleknederzetting, gesitueerd langs de IJsevallei. De hoofdmoot van de bebouwing ligt hierbij net niet in het diepste van de vallei, maar aan het begin van de snel opklimmende flanken. Factoren die hiertoe bijdragen zijn het voor de landbouw beschikbaar zijn van vruchtbare alluviale valleigrond en de plateaus, die uit erg vruchtbare alluviale leemgronden bestaan 22. De bebouwing situeert zich niet alleen langs de verharde wegen die min of meer parallel lopen met de beekvallei, maar ook langs een aantal verharde wegen die lopen op uitlopers van het valleigebied. Deze bebouwde uitlopers van de vallei doorsnijden voornamelijk het plateau tussen IJse en Laan. Ook langs enkele dwarsverbindingen tussen de nederzetting van Huldenberg en andere nederzettingen langs de Laanvallei, over het plateau, is de eerste bebouwing te bespeuren. Op deze manier doet zich verspreide bebouwing voor temidden het open ruimtegebied. Binnen de grenzen van de gemeente kan nog een aparte nederzetting onderscheiden worden langs de IJsevallei, namelijk Neerijse. De bebouwing van deze nederzetting situeert zich langs en in de omgeving van de verharde weg parallel met de IJsevallei. Net als Huldenberg is het dorp gegroeid tussen de natte gronden van de vallei en de snel opklimmende flanken. Nabij het centrum van het dorp is het kasteeldomein van Neerijse gesitueerd. Voor wat betreft Loonbeek kunnen we ten tijde van Ferraris nog niet echt spreken van een apart dorp. In de omgeving van het huidige Loonbeek situeerde zich op het einde van de 18 e eeuw wat verspreide bebouwing langs de verharde weg parallel met de IJsevallei en langs een aantal verharde wegen die lopen op uitlopers van de vallei van de IJse. Opvallend is ook de verspreide bebouwing langs de weg parallel met de Laanvallei, het huidige Wolfshaegen. Sint-Agatha-Rode is historisch gegroeid langs de Dijlevallei. Het centrum van het dorp bevindt zich nabij de plaats waar de Laan in de Dijle uitmondt, langs een verharde weg die parallel loopt met de Dijlevallei. Het overgrote deel van de bebouwing van Sint-Agatha-Rode situeert zich lang uitgesmeerd langs deze weg, tussen de natte gronden van de vallei en het begin van de snel opklimmende flanken van het plateau tussen Dijle en Laan. In het centrum van Sint-Agatha-Rode ligt een groot kasteelpark met dienstgebouwen uit de 18 de eeuw. Ten zuiden van de vijver vinden we in de Dijlevallei talrijke beemden en moerasgebieden. Ter hoogte van Florival liggen een aantal vijvers en de Klabbeekhoeve. Enkel Ottenburg is niet in de onmiddellijke omgeving van een rivier gegroeid, maar op het plateau tussen de Laan- en Dijlevallei. De nederzetting heeft de vorm van een hoopdorp. Moerassige graslanden zijn met de beekvalleien van de IJse, Laan en Dijle geassocieerd. In de Dijlevallei werd aan extensieve landbouw gedaan. De valleien zijn open beemdenlandschappen. 22 Intercommunale Interleuven, Beperkte woningbehoeftestudie Huldenberg, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 87 van 268

88 Grote boscomplexen komen voornamelijk voor op de steilste flanken van de valleien (hellingsbossen), zoals o.a. het Rodebos, het Margijsbos, het Stokkembos, de Smeysberg, aan Keyhof, Vossekoten- Terlaenen. Boscomplexen zijn ook terug te vinden als onderdeel van een kasteeldomein. De grootste oppervlakte van de gemeente wordt echter door akkerland ingenomen, gesitueerd op de drie plateaus. Op het interfluvium tussen de Laan en de IJse en op het Dijle-interfluvium waren de akkers ten tijde van Ferraris al in een deels open landschap gelegen met bospercelen. Hier en daar zijn perceelsrandbegroeiingen te zien. Tussen Ottenburg en De Grote Kapel vinden we een ongerept historisch bos (Rodebos) met aan de rand, op het plateau, een onveranderde bulk. Ten noorden van het Margijsbos zijn enkele holle wegen en taluds gelegen. In het weiland errond zijn begroeide taluds. Aan de rand van het bos ligt het kasteel van Loonbeek. De Ferrariskaart geeft de toestand van het kasteeldomein van Loonbeek weer in optimale vorm. Er waren vier vijvers op een lijn: de huisvijver met 2 eilandjes waarop de kasteelgebouwen zijn gelegen, een kleine rechthoekige vijver die bijna gans de breedte van de valleibodem in beslag neemt. De vijvers werden vermoedelijk aangelegd tussen 1755 en Het kasteel d Overschie (Neerijse) dateert van eind 18 de eeuw. Dit kasteel heeft heel wat van zijn landschappelijke invloed moeten inboeten door de stelselmatige inperking van het kasteelpark. Ten zuiden ervan ligt de voormalige kasteelhoeve Lindenhof. De IJse stroomt doorheen het domein. De watermolen is nog aanwezig. Ten oosten van het kasteel liggen een reeks vijvers en dreven, die aansluiten bij het natuurreservaat de Doode Bemde. Het 18 de eeuwse wegennet is vrij uitgebreid en komt goed overeen met het huidige wegennet. De kentering De Franse inval in 1795 bracht het Ancien Regime aan het wankelen. De plaatselijke families in Loonbeek, Ottenburg en Sint-Agatha-Rode werden de laan uitgestuurd. Het ontstaan van de gemeentes werd een feit. In Neerijse en Huldenberg slaagden de plaatselijke families erin zich te handhaven; dankzij hun opportunisme bleven de goederen overeind. Vander Maelen De bebouwing in de dorpen breidt uit. Tussen Neerijse en Sint-Agatha-Rode liggen een aantal grote vierkantshoeven op de westelijke rand van de Dijlevallei. In het midden van de 19 de eeuw is ontbossing een feit: het Ganspoelbos is verdwenen, het valleitje tussen Rattenberg en Vranksberg is deels ontbost en er zijn taluds aangelegd, de steilste flanken aan Keyhof zijn ontbost, een deel van het bos op Bisdom is ontbost en er is geen bos op de Smeysberg meer. In Huldenberg verscheen de familie De Limburg Stirum. In 1865 verwierven ze het kasteel en het park waar hun nazaten nog altijd wonen. De experimenten van Felix Sohie, uitgevoerd in de serres van de kasteeltuin te Huldenberg, lagen aan de basis van de druiventeelt onder glas, welke na 1865 de landschappelijke fysionomie van deze regio ingrijpend zou wijzigen. In Neerijse kon Robert de Bethune en zijn zoon de goederen niet meer beheren. Het kasteel viel in verval en werd voor andere doeleinden gebruikt. Het kasteel van Loonbeek verloedert: het werd begin 19 de eeuw gebruikt als pachthof en delen ervan werden gesloopt. Op de kaarten werden de vijvers van het kasteel van Loonbeek lepelvormig weergegeven. In de daarop volgende jaren worden de vijvers gedempt. Daarmee werden de meest opvallende elementen van de historische aanleg verdoezeld. De kapel werd aan de gemeente geschonken en deed vanaf dan dienst als de parochiekerk van Loonbeek. De priester had een apart statuut. Daardoor werd de parochie Loonbeek slechts zelfstandig in In de nabijheid van hof ten Bos ligt het instituut Ganspoel, met als kern een villa of landhuis, met bijhorend landschapspark, dat tussen 1860 en 1865 gebouwd werd. Tijdens het interbellum werd in het instituut Ganspoel een instelling voor blinden gevestigd. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 88 van 268

89 Tot voor de helft van de 19 de eeuw waren de valleien open beemdenlandschappen. Nadien werd het omgezet in een gesloten landschap door bomenrijen tussen percelen weiland. Enkel op de steilste flanken was er bos. Na 1900 werd perceel per perceel overgegaan tot bebossing. Ook de verschillende vijvers dateren van deze periode. Ter hoogte van Neerijse vinden we nog talrijke sporen van de buurtspoorweglijn naar Brussel via Vossem naar Hamme-Mille en Tienen of Jodoigne. De sectie doorheen de Dijlevallei werd aangelegd in 1905 en werd in 1957 buiten werking gesteld. Tijdens de 2 de wereldoorlog had de rechtstreekse tramverbinding Brussel-Vossem-Tienen-Luik een belangrijke economische betekenis omdat de spoorwegverbindingen geruime tijd onderbroken waren. Het totaal verkommerde kasteel van Loonbeek en een groot deel van het domein werd in 1923 aangekocht door een Brusselse industrieel die het als pachthof verhuurde en voor zichzelf in het midden van het Margijsbos een ruime villa in Normandische stijl liet optrekken. De daarop volgende jaren werd de eigendom versnipperd door diverse eigenaars. Depôt de la guerre De bebouwing rond Huldenberg en Ottenburg is vrij sterk uitgebreid. Ook de andere kernen zijn gegroeid, zij het niet zo sterk. Een aantal bossen zijn verdwenen, maar een aantal andere bossen zijn in omvang toegenomen (Margijsbos, Rodebos). In 1939, vlak voor wereldoorlog II, werd in de Dijlevallei tussen Neerijse en Oud-Heverlee begonnen met de aanleg van de KW-bunkerlinie (Koningshooikt-Waver). In 1940 was deze bunkerlinie de hoofdweerstandsstelling van de geallieerden van België. Een aantal bunkers herinnert hier nog aan. Midden in het Margijsbos werd na 1948 een nieuw kasteel gebouwd. Aan de rand van het Margijsbos en aan de holle wegen is wat bebouwing bijgekomen, maar de holle wegen en taluds zijn behouden. De steilste flanken aan Keyhof en Vossekoten-Terlaenen zijn terug bebost. Na Wereldoorlog II werd het valleitje tussen Rattenberg en Vranksberg deels ontbost om er een camping aan te leggen. Topografische kaarten (heden) De bebouwing in de verschillende kernen is sterk uitgebreid. Langs de verbindingswegen tussen de kernen treedt lintbebouwing op. Het Margijsbos en het Rodebos zijn in omvang toegenomen. Het Margijsbos heeft zijn primitief wegenpatroon behouden: geen ster- of andere geometrische patronen, lovergangen of andere tekenen van formele aanleg. De natte weiden rondom de IJse zijn omgezet in vijvers omzoomd met bomen of bos. Een groot deel van de perceelsrandbegroeiingen in de zone Stokkembos-Bisdom is bewaard gebleven. Het open agrarisch landschap op het plateau van Duisburg is eigenlijk sinds de middeleeuwen weinig veranderd. Het plateau heeft een open bulkenlandschap waartussen bossen liggen. In het gebied zijn heel wat holle wegen. De buurtspoorweg van Tervuren naar Sint-Joris-Weert werd buiten werking gesteld in De ligging van deze buurtspoorweg is nog steeds in het landschap te herkennen. In de jaren werden verschillende campings aangelegd in de gemeente. In 1975 werd het kasteel van Loonbeek gerestaureerd en als woning ingericht. Het is met zorg opgeknapt, met integratie van nog bestaande oude fragmenten. Ter hoogte van Florival kwam er een industrieterrein. Verder zijn er in de gemeente eveneens een vijftal zandontginningen en steenbakkerijen geweest. Twee ontginningen zijn nog steeds actief. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 89 van 268

90 OK _bpq^^kab=orfjqbifghb=pqor`qrro=lm=j^`ol b=pqor`qrro=lm=j^`olkfsb^r= E_lsbkdbjbbkqbifghF= Kaart 15: bestaande ruimtelijke macrostructuur In dit deel wordt de globale structuur van de regio rond Huldenberg geschetst. We vallen hiervoor grotendeels terug op het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant. Enerzijds is hierin de informatie op bovengemeentelijk niveau aanwezig met betrekking tot de regio rond Huldenberg, anderzijds wordt de continuïteit verzorgd met betrekking tot de gehanteerde begrippen en terminologie ten opzichte van hogere planniveaus. In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant behoort Huldenberg tot het Verdicht Netwerk. Meer specifiek situeert Huldenberg zich in het subgebied open schicht, een open wig tussen Leuven, Brussel en Mechelen. Hoogdynamische ontwikkelingen hebben er zich tot nu toe niet afgespeeld: het gebied bevat geen hoogwaardige economische concentraties en is gespaard gebleven van sterke verstedelijkingsprocessen zoals onder andere merkbaar in de Brusselse rand. Toch zijn de overlappende stedelijke invloedssferen van Brussel, Leuven en Waver afleesbaar in de ruimtelijke structuur en processen (residentiële druk, talloze verkeersstromen, intensieve landbouwteelten, versnippering van natuurlijke structuur...) Ruimtelijk - natuurlijke structuur In het zuidoosten van Brussel wordt de natuurlijke structuur bepaald door het Brabants leemplateau. Het plateau wordt doorsneden door de Dijle en haar bijrivieren (IJse, Laan, Voer ). De Voer, IJse en de Laan hebben zich diep ingesneden in het leemplateau en hebben zo het plateau in verschillende subplateaus verdeeld. Op de hellingen van deze rivieren zijn meestal boscomplexen terug te vinden (Margijsbos, Rodebos). De Dijle zelf stroomt in een brede vallei, die overgaat naar de plateaus. De vallei van de Dijle heeft bijzondere natuurwaarden, bevorderd door de relatief extensieve landbouwuitbatingen en de geringe aantasting van zowel de rivier- als de valleistructuur. Enkel het graven van ontwateringskanalen (leibeken) bracht wijzigingen in de natuurlijke waterhuishouding. Het biologisch meest waardevolle natuurgebied is de Doode Bemde. De biologisch meest waardevolle biotopen zijn vijverbiotopen, broekbossen, bronbossen, zeggemoerassen en de waardevolle valleien in het bekken van de Dijle ten zuiden van Leuven. Vanwege haar grote avifaunistische waarde werd het valleigebied van de Dijle aangewezen als Europees vogelrichtlijngebied. De valleien van IJse, Voer en Laan en de kleinere beekvalleien uit biologisch waardevolle tot zeer waardevolle graslanden worden gekenmerkt door een grote verscheidenheid aan vegetaties. In de fysisch-geografische streek van het Brabants Leemplateau zijn verschillende grote boscomplexen aanwezig, zoals het Zoniënwoud, Meerdaalwoud en Heverleebos, allemaal biologisch zeer waardevol. Ruimtelijk - agrarische structuur Het gebied ten zuidwesten van Leuven maakt deel uit van de zandleemstreek. Het is een typische landbouwstreek met voornamelijk grondgebonden landbouw. Binnen de landbouwgewassen is de suikerbietenteelt de grootste ruimtegebruiker, gevolgd door weiden en grasland. Ook maïs, graan en aardappelen zijn niet onbelangrijk. Landbouwbedrijven hebben zich, net als de dorpen gevestigd aan de rand van de valleigebieden. De volwaardige landbouwgronden liggen op de plateaus tussen deze riviervalleien. De plateaus tussen deze valleigebieden zijn nog open, de hoogste toppen zijn bebost. De streek Tervuren-Huldenberg- Overijse en Hoeilaart werd gekenmerkt door een historische druiventeelt in serrecomplexen. De druiventeelt is echter de laatste jaren sterk achteruitgegaan, zodat veel serrecomplexen er verwaarloosd en verlaten bijliggen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 90 van 268

91 Landschappelijke structuur Het Brabants plateau wordt gekenmerkt door haar open karakter met enkele bosjes, te midden van een heuvelachtig landschap met sterk ingesneden valleien, steile heuvelflanken met verspreid woonlinten en serres. Het gebied van de Dijle, IJse, Laan en Voer is een typisch bulkenlandschap op een hoger gelegen gebied, met op de sterke versnijdingen van het reliëf hellingsbossen. Ook zijn verschillende taluds begroeid. Dit heeft tot gevolg dat het een half open landschap is. In de wijde omgeving zijn grote boscomplexen aanwezig zoals het Zoniënwoud, het Meerdaalwoud en Heverleebos. Ruimtelijk toeristisch-recreatieve structuur Huldenberg behoort volgens het RSVB tot het Dijlenetwerk (zie planningscontext). De Groene Gordel, waartoe Huldenberg ook behoort volgens Toerisme Vlaams-Brabant, is een ruime regio, die in het oosten aansluit bij het Hageland en als een gordel van mooie stukjes natuur, parken en bossen Brussel ontsluit. De Groene Gordel kan niet losgekoppeld worden van het Brussels Hoofdstedelijk gewest en kan gezien worden als een groene zone rond Brussel. Plaatsgebonden natuurparken en groengebieden zijn eerder gericht op passieve vormen van recreatie. Vaak gaat het om elementen die ook voor de natuurlijke structuur structuurbepalend zijn. Voorbeelden zijn Meerdaalwoud te Oud- Heverlee en Bierbeek, het Zoniënwoud te Tervuren, Hoeilaart en Overijse, het staatsnatuurreservaat Rodebos en Laanvallei en Margijsbos te Huldenberg, Heverleebos te Oud-Heverlee, enz. Het Dijleland, het gebied tussen Leuven en Brussel, is aantrekkelijk voor fietsers (meer dan 300 km aaneengesloten en bewegwijzerde fietsroutes) en wandelaars. Grote kampeerterreinen situeren zich langs de Dijle. Een groot deel van Vlaams Brabant wordt gekenmerkt door een stedelijke dynamiek, onder invloed van Brussel en Leuven. Beide steden vervullen regionaal stedelijke functies. De ruimtelijke structuur van Vlaams-Brabant wordt grotendeels bepaald door de aanwezigheid van het Brussels Hoofdstedelijk gewest. Er zijn belangrijke en internationaal gerichte economische en administratieve hoofdfuncties en politieke beslissingsorganen aanwezig. Het belang van Leuven wordt geïllustreerd o.m. door de aanwezigheid van volgende tertiaire functies: internationale organisaties en bestuur, de katholieke universiteit Leuven, met in hun zog high-tech-bedrijven, technische diensten en onderzoeks- en ontwikkelingsinstellingen, enz. Daarnaast is er ook een belangrijk cultureel aanbod. Het gebied van de vallei van de Dijle is in belangrijke mate gevrijwaard gebleven van grootschalige ontsluitingen (steenwegen, spoorwegen, autosnelwegen) waardoor ontwikkelingen hier tot voor kort uitbleven. Ook deze gebieden zijn echter gelegen in de invloedssfeer van verschillende stedelijke gebieden (Haacht-Boortmeerbeek tussen Mechelen, Leuven en Brussel, Huldenberg en Bertem tussen Leuven en Brussel). Het landschap is versneden door lintbebouwing. De Dijlevallei ten noorden van Leuven is in belangrijke mate afgestemd op de infrastructuur (industriegebied naast bos-, landbouwen natuurgebied). Het bebouwingspatroon ten zuiden ervan is sterk bepaald door het reliëf, nevelvlekdorpen langsheen de belangrijkste invalswegen is hiervan een gevolg. Ondanks de verlinting zijn deze nevelvlekdorpen morfologisch nog herkenbaar. Het centrum van de kernen zoals Overijse, Huldenberg, zijn echter wel compact uitgebouwd. Verkeer- en vervoerstructuur Door de aanwezigheid van de soms diepe valleien zijn de grote infrastructuurlijnen (spoorwegen Brussel Namen en Leuven Ottignies, steenwegen N3 (Tervuren Leuven), N253 (Leuven Waver) en N4 (Brussel Namen), autosnelweg A4 (Brussel Namen) in het gebied van de vallei van de Dijle, IJse, Laan en Voer steeds excentrisch in het gebied gesitueerd. Dit betekent tevens dat de kern van het gebied enkel wordt gestructureerd door het oorspronkelijk aan de topografie aangepast nederzettingspatroon. Doordat de kern van het gebied gespaard bleef van grootschalige ontsluitingsingrepen is de ontwikkeling hier ook tot voor kort achterwege gebleven. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 91 van 268

92 PK PKNK _bpq^^kab=orfjqbifghb=pqor`qrro=lm=jbplkfs pqor`qrro=lm=jbplkfsb^ b^r=edbjbbkqbifghf r=edbjbbkqbifghf= cóëáëåü=ëóëíééã OP OP = Hydrografie Kaart 17: fysisch systeem - reliëf en waterlopen Categorisering - Categorie 1: Laan, IJse Afleiding van de IJse (Huldenberg) en Dijle. - Categorie 2: Langegracht, Nellebeek, Loop, Vossebeek (Huldenberg), Langegracht (Loonbeek), Beek, Langegracht, Loop, Leigracht (Neerijse), Loop, Leigracht, Leikstraalbeek, Nethen, La Grande Marbaise (Sint-Agatha-Rode), Les 7 Bonniers de Billande (Ottenburg). - Categorie 3: Waterloop (Loonbeek), Leigracht, Beek (Neerijse), Leikstraalbeek (Ottenburg), Leigracht en Leigracht 1 e en 2 e arm (Sint-Agatha-Rode). - Niet geklasseerd: Vloetgroebbe (Huldenberg), Vloetgracht, Leigracht, Lanebroek (Sint-Agatha- Rode). De Dijle De belangrijkste rivier in de streek is de Dijle, die ontspringt te Houtain-le-Val en in noordelijke richting stroomt tot in Werchter, waar hij door de Demer wordt vervoegd, om tenslotte in Rumst samen met de Beneden-Nete de Rupel te vormen. Huldenberg is volledig gelegen binnen het stroombekken van de Boven-Dijle. De belangrijkste Vlaamse bijrivieren in het gedeelte van de Boven-Dijle ten zuiden van Leuven zijn de Laan, IJse en Voer op de linkeroever, de Vaalbeek op de rechteroever. De Dijle komt de gemeente binnen ter hoogte van de vijvers van Florival en stroomt in noordelijke richting, ongeveer op de grens met Grez-Doiceau en Oud-Heverlee. Langsheen de rivier heeft zich een nog steeds intact systeem van komgronden en oeverwallen ontwikkeld. Om de natte komgronden bruikbaar te maken voor o.m. de landbouw, heeft men in het verleden getracht deze gronden te ontwateren door een uitgebreid systeem van leigrachten (bv. Leigracht van Sint-Agatha-Rode tot Korbeek-Dijle). Deze grote ontwateringsgrachten lopen over verschillende kilometers evenwijdig met de Dijle alvorens deze te vervoegen. Daarnaast bevinden zich langs de Dijle tal van vijvers, in het verleden vooral aangelegd en gebruikt voor de viskweek (o.a. Langerode-vijver, vijvercomplex aan kasteel van Neerijse, Grootbroek en aangrenzende vijvers, vijvercomplex van Florival). De grootste vijvers zijn samen met de omringende natte percelen zeer geschikt voor water- en trekvogels. De IJse De IJse ontspringt in het Zoniënwoud te Sint-Genesius-Rode en stroomt in overwegend noordoostelijke richting, om uit te monden in de Dijle ter hoogte van het natuurreservaat de Doode Bemde aan het kasteel van Neerijse. De bovenloop van de rivier is op een aantal plaatsen vergraven tot vijvers voor de viskweek, waardoor de verbindingsfunctie van de rivier werd verbroken. De Laan De Laan vindt zijn oorsprong in Wallonië en stroomt via Overijse naar Huldenberg, waar hij in de Dijle uitmondt ten noorden van Sint-Agatha-Rode. De rivier vertoont een sterk meanderend patroon en wordt op vele plaatsen begeleid door vijvers en moerassen. 23 IGOLeuven, Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan Huldenberg, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 92 van 268

93 Bodem Kaart 16: fysisch systeem - bodemkaart Het Brusseliaan is in hoofdzaak verantwoordelijk voor het uitgesproken reliëf en plateaukarakter. Het Brusseliaan is sterk watervoerend en levert het grootste deel van het debiet van de Dijle, IJse en Laan. In de laatste ijstijd werden de plateaus bedekt met een door de wind afgezette leemmantel. Door ontbossingen, bewerking en bemesting van de bodems ontstond een brokkelige structuur die gemakkelijk erodeerde, zodat het tertiair materiaal aan de oppervlakte kwam. De klei werd gebruikt voor de baksteenproductie. De aanwezigheid van graften dwars op de hoogtelijnen en talrijke toponiemen zijn nog verwijzingen naar deze afgravingen. Plateaus Door toename van de reliëfintensiteit vermindert het aandeel diepe leemgronden. Zo domineren de diepe leembodems op het plateau tussen Voer en IJse, terwijl op de hellingen van beide rivieren sporadisch ondiepe leembodems en zandige tertiaire bodems voorkomen. Ten zuiden van de IJsevallei zijn de plateaus sterk versneden door erosie; tertiaire zandbodems en ondiepe leembodems komen er meest voor met in mindere mate diepe leembodems. Op zandige gronden komen meestal bossen voor (Margijsbos, Rodebos, Tersaertbos, Struikenbos). Valleien In de valleien is het oeverwallen komgrondensysteem nog intact, wat zich weerspiegelt in de bodems: oeverwallen zijn matig natte leemgronden zonder profielontwikkeling, komgronden zijn steeds zeer nat en bestaan uit leem- of kleigronden of veengronden. De komgronden zijn biologisch de meest waardevolle biotopen. In smallere valleien (bv. IJse) komt dit systeem nog slechts sporadisch voor Reliëf Kaart 17: fysisch systeem - reliëf en waterlopen Het reliëf wordt bepaald door het Brabants plateau, dat doorsneden wordt door de aanwezige valleien van Dijle, IJse en Laan en zo verdeeld wordt in verschillende (sub)plateaus. Ten noorden van de IJse bevindt zich het plateau van Duisburg ( m), dat net als bij andere subplateaus gekenmerkt wordt door een netwerk van sterk vertakte, diep ingesneden, droge depressies. Samen met beken en grachten zorgen ze voor de afwatering van de plateaugronden. Bijgevolg is er ook op de plateaus een aanzienlijke variatie in het reliëf. De belangrijkste beek langs de zuidkant van het plateau is de Vloetgroebbe (32 m - 72 m) met een aanzienlijk verval en een sterk ingesneden eigen valleitje. Het plateau van Duisburg is één van de grootste niet-beboste open ruimten in de regio met panoramische vergezichten. De IJse (27 m 50 m) heeft zich van zuidwest naar noordoost uitgesleten om ter hoogte van Neerijse in de Dijle uit te monden. Tussen IJse en Laan bevindt zich het smalle (sub)plateau van Overijse ( m). De zuidflank van de IJsevallei naar dit plateau is grotendeels bebost door het Stokkembos, het bos ten noorden van de Smeysberg en het Margijsbos. Het gebied kent een hoge belevingswaarde door de panoramische vergezichten over de valleien van de Laan, IJse en Dijle en boscomplexen. Op het plateau zijn nog enkele bosrestanten, namelijk Vossekouter en bos ten noorden van Keyhof. De Laan (29 46 m) meandert door een iets bredere vallei dan de IJse, om ten noorden van Sint- Agatha-Rode in de Dijle uit te monden. Op de oostelijke flank is het natuurreservaat Rodebos gesitueerd. Het plateau van Waver ( m) is gesitueerd tussen Laan en Dijle en wordt op de taalgrens ten oosten en ten westen van Ottenburg afgesneden met steile, beboste flanken. Te vermelden zijn Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 93 van 268

94 alleszins de bossen rondom het plateau van De Tomme (Bois de Laurensart) en ten westen van Vogelzang. De Dijle vormt een brede alluviale vallei (27-41 m). Het systeem van oeverwallen en komgronden, gebaseerd op microreliëfverschillen, zorgt voor opmerkelijke natuurwaarden (moerasvegetaties, alluviale bossen, vochtige graslanden). Talrijke leibeken en grachten zorgen voor een gedeeltelijke ontwatering van de vallei. Er bevinden zich vele kunstmatige, ondiepe vijvers Ruimtelijke relevantie van de beschrijving van het fysisch systeem De ondergrond van de bodem heeft een impact op de ontwikkelingen in de gemeente: het bepaald de waardevolle gronden voor landbouw, het bepaalt waar gebouwd wordt... De beekvalleien hebben een vrij nat karakter en worden gebruikt als weiland. De plateaus zijn met hun diepe leemgronden uitstekend geschikt voor akkerbouw. De bebouwing kwam voornamelijk op de valleiflanken, buiten de winterbeddingen van de rivieren, op de overgang tussen de weiden en akkers. Anderzijds zijn reliëf en ondergrond eveneens bepalend voor enkele van de huidige problemen in de gemeente. We denken hierbij concreet aan problemen op het gebied van wateroverlast door teveel verhardingen, door het niet-vrijlaten van de winterbeddingen, het inbuizen van grachten Ook de erosieproblematiek hangt samen met het fysisch systeem. De vruchtbare bovenlaag spoelt via de hellingen af. Dit heeft tot gevolg dat de grond minder vruchtbaar wordt en sediment in de beken terechtkomt. Ook dit kan aanleiding geven tot wateroverlast. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 94 van 268

95 PKOK k~íììêäáàâé=ëíêìåíììê= De huidige natuurlijke structuur in de gemeente hangt nauw samen met de historische waterhuishouding en de verschillende vormen van menselijk grondgebruik doorheen de geschiedenis. Het betreft veelal relicten van moeras-, bos-, vijver-, akker-, weide- en valleibiotopen. De huidige natuurlijke structuur te Huldenberg wordt getypeerd aan de hand van de Biologische Waarderingskaart, aangevuld met het GNOP. De Biologische Waarderingskaart (BWK) geeft een inventaris van het biologisch milieu van België weer. De voorkomende vegetatie wordt aan de hand van een lijst van karteringseenheden geïnventariseerd en in kaart gebracht. Op basis van vier criteria: zeldzaamheid, biologische kwaliteit, kwetsbaarheid en vervangbaarheid wordt aan ieder ecotoop een waardecijfer toegekend. Al naargelang dit waardecijfer wordt het ecotoop opgedeeld in de categorieën biologisch zeer waardevol en biologisch waardevol. Kaart 18: biologische waarderingskaart De valleien vormen de meest waardevolle en gevarieerde gebieden. De leemplateaus tussen de valleien bestaan meestal uit grote akkerbouwpercelen en zijn bijgevolg over het algemeen biologisch minder interessant. Enkel de holle wegen en kleinere boseenheden op steile hellingen of op de hoogste toppen geven aan het gebied een biologische meerwaarde. Bijzondere natuurwaarden 24 zijn terug te vinden in: Beekvalleien met bijhorende bossen en wateroppervlakken Dijlevallei De vallei van de Dijle haalt haar natuurwaarden uit de relatief extensieve landbouwuitbatingen en de geringe aantasting van zowel de rivier- als de valleistructuur. De Dijle meandert op een vrij natuurlijke wijze door haar brede vallei en heeft nog een vrij intact oeverwal komgrondensysteem. Enkel het graven van ontwateringskanalen (leigrachten) bracht wijzigingen mee in de natuurlijke waterhuishouding. In de vallei komen talrijke vijvers en waterplassen van zeer verschillende grootte voor. De vallei is door zijn aanwezigheid van water en grote variatie van vaak waardevolle vegetaties (alluviale bossen, wilgenstruwelen, natte ruigten, enz.) van groot ornithologisch belang. De aanduiding van de Dijlevallei als Vogelrichtlijngebied duidt op het belang van de regio voor de broedvogels en doortrekkers. Grotere, biologisch zeer waardevolle entiteiten zijn het gebied van de Langerodevijver, vijvers aan het kasteel van Neerijse behorend tot het natuurreservaat de Doode Bemde, de omgeving van Grootbroek, het vijvercomplex van Florival en het Wolfsbos-Rondebos (inclusief Lange Heide en het Vlaams gedeelte van het Bois de Laurensart). Ook te vermelden is de Veeweidevijver. Het Struikenbos is een bos op de helling van de Dijlevallei. IJsevallei De beek stroomt door een smalle vallei in een meestal rechtgetrokken bedding. In het zuiden loopt de IJse parallel met enkele vijvers in het park van het kasteel van Huldenberg. De valleihellingen zijn bebost; waardevolle hellingsbossen zijn Kaalheide en het Stokkembos en het Margijsbos. Ook te vermelden zijn de hellingsbossen ten noorden van de Kafmeyers- en Smeysberg. Er komt een afwisselende vegetatiestructuur voor (alluviale elzenbosjes, wilgenstruwelen, visvijvers, enz.). Laanvallei De Laanvallei vormt een gevarieerd landschap met een rijke flora en fauna. De aanwezigheid van bronbossen en de plaatselijk nog intacte relatie tussen de alluviale vlakte en de valleihelling geven het 24 Bron: IGOLeuven, Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan Huldenberg, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 95 van 268

96 gebied een grote ecologische waarde. De vallei is aanzienlijk breder dan de IJsevallei en de structuur van de Laan is meestal zeer waardevol door haar sterk meanderende loop. Ook hier is nog een intact systeem van komgronden en oeverwallen aanwezig. Op vele plaatsen wordt de Laan begeleid door vijvers en moerassen. Aansluitend op de vallei bevindt zich het waardevolle natuurreservaat Rodebos (100 ha) Overige bossen Op het plateau van Duisburg treffen we nog een biologisch zeer waardevol boscomplex aan, namelijk het Tersaertbos op het plateau van Duisburg. Op de verschillende plateaus komen nog enkele kleinere bossen voor: - het plateau van Duisburg: Korenheide en hellingsbos langs de Langegracht; - het plateau van Overijse: Breembos, Vossekouter en omgeving Keyhof; - het plateau van Waver: Vetsaart en Vogelzang Kleine landschapselementen De verschillende plateaus vormen de verbindingsgebieden tussen de verschillende riviervalleien: - het plateau van Duisburg, als verbindingsgebied tussen de Voer- en de IJsevallei; - het plateau van Overijse, tussen Huldenberg Margijsbos en de Laan-Dijlevallei; - het plateau van Waver tussen de Laan- en Dijlevallei. De ecologische infrastructuur wordt gevormd door bomenrijen, houtkanten, solitaire bomen, graften, perceelsranden, bermen, Bijvoorbeeld zijn er waardevolle elementen terug te vinden langs de Langegracht en de beek Les 7 Bonniers de Bilande. De ecologische infrastructuur heeft niet enkel belang voor de natuur, maar is eveneens nuttig inzake erosiebestrijding. Karakteristiek zijn ook de holle wegen. De meeste holle wegen hebben een belangrijke ecologische waarde. In het kader van een project heeft het Regionaal Landschap Dijleland een inventarisatie gemaakt van de verschillende holle wegen in Huldenberg (zie landschappelijke structuur) De waardevolle tuinen en parken De provincie Vlaams-Brabant heeft een inventaris van waardevolle tuinen en parken opgemaakt. Deze tuinen en parken hebben een belang als stapsteen in de gemeentelijke natuurlijke structuur. Het betreft: - Huldenberg: park van kasteel van Huldenberg en park van Instituut Ganspoel; - Neerijse: park van kasteel d Overschie (beschermd dorpsgezicht 18/12/1979); - Sint-Agatha-Rode: park van kasteel Malou (beschermd dorpsgezicht 18/12/1979) en park van kasteel gelegen aan Onderbosstraat/Wolfshaegen; - Loonbeek: park van kasteel van Loonbeek (beschermd dorpsgezicht 18/03/1999) en tuin Blauwhof (Sociaal Huis); Kaart 19: ruimtelijk - natuurlijke structuur Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 96 van 268

97 PKPK oìáãíéäáàâ=j=~öê~êáëåüé=ëíê ~Öê~êáëÅÜÉ=ëíêìÅíììê ìåíììê= Kaart 20: agrarische structuur Profiel van de landbouw Om een profiel van de landbouw te geven baseren we ons op gegevens die beschikbaar worden gesteld op FOD Economie, landbouwtellingen en de landbouwtelling van het NIS. De meest recente gegevens dateren van mei Aantal landbouwbedrijven Uit deze landbouwtellingen blijkt dat er op achttien jaar tijd nog slechts 1/3 van het aantal landbouwbedrijven met zetel in de gemeente aanwezig is: in 1990 werden er 162 landbouwbedrijven geteld, in mei 2008 zijn dit er nog bedrijfsleiders (of 25%) zijn ouder dan 65 jaar. 32 bedrijfsleiders (of 60%) zijn tussen de 45 en 65 jaar. Slechts 15% of 8 bedrijfsleiders zijn jonger dan 45 jaar. Het betreft voornamelijk familiale bedrijven. Hieruit kan afgeleid worden dat het aantal landbouwbedrijven in de toekomst verder zal afnemen. Het gevolg van de afname van het aantal landbouwbedrijven is dat landbouwbedrijfsgebouwen komen leeg te staan. Voor de gebouwen van deze bedrijven dient er een nieuwe functie gevonden te worden. Tewerkstelling Ook de tewerkstelling is op 18 jaar tijd gehalveerd. In 1990 waren er 207 personen tewerkgesteld terwijl dit er in mei 2008 nog slechts 105 waren. Ruimtegebruik Oppervlakte cultuurgrond per bedrijf In de gemeente komen nagenoeg evenveel kleinere, als middelgrote als grote bedrijven voor. Zo zijn er ongeveer 20 kleinere bedrijven of 36% (met minder dan 10 ha cultuurgrond), 18 middelgrote bedrijven of 33% (cultuurgrond tussen de 10 en 50 ha) en 17 grotere bedrijven of 31% (met meer dan 50 ha cultuurgrond). Het aantal kleinere bedrijven is sterk gedaald, zowel in aantal als relatief. Het aantal grotere bedrijven is toegenomen, zowel in aantal als relatief. Het aantal middelgrote bedrijven is in aantal gedaald, maar relatief gezien gestegen. Oppervlakte cultuurgrond in de gemeente Het aantal ha cultuurgrond is op 18 jaar tijd gestegen. Waar er in ha in gebruik waren door de landbouw is dat in mei ha. Of een steiging van 104 ha of bijna 6%. In totaal is er op het gewestplan ha landbouwgebied afgebakend, waarvan het grootste deel als landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Enkel in de nabije omgeving van de bebouwde kernen zijn enkele zuiver agrarische gebieden aangeduid. Belangrijk nuance hierbij is dat niet alle effectieve landbouwgronden binnen het agrarisch gebied van het gewestplan zijn gelegen. Vele gronden zijn ook gelegen in andere bestemmingen van het gewestplan, terwijl agrarische gebieden volgens het gewestplan dan weer een ander gebruik kennen. Uit een studie die de boerenbond uitvoerde in 2004 blijkt dat naar schatting 20 % van de bedrijfsoppervlakte landbouw gelegen zou zijn binnen natuurgebied in het gewestplan. Het gaat hierbij voornamelijk om valleigebieden, die gebruikt worden als graslanden (gezien het natte karakter enkel hiervoor geschikt). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 97 van 268

98 Aard van de bedrijven In Huldenberg komt voornamelijk grondgebonden landbouw voor (ca. 70% van het totale areaal). Vooral de leemgronden worden door de landbouw gebruikt. De zandgronden zijn meestal bebost en niet voor de landbouw bruikbaar. De belangrijkste teelten zijn graan (50%), maïs (voedergewassen 23%), suikerbieten (nijverheidsgewassen - 15%) en aardappelen (8%). De tweede belangrijkste sector is deze van de veeteelt. Het betreft vooral runderen en in mindere mate varkens. Dit vertaalt zich ook in het areaal grasland en in de gemeente. Goed voor 28% van het totale areaal. Een groot deel ervan is in natuurgebied gelegen, gekoppeld aan verschillende valleigebieden in de gemeente. 1% van het areaal (of ca. 15 ha) wordt gebruikt als boomgaard. Een in het eerste opzicht te verwaarlozen percentage wordt gebruikt als serre. In zijn totaliteit nemen de serres ca. 1,5 ha in beslag. Dit is een sterke daling ten aanzien van 1991 (ca. 2 ha). Omwille van de lage economische rentabiliteit van de druiventeelt is het aantal bedrijven met serres sterk achteruit gegaan. De serregebouwen worden dan ook geleidelijk aan afgebroken of staan te verkommeren. Enkele jonge landbouwers in de gemeente kweken druiven in serres, in combinatie met andere teelten. Bij deze landbouwers wordt een modernisering van de serres vastgesteld. De laatste jaren wordt dan ook terug een kleine opmars van het aantal serres vastgesteld. Deze serres zijn voornamelijk opgericht in functie van de druiventeelt en komen verspreid in de gemeente voor. Ze staan dikwijls in het woongebied en niet in agrarisch gebied. Conclusie Vanuit bovenstaande analyse kunnen volgende vaststellingen gemaakt worden: - het aantal bedrijven in de gemeente daalt jaarlijks. Dit gaat gepaard met een daling van de tewerkstelling in de landbouwsector. - ondanks het dalend aantal bedrijven, neemt het areaal cultuurgrond jaarlijks toe. De bedrijven worden steeds groter. De trend geeft aan dat in de toekomst voornamelijk grotere bedrijven met een oppervlakte cultuurgrond van meer dan 50 ha zullen overblijven. - ondanks dat het areaal cultuurgrond goed overeenkomt met de oppervlakte landbouwgebied die op het gewestplan gezoneerd is wordt vastgesteld dat ca. 1/5 van het landbouwareaal niet in de geëigende zone van het gewestplan gelegen is. Het grootste aandeel hiervan bevindt zich binnen de natuurgebieden die gekoppeld zijn aan de valleien. - de serreteelt (druivencultuur) is de afgelopen achttien jaar sterk achteruit gegaan in de gemeente: in 1991 was nog ca. 3,5 ha van het grondgebied in gebruik door serres, terwijl dit in 2008 nog maar 1,5 ha was. De laatste jaren wordt terug een kleine opmars vastgesteld. - Huldenberg is voornamelijk een grondgebonden landbouwgemeente. De voornaamste teelten bestaan er uit graan, voedermaïs en suikerbieten. - de veeteelt in de gemeente is van beperktere omvang dan de akkerbouw. Te Huldenberg worden voornamelijk runderen geteeld en in mindere mate varkens. Bijna 30% van het landbouwareaal is dan ook in gebruik als grasland. Probleem hierbij is dat een groot deel van deze terreinen zich in de natuurgebieden nabij de valleigebieden bevinden Ruimtelijke spreiding van de landbouw Landbouwbedrijven hebben zich, net als de meeste dorpskernen, gevestigd op de rand van de valleigebieden. De volwaardige landbouwgronden liggen op de plateaus tussen de valleien van de Voer, IJse, Laan en Dijle. We kunnen een drietal grotere landbouwgebieden onderscheiden: het plateau van Duisburg in het noorden van de gemeente (tussen de Voer- en IJsevallei) vormt het belangrijkste aaneengesloten landbouwgebied, de gebieden tussen de IJse- en Laanvallei en tussen de Laan- en Dijlevallei zijn meer versnipperd. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 98 van 268

99 Plateaus Plateau van Duisburg Het belangrijkste aaneengesloten landbouwgebied ten noorden van de IJse maakt deel uit van het plateau van Duisburg, dat begrensd wordt door de woonkernen van Leefdaal, Vossem, Duisburg, Huldenberg, Loonbeek, Neerijse en Korbeek-Dijle. Het plateau van Duisburg bestaat hoofdzakelijk uit landbouwgronden, hoofdzakelijk akkers (met vooral graan- en bietenteelt) met geïsoleerde bospercelen (op de steilste hellingen), hier en daar solitaire bomen en bermbegroeiing langs holle wegen en taluds. In de droogdalen vindt men vooral graslanden. Ook populierenteelt komt voor. Bodemerosie en bodemverlies dreigen er echter uit te groeien tot een ernstig probleem, nauw verbonden met de waterbeheersingsproblematiek. Plateau van Overijse Het plateau van Overijse tussen de IJse- en Laanvallei is een tweede groter landbouwgebied. Het is een vrij aaneengesloten landbouwgebied. De vlakke delen kennen vooral een akkergebruik. Op de rand van de dalen stopt dit meestal vrij abrupt en gaat daar over naar een kleinschalig gecompartimenteerd landschap met grasland en hellingbosjes. Door het gebied lopen ook nog enkele waardevolle holle wegen. Plateau van Waver Het agrarisch gebied van het plateau van Waver (tussen de Laan- en Dijlevallei) is vrij versnipperd door de aanwezige bebouwing en bossen. De open ruimte wordt (naast de bossen) ingenomen door akkerbouwgronden, waar een aantal kleine holle wegen doorlopen. Daarnaast komt op dit plateau eveneens weiland voor. Dit is te wijten aan de zandige opduikingen. Landbouw in valleien De valleien zijn vrij belangrijk voor de landbouw in Huldenberg. Gezien de vochtigheid van de percelen, kunnen ze enkel als weiland gebruikt worden. In de valleien gelden een aantal beperkingen ten aanzien van de landbouw. Zo is de mestuitvoer beperkt en dient rekening te worden gehouden met de natuurwaarden (bv. historisch permanente graslanden) in de gebieden. Overgangsgebieden In de overgangsgebieden zijn de landbouwgronden sterk versnipperd. Ze worden doorsneden door de verschillende dorpskernen die eveneens in de overgangsgebieden tussen vallei en plateau gelegen zijn. Door de versnippering en het reliëf (steile flanken) hebben de landbouwgronden slechts een beperkte waarde voor de landbouw, maar wel voor serreteelten. Het uitzicht van Huldenberg (en de gehele regio Hoeilaart, Overijse, Huldenberg en Tervuren) wordt bepaald door de aanwezigheid van talrijke serres voor de druiventeelt. In de gemeente situeren deze serres zich voornamelijk langs de N253 en langs uitlopers van de kernen van Huldenberg, Loonbeek en Neerijse, in het landelijk woongebied. Momenteel wordt door het Vlaams Gewest een belasting geheven op leegstaande serres om zo de afbraak te bevorderen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 99 van 268

100 PKQK i~åçëåü~éééäáàâé=ëíêìåíììê éééäáàâé=ëíêìåíììê= Kaart 21: landschappelijke structuur Structurele landschapskenmerken zijn landschapselementen die een zodanige functie van karakterisering van het landschap hebben dat het landschap deels haar karakter zou verliezen bij afwezigheid ervan. Ze dienen daarom te worden geselecteerd in het ruimtelijk structuurplan ter behoud. Vaak zijn de landschappelijke structuren gemeentegrensoverschrijdend, ruimtelijk structurerend, visueel bepalend, identiteitsbepalend of karakteristiek. Tot de structuurbepalende landschapskenmerken behoren de reliëfelementen, hydrografische elementen, boscomplexen, parken, dreven, bakens en kleine landschapselementen. Volgens de kaart met de traditionele landschappen van het Vlaamse Gewest 25 situeert Huldenberg zich binnen drie traditionele landschappen, meerbepaald: - Land van Bertem-Kortenberg, gekenmerkt door een golvende topografie en valleien en een sterk verstedelijkt weefsel; de open ruimte is er sterk versnipperd en onregelmatig; er zijn een beperkt aantal vergezichten topografisch bepaald en begrensd door het reliëf, de bebouwing en de vegetatie. - Serreland van Hoeilaart-Overijse, gekenmerkt door een golvende topografie en valleien, boscomplexen (met hoogstammige bomen) en een verstedelijkt weefsel; de open ruimte is sterk versnipperd en onregelmatig; er zijn een beperkt aantal vergezichten topografisch bepaald en begrensd door het reliëf, de bebouwing en de vegetatie. - Dijle Demervallei, gekenmerkt door een brede vallei met begrenzende dalwanden, vegetatiemassa s en schermen en een verstedelijkt weefsel; de open ruimte heeft een sterk wisselde omvang en is begrensd door vegetatie, topografie en bebouwing; er treedt een sterke verweving op door lintbebouwing. Het grondgebied van Huldenberg wordt algemeen gerekend bij het Dijleland, bestaande uit een golvend landschap met talrijke valleien die de plateaus met smalle dalen doorsnijden. De traditionele landschappen zijn getransformeerd door nieuwe ontwikkelingen betreffende bebouwing en landgebruik, maar plaatselijk zijn er nog relicten van de vroegere structurele kenmerken aanwezig. Algemeen kan gesteld worden dat het reliëf sterk structuurbepalend is voor Huldenberg. De reliëfovergangen zijn visueel nog sterk aanwezig. Van op de hoger liggende plateaus heeft men mooie vergezichten over de omgeving. Onderstaande beschrijving gebeurde mede op basis van de deelstudies van de VLM over het Brabants plateau, die werden opgemaakt bij het voortraject van het landinrichtingsproject Plateau van Moorsel Elementen van de bebouwde ruimte - De bebouwingsconcentraties: dit zijn entiteiten die zich door hun samenhang en verschijningsvorm aftekenen in het omringende landschap als concentraties van bebouwing ten opzichte van de omliggende open ruimte. Functioneel overheerst veelal het wonen, in combinatie met de aan het wonen verwante activiteiten (handel, diensten, recreatie, kleine bedrijven ). In de verschillende kernen zijn waardevolle gebouwen gelegen (zie planningscontext beschermd erfgoed en landschapsatlas). De concentraties van bebouwing zijn historisch gegroeid op de flanken van de valleien, op de overgang tussen de alluviale weilanden en de akkerlanden: de valleihelling van de IJse omvat in de eerste plaats de dorpskernen en de hoofdwegen. De bebouwing deint uit naar de plateaus en tussen de dorpscentra onderling. Zo vormt de N253 tussen Huldenberg een langgerekt lint langs de linkeroever. De rechteroever heeft geen langsweg en is grotendeels onbebouwd. Naast bebouwing en vertuining heeft men in dit 25 Marc Antrop, Het landschap meervoudig bekeken, traditionele landschappen, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 100 van 268

101 gebied weiland en bos. Een typisch aspect zijn de holle wegen loodrecht op de hoogtelijnen. De meeste zijn lintbebouwd en hebben hun typisch cachet verloren. de valleihelling van de Laan omvat de dorpskern van Sint-Agatha-Rode, een verbindingsweg langs de linkeroever en enkele cultuurhistorische gebouwen. De lintbebouwing is duidelijk minder dicht dan in de vallei van de IJse. De steilste percelen zijn bebost, het hoge aandeel bos geeft de hellingen een eerder gesloten karakter. De rechter valleihelling is weinig ontsloten. de valleihellingen van de Dijle zijn minder stijl dan die van de Laan en de IJse, maar bakenen de alluviale vlakte wel goed af. De vallei is bovendien veel breder, wat maakt dat de landschappelijke impact van de hellingen minder groot is. De valleihellingen zijn grotendeels bebouwd, de linkerhelling is quasi volledig bebouwd langs de N253, Wolfshaegen, Leuvensebaan, Veeweidestraat en Vijverstraat. - De parkgebieden: in Huldenberg komen een aantal kasteelparken voor. Oorspronkelijk waren het feodale sites die zijn uitgegroeid tot een kasteel. Het betreft het kasteel d Overschie (Neerijse), kasteel van Loonbeek en kasteel van Huldenberg. - De waardevolle hoeves (niet-limitatieve opsomming): Celongaet hoeve, Hinnemeurehoeve, Klabeekhoeve, Hof Ter Bosch, Hof ten Schonenberg, Molenhof, Lindenhof, Puihof, Langerodehof, langgevelhoeve Kapelbergstraat Concentraties van serrecomplexen: het uitzicht van Huldenberg wordt bepaald door de aanwezigheid van talrijke serres voor de druiventeelt. Deze serregebouwen bevinden zich voornamelijk langs de N253 en langs uitlopers van de kernen van Huldenberg, Loonbeek en Neerijse. De serregebouwen bevinden zich doorgaans op de rand van steile hellingen Elementen van de open ruimte - De structuurbepalende boscomplexen: hiertoe behoren de bosgebieden Margijsbos, het Rodebos, het Tersaertbos, Struikenbos, Smeysberg, Kaalheide en Stokkembos, Wolfsbos-Rondebos, hellingsbossen beekvallei Les 7 Bonniers de Billande en Vogelzang. - De structuurbepalende open ruimten: hiertoe behoren de interfluvia van de verschillende beekvalleien met de plateaus van Duisburg, Waver en Overijse. Het zijn waardevolle open bulkenlandschappen, aantrekkelijk door het golvend soms diep ingesneden reliëf, diepe holle wegen, droge dalen met begroeide taluds, af en toe bos (op de steilste hellingen). Van op de hogere plaatsen heeft men vergezichten op de streek. Het plateau van Duisburg is een open landschap. Geïsoleerde bossen, taluds met struwelen en holle wegen verhogen de landschappelijke waarde. Het is weinig doorsneden met wegen en de meeste wegen zijn onverhard. De grootste ontwikkelingen de laatste jaren zijn het verdwijnen van het Ganspoelbos en het toenemen van de bebouwing. Het plateau van Overijse is landschappelijk heterogeen. Het interfluvium van Laan en IJse is landschappelijk meer gesloten dan het plateau van Duisburg doordat het een meer reliëfrijke topografie heeft. Op het plateau ligt een van de grootste bossen van het deelgebied, het Margijsbos. Op de plateaus komen zandgroeves en voormalige steenbakkerijen voor. Het plateau van Waver is landschappelijk zeer gevarieerd. Akkers, grasland, begroeide taluds, houtkanten en bos wisselen elkaar af, waardoor het een kleinschalig karakter heeft. Het landschap is sterk verstoord door lintbebouwing. Het deelgebied omvat het Rodebos, een relatief groot boscomplex dat zich uitstrekt op de rechterflank van de Laanvallei en ook een plateaugedeelte omvat. - De structuurbepalende hydrografische elementen: de Dijle, de IJse en de Laan. De vallei van de IJse is een smalle vallei die in vrij steile hellingen overgaat naar de plateaus. De vallei werd rechtgetrokken en daarnaast werd de N253 aangelegd. Langs de waterloop zijn verschillende vijvers uitgegraven. Bebouwing ontbreekt grotendeels in de alluviale vlakte. De oorspronkelijke kleinschalige percelering en het gesloten karakter door KLE is bewaard gebleven, het contrast met de plateaus is vrij nadrukkelijk. In de vallei komt vrij veel bos voor. De vallei van de Laan is diep ingesneden in het Brabants plateau en heeft langs beide zijden steile Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 101 van 268

102 valleihellingen. De Laan heeft zijn meanderend verloop goed behouden. Bebouwing in de vallei ontbreekt nagenoeg volledig. De vallei heeft een zeer gesloten karakter door de vele bossen die ook vaak de valleihelling beslaan. Bebouwing ontbreekt nagenoeg volledig. De vallei van de Dijle heeft een veel bredere alluviale vallei en minder steile oevers. Dit maakt dat men de vallei landschappelijk kan beleven zonder invloed van wat er zich buiten de vallei afspeelt. De andere valleien zijn daar te smal en te ontoegankelijk voor. De Dijle meandert vrij. De vallei is quasi volledig onbebouwd. Ter hoogte van Sint-Agatha-Rode is er penetrerende lintbebouwing. Het grondgebruik bestaat hoofdzakelijk uit weilanden, ruigten en populierenaanplanten. Er zijn enkele zeer grote vijvers in de vallei Lijnvormige elementen Ter hoogte van Neerijse en Sint-Joris-Weert vinden we nog talrijke sporen van de voormalige buurtspoorweglijn van Brussel via Vossem naar Hamme-Mille en Tienen of Jodoigne. De sectie doorheen de Dijlevallei werd aangelegd in 1905 en buiten gebruik gesteld in De KW-bunkerlinie is nog deels in het landschap te herkennen door drie overblijvende bunkers. Kleine landschapselementen (o.a. bomenrijen, houtkanten, hagen, solitaire bomen, graften, perceelsranden, bermen, dijken, poelen) zijn vaak de laatste natuurlijke toevluchtsoorden voor plant en dier te midden van een cultuurlandschap (bebouwing, grootschalige akkerbouw). Holle wegen zijn lineaire landschapselementen die ecologisch zeer belangrijk zijn als verbindingselement. Door hun veelvuldig voorkomen in het Dijleland kunnen ze bestempeld worden als karakteristiek voor de streek. Naast hun ecologisch belang bezitten ze een belangrijke belevingswaarde en geven ze een aanzienlijke meerwaarde aan het landschap. 26 Regionaal Landschap Dijleland vzw startte in 1999 een project op rond holle wegen, vanuit de vraag van een aantal gemeenten (waaronder Huldenberg) naar begeleiding bij het correcte beheer van holle wegen. Het project omvat een handleiding omtrent het ontstaan van holle wegen, hun functies, waarden, bedreigingen een inventarisatie van de holle wegen per gemeente (zie figuur 13) en een handleiding waarin dieper ingegaan wordt op het beheer van holle wegen IGOLeuven, Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan Huldenberg, Regionaal Landschap Dijleland vzw, Holle wegen handleiding, deel 2: overzicht holle wegen gemeente Huldenberg, juni Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 102 van 268

103 Figuur 14: overzicht holle wegen Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 103 van 268

104 PKRK kéçéêòéííáåöëëíêìåíììê= Kaart 22: nederzettingsstructuur (wonen en bedrijvigheid) Onder nederzettingsstructuur verstaan we steden, dorpen, gehuchten en linten in de open ruimte. Onder bebouwing worden woningen, bedrijfs- of industriële gebouwen, recreatieve en toeristische bebouwing, bebouwing voor gemeenschaps- en nutsvoorzieningen, enz. begrepen. De toeristischrecreatieve infrastructuur werd al eerder behandeld, gezien deze te Huldenberg grotendeels geënt is op de aanwezige landschaps- en natuurelementen Wonen In cijfers De meest recente cijfers, die een voldoende inzicht geven op de samenstelling van het woningpatrimonium in Huldenberg, zijn afkomstig van het kadaster van de gebouwen (1/1/2009) en de socio-economische enquête uit 2001 (bron: NIS). Om een evolutie in de gemeente vast te stellen worden deze cijfers vergeleken met deze van de volks- en woningtelling van 1991 (bron: NIS), omdat deze dezelfde gegevens bevatten. Deze tellingen kunnen een aantal algemene indicaties geven met betrekking tot het woningbestand in de gemeente. Op 1/1/2009 werden in Huldenberg woningen geteld 28. In 2001 waren dit er en in 1991 waren dit er Dit is een stijging van 786 woningen op 18 jaar tijd (of bijna 28%). Het woningpatrimonium in de gemeente bestaat in hoofdzaak uit ééngezinswoningen (ca. 96 %) t.o.v. ca. 4 % meergezinswoningen. Het aandeel meergezinswoningen is de laatste 18 jaar beperkt gestegen 29. De woningen zijn voornamelijk samengesteld uit open bebouwing (ca. 72%) en halfopen bebouwing (ca. 18%). Slechts een klein deel van het woningbestand bestaat uit gesloten bebouwing (ca. 10%). In 2001 waren 18,3% (in %) van de woningen klein (< 55 m²), 43% (in %) middelgroot ( m²) en 30,5% (in %) groot (> 104 m²) te noemen. Uit de gegevens van het kadaster blijkt dat ca. 30 % van de gebouwen te Huldenberg gebouwd werden vóór 1946 (vooroorlogse gebouwen). Ca. 15% van de gebouwen dateert van voor 1900 en is meer dan 1 eeuw oud. Ca. 25% van de gebouwen werd gebouwd na 1981 en is dus nog geen 30 jaar oud. Ondanks dat er de laatste jaren een sterke aangroei is gebeurd in de gemeente kan toch vastgesteld worden dat Huldenberg over een overwegend oud bebouwingspatrimonium beschikt Ruimtelijke neerslag van de nederzettingsstructuur Het grondgebied van Huldenberg wordt parallel met de valleien door drie bijna onafgebroken bebouwde banden doorsneden. Het meest noordelijke lint is de arm gevormd door de aaneenschakeling Neerijse Loonbeek Huldenberg. De drie dorpen hebben zich ontwikkeld langs de weg Leuven Overijse (N253) en zijn aan elkaar vergroeid door lintvormige uitlopers langs deze weg. Nabij elk van de drie dorpen komt een kasteel voor. Het middelste lint, de straat genaamd Wolfshaegen, is zwak bezet, hoewel er een aparte kernconcentratie te vinden is op deze straat, namelijk ter hoogte van de T-aansluiting naar Sint- Agatha-Rode centrum Er werden door het kadaster gebouwen geregistreerd, hiervan waren er 90 uitsluitend bestemd als handelshuis, 186 hadden een andere functie. Deze gebouwen werden niet meegerekend als woninggebouw. Vandaar dat het totaal aantal woningen op Het kadaster geeft een lager aantal meergezinswoningen aan dan de socio-economische telling uit Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 104 van 268

105 Tenslotte is er het meest oostelijke lint dat Sint-Agatha-Rode met Ottenburg verbindt. De kernen van Sint-Agatha-Rode en Ottenburg hebben zich ontwikkeld langs de Leuvensebaan. De twee dorpen dreigen aan elkaar te groeien door lintvormige uitlopers langs deze weg. Zowel bij hun oude nederzettingssituatie (situatie Ferrariskaarten) als bij hun actuele situatie ligt de hoofdmoot van de bebouwing net niet in het diepste van de vallei, maar aan het begin van de snel opklimmende flanken 30 (cfr. cultuurhistorische situering). Alleen de deelgemeente Ottenburg is niet in een vallei maar op een plateau gesitueerd. Dorpskernen Huldenberg Huldenberg in het zuidwesten is de hoofdkern van de gemeente. De deelgemeente Huldenberg is ha (27% van het totale oppervlak) groot. Qua inwonersaantallen is het de grootste deelgemeente, er zijn ongeveer 31% van het aantal inwoners gehuisvest. Het is voornamelijk een residentiële deelgemeente. Het centrumhart van deze deelgemeente is compact opgebouwd rond het Gemeenteplein, met gemeentehuis en administratief centrum, en verschillende kleinhandelszaken vlakbij het centrale plein. De gemeente heeft een vrij uitgebreide uitrustingsgraad. Huldenberg kan onderverdeeld worden in een centrumgebied (rond Gemeenteplein) en 2 woonwijken, één gelegen op de noordelijke valleiflank en één gelegen op de zuidelijke valleiflank. Het centrum van de gemeente wordt gekenmerkt door aaneengesloten bebouwing van 2 tot 3 bouwlagen. Verder tekenen zich verschillende lintbebouwingen af: als uitlopers ( uitzwermingen ) van de kern in de open ruimte en langsheen de verbindingswegen tussen de kern (N253) en andere bebouwingsconcentraties in valleigebieden (dwarsverbindingen, o.a. Stroobantsstraat, De Limburg Stirumlaan, Smeysberg). Qua voorzieningen voor de jeugd is er een trapveldje (aan de kantine van het voetbalveld aan de E. Gillisstraat), een speelterrein met speeltuigen voor kinderen aan de Kronkel, een beachvolleybalterrein, een voetbalveld en het Pastoorsbos. Voor de nabije toekomst is de inplanting van een skatepark en een sportveld voorzien mét een ruimte om rond te hangen. De lokalen van de Jeugdkring, een lokale jeugdbeweging, liggen in Huldenberg. Tijdens de paas- en zomervakantie maakt de gemeentelijke speelpleinwerking gebruik van de sporthal, de school en de toonzaal van de voormalige garage Merckx. Neerijse Neerijse is in het noorden van de gemeente gesitueerd. De deelgemeente Neerijse is ha (26%) groot en huisvest 19% van de bevolking. Ook hier primeert de residentiële bebouwing. Deze deelgemeente is net zoals Loonbeek en Huldenberg gelegen langs de N253 en is opgebouwd rond het kerkplein en de bebouwing van de N253 (Dorpstraat) Schaveystraat Beekstraat. Verschillende lintbebouwingen tekenen zich af als uitlopers van deze kern (o.a. Langestraat, Donkerstraat, Kamstraat, Beekstraat). Er zijn enkele dagdagelijkse voorzieningen aanwezig (slager, bank, eethuis) evenals een school, een rust- en verzorgingstehuis en een bibliotheek. Voor de jeugd is er een speelweide in de nabijheid van de school en de bibliotheek. De speelplaats voor de bibliotheek wordt actief gebruikt voor skaters. Loonbeek Loonbeek is gesitueerd tussen Huldenberg en Neerijse. Loonbeek is de kleinste deelgemeente. Ze is 456 ha groot. Twaalf procent van de bevolking is er gehuisvest. 30 Intercommunale Interleuven, Beperkte woningbehoeftestudie Huldenberg, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 105 van 268

106 Het is een residentiële deelgemeente opgebouwd rond de N253 (Sint-Janbergsteenweg), het kerkplein (langs de N253) en de Jan Van der Vorstlaan. Met uitzondering van een school, enkele banken en het Sociaal Huis (Blauwhof) zijn er te Loonbeek nagenoeg geen voorzieningen aanwezig. Er zijn verschillende van de lintvormige uitlopers vanuit de kern met residentiële bebouwing (Renierstraat, Vranksweg, Korenheide, Klein Waverstraat). Voor de jeugd is er een grasveld aanwezig met voetbaldoelen. De speelplaats van de school wordt actief gebruikt door de scouts en gidsen van Loonbeek. Jeugdhuis De Schup is eveneens gevestigd te Loonbeek. Sint-Agatha-Rode Sint-Agatha-Rode, in het oosten, is 723 ha groot. Dit is 18% van het grondgebied van Huldenberg. Zestien procent van de inwoners is er gehuisvest. Sint-Agatha-Rode heeft een langwerpig bebouwingspatroon en is opgebouwd langsheen de dubbele parallelle as Oude Waversebaan-Leuvensebaan en Leuvensebaan-Vijverstraat. Tot diep in het agrarisch gebied doet zich langs deze twee assen lintbebouwing voor in de richting van Ottenburg. De woonfunctie primeert hier. Er zijn nagenoeg geen voorzieningen aanwezig. De jeugd kan er terecht op een recent aangelegd basketterrein of op het grasveld met speeltuigen gelegen aan de gemeentezaal. Jeugdhuis Jevaro en de 13+ werking zijn in Sint-Agatha-Rode gevestigd. Er is eveneens een voetbalveld gelegen in deze deelgemeente. Ottenburg Ottenburg is in het zuiden van de gemeente gelegen. Ottenburg is de tweede kleinste deelgemeente van Huldenberg (655 ha, 18%), maar heeft in verhouding wel vrij veel inwoners (22%). Het is net zoals Sint-Agatha-Rode een typisch nevelvlekdorp, met een stervormige bebouwingsspreiding van vrij lage dichtheid langsheen de verschillende gerichte wegen die vanuit de kern vertrekken. Ottenburg heeft na Huldenberg het meest uitgebreide handelsapparaat. Waar de kern Ottenburg ligt, is het plateau geen heuvelrug meer te noemen, maar een hoog gelegen golvende vlakte. Het bestaat eigenlijk uit een brede T-vorm, waarvan het smallere verticale been zich noordwaarts uitstrekt, en het brede horizontale been zich uitstrekt in west-oostrichting, dwars op Dijleen Laanvallei. Ottenburg dorp ligt als het ware op de kruising van vermelde T-benen. 31 Voor de jeugd is er een grasveldje met speeltuigen en zitbanken aanwezig. Er is een basketpleintje op de speelplaats van de voormalige school. De voormalige school wordt gebruikt door de Chiro van Ottenburg. Tevens is in deze deelgemeente een voetbalveld gelegen. Het gemeenteplein is een ontmoetingsplek voor de jeugd. Woonpark Woonparken zijn gebieden waarin de gemiddelde woondichtheid gering is en de groene ruimten verhoudingsgewijs een grote oppervlakte beslaan. Het zijn meestal verkavelingen met ruime percelen en grote villa s (open bebouwingsstructuur). Ze werden meestal ontwikkeld op de eigendommen van buitenhuizen of kastelen. In principe zijn in deze woonwijken geen voorzieningen aanwezig en is er geen binding met een dorpskern. In de gemeente zijn 3 woonparken gelegen: - Woonpark Sint-Agatha-Rode is het grootste woonpark en is gelegen rond de Oude Waversebaan, de Nieuwe laan, de Bosstraat, de Onderbosstraat, de Radarweg, de Zes Dagmaalstraat. Momenteel heeft het woonpark op bepaalde plaatsen eerder het uitzicht van een gewone verkaveling. Het groene karakter is grotendeels verloren gegaan. - Woonpark Struikenbos is een klein woonpark gelegen in het Struikenbos, een hellingbos op de helling van de Dijlevallei. Het woonpark is volledig volgebouwd. 31 Intercommunale Interleuven, Beperkte woningbehoeftestudie Huldenberg, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 106 van 268

107 - Woonpark Vossekouter is eveneens een klein woonpark. Het woonpark is volledig omgeven door natuurgebieden. Het woonpark is nagenoeg volledig volgebouwd. Gehuchten Gehuchten zijn kleine concentraties van woningen in de open ruimte. Ze hebben een belangrijke historische dimensie: ze zijn meestal gegroeid op een kruispunt van wegen, rond een oude hoeve of in de omgeving van oude ontginningsplaatsen en worden dikwijls met hun toponiem reeds aangeduid op de historische kaarten. Gehuchten worden gekenmerkt door hun uiteengelegde structuur, hun beperkte omvang en het ontbreken van kerngebonden functies en bebouwing. Als gehuchten worden aangeduid: - Wolfshaegen: een straatgehucht dat reeds op de kaarten van Ferraris was aangeduid - De Tomme: een oorspronkelijk neolithische opduiking die verder uitgroeide tot gehucht. Woonlinten In de gemeente tekenen zich verschillende lintbebouwingen af in de open ruimte. Woonlinten kenmerken zich door een lineair bebouwingspatroon langs één of beide zijden van de weg. De achterliggende gronden zijn dikwijls onbebouwd. De woonlinten bestaan zowel uit zonevreemde als uit zone-eigen woningen. Er wordt globaal een onderscheid gemaakt tussen de linten al naargelang hun ligging in de open ruimte. - Linten in valleigebieden: Hoekstraat, Bertelsheide, Smeysberg, Ondersmeysberg, deel Klein Waverstraat, Molenweg. - Linten in overgangsgebieden: noordelijke lint rond N253 (Langerodestraat, Loonbeekstraat, L. Kriegelstraat, De Peuthystraat, Ganzemanstraat, deel De Limburg Stirumlaan, deel Kaalheide, deel Molenweg, deel Klein Waverstraat, deel Smeysberg, Biezenstraat); middelste lint rond Wolfshaegen en het meest oostelijke lint rond Leuvensebaan en Vijverstraat-deel Florivalstraat- Verstrekenstraat-Boesberg. Langs de N253 komen heel wat agrarische bebouwing en achterliggende - al dan niet nog gebruikte - serres voor verweven met residentiële bebouwing (vooral het geval tussen Huldenberg en Loonbeek). - Linten op de plateaus: Neerpoortenstraat, E. Langelezstraat, Tommestraat, Kleine Langeheidestraat-Langeheidestraat, deel Leuvensebaan, deel De Limburg Stirumlaan, Kaalheide, Nijvelsebaan, deel Stroobantsstraat, deel Breembosstraat, Holstheide, Veeweidestraat (vanaf kruispunt met Burgemeesterstraat), deel Florivalstraat. Verspreide bebouwing In Huldenberg komen redelijk wat zonevreemde constructies voor. Ze zijn gelegen in het agrarisch gebied of in de natuurgebieden. Ook in de recreatiegebieden komt, zij het beperkt, permanente bewoning voor. Grootschalige geïsoleerde bebouwing Hiermee bedoelen we afgelegen bebouwingen die niet gebonden zijn aan een kern, gehucht, lint het betreft (niet limitatieve) volgende (religieuze) instellingen: - Instituut Ganspoel; - Klooster Keyhof. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 107 van 268

108 Voorzieningen en handel, diensten en horeca Onder voorzieningen worden verstaan: gebouwen en locaties die te maken hebben met sport en spel, cultuur, erediensten, verenigingsleven, openbare dienstverlening, gezondheidszorg, enz. Deze worden beschouwd als woonondersteunende functies, die onlosmakelijk met de woonfunctie zijn verbonden. De meeste woonondersteunende functies zijn aanwezig in de hoofdkern Huldenberg. Daar zijn de gemeentelijke diensten (gemeentehuis, administratie, politiekantoor, postkantoor) gelokaliseerd, evenals een aantal voorzieningen in de culturele en recreatieve sfeer: gemeentelijk sportcomplex, sportzaal, muziekacademie. In elke deelgemeente is er een voldoende aanbod aan voorzieningen aanwezig, die verbonden zijn met het culturele en verenigingsleven. Dit heeft te maken met het feit dat de inwoners van de verschillende deelgemeenten voor wat betreft het openbare leven nog vrij sterk op de eigen kern gericht zijn. Zo heeft iedere deelgemeente een eigen kerk, kerkhof, lagere school, ontmoetingsruimte (gemeentezalen, jeugdlokalen), speelpleintje, enz. Twee van de zes gemeentelijke begraafplaatsen liggen zonevreemd, namelijk deze te Huldenberg (De Limburg Stirumlaan) (= nieuw kerkhof) en te Loonbeek (achter de gemeenteschool). Het klooster Keyhof heeft een aparte begraafplaats die deels in natuurgebied ligt. In Huldenberg, Ottenburg en Sint-Agatha-Rode is er een voetbalterrein aanwezig. Twee voetbalterreinen liggen zonevreemd, namelijk deze te Sint-Agatha-Rode (Leuvensebaan) en te Huldenberg (E. Gillisstraat). Daarnaast zijn er ook een aantal voorzieningen niet in de kern gelokaliseerd, zoals het wijdbekende Instituut Ganspoel, voor slechtzienden. In Neerijse is een rust- en verzorgingstehuis gelegen (RVT Ter Meeren) met een capaciteit van 108 rusthuisbedden. Het rusthuis bereid momenteel haar capaciteit uit met een vervangingsbouw. In deze bouw worden 75 extra rusthuisbedden voorzien, 4 kortverblijven en 13 verblijven voor het dagverzorgingscentrum. Er is geen containerpark aanwezig in de gemeente. De bevolking van Huldenberg moet zich hiervoor wenden tot Bertem. De gemeente heeft vroeger al een aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning voor de oprichting van het containerpark ingediend, maar deze is geweigerd op basis van een aantal bezwaarschriften betreffende lawaaihinder, verkeersoverlast, ongedierte, waterverontreiniging, ontploffingsgevaar en verminderde leefkwaliteit. De aspecten van de klachten op het gebied van ruimtelijke ordening waren enerzijds de storende invloed op het landschap, anderzijds de verkeersoverlast en het verminderen van de waarde van de omliggende eigendommen. Ook de handel, horeca en (commerciële) diensten worden beschouwd als woonondersteunende voorzieningen. De belangrijkste concentraties aan handel, horeca en diensten bevinden zich in de hoofdkern Huldenberg: zo zijn een 40-tal winkels, banken, vrije beroepen, e.d. gelokaliseerd vlakbij het centrumplein. Ottenburg, Sint-Agatha-Rode en vooral Neerijse en Loonbeek hebben slechts een beperkt winkelapparaat, gericht op een aantal dagdagelijkse noden (voedingszaken, krantenwinkels, cafés). Er is in de gemeente niet echt sprake van een verdere groei van het aantal commerciële voorzieningen, gezien de hoge huurprijzen. Er is een beperkte aantrekkingskracht van het Huldenbergse winkelapparaat op naburige gemeenten. Omgekeerd gaan de Huldenbergse huishoudens wel inkopen doen in Overijse, Leuven en Waver. Uit gegevens van de evolutie van het aantal btw-plichtige ondernemingen volgens activiteit ( ) blijkt dat in Huldenberg, op basis van het aantal ondernemingen, de activiteiten onroerende goederen, verhuur en diensten aan bedrijven en groot- en detailhandel de belangrijkste sectoren zijn. Vervolgens zijn dit de landbouwsector en de bouwsector. Indien echter naar de tewerkstelling zelf gekeken wordt 33 dan blijkt dat sector Gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening voor het meeste aantal arbeidsplaatsen zorgt (411 personen of Bron: NIS, Evolutie van het aantal btw-plichtige ondernemingen volgens activiteit ( ) Bron: Lokale Statistieken: RSZ, aantal personen tewerkgesteld volgens indeling NACE-sector (2-digits), 31/12/2007 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 108 van 268

109 36,5% in 2007). Vervolgens zijn de sectoren onderwijs (193 of 17%), bouwnijverheid (127 of 11%) en openbaar bestuur (90 of 8%) de grootste tewerkstellers binnen de gemeente. Tabel 7: activiteiten in de gemeente op basis van NACEBEL-2003-code Econ. activiteit NACE-BEL 2003 Aantal actief Aantal actief Aantal actief aandeel A: Landbouw, jacht en bosbouw ,6% B: Visserij C: Winning van delfstoffen D: Industrie ,9% E: Productie en distributie van elektriciteit, gas en water F: Bouwnijverheid ,1% G: Groot- en detailhandel; reparatie van auto's, motorrijwielen en consumentenartikelen ,5% H: Hotels en restaurants ,3% I: Vervoer, opslag en communicatie ,5% J: Financiële instellingen ,5% K: Onroerende goederen, verhuur en diensten aan bedrijven L: Openbaar bestuur en defensie; verplichte sociale verzekeringen ,5% 1 0,2% M: Onderwijs ,1% N: Gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening O: Overige gemeenschapsvoorzieningen, sociaal culturele en persoonlijke diensten ,3% ,6% P: Huishoudens Q: Extraterritoriale organisaties en lichamen ALLE ECONOMISCHE ACTIVITEITEN ,0% Bedrijvigheid Al eerder werd er gewezen op het residentiële karakter van de gemeente. Huldenberg kan niet echt als een werkgemeente worden beschouwd, de economische ontwikkelingen zijn er eerder beperkt gebleven. Industriegebied Florival Er is geen (collectief) bedrijventerrein in de gemeente. Er is één industriezone aanwezig, namelijk in de deelgemeente Ottenburg op de grens aan de Florivalstraat in de Dijlevallei. De bedrijfsruimten worden gebruikt door het bedrijf Exide Technologies Belgium (vroeger gekend als accumulateurs Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 109 van 268

110 Tudor). Het productiecentrum wordt gesloten en de site is volledig gericht op de distributie in de Benelux. Hierdoor kwam een deel van het bedrijventerrein leeg te staan. Deze bedrijfsgebouwen worden momenteel verhuurd aan andere bedrijven. Op het bedrijventerrein zijn ca. 24 bedrijven gevestigd. Hiervan zijn een 9-tal bedrijven gebonden aan Exide. De bedrijvenzone heeft momenteel een slordige structuur. De bedrijvenzone kent een specifieke situatie gezien zijn ligging op het grondgebied van twee gemeenten, twee provincies en twee verschillende gewesten. Op het grondgebied van Huldenberg heeft de industriezone een oppervlakte van 4,5 ha. Door het bedrijventerrein loopt een zijarm van de Dijle. Deze zijarm is momenteel gedemd. Ontginningen, zand, klei, leem en zavelgroeven en stortplaatsen - Zandgroeve Wolfshaegen (Neerijse): de zandgroeve is gelegen ten zuiden van de kern van Neerijse. Er is nog een beperkte ontginningsactiviteit. Deze zandgroeve is in hoofdzaak een stortplaats van 3 e categorie (inerte materialen). Ze is gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied. - Ontginningsgebied en zandgroeve Kerkeveld (ex-poels): gelegen ten noordwesten van de kern van Neerijse: deels een zone met nabestemming woonuitbreidingsgebied en deels nabestemming agrarisch gebied. Slechts een klein deel van deze groeve is ontgonnen. Het betreft een actieve zavelontginning. Recent werd er een nieuwe milieuvergunning afgeleverd voor de uitbreiding van de ontginningsactiviteiten met ca. 18 ha tot Een stedenbouwkundige vergunning werd door de deputatie in beroep afgeleverd op 4 oktober Zandgroeve ex-vranckx: gelegen ten noordwesten van de kern van Neerijse, deels in natuurgebied en deels in landschappelijk agrarisch gebied. De ontginningsactiviteiten zijn heden volledig beëindigd. Recent werd een project voor de gedeeltelijke inrichting tot natuurgebied en gedeeltelijke opvulling voor deze groeve voorgesteld. Het betreft een samenwerking tussen de huidige uitbater en Natuurpunt. - Zandgroeve Wolfshaegen en Stroobantsstraat: de ontginningsactiviteiten zijn hier al lang gestopt. De zandgroeve werd tot op 13/09/2004 als stortplaats van 2 e categorie gebruikt. De stortplaats is momenteel afgedekt. De zone is ingekleurd als ontginningsgebied met nabestemming bosgebied. Het afdekkingsdossier van OVAM legt echter op dat de nabestemming bosgebied niet kan uitgevoerd worden. Het terrein wordt momenteel gebruikt als grasland. - Ontginningsgebied Zavelstraat: Op dit terrein bevindt zich een voormalige steenbakkerij (tot eind jaren 70) die momenteel gebruikt wordt door een bedrijf dat bouwmaterialen verkoopt. Het bedrijf heeft een planologisch attest aangevraagd om zijn activiteiten op deze locatie te kunnen behouden en beperkt uit te breiden. De locatie van de steenbakkerij werd ontgonnen voor Later werden ook de percelen 376, 376 e, 375f, en een deel van het perceel 375d ontgonnen. Het ontginningsgebied heeft op het gewestplan een nabestemming landbouw. In het BOD wordt dit gebied aangegeven als zijnde ontgonnen. - Ontginningsgebied Nijvelsebaan: in het gewestplan is een groter ontginningsgebied met nabestemming landbouw aangeduid in functie van de voormalige steenbakkerijen in de Nijvelsebaan. Dit gebied wordt momenteel gebruikt als landbouwgebied. Bedrijvigheid in kernen, linten en verspreide bedrijvigheid De meerderheid van de bedrijven kan tot de bouwsector (aannemers, schrijnwerkers, elektriciens schilderwerken, installateurs, grondwerken) gerekend worden. Binnen de activiteit industrie vervaardigt 1/3 van de bedrijven voedingsmiddelen (artisanale bakkers en productie van ijs). De meeste zitten verweven in de kernen of woonlinten. In de gemeente zijn eveneens een aantal zonevreemde bedrijven gelegen. Het betreft: - K. Wille-Wille en Zn. R. Borremansstraat Het is een bouwmaterialenbedrijf (ca. 1,5 à 2 ha) dat gelegen is in de IJsevallei. Op het gewestplan is de zone ingekleurd als parkgebied. Een Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 110 van 268

111 planologisch attest is afgeleverd en er is een gewestelijk RUP voor opgemaakt dat de huidige activiteiten op deze locatie bestendigd (zie onder planningscontext). - Michel Stas BVBA- Wolfshaegen 14. Het is een bedrijf van tuin- en tuinbouwmachines (ca. 0,5 ha) dat deels gelegen is in het landelijk woongebied, in een verkaveling en deels gelegen is in het landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Het bedrijf had een planologisch attest aangevraagd, maar dit werd negatief beoordeeld (zie onder planningscontext). - Vlasselaer / Van Bever BVBA Zavelstraat 16. Het is een bedrijf dat bouw- en wegenismaterialen verkoopt. Het bedrijf (ca. 1,2 ha) is gelegen in een ontginningsgebied Zavelstraat met nabestemming landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Het bedrijf heeft een planologisch attest aangevraagd (zie onder planningscontext). De gemeente heeft op 9 februari 2012 een negatief planologisch attest afgeleverd omwille van de grotendeels onvergunde situatie en omdat de korte termijnuitbreidingen meer als een verdubbeling van het bestaande bedrijf met zich meebrengt en dit niet op schaal is van zijn omgeving. Tijdens het openbaar onderzoek werden door het bedrijf nieuwe stukken aangereikt om aan te tonen dat het bedrijf hoofdzakelijk vergund is. Tevens geeft het bedrijf aan dat het op korte termijn geen verdubbeling ziet van het bedrijf, maar dat het eerder een grenscorrectie betreft. De interpretatie van de verdubbeling van het bedrijf kwam voort vanuit de veronderstelde onvergunde situatie van het bedrijf. De beoordeling van deze stukken zal in een latere fase gebeuren bij het indienen van een stedenbouwkundige vergunningsaanvraag of een planologische attest. - BVBA Van Kerckhoven Hoekstraat 13. Het bedrijf (ca. 0,15 ha) is gelegen nabij de samenloop van de Laan en Dijle. Het bedrijf is deels gelegen in landelijk woongebied en deels gelegen in natuurgebied. - Olislaegers bouwwerken Neerpoortenstraat 116. Het bedrijf is gelegen in woongebied met landelijk karakter, nabij het Rodebos. - DSM Wolfshaegen 2A. Het bedrijf verwerkt vlees en vis en is gelegen in agrarisch gebied, nabij de Laanvallei (op < 80 m). PKSK qçéêáëíáëåüjêéåêé~íáéîé=ëíêìåíììê êéåêé~íáéîé=ëíêìåíììê= Kaart 23: toeristisch-recreatieve structuur Door de grote natuurgebieden (Grootbroek, St.-Agatha-Rodebos, Doode Bemde, Margijsbos) en landschappelijke waarden van het gebied heeft het gebied een grote belevingswaarde en attractiviteit voor recreanten. Het Dijleland, waar Huldenberg deel van uit maakt, is een belangrijk wandel- en fietsgebied. In de gemeente zijn heel wat kampeerterreinen, wat wijst op een toeristisch-recreatieve functie. Er is een erkend VVV kantoor in het gemeentehuis van Huldenberg (voor de gemeente alleen) Gebouwen Het cultuurhistorisch bouwkundig erfgoed (kerken, kapellen, hoeven, kastelen) is een grote toeristische aantrekkingspool voor allerlei vormen van zachte recreatie. De belangrijkste zijn: - religieuze gebouwen: OLV-kerk, pastorie, St.-Rochuskapel, voormalige pastorie Sint-Agatha- Rode, Sint-Agathakerk, Sint-Antoniuskerk, Sint-Pieter-en Pauwelkerk, Sint-Niklaaskerk, pastorie Ottenburg, kapel OLV. ten Pui te Neerijse, Keyhof, Sint-Annakapel in Loonbeek, Kapel O.L.V. Loonbeek, pastorie Neerijse; - kastelen: kasteel van Huldenberg en ijskelder, kasteel van Neerijse en ijskelder, kasteel van Loonbeek, kasteel van Sint-Agatha-Rode; - hoeves: Hof ten Schonenberg, Hof ten Bosch, Molenhof, Lindenhof, Puihof, Langerodehof, Celongaet (withof), Hinnemeure, langgevelhoeve Kapelbergstraat 28, Klabbeekhoeve; - molens: molen van Loonbeek, watermolens (te Huldenberg); - dorpswoningen: te Neerijse (nr. 3, 5, 58), te Ottenburg (herenhuis Kerkstraat); - andere: 3 bunkers die deel uitmaken van de verdedigingslinie Koningshooikt-Waver; Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 111 van 268

112 - gemeentehuis te Huldenberg; - brouwerij De Kroon (Neerijse); - voormalig gemeentehuis Ottenburg; Verblijfsrecreatie Vakantiehuizen, Bed en Breakfast en kleinschalige hotels Huldenberg: - Kasteelpark: 8 kamers Loonbeek: - geen accommodatie gekend Neerijse: - Witte Hoeve Langerode: 3 en 5 (regularisatie 70/2006/n) - Vakantiewoning De Smidse Beekstraat 11 - Koetshuis (niet vergund) Sint Agatha-Rode: - Huis van Rooi: 3 - In between: 2 - Hoevetoerisme: Butaye de Ferme Framboos Ottenburg: - geen accommodatie gekend Kampeerterreinen De verschillende campings zijn allen opgericht in de periode De meeste campings zijn zone-eigen en liggen binnen een zone voor verblijfsrecreatie of recreatie. Slechts twee campings zijn gedeeltelijk zonevreemd gelegen. Er is weinig permanente bewoning aanwezig op de verschillende campings. Slechts 4 campings hebben bij de opmaak van dit structuurplan een vergunning bij Toerisme Vlaanderen (Holiday parks, Bergendal, Camping R3CB en Gali). Huldenberg: - Holiday parks, Dreefstraat 16: recreatiegebied; deels camping, deels weekendverblijfpark (CAM 2) - Spitsberg, Spitsberg 1: recreatiegebied; (CAM 4) Loonbeek: - Bergendal, Biezenstraat 81: recreatiegebied; (CAM 1) Neerijse: - Les Chalets, Kamstraat 46: natuurgebied en recreatiegebied (deels zonevreemd) (CAM 3); - Camping R3CB, Wolfshaegen 177: zone voor verblijfsrecreatie (CAM 6); - Camping De Brabantse Ardennen (Four Saisons), Wolfshaegen 159: zone voor verblijfsrecreatie (CAM 7); Sint-Agatha-Rode en Ottenburg: - Gali, Wijmingenstraat 15: landschappelijk waardevol agrarisch gebied en verblijfsrecreatie (deels zonevreemd) (CAM 5). Weekendverblijven In de gemeente worden 7 clusters van weekendverblijven geïnventariseerd. De meeste clusters bevinden zich in het zuiden van de gemeente in de omgeving van Ottenburg. Het betreft voornamelijk kleine clusters met gemiddeld 6 a 7 weekendverblijven. Twee clusters zijn zone-eigen gelegen. 4 clusters zijn gedeeltelijk zone-eigen gelegen en de 1 cluster is zonevreemd gelegen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 112 van 268

113 Een deel van deze weekendverblijven zijn permanent bewoond. Hiervoor werden in het verleden de nodige PV s opgesteld. - Cluster 1 Korenheide: 11 verblijven, allen zone-eigen - Cluster 2 - Hasselheidestraat: 6 verblijven, waarvan 5 zonevreemd - Cluster 3 Vinkstraat: 7 verblijven, allen zonevreemd - Cluster 4 - Bergstraat: 6 verblijven, allen zone-eigen - Cluster 5 Loswegstraaat: 7 verblijven, waarvan 4 zonevreemd - Cluster 6 Kleine Keistraat: 6 verblijven, waarvan 1 zonevreemd - Cluster 7 Leuvensebaan: 5 verblijven, waarvan 3 zonevreemd Deze inventaris vormt ook de basis voor de provinciale studie Dagrecreatie Wandelroutes - Huldenberg ligt aan GR-pad 512, een lange afstandswandelpad tussen Diest en Geraardsbergen. - IJsewandeling (Huldenberg en Loonbeek), vertrekpunt: Gemeenteplein Huldenberg. - Doode Bemdewandeling (Neerijse): vertrekpunt: St.-Pieter-en-Pauwelkerk te Neerijse. - Terlaenenwandeling (Overijse en Huldenberg): vertrekpunt Terlaenen - Dijle- en Lanewandeling (St.-Agatha-Rode): vertrekpunt: parkeerterrein hoek Leuvensebaan en Potterstraat. - Boswandeling in het natuurreservaat "Bos van St.-Agatha-Rode". - Wandeling in Margijsbos. - Wandeling in het reservaat "Doode Bemde". - Langs Holle wegen in Huldenberg: wandelroutes langs de holle wegen in de IJse- en Dijlevallei - In het spoor van Zwarte Jean (13 km): wandelroute langs de oude trambedding van Vossem naar Sint-Joris-Weert - Wandelnetwerk Zuid-Dijleland: ca. 300 km lang waarvan ca. 1/3 op grondgebied Huldenberg. Fietsroutes - De Vlaanderen Fietsroute, een bewegwijzerde lange afstandsfietsroute door de vijf Vlaamse provincies, passeert door Huldenberg. - Fietsroutenetwerk Dijleland, door 14 gemeenten van het Dijleland waaronder Huldenberg (o.a. met het fietspad tussen Neerijse en Huldenberg langs de IJsevallei). Dit netwerk wordt momenteel herwerkt tot fietsroutenetwerk Vlaams-Brabant - De mountainbikeroute "De twee valleien". - LF 2 Stedenroute Amsterdam-Brussel. - De aardappelroute. - De BLOSO-mountainbikeroute. Paardensport - Manege De Keihoeve Stroobantsstraat 90 Huldenberg (zonevreemd) Lokale sport- en jeugdinfrastructuur Er zijn 2 sporthallen in de gemeente: Sporthal de Kronkel, met outdoor 3 beachvolleybalterreinen en 2 petanquevelden en sporthal Keyhof. Tevens zijn er in de gemeente 3 voetbalvelden: E. Gillisstraat (zonevreemd), Bloemenstraat en aan de Leuvensebaan (zonevreemd). Verder zijn er 2 jeugdhuizen (JH Jevaro en JH De Schup) te Loonbeek en nog een aantal jeugdbewegingen (VZW Jeugdkring, VVKM Sint-Lutgardis (Loonbeek), VVKS Sint-Anthonius (Loonbeek) en Chiro (Ottenburg). Deze jeugdbewegingen beschikken elk over lokalen. Verder zijn er Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 113 van 268

114 nog de speelpleinwerking Huldenberg, de speelpleinwerking Gansspel en de intergemeentelijke jeugdvereniging Ekseeko (een vereniging van jongeren en jong-volwassenen met en zonder handicap van 12 tot 40 jaar uit de regio Druivenstreek, die samen leuke activiteiten doen in hun vrije tijd). Eveneens zijn er in de gemeente een aantal speelveldjes (zonevreemd): - trapveld aan de kern in Huldenberg (gelegen in parkgebied); - de Weide naast de school in Neerijse (gelegen in agrarisch gebied); - de speeltuin te Loonbeek (gelegen in natuurgebied). Visvijvers In Huldenberg zijn een aantal visvijvers gelegen (niet-limitatief): - vijver langs N253 (R. Borremansstraat); - vijvers van Soeur Wolfshaegen; - vijvers in de Onderbosstraat; - vijvers van t Vissershof (Wolfshaegen); - vijver van de privé IJseclub Neerijse; - vijvers van het Grootbroek, Doode Bemde en de vijvers van Florival; het betreft oude viskweekvijvers die zijn ingeschakeld in het recreatief netwerk (o.a. met kijkhutten). Andere recreatieve infrastructuur: landbouwbedrijf Hof Ter Vaeren Wolfshaegen 5 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 114 van 268

115 PKTK =séêâééêë séêâééêëj=éå=îéêîçéêëëíêìåíììê Éå=îÉêîçÉêëëíêìÅíììê= Kaart 24: verkeers- en vervoersstructuur Voor de beschrijving van de bestaande ruimtelijke verkeers- en vervoersstructuur hebben we ons gebaseerd op het mobiliteitsplan van Huldenberg Wegeninfrastructuur Intergemeentelijke wegen De gemeente wordt niettegenstaande centraal gelegen in de driehoek Brussel Leuven Waver niet doorsneden, noch ontsloten door een belangrijke verkeersader. Noordelijk van de gemeente ligt de E40 (Brussel Leuven Luik) met te Bertem de verkeerswisselaar met de E314 richting Lummen Aken. Zuidelijk van de gemeente ligt de E411 (Brussel Namen Luxemburg), met afritten van belang voor Huldenberg te Jezus-Eik, Overijse, Rosières en Waver. De belangrijkste weg voor Huldenberg is de N253, die de gemeente van zuidwest naar noordoost doorsnijdt. Deze weg verbindt Leuven met Overijse en heeft doortochten in Huldenberg, Loonbeek en Neerijse. In het structuurplan Vlaams-Brabant werd deze weg geselecteerd als een secundaire weg type III. Uit het mobiliteitsplan blijkt dat de verkeersstromen door de gemeente Huldenberg via de N253 vrij omvangrijk zijn en sterk groeiden de afgelopen jaren. De omvang van de stroom is problematisch gezien de sterke lintbebouwing, de doortochten Huldenberg, Loonbeek en Neerijse en het smalle profiel veelal zonder fiets- en voetgangersvoorzieningen. Lokale wegen De belangrijkste (inter)lokale wegen zijn: - Langestraat: verbinding tussen Neerijse en Leefdaal (Bertem); - Beekstraat Wolfshaegen: verbinding tussen Neerijse, Sint-Joris-Weert en Sint-Agatha-Rode; - Leuvensebaan: verbinding tussen Sint-Agatha-Rode en Ottenburg en verder Waver; - De Limburg Stirumlaan A. Goossensstraat: verbinding tussen Huldenberg en Duisburg (Tervuren); - Terlaenenstraat Neerpoortenstraat: verbinding Ottenburg Terlaenen (Overijse); - Elzasstraat Koxberg Stroobantsstraat G. Steenbeekstraat - Potterstraat: verbinding Huldenberg Sint-Agatha-Rode. De Leuvensebaan heeft een belangrijke verbindende functie op lokaal niveau. Vanuit het mobiliteitsplan dient er aandacht besteed te worden aan de doortochten van de Leuvensebaan door de kernen van Ottenburg en Sint-Agatha-Rode. De opgesomde wegen hebben nog grotendeels een holle wegkarakter met bochtige profielen. Dit (bochtige) karakter van de weg en het feit dat de voorbouwlijn van de woningen dicht bij de straat gelegen is, kan aanzien worden als een natuurlijke verkeersremmer. De andere wegen in Huldenberg zijn minder belangrijk. 34 Libost-Groep, Gemeentelijk Mobiliteitsplan Huldenberg, Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 115 van 268

116 Openbaar vervoer De gemeente beschikt zelf niet over een treinstation. De dichtstbijzijnde stations bevinden zich langs de spoorlijn 139 Leuven-Waver-Ottignies en situeren zich te Sint-Joris-Weert, Pécrot en Florival. Momenteel wordt de lijn enkel bediend door een L-trein (lokale trein: stoptrein). In de gemeente kon tot voor kort enkel gebruik gemaakt worden van vier buslijnen (lijnen 584, 337, 545 en 549), die voornamelijk gericht waren op Brussel, Overijse en Leuven. Project Druivenstreek Vanaf 1 januari 2003 wordt het openbaar vervoersaanbod in de Druivenstreek verhoogd. De hervorming van het busnetwerk kadert in het decreet basismobiliteit, maar is tevens een belangrijke stap binnen de realisatie van het Gewestelijk Expres Net (GEN). Volgende zaken hebben betrekking op Huldenberg: - nieuwe buslijnen: buslijn 341 (Waver Ottenburg Terlaenen Overijse Etterbeek, Station); buslijn 344 (Hamme Mille Huldenberg Overijse Brussel, Schuman); buslijn 349 (Ottenburg Huldenberg Overijse Etterbeek, Station); - niet gewijzigde buslijnen: buslijn 337 (Leuven Waver), buslijn 584, buslijn 545 en buslijn 549; - nieuwigheden: verhoging van de frequentie; uitbreiding van de amplitude; vroegere en latere ritten; de bediening van Etterbeek, Station; de bediening van het metrostation Oudergem, Herrmann Debroux met al de buslijnen; uitbouw van een knooppunt: centrumhalte te Overijse; betere verbindingen van de gemeente Huldenberg met haar deelgemeenten; betere vervoersrelaties vanuit Overijse, Hoeilaart en Huldenberg naar Brussel, Leuven en Waver Fietsinfrastructuur Uit het mobiliteitsplan blijkt dat de fiets slechts in beperkte mate gebruikt wordt door de inwoners uit Huldenberg. Een belangrijke reden hiervoor is wellicht het reliëf, maar evenzeer ook het bijzondere onveiligheidsgevoel t.a.v. fietsen, gezien een goede fietsinfrastructuur ontbreekt, vooral dan langs de N253. Huldenberg lokt talrijke fietsrecreanten tijdens de weekends en vakantieperiode, omwille van de natuur met bosrijke heuvels en waardevolle riviervalleien, maar ook voor het cultuurhistorisch bouwkundig erfgoed. Onder andere het IJsepad wordt vrij frequent gebruikt Voetgangersinfrastructuur Langs diverse gemeentelijke verbindingswegen zijn geen voetpaden of begaanbare bermen aanwezig. Vooral de situatie langs de N253 is schrijnend. Huldenberg heeft ook nog een aantal kerkwegels en paadjes die vrij gebruikt kunnen worden en veelal een kortere verbinding betekenen voor de voetgangers. In de gemeente zijn er verscheidene buurt- en voetwegen gelegen. Ze zorgen voor aangename verbindingen voor wandelaars en fietsers. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 116 van 268

117 PKUK póåíüéëé=î~å=çé=äéëí~~åçé=êìáãíéäáàâé=ëíêìåíììê=çé=ãéëçåáîé~ì= Kaart 25: synthese bestaande ruimtelijke structuur Huldenberg kan getypeerd worden als een gemeente waar de woonfunctie primeert. Het wonen wordt ondersteund door een voldoende aanbod aan voorzieningen (openbare voorzieningen, handel en horeca, allerlei diensten, enz.) voor de eigen bevolking en waarbij de dorpskern van Huldenberg een vooraanstaande rol inneemt. Daarnaast nemen de verschillende open ruimtefuncties ook een heel belangrijke rol in. Bedrijvigheid speelt in de gemeente slechts een beperkte rol. Huldenberg wordt wel eens omschreven als de drie-rivieren-gemeente: Dijle, Laan en IJse bepalen het landschappelijk uitzicht van de gemeente, met drie valleigebieden en uitgestrekte tussenliggende heuvelruggen (plateaus). De waterlopen Dijle, Laan en IJse waren in het verleden en zijn ook heden ten dage sterk structurerende elementen in de ruimtelijke ontwikkeling van de gemeente. Ze lagen aan de basis van de ontwikkeling van de aanliggende nederzettingen. Neerijse, Loonbeek en Huldenberg zijn allen valleidorpen, gelegen aan de IJse en de weg parallel met de IJse, namelijk de N253. Sint- Agatha-Rode is met zijn dorpskern aan de samenvloeiing van Laan en Dijle gelegen. Alleen Ottenburg is niet in een vallei maar op een plateau gesitueerd, dat tussen Dijle- en Laanvallei ligt. De vijf verschillende dorpskernen bestaan hoofdzakelijk uit residentiële, overwegend open bebouwing. Residentiële bebouwing komt ook in belangrijke mate voor in de talrijke lintbebouwingen. De vijf kernen zijn ondanks de druk vanuit de nabije stedelijke gebieden en in mindere mate vanuit Wallonië nog vrij landelijk gebleven. Het hoofdaanbod van de lokale voorzieningen is in de dorpskern Huldenberg gesitueerd. Daarnaast is er in elke deelgemeente een voldoende aanbod aan voorzieningen aanwezig, die verbonden zijn met het lokale culturele en verenigingsleven. Dit heeft te maken met het feit dat de inwoners van de verschillende deelgemeenten voor wat betreft het openbare leven nog vrij sterk op de eigen kern gericht zijn. Typerend in de gemeente (en in de gehele regio) is de aanwezigheid van talrijke serres voor de druiventeelt. In de gemeente situeren deze serres zich voornamelijk langs de N253 en langs de uitlopers van de kernen Huldenberg, Loonbeek en Neerijse, op de rand van de steile hellingen van de plateaus. Omwille van de lage economische rentabiliteit van de druiventeelt is het aantal bedrijven met serres sterk achteruit gegaan; de serregebouwen worden dan ook geleidelijk aan afgebroken of staan te verkommeren. In de gemeente is geen lokaal bedrijventerrein aanwezig; er is slechts één industriezone op de grens aan de Florivalstraat. Daarnaast zijn er verschillende kleinere bedrijven meestal éénmanszaken verspreid over de gemeente, meestal verweven in het woongebied. Verspreid in het open ruimtegebied zijn er ook een aantal ontginningsgebieden aanwezig. Structurerende elementen van het open ruimtegebied zijn zoals eerder gezegd de Dijle en haar bijrivieren IJse en Laan, en de tussenliggende heuvelruggen (plateaus). Op de hellingen van de rivieren zijn waardevolle boscomplexen terug te vinden, zoals het Margijsbos en het Rodebos. Vooral de vallei van de Dijle heeft bijzondere natuurwaarden door zijn geringe aantasting van zowel de rivier- als de valleistructuur. De aanwezige grote vijvercomplexen zijn zeer waardevol (o.a. Langerode-vijver, vijvercomplex aan kasteel van Neerijse, Grootbroek en aangrenzende vijvers, vijvercomplex van Florival). Aaneengesloten landbouwgebieden komen voor op de plateaus tussen de drie valleigebieden en in beperkte mate ook in de valleigebieden zelf. Akkerbouw en weilanden domineren er. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 117 van 268

118 De gemeente wordt niettegenstaande centraal gelegen in de driehoek Brussel Leuven Waver niet doorsneden, noch ontsloten door een belangrijke verkeersader. Noordelijk van de gemeente ligt de E40 (Brussel Leuven Luik), zuidelijk van de gemeente ligt de E411 (Brussel Namen Luxemburg). De belangrijkste weg voor Huldenberg is de N253, die de gemeente van zuidwest naar noordoost doorsnijdt. Deze drukke weg verbindt Leuven met Overijse en heeft doortochten in Huldenberg, Loonbeek en Neerijse. Vooral deze weg heeft te kampen met heel wat sluipverkeer. Huldenberg speelt een rol op toeristisch-recreatief gebied, gezien de verschillende overblijfselen uit het verleden (kerken, kastelen, hoeves, enz) en de aanwezige verblijfsaccommodatie (verschillende campings). De nadruk ligt op zachte recreatie. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 118 van 268

119 QK _bpq^^kab=orfjqbifghb=pqor`qrro= b=pqor`qrro=lm=jf`olkfsb^r lm=jf`olkfsb^r= Kaart 26: deelruimten in Huldenberg Uit de voorgaande analyse van de ruimtelijke deelstructuren, kunnen een aantal deelruimten in Huldenberg aangegeven worden. Deze deelruimtes zijn als het ware vensters op de gemeente waarbij elk venster een kijk geeft op een gebiedsdeel met een eigen ruimtelijke structuur. Deze eigenheid van elke deelruimte vloeit voort uit de onderlinge wisselwerking tussen fysisch systeem en gebruikspatronen doorheen de tijd. Veelal is een deelruimte echter niet scherp begrensd, maar overlappen de deelruimten elkaar. Elke deelruimte onderscheidt zich van de andere, maar ook de onderlinge samenhang is belangrijk. Elke deelruimte heeft een eigen rol in het geheel, een rol die veelal complementair is met de andere deelruimten. Elke deelruimte heeft niet alleen eigen kenmerken en een eigen rol, maar ook eigen potenties en knelpunten. Deze zullen later besproken worden. Hieruit zullen ook voor elke deelruimte eigen ruimtelijke ontwikkelingsperspectieven uitgewerkt kunnen worden wat betreft wonen, bedrijvigheid, landbouw, natuur, recreatie, enz. Als deelruimten worden in Huldenberg besproken: - Huldenberg kern; - bebouwde valleiflank IJse (Neerijse en Loonbeek); - Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en het plateau van Waver; - het plateau van Duisburg; - het plateau van Overijse. De valleien worden niet als een aparte deelruimte aanzien, gezien de ontwikkelingsperspectieven voldoende kunnen beschreven worden in de verschillende deelstructuren. De analyse op microniveau beperkt zich hier tot een nadere bespreking van de structuren op het niveau van de deelruimten in Huldenberg. Een nog meer gedetailleerde ruimtelijke analyse zal evenwel in het kader van verdere deelonderzoeken of onderzoeken met betrekking tot specifieke ruimtelijke problematieke aangewezen zijn. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 119 van 268

120 QKNK eìäçéåäéêö=âéêå âéêå= Kaart 27: deelruimte Huldenberg kern De structuurbepalende elementen voor de deelruimte Huldenberg zijn: - het centrumhart met kerngebonden voorzieningen rond het gemeenteplein; - de bebouwingslobben op de noordelijke en zuidelijke valleiflank; - de N253 en de lineaire uitlopers erlangs; - de vallei van de IJse en bijhorende bosgebieden. Centrumhart met kerngebonden voorzieningen rond gemeenteplein Het centrumhart van Huldenberg situeert zich net noordelijk van de rivierloop van de IJse. Dit centrumhart is compact opgebouwd rond het Gemeenteplein, gelegen aan de kruising van de weg Leuven-Overijse (N253) en de weg over de IJse (Elzasstraat). De meeste voorzieningen, handel, (commerciële) diensten, enz. zijn gelegen in de onmiddellijke omgeving van dit Gemeenteplein. Aan het Gemeenteplein is het gemeentehuis gelegen, met de gemeentelijke administratie en een politie- en het hoofdkantoor van de post. De kern Huldenberg vervult op vlak van openbare diensten een centrumfunctie voor de hele gemeente. Naast het gemeentehuis is het polyvalent ontmoetingscentrum De Kronkel ingeplant (badminton, basket, zaalvoetbal, beachvolleybal ). Naast het polyvalent ontmoetingscentrum ligt de Gemeentelijke Basisschool (Elzasstraat) evenals de Muziekacademie. De kerk van Huldenberg, met kerkhof, situeert zich schuin tegenover het Gemeenteplein. De meeste kleinhandelszaken (banken, verzekeringskantoren, kledingzaken, dagbladhandel, voedingszaken, apotheek, enz.) zijn gelegen rond het Gemeenteplein, met een uitloper langs de N253 (voornamelijk De Peuthystraat). De bebouwing langs het gemeenteplein bestaat uit een aaneengesloten bebouwing met 2 tot 3 bouwlagen. In de deelgemeente zijn er jeugdlokalen en vrij veel voorzieningen voor de jeugd aanwezig. Bebouwingslobben op de noordelijke en zuidelijke valleiflank Het grootste deel van de bebouwing in Huldenberg situeert zich tegen de snel opklimmende valleiflanken van de IJse. Bebouwing komt zowel op de noordflank als op de zuidflank voor. Beide bebouwingslobben zijn eigenlijk uitzwermingen vanuit het in de daldiepte gelegen centrumhart, die dwars insnijden in de valleiwanden. De bebouwing is het sterkst ontwikkeld tegen de zuidelijke valleiflank. Hier komen er lintvormige uitlopers voor tot diep in het open ruimtegebied van de plateaus. Substantiële bebouwingsontwikkeling op de zuidflank was er al ten tijde van Ferraris, sindsdien heeft deze bebouwing zich verder ontwikkeld o.m. langs de Elzasstraat Koxberg Stroobantsstraat (en verschillende zijstraten), Speylaert, Breembosstraat. Enkele van deze wegen vormen dwarsverbindingen over de plateaus, tussen Huldenberg en andere bebouwingsentiteiten (bv. Stroobantsstraat). De bebouwingsontwikkeling wordt echter beperkt door de aanwezigheid van grotere groengebieden zoals de bossen op de Kafmeyers- en Smeysberg, de omgeving van het Breembos, de omgeving van het Stokkembos, enz. De zuidelijke bebouwingslob omvat hoofdzakelijk open, residentiële bebouwing. De noordelijke bebouwingslob is beperkter in omvang. Ook hier wordt de bebouwingsontwikkeling ingeperkt door de aanwezige groengebieden, zoals de omgeving van Kaalheide, omgeving van de camping, enz. Uitzwermingen van het centrumhart zijn o.m. terug te vinden langs De Limburg Stirumlaan, Solheidelaan, A. Goossensstraat, Cahystraat, Dreefstraat. De Limburg Stirumlaan vormt een belangrijke lintvormige uitloper in het open ruimtegebied; het is een dwarsverbinding tussen Huldenberg en Duisburg. Ook de noordelijke bebouwingslob bestaat hoofdzakelijk uit open, residentiële bebouwing. Er zijn ook een aantal voorzieningen aanwezig: de nieuwe gemeentelijke begraafplaats bevindt zich in De Limburg Stirumlaan (in landschappelijk waardevol agrarisch gebied); het gemeentelijk voetbalterrein F.C. Huldenberg is in de E. Gillisstraat gesitueerd; langs de Dreefstraat Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 120 van 268

121 is een weekendverblijfpark en camping Holiday Parks gelegen. Op de noordelijke flank bevinden zich nog mogelijkheden tot verdere verdichting o.a. in het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle. De N253 en de lineaire uitlopers erlangs De dorpskern van Huldenberg is met deze van Loonbeek verbonden door de lintbebouwing langs de N253. Vooral tussen Huldenberg en Loonbeek komt er langs deze weg heel wat agrarische bebouwing en achterliggende al dan niet nog gebruikte serres voor verweven met residentiële bebouwing. Ook langs verschillende zijstraten van de weg Leuven Overijse komt lintbebouwing (soms met serrecomplexen) voor. Het zijn uitlopers van het dorp, veelal snel opklimmende dwarsverbindingen tussen Huldenberg en andere bebouwingsentiteiten die in de loop van de jaren afgelijnd geraakten met open bebouwing. Voorbeelden hiervan zijn de Spitsberg, Smeysberg en zijstraten, de Klein Waverstraat, Molenweg en zijstraten (Huldenberg-Loonbeek), Kaalheide. Het gaat hier om residentiële bebouwing. De vallei van de IJse en bijhorende bosgebieden Huldenberg als dorp aan de IJsevallei is stroomafwaarts gelegen van een lange rij oude (vis)vijvers, een oud overstromingsgebied. Het dorp ligt in de knik van de IJseloop, waar de valleibreedte die stroomafwaarts erg nauw is, plots met de helft verbreedt. Huldenberg bestaat uit twee bebouwingslobben, waarvan de insnoering zich situeert ter hoogte van de (dubbele) rivierbedding. Deze insnoering heeft te maken met ten westen de aanwezigheid van het kasteel van Huldenberg, met zijn park en grote visvijvers, en ten oosten de aanwezigheid van zeer vochtig alluviaal broeklandschap. Op deze manier beperkt de dorpskern zich ter hoogte van de vallei tot de bebouwing aan weerszijden van de enige weg (Elzasstraat) die de rivieren kruist. Deze situatie is in het gewestplan bestendigd, waar de westelijke en oostelijke gebieden aan weerszijden van de dwarsing van de rivier zijn aangeduid als grote groengebieden (natuurgebied en parkgebied). Dit impliceert ook dat de Huldenbergse dorpskern zich ontwikkeld heeft tegen de snel opklimmende valleiflanken van de IJse. Diverse dwarsuitsnijdingen in de valleiwanden, noordelijk en nog sterker zuidelijk, maken dat het reliëf er zeer gevarieerd is. Bovendien zijn sommige hoogtegradiënten bijzonder steil. De bebouwing hier wordt beperkt door meerdere ruime plekken in deze omgeving, onder meer hellingbossen, die in het gewestplan zijn aangeduid als natuurgebieden. De dorpskern van Huldenberg heeft een specifieke eigenheid die te maken heeft met de zichten die men vanaf welbepaalde punten heeft. Zo zijn er de zichten op de IJsevallei van op de N253, de zichten op het waardevol bouwkundig erfgoed van de kern en de beeldwaarde van de verschillende erfgoedwaarden in de kern. QKOK _ÉÄçìïÇÉ=î~ääÉáÑä~åâ=fgëÉ= Kaart 28: deelruimte bebouwde valleiflank IJse Loonbeek en Neerijse zijn net zoals Huldenberg langs de weg Leuven Overijse (N253) gelegen, parallel met de IJsevallei. De structuurbepalende elementen voor de deelruimte zijn: - de kernbebouwing op de valleiflank; - de N253 en de lineaire uitlopers erlangs; - de grensstellende open ruimtegebieden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 121 van 268

122 Loonbeek Loonbeek heeft zich vrij laat ontwikkeld tussen Huldenberg en Neerijse en kent in vergelijking met deze twee laatstgenoemde dorpen een beperktere bebouwingsomvang. Loonbeek heeft een eerder langwerpige bebouwingsvorm, opgebouwd parallel met de N253 en de IJsevallei. De kern heeft zich zoals Huldenberg ontwikkeld net noordelijk van de rivierloop van de IJse. Echter in tegenstelling tot Huldenberg waar we zowel op de noordelijke als zuidelijke valleiflank een bebouwingslob kunnen opmerken is de bebouwingsconcentratie van Loonbeek volledig tegen de noordelijke valleiflank gelegen. Reden hiervoor is de aanwezigheid aan de zuidelijke valleiflank van een zeer waardevol hellingbos, namelijk het Margijsbos. Deze situatie is in het gewestplan bestendigd, waar het Margijsbos en omgeving zijn aangeduid als uitgestrekte natuurgebieden. Slechts één straat aanpalend aan het Margijsbos is deels bebouwd en als dusdanig in het gewestplan opgenomen, namelijk Bertelsheide. De bebouwing te Loonbeek heeft zich ontwikkeld tussen de N253 (Sint-Jansbergsteenweg), daar waar de N253 een insprong maakt tot tegen de IJse, en de Jan Van der Vorstlaan, die tussen deze insprong een parallelle weg vormt met de Sint-Jansbergsteenweg en er terug op aansluit. De kerk is gelegen op de noordelijke aansluiting van de N253 met de Jan Van der Vorstlaan. Schuin tegenover de kerk bevindt zich een afdeling van de Gemeentelijke basisschool van Huldenberg. In de deelgemeente zijn tevens een jeugdhuis, jeugdlokalen en een grasveldje met voetbaldoelen gelegen. De gemeentelijke begraafplaats is achter de gemeenteschool gelegen. Te Loonbeek is ook het Sociaal Huis gelokaliseerd, in het Blauwhof op de Sint-Jansbergsteenweg. Het aantal commerciële voorzieningen in het dorp zijn vrijwel nihil (kapper, tuinartikelen- en decoratiewinkel). Twee campings sluiten aan bij de kern van Loonbeek: Spitsberg en Berg en dal. Loonbeek is een eerder residentiële deelgemeente. Het dorp wordt gekenmerkt door een overwegend open bebouwingspatroon, opgebouwd langs de Jan Van der Vorstlaan, de Kouterstraat en de Sint- Jansbergsteenweg. Er zijn verschillende lintvormige uitlopers van de kern in het open ruimtegebied aanwezig: lintbebouwing komt voor in de Renierstraat, Vranksweg, Korenheide, Biezenstraat. Het gaat hier om residentiële linten met open bebouwing. Er is nog ruimte voor verdere verdichting van het centrum. Agrarische bebouwing en achterliggende serres zijn o.a. terug te vinden in de Reniersstraat en Vranksberg Neerijse Net zoals Huldenberg en Loonbeek situeert het centrumhart van Neerijse zich net noordelijk van de rivierloop van de IJse. Dit centrumhart is opgebouwd rond het kerkplein en de bebouwingsconcentratie tussen de N253 (Dorpstraat), de Schaveystraat en de Beekstraat. Een tweede, veel beperktere bebouwingsconcentratie doet zich voor op de zuidelijke valleiflank, tussen de Ridderstraat, Wolfshaegen en De Wilderstraat. Op deze manier wordt ook Neerijse gekenmerkt door bebouwing zowel op de noordelijke als op de zuidelijke valleiflank. Ter hoogte van de rivierbedding van de IJse kent het bebouwingspatroon een insnoering. Deze insnoering heeft te maken met de aanwezigheid ten westen en ten oosten van een zeer vochtig broeklandschap, met enkele visvijvers. De westelijke en oostelijke gebieden zijn in het gewestplan aangeduid als natuurgebied. De dorpskern van Neerijse beperkt zich ter hoogte van de vallei tot de bebouwing aan weerszijden van de Beekstraat die de rivier kruist. Neerijse is voornamelijk een residentiële deelgemeente. In de gemeente zijn nog mogelijkheden voor verdere verdichting (woongebied). Het aantal voorzieningen, handel, (commerciële) diensten is er vrij beperkt. De Vrije Basisschool te Neerijse is in de Dorpsstraat gesitueerd. De gemeentelijke bibliotheek bevindt zich in het begin van de Donkerstraat. Rond de kerk in de Dorpsstraat is een kerkhof aanwezig. Ten behoeve van de jeugd is er een speelweide gelegen. Wat de commerciële voorzieningen betreft, zijn er in de Dorpsstraat, in het gedeelte tussen de Schaveystraat en de Beekstraat, enkele dagdagelijkse voorzieningen aanwezig (beenhouwer, bankkantoor, superette, eethuis). Langs de Kamstraat is een visvijver met bijhorende accommodatie aanwezig. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 122 van 268

123 De dorpskern van Neerijse is met deze van Loonbeek verbonden door de lintbebouwing langs de N253. Op de noordelijke valleiflank komen diverse lintvormige uitlopers van de dorpskern voor in het open ruimtegebied. Het zijn residentiële linten met open bebouwing langs zijstraten van de N253 (Loonbeekstraat - Dorpstraat Kapelbergstraat Langerodestraat), die dwars insnijden in de valleiwanden. Voorbeelden zijn de bebouwing langs de Ganzemanstraat, Langestraat, Donkerstraat, Grote Puystraat, Kleine Puystraat. Sommige van deze wegen vormen dwarsverbindingen over het plateau van Duisburg tussen Neerijse en andere bebouwingsentiteiten (bv. Langestraat tussen Neerijse en Leefdaal). Op de zuidelijke valleiflank doet lintbebouwing zich voor langs het begin van de Nijvelsebaan en vooral langs Wolfshaegen, waar residentiële lintbebouwing tot diep in het open ruimtegebied voorkomt (zie ook verder). QKPK páåíj^ö~íü~ ^Ö~íÜ~JoçÇÉ oççéi=lííéåäìêö lííéåäìêö=éå=üéí=éä~íé~ì=î~å=t~îéê Éå=ÜÉí=éä~íÉ~ì=î~å=t~îÉê= Kaart 29: deelruimte Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en het plateau van Waver De structuurbepalende elementen voor deze deelruimte zijn: - de kernbebouwing van Sint-Agatha-Rode nabij de samenvloeiing van Dijle en Laan; - de kernbebouwing van Ottenburg op het plateau; - het woonpark van Sint-Agatha-Rode; - het gehucht De Tomme; - de uitlopers langs verbindende wegen; - het plateau met een versnipperd landbouwgebied. Het plateau van Waver situeert zich tussen het brede alluvium van de Dijle en de Laanvallei. Het plateau omvat de dorpscentra van Ottenburg (centraal op het plateau) en Sint-Agatha-Rode in de smalle noordelijke punt. De kern van Sint-Agatha-Rode is historisch gegroeid tussen de Laan- en de Dijlevallei, namelijk tussen de natte gronden van de valleien en het begin van de snel opklimmende flanken van het plateau tussen Dijle en Laan (Plateau van Waver). Het centrum van Sint-Agatha-Rode - met een kerk en kerkhof en met een kasteelpark - bevindt zich nabij de monding van de Laan in de Dijle, langs de Leuvensebaan. Het grootste deel van de bebouwing van Sint-Agatha-Rode is lang uitgesmeerd langs de Leuvensebaan, die ter hoogte van het dorp parallel loopt met de Dijlevallei. In de omgeving van de Oude Waversebaan is een groot woonpark aanwezig, nabij de Laanvallei. Tussen de bebouwing van de Leuvensebaan en die van het woonpark is een niet ingevuld woonuitbreidingsgebied gelegen. Het aantal voorzieningen in Sint-Agatha-Rode is minimaal. In de Leuvensebaan zijn enkele dagdagelijkse voorzieningen aanwezig (krantenwinkel, cafés, beenhouwerij, fotowinkel), evenals een wijkafdeling van de Gemeentelijke Basisschool en de voetbalterreinen van V.K. Rode. In ter Dijle, het voormalig gemeentehuis, zijn het jeugdhuis, de 13+ werking en de heemkundige kring gevestigd. In Sint-Agatha- Rode is een gemeentezaal gevestigd. Er komen twee lange lintvormige uitlopers van de kern voor, die tot diep in het agrarisch gebied gaan: een lint rond de Leuvensebaan en een lint rond de Vijverstraat Veeweidestraat. Door deze lintbebouwing dreigt Sint-Agatha-Rode met Ottenburg te vergroeien. In tegenstelling tot de overige vier kernen is Ottenburg niet in een vallei maar op een plateau gesitueerd. De bebouwde zone van Ottenburg is erg versnipperd. De kern is opgebouwd rond het kerkplein met kerkhof en heeft lange lintvormige uitlopers tot diep in het agrarisch gebied. Op deze manier heeft de kern van Ottenburg een stervormig patroon. Ook Ottenburg heeft voornamelijk een residentieel karakter. Na Huldenberg heeft Ottenburg echter het meest uitgebreide handelsapparaat in de gemeente. Er zijn verschillende dagdagelijkse voorzieningen aanwezig, waarvan het merendeel gesitueerd langs de Leuvensebaan. Aan het Wilgenpad bevindt zich de Gemeentelijke Basisschool van Ottenburg. De oude school (Kerkstraat) wordt gebruikt door de post (postkantoor), de jeugdverenigingen (3 lokalen) en de fanfare Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 123 van 268

124 (oefenlokaal). De zone voor openbaar nut aan de Bloemenstraat is deels ingevuld door het gemeentelijk voetbalterrein De Kastanje - SK Ottenburg. Op het gewestplan zijn twee recreatiezones aangeduid. De zone aan de Florivalstraat wordt ingenomen door een camping, waarvan de activiteiten zijn gestopt. In de zone aan de Bergstraat is er permanente bewoning. Het plateau van Waver is sterk versneden door insnijdingen vanuit de Laan- en Dijlevallei. De meer vlakke delen van het plateau (leembodems) liggen onder akkerbouw, de steilste hellingen zijn bebost. Weiland vindt men zowat overal verspreid op zandige opduikingen. Het grootste bos, het Sint-Agatha- Rodebos, strekt zich uit vanaf de vallei van de Laan tot op de top van het plateau. Samen met de vele andere bosjes (op de steilste hellingen) ontstaat een halfopen karakter. Het gebied is landschappelijk zeer gevarieerd. Weidse vergezichten treft men hier niet aan. Quasi alle wegen op het plateau zijn lintbebouwd. Het betreft zowel oude woningen, waarvan vele gerestaureerd als nieuwbouw. Hier en daar treft men weekendverblijven aan, zoals in de Vinkstraat, Hasselheidestraat, Bergstraat, Loswegstraat en Leuvensebaan. Cultuurhistorisch belangrijke gebouwen zijn beperkt. Ten zuidoosten van Ottenburg ligt het gehucht De Tomme. De Tomme zelf is door vertuining echter quasi volledig aan het zicht onttrokken. Het gaat nochtans over een archeologisch zeer waardevol gebied. Het plateau van Waver heeft niet de weidsheid van de andere plateaus. Dit is te wijten aan de grote delen bos, de lintbebouwing en de topografie ( m). Door de afwisseling heeft het plateau wel een grote aantrekkingskracht op recreanten. Er treedt vertuining op in het gebied omwille van de open bebouwing op grote percelen. Af en toe worden zelfs bosstructuren aangetast door vertuining. QKQK eéí=éä~íé~ì=î~å=aìáëäìêö= Kaart 30: deelruimte plateau van Duisburg Het plateau van Duisburg wordt begrensd door de Voer, de Dijle en de IJse. Een deel van het plateau is op het grondgebied van Huldenberg gelegen. Het plateau is in totaal ha groot. Het plateau is een in hoofdzaak open agrarisch gebied met enkele grotere, historische en geïsoleerde bossen (Tersaert), hier en daar solitaire bomen en bermbegroeiing langs holle wegen (op de steile overgangen naar de valleien) en taluds. Het landschap is er golvend door de verschillende zijvalleitjes (droogdalen), zoals deze van de Langegracht. Grote delen van het plateau zijn in cultuur gebracht als akker (graan- en bietenteelt). Enkele grotere bossen (Tersaertbos) bedekken de steile hellingen. In de droogdalen komen (historisch permanente) graslanden voor. De wegen die op de kamlijn van het plateau lopen, bieden weidse vergezichten over dit landelijk gebied. Enkele grote ontginningshoeven getuigen nog van het functioneel gebruik van de ruimte. Ze blijven in landbouwgebruik en bevestigen het landelijk karakter van het deelgebied. Het instituut voor blinden en slechtzienden Ganspoel is gelegen op het plateau en schaadt de openheid van het gebied. Lineaire elementen zijn goed vertegenwoordigd. Ze kleden het landschap een beetje in, echter zonder de weidsheid te doorbreken. Deze weidsheid is typerend voor het plateau van Duisburg. De toenemende bebouwing en het verdwijnen van het Ganspoelbos zijn de belangrijkste ontwikkelingen de laatste jaren. Ten westen van de kern van Neerijse is een grote zone voor openbaar nut voorzien door een gewestplanwijziging (de eerdere bestemming was ontginningsgebied met nabestemming agrarisch gebied en woonuitbreidingsgebied). Het betreft een gebied van ca. 90 ha. Zoals al eerder aangehaald werd deze gewestplanwijziging doorgevoerd in functie van de realisatie van een groot Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 124 van 268

125 drinkwaterproductiecentrum. Op de plaats van de zone is een ontginningsgebied voor zandwinning aanwezig, waarvan de activiteiten momenteel gestopt zijn. QKRK eéí=éä~íé~ì=î~å=lîéêáàëé= Kaart 31: deelruimte plateau van Overijse Het plateau van Overijse (ook wel plateau van Maleizen geheten) vormt het interfluvium van de Laan en de IJse. Het plateau is glooiend tot versneden. Vanuit de Laanvallei zijn er insnijdingen door zijvalleitjes, ook de meeste droge dalen zijn naar de Laan gericht. Door deze droogdalen is het plateau vrij reliëfrijk: de valleiflanken zijn steil en de droogdalen zijn golvend. Er zijn talrijke taluds en holle wegen. Nabij deze depressies situeren zich verschillende historische hoeves. Het plateau bestaat uit een halfopen landschap. De kamlijn is vlak, met open akkers. Naar de IJse toe beslaat enerzijds het Margijsbos een grote oppervlakte, meer zuidelijk deint de bebouwing van Huldenberg uit richting plateau. Naar de Laan toe is de plateaurand sterk versneden door dalletjes, waarvan de hellingen bebost zijn of onder weiland liggen. Bebouwing is er meer beperkt. In deze plateaurand vindt men ook 4 ontginningsgebieden waarvan 2 zandgroeves, beide uitgebaat door de firma De Cock, één nabij Neerijse (nog in gebruik) en één aan Holstheide (in gebruik als stortplaats). Het derde ontginningsgebied is in gebruik door de landbouw en het vierde door bouwmaterialenbedrijf Vlasselaer. De meeste zijn landschappelijk goed gebufferd en niet echt storend gezien ze zich op een helling bevinden, omgeven door bos. Vlasselaer is echter wel storend in het landschap. Het zware verkeer dat deze zandgroeven aandoet, is wel storend. Het plateau is meer gesloten en gevarieerd op basis van de fysische structuur. Zowel de open als de halfopen landschappen zijn waardevol en gaaf. Het deelgebied heeft een hoge dichtheid aan natuurlijke biotopen. In het gebied zijn enkele oude hoeves gelegen. Kastelen zijn er ook, maar deze zijn onttrokken aan het zicht. Het belangrijkste landschappelijk storend element is de bebouwing. Vooral tussen Huldenberg en Overijse deint de bebouwing verder uit. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 125 van 268

126

127 DEEL 4: PROGNOSES Leeswijzer In het voorlaatste deel van het informatief gedeelte wordt een beeld geschetst van de behoefte aan ruimte die vanuit verschillende sectoren kan worden vastgesteld of waarvoor een prognose kan worden opgesteld. In Huldenberg komt dit neer op een prognose voor: - de nederzettingsstructuur (ruimte voor wonen); - de ruimtelijk-economische structuur (ruimte voor bedrijvigheid). In de ruimtelijke structuurplannen (RSV en RSVB) van de hogere overheden wordt op het gebied van wonen al een kader aangegeven. Dit komt eveneens aan bod in dit hoofdstuk. NK tlkbk= Volgende woonbehoeftestudie wil onderzoeken of en hoeveel woonuitbreidingsgebied (WUG) of bijkomend woongebied zou aangesneden moeten worden om aan de behoefte aan woonmogelijkheden tegemoet te komen. Woonuitbreidingsgebieden zijn namelijk reservegebieden die in principe slechts voor realisatie in aanmerking komen na verwezenlijking van de woongebieden (overeenkomstig beleid RSV). De vraag en het aanbod aan woonmogelijkheden in de gemeente Huldenberg zal bekeken worden. Uit de confrontatie van deze twee kunnen we de ordegrootte van de behoefte ramen. Ook de behoefte aan sociale huisvesting, serviceflats en rusthuisbedden wordt nagegaan. NKNK _ÉÜçÉÑíÉÄÉêÉâÉåáåÖ=ïçåÉå= Planperiode vergelijking taakstelling RSVB In het RSVB wordt op basis van de prognose in het RSV (planperiode ) en rekening houdend met de trendbreuk in de verdeling van de bijkomende woningen in de stedelijke gebieden versus het buitengebied en deels ook met de effectieve trend van de voorbije jaren, informatief een doorrekening gemaakt tot op het niveau van de gemeenten. Deze doorrekening wordt overgenomen in het structuurplan van Huldenberg. In het RSVB wordt berekend dat in Huldenberg tussen 1992 en 2007 plaats gevonden moest worden voor 702 woningen 35. In de periode kende de gemeente een aangroei met 684 bijkomende gezinnen 36. Voor de planperiode resteert er hierdoor nog een taakstelling van 18 woningen (= ). Men kan dus stellen dat de raming uit het RSVB voor de gemeente Huldenberg goed overeenkomt met de reële evolutie in de gemeente. Planperiode eigen gesloten bevolkingsprognose De planperioden van de structuurplannen is echter verschillend. De planperiode van het structuurplan van Huldenberg loopt ongeveer van 2007 tot Voor de periode doet noch het RSVB, noch het RSV een uitspraak. Daarom wordt gebruik gemaakt van een eigen gesloten bevolkings- en huishoudensprognose 37 die uitgaat van volgende elementen: - een gesloten bevolkingsprognose volgens het Janus II-model (ontwikkeld door de VUB) vertrekkende vanuit: RSVB, deel V: Verdeling van de taakstelling wonen uit het RSV, pag Aantal gezinnen op 1/1/1991: 2.882; op 1/1/2008: Hierbij wordt geen rekening gehouden met in- en uitwijking. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 127 van 268

128 - de huidige bevolkingssamenstelling = bevolking op 1/1/2008, rekening houdend met geslacht (man en vrouw) en leeftijd (5 jaarlijkse leeftijdsklassen) - de evolutie van de vruchtbaarheid (het aantal kinderen per vrouw) van 1,76 in 2008 naar 1,71 in 2017 (bron: FOD Economie) - de evolutie van de overlevingskansen (levensverwachting) voor de vrouwen van 83,9 jaar in 2008 naar 85,4 jaar in 2017 en voor de mannen van 78,2 jaar naar 79,8 jaar in een migratiesaldo van 0 - een huishoudensprognose die uitgaat van: - een extrapolatie van de te verwachte evolutie van de gemiddelde gezinsgrootte. Uit deze prognose blijkt dat voor de periode een kleine stijging van de bevolking kan verwacht worden en tegelijkertijd een stijging van het aantal huishoudens (door blijvende toename van de gezinsverdunning, zij het steeds minder sterk, nl. van 2,61 in 2007 over 2,57 in 2012 tot 2,55 in 2017). Er zouden in de periode nog ca. 54 huishoudens bijkomen en in de periode nog ca. 41 huishoudens. Met een frictieleegstand 38 van 2,5% geeft dit een behoefte voor van ca. 98 bijkomende woningen. Tabel 8: behoeften in beide planperioden Aantal inwoners op 1/1/ Aantal huishoudens op 1/1/ Gemiddelde gezinsgrootte 2,61 2,57 2,55 Prognose Prognose Totaal Bijkomende huishoudens Behoefte frictieleegstand (2,5% van het aantal gezinnen) Totale kwantitatieve vraag aan bijkomende woningen NKOK hï~äáí~íáéîé=äéüçéñíé= Elk gezin wenst in een aangepaste woning te wonen. Een onderlinge afwijking tussen huidige en gewenste situatie is meestal de drijfveer om te verhuizen. Deze is, naast de inkomensontwikkeling, vooral afhankelijk van de levens- en gezinscyclus. Een aantal belangrijke trends zullen leiden tot andere (kwalitatieve) behoeften aan bouwmogelijkheden: - de toenemende gezinsverdunning - vooral door veroudering van de bevolking - zal een grotere vraag aan (al dan niet kleinere) woningen doen ontstaan: appartementen, woningen met kleinere of zonder tuin, woningen met specifieke zorgvoorzieningen (zoals serviceflats met daaraan gekoppelde voorzieningen). Ook qua ligging en woonomgevingskwaliteit worden andere eisen gesteld dan voorheen. - de afnemende behoefte aan bijkomende woningen (doordat de bevolking langzamer groeit en de stijging van het aantal gezinnen minder sterk zal worden) maakt dat het kopen van een bestaande woning meer en meer de overhand zal krijgen. 38 De frictieleegstand is de leegstand nodig om de verhuisbewegingen in de gemeente op te vangen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 128 van 268

129 - door de globale stijging van de prijzen op de vastgoedmarkt enerzijds en de demografische ontwikkelingen anderzijds wordt verwacht dat het bekostigen van een eigen woning voor steeds meer gezinnen een probleem zal gaan vormen. Een coherent overheidsbeleid kan hieraan deels een antwoord bieden door volgende doelgroepenbeleid voorop te stellen in het woonbeleid: - voor gezinnen met een bescheiden inkomen (sociale woningen): momenteel is er in Vlaanderen een tekort vastgesteld aan sociale woningen, met name sociale huurwoningen, voor gezinnen die zich geen eigen woning kunnen veroorloven. Bovendien wordt verwacht dat in de toekomst nog meer gezinnen niet meer de mogelijkheid tot eigendomsverwerving zullen hebben, voornamelijk door het stijgend aantal senioren (terugvallen op pensioen) en het stijgend aantal alleenwonenden en éénoudergezinnen (ééninkomensgezinnen). Wat betreft de kwantificering van deze behoefte kunnen een aantal indicatoren inzake sociale huisvesting worden vooropgesteld. - voor senioren (serviceflats en rusthuisbedden): door de snelle vergrijzing van de bevolking zal de behoefte aan voor senioren aangepaste woningen sterk doen toenemen. In de onderstaande paragrafen wordt een overzicht gegeven van de behoefte aan woningen door de berekening van de behoefte aan woongelegenheden in het kader van een doelgroepenbeleid Sociale huisvesting Bindend sociaal objectief Vlaams gewest Vanaf 1 januari 2009 is het decreet op het grond- en pandenbeleid in voege getreden. Dit decreet legt voor elke gemeente een bindend sociaal objectief vast. Voor de gemeente Huldenberg bedraagt dit bindend sociaal objectief de realisatie van 63 bijkomende sociale huurwoningen tegen Daarnaast dient de gemeente nog eens 12 bijkomende sociale huurwoningen te realiseren tegen Men kan stellen dat de realisatie van het bindend sociaal objectief tegen 2020 tot de taakstelling van dit gemeentelijk ruimtelijk structuurplan behoord. In onderstaande tabel wordt de berekening van het bindend sociaal objectief weergegeven. Tabel 9: bindend sociaal objectief Huishoudens op 01 januari Sociaal huuraanbod volgens de nulmeting (01/01/2008) 66 Aandeel sociaal huuraanbod volgens de nulmeting 1,85% 1: de Provinciale Verdeling voor Vlaams-Brabant 63 2: de beperking van het sociaal huuraanbod tot een aanbod sociale woningen van 9% (richtcijfer voor 2020, behoudens afwijkingen voor 2025) 3: bijkomende inhaalbeweging behoudens afwijkingen (richtcijfer voor 2025) Normen RSVB In het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant wordt gesteld dat er in buitengebiedgemeenten naar gestreefd wordt om min. 5% van de bijkomende woningen als sociale huurwoning te realiseren. Het aantal sociale huurwoningen in de buitengebiedgemeenten mag echter niet meer dan 8% (arrondissement Leuven) van het totaal aantal gezinnen bedragen. Voor Huldenberg geeft dit volgend beeld: in het totaal van 98 bijkomende wooneenheden moeten er minimaal 5 sociale huurwoningen voorzien worden. Het totaal aantal sociale huurwoningen te Huldenberg mag maximaal 285 (= 8% x 3.566) sociale huurwoningen bedragen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 129 van 268

130 De gemeente Huldenberg beschikt al over 66 sociale huurappartementen (bron: Nulmeting decreet grond- en pandenbeleid). Dit betekent dat er maximaal 219 (=285 66) sociale huurwoningen kunnen bijkomen tegen 2017 en dat er minimum 5 bijkomende voorzien moeten worden. Door de realisatie van het bindend sociaal objectief zal de gemeente deze norm niet overschrijden. Door de uitvoering van het bindend sociaal objectief ontstaat er geen conflict met het RSVB. Het RSVB legt geen criteria op voor de realisatie van bijkomende sociale koopwoningen en sociale kavels. Bindend sociaal objectief - sociale koopwoningen en sociale kavels provincie Vlaams Brabant Het decreet op het grond- en pandenbeleid legt op dat de gemeente, in overleg met het gemeentelijk woonoverleg, aan de deputatie een gemotiveerd verzoek moet overmaken voor de realisatie van bijkomende sociale koopwoningen en kavels. De provincie legt volgend bindend sociaal objectief op: - 29 sociale koopwoningen - 1 sociale kavel Overzicht sociale huisvestingsbehoeften Tabel 10: behoeftenberekening sociale huisvesting totaal te voorzien totale vraag bijkomende woningen 98 Behoefte aan sociale huurwoningen (volgens bindend sociaal objectief) 63 Behoefte aan sociale koopwoningen (volgens bindend sociaal objectief) 29 Behoefte aan sociale kavels (volgens bindend sociaal objectief) 1 Totale behoefte sociale woonmogelijkheden 93 Bovenstaande tabel geeft aan dat indien alle sociale doelstellingen binnen de planperiode gerealiseerd worden dit overeenkomt met meer dan 90% van de bijkomende huisvestingsbehoefte die voor deze planperiode berekend wordt. Voor de realisatie van het woonuitbreidingsgebied Priester-Delle werd een principieel akkoord afgeleverd waardoor er binnen de planperiode 53 sociale woningen kunnen gerealiseerd worden, waarvan minimaal 20 sociale huurwoningen en 9 sociale koopwoningen. De provincie is momenteel bezig met de omvorming van de camping Holiday Parks en Korenheide naar een zone waar permanente bewoning kan worden toegelaten. Binnen deze gebieden kunnen specifieke doelgroepenwoningen worden opgetrokken die ook in aanmerking komen voor de invulling van het bindend sociaal objectief. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 130 van 268

131 Seniorenhuisvesting Er moet rekening gehouden worden met een toenemende veroudering van de bevolking waardoor ook de totale zorgbehoevendheid binnen de bevolking stijgt. Mogelijkheden om hieraan te voldoen, situeren zich op vlak van huisvesting (zoals een aanpassing van de eigen woning) en/of op het vlak van zorgvoorzieningen (zoals huishoudhulp, thuisverzorging ). Sinds 1 april 1998 geldt in Vlaanderen een programmatienorm inzake serviceflats en rusthuisbedden 39. Deze normen zijn gelinkt aan het aantal inwoners in bepaalde leeftijdsklassen. Volgens deze norm moeten er in een gemeente 2 serviceflats aanwezig zijn per 100 (= 2%) 60- plussers. De programmacijfers voor rusthuizen worden als volgt bepaald: - 1 woongelegenheid per 100 bejaarden in de leeftijdsgroep 60 tot 74 jaar; - 4 woongelegenheden per 100 bejaarden in de leeftijdsgroep 75 tot 79 jaar; - 12 woongelegenheden per 100 bejaarden in de leeftijdsgroep 80 tot 84 jaar; - 23 woongelegenheden per 100 bejaarden in de leeftijdsgroep 85 tot 89 jaar; - 32 woongelegenheden per 100 bejaarden in de leeftijdsgroep 90 jaar en ouder. Tabel 11: behoefteberekening serviceflats en rusthuisbedden 2007 Tegen 2012 Tegen 2017 aantal inwoners 60-plussers behoefte serviceflats (2 %) huidig aanbod serviceflats Overschot/Vraag serviceflats aantal inwoners tussen jaar aantal inwoners tussen jaar aantal inwoners tussen jaar aantal inwoners tussen jaar aantal inwoners 90-plussers behoefte rusthuisbedden huidig aanbod rusthuisbedden Overschot/Vraag rusthuisbedden Wat serviceflats betreft, kwam uit de gemeentelijke woningbehoeftestudie dat er tegen 2017 een vraag zou zijn van ca. 50 serviceflats. De behoefte aan serviceflats wordt voor een deel ingevuld door de 25 geplande serviceflats aan het RVT Ter Meeren (vergunning afgeleverd). Aan de overblijvende behoefte wordt tegemoet gekomen in het klooster Keyhof waar 60 serviceflats gepland zijn (attest voor herbestemming afgeleverd). Zo zou aan de behoefte tot en met 2017 worden tegemoet gekomen. Wat woongelegenheden in rusthuizen betreft, zou er tegen 2017 een vraag zijn van ca. 132 rusthuisbedden. Het huidige aanbod wordt verzorgd door het RVT Ter Meeren met een capaciteit van 108 rusthuisbedden. Op het moment kan de theoretische behoefte hierdoor net niet worden ingevuld. 39 Bron: Vlaams agentschap zorg en gezondheid; Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 131 van 268

132 Momenteel is het rusthuis bezig met een vervangingsnieuwbouw. Dit gebouw is bestemd voor de 75 bewoners die momenteel in het RVT-gedeelte wonen. Het oude RVT-gebouw wordt omgevormd tot een dagverzorgingscentrum en ingericht voor kortverblijven. Hier wordt voorzien in 4 kortverblijven en 13 verblijven in het dagverzorgingscentrum. Deze verblijven verhogen de rusthuiscapaciteit in de gemeente niet. Tegen 2017 zal zich vermoedelijk een bijkomende behoefte voordoen van ca. 24 rusthuisbedden. Niet alle senioren echter hebben nood aan een zorgwoning. Heel wat senioren die een combinatie van zorgverlening en zelfstandig wonen zoeken, vinden een geschikt onderkomen bij familie. Daarnaast zijn er ook senioren die vooral op zoek zijn naar een geschikte woonmogelijkheid die aangepast is aan hun gezinsgrootte en fysieke mogelijkheden (appartementen). NKPK ^~åäçç=~~å=äçìïãçöéäáàâüéçéå= De mogelijkheden om de behoefte aan bijkomende woningen op te vangen binnen de huidige zoneringen voor wonen, betreffen: - overmatige en/of langdurig leegstaande woningen; - omvorming van andere leegstaande gebouwen; - verdichtende vervangingsbouw; - onbebouwde percelen langs uitgeruste weg of in goedgekeurde verkavelingen; - ontwikkeling van niet-uitgeruste gronden in woongebied of woonuitbreidingsgebied Overmatige en/of langdurig leegstaande woningen Tijdelijke leegstand van een aantal woningen is normaal, bv. Tussen twee verhuurperiodes of bij verkoop. Dergelijke leegstand frictieleegstand genoemd is nodig om een normale woonwisseling toe te laten. In de gemeente Huldenberg wordt uitgegaan van een frictieleegstand van 2,5% van het totaal aantal woningen. Omdat het hier om voortdurend wisselende woningen gaat die kortdurend leegstaan, is inventarisatie niet echt mogelijk. Er is geen vermoeden dat er op vandaag uitzonderlijk veel woningen (meer dan een normale frictieleegstand) leegstaan. Wél zijn er een aantal woningen die langdurig (meer dan 1 jaar) leegstaan. Deze kunnen veelal niet als een geschikt woonaanbod beschouwd worden (niet op de markt bv. Door onverdeeldheid bij erfenis, in slechte staat, niet aan te passen naar huidige woonnormen ). Uit de inventarissen van verwaarloosde woningen en van ongeschikt/onbewoonbaar verklaarde woningen van 2007 blijkt dat er 20 woningen als langdurig leegstaand beschouwd moeten worden Omvorming van leegstaande gebouwen Een aantal gebouwen en terreinen die hun vroegere gebruikswaarde hebben verloren of op korte of middellange termijn gaan verliezen, komen onder meer omwille van hun ligging, zeker in aanmerking om omgevormd te worden naar een woonfunctie. De herstructurering van deze gebouwen en terreinen vergt vooral een projectmatige aanpak, hetzij vanuit de private sector, hetzij vanuit de overheid al dan niet samen met derden. In Huldenberg zijn er een aantal gebouwen aanwezig waar ook de omvorming tot woongelegenheden tot de mogelijkheden behoort en zelfs wenselijk is, bijvoorbeeld het kasteel van Neerijse en bijgebouwen: het gaat om een voormalig hotel dat beschermd is als monument en waar er vanuit de private sector 10 appartementen in zullen ondergebracht worden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 132 van 268

133 Verdichtende vervangingsbouw Door vervanging van bestaande woningen door appartementen of bv. Opsplitsing van woningen kunnen de toekomstige woonmogelijkheden verhogen binnen het al bestaande bouwweefsel. In hoeverre dit mogelijk is, wordt bepaald door de planologische voorschriften (bestemming, toegelaten bouwhoogte en diepte, toegelaten aantal woningen per pand ). Maar uiteindelijk zullen de beschikbaarheid van geschikte panden (te koop, geschikte perceelsconfiguratie ) en de rendabiliteit (waardevermeerdering t.o.v. de noodzakelijke investering) bepalen in hoeverre verdichtende vervangingsbouw zich ook werkelijk doorzet. Momenteel is er in de gemeente geen sprake van een tendens tot verdichtende vervangingsbouw. Er kan echter voor geopteerd worden om naar de toekomst toe de toegelaten bouwlagen te verhogen op een aantal plaatsen, om de stijgende nood aan woningen voor kleinere gezinnen (jonge koppels, alleenstaanden) en ouderen op te vangen Onbebouwde percelen aan een uitgeruste weg Bouwpercelen in een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling (ongeacht de bestemming in een bestemmingsplan) hebben een directe bouwtitel. Er kan bij wijze van spreken op vandaag een stedenbouwkundige vergunning worden verleend. Dit geldt ook voor de bouwpercelen die niet in een goedgekeurde verkaveling liggen, maar een woonbestemming hebben door een bestemmingsplan en gelegen zijn langs een voldoende uitgeruste weg. Alhoewel al deze percelen in principe bebouwd kunnen worden, moet men er rekening mee houden dat deze percelen maar mondjesmaat spontaan op de markt van het onroerend goed worden aangeboden en effectief als aanbod worden beschouwd. Voor de berekening van de potentiële bouwmogelijkheden op onbebouwde uitgeruste percelen in en buiten verkavelingen werd uitgegaan van volgende berekeningsprincipes: - voor de onbebouwde percelen in goedgekeurde verkavelingen, worden de verkavelingsvoorschriften gevolgd en alzo het aantal woningen berekend - voor de onbebouwde percelen met een woonbestemming wordt uitgegaan van de perceelsbreedten, de ligging van het perceel en type bebouwing in de omgeving. De totale breedte van naast elkaar gelegen percelen langs een uitgeruste weg wordt gedeeld door referentiewaarden, afhankelijk van het bestaande woningtype in de onmiddellijke omgeving. De referentiestraatbreedtes die op hoger niveau gehanteerd worden, zijn: 6 m straatbreedte voor gesloten bebouwing, 10 m voor een perceel bestemd voor halfopen bebouwing, 15 m voor open bebouwing. Tabel 12: onbebouwde percelen langs uitgeruste weg Tot 2003 Potentieel aantal bouwmogelijkheden Gerealiseerd tussen Totaal beschikbaar in 2008 in goedgekeurde verkaveling langs uitgeruste weg, niet in goedgekeurde verkaveling totaal * 725 * verdeling op basis van raming volgens verhoudingen Gemiddeld worden er in Huldenberg ca. 35 bouwvergunning afgeleverd voor nieuwbouw. De laatste 3 jaren werden er 89 vergunningen afgeleverd, of een gemiddelde van ca. 30 bouwvergunningen per jaar. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 133 van 268

134 Deze cijfers geven duidelijk aan dat de gemeente Huldenberg een sterk inwijkingsdruk kent en dat de reële aangroei van de gemeente hoger zal liggen dan de berekende groei volgens de gesloten bevolkingsprognose Woon(inbreidings)gebieden Niet uitgeruste gronden met een woonbestemming (in Huldenberg) kunnen pas bebouwd worden van zodra deze zijn uitgerust. Op basis van de KADSCAN, het gewestplan en de inventaris onbebouwde percelen werden een aantal ingesloten gebieden aangeduid in Huldenberg (zie tabel 13 en figuur 14). Voor het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle is een principieel akkoord bereikt. Het woonuitbreidingsgebied wordt daarom als woongebied aanschouwd en wordt dus mee in het aanbod gerekend. Tabel 13: woon(inbreidings)gebieden WUG1 Priesters Delle (Huldenberg) 1,96 ha Wo1 Eygenstraat, Kapelweg, Kapelbergstraat (Neerijse) 0, 78 ha Wo2 Terlaenenstraat, Schoolstraat, Kleine Schoolstraat, Leikstraalbeek (Ottenburg) 1,02 ha Wo3 Solheidelaan (Huldenberg) 2,25 ha Watertoets Opmerkingen Potentiële woningen Niet gelegen in ROG of in risicozone. Niet gelegen in ROG of risicozone. Niet gelegen in ROG of risicozone. Niet gelegen in ROG of risicozone. Dit woonuitbreidingsgebied is reeds deels gerealiseerd door eerste fase sociale verkaveling Priesters Delle (29 sociale kavels). Voor de tweede fase werd een principieel akkoord verleend voor 53 kavels. Het woonuitbreidingsgebied is gelegen nabij het dorpscentrum van Huldenberg, waar de meeste voorzieningen aanwezig zijn. Het gebied is eigendom van Intercommunale Interleuven. Gebied gelegen nabij kasteel van Overschie, ietwat verwijderd van de eigenlijke dorpskern van Neerijse. Het gebied is volledig omgeven door bebouwing. Mogelijke knelpunten zijn de perceelsstructuur en de moeilijke ontsluiting. Het gebied sluit aan bij het dorpscentrum van Ottenburg en is langs drie zijden omgeven door bebouwing. Ontsluiting mogelijk via de Terlaenenstraat. Mogelijk knelpunt is de perceelsstructuur. Het gebied sluit aan bij de dorpskern van Huldenberg en is langs drie zijden omgeven door bebouwing. Het gebied is vrij reliëfrijk. Er zijn verschillende ontsluitingsmogelijkheden. Bij ontwikkeling is het zicht op de dorpskern een aandachtspunt Totaal Woonuitbreidingsgebieden Woonuitbreidingsgebieden vormen een reserve aan bouwmogelijkheden. De gemeentelijke woonbehoeftestudie wordt opgemaakt met het uitgangspunt dat woonuitbreidingsgebieden reservegebieden zijn die in principe slechts voor realisatie in aanmerking komen na verwezenlijking van de woongebieden. In onderstaande tabel worden alle woonuitbreidingsgebieden, gelegen aan de dorpskernen, aangeduid. Voor elk uitbreidingsgebied wordt het potentieel aantal te realiseren wooneenheden ingeschat. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 134 van 268

135 Tabel 14: woonuitbreidingsgebieden WUG2 t veldeke (Sint- Agatha-Rode) 13,24 ha WUG3 Hollestraat (Loonbeek) 7,02 ha WUG4 Processieweg 4,38 ha WUG5 Kerkeveld 20,21 ha Watertoets Opmerkingen Potentiële woningen Niet gelegen in ROG of in risicozone. Niet gelegen in ROG of in risicozone. Niet gelegen in ROG of in risicozone Niet gelegen in ROG of in risicozone. Vrij grootschalig gebied dat omgeven is door bebouwing en in het noorden grenst aan de kern van Sint-Agatha-Rode. Het zuidelijke gedeelte heeft een vrij aaneengesloten karakter en wordt actief als akkerland gebruikt. Het noordelijk gedeelte wordt ingenomen door de achtertuinen van de aanpalende woongelegenheden langs de Leuvensebaan. In het uiterste noorden, naast de school, is een grasveld aanwezig. Er zijn verschillende ontsluitingsmogelijkheden. Dit gebied sluit bij de kern van Loonbeek en bij het open plateau van Duisburg (aanwezigheid felle taluds). Er zijn verschillende ontsluitingsmogelijkheden. Mogelijk knelpunt is de aantasting van de open ruimte. Dit gebied sluit aan bij de kern van Ottenburg. 66 Dit gebied sluit rechtstreeks aan bij de dorpskern van Neerijse. Het gebied is op korte termijn niet ontwikkelbaar. Het gebied is deels een reservegebied voor ontginning waarvoor recent een nieuwe vergunning werd aangevraagd om tot 2029 ca. 18 ha te ontginnen. Andere delen zijn bestemd als zone voor gemeenschapsvoorzieningen en opbaar nut (zie onder 3.1 gewestplan) Totaal Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 135 van 268

136 Figuur 15: ligging van de woon(inbreidings)gebieden en de woonuitbreidingsgebieden Geplande projecten Het RVT Ter Meeren heeft een vergunning gekregen voor de bouw van 25 serviceflats. Het klooster Keyhof een attest voor bestemmingswijziging naar 60 serviceflats. Het RVT heeft nog een uitbatingsvergunning tot Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 136 van 268

137 Samengevat: raming van het aanbod Periode Leegstaande gebouwen Omvorming van gebouwen Percelen langs uitgeruste weg, al dan niet in goedgekeurde verkaveling Percelen in goedgekeurde verkavelingen Percelen in woon(inbreidings)gebieden Percelen in woonuitbreidingsgebieden Bijkomende serviceflats Potentieel aantal woningen Totaal Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 137 van 268

138 NKQK qçéíëáåö=äéüçéñíé=ó=~~åäçç ~~åäçç= Marktaanbod Het volledig aanbod aan woningen zal natuurlijk niet allemaal tegelijk op de markt komen. In de planperiode van deze studie zal slechts een deel van de percelen op de markt komen. Vandaar dat slechts een deel van het aanbod aan percelen in aanmerking genomen mag worden als mogelijkheid om de behoefte aan bijkomende woongelegenheden op te vangen. Er wordt aangenomen dat elke 5 jaar ca. 15% van de uitgeruste percelen op de markt verschijnt of 3% per jaar. Voor de verkavelingen wordt op basis van de vervalregel (opgenomen in het decreet van de ruimtelijke ordening) uitgegaan van een realisatiepercentage van 1/3 (= 33,33%) op 5 jaar. In recente verkavelingen zal het realisatiepercentage wellicht hoger liggen. Tabel 15: marktaanbod Leegstaande gebouwen Omvorming van gebouwen Aanbod loten in goedgekeurde verkavelingen (=33,33% op 5 jaar van 150 en van 100) Aanbod uitgeruste, onbebouwde percelen in woongebied volgens gewestplanbestemming (15% op 5 jaar van 575 en 489) Aanbod in woon(inbreidings)gebieden (15% op 5 jaar van 105) Bijkomende serviceflats Geschat aantal woon/bouwmogelijkheden op de markt Confrontatie vraag en aanbod Rekening houdend met het feit dat zowel de behoefte als het aanbod uitgaat van een raming, heeft onderstaande toetsing louter een indicatieve waarde wat betreft de noodzakelijkheid of de wenselijkheid om een bijkomend aanbod te ontwikkelen. Tabel 16: confrontatie vraag en aanbod Aanbod Behoefte Aanbod behoefte Uit de confrontatie van aanbod en behoefte blijkt dat het aanbod voldoende is om de behoefte te dekken. In de volledige planperiode is er een overschot aan 288 bouwpercelen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 138 van 268

139 Besluit Uit de confrontatie van vraag en aanbod blijkt dat geen bijkomend aanbod zal moeten voorzien worden om aan de vraag te beantwoorden. In de vooropgestelde planperiode zal dus geen extra woonuitbreidingsgebied of bijkomend woongebied moeten aangesneden worden. Naast het aanbod op de uitgeruste percelen, is er in Huldenberg nood aan specifieke huisvesting voor bepaalde doelgroepen zijnde jonge gezinnen met een beperkter inkomen en seniorenwoningen. Deze behoefte wordt geraamd op 89 bijkomende sociale woonmogelijkheden (63 sociale huurwoningen, 29 sociale koopwoningen en 1 sociale kavel). Met de realisatie van Priesters Delle worden al 53 woonmogelijkheden hiervan opgevangen (of ca. 57%). Gerekend aan een gemiddelde oppervlakte van ca. 15 woningen/ha, zou voor het opvangen van de bijkomende woonbehoeften een oppervlakte van ca. 2,7 ha ontwikkeld moeten worden. Een deel van deze behoeften kan mogelijks ook opgevangen worden binnen de om te vormen campings Holidays Parks en Korenheide Er is geen bijkomende behoefte aan serviceflats te verwachten. Een beperkte behoefte aan 24 rusthuisbedden is te verwachten. In het richtinggevend deel zal worden aangegeven voor welke gebieden een ontwikkeling wenselijk is en welke worden gereserveerd. Daarbij zal rekening worden gehouden met de gewenste ruimtelijke structuur, de effectieve mogelijkheden en de beleidsmogelijkheden. Bovendien dient te worden opgemerkt dat de gemeente voorstelt een aantal zones met permanente bewoning uit te doven. Dit kan leiden tot een verhoging van het doelgroepenbeleid met 20 sociale woningen. Deze materie valt echter onder provinciale taakstelling. In het richtinggevend deel zullen wel suggesties aangegeven worden waar deze gezinnen eventueel kunnen worden ondergebracht. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 139 van 268

140 OK _baofgsfdebfa= In het kader van het structuurplan wordt een raming van de behoefte aan bedrijventerreinen gemaakt, om na te gaan in hoeverre hiervoor een geschikte locatie gevonden moet worden. De behoeften werden bepaald uitgaande van een bedrijvenenquête. Deze behoefte moet ook worden afgewogen t.o.v. het bestaande aanbod aan mogelijkheden binnen bedrijfszoneringen. OKNK oìáãíéîê~~ö=î~å=äéçêáàîéå= De behoefteraming voor Huldenberg wordt opgesplitst in 2 delen: - de ruimtevraag van de bestaande bedrijven. Uit navraag bij de bedrijven is gebleken dat sommige bestaande bedrijven bij uitbreiding niet optimaal meer op hun huidige locatie kunnen functioneren, hetzij vanuit bedrijfsoogpunt, hetzij vanuit de draagkracht van de omgeving. Hierbij wordt vooropgesteld dat de huidige bedrijvigheid zoveel mogelijk in de gemeente moet blijven. - de ruimtevraag voor nieuwe bedrijven. Hierbij moet vooropgesteld worden dat in Huldenberg enkel ruimte kan voorzien worden voor lokale bedrijvigheid, niet voor grote industrieën Ruimtevraag van bestaande bedrijven In onderstaande tabel wordt een opsomming gegeven van de verschillende bedrijven, die een uitbreidingswens hebben. Voor de bedrijven wordt aangegeven of uitbreiden ter plaatse nog opportuun is of niet. Tabel 17: ruimtevraag bestaande bedrijven Naam Bestem ming Huidige opp. Uitbreid. behoefte Opmerkingen Ter plaatse uitbreiden opportuun? Olislaegers Bouwwerken (1,1 ha nodig) WGLK m² m² Dit bedrijf is in principe niet zonevreemd, maar dit bedrijf zal bij uitbreiding zonevreemd worden. Gezien de huidige omvang en activiteiten van het bedrijf en de toekomstige ruimtebehoeften, kan een herlokalisatie op zijn plaats zijn Ja, indien kleinschalig, gebufferd en geen hinder K. Wille-Wille & zoon (1,5 ha nodig) P m² zoveel mogelijk Gezien de zonevreemde ligging in de IJsevallei, de huidige omvang van het bedrijf, de toekomstige ruimtebehoeften en het feit dat het bedrijf geen uitbreidingsmogelijkheden meer heeft op de eigen terreinen, lijkt een herlokalisatie op zijn plaats. Neen Er is voor het bedrijf een planologisch attest afgeleverd en een gewestelijk RUP opgemaakt. Michel Stas BVBA (0,5 ha nodig) WGLK/ LWAG m² m² Dit bedrijf is gelegen in een verkaveling. Het bedrijf heeft dringende uitbreidingsbehoeften. Er is voor het bedrijf een negatief planologisch attest afgeleverd. Ja, indien kleinschalig, gebufferd en geen hinder. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 140 van 268

141 Naam Bestem ming Huidige opp. Uitbreid. behoefte Opmerkingen Ter plaatse uitbreiden opportuun? Bouwmaterialen Vlasselaer / Van Bever (1,2 ha) C met nabest. LWAG m² Geen Vrij grootschalig, geïsoleerd bedrijf gelegen midden op een open plateau. Er is echter wel sprake van omgevingshinder door de ligging, door de schaal van het bedrijf en door de verkeersgeneratie. Neen Er werd door de gemeente een negatief planologisch attest afgeleverd. BVBA Van Kerckhoven WGLK / N 1.471m² Geen Het bedrijf is gelegen nabij de samenloop van de Laan- en Dijlevallei. Neen DSM AG 1.340m² Geen Het vlees- en visverwerkend bedrijf ligt in agrarisch gebied. Het bedrijf is gelegen nabij de Laanvallei (op < 80m). Neen De concreet aantoonbare ruimtevraag voor bestaande bedrijven bedraagt m². Voor de bedrijven die een ruimtevraag hebben, is een kleinschalige uitbreiding ter plaatse en onder voorwaarden mogelijk Ruimtevraag voor nieuwe bedrijven De behoefte aan nieuwe bedrijfsvestigingen is sterk afhankelijk van conjuncturele schommelingen en het aanbod aan vestigingsmogelijkheden. Om toch enigszins de dynamiek van nieuwe lokale bedrijfsinitiatieven in de gemeente en hun behoefte aan bedrijventerrein in te kunnen schatten, wordt gekeken naar het aantal bedrijven dat de voorbije jaren werd opgestart. Er zijn verschillende manieren om dit te onderzoeken, ofwel aan de hand van de handelsregisters ofwel aan de hand van de afgeleverde stedenbouwkundige vergunningen. Dit laatste geeft echter een vertekend beeld omdat enkel vergunningen worden afgeleverd wanneer er een bepaald aanbod is. Volgende tabel toont de afgeleverde stedenbouwkundige vergunningen voor de periode (recentere vergunningen zijn niet beschikbaar) waarvan de bestemming na de werken industrie, bouwnijverheid en ambacht, opslag, behandeling, vervoer, handel, horeca en handels-, bank-, financiële- en verzekeringsverrichtingen is. Uit deze tabel blijkt dat gemiddeld een drietal vergunningen per jaar worden afgeleverd. Tabel 18: Overzicht bouwvergunningen voor bedrijven Uit de gegevens van het NIS en de Federale Overheidsdienst Economie, KMO en Middenstand blijkt dat er zich in Huldenberg tussen gemiddeld 7 bedrijven per jaar gevestigd hebben en dat er ongeveer 8 bedrijven verdwenen zijn. Netto betekent dit dat er jaarlijks meer bedrijven en handelszaken stoppen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 141 van 268

142 Tabel 19: overzicht opgerichte en verdwenen bedrijven volgens NIS Aantal verdwenen ondernemingen Aantal opgerichte ondernemingen Effectieve groei Totaal Bron: NIS, FOD Economie, Middenstand en Energie op basis van de NACEBEL-codes: industrie (D); bouwnijverheid (F); vervoer, opslag en communicatie (I). Ook aan de hand van het handelsregister zouden deze cijfers geverifieerd kunnen worden met het aantal opgerichte bedrijven in Huldenberg. Deze gegevens zijn echter niet beschikbaar. Uitgaande van deze cijfers is het moeilijk een schatting te maken van het aantal nieuwe bedrijven. Aan de hand van de cijfers zou men kunnen stellen dat rekening dient gehouden worden met minimum 1 en maximaal 8 (= 81/10) bijkomende bedrijven. Indien we rekenen met gemiddeld 5 bedrijven aan 0,3 ha per lokaal bedrijf, dan bekomen we een behoefte van 1,5 ha. Deze bedrijven dienen niet noodzakelijkerwijze op een bedrijventerrein te worden afgezonderd, maar kunnen perfect en zonder hinder tussen de woonbebouwing functioneren. Gezien de aard van de huidige bedrijvigheid in Huldenberg is dit meer dan waarschijnlijk De totale ruimtevraag De totale ruimtevraag op het grondgebied van Huldenberg bestaat uit: - ruimtevraag bestaande bedrijven: m² of 1,07 ha; - ruimtevraag nieuwe bedrijven: m² of 1,50 ha. De totale ruimtevraag bedraagt m² of 2,57 ha. OKOK ^~åäçç= Aanbod op bedrijventerreinen Er is in de gemeente één industriezone. Het gaat om het industriegebied Florival dat ca. 5 ha groot is en verder loopt op het grondgebied van Grez-Doiceau. De bedrijfsruimten worden nu als opslagplaats en distributiecentrum voor de Benelux gebruikt door het bedrijf Exide Technologie (of de vroegere batterijenfabrikant Tudor). Andere delen van de bedrijfsgebouwen worden verhuurd aan andere bedrijven. Op het bedrijventerrein zijn ca. 24 bedrijven gevestigd. Hiervan zijn een 9-tal bedrijven gebonden aan Exide. Het deel van de industriezone van Florival op het grondgebied van Huldenberg is volzet. Er is geen reserve binnen de huidige bedrijfszoneringen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 142 van 268

143 Indien de opslagruimten vrijkomen, kunnen zich in deze zone meerdere kleine bedrijven vestigen Aanbod aan leegstaande bedrijfsruimten Er zijn in de gemeente geen leegstaande bedrijfsruimten Besluit Er is in de gemeente geen aanbod aan percelen voor bedrijvigheid. OKPK sê~~ö=îéêëìë=~~åäçç= Er is nood aan m² (of 2,57 ha) voor bedrijven. Ongeveer een kleine helft hiervan is voor bestaande bedrijven en de andere grote helft is een schatting voor nieuwe bedrijven. Het bedrijf K. Wille-Wille & zoon is al behandeld in een gewestelijk RUP. Voor de bedrijven Michel Stas en Vlasselaer/Van Bever werd een negatief planologisch attest afgeleverd. De twee andere bedrijven die een uitbreidingsbehoefte hebben, kunnen kleinschalig en onder voorwaarden eventueel ter plaatse uitbreiden. De ruimtelijke draagkracht mag hierbij niet worden overschreden en er mag geen hinder worden veroorzaakt. Er is in de gemeente geen aanbod aanwezig om bedrijven te herlokaliseren of om nieuwe bedrijven te vestigen. Eventuele nieuwe bedrijven kunnen wel nog in de woonlinten en de dorpen worden ondergebracht indien ze verweefbaar zijn met het wonen. In het kader van het GRS dient onderzocht te worden op welke manier de vraag aan een bijkomend bedrijventerrein kan opgevangen worden. Dit zal verder onderzocht worden onder hoofdstuk 4 van het richtinggevend deel. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 143 van 268

144

145 DEEL 5: KNELPUNTEN, BEDREIGINGEN, KWALITEITEN EN POTENTIES In dit deel worden enerzijds de knelpunten en bedreigingen besproken en anderzijds de kwaliteiten en potenties. De knelpunten en bedreigingen zijn veelal algemene of concrete problemen die zich in de gemeente voordoen en waarvoor een oplossing moet worden gezocht. De kwaliteiten en potenties zijn aspecten of gebieden die mogelijkheden bieden voor toekomstige ontwikkelingen in de gemeente. Hierbij kan worden aangestipt dat de beoordeling naar knelpunten en kwaliteiten veelal zeer persoonlijk is, hierdoor kan eerder gesproken worden van aandachtspunten. Hierna worden een aantal specifieke knelpunten en kwaliteiten aangegeven die van belang zijn voor Huldenberg. Deze worden gekoppeld aan een aantal algemene trends. Het zijn trends die ook hun weerslag hebben op de ruimtelijke ontwikkeling van Huldenberg en gebaseerd zijn op het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen en het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan (deelruimte Verdicht Netwerk). NK _b_lrtab=orfjqb lrtab=orfjqb= Algemene trends - De nederzettingsstructuur in het gebied binnen de invloedssfeer van Brussel en Leuven wordt gekenmerkt door een verregaande fragmentatie. Kernen zijn niet duidelijk afgelijnd, er is sprake van verlinting en straatdorpen (uitgegroeide linten). - Het hele gebied staat onder een sterke verstedelijkingsdruk. De nabijheid van Brussel speelt hierin een belangrijke rol. Dit beïnvloedt onder meer de grondprijzen, en daardoor ook onrechtstreeks het bebouwingspatroon. Wonen en woonondersteunende functies - Niettegenstaande de ligging nabij Brussel en Leuven heeft Huldenberg nog een vrij landelijk en zeer groen karakter. De verschillende dorpskernen hebben tot nu geen grootschalige uitbreidingen gekend en vertonen nog een typisch karakter. - Door de grote aanwezigheid van bouwkundig erfgoed, een aantrekkelijk kerkplein, enz. bezitten de verschillende dorpskernen een toeristische aantrekkingskracht. - De gemeente wordt gekenmerkt door een verder schrijdende lintbebouwing. Het gaat voornamelijk om residentiële bebouwing, soms in combinatie met agrarische bebouwing (en serres). Lintbebouwing is o.m. terug te vinden langs de N253, Wolfshaegen, Leuvensebaan, Vijverstraat, Veeweidestraat, Stroobantsstraat, Tommestraat, Neerpoortenstraat, Nijvelsebaan. Deze trend wordt bevestigd door het gewestplan. Door de toenemende lintbebouwing wordt de automobiliteit gestimuleerd, het landschap aangetast en verdwijnt het kerngevoel (afbakening van de kernen vervaagd). - Er bestaat een sterke druk op de woningmarkt door immigratie vanuit het Brusselse (o.a. Europeanen) en vanuit Leuven (o.a. oud-studenten van KUL). Huldenberg heeft een dure gronden woningmarkt, waardoor het gevaar bestaat van sociale verdringing en speculatie. Door de dure grond- en woningmarkt is de eigen bevolking vaak genoodzaakt buiten de gemeente een woning/ bouwgrond te zoeken. Er is dus een grote vraag naar betaalbare woningen voor de eigen bevolking. - Er is in de gemeente nood aan woningen voor bepaalde doelgroepen, zoals (kleinere) appartementen en serviceflats. - Een ander knelpunt is de aard van het woningpatrimonium: in de gemeente overheerst het wonen in open en halfopen bebouwing. Hierdoor zijn bepaalde doelgroepen genoodzaakt buiten de gemeente een woning te zoeken (bv. oudere bevolking bij wie alleenstaande woning te groot geworden is). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 145 van 268

146 - Het winkelapparaat in de gemeente stabiliseert, zo niet daalt. Dit heeft te maken met de aanwezigheid van grote winkels op korte afstanden te Overijse, Waver en Leuven. Bijkomend bestaat er door de dure huurprijzen ook een druk op het winkelapparaat. - De gemeente beschikt momenteel niet over een eigen containerpark. Het is hiervoor aangewezen op Bertem. - Er zijn een aantal zonevreemde sportvoorzieningen aanwezig in de gemeente. Het gaat om een tweetal voetbalterreinen, namelijk te Sint-Agatha-Rode (in de Leuvensebaan) en te Huldenberg (in de E. Gillisstraat). Daarnaast zijn er een drietal zonevreemde begraafplaatsen (waarvan twee gemeentelijke), namelijk te Huldenberg in De Limburg Stirumlaan, aan het klooster Keyhof en in Loonbeek achter de gemeenschool. Vier andere gemeentelijke begraafplaatsen liggen in de juiste zonering. - Binnen de kernen van de gemeente zijn nog vrij veel mogelijkheden tot verdichting. Er zijn nog drie woongebieden en drie woonuitbreidingsgebieden. - Uit het jeugdruimteplan is de nood aan bijkomende speelruimte gebleken; er is nood aan een speelbos, een bijkomend sportveld en er is gebrek aan een grote fuifruimte. - De kernen hebben een bepaalde toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht door de waardevolle gebouwen, de omliggende groengebieden, het landelijk karakter Toch kan de visuele kwaliteit in de kernen nog worden verbeterd. Een herinrichting van het openbaar domein, gekoppeld aan een verhoging van de verkeersleefbaarheid en verblijfskwaliteit in de kernen en het herstellen van zichtrelaties is wenselijk. Ruimtelijk-economische structuur - Huldenberg is een vrij landelijke gemeente met een overwegend residentieel karakter. De economische ontwikkelingen zijn er vrij beperkt gebleven. De gemeente beschikt niet over een eigen bedrijventerrein. Er is één industriezone aanwezig op de grens aan de Florivalstraat, waar de opslagruimten van één bedrijf gevestigd zijn. - Er zijn in de gemeente een aantal ontginningsgebieden aanwezig. Een daarvan, de in bedrijf zijnde zandgroeve langs Wolfshaegen ten zuiden van de kern van Neerijse, is in het gewestplan niet aangegeven als ontginningsgebied, maar als landschappelijk waardevol agrarisch gebied. Het op het gewestplan aangeduide ontginningsgebied in de Breembosstraat wordt niet als dusdanig gebruikt (landbouwgebied). De meeste ontginningen en stortingen lopen op hun einde. Ze brengen aanzienlijke verkeersdruk met zich mee in het open ruimtegebied. - Er zijn bepaalde storende activiteiten aanwezig: ontginningsgebieden die hinderlijk vrachtverkeer veroorzaken doorheen woonwijken, bepaalde bedrijven die hinderlijk vrachtverkeer veroorzaken doorheen woonwijken, die storende zichten met zich meebrengen - Naast een aantal bedrijven verweven in het woongebied komt ook zonevreemde bedrijvigheid voor. Deze zonevreemde bedrijvigheid kan een bedreiging vormen voor de leefbaarheid van de kernen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 146 van 268

147 OK lmbk=orfjqb= Algemene trends - De natuur- en landbouwfunctie worden bedreigd door een residentiële druk: verspreide bebouwing en lintbebouwing leiden tot versnippering van de open ruimte. - De vitale landbouw komt op verschillende plaatsen onder verstedelijkingsdruk te staan (druk van de grondprijzen). Landbouw wordt daardoor steeds meer en meer teruggedrongen. Bovendien neemt het aantal landbouwers steeds verder af waardoor steeds meer boerderijen leeg komen te staan. - De resterende open ruimte wordt steeds intensiever gebruikt. Door de nabijheid van stedelijke gebieden worden boscomplexen intensief bezocht, wat de natuurlijke waarden niet altijd ten goede komt. - Ondanks de toenemende versnippering van de open ruimte blijven er nog enkele grotere open ruimte gehelen open, die intensief gebruikt worden door de bewoners van het gebied. Toerisme en recreatie, natuur en landbouw kunnen ingezet worden om deze open ruimte gebieden kwalitatief open te houden. - Er zijn nieuwe tendensen aan de gang in de recreatieve sfeer. In de verblijfsrecreatie doen de campings het tegenwoordig minder goed. Het plattelandstoerisme zit in de lift. Huldenberg - Het open ruimtegebied van Huldenberg wordt gekenmerkt door bijzondere natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten. Huldenberg heeft een heuvelachtig en afwisselend landschap, dat vrij diep doorsneden wordt door de valleien van de Dijle, Laan en IJse. De valleibodems zijn ingenomen door weiden, hooilanden, boomaanplantingen en vijvers; ze vormen zeer waardevolle natuurgebieden, rijk aan fauna en flora. Vooral de Dijlevallei heeft een bijzondere meerwaarde voor de natuurfunctie op Vlaams niveau. Langs de valleiflanken en op de leemplateaus strekken zich weidse akkers uit, met veel vergezichten, veelal doorsneden door diepe holle wegen. - In de gemeente zijn nog grote bosgebieden en een vrij groot aantal bosfragmenten aanwezig. - Naast de aanwezige natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten zijn er in het gebied belangrijke kwaliteiten voor de landbouwsector. De aanwezige landbouwbedrijven zijn bijna allen gemengde bedrijven (akkerbouw veeteelt). De verschillende leemplateaus zijn bijzonder waardevol voor de akkerbouw (ganse zomer grasgroei ook bij droogte). Vooral het plateau van Duisburg is een belangrijk landbouwgebied voor de gemeente. - De open ruimte dreigt versnipperd te worden door de verder schrijdende lintbebouwing (zie eerder) en groeperingen her en der in het open ruimtegebied van een tiental huizen of bungalows. Het zijn storende elementen in het landschap. Instituut Ganspoel en het bedrijf Vlasselaer zijn storend gelegen op het plateau. - De natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten van een aantal waardevolle natuurgebieden worden verstoord door woon- en recreatieve functies. Zo zijn er op verschillende plaatsen in de Dijle- en IJsevallei weekendverblijven aanwezig. Twee visvijvers met bijhorende accommodatie liggen in de Dijlevallei (natuurgebied) en worden door een visclub uitgebaat. Eén visvijver ligt in parkgebied (aan R. Borremansstraat te Huldenberg). Een gedeelte van het Struikenbos is ingenomen als woonpark. Enkele campings liggen nabij waardevolle valleigebieden en boscomplexen, zoals de Dijle- en IJsevallei en het Margijsbos. Camping Gali en Les Chalets zijn deels zonevreemd gelegen. Een aantal weekendverblijven op campings worden permanent bewoond. Bovendien zijn er in de Dijlevallei nog een aantal illegale weekendverblijven gelegen. De manege Keihoeve is zonevreemd gelegen. - Het natuurlijk karakter van de IJsevallei wordt beperkt door de bebouwde zone langsheen de baan Leuven Overijse (N253). Deze bebouwingsband verdeelt de open ruimte van Huldenberg Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 147 van 268

148 praktisch in twee. Slechts op enkele plaatsen is er nog een open ruimteverbinding tussen het plateau van Duisburg (en de waardevolle as Weeberg Tersaertbos Langegracht) en de IJse- en Dijlevallei. Namelijk ten noorden van Neerijse en via het boscomplex Nieuwenhovenbos- Stokkembos; onder meer aan de Langerodevijver en ten noorden van Loonbeek is de bebouwing niet erg dicht. Deze verbindingsplaatsen bieden potenties naar de toekomst toe. - De open ruimte op het plateau van Waver (tussen Laan en Dijle) wordt aangetast door de bebouwde zones van Sint-Agatha-Rode en Ottenburg, die naar elkaar toe groeien door lintbebouwing en verspreide bebouwing. Er zijn potenties naar de toekomst toe ter vrijwaring van bebouwing van de zone rondom Florivalstraat, Groeneweg en Rodebos. - Nogal wat landbouwgronden komen in natuurgebieden voor. Naar schatting 20 % van de bedrijfsoppervlakte landbouw is in het gewestplan aangeduid als natuurgebied. Via verbreding van de landbouw kan hier gezocht worden naar een evenwicht tussen ecologische en landbouwdoelen. - Er heerst een toenemende druk op de open ruimte en landbouw, o.a. door maatregelen zoals het MAP. De opvolging van de landbouwbedrijfsleiders is in de helft van de gevallen niet verzekerd, zodat er leegstaande bedrijfsgebouwen voorkomen. - Het uitzicht van Huldenberg (en de gehele streek) wordt bepaald door de aanwezigheid van talrijke serres voor de druiventeelt. Deze serres situeren zich voornamelijk langs de N253 en langs uitlopers van de kernen van Huldenberg, Loonbeek en Neerijse, in het landelijk woongebied. De gronden waar de serregebouwen op werden gevestigd, zijn niet interessant voor andere landbouwdoeleinden gezien de ligging op de rand van steile hellingen. Omwille van de lage economische rentabiliteit van de druiventeelt is het aantal bedrijven die nog actief aan serrebouw doen sterk achteruit gegaan. De verschillende in onbruik geraakte serregebouwen worden dan ook geleidelijk aan afgebroken of blijven ongebruikt bestaan. - In de gemeente dreigen bodemerosie en bodemverlies uit te groeien tot een groot probleem. Dit heeft niet enkel gevolgen voor de landbouw. Het afstromend sediment komt uiteindelijk in de beken terecht en kan wateroverlast veroorzaken. - Door intensivering van de landbouw, uitbreiding van de bebouwing verdwijnen steeds meer kleine landschapselementen. - Door de aanwezige natuurwaarden in de gemeente (verschillende natuurgebieden, grote aaneengesloten boscomplexen...), de landschappelijke kwaliteiten van de gemeente (systeem van plateaus en valleigebieden, vergezichten...) in combinatie met toeristische aantrekkingskracht van de verschillende dorpskernen (o.a. beschermde gebouwen, landelijk karakter), oude hoevecomplexen en kastelen in de open ruimte... heeft de gemeente heel wat potenties naar toerisme en zachte recreatie toe. - De open ruimte heeft een belangrijke toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht. In de recreatieve sector doen zich echter nieuwe tendensen voor. Zo doen de campings het tegenwoordig minder goed. Een aantal recreatiezones in het gewestplan zijn slechts voor een deel bezet door een camping of worden oneigenlijk gebruikt (bv. door permanente bewoning). Een camping is al gesloten. - Door de aanwezige tendensen in de landbouwsector (bedrijfsopvolging niet altijd verzekerd, dure landbouwgronden, achteruitgaande rendabiliteit...) zijn er potenties in de sfeer van plattelandstoerisme. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 148 van 268

149 PK sbohbbo=bk=sboslbo= Algemene trends - De bereikbaarheid in de regio is afgestemd op autoverplaatsingen. Door een verregaande fragmentatie en versnippering wordt een efficiënte ontsluiting met het openbaar vervoer steeds moeilijker. - Omwille van de congestie op de hoofdwegen geraken ook de oude steenwegen overbelast. Huldenberg - Bedrijven en voorzieningen vestigen zich steeds meer buiten de bebouwde kom. Hierdoor wordt de automobiliteit gestimuleerd en het landschap aangetast. Het gaat onder meer om volgende voorzieningen: instelling Ganspoel ligt geïsoleerd in het agrarisch gebied tussen Huldenberg en Duisburg (Tervuren); het bedrijvencomplex van het bedrijf Exide (vroeger accumulateurs Tudor) op de industriezone aan de Florivalstraat ligt deels op het grondgebied van Huldenberg, deels op het grondgebied van het Waals Gewest. De industriezone heeft een geïsoleerd karakter. onmiddellijk zuidelijk van Ottenburg, op grondgebied Waver, heeft zich het farmaceutisch bedrijf GlaxoSmith Kline (GSK) gevestigd en diverse andere bedrijven. Deze worden via de N257 (noordelijke ringweg Waver) ontsloten naar de E411 (Bierges). Via de Leuvensebaan en de N253 is er sluipverkeer doorheen Huldenberg. - Lintbebouwing stimuleert de automobiliteit en bemoeilijkt de aanpak van verkeersveiligheids- en leefbaarheidsproblemen. - Hinderlijk is het vrachtverkeer naar de zandgroeven en stortplaatsen voor de verschillende woonzones. - Er is een gebrek aan veilige voetpaden of begaanbare bermen en fietsvoorzieningen langs diverse gemeentelijke verbindingswegen, vooral de situatie langs de N253 (Leuven Overijse) is schrijnend. Er heerst ook een verkeersonveiligheidsgevoel aan de schoolomgevingen te Neerijse en Loonbeek. - De optimalisering van voorzieningen voor het toeristisch-recreatief fietsgebruik (bewegwijzering, informatie, accommodatie) is nodig. - Er is verkeersoverlast door sluipverkeer doorheen de gemeente vanuit Waver, Nethen, Florival, Sint-Joris-Weert, Archennes en Pécrot in de richting van Brussel, Tervuren en Zaventem; er is sluipverkeer via E411 naar E40. - Een potentie is dat het verkeer op een natuurlijke manier wordt afgeremd door het bochtig profiel van de weg, het reliëf en de dichte voorbouwlijn van de woningen (optische versmalling). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 149 van 268

150

151 of`eqfkddbsbka=abbi= DEEL 6: VISIE OP DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING NK rfqd^kdpmrkqbk= RSV en RSVB als kader De gewenste ruimtelijke ontwikkeling van Huldenberg wordt uitgewerkt binnen de lijnen van en beperkingen van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB). Volgens de decretale bepalingen moet het lagere plan zich richten naar de hogere plannen. De kans op tegenstrijdigheden tussen het gemeentelijk structuurplan en de hogere plannen wordt hierdoor uitgesloten. De gemeente Huldenberg wil het provinciaal ruimtelijk structuurplan verder uitwerken, verfijnen en, indien nodig, geargumenteerd aanvullen. Werken aan ruimtelijke kwaliteit De essentie van een ruimtelijk structuurplan is het streven naar ruimtelijke kwaliteit. Daarmee wordt de kwaliteit van de leefomgeving en van de verschillende aanwezige activiteiten bedoeld. Werken aan kwaliteit van de ruimte is één van de manieren om te werken aan een goede samenleving. Een hoge ruimtelijke kwaliteit betekent dat verschillende activiteiten goed functioneren en dat zij optimaal functioneren ten opzichte van elkaar. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling, die voorziet in de behoeften van de huidige generatie, zonder daarmee voor de toekomstige generaties de mogelijkheid in gevaar te brengen om ook in hun behoeften te voorzien. Het is met andere woorden een ontwikkeling, die problemen en knelpunten niet voor zich uitschuift en niet afwentelt op toekomstige generaties. Duurzame ruimtelijke kwaliteit houdt in dat oplossingen voor ruimtelijke problemen kaderen in een langetermijnperspectief. Dit perspectief biedt een kader waarin de stabiliteit van structuren en van systemen wordt afgewogen tegen de noodzaak tot verandering en vernieuwing. De ruimte is schaars ten opzichte van de talrijke menselijke behoeften en activiteiten. Hierdoor is het noodzakelijk om zuinig om te springen met de ruimte. Dit betekent dat de open ruimte en de natuurlijke elementen binnen deze ruimte maximaal moeten worden beschermd. Verdichting, inbreiding en bundeling van activiteiten zijn de basisvoorwaarden voor een duurzame ruimtelijke ontwikkeling. Functievermenging draagt bij tot een zuinig ruimtegebruik en tot een duurzame ruimtelijke ontwikkeling. Functievermenging zorgt dat meerdere functies en activiteiten op verschillende manieren of tijdstippen gebruik maken van dezelfde ruimte. Dat verhoogt de efficiëntie van gebouwen, infrastructuur, pleinen en spreidt de kosten over een groter aantal gebruikers. Door de vermenging van wonen, werken, recreatie en voorzieningen verlaagt de behoefte aan verplaatsingen of kunnen deze eenvoudiger te voet of met de fiets gebeuren en kan openbaar vervoer beter worden georganiseerd. Diversiteit en samenhang Geen enkele gemeente bestaat uit een homogene ruimte. Binnen het grondgebied van Huldenberg kunnen een aantal deelruimten worden onderscheiden, elk met hun eigen kwaliteiten en potenties. Ook de dorpskernen zijn verschillend van aard en kunnen niet op dezelfde manier worden ontwikkeld. Deze diversiteit is een kwaliteit en moet in het structuurplan worden bevestigd en versterkt. Er zal optimaal worden ingespeeld op de eigen ontwikkelingsmogelijkheden en de eigen karakteristieken van de betrokken deelruimten. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 151 van 268

152 Samenhang kan worden beschouwd als een aanvulling op diversiteit. Een verregaande diversiteit kan de samenhang tussen de verschillende deelgebieden in gevaar brengen. De natuurlijke structuur (beekvalleien, groenstructuren, reliëf ) stopt niet aan de grenzen van de deelruimten. Verkeersinfrastructuren verbinden gebieden met elkaar. Kleinere dorpskernen hebben functionele banden met elkaar en met het centrum. Het zoeken naar structurerende elementen, die samenhang tussen de verschillende deelgebieden bevorderen, zal een aandachtspunt zijn binnen het kader van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 152 van 268

153 OK eriabk_bodw=^^kdbk^jb=tllkdbjbbkqb b=tllkdbjbbkqb= De gemeente Huldenberg is een buitengebiedgemeente ten zuidoosten van Brussel. Huldenberg is gelegen in het Dijleland en wordt wel eens de drie-rivieren-gemeente genoemd. Enerzijds zijn er de Dijle, IJse en Laan, die door hun respectievelijke valleien stromen, anderzijds zijn er de steile hellingen met op de toppen van de plateaus uitzichtpunten en de beboste gebieden. Hierdoor heeft de gemeente een verscheiden landschap en een aangenaam groen landelijk karakter. De gemeente ligt in de nabijheid van Brussel en Leuven, twee stedelijke gebieden die voor Huldenberg van belang zijn als tewerkstellingspolen en als centra met bovenlokale voorzieningen en naar waar er veel pendelbewegingen gebeuren. Door het gebrek aan grote infrastructuurbundels in het gebied is de verstedelijking vrij beperkt gebleven en heeft de gemeente zijn landelijk karakter weten te behouden. De verschillende dorpskernen hebben tot nu toe geen grootschalige uitbreidingen gekend. Toch is er een druk op de open ruimte door inwijking. De rustige omgeving, het gedifferentieerd landschap, de relatieve nabijheid ten opzichte van de stedelijke gebieden Brussel en Leuven maken dat het in de gemeente aangenaam is om te wonen. Huldenberg zal ook in de toekomst een belangrijke rol blijven spelen als woongemeente. Een kwalitatieve woonomgeving, waarbij voldaan wordt aan de lokale behoeften zal hiervoor een voorwaarde zijn. Dit betekent dat het wonen in de kernen wordt gebundeld, dat de aanwezige bedrijvigheid een lokaal karakter heeft, dat groenelementen, de rust, het typische karakter van de dorpskernen, enz. maximaal wordt behouden. Opdat de verschillende kernen hun levendigheid zouden behouden, is het ook van belang dat het voorzieningenaanbod op peil wordt gehouden. Dit slaat op de uitbouw van commerciële voorzieningen, maar ook op recreatieve, culturele voorzieningen en voorzieningen in de sfeer van het verenigingsleven. Gelet op de aanwezige natuurwaarden en de landschappelijke kwaliteiten van de gemeente, zullen de ontwikkelingen in Huldenberg ook belangrijk zijn in het versterken van de landschappelijke en natuurlijke structuur in de regio. Wegens deze kwaliteiten heeft Huldenberg ook een grote potentie in de recreatieve sfeer. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 153 van 268

154 PK _^pfpalbipqbiifkdbk= Het is de betrachting van Huldenberg om een kwaliteitsvol ruimtelijk beleid te voeren. De visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Huldenberg baseert zich hiervoor op de volgende doelstellingen: Uitbouwen van leefbare en levendige dorpskernen Uitbouwen van leefbare en levendige dorpskernen kan op verschillende manieren worden ingevuld. Zo kan een herinrichting van het openbaar domein, het versterken van voorzieningen en functies, het op peil houden van de kwaliteit van de woningen, het afremmen van de snelheid van het autoverkeer, het behoud van het evenwicht in de verweving van functies bijdragen tot een leefbare en levendige dorpskern. Maatregelen en acties voor het versterken van de leefbaarheid en de levendigheid in de dorpskern moeten per dorpskern bekeken worden en zullen telkens anders ingevuld moeten worden. Uitbouw van lokale woonondersteunende functies Om de levendigheid van de verschillende kernen te bewaren, is een voldoende ondersteuning van het wonen in de kernen door woonondersteunende functies (sport en spel, cultuur, verenigingsleven, gezondheidszorg... maar ook handel, horeca en commerciële diensten) noodzakelijk. Het uitbouwen van lokale woonondersteunende functies houdt in dat bestaande functies en voorzieningen op hun huidige locatie worden geoptimaliseerd of versterkt. Bij het verder uitbouwen van functies en voorzieningen wordt de voorkeur gegeven aan functies en voorzieningen die aansluiten bij of gelegen zijn in de dorpskernen. Op deze manier ontstaat er een groter draagvlak voor de dorpskernen. Het uitbouwen van lokale functies en voorzieningen betekent niet altijd dat op alle plaatsen dezelfde ontwikkelingen moeten worden voorzien. Het aanbieden van specifieke functies op één plaats in de gemeente versterkt de diversiteit in de gemeente of de eigenheid van de dorpskern of deelruimte. Bij het uitbouwen van functies dient ook voldoende aandacht te gaan naar kwalitatieve open ruimtegebieden. Deze moeten waar mogelijk hun open ruimtefunctie behouden. Maximaal vrijwaren van de landschappelijke, natuurlijke en agrarische kwaliteiten In het verleden is de open ruimte in de gemeente ondanks de ligging in de omgeving van Brussel en Leuven - nog vrij goed gevrijwaard gebleven van nieuwe ontwikkelingen. Huldenberg is een gemeente met heel wat landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten en waar waardevolle gebieden voor de landbouw gelegen zijn. Kwalitatieve aspecten als de aanwezige open ruimte, groenelementen, waardevolle natuurgebieden, het landschap, de rust, enz. zijn van essentieel belang voor de woonomgevingskwaliteit van de verschillende kernen (groen, open ruimte, rust). Bovendien biedt het open ruimtegebied potenties voor de toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht van de gemeente. Er wordt ernaar gestreefd om deze open ruimte in de toekomst toe maximaal te beschermen en dit gekoppeld aan de inzet van natuur, landbouw en zachte recreatie. In de gemeente zijn er een aantal gebieden aanwezig die van essentieel belang zijn voor het functioneren van de natuurlijke structuur op lokaal en bovenlokaal niveau. Doelstelling is deze waardevolle gebieden als natuur te vrijwaren. Op het vlak van landbouw wordt er naar gestreefd om toekomstige ontwikkelingen in de landbouw mogelijk te houden en de verdere ontwikkeling te stimuleren. Waar de landbouwfunctie primeert zal het beleid gericht zijn op het afremmen van niet-agrarische functies en de bescherming van de aanwezige landbouwstructuur. Uit het voorgaande blijkt dat er overlappingen zullen zijn van de verschillende functies van de open ruimte (landbouw, natuur, zachte recreatie). Een gebiedsgerichte afweging is nodig tussen de ontwikkelingsmogelijkheden van de landbouw, natuur en zachte recreatie. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 154 van 268

155 Versterken van het toeristisch-recreatief aanbod met aandacht voor de natuur- en landschapswaarden In de gemeente zijn er verschillende recreatieve campings, fiets- en wandelroutes. Dit wijst op de toeristische aantrekkingskracht van Huldenberg, vooral dan door de aanwezige natuur- en landschapswaarden waaronder de verschillende rivier- en beekvalleien en een aantal cultuurhistorische elementen zoals enkele oude hoeven, kastelen, landelijke dorpskernen... Het toeristisch-recreatief aanbod wordt verder uitgebouwd. Aandacht gaat hier voornamelijk naar het recreatief medegebruik van de open ruimte en van de kernen. Hiervoor zal de nodige infrastructuur worden voorzien. Dit wordt kleinschalig aangepakt door het openstellen van voetwegen, het voorzien van bewegwijzering... Verbeteren van de verkeersleefbaarheid De verkeersleefbaarheid vormt een belangrijk aandachtspunt in de gemeente. Problemen hieromtrent situeren zich op het vlak van het sluipverkeer doorheen de gemeente, verkeersonveiligheid voor zwakke weggebruikers, hinder door zwaar verkeer, gebrek aan goede alternatieven voor het autogebruik (openbaar vervoer, fietsroutes) en de perifere ligging van een aantal functies waardoor de automobiliteit wordt gestimuleerd, e.a. De ruimtelijke ontwikkelingen moeten er toe bijdragen dat alternatieven voor het autoverkeer worden gestimuleerd. De mogelijkheden om met het openbaar vervoer te gaan, te fietsen of te voet gaan veroorzaken immers niet allen minder omgevingshinder maar vergroten tegelijkertijd de mobiliteit van personen die niet over een wagen kunnen beschikken. Nieuwe inplantingen van belangrijke functies worden vooraf best getoetst op effecten in verband met verkeer en mobiliteit. Er dient daarom in het structuurplan uitgegaan te worden van een goed en eenduidig locatiebeleid voor functies dat voornamelijk gericht is op nabijheid. Doelstelling is een optimalisering van het wegennet door een wegencategorisering. Aan elk type weg wordt een bepaalde verkeersfunctie toegekend. Om de omgevingshinder te minimaliseren zal voor het zwaar vrachtverkeer op welbepaalde wegen een tonnagebeperking worden doorgevoerd. Uitwerken van een beleid voor zonevreemd ruimtegebruik Uit de analyse van de ruimtelijke structuur bleek dat er in de gemeente een aantal zonevreemde bedrijven en recreatieve terreinen aanwezig zijn. In het kader van het structuurplan zal met betrekking tot de verschillende zonevreemde constructies een afwegingskader worden opgemaakt. Bovendien zal een onderscheid worden gemaakt op basis van het morfologisch voorkomen, de wijze van concentratie, de relatie tot de natuurlijke en agrarische structuur, enz. Er zullen een aantal randvoorwaarden worden opgelegd om de zonevreemde bebouwing in te passen in zijn specifieke omgeving. Zonevreemde bedrijven krijgen waar mogelijk de nodige kansen, weliswaar binnen bepaalde grenzen. Ontwikkelen van een visie omtrent de ontginningsgebieden, zandgroeven en storten In de gemeente zijn ontginningsgebieden, zandgroeven en storten aanwezig. De activiteiten in deze gebieden lopen ten einde of zijn al beëindigd. Gezien de nabestemming of ontwikkelingen van de verschillende ontginningsgebieden een grote invloed kunnen hebben op de gemeente, wordt door de gemeente een visie ontwikkeld voor deze verschillende ontginningsgebieden en deze wordt als suggestie meegegeven aan het Vlaams Gewest. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 155 van 268

156 DEEL 7: RUIMTELIJKE PRINCIPES OF RUIMTELIJKE CONCEPTEN Rekening houdend met de beoogde doelstellingen worden een aantal ruimtelijke principes vooropgesteld. Deze ruimtelijke principes vormen de kapstok voor de verdere uitwerking van de gewenste ruimtelijke structuur van de gemeente. NK kfbrtb=tllklkqtfhhbifkdbk=fk=ebq=ellcaal fkdbk=fk=ebq=ellcaalom om= Bij de ontwikkeling van de verschillende kernen wordt een hiërarchisch onderscheid gemaakt tussen Huldenberg en de overige kernen in de gemeente. In het RSVB werd Huldenberg geselecteerd als hoofddorp. Dit betekent dat deze kern de lokale dynamiek op het gebied van wonen, bedrijvigheid, voorzieningen, administratieve dienstverlening dient op te nemen. De overige kernen zijn geselecteerd als kernen-in-hetbuitengebied. Het hoofddorp Huldenberg is het meest geschikt om bijkomende ruimtebehoeften op het gebied van wonen op te vangen zonder het landschappelijk karakter van de gemeente wezenlijk aan te tasten. De omringende en in de kern voorkomende waardevolle open ruimtegebieden zijn hierbij belangrijke elementen betreffende de woonkwaliteit en zijn grensstellend. De ruimtelijke kwaliteiten van Loonbeek, Neerijse, Ottenburg en Sint- Agatha-Rode situeren zich in het landelijke karakter. Deze landelijke kernen worden omringd door waardevolle open ruimtegebieden. In de toekomst dient de eigenheid van deze kernen verder versterkt. OK _bbhs^iibfbk=^ip=_^pfp=sllo=p^jbke^kd=lm fp=sllo=p^jbke^kd=lmbk=orfjqb bk=orfjqb= De structuurbepalende rivier- en beekvalleien, namelijk de Dijle, IJse en Laan, maar ook de andere beekvalleien en grachten, zijn belangrijke dragers voor de natuurlijke structuur in Huldenberg. Langs deze rivier- en beekvalleien zijn ook de belangrijkste natuurreservaten en boscomplexen gelegen. Deze natuur- en boscomplexen worden zoveel mogelijk met elkaar verbonden door dit geheel van rivier- en beekvalleien. Landschappelijk zijn de rivier- en beekvalleien eveneens van belang. Ze bepalen samen met de boscomplexen en heuvelruggen het uitzicht van de gemeente Huldenberg. Uit dit alles kunnen we opmaken dat de rivier- en beekvalleien belangrijke structurerende elementen zijn in de gemeente. Behoud, bescherming en ontwikkeling van deze waardevolle gebieden staat voorop. Vele beleidsopties zullen op Vlaams of provinciaal niveau genomen worden. De gemeente kan voor deze bovenlokale selecties enkel suggesties doen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 156 van 268

157 PK b`lklkljfp`eb=lkqtfhhbifkdbk= hbifkdbk=dbpqbrka=lm=p=mbfibo dbpqbrka=lm=p=mbfibop= De gemeente Huldenberg wordt getypeerd door een opeenvolging van plateaus en valleien, met soms sterke reliëfovergangen. Naast intrinsiek waardevolle natuuraspecten, is de structuur van de valleien, steilten en plateaus van een erg hoge visuele kwaliteit. Daarnaast wordt de gemeente niet doorkruist door een belangrijke verkeersader die het vrachtverkeer op een snelle manier kan afleiden naar het hoofdwegennet, zonder dat hierbij de verkeersleefbaarheid in de verschillende dorpskernen verder wordt aangetast. De meeste bedrijven hebben in de bedrijvenenquête aangegeven geen echte uitbreidingsbehoeften te hebben. Wel zijn er in de gemeente verschillende bedrijven aanwezig die omwille van de gemeentelijke structuur geen uitbreidingsmogelijkheden meer hebben op de huidige locatie. Hierdoor ontstaan er in de gemeente herlokalisatiebehoeften (concrete en bij eventuele groei van bestaande bedrijven). Daarnaast wenst men de mogelijkheden voor de vestiging van nieuwe bedrijven verder te ondersteunen. Het economisch beleid wordt daarom ontwikkeld op 3 peilers: 1. Maximale verweving van bedrijven in de dorskernen: In de dorpskernen, en bij uitbreiding in de woonlinten, dienen er voldoende ontwikkelingsmogelijkheden voorzien te worden voor de bestaande bedrijven en voor de vestiging van nieuwe bedrijvigheid. 2. Onderzoek naar de reconversiemogelijkheden van Florival: In de gemeente is er één bestaand bedrijventerrein gelegen in de Dijlevallei. De gemeente zal in haar onderzoek naar de ontwikkeling van een nieuw bedrijventerrein de reconversie- en uitbreidingsmogelijkheden van Florival onderzoeken. Gezien de ligging in de Dijlevallei is dit geen evidentie. 3. Onderzoek naar de mogelijkheden voor de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein: Indien reconversie en uitbreiding van Florival niet mogelijk blijkt zal de gemeente onderzoeken waar in de gemeente een nieuw lokaal bedrijventerrein kan ontwikkeld worden. QK ^^ka^`eq=sllo=ab=afsbopf ^`eq=sllo=ab=afsbopfqbfq=s^k=ab=lmbk=orf qbfq=s^k=ab=lmbk=orfjqbdb_fbabk jqbdb_fbabk= Het fysisch systeem heeft ervoor gezorgd dat er in Huldenberg duidelijk verschillende open ruimtegebieden kunnen onderscheiden worden (valleien, boscomplexen, open leemplateaus...). Het is de bedoeling van de gemeente om de specifieke kwaliteiten van elk open ruimtegebied te ondersteunen en te versterken zodat er een grote diversiteit in de gemeente aanwezig blijft. Op de open leemplateaus zal de landbouw ruimtelijk worden ondersteund, terwijl in de valleien de natuur, verweven met landbouw, voorop staat. De drie open leemplateaus zijn echter landschappelijk verschillend waardoor ook per plateau andere accenten zullen gelegd worden. Het beleid op het plateau van Duisburg is naast landbouw ook gericht op het vrijwaren van de ecologische waarde in een aantal structurerende natuurverbindingen en het behoud van het waardevol landschap dat overwegend uit een open kouterlandschap bestaat. Op het Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 157 van 268

158 plateau van Overijse wordt naast het behoud en versterken van de landbouw het behoud en versterken van aanwezige bos- en natuurcomplexen vooropgesteld. Het plateau van Waver wordt eerder als een kleinschalig landschap aanzien waar landbouw voorkomt in een kleinschalig landschap met verspreide bos- en natuurwaarden. Hierdoor versterkt de gemeente zich ook in toeristisch-recreatief opzicht een onderdeel van een ruimer buitengebied dat gelegen is tussen de stedelijke gebieden Leuven en Brussel. RK eriabk_bodi=kbbofgpb=bk=pfkq bk=pfkqj^d^qe^ ^d^qe^jolab=^ip= olab=^ip=ilh^ib= ilh^ib= qlbofpqfp`ejob`ob^qfbsb= ob`ob^qfbsb=hkllmmrkqbk=_fkkbk=a hkllmmrkqbk=_fkkbk=ab=dbjbbkqb b=dbjbbkqb= Ter versterking van de toeristisch-recreatieve potenties van de gemeente worden de kernen Huldenberg, Neerijse en Sint-Agatha-Rode uitgebouwd als uitvalsbasis voor het toerisme in de gemeente. In het hoofddorp Huldenberg uit zich dat door de nauwe band tussen het sterke reliëf, de IJsevallei, het historisch bouwkundig erfgoed... Ook de dorpskernen Neerijse en Sint-Agatha-Rode vertonen een landschappelijk hoogwaardig karakter. In deze drie dorpskernen zijn er heel wat potenties voor de verdere uitbouw van toerisme en zachte recreatie. Daarnaast is er natuurlijk het omgevende landschap (uitgestrekte plateaus, holle wegen, oude hoeves...), dat ook heel wat potenties biedt. SK bbk=ef o^o`efp`e=tbdbkkbqtboh=jbq=bih=bb bkkbqtboh=jbq=bih=bbk=bfdbk=crk`qf k=bfdbk=crk`qfb= Teneinde de ontsluiting naar het hogere wegennet veilig te stellen, en anderzijds de leefbaarheid in de dorpen en woonlinten maximaal te vrijwaren, wordt een hiërarchische selectie van wegen vooropgesteld. In het RSVB wordt de N253 voorgesteld als secundaire weg type III. Het is de belangrijkste verkeersdrager in de gemeente. Een goede verkeersleefbaarheid en veiligheid is voor de inwoners van Huldenberg van groot belang. Om alternatieven voor het autoverkeer te stimuleren is het van belang dat de belangrijkste bestemmingen binnen en buiten de gemeente ook met de fiets en het openbaar vervoer (bus) gemakkelijk en veilig bereikbaar zijn. Kaart 32: gewenste ruimtelijke structuur voor Huldenberg Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 158 van 268

159 DEEL 8: GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR NK dbtbkpqb=orfjqbifgh= tbkpqb=orfjqbifgh=ó=k^qrroifghb=pqor`qrr k^qrroifghb=pqor`qrro= De natuurlijke structuur in de gemeente Huldenberg is geënt op het fysisch systeem van valleien en plateaus. De valleien vormen de meest waardevolle en gevarieerde gebieden. De leemplateaus tussen de valleien bestaan meestal uit grote akkerbouwpercelen en zijn bijgevolg biologisch minder interessant. De holle wegen en boscomplexen op steile hellingen of op de hoogste toppen geven aan het gebied een biologische meerwaarde. NKNK açéäëíéääáåöéå= - Vrijwaren en versterken van de verschillende natuurlijke structuren in de gemeente Huldenberg, die onderdeel uitmaken van grotere structuren die de gemeentegrens overschrijden. - Uitbouwen van een natuurlijk netwerk door natuurlijke verbindingen. NKOK `çååééíéå= Rivier- en beekvalleien als basis van de natuurlijke structuur De natuurlijke structuur van Huldenberg wordt vooreerst bepaald door het voorkomen van een drietal zeer waardevolle rivier- en beekvalleien, namelijk de Dijle, IJse- en Laanvallei, die het Brabants plateau doorsnijden. De drie valleien vallen onder een Europese bescherming en zijn ook opgenomen in het VEN. In deze gebieden wordt het behouden en versterken van de natuurwaarden vanuit de hogere overheden vooropgesteld. Voor de gemeente is het wenselijk dat de eigen specifieke kenmerken van de valleien behouden blijven. In de overige beekvalleien en grachten wordt gestreefd naar het behoud van de aanwezige natuurwaarden. Behouden en versterken van bestaande boscomplexen Naast de rivier- en beekvalleien wordt de natuurlijke structuur ook bepaald door boscomplexen, die zich bevinden op de steile hellingen van deze valleien (bv. Margijsbos, Rodebos) en op de hoogste toppen van de plateaus. Het gaat om structuurbepalende boscomplexen en talloze verspreide, kleinere boskernen. De structuurbepalende boscomplexen zijn opgenomen in een Europese bescherming en in het VEN. De natuurwaarden in de boscomplexen worden behouden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 159 van 268

160 Kleine landschapselementen als natuurlijke verbindingen doorheen landbouwgebieden Naast boscomplexen en andere houtachtige begroeiingen vormen de holle wegen de meest waardevolle gebieden op de leemplateaus. Er zijn nog veel holle wegen aanwezig in de gemeente. Deze holle wegen zijn sterk verbonden met boselementen. Het complex van holle wegen, dat zich vooral op de plateaus heeft ontwikkeld, wordt behouden omdat het, samen met de bossen en andere houtachtige begroeiingen, de basis vormt van de natuurlijke (en ook landschappelijke) verbindingsstructuur doorheen de grootschalige landbouwgebieden. Aandacht gaat ook naar het behoud van taluds en andere kleine landschapselementen, regelmatig geassocieerd met droge valleien. NKPK déïéåëíé=êìáãíéäáàâ=j=å~íììêäáàâé=ëíêìåíììê å~íììêäáàâé=ëíêìåíììê= Kaart 33: gewenste ruimtelijk - natuurlijke structuur Grote Eenheden Natuur (GEN) en Grote Eenheden Natuur in Ontwikkeling (GENO), natuurverwevings-, bos- en bosuitbreidingsgebieden worden door het Vlaams gewest afgebakend. De natuurverbindingsgebieden en de gebieden van bovenlokaal ecologisch belang worden door de provincie aangeduid. Gebieden die noch door het Vlaams gewest, noch door de provincie worden afgebakend, kunnen op gemeentelijk niveau worden afgebakend. De gewenste ruimtelijk natuurlijke structuur van de gemeente Huldenberg wordt samengesteld uit volgende elementen op bovenlokaal en op lokaal niveau Bovenlokaal niveau Structuurbepalende rivier- en beekvalleien De Dijle-, Laan- en IJsevallei en de afleiding van de IJse zijn de grotere, structuurbepalende rivier- en beekvalleien binnen de gemeente. Het behoud, vrijwaren en versterken van deze beekvalleien als basis van de gemeentelijke ruimtelijk natuurlijke structuur en voor waterberging staat voorop. Voor deze structurerende rivier- en beekvalleien zijn al heel wat maatregelen genomen door hogere beleidsniveaus: - de Dijlevallei is integraal opgenomen als Europees Vogelrichtlijngebied, verschillende delen zijn opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied. Grote delen van de Dijlevallei zijn opgenomen in het VEN. Daarnaast zijn er op Vlaams niveau ook de natuurinrichtingsprojecten Dijlevallei en het Vlaams reservaat Vijvers van Florival. De provincie selecteerde de verbinding van natuurkernen langs de Dijle als natuurverbindingsgebied. - de IJsevallei is voor delen opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied. Delen van de IJsevallei zijn opgenomen in het VEN. Voor de IJsevallei werd een ecologisch herstelplan opgemaakt door AMINAL afdeling Water. - de Laanvallei is opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied. Op Vlaams niveau zijn delen van de Laanvallei opgenomen in het VEN en in het Vlaamse natuurreservaat Rodebos en Laanvallei. De concrete ontwikkelingsperspectieven zullen grotendeels bepaald worden door initiatieven van de hogere overheden. De gemeente staat achter de selecties van de hogere overheden, maar wenst tevens enkele suggesties te formuleren. De gemeente wil in bepaalde delen de functies recreatie en landbouw verenigen met de natuurfunctie en stelt daarom volgende suggesties voor: - mogelijkheden van agrarisch medegebruik: agrarische activiteiten blijven onder bepaalde voorwaarden vanuit natuur (bv. vermindering mestuitvoer, behoud (mesofiele en heischrale) Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 160 van 268

161 graslanden ) mogelijk. Nieuwe landbouwbedrijfsgebouwen zijn echter net zoals andere bebouwing niet wenselijk. - beperkte mogelijkheden voor recreatief medegebruik: in delen van de valleien blijft recreatief medegebruik mogelijk onder de vorm van: - visvijvers: de aanwezigheid van visvijvers is specifiek voor het Dijleland. Het behoud van visactiviteiten is daarom wenselijk voor de gemeente. De visputten en de constructies die er bijhoren worden zo goed mogelijk geïntegreerd in de rivier- en beekvalleien. - wandel- en fietsroutes: voor de gemeente is het belangrijk dat er in de valleien een verzoenbare oplossing wordt gevonden tussen natuur, recreatie en mobiliteit (bv. IJsepad in de IJsevallei heeft ook een belangrijke recreatieve functie en biedt een alternatief voor de N253). Verder dient er te worden gewaakt over de waterkwaliteit en de structuurkwaliteit van de waterlopen. Structuurbepalende boscomplexen Als algemene beleidslijn wordt vooropgesteld dat de bestaande boscomplexen binnen de gemeente worden behouden en beschermd. Het gaat zowel om grote, structuurbepalende boscomplexen als meer geïsoleerde, kleinere boskernen (zie verder overige bossen op lokaal niveau). Onderstaande lijst is niet-limitatief. Voor verschillende boscomplexen zijn al heel wat maatregelen genomen door hogere beleidsniveaus. 1. Het Margijsbos is opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied en is gelegen in het VEN. 2. De hellingbossen (Smeysbos) ten noorden van de Kafmeyers- en Smeysberg zijn opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied en zijn gelegen in het VEN. 3. Kaalheide en het Stokkembos zijn opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied 4. Het Tersaertbos is opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied. 5. Het Rodebos is opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied en is gelegen in het VEN. Daarnaast maakt het boscomplex deel uit van het Vlaams natuurreservaat Rodebos en Laanvallei. 6. Het Wolfsbos-Rondebos (inclusief Lange Heide en het Vlaams gedeelte van Bois de Laurensart) zijn opgenomen als Europees Habitatrichtlijngebied en zijn gelegen in het VEN. De concrete ontwikkelingsperspectieven zullen daarom grotendeels bepaald worden door initiatieven van de hogere overheden. De gemeente wil in bepaalde delen de functies recreatie en landbouw verenigen met de natuurfunctie en stelt daarom volgende suggesties voor: - verdere bebouwing wordt vermeden uit ecologische redenen en het huidig ecologisch functioneren van de verschillende boscomplexen mag niet worden beperkt. - recreatief medegebruik moet onder bepaalde voorwaarde toegelaten worden. In bepaalde gebieden kan het recreatief medegebruik hoger zijn dan in andere gebieden. Het recreatief medegebruik kan variëren van natuurrecreatie over wandelen (en fietsen) op recreatieve routes tot het openstellen van bossen als speelbos en paardrijden (op paden parallel aan de fiets- en wandelpaden). - er dienen boszomen te worden ontwikkeld zodat de overgang tussen akkers en bos minder abrupt verloopt. - interne ontwikkeling van bossen en ecologisch bosbeheer. Verbindende beekvalleien Op grondgebied van de gemeente stelt de gemeente voor ecologische verbindingen in eerste instantie te verwezenlijken op de plateaus en in de overgangsgebieden langs bepaalde beken. Dit in kader van de selectie door de provincie van volgende natuurverbindingsgebieden: A. onderlinge natuurverbinding met en naar Dijle van versnipperde bossen (Weeberg en Tersaertbos naar Zoet Water (Dijle), Ganspoel naar Margijsbos (IJse), Vogelzang - Bos van Laurensart naar Dijle). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 161 van 268

162 B. onderlinge verbinding tussen complex van Kapucijnenbos en bossen IJse en Laan (Kaalheide, Stokkembos, Breembos); Daarnaast worden ook nog volgende verbindende beekvalleien langs waterlopen van 2 de categorie geselecteerd: - op het plateau van Duisburg naar IJse: Nellebeek, Waterloop, Langegracht en Neerijsebellebeek; - op het plateau van Overijse naar Laan: Vossebeek; - op het plateau van Waver naar Laan: Les 7 bonniers de Billande en Leikstraalbeek. Bijvoorbeeld de omgeving van de Langegracht op het plateau van Duisburg is als een ware natuurlijke verbindingsstrook te aanschouwen tussen de Voer- en de IJsevallei en de bijhorende grote boscomplexen. Het behoud en vrijwaren van de beekvalleien staat voorop. De concrete ontwikkelingsperspectieven zullen grotendeels bepaald worden door initiatieven van de provincie. De gemeente wil in bepaalde delen de functies recreatie en landbouw verenigen met de natuurfunctie en stelt daarom volgende suggesties voor: - verdere bebouwing (ook landbouwbedrijfsgebouwen) wordt vermeden uit hydrologische en ecologische redenen en het huidig ecologisch functioneren van de verschillende valleien mag niet worden beperkt; - deze beekvalleien zijn vaak gelegen in voor de landbouw belangrijke gebieden. Uitbreiding van de natuurwaarden langs deze beken door inname van landbouwgebieden is niet gewenst tenzij er een consensus tussen beide partijen is. Binnen hun huidige oppervlakte (incl. de 5 meter wettelijke erfdienstbaarheidszone) worden natuurwaarden behouden (of indien gewenst versterkt) door beheersmaatregelen. De gemeente wenst immers de landbouwers niet bijkomend te belasten, er zijn in de gemeente al heel wat gebieden van hogerhand geselecteerd. - beperkte mogelijkheden voor recreatief medegebruik. In delen van de valleien blijft recreatief medegebruik mogelijk onder de vorm van wandel- en fietsroutes. Verder dient er te worden gewaakt over de waterkwaliteit en de structuurkwaliteit van de waterlopen. Bovenlokaal natuurverbindingsnetwerk In tweede instantie stelt de gemeente voor ecologische verbindingen te verwezenlijken op het plateau van Waver en zijn overgangsgebieden door een netwerk van kleinere natuurelementen. Dit in kader van de selectie door de provincie van volgend natuurverbindingsgebied: C. onderlinge verbinding met en naar Dijle van versnipperde bossen (Vogelzang - Bos van Laurensart naar Dijle, Sint-Agatha-Rodebos (Laan) naar Vetsaart en Lange Heide) Het gaat om een natuurverbindingsnetwerk op het plateau van Waver, tussen Laan en Dijle. Dit plateau is meer versnipperd en dus minder structuurbepalend voor de landbouw. Ook vanuit landschappelijk oogpunt kan hier meer gedifferentieerd worden. Zo kunnen er op het plateau meer bosjes ontwikkeld worden, zonder storend te zijn voor de openheid. De gemeente stelt hier voor door middel van kleinere ecologische verbindingen en stapstenen een netwerk te creëren tussen de verschillende natuurgebieden. De open ruimte is immers versnipperd. Voor deze verbindingen is het beleid gericht op het ruimtelijk ondersteunen van de natuurfunctie. Dit komt voor Huldenberg neer op het behouden, herstellen en ontwikkelen van kleine landschapselementen en kleinere natuurwaarden (holle wegen, beplantingen langs beken, grachten en perceelsranden ). Maatregelen zien de gemeente gekoppeld aan een aantal projecten (deze oplijsting is niet limitatief): - gekoppeld aan het behoud en herwaarderen van de holle wegen, in het kader van het holle wegen project Regionaal Landschap Dijleland (Figuur 14: overzicht holle wegen); - gekoppeld aan het uitwerken van een oplossing voor de erosieproblematiek (opmaken erosiebestrijdingsplan); - gekoppeld aan het landinrichtingsproject Plateau van Moorsel. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 162 van 268

163 Lokaal niveau Overige bossen Naast de structuurbepalende boscomplexen worden op lokaal niveau een aantal bestaande meer geïsoleerde, kleinere boskernen behouden en beschermd. Deze kleinere boscomplexen zijn mede bepalend voor de natuurlijke structuur binnen de gemeente Huldenberg. Een aantal bossen zijn onderdeel van natuurverbindingsgebieden of natuurverwevingsgebieden. Het beleid in deze lokale bossen is gericht op het behoud en de versterking van de bestaande bos- en natuurcomplexen. Het gaat om: - Bossen op het plateau van Duisburg: Korenheide (1), hellingsbos langs de Langegracht (2) en Struikenbos (3). - Bossen op het plateau van Overijse: Breembos (4), Vossekouter (5), Holstheide-Wolfshaegen vml. zandgroeve (6), omgeving Keyhof (7) en Wolfshagen (8). - Bossen op het plateau van Waver: Vogelzang (9), hellingbos langs Leikstraalbeek (10), park Ottenburg (11) en Vetsaart (12). De bossen hangen vaak samen met de verbindende beekvalleien op bovenlokaal niveau en worden dan ook als ondersteunend gezien. Lokaal natuurverbindingsnetwerk Om de ecologische verbindingen op bovenlokaal niveau (zie verbindende beekvalleien en bovenlokaal natuurverbindingsnetwerk) te ondersteunen, wordt lokaal het netwerk van kleinere natuurelementen behouden en ontwikkeld. Dit lokaal natuurverbindingsnetwerk zal voornamelijk ingezet worden op het plateau van Waver. Het betreft een plateau met een kleinschalige open ruimte dat gekenmerkt wordt door de aanwezigheid van verspreide kleinere en grotere bos- en natuurcomplexen en kleine landschapselementen. Het versterken van dit kleinschalig landschap wordt vooropgesteld. Dit komt neer op het behouden, herstellen en ontwikkelen van kleine landschapselementen en kleinere natuurwaarden (holle wegen, beplantingen langs beken, grachten en perceelsranden ). Op deze manier wordt de verbinding tussen Dijle en Laan versterkt en worden bovenlokale natuurverbindingen die over het plateau lopen versterkt. Om dit te realiseren zullen beheersovereenkomsten afgesloten worden voor de aanleg en het onderhoud van kleine landschapselementen. Beheersovereenkomsten zijn vergoedingen die worden uitbetaald aan landbouwers in ruil voor het uitvoeren van maatregelen en het naleven van voorwaarden. Een deel van de ecologische verbindingen worden langs beken en grachten verzorgd. Het behoud en vrijwaren van de beekvalleien staat voorop. Volgende beleidsopties worden voorgesteld: - het behoud van een voor de natuur gunstige waterhuishouding; - het ruimtelijk ondersteunen van het herstel en het behoud garanderen van een goede waterkwaliteit van de (gemeentelijke en niet-geclassificeerde) beken; - behoud en herstel van de natuurlijke structuurkenmerken van waterlopen (behoud van oevers, het vermijden van het aanbrengen van verhardingen, inbuizingen vermijden, barrières vermijden); - verdere bebouwing (ook landbouwbedrijfsgebouwen) wordt vermeden uit hydrologische en ecologische redenen en het huidig ecologisch functioneren van de verschillende valleien mag niet worden beperkt; - deze beekvalleien zijn vaak gelegen in voor de landbouw belangrijke gebieden. Uitbreiding van de natuurwaarden langs deze beken door inname van landbouwgrond is niet gewenst. Binnen de huidige oppervlakte (erfdienstbaarheden) worden natuurwaarden behouden door beheersmaatregelen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 163 van 268

164 Op het plateau van Duisburg, tussen Voer en IJse, en op het plateau van Overijse, tussen IJse en Laan, zal het beleid van het lokaal natuurverbindingsnetwerk anders worden ingezet. Deze plateaus zijn meer aaneengesloten, hebben een belangrijk open ruimte karakter en zijn belangrijker voor de landbouw. Om de openheid van het landschap ook in de toekomst te behouden wordt in deze gebieden niet ingezet in het verder ontwikkelen van een kleinschalig landschap. Het lokaal natuurverbindingsnetwerk zal hier gekoppeld worden aan bestaande (lokale) natuurwaarden (zoals holle wegen en beekvalleien) en zal ingezet worden om bovenlokale natuurverbindingen die door de plateaus lopen te ondersteunen. Ten aanzien van de aanwezige landbouwers zal perceelsrandbegroeiing enkel ondersteund worden ter hoogte van landbouwbedrijfszetels, met als doel deze beter te integreren in het landschap. Daarnaast zullen maatregelen en acties genomen worden in kader van een aantal bestaande en lopende projecten (deze oplijsting is niet limitatief): - het behoud en herwaarderen van de holle wegen, in het kader van de holle wegen project Regionaal Landschap Dijleland (zie Figuur 14: overzicht holle wegen); - het uitwerken van een oplossing voor de erosieproblematiek (opmaken erosiebestrijdingsplan); - het landinrichtingsproject Plateau van Moorsel. Te vrijwaren waardevolle tuinen en parken Specifieke stapstenen voor natuur op lokaal niveau in Huldenberg zijn de waardevolle tuinen en parken. Het zijn gebieden die vaak al een belangrijke ecologische waarde hebben en structurerend zijn in de gemeente. Zij worden geselecteerd in kader van de inventarisatie van het cultuurhistorisch erfgoed in de gemeente (zie bouwkundig erfgoed onder gewenste landschappelijke structuur ). De parken van deze domeinen kunnen eveneens worden ingeschakeld in de natuurlijke structuur. De formele parkaanleg met dreven, hagen, waterpartijen, oude parkbomen, bossen, boomgaarden... dient te worden behouden. Vanuit de formele parkaanleg kan er geleidelijk een overgang naar de omliggende gebieden worden gemaakt. Afhankelijk van de ligging van deze tuinen en parken kunnen deze ook een beperkte recreatieve functie krijgen. Zo kunnen delen van de tuinen en parken voor recreatieve doeleinden worden ingericht (o.a. recreatief medegebruik, speelbos, speelweide voor honden ) Onderstaande oplijsting is indicatief, niet limitatief. De gemeente zal deze lijst aanvullen met een dynamische gemeentelijke inventaris, met het oog op het beschermen van het cultuurhistorisch erfgoed (zie bouwkundig erfgoed onder gewenste landschappelijk structuur ). Tuinen en parken die louter over een belangrijke biologische waarde beschikken, zullen worden opgenomen in de gemeentelijke ecologische inventaris. Aangezien echter de meeste tuinen en parken ook een cultuurhistorische waarde hebben, zullen de ecologische waarden enkel binnen randvoorwaarden vanuit of hand in hand met de erfgoedwaarde kunnen behouden en ontwikkeld worden. Het gaat bijvoorbeeld om: Huldenberg: a. park van kasteel van Huldenberg b. park van Instituut Ganspoel Loonbeek: c. park van kasteel van Loonbeek (beschermd dorpsgezicht 18/03/1999) d. tuin Blauwhof (Sociaal Huis) Neerijse: e. park van kasteel d Overschie (beschermd dorpsgezicht 18/12/1979) Sint-Agatha-Rode: f. park van kasteel Malou (beschermd dorpsgezicht 18/12/1979) g. park van kasteel gelegen aan Onderbosstraat/Wolfshaegen Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 164 van 268

165 OK dbtbkpqb=orfjqbifgh=ó=^do^ofp`eb=pqor`qrro ^do^ofp`eb=pqor`qrro= De plateaus tussen de valleien van de Voer, IJse, Laan en Dijle vormen de belangrijkste landbouwgebieden in de gemeente. We kunnen een drietal grotere landbouwgebieden onderscheiden: het plateau van Duisburg in het noorden van de gemeente (tussen de Voer- en IJsevallei) vormt het belangrijkste aaneengesloten landbouwgebied, de gebieden tussen de IJse- en Laanvallei en tussen de Laan- en Dijlevallei zijn meer versnipperd (plateau van Overijse en plateau van Waver). OKNK açéäëíéääáåöéå= - Maximaal openhouden van ontwikkelingskansen voor de landbouw. - Creëren van een gebiedsgericht agrarisch beleid. - Verdere versnippering van gronden verhinderen. OKOK `çååééíéå= Drie grote samenhangende landbouwgebieden doorsneden door valleien Op de open leemplateaus is het grondgebruik hoofdzakelijk agrarisch. De plateaus hebben landbouwkundig een zeer goede structuur door hun beperkte versnippering door wegenis en door het ontbreken van bebouwing. De leemplateaus tussen de valleien bestaan meestal uit grote akkerbouwpercelen. Het vrijwaren en versterken van deze gebieden voor de verdere ontwikkeling van de landbouw wordt vooropgesteld. Wel wordt er rekening gehouden met het behoud en lokale versterking van de kleine landschapselementen (holle wegen, bosjes...). De valleien zijn voor de landbouw eveneens van belang. In de valleien primeert de natuurfunctie. Agrarisch medegebruik moet mogelijk zijn. Landbouw in overgangsgebieden Hiermee worden de gebieden bedoeld waar de bebouwde ruimte, aan het begin van de heuvelflanken, overgaat in de open ruimte van de leemplateaus. Het zijn relatief versnipperde gebieden, gekenmerkt door een grote verwevenheid van bebouwing, landbouw, bossen en andere houtachtige begroeiingen. Gezien de waarde van deze gebieden voor de landbouw wordt er gestreefd naar het zoveel mogelijk bestendigen van het agrarisch grondgebruik ten behoeve van de beroepslandbouw. Wel wordt er rekening gehouden met het behoud en lokale versterking van de kleine landschapselementen (holle wegen, bosjes...). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 165 van 268

166 OKPK déïéåëíé=êìáãíéäáàâ=ó=~öê~êáëåüé=ëíêìåíììê ~Öê~êáëÅÜÉ=ëíêìÅíììê= Kaart 34: gewenste ruimtelijk - agrarische structuur Het Vlaams Gewest staat in voor de afbakening van de agrarische structuur. Volgende gebieden worden binnen de gewenste ruimtelijk-agrarische structuur van Huldenberg onderscheiden: - open leemplateaus; - landbouw in overgangsgebieden; - landbouw in valleigebieden. Open leemplateaus De open, aaneengesloten plateaus overschrijden de gemeentegrenzen soms ver. Het grondgebruik op de open plateaus is hoofdzakelijk agrarisch. Voor de open leemplateaus is het beleid gericht op het ruimtelijk ondersteunen van het grondgebonden agrarisch grondgebruik voor de beroepslandbouw. De inname en versnippering van het aaneengesloten landbouwareaal moet voorkomen worden. Het gaat om: - Plateau van Duisburg; - Plateau van Overijse; - Plateau van Waver. De plateaus van Duisburg en Overijse zijn beide herbevestigd als agrarisch gebied (HAG) en hebben een overwegend open en samenhangend landbouwkarakter. Ten aanzien van de landbouw wordt op deze plateaus een zelfde beleid vooropgesteld. Het plateau van Waver heeft een meer versnipperd karakter, waardoor het beleid op dit plateau verschilt van dit op de andere twee plateaus. Plateau van Duisburg en Overijse Wegens de belangrijke kwaliteiten en mogelijkheden voor de grondgebonden landbouw in het groter geheel, het nog vrij aaneengesloten karakter, het ontbreken van bebouwing en de belangrijke landschappelijke kwaliteiten wordt aan de hogere overheden gesuggereerd deze plateaus, met uitzondering van de bestaande landbouwzetels, als bouwvrije zones af te bakenen. De bestaande landbouwzetels moeten alle kansen krijgen om zich te ontwikkelen. Ze kunnen uitbreiden onder voorwaarde dat de bebouwing nauw aansluit bij de bestaande bebouwing, dat een uitbreiding in de richting van de open ruimte vermeden wordt en dat de uitbreiding verenigbaar is met de landbouwstructuur. Landschappelijke inkleding van bedrijfsgebouwen is noodzakelijk. Hiervoor dient gebruik gemaakt te worden van streekeigen beplanting. Opdat de grootschalige bebouwing ook in de winter aan het oog zou worden onttrokken dient een minimumpercentage wintergroene beplanting te worden opgelegd. Het oprichten van nieuwe landbouwbedrijfszetels wordt ondersteund voor zover de nieuwe vestiging geen impact heeft op de landschapswaarde van de plateaus (voor het project van Duisburg betreft het deze die zijn omschreven in definitief afgebakende ankerplaats), in het bijzonder het vrijwaren van de open ruimte. Landbouwbedrijfszetels worden bij voorkeur aan de rand van het plateau, in de nabijheid van andere bebouwing ingeplant. Vanwege het aantrekkelijk karakter van de gemeente op toeristisch-recreatief gebied en om de rendabiliteit van de landbouw te garanderen, wordt beperkte verbreding van de landbouw toegestaan. Onder verbreding van de landbouw wordt verstaan dat naast de beroepslandbouw nog andere activiteiten, ondergeschikt aan de landbouw, mogen uitgevoerd worden. Hierbij kan gedacht worden aan thuisverkoop van hoeveproducten, logies in kader van hoeve- en plattelandstoerisme Gezien de erosiegevoeligheid van hellingen binnen de open leemplateaus zullen maatregelen getroffen worden om erosie tegen te gaan. De maatregelen zullen door de gemeente uitgewerkt worden in een erosiebestrijdingsplan. Bijvoorbeeld kunnen kleine landschapselementen bewaard worden en indien Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 166 van 268

167 mogelijk versterkt. Ook kan het behoud van graslanden gestimuleerd worden. Sedimentatie van de waterlopen zal worden tegengegaan, bijvoorbeeld door de aanleg van grasbufferstroken. Binnen deze gebieden worden initiatieven genomen en ondersteund in functie van de instandhouding van akkerfauna (o.a. hamster, vroedmeesterpad, grauwe gors, veldleeuwerik). Gezien het twee bovenlokale open ruimtegebieden betreft, gaat de gemeente er voorlopig vanuit dat de hogere overheid de nodige plannen voor deze gebieden zal opmaken. De gemeente zal deze plannen mee ondersteunen. Plateau van Waver Het plateau van Waver heeft eerder een versnipperd karakter, waarbij het versterken van het kleinschalig landschap wordt ondersteund. De bestaande landbouwzetels moeten alle kansen krijgen om zich te ontwikkelen. Landschappelijke inkleding van bedrijfsgebouwen is noodzakelijk. Hiervoor dient gebruik gemaakt te worden van streekeigen beplanting. Opdat de grootschalige bebouwing ook in de winter aan het oog zou worden onttrokken dient een minimumpercentage wintergroene beplanting te worden opgelegd. De vestiging van nieuwe landbouwbedrijfszetels zal, omwille van het kleinschalig karakter van het landschap, minder storend overkomen op deze plateau en wordt ondersteund, mits een goede integratie van de nieuwe landbouwbedrijfszetels binnen het kleinschalig landschap van de plateau. Vanwege het aantrekkelijk karakter van de gemeente op toeristisch-recreatief gebied en om de rendabiliteit van de landbouw te garanderen, wordt beperkte verbreding van de landbouw toegestaan. Onder verbreding van de landbouw wordt verstaan dat naast de beroepslandbouw nog andere activiteiten, ondergeschikt aan de landbouw, mogen uitgevoerd worden. Hierbij kan gedacht worden aan thuisverkoop van hoeveproducten, kinderboerderij, logies in kader van hoeve- en plattelandstoerisme Gezien de erosiegevoeligheid van hellingen binnen de open leemplateaus zullen maatregelen getroffen worden om erosie tegen te gaan. De maatregelen zullen door de gemeente uitgewerkt worden in een erosiebestrijdingsplan. Bijvoorbeeld kunnen kleine landschapselementen bewaard worden en indien mogelijk versterkt. Ook kan het behoud van graslanden gestimuleerd worden. Sedimentatie van de waterlopen zal worden tegengegaan, bijvoorbeeld door de aanleg van grasbufferstroken. De gemeente kan voor dit plateau een RUP opmaken waar ze het beleid van het plateau kan vastleggen. Landbouw in overgangsgebieden De landbouwgronden op de heuvelflanken zijn meer versnipperd. Gezien hun omvang, de sterke reliëfovergangen en het minder aaneengesloten karakter hebben deze gronden een beperktere waarde voor de landbouw dan de zeer waardevolle open leemplateaus. Het zijn in feite zones waar de bebouwde ruimte, aan het begin van de heuvelflanken, overgaat in de open ruimte van de plateaus. Deze gebieden liggen in de nabijheid van de dorpskernen of vormen één van de structuurbepalende assen in de gemeente (N253 Wolfshaegen Leuvensebaan). Gezien het specifiek belang van deze gebieden voor de landbouw (o.a. serrebouw), wordt er gestreefd naar het zoveel mogelijk bestendigen van het agrarisch grondgebruik ten behoeve van de landbouw. Het gaat om: - overgangsgebied tussen de IJse- en Dijlevallei en het plateau van Duisburg, met onder meer: - overgangsgebied bebouwing N253 plateau van Duisburg - overgangsgebied dorpskern Huldenberg plateau van Duisburg - overgangsgebied dorpskern Loonbeek plateau van Duisburg - overgangsgebied dorpskern Neerijse plateau van Duisburg - overgangsgebied tussen de IJsevallei en het plateau van Overijse, met onder meer: - overgangsgebied dorpskern Huldenberg plateau van Overijse Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 167 van 268

168 - overgangsgebied dorpskern Neerijse plateau van Overijse - overgangsgebied tussen de Laan- en Dijlevallei en het plateau van Overijse, met onder meer: - overgangsgebied bebouwing Wolfshaegen plateau van Overijse - overgangsgebied tussen de Laanvallei en het plateau van Waver, met onder meer: - overgangsgebied bebouwing Neerpoortenstraat plateau van Waver - overgangsgebied tussen de Dijlevallei en het plateau van Waver, met onder meer: - overgangsgebied bebouwing Leuvensebaan/Vijverstraat/Veeweidestraat plateau van Waver De gemeente kan een RUP opmaken om deze overgangsgebieden af te bakenen. Op deze manier bakent de gemeente ook de plateau s en de valleigebieden af. De landbouw wordt ruimtelijk ondersteund. Gezien de beperkte oppervlaktes, de sterke reliëfovergangen en de versnipperingsgraad hebben deze gronden potenties voor verschillende vormen van landbouw zoals verbrede landbouw, hobbylandbouw en serrebouw. Andere functies dan grondgebonden landbouw kunnen in de overgangsgebieden worden toegelaten. Concreet denken we hierbij aan paardenhouderijen, boomgaardkwekerijen, plantenkwekerijen, tuinaanlegbedrijven, verbreding naar natuurontwikkeling of naar toerisme en recreatie (zoals kamer en ontbijt, jeugdvakanties) De nieuwe activiteit dient laagdynamisch te zijn en geïntegreerd in het omgevende landschap (landschappelijke inkleding). Ook nieuwe serreactiviteiten zijn onder voorwaarden mogelijk (zie hieronder serrebouw ). Thuisverkoop is eveneens mogelijk. Niet-grondgebonden veeteelt is niet mogelijk. Voor hoeve- en plattelandstoerisme wordt een maximum van 8 verblijfsentiteiten vooropgesteld 40 De bestaande landbouwzetels moeten alle kansen krijgen om zich te ontwikkelen. Ze kunnen uitbreiden onder voorwaarde dat de bebouwing nauw aansluit bij de bestaande bebouwing, dat een uitbreiding in de richting van de open ruimte (niet over de plateaurand) vermeden wordt en dat de uitbreiding verenigbaar is met de landbouwstructuur. Landschappelijke inkleding van bedrijfsgebouwen is noodzakelijk. Het oprichten van nieuwe landbouwbedrijfszetels kan ondersteund worden gezien de versnippering van het gebied. Gezien de erosiegevoeligheid van heuvelflanken zullen maatregelen getroffen worden om erosie tegen te gaan. De maatregelen zullen door de gemeente uitgewerkt worden in een erosiebestrijdingsplan. Bijvoorbeeld kunnen kleine landschapselementen bewaard worden en indien mogelijk versterkt. Ook kan het behoud van graslanden gestimuleerd worden. Sedimentatie van de waterlopen zal worden tegengegaan, bijvoorbeeld door de aanleg van grasbufferstroken. Serrebouw Het uitzicht van Huldenberg wordt bepaald door de aanwezigheid van talrijke serres voor de druiventeelt. Deze zijn vooral terug te vinden in de overgangsgebieden. Omwille van de lage economische rentabiliteit van de druiventeelt is het aantal bedrijven met serres sterk achteruit gegaan. Het beleid ten aanzien van de serrebouw is er enerzijds op gericht om actieve serrebedrijven te ondersteunen in hun activiteiten en anderzijds om leegstaande glastuinbouw tegen te gaan om een beeld van verloedering en verval in de gemeente te vermijden. Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld: - Buiten de dorpskernen en woonlinten kunnen bestaande economisch leefbare serrebedrijven moderniseren en uitbreiden in de overgangsgebieden voor landbouw ; dit op voorwaarden dat de 40 Dit is de grens waarbij landbouwers VLIF-Steun (Vlaams landbouwinvesteringsfonds) kunnen krijgen voor de verbreding van hun landbouwactiviteiten met hoevetoerisme. Hieronder wordt verstaan toerisme op een actieve hoeve (bron: departement landbouw en visserij lv.vlaanderen.be) volgens het nieuw logiesdecreet (1/1/2010) van Toerisme Vlaanderen kan dit betrekking hebben op toeristische logies die vallen onder de categorie gastenkamer, hotel, openluchtrecreatief terrein, vakantielogies of vakantiewoning. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 168 van 268

169 schaal, hoogte en totale oppervlakte geïntegreerd wordt in het omgevende landschap. Dit betekent het voorzien van groene schermen en van een natuurvriendelijke aanleg rond het serrebedrijf. De groenschermen rond de kassen moeten enkel indien dit de bedrijfsvoering niet schaadt. - In deze gebieden kunnen ook nieuwe serres worden opgericht in functie van streekeigen teelten, op voorwaarden dat de schaal, hoogte en totale oppervlakte geïntegreerd wordt in het omgevende landschap. - Door toepassing van de belasting op leegstaande bedrijfsgebouwen wordt het afbreken van leegstaande serres gestimuleerd. Dit beleid wordt verder gezet om een beeld van verloedering en leegstand in de gemeente te vermijden. Landbouw in valleigebieden Zoals al gesteld bij de knelpunten is een kwart van de landbouwgronden in Huldenberg gelegen in de natuurgebieden. De weilanden in de natuurgebieden zijn dus van groot belang voor de landbouw. De gemeente wenst de landbouw hier ruimtelijk te ondersteunen. Gezien de valleien geselecteerd zijn op hoger niveau kan de gemeente enkel suggesties doen naar de hogere overheden: - de gemeente wenst landbouw te ondersteunen in de valleigebieden van de Dijle, Laan en IJse onder bepaalde voorwaarden vanuit natuur. Er dient gestreefd te worden naar een aangepast en op natuurwaarden gericht beheer van waardevolle graslanden (heischrale graslanden en mesofiele graslanden). - om het onbebouwde en groen karakter van de valleien te behouden, wordt het oprichten van nieuwe landbouwbedrijfsgebouwen net zoals andere bebouwing uitgesloten. Bestaande bebouwing dient landschappelijk te worden geïntegreerd. - grondgebonden landbouw wordt er gestimuleerd ter versterking van het open valleigebied en het natuurlijk karakter ervan. Grondloze landbouw is onmogelijk. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 169 van 268

170 PK dbtbkpqb=i^kap`e^mmbifghb=pqor`qrro ifghb=pqor`qrro= Het landschap in Huldenberg wordt enerzijds bepaald door de Dijle, IJse en Laan, die door hun respectievelijke valleien stromen en anderzijds door de steile valleihellingen en open plateaus, met op de toppen van de plateaus uitzichtpunten. Boscomplexen komen voor op de steile hellingen of op de hoogste toppen. Door dit alles heeft de gemeente een verscheiden landschap en een aangenaam groen karakter. PKNK açéäëíéääáåöéå= - Behouden en versterken van de landschappelijke eigenheid (herkenbaarheid, identiteit) van de verschillende landschapstypes (rivier- en beekvalleien, plateaus). - Behouden en versterken van de belevingswaarde van de open ruimte. - Bewaren van het cultuurhistorisch erfgoed en als blikvanger in het landschap uitspelen. - De landschappelijke beeldkwaliteit als volwaardig gegeven bij afweging van ruimtelijke ingrepen. PKOK `çååééíéå= Drie structurerende rivier- en beekvalleien als dragers van het landschap De valleien van de Dijle, Laan en IJse zijn bepalend voor het uitzicht van het landschap in Huldenberg. De diep ingesneden valleien, vaak tussen beboste hellingen, het kleinschalige beemdenlandschap met bosjes en struwelen, enkele waardevolle gebouwen zorgen voor een hoge esthetische waarde. De rivier- en beekvalleien hebben in de gemeente ook een structurerende rol gespeeld in de ontwikkeling van het nederzettingspatroon. Er wordt gestreefd naar het behoud en het versterken van de landschappelijke kwaliteiten van deze structurerende rivier- en beekvalleien, ook in de verschillende dorpskernen. Langsheen de valleiflanken moeten een sterk ruimtelijk verweven bosstructuur en kleine landschapselementen (houtkanten, holle wegen) de verbinding tussen de verschillende valleien en grotere boscomplexen onderhouden. Tegelijkertijd is het een ondersteuning van de gewenste ruimtelijk-natuurlijke structuur. Vrijwaren van het gaaf karakter van de open leemplateaus Het plateau van Duisburg, Overijse en Waver zijn landschappelijk gave gebieden. Vooral het plateau van Duisburg valt op door zijn gaaf karakter. De schoonheid van het gebied is een gevolg van de afwezigheid van bebouwing, het golvend soms diep ingesneden reliëf en de diepe holle wegen en droge dalen met begroeide taluds. De andere plateaus zijn meer gecompartimenteerd door bebouwing, kleine landschapselementen en her en der bos. Een maximaal behoud van deze gave landschappen staat voorop (behoud open ruimtezichten, open karakter). Tegelijkertijd betekent dit een ondersteuning van de gewenste agrarische structuur. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 170 van 268

171 Holle wegen als landschappelijke verbindingen doorheen landbouwgebieden Er zijn nog veel holle wegen aanwezig in de gemeente. Deze holle wegen zijn sterk verbonden met boselementen. Het complex van holle wegen, dat zich vooral op de plateaus heeft ontwikkeld, wordt behouden omdat het, samen met de bossen en andere houtachtige begroeiingen, de basis vormt van de landschappelijke verbindingsstructuur doorheen de grootschalige landbouwgebieden. PKPK déïéåëíé=ä~åçëåü~éééäáàâé=ëíêìåíììê= Kaart 35: gewenste ruimtelijk - landschappelijke structuur De landschappelijke structuur dient rekening te houden met de opties die worden genomen in de hogere structuurplannen (RSV en RSVB). Daarom worden de te nemen opties afgestemd op de selecties die worden gemaakt in de hogere structuurplannen. Volgende elementen van de gewenste landschappelijke structuur worden onderscheiden: - valleilandschappen; - open leemplateaus; - holle wegen complex; - structuurbepalende reliëf- en lijncomponenten; - historisch bouwkundig erfgoed. Valleilandschappen De valleien van de Laan, IJse en Dijle zijn door de provincie aangeduid als gave landschappen. Een gaaf landschap is een landschap waarvan de samenhang slechts in beperkte mate gewijzigd is door grootschalige ingrepen. De gebieden maken ook deel uit van het Landinrichtingsproject Plateau van Moorsel. Het beleid zal grotendeels bepaald worden door initiatieven van de hogere overheden. De gemeente kan meewerken aan projecten op het gebied van landschapsopbouw (o.a. landinrichtingsproject en projecten van het Regionaal Landschap Dijleland). Volgende ontwikkelingsperspectieven worden verder door de gemeente vooropgesteld: - om de landschappelijke kwaliteiten te bewaren is het van belang dat storende elementen in de valleien worden ingekleed (bv. door stimuleren van erfbeplanting). Uitbreiding van deze storende elementen is onmogelijk. - vier dorpskernen (Huldenberg, Loonbeek, Neerijse en Sint-Agatha-Rode) hebben zich ontwikkeld aan de valleien van de IJse, Laan en Dijle. De hoofdmoot van de bebouwing ligt aan het begin van de snel opklimmende valleiflanken. Langsheen de valleiflanken moeten een sterk ruimtelijk verweven bosstructuur en kleine landschapselementen (houtkanten, holle wegen) de verbinding tussen de verschillende valleien en grotere boscomplexen onderhouden. Bij realisatie van nieuwe projecten t.h.v. de valleiflanken (bv. woonprojecten) wordt daarom gestreefd naar het maximaal behoud van de verweven boskernen en kleine landschapselementen. Deze landschapsrelicten worden versterkt door bij realisatie van nieuwe projecten een grote verwevenheid na te streven met het omringende landschap. Om vertuining tegen te gaan, wordt voor diepe percelen voorgesteld een natuurlijke beplanting in relatie tot het landschap aan te brengen voor de delen van de tuinen gelegen op meer dan 50 m van de wegas. De wijze waarop zal verder uitgewerkt Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 171 van 268

172 worden in afstemming met het karakter van de omgeving. Er moet eveneens aandacht gaan naar architecturale inpassing. Open leemplateaus Het plateau van Duisburg, het interfluvium van Laan en IJse (= plateau van Overijse) en de omgeving Ottenburg (= plateau van Waver) zijn door de provincie aangeduid als gave landschappen. De gebieden maken ook deel uit van het Landinrichtingsproject Plateau van Moorsel. Het beleid zal grotendeels bepaald worden door initiatieven van de hogere overheden. De gemeente kan meewerken aan projecten op het gebied van landschapsopbouw (o.a. landinrichtingsproject en projecten van het Regionaal Landschap Dijleland). Het vrijwaren van deze open leemplateaus voor verdere bebouwing en daarbij het behouden van vergezichten wordt door de gemeente vooropgesteld. Daarom wordt als suggestie naar het Vlaams Gewest meegegeven dat deze gebieden, met uitzondering van de bestaande landbouwzetels, worden afgebakend als bouwvrije landbouwzones. Dit is prioritair voor het plateau van Duisburg, dat gekenmerkt is door een zeer waardevol open bulkenlandschap. Om de landschappelijke kwaliteiten te bewaren is het van belang dat storende elementen (bebouwing ed., onder meer instituut Ganspoel en Vlasselaer) op de open leemplateaus worden geïntegreerd bv. door stimuleren van erfbeplanting. Opdat de grootschalige bebouwing ook in de winter aan het oog zou worden onttrokken dient een minimumpercentage wintergroene beplanting te worden opgelegd. In landschappelijk zeer waardevolle gebieden is uitbreiding van deze storende elementen onmogelijk. Bij het beleid voor woonlinten gaat aandacht naar het behoud en versterken van doorzichten vanaf de weg naar de achterliggende open ruimte. Holle wegen complex Er zijn nog veel holle wegen aanwezig in de gemeente. Voor de selectie van de holle wegen wordt verwezen naar de inventaris van holle wegen die opgemaakt werd door vzw Regionaal Landschap Dijleland (zie onder de beschrijving van de bestaande ruimtelijke structuur, punt 3.4.3, p.102). Het complex van holle wegen wordt behouden omdat het de basis vormt van de landschappelijke verbindingsstructuur doorheen de grootschalige landbouwgebieden. De gemeente kan meewerken aan projecten die kaderen in het holle wegenbeleid. Structuurbepalende reliëf- en lijncomponenten Het geheel van rivier- en beekvalleien, valleihellingen en plateaus, is van erg hoge visuele kwaliteit. Door de sterke reliëfovergangen tussen de valleien en de plateaus is er een opeenvolging van vele zichtperspectieven. De structuurbepalende reliëfcomponenten worden maximaal behouden: - bij de afweging van locaties voor woonprojecten, bedrijvenontwikkelingen, woonondersteunende voorzieningen... zal het reliëf altijd een belangrijk afwegingskader vormen. Ook bij het realiseren van projecten in of aansluitend bij de dorpskern wordt rekening gehouden met zichtperspectieven en insnijdingen in de valleiwanden. - bebouwing over de plateaurand heen wordt vermeden. Dit wordt ook bevestigd door het bouwvrij houden van de plateaus. Volgende structuurbepalende lijncomponenten worden behouden met het oog op de inrichting van langzaam verkeersverbindingen: - de KW-bunkerlinie (Koningshooikt-Waver); - het tracé van de oude buurtspoorweg. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 172 van 268

173 Bouwkundig erfgoed Een aantal gebouwen worden geacht cultuurhistorisch waardevol te zijn voor de gemeente. Naar de toekomst toe dienen deze gebouwen en hun onmiddellijke omgeving hun typische karakter te behouden. Ze bepalen immers in belangrijke mate het landschappelijk uitzicht van de gemeente en zo de identiteit van Huldenberg en de toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht. Om deze erfgoedwaarden zo goed mogelijk te bewaren, gelden voor deze gebouwen specifieke ontwikkelingsperspectieven. Bij verbouw, herbouw en andere aanpassingen aan bouwkundig erfgoed dienen de bestaande beeldbepalende elementen van de bouwwerken zoveel mogelijk bewaard te blijven. Wijzigingen aan de gebouwen worden harmonieus met de bestaande architectuur ontworpen en uitgevoerd, zodat de erfgoedwaarde of authenticiteit van het gebouw ongeschonden blijft. Om het verdwijnen van het erfgoed te voorkomen, kunnen onder voorwaarden functiewijzigingen worden toegestaan. Indien er concrete ideeën, initiatieven ontstaan voor een waardevol gebouw, zal de gemeente de mogelijkheden onderzoeken en eventueel overgaan tot de opmaak van een RUP. Geval per geval zal dan worden afgewogen wat de mogelijkheden zijn en onder welke randvoorwaarden. Dit zal getoetst worden aan de dynamiek, dienstverleningsgebied, schaal of omvang van de nieuwe activiteit en infrastructuur. Onderstaande lijst is indicatief, niet limitatief. De gemeente zal een dynamische gemeentelijke inventaris opstellen, met het oog op het beschermen van het cultuurhistorisch erfgoed. Onder een dynamische inventaris wordt een inventaris verstaan die op geregelde tijdstippen kan aangevuld worden met gebouwen die een erfgoedwaarde hebben voor de gemeente en die eerder niet op de inventaris voorkomen. Op de inventaris kunnen ook gebouwen verwijderd worden die na verloop van tijd geen erfgoedwaarde meer hebben (vb. door afbraak van gebouw). Bij aanvulling zullen de gebouwen afgewogen worden aan de hand van enkele criteria. Zo moet het behoud van een gebouw van algemeen belang zijn, vanwege zijn beeldbepalend karakter of wegens historische, wetenschappelijke, industrieel-archeologische, architecturale of andere socio-culturele waarde. Bij de opmaak van een RUP zal de eventuele opname van een nieuw gebouw op basis van bovenstaande criteria gemotiveerd worden. Naast het bouwkundig erfgoed zullen ook de (biologisch) waardevolle tuinen en parken opgenomen worden. Als bepaalde tuinen en parken louter beschikken over een belangrijke biologische waarde, zullen zij opgenomen worden in de gemeentelijke ecologische inventaris (zie waardevolle tuinen en parken onder gewenste ruimtelijk - natuurlijke structuur ). Het gaat in eerste instantie om: Beschermd erfgoed (zie Tabel 5: beschermde landschappen, monumenten en dorpsgezichten, p. 79). Waardevolle historische tuinen en parken - Huldenberg: - park van kasteel van Huldenberg - park van Instituut Ganspoel - Neerijse: - park van kasteel d Overschie (beschermd dorpsgezicht 18/12/1979). - Sint-Agatha-Rode: - park van kasteel Malou (beschermd dorpsgezicht 18/12/1979) - park van kasteel gelegen aan Onderbosstraat/Wolfshaegen. - Loonbeek: - park van kasteel van Loonbeek (beschermd dorpsgezicht 18/03/1999) - tuin Blauwhof (Sociaal Huis) Waardevol maar niet-beschermd bouwkundig erfgoed (niet-beschermd bouwkundig erfgoed) (zie Tabel 6: overzicht niet-beschermd bouwkundig erfgoed - situatie november 2009, p. 80) Puntrelicten uit de Atlas van landschapsrelicten die niet in bovenstaande lijsten voorkomen - Klabeekhoeve (Florivalstraat). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 173 van 268

174 - De Hoeve (Hoevestraat, Ottenburg). - Hof ten Schonenberg (Schonenberg). - Keyhof. Volgende beleidslijnen worden voorgesteld voor het bouwkundig erfgoed: - binnen het gemeentelijk ruimtelijk beleid wordt een bescherming van het niet-beschermd bouwkundig erfgoed vooropgesteld. Dit is prioritair voor erfgoed dat in de relictenatlas is gelegen in ankerplaatsen (vallei van de Dijle en Laan, Margijsbos en Kasteel van der Vorst, Plateau van Duisburg). - aan het bouwkundig erfgoed dienen duidelijke functies te worden gegeven zodat ze behouden kunnen blijven voor de toekomst. Om te bepalen welke functies kunnen in deze gebouwen legt de gemeente een aantal criteria op: 1. de nieuwe functie moet laagdynamisch en lokaal van aard zijn en gekoppeld zijn aan de mogelijkheden in de verschillende open ruimtegebieden (vallei- en bosgebieden, plateaus en overgangsgebieden) 2. nieuwe functies dienen voldoende rekening te houden met de waarde van het erfgoed. De specifieke waarden kunnen beperkingen opleggen naar de ontwikkeling. De functie moet de erfgoedwaarde instandhouden of versterken. Om te kunnen oordelen welke nieuwe functies er in de historische gebouwen kunnen geïntegreerd worden, dient de vergunningsaanvrager een aantal elementen bijkomend te onderbouwen zoals: - evaluatie van de locatie en de architectuur van het gebouw (omschrijving van de historiek en bestaande structuur van het erfgoed, samen met de tuin indien voorkomend); - beschrijving van de architecturale kenmerken en aantonen dat deze bewaard blijven (ook verplicht volgens art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening); - aangeven van de relatie van het erfgoed met de natuurlijke waarden in de onmiddellijke omgeving en aangeven welke maatregelen men gaat treffen om deze waarden te behouden (beknopte beschrijving van de ecologische waarde in de omgeving van het erfgoed); 3. er moet worden ingeschat hoeveel gebruikers, bezoekers, bewoners er worden verwacht en wat de invloed zal zijn op de mobiliteit. De nieuwe functie mag geen significante invloed hebben op de mobiliteitsafwikkeling (ontsluiting). 4. indien aan het waardevolle gebouw een waardevolle tuin of park aanwezig is, dient deze te worden behouden. De nieuwe functie mag geen opdeling van de tuin of het park tot gevolg hebben. 5. de nieuwe functie mag geen buitensporige overlast veroorzaken. Overlast heeft betrekking op de aard van de activiteiten (lawaai, hinder), de schaal en de verkeersintensiteiten. 6. afhankelijk van de ligging van het bouwkundig erfgoed kan meer of minder worden toegelaten. In de overgangsgebieden kan meer, terwijl in de vallei- en bosgebieden (ruimtelijk kwetsbare gebieden) en open leemplateaus strenger zal worden opgetreden (zie globaal afwegingskader zonevreemde constructies als richtlijn). 7. er dient advies te worden gevraagd bij de bevoegde instantie met betrekking tot het onroerend erfgoed. De eerste zes elementen dienen in de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning bijkomend te worden gemotiveerd. - Het is belangrijk dat de beeldwaarde van bouwkundig erfgoed in de dorpskern in stand wordt gehouden of wordt versterkt. De zichtbaarheid van de waardevolle gebouwen dient te worden gegarandeerd. Kaart 36 geeft een samenvatting van de gewenste open ruimte structuur. Kaart 36: gewenste open ruimte structuur Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 174 van 268

175 QK QKNK dbtbkpqb=kbabowbqqfkdppqor`qrro dppqor`qrro=etlkbk EtlkbkF= açéäëíéääáåöéå= Behoud en versterken van de kwaliteit van het rustige wonen in een groene omgeving - Maximaal vermijden van activiteiten die een negatieve invloed hebben op de woonkwaliteit (bv. grootschalige functies gericht op automobiliteit). - Voldoende woonkwaliteit garanderen bij nieuwe woonprojecten (bv. sociale verkaveling) zodat deze projecten aantrekkelijk zijn voor de lokale bevolking. Dit kan door deze te kaderen in een groene omgeving. - Verhogen van het verblijfskarakter in de dorpskernen, met aandacht voor de verkeersleefbaarheid en verkeersveiligheid van de voetganger en fietser. Creëren van een kwalitatief en gedifferentieerd aanbod aan woongelegenheden gericht op de lokale bevolking - Opvangen van de lokale woonbehoeften. - Verhogen van het aanbod aan sociale huisvesting. - Voldoende aandacht voor huisvesting voor senioren. - Versterken van het draagvlak van de kernen door inbreidingsgerichte projecten. - Afremmen van het aanbodbeleid in de open ruimte. - Bieden van een oplossing voor permanent wonen in verblijfsrecreatiegebieden. Verdere uitbouw van woonondersteunende voorzieningen, zowel in de openbare als private sfeer - Creëren van ontwikkelingsmogelijkheden voor het handelsapparaat, zodat dit op peil kan worden gehouden. - Verdere uitbouw van het aanbod aan gemeenschapsvoorzieningen voor de lokale bevolking. QKOK `çååééíéå= Bundelen van wonen en woonondersteunende voorzieningen in het hoofddorp Voor het goed functioneren van een winkelapparaat en van de gemeentelijke voorzieningen (administratieve, recreatieve, socio-culturele functies) is het belangrijk dat er een voldoende groot draagvlak is. De meeste commerciële activiteiten en voorzieningen situeren zich in het hoofddorp. Het hoofddorp Huldenberg heeft ook de grootste bebouwingsconcentratie in de gemeente. Door een maximale bundeling naar het hoofddorp van woonontwikkelingen kan de gemeente actief inspelen op het vergroten van het draagvlak van de commerciële activiteiten en voorzieningen. Een concentratie van functies zal leiden tot een onderlinge versterking en kan de aantrekkingskracht van het hoofddorp voor nieuwe commerciële functies versterken. Hierdoor wordt de centrumfunctie en dus de leefbaarheid en levendigheid van het hoofddorp versterkt. Door concentratie worden functies beter bereikbaar te voet, met de fiets, het openbaar vervoer, enz. Wat de woonontwikkelingen betreft, zijn er in principe nog voldoende percelen beschikbaar op de private markt om in de woningbehoefte te voldoen. Echter door de dure bouwgrond/ woningprijzen en door bepaalde specifieke wooneisen, zullen een aantal Huldenbergenaars genoodzaakt zijn een woning te zoeken buiten de gemeente. Om hier aan tegemoet te komen wordt een aanbodbeleid gevoerd voor doelgroepen in het hoofddorp Huldenberg. Dit aanbod is gericht op de lokale bevolking; het is dus niet de bedoeling om bijkomende inwijking te stimuleren. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 175 van 268

176 Voor de gemeente is de verdere uitbouw van sportvoorzieningen belangrijk. Een gedifferentieerd en kwalitatief aanbod aan sportvoorzieningen bevordert immers de woonkwaliteit in de gemeente. Daarnaast is ook de verdere uitbouw van andere gemeenschapsvoorzieningen, die het wonen ondersteunen, belangrijk. Nieuwe commerciële functies en gemeenschapsvoorzieningen, die het wonen ondersteunen, worden zoveel mogelijk gebundeld aan het hoofddorp. Grootschalige (commerciële) functies, die enkel gericht zijn op de autobereikbaarheid, worden echter niet toegelaten in de gemeente Huldenberg, gezien de hinder voor het wonen. In de overige kernen wordt uitgegaan van het behoud van het huidige niveau van commerciële functies, gemeenschapsvoorzieningen en van een lagere groei op het gebied van wonen. Hier ligt de nadruk op het behoud van het typische, landelijke karakter van de kernen en het garanderen van de verblijfskwaliteit. Geen stimulerend beleid in de open ruimte De bebouwing in de open ruimte bestaat uit woonlinten, woonparken, gehuchten, geïsoleerde grootschalige bebouwing en verspreide bebouwing. Doordat deze bebouwing de ontwikkeling van de dorpskernen ondermijnt, wordt ze in de toekomst niet verder gestimuleerd. Dit betekent dat de verdere ontwikkeling van wonen en van functies niet verder wordt gestimuleerd, maar maximaal wordt gebundeld naar de kernen. De open ruimte waarin deze bebouwing is gelegen en de ligging ten opzichte van de kernen, zal in grote mate de manier - waarop ontwikkeld kan worden - bepalen. Hierbij wordt getracht om de bestaande ontwikkelingsmogelijkheden in goede banen te leiden. Ruimtelijk verweven groenstructuren in de dorpskernen Doordat de IJse, Laan en Dijlevallei door vier verschillende kernen stromen, maar ook door aanwezigheid van andere groenelementen, zoals smalle spieën weiland of boomgaard die tot de straat doorlopen, kleinere bosjes, binnenhoven, grotere binnengebieden die nog een agrarische functie hebben, omliggende hellingbossen, enz., hebben de verschillende kernen nog een vrij groen karakter. Het groene karakter van de kernen is een enorme kwaliteit voor het wonen en wordt daarom maximaal behouden. Op die manier behouden de verschillende woonwijken hun rustig, landelijk karakter. Dit betekent ook dat met verdichting zeer omzichtig moet worden omgesprongen. Bij nieuwe woonprojecten en bij gemeenschapsvoorzieningen kan de gemeente actief ingrijpen om het groene karakter van de kernen verder te gaan versterken. Dit omwille van de meerwaarde voor het wonen en voor het globale landschap: op deze manier zal immers een grotere verwevenheid ontstaan tussen de heel waardevolle omringende landschapselementen (zoals de hellingbossen) en de bebouwing van de kern. Daarnaast gaat aandacht naar de visuele perceptie van het globale landschap en de pittoreske dorpscentra vanuit de verschillende woonwijken; verdichting van de kernen moet daarom zeer omzichtig gebeuren. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 176 van 268

177 QKPK déïéåëíé=åéçéêòéííáåöëëíêìåíììê= Kaart 37: gewenste nederzettingsstructuur De gewenste nederzettingsstructuur bestaat uit volgende onderdelen: - kernen, woonparken, woonlinten, gehuchten en geïsoleerde grootschalige bebouwing; - campings en weekendverblijven met mogelijkheden voor permanente bewoning; - woningbouwprogrammatie; - specifieke gemeenschapsvoorzieningen Wonen en woonondersteunende voorzieningen Kernen, woonparken, woonlinten, gehuchten en geïsoleerde grootschalige bebouwing Het beleid met betrekking tot de nederzettingsstructuur in Huldenberg kan ingedeeld worden aan de hand van bovenstaande categorieën. Deze categorisering past als volgt in de categorisering op Vlaams en provinciaal niveau: - kernen: als kern werd Huldenberg geselecteerd als hoofddorp en Loonbeek, Neerijse, Sint-Agatha- Rode en Ottenburg als kernen-in-het-buitengebied. Er werden geen kernen aangeduid als woonkern. - woonparken, woonlinten en gehuchten: deze kunnen gezien worden als een verdere verfijning van de categorie linten. De woonparken zijn een groene variant die ofwel als een aaneenschakeling van linten kan beschouwd worden (Sint-Agatha-Rode) ofwel als lineaire bebouwing in een ruimere parkachtige omgeving (Struikenbos). De gehuchten kunnen gezien worden als concentraties waar verschillende woonlinten samenkomen. - geïsoleerde grootschalige bebouwing: dit kan gezien worden als een specifieke vorm van verspreide bebouwing. Algemeen wordt de gemeente Huldenberg gekenmerkt door diepe percelen (> 50 m van de wegas). Een deel van deze percelen valt dus buiten het woongebied met landelijk karakter. Om verregaande vertuining tegen te gaan wordt voorgesteld voorbij de 50 m-grens (dus buiten het woongebied met landelijk karakter) een natuurlijke beplanting in relatie tot het landschap aan te brengen. De wijze waarop zal verder uitgewerkt worden in afstemming met het karakter van de omgeving. Er moet eveneens aandacht gaan naar architecturale inpassing. Hoofddorp Huldenberg Het hoofddorp is een dorpskern met een uitgebreide uitrustingsgraad (voorzieningen, winkels, diensten, recreatie, enz.). Het niveau van de uitrusting situeert zich op gemeentelijk niveau. Het hoofddorp heeft een hogere uitrustingsgraad dan de kernen-in-het-buitengebied. Huldenberg wordt ontwikkeld als hoofddorp met functies op het gebied van wonen, handel, diensten, voorzieningen en recreatie op kernniveau en gemeentelijk niveau. Volgende beleidslijnen worden voorgesteld voor het hoofddorp: - het stimuleren van de effectieve ontwikkeling van beschikbare bouwpercelen in de kern, teneinde het aanbod aan bouwmogelijkheden in de kern te verhogen en een concurrentieel aanbod te creëren om bebouwing in de open ruimte te vermijden; - het realiseren van een geschikt aanbod aan betaalbare huisvesting in de kern, door het ontwikkelen van het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle, om tegemoet te komen aan de huidige en toekomstige behoefte in de gemeente en dit in functie van het doelgroepenbeleid; - het voeren van een verdichtingsbeleid om tegemoet te komen aan de vraag naar kleinere (betaalbare) woningen voor jongeren, oudere bevolking, alleenstaanden, enz. door: - gebieden af te bakenen waar meergezinswoningen gewenst zijn; - gebieden af te bakenen waar het verhogen van het toegelaten aantal bouwlagen gewenst is; Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 177 van 268

178 - het creëren van ruimere bebouwingsmogelijkheden om de vestiging van lokale handelsactiviteiten op de daarvoor geschikte plaatsen binnen de kern mogelijk te maken; - het voorzien van voldoende speel- en sportruimten, ter ondersteuning van de verschillende woonwijken in de dorpskern en in functie van de bevolking van de gehele gemeente; - het voorzien van ruimte voor de bundeling van gemeenschapsvoorzieningen in de onmiddellijke omgeving van het gemeentehuis; deze locatie wordt als strategische locatie binnen de dorpskern aangeduid. - het onderzoeken van de noodzaak van een gemeentelijk containerpark; - het voeren van een kwaliteitsbeleid door: - aandacht voor de verblijfskwaliteit in de dorpskern (inrichting openbaar domein); - aandacht voor groen bij nieuwe woonprojecten en bij bestaande en nieuwe gemeenschapsvoorzieningen; - behoud cultuurhistorisch patrimonium in dorpskern en aandacht voor de beeldbepaling. Het gewenst beleid voor het hoofddorp Huldenberg zal verder uitgewerkt worden bij de deelruimte (zie deel 8, hoofdstuk 1). Kernen-in-het-buitengebied Een kern-in-het-buitengebied is een dorpskern met een beperkte uitrustingsgraad. Het niveau van de uitrusting situeert zich op dorpskernniveau. In een kern-in-het-buitengebied kunnen de lokale behoeften op het gebied van wonen, handel en diensten binnen de juridische voorraad van het huidige woongebied worden opgevangen. Daarnaast wordt volgend beleid voorgesteld: - behoud van het typische, landelijke karakter van alle dorpskernen: - aandacht voor de verblijfskwaliteit in de dorpskern (inrichting openbaar domein, voldoende veiligheid voor voetgangers en fietsers, voldoende speelgroen in de kern en verkavelingen); - behoud overheersende bebouwingsvorm; - onderzoeken naar verdichtingsmogelijkheden (meergezinswoningen) door opsplitsing van bestaande woningen of vervangende nieuwbouw, voor zover deze ontwikkelingen op schaal van en binnen het gabarit van de kernen-in-het-buitengebied blijven; - aandacht voor zichten naar de omliggende open ruimte; - specifiek voor Loonbeek: - het voorzien van voldoende speel- en sportruimten, ter ondersteuning van de verschillende woonwijken in de dorpskern; - mogelijkheid van een kleinschalig inbreidingsproject in het oude gebouw Blauwhof na herlokalisatie van het Sociaal Huis naar de kern van Huldenberg; - specifiek voor Neerijse: - aandacht voor groenelementen; - behoud cultuurhistorisch patrimonium en aandacht voor de beeldbepaling; - behoud binding tussen het historische centrum en omgeving Kasteel van Neerijse; - voorzien in publieke open ruimte (speelpleintje) ter ondersteuning van de woonwijken; - voorzien van woonmogelijkheden voor oudere bevolking bij wie een eengezinswoning te groot (geworden) is - voorzien in zelfstandige woongelegenheden voor senioren met zorgverlening; - meergezinswoningen: ook binnen het Kasteel van Neerijse en bijgebouwen (mits voorwaarden naar natuur en parkaanleg toe). - specifiek voor Sint-Agatha-Rode: - aandacht voor groenelementen; - voorzien van speelruimte in de kern; - behoud cultuurhistorisch patrimonium en aandacht voor de beeldbepaling; Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 178 van 268

179 - specifiek voor Ottenburg - mogelijkheid van een kleinschalig inbreidingsproject ter hoogte van de Pastorij. Daarnaast zal de nodige aandacht gaan voor de ontwikkeling van jeugdinfrastructuur en ruimte voor sport en spel. De zone wordt als een strategische projectlocatie aangeduid. Het gewenst beleid zal verder worden uitgewerkt in de deelruimtes (zie deel 8 hoofdstuk 2 en 3). Woonparken Woonparken zijn gebieden waarin de gemiddelde woondichtheid gering is en de groene ruimten verhoudingsgewijs een grote oppervlakte beslaan. Het zijn meestal verkavelingen met ruime percelen en grote villa s (open bebouwingsstructuur). Ze werden meestal ontwikkeld op de eigendommen van buitenhuizen of kastelen. In principe zijn in deze woonwijken geen voorzieningen aanwezig en is er geen binding met een dorpskern. Woonpark Struikenbos Vanuit landschappelijke en natuurlijke kwaliteiten van het Struikenbos (hellingbos op de helling van de Dijlevallei) is het van belang dat het groene karakter van het woonpark maximaal wordt behouden. Daarom wordt geenszins aan verdichting van het woonpark gedaan door bijvoorbeeld de percelen op te splitsen. Momenteel zijn de kavelgroottes heel groot. Er wordt gestreefd naar het behoud van deze grote percelen, zodat een maximum aan groenaanplanten op de percelen kan behouden blijven. Woonpark Sint-Agatha-Rode In het grootschalig woonpark aan Sint-Agatha-Rode ligt de nadruk op het behoud en het versterken van de typische woonkwaliteit van het woonpark, namelijk het rustig wonen in het groen. Momenteel heeft het woonpark op bepaalde plaatsen eerder het uitzicht van een gewone verkaveling. Er worden maatregelen genomen om de typische woonkwaliteit van een woonpark, namelijk de groene omgeving, te herstellen. Dit biedt ook een meerwaarde voor het globale landschap: door een vergroening van het woonpark kan het woonpark een groene overgang vormen tussen de bebouwde omgeving van Sint-Agatha-Rode en de waardevolle Laanvallei. Volgend beleid wordt voorgesteld: - behoud en indien mogelijk herstellen van de groene landschapszoom via specifieke maatregelen; - inbrengen van hoogstammige streekeigen beplanting in het straatbeeld; - bij de ontwikkeling van nieuwe onbebouwde percelen kunnen voorwaarden worden opgelegd op het gebied van de aanplanting van streekeigen groen. Woonpark Vossekouter Een derde woonpark situeert zich langs Vossekouter. Het gaat om een klein woonpark in oppervlakte dat vooral omgeven is door natuurgebieden. Het woonpark is nagenoeg volledig volgebouwd. Vanuit landschappelijke en natuurlijke overwegingen wordt het groene karakter van het woonpark maximaal behouden. Daarom wordt geenszins aan verdichting gedaan, zodat een maximum aan groenaanplanten op de percelen kan behouden blijven. Gehuchten Een gehucht bestaat uit een kleine groep woningen in een overwegend gesloten bebouwingsstructuur waar in principe geen voorzieningen aanwezig zijn en waar geen binding bestaat met een dorpskern of woonwijk. Deze groep woningen was meestal reeds zichtbaar aanwezig op historische kaarten en zijn in de loop der tijd verder uitgegroeid. Uitzonderlijk kunnen voorzieningen voorkomen van lokaal belang. In de gemeenten zijn 2 gehuchten te onderscheiden namelijk De Tomme en Wolfshaegen. Volgende beleidslijnen worden vooropgesteld: - in een gehucht wordt geen stimulerend beleid gevoerd. Woningen kunnen hier enkel ontwikkeld worden binnen de juridische voorraad en binnen het afgebakende gehucht. Een verdere uitbreiding van het gehucht in de open ruimte wordt niet gestimuleerd. De gemeente wenst enkel de verdere Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 179 van 268

180 ontwikkeling in goede banen te leiden. Dit wordt beoogd door het verder specificeren van de mogelijkheden en het opleggen van randvoorwaarden. - om de kwaliteiten in het gehucht te behouden (o.a. vermijden van langdurige leegstand) kunnen, afhankelijk van hun ligging binnen de ruimere structuur, andere functies (dan wonen) worden ondersteund. Het betreft kleinere, niet belastende activiteiten, die omwille van hun schaal en aard verweefbaar zijn met de woonfunctie (bv. logies en centrumgerichte functies < 100 m²). Wonen moet evenwel de hoofdfunctie blijven en mag niet verdrongen of gehinderd worden. Ter ondersteuning van deze functie kan het openbaar domein heringericht worden en kunnen lokale collectieve initiatieven genomen worden (bv. aanleg van een parkeerterrein voor de lokale horecazaken ter ondersteuning van het toeristisch-recreatief netwerk in de gemeente). Woonlinten Een woonlint bestaat uit een groep woningen aan één of aan beide zijden van een straat met een typische lineaire structuur. Er bestaat een onderscheid tussen de linten al naargelang hun ligging in de open ruimte. Onderstaande situering geeft een algemeen overzicht op basis van het gewestplan en zal verder uitgewerkt worden bij de opmaak van een stedenbouwkundige verordening. - Linten in valleigebieden: Hoekstraat, Bertelsheide, Smeysberg, Ondersmeysberg, deel Klein Waverstraat, Molenweg. - Linten op de plateaus: - Plateau van Duisburg: deel De Limburg Stirumlaan, Kaalheide - Plateau van Overijse: Nijvelsebaan, deel Stroobantsstraat, deel Breembosstraat, Holstheide - Plateau van Waver: Neerpoortenstraat, Ernest Langelezstraat, Tommestraat, Korte Langeheidestraat-Langeheidestraat, deel Leuvensebaan, Veeweidestraat (vanaf kruispunt met Burgemeesterstraat), deel Florivalstraat. - Linten in overgangsgebieden: noordelijke lint rond N253 (Langerodestraat, Loonbeekstraat, L. Kriegelstraat, De Peuthystraat, Ganzemanstraat, deel De Limburg Stirumlaan, deel Kaalheide, deel Molenweg, deel Klein Waverstraat, deel Smeysberg, Biezenstraat); middelste lint rond Wolfshaegen en het meest oostelijke lint rond Leuvensebaan en Vijverstraat-deel Florivalstraat- Verstrekenstraat-Boesberg. Langs de N253 komen heel wat agrarische bebouwing en achterliggende - al dan niet nog gebruikte - serres voor verweven met residentiële bebouwing (vooral het geval tussen Huldenberg en Loonbeek). Algemeen wordt voor woonlinten het volgende beleid vooropgesteld: - in de woonlinten wordt geen stimulerend beleid gevoerd. Bijkomende woningen kunnen enkel ontwikkeld worden binnen de juridische voorraad. De gemeente wenst enkel de verdere ontwikkeling in goede banen te leiden. Dit wordt beoogd door het verder specificeren van de mogelijkheden en het opleggen van randvoorwaarden. Voor woonlinten gelegen in gebieden geselecteerd op een hoger niveau (vb. plateau van Duisburg en valleigebieden) wordt het gemeentelijke beleid meegegeven als suggestie aan de hogere overheden. - De ontwikkelingsmogelijkheden voor deze woonlinten kunnen planologisch worden verankerd. Hierbij zal rekening worden gehouden met de ligging van het woonlint binnen de omliggende open ruimtestructuur: valleigebieden, plateaus of overgangsgebieden (zie ook tabel 21). Algemeen wordt gesteld dat de bestaande bebouwde omgeving een kwalitatief referentiepunt is voor ieder nieuw bouwwerk. Dat wil zeggen dat een bouwkundige toevoeging of verandering de bestaande stedenbouwkundige structuur, de typologie van de gebouwen en de detaillering, kleuren materiaalgebruik ervan als uitgangspunt dient te nemen, zodat een kwalitatief samenhangend geheel ontstaat. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 180 van 268

181 Daarnaast kunnen per woonlint specifieke bebouwingsrichtlijnen worden opgesteld. Om te onderzoeken welke bebouwingsrichtlijnen het karakter van een woonlint bepalen kunnen volgende welstandscriteria onderzocht worden en indien wenselijk planologisch verankerd worden: - overheersende bebouwingsvorm en typologie; - aantal bouwlagen; - percellering, positie en oriëntatie van het gebouw op de kavel; - afstanden tussen de gebouwen; - situering in de rooilijn; - massa en vorm van de bebouwing en bijgebouwen; - gevels; - detaillering (balkonhekkens, luifels, dakkapellen), kleur en materiaalgebruik; - reclame en licht. Het opleggen van bebouwingsrichtlijnen voor woonlinten mag er niet toe leiden dat hedendaagse duurzaamheidsnormen niet gehaald kunnen worden. - nieuwe functies worden zoveel mogelijk gebundeld in de kernen. In de woonlinten primeert het behoud en het versterken waar mogelijk van het landelijke karakter. De woonlinten dienen daarom overwegend de landbouwfunctie en de residentiële functie te behouden. De ontwikkeling van functies die omgevingshinder kunnen veroorzaken voor het wonen en voor de landbouw, wordt tegengegaan. Nieuwe gebouwen in woongebied met landelijk karakter of goedgekeurde verkaveling of functiewijzigingen van bestaande gebouwen kunnen enkel ten behoeve van: - leefbare landbouwbedrijven en ook bepaalde vormen van verbreding: - voor woonlinten op de plateaus is dit beperkt tot agrarische verbreding zoals thuisverkoop van hoeveproducten en logies in kader van het hoeve- en plattelandstoerisme. - voor woonlinten in de overgangsgebieden wordt naast agrarische verbreding ook mogelijkheden voorzien voor structurele verbreding zoals: paardenhouderijen, boomgaardkwekerijen, kwekerijen van planten, tuinaanleg, natuurontwikkeling, recreatie en toerisme, voor zover deze geen omgevingshinder veroorzaken voor het wonen en geïntegreerd zijn in het omgevende landschap. Ook nieuwe serreactiviteiten zijn onder voorwaarden mogelijk (zie gewenste agrarische structuur). - de woonfunctie: - een eengezinswoning gecombineerd met een beperkte diensten- of kantoorfunctie (vrij beroep, zelfstandige) voor zover deze diensten- of kantoorfunctie ondergeschikt is aan de woonfunctie in het gebouw en beperkt is in oppervlakte (max. 100 m²); - een eengezinswoning gecombineerd met een beperkte kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid. Voor zover deze ambachtelijke bedrijvigheid beperkt is in oppervlakte (bedrijfsbebouwing inclusief verharding voor opslag binnen 50m van de rooilijn, afgestemd op de schaal van de omgevende woonbebouwing en landbouwbedrijfsbebouwing), geen hinderend verkeer genereert (aantal bijkomende verkeersbewegingen of vrachtverkeer maakt geen noemenswaardig verschil t.o.v. de al aanwezige functies in het lint) en geen hinder t.o.v. de omgevende woonfunctie veroorzaakt (zicht, bezonning, geur, lawaai ). Uitzonderingen geleden hier voor al bestaande bedrijven in het woonlint die meer ruimte innemen dan de eerste 50 m uit de rooilijn. (zie hiervoor onder Bedrijvigheid verweven in woonlinten en deel 9 afwegingskader voor zonvreemde constructies) - kamers met ontbijt bij particulieren (conform geldende regelgeving), kamperen, jeugdlogies, huurvakantiewoningen, laagdynamisch toeristisch attractiepunt, gekoppeld aan historische, streekgebonden bezienswaardigheid, maar geen horeca omwille van hun verkeersgenererend effect en potentiële geluidsoverlast; - nieuwe handelszaken zijn, omwille van hun verkeersgenererend effect en centrumkarakter, niet wenselijk. Voor bouwkundig erfgoed gelden aanvullende criteria en specifieke mogelijkheden (zie bouwkundig erfgoed onder landschappelijke structuur). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 181 van 268

182 De specifieke beleidsopties betreffende het open ruimtebeleid dienen een doorwerking te vinden in het beleid op het gebied van de bebouwing. Afhankelijk van de ligging van de bebouwing in de open ruimte en de genomen beleidsopties zullen bepaalde functies en welstandscriteria al worden vastgelegd. Het doel hiervan is de beeldkwaliteit van het landschap te behouden en eventueel te versterken en de vooropgestelde gewenste ontwikkelingen niet te hypothekeren. Tabel 20: woonlint: mogelijke functiewijzigingen Valleien Leemplateaus Duisburg Overijse Waver Wonen (eengezinswoning) JA JA JA JA JA Diensten en kantoorfunctie (max. 100 m²) JA JA JA JA JA Handelszaak NEE NEE NEE NEE NEE Horeca (restaurant, café ) NEE NEE NEE NEE NEE Verblijfsrecreatie (kamer met ontbijt, vakantiewoning ) Lokaal ambachtelijk bedrijf (beperkt tot 50 m diepte) NEE JA JA JA JA NEE JA NEE NEE NEE Leefbaar landbouwbedrijf NEE JA JA JA JA Tabel 21: randvoorwaarden woonlint: inpassing in de omgeving Doelstellingen Valleien - Natuurkenmerken van de vallei behouden. - Ecologisch functioneren niet aantasten. - Storende elementen bufferen. - Waterhuishouding is belangrijk. Overgangsgebieden Overgangsgebieden - Behouden van holle wegen en van hun belevingswaarde. - Erosie beperken op hellingen. - Vertuining tegengaan. Principes - Kaveldiepte wordt strikt vastgelegd op 50m. Percelen die verder lopen, dienen voorbij de grens een beplanting aan te brengen in relatie tot het landschap. Dit in afstemming met het karakter van de omgeving. - Aandacht voor architecturale inpassing. - Zo weinig mogelijk verdichten (ruime percelen, geen bebouwing in 2 de lijn). - Zo weinig mogelijk verharden (reguleringen naar bijgebouwen, lage bebouwingscoëfficiënt). Indien verharden, dan met waterdoorlatende materialen. - Brede erfdienstbaarheden ten opzichte van waterlopen - Bebouwing inbufferen in het achterliggend landschap: de laatste meters tuin ingroenen met streekeigen beplanting, tuinaanleg in relatie tot het landschap. - Erfafscheidingen door middel van beplantingen. - Kaveldiepte wordt strikt vastgelegd op 50 m. Percelen die verder lopen, dienen voorbij de grens een beplanting aan te brengen in relatie tot het landschap of dienen te worden gebruikt voor hobbylandbouw. Dit in afstemming met het karakter van de omgeving. - Aandacht voor architecturale inpassing. - Afgravingen (van holle wegen) zoveel mogelijk beperken: regulatie naar aanleg opritten. - Beplanten van steile hellingen met hoogstammen of kleine landschapselementen (KLE s) - Holle weg mag niet vertuind worden - Voor woonlinten langs wegen die een holle weg karakter Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 182 van 268

183 Plateaus - Duisburg - Ottenburg - Waver - Landbouw vrijwaren - Behouden van holle wegen - Erosie beperken - Doorzichten bewaren vertonen, dient de omheining zo dicht mogelijk tegen de straat gelegen te zijn. - Brede erfdienstbaarheden ten opzichte van landbouwwegen - Om landbouwgebied zoveel mogelijk te vrijwaren, kaveldiepte beperken tot max. 50m en op einde kaveldiepte een aantal kleine landschapselementen (KLE s) te plaatsen (met uitzondering van het plateau van Waver geen dichte beplanting om doorzichten niet te belemmeren!). - Om doorzichten te bewaren: reguleren omheiningen (niet te hoog), brede perceelsbreedtes gekoppeld aan passende breedte voorgevel en vrij grote afstand tussen 2 bouwwerken, enkel open bebouwing toelaten, regulaties naar zijtuinen. - Voor woonlinten langs wegen die een holle weg karakter vertonen, dient de omheining zo dicht mogelijk tegen de straat gelegen te zijn. De gemeente zal een sturende rol innemen om bovenstaande doelstellingen van landschappelijke integratie van de woonlinten te realiseren. In overleg met de verschillende diensten zal nagegaan worden hoe dit sturend beleid kan gerealiseerd worden. Geïsoleerde grootschalige bebouwing Het gaat om onderstaande niet limitatieve lijst: - Instituut Ganspoel - Klooster Keyhof De specifieke ontwikkelingsperspectieven voor het overige bouwkundig erfgoed (meestal hoeves en kastelen) werden reeds besproken onder de gewenste landschappelijke en agrarische structuur (andere hoeves). Deze gebouwencomplexen worden afzonderlijk besproken vanwege hun geïsoleerde ligging en grootschalige karakter. Instituut Ganspoel Instituut Ganspoel is gelegen te midden het open plateau van Duisburg en schaadt hiermee de openheid van het gebied. Deze open ruimte is aangeduid als ankerplaats. Het vrijwaren van de open ruimte wordt er als eigenschap van het landschap vooropgesteld. Het Instituut Ganspoel wordt er als een knelpunt binnen het landschap aangeduid. Een verdere ontwikkeling van het instituut is daarom enkel mogelijk via inbreiding en optimalisatie van de bestaande gebouwen en niet door uitbreiding van de site zelf. Daarnaast dient specifieke aandacht te gaan naar de landschappelijke integratie van de gebouwen in hun omgeving. Dit dient zowel op het vlak van architectuur, materiaalgebruik en ingroening van het domein. Ingroening is al gedeeltelijk gebeurd aan de noordwestelijke rand met boomgaarden. Voor verdere ingroening dient gebruik te worden gemaakt van streekeigen en deels wintergroene beplanting zodat de grootschalige bebouwing ook in de winter niet zichtbaar is. Verder onderzoek naar de eventuele uitbreidingsmogelijkheden van het Instituut Ganspoel zal op vraag en in overleg met het Instituut en de betrokken overheidsinstellingen (o.a. erfgoed, ANB, RWO, provincie ) gebeuren. Indien noodzakelijk kan de gemeente een RUP opmaken om deze uitbreidingen vast te leggen. Klooster Keyhof Klooster Keyhof, gesitueerd in de Stroobantsstraat, is het moederklooster van de Zusters Annunciaten. Er is een woon- en zorgcentrum voor bejaarde zusters gehuisvest. Het klooster heeft een aparte begraafplaats. De begraafplaats ligt deels in natuurgebied. Het klooster zelf ligt in zone voor openbaar Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 183 van 268

184 nut, evenals een groot park dat werd aangelegd (dit ligt ook deels in agrarisch gebied met landschappelijke waarden). Het klooster is landschappelijk goed geïntegreerd. De begraafplaats kan blijven bestaan omwille van haar vrij markant karakter (de ligging, de oude graven). Er zijn geen bijkomende ruimtebehoeften. De volleybalzaal aan klooster Keyhof wordt behouden. De volleybalzaal is gelegen in zone voor openbaar nut en is in principe niet zonevreemd. Er zijn 60 serviceflats gepland, die terecht kunnen in de zone voor openbaar nut. De gemeente kan een RUP opmaken om bovenstaande ontwikkelingen op deze locatie te behouden. Campings en weekendverblijven met mogelijkheden voor permanente bewoning De provincie duidt bij de opmaak van haar beleidsvisie voor het permanent wonen op campings en weekendverblijven een aantal terreinen aan die kunnen omgevormd worden naar een terrein waar permanente bewoning kan toegelaten worden. Binnen de gemeente Huldenberg worden de camping Holiday Parks (Huldenberg) en de weekendzone Korenheide (Loonbeek) hiervoor aangeduid. Op deze terreinen kunnen nieuwe wooninitiatieven genomen worden. Deze wooninitiatieven zijn gericht op een kleinschalige woonvorm en in eerste instantie gericht op de herlokalisatie van bestaande permanente bewoning op campings en weekendverblijven elders in de gemeente. Deze wooninitiatieven zullen bijdragen aan de realisatie van het bindend sociaal objectief in de gemeente Huldenberg. Gezien de grote potenties naar woonontwikkelingen die nog aanwezig zijn op het terrein Holiday Parks is de gemeente voorstander om de verdere ontwikkeling gefaseerd te laten verlopen Woningbouwprogrammatie Kaart 38: woningbouwprogrammatie Uit analyse van de woningbehoefte (zie informatief gedeelte) is gebleken dat het bestaande aanbod aan bouwmogelijkheden volstaat om tegemoet te komen aan de verwachte behoefte van ca. 98 bijkomende woongelegenheden voor de planperiode ). Het creëren van bijkomende woonmogelijkheden zal gericht zijn op het doelgroepenbeleid. Uit de woningbehoeftestudie bleek dat tegen 2017 een behoefte zou zijn aan ca. 93 sociale woningen of kavels (= bindend sociaal objectief, waarvan 63sociale huurwoningen, 29 sociale koopwoningen en 1 sociale kavel). Hiervoor zal een beleid gevoerd worden ter ontwikkeling van niet-uitgeruste gronden en specifieke renovatie- of inbreidingprojecten. Hierna wordt de woningbouwprogrammatie weergegeven. De woningbouwprogrammatie geeft eerst een overzicht van het alvast te ontwikkelen gebied en geeft daarna aan op welke manier nog bijkomende woningen in kader van het doelgroepenbeleid kunnen ontwikkeld worden. Bovendien wordt aangegeven welke gebieden voorlopig gereserveerd worden (en ten vroegste na 2017 kunnen ontwikkeld worden op basis van een geactualiseerde woonbehoeftestudie). Te ontwikkelen gebieden (voor 2017) Bij de projectzone wordt aangegeven hoeveel hectare er ontwikkeld wordt, welke bestemming deze zone op het moment heeft, hoeveel er gerealiseerd zullen worden en welke aard deze zullen hebben. De gemeente geeft voor het woonbeleid prioriteit aan het hoofddorp en wenst in haar woonbeleid de nadruk te leggen op het aanbieden van betaalbare woningen voor doelgroepen. Door de dure gronden woningmarkt is de eigen bevolking namelijk vaak genoodzaakt buiten de gemeente een woning of bouwgrond te zoeken. Er is in de gemeente een grote vraag naar betaalbare woningen voor de eigen bevolking. De gemeente wenst hierin tegemoet te komen door de realisatie van een woonproject. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 184 van 268

185 Hiervoor zal overgegaan worden tot het aansnijden van een woonuitbreidings- of wooninbreidingsgebied. Als algemeen uitgangspunt werd genomen dat woonuitbreidingsgebieden in principe slechts in aanmerking komen na verwezenlijking van de woongebieden. Uit de analyse van de niet-uitgeruste woongebieden is echter gebleken dat de mogelijkheden in woongebied in het hoofddorp beperkt zijn. Er is in het hoofddorp één wooninbreidingsgebied Solheidelaan (nietuitgerust woongebied) aanwezig. De overige wooninbreidingsgebieden liggen in de andere dorpskernen. De gemeente opteert ervoor om niet-uitgeruste woongebieden in de overige dorpskernen niet prioritair aan te wenden in functie van het woonbeleid. In deze kernen staat een lagere groei op het gebied van wonen en het behoud van het typische, landelijke karakter voorop. Door een maximale bundeling naar het hoofddorp van woonontwikkelingen wenst de gemeente ook actief in te spelen op het vergroten van het draagvlak van de commerciële activiteiten en voorzieningen. Zoals eerder vermeld is er één wooninbreidingsgebied Solheidelaan in het hoofddorp dat in aanmerking komt om een aanbodbeleid te voeren voor doelgroepen, gericht op de lokale bevolking van Huldenberg. Het wooninbreidingsgebied Solheidelaan bevindt zich tussen de Jozef Minetstraat, de Solheidelaan en de Rene Borremansstraat en is ca. 2,25 ha groot. Het gebied ligt in woongebied met landelijk karakter, sluit aan bij de dorpskern van Huldenberg en is langs drie zijden omgeven door bebouwing. Het gaat om een reliëfrijk gebied gelegen op de noordelijke valleiflank. Het woongebied grenst volgens de biologische waarderingskaart bovendien aan een biologisch zeer waardevol gebied. De gemeente wenst daarom het woongebied aan de Solheidelaan niet prioritair te ontwikkelen voor wonen, maar eerst de voorkeur te geven aan de realisatie van de tweede fase van het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle (niet ontwikkelde deel). Hiervoor werd een principieel akkoord afgeleverd (zie planningscontext). Priesters Delle is gesitueerd tussen de E. Gillisstraat, de Limburg Stirumlaan en de A. Goossensstraat. Het is het enige woonuitbreidingsgebied in het hoofddorp Huldenberg. Het woonuitbreidingsgebied werd deels gerealiseerd door een eerste fase van de sociale verkaveling Priesters Delle (29 sociale kavels). Er zijn verschillende argumenten voor de realisatie van dit gebied: - er is al een eerste fase gerealiseerd; - het gebied is in eigendom van de intercommunale Interleuven; - het gebied is zeer dicht bij het dorpscentrum van Huldenberg gelegen, waar de meeste voorzieningen aanwezig zijn (zwaartepunt van het gebied op 300-tal meter van de kerk); - ter hoogte van het gebied zijn er ook al een aantal openbare voorzieningen aanwezig: gemeentelijke begraafplaats, gemeentelijk voetbalterrein, camping en weekendverblijfpark; - het gebied staat in directe verbinding met het historische dorpscentrum door een voetgangersverbinding; - de flankpenetratie is gering, het gebied loopt niet door tot aan de bovenzijde van het hogerop gelegen plateau, zodat de samenhang met het dieper gelegen dorpshart visueel ook duidelijk aanwezig blijft, en bovendien het einde van het dorpsweefsel waarneembaar is; - er wordt geen belangwekkende schade aan intrinsieke landschappelijke kwaliteiten toegebracht. Ook op het gebied van reliëf zijn er geen opvallende structuren die tenietgedaan zouden moeten worden. Het betreft een steilte die een relatief geringe uitgraving of ophoging vergt om er te bouwen. Realisatie woonuitbreidingsgebied Priesters Delle (Huldenberg) niet ontwikkelde deel - Oppervlakte: ca. 2 ha. - Bestemming: woonuitbreidingsgebied. - Aantal woningen: 53 - Aard van de bebouwing: mix van sociale koop- en huurwoningen en sociale kavels. - Op basis van het goedgekeurd principieel akkoord zal Elk zijn Huis de 20 sociale huurwoningen realiseren. Interleuven werkt een project uit voor de realisatie van 10 sociale koopwoningen en 23 sociale kavels. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 185 van 268

186 - te realiseren in 2 fasen: waarvan max. 37 in fase 1 (alle sociale huurwoningen mogen, max. 5 sociale koopwoningen en max. 12 sociale kavels). De gemeente wenst op korte termijn het niet ontwikkelde deel van het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle te realiseren voor een gemengd project. Een principieel akkoord hieromtrent is verleend. Bij de uitwerking zal rekening gehouden worden met de aandachtspunten die zijn opgelegd in het principieel akkoord (zie informatie deel pag. 65) Al gerealiseerd Te realiseren Inbreidingsprojecten in de kernen Er wordt geopteerd om overige behoeften aan sociale huur- en koopwoningen in te vullen door middel van inbreidingsprojecten in de verschillende kernen. Uit de woningbehoeftestudie en rekening houdend met bovenstaande ontwikkelingen blijkt dat tegen 2017 nog een tekort zou zijn van 62 sociale woningen (om het bindend sociaal objectief te kunnen realiseren dienen nog 43 sociale huurwoningen en 19 sociale koopwoningen gerealiseerd te worden). De behoeften aan bejaardenhuisvesting worden grotendeels opgevangen door de realisatie van de geplande projecten nabij het RVT Ter Meeren en het klooster Keyhof (60 serviceflats). Een bijkomende behoefte aan serviceflats tegen 2017 is niet te verwachten. Een bijkomende behoefte aan rusthuisbedden wel. Mogelijks kan dit opgevangen worden door een verdere ontwikkeling van het RVT Ter Meeren. Voor verdere woonontwikkelingen in het kader van het doelgroepenbeleid heeft de gemeente volgende locaties op het oog: - de zone achter de pastorij (0,4 ha) in de dorpskern van Ottenburg. Dit gebied is in eigendom van de gemeente. Er zal een strategisch plan worden opgemaakt voor de leefbaarheid van de dorpskern van Ottenburg, waarbij de potenties van deze locatie (inbreidingsproject) verder worden onderzocht. Naast wonen zullen hier ook de mogelijkheden voor jeugdinfrastructuur en sport en spel worden onderzocht. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 186 van 268

187 - het woongebied gelegen aan de Solheidelaan (Wo 3; ca. 2,2 ha; ca. 33 woningen) in de dorpskern van Huldenberg. Het gaat om een reliëfrijk gebied gelegen op de noordelijke valleiflank. De locaties zullen verder onderzocht worden naar hun geschiktheid en verder uitgewerkt worden in kader van de verschillende RUP s en het strategisch plan voor de dorpskern Ottenburg. Bij het woongebied gelegen aan de Solheidelaan in de dorpskern Huldenberg moet aandacht gaan naar het vrijwaren van de ontsluitingsmogelijkheden van het gebied. Permanente bewoning in campings en weekendverblijven: Naast het gebied Priesters Delle en de twee bovengenoemde inbreidingsgebieden zullen ook bijkomende mogelijkheden voor het realiseren van het bindend sociaal objectief onderzocht worden in de camping Holiday Parks en de weekendzone Korenheide die door de provincie wordt omgevormd naar een zone waar permanente bewoning mogelijk is. In eerste instantie moet de ontwikkeling er op gericht zijn om permanente bewoning uit andere campings en weekendverblijven te herlokaliseren. Deze ontwikkeling dient gefaseerd te gebeuren. Te reserveren woongebieden (tot na 2017) Omdat de gemeente op korte termijn (voor 2017) het nog niet ontwikkelde deel van het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle wenst aan te snijden (ca. 2 ha) en daarnaast de voorkeur geeft aan bovenstaande inbreidingsprojecten, zal de gemeente volgende woongebieden vastleggen voor een latere periode (minimaal tot na 2017): - het woongebied gelegen tussen de Eygenstraat, de Kapelweg en de Kapelbergstraat in de dorpskern van Neerijse (Wo 1; ca. 0, 7 ha) wordt als reservegebied behouden; - het woongebied gelegen tussen de Schoolstraat, de Kleine Schoolstraat, de Terlaenenstraat en de Leikstraalbeek in de dorpskern van Ottenburg (Wo 2; ca. 1 ha) wordt als reservegebied behouden; - het woonuitbreidingsgebied t Veldeke (WUG2; ca. 13,24 ha), grenzend aan de kern van Sint- Agatha-Rode wordt behouden; - het woonuitbreidingsgebied Hollestraat (WUG3; ca. 7,02 ha) aansluitend bij de kern van Loonbeek en bij het open plateau van Duisburg wordt behouden als reservegebied. Het is een gebied met felle taluds. - het woonuitbreidingsgebied Processieweg (WUG4; ca. 4,38 ha) aansluitend bij de kern van Ottenburg wordt behouden als reservegebied; - het woonuitbreidingsgebied Kerkeveld Langestraat (Neerijse) (WUG5; ca. 20,21 ha) wordt behouden als reservegebied Specifieke gemeenschapsvoorzieningen Containerpark Momenteel heeft de gemeente een samenwerkingsovereenkomst met de gemeente Bertem voor het gebruik van het containerpark. De gemeente zal deze samenwerking evalueren en indien nodig de noodzaak tot oprichting van een eigen gemeentelijk containerpark verder onderzoeken. Indien uit deze studie blijkt dat er een nood is aan een gemeentelijk containerpark, stelt zich het locatieprobleem. In de gemeente is er geen enkele zone voor openbaar nut onbenut. Dit impliceert dat er op termijn mogelijks een herbestemming noodzakelijk zal zijn via een gemeentelijk RUP. Gezien de noodzaak nog niet is aangetoond, wordt in het gemeentelijk structuurplan nog geen concrete locatie aangeduid. Indien een locatie aangeduid wordt, zal deze afgewogen worden naar bereikbaarheid, situering ten opzichte van de bebouwde structuur en de openruimte structuur, de ruimtelijke visie van het structuurplan Een locatie zal gezocht worden in relatie tot volgende hiërarchie: - Bij voorkeur aansluitend bij het hoofddorp Huldenberg Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 187 van 268

188 - Of in een bestaand of nieuw te ontwikkelen lokaal bedrijventerrein - Anders aansluitend bij een kern-in-het-buitengebied - Gelegen in een overgangsgebied - Niet gelegen in een valleigebied - Niet gelegen op een open leemplateau - Aansluitend bij de secundaire weg of een lokale weg type IIA Sociaal huis De dienst van het Sociaal Huis bevindt zich momenteel in het oude gebouw Blauwhof langs de Sint- Jansbergsteenweg te Loonbeek. Het sociaal huis wordt geherlocaliseerd naar het centrum van Huldenberg aansluitend bij of in de omgeving van het bestaande gemeentehuis. Aansluitend op de site van het Blauwhof kan, op het perceel dat in eigendom is van de gemeente, een speelbos ontwikkeld worden. Bibliotheek De gemeentelijke bibliotheek wordt geherlocaliseerd naar het centrum van Huldenberg, aansluitend bij of in de omgeving van het bestaande gemeentehuis. Dit eveneens vanuit de algemene visie om alle gemeentelijke voorzieningen zoveel mogelijk te bundelen naar het hoofddorp. Onderwijsinstellingen Er moeten mogelijkheden behouden worden voor de gemeentelijke basisschool van Sint-Agatha-Rode en de school in Neerijse en Loonbeek. Voor zover deze uitbreidingen binnen het bestaand woongebied kunnen gerealiseerd worden zijn hiervoor geen verdere acties nodig. Indien blijkt dat de scholen enkel kunnen uitgebreid worden buiten het woongebied (in het geval van Sint-Agatha-Rode in woonuitbreidingsgebied) dan zal op dat moment onderzocht worden op welke manier dit het best kan gebeuren. De gemeente zal indien noodzakelijk een RUP opmaken. In het RUP zal de behoefte voor de uitbreiding van de school gemotiveerd worden en zal aangegeven worden hoe de uitbreiding kan plaatsvinden zodanig dat een eventuele impact op de omliggende open ruimte beperkt wordt en de verdere ontwikkeling van het achterliggende gebied (landbouwgebied of WUG) niet gehypothekeerd wordt. Begraafplaatsen Er zijn zeven begraafplaatsen aanwezig in de gemeente. Twee gemeentelijke begraafplaatsen zijn zonevreemd. Het gaat om de begraafplaats te Huldenberg in de Limburg Stirumlaan (gelegen in landbouwgebied) en deze te Loonbeek achter de gemeentelijke school (gelegen in woonuitbreidingsgebied). Deze gemeentelijke begraafplaatsen kunnen behouden blijven gezien ze ruimtelijk aansluiten bij de kern en ze geen structureel areaal aantasten. De begraafplaats in Loonbeek heeft geen bijkomende ruimtebehoeften, deze in Huldenberg wel. Bij de opmaak van een RUP om deze begraafplaats zone-eigen te maken zal de gemeente de bijkomende uitbreiding motiveren en zal ze onderzoeken op welke manier de uitbreiding van de begraafplaats het best gebeurt en de minste impact heeft op de open ruimte. Het zonevreemd deel van de begraafplaats van het Klooster Keyhof kan onder zijn huidige vorm behouden blijven gezien het markant karakter van de begraafplaats. Er zijn geen bijkomende ruimtebehoeften. Technische dienst De technische dient beschikt momenteel over een klein loods (ca. 900 m²) in de E. Gillisstraat. Deze loods is momenteel in parkgebied gelegen. Op korte termijn wenst men deze loods op deze locatie te behouden. Op middellange tot lange termijn wenst de gemeente een aantal gemeentelijke voorzieningen te bundelen op een centrale locatie (o.a. technische dienst, containerpark ). De gemeente zal een inventaris opmaken van de gemeentelijke voorzieningen die moeten gebundeld en geherlokaliseerd worden en zal een locatieonderzoek uitvoeren. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 188 van 268

189 Indien uit dit locatieonderzoek blijkt dat de bestaande locatie in de E. Gillisstraat de meest aangewezen zone is dan zal de gemeente deze zone bestendigen en de nodige ontwikkelingsmogelijkheden geven door het deel parkgebied waarin de loods zich bevindt om te zetten naar een zone voor openbaar nut. In het RUP zal de nodige ruimte gemotiveerd worden op basis van bovenstaand behoeftenonderzoek. Dit kan verantwoord worden omdat de loods zich aan de rand van het parkgebied bevindt, onmiddellijk aansluit bij de overige bebouwing van Huldenberg en hierdoor geen impact heeft op de ontwikkeling van het parkgebied. = Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 189 van 268

190 RK dbtbkpqb=b`lkljfp`eb=pqor`qrro pqor`qrro= RKNK açéäëíéääáåöéå= Volgens het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB) kan de gemeente Huldenberg een lokaal bedrijventerrein voorzien van ca. 5 ha, aansluitend bij het hoofddorp of via inbreiding. Lokale bedrijventerreinen zijn terreinen, die de behoefte van te herlokaliseren bedrijven (bijvoorbeeld hinderlijke zonevreemde bedrijven in de open ruimte of hinderlijke bedrijven uit de dorpskernen) of nieuwe startende bedrijven, dienen op te vangen. Het bedrijventerrein richt zich uitsluitend op lokale bedrijven. Met betrekking tot de optie voor een bijkomend lokaal bedrijventerrein wordt het volgende vooropgesteld: - de gemeente Huldenberg wordt getypeerd door een opeenvolging van plateaus en valleien, met soms sterke reliëfovergangen. Naast intrinsiek waardevolle natuuraspecten, is de structuur van de valleien, steilten en plateaus van een erg hoge visuele kwaliteit. De sterke reliëfovergangen hebben geleid tot een opeenvolging van vele en diverse fraaie zichtperspectieven. De inplanting van een bedrijventerrein in Huldenberg zal vanzelfsprekend een belangrijke landschappelijke impact hebben en kan een aantasting betekenen van de soms zeer waardevolle reliëfovergangen. - daarnaast wordt de gemeente niet doorkruist door een belangrijke verkeersader, die het vrachtverkeer op een snelle manier kan afleiden naar het hoofdwegennet. De belangrijkste weg die door de gemeente gaat is de secundaire weg type III N253 (Leuven Overijse). Vrachtverkeer afkomstig van een bedrijventerrein moet zo snel mogelijk ontsloten worden naar de lokale verzamel- en verbindingswegen en de hoofdroute voor vrachtverkeer, namelijk de N253 (Leuven Overijse). Echter de weg Leuven Overijse is een vrij bochtige weg waarlangs drie dorpskernen en heel wat lintbebouwing is gelegen. Hoe dan ook moet het vrachtverkeer afkomstig van een bedrijventerrein door één van de dorpskernen rijden. Alternatieven om de kernen te vermijden zijn moeilijk haalbaar. De ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein op het grondgebied van de gemeente Huldenberg lijkt dan ook geen evidentie. Het beleid ten aanzien van de gewenste economische structuur in Huldenberg wordt daarom op drie sporen uitgewerkt: 1. De gemeente zal in eerste plaats inzetten in verweving van bestaande en nieuwe bedrijven. Bestaande bedrijven moeten in eerste instantie op hun huidige locatie behouden kunnen blijven en daar verder kunnen ontwikkelen. Verweving wordt in eerste instantie in de dorpskernen nagestreefd en bij uitbreiding in de woonlinten. Indien verweving op de huidige locatie niet meer mogelijk blijkt dan dient de herlocalisatie naar een lokaal (of ander) bedrijventerrein overwogen worden. Om deze herlokalisatie mogelijk te maken dient er in de gemeente een lokaal bedrijventerrein ontwikkeld te worden. Hiervoor zijn er twee mogelijkheden: 2. De gemeente zal de reconversie- en uitbreidingsmogelijkheden van het bedrijventerrein Florival verder onderzoeken. Het bedrijventerrein is echter in de vallei van de Dijle gelegen en moeilijk ontsluitbaar op het grondgebied van Huldenberg. 3. De gemeente zal een locatieonderzoek uitvoeren naar potentiële locaties voor de realisatie van een lokaal bedrijventerrein. Het bedrijventerrein dient aan te sluiten bij de bestaande kernen of een bestaand bedrijventerrein en dient goed ontsloten te worden. Een mogelijke locatie is een locatie aansluitend bij het bedrijventerrein van Waver in de nabijheid van de kern Ottenburg. In dit locatieonderzoek zullen nieuwe locaties afgewogen worden ten aanzien van een herontwikkeling van het bedrijventerrein Florival. De gemeente zal de ontwikkeling van het lokaal bedrijventerrein onderbouwen door een geactualiseerde behoeftestudie. De ruimtebehoeften van zonevreemde bedrijven zullen geval per geval bekeken worden bij de opmaak van een RUP, waarvoor een basis wordt gegeven onder het deel 9 afwegingskader zonevreemde constructies. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 190 van 268

191 RKOK `çååééíéå= Verweving van bedrijven in dorpskernen en bij uitbreiding in woonlinten In eerste instantie zal de gemeente de verweving van bedrijven in dorpskernen, en bij uitbreiding in de woonlinten, nastreven. Bestaande bedrijven moeten zoveel mogelijk op hun huidige locatie binnen de dorpskernen, en in woonlinten, behouden kunnen blijven en indien noodzakelijk blijkt kunnen uitbreiden. Pas als deze opties niet meer mogelijke zijn dringt een herlokalisatie van het bedrijf zich op. Bij voorkeur gebeurt dit dan naar een lokaal bedrijventerrein in de gemeente. Onderzoek naar reconversie en uitbreidingsmogelijkheden industriegebied Florival De gemeente beschikt vandaag de dag niet over een lokaal bedrijventerrein. Op het grondgebied van de gemeente ligt wel het industriegebied Florival. De gemeente zal onderzoek doen naar de reconversie en uitbreidingsmogelijkheden van het bestaande bedrijventerrein Florival. Gezien de ligging in de Dijlevallei is een behoud en verdere ontwikkeling van het industriegebied niet aangewezen. Daarom lijkt het wenselijk dat naast een onderzoek naar de reconversiemogelijkheden ook de mogelijkheden voor een nieuw lokaal bedrijventerrein worden onderzocht. Locatieonderzoek naar de mogelijkheden voor een lokaal bedrijventerrein Gelijktijdig met het onderzoek naar de reconversiemogelijkheden van Florival zal de gemeente een onderzoek opstarten naar de mogelijkheden voor de ontwikkeling van een nieuw lokaal bedrijventerrein. Zoals ingeschreven in de hogere structuurplannen dient dit lokaal bedrijventerrein aan te sluiten op het hoofddorp, bij een bestaand bedrijventerrein of bij een goed uitgeruste infrastructuur. = Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 191 van 268

192 RKPK déïéåëíé=éåçåçãáëåüé=ëíêìåíììê= Kaart 39: Gewenste economische structuur De gewenste economische structuur bestaat uit volgende onderdelen: - Bedrijvigheid verweven in de dorpskern; - Bedrijvigheid verweven in de woonlinten; - Industriegebied Florival; - Onderzoek naar een potentiële locatie voor een lokaal bedrijventerrein; - Ontginningsgebieden, zand, klei en zavelgroeven en storten Bedrijvigheid verweven in de dorpskern Om de natuur- en landschapswaarde van de gemeente zoveel mogelijk te vrijwaren wordt verweving van bedrijven binnen de dorpskernen als uitgangspunt naar voor geschoven. Dit houdt in dat er in de dorpskernen voldoende ontwikkelingsmogelijkheden moeten worden voorzien voor de bestaande bedrijven en voor nieuwe bedrijvigheid. Zolang dat bedrijven op schaal blijven, de ruimtelijke draagkracht niet overschrijden en geen hinder meebrengen naar de omwonenden (zowel qua milieuoverlast als qua verkeersoverlast) kunnen zij blijven bestaan en zich verder ontwikkelen in de dorpskernen. Om ook in de toekomst vestiging van nieuwe, kleinschalige ambachtelijke bedrijven mogelijk te maken in de dorpskernen moeten de bouwvoorschriften voldoende ruim zijn. Gezien de dynamiek van de bedrijvigheid in Huldenberg vrij laag ligt, zijn nieuwe, kleinschalige ambachtelijke bedrijven welkom in alle dorpskernen, voor zover ze geen hinder meebrengen voor de omwonenden (milieu- en verkeersoverlast). Om na te gaan of bedrijven al dan niet overlast veroorzaken binnen de dorpskern zal de gemeente in overleg met haar diensten een afwegingskader uitwerken dat kan gehanteerd worden bij de aanvraag bij stedenbouwkundige en/of milieuvergunningen. Het toepassen van SMART regels (simpele, meetbare, acceptabele, realistische en traceerbare regels) zal hiervoor als leidraad ingezet worden Bedrijvigheid verweven in woonlinten De al bestaande bedrijven kunnen in principe behouden blijven. De specifieke beleidsopties betreffende het open ruimtebeleid dienen een doorwerking te vinden in het beleid op het gebied van de bebouwing. Voor een algemene afweging ten opzichte van de open ruimtegebieden wordt het afwegingskader zonevreemde constructies als richtlijn gevolgd. Geval per geval zal bij de uitwerking van de nodige uitvoeringsplannen een afweging worden gemaakt wat betreft hun ontwikkelings- en bebouwingsmogelijkheden. De gemeente beoogt hierbij het verder specificeren van de mogelijkheden en het opleggen van randvoorwaarden, om de ontwikkeling van de woonlinten in goede banen te leiden. Hierbij worden evenwel volgende beleidslijnen uitgezet: - de activiteiten kunnen herbouwen en/of beperkt uitbreiden om de huidige activiteit beter te laten functioneren; - bij herbouwen of uitbreiding wordt een zo groot mogelijke compactheid nagestreefd, waarbij de insnijding in de achterliggende open ruimte (> 50 m uit de as van de weg) zoveel mogelijk wordt voorkomen; - bij herbouwen of uitbreiding mag geen bijkomende hinder t.o.v. omliggende bebouwing veroorzaakt worden (zichtperspectieven, bezonning, enz.); - bij herbouwen of uitbreiding mag geen bijkomende verkeershinder gegenereerd worden. Hierbij dient rekening gehouden te worden met de te verwachten verkeerstoename t.o.v. het huidig verkeersvolume en met de ontsluitingsmogelijkheden op de routes naar het hogere wegennet. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 192 van 268

193 Nieuwe bedrijven dienen zoveel mogelijk verweven voor te komen in de dorpskernen. In de woonlinten zijn er beperkte mogelijkheden voor het opstarten van een nieuw bedrijf. Nieuwe bedrijvigheid in een woonlint is mogelijk voor zover het gaat over beperkte kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid gecombineerd met een eengezinswoning. De bedrijvigheid is beperkt in oppervlakte (de bedrijfsgebouwen, inclusief verharding, zijn binnen de 50 m van de rooilijn gelegen), geen hinderend verkeer genereert en geen hinder veroorzaakt t.o.v. de omgevende woonfunctie. Het algemene beleid voor de woonlinten wordt hiervoor uitgeschreven bij woonlinten (zie onder onder woonlinten) Industriegebied Florival Het gaat om een industriegebied van ca. 5 ha in de deelgemeente Ottenburg op de grens aan de Florivalstraat in de Dijlevallei. De industriezone loopt verder op het grondgebied van Grez Doiceau. De bedrijfsruimten dienen nu als opslagplaatsen voor het bedrijf Exide Technologies Belgium (vroeger gekend als accumulateurs Tudor) en biedt daarnaast ruimte aan andere bedrijven. De industriezone Florival heeft momenteel een slordige infrastructuur. De gemeente zal een studie laten maken met het oog op de herinrichting en uitbreiding van het industriegebied. De herinrichting en uitbreiding gebeurt voor de vestiging van lokale ambachtelijke bedrijven (ca m²). Het bedrijventerrein wordt momenteel ontsloten via het Waals gewest (Rue de Florival Florivalstraat). De eventuele noodzaak aan bijkomende zuidelijke ontsluiting zal mee onderzocht worden in de reconversiestudie. Bij herontwikkeling van het bedrijventerrein zouden er zich in totaal een tiental lokale bedrijven kunnen vestigen. Een deel van het bedrijventerrein kan worden aangewend voor de herlokalisatie van slecht gelegen zonevreemde bedrijven Onderzoek naar een potentiële locatie voor een lokaal bedrijventerrein Omdat de zone Florival in een kwetsbaar gebied gelegen is en mogelijks moeilijk te ontwikkelen is zal de gemeente een locatieonderzoek opstarten. In de onderzoek zullen potentiële locaties voor de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein van ca. 5 ha in beeld gebracht worden en tegen elkaar afgewogen worden. Voorwaarden voor de aanduiding van deze locaties zijn: - Ze moeten aansluiten bij een bestaande kern of een bestaande bedrijventerrein - Ze moeten goed ontsloten zijn - Ze moeten beperkte impact hebben op de open ruimte (het plateau van Duisburg en de valleigebieden komen om die reden al niet in aanmerking voor de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein). Het bedrijventerrein zal in eerste plaats gericht zijn op de eventuele herlokalisatie van bedrijven in de gemeente die op hun huidige locatie niet verder kunnen ontwikkeld worden of uitbreiden. In tweede instantie kan het bedrijventerrein ook de vraag van nieuwe bedrijven binnen de gemeente opvangen. Immers ondanks dat de gemeente verweving van bedrijvigheid binnen de kernen en de woonlinten in de overgangsgebieden nastreeft zal deze verweving slechts van toepassing zijn op de kleinere lokale ambachtelijke bedrijven. Bedrijven die op termijn iets groter willen worden zullen veelal in problemen komen en moeten binnen de huidige gemeente geherlokaliseerd kunnen worden. Op basis van het locatieonderzoek en op basis van een geactualiseerd behoefteonderzoek waarin de noodzaak tot de ontwikkeling van het bedrijventerrein wordt aangetoond, kan de gemeente een RUP opmaken voor de realisatie van het lokaal bedrijventerrein. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 193 van 268

194 Ontginningsgebieden, zand, klei, leem en zavelgroeven en storten In het open ruimtegebied zijn een aantal ontginningsgebieden, zandgroeven en storten aanwezig. Deze genereren heel wat vrachtverkeer. De gemeente wordt niet doorkruist door een belangrijke verkeersader, die het vrachtverkeer op een snelle manier kan afleiden naar het hoofdwegennet en alle vrachtverkeer gaat via de secundaire weg type III N253 (Leuven Overijse). Echter de weg Leuven Overijse is een vrij bochtige weg waarlangs drie dorpskernen en heel wat lintbebouwing is gelegen. Met uitzondering van de twee zandgroeves ten westen van de dorpskern Neerijse moet het vrachtverkeer afkomstig van de ontginningsgebieden hoe dan ook door één van de Huldenbergse dorpskernen rijden. Alternatieven om de kernen te vermijden zijn moeilijk haalbaar. Dit vrachtverkeer doorheen de kernen veroorzaakt een verkeersonveiligheidsgevoel bij de inwoners en is nadelig voor de woonkwaliteit in de dorpskernen. Voor de gemeente is het een algemeen uitgangspunt dat vrachtverkeer doorheen de woonwijken zoveel mogelijk wordt vermeden. De gemeente wenst de sterkte van Huldenberg als gemeente waar het aangenaam is om te wonen, maximaal te behouden. Dit betekent ook dat activiteiten die een negatieve invloed hebben op de woonkwaliteit worden vermeden. Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld voor de ontginningsgebieden, zandgroeves en storten. De standpunten van de gemeente worden omwille van de subsidiariteit als suggestie meegegeven aan de hogere overheden. A. Zandgroeve Wolfshaegen: ten zuiden van de dorpskern Neerijse In de zandgroeve aanwezig in Wolfshaegen ten zuiden van de kern van Neerijse is er nog een beperkte ontginningsactiviteit. Deze zandgroeve is in hoofdzaak een stortplaats van 3 e categorie (inerte materialen). De groeve is gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied. De zandgroeve is landschappelijk goed gebufferd. De gemeente dringt er ten stelligste op aan dat de activiteiten omwille van hoger beschreven redenen betreffende verkeersveiligheid en -leefbaarheid zo snel mogelijk worden stopgezet. Het vrachtverkeer afkomstig van de zandgroeve moet immers hoe dan ook door één of meerdere dorpskernen (Neerijse, Loonbeek en Huldenberg) rijden. Indien het Vlaams Gewest de stortactiviteiten wenst verder te zetten, dan wil de gemeente dat er gezorgd wordt voor een verbeterde mobiliteit, dat de zandgroeve landschappelijk goed geïntegreerd blijft en dat de opvulling in ieder geval maar is toegelaten totdat het oorspronkelijke maaiveld opnieuw is bereikt. B. Zandgroeve Kerkeveld: ten noordwesten van dorpskern Neerijse Het betreft een actieve zavelontginning. Slechts een klein deel van het ontginningsgebied, zoals aangeduid op het gewestplan is ontgonnen. De nabestemming bedraagt woonuitbreidingsgebied tegen de dorpskern van Neerijse aan en landbouwgebied in het noorden. De gemeente wenst omwille van de verkeersoverlast die deze ontginningsactiviteiten met zich meebrengen geen verdere uitbreiding van de bestaande ontginningsactiviteiten. De gemeente is vragende partij om de claim van ontginningsgebied op het gewestplan te schrappen en de nabestemmingen als effectieve bestemmingen te bestendigen. De gemeente wenst om dezelfde reden ook geen opvulling van de bestaande ontginningsput. Gezien de groeve in de nabijheid is gelegen van het Tersaertbos, is de gemeente vragende partij om de ontgonnen delen als natuurgebied in te richten. C. Zandgroeve Ex Vranckx: ten noordwesten van dorpskern Neerijse Het betreft en voormalige groeve die deels in natuurgebied en deels in landschappelijk agrarisch gebied is gelegen. De groeve situeert zich nabij het Tersaertbos in de rand van de Vloetgroebbe. De ontginningsactiviteiten zijn heden volledig beëindigd. Recent werd een project voor de gedeeltelijke inrichting tot natuurgebied en gedeeltelijke opvulling voor deze groeve voorgesteld. Het betreft een samenwerking tussen de huidige uitbater en Natuurpunt. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 194 van 268

195 De gemeente zal deze nabestemming ondersteunen. D. Zandgroeve tussen Wolfshaegen en Stroobantsstraat (Huldenberg) De ontginningsactiviteiten zijn hier al lang gestopt. De zandgroeve werd tot op 13/09/2004 als stortplaats van 2 e categorie gebruikt. De stortplaats werd in 2005 afgedekt. Het afdekkingsdossier van OVAM voorzag echter dat de nabestemming bosgebied, zoals vastgelegd op het gewestplan, niet kon gerealiseerd worden (omwille van risico doorwortelen afdekkingslaag stort). Het gebied wordt momenteel gebruikt als grasland. Ook akkerbouwactiviteiten zijn omwille van dezelfde redenen niet wenselijk op deze locatie. De huidige nabestemming van het gewestplan blijft behouden. E. Ontginningsgebied Zavelstraat (Huldenberg) (in BOD Breembos West) De steenbakkerij in de Zavelstraat bestaat niet meer en wordt momenteel gebruikt door een bedrijf voor de verkoop van bouwmaterialen. Het bedrijf is gelegen in ontginningsgebied met nabestemming landbouw. In het BOD wordt voorgesteld om de nabestemming landbouw van het gebied als hoofdbestemming vast te leggen. De gemeente kan hier momenteel nog niet mee akkoord gaan en wenst eerst een aantal andere ontwikkelingsmogelijkheden van het gebied te onderzoeken. Het bedrijf heeft een planologisch attest ingediend om zijn activiteiten op deze locatie te bestendigen en deels te herstructureren. Een afweging van dit planologische attest zal gebeuren conform het afwegingskader zonevreemde constructies (zie verder in deze nota). Naar aanleiding van dit planologische attest kan een (gedeeltelijke) omvorming van het gebied naar bedrijventerrein gewenst zijn. Daarnaast wenst de gemeente te onderzoeken of deze omgeving in aanmerking kan komen voor de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein en/of een herlokalisatie van een aantal gemeentelijke diensten (technische dienst, containerpark ). De gemeente zal deze locatie afwegen ten aanzien van andere locaties binnen de gemeente (zoals aansluitend bij Waver, Florival - zie ook hoger onder en 5.3.3). De aansluiting bij het hoofddorp Huldenberg, de centrale ligging ten aanzien van de verschillende dorpskernen en de goede bereikbaarheid vanuit deze dorpskernen zijn een aantal positieve criteria die kunnen bijdragen tot de keuzen van deze locatie. F. Ontginningsgebied Nijvelsebaan (Huldenberg) (in BOD Breembos Oost) In het gewestplan is een groter ontginningsgebied met nabestemming landbouw aangeduid in de omgeving van de Nijvelsebaan en de Breembosstraat in functie van twee voormalige steenbakkerijen in de Nijvelsebaan. Dit gebied wordt momenteel gebruikt als landbouwgebied. De gemeente wil, in tegenstelling tot de conclusies van het BOD waar een behoud wordt vooropgesteld, dat het ontginningsgebied met nabestemming landbouwgebied omgezet wordt naar landbouwgebied. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 195 van 268

196 SK dbtbkpqb=qlbofpqfp`ejob`ob^qfbsb=pqor`qrr ob`ob^qfbsb=pqor`qrro= SKNK açéäëíéääáåöéå= - Stimuleren van kleinschalig natuur-, plattelands- en cultuurhistorisch gericht toerisme en hierdoor inspelen op het stijgend belang van wandel- en fietstoerisme. Hierdoor worden ook nieuwe impulsen gegeven aan de lokale economie, zonder dat dit hinderlijk is voor de woonomgeving. - Een duidelijk beleid voor de verblijfsrecreatiegebieden binnen de gemeente. SKOK `çååééíéå= Kleinschalig natuur-, plattelands- en cultuurhistorisch gericht toerisme verankerd in de dorpskernen Huldenberg, Neerijse en Sint-Agatha-Rode Huldenberg behoort tot het toeristisch-recreatief netwerk Dijlenetwerk. De gehele gemeente vertoont een landschappelijk hoogwaardig karakter. In de hoofdkern Huldenberg uit zich dat door de nauwe band tussen het sterke reliëf, de IJsevallei, het historisch bouwkundig erfgoed... Ook andere dorpskernen, zoals Neerijse en Sint-Agatha-Rode, vertonen een landschappelijk hoogwaardig karakter. In deze drie dorpskernen zijn er heel wat potenties voor de verdere uitbouw van toerisme en zachte recreatie. Daarnaast is er natuurlijk het omgevende landschap (uitgestrekte plateaus, holle wegen, oude hoeves ), dat ook heel wat potenties biedt. In de dorpskernen Huldenberg, Neerijse en Sint-Agatha-Rode wordt laagdynamische toeristischrecreatieve infrastructuur verder uitgebouwd ter ondersteuning van het plattelands-, natuur- en cultuurhistorisch gericht toerisme. Deze kernen vormen lokale toeristisch-recreatieve knooppunten voor wandel- en fietstoerisme. Hierdoor worden er nieuwe impulsen gegeven aan de lokale economie, zonder dat er hinder optreedt voor de woonomgeving. Dit zal ook de levendigheid van de dorpscentra versterken en een extra stimulans geven voor het winkelapparaat. Daarnaast worden er ook beperkte mogelijkheden gecreëerd voor hoeve- en plattelandstoerisme buiten de dorpskernen. Uitbouwen van recreatieve routes in functie van het recreatief medegebruik van de open ruimte De toeristisch-recreatieve aantrekkingspunten te Huldenberg zijn het landschap (open plateaus, valleien, mooie vista s (zichten) ), de bossen en natuurreservaten en het cultuurhistorisch patrimonium (kastelen, kapelletjes, historische hoeves...). De verschillende cultuurhistorische gebouwen, mooie vista s (zichten), bossen... worden optimaal benut naar landschapsbeleving toe, door ze in te passen in allerlei recreatieve routes. Bos- en valleigebieden worden open gehouden voor recreatief medegebruik. In de gemeente zijn al verschillende recreatieve routes uitgezet langs landelijke wegen, holle wegen... Deze routes kunnen verder worden uitgebouwd. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 196 van 268

197 Beleid voor verblijfsrecreatiegebieden In de recreatieve sfeer zijn er een aantal tendensen aan de gang, waar de nodige aandacht aan besteed dient te worden. Zo zijn de campings als traditionele verblijfsrecreatievorm niet meer voldoende. Nieuwe vormen van verblijfsrecreatie (o.a. hoeve- en plattelandstoerisme) en dagrecreatie krijgen meer opgang. Er zal worden ingespeeld op deze tendensen, cfr eerste concept. Bovendien moet een duidelijk beleid gevoerd worden naar de verschillende verblijfsrecreatieve gebieden (campings en weekendzones) in de gemeente. De provincie maakt momenteel een studie op rond het permanent wonen in deze verblijfsrecreatieve gebieden. Vanuit de gemeente wordt ten aanzien van permanente bewoning van weekendverblijven reeds een duidelijk standpunt ingenomen als suggestie naar de provinciale studie. SKPK déïéåëíé=íçéêáëíáëåüjêéåêé~íáéîé=ëíêìåíììê êéåêé~íáéîé=ëíêìåíììê= Kaart 40: gewenste toeristisch-recreatieve structuur De gewenste toeristisch recreatieve structuur bevat: - lokale toeristisch-recreatieve knooppunten Huldenberg, Neerijse en Sint-Agatha-Rode; - kleinschalig verblijfstoerisme in de dorpskernen; - hoeve- en plattelandstoerisme in de open ruimte; - (verblijfs)recreatiegebieden; - recreatieve fiets- en wandelroutes; - openstellen van open ruimtegebieden voor recreatief medegebruik; - lokale speel- en sportvoorzieningen. Lokale toeristisch-recreatieve knooppunten Huldenberg, Neerijse en Sint-Agatha-Rode In de dorpskernen van Huldenberg, Neerijse en Sint-Agatha-Rode wordt de laagdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur verder uitgebouwd. Deze drie dorpskernen vormen lokale knooppunten op het gebied van het plattelands-, natuur- en cultuurhistorisch gericht toerisme. De toeristisch-recreatieve infrastructuur in deze lokale knooppunten is in de eerste plaats gericht op dagrecreatie (wandelen en fietsen). Huldenberg Huldenberg vormt de hoofdkern van de gemeente. In het gemeentehuis van Huldenberg vindt men de Dienst Toerisme. Huldenberg heeft een landschappelijk hoogwaardig karakter door het cultuurhistorisch patrimonium, de ligging nabij de IJsevallei, de aanwezigheid van bosvlekken en stroken, waterpartijen, kasteeldomeinen... dit alles zeer compact geconcentreerd in en rond het dorpscentrum. Huldenberg is een knooppunt van recreatieve routes in het Provinciaal Fietsroutenetwerk. De locatie aan het gemeentehuis vormt een lokaal knooppunt van wandel- en fietsroutes. T.h.v. het gemeentehuis gaat aandacht naar een flexibel aansluiten van de wagen op de fiets en te voet, met een goede infrastructurele uitbouw. Neerijse Neerijse heeft een landschappelijk hoogwaardig karakter door het cultuurhistorisch patrimonium, de oude dreven, enz. Voorts is de dorpskern gelegen nabij de Doode Bemde, een natuurreservaat met een Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 197 van 268

198 regionale uitstraling. Neerijse is een knooppunt van recreatieve routes in het Provinciaal Fietsroutenetwerk. Daarom ook belangrijk dat er voldoende aandacht wordt besteed aan de recreant in de kern. Ter ondersteuning van het toerisme wordt de parking in de Donkerstraat ingeschakeld in het toeristisch recreatief netwerk. Sint-Agatha-Rode Sint-Agatha-Rode heeft een landschappelijk hoogwaardig karakter door het cultuurhistorisch patrimonium, de ligging nabij de Dijlevallei, Rodebos, Groot-Broek... Daarom wordt Sint-Agatha- Rode geselecteerd als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt. Kleinschalig verblijfstoerisme in de dorpskernen Daarnaast gaat de aandacht ook naar kleinschalig verblijfstoerisme. De gebouwen in de dorpskernen komen in aanmerking voor verblijfsrecreatie meer dan solitaire gebouwen in de open ruimte. Initiatieven in de verblijfsrecreatieve sector op kleinschalig niveau zijn in de verschillende historische dorpskernen zeker wenselijk, bij voorkeur in Huldenberg, Neerijse of Sint-Agatha-Rode, gezien deze lokale knooppunten zijn van wandel- en fietsroutes. Volgende vormen van kleinschalig verblijfstoerisme zijn wenselijk: - landelijke korte verblijfsarrangementen in kleinschalige vorm van verblijf: kleine hotels, gastenkamers, huurvakantiewoningen, B&B s (kamer met ontbijt) Hoeve- en plattelandstoerisme in de open ruimte In de open ruimte worden mogelijkheden voorzien om verblijfsaccommodatie te integreren binnen bestaande gebouwen. De ontwikkelingsperspectieven voor hoeve- en plattelandstoerisme in Huldenberg worden gedifferentieerd aan de hand van de ligging ten opzichte van de dorpskernen. De ontwikkelingsperspectieven zullen anders zijn voor de open leemplateaus dan voor de overgangsgebieden voor landbouw. Deze laatste sluiten immers meer aan bij de dorpskernen. De ontwikkelingen zijn allen laagdynamisch en lokaal van aard. Bijzondere aandacht gaat naar het integreren van beschermd erfgoed en waardevol bouwkundig erfgoed in het toeristisch-recreatief gebeuren in de gemeente. Tabel 22: ontwikkelingsmogelijkheden hoeve- en plattelandstoerisme open leemplateaus Actieve hoeve mogelijkheden hoevetoerisme (max. 8 verblijfsentiteiten) landbouw in overgangsgebieden mogelijkheden hoevetoerisme (max. 8 verblijfsentiteiten) Gedesaffecteerd landbouwbedrijf, dat geen beschermd of waardevol bouwkundig erfgoed is. Bouwkundig erfgoed mogelijkheid van kinderboerderij, eenvoudige logiesverstrekkende functie en ontbijt bij particulieren (conform wetgevend kader) functies met respect voor erfgoedwaarde mogelijk (zie landschappelijke structuur) mogelijkheid van kinderboerderij, kamers met ontbijt bij particulieren (conform wetgevend kader), kamperen, jeugdlogies, huurvakantiewoningen, laagdynamisch toeristisch attractiepunt, gekoppeld aan historische, streekgebonden bezienswaardigheid functies met respect voor erfgoedwaarde mogelijk (zie landschappelijke structuur) Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 198 van 268

199 (Verblijfs)recreatiegebieden In de gemeente zijn er een achttal (verblijfs)recreatiezones. Daarnaast komen er nog een aantal verspreide weekendverblijven voor. Clusters van weekendverblijven en campings De provincie heeft de opdracht toegewezen gekregen om een oplossing uit te werken voor het probleem van het permanent verblijven (wonen) in weekendverblijven en campings. De provincie Vlaams-Brabant zal op basis van een inventaris een ruimtelijke afweging maken en desgevallend een RUP opstellen. Voor de gemeente Huldenberg werden naast de 7 campings, 6 clusters van weekendverblijven geïnventariseerd (zie ook informatief deel 1.4 en 3.2.2). Binnen deze studie worden voor de verschillende clusters van weekendverblijven en campings volgende beleidselementen vooropgesteld: Terreinen die worden behouden als weekendzone of camping: Volgende campings worden als camping of weekendverblijf behouden. Eventuele permanente bewoning dient er te verdwijnen en kan geherlokaliseerd worden naar de campings en weekendverblijven die hiervoor worden aangeduid (zie verder). De campings moeten uitgebaat worden conform de bepalingen van het logiesdecreet. Niet ontwikkelde terreinen worden via ene provinciaal RUP omgezet naar open ruimte, in het bijzonder natuurgebied. Het betreft: - camping Berg en Dal (CAM 1): De recreatiezone in de Biezenstraat te Loonbeek zoals voorzien op het gewestplan, blijft deels behouden. Een deel van het recreatiegebied wordt omgevormd naar een open ruimtebestemming. Binnen de recreatiezone kan de camping verder ontwikkeld worden. - camping R3CB (CAM 6), de weekendzone Kleine Keistraat (C6) en camping De Brabantse Ardennen/Four Saisons (CAM 7): Deze drie zones voor verblijfsrecreatie te Wolfshaegen in de deelgemeente Neerijse blijven, zoals voorzien op het gewestplan, blijven. De zones kunnen verder ontwikkelen binnen de voorziene juridische afbakening. - camping Gali (CAM 5): De zone voor verblijfsrecreatie in de Wijmingenstraat te Ottenburg, zoals voorzien op het gewestplan blijft behouden. De zone kan verder ontwikkelen binnen de voorziene juridische afbakening. Terreinen die worden omgezet naar een open ruimtefunctie: Omwille van het feit dat de campings verlaten zijn en er binnen de gemeente Huldenberg een voldoende aanbod aanwezig is naar verblijfsrecreatieve functies worden de volgende terreinen door middel van een provinciaal RUP omgevormd naar een open ruimtebestemming: - camping Spitsberg (CAM 4 in Spitsberg te Huldenberg) - camping Les Chalets (CAM 3 in de Kamstraat te Neerijse) - verblijfsrecreatiegebied Bergstraat (C4 te Ottenburg): Voor de hoofdzakelijk vergunde woningen en constructies zijn de basisrechten voor zonevreemde constructies uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening van toepassing. Terreinen die worden omgevormd naar een zone waar permanente bewoning mogelijk is: Om de problematiek van het permanent wonen op te lossen worden twee terreinen die aansluiten bij de bebouwde omgeving via een provinciaal RUP omgevormd tot een zone waar permanente bewoning kan worden toegelaten. Het betreft: - camping en weekendverblijfpark Holiday Parks (CAM 1): de recreatiezone in de Dreefstraat, zoals voorzien op het gewestplan wordt omgevormd naar een zone voor kleinschalig wonen en verblijven. Het centrale deel wordt omgevormd naar een open ruimtebestemming. In het gebied is nog ruimte om nieuw woonontwikkelingen op te vangen (zie ook onder en ). Deze ontwikkeling dient gefaseerd te gebeuren en is in eerste instantie gericht op de herlokalisatie van permanente bewoning uit andere campings en weekendverblijven. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 199 van 268

200 - Weekendzone Korenheide (C1): het oostelijk deel wordt herbestemd tot zone voor kleinschalig wonen en verblijven. Het westelijk deel wordt herbestemd naar natuurgebied. Individuele weekendverblijven Naast de clusters van weekendverblijven (min. 5 constructies) waarvoor de provincie een beleid uitwerkt, zijn er in de gemeente ook verschillende verspreide zonevreemde weekendverblijven. Het is aan de gemeente om hier een beleid aan te koppelen. Er kan een onderscheid gemaakt worden in functie van de ligging van deze clusters: - aan verspreide zonevreemde weekendverblijven gelegen in ruimtelijk kwetsbaar gebied wordt een uitdovingsscenario toegekend, gelijkwaardig aan dit van de zonevreemde woningen gelegen in ruimtelijk kwetsbaar gebied. Bestaande constructies kunnen blijven staan en er kunnen instandhoudingswerken- en vernieuwingswerken uitgevoerd worden. De constructies mogen niet herbouwd worden. Afhankelijk van de ligging kan er met het agentschap natuur en bos (ANB) bekeken worden of deze weekendverblijven kunnen verworven worden. - Verspreide zonevreemde weekendverblijven in agrarisch gebied kunnen onder hun huidige vorm behouden blijven en kunnen hun verblijfsrecreatieve functie behouden. Ze kunnen als weekendhuisje behouden blijven of als vakantiewoning omgevormd worden. Recreatieve fiets- en wandelroutes De gemeente weerhoudt een aantal wegen en autoluwe fietsroutes die een rol spelen in het recreatief verplaatsingspatroon van de fietsers en ook in het dagelijks fietspatroon. Daarnaast gaat voldoende aandacht naar routes die belangrijk zijn in het recreatieve wandelnetwerk zoals kerkwegels, holle wegen, buurt- en voetwegen We verwijzen hiervoor naar de gewenste verkeers- en vervoersstructuur. Openstellen van open ruimtegebieden voor recreatief medegebruik Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik in de gemeente wordt er naar gestreefd om zoveel mogelijk onderdelen van de open ruimte open te stellen voor het recreatief medegebruik. Wandel- en fietsroutes In de agrarische gebieden kan dit gebeuren op basis van de aanwezige landbouw- en buurtwegen, holle wegen Het betreft alle wegen uit de wegenatlas. Daarnaast wordt er ook gestreefd naar het maximaal toegankelijk maken/houden voor de recreant van de groenstructuren in de gemeente, hiervoor komen zowel de boscomplexen als valleigebieden in aanmerking. De toegankelijkheid in boscomplexen kan gebeuren door het openstellen van de wegen in deze bossen, door het omvormen van brandwegen naar recreatieve wegen, door het creëren van nieuwe recreatieve wegen door de bossen en door het afbakenen van bosdelen die vrij toegankelijk zijn. In valleigebieden moet de mogelijkheid van recreatieve wandel- en fietspaden blijven bestaan. Gemotoriseerde sporten worden geweerd. Voor de gemeente is het belangrijk dat alle bestaande officiële paden doorheen boscomplexen en langs valleigebieden behouden blijven. Het gaat onder meer om volgende gebieden (niet-limitatieve lijst): - speelbos te Huldenberg (A. Goossensstraat) en speelbos te Loonbeek (N253 achter Blauwhof); - Rodebos; - Margijsbos; - Grootbroek; - Doode Bemde; - vallei van de IJse, Laan en Dijle; - Rondebos tussen Langeheide en Tommestraat; Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 200 van 268

201 - Wolfsbos. Visvijvers De gemeente staat erop dat in de valleien recreatief medegebruik ook mogelijk blijft onder de vorm van visvijvers. De aanwezigheid van visvijvers is specifiek voor de gemeente Huldenberg en de vijvers zijn inherent verbonden met de open ruimte in de gemeente. Het behoud van visactiviteiten is daarom wenselijk voor de gemeente. De visvijvers blijven op hun huidige schaal behouden. De bestaande infrastructuur moet er kunnen worden behouden, maar niet verder uitgebouwd. De visputten en de constructies die er bij horen worden zo goed mogelijk geïntegreerd in het landschap van de rivier- en beekvalleien. Het standpunt van de gemeente wordt omwille van de subsidiariteit als suggestie meegegeven aan de hogere overheden. Het gaat onder meer om volgende visvijvers (niet-limitatieve opsomming): - vijver langs de N253 (R. Borremansstraat); - vijvers van Soeur Wolfshaegen; - vijvers in de Onderbosstraat; - vijvers van t Vissershof (Wolfshaegen); - vijver van de privé IJseclub Neerijse. Speel- en sportvoorzieningen Voor de gemeente is de verdere uitbouw van speel- en sportvoorzieningen belangrijk. Een gedifferentieerd en kwalitatief aanbod aan speel- en sportvoorzieningen bevordert immers de woonkwaliteit in de gemeente. Nieuwe speel- en sportvoorzieningen worden zoveel mogelijk gebundeld naar het hoofddorp. In de overige kernen wordt uitgegaan van het behoud van het huidige niveau van speel- en sportvoorzieningen. Hierbij moet wel rekening gehouden worden met een zekere spreiding verbonden aan het lokale karakter, de structuur van het gemeenschapsleven, de afstanden die kinderen en jongeren te voet of met de fiets moeten overbruggen (ook rekening houdend met het reliëf). Per dorpskern wordt de ontwikkeling van goed uitgebouwde sport- en speelterreinen vooropgesteld. Deze terrein zijn kernversterkend en ondersteunen de verdere ontwikkeling van de verschillende dorpskernen. Bij de opmaak van een RUP voor de verdere ontwikkeling van de lokale sport- en jeugdvoorzieningen zal prioriteit worden gegeven aan deze kernversterkende activiteiten. Ze kunnen behouden blijven en versterkt worden. Waar dit noodzakelijk blijkt zullen de voorzieningen verder uitgebouwd worden. De gemeente zal voorafgaandelijk aan een RUP de behoefte van de sport- en speelvoorzieningen in kaart brengen. Vervolgens zal ze een locatieonderzoek uitvoeren dat moet aangeven of deze sport- en speelvoorzieningen ook op een andere locatie in de dorpskern kunnen ondergebracht worden. Indien een andere locatie niet mogelijk is dan zal ter plekke onderzocht worden hoe een uitbreiding het best kan gerealiseerd worden. Deze motivatie zal worden opgenomen in de toelichtingsnota van het RUP. Dit heeft betrekking op volgende terreinen: Huldenberg: - omgeving multiplay-terrein De Kronkel - omgeving voetbalterrein in E Gillisstraat, met speelterrein en speelbos Ottenburg: omgeving van het voetbalveld met turn- en sportzaal. Momenteel gelegen binnen een zone voor gemeenschapsvoorziening en openbaar nut. Neerijse: omgeving van de school, in de Donkerstraat. Deze zijn momenteel landbouwgebied gelegen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 201 van 268

202 Loonbeek: Omgeving van het Blauwhof. De speeltuin is momenteel in natuurgebied gelegen. Aansluitend bij de speeltuin van het Blauwhof plant de gemeente de realisatie van een speelbos op een perceel grond dat in eigendom is van de gemeente. Geïsoleerd gelegen terreinen, die niet aansluiten bij de kern en niet kernversterkend zijn krijgen een lagere prioriteit. Voor deze terreinen zal eerst een herlokalisatie, aansluitend bij een dorpskern, onderzocht worden. Indien dat niet mogelijk is kan een RUP opgesteld worden om de terreinen op hun huidige locatie te behouden. In uitzonderlijke gevallen zal ook een uitbreiding van deze terreinen meegenomen worden. Dit heeft betrekking op volgende terreinen: Sint-Agatha-Rode: Het voetbalterrein langs de Leuvensebaan (twee voetbalvelden en één trapveld ). Het voetbalterrein is zonevreemd gelegen. De volleybalzaal aan het klooster Keyhof. Momenteel gelegen in een zone voor gemeenschapsvoorziening en openbaar nut Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 202 van 268

203 TK sbohbbopj=bk=sboslboppqor`qrro bk=sboslboppqor`qrro= TKNK açéäëíéääáåöéå= - De verkeersleefbaarheid en veiligheid op het huidige niveau handhaven en indien mogelijk verbeteren. - Categorisering van de verkeersinfrastructuur. - Weren van doorgaand verkeer op wegen die functioneren als verzamelstraten. - Aanpassen van het vervoersaanbod met het oog op een verschuiving naar meer multimodale en intermodale vervoersalternatieven. - Aanleg van een netwerk van veilige fiets- en voetgangersverbindingen om op die manier een modal shift (van auto naar fietsverkeer) te bekomen en tevens het school- fietsverkeer te beveiligen. - Weren van vrachtverkeer uit de dorpskernen. TKOK `çååééíéå= Een hiërarchisch wegennetwerk met elk een eigen functie Teneinde de regionale ontsluiting en doorstroming veilig te stellen en tegelijkertijd de leefbaarheid in de dorpen en woonlinten maximaal te vrijwaren, wordt een hiërarchisch netwerk van wegen vooropgesteld d.m.v. categorisering. Afhankelijk van de gewenste functie wordt de nadruk gelegd op de doorstroming dan wel de verblijfsfunctie, op de regionale functie dan wel de lokale functie. De N253 (Leuven Overijse) vormt de belangrijke verkeersdrager in de gemeente (secundaire weg type III) en zal heringericht worden. Een goede verkeersveiligheid en - leefbaarheid langs deze weg is namelijk voor de inwoners van Huldenberg van groot belang. Tussen de verschillende dorpskernen van Huldenberg wordt een netwerk van lokale ontsluitingswegen vooropgesteld. De wegencategorisering wordt vertaald in een aangepaste inrichting, rekening houdend met de gewenste functie van de weg en ruimtelijke ontwikkelingen die overeenstemmen met de beoogde verkeersveiligheid, het stimuleren van alternatieven voor het autoverkeer en het voorkomen van verkeershinder. Een netwerk van aangename en veilige fietsverbindingen Ten behoeve van de regionale ontsluiting en om alternatieven voor het autoverkeer te stimuleren, is het van belang dat de belangrijkste bestemmingen in en buiten de gemeente ook met de fiets gemakkelijk en veilig bereikbaar zijn: - de verbinding Leuven Overijse, als regionale verbindingsroutes; - de verschillende dorpscentra van Huldenberg; - belangrijkste tewerkstellingspolen in de omgeving; - verschillende scholen in en buiten de gemeente; - de omliggende dorpskernen. Hiertoe wordt gewerkt aan: - veilige fietsinfrastructuur langsheen de wegen; - een aangepast rijgedrag van automobilisten en het voorkomen van sluipverkeer in de (woon)straten en in de kernen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 203 van 268

204 Openbaar vervoersassen tussen de eigen kernen en naar de stedelijke polen in de omgeving Ten behoeve van zij die zich niet per fiets of auto kunnen verplaatsen en om het gebruik van de auto af te remmen (verdere congestie tegengaan), is het van belang dat de belangrijkste bestemmingen binnen en buiten de gemeente ook met het openbaar (of collectief) vervoer (bus) gemakkelijk en vlot bereikbaar zijn voor alle bewoners van de gemeente. Vooral naar de grote tewerkstellingspolen in de omgeving (Leuven en Brussel) zijn er vlotte verbindingen noodzakelijk. TKPK déïéåëíé=îéêâééêëj=éå=îéêîçéêëëíêìåíììê Éå=îÉêîçÉêëëíêìÅíììê= Kaart 41: gewenste verkeers- en vervoersstructuur De gewenste verkeers- en vervoersstructuur in de gemeente bestaat uit volgende onderdelen: - N253 als secundaire weg; - lokale ontsluitingswegen; - lokale wijkontsluitingswegen; - fietsverbindingen langs wegen en autoluwe fietsroutes; - lokale openbaarvervoersknopen. De selecties worden overgenomen uit het provinciaal ruimtelijk structuurplan Vlaams Brabant en het gemeentelijk mobiliteitsplan (goedgekeurd dd. 10/12/2002). N253 (Leuven Overijse) als secundaire weg type III De N253 (De Peuthystraat R. Borremansstraat L. Kriegelstraat Sint-Jansbergsteenweg Loonbeekstraat Dorpstraat Kapelbergstraat Langerodestraat) is als secundaire weg type III op provinciaal niveau geselecteerd. De ontwikkelingsperspectieven zijn in belangrijke mate bepaald door de provincie. De gemeente wenst naar de hogere overheden een aantal zaken mee te geven. De gemeente wil dat er bij de herinrichting van de N253 (Leuven Overijse) aandacht wordt besteed aan de volgende aspecten: - de veiligheid wordt prioritair gesteld. Dit betekent: - dat de weg ter hoogte van de dorpskernen Loonbeek en Neerijse als doortocht wordt heringericht, waarbij voldoende aandacht gaat naar de verkeersveiligheid bij oversteekbewegingen en aan de scholen. Ter hoogte van Huldenberg is dit al gebeurd. - dat het gebruik van de weg voor zwakke weggebruikers verkeersveiliger wordt gemaakt. Voor de gemeente is de veiligheid van de zwakke weggebruiker een heel belangrijk aandachtspunt. Het tracé langs de gewestweg wordt gezien als functionele route. Het tracé langs de Ijse wordt gezien als recreatieve route. - de identiteit van de weg hangt nauw samen met de identiteit van de gemeente. De weg heeft een bochtig profiel, je ervaart er zeer goed het reliëf, de weg heeft nog een holle weg karakter, er zijn verschillende vergezichten op het omringende landschap Hierdoor heeft de weg een hoge belevingswaarde. Het bochtig profiel en het reliëf zijn tegelijkertijd belangrijke snelheidsremmers. Voor de gemeente is het belangrijk dat de natuurlijke verkeersremmers en de beleving maximaal worden behouden. Hiermee bedoelen we het behoud van: Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 204 van 268

205 - het reliëf; - het bochtig profiel; - het holle weg karakter. De rooilijnen moeten op een doordachte manier ontworpen worden rekening houdend met het specifiek karakter van de weg. Het standpunt van de gemeente wordt omwille van de subsidiariteit als suggestie meegegeven aan de hogere overheden. Lokale ontsluitingswegen (lokale wegen type IIA) De lokale ontsluitingswegen (lokale wegen type IIA) zorgen voor de verkeersafwikkeling op niveau van de verschillende dorpskernen. Hun hoofdfunctie is verzamelen op dorpskernniveau, hun aanvullende functie is toegang geven. Voor Huldenberg wordt volgende wegen weerhouden als lokale ontsluitingsweg: - Elzasstraat Koxberg Stroobantsstraat (Huldenberg); - Beekstraat Wolfshaegen tot Stroobantsstraat (Neerijse); - Schaveystraat (Neerijse); - G. Steenbeekstraat Potterstraat (Sint-Agatha-Rode); - Leuvensebaan (Ottenburg Sint-Agatha-Rode); - Vijverstraat Veeweidestraat Florivalstraat; - Langestraat (Neerijse); - Terlaenenstraat Neerpoortenstraat (Ottenburg); - Holstheide; - Neerpoortenstraat Hasselheidestraat; - De Limburg Stirumlaan A. Goossenstraat (Huldenberg); - Neerijsebaan (richting Sint-Joris-Weert). Verschillende van deze wegen hebben nog een holle weg karakter. Dergelijke wegen hebben een hoge belevingswaarde en de snelheid van het verkeer wordt er op een natuurlijke wijze afgeremd. De belevingswaarde moet maximaal behouden blijven. Dit wil zeggen dat de rooilijnen op een doordachte manier moeten ontworpen worden rekening houdend met het specifiek karakter van de weg. Lokale wijkontsluitingswegen (lokale wegen type IIB) De lokale wijkontsluitingswegen (lokale wegen type IIB) zorgen voor de verkeersafwikkeling op niveau van verschillende wijken. Hun hoofdfunctie is verzamelen op wijkniveau, hun aanvullende functie is toegang geven. Voor Huldenberg wordt volgende wegen weerhouden als lokale wijkontsluitingsweg: - Smeysberg; - Wolfshaegen vanaf Terlaenen tot de Stroobantsstraat; - Florivalstraat vanaf Ottenburg tot Veeweidestraat (grens Sint-Agatha-Rode en Ottenburg). (indien het bedrijventerrein Florival op het grondgebied van Huldenberg ook deels herontwikkeld zou worden tot lokaal bedrijventerrein dan kan deze weg opgewaardeerd worden als lokale weg type IIA) - Kaalheide; - Tommestraat (tot Kleine Tommestraat); - Leuvensebaan vanaf Sint-Agatha-Rode tot grens Sint-Joris-Weert. Ook hier geldt dat voor de wegen met een holle weg karakter de belevingswaarde maximaal moet behouden blijven. Bij een eventuele herinrichting van deze wegen is het belangrijk dat de oude structuur van weg en van de dorpskernen waardoor de weg gaat, niet wordt aangepakt. Dit wil zeggen dat de rooilijnen op een doordachte manier moeten ontworpen worden rekening houdend met het specifiek karakter van de weg. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 205 van 268

206 Fietsverbindingen langs wegen en autoluwe fietsroutes Gemeentelijk Fietsnetwerk Aanvullend op het bovenlokale functionele en recreatieve netwerk van de provincie, weerhoudt de gemeente een aantal wegen en autoluwe fietsroutes die een rol spelen in het recreatief verplaatsingspatroon van de fietsers, maar ook in het dagelijks fietspatroon en die als dusdanig ook gerichte fietsvoorzieningen verdienen: - verbinding Overijse-Huldenberg-Loonbeek-Neerijse via IJsepad: dit is een bestaand alternatief voor het N253 traject; te Neerijse kan in de toekomst verder gefietst worden tot in Korbeek-Dijle en Leuven via een nieuw fietspad langs de IJse en Leigracht (opgenomen in Provinciaal Fietsroutenetwerk). Een goede bewegwijzering bij vertrek/aankomstplaatsen te Huldenberg en Neerijse naar de verschillende fietsbestemmingen is noodzakelijk in functie van toerisme en recreatie. De nadruk moet liggen op de toegankelijkheid van het fietspad als alternatief voor de gevaarlijke N oude trambedding: vanaf de Stationplaats (Neerijse) kan de oude trambedding richting Tervuren als fiets- en wandelpad in gebruik worden genomen. Delen van het tracé zijn nog beschikbaar. Tussen Neerijse en Sint-Joris-Weert (met station) wordt in de toekomst ook een fietspad aangelegd langs de oude trambedding (opgenomen in Fietsroutenetwerk Dijleland; nu al bezig om verbinding van Doode Bemde naar Neerijse te maken). Een goede bewegwijzering bij vertrek/aankomstplaatsen te Neerijse naar de verschillende bestemmingen is noodzakelijk in functie van toerisme en recreatie. De nadruk moet liggen op de toegankelijkheid van het fietspad als alternatief voor gevaarlijke wegen. - Margijsbosweg Grote Keistraat Hoekstraat: deze route kan een verbinding vormen tussen Sint- Agatha-Rode en Loonbeek. Een goede bewegwijzering bij vertrek/aankomstplaats in Sint-Agatha- Rode en aan het IJsepad naar de verschillende bestemmingen is noodzakelijk in functie van toerisme en recreatie. De nadruk moet liggen op de toegankelijkheid van het fietspad als alternatief voor gevaarlijke wegen. - verbinding Ottenburg Sint-Agatha-Rode Leuven: via een te realiseren fietslink tussen de as Sint-Agatha-Rode/Ottenburg en de nieuw aan te leggen fietsroute naar Leuven (in samenspraak met hogere overheden). - Tommestraat: het gehucht De Tomme wordt ontsloten door middel van een lokale wijkontsluitingsweg; - Fietsrelatie Kaalheide Meeuwenlaan (Overijse): een fietsdoorsteek kan gerealiseerd worden tussen Kaalheide en de Meeuwenlaan te Overijse. Door aanleg van dit korte pad wordt de fietser een veilig alternatief geboden voor de N253. Deze maatregel wordt genomen in overleg met Overijse. Holle wegen In Huldenberg zijn er nog veel holle wegen aanwezig. Dit is typerend voor de gemeente. Fietsroutes door holle wegen kunnen verder uitgebouwd worden voor zowel duurzaam veilig verkeer als voor de landschapsbeleving. Er wordt hierbij wel gestreefd naar het maximaal behoud van het typisch karakter van deze holle wegen. We verwijzen hiervoor naar de studie holle wegen die opgemaakt werd door vzw Regionaal Landschap Dijleland. - Indien de holle weg onderdeel uitmaakt van een (recreatieve) fietsroute kan geopteerd worden om deze te verharden op maat van de fietser, mits er rekening wordt gehouden met de specifieke natuurwaarden. Er wordt hierbij gestreefd naar een uniforme aard van verharding over de gehele gemeente. - Overige holle wegen worden zoveel mogelijk onverhard gehouden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 206 van 268

207 Andere landelijke wegen Onverharde landelijke wegen zoals buurt- en voetwegen blijven maximaal onverhard of krijgen verharding op maat van de fietser en de landbouwgebruiker. Dit om sluipverkeer tegen te gaan, de fietsers de nodige veiligheid te bieden en de landbouwer toe te laten op zijn veld te komen. Verharde landelijke wegen worden niet verbreed. Er worden maatregelen genomen om autoverkeer zoveel mogelijk te weren op landelijke wegen: - plaatsen van borden om aan te duiden dat enkel landbouwvoertuigen en plaatselijk verkeer zijn toegelaten en dat het om fietswegen gaat; - desnoods infrastructurele maatregelen nemen om autoverkeer te weren bv. in Nijvelsebaan, Grote Keistraat, Hoekstraat. Kerkwegels en voetpaadjes De gemeente waakt over het vrije gebruik van kerkwegels en voetpaadjes; veelal betekenen ze kortere verbindingen voor voetgangers. Er wordt vermeden dat ze ingepalmd worden door aanpalende eigenaars en ze worden onderhouden zodat ze begaanbaar blijven. Het betreft alle voet- en buurtwegen uit de atlas der buurtwegen en het IJsepad. Lokale openbaar vervoersknopen In het kader van het RegioNet Brabant-Brussel worden snelbussen ingelegd voor de verbinding Halle Leuven, via het station van Groenendaal en via Overijse (lijn S17). Tussen Overijse en Leuven gaat het traject via de N253, met op het grondgebied van de gemeente een halte te Huldenberg en te Neerijse. Voor de wegvakken waarop in het RegioNet Brabant-Brussel buslijnen zijn voorzien, zal de doorstroming van openbaar vervoer een aandachtspunt zijn voor AWV bij de herinrinrichting van de N253. Volgende lokale openbaar vervoersknopen worden geselecteerd: - halte Huldenberg; - halte Neerijse; - halte Ottenburg; - halte Sint-Agatha-Rode. Het zijn bushaltes die fungeren als overstappunt tussen de bus en bijvoorbeeld de fiets of (in sommige gevallen) de auto. Aan deze haltes worden hogere eisen gesteld op het gebied van comfort en veiligheid. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 207 van 268

208

209 DEEL 9: GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR: ONTWIKKELINGSSTRATEGIE VOOR DE DEELRUIMTEN De gewenste ontwikkeling voor de verschillende deelstructuren (natuur, landbouw, landschap, nederzetting, toerisme en recreatie en verkeer) worden op elkaar afgestemd aan de hand van deelruimten. De visie wordt vertaald in een samenhangend geheel van ontwikkelingsperspectieven voor de verschillende structurele onderdelen van de deelruimte. De gehanteerde deelruimten zijn: - Huldenberg kern; - bebouwde valleiflank IJse (met Loonbeek en Neerijse); - Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en plateau van Waver; - plateau van Duisburg; - plateau van Overijse. NK abbiorfjqb=eriabk_bod eriabk_bod=hbok hbok= NKNK açéäëíéääáåöéå= Het hoofddorp Huldenberg krijgt in de gemeente de specifieke taak voor het opvangen van de groei in de gemeente. Dit wil zeggen dat kernfuncties (wonen, gemeenschapsvoorzieningen ) zoveel mogelijk verweven worden in het kerngebied. Naast het opvangen van woonbehoeftes dient er ook rekening te worden gehouden met andere dorpsfuncties zoals winkelen, sporten, recreëren NKOK `çååééíéå= Bundelen van kernfuncties naar historische dorpscentrum en Priesters Delle Huldenberg is de grootste bebouwingsconcentratie in de gemeente met een vrij ruim aanbod aan woonondersteunende voorzieningen. De meeste voorzieningen, handel, (commerciële diensten), enz. zijn gelegen in het historische dorpscentrum van de kern, in de onmiddellijke omgeving van het Gemeenteplein. Dit historische dorpscentrum situeert zich net noordelijk van de rivierloop van de IJse. De gemeente streeft in het dorpscentrum een bundeling na van kernfuncties (handel, horeca, woonondersteunende voorzieningen...). Gezien de ligging aan de IJsevallei zijn hier enkel mogelijkheden binnen het bestaande weefsel. Het grootste deel van de bebouwing situeert zich in de noordelijke en zuidelijke bebouwingslobben van de dorpskern, die eigenlijk uitzwermingen zijn vanuit het in de daldiepte gelegen historische dorpscentrum tegen de valleiflanken van de IJse. In de noordelijke bebouwingslob, meer bepaald in de omgeving van Priesters Delle, zijn ook een aantal voorzieningen aanwezig: de nieuwe gemeentelijke begraafplaats, het gemeentelijk voetbalterrein, een weekendverblijfpark en camping (Holiday Parks). De gemeente wenst in deze noordelijke omgeving de kern verder uit te bouwen. De woonbehoeften zullen opgevangen worden in Priesters Delle, Solheidelaan en Holiday Parks. De begraafplaats blijft behouden en kan verder ontwikkeld worden. Het voetbalterrein blijft behouden en een verdere ontwikkeling zal verder onderzocht worden. Op deze manier wenst de gemeente tegemoet te komen aan de vraag aan bijkomende jeugd- en sportvoorzieningen in functie van de dorpskern Huldenberg. Priesters Delle sluit ruimtelijk aan bij het historische dorpscentrum (slechts op een 300 tal meter van de kerk) en staat direct in verbinding met het dorpscentrum via een korte voetgangersverbinding. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 209 van 268

210 Gedifferentieerd verdichten van de kern In de gemeente overheerst het wonen in open en halfopen bebouwing, waardoor bepaalde doelgroepen genoodzaakt zijn buiten de gemeente een woning te zoeken (bv. oudere bevolking bij wie alleenstaande woning te groot geworden is, alleenstaanden en jonge koppels). Om deze reden wordt naar verdichting gestreefd van de dorpskern Huldenberg. Met deze verdichting moet echter zeer omzichtig worden omgesprongen. Een zware verdichting zou de eigenheid van de dorpskern tenietdoen. Het eigenlijke dorpscentrum van Huldenberg is van een meer verstedelijkte, modernere beslotenheid. Bovendien zijn de meeste commerciële en openbare voorzieningen hier gesitueerd. Verdichting binnen de dorpskern van Huldenberg kan daarom in het eigenlijke dorpscentrum, mits de eigenheid van de dorpskern niet wordt geschaad. Buiten het dorpscentrum is een verdichting minder gewenst. Een te hoge bouwdichtheid op de valleiflanken zou de hoge kwaliteiten van de bebouwingslobben tenietdoen. Deze hoge kwaliteiten worden bepaald door het reliëf en hebben te maken met de talrijke kleine landschapselementen en de visuele perceptie van het globale landschap en het pittoreske dorpscentrum vanuit de verschillende woonwijken. Versterken van de band tussen dorpskern en omgevende landschapsrelicten De vallei van de IJse en de beboste valleiflanken zijn bepalend geweest voor ontwikkeling van het hoofddorp Huldenberg. Het historische dorpscentrum van Huldenberg heeft zich ontwikkeld aan de IJsevallei. De dorpskern wordt omgeven door verschillende (hellings)bossen zoals de bossen op de Kafmeyers- en Smeysberg, de omgeving van het Breembos, het Stokkembos, Kaalheide... Deze groenstructuren stellen grenzen aan de ontwikkeling van de dorpskern. In de dorpskern zelf komen verweven met de bebouwing ook nog talrijke kleine landschapselementen (holle wegen, taluds ) voor. De aanwezigheid van deze landschapsrelicten betekent een enorme kwaliteit voor het wonen en draagt bij tot het landelijke karakter van het hoofddorp. Deze landschapsrelicten worden aangewend om de woonkwaliteit te versterken in de dorpskern. Er worden maatregelen genomen om de waardevolle beboste valleiflanken beter te verweven met de bebouwde ruimte van de dorpskern. Daarnaast wordt gestreefd naar het versterken van de beeldbepaling van de structurerende IJsevallei in het historisch dorpscentrum. Deze maatregelen bieden een meerwaarde voor de woonkwaliteit in de dorpskern (rustig wonen in een groene woonomgeving). Bovendien bieden ze een meerwaarde voor het globale landschap. Uitbouw lokaal toeristisch-recreatief knooppunt Huldenberg Huldenberg heeft een landschappelijk hoogwaardig karakter door het cultuurhistorisch patrimonium, de ligging nabij de IJsevallei, de aanwezigheid van bosvlekken en stroken, waterpartijen, kasteeldomeinen met hun parken... Dit alles is compact geconcentreerd in en rond het dorpscentrum. Huldenberg is een knooppunt van recreatieve routes in het Provinciaal Fietsroutenetwerk. In het Gemeentehuis van Huldenberg vindt men de Dienst Toerisme Huldenberg. Huldenberg wordt uitgebouwd als lokaal toeristisch recreatief knooppunt. Het Gemeenteplein wordt beschouwd als uitvalsbasis van waaruit wandel- en fietstochten Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 210 van 268

211 gemaakt kunnen worden naar de verschillende locaties in de omgeving. NKPK déïéåëíé=êìáãíéäáàâé=ëíêìåíììê=eìäçéåäéêö=âéêå âéêå= Kaart 42: gewenste ruimtelijke structuur Huldenberg kern De gewenste ruimtelijke structuur voor de kern Huldenberg valt uiteen in: - historisch dorpscentrum; - Priesters Delle; - woonwijken op de noordelijke en zuidelijke valleiflank Historisch dorpscentrum In het dorpscentrum worden lokale publieke en private centrumfuncties (bv. gemeenschapsvoorzieningen, handel, wonen ) geconcentreerd. Volgende straten behoren tot het dorpscentrum: - Gemeenteplein; - N253 (De Peuthystraat R. Borremansstraat), grosso modo tussen de Dreefstraat en de Limburg Stirumlaan; - Elzasstraat. Volgend beleid wordt voorgesteld voor het dorpscentrum: Kernversterking en -verdichting Om tegemoet te komen aan bepaalde doelgroepen (bv. senioren, jonge gezinnen, alleenstaanden) die gezien het overwicht aan open en halfopen bebouwing in de gemeente anders buiten de gemeente een woning moeten zoeken, worden een aantal maatregelen voorgesteld in het dorpscentrum op het gebied van verdichting. Langs de N253 (De Peuthystraat R. Borremansstraat), grosso modo tussen de Dreefstraat en het Gemeenteplein, en op het Gemeenteplein zelf, zijn de meeste dorpsfuncties aanwezig. Dit gebied wordt ook gekenmerkt door aaneengesloten bebouwing van twee à drie bouwlagen. Het is hierdoor het meest verstedelijkt gebied in de dorpskern. In dit gebied zijn er verdichtingsmogelijkheden: - het toegelaten aantal bouwlagen wordt behouden. Dit betekent dat 2 bouwlagen met dak het uitgangpunt zijn en dat dit kan verhoogd worden tot 3 bouwlagen indien dit past in het straatbeeld en de omgeving. - meergezinswoningen zijn mogelijk. Deze zone wordt als een minimale zone beschouwd. De effectieve zone voor verdichting met hogere bouwlagen en meergezinswoningen zal bij de opmaak van een RUP verder onderzocht worden op perceelsniveau en kan gemotiveerd uitgebreid worden. Deze verdichting kan voor zover de eigenheid van de dorpskern niet geschaad wordt. Deze eigenheid heeft o.m. te maken met: - zichten op IJsevallei van op de weg bv. zichten op de IJsevallei van op de N253; - zichten op het waardevol en beschermd bouwkundig erfgoed in de dorpskern van op de weg bv. zichten op de O.L. Vrouwekerk van op N253; - de beeldwaarde van het waardevol en beschermd bouwkundig erfgoed in het dorpscentrum. In de overige straten van het dorpscentrum is een verdere verdichting van het weefsel enkel mogelijk door opsplitsing van de woningen binnen het bestaande gabarit. Nieuwe gemeenschapsvoorzieningen voor de lokale bevolking worden zoveel mogelijk gebundeld naar het dorpscentrum, bij voorbeeld naar de omgeving van het Gemeenteplein. Hier zijn al de meeste gemeenschapsvoorzieningen gevestigd (gemeentehuis, polyvalent centrum De Kronkel, school ). Dit Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 211 van 268

212 vanuit de algemene visie om alle gemeentelijke voorzieningen zoveel mogelijk te concentreren op één locatie. Het betreft volgende voorzieningen: - er wordt ruimte voorzien voor een speeltuin en een gemeentelijk multiplay terrein (tennis / volleybal / basketbal / voetbal / skateterrein) in de onontwikkelde zone voor openbaar nut aan de school en het polyvalent centrum De Kronkel (zie onderstaande figuur gemeenschapsvoorzieningen ). - De gemeente zal het sociaal huis herlokaliseren naar het dorpscentrum, aansluitend bij of in de omgeving van het bestaande gemeentehuis; - de gemeente zal de bibliotheek herlokaliseren naar het dorpscentrum, aansluitend bij of in de omgeving van het bestaande gemeentehuis; - de gemeente wenst een jeugdlokaal in te planten bij de kern van Huldenberg. In functie van de concentratie van gemeenschapsvoorzieningen aansluitend bij het gemeentehuis zijn mogelijks herbestemmingen noodzakelijk. Hiervoor wordt het strategisch projectgebied omgeving gemeentehuis aangeduid. Figuur 16: Voorstel afbakening strategisch projectgebied omgeving gemeentehuis Om de aantrekkingskracht van het hoofddorp als handel-, diensten- en voorzieningencentrum te vergroten, worden er ruimere ontwikkelingskansen gecreëerd voor (commerciële) functies. Er wordt een grotere bouwdiepte en -breedte op het gelijkvloers toegelaten t.b.v. handel, diensten, enz. voor zover niet hinderend t.o.v. de omliggende bebouwing. Grootschalige handel (bv. grootschalige winkels, supermarkten, discounts ) en al te grote bedrijfsvestigingen die het niveau van de gemeente overschrijden, moeten vermeden worden. Wonen boven handelspanden moet mogelijk gehouden worden, zodat leegstand boven handelspanden wordt verhinderd. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 212 van 268

213 Inrichting openbaar domein Verdichte, aaneengesloten woningbouw van twee bouwlagen met dak kenmerkt het dorpscentrum van Huldenberg vanaf het Gemeenteplein tot aan het kasteel. Dit zorgt voor een ruimtelijk samenhangend geheel. Hogere gebouwen markeren het Gemeenteplein (appartement 3 bouwlagen met dak, gemeentehuis ). Het kerkgebouw op de heuvel domineert het dorpscentrum en is beperkt toegankelijk vanaf de doorgaande weg N253 (R. Borremansstraat). Voorbij het Gemeenteplein langs de R. Borremansstraat waaiert het verdichte weefsel van aaneengesloten woningbouw uit. Men treft er grootschalige bebouwing aan die niet aansluit bij de schaal van het centrum en vrijstaande bouwvolumes. De aanwezigheid van waardevolle elementen rond het dorpscentrum, zoals het kerkgebouw met kerkplein, de IJsevallei, omringende natuur, monumenten, het kasteelpark, enz. bieden potenties voor een rijk en gevarieerd centrumgebied. De zichtrelaties richting de IJsevallei en de omringende natuur vanaf het centrum zijn echter beperkt. Er is geen vrije zichtbare relatie tot de kerk, de IJsevallei en de omringende natuur. Daarnaast is de aanwezigheid of de relatie tot het kasteeldomein ruimtelijk niet leesbaar vanaf het centrum. Het dorpscentrum van Huldenberg is al heringericht met een nieuwe vormgeving voor het Gemeenteplein. Deze herinrichting biedt ruimte aan voetgangers en verblijfactiviteiten en vormt door zijn gebruikte materialen en groenelementen een waardevol kader voor het gemeentehuis. Om de verblijfskwaliteit te verhogen kunnen op termijn bijkomende maatregelen genomen worden aangaande de inrichting van het openbaar domein. Daarbij wordt éénzelfde vormentaal en materiaalkeuze gehanteerd als op het Gemeenteplein. Op deze manier krijgt het gehele dorpscentrum van Huldenberg een zelfde aanblik. Hierna wordt een toekomstvisie voorgesteld met betrekking tot de inrichting van het openbaar domein van het historisch dorpscentrum (zie ook hiernavolgende figuur). Het betreft hier een aanzet van hoe het openbaar domein op (middel)lange termijn zou kunnen worden ingericht. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 213 van 268

214 Figuur 17: toekomstvisie historisch dorpscentrum Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 214 van 268

215 Relatie kasteel centrumplein Verdichting tussen het centrumplein (= Gemeenteplein) en de Dreefstraat (d.i. tot aan het kasteelpark), met inbegrip van het Gemeenteplein zelf, ter accentuering van het centrumgevoel: aaneengesloten woningbouw van drie bouwlagen met dak en meergezinswoningen zijn mogelijk voor zover dit past in de omgeving. Het verdichte gebied krijgt een pleininrichting met bijzondere aandacht voor het langzaam verkeer en voor een aangepaste verkeerssnelheid. Ter hoogte van de pleininrichting wordt de relatie tussen het centrumplein en de kerk geaccentueerd door de weg en door materiaalmarkering, door groen Bij het binnenrijden van het dorpscentrum langs de gewestweg worden poorten voorzien. Voorbij het Gemeenteplein langs de R. Borremansstraat dienen de zichtassen tussen de half- of open bebouwing richting de IJsevallei gevrijwaard te blijven. Ter inleiding van het centrum wordt hier een groene inrichting voorgesteld. Pleininrichting : (Open ruimte tussen kasteel en centrum plein) - kleinschaliger materiaal gebruik -aandacht voor langzaam verkeer - aandacht voor leefbaarheid en veiligheid Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 215 van 268

216 Relatie centrumplein IJsevallei De relatie tussen het kasteel, de kerk en het centrumplein wordt ruimtelijk en fysisch versterkt en uitgebreid tot aan het polyvalent centrum De Kronkel, de school en het vertrekpunt van de recreatieve route langs de IJsevallei (zie figuur toekomstvisie historisch dorpscentrum ). Er worden 4 pleinen voorzien als stapstenen tussen deze verschillende entiteiten: 1. het centrumplein (= het Gemeenteplein); 2. het groene parkeerplein (als overgang tussen stedelijkheid en natuur); 3. een nieuwe groene open ruimte, tussen de sporthal van De Kronkel en de horecagelegenheid (die de zichtas vanaf het centrum vrijwaart). 4. een groen speelplein (in relatie tot de natuur en de school). De gemeente wenst een aantal centrumfuncties te herlokaliseren aansluitend bij of in de omgeving van het gemeentehuis. Momenteel is echter nog niet duidelijk hoe dit gaat gebeuren. De omgeving van het gemeenteplein wordt daarom als strategisch project aangeduid. In uitwerking van dit structuurplan en ter voorbereiding van een RUP dat voor deze omgeving moet opgemaakt worden, zal verder onderzocht worden hoe een nieuwe invulling op deze locatie kan gerealiseerd worden. Nevenstaande figuur geeft een mogelijke ontwikkeling van deze omgeving weer. In dit voorstel wordt het huidige verharde parkeerveld achter het gemeentehuis door nieuwbouw begrensd. Deze nieuwbouw kan voorzien worden van centrumfuncties, bijvoorbeeld de bibliotheek, sociaal huis en vormt de rand tussen het verdichte centrumgebied en de uitgewaaierde open bebouwing. Andere ontwikkelingen en invullingen zijn op deze locatie ook mogelijk en zullen verder onderzocht worden. Nieuwbouw De zichtas van het centrumplein tot aan de IJse wordt daar waar mogelijk, verbreed en geaccentueerd. Achtertuinen grenzend aan het nieuwe plein worden hoogwaardig afgewerkt (groenaanplant).deze visie wordt voor de zones die op hoger niveau geselecteerd zijn, als suggestie meegegeven aan de hogere overheden. De IJsevallei wordt, waar mogelijk, als onderdeel van de openbare ruimte opgewaardeerd en ingericht. Hierbij wordt een evenwicht vooropgesteld tussen een meer stedelijke aanleg en het behoud en waar mogelijk de ontwikkeling van de natuurwaarden. Recht tegenover het beachvolleybal terrein en naast de nieuwe school wordt een speelplein en multiplay terrein (tennis- / volleybal- / basketbal- / voetbal- / skateterrein) ingericht. Door eventueel een nieuwe wandelbrug over de IJse aan te leggen kunnen beide in verbinding staan. In Huldenberg wordt een openbaar vervoersknoop geselecteerd. Aan deze halte worden hoge eisen gesteld op het gebied van comfort en veiligheid. Er wordt voorzien in halte-infrastructuur (fietsenstalling, schuilhok, verlichting ). Om het rijk historisch verleden van Huldenberg en de nauwe band met de IJsevallei te benadrukken, ook in het kader van de toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht van de kern, wordt het historisch bouwkundig erfgoed maximaal bewaard en in de verf gezet en worden zichten op de IJsevallei in het centrum behouden versterkt: - het niet-beschermd bouwkundig erfgoed in het dorpscentrum wordt behouden (zie lijst landschappelijke structuur); Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 216 van 268

217 - er wordt rekening gehouden met de beeldwaarde van waardevol en beschermd bouwkundig erfgoed in het dorpscentrum (zie ook toeristisch-recreatieve structuur) bij de beoordeling van nieuwe projecten in de omgeving van het erfgoed; - zichten op waardevol en beschermd bouwkundig erfgoed worden bewaard bv. zichten op de O.L. Vrouwekerk van op N253. Lokaal toeristisch-recreatief knooppunt Huldenberg werd bij de gewenste toeristisch-recreatieve structuur aangeduid als lokaal toeristischrecreatief knooppunt. T.h.v. het gemeentehuis gaat aandacht naar een flexibel aansluiten van de wagen op de fiets en te voet, met een goede infrastructurele uitbouw. Dit betekent: - de locatie aan het gemeentehuis als een knooppunt van wandel- en fietsroutes uitbouwen. - een goede infrastructurele uitbouw: - er kan voorzien worden in fietsenverhuur; - duidelijke bewegwijzering naar parkeermogelijkheden achter gemeentehuis; - aanduiding van Dienst Toerisme Huldenberg, wandel- en fietsroutes, de belangrijkste bezienswaardigheden in de dorpskern en in de gemeente en de fietsverhuurlocaties op een centraal infobord; ook aanduiding van locatie van infoborden in andere dorpskernen - goed uitgeruste horeca in het centrumgebied; - fietsenstallingen aan de belangrijkste bezienswaardigheden. Daarnaast gaat de aandacht ook naar kleinschalig verblijfstoerisme. De gebouwen in de dorpskernen komen in aanmerking voor verblijfsrecreatie. Initiatieven in de verblijfsrecreatieve sector op kleinschalig niveau zijn in de verschillende historische dorpskernen zeker wenselijk. Volgende vormen van kleinschalig verblijfstoerisme zijn wenselijk: - jeugdlogies; - landelijke korte verblijfsarrangementen in kleinschalige vorm van verblijf: kleine hotels, gastenkamers, huurvakantiewoningen, B&B s Priesters Delle Het opvangen van de woonvraag binnen de gemeente is een belangrijke taak voor de dorpskern van Huldenberg. De gemeente wenst in haar woonbeleid de nadruk te leggen op het aanbieden van betaalbare woningen voor doelgroepen. Door de dure grond- en woningmarkt is de eigen bevolking namelijk vaak genoodzaakt buiten de gemeente een woning of bouwgrond te zoeken. Er is in de gemeente een grote vraag naar betaalbare woningen voor de eigen bevolking. De gemeente wenst hierin tegemoet te komen door de realisatie van een woonproject, meer bepaald door de realisatie van de tweede fase van het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle. De tweede fase van het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle wordt gerealiseerd met aandacht voor een gedifferentieerd aanbod (mix van sociale huur- en koopwoningen en sociale kavels), zodat verschillende bevolkingsgroepen aan bod komen, en een kwalitatief aanbod, zodat het woonproject voldoende aantrekkelijk is voor de eigen bevolking. Om zoveel mogelijk de eigen bevolking aan te trekken, wordt voorgesteld om vrij veel aandacht te besteden aan het realiseren van groenelementen. Het is immers niet realistisch om hier te streven naar grotere woonvormen; groenelementen kunnen een belangrijke meerwaarde bieden om het project aantrekkelijk te maken voor de lokale bevolking. Tegelijkertijd worden de voorzieningen in de omgeving van Priesters Delle, zoals het gemeentelijk voetbalterrein In de E. Gillisstraat, de gemeentelijke begraafplaats, de camping en weekendverblijfpark Holiday Parks, het speelterrein (gelegen tussen het voetbalterrein en Holiday Parks), voldoende landschappelijk geïntegreerd, zodat een groene omgeving ontstaat. Door voldoende groenelementen in te brengen in het woonproject en door de landschappelijke inkleding van de omringende voorzieningen (camping en weekendverblijfpark Holiday Parks, het gemeentelijk voetbalterrein, het speelterrein en de gemeentelijke begraafplaats) worden tegelijkertijd Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 217 van 268

218 maatregelen genomen om de waardevolle omringende valleiflanken beter te verweven met de bebouwde ruimte van de dorpskern. De bestaande speel- en sportruimte in de nabijheid van Priesters Delle (speelterrein en voetbalveld) blijven behouden voor de jeugd, in functie van de nieuwe woonwijk en van de gehele dorpskern. De gemeente wenst op vraag van de sportraad aan Priesters Delle ook ruimte te voorzien voor een bijkomend voetbalterrein. In het dorpscentrum is de realisatie van nieuwe sportvoorzieningen, omwille van de omringende natuurgebieden, niet opportuun. De gemeente zal binnen de kern en aansluitend bij de kern van Huldenberg een locatieonderzoek uitvoeren voor de realisatie van een nieuw voetbalterrein. De gemeente geeft er de voorkeur aan om het nieuwe voetbalterrein in de omgeving van het bestaande terrein aan te leggen zodat gebruik kan gemaakt worden van de bestaande voorzieningen. Er is vraag naar een speelbos vanuit de jeugd. Om hieraan tegemoet te komen wordt het Pastoorsbos, gelegen in A. Goossensstraat en aansluitend bij Priesters Delle, opengesteld als speelbos in functie van de nieuwe woonwijk en de gehele dorpskern. De 2 e fase van het woonuitbreidingsgebied van Priesters Delle (ca. 2 ha) wordt ontwikkeld: - 53 woningen (in 2 fasen: eerste fase max. 37 woningen); - gezonde mix van sociale huur- en koopwoningen en sociale kavels (ook per fase; in totaal min. 20 huurwoningen en min. 10 koopwoningen); - ruime groene landschapszoom rond het woonproject, inbrengen van groene linten streekeigen groen doorheen de bebouwing, behoud van het ecologisch waardevol groen lint rond het gemeentelijk voetbalterrein; - maximaal behoud van zichtperspectieven op de dorpskern van Huldenberg. Op advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar, bij de aanvraag tot principieel akkoord voor de ontwikkeling, zal rekening gehouden worden met volgende elementen: - fase 2 krijgt slechts uitvoering na realisatie van minimaal de helft van het aantal woningen en van minimaal de helft van het aantal huurwoningen; - meer woontypes van eengezinswoningen te voorzien; - bij de inrichting van de site rekening houden met de afstroming van hemelwater vanaf de hoger liggende kouters, de bebouwde rand landschappelijk afwerken, het bestaande reliëf beter respecteren en benutten, komen tot een vergrote bereikbaarheid voor het niet-gemotoriseerd verkeer en de bebouwbaarheid van ingesloten percelen garanderen door een degelijke ordening van de ontsluiting Woonwijken op noordelijke en zuidelijke valleiflank Woonwijken op zuidelijke valleiflank De woonwijk op de zuidelijke valleiflank wordt afgebakend door de dichte kernbebouwing. De percelen met een meer open en lossere bebouwing worden niet meer tot de kern gerekend. De bebouwingsontwikkeling wordt beperkt door de aanwezigheid van grotere groengebieden zoals de bossen op de Kafmeyers- en Smeysberg, de omgeving van het Breembos, de omgeving van het Stokkembos, enz. De zuidelijke bebouwingslob omvat hoofdzakelijk open, residentiële bebouwing. Vooral op de zuidelijke valleiflank moet er zeer omzichtig worden omgesprongen met verdichting. De percelen worden zo groot mogelijk gehouden, zodat de landschapsrelicten kunnen gerespecteerd worden en dat meer groen en meer doorkijkkansen ontstaan. Een te hoge bouwdichtheid op de valleiflanken zou de hoge kwaliteiten van de bebouwingslob tenietdoen. Deze hoge kwaliteiten worden bepaald door: - het reliëf: de steilte is hier gemiddeld sterker dan op de noordflank, wat maakt dat de grondwerken voor bebouwing groter zijn (en de landschappelijke aantasting grondiger); - de talrijke kleine landschapselementen: de valleiflank is op talrijke plaatsen en in diverse richtingen doorsneden door abrupte steilten (graften, taluds). Een te hoge bouwdichtheid zou dit tenietdoen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 218 van 268

219 - de visuele perceptie van het globale landschap (met omringende boscomplexen) en het pittoreske dorpscentrum vanuit de verschillende woonwijken. De nadruk ligt daarom op hoofdzakelijk open bebouwing in vrij lage dichtheden. De bestaande bouwmogelijkheden van (half)open bebouwing worden verder gezet, volgens de gangbare bouwhoogte (1 à 2 bouwlagen) en perceelsgroottes. Opsplitsing van woningen is enkel mogelijk binnen het bestaande gabarit van de woningen (vb. tweewoonsten). Bij de nog vrijliggende percelen die palen aan belangrijke boscomplexen worden voorwaarden opgelegd op het gebied van de aanplanting van streekeigen groen. Naast de woonfunctie kunnen er ook andere kleinschalige functies voorkomen op het niveau van de buurt, voor zover ze geen hinder veroorzaken voor het omliggende wonen. Zoals: een buurtwinkel, buurtcafé, kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid, kantoor- of dienstenfunctie van zelfstandige of vrij beroep. De talrijke kleine landschapselementen die de valleiflank doorsnijden (solitaire bomen, bomenrijen ) worden behouden. In de woonwijken op de zuidelijke valleiflank komen nog een aantal serres voor. Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld voor de serrebouw: - het afbreken van leegstaande serres wordt gestimuleerd om een beeld van verval en verloedering in de kern te vermijden; - bestaande economische leefbare serrebedrijven kunnen moderniseren en uitbreiden indien nodig. Nieuwe inplantingen zijn mogelijk onder voorwaarden van schaal, oppervlakte, hoogte en integratie in het landschap. Woonwijken op noordelijke valleiflank De noordelijke bebouwingslob is veel beperkter in omvang dan de zuidelijke lob. Ook hier wordt de bebouwingsontwikkeling ingeperkt door de aanwezige groengebieden, zoals de omgeving van Kaalheide, omgeving van Holiday Parks... Ook de noordelijke valleiflank bestaat hoofdzakelijk uit open, residentiële bebouwing. Er zijn een aantal voorzieningen aanwezig die behouden worden o.a. begraafplaats, technische dienst, speelterrein, voetbalveld Deze valleiflank is gemiddeld minder steil dan de zuidelijke valleiflank. De bebouwing op de noordelijke valleiflank situeert zich ook veel dichter bij het dorpscentrum van Huldenberg. De gemeente wenst op de noordelijke valleiflank aan kernversterking te doen door de ontwikkeling van de tweede fase van het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle (zie hoger). Het niet-uitgeruste woongebied tussen de Jozef Minetstraat, de Solheidelaan en de R. Borremansstraat (Wo3) kan zo nodig aangesneden worden in kader van het doelgroepenbeleid. Daarnaast zal de provincie de bestaande camping en weekendverblijfspark Holiday Parks omvormen tot een zone voor kleinschalig wonen en verblijven. Op deze locatie kunnen nieuwe wooninvullingen gerealiseerd worden. Deze zijn in eerste instantie gericht op de herlokalisatie van bestaande permanente bewoning op andere campings en weekendverblijven. De ontwikkeling van nieuwe woningen dient gefaseerd te gebeuren. De bestaande bouwmogelijkheden van (half)open bebouwing worden verder gezet, volgens de gangbare bouwhoogte (1 à 2 bouwlagen) en perceelsgroottes. Opsplitsing van woningen is enkel mogelijk binnen het bestaande gabarit van de woningen (vb. tweewoonsten). Naast de woonfunctie kunnen er ook andere kleinschalige functies voorkomen op het niveau van de buurt, voor zover ze geen hinder veroorzaken voor het omliggende wonen. Zoals: buurtwinkel, buurtcafé, kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid, kantoor- of dienstenfunctie van zelfstandige of vrij beroep. De begraafplaats is momenteel in landschappelijk waardevol agrarisch gebied gelegen. De begraafplaats sluit aan bij de bebouwing van het hoofddorp Huldenberg en heeft geen impact op de agrarische structuur. De gemeente zal de begraafplaats op deze locatie bestendigen en in functie van de behoeften verder uitbreiden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 219 van 268

220 De voorzieningen van de technische dienst zijn momenteel in parkgebied gelegen. Op korte termijn wenst men de bestaande loods op deze locatie te behouden. Op middellange tot lange termijn wenst de gemeente een aantal gemeentelijke voorzieningen te bundelen op een centrale locatie (o.a. technische dienst, containerpark ). De gemeente zal een inventaris opmaken van de gemeentelijke voorzieningen die moeten gebundeld en geherlokaliseerd worden en zal een locatieonderzoek uitvoeren. Indien uit dit locatieonderzoek blijkt dat de bestaande locatie in de E. Gillisstraat de meest aangewezen zone is dan zal de gemeente deze zone bestendigen en de nodige ontwikkelingsmogelijkheden geven door het deel parkgebied waarin de loods zich bevindt om te zetten naar een zone voor openbaar nut. In het RUP zal de nodige ruimte gemotiveerd worden op basis van bovenstaand behoeftenonderzoek. Dit kan verantwoord worden omdat de loods zich aan de rand van het parkgebied bevindt, onmiddellijk aansluit bij de overige bebouwing van Huldenberg en hierdoor geen impact heeft op de ontwikkeling van het parkgebied. De aan de kern grenzende parkgebieden worden zo goed mogelijk behouden. Er kunnen drie parkgebieden onderscheiden worden: het kasteelpark, het parkgebied aan de E. Gillisstraat en het parkgebied aan de Limburg Stirumlaan. De gemeente wenst dit laatste park verder te ontwikkelen als speelbos binnen de kern van Huldenberg. Voor de bebouwing in deze parkgebieden (kastelen) wordt verwezen naar het beleid voor de waardevolle gebouwen in het hoofdstuk gewenste landschappelijke structuur. De kleine landschapselementen die de valleiflank doorsnijden (solitaire bomen, bomenrijen) worden behouden. In de woonwijken op de noordelijke valleiflank komen nog een aantal serres voor. Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld voor de serrebouw: - het afbreken van leegstaande serres wordt gestimuleerd om een beeld van verval en verloedering in de kern te vermijden; - bestaande economische leefbare serrebedrijven kunnen moderniseren en uitbreiden indien nodig. - nieuwe inplantingen van serrebedrijven zijn mogelijk indien ze gericht zijn op streekeigen teelten en onder voorwaarden van schaal, oppervlakte, hoogte en integratie in het landschap. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 220 van 268

221 OK abbiorfjqb=_b_lrtab=s^iibfci^kh=fgpb s^iibfci^kh=fgpb= OKNK açéäëíéääáåöéå= - Behoud van het typische, landelijke karakter van de kernen als enorme woonkwaliteit voor de inwoners. - Verhogen van de verkeersleefbaarheid. - Uitbouw van Neerijse als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt. OKOK `çååééíéå= Rustig, landelijk wonen in Loonbeek en Neerijse Loonbeek en Neerijse zijn net zoals Huldenberg langs de N253 gelegen, parallel met de IJsevallei. De drie kernen hebben nog een vrij samenhangend gemeenschapsleven. In tegenstelling tot het hoofddorp Huldenberg worden de dorpscentra van Loonbeek en Neerijse niet getypeerd door een meer verstedelijkte, modernere beslotenheid. Integendeel, één van de karakteristieken van een kern als Loonbeek is het aanwezig zijn van groenelementen, smalle spieën weiland- of boomgaard die tot aan de straat doorlopen, koertjes met poorten, binnenhoven verweven tussen de oudere (agrarische) gebouwen. In Loonbeek zijn er vrij weinig voorzieningen aanwezig en overheerst open bebouwing. Ook in Neerijse overheerst open bebouwing; alleen in de omgeving van het kerkplein overheerst meer gesloten bebouwing en zijn er een aantal (commerciële) voorzieningen aanwezig. De oude dorpsstructuur overheerst er nog. De dorpskern Neerijse heeft een landschappelijk hoogwaardig karakter door het cultuurhistorisch patrimonium, de oude dreven naar het kasteel van Neerijse, de landelijke omgeving, enz. In Neerijse en Loonbeek ligt de nadruk op het behoud van het typische, landelijke karakter van de kernen en het garanderen van de woonkwaliteit. De woonkwaliteit wordt verhoogd door verkeersleefbaarheidsmaatregelen ter hoogte van de drukke N253 en door de verdere uitbouw van lokale woonondersteunende voorzieningen. Voor Neerijse wordt gestreefd naar het zichtbaar maken van het omgevende waardevolle landschap vanuit de bebouwde ruimte. Dit biedt een meerwaarde voor de woonkwaliteit in de dorpskern. Verhogen verkeersleefbaarheid in Loonbeek en Neerijse door herinrichting N253 Ten gevolge van de verkeersdruk langsheen de N253 staat de leefbaarheid van de kernen onder druk. Niet alleen is het gevaarlijk om de weg te kruisen, gezien vrachtverkeer, bussen en vele vrachtwagens die passeren in de kernen, maar zelfs op de trottoirs of bermen is het gevaarlijk wandelen. Dit manifesteert zich extra in de bochten in de kern Neerijse en aan de gemeenteschool te Loonbeek, waar ook geen voetpaden zijn. Daarom is een herinrichting van de N253 in functie van de verkeersleefbaarheid voor de gemeente noodzakelijk in de dorpskernen Neerijse en Loonbeek. Ook voor de handelszaken in de kernen zou een herinrichting van de kernen een meerwaarde kunnen betekenen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 221 van 268

222 Uitbouw lokaal toeristisch-recreatief knooppunt Neerijse Neerijse heeft een landschappelijk hoogwaardig karakter door het cultuurhistorisch patrimonium, de oude dreven, enz. Voorts is de dorpskern gelegen nabij de Doode Bemde, een natuurreservaat met een regionale uitstraling. Neerijse is een knooppunt van recreatieve routes in het Provinciaal Fietsroutenetwerk. Daarom ook belangrijk dat er voldoende aandacht wordt besteed aan de recreant in de kern. Neerijse wordt uitgebouwd als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt. De parking aan de Donkerstraat wordt beschouwd als uitvalsbasis van waaruit wandel- en fietstochten gemaakt kunnen worden naar de verschillende locaties in de omgeving. OKPK déïéåëíé=êìáãíéäáàâé=ëíêìåíììê=äéäçìïçé=î~ääéáñä~åâ=fàëé íììê=äéäçìïçé=î~ääéáñä~åâ=fàëé= Kaart 43: gewenste ruimtelijke structuur bebouwde valleiflank IJse Gewenste ruimtelijke structuur Loonbeek In Loonbeek zorgde een zuidelijke omleiding van de N253 voor een verkeersvrije dorpskern. Er heerst evenwel een verkeersonveiligheidsgevoel in de omgeving van de gemeenteschool, in de bocht van de N253 (Sint-Jansbergsteenweg). De gemeente wil dat er bij herinrichting van de weg wordt rekening gehouden met volgende aspecten: - voldoende veiligheid voor voetgangers (brede voetpaden, veilige oversteekvoorzieningen) en fietsers; - aandacht voor de verkeersveiligheid van de omgeving van de gemeenteschool, in de bocht van de Sint-Jansbergsteenweg; - kwalitatieve aanleg van het openbaar domein met een uniforme vormgeving en materiaalgebruik aangepast aan de dorpskern en met voldoende groenelementen; - zoveel mogelijk behoud van de oude structuur van de dorpskern (voornamelijk getypeerd door het bochtig en reliëfrijk profiel van de N253, met woningen dicht tegen de straatzijde). De rooilijn dient bij herinrichting op een doordachte manier te worden ontworpen, rekening houdend met het karakter van de weg. Omwille van de subsidiariteit moeten bovenstaande aanbevelingen aanzien worden als een suggestie ten aanzien van de hogere overheden. Om de eigenheid van de dorpskern te bewaren wordt het toegelaten aantal bouwlagen niet verhoogd. De bouwhoogte en het materiaalgebruik van nog te realiseren woongelegenheden sluit maximaal aan bij de overheersende bebouwingsvorm in de dorpskern. Dit betekent dat de bestaande bouwmogelijkheden van (half)open bebouwing worden verder gezet, volgens de gangbare bouwhoogte (1 à 2 bouwlagen) en perceelsgroottes. Verdichting van de kern onder de vorm van meergezinswoningen is mogelijk door opsplitsing van bestaande woningen of vervangende nieuwbouw, voor zover deze ontwikkelingen op schaal van en binnen het gabarit van de bebouwing in Loonbeek blijft. (BD 16/05/2013) Het woonuitbreidingsgebied (WUG3) aan de Hollestraat wordt behouden als reserve tot na Het weekendverblijfspark Korenheide wordt door de provincie omgevormd naar een zone waar permanente bewoning kan worden toegelaten. Het meest westelijk deel wordt omgevormd naar natuurgebied ter versterking van de aanpalende bosstructuur. Gezien de zonevreemde begraafplaats in de kern gelegen is, geen structureel areaal aantast en er momenteel geen bijkomende ruimtebehoeften zijn, kan ze behouden blijven. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 222 van 268

223 Een mogelijke locatie voor een inbreidingsproject vormt het oude gebouw Blauwhof te Loonbeek (met Sociaal Huis en klooster) langs de Sint-Jansbergsteenweg. Het klooster staat er leeg. Het Sociaal Huis kan op termijn naar het hoofddorp Huldenberg geherlocaliseerd worden. Het Blauwhof vormt een potentiële locatie voor een inbreidingsproject. Voorwaarde bij ontwikkeling van een project in het oude gebouw is dat de lokale erfgoedwaarde moet bewaard blijven, dat er niet te hoog gebouwd mag worden om het typische karakter van de dorpskern Loonbeek niet te verstoren. Het Blauwhof zal particulier worden ontwikkeld. De waardevolle tuin moet zo goed mogelijk behouden blijven. Er is vanuit de jeugd nood aan meer speelruimte in Loonbeek: er is nood aan een speelbos. Een mogelijke locatie vormt het bosje achter het klooster, gelegen in natuurgebied. Deze zone is in eigendom van de gemeente. Het bos achter het klooster wordt dan opengesteld als speelbos in functie van de gehele dorpskern en bij ontwikkeling van het woonproject in het oude klooster ook in functie van de bewoners van het woonproject. Het speelplein aan het klooster gelegen in natuurgebied wordt behouden. Aangezien deze visie betrekking heeft op gebieden die hoofdzakelijk geselecteerd zijn op hoger niveau, wordt ze als suggestie meegegeven aan de hogere overheid. De gewestplanbestemming zou in functie van het speelplein en speelbos kunnen herbestemd of verfijnd worden om zo de mogelijkheden en randvoorwaarden te bepalen. Gemeenschapsvoorzieningen voor de lokale bevolking worden gebundeld naar het hoofddorp Huldenberg, gezien de beperkte omvang van de dorpskern en de nabije ligging bij het hoofddorp. In Loonbeek komen nog een aantal serres voor. Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld voor de serrebouw: - het afbreken van leegstaande serres wordt gestimuleerd om een beeld van verval en verloedering in de kern te vermijden; - bestaande economische leefbare serrebedrijven kunnen moderniseren en uitbreiden indien nodig. - nieuwe inplantingen van serrebedrijven zijn mogelijk indien ze gericht zijn op streekeigen teelten en onder voorwaarden van schaal, oppervlakte, hoogte en integratie in het landschap. De voormalige camping Spitsberg wordt door de provincie omgevormd naar een open ruimtebestemming. De camping Berg en Dal blijft onder zijn huidige vorm als recreatiezone behouden. Bepaalde delen van het recreatiegebied worden door de provincie omgevormd tot open ruimtegebied Gewenste ruimtelijke structuur Neerijse Ten gevolge van de verkeersdruk langsheen de N253 staat de leefbaarheid van de kern onder druk. In de bochten in de kern ontstaan soms zeer gevaarlijke situaties door de beperkte zichtbaarheid. Dit levert niet alleen gevaar op voor het gemotoriseerd verkeer, maar ook voor de zwakke weggebruikers. De voorzieningen voor voetgangers en fietsers zijn momenteel totaal ontoereikend. Er heerst een onveiligheidsgevoel aan de schoolomgeving. De gemeente wil dat er bij herinrichting van de weg rekening gehouden wordt met volgende aspecten: - voldoende veiligheid voor voetgangers (brede voetpaden, veilige oversteekvoorzieningen) en fietsers. Voor de gemeente is het wenselijk dat er speciale aandacht gaat naar de verkeersveiligheid in het dorpscentrum van Neerijse, grosso modo tussen de Schaveystraat en de Grote Puystraat, met inbegrip van de omgeving van de school in de Dorpsstraat; - vermindering van het aantal parkeerplaatsen langs de weg in het dorpscentrum, zodat meer ruimte kan gecreëerd worden voor de zwakke weggebruiker. De parkeerplaatsen voor bewoners worden door de gemeente verplaatst naar een centrale parkeerplaats in de Donkerstraat; een aantal parkeerplaatsen kunnen blijven voor het handelsapparaat; - invoering van snelheidsbeperkingen rondom de kerk (zone 30); - behoud van tweerichtingsverkeer in de Dorpsstraat, zodat doorgaand verkeer maximaal wordt vermeden doorheen de woonwijken van de Schaveystraat Beekstraat; - voorzien in een volledig uitgeruste bushalte infrastructuur (fietsenstalling, schuilhok ) aan het kerkplein; Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 223 van 268

224 - kwalitatieve aanleg van het openbaar domein met een uniforme vormgeving en materiaalgebruik aangepast aan de dorpskern en met voldoende streekeigen groenelementen (laanbeplanting, groenvoorzieningen); op deze manier wordt de eigen identiteit van de dorpskern benadrukt en de relatie versterkt tussen de dorpskern en de landelijke omgeving; - zoveel mogelijk behoud van de oude structuur van de dorpskern (voornamelijk getypeerd door het bochtige en reliëfrijk profiel van de N253, met woningen dicht tegen de straatzijde). De rooilijn dient bij herinrichting op een doordachte manier te worden ontworpen, rekening houdend met het karakter van de weg. Het standpunt van de gemeente moet omwille van de subsidiariteit aanzien worden als een suggestie ten aanzien van de hogere overheden. Door het invoeren van sterke snelheidsbeperkingen (zone 30) langs de Dorpsstraat, bestaat het gevaar dat er sluipverkeer ontstaat langs de Schaveystraat Beekstraat. Deze weg mag geen snel alternatief worden voor de Dorpstraat. Daarom moeten er in de Schaveystraat Dorpsstraat maatregelen genomen worden tegen sluipverkeer (snelheidsremmers). Om de eigenheid van de dorpskern te bewaren wordt het toegelaten aantal bouwlagen niet verhoogd. De bouwhoogte en het materiaalgebruik van nog te realiseren woongelegenheden sluit maximaal aan bij de overheersende bebouwingsvorm in de dorpskern. Dit betekent dat de bestaande bouwmogelijkheden worden verder gezet, volgens de gangbare bouwhoogte (1 à 2 bouwlagen) en perceelsgroottes. Verdichting van de kern onder de vorm van meergezinswoningen is mogelijk door opsplitsing van bestaande woningen of vervangende nieuwbouw, voor zover deze ontwikkelingen op schaal van en binnen het gabarit van de bebouwing in Neerijse blijft. (BD 16/05/2013) Het woongebied tussen de Eygenstraat, Kapelweg en Kapelbergstraat (Wo1) wordt behouden als reservegebied voor het wonen tot na Naast de woonfunctie kunnen er, op het niveau van de buurt, ook andere kleinschalige functies voorkomen voor zover ze geen hinder veroorzaken voor het omliggende wonen. Zoals een buurtwinkel, buurtcafé, kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid, kantoor- of dienstenfunctie van zelfstandige of vrij beroep. Gemeenschapsvoorzieningen voor de lokale bevolking van Neerijse worden in de Dorpsstraat Donkerstraat gebundeld. In de Dorpsstraat en Donkerstraat zijn nu al de lokale voorzieningen gesitueerd. Betreffende de bestaande gemeenschapsvoorzieningen wordt het volgende vooropgesteld: - de gemeente wenst de bibliotheek in de Donkerstraat op termijn te herlokaliseren naar het hoofddorp Huldenberg. Dit vanuit de algemene visie om alle gemeentelijke voorzieningen zoveel mogelijk te bundelen naar het hoofddorp. - de Weide, gelegen achter de Vrije Basisschool in de Donkerstraat, moet behouden blijven in functie van de school. De Weide is momenteel in landbouwgebied gelegen en via erfpacht in gebruik door de school. Deze locatie geeft op termijn mogelijkheden om de school uit te breiden. De gemeente kan een RUP opmaken om het agrarisch gebied om te zetten in functie van de uitbreiding van de school. Bij de opmaak van het RUP zal de locatie van de uitbreiding verder gemotiveerd worden en zal aangegeven worden in welke mate dit geen hypotheek legt op het functioneren van het achterliggende agrarische gebied. Een uitbreiding tussen de Donkerstraat en de Dorpsstraat is omwille van de aanwezigheid van particuliere tuinen niet mogelijk. Om het rijk historisch verleden van Neerijse en de nauwe band met de Dijlevallei te benadrukken, ook in het kader van de toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht van de kern, wordt het historisch bouwkundig erfgoed maximaal bewaard en in de verf gezet en worden zichten op de Dijlevallei in het dorpscentrum behouden en zo mogelijk versterkt: - het niet-beschermd bouwkundig erfgoed in de dorpskern wordt behouden (zie gewenste landschappelijke structuur); - er wordt rekening gehouden met de beeldwaarde van waardevol en beschermd bouwkundig erfgoed in de dorpskern (zie ook toeristisch-recreatieve structuur) bij de beoordeling van nieuwe woonprojecten in de omgeving van het erfgoed; Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 224 van 268

225 - zichten op waardevol en beschermd bouwkundig erfgoed worden bewaard; - meer kwalitatieve herinrichting van de historische site van de Sint-Pieter- en Pauwelkerk. Er wordt een parkeerverbod ingevoerd aan het kerkplein en de vrijgekomen ruimte wordt heringericht als publiek domein. Op deze manier wordt ter hoogte van het kerkplein de zichten op het omliggende landschap maximaal bewaard. Dit moet in een geheel gezien worden met een herinrichting van de N253 (Dorpsstraat). Een herinrichting van het parkeerplein, met: - ontmoetingsplaats met mooie vista (zicht) over de Dijlevallei; - voldoende groenelementen; - behoud twee monumentale bomen aan de kerk; - zitbanken. De omgeving van het kasteel van Neerijse is beschermd als dorpsgezicht: kapel van O.L. Vrouw-ten- Pui met haar omgeving en het kasteelpark d Overschie. Hierdoor gelden al een aantal maatregelen om het waardevol cultuurhistorisch erfgoed in de omgeving van het kasteel te beschermen. Het beschermd dorpsgezicht grenst aan het dorpscentrum en is via een voetgangersverbinding aan het kerkplein snel bereikbaar. Dit wordt behouden. Het Kasteel van Neerijse is in feite een voormalig hotel dat beschermd is als monument en gelegen is in een zone voor openbaar nut. De private sector zal in het kasteel en de bijgebouwen 10 appartementen onderbrengen. Voor de gemeente is de omvorming tot woongelegenheden onder voorwaarden vanuit landschap en natuur mogelijk. Om het kasteel in de toekomst te bewaren is het immers nodig dat het gebouw een uitgesproken functie krijgt binnen de ruimte waarbinnen ze is gelegen. Door de gemeente wordt de voorwaarde gesteld dat het omringende park niet mag worden opgedeeld ten voordele van de verschillende bewoners. Het park dient een geheel te blijven. De behoefte aan bejaardenhuisvesting wordt ingevuld aansluitend bij het RVT Ter Meeren te Neerijse, in de zone voor openbaar nut. Binnen het beschermd dorpsgezicht zijn de dreven van de Lindenhoflaan en Prins De Béthunelaan structuurbepalende elementen. Het behoud van de dreefstructuur van Lindenhoflaan en Prins De Béthunelaan als toegangen naar het kasteel van Neerijse en de Doode Bemde vanuit respectievelijk de N253 (Dorpsstraat) en de Beekstraat staat voorop. Neerijse werd aangeduid als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt. Dit betekent het volgende: - de parking in de Donkerstraat wordt ook gebruikt worden voor recreatieve doeleinden: - duidelijke bewegwijzering van parkeermogelijkheden in Donkerstraat; - aanduiding van Dienst Toerisme Huldenberg, wandel- en fietsroutes, de belangrijkste bezienswaardigheden in de dorpskern en in de gemeente en de fietsverhuurlocaties op een centraal infobord; - goed uitgeruste horeca; - fietsenstallingen aan de belangrijkste bezienswaardigheden. Daarnaast gaat de aandacht ook naar kleinschalig verblijfstoerisme. De gebouwen in de dorpskernen komen in aanmerking voor verblijfsrecreatie. Initiatieven in de verblijfsrecreatieve sector op kleinschalig niveau zijn in de verschillende historische dorpskernen zeker wenselijk. Volgende vormen van kleinschalig verblijfstoerisme zijn wenselijk: - jeugdlogies: - landelijke korte verblijfsarrangementen in kleinschalige vorm van verblijf: kleine hotels, gastenkamers, huurvakantiewoningen, enz. In Neerijse komen nog een aantal serres voor. Volgende ontwikkelingsperspectieven worden voorgesteld voor de serrebouw: - het afbreken van leegstaande serres wordt gestimuleerd om een beeld van verval en verloedering in de kern te vermijden; - bestaande economische leefbare serrebedrijven kunnen moderniseren en uitbreiden indien nodig. - nieuwe inplantingen van serrebedrijven zijn mogelijk indien ze gericht zijn op streekeigen teelten en onder voorwaarden van schaal, oppervlakte, hoogte en integratie in het landschap. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 225 van 268

226 De voormalige camping Les Chalets, gelegen in de vallei van de IJse wordt door de provincie omgevormd tot open ruimtegebied. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 226 van 268

227 PK abbiorfjqb=pfkq pfkqj^d^qe^ ^d^qe^jolabi= olabi=lqqbk_rod lqqbk_rod=bk=mi^qb^r bk=mi^qb^r=s^k= t^sbo= PKNK açéäëíéääáåöéå= - Behoud van het typische, landelijke karakter van de kernen als enorme woonkwaliteit voor de inwoners. - Verhogen van de verkeersleefbaarheid. - Uitbouw van Sint-Agatha-Rode als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt. - Uitbouw van lokale sport- en speelvoorzieningen voor Sint-Agatha-Rode en Ottenburg. - Bestendigen van de landbouw op het plateau van Waver. PKOK `çååééíéå= Behouden van het kleinschalig gevarieerd landschap Het kleinschalig gevarieerd landschap op het plateau van Waver bestaat uit akkerpercelen, weiland, taluds, holle wegen, bossen en houtkanten. Het kleinschalig landschap dient zo goed mogelijk te worden bewaard. Verdere versnippering van het landschap door lintbebouwing, vertuining en weekendverblijven dient te worden vermeden. De landbouw dient de nodige kansen te krijgen maar dient aandacht te hebben voor het landschap. Het bouwkundig erfgoed zal zo goed mogelijk worden bewaard. Om het behoud van de waardevolle gebouwen te verzekeren worden hun ontwikkelingsperspectieven verruimd. Rustig, landelijk wonen in Sint-Agatha-Rode en Ottenburg De dorpskernen van Sint-Agatha-Rode en Ottenburg liggen allebei langs de Leuvensebaan. De kernen hebben nog een vrij samenhangend gemeenschapsleven. Net zoals Loonbeek en Neerijse worden Sint-Agatha-Rode en Ottenburg getypeerd door het rustig, landelijk wonen. De dorpskern van Sint-Agatha-Rode is historisch gegroeid tussen de Laan- en Dijlevallei. Het dorpscentrum, met kerk, kerkhof en kasteelpark, bevindt zich nabij de monding van de Laan in de Dijle en heeft een landschappelijk hoogwaardig karakter. In Sint- Agatha-Rode is het aantal voorzieningen minimaal en overheerst open, residentiële bebouwing. Ottenburg is de enige kern in de gemeente die op een plateau is gesitueerd. De kern is opgebouwd rond het kerkplein en heeft lange lintvormige uitlopers in het agrarisch gebied. Ook in Ottenburg overheerst open, residentiële bebouwing. Na Huldenberg heeft Ottenburg het meest uitgebreide handelsapparaat in de gemeente. In Sint-Agatha-Rode en Ottenburg ligt de nadruk op het behoud van het typische, landelijke karakter van de kernen en het garanderen van de woonkwaliteit. De woonkwaliteit wordt verhoogd door verkeersleefbaarheidsmaatregelen ter hoogte van de Leuvensebaan en door de verdere uitbouw van beperkte jeugd- en sportvoorzieningen. Voor Sint-Agatha-Rode wordt gestreefd naar het beter verweven van de bebouwing van het grootschalig woonpark met de nabijgelegen Laanvallei. Dit biedt een meerwaarde voor de woonkwaliteit in de dorpskern (rustig wonen in een groene woonomgeving) en voor het globale landschap. In beide kernen is er nood aan bijkomende sport- en spelvoorzieningen. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 227 van 268

228 Uitbouw lokaal toeristisch-recreatief knooppunt Sint-Agatha-Rode Sint-Agatha-Rode heeft een landschappelijk hoogwaardig karakter door het cultuurhistorisch patrimonium, de ligging nabij de Dijlevallei, Rodebos, enz. Daarom ook belangrijk dat er voldoende aandacht wordt besteed aan de recreant in de kern. De beschermde pastorie van Sint-Agatha-Rode aan de Leuvensebaan wordt beschouwd als uitvalsbasis van waaruit wandel- en fietstochten gemaakt kunnen worden naar de verschillende locaties in de omgeving. PKPK déïéåëíé=êìáãíéäáàâé=ëíêìåíììê=páåí páåíj^ö~íü~ ^Ö~íÜ~JoçÇÉI=lííÉåÄìêÖ=Éå=éä~íÉ~ì= î~å=t~îéê= Kaart 44: gewenste ruimtelijke structuur Sint-Agatha-Rode, Ottenburg en plateau van Waver Sint-Agatha-Rode Om de eigenheid van de dorpskern te bewaren wordt het toegelaten aantal bouwlagen niet verhoogd. De bouwhoogte en het materiaalgebruik van nog te realiseren woongelegenheden sluit maximaal aan bij de overheersende bebouwingsvorm in de dorpskern. Dit betekent dat de bestaande bouwmogelijkheden van (half)open bebouwing worden verder gezet, volgens de gangbare bouwhoogte (1 à 2 bouwlagen) en perceelsgroottes. Verdichting van de kern onder de vorm van meergezinswoningen is mogelijk door opsplitsing van bestaande woningen of vervangende nieuwbouw, voor zover deze ontwikkelingen op schaal van en binnen het gabarit van de bebouwing in Sint-Agatha-Rode blijft. (BD 16/05/2013) Het woonuitbreidingsgebied t Veldeke (WUG2) wordt behouden voor een latere planperiode. Naast de woonfunctie kunnen er ook andere kleinschalige functies voorkomen op het niveau van de buurt, voor zover ze geen hinder veroorzaken voor het omliggende wonen. Zoals een buurtwinkel, buurtcafé, kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid, kantoor- of dienstenfunctie van zelfstandige of vrij beroep. Gemeenschapsvoorzieningen voor de lokale bevolking worden bij voorkeur gelokaliseerd in het hoofddorp of in het dorpscentrum van Sint-Agatha-Rode, dat zich situeert in de omgeving van de kerk, grosso modo in de zone Potterstraat Leuvensebaan Huldenbergstraat Oude Waversebaan. Bestaande gemeenschapsvoorzieningen kunnen in de dorpskern behouden blijven. Zo wordt op korte termijn voorzien in een uitbreiding van de school. Mogelijks kan deze uitbreiding niet binnen het woongebied gebeuren, maar zal deze in het aangrenzende woonuitbreidingsgebied moeten gebeuren. De gemeente zal nagaan in welke mate deze ontwikkeling geen impact heeft op een latere ontwikkeling van het woonuitbreidingsgebied. Indien noodzakelijk zal de gemeente een RUP opmaken om de uitbreiding van de school mogelijk te maken. In Sint-Agatha-Rode is een openbaar vervoersknoop geselecteerd. Aan de halte van openbaar vervoer wordt voldoende halte-infrastructuur voorzien. Om het cultuurhistorisch verleden van Sint-Agatha-Rode en de nauwe band met de Laan- en Dijlevallei te benadrukken, ook in het kader van de toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht van de kern, wordt het historisch bouwkundig erfgoed maximaal bewaard en in de verf gezet en worden zichten op de Laan- en Dijlevallei in het dorpscentrum behouden en zo mogelijk versterkt. De dorpskern van Sint-Agatha-Rode is opgenomen als beschermd dorpsgezicht. Hierdoor gelden al een aantal maatregelen om het waardevol cultuurhistorisch erfgoed in de omgeving van het kasteel te beschermen. Daarnaast wordt voorgesteld om de historische site van de Sint-Agathakerk, met de monumentale Vrijheidsboom, een meer kwalitatieve herinrichting te geven. Op deze manier wordt de site meer in de verf gezet (pleineffect). Tevens is het wenselijk de vista vanuit Dijlevallei op de kerk vrij te houden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 228 van 268

229 Sint-Agatha-Rode werd aangeduid als lokaal toeristisch-recreatief knooppunt. Dit betekent het volgende: - de beschermde pastorie van Sint-Agatha-Rode aan de Leuvensebaan vormt een knooppunt van wandel- en fietsroutes (o.a. ligging nabij het Interreg project). De pastorie wordt ingericht met een onthaal, een café/ restaurant en fietsenverhuur; - de parkeerplaatsen aan kerk worden behouden voor het flexibel aansluiten van de wagen op de fiets en te voet. Aan de parking wordt op een centraal infobord het informatiepunt oude pastorie aangegeven, evenals wandel- en fietsroutes, de belangrijkste bezienswaardigheden in de dorpskern en in de gemeente; ook aanduiding van locatie van infoborden in andere dorpskernen. Er dient een herinrichting te gebeuren van de parking aan de hoek van de Potterstraat en de Leuvensebaan tot aan de kerk; - goed uitgeruste horeca in het centrumgebied; - fietsenstallingen aan de belangrijkste bezienswaardigheden. Daarnaast gaat de aandacht ook naar kleinschalig verblijfstoerisme. De gebouwen in de dorpskernen komen in aanmerking voor verblijfsrecreatie. Initiatieven in de verblijfsrecreatieve sector op kleinschalig niveau zijn in de verschillende historische dorpskernen zeker wenselijk. Volgende vormen van kleinschalig verblijfstoerisme zijn wenselijk: - jeugdlogies; - landelijke korte verblijfsarrangementen in kleinschalige vorm van verblijf: kleine hotels, gastenkamers, huurvakantiewoningen, enz Ottenburg In het dorpscentrum van Ottenburg ligt de nadruk op het verblijfskarakter, d.w.z. voldoende aandacht voor de verkeersveiligheid van voetgangers en fietsers. De dorpskern werd recentelijk als verblijfsgebied uitgebouwd met ruim aandacht voor de ruimtelijke kwaliteit. Langs de Leuvensebaan werden maatregelen getroffen om het sluipverkeer (vrachtverkeer) afkomstig van het grootschalige industrieterrein Waver Noord door de kern van Ottenburg tegen te gaan. Deze maatregelen worden bestendigd naar de toekomst toe en er worden - indien dit nodig zou zijn - bijkomende maatregelen genomen om de verkeersleefbaarheid in de dorpskern te waarborgen. In Ottenburg is een openbaar vervoersknoop geselecteerd. Aan de halte wordt voldoende halteinfrastructuur voorzien. Op termijn kan het gehele dorpscentrum kwalitatief worden ingericht waarbij eenzelfde materiaalkeuze en vormentaal gehanteerd wordt. Het betreft volgende straten: deel Terlaenenstraat, Schoolstraat, Pompstraat, Pastorijstraat, Kerkstraat, Kleine Schoolstraat, Bloemenstraat, deel Tommestraat, deel Florivalstraat. Om de eigenheid van de dorpskern te bewaren wordt het toegelaten aantal bouwlagen niet verhoogd. De bouwhoogte en het materiaalgebruik van nog te realiseren woongelegenheden sluit maximaal aan bij de overheersende bebouwingsvorm in de dorpskern. Dit betekent dat de bestaande bouwmogelijkheden van (half)open bebouwing worden verder gezet, volgens de gangbare bouwhoogte (1 à 2 bouwlagen) en perceelsgroottes. Verdichting van de kern onder de vorm van meergezinswoningen is mogelijk door opsplitsing van bestaande woningen of vervangende nieuwbouw, voor zover deze ontwikkelingen op schaal van en binnen het gabarit van de bebouwing in Ottenburg blijft. (BD 16/05/2013) Het woongebied Terlaenenstraat, Schoolstraat, Kleine Schoolstraat, Leikstraalbeek (Wo2) en het woonuitbreidingsgebied Processieweg (WUG4) worden behouden voor een latere planperiode. In het dorpscentrum, namelijk in de zone achter de pastorij in de Pastorijstraat zijn er potenties voor een inbreidingsproject. Dit gebied is in eigendom van de gemeente. In het gebied is o.m. de pastorij en de gebouwen van de voormalige school van Ottenburg gelegen. Er zal een strategisch plan worden opgemaakt voor de leefbaarheid van de dorpskern van Ottenburg, waarbij de potenties van deze Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 229 van 268

230 locatie verder worden onderzocht. Naast de mogelijkheden voor wonen zullen hier ook de mogelijkheden voor jeugdinfrastructuur en ruimte om te sporten en te spelen bekeken worden. Het betreft een gebied van ca. 0,4 ha. Hierna is de locatie weergegeven. Figuur 18: projectgebied strategisch plan Het centrum van Ottenburg wordt gevrijwaard voor zwaar verkeer en er worden snelheidsbeperkende maatregelen genomen. Naast de woonfunctie kunnen er ook andere kleinschalige functies voorkomen op het niveau van de buurt, voor zover ze geen hinder veroorzaken voor het omliggende wonen. Zoals een buurtwinkel, buurtcafé, kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid, kantoor- of dienstenfunctie van zelfstandige of vrij beroep. Gemeenschapsvoorzieningen voor de lokale bevolking worden bij voorkeur gelokaliseerd in het hoofddorp of in het dorpscentrum van Ottenburg. Binnen de kern ligt een open ruimtekamer. Voor deze open ruimtekamer gelden de ontwikkelingsperspectieven beschreven voor de plateaus Plateau van Waver Het plateau van Waver wordt behouden en versterkt als een landbouwgebied met belangrijke ecologische en landschappelijke waarde. Het gebied wordt voorbehouden voor de grondgebonden landbouw en er zal een stimulerend beleid gevoerd worden naar het behoud en de ontwikkeling van kleine landschapselementen. Bestaande landbouwbedrijven kunnen nog uitbreiden onder voorwaarde dat de bebouwing nauw aansluit bij de bestaande bebouwing, dat een uitbreiding in de richting van de open ruimte vermeden Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 230 van 268

231 wordt (liefst geen inname van akker of weiland) en dat de uitbreiding verenigbaar is met de landbouwstructuur. De vestiging van nieuwe landbouwbedrijfszetels zal, omwille van het kleinschalig karakter van het landschap, minder storend overkomen op deze plateau en wordt ondersteund, mits een goede integratie van de nieuwe landbouwbedrijfszetels binnen het kleinschalig landschap van de plateau. Vanwege het aantrekkelijk karakter van de gemeente op toeristisch-recreatief gebied en om de rendabiliteit van de landbouw te garanderen, wordt beperkte verbreding van de landbouw toegestaan. Onder verbreding van de landbouw wordt verstaan dat naast de beroepslandbouw nog andere activiteiten, ondergeschikt aan de landbouw, mogen uitgevoerd worden. Hierbij kan gedacht worden aan thuisverkoop van hoeveproducten, kinderboerderij, logies in kader van hoeve- en plattelandstoerisme Door de steilte van het reliëf treedt erosie op. Om de toekomst van de landbouw veilig te stellen is het van belang dat de erosie wordt aangepakt. Een geïntegreerde bestrijding is wenselijk. De gemeente zal een gemeentelijk erosiebestrijdingsplan opmaken. Een mogelijke maatregel is de aanleg van grasbufferstroken. Dit zal tevens de sedimentatie in de rivieren tegengaan. Het plateau van Waver is landschappelijk meer gevarieerd dan de andere. De landschappelijke en natuurlijke waarden bestaande uit taluds, bosjes, holle wegen, kleine landschapselementen dienen zo goed mogelijk te worden bewaard. Volgende beleidslijnen worden daartoe voorgesteld: - landschappelijke inkleding van bedrijfsgebouwen is noodzakelijk. Hiervoor dient gebruik gemaakt te worden van streekeigen beplanting. Opdat de grootschalige bebouwing ook in de winter aan het oog zou worden onttrokken dient een minimumpercentage wintergroene beplanting te worden opgelegd. - behoud van bossen en ecologisch bosbeheer. Uitholling van bossen door vertuining tegengaan. Aanplanten van boszomen; - verbetering waterkwaliteit en structuurkwaliteit van de waterlopen. Bescherming en herstel van bronzones; - behoud en ontwikkeling van structuurrijke mesofiele graslanden en herstel heischraal grasland en heiden; - behoud en ontwikkeling van een fijnmazig netwerk van lijn- en puntvormige elementen. De gemeente zal eveneens haar volledige medewerking verlenen aan projecten die de landschappelijke kwaliteit van het landschap garanderen, zoals projecten van het Regionaal Landschap Dijleland en het Landinrichtingsproject Plateau van Moorsel. Het plateau is vrij versnipperd door bebouwing. Langs alle wegen komt lintbebouwing voor. Voor de woonlinten wordt voorgesteld geen bijkomende bebouwing buiten de juridische voorraad te voorzien. Dit verzekert ook dat er een aantal doorkijken in de linten behouden blijven. Om vertuining tegen te gaan wordt in het beleid voor de woonlinten voorgesteld voorbij de 50 m-grens een natuurlijke beplanting in relatie tot het landschap aan te brengen. Dit in afstemming met het karakter van de omgeving. Eveneens dient aandacht te gaan naar architecturale inpassing. Op vlak van toerisme en recreatie is het van belang dat de landschappelijke kwaliteit, met name de variatie in open en geslotenheid, toegankelijk te maken voor landschapsbeleving. Een andere maatregel is het beheer en het beter toegankelijk maken van het archeologisch erfgoed, zoals De Tomme. Op het plateau zijn een zone voor verblijfsrecreatie gelegen. In deze zone bevindt zich camping Gali en het verblijfsrecreatiepark Bergstraat. Camping Gali wordt binnen de zone voor verblijfsrecreatie behouden. Het zonevreemd gelegen deel dient op termijn geherlokaliseerd te worden. Het verblijfsrecreatiepark Bergstraat wordt door de provincie omgevormd naar een open ruimtebestemming. Voor de hoofdzakelijk vergunde woningen en constructies zijn de basisrechten voor zonevreemde constructies uit de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening van toepassing. Het voetbalterrein aan de Leuvensebaan kan blijven bestaan omwille van de lokale gebondenheid, de centrale ligging tussen Sint-Agatha-Rode en Ottenburg en omdat de afstand tot het voetbalveld van Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 231 van 268

232 Huldenberg vrij groot is. Een verdere ontwikkeling van het voetbalterrein zal in het kader van de opmaak van een RUP verder onderzocht worden en ten aanzien van andere locaties afgewogen worden. Volgende voorwaarden worden alvast naar voor geschoven: een modernisering van de bestaande gebouwen en optimalisering van de infrastructuur is mogelijk. Om de huidige werking te optimaliseren, kunnen bestaande oefenvelden omgevormd worden tot officiële terreinen als de behoefte wordt aangetoond. Een schaalvergroting kan evenwel niet de bedoeling zijn. Door een reorganisatie van de indeling van het terrein kan de bestaande oppervlakte geoptimaliseerd worden en moet de inname van bijkomende ruimte zo beperkt mogelijk gehouden worden. Voorwaarden zijn ook een goede landschappelijke inkleding en respect voor de omliggende natuurwaarden. Voor de zonevreemde woningen op het plateau gelden de decretale bepalingen (zie afwegingskader zonevreemde constructies ). Voor het waardevol gebouw Klabbeekhoeve worden functiewijzigingen onder bepaalde voorwaarden toegelaten (zie bouwkundig erfgoed onder landschappelijke structuur). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 232 van 268

233 QK abbiorfjqb=mi^qb^r=s^k=arfp_rod mi^qb^r=s^k=arfp_rod= QKNK açéäëíéääáåöéå== - Vrijwaren van het plateau voor de landbouw. - Behouden van de natuurlijke en landschappelijke waarden op de plateaus. - Een duidelijk beleid naar bebouwing op het plateau. QKOK `çååééíéå= Het plateau van Duisburg als structureel landbouwgebied Natuur- en landschapswaarden als stapstenen Het plateau van Duisburg is het meest open en aaneengesloten plateau van Huldenberg. Het beleid is gericht op het bestendigen van de grondgebonden landbouw en het maximaliseren van de kansen van de productielandbouw. Dit dient te worden gekoppeld aan een streng beleid naar andere functies zoals lintbebouwing, grootschalige geïsoleerde bebouwing en andere bebouwing. Een streng beleid dient te voorkomen dat er een verdere versnippering van het onbebouwd karakter van het plateau en de landbouwstructuur optreedt. In het landbouwgebied zijn een aantal belangrijke natuur- en landschapswaarden gelegen. Het betreft een aantal holle wegen, waardevolle tuinen en parken, bossen en kleine landschapselementen. Deze dienen te worden bewaard gezien ze van belang zijn voor de fauna en flora als (lokale) stapstenen en mede omdat ze de aantrekkingskracht van het landschap voor recreanten bepalen. Het netwerk aan kleine landschapselementen kan verder worden versterkt rond storende bebouwing, zoals rond het Ganspoelinstituut. Gezien openheid een belangrijk kenmerk van het plateau is, dienen de natuurwaarden niet massief te worden uitgebreid. QKPK déïéåëíé=êìáãíéäáàâé=ëíêìåíììê=éä~íé~ì=î~å=aìáëäìêö= Kaart 45: gewenste ruimtelijke structuur plateau van Duisburg De gewenste ruimtelijke structuur van het plateau van Duisburg is gericht op het bestendigen van de gronden voor grondgebonden landbouw en het maximaliseren van de kansen voor de productielandbouw, weliswaar met aandacht voor het landschap. Om de weidsheid van het plateaulandschap te vrijwaren is het van groot belang dat de landbouwfunctie behouden blijft en dat dit gekoppeld wordt aan een streng beleid naar andere functies (waterwinning, bebouwing...). Omwille van het belang voor de landbouw, wordt voorgesteld het agrarisch gebied bouwvrij af te bakenen, met uitzondering van de bestaande bebouwing. Bestaande landbouwbedrijven kunnen nog uitbreiden onder voorwaarde dat de bebouwing nauw aansluit bij de bestaande bebouwing, dat een uitbreiding in de richting van de open ruimte vermeden wordt (liefst geen inname van akker of weiland) en dat de uitbreiding verenigbaar is met de landbouwstructuur. Het oprichten van nieuwe landbouwbedrijfszetels wordt ondersteund voor zover de nieuwe vestiging geen impact heeft op de landschapswaarde van de plateaus (voor het project van Duisburg betreft het deze die zijn omschreven in definitief afgebakende ankerplaats), in het bijzonder het vrijwaren van de Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 233 van 268

234 open ruimte. Landbouwbedrijfszetels worden bij voorkeur aan de rand van het plateau, in de nabijheid van andere bebouwing ingeplant. Vanwege het aantrekkelijk karakter van de gemeente op toeristisch-recreatief gebied en om de rendabiliteit van de landbouw te garanderen, wordt beperkte verbreding van de landbouw toegestaan. Onder verbreding van de landbouw wordt verstaan dat naast de beroepslandbouw nog andere activiteiten, ondergeschikt aan de landbouw, mogen uitgevoerd worden. Hierbij kan gedacht worden aan thuisverkoop van hoeveproducten, logies in kader van hoeve- en plattelandstoerisme Instituut Ganspoel is gelegen te midden het open plateau van Duisburg en schaadt hiermee de openheid van het gebied. Deze open ruimte is aangeduid als ankerplaats. Het vrijwaren van de open ruimte wordt er als eigenschap van het landschap vooropgesteld. Een verdere ontwikkeling van het instituut is daarom enkel mogelijk via inbreiding en optimalisatie van de bestaande gebouwen en niet door uitbreiding van de site zelf. Daarnaast dient specifieke aandacht te gaan naar de landschappelijke integratie van de gebouwen in hun omgeving. Dit dient zowel op het vlak van architectuur, materiaalgebruik en ingroening van het domein. Ingroening is reeds gedeeltelijk gebeurd aan de noordwestelijke rand met boomgaarden. Voor verdere ingroening dient gebruik te worden gemaakt van streekeigen en deels wintergroene beplanting zodat de grootschalige bebouwing ook in de winter niet zichtbaar is. Door de steilte van het reliëf treedt erosie op. Om de toekomst van de landbouw veilig te stellen is het van belang dat de erosie wordt aangepakt. Een geïntegreerde bestrijding is wenselijk. De gemeente zal een gemeentelijk erosiebestrijdingsplan opmaken. Een mogelijke maatregel is de aanleg van grasbufferstroken. Dit zal tevens de sedimentatie in de rivieren tegengaan. Het plateau wordt omgeven door belangrijke bosgebieden zoals het Zoniënwoud, Stokkembos en Koningsberg en Kaalheide. Ecologische verbindingen kunnen zorgen voor een verbinding van de belangrijke bosgebieden. Bovendien komen er een aantal waardevolle tuinen en parken voor en zijn er heel wat holle wegen. Volgende beleidslijnen worden voorgesteld voor het behoud van het waardevol karakter van het landschap en de natuur: - het verder versterken van het netwerk van lijn- en puntvormige elementen; - behoud van poelen; - ecologisch bermbeheer; - landschappelijke inkleding van storende bebouwing o.a instituut Ganspoel door erfbeplanting, haagbeplanting, bosages - behoud en ontwikkeling van structuurrijke mesofiele graslanden; - behoud en interne ontwikkeling van bossen. Verzachten van de bosranden door overgangszones naar de akkers te creëren. - verbeteren van de waterkwaliteit en de structuurkwaliteit van de waterlopen; - behoud van de bestaande KLE (holle wegen, overhoeken, taluds); - behoud van de waardevolle tuinen en parken. Omwille van het toeristisch-recreatief belang van de gemeente is het beheer van het net van veldwegen eveneens belangrijk. Op het gebied is nog één recreatieve camping aanwezig, Berg en Dal. Deze camping wordt onder zijn huidige vorm behouden en kan zo verder ontwikkeld worden. Het niet ontwikkelde noordelijk deel van de recreatiezone wordt door de provincie omgevormd naar een open ruimtebestemming. De verlaten camping Spitsberg wordt door de provincie omgevormd naar een open ruimtebestemming. Het verblijfsrecreatiegebied Korenheide wordt deels omgevormd naar een zone waar permanente bewoning wordt toegelaten. Het meest westelijke deel wordt omgevormd naar een open ruimtebestemming en zorgt voor een versterking van het boscomplex Korenheide. Voor het beperkt aantal zonevreemde woningen op het plateau gelden de decretale bepalingen (zie afwegingskader zonevreemde constructies ). Voor de waardevolle gebouwen Hoeve ten Bos en Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 234 van 268

235 Hoeve Tersaart geldt dat functiewijzigingen kunnen onder strikte voorwaarden (zie bouwkundig erfgoed onder landschappelijke structuur). Op het plateau van Duisburg liggen de zandgroeves Kerkeveld en ex-vranckx. De zone Kerkeveld is slechts gedeeltelijk ontgonnen. Momenteel is er een vergunning afgeleverd voor verdere uitbreiding van de zandontginning in 3 fasen van ca. 5 ha. De gemeente is omwille van de verkeersoverlast en verkeersonveiligheid die deze activiteiten met zich meebrengen in de gemeente gekampt tegen een verdere uitbreiding van deze activiteiten en een opvulling van de bestaande ontginningsputten. De gemeente is vragende partij om de ontginningsclaim te schrappen en de nabestemmingen als feitelijke bestemmingen te voorzien. De gemeente stelt voor om de bestaande al ontgonnen put een nabestemming natuur te geven. Ook de aanpalende gebieden die bestemd zijn als zone voor gemeenschapsvoorzieningen en openbaar nut kunnen een open ruimtebestemming krijgen. In de zone ex-vranckx wordt de nabestemming natuur gerealiseerd na opvulling. Het betreft een samenwerking tussen de huidige uitbater en Natuurpunt. De gemeente kan zich akkoord stellen met deze nabestemming. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 235 van 268

236 RK abbiorfjqb=mi^qb^r=s^k=lsbofgpb mi^qb^r=s^k=lsbofgpb= RKNK açéäëíéääáåöéå= - Vrijwaren van het plateau voor de landbouw. - Behouden van de natuurlijke en landschappelijke waarden op de plateaus. - Een duidelijk beleid naar bebouwing op het plateau. - Suggereren van ontwikkelingsperspectieven voor de verschillende ontginningsgebieden. RKOK `çååééíéå= Het plateau van Overijse als structureel landbouwgebied met belangrijke natuur- en landschappelijke waarden Het plateau van Overijse is een vrij aaneengesloten plateau. Het beleid is gericht op het bestendigen van de grondgebonden landbouw en het maximaliseren van de kansen van de productielandbouw. In het landbouwgebied zijn een aantal belangrijke natuur- en landschapswaarden gelegen. Het betreft een aantal holle wegen, waardevolle tuinen en parken, kleine landschapselementen... Het Margijsbos, het belangrijkste bosgebied van Huldenberg, is deels op het plateau gelegen. De bossen en andere natuur- en landschapswaarden dienen te worden bewaard gezien ze van belang zijn voor de fauna en flora als (lokale) stapstenen en mede omdat ze de aantrekkingskracht van het landschap voor recreanten bepalen. De ontginningsgebieden als potentiële natuur- of landbouwgebieden Op het plateau van Overijse komen vier ontginningsgebieden voor. De gemeente wenst dat de ontginnings- en stortactiviteiten worden stopgezet omwille van verkeersveiligheid en leefbaarheid. De gemeente suggereert voor elk van de ontginningsgebieden een beleid. Hierdoor zal bijkomend natuur- of landbouwgebied worden gecreëerd. RKPK déïéåëíé=êìáãíéäáàâé=ëíêìåíììê=éä~íé~ì=î~å=lîéêáàëé= Kaart 46: gewenste ruimtelijke structuur plateau van Overijse De gewenste ruimtelijke structuur van het plateau van Overijse is gericht op het bestendigen van de gronden voor grondgebonden landbouw en het maximaliseren van de kansen voor de productielandbouw, weliswaar met aandacht voor het landschap en de natuur. Het plateau is meer versnipperd dan het plateau van Duisburg, maar minder versnipperd dan het plateau van Waver. Omwille van het belang voor de landbouw, wordt voorgesteld het agrarisch gebied bouwvrij af te bakenen, met uitzondering van de bestaande bebouwing. Bestaande landbouwbedrijven kunnen nog uitbreiden onder voorwaarde dat de bebouwing nauw aansluit bij de bestaande bebouwing, dat een Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 236 van 268

237 uitbreiding in de richting van de open ruimte vermeden wordt (liefst geen inname van akker of weiland) en dat de uitbreiding verenigbaar is met de landbouwstructuur. Het oprichten van nieuwe landbouwbedrijfszetels wordt ondersteund voor zover de nieuwe vestiging geen impact heeft op de landschapswaarde van de plateaus (voor het project van Duisburg betreft het deze die zijn omschreven in definitief afgebakende ankerplaats), in het bijzonder het vrijwaren van de open ruimte. Landbouwbedrijfszetels worden bij voorkeur aan de rand van het plateau, in de nabijheid van andere bebouwing ingeplant. Vanwege het aantrekkelijk karakter van de gemeente op toeristisch-recreatief gebied en om de rendabiliteit van de landbouw te garanderen, wordt beperkte verbreding van de landbouw toegestaan. Onder verbreding van de landbouw wordt verstaan dat naast de beroepslandbouw nog andere activiteiten, ondergeschikt aan de landbouw, mogen uitgevoerd worden. Hierbij kan gedacht worden aan thuisverkoop van hoeveproducten, logies in kader van hoeve- en plattelandstoerisme Door de steilte van het reliëf treedt erosie op. Om de toekomst van de landbouw veilig te stellen is het van belang dat de erosie wordt aangepakt. Een geïntegreerde bestrijding is wenselijk. De gemeente zal een gemeentelijk erosiebestrijdingsplan opmaken. Een mogelijke maatregel is de aanleg van grasbufferstroken. Dit zal tevens de sedimentatie in de rivieren tegengaan. Op het plateau komen een aantal belangrijke natuur- en landschappelijke waarden voor zoals holle wegen, taluds, bosjes Volgende beleidslijnen worden voorgesteld voor het behoud van het waardevol karakter van het landschap en de natuur: - behoud en ontwikkeling van een fijnmazig netwerk van lijn- en puntvormige elementen; - herstel van heischraal grasland en heiden; - verbeteren van de waterkwaliteit en structuurkwaliteit van de waterlopen herstel van bronzones; - behoud en uitbreiding bossen met ecologisch bosbeheer; - inkleden van storende bebouwing op het plateau. De gemeente zal eveneens haar volledige medewerking verlenen aan projecten die de landschappelijke kwaliteit van het landschap garanderen, zoals projecten van het Regionaal Landschap Dijleland en het Landinrichtingsproject Plateau van Moorsel. Op dit plateau komen een aantal ontginningsgebieden voor. Re-integratie van de ontginningsgebieden is wenselijk. De zandgroeve in Wolfshaegen is landschappelijk goed gebufferd. De gemeente dringt aan op een stopzetting van de activiteiten omwille van de verkeersveiligheid en -leefbaarheid. Het ontginningsgebied tussen Wolfshaegen en de Stroobantsstraat werd gebruikt als stort. De stortactiviteiten zijn beëindigd en het stort werd afgedekt. Het afdekkingsdossier van OVAM voorziet echter niet in een nabestemming bosgebied (omwille van doorwortelling afdeklaag). Akkerbouw lijkt om dezelfde redenen ook niet haalbaar. Het terrein wordt momenteel gebruikt als grasland. De huidige nabestemming van het gewestplan blijft behouden. Het ontginningsgebied aan de Zavelstraat wordt momenteel gebruikt door het bouwmaterialenbedrijf Vlasselaer. Het bedrijf heeft een planologisch attest ingediend om zijn activiteiten op deze locatie te bestendigen en deels te herstructureren. Een afweging van dit planologische attest zal gebeuren conform het afwegingskader zonevreemde constructies (zie verder in deze nota). Naar aanleiding van dit planologische attest kan een (gedeeltelijke) omvorming van het gebied naar bedrijventerrein gewenst zijn. Het ontginningsgebied aan de Nijvelsebaan werd aangeduid in functie van twee voormalige steenbakkerijen. De activiteiten in deze steenbakkerijen zijn stopgezet. De gemeente wenst dat de ontginningsclaim wordt opgeheven en dat de nabestemming landbouw als feitelijke bestemming wordt aangeduid. Het bestaande bedrijf DSM (vlees- en visverwerkend bedrijf) kan onder zijn huidige vorm blijven bestaan. Het bedrijf heeft volgens de bedrijvenenquête geen uitbreidingsbehoefte. Uitbreiding is bovendien niet wenselijk gezien de ligging op de grens van het overgangsgebied en de Laanvallei. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 237 van 268

238 Omwille van het toeristisch-recreatief belang van de gemeente is het van belang dat de landschappen goed worden ontsloten voor recreatie en landschapsbeleving wordt aangemoedigd. De zonevreemde manege mag op de huidige locatie behouden blijven. De manege krijgt omwille van zijn verbondenheid met de open ruimte beperkte ontwikkelingsmogelijkheden (zie afwegingskader zonevreemde constructies ). Voor het beperkt aantal zonevreemde woningen op het plateau wordt de visie uitgeschreven onder het afwegingskader zonevreemde constructies. Op het plateau komen een aantal waardevolle hoeves voor. De visie hieromtrent wordt uitgeschreven bij het bouwkundig erfgoed onder de gewenste landschappelijke structuur. De bestaande campings en weekendverblijven die op het plateau aanwezig zijn kunnen onder hun huidige vorm behouden blijven en verder ontwikkeld worden. Het betreft De Brabantse Ardennen/Four Saisons, Kleine Keistraat en R3CB. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg Versie J Pagina 238 van 268

239 DEEL 10: AFWEGINGSKADER ZONEVREEMDE CONSTRUCTIES Kaart 47: afwegingskader zonevreemde constructies NK wlkbsobbjab=tlkfkdbki=_baofgsbk=bk=ob`ob I=_baofgsbk=bk=ob`ob^qfbqboobfkbk ^qfbqboobfkbk= Als apart deel volgt hieronder een globaal gemeentelijk afwegingskader voor de zonevreemde constructies, dat verder in verschillende RUP s of stedenbouwkundige verordeningen zal worden uitgewerkt. In het voorgaande richtinggevend deel werden ontwikkelingsperspectieven ten aanzien van wonen, werken en recreëren op basis van een gebiedsgerichte benadering opgenomen. In het volgende wordt het afwegingskader voor de zonevreemde constructies nog eens opgenomen. Het beleid, dat Huldenberg wenst te voeren ten aanzien van de zonevreemde constructies (woningen, bedrijven, recreatieve terreinen ) dient afgestemd te worden met de rol die de gemeente wenst uit te voeren ten aanzien van de open ruimte. Onderstaande visie is niet uitgewerkt op perceelsniveau en geeft enkel ontwikkelingsperspectieven weer vanuit een gebiedsgerichte en typologische benadering. Een verdere diepgaande analyse en voorstudie zal verbonden zijn aan de opmaak van RUP s of stedenbouwkundige verordeningen. Hetzelfde geldt voor de aanduiding van de zonevreemde constructies op Kaart 47: afwegingskader zonevreemde constructies. Deze aanduiding is indicatief, niet limitatief. Ook de situering van de constructies in één van de drie open ruimtegebieden moet geval per geval nagegaan worden bij verder onderzoek. Huldenberg wenst zich in de toekomst te profileren als een aangename woongemeente met een toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht dankzij de natuur- en landschapswaarden. Dit houdt in dat Huldenberg het residentieel wonen en de lintbebouwing in de open ruimte aanvaard. Dit wil evenwel niet zeggen dat de gemeente een aanmoedigend beleid zal voeren. De gemeente ondersteunt de principes van het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen waarin wordt gesteld dat nieuwe (woon)ontwikkelingen dienen aan te sluiten op de dorpskernen en dat de bebouwing in de open ruimte dient afgeremd te worden. In het richtinggevend gedeelte werden schematisch de verschillende kernen afgebakend. Dit zijn Huldenberg, Loonbeek, Neerijse, Sint-Agatha-Rode en Ottenburg. Zonevreemde constructies kunnen echter niet op elke locatie op dezelfde manier ontwikkeld worden. Het uitwerken van een ruimtelijke visie baseert zich daarom op een gebiedsgerichte benadering, vooropgesteld vanuit de drie open ruimtegebieden. Voor de zonevreemde constructies vloeit vanuit het open ruimtebeleid volgend globaal afwegingskader voort. Hierbij worden per open ruimtegebied naast de mogelijkheden en beperkingen voor bebouwing en activiteiten, ook bijkomende aandachtspunten voor de inrichting aangegeven. Het afwegingskader is enkel van toepassing op vergunde of vergund geachte constructies. Categorie 1 - zonevreemde constructies in of aan de kernen Gelet op een duidelijk kerngericht beleid (centraliseren wat moet) waarin verweving van functies ondersteund wordt, worden volgende ontwikkelingsperspectieven meegegeven aan zonevreemde constructies in of aan de kernen: Afbakening Binnen het structuurplan wordt nog niet bepaald of een woning al dan niet tot de kern van Huldenberg, Loonbeek, Neerijse, Sint-Agatha-Rode of Ottenburg kan gerekend worden. Dit onderzoek zal gebeuren bij de opmaak van een RUP voor de kernen of in een specifiek vooronderzoek dat zal uitgevoerd worden bij een RUP zonevreemde woningen, bedrijven of recreatie. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 239 van 268

240 Bij dit onderzoek zal op basis van een ruimtelijke criteria beoordeeld worden of een woning als dan niet aansluit bij de kern en hetzelfde ontwikkelingsperspectief kan krijgen als de woningen in de kern. Volgende criteria (niet-limitatief) kunnen hierbij gebruikt worden: - Ligging in dezelfde straat, nabijheid van de andere gebouwen of infrastructuur, karakter van de gebouwen, rol van het gebied voor de kern (i.f.v. recreatie), beschikbare alternatieven (i.f.v. bedrijven en recreatie), aanwezigheid van een open ruimtecorridor, groenverbinding, waterloop Woningen: - verbouwen en uitbreiden conform art en van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening. - voor herbouwen (op dezelfde of gewijzigde plaatst) worden de mogelijkheden uit de Vlaamse Codex (art en ) toegepast. - ook voor functiewijzigingen wenst de gemeente iets ruimer te gaan dan de mogelijkheden die zijn vastgelegd in het uitvoeringsbesluit rond de zonevreemde functiewijzigingen 41. Hier wenst ze de mogelijkheden conform het woongebied volgens het gewestplan toe te passen (omdat deze ook gelden voor de aanpalende woningen). Meergezinswoningen worden enkel toegelaten binnen het bestaand gabarit van de dorpskern. (BD 16/05/2013) Hier wordt het beleid afgestemd op het beleid dat voor meergezinswoningen werd uitgewerkt voor de kernen (zie onder deel 7, hoofdstuk 4, en deel 8, hoofdstuk 1.3, 2.3 en 3.3) (BD 16/05/2013) - Uitzonderingen kunnen toegekend worden omwille van de bouwkundige erfgoedwaarde van de woningen. De ontwikkelingsmogelijkheden voor het bouwkundig erfgoed werden beschreven onder de gewenste landschappelijke structuur. Bedrijven: - Er wordt uitgegaan van een maximale verweving van activiteiten binnen de bestaande nederzettingsstructuur. De ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein is op korte termijn niet realistisch waardoor herlokalisatie binnen de gemeente niet mogelijk is. - Algemeen zal bij het behoud, een verdere uitbreiding of een nieuwe ontwikkeling in een bestaand bedrijf gekeken worden naar de aard van de bedrijvigheid die er aanwezig is of komt (activiteit) en in welke mate deze activiteit hinder met zich meebrengt voor zijn omgeving (geluid, geur, mobiliteit ). - Vervolgens kunnen volgende ontwikkelingsperspectieven in acht genomen worden: o wijziging van activiteiten is steeds mogelijk, voor zover ze geen milieuhinder meebrengen voor hun omgeving o instandhouden en herbouwen is steeds mogelijk o uitbreiden is enkel mogelijk indien ze gelegen zijn langs de N253 of lokale ontsluitingswegen (type IIA), voor zover ze geen impact hebben op achterliggende open ruimtegebieden en voor zover ze geen verhoogde hinder meebrengen voor hun omgeving. o Indien de bedrijven gelegen zijn in hoofdzakelijk residentiële woonwijken en bijgevolg ontsloten worden door lokale wijkontsluitingswegen (type IIB) zijn enkel kleinschalige uitbreidingen mogelijk die er op gericht zijn het bedrijf aan te passen aan specifieke normen opgelegd door sectorale wetgeving. Een uitbreiding die er op gericht is om een capaciteitsuitbreiding van het bedrijf te voorzien wordt hier niet toegelaten omdat de hoofdfunctie in deze gebieden op wonen gericht is. 41 BVR van 28/11/2003 en latere wijzigingen tot toelaatbare functiewijzigingen voor gebouwen gelegen buiten de geëigende bestemmingszone Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 240 van 268

241 Recreatieve terreinen: - kunnen behouden blijven en verder ontwikkelen voor zover ze aansluiten op de kernen Categorie 2 - zonevreemde constructies in of aan de woonlinten Gezien grote delen van gemeente gekenmerkt worden door woonlinten en het onderscheid tussen zonevreemde en zone-eigen woonlinten niet altijd te maken is op het terrein wordt het beleid van de zonevreemde woningen in of aan de woonlinten afgestemd op het beleid van de zone-eigen woonlinten (zie onder woonlinten): Afbakening In het structuurplan wordt nog geen concrete afbakening doorgevoerd. Het onderzoek om te bepalen of een zonevreemde constructie al dan niet tot een woonlint kan gerekend worden, zal uitgevoerd worden in het kader van een RUP voor zonevreemde woningen, bedrijven of recreatie. Volgende criteria (niet-limitatief) kunnen hierbij gebruikt worden: - Ligging in dezelfde straat, nabijheid van de andere gebouwen of infrastructuur, karakter van de gebouwen, beschikbare alternatieven (i.f.v. bedrijven en recreatie), aanwezigheid van een open ruimtecorridor, groenverbinding, waterloop Woningen: - verbouwen en uitbreiden conform art en van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening. - voor herbouwen (op dezelfde of gewijzigde plaatst) worden de mogelijkheden uit de Vlaamse Codex (art en ) toegepast. - voor functiewijzigingen wenst de gemeente het beleid af te stemmen op het beleid van de zoneeigen woonlinten; onderstaande tabel is hier van toepassing. - ook voor de inpassing van de woningen in hun omgeving wordt verwezen naar het afwegingskader dat is uitgewerkt bij de zone-eigen woonlinten (zie tabel 21) - Uitzonderingen kunnen toegekend worden omwille van de bouwkundige erfgoedwaarde van de woningen. De ontwikkelingsmogelijkheden voor het bouwkundig erfgoed werden beschreven in onder de gewenste landschappelijke structuur. Tabel 23: zonevreemd woningen als onderdeel van een woonlint: mogelijke functiewijzigingen Valleien Overgangsgebieden Leemplateaus Duisburg Overijse Waver Wonen (eengezinswoning) JA JA JA JA JA Diensten en kantoorfunctie (max. 100 m²) JA JA JA JA JA Handelszaak NEE NEE NEE NEE NEE Horeca (restaurant, café ) NEE NEE NEE NEE NEE Verblijfsrecreatie (kamer met ontbijt, vakantiewoning ) Lokaal ambachtelijk bedrijf (beperkt tot 50 m diepte) NEE JA JA JA JA NEE JA NEE NEE NEE Leefbaar landbouwbedrijf NEE JA JA JA JA Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 241 van 268

242 Bedrijven: - Er wordt uitgegaan van een maximale verweving van activiteiten binnen de bestaande woonlinten De ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein is op korte termijn niet realistisch waardoor herlokalisatie binnen de gemeente niet mogelijk is. - Het beleid wordt ook hier zoveel mogelijk afgestemd op het beleid dat is uitgeschreven voor de zone-eigen woonlinten (zie hiervoor onder en bovenstaande tabel en onder 4.3.2) - Volgende voorwaarden dienen in acht genomen te worden: o de activiteiten kunnen herbouwen en/of beperkt uitbreiden om de huidige activiteit beter te laten functioneren; o bij herbouwen of uitbreiding wordt een zo groot mogelijke compactheid nagestreefd, waarbij de insnijding in de achterliggende open ruimte (> 50 m uit de as van de weg) zoveel mogelijk wordt voorkomen; o bij herbouwen of uitbreiding mag geen bijkomende hinder t.o.v. omliggende bebouwing veroorzaakt worden (zichtperspectieven, bezonning, enz.); o bij herbouwen of uitbreiding mag geen bijkomende verkeershinder gegenereerd worden. Hierbij dient rekening gehouden te worden met de te verwachten verkeerstoename t.o.v. het huidig verkeersvolume en met de ontsluitingsmogelijkheden op de routes naar het hogere wegennet. Recreatieve terreinen: - kunnen behouden blijven indien ze in een woonlint gelegen zijn. Een verdere ontwikkeling kan hier gebiedsgericht verder onderzocht worden in functie van hun ligging, hun kernversterkend karakter en hun impact op de open ruimte. (BD 16/05/2013) Categorie 3 - Zonevreemde constructies gelegen in overgangsgebieden Dit zijn meer versnipperde landbouwgebieden die gezien hun omvang, de sterke reliëfovergangen, het minder aaneengesloten karakter een beperktere waarde hebben voor de landbouw dan de zeer waardevolle open leemplateaus. Het zijn in feite de zones waar de bebouwde ruimte, aan het begin van de heuvelflanken, overgaat in de open ruimte van de plateaus. Deze gebieden liggen in de nabijheid van de dorpskernen of vormen één van de structuurbepalende assen in de gemeente (N253 Wolfshaegen Leuvensebaan). De volgende doelstellingen worden nagestreefd: - aandacht voor de natuurverbindingsnetwerken, de verbindende beekvalleien en de bossen; - erosie beperken op hellingen; - landschap respecteren, vertuining tegengaan. Hiervan worden volgende algemene principes als randvoorwaarden afgeleid: - afgravingen (van holle wegen) zoveel mogelijk beperken: regulatie naar aanleg opritten; - beplanten van steile hellingen met streekeigen hoogstammen of KLE; - voor gebouwen langs wegen die een holle wegkarakter vertonen, dient de omheining zo dicht mogelijk tegen de straat gelegen te zijn; - aandacht voor architecturale inpassing in open omgevingen, meer aandacht voor groene inbuffering in halfopen tot gesloten omgevingen. - aandacht voor de bestaande en potentiële natuurwaarden en de effecten op de omliggende natuurwaarden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 242 van 268

243 Woningen - verbouwen en uitbreiden conform art en van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening. - voor herbouwen (op dezelfde of gewijzigde plaatst) wenst de gemeente de mogelijkheden uit de Vlaamse Codex (art en ) toe te passen. - Naast residentieel wonen worden volgende functiewijzigingen toegelaten: o Kamers met ontbijt bij particulieren, kamperen, jeugdlogies, huurvakantiewoningen, laagdynamisch toeristisch attractiepunt, gekoppeld aan historische, streekgebonden bezienswaardigheid of een kinderboerderij toegelaten. o Beperkte diensten- of kantoorfuncties (vrij beroep, zelfstandige) gecombineerd met een ééngezinswoning, voor zover ondergeschikt aan de woonfunctie in het gebouw en beperkt in oppervlakte. - Uitzonderingen kunnen toegekend worden omwille van de bouwkundige erfgoedwaarde van de woningen. De ontwikkelingsmogelijkheden voor het bouwkundig erfgoed werden beschreven in onder de gewenste landschappelijke structuur. Bijkomende principes worden als randvoorwaarden meegegeven: - holle weg mag niet vertuind worden; - niet-bebouwde delen worden zoveel mogelijk als tuin aangelegd of dienen te worden gebruikt voor hobbylandbouw. Tuinaanleg dient te gebeuren in relatie tot het landschap (grote grasvelden vermijden). Bij percelen die dieper dan 50 m van de wegas komen, dient voorbij de 50 m een natuurlijke beplanting te worden voorzien. Dit in afstemming met het karakter van de omgeving. - Bij gebouwen met een bouwkundige erfgoedwaarde dienen de oorspronkelijke, streekeigen architecturale kenmerken behouden te blijven en hersteld te worden. Dit dient ook als uitgangspunt voor vervangende vernieuwbouw genomen worden. Bij renovatie en verbouw moet originele vorm en cultuurhistorisch en landschappelijk karakter uitgangspunt zijn. Bedrijven (kleinschalige uitbreiding mogelijk) - Aan de bestaande bedrijven kunnen steeds verbouwingswerken uitgevoerde worden conform art van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening. - Herbouwen (op dezelfde of gewijzigde plaats) is mogelijk conform art en van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening. - ook een beperkte uitbreiding in oppervlakte kan toegelaten worden in functie van de optimalisatie van het bedrijf of in functie van sectorale verplichtingen (conform de mogelijkheden van art uit de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening) voor zover: o de bedrijven landschappelijk geïntegreerd zijn (o.a. rekening houden met zichtperspectieven, holle wegen, waterlopen, natuurverbindingen, kleine landschapselementen ) o met de beperkte uitbreiding de dynamiek van de omgeving niet overschreden wordt o er geen grotere impact ontstaat op omliggende woongebieden of het functioneren van het landbouwareaal o de uitbreiding in het overgangsgebied, woonlint of woonkern gebeurt en niet in een valleigebied of op een open leemplateau. - Bij stopzetting van huidige bedrijfsactiviteiten kunnen er op de huidige locatie nieuwe bedrijfsactiviteiten worden ondergebracht of kunnen laagdynamischere functiewijzigingen worden toegelaten die aansluiten bij het ontwikkelingsperspectief van de overgangsgebieden. Dit zal geval per geval afgewogen worden bij de aanvraag van een functiewijziging. Recreatieve terreinen (ontwikkeling mogelijk) Recreatieve terreinen die gelegen zijn in de overgangsgebieden kunnen, indien ze vergund of hoofdzakelijk vergund geacht zijn, behouden blijven. Ze kunnen uitbreiden indien de uitbreiding niet Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 243 van 268

244 gepaard gaat met ruimte-inname voor de landbouw en geen bijkomende overlast veroorzaakt naar de omwonenden. Indien het recreatief terrein niet aansluit bij een kern zal er ook een herlokalisatieonderzoek uitgevoerd worden. Een uitzondering hierop zijn bestaande maneges. Gezien maneges inherent verbonden zijn met de landbouwstructuur (nood aan stallingen en aan weiden) kan een beperkte uitbreiding bij bestaande maneges toch worden toegestaan. Bij stopzetting van de huidige functie kunnen nieuwe functies conform de bepalingen inzake leegstaande landbouwbedrijven in de open ruimte (zie gewenste agrarische structuur) ontstaan. Voor nieuwe vestigingen worden de provinciale richtlijnen gevolgd. Categorie 4 - Zonevreemde constructies gelegen op de (open leem)plateaus De plateaus van Duisburg, Overijse en Waver zijn open, aaneengesloten leemplateaus die de gemeentegrenzen soms ver overschrijden en waar het grondgebruik hoofdzakelijk agrarisch is. Voor deze open leemplateaus is het beleid gericht op het bestendigen van het grondgebonden agrarisch grondgebruik voor de beroepslandbouw. De inname en versnippering van het aaneengesloten landbouwareaal moet voorkomen worden. In deze gebieden staan landbouw en landschap voorop. De volgende doelstellingen worden nagestreefd: - landbouw vrijwaren; - aandacht voor de natuurverbindingsnetwerken, de verbindende beekvalleien en de bossen; - erosie beperken; - landschap respecteren, zichten bewaren. Hiervan worden volgende algemene principes als randvoorwaarden afgeleid: - brede erfdienstbaarheden ten opzichte van landbouwwegen (geen afsluitingen binnen de erfdienstbaarheidzone); - oorspronkelijke erfindeling handhaven; - voor gebouwen langs wegen die een holle wegkarakter vertonen, dient de omheining zo dicht mogelijk tegen de straat gelegen te zijn; - aandacht voor architecturale inpassing in open omgevingen, meer aandacht voor groene inbuffering in halfopen tot gesloten omgevingen. Zo is het plateau van Duisburg een meer open plateau, terwijl er op de andere plateaus meer groen aanwezig is. - aandacht voor de bestaande natuurverbindingswaarden. Op het plateau van Waver meer aandacht voor potentiële natuurwaarden en effecten op omliggende natuurwaarden. Woningen (behoud) - verbouwen en uitbreiden conform art en van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening. - voor herbouwen (op dezelfde of gewijzigde plaatst) wenst de gemeente de mogelijkheden uit de Vlaamse Codex (art en ) toe te passen. - Naast residentieel wonen worden volgende functiewijzigingen toegelaten: o een eenvoudige logiesverstrekkende functie en ontbijt bij particulieren of een kinderboerderij - Uitzonderingen kunnen toegekend worden omwille van de bouwkundige erfgoedwaarde van de woningen. De ontwikkelingsmogelijkheden voor het bouwkundig erfgoed werden beschreven in onder de gewenste landschappelijke structuur. Bijkomende principes worden als randvoorwaarden meegegeven: - Bij gebouwen met een bouwkundige erfgoedwaarde dienen de oorspronkelijke, streekeigen architecturale kenmerken behouden te blijven en hersteld te worden. Dit dient ook als Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 244 van 268

245 uitgangspunt voor vervangende vernieuwbouw genomen worden. Bij renovatie en verbouw moet originele vorm en cultuurhistorisch en landschappelijk karakter uitgangspunt zijn. - overbodige stallen die niet streekeigen zijn worden best gesloopt; - niet-bebouwde delen worden zoveel mogelijk als tuin aangelegd, maar in afstemming met het karakter van de omgeving. Geen dichte groenschermen als erfbeplanting in open omgevingen; waar meer groen aanwezig is, wordt de bebouwing door groen ingebufferd. Bedrijven (geen uitbreiding mogelijk) - Aan de bestaande bedrijven kunnen steeds verbouwingswerken uitgevoerde worden conform art van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening. - Herbouwen (op dezelfde of gewijzigde plaats), conform art en van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening, is enkel mogelijk in functie van sectorale verplichtingen. - beperkte uitbreiding (in oppervlakte), conform art uit de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening, zijn enkel toegelaten in functie van sectorale verplichtingen - Bij stopzetting van huidige bedrijfsactiviteiten kunnen er op de huidige locatie nieuwe bedrijfsactiviteiten worden ondergebracht of kunnen laagdynamischere functiewijzigingen worden toegelaten die aansluiten bij het ontwikkelingsperspectief van de open leemplateaus. Dit zal geval per geval afgewogen worden bij de aanvraag van een functiewijziging. Recreatieve terreinen (behoud) Recreatieve terreinen die gelegen zijn op de plateaus kunnen, indien ze vergund of hoofdzakelijk vergund geacht zijn, behouden blijven. Ze kunnen niet uitbreiden gezien uitbreiding gepaard gaat met ruimte-inname voor de landbouw. Bij uitbreiding zal een herlokalisatiestudie uitgevoerd worden. Een uitzondering hierop zijn bestaande maneges. Gezien maneges inherent verbonden zijn met de landbouwstructuur (nood aan stallingen en aan weiden) kan een beperkte uitbreiding bij bestaande maneges toch worden toegestaan. De mate van uitbreiding moet bekeken worden in functie van de dynamiek, de mobiliteitsgeneratie (ontsluiting) en de impact van de activiteit op het wonen, het functioneren van het landbouwareaal en de landschappelijke structuur (rekening houden met zichtperspectieven, kleine landschapselementen ). Dit zal dus geval per geval gebiedsgericht afgewogen worden in het kader van een vergunningsaanvraag of bij opmaak van een RUP. Bij stopzetting van de huidige functie kunnen nieuwe functies conform de bepalingen inzake leegstaande landbouwbedrijven in de open ruimte (zie gewenste agrarische structuur) ontstaan. Voor nieuwe vestigingen worden de provinciale richtlijnen gevolgd. Categorie 5 - Zonevreemde constructies gelegen in vallei- en bosgebieden De vallei- en bosgebieden vormen de waardevolste gebieden voor natuur in de gemeente. Deze gebieden komen in eerste instantie overeen met de bestaande groene gebieden (natuur-, park- en bosgebieden) en worden volgens de Vlaamse codex ruimtelijke ordening (VCRO) beschouwd als ruimtelijke kwetsbare gebieden. Rekening houdend met de gewenste ruimtelijke structuur worden hier de structuurbepalende valleien en structuurbepalende boscomplexen beoogd. In deze gebieden ligt de nadruk op natuurbehoud en -ontwikkeling. Beperkt toeristisch-recreatief medegebruik is wel toegelaten. Omdat de bedoelde gebieden grotendeels samenvallen met op hoger niveau geselecteerde gebieden, wordt volgende gemeentelijk beleid als suggestie meegegeven aan de hogere overheden. De volgende doelstellingen worden nagestreefd: - natuurkenmerken van de vallei behouden; - ecologisch functioneren niet aantasten; - landschap respecteren, storende elementen bufferen; Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 245 van 268

246 - waterhuishouding is belangrijk. Hiervan worden volgende algemene principes als randvoorwaarden afgeleid: - zo weinig mogelijk verharden, zo veel mogelijk waterdoorlatend aanleggen; - brede erfdienstbaarheden ten opzichte van waterlopen (geen erfafscheidingen binnen erfdienstbaarheidszone); - aandacht voor architecturale inpassing in de valleigebieden, groene inbuffering in de bosgebieden; - erfafscheidingen door middel van beplantingen, geen schuttingen. Woningen (instandhouden) Enkel bestaande residentiële woningen worden toegelaten. De gemeente volgt ook hier de ontwikkelingsmogelijkheden die vastgelegd zijn in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bijkomende principes worden als randvoorwaarden meegegeven: - bebouwing integreren in het achterliggende landschap: ingroenen met streekeigen beplanting, tuinaanleg in relatie tot het landschap inrichting bestaat uit structureel bosrijk raamwerk. Bij percelen die dieper dan 50 m van de wegas komen, dient voorbij de 50 m een natuurlijke beplanting te worden voorzien. Dit in afstemming met het karakter van de omgeving. - positionering van de gebouwen sluit aan bij landschappelijk en cultuurhistorisch karakter van de locatie. - Bij gebouwen met een bouwkundige erfgoedwaarde dienen de oorspronkelijke, streekeigen architecturale kenmerken behouden te blijven en hersteld te worden. Dit dient ook als uitgangspunt voor vervangende vernieuwbouw genomen worden. Bij renovatie en verbouw moet originele vorm en cultuurhistorisch en landschappelijk karakter uitgangspunt zijn. Bedrijven (herlokalisatie wenselijk) - Aan de bestaande bedrijven kunnen steeds verbouwingswerken uitgevoerde worden conform art van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening. - Herbouwen (op dezelfde of gewijzigde plaats), conform art en van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening, is enkel mogelijk in functie van sectorale verplichtingen. Uitbreiden is niet mogelijk. Indien het bedrijf wenst uit te breiden, zal een herlokalisatie nodig zijn. Bedrijfsactiviteiten zijn immers niet verenigbaar met de functie van natuurbehoud en -ontwikkeling. Op lange termijn is de herlokalisatie van de bedrijvigheid naar een lokaal of regionaal bedrijventerrein wenselijk. Recreatieve terreinen (herlokalisatie) Recreatieve terreinen dienen te worden geherlokaliseerd. Een uitzondering hierop zijn visvijvers gezien deze inherent verbonden zijn met de open ruimte. Wel moet rekening gehouden worden met de natuurwaarden van de visvijvers en hun omgeving. Daartoe moet sprake zijn van een zekere inpassing in het ecosysteem en moet de infrastructuur, de parkeerruimtes of het gebruik van de cafetaria afgewogen worden ten opzichte van hun impact op de natuurwaarden. Daarom zal het bijplaatsen van nieuwe infrastructuur vaak niet mogelijk zijn. = Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 246 van 268

247 OK ibbdpq^^kab=i^ka_lrt_baofgsbk ab=i^ka_lrt_baofgsbk=fk=ab=lmbk=orfjqb fk=ab=lmbk=orfjqb= Om de overlast in de open ruimte te beperken, worden randvoorwaarden voor de nabestemming van leegstaande landbouwbedrijven opgelegd. Mogelijkheden worden gecreëerd om hergebruik te stimuleren. Allereerst wordt een onderscheid gemaakt tussen hoeves die tot het bouwkundig erfgoed behoren en andere hoeves. Heel wat waardevolle hoeves zijn niet ideaal voor de moderne landbouwvoering (te hoge schuren, te nauwe ingangen, enz.), zijn te groot om met één gezin in te gaan wonen en hebben een te grote cultuurhistorische waarde om te laten verloederen. Om deze redenen worden voor waardevolle hoeves specifieke ontwikkelingsperspectieven voorgesteld die deze cultuurhistorische waarden weten te beschermen. In onderstaande opsomming wordt een niet-limitatief overzicht gegeven van de waardevolle hoeves in Huldenberg. De gemeente zal deze lijsten aanvullen met een dynamische gemeentelijke inventaris, met het oog op het beschermen van het cultuurhistorisch erfgoed (zie bouwkundig erfgoed onder gewenste landschappelijk structuur ). Bij opname zullen de hoeves getoetst worden aan enkele criteria. Zo zullen ze pas als bouwkundig erfgoed beschouwd worden als hun behoud van algemeen belang is, wegens historische, wetenschappelijke, industrieelarcheologische, architecturale of andere socio-culturele waarde. Bijvoorbeeld kunnen ze bepalend zijn voor het landschappelijk uitzicht van de gemeente en zo voor de identiteit van Huldenberg en de toeristisch-recreatieve aantrekkingskracht. Bij de opmaak van een RUP zal de eventuele opname van een nieuw gebouw op basis van bovenstaande criteria gemotiveerd worden. Voorlopig worden volgende hoeves als waardevolle hoeves binnen Huldenberg aangeduid (niet limitatieve lijst): - Molenhof (Peuthystraat 7) - Celongaet (Wolfshaegen 128) - Hinnemeure (Wolfshaegen 130) - Lindenhof Kasteelhoeve (d Overschie) - Hof ten Bosch - Hoeve in de Neerpoortenstraat - Vierkantshoeve aan Langerodestraat nr. 5 - Klabbeekhoeve (Florivalstraat) - De Hoeve (Hoevestraat) - Hof ten Schonenberg Het beleid wordt verder gedifferentieerd aan de hand van de ligging ten opzichte van de open ruimte (overgangsgebieden, leemplateaus of valleigebieden). De ontwikkelingsperspectieven voor landbouw zullen anders zijn voor de open leemplateaus dan voor de overgangsgebieden. Deze laatste sluiten immers meer aan bij de dorpskernen. Bij het geven van een nieuwe bestemming aan een verlaten landbouwbedrijf is het ook van belang dat er voldoende aandacht wordt besteed aan de landschappelijke integratie van de gebouwen in hun omgeving (zie globaal afwegingskader zonevreemde constructies als richtlijn). Bij het voorzien van een nieuwe bestemming voor deze gebouwen zouden hiervoor extra maatregelen kunnen genomen worden. In onderstaande tabel worden de ontwikkelingsperspectieven samengevat. Tabel 24: ontwikkelingsperspectieven leegstaande hoeves Waardevolle hoeves (bouwkundig erfgoed) Andere hoeves Open leemplateaus Overgangsgebieden Valleigebieden Landbouw Ja Ja Ja Neen Eengezinswoningen Ja Ja Ja Ja Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 247 van 268

248 Meergezinswoningen of meerdere woongelegenheden Toeristisch-recreatieve functies Beperkte kantoren- en dienstenfuncties Ambachtelijk bedrijvigheid en KMO Ja, in vierkantshoeven* Neen Neen Neen Ja* Ja, maar beperkt** Ja* Neen Ja Neen Ja Neen Neen Neen Neen Neen * geval per geval te onderzoeken in kader van een vergunningsaanvraag of bij opmaak van een RUP Motivering van de nabestemming van leegstaande landbouwbedrijven: - nieuwe landbouwbedrijven en residentieel wonen (ééngezinswoningen) wordt overal toegelaten. - in vierkantshoeven (waardevolle hoeves) kunnen meergezinswoningen worden toegelaten. De meergezinswoningen of meerdere woongelegenheden in de vierkantshoeven worden mogelijk gemaakt in het RUP voor de plateaus. Deze maatregel wordt mogelijk gemaakt gezien de aankoop van dergelijke grote gebouwen door één gezin quasi niet haalbaar is en we wensen te verhinderen dat het typische beeld van landerijen met vierkantshoeven verloren gaat. In andere hoeves worden geen meergezinswoningen of meerdere woongelegenheden toegestaan. Geval per geval zal in het kader van de vergunningsaanvraag of bij de opmaak van een RUP worden onderzocht hoeveel woongelegenheden er kunnen ondergebracht worden. - toeristisch-recreatieve functies 42 kunnen veelal binnen de huidige gebouwen geïntegreerd worden en zijn duidelijk te beperken in de toekomst; deze activiteiten zorgen meestal ook voor minder overlast in de omgeving (beperkt aantal wagens die op- en afrijden). De draagkracht van de omgeving mag niet worden overschreden. - in overgangsgebieden* en in waardevolle gebouwen* is er mogelijkheid van kamers met ontbijt bij particulieren, kamperen, jeugdlogies, huurvakantiewoningen, laagdynamisch toeristisch attractiepunt, gekoppeld aan historische, streekgebonden bezienswaardigheid, kinderboerderij. - op open leemplateaus** is er mogelijkheid van kamers met ontbijt bij particulieren en kinderboerderij. - beperkte diensten- of kantoorfuncties (bv. architect, vrij beroep, zelfstandige) vragen slechts een beperkte omvang. De bedrijfsruimten worden er meestal geïntegreerd in de woning, zodat ze er een geheel mee vormen. Gezien dergelijke functies meer thuishoren in of in de omgeving van dorpskernen kunnen ze enkel in de overgangsgebieden worden toegelaten. Een uitzondering wordt gemaakt voor waardvolle hoeves omdat deze functie kan bijdragen tot het behoud van het bouwkundig erfgoed. Beperkte diensten- of kantoorfuncties kunnen enkel voor zover de functie ondergeschikt is aan en samengaat met een woonfunctie in het gebouw en beperkt is in oppervlakte (maximum 100 m²). - ambachtelijke bedrijven of KMO komen in het begin veelal toe met de aanwezige ruimte. Veelal groeien deze bedrijven en willen ze in de toekomst verder uitbreiden. Deze uitbreidingen zijn niet gewenst in de open ruimte en hierdoor zullen de bedrijven genoodzaakt zijn om te herlokaliseren. Ambachtelijke bedrijven en KMO zorgen veelal ook voor een grotere overlast (aan- en afrijden van grote vrachtwagens), waardoor op termijn de infrastructuur in de omgeving dient aangepast te worden. 42 Met betrekking tot hoeve- en plattelandstoerisme wordt een maximum van 8 verblijfsentiteiten opgelegd per actieve hoeve, wat overeenkomt met de VLIF-steun die men vanuit het departement landbouw en visserij kan krijgen voor het verbreden van de landbouwactiviteiten (bron: lv.vlaanderen.be) Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 248 van 268

249 DEEL 11: MAATREGELEN EN ACTIES In dit punt worden de ontwikkelingsperspectieven vertaald naar concrete maatregelen en acties die de gemeente kan nemen of die gesuggereerd worden aan de hogere overheden indien ze niet tot de bevoegdheid van de gemeente behoren. NK orfjqbifghb=j^^qobdbibk ibk= 1) Opmaak van een RUP voor Huldenberg Er dient een RUP te worden opgemaakt om een aantal herbestemmingen door te voeren. Deze zijn noodzakelijk om het woonaanbod (ten behoeve van het doelgroepenbeleid) in de kern te verhogen, de kern te verdichten, woonondersteunende functies te voorzien en de woonomgevingskwaliteit te garanderen. De gemeente wenst een doelgroepenbeleid te voeren en wenst daartoe het aantal sociale huurwoningen in de gemeente te verhogen. Tevens wenst ze te voorzien in voldoende betaalbare bouw- en koopmogelijkheden voor de lagere inkomens. Om deze redenen wordt voorgesteld het woonuitbreidingsgebied Priesters Delle te ontwikkelen. In de dorpskern (N253 tussen Dreefstraat en Gemeenteplein) worden meergezinswoningen toegelaten. Er zal rekening worden gehouden met de beeldbepalende zichten. Er wordt voldoende speel- en sportruimte voorzien voor de kern. Door het bestendigen van het deels zonevreemd gelegen voetbalterrein en het voorzien van nieuwe recreatieve zones. Zo wordt er voorzien in een multiplayterrein en speelplein aan de Kronkel en een nieuw voetbalveld en speelterreintje ten noorden van Priesters Delle. Hierdoor wordt de woonomgevingskwaliteit verhoogd. Door bijkomende voorzieningen in de kern te voorzien wordt de kern aantrekkelijker en kan de infrastructuur optimaler worden aangewend. Bovendien zullen door een centralere ligging een aantal (auto)verplaatsingen worden uitgespaard. Om het bestaande aanbod te bestendigen en de voorziene ontwikkelingen te realiseren dienen een aantal herbestemmingen doorgevoerd te worden. Door het voorzien van grotere bouwdieptes en -breedtes in de kern kan handel worden aangetrokken naar het centrum. Dit verhoogt de aantrekkelijkheid en de levendigheid van het centrum. Verder worden nog een aantal gemeenschapsvoorzieningen in de kern gebundeld: - het sociaal huis, de bibliotheek en de jeugdlokalen worden naar het hoofddorp geherlocaliseerd; Hiervoor wordt de omgeving van het gemeentehuis als strategisch project aangeduid. Verder onderzoek zal uitwijzen hoe deze zone moet ontwikkeld worden en welke herbestemmingen er eventueel moeten doorgevoerd worden. - het gemeentelijk kerkhof dient in de geëigende zone gelegd te worden. - Het gebouw van de technische dienst dient in de geëigende zone gelegd te worden. De herinrichting van het centrum dient gepaard te gaan met een herinrichting van het openbaar domein (zie flankerende maatregelen), voornamelijk ter hoogte van het gemeenteplein (lokaal toeristischrecreatief knooppunt) en ter hoogte van de openbaar vervoersknoop. Er dient aandacht te gaan naar het versterken van de relatie tussen het dorp en de IJse, zowel fysisch als visueel. 2) Opmaak van een RUP voor Neerijse Voor de kern van Neerijse wordt een RUP opgemaakt. Het RUP kan een eventuele uitbreiding van de Vrije basisschool bevatten. Dit alles dient samen te gaan met een herinrichting van het openbaar domein (zie flankerende maatregelen), voornamelijk ter hoogte van de parking aan de Donkerstraat die wordt ingeschakeld in het toeristisch-recreatief netwerk van de gemeente en de openbaar vervoershalte. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 249 van 268

250 3) Opmaak van een RUP voor Loonbeek Voor de kern van Loonbeek wordt een RUP opgemaakt. Het speelplein aan het klooster wordt behouden en er wordt een speelbos afgebakend (bosje achter het klooster). Dit kan samengaan met een herinrichting van het openbaar domein (zie flankerende maatregelen). De zonevreemde begraafplaats wordt mee opgenomen in het RUP. 4) Opmaak van een RUP voor Sint-Agatha-Rode Voor de kern van Sint-Agatha-Rode wordt een RUP opgemaakt. Indien noodzakelijk zal in dit RUP de uitbreiding van de school in het woonuitbreidingsgebied onderzocht worden. 5) Opmaak van een RUP zonevreemde bedrijven De gemeente maakt, voor zover deze voorzieningen niet worden opgenomen in een gebiedsgericht RUP voor een dorpskern, een RUP zonevreemde bedrijven op en differentieert al naargelang de ligging in de open ruimte. Er dient rekening te worden gehouden met de bepalingen uit het richtinggevend deel. 6) Opmaak van een RUP zonevreemde recreatie De gemeente maakt, voor zover deze voorzieningen niet worden opgenomen in een gebiedsgericht RUP voor een dorpskern, een RUP zonevreemde recreatie op. Dit RUP wordt minimaal opgemaakt voor de voetbalvelden in de E. Gillisstraat en de Leuvensebaan. Er dient rekening te worden gehouden met de bepalingen uit het richtinggevend deel. 7) Opmaken van een RUP voor het plateau van Waver Er wordt een RUP opgemaakt met als doel, voor zover dit niet opgenomen wordt in een RUP van hogere overheden: het mogelijk maken van meergezinswoningen of meerdere woongelegenheden in grote vierkantshoeven; het zoveel mogelijk beschermen van kleine landschapselementen; het vastleggen van natuurverbindingsgebieden door het gebied het vastleggen van de ontwikkelingsperspectieven voor leegstaande landbouwgebouwen en bouwkundig erfgoed. 8) Opmaken van een RUP voor het plateau van Overijse Er wordt een RUP opgemaakt met als doel, voor zover dit niet opgenomen wordt in een RUP van hogere overheden: het bouwvrij afbakenen van de plateaus. De bestaande landbouwbedrijven worden hiervan uitgesloten. Door het bouwvrij afbakenen van het plateau wordt verhinderd dat er gebouwen op de plateaus verschijnen. het mogelijk maken van meergezinswoningen of meerdere woongelegenheden in grote vierkantshoeven; het vastleggen van natuurverbindingen door het gebied; het vastleggen van de ontwikkelingsperspectieven voor leegstaande landbouwgebouwen en bouwkundig erfgoed. 9) Opmaken van een RUP voor het plateau van Duisburg Er wordt een RUP opgemaakt met als doel, voor zover dit niet opgenomen wordt in een RUP van hogere overheden: Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 250 van 268

251 het bouwvrij afbakenen van de plateaus. De bestaande landbouwbedrijven worden hiervan uitgesloten. Door het bouwvrij afbakenen van het plateau wordt verhinderd dat er gebouwen op de plateaus verschijnen. het mogelijk maken van meergezinswoningen of meerdere woongelegenheden in grote vierkantshoeven; het vastleggen van natuurverbindigen door het gebied; het vastleggen van de ontwikkelingsperspectieven voor leegstaande landbouwgebouwen en bouwkundig erfgoed. Eventueel opnemen van de uitbreidingsbehoeften en ontwikkelingsmogelijkheden van het instituut Ganspoel. Dit kan ook in een afzonderlijk RUP voor Ganspoel afzonderlijk geregeld worden. 10) Opmaak van een RUP Keyhof De gemeente maakt een RUP op voor de ontwikkeling van het klooster Keyhof, zo zal ze het deel van het parkgebied dat momenteel in agrarisch gebied met landschappelijke waarde ligt en de begraafplaats die momenteel in natuurgebied ligt omvormen naar zone voor openbaar nut. 11) Uitwerken van een gebiedsgericht visie voor de woonlinten De gemeente kan op basis van de te onderzoeken welstandscriteria die in het richtinggevend deel zijn opgesomd een gebiedsgericht onderzoek uitvoeren naar de verschillende woonlinten. Op basis van dit onderzoek kan de gemeente bepalen of er gemeenschappelijke ordeningscriteria moeten vastgelegd worden per woonlint. Indien gewenst kan ze dit verankeren in een RUP. 12) Opmaak van een strategisch plan voor het inbreidingsgebied achter de pastorij in Ottenburg Er wordt voor de zone achter de pastorij in Ottenburg een strategisch plan opgemaakt waarbij de potenties van de plek worden nagegaan. 13) Opmaken van een afwegingskader voor de verweving van bedrijven in de dorpskernen De gemeente zal een afwegingskader uitwerken om de verweving van bedrijven in de dorpskernen af te toetsen bij stedenbouwkundige en/of milieuaanvragen. De gemeente zal dit afwegingskader baseren op de SMART-regels (simpele, meetbare, acceptabele, realistische en traceerbare regels). 14) Opmaken van een locatie- en behoefteonderzoek voor de realisatie van een lokaal bedrijventerrein Er wordt een locatieonderzoek opgestart waarin wordt nagegaan waar er in de gemeente een lokaal bedrijventerrein kan gerealiseerd worden. Na het locatieonderzoek zal er ook een behoefteonderzoek uitgevoerd worden. Indien behoeften kunnen aangetoond worden en een geschikte locatie kan gevonden worden kan de gemeente een RUP opmaken voor de realisatie van dit bedrijventerrein. 15) Opmaken van een haalbaarheidsonderzoek naar de invulling van het bedrijventerrein Florival De gemeente zal nagaan in welke mate het bestaande bedrijventerrein Florival in aanmerking komt voor de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein. De resultaten van dit onderzoek zullen mee in het locatieonderzoek voor het lokaal bedrijventerrein ingebracht worden. 16) Opmaken van een erosiebestrijdingsplan De gemeente zal een erosiebestrijdingsplan opmaken om verdere erosie van de landbouwgronden te verhinderen en zo de waarde van de landbouwgronden te behouden. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 251 van 268

252 17) Opstellen van beheersovereenkomsten inzake kleine landschapselementen Om het landschap te herstellen en aantrekkelijker te maken en om bestaande ecologische verbindingen niet verloren te laten gaan, kunnen voor de aanleg en het onderhoud van kleine landschapselementen beheersovereenkomsten worden afgesloten. OK ci^khbobkab=j^^qobdbibk ibk= 18) Herinrichting van het openbaar domein In de verschillende kernen wordt het openbaar domein heringericht. In elke kern kan door een uniforme vormentaal, het gebruik van geschikte materialen en het inbrengen van groen de kern worden opgewaardeerd. In de 5 deelgemeenten dient er aandacht aan de verkeersveiligheid geschonken worden, in het bijzonder rond de schoolomgevingen. In elke kern zijn bovendien nog specifieke aandachtspunten: - in Huldenberg dient vooral aandacht te gaan naar de zichtassen in de kern en naar de waardevolle erfgoedwaarden. Er worden verschillende pleinen aangelegd die de verschillende gehelen met elkaar verbinden. Bovendien dient voldoende aandacht te gaan naar de inrichting van een openbaar vervoershalte (schuilhuisje, bankje, verlichting, vuilnisbak, fietsenstalling ) en naar de inrichting van het lokaal toeristisch-recreatief knooppunt (een infopaneel met wandel- en fietsroutes, een rustbank, voldoende parking, voldoende bewegwijzering ). - in Neerijse en Loonbeek dient voldoende aandacht te gaan naar de zwakke weggebruikers. Ook hier dient de openbare vervoershalte over voldoende infrastructuur te beschikken. Er dient voldoende infrastructuur te worden voorzien ten aanzien van de recreanten en de jeugd. - In Neerijse dienen er snelheidsremmende maatregelen te worden genomen in de Schaveystraat- Dorpsstraat, voornamelijk ter hoogte van de school. De omgeving van de parking aan de Donkerstraat wordt op een aangename manier ingericht. - ook in Sint-Agatha-Rode en Ottenburg kan gewerkt worden aan een herinrichting van het openbaar domein met het oog op het verhogen van de algemene verkeersveiligheid. 19) Ontwikkelingsvisie Ottenburg De gemeente zal in samenwerking met de dorpsraad van Ottenburg een ruime denkoefening uitvoeren om de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de kern van Ottenburg, zoals omschreven in het GRS, verder uit te werken. Indien blijkt dat de opmaak van een RUP noodzakelijk is om deze visie te realiseren dan kan de gemeente dit opstarten. 20) Indienen van een beschermingsaanvraag voor bouwkundig erfgoed gelegen in ankerplaatsen De erfgoedwaarden gelegen in de ankerplaatsen verdienen in ieder geval een bescherming. 21) Studie containerpark De gemeente onderzoekt de mogelijkheid tot inplanting van een containerpark op het grondgebied van de gemeente. De gemeente zal hierbij gelijktijdig de bestaande samenwerking met de gemeente Bertem evalueren. 22) De gemeente verleent haar volledige medewerking aan volgende initiatieven: Het landinrichtingsproject Plateau van Moorsel van de Vlaamse Landmaatschappij Het hollewegenproject van het Regionaal Landschap Dijleland De ontwikkeling van de archeologisch site de Tomme Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 252 van 268

253 PK prddbpqfbp= 23) Suggesties naar het Vlaams Gewest Inzake de structuurbepalende rivier- en beekvalleien: - mogelijkheden van agrarisch medegebruik: agrarische activiteiten blijven onder bepaalde voorwaarden vanuit natuur (bv. vermindering mestuitvoer, behoud graslanden ) mogelijk. Nieuwe landbouwbedrijfsgebouwen zijn echter net zoals andere bebouwing niet wenselijk. - beperkte mogelijkheden voor recreatief medegebruik: in delen van de valleien blijft recreatief medegebruik mogelijk onder de vorm van: - visvijvers: de aanwezigheid van visvijvers is iets specifiek voor de gemeente Huldenberg. Het behoud van visactiviteiten is daarom wenselijk voor de gemeente. De visputten en de constructies die er bij horen worden zo goed mogelijk geïntegreerd in de rivier- en beekvalleien. - wandel- en fietsroutes: voor de gemeente is het belangrijk dat er in de valleien een verzoenbare oplossing wordt gevonden tussen natuur, recreatie en mobiliteit (bv. IJsepad in de IJsevallei heeft ook een belangrijke recreatieve functie en biedt een alternatief voor de N253). - speelbossen: de valleien sluiten nauw aan op de kernen van Huldenberg. Voor de gemeente is het gewenst om bepaalde locaties te onderzoeken indien zij kunnen opengesteld worden als speelbos. Inzake de structuurbepalende boscomplexen gelegen in het VEN of een Europees richtlijngebied: - verdere bebouwing wordt vermeden uit ecologische redenen en omdat het huidig ecologisch functioneren van de verschillende boscomplexen niet mag worden beperkt. - recreatief medegebruik moet onder bepaalde voorwaarde toegelaten worden. In bepaalde gebieden kan het recreatief medegebruik hoger zijn dan in andere gebieden. Het recreatief medegebruik kan variëren van natuurrecreatie over wandelen (en fietsen) op recreatieve routes tot het openstellen van bossen als speelbos. Inzake de zandgroeven: - zandgroeve in Wolfshaegen: de gemeente dringt er ten stelligste op aan dat de activiteiten zo snel mogelijk worden stopgezet vanwege de verkeersleefbaarheid. Indien het Vlaams Gewest de stortactiviteiten wenst verder te zetten, dan pleit de gemeente voor een verbeterde mobiliteit, een blijvend goede buffering van de zandgroeve en opvulling tot maximaal het maaiveld. - zandgroeve Kerkeveld, ten noordwesten van de dorpskern van Neerijse: de gemeente wil dat de activiteiten worden stopgezet. Verder wenst de gemeente te suggereren dat de voormalige ontginningsputten worden ingericht als natuurgebiedjes en dat de nabestemming van de nietontgonnen delen als effectieve bestemming wordt vastgelegd. - ontginningsgebied Nijvelsebaan: de gemeente wil dat het gebied wordt omgezet naar landbouwgebied. Inzake de herinrichting van de N253 door de Administratie Wegen en Verkeer: de gemeente wil dat volgende problemen prioritair worden aangepakt: - de veiligheid: herinrichting van de doortocht in Loonbeek en Neerijse en een veilige inrichting voor de zwakke weggebruikers door de aanleg van fietspaden en voetpaden; - de identiteit van de weg: de natuurlijke verkeersremmers en de belevingswaarde dienen maximaal behouden te blijven (reliëf, bochtig profiel, holleweg-karakter). Dit impliceert ook dat de rooilijnen op een doordachte manier moeten worden ontworpen, rekening houdend met het karakter van de weg. Inzake de open leemplateaus: - het afbakenen van bouwvrije zones op het plateau van Duisburg, het plateau van Overijse en het plateau van Waver. Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 253 van 268

254 24) Suggesties naar de provincie Inzake de verbindende beekvalleien: - verdere bebouwing (ook landbouwbedrijfsgebouwen) wordt vermeden uit hydrologische en ecologische redenen. Het huidig ecologisch functioneren van de verschillende valleien mag niet worden beperkt. - deze beekvalleien zijn vaak gelegen in voor de landbouw belangrijk gebieden. Uitbreiding van de natuurwaarden langs deze beken door inname van landbouwgebieden is voor de gemeente niet gewenst. Binnen hun huidige oppervlakte worden natuurwaarden behouden door beheersmaatregelen. Inzake het bovenlokale natuurverbindingsnetwerk: - verdere bebouwing wordt vermeden uit ecologische redenen. Het huidig ecologisch functioneren van de verschillende boscomplexen mag niet worden beperkt. - recreatief medegebruik kan onder bepaalde voorwaarde toegelaten worden. In bepaalde gebieden kan het recreatief medegebruik hoger zijn dan in andere gebieden. Het recreatief medegebruik kan variëren van natuurrecreatie over wandelen (en fietsen) op recreatieve routes tot het openstellen van bossen als speelbos. QK tlkfkd_lrtmoldo^jj^qfb fb= 25) volgende gebieden worden aangesneden in de planperiode: Het niet ontwikkelde deel van Priesters Delle voor de ontwikkeling van 53 woningen in 2 fasen (met in fase 1 max. 37 woningen). Het betreft een gemengd project voor sociale huurwoningen, koopwoningen en sociale kavels. woongebied gelegen aan de Solheidelaan (Wo3); strategische project pastorij in Ottenburg. 26) volgende gebieden worden gereserveerd tot na 2017: Wo1 woongebied Eygenstraat, Kapelweg, Kapelbergstraat (Neerijse) Wo2 woongebied Schoolstraat, Kleine Schoolstraat, Leikstraalbeek, Terlaenenstraat (Ottenburg) WUG2 t Veldeke WUG3 Hollestraat WUG4 Processieweg WUG5 Kerkeveld Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 254 van 268

255 _fkabka=abbi= Leeswijzer Voortgaand op de conclusies van vorige delen wordt het bindend gedeelte van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan bepaald. Aangezien het bindend gedeelte een logisch gevolg is van het richtinggevend gedeelte, dient dit in samenhang te worden gelezen met het richtinggevend gedeelte. De functie van bindende bepalingen bestaat erin een dwingend karakter aan te geven voor de uitvoering van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Het is de spil tussen de gewenste ruimtelijke structuur en de realisatie ervan op het terrein. Het bevat die maatregelen welke essentieel worden geacht om de visie en de opties van het structuurplan op het terrein uitvoerbaar te maken. Zij binden de gemeentelijke overheid en de instellingen die eronder ressorteren voor een minimale periode van vijf jaar na goedkeuring van het GRS door de minister. Het bindend gedeelte valt uiteen in 3 onderdelen: - de bindende selecties en afbakeningen; - taakstellingen; - de bindende acties. NK _fkabkab=pbib`qfbp=bk=^c_^hbkfkdbk bk=^c_^hbkfkdbk= NKNK tççåëíêìåíììê= Naast de kernen, geselecteerd op hoger niveau, worden ook volgende selecties gemaakt. 1. Woonlinten gelegen in de valleigebieden 2. Woonlinten gelegen op de plateaus 3. Woonlinten gelegen in de overgangsgebieden 4. Als gehuchten worden geselecteerd: - De Tomme - Wolfshaegen 5. Als woonparken worden geselecteerd: - Woonpark Struikenbos - Woonpark Sint-Agatha-Rode - Woonpark Vossekouter 6. Als grootschalige geïsoleerde bebouwing worden geselecteerd: - Klooster Keyhof - Instituut Ganspoel 7. Als strategische projectzone: - De zone achter de pastorij in Ottenburg NKOK lééå=êìáãíé= 8. Als lokale toeristisch-recreatieve knooppunten worden geselecteerd: - gemeentehuis Huldenberg - parking Donkerstraat Neerijse Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 255 van 268

256 9. Als waardevolle gebouwen behorend tot het cultuurhistorisch bouwkundig erfgoed worden geselecteerd (niet-limitatief): - officieel beschermd erfgoed - waardevol maar niet-beschermd bouwkundig erfgoed (inventaris VIOE) - bouwkundig erfgoed dat wordt aangeduid binnen de afgebakende ankerplaatsen en niet voorkomt in bovenstaande lijsten. - puntrelicten uit de Atlas van landschapsrelicten die niet in bovenstaande lijsten voorkomen 10. Als waardevolle tuinen en parken behorend tot het cultuurhistorisch erfgoed worden geselecteerd (niet-limitatief): - Huldenberg: park van kasteel van Huldenberg en park van Instituut Ganspoel - Neerijse: park van kasteel d Overschie (beschermd dorpsgezicht 18/12/1979) - Sint-Agatha-Rode: park van kasteel Malou (beschermd dorpsgezicht 18/12/1979) en park van kasteel gelegen aan Onderbosstraat/Wolfshaegen - Loonbeek: park van kasteel van Loonbeek (beschermd dorpsgezicht 18/03/1999) en tuin Blauwhof (Sociaal Huis) NKPK séêâééê=éå=îéêîçéê= 11. Als lokale fietsverbindingen worden geselecteerd: - verbinding Overijse-Huldenberg-Loonbeek-Neerijse via IJsepad - oude trambedding (wordt gerealiseerd indien het project financieel haalbaar is voor de gemeente). - Margijsbosweg Grote Keistraat Hoekstraat - verbinding Ottenburg Sint-Agatha-Rode Leuven - Tommestraat - Fietsrelatie Kaalheide Meeuwenlaan (Overijse) 12. Als lokale openbaar vervoersknooppunten worden geselecteerd: - halte Huldenberg - halte Neerijse - halte Ottenburg - halte Sint-Agatha-Rode OK q^^hpqbiifkdbkw=tlkfkd_lrtmoldo^jj^qfb kd_lrtmoldo^jj^qfb= 13. Met het oog op de behoefte aan bijkomende woningen, sociale woningen en serviceflats wordt volgende woningbouwprogrammatie voorgesteld: - volgend gebieden worde, aangesneden vóór 2017: - Priesters Delle (WUG1); - woongebied gelegen aan de Solheidelaan (Wo3); - strategische project pastorij in Ottenburg. - volgende gebieden worden gereserveerd tot de volgende planperiode (na 2017): - Wo1 woongebied Eygenstraat, Kapelweg, Kapelbergstraat (Neerijse) - Wo2 woongebied Schoolstraat, Kleine Schoolstraat, Leikstraalbeek, Terlaenenstraat (Ottenburg) - WUG2 t Veldeke - WUG3 Hollestraat - WUG4 Processieweg. - WUG5 Kerkeveld Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 256 van 268

257 PK _fkabkab=^`qfbp ^`qfbp= PKNK oìáãíéäáàâé=ìáíîçéêáåöëéä~ååéå= 14. Opmaak van een RUP Huldenberg (mogelijks delen gelegen binnen HAG) 15. Opmaak van een RUP Neerijse (mogelijks delen gelegen binnen HAG) 16. Opmaak van een RUP Loonbeek (mogelijks delen gelegen binnen HAG) 17. Opmaak van een RUP Sint-Agatha-Rode 18. Opmaak van een RUP zonevreemde bedrijven (mogelijks gelegen binnen HAG) 19. Opmaak van een RUP zonevreemde recreatie (mogelijks gelegen binnen HAG) 20. Opmaak van een RUP voor het plateau van Waver 21. Opmaak van een RUP voor het plateau van Overijse (grotendeels gelegen binnen HAG) 22. Opmaak van een RUP voor het plateau van Duisburg (grotendeels gelegen binnen HAG), met bijzondere aandacht voor de ontwikkeling van het instituut Ganspoel. Dit kan mogelijks ook in een afzonderlijk RUP worden geregeld. 23. Opmaak van een RUP Keyhof (mogelijks gelegen binnen HAG) PKOK séêçêçéåáåöéå== 24. Opmaak van een stedenbouwkundige verordening met het oog op de landschappelijke inkleding van gebouwen in de open ruimte. PKPK ^åçéêé== 25. Opmaak van een strategisch plan voor de omgeving van het gemeentehuis in Huldenberg 26. Opmaak van een strategisch plan voor de zone achter de pastorij in Ottenburg 27. Opmaak van een studie die de noodzaak van een gemeentelijk containerpark onderzoekt 28. Opmaak van een erosiebestrijdingsplan 29. Herinrichting van het openbaar domein 30. Indienen van een beschermingsaanvraag voor het bouwkundig erfgoed in ankerplaatsen 31. Opmaak van een dynamische gemeentelijke inventaris van cultuurhistorisch erfgoed (bouwkundig erfgoed en waardevolle tuinen en parken) 32. Alle bestaande voet-, erfdienstbaarheids- en buurtwegen worden behouden tenzij kan aangetoond worden dat hun functie vervallen is of als een waardevol alternatief kan geboden worden. 33. Actualisatie Mobiliteitsplan 34. Onderzoek naar de behoeften en de mogelijke locaties voor de ontwikkeling van een lokaal bedrijventerrein. 35. Onderzoek naar de behoeften en de mogelijke locaties voor de ontwikkeling van een terrein voor specifieke gemeentelijke diensten (o.a. technische dient, containerpark ). Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 257 van 268

258

259 _fgi^db= NK obcbobkqfbclqlûp= Pleininrichting Pleinen Stedelijk plein Groen parkeerplein Groene open ruimte ifv horeca. Groen speelplein Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 259 van 268

260 Wandelroute - legt de relatie tussen de verschillende pleinen - vormt de overgang tussen parkeerplein en achtertuinen Waterlopen als onderdeel van de openbare ruimte - aandacht voor zichten tot aan de waterlopen - uniforme inrichting van het centrum tot aan de waterlopen Stedelijk groen als inleiding tot het centrumgebied Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 260 van 268

261 OK sbohi^obkab=tlloabkifgpq fgpq= Agrarisch gebied Agrarische structuur Agrarische verbreding Beheersovereenkomst Bindende bepaling Bosstructuur Bouwdichtheid Bouwvrije zone Buffering Buitengebied Categorisering van het wegennet Collectief en openbaar vervoer Concept Dagtoerisme en dagrecreatie Deelruimte Het agrarisch gebied is het gebied dat aldus bestemd wordt op het gewestplan. Agrarisch gebied is een juridisch begrip. De oppervlakte agrarisch gebied bestaat uit landbouwnuttige oppervlakte en niet landbouwnuttige oppervlakte in overheidseigendom (openbaar en privaat domein) en particuliere eigendom. De agrarische structuur is het samenhangend geheel van gebieden die het duurzaam functioneren van de landbouw verzekeren. Agrarische structuur is aldus een ruimtelijk begrip. Agrarische diversificatie of verbreding is verandering binnen de agrosector. Alle nieuwe activiteiten vallen nog altijd onder de definitie van landbouw. Alle producten en activiteiten van het bedrijf behoren tot de primaire sector. De bedrijfsleider blijft voor de wet een land- of tuinbouwer. Zijn bedrijf kan echter een volledig nieuwe structuur krijgen. Beheersovereenkomsten zijn geen instrumenten van de ruimtelijke ordening. Een beheersovereenkomst is een overeenkomst op vrijwillige basis waarbij de beheerder van een grond zich verbindt om (tegen een financiële vergoeding) specifieke beheersmaatregelen te nemen. De bindende bepalingen van een ruimtelijk structuurplan zijn de spil tussen de in het richtinggevend gedeelte uitgewerkte gewenste ruimtelijke structuur en de realisatie ervan. De functie van de bindende bepalingen bestaat erin het dwingend karakter aan te geven voor de uitvoering van het ruimtelijk structuurplan via uitvoerende instrumenten. De bindende bepalingen van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan zijn bindend voor de gemeente. De bindende bepalingen zijn niet bindend voor de burger. De bosstructuur maakt deel uit van de natuurlijke structuur en bestaat uit het samenhangend geheel van gebieden waar bossen omwille van socio-economische (productie, educatie, recreatie), ruimtelijke (buffering, structuurbepalend vermogen) en ecologische doelstellingen (schermfunctie, natuurfunctie) met het oog op het duurzaam functioneren van de bossen worden behouden en ontwikkeld. De bosstructuur is aldus een ruimtelijk begrip. De bouwdichtheid is de dichtheid die de bebouwing aanneemt. Deze kan met verschillende kengetallen worden uitgedrukt: - Woningdichtheid = aantal woningen/totale oppervlakte (woningen/ha) - bruto-bebouwingscoëfficiënt = bebouwde oppervlakte/totale oppervlakte - netto-bebouwingscoëfficiënt = bebouwde oppervlakte/oppervlakte percelen (bouwpercelen privé en openbaar) - (bruto) Vloer/Terreinindex (V/T) = vloeroppervlakte gebouwen/totale oppervlakte - (netto) Vloer/Terreinindex (V/T) = vloeroppervlakte gebouwen/oppervlakte percelen (bouwpercelen privé en openbaar) Bron: AROHM, Het Algemeen en Bijzonder Plan van Aanleg, pag. 2.64, Brussel, Bouwvrije zones zijn gebieden van de agrarische structuur waar geen bijkomende agrarische bedrijfsbebouwing wordt toegestaan om de ontwikkelingsmogelijkheden van de grondgebonden agrarische functies te garanderen. Bouwvrije zones zijn samenhangende zones die beperkt zijn in oppervlakte. Ze worden zo geselecteerd en afgebakend dat er geen bestaande bedrijfszetels in zijn opgenomen. Ruimtelijke buffering is het van elkaar afschermen van twee of meer functies of activiteiten hetzij door ze op een zekere afstand van elkaar te houden, hetzij door het aanbrengen van een andere functie of activiteit ertussen, bijvoorbeeld een groenscherm tussen een bedrijventerrein en een woonwijk. Het buitengebied is - op het niveau van Vlaanderen bekeken - het gebied waarin de open (onbebouwde) ruimte overweegt en waar een buitengebiedbeleid wordt gevoerd. Elementen van bebouwing en infrastructuur die in functionele samenhang zijn met de niet-bebouwde ruimte maken er onderdeel van uit en kunnen plaatselijk overwegen. Buitengebied is aldus een beleidsmatig begrip. De functionele categorisering van het wegennet is gebaseerd op het selectief prioriteit geven aan ofwel de bereikbaarheid ofwel de leefbaarheid. Voor de categorisering wordt niet uitgegaan van de beheerder of van het huidige profiel van de weg. Er wordt, vanuit een langtermijnperspectief, uitgegaan van de gewenste (hoofd)functie van de weg. Vervoer is het verplaatsen van personen en goederen. Onderscheid wordt gemaakt in: - particulier vervoer: vervoer per vervoermiddel dat niet voor iedereen onder gelijke voorwaarden toegankelijk is (in feite alleen voor de eigenaar of de gemachtigde gebruiker). - openbaar vervoer: vervoer per vervoermiddel dat voor iedereen onder gelijke voorwaarden toegankelijk is (in feite in een vervoermiddel dat door een vervoersbedrijf wordt geëxploiteerd); - collectief vervoer: vervoer per vervoermiddel, waarbij er groepen van personen worden vervoerd. Een concept is de ruimtelijke uitwerking van een beleidsvisie en beleidsdoelstellingen. Een concept bevat steeds één of meer kaartbeelden van het betrokken gebied. Dagtoerisme en dagrecreatie staan voor het geheel van activiteiten dat buiten de onmiddellijke omgeving van de woning plaatsvindt en waarmee geen overnachting gepaard gaat. Een deelruimte is een gewenst ruimtelijk systeem waarvoor een gemeenschappelijk beleid wordt geformuleerd als een venster op de totaliteit van de gewenste ruimtelijke structuur. Deelruimten zijn dynamisch en complex en hebben geen vast omlijnde grenzen. De deelruimten vervullen een eigen rol binnen de gewenste ruimtelijke Bestand: 3564-rap-124j_BD.docx s:\projecten\3564_huldenberg\rapportage\rapporten\07_goedkeuring deputatie\3564-rap- 124j_bd.docx mei 2013 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 261 van 268

262 structuur. Voor deelruimten kan een nadere gebiedgerichte uitwerking rond bepaalde thema s gerealiseerd worden. Deelstructuur Doelgroepenbeleid Doortocht Draagkracht van de ruimte Duurzame mobiliteit Duurzame ontwikkeling Duurzame ruimtelijke ontwikkeling Ecologische infrastructuur Erfdienstbaarheid Frictieleegstand Fysisch systeem Gehucht Gaaf landschap Grondgebonden landbouw Gemeenschapsvoorziening Grote eenheid natuur (GEN) Grote eenheid natuur in ontwikkeling Een deelstructuur handelt over de samenhang tussen dezelfde functionele ruimten verspreid over het hele plangebied. De deelstructuren verbinden enerzijds de deelruimten, anderzijds lopen ze er doorheen. Er worden vijf deelstructuren onderscheiden: de nederzettingstructuur, de open ruimte structuur, de landschappelijke structuur, de ruimtelijk economische structuur en de verkeersstructuur. Doelgroepenbeleid is het beleid dat gericht is op een specifieke doelgroep. Voorbeelden van deze doelgroepen zijn: jonge gezinnen, ouderen, gehandicapten, etc... Een doortocht is een weg ingericht als doortocht of op basis van het doortochtenconcept. Het is een weg met een verbindingsfunctie waarvan de inrichting ter hoogte van de passage van een woonkern is ingericht met prioriteit voor verkeersveiligheid, verkeersleefbaarheid en ruimtelijke kwaliteit van de woonkern. Dergelijke inrichting bestaat bijvoorbeeld uit met een verlaagde ontwerpsnelheid uitgewerkt gemengde verkeersafwikkeling, beveiligde oversteekplaatsen, pleinvorming, bijzondere stedebouwkundige vormgeving, éénheid in vormgeving en materiaalgebruik, begroening,...en is specifiek voor de ruimtelijke kenmerken van de woonkern. De draagkracht van de ruimte is het vermogen van de ruimte om, nu en in de toekomst, menselijke activiteiten op te nemen zonder dat de grenzen van het ruimtelijk functioneren worden overschreden. Duurzame mobiliteit is mobiliteit die past binnen de uitgangshouding van duurzame ruimtelijke ontwikkeling. Hierbij worden de economische, de sociale en de ecologische componenten geïntegreerd benaderd. Duurzame ontwikkeling is de ontwikkeling die voorziet in de behoefte van de huidige generatie zonder daarmee voor de toekomstige generaties de mogelijkheden in gevaar te brengen om ook in hun behoefte te voorzien. Dit begrip is ontleend aan de Agenda 21 van de Verenigde Naties. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling is de vertaling van het begrip duurzame ontwikkeling naar het ruimtelijk beleid toe. Dit wordt in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen als uitgangshouding genomen voor het formuleren van de visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Vlaanderen. Dit is een ruimtelijke ontwikkeling gebaseerd op draagkracht en kwaliteit voor de vrijwaring van een leefbare ruimte voor de volgende generaties, zonder de aanspraken van de huidige generatie te hypothekeren. Deze algemene benadering wordt in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen geoperationaliseerd op het niveau van Vlaanderen. De ecologische infrastructuur bestaat uit de natuur- en bosgebieden die niet tot grote eenheden natuur, grote eenheden natuur in ontwikkeling, natuurverbindingsgebied of natuurverwevingsgebied behoren, de kleine landschapselementen (holle wegen, taluds, houtkanten, bomenrijen, bronnen, poelen, rietkragen,...) en uit de natuur in de bebouwde omgeving, met name de natuur-, bos- en parkgebieden, beek- en riviervalleien, natuurelementen (wegbermen,...) in de stedelijke gebieden of in de kernen van het buitengebied. Een erfdienstbaarheid is een last waarmee een erf of een onroerend goed bezwaard is tot gebruik en ten nutte van een ander onroerend goed, bijvoorbeeld recht van toegang, bouwverbod,... De frictieleegstand is de leegstand die noodzakelijk is om de woningmarkt naar behoren te doen functioneren. Het fysisch systeem is het geheel van eigenschappen, processen en onderlinge relaties van klimaat, lucht, bodem en water. In ruimtelijke context zijn vooral de bodemeigenschappen en -processen en het watersysteem van belang. Een gehucht bestaat uit een kleine groep woningen in de open ruimte in een overwegend gesloten bebouwingsstructuur waar in principe geen voorzieningen aanwezig zijn en waar geen binding bestaat met een dorpskern of woonwijk. Deze groepen woningen waren meestal reeds zichtbaar aanwezig op de historische kaarten en zijn in de loop van de tijd sterk uitgegroeid. Ze zijn meestal gegroeid aan een kruispunt of rond een oude hoeve. Een gaaf landschap is een landschap waarvan de samenhang slechts in een beperkte mate gewijzigd is door grootschalige ingrepen. Grondgebonden landbouw is landbouw die zijn landbouwproductie (plantaardig/dierlijk) geheel of gedeeltelijk voortbrengt via eigen uitbating van landbouwgronden. Bedrijven die een grondloze en grondgebonden bedrijfstak combineren, behoren eveneens tot de categorie van de grondgebonden bedrijven. Gemeenschapsvoorzieningen zijn met name de niet-commerciële dienstverlening (politie, brandweer, post, begraafplaatsen, administratie van openbare lichamen), het onderwijs, de sociaal-medische dienstverlening, de voorzieningen voor cultuur, recreatie en ontmoeting (theaters, culturele centra, openbare bibliotheken, kerkelijke voorzieningen, musea, club- en buurthuizen, muziekscholen en vrijetijdscentra, accommodatie voor verenigingsleven,...). Een grote eenheid natuur is een aaneengesloten gebied: - waar de natuurfunctie bovengeschikt is aan de andere functies en natuur als hoofdgebruiker voorkomt; - waar momenteel een overwegend hoge biologische waarde en een hoge toekomstwaarde zijn; - waar de biologische waarde kan toenemen door aangepast natuurbeheer; - die een kern vormt die de duurzame instandhouding van ecotopen kan garanderen. Een grote eenheid natuur is aldus een beleidsmatig begrip. Een grote eenheid natuur in ontwikkeling is een aaneengesloten gebied: - waar de natuurfunctie bovengeschikt is aan de andere functies en waar de natuur als hoofdgebruiker Bestand: 3564-rap-124j_BD.docx s:\projecten\3564_huldenberg\rapportage\rapporten\07_goedkeuring deputatie\3564-rap- 124j_bd.docx mei 2013 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 262 van 268

263 (GENO) Hoevetoerisme Hoofddorp Inbreiding Informatief gedeelte Integraal waterbeheer voorkomt; - waar momenteel een geringe biologische waarde of een sterk versnipperde natuur met hoge biologische waarde en een hoge toekomstwaarde bestaat; - waar op basis van de kenmerken van het fysisch systeem de potentie bestaat om te evolueren naar een grote eenheid natuur; - waar de biologische waarde kan toenemen door middel van duidelijke veranderingen in het grondgebruik en/ of het beheer waarbij natuurtechnische milieubouw noodzakelijk kan zijn; - waar op termijn een secundaire kern kan gevormd worden of een bestaande kern kan versterkt worden die de duurzame instandhouding van ecotopen kan garanderen. Een grote eenheid natuur in ontwikkeling is aldus een beleidsmatig begrip. Hoevetoerisme is de vorm van toerisme die geïntegreerd is in een actief agrarisch bedrijf. Zie ook het begrip 'plattelandstoerisme'. Hoofddorpen zijn nederzettingskernen, die samen met de woonkernen, in het buitengebied van structureel belang zijn binnen de provinciale nederzettingsstructuur. Hoofddorp is een beleidsmatig begrip. Een nederzettingskern die als hoofddorp wordt geselecteerd staat, net zoals een woonkern, in voor het opvangen van de taakstelling inzake bijkomende woningen voor de gemeente. In tegenstelling tot de woonkernen, kan aan een hoofddorp een bijkomend lokaal bedrijventerrein voorzien worden. Inbreiding is de functionele of morfologische verdichting van het bebouwde weefsel. Het informatief gedeelte van een ruimtelijk structuurplan beschrijft de bestaande ruimtelijke structuur en trends. Deze vormt de basis voor het richtinggevend gedeelte. Integraal waterbeheer is het beheer dat er voor zorgt dat het watersysteem voldoet aan alle functies (toevoer, afvoer, vervoer, ecologisch functioneren, drinkwater,...). Het watersysteem wordt beschouwd als een samenhangend en functioneel geheel van oppervlaktewater, grondwater, onderwaterbodems, oevers en technische infrastructuur met inbegrip van de daarin aanwezig zijnde ecotopen en alle bijbehorende fysische, chemische en biologische kenmerken en processen. Kernversterkend beleid Kernversterkend beleid is het beleid dat vooropgesteld wordt voor de kernen van het buitengebied met het oog op de kwalitatieve versterking en vernieuwing van de kernen en het ruimtelijk functioneren ervan. Het kernversterkend beleid is noodzakelijk om de uitbreiding en uitwaaiering van kernen tegen te gaan. Het kernversterkend beleid houdt maatregelen in voor een attractieve woonfunctie, een gedifferentieerde woningvoorraad, het behoud van de economische dynamiek, het behoud van de voorzieningen, de leefbaarheid, de bereikbaarheid en de ruimtelijke kwaliteit in het algemeen. Kleine landschapselementen Laagdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur Landbouwbedrijf Landbouwgebied Landelijk gebied Landschap Lijninfrastructuur Lintbebouwing Lokaal bedrijf De kleine landschapselementen zijn de strook-, lijn- en puntvormige elementen in het landschap. Onder laagdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur wordt verstaan de infrastructuur die omwille van haar intrinsieke aard, in haar onmiddellijke omgeving eerder beperkte veranderingen teweegbrengt in de bestaande ruimtelijke en sociaal-economische structuur en in het bestaande ruimtegebruik. Laag- /hoogdynamische toeristische-recreatieve infrastructuur wordt gebruikt in tegenstelling tot de gangbare opdeling extensieve en intensieve recreatie, die vooral vanuit de aard van de infrastructuur zelf vertrekt. Dit betekent dat naargelang van de aard en de inrichting van de infrastructuur van de toeristisch-recreatieve activiteiten zelf, een bepaalde infrastructuur op de ene plaats laag- en op de andere plaats eerder hoogdynamisch kan genoemd worden. Het is onmogelijk algemeen geldende kwantitatieve normen te definiëren die het onderscheid maken tussen hoog- en laagdynamische toeristisch-recreatieve infrastructuur. Een landbouwbedrijf is een bedrijf dat beroepsmatig planten en/of dieren kweekt voor de markt, met uitzondering van het kweken van dieren voor recreatieve doeleinden. Landbouwgebied is het gebied waar de landbouw als hoofdfunctie voorkomt. Landbouwgebied is een ruimtelijk begrip. Het begrip 'landelijk gebied' refereert naar een geografisch omlijnd gebied waaraan een socio-economische betekenis is verbonden. De begrippen 'buitengebied' en 'landelijk gebied' hebben aldus een andere betekenis en dekken een andere lading, alhoewel ze onderling niet tegenstrijdig zijn. Het begrip buitengebied kan evenwel worden gerelateerd aan de graden van landelijkheid waardoor er ook een socio-economische dimensie aan deze beleidsstrategie wordt toegevoegd. Het beleid dat de Europese Commissie voor de 'landelijke gebieden' formuleert, stemt grotendeels overeen met het beleid voor het buitengebied in het kader van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Het landschap is de resultante van de dynamische wisselwerking tussen de fysische omstandigheden (het abiotisch en biotisch milieu) en de menselijke activiteiten. Lijninfrastructuur is het geheel van verkeersinfrastructuur en haar omgeving bedoeld voor verkeer en vervoer van mensen, goederen en berichten. Het omvat autowegen, waterwegen, spoorwegen, luchthavens, pijpleidingen, elektriciteitsleidingen en infrastructuur t.b.v. telecommunicatie. Lintbebouwing is een nederzettingsvorm die bestaat uit vrijwel aaneengesloten bebouwing, bestaande uit alleenstaande gezinswoningen en/ of bedrijfsgebouwen langs wegen, waarbij achterliggende gronden onbebouwd blijven. Een lokaal bedrijf is een be- en verwerkend bedrijf (inclusief tertiaire dienstverlening) dat een verzorgend Bestand: 3564-rap-124j_BD.docx s:\projecten\3564_huldenberg\rapportage\rapporten\07_goedkeuring deputatie\3564-rap- 124j_bd.docx mei 2013 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 263 van 268

264 karakter heeft ten aanzien van de omgeving, dat wat schaal betreft aansluit bij de omgeving (schaal van de kern, schaal van het stedelijke gebied,...) en beperkt is van omvang. Lokaal bedrijventerrein Mobiliteit Na/ voortransport Natuurlijke structuur Nederzettingsstructuur Natuurverbindingsgebied Natuurverwevingsgebied Ontwikkelingsperspectief Openbare ruimte Open ruimte Open ruimteverbinding of open ruimtecorridor Para-agrarische bedrijvigheid Plannen van aanleg Plattelandstoerisme Recreatief medegebruik Regionet Brabant Een lokaal bedrijventerrein is een bedrijventerrein uitsluitend bestemd voor lokale bedrijven. De omvang en inrichting van een lokaal bedrijventerrein is afgestemd op deze bestemming (bv. wat betreft oppervlakte van de individuele bedrijfspercelen). Mobiliteit is het geheel van verplaatsingsstromen doorheen de ruimte. Deze vinden hun ruimtelijke neerslag in lijninfrastructuren. De lijninfrastructuur is het geheel van infrastructuur en haar omgeving, bedoeld voor verkeer en vervoer van mensen, goederen, berichten. Voorbeelden zijn: autowegen, spoorwegen, waterwegen, pijpleidingen, hoogspanningsleidingen Na- en voortransport is het transport dat nodig is om vanuit de herkomstlocatie een halte van collectief of openbaar vervoer te bereiken, respectievelijk vanuit een halte van collectief of openbaar vervoer de bestemmingslocatie te bereiken. Voor- en/ of natransport kan gerealiseerd worden met verschillende vervoersmodi. Voorbeeld van voortransport zijn: vanuit de eigen woning te voet naar een bushalte, met de fiets tot een treinstation, met de auto tot een carpoolingparkeerplaats... De natuurlijke structuur is: - het samenhangend geheel van de rivier- en beekvalleien, de grotere natuur- en boscomplexen en de andere gebieden, waar de voor de natuur structuurbepalende elementen en processen tot uiting komen; - de ecologische infrastructuur gevormd door lijn-, punt- en vlakvormige natuurelementen, door kleinere natuur- en boscomplexen en door parkgebieden. Natuurlijke structuur is aldus een ruimtelijk begrip. Een natuurverbindingsgebied is een aaneengesloten gebied: - waar de natuurfunctie ondergeschikt is aan de andere functies, waar andere functies (doorgaans landbouw, bosbouw...) als hoofdgebruiker aanwezig zijn en de natuur als nevengebruiker; - waar de biologische waarde bepaald wordt door de aanwezigheid van kleine landschapselementen; - waar de biologische waarde kan toenemen door de ontwikkeling van kleine landschapselementen; - dat een verbinding realiseert tussen grote eenheden natuur en grote eenheden natuur in ontwikkeling, en verwevingsgebieden. Natuurverbindingsgebied is aldus een beleidsmatig begrip. Een natuurverwevingsgebied is een aaneengesloten gebied: - waar de functies landbouw, bosbouw, natuur nevengeschikt zijn en andere functies ondergeschikt zijn en waar landbouw, bosbouw en natuur gedifferentieerd aanwezig zijn; - waar de biologische waarde kan toenemen door middel van randvoorwaarden met betrekking tot het bestaande grondgebruik, waar het bestaande grondgebruik kan gegarandeerd blijven; - waar een duurzame instandhouding van specifieke ecotopen kan worden gegarandeerd. Natuurverwevingsgebied is een beleidsmatig begrip. De nederzettingsstructuur is het patroon dat gevormd wordt door het geheel van alle bebouwingsvormen in een bepaald gebied. Een ontwikkelingsperspectief geeft aan welke mogelijkheden tot ruimtelijke ontwikkeling (kwalitatief en kwantitatief) worden geboden voor een bepaald ruimtegebruik of activiteit. Een ontwikkelingsperspectief kan onder meer bestaan uit: inrichtingsprincipes, ruimtelijke randvoorwaarden voor het ruimtegebruik, taakstellingen, kwantitatieve opties. De openbare (of publieke) ruimte is een ruimte met een absoluut openbaar (of publiek) karakter, in openbaar (of publiek) beheer en met een publieke functie. Voorbeelden zijn straten, pleinen en parken. De open ruimte omvat de gebieden waarin de onbebouwde ruimte overweegt. De open ruimtefragmenten verschillen naar vorm, functie en samenstelling. De open ruimte omvat de natuurlijke structuur, de agrarische structuur en de landschappelijke structuur. Open ruimte is een thematisch begrip. Een open ruimteverbinding of open ruimtecorridor is een niet of weinig bebouwde ruimte in de buurt van sterk bebouwde gebieden. Open ruimteverbindingen voorkomen het aan elkaar groeien van de bebouwde gebieden en verzorgen een verbindingsfunctie ten aanzien van de structuurbepalende elementen van het buitengebied. Para-agrarische bedrijvigheid is bedrijvigheid waarvan de activiteit onmiddellijk aansluit bij de landbouw en erop afgestemd is. De plannen van aanleg worden in het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996 omschreven; bedoeld zijn het gewestplan, het algemeen plan van aanleg (A.P.A.) en bijzonder plan van aanleg (B.P.A.). Plattelandstoerisme is de vorm van toerisme waarbij gebruik gemaakt wordt van de specifieke toeristischrecreatieve infrastructuur in het buitengebied. Dit heeft betrekking op die vormen van openluchtrecreatie, die plaats hebben in een omgeving met een nietrecreatieve hoofdfunctie, waarbij het medegebruik in principe ondergeschikt is aan de hoofdfunctie en het hoofdgebruik Regionet Brabant Brussel is een plan voor een regionaal openbaar-vervoersnet in het centraal-belgisch gebied. Bestand: 3564-rap-124j_BD.docx s:\projecten\3564_huldenberg\rapportage\rapporten\07_goedkeuring deputatie\3564-rap- 124j_bd.docx mei 2013 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 264 van 268

265 Brussel Richtinggevend gedeelte Ruimtelijke kwaliteit Ruimtelijk samenhangend geheel Ruimtelijke structuur Ruimtelijk structuurplan Ruimtelijk uitvoeringsplan Secundair wegennet Structurele verbreding Structurerende reliëfcomponent Structuurbepalend/ structuurbepalende component Structuurplanning Subsidiariteit Het is een samenhangend geheel van spoor- en snelbusverbindingen dat aan iedereen toelaat om zich vlot met het openbaar vervoer te verplaatsen op middellange afstanden. Het is bedoeld om bij te dragen tot een ecologisch verantwoorde duurzame mobiliteit en om steun te geven aan de gewenste ruimtelijke ontwikkelingen voor de toekomst. Het richtinggevend of indicatief gedeelte van een ruimtelijk structuurplan (c.q. het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen) formuleert op basis van de analyse van de bestaande ruimtelijke structuur en de trends (het informatief gedeelte) en vanuit de uitgangshouding, een visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van Vlaanderen. In het richtinggevend gedeelte wordt de visie in ruimtelijke termen vertaald in ruimtelijke principes voor de gewenste ruimtelijke structuur en op basis van de ruimtelijke principes wordt een gewenste ruimtelijke structuur uitgewerkt voor de (vier) structuurbepalende componenten. Het indicatief of richtinggevend gedeelte van het Ruimtelijk Structuurplan is dat deel waarvan door de overheid slechts bij gemotiveerde beslissing kan afgeweken worden. Het begrip ruimtelijke kwaliteit wordt opgevat als de waardering van de ruimte. Kwaliteit in de zin van 'waardering' spreekt een oordeel of een wenselijkheid uit. Ruimtelijke kwaliteit handelt niet in de eerste plaats om de hoedanigheid van het object op zich (de intrinsieke kenmerken van een landschap, van een binnenstad, van een stedelijke ruimte,...) maar om de waarde die eraan wordt gehecht. Die waardering wordt in belangrijke mate mee bepaald door de betrokkenheid van de beoordeler (bewoner, doelgroep, gemeenschap,...) en niet door de kenmerken van de ruimte zelf. Die waardering is sociaal-cultureel bepaald en is bijgevolg tijdsafhankelijk. Een ruimtelijk samenhangend geheel wordt gekenmerkt door een eigen verschijningsvorm en structuur, die vaak verschillend zijn van de verschijningsvorm en/ of de structuur van het omliggende. Door deze eigenheid of identiteit is het ruimtelijk samenhangend geheel duidelijk lokaliseerbaar in de ruimte. De aanduiding van een ruimtelijk samenhangend geheel is afhankelijk van het doel en de schaal van het onderzoek. Ruimtelijke structuur is de samenhang tussen ruimtelijke elementen en activiteiten. Structuur heeft tegelijkertijd en in samenhang betrekking op het morfologische (hoe iets is) en op het functioneren (de processen achter iets). Ruimtelijke structuren komen voor op alle schaalniveaus (bv. de ruimtelijke structuur van de tuin, van de wijk, van de kern, van de provincie of van het Vlaams Gewest). Een ruimtelijk structuurplan is een plan waarin de keuzes met betrekking tot de ruimtelijk-structurele ontwikkeling van een bepaald gebied aangegeven worden, de ruimtelijke potenties worden belicht en waarin richtlijnen en organisatieprincipes voor grond- en ruimtegebruik worden aangegeven. Het heeft betrekking op het gehele grondgebied en op alle ruimtebehoevende activiteiten waarvan de ordening aan een respectievelijk bestuursniveau is toevertrouwd. Het beoogt tevens de bevordering van de doeltreffendheid en van de interne samenhang van het ruimtelijk beleid. Een ruimtelijk uitvoeringsplan is een instrument om uitvoering te geven aan een ruimtelijk structuurplan. Het decreet van 18 mei 1999 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening voorziet uitvoeringsplannen op de drie bestuurlijke niveaus Het secundair wegennet vormt het geheel van secundaire wegen. Secundaire wegen zijn wegen die een verzamelfunctie vervullen op bovenlokaal niveau, d.w.z. een belangrijke rol spelen in het ontsluiten van gebieden naar primaire wegen en naar hoofdwegen, en die tevens een belangrijke toegangsfunctie vervullen. Drie types secundaire wegen worden onderscheiden: - type I: hoofdfunctie is verbinden op bovenlokaal niveau - type II: hoofdfunctie is verzamelen/ontsluiten op bovenlokaal niveau - type III: hoofdfunctie is garanderen van vlotte doorstroming van openbaar vervoer en fiets Structurele diversificatie of verbreding is verandering van de agrosector naar andere sectoren. Nieuwe activiteiten vallen onder de secundaire (b.v. voedselverwerking) of tertiaire sector (b.v. dienstverlening). Als de inkomsten uit de nieuwe activiteiten groter zijn dan 50 %, heeft de bedrijfsleider volgens het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds geen hoofdberoep meer in de land- of tuinbouw en wordt hij/zij nevenberoeper. Een structurerende reliëfcomponent is een reliëfcomponent die structuurbepalend is voor het buitengebied. De structurerende reliëfcomponenten zijn duidelijk visueel aanwezig en beklemtonen belangrijke gebiedsovergangen (cuesta's, steilranden,...). Het beleid is erop gericht dat deze structurerende reliëfcomponenten visueel aanwezig blijven. De structuurbepalende componenten zijn de (bestaande) ruimtelijke eenheden die de ruimtelijke structuur van Vlaanderen bepalen en waarvoor een specifiek ruimtelijk beleid wordt vooropgesteld. Voor iedere structuurbepalende component worden doelstellingen, ontwikkelingsperspectieven en instrumenten geformuleerd. De structuurbepalende componenten vormen, hoewel ze duidelijk van elkaar te onderscheiden zijn, een samenhangend geheel. Structuurplanning is een dynamisch en continu proces van visie- en beleidsvorming met betrekking tot de kwaliteit van de ruimte en de realisatie ervan. Het tot stand komen van een structuurplan vormt het moment in dit proces waarop belangrijke uitspraken worden gedaan. Structuurplanning is een voor het Vlaams Gewest nieuwe vorm van planning. Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen is het resultaat van een structuurplanningsproces op het niveau Vlaanderen. Het subsidiariteitsbeginsel houdt in dat elke inzake ruimtelijke ordening bevoegde overheid zich bezighoudt met die materies die geëigend zijn om op het bewuste niveau geregeld te worden. Beslissingen moeten genomen worden op het meest geschikte niveau. Een beslissing op een hoger niveau is te verantwoorden als het belang en/ of reikwijdte ervan op het lagere niveau duidelijk overstijgt. Een hoger niveau treedt slechts op voor zover de doelstellingen van het overwogen optreden niet voldoende door het lager niveau kunnen worden verwezenlijkt. Bestand: 3564-rap-124j_BD.docx s:\projecten\3564_huldenberg\rapportage\rapporten\07_goedkeuring deputatie\3564-rap- 124j_bd.docx mei 2013 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 265 van 268

266 Toerisme en recreatie Toeristisch-recreatief netwerk Toeristisch-recreatief knooppunt Trendbreuk Vakantiewoning of huurvakantiewoning Verblijfsrecreatie / Verblijfstoerisme Verdichting Verkeersleefbaarheid Vernieuwbouw Verspreide bebouwing Verweven Vlaamse Ruit Woningpatrimonium Woongelegenheid Toerisme omvat het geheel van interrelaties en verschijnselen die verband houden met de verplaatsing naar en het tijdelijk verblijf van mensen in een andere dan de alledaagse leefomgeving. Recreatie is het geheel van gedragingen die primair gericht zijn op de eigen verlangens inzake fysieke en geestelijke ontspanning, zowel binnen als buiten de eigen woonomgeving. Recreatie kan bestaan uit dagrecreatie of uit verblijfsrecreatie. Beide vormen kunnen elk intensief of extensief worden beleefd. Toerisme en recreatie is een thematisch begrip. Een toeristisch-recreatief netwerk bestaat uit een geheel van toeristisch-recreatieve voorzieningen (van provinciaal niveau) en infrastructuren die door hun ligging en onderlinge (ruimtelijke en functionele) samenhang structuurversterkend werken. Een toeristisch recreatief knooppunt duidt op een clustering van het toeristisch-recreatief aanbod. Toeristischrecreatieve knooppunten vervullen een centrumfunctie voor een ruimere omgeving, een startpunt voor het verkennen van een specifiek gebied/netwerk. In lokale toeristisch-recreatieve knooppunten kunnen geen hoogdynamische infrastructuren worden ingebracht. Toeristisch-recreatief knooppunt is aldus een beleidsmatig begrip. Een trendbreuk is een fundamentele wijziging in een bestaande trend. Een trendbreuk kan door beleidsmaatregelen tot stand komen. een uitgeruste woning of studio, of een uitgerust appartement, waarvoor een persoonlijk gebruiksrecht wordt verleend, met mogelijkheid voor de toerist om zelf maaltijden te bereiden (cfr. definitie logiesdecreet) Andere benamingen die hiervoor gehanteerd kunnen worden zijn: vakantiewoning, vakantieappartement, vakantiestudio, vakantiebungalow, vakantiehuis, vakantievilla, vakantiechalet, vakantieflat. Verblijfstoerisme en verblijfsrecreatie staan voor het geheel aan activiteiten dat buiten de onmiddellijke omgeving van de eigen woning plaatsvindt en waarmee ten minste één overnachting gepaard gaat. Verdichting is één van de sleutelbegrippen in een ruimtelijk beleid waar openheid en stedelijkheid voorop staat. Verdichting betekent voor het ruimtelijk beleid in de stedelijke gebieden en de kernen van het buitengebied, conform het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen het volgende: - het concentreren van het wonen en het werken in de stedelijke gebieden en de kernen van het buitengebied; - het differentiëren van de woningvoorraad; - het versterken van de multifunctionaliteit door verweving; - het opleggen van minimale dichtheden. De verkeersleefbaarheid verwijst naar een bepaalde toestand van een bepaald gebied, waarbij de draagkracht van het gebied al (niet-verkeersleefbaar) dan niet (verkeersleefbaar) overschreden wordt door de negatieve impact van het verkeer (zowel rijdend als stilstaand) dat er doorheen gaat of er zijn bestemming vindt. Vernieuwbouw staat voor een bestaand vergund gebouw dat geheel of gedeeltelijk wederopgebouwd wordt binnen het bestaande bouwvolume om het geschikt te maken of te houden voor de in de vergunning aangegeven functie. Het oorspronkelijke gebouw blijft niet noodzakelijk herkenbaar na de verbouwingswerkzaamheden. Verspreide bebouwing is één van de beleidscategorieën voor het voeren van een gedifferentieerd ruimtelijk beleid t.a.v. de nederzettingsstructuur van het buitengebied. Verspreide bebouwing wordt als beleidscategorie omschreven als de bebouwing die niet behoort tot: de kernen (hoofddorp en woonkern), lint, verspreide bebouwing en bebouwd perifeer landschap. Het begrip verspreide bebouwing heeft aldus een beleidsmatige betekenis. Het verweven is het in elkaars nabijheid brengen van functies en activiteiten op een dusdanige wijze dat er ruimtelijke meerwaarden, vormen van synergie en complementariteiten ontstaan. De wijze waarop het verweven haalbaar is, heeft te maken met het karakter (hinder of positieve effecten die nabijheid van andere functies of gebruik teweegbrengen) en het structurerend vermogen van de activiteiten. Ruimtelijke meerwaarden zijn onder meer het concentreren van activiteiten en het creëren van ruimtelijke nabijheid met voordelen ten aanzien van bereikbaarheid en mobiliteit. 'Verweven' staat tegenover 'scheiden'. Beide begrippen hebben een duidelijke ruimtelijke betekenis. Het verweven of scheiden van functies en activiteiten hangt samen met het ruimtelijk schaalniveau waarop de ruimtelijke meerwaarden ontstaan. Het scheiden van activiteiten op het niveau van de gemeente (bv: een lokaal bedrijventerrein aan de rand van een kern) betekent het verweven van activiteiten op het niveau van Vlaams-Brabant. Een aparte woonfunctie boven een commerciële functie betekent een scheiding op het niveau van het perceel maar een verweven van de functies op het niveau van de kern. Het begrip 'verweven van functies en activiteiten' wordt in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen gehanteerd op het niveau van Vlaams-Brabant. Op het niveau van de kern of het stedelijk gebied kan dit een scheiding van functies en activiteiten betekenen. De Vlaamse Ruit is een stedelijk netwerk op internationaal niveau en die een gelijkaardige ontwikkeling kent als de concurrentiële gebieden in Noord-West-Europa (m.n. de Randstad en het Rürhgebied.) Tot de Vlaamse Ruit worden de volgende stedelijke gebieden als hoekpunten genomen: Antwerpen, Gent, Leuven en het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel. Het woningpatrimonium is het geheel van voor het wonen beschikbare gebouwen. Een woongelegenheid is een woonruimte voor één persoon of één groep van personen met een minimale zelfstandigheid die (samen) in deze ruimte gedurende de grootste tijd van het jaar al of niet met georganiseerde hulp eten, slapen en zich ontspannen (= wonen). Hierin zijn begrepen de eengezinswoningen appartementen, diverse vormen van studio's (serviceflats, studio's voor begeleid zelfstandig wonen, gewone studio's,...) en studentenkamers. Rusthuizen, weeshuizen en andere opvangcentra met verschillende kamers worden als één Bestand: 3564-rap-124j_BD.docx s:\projecten\3564_huldenberg\rapportage\rapporten\07_goedkeuring deputatie\3564-rap- 124j_bd.docx mei 2013 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 266 van 268

267 woongelegenheid voor een collectief gezin of huishouden beschouwd. Woonkern Zonevreemd De woonkernen zijn samen met de hoofddorpen de nederzettingskernen in het buitengebied die van structureel belang zijn in de nederzettingsstructuur op provinciaal niveau. Woonkern is een beleidsmatig begrip. Een nederzettingskern die als woonkern wordt geselecteerd staat in voor het opvangen van de taakstelling inzake bijkomende woonbehoeften in de gemeente. Aan een woonkern kan geen nieuw lokaal bedrijventerrein ontwikkeld worden. Een gebouw, constructie, activiteit of functie is zonevreemd als ze niet binnen de geëigende gewestplanbestemming gelegen is (het betreft een juridisch gegeven). Bestand: 3564-rap-124j_BD.docx s:\projecten\3564_huldenberg\rapportage\rapporten\07_goedkeuring deputatie\3564-rap- 124j_bd.docx mei 2013 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 267 van 268

268 PK dlbahbrofkdp_bpirfq=abmrq^qfb=si^^jp=_o^ abmrq^qfb=si^^jp=_o^_^kq _^kq= (zie volgende bladzijden) Bestand: 3564-rap-124j_BD.docx s:\projecten\3564_huldenberg\rapportage\rapporten\07_goedkeuring deputatie\3564-rap- 124j_bd.docx mei 2013 Dossier: Ruimtelijk Structuurplan Gemeente Huldenberg - Versie J Pagina 268 van 268

269 Directie infrastructuur Dienst ruimtelijke ordening Vragen naar Els Van Loon / Evi Coomans Tel/Fax / Evi.Coomans@vlaamsbrabant.be Ons kenmerk IST-RO-RSP-HUL deff Datum 6 mei 2013 Dossiernummer RSP Bedrag Begrotingsartikel Juridische basis BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN VLAAMS-BRABANT I. GEGEVEN Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Huldenberg werd als startnota en voorontwerp besproken op het structureel overleg van 3 juli 2003, het tweede structureel overleg van 4 oktober 2005, de plenaire vergadering van 31 januari 2008, en een tweede plenair overleg op 23 januari 2012, waarbij het werd geadviseerd door de bevoegde overheden. De gemeenteraad van Huldenberg stelde in zitting van 26 april 2012 het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan voorlopig vast en het college besloot het openbaar onderzoek te organiseren van 29 mei 2012 tot en met 27 augustus De deputatie bracht, na raadpleging van de provinciale commissie ruimtelijke ordening, op 23 augustus 2012 advies uit over de manier van overeenstemming van het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk structuurplan met het provinciaal ruimtelijke structuurplan (en addendum). De gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening heeft de adviezen en bezwaarschiften behandeld op 27 november De gemeenteraad heeft het ruimtelijk structuurplan Huldenberg definitief vastgesteld in de zitting van 28 februari De deputatie dient te beslissen over de goedkeuring. II. JURIDISCHE BASIS Art t.e.m. Art van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening. Het besluit van de Vlaamse regering van 23 september 1997 houdende de definitieve vaststelling van het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen en het besluit van de Vlaamse regering van 12 december 2003 houdende de definitieve vaststelling van een herziening van het ruimtelijk structuurplan Vlaanderen. Het provinciaal ruimtelijk structuurplan Vlaams-Brabant, definitief vastgesteld door de provincieraad op 11 mei 2004; het besluit van de provincieraad van 29 juni 2004 tot aanvulling van het besluit van 11 mei 2004, voor wat de toepassing betreft van artikel 188bis van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening en het addendum inzake de actualisatie en de beperkte herziening van het ruimtelijk structuurplan Vlaams-Brabant, definitief vastgesteld door de provincieraad op 19 juni III. BESPREKING Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Huldenberg is een strategisch beleidsdocument geworden voor het ruimtelijke ordeningsbeleid van de gemeente. De deputatie bracht in het kader van het openbaar onderzoek, in zitting van 23 augustus 2012, een voorwaardelijk gunstig advies uit op het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Huldenberg. De gemeenteraad is, na gemotiveerd advies van de gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening, tegemoet gekomen aan de voorwaarden die in dit besluit werden geformuleerd. Het advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 22 augustus 2012 over het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Huldenberg omvat een voorwaardelijk gunstig advies. De gemeenteraad is, na gemotiveerd advies van de gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening, tegemoet gekomen aan de meeste opmerkingen die in dit besluit werden geformuleerd. = 1

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Opwijk, herziening Gemeente Opwijk

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Opwijk, herziening Gemeente Opwijk Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Opwijk, herziening Gemeente Opwijk Projectnummer: 43-03/26000512 2/183 43-03/26000512 OPDRACHTGEVER Gemeente Opwijk Marktstraat 55 1745 Opwijk Ann Van Damme Rony Willems

Nadere informatie

13/ / Informatief deel

13/ / Informatief deel 13/183 43-03/26000512 DEEL 2 Informatief deel Leeswijzer Het is de bedoeling dat het informatief gedeelte de bestaande ruimtelijke structuur van de gemeente schetst, met inbegrip van de ruimtelijk relevante

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Gellenberg 16 Tel.: 016 47 97 30 Fax: 016 47 97 01 GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant KAARTENBUNDEL Dossiernr.: 003357 Projectnr.: 07/3357 Versie: F juni 2009

Nadere informatie

inleiding ruimtelijk structuurplan tienen stad TIENEN Juli 2006 Erwin Lammens ruimtelijk planner - planoloog

inleiding ruimtelijk structuurplan tienen stad TIENEN Juli 2006 Erwin Lammens ruimtelijk planner - planoloog stad TIENEN ruimtelijk structuurplan tienen Juli 2006 opdrachthouder Erwin Lammens ruimtelijk planner - planoloog ruimtelijk planner - stedenbouwkundige 2 inhoud I. Doel...4 II. Structuurplanning en structuurplan...4

Nadere informatie

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie 3e Directie Dienst 33 Ruimtelijke ordening en Stedenbouw aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt,

Nadere informatie

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE KAMPENHOUT Provincie Vlaams-Brabant

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE KAMPENHOUT Provincie Vlaams-Brabant Weesbeek RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Gemeentehuisstraat 16 Tel.: 016 65 99 22 Fax: 016 65 69 58 GEMEENTE KAMPENHOUT Provincie Vlaams-Brabant ONTWERP - KAARTENBUNDEL Dossiernr.: 00.2872 Projectnr.: 07/2872

Nadere informatie

Gemeente Wuustwezel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kaartenatlas Informatief en richtinggevend deel

Gemeente Wuustwezel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kaartenatlas Informatief en richtinggevend deel Gemeente Wuustwezel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kaartenatlas Informatief en richtinggevend deel Dossier WUU582 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Wuustwezel November 2006 Provincie Gemeente

Nadere informatie

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE ZANDHOVEN Provincie Antwerpen

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE ZANDHOVEN Provincie Antwerpen RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Liersebaan 12-2240 Zandhoven Tel.: 03 484 30 20 Fax: 03 484 62 55 GEMEENTE ZANDHOVEN Provincie Antwerpen ARCADIS Gedas nv Clara Snellingsstraat 27 2100 ANTWERPEN - DEURNE Tel.:

Nadere informatie

N16 Scheldebrug Temse-Bornem

N16 Scheldebrug Temse-Bornem gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Bijlage III: toelichtingsnota tekst colofon Vlaams Ministerie Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Departement RWO - Ruimtelijke Planning Phoenixgebouw

Nadere informatie

Ruimtelijk Structuurplan Vilvoorde. Inleiding

Ruimtelijk Structuurplan Vilvoorde. Inleiding Ruimtelijk Structuurplan Vilvoorde Inleiding Inleiding Bedoeling van het document Structuurplan Vilvoorde: de stad geherwaardeerd biedt een ruimtelijk kader waarbinnen Vilvoorde zijn gewenste toekomstontwikkeling

Nadere informatie

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST DEFINITIEVE VASTSTELLING SEPTEMBER 2011 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Inhoudstafel

Nadere informatie

Inhoudstafel INLEIDING...2

Inhoudstafel INLEIDING...2 ontwerp ruimtelijk structuurplan Turnhout Inhoudstabel Inhoudstafel INLEIDING...2 DEEL 1 INFORMATIEF GEDEELTE...8 INLEIDING: ANALYSE VAN DE RUIMTELIJKE CONTEXT...11 HOOFDSTUK I: SITUERING & GESCHIEDENIS...12

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Gellenberg 16 Tel.: 016 47 97 30 Fax: 016 47 97 01 GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant ONTWERP Dossiernr.: 003357 Projectnr.: 07/3357 Versie: D februari 2008

Nadere informatie

Bestaande Ruimtelijke Structuur op Macroschaal Synthese

Bestaande Ruimtelijke Structuur op Macroschaal Synthese Kaart 2.1 : Bestaande Ruimtelijke Structuur op Macroschaal Synthese Kaart 2.2 : Bestaande Ruimtelijke Structuur op Mesoschaal Fysisch Systeem. Bron: pro Gis Vlaams-Brabant, Vlaamse Hydrografische Atlas,

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 22 februari 2018 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP Afbakening kleinstedelijk

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende de voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Scheldepolders Hingene in Bornem DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse

Nadere informatie

Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen

Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed Afdeling ruimtelijke planning Een blik op de ruimtelijke planning in Vlaanderen 1. Krijtlijnen

Nadere informatie

Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening en stedenbouw dd. 29 maart Nog steeds hét juridisch planninginstrument in Watou

Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening en stedenbouw dd. 29 maart Nog steeds hét juridisch planninginstrument in Watou Structuurplan "De Watounaar" Bewonersplatform Watou. Ruimtelijke Ordening Watou. De diverse planinstrumenten van toepassing op het grondgebied van Poperinge. Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1602849 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Sint-Gillis-Waas - PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Sint-Gillis-Waas fase 1' Definitieve

Nadere informatie

gemeentelijk ruimtelijk structuurplan

gemeentelijk ruimtelijk structuurplan gemeentelijk ruimtelijk structuurplan heist-op-den-berg STRUCTUURPLAN HEIST-OP-DEN-BERG goedgekeurd bij ministerieel besluit van 19/06/01 studiegroep omgeving architectuur ruimtelijke planning landmeetkunde

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Openruimtegebieden Beneden-Nete DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de Vlaamse Codex

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem Gemeente Kruishoutem Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem Ontwerp Bindend gedeelte Uitgave Datum 1 november 2004 2 februari 2005 3 mei 2005 4 oktober 2005 5 april 2006 Studiebureau VDS b.v.b.a.

Nadere informatie

ISTRUCTUURPLAN GLABBEEK

ISTRUCTUURPLAN GLABBEEK STRUCTUURPLAN GLABBEEK Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Glabbeek Dit plan werd opgesteld onder de verantwoordelijkheid van: (voor ARCADIS Gedas) Gezien en definitief vastgesteld door de Gemeenteraad

Nadere informatie

Actualisatie en gedeeltelijke herziening. Informatie- en inspraakvergadering

Actualisatie en gedeeltelijke herziening. Informatie- en inspraakvergadering Actualisatie en gedeeltelijke herziening Informatie- en inspraakvergadering Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen? - is geen bestemmingsplan - bevat geen informatie over individuele percelen Ruimtelijk Structuurplan

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1505496 Provincieraadsbesluit betreft verslaggever Stekene en Sint-Gillis-Waas - PRUP 'Reconversie verblijfsrecreatie Stekene en Sint-Gillis-Waas

Nadere informatie

Richtinggevend gedeelte

Richtinggevend gedeelte 116/183 43-03/26000512 DEEL 3 Richtinggevend gedeelte Leeswijzer In het voorgaande informatief gedeelte werd een analyse van de bestaande ruimtelijke structuur gemaakt door vanuit een globale en sectorale

Nadere informatie

Structuurplan Herne. PRESENTATIE GRS Herne

Structuurplan Herne. PRESENTATIE GRS Herne PRESENTATIE GRS Herne Wat komt aan bod: Wat is een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan? Hoe past het gemeentelijk structuurplan in het structuurplan van de provincie Vlaams-Brabant en de Vlaamse overheid?

Nadere informatie

DEEL 3: BINDEND GEDEELTE

DEEL 3: BINDEND GEDEELTE DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN MEISE Deel 3: Bindend gedeelte Ontwerp Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Meise 1 september 2006 167 Deel 3: Bindend gedeelte Ontwerp Gemeentelijk

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Berlare

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Berlare Provincie Oost-Vlaanderen Arrondissement Dendermonde Gemeente Berlare Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Berlare Bindend gedeelte Studiebureau VDS b.v.b.a. 2 Gemeente Berlare Gemeentelijk Ruimtelijk

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei

Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel

Nadere informatie

Kaartenreeks 5: Beleid open ruimte

Kaartenreeks 5: Beleid open ruimte Kaartenreeks 5: Beleid open ruimte GEWESTPLAN OPEN RUIMTE Kaart: Gewestplan open ruimte bestemming Vlaanderen 3,2 2,4 1,8 33,7 59 Andere bestemmingen Landbouw Cijfers: Gewestplan open ruimte bestemming

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan. Kluisbergen. Gecoördineerde ontwerpversie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan. Kluisbergen. Gecoördineerde ontwerpversie Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kluisbergen Gecoördineerde ontwerpversie opgemaakt door: TECHNUM nv Afd RUIMTELIJKE PLANNING KORTRIJKSESTEENWEG 1144 A 9051 GENT Tel 09/240.09.11 Fax 09/240.09.00

Nadere informatie

Herziening GRS Dendermonde

Herziening GRS Dendermonde Herziening GRS Dendermonde Toelichting deelkern Appels 5 december 2011 Openbaar onderzoek 31 oktober tot 29 januari 2011 1 Inleiding Tweede toelichtingsronde Alle opmerkingen zijn bekeken en overwogen

Nadere informatie

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE BEVER Provincie Vlaams-Brabant

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE BEVER Provincie Vlaams-Brabant RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Plaats 10 Tel.: 054 58 89 25 Fax: 054 58 63 93 GEMEENTE BEVER Provincie Vlaams-Brabant ARCADIS Belgium nv Kortrijksesteenweg 302 9000 GENT Tel.: 09 242 44 44 Fax: 09 242 44 45

Nadere informatie

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven AFBAKENING GEBIEDEN NATUURLIJKE EN AGRARISCHE STRUCTUUR REGIO HASPENGOUW - VOEREN gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kelsbeek Nieuwenhoven startvergadering 31 maart 2015 1 agenda startvergadering kennismaking

Nadere informatie

Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat. september 2011, ontwerp 1

Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat. september 2011, ontwerp 1 Gemeente Wevelgem Ruimtelijk Uitvoeringsplan 7-1 Marremstraat september 2011, ontwerp 1 Colofon Formele procedure Dit document is een publicatie van: Intercommunale Leiedal President Kennedypark 10 - BE-8500

Nadere informatie

Omzendbrief RO/2010/01

Omzendbrief RO/2010/01 Omzendbrief RO/2010/01 Aan: de colleges van burgemeester en schepenen de deputaties van de provincies Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport Koning Albert II-laan

Nadere informatie

TEKSTEN. ruimtelijk structuurplan kalmthout. gemeente kalmthout 31 maart 2006

TEKSTEN. ruimtelijk structuurplan kalmthout. gemeente kalmthout 31 maart 2006 TEKSTEN ruimtelijk structuurplan kalmthout gemeente kalmthout 31 maart 2006 colofon Het ruimtelijk structuurplan Kalmthout is opgemaakt in opdracht van de gemeenteraad. De ontwerper is Studiegroep Omgeving

Nadere informatie

Actuele topics in aardrijkskunde: RUP in de eigen leefomgeving

Actuele topics in aardrijkskunde: RUP in de eigen leefomgeving Actuele topics in aardrijkskunde: RUP in de eigen leefomgeving Situering in Vlaanderen Tielt-Winge is een Vlaamse gemeente gelegen in hartje Hageland in de provincie Vlaams-Brabant. Het is een landelijke

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN PROCESNOTA Colofon

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN PROCESNOTA Colofon GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN PROCESNOTA Colofon Opdrachtgever Gemeente Rotselaar Opdrachthouder TV iris consulting - STABO Projectleiding Dirk Lauwers Marc Nysten Projectmedewerkers Gunter Gonnissen

Nadere informatie

Gemeente Opwijk. Contact Stratenplan Openingsuren E-loket Aanmelden. normaal lettertype grootte medium lettertype grootte groot lettertype grootte

Gemeente Opwijk. Contact Stratenplan Openingsuren E-loket Aanmelden. normaal lettertype grootte medium lettertype grootte groot lettertype grootte Gemeente Opwijk Contact Stratenplan Openingsuren E-loket Aanmelden normaal lettertype grootte medium lettertype grootte groot lettertype grootte Typ hier uw zoekterm Typ hier uw zoekterm zoeken Leven &

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS Bindende bepalingen

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS Bindende bepalingen GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS ONTWERP GRS Bindende bepalingen Identificatienummer : 00287314/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 15.11.2002 Voorontwerp GRS 2002 10.02.2004

Nadere informatie

Kaart 1: Ruimtelijke visie op Vlaanderen (RSV)

Kaart 1: Ruimtelijke visie op Vlaanderen (RSV) Kaart 1: Ruimtelijke visie op Vlaanderen (RSV) PRUP regionaal bedrijventerrein Kaart 2: Selectie economische knooppunten en economisch netwerk (RSV) PRUP regionaal bedrijventerrein Kaart 3: Planningsprocessen

Nadere informatie

ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN.

ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. De commissie, vergaderd in besloten zitting van 15 november en 29 november

Nadere informatie

3. Hoeveel van het WUG op het gewestplan valt onder de volgende categorieën:

3. Hoeveel van het WUG op het gewestplan valt onder de volgende categorieën: SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 180 van LYDIA PEETERS datum: 1 december 2016 aan JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW Woonuitbreidingsgebieden en woonreservegebieden - Ontwikkeling

Nadere informatie

GEMEENTE KORTENBERG DEEL II: GRAFISCH LUIK. Provincie Vlaams Brabant Arrondissement Leuven Gemeente Kortenberg RUP VIERHUIZEN RU KOG 2008/056

GEMEENTE KORTENBERG DEEL II: GRAFISCH LUIK. Provincie Vlaams Brabant Arrondissement Leuven Gemeente Kortenberg RUP VIERHUIZEN RU KOG 2008/056 Provincie Vlaams Brabant Arrondissement Leuven Gemeente Kortenberg GEMEENTE KORTENBERG RUP VIERHUIZEN RU KOG 2008/056 DEEL II: GRAFISCH LUIK voorlopig vastgesteld d.d. 10/03/2014 RUP VIERHUIZEN KORTENBERG

Nadere informatie

categorisering van wegen vanuit de planningscontext

categorisering van wegen vanuit de planningscontext R0 categorisering van wegen vanuit de planningscontext informatief gedeelte kaart 9 vlaams niveau hoofdweg N253 provinciaal niveau secundair III N4 gemeentelijk niveau lokale weg type I lokale weg type

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING, VLAAMSE REGERING Besluit van de Vlaamse regering houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische

Nadere informatie

Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Antwerpse Gordel en Klein-Brabant landbouw-, natuur- en bosgebieden Vallei van

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS Bindend deel

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS Bindend deel GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE ONTWERP GRS Bindend deel Identificatienummer : 104792414/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 21.05.2007 Voorontwerp GRS 2007 jpa 20.03.2008 Ontwerp

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Knesselare. In opdracht van : Gemeentebestuur van Knesselare. Bindend gedeelte

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Knesselare. In opdracht van : Gemeentebestuur van Knesselare. Bindend gedeelte Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Knesselare In opdracht van : Gemeentebestuur van Knesselare Bindend gedeelte Inhoud 1 RUIMTELIJKE KERNBESLISSINGEN VAN UIT DE GEWENSTE DEELSTRUCTUREN... 2 1.1 RUIMTELIJKE

Nadere informatie

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg algemene inleiding algemene inleiding

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg algemene inleiding algemene inleiding ruimtelijk structuurplan provincie Limburg algemene inleiding algemene inleiding 1. Waarom een ruimtelijk structuurplan provincie Limburg Op 24 juli 1996 werd het decreet houdende de ruimtelijke planning

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed; Besluit van de Vlaamse Regering houdende voorlopige vaststelling van het ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Kustpolders tussen Oudenburg, Jabbeke en Stalhille' DE VLAAMSE REGERING, Gelet

Nadere informatie

BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN. 1 Hiërarchie. 2 Afbakening gebieden. 2.1 Kwetsbare gebieden

BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN. 1 Hiërarchie. 2 Afbakening gebieden. 2.1 Kwetsbare gebieden BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN In onderstaande tekst wordt de afweging gemaakt tussen juridische toestand van een gebied, de toestand op het terrein en de visie van het GRS. Daaruit wordt een conclusie

Nadere informatie

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte

ruimtelijk structuurplan provincie Limburg richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte Deel I: visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling informatief gedeelte richtinggevend gedeelte I II III IV V bindend gedeelte deel I. visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling

Nadere informatie

Wijkraad Oudenburg. Agenda

Wijkraad Oudenburg. Agenda Wijkraad Oudenburg dinsdag 17 november 2015 2 Agenda Verwelkoming Goedkeuring verslag van de vorige wijkraad Toelichting procedure ruimtelijk structuurplan Toelichting BOOMM-project Wijzigingen containerpark

Nadere informatie

BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A,

BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A, 1 BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A, herziening en uitbreiding 2 1. SITUERING VAN HET BPA Het Bpa is gesitueerd in de deelgemeente Dadizele, ten zuidwesten van de kerk en de Marktplaats, meer bepaald ten zuiden

Nadere informatie

DEEL 3 : BINDEND GEDEELTE

DEEL 3 : BINDEND GEDEELTE DEEL 3 : BINDEND GEDEELTE INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL...1 INLEIDING...2 BINDENDE BEPALINGEN...3 1. DE NATUURLIJKE STRUCTUUR...3 2. DE AGRARISCHE STRUCTUUR...5 3. DE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR...6 4. DE RUIMTELIJK

Nadere informatie

RUP MOLENBEEK SPORT & RECREATIE

RUP MOLENBEEK SPORT & RECREATIE RUP MOLENBEEK SPORT & RECREATIE PLAN-MER SCREENINGSNOTA (deel II kaartenbundel) Adviesverlening en begeleiding Ruimtelijke ordening Januari 2015 (ontheffingsaanvraag) Projectnr. IL: 506.016 MER-dossiernr.:

Nadere informatie

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN 9180 MOERBEKE.

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN 9180 MOERBEKE. UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN 9180 MOERBEKE. Openbare zitting van 31 januari 2017. Tegenwoordig: R. De Caluwé, burgemeester-voorzitter; P. De Bock M. Fruytier T. Walbrecht- S. Poppe,

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ZELZATE ONTWERP

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ZELZATE ONTWERP GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ZELZATE ONTWERP COLOFON Opdracht: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Zelzate Opdrachtgever: Gemeentebestuur Zelzate Grote Markt 1 9060 Zelzate Opdrachthouder: SORESMA

Nadere informatie

Uw gemeente in cijfers: Huldenberg

Uw gemeente in cijfers: Huldenberg Inleiding Huldenberg : Huldenberg is een gemeente in de provincie Vlaams-Brabant en maakt deel uit van het Vlaams Gewest. Buurgemeentes zijn Bertem, Graven, Oud-Heverlee, Overijse, Tervuren en Waver. Huldenberg

Nadere informatie

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. Gemeentehuisstraat 16 Tel.: Fax: GEMEENTE KAMPENHOUT Provincie Vlaams-Brabant ONTWERP.

RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. Gemeentehuisstraat 16 Tel.: Fax: GEMEENTE KAMPENHOUT Provincie Vlaams-Brabant ONTWERP. Weesbeek RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Gemeentehuisstraat 16 Tel.: 016 65 99 22 Fax: 016 65 69 58 GEMEENTE KAMPENHOUT Provincie Vlaams-Brabant ONTWERP Dossiernr.: 00.2872 Projectnr.: 07/2872 Versie: B maart

Nadere informatie

Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bindend gedeelte Zwalm April 2012

Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bindend gedeelte Zwalm April 2012 Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bindend gedeelte Zwalm April 2012 Studiebureau Adoplan Ruimtelijke Planning en Stedenbouw Milieu en Mobiliteit Opdrachtgever: Gemeentebestuur Zwalm Zuidlaan 36 9630

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS Inleidend deel

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS Inleidend deel GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS ONTWERP GRS Inleidend deel Identificatienummer : 00287311/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 15.11.2002 Voorontwerp GRS 2002 10.02.2004 Aangepast

Nadere informatie

23016_D_0145_X_003_00

23016_D_0145_X_003_00 IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER Naam: Dirk Van Den Haute Beroep: Notaris Adres: Gustaaf Vandersteenstraat 10 1750 Sint-Kwintens-Lennik Datum van aanvraag: 31/08/2017 IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL Gemeente:

Nadere informatie

gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden

gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden stad sint-truiden - rup recastrip brustem - kaart 1 secundaire verbindingsweg met laanbeplanting beekvalleien te ontwikkelen als natuurlijke dragers met

Nadere informatie

GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE

GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GEMEENTE GAVERE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GRS GAVERE - BINDEND GEDEELTE 1 INHOUD 1. VOORSTEL BINDENDE BEPALINGEN 3 1.1. RUIMTELIJKE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR 3 1.2. RUIMTELIJK-ECONOMISCHE

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 maart 2015 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Gewestelijk RUP - Bonheiden, Rotselaar, Tremelo,

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 25 september 2014 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Uitvoering RSPA : PRUP Oude kanaalarm Puurs

Nadere informatie

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN PROVINCIAAL RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN " Afbakening kleinstedelijk gebied Waregem op het grondgebied Zulte " Deel 2: Grafisch plan Stedenbouwkundige voorschriften mei 2012 Deel 2: Grafisch plan en stedenbouwkundige

Nadere informatie

Publicatie :

Publicatie : Publicatie : 1998-11-04 MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP 22 SEPTEMBER 1998. - Omzendbrief RO 98/05 betreffende het bijzonder plan van aanleg voor zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport-, recreatie-

Nadere informatie

voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oostelijke Tangent - Temse Verslag plenaire vergadering

voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oostelijke Tangent - Temse Verslag plenaire vergadering voorontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Oostelijke Tangent te Sint-Niklaas - Verslag plenaire vergadering 8 juli 2015 Ruimte Vlaanderen Afdeling Gebieden en Projecten Koning Albert II-laan

Nadere informatie

Uw gemeente in cijfers: Oud-Heverlee

Uw gemeente in cijfers: Oud-Heverlee Inleiding Oud-Heverlee : Oud-Heverlee is een gemeente in de provincie Vlaams-Brabant en maakt deel uit van het Vlaams Gewest. Buurgemeentes zijn Bertem, Bierbeek, Graven, Huldenberg en Leuven. Oud-Heverlee

Nadere informatie

naam: gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse datum: 17/07/2000 met bestemming:

naam: gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse datum: 17/07/2000 met bestemming: naam: gedeeltelijke wijziging van het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse datum: 17/07/2000 met bestemming: bufferzones 1.1.1.2 een algemeen plan van aanleg (A.P.A) Niet van toepassing in Dilbeek 1.1.1.3 een

Nadere informatie

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING,

VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE REGERING, VLAAMSE REGERING Besluit van de Vlaamse regering houdende definitieve vaststelling van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de afbakening van de gebieden van de natuurlijke en de agrarische

Nadere informatie

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Sint-Martens-Latem

Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Sint-Martens-Latem Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Sint-Martens-Latem Definitief vastgesteld door de gemeenteraad op 22 mei 2006 Goedgekeurd door de bestendige deputatie van de provincieraad Oost-Vlaanderen op 13 juli

Nadere informatie

Gemeente Schilde RUP "De Vogelenzang " Procesnota Juli 2018

Gemeente Schilde RUP De Vogelenzang  Procesnota Juli 2018 Gemeente Schilde RUP "De Vogelenzang " Procesnota Juli 2018 COLOFON Opdracht: RUP De Vogelenzang Opdrachtgever: Gemeente Schilde Ruimtelijke Ordening Brasschaatsebaan 30 2970 Schilde Opdrachthouder: Antea

Nadere informatie

Inhoud mei 2004 Globale toekomstvisie Schematische weergave kaart 1 Gewenste natuurlijke en landschappelijke structuur Schematische weergave kaart 2 Gewenste agrarische structuur Schematische weergave

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 januari 2017 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/1 Uitvoering RSPA : PRUP De Beunt Lier voorlopige

Nadere informatie

BPOST N.V. Muntcentrum 1000 Brussel

BPOST N.V. Muntcentrum 1000 Brussel BPOST N.V. Muntcentrum 1000 Brussel 2 mei 2017 Geachte, U vindt hierbij het inlichtingenformulier vastgoedinformatie en het stedenbouwkundig uittreksel betreffende het vastgoed gelegen in Dokter Haubenlaan(M)

Nadere informatie

Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren

Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Spoorweginfrastructuur

Nadere informatie

Gemeente Kapellen Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Tekstbundel Informatief, richtinggevend, bindend deel en bijlagen

Gemeente Kapellen Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Tekstbundel Informatief, richtinggevend, bindend deel en bijlagen Gemeente Kapellen Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Tekstbundel Informatief, richtinggevend, bindend deel en bijlagen Dossier KAP 502 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Kapellen juni 2005

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJKE STRUCTUURPLAN. SCHERPENHEUVEL-ZICHEM Provincie Vlaams-Brabant

GEMEENTELIJK RUIMTELIJKE STRUCTUURPLAN. SCHERPENHEUVEL-ZICHEM Provincie Vlaams-Brabant GEMEENTELIJK RUIMTELIJKE STRUCTUURPLAN August Nihoulstraat 13-15 Tel.: 013 77 14 25 Fax: 013 77 87 92 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM Provincie Vlaams-Brabant ARCADIS Gedas nv Kortrijksesteenweg 302 9000 GENT Tel.:

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel 3.1.1;

Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel 3.1.1; 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 22 april 2016 tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Zwinpolders (B.S., 14 juli 2016, I : 10 d. na publicatie) De Vlaamse Regering, Gelet op

Nadere informatie

23016_D_0157_H_011_00

23016_D_0157_H_011_00 IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER Naam: Gemeentebestuur Dilbeek Beroep: Gemeentebestuur Adres: Gemeenteplein 1 1700 Dilbeek Datum van aanvraag: 23 februari 2017 IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL Gemeente: DILBEEK

Nadere informatie

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN bvba Advies Ruimtelijke Kwaliteit (bvba ARK) Augustijnenlaan

Nadere informatie

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant

GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Gellenberg 16 Tel.: 016 47 97 30 Fax: 016 47 97 01 GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant Dossiernr.: 003357 Projectnr.: 07/3357 Versie: F juni 2009 N223 Hoog Linden

Nadere informatie

IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL

IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL IDENTIFICATIE VAN DE AANVRAGER Naam: Berquin Notarissen Beroep: Notaris Adres: Lloyd Georgelaan 11 1000 brussel Datum van aanvraag: 15/09/2017 IDENTIFICATIE VAN HET PERCEEL Gemeente: DILBEEK Postnummer:

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit directie Ruimte dienst Ruimtelijke Planning dossiernummer: 1502705 Provincieraadsbesluit betreft Aalst, Berlare, Haaltert, Lede, Sint-Niklaas en Stekene - PRUP 'Reconversie zones voor verblijfsrecreatie

Nadere informatie

Deel I. Situering gemeente

Deel I. Situering gemeente Deel I. Situering gemeente Hoofdstuk 1. Algemeen Erpe-Mere ligt in het zuidoostelijke deel van de provincie Oost-Vlaanderen, op de zuidrand van de dicht bebouwde Vlaamse Ruit. De gemeente behoort administratief

Nadere informatie

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 maart 2015 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Luk Lemmens Telefoon: 03 240 52 65 Agenda nr. 2/2 Gewestelijk RUP - Duffel, Lier en Sint-Katelijne-Waver

Nadere informatie

2 planningsproces. ting van: DD-MM-JJJJ

2 planningsproces. ting van: DD-MM-JJJJ PROCESNOTA 1 inleiding 2 planningsproces geïntegreerd planningsproces maand De Vlaamse Regering bekrachtigde op 1 juli 2016 het decreet waardoor de planmilieueffectrapportage en andere effectbeoordelingen

Nadere informatie

Uw gemeente in cijfers: Bertem

Uw gemeente in cijfers: Bertem Inleiding Bertem : Bertem is een gemeente in de provincie Vlaams-Brabant en maakt deel uit van het Vlaams Gewest. Buurgemeentes zijn Herent, Huldenberg, Kortenberg, Leuven, Oud-Heverlee en Tervuren. Bertem

Nadere informatie

Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet. Advies

Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet. Advies Brussel, 9 februari 2005 Advies reparatiedecreet Advies Voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening en van het decreet betreffende

Nadere informatie

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur

afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Schelde-Dender gebieden van het geactualiseerd Sigmaplan Polder van Vlassenbroek, Grote

Nadere informatie

Vallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12

Vallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12 Vallei van de Benedenvliet/Grote Struisbeek tussen E19 en A12 gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan procesnota 1 Procesnota 1 van 7 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 2 Overlegstructuur... 4 2.1 Planteam...

Nadere informatie

Gemeente Opwijk. Contact Stratenplan Openingsuren E-loket Aanmelden. normaal lettertype grootte medium lettertype grootte groot lettertype grootte

Gemeente Opwijk. Contact Stratenplan Openingsuren E-loket Aanmelden. normaal lettertype grootte medium lettertype grootte groot lettertype grootte Gemeente Opwijk Contact Stratenplan Openingsuren E-loket Aanmelden normaal lettertype grootte medium lettertype grootte groot lettertype grootte Typ hier uw zoekterm Typ hier uw zoekterm zoeken Leven &

Nadere informatie

Kempische Kleiputten. Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. 1 van 12

Kempische Kleiputten. Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. 1 van 12 Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kempische Kleiputten Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften 1 van 12 2 van 12 3 van 12 ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kempische

Nadere informatie

Gemeente Glabbeek RUP Zonevreemde recreatie. Procesnota mei 2018

Gemeente Glabbeek RUP Zonevreemde recreatie. Procesnota mei 2018 Gemeente Glabbeek RUP Zonevreemde recreatie Procesnota mei 2018 INHOUD 1 SAMENSTELLING VAN HET PLANTEAM... 3 2 ADVIESINSTANTIES, ACTOREN EN STAKEHOLDERS... 4 2.1 ADVISERENDE INSTANTIES... 4 2.2 ACTOREN

Nadere informatie