Gemeente Stekene 6.4. Doelgroepenplan



Vergelijkbare documenten
Gemeente Stekene Toewijzingsreglement voor sociale huurwoningen Inhoud

Studiedag Wonen in Welzijn, Welzijn in Wonen. 30 maart Wonen in Welzijn, Welzijn in Wonen

GEMEENTE KALMTHOUT. Toewijzingsreglement voor sociale huurwoningen. Goedgekeurd door de minister op 14 november 2012

G E M E E N T E L I J K E F I C H E S O U D E R E N Editie 2010

G E M E E N T E L I J K E F I C H E S O U D E R E N Editie 2010

R E G L E M E N T LOKAAL TOEWIJZINGSREGLEMENT VOOR OUDEREN. Gemeenteraad van INLEIDING

Gemeente Hamme Toewijzingsreglement voor sociale huurwoningen Aanpassing van het reglement van 25/04/2012

4. ALGEMENE TOEPASSING 5. GOEDKEURING EN WIJZIGINGEN 6. BEKENDMAKING 7. INWERKINGTREDING

TOEWIJZINGSREGLEMENT VOOR SOCIALE HUURWONINGEN. Standaardregime en eigen gemeentelijk toewijzingsreglement Standaardregime

INHOUD 1. INLEIDING EN SITUERING. 1.1 Wettelijk kader 1.2 Gemeentelijk initiatief 1.3 Definities 2. ALGEMEEN KADER INZAKE TOEWIJZING

GEMEENTE WAASMUNSTER TOEWIJZINGSREGLEMENT VOOR SOCIALE HUURWONINGEN

Het sociaal huurbeleid en raakvlakken met welzijn

Stad Sint-Niklaas. Gemeentelijk toewijzingsreglement voor sociale huurwoningen. Stadsbestuur Sint-Niklaas Grote Markt Sint-Niklaas

De wijzigingen aan het bestaande toewijzingsreglement werden in het geel aangeduid.

LOKAAL TOEWIJZINGSREGLEMENT VOOR OUDEREN STAD ROESELARE

INHOUD: 1. INLEIDING 1.1 WETTELIJK KADER 1.2 GEMEENTELIJKE MAATREGEL

Gemeente Dentergem Toewijzing zoals bepaald door het Sociaal Huurbesluit. Een eigen lokaal toewijzingsreglement

G E M E E N T E L I J K E F I C H E S O U D E R E N Editie 2010

Gemeente MEULEBEKE Toewijzing zoals bepaald door het Sociaal Huurbesluit. Een eigen lokaal toewijzingsreglement

Bestemming: Het lokaal toewijzingsreglement: welke procedure moet u als gemeente doorlopen? 25/06/2019 Dag van het Lokale Woonbeleid

Omzendbrief W/2014/01

Inhoud. trst_. Lokaal toewijzingsreglement voor ouderen Goedgekeurd in de gemeenteraad van Zemst van 26 april 2018

NIJLEN. Lokaal toewijzingsreglement sociale huurwoningen. Lokaal toewijzingsreglement Nijlen. IOK - Kempens Woonplatform

GEMEENTE WAASMUNSTER. TOEWIJZINGSREGLEMENT VOOR SOCIALE HUURWONINGEN Doelgroep - senioren. (wijziging november 2014)

G E M E E N T E L I J K E F I C H E S O U D E R E N Editie 2010

Gemeente Hamme Toewijzingsreglement voor sociale huurwoningen Ontwerp goedgekeurd door de Werkgroep Lokaal Toewijzingsreglement op 22maart 2012

TOEWIJZINGSREGLEMENT SOCIALE HUURWONINGEN INTERLOKALE VERENIGING REGIONAAL WOONBELEID NOORD-WEST BRABANT

Centrumsteden en vergrijzing vergeleken per provincie. Socio-demografisch profiel (SDP) Anne-Leen Erauw Belfius Research. 21 maart 2017 Berchem

Doelgroepenplan & lokaal toewijzingsreglement ouderen - sociale huisvesting - Gemeente Wachtebeke Ontwerp lokaal woonoverleg dd 26/09/2014

Heist-op-den-Berg. Lokaal toewijzingsreglement sociale huurwoningen. IOK - Kempens Woonplatform. Lokaal toewijzingsreglement Heist-op-den-Berg

DE CENTRALE REGISTRATIE VAN ZORGVRAGEN VOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP INFORMATIE VOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP VLAAMS AGENTSCHAP VOOR

LOKAAL TOEWIJZINGSREGLEMENT SOCIALE HUURWONINGEN. pagina 1 van 15

Lokaal Toewijzingsreglement

Veroudering in het Waasland. Maart 2017

Procedure voor een aanvraag bij het VAPH in UZ Leuven

BELANGRIJKSTE ELEMENTEN UIT HET ZORGREGIERAPPORT (eerste jaarhelft 2012)

Omgevingsanalyse Lochristi

Wachtlijstgegevens op 31 december 2003

LOKAAL TOEWIJZINGSREGLEMENT VOOR OUDEREN. Gemeente Staden

Infovergadering adviesraden WOONBELEIDSPLAN WOONPLUS LWW. Wetteren 16 mei 2017

Lokaal toewijzingsreglement sociale huurwoningen voor 65-plussers

Wachtlijstgegevens op 30 juni 2003

Lokaal toewijzingsreglement voor de sociale huurwoningen op het grondgebied van de Stad Gent

GEMEENTELIJK TOEWIJZINGSREGLEMENT VOOR SOCIALE HUURWONINGEN

Wat betekent het CLB voor u? Hoe kan ons multidisciplinair team VAPH u helpen?

Gemeentebestuur Lochristi Provincie Oost-Vlaanderen

Het Sociaal Verhuurkantoor professioneel partner in het Woonbeleid. Presentatie door. Yannick Claes Sociaal Verhuurkantoor Waasland

Bijlage 1 : Gemeentelijk toewijzingsreglement (algemeen)

Stad Nieuwpoort GEMEENTELIJK LOKAAL TOEWIJZINGSREGLEMENT VOOR SOCIALE HUURWONINGEN.

Totale oppervlakte Nieuwpoort Arrondissement West-Vlaanderen ,0 275,2 3144,3. Index Index

Totale oppervlakte Koksijde Arrondissement West-Vlaanderen ,0 275,2 3144,3. Index Index

Bredene ,1 291,6 3144,3. Bredene. Totaal Totaal Totaal. Index Bredene

Maak kennis met ons Multidisciplinair team

Brugge ,4 661,3 3144,3. Brugge. Index Brugge. Index Arrondissement Brugge

Arrondissement Waregem. Kortrijk ,3 402,9 3144,3. Waregem. Index Waregem. Index

Arrondissement Izegem. Roeselare ,5 271,5 3144,3. Izegem. Totaal Totaal Totaal 12,5 49% 75,6 28% 657,9 21% 12,9 51% 78,4 29% 679,3 22%

Arrondissement Kortrijk. Kortrijk ,0 402,9 3144,3. Kortrijk. Index Kortrijk. Index

Arrondissement Oostende. Oostende ,7 291,6 3144,3. Arrondissement Oostende. Oostende

Ieper ,6 549,6 3144,3. Ieper. Index Ieper. Index Arrondissement Ieper

Arrondissement Ledegem. Roeselare ,8 271,5 3144,3. Ledegem. Index Ledegem

Arrondissement Diksmuide. Diksmuide ,4 362,4 3144,3. Arrondissement Diksmuide. Diksmuide. Totaal Totaal Totaal

Houthulst ,9 362,4 3144,3. Houthulst. Totaal Totaal Totaal. Index Houthulst

Arrondissement Deerlijk. Kortrijk ,8 402,9 3144,3. Deerlijk. Index Deerlijk. Index

Arrondissement Zwevegem. Kortrijk ,2 402,9 3144,3. Zwevegem. Index Zwevegem. Index

Arrondissement Dentergem. Tielt ,9 329,8 3144,3. Dentergem. Index Dentergem. Index

Oostkamp ,6 661,3 3144,3. Oostkamp. Totaal Totaal Totaal 16,6 21% 164,8 25% 657,9 21% 17,2 22% 169,3 26% 679,3 22% Index

Woonfiche MIDDELKERKE

Woonfiche HEUVELLAND. Arrondissement Ieper. Woonfiche Heuvelland p.1 p.2 p.3 p.4 p.5

De Sociale plattegrond. Missie en opdrachten

CRZ-rapport gegevens 31 december 2008

TOEWIJZINGSREGLEMENT SOCIALE HUURWONINGEN ROTSELAAR

lokalebesturen.limburg.be Vergrijzing en zorgvraag in beeld gebracht

Lijst rationele bezettingen met zones

Stad Mortsel. Toewijzingsreglement voor sociale huurwoningen

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN DE STAD TIENEN OPENBARE ZITTING

Aanvraag en inschaling PAB

INTERGEMEENTELIJKE SAMENWERKING LOKAAL WOONBELEID CLUSTER IZEGEM (Ingelmunster, Izegem, Ledegem, Oostrozebeke)

Ondersteuningsaanbod in Vlaanderen: financiering en prijsbepaling

Registratie arbeidszorg

Totale oppervlakte De Panne Arrondissement West-Vlaanderen ,9 275,2 3144,3. Index Index

Arrondissement Wevelgem. Kortrijk ,8 402,9 3144,3. Wevelgem. Index Wevelgem. Index

Bijlage 1 : Gemeentelijk toewijzingsreglement (algemeen)

Lokaal toewijzingsreglement voor de sociale huurwoningen op het grondgebied van de Stad Gent

DOELGROEPENPLAN PERSONEN MET EEN HANDICAP

SVK s SHM s Sociaal Huisvestingsmaatschappij (SHM)

De Haan ,2 291,6 3144,3. De Haan. Totaal Totaal Totaal. Index De Haan

Woonbeleidsplan Bertem samenwerking

Sociale trefdag 04 juni 2015

Hoofdstuk 1. Overheden

AANVRAAG TOT GOEDKEURING LOKAAL TOEWIJZINGSREGLEMENT OUDEREN STAD BILZEN

betreffende een betere ondersteuning van de mantelzorg in het Vlaamse beleid

Vraag nr. 73 van 26 januari 2005 van mevrouw KATHLEEN HELSEN

Nieuw Ministerieel Besluit omtrent «Ondersteuningsvelden» (bijstandvelden)

Sociale huur in kleine kernen Westhoek Leader Westhoek - 18/11/ en dus geen sociale koopwoningen of doelgroepwoningen van het OCMW/gemeente.

Woonfiche KNOKKE-HEIST

MDT - HET VEER - CAR HOE KAN ONS MDT U HELPEN?

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN DE STAD TIENEN Zitting van 30 november 2017 OPENBARE ZITTING

RAPPORT KANSARMOEDE-INDICATOREN IN ERPE-MERE

Wonen in multifunctionele woonkernen

Demografie SAMENVATTING

Transcriptie:

Gemeente Stekene 6.4. Doelgroepenplan bij het gemeentelijk toewijzingsreglement voor sociale huurwoningen Inhoud 0 Inleiding... 4 0.1 Het reglementair kader... 4 0.2 Procedure waarmee het voorliggende doelgroepenplan tot stand kwam... 4 0.3 Definiëring van de doelgroepen... 6 1 Afbakening van de doelgroepen in de gemeente... 7 1.1 Situering van de gemeente... 7 1.1.1 Algemeen... 7 1.1.2 Huisvestings- en welzijnsactoren in de gemeente... 9 1.2 Boven en intergemeentelijke samenwerking... 9 1.3 De gegevens uit het LSB-plan 2008-2013... 10 1.3.1 Omgevingsanalyse... 10 1.3.2 Doelstellingen en acties uit het LSB-plan... 10 1.3.3 Sociale conjunctuurbarometer... 11 2 Ouderen in de gemeente... 13 2.1 Bevolkingscijfers... 13 2.1.1 Algemene bevolkingscijfers... 13 2.2 Verdeling naar leeftijdsgroepen... 13 2.2.1 De huidige verdeling naar leeftijdsgroep... 13 2.3 Prognoses en vergrijzing... 15 2.3.1 Evolutie van de bevolking 1995-2025... 15 2.3.2 Prognoses leeftijdsgroepen... 15 2.3.3 De vergrijzing in Stekene... 16 2.4 Grootte van de huishoudens... 17 2.4.1 Prognoses 2005-2025: verdunning van het huishouden... 17 2.5 Socio-economische gegevens... 18 2.6 Zorgvoorzieningen... 21 3 Personen met een handicap en hun woonnoden... 23 3.1 Algemene situering... 23 3.1.1 Prevalentiecijfers... 23

3.1.2 Evolutie in de zorg voor personen met een handicap... 23 3.2 Personen met een handicap en VAPH... 24 3.2.1 Bestaande woonvormen in de gehandicaptensector... 24 3.2.2 Inschrijving, zorgtoewijzing, urgentiescores, zorgvragen... 25 3.2.3 Aantal personen met een dringende vraag... 26 3.3 Situatie in Stekene... 27 3.3.1 Potentiële zorgvragers in Stekene... 28 3.3.2 Zorgvragen naar woonondersteuning... 28 4 De woonmarkt in de gemeente... 29 4.1 Algemeen... 29 4.2 Lokale Statistieken... 29 4.3 Sociale huurmarkt... 31 4.3.1 Bindend sociaal objectief... 31 4.3.2 SVK... 32 4.3.3 SHM... 32 4.3.4 Het OCMW als sociaal verhuurder... 32 5 Gedetailleerde gegevens sociale huurwoningen... 33 5.1 Woningpatrimonium... 34 5.1.1 Overzicht totale woningpatrimonium ingedeeld volgens woningtypologie... 34 5.1.2 Bejaardenwoningen... 35 5.1.3 Woningen voor personen met een handicap... 37 5.1.4 Samenvattend overzicht... 37 5.2 Leeftijdsverdeling van huurders en kandidaten.... 38 5.3 Verdeling van huurders en kandidaten volgens gezinssamenstelling... 39 5.4 Rationele bezetting... 40 5.5 Toewijzing... 41 5.5.1 Toewijzingen... 41 6 Visie van huisvestings- en welzijnsactoren over de doelgroepen en hun woonnoden... 42 6.1 Visie wonen lokaal bestuur... 42 6.2 Gewestelijke Maatschappij voor Volkswoningen... 42 6.3 Seniorenraad... 43 6.4 Adviesraad voor personen met een handicap... 43 6.5 De Sperwer... 44 7 De specifieke woonnood van de doelgroepen in de gemeente... 45 7.1 Ouderen... 45 7.2 Personen met een handicap... 46 8 Omkadering... 48 2

9 Verdere uitvoering en planning... 49 9.1 Uitvoering door SHM en OCMW... 49 9.2 Waar de voorrang zal worden toegepast... 49 9.2.1 Lijst van de woningen voorrang voor ouderen... 49 9.2.2 Lijst van de woningen voor personen met een handicap... 50 9.3 Voorrang voor de kandidaat-huurders uit de doelgroepen... 50 10 Bijlage: overzicht van de sociale woningen... 52 10.1 OCMW... 52 10.2 Gewestelijke maatschappij... 52 3

0 INLEIDING 0.1 Het reglementair kader De Vlaamse wooncode (art 95 3 ) bepaalt dat een (eigen gemeentelijk) toewijzingsreglement een lokale invulling kan geven aan de prioriteiten en toewijzingsregels die de Vlaams regering vaststelt. Van 1 januari 2008 voorziet het sociaal huurbesluit voor de toewijzing van sociale woningen een standaardregime en daarnaast de mogelijkheid van een eigen gemeentelijk toewijzingsreglement. Het opstellen van een eigen toewijzingsreglement wordt bepaald in de artikels 26 tot en met 29 van het kaderbesluit sociale huur (BVR van 12 oktober 2007). In het eigen gemeentelijk toewijzingsreglement kan men: 1. Rekening houden met de lokale binding van de kandidaat-huurders, 2. Rekening houden met de woonbehoeftigheid van specifieke doelgroepen 3. Werken aan de verstoorde of bedreigde leefbaarheid in bepaalde wijken of complexen. Als de gemeente een voorrang aan doelgroepen wil verstrekken dan moet het toewijzingsreglement een doelgroepenplan bevatten. Het doelgroepenplan wordt opgesteld in samenspraak met de lokale besturen en de lokale huisvestings-en welzijnsactoren. De gemeente maakt gebruik van de gegevens van het lokaal sociaal beleidsplan, opgesteld overeenkomstig artikel 4 van het decreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid. Het doelgroepenplan moet voor elke doelgroep minstens de volgende elementen bevatten : 1. een beschrijving van de doelgroep; 2. de specifieke problemen die deze doelgroep ondervindt om een aangepaste en betaalbare woning te vinden; 3. indien voorhanden cijfergegevens over het aantal kandidaat-huurders die behoren tot de doelgroep; 4. de flankerende maatregelen die ten behoeve van de doelgroep worden genomen door de lokale besturen en de lokale welzijnsactoren. 1 0.2 Procedure waarmee het voorliggende doelgroepenplan tot stand kwam Zoals bepaald in artikel 26 van het nieuw sociale huurbesluit heeft de gemeente gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een lokaal toewijzingsreglement op te maken. Op 19 oktober 2009 heeft het college van burgemeester en schepenen principieel beslist om een specifiek toewijzingsreglement voor de gemeente Stekene op te maken. Door het CBS werd een werkgroep opgericht die de opdracht kreeg een toewijzingsreglement op te stellen. 1 Sociaal huurbesluit art 28 2. 4

De werkgroep Eigen gemeentelijk toewijzingsreglement was als volgt samengesteld: Voor de Gemeente Stekene: Van Duyse Nicole - schepen huisvesting Dhollander Maria - schepen sociale zaken Mieke Van Poucke - consulent sociale zaken en huisvesting Voor het OCMW van Stekene: Backaert Dirk - voorzitter ocmw Persoon Ria - dienst woonbemiddeling ocmw Voor de sociale verhuurders: Luc Lagaert - directeur gewestelijke maatschappij voor volkswoningen De werkgroep werd vanuit Afdeling Wonen Oost-Vlaanderen opgevolgd door Jeroen Van Pottelberge. De werking van de werkgroep werd begeleid door Dirk Luyten (studio beleid). De werkgroep trad namens de gemeente verder op als initiatiefnemer en boog zich over: De opmaak van een totstandkomingsprocedure Het inwinnen van advies van verhuurders en relevante huisvestings- en welzijnsactoren De opmaak van een eigen lokaal toewijzingsreglement en dit, indien van toepassing, met: o De bepaling van de nood aan verdere invulling van lokale binding en de te weerhouden bindingsfactoren o Een doelgroepenplan o Een leefbaarheidsplan De werkgroep kwam samen op 27 november 2009, 12 februari, 22 maart en 30 april 2010. Doelgroepen De werkgroep stelde voor een toewijzingsreglement voor de specifieke doelgroepen op te maken. Het was dan ook noodzakelijk een doelgroepenplan op te maken. Het voorliggende doelgroepenplan werd door de werkgroep goedgekeurd op 30 april 2010. Samenspraak Een doelgroepenplan moet worden opgesteld in samenspraak met de lokale besturen en de lokale huisvestings- en welzijnsactoren. Er werd vooreerst samengewerkt met de leden van de werkgroep die werden geacht de huisvestingssector- en het welzijnsveld voldoende te kennen. Via de seniorenraad werden zoveel mogelijke actoren geïnformeerd over de stand van zaken. Het lokaal woonoverleg werd eveneens geïnformeerd door verslag uit te brengen van de werkzaamheden van de werkgroep. Er werd advies gevraagd aan de seniorenraad. Verder werd er overleg gepleegd met De Sperwer. De directie werd geconsulteerd op de werkgroep van 22 maart 2010. De inhoudelijke discussie over mogelijke doelgroepen werd gevoerd binnen de werkgroep, die hierover besliste. 5

0.3 Definiëring van de doelgroepen De doelgroepen die we in het voorliggende doelgroepenplan beschrijven en die, in Stekene specifieke problemen ondervindt om een aangepaste en betaalbare woning te vinden op de lokale woningmarkt en waaraan men door toepassing van een eigen gemeentelijk toewijzingsreglement bij voorrang sociale woningen wil toewijzen worden Ouderen en Personen met een handicap genoemd. Ze worden als volgt gedefinieerd: Ouderen. Dit zijn personen vanaf 65 jaar (bij een koppel volstaat het dat één van de beide partners 65 jaar of ouder is. Personen met een handicap: personen die ten gevolge van een handicap beschikken over een zorgtoewijzing wonen (VAPH) en die begeleid worden door een erkende dienst of voorziening van een vorm van begeleid zelfstandig wonen. 6

1 AFBAKENING VAN DE DOELGROEPEN IN DE GEMEENTE 1.1 Situering van de gemeente 2 1.1.1 Algemeen De gemeente Stekene ligt in het noorden van het Waasland en in de provincie Oost-Vlaanderen. Het ligt op de kruising van de rijksweg Zeekust-Antwerpen N49 en de provinciale weg Sint-Niklaas- Hulst. Het betreft een gebied van 4.479 ha dat ten noorden wordt begrensd door het Nederlandse Terneuzenen en Hulst, in het oosten door Sint-Gillis-Waas, in het zuiden door Sint-Niklaas en in het westen door Moerbeke-Waas. Stekene behoort tot het administratief arrondissement Sint-Niklaas. Het kadert binnen het gerechtelijk arrondissement Dendermonde en het gerechtelijk kanton Sint-Niklaas II. Stekene behoort tot het kieskanton Sint-Gillis-Waas. De fusiegemeente Stekene bestaat uit twee deelgemeenten: Stekene zelf en Kemzeke. In 1977 werd ook de kern Klein-Sinaai van de voormalige gemeente Sinaai naar Stekene overgebracht. Hierdoor wordt soms gezegd dat de gemeente drie deelgemeenten heeft hoewel formeel Klein-Sinaai geen deelgemeente is daar het nooit zelfstandig geweest is. Stekene bestaat uit de vijf leefkernen Stekene, Kemzeke, Klein-Sinaai, Hellestraat en Koewacht. Stekene, Kemzeke en Klein-Sinaai kunnen alle getypeerd worden als dorpskern. De dorpskern Stekene functioneert als hoofdkern van de gemeente. Stekene ligt op de brede as Gent / Antwerpen. Beide grootsteden zijn voor Stekene sterke aantrekkingspolen op hoger schaalniveau door de aanwezigheid van o.a. hoger onderwijs, zeer uitgebreid winkelaanbod, groot aantal tewerkstellingsplaatsen, Naast Antwerpen en Gent oefenen de buursteden Sint-Niklaas, Lokeren (beide gelegen op de as Gent / Antwerpen) en Hulst ook nog een zekere invloed uit op de gemeente. De aantrekking situeert zich hier voornamelijk op gebied van tewerkstelling, onderwijs en meer gespecialiseerde voorzieningen. De overige buurgemeenten van Stekene zijn Moerbeke in het westen en Sint-Gillis-Waas in het oosten. 2 In dit hoofdstuk wordt uitgebreid geciteerd uit het Lokaal Sociaal Beleidsplan 2008-2013. 7

De voornaamste economische trekkers in de ruime omgeving zijn alle gekoppeld aan de bovengenoemde stedelijke gebieden: de Waaslandhaven, de Gentse kanaalzone en de regionale bedrijventerreinen rond Lokeren en Sint-Niklaas. De grote verkeersinfrastructuren die van invloed zijn op Stekene zijn de autosnelwegen E34/N49 (Antwerpen/Gentse kanaalzone/kust), de E17 (Antwerpen/Gent/Kortrijk), de provincieweg N403 (E17/E34/Hulst), de spoorlijnen Gent/Antwerpen, Lokeren/Brussel en Sint-Niklaas/Leuven en de stations te Sint-Niklaas en Lokeren. Verkeersknooppunten zoals Sint-Niklaas zorgen voor een hogere dynamiek die ook voelbaar is in de gemeente. In de sociaaleconomische typologie van de gemeenten wordt Stekene ondergebracht in de cluster landelijke gemeenten of verstedelijkte plattelandsgemeenten met sterke demografische groei. Deze categorisering heeft als bijzonderste kenmerken: Overwegend landelijk Een lage centrumfunctie Een gemiddelde bevolking tussen 10.000 en 20.000 inwoners Een lage vergrijzingfactor in vergelijking met de andere uit de regio Een sterke demografische evolutie zowel in de natuurlijke als in de migratiecomponent Geconfronteerd met een aanzienlijke groei van de bebouwde oppervlakte en van het aantal woningen Het inkomensniveau van de bevolking ligt gemiddeld iets lager dan het regionale gemiddelde De tertiaire sector is vrij zwak Inwoners: aantal en dichtheid In 2008 waren er 17.096 inwoners in 6.842 huishoudens.. De bevolking van Stekene is de voorbije jaren als volgt toegenomen. Aantal inwoners 2003 2004 2005 2006 2007 2008 Stekene 16.791 16.809 16.823 16.856 17.040 17.096 Arr. Sint Niklaas 225.826 226.690 228.058 229.547 231.262 233.083 Prov. Oost-Vlaanderen 1.370.136 1.373.720 1.380.072 1.389.450 1.398.253 1.408.484 Vlaanderen 5.995.553 6.016.024 6.043.161 6.078.600 6.117.440 6.161.600 Aantal Huishoudens 2003 2004 2005 2006 2007 2008 Stekene 6.508 6.561 6.610 6.694 6.801 6.842 Arr. Sint Niklaas 90.573 91.328 92.243 93.173 94.080 95.171 Prov. Oost-Vlaanderen 567.579 572.796 578.267 584.236 589.985 596.502 Vlaanderen 2.457.779 2.480.108 2.501.681 2.525.849 2.550.088 2.576.974 Met een bevolkingsdichtheid van 380,4 inw/km² in 2007 ligt Stekene onder het niveau van Vlaanderen (452,4 inw/km²) en de Provincie (468,9 inw/km²). Bevolkingsdichtheid 2003 2004 2005 2006 2007 Vlaams Gewest 443,4 444,9 446,9 449,5 452,4 P.Oost-Vlaanderen 459,4 460,6 462,8 465,9 468,9 Ar.Sint Niklaas 475,8 477,6 480,5 483,7 487,3 Stekene 374,8 375,2 375,5 376,3 380,4 8

1.1.2 Huisvestings- en welzijnsactoren in de gemeente OCMW Dienst Woonbemiddeling, Kerkstraat 14 te 9190 Stekene 03/790.10.4 Ria Persoon en Ann Boodts www.ocmwstekene.be Gemeente Dienst huisvesting, Stadionstraat 2 te 9190 Stekene 03/790.03.62 Mieke Van Poucke www.stekene.be Gewestelijke maatschappij voor Volkswoningen Sint-Gillis-Waas Zwanenhoekstraat 10, 9170 Sint-Gillis-Waas Luc Lagaert 03/77060.63 Huurdersbond Oost-Vlaanderen vzw Steunpunt Waasland Parklaan 14 bus 2, 9100 Sint-Niklaas, 03/776.53.34 Katrien Matheeussen www.huurdersbond.be 1.2 Boven en intergemeentelijke samenwerking Regionaal welzijnsoverleg Waasland Het Regionaal Welzijnsoverleg Waasland RWO verbindt in het Waasland welzijnsorganisaties, hun medewerkers en de netwerken waarin zij participeren met het oog op een betere afstemming van het welzijnsaanbod op de noden in de regio waardoor de hulp- en dienstverlening kwaliteitsvol is. Het RWO kreeg van de Vlaamse Regering de opdracht procesbegeleiding te bieden aan lokale besturen bij het realiseren van een gedragen lokaal sociaal beleidsplan. De procesbegeleiding omvat een begeleiding van het lokale bestuur (OCWM en gemeente samen) met het oog op de realisatie van een gedragen lokaal sociaal beleidsplan 2008-2013. In een eerste fase is vooral aandacht gegaan naar de opmaak van een omgevingsanalyse. Daarnaast werd - voor verschillende thema s die het lokale niveau overstijgen regionaal / thematisch overleg met particuliere welzijnspartners georganiseerd. Ook de participatie van burgers en derden wordt methodologisch ondersteund vanuit de procesbegeleiding. De consulent sociale zaken is lid van de Raad van bestuur van het Regionaal Welzijnsoverleg. 9

1.3 De gegevens uit het LSB-plan 2008-2013 Bij het opstellen van het doelgroepenplan moet er gebruik worden gemaakt van de gegevens van het lokaal sociaal beleidsplan, opgesteld overeenkomstig artikel 4 van het decreet van 19 maart 2004 betreffende het lokaal sociaal beleid. 3 We overlopen het LSB-plan 2008-2013. 1.3.1 Omgevingsanalyse In het LSB-plan is er uitgebreide omgevinganalyse opgenomen. Een aantal van de gebruikte gegevens wordt in dit doelgroepenplan overgenomen, andere gegevens worden geactualiseerd of verder gespecificeerd. 1.3.2 Doelstellingen en acties uit het LSB-plan In het LSB-plan is hoofdstuk 4 gewijd aan huisvesting. Hier vinden we ook een aantal doelstellingen en voorstellen van acties. 4 De algemene strategische doelstelling luidt: Verder uitbouwen van een kwaliteitsvol huisvestingsbeleid Dat kan gebeuren aan de hand van de volgende operationele doelstellingen en acties Operationele doelstelling 1 : Uitbouwen van een algemeen huisvestingsbeleid 1.1.1 Opmaken van een woonplan met als doel het voeren van een actief lokaal woonbeleid met toepassing van de instrumenten van het lokaal woonbeleid : sociaal beheersrecht, recht van voorkoop, conformiteitsattest, leegstand en verkrotting, ongeschikt- onbewoonbaar- en overbewoondverklaring,... 1.1.2 Onderzoek naar de uitbouw van een dienst huisvesting binnen de bestaande diensten 1.1.3 Continueren van het bestaande systeem inzake woonpremies : huursubsidie- en installatiepremie, verbeterings- en aanpassingspremies 1.1.4 Verder onderzoeken van mogelijkheden tot Sociaal Verhuurkantoor (zelf opstarten of mee participeren in het SVK) 1.1.5 Verder uitwerken scenario weekendverblijven 1.1.6 Verder uitwerken bijkomende woonprojecten voor bejaarden en mindervaliden, o.a. dossier zwoezelhuis Operationele doelstelling 2 : Uitbouwen van een beleid inzake sociale huisvesting voor sociale huur- en koopwoningen 1.2.1 Blijvend organiseren van overleg met huisvestingsmaatschappijen en gemeentelijke diensten 1.2.3 Uitbouwen creatieve woonconcepten naar inplanting, levenslang wonen, ecologisch wonen, waar mogelijk 1.2.4 Een inhaalbeweging doen naar bouw van sociale woongelegenheden met 1 slaapkamer, rekening houdende met de timing van de huisvestingsmaatschappij. 1.2.5 Onderzoeken van de administratieve mogelijkheden op lokaal vlak tot uitbouw van de dienstverlening van de huisvestingsmaatschappij: zelf administratieve voorbereiding van dossiers 3 Sociaal huurbesluit art 28 2. 4 LSB-plan 2008-2013, pp. 69 ev. 10

1.2.6 Opleggen van sociale huisvesting in grote verkavelingen - in verkavelingen van halve hectare, met minstens 10 loten zal 25% voorzien worden voor sociale huisvesting 1.2.7 6 bijkomende sociale woongelegenheden voorzien, bij voorkeur in Kemzeke (en Kein-Sinaai) Operationele doelstelling 3 : Uitbouwen van de dienstverlening inzake huisvesting 1.3.1 Uitbouwen gemeentelijke diensten rond wonen 2008-2013 1.3.2 Dienstverlening OCMW en gemeente inzake huisvesting beter bekendmaken naar de bevolking permanent 1.3.3 Onderlinge doorverwijzingen (intern binnen het OCMW én tussen de gemeente en het OCMW) verbeteren 1.3.4 Beter promoten van de premies inzake huisvesting, ook specifiek voor bejaarden 1.3.5 Uitwerken folder rond wonen Operationele doelstelling 4 : Uitbouwen van een beleid inzake bijzondere woonvormen voor personen met een handicap 1.4.1 Verder uitbouwen van opvanginitiatieven voor personen met een handicap 1.4.2 De woongelegenheden binnen het sociaal patrimonium aanpassen aan de noden en behoeften voor personen met een handicap en nieuwe sociale woongelegenheden aanpassen waar mogelijk. 1.4.3 Open en duidelijk communiceren over het project Zwoezelhuis 1.4.4 Bij toewijzing zwoezelhuis voorkeur geven aan inwoners van Stekene 1.4.5 Betrokken gemeentelijke diensten krijgen voldoende zicht op het aanbod in de regio en kunnen gerichte en correcte informatie geven aan geïnteresseerden 1.4.6 Gemeentelijke diensten werken samen met betrokken diensten die deskundig zijn inzake opvang voor personen met een handicap 1.4.7 Blijvend bekend maken gemeentelijke premie voor personen met een handicap Operationele doelstelling 5 : Uitbouwen van een beleid inzake bijzondere woonvormen voor personen met een psychiatrisch probleem 1.5.1 Betrokken gemeentelijke diensten krijgen voldoende zicht op het aanbod in de regio en kunnen gerichte en correcte informatie geven inzake doorverwijzing 1.3.3 Sociale conjunctuurbarometer De Vlaamse overheid stelt ter ondersteuning van het lokaal sociaal beleid en de opmaak van de LSBplannen een batterij van gemeentelijke cijfergegevens ter beschikking: de sociale conjunctuurbarometer. We selecteren daaruit de voor dit doelgroepenplan relevante gegevens en dit voor de periode 2003-2010. We geven hier een algemeen overzicht en werken een aantal van de cijfers later verder uit. Stekene (absolute cijfers) 2003 2004 2005 2006 2007 2008 Bevolkingsdichtheid 374,8 375,2 375,5 376,3 380,4 Aandeel bevolking ouder dan 75: M 5,3 5,1 5,2 5,4 5,7 6,1 Aandeel bevolking ouder dan 75: V 7,9 8,2 8,4 8,8 8,8 8,9 Aandeel bevolking ouder dan 85: M V 1,5 1,3 1,3 1,4 1,5 1,6 Aandeel bevolking ouder dan 85: M 0,8 0,7 0,7 0,7 0,9 1,0 11

Aandeel bevolking ouder dan 85: V 2,2 2,0 2,0 2,1 2,2 2,3 Grijze druk 35,8 36,7 37,8 38,9 39,7 41,3 Afhankelijkheidsratio 76,0 76,4 77,7 79,4 80,5 82,2 Familiale zorgindex 24,4 24,7 25,0 26,1 27,5 29,0 Groene druk 40,1 39,8 39,9 40,4 40,8 40,9 Interne vergrijzing 16,6 16,8 16,7 17,2 17,6 17,9 Doorstromingscoëfficiënt 96,0 92,8 89,6 87,5 85,3 84,1 Aandeel titularissen met voorkeursregeling in de ziekteverzekering (per 1000 inwoners) 75,2 74,0 72,9 70,5 69,1 Grijze druk: De verhouding tussen het aantal 60+ en het aantal 20- tot 59-jarigen. Afhankelijkheidsratio:Geeft de verhouding weer tussen het aantal 0- tot 19-jarigen plus het aantal 60+, en de actieve bevolking (20- tot 59-jarigen). Familiale zorgindex: Het aantal 80+ ten opzichte van de bevolking van 50- tot 59-jarigen. Aanduiding van hoeveel hoogbejaarden er zijn in verhouding tot de bevolking die er normaliter de zorg moet voor nemen. Groene druk: De verhouding tussen het aantal 0 tot 19-jarigen en het aantal 20 tot 59-jarigen. Het is een indicatie voor de verhouding tussen de actuele en de toekomstige beroepsbevolking. Interne vergrijzing: het aantal 80+ ten opzichte van het aantal 60+. Geeft weer hoeveel hoogbejaarden er zijn in de groep van de senioren. Doorstromingscoëfficiënt: Geeft de verhouding weer tussen het aantal jongeren (10- tot 24-jarigen) en het aantal ouderen (50- tot 64-jarigen) Stekene (absolute cijfers) 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Aantal huishoudens 6.508 6.561 6.610 6.694 6.801 6.842 Aantal alleenstaande mannen 636 648 649 685 679 713 Aantal alleenstaande vrouwen 766 772 786 820 851 868 Aantal nieuwkomers 57 68 31 Migratiesaldo (aantal inwijkingen - aantal uitwijkingen) -8-17 11 123-2 Oppervlakte in km² 45 45 45 45 45 Aantal begunstigde leefloners 39 42 26 32 41 Aantal erkende plaatsen rusthuizen 100 100 100 100 100 100 Programmatiecijfers plaatsen rusthuizen 186 191 198 189 194 199 206 212 Aantal erkende plaatsen serviceflats 87 87 87 87 87 87 Programmatiecijfers plaatsen serviceflats 79 81 83 83 85 87 89 91 Gerechtigden - Zorgverzekering - residentiële zorg 88 118 123 122 128 143 Gerechtigden - Zorgverzekering - mantel & thuiszorg 272 282 287 300 321 352 Programmatiecijfer plaatsen centra voor kortverblijf 6 6 6 7 7 7 Aantal plaatsen erkende centra voor kortverblijf 0 0 0 0 Programmatiecijfer plaatsen dagverzorgingscentra 6 6 6 7 7 7 Aantal plaatsen erkende dagverzorgingscentra 0 0 0 0 12

2 OUDEREN IN DE GEMEENTE 2.1 Bevolkingscijfers 2.1.1 Algemene bevolkingscijfers We starten met de algemene bevolkingscijfers. 2003 2004 2005 2006 2007 Aantal inwoners 16.791 16.809 16.823 16.856 17.040 Aantal geboorten 160 161 166 198 197 Aantal overlijdens 158 143 162 150 146 Natuurlijke aangroei 2 18 4 48 51 Aantal inwijkingen 646 603 670 777 706 Aantal uitwijkingen 654 620 659 654 708 Migratiesaldo -8-17 11 123-2 2.2 Verdeling naar leeftijdsgroepen 2.2.1 De huidige verdeling naar leeftijdsgroep Leeftijdsklassen 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2008 mannen vrouwen 0 t/m 4 jarigen 905 899 882 905 943 922 485 437 5 t/m 9 jarigen 962 932 941 919 949 959 475 484 10 t/m 14 jarigen 988 1.004 986 986 979 969 484 485 15 t/m 19 jarigen 975 955 967 991 981 986 512 474 20 t/m 24 jarigen 1.067 1.041 1.002 955 951 970 519 451 25 t/m 29 jarigen 968 992 1.002 1.001 1.038 1.003 515 488 30 t/m 34 jarigen 1.253 1.201 1.145 1.075 1.052 1.024 494 530 35 t/m 39 jarigen 1.342 1.362 1.349 1.361 1.326 1.313 654 659 40 t/m 44 jarigen 1.335 1.331 1.330 1.333 1.368 1.355 676 679 45 t/m 49 jarigen 1.246 1.224 1.245 1.254 1.305 1.321 658 663 50 t/m 54 jarigen 1.198 1.238 1.239 1.231 1.230 1.220 623 597 55 t/m 59 jarigen 1.134 1.138 1.153 1.187 1.169 1.175 597 578 60 t/m 64 jarigen 824 856 906 934 1.012 1.082 534 548 65 t/m 69 jarigen 794 792 795 802 771 782 398 384 70 t/m 74 jarigen 688 718 732 724 732 733 336 397 75 t/m 79 jarigen 543 540 552 567 574 587 259 328 80 t/m 84 jarigen 320 362 373 388 400 414 175 239 85 t/m 89 jarigen 159 137 138 150 174 202 66 136 90 t/m 94 jarigen 71 72 70 72 67 59 14 45 95 jaar en ouder 19 15 16 21 19 20 2 18 13

We overlopen nu de verdeling naar leeftijd van de voorbije jaren in leeftijdsgroepen van 5 jaar. Voor 2008 hebben we de cijfers opgedeeld naar mannen en vrouwen. Hieronder geven we op basis van deze cijfers voor 2008 de bevolkingspiramide 2008 weer. Ter vergelijking geven we ook de bevolkingspiramide voor Vlaanderen. Zoals overal in Vlaanderen is de aankomende vergrijzing en de ontgroening duidelijk merkbaar. We vinden de hoogste aantallen terug in de leeftijdsgroep 40 tot en met 44 jarigen en die aantallen zullen langzaam verschuiven naar de oudere leeftijdsgroepen. Er zijn minder jongeren (ontgroening). De leeftijdsgroepen onder de 35 jaar zijn opvallend kleiner dan tussen 35 en 60 jaar. Hieronder ter vergelijking de bevolkingspiramide voor Vlaanderen. 14

2.3 Prognoses en vergrijzing 2.3.1 Evolutie van de bevolking 1995-2025 Volgens de beschikbare prognoses van de studiedienst van de Vlaamse regering zal de bevolking van Stekene de volgende jaren licht toenemen. Jaar Totaal 2005 16.876 2010 17.168 2015 17.359 2020 17.441 2025 17.469 2.3.2 Prognoses leeftijdsgroepen Bekijken we de prognoses dan wordt het fenomeen van de vergrijzing wat duidelijker. Binnen de licht stijgende gemeentebevolking doen er zich belangrijke verschuivingen voor in de verhoudingen tussen de verschillende leeftijdsgroepen. Belangrijke fenomenen zijn de ontgroening (minder jongeren), vergrijzing (meer ouderen) en interne vergrijzing(meer hoogbejaarden bij de ouderen). We geven eerst de absolute cijfers. Die zijn er erg belangrijk. Die hebben we immers nodig om schattingen te maken van de behoeften aan bepaalde woonvormen en voorzieningen. Absolute cijfers 0-19 jarigen 20-39 jarigen 40-59 jarigen 60-79 jarigen 80+ jarigen 100+jarigen 2005 3.791 4.513 4.983 2.978 612 1 2010 3.729 4.206 5.174 3.327 731 1 2015 3.643 4.033 5.140 3.680 862 1 2020 3.561 3.907 4.998 4.017 956 1 2025 3.491 3.780 4.725 4.392 1.080 1 Daarna de relatieve cijfers, met meteen ook een vergelijking met de Vlaamse cijfers. Relatieve cijfers 0-19 jarigen 20-39 jarigen 40-59 jarigen 60-79 jarigen 80+ jarigen 100+jarigen 2005 22,46% 26,74% 29,53% 17,64% 3,62% 0,00% 2010 21,72% 24,50% 30,14% 19,38% 4,26% 0,01% 2015 20,99% 23,23% 29,61% 21,20% 4,97% 0,01% 2020 20,42% 22,40% 28,66% 23,03% 5,48% 0,00% 2025 19,98% 21,64% 27,05% 25,14% 6,18% 0,01% Relatieve cijfers 0-19 jarigen 20-39 jarigen 40-59 jarigen 60-79 jarigen 80+ jarigen Vlaanderen 2005 22,18 26,24 28,78 18,59 4,21 2010 21,53 24,63 29,32 19,52 5,00 2015 20,73 24,00 28,88 20,59 5,80 2020 20,38 23,42 27,42 22,48 6,30 2025 20,28 22,56 25,71 24,92 6,54 15

Onder de veertig nemen de aantallen af. In de leeftijdsgroep 40-59 verwacht men in Stekene eerst nog een toename en daarna een vermindering. Uit de bovenstaande cijfers blijkt duidelijk dat de aantallen uit de leeftijdsgroepen boven de zestig jaar aantallen de volgende jaren sterk toenemen. In de groep van 60-79 jarigen is de toename sterk. Deze groep zal in 2025 in vergelijking met 2005 nog met 47,5 % toenemen. De toename tussen 2005 en 2025 wordt geschat op 1.414 personen. Boven 80 schat men de toename tussen 2005 en 2025 op 76,5 % of op 468 personen. De onderstaande grafiek geeft de evoluties in % weer. Men ziet er per leeftijdsgroep van 20 jaar de prognoses tot 2025 voorgesteld. Zeker de toename van de groep 60-79 jarigen is kenmerkend. 2.3.3 De vergrijzing in Stekene Het beleid zal de volgende jaren zoals in andere gemeenten zeker aandacht moeten hebben voor de grote groep van nog actieve bejaarden. Een groep die niet of maar in beperkte mate fysieke beperkingen ondervindt. Daarnaast is toenemende druk van de hoogbejaarden in Stekene sterk aan de orde, deze groep heeft een hoger risico op fysieke beperkingen. 16

2.4 Grootte van de huishoudens In een studie over woonvormen is het aantal huishoudens erg belangrijk, want het is uiteindelijk het aantal huishoudens dat het aantal woningen bepaalt. 2003 2004 2005 2006 2007 2008 Aantal inwoners 16.791 16.809 16.823 16.856 17.040 17.096 Aantal huishoudens 6.508 6.561 6.610 6.694 6.801 6.842 Aantal personen per huishouden 2,58 2,56 2,55 2,52 2,51 2,50 Delen we het aantal inwoners door het aantal huishoudens dan krijgen we de gemiddelde grootte of het gemiddeld aantal leden per huishouden (gezin). Dat bedraagt op 1 januari 2008 2,50. Dat is wel meer dan in Vlaanderen (2,39), maar zoals overal in Vlaanderen is er ook in Stekene sprake van een verdunning van huishoudens. Die is zelfs merkbaar als we de recente cijfers vergelijken. 2.4.1 Prognoses 2005-2025: verdunning van het huishouden Interessant zijn de prognoses mbt het aantal huishoudens. Het aantal huishoudens sterker toe dan de licht stijgende bevolking. Er is dus een verdere verdunning van het aantal huishoudens. Wat betreft deze verdunning hanteert de studiedienst van de Vlaamse regering twee hypothesen: een sterke verdunning en een zwakke verdunning. We zagen dat de gemiddelde grootte van de gezinnen in Stekene momenteel 2,50 leden bedraagt. Volgens de prognose zal dit cijfers tegen 2025 verder dalen naar 2,31 (sterke verdunning) of 2,35 (zwakke verdunning). In absolute cijfers zien deze prognoses er als volgt uit: Zwakke verdunning 1 2 3 4 5 en + Totaal 2005 1.453 2.394 1.279 1.027 461 6.614 2010 1.601 2.564 1.259 1.006 446 6.876 2015 1.749 2.720 1.228 973 432 7.102 2020 1.886 2.868 1.186 938 410 7.288 2025 2.019 2.992 1.136 902 392 7.441 Sterke verdunning 1 2 3 4 5 en + Totaal 2005 1.453 2.394 1.279 1.027 461 6.614 2010 1.668 2.592 1.238 1.003 438 6.939 2015 1.882 2.774 1.185 966 418 7.225 2020 2.011 2.926 1.143 932 396 7.408 2025 2.134 3.055 1.093 895 379 7.556 Tussen 2005 en 2025 zien we een geschatte toename met 827 à 942 huishoudens. Dit zijn erg belangrijke cijfers omdat uiteindelijk het aantal huishoudens mee het aantal woningen zal bepalen. En er is nog meer. Het gaat niet alleen over het aantal woningen maar ook over de aard van de woningen. De grootte en samenstelling van het huishouden bepaalt immers mee de behoeften aan type en grootte van de woning. Het aantal huishoudens bestaande uit één of twee personen neemt de volgende jaren sterk toe. Wat betreft de alleenstaanden schat men voor 2025 het aantal op 27 à 28 % van alle huishoudens tegen 22 % in 2005. 17

Het aantal huishoudens bestaande uit twee personen is al de grootste groep van huishoudens en neemt nog toe. Van 36 % van alle huishoudens in 2005 tot 40 % in 2025. De aantallen huishoudens met 3, 4 of meer personen nemen allen af. Zwakke verdunning 1 2 3 4 5 en + Totaal 2005 21,97% 36,20% 19,34% 15,53% 6,97% 100,00% 2010 23,28% 37,29% 18,31% 14,63% 6,49% 100,00% 2015 24,63% 38,30% 17,29% 13,70% 6,08% 100,00% 2020 25,88% 39,35% 16,27% 12,87% 5,63% 100,00% 2025 27,13% 40,21% 15,27% 12,12% 5,27% 100,00% Sterke verdunning 1 2 3 4 5 en + Totaal 2005 21,97% 36,20% 19,34% 15,53% 6,97% 100,00% 2010 24,04% 37,35% 17,84% 14,45% 6,31% 100,00% 2015 26,05% 38,39% 16,40% 13,37% 5,79% 100,00% 2020 27,15% 39,50% 15,43% 12,58% 5,35% 100,00% 2025 28,24% 40,43% 14,47% 11,84% 5,02% 100,00% Samengevoegd betekent dit voor Stekene dat in 2025 in bijna zeven op tien huishoudens (woningen) één of twee personen zullen wonen. Als we even terugdenken aan de gegevens uit het vorige puntje (evolutie leeftijdsgroepen) wordt het duidelijk dat de toename van alleenstaanden en huishoudens van twee personen zich sterk zal voordoen in de oudere leeftijdsgroepen. Maar het moet wel duidelijk zijn dat het hier niet louter zal gaan om alleenstaande ouderen! Integendeel. Ook al blijkt al dat éénpersoonshuishoudens meer voorkomen, toch neemt het aandeel ouderen dat alleen woont binnen leeftijdsgroep 80-89 jaar lichtjes af. Koppels worden door de hogere levensverwachting immers meer samen oud. Meer dan de helft van de 80-plussers woont wel alleen. Vrouwen hebben door hun hogere levensverwachting meer kans om alleen ouder te worden. Het aandeel weduwen stijgt al vanaf de leeftijd van 65 jaar bij de vrouwen. Aangezien ouderen liefst zo lang mogelijk thuis blijven wonen, leeft deze groep ook vaak alleen. Het al dan niet alleen wonen heeft ook impact op het gebruik van hulpverlening. Ouderen die alleen wonen doen meer beroep op hulp dan mensen die nog samen wonen. De aanwezigheid van een partner speelt blijkbaar een belangrijke rol of en hoe men een beroep doet op dienstverlening of niet. De partner is nog steeds de eerste mantelzorger! 2.5 Socio-economische gegevens Ganse bevolking Als het gemiddeld inkomen per aangifte en per inwoner van de gemeente wordt vergeleken met Vlaanderen en de provincie en het arrondissement dan scoren die per aangifte wat lager dan gemiddeld. Gemiddeld inkomen per aangifte 2003 2004 2005 Vlaams Gewest 25.162,90 25.219,40 25.608,60 P.Oost-Vlaanderen 25.543,60 25.189,30 25.568,60 Ar.Sint-Niklaas 25.660,80 25.215,40 25.531,50 Stekene 25.764,60 24.522,80 25.056,00 18

Per inwoner zijn de bedragen eveneens iets lager. Gemiddeld inkomen per inwoner 2003 2004 2005 Vlaams Gewest 13.508,10 14.057,50 14.525,90 P.Oost-Vlaanderen 13.584,00 14.218,50 14.740,90 Ar.Sint-Niklaas 13.317,10 13.899,10 14.354,10 Stekene 13.071,80 13.674,30 14.088,10 We gaan nu verder op zoek naar gegevens die ons een beeld kunnen geven van grootte van de groep van (oudere) mensen met een laag inkomen. Een eerste indicatie zijn de mensen met een basisinkomen. 2003 2004 2005 2006 2007 Aantal personen met een gewaarborgd inkomen voor bejaarden 35 30 23 14 11 Aantal personen met een inkomensgarantie voor ouderen 142 138 124 117 120 Aantal begunstigde leefloners 39 42 26 32 41 We vergelijken de cijfers van het aantal leefloners (per 1000 inwoners)van Stekene met die van Vlaanderen, de provincie en arrondissement. De cijfers van Stekene liggen wat lager. Aantal leefloners per 1000 inwoners 2003 2004 2005 2006 2007 Vlaams Gewest 3,9 3,9 3,5 3,7 3,7 P.Oost-Vlaanderen 4,6 4,8 4,7 4,7 4,9 Ar.Sint-Niklaas 4,8 4,8 4,5 4,3 4,5 Stekene 2,3 2,5 1,5 1,9 2,4 Een andere indicatie van de sociaal zwakkeren is het aantal personen dat geniet van een verhoogde tegemoetkoming bij geneeskundige verzorging. We beschikken ook over een aantal absolute cijfers. Voorkeursregeling ziekteverzekering 2005 2006 2007 Aantal titularissen 1.227 1.189 1.178 Aantal personen ten laste 451 486 577 Totaal 1.678 1.675 1.755 We vergelijken de gemeentelijke gegevens van de verhoogde tegemoetkoming bij geneeskundige verzorging (aandeel rechthebbenden per 1000 inwoners) met de Vlaamse, de provinciale en de arrondissementele cijfers. Aantal rechthebbenden verhoogde tegemoetkoming 2003 2004 2005 2006 2007 bij geneeskundige verzorging per 1000 inwoners Vlaams Gewest 81,5 80,8 112,1 112,8 113,5 P.Oost-Vlaanderen 86,8 86,0 117,1 117,7 118,7 Ar.Sint-Niklaas 78,7 78,2 110,3 111,4 113,0 Stekene 75,2 74,0 99,7 99,4 103,0 19

Ouderen We gaan verder op zoek naar gegevens die ons een beeld kunnen geven van grootte van de groep van oudere mensen met een laag inkomen. Een eerste indicatie zijn de ouderen met een basisinkomen (GIB of IGO). Aandeel gerechtigden op een GIB en IGO per 1000 inwoners vanaf 65 jaar. Aantal gerechtigden op een GIB en IGO 2003 2004 2005 2006 2007 per 1000 inwoners Vlaams Gewest 57,0 53,5 49,2 47,0 54,7 P.Oost-Vlaanderen 63,3 59,3 54,6 51,4 58,9 Ar.Sint-Niklaas 61,6 57,2 53,9 50,7 56,6 Stekene 68,2 63,7 54,9 48,1 47,9 De gemeentelijke cijfers liggen opnieuw wat lager dan de Vlaamse, provinciale en arrondissementele cijfers. Vergelijken we de cijfers met die van de leefloners dan zien we wel onmiddellijk dat relatief gezien meer ouderen moeten rondkomen met een minimuminkomen. In dat opzicht zijn ook de volgende cijfers interessant. We beschikken ook over de cijfers van de voorkeursregeling ziekteverzekering en dit opgedeeld naar leeftijdsklasse:. Voorkeursregeling ziekteverzekering 2005 2006 2007 Aantal titularissen 1.227 1.189 1.178 Aantal personen ten laste 451 486 577 Aantal personen ten laste (leeftijdsklasse 0-19) 87 90 124 Aantal personen ten laste (leeftijdsklasse 20-59) 100 117 123 Aantal personen ten laste (leeftijdsklasse 60-74) 176 177 190 Aantal personen ten laste (leeftijdsklasse >=75) 88 102 140 Aantal titularissen (leeftijdsklasse 0-19 ) 34 34 36 Aantal titularissen (leeftijdsklasse 20-59 ) 242 232 254 Aantal titularissen (leeftijdsklasse 60-74 ) 391 368 345 Aantal titularissen (leeftijdsklasse >=75) 560 555 543 Ook hier merken wek dat de aantallen beduidend hoger liggen in de oudere leeftijdsklassen. Hier zijn dus meer mensen met lagere inkomsten, en dus meer potentiële kandidaten voor sociale woningen. Dat heeft uiteraard te maken met de terugval van het inkomen na de pensionering. Verder weten we dat in de oudere leeftijdsklassen we meer weduwen(aars) vinden en het bedrag van de pensioenen lager liggen. 20

2.6 Zorgvoorzieningen Cijfers In de Lokale Statistiek vinden we een aantal gegevens die ons een beeld geven van de zorgvoorzieningen voor ouderen binnen de gemeente. 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Aantal erkende plaatsen rusthuizen 100 100 100 100 100 100 N/A N/A Programmatiecijfers plaatsen rusthuizen 186 191 198 189 194 199 206 212 Aantal erkende plaatsen serviceflats 87 87 87 87 87 87 N/A N/A Programmatiecijfers plaatsen serviceflats 79 81 83 83 85 87 89 91 Gerechtigden - Zorgverzekering - residentiele zorg 88 118 123 122 128 143 N/A N/A Gerechtigden - Zorgverzekering - mantel & thuiszorg 272 282 287 300 321 352 N/A N/A Programmacijfers aantal uren gezinszorg 41.794 42.730 N/A N/A N/A N/A N/A N/A Aantal gepresteerde uren gezinszorg 36.371 37.632 34.095 33.265 33.134 N/A N/A N/A Aantal gepresteerde uren poetsdiensten 11.904 11.123 N/A N/A N/A N/A N/A N/A Programmatiecijfer plaatsen centra voor kortverblijf N/A N/A 6 6 6 7 7 7 Aantal plaatsen erkende centra voor kortverblijf N/A N/A 0 0 0 0 N/A N/A Aantal plaatsen voorafgaand vergund Centra voor kortverblijf N/A N/A 6 N/A N/A N/A N/A N/A Aantal plaatsen aanvraag Centra voor kortverblijf N/A N/A 0 N/A N/A N/A N/A N/A Programmatiecijfer plaatsen dagverzorgingscentra N/A N/A 6 6 6 7 7 7 Aantal plaatsen erkende dagverzorgingscentra N/A N/A 0 0 0 0 N/A N/A Aantal plaatsen erkend met opschorting Dagverzorgingscentra N/A N/A 15 N/A N/A N/A N/A N/A Diensten en voorzieningen In 2009 bedraagt voor Stekene het programmacijfer voor rusthuizen 206 woongelegenheden. Voor 2010 is dat 212.. In 2008 waren er 100 erkende plaatsen (199 geprogrammeerd) Verder waren er in 2008 87 serviceflats, dat waren er evenveel als het programmacijfer van dat jaar. Voor 2009 zijn er 89 en voor 2010 91 geprogrammeerd. De serviceflats zijn: ABRI KLAVERTJE VIER Cedronbeekstraat 35 Serviceflats 58 plaatsen 21

PREKERIJHOF Sperrestraat 33 Serviceflats 29 plaatsen Specifieke woonvormen voor gehandicapten. Momenteel heeft Stekene geen specifieke woonvormen voor deze doelgroep. Er lopen onderhandelingen tussen het OCMW en de Sperwer vzw voor de uitbouw van een opvanginitiatief voor gehandicapten (project Zwoezelhuis). Thuiszorgdiensten actief op de gemeente: Dienstenchequebedrijf OCMW, Kerstraat 14, Stekene Familiehulp Zorgregio Sint-Niklaas Gentsesteenweg 84 9200 Dendermonde Familiezorg Oost-Vlaanderen Zwartezustersstraat 18 9000 Gent Thuiszorgcentrum Bond Moyson Waasland, Leopold 2 laan 20, Sint-Niklaas Solidariteit voor het gezin Sterrestraat 16 9160 Lokeren Wij blijven thuis Peter Benoitstraat 48 9100 Sint-Niklaas Thuiszorgdiensten Onafhankelijk Ziekenfonds Plezantstraat 55 9100 Sint-Niklaas Wit-Gele kruis Polenlaan 85 9190 Stekene Zelfstandige verpleegkundigen 22

3 PERSONEN MET EEN HANDICAP EN HUN WOONNODEN 3.1 Algemene situering 5 3.1.1 Prevalentiecijfers Hieronder de prevalentiecijfers van verschillende handicaps voor personen vanaf 19 jaar in Vlaanderen. Prevalentie Indeling Prevalentiecijfer Mentale handicap Licht mentale handicap 2,50 % Matig en ernstig mentale handicap 0,40 % Diep mentale handicap 0,10 % Motorische handicap 0,02 % Cognitieve stoornissen 0,06 % Sensorische handicap Ernstige gezichtsstoornis 0,30 % Ernstige gehoorstoornis 0,20 % Autisme Autisme 0,15 % (Rand)normaal begaafd 3.1.2 Evolutie in de zorg voor personen met een handicap De gehandicaptenopvang voor volwassenen is in Vlaanderen gegroeid uit de minderjarigenzorg, en heeft nog een aantal trekken meegekregen van de medisch-pedagogische instituten, waarbij de nadruk lag op het behandelen van de gevolgen van de handicap, het bieden van een goede verzorging, en het stimuleren via gerichte dagbesteding. Ondertussen werden wel een aantal nieuwe regelgevingen gecreëerd die opvang en begeleiding buiten de klassieke voorziening mogelijk maken. Zo is er het persoonlijke assistentie-budget, waarbij personen met een handicap een budget toegewezen krijgen waarmee ze zelf assistenten kunnen aanwerven voor hun ondersteuning. Niettemin blijft er een relatief grote groep van (mentaal) gehandicapten gehuisvest in collectieve voorzieningen, gebouwd volgens VIPA-procedures, gaande van vrij kleine units tot vrij grote campussen. Er is een toenemende vraag van ambulante opvang en begeleiding. Die ging in eerste instantie uit van gezinnen met een gehandicapt kind, en van personen met een motorische, een licht mentale of een sensorische handicap. Ondertussen is er ook een groeiende vraag vanuit de groep van matig tot ernstig mentaal gehandicapten om continue opvang te combineren met meer inclusieve woonvormen, dicht aansluitend bij de eigen leefomgeving. De nadruk wordt meer en meer gelegd op de mogelijkheden inzake zelfbeschikking, op het recht om het eigen leven meer gestalte te geven, relaties aan te gaan met zelf gekozen vrienden en kennissen, zelf over de eigen daginvulling te beslissen. 5 Gebaseerd op: Denktank Wonen-Welzijn. Nota wonen voor personen met een handicap www.vlafo.be 23

3.2 Personen met een handicap en VAPH 3.2.1 Bestaande woonvormen in de gehandicaptensector In de zoektocht naar alternatieven, zien we verschillende vernieuwende concepten opduiken. Hieronder worden enkele van de bestaande woon- en zorgvormen opgesomd. We beperken ons hier tot de woonen zorgvormen voor volwassenen Residentieel Tehuis werkenden Tehuis niet-werkenden Opvang in pleeggezin Tehuis voor kortverblijf Ambulant Begeleid wonen Zelfstandig wonen (ADL-clusters) Beschermd wonen We geven vervolgens een omschrijving van een aantal meer zelfstandige woonvormen voor personen met een handicap die door VAPH worden erkend. Ondersteund wonen voor gehandicapten: zelfstandig wonen voor personen met een handicap Vergelijkbaar met de serviceflats voor bejaarden, maar dan voor een andere doelgroep. De diensten zijn bestemd voor zelfstandig wonende, meerderjarige personen met een fysieke handicap die in de buurt van een centrum voor zelfstandig wonen in een aangepaste omgeving wonen. Zelfstandig wonen betekent dat men in een aangepaste woning van de dienst in een woonwijk verblijft, in de buurt van een centraal gelegen ADL-centrum. Voor de ADL-assistentie doet men dan een beroep op dat centrum. Het ADL-centrum is 24 uur op 24 bereikbaar via een oproepsysteem. Men krijgt assistentie aan huis op vraag, en dit maximaal 30 uren per week. De ADL-activiteiten waarvan sprake zijn Activiteiten uit het Dagelijks Leven die men niet zonder hulp kan stellen. Dat kan gaan om opstaan, wassen, aankleden, eten, iets vastnemen, binnenshuis verplaatsen. 75% van de zorgvragers met een vraag naar zelfstandig wonen hebben een enkelvoudige, fysieke handicap. Begeleid Wonen Diensten voor begeleid wonen richten zich op volwassen personen met een verstandelijke, sensorische en/of motorische handicap die een beperkte vorm van begeleiding nodig hebben om zelfstandig te kunnen functioneren. Ook personen met een niet-aangeboren hersenletsel of een autisme / spectrumstoornis maken gebruik van deze zorgvorm. Zij wonen alleen in een eigen huis of appartement, met enkelen samen op een studio/appartement onder één dak, in een leerhuis of in een woongroep met maximum 4 personen. Ze staan zelf in voor de kosten van hun levensonderhoud en van de woning. Beschermd Wonen Beschermd wonen is een woonvorm waarbij volwassenen met een handicap geïntegreerd wonen in gewone huizen, die in nabijheid, maar niet op het domein van een door het VAPH gesubsidieerde voorziening liggen. Per wooneenheid leven in principe 1 tot 5 personen, die zelf verantwoordelijk zijn voor de woon- en leefkosten. Het beschermd wonen omvat een intensievere begeleiding dan het begeleid wonen en is bedoeld voor mensen die meer zelfstandigheid aankunnen en meer verantwoordelijkheid willen en kunnen dragen dan mogelijk is in een tehuis. De dienst beschermd wonen voorziet in begeleiding 24

op psychosociaal en praktisch vlak en is verantwoordelijk voor een aangepaste individuele dagbesteding, in de eigen organisatie of in een andere organisatie waarmee een overeenkomst wordt gemaakt. Wonen Onder begeleiding van een Particulier (WOP) Via WOP kunnen personen met een handicap die zelfstandig wonen, verder begeleid worden door een vertrouwd persoon uit hun omgeving. Deze zorgvorm is er voor volwassen personen met een handicap die beschikken over de mogelijkheden om hun leven eigenhandig te organiseren, maar hierbij enige ondersteuning nodig hebben. In tegenstelling tot bij begeleid en beschermd wonen, wordt de ondersteunende functie hier opgenomen door iemand uit de familie, een vriend of een buur. Deze steunfiguur wordt op zijn beurt ondersteund door de dienst voor plaatsing in gezinnen. Geïntegreerd wonen in de gehandicaptensector Geïntegreerd wonen is een proefproject voor personen met een handicap. Het doel van deze nieuwe zorgvorm speelt in op de tendensen in de welzijnssector. Steeds meer pleiten personen met een handicap en hun familie voor een inclusieve opvang. Het principe van inclusie is beter te realiseren via kleine, geïntegreerde wooneenheden. De welzijnsvoorzieningen zijn reeds een hele tijd vragende partij om soepeler te kunnen samenwerken met sociale huisvestingsmaatschappijen. De regelgeving voor geïntegreerde woonprojecten biedt de ruimte om dergelijke samenwerking op te zetten. Daarbij staat de voorziening in voor de begeleiding en de zorg, en de huisvestingsmaatschappij voor de huisvesting. 3.2.2 Inschrijving, zorgtoewijzing, urgentiescores, zorgvragen Inschrijving bij VAPH (Vlaams Agentschap voor Personen met een handicap) Met een handicap heeft men vaak meer kosten dan anderen om te wonen, te werken, zich te verplaatsen, enz. Het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) helpt deze extrakosten te dragen. Er zijn een aantal voorwaarden: er moet sprake zijn van een handicap (Elke langdurig en belangrijk participatieprobleem van een persoon dat te wijten is aan het samenspel tussen functiestoornissen van mentale, psychische of zintuiglijke aard, beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten en persoonlijke en externe factoren 6 ) en er zijn leeftijds- en verblijfsvoorwaarden.. Ieder die zich wil inschrijven bij VAPH moet behoefte hebben aan bepaalde zorgen of hulp binnen het aanbod van VAPH. Een aanvraag tot inschrijving zonder directe zorgvraag is dus uitgesloten. Een goedkeuring van het VAPH volstaat niet om een plaats voor begeleiding of opvang te krijgen. Men moet de vraag ook laten registreren bij de Centrale Registratie van Zorgvragen (afgekort: CRZ). Onder die benaming gaat de procedure schuil om personen met een handicap op een vlotte en zo rechtvaardig mogelijke manier begeleiding of opvang te bezorgen. Er is een schaarste aan beschikbare plaatsen. Daarom wil de overheid voorrang geven aan diegenen met de dringendste en zwaarste noden. De databank van de CRZ maakt het mogelijk om voor alle aanvragen te zoeken naar een geschikte plaats en hierbij rekening te houden met de dringendheid van de vraag. De CRZ wordt beheerd door de Provinciale coördinatiepunten handicap. 6 Decreet van 7 mei 2004. 25

Urgentiecodes Die code drukt uit in welke mate uw vraag voor begeleiding of opvang dringend is. Enkel de door het VAPH erkende multidisciplinaire teams kunnen de urgentiecodes toekennen. Het MDT is de dienst waar men naartoe gestapt voor het verslag omtrent een aanvraag voor begeleiding of opvang bij het VAPH. Er zijn 5 urgentiecodes: code 1: hoogste urgentie - een oplossing is vereist binnen de 3 maanden; code 2: urgentie - een oplossing is vereist binnen de 12 maanden; code 3: matige urgentie - een oplosing is vereist binnen de 2 jaar; code 4: geringe urgentie - een oplossing is vereist binnen de 4 jaar; code 5: geen urgentie. 3.2.3 Aantal personen met een dringende vraag In deze tabel focussen we op het aantal personen met een UC 1 & 2 op 30 06 09 per zorgvorm en per provincie Ant werpen Vlaams- Brabant & Brussel Limburg Oost- Vlaanderen West- Vlaa nderen Wallonië Postcode ontbreekt of ongeldige postcode OBC 53 42 72 10 5 1 2 185 Internaat niet - sc hoolgaa nden Internaat sc hoolgaa nden Semi-internaat nietsc hoolgaa nden Semi-internaat sc hoolgaa nden Am bulante begeleiding minderjarigen [vanuit I,SI,OBC] Totaal 47 8 10 4 2 1 1 73 377 205 1 95 289 155 6 1 2 12 39 33 12 16 16 16 0 2 95 91 56 86 300 131 4 8 676 16 7 2 4 7 0 2 38 Pleegzorg 24 19 17 15 21 1 2 99 Thuisbegeleiding 898 401 3 84 770 613 9 2 5 31 00 Nursingstehuis 208 137 1 53 195 167 2 2 864 Bezigheidstehuis 492 248 2 28 336 291 3 0 15 98 Tehuizen werkenden 127 62 59 57 76 1 0 382 Geïntegreerd wonen 4 5 1 4 8 1 0 23 Beschermd wonen 59 84 1 07 129 140 1 1 521 Zelfsta ndig wonen 60 22 26 15 19 0 0 142 Begeleid w onen 465 274 1 89 417 292 2 1 16 40 WOP 1 8 8 10 25 0 0 52 D agcentrum 326 134 2 51 266 198 2 3 11 80 Begeleid w erken 98 47 27 77 48 0 0 297 Am bulante begeleiding vanuit dagcentrum 1 0 1 4 3 0 0 9 Totaal 3380 1771 1832 2918 2217 34 6 1 12213 26

Meer dan 25% van het totaal aantal dringende zorgvragen behoort tot de zorgvorm thuisbegeleiding. Andere zorgvormen waar zich veel dringende vragen voordoen zijn begeleid wonen (13,4%), bezigheidstehuis (13,08%), dagcentrum (9,6%) en de internaten voor minderjarigen (10,7%). De vraag naar zelfstandig en begeleid wonen neemt de laatste jaren elk jaar sterk toe. 3.3 Situatie in Stekene Voor Stekene denkt men aan een doelgroep van personen met een mentale handicap waarbij sprake is van een begeleiding bij het wonen. Het wonen gebeurt doorgaans in een gewone niet speciaal aangepaste woning, dat kan eventueel een sociale woning zijn. De personen met de handicap worden begeleid door een dienst begeleid wonen. De gehandicaptenvoorziening moet hiervoor wel erkend zijn. Momenteel heeft De Sperwer voor Stekene 6 erkende plaatsten. Momenteel zijn er in Stekene contacten met vzw De Sperwer. Er is blijkbaar én bij het lokale bestuur én bij de voorziening hieromtrent een interesse. Huidige vraag van de Sperwer Vanuit De Sperwer zijn er verschillende vragen. Men zoekt een woning voor 4 personen of twee woningen voor 2 personen voor personen met een mentale handicap die samen wonen. Momenteel is het nog niet zo duidelijk of en hoe deze (doel)groep in de sociale huisvesting terecht zou kunnen, waar er sprake is van individuele huurders. Vanuit De sperwer is men ook op zoek naar woningen voor personen met een mentale handicap die alleen wonen. Het blijkt moeilijk te zijn om voor deze doelgroep woningen te vinden. Deze laatste vraag sluit nauwer aan bij de mogelijkheden die er zijn vanuit het doelgroepenbeleid in het kader van het eigen toewijzingsreglement. Het OCMW wil 30 sociale woningen realiseren op de OCMW-campus aan de Kerkstraat 14 Stekene. 3 appartementen zouden voor deze doegroep kunnen worden voorbehouden. In overleg met de Sperwer kwam men tot de volgende omschrijving van de doelgroep. Personen met een handicap: personen die ten gevolge van een handicap beschikken over een zorgtoewijzing (VAPH) die toegang geeft tot begleid wonen, beschermd wonen of inclusieve ondersteuning en die begeleid worden door een erkende dienst begleid wonen, beschermd wonen of inclusieve ondersteuning. De voorrang zal enkel van toepassing zijn op de woningen die zijn opgenomen in een lijst die in de bijlage van het reglement wordt gevoegd. Momenteel gaat het over 3 Appartementen in het te realiseren OCMW sociaal wooncomplex op de OCMW-campus aan de Kerkstraat 14 Stekene. Waarvan: 2 appartementen met 1 slaapkamer 1 appartement met 2 slaapkamers 27